Jaarverslag 2004 over ECHO

In dit rapport worden de belangrijkste activiteiten van het directoraat-generaal humanitaire hulp van de Europese Commissie (DG ECHO) in 2004 beschreven. DG ECHO streeft ernaar de fundamentele beginselen van humanitaire hulp te eerbiedigen, te weten neutraliteit, onpartijdigheid en onafhankelijkheid, want alleen zo kan op doeltreffende wijze hulp worden verleend en zijn de toegang tot hulp van nooddruftige bevolkingsgroepen en de veiligheid van de humanitaire hulpverleners gewaarborgd.

BESLUIT

Verslag van de Commissie van 23 november 2005 - Jaarverslag 2004 (ECHO) [COM (2005) 580 def. - Niet verschenen in het Publicatieblad].

SAMENVATTING

Het jaar 2004 zal de geschiedenis ingaan als het jaar waarin op 26 december de tragische tsunami plaatsvond, waarbij aan de kust van de Indische Oceaan bijna 280.000 doden vielen, waarmee dit een van ergste rampen in de geschiedenis van de mensheid is. Daarnaast kostten crisissen elders in de wereld het leven aan duizenden mensen zonder dat de wereld op de hoogte was van de desastreuze gevolgen voor de getroffen bevolkingsgroepen. DG ECHO verleende in 2004 humanitaire steun al naargelang de behoeften aan humanitaire hulp in de wereld, waarbij bijzondere aandacht werd besteed aan "vergeten crisissen", waaraan de media geen aandacht (meer) besteden.

Om ervoor te zorgen dat de maatregelen goed overeenkomen met de behoeften heeft DG ECHO de situatie in ongeveer 130 ontwikkelingslanden vergeleken op basis van negen humanitaire indicatoren: menselijke ontwikkeling, armoede, gevaar voor natuurrampen, conflicten, vluchtelingen, binnenlandse ontheemden, ondervoeding, sterftecijfer en bijdragen van andere donors. Wanneer deze methode wordt toegepast op de resultaten voor 2004, dan blijkt dat 62% (353 miljoen euro) van de 570 miljoen euro (518,2 miljoen euro uit de begroting van de Commissie; de overige 52,2 miljoen van het Europees Ontwikkelingsfonds) is toegekend aan de regio's waar de nood het hoogst was; 30% (172 miljoen euro) ging naar de regio's waar de nood gemiddeld was en minder dan 1% (4 miljoen euro) ging naar de regio's waar de behoeften het kleinst waren (incidentele behoeften). De ACS-landen ontvingen de meeste steun (301,6 miljoen euro), gevolgd door Azië (111,1 miljoen euro). Het resterende bedrag (41 miljoen euro, 7%) werd besteed aan thematische maatregelen, technische bijstand en ondersteunende uitgaven.

Om te bepalen of een situatie tot de categorie "vergeten crisissen" behoort, gebruikte DG ECHO een analysemethode waarbij rekening wordt gehouden met zowel kwantitatieve criteria (weinig aandacht in de media of weinig donorsteun, maar grote behoeften) als met kwalitatieve criteria (evaluatie ter plaatse door deskundigen en de verantwoordelijke ambtenaren van DG ECHO). De belangrijkste vergeten crisissen in 2004 speelden zich af in Algerije (westelijke Sahara), de Democratische Republiek Congo, Guinea, Haïti, India, Myanmar/Birma, Nepal, de noordelijke Kaukasus (Tsjetsjenië), Thailand (vluchtelingen uit Myanmar), Somalië, Soedan, Oeganda en Jemen.

Hoewel er ook positieve ontwikkelingen waren in 2004, blijven er humanitaire problemen bestaan: het aantal vluchtelingen daalde van 10,6 miljoen in 2002 tot 9,67 miljoen eind 2003, maar ook na hun terugkeer hebben vluchtelingen humanitaire hulp nodig, in ieder geval gedurende de periode vlak na hun terugkeer. Daarnaast bedraagt het aantal binnenlandse ontheemden 25 miljoen. De humanitaire crisis in Azië als gevolg van de tsunami toont aan dat mensen steeds kwetsbaarder zijn voor natuurrampen.

Belangrijkste acties van DG ECHO in 2004

In Afrika vonden de belangrijkste acties plaats in Sudan/Darfur, wat door de VN de "grootste humanitaire ramp in de geschiedenis van de mensheid" wordt genoemd. De burgeroorlog die in 2003 uitbrak, verhevigde in 2004 aanzienlijk. Naast de 20 miljoen euro die aanvankelijk voor Soedan waren gereserveerd in de begroting, werden verschillende noodmaatregelen goedgekeurd, waarmee de totale steun 83 miljoen euro bedroeg.

Ook werden projecten gefinancierd in Centraal-Afrika, in het gebied van de Grote Meren (Burundi, Democratische Republiek Congo, Congo-Brazzaville, de Centraal-Afrikaanse Republiek en Tanzania) en in West-Afrika.

In de noordelijke Kaukasus bleef de vergeten humanitaire crisis die sinds lange tijd in Tsjetsjenië woedt een van de belangrijkste prioriteiten van DG ECHO in 2004, dat 28,5 miljoen euro toekende aan de slachtoffers van dit conflict.

In totaal 37,35 miljoen euro werd toegekend aan de Palestijnen in de bezette gebieden, de Palestijnse vluchtelingen in Jordanië, Libanon en Syrië en aan bepaalde groepen Irakese vluchtelingen in kampen in Jordanië en in het niemandsland tussen Jordanië en Irak.

Voor Afghanistan werd een bedrag van 35 miljoen euro vrijgemaakt, met name voor de terugkeer en reïntegratie van vluchtelingen en binnenlandse ontheemden die naar hun regio van herkomst terugkeerden.

DG ECHO was de eerste donor die in actie kwam na de tsunami, door 3 miljoen euro toe te kennen aan de Internationale Federatie van het Rode Kruis. Daarnaast vroeg de Europese Commissie in januari 2005 aan de begrotingsautoriteit (het Parlement en de Raad) om 100 miljoen euro toe te kennen voor aanvullende noodhulp in de getroffen gebieden. Aan de getroffen bevolkingsgroepen werd 80 miljoen euro toegekend.

In 2004 werden 16 financieringsbesluiten genomen voor maatregelen met betrekking tot paraatheid bij rampen in verschillende delen van de wereld. DG ECHO besteedde ook 360.000 euro aan de wereldtop in Kobe over het voorkomen van natuurrampen.

Thematische financiering is een nieuwe vorm van samenwerking met internationale organisaties (agentschappen van de Verenigde Naties en het Rode Kruis) waarmee wordt gestreefd naar versterking van hun institutionele capaciteit om de doeltreffendheid van de humanitaire hulp te vergroten. In 2004 sloot DG ECHO thematische contracten met het Bureau voor de coördinatie van humanitaire hulp (OCHA), de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), het Wereldvoedselprogramma (WVP) en Unicef.

Andere acties

DG ECHO heeft deelgenomen aan verschillende bijeenkomsten om met de andere donors vraagstukken te bespreken zoals het krimpen van de humanitaire ruimte, de humanitaire beginselen en vooral het gevaar dat deze niet worden geëerbiedigd binnen geïntegreerde VN-missies, en de problemen die humanitaire hulpverleners hebben om toegang te krijgen tot bepaalde landen.

Wat de strategische programmering betreft, werden in de loop van 2004 vergaderingen gehouden met alle belangrijke partners (OCHA, Unicef, WHO en WVP). Op communautair niveau ijverde DG ECHO actief voor de eerbiediging van de humanitaire beginselen van onpartijdigheid, neutraliteit en onafhankelijkheid en nam deel aan verschillende vergaderingen op verschillende niveaus van de Raad en van andere diensten van de Commissie.

Wat horizontale vraagstukken betreft, werd vooruitgang geboekt met proefprojecten op het gebied van de samenhang tussen noodhulp en wederopbouw (LRRD). Daarnaast werd 46 miljoen euro (tegen 26 miljoen euro in 2003) besteed aan acties ten behoeve van kinderen; 66 van de 102 financieringsbesluiten hadden hierop betrekking. Water was een van de belangrijkste prioriteiten van het jaarlijkse werkprogramma van DG ECHO, dat een aanbestedingsprocedure heeft ingeleid voor een studie naar vraagstukken met betrekking tot water en riolering in noodsituaties.

Tot slot organiseerde DG ECHO voorlichtingsbijeenkomsten en verschillende activiteiten om bekendheid te geven aan de waarden, beginselen en resultaten van het humanitaire beleid van de Europese Gemeenschap. Er zijn 145 audits uitgevoerd bij humanitaire organisaties om te zorgen voor regelmatige controle van de financiële gegevens en adequate beheersinformatie.

Laatste wijziging: 18.01.2006