Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32003E0496

    Gemeenschappelijk Optreden 2003/496/GBVB van de Raad van 7 juli 2003 betreffende de benoeming van een speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor de zuidelijke Kaukasus

    PB L 169 van 8.7.2003, p. 74–75 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2003

    ELI: http://data.europa.eu/eli/joint_action/2003/496/oj

    32003E0496

    Gemeenschappelijk Optreden 2003/496/GBVB van de Raad van 7 juli 2003 betreffende de benoeming van een speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor de zuidelijke Kaukasus

    Publicatieblad Nr. L 169 van 08/07/2003 blz. 0074 - 0075


    Gemeenschappelijk Optreden 2003/496/GBVB van de Raad

    van 7 juli 2003

    betreffende de benoeming van een speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor de zuidelijke Kaukasus

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 14, artikel 18, lid 5, en artikel 23, lid 2,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) De Raad heeft verklaard een actievere politieke rol te willen spelen in de zuidelijke Kaukasus (Armenië, Azerbeidzjan, Georgië).

    (2) Er moet worden gezorgd voor duidelijk afgebakende verantwoordelijkheden en voor coördinatie en samenhang van het externe optreden van de Europese Unie in de zuidelijke Kaukasus.

    (3) Op 30 maart 2000 heeft de Raad een handleiding aangenomen inzake de procedure voor de benoeming en administratieve regelingen betreffende de speciale vertegenwoordigers van de Europese Unie (SVEU's),

    HEEFT HET VOLGENDE GEMEENSCHAPPELIJK OPTREDEN VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De heer Heikki TALVITIE wordt hierbij benoemd tot SVEU voor de zuidelijke Kaukasus.

    Artikel 2

    1. Het doel van de SVEU is bij te dragen tot de verwezenlijking van de door de Raad geformuleerde en bijgewerkte beleidsdoelstellingen van de Europese Unie in de zuidelijke Kaukasus. Deze beleidsdoelstellingen omvatten het volgende:

    a) Armenië, Azerbeidzjan en Georgië helpen bij de uitvoering van politieke en economische hervormingen, met name op het gebied van de rechtsstaat, democratisering, mensenrechten, behoorlijk bestuur, ontwikkeling en de terugdringing van de armoede;

    b) overeenkomstig de bestaande mechanismen conflicten in de regio voorkomen, bijdragen tot de oplossing van conflicten en het herstel van vrede voorbereiden, onder andere door de terugkeer van vluchtelingen en intern ontheemden te bevorderen;

    c) constructieve gesprekken voeren met vooraanstaande nationale actoren uit het omliggende gebied;

    d) verdere samenwerking, onder andere op het gebied van economie, energie en vervoer, tussen de landen van de regio aanmoedigen en ondersteunen, met name tussen de landen van de zuidelijke Kaukasus;

    e) de doeltreffendheid en de zichtbaarheid van de Europese Unie in de regio verhogen.

    2. De SVEU ondersteunt de werkzaamheden van de hoge vertegenwoordiger in de regio.

    Artikel 3

    Ter verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen van artikel 2, krijgt de SVEU met name de volgende mandaten:

    a) ontwikkelen van contacten met de regeringen, de parlementen, de rechterlijke macht en de civiele maatschappij van de regio;

    b) Armenië, Azerbeidzjan en Georgië aanmoedigen om samen te werken inzake regionale thema's van gemeenschappelijk belang, zoals een gemeenschappelijke bedreiging van de veiligheid en de bestrijding van het terrorisme, illegale handel en georganiseerde criminaliteit;

    c) bijdragen tot het voorkomen van conflicten en het voorbereiden van het herstel van de vrede in de regio, onder andere door aanbevelingen voor actie in verband met de civiele maatschappij en rehabilitatie van gebieden, onverminderd de verantwoordelijkheid van de Commissie overeenkomstig het EG-Verdrag;

    d) hulp verlenen bij de oplossing van conflicten, opdat de Europese Unie met name meer steun kan verlenen aan de secretaris-generaal van de Verenigde Naties en zijn speciale vertegenwoordiger voor Georgië, de groep Vrienden van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties voor Georgië, de Minsk-groep van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE), alsook aan het mechanisme voor de oplossing van conflicten dat onder auspiciën van de OVSE voor Zuid-Ossetië is ingesteld;

    e) de EU-dialoog over de regio met de belangrijkste betrokkenen intensiveren;

    f) de Raad helpen bij de verdere ontwikkeling van een algemeen beleid voor de zuidelijke Kaukasus.

    Artikel 4

    De SVEU is verantwoordelijk voor de uitvoering van het mandaat van artikel 3, onder het gezag en de operationele leiding van de hoge vertegenwoordiger.

    De SVEU onderhoudt een bevoorrechte relatie met het Politiek en Veiligheidscomité (PVC), dat het eerste contactpunt met de Raad vormt. Het PVC zorgt binnen het kader van het mandaat voor strategische aansturing en politieke inbreng ten behoeve van de SVEU.

    De SVEU brengt in de regel persoonlijk verslag uit aan de hoge vertegenwoordiger en het PVC, alsook eventueel aan de betrokken groep. Hij zendt regelmatig schriftelijke verslagen aan de hoge vertegenwoordiger, de Raad en de Commissie.

    Met het oog op de samenhang van het externe optreden van de Europese Unie worden de activiteiten van de SVEU gecoördineerd met die van de hoge vertegenwoordiger, het voorzitterschap en de Commissie. Ter plaatse worden nauwe contacten onderhouden met het voorzitterschap, de Commissie en de missiehoofden van de EU-lidstaten. DE SVEU onderhoudt eveneens contacten met andere internationale actoren ter plaatse, met name de Verenigde Naties, de OVSE en de Raad van Europa.

    Artikel 5

    De administratieve uitgaven van de speciale vertegenwoordiger worden betaald door Finland.

    De SVEU legt verantwoording af aan de hoge vertegenwoordiger over de administratieve uitgaven, alsmede aan de Commissie over de operationele kosten van de activiteiten.

    Artikel 6

    Het voorzitterschap, de Commissie en/of de lidstaten, naar gelang van het geval, helpen de SVEU bij de uitvoering van zijn mandaat, onder andere door het verlenen van logistieke steun tijdens zijn reizen. Het secretariaat-generaal verleent waar nodig aanvullende ondersteuning.

    De voorrechten, immuniteiten en andere garanties die noodzakelijk zijn voor de uitvoering en het goede verloop van de missie van de SVEU, worden op passende wijze bepaald. De lidstaten en de Commissie verlenen daartoe alle nodige steun.

    Artikel 7

    De uitvoering van dit gemeenschappelijk optreden en de samenhang ervan met andere bijdragen van de Europese Unie aan de regio worden op gezette tijden geëvalueerd.

    Vóór de afloop van dit gemeenschappelijk optreden legt de SVEU een uitvoerig schriftelijk verslag voor aan de hoge vertegenwoordiger, de Raad en de Commissie, waarin aanbevelingen worden gedaan voor een verdere versterking van het EU-beleid voor de zuidelijke Kaukasus. Dit verslag vormt de basis voor de beoordeling van het gemeenschappelijk optreden in de betrokken groepen en door het PVC.

    In het licht van de besluiten van de Raad over de verdere ontwikkeling van het EU-beleid ten aanzien van de zuidelijke Kaukasus, doet de hoge vertegenwoordiger aanbevelingen aan het PVC met het oog op het besluit van de Raad tot verlenging, wijziging of beëindiging van het mandaat van de SVEU.

    Artikel 8

    Dit gemeenschappelijk optreden treedt in werking op 1 juli 2003.

    Het is van toepassing tot en met 31 december 2003.

    Artikel 9

    Dit gemeenschappelijk optreden wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Brussel, 7 juli 2003.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    F. Frattini

    Top