This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52008IP0100
The European Union's role in Iraq#European Parliament recommendation to the Council of 13 March 2008 on the European Union's role in Iraq (2007/2181(INI))
Rol van de Europese Unie in Irak
Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 13 maart 2008 over de rol van de Europese Unie in Irak (2007/2181(INI))
Rol van de Europese Unie in Irak
Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 13 maart 2008 over de rol van de Europese Unie in Irak (2007/2181(INI))
PB C 66E van 20.3.2009, p. 75–81
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
20.3.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
CE 66/75 |
Rol van de Europese Unie in Irak
P6_TA(2008)0100
Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 13 maart 2008 over de rol van de Europese Unie in Irak (2007/2181(INI))
(2009/C 66 E/15)
Het Europees Parlement,
— |
onder verwijzing naar de ontwerpaanbeveling aan de Raad, ingediend door Ana Maria Gomes namens de PSE, over de rol van de Europese Unie in Irak (B6-0328/2007), |
— |
onder verwijzing naar zijn eerdere resoluties over Irak, als laatste die van 25 oktober 2007 (1), |
— |
onder verwijzing naar zijn resolutie van 12 juli 2007 over de humanitaire situatie van Iraakse vluchtelingen (2), |
— |
gezien de besluiten van zijn Conferentie van voorzitters van 15 november en 6 december 2007 over de samenstelling en het mandaat van een ad-hoc delegatie voor betrekkingen met Irak, |
— |
gezien de conclusies van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen over de betrokkenheid van de EU in Irak van 23-24 april, 15-16 oktober en 19-20 november 2007, |
— |
gezien de Mededeling van de Commissie van 7 juni 2006 getiteld „Aanbevelingen voor een hernieuwd engagement van de Europese Unie met Irak” (COM(2006)0283), |
— |
gezien het op 3 mei 2007 in Sharm el-Sheik (Egypte) gelanceerde „International Compact with Iraq”, |
— |
gelet op resoluties 1546(2004) van 8 juni 2004 , 1770(2007) van 10 augustus 2007 en 1790(2007), van 18 december 2007 inzonderheid Bijlagen I en II daarvan van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, |
— |
gelet op het Gemeenschappelijk Optreden 2005/190/GBVB van de Raad van 7 maart 2005 inzake de geïntegreerde rechtsstaatmissie van de Europese Unie voor Irak, EUJUST LEX (3), gebaseerd op het Europees veiligheids- en defensiebeleid (EVDB), en op latere gemeenschappelijke optredens waarbij dit is gewijzigd en waarbij het mandaat voor de missie is uitgebreid, |
— |
gezien de Europese veiligheidsstrategie „Een veiliger Europa in een betere wereld” van 12 december 2003, |
— |
gezien de Europese consensus inzake ontwikkeling van 22 november 2005, |
— |
onder verwijzing naar zijn resolutie van 1 juni 2006 over de situatie van vrouwen in gewapende conflicten en hun rol in de wederopbouw erna (4), |
— |
gezien de Vierde Conventie van Genève van 12 augustus 1949 betreffende de bescherming van burgers in oorlogstijd en de eraan gehechte protocollen I en II, en met name bezorgd over het geweld waarvan humanitair personeel en degenen die werkzaam zijn in de gezondheids- of geestelijke zorg, bij de uitoefening van hun taken het slachtoffer zijn, |
— |
onder verwijzing naar zijn resolutie van 1 juni 2006 over kleine en middelgrote ondernemingen in ontwikkelingslanden (5), |
— |
gelet op artikel 114, lid 3 van zijn Reglement, |
— |
gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken over de rol van de Europese Unie in Irak (A6-0052/2008), |
A. |
overwegende dat de Republiek Irak sinds 2005 twee meerpartijenverkiezingen heeft gehouden, een grondwet heeft aangenomen per referendum, de basis heeft gelegd voor een federale staat en is begonnen aan het moeilijke proces van het opbouwen van democratische instellingen, |
B. |
overwegende dat zowel de Iraakse samenleving als haar politieke leiderschap ten diepste verdeeld is en dat de veiligheidssituatie in sommige delen van het land uiterst precair blijft, |
C. |
overwegende dat Irak gebukt gaat onder sektarische strijd en oproer en ook wordt geteisterd door algehele wetteloosheid, |
D. |
overwegende dat er een verbetering heeft plaatsgevonden in de veiligheidssituatie in de Republiek Irak, maar dat de Iraakse troepen voor de uitdaging gesteld blijven om deze verbetering te ondersteunen en te consolideren met internationale steun; overwegende voorts dat serieuze pogingen tot wederopbouw en duurzame ontwikkeling en het vermogen van de EU om het Iraakse volk te helpen afhankelijk blijven van een voortdurende verbetering van de politieke en veiligheidssituatie, |
E. |
overwegende dat het Iraakse openbare bestuur gedurende decennia van dictatoriaal gezag meer gericht was op het onder de duim houden van de bevolking dan op openbare diensten en dat de jaren van strikt gecentraliseerd bestuur door de Ba'ath-partij hebben geleid tot ernstige tekortkomingen in het vermogen van de Irakezen om de begroting te beheren en op gepaste wijze om te gaan met de financiële middelen met als gevolg dat de publieke sector tegenwoordig kwetsbaar en verzwakt is en geen volledig ontwikkelde cultuur heeft waarin het verlenen van openbare diensten aan de burgers van Irak de prioriteit heeft, |
F. |
overwegende dat de buurlanden zich moeten onthouden van elke vorm van inmenging in de binnenlandse aangelegenheden van Irak en respect moeten hebben voor de onafhankelijkheid, soevereiniteit en territoriale integriteit van het land en voor de wens van de Iraakse bevolking om op eigen kracht het constitutionele en politieke stelsel van het land op te bouwen, |
G. |
overwegende dat dit conflict inmiddels heeft geleid tot de ontheemding van 2,4 miljoen mensen in Irak en 2,28 miljoen vluchtelingen in buurlanden, vooral Syrië en Jordanië, |
H. |
overwegende dat de Koerdische regio in Irak een regio is waar een mate van veiligheid en stabiliteit is gegarandeerd en waar internationale ontwikkelingssamenwerking en particuliere investeringen stijgen, |
I. |
overwegende dat de EU als wereldwijde speler haar verantwoordelijkheden zou moeten nemen voor het opbouwen van een nieuw democratisch Irak en overwegende dat het beleid van de EU ten aanzien van Irak zou moeten worden gezien binnen de bredere context van het strategische partnerschap van de EU met het Middellandse Zeegebied en het Midden-Oosten, |
J. |
overwegende dat de EU een meer strategische aanpak nodig heeft voor het steunen van Irak in het proces van het opbouwen van een democratische federale staat; overwegende dat de EU erkent dat haar vermogen om effectieve steun te kunnen verlenen staat of valt met een sterk partnerschap met het Iraakse volk en met een blijvende verbintenis van de regering van Irak om zorg te dragen voor de veiligheid van haar bevolking, verzoening, bereidheid tot samenwerken, inspanningen voor het opbouwen van capaciteiten en democratie en het bestrijden van corruptie, en het waarborgen van transparantie en effectiviteit, daar dit fundamentele voorwaarden zijn voor een grotere rol van de Europese Unie in Irak; overwegende dat de belangrijkste uitdagingen voor de wederopbouw op het institutionele en maatschappelijke vlak liggen, namelijk de capaciteitsopbouw van instellingen en bestuursorganen, versterking van de rechtsorde, wetshandhaving en respect voor de mensenrechten, |
K. |
overwegende dat de EU heeft gewezen op de noodzaak van de tenuitvoerlegging van een meerjarenplanning van de werkzaamheden, die verder gaat dan de huidige jaarlijkse planning op basis van bijzondere maatregelen, om de effectiviteit van haar hulp te kunnen verbeteren, |
L. |
overwegende dat de EU het gebruik van haar middelen moet afstemmen op de specifieke interne, regionale en humanitaire uitdagingen waarvoor Irak wordt gesteld; overwegende dat effectiviteit, transparantie en zichtbaarheid fundamentele voorwaarden zijn voor een grotere rol van de EU in Irak, |
M. |
overwegende dat Irak er nu slechter voorstaat dan in de jaren zeventig van de vorige eeuw toen het een land met een gemiddeld inkomensniveau was en dat de EU de inzet van haar middelen dienovereenkomstig dient aan te passen, |
N. |
overwegende dat de Commissie sinds december 2005 een kleine delegatie in Bagdad heeft, waarvan de operationele afdeling is gevestigd in Amman, en het erg moeilijk vindt om te werken in bepaalde gebieden, met name Bagdad, als gevolg van militaire maatregelen en de veiligheidssituatie, |
O. |
overwegende dat de Commissie sinds 2003 meer dan 800 miljoen euro heeft uitgetrokken om Irak te helpen (voornamelijk door middel van de Faciliteit inzake een internationaal wederopbouwfonds voor Irak (IRFFI)), en overwegende dat de EU sinds 2005 rechtstreeks betrokken is geweest bij het verbeteren van de rechtsorde in het land door middel van haar EVDB-missie EUJUST LEX; overwegende dat het mandaat van EUJUST LEX nog één keer is verlengd, |
P. |
overwegende dat de Iraakse regering, de Wereldbank en de Verenigde Naties op 3 mei 2007 overeenstemming hebben bereikt over het „International Compact with Iraq” als de visie van de Iraakse regering voor de komende vijf jaar en als voornaamste referentie voor de betrokkenheid van de internationale gemeenschap bij het land, met de volledige steun van de Europese Unie als een van de belangrijkste donoren, |
Q. |
overwegende dat het mandaat van de VN-missie in Irak onlangs aanzienlijk is uitgebreid door de bovengenoemde resolutie 1770(2007) van de Veiligheidsraad van de VN, |
R. |
overwegende dat de jaren van het Ba'ath-regime en de tientallen jaren oorlog een samenleving hebben achtergelaten die getraumatiseerd is door oorlog, repressie en etnische zuivering (onder meer door middel van aanvallen met chemische wapens zoals in Halabja) en internationale onverschilligheid tegenover deze misdaden, en voorts overwegende dat de internationale gemeenschap en in het bijzonder die landen die de invasie hebben gesteund, de wettelijke en morele plicht en ook een veiligheidsbelang hebben om de Iraakse bevolking te steunen en dat de Europese Unie, in samenwerking met andere internationale donoren, snel en creatief alle relevante tot haar beschikking staande instrumenten moet mobiliseren om haar bijdrage te leveren, |
S. |
overwegende dat het Europees Parlement vastbesloten is zijn betrekkingen met de Iraakse Raad van Vertegenwoordigers verder te ontwikkelen, onder meer door middel van formele banden, |
1. |
beveelt de Raad aan:
|
2. |
beklemtoont dat het gehecht is aan de beginselen en de praktijk van de parlementaire democratie; verwijst in dit verband naar zijn initiatief in de begroting voor 2008 voor het steunen van de opbouw van democratie met parlementen in derde landen, zijn toezegging om actief steun te verlenen aan de Iraakse Raad van Vertegenwoordigers door hulp te bieden bij de capaciteitsopbouw en zijn inzet om door middel van zijn ad hoc-delegatie voor Irak de bilaterale betrekkingen te stimuleren; is dan ook vastbesloten om de verdere ontwikkeling van de Iraakse Raad van Vertegenwoordigers te steunen door:
|
3. |
verzoekt zijn Voorzitter deze aanbeveling te doen toekomen aan de Raad en, ter kennisgeving, aan de Commissie en de regeringen en parlementen van de lidstaten en de regering en de Raad van Vertegenwoordigers van de Republiek Irak. |
(1) Aangenomen teksten, P6_TA(2007)0481.
(2) Aangenomen teksten, P6_TA(2007)0357.
(3) PB L 62 van 9.3.2005, blz. 37.
(4) PB C 298 E van 8.12.2006, blz. 287.
(5) PB C 298 E van 8.12.2006, blz. 171.
(6) Zie Verordening (EG) nr. 1717/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot invoering van een stabiliteitsinstrument (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 1).
(7) Zie Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).
(8) Zie Verordening (EG) nr. 1889/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld (PB L 386 van 29.12.2006, blz. 1).