Estland

1) REFERENTIES

Advies van de Commissie COM(97) 2006 def. [Niet verschenen in het Publicatieblad]

Verslag van de Commissie COM(98) 705 def. [Niet verschenen in het Publicatieblad]

Verslag van de Commissie COM(1999) 504 def. [Niet verschenen in het Publicatieblad]

Verslag van de Commissie COM(2000) 704 def. [Niet verschenen in het Publicatieblad]

Verslag van de Commissie SEC(2001) 1747 [Niet verschenen in het Publicatieblad]

Verslag van de Commissie COM(2002) 700 def. - SEC(2002) 1403 [Niet verschenen in het Publicatieblad]

Verslag van de Commissie COM(2003) 675 def. - SEC(2003) 1201 [Niet verschenen in het Publicatieblad].

Verdrag betreffende de toetreding tot de Europese Unie [Publicatieblad L 236 van 23.9.2003]

2) SAMENVATTING

In haar advies van juli 1997 heeft de Europese Commissie als haar mening gegeven dat er op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (OTO) voor de toetreding Estland geen grote problemen worden verwacht. Wat de telecommunicatiesector betreft merkte de Commissie op dat Estland op dat gebied een snelle liberalisering heeft doorgevoerd zodat het land, mits het zijn inspanningen voortzet om de wetgeving aan te passen, veel kans maakt om op middellange termijn te voldoen aan het communautair acquis. Wat de informatiemaatschappij betreft maken de positieve aanpak op gebied van de liberalisering van de telecommunicatie en de inspanningen op landelijk niveau in de educatieve sector, het volgens de Commissie mogelijk om het potentieel van de informatiemaatschappij te benutten vóór het gemiddelde van de Midden- en Oost-Europese landen.

In haar verslag van november 1998 werd aangestipt dat zowel de informatiemaatschappij als het onderzoek en de technologische ontwikkeling prioriteiten zijn in Estland en dat er op dit gebied vooruitgang is geboekt. Op telecommunicatiegebied echter, en ondanks enige vooruitgang op het gebied van de harmonisatie van de wetgeving met die van de EU, moest Estland nog steeds de noodzakelijke essentiële wetgeving vaststellen.

In haar verslag van oktober 1999 heeft de Commissie onderstreept dat, hoewel Estland is voortgegaan met de privatisering van de telecommunicatiesector, de desbetreffende cruciale nationale wetgeving nog steeds niet was vastgesteld. Wat de sectoren van de informatiemaatschappij en onderzoek en technologische ontwikkeling betreft, had Estland dankzij de volledige deelname aan het vijfde kaderprogramma vooruitgang geboekt.

In haar verslag van november 2000 heeft de Commissie benadrukt dat in het afgelopen jaar aanzienlijke vooruitgang was geboekt.

In 2001 heeft Estland zijn beleid van aanpassing aan het acquis voortgezet, met name op het gebied van de liberalisering van de telecommunicatiemarkt en de tenuitvoerlegging van het regelgevingskader.

In het verslag van oktober 2002 werd aangestipt dat Estland in het voorgaande jaar voornamelijk vooruitgang had geboekt op het gebied van de postdiensten, aangezien de aanpassing aan het acquis in de telecommunicatiesector en voor de informatiemaatschappij in het verleden al goed was gevorderd. Voorts waren er nieuwe resultaten geboekt op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

In het verslag van 2003 wordt opgemerkt dat de bij de toetredingsonderhandelingen aangegane verbintenissen op het gebied van telecommunicatie en onderzoek grotendeels zijn nagekomen. Wat de postdiensten betreft zijn de verplichtingen gedeeltelijk nagekomen.

Het toetredingsverdrag is ondertekend op 16 april 2003 en de toetreding vond plaats op 1 mei 2004.

ACQUIS COMMUNAUTAIRE

De communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (OTO), zoals bedoeld in artikel 164 van het Verdrag (oud artikel 130 G) en in het Kaderprogramma (artikel 166, oud artikel 130 I), zijn erop gericht het concurrentievermogen van de Europese industrie en de kwaliteit van het leven te verbeteren en duurzame ontwikkeling en andere gemeenschappelijke beleidsdoelstellingen te ondersteunen.

De Europa-Overeenkomst tussen de Europese Unie en Roemenië voorziet in samenwerking op deze gebieden, met name via deelneming van het geassocieerde land aan het kaderprogramma. Het Witboek betreffende de landen van Midden- en Oost-Europa en de interne markt (1995) omvat geen directe maatregelen op dit gebied.

Het telecommunicatiebeleid van de EG is erop gericht onnodige belemmeringen voor een doeltreffende werking van de interne markt voor telecommunicatieapparatuur, -diensten en -netwerken uit de weg te ruimen, buitenlandse markten toegankelijk te maken voor bedrijven uit de EU en de burgers en bedrijven in de Europese Unie universeel beschikbare moderne diensten te bieden. Deze doelstellingen moeten worden bereikt door de harmonisatie van de normen en voorwaarden voor de aangeboden diensten, de liberalisering van de markten voor eindapparatuur, diensten en netwerken, alsmede door de vaststelling van de vereiste regelgevingsinstrumenten.

De Europa-Overeenkomst voorziet in samenwerking om de normen en praktijken op het gebied van telecommunicatie en post, standaardisatie, regelgeving en modernisering van de infrastructuur op het niveau van de Europese Gemeenschap te brengen. Het Witboek legt de nadruk op de onderlinge afstemming van de voorschriften, netwerken en diensten, gevolgd door nieuwe stappen om tot een geleidelijke liberalisering van de sector te komen.

EVALUATIE

Op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling is Estland sinds juni 1999 volledig geassocieerd met het vijfde kaderprogramma. Voor de tenuitvoerlegging daarvan is een nieuwe ondersteunende structuur opgezet binnen het ministerie van Onderwijs. Estland heeft tevens besloten haar onderzoeksactiviteiten open te stellen voor wetenschappers uit de lidstaten van de EU. Volgens het huidige acquis is omzetting van de desbetreffende EU-regelgeving in nationale wetgeving niet vereist. De verenigbaarheid van de wetgeving met het acquis dient echter te worden gewaarborgd. In haar verslag van 2001 spoort de Commissie Estland ertoe aan zijn onderzoeksinfrastructuur te verbeteren. De door Estland voor de periode 2002-2006 vastgelegde strategie voor onderzoek en technologische ontwikkeling is in december 2001 door het Parlement goedgekeurd. Deze strategie zal als basis dienen voor jaarlijkse actieplannen op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie. In 2001 werd het OTO-aandeel in het BBP opgetrokken en dit aandeel moet verder stijgen tot 1,5% in 2006. Voorts heeft Estland te kennen gegeven dat het betrokken wil worden bij het zesde kaderprogramma (2002-2006).

Op het gebied van telecommunicatie is de privatisering en modernisering van de infrastructuur in de desbetreffende sector vrij vergevorderd. De privatisering van het telecommunicatiebedrijf is in januari 1999 voortgezet door middel van een openbare aanbieding van de aandelen op de internationale markt. In februari 2000 is een nieuwe telecommunicatiewet goedgekeurd waarmee het regelgevend kader met het oog op de tenuitvoerlegging van het communautair acquis tot stand wordt gebracht. Sinds 1 januari 2001 is de telecommunicatiemarkt geleidelijk open gesteld zodat enkele maanden later de markt voor locale telecommunicatie was geliberaliseerd.

De sector van de mobiele telefonie is buitengewoon succesvol. In 2002 bedroeg de penetratiegraad van mobiele diensten in Estland reeds 54% en het land telt drie aanbieders van GSM-diensten. Tegelijkertijd is de productiviteit in de sector vaste telefoons snel gestegen en zijn de prijzen evenwichtiger geworden. Een verdere aanpassing van de prijzen is echter vereist en er zijn maatregelen nodig om de betaalbaarheid van de universele dienstverlening te handhaven door de invoering van speciale tarieven.

In het verslag van 2002 wordt onderstreept dat Estland de liberalisering van de telecommunicatiemarkt heeft afgerond en zijn daarmee verband houdend regelgevingskader ten uitvoer heeft gelegd. De tenuitvoerlegging van het regelgevingskader van Estland is grotendeels in overeenstemming met het acquis, maar de wet voorziet nog niet in carrierpreselectie en in alle door het acquis geëiste onderdelen van de universele dienst.

De wet inzake de kabeldistributie is in februari 1999 goedgekeurd. Deze wet regelt de verlening van telecommunicatiediensten via kabelnetwerken en de afschaffing van de beperkingen voor de verlening van kabeldiensten. De wet regelt tevens de kruisparticipaties tussen telecommunicatie- en kabelnetwerken. De kabeldistributiemarkt kan na de vaststelling van de betreffende wet in mei 2001 opengesteld worden voor concurrentie.

De postdiensten zijn reeds gedereguleerd. De in juni 2001 aangenomen postwet is in januari 2002 in werking getreden. Krachtens deze wet wordt een vergunning om universele postdiensten aan te bieden slechts afgegeven aan een verzender die uniforme tarieven toepast op het gehele grondgebied van Estland. De aanpassing van de wetgeving moet echter nog worden voltooid, met name wat de onafhankelijke regelgevingsinstantie, de vergunningsregeling, de leveranciers van de universele dienst en de normen met betrekking tot de kwaliteitscontrole van de postdiensten betreft.

Wat de informatiemaatschappij betreft, legt Estland het Tiger Leap-programma voor computers op scholen verder ten uitvoer. Dit programma is gericht op volledige computerisering van en internettoegang voor alle scholen, alsmede op de informatisering van de schooladministraties. Problemen in verband met de toegang tot kwaliteitstelefoonlijnen in afgelegen gebieden en begrotingsrestricties hebben in bepaalde gevallen echter geleid tot vertraging. Het gebruik van internet is in Estland het hoogste van alle landen in Midden- en Oost-Europa. Voorts is Estland verder gegaan met de uitvoering van het in mei 2001 door de regering aangenomen actieplan 2002-2003 betreffende informatietechnologieën.

Laatste wijziging: 15.01.2004