Smokkel van migranten over land, over zee en door de lucht — VN-Protocol

SAMENVATTING VAN:

Besluit 2006/616/EG en 2006/617/EG van de Raad betreffende de sluiting van het Protocol tegen de smokkel van migranten (over land, over zee en door de lucht), tot aanvulling van het Verdrag van de VN tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad

SAMENVATTING

WAT DOEN DEZE BESLUITEN?

Deze besluiten dienen ter formele goedkeuring door de EU van de ondertekening van het VN-protocol tegen de smokkel van migranten over land, over zee en door de lucht zodat ze onder de bevoegdheid van de EU vallen. Dit protocol bij het Verdrag van de Verenigde Naties tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad moet smokkel van migranten voorkomen en bestrijden, samenwerking tussen verdragsluitende landen bevorderen en de rechten van gesmokkelde migranten beschermen.

KERNPUNTEN

Verdragsluitende landen moeten de volgende handelingen als strafbare feiten erkennen wanneer ze bewust voor financieel of materieel gewin worden gepleegd:

Verdragsluitende landen moeten ook overwegen de volgende omstandigheden toe te voegen aan de ernst van het strafbare feit (d.w.z. verzwarende omstandigheden):

Slachtoffers van de smokkel van migranten kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor strafrechtelijke vervolging.

Toepassingsgebied

Het protocol is van toepassing op:

Maatregelen tegen de smokkel van migranten over zee

Internationale samenwerking

Landen moeten werken aan de versterking van hun grenscontroles en mogen iedereen die betrokken is bij de smokkel van migranten de toegang ontzeggen. Landen met gemeenschappelijke grenzen of op routes die door criminele groepen worden gebruikt, moeten bepaalde informatie uitwisselen, zoals:

Landen met relevante deskundigheid moeten technische bijstand verlenen aan landen die vaak worden gebruikt als land van herkomst of doorreis.

Preventie, bescherming, bijstand en terugkeer

Landen moeten op een aantal manieren actie ondernemen om smokkel te voorkomen en om om te gaan met slachtoffers van smokkel. Deze omvatten onder andere:

ACHTERGROND

Met Richtlijn 2002/90/EG en Kaderbesluit 2002/946/JBZ wordt er een gemeenschappelijke definitie ingesteld voor de inbreuk van bevordering van onregelmatige migratie en minimumvoorschriften met betrekking tot straffen, aansprakelijkheid van rechtspersonen.

BESLUIT

Besluit 2006/616/EG van de Raad van 24 juli 2006 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, van het Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over zee en door de lucht, tot aanvulling van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad, met betrekking tot de bepalingen van het protocol voor zover deze onder de artikelen 179 en 181 A van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap vallen (PB L 262 van 22.9.2006, blz. 24-33)

Besluit 2006/617/EG van de Raad van 24 juli 2006 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, van het Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over zee en door de lucht, tot aanvulling van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad, met betrekking tot de bepalingen van het protocol voor zover deze onder deel III, titel IV, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap vallen (PB L 262 van 22.9.2006, blz. 34-43)

GERELATEERDE BESLUITEN

Kaderbesluit 2002/946/JBZ van de Raad van 28 november 2002 tot versterking van het strafrechtelijk kader voor de bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf (PB L 328 van 5.12.2002, blz. 1-3)

Richtlijn 2002/90/EG van de Raad van 28 november 2002 tot omschrijving van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf (PB L 328 van 5.12.2002, blz. 17-18)

Richtlijn 2004/81/EG van de Raad van 29 april 2004 betreffende de verblijfstitel die in ruil voor samenwerking met de bevoegde autoriteiten wordt afgegeven aan onderdanen van derde landen die het slachtoffer zijn van mensenhandel of hulp hebben gekregen bij illegale immigratie (PB L 261 van 6.8.2004, blz. 19–23)

Laatste bijwerking 04.02.2016