Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2005/019/19

    Beschikking van het Hof (Vijfde kamer) van 1 oktober 2004 in zaak C-379/03 P, Rafael Pérez Escolar tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (Hogere voorziening — Staatssteun — Beroep wegens nalaten — Procesbevoegdheid — Ontvankelijkheid van beroep)

    PB C 19 van 22.1.2005, p. 10–10 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

    22.1.2005   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 19/10


    BESCHIKKING VAN HET HOF

    (Vijfde kamer)

    van 1 oktober 2004

    in zaak C-379/03 P, Rafael Pérez Escolar tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (1)

    (Hogere voorziening - Staatssteun - Beroep wegens nalaten - Procesbevoegdheid - Ontvankelijkheid van beroep)

    (2005/C 19/19)

    Procestaal: Spaans

    In zaak C-379/03 P, betreffende een hogere voorziening krachtens artikel 56 van het Statuut van het Hof van Justitie, ingesteld op 10 september 2003, Rafael Pérez Escolar (advocaat: F. Moreno Pardo), andere partij in de procedure: Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigde: J. L. Buendía Sierra), heeft het Hof (Vijfde kamer), samengesteld als volgt: C. Gulmann (rapporteur), kamerpresident, R. Schintgen en J. Klučka, rechters; advocaat-generaal: P. Léger; griffier: R. Grass, op 1 oktober 2004 een beschikking gegeven waarvan het dictum luidt als volgt:

    1)

    De hogere voorziening wordt afgewezen.

    2)

    R. Pérez Escolar wordt verwezen in de kosten.


    (1)  PB C 251 van 18.10.2003.


    Top