Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32008R0508

    Verordening (EG) nr. 508/2008 van de Commissie van 6 juni 2008 betreffende de voor de toekenning van de restitutie bij uitvoer geldende definitie van gepelde granen en geparelde granen (Gecodificeerde versie)

    PB L 149 van 7.6.2008, p. 55–58 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 27/12/2023; opgeheven door 32023R2835

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2008/508/oj

    7.6.2008   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 149/55


    VERORDENING (EG) Nr. 508/2008 VAN DE COMMISSIE

    van 6 juni 2008

    betreffende de voor de toekenning van de restitutie bij uitvoer geldende definitie van gepelde granen en geparelde granen

    (Gecodificeerde versie)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1), en met name op artikel 170, eerste alinea, juncto artikel 4,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Verordening (EEG) nr. 821/68 van de Commissie van 28 juni 1968 betreffende de voor de toekenning van de restitutie bij uitvoer geldende definitie van gepelde granen en geparelde granen (2) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (3). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze verordening te worden overgegaan.

    (2)

    De restitutie bij uitvoer moet rekening houden met de kwaliteit van het verwerkte graanproduct waarvoor deze restitutie geldt, teneinde te vermijden dat overheidsgelden bijdragen tot de uitvoer van producten van mindere kwaliteit. Het is in verband hiermede noodzakelijk een nauwkeurige, in elke lidstaat geldende, definitie vast te stellen voor de granen die in aanmerking komen voor de restitutie welke wordt toegekend voor „gepelde granen” en „geparelde granen”.

    (3)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Beheerscomité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Voor de toekenning van de restitutie bij uitvoer zijn geparelde granen en gepelde granen die welke beantwoorden aan de in bijlage I opgenomen kenmerken.

    Artikel 2

    Verordening (EEG) nr. 821/68 wordt ingetrokken.

    Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

    Artikel 3

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 2008.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 6 juni 2008.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    José Manuel BARROSO


    (1)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 361/2008 (PB L 121 van 7.5.2008, blz. 1).

    (2)  PB L 149 van 29.6.1968, blz. 46. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2007 (PB L 11 van 18.1.2007, blz. 11).

    (3)  Zie bijlage II.


    BIJLAGE I

    A.   DEFINITIES VOOR GEPELDE (GEPELDE OF GESLEPEN) EN GEPARELDE GRAANKORRELS

    I.   Onder het begrip „gepelde graankorrels” vallen gepelde of geslepen graankorrels

    1.

    Onder gepelde graankorrels:

    worden verstaan korrels van naakte granen waarvan de vruchtwand (pericarp) voor een groot deel verwijderd is, of korrels van bedekte granen (zie de toelichtingen op nr. 10.03: graankorrels), ontdaan van de doppen die stevig aan het pericarp vastzitten (bv. bij gerst) of, zoals bij haver, er zo vast om sluiten dat zij niet door dorsen enz. losgemaakt kunnen worden.

    2.

    Geslepen graankorrels:

    zijn graankorrels (bij gerst van doppen ontdane korrels), ontdaan van het grootste deel van de vruchtwand (pericarp) en de zaadhuid (testa).

    II.   Onder het begrip „geparelde graankorrels” vallen:

    1.

    Graankorrels van kwaliteitsklasse 1:

    a)

    graankorrels die beantwoorden aan de volgende definitie:

    geparelde graankorrels, voornamelijk van gerst, zijn aan alle zijden geronde graankorrels van uniforme breedte, volledig ontdaan van doppen, vruchtwand (pericarp) en kiem (embryo), en grotendeels ontdaan van zaadhuid (testa) en aleuronlaag, en

    b)

    die bovendien voldoen aan de volgende eisen:

    i)

    uniforme breedte van de korrels:

    75 % van de korrel moet binnen maximaal 20 % dm vallen (1),

    94 %, tussen 3 % en 97 % cumulatief, moet binnen maximaal 30 % dm vallen (1),

    100 % moet binnen maximaal 50 % dm vallen (1);

    ii)

    de uniforme breedte wordt gecontroleerd door zeefanalyse met behulp van zeven met ronde gaten.

    2.

    Graankorrels van kwaliteitsklasse 2:

    graankorrels die beantwoorden aan de definitie onder II, 1, a).

    B.   ZEEFANALYSE

    I.   Te gebruiken apparatuur

    1.

    Stel zeven met ronde gaten (diameter van de zeven 200 mm, diameter van de gaatjes gaande van 4,0 tot 1,0 mm, aflopend met 0,25 mm).

    2.

    Zeefmachine — af te stellen op de resultaten verkregen met handzeven — met als hulpstukjes voor het zeven kubusvormige stukjes rubber met ribben van 20 mm.

    3.

    Technische balans.

    II.   Uitvoering

    De graankorrels worden in het algemeen met zes zeven gezeefd, het stel zeven wordt afgesloten met een deksel en een bodem. De zeef met de grootste gaten wordt bovenaan geplaatst; deze zeef en de bodem moeten na het zeven leeg zijn.

    Ten minste twee gewogen hoeveelheden tussen 50 en 100 g wegende, worden gedurende vijf minuten met de hand gezeefd.

    Als hulpstukjes voor het zeven dienen kubusvormige stukjes rubber. Bij het zeven wordt het stel zeven met beide handen vastgehouden en nagenoeg horizontaal over een afstand van ca. 70 mm heen en weer geschud à raison van 120 bewegingen per minuut. Eens per minuut wordt het schudden onderbroken door een drievoudige draaiende beweging. De zeefresten worden tot op 0,1 g nauwkeurig gewogen. Hun gewicht wordt opgetekend, uitgedrukt in gewichtspercenten van de afgewogen hoeveelheid, afgerond tot gehele getallen; daarvan worden de gemiddelde waarden berekend.

    De gemiddelden in procent worden cumulatief bij elkaar geteld. Begonnen wordt met de waarde 0 % voor de zeefrest in de lege zeef met de grootste gaten. De cumulatieve percentagewaarden Σ (%) en de daarmede overeenkomende maaswijdten worden overgebracht op een op millimeterpapier getekend coördinatenstelsel, waarbij de Σ (%)-waarden op de ordinaat en de in mm uitgedrukte maaswijdten op de abscis worden uitgezet.

    De punten worden met rechte lijnen verbonden en op de aldus verkregen curve kan de mediaanwaarde dm voor Σ (%) = 50 in 1/100 mm maaswijdte worden afgelezen.


    (1)  dm = de op de curve van de zeefanalyse af te lezen mediaanwaarde bij een zeefrest van 50 %.


    BIJLAGE II

    Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

    Verordening (EEG) nr. 821/68 van de Commissie

    (PB L 149 van 29.6.1968, blz. 46)

    Verordening (EEG) nr. 1634/71 van de Commissie

    (PB L 170 van 29.7.1971, blz. 13)

    Verordening (EG) nr. 39/2007 van de Commissie

    (PB L 11 van 18.1.2007, blz. 11)


    BIJLAGE III

    Concordantietabel

    Verordening (EEG) nr. 821/68

    De onderhavige verordening

    Artikel 1

    Artikel 1

    Artikel 2

    Artikel 2

    Artikel 3

    Bijlage, Definities voor gepelde (gepelde of geslepen) en geparelde graankorrels

    Bijlage I, punt A

    Bijlage, punt A

    Bijlage I, punt A, I

    Bijlage, punt B, I, 1

    Bijlage I, punt A, II, 1, onder a)

    Bijlage, punt B, I, 2, eerste alinea, onder a), b) en c)

    Bijlage I, punt A, II, 1, onder b), i), eerste, tweede en derde streepje

    Bijlage, punt B, I, 2, tweede alinea

    Bijlage I, punt A, II, 1, onder b), ii)

    Bijlage, punt B, I, 2, derde alinea

    Noot (*)

    Bijlage, punt B, II

    Bijlage I, punt A, II, 2

    Bijlage, Zeefanalyse

    Bijlage I, punt B

    Bijlage, Te gebruiken apparatuur, eerste, tweede en derde streepje

    Bijlage I, punt B, I, 1, 2 en 3

    Bijlage, Uitvoering

    Bijlage I, punt B, II

    Bijlage II

    Bijlage III


    Top