Erkenningsregeling voor beroepskwalificaties

 

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn 2005/36/EG betreffende de erkenning van beroepskwalificaties

WAT IS HET DOEL VAN DE RICHTLIJN?

KERNPUNTEN

Tijdelijke mobiliteit

Vaste inrichting

De richtlijn voorziet in drie erkenningsregelingen:

Het algemene systeem geldt ook voor de andere gereglementeerde beroepen waar toegang wordt verleend aan iedereen die kan aantonen dat hij of zij volledig gekwalificeerd is in het thuisland.

Indien de autoriteiten van het ontvangende land echter aanzienlijke verschillen vaststellen tussen de in het thuisland van de betrokkene gevolgde opleiding en de voor dezelfde activiteit in hun land vereiste opleiding, kunnen zij de betrokkene de keuze bieden tussen een aanpassingsstage of een proeve van bekwaamheid. De beroepservaring van de aanvrager moet in aanmerking worden genomen bij de beoordeling van het opleggen en de omvang van dergelijke compenserende maatregelen.

Gedeeltelijke toegang

Taalcontroles

Europese beroepskaart

Toegang tot online informatie en procedures

Uitvoeringshandelingen en gedelegeerde handelingen

In 2015 heeft de Commissie Uitvoeringsverordening (EU) 2015/983 vastgesteld, waarin de procedure is uiteengezet voor:

In 2020 heeft de Commissie Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1190 vastgesteld ter correctie van Verordening (EU) 2015/983 en ter verduidelijking dat de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst beslist of de tijdelijke EPC’s die na de voorafgaande controle van de kwalificaties overeenkomstig artikel 7, lid 4, van de richtlijn zijn afgegeven, worden verlengd.

De Commissie heeft ook gedelegeerde besluiten vastgesteld tot wijziging van bijlage V bij Richtlijn 2005/36/EG en tot bijwerking van de lijst van automatisch erkende opleidingstitels en opleidingen.

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/907 tot instelling van een gemeenschappelijke opleidingsproef voor skileraren creëerde een aanvullende vrijwillige regeling voor automatische erkenning van skileraren in de hele EU in 2019. Skileraren die niet onder de gemeenschappelijke opleidingsproef vallen, profiteren nog steeds van het algemene stelsel van wederzijdse erkenning van kwalificaties dat in de richtlijn is vastgelegd.

COVID-19-pandemie

Na het uitbreken van de COVID-19-pandemie en na de invoering van maatregelen om de gevolgen van de crisis op te vangen, heeft de Commissie een mededeling aangenomen met richtsnoeren voor EU-noodhulp bij grensoverschrijdende samenwerking in de gezondheidszorg in verband met de COVID-19-crisis.

VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?

ACHTERGROND

Aangezien de bevolking in de werkende leeftijd in veel lidstaten afneemt, zal de vraag naar hooggekwalificeerde mensen waarschijnlijk toenemen, zodat hun kwalificaties in de hele EU op een snelle, eenvoudige en betrouwbare manier moeten worden erkend.

Zie voor meer informatie:

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties (PB L 255 van 30.9.2005, blz. 22-142)

Achtereenvolgende wijzigingen aan Richtlijn 2005/36/EG werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/983 van de Commissie van 24 juni 2015 betreffende de procedure voor de afgifte van de Europese beroepskaart en de toepassing van het waarschuwingsmechanisme overeenkomstig Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 159 van 25.6.2015, blz. 27-42)

Zie de geconsolideerde versie.

Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1190 van de Commissie van 11 augustus 2020 tot rectificatie van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/983 betreffende de procedure voor de afgifte van de Europese beroepskaart en de toepassing van het waarschuwingsmechanisme overeenkomstig Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 262 van 12.8.2020, blz. 4-5)

Mededeling van de Commissie — Richtsnoeren voor EU-noodhulp bij grensoverschrijdende samenwerking in de gezondheidszorg in verband met de COVID-19-crisis (PB C 111 I van 3.4.2020, blz. 1-5)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/907 van de Commissie van 14 maart 2019 tot vaststelling van een gemeenschappelijke opleidingsproef voor skileraren overeenkomstig artikel 49 ter van Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de erkenning van beroepskwalificaties (PB L 145 van 4.6.2019, blz. 7-18)

Zie de geconsolideerde versie.

Besluit 2007/172/EG van de Commissie van 19 maart 2007 tot oprichting van de Groep van coördinatoren voor de erkenning van beroepskwalificaties (PB L 79 van 20.3.2007, blz. 38-39)

Richtlijn 98/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 ter vergemakkelijking van de permanente uitoefening van het beroep van advocaat in een andere lidstaat dan die waar de beroepskwalificatie is verworven (PB L 77 van 14.3.1998, blz. 36-43)

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn 77/249/EEG van de Raad van 22 maart 1977 tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening door advocaten van het vrij verrichten van diensten (PB L 78 van 26.3.1977, blz. 17-18)

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 10.08.2022