Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52007PC0615

    Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

    /* COM/2007/0615 def. */

    52007PC0615

    Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief /* COM/2007/0615 def. */


    [pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

    Brussel, 17.10.2007

    COM(2007) 615 definitief

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN DE RAAD

    tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

    (door de Commissie ingediend)

    TOELICHTING

    1) ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL |

    Motivering en doel van het voorstel De bepalingen inzake het forfaitaire douanerecht zijn sinds 1997 niet gewijzigd. Sindsdien zijn de rechten van het gemeenschappelijke douanetarief (GDT) op goederen die normalerwijze door reizigers in hun persoonlijke bagage worden ingevoerd of die in kleine zendingen aan particulieren worden gezonden met ongeveer 20% verlaagd. Daarom moet het forfaitaire douanerecht dat bij die gelegenheden wordt toegepast met één procentpunt worden verlaagd, namelijk tot 2,5%, om ervoor te zorgen dat ook particulieren van deze verlagingen kunnen profiteren. Gezien de stijging van de prijzen, binnen en buiten de EG, van goederen die normalerwijze bij die gelegenheden worden ingevoerd en het toegenomen aantal reizigers en particuliere zendingen, moet ook het plafond van het forfaitaire recht tot € 700 worden opgetrokken om de douaneafhandeling in deze situaties te vereenvoudigen. |

    Algemene context De herziening van deze bepalingen moet worden gezien in het licht van de wijziging van de douane- en BTW-vrijstellingen die van toepassing zijn op goederen die in de persoonlijke bagage van reizigers worden ingevoerd. Voorts moet deze herziening als een maatregel worden beschouwd ter vereenvoudiging van de douaneafhandeling van kleine zendingen die voor niet-commerciële doeleinden door particulieren aan particulieren worden gezonden. |

    Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief. |

    Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU De voorgestelde wijziging is in overeenstemming met de doeleinden van de Commissie op het gebied van de facilitering van het handelsverkeer en de vereenvoudiging van douanecontroles. |

    2) RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING |

    Raadpleging van belanghebbenden |

    Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten De leden van het Comité Douanewetboek – Algemene Wetgeving - werden schriftelijk geraadpleegd. Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden De leden van het Comité hebben geen bezwaar gemaakt. |

    Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid |

    Betrokken wetenschaps- en kennisgebieden niet van toepassing Gebruikte methode niet van toepassing Belangrijkste geraadpleegde organisaties en deskundigen niet van toepassing Samenvatting van de ontvangen en gebruikte adviezen niet van toepassing Wijze waarop het deskundigenadvies beschikbaar is gemaakt voor het publiek niet van toepassing |

    Effectbeoordeling Door de voorgestelde maatregel zal er een duidelijke vermindering zijn van de noodzaak tot indeling van goederen die worden ingevoerd door naar de EG reizende particulieren of die voor niet-commerciële doeleinden in kleine zendingen door particulieren in een derde land aan particulieren in de EG worden gezonden. Daar degene die deze goederen bij de douane aangeeft doorgaans verplicht is deze overeenkomstig de bepalingen van het GDT in te delen en daar deze indeling door de douane moet worden gecontroleerd, zal het wegvallen van deze verplichting in de meeste gevallen leiden tot een aanzienlijke vereenvoudiging en versnelling van de administratieve procedure om de goederen in het vrije verkeer te brengen, waardoor de douaneafhandeling efficiënter zal worden. |

    3) JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL |

    Samenvatting van de voorgestelde maatregel Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief. |

    Rechtsgrond Artikel 26 |

    Subsidiariteitsbeginsel Het voorstel betreft een gebied dat onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap valt. Het subsidiariteitsbeginsel is derhalve niet van toepassing. |

    Evenredigheidsbeginsel niet van toepassing |

    Keuze van instrumenten |

    Voorgesteld(e) instrument(en): verordening. |

    Andere instrumenten zouden om de volgende reden(en) ongeschikt zijn. Krachtens artikel 26 van het EG-Verdrag moeten de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief op voorstel van de Commissie door de Raad met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen worden vastgesteld. |

    4) GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING |

    Derving van douanerechten voor een bedrag van naar raming € 7,5 miljoen. |

    5) AANVULLENDE INFORMATIE |

    Vereenvoudiging |

    Het voorstel betekent ook een vereenvoudiging van de douaneafhandeling van goederen die in de in de verordening vermelde bijzondere omstandigheden worden ingevoerd. |

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN DE RAAD

    tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 26,

    Gelet op het voorstel van de Commissie[1],

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) Volgens Titel II, punt D, van de inleidende bepalingen van de gecombineerde nomenclatuur die zijn opgenomen in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief[2], is er een forfaitair douanerecht van 3,5% ad valorem dat wordt geheven van goederen die in kleine zendingen aan particulieren worden gezonden of die zich bevinden in de persoonlijke bagage van reizigers, mits aan deze invoer elk handelskarakter vreemd is en de totale waarde van die goederen niet meer is dan € 350 per zending of per reiziger.

    (2) Het forfaitaire recht van 3,5% ad valorem en het plafond van € 350 zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 866/97 van de Raad van 12 mei 1997 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 wat betreft de inleidende bepalingen van de tarief- en statistieknomenclatuur [3] . Deze bepalingen zijn sindsdien niet gewijzigd.

    (3) Sinds 1997 zijn de douanerechten op goederen die normalerwijze door reizigers in hun persoonlijke bagage worden ingevoerd of die in kleine zendingen aan particulieren worden gezonden met ongeveer 20% verlaagd. Daarom moet het forfaitaire recht met één procentpunt tot 2,5% worden verlaagd. Dit recht moet alleen worden toegepast op goederen die volgens het gemeenschappelijk douanetarief niet vrij van rechten kunnen worden ingevoerd.

    (4) Gezien de stijging van de prijzen, binnen en buiten de EG, van goederen die normalerwijze bij die gelegenheden worden ingevoerd en het toegenomen aantal reizigers en particuliere zendingen, moet het plafond tot € 700 worden opgetrokken om de douaneafhandeling in deze situaties te vereenvoudigen.

    (5) Verordening (EEG) nr. 2658/87 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Bijlage I, Eerste deel, Titel II, bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 wordt als volgt gewijzigd:

    1) Punt D.1 wordt vervangen door:

    "1. Een forfaitair douanerecht van 2,5% ad valorem is van toepassing op goederen die deel uitmaken van zendingen die door een particulier aan een andere particulier worden gezonden of van de persoonlijke bagage van reizigers, mits aan deze invoer elk handelskarakter vreemd is.

    Dit forfaitaire douanerecht van 2,5% is van toepassing wanneer de intrinsieke waarde van de aan invoerrechten onderworpen goederen, per zending of per reiziger, niet meer dan € 700 is.

    Van dit forfaitaire douanerecht zijn uitgesloten goederen die volgens het douanetarief vrij van rechten kunnen worden ingevoerd en goederen van hoofdstuk 24 die deel uitmaken van een zending of de persoonlijke bagage van reizigers in hoeveelheden die groter zijn dan die welke zijn vermeld in artikel 31 of artikel 45 van Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad[4]."

    2) In punt D.3 wordt "artikelen 29 tot en met 31 en 45 tot en met 49 van Verordening (EEG) nr. 918/83" vervangen door "artikelen 29 tot en met 31 en artikel 45 van Verordening (EEG) nr. 918/83."

    3) In punt D.4 wordt 350 €" vervangen door "€ 700".

    4) In punt D.5 wordt 350 €" vervangen door "€ 700".

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie .

    Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2008.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, op

    Voor de Raad

    De voorzitter

    FINANCIEEL MEMORANDUM VOOR VOORSTELLEN DIE UITSLUITEND GEVOLGEN HEBBEN VOOR DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE BEGROTING

    1. BENAMING VAN HET VOORSTEL:

    Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief.

    2. BEGROTINGSONDERDELEN:

    Hoofdstuk en artikel: Hoofdstuk 12 art. 120

    Het verlies voor de volgende jaren dat vermeld staat in de kolom "geldigheidsduur" zal afzonderlijk worden berekend bij volgende verordeningen.

    Voor het jaar 2008 ingeschreven bedrag: € 16 431 900 000

    3. FINANCIËLE GEVOLGEN

    ( Het voorstel heeft geen financiële gevolgen

    X Het voorstel heeft geen financiële gevolgen voor de uitgaven maar wel voor de ontvangsten, namelijk:

    (in miljoen euro, tot op 1 decimaal)

    Begrotings-onderdeel | Ontvangsten[5] | Periode van 12 maanden vanaf dd/mm/jjjj | [Jaar 2008] |

    Artikel 120 | Gevolgen voor eigen middelen | 1/1/2008 | - 7,5 |

    4. FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN

    5. ANDERE OPMERKINGEN

    Geraamde kosten van de huidige maatregel

    Er zijn geen gegevens over de waarde van de goederen waarop bij invoer het forfaitaire recht wordt toegepast. Voor de berekening van de geraamde inkomstenderving werd daarom uitgegaan van de veronderstelling dat het forfaitaire recht van toepassing is op ongeveer 10 miljoen aangiften ten invoer met een gemiddelde waarde van € 100 . Dit zou leiden tot een verlies aan inkomsten van € 100 * 10 miljoen = € 1 000 miljoen * 1,0 % = € 10,0 miljoen – 25 % = € 7,5 miljoen.

    Gevolgen van de maatregel

    Door de voorgestelde maatregel zal er een duidelijke vermindering zijn van de noodzaak goederen in te delen die door naar de EG reizende particulieren of die voor niet-commerciële doeleinden in kleine zendingen door particulieren in een derde land aan particulieren in de EG worden gezonden. Daar degene die de in te voeren goederen bij de douane aangeeft doorgaans verplicht is deze overeenkomstig de bepalingen van het GDT in te delen en daar deze indeling door de douane moet worden gecontroleerd, zal het wegvallen van deze verplichting in de meeste gevallen leiden tot een aanzienlijke vereenvoudiging en versnelling van de administratieve procedure om de goederen in het vrije verkeer te brengen, waardoor de douaneafhandeling efficiënter zal worden.

    [1] PB C […] van […], blz. […].

    [2] PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 580/2007 (PB L 137 van 30.5.2007, blz.1).

    [3] PB L 124 van 16.5.1997, blz. 1.

    [4] PB L 105 van 23.4.1983, blz. 1.

    [5] Wat de traditionele eigen middelen betreft (landbouwheffingen, suikerheffingen, douanerechten) moeten de aangegeven bedragen nettobedragen zijn, dat wil zeggen de brutobedragen na aftrek van 25% inningskosten.

    Top