Vrijstelling van bepaalde verticale overeenkomsten

1) DOELSTELLING

De Commissie machtigen om bij wijze van verordening vrijstellingen per groep toe te passen op bepaalde overeenkomsten, besluiten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen van verticale aard.

2) MAATREGEL

Verordening (EEG) nr. 19/65 van de Raad van 2 maart 1965 betreffende de toepassing van artikel 81, lid 3, (ex artikel 85, lid 3, van het EG-Verdrag) van het Verdrag op groepen van overeenkomsten, besluiten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen [Publicatieblad L 36 van 6.3.1965].

Gewijzigd bij de volgende besluiten:

3) SAMENVATTING

Context

In het kader van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag, en met inachtneming van de voorschriften betreffende de tenuitvoerlegging van Verordening nr. 1/2003, mag de Commissie krachtens Verordening 19/65 bij verordening vrijstellingen verlenen voor bepaalde groepen exclusieve overeenkomsten tussen twee bedrijven met het oog op wederverkoop. Verordening 19/65 is niet van toepassing op overeenkomsten tussen meer dan twee ondernemingen en ook niet op overeenkomsten over alleenverkoop, levering of afname van diensten of van producten die bestemd zijn om te worden verwerkt.

In de loop der jaren is de aanpak van de verordening te rigide gebleken gezien de evolutie van de economische context en de moderne distributietechnieken. Bij Verordening 1215/1999 is het toepassingsgebied van de vrijstellingen evenwel verruimd tot verticale overeenkomsten.

Toepassingsgebied

De Commissie is gemachtigd om, bij wijze van verordening, vrijstellingen te verlenen voor bepaalde overeenkomsten, besluiten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen, zoals:

Voorwaarden voor de toepassing van de vrijstellingsverordeningen

De vrijstellingsverordeningen vastgesteld door de Commissie moeten voldoen aan een reeks voorwaarden. Zij moeten:

Voor de aldus vastgestelde verordeningen geldt de volgende goedkeuringsprocedure:

Na de inwerkingtreding van Verordening 1/2003, waarbij van een gecentraliseerd vergunningenstelsel met kennisgevingen vooraf werd overgestapt op een stelsel van wettelijke uitzondering, moeten de nationale autoriteiten en rechterlijke instanties bij de tenuitvoerlegging van het mededingingsrecht waken voor de inachtneming van de mededingingsregels.

Maatregel

Datumvan inwerkingtreding

Uiterste datum voor omzetting in de lidstaten

Verordening (EG) nr. 19/65

26.3.1965

-

Verordening (EG) nr. 1215/1999

18.06.1999

-

Verordening (EG) nr. 1/2003

25.1.2003

1.5.2004

Verordening (EG) nr. 1215/1999

18.06.1999

-

4) toepassingsmaatregelen

5) verdere werkzaamheden

Laatste wijziging: 21.02.2007