?

EUROPESE COMMISSIEEUROPEAN COMMISSION
Brussel, 5.8.2021Brussels, 5.8.2021
COM(2021) 455 finalCOM(2021) 455 final
2021/0255(NLE)2021/0255(NLE)
Voorstel voor eenProposal for a
AANBEVELING VAN DE RAADCOUNCIL RECOMMENDATION
over blended leren voor hoogwaardig en inclusief basis- en middelbaar onderwijson blended learning for high quality and inclusive primary and secondary education
(Voor de EER relevante tekst)(Text with EEA relevance)
{SWD(2021) 219 final}{SWD(2021) 219 final}
TOELICHTINGEXPLANATORY MEMORANDUM
1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL1.CONTEXT OF THE PROPOSAL
Gelijke toegang voor iedereen tot hoogwaardig onderwijs is van cruciaal belang voor zowel de economische als de sociale vooruitgang. Het onderwijsbeleid moet alle burgers de mogelijkheid bieden hun volledige potentieel te verwezenlijken en door middel van een leven lang leren hun competenties te ontwikkelen. Dit is de belangrijkste boodschap van de volgende documenten: de mededeling van de Commissie, Oprichting van een Europese pijler van sociale rechten 1 ; de visie op een Europese onderwijsruimte 2 ; het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027 3 ; de resolutie van de Raad betreffende een strategisch kader voor Europese samenwerking op het gebied van onderwijs en opleiding met het oog op de Europese onderwijsruimte en verder (2021–2030) 4 ; en de conclusies van de Raad over kansengelijkheid en inclusie in onderwijs en opleiding ter bevordering van onderwijssucces voor iedereen 5 . De verwezenlijking van deze doelstelling is nog dringender geworden gezien de uitdagingen op onderwijsgebied die tijdens de COVID‑19-pandemie naar voren zijn gekomen.Equal access for all to high-quality education is crucial for both economic and social progress. Education policy should enable all citizens to achieve their full potential and to develop their competences through lifelong learning. This is a key message of the following: the Commission Communication Establishing a European Pillar of Social Rights 1 ; the vision for a European Education Area 2 ; the Digital Education Action Plan 2021-2027 3 ; the Council Resolution on a strategic framework for European cooperation in education and training towards the European Education Area and beyond (2021-2030) 4 ; and the Council Conclusions on equity and inclusion in education and training in order to promote educational success for all 5 . Achieving this objective has become even more pressing in light of the educational challenges that were brought to the fore during the COVID‑19 pandemic.
1)Met de voorgestelde aanbeveling aan te pakken uitdagingen(1)Challenges to be addressed by the proposed recommendation
Door de sluiting van scholen en de bredere maatschappelijke beperkingen als gevolg van de COVID-19-pandemie zijn de sterke en zwakke punten van het basis- en secundair onderwijs, waaronder beroepsonderwijs en -opleiding, duidelijk geworden. De onderwijs- en opleidingsstelsels hebben blijk gegeven van een enorm vermogen om te innoveren en nieuwe benaderingen te volgen 6 , maar hebben ook aanzienlijke tekortkomingen doordat er onvoldoende bereidheid is om gebruik te maken van verschillende leeromgevingen en ‑instrumenten.School site closures and wider societal restrictions due to the COVID-19 pandemic have highlighted existing strengths and weaknesses of primary and secondary education, including vocational education and training (VET). Education and training systems have demonstrated a tremendous capacity to innovate and adopt new approaches 6 but also significant shortfalls from a lack of readiness to take advantage of different learning environments and tools.
–Voor lerenden was het leerproces vaak langzamer en minder diepgaand en liep het soms vertraging op. Het werd over het algemeen bemoeilijkt doordat er geen sprake was van systematische aanwezigheid en ritme in de klas en doordat er geen nauwe interactie met de leerkrachten en medeleerlingen was.–For learners, the learning process was often slower and less in-depth, and sometimes delayed. It was generally made more difficult due to the absence of the systematic classroom attendance and rhythm, and close interaction with teachers and fellow pupils.
–Het lichamelijke, geestelijke en emotionele welzijn kwam in bepaalde gevallen in het gedrang, omdat veel scholen geen gestructureerde activiteiten of toegang tot faciliteiten konden aanbieden en de gezondheid en motivatie van kinderen afhankelijk waren van wat hun gezin en hun thuisomgeving konden bieden 7 .–Physical, mental and emotional well-being was compromised in certain cases as many schools could not offer structured activities or access to facilities, and the health and motivation of children relied on what their families 7 and domestic environment could provide.
–Veel gezinnen en lerenden, met name uit kansarme groepen, beschikten niet over de nodige capaciteiten en middelen om thuis te leren 8 . Dit was een zorgwekkende situatie voor leerlingen die normaal gesproken gerichte leerondersteuning zouden krijgen op school, gesubsidieerde en gezonde maaltijden 9 of toegang tot allerlei buitenschoolse activiteiten, waaronder fysieke activiteiten.–Many families and learners, particularly those from disadvantaged groups, lacked the necessary capability and resources to cope with learning at home 8 . This led to a major concern for pupils who would normally receive targeted learning support at school, subsidised and healthy meals 9 , or access to a variety of extra-curricular activities, including physical activities.
–Veel systemen, scholen en opvoeders waren qua digitale competentie en middelen – waaronder connectiviteit en infrastructuur – niet voorbereid op een dergelijke verandering 10 . Sommige leerkrachten uit het basis- en middelbaar onderwijs wezen op een gebrek aan duidelijke begeleiding en communicatie vanuit de overheid. Zij gaven ook aan dat het ontbrak aan ondersteuning en opleiding bij het ontwikkelen van leerplannen voor perioden waarin alle, of toch een groot deel van de leerlingen thuis zouden leren.–Many systems, schools and educators were unprepared for such change in terms of both digital competence and resources, including connectivity and infrastructure 10 . Some primary and secondary teachers reported lacking clear guidance and communication from public authorities. They also reported a lack of support and training on designing learning for times when all, or most, pupils would be learning at home.
–Belangrijke onderwijsprofessionals – bezoekende specialisten, contactpersonen voor thuisonderwijs, opvoeders in culturele organisaties en opleiders en mentoren op het gebied van werkplekleren – en hun middelen konden niet meer op de scholen komen.–Important education professionals – visiting specialists, home liaison officers, educators in cultural organisations, as well as trainers and tutors in work-based learning, – and their resources could no longer access schools.
–De wetenschappelijke en kunstvakken en beroepsonderwijs en -opleiding werden allemaal verstoord, doordat zij afhankelijk zijn van toegang tot bepaalde ruimten, laboratoria en apparatuur en van toezicht door opgeleide professionals, doorgaans om pedagogische en veiligheidsredenen.–Science, arts curriculum subjects and vocational education and training were all disrupted, given their reliance on access to particular spaces, laboratories and equipment and on supervision by trained professionals, which is typically for both pedagogical and safety reasons.
–Scholen ondervonden moeilijkheden om de persoonlijke en sociale voordelen te behouden die voortvloeien uit het behoren tot een schoolgemeenschap wanneer de leerlingen niet ter plaatse aanwezig waren.–Schools faced challenges in maintaining the personal and social benefits of being part of a school community when lacking on-site presence.
Het nastreven van het doel – namelijk het bevorderen van de kwaliteit en inclusiviteit van onderwijs en opleiding – beperkt zich geenszins tot de context van COVID-19. De huidige uitdagingen bij de opzet van onderwijs en opleiding blijven bestaan: het opbouwen van zinvolle leerervaringen in verschillende omgevingen en voor lerenden van verschillende leeftijden, met verschillende vaardigheden en die zich in verschillende omstandigheden bevinden; ondersteuning van brede competentieontwikkeling die afgestemd is op de behoeften van de lerenden in de mondiale samenleving van nu en van de toekomst; ondersteuning van het welzijn, en ondersteuning van opvoeders en scholen om hun eigen organisatorische en pedagogische aanpak in het belang van alle leerlingen aan te passen en te blijven verbeteren. Om deze uitdagingen het hoofd te bieden en de capaciteit te vergroten, moet een aanpak van blended leren coherent worden toegepast binnen het onderwijs- en opleidingsstelsel, als onderdeel van een cultuur van voortdurende verbetering.Striving towards a vision of a better-quality and inclusive education and training is by no means limited to the COVID-19 context. The ongoing challenges for designing education and training remain: building meaningful learning experiences in different environments and for learners of different ages, abilities and circumstances; supporting broad competence development appropriate to learner needs for global society today and in the future; supporting well-being; and supporting educators and schools to adapt and keep improving their own organisational and pedagogical approaches, for the benefit of all learners. In order to meet these challenges and improve capacity, a blended learning approach requires a coherent approach by the education and training system as a whole as part of a culture of continuous improvement.
2)Doelstellingen van de voorgestelde aanbeveling(2)The objectives of the proposed recommendation
Deze voorgestelde aanbeveling maakt deel uit van de onmiddellijke respons op de lessen die zijn getrokken uit de COVID-19-pandemie, toen veel bestaande uitdagingen en ongelijkheden verergerd werden en aan het licht kwamen. In de aanbeveling worden maatregelen op kortere termijn voorgesteld om de meest dringende lacunes die tot nu toe zijn vastgesteld, aan te pakken en de gevolgen voor de jongere generatie op te vangen. Tegelijkertijd wordt een koers uitgezet voor het combineren van leeromgevingen en -middelen in het basis- en middelbaar onderwijs, wat kan bijdragen tot de opbouw van veerkrachtigere onderwijs- en opleidingsstelsels in overeenstemming met het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027 en de Europese onderwijsruimte, en wat zal helpen de doelstellingen van het digitale decennium 11 te realiseren. Doel is de inclusiviteit en de kwaliteit van onderwijs en opleiding te verbeteren en de brede competentieontwikkeling van alle lerenden te verbeteren.This proposed recommendation is part of the immediate response to lessons learned from the COVID-19 pandemic, when many pre-existing challenges and inequalities were exacerbated and brought to the fore. The recommendation would propose shorter-term measures to address the most pressing gaps observed so far and overcome the effects on the younger generation. At the same time, it would outline a way forward for blending learning environments and tools in primary and secondary education that can help build more resilient education and training systems, in line with the Digital Education Action Plan 2021-2027 and the European Education Area, and to prepare the ground to deliver on the Digital Decade 11 objectives. The aim is to increase the inclusiveness and quality of education and training and improve the broad competence development of all learners.
In de voorgestelde aanbeveling wordt niet gepleit voor algehele invoering van een verminderde aanwezigheid van opvoeders in het leerproces en wordt niet aangemoedigd dat meer uren voor een scherm worden doorgebracht. Evenmin is het de bedoeling dat drukwerk, papier en potloden in het basis- en middelbaar onderwijs overhaast en lukraak worden vervangen door digitale technologieën 12 . Een wildgroei aan platforms en communicatiekanalen kan het risico op digitale vermoeidheid en organisatorische burn-out voor leerlingen, opvoeders en ouders vergroten. In plaats daarvan streeft de voorgestelde aanbeveling als onderdeel van het herstel van de COVID-19-pandemie ernaar de voortdurende ontwikkeling en verbetering van een evenwichtig schoolonderwijs te ondersteunen (wat pedagogie en leermateriaal betreft), dat hoge kwaliteit en inclusiviteit bevordert, met als bijkomend voordeel dat zij voldoende veerkrachtig en flexibel is.The proposed recommendation does not advocate for a mainstreaming of reduced educator presence in learning, neither encourage spending more hours in front of a screen. Also, it does not strive for a sudden and indiscriminate replacement of print, paper and pencils by digital technologies in primary and secondary education 12 . A proliferation of platforms and communication channels can increase the risk of digital fatigue and organisational burnout for students, educators and parents. Rather, as part of the recovery from the COVID-19 pandemic, the proposed recommendation seeks to support the continuous evolution and improvement of a well-balanced school education (in terms of pedagogy as well as learning materials) that promotes high quality and inclusiveness, with the additional benefit of being sufficiently resilient to cope and adapt.
3)Specifieke bepalingen van de aanbeveling(3)Specific provisions of the recommendation
Blended leren in formeel onderwijs en formele opleiding vindt plaats wanneer een school, leerkracht of lerende in het leerproces meer dan één benadering volgt:Blended learning in formal education and training happens when a school, educator or learner takes more than one approach to the learning process:
–het combineren van klassikaal en afstandsonderwijs, en–blending school site and distance learning environments; and
–het combineren van verschillende leermiddelen – zowel digitaal (waaronder online) als niet-digitaal – als onderdeel van leertaken.–blending different tools for learning that can be digital (including online) and non-digital as part of learning tasks.
Om een optimaal gebruik van blended leren te waarborgen, moeten de leerkrachten en lerenden worden uitgerust met de nodige kennis, vaardigheden en attitudes en openstaan voor het gebruik van passende digitale instrumenten en voor veranderingen in leermethoden. Ook moet de aanpak van blended leren flexibel genoeg zijn om te worden afgestemd op de behoeften van de lerenden en opvoeders in staat te stellen ze aan te passen aan hun context en aan de doelgroep. Het scheppen van voorwaarden die bevorderlijk zijn voor gemengd leren hangt ook af van de middelen die de lerenden ter beschikking hebben en de organisatie, de cultuur en de middelen van de school, d.w.z. toegang tot passende, betaalbare en goed functionerende omgevingen en hulpmiddelen. Om dit te bereiken legt deze aanbeveling de nadruk op de noodzaak om maatregelen te nemen op verschillende niveaus (op het niveau van de school en haar lokale ecosysteem, van de lidstaat of van het regionale onderwijsstelsel; waar nodig met ondersteuning op EU-niveau) en voor verschillende tijdshorizonnen: op korte termijn als onmiddellijke reactie op de pandemie en op middellange termijn, waarbij deze aanpak wordt gebruikt om hoogwaardig en inclusief onderwijs te bevorderen.To ensure an optimal use of blended learning, teachers and learners must be equipped with the necessary knowledge, skills and attitudes, and be receptive to using appropriate digital tools and to changes in teaching. The blended learning approach also needs to be sufficiently flexible to allow adaptation to learners’ needs and freedom for educators to adopt it according to their context and audience. Providing conditions conducive to blended learning also depends upon the learners’ resources and the school’s organisation, culture and resources, i.e. access to appropriate, affordable and well-functioning environments and tools. To achieve this, this proposed recommendation emphasises the need for action at various levels (the school and its local ecosystem; Member State or regional education system level; support as appropriate at the EU level) and for different time horizons: short-term as an immediate response to the pandemic and medium-term to use this approach to promote quality and inclusive education.
4)Complementariteit met andere initiatieven(4)Complementarity with other initiatives
De voorgestelde aanbeveling is bedoeld als aanvulling op andere initiatieven van de Commissie om gerelateerde uitdagingen voor het schoolonderwijs aan te pakken, namelijk de acties in het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027 13 en het initiatief “Pathways to School Success” in het kader van de Europese onderwijsruimte, om alle leerlingen te helpen basisvaardigheden te verwerven en het hoger secundair onderwijs af te ronden, de vaardighedenagenda voor Europa 14 , en met name de aanbeveling van de Raad inzake beroepsonderwijs en -opleiding 15 , die een gemoderniseerde EU-beleidsvisie op beroepsonderwijs en -opleiding voorstelt, waaronder digitalisering en het gebruik van blended leren. De voorgestelde aanbeveling is ook een aanvulling op andere initiatieven in het kader van het Erasmus+-programma, waaronder Erasmus+ Teacher Academies.The proposed recommendation is designed to complement other Commission initiatives that will address related challenges for school education, namely the actions presented in the Digital Education Action Plan 2021-2027 13 and the Pathways to School Success initiative under the European Education Area to help all pupils reach proficiency in basic skills and complete upper secondary education, the Skills Agenda for Europe 14 , and particularly the Council recommendation on VET 15 which proposes a modernised EU policy vision of VET including its digitalisation and use of blended learning. The proposed recommendation also complements other initiatives under the Erasmus+ programme, including Erasmus+ Teacher Academies.
2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID2.LEGAL BASIS, SUBSIDIARITY AND PROPORTIONALITY
·Rechtsgrondslag·Legal basis
Het initiatief is in overeenstemming met de artikelen 165 en 166 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Artikel 165 bepaalt dat de Unie bijdraagt tot de ontwikkeling van onderwijs van hoog gehalte door samenwerking tussen de lidstaten aan te moedigen en zo nodig door hun activiteiten te ondersteunen en aan te vullen, met volledige eerbiediging van de verantwoordelijkheid van de lidstaten voor de inhoud van het onderwijs en de opzet van het onderwijsstelsel. Artikel 165, lid 2, bepaalt voorts dat het optreden van de Unie op onderwijsgebied er ten dele op gericht is de ontwikkeling van het onderwijs op afstand te stimuleren. In artikel 166 staat dat de Unie inzake beroepsopleiding een beleid ten uitvoer moet leggen om de activiteiten van de lidstaten te versterken en aan te vullen, met volledige eerbiediging van de verantwoordelijkheid van de lidstaten voor de inhoud en de opzet van de beroepsopleiding.The initiative is in conformity with Articles 165 and 166 of the Treaty on the Functioning of the European Union. Article 165 lays down that the Union is to ‘contribute to the development of quality education by encouraging cooperation between Member States and, if necessary, by supporting and supplementing their action, while fully respecting the responsibility of the Member States for the content of teaching and the organisation of their education systems’. Article 165(2) further specifies that Union action in education will be aimed, in part, at encouraging the development of distance education. Article 166 provides that the Union is to implement a vocational training policy to support and supplement the action of Member States, while fully respecting the responsibility of Member States for the content and organisation of vocational training.
Het initiatief voorziet niet in een uitbreiding van de regelgevingsbevoegdheid van de EU en legt de lidstaten geen dwingende verbintenissen op. De lidstaten bepalen zelf, afhankelijk van hun nationale situatie, hoe zij de aanbeveling uitvoeren.The initiative does not propose any extension of EU regulatory power or binding commitments on Member States. Member States will decide, according to their national circumstances, how they implement the recommendation.
·Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)·Subsidiarity (for non-exclusive competence)
De lidstaten hebben hun eigen cultuur en wetgeving voor de opzet en de organisatie van het leren. Zij zijn volledig verantwoordelijk voor de inhoud van het onderwijs en de organisatie van hun onderwijs- en opleidingsstelsels. De lidstaten hebben echter met een aantal gemeenschappelijke problemen te maken wat de paraatheid van hun onderwijs- en opleidingsstelsels betreft, zoals blijkt uit de impact van de COVID-19-pandemie op lerenden, hun gezinnen, leerkrachten, opleiders en instellingshoofden. De aanbeveling heeft als doel de lidstaten te helpen de paraatheid en veerkracht van hun onderwijs- en opleidingsstelsels te versterken door evenwichtige benaderingen voor blended leren te ontwikkelen.Member States have their own culture and legislation for the design and organisation of learning. They are fully responsible for the content of teaching and the organisation of their education and training systems. However, Member States face a number of common issues relating to the preparedness of their education and training systems, as shown by the impact of the COVID-19 pandemic on learners, their families, teachers, trainers and institution leaders. The recommendation aims to support Member States in strengthening preparedness and resilience of their education and training systems, through the development of well-balanced blended learning approaches.
De toegevoegde waarde van deze voorgestelde aanbeveling op EU-niveau ligt in het vermogen van de EU om:The added value of this proposed recommendation at EU level lies in the ability of the EU to:
–een gemeenschappelijke aanpak te faciliteren van kortetermijnoplossingen voor problemen die zich tijdens de pandemie hebben voorgedaan en die lacunes in leerresultaten hebben veroorzaakt of versterkt;–facilitate a common approach towards short-term solutions to problems encountered during the pandemic that led to or exarcebated gaps in learning outcomes;
–een gemeenschappelijk Europees begrip te bevorderen van de mogelijkheden die worden gecreëerd door blended leren, waaronder het verbeteren van de kwaliteit en inclusiviteit van onderwijs en opleiding, en de brede competentieontwikkeling en het welzijn van lerenden;–promote a common European understanding of the opportunities created by blending learning, including improving the quality and inclusiveness of education and training, and the broad competence development and well-being of learners;
–de uitwisseling van expertise en beste praktijken tussen beleidsmakers, onderzoekers en opvoeders op het niveau van onderwijsstelsels en scholen te vergemakkelijken;–facilitate the sharing of policymaker, researcher and educator expertise and best practices at system and school levels;
–initiatieven op EU-niveau te ondersteunen om de competentieontwikkeling van opvoeders en lerenden op het gebied van omgevingen en middelen voor blended leren te bevorderen, en–support initiatives at EU level to foster competence development of educators and learners in blending learning environments and tools; and
–investeringen in de bovengenoemde gebieden aan te moedigen.–encourage investment in the above areas.
Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel zet het voorstel een koers uit voor omgevingen en middelen voor blended leren in het basis- en middelbaar onderwijs en doet het hiervoor aanbevelingen.In line with the principle of subsidiarity, the proposal outlines a way forward for blending learning environments and tools in primary and secondary education and makes recommendations to this end.
·Evenredigheid·Proportionality
Noch de inhoud noch de vorm van deze voorgestelde aanbeveling gaat verder dan wat nodig is om de doelstellingen ervan te verwezenlijken. De verbintenissen die de lidstaten zullen aangaan, zijn vrijwillig van aard en elke lidstaat blijft vrij om te beslissen welke aanpak hij wil volgen.Neither the content nor the form of this proposed recommendation exceeds what is necessary to achieve its objectives. The commitments Member States will make are of a voluntary nature and each Member State remains free to decide on which approach to take.
·Keuze van het instrument·Choice of the instrument
Om bij te dragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de artikelen 165 en 166 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voorziet dit Verdrag in de aanneming van aanbevelingen door de Raad, op voorstel van de Commissie.To contribute to the achievement of the objectives referred to in Articles 165 and 166 of the Treaty on the Functioning of the European Union, this Treaty provides for the adoption by the Council of recommendations, on a proposal from the Commission.
Een aanbeveling van de Raad is een passend instrument op het gebied van onderwijs en opleiding, omdat de EU op dit gebied een ondersteunende verantwoordelijkheid heeft. Het is een instrument dat al vaak voor Europese maatregelen op deze gebieden is gebruikt. Als juridisch instrument duidt een aanbeveling op het belang dat de lidstaten aan de gepresenteerde maatregelen hechten en biedt een aanbeveling een sterkere politieke grondslag voor samenwerking op dit gebied, met volledige eerbiediging van de bevoegdheid van de lidstaat op het gebied van onderwijs en opleiding.A Council recommendation is an appropriate instrument within the field of education and training, where the EU has a supporting responsibility, and is an instrument that has been frequently used for European action in these areas. As a legal instrument, it signals the commitment of Member States to the measures presented and provides a stronger political basis for cooperation in this area, while fully respecting Member State authority in the field of education and training.
3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING3.RESULTS OF EX POST EVALUATIONS, STAKEHOLDER CONSULTATIONS AND IMPACT ASSESSMENTS
·Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan·Ex post evaluations/fitness checks of existing legislation
Niet van toepassing.Not applicable.
·Raadpleging van belanghebbenden·Stakeholder consultations
In 2020 en 2021 heeft de Europese Commissie overleg gepleegd met vertegenwoordigers van ministeries van onderwijs, Europese netwerkorganisaties (lerarenopleiders, ouders, studenten, werkgevers, vakbonden), opvoeders en andere leden van het grote publiek. Aanvullende benaderingen en omstandigheden zijn nuttig gebleken om een beter inzicht te krijgen in de uitdagingen en mogelijkheden op dit gebied: onlinevergaderingen en -webinars; enquêtes voor specifieke doelgroepen op het gebied van schoolonderwijs en -opleiding, en onderzoeksprojecten.During 2020 and 2021, the European Commission consulted with ministry of education representatives, European network organisations (teacher educators, parents, students, employers, trade unions), educators, and other members of the public. Additional approaches and contexts have been useful to better understand the challenges and possibilities in this area: online meetings and webinars; surveys to targeted school education and training audiences; and research projects.
Een belangrijke fase was de openbare raadpleging van februari tot en met september 2020 als onderdeel van de voorbereidende werkzaamheden voor de mededeling over het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027. Daarbij lag de nadruk op de impact van de COVID-19-pandemie en werden meer dan 2 700 antwoorden uit 60 landen verzameld. Er vond ook een raadpleging van Europese scholieren plaats via de eTwinning-onlinegemeenschap van leerkrachten en schoolleiders.An important phase was the open public consultation from February to September 2020 as part of the preparatory work for the Communication on the Digital Education Action Plan 2021-2027. This focused on the impact of the COVID-19 pandemic and gathered more than 2 700 replies from 60 countries. A consultation of European schoolchildren also took place via the eTwinning online community of teachers and school leaders.
·Bijeenbrengen en gebruik van expertise·Collection and use of expertise
Het voorstel is gebaseerd op een breed scala aan verslagen en studies over: pedagogische benaderingen van de ontwikkeling van sleutelcompetenties; professionele ontwikkeling van leerkrachten en schoolleiders; het gebruik van digitale technologie in het schoolonderwijs, en de governance van het schoolonderwijs. Voor specifieke aspecten is ook input geleverd door drie deskundige consultants die zijn aangetrokken in het kader van onderwijs en opleiding 2020 16 . Bij de evaluatie is rekening gehouden met verslagen en studies van de OESO, de Unesco en de Raad van Europa en met de werkzaamheden van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek van de Europese Commissie (met name wat betreft pedagogische benaderingen van de ontwikkeling van sleutelcompetenties, het gebruik van digitale technologie in het schoolonderwijs en de leerervaringen van kinderen en gezinnen in de eerste fasen van de pandemie). Deze informatie is te vinden in het bijgevoegde werkdocument van de diensten van de Commissie.The proposal is based on a wide range of reports and studies on: pedagogical approaches to key competence development; teacher and school leader professional development; the use of digital technology in school education; and the governance of school education. For specific aspects, three expert consultants engaged under the Education and Training 2020 framework 16 also provided input. The review took note of reports and studies from the OECD, UNESCO and the Council of Europe, as well as the work of the Joint Research Centre of the European Commission (especially in the area of pedagogical approaches to key competence development, the use of digital technology in school education, and the learning experiences of children and families during the early stages of the pandemic). This information is included in the accompanying Staff Working Document.
·Effectbeoordeling·Impact assessment
Aangezien de maatregelen de initiatieven van de lidstaten aanvullen en de voorgestelde activiteiten op vrijwillige basis worden uitgevoerd, en gezien de reikwijdte van de verwachte effecten, is er geen effectbeoordeling uitgevoerd. De ontwikkeling van het voorstel was gebaseerd op eerdere onderzoeken, raadpleging van de lidstaten en de openbare raadpleging.Given the complementary approach of the activities to Member State initiatives, the voluntary nature of the proposed activities and the scope of the impacts expected, an impact assessment was not carried out. The development of the proposal was informed by previous studies, consultation of Member States and the public consultation.
·Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging·Regulatory fitness and simplification
Niet van toepassing.Not applicable.
·Grondrechten·Fundamental rights
Deze voorgestelde aanbeveling eerbiedigt de grondrechten en neemt de beginselen in acht die zijn erkend in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, namelijk het recht op onderwijs (artikel 14), en het recht op bescherming van persoonsgegevens (artikel 8). Persoonsgegevens moeten eerlijk worden verwerkt, voor specifieke doeleinden en met toestemming van de betrokkene of op basis van een andere gerechtvaardigde grondslag waarin de wet voorziet; bovendien heeft eenieder het recht van inzage in de over haar/hem verzamelde gegevens en op rectificatie daarvan. De maatregelen zullen worden uitgevoerd in overeenstemming met de EU-wetgeving inzake de bescherming van persoonsgegevens, met name Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (algemene verordening gegevensbescherming) 17 .This proposed recommendation respects the fundamental rights and observes the principles recognised by the Charter of Fundamental Rights of the European Union, namely the right of education, laid down in Article 14, and the right to the protection of personal data, laid down in Article 8. Personal data must be processed fairly for specific purposes, based on the consent of the person concerned or some other legitimate basis laid down by law; moreover, everyone has the right of access to data that has been collected concerning him or her, and the right to have it rectified. The measures will be carried out in accordance with EU law on the protection of personal data, in particular Regulation (EU) 2016/679 17 of the European Parliament and of the Council on the protection of natural persons with regard to the processing of personal data and on the free movement of such data (General Data Protection Regulation).
4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING4.BUDGETARY IMPLICATIONS
Dit initiatief vergt geen extra middelen uit de EU-begroting.This initiative will not require additional resources from the EU budget.
5.OVERIGE ELEMENTEN5.OTHER ELEMENTS
·Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage·Implementation plans and monitoring, evaluation and reporting arrangements
Om de uitvoering te ondersteunen, stelt de Commissie voor om in samenwerking met de lidstaten specifieke richtsnoeren, handboeken en andere concrete hulpmiddelen te ontwikkelen op basis van feitelijke gegevens, peer-learningactiviteiten en het in kaart brengen van goede praktijken. Hiermee worden de vastgestelde lacunes in de ondersteuning van de ontwikkeling van een aanpak van blended leren op het niveau van scholen en onderwijsstelsels opgevuld.To support implementation, the Commission proposes to develop, in cooperation with Member States, specific guidance material, handbooks and other concrete deliverables, based on evidence, peer learning activities and identification of good practice. This will fill the identified gaps in supporting the development of a blended learning approach at school and system level.
De Commissie is voornemens verslag uit te brengen over het gebruik van de aanbeveling in het kader van het strategisch kader voor Europese samenwerking op het gebied van onderwijs en opleiding met het oog op de Europese onderwijsruimte en verder.The Commission intends to report on the use of the recommendation in the context of the strategic framework for European cooperation in the area of education and training towards the European Education Area and beyond.
·Toelichtende stukken (bij richtlijnen)·Explanatory documents (for directives)
Niet van toepassing.Not applicable.
·Samenvatting van de aanbeveling en het werkdocument van de diensten van de Commissie·Outline of the recommendation and staff working document
In de ontwerpaanbeveling worden richtsnoeren en maatregelen voorgesteld die door de lidstaten kunnen worden uitgevoerd om de kortetermijngevolgen van de pandemie aan te pakken, en voor een evenwichtige en doelgerichte aanpak van blended leren die moet leiden tot hoogwaardig en inclusief basis- en middelbaar onderwijs. Zij zet het engagement van de Europese Commissie uiteen om de acties van de lidstaten op dit gebied aan te vullen en te ondersteunen.The draft recommendation proposes guidance and action that can be pursued by Member States in order to address short-term consequences of the pandemic, and for a well-balanced and well-targeted blended learning approach to lead to high-quality and inclusive primary and secondary education. It sets out the European Commission’s commitment to complement and support Member State actions in this area.
Het bijbehorende werkdocument van de diensten van de Commissie bevat een breed scala aan recente onderzoeksgegevens alsmede de standpunten en ervaringen van de Europese belanghebbenden ter onderbouwing van de voorgestelde aanbeveling, en geeft voorbeelden van bestaande beleidsmaatregelen en projecten op een snel evoluerend gebied.The accompanying staff working document describes a wide range of recent research evidence together with European stakeholder opinions and experiences in order to support the proposed recommendation and provides examples of existing policies and projects in a rapidly developing field.
2021/0255 (NLE)2021/0255 (NLE)
Voorstel voor eenProposal for a
AANBEVELING VAN DE RAADCOUNCIL RECOMMENDATION
over blended leren voor hoogwaardig en inclusief basis- en middelbaar onderwijson blended learning for high quality and inclusive primary and secondary education
(Voor de EER relevante tekst)(Text with EEA relevance)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,THE COUNCIL OF THE EUROPEAN UNION
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 165 en 166,Having regard to the Treaty on the Functioning of the European Union, and in particular Articles 165 and 166 thereof,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,Having regard to the proposal from the European Commission,
Overwegende hetgeen volgt:Whereas:
(1)De COVID-19-pandemie heeft de onderwijs- en opleidingsstelsels overal ter wereld en in de Unie getroffen en onder ongekende druk gezet. De maatschappelijke beperkingen brachten grote veranderingen met zich mee voor onderwijs en leren, alsook voor de communicatie en de samenwerking binnen de onderwijs- en opleidingsgemeenschappen 18 . Zij hadden niet alleen gevolgen voor lerenden, hun gezinnen, leerkrachten, opleiders en instellingshoofden, maar ook voor professionals uit de gemeenschap die het onderwijs ondersteunen, zoals maatschappelijk werkers en culturele opvoeders. De lidstaten slaagden erin snel opties en steun voor afstandsonderwijs te mobiliseren, onder andere digitale oplossingen. Er is bijgeleerd over nieuwe onderwijsmogelijkheden, wat zich onder andere uit in een sterke toename van de digitale competentie van leerkrachten en nauwere banden tussen scholen en de bredere gemeenschap. In veel lidstaten is echter gebleken dat er tekortkomingen in het stelsel bestonden en dat het in algemene zin ontbrak aan paraatheid en aan middelen om de overgang naar een andere aanpak van onderwijs en leren te maken, waardoor bestaande ongelijkheden, lacunes en behoeften nog uitvergroot en verergerd werden. De onderwijs- en opleidingsstelsels moeten hier iets aan doen en ook hun veerkracht verbeteren, zodat zij beter kunnen inspelen op en zich beter kunnen aanpassen aan veranderende omstandigheden in de toekomst.(1)The COVID-19 pandemic has affected and put unprecedented pressure on education and training systems worldwide and across the Union. The societal restrictions brought major changes to teaching and learning as well as and to communication and collaboration within education and training communities. 18 They had an impact on learners, their families, teachers, trainers, and institution leaders, as well as on community professionals who support education, such as social workers and cultural educators. Member States were able to rapidly mobilise options and support for distance learning, in particular digital solutions. Lessons have been learned about new possiblities for education, including the significant increase in teacher digital competence and closer links between schools and the wider community. However many Member States experienced shortcomings in the system with a widespread lack of readiness and resources for the shift to a different approach to teaching and learning, which highlighted and aggravated existing inequalities, gaps, and needs. Education and training systems need to address these and also to improve their resilience, to better cope and adapt with changing circumstances in the future.
(2)Het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027 schetst de visie van de Europese Commissie op kwalitatief hoogwaardig, inclusief en toegankelijk digitaal onderwijs in Europa. Het is een oproep om op Europees niveau nauwer samen te werken om lering te trekken uit de COVID-19-pandemie en de onderwijs- en opleidingsstelsels geschikt te maken voor het digitale tijdperk. Er wordt gewezen op het potentieel van technologie om meer gepersonaliseerd, flexibel en studentgericht leren mogelijk te maken. Het streeft ernaar ongelijkheden in het onderwijs aan te pakken wanneer het digitale competentie, toegang tot passende instrumenten en betrouwbare onlineconnectiviteit ontbreken. Het benadrukt dat de digitale capaciteit in de onderwijs- en opleidingsstelsels moet worden versterkt.(2)The Digital Education Action Plan 2021-2027 outlines the European Commission’s vision for high quality, inclusive and accessible digital education in Europe. It is a call to action for stronger cooperation at European level to learn from the COVID-19 pandemic and make education and training systems fit for the digital age. It highlights the potential of technology to facilitate more personalised, flexible and student-centred learning. It seeks to address inequities in education when digital competence, access to appropriate tools, and reliable online connectivity are lacking. It stresses the need for strengthening digital capacity in education and training systems.
(3)Het eerste beginsel van de Europese pijler van sociale rechten 19 bepaalt dat iedereen recht heeft op hoogwaardige en inclusieve voorzieningen voor onderwijs, opleiding en een leven lang leren om de vaardigheden te verwerven en te onderhouden die nodig zijn om ten volle aan het maatschappelijk leven te kunnen deelnemen en overgangen op de arbeidsmarkt met succes te kunnen opvangen. In beginsel 11 van de pijler staat dat kinderen uit kansarme milieus recht hebben op specifieke maatregelen die gelijke kansen versterken. De effectieve uitvoering van deze beginselen hangt in hoge mate af van de daadkracht en actie van de lidstaten. Maatregelen op EU-niveau kunnen nationale acties aanvullen en de Commissie heeft haar bijdrage gepresenteerd in het actieplan voor de Europese pijler van sociale rechten 20 . In de Europese vaardighedenagenda 21 worden acties vastgesteld om burgers en bedrijven te helpen meer en betere vaardigheden te ontwikkelen en deze te gebruiken, door het duurzame concurrentievermogen te versterken en veerkracht op te bouwen om op crises te reageren, op basis van de lessen die tijdens de COVID-19-pandemie zijn geleerd; ook wordt erin voorgesteld het wetenschapsonderwijs in onderzoeks- en innovatieacties te bevorderen. In de aanbeveling van de Raad tot vaststelling van de Europese kindergarantie worden de lidstaten verzocht ervoor te zorgen dat kinderen in nood (d.w.z. kinderen die worden bedreigd met armoede of sociale uitsluiting) effectief vrije toegang hebben tot onderwijs en schoolactiviteiten. In de EU-strategie voor de rechten van het kind wordt opgeroepen tot inclusief en hoogwaardig onderwijs. De ontwikkeling van competenties bevorderen is een van de doelstellingen van een Europese onderwijsruimte die “het volledige potentieel van onderwijs en cultuur als motor voor werkgelegenheid, sociale rechtvaardigheid, actief burgerschap en de Europese identiteit in al haar verscheidenheid” zou kunnen benutten. 22(3)The European Pillar of Social Rights 19 states as its first principle that everyone has the right to quality and inclusive education, training and life-long learning in order to maintain and acquire skills that allow full participation in society and successful transitions in the labour market. Principle 11 of the Pillar states that children from disadvantaged backgrounds have the right to specific measures to enhance equal opportunities. The effective implementation of those priciples greatly depends on the resolve and action of Member States. EU-level actions can complement national actions and the Commission presented its contribution in the European Pillar of Social Rights Action Plan. 20 The European Skills Agenda 21 defines actions to help individuals and businesses develop more and better skills and to put them to use, by strengthening sustainable competitiveness and by building resilience to react to crises, based on the lessons learnt during the COVID-19 pandemic; it also proposes to foster science education in research and innovation actions. The Council recommendation establishing a European Child Guarantee invites the Member States to guarantee for children in need (i.e. at risk of poverty or social exclusion) effective and free access to education and school-based activities. The EU Strategy on the Rights of the Child calls for building inclusive, quality education. Fostering the development of competences is one of the aims of a European Education Area that would be able "to harness the full potential of education and culture as drivers for jobs, social fairness, active citizenship as well as means to experience European identity in all its diversity." 22
(4)In een snel veranderende wereld waarin alles in hoge mate met elkaar verbonden is, moet iedereen kunnen beschikken over een breed scala van competenties en deze gedurende het hele leven voortdurend verder ontwikkelen. De sleutelcompetenties die zijn beschreven in het Europese referentiekader voor sleutelcompetenties voor een leven lang leren 23 , hebben als doel de basis te leggen voor de verwezenlijking van meer gelijke en meer democratische samenlevingen. Zij beantwoorden aan de noodzaak van inclusieve en duurzame groei, sociale samenhang en verdere ontwikkeling van de democratische cultuur.(4)In a rapidly changing and highly interconnected world, each person needs a wide range of competences and to develop them continually throughout life. The key competences as defined in the European Reference Framework on Key Competences for Lifelong Learning 23 aim to lay the foundation for achieving more equal and more democratic societies. They respond to the need for inclusive and sustainable growth, social cohesion and further development of the democratic culture.
(5)In de aanbeveling van de Raad inzake sleutelcompetenties voor een leven lang leren 24 staat dat competentieontwikkeling wordt bevorderd door gebruik te maken van een verscheidenheid aan leeromgevingen en -middelen, waaronder digitale technologie, en taken op te nemen in het leerplan; ondersteuning te bieden aan onderwijzend personeel en andere belanghebbenden die het leerproces ondersteunen, waaronder gezinnen; de beoordeling en validatie van in verschillende omgevingen opgedane sleutelcompetenties te ondersteunen en verder te ontwikkelen, en de samenwerking binnen het onderwijs en tussen het onderwijs en andere gebieden als een uitgebreider actieprogramma te versterken.(5)The Council Recommendation on Key Competences for Lifelong Learning 24 states that competence development is facilitated by including a variety of learning environments and tools, including digital technology, and tasks within the learning design; providing support to educational staff as well as other stakeholders supporting learning processes, including families; supporting and further developing the assessment and validation of key competences acquired in different settings; and reinforcing collaboration within education and between education and other fields as a more comprehensive programme of action.
(6)De aanbeveling van de Raad inzake beroepsonderwijs en -opleiding voor duurzaam concurrentievermogen, sociale rechtvaardigheid en veerkracht 25 stelt een gemoderniseerde EU-beleidsvisie op beroepsonderwijs en -opleiding voor, met inbegrip van de digitalisering en het gebruik van blended leren.(6)The Council Recommendation on vocational education and training (VET) for sustainable competitiveness, social fairness and resilience 25 proposes a modernised EU policy vision of VET including its digitalisation and use of blended learning.
(7)In de conclusies van de Raad over Europese leraren en opleiders voor de toekomst 26 wordt erkend dat leraren, opleiders en schoolleiders een onmisbare drijvende kracht zijn achter onderwijs en opleiding, die moeten worden betrokken bij de ontwikkeling van onderwijs- en opleidingsbeleid met autonomie bij het in de praktijk brengen van dit beleid, maar ook steun nodig hebben voor een integrale aanpak van de initiële opleiding, de inductie en de continue professionele ontwikkeling.(7)The Council conclusions on European teachers and trainers for the future 26 recognise that teachers, trainers and school leaders are an indispensable driving force of education and training who should be involved in the creation of education and training policies with autonomy in applying these policies in practice but who also need the support of a comprehensive approach to initial education, induction and continuous professional development.
(8)Door de pandemie was er al langere tijd groeiende bezorgdheid over het lichamelijke, geestelijke en emotionele welzijn van kinderen en jongeren. Alle kinderen en jongeren moeten worden ondersteund om een gezonde en actieve levensstijl te genieten waarbij positieve gewoonten voor het leven worden aangemoedigd, en moeten de kans krijgen om deel te nemen aan verschillende sporten en andere lichamelijke activiteiten die de motorische vaardigheden verbeteren en het geestelijke en emotionele welzijn bevorderen. Kinderen en jongeren hebben ook ondersteuning nodig voor hun mentale en emotionele welzijn bij het leren, onder andere bij leertaken waarbij zij onder grotere druk staan, en moeten leren zich online veilig en verantwoordelijk te gedragen. Ook is steun nodig voor lerenden die langere tijd de steun van medeleerlingen of schoolpersoneel moeten missen.(8)The pandemic increased a long-standing concern for the physical, mental and emotional well-being of children and young people. All children and young people should be supported to enjoy a healthy and active lifestyle, encouraging positive lifelong habits, and have the opportunity to participate in a range of sports and other physical activities, which enhance motor skills and boost mental and emotional well-being. Children and young people also need support for their mental and emotional well-being during learning, including learning tasks under increased pressure and understanding safe and responsible online behaviour. Support is also needed for those learners who spend extended periods of time away from peer or school staff support.
(9)Blended leren in formeel onderwijs en formele opleiding vindt plaats wanneer een school, leerkracht of lerende in het leerproces meer dan één benadering volgt: het combineren van klassikaal onderwijs en onderwijs op locaties buiten school (afstandsonderwijs); het combineren van verschillende leermiddelen – zowel digitaal (waaronder online) als niet-digitaal. Leerkrachten en scholen zullen deze op basis van hun professionele oordeel selecteren en het gebruik ervan aanmoedigen als onderdeel van actieve en doeltreffende leertaken die een brede competentieontwikkeling ondersteunen.(9)Blended learning in formal education and training happens when a school, educator or learner takes more than one approach to the learning process: blending school site and other physical environments away from the school site (distance learning); blending different learning tools that can be digital (including online) and non-digital. Using their professional judgement, teachers and schools will select and facilitate the use of these as part of engaging and effective learning tasks that support broad competence development.
(10)Leren in verschillende omgevingen, waaronder op school, thuis, buitenshuis, op culturele locaties en op werkplekken, kan motiverend zijn voor kinderen en jongeren en hun brede competentieontwikkeling bevorderen. Dit kan hen op zijn beurt helpen inzicht te verwerven in en gemotiveerd te worden door de relevantie van formeel onderwijs en formele opleiding voor hun functioneren in de maatschappij en hun een sterkere betrokkenheid geven bij lokale en mondiale uitdagingen, bijvoorbeeld op het gebied van milieu en klimaatverandering.(10)Learning in different environments, including the school site, the home, the outdoors, cultural sites, and places of employment can be motivating for children and young people and enhance their broad competence development. This in turn can help them to understand and be motivated by the relevance of formal education and training to their lives in society and increase their engagement with local and global challenges, for instance those related to the environment and climate change.
(11)In een aanpak van blended leren is er erkenning voor de waarde van de school als een gemeenschappelijke ruimte voor persoonlijke en sociale interactie, wat op zichzelf belangrijk is voor het leren als een manier om inzicht te krijgen in de wereld en er betekenis aan te geven.(11)A blended learning approach recognises the value of the school as a shared space for personal and social interaction, which itself is important for learning as a way of understanding and making meaning of the world.
(12)Een aanpak van blended leren kan een brede competentieontwikkeling stimuleren dankzij de verscheidenheid aan leertaken en -middelen die daarbij worden ingezet. Het gebruik van digitale technologie, onder andere via hulpmiddelen met internetverbinding, kan de interactie van de lerende met andere lerenden, leerprogramma’s en andere informatiebronnen vergemakkelijken en kan leren in verschillende omgevingen ondersteunen. Het complementaire gebruik van wetenschappelijke apparatuur, ambachtelijke instrumenten, realia (voorwerpen die in het dagelijks leven worden aangetroffen en gebruikt), gepubliceerde teksten, schrijfgerei en instrumenten voor beeldende kunsten, kan de creativiteit en de persoonlijke expressie, zowel individueel als gezamenlijk, bevorderen.(12)A blended learning approach can enhance broad competence development, due to the variety of learning tasks and tools it can encompass. The use of digital technology, including connecting devices online, can facilitate the interaction of the learner with other learners, learning programmes, and other sources of information, and can support learning in different environments. The complementary use of scientific equipment, craft tools, realia (objects found and used in everyday life), published texts, and writing and visual arts tools, can support creativity and personal expression, both as an individual and collaboratively.
(13)Onderwijs behoort tot de fundamentele rechten en de rechten van het kind. De toegang ertoe moet worden gewaarborgd, los van de omgeving waarin het plaatsvindt – op school, op afstand of een combinatie van beide – en los van de verschillende persoonlijke en sociale omstandigheden van de lerenden. Naast de pandemie is een aanpak van blended leren een kans om de kwaliteit, relevantie en inclusiviteit van onderwijs en opleiding te verbeteren, bijvoorbeeld door betere leervoorzieningen te bieden in landelijke en afgelegen gebieden – waaronder de ultraperifere gebieden en eilandgemeenschappen – en aan andere leerlingen die mogelijk geen voltijds klassikaal onderwijs volgen: personen die deel uitmaken van traveller-gemeenschappen; jonge mantelzorgers; personen met gezondheidsproblemen of die in een ziekenhuis of een zorgcentrum verblijven; personen die een topsportopleiding volgen, en personen die een beroepsopleiding volgen of betaald werk hebben. Alle omgevingen en middelen moeten gelijke toegang bieden voor minderheidsgroepen en kinderen met een handicap of uit een sociaal-economisch zwak milieu en mogen niet leiden tot discriminatie of segregatie.(13)Education is a fundamental human right and a right of the child. Access to it has to be guaranteed, independent of the environment in which it takes place – the school site, at a distance, or a combination of both – and independent of the different personal and social circumstances of learners. Beyond the pandemic, a blended learning approach is an opportunity to improve the quality, relevance and inclusiveness of education and training, such as better learning provision in rural and remote areas, including the outermost regions and island communities, and for other learners who may not attend the school site full time: those who are part of traveller communities; young carers; those with health issues or residing in hospitals and care centres; those engaged in high-performance training; and those in vocational training or paid work. All environments and tools should be equally accessible to minority groups, children with disabilities and from socio-economically disadvantaged backgrounds and do not lead to discrimination or segregation.
(14)Om de randvoorwaarden te scheppen voor blended leren, is een coherente, systeembrede aanpak nodig. Dit houdt onder meer in dat mensen uit de praktijk met uiteenlopende expertise worden ingeschakeld en dat de samenwerking met de gemeenschap wordt bevorderd, wat een gedeelde verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van jongeren aanmoedigt. De doeltreffendheid van systeemmaatregelen ter ondersteuning van blended leren zal ook afhangen van het formuleren en ondersteunen van de relaties tussen de verschillende elementen van het ecosysteem, tussen de onderwijsautoriteiten, de leermiddelensector (die technologie, publicaties en andere benodigdheden voor de uitvoering van leerplannen levert) en de onderzoeks-, onderwijs- en opleidingsinstellingen en -gemeenschappen.(14)Blended learning requires a coherent, system-wide approach to create the enabling conditions. This includes engaging practitioners with different expertise and promoting collaboration with the community, which encourages a shared responsibility for the development of young people. Effectiveness of system measures to support blended learning will also rely on articulating and supporting relationships between different elements of the ecosystem, between the education authorities, education resources industry (providing technology, publishing, and other curriculum equipment), research, education and training institutions and communities.
(15)Blended leren wordt breed toegepast in het initiële beroepsonderwijs en de initiële beroepsopleiding 27 , maar de beperkingen vanwege de pandemie bemoeilijkten het voor instellingen en organisaties om werkplekleren aan te bieden en de communicatie met de opleiders en mentoren te onderhouden, en hadden bovendien gevolgen voor het aanbod van leerlingplaatsen. Doordat er minder gelegenheid was om praktijkervaring op te doen, is nog eens bevestigd dat beroepsonderwijs en -opleiding behoefte hebben aan digitale technologie, met inbegrip van digitale hulpmiddelen en leerplatforms, e-portfolio’s en augmented reality and virtual reality voor simulaties. Ook werd de noodzaak versterkt om het gebruik van digitale technologieën voor leren in de verschillende omgevingen (bv. in het klassikale onderwijs of tijdens stages) te begrijpen en te coördineren.(15)Blended learning is a widely established practice in initial vocational education and training 27 , however the pandemic restrictions challenged the capacity of institutions and organisations to provide work-based learning and maintain communication with trainers and mentors as well as impacting on the provision of apprenticeships. The reduction in access to practical experiences highlighted the known need for vocational education and training to take advantage of digital technology including digital devices and learning platforms, ePortfolios and Augmented Reality and Virtual Reality for simulations. It also reinforced the need to understand and coordinate how digital technologies are used for learning in the different settings (e.g. on site at school or during work placements).
(16)Het belang en de relevantie van niet-formeel leren blijkt uit de ervaringen die zijn opgedaan met jeugdwerk, vrijwilligerswerk en deelname aan culturele activiteiten, waaronder de amateursport. Niet-formeel leren speelt een belangrijke rol bij het ondersteunen van de ontwikkeling van essentiële interpersoonlijke, communicatieve en cognitieve vaardigheden, waaronder creativiteit, die de overgang van jongeren naar volwassenheid, actief burgerschap en beroepsleven vergemakkelijken 28 . Om nieuwe leermethoden in kaart te brengen, is onder andere een betere samenwerking tussen formele en niet-formele leeromgevingen nodig 29 .(16)The importance and relevance of non-formal learning is evident from the experiences acquired through youth work, voluntary work, and participating in cultural activities, including grassroots sport. Non-formal learning plays an important role in supporting the development of essential interpersonal, communicative and cognitive skills including among other things, creativity, that facilitate young people's transition to adulthood, active citizenship and working life. 28 Identification of new ways of learning includes better cooperation between formal and non-formal learning settings. 29
(17)Deze aanbeveling is volledig in overeenstemming met de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid.(17)This Recommendation fully respects the principles of subsidiarity and proportionality.
BEVEELT AAN DAT DE LIDSTATEN:HEREBY RECOMMENDS THAT MEMBER STATES
1)Op basis van de lessen die zijn geleerd in de context van de COVID-19-crisis, het herstel en de paraatheid van de onderwijs- en opleidingsstelsels ondersteunen door de gevolgen van de pandemie voor lerenden, opvoeders en alle onderwijsprofessionals aan te pakken, en een strategische aanpak voor de langere termijn ontwikkelen voor blended leren, in overeenstemming met de in deze aanbeveling beschreven beginselen 30 . Voortbouwen op succesvolle innovaties die tijdens de pandemie zijn geïntroduceerd of getest om goede praktijken te delen en breder toe te passen.(1)Based on lessons learned in the context of the COVID-19 crisis, support the recovery and preparedness of education and training systems by addressing the consequences of the pandemic on learners, educators and all educational professionals and develop a longer-term strategic approach to blended learning, in line with the priciples set out in this Recommendation 30 . Build on successful innovations introduced or tested during the pandemic to share and scale good practices.
2)Lerenden ondersteunen door de volgende maatregelen te overwegen:(2)Support learners by considering the following measures:
Als directe reactie op de crisisAs a direct response to the crisis
a)Extra leermogelijkheden en gerichte ondersteuning bieden aan lerenden met leermoeilijkheden, met speciale onderwijsbehoeften of uit kansarme groepen of lerenden die anderszins getroffen zijn door onderbrekingen van het klassikale onderwijs. Dit kan bijvoorbeeld bestaan uit verbeterde individuele ondersteuning en persoonlijke begeleiding, mentorsystemen (met inbegrip van peer mentoring), extra leertijd tijdens het schooljaar en/of de vakantieperiode, toegang tot aanvullende leeromgevingen zoals openbare bibliotheken en gemeenschappelijke ruimten, en naschoolse opvang met pedagogische ondersteuning.(a)Providing additional learning opportunities and targeted support to learners facing learning difficulties, with special educational needs, from disadvantaged groups or having been otherwise affected by school disruption. This could include, for example, enhanced individualised support and personal tutoring, mentoring systems (including peer mentoring), additional learning time during the school year and/or holiday period, access to additional learning environments, such as public libraries and community spaces, and to after-school services with pedagogical support.
b)Prioriteit geven aan het lichamelijke en geestelijke welzijn van lerenden en hun gezinnen, bv. door de ontwikkeling van richtsnoeren voor geestelijke gezondheid; beleid inzake leerlingenwelzijn en antipestbeleid opnemen in de schooldoelstellingen en monitoring- en kwaliteitsborgingsprocessen (als onderdeel van regelmatige kwaliteitsborgings- of schoolinspectiewerkzaamheden of in het kader van specifieke beoordelingen van de schoolsituatie in de context van de pandemie); specifiek personeel toewijzen of de toegang vergemakkelijken tot gekwalificeerde professionals en diensten op het gebied van geestelijke gezondheidszorg en ondersteuning.(b)Prioritising the physical and mental well-being of learners and their families. This could include developing guidance for mental health; including student well-being and anti-bullying policies in school objectives, monitoring and quality assurance processes (as part of regular quality assurance or school inspection work or in the context of specific assessments of the school situation in the context of the pandemic); assigning dedicated staff or facilitating access to qualified mental-health and support professionals and services.
c)De ontwikkeling van digitale competenties van lerenden en gezinnen en de digitale capaciteit van de onderwijsstelsels stimuleren door investeringen op school- en gemeenschapsniveau in beschikbare hulpmiddelen en connectiviteit aan te moedigen en door mogelijkheden te bieden om de digitale vaardigheden te verbeteren, onder andere door gebruik te maken van technologie voor zowel zelfstandig als samenwerkend leren. De investeringen en hervormingen uitvoeren zoals beschreven in de nationale plannen voor herstel en veerkracht en de plannen van de faciliteit voor herstel en veerkracht, om ervoor te zorgen dat alle lerenden toegang hebben tot de nodige hulpmiddelen en leermogelijkheden.(c)Boosting the development of digital competences of learners and families and the digital capacity of the education systems by encouraging investment at school and community level in available devices, connectivity and by providing opportunities to boost digital skills, including using technology for both independent and collaborative learning. Implementing investments and reforms foreseen in national and Recovery and Resilience Facility plans to ensure that all learners can access the necessary equipment and learning opportunities.
Het herstel en de paraatheid van onderwijs en opleiding op langere termijn ondersteunenTo support recovery and the longer-term preparedness of education and training:
3)Zoeken naar manieren om een aanpak van blended leren in het basis- en middelbaar onderwijs ten behoeve van alle lerenden te ontwikkelen en een blijvend positief effect te bewerkstelligen op onderwijs- en leermethoden die zijn aangepast aan de leeftijd, de capaciteit en de leerdoelstellingen van de leerlingen. Dit kan onder meer inhouden dat de combinatie van klassikaal- en afstandsonderwijs wordt versterkt om meer flexibiliteit en passende voorwaarden te creëren wat betreft de plaats waar het leren plaatsvindt, rekening houdend met de uiteenlopende behoeften die gevolg zijn van de verschillende sociaal-economische omstandigheden en woonomstandigheden; de ontwikkeling en integratie van leerhulpmiddelen stimuleren om mogelijkheden voor onderzoek en expressie te bieden, met inbegrip van de ontwikkeling van wetenschappelijke kennis; het leren in verschillende omgevingen ondersteunen; een passend evenwicht tot stand brengen tussen leren onder leiding van leerkrachten en leerlingen enerzijds en samenwerkend en zelfstandig leren anderzijds; leermethoden testen om nieuwe mogelijkheden beter en aantrekkelijker te maken voor zowel lerenden als leerkrachten.(3)Exploring ways to develop a blended learning approach in primary and secondary education for the benefit of all learners and to ensure a lasting positive impact on teaching and learning adapted to pupils’ age, capacity, and learning objectives. This could include reinforcing the development of combining school site and distance learning environments in order to create more flexibility and appropriate conditions for where learning takes place, taking into account the different needs arising from different socio-economic and housing conditions; reinforcing the development and embedding of tools for learning, in order to provide opportunities for investigation and expression, including the development of science literacy; supporting learning across different environments; creating an appropriate balance between teacher- and student-led learning on the one hand, and collaborative and independent learning on the other; testing learning methods to make new opportunities attractive and better learning solutions for both learners and teachers.
4)Blended leren als een manier gebruiken om de autonomie van lerenden en gepersonaliseerd leren te ondersteunen (rekening houdend met de leeftijd, capaciteit en specifieke leerbehoeften van de leerlingen), en om hun persoonlijke, sociale en leren-om-te-lerencompetentie te ontwikkelen (een van de acht sleutelcompetenties voor een leven lang leren 31 , die verder is ontwikkeld in het Europees LifeComp-kader 32 ).(4)Using blended learning as a way to support learners’ autonomy and personalised learning (taking into account pupils’ age, capacity, and specific learning needs), and to develop their Personal, Social and Learning to Learn competence (one of the eight Key Competences for Lifelong Learning 31 and further developed in the LifeComp European framework 32 ).
5)Leerkrachten ondersteunen door de volgende maatregelen te overwegen:(5)Support teachers by considering the following measures:
Als directe reactie op de crisisAs a direct response to the crisis:
a)Ondersteuning bieden voor digitale bijscholingscursussen, -programma’s en -hulpmiddelen 33 voor leerkrachten. Pedagogische online- en klassikale modules en middelen ontwikkelen en verspreiden om leerkrachten te helpen hun onderwijsmethoden, op basis van hun ervaring en feedback, aan te passen aan een aanpak van blended leren en leerkrachten in te schakelen voor het gebruik van nieuwe hulpmiddelen en materialen.(a)Supporting digital upskilling courses, programmes and tools 33 for teachers. Developing and disseminating on-line and on site pedagogical modules and resources to help teachers adapt their teaching methods for blended approaches, based on their experience and feedback, and engage with teachers in the use of new tools and materials.
b)Meer aandacht voor het welzijn van opvoeders, schoolleiders en ander onderwijspersoneel. Dit kan onder meer bestaan uit een verbeterde toegang tot gekwalificeerde hulpverleners en diensten op het gebied van geestelijke gezondheidszorg, het bevorderen van georganiseerde ondersteuning van collega’s onderling ter verlichting van de stress, en betere opleidingsmogelijkheden op het gebied van weerbaarheid/geestelijk welzijn in programma’s voor initiële lerarenopleiding en voor voortgezette professionele ontwikkeling.(b)Increasing focus on the well-being of educators, school leaders and other educational staff. This could include facilitated access to qualified mental-health and support professionals and services, promoting organisation of peer support to mitigate stress and enhanced training opportunities on resilience/mental well-being in Initial Teacher Education and Continued Professional Development programmes.
c)Extra personeel mobiliseren of aannemen om meer tijd te kunnen uittrekken voor individuele ondersteuning op school en naschoolse activiteiten.(c)Mobilising or recruiting additional staff to allow more time for individual support at school and in after school activities.
Het herstel en de paraatheid van opvoeders op langere termijn ondersteunenTo support recovery and the longer-term preparedness of educators:
d)Een opzet voor blended leren integreren in de wettelijk voorgeschreven programma’s voor initiële lerarenopleiding 34 en voor voortgezette professionele ontwikkeling 35 , om het onderwijzend personeel te helpen de opzet van het leren aan te passen aan hun professionele context en de nodige bekwaamheid op te doen om leren in verschillende leeromgevingen (zowel binnen als buiten) met behulp van verschillende hulpmiddelen en taken mogelijk te maken.(d)Embedding blended learning design in statutory Initial Teacher Education 34 and continued professional development 35 programmes to help educational staff to adapt the learning design as appropriate to their professional contexts and help them to be competent in facilitating learning with a range of indoor and outdoor environments, tools and tasks.
e)Toegang verlenen tot expertisecentra en tot passende middelen die de opzet en begeleiding van het leren aansturen en verbeteren. Onderwijs- en opleidingspersoneel ondersteunen bij de ontwikkeling van een aanpak van blended leren in hun specifieke context via uitwisselingen en peer learning, netwerken, samenwerkingsprojecten en praktijkgemeenschappen.(e)Providing access to centres of expertise, and to appropriate resources that guide and enhance learning design and facilitation. Supporting education and training staff to develop a blended learning approach in their specific contexts through staff exchanges and peer learning, networks, collaboration projects, and communities of practice.
f)Richtsnoeren ontwikkelen voor nieuwe benaderingen van beoordeling en eindexamens, met passende instrumenten voor formatieve en summatieve beoordeling die geschikt zijn voor verschillende onderwijs- en opleidingsniveaus en zowel in klassikaal als in afstandsonderwijs kunnen worden toegepast.(f)Developing guidance on new approaches to assessment and final examinations with suitable tools for formative and summative assessment that are appropriate for different levels of education and training and equally valid for school site and distance learning settings.
g)Onderwijzend personeel aanmoedigen om deel te nemen aan proefprojecten en onderzoek, onder andere door het gebruik van taken in een andere leeromgeving en het gebruik van digitale technologie ter ondersteuning bij het leren te testen.(g)Encouraging educational staff to participate in exploratory projects and research, including testing the use of tasks in other learning environments and the use of digital technology to support learning.
6)Scholen ondersteunen door de volgende maatregelen te overwegen:(6)Support schools by considering the following measures:
Als directe reactie op de crisisAs a direct response to the crisis:
a)Voorzien in instrumenten en middelen voor blended leren en advies aan scholen over hoe deze kunnen worden gebruikt 36 .(a)Providing tools and resources for blended learning, as well as guidance to schools on how these can be used. 36
b)Doeltreffende partnerschappen op het gebied van infrastructuur en middelen ondersteunen tussen verschillende onderwijsaanbieders, onder andere uit de domeinen van het bedrijfsleven, de kunst, cultureel erfgoed, sport, natuur, hoger onderwijs en onderzoeksinstellingen, de leermiddelensector (met inbegrip van technologie, uitgeverijen en andere leerbenodigdheden) en onderwijsonderzoek.(b)Supporting effective partnerships for infrastructure and resources between different education providers, including from business, arts, cultural heritage, sport, nature, higher education, and research institutes, the educational resources industry (including technology, publishing, and other curriculum equipment) and educational research.
c)Scholen ondersteunen bij het evalueren van hun inclusiestrategieën en -praktijken en de nodige maatregelen nemen om tekortkomingen te verhelpen, onder meer door gebruik te maken van EU-instrumenten 37 .(c)Supporting schools to evaluate their inclusion strategies and practices and take the necessary measures to remedy shortcomings, including by making use of EU tools. 37
Herstel op langere termijn ondersteunen en de capaciteit voor organisatorische veranderingen verbeterenTo support longer term recovery and to improve the capacity for organisational change
d)Investeren in een snelle internetconnectiviteit voor scholen en leeromgevingen op afstand, waarvan onlineleren afhankelijk is.(d)Investing in high-speed internet connectivity of school site and distance learning environments, on which online learning depends.
e)Zorgen voor voldoende autonomie in de besluitvorming op schoolniveau (door schoolbesturen, schoolhoofden en schoolleiders) om innovatie, reactiviteit en aanpassing aan lokale behoeften te vergemakkelijken.(e)Allowing a sufficient level of autonomy for school-level decision-making (by school boards, heads, leaders), in order to facilitate innovation, reactivity and adaptation to local needs.
f)Schoolleiders ondersteunen bij het aansturen van organisatorische veranderingen met specifieke professionele ontwikkeling en begeleiding voor hun rol. Scholen en daaraan verbonden onderwijsaanbieders ondersteunen bij het nadenken over een aanpak van blended leren in hun strategische planning, die het gebruik van zelfbeoordelingsinstrumenten kan omvatten.(f)Supporting school leaders in managing organisational change with dedicated professional development and guidance for their roles. Supporting schools and associated education providers to reflect on a blended learning approach within their strategic planning, which may include the use of self-assessment tools.
g)Steun bieden voor dialoog en netwerkvorming tussen een aantal belanghebbenden die betrokken zijn bij zowel klassikaal als afstandsonderwijs, om uit verschillende bronnen feedback en ideeën voor de toekomstige ontwikkeling te genereren. Dit moet ook dialoog, richtsnoeren en strategieën omvatten om de veiligheid, beveiliging en privacy van kinderen in de digitale wereld te beschermen.(g)Supporting dialogue and networking between a range of stakeholders engaged in both school site and distance learning, in order to generate feedback and ideas for future development from different sources. This should also include dialogue, guidance and strategies to protect children’s safety, security and privacy in the digital world.
h)Een deel van de interne en/of externe evaluatie- en kwaliteitsborgingsmechanismen van een school toespitsen op het combineren van leeromgevingen en -middelen, met inbegrip van evaluatie van/via andere aanbieders dan de school.(h)Focussing part of the internal and/or external review and quality assurance mechanisms of a school on the blend of learning environments and tools, incorporating evaluation of/via other providers than the school.
7)Ten volle gebruikmaken van de EU-fondsen en -expertise voor hervormingen en investeringen in infrastructuur, instrumenten en pedagogie om de weerbaarheid en paraatheid voor toekomstbestendige scholen te vergroten, met name Erasmus+, de faciliteit voor herstel en veerkracht, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO), het programma Digitaal Europa, Horizon Europa en het instrument voor technische ondersteuning.(7)Make full use of EU funds and expertise for reforms and investment in infrastructure, tools and pedagogy to increase resilience and preparedness for future-ready schools, in particular Erasmus+, the Recovery and Resilience Facility, European Social FundPlus, European Regional Development Fund (ERDF), Digital Europe Programme, Horizon Europe and the Technical Support Instrument.
8)Investeren in monitoring, onderzoek en evaluatie van de beleidsuitdagingen en de impact van deze initiatieven, teneinde voort te bouwen op de opgedane ervaring en deze als basis te gebruiken voor toekomstige beleidshervormingen, onder meer door voort te bouwen op de ervaringen van lerenden en op de gegevens die zijn verzameld om beste praktijken en op maat gesneden AI-oplossingen voor betere leerprogramma’s te ontwikkelen.(8)Invest in monitoring, research and evaluation of the policy challenges and of the impact of these initiatives in order to build on lessons learnt and inform future policy reform, including by building on on experiences of learners as well as on the data collected to develop best practices and tailored AI solutions for improved learning programmes.
9)Een passend kader voor de uitvoering van deze aanbeveling bieden door rekening te houden met de maatregelen ter ondersteuning van blended leren in de nationale actieplannen ter uitvoering van de Europese kindergarantie.(9)Provide appropriate framework for implementation of this recommendation by taking into account the measures supporting blended learning in the national action plans for implementation of the European Child Guarantee.
VERZOEKT DE COMMISSIE:HEREBY INVITES THE COMMISSION TO:
1.De uitvoering van de aanbeveling ondersteunen door wederzijds leren en uitwisselingen tussen de lidstaten en alle relevante belanghebbenden te vergemakkelijken door middel van:1.Support the implementation of the Recommendation by facilitating mutual learning and exchanges among Member States and all relevant stakeholders through:
1.1.het strategisch kader voor Europese samenwerking op het gebied van onderwijs en opleiding met het oog op de Europese onderwijsruimte en verder (2021–2030) 38 ;1.1.the Strategic framework for European cooperation in education and training towards the European Education Area and beyond (2021-2030) 38 ;
1.2.de nieuwe Europese digitale-onderwijshub en de nieuwe strategische dialoog met de lidstaten, die in het kader van het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027 zullen worden opgericht om sectoroverschrijdende samenwerking op het gebied van digitaal onderwijs te ondersteunen;1.2.the new European Digital Education Hub and new Strategic Dialogue with Member States, which will be established under the Digital Education Action Plan 2021-2027 to support cross-sectoral collaboration on digital education;
1.3.EU-onlineplatforms en -gemeenschappen voor onderwijs en opleiding, met inbegrip van de School Education Gateway, eTwinning en de Europese toolkit voor scholen “Inclusief onderwijs promoten en voortijdig schoolverlaten aanpakken”;1.3.EU online platforms and communities for education and training, including the School Education Gateway, eTwinning and the European Toolkit for Schools ‘Promoting inclusive education and tackling early school leaving’;
2.In samenwerking met de lidstaten de ontwikkeling van middelen te ondersteunen, zoals:2.Support the development of resources, in cooperation with Member States, such as:
2.1.empirisch onderbouwd begeleidend materiaal over leerplannen en praktische schoolorganisatie in het kader van een aanpak van blended leren, onder andere over digitale hulpmiddelen, benaderingen voor de beoordeling en validatie van leren en gegevensbescherming, privacy en veiligheid in een context van blended leren;2.1.evidence-based guidance material on learning design and school organisational practice within a blended learning approach, including on digital tools, approaches to the assessment and validation of learning and data protection, privacy and safety in a blended learning context;
2.2.benutting van het potentieel van het toekomstige kader voor Europese digitale onderwijsinhoud ter ondersteuning van het creëren en delen van kwalitatief hoogwaardige digitale onderwijsinhoud, dat zal worden ontwikkeld als onderdeel van het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027.2.2.using the potential of the forthcoming European Digital Education Content Framework to support the creation and sharing of high-quality digital education content, which will be developed as part of the Digital Education Action Plan 2021-2027.
3.Mogelijkheden voor professionele ontwikkeling voor onderwijzend personeel en andere belanghebbenden ondersteunen door:3.Support professional development opportunities for educational staff and other stakeholders by:
3.1.grootschalige open onlinecursussen (MOOC’s) over blended leren aan te bieden aan leerkrachten, opleiders, schoolleiders en lerarenopleiders via het School Education Gateway-platform en het brede gebruik van deze cursussen voor personeel in scholen te bevorderen;3.1.providing massive open online courses (MOOCs) on blended learning for teachers, trainers, school leaders and teacher educators hosted by the School Education Gateway platform and promote the wide use of these courses for staff in schools;
3.2.goede praktijken van Erasmus+-personeelsuitwisselingen, -projecten en -netwerken te delen, onder andere via de online eTwinning-gemeenschap, de toekomstige Erasmus+ Teacher Academies en de kenniscentra voor beroepsopleiding;3.2.sharing good practice from Erasmus+ staff exchanges, projects and networks, including through the eTwinning online community, the future Erasmus+ Teacher Academies as well as the Centres of Vocational Excellence;
3.3.de nieuwe onlinetool Selfie lanceren voor leerkrachten om hen te helpen nadenken over hun digitale vaardigheden en verdere verbeteringen te plannen. Hierbij wordt voortgebouwd op de Selfie-tool voor digitale planning voor de hele school, wat een doeltreffende aanpak van blended leren kan helpen ondersteunen, onder andere in beroepsonderwijs en -opleiding.3.3.launching the new online SELFIE tool for teachers to help them reflect on their digital competences and plan for further improvement. This builds on the SELFIE tool for whole school digital planning which can help support effective blended learning approaches, including in VET.
4.Initiatieven ondersteunen voor de verdere ontwikkeling en bevordering van inclusief en rechtvaardig kwaliteitsonderwijs en mogelijkheden voor een leven lang leren voor iedereen, als onderdeel van de Europese onderwijsruimte met betrekking tot schoolonderwijs, met name wat betreft de inclusie van lerenden in verschillende omstandigheden die van invloed zijn op hun toegang tot specifieke leeromgevingen en -middelen, en de inclusie van degenen die gerichte ondersteuning nodig hebben in het leerproces.4.Support initiatives to further develop and promote inclusive, equitable quality education and lifelong learning opportunities for all, as part of the European Education Area concerning school education, particularly regarding the inclusion of learners in different circumstances that affects their access to particular learning environments and tools, and the inclusion of those who require targeted support in the learning process.
5.De lidstaten blijven steunen bij het doorvoeren van hervormingen om de kwaliteit en inclusiviteit van de schoolonderwijsstelsels te verbeteren en hun digitale paraatheid te ondersteunen in overeenstemming met de doelstellingen van het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027.5.Continue its support to Member States in undertaking reforms in order to enhance the quality and inclusiveness of school education systems and support their digital readiness in line with the objectives of the Digital Education Action Plan 2021-2027.
6.De nadruk leggen op de ontwikkeling van een aanpak van blended leren in het basis- en middelbaar onderwijs in het kader van regelmatige voortgangsverslagen over de Europese onderwijsruimte en het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027.6.Include a focus on the development of a blended learning approach in primary and secondary school education under the framework of regular progress reports of the European Education Area and the Digital Education Action Plan 2021-2027.
Gedaan te Brussel,Done at Brussels,
   Voor de Raad   For the Council
   De voorzitter   The President
(1)    COM(2017) 250.(1)    COM(2017) 250.
(2)     https://ec.europa.eu/education/education-in-the-eu/european-education-area_nl  (2)     https://ec.europa.eu/education/education-in-the-eu/european-education-area_en  
(3)    COM(2020) 624.(3)    COM(2020) 624.
(4)    PB 2021 C 66 van 26.2.2021, blz. 1.(4)    OJ 2021 C 66/1, 26.2.2021.
(5)    https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX%3A52021XG0610%2801%29 (5)    https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/?uri=CELEX:52021XG0610(01) 
(6)    Er is bijvoorbeeld snel nieuwe wetgeving ingevoerd om de overheden en schoolleiders op lokaal niveau meer autonomie te geven. Veel scholen hebben partnerschappen gevormd of vernieuwd met ouders, lokale gemeenschappen, bedrijven, ngo’s en culturele organisaties (waaronder omroeporganisaties), zoals blijkt uit de openbare raadpleging over het actieplan voor digitaal onderwijs.(6)    For example, new legislation was rapidly triggered together with giving more autonomy to authorities and school leaders at the local level. Many schools have formed or renewed partnerships with parents, local communities, businesses, private companies, NGOs, and cultural (including broadcast media) organisations, as reported in the Digital Education Action Plan open public consultation.
(7)    Het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek van de Europese Commissie verzamelde de standpunten van kinderen en gezinnen in negen EU-landen voor hun verslag (in het Engels) How families handled emergency remote schooling during the Covid-19 lockdown in spring 2020 .(7)    The European Commission’s Joint Research Centre gathered the perceptions of children and families in nine EU countries for their report How families handled emergency remote schooling during the Covid-19 lockdown in spring 2020 .
(8)    Volgens de resultaten van de openbare raadpleging ter voorbereiding van het actieplan voor digitaal onderwijs maakten ouders en lerenden melding van specifieke problemen bij de overgang naar noodonderwijs op afstand. Ouders meldden dat het hun kinderen bijzonder slechte ervaringen hadden wat betreft motivatie om te leren, examens/beoordelingen en feedback, en de slechte kwaliteit van de online-leerinhoud. De sociaal-economische kloof tussen lerenden werd genoemd als de grootste uitdaging voor de toekomst. Zie ook de komende studie: Cachia R., Velicu A., Chaudron S., Di Gioia R. & Vuorikari R., “Remote schooling during Covid-19 spring 2020 lockdown. A closer look at European families.”(8)    According to the results of the open public consultation to prepare the Digital Education Action Plan, parents and learners reported particular difficulties with the shift to remote emergency teaching. Parents report that their children had a particularly bad experience with motivation to learn, examination/assessment and feedback, and the poor quality of online learning content. Socio-economic gaps between learners was identified as the major challenge going forward. See also forthcoming study: Cachia R., Velicu A., Chaudron S., Di Gioia R. & Vuorikari R., “Remote schooling during Covid-19 spring 2020 lockdown. A closer look at European families.”
(9)    Dankzij de EU-schoolregeling leren kinderen over gezonde eetgewoonten en levensstijlen. Zie Uitleg over de schoolregeling, Europese Commissie (europa.eu) .(9)    The EU School Scheme allows children learn about healthy diets and lifestyles. See  School scheme explained | European Commission (europa.eu)
(10)    Volgens de resultaten van de openbare raadpleging ter voorbereiding van het actieplan voor digitaal onderwijs had 69 % van de basisscholen en 64 % van de middelbare scholen geen ervaring met afstandsonderwijs met behulp van digitale technologieën. De respondenten meldden een reeks obstakels en belemmeringen, waaronder het gebrek aan digitale infrastructuur en digitale capaciteit, een slecht leerplan, onvoldoende communicatie tussen school en thuis, en het gebrek aan digitale vaardigheden, met name bij opvoeders.(10)    According to the results of the open public consultation to prepare the Digital Education Action Plan, 69% of primary schools and 64% of secondary schools had no previous experience of distance learning using digital technologies. Respondents reported a range of obstacles and barriers including the lack of digital infrastructure and digital capacity, poor learning design, insufficient communication between and school and home, and the lack of digital competences, particularly for educators.
(11)     https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/europe-fit-digital-age/europes-digital-decade-digital-targets-2030_nl(11)     https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/europe-fit-digital-age/europes-digital-decade-digital-targets-2030_en
(12)    Uit onderzoek is gebleken dat dit tot een achterstand in de ontwikkeling van de diepleesvaardigheden van leerlingen kan leiden; zie de Verklaring van Stavanger over de toekomst van lezen ( https://ereadcost.eu/wp-content/uploads/2019/01/StavangerDeclaration.pdf ). De verklaring, die in 2019 door meer dan 100 onderzoekers werd ondertekend, bevat de belangrijkste bevindingen van vier jaar empirisch onderzoek in het kader van het door de EU gefinancierde COST-onderzoek Evolution of Reading in the Age of Digitalisation (E-READ).(12)    Research has demonstrated this may cause a setback in the development of pupils’ deep-reading abilities; see Stavanger Declaration Concerning the Future of Reading ( https://ereadcost.eu/wp-content/uploads/2019/01/StavangerDeclaration.pdf ). The Declaration, signed in 2019 by more than 100 researchers, contains the key findings of four years of empirical research in the context of the EU-funded COST research action Evolution of Reading in the Age of Digitalisation (E-READ).
(13)    COM(2020) 624.(13)    COM(2020) 624.
(14)    COM(2020) 274 final.(14)    COM(2020) 274 final.
(15)    PB C 417 van 2.12.2020, blz. 1.(15)    OJ C 417, 2.12.2020, p. 1–16
(16)     Europese beleidssamenwerking (ET 2020-kader), Onderwijs en opleiding (europa.eu)(16)     European policy cooperation (ET 2020 framework) | Education and Training (europa.eu)
(17)     https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX:32016R0679  (17)     http://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/?uri=uriserv:OJ.L_.2016.119.01.0001.01.ENG  
(18)    PB C 212I van 26.6.2020, blz. 9.(18)    OJ C 212I , 26.6.2020, p. 9–14
(19)    COM(2017) 250.(19)    COM(2017)250
(20)    COM(2021) 102.(20)    COM(2021)102
(21)    COM(2020) 274 final.(21)    COM(2020) 274 final.
(22)    COM(2017) 673.(22)    COM(2017)673
(23)    PB C 189 van 4.6.2018, blz. 1, bijlage.(23)    OJ C 189, 4.6.2018, p. 1–13, Annex
(24)    PB C 189 van 4.6.2018, blz. 1.(24)    OJ C 189, 4.6.2018, p. 1–13
(25)    PB C 417 van 2.12.2020, blz. 1.(25)    OJ C 417, 2.12.2020, p. 1–16
(26)    PB C 193 van 9.6.2020, blz. 11.(26)    OJ C 193, 9.6.2020, p. 11–19
(27)    Initieel beroepsonderwijs en initiële beroepsopleiding vinden meestal plaats op hoger middelbaar en postmiddelbaar niveau, voordat leerlingen gaan werken. Zij vinden plaats in een schoolomgeving (voornamelijk in de klas) of in een werkomgeving, zoals opleidingscentra en bedrijven, afhankelijk van de nationale onderwijs- en opleidingsstelsels en economische structuren.(27)    Initial vocational education and training is usually carried out at upper secondary level and post-secondary level before students begin working life. It takes place either in a school-based environment (mainly in the classroom) or in a work-based setting, such as training centres and companies, depending on national education and training systems and economic structures.
(28)     https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-9624-2017-INIT/nl/pdf  (28)     http://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-9624-2017-INIT/en/pdf  
(29)    PB C 172 van 27.5.2015, blz. 3.(29)    2015/C 172/03
(30)    Het kader voor blended leren dat in het werkdocument van de diensten van de Commissie wordt gepresenteerd, kan een basis vormen voor specifieke acties die zijn afgestemd op de situatie in de landen.(30)    The Framework for Blended learning presented in the Staff Working Document can be a basis for specific actions adapted to countries’ situations
(31)    PB C 189 van 4.6.2018, blz. 1.(31)    OJ C 189, 4.6.2018, p. 1–13
(32)    LifeComp omvat drie onderling verweven competentiegebieden: “persoonlijk”, “sociaal” en “leren-om-te-leren”. Elk gebied omvat drie competenties: zelfregulering, flexibiliteit en welzijn (persoonlijk gebied), empathie, communicatie en samenwerking (sociaal gebied), groeigericht denken, kritisch denken en leermanagement (leren-om-te-lerengebied). De LifeComp-competenties zijn van toepassing op alle aspecten van het leven en kunnen levenslang worden verworven via formeel, informeel en niet-formeel onderwijs. https://ec.europa.eu/jrc/en/lifecomp(32)    LifeComp comprises three intertwined competence areas: ‘Personal’, ‘Social’, and ‘Learning to learn’. Each area includes three competences: Self-regulation, Flexibility, Wellbeing (Personal Area), Empathy, Communication, Collaboration (Social Area), Growth mindset, Critical thinking, and Managing learning (Learning to learn Area). LifeComp competences apply to all spheres of life and can be acquired lifelong through formal, informal, and non-formal education. https://ec.europa.eu/jrc/en/lifecomp
(33)    De Europese Commissie lanceert in oktober 2021 de nieuwe Selfie-tool voor leerkrachten, die opvoeders kan helpen de ontwikkeling van hun digitale competenties te plannen.(33)    The European Commission is launching in October 2021 the new SELFIE for Teachers tool which can support educators to plan the development of their digital competences.
(34)    Een periode van formele studie om een erkende kwalificatie te behalen en als leraar te worden aangesteld. Deze wordt doorgaans aangeboden door onderwijsafdelingen van universiteiten of onafhankelijke instellingen voor lerarenopleiding (zie verklarende woordenlijst in het werkdocument van de diensten van de Commissie).(34)    A period of formal study in order to gain a recognised qualification and be employed as a teacher. This is typically offered by education departments in universities or independent teacher education institutions (cf. glossary in the Staff Working Document).
(35)    Het leren dat professionals in elk stadium van hun loopbaan inzetten om hun beroepsbeoefening te verbeteren (zie verklarende woordenlijst in het werkdocument van de diensten van de Commissie).(35)    The learning that professionals engage in at any stage of their career to enhance their practice (cf. glossary in the Staff Working Document).
(36)    De Selfie-tool kan scholen helpen na te denken en gegevens in te winnen over hun huidige situatie en behoeften. Het instrument is modulair en kan door elke school worden aangepast naar gelang hun specifieke situatie.(36)    The SELFIE tool can support schools to reflect and gather evidence on their current situation and needs. The tool is modular and can be adapted by each school to take their particular context into account.
(37)    De Europese toolkit voor scholen “Inclusief onderwijs promoten en voortijdig schoolverlaten aanpakken” biedt een schat aan middelen en praktische voorbeelden, alsook een zelfbeoordelingsinstrument voor scholen.(37)    The European Toolkit for Schools ‘Promoting inclusive education and tackling early school leaving’, offers a wealth of resources and practical examples, as well as a self-assessment tool for schools.
(38)    PB C 66 van 26.2.2021, blz. 1.(38)    OJ C 66, 26.2.2021, p. 1–21