Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32017D2408

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2408 van de Raad van 18 december 2017 waarbij de Republiek Letland wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

PB L 342 van 21.12.2017, p. 8–9 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 10/09/2020

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2017/2408/oj

21.12.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 342/8


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2017/2408 VAN DE RAAD

van 18 december 2017

waarbij de Republiek Letland wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (1), en met name artikel 395,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op grond van artikel 287, punt 10, van Richtlijn 2006/112/EG mag Letland belastingplichtigen vrijstellen van btw wier jaaromzet niet hoger is dan de tegenwaarde in de nationale munteenheid van 17 200 EUR tegen de op de dag van zijn toetreding geldende omrekeningskoers.

(2)

Bij Uitvoeringsbesluit 2010/584/EU van de Raad (2) werd Letland gemachtigd om — bij wijze van uitzondering — belastingplichtigen met een jaaromzet van niet meer dan 50 000 EUR tot 31 december 2013 van btw vrij te stellen. Die maatregel werd verlengd bij Uitvoeringsbesluit 2014/796/EU van de Raad (3), dat op 31 december 2017 verstrijkt.

(3)

Bij brief van 3 juli 2017, ingekomen bij de Commissie, heeft Letland verzocht om machtiging tot verlenging van een bijzondere maatregel om te kunnen blijven afwijken van artikel 287, punt 10, van Richtlijn 2006/112/EG en om verlaging van de vrijstellingsdrempel tot 40 000 EUR (de „bijzondere maatregel”).

(4)

Overeenkomstig artikel 395, lid 2, van Richtlijn 2006/112/EG heeft de Commissie bij brief van 13 september 2017 de overige lidstaten van het verzoek van Letland in kennis gesteld. De Commissie heeft Letland bij brief van 14 september 2017 meegedeeld dat zij over alle gegevens beschikte die zij nodig achtte voor de beoordeling van het verzoek.

(5)

Aangezien de bijzondere maatregel tot minder btw-verplichtingen leidt voor kleine bedrijven, dient Letland te worden gemachtigd deze gedurende een beperkte periode in tijd, tot en met 31 december 2020 toe te passen. Het moet voor belastingplichtigen mogelijk blijven om voor het normale btw-stelsel te kiezen.

(6)

Op basis van door Letland verstrekte gegevens zal de bijzondere maatregel geen noemenswaardige invloed hebben op de totale belastingopbrengst in het stadium van het eindverbruik.

(7)

Aangezien de artikelen 281 tot en met 294 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende de bijzondere regeling voor kleine ondernemingen momenteel worden geëvalueerd, is het mogelijk dat een richtlijn tot wijziging van deze bepalingen tegen 31 december 2020 in werking zal treden.

(8)

De bijzondere maatregel heeft geen gevolgen voor de eigen middelen van de Unie uit de btw omdat Letland een compensatieberekening zal verrichten overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 van de Raad (4),

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In afwijking van artikel 287, punt 10, van Richtlijn 2006/112/EG wordt de Republiek Letland gemachtigd om belastingplichtigen met een jaaromzet van niet meer dan 40 000 EUR van btw vrij te stellen.

Artikel 2

Dit besluit wordt van kracht op de dag van kennisgeving ervan.

Dit besluit is van toepassing vanaf 1 januari 2018 tot en met 31 december 2020 of tot de inwerkingtreding van een richtlijn tot wijziging van de artikelen 281 tot en met 294 van Richtlijn 2006/112/EG, indien deze datum eerder valt.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de Republiek Letland.

Gedaan te Brussel, 18 december 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

K. SIMSON


(1)  PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsbesluit 2010/584/EU van de Raad van 27 september 2010 waarbij de Republiek Letland wordt gemachtigd een maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 256 van 30.9.2010, blz. 29).

(3)  Uitvoeringsbesluit 2014/796/EU van de Raad van 7 november 2014 waarbij de Republiek Letland wordt gemachtigd een maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 330 van 15.11.2014, blz. 46).

(4)  Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 van de Raad van 29 mei 1989 betreffende de definitieve uniforme regeling voor de inning van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (PB L 155 van 7.6.1989, blz. 9).


Top