EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Democratisch tekort

“Democratisch tekort” is een term die wordt gebruikt om naar een situatie te verwijzen waar instellingen en hun besluitvormingsprocedures onvoldoende democratische legitimiteit of verantwoordingsplicht kennen. In het geval van de Europese Unie (EU) verwijst het naar een gevoeld gebrek aan toegankelijkheid of gebrek aan vertegenwoordiging van de gewone burger ten opzichte van EU-instellingen — alsof er een kloof bestaat tussen de bevoegdheden van deze instellingen en het onvermogen van burgers om de besluitvorming van deze instellingen te beïnvloeden.

Democratische legitimiteit is tijdens elke fase van het Europese integratieproces een gevoelige kwestie geweest. Het komt aan de orde in de Verdragen van Maastricht, Amsterdam en Nice, die steeds meer bevoegdheden verleenden aan het direct verkozen Europees Parlement en de gebieden uitbreidden waarop het Parlement samen met de Raad van de Europese Unie besluit (de medebeslissingsprocedure). Hierdoor heeft het Parlement zich van raadgevend orgaan ontwikkeld tot medewetgever.

Het Verdrag van Lissabon, dat sinds 1 december 2009 van toepassing is, introduceert meerdere wijzigingen om de zorgen met betrekking tot een democratisch tekort in de EU aan te pakken. Het verdrag heeft de bevoegdheden van het Parlement op de volgende drie gebieden versterkt:

  • Financieel. Het Parlement speelt een belangrijke rol bij het goedkeuren van alle categorieën van jaarlijkse EU-begrotingsuitgaven.
  • Wetgeving. De medebeslissingsprocedure werd de gewone wetgevingsprocedure en is van toepassing op bijna alle gebieden waarover de Raad met gekwalificeerde meerderheid besluit.
  • Voordracht. Het Parlement kiest de voorzitter van de Europese Commissie op basis van de kandidaat die de Europese Raad, rekening houdend met de uitslag van de verkiezingen van het Parlement, heeft voorgedragen. De Commissie moet als college de goedkeuring krijgen van het Europees Parlement, voordat zij door de Europese Raad wordt benoemd.

Het Verdrag van Lissabon heeft met betrekking tot het subsidiariteitsbeginsel ook manieren geïntroduceerd waarop nationale parlementen aan EU-beleidsvorming kunnen deelnemen. Hierdoor krijgen ze de mogelijkheid om de wetgevingsvoorstellen van de Commissie te controleren (de subsidiariteitscontrole).

Het Verdrag van Lissabon roept ook een recht op burgerinitiatief in het leven, waarmee burgers de Commissie kunnen verzoeken om wetgeving voor te stellen op elk gebied waarop zij bevoegd zijn. Om een Europees burgerinitiatief op te zetten, moet een groep organisatoren worden opgericht, bestaande uit ten minste zeven EU-burgers uit zeven verschillende EU-lidstaten. Zodra een initiatief 1 miljoen handtekeningen heeft verzameld en de vereiste minimumdrempels in zeven lidstaten heeft behaald, zal de Commissie beslissen welke maatregelen moeten worden genomen.

Het proces voor besluitvorming van de instellingen wordt soms bekritiseerd vanwege een gebrek aan transparantie, met name als het gaat om de communicatie tussen de Raad, de Commissie en het Parlement. Tegenwoordig publiceren de instellingen de uiteindelijke compromistekst die als resultaat van interinstitutionele onderhandelingen is aangenomen. Daarnaast zijn de officiële regels met betrekking tot het onderhandelingsproces verbeterd.

Leden van de Raad organiseren openbare sessies wanneer ze voorstellen voor wetgevingshandelingen bespreken of daarover stemmen. De eerste beraadslaging over belangrijke voorstellen voor niet-wetgevingshandelingen is ook openbaar en de Raad organiseert daarnaast regelmatig openbare debatten over belangrijke kwesties die van invloed zijn op de belangen van de EU en haar burgers.

De Conferentie over de toekomst van Europa — die officieel werd afgesloten op 9 mei 2022 (Dag van Europa) — was een “bottom-up” oefening vanuit de basis waar burgers hun woord konden doen over hun verwachtingen van de EU en een grotere rol konden vervullen bij het vormgeven van haar toekomst. De conferentie was een gezamenlijke onderneming van het Parlement, de Raad en de Commissie die als gelijke partners met de lidstaten samenwerkten. Een belangrijk onderdeel van de conferentie was het opzetten van burgerpanels op EU-niveau en in meerdere lidstaten. Naar aanleiding van de door hen gehouden debatten en evenementen presenteerden zij tijdens de plenaire vergadering van de conferentie aanbevelingen voor de EU-instellingen. De resultaten van de conferentie zijn opgenomen in een rapport dat 49 voorstellen voor de toekomst van Europa doet en meerdere onderwerpen omvat, waaronder Europese democratie. De EU-instellingen hebben hun feedback op deze voorstellen gegeven tijdens een feedbackevenement in het najaar van 2022.

ZIE OOK

Top