Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32010R1004

    Verordening (EU) nr. 1004/2010 van de Commissie van 8 november 2010 tot verlaging van bepaalde vangstquota voor 2010 wegens overbevissing in het voorgaande jaar

    PB L 291 van 9.11.2010, p. 31–35 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 21/07/2011

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2010/1004/oj

    9.11.2010   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 291/31


    VERORDENING (EU) Nr. 1004/2010 VAN DE COMMISSIE

    van 8 november 2010

    tot verlaging van bepaalde vangstquota voor 2010 wegens overbevissing in het voorgaande jaar

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006 (1), en met name artikel 105, lid 1,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De vangstquota voor 2009 zijn vastgesteld bij:

    Verordening (EG) nr. 1322/2008 van de Raad van 28 november 2008 tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de Oostzee van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (2),

    Verordening (EG) nr. 1139/2008 van de Raad van 10 november 2008 tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden welke in de Zwarte Zee van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (3),

    Verordening (EG) nr. 1359/2008 van de Raad van 28 november 2008 tot vaststelling, voor 2009 en 2010, van de vangstmogelijkheden voor vaartuigen van de Gemeenschap voor bepaalde bestanden van diepzeevissen (4), en

    Verordening (EG) nr. 43/2009 van de Raad van 16 januari 2009 tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften.

    (2)

    De vangstquota voor 2010 zijn vastgesteld bij:

    Verordening (EG) nr. 1359/2008 van de Raad,

    Verordening (EG) nr. 1226/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling, voor 2010, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden in de Oostzee en van de bij die visserij in acht te nemen voorschriften (5),

    Verordening (EG) nr. 1287/2009 van de Raad van 27 november 2009 tot vaststelling, voor 2010, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden welke in de Zwarte Zee van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (6),

    Verordening (EU) nr. 53/2010 van de Raad van 14 januari 2010 tot vaststelling, voor 2010, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de EU en, voor vaartuigen van de EU, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1359/2008, Verordening (EG) nr. 754/2009, Verordening (EG) nr. 1226/2009 en Verordening (EG) nr. 1287/2009 (7).

    (3)

    Overeenkomstig artikel 105, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1224/2009 moet de Commissie, wanneer zij vaststelt dat een lidstaat de hem toegewezen vangstquota heeft overschreden, de toekomstige vangstquota van die lidstaat verlagen.

    (4)

    Sommige lidstaten hebben hun vangstquota voor 2009 overschreden. Het is dan ook dienstig de aan die lidstaten voor 2010 toegewezen vangstquota te verlagen.

    (5)

    Bij Verordening (EG) nr. 649/2009 van de Commissie (8) zijn de vangstquota voor 2009 verlaagd wegens overschrijding van de quota in 2008. Voor sommige lidstaten waren de toe te passen verlagingen evenwel groter dan hun quota voor 2009 en konden die verlagingen in dat jaar niet volledig worden uitgevoerd. Om te garanderen dat ook in dergelijke gevallen de volledige verlaging wordt toegepast, moeten de resterende hoeveelheden in rekening worden gebracht bij de vaststelling van de verlagingen van de quota voor 2010.

    (6)

    De bij deze verordening vastgestelde verlagingen moeten gelden onverminderd de quotaverlagingen voor 2010 die zijn vastgesteld bij:

    Verordening (EG) nr. 147/2007 van de Commissie van 15 februari 2007 tot aanpassing van bepaalde vangstquota voor de periode van 2007 tot en met 2012 overeenkomstig artikel 23, lid 4, van Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (9) en

    Verordening (EG) nr. 635/2008 van de Commissie van 3 juli 2008 houdende aanpassing, op grond van Verordening (EG) nr. 338/2008 van de Raad, van de aan Polen toe te wijzen quota voor de vangst van kabeljauw in de Oostzee (deelsectoren 25-32, EG-wateren) in de periode 2008-2011 (10).

    (7)

    In artikel 105, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1224/2009 is bepaald dat de vangstquota moeten worden verlaagd door toepassing van bepaalde vermenigvuldigingsfactoren die in dat lid zijn vastgesteld.

    (8)

    Aangezien de toe te passen verlagingen evenwel gelden voor overbevissing in 2009 en dus voor een periode waarin Verordening (EG) nr. 1224/2009 nog niet van toepassing was, is het, met het oog op de juridische voorspelbaarheid, wenselijk te voorzien in verlagingen die niet stringenter zijn dan die welke zouden zijn voortgevloeid uit de toepassing van de op dat ogenblik van kracht zijnde voorschriften, namelijk artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 847/96 tot invoering van aanvullende voorwaarden voor het meerjarenbeheer van de TAC's en quota (11),

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1.   De vangstquota die zijn vastgesteld bij de Verordeningen (EG) nr. 1226/2009, (EG) nr. 1287/2009, (EG) nr. 1359/2008 en (EU) nr. 53/2010 worden verlaagd zoals aangegeven in de bijlage.

    2.   Lid 1 is van toepassing onverminderd de verlagingen waarin is voorzien bij de Verordeningen (EG) nr. 147/2007 en (EG) nr. 635/2008.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 8 november 2010.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    José Manuel BARROSO


    (1)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.

    (2)  PB L 345 van 23.12.2008, blz. 1.

    (3)  PB L 308 van 19.11.2008, blz. 3.

    (4)  PB L 352 van 31.12.2008, blz. 1.

    (5)  PB L 330 van 16.12.2009, blz. 1.

    (6)  PB L 347 van 24.12.2009, blz. 1.

    (7)  PB L 21 van 26.1.2010, blz. 1.

    (8)  PB L 192 van 24.7.2009, blz. 14.

    (9)  PB L 46 van 16.2.2007, blz. 10.

    (10)  PB L 176 van 4.7.2008, blz. 8.

    (11)  PB L 115 van 9.5.1996, blz. 1.


    BIJLAGE

    Lid- staat

    Soort- code

    Gebieds- code 2009

    Soortnaam

    Gebiedsnamen 2009

    Sanctie art. 5, lid 2 V. 847/96

    Definitief quotum 2009

    Marge

    Totale aangepaste hoeveelheid 2009

    Vangsten onder bijzondere voorwaarden 2009

    Vangsten 2009

    Totale vangsten 2009

    %

    In mindering gebrachte hoeveelheid

    Oorspronkelijke hoeveelheid 2010

    Nog voor 2009 in mindering te brengen hoeveel- heid (V. 649/09)

    Herziene hoeveelheid 2010

    Nog in mindering te brengen saldo

    BGR

    TUR

    F3742C

    Tarbot

    Zwarte Zee

    j

    50,00

    0,0

    50,00

    0,0

    52,26

    52,26

    104,5 %

    –2,26

    48,00

     

    46

     

    DEU

    PLE

    3BCD-C

    Schol

    EG-wateren van de deelsectoren 22-32

    j

    305,00

    0,0

    305,00

    0,0

    314,70

    314,70

    103,2 %

    –9,70

    242,00

     

    232

     

    DNK

    DGS

    03A-C.

    Doornhaai/hondshaai

    EG-wateren van IIIa

    j

    36,00

    0,0

    36,00

    0,0

    51,10

    51,10

    141,9 %

    –15,10

    3,00

     

     

    12

    ESP

    BLI

    67-

    Blauwe leng

    VI en VII (Gemeenschapswateren en niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van derde landen vallende wateren)

    j

    68,00

    0,0

    68,00

    0,0

    187,60

    187,60

    275,9 %

    – 159,96

    57,00

     

     

    103

    EST

    COD

    3BC+24

    Kabeljauw

    EG-wateren van de deelsectoren 22-24

    j

    190,00

    0,0

    190,00

    0,0

    192,50

    192,50

    101,3 %

    –2,50

    171,00

     

    169

     

    EST

    HER

    03D.RG

    Haring

    Deelsector 28.1

    j

    16 113,00

    0,0

    16 113,00

    0,0

    17 279,00

    17 279,00

    107,2 %

    –1 166,00

    16 809,00

     

    15 643

     

    EST

    RED

    N3M.

    Roodbaars

    NAFO 3M

    j

    1 540,00

    0,0

    1 540,00

    0,0

    2 182,10

    2 182,10

    141,7 %

    – 729,54

    1 571,00

     

    841

     

    EST

    SPR

    03A.

    Sprot

    IIIa

    j

    0,00

    0,0

    0,00

    0,0

    0,00

    0,00

    0,0 %

    0,00

    0,00

    – 150,00

     

    150

    FRA

    BLI

    245-

    Blauwe leng

    Gemeenschapswateren en niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van derde landen vallende wateren van II, IV en V

    n

    51,00

    0,0

    51,00

    0,0

    59,50

    59,50

    116,7 %

    –8,50

    25,00

     

    17

     

    GRC

    BFT*

    AE045W

    Blauwvintonijn

    Atlantische Oceaan, ten oosten van 45° WL, en de Middellandse Zee

    n

    362,40

    0,0

    362,40

    0,0

    373,10

    373,10

    103,0 %

    –10,70

    130,30

     

    120

     

    IRL

    HER

    1/2.

    Haring

    EG-wateren en internationale wateren van I en II

    j

    9 965,00

    8 539,0

    18 504,00

    9 560,1

    9 333,70

    18 893,80

    102,1 %

    – 389,80

    8 563,00

     

    8 173

     

    IRL

    HER

    *2AJMN

    Haring

    Noorse wateren ten noorden van 62° NB en de visserijzone rond Jan Mayen

    j

    8 539,00

    0,0

    8 539,00

    0,0

    9 560,10

    9 560,10

    112,0 %

    –1 037,82

    7 707,00

     

    6 669

     

    IRL

    HAD

    7X7A34

    Schelvis

    VIIb-k, VIII, IX en X; EU-wateren van CECAF 34.1.1

    j

    2 965,00

    0,0

    2 965,00

    0,0

    2 984,00

    2 984,00

    100,6 %

    –19,00

    2 573,00

     

    2 554

     

    NLD

    PLE

    03AN.

    Schol

    Skagerrak

    j

    303,00

    0,0

    303,00

    0,0

    305,60

    305,60

    100,9 %

    –2,60

    910,00

     

    907

     

    NLD

    OTH

    4AB-N

    Andere soorten

    Noorse wateren van IV

    j

    64,00

    0,0

    64,00

    0,0

    68,90

    68,90

    107,7 %

    –4,90

    200,00

     

    195

     

    NLD

    BSF

    56712-

    Zwarte haarstaartvis

    Gemeenschapswateren en niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van derde landen vallende wateren van V, VI, VII en XII

    n

    0,00

    0,0

    0,00

    0,0

    0,00

    0,00

    0,0 %

    0,00

    0,00

    –5,00

     

    5

    NLD

    SBR

    678-

    Zeebrasem

    VI, VII en VIII (EG-wateren en niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van derde landen vallende wateren)

    n

    15,00

    0,0

    15,00

    0,0

    6,60

    6,60

    44,0 %

    0,00

    0,00

    –6,00

     

    6

    POL

    COD

    1/2B.

    Kabeljauw

    Internationale wateren van I en IIb

    j

    1 188,00

    0,0

    1 188,00

    0,0

    1 189,60

    1 189,60

    100,1 %

    –1,60

    1 838,00

     

    1 836

     

    POL

    HER

    3BC+24

    Haring

    Deelsectoren 22-24

    j

    4 666,00

    0,0

    4 666,00

    0,0

    5 479,70

    5 479,70

    117,4 %

    – 848,41

    2 953,00

     

    2 105

     

    POL

    COD

    1N2AB.

    Kabeljauw

    Noorse wateren van I en II

    j

    0,00

    0,0

    0,00

    0,0

    0,00

    0,00

    0,0 %

    0,00

    0,00

    –2,00

     

    2

    POL

    GHL

    514GRN

    Zwarte heilbot

    Groenlandse wateren van V en XIV

    j

    1 002,00

    0,0

    1 002,00

    0,0

    974,10

    974,10

    97,2 %

    0,00

    0,00

    –2,00

     

    2

    POL

    GHL

    1N2AB.

    Zwarte heilbot

    Noorse wateren van I en II

    j

    8,00

    0,0

    8,00

    0,0

    0,00

    0,00

    0,0 %

    0,00

    0,00

    –1,00

     

    1

    POL

    RED

    514GRN

    Zwarte heilbot

    Groenlandse wateren van V en XIV

    j

    602,00

    0,0

    602,00

    0,0

    177,80

    177,80

    29,5 %

    0,00

    0,00

    –1,00

     

    1

    POL

    HAD

    2AC4.

    Schelvis

    IV; EG-wateren van IIa

    j

    80,00

    0,0

    80,00

    0,0

    0,20

    0,20

    0,3 %

    0,00

    0,00

    –16,00

     

    16

    POL

    WHB

    1X14

    Blauwe wijting

    EG-wateren en internationale wateren van I, II, III,

    j

    0,00

    0,0

    0,00

    0,0

    0,00

    0,00

    0,0 %

    0,00

    0,00

    –8,00

     

    8

    POL

    MAC

    2A34.

    Makreel

    IIIa en IV; EG-wateren van IIa, IIIb, IIIc en IIId

    j

    0,00

    0,0

    0,00

    0,0

    0,00

    0,00

    0,0 %

    0,00

    0,00

    –5,00

     

    5

    PRT

    GFB

    89-

    Gaffelkabeljauwen

    Gemeenschapswateren en niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van derde landen vallende wateren van VIII en IX

    n

    9,00

    0,0

    9,00

    0,0

    9,90

    9,90

    110,0 %

    –0,90

    10,00

     

    9

     

    PRT

    RED

    51214.

    Roodbaars

    EG-wateren en internationale wateren van V; internationale wateren van V en XIV

    j

    1 628,00

    0,0

    1 628,00

    0,0

    1 708,40

    1 708,40

    104,9 %

    –80,40

    896,00

     

    816

     

    PRT

    ANF

    8C3411

    Zeeduivel

    VIIIc, IX en X; EG-wateren van CECAF 34.1.1

    j

    328,00

    0,0

    328,00

    0,0

    338,60

    338,60

    103,2 %

    –10,60

    248,00

     

    237

     

    PRT

    HAD

    1N2AB.

    Schelvis

    Noorse wateren van I en II

    j

    395,00

    0,0

    395,00

    0,0

    357,30

    357,30

    90,5 %

    0,00

    0,00

    – 458,00

     

    458

    PRT

    POK

    1N2AB.

    Zwarte koolvis

    Noorse wateren van I en II

    j

    203,00

    0,0

    203,00

    0,0

    128,20

    128,20

    63,2 %

    0,00

    0,00

    – 294,00

     

    294

    PRT

    GHL

    1N2AB.

    Zwarte heilbot

    Noorse wateren van I en II

    j

    0,00

    0,0

    0,00

    0,0

    10,00

    10,00

    0,0 %

    –10,00

    0,00

    –1,00

     

    11

    UK

    BET

    ATLANT

    Grootoogtonijn

    Atlantische Oceaan

     

    26,30

    0,0

    26,30

    0,0

    26,30

    26,30

    100,0 %

    0,00

    0,00

    –10,00

     

    10


    Top