Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62012CN0171

    Zaak C-171/12 P: Hogere voorziening ingesteld op 11 april 2012 door Carrols Corp. tegen het arrest van het Gerecht (Achtste kamer) van 1 februari 2012 in zaak T-291/09, Carrols Corp./Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) en Giulio Gambettola

    PB C 174 van 16.6.2012, p. 19–19 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    16.6.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 174/19


    Hogere voorziening ingesteld op 11 april 2012 door Carrols Corp. tegen het arrest van het Gerecht (Achtste kamer) van 1 februari 2012 in zaak T-291/09, Carrols Corp./Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) en Giulio Gambettola

    (Zaak C-171/12 P)

    2012/C 174/30

    Procestaal: Spaans

    Partijen

    Rekwirante: Carrols Corp. (vertegenwoordiger: I. Temiño Ceniceros, advocaat)

    Andere partijen in de procedure: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) en Giulio Gambettola

    Conclusies

    het arrest van het Gerecht van 1 februari 2012 in zaak T-291/09 in zijn geheel vernietigen;

    het in eerste aanleg gevorderde volledig toewijzen.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Het Gerecht heeft het Unierecht geschonden door inbreuk te maken op artikel 52, lid 1, sub b, van verordening nr. 207/2009 (1), zoals uitgelegd door de rechtspraak.

    In het bestreden arrest concludeert het Gerecht dat „de overeenstemming van de betrokken tekens […] bij gebreke van ieder ander relevant bewijs, kwade trouw van interveniënt niet [kan] aantonen”.

    In het arrest van 11 juni 2009, Chocoladefabriken Lindt & Sprüngli (C-529/07, Jurispr. blz. I-4893), heeft het Hof immers geoordeeld dat „de kwade trouw van de aanvrager globaal moet worden beoordeeld, met inachtneming van alle relevante factoren van het concrete geval” (punt 37 van het arrest). Door evenwel ten onrechte elk feit individueel en afzonderlijk te beoordelen, heeft het Gerecht geen globale beoordeling verricht en de bewijslast voor de verzoeker — in strijd met zijn recht op een doeltreffende voorziening in rechte — op ongerechtvaardigde wijze verzwaard.


    (1)  Verordening nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 78, blz. 1).


    Top