Richtlijnen van de Europese Unie

 

SAMENVATTING VAN:

Artikel 288 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie – richtlijnen

WAT IS HET DOEL VAN HET ARTIKEL?

In dit artikel worden de verschillende soorten rechtshandelingen gedefinieerd die de Europese Unie (EU) kan aannemen, waaronder richtlijnen.

KERNPUNTEN

Een bindende handeling voor algemene toepassing

Adoptie

Verplichte omzetting

Maximale en minimale harmonisatie

Bescherming van personen in geval van onjuiste of gebrekkige omzetting van richtlijnen

Vertraging bij de omzetting

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

KERNBEGRIPPEN

Verticale rechtstreekse werking. Dit betreft de verhouding tussen het EU-recht en het nationale recht en de wijze waarop lidstaten ervoor moeten zorgen dat hun nationale recht verenigbaar is met het EU-recht.
Horizontale rechtstreekse werking. Deze doctrine beschrijft de situatie waarin personen zich kunnen beroepen op de rechtstreekse werking van de individuele rechten die door de artikelen van het EU-verdrag worden verleend, om voor de nationale rechter vorderingen in te stellen tegen andere personen. Het is derhalve niet nodig dat een richtlijn in nationaal recht is omgezet.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie – Zesde deel – Institutionele en financiële bepalingen – Titel I – Institutionele bepalingen – Hoofdstuk 2 – Rechtshandelingen van de Unie, vaststellingsprocedures en overige bepalingen – Eerste afdeling – Rechtshandelingen van de Unie – Artikel 288 (oud artikel 249 VEG) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 171-172)

Laatste bijwerking 16.03.2022