Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52015AP0047

    P8_TA(2015)0047 Europese langetermijninvesteringsfondsen ***I Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 10 maart 2015 over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende Europese langetermijninvesteringsfondsen (COM(2013)0462 — C7-0209/2013 — 2013/0214(COD)) P8_TC1-COD(2013)0214 Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 10 maart 2015 met het oog op de vaststelling van Verordening (EU) 2015/… van het Europees Parlement en de Raad betreffende Europese langetermijnbeleggingsinstellingen

    PB C 316 van 30.8.2016, p. 217–218 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    30.8.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 316/217


    P8_TA(2015)0047

    Europese langetermijninvesteringsfondsen ***I

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 10 maart 2015 over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende Europese langetermijninvesteringsfondsen (COM(2013)0462 — C7-0209/2013 — 2013/0214(COD))

    (Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)

    (2016/C 316/31)

    Het Europees Parlement,

    gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2013)0462),

    gezien artikel 294, lid 2, en artikel 114 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C7-0209/2013),

    gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 16 oktober 2013 (1),

    gezien het advies van het Comité van de Regio's van 30 januari 2014 (2),

    gezien de schriftelijke toezegging van de vertegenwoordiger van de Raad van 10 december 2014 om het standpunt van het Europees Parlement goed te keuren, overeenkomstig artikel 294, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien artikel 59 en artikel 61, lid 2 van zijn Reglement,

    gezien het verslag van de Commissie economische en monetaire zaken en het advies van de Begrotingscommissie (A7-0211/2014),

    gezien de op zijn plenaire vergadering van 17 april 2014 aangenomen amendementen (3),

    gezien het besluit van de conferentie van voorzitters van 18 september 2014 over onafgedane zaken van de zevende zittingsperiode,

    gezien het aanvullend verslag van de Commissie economische en monetaire zaken (A8-0021/2015),

    1.

    stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;

    2.

    verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in haar voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

    3.

    verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.


    (1)  PB C 67 van 6.3.2014, blz. 71.

    (2)  PB C 126 van 26.4.2014, blz. 8.

    (3)  Aangenomen teksten van die datum, P7_TA(2014)0448.


    P8_TC1-COD(2013)0214

    Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 10 maart 2015 met het oog op de vaststelling van Verordening (EU) 2015/… van het Europees Parlement en de Raad betreffende Europese langetermijnbeleggingsinstellingen

    (Aangezien het Parlement en de Raad tot overeenstemming zijn geraakt, komt het standpunt van het Parlement overeen met de definitieve rechtshandeling: Verordening (EU) 2015/760.)


    Top