Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 22017D1308

    Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 25/2016 van 5 februari 2016 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) en bijlage IV (Energie) bij de EER-overeenkomst [2017/1308]

    PB L 189 van 20.7.2017, p. 36–37 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2017/1308/oj

    20.7.2017   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 189/36


    BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

    Nr. 25/2016

    van 5 februari 2016

    tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) en bijlage IV (Energie) bij de EER-overeenkomst [2017/1308]

    HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

    Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (hierna de „EER-overeenkomst” genoemd), en met name artikel 98,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Verordening (EU) 2015/1185 van de Commissie van 24 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp betreft voor toestellen voor lokale ruimteverwarming die vaste brandstoffen gebruiken (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (2)

    Verordening (EU) 2015/1189 van de Commissie van 28 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de eisen inzake ecologisch ontwerp voor verwarmingsketels voor vaste brandstoffen betreft (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (3)

    Bijlagen II en IV bij de EER-overeenkomst dienen derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    In hoofdstuk IV van bijlage II bij de EER-overeenkomst worden na punt 6l (Verordening (EU) nr. 1253/2014 van de Commissie) de volgende punten ingevoegd:

    „6m.

    32015 R 1185: Verordening (EU) 2015/1185 van de Commissie van 24 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor ruimteverwarmingstoestellen en combinatieverwarmingstoestellen betreft (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 1).

    6n.

    32015 R 1189: Verordening (EU) 2015/1189 van de Commissie van 28 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor ruimteverwarmingstoestellen en combinatieverwarmingstoestellen betreft (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 100).”.

    Artikel 2

    In bijlage IV bij de EER-overeenkomst worden na punt 26m (Verordening (EU) nr. 1253/2014 van de Commissie) de volgende punten ingevoegd:

    „26n.

    32015 R 1185: Verordening (EU) 2015/1185 van de Commissie van 24 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor ruimteverwarmingstoestellen en combinatieverwarmingstoestellen betreft (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 1).

    26o.

    32015 R 1189: Verordening (EU) 2015/1189 van de Commissie van 28 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor ruimteverwarmingstoestellen en combinatieverwarmingstoestellen betreft (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 100).”.

    Artikel 3

    De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordeningen (EU) 2015/1185 en (EU) 2015/1189 zijn authentiek.

    Artikel 4

    Dit besluit treedt in werking op 6 februari 2016, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (*1).

    Artikel 5

    Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Brussel, 5 februari 2016.

    Voor het Gemengd Comité van de EER

    De voorzitter

    Claude MAERTEN


    (1)  PB L 193 van 21.7.2015, blz. 1.

    (2)  PB L 193 van 21.7.2015, blz. 100.

    (*1)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


    Top