Kies de experimentele functies die u wilt uitproberen

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document 32019D1287

    Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1287 van de Commissie van 26 juli 2019 betreffende de verlenging van verscherpt toezicht voor Griekenland (Kennisgeving geschied onder nummer C(2019) 5900)

    C/2019/5900

    IO L 202, 31.7.2019, blz. 110–113 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Juridische status van het document Van kracht

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2019/1287/oj

    31.7.2019   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 202/110


    UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2019/1287 VAN DE COMMISSIE

    van 26 juli 2019

    betreffende de verlenging van verscherpt toezicht voor Griekenland

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2019) 5900)

    (Slechts de tekst in de Griekse taal is authentiek)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EU) nr. 472/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 21 mei 2013 betreffende de versterking van het economische en budgettaire toezicht op lidstaten in de eurozone die ernstige moeilijkheden ondervinden of dreigen te ondervinden ten aanzien van hun financiële stabiliteit (1), en met name artikel 2, lid 1,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Nadat de financiële bijstand van het Europees Stabiliteitsmechanisme op 20 augustus 2018 was afgelopen, is bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1192 van de Commissie (2) met ingang van 21 augustus 2018 voor een periode van zes maanden verscherpt toezicht voor Griekenland geactiveerd. Met Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/338 van de Commissie (3) is dit verlengd voor een periode van nog eens zes maanden, met ingang van 21 februari 2019.

    (2)

    Sinds 2010 heeft Griekenland aanzienlijke financiële bijstand ontvangen, waardoor de uitstaande verplichtingen van Griekenland tegenover de lidstaten van de eurozone, de Europese Faciliteit voor financiële stabiliteit en het Europees stabiliteitsmechanisme tot in totaal 243 700 miljoen EUR zijn opgelopen. Griekenland heeft tegen gunstige voorwaarden financiële steun van zijn Europese partners gekregen en, om zijn schuld een meer houdbare basis te geven, zijn in 2012, en opnieuw in 2017, in het kader van het Europees stabiliteitsmechanisme specifieke maatregelen goedgekeurd. Op 22 juni 2018 is in de Eurogroep een politiek akkoord bereikt over de uitvoering van extra maatregelen om de houdbaarheid van de schuld te waarborgen. Daarbij gaat het om de verlenging van de gewogen gemiddelde looptijden met nog eens tien jaar, het uitstel van rente en aflossing met nog eens tien jaar, en de implementatie van andere schuldmaatregelen. Over twee extra maatregelen (de afschaffing van de renteopslag in verband met de tranche voor de terugkoop van schulden van het programma van de Europese Faciliteit voor financiële stabiliteit vanaf 2018 en de hervatting van de storting van bedragen die gelijk zijn aan de opbrengsten van Griekse overheidsobligaties die door de nationale centrale banken van de eurozone worden aangehouden in het kader van het Agreement on Net Financial Assets (ANFA) en het Securities Markets Programme (SMP)) kan halfjaarlijks in de Eurogroep overeenstemming worden bereikt op basis van positieve rapportage in het kader van het verscherpt toezicht op de naleving door Griekenland van zijn beleidstoezeggingen voor de post-programmaperiode. In dit verband is de vrijgave van de eerste tranche van beleidsgerelateerde schuldmaatregelen ter waarde van 970 miljoen EUR uitgevoerd na het akkoord van de Eurogroep in april 2019.

    (3)

    Griekenland heeft in de Eurogroep toegezegd alle essentiële hervormingen die in het kader van het programma ter ondersteuning van de stabiliteit van het Europees stabiliteitsmechanisme (hierna “het programma” genoemd) zijn goedgekeurd, voort te zetten en af te ronden en de doelstellingen van de belangrijke hervormingen die in het kader van dat programma en de voorgangers ervan zijn goedgekeurd, zeker te stellen. Ook heeft Griekenland toegezegd specifieke acties te zullen ondernemen op het gebied van budgettair en budgettair-structureel beleid, sociale voorzieningen, financiële stabiliteit, arbeids- en productmarkten, privatisering en openbaar bestuur. Die specifieke acties, die in een bijlage bij de verklaring van de Eurogroep van 22 juni 2018 zijn uiteengezet, zullen bijdragen tot het aanpakken van de buitensporige macro-economische onevenwichtigheden en de bronnen of potentiële oorzaken van economische moeilijkheden in Griekenland

    (4)

    Op 21 november 2018 heeft de Commissie, op grond van Verordening (EU) nr. 1176/2011 van het Europees Parlement en de Raad (4), het waarschuwingsmechanismeverslag aangenomen, waarin zij Griekenland heeft genoemd als een van de lidstaten die aan een diepgaande evaluatie zouden worden onderworpen. Die diepgaande evaluatie is opgenomen in het landverslag voor Griekenland (5) dat op 27 februari 2019 is bekendgemaakt. De Commissie concludeerde dat Griekenland weliswaar erin geslaagd was zijn begrotingssaldo te herstellen en het tekort op de lopende rekening sterk terug te dringen, maar dat het land nog steeds met buitensporige macro-economische onevenwichtigheden (6) te maken heeft in de nasleep van de crisis. Deze houden verband met de hoge overheidsschuld, de negatieve netto internationale investeringspositie, het hoge aandeel niet-renderende leningen op de balans van banken en de nog steeds hoge werkloosheid. Meer bepaald bedroeg eind 2018 de overheidsschuld 181,1 % van het bruto binnenlands product, het hoogste niveau in de Unie. De internationale investeringspositie (netto) van – 137,9 % van het bruto binnenlands product in 2018 blijft zeer hoog. Bovendien is deze, ondanks de aanzienlijke vermindering van het tekort op de lopende rekening, nog steeds ontoereikend om de grote internationale investeringspositie (netto) te verbeteren en in een bevredigend tempo terug te brengen naar niveaus die als prudent gelden. Hoewel de werkloosheid verder blijft dalen ten opzichte van de piek van 27,8 % in 2013, bedroeg zij in maart 2019 nog steeds 18,1 %. De langdurige werkloosheid (11,9 % in het eerste kwartaal van 2019) en de jeugdwerkloosheid (40,4 % in maart 2019) blijven zeer hoog.

    (5)

    In het licht van de diepgaande evaluatie door de Commissie en op basis van een beoordeling door de Commissie heeft de Raad het nationale hervormingsprogramma 2019 en het stabiliteitsprogramma 2019 onderzocht. De Raad heeft Griekenland de aanbeveling gedaan (7) om in 2019 en 2020 actie te ondernemen om een duurzaam economisch herstel tot stand te brengen en de buitensporige macro-economische onevenwichtigheden aan te pakken door hervormingen voort te zetten en te voltooien in overeenstemming met de post-programmatoezeggingen die zijn gedaan op de vergadering van de Eurogroep van 22 juni 2018. Voorts deed de Raad Griekenland de aanbeveling zijn economisch investeringsbeleid toe te spitsen op specifieke prioritaire terreinen, om zo een solide basis voor groei te bieden, en tegelijk de regionale verschillen te verminderen en sociale inclusie te verzekeren.

    (6)

    Op 5 juni 2019 heeft de Commissie haar derde beoordeling in het kader van het verscherpt toezicht op Griekenland uitgebracht (8). Die beoordeling beschrijft de progressie die Griekenland heeft gemaakt voor zijn algemene en specifieke hervormingstoezeggingen. De conclusie is dat Griekenland, in de post-programmaomgeving, sinds augustus 2018 goed van start is gegaan. De reële groei en de werkgelegenheidscreatie zijn op peil gebleven en Griekenland heeft zijn doelstelling voor een primair overschot in 2018 opnieuw overtroffen. Dankzij de — licht vertraagde — afronding van vóór eind 2018 voorziene specifieke hervormingstoezeggingen konden in april 2019 extra schuldmaatregelen worden geïmplementeerd. Ook is Griekenland weer toegang gaan krijgen tot de markten en kreeg het van ratingbureaus hogere ratings. Het tempo van de uitvoering van de hervormingen is de afgelopen maanden echter vertraagd en de consistentie van sommige maatregelen met toezeggingen in de Eurogroep is niet verzekerd. Het verslag concludeerde voorts dat er risico's bestaan wat betreft het behalen van de overeengekomen doelstelling voor het primaire saldo. Griekenland is dus op een belangrijk moment aangekomen wat de beleidskeuzes betreft die nodig zijn om een gestaag en duurzaam economisch herstel waar te maken.

    (7)

    De banksector blijft weliswaar voldoende gekapitaliseerd, maar de kapitaalpositie is in de loop van 2018 licht verslechterd tegen de achtergrond van een lage winstgevendheid en een zwakke kwaliteit van de activa, terwijl uitgestelde belastingkredieten nog steeds een aanzienlijk deel van het kernkapitaal vormen. De banksector blijft voor uitdagingen staan, nu verbeteringen slechts traag vorderen, en er blijven opvallende kwetsbare punten bestaan. Deze houden verband met de grote volumes niet-renderende blootstellingen en lage niveaus van winstgevendheid, terwijl er sterke banden met de overheid blijven bestaan. Het volume niet-renderende blootstellingen mag dan geleidelijk afnemen ten opzichte van de piek van 107,2 miljard EUR die in maart 2016 werd bereikt, toch was het eind 2018 nog steeds zeer hoog met 81,8 miljard EUR of 45,4 % van de totale blootstellingen binnen de balanstelling. Griekenland heeft de afgelopen jaren cruciale hervormingen doorgevoerd en er lopen werkzaamheden rond een reeks initiatieven om het afwikkelingskader voor niet-renderende leningen (NPL) te versterken. Toch zijn verdere inspanningen nodig om niet-renderende blootstellingen sneller af te bouwen, het aantal niet-renderende blootstellingen terug te brengen tot houdbare niveaus, en financiële instellingen in staat te stellen hun intermediatie- en risicobeheerfunctie te vervullen.

    (8)

    Ondanks de progressie van de afgelopen jaren staat Griekenland nog steeds voor grote uitdagingen wat betreft zijn ondernemingsklimaat en de rechtspraak. Op verschillende terreinen van de structurele componenten van de belangrijkste vergelijkende indicatoren (bijv. de tijd om een rechterlijke beslissing te bekomen, handhaving van contracten, de registratie van onroerend goed, de afwikkeling van insolventie enz.) blijft Griekenland nog steeds ver achter bij de best presterende landen.

    (9)

    Griekenland, dat in 2010 afgesneden raakte van financiering via de financiële markten, begon vanaf juli 2017 opnieuw toegang tot de markt te krijgen door de uitgifte van staatsobligaties. Na een succesvolle obligatie-uitgifte in januari 2019 heeft Griekenland in maart 2019 opnieuw een beroep gedaan op de kapitaalmarkten en heeft voor het eerst sinds 2010 een tienjaars overheidsobligatie uitgegeven. In juli 2019 heeft Griekenland een zevenjaars obligatie uitgegeven, die moet helpen de Griekse rendementscurve te herstellen en de liquiditeit op de Griekse obligatiemarkt moet helpen te vergroten. De kredietvoorwaarden voor Griekenland blijven niettemin fragiel in het licht van externe economische risico's en binnenlandse kwetsbaarheden.

    (10)

    In het licht van het bovenstaande concludeert de Commissie dat de voorwaarden die het instellen van verscherpt toezicht overeenkomstig artikel 2 van Verordening (EU) nr. 472/2013 rechtvaardigen, nog steeds aanwezig zijn. Met name blijft Griekenland met risico's kampen ten aanzien van zijn financiële stabiliteit die, indien zij zich zouden voordoen, negatieve overloopeffecten op andere lidstaten van de eurozone kunnen hebben. Mochten overloopeffecten zich voordoen, dan zouden deze zich indirect kunnen voordoen doordat ze het beleggersvertrouwen — en daarmee de herfinancieringskosten voor banken en overheden in andere lidstaten van de eurozone — beïnvloeden.

    (11)

    Griekenland moet dus op middellange termijn maatregelen blijven nemen om de bronnen of potentiële oorzaken van de moeilijkheden aan te pakken en structurele hervormingen blijven doorvoeren om een robuust en duurzaam economisch herstel te ondersteunen, en zodoende de historisch gegroeide effecten van verscheidene factoren te mitigeren. Deze factoren zijn onder meer de ernstige en langdurige neergang tijdens de crisis; de omvang van de Griekse schuldenlast; de kwetsbare punten van zijn financiële sector; de aanhoudend relatief sterke onderlinge verwevenheid tussen de financiële sector en de Griekse overheidsfinanciën, onder meer door staatseigendom; het risico dat ernstige spanningen in een van deze sectoren overslaan naar andere lidstaten, alsook de blootstelling van de lidstaten van de eurozone aan de Griekse overheid.

    (12)

    Om de resterende risico's aan te pakken en om te monitoren of de daarop afgestemde toezeggingen worden nagekomen, lijkt het noodzakelijk en passend het verscherpt toezicht op Griekenland ingevolge artikel 2, lid 1, van Verordening (EU) nr. 472/2013 te verlengen.

    (13)

    Griekenland heeft bij brief van 16 juli 2019 de gelegenheid gekregen zijn standpunt over de beoordeling van de Commissie kenbaar te maken. In zijn antwoord van 19 juli 2019 heeft Griekenland zich in grote lijnen aangesloten bij de beoordeling door de Commissie van de economische uitdagingen waarvoor het land staat, hetgeen de basis vormt voor het verlengen van verscherpt toezicht.

    (14)

    Griekenland zal technische steun blijven ontvangen in het kader van het steunprogramma voor structurele hervormingen (SRSP) (zoals vastgesteld in Verordening (EU) 2017/825 van het Europees Parlement en de Raad (9)) voor het vormgeven en implementeren van hervormingen, onder meer voor de voortzetting en voltooiing van essentiële hervormingen in overeenstemming met de beleidstoezeggingen die in het kader van het verscherpt toezicht worden gemonitord.

    (15)

    De Commissie is voornemens bij de implementatie van het verscherpt toezicht nauw samen te werken met het Europees stabiliteitsmechanisme, in de context van het systeem voor vroegtijdige waarschuwing daarvan,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De looptijd van het bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1192 geactiveerde verscherpt toezicht op Griekenland ingevolge artikel 2, lid 1, van Verordening (EU) nr. 472/2013 wordt met ingang van 21 augustus 2019 voor een periode van nog eens zes maanden verlengd.

    Artikel 2

    Dit besluit is gericht tot de Helleense Republiek.

    Gedaan te Brussel, 26 juli 2019.

    Voor de Commissie

    Pierre MOSCOVICI

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 140 van 27.5.2013, blz. 1.

    (2)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1192 van de Commissie van 11 juli 2018 betreffende de activering van verscherpt toezicht voor Griekenland (PB L 211 van 22.8.2018, blz. 1).

    (3)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/338 van de Commissie van 20 februari 2019 betreffende de verlenging van verscherpt toezicht voor Griekenland (PB L 60 van 28.2.2019, blz. 17).

    (4)  Verordening (EU) nr. 1176/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 betreffende de preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden (PB L 306 van 23.11.2011, blz. 25).

    (5)  SWD(2019) 1007 final.

    (6)  COM(2019) 150 final.

    (7)  Aanbeveling van de Raad van 9 juli 2019 over het nationale hervormingsprogramma 2019 van Griekenland en met een advies van de Raad over het stabiliteitsprogramma 2019 van Griekenland.

    (8)  Europese Commissie, Enhanced Surveillance Report — Greece, June 2019, Institutional Paper 103, juni 2019.

    (9)  Verordening (EU) 2017/825 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot vaststelling van het steunprogramma voor structurele hervormingen voor de periode 2017-2020 en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1303/2013 en (EU) nr. 1305/2013 (PB L 129 van 19.5.2017, blz. 1).


    Naar boven