ISSN 1977-0758 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
58e jaargang |
|
|
Rectificaties |
|
|
* |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
VERORDENINGEN
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/1 |
VERORDENING (EU) 2015/827 VAN DE RAAD
van 28 mei 2015
tot wijziging van Verordening (EU) nr. 36/2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 215,
Gezien Besluit 2013/255/GBVB van de Raad van 31 mei 2013 betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië (1),
Gezien het gezamenlijk voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EU) nr. 36/2012 van de Raad (2) geeft uitvoering aan de bepalingen van Besluit 2013/255/GBVB, met inbegrip van een verbod op de handel in cultuurgoederen en andere voorwerpen die sinds 9 mei 2011 uit Syrië zijn weggehaald. |
(2) |
Op 12 februari 2015 hechtte de VN-Veiligheidsraad zijn goedkeuring aan Resolutie UNSCR 2199 (2015), waarbij in punt 17 een verbod wordt ingesteld op de handel in Syrische cultuurgoederen en andere voorwerpen die sinds 15 maart 2011 illegaal uit Syrië zijn weggehaald. Op 28 mei 2015 hechtte de Raad zijn goedkeuring aan Besluit (GBVB) 2015/837 (3) houdende wijziging van Besluit 2013/255/GBVB teneinde Besluit 2013/255/GBVB af te stemmen op UNSCR 2199 (2015) van de VN-Veiligheidsraad, door dat besluit toe te passen op voorwerpen die sinds 15 maart 2011 illegaal uit Syrië zijn weggehaald. |
(3) |
Deze maatregel valt onder het toepassingsgebied van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en derhalve is EU-regelgeving noodzakelijk voor de tenuitvoerlegging, in het bijzonder om te garanderen dat de maatregel in alle lidstaten uniform door de marktdeelnemers wordt toegepast. |
(4) |
Verordening (EU) nr. 36/2012 dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
In artikel 11 quater, lid 2, van Verordening (EU) nr. 36/2012 wordt punt a) vervangen door:
„a) |
de goederen vóór 15 maart 2011 uit Syrië zijn uitgevoerd, of” |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Raad
De voorzitter
E. RINKĒVIČS
(1) PB L 147 van 1.6.2013, blz. 14.
(2) Verordening (EU) nr. 36/2012 van de Raad van 18 januari 2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 442/2011 (PB L 16 van 19.1.2012, blz. 1).
(3) Besluit (GBVB) 2015/837 van 28 mei 2015 houdende wijziging van Besluit 2013/255/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië (zie bladzijde 82 van dit Publicatieblad).
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/3 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/828 VAN DE RAAD
van 28 mei 2015
tot uitvoering van Verordening (EU) nr. 36/2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 36/2012 van de Raad van 18 januari 2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 442/2011 (1), en met name artikel 32, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 18 januari 2012 heeft de Raad Verordening (EU) nr. 36/2012 vastgesteld. |
(2) |
Gezien de ernst van de situatie in Syrië moet er één persoon worden toegevoegd aan de lijst van aan beperkende maatregelen onderworpen natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 36/2012. |
(3) |
Eén persoon hoeft niet langer opgenomen te blijven in de lijst in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 36/2012 van natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen. |
(4) |
Op grond van het arrest van het Gerecht van 9 juli 2014 in de gevoegde zaken T-329/12 en T-74/13, Mazen Al-Tabbaa/Raad (2), en het arrest van het Gerecht van 26 februari 2015 in zaak T-652/11, Bassam Sabbagh/Raad (2), worden Mazen Al-Tabbaa en Bassam Sabbagh niet opgenomen in de lijst in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 36/2012 van natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen die onderworpen zijn aan beperkende maatregelen. |
(5) |
De informatie met betrekking tot bepaalde personen op de lijst in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 36/2012 dient te worden geactualiseerd. |
(6) |
Bijlage II bij Verordening (EU) nr. 36/2012 dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage II bij Verordening (EU) nr. 36/2012 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Raad
De voorzitter
E. RINKĒVIČS
(1) PB L 16 van 19.1.2012, blz. 1.
(2) Nog niet bekendgemaakt.
BIJLAGE
I. |
Onderstaande persoon wordt toegevoegd aan de lijst van personen en entiteiten in Verordening (EU) nr. 36/2012, bijlage II, onder A:
|
II. |
De vermelding met betrekking tot de onderstaande persoon wordt geschrapt van de lijst van personen in Verordening (EU) nr. 36/2012, bijlage II, onder A: nr. 11. Rustum () Ghazali () |
II. |
De vermeldingen met betrekking tot de onderstaande personen zoals opgenomen in Verordening (EU) nr. 36/2012, bijlage II, onder A, worden vervangen door de volgende vermeldingen.
|
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/6 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/829 VAN DE COMMISSIE
van 27 mei 2015
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1484/95 wat betreft de vaststelling van de representatieve prijzen voor de sectoren slachtpluimvee en eieren, alsmede voor ovalbumine
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 183, onder b),
Gezien Verordening (EU) nr. 510/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1216/2009 en (EG) nr. 614/2009 van de Raad (2), en met name artikel 5, lid 6, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 1484/95 van de Commissie (3) zijn bepalingen vastgesteld voor de toepassing van de regeling inzake aanvullende invoerrechten en zijn de representatieve prijzen voor de sectoren slachtpluimvee en eieren, alsmede voor ovalbumine, vastgesteld. |
(2) |
Uit de regelmatige controle van de gegevens die als basis worden gebruikt voor het bepalen van de representatieve prijzen voor de producten van de sectoren slachtpluimvee en eieren, alsmede voor ovalbumine, blijkt dat de representatieve prijzen voor de invoer van bepaalde producten moeten worden gewijzigd met inachtneming van de naargelang van de oorsprong optredende prijsverschillen. |
(3) |
Verordening (EG) nr. 1484/95 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(4) |
Om ervoor te zorgen dat deze maatregel zo snel mogelijk na de terbeschikkingstelling van de bijgewerkte gegevens van toepassing wordt, dient de onderhavige verordening in werking te treden op de dag van de bekendmaking ervan, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1484/95 wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 27 mei 2015.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
Jerzy PLEWA
Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling
(1) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.
(2) PB L 150 van 20.5.2014, blz. 1.
(3) Verordening (EG) nr. 1484/95 van de Commissie van 28 juni 1995 houdende bepalingen voor de toepassing van de aanvullende invoerrechten in de sectoren slachtpluimvee en eieren, alsmede voor ovalbumine, en houdende vaststelling van representatieve prijzen en intrekking van Verordening nr. 163/67/EEG (PB L 145 van 29.6.1995, blz. 47).
BIJLAGE
„BIJLAGE I
GN-code |
Omschrijving |
Representatieve prijs (EUR/100 kg) |
In artikel 3 bedoelde zekerheid (EUR/100 kg) |
Oorsprong (1) |
0207 12 10 |
Geslachte kippen (zogenaamde kippen 70 %), bevroren |
141,4 |
0 |
AR |
0207 12 90 |
Geslachte kippen (zogenaamde kippen 65 %), bevroren |
152,5 |
0 |
AR |
166,8 |
0 |
BR |
||
0207 14 10 |
Delen zonder been, van hanen of van kippen, bevroren |
333,9 |
0 |
AR |
237,5 |
19 |
BR |
||
341,2 |
0 |
CL |
||
315,9 |
0 |
TH |
||
0207 27 10 |
Delen zonder been, van kalkoenen, bevroren |
348,1 |
0 |
BR |
371,2 |
0 |
CL |
||
0408 91 80 |
Eieren uit de schaal, gedroogd |
468,7 |
0 |
AR |
1602 32 11 |
Bereidingen van hanen of van kippen, niet gekookt en niet gebakken |
259,1 |
8 |
BR |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.”
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/8 |
VERORDENING (EU) 2015/830 VAN DE COMMISSIE
van 28 mei 2015
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH)
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (1), en met name artikel 131,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 bevat voorschriften voor de samenstelling van veiligheidsinformatiebladen die worden gebruikt om informatie te verschaffen over chemische stoffen en mengsels in de Europese Unie. |
(2) |
Het wereldwijd geharmoniseerd systeem voor de indeling en etikettering van chemische stoffen (GHS), dat is ontwikkeld in het kader van de Verenigde Naties, bevat internationaal geharmoniseerde criteria voor de indeling en etikettering van chemische stoffen en regels voor veiligheidsinformatiebladen. |
(3) |
De voorschriften voor veiligheidsinformatiebladen van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 moeten worden aangepast aan de vijfde herziening van de GHS-regels voor veiligheidsinformatiebladen. |
(4) |
Op 1 juni 2015 treden gelijktijdig twee tegenstrijdige wijzigingen van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 in werking; de ene is ingevoerd bij artikel 59, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad (2), de andere bij Verordening (EU) nr. 453/2010 van de Commissie (3). Om verwarring betreffende de vraag welke versie van bijlage II van toepassing is, te voorkomen, moet die bijlage, in haar gewijzigde vorm, worden vervangen door een nieuwe bijlage II. |
(5) |
Aan marktdeelnemers die reeds veiligheidsinformatiebladen hebben opgesteld, zouden onevenredige lasten worden opgelegd indien zij werden verplicht deze bladen onmiddellijk aan te passen aan de gewijzigde bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1907/2006. Bijgevolg moeten marktdeelnemers voor een bepaalde tijd gebruik kunnen blijven maken van veiligheidsinformatiebladen die vóór 1 juni 2015 aan afnemers zijn verstrekt. |
(6) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 133 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 ingestelde comité, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1907/2006, zoals gewijzigd bij artikel 59, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1272/2008 en bij Verordening (EU) nr. 453/2010, wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Onverminderd artikel 31, lid 9, van Verordening (EG) nr. 1907/2006 mogen veiligheidsinformatiebladen die vóór 1 juni 2015 aan een afnemer zijn verstrekt verder worden gebruikt; zij hoeven tot en met 31 mei 2017 niet aan de bijlage bij deze verordening te voldoen.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 juni 2015.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1.
(2) Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1).
(3) Verordening (EU) nr. 453/2010 van de Commissie van 20 mei 2010 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) (PB L 133 van 31.5.2010, blz. 1).
BIJLAGE
„BIJLAGE II
VOORSCHRIFTEN VOOR DE SAMENSTELLING VAN VEILIGHEIDSINFORMATIEBLADEN
DEEL A
0.1. Inleiding
0.1.1. Deze bijlage bevat de voorschriften die de leverancier moet naleven bij de samenstelling van een veiligheidsinformatieblad dat overeenkomstig artikel 31 voor een stof of een mengsel wordt verstrekt.
0.1.2. De informatie die in het veiligheidsinformatieblad wordt gegeven moet overeenkomen met de informatie in het chemischeveiligheidsrapport, indien dat vereist is. Als een chemischeveiligheidsrapport is opgesteld, wordt/worden het/de desbetreffende blootstellingsscenario('s) als bijlage bij het veiligheidsinformatieblad gevoegd.
0.2. Algemene voorschriften voor de samenstelling van een veiligheidsinformatieblad
0.2.1. Het veiligheidsinformatieblad moet het gebruikers mogelijk maken de nodige maatregelen te nemen voor de bescherming van de gezondheid en de veiligheid op het werk en de bescherming van het milieu. De opsteller van het veiligheidsinformatieblad moet er rekening mee houden dat een veiligheidsinformatieblad zijn publiek moet voorlichten over de gevaren van een stof of mengsel en informatie moet verstrekken over hoe de stof of het mengsel veilig kan worden opgeslagen, gehanteerd en verwijderd.
0.2.2. De informatie die in veiligheidsinformatiebladen wordt verstrekt, moet ook voldoen aan de voorschriften van Richtlijn 98/24/EG. Het veiligheidsinformatieblad moet met name werkgevers in staat stellen na te gaan of er gevaarlijke chemische agentia op de werkplek aanwezig zijn en de eventuele risico's van het gebruik ervan voor de veiligheid en de gezondheid van de werknemers te beoordelen.
0.2.3. De informatie in het veiligheidsinformatieblad moet duidelijk en beknopt zijn. Het veiligheidsinformatieblad moet worden opgesteld door een bevoegde persoon, die rekening houdt met de specifieke behoeften en kennis van het gebruikerspubliek, voor zover die bekend zijn. Leveranciers van stoffen en mengsels moeten ervoor zorgen dat die bevoegde personen de juiste opleiding, en ook bijscholing, krijgen.
0.2.4. In het veiligheidsinformatieblad moet eenvoudige, duidelijke en precieze taal worden gebruikt en moeten jargon, acroniemen en afkortingen worden vermeden. Vermeldingen zoals „kan gevaarlijk zijn”, „geen gevolgen voor de gezondheid”, „veilig in de meeste gebruiksomstandigheden” of „ongevaarlijk”, andere vermeldingen die erop wijzen dat de stof of het mengsel ongevaarlijk is of andere vermeldingen die niet in overeenstemming zijn met de indeling van die stof of dat mengsel, mogen niet worden gebruikt.
0.2.5. Op de eerste bladzijde moet de datum worden vermeld waarop het veiligheidsinformatieblad werd samengesteld. Wanneer een veiligheidsinformatieblad werd herzien en een nieuwe herziene versie aan de ontvangers wordt verstrekt, moeten in rubriek 16 van het veiligheidsinformatieblad de wijzigingen onder de aandacht van de ontvangers worden gebracht, tenzij de wijzigingen ergens anders zijn aangegeven. Voor de herziene veiligheidsinformatiebladen wordt op de eerste bladzijde de datum van de samenstelling („Herziening: (datum)”) vermeld, alsook een versienummer, herzieningsnummer, datum van vervanging of een andere indicatie van welke versie vervangen is.
0.3. Vorm van het veiligheidsinformatieblad
0.3.1. Een veiligheidsinformatieblad heeft geen vaste lengte. De lengte van een veiligheidsinformatieblad staat in verhouding tot het gevaar dat de stof of het mengsel inhoudt, alsook tot de beschikbare informatie.
0.3.2. Alle bladzijden van een veiligheidsinformatieblad, met inbegrip van de bijlagen, moeten worden genummerd en moeten ofwel een aanduiding bevatten van de lengte van het veiligheidsinformatieblad (zoals „blz. 1 van 3”) ofwel een aanduiding of er nog een bladzijde volgt (zoals „Vervolg op de volgende bladzijde” of „Einde van het veiligheidsinformatieblad”).
0.4. Inhoud van het veiligheidsinformatieblad
De informatie die overeenkomstig deze bijlage vereist is moet, indien van toepassing en beschikbaar, op het veiligheidsinformatieblad worden opgenomen in de desbetreffende punten die in deel B worden gespecificeerd. Het veiligheidsinformatieblad mag geen blanco punten bevatten.
0.5. Andere informatievoorschriften
In bepaalde gevallen kan het, gezien de zeer diverse eigenschappen van stoffen en mengsels, nodig zijn in de desbetreffende punten aanvullende relevante en beschikbare informatie te vermelden.
Aanvullende veiligheids- en milieu-informatie is vereist om te voldoen aan de behoeften van zeevarenden en andere personen die werkzaam zijn in het bulkvervoer van gevaarlijke goederen op zee of over de binnenwateren met bulkcarriers of tankschepen waarop de regelgeving van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) of nationale regelgeving van toepassing is. Punt 14.7 beveelt aan om essentiële informatie over de indeling op te nemen wanneer een dergelijke lading in bulk wordt vervoerd overeenkomstig bijlage II van het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen van 1973, gewijzigd bij het Protocol van 1978 daarbij (Marpol) (1), en de Internationale Code voor de bouw en de uitrusting van schepen die gevaarlijke chemicaliën in bulk vervoeren (Code inzake het vervoer van chemicaliën in bulk) (IBC-code) (2). Schepen die olie of brandstofolie, als omschreven in bijlage I bij het Marpol-verdrag, in bulk vervoeren of stookolie bunkeren, moeten vóór het laden worden voorzien van een „material safety data sheet” overeenkomstig de resolutie „Recommendations for Material Safety Data Sheets (MSDS) for MARPOL Annex I Oil Cargo and Oil Fuel” (MSC.286(86)) van de Maritieme Veiligheidscommissie van de IMO. Met het oog op een geharmoniseerd veiligheidsinformatieblad voor maritiem en niet-maritiem gebruik mogen de aanvullende bepalingen van Resolutie MSC.286(86) daarom in voorkomend geval bij het vervoer over zee van ladingen en mariene stookolie die onder bijlage I bij Marpol vallen, worden opgenomen in de veiligheidsinformatiebladen.
0.6. Eenheden
De meeteenheden die bij Richtlijn 80/181/EEG van de Raad (3) zijn vastgesteld, moeten worden gebruikt.
0.7. Bijzondere gevallen
Veiligheidsinformatiebladen zijn ook vereist voor de bijzondere gevallen die zijn opgenomen in punt 1.3 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1272/2008 en waarvoor afwijkingen van de etiketteringsvoorschriften gelden.
1. RUBRIEK 1: Identificatie van de stof of het mengsel en van de vennootschap/onderneming
In deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad wordt voorgeschreven hoe de stof of het mengsel moet worden geïdentificeerd en hoe de geïdentificeerde vormen van gebruik, de naam van de leverancier van de stof of het mengsel en de contactgegevens van de leverancier van de stof of het mengsel, inclusief contactgegevens voor noodgevallen, in het veiligheidsinformatieblad moeten worden verstrekt.
1.1. Productidentificatie
Verstrek de productidentificatie overeenkomstig artikel 18, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1272/2008 wanneer het een stof betreft, en overeenkomstig artikel 18, lid 3, onder a), van Verordening (EG) nr. 1272/2008 wanneer het een mengsel betreft, en zoals vermeld op het etiket in de officiële taal/talen van de lidstaat/lidstaten wanneer de stof of het mengsel in de handel is gebracht, tenzij de betrokken lidstaat/lidstaten anders bepaalt/bepalen.
Voor registratieplichtige stoffen moet de productidentificatie overeenkomen met de in de registratie opgegeven productidentificatie en moet het krachtens artikel 20, lid 3, van deze verordening toegekende registratienummer eveneens worden vermeld.
Zonder afbreuk te doen aan de in artikel 39 van deze verordening vastgestelde verplichtingen voor downstreamgebruikers kan het deel van het registratienummer dat naar de individuele registrant van een gezamenlijke indiening verwijst worden weggelaten door een leverancier die een distributeur of een downstreamgebruiker is, op voorwaarde:
a) |
dat de leverancier de verantwoordelijkheid op zich neemt om op verzoek het volledige registratienummer voor handhavingsdoeleinden te verstrekken of, wanneer hij niet over het volledige registratienummer beschikt, om het verzoek overeenkomstig punt b) door te sturen naar zijn leverancier; en |
b) |
dat de leverancier het volledige registratienummer aan de handhavingsautoriteit van de lidstaat („de handhavingsautoriteit”) verstrekt binnen zeven dagen na ontvangst van een verzoek, dat ofwel direct uitgaat van de handhavingsautoriteit, ofwel is doorgestuurd door zijn afnemer, of dat de leverancier, wanneer hij niet over het volledige registratienummer beschikt, het verzoek binnen zeven dagen na het verzoek doorstuurt naar zijn leverancier en de handhavingsautoriteit daarvan tegelijkertijd op de hoogte stelt. |
Er mag één veiligheidsinformatieblad worden verstrekt voor meer dan één stof of mengsel wanneer de informatie in dat veiligheidsinformatieblad voldoet aan de voorschriften van deze bijlage voor elk van die stoffen of mengsels.
Andere identificatiemiddelen
Eventueel mogen ook andere namen of synoniemen waarmee de stof of het mengsel is geëtiketteerd of waaronder het algemeen bekend is, zoals andere namen, nummers, productcodes van ondernemingen, of andere identificatienummers, worden verstrekt.
1.2. Relevant geïdentificeerd gebruik van de stof of het mengsel en ontraden gebruik
Vermeld ten minste het voor de afnemer(s) van de stof of het mengsel relevant geïdentificeerd gebruik. Beschrijf daarbij kort waarvoor de stof of het mengsel dient, zoals „brandvertragend middel”, „antioxidant”.
Vermeld in voorkomend geval het door de leverancier ontraden gebruik, en de redenen daarvoor. Dit hoeft geen volledige lijst te zijn.
Indien een chemischeveiligheidsrapport vereist is, moet de informatie in dit punt van het veiligheidsinformatieblad overeenstemmen met het geïdentificeerde gebruik in het chemischeveiligheidsrapport en de blootstellingsscenario's van het chemischeveiligheidsrapport als beschreven in de bijlage bij het veiligheidsinformatieblad.
1.3. Details betreffende de verstrekker van het veiligheidsinformatieblad
De verstrekker, of het nu de fabrikant, de importeur, de enige vertegenwoordiger, de downstreamgebruiker of de distributeur is, moet worden geïdentificeerd. Vermeld het volledige adres en het telefoonnummer van de verstrekker, evenals een e-mailadres van een bevoegde persoon die voor het veiligheidsinformatieblad verantwoordelijk is.
Wanneer de verstrekker niet gevestigd is in de lidstaat waar de stof of het mengsel in de handel wordt gebracht en hij voor die lidstaat een verantwoordelijke persoon heeft aangewezen, moet ook het volledige adres en het telefoonnummer van die verantwoordelijke persoon worden vermeld.
Voor registranten moet de informatie overeenkomen met de in de registratie gegeven informatie over de identiteit van de fabrikant of importeur.
Wanneer een enige vertegenwoordiger werd aangewezen, mogen eveneens de contactgegevens van de fabrikant of formuleerder van buiten de Unie worden verstrekt.
1.4. Telefoonnummer voor noodgevallen
Verwijs naar diensten voor informatie in noodgevallen. Wanneer er een officieel adviesorgaan bestaat in de lidstaat waar de stof of het mengsel in de handel wordt gebracht (dat kan het orgaan zijn dat verantwoordelijk is voor het ontvangen van informatie in verband met de gezondheid van artikel 45 van Verordening (EG) nr. 1272/2008), moet het telefoonnummer daarvan worden vermeld, en kan dat volstaan. Wanneer de beschikbaarheid van dergelijke diensten om eender welke reden beperkt is, zoals bijvoorbeeld door openingstijden, of wanneer er beperkingen zijn wat het soort informatie betreft dat wordt verstrekt, moet dat duidelijk worden vermeld.
2. RUBRIEK 2: Identificatie van de gevaren
In deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad worden de gevaren van de stof of het mengsel en de passende waarschuwingen voor die gevaren beschreven.
2.1. Indeling van de stof of het mengsel
Voor de indeling van een stof of een mengsel moeten de indelingscriteria van Verordening (EG) nr. 1272/2008 worden toegepast. Wanneer de leverancier voor opname in de inventaris van indelingen en etiketteringen informatie over de stof heeft verstrekt overeenkomstig artikel 40 van Verordening (EG) nr. 1272/2008, moet in het veiligheidsinformatieblad dezelfde indeling worden vermeld.
Indien het mengsel niet voldoet aan de indelingscriteria overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008, moet dat duidelijk worden vermeld.
Informatie over de stoffen in het mengsel moet in punt 3.2 worden vermeld.
Indien de indeling, met inbegrip van de gevarenaanduidingen, niet volledig is uitgeschreven, moet worden verwezen naar rubriek 16, waar de volledige tekst van elke indeling, met inbegrip van elke gevarenaanduiding, moet worden vermeld.
De belangrijkste nadelige fysische, gezondheids- en milieueffecten moeten zodanig worden geformuleerd dat een leek de gevaren van de stof of het mengsel kan identificeren, en moeten overeenstemmen met de rubrieken 9 tot en met 12 van het veiligheidsinformatieblad.
2.2. Etiketteringselementen
Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008 moeten, volgens de indeling, minstens de volgende elementen op het etiket voorkomen: gevarenpictogram(men), signaalwoord(en), gevarenaanduiding(en) en veiligheidsaanbeveling(en). Een grafische reproductie van het hele gevarenpictogram in zwart-wit of een grafische reproductie van alleen het symbool mag worden gebruikt in de plaats van het kleurenpictogram van Verordening (EG) nr. 1272/2008.
De passende etiketteringselementen moeten overeenkomstig artikel 25 en artikel 32, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1272/2008 worden verstrekt.
2.3. Andere gevaren
Vermeld informatie over het feit of de stof of het mengsel voldoet aan de criteria voor PBT of zPzB overeenkomstig bijlage XIII.
Verstrek informatie over andere gevaren die geen indeling tot gevolg hebben, maar die het algemene gevaar van de stof of het mengsel kunnen vergroten, zoals de vorming van luchtvervuilende stoffen tijdens het harden of verwerken, stofvorming, explosieve eigenschappen die niet voldoen aan de indelingscriteria van deel 2, punt 2.1, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1272/2008, gevaar van stofexplosie, kruisgevoeligheid, verstikking, bevriezing, eventuele hoge geur- of smaakkracht, of milieueffecten zoals gevaren voor in de bodem levende organismen of het fotochemische vermogen tot ozonvorming. Bij gevaar voor een stofexplosie is de vermelding „Kan een explosief mengsel van stof en lucht vormen” gepast.
3. RUBRIEK 3: Samenstelling en informatie over de bestanddelen
In deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad wordt de chemische identiteit van het (de) ingrediënt(en) van de stof of het mengsel beschreven, alsook de onzuiverheden en stabiliserende additieven zoals hieronder uiteengezet. Vermeld passende en beschikbare veiligheidsinformatie over oppervlaktechemie.
3.1. Stoffen
Verstrek de chemische identiteit van het hoofdbestanddeel van de stof door ten minste de productidentificatie of een van de andere identificatiemiddelen uit punt 1.1 te vermelden.
De chemische identiteit van eventuele onzuiverheden, stabiliserende additieven, of individuele bestanddelen die niet het hoofdbestanddeel zijn, en die zelf zijn ingedeeld en tot de indeling van de stof bijdragen, moet als volgt worden verstrekt:
a) |
de productidentificatie overeenkomstig artikel 18, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1272/2008; |
b) |
wanneer de productidentificatie niet beschikbaar is, een van de andere namen (triviale naam, handelsnaam, afkorting) of identificatienummers. |
Leveranciers van stoffen kunnen ervoor kiezen daarnaast ook alle bestanddelen, waaronder ook niet-ingedeelde bestanddelen, te vermelden.
In dit punt kan ook informatie over stoffen met meerdere bestanddelen worden verstrekt.
3.2. Mengsels
Voor ten minste alle stoffen waarnaar in de punten 3.2.1 of 3.2.2 wordt verwezen, moet de productidentificatie worden vermeld, alsook de concentratie of het concentratiebereik en de indeling. Leveranciers van mengsels kunnen ervoor kiezen daarnaast alle stoffen in het mengsel te vermelden, waaronder ook stoffen die niet aan de indelingscriteria voldoen. Aan de hand van deze informatie moet de afnemer gemakkelijk de gevaren van de stoffen in het mengsel kunnen identificeren. De gevaren van het mengsel zelf moeten in rubriek 2 worden vermeld.
De concentraties van de stoffen in een mengsel moeten op een van de volgende wijzen worden beschreven:
a) |
exacte percentages in afnemende volgorde per massa of volume, wanneer dat technisch mogelijk is; |
b) |
percentagebereik in afnemende volgorde per massa of volume, wanneer dat technisch mogelijk is. |
Wanneer een percentagebereik wordt gebruikt, moeten in de gevaren voor de gezondheid en het milieu de gevolgen van de hoogste concentratie van elk ingrediënt worden beschreven.
Wanneer de gevolgen van het mengsel als geheel beschikbaar zijn, moet die informatie in rubriek 2 worden opgenomen.
Wanneer overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EG) nr. 1272/2008 het gebruik van een andere chemische naam is toegestaan, mag die naam worden gebruikt.
3.2.1. Voor een mengsel dat volgens Verordening (EG) nr. 1272/2008 voldoet aan de criteria voor indeling, moeten de volgende stoffen met hun concentratie of concentratiebereik in het mengsel worden vermeld:
a) |
voor de gezondheid of voor het milieu gevaarlijke stoffen in de zin van Verordening (EG) nr. 1272/2008 wanneer die stoffen aanwezig zijn in concentraties die gelijk zijn aan of groter zijn dan de laagste van onderstaande concentraties:
|
b) |
stoffen waarvoor in de Unie grenzen voor de blootstelling op het werk zijn vastgesteld en die nog niet in punt a) zijn opgenomen; |
c) |
stoffen die persistent, bioaccumulerend en toxisch zijn of zeer persistent en zeer bioaccumulerend overeenkomstig de criteria van bijlage XIII, of stoffen die wegens andere dan de onder a) genoemde gevaren zijn opgenomen in de overeenkomstig artikel 59, lid 1, opgestelde lijst, indien de concentratie van een individuele stof gelijk aan of groter dan 0,1 % is. |
3.2.2. Voor een mengsel dat volgens Verordening (EG) nr. 1272/2008 niet voldoet aan de criteria voor indeling, moeten de stoffen die aanwezig zijn in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan de volgende concentraties met hun concentratie of concentratiebereik worden vermeld:
a) |
1 gewichtsprocent voor niet-gasvormige mengsels en 0,2 volumeprocent voor gasvormige mengsels voor:
|
b) |
0,1 gewichtsprocent voor stoffen die persistent, bioaccumulerend en toxisch zijn overeenkomstig de criteria van bijlage XIII, zeer persistent en zeer bioaccumulerend zijn overeenkomstig de criteria van bijlage XIII, of wegens andere dan de onder a) genoemde gevaren zijn opgenomen in de overeenkomstig artikel 59, lid 1, opgestelde lijst. |
3.2.3. Voor de in punt 3.2 vermelde stoffen moet de indeling van de stof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008, met inbegrip van de gevarenklasse(n) en categoriecode(s) van tabel 1.1 van bijlage VI bij die verordening en van de gevarenaanduidingen die zijn toegewezen op basis van hun fysische, volksgezondheids- en milieugevaren, worden verstrekt. De gevarenaanduidingen moeten in deze rubriek niet volledig zijn uitgeschreven; hun codes volstaan. Wanneer zij niet volledig zijn uitgeschreven, moet worden verwezen naar rubriek 16, waar de volledige tekst van elke relevante gevarenaanduiding moet zijn opgenomen. Indien de stof niet aan de indelingscriteria voldoet, dient de reden waarom de stof in punt 3.2 wordt opgenomen te worden vermeld, bijvoorbeeld: „niet-ingedeelde zPzB-stof” of „stof waarvoor binnen de Unie een blootstellingsgrens op de werkvloer geldt”.
3.2.4. Voor de stoffen die in punt 3.2 worden vermeld, moet de naam en, indien dat beschikbaar is, het registratienummer worden vermeld dat overeenkomstig artikel 20, lid 3, van deze verordening moet worden toegekend.
Zonder afbreuk te doen aan de in artikel 39 van deze verordening vastgestelde verplichtingen voor downstreamgebruikers kan het deel van het registratienummer dat naar de individuele registrant van een gezamenlijke indiening verwijst worden weggelaten door de leverancier van het mengsel, op voorwaarde:
a) |
dat de leverancier de verantwoordelijkheid op zich neemt om op verzoek het volledige registratienummer voor handhavingsdoeleinden te verstrekken of, wanneer hij niet over het volledige registratienummer beschikt, om het verzoek overeenkomstig punt b) door te sturen naar zijn leverancier; en |
b) |
dat de leverancier het volledige registratienummer aan de handhavingsautoriteit van de lidstaat (hierna „de handhavingsautoriteit”) verstrekt binnen zeven dagen na ontvangst van een verzoek, dat ofwel direct uitgaat van de handhavingsautoriteit, ofwel is doorgestuurd door zijn afnemer, of dat de leverancier, wanneer hij niet over het volledige registratienummer beschikt, het verzoek binnen zeven dagen na het verzoek doorstuurt naar zijn leverancier en de handhavingsautoriteit daarvan tegelijkertijd op de hoogte stelt. |
Indien beschikbaar moet overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008 het EG-nummer worden verstrekt. Indien beschikbaar mogen ook het CAS-nummer en de IUPAC-naam worden vermeld.
Voor stoffen waarvoor in dit punt overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EG) nr. 1272/2008 een andere chemische naam is gebruikt, is het niet nodig het registratienummer, het EG-nummer of andere precieze chemische identificaties te vermelden.
4. RUBRIEK 4: Eerstehulpmaatregelen
In deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad moet de eerste hulp zodanig worden beschreven dat een niet-opgeleide persoon deze kan begrijpen en kan verlenen zonder gebruik te maken van ingewikkelde apparatuur en zonder te beschikken over een uitgebreide selectie van geneesmiddelen. Wanneer medische verzorging vereist is, moet dat, en de mate van spoedeisendheid, in de instructies worden vermeld.
4.1. Beschrijving van de eerstehulpmaatregelen
4.1.1. Eerstehulpinstructies moeten per relevante manier van blootstelling worden verstrekt. Er moeten onderverdelingen worden aangebracht om de procedure aan te geven voor elke manier van blootstelling zoals inhalatie, contact met huid of ogen en inslikken.
4.1.2. Geef aan:
a) |
of onmiddellijke medische verzorging vereist is en of na een blootstelling uitgestelde effecten kunnen worden verwacht; |
b) |
of het wenselijk is de blootgestelde persoon in de frisse lucht te brengen; |
c) |
of het wenselijk is kleding en schoenen van de blootgestelde persoon te verwijderen en te hanteren; en |
d) |
of persoonlijke beschermingsmiddelen wenselijk zijn voor de personen die de eerste hulp verlenen. |
4.2. Belangrijkste acute en uitgestelde symptomen en effecten
Verstrek kort samengevatte informatie over de belangrijkste acute en uitgestelde symptomen en effecten van blootstelling.
4.3. Vermelding van de vereiste onmiddellijke medische verzorging en speciale behandeling
Verstrek zo nodig informatie over klinische proeven en medische monitoring voor uitgestelde effecten, alsook specifieke details over tegengiffen (wanneer die bekend zijn) en contra-indicaties.
Voor sommige stoffen of mengsels kan het van belang zijn nadrukkelijk te vermelden dat speciale voorzieningen voor specifieke en onmiddellijke verzorging op de werkplek beschikbaar moeten zijn.
5. RUBRIEK 5: Brandbestrijdingsmaatregelen
Beschrijf in deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad de voorschriften voor de bestrijding van een brand veroorzaakt door of in de nabijheid van de stof of het mengsel.
5.1. Blusmiddelen
|
Geschikte blusmiddelen: verstrek informatie over de geschikte blusmiddelen. |
|
Ongeschikte blusmiddelen: geef aan of bepaalde blusmiddelen ongeschikt zijn in een specifieke situatie waarbij de stof of het mengsel betrokken is (bv. vermijd middelen onder hoge druk, die zouden kunnen leiden tot het ontstaan van een potentieel explosief mengsel van stof en lucht). |
5.2. Speciale gevaren die door de stof of het mengsel worden veroorzaakt
Verstrek informatie over gevaren die door de stof of het mengsel kunnen worden veroorzaakt, zoals gevaarlijke verbrandingsproducten die zich vormen wanneer de stof of het mengsel brandt, bijvoorbeeld: „kan bij brand giftige koolmonoxidedampen produceren” of „produceert bij verbranding zwavel- en stikstofoxide”.
5.3. Advies voor brandweerlieden
Geef advies over beschermende maatregelen die bij de bluswerkzaamheden moeten worden genomen, zoals „recipiënten met een waterstraal koel houden”, en over speciale beschermde uitrusting voor brandweerlieden, zoals laarzen, overalls, handschoenen, oog- en gezichtsmaskers en ademhalingsapparatuur.
6. RUBRIEK 6: Maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het mengsel
In deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad moeten aanbevelingen worden opgenomen voor passende maatregelen wanneer de stof of het mengsel wordt geloosd, lekt of vrijkomt, om schadelijke gevolgen voor personen, eigendommen en het milieu te voorkomen of tot een minimum te beperken. Wanneer de geloosde hoeveelheid van aanzienlijk belang is voor het gevaar, moet voor de maatregelen ook een onderscheid worden gemaakt tussen grote en kleine lozingen. Wanneer volgens de procedures voor insluiting en terugwinning verschillende praktijken vereist zijn, moeten die in het veiligheidsinformatieblad worden vermeld.
6.1. Persoonlijke voorzorgsmaatregelen, beschermingsmiddelen en noodprocedures
6.1.1. Voor andere personen dan de hulpdiensten
Verstrek advies in verband met het onopzettelijk lozen of vrijkomen van de stof of het mengsel, zoals:
a) |
het dragen van passende beschermende uitrusting (met inbegrip van de persoonlijke beschermingsmiddelen in rubriek 8 van het veiligheidsinformatieblad) om besmetting van de huid, de ogen en de eigen kleding te voorkomen; |
b) |
verwijdering van ontstekingsbronnen, maatregelen voor voldoende ventilatie, tegengaan van stofvorming; en |
c) |
noodprocedures zoals de noodzaak om de gevarenzone te evacueren of een deskundige te raadplegen. |
6.1.2. Voor de hulpdiensten
Verstrek advies in verband met geschikte stof voor persoonlijke beschermende kleding (zoals „geschikt: butyleen”; „niet geschikt: pvc”).
6.2. Milieuvoorzorgsmaatregelen
Verstrek advies over milieuvoorzorgsmaatregelen die moeten worden genomen in verband met het onopzettelijk lozen of vrijkomen van de stof of het mengsel, zoals vermijden dat het product in afvoerkanalen, oppervlaktewater of grondwater terechtkomt.
6.3. Insluitings- en reinigingsmethoden en -materiaal
6.3.1. Verstrek passend advies over hoe het geloosde product moet worden ingesloten. Passende insluitingsmethoden kunnen onder meer zijn:
a) |
het afdammen of afdekken van afvoerkanalen; |
b) |
procedures om het geloosde product af te dekken. |
6.3.2. Verstrek passend advies over hoe het geloosde product moet worden gereinigd. Passende reinigingsprocedures kunnen onder meer zijn:
a) |
neutralisatietechnieken; |
b) |
decontaminatietechnieken; |
c) |
adsorberende materialen; |
d) |
reinigingstechnieken; |
e) |
aanzuigingstechnieken; |
f) |
benodigd insluitings- en reinigingsmateriaal (in voorkomend geval het gebruik van vonkvrij gereedschap en vonkvrije uitrusting). |
6.3.3. Verstrek alle andere informatie met betrekking tot het lozen of vrijkomen van het product, inclusief advies over ongeschikte insluitings- of reinigingstechnieken (zoals vermeldingen: „gebruik nooit …”).
6.4. Verwijzing naar andere rubrieken
Verwijs zo nodig naar de rubrieken 8 en 13.
7. RUBRIEK 7: Hantering en opslag
Deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad moet advies bevatten over veilige hanteringspraktijken. De nadruk moet worden gelegd op voorzorgsmaatregelen die passend zijn voor het geïdentificeerde gebruik waarnaar in punt 1.2 wordt verwezen en voor de unieke eigenschappen van de stof of het mengsel.
De informatie in deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad moet betrekking hebben op de bescherming van de gezondheid, de veiligheid en het milieu. De werkgever moet aan de hand daarvan geschikte werkmethoden en organisatiemaatregelen overeenkomstig artikel 5 van Richtlijn 98/24/EG en artikel 5 van Richtlijn 2004/37/EG kunnen opstellen.
Indien een chemischeveiligheidsrapport vereist is, moet de informatie in deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad overeenstemmen met de informatie die in het chemischeveiligheidsrapport voor het geïdentificeerde gebruik is gegeven en met de blootstellingsscenario's met de beschrijving van de risicobeheersing van het chemischeveiligheidsrapport als beschreven in de bijlage bij het veiligheidsinformatieblad.
Niet alleen deze rubriek, maar ook rubriek 8 kan relevante informatie bevatten.
7.1. Voorzorgsmaatregelen voor het veilig hanteren van de stof of het mengsel
7.1.1. Doe specifieke aanbevelingen:
a) |
voor het veilig hanteren van de stof of het mengsel, zoals insluiting en maatregelen ter voorkoming van brand en van aerosol- en stofvorming; |
b) |
om het hanteren van incompatibele stoffen of mengsels te voorkomen; |
c) |
om de aandacht te vestigen op activiteiten en omstandigheden die nieuwe risico's opleveren door een wijziging van de eigenschappen van de stof of het mengsel, en op passende tegenmaatregelen; en |
d) |
om het vrijkomen van de stof of het mengsel in het milieu te beperken en bijvoorbeeld te voorkomen dat het product wordt geloosd of in afvoerkanalen terechtkomt. |
7.1.2. Verstrek ook advies inzake algemene beroepsmatige hygiëne:
a) |
niet eten, drinken of roken op plaatsen waar wordt gewerkt; |
b) |
na gebruik handen wassen; en |
c) |
verontreinigde kleding en beschermde uitrusting uittrekken alvorens ruimten te betreden waar wordt gegeten. |
7.2. Voorwaarden voor een veilige opslag, met inbegrip van incompatibele producten
Het verstrekte advies moet in overeenstemming zijn met de in rubriek 9 van het veiligheidsinformatieblad beschreven fysische en chemische eigenschappen. Verstrek in voorkomend geval advies over specifieke eisen voor de opslag, zoals:
a) |
Maatregelen voor het risicobeheer in verband met:
|
b) |
Maatregelen voor het beheersen van de gevolgen van:
|
c) |
Hoe de stof of het mengsel intact te houden door gebruik te maken van:
|
d) |
Ander advies zoals:
|
7.3. Specifiek eindgebruik
Voor stoffen en mengsels die voor specifiek eindgebruik zijn ontworpen, moeten gedetailleerde en praktische aanbevelingen worden geformuleerd voor het in punt 1.2 bedoelde geïdentificeerde gebruik. Indien een blootstellingsscenario is bijgevoegd, kan daarnaar worden verwezen; zo niet moet de informatie overeenkomstig de punten 7.1 en 7.2 worden verstrekt. Indien een actor in de toeleveringsketen voor het mengsel een chemischeveiligheidsbeoordeling heeft uitgevoerd, volstaat het dat het veiligheidsinformatieblad en de blootstellingsscenario's overeenkomen met het chemischeveiligheidsrapport voor het mengsel in plaats van met de chemischeveiligheidsrapporten voor elke stof in het mengsel. Wanneer er specifieke richtsnoeren voor de industrie of de sector bestaan, kan daarnaar in detail worden verwezen (met vermelding van de bron en de datum van de richtsnoeren).
8. RUBRIEK 8: Maatregelen ter beheersing van blootstelling/persoonlijke bescherming
In deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad moeten de toepasselijke grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling en de nodige risicobeheersingsmaatregelen worden beschreven.
Indien een chemischeveiligheidsrapport vereist is, moet de informatie in deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad overeenstemmen met de informatie die in het chemischeveiligheidsrapport voor het geïdentificeerde gebruik is gegeven en met de blootstellingsscenario's met de beschrijving van de risicobeheersing van het chemischeveiligheidsrapport als beschreven in de bijlage bij het veiligheidsinformatieblad.
8.1. Controleparameters
8.1.1. Indien beschikbaar moeten voor de stof of voor elk van de stoffen in het mengsel de volgende nationale grenswaarden, alsook de rechtsgrondslag van elk van die grenswaarden, worden vermeld die momenteel van toepassing zijn in de lidstaat waar het veiligheidsinformatieblad wordt verstrekt. Bij de vermelding van de grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling moet de in rubriek 3 gespecificeerde chemische identiteit worden gebruikt.
8.1.1.1. |
de nationale grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling die overeenstemmen met de grenswaarden van de Unie voor beroepsmatige blootstelling overeenkomstig Richtlijn 98/24/EG, met inbegrip van aantekeningen als bedoeld in artikel 2, lid 3, van Besluit 2014/113/EU van de Commissie (4); |
8.1.1.2. |
de nationale grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling die overeenstemmen met de grenswaarden van de Unie overeenkomstig Richtlijn 2004/37/EG, met inbegrip van aantekeningen als bedoeld in artikel 2, lid 3, van Besluit 2014/113/EU; |
8.1.1.3. |
alle andere nationale grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling; |
8.1.1.4. |
de nationale biologische grenswaarden die overeenstemmen met de biologische grenswaarden van de Unie overeenkomstig Richtlijn 98/24/EG, met inbegrip van aantekeningen als bedoeld in artikel 2, lid 3, van Besluit 2014/113/EU; |
8.1.1.5. |
alle andere nationale biologische grenswaarden. |
8.1.2. Verstrek minstens voor de meest relevante stoffen informatie over de huidige aanbevolen monitoringprocedures.
8.1.3. Indien bij het beoogde gebruik van de stof of het mengsel luchtvervuilende stoffen worden gevormd, moeten daarvoor toepasselijke grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling en/of biologische grenswaarden worden vermeld.
8.1.4. Indien een chemischeveiligheidsrapport vereist is, of een DNEL overeenkomstig punt 1.4 van bijlage I dan wel een PNEC overeenkomstig punt 3.3 van bijlage I beschikbaar is, moeten de relevante DNEL's en PNEC's voor de stof worden gegeven voor de blootstellingsscenario's van het chemischeveiligheidsrapport die in de bijlage bij het veiligheidsinformatieblad zijn beschreven.
8.1.5. Indien de stoffen of mengsels voor beheersingsdoeleinden in groepen worden ingedeeld („control banding”) om beslissingen te nemen over risicobeheersmaatregelen in verband met specifiek gebruik, moeten voldoende details worden verstrekt om een doeltreffend risicobeheer mogelijk te maken. De context en de beperkingen van de specifieke aanbeveling om de stoffen of mengsels voor beheersingsdoeleinden in groepen in te delen, moeten worden toegelicht.
8.2. Maatregelen ter beheersing van blootstelling
De informatie waarnaar in dit punt wordt gevraagd, moet worden verstrekt tenzij een blootstellingsscenario met die informatie bij het veiligheidsinformatieblad is gevoegd.
Wanneer de leverancier heeft afgezien van een test krachtens rubriek 3 van bijlage XI, moet hij de specifieke gebruiksomstandigheden vermelden die verantwoorden waarom van de test werd afgezien.
Wanneer een stof is geregistreerd als een (locatiegebonden of vervoerd) geïsoleerd tussenproduct, moet de leverancier verklaren dat dit veiligheidsinformatieblad in overeenstemming is met de specifieke voorwaarden die de registratie overeenkomstig artikel 17 of 18 rechtvaardigen.
8.2.1. Passende technische maatregelen
De beschrijving van passende maatregelen ter beheersing van blootstelling moet verband houden met het geïdentificeerde gebruik van de stof of het mengsel bedoeld in punt 1.2. Deze informatie moet volstaan om het de werkgever mogelijk te maken in voorkomend geval een beoordeling uit te voeren van het risico voor de veiligheid van de gezondheid van de werknemers ingevolge de aanwezigheid van de stof of het mengsel overeenkomstig de artikelen 4 tot en met 6 van Richtlijn 98/24/EG en de artikelen 3 tot en met 5 van Richtlijn 2004/37/EG.
Deze informatie moet een aanvulling vormen op de reeds in rubriek 7 verstrekte gegevens.
8.2.2. Individuele beschermingsmaatregelen, zoals persoonlijke beschermingsmiddelen
8.2.2.1. De informatie over het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen moet in overeenstemming zijn met goede beroepsmatige hygiënepraktijken en samengaan met andere beheersingsmaatregelen, zoals technische maatregelen, ventilatie en isolatie. In voorkomend geval moet worden verwezen naar rubriek 5 voor specifiek advies inzake persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vuur/chemische stoffen.
8.2.2.2. Rekening houdend met Richtlijn 89/686/EEG van de Raad (5) en verwijzend naar de desbetreffende CEN-normen, moeten gedetailleerde specificaties worden verstrekt over welk beschermingsmiddel doeltreffende en geschikte bescherming biedt, zoals:
a) |
Bescherming van de ogen/het gezicht Het vereiste soort bescherming van de ogen/het gezicht moet worden vastgesteld op grond van het gevaar dat de stof of het mengsel inhoudt en van het risico van contact, zoals veiligheidsbrillen, veiligheidsstofbrillen, gezichtsschermen. |
b) |
Bescherming van de huid
Vermeld zo nodig extra maatregelen voor de bescherming van de huid en specifieke hygiënische maatregelen. |
c) |
Bescherming van de ademhalingswegen Specificeer voor gassen, dampen, nevel of stof, afhankelijk van het gevaar en het risico van blootstelling, het soort te gebruiken beschermingsmiddel, zoals luchtzuiverende ademhalingstoestellen met vermelding van het eigenlijke zuiverende element (patroon of filterbus), doeltreffende deeltjesfilters en doeltreffende maskers, of onafhankelijke ademhalingsapparatuur. |
d) |
Thermische gevaren Wanneer wordt vermeld dat voor materialen die een thermisch gevaar inhouden beschermingsmiddelen moeten worden gedragen, moet bijzondere aandacht worden besteed aan de constructie van het persoonlijke beschermingsmiddel. |
8.2.3. Beheersing van milieublootstelling
Verstrek de informatie die de werkgever nodig heeft om zijn verplichtingen in verband met de Uniewetgeving inzake milieubescherming na te komen.
Indien een chemischeveiligheidsrapport vereist is, moet voor de blootstellingsscenario's als beschreven in de bijlage bij het veiligheidsinformatieblad een samenvatting worden verstrekt van de risicobeheersmaatregelen die de blootstelling van het milieu aan de stof naar behoren beheersen.
9. RUBRIEK 9: Fysische en chemische eigenschappen
Vermeld indien relevant in deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad de empirische gegevens met betrekking tot de stof of het mengsel. Artikel 8, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1272/2008 is van toepassing. De informatie in deze rubriek moet overeenkomen met de informatie die is verstrekt in de/het eventueel vereiste registratie en/of chemischeveiligheidsrapport en met de indeling van de stof of het mengsel.
9.1. Informatie over fysische en chemische basiseigenschappen
Vermeld duidelijk de onderstaande eigenschappen en verwijs in voorkomend geval naar de gebruikte testmethoden. Vermeld de desbetreffende meeteenheden en/of referentieomstandigheden. Vermeld ook de bepalingsmethode (bijvoorbeeld de vlampuntmethode, de methode met open/gesloten kroes) wanneer dat relevant is voor de interpretatie van de getalwaarde:
a) |
Voorkomen De fysische toestand (vast (ook passende en beschikbare veiligheidsinformatie over de korrelgrootteverdeling en specifiek oppervlak vermelden wanneer dat niet reeds elders in het veiligheidsinformatieblad is gespecificeerd), vloeibaar, gas) en de kleur van de geleverde stof of het geleverde mengsel aangeven. |
b) |
Geur Indien een geur merkbaar is, een korte beschrijving geven. |
c) |
Geurdrempelwaarde |
d) |
pH Vermeld de pH van de stof of het mengsel zoals geleverd of in een waterige oplossing; in het geval van een waterige oplossing de concentratie vermelden. |
e) |
Smelt-/vriespunt |
f) |
Beginkookpunt en kooktraject |
g) |
Vlampunt |
h) |
Verdampingssnelheid |
i) |
Ontvlambaarheid (vast, gas) |
j) |
Bovenste/onderste ontvlambaarheids- of explosiegrenswaarden |
k) |
Dampspanning |
l) |
Dampdichtheid |
m) |
Relatieve dichtheid |
n) |
Oplosbaarheid |
o) |
Verdelingscoëfficiënt: n-octanol/water |
p) |
Zelfontbrandingstemperatuur |
q) |
Ontledingstemperatuur |
r) |
Viscositeit |
s) |
Ontploffingseigenschappen |
t) |
Oxiderende eigenschappen. |
Wanneer wordt vermeld dat een specifieke eigenschap niet van toepassing is of er over een specifieke eigenschap geen informatie beschikbaar is, moeten de redenen daarvoor worden aangegeven.
Verstrek, opdat de juiste beheersingsmaatregelen kunnen worden genomen, alle relevante informatie over de stof of het mengsel. De informatie in deze rubriek moet overeenkomen met de in een registratie verstrekte informatie, indien een registratie vereist is.
Voor een mengsel moet duidelijk worden vermeld op welke stof in het mengsel de informatie betrekking heeft, tenzij die voor het hele mengsel geldt.
9.2. Overige informatie
Vermeld in voorkomend geval andere fysische en chemische parameters zoals mengbaarheid, vetoplosbaarheid (oplosmiddel specificeren), geleidingsvermogen of gasgroep. Vermeld passende en beschikbare veiligheidsinformatie over redoxpotentiaal, mogelijkheid tot radicaalvorming en fotokatalytische eigenschappen.
10. RUBRIEK 10: Stabiliteit en reactiviteit
In deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad moet de stabiliteit van de stof of het mengsel worden beschreven, alsook de mogelijkheid van gevaarlijke reacties die zich onder bepaalde gebruiksomstandigheden en ook bij het vrijkomen in het milieu kunnen voordoen; in voorkomend geval moet naar de gebruikte testmethoden worden verwezen. Wanneer wordt vermeld dat een specifieke eigenschap niet van toepassing is of er over een specifieke eigenschap geen informatie beschikbaar is, moeten de redenen daarvoor worden aangegeven.
10.1. Reactiviteit
10.1.1. Beschrijf de reactiviteitsgevaren van de stof of het mengsel. Verstrek specifieke testgegevens voor de stof of het hele mengsel wanneer die beschikbaar zijn. De informatie kan echter ook op algemene gegevens voor de categorie of soort stof of mengsel zijn gebaseerd wanneer dergelijke gegevens het verwachte gevaar van de stof of het mengsel correct weergeven.
10.1.2. Wanneer voor mengsels geen gegevens beschikbaar zijn, moeten gegevens over de stoffen in het mengsel worden verstrekt. Bij de vaststelling van incompatibele producten moet rekening worden gehouden met de stoffen, recipiënten en verontreinigingen waaraan de stof of het mengsel tijdens het vervoer, de opslag of het gebruik kan worden blootgesteld.
10.2. Chemische stabiliteit
Vermeld of de stof of het mengsel bij normale atmosferische omstandigheden en verwachte temperatuur en druk bij opslag en hantering stabiel of onstabiel is. Beschrijf stabilisatoren die worden of misschien moeten worden gebruikt om de stof of het mengsel chemisch stabiel te houden. Vermeld de mogelijke implicatie voor de veiligheid van een verandering in fysisch voorkomen van de stof of het mengsel.
10.3. Mogelijke gevaarlijke reacties
Vermeld in voorkomend geval of de stof of het mengsel zal reageren of polymeriseren, waarbij overdruk of overtollige hitte vrijkomt of andere gevaarlijke omstandigheden worden gecreëerd. Beschrijf de omstandigheden waarin zich gevaarlijke reacties kunnen voordoen.
10.4. Te vermijden omstandigheden
Vermeld omstandigheden zoals temperatuur, druk, licht, schokken, ontladingen van statische elektriciteit, trillingen of andere vormen van fysische belasting die tot een gevaarlijke situatie kunnen leiden, in voorkomend geval met een korte beschrijving van de maatregelen die moeten worden genomen om de met dergelijke gevaren verbonden risico's te beheren.
10.5. Chemisch op elkaar inwerkende materialen
Vermeld groepen van stoffen of mengsels of specifieke stoffen, zoals water, lucht, zuren, basen of oxiderende stoffen, waarmee de stof of het mengsel kan reageren waardoor een gevaarlijke situatie ontstaat (zoals een ontploffing, het vrijkomen van giftige of ontvlambare materialen, of het vrijkomen van zeer grote hitte), in voorkomend geval met een korte beschrijving van de maatregelen die moeten worden genomen om de met dergelijke gevaren verbonden risico's te beheren.
10.6. Gevaarlijke ontledingsproducten
Vermeld bekende en redelijkerwijs te verwachten gevaarlijke ontledingsproducten die bij gebruik, opslag, lozing en verhitting worden geproduceerd. Gevaarlijke verbrandingsproducten moeten worden opgenomen in rubriek 5 van het veiligheidsinformatieblad.
11. RUBRIEK 11: Toxicologische informatie
Deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad is hoofdzakelijk bedoeld voor gebruik door medici, professionals inzake veiligheid en gezondheid op het werk en toxicologen. Verstrek een beknopte maar volledige en begrijpelijke beschrijving van de verschillende toxicologische (gezondheids)effecten, alsook de beschikbare gegevens die voor de vaststelling van die effecten werden gebruikt, en in voorkomend geval eveneens informatie over toxicokinetiek, metabolisme en verspreiding. De informatie in deze rubriek moet overeenkomen met de informatie die is verstrekt in de/het eventueel vereiste registratie en/of chemischeveiligheidsrapport en met de indeling van de stof of het mengsel.
11.1. Informatie over toxicologische effecten
Verstrek informatie over de volgende relevante gevarenklassen:
a) |
acute toxiciteit; |
b) |
huidcorrosie/-irritatie; |
c) |
ernstig oogletsel/oogirritatie; |
d) |
sensibilisatie van de luchtwegen/de huid; |
e) |
mutageniteit in geslachtscellen; |
f) |
carcinogeniteit; |
g) |
giftigheid voor de voortplanting; |
h) |
STOT bij eenmalige blootstelling; |
i) |
STOT bij herhaalde blootstelling; |
j) |
gevaar bij inademing. |
Deze gevaren moeten op het veiligheidsinformatieblad altijd worden vermeld.
Voor registratieplichtige stoffen worden korte samenvattingen van de informatie die is afgeleid van de toepassing van de bijlagen VII tot en met XI opgenomen, en waar nodig eveneens een verwijzing naar de gebruikte testmethoden. Voor registratieplichtige stoffen omvat de informatie tevens het resultaat van de vergelijking van de beschikbare gegevens met de criteria in Verordening (EG) nr. 1272/2008 voor CMR, categorieën 1A en 1B, overeenkomstig punt 1.3.1 van bijlage I bij deze verordening.
11.1.1. Voor elke gevarenklasse of onderverdeling daarvan moet informatie worden verstrekt. Wanneer wordt vermeld dat de stof of het mengsel niet is ingedeeld voor een specifieke gevarenklasse of onderverdeling daarvan, moet op het veiligheidsinformatieblad duidelijk worden vermeld of dat toe te schrijven is aan een gebrek aan gegevens, de technische onmogelijkheid om de gegevens te verkrijgen, geen afdoende gegevens of afdoende gegevens die niet volstaan voor indeling; in het laatste geval moet op het veiligheidsinformatieblad worden gespecificeerd: „gebaseerd op beschikbare gegevens; aan de indelingscriteria is niet voldaan.”.
11.1.2. De gegevens die in dit punt worden vermeld moeten betrekking hebben op de stof of het mengsel zoals die in de handel worden gebracht. Voor een mengsel moeten de gegevens de toxicologische eigenschappen van het mengsel als geheel beschrijven, behalve wanneer artikel 6, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1272/2008 van toepassing is. Indien beschikbaar moeten eveneens de relevante toxicologische eigenschappen van de gevaarlijke stoffen in een mengsel worden verstrekt, zoals de LD50, acute toxiciteitsschattingen of LC50.
11.1.3. Wanneer er over de stof of het mengsel een groot aantal testgegevens bestaan, kan het nodig zijn de resultaten van de gebruikte kritische studies samen te vatten, bijvoorbeeld per blootstellingsroute.
11.1.4. Wanneer niet is voldaan aan de indelingscriteria voor een specifieke gevarenklasse, moet informatie voor onderbouwing van die conclusie worden verstrekt.
11.1.5. Informatie over waarschijnlijke blootstellingsrouten
Verstrek informatie over waarschijnlijke blootstellingsrouten en de effecten van de stof of het mengsel via elke mogelijke blootstellingsroute: inslikken, inademen of contact met de huid of de ogen. Indien de gezondheidseffecten niet bekend zijn, moet dat worden vermeld.
11.1.6. Symptomen die verband houden met de fysische, chemische en toxicologische eigenschappen
Beschrijf mogelijke schadelijke effecten voor de gezondheid en de symptomen die verband houden met blootstelling aan de stof of het mengsel en de ingrediënten of bekende bijproducten daarvan. Verstrek de beschikbare informatie over de symptomen die verband houden met de fysische, chemische en toxicologische eigenschappen van de stof of het mengsel na blootstelling. Beschrijf de eerste symptomen bij lage blootstelling tot de gevolgen van ernstige blootstelling, zoals „kan hoofdpijn en duizeligheid veroorzaken, gevolgd door flauwvallen of bewusteloosheid; grote dosissen kunnen tot coma en de dood leiden”.
11.1.7. Uitgestelde en onmiddellijke effecten alsook chronische effecten van kortstondige en langdurige blootstelling
Verstrek informatie over de eventuele uitgestelde of onmiddellijke effecten die mogen worden verwacht na kortstondige of langdurige blootstelling. Verstrek eveneens informatie over acute en chronische gezondheidseffecten in verband met blootstelling van de mens aan de stof of het mengsel. Wanneer gegevens over gezondheidseffecten bij de mens niet beschikbaar zijn, moeten gegevens over dieren worden samengevat en moet de diersoort duidelijk worden geïdentificeerd. Vermeld of de toxicologische gegevens op gegevens over gezondheidseffecten bij mensen of dieren zijn gebaseerd.
11.1.8. Interactieve effecten
Vermeld informatie over interacties wanneer die relevant en beschikbaar is.
11.1.9. Gebrek aan specifieke gegevens
Het is niet altijd mogelijk informatie over de gevaren van een stof of een mengsel te verkrijgen. Wanneer er geen gegevens over de specifieke stof of het specifieke mengsel beschikbaar zijn, mogen in voorkomend geval gegevens over soortgelijke stoffen of mengsels worden gebruikt, op voorwaarde dat de relevante soortgelijke stof of het relevante soortgelijke mengsel is vermeld. Wanneer specifieke gegevens niet worden gebruikt, of wanneer er geen gegevens beschikbaar zijn, moet dat duidelijk worden vermeld.
11.1.10. Mengsels
Wanneer een mengsel niet op zijn gezondheidseffecten als geheel is getest, moet voor een bepaald gezondheidseffect relevante informatie over in rubriek 3 opgenomen relevante stoffen worden verstrekt.
11.1.11. Informatie over het mengsel versus informatie over de stof
11.1.11.1. De stoffen in een mengsel kunnen in het lichaam op elkaar inwerken, wat resulteert in verschillende graden van absorptie, metabolisme en excretie. Bijgevolg kan de toxische werking veranderen en kan de totale toxiciteit van het mengsel verschillen van die van de stoffen die het bevat. Daarmee moet rekening worden gehouden bij de verstrekking van toxicologische informatie in deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad.
11.1.11.2. Er moet worden overwogen of de concentratie van elke stof voldoende is om bij te dragen tot de algemene gezondheidseffecten van het mengsel. De informatie over toxische effecten moet voor elke stof worden verstrekt, behalve in de volgende gevallen:
a) |
wanneer dezelfde informatie vaker voorkomt moet die voor het hele mengsel slechts één keer worden vermeld (bijvoorbeeld wanneer twee stoffen allebei braken en diarree veroorzaken); |
b) |
wanneer het onwaarschijnlijk is dat deze effecten zich zullen voordoen bij de aanwezige concentraties, zoals wanneer een licht irriterende stof tot onder een bepaalde concentratie in een niet-irriterende oplossing wordt verdund; |
c) |
wanneer er geen informatie over interacties tussen stoffen in een mengsel beschikbaar is, mogen geen veronderstellingen mogen gemaakt, maar moeten de gezondheidseffecten van elke stof afzonderlijk worden vermeld. |
11.1.12. Overige informatie
Andere relevante informatie over schadelijke gezondheidseffecten moet worden vermeld, ook al is die krachtens de indelingscriteria niet vereist.
12. RUBRIEK 12: Ecologische informatie
In deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad wordt informatie verstrekt om het milieueffect van de stof of het mengsel te kunnen evalueren wanneer deze vrijkomen in het milieu. In de punten 12.1 tot en met 12.6 van het veiligheidsinformatieblad wordt een korte samenvatting van de gegevens verstrekt, alsook, wanneer die beschikbaar zijn, relevante testgegevens waarbij soort, middel, eenheden en duur en omstandigheden van de test duidelijk worden vermeld. Deze informatie kan nuttig zijn bij het reageren op lozingen en bij het evalueren van afvalverwerkingspraktijken, de beheersing van het vrijkomen van de stof of het mengsel, maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het mengsel, en het vervoer. Wanneer wordt vermeld dat een specifieke eigenschap niet van toepassing is (omdat uit de beschikbare gegevens blijkt dat de stof of het mengsel niet aan de indelingscriteria voldoet) of er over een specifieke eigenschap geen informatie beschikbaar is, moeten de redenen daarvoor worden aangegeven. Indien een stof of een mengsel niet is ingedeeld om een andere reden (bijvoorbeeld vanwege de technische onmogelijkheid om de gegevens te verkrijgen of omdat de gegevens geen uitsluitsel geven), moet dit ook duidelijk worden vermeld op het veiligheidsinformatieblad.
Sommige eigenschappen, zoals bioaccumulatie, persistentie en afbreekbaarheid, zijn specifiek voor een bepaalde stof, en voor zover beschikbaar en relevant moet die informatie worden verstrekt voor elke desbetreffende stof in het mengsel (d.w.z. die welke moeten worden vermeld in rubriek 3 van het veiligheidsinformatieblad en gevaarlijk zijn voor het milieu of PBT/zPzB-stoffen zijn). Er moet ook informatie worden verstrekt over gevaarlijke omzettingsproducten die ontstaan bij de afbraak van stoffen of mengsels.
De informatie in deze rubriek moet overeenkomen met de informatie die is verstrekt in de/het eventueel vereiste registratie en/of chemischeveiligheidsrapport en met de indeling van de stof of het mengsel.
12.1. Toxiciteit
Verstrek indien beschikbaar informatie over toxiciteit die gebaseerd is op gegevens van tests op waterorganismen en/of terrestrische organismen. Hieronder vallen relevante beschikbare gegevens over aquatische toxiciteit, zowel acuut als chronisch, voor vis, schaaldieren, algen en andere waterplanten. Vermeld voorts toxiciteitsgegevens over micro- en macro-organismen in de bodem en andere voor het milieu relevante organismen, zoals vogels, bijen en planten, voor zover deze beschikbaar zijn. Indien de stof of het mengsel remmende effecten op de activiteit van micro-organismen heeft, moet het mogelijke effect op rioolwaterzuiveringsinstallaties worden vermeld.
Voor registratieplichtige stoffen worden samenvattingen van de informatie die is afgeleid van de toepassing van de bijlagen VII tot en met XI bij deze verordening opgenomen.
12.2. Persistentie en afbreekbaarheid
Persistentie en afbreekbaarheid is het vermogen van de stof of de relevante stoffen in een mengsel om in het milieu te worden afgebroken, hetzij langs biologische weg, hetzij via andere processen, zoals oxidatie of hydrolyse. Indien er testresultaten beschikbaar zijn die relevant zijn voor het beoordelen van de persistentie en de afbreekbaarheid, moeten die worden vermeld. Wanneer halveringstijden worden vermeld, moet worden verduidelijkt of deze betrekking hebben op mineralisatie of op primaire afbraak. Het vermogen van de stof of bepaalde stoffen in een mengsel om in rioolwaterzuiveringsinstallaties te worden afgebroken, moet eveneens worden vermeld.
Voor zover beschikbaar en relevant moet de informatie worden verstrekt voor elke individuele stof in het mengsel die overeenkomstig de voorschriften in rubriek 3 van het veiligheidsinformatieblad moet worden vermeld.
12.3. Bioaccumulatie
Bioaccumulatie is het vermogen van de stof of van bepaalde stoffen in een mengsel om zich in biota te accumuleren en uiteindelijk in de voedselketen te worden opgenomen. Testresultaten die relevant zijn voor het beoordelen van de bioaccumulatie moeten worden verstrekt, met vermelding van de verdelingscoëfficiënt octanol/water (Kow) en de bioconcentratiefactor (BCF), indien beschikbaar.
Voor zover beschikbaar en relevant moet de informatie worden verstrekt voor elke individuele stof in het mengsel die overeenkomstig de voorschriften in rubriek 3 van het veiligheidsinformatieblad moet worden vermeld.
12.4. Mobiliteit in de bodem
Mobiliteit in de bodem is het vermogen van de stof of de bestanddelen van een mengsel om, indien zij in het milieu terechtkomen, door natuurkrachten te worden getransporteerd naar het grondwater of tot op een afstand van de plaats waar zij zijn vrijgekomen. Vermeld indien beschikbaar de mogelijke mobiliteit in de bodem. Informatie over mobiliteit in de bodem kan worden verzameld uit relevante mobiliteitsgegevens zoals studies over adsorptie of uitspoeling, bekende of voorspelde verspreiding over milieucompartimenten, of oppervlaktespanning. Koc-waarden kunnen bijvoorbeeld op grond van de verdelingscoëfficiënt octanol/water (Kow) worden voorspeld. Uitspoeling en mobiliteit kunnen met modellen worden voorspeld.
Voor zover beschikbaar en relevant moet de informatie worden verstrekt voor elke individuele stof in het mengsel die overeenkomstig de voorschriften in rubriek 3 van het veiligheidsinformatieblad moet worden vermeld.
Wanneer experimentele gegevens beschikbaar zijn, gaan die over het algemeen voor op modellen en voorspellingen.
12.5. Resultaten van PBT- en zPzB-beoordeling
Indien een chemischeveiligheidsrapport vereist is, moeten de resultaten van de PBT- en zPzB-beoordeling als vermeld in het chemischeveiligheidsrapport worden verstrekt.
12.6. Andere schadelijke effecten
Vermeld indien beschikbaar informatie over andere schadelijke milieueffecten, bijvoorbeeld het milieutraject (blootstelling), vermogen tot vorming van fotochemische ozon, ozonafbrekend vermogen, hormoonontregelend vermogen en/of broeikaseffect.
13. RUBRIEK 13: Instructies voor verwijdering
Deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad bevat informatie over een passend afvalbeheer voor de stof of het mengsel en/of de recipiënt om de lidstaat waar het veiligheidsinformatieblad wordt verstrekt te helpen om veilige en milieuvriendelijke afvalbeheersopties vast te stellen die in overeenstemming zijn met de vereisten van Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad (6). De informatie in rubriek 8 moet worden aangevuld met relevante informatie voor de veiligheid van personen die het afval verwijderen of verwerken.
Indien een chemischeveiligheidsrapport vereist is en een analyse van de afvalfase is uitgevoerd, moet de informatie over afvalbeheermaatregelen overeenstemmen met het geïdentificeerde gebruik in het chemischeveiligheidsrapport en de blootstellingsscenario's van het chemischeveiligheidsrapport als beschreven in de bijlage bij het veiligheidsinformatieblad.
13.1. Afvalverwerkingsmethoden
Dit punt van het veiligheidsinformatieblad:
a) |
specificeert afvalverwerkingsrecipiënten en -methoden, met inbegrip van de passende afvalverwerkingsmethoden voor zowel de stof en het mengsel als de verontreinigde verpakking (bijvoorbeeld verbranding, recycling, storten); |
b) |
specificeert de fysische/chemische eigenschappen die van invloed kunnen zijn op de afvalverwerkingsopties; |
c) |
ontmoedigt de lozing van afvalwater in het milieu; |
d) |
vermeldt in voorkomend geval speciale voorzorgsmaatregelen voor een aanbevolen afvalverwerkingsoptie. |
Er wordt verwezen naar eventuele bepalingen van de Unie inzake afval; indien deze ontbreken, wordt verwezen naar relevante nationale of regionale bepalingen.
14. RUBRIEK 14: Informatie met betrekking tot het vervoer
Vermeld in deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad essentiële informatie over de indeling voor het vervoer/de verzending over de weg, per spoor, over zee, via de binnenwateren of via de lucht van in rubriek 1 vermelde stoffen of mengsels. Wanneer deze informatie niet beschikbaar is of niet relevant is, moet dat worden vermeld.
Verstrek in deze rubriek in voorkomend geval informatie over de transportclassificatie voor elk modelreglement van de VN: de Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR) (7), het Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID) (8) en de Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren (ADN) (9), die alle drie ten uitvoer zijn gelegd bij Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad (10), alsook de International Maritime Dangerous Goods (IMDG) Code (11) (zee), en de Technische instructies voor de veiligheid van het luchtvervoer van gevaarlijke goederen (ICAO) (12) (lucht).
14.1. VN-nummer
Verstrek het VN-nummer (d.w.z. het uit vier cijfers bestaande identificatienummer van de stof, het mengsel of het voorwerp, voorafgegaan door de letters „VN”) van de modelreglementen van de VN.
14.2. Juiste ladingnaam overeenkomstig de modelreglementen van de VN
Verstrek de juiste ladingnaam overeenkomstig de modelreglementen van de VN tenzij die in punt 1.1 als productidentificatie is vermeld.
14.3. Transportgevarenklasse(n)
Vermeld de transportgevarenklasse (en secundaire risico's) waarin de stoffen of de mengsels overeenkomstig de modelreglementen van de VN zijn ingedeeld op grond van het belangrijkste gevaar dat zij inhouden.
14.4. Verpakkingsgroep
Vermeld in voorkomend geval het verpakkingsgroepnummer overeenkomstig de modelreglementen van de VN. Het verpakkingsgroepnummer wordt aan bepaalde stoffen toegekend afhankelijk van de ernst van het gevaar dat zij inhouden.
14.5. Milieugevaren
Vermeld of de stof of het mengsel gevaarlijk is voor het milieu volgens de criteria van de modelreglementen van de VN (IMDG-code, ADR, RID en ADN) en/of volgens de IMDG-code mariene verontreiniging veroorzaakt. Wanneer vervoer van de stof of het mengsel in tankschepen over de binnenwateren is toegestaan of de bedoeling is, moet worden vermeld of de stof of het mengsel volgens de ADN slechts in tankschepen gevaarlijk is voor het milieu.
14.6. Bijzondere voorzorgen voor de gebruiker
Vermeld eventuele speciale voorzorgsmaatregelen die een gebruiker moet of zou moeten nemen of waarvan hij op de hoogte moet of zou moeten zijn met betrekking tot het vervoer of de verplaatsing binnen of buiten zijn bedrijf.
14.7. Vervoer in bulk overeenkomstig bijlage II bij Marpol en de IBC-code
Dit punt is alleen van toepassing wanneer een lading bedoeld is om in bulk te worden vervoerd overeenkomstig de volgende instrumenten van de IMO: bijlage II bij Marpol en de IBC-code.
Verstrek de productnaam (wanneer die verschilt van die in punt 1.1) zoals voorgeschreven door het vervoersbewijs en overeenkomstig de naam die wordt gebruikt in de lijst van productnamen in hoofdstuk 17 of 18 van de IBC-code of de laatste editie van de circulaire van de Commissie voor de bescherming van het mariene milieu (MEPC) van de IMO (13). Vermeld het vereiste type schip en de verontreinigingscategorie.
15. RUBRIEK 15: Regelgeving
Vermeld in deze rubriek de overige informatie betreffende de toepasselijke wetgeving voor de stof of het mengsel die niet reeds op het veiligheidsinformatieblad is verstrekt (zoals welke verordening of richtlijn van toepassing is op de stof of het mengsel: Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad (14), Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad (15) of Verordening (EG) nr. 649/2012 van het Europees Parlement en de Raad (16)).
15.1. Specifieke veiligheids-, gezondheids- en milieureglementen en -wetgeving voor de stof of het mengsel
Verstrek informatie over relevante bepalingen van de Unie inzake veiligheid, gezondheid en milieu (bijvoorbeeld Seveso-categorie/in bijlage I bij Richtlijn 96/82/EG van de Raad (17) genoemde stoffen) of nationale informatie over de wettelijke status van de stof of het mengsel (inclusief de stoffen in het mengsel), alsook advies over de maatregelen die de afnemer ingevolge deze bepalingen moet nemen. Vermeld de nationale wetten van de desbetreffende lidstaten ter uitvoering van deze bepalingen en eventuele andere nationale maatregelen die relevant kunnen zijn.
Wanneer de stof of het mengsel als behandeld in dit veiligheidsinformatieblad aan specifieke bepalingen van de Unie inzake bescherming van de menselijke gezondheid en het milieu is onderworpen (zoals krachtens titel VII verleende autorisaties of krachtens titel VIII opgelegde beperkingen), moeten deze worden vermeld.
15.2. Chemischeveiligheidsbeoordeling
Vermeld in dit punt van het veiligheidsinformatieblad of de leverancier voor de stof of het mengsel een chemischeveiligheidsbeoordeling heeft uitgevoerd.
16. RUBRIEK 16: Overige informatie
Neem in deze rubriek van het veiligheidsinformatieblad informatie op die niet voorkomt in de rubrieken 1 tot en met 15, met inbegrip van informatie over de herziening van het veiligheidsinformatieblad, zoals:
a) |
in het geval van een herzien veiligheidsinformatieblad, een duidelijke vermelding van waar in de vorige versie van het veiligheidsinformatieblad veranderingen zijn aangebracht, tenzij een dergelijke vermelding elders in het veiligheidsinformatieblad voorkomt, met zo nodig uitleg bij de veranderingen. Een leverancier van een stof of een mengsel moet op verzoek een verklaring voor de veranderingen kunnen verstrekken; |
b) |
een verklarende lijst van de afkortingen en acroniemen die in het veiligheidsinformatieblad worden gebruikt; |
c) |
belangrijke literatuurreferenties en gegevensbronnen; |
d) |
voor mengsels, een indicatie welke van de in artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1272/2008 vermelde methoden voor de evaluatie van de informatie voor de indeling is gebruikt; |
e) |
een lijst van relevante gevarenaanduidingen en/of voorzorgsmaatregelen. Schrijf de tekst van waarschuwingen die in de rubrieken 2 tot en met 15 niet voluit zijn vermeld, hier voluit; |
f) |
advies over passende opleiding voor werknemers om de bescherming van de gezondheid en het milieu te garanderen. |
DEEL B
Het veiligheidsinformatieblad moet overeenkomstig artikel 31, lid 6, de volgende 16 rubrieken bevatten, alsook de vermelde punten, met uitzondering van rubriek 3, waar alleen punt 3.1 of 3.2 in voorkomend geval moet worden ingevuld:
RUBRIEK 1: |
Identificatie van de stof of het mengsel en van de vennootschap/onderneming |
1.1. |
Productidentificatie |
1.2. |
Relevant geïdentificeerd gebruik van de stof of het mengsel en ontraden gebruik |
1.3. |
Details betreffende de verstrekker van het veiligheidsinformatieblad |
1.4. |
Telefoonnummer voor noodgevallen |
RUBRIEK 2: |
Identificatie van de gevaren |
2.1. |
Indeling van de stof of het mengsel |
2.2. |
Etiketteringselementen |
2.3. |
Andere gevaren |
RUBRIEK 3: |
Samenstelling en informatie over de bestanddelen |
3.1. |
Stoffen |
3.2. |
Mengsels |
RUBRIEK 4: |
Eerstehulpmaatregelen |
4.1. |
Beschrijving van de eerstehulpmaatregelen |
4.2. |
Belangrijkste acute en uitgestelde symptomen en effecten |
4.3. |
Vermelding van de vereiste onmiddellijke medische verzorging en speciale behandeling |
RUBRIEK 5: |
Brandbestrijdingsmaatregelen |
5.1. |
Blusmiddelen |
5.2. |
Speciale gevaren die door de stof of het mengsel worden veroorzaakt |
5.3. |
Advies voor brandweerlieden |
RUBRIEK 6: |
Maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het mengsel |
6.1. |
Persoonlijke voorzorgsmaatregelen, beschermingsmiddelen en noodprocedures |
6.2. |
Milieuvoorzorgsmaatregelen |
6.3. |
Insluitings- en reinigingsmethoden en -materiaal |
6.4. |
Verwijzing naar andere rubrieken |
RUBRIEK 7: |
Hantering en opslag |
7.1. |
Voorzorgsmaatregelen voor het veilig hanteren van de stof of het mengsel |
7.2. |
Voorwaarden voor een veilige opslag, met inbegrip van incompatibele producten |
7.3. |
Specifiek eindgebruik |
RUBRIEK 8: |
Maatregelen ter beheersing van blootstelling/persoonlijke bescherming |
8.1. |
Controleparameters |
8.2. |
Maatregelen ter beheersing van blootstelling |
RUBRIEK 9: |
Fysische en chemische eigenschappen |
9.1. |
Informatie over fysische en chemische basiseigenschappen |
9.2. |
Overige informatie |
RUBRIEK 10: |
Stabiliteit en reactiviteit |
10.1. |
Reactiviteit |
10.2. |
Chemische stabiliteit |
10.3. |
Mogelijke gevaarlijke reacties |
10.4. |
Te vermijden omstandigheden |
10.5. |
Chemisch op elkaar inwerkende materialen |
10.6. |
Gevaarlijke ontledingsproducten |
RUBRIEK 11: |
Toxicologische informatie |
11.1. |
Informatie over toxicologische effecten |
RUBRIEK 12: |
Ecologische informatie |
12.1. |
Toxiciteit |
12.2. |
Persistentie en afbreekbaarheid |
12.3. |
Bioaccumulatie |
12.4. |
Mobiliteit in de bodem |
12.5. |
Resultaten van PBT- en zPzB-beoordeling |
12.6. |
Andere schadelijke effecten |
RUBRIEK 13: |
Instructies voor verwijdering |
13.1. |
Afvalverwerkingsmethoden |
RUBRIEK 14: |
Informatie met betrekking tot het vervoer |
14.1. |
VN-nummer |
14.2. |
Juiste ladingnaam overeenkomstig de modelreglementen van de VN |
14.3. |
Transportgevarenklasse(n) |
14.4. |
Verpakkingsgroep |
14.5. |
Milieugevaren |
14.6. |
Bijzondere voorzorgen voor de gebruiker |
14.7. |
Vervoer in bulk overeenkomstig bijlage II bij Marpol en de IBC-code |
RUBRIEK 15: |
Regelgeving |
15.1. |
Specifieke veiligheids-, gezondheids- en milieureglementen en -wetgeving voor de stof of het mengsel |
15.2. |
Chemischeveiligheidsbeoordeling |
RUBRIEK 16: |
Overige informatie” |
(1) MARPOL — Geconsolideerde editie 2006, Londen, IMO 2007, ISBN 978-92-801-4216-7.
(2) IBC-code, editie 2007, Londen, IMO 2007, ISBN 978-92-801-4226-6.
(3) Richtlijn 80/181/EEG van de Raad van 20 december 1979 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten op het gebied van de meeteenheden, en tot intrekking van Richtlijn 71/354/EEG (PB L 39 van 15.2.1980, blz. 40).
(4) Besluit 2014/113/EU van de Commissie van 3 maart 2014 tot oprichting van een Wetenschappelijk Comité inzake grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling aan chemische agentia en tot intrekking van Besluit 95/320/EG (PB L 62 van 4.3.2014, blz. 18).
(5) Richtlijn 89/686/EEG van de Raad van 21 december 1989 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen (PB L 399 van 30.12.1989, blz. 18).
(6) Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende afvalstoffen en tot intrekking van een aantal richtlijnen (PB L 312 van 22.11.2008, blz. 3).
(7) Verenigde Naties, Economische Commissie voor Europa, versie die sinds 1 januari 2015 van toepassing is, ISBN-978-92-1-139149-7.
(8) Bijlage 1 bij aanhangsel B (Uniforme regels betreffende de Overeenkomst van internationaal spoorwegvervoer van goederen) van het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer, versie die sinds 1 januari 2009 van kracht is.
(9) Herziene versie van 1 januari 2007.
(10) Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 13).
(11) Internationale Maritieme Organisatie, editie 2006, ISBN 978-92-8001-4214-3.
(12) IATA, editie 2007-2008.
(13) MEPC.2/Circular, Provisional categorization of liquid substances, versie 19, van kracht sinds 17 december 2013.
(14) Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen (PB L 286 van 31.10.2009, blz. 1).
(15) Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen en tot wijziging van Richtlijn 79/117/EEG (PB L 158 van 30.4.2004, blz. 7).
(16) Verordening (EG) nr. 649/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen (PB L 201 van 27.7.2012, blz. 60).
(17) Richtlijn 96/82/EG van de Raad van 9 december 1996 betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (PB L 10 van 14.1.1997, blz. 13).
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/32 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/831 VAN DE COMMISSIE
van 28 mei 2015
tot bijwerking van de lijst van de partijen die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 88/97 van de Commissie vrijgesteld zijn van het uitgebreide antidumpingrecht op bepaalde rijwielonderdelen van oorsprong uit de Volksrepubliek China, naar aanleiding van de bij Mededeling 2014/C 299/08 van de Commissie gestarte screening
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1), en met name artikel 13, lid 4,
Gezien Verordening (EG) nr. 71/97 van de Raad van 10 januari 1997 tot uitbreiding van het definitieve antidumpingrecht, ingesteld bij Verordening (EEG) nr. 2474/93 voor rijwielen van oorsprong uit de Volksrepubliek China op de invoer van bepaalde onderdelen van rijwielen uit de Volksrepubliek China en tot heffing van het uitgebreide recht op dergelijke uit hoofde van Verordening (EG) nr. 703/96 geregistreerde invoer (2), en met name artikel 3,
Gezien Verordening (EG) nr. 88/97 van de Commissie van 20 januari 1997 tot goedkeuring van de vrijstelling van de invoer van bepaalde delen van rijwielen, van oorsprong uit de Volksrepubliek China, van de uitbreiding bij Verordening (EG) nr. 71/97 van de Raad van het bij Verordening (EEG) nr. 2474/93 van de Raad ingestelde antidumpingrecht (3), en met name de artikelen 7, 10 en 16,
Na kennisgeving aan de lidstaten,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Als gevolg van de uitbreiding bij Verordening (EG) nr. 71/97 (hierna „de uitbreidingsverordening” genoemd) van het antidumpingrecht op rijwielen van oorsprong uit de Volksrepubliek China, is momenteel een antidumpingrecht van toepassing op hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit de Volksrepubliek China die in de Europese Unie worden ingevoerd (hierna „het uitgebreide recht” genoemd). |
(2) |
Krachtens artikel 3 van de uitbreidingsverordening is de Europese Commissie (hierna „de Commissie” genoemd) bevoegd de nodige maatregelen vast te stellen om goedkeuring te geven voor de vrijstelling van de invoer van hoofdbestanddelen van rijwielen, die geen ontwijking van het antidumpingrecht inhoudt. Die uitvoeringsmaatregelen zijn vastgelegd in Verordening (EG) nr. 88/97 (hierna „de vrijstellingsverordening” genoemd), waarbij het specifieke stelsel van vrijstelling (hierna „het stelsel van vrijstelling” genoemd) is ingevoerd. |
(3) |
Op basis hiervan heeft de Commissie een aantal rijwielassemblagebedrijven van het uitgebreide recht vrijgesteld (hierna „de vrijgestelde partijen” genoemd). Het recentste uitvoeringsbesluit van de Commissie betreffende vrijstellingen uit hoofde van de vrijstellingsverordening is vastgesteld op 16 april 2014 (4). Overeenkomstig artikel 16, lid 2, van de vrijstellingsverordening heeft de Commissie meermaals lijsten van de vrijgestelde partijen bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie (5). |
(4) |
Overeenkomstig overweging 44 van de uitbreidingsverordening moet de Commissie het stelsel van vrijstelling voortdurend evalueren om het zo nodig aan te passen teneinde rekening te houden met de ervaring die zij met de werking van dit stelsel heeft opgedaan. |
(5) |
De Commissie heeft vernomen dat een aantal vrijgestelde partijen niet langer bestaan of hun activiteiten of bedrijfsgegevens hebben gewijzigd (zoals de naam van het bedrijf, de rechtsvorm of het adres van de statutaire zetel). |
(6) |
Met het oog op het goede beheer van het stelsel van vrijstelling heeft de Commissie op 5 september 2014 Mededeling 2014/C 299/08 (6) bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie, waarbij zij alle vrijgestelde partijen heeft geïnventariseerd en de screening daarvan heeft gestart (hierna „de screeningmededeling” genoemd). |
(7) |
De screening had tot doel:
|
(8) |
De screeningmededeling is tevens ter kennis van alle vrijgestelde partijen op hun laatste bekende adres en van de lidstaten gebracht. Alle vrijgestelde partijen zijn verzocht de screeningvragenlijst uiterlijk op 20 oktober 2014 te beantwoorden. |
(9) |
De gegevens die via de screening worden verzameld, zijn van essentieel belang voor het goede beheer van het stelsel van vrijstelling. Derhalve is de aandacht van de vrijgestelde partijen erop gevestigd dat het onvolledig, incorrect en niet tijdig beantwoorden van die vragenlijst zal worden beschouwd als niet-medewerking in de zin van artikel 10 van de vrijstellingsverordening. |
(10) |
Voor de vrijgestelde partijen die niet binnen de aanvankelijk gestelde termijn op de screeningvragenlijst hadden geantwoord, heeft de Commissie de termijn verlengd tot en met 21 november 2014. Deze partijen zijn hiervan en van de gevolgen van niet-medewerking individueel op de hoogte gebracht. De Commissie heeft tevens de lidstaten geraadpleegd met het oog op de bepaling van de status van deze partijen. |
(11) |
Op basis van de antwoorden van de vrijgestelde partijen, de lidstaten en brancheorganisaties, heeft de Commissie bepaald voor welke vrijgestelde partijen de vrijstelling moet worden gehandhaafd en voor welke partijen de vrijstelling moet worden ingetrokken. De vrijgestelde partijen zijn in de gelegenheid gesteld te worden gehoord en opmerkingen te maken over de bevindingen van de screening. Ingeval de reden voor de intrekking was dat een partij niet langer bestond, is deze omstandigheid door de desbetreffende lidstaat bevestigd. |
Vrijgestelde partijen waarvan de vrijstelling wordt gehandhaafd
(12) |
De vrijgestelde partijen waarvan de vrijstelling voldoet aan de voorwaarden van de vrijstellingsverordening en bijgevolg moet worden gehandhaafd, worden genoemd in bijlage I. |
(13) |
Voor bepaalde vrijgestelde partijen moeten de verwijzingen (naam, adres, land en aanvullende Taric-code) worden bijgewerkt, omdat tijdens de screening is vastgesteld dat gegevens zijn veranderd. De Commissie heeft na beoordeling van de ingediende informatie geconcludeerd dat deze wijzigingen, wat de in de vrijstellingsverordening vastgelegde voorwaarden voor vrijstelling betreft, op geen enkele manier op de assemblageactiviteiten van invloed zijn. |
(14) |
Met het oog op het goede beheer van het stelsel van vrijstelling worden de aanvullende Taric-codes die voor meerdere vrijgestelde partijen tegelijk gelden, vervangen door nieuwe individuele codes. |
(15) |
Aangezien de vrijstellingen alleen van toepassing zijn op de partijen die specifiek met naam en adres in bijlage I worden genoemd, is het noodzakelijk dat de vrijgestelde partijen de Commissie onverwijld in kennis stellen (7) van eventuele wijzigingen (bijvoorbeeld wanneer de naam, de rechtsvorm of het adres van de statutaire zetel is veranderd of nieuwe assemblage-eenheden zijn opgezet). In dergelijke gevallen moet de partij alle relevante informatie verstrekken, met name over eventuele wijzigingen van haar met assemblage verband houdende activiteiten. Waar nodig werkt de Commissie de verwijzingen naar deze partij bij. |
Vrijgestelde partijen waarvan de vrijstelling wordt ingetrokken
(16) |
De vrijstelling van de vrijgestelde partijen die om intrekking van hun vrijstelling hebben verzocht, de vragenlijst niet uiterlijk op 21 november 2014 hebben beantwoord of niet langer bestaan, moet worden ingetrokken. Met het oog op het goede beheer van het stelsel van vrijstelling moet de intrekking met ingang van die datum ingaan. |
(17) |
De vrijgestelde partijen waarvan de vrijstelling wordt ingetrokken, worden genoemd in bijlage II, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
1. Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 88/97 wordt vervangen door bijlage I bij deze verordening. De krachtens die bijlage toegestane vrijstellingen gelden alleen voor de daarin specifiek met naam en adres genoemde partijen. Elke vrijgestelde partij stelt de Commissie onverwijld in kennis van eventuele wijzigingen en verstrekt daarbij alle relevante informatie, met name wat de voorwaarden voor vrijstelling betreft, over alle wijzigingen van haar met assemblage verband houdende activiteiten.
2. Artikel 12 van Verordening (EG) nr. 88/97 wordt vervangen door:
„Artikel 12
Vrijgestelde partijen
De in bijlage II genoemde partijen worden van het uitgebreide recht vrijgesteld met ingang van 20 april 1996 of van de dag waarop de vrijstelling bij besluit van de Commissie is verleend, indien dit later is.”
Artikel 2
De vrijstellingen die krachtens Verordening (EG) nr. 88/97 zijn verleend aan de in bijlage II bij deze verordening vermelde partijen, worden met ingang van 21 november 2014 ingetrokken.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de dertigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.
(2) PB L 16 van 18.1.1997, blz. 55.
(3) PB L 17 van 21.1.1997, blz. 17.
(4) PB L 119 van 23.4.2014, blz. 67.
(5) PB C 45 van 13.2.1997, blz. 3; PB C 112 van 10.4.1997, blz. 9; PB C 220 van 19.7.1997, blz. 6; PB C 378 van 13.12.1997, blz. 2; PB C 217 van 11.7.1998, blz. 9; PB C 37 van 11.2.1999, blz. 3; PB C 186 van 2.7.1999, blz. 6; PB C 216 van 28.7.2000, blz. 8; PB C 170 van 14.6.2001, blz. 5; PB C 103 van 30.4.2002, blz. 2; PB C 35 van 14.2.2003, blz. 3; PB C 43 van 22.2.2003, blz. 5; PB C 54 van 2.3.2004, blz. 2; PB C 299 van 4.12.2004, blz. 4; PB L 17 van 21.1.2006, blz. 16; PB L 313 van 14.11.2006, blz. 5; PB L 81 van 20.3.2008, blz. 73; PB C 310 van 5.12.2008, blz. 19; PB L 19 van 23.1.2009, blz. 62; PB L 314 van 1.12.2009, blz. 106; PB L 136 van 24.5.2011, blz. 99; PB L 343 van 23.12.2011, blz. 86, en PB L 119 van 23.4.2014, blz. 67.
(6) PB C 299 van 5.9.2014, blz. 7.
(7) De partijen wordt aangeraden het volgende e-mailadres te gebruiken: TRADE-BICYCLE-PARTS@ec.europa.eu.
BIJLAGE I
Bijgewerkte lijst van vrijgestelde partijen
Oude verwijzingen |
Bijgewerkte verwijzingen |
||||
Naam |
Adres |
Aanvullende Taric-code |
Bijgewerkte naam |
Bijgewerkt adres |
Bijgewerkte aanvullende Taric-code (*) |
4Ever s.r.o. |
Moravská 842, CZ-74213 Studénka, Czech Republic |
A558 |
4Ever s.r.o. |
Moravská 842, Butovice, CZ-742 13 Studénka, Czech Republic |
A558 |
Accell Hunland Kft. |
Parkoló tér 1, HU-5091 Tószeg, Hungary |
A534 |
Accell Hunland Kft. |
Parkoló tér 1, HU-5091 Tószeg, Hungary |
A534 |
All Bikes |
IT-12020 Villar S. Costanzo (CN), Italy |
8748 |
All Bike' s S.r.l. |
Via Caduti sul don 15, IT-12020 Villar S. Costanzo (CN), Italy |
8748 |
Alliance Bikes Sp. z o.o. |
ul. Tadeusza Borowskiego 2, PL-03-475 Warszawa, Poland |
A549 |
Alliance Bikes Sp. z o.o. |
ul. Tadeusza Borowskiego 2, PL-03-475 Warszawa, Poland |
A549 |
Alpina di Montevecchi Manolo & C. SAS |
Via Archimede 485 Zona Artigianale di Case Castagnoli, IT-47023 Cesena, Italy |
8075 |
Alpina di Montevecchi Manolo & C. S.A.S. |
Via Archimede 485, IT-47521 Cesena (FO), Italy |
8075 |
Alubike-Bicicletas S.A. |
Zona Industrial de Oiã Lote C10, PT-3770-059 Oliveira do Bairro, Portugal |
A730 |
Alubike-Bicicletas S.A. |
Zona Industrial de Oiã Lote C-10, PT-3770-068 Oliveira do Bairro, Portugal |
A730 |
Arcade Cycles |
78 Impasse PhilippeGozola, ZA Acti Est Parc Eco 85-1, FR-85000 La Roche-sur-Yon, France |
8065 |
Arcade Cycles |
78 Impasse PhilippeGozola ZA Acti Est Parc Eco, FR-85000 La Roche-sur-Yon, France |
8065 |
ARKUS & ROMET Group Sp. z o.o. |
Podgrodzie 32 C, PL-39-200 Dębica, Poland |
A565 |
ARKUS & ROMET Group Sp. z o.o. |
Podgrodzie 32 C, PL-39-200 Dębica, Poland |
A565 |
AT Zweirad GmbH |
Boschstrasse 18, DE-48341 Altenberge, Germany |
A247 |
AT Zweirad GmbH |
Zur Steinhuhle 2, DE-48341 Altenberge, Germany |
A247 |
Atala S.p.A. |
Via Lussemburgo 31/33, IT-35127 Padova, Italy |
A412 |
Atala S.p.A. |
Via della Guerrina 108, IT-20900, Monza (MB), Italy |
A412 |
Avantisbike - Fábrico de bicicletas SA |
Zona Industrial de Oiã (Sul), LTL. B17, PT-3770-059 Oiã, Portugal |
A726 |
Avantisbike - Fábrico de bicicletas Lda |
Zona Industrial de Oiã Lote C-21, PT-3770-068 Oiã, Portugal |
A726 |
Azor Bike bv |
Marconistraat 7A, NL -7903AG Hoogeveen, Netherlands |
8091 |
Azor Bike bv |
Marconistraat 7a, NL -7903AG Hoogeveen, Netherlands |
8091 |
Balkanvelo AD |
No 1 Mizia Boulevard, BG-5500 Lovech, Bulgaria |
A811 |
Balkanvelo AD |
Mizia Boulevard 1, BG-5500 Lovech, Bulgaria |
A811 |
Batavus |
NL-8440 AM Heerenveen, Netherlands |
8963 |
Accell Nederland bv |
Industrieweg 4, NL -8444AR Heerenveen, Netherlands |
C004 |
BELVE sro |
Holubyho 295, SK- 916 01 Stará Turá, Slovakia |
A535 |
BELVE s.r.o. |
Holubyho 295, SK-916 01 Stará Turá, Slovakia |
A535 |
Berg Toys BV/Berg Factory BV |
Oud Willinkhuizerweg 9, NL-6733 AK Wekerom, Netherlands |
8624 |
Berg Toys bv |
Stevinlaan 2, NL-6716WB Ede, Netherlands |
8624 |
Biciclasse C.S.srl |
Via Roma 4, IT-84020 Oliveto Citra (SA), Italy |
A359 |
Biciclasse C.S.-S.r.l. |
Localita' Staglioni Area Industriale SNC, IT-84020 Oliveto Citra (SA), Italy |
A359 |
Bicicletas de Castilla y León S.L. |
Barrio Gimeno 5, ES-09001 Burgos, Spain |
A500 |
Bicicletas de Castilla y León S.L. |
Barrio Gimeno 5, ES-09001 Burgos, Spain |
A500 |
Bicicletas Monty S.A. |
C/El Pla 106, ES-08980 Sant Feliu de Llobregat, Spain |
A165 |
Bicicletas Monty S.A. |
Calle El Plà 106, ES-08980 Sant Feliu de Llobregat, Spain |
A165 |
Bike Fun International s.r.o. |
Areál Tatry 1445/2, CZ -742 21 Kopřivnice, Czech Republic |
A536 |
Bike Fun International s.r.o. |
Areál Tatry 1445/2, CZ -74221 Kopřivnice, Czech Republic |
A536 |
Bike Mate s.r.o. |
Dlhá 248/43, SK -905 01 Senica, Slovakia |
A589 |
Bike Mate s.r.o. |
Dlhá 248/43, SK -905 01 Senica, Slovakia |
A589 |
Bikkel Bikes |
NL-6004 BE Weert, Netherlands |
8749 |
Bikkel Bikes bv |
Magnesiumstraat 37, NL-6031RV Nederweert, Netherlands |
8749 |
Blue Factory Team S.L. |
CL Torres y Villaroel 6, Elche Parque Industrial, ES-03320 Alicante, Spain |
A984 |
Blue Factory Team S.L. |
Calle Torres y Villaroel 6, Elche Parque Empresial, ES-03320 Elche- Alicante, Spain |
A984 |
Bohemia Bike a.s. |
Okružní 697, CZ -370 01 České Budějovice, Czech Republic |
A605 |
Bohemia Bike a.s. |
Okružní 697, CZ -370 01 České Budějovice, Czech Republic |
A605 |
Bonaventure BVBA |
Stoomtuigstraat 16, BE-8830 Hooglede, Belgium |
A732 |
Bonaventure BVBA |
Stoomtuigstraat 16, BE-8830 Hooglede, Belgium |
A732 |
Bottecchia Cicli S.r.l. |
Viale Enzo Ferrari, 15/17, IT-30014 Cavarzere (VE), Italy |
A087 |
Bottecchia Cicli S.r.l. |
Viale Enzo Ferrari 15/17, IT-30014 Cavarzere (VE), Italy |
A087 |
BPS Bicycle Industrial s.r.o. |
Šumavská 779/2, CZ-78701 Šumperk, Czech Republic |
A537 |
BPS Bicycle Industrial s.r.o. |
Šumavská 779/2, CZ-787 01 Šumperk, Czech Republic |
A537 |
Canyon Bicycles GmbH |
Karl-Tesche-Str. 12, DE-56073 Koblenz, Germany |
A856 |
Canyon Bicycles GmbH |
Karl-Tesche-Straße 12, DE-56073 Koblenz, Germany |
A856 |
CHERRI di Cherri Franco & C. S.A.S. |
Via Cagliari 39, IT-09016 Iglesias, Italy |
A168 |
CHERRI di Cherri Franco & C. S.A.S. |
Via Cagliari 39, IT-09016 Iglesias (CA), Italy |
A168 |
Cicli Adriatica srl Uninominale |
Via Toscana, 13, IT-61100 Pesaro, Italy |
A088 |
Cicli Adriatica S.r.l. Uninominale |
Via Toscana 13, IT-61122 Pesaro (PS), Italy |
A088 |
Cicli Casadei S.r.l. |
Via dei Mestieri 23, IT-44020 San Giuseppe di Commacchio, Italy |
A326 |
Cicli Casadei S.r.l. |
Via dei Mestieri 23, IT-44020 Frazione: San Giuseppe, Comacchio (FE), Italy |
A326 |
Cicli Cinzia S.r.l. |
IT-40060 Osteria Grande-(BO), Italy |
8066 |
Cicli Cinzia S.r.l. |
Via Lombardia 48, IT-40024 Osteria Grande Castel San Pietro Terme (BO), Italy |
8066 |
Cicli Elios di Ragona Roberto & C. Snc |
Via Ca'Mignola Vecchia 121, IT-45021 Badia Polesine (RO), Italy |
8605 |
Cicli Elios di Ragona Roberto & C. S.n.c. |
Via G. Ferraris 1050, IT-45021 Badia Polesine (RO), Italy |
8605 |
Cicli Esperia SpA |
Viale Enzo Ferrari 8/10/12, IT-30014 Cavarzere VE, Italy |
8068 |
Cicli Esperia S.p.a. |
Viale Enzo Ferrari 8/10/12, IT-30014 Cavarzere (VE), Italy |
8068 |
Cicli Frera s.n.c. |
IT-35020 Arzergrande (PD), Italy |
8205 |
Cicli Frera S.n.c. di Antonio e Vittorio Fontana & C. |
Viale dell'industria 6, IT-35020 Arzergrande (PD), Italy |
8205 |
Cicli Lombardo SpA |
Via Roma 233, IT-91012 Buseto Palizollo, Italy |
A271 |
Cicli Lombardo S.p.a. |
Via Roma 169, IT-91012 Buseto Palizollo (TP), Italy |
A271 |
Cicli Roveco di Veronese Paolo & C. S.A.S. |
Via Umberto I n.508, IT-45023 Costa Di Rovigo (RO), Italy |
A402 |
Cicli Roveco di Veronese Paolo & C. S.A.S. |
Via Umberto I 508, IT-45023 Costa Di Rovigo (RO), Italy |
A402 |
Cobran S.R.L. |
Via Della Zingarina 6, IT-47900 Rimini (RN), Italy |
A246 |
COBRAN S.r.l. |
Via Della Zingarina 6, IT-47924 Rimini (RN), Italy |
A246 |
Credat Industries a.s. |
V. Palkovicha 19, SK-946 03 Kolárovo, Slovakia |
A662 |
CREDAT INDUSTRIES a.s. |
V. Palkovicha 19, SK-946 03 Kolárovo, Slovakia |
A662 |
CROSS Ltd |
1 Hadji Dimitar Street, BG-3400 Montana, Bulgaria |
A810 |
CROSS Ltd |
Hadji Dimitar Street 1, BG -3400 Montana, Bulgaria |
A810 |
Csepel Bicycle Manufacturing and Sales Company LTD |
Duna Lejáró 7, HU-1211 Budapest, Hungary |
A555 |
Csepel Bicycle Manufacturing and Sales Company LTD |
Duna Lejáró 7, HU-1211 Budapest, Hungary |
A555 |
Cycles France Loire |
Avenue de l'industrie, FR-42160 Saint-Cyprien, France |
8963 |
Cycles France Loire |
Avenue de l'industrie, FR- 42160 Saint-Cyprien, France |
C005 |
Cycle-Union GmbH |
An der Schmiede 4, DE-26135 Oldenburg, Germany |
8489 |
Cycle-Union GmbH |
An der Schmiede 4, DE-26135 Oldenburg, Germany |
8489 |
Cycleurope Industries |
FR-10100 Romilly-sur-Seine, France |
8963 |
Cycleurope Industries |
161 Rue Gabriel Péri, FR-10100 Romilly-sur-Seine, France |
C007 |
Cycleurope Sverige AB |
SE-43282 Varberg, Sweden |
8963 |
Cycleurope Sverige AB |
c/o Monark AB, SE-432 82 Varberg, Sweden |
C008 |
Cycling Sports Group Europe bv |
Hanzepoort 27, NL-7575 DB Oldenzaal, Netherlands |
A686 |
Cycling Sports Group Europe bv |
Hanzepoort 27, NL-7575DB Oldenzaal, Netherlands |
A686 |
Cyclopodilatiki SA |
EL-54627 Thessaloniki, Greece |
8768 |
Cyclopodilatiki S.A. |
Minotavrou 16, EL-54627 Thessaloniki, Greece |
8768 |
Denver SRL |
Via Primo Maggio 32, IT-12025 Dronero (CN), Italy |
8088 |
Denver S.r.l.. |
Via Primo Maggio 32, IT-12025 Dronero (CN), Italy |
8088 |
Derby Cyclewerke GmbH |
DE-49661 Cloppenburg, Germany |
8963 |
Derby Cycle Werke GmbH |
Siemensstraße 1-3, DE-49661 Cloppenburg, Germany |
C009 |
Diamant Fahrradwerke GmbH |
Schönaicher Straße 1, DE-09232 Hartmannsdorf, Germany |
A346 |
Diamant Fahrradwerke GmbH |
Schönaicher Straße 1, DE -09232 Hartmannsdorf, Germany |
A346 |
Dino Bikes S.p.a. |
Via Cuneo 11, IT-12011 Borgo San Dalmazzo, Italy |
A327 |
Dino Bikes S.p.a. |
Via Cuneo 11, IT-12011 Borgo San Dalmazzo (CN), Italy |
A327 |
Engelbert Meyer GmbH |
DE-49692 Sevelten, Germany |
8963 |
Engelbert Meyer GmbH |
Hauptstraße 31, DE-49692 Cappeln, Germany |
C010 |
Esmaltina |
PT-3782, Sangalhos Codex, Portugal |
8065 |
Esmaltina- Auto ciclos S.A. |
Rua do salgueiro 47, PT-3780-103 Sangalhos, Portugal |
C011 |
Éts René Valdenaire SA |
FR-88204, Remiremont Cedex, France |
8083 |
Établissements René Valdenaire S.A. |
Rue des Poncées, FR-88200 Saint-les-Remiremont, France |
8083 |
Ets Th Brasseur SA |
Rue des Steppes 13, BE-4000 Liège, Belgium |
B294 |
EtablissementsTh. Brasseur S.A. |
Rue des Steppes 13, BE-4000 Liège, Belgium |
B294 |
Euro Bike Products |
ul. Ostrowska 498, 498A, PL -61-324 Poznań, Poland |
A849 |
Euro Bike Products |
ul. Ostrowska 498, 498A, PL -61-324 Poznań, Poland |
A849 |
F.A.A.C. s.n.c. di Sbrissa Filli & C. |
Via Monte Antelao 11/a, IT-31030 Bessica di Loria (TV), Italy |
A377 |
F.A.A.C. s.n.c. di Sbrissa F.lli & C. |
Via Monte Antelao 11, IT-31037 Loria (TV), Italy |
A377 |
F.A.R.A.M. S.r.l. |
Zona Industriale - Traversa della Meccanica, IT-02010 Santa Rufina di Cittaducale, Italy |
A249 |
F.A.R.A.M. S.r.l. |
Località Nucleo Industriale, IT-02015 Cittaducale (RI), Italy |
A249 |
F.lli Masciaghi SpA |
Via Gramsci 10, IT-20052 Monza (MI), Italy |
8067 |
F.lli Masciaghi S.p.a. |
Via Gramsci 10, IT-20900 Monza (MB), Italy |
C012 |
F.lli Schiano S.R.L. |
Via Ferdinando Del Carretto 26, IT-80100 Naples, Italy |
A824 |
F.lli Schiano S.r.l. |
Via Ferdinando Del Carretto 26, IT-80133 Napoli (NA), Italy |
A824 |
F.lli Zanoni S.r.l. |
Via C. Castiglioni 27, IT-20010 Arluno, Italy |
A162 |
F.lli Zanoni S.r.l. |
Via Castiglioni 27, IT-20010 Arluno (MI), Italy |
A162 |
Fabbrica Biciclette Trubbiani Srl |
Santa Maria in Selva Via Arno 1, IT-62010 Treia (MC), Italy |
A232 |
Fabbrica Biciclette Trubbiani S.r.l. |
Via Arno,1, Santa Maria in Selva, IT-62010 Treia (MC), Italy |
A232 |
FHMM Sp. z o.o. |
ul. Ciecholewicka 29, PL-55-120 Oborniki Śląskie, Poland |
A548 |
FHMM Sp. z o.o. |
ul. Ciecholowicka 29, PL-55-120 Oborniki Śląskie, Poland |
A548 |
Firma Wielobranż owa „Mexller” - Artur Nowak |
ul. Romera 4/20, PL-42-200 Częstochowa, Poland |
A697 |
Artur Nowak Firma WielobranżMexller |
ul. Romera 4/20, PL -42-215 Częstochowa, Poland |
A697 |
FIV Edoardo Bianchi SpA |
IT-24047 Treviglio (BG), Italy |
8079 |
F.I.V. Edoardo Bianchi S.p.a. |
Via delle Battaglie 5, IT-24047 Treviglio (BG), Italy |
8079 |
Flanders NV |
BE-9550 Herzele, Belgium |
8522 |
Flanders NV |
Daalkouterlaan 1, BE-9550 Herzele, Belgium |
8522 |
GFM Bike di Ingarao Franco |
Via Circonvallazione 32, IT-94011 Agira (EN) Sicilia, Italy |
A360 |
G.F.M. Bike di Franco Ingarao |
Contrada Consolazione, IT-94011 Agira (EN), Italy |
A360 |
Ghost-Bikes GmbH |
An der Tongrube 3, DE-95652 Waldsassen, Germany |
8523 |
Ghost-Bikes GmbH |
An der Tongrube 3, DE-95652 Waldsassen, Germany |
8523 |
Giant Europe Manufacturing BV |
NL-8218 Lelystad, Netherlands |
8328 |
Giant Europe Manufacturing bv |
Pascallaan 66, NL-8218 Lelystad, Netherlands |
8328 |
Giubilato Cicli S.r.l. |
Via Gaidon 3, IT-36067 S.Giuseppe di Cassola, Italy |
8604 |
Giubilato Cicli S.r.l. |
Via Pavane 6/A, IT-36065 Mussolente (VI), Italy |
8604 |
Goldbike - Industria de Bicicletas Lda |
R. Flores, PT-3780 594 Poutena-Vilarinho do Bairro, Portugal |
A777 |
Goldbike - Industria de Bicicletas Lda |
Rua das Flores, PT-3780 594 Poutena-Vilarinho do Bairro, Anadia, Portugal |
A777 |
Gruppo Bici S.p.A. |
Via Pitagora 15, IT-47521 Cesena, Italy |
8005 |
Gruppo Bici S.r.l.. |
Via Pitagora 15, IT-47521 Cesena (FO), Italy |
8005 |
GTA My Bicycle SAS |
Viale Stazione 55, IT-35029 Pontelongo, Italy |
A221 |
GTA My Bicycle S.A.S. |
Via Borgo Rossi 22, IT-35028 Piove di Sacco (PD), Italy |
A221 |
Heinrich Böttcher GmbH & Co KG |
Waldstraße 3, DE-25746 Wesseln/Heide, Germany |
A415 |
Böttcher Fahrräder GmbH |
Waldstraße 3, DE-25746 Wesseln, Germany |
A415 |
Heinz Kettler GmbH & Co. KG |
Postfach 1020, DE-59463 Ense-Parsit Hauptstraße 28, D-59469 Ense-Parsit, Germany |
A469 |
Heinz Kettler GmbH & Co. KG |
Hauptstraße 28, DE-59469 Ense, Germany |
A469 |
Helkama Velox Oy |
Santalantie 22, FI-10960 Hanko Pohjoinen, Finland |
A825 |
Helkama Velox Oy |
Santalantie 22, FI-10960 Hanko Pohjoinen, Finland |
A825 |
IB Sp. z o.o. Zakład Pracy Chronionej |
ul. Miłośników Podhala 1, PL-34-425 Biały Dunajec, Poland |
A539 |
IB Sp. z o.o. Zakład Pracy Chronionej |
ul. Miłośników Podhala 1, PL-34-425 Biały Dunajec, Poland |
A539 |
Ideal Europe Sp. z.o.o. |
ul. Metalowa 11, PL-99-300 Kutno, Poland |
A540 |
Ideal Europe Sp. z.o.o. |
Ul. Bohaterów walk nad bzurą 2, PL-99-300 Kutno, Poland |
A540 |
IKO Sportartikel Handels GmbH |
Kufsteiner Strasse 72, DE -83064 Raubling, Germany |
A227 |
IKO Sportartikel Handels GmbH |
Kufsteiner Strasse 72, DE -83064 Raubling, Germany |
A227 |
IMACycles Bicicletas e Motociclos LDA |
Z.I. Oiã - Apartado 117, PT-3770-059 Oliveira do Bairro, Portugal |
A487 |
IMACYCLES- Acessorios Para Bicicletas e Motociclos LDA |
Z.I. Oiã - Apartado 117 lote 5, PT-3770-059 Oliveira do Bairro, Portugal |
A487 |
Ing. Jaromír Březina |
Foglarova 2896/11, CZ - 787 01 Šumperk, Czech Republic |
A776 |
Ing. Jaromír Březina |
Foglarova 2896/11, CZ - 787 01 Šumperk, Czech Republic |
A776 |
Inter Bike Imp. Export, Lda. |
Zona Industrial de Vagos, Lote 27, PO Box 132, PT-3840, Vagos, Portugal |
8296 |
Inter bike - Importação e Exportação Lda |
Zona Industrial de Vagos Lote 27, PO Box 132, PT-3840 385 Vagos, Portugal |
8296 |
Intersens Bikes & Parts bv |
Bedrijvenpark Twente 170, NL-7602KF Almelo, Netherlands |
A090 |
Intersens Bikes & Parts bv |
Bedrijvenpark Twente 170, NL-7602KE Almelo, Nethelands |
A090 |
Jan Janssen Fietsen bv |
NL-4631 SR Hoogerheide, Netherlands |
8078 |
Jan Janssen Fietsen bv |
Voltweg 11, NL-4631SR Hoogerheide, Nethelands |
8078 |
Jan Zasada Biuro Ekonomiczno-Handlowe |
ul. Fabryczna 6, PL-98-300 Wieluń, Poland |
A542 |
Jan Zasada Biuro Ekonomiczno-Handlowe |
ul. Fabryczna 6, PL-98-300 Wieluń, Poland |
A542 |
JETLANE SAS |
4, boulevard de Mons, FR -59650 Villeneuve d'Ascq, France |
A968 |
JETLANE S.A.S. |
4 boulevard de Mons, FR -59650 Villeneuve d'Ascq, France |
A968 |
Jozef Kender-Kenzel |
Imel' č. 830, SK-946 52 Imel, Slovakia |
A557 |
Jozef Kender-Kenzel |
Piesková 437/9A, SK-946 52 Imel', Slovakia |
A557 |
KELLYS BICYCLES s.r.o. |
Slnečná cesta 374, SK-922 01 Veľké Orvište, Slovakia |
A551 |
KELLYS BICYCLES s.r.o. |
Slnečná cesta 374, SK-922 01 Veľké Orvište, Slovakia |
A551 |
Kokotis A. Bros S.A. |
5th klm of Larissa-Falani, EL-41001 Larissa, Greece |
A201 |
Kokotis A. Bros S.A. |
5th klm of Larissa-Falani, EL-41500 Larissa, Greece |
A201 |
Koliken Kft |
Széchenyi u. 103, HU-6400 Kiskunhalas, Hungary |
A616 |
Koliken MAGYAR-CSEH és SZLOVÁK Kereskedelmi Korlátolt Felelősségű Társaság |
Széchenyi u. 103, HU-6400 Kiskunhalas, Hungary |
A616 |
Koninklijke Gazelle nv |
Wilhelminaweg 8, NL -6951 BP Dieren, Netherlands |
8609 |
Koninklijke Gazelle nv |
Wilhelminaweg 8, NL -6951BP Dieren, Netherlands |
8609 |
KOVL spol. sro. |
Choceradská 3042/20, CZ-141 00 Praha, Czech Republic |
A838 |
KOVL spol. sro. |
Choceradská 3042/20, CZ-14100 Praha 4, Czech Republic |
A838 |
KROSS S.A. |
ul. Leszno 46, PL-06-300 Przasnysz, Poland |
A543 |
KROSS S.A. |
ul. Leszno 46, PL-06-300 Przasnysz, Poland |
A543 |
KTM Fahrrad GmbH |
AT-5230 Mattighofen, Austria |
8068 |
KTM Fahrrad GmbH |
Harlochner straß 13, AT-5230 Mattighofen, Austria |
C013 |
Kurt Gudereit GmbH & Co. KG |
DE-33607 Bielefeld, Germany |
8524 |
Kurt Gudereit GmbH & Co. KG Fahrradfabrik |
Am Strebkamp 14, DE-33607 Bielefeld, Germany |
8524 |
Kwasny & Diekhöner GmbH |
Herforder Straße 331, DE-33609 Bielefeld, Germany |
A993 |
Kwasny & Diekhöner GmbH |
Herforder Straße 331, DE- 33609 Bielefeld, Germany |
A993 |
Lapierre SA |
FR-21005 Dijon Cedex, France |
8067 |
CYCLES LAPIERRE |
6-10 Rue Edmond Voisenet, FR-21000 Dijon Cedex, France |
C006 |
Leader - 96 Ltd |
19 Sedianka Str., BG-4003 Plovdiv, Bulgaria |
A813 |
Leader - 96 Ltd |
Sedyanka 19, BG - 4003 Plovdiv, Bulgaria |
A813 |
Lenardon Lida/Cicli Bandiziol |
Via Provinciale 5, IT-33096 San Martino al Tagliamento (PN), Italy |
A172 |
Lenardon Lida |
Via Provinciale 5, IT-33098 San Martino al Tagliamento (PN), Italy |
A172 |
Look Cycle International S.A. |
27, rue du Docteur Léveillé, FR-58000 Nevers, France |
A781 |
Look Cycle International S.A. |
27 rue du Docteur Léveillé, FR-58000 Nevers, France |
A781 |
Ludo Cycles |
BE-3070 Kortenberg, Belgium |
8750 |
Ludo nv |
Karel Van Miertstraat 7, BE-3070 Kortenberg, Belgium |
8750 |
Manufacture Française Du Cycle |
27 rue Marcel Brunelière, FR-44270 Machecoul, France |
8963 |
Manufacture Française Du Cycle |
27 rue Marcel Brunelière, FR-44270 Machecoul, France |
C014 |
Mara CICLI Srl |
Via della Pergola 5, IT-21052 Busto Arsizio VA, Italy |
8983 |
Mara CICLI S.r.l. |
Via della Pergola 5, IT -21052 Busto Arsizio (VA), Italy |
8983 |
Master Bike, s.r.o. |
Sadová 2, CZ-789 01 Zábřeh na Moravě, Czech Republic |
A552 |
Master Bike s.r.o. |
Sadová 2205/2, CZ -789 01 Zábřeh, Czech Republic |
A552 |
Maxbike Ltd |
Svatoplukova 2771, CZ-700 30 Ostrava-Vitkovice, Czech Republic |
A664 |
Maxbike s.r.o. |
Svatoplukova 2771/1, CZ-700 30 Vitkovice, Ostrava, Czech Republic |
A664 |
Maxcom Ltd |
Golyamokonarsko shosse Str. 1, BG-4204 Tsaratsovo, Plovdiv, Bulgaria |
A812 |
Maxcom |
Golyamokonarsko Shose Str. 1, BG-4204 Tsaratsovo, Plovdiv, Bulgaria |
A812 |
Maxtec Ltd |
Golyamokonarsko shose Str. 1, BG-4204 Tsaratsovo, Plovdiv, Bulgaria |
A991 |
Maxtec Ltd |
Golyamokonarsko shose Str. 1, BG-4204 Tsaratsovo, Plovdiv, Bulgaria |
A991 |
MBM SRL |
Via Emilio Levante 1671/73/75, IT-47023 Cesena (FC), Italy |
8067 |
MBM S.r.l. |
Via Emilia Levante 1671/73/75, IT-47521 Cesena (FC), Italy |
C015 |
Metelli di Metelli Maria Rosa E C. S.A.S. |
Via Trento 68, IT-25030 Trenzano (BS), Italy |
A979 |
New Metelli di Metelli Maria Rosa & C. S.A.S. |
Via Trento 68, IT-25030 Trenzano (BS), Italy |
A979 |
MIFA Mitteldeutsche Fahrradwerke AG |
Kyselhäuser Strasse 23, DE-06526 Sangerhausen, Germany |
8009 |
MIFA-Bike GmbH |
Kyselhäuser Strasse 23, DE-06526 Sangerhausen, Germany |
8009 |
Montana srl |
IT-12060 Magliano ALPI, Italy |
8068 |
Montana SRL |
Via Domenico Rossi 70, IT-12060 Magliano Alpi (CN), Italy |
C016 |
Motomur S.L. |
Ctra. Mazarron, Km. 2, ES-30120 EL PALMAR (Murcia), Spain |
A436 |
Motomur S.L. |
Avda. Castillo de la asomada 6, ES-30120 El Palmar (Murcia), Spain |
A436 |
nv Race Productions |
Ambachtstraat 19, BE-3980 Tessenderlo, Belgium |
A576 |
nv Race Productions |
Beverlosesteenweg 85, BE-3583 Beringen, Belgium |
A576 |
Neuzer Kerékpar Kereskedelmi és Szolgáltató Kft. |
Eötvös u. 48, HU-2500 Esztergom, Hungary |
A545 |
Neuzer Kerékpar Kereskedelmi és Szolgáltató Kft. |
Mátyás király u. 45, HU-2500 Esztergom, Hungary |
A545 |
Nikos Maniatopoulos sa |
EL-26500 Ag Vassilios-Patras, Greece |
8062 |
NIKOS MANIATOPOULOS S.A. |
Kosti Palama & Solonos, EL-26504 Agios Vasileios-Patras, Greece |
8062 |
Norta NV |
Stradsestraat 17, BE-2250 Olen, Belgium |
A413 |
Norta nv |
Stradsestraat 39, BE-2250 Olen, Belgium |
A413 |
Novus Bike s.r.o. |
Vančurova 2985/20, CZ-746 01 Předměstí Opava 1, Czech Republic |
A553 |
Novus Bike s.r.o. |
Vančurova 2985/20, CZ-746 01 Předměstí Opava, Czech Republic |
A553 |
NV Minerva |
BE-3580 Beringen, Belgium |
8330 |
NV Minerva |
Schoebroekstraat 38, BE-3583 Paal-Beringen, Belgium |
8330 |
Olimpia Kerékpár Kft. |
Ostorhegy u. 4, HU -1164 Budapest, Hungary |
A554 |
Olimpia Kerékpár Kft. |
Ostorhegy u 4, HU-1164 Budapest, Hungary |
A554 |
Olmo Giuseppe SpA |
IT-17015 Celle Ligure (SV), Italy |
8981 |
Olmo Giuseppe S.p.a. |
Via Poggi 22, IT -17015 Celle Ligure (SV), Italy |
8981 |
OLPRAN Spol. s.r.o. |
Libušina 101, CZ-772-11 Olomouc, Czech Republic |
A546 |
OLPRAN Spol. s.r.o. |
Libušina 526/101, CZ-772-11 Olomouc- Chválkovice, Czech Republic |
A546 |
Orbea S. Coop Ltd |
ES-48269 Mallabia, Spain |
8069 |
Orbea S. Coop Ltd |
Poligono Industrial Goitondo s/n, ES-48269 Mallabia-Bizkaia, Spain |
8069 |
Órbita-Bicicletas Portuguesas Lda |
PT-3751 Àgueda Codex, Portugal |
8082 |
Órbita-Bicicletas Portuguesas Lda |
Rua da Fonta Nova 616, -Povoa da Carvalha, PT-3750-720 Recardães, Portugal |
8082 |
Oxyprod S.r.l. |
Via Morone Gerolamo 4, IT-20121 Milano MI, Italy |
8085 |
Oxyprod S.r.l. |
Via Morone Gerolamo 4, IT-20121 Milano (MI), Italy |
8085 |
Pantherwerke |
Alter Postweg 190, DE-32584 Löhne, Germany |
8963 |
Panther International GmbH |
Alter Postweg 190, DE-32584 Löhne, Germany |
C017 |
Paul Lange & Co. OHG |
Hofener Strasse 114, DE-70372 Stuttgart, Germany |
A288 |
Paul Lange & Co. OHG |
Hofener Strasse 114, DE-70372 Stuttgart, Germany |
A288 |
PFIFF Vertriebs GmbH |
Wilhelmstrasse 49, DE-49610 Quakenbrück, Germany |
A668 |
PFIFF Vertriebs GmbH |
Wilhelmstrasse 49-51, DE-49610 Quakenbrück, Germany |
A668 |
Planet'Fun S.A. |
FR-17180 Perigny, France |
8767 |
Planet'Fun S.A. |
les 4 chevaliers, Rond-point de la Republique-, FR-17180 Périgny, France |
8767 |
Prestige Rijwielen nv |
Zuiderdijk 25, BE-9230 Wetteren, Belgium |
A737 |
Prestige Rijwielen nv |
Zuiderdijk 25, BE-9230 Wetteren, Belgium |
A737 |
Promiles |
FR-59650 Villeneuve d'Ascq, France |
8963 |
Promiles |
4 Boulevard de Mons, FR-59650 Villeneuve d'Ascq, France |
C018 |
Prophete GmbH |
DE-33378 Rheda-Wiedenbrück, Germany |
8963 |
Prophete GmbH & Co. KG |
Lindenstrasse 50, DE-33378 Rheda-Wiedenbrück, Germany |
C019 |
Przedsiębiorstwo Handlowo- Produkcyjne UNIBIKE Jerzy Orłowski, Piotr Drobotowski Sp. Jawna |
ul. Przemysłowa 28B, PL-85-758 Bydgoszcz, Poland |
A556 |
UNIBIKE K. Orłowska, P. Drobotowski Sp.J. |
ul. Przemysłowa 28B, PL-85-758 Bydgoszcz, Poland |
A556 |
Puky GmbH & Co. KG |
Fortunastraße 11, DE-42489 Wülfrath, Germany |
A778 |
Puky GmbH & Co. KG |
Fortunastraße 11, DE-42489 Wülfrath, Germany |
A778 |
Radsportvertrieb Dietmar Bayer GmbH |
Zum Acker 1, DE-56244 Freirachdorf, Germany |
A850 |
Radsportvertrieb Ditmar Bayer GmbH |
Zum Acker 1, DE-56244 Freirachdorf, Germany |
A850 |
RGVS Ibérica Unipessoal Lda |
Rua Central de Mandim, Barca, Castelo da Maia, PT-4475-023 Maia, Portugal |
A320 |
RGVS Ibérica Unipessoal Lda |
Rua Central de Mandim- Barca, Castelo da Maia, PT-4475-023 Maia, Portugal |
A320 |
Rijwielen en Bromfietsenfabriek L'Avenir NV |
Posthoornstraat 1, BE-2500 Lier, Belgium |
A826 |
L'Avenir |
Posthoornstraat 1, BE-2500 Lier, Belgium |
A826 |
Robifir Bike Ltd |
3A Kosta Bosilkov Street, BG- 2700 Blagoevgrad, Bulgaria |
A815 |
Robifir Bike LTD |
Kosta Bosilkov Street 3A, BG- 2700 Blagoevgrad, Bulgaria |
A815 |
Rose Versand GmbH |
Schersweide 4, DE-46395 Bocholt, Germany |
A897 |
ROSE Bikes GmbH |
Schersweide 4, DE-46395 Bocholt, Germany |
A897 |
S.C. Madirom Prod S.R.L. |
Strada Ştefan Procopiu nr.1, RO-300647 Timişoara, judeţul Timiş, Romania |
A896 |
S.C. Madirom Prod S.r.l. |
Strada Ştefan Procopiu 1, RO-300647 Timişoara, Judeţ Timiş, Romania |
A896 |
S.N.C. Cicli Olympia di Pasquale e Antonio Fontana & C. |
Via Galileo Galilei 12/A, IT-35028 Piove di Sacco (PD), Italy |
A167 |
S.N.C. Cicli Olympia di Pasquale e Antonio Fontana & C. |
Via Galileo Galilei 12/A, IT-35028 Piove di Sacco (PD), Italy |
A167 |
Sangal - Indústria de Veículos Lda |
Rua do Serrado - Apartado 21, PT-3781-908 Sangalhos, Portugal |
A407 |
Sangal - Indústria de Veículos Lda |
Rua do Serrado - Apartado 21, PT-3781-908 Sangalhos, Portugal |
A407 |
Savoye |
FR-01470 Serrieres de Briord, France |
8080 |
Etablissements Savoye et Cie |
Rue de l'industrie, FR-01470 Serrières de Briord, France |
8080 |
SC Eurosport DHS SA |
Strada Sântuhalm nr. 35A, Deva, județul Hunedoara, RO, Romania |
A817 |
Eurosport DHS SA |
Santuhalm Street 35A, RO - 330004 Judet Hunedoara Deva, Romania |
A817 |
Schauff GmbH & Co. KG |
In der Wässerscheidt 56, DE-53424 Remagen, Germany |
8973 |
Fahrradfabrik Schauff GmbH & Co. KG |
Wässerscheidt 56, DE-53424 Remagen, Germany |
8973 |
Schiano srl |
IT-80020 Frattaminore (NA), Italy |
8084 |
Schiano S.r.l. |
Via Viggiano 44, IT -80020 Frattaminore (NA), Italy |
8084 |
Scout snc |
IT-20020 Grancia di Lainate (MI), Italy |
8081 |
Scout S.n.c |
Via Pogliano 36, IT -20020 Lainate (MI), Italy |
8081 |
SFM GmbH |
Strawinskystraße 27b, DE-90455 Nürnberg, Germany |
A485 |
SFM GmbH |
Strawinskystraße 27b, DE-90455 Nürnberg, Germany |
A485 |
Simplon Fahrrad GmbH |
Oberer Achdamm 22, AT-6971 Hard, Austria |
A045 |
Simplon Fahrrad GmbH |
Oberer Achdamm 22, AT-6971 Hard, Austria |
A045 |
Sintema Sport S.r.l. |
Via delle Valli 07, IT-20847 Albiate (MB), Italy |
A970 |
Sintema Sport S.r.l. |
Via delle Valli 7, IT-20847 Albiate (MB), Italy |
A970 |
Skeppshultcykeln AB |
Storgatan 78, SE-333 03 Skeppshult, Sweden |
A745 |
Skeppshultcykeln AB |
Storgatan 78, SE-333 03 Skeppshult, Sweden |
A745 |
Skilledbike Sp. z o.o. |
Olszanka 109, PL-33-386 Podegrodzie, Poland |
A966 |
Skilledbike Sp. z o.o. |
Olszanka 109, PL-33-386 Podegrodzie, Poland |
A966 |
Special Bike Società Cooperativa |
Via dei Mille n. 50, IT-71042 Cerignola (FG), Italy |
A533 |
Special Bike Società Cooperativa |
Via Nizza 20, IT-71042, Cerignola (FG), Italy |
A533 |
Speedcross di Torretta Luigi E C. s.n.c. |
Corso Italia 20, IT -20020 Vanzaghello (MI), Italy |
A163 |
Speedcross di Torretta Luigi E C. s.n.c. |
Corso Italia 20, IT -20020 Vanzaghello (MI), Italy |
A163 |
Sprick Rowery Sp. z o.o. |
ul. Świerczewskiego 76, PL-66-200 Świebodzin, Poland |
A571 |
Sprick Rowery Sp. z o.o. |
ul. Świerczewskiego 76, PL-66-200 Świebodzin, Poland |
A571 |
Star Ciclo, Montagem Comercializaçaõ de Bicicletas Lda |
Vale do Grou Aguada de Cima, PT-3750-064 Águeda, Portugal |
A445 |
Star Ciclo, Montagem Comercializaçaõ de Bicicletas Lda |
Zona industrial de Barro 402, PT-3750-353 Águeda, Portugal |
A445 |
Star Due S.r.l. |
Via De Gasperi 55, IT-31010 Coste di Maser, Italy |
A432 |
Star Due S.r.l. |
Via De Gasperi 55, IT-31010 Frazione: Coste, Maser (TV), Italy |
A432 |
Stevens Vertriebs GmbH |
Asbrookdamm 35, DE - 22115 Hamburg, Germany |
A774 |
Stevens Vertriebs GmbH |
Asbrookdamm 35, DE- 22115 Hamburg, Germany |
A774 |
Tecno Bike s.r.l. |
Via del Lavoro sn., IT-61030 Canavaccio di Urbino (PU), Italy |
8612 |
Tecno Bike S.r.l. |
Via del Lavoro 22, IT-61030 Canavaccio, Urbino (PS), Italy |
8612 |
Telai Olagnero SRL |
Strada Valle Maira, IT-12020 Roccabruna, Italy |
A403 |
Telai Olagnero S.r.l. |
Strada Valle Maira 141, IT-12020 Roccabruna (CN), Italy |
A403 |
TG Supplies GmbH |
Gablonzer Straße 10, DE-76185 Karlsruhe, Germany |
A794 |
TG Supplies GmbH |
Gablonzer Straße 10, DE-76185 Karlsruhe, Germany |
A794 |
Thompson SA |
BE-7860 Lessines, Belgium |
8491 |
Thompson |
Lessensestraat 110, BE-9500 Geraardsbergen, Belgium |
8491 |
TNT Cycles |
ES-17180 Vilablareix (Girona), Spain |
8963 |
TNT Cycles S.L. |
C/Mosquerola 61-63, ES-17180 Vilablareix (Girona), Spain |
C020 |
Toim SL |
C/Jarama, Parcela 138 Poligono Industrial, ES-45007 Toledo, Spain |
A384 |
Toim S.L. |
Calle Rio Jarama 90 Poligono Industrialde Toledo ES-45007 Toledo, Spain |
A384 |
Tolin Przedsiebiorstwo Prywatne Jerzy Topolski |
Łeg Witoszyn, PL-87-811 Fabianki, Poland |
A586 |
Tolin Przedsiebiorstwo Prywatne Jerzy Topolski |
Łeg Witoszyn 5a, PL-87-811 Fabianki, Poland |
A586 |
TRENGA DE Vertriebs GmbH |
Großmoordamm 63-67, DE-21079 Hamburg, Germany |
A746 |
TRENGA DE Vertriebs GmbH |
Großmoordamm 63-67, DE-21079 Hamburg, Germany |
A746 |
UAB Baltik Vairas |
Pramonės g. 3, LT-78138 Śiauliai, Lithuania |
A547 |
UAB Baltik Vairas |
Pramonės g. 3, LT-78138 Śiauliai, Lithuania |
A547 |
Unicykel AB |
Aröds Industriväg 14, SE-422 43 Hisings Backa, Sweden |
A967 |
Unicykel AB |
Aröds Industriväg 14, SE-422 43 Hisings Backa, Sweden |
A967 |
Van den Berghe NV |
BE-9100 Sint-Niklaas, Belgium |
8073 |
Van den Berghe nv |
Industriepark noord 24, BE-9100 Sint-Niklaas, Belgium |
8073 |
Velomania Ltd |
Dimitar Nestorov Street bl. 120, BG-1612 Sofia, Bulgaria |
A814 |
Velomania Ltd |
Dimitar Nestorov Street bl. 120, BG-1612 Sofia, Bulgaria |
A814 |
Velomarche di Giunta Giancarlo & C. SNC |
Via Piemonte 5/7, IT-61020 Montecchio (PS), Italy |
A231 |
Velomarche di Giunta Giancarlo & C. s.n.c. |
Via Piemonte 5/7, IT-61022 frazione: Montecchio, Vallefoglia (PS), Italy |
A231 |
VICINI di Vicini Ottavio e Figli s.n.c. |
via dell'Artigianato 284, IT-47023 Cesena (FO), Italy |
A233 |
VICINI di Vicini Ottavio e Figli s.n.c. |
via dell'Artigianato 284, IT-47521 Cesena (FO), Italy |
A233 |
Vizija Sport d.o.o. |
Tržaška cesta 77, SI - 1370 Logatec, Slovenia |
A630 |
Vizija Sport d.o.o. |
Tržaška cesta 77, SI - 1370 Logatec, Slovenia |
A630 |
W.S.B. Hi-Tech Bicycle Europe bv |
NL-9206 AG Drachten, Netherlands |
8979 |
W.S.B. Hi-Tech Bicycle Europe bv |
De Hemmen 91, NL-9206AG Drachten, Netherlands |
8979 |
Wilier Triestina S.p.a. |
Via Fratel Venzo 11, IT-36028 Rossano Veneto (VI), Italy |
A963 |
Wilier Triestina S.p.a. |
Via Fratel M. Venzo 11, IT-36028 Rossano Veneto (VI), Italy |
A963 |
Winora Staiger GmbH |
Max-Planck-Strasse 6, DE-97526 Sennfeld, Germany |
A894 |
Winora Staiger GmbH |
Max-Planck-Straße 6, DE-97526 Sennfeld, Germany |
A894 |
Yakari Spa |
Via Kennedy 44, IT-25028 Verolanuova, Italy |
8071 |
Yakari S.r.l. |
Via Kennedy 44, IT-25028 Verolanuova (BS), Italy |
8071 |
ZPG GmbH & Co. KG |
Ludwig-Hüttner Straße 5-7, DE-95679 Waldershof, Germany |
8490 |
ZPG GmbH & Co. KG |
Ludwig-Hüttner Straße 5-7, DE -95679 Waldershof, Germany |
8490 |
Zweirad Paulsen |
Hauptstraße 80, DE-49635 Badbergen, Germany |
A566 |
Zweirad Paulsen |
Industriestraße 30, DE- 49565, Bramsche, Germany |
A566 |
(*) De volgende vrijgestelde partijen, waarvoor oorspronkelijk aanvullende Taric-code 8963 gold, krijgen een nieuwe, unieke code: Accell Nederland bv (C004), Cycles France Loire (C005), Cycleurope Industries (C007), Cycleurope Sverige AB (C008), Derby Cycle Werke GmbH (C009), Engelbert Meyer GmbH (C010), Manufacture Française Du Cycle (C014), Panther International GmbH (C017), Promiles (C018), Prophete GmbH (C019), TNT Cycles (C020). De volgende vrijgestelde partij, waarvoor oorspronkelijk aanvullende Taric-code 8065 gold, krijgt de volgende code: Esmaltina (C011). De volgende vrijgestelde partijen, waarvoor oorspronkelijk aanvullende Taric-code 8067 gold, krijgen de volgende codes: CYCLES LAPIERRE (C006), F.lli Masciaghi S.p.a. (C012), MBM S.r.l. (C015). De volgende vrijgestelde partijen, waarvoor oorspronkelijk aanvullende Taric-code 8068 gold, krijgen de volgende codes: Montana S.r.l. (C016), KTM Fahrrad GmbH (C013).
BIJLAGE II
Lijst van partijen waarvan de vrijstelling wordt ingetrokken
Naam |
Adres |
Land |
Aanvullende Taric-code |
A & J Europe Bicycle Manufacturing Ltd |
Unit G, Mochdre Entreprise Park Newtown, Powys SY16 4LE |
Verenigd Koninkrijk |
A126 |
Accell Hercules Fahrrad GmbH und Co KG |
Industriestrasse 32-40, 90616 Neuhof/Zenn |
Duitsland |
8963 |
ADD SA |
28820 Madrid |
Spanje |
8085 |
AGECE - Montagem e Comercio De Bicicletas, S.A. |
Zona Ind. Barro - Apartado 514, 3754-909 Agueda |
Portugal |
A466 |
AMP Welding, s.r.o. |
Orlové 165, 01701 Považská Bystrica |
Slowakije |
A572 |
ASWEL |
12025 Dronero (Cuneo) |
Italië |
8086 |
Athletic Manufacturing Sp. z o.o. |
ul. Strefowa 7, 75-202 Koszalin |
Polen |
A568 |
Aurora Srlt |
31029 Vittorio Veneto (TV) |
Italië |
8033 |
Bike Systems GmbH |
Freiherr-vom-Stein-Strasse 31, 99734 Nordhausen |
Duitsland |
8034 |
BI-KI SpA |
Via Ponte Gobbo, 12, 24060 Telgate (BG) |
Italië |
8608 |
Birrodas Lda |
3780 Anadia |
Portugal |
8085 |
Blue Ocean Hungary Ltd |
Sukorói u. 8, 8097 Nadap |
Hongarije |
A858 |
B-TECH SA |
Ag. Panteleimonas - N.Santa Dimou Gallikou - Kilkis 61100 |
Griekenland |
A411 |
CAPRI-Ne Kft. |
Kiskút útja 1, 8000 Székesfehérvár |
Hongarije |
A562 |
Carnielli Fitness SpA |
Via Menarè 296, 31029 Vittorio Veneto |
Italië |
A423 |
Carraro SRL Industria Cicli |
Via Caduti del Lavoro 14, 35010 Villafranca Padovana (PD) |
Italië |
A173 |
Checker Pig GmbH |
Venusberger Strasse 42, 09430 Drebach |
Duitsland |
A322 |
Cicli Bimm SRL |
Via Bisenzio 55, 59013 Montemurlo (PO) |
Italië |
8077 |
Cicli Douglas di Battistello Albano & C. SNC |
Via Copernico, 3-Z.I., - 35028 Piove di Sacco (PD) |
Italië |
A169 |
Cicli Olimpica di Sarto Simone & C. s.n.c. |
Via Pietro Maroncelli 4, 35010 Vigonza (PD) |
Italië |
A229 |
Cicli Roger di Rubin Giorgio Sas |
Via delle Industrie, 2/72, 30020 Meolo |
Italië |
A422 |
Concept Cycling, Ltd |
Unit 7/8 Shield Drive Wardley Ind Est, Worsley, Manchester M28 2QB |
Verenigd Koninkrijk |
8622 |
Confersil - Motorizadas e Bicicletas, Lda |
AP 37, 3751 Agueda Codex |
Portugal |
8037 |
CSEKE Trade Kft |
Központi út 21-47, 1211 |
Hongarije |
A685 |
Cycle Citi Corporation Ltd |
Unit 13, Llandegai Ind. Estate Bangor, Gwynedd LL57 4 YH |
Verenigd Koninkrijk |
A230 |
Cycles Messina |
57280 Semecourt |
Frankrijk |
8069 |
Decathlon Sp. z o. o. |
ul. Malborska 53, 03-286 Warsaw |
Polen |
A696 |
Denver France |
1, rue Carrerot, 64400 Moumour |
Frankrijk |
8607 |
Dutch Bicycle Group bv |
Adriean Banckertstraat 7, 3115 JE Schiedam |
Nederland |
A287 |
Enik GmbH |
57473 Wenden, Germany |
Duitsland |
8066 |
Epple Zweirad GmbH |
Mittereschweg,1 87700 Memmingen |
Duitsland |
A376 |
EUROBIK, s.r.o. |
Bardejovská 36, 08006 Prešov |
Slowakije |
A575 |
Eurobike Kft |
Zengö utca 58, 7693 Pécs-Hird |
Hongarije |
A624 |
EXPLORER group s.r.o. |
74267 Ženklava 167 |
Tsjechië |
A563 |
Fa. Alfred Fischer |
76229 Karlsruhe |
Duitsland |
8963 |
Falter Bike GmbH & Co KG |
Bunzlauer Strasse 15, 33719 Bielefeld |
Duitsland |
A125 |
FIB SpA |
Via Canegge 8, 60032 Castelplanio |
Italië |
8327 |
Field ABEE |
Industrial Area of Thessaloniki, A5 Road, 57022 Sindos |
Griekenland |
8034 |
Forza A/S |
Industrivej 20, DK-5750 Ringe |
Denemarken |
A289 |
Gatsoulis |
Vitinis 26, 14342 New Philadelphia, Athens |
Griekenland |
A350 |
GI Bike Srl |
Via delle Industrie 14, 20050 Sulbiate (MI) |
Italië |
A170 |
J. Recker & Co. Gmb H |
Am Wiesenpfad 21, 53340 Meckenheim |
Duitsland |
A200 |
José Alvarez |
Z.I. de l'Hippodrome, 32020 Auch Cedex 09 |
Frankrijk |
A374 |
Koga bv |
Tinweg 9, 8445 PD Heerenveen |
Nederland |
A773 |
Kynast Bike GmbH |
Artlandstrasse 55, 49610 Quakenbrück |
Duitsland |
A692 |
Kynast GmbH |
Artlandstrasse 55,49610 Quakenbrück |
Duitsland |
A284 |
Larcom Life Cycles International bv |
7711 GP Nieuwleusen |
Nederland |
8056 |
LDM SAS |
10, allée Ruby, 38500 Voiron |
Frankrijk |
8331 |
Lew-Ways Ltd |
Cannock WS113NB |
Verenigd Koninkrijk |
8492 |
Love Bike s.r.l. |
Strada Valle Maira 135/3, 12020 Roccabruna |
Italië |
A251 |
Manufacture de Cycles du Comminges (M.C.C.) |
Z.I. Ouest, 31800 Saint-Gaudens |
Frankrijk |
A690 |
Manufacture Viennoise de Cycles |
38780 Estrablin |
Frankrijk |
8069 |
MICPOL |
ul. Myśliborska 93A m. 62, 03-185 Warszawa |
Polen |
A839 |
Muddyfox Limited |
233/236 Nestles Avenue, Hayes Middlesex UB 3 4 RY |
Verenigd Koninkrijk |
8963 |
Müller GmbH |
Riedlerweg 7, 8054 Graz |
Oostenrijk |
A978 |
Open Space Srl |
Viale Europa 6/B Int. D, 35020 Roncaglia de Ponte San Nicolo Padova |
Italië |
A486 |
Ottobici s.r.l. |
Z.I. località Terzerie, 84053 Cicerale (SA) |
Italië |
A243 |
Peripoli SpA |
36075 Montecchio Maggiore (VI) |
Italië |
8068 |
Professional Cycle Manufacturing |
B64 5AL Cradley Heath |
Verenigd Koninkrijk |
8064 |
Pro-Fit Sportproducte GmbH |
Biaser Straße 29, 39261 Zerbst |
Duitsland |
A349 |
Quantum International SA |
59770 Marly |
Frankrijk |
8963 |
Raleigh |
Nottingham NG7 2DD |
Verenigd Koninkrijk |
8963 |
Rex Industri AB |
Box 303, SE-30108 Halmstad |
Zweden |
A311 |
Rizzato & C (Cesare Rizzato) |
35131 Padova |
Italië |
8067 |
S.B.B. srl |
Via Cuneo 121/A, 12020 Cervasca |
Italië |
A164 |
Saracen Cycles Ltd |
CV34 6TS, Warwick |
Verenigd Koninkrijk |
8062 |
Sektor S.R.L. |
Via Don Peruzzi - 27/b, 36027 Rosa (VI) |
Italië |
A956 |
Shivati Bicycles bv |
Industrieterrein 4c, 5981 NK Panningen |
Nederland |
A321 |
Shock Blaze s.r.l. |
Via Vittorio Veneto 29/31, 31020 S. Martino di Colle Umberto |
Italië |
A250 |
SIRLA Sociedade Industrial do Randam, Lda |
Apartado 72, 3751 Agueda |
Portugal |
8602 |
Sparta Rijwielen-en Motorfabriek BV |
7300 AA Apeldoorn |
Nederland |
8076 |
Steppenwolf Bikes GmbH |
Keltenring 9, 82041 Oberhaching |
Duitsland |
A406 |
Tandem Group |
York Y01 4YU |
Verenigd Koninkrijk |
8963 |
Teikotec Bike-Trading GmbH |
Robert-Bosch str. 6, 56727 Mayen |
Duitsland |
A328 |
TIESSE s.n.c. di Tosato Virginio & C. |
Via Meucci 12, IT-35030 Caselle di Selvazzano Dentro (PD) |
Italië |
A724 |
Trade-Stomil Spólka z o. o. |
ul. 6 Sierpnia 74, 90-646 Łódź |
Polen |
A574 |
United Bicycles Assembly NV |
Oude Bunders 2030, 3630 Maasmechelen |
België |
A347 |
United Bicycles NV |
Oude Bunders 2030, 3630 Maasmechelen |
België |
A467 |
Vaterland Werk |
58805 Neuenrade |
Duitsland |
8063 |
Veneta Tecnologie Srl |
Via Serenissima 4, 36075 Montecchio Maggiore (VI) |
Italië |
A254 |
Vern Special srl |
20020 Lainate (MI) |
Italië |
8077 |
Victus International Trading S.A. |
ul. Naramowicka 150, 61-619 Poznań |
Polen |
A588 |
VILAR-Indústrias Metalúrgicas S.A. |
Rua Central do Ribeiro 512, 4745 Alvarelhos |
Portugal |
A248 |
Vivi Bikes Srl |
Via Brescia 1, 26010 Pozzaglio ed Uniti |
Italië |
A428 |
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/53 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/832 VAN DE COMMISSIE
van 28 mei 2015
tot opening van een onderzoek naar de mogelijke ontwijking van de bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad ingestelde compenserende maatregelen ten aanzien van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, door de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, en tot onderwerping van deze invoer aan registratie
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 597/2009 van de Raad van 11 juni 2009 betreffende bescherming tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid van de Europese Gemeenschap zijn (1) („de basisverordening”), en met name artikel 23, lid 4, en artikel 24, lid 5,
Na kennisgeving aan de lidstaten,
Overwegende hetgeen volgt:
A. VERZOEK
(1) |
De Europese Commissie („de Commissie”) heeft een verzoek ontvangen op grond van artikel 23, lid 4, en artikel 24, lid 5, van de basisverordening om een onderzoek te openen naar de mogelijke ontwijking van de compenserende maatregelen die zijn ingesteld op de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China en om de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, te onderwerpen aan registratie. |
(2) |
Het verzoek is op 15 april 2015 ingediend door SolarWorld AG, een producent in de Unie van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) en dus een belanghebbende in de zin van artikel 23, lid 4, van de basisverordening. |
B. PRODUCT
(3) |
Het product waar het bij de mogelijke ontwijking om gaat, zijn fotovoltaïsche modules of panelen van kristallijn silicium en cellen van de soort die in fotovoltaïsche modules of panelen van kristallijn silicium wordt gebruikt (de cellen hebben een dikte van maximaal 400 μm), momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 8501 31 00, ex 8501 32 00, ex 8501 33 00, ex 8501 34 00, ex 8501 61 20, ex 8501 61 80, ex 8501 62 00, ex 8501 63 00, ex 8501 64 00 en ex 8541 40 90 en van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, tenzij het om goederen in doorvoer in de zin van artikel V van de GATT-overeenkomst gaat („het betrokken product”). |
(4) |
De volgende productsoorten vallen niet onder de productomschrijving van het betrokken product:
|
(5) |
Het onderzochte product is hetzelfde als het product dat in de overwegingen 3 en 4 is gedefinieerd, maar wordt verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, en is momenteel ingedeeld onder dezelfde GN-codes als het betrokken product („het onderzochte product”). |
C. BESTAANDE MAATREGELEN
(6) |
De thans geldende maatregelen die op het eerste gezicht worden ontweken, zijn de compenserende maatregelen die zijn ingesteld bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad (2) („de bestaande maatregelen”). |
D. MOTIVERING
(7) |
Het verzoek bevat voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de compenserende maatregelen ten aanzien van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, worden ontweken door de invoer van het uit Maleisië en Taiwan verzonden onderzochte product. |
(8) |
Het ingediende bewijsmateriaal is als volgt. |
(9) |
In het verzoek wordt aangetoond dat na de instelling van de maatregelen een grote verandering in de structuur van de uitvoer uit de Volksrepubliek China, Maleisië en Taiwan naar de Unie heeft plaatsgevonden en dat hiervoor, afgezien van de instelling van het compenserend recht, onvoldoende reden of economische rechtvaardiging bestaat. |
(10) |
Deze verandering is kennelijk het gevolg van de verzending van het betrokken product via Maleisië en Taiwan naar de Unie. Het onderzoek heeft echter betrekking op alle praktijken, processen of werkzaamheden waarvoor, afgezien van de instelling van het compenserend recht, onvoldoende reden of economische rechtvaardiging bestaat. |
(11) |
Verder bevat het verzoek voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de corrigerende werking van de thans voor het betrokken product geldende compenserende maatregelen wordt ondermijnd, zowel wat de hoeveelheden als wat de prijzen betreft. De invoer van het betrokken product blijkt te zijn vervangen door de invoer van aanzienlijke hoeveelheden van het onderzochte product. Bovendien is er voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de invoer van het onderzochte product plaatsvindt tegen prijzen die lager zijn dan de geen schade veroorzakende prijs die werd vastgesteld in het kader van het onderzoek dat tot de bestaande maatregelen heeft geleid. |
(12) |
Ten slotte bevat het verzoek voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de prijzen van het onderzochte product op dezelfde manier worden gesubsidieerd als eerder is vastgesteld. |
E. PROCEDURE
(13) |
Gezien het bovenstaande heeft de Commissie geconcludeerd dat er voldoende bewijsmateriaal is om overeenkomstig artikel 23, lid 4, van de basisverordening een onderzoek te openen en overeenkomstig artikel 24, lid 5, van de basisverordening de invoer van het onderzochte product, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, aan registratie te onderwerpen. |
(14) |
De overheden van de Volksrepubliek China, Maleisië en Taiwan zijn uitgenodigd voor overleg. |
a) Vragenlijsten
(15) |
Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan de haar bekende exporteurs/producenten en verenigingen van exporteurs/producenten in Maleisië en Taiwan, aan de haar bekende exporteurs/producenten en verenigingen van exporteurs/producenten in de Volksrepubliek China, aan de haar bekende importeurs en verenigingen van importeurs in de Unie en aan de autoriteiten van de Volksrepubliek China, Maleisië en Taiwan. Zo nodig kunnen ook inlichtingen worden ingewonnen bij de bedrijfstak van de Unie. |
(16) |
In ieder geval moeten alle belanghebbenden zo spoedig mogelijk, maar binnen de in artikel 3 van deze verordening vermelde termijnen, contact opnemen met de Commissie en binnen de in artikel 3, lid 1, van deze verordening vermelde termijn een vragenlijst aanvragen, aangezien de in artikel 3, lid 2, van deze verordening vermelde termijn voor alle belanghebbenden geldt. |
(17) |
De autoriteiten van de Volksrepubliek China, Maleisië en Taiwan zullen dienovereenkomstig van de opening van het onderzoek in kennis worden gesteld. |
b) Schriftelijk en mondeling verstrekken van informatie
(18) |
Alle belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en bewijsmateriaal te verstrekken. Bovendien kan de Commissie belanghebbenden horen die hierom schriftelijk verzoeken en die kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen. |
c) Vrijstelling van registratie bij invoer of van maatregelen
(19) |
Overeenkomstig artikel 23, lid 5, van de basisverordening kan de invoer van het onderzochte product van registratie of maatregelen worden vrijgesteld indien de invoer geen ontwijking inhoudt. |
(20) |
Aangezien de mogelijke ontwijking buiten de Unie plaatsvindt, kan overeenkomstig artikel 23, lid 5, van de basisverordening vrijstelling worden verleend aan producenten van het onderzochte product in Maleisië en Taiwan die kunnen aantonen dat zij niet verbonden zijn (3) met de producenten waarop de bestaande maatregelen van toepassing zijn (4), en dat zij niet betrokken zijn bij ontwijkingspraktijken zoals beschreven in artikel 23, lid 3, van de basisverordening. Producenten die een vrijstelling wensen te krijgen, moeten binnen de in artikel 3, lid 3, van deze verordening vermelde termijn een voldoende met bewijsmateriaal gestaafd verzoek daartoe indienen. |
F. REGISTRATIE
(21) |
Overeenkomstig artikel 24, lid 5, van de basisverordening moet de invoer van het onderzochte product worden geregistreerd zodat, indien bij het onderzoek blijkt dat er sprake is van ontwijking, een passend bedrag aan compenserende rechten kan worden geheven vanaf de datum waarop de registratie van de invoer, verzonden uit Maleisië en Taiwan, verplicht werd. |
G. DOUANEAANGIFTE
(22) |
Statistieken betreffende fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) worden vaak in watt uitgedrukt. De gecombineerde nomenclatuur in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (5) bevat evenwel geen bijzondere maatstaf voor fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen). Daarom moet ervoor worden gezorgd dat bij invoer niet alleen het gewicht in kg of ton, maar ook het aantal watt van het onderzochte product in de aangifte voor het vrije verkeer moet worden opgenomen. Het aantal watt moet worden vermeld voor de Taric-codes 8541409022, 8541409023, 8541409032 en 8541409033. |
H. TERMIJNEN
(23) |
Met het oog op een behoorlijk bestuur moeten termijnen worden vastgesteld waarbinnen:
|
(24) |
De aandacht wordt erop gevestigd dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurele rechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkene zich binnen de in artikel 3 van deze verordening vastgelegde termijnen kenbaar maakt. |
I. NIET-MEDEWERKING
(25) |
Indien een belanghebbende geen toegang verleent tot de nodige gegevens, deze niet binnen de vastgestelde termijn verstrekt, dan wel het onderzoek ernstig belemmert, kunnen overeenkomstig artikel 28 van de basisverordening conclusies worden getrokken aan de hand van de beschikbare gegevens, zowel in positieve als in negatieve zin. |
(26) |
Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende inlichtingen heeft verstrekt, kunnen deze buiten beschouwing worden gelaten en kan van de beschikbare gegevens gebruik worden gemaakt. |
(27) |
Indien een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en de bevindingen daarom overeenkomstig artikel 28 van de basisverordening op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kan het resultaat voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan indien hij wel medewerking had verleend. |
(28) |
Indien de belanghebbende zijn antwoord niet door middel van systemen voor automatische gegevensverwerking verstrekt, wordt dit niet als niet-medewerking beschouwd, mits deze belanghebbende aantoont dat verstrekking van het antwoord in de gevraagde vorm voor hem een onredelijke extra belasting zou betekenen of onredelijke extra kosten met zich zou meebrengen. De belanghebbende moet onmiddellijk contact opnemen met de Commissie. |
J. TIJDSCHEMA VOOR HET ONDERZOEK
(29) |
Het onderzoek wordt overeenkomstig artikel 23, lid 4, van de basisverordening binnen negen maanden na de bekendmaking van de onderhavige verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie afgesloten. |
K. VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS
(30) |
Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad (6). |
L. RAADADVISEUR-AUDITEUR
(31) |
Belanghebbenden kunnen erom vragen dat de raadadviseur-auditeur in handelsprocedures wordt ingeschakeld. De raadadviseur-auditeur fungeert als tussenpersoon tussen de belanghebbenden en de onderzoeksdiensten van de Commissie. Hij behandelt verzoeken om toegang tot het dossier, geschillen over de vertrouwelijkheid van documenten, verzoeken om termijnverlenging en verzoeken van derden om te worden gehoord. De raadadviseur-auditeur kan een hoorzitting met een individuele belanghebbende beleggen en als bemiddelaar optreden om te garanderen dat de belanghebbenden hun recht van verweer ten volle kunnen uitoefenen. |
(32) |
Een verzoek om door de raadadviseur-auditeur te worden gehoord, moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. Een verzoek om te worden gehoord over zaken die betrekking hebben op het beginstadium van het onderzoek, moet uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie worden ingediend. Daarna moet een verzoek om te worden gehoord, worden ingediend binnen de specifieke termijnen die de Commissie in haar correspondentie met de partijen vermeldt. |
(33) |
De raadadviseur-auditeur kan ook een hoorzitting voor belanghebbenden organiseren waar uiteenlopende standpunten en tegenargumenten naar voren kunnen worden gebracht met betrekking tot kwesties in verband met onder andere een verandering in de structuur van het handelsverkeer, (on)voldoende reden of economische rechtvaardiging voor die verandering, de ondermijning van de corrigerende werking van de bestaande maatregelen en de vraag of de invoer van het soortgelijke product en/of delen daarvan nog steeds wordt gesubsidieerd. |
(34) |
Belanghebbenden die contact willen opnemen, vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de pagina's van de raadadviseur-auditeur op de website van DG Handel (http://ec.europa.eu/trade/trade-policy-and-you/contacts/hearing-officer/), |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Op grond van artikel 23, lid 4, van Verordening (EG) nr. 597/2009 wordt een onderzoek geopend om vast te stellen of bij de invoer in de Unie van fotovoltaïsche modules of panelen van kristallijn silicium en cellen van de soort die in fotovoltaïsche modules of panelen van kristallijn silicium wordt gebruikt (de cellen hebben een dikte van maximaal 400 μm), momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 8501 31 00, ex 8501 32 00, ex 8501 33 00, ex 8501 34 00, ex 8501 61 20, ex 8501 61 80, ex 8501 62 00, ex 8501 63 00, ex 8501 64 00 en ex 8541 40 90 (Taric-codes 8501310082, 8501310083, 8501320042, 8501320043, 8501330062, 8501330063, 8501340042, 8501340043, 8501612042, 8501612043, 8501618042, 8501618043, 8501620062, 8501620063, 8501630042, 8501630043, 8501640042, 8501640043, 8541409022, 8541409023, 8541409032 en 8541409033) en verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, de bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 ingestelde maatregelen worden ontweken.
Het onderzoek heeft geen betrekking op invoer in de Unie van:
— |
zonneopladers die bestaan uit minder dan zes cellen, draagbaar zijn en apparaten van elektriciteit voorzien of batterijen opladen; |
— |
fotovoltaïsche producten vervaardigd met dunnelaagtechnologie; |
— |
fotovoltaïsche producten van kristallijn silicium die permanent in elektrische goederen zijn geïntegreerd, wanneer die elektrische goederen een andere functie hebben dan het opwekken van elektriciteit en wanneer die elektrische goederen de elektriciteit verbruiken die door de geïntegreerde fotovoltaïsche cel(len) van kristallijn silicium wordt opgewekt; |
— |
modules of panelen met een uitgangsspanning van niet meer dan 50 V gelijkstroom en een uitgangsvermogen van niet meer dan 50 watt, uitsluitend voor rechtstreeks gebruik als batterijladers in systemen met dezelfde spannings- en vermogenskenmerken. |
Artikel 2
De douaneautoriteiten nemen overeenkomstig artikel 23, lid 4, en artikel 24, lid 5, van Verordening (EG) nr. 597/2009 de nodige maatregelen om de invoer in de Unie van de in artikel 1 van de onderhavige verordening omschreven goederen te registreren.
De registratie wordt negen maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening beëindigd.
De Commissie kan de douaneautoriteiten bij verordening opdragen de registratie van de invoer in de Unie te beëindigen voor producten die zijn vervaardigd door producenten die een vrijstelling van registratie hebben aangevraagd en van wie is vastgesteld dat zij aan de voorwaarden voor een vrijstelling voldoen.
Wanneer een aangifte voor het vrije verkeer wordt ingediend met betrekking tot de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), momenteel ingedeeld onder de Taric-codes 8541409022, 8541409023, 8541409032 en 8541409033, worden in het desbetreffende vak van die aangifte de Taric-codes en het aantal watt van de ingevoerde goederen vermeld.
De lidstaten stellen de Commissie maandelijks in kennis van het aantal watt voor de Taric-codes 8541409022, 8541409023, 8541409032 en 8541409033.
Artikel 3
1. Vragenlijsten moeten binnen 15 dagen na de bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie bij de Commissie worden aangevraagd.
2. Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, moeten, tenzij anders bepaald, binnen 37 dagen na de bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie contact met de Commissie opnemen, hun standpunt schriftelijk uiteenzetten en de Commissie de antwoorden op de vragenlijst en eventuele andere gegevens doen toekomen.
3. Producenten in Maleisië en Taiwan die vrijstelling van registratie bij invoer of van maatregelen wensen te krijgen, moeten binnen dezelfde termijn van 37 dagen een voldoende met bewijsmateriaal gestaafd verzoek daartoe indienen.
4. Binnen dezelfde termijn van 37 dagen kunnen belanghebbenden ook vragen om door de Commissie te worden gehoord.
5. Het gebruik van aan het auteursrecht onderworpen informatie die aan de Commissie wordt verstrekt in het kader van handelsbeschermingsonderzoeken dient te worden toegestaan door de houder van het auteursrecht. Alvorens aan de Commissie informatie en/of gegevens te verstrekken die onderworpen zijn aan het auteursrecht van derden, moeten belanghebbenden de houder van het auteursrecht specifiek verzoeken de Commissie uitdrukkelijk toestemming te verlenen om a) voor deze handelsbeschermingsprocedure gebruik te maken van de informatie en gegevens, met inbegrip van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie en b) de informatie en/of gegevens te verstrekken aan belanghebbenden in dit onderzoek.
6. Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in deze verordening gevraagde informatie, ingevulde vragenlijsten en correspondentie die door de belanghebbenden worden verstrekt en waarvoor om een vertrouwelijke behandeling wordt verzocht, moeten zijn voorzien van de vermelding „Limited” (7). Indien belanghebbenden om een vertrouwelijke behandeling verzoeken, dienen zij daarvoor gegronde redenen op te geven overeenkomstig artikel 29, lid 1, van de basisverordening.
7. Belanghebbenden die informatie met de vermelding „Limited” verstrekken, moeten hiervan krachtens artikel 29, lid 2, van de basisverordening een niet-vertrouwelijke samenvatting indienen, voorzien van de vermelding „For inspection by interested parties”. Deze samenvatting moet gedetailleerd genoeg zijn om een redelijk inzicht te verschaffen in de essentie van de als vertrouwelijk verstrekte gegevens. Als een belanghebbende die vertrouwelijke inlichtingen verstrekt, geen niet-vertrouwelijke samenvatting daarvan indient met de vereiste vorm en inhoud, kan deze informatie buiten beschouwing worden gelaten, tenzij de belanghebbende kan aantonen dat dergelijke inlichtingen niet kunnen worden samengevat. In dergelijke buitengewone omstandigheden moet worden aangegeven, waarom het niet mogelijk is een samenvatting te verstrekken.
8. Belanghebbenden wordt verzocht alle opmerkingen en verzoeken met inbegrip van gescande volmachten en certificaten per e-mail in te dienen, met uitzondering van uitgebreide antwoorden, die persoonlijk of per aangetekend schrijven worden ingediend op een cd-rom of dvd. Door e-mail te gebruiken, stemmen belanghebbenden in met de geldende voorschriften inzake elektronisch ingediende opmerkingen, zoals bepaald in het document „CORRESPONDENCE WITH THE EUROPEAN COMMISSION IN TRADE DEFENCE CASES” (Correspondentie met de Europese Commissie in handelsbeschermingszaken) op de website van het directoraat-generaal Handel: http://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2014/june/tradoc_152578.pdf. Belanghebbenden moeten hun naam, adres, telefoon en een geldig e-mailadres vermelden en ervoor zorgen dat het verstrekte e-mailadres een actief, officieel en zakelijk e-mailadres is dat iedere dag wordt gecontroleerd. Zodra contactgegevens zijn verstrekt, verloopt de communicatie van de Commissie met belanghebbenden uitsluitend per e-mail, behalve indien zij er uitdrukkelijk om verzoeken alle documenten van de Commissie via een ander communicatiemiddel te ontvangen, of het document wegens de aard ervan per aangetekend schrijven moet worden verzonden. Voor nadere voorschriften en informatie over de correspondentie met de Commissie, met inbegrip van de beginselen die van toepassing zijn op per e-mail verzonden opmerkingen, moeten belanghebbenden de genoemde instructies over communicatie met belanghebbenden raadplegen.
9. Correspondentieadres van de Commissie:
Europese Commissie |
Directoraat-Generaal Handel |
Directoraat H |
Kamer CHAR 04/039 |
1040 Brussel |
BELGIË |
E-mail: TRADE-SP-AC-SUBSIDY-MY-TW@ec.europa.eu |
Artikel 4
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 188 van 18.7.2009, blz. 93.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot instelling van een definitief compenserend recht op de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China (PB L 325 van 5.12.2013, blz. 66).
(3) Overeenkomstig artikel 143 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie houdende bepalingen ter uitvoering van het communautaire douanewetboek worden personen slechts geacht te zijn verbonden indien: a) zij functionaris of directeur zijn van elkaars zaken; b) zij door de wettelijke bepalingen worden erkend als in zaken verbonden; c) zij werkgever en werknemer zijn; d) enig persoon, hetzij rechtstreeks of zijdelings, 5 % of meer van het stemgerechtigde uitstaande kapitaal of aandelen van beiden bezit, controleert of houdt; e) één van hen de ander, rechtstreeks of zijdelings, controleert; f) beiden, rechtstreeks of zijdelings, worden gecontroleerd door een derde persoon; g) zij samen, rechtstreeks of zijdelings, een derde persoon controleren; of h) zij behoren tot dezelfde familie. Personen worden slechts geacht leden te zijn van dezelfde familie indien zij op een van de volgende wijzen met elkaar bloed- of aanverwant zijn: i) echtgenoot en echtgenote, ii) ouder en kind, iii) broers en zusters (of halfbroers en halfzusters), iv) grootouder en kleinkind, v) oom of tante en neef of nicht (oomzeggers), vi) schoonouder en schoondochter of schoonzoon, vii) zwagers en schoonzusters (PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1). In deze context worden onder personen zowel natuurlijke als rechtspersonen verstaan.
(4) Indien producenten evenwel in bovenbedoelde zin verbonden zijn met ondernemingen die onderworpen zijn aan de bestaande maatregelen, kan hun toch vrijstelling worden verleend als er geen bewijs is dat die verbondenheid tot stand is gekomen of gebruikt werd om die maatregelen te ontwijken.
(5) Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).
(6) Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1).
(7) Een „Limited”-document wordt als vertrouwelijk beschouwd in de zin van artikel 29 van Verordening (EG) 597/2009 van de Raad (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 93) en artikel 12 van de WTO-overeenkomst inzake subsidies en compenserende maatregelen. Het is ook een beschermd document krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/60 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/833 VAN DE COMMISSIE
van 28 mei 2015
tot opening van een onderzoek naar de mogelijke ontwijking van de bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad ingestelde antidumpingmaatregelen ten aanzien van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, door de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, en tot onderwerping van deze invoer aan registratie
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) („de basisverordening”), en met name artikel 13, lid 3, en artikel 14, lid 5,
Na kennisgeving aan de lidstaten,
Overwegende hetgeen volgt:
A. VERZOEK
(1) |
De Europese Commissie („de Commissie”) heeft een verzoek ontvangen op grond van artikel 13, lid 3, en artikel 14, lid 5, van de basisverordening om een onderzoek te openen naar de mogelijke ontwijking van de antidumpingmaatregelen die zijn ingesteld op de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China en om de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, te onderwerpen aan registratie. |
(2) |
Het verzoek is op 15 april 2015 ingediend door SolarWorld AG, een producent in de Unie van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) en dus een belanghebbende in de zin van artikel 13, lid 3, van de basisverordening. |
B. PRODUCT
(3) |
Het product waar het bij de mogelijke ontwijking om gaat, zijn fotovoltaïsche modules of panelen van kristallijn silicium en cellen van de soort die in fotovoltaïsche modules of panelen van kristallijn silicium wordt gebruikt (de cellen hebben een dikte van maximaal 400 μm), momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 8501 31 00, ex 8501 32 00, ex 8501 33 00, ex 8501 34 00, ex 8501 61 20, ex 8501 61 80, ex 8501 62 00, ex 8501 63 00, ex 8501 64 00 en ex 8541 40 90 en van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, tenzij het om goederen in doorvoer in de zin van artikel V van de GATT-overeenkomst gaat („het betrokken product”). |
(4) |
De volgende productsoorten vallen niet onder de productomschrijving van het betrokken product:
|
(5) |
Het onderzochte product is hetzelfde als het product dat in de overwegingen 3 en 4 is gedefinieerd, maar wordt verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, en is momenteel ingedeeld onder dezelfde GN-codes als het betrokken product („het onderzochte product”). |
C. BESTAANDE MAATREGELEN
(6) |
De thans geldende maatregelen die op het eerste gezicht worden ontweken, zijn de antidumpingmaatregelen die zijn ingesteld bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad (2) („de bestaande maatregelen”). |
D. MOTIVERING
(7) |
Het verzoek bevat voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de antidumpingmaatregelen ten aanzien van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, worden ontweken door de invoer van het uit Maleisië en Taiwan verzonden onderzochte product. |
(8) |
Het ingediende bewijsmateriaal is als volgt. |
(9) |
In het verzoek wordt aangetoond dat na de instelling van de maatregelen een grote verandering in de structuur van de uitvoer uit de Volksrepubliek China, Maleisië en Taiwan naar de Unie heeft plaatsgevonden en dat hiervoor, afgezien van de instelling van het antidumpingrecht, onvoldoende reden of economische rechtvaardiging bestaat. |
(10) |
Deze verandering is kennelijk het gevolg van de verzending van het betrokken product via Maleisië en Taiwan naar de Unie. Het onderzoek heeft echter betrekking op alle praktijken, processen of werkzaamheden waarvoor, afgezien van de instelling van het antidumpingrecht, onvoldoende reden of economische rechtvaardiging bestaat. |
(11) |
Verder bevat het verzoek voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de corrigerende werking van de thans voor het betrokken product geldende antidumpingmaatregelen wordt ondermijnd, zowel wat de hoeveelheden als wat de prijzen betreft. De invoer van het betrokken product blijkt te zijn vervangen door de invoer van aanzienlijke hoeveelheden van het onderzochte product. Bovendien is er voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de invoer van het onderzochte product plaatsvindt tegen prijzen die lager zijn dan de geen schade veroorzakende prijs die werd vastgesteld in het kader van het onderzoek dat tot de bestaande maatregelen heeft geleid. |
(12) |
Ten slotte bevat het verzoek voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de prijzen van het onderzochte product dumpingprijzen zijn ten opzichte van de normale waarde die eerder is vastgesteld. |
E. PROCEDURE
(13) |
Gezien het bovenstaande heeft de Commissie geconcludeerd dat er voldoende bewijsmateriaal is om overeenkomstig artikel 13, lid 3, van de basisverordening een onderzoek te openen en overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening de invoer van het onderzochte product, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, aan registratie te onderwerpen. |
a) Vragenlijsten
(14) |
Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan de haar bekende exporteurs/producenten en verenigingen van exporteurs/producenten in Maleisië en Taiwan, aan de haar bekende exporteurs/producenten en verenigingen van exporteurs/producenten in de Volksrepubliek China, aan de haar bekende importeurs en verenigingen van importeurs in de Unie en aan de autoriteiten van de Volksrepubliek China, Maleisië en Taiwan. Zo nodig kunnen ook inlichtingen worden ingewonnen bij de bedrijfstak van de Unie. |
(15) |
In ieder geval moeten alle belanghebbenden zo spoedig mogelijk, maar binnen de in artikel 3 van deze verordening vermelde termijnen, contact opnemen met de Commissie en binnen de in artikel 3, lid 1, van deze verordening vermelde termijn een vragenlijst aanvragen, aangezien de in artikel 3, lid 2, van deze verordening vermelde termijn voor alle belanghebbenden geldt. |
(16) |
De autoriteiten van de Volksrepubliek China, Maleisië en Taiwan zullen dienovereenkomstig van de opening van het onderzoek in kennis worden gesteld. |
b) Schriftelijk en mondeling verstrekken van informatie
(17) |
Alle belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en bewijsmateriaal te verstrekken. Bovendien kan de Commissie belanghebbenden horen die hierom schriftelijk verzoeken en die kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen. |
c) Vrijstelling van registratie bij invoer of van maatregelen
(18) |
Overeenkomstig artikel 13, lid 4, van de basisverordening kan de invoer van het onderzochte product van registratie of maatregelen worden vrijgesteld indien de invoer geen ontwijking inhoudt. |
(19) |
Aangezien de mogelijke ontwijking buiten de Unie plaatsvindt, kan overeenkomstig artikel 13, lid 4, van de basisverordening vrijstelling worden verleend aan producenten van het onderzochte product in Maleisië en Taiwan die kunnen aantonen dat zij niet verbonden zijn (3) met de producenten waarop de bestaande maatregelen van toepassing zijn (4), en dat zij niet betrokken zijn bij ontwijkingspraktijken zoals beschreven in artikel 13, leden 1 en 2, van de basisverordening. Producenten die een vrijstelling wensen te krijgen, moeten binnen de in artikel 3, lid 3, van deze verordening vermelde termijn een voldoende met bewijsmateriaal gestaafd verzoek daartoe indienen. |
F. REGISTRATIE
(20) |
Overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening moet de invoer van het onderzochte product worden geregistreerd zodat, indien bij het onderzoek blijkt dat er sprake is van ontwijking, een passend bedrag aan antidumpingrechten kan worden geheven vanaf de datum waarop de registratie van de invoer, verzonden uit Maleisië en Taiwan, verplicht werd. |
G. DOUANEAANGIFTE
(21) |
Statistieken betreffende fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) worden vaak in watt uitgedrukt. De gecombineerde nomenclatuur in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (5) bevat evenwel geen bijzondere maatstaf voor fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen). Daarom moet ervoor worden gezorgd dat bij invoer niet alleen het gewicht in kg of ton, maar ook het aantal watt van het onderzochte product in de aangifte voor het vrije verkeer moet worden opgenomen. Het aantal watt moet worden vermeld voor de Taric-codes 8541409022, 8541409023, 8541409032 en 8541409033. |
H. TERMIJNEN
(22) |
Met het oog op een behoorlijk bestuur moeten termijnen worden vastgesteld waarbinnen:
|
(23) |
De aandacht wordt erop gevestigd dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurele rechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkene zich binnen de in artikel 3 van deze verordening vastgelegde termijnen kenbaar maakt. |
I. NIET-MEDEWERKING
(24) |
Indien een belanghebbende geen toegang verleent tot de nodige gegevens, deze niet binnen de vastgestelde termijn verstrekt, dan wel het onderzoek ernstig belemmert, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening conclusies worden getrokken aan de hand van de beschikbare gegevens, zowel in positieve als in negatieve zin. |
(25) |
Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende inlichtingen heeft verstrekt, kunnen deze buiten beschouwing worden gelaten en kan van de beschikbare gegevens gebruik worden gemaakt. |
(26) |
Indien een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en de bevindingen daarom overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kan het resultaat voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan indien hij wel medewerking had verleend. |
(27) |
Indien de belanghebbende zijn antwoord niet door middel van systemen voor automatische gegevensverwerking verstrekt, wordt dit niet als niet-medewerking beschouwd, mits deze belanghebbende aantoont dat verstrekking van het antwoord in de gevraagde vorm voor hem een onredelijke extra belasting zou betekenen of onredelijke extra kosten met zich zou meebrengen. De belanghebbende moet onmiddellijk contact opnemen met de Commissie. |
J. TIJDSCHEMA VOOR HET ONDERZOEK
(28) |
Het onderzoek wordt overeenkomstig artikel 13, lid 3, van de basisverordening binnen negen maanden na de datum van bekendmaking van de onderhavige verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie afgesloten. |
K. VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS
(29) |
Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad (6). |
L. RAADADVISEUR-AUDITEUR
(30) |
Belanghebbenden kunnen erom vragen dat de raadadviseur-auditeur in handelsprocedures wordt ingeschakeld. De raadadviseur-auditeur fungeert als tussenpersoon tussen de belanghebbenden en de onderzoeksdiensten van de Commissie. Hij behandelt verzoeken om toegang tot het dossier, geschillen over de vertrouwelijkheid van documenten, verzoeken om termijnverlenging en verzoeken van derden om te worden gehoord. De raadadviseur-auditeur kan een hoorzitting met een individuele belanghebbende beleggen en als bemiddelaar optreden om te garanderen dat de belanghebbenden hun recht van verweer ten volle kunnen uitoefenen. |
(31) |
Een verzoek om door de raadadviseur-auditeur te worden gehoord, moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. Een verzoek om te worden gehoord over zaken die betrekking hebben op het beginstadium van het onderzoek, moet uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie worden ingediend. Daarna moet een verzoek om te worden gehoord, worden ingediend binnen de specifieke termijnen die de Commissie in haar correspondentie met de partijen vermeldt. |
(32) |
De raadadviseur-auditeur kan ook een hoorzitting voor belanghebbenden organiseren waar uiteenlopende standpunten en tegenargumenten naar voren kunnen worden gebracht met betrekking tot kwesties in verband met onder andere een verandering in de structuur van het handelsverkeer, (on)voldoende reden of economische rechtvaardiging voor die verandering, de ondermijning van de corrigerende werking van de bestaande maatregelen of dumping ten opzichte van de normale waarde die eerder is vastgesteld. |
(33) |
Belanghebbenden die contact willen opnemen, vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de pagina's van de raadadviseur-auditeur op de website van DG Handel (http://ec.europa.eu/trade/trade-policy-and-you/contacts/hearing-officer/), |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Op grond van artikel 13, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 wordt een onderzoek geopend om vast te stellen of bij de invoer in de Unie van fotovoltaïsche modules of panelen van kristallijn silicium en cellen van de soort die in fotovoltaïsche modules of panelen van kristallijn silicium wordt gebruikt (de cellen hebben een dikte van maximaal 400 μm), momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 8501 31 00, ex 8501 32 00, ex 8501 33 00, ex 8501 34 00, ex 8501 61 20, ex 8501 61 80, ex 8501 62 00, ex 8501 63 00, ex 8501 64 00 en ex 8541 40 90 (Taric-codes 8501310082, 8501310083, 8501320042, 8501320043, 8501330062, 8501330063, 8501340042, 8501340043, 8501612042, 8501612043, 8501618042, 8501618043, 8501620062, 8501620063, 8501630042, 8501630043, 8501640042, 8501640043, 8541409022, 8541409023, 8541409032 en 8541409033) en verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan, de bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 ingestelde maatregelen worden ontweken.
Het onderzoek heeft geen betrekking op invoer in de Unie van:
— |
zonneopladers die bestaan uit minder dan zes cellen, draagbaar zijn en apparaten van elektriciteit voorzien of batterijen opladen; |
— |
fotovoltaïsche producten vervaardigd met dunnelaagtechnologie; |
— |
fotovoltaïsche producten van kristallijn silicium die permanent in elektrische goederen zijn geïntegreerd, wanneer die elektrische goederen een andere functie hebben dan het opwekken van elektriciteit en wanneer die elektrische goederen de elektriciteit verbruiken die door de geïntegreerde fotovoltaïsche cel(len) van kristallijn silicium wordt opgewekt; |
— |
modules of panelen met een uitgangsspanning van niet meer dan 50 V gelijkstroom en een uitgangsvermogen van niet meer dan 50 watt, uitsluitend voor rechtstreeks gebruik als batterijladers in systemen met dezelfde spannings- en vermogenskenmerken. |
Artikel 2
De douaneautoriteiten nemen overeenkomstig artikel 13, lid 3, en artikel 14, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 de nodige maatregelen om de invoer in de Unie van de in artikel 1 van de onderhavige verordening omschreven goederen te registreren.
De registratie wordt negen maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening beëindigd.
De Commissie kan de douaneautoriteiten bij verordening opdragen de registratie van de invoer in de Unie te beëindigen voor producten die zijn vervaardigd door producenten die een vrijstelling van registratie hebben aangevraagd en van wie is vastgesteld dat zij aan de voorwaarden voor een vrijstelling voldoen.
Wanneer een aangifte voor het vrije verkeer wordt ingediend met betrekking tot de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), momenteel ingedeeld onder de Taric-codes 8541409022, 8541409023, 8541409032 en 8541409033, worden in het desbetreffende vak van die aangifte de Taric-codes en het aantal watt van de ingevoerde goederen vermeld.
De lidstaten stellen de Commissie maandelijks in kennis van het aantal watt voor de Taric-codes 8541409022, 8541409023, 8541409032 en 8541409033.
Artikel 3
1. Vragenlijsten moeten binnen 15 dagen na de bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie bij de Commissie worden aangevraagd.
2. Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, moeten, tenzij anders bepaald, binnen 37 dagen na de datum van bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie contact met de Commissie opnemen, hun standpunt schriftelijk uiteenzetten en de Commissie de antwoorden op de vragenlijst en eventuele andere gegevens doen toekomen.
3. Producenten in Maleisië en Taiwan die vrijstelling van registratie bij invoer of van maatregelen wensen te krijgen, moeten binnen dezelfde termijn van 37 dagen een voldoende met bewijsmateriaal gestaafd verzoek daartoe indienen.
4. Binnen dezelfde termijn van 37 dagen kunnen belanghebbenden ook vragen om door de Commissie te worden gehoord.
5. Het gebruik van aan het auteursrecht onderworpen informatie die aan de Commissie wordt verstrekt in het kader van handelsbeschermingsonderzoeken dient te worden toegestaan door de houder van het auteursrecht. Alvorens aan de Commissie informatie en/of gegevens te verstrekken die onderworpen zijn aan het auteursrecht van derden, moeten belanghebbenden de houder van het auteursrecht specifiek verzoeken de Commissie uitdrukkelijk toestemming te verlenen om a) voor deze handelsbeschermingsprocedure gebruik te maken van de informatie en gegevens, met inbegrip van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie en b) de informatie en/of gegevens te verstrekken aan belanghebbenden in dit onderzoek.
6. Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in deze verordening gevraagde informatie, ingevulde vragenlijsten en correspondentie die door de belanghebbenden worden verstrekt en waarvoor om een vertrouwelijke behandeling wordt verzocht, moeten zijn voorzien van de vermelding „Limited” (7). Indien belanghebbenden om een vertrouwelijke behandeling verzoeken, dienen zij daarvoor gegronde redenen op te geven overeenkomstig artikel 19, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1225/2009.
7. Belanghebbenden die informatie met de vermelding „Limited” verstrekken, moeten hiervan krachtens artikel 19, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 een niet-vertrouwelijke samenvatting indienen, voorzien van de vermelding „For inspection by interested parties”. Deze samenvatting moet gedetailleerd genoeg zijn om een redelijk inzicht te verschaffen in de essentie van de als vertrouwelijk verstrekte gegevens. Als een belanghebbende die vertrouwelijke inlichtingen verstrekt, geen niet-vertrouwelijke samenvatting daarvan indient met de vereiste vorm en inhoud, kan deze informatie buiten beschouwing worden gelaten, tenzij de belanghebbende kan aantonen dat dergelijke inlichtingen niet kunnen worden samengevat. In dergelijke buitengewone omstandigheden moet worden aangegeven, waarom het niet mogelijk is een samenvatting te verstrekken.
8. Belanghebbenden wordt verzocht alle opmerkingen en verzoeken met inbegrip van gescande volmachten en certificaten per e-mail in te dienen, met uitzondering van uitgebreide antwoorden, die persoonlijk of per aangetekend schrijven worden ingediend op een cd-rom of dvd. Door e-mail te gebruiken, stemmen belanghebbenden in met de geldende voorschriften inzake elektronisch ingediende opmerkingen, zoals bepaald in het document „CORRESPONDENCE WITH THE EUROPEAN COMMISSION IN TRADE DEFENCE CASES” (Correspondentie met de Europese Commissie in handelsbeschermingszaken) op de website van het directoraat-generaal Handel: http://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2014/june/tradoc_152578.pdf. Belanghebbenden moeten hun naam, adres, telefoon en een geldig e-mailadres vermelden en ervoor zorgen dat het verstrekte e-mailadres een actief, officieel en zakelijk e-mailadres is dat iedere dag wordt gecontroleerd. Zodra contactgegevens zijn verstrekt, verloopt de communicatie van de Commissie met belanghebbenden uitsluitend per e-mail, behalve indien zij er uitdrukkelijk om verzoeken alle documenten van de Commissie via een ander communicatiemiddel te ontvangen, of het document wegens de aard ervan per aangetekend schrijven moet worden verzonden. Voor nadere voorschriften en informatie over de correspondentie met de Commissie, met inbegrip van de beginselen die van toepassing zijn op per e-mail verzonden opmerkingen, moeten belanghebbenden de genoemde instructies over communicatie met belanghebbenden raadplegen.
9. Correspondentieadres van de Commissie:
Europese Commissie |
Directoraat-Generaal Handel |
Directoraat H |
Kamer CHAR 04/039 |
1040 Brussel |
BELGIË |
E-mail: TRADE-SP-AC-DUMPING-MY-TW@ec.europa.eu |
Artikel 4
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot instelling van definitieve antidumpingrechten op fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China (PB L 325 van 5.12.2013, blz. 1).
(3) Overeenkomstig artikel 143 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie houdende bepalingen ter uitvoering van het communautaire douanewetboek worden personen slechts geacht te zijn verbonden indien: a) zij functionaris of directeur zijn van elkaars zaken; b) zij door de wettelijke bepalingen worden erkend als in zaken verbonden; c) zij werkgever en werknemer zijn; d) enig persoon, hetzij rechtstreeks of zijdelings, 5 % of meer van het stemgerechtigde uitstaande kapitaal of aandelen van beiden bezit, controleert of houdt; e) één van hen de ander, rechtstreeks of zijdelings, controleert; f) beiden, rechtstreeks of zijdelings, worden gecontroleerd door een derde persoon; g) zij samen, rechtstreeks of zijdelings, een derde persoon controleren; of h) zij behoren tot dezelfde familie. Personen worden slechts geacht leden te zijn van dezelfde familie indien zij op een van de volgende wijzen met elkaar bloed- of aanverwant zijn: i) echtgenoot en echtgenote, ii) ouder en kind, iii) broers en zusters (of halfbroers en halfzusters), iv) grootouder en kleinkind, v) oom of tante en neef of nicht (oomzeggers), vi) schoonouder en schoondochter of schoonzoon, vii) zwagers en schoonzusters (PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1). In deze context worden onder personen zowel natuurlijke als rechtspersonen verstaan.
(4) Indien producenten evenwel in bovenbedoelde zin verbonden zijn met ondernemingen die onderworpen zijn aan de bestaande maatregelen, kan hun toch vrijstelling worden verleend als er geen bewijs is dat die verbondenheid tot stand is gekomen of gebruikt werd om die maatregelen te ontwijken.
(5) Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).
(6) Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevensPB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.
(7) Een „Limited”-document wordt als vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51) en artikel 6 van de WTO-overeenkomst betreffende de toepassing van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst) beschouwd. Het is ook een beschermd document krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/67 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/834 VAN DE COMMISSIE
van 28 mei 2015
tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1),
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
Jerzy PLEWA
Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling
(1) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.
(2) PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.
BIJLAGE
Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
AL |
56,4 |
MA |
91,3 |
|
MK |
91,9 |
|
TR |
85,3 |
|
ZZ |
81,2 |
|
0707 00 05 |
AL |
35,9 |
MK |
31,7 |
|
TR |
105,8 |
|
ZZ |
57,8 |
|
0709 93 10 |
TR |
123,4 |
ZZ |
123,4 |
|
0805 10 20 |
EG |
58,7 |
MA |
50,0 |
|
ZA |
77,6 |
|
ZZ |
62,1 |
|
0805 50 10 |
BR |
103,9 |
MA |
111,5 |
|
TR |
67,0 |
|
ZA |
128,1 |
|
ZZ |
102,6 |
|
0808 10 80 |
AR |
120,9 |
BR |
102,6 |
|
CL |
158,4 |
|
NZ |
130,5 |
|
US |
232,9 |
|
ZA |
114,5 |
|
ZZ |
143,3 |
|
0809 29 00 |
US |
413,6 |
ZZ |
413,6 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.
BESLUITEN
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/69 |
BESLUIT (EU) 2015/835 VAN DE RAAD
van 11 mei 2015
inzake het namens de Europese Unie in de Gemengde Commissie EU-EVA „Gemeenschappelijk douanevervoer” in te nemen standpunt met betrekking tot de vaststelling van een besluit tot wijziging van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, juncto artikel 218, lid 9,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Artikel 15 bis van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (1) (hierna „de overeenkomst” genoemd) voorziet erin dat derde landen partij bij de overeenkomst kunnen worden op grond van een besluit van de bij de overeenkomst opgerichte Gemengde Commissie om het land uit te nodigen. |
(2) |
Artikel 15 van de overeenkomst machtigt de Gemengde Commissie EU-EVA om bij besluit wijzigingen in de overeenkomst en de aanhangsels ervan voor te stellen en vast te stellen. |
(3) |
De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft een officieel verzoek ingediend om toe te treden tot de gemeenschappelijke regeling voor douanevervoer. |
(4) |
De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië voldoet aan de essentiële juridische, structurele en automatiseringsvoorwaarden om tot de overeenkomst toe te treden en kan na de formele toetredingsprocedure toetreden tot de overeenkomst. |
(5) |
De uitbreiding van de gemeenschappelijke regeling voor douanevervoer vereist wijzigingen in de overeenkomst inzake nieuwe taalkundige verwijzingen in de officiële taal van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de nodige aanpassingen in akten van borgtocht. |
(6) |
De voorgestelde wijzigingen werden voorgesteld en besproken in de werkgroep EU-EVA „Gemeenschappelijk douanevervoer” en „vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer” en de tekst werd voorlopig goedgekeurd. |
(7) |
Het standpunt van de Unie over de voorgestelde wijzigingen moet derhalve worden gebaseerd op het aangehechte ontwerpbesluit, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het namens de Unie in te nemen standpunt in de Gemengde Commissie EU-EVA „Gemeenschappelijk douanevervoer” wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit.
Kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in de Gemengde Commissie EU-EVA.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2015.
Gedaan te Brussel, 11 mei 2015.
Voor de Raad
De voorzitter
J. DŪKLAVS
(1) PB L 226 van 13.8.1987, blz. 2.
ONTWERP
BESLUIT Nr. …/2015 VAN DE GEMENGDE COMMISSIE EU-EVA „GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER”
van …
tot wijziging van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer
DE GEMENGDE COMMISSIE EU-EVA,
Gezien de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987 (1), en met name artikel 15, lid 3, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft de wens geuit om toe te treden tot de Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer („de overeenkomst”) en is hiertoe uitgenodigd na Besluit (EU) 2015/XXX van … 2015 (*) door de bij de overeenkomst ingestelde Gemengde Commissie. |
(2) |
De vertalingen in de Macedonische taal van bepaalde vermeldingen in de overeenkomst moeten dienovereenkomstig op de juiste plaats worden ingevoegd. |
(3) |
De toepassing van dit besluit is gekoppeld aan de datum van toetreding van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië tot de overeenkomst. |
(4) |
Om het gebruik mogelijk te maken van akten van borgtocht die zijn gedrukt volgens de criteria die vóór de datum van toetreding van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië tot de overeenkomst van kracht waren, moet een overgangsperiode worden ingesteld waarin deze gedrukte formulieren, met enige aanpassingen, verder kunnen worden gebruikt. |
(5) |
De overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Aanhangsel III bij de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer wordt overeenkomstig de bijlage bij dit besluit gewijzigd.
Artikel 2
1. Dit besluit is van toepassing met ingang van 1 juli 2015.
2. De formulieren die zijn gebaseerd op de in de bijlagen C1, C2, C3, C4, C5 en C6 bij aanhangsel III bedoelde op 1 december 2012 geldende modellen, kunnen, mits aangepast wat betreft geografische aanduidingen en keuze van woonplaats of de gevolmachtigde, in gebruik blijven tot en met 1 mei 2016.
Gedaan te Brussel, … 2015
Voor de Gemengde Commissie EU-EVA
De voorzitter
…
(1) PB L 226 van 13.8.1987, blz. 2.
(*) PB: aanvullen met het nummer en de datum van vaststelling van het besluit in document ST08194/2015.
BIJLAGE
1. |
In bijlage B1, bij vak 51 wordt het volgende streepje toegevoegd tussen Letland en Malta:
|
2. |
In bijlage B6 wordt titel III als volgt gewijzigd:
|
3. |
Bijlage C1 wordt vervangen door de volgende tekst: „BIJLAGE C1 Gemeenschappelijk douanevervoer/Communautair douanevervoer Akte van borgtocht Zekerheidstelling per aangifte I. Verbintenis van de borg
II. Aanvaarding door het kantoor van zekerheidstelling Kantoor van zekerheidstelling … Verbintenis van de borg aanvaard op … ter dekking van het communautair/gemeenschappelijk douanevervoer waarop de aangifte voor douanevervoer nr. … d.d. … betrekking heeft. … (7) (Stempel en handtekening)” |
4. |
Bijlage C2 wordt vervangen door de volgende tekst: „BIJLAGE C2 Gemeenschappelijk douanevervoer/Communautair douanevervoer Akte van borgtocht Zekerheidstelling per aangifte met bewijs van zekerheidstelling I. Verbintenis van de borg
II. Aanvaarding door het kantoor van zekerheidstelling Kantoor van zekerheidstelling … Verbintenis van de borg aanvaard op … … (Stempel en handtekening)” |
5. |
Bijlage C4 wordt vervangen door de volgende tekst: „BIJLAGE C4 Gemeenschappelijk douanevervoer/Communautair douanevervoer Akte van borgtocht Doorlopende zekerheid I. Verbintenis van de borg
II. Aanvaarding door het kantoor van zekerheidstelling Kantoor van zekerheidstelling … Verbintenis van de borg aanvaard op … … (Stempel en handtekening)” |
6. |
In vak 7 van bijlage C5 worden de woorden „de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië” ingevoegd tussen de woorden „IJsland” en „Noorwegen”. |
7. |
In vak 6 van bijlage C6 worden de woorden „de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië” ingevoegd tussen de woorden „IJsland” en „Noorwegen”. |
(1) Naam en voornaam of handelsnaam.
(2) Volledig adres
(3) De naam doorhalen van de overeenkomstsluitende partijen of staten (Andorra en San Marino) over het grondgebied waarvan het douanevervoer niet zal plaatsvinden. De verwijzingen naar het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino hebben uitsluitend op communautair douanevervoer betrekking.
(4) Naam en voornaam of handelsnaam.
(5) Wanneer de wetgeving van een land niet voorziet in de mogelijkheid om woonplaats te kiezen, wijst de borg in dit land een lasthebber aan die gemachtigd is alle voor de borg bestemde mededelingen te ontvangen. De verbintenissen in punt 4, tweede en vierde alinea, moeten op overeenkomstige wijze worden bedongen. De onderscheiden rechters in wier rechtsgebied de woonplaatsen van de borg en van de lasthebber zijn gelegen, zijn bevoegd kennis te nemen van de geschillen betreffende deze borgtocht.
(6) De ondertekenaar dient vóór zijn handtekening het volgende in handschrift te vermelden: „Goed voor borgstelling voor een bedrag van …”, waarbij het bedrag voluit in letters wordt geschreven.
(7) In te vullen door het kantoor van zekerheidstelling.
(8) Naam en voornaam of handelsnaam.
(9) Volledig adres
(10) Uitsluitend voor communautair douanevervoer.
(11) Wanneer de wetgeving van een land niet voorziet in de mogelijkheid om woonplaats te kiezen, wijst de borg in dit land een lasthebber aan die gemachtigd is alle voor de borg bestemde mededelingen te ontvangen. De verbintenissen in punt 4, tweede en vierde alinea, moeten op overeenkomstige wijze worden bedongen. De onderscheiden rechters in wier rechtsgebied de woonplaatsen van de borg en van de lasthebber zijn gelegen, zijn bevoegd kennis te nemen van de geschillen betreffende deze borgtocht.
(12) De ondertekenaar dient vóór zijn handtekening het volgende in handschrift te vermelden: „Goed voor borgstelling”.
(13) Naam en voornaam of handelsnaam.
(14) Volledig adres.
(15) Doorhalen wat niet van toepassing is.
(16) De naam doorhalen van de overeenkomstsluitende partijen of staten (Andorra en San Marino) over het grondgebied waarvan het douanevervoer niet zal plaatsvinden. De verwijzingen naar het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino hebben uitsluitend op communautair douanevervoer betrekking.
(17) Naam en voornaam of handelsnaam.
(18) Wanneer de wetgeving van een land niet voorziet in de mogelijkheid om woonplaats te kiezen, wijst de borg in dit land een lasthebber aan die gemachtigd is alle voor de borg bestemde mededelingen te ontvangen. De verbintenissen in punt 4, tweede en vierde alinea, moeten op overeenkomstige wijze worden bedongen. De onderscheiden rechters in wier rechtsgebied de woonplaatsen van de borg en van de lasthebber zijn gelegen, zijn bevoegd kennis te nemen van de geschillen betreffende deze borgtocht.
(19) De ondertekenaar dient vóór zijn handtekening het volgende in handschrift te vermelden: „Goed voor borgstelling voor een bedrag van …”, waarbij het bedrag voluit in letters wordt geschreven.
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/78 |
BESLUIT (EU) 2015/836 VAN DE RAAD
van 11 mei 2015
inzake het namens de Europese Unie in te nemen standpunt met betrekking tot de vaststelling van een besluit door de Gemengde Commissie EU-EVA „Gemeenschappelijk douanevervoer” en van een besluit door het Gemengd Comité EU-EVA voor de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer waarbij de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië wordt uitgenodigd toe te treden tot de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer en de Overeenkomst voor de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, juncto artikel 218, lid 9,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij artikel 15, lid 3, van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (1) (hierna „de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer” genoemd) wordt de bij die overeenkomst opgerichte Gemengde Commissie gemachtigd om uitnodigingen aan derde landen in de zin van artikel 3, lid 1, onder c), om toe te treden tot die overeenkomst in overeenstemming met artikel 15 bis bij besluit vast te stellen. |
(2) |
Bij artikel 11, lid 3, van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer (2) (hierna „de Overeenkomst voor de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer” genoemd), wordt het bij die overeenkomst opgerichte Gemengd Comité gemachtigd om uitnodigingen aan derde landen in de zin van artikel 1, lid 2, om toe te treden tot die overeenkomst in overeenstemming met artikel 11 bis bij besluit vast te stellen. |
(3) |
Het is dienstig het standpunt vast te stellen dat namens de Europese Unie in de Gemengde Commissie en in het Gemengd Comité dient te worden ingenomen ten aanzien van besluiten om de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië uit te nodigen tot die overeenkomsten toe te treden. |
(4) |
Het standpunt van de Unie in in de Gemengde Commissie en in het Gemengd Comité moet derhalve worden gebaseerd op de bijgaande ontwerpbesluiten, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in de Gemengde Commissie EU-EVA „Gemeenschappelijk douanevervoer” ten aanzien van een uitnodiging aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië om toe te treden tot de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling voor het douanevervoer, is gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van die Gemengde Commissie.
Artikel 2
Het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité EU-EVA voor de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer ten aanzien van een uitnodiging aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië om toe te treden tot de Overeenkomst inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer, is gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van die Gemengde Commissie.
Artikel 3
Wanneer de technische voorwaarden voor toetreding door de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zijn vervuld, zal de vertegenwoordiger van de Unie in de in artikel 1 bedoelde Gemengde Commissie en het in artikel 2 bedoelde Gemengd Comité de besluiten voorstellen om de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië uit te nodigen tot de overeenkomsten toe te treden en om te stemmen over deze besluiten in overeenstemming met artikel 1 en artikel 2 van dit besluit.
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2015.
Gedaan te Brussel, 11 mei 2015.
Voor de Raad
De voorzitter
J. DŪKLAVS
(1) PB L 226 van 13.8.1987, blz. 2.
(2) PB L 134 van 22.5.1987, blz. 2.
BIJLAGE I
ONTWERP
BESLUIT Nr. …/2015 VAN DE GEMENGDE COMMISSIE EU-EVA „GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER”
van …
waarbij de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië wordt uitgenodigd tot de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer toe te treden
DE GEMENGDE COMMISSIE EU-EVA,
Gezien de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987 (1) (hierna „de overeenkomst” genoemd), en met name artikel 15, lid 3, onder e),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het bevorderen van de handel met de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië wordt vergemakkelijkt door een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer voor goederen die worden vervoerd tussen de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de Europese Unie, de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, de Zwitserse Bondsstaat en de Republiek Turkije. |
(2) |
Om deze regeling te verwezenlijken, moet de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië worden uitgenodigd tot de overeenkomst toe te treden, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zal overeenkomstig artikel 15 bis van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer worden verzocht toe te treden tot de overeenkomst met ingang van 1 juli 2015.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te …,
Voor de Gemengde Commissie EU-EVA
De voorzitter
…
BIJLAGE II
ONTWERP
BESLUIT Nr. …/2015 VAN HET GEMENGDE COMITÉ EU-EVA VOOR DE VEREENVOUDIGING VAN DE FORMALITEITEN IN HET GOEDERENVERKEER
van …
waarbij de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië wordt uitgenodigd tot de Overeenkomst inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer toe te treden
HET GEMENGD COMITÉ EU-EVA,
Gezien de Overeenkomst inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer van 20 mei 1987 (1) (hierna „de overeenkomst” genoemd), en met name artikel 11, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het bevorderen van de handel met de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië wordt vergemakkelijkt door een vereenvoudiging van de formaliteiten voor goederen die worden vervoerd tussen de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de Europese Unie, de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, de Zwitserse Bondsstaat en de Republiek Turkije. |
(2) |
Om deze vereenvoudiging te verwezenlijken, moet de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië worden uitgenodigd tot de overeenkomst toe te treden, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zal overeenkomstig artikel 11 bis van de Overeenkomst inzake de vereenvoudiging van de formaliteiten in het goederenverkeer worden verzocht toe te treden tot de overeenkomst met ingang van 1 juli 2015.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te …,
Voor het Gemengd Comité EU-EVA
De voorzitter
…
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/82 |
BESLUIT (GBVB) 2015/837 VAN DE RAAD
van 28 mei 2015
houdende wijziging van Besluit 2013/255/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 31 mei 2013 heeft de Raad Besluit 2013/255/GBVB (1) vastgesteld. |
(2) |
De Raad heeft op 28 mei 2014 Besluit 2014/309/GBVB (2) vastgesteld, houdende verlenging van de beperkende maatregelen in Besluit 2013/255/GBVB tot 1 juni 2015. |
(3) |
Op grond van een evaluatie van Besluit 2013/255/GBVB moeten de beperkende maatregelen opnieuw worden verlengd tot 1 juni 2016. |
(4) |
Gezien de ernst van de situatie, moet één persoon worden toegevoegd aan de lijst in bijlage I bij Besluit 2013/255/GBVB van natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen die onderworpen zijn aan beperkende maatregelen. |
(5) |
Eén persoon hoeft niet langer opgenomen te blijven in de lijst in bijlage I bij Besluit 2013/255/GBVB van natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen die onderworpen zijn aan beperkende maatregelen. |
(6) |
De informatie met betrekking tot bepaalde in Besluit 2013/255/GBVB, bijlage I, onder A, opgenomen personen moet worden geactualiseerd. |
(7) |
Op grond van het arrest van het Gerecht van 9 juli 2014 in de gevoegde zaken T-329/12 en T-74/13, Mazen Al-Tabbaa/Raad (3) en het arrest van het Gerecht van 26 februari 2015 in zaak T-652/11, Bassam Sabbagh/Raad (3), worden Mazen Al-Tabbaa en Bassam Sabbagh niet opgenomen in de lijst in bijlage I bij Besluit 2013/255/GBVB van de Raad van natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen die onderworpen zijn aan beperkende maatregelen. |
(8) |
Voorts heeft de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties op 12 februari 2015 Resolutie 2199 (2015), punt 17, aangenomen, waarin onder andere een verbod wordt ingesteld op de handel in Syrische cultuurgoederen en andere voorwerpen van archeologisch, historisch, cultureel, groot wetenschappelijk en religieus belang die sinds 15 maart 2011 illegaal uit Syrië zijn verwijderd. |
(9) |
Besluit 2013/255/GBVB moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Besluit 2013/255/GBVB wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Artikel 13 bis wordt vervangen door: „Artikel 13 bis De invoer, uitvoer en overdracht van, en het verstrekken van daaraan gerelateerde diensten voor, cultuurgoederen en andere voorwerpen van archeologisch, historisch, cultureel, groot wetenschappelijk en religieus belang, die illegaal uit Syrië zijn meegenomen, of waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat ze illegaal uit Syrië zijn meegenomen, op of na 15 maart 2011, zijn verboden. Het verbod geldt niet indien wordt aangetoond dat de cultuurgoederen veilig aan hun rechtmatige eigenaars worden teruggegeven. De Unie neemt de nodige maatregelen om te bepalen welke voorwerpen onder dit artikel moeten vallen.” . |
2. |
Artikel 34 wordt vervangen door: „Artikel 34 Dit besluit is van toepassing tot en met 1 juni 2016. Het wordt voortdurend geëvalueerd. Het kan zo nodig worden verlengd of gewijzigd indien de Raad van oordeel is dat de doelstellingen ervan niet zijn bereikt.” . |
Artikel 2
Bijlage I bij Besluit 2013/255/GBVB wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Raad
De voorzitter
E. RINKĒVIČS
(1) Besluit 2013/255/GBVB van de Raad van 31 mei 2013 betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië (PB L 147 van 1.6.2013, blz. 14).
(2) Besluit 2014/309/GBVB van de Raad van 28 mei 2014 tot wijziging van Besluit 2013/255/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië (PB L 160 van 29.5.2014, blz. 37).
(3) Nog niet bekendgemaakt.
BIJLAGE
I. |
De volgende persoon wordt toegevoegd aan de lijst van personen in bijlage I, onder A, bij Besluit 2013/255/GBVB:
|
II. |
De vermelding met betrekking tot de onderstaande persoon wordt geschrapt van de lijst van personen in Besluit 2013/255/GBVB, bijlage I, onder A: nr. 11. Rustum () Ghazali () |
III. |
De vermeldingen met betrekking tot de onderstaande personen, zoals opgenomen in Besluit 2013/255/GBVB, bijlage I, onder A, worden vervangen door de volgende vermeldingen:
|
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/86 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2015/838 VAN DE COMMISSIE
van 28 mei 2015
tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2014/909/EU wat de verlenging van de toepassingsperiode van de beschermende maatregelen met betrekking tot de kleine bijenkastkever in Italië betreft
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2015) 3558)
(Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name artikel 9, lid 4,
Gezien Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (2), en met name artikel 10, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Uitvoeringsbesluit 2014/909/EU van de Commissie (3) zijn beschermende maatregelen ingesteld na een kennisgeving door Italië op 11 september 2014 van de aanwezigheid van de kleine bijenkastkever (Aethina tumida) in de regio's Calabrië en Sicilië. |
(2) |
Uitvoeringsbesluit 2014/909/EU is van toepassing tot 31 mei 2015. De epidemiologische situatie is echter nog niet vastgesteld, aangezien de inspecties en epidemiologische onderzoeken gespecificeerd in Uitvoeringsbesluit 2014/909/EU en het actieve toezicht op de aanwezigheid van de kleine bijenkastkever in de betrokken Italiaanse regio's nog niet voltooid zijn, hoewel er sinds december jl. geen gevallen meer zijn geweest. |
(3) |
Derhalve is het in het licht van deze overgangssituatie en in afwachting van verdere informatie over het lopende toezicht nodig om de toepassing van de in Uitvoeringsbesluit 2014/909/EU vervatte maatregelen te verlengen tot eind november 2015, het verwachte einde van het huidige bijenseizoen in die regio's. |
(4) |
Uitvoeringsbesluit 2014/909/EU moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(5) |
De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Artikel 4 van Uitvoeringsbesluit 2014/909/EU wordt vervangen door:
„Artikel 4
Dit besluit is van toepassing tot en met 30 november 2015.”
Artikel 2
Dit besluit is gericht tot de Italiaanse Republiek.
Gedaan te Brussel, 28 mei 2015.
Voor de Commissie
Vytenis ANDRIUKAITIS
Lid van de Commissie
(1) PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13.
(2) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29.
(3) Uitvoeringsbesluit 2014/909/EU van de Commissie van 12 december 2014 betreffende beschermende maatregelen ten aanzien van bevestigde gevallen van de kleine bijenkastkever in Italië (PB L 359 van 16.12.2014, blz. 161).
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/88 |
BESLUIT (EU) 2015/839 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
van 27 april 2015
inzake de vaststelling van de kredietinstellingen die onderworpen worden aan een uitgebreide beoordeling (ECB/2015/21)
DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 127, lid 6,
Gezien Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (1), en met name artikel 4, lid 1, onder f), artikel 4, lid 3, artikel 6, lid 5, onder d), en de artikelen 9 tot en met 13,
Gezien het voorstel van de Raad van toezicht,
Overwegende:
(1) |
Overeenkomstig artikel 33, leden 3 en 4 van Verordening (EU) nr. 1024/2013, heeft de Europese Centrale Bank (hierna „de ECB” genoemd) in 2014 een uitgebreide beoordeling, inclusief een balansbeoordeling, verricht van de in Besluit ECB/2014/3 (2) bedoelde kredietinstellingen. |
(2) |
De ECB verricht een uitgebreide beoordeling, qua omvang en diepte vergelijkbaar met de in 2014 verrichte beoordeling van de kredietinstellingen die na de vaststelling van Besluit ECB/2014/3 belangrijk zijn geworden en niet onder de vorige beoordeling vielen. |
(3) |
Deze beoordeling omvat drie kredietinstellingen die de ECB als belangrijk heeft ingedeeld op basis van het belang van de grensoverschrijdende activiteiten van een onder toezicht staande groep in de zin van artikel 6, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 en de artikelen 59 en 60 van Verordening (EU) nr. 468/2014 van de Europese Centrale Bank (ECB/2014/17) (3). Ze omvat tevens een kredietinstelling die als belangrijk is ingedeeld op basis van artikel 6, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 als één van de drie belangrijkste instellingen in een deelnemende lidstaat, en een belangrijke kredietinstelling opgericht in 2014 als gevolg van de afwikkelingsmaatregelen die een nationale bevoegde autoriteit heeft genomen met betrekking tot een voorheen als belangrijk ingedeelde kredietinstelling. |
(4) |
Aangezien een evaluatie van de kwaliteit van de activa van deze laatste instelling en een speciale audit zijn uitgevoerd, maar de instelling zelf geen stresstest heeft ondergaan, moet de instelling in 2015 slechts een stresstest ondergaan. |
(5) |
Bovendien, en om gelijke voorwaarden te garanderen, moeten vier andere kredietinstellingen die voldoen aan de criteria voor belangrijkheid, zoals gespecificeerd in artikel 6, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1024/2013, gebaseerd op boekjaarultimogegevens voor het boekjaar 2014, eveneens in deze beoordeling worden opgenomen. |
(6) |
De ECB kan van de in artikel 10, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 bedoelde personen alle relevante informatie verlangen die de ECB benodigt om een uitgebreide beoordeling te verrichten. De ECB kan tevens van haar bevoegdheden uit hoofde van artikel 11 tot en met 13 van die verordening gebruikmaken. |
(7) |
De ECB werkt bij de verrichting van deze uitgebreide beoordeling nauw samen met de betrokken nationale bevoegde autoriteiten, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Entiteiten waarop de uitgebreide beoordeling van toepassing is
1. Op de in de bijlage vermelde entiteiten is de door de ECB te verrichten uitgebreide beoordeling van toepassing.
2. Op de Novo Banca, SA is alleen de stresstest van de uitgebreide beoordeling van toepassing.
3. Overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EU) nr. 1024/2013 verstrekken de kredietinstellingen waarop volgens de bijlage de uitgebreide beoordeling van toepassing is, alle door de ECB gevraagde informatie die relevant is voor deze beoordeling.
Artikel 2
Onderzoeksbevoegdheden
1. Overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EU) nr. 1024/2013 kan de ECB haar onderzoeksbevoegdheden uitoefenen ten aanzien van de in de bijlage genoemde kredietinstellingen.
2. De ECB verifieert de van de kredietinstellingen ontvangen informatie, inclusief, indien noodzakelijk, door middel van inspectie ter plaatse en wordt bijgestaan door nationale bevoegde autoriteiten, waar gepast, met inschakeling van derde partijen, in overeenstemming met artikel 9 tot en met 13 van Verordening (EU) nr. 1024/2013. De ECB kan, indien noodzakelijk, nationale bevoegde autoriteiten uitnodigen met niet-wettelijke controles belaste accountants te benoemen voor de uitvoering van de evaluatie van de kwaliteit van de activa als onderdeel van de uitgebreide beoordeling.
Artikel 3
Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op 6 mei 2015.
Gedaan te Frankfurt am Main, 27 april 2015.
De president van de ECB
Mario DRAGHI
(1) PB L 287 van 29.10.2013, blz. 63.
(2) Besluit ECB/2014/3 van 4 februari 2014 inzake de vaststelling van de kredietinstellingen die onderworpen worden aan de uitgebreide beoordeling (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 107).
(3) Verordening (EU) nr. 468/2014 van de Europese Centrale Bank van 16 april 2014 tot vaststelling van een kader voor samenwerking binnen het Gemeenschappelijk Toezichtsmechanisme tussen de Europese Centrale Bank en nationale bevoegde autoriteiten en met nationale aangewezen autoriteiten (GTM-kaderverordening) (ECB/2014/17) (PB L 141 van 14.5.2014, blz. 1).
BIJLAGE
IN DE UITGEBREIDE BEOORDELING OPGENOMEN INSTELLLINGEN
België
Banque Degroof S.A.
Frankrijk
Agence Française de Développement (*)
Luxemburg
J.P. Morgan Bank Luxembourg S.A. (*)
Malta
Mediterranean Bank plc (*)
Oostenrijk
Sberbank Europe AG
VTB Bank (Austria) AG
Portugal
Novo Banco, SA (alleen voor de stresstest)
Slovenië
Unicredit Banka Slovenija d.d.
Finland
Kuntarahoitus Oyj (Municipality Finance plc) (*)
(*) Minder belangrijke instellingen die kunnen worden heringedeeld als belangrijke kredietinstellingen gebaseerd op boekjaarultimogegevens voor het boekjaar 2014.
Rectificaties
29.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 132/91 |
Rectificatie van Richtlijn 2009/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 betreffende de statistiek van het zeevervoer van goederen en personen
( Publicatieblad van de Europese Unie L 141 van 6 juni 2009 )
Bladzijde 35, bijlage III, punten 18 tot en met 20:
in plaats van:
„18 |
Grouped goods: a mixture of types of goods which are transported together |
19 |
Unidentifiable goods: goods which for any reason cannot be identified and therefore cannot be assigned to groups 01–16 |
20 |
Other goods n.e.c.” |
te lezen:
„18 |
Gegroepeerde goederen: diverse soorten goederen die gezamenlijk worden vervoerd |
19 |
Niet identificeerbare goederen: goederen die om de een of andere reden niet te identificeren zijn en daarom ook niet in de groepen 01 tot en met 16 kunnen worden opgenomen |
20 |
Overige goederen, n.e.g.” |