91996E1547

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1547/96 van Nikitas Kaklamanis (UPE) aan de Commissie (17 juni 1996)

Betreft: Opslag van radioactief afval

Volgens publikaties op 18 en 20 mei 1996 in de krant "Devnik¨ die in Skopje verschijnt, zijn de autoriteiten van de FYROM van plan - onder het voorwendsel van de aanleg van opslagplaatsen voor radioactieve bliksemafleiders - stortplaatsen in te richten voor radioactief afval dat uit het buitenland wordt ingevoerd, en nog wel in samenwerking met de Internationale Organisatie voor Atoomenergie. De krant vermeldt de zienswijzen van ecologen die erop wijzen dat er bij de invoer van het afval in hun land nauwelijks sprake is van controle op radioactieve straling.

Kan de Commissie meedelen, gezien de gevoeligheid van de Europese publieke opinie inzake het vervoer en de opslag van radioactief afval en overwegende dat er geen rekening is gehouden met de mening van de landen die aan genoemd land grenzen, of zij onmiddellijk tot actie kan overgaan, en zo ja, tot welke actie, en tevens welke maatregelen zij zal treffen opdat voorkomen wordt dat de FYROM een radioactieve vuilnisbelt wordt?

Antwoord van Mevrouw Bjerregaard namens de Commissie (6 september 1996)

Het antwoord op de vraag van het geachte Parlementslid is in hoge mate afhankelijk van de locatie van de betrokken opslagplaats voor radioactief afval, namelijk binnen of buiten de Europese Unie. Nadere informatie hierover en indien mogelijk ook over de herkomst van het afval zou de Commissie in staat stellen een specifiekere reactie te geven.

In ieder geval kan reeds worden opgemerkt dat toezicht en controle op de overbrenging van radioactief afval tussen Lid-Staten en naar en vanuit de Gemeenschap zijn geregeld in Richtlijn 92/3/Euratom van de Raad van 3 februari 1992 ((PB L 35, 12.2.1992. )) en dat voor dergelijke transporten een voorafgaande vergunning vereist is. Voorts moet de opslag van radioactief afval op het grondgebied van een Lid-Staat voldoen aan de eisen van Richtlijn 80/836/Euratom ((PB L 246, 17.9.1980. )) waarbij wordt voorzien in basisnormen inzake veiligheid overeenkomstig artikel 30 van het Euratomverdrag. Daarnaast moeten installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de permanente opslag of de definitieve verwijdering van radioactief afval in de Gemeenschap onderworpen worden aan een beoordeling als bedoeld in artikel 4 van Richtlijn 85/337/EEG van 27 juni 1985 ((PB L 175, 5.7.1985. )).