Globale richtsnoeren voor het economisch beleid 2003-2005

De globale richtsnoeren voor het economisch beleid van de lidstaten en de Gemeenschap vormen de hoeksteen voor de coördinatie van het economisch beleid van de lidstaten. Zij hebben voor het eerst betrekking op een periode van drie jaar teneinde het coördinatieproces van het economisch beleid en het werkgelegenheidsbeleid te stroomlijnen en te synchroniseren. De globale richtsnoeren voor de periode 2003-2005 zijn toegespitst op de bijdrage die het economisch beleid kan leveren aan de verwezenlijking van de agenda van Lissabon, die erop gericht is van de Europese Unie tegen 2010 de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie ter wereld te maken.

BESLUIT

Aanbeveling 2003/555/EG van de Raad van 26 juni 2003 inzake de globale richtsnoeren voor het economisch beleid van de lidstaten en de Gemeenschap (voor de periode 2003 - 2005) [Zie wijzigingsbesluiten].

SAMENVATTING

Het eerste deel bevat de algemene richtsnoeren voor alle lidstaten en de Gemeenschap, alsook een afdeling over de specifieke uitdagingen van de eurozone. Het tweede deel is gewijd aan de aanbevelingen aan de individuele lidstaten, waarbij rekening wordt gehouden met hun specifieke situatie. In 2004 heeft de Europese Commissie de globale richtsnoeren bijgewerkt aan de hand van een nieuwe aanbeveling. Daarin wordt het bestaande kader voor de coördinatie van het economisch beleid uitgebreid tot de tien nieuwe lidstaten. Voor de huidige vijftien lidstaten blijven de globale richtsnoeren volledig van kracht.

ALGEMENE RICHTSNOEREN VOOR HET ECONOMISCH BELEID

Bereiken van de strategische doelstelling van Lissabon

Agenda van Lissabon. In het voorjaar van 2000 heeft de Europese Unie (EU) zichzelf het strategische doel gesteld "de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie van de wereld te worden". Om deze doelstelling beter te kunnen verwezenlijken, heeft de EU besloten de diverse coördinatieprocessen van het economisch beleid en het werkgelegenheidsbeleid te stroomlijnen. De globale richtsnoeren voor het economisch beleid (GREB's) zijn toegespitst op de bijdrage die het economisch beleid tussen 2003 en 2005 kan leveren aan de verwezenlijking van de agenda van Lissabon. In de GREB's ligt de nadruk op de belangrijke economische beleidspunten en -prioriteiten voor de komende drie jaren. Zij bevatten tevens aanbevelingen betreffende de vereisten voor de korte termijn. Deze aanbevelingen zullen elk jaar worden geactualiseerd, voor zover dat noodzakelijk blijkt.

Werkgelegenheidsbeleid. Naast de globale richtsnoeren voor het economisch beleid moeten de lidstaten ook de werkgelegenheidsrichtsnoeren en de daarmee samenhangende aanbevelingen volledig uitvoeren.

2- Versterking van de EU-economie

Economische groei. De economische groei is veel zwakker uitgevallen dan verwacht als gevolg van geopolitieke spanningen, de afnemende buitenlandse vraag en het slinkende vertrouwen van bedrijven en consumenten. De werkgelegenheidsvooruitzichten zullen in 2003 dan ook waarschijnlijk enigszins verslechteren. De inflatie is iets boven de 2% blijven hangen, maar zou in de toekomst onder dit peil moeten zakken. Het economisch beleid dient derhalve het vertrouwen te herstellen en aldus bij te dragen tot een krachtiger binnenlandse vraag, de schepping van werkgelegenheid en een verhoging van het groeipotentieel op middellange termijn.

Een op groei en stabiliteit gericht macro-economisch beleid

Macro-economisch beleid. Macro-economische beleidsmaatregelen spelen een hoofdrol bij het op peil houden van groei en werkgelegenheid en bij het behoud van prijsstabiliteit. De lidstaten moeten met name:

Wat de lonen betreft, moeten de lidstaten de juiste randvoorwaarden voor de loononderhandelingen door de sociale partners bevorderen. Het is belangrijk dat zij:

Economische hervormingen om het groeipotentieel te verhogen

Structurele hervormingen. Dergelijke hervormingen zijn onontbeerlijk om het groeipotentieel van de Europese Unie te verhogen. Om maximale synergieën te verkrijgen, moeten de hervormingen op een gecoördineerde manier worden uitgevoerd. De lidstaten moeten in de komende drie jaar de volgende maatregelen nemen (de hervormingen ter verhoging van de werkgelegenheid worden meer in detail behandeld in de werkgelegenheidsrichtsnoeren):

Werkgelegenheid:

Productiviteit:

Economische duurzaamheid versterken

Houdbaarheid van de openbare financiën op lange termijn:

Economische en sociale cohesie:

Milieu: efficiënt beheer van natuurlijke hulpbronnen bevorderen:

3- Specifieke uitdagingen voor de eurozone

Uitdagingen. In 2002 is de economische groei onder het potentieel gebleven. In de GREB's worden de volgende vier uitdagingen voor de eurozone opgesomd:

Aanbevelingen. De Raad beveelt de beleidsactoren op nationaal niveau van de eurozone aan een beleidsmix na te streven die verenigbaar is met prijsstabiliteit en de noodzaak om het vertrouwen van het bedrijfsleven en de consumenten te verhogen. Bovendien dienen de landen van de eurozone begrotingssituaties te handhaven die conjunctuurgezuiverd vrijwel in evenwicht zijn of een overschot vertonen. Zolang dit doel niet is bereikt, moeten zij een jaarlijkse verbetering met minstens 0,5% van het BBP bewerkstelligen. Ingeval er sprake is van een buitensporig tekort, moet dit worden weggewerkt. De landen van de eurozone wordt tevens verzocht de oorzaken van de inflatieverschillen te analyseren om vast te stellen wanneer deze verschillen ongewenst zijn. Wat de beleidscoördinatie betreft, dienen zij de economische ontwikkeling nader te analyseren en te bespreken (informatie-uitwisseling, externe vertegenwoordiging ...) en de efficiëntie van de bestaande coördinatieprocedures op het gebied van structurele hervormingen te verhogen.

RICHTSNOEREN PER LAND

In het tweede deel van de globale richtsnoeren voor het economisch beleid wordt voor elke lidstaat aangegeven aan welke uitdagingen hij het hoofd dient te bieden. Daarnaast worden met inachtneming van de globale strategie landenspecifieke aanbevelingen gedaan, waarbij rekening is gehouden met de verschillen in economische prestaties, vooruitzichten en structuren. Hierna worden alleen de belangrijkste uitdagingen uiteengezet waarvoor elke lidstaat zich geplaatst ziet.

België

Denemarken

Duitsland

Griekenland

Voor nadere bijzonderheden over de door Griekenland aan de Gemeenschap verstrekte begrotingsgegevens, zie het verslag van Eurostat terzake.

Spanje

Frankrijk

Ierland

Italië

Luxemburg

Nederland

Oostenrijk

Portugal

Finland

Zweden

Verenigd Koninkrijk

Cyprus

Tsjechië

Estland

Hongarije

Letland

Litouwen

Malta

Polen

Slowakije

Slovenië

Referenties

Besluit

Datum van inwerkingtreding

Uiterste datum voor omzetting in de lidstaten

Publicatieblad

Aanbeveling van de Raad 2003/555/EG

-

-

L 195 van 1.8.2003

Wijzigingsbesluit(en)

Datum van inwerkingtreding

Uiterste datum voor omzetting in de lidstaten

Publicatieblad

Aanbeveling van de Commissie inzake de actualisering van de GREB (periode 2003-2005) [COM(2004) 238]

-

-

-

GERELATEERDE BESLUITEN

Aanbeveling van de Commissie betreffende de globale richtsnoeren voor het economisch beleid van de lidstaten en de Gemeenschap [COM(2005) 141 def. - Niet in het Publicatieblad verschenen]

De Europese Commissie heeft op 12 april 2005 een aanbeveling betreffende de globale richtsnoeren voor het economisch beleid van de lidstaten voor de periode 2005-2008 gepresenteerd. Met de GREB geeft zij een nieuwe start aan de strategie van Lissabon en wil zij de doelstellingen concreet gestalte geven.

De Commissie snijdt de volgende onderwerpen aan:

- komen tot een evenwichtige begroting;

- een duurzame economische ontwikkeling waarborgen;

- een efficiënte allocatie van productiemiddelen bevorderen;

- de samenhang tussen het macro-economisch en het structuurbeleid waarborgen;

- ervoor zorgen dat de loonontwikkelingen bijdragen tot macro-economische stabiliteit;

- zorgen voor een dynamisch en goed functionerend eurogebied.

- de interne markt uitbreiden en verdiepen door het versnellen van de omzetting van de richtlijnen;

- zorgen voor open en concurrerende markten;

- het bedrijfsklimaat aantrekkelijker maken;

- de toegang tot financiering voor het MKB vergemakkelijken;

- een passende vervoersinfrastructuur ontwikkelen;

- het onderzoek aanmoedigen en inspanningen leveren om de innovatiediensten te verbeteren, met name voor de overdracht van technologie;

- een duurzaam gebruik van hulpbronnen aanmoedigen en de synergieën tussen milieubescherming en groei versterken;

- zich inspannen voor de ontwikkeling van nieuwe technologieën en markten.

Deze aanbeveling van de Commissie past in het kader van de richtsnoeren voor groei en werkgelegenheid (2005-2008). Zij vormt deel I van het integraal document. Het tweede deel omvat een voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de richtsnoeren voor het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten.

Mededeling van de Commissie - Tweede verslag over de tenuitvoerlegging van de GREB voor 2003-2005 (ingediend overeenkomstig artikel 99, lid 3, van het EG-Verdrag) [COM(2005) 8 def - Niet in het Publicatieblad verschenen]

De Commissie concludeert in haar tweede verslag dat de gemaakte vorderingen in verband met de uitvoering van de GREB in 2003-2005 van lidstaat tot lidstaat en van sector tot sector blijven verschillen. Sommige lidstaten boeken meer vooruitgang dan andere: België, Denemarken, Finland, Ierland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk hebben gezorgd voor een vrij goede follow-up van de GREB. Wat de nieuwe lidstaten betreft, gaat de uitvoering van de GREB in de goede richting, met name op Cyprus en in Slowakije. De Commissie vindt dat goede vorderingen zijn gemaakt bij de verbetering van het algemene bedrijfsklimaat, de verhoging van de effectiviteit van het mededingingsbeleid en de bevordering van de milieuzorg. Zij constateert dat het tempo van de arbeidsmarkthervormingen lijkt te zijn volgehouden. Daarentegen betreurt de Commissie dat bij de overgang naar een kenniseconomie slechts weinig vooruitgang is geboekt. Bovendien lijkt de integratie van de markt te zijn vertraagd. De Commissie is bezorgd over het feit dat tal van lidstaten slechts weinig vorderingen hebben gemaakt bij het bewerkstelligen van een gezonde begrotingssituatie en/of bij het wegwerken van hun buitensporig tekort. De houdbaarheid van de openbare financiën op lange termijn is in 2004 in 14 lidstaten nog steeds niet gewaarborgd. In het algemeen is het tempo van de hervormingen in 2004 ongewijzigd gebleven. Het is duidelijk dat indien de hervormingen in het huidige tempo worden voortgezet, de GREB 2003-2005 niet volledig ten uitvoer zullen worden gelegd, waardoor het moeilijk zal worden om de ambities van Lissabon te verwezenlijken.

Mededeling van de Commissie over de tenuitvoerlegging van de globale richtsnoeren voor het economisch beleid voor de periode 2003-2005 [COM(2004) 20 def. - Niet bekendgemaakt in het Publicatieblad]

In deze mededeling beoordeelt de Commissie de in 2003 genomen of voorgenomen maatregelen. Tevens verstrekt zij de nodige informatie voor de actualisering van de globale richtsnoeren in 2004. In een bijlage [SEC(2004) 44 - niet bekendgemaakt in het Publicatieblad] wordt de tenuitvoerlegging van de specifieke aanbevelingen per land onder de loep genomen.

Algemeen genomen stelt de Commissie vast dat er sprake is van een intensivering van de hervormingen op sommige terreinen, zoals de arbeidsmarkt, de mededinging, het bedrijfsklimaat, nieuwe technologieën, onderwijs en pensioenstelsels. Daar staat evenwel tegenover dat onvoldoende vooruitgang is geboekt bij de integratie van de markten, investeringen in onderzoek, de bevordering van de sociale duurzaamheid en de milieuzorg. Voorts toont de Commissie zich bezorgd over het feit dat de begrotingssituaties in verscheidene lidstaten zijn verslechterd.

Laatste wijziging: 11.01.2008