ISSN 1725-2598

doi:10.3000/17252598.L_2011.068.dut

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 68

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

54e jaargang
15 maart 2011


Inhoud

 

I   Wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

BEGROTINGEN

 

 

Europees Parlement

 

 

2011/125/EU, Euratom

 

*

Definitieve vaststelling van de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011

1

In dit begrotingsdocument zijn, tenzij anders vermeld, de bedragen uitgedrukt in euro.Alle ontvangsten als bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement en opgenomen onder de titels 5 en 6 van de staat van ontvangsten, kunnen leiden tot de opvoering van bijkomende kredieten op de begrotingsplaatsen van de oorspronkelijke uitgaven die de betrokken ontvangsten doen ontstaan.De cijfers voor de uitvoering hebben betrekking op alle toegestane kredieten, dus begrotingskredieten, aanvullende kredieten en bestemmingsontvangsten.

Inhoud

 

I   Wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

BEGROTINGEN

 

 

Europees Parlement

 

*

1

In dit begrotingsdocument zijn, tenzij anders vermeld, de bedragen uitgedrukt in euro.Alle ontvangsten als bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement en opgenomen onder de titels 5 en 6 van de staat van ontvangsten, kunnen leiden tot de opvoering van bijkomende kredieten op de begrotingsplaatsen van de oorspronkelijke uitgaven die de betrokken ontvangsten doen ontstaan.De cijfers voor de uitvoering hebben betrekking op alle toegestane kredieten, dus begrotingskredieten, aanvullende kredieten en bestemmingsontvangsten.

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Wetgevingshandelingen

BEGROTINGEN

Europees Parlement

15.3.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 68/1


DEFINITIEVE VASTSTELLING

van de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011

(2011/125/EU, Euratom)

DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 314,

Gezien het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name artikel 106 a,

Gezien Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (1),

Gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (2),

Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (3), en met name het meerjarig financieel kader dat is vastgelegd in deel I en wordt omschreven in bijlage I daarvan,

Gezien het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011, gepresenteerd door de Commissie op 27 april 2010,

Gezien het standpunt van de Raad over de ontwerpbegroting van de Europese Unie, vastgesteld op 12 augustus 2010,

Gezien nota van wijzigingen nr. 1/2011 bij het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011, door de Commissie gepresenteerd op 15 september 2010,

Gezien zijn resolutie van 20 oktober 2010 over het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011, zoals gewijzigd door de Raad,

Gezien de door het Europees Parlement op 20 oktober 2010 aangenomen amendementen op het ontwerp van algemene begroting,

Gezien de brief van de voorzitter van 22 oktober waarin hij, in overeenstemming met de voorzitter van de Raad, een vergadering van het bemiddelingscomité bijeenroept voor 27 oktober 2010,

Gezien de brief van de voorzitter van de Raad van 25 oktober 2010 waarin hij meedeelt dat de Raad waarschijnlijk niet alle amendementen van het Parlement goedkeurt,

Gezien de nota's van wijzigingen nr. 2/2011 en nr. 3/2011 bij het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011, door de Commissie gepresenteerd op respectievelijk 11 oktober 2010 en 20 oktober 2010,

Gezien het feit dat het bemiddelingscomité geen gemeenschappelijke tekst is overeengekomen binnen de termijn van 21 dagen als bedoeld in artikel 314, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien het nieuwe ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011, door de Commissie gepresenteerd op 26 november 2010 overeenkomstig artikel 314, lid 8, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien het standpunt van de Raad over de ontwerpbegroting van de Europese Unie, vastgesteld op 10 december 2010,

Gezien de artikelen 75 ter, 75 quinquies en 75 sexies van zijn Reglement,

Gezien de goedkeuring door het Parlement op 15 december 2010 van het standpunt van de Raad,

CONSTATEERT:

Enig artikel

De procedure zoals vastgelegd in artikel 314 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is afgerond en de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011 is definitief vastgesteld.

Gedaan te Straatsburg, 15 december 2010.

De voorzitter

J. BUZEK


(1)  PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17.

(2)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(3)  PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.


ALGEMENE BEGROTING VAN DE EUROPESE UNIE VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2011

INHOUD

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

A. Inleiding en financiering van de algemene begroting

B. Algemene staat van ontvangsten per begrotingsonderdeel

C. Personeel volgens de lijst van het aantal ambten

D. Onroerendgoedbezit

STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING

Afdeling I: Parlement

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling II: Europese Raad en Raad

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling III: Commissie (Volume II)

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling IV: Hof van Justitie van de Europese Unie

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling V: Rekenkamer

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling VI: Europees Economisch en Sociaal Comité

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling VII: Comité van de Regio’s

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling VIII: Europese Ombudsman

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling IX: Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

Afdeling X: Europese Dienst voor extern optreden

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

INHOUD

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

A. Inleiding en financiering van de algemene begroting

B. Algemene staat van ontvangsten per begrotingsonderdeel

— Titel 1: Eigen middelen

— Titel 3: Overschotten, saldi en aanpassingen

— Titel 4: Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen en andere organen van de Unie

— Titel 5: Ontvangsten voortvloeiende uit de administratieve werking van de instellingen

— Titel 6: Bijdragen en terugbetalingen in het kader van uniale/communautaire overeenkomsten en programma’s

— Titel 7: Intrest voor betalingsachterstand

— Titel 8: Opgenomen en verstrekte leningen

— Titel 9: Diverse ontvangsten

C. Personeel volgens de lijst van het aantal ambten

D. Onroerendgoedbezit

STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING

Afdeling I: Parlement

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen en andere organen van de Unie

— Titel 5: Ontvangsten voortvloeiende uit de administratieve werking van de instelling

— Titel 6: Bijdragen en terugbetalingen in het kader van overeenkomsten van de Unie en programma’s

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Aan de instelling verbonden personen

— Titel 2: Gebouwen, meubilair, materieel en diverse huishoudelijke uitgaven

— Titel 3: Uitgaven voortvloeiende uit de algemene taken van de instelling

— Titel 4: Uitgaven voortvloeiende uit specifieke taken van de instelling

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

Afdeling II: Europese Raad en Raad

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Diverse communautaire belastingen, heffingen en bijdragen

— Titel 5: Ontvangsten voortvloeiende uit de administratieve werking van de instelling

— Titel 6: Bijdragen en terugbetalingen in het kader van overeenkomsten en programma’s van de EU/Gemeenschap

— Titel 7: Intrest voor betalingsachterstand

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Aan de instelling verbonden personen

— Titel 2: Gebouwen, materieel en huishoudelijke uitgaven

— Titel 3: Uitgaven voortvloeiend uit de verrichting van specifieke taken door de instelling

— Titel 4: Uitgaven betreffende de Reflectiegroep

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

Afdeling IV: Hof van Justitie van de Europese Unie

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen of andere organen van de Unie

— Titel 5: Ontvangsten voortvloeiend uit de administratieve werking van de instelling

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Aan de instelling verbonden personen

— Titel 2: Gebouwen, meubilair, materieel en diverse huishoudelijke uitgaven

— Titel 3: Uitgaven voortvloeiende uit specifieke taken van de instelling

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

Afdeling V: Rekenkamer

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Ontvangsten afkomstig van aan de instelling verbonden personen

— Titel 5: Ontvangsten voortvloeiende uit de administratieve werking van de instelling

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Aan de instelling verbonden personen

— Titel 2: Gebouwen, meubilair, uitrusting en diverse huishoudelijke uitgaven

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

Afdeling VI: Europees Economisch en Sociaal Comité

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen en andere organen van de Unie

— Titel 5: Administratieve ontvangsten van de instelling

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Aan de instelling verbonden personen

— Titel 2: Gebouwen, meubilair, uitrusting en diverse huishoudelijke uitgaven

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

Afdeling VII: Comité van de Regio’s

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen en andere organen van de Unie

— Titel 5: Administratieve ontvangsten van de instelling

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Aan de instelling verbonden personen

— Titel 2: Gebouwen, meubilair, uitrusting en diverse huishoudelijke uitgaven

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

Afdeling VIII: Europese Ombudsman

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen en andere organen van de Unie

— Titel 6: Bijdragen en terugbetalingen in het kader van overeenkomsten en programma’s van de Unie

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Uitgaven betreffende de aan de instelling verbonden personen

— Titel 2: Gebouwen, meubilair, uitrusting en diverse huishoudelijke uitgaven

— Titel 3: Uitgaven voortvloeiende uit de algemene taken van de instelling

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

Afdeling IX: Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Diverse belastingen, heffingen en bijdragen van de Unie

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Uitgaven betreffende de aan de instelling verbonden personen

— Titel 2: Gebouwen, materieel en uitgaven in verband met de werking van de instelling

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

Afdeling X: Europese Dienst voor extern optreden

— Staat van ontvangsten

— Titel 4: Diverse uniale belastingen, heffingen en bijdragen

— Titel 5: Ontvangsten voortvloeiende uit de administratieve werking van de instelling

— Titel 6: Bijdragen en terugbetalingen in het kader van overeenkomsten en programma’s van de Unie/Gemeenschap

— Titel 7: Interest voor betalingsachterstand

— Titel 9: Diverse ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Titel 1: Personeel op de hoofdzetel

— Titel 2: Gebouwen, materieel en huishoudelijke uitgaven op de hoofdzetel

— Titel 3: Delegaties

— Titel 10: Overige uitgaven

— Personeel

A. INLEIDING EN FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

INLEIDING

De algemene begroting van de Europese Unie is het besluit waarbij voor elk begrotingsjaar alle noodzakelijk geachte ontvangsten en uitgaven van de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie worden geraamd en goedgekeurd.

Bij de opstelling en de uitvoering van de begroting moeten het eenheids-, het begrotingswaarachtigheids-, het jaarperiodiciteits-, het evenwichts-, het rekeneenheids-, het universaliteits- en het specialiteitsbeginsel, het beginsel van goed financieel beheer en het transparantiebeginsel in acht worden genomen.

Het eenheidsbeginsel en het begrotingswaarachtigheidsbeginsel houden in dat alle ontvangsten en uitgaven van de Unie, voor zover die ten laste van de begroting komen, in een enkel document moeten worden opgenomen.

Het jaarperiodiciteitsbeginsel impliceert dat de begroting per begrotingsjaar wordt vastgesteld en dat zowel de vastleggings- als de betalingskredieten van een bepaald begrotingsjaar in beginsel in datzelfde begrotingsjaar moeten worden besteed.

Volgens het evenwichtsbeginsel moeten de ontvangsten gelijk zijn aan de betalingskredieten. Een lening aangaan om een eventueel begrotingstekort te dekken, strookt niet met het stelsel van eigen middelen en is dus niet toegestaan.

Volgens het rekeneenheidsbeginsel wordt de begroting in euro opgesteld, uitgevoerd en onderworpen aan rekening en verantwoording.

Het universaliteitsbeginsel houdt in dat de gezamenlijke ontvangsten ter dekking van de gezamenlijke betalingskredieten dienen, behoudens bepaalde ontvangsten die bestemd zijn voor de financiering van bepaalde specifieke uitgaven. De ontvangsten en de uitgaven moeten in hun geheel in de begroting worden opgenomen en mogen niet met elkaar worden gecompenseerd.

Het specialiteitsbeginsel houdt in dat ieder krediet een bepaalde bestemming heeft en voor een bepaald doel wordt gebruikt, zodat geen verwarring met andere kredieten mogelijk is.

De definitie van het beginsel van goed financieel beheer is gebaseerd op de beginselen van zuinigheid, efficiëntie en doeltreffendheid.

De begroting wordt opgesteld met inachtneming van het transparantiebeginsel, waarbij goede informatie over de uitvoering van de begroting en over de boekhouding wordt gegeven.

Om tot meer transparantie te komen en de doelstellingen van een goed financieel beheer te verwezenlijken, met name wat efficiëntie en doeltreffendheid betreft, zijn de kredieten en middelen in de begroting opgenomen naar bestemming, d.w.z. op basis van de activiteiten (activiteitenbegroting of ABB (activity based budgeting)).

De toegestande uitgaven in deze begroting belopen in totaal 141 909 398 849 EUR aan vastleggingskredieten en 126 527 133 762 EUR aan betalingskredieten, hetgeen neerkomt op een stijging met respectievelijk 0,25 % en 2,90 % ten opzicht van de begroting 2010.

De begrotingsontvangsten bedragen in totaal 126 527 133 762 EUR. Het uniforme afroepingspercentage van de btw-middelen bedraagt 0,30 % (behalve voor Oostenrijk, Duitsland, Nederland en Zweden, waarvoor het is vastgesteld op respectievelijk 0,225 %, 0,15 %, 0,10 % en 0,10 %), en dat van de middelen van het bruto nationaal inkomen 0,7538 %. De begroting voor 2011 wordt voor 13,26 % gefinancierd met traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen), voor 10,90 % met btw-middelen en voor 74,72 % met bni-middelen. De diverse ontvangsten voor dit begrotingsjaar worden geraamd op 1 421 368 232 EUR.

De eigen middelen die nodig zijn voor de financiering van de begroting 2011, bedragen 1,00 % van het totaal van het bni, dus minder dan het maximum van 1,23 % van het bni dat is vastgesteld volgens de berekeningsmethode van artikel 3, lid 1, van Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17).

Aan de hand van de hiernavolgende tabellen kan de financiering van de begroting 2011 stap voor stap worden gevolgd.

FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2011 moeten worden gedekt overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen

UITGAVEN

Omschrijving

Begroting 2011

Begroting 2010 (1)

Verschil (in %)

1. Duurzame groei

53 279 897 424

47 647 241 763

+11,82

2. Instandhouding en beheer van natuurlijke hulpbronnen

56 378 918 184

58 135 640 809

–3,02

3. Burgerschap, vrijheid, veiligheid en recht

1 459 246 345

1 477 871 910

–1,26

4. EU als mondiale speler

7 237 527 520

7 787 695 183

–7,06

5. Administratie

8 171 544 289

7 907 468 861

+3,34

Totaal uitgaven  (2)

126 527 133 762

122 955 918 526

+2,90


ONTVANGSTEN

Omschrijving

Begroting 2011

Begroting 2010 (3)

Verschil (in %)

Diverse ontvangsten (titels 4 t/m 9)

1 421 368 232

1 432 338 606

–0,77

Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0)

p.m.

2 253 591 199

Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 2)

p.m.

p.m.

Saldi aan btw- en aan bnp/bni-middelen uit vorige begrotingsjaren (hoofdstukken 3 1 en 3 2)

p.m.

p.m.

Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9

1 421 368 232

3 685 929 805

–61,44

Nettobedrag van de douanerechten en de suikerheffingen (hoofdstukken 1 1 en 1 2)

16 777 100 000

15 719 200 000

+6,73

Eigen middelen uit de btw tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3)

13 786 799 525

13 277 325 100

+3,84

Nog te financieren uit de aanvullende middelenbron (bni-middelen, tabel 3, hoofdstuk 1 4)

94 541 866 005

90 273 463 621

+4,73

Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2007/436/EG, Euratom, te dekken kredieten (4)

125 105 765 530

119 269 988 721

+4,89

Totaal ontvangsten  (5)

126 527 133 762

122 955 918 526

+2,90


TABEL 1

Berekening van de aftopping van de uniforme btw-grondslagen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

Lidstaat

1 % van de niet-afgetopte btw-grondslag

1 % van het bruto nationaal inkomen

Aftoppings-percentage (in %)

1 % van het bruto nationaal inkomen (bni) × aftoppingspercentage

1 % van de afgetopte btw-grondslag (6)

Lidstaten met afgetopte btw-grondslag

 

(1)

(2)

(3)

(4)

(5)

(6)

België

1 490 188 000

3 616 891 000

50

1 808 445 500

1 490 188 000

 

Bulgarije

166 799 000

348 101 000

50

174 050 500

166 799 000

 

Tsjechië

661 192 000

1 398 582 000

50

699 291 000

661 192 000

 

Denemarken

960 047 000

2 447 431 000

50

1 223 715 500

960 047 000

 

Duitsland

10 786 131 000

25 498 136 000

50

12 749 068 000

10 786 131 000

 

Estland

67 256 000

137 606 000

50

68 803 000

67 256 000

 

Ierland

671 307 000

1 329 568 000

50

664 784 000

664 784 000

Ierland

Griekenland

1 068 721 000

2 326 192 000

50

1 163 096 000

1 068 721 000

 

Spanje

3 980 274 000

10 530 906 000

50

5 265 453 000

3 980 274 000

 

Frankrijk

8 957 675 000

20 468 603 000

50

10 234 301 500

8 957 675 000

 

Italië

6 217 429 000

15 802 535 000

50

7 901 267 500

6 217 429 000

 

Cyprus

167 385 000

173 886 000

50

86 943 000

86 943 000

Cyprus

Letland

67 515 000

171 066 000

50

85 533 000

67 515 000

 

Litouwen

139 817 000

272 430 000

50

136 215 000

136 215 000

Litouwen

Luxemburg

203 892 000

292 046 000

50

146 023 000

146 023 000

Luxemburg

Hongarije

435 758 000

989 419 000

50

494 709 500

435 758 000

 

Malta

43 813 000

57 711 000

50

28 855 500

28 855 500

Malta

Nederland

2 971 670 000

6 033 982 000

50

3 016 991 000

2 971 670 000

 

Oostenrijk

1 300 651 000

2 882 680 000

50

1 441 340 000

1 300 651 000

 

Polen

2 046 902 000

3 683 272 000

50

1 841 636 000

1 841 636 000

Polen

Portugal

1 016 939 000

1 633 378 000

50

816 689 000

816 689 000

Portugal

Roemenië

484 272 000

1 280 218 000

50

640 109 000

484 272 000

 

Slovenië

192 557 000

356 079 000

50

178 039 500

178 039 500

Slovenië

Slowakije

265 882 000

688 108 000

50

344 054 000

265 882 000

 

Finland

804 121 000

1 830 942 000

50

915 471 000

804 121 000

 

Zweden

1 538 220 000

3 505 588 000

50

1 752 794 000

1 538 220 000

 

Verenigd Koninkrijk

8 557 834 000

17 661 074 000

50

8 830 537 000

8 557 834 000

 

Totaal

55 264 247 000

125 416 430 000

 

62 708 215 000

54 680 820 000

 


TABEL 2

Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (btw) overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 3)

Lidstaat

1 % van de afgetopte btw-grondslag

Uniform percentage van de eigen middelen „btw” (7) (in %)

Eigen middelen „btw” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3) = (1) × (2)

België

1 490 188 000

0,300

447 056 400

Bulgarije

166 799 000

0,300

50 039 700

Tsjechië

661 192 000

0,300

198 357 600

Denemarken

960 047 000

0,300

288 014 100

Duitsland

10 786 131 000

0,150

1 617 919 650

Estland

67 256 000

0,300

20 176 800

Ierland

664 784 000

0,300

199 435 200

Griekenland

1 068 721 000

0,300

320 616 300

Spanje

3 980 274 000

0,300

1 194 082 200

Frankrijk

8 957 675 000

0,300

2 687 302 500

Italië

6 217 429 000

0,300

1 865 228 700

Cyprus

86 943 000

0,300

26 082 900

Letland

67 515 000

0,300

20 254 500

Litouwen

136 215 000

0,300

40 864 500

Luxemburg

146 023 000

0,300

43 806 900

Hongarije

435 758 000

0,300

130 727 400

Malta

28 855 500

0,300

8 656 650

Nederland

2 971 670 000

0,100

297 167 000

Oostenrijk

1 300 651 000

0,225

292 646 475

Polen

1 841 636 000

0,300

552 490 800

Portugal

816 689 000

0,300

245 006 700

Roemenië

484 272 000

0,300

145 281 600

Slovenië

178 039 500

0,300

53 411 850

Slowakije

265 882 000

0,300

79 764 600

Finland

804 121 000

0,300

241 236 300

Zweden

1 538 220 000

0,100

153 822 000

Verenigd Koninkrijk

8 557 834 000

0,300

2 567 350 200

Totaal

54 680 820 000

 

13 786 799 525


TABEL 3

Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 4)

Lidstaat

1 % van het bruto nationaal inkomen

Uniform percentage van de eigen middelen „aanvullende grondslag”

Eigen middelen „aanvullende grondslag” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3) = (1) × (2)

België

3 616 891 000

 

2 726 497 830

Bulgarije

348 101 000

 

262 406 752

Tsjechië

1 398 582 000

 

1 054 284 132

Denemarken

2 447 431 000

 

1 844 931 271

Duitsland

25 498 136 000

 

19 221 096 928

Estland

137 606 000

 

103 730 652

Ierland

1 329 568 000

 

1 002 259 749

Griekenland

2 326 192 000

 

1 753 538 451

Spanje

10 530 906 000

 

7 938 445 577

Frankrijk

20 468 603 000

 

15 429 716 203

Italië

15 802 535 000

 

11 912 323 979

Cyprus

173 886 000

 

131 079 372

Letland

171 066 000

0,7538236 (8)

128 953 590

Litouwen

272 430 000

 

205 364 166

Luxemburg

292 046 000

 

220 151 170

Hongarije

989 419 000

 

745 847 402

Malta

57 711 000

 

43 503 914

Nederland

6 033 982 000

 

4 548 558 093

Oostenrijk

2 882 680 000

 

2 173 032 244

Polen

3 683 272 000

 

2 776 537 395

Portugal

1 633 378 000

 

1 231 278 900

Roemenië

1 280 218 000

 

965 058 554

Slovenië

356 079 000

 

268 420 757

Slowakije

688 108 000

 

518 712 057

Finland

1 830 942 000

 

1 380 207 308

Zweden

3 505 588 000

 

2 642 595 001

Verenigd Koninkrijk

17 661 074 000

 

13 313 334 558

Totaal

125 416 430 000

 

94 541 866 005


TABEL 4

Berekening van de brutovermindering van de jaarlijkse bni-bijdragen van Nederland en Zweden overeenkomstig artikel 2, lid 5, van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 6)

Lidstaat

Brutovermindering

Aandelen in de bni-grondslagen

Bni-sleutel toegepast op de brutovermindering

Financiering van de vermindering ten gunste van Nederland en Zweden

 

(1)

(2)

(3)

(4) = (1) + (3)

België

 

2,88

23 934 277

23 934 277

Bulgarije

 

0,28

2 303 510

2 303 510

Tsjechië

 

1,12

9 254 923

9 254 923

Denemarken

 

1,95

16 195 537

16 195 537

Duitsland

 

20,33

168 730 393

168 730 393

Estland

 

0,11

910 589

910 589

Ierland

 

1,06

8 798 233

8 798 233

Griekenland

 

1,85

15 393 254

15 393 254

Spanje

 

8,40

69 686 816

69 686 816

Frankrijk

 

16,32

135 448 153

135 448 153

Italië

 

12,60

104 571 093

104 571 093

Cyprus

 

0,14

1 150 667

1 150 667

Letland

 

0,14

1 132 006

1 132 006

Litouwen

 

0,22

1 802 768

1 802 768

Luxemburg

 

0,23

1 932 574

1 932 574

Hongarije

 

0,79

6 547 344

6 547 344

Malta

 

0,05

381 895

381 895

Nederland

– 665 039 963

4,81

39 929 040

– 625 110 923

Oostenrijk

 

2,30

19 075 737

19 075 737

Polen

 

2,94

24 373 544

24 373 544

Portugal

 

1,30

10 808 653

10 808 653

Roemenië

 

1,02

8 471 666

8 471 666

Slovenië

 

0,28

2 356 304

2 356 304

Slowakije

 

0,55

4 553 460

4 553 460

Finland

 

1,46

12 116 006

12 116 006

Zweden

– 164 885 941

2,80

23 197 744

– 141 688 197

Verenigd Koninkrijk

 

14,08

116 869 718

116 869 718

Totaal

– 829 925 904

100,—

829 925 904

0

bbp-deflator van de EU, in EUR, (economische voorjaarsprognoses 2010)

(a) 2004 EU25 = 107,4023 / (b) 2006 EU25 = 112,1509 / (c) 2006 EU27 = 112,4894 / (d) 2011 EU27 = 118,4172

Forfaitair bedrag voor Nederland in prijzen van 2011:

605 000 000 EUR × [(b/a) × (d/c)] = 665 039 963 EUR

Forfaitair bedrag voor Zweden in prijzen van 2011:

150 000 000 EUR × [(b/a) × (d/c)] = 164 885 941 EUR


TABEL 5

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2010 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)

Omschrijving

Coëfficiënt (9) (%)

Bedrag

1. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

15,3816

 

2. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven

8,1222

 

3. (1) – (2)

7,2593

 

4. Totale toegerekende uitgaven

 

112 118 871 234

5. Uitbreidingsuitgaven (10) = (5a + 5b)

 

25 444 654 082

5a. Pretoetredingsuitgaven

 

2 981 845 806

5b. Uitgaven in verband met artikel 4, lid 1, onder g)

 

22 462 808 276

6. Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)

 

86 674 217 152

7. Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66

 

4 152 698 471

8. Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (11)

 

1 046 923 607

9. Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)

 

3 105 774 864

10. Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen  (12)

 

26 548 215

11. Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)

 

3 079 226 649


Overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Besluit 2007/436/EG, Euratom mag de aanvullende bijdrage van het Verenigd Koninkrijk als gevolg van de in lid 1, onder g), van dat artikel bedoelde vermindering van de toegewezen uitgaven in de periode 2007-2013 in totaal niet meer bedragen dan 10 500 000 000 EUR in prijzen van 2004. De corresponderende bedragen worden weergegeven in de tabel hierna.

Correctie voor het Verenigd Koninkrijk 2007-2012

Verschil van het oorspronkelijke bedrag t.o.v. de grenswaarde van 10,5 miljard EUR

(EMB 2007 t.o.v. EMB 2000), in EUR

Verschil

in lopende

prijzen

Verschil

in constante

prijzen van 2004

(A) Britse correctie voor 2007

0

0

(B) Britse correctie voor 2008

– 299 990 334

– 278 238 906

(C) Britse correctie voor 2009

–1 349 647 274

–1 270 060 542

(D) Britse correctie voor 2010

–2 280 386 723

–2 106 891 926

(E) Britse correctie voor 2011

n.b.

n.b.

(F) Britse correctie voor 2012

n.b.

n.b.

(G) Totaal verschil = (A) + (B) + (C) + (D) + (E) + (F)

–3 930 024 332

–3 655 191 375


TABEL 6

Berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op –3 079 226 649 EUR (hoofdstuk 1 5)

Lidstaat

Aandelen in de bni-grondslagen

Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk

Aandelen zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk

3/4 van het aandeel van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom (2)

Kolom (4) verdeeld volgens de sleutel van kolom (3)

Financieringssleutel

Op de correctie toegepaste financieringssleutel

 

(1)

(2)

(3)

(4)

(5)

(6) = (2) + (4) + (5)

(7)

België

2,88

3,36

5,18

 

1,37

4,72

145 448 571

Bulgarije

0,28

0,32

0,50

 

0,13

0,45

13 998 429

Tsjechië

1,12

1,30

2,—

 

0,53

1,83

56 242 158

Denemarken

1,95

2,27

3,50

 

0,92

3,20

98 420 257

Duitsland

20,33

23,66

0,—

–17,75

0,—

5,92

182 159 254

Estland

0,11

0,13

0,20

 

0,05

0,18

5 533 646

Ierland

1,06

1,23

1,90

 

0,50

1,74

53 466 849

Griekenland

1,85

2,16

3,33

 

0,88

3,04

93 544 788

Spanje

8,40

9,77

15,08

 

3,98

13,75

423 486 700

Frankrijk

16,32

19,—

29,31

 

7,74

26,73

823 118 270

Italië

12,60

14,67

22,63

 

5,97

20,64

635 478 409

Cyprus

0,14

0,16

0,25

 

0,07

0,23

6 992 600

Letland

0,14

0,16

0,24

 

0,06

0,22

6 879 197

Litouwen

0,22

0,25

0,39

 

0,10

0,36

10 955 418

Luxemburg

0,23

0,27

0,42

 

0,11

0,38

11 744 250

Hongarije

0,79

0,92

1,42

 

0,37

1,29

39 788 199

Malta

0,05

0,05

0,08

 

0,02

0,08

2 320 773

Nederland

4,81

5,60

0,—

–4,20

0,—

1,40

43 106 902

Oostenrijk

2,30

2,68

0,—

–2,01

0,—

0,67

20 593 930

Polen

2,94

3,42

5,27

 

1,39

4,81

148 117 997

Portugal

1,30

1,52

2,34

 

0,62

2,13

65 684 174

Roemenië

1,02

1,19

1,83

 

0,48

1,67

51 482 303

Slovenië

0,28

0,33

0,51

 

0,13

0,47

14 319 254

Slowakije

0,55

0,64

0,99

 

0,26

0,90

27 671 369

Finland

1,46

1,70

2,62

 

0,69

2,39

73 628 953

Zweden

2,80

3,25

0,—

–2,44

0,—

0,81

25 043 999

Verenigd Koninkrijk

14,08

0,—

0,—

 

0,—

0,—

0

Totaal

100,—

100,—

100,—

–26,39

26,39

100,—

3 079 226 649

De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.

TABEL 7

Overzicht van de financiering (13) van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat

Lidstaat

Traditionele eigen middelen (TEM)

Btw- en bni-middelen, inclusief aanpassingen

Totaal eigen middelen (14)

Nettobijdragen van de suikersector (75 %)

Nettodouanerechten (75 %)

Totaal netto traditionele eigen middelen (75 %)

Inningskosten (25 % van bruto TEM) (p.m.)

Eigen middelen uit de btw

Bni-middelen

Vermindering ten voordele van Nederland en Zweden

Correctie voor het Verenigd Koninkrijk

Totaal nationale bijdragen

Aandeel (%) in totaal „nationale bijdragen”

 

(1)

(2)

(3)= (1) + (2)

(4)

(5)

(6)

(7)

(8)

(9) = (5) + (6) + (7) + (8)

(10)

(11) = (3) + (9)

België

6 600 000

1 512 400 000

1 519 000 000

506 333 333

447 056 400

2 726 497 830

23 934 277

145 448 571

3 342 937 078

3,09

4 861 937 078

Bulgarije

400 000

55 400 000

55 800 000

18 600 000

50 039 700

262 406 752

2 303 510

13 998 429

328 748 391

0,30

384 548 391

Tsjechië

3 400 000

193 300 000

196 700 000

65 566 667

198 357 600

1 054 284 132

9 254 923

56 242 158

1 318 138 813

1,22

1 514 838 813

Denemarken

3 400 000

318 500 000

321 900 000

107 300 000

288 014 100

1 844 931 271

16 195 537

98 420 257

2 247 561 165

2,07

2 569 461 165

Duitsland

26 300 000

3 403 800 000

3 430 100 000

1 143 366 662

1 617 919 650

19 221 096 928

168 730 393

182 159 254

21 189 906 225

19,56

24 620 006 225

Estland

0

16 800 000

16 800 000

5 600 000

20 176 800

103 730 652

910 589

5 533 646

130 351 687

0,12

147 151 687

Ierland

0

178 200 000

178 200 000

59 400 000

199 435 200

1 002 259 749

8 798 233

53 466 849

1 263 960 031

1,17

1 442 160 031

Griekenland

1 400 000

155 000 000

156 400 000

52 133 334

320 616 300

1 753 538 451

15 393 254

93 544 788

2 183 092 793

2,02

2 339 492 793

Spanje

4 700 000

1 056 600 000

1 061 300 000

353 766 667

1 194 082 200

7 938 445 577

69 686 816

423 486 700

9 625 701 293

8,89

10 687 001 293

Frankrijk

30 900 000

1 357 500 000

1 388 400 000

462 800 000

2 687 302 500

15 429 716 203

135 448 153

823 118 270

19 075 585 126

17,61

20 463 985 126

Italië

4 700 000

1 795 300 000

1 800 000 000

600 000 000

1 865 228 700

11 912 323 979

104 571 093

635 478 409

14 517 602 181

13,40

16 317 602 181

Cyprus

0

33 200 000

33 200 000

11 066 667

26 082 900

131 079 372

1 150 667

6 992 600

165 305 539

0,15

198 505 539

Letland

0

21 100 000

21 100 000

7 033 333

20 254 500

128 953 590

1 132 006

6 879 197

157 219 293

0,15

178 319 293

Litouwen

800 000

47 900 000

48 700 000

16 233 334

40 864 500

205 364 166

1 802 768

10 955 418

258 986 852

0,24

307 686 852

Luxemburg

0

12 300 000

12 300 000

4 100 000

43 806 900

220 151 170

1 932 574

11 744 250

277 634 894

0,26

289 934 894

Hongarije

2 000 000

112 200 000

114 200 000

38 066 667

130 727 400

745 847 402

6 547 344

39 788 199

922 910 345

0,85

1 037 110 345

Malta

0

10 100 000

10 100 000

3 366 667

8 656 650

43 503 914

381 895

2 320 773

54 863 232

0,05

64 963 232

Nederland

7 300 000

2 039 100 000

2 046 400 000

682 133 333

297 167 000

4 548 558 093

– 625 110 923

43 106 902

4 263 721 072

3,94

6 310 121 072

Oostenrijk

3 200 000

168 100 000

171 300 000

57 100 000

292 646 475

2 173 032 244

19 075 737

20 593 930

2 505 348 386

2,31

2 676 648 386

Polen

12 800 000

379 500 000

392 300 000

130 766 667

552 490 800

2 776 537 395

24 373 544

148 117 997

3 501 519 736

3,23

3 893 819 736

Portugal

200 000

131 300 000

131 500 000

43 833 334

245 006 700

1 231 278 900

10 808 653

65 684 174

1 552 778 427

1,43

1 684 278 427

Roemenië

1 000 000

142 300 000

143 300 000

47 766 667

145 281 600

965 058 554

8 471 666

51 482 303

1 170 294 123

1,08

1 313 594 123

Slovenië

0

78 800 000

78 800 000

26 266 667

53 411 850

268 420 757

2 356 304

14 319 254

338 508 165

0,31

417 308 165

Slowakije

1 400 000

93 400 000

94 800 000

31 600 000

79 764 600

518 712 057

4 553 460

27 671 369

630 701 486

0,58

725 501 486

Finland

800 000

138 000 000

138 800 000

46 266 667

241 236 300

1 380 207 308

12 116 006

73 628 953

1 707 188 567

1,58

1 845 988 567

Zweden

2 600 000

450 300 000

452 900 000

150 966 667

153 822 000

2 642 595 001

– 141 688 197

25 043 999

2 679 772 803

2,47

3 132 672 803

Verenigd Koninkrijk

9 500 000

2 753 300 000

2 762 800 000

920 933 334

2 567 350 200

13 313 334 558

116 869 718

–3 079 226 649

12 918 327 827

11,93

15 681 127 827

Totaal

123 400 000

16 653 700 000

16 777 100 000

5 592 366 667

13 786 799 525

94 541 866 005

0

0

108 328 665 530

100,—

125 105 765 530

B. ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSONDERDEEL

Titel

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

1

EIGEN MIDDELEN

125 105 765 530

119 269 988 721

110 373 020 433,48

3

OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

p.m.

2 253 591 199

330 078 341,24

4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

1 180 425 515

1 180 234 606

1 025 436 452,65

5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

57 294 000

68 894 000

334 525 272,13

6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN UNIALE/COMMUNAUTAIRE OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA’S

30 000 000

30 000 000

4 559 416 721,52

7

INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

123 000 000

123 000 000

932 990 431,87

8

OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

438 717

p.m.

3 678 263,68

9

DIVERSE ONTVANGSTEN

30 210 000

30 210 000

66 423 842,85

 

TOTAAL-GENERAAL

126 527 133 762

122 955 918 526

117 625 569 759,42

TITEL 1

EIGEN MIDDELEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 1 1

1 1 0

Productieheffingen met betrekking tot het verkoopsseizoen 2005/2006 en vorige seizoenen

p.m.

p.m.

–2 283 540,09

1 1 1

Bijdragen in verband met de opslag van suiker

p.m.

p.m.

14 450 440,21

1 1 3

Heffingen op de niet-uitgevoerde productie van C-suiker, C-isoglucose en C-inulinestroop, en voor vervangende C-suiker en C-isoglucose

p.m.

p.m.

397 365,75

1 1 7

Productieheffing

123 400 000

123 400 000

118 080 852,61

1 1 8

Eenmalige heffing op extra suikerquota en op aanvullende isoglucosequota

p.m.

p.m.

0,—

1 1 9

Overschotheffing

p.m.

p.m.

944 778,39

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 1

123 400 000

123 400 000

131 589 896,87

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Douanerechten en overige rechten als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

16 653 700 000

15 595 800 000

14 396 633 126,11

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

16 653 700 000

15 595 800 000

14 396 633 126,11

HOOFDSTUK 1 3

1 3 0

Eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

13 786 799 525

13 277 325 100

13 742 628 001,31

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 3

13 786 799 525

13 277 325 100

13 742 628 001,31

HOOFDSTUK 1 4

1 4 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c) van Besluit 2007/436/EG, Euratom

94 541 866 005

90 273 463 621

82 413 255 470,10

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 4

94 541 866 005

90 273 463 621

82 413 255 470,10

HOOFDSTUK 1 5

1 5 0

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden, welke aan het Verenigd Koninkrijk wordt toegekend overeenkomstig de artikelen 4 en 5 van Besluit 2007/436/EG, Euratom

0

0

– 315 228 368,69

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 5

0

0

– 315 228 368,69

HOOFDSTUK 1 6

1 6 0

Aan Nederland en Zweden toegekend brutovermindering van de jaarlijkse bni-bijdrage overeenkomstig artikel 2, lid 5, van Besluit 2007/436/EG, Euratom

0

0

4 142 307,78

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 6

0

0

4 142 307,78

 

Totaal van titel 1

125 105 765 530

119 269 988 721

110 373 020 433,48

HOOFDSTUK 1 1 —

BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM)

HOOFDSTUK 1 2 —

DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

HOOFDSTUK 1 3 —

EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

HOOFDSTUK 1 4 —

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

HOOFDSTUK 1 5 —

CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN

HOOFDSTUK 1 6 —

AAN NEDERLAND EN ZWEDEN TOEGEKENDE BRUTOVERMINDERING VAN DE JAARLIJKSE BNI-BIJDRAGE

HOOFDSTUK 1 1 —   BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM)

1 1 0   Productieheffingen met betrekking tot het verkoopsseizoen 2005/2006 en vorige seizoenen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

–2 283 540,09

Toelichting

In het kader van de gemeenschappelijke marktordening in de sector suiker betaalden de producenten van suiker, isoglucose en inulinestroop heffingen op de productie van basis- en B-suiker. Deze heffingen waren bedoeld om de uitgaven voor marktondersteuning te dekken. De bedragen die thans op dit artikel zijn opgevoerd, zijn een gevolg van de herziening van in het verleden vastgestelde heffingen. De heffingen voor het verkoopseizoen 2007/2008 en volgende worden opgevoerd op artikel 1 1 7 van dit hoofdstuk als „productieheffing”.

Van de bedragen zijn de inningskosten afgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1).

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

p.m.

0,—

Bulgarije

0,—

Tsjechië

p.m.

p.m.

0,—

Denemarken

p.m.

p.m.

0,—

Duitsland

p.m.

p.m.

0,—

Estland

0,—

Ierland

p.m.

p.m.

0,—

Griekenland

p.m.

p.m.

0,—

Spanje

p.m.

p.m.

0,—

Frankrijk

p.m.

p.m.

0,—

Italië

p.m.

p.m.

0,—

Cyprus

0,—

Letland

p.m.

p.m.

0,—

Litouwen

p.m.

p.m.

0,—

Luxemburg

0,—

Hongarije

p.m.

p.m.

0,—

Malta

0,—

Nederland

p.m.

p.m.

0,—

Oostenrijk

p.m.

p.m.

0,—

Polen

p.m.

p.m.

0,—

Portugal

p.m.

p.m.

0,—

Roemenië

0,—

Slovenië

p.m.

p.m.

0,—

Slowakije

p.m.

p.m.

0,—

Finland

p.m.

p.m.

0,—

Zweden

p.m.

p.m.

–2 283 540,09

Verenigd Koninkrijk

p.m.

p.m.

0,—

Totaal van artikel 1 1 0

p.m.

p.m.

–2 283 540,09

1 1 1   Bijdragen in verband met de opslag van suiker

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

14 450 440,21

Toelichting

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt die aan de nieuwe lidstaten in rekening worden gebracht in geval van niet-wegwerking van overtollige voorraden suiker in de zin van Verordening (EG) nr. 60/2004 van de Commissie van 14 januari 2004 houdende overgangsmaatregelen in de sector suiker in verband met de toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije (PB L 9 van 15.1.2004, blz. 8).

Onder dit artikel worden tevens de ontvangsten geboekt uit de restanten van de bijdrage voor de opslag van suiker, die bij Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1) is afgeschaft.

Voorts worden hier de bedragen opgenomen die krachtens artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 65/82 van de Commissie van 13 januari 1982 houdende vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor het overbrengen van suiker naar het volgende verkoopseizoen voor suiker (PB L 9 van 14.1.1982, blz. 14) verschuldigd zijn wanneer de verplichting tot opslag van de overgebrachte suiker niet is nagekomen en de bedragen die krachtens Verordening (EEG) nr. 1789/81 van de Raad van 30 juni 1981 tot vaststelling van de algemene bepalingen betreffende de regeling inzake een minimumvoorraad in de sector suiker verschuldigd zijn (PB L 177 van 1.7.1981, blz. 39), wanneer de algemene regels betreffende de regeling inzake een minimumvoorraad in de sector suiker niet zijn nagekomen.

Van de bedragen zijn de inningskosten afgetrokken.

Rechtsgronden

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

p.m.

0,—

Bulgarije

p.m.

p.m.

0,—

Tsjechië

p.m.

p.m.

0,—

Denemarken

p.m.

p.m.

0,—

Duitsland

p.m.

p.m.

0,—

Estland

p.m.

p.m.

8 566 175,25

Ierland

p.m.

p.m.

0,—

Griekenland

p.m.

p.m.

0,—

Spanje

p.m.

p.m.

303 588,38

Frankrijk

p.m.

p.m.

0,—

Italië

p.m.

p.m.

0,—

Cyprus

p.m.

p.m.

3 748 404,19

Letland

p.m.

p.m.

813 292,38

Litouwen

p.m.

p.m.

0,—

Luxemburg

0,—

Hongarije

p.m.

p.m.

0,—

Malta

p.m.

p.m.

229 645,13

Nederland

p.m.

p.m.

0,—

Oostenrijk

p.m.

p.m.

0,—

Polen

p.m.

p.m.

0,—

Portugal

p.m.

p.m.

0,—

Roemenië

p.m.

p.m.

0,—

Slovenië

p.m.

p.m.

0,—

Slowakije

p.m.

p.m.

789 334,88

Finland

p.m.

p.m.

0,—

Zweden

p.m.

p.m.

0,—

Verenigd Koninkrijk

p.m.

p.m.

0,—

Totaal van artikel 1 1 1

p.m.

p.m.

14 450 440,21

1 1 3   Heffingen op de niet-uitgevoerde productie van C-suiker, C-isoglucose en C-inulinestroop, en voor vervangende C-suiker en C-isoglucose

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

397 365,75

Toelichting

Bedragen van de heffingen op de niet-uitgevoerde productie van C-suiker, C-isoglucose en C-inulinestroop. Hierin zijn ook de heffingen op C-suiker en C-isoglucose voor vervanging opgenomen.

Van de bedragen zijn de inningskosten afgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2670/81 van de Commissie van 14 september 1981 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor de productie buiten de quota in de sector suiker (PB L 262 van 16.9.1981, blz. 14).

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

p.m.

0,—

Bulgarije

0,—

Tsjechië

p.m.

p.m.

0,—

Denemarken

p.m.

p.m.

0,—

Duitsland

p.m.

p.m.

397 365,75

Estland

0,—

Ierland

p.m.

p.m.

0,—

Griekenland

p.m.

p.m.

0,—

Spanje

p.m.

p.m.

0,—

Frankrijk

p.m.

p.m.

0,—

Italië

p.m.

p.m.

0,—

Cyprus

0,—

Letland

p.m.

p.m.

0,—

Litouwen

p.m.

p.m.

0,—

Luxemburg

0,—

Hongarije

p.m.

p.m.

0,—

Malta

0,—

Nederland

p.m.

p.m.

0,—

Oostenrijk

p.m.

p.m.

0,—

Polen

p.m.

p.m.

0,—

Portugal

p.m.

p.m.

0,—

Roemenië

0,—

Slovenië

p.m.

p.m.

0,—

Slowakije

p.m.

p.m.

0,—

Finland

p.m.

p.m.

0,—

Zweden

p.m.

p.m.

0,—

Verenigd Koninkrijk

p.m.

p.m.

0,—

Totaal van artikel 1 1 3

p.m.

p.m.

397 365,75

1 1 7   Productieheffing

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

123 400 000

123 400 000

118 080 852,61

Toelichting

In het kader van de huidige gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker, wordt een productieheffing opgelegd aan ondernemingen die suiker, isoglucose of inulinestroop produceren.

Van de bedragen zijn de inningskosten afgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1), met name artikel 16.

Verordening (EG) nr. 952/2006 van de Commissie van 29 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad, wat betreft het beheer van de interne suikermarkt en het quotastelsel (PB L 178 van 1.7.2006, blz. 39).

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1), met name artikel 51.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

6 600 000

6 600 000

6 601 725,90

Bulgarije

400 000

400 000

401 391,—

Tsjechië

3 400 000

3 400 000

2 917 573,02

Denemarken

3 400 000

3 400 000

3 356 485,49

Duitsland

26 300 000

26 300 000

26 339 173,20

Estland

0,—

Ierland

p.m.

p.m.

0,—

Griekenland

1 400 000

1 400 000

1 428 318,—

Spanje

4 700 000

4 700 000

5 428 011,31

Frankrijk

30 900 000

30 900 000

30 933 280,80

Italië

4 700 000

4 700 000

4 721 627,25

Cyprus

0,—

Letland

p.m.

p.m.

0,—

Litouwen

800 000

800 000

812 268,—

Luxemburg

0,—

Hongarije

2 000 000

2 000 000

1 570 176,64

Malta

0,—

Nederland

7 300 000

7 300 000

7 243 992,—

Oostenrijk

3 200 000

3 200 000

3 159 246,60

Polen

12 800 000

12 800 000

9 289 822,03

Portugal

200 000

200 000

56 250,—

Roemenië

1 000 000

1 000 000

886 934,09

Slovenië

p.m.

p.m.

0,—

Slowakije

1 400 000

1 400 000

1 317 300,75

Finland

800 000

800 000

728 991,—

Zweden

2 600 000

2 600 000

2 283 540,09

Verenigd Koninkrijk

9 500 000

9 500 000

8 604 745,44

Totaal van artikel 1 1 7

123 400 000

123 400 000

118 080 852,61

1 1 8   Eenmalige heffing op extra suikerquota en op aanvullende isoglucosequota

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Een eenmalige heffing op extra suikerquota en op aanvullende isoglucosequota die aan ondernemingen zijn toegewezen overeenkomstig artikel 58 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Van de bedragen zijn de inningskosten afgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1), met name artikel 8 en artikel 9, leden 2 en 3.

Verordening (EG) nr. 952/2006 van de Commissie van 29 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad, wat betreft het beheer van de interne suikermarkt en het quotastelsel (PB L 178 van 1.7.2006, blz. 39).

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

p.m.

0,—

Bulgarije

p.m.

p.m.

0,—

Tsjechië

p.m.

p.m.

0,—

Denemarken

p.m.

p.m.

0,—

Duitsland

p.m.

p.m.

0,—

Estland

0,—

Ierland

p.m.

p.m.

0,—

Griekenland

p.m.

p.m.

0,—

Spanje

p.m.

p.m.

0,—

Frankrijk

p.m.

p.m.

0,—

Italië

p.m.

p.m.

0,—

Cyprus

0,—

Letland

p.m.

p.m.

0,—

Litouwen

p.m.

p.m.

0,—

Luxemburg

0,—

Hongarije

p.m.

p.m.

0,—

Malta

0,—

Nederland

p.m.

p.m.

0,—

Oostenrijk

p.m.

p.m.

0,—

Polen

p.m.

p.m.

0,—

Portugal

p.m.

p.m.

0,—

Roemenië

p.m.

p.m.

0,—

Slovenië

p.m.

p.m.

0,—

Slowakije

p.m.

p.m.

0,—

Finland

p.m.

p.m.

0,—

Zweden

p.m.

p.m.

0,—

Verenigd Koninkrijk

p.m.

p.m.

0,—

Totaal van artikel 1 1 8

p.m.

p.m.

0,—

1 1 9   Overschotheffing

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

944 778,39

Toelichting

Er wordt een door de lidstaten aan te rekenen heffing opgelegd aan op hun grondgebied gevestigde ondernemingen overeenkomstig artikel 64 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Van de bedragen zijn de inningskosten afgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1), met name artikel 15.

Verordening (EG) nr. 967/2006 van de Commissie van 29 juni 2006 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 318/2006 met betrekking tot de productie buiten het quotum in de sector suiker (PB L 176 van 30.6.2006, blz. 22).

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

p.m.

0,—

Bulgarije

p.m.

p.m.

0,—

Tsjechië

p.m.

p.m.

0,—

Denemarken

p.m.

p.m.

0,—

Duitsland

p.m.

p.m.

914 135,91

Estland

0,—

Ierland

p.m.

p.m.

0,—

Griekenland

p.m.

p.m.

0,—

Spanje

p.m.

p.m.

0,—

Frankrijk

p.m.

p.m.

0,—

Italië

p.m.

p.m.

0,—

Cyprus

0,—

Letland

p.m.

p.m.

0,—

Litouwen

p.m.

p.m.

0,—

Luxemburg

0,—

Hongarije

p.m.

p.m.

0,—

Malta

0,—

Nederland

p.m.

p.m.

24 549,—

Oostenrijk

p.m.

p.m.

0,—

Polen

p.m.

p.m.

661,60

Portugal

p.m.

p.m.

0,—

Roemenië

p.m.

p.m.

0,—

Slovenië

p.m.

p.m.

0,—

Slowakije

p.m.

p.m.

0,—

Finland

p.m.

p.m.

5 431,88

Zweden

p.m.

p.m.

0,—

Verenigd Koninkrijk

p.m.

p.m.

0,—

Totaal van artikel 1 1 9

p.m.

p.m.

944 778,39

HOOFDSTUK 1 2 —   DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

1 2 0   Douanerechten en overige rechten als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

16 653 700 000

15 595 800 000

14 396 633 126,11

Toelichting

De aanwending van de douanerechten als eigen middelen voor de financiering van de gemeenschappelijke uitgaven vloeit logischerwijs voort uit het feit dat er binnen de Unie vrij verkeer van goederen bestaat. Op dit artikel kunnen de heffingen, premies, extra bedragen of compenserende bedragen, aanvullende bedragen of aanvullende elementen, rechten van het gemeenschappelijk douanetarief en de overige door de instellingen van de Unie ingevoerde of in te voeren rechten op het handelsverkeer met derde landen en de douanerechten op de onder het vroegere Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal vallende producten worden opgevoerd.

Van de bedragen zijn de inningskosten afgetrokken.

Rechtsgronden

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

1 512 400 000

1 440 400 000

1 416 348 750,37

Bulgarije

55 400 000

52 700 000

52 479 088,83

Tsjechië

193 300 000

177 400 000

163 922 845,39

Denemarken

318 500 000

301 900 000

279 428 734,82

Duitsland

3 403 800 000

3 154 600 000

2 918 247 776,52

Estland

16 800 000

15 800 000

15 469 809,84

Ierland

178 200 000

172 200 000

176 611 433,74

Griekenland

155 000 000

163 000 000

189 364 822,79

Spanje

1 056 600 000

1 036 900 000

996 031 086,69

Frankrijk

1 357 500 000

1 280 600 000

1 232 048 660,10

Italië

1 795 300 000

1 701 700 000

1 500 633 974,65

Cyprus

33 200 000

31 200 000

30 743 797,10

Letland

21 100 000

19 500 000

17 644 652,81

Litouwen

47 900 000

44 200 000

39 491 948,33

Luxemburg

12 300 000

11 400 000

10 751 834,84

Hongarije

112 200 000

100 000 000

91 334 442,06

Malta

10 100 000

9 800 000

9 415 724,53

Nederland

2 039 100 000

1 877 200 000

1 713 822 982,41

Oostenrijk

168 100 000

159 900 000

153 700 810,60

Polen

379 500 000

336 000 000

290 198 607,—

Portugal

131 300 000

128 200 000

117 590 627,11

Roemenië

142 300 000

131 200 000

123 398 781,78

Slovenië

78 800 000

73 500 000

68 829 554,96

Slowakije

93 400 000

88 200 000

81 479 931,89

Finland

138 000 000

124 900 000

114 122 566,77

Zweden

450 300 000

422 300 000

370 099 306,19

Verenigd Koninkrijk

2 753 300 000

2 541 100 000

2 223 420 573,99

Totaal van artikel 1 2 0

16 653 700 000

15 595 800 000

14 396 633 126,11

HOOFDSTUK 1 3 —   EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

1 3 0   Eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

13 786 799 525

13 277 325 100

13 742 628 001,31

Toelichting

Het toegepaste, voor alle lidstaten geldende uniforme percentage op de btw-grondslag die op uniforme wijze is vastgesteld volgens de voorschriften van de Unie, bedraagt 0,30 %. De hiertoe in aanmerking te nemen grondslag mag niet meer bedragen dan 50 % van het bni van elke lidstaat. Het btw-afroepingspercentage wordt — uitsluitend voor de periode 2007-2013 — voor Oostenrijk vastgesteld op 0,225 %, voor Duitsland op 0,15 % en voor Nederland en Zweden op 0,10 %.

Rechtsgronden

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder b) en lid 4.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

447 056 400

431 826 000

424 319 700,—

Bulgarije

50 039 700

47 289 600

50 547 600,01

Tsjechië

198 357 600

185 608 800

187 483 914,90

Denemarken

288 014 100

279 603 600

293 564 908,56

Duitsland

1 617 919 650

1 591 451 700

1 581 459 150,—

Estland

20 176 800

19 381 200

20 656 950,17

Ierland

199 435 200

192 087 600

208 952 250,—

Griekenland

320 616 300

324 634 500

352 958 250,—

Spanje

1 194 082 200

1 171 392 600

1 542 368 100,—

Frankrijk

2 687 302 500

2 601 826 800

2 694 111 000,—

Italië

1 865 228 700

1 813 767 300

2 000 065 800,—

Cyprus

26 082 900

25 190 100

25 272 300,—

Letland

20 254 500

20 302 500

23 462 583,08

Litouwen

40 864 500

39 432 450

42 241 200,09

Luxemburg

43 806 900

41 264 700

42 061 950,—

Hongarije

130 727 400

123 501 000

113 789 473,02

Malta

8 656 650

8 246 700

8 258 700,—

Nederland

297 167 000

257 072 000

282 072 999,96

Oostenrijk

292 646 475

286 416 900

277 101 450,—

Polen

552 490 800

498 108 600

422 755 072,92

Portugal

245 006 700

239 920 200

231 396 000,—

Roemenië

145 281 600

134 115 000

141 236 846,53

Slovenië

53 411 850

51 704 850

53 130 450,—

Slowakije

79 764 600

75 822 000

82 874 400,—

Finland

241 236 300

232 248 600

236 805 900,—

Zweden

153 822 000

138 929 600

125 278 050,43

Verenigd Koninkrijk

2 567 350 200

2 446 180 200

2 278 403 001,64

Totaal van artikel 1 3 0

13 786 799 525

13 277 325 100

13 742 628 001,31

HOOFDSTUK 1 4 —   EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

1 4 0   Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c) van Besluit 2007/436/EG, Euratom

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

94 541 866 005

90 273 463 621

82 413 255 470,10

Toelichting

De bni-middelenbron is een „aanvullende” bron van eigen middelen, die de ontvangsten verschaft welke in een begrotingsjaar nodig zijn ter dekking van uitgaven die uitstijgen boven het bedrag aan traditionele eigen middelen, btw-afdrachten en andere ontvangsten. Deze middelenbron zorgt er met andere woorden voor dat de algemene begroting van de Europese Unie altijd in evenwicht is ex ante.

Het bni-afroepingspercentage is afhankelijk van hoeveel aanvullende middelen er nodig zijn ter financiering van de gebudgetteerde uitgaven die niet gedekt worden door de andere middelen (btw-afdrachten, traditionele eigen middelen en overige ontvangsten). Het afroepingspercentage wordt toegepast op het bruto nationaal inkomen van elk van de lidstaten.

Het voor dit begrotingsjaar op het bruto nationaal inkomen van de lidstaten toe te passen percentage bedraagt 0,7538 %.

Rechtsgronden

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder c).

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

2 726 497 830

2 621 134 499

2 381 246 881,04

Bulgarije

262 406 752

247 201 341

238 330 851,09

Tsjechië

1 054 284 132

983 927 108

895 012 330,38

Denemarken

1 844 931 271

1 768 717 348

1 671 286 639,53

Duitsland

19 221 096 928

18 636 926 600

16 884 497 842,04

Estland

103 730 652

98 307 875

97 397 076,70

Ierland

1 002 259 749

958 866 432

985 205 380,04

Griekenland

1 753 538 451

1 731 945 117

1 664 190 583,—

Spanje

7 938 445 577

7 710 542 285

7 272 232 531,—

Frankrijk

15 429 716 203

14 810 280 668

13 589 348 082,04

Italië

11 912 323 979

11 451 174 444

10 510 520 358,—

Cyprus

131 079 372

125 744 407

119 158 353,—

Letland

128 953 590

130 213 083

138 816 078,49

Litouwen

205 364 166

196 839 633

199 784 486,29

Luxemburg

220 151 170

205 985 892

198 321 192,96

Hongarije

745 847 402

697 361 285

599 254 504,69

Malta

43 503 914

41 166 029

38 939 593,—

Nederland

4 548 558 093

4 358 377 184

4 090 251 449,—

Oostenrijk

2 173 032 244

2 095 235 440

1 911 207 838,96

Polen

2 776 537 395

2 486 467 716

1 999 772 270,42

Portugal

1 231 278 900

1 197 638 089

1 091 027 180,—

Roemenië

965 058 554

877 904 627

852 238 761,37

Slovenië

268 420 757

258 101 226

250 508 932,96

Slowakije

518 712 057

485 647 281

465 458 204,96

Finland

1 380 207 308

1 315 128 025

1 260 261 433,96

Zweden

2 642 595 001

2 351 995 614

2 060 335 111,17

Verenigd Koninkrijk

13 313 334 558

12 430 634 373

10 948 651 524,01

Totaal van artikel 1 4 0

94 541 866 005

90 273 463 621

82 413 255 470,10

HOOFDSTUK 1 5 —   CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN

1 5 0   Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden, welke aan het Verenigd Koninkrijk wordt toegekend overeenkomstig de artikelen 4 en 5 van Besluit 2007/436/EG, Euratom

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

0

0

– 315 228 368,69

Toelichting

Het mechanisme ter correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk (de „Britse correctie”) is ingesteld door de Europese Raad van Fontainebleau (juni 1984) en het daaruit voortvloeiende eigenmiddelenbesluit van 7 mei 1985. Het doel van dit mechanisme was de begrotingsonevenwichtigheid ten nadele van het Verenigd Koninkrijk te compenseren door een vermindering van de door dit land aan de Unie af te dragen middelen.

Rechtsgronden

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name de artikelen 4 en 5.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

145 448 571

166 903 516

250 480 224,96

Bulgarije

13 998 429

15 740 807

25 069 707,96

Tsjechië

56 242 158

62 652 601

92 637 750,59

Denemarken

98 420 257

112 624 951

175 776 288,55

Duitsland

182 159 254

210 656 145

317 139 353,04

Estland

5 533 646

6 259 858

10 245 070,06

Ierland

53 466 849

61 056 836

103 632 456,96

Griekenland

93 544 788

110 283 440

175 054 017,—

Spanje

423 486 700

490 976 949

764 956 566,—

Frankrijk

823 118 270

943 060 313

1 429 445 634,96

Italië

635 478 409

729 165 665

1 105 587 800,04

Cyprus

6 992 600

8 006 908

12 534 110,04

Letland

6 879 197

8 291 456

14 611 870,35

Litouwen

10 955 418

12 533 972

21 015 066,97

Luxemburg

11 744 250

13 116 370

20 861 145,—

Hongarije

39 788 199

44 405 219

62 320 872,88

Malta

2 320 773

2 621 291

4 096 005,—

Nederland

43 106 902

49 263 430

76 826 667,96

Oostenrijk

20 593 930

23 682 779

35 897 970,96

Polen

148 117 997

158 328 466

208 797 487,91

Portugal

65 684 174

76 260 874

114 763 713,—

Roemenië

51 482 303

55 901 507

89 652 116,11

Slovenië

14 319 254

16 434 869

26 350 704,96

Slowakije

27 671 369

30 924 105

48 960 936,—

Finland

73 628 953

83 742 170

132 565 241,04

Zweden

25 043 999

26 584 980

38 316 035,47

Verenigd Koninkrijk

–3 079 226 649

–3 519 479 477

–5 672 823 182,46

Totaal van artikel 1 5 0

0

0

– 315 228 368,69

HOOFDSTUK 1 6 —   AAN NEDERLAND EN ZWEDEN TOEGEKENDE BRUTOVERMINDERING VAN DE JAARLIJKSE BNI-BIJDRAGE

1 6 0   Aan Nederland en Zweden toegekend brutovermindering van de jaarlijkse bni-bijdrage overeenkomstig artikel 2, lid 5, van Besluit 2007/436/EG, Euratom

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

0

0

4 142 307,78

Toelichting

Uitsluitend voor de periode 2007-2013 komen Nederland en Zweden in aanmerking voor een brutovermindering van hun jaarlijkse bni-bijdrage ten belope van respectievelijk 605 000 000 EUR en 150 000 000 EUR, uitgedrukt in prijzen van 2004. Deze bedragen worden in actuele prijzen omgerekend.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), en met name artikel 10, lid 9.

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 5.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

23 934 277

23 602 839

24 132 837,96

Bulgarije

2 303 510

2 226 003

2 415 372,96

Tsjechië

9 254 923

8 860 084

9 155 560,96

Denemarken

16 195 537

15 926 977

16 944 389,49

Duitsland

168 730 393

167 822 128

171 116 589,96

Estland

910 589

885 244

987 074,04

Ierland

8 798 233

8 634 417

9 984 602,04

Griekenland

15 393 254

15 595 850

16 865 802,96

Spanje

69 686 816

69 432 028

73 700 718,96

Frankrijk

135 448 153

133 363 878

137 721 768,—

Italië

104 571 093

103 115 739

106 519 271,04

Cyprus

1 150 667

1 132 305

1 207 614,96

Letland

1 132 006

1 172 545

1 400 794,—

Litouwen

1 802 768

1 772 505

2 024 724,—

Luxemburg

1 932 574

1 854 865

2 009 894,04

Hongarije

6 547 344

6 279 611

6 109 282,09

Malta

381 895

370 693

394 635,—

Nederland

– 625 110 923

– 612 147 160

– 624 384 804,—

Oostenrijk

19 075 737

18 867 213

19 369 209,—

Polen

24 373 544

22 390 189

20 138 780,69

Portugal

10 808 653

10 784 513

11 057 057,04

Roemenië

8 471 666

7 905 371

8 654 235,62

Slovenië

2 356 304

2 324 155

2 538 792,—

Slowakije

4 553 460

4 373 165

4 717 203,96

Finland

12 116 006

11 842 488

12 772 167,96

Zweden

– 141 688 197

– 140 323 242

– 148 700 177,51

Verenigd Koninkrijk

116 869 718

111 935 597

115 288 910,56

Totaal van artikel 1 6 0

0

0

4 142 307,78

TITEL 3

OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 3 0

3 0 0

Overschot van het vorige begrotingsjaar

p.m.

2 253 591 199

1 796 151 820,81

3 0 2

Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 0

p.m.

2 253 591 199

1 796 151 820,81

HOOFDSTUK 3 1

3 1 0

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

3 1 0 3

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

p.m.

p.m.

– 946 461 518,97

 

Totaal van artikel 3 1 0

p.m.

p.m.

– 946 461 518,97

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 1

p.m.

p.m.

– 946 461 518,97

HOOFDSTUK 3 2

3 2 0

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 6, 7 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

3 2 0 3

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 6, 7 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

p.m.

p.m.

– 430 722 780,35

 

Totaal van artikel 3 2 0

p.m.

p.m.

– 430 722 780,35

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 2

p.m.

p.m.

– 430 722 780,35

HOOFDSTUK 3 4

3 4 0

Aanpassing in verband met de gevolgen van de niet-deelneming van bepaalde lidstaten aan sommige beleidsmaatregelen op het gebied van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

p.m.

p.m.

5 690 587,91

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 4

p.m.

p.m.

5 690 587,91

HOOFDSTUK 3 5

3 5 0

Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

3 5 0 4

Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

p.m.

0

–5 894 916,19

 

Totaal van artikel 3 5 0

p.m.

0

–5 894 916,19

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 5

p.m.

0

–5 894 916,19

HOOFDSTUK 3 6

3 6 0

Resultaat van de tussentijdse bijstellingen van de berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

3 6 0 4

Resultaat van de tussentijdse bijstellingen van de berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

p.m.

0

0,—

 

Totaal van artikel 3 6 0

p.m.

0

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 6

p.m.

0

0,—

HOOFDSTUK 3 7

3 7 0

Aanpassing met betrekking tot de tenuitvoerlegging van Besluit 2007/436/EG, Euratom voor de jaren 2007 en 2008

–88 684 851,97

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 7

–88 684 851,97

 

Totaal van titel 3

p.m.

2 253 591 199

330 078 341,24

HOOFDSTUK 3 0 —

OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR

HOOFDSTUK 3 1 —

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

HOOFDSTUK 3 2 —

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNI/BNP-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 6, 7 EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

HOOFDSTUK 3 4 —

AANPASSING IN VERBAND MET DE GEVOLGEN VAN DE NIET-DEELNEMING VAN BEPAALDE LIDSTATEN AAN SOMMIGE BELEIDSMAATREGELEN OP HET GEBIED VAN DE RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT

HOOFDSTUK 3 5 —

RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

HOOFDSTUK 3 6 —

RESULTAAT VAN DE TUSSENTIJDSE BIJSTELLINGEN VAN DE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

HOOFDSTUK 3 7 —

AANPASSING MET BETREKKING TOT DE TENUITVOERLEGGING VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

HOOFDSTUK 3 0 —   OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR

3 0 0   Overschot van het vorige begrotingsjaar

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

2 253 591 199

1 796 151 820,81

Toelichting

Overeenkomstig artikel 15 van het Financieel Reglement wordt het saldo van elk begrotingsjaar, naargelang het een overschot of tekort betreft, in de begroting van het volgende begrotingsjaar als ontvangst of als betalingskrediet opgenomen.

De ramingen van deze ontvangsten of uitgaven worden in de begroting opgenomen tijdens de begrotingsprocedure en, in voorkomend geval, door middel van de procedure van een nota van wijzigingen, die wordt ingediend overeenkomstig artikel 34 van het Financieel Reglement. Zij worden vastgesteld overeenkomstig de beginselen bedoeld in artikel 15 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000.

Na de afsluiting van de rekeningen van elk begrotingsjaar worden verschillen ten opzichte van de raming in de begroting van het volgende begrotingsjaar opgenomen middels een gewijzigde begroting, die door de Commissie moet worden gepresenteerd binnen 15 dagen nadat de voorlopige rekeningen zijn ingediend.

Een tekort wordt onder artikel 27 02 01 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie” opgenomen.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 15.

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 7.

3 0 2   Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit artikel dient ter opname, overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009, van de eventuele overschotten in het Garantiefonds voor extern optreden die uitgaan boven het streefbedrag van het Fonds, wanneer eenmaal dit streefbedrag is bereikt.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad van 25 mei 2009 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 145 van 10.6.2009, blz. 10).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 4, lid 3.

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17).

HOOFDSTUK 3 1 —   SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

3 1 0   Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

3 1 0 3   Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

– 946 461 518,97

Toelichting

Overeenkomstig artikel 7, lid 1, van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 zenden de lidstaten vóór 31 juli aan de Commissie een overzicht waarin het totale eindbedrag wordt vermeld van de voor het voorgaande kalenderjaar berekende grondslag van de btw-middelen.

Op de debetzijde van elke lidstaat wordt een bedrag ingeschreven dat volgens regels van de Europese Unie wordt berekend op basis van dat overzicht en op de creditzijde de twaalf betalingen die in het vorige begrotingsjaar daadwerkelijk zijn verricht. De Commissie bepaalt het saldo en deelt het tijdig aan de lidstaten mee, zodat deze het op de eerste werkdag van de maand december van hetzelfde jaar op de in artikel 9, lid 1, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 bedoelde rekening van de Commissie kunnen boeken.

Rectificaties van de bovenbedoelde overzichten als gevolg van controles door de Commissie op grond van artikel 9 van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 en/of wijzigingen in het bni van vroegere begrotingsjaren die gevolgen hebben wat betreft de aftopping van de btw-grondslag, geven aanleiding tot aanpassingen van de btw-saldi.

Rechtsgronden

Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 van de Raad van 29 mei 1989 betreffende de definitieve uniforme regeling voor de inning van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (PB L 155 van 7.6.1989, blz. 9).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), met name artikel 10, leden 4, 5 en 8.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

p.m.

–74 879 290,45

Bulgarije

p.m.

p.m.

411 027,82

Tsjechië

p.m.

p.m.

–17 437 400,97

Denemarken

p.m.

p.m.

–18 712 622,05

Duitsland

p.m.

p.m.

123 522 626,24

Estland

p.m.

p.m.

– 754 402,96

Ierland

p.m.

p.m.

–7 543 217,58

Griekenland

p.m.

p.m.

–24 684 214,91

Spanje

p.m.

p.m.

–14 430 810,97

Frankrijk

p.m.

p.m.

– 148 483 695,28

Italië

p.m.

p.m.

– 621 418 785,55

Cyprus

p.m.

p.m.

– 454 387,16

Letland

p.m.

p.m.

– 915 067,74

Litouwen

p.m.

p.m.

– 440 016,77

Luxemburg

p.m.

p.m.

– 991 998,21

Hongarije

p.m.

p.m.

– 573 725,28

Malta

p.m.

p.m.

–78 142,09

Nederland

p.m.

p.m.

–17 920 417,48

Oostenrijk

p.m.

p.m.

–6 401 805,97

Polen

p.m.

p.m.

4 799 412,70

Portugal

p.m.

p.m.

–3 672 456,02

Roemenië

p.m.

p.m.

15 346 814,54

Slovenië

p.m.

p.m.

774 359,64

Slowakije

p.m.

p.m.

–5 911 212,90

Finland

p.m.

p.m.

440 108,29

Zweden

p.m.

p.m.

27 633 990,02

Verenigd Koninkrijk

p.m.

p.m.

– 153 686 187,88

Totaal van post 3 1 0 3

p.m.

p.m.

– 946 461 518,97

HOOFDSTUK 3 2 —   SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNI/BNP-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 6, 7 EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

3 2 0   Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 6, 7 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

3 2 0 3   Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 6, 7 en 8, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

– 430 722 780,35

Toelichting

Aan de hand van de op grond van artikel 2, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 door de lidstaten verstrekte cijfers betreffende de bni/mp-grootheid en de elementen daarvan voor het voorgaande begrotingsjaar, wordt iedere lidstaat gedebiteerd voor een bedrag dat volgens regels van de Europese Unie wordt berekend en gecrediteerd voor de 12 betalingen die in de loop van het vorige begrotingsjaar daadwerkelijk zijn verricht.

De Commissie bepaalt het saldo en deelt het tijdig aan de lidstaten mede, zodat deze het op de eerste werkdag van de maand december van hetzelfde jaar op de in artikel 9, lid 1, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 bedoelde rekening kunnen boeken.

Wijzigingen in het bruto nationaal product/bruto nationaal inkomen van vroegere begrotingsjaren in de zin van artikel 2, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003, geven met inachtneming van de artikelen 4 en 5 daarvan, voor de betrokken lidstaat aanleiding tot een aanpassing van het overeenkomstig artikel 10, lid 7, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 bepaalde saldo.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), met name artikel 10, leden 6, 7 en 8.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 van de Raad van 15 juli 2003 betreffende de harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (PB L 181 van 19.7.2003, blz. 1).

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

p.m.

26 862 819,69

Bulgarije

p.m.

p.m.

2 423 295,42

Tsjechië

p.m.

p.m.

–34 686 305,65

Denemarken

p.m.

p.m.

–71 068 125,35

Duitsland

p.m.

p.m.

219 877 330,27

Estland

p.m.

p.m.

–3 487 837,13

Ierland

p.m.

p.m.

–35 455 169,60

Griekenland

p.m.

p.m.

–86 418 539,08

Spanje

p.m.

p.m.

–63 947 699,10

Frankrijk

p.m.

p.m.

33 616 568,61

Italië

p.m.

p.m.

– 120 176 288,67

Cyprus

p.m.

p.m.

–1 596 818,51

Letland

p.m.

p.m.

8 614 426,97

Litouwen

p.m.

p.m.

2 702 641,27

Luxemburg

p.m.

p.m.

–3 902 181,10

Hongarije

p.m.

p.m.

–10 402 627,35

Malta

p.m.

p.m.

– 139 664,57

Nederland

p.m.

p.m.

– 100 141 251,40

Oostenrijk

p.m.

p.m.

–39 873 577,37

Polen

p.m.

p.m.

31 184 803,61

Portugal

p.m.

p.m.

–13 539 188,40

Roemenië

p.m.

p.m.

49 533 992,05

Slovenië

p.m.

p.m.

5 512 854,12

Slowakije

p.m.

p.m.

–2 557 151,09

Finland

p.m.

p.m.

–56 740 352,55

Zweden

p.m.

p.m.

–15 955 865,08

Verenigd Koninkrijk

p.m.

p.m.

– 150 962 870,36

Totaal van post 3 2 0 3

p.m.

p.m.

– 430 722 780,35

HOOFDSTUK 3 4 —   AANPASSING IN VERBAND MET DE GEVOLGEN VAN DE NIET-DEELNEMING VAN BEPAALDE LIDSTATEN AAN SOMMIGE BELEIDSMAATREGELEN OP HET GEBIED VAN DE RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT

3 4 0   Aanpassing in verband met de gevolgen van de niet-deelneming van bepaalde lidstaten aan sommige beleidsmaatregelen op het gebied van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

5 690 587,91

Toelichting

Overeenkomstig artikel 3 van het Protocol betreffende de positie van Denemarken en artikel 5 van het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, dragen deze lidstaten geen andere financiële gevolgen van sommige beleidsmaatregelen op het gebied van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht dan de ermee gepaard gaande administratieve kosten. Zij kunnen bijgevolg een aanpassing verkrijgen van de betaalde eigen middelen voor elk jaar waarin zij niet deelnemen.

Hoeveel elke lidstaat aan het aanpassingsmechanisme bijdraagt, wordt berekend door op de begrotingsuitgaven waartoe de maatregelen aanleiding geven de verdeelsleutel toe te passen van het bni-aggregaat en zijn componenten van het voorgaande jaar, meegedeeld door de lidstaten overeenkomstig artikel 2, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 van de Raad van 15 juli 2003 betreffende de harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (PB L 181 van 19.7.2003, blz. 1).

De Commissie bepaalt het saldo van elke lidstaat en deelt het tijdig aan de lidstaten mee, zodat deze het op de eerste werkdag van de maand december van hetzelfde jaar overeenkomstig artikel 10 bis van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1150/2000 op de in artikel 9, lid 1, van die verordening bedoelde rekening kunnen boeken.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), met name artikel 10 bis.

Protocol betreffende de positie van Denemarken gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 3, en Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 5.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

p.m.

1 125 764,94

Bulgarije

p.m.

p.m.

106 840,71

Tsjechië

p.m.

p.m.

425 107,23

Denemarken

p.m.

p.m.

– 523 079,32

Duitsland

p.m.

p.m.

8 257 141,74

Estland

p.m.

p.m.

48 527,82

Ierland

p.m.

p.m.

–2 346 208,01

Griekenland

p.m.

p.m.

749 192,01

Spanje

p.m.

p.m.

3 435 599,87

Frankrijk

p.m.

p.m.

6 376 041,30

Italië

p.m.

p.m.

5 024 248,22

Cyprus

p.m.

p.m.

52 265,07

Letland

p.m.

p.m.

72 316,90

Litouwen

p.m.

p.m.

101 252,43

Luxemburg

p.m.

p.m.

96 426,56

Hongarije

p.m.

p.m.

292 790,85

Malta

p.m.

p.m.

17 929,03

Nederland

p.m.

p.m.

1 880 809,67

Oostenrijk

p.m.

p.m.

901 516,03

Polen

p.m.

p.m.

960 515,15

Portugal

p.m.

p.m.

516 028,30

Roemenië

p.m.

p.m.

359 225,17

Slovenië

p.m.

p.m.

117 048,93

Slowakije

p.m.

p.m.

210 732,09

Finland

p.m.

p.m.

599 685,24

Zweden

p.m.

p.m.

1 008 058,68

Verenigd Koninkrijk

p.m.

p.m.

–24 175 188,70

Totaal van artikel 3 4 0

p.m.

p.m.

5 690 587,91

HOOFDSTUK 3 5 —   RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

3 5 0   Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

3 5 0 4   Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

0

–5 894 916,19

Toelichting

Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk.

De cijfers voor 2009 zijn het resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk voor de correctie uit hoofde van het begrotingsjaar 2005.

De cijfers voor 2010 zijn het resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk voor de correctie uit hoofde van het begrotingsjaar 2006.

Rechtsgronden

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name de artikelen 4 en 5.

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name de artikelen 4 en 5.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

5 025 912

591 653,04

Bulgarije

p.m.

489 243

0,—

Tsjechië

p.m.

1 177 440

2 806 922,68

Denemarken

p.m.

–9 197 734

–3 011 966,64

Duitsland

p.m.

39 179 773

–5 481 921,—

Estland

p.m.

–69 352

627 249,96

Ierland

p.m.

2 623 764

2 962 200,—

Griekenland

p.m.

65 528 142

9 093 524,04

Spanje

p.m.

22 584 489

–2 745 993,—

Frankrijk

p.m.

–22 588 521

–8 257 101,—

Italië

p.m.

–94 910 109

–22 829 273,04

Cyprus

p.m.

107 925

–55 882,63

Letland

p.m.

1 017 474

– 570 026,21

Litouwen

p.m.

– 725 966

–2 191 779,—

Luxemburg

p.m.

– 281 514

628 919,04

Hongarije

p.m.

–6 699 387

–5 856 986,18

Malta

p.m.

128 050

122 538,96

Nederland

p.m.

10 720 377

16 057 254,—

Oostenrijk

p.m.

– 499 052

–8 230 674,96

Polen

p.m.

8 677 483

–63 393,88

Portugal

p.m.

1 266 237

–1 614 009,—

Roemenië

p.m.

6 495 846

0,—

Slovenië

p.m.

1 562 004

888 598,40

Slowakije

p.m.

4 478 030

–2 664 084,11

Finland

p.m.

4 653 367

1 991 702,04

Zweden

p.m.

6 038 398

6 738 576,18

Verenigd Koninkrijk

p.m.

–46 782 319

15 169 036,12

Totaal van post 3 5 0 4

p.m.

0

–5 894 916,19

HOOFDSTUK 3 6 —   RESULTAAT VAN DE TUSSENTIJDSE BIJSTELLINGEN VAN DE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

3 6 0   Resultaat van de tussentijdse bijstellingen van de berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

3 6 0 4   Resultaat van de tussentijdse bijstellingen van de berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

0

0,—

Toelichting

Deze post is bestemd om het verschil tussen de vorige in de begroting opgenomen en de meest recente tussentijdse bijstelling van de Britse correctie te boeken voordat de definitieve berekeningen plaatsvinden.

De cijfers voor 2010 zijn het resultaat van de tussentijdse berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk voor de correctie uit hoofde van het begrotingsjaar 2008.

Rechtsgronden

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name de artikelen 4 en 5.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

p.m.

–3 504 541

0,—

Bulgarije

p.m.

–1 523 420

0,—

Tsjechië

p.m.

496 143

0,—

Denemarken

p.m.

–8 155 544

0,—

Duitsland

p.m.

– 213 638

0,—

Estland

p.m.

– 602 251

0,—

Ierland

p.m.

–7 602 523

0,—

Griekenland

p.m.

–7 281 407

0,—

Spanje

p.m.

–17 398 703

0,—

Frankrijk

p.m.

–22 865 571

0,—

Italië

p.m.

–18 521 220

0,—

Cyprus

p.m.

– 379 606

0,—

Letland

p.m.

224 016

0,—

Litouwen

p.m.

–1 577 325

0,—

Luxemburg

p.m.

–2 092 216

0,—

Hongarije

p.m.

–2 763 065

0,—

Malta

p.m.

– 170 277

0,—

Nederland

p.m.

–5 075 335

0,—

Oostenrijk

p.m.

– 501 383

0,—

Polen

p.m.

–2 489 164

0,—

Portugal

p.m.

– 312 262

0,—

Roemenië

p.m.

–10 996 050

0,—

Slovenië

p.m.

–1 405 069

0,—

Slowakije

p.m.

–3 676 917

0,—

Finland

p.m.

–7 803 260

0,—

Zweden

p.m.

1 895 807

0,—

Verenigd Koninkrijk

p.m.

124 294 781

0,—

Totaal van post 3 6 0 4

p.m.

0

0,—

HOOFDSTUK 3 7 —   AANPASSING MET BETREKKING TOT DE TENUITVOERLEGGING VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

3 7 0   Aanpassing met betrekking tot de tenuitvoerlegging van Besluit 2007/436/EG, Euratom voor de jaren 2007 en 2008

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

–88 684 851,97

Toelichting

Resultaat van de berekening voor de tenuitvoerlegging met terugwerkende kracht van Besluit 2007/436/EG, Euroatom voor de jaren 2007 en 2008.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 11.

Lidstaat

Begroting 2011

Begroting 2010

Uitvoering 2009

België

204 589 861,—

Bulgarije

17 366 133,—

Tsjechië

71 898 232,29

Denemarken

143 817 127,80

Duitsland

–1 736 354 527,—

Estland

8 734 505,06

Ierland

91 629 026,—

Griekenland

126 166 977,—

Spanje

592 534 409,—

Frankrijk

1 096 152 291,—

Italië

949 414 872,—

Cyprus

8 837 040,27

Letland

11 682 657,39

Litouwen

16 715 516,02

Luxemburg

16 872 718,—

Hongarije

51 074 101,48

Malta

3 006 056,—

Nederland

–2 108 712 670,—

Oostenrijk

–30 989 269,—

Polen

146 112 853,43

Portugal

89 132 398,—

Roemenië

61 014 784,18

Slovenië

19 006 610,—

Slowakije

36 944 055,65

Finland

110 353 342,—

Zweden

– 609 395 301,23

Verenigd Koninkrijk

523 711 348,69

Totaal van artikel 3 7 0

–88 684 851,97

TITEL 4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden, alsmede van de leden van de organen, de personeelsleden en de gepensioneerden van de Europese Investeringsbank, de Europese Centrale Bank en het Europees Investeringsfonds

591 693 725

602 510 728

519 205 367,07

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

190 856,57

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

60 128 782

55 518 908

46 463 120,48

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

651 822 507

658 029 636

565 859 344,12

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

437 655 803

430 238 260

374 439 928,64

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

77 713 938

80 385 060

76 367 682,08

4 1 2

Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

110 000

105 000

57 339,85

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

515 479 741

510 728 320

450 864 950,57

HOOFDSTUK 4 2

4 2 0

Werkgeversbijdragen van gedecentraliseerde agentschappen en internationale organisaties aan de pensioenregeling

13 123 267

11 476 650

7 891 672,96

4 2 1

Bijdrage van de leden van het Europees Parlement aan een pensioenregeling

p.m.

p.m.

820 485,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 2

13 123 267

11 476 650

8 712 157,96

 

Totaal van titel 4

1 180 425 515

1 180 234 606

1 025 436 452,65

HOOFDSTUK 4 0 —

DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

HOOFDSTUK 4 2 —

ANDERE BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

HOOFDSTUK 4 0 —   DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden, alsmede van de leden van de organen, de personeelsleden en de gepensioneerden van de Europese Investeringsbank, de Europese Centrale Bank en het Europees Investeringsfonds

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

591 693 725

602 510 728

519 205 367,07

Toelichting

Deze ontvangsten omvatten alle belastingen op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van eender welke aard, met uitzondering van gezins- en kinderbijslagen, betaald aan de leden van de Commissie, de ambtenaren, de andere personeelsleden, de personen die de ontslagvergoeding ontvangen vermeld in hoofdstuk 01 van elke titel van de staat van uitgaven, en de ontvangers van een pensioen.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg en van de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1860/76 van de Raad van 29 juni 1976 houdende vaststelling van de regeling welke van toepassing is op het personeel van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (PB L 214 van 6.8.1976, blz. 24).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1).

Besluit 94/262/EGKS, EG, Euratom van het Europees Parlement van 9 maart 1994 inzake het statuut van de Europese Ombudsman en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van zijn ambt (PB L 113 van 4.5.1994, blz. 15).

Besluit nr. 1247/2002/EG van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 1 juli 2002 betreffende het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van de functie van Europees Toezichthouder voor gegevensbescherming (PB L 183 van 12.7.2002, blz. 1).

Besluit nr. 2009/909/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de voorzitter van de Europese Raad (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 35).

Besluit nr. 2009/910/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 36).

Besluit nr. 2009/912/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 38).

Parlement

 

47 464 953

Raad

 

22 212 000

Commissie:

 

408 054 400

— Administratie

(330 928 000)

 

— Onderzoek en technologische ontwikkeling

(14 581 831)

 

— Onderzoek (acties onder contract)

(16 491 055)

 

— Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

(2 761 000)

 

— Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

(579 000)

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Brussel (OIB)

(2 438 000)

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Luxemburg (OIL)

(859 000)

 

— Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PMO)

(1 157 000)

 

— Bureau voor publicaties van de Europese Unie (OP)

(3 109 000)

 

— Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER)

(256 812)

 

— Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige informatiesystemen op het gebied van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

(418 716)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Artemis — Initiatief Ingebedde computersystemen (GO Artemis)

(44 663)

 

— Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC)

(66 994)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

(100 492)

 

— Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC/CFCA)

(391 237)

 

— Communautair Bureau voor plantenrassen (CBP/CPVO)

(254 739)

 

— Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur (EACEA)

(990 871)

 

— Europees Bureau voor wederopbouw

(p.m.)

 

— Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (EU-OSHA)

(259 194)

 

— Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen (Frontex)

(970 832)

 

— Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO)

(212 149)

 

— Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA)

(3 251 522)

 

— Europese Bankautoriteit (EBA)

(111 657)

 

— Eurojust

(614 658)

 

— Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC)

(805 557)

 

— Europees Centrum voor ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop)

(578 823)

 

— Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA)

(3 526 495)

 

— Europees Milieuagentschap (EMA)

(1 272 098)

 

— Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA)

(1 836 615)

 

— Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (Eurofound)

(654 087)

 

— Europees GNSS-Agentschap (Galileo)

(274 705)

 

— Europees Instituut voor gendergelijkheid (EIGE)

(150 738)

 

— Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT)

(156 320)

 

— Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (EIOPA)

(106 075)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie (Fusion for Energy — F4E)

(1 068 623)

 

— Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA)

(897 451)

 

— Europees Geneesmiddelenbureau (EMEA)

(3 805 436)

 

— Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EWDD/EMCDDA)

(527 789)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Adviesraad voor het Europese nano-elektronica-initiatief (ENIAC)

(33 497)

 

— Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging (ENISA)

(245 646)

 

— Europese Politieacademie (CEPOL)

(163 468)

 

— Europese Politiedienst (Europol)

(1 381 083)

 

— Europees Spoorwegbureau

(666 433)

 

— Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad (ERCEA)

(879 910)

 

— Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA)

(120 032)

 

— Europese Stichting voor opleiding (ETF)

(774 812)

 

— Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA)

(337 534)

 

— Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie (EACI)

(551 422)

 

— Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten (EAHC)

(164 497)

 

— Uitvoerend Agentschap Onderzoek (REA)

(1 035 699)

 

— Uitvoerend Agentschap voor het trans-Europees vervoersnetwerk (TEN-T EA)

(244 737)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Brandstofcellen en waterstof (FCH)

(100 492)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (IMI)

(161 903)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor de realisering van het Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR)

(217 732)

 

— Harmonisatiebureau voor de interne markt (HBIM/OHIM)

(3 374 913)

 

— Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie (CdT)

(1 091 356)

 

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

22 159 000

Rekenkamer

 

10 497 081

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

4 436 469

Comité van de Regio's

 

3 008 956

Europese Ombudsman

 

546 866

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

452 000

Europese Dienst voor extern optreden

 

17 672 000

Europese Investeringsbank

 

38 840 000

Europese Centrale Bank

 

14 250 000

Europees Investeringsfonds

 

2 100 000

 

Totaal

591 693 725

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

190 856,57

Toelichting

De bepalingen betreffende de tijdelijke bijdrage waren van toepassing tot en met 30 juni 2003. Op dit begrotingsonderdeel zullen daarom ontvangsten worden opgevoerd die voortkomen uit het restbedrag van de tijdelijke bijdrage op de bezoldigingen van de leden van de Commissie, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, en met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 2003.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg en van de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1).

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie:

 

p.m.

— Administratie

(p.m.)

 

— Onderzoek en technologische ontwikkeling

(p.m.)

 

— Onderzoek (acties onder contract)

(p.m.)

 

— Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

(p.m.)

 

— Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

(p.m.)

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Brussel (OIB)

(p.m.)

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Luxemburg (OIL)

(p.m.)

 

— Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PMO)

(p.m.)

 

— Bureau voor publicaties van de Europese Unie (OP)

(p.m.)

 

— Communautair Bureau voor plantenrassen (CBP/CPVO)

(p.m.)

 

— Eurojust

(p.m.)

 

— Europees Bureau voor wederopbouw

(p.m.)

 

— Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (EU-OSHA)

(p.m.)

 

— Europees Geneesmiddelenbureau (EMEA)

(p.m.)

 

— Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA)

(p.m.)

 

— Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop)

(p.m.)

 

— Europees Milieuagentschap (EMA)

(p.m.)

 

— Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA)

(p.m.)

 

— Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (Eurofound)

(p.m.)

 

— Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA)

(p.m.)

 

— Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EWDD/EMCDDA)

(p.m.)

 

— Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA)

(p.m.)

 

— Europese Stichting voor opleiding (ETF)

(p.m.)

 

— Harmonisatiebureau voor de interne markt (HBIM/OHIM)

(p.m.)

 

— Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie (CdT)

(p.m.)

 

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

60 128 782

55 518 908

46 463 120,48

Toelichting

Op dit begrotingsonderdeel zal de opbrengst worden opgevoerd van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst overeenkomstig artikel 66 bis van het Statuut.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg en van de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1).

Besluit 94/262/EGKS, EG, Euratom van het Europees Parlement van 9 maart 1994 inzake het statuut van de Europese Ombudsman en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van zijn ambt (PB L 113 van 4.5.1994, blz. 15).

Besluit nr. 1247/2002/EG van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 1 juli 2002 betreffende het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van de functie van Europees Toezichthouder voor gegevensbescherming (PB L 183 van 12.7.2002, blz. 1).

Besluit nr. 2009/909/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de voorzitter van de Europese Raad (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 35).

Besluit nr. 2009/910/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 36).

Besluit nr. 2009/912/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 38).

Parlement

 

8 109 730

Raad

 

2 258 000

Commissie:

 

42 428 398

— Administratie

(30 915 000)

 

— Onderzoek en technologische ontwikkeling

(2 348 125)

 

— Onderzoek (acties onder contract)

(2 655 569)

 

— Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

(521 000)

 

— Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

(110 000)

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Brussel (OIB)

(410 000)

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Luxemburg (OIL)

(139 000)

 

— Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PMO)

(215 000)

 

— Bureau voor publicaties van de Europese Unie (OP)

(555 000)

 

— Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER)

(38 793)

 

— Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige informatiesystemen op het gebied van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

(63 250)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Artemis — Initiatief Ingebedde computersystemen (GO Artemis)

(6 747)

 

— Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC)

(10 120)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

(15 180)

 

— Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC/CFCA)

(55 242)

 

— Communautair Bureau voor plantenrassen (CBP/CPVO)

(30 058)

 

— Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur (EACEA)

(119 424)

 

— Europees Bureau voor wederopbouw

(p.m.)

 

— Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (EU-OSHA)

(32 502)

 

— Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen (Frontex)

(144 330)

 

— Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO)

(32 046)

 

— Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA)

(508 242)

 

— Europese Bankautoriteit (EBA)

(16 867)

 

— Eurojust

(46 805)

 

— Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC)

(101 587)

 

— Europees Centrum voor ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop)

(83 938)

 

— Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA)

(449 786)

 

— Europees Milieuagentschap (EMA)

(139 280)

 

— Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA)

(252 386)

 

— Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (Eurofound)

(79 079)

 

— Europees GNSS-Agentschap (Galileo)

(45 875)

 

— Europees Instituut voor gendergelijkheid (EIGE)

(22 770)

 

— Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT)

(23 613)

 

— Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (EIOPA)

(16 023)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie (Fusion for Energy — F4E)

(164 582)

 

— Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA)

(152 913)

 

— Europees Geneesmiddelenbureau (EMEA)

(386 863)

 

— Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EWDD/EMCDDA)

(87 566)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Adviesraad voor het Europese nano-elektronica-initiatief (ENIAC)

(5 060)

 

— Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging (ENISA)

(37 106)

 

— Europese Politieacademie (CEPOL)

(16 510)

 

— Europese Politiedienst (Europol)

(46 805)

 

— Europees Spoorwegbureau

(102 394)

 

— Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad (ERCEA)

(129 028)

 

— Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA)

(18 132)

 

— Europese Stichting voor opleiding (ETF)

(103 322)

 

— Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA)

(43 173)

 

— Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie (EACI)

(64 880)

 

— Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten (EAHC)

(23 870)

 

— Uitvoerend Agentschap Onderzoek (REA)

(130 550)

 

— Uitvoerend Agentschap voor het trans-Europees vervoersnetwerk (TEN-T EA)

(34 805)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Brandstofcellen en waterstof (FCH)

(15 180)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (IMI)

(24 457)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor de realisering van het Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR)

(32 890)

 

— Harmonisatiebureau voor de interne markt (HBIM/OHIM)

(446 258)

 

— Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie (CdT)

(159 417)

 

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

3 004 000

Rekenkamer

 

1 100 000

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

947 174

Comité van de Regio's

 

437 055

Europese Ombudsman

 

58 425

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

74 000

Europese Dienst voor extern optreden

 

1 712 000

 

Totaal

60 128 782

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

437 655 803

430 238 260

374 439 928,64

Toelichting

Deze ontvangsten worden gevormd door de bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1860/76 van de Raad van 29 juni 1976 houdende vaststelling van de regeling welke van toepassing is op het personeel van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (PB L 214 van 6.8.1976, blz. 24).

Parlement

 

58 631 602

Raad

 

24 527 000

Commissie:

 

305 137 702

— Administratie

(204 432 325)

 

— Onderzoek en technologische ontwikkeling

(17 597 225)

 

— Onderzoek (acties onder contract)

(19 901 259)

 

— Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

(3 268 319)

 

— Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

(996 587)

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Brussel (OIB)

(5 052 000)

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Luxemburg (OIL)

(1 516 000)

 

— Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PMO)

(2 591 181)

 

— Bureau voor publicaties van de Europese Unie (OP)

(4 542 678)

 

— Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER)

(367 775)

 

— Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige informatiesystemen op het gebied van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

(599 633)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Artemis — Initiatief Ingebedde computersystemen (GO Artemis)

(63 961)

 

— Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC)

(95 941)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

(143 912)

 

— Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC/CFCA)

(445 123)

 

— Communautair Bureau voor plantenrassen (CBP/CPVO)

(296 303)

 

— Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur (EACEA)

(1 937 575)

 

— Europees Bureau voor wederopbouw

(p.m.)

 

— Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (EU-OSHA)

(375 309)

 

— Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen (Frontex)

(1 192 819)

 

— Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO)

(303 814)

 

— Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA)

(3 975 484)

 

— Europese Bankautoriteit (EBA)

(159 902)

 

— Eurojust

(981 419)

 

— Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC)

(1 209 354)

 

— Europees Centrum voor ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop)

(819 457)

 

— Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA)

(3 090 008)

 

— Europees Milieuagentschap (EMA)

(1 260 080)

 

— Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA)

(2 608 206)

 

— Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (Eurofound)

(743 740)

 

— Europees GNSS-Agentschap (Galileo)

(353 342)

 

— Europees Instituut voor gendergelijkheid (EIGE)

(215 868)

 

— Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT)

(223 863)

 

— Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (EIOPA)

(151 907)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie (Fusion for Energy — F4E)

(1 292 617)

 

— Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA)

(1 380 207)

 

— Europees Geneesmiddelenbureau (EMEA)

(3 796 239)

 

— Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EWDD/EMCDDA)

(737 351)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Adviesraad voor het Europese nano-elektronica-initiatief (ENIAC)

(47 971)

 

— Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging (ENISA)

(351 785)

 

— Europese Politieacademie (CEPOL)

(187 759)

 

— Europese Politiedienst (Europol)

(981 419)

 

— Europees Spoorwegbureau

(881 640)

 

— Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad (ERCEA)

(2 093 394)

 

— Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA)

(171 895)

 

— Europese Stichting voor opleiding (ETF)

(884 740)

 

— Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA)

(426 662)

 

— Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie (EACI)

(1 035 003)

 

— Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten (EAHC)

(294 879)

 

— Uitvoerend Agentschap Onderzoek (REA)

(2 118 080)

 

— Uitvoerend Agentschap voor het trans-Europees vervoersnetwerk (TEN-T EA)

(454 054)

 

— Gemeenschappelijke onderneming Brandstofcellen en waterstof (FCH)

(143 912)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (IMI)

(231 858)

 

— Gemeenschappelijke onderneming voor de realisering van het Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR)

(311 809)

 

— Harmonisatiebureau voor de interne markt (HBIM/OHIM)

(4 271 005)

 

— Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie (CdT)

(1 531 054)

 

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

17 711 000

Rekenkamer

 

7 715 532

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

5 974 002

Comité van de Regio's

 

4 303 311

Europese Ombudsman

 

493 113

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

411 000

Europese Dienst voor extern optreden

 

12 751 541

 

Totaal

437 655 803

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

77 713 938

80 385 060

76 367 682,08

Toelichting

Deze ontvangsten worden gevormd door de aan de Europese Unie betaalde actuariële tegenwaarde of de afkoopsom van de pensioenrechten die ambtenaren in een vorige werkkring hebben verworven.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Parlement

 

9 134 938

Raad

 

p.m.

Commissie

 

66 779 000

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

500 000

Rekenkamer

 

1 300 000

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

77 713 938

4 1 2   Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

110 000

105 000

57 339,85

Toelichting

Ambentaren en andere personeelsleden die verlof om persoonlijke redenen nemen, kunnen pensioenrechten blijven opbouwen mits zij ook de werkgeversbijdrage voor hun rekening nemen.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Parlement

 

10 000

Raad

 

p.m.

Commissie

 

100 000

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

110 000

HOOFDSTUK 4 2 —   ANDERE BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

4 2 0   Werkgeversbijdragen van gedecentraliseerde agentschappen en internationale organisaties aan de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

13 123 267

11 476 650

7 891 672,96

Toelichting

Deze ontvangsten worden gevormd door de werkgeversbijdrage van gedecentraliseerde agentschappen en internationale organisaties aan de pensioenregeling.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Commissie

 

13 123 267

4 2 1   Bijdrage van de leden van het Europees Parlement aan een pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

820 485,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden gevormd door de bijdrage van de leden van het Europees Parlement in de financiering van de pensioenregeling.

Rechtsgronden

Regeling betreffende de kosten en vergoedingen van de leden van het Europees Parlement, met name bijlage III.

Parlement

 

p.m.

TITEL 5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Verkoop van roerende goederen (leveringen)

5 0 0 0

Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

72 027,05

5 0 0 1

Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

39 602,42

5 0 0 2

Ontvangsten die voortvloeien uit leveringen aan andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

362 665,38

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

p.m.

474 294,85

5 0 1

Verkoop van onroerende goederen

p.m.

p.m.

0,—

5 0 2

Verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 868 325,21

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

p.m.

2 342 620,06

HOOFDSTUK 5 1

5 1 0

Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 1 1

Opbrengst van de verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0

Opbrengst van de verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

20 015 601,71

5 1 1 1

Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 082 853,85

 

Totaal van artikel 5 1 1

p.m.

p.m.

21 098 455,56

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

p.m.

21 098 455,56

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten over de rekeningen van de instellingen

7 194 000

8 794 000

18 390 467,80

5 2 1

Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten over de rekeningen van gesubsidieerde organisaties die aan de Commissie worden overgemaakt

10 000 000

10 000 000

26 885 559,70

5 2 2

Rente op betaalde voorfinanciering

40 000 000

50 000 000

62 408 819,19

5 2 3

Ontvangsten uit trustrekeningen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

57 194 000

68 794 000

107 684 846,69

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief de door andere instellingen of organen terugbetaalde kosten van dienstreizen die voor deze instellingen of organen waren betaald — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

14 496 682,85

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verrichte diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

3 289 115,57

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

p.m.

17 785 798,42

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

41 991 820,80

5 7 1

Ontvangsten die voor een bepaald doel zijn bestemd, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, met inbegrip van de specifieke bestemde ontvangsten voor elke instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

31 997,47

5 7 2

Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven

p.m.

p.m.

0,—

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

140 034 796,82

5 7 4

Ontvangsten uit hoofde van de bijdrage van de Commissie aan de EDEO voor personeelsleden van de Commissie die in de delegaties van de Unie werkzaam zijn — Bestemmingsuitgaven

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

p.m.

182 058 615,09

HOOFDSTUK 5 8

5 8 0

Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

160 148,61

5 8 1

Ontvangsten uit verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 648 018,09

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

p.m.

1 808 166,70

HOOFDSTUK 5 9

5 9 0

Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

100 000

100 000

1 746 769,61

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 9

100 000

100 000

1 746 769,61

 

Totaal van titel 5

57 294 000

68 894 000

334 525 272,13

HOOFDSTUK 5 0 —

VERKOOP VAN ROERENDE (LEVERINGEN) EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGSTEN

HOOFDSTUK 5 2 —

OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE INTRESTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 9 —

OVERIGE ONTVANGSTEN UIT HET ADMINISTRATIEVE BEHEER

HOOFDSTUK 5 0 —   VERKOOP VAN ROERENDE (LEVERINGEN) EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Verkoop van roerende goederen (leveringen)

5 0 0 0   Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

72 027,05

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van de vervoermiddelen van de instellingen.

Tevens worden hier de opbrengsten geboekt van de verkoop van vervoermiddelen die worden vervangen of die volledig afgeschreven zijn.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) en e bis), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 0 0 1   Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

39 602,42

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van andere roerende goederen van de instellingen dan vervoermiddelen.

Tevens worden hier de opbrengsten geboekt van de verkoop van materieel, installaties, materialen en wetenschappelijke en technische apparaten die worden vervangen of die volledig afgeschreven zijn.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) en e bis), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 0 0 2   Ontvangsten die voortvloeien uit leveringen aan andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

362 665,38

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder g), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 0 1   Verkoop van onroerende goederen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop van onroerende goederen van de instellingen.

5 0 2   Verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 868 325,21

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Dit artikel omvat tevens de ontvangsten uit de verkoop van deze producten in elektronische vorm.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGSTEN

5 1 0   Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 1 1   Opbrengst van de verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0   Opbrengst van de verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

20 015 601,71

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 1 1 1   Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 082 853,85

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

HOOFDSTUK 5 2 —   OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE INTRESTEN

5 2 0   Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten over de rekeningen van de instellingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

7 194 000

8 794 000

18 390 467,80

Toelichting

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt die afkomstig zijn van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten, geïnd op de rekeningen van de instellingen.

Parlement

 

1 300 000

Raad

 

p.m.

Commissie

 

5 600 000

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

130 000

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

64 000

Comité van de Regio's

 

100 000

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

7 194 000

5 2 1   Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten over de rekeningen van gesubsidieerde organisaties die aan de Commissie worden overgemaakt

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

10 000 000

10 000 000

26 885 559,70

Toelichting

Op dit begrotingsonderdeel worden de ontvangsten opgevoerd die voortkomen uit de terugstorting van rente door gesubsidieerde organisaties die voorschotten van de Commissie op rentedragende rekeningen hebben geplaatst. De ongebruikte voorschotten en de rente daarop moeten aan de Commissie worden teruggestort.

Commissie

 

10 000 000

5 2 2   Rente op betaalde voorfinanciering

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

40 000 000

50 000 000

62 408 819,19

Toelichting

Op dit artikel worden de ontvangsten uit de rente op voorfinancieringen geboekt.

Deze ontvangsten kunnen overeenkomstig artikel 5 bis van het Financieel Reglement worden gebruikt ter opvoering van de extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid. De rente uit voorfinancieringen wordt bestemd voor het betrokken programma of de actie en in mindering gebracht op het saldo van de aan de begunstigde verschuldigde bedragen.

In de verordening houdende uitvoeringsvoorschriften van het Financieel Reglement worden de gevallen genoemd waarin de verantwoordelijke ordonnateur bij wijze van uitzondering jaarlijks de betrokken rente zal terugvorderen.

Commissie

 

40 000 000

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 5 bis.

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1), met name de artikelen 4 en 4 bis.

5 2 3   Ontvangsten uit trustrekeningen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Op dit artikel worden rente en andere ontvangsten uit trustrekeningen geboekt.

De trustrekeningen worden namens de Unie aangehouden door internationale financiële instellingen (Europees Investeringsfonds, Europese Investeringsbank, Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa/Kreditanstalt für Wiederaufbau, Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling) die uniale/communautaire programma’s beheren en de door de Unie/Gemeenschap overgemaakte bedragen blijven op de rekening totdat deze beschikbaar worden gesteld voor de begunstigden in het kader van het enige programma, zoals kleine en middelgrote ondernemingen of instellingen die projecten in toetredingslanden beheren.

Overeenkomstig artikel 18, lid 2, van het Financieel Reglement geeft rente uit trustrekeningen voor uniale/communautaire programma’s aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op de begrotingsonderdelen van de oorspronkelijke uitgave die tot de desbetreffende ontvangsten heeft geleid.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 18, lid 2.

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

5 5 0   Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief de door andere instellingen of organen terugbetaalde kosten van dienstreizen die voor deze instellingen of organen waren betaald — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

14 496 682,85

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder g), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verrichte diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

3 289 115,57

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

5 7 0   Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

41 991 820,80

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 7 1   Ontvangsten die voor een bepaald doel zijn bestemd, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, met inbegrip van de specifieke bestemde ontvangsten voor elke instelling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

31 997,47

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder c), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 7 2   Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de inkomsten geboekt in verband met de terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

140 034 796,82

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 7 4   Ontvangsten uit hoofde van de bijdrage van de Commissie aan de EDEO voor personeelsleden van de Commissie die in de delegaties van de Unie werkzaam zijn — Bestemmingsuitgaven

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Deze ontvangsten vloeien voort uit een bijdrage van de Commissie aan de EDEO om de ter plaatse beheerde uitgaven te dekken van de personeelsleden van de Commissie die in de delegaties van de Unie werkzaam zijn, inclusief personeelsleden van de Commissie die met middelen van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) worden betaald.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder begrotingspost 3 0 0 5 van de staat van uitgaven in afdeling X „Europese dienst voor extern optreden”.

Europese dienst voor extern optreden

 

p.m.

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 0   Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

160 148,61

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder i), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

5 8 1   Ontvangsten uit verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 648 018,09

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder h), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Op dit artikel wordt tevens de bezoldigingsvergoeding geboekt die de verzekering uitkeert bij ongevallen van ambtenaren.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

HOOFDSTUK 5 9 —   OVERIGE ONTVANGSTEN UIT HET ADMINISTRATIEVE BEHEER

5 9 0   Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

100 000

100 000

1 746 769,61

Toelichting

Op dit artikel worden de overige ontvangsten uit het administratieve beheer geboekt.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

100 000

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

p.m.

Rekenkamer

 

p.m.

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

100 000

TITEL 6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN UNIALE/COMMUNAUTAIRE OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA’S

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 0

6 0 1

Diverse onderzoeksprogramma’s

6 0 1 1

Samenwerkingsovereenkomsten Zwitserland-Euratom op het gebied van de beheerste thermische kernversmelting en de plasmafysica — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 0 1 2

European Fusion Development Agreements (EFDA) — Bestemmingontvangsten

p.m.

p.m.

16 455 367,63

6 0 1 3

Samenwerkingsovereenkomsten met derde landen in het kader van uniale/communautaire onderzoeksprogramma’s — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

225 927 075,31

6 0 1 5

Samenwerkingsovereenkomsten met instellingen van derde landen, in het kader van wetenschappelijke en technologische projecten van uniaal/communautair belang (Eureka en andere) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 0 1 6

Europese samenwerkingsovereenkomsten op het gebied van wetenschappelijk en technisch onderzoek — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 0 1

p.m.

p.m.

242 382 442,94

6 0 2

Andere programma’s

6 0 2 1

Diverse ontvangsten bestemd voor activiteiten in verband met humanitaire hulp — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 0 2

p.m.

p.m.

0,—

6 0 3

Associatieovereenkomsten tussen de Unie/Gemeenschap en derde landen

6 0 3 1

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelname van kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

192 439 263,08

6 0 3 2

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van derde landen, die geen kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan zijn aan samenwerkingsovereenkomsten op douanegebied — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

251 618,—

6 0 3 3

Deelneming van derden aan activiteiten van de Unie/Gemeenschap — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

11 788 959,—

 

Totaal van artikel 6 0 3

p.m.

p.m.

204 479 840,08

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 0

p.m.

p.m.

446 862 283,02

HOOFDSTUK 6 1

6 1 1

Terugbetaling van voor rekening van één of meer staten gedane uitgaven

6 1 1 3

Opbrengsten van de beleggingen zoals bedoeld in artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

56 445 859,43

6 1 1 4

Ontvangsten uit de invorderingen in het kader van het onderzoeksprogramma van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 1 1

p.m.

p.m.

56 445 859,43

6 1 2

Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

894 767,08

6 1 4

Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden toegekende uniale/communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie

6 1 4 0

Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden op het gebied van de nieuwe energietechnologie toegekende uniale/communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie — Bestemmingsontvangsten

p.m.

0,—

6 1 4 3

Terugbetaling van de uniale/communautaire steun toegekend in het kader van Europese activiteiten met risicodragend kapitaal ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 1 4

p.m.

p.m.

0,—

6 1 5

Terugbetaling van niet-gebruikte uniale/communautaire bijstand

6 1 5 0

Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, het Cohesiefonds, het Solidariteitsfonds, het pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) en het instrument voor pretoetredingssteun (IPA)

p.m.

p.m.

59 834 833,16

6 1 5 1

Terugbetaling van niet-gebruikte subsidies voor het begrotingsevenwicht — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 1 5 2

Terugbetaling van niet-gebruikte rentesubsidies — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 1 5 3

Terugbetaling van niet-gebruikte bedragen in het kader van contracten van de instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

37 797,32

6 1 5 7

Terugbetaling van voorschotten in het kader van de structuurfondsen, het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds

p.m.

p.m.

27 667 926,25

6 1 5 8

Terugbetaling van diverse niet-gebruikte bedragen aan uniale/communautaire bijstand — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

23 188 730,82

 

Totaal van artikel 6 1 5

p.m.

p.m.

110 729 287,55

6 1 6

Terugbetaling van de uitgaven voor rekening van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 1 7

Terugbetaling van in het kader van de uniale/communautaire hulp aan derde landen uitgekeerde bedragen

6 1 7 0

Terugbetaling in het kader van de ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

2 758 732,44

 

Totaal van artikel 6 1 7

p.m.

p.m.

2 758 732,44

6 1 8

Terugbetaling van in het kader van de voedselhulp gestorte bedragen

6 1 8 0

Terugbetaling door leveranciers of begunstigden van uit hoofde van de voedselhulp te veel ontvangen bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 1 8 1

Terugbetaling van door begunstigden van voedselhulp veroorzaakte aanvullende kosten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 1 8

p.m.

p.m.

0,—

6 1 9

Overige terugbetalingen van voor rekening van derden gedane uitgaven

6 1 9 1

Overige terugbetalingen van in het kader van Besluit 77/270/Euratom van de Raad voor rekening van derden gedane uitgaven — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

9 644,73

 

Totaal van artikel 6 1 9

p.m.

p.m.

9 644,73

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 1

p.m.

p.m.

170 838 291,23

HOOFDSTUK 6 2

6 2 0

Verstrekking tegen vergoeding van grondstoffen of bijzondere splijtstoffen (artikel 6, onder b), van het Euratomverdrag) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 2 2

Ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding voor derden verrichte werkzaamheden

6 2 2 1

Ontvangsten uit de exploitatie van de hogefluxreactor die aanleiding geven tot de opvoering van aanvullende kredieten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

18 313 217,—

6 2 2 3

Andere ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding voor derden verrichte werkzaamheden die aanleiding geven tot de opvoering van aanvullende kredieten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

10 019 812,25

6 2 2 4

Ontvangsten uit door de Commissie verleende licenties op al dan niet voor een octrooi in aanmerking komende uitvindingen voortvloeiend uit het uniale/communautaire onderzoek door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

229 242,79

6 2 2 5

Andere ontvangsten ten voordele van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 2 2 6

Ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek op basis van concurrentie voor andere diensten van de Commissie verrichte werkzaamheden die aanleiding geven tot de opvoering van aanvullende kredieten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

56 196 406,80

 

Totaal van artikel 6 2 2

p.m.

p.m.

84 758 678,84

6 2 4

Ontvangsten uit door de Commissie verleende licenties op al dan niet voor een octrooi in aanmerking komende uitvindingen voortvloeiend uit het uniale/communautaire onderzoek (werkzaamheden onder contract) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 2

p.m.

p.m.

84 758 678,84

HOOFDSTUK 6 3

6 3 0

Bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie in het kader van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

218 892 911,—

6 3 1

Bijdragen in het kader van het Schengenacquis

6 3 1 1

Bijdragen in de administratieve uitgaven die voortvloeien uit de overeenkomst met IJsland en Noorwegen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 541 816,—

6 3 1 2

Bijdragen voor de ontwikkeling van grootschalige informatiesystemen in het kader van de overeenkomst met IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 314 270,59

6 3 1 3

Andere bijdragen in het kader van het Schengenacquis (IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 3 1

p.m.

p.m.

2 856 086,59

6 3 2

Bijdragen voor de uitgaven van het Europees Ontwikkelingsfonds op het gebied van gemeenschappelijke administratieve ondersteuning — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

70 035 604,22

6 3 3

Bijdragen aan sommige externe steunprogramma’s

6 3 3 0

Bijdragen van de lidstaten voor sommige externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

5 595 450,12

6 3 3 1

Bijdragen van derde landen voor sommige externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 3 3 2

Bijdragen van internationale organisaties voor sommige externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 3 3

p.m.

p.m.

5 595 450,12

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 3

p.m.

p.m.

297 380 051,93

HOOFDSTUK 6 5

6 5 0

Financiële correcties

6 5 0 0

Financiële correcties geboekt in het kader van de structuurfondsen, het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds

p.m.

p.m.

305 688 340,62

 

Totaal van artikel 6 5 0

p.m.

p.m.

305 688 340,62

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 5

p.m.

p.m.

305 688 340,62

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

303 620 521,77

6 6 0 1

Andere bijdragen en terugbetalingen zonder specifieke bestemming

30 000 000

30 000 000

122 478 259,14

 

Totaal van artikel 6 6 0

30 000 000

30 000 000

426 098 780,91

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

30 000 000

30 000 000

426 098 780,91

HOOFDSTUK 6 7

6 7 0

Ontvangsten in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)

6 7 0 1

Goedkeuring van de ELGF-rekeningen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

600 517 182,09

6 7 0 2

Onregelmatigheden in het kader van het ELGF — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

147 878 436,59

6 7 0 3

Heffing voor melkproducenten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

337 626 470,92

 

Totaal van artikel 6 7 0

p.m.

p.m.

1 086 022 089,60

6 7 1

Ontvangsten in het kader van het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO)

6 7 1 1

Goedkeuring van de ELFPO-rekeningen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

350 800,—

6 7 1 2

Onregelmatigheden in het kader van het ELFPO — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 7 1

p.m.

p.m.

350 800,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 7

p.m.

p.m.

1 086 372 889,60

HOOFDSTUK 6 8

6 8 0

Tijdelijke herstructureringsheffing — Bestemmingsontvangsten

6 8 0 1

Tijdelijke herstructureringsheffing — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 741 417 405,37

6 8 0 2

Onregelmatigheden in verband met het tijdelijke herstructureringsfonds — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 8 0 3

Goedkeuring betreffende het tijdelijke herstructureringsfonds — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 8 0

p.m.

p.m.

1 741 417 405,37

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 8

p.m.

p.m.

1 741 417 405,37

 

Totaal van titel 6

30 000 000

30 000 000

4 559 416 721,52

HOOFDSTUK 6 0 —

BIJDRAGEN VOOR UNIALE/COMMUNAUTAIRE PROGRAMMA’S

HOOFDSTUK 6 1 —

TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

HOOFDSTUK 6 2 —

ONTVANGSTEN UIT ONDER BEZWARENDE TITEL VERRICHTE DIENSTEN

HOOFDSTUK 6 3 —

BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

HOOFDSTUK 6 5 —

FINANCIËLE CORRECTIES

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 7 —

ONTVANGSTEN IN HET KADER VAN HET EUROPEES LANDBOUWGARANTIEFONDS EN HET EUROPEES LANDBOUWFONDS VOOR PLATTELANDSONTWIKKELING

HOOFDSTUK 6 8 —

TIJDELIJKE HERSTRUCTURERINGSHEFFING

HOOFDSTUK 6 0 —   BIJDRAGEN VOOR UNIALE/COMMUNAUTAIRE PROGRAMMA’S

6 0 1   Diverse onderzoeksprogramma’s

6 0 1 1   Samenwerkingsovereenkomsten Zwitserland-Euratom op het gebied van de beheerste thermische kernversmelting en de plasmafysica — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiende uit samenwerkingsovereenkomsten tussen Zwitserland en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name die van 14 september 1978.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten, afhankelijk van de te dekken uitgaven, worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 08 22 04 (werkzaamheden onder contract) van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

6 0 1 2   European Fusion Development Agreements (EFDA) — Bestemmingontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

16 455 367,63

Toelichting

Ontvangsten, voortvloeiende uit de multilaterale EFDA tussen de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en haar 18 partners op fusiegebied, met name die van 30 maart 1999.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten, afhankelijk van de te dekken uitgaven, worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 08 22 04 (werkzaamheden onder contract) van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Dergelijke ontvangsten zijn bestemd voor het dekken van de bijdragen van de partners aan de financiering van uitgaven van het Joint Fund ten gevolge van het gebruik van de faciliteiten van JET uit hoofde van de EFDA.

6 0 1 3   Samenwerkingsovereenkomsten met derde landen in het kader van uniale/communautaire onderzoeksprogramma’s — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

225 927 075,31

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiende uit samenwerkingsovereenkomsten tussen de Unie/Gemeenschap en derde landen, in het bijzonder met die landen die deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijke en technische onderzoek, met het doel hen bij uniale/communautaire onderzoeksprogramma’s te betrekken.

De eventuele middelen zijn bestemd voor het dekken van de kosten van vergaderingen, deskundigencontracten en onderzoek in het kader van de desbetreffende programma’s.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten, afhankelijk van de te dekken uitgaven, worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 02 04 03, 06 06 04, 08 22 04, 09 04 02, 15 07 78, 32 06 03 (werkzaamheden onder contract) en de artikelen 10 02 02 en 10 03 02 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Besluit 2007/502/EG, Euratom van de Raad en de Commissie van 25 juni 2007 betreffende de ondertekening, namens de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie enerzijds en de Zwitserse Bondsstaat anderzijds (PB L 189 van 20.7.2007, blz. 24).

Besluit 2007/585/EG van de Raad van 10 juli 2007 betreffende de ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Staat Israël (PB L 220 van 25.8.2007, blz. 3).

Besluit 2010/558/EU van de Raad van 12 maart 2010 betreffende de ondertekening, namens de Unie, en voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de regering van de Faeröer betreffende wetenschappenlijke en technologische samenwerking, waarbij de Faeröer geassocieerd worden met het zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) van de Unie (PB L 245 van 17.9.2010, blz. 1).

6 0 1 5   Samenwerkingsovereenkomsten met instellingen van derde landen, in het kader van wetenschappelijke en technologische projecten van uniaal/communautair belang (Eureka en andere) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiende uit tussen de Unie/Gemeenschap en instellingen van derde landen in het kader van wetenschappelijke en technologische projecten van uniaal/communautair belang gesloten samenwerkingsovereenkomsten (Eureka en andere).

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 02 04 03, 06 06 04, 08 22 04 en 09 04 02 (werkzaamheden onder contract) van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

6 0 1 6   Europese samenwerkingsovereenkomsten op het gebied van wetenschappelijk en technisch onderzoek — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten van staten die deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijk en technisch onderzoek.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 02 04 03, 06 06 04, 08 22 04 en 09 04 02 (werkzaamheden onder contract) van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Referentiebesluiten

Resolutie van de ministers van de staten die deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijke en technische onderzoek (Cost) (ondertekend te Wenen op 21 november 1991) (PB C 333 van 24.12.1991, blz. 1).

6 0 2   Andere programma’s

6 0 2 1   Diverse ontvangsten bestemd voor activiteiten in verband met humanitaire hulp — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Eventuele deelnemingen van derden aan activiteiten in verband met humanitaire hulp.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder titel 23 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

6 0 3   Associatieovereenkomsten tussen de Unie/Gemeenschap en derde landen

6 0 3 1   Ontvangsten die voortvloeien uit de deelname van kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

192 439 263,08

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiend uit de associatieovereenkomsten die tussen de Unie/Gemeenschap en de hierna genoemde landen zijn gesloten als gevolg van hun deelname aan diverse uniale/communautaire programma’s. Ontvangsten die afkomstig zijn van landen die inmiddels lidstaat zijn geworden, betreffen maatregelen uit de tijd voor hun toetreding.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Referentiebesluiten

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Turkije inzake de algemene beginselen voor de deelname van de Republiek Turkije aan communautaire programma’s (PB L 61 van 2.3.2002, blz. 29).

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Albanië inzake de algemene beginselen van de deelname van de Republiek Albanië aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 2).

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Bosnië en Herzegovina inzake de algemene beginselen voor de deelname van Bosnië en Herzegovina aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 9).

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kroatië inzake de algemene beginselen voor de deelname van Kroatië aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 16).

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Servië en Montenegro inzake de algemene beginselen voor de deelname van Servië en Montenegro aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 29).

Protocol bij de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds betreffende een kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië inzake de algemene beginselen voor de deelname van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 23).

Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van protocol 8, inzake de algemene beginselen voor de deelname van Montenegro aan communautaire programma’s, bij de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Montenegro, anderzijds (PB L 43 van 19.2.2008, blz. 11).

Aanvullende protocollen bij de Europaovereenkomsten (artikelen 228 en 238), waarbij wordt bepaald dat de communautaire programma’s zullen worden opengesteld voor de geassocieerde kandidaat-lidstaten.

6 0 3 2   Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van derde landen, die geen kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan zijn aan samenwerkingsovereenkomsten op douanegebied — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

251 618,00

Toelichting

Onder deze post worden de bijdragen van derde landen aan samenwerkingsovereenkomsten op douanegebied geboekt. Daarbij gaat het voornamelijk om het Transit-project en de verspreiding (langs telematische weg) van tariefgegevens en andere informatie.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 14 03 01, 14 04 01, 14 04 02 en 14 05 03 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (PB L 226 van 13.8.1987, blz. 2).

Besluit 2000/305/EG van de Raad van 30 maart 2000 inzake de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Zwitserland betreffende de uitbreiding van het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI) in het kader van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (PB L 102 van 27.4.2000, blz. 50).

Besluit 2000/506/EG van de Raad van 31 juli 2000 inzake de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Noorwegen betreffende de uitbreiding van het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI) in het kader van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (PB L 204 van 11.8.2000, blz. 35).

Besluit van de Raad van 19 maart 2001 waarbij de Commissie wordt gemachtigd namens de Europese Gemeenschap te onderhandelen over een wijziging van het op 15 december 1950 te Brussel ondertekende Verdrag houdende instelling van een Internationale Douaneraad, teneinde het de Europese Gemeenschap mogelijk te maken van genoemde organisatie lid te worden.

Beschikking nr. 253/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2003 houdende goedkeuring van een actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap (Douane 2007) (PB L 36 van 12.2.2003, blz. 1).

Beschikking nr. 624/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot vaststelling van een actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap (Douane-2013) (PB L 154 van 14.6.2007, blz. 25).

6 0 3 3   Deelneming van derden aan activiteiten van de Unie/Gemeenschap — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

11 788 959,00

Toelichting

Eventuele bijdragen van derden aan activiteiten van de Unie/Gemeenschap.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

HOOFDSTUK 6 1 —   TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

6 1 1   Terugbetaling van voor rekening van één of meer staten gedane uitgaven

6 1 1 3   Opbrengsten van de beleggingen zoals bedoeld in artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

56 445 859,43

Toelichting

Beschikking 2003/76/EG bepaalt dat de Commissie wordt belast met de afwikkeling van de bij het aflopen het EGKS-Verdrag nog lopende financiële verrichtingen van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal.

Volgens artikel 4 van die beschikking gelden de netto-opbrengsten van de beleggingen van de beschikbare activa als ontvangsten in de algemene begroting van de Europese Unie met een bijzondere bestemming, te weten de financiering van onderzoeksprojecten ten behoeve van sectoren die in verband staan met de kolen- en staalindustrie door middel van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal.

De netto-ontvangsten die beschikbaar zijn voor de financiering van de onderzoeksprojecten van het jaar n + 2, worden opgenomen in de balans van de EGKS in liquidatie van het jaar n en, wanneer de liquidatie is afgesloten, in de balans van de activa van het Fonds voor onderzoek inzake kool en staal. Dit financieringsmechanisme trad in werking in 2003. De ontvangsten van 2009 zullen in 2011 worden gebruikt voor onderzoek. Teneinde eventuele schommelingen in de financiering van het onderzoek als gevolg van de ontwikkeling van de financiële markten zoveel mogelijk te beperken, zal een egalisatie worden uitgevoerd. De netto-ontvangsten die in 2011 beschikbaar zijn voor onderzoek, worden geraamd op 60 929 750 EUR.

Krachtens artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG is 72,8 % van de middelen van het Fonds beschikbaar voor de staalsector en 27,2 % voor de kolensector.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 160, lid 1 bis, van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder hoofdstuk 08 23 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Beschikking 2003/76/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn voor de uitvoering van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte protocol betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal (PB L 29 van 5.2.2003, blz. 22).

6 1 1 4   Ontvangsten uit de invorderingen in het kader van het onderzoeksprogramma van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Beschikking 2003/76/EG bepaalt dat de Commissie wordt belast met de afwikkeling van de bij het aflopen het EGKS-Verdrag nog lopende financiële verrichtingen van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal.

Krachtens artikel 4, lid 5, van die beschikking worden de ingevorderde bedragen eerst geboekt bij het vermogen van de EGKS in liquidatie en, wanneer de liquidatie is afgesloten, bij de activa van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal.

Rechtsgronden

Beschikking 2003/76/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn voor de uitvoering van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte protocol betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal (PB L 29 van 5.2.2003, blz. 22).

6 1 2   Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

894 767,08

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Commissie

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

6 1 4   Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden toegekende uniale/communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie

6 1 4 0   Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden op het gebied van de nieuwe energietechnologie toegekende uniale/communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten uit de volledige of gedeeltelijke terugbetaling van financiële steun van de Unie wanneer projecten commercieel succesvol zijn. Aangezien voor dit type activiteit niet langer financiële steun wordt toegekend, blijven in titel 06 van de staat van uitgaven slechts de betalingskredieten over die nodig zijn om uitstaande verplichtingen af te wikkelen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 1 4 3   Terugbetaling van de uniale/communautaire steun toegekend in het kader van Europese activiteiten met risicodragend kapitaal ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Volledige of gedeeltelijke terugbetaling van de steun voor commercieel succesvolle projecten, met mogelijke deelneming in de winst die voortkomt uit subsidies die in het kader van de Europese activiteiten op het gebied van risicodragend kapitaal uit de instrumenten Venture Consort en Eurotech Capital zijn verleend ten behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 1 5   Terugbetaling van niet-gebruikte uniale/communautaire bijstand

6 1 5 0   Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, het Cohesiefonds, het Solidariteitsfonds, het pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) en het instrument voor pretoetredingssteun (IPA)

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

59 834 833,16

Toelichting

Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, het Cohesiefonds, het Solidariteitsfonds, het ISPA en het IPA.

Deze ontvangsten kunnen overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 1   Terugbetaling van niet-gebruikte subsidies voor het begrotingsevenwicht — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 2   Terugbetaling van niet-gebruikte rentesubsidies — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 3   Terugbetaling van niet-gebruikte bedragen in het kader van contracten van de instelling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

37 797,32

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 7   Terugbetaling van voorschotten in het kader van de structuurfondsen, het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

27 667 926,25

Toelichting

Op deze post worden voorschotten geboekt die in het kader van de structuurfondsen (het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Sociaal Fonds), het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds waren betaald en die worden terugbetaald.

De op deze post opgenomen bedragen geven overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van het Financieel Reglement aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten onder de desbetreffende begrotingsonderdelen van de titels 04, 11 en13 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, indien zij nodig zijn om de bijdrage van de structuurfondsen en het Cohesiefonds aan de betrokken bijstandsverlening niet te laten dalen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1164/94 van de Raad van 16 mei 1994 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 130 van 25.5.1994, blz. 1), met name artikel D van bijlage II.

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25), met name artikel 82, lid 2, en hoofdstuk II.

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

6 1 5 8   Terugbetaling van diverse niet-gebruikte bedragen aan uniale/communautaire bijstand — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

23 188 730,82

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 6   Terugbetaling van de uitgaven voor rekening van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Terugbetaling door de Internationale Organisatie voor Atoomenergie van de bedragen welke de Commissie heeft voorgeschoten voor de door deze organisatie op grond van de verificatieovereenkomsten verrichte controles (artikelen 32 05 01 en 32 05 02 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”).

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Referentiebesluiten

Overeenkomst tussen het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, Ierland, de Italiaanse Republiek, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden, de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie ter uitvoering van artikel III, de leden 1 en 4, van het Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens (PB L 51 van 22.2.1978, blz. 1), met name artikel 15.

Driepartijenovereenkomst tussen de Gemeenschap, het Verenigd Koninkrijk en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie.

Driepartijenovereenkomst tussen de Gemeenschap, Frankrijk en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie.

6 1 7   Terugbetaling van in het kader van de uniale/communautaire hulp aan derde landen uitgekeerde bedragen

6 1 7 0   Terugbetaling in het kader van de ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

2 758 732,44

Toelichting

Terugbetaling door leveranciers of begunstigden van uit hoofde van de ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika te veel ontvangen bedragen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot opvoering van aanvullende kredieten onder artikel 21 06 02 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

6 1 8   Terugbetaling van in het kader van de voedselhulp gestorte bedragen

6 1 8 0   Terugbetaling door leveranciers of begunstigden van uit hoofde van de voedselhulp te veel ontvangen bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Bepalingen vervat in de berichten van aanbesteding of in de financiële bepalingen die zijn gevoegd bij de brieven van de Commissie waarin de voorwaarden voor de toekenning van voedselhulp aan de begunstigden worden omschreven.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

6 1 8 1   Terugbetaling van door begunstigden van voedselhulp veroorzaakte aanvullende kosten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Bepalingen vervat in de leveringsmodaliteiten die zijn gevoegd bij de brieven van de Commissie waarin de voorwaarden voor de toekenning van voedselhulp aan de begunstigden worden omschreven.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

6 1 9   Overige terugbetalingen van voor rekening van derden gedane uitgaven

6 1 9 1   Overige terugbetalingen van in het kader van Besluit 77/270/Euratom van de Raad voor rekening van derden gedane uitgaven — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

9 644,73

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 22 02 05 01 en 19 06 04 01 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

Verordening (Euratom) nr. 300/2007 van de Raad van 19 februari 2007 tot invoering van een instrument voor samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (PB L 81 van 22.3.2007, blz. 1).

HOOFDSTUK 6 2 —   ONTVANGSTEN UIT ONDER BEZWARENDE TITEL VERRICHTE DIENSTEN

6 2 0   Verstrekking tegen vergoeding van grondstoffen of bijzondere splijtstoffen (artikel 6, onder b), van het Euratomverdrag) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten uit leveringen onder bezwarende titel van grondstoffen of bijzondere splijtstoffen aan de lidstaten voor de uitvoering van onderzoeksprogramma’s.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name artikel 6, onder b).

6 2 2   Ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding voor derden verrichte werkzaamheden

6 2 2 1   Ontvangsten uit de exploitatie van de hogefluxreactor die aanleiding geven tot de opvoering van aanvullende kredieten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

18 313 217,00

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiende uit de exploitatie van de hogefluxreactor (HFR) van de vestiging te Petten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek.

Betalingen door derden op verzoek waarvan de werkzaamheden worden verricht, in het bijzonder België en Nederland, ter financiering van de diverse uitgaven in verband met de exploitatie van de HFR door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 10 01 05 en 10 04 04 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Voltooiing van vroegere programma’s

De ontvangsten zijn afkomstig van Duitsland, Frankrijk en Nederland.

6 2 2 3   Andere ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding voor derden verrichte werkzaamheden die aanleiding geven tot de opvoering van aanvullende kredieten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

10 019 812,25

Toelichting

Ontvangsten afkomstig van personen, ondernemingen en nationale instellingen waarvoor het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding werkzaamheden zal uitvoeren of diensten zal verrichten.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot opvoering van aanvullende kredieten onder de artikelen 10 01 05, 10 04 01 en 10 04 02 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie” ten belope van de uitgaven uit hoofde van elke overeenkomst met een derde.

6 2 2 4   Ontvangsten uit door de Commissie verleende licenties op al dan niet voor een octrooi in aanmerking komende uitvindingen voortvloeiend uit het uniale/communautaire onderzoek door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

229 242,79

Toelichting

Volgens het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name artikel 12, hebben de lidstaten, personen en ondernemingen het recht om tegen betaling van een passende vergoeding niet-uitsluitende licenties op octrooien, voorlopig bescherminggevende rechten, gebruiksmodellen of octrooi-aanvragen, die eigendom van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie zijn, te verkrijgen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 10 01 05, 10 04 02 en 10 04 03 en de hoofdstukken 10 02 en 10 03 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

Verordening (EEG) nr. 2380/74 van de Raad van 17 september 1974 tot vaststelling van de regels voor de verspreiding van kennis betreffende onderzoeksprogramma’s voor de Europese Economische Gemeenschap (PB L 255 van 20.9.1974, blz. 1).

6 2 2 5   Andere ontvangsten ten voordele van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten, afkomstig van bijdragen, giften of legaten door derden, ten behoeve van diverse door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek verrichte activiteiten.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 10 01 05 en de hoofdstukken 10 02, 10 03 en 10 04 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

6 2 2 6   Ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek op basis van concurrentie voor andere diensten van de Commissie verrichte werkzaamheden die aanleiding geven tot de opvoering van aanvullende kredieten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

56 196 406,80

Toelichting

Ontvangsten van andere diensten van de Commissie waarvoor het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen betaling werk verricht en/of diensten verleent, en ontvangsten die voortvloeien uit de deelname aan de activiteiten van de kaderprogramma’s voor onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 10 01 05, 10 02 01, 10 03 01, 10 04 01 en 10 04 03 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, ten bedrage van de specifieke uitgaven in het kader van contracten met andere diensten van de Commissie.

6 2 4   Ontvangsten uit door de Commissie verleende licenties op al dan niet voor een octrooi in aanmerking komende uitvindingen voortvloeiend uit het uniale/communautaire onderzoek (werkzaamheden onder contract) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Volgens het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name artikel 12, hebben de lidstaten, personen en ondernemingen hebben het recht om tegen betaling van een passende vergoeding niet-uitsluitende licenties op octrooien, voorlopig bescherminggevende rechten, gebruiksmodellen of octrooi-aanvragen, die eigendom van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie zijn, te verkrijgen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

Verordening (EEG) nr. 2380/74 van de Raad van 17 september 1974 tot vaststelling van de regels voor de verspreiding van kennis betreffende onderzoeksprogramma’s voor de Europese Economische Gemeenschap (PB L 255 van 20.9.1974, blz. 1).

HOOFDSTUK 6 3 —   BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

6 3 0   Bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie in het kader van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

218 892 911,00

Toelichting

Dit artikel dient voor de opname van de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie, die voortvloeien uit hun financiële deelneming aan bepaalde activiteiten van de Unie overeenkomstig het bepaalde in artikel 82 van en in Protocol nr. 32 bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

De totale geraamde bijdrage is te vinden in de samenvatting die ter informatie wordt gegeven in een bijlage bij de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

De bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie worden de Commissie ter beschikking gesteld overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 1, 2 en 3 van Protocol nr. 32 bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Referentiebesluiten

Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3).

6 3 1   Bijdragen in het kader van het Schengenacquis

6 3 1 1   Bijdragen in de administratieve uitgaven die voortvloeien uit de overeenkomst met IJsland en Noorwegen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 541 816,00

Toelichting

Bijdragen aan de administratieve kosten die voortvloeien uit de Overeenkomst van 18 mei 1999 tussen de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36), met name artikel 12 van die overeenkomst.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Raad

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

Rechtsgronden

Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

6 3 1 2   Bijdragen voor de ontwikkeling van grootschalige informatiesystemen in het kader van de overeenkomst met IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 314 270,59

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 18 02 04, 18 02 05 en 18 02 11 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

Besluit 1999/439/EG van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de sluiting van de overeenkomst met de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 35).

Verordening (EG) nr. 2725/2000 van de Raad van 11 december 2000 betreffende de instelling van „Eurodac” voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van de Overeenkomst van Dublin (PB L 316 van 15.12.2000, blz. 1).

Besluit 2001/258/EG van de Raad van 15 maart 2001 inzake de sluiting van een overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen betreffende de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat, in IJsland of in Noorwegen wordt ingediend (PB L 93 van 3.4.2001, blz. 38), met name artikel 9 van die overeenkomst.

Besluit 2001/886/JBZ van de Raad van 6 december 2001 betreffende de ontwikkeling van een Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 328 van 13.12.2001, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2424/2001 van de Raad van 6 december 2001 betreffende de ontwikkeling van een Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 328 van 13.12.2001, blz. 4).

Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad van 18 februari 2003 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend (PB L 50 van 25.2.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1560/2003 van de Commissie van 2 september 2003 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend (PB L 222 van 5.9.2003, blz. 3).

Beschikking 2004/512/EG van de Raad van 8 juni 2004 betreffende het opzetten van het Visuminformatiesysteem (VIS) (PB L 213 van 15.6.2004, blz. 5).

Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de toegang tot het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) voor de instanties die in de lidstaten belast zijn met de afgifte van kentekenbewijzen van voertuigen (PB L 381 van 28.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 381 van 28.12.2006, blz. 4).

Besluit 2007/533/JBZ van de Raad van 12 juni 2007 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 205 van 7.8.2007, blz. 63).

Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).

Besluit 2008/147/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat of in Zwitserland wordt ingediend (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 3).

Besluit 2008/149/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 50).

Besluit 2008/261/EG van de Raad van 28 februari 2008 betreffende de ondertekening namens de Europese Gemeenschap en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 3).

Besluit 2008/262/EG van de Raad van 28 februari 2008 betreffende de ondertekening namens de Europese Unie en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 5).

Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 129).

Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening) (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).

Verordening (EG) nr. 1104/2008 van de Raad van 24 oktober 2008 over de migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS 1+) naar het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 299 van 8.11.2008, blz. 1).

Besluit 2008/839/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 over de migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS 1+) naar het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 299 van 8.11.2008, blz. 43).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad, ingediend door de Commissie op 19 maart 2010, tot oprichting van een agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen in de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht (COM(2010) 93 definitief).

6 3 1 3   Andere bijdragen in het kader van het Schengenacquis (IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 18 02 03, 18 02 06 en 18 03 14 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Rechtsgronden

Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

Besluit 1999/439/EG van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de sluiting van de overeenkomst met de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 35).

Besluit 2001/258/EG van de Raad van 15 maart 2001 inzake de sluiting van een overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen betreffende de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat, in IJsland of in Noorwegen wordt ingediend (PB L 93 van 3.4.2001, blz. 38), met name artikel 9 van die overeenkomst.

Beschikking nr. 574/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot instelling van het Buitengrenzenfonds voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen (PB L 144 van 6.6.2007, blz. 22).

Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).

Besluit 2008/147/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat of in Zwitserland wordt ingediend (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 3).

Besluit 2008/149/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 50).

Besluit 2008/261/EG van de Raad van 28 februari 2008 betreffende de ondertekening namens de Europese Gemeenschap en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 3).

Besluit 2008/262/EG van de Raad van 28 februari 2008 betreffende de ondertekening namens de Europese Unie en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 5).

Verordening (EU) nr. 439/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 tot oprichting van een Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (PB L 132 van 29.5.2010, blz. 11).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de instelling van een evaluatiemechanisme om de toepassing van het Schengenacquis te controleren (COM(2009) 102 definitief), door de Commissie ingediend op 4 maart 2009.

Voorstel voor besluiten van de Raad betreffende de ondertekening en de sluiting van de regeling tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen en de Zwitserse Bondsstaat betreffende de deelname van deze landen aan de werkzaamheden van de comités die de Europese Commissie bijstaan bij de uitoefening van haar uitvoerende bevoegdheden op het gebied van de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (COM(2009) 605 en 606 definitief), door de Commissie ingediend op 30 oktober 2009.

Besluit 2010/374/EG van de Raad van 30 november 2009 betreffende de ondertekening, namens de Europese Gemeenschap, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein over extra voorschriften in verband met het Buitengrenzenfonds voor de periode 2007-2013 (PB L 169 van 3.7.2010, blz. 22).

6 3 2   Bijdragen voor de uitgaven van het Europees Ontwikkelingsfonds op het gebied van gemeenschappelijke administratieve ondersteuning — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

70 035 604,22

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) die bijdragen tot de kosten van de ondersteuningsmaatregelen gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 21 01 04 10 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

Referentiebesluiten

Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Gemeenschap binnen het meerjarig financieel kader voor 2008-2013 voor de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van deel vier van het EG-Verdrag van toepassing zijn (PB L 247 van 9.9.2006, blz. 32).

6 3 3   Bijdragen aan sommige externe steunprogramma’s

6 3 3 0   Bijdragen van de lidstaten voor sommige externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

5 595 450,12

Toelichting

Op deze post worden de financiële bijdragen geboekt van de lidstaten, inclusief hun publieke en parastatale organen, aan bepaalde externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 3 3 1   Bijdragen van derde landen voor sommige externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden de financiële bijdragen geboekt van derde landen, inclusief hun publieke en parastatale organen, aan bepaalde externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 3 3 2   Bijdragen van internationale organisaties voor sommige externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden de financiële bijdragen geboekt van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprogramma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

HOOFDSTUK 6 5 —   FINANCIËLE CORRECTIES

6 5 0   Financiële correcties

6 5 0 0   Financiële correcties geboekt in het kader van de structuurfondsen, het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

305 688 340,62

Toelichting

Op deze post worden de financiële correcties geboekt die in het kader van de structuurfondsen (het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Sociaal Fonds), het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds worden geïnd.

De op deze post opgenomen bedragen geven overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten onder de desbetreffende begrotingsonderdelen van de titels 04, 05, 11 en 13 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, indien zij nodig zijn ter dekking van het risico dat correcties waartoe eerder was besloten, worden geannuleerd of verminderd.

Overeenkomstig artikel 105, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1083/2006 doet de verordening geen afbreuk aan de voortzetting noch aan de wijziging, met inbegrip van de gehele of gedeeltelijke intrekking, van bijstand met medefinanciering uit de structuurfondsen of van projecten met medefinanciering uit het Cohesiefonds die de Commissie heeft goedgekeurd op grond van Verordening (EEG) nr. 2052/88, (EEG) nr. 4253/88, (EG) nr. 1164/94 en (EG) nr. 1260/1999 of van enige andere regelgeving die op 31 december 2006 op de betrokken bijstand van toepassing is; de betrokken regelgeving blijft derhalve van toepassing op de bijstand of de projecten totdat deze worden afgesloten.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), met name artikel 24.

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), met name artikel 39, lid 2.

Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

Verordening (EG) nr. 448/2001 van de Commissie van 2 maart 2001 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad met betrekking tot de procedure inzake financiële correcties betreffende uit de structuurfondsen toegekende bijstand (PB L 64 van 6.3.2001, blz. 13).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1828/2006 van de Commissie van 8 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds, en van Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 371 van 27.12.2006, blz. 1).

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

303 620 521,77

Toelichting

Op deze post worden overeenkomstig het bepaalde in artikel 18 van het Financieel Reglement de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien in de andere onderdelen van deze titel en die aanleiding geven tot de opvoering van aanvullende kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

p.m.

6 6 0 1   Andere bijdragen en terugbetalingen zonder specifieke bestemming

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

30 000 000

30 000 000

122 478 259,14

Toelichting

Op deze post worden overeenkomstig het bepaalde in artikel 18 van het Financieel Reglement de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien in de andere onderdelen van titel 6.

Parlement

 

p.m.

Commissie

 

30 000 000

 

Totaal

30 000 000

HOOFDSTUK 6 7 —   ONTVANGSTEN IN HET KADER VAN HET EUROPEES LANDBOUWGARANTIEFONDS EN HET EUROPEES LANDBOUWFONDS VOOR PLATTELANDSONTWIKKELING

6 7 0   Ontvangsten in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)

6 7 0 1   Goedkeuring van de ELGF-rekeningen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

600 517 182,09

Toelichting

Op deze post worden de ontvangsten geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de algemene begroting van de Europese Unie gegeven conformiteitsbesluiten betreffende uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie, onder rubriek 1 van de financiële vooruitzichten 2000-2006 en uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) gefinancierde uitgaven.

Er worden eveneens bedragen op geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de algemene begroting van de Unie genomen boekhoudbesluiten betreffende daarmee verband houdende bestemmingsontvangsten, andere dan die welke voortvloeien uit de toepassing van artikel 32, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1290/2005.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder alle ELGF-begrotingsonderdelen van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

De ontvangsten voor deze post worden geraamd op 1 000 000 000 EUR, met inbegrip van 400 000 000 EUR overgedragen van 2010 naar 2011 overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement.

Bij de opstelling van de begroting 2011 is rekening gehouden met een bedrag van 500 000 000 EUR ter financiering van noodzakelijke maatregelen onder artikel 05 03 01, en met het resterende bedrag van 500 000 000 EUR ter financiering van de noodzakelijke maatregelen onder van artikel 05 02 08.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

6 7 0 2   Onregelmatigheden in het kader van het ELGF — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

147 878 436,59

Toelichting

Op deze post worden bedragen geboekt die zijn teruggevorderd in verband met onregelmatigheden of nalatigheden, inclusief de daarmee samenhangende rente, in het bijzonder bedragen die zijn teruggevorderd in verband met onregelmatigheden of fraude, ontvangen boetes en rente, en verbeurd verklaarde waarborgen, betreffende uitgaven gefinancierd uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de landbouw, afdeling Garantie, in het kader van rubriek 1 van de financiële vooruitzichten 2000-2006 en uit het ELGF. Deze post dient ook ter boeking van de teruggevorderde nettobedragen waarvoor de lidstaten 20 % kunnen inhouden overeenkomstig artikel 32, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1290/2005. Hij omvat ook de teruggevorderde bedragen voortvloeiend uit goedkeuringsbesluiten ingevolge artikel 32, lid 5, van diezelfde verordening.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder alle ELGF-begrotingsonderdelen van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

De ontvangsten voor deze post worden geraamd op 228 000 000 EUR, met inbegrip van 140 000 000 EUR overgedragen van 2010 naar 2011 overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement.

Bij de opstelling van de begroting 2011 is met dit bedrag rekening gehouden voor de financiering van de noodzakelijke maatregelen uit hoofde van artikel 05 03 01.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

6 7 0 3   Heffing voor melkproducenten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

337 626 470,92

Toelichting

Op deze post worden bedragen geboekt die zijn verkregen of teruggevorderd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1788/2003 en artikel 78 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder alle ELGF-begrotingsonderdelen van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”.

De ontvangsten voor deze post worden geraamd op 19 000 000 EUR.

Bij de opstelling van de begroting 2011 is met dit bedrag rekening gehouden voor de financiering van de behoeften in het kader van maatregelen uit hoofde van artikel 05 03 01.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

6 7 1   Ontvangsten in het kader van het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO)

6 7 1 1   Goedkeuring van de ELFPO-rekeningen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

350 800,00

Toelichting

Op deze post worden de bedragen geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de algemene begroting van de Unie gegeven conformiteitsbesluiten betreffende voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling gefinancierde uitgaven. Er worden eveneens als bestemmingsontvangsten te beschouwen bedragen op geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de algemene begroting van de Unie genomen boekhoudbesluiten. Op deze post worden ook voorschotten geboekt die in het kader van het ELFPO waren betaald en die worden terugbetaald.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten onder alle ELFPO-begrotingsonderdelen.

Bij de opstelling van de begroting 2011 werd geen specifiek bedrag voor artikel 05 04 05 uitgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

6 7 1 2   Onregelmatigheden in het kader van het ELFPO — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden bedragen geboekt die zijn teruggevorderd in verband met onregelmatigheden of nalatigheden, inclusief de daarmee samenhangende rente, in het bijzonder bedragen die zijn teruggevorderd in verband met onregelmatigheden of fraude, ontvangen boeten en rente, en verbeurd verklaarde zekerheden, betreffende uitgaven gefinancierd uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO).

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten onder alle ELFPO-begrotingsonderdelen.

Bij de opstelling van de begroting 2011 werd geen specifiek bedrag voor artikel 05 04 05 uitgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

HOOFDSTUK 6 8 —   TIJDELIJKE HERSTRUCTURERINGSHEFFING

6 8 0   Tijdelijke herstructureringsheffing — Bestemmingsontvangsten

6 8 0 1   Tijdelijke herstructureringsheffing — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 741 417 405,37

Toelichting

Op deze post wordt de bij artikel 11 van Verordening (EG) nr. 320/2006 ingestelde tijdelijke herstructureringsheffing in de suikersector van de Unie geboekt.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen op dit artikel geboekte bedragen worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 05 02 16 „Fonds voor de suikerherstructurering” van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, om de herstructureringssteun en andere steunmaatregelen waarin Verordening (EG) nr. 320/2006 voorziet, te financieren.

Bij de opstelling van de begroting 2011 is een bedrag van 1 015 000 000 EUR ingeschreven voor deze post (uitsluitend een overdracht van vorige begrotingsjaren), waarvan een bedrag van 195 000 000 EUR is bestemd voor artikel 05 02 16. Het resterende bedrag zal automatisch worden overgedragen naar het volgende begrotingsjaar overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).

6 8 0 2   Onregelmatigheden in verband met het tijdelijke herstructureringsfonds — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden bedragen, inclusief rente, boeten en verkregen zekerheden geboekt die in verband met onregelmatigheden of nalatigheden zijn teruggevorderd, betreffende uitgaven die zijn gefinancierd uit het bij Verordening (EG) nr. 320/2006 ingestelde tijdelijke herstructureringsfonds voor de suikerindustrie in de Unie. Deze post dient ook ter boeking van de teruggevorderde nettobedragen waarvoor de lidstaten 20 % kunnen inhouden overeenkomstig artikel 32, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1290/2005. Hij omvat ook de teruggevorderde bedragen voortvloeiend uit goedkeuringsbesluiten ingevolge artikel 32, lid 5, van die verordening.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement zullen op dit artikel geboekte ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 05 02 16 „Fonds voor de suikerherstructurering” van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, om de herstructureringssteun en andere steunmaatregelen waarin Verordening (EG) nr. 320/2006 voorziet te financieren.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).

6 8 0 3   Goedkeuring betreffende het tijdelijke herstructureringsfonds — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden bedragen geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de algemene begroting van de Unie gegeven conformiteitsbesluiten betreffende uitgaven die zijn gefinancierd uit het bij Verordening (EG) nr. 320/2006 ingestelde tijdelijke fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Unie. Er worden eveneens bedragen op geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de algemene begroting van de Unie genomen boekhoudbesluiten betreffende met het fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie verband houdende bestemmingsontvangsten, met uitzondering van die welke voortvloeien uit de toepassing van artikel 16 en artikel 32, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1290/2005.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement zullen op dit artikel geboekte ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 05 02 16 „Fonds voor de suikerherstructurering” van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, om de herstructureringssteun en andere steunmaatregelen waarin Verordening (EG) nr. 320/2006 voorziet, te financieren.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).

TITEL 7

INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 7 0

7 0 0

Intrest voor betalingsachterstand

7 0 0 0

Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de schatkisten van de lidstaten

5 000 000

5 000 000

76 436 747,70

7 0 0 1

Overige intrest voor betalingsachterstand

3 000 000

3 000 000

1 710 385,54

 

Totaal van artikel 7 0 0

8 000 000

8 000 000

78 147 133,24

7 0 1

Intrest voor betalingsachterstand en andere rente op boeten

15 000 000

15 000 000

113 119 535,73

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 7 0

23 000 000

23 000 000

191 266 668,97

HOOFDSTUK 7 1

7 1 0

Geldboeten, dwangsommen en andere sancties

100 000 000

100 000 000

724 812 338,90

7 1 2

Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat een krachtens het Verdrag op hem rustende verplichting niet is nagekomen

p.m.

p.m.

16 911 424,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 7 1

100 000 000

100 000 000

741 723 762,90

HOOFDSTUK 7 2

7 2 0

Rente op deposito's en boeten

7 2 0 0

Rente op deposito's en boeten die voortvloeien uit de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 7 2 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 7 2

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 7

123 000 000

123 000 000

932 990 431,87

HOOFDSTUK 7 0 —

INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

HOOFDSTUK 7 1 —

GELDBOETEN

HOOFDSTUK 7 2 —

RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN

HOOFDSTUK 7 0 —   INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

7 0 0   Intrest voor betalingsachterstand

7 0 0 0   Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de schatkisten van de lidstaten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

5 000 000

5 000 000

76 436 747,70

Toelichting

Lidstaten die bedragen te laat overmaken op de rekening van de Commissie als bedoeld in artikel 9, lid 1, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000, zijn intrest voor betalingsachterstand verschuldigd.

Voor de lidstaten die de euro als munt hebben, is de rentevoet gelijk aan de door de Europese Centrale Bank op haar herfinancieringstransacties toegepaste rentevoet van de eerste dag van de maand van de vervaldag, zoals bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie, serie C, vermeerderd met twee punten. Deze rente wordt met 0,25 punt per maand vertraging verhoogd. De verhoogde intrest geldt voor de gehele periode van de betalingsachterstand.

Voor de lidstaten die niet de euro als munt hebben, is de rentevoet gelijk aan de rentevoet die op de eerste dag van de betrokken maand door de respectieve centrale banken op hun basisherfinancieringstransacties wordt toegepast, vermeerderd met twee punten, of, voor de lidstaten waarvoor de rentevoet van de Centrale Bank niet beschikbaar is, de meest equivalente rentevoet die op de eerste dag van de betrokken maand op de geldmarkt van de lidstaat wordt toegepast, vermeerderd met twee punten. Deze rente wordt met 0,25 punt per maand vertraging verhoogd. De verhoogde intrest geldt voor de gehele periode van de betalingsachterstand.

De rentevoet geldt voor alle boekingen van eigen middelen die in artikel 10 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 worden genoemd.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

5 000 000

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

5 000 000

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

7 0 0 1   Overige intrest voor betalingsachterstand

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

3 000 000

3 000 000

1 710 385,54

Toelichting

Op deze post wordt ontvangen intrest voor betalingsachterstand op andere bedragen dan eigen middelen geboekt.

Rechtsgronden

Protocol nr. 32 bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3), met name artikel 2, lid 5.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1), met name artikel 86.

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25), met name artikel 102.

Verordening (EG) nr. 1828/2006 van de Commissie van 8 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds, en van Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 371 van 27.12.2006, blz. 1).

7 0 1   Intrest voor betalingsachterstand en andere rente op boeten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

15 000 000

15 000 000

113 119 535,73

Toelichting

Op deze post worden de uitstaande rente op de bijzondere bankrekening voor boeten en de intrest voor betalingsachterstand in verband met deze boeten geboekt.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1), met name artikel 86.

Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1), met name de artikelen 14 en 15.

HOOFDSTUK 7 1 —   GELDBOETEN

7 1 0   Geldboeten, dwangsommen en andere sancties

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

100 000 000

100 000 000

724 812 338,90

Toelichting

De Commissie kan boeten, dwangsommen en andere sancties opleggen aan ondernemingen en ondernemersverenigingen bij niet-nakoming van een verbod of niet-uitvoering van verplichtingen in het kader van de hierna vermelde verordeningen of van de artikelen 101 en 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

De boeten moeten in de regel worden betaald binnen drie maanden na de kennisgeving van het besluit van de Commissie. De Commissie int het verschuldigde bedrag echter niet wanneer een onderneming in beroep gaat bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen; de onderneming moet aanvaarden dat rente verschuldigd zal zijn na de uiterste datum voor betaling en de Commissie uiterlijk op de uiterste datum voor betaling een bankgarantie verstrekken die de hoofdsom van de schuld en rente of kosten dekt.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1), met name de artikelen 14 en 15.

7 1 2   Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat een krachtens het Verdrag op hem rustende verplichting niet is nagekomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

16 911 424,00

Rechtsgronden

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 260, lid 2.

HOOFDSTUK 7 2 —   RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN

7 2 0   Rente op deposito's en boeten

7 2 0 0   Rente op deposito's en boeten die voortvloeien uit de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten uit rente op deposito's en boeten die voortvloeien uit de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder b), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en worden gebruikt ter aanvulling van de kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1467/97 van de Raad van 7 juli 1997 over de bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten (PB L 209 van 2.8.1997, blz. 6), met name artikel 16.

TITEL 8

OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 8 0

8 0 0

Garantie van de Europese Unie voor opgenomen uniale/communautaire leningen ter ondersteuning van betalingsbalansen

p.m.

p.m.

0,—

8 0 1

Garantie van de Europese Unie voor opgenomen Euratom-leningen

p.m.

p.m.

0,—

8 0 2

Garantie van de Europese Unie voor opgenomen Unie-leningen voor financiële bijstand in het kader van het Europees financieel stabilisatiemechanisme

p.m.

p.m.

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 0

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 8 1

8 1 0

Aflossingen op en renteopbrengst van in het kader van de financiële samenwerking met derde landen van het Middellandse Zeegebied verstrekte speciale leningen en risicodragend kapitaal

p.m.

p.m.

0,—

8 1 3

Aflossingen op en renteopbrengst van door de Commissie in het kader van EC Investment Partners in de ontwikkelingslanden van Latijns-Amerika, Azië, het Middellandse Zeegebied en Zuid-Afrika verstrekte leningen en risicodragend kapitaal

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 1

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 8 2

8 2 7

Garantie van de Europese Unie voor de leningprogramma’s van de Unie/Gemeenschap om macrofinanciële bijstand te verlenen aan derde landen

p.m.

p.m.

0,—

8 2 8

Garantie van de Europese Unie voor de door Euratom opgenomen leningen voor de verbetering van de efficiëntie en de veiligheid van kerncentrales in de landen van Midden- en Oost-Europa, alsmede in het Gemenebest van onafhankelijke staten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 2

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 8 3

8 3 5

Garantie van de Europese Unie voor door de Europese Investeringsbank aan derde landen verstrekte leningen

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 3

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 8 5

8 5 0

Door het Europees Investeringsfonds uitgekeerde dividenden

438 717

p.m.

3 678 263,68

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 5

438 717

p.m.

3 678 263,68

 

Totaal van titel 8

438 717

p.m.

3 678 263,68

HOOFDSTUK 8 0 —

ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR IN DE LIDSTATEN OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

HOOFDSTUK 8 1 —

DOOR DE COMMISSIE VERSTREKTE LENINGEN

HOOFDSTUK 8 2 —

ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR LENINGEN OPGENOMEN DOOR EN VERSTREKT AAN DERDE LANDEN

HOOFDSTUK 8 3 —

ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE IN DERDE LANDEN DOOR FINANCIËLE INSTELLINGEN VERSTREKTE LENINGEN

HOOFDSTUK 8 5 —

OPBRENGSTEN VAN PARTICIPATIES IN GARANTIE-INSTELLINGEN

HOOFDSTUK 8 0 —   ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR IN DE LIDSTATEN OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

8 0 0   Garantie van de Europese Unie voor opgenomen uniale/communautaire leningen ter ondersteuning van betalingsbalansen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De garantie van de Unie betreft op de kapitaalmarkten of bij financiële instellingen opgenomen leningen. Het bedrag dat in hoofdsom aan de lidstaten kan worden toegekend, is beperkt tot 50 000 000 000 EUR.

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 01 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

In de bijlage Deel II van afdeling III wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 332/2002 van de Raad van 18 februari 2002 houdende instelling van een mechanisme voor financiële ondersteuning op middellange termijn van de betalingsbalansen van de lidstaten (PB L 53 van 23.2.2002, blz. 1).

Beschikking 2009/102/EG van de Raad van 4 november 2008 tot verlening van financiële middellangetermijnbijstand van de Gemeenschap aan Hongarije (PB L 37 van 6.2.2009, blz. 5).

Beschikking 2009/290/EG van de Raad van 20 januari 2009 tot verlening van financiële middellangetermijnbijstand van de Gemeenschap aan Letland (PB L 79 van 25.3.2009, blz. 39).

Beschikking 2009/459/EG van de Raad van 6 mei 2009 tot verlening van financiële middellangetermijnbijstand van de Gemeenschap aan Roemenië (PB L 150 van 13.6.2009, blz. 8).

8 0 1   Garantie van de Europese Unie voor opgenomen Euratom-leningen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 02 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

In de bijlage Deel II van afdeling III wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Besluit 77/270/Euratom van de Raad van 29 maart 1977 waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 88 van 6.4.1977, blz. 9).

Besluit 77/271/Euratom van de Raad van 29 maart 1977 houdende toepassing van Besluit 77/270/Euratom waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 88 van 6.4.1977, blz. 11).

Besluit 80/29/Euratom van de Raad van 20 december 1979 tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom houdende toepassing van Besluit 77/270/Euratom waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 12 van 17.1.1980, blz. 28).

Besluit 82/170/Euratom van de Raad van 15 maart 1982 tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom met betrekking tot het totaalbedrag van Euratom-leningen tot het aangaan waarvan de Commissie is gemachtigd teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 78 van 24.3.1982, blz. 21).

Besluit 85/537/Euratom van de Raad van 5 december 1985 tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom met betrekking tot het totaalbedrag van Euratom-leningen die de Commissie mag aangaan teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 334 van 12.12.1985, blz. 23).

Besluit 90/212/Euratom van de Raad van 23 april 1990 tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom houdende toepassing van Besluit 77/270/Euratom waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 112 van 3.5.1990, blz. 26).

8 0 2   Garantie van de Europese Unie voor opgenomen Unie-leningen voor financiële bijstand in het kader van het Europees financieel stabilisatiemechanisme

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

 

Toelichting

De garantie van de Unie betreft leningen die opgenomen zijn op de kapitaalmarkten of van financiële instellingen. Het uitstaande bedrag van de leningen of kredietlijnen die aan de lidstaten worden verstrekt, moet binnen de marges vallen waarin de rechtsgrondslag voorziet.

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 03, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

In de bijlage Deel II van afdeling III wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 407/2010 van de Raad van 11 mei 2010 houdende instelling van een Europees financieel stabilisatiemechanisme (PB L 118 van 12.5.2010, blz. 1).

HOOFDSTUK 8 1 —   DOOR DE COMMISSIE VERSTREKTE LENINGEN

8 1 0   Aflossingen op en renteopbrengst van in het kader van de financiële samenwerking met derde landen van het Middellandse Zeegebied verstrekte speciale leningen en risicodragend kapitaal

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op dit artikel worden de aflossingen op en de renteopbrengst geboekt van speciale leningen en risicodragend kapitaal die uit de kredieten van de hoofdstukken 22 02 en 19 08 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie” zijn verstrekt aan derde landen van het Middellandse Zeegebied.

Het bevat ook de aflossingen op en de renteopbrengst van speciale leningen en risicodragend kapitaal verstrekt aan sommige lidstaten in het Middellandse Zeegebied, maar dit maakt slechts een zeer klein gedeelte van het totale bedrag uit. De leningen dateren van toen de betrokken landen nog geen lid van de Unie waren.

De werkelijke ontvangsten overtreffen gewoonlijk de begrotingsramingen, in verband met de uitkering in het voorgaande begrotingsjaar alsmede in het lopende begrotingsjaar van speciale leningen en risicodragend kapitaal waarover rente moet worden betaald. De rente op speciale leningen en risicodragend kapitaal loopt vanaf het ogenblik van uitkering; in het eerste geval wordt deze halfjaarlijks betaald, in het tweede geval doorgaans jaarlijks.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1638/2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (COM(2008) 308 definitief), door de Commissie ingediend op 21 mei 2008, met name artikel 23.

8 1 3   Aflossingen op en renteopbrengst van door de Commissie in het kader van EC Investment Partners in de ontwikkelingslanden van Latijns-Amerika, Azië, het Middellandse Zeegebied en Zuid-Afrika verstrekte leningen en risicodragend kapitaal

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit artikel dient voor het boeken van de aflossingen en de renteopbrengst van leningen en risicodragend kapitaal die uit de kredieten van post 19 08 01 01 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie” zijn verstrekt uit hoofde van EC Investment Partners.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

HOOFDSTUK 8 2 —   ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR LENINGEN OPGENOMEN DOOR EN VERSTREKT AAN DERDE LANDEN

8 2 7   Garantie van de Europese Unie voor de leningprogramma’s van de Unie/Gemeenschap om macrofinanciële bijstand te verlenen aan derde landen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 04 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

In de bijlage Deel II van afdeling III wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Besluit 97/471/EG van de Raad van 22 juli 1997 tot toekenning van macro-financiële bijstand aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (PB L 200 van 29.7.1997, blz. 59).

Besluit 97/472/EG van de Raad van 22 juli 1997 tot toekenning van macro-financiële bijstand aan Bulgarije (PB L 200 van 29.7.1997, blz. 61).

Besluit 97/787/EG van de Raad van 17 november 1997 tot toekenning van buitengewone financiële bijstand aan Armenië en Georgië (PB L 322 van 25.11.1997, blz. 37).

Besluit 98/592/EG van de Raad van 15 oktober 1998 tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Oekraïne (PB L 284 van 22.10.1998, blz. 45).

Besluit 1999/325/EG van de Raad van 10 mei 1999 tot toekenning van macro-financiële bijstand aan Bosnië-Herzegovina (PB L 123 van 13.5.1999, blz. 57).

Besluit 1999/731/EG van de Raad van 8 november 1999 tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Bulgarije (PB L 294 van 16.11.1999, blz. 27).

Besluit 1999/732/EG van de Raad van 8 november 1999 tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Roemenië (PB L 294 van 16.11.1999, blz. 29).

Besluit 1999/733/EG van de Raad van 8 november 1999 tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (PB L 294 van 16.11.1999, blz. 31).

Besluit 2000/244/EG van de Raad van 20 maart 2000 tot wijziging van Besluit 97/787/EG tot toekenning van buitengewone financiële bijstand aan Armenië en Georgië, met het oog op de uitbreiding ervan tot Tadzjikistan (PB L 77 van 28.3.2000, blz. 11).

Besluit 2001/549/EG van de Raad van 16 juli 2001 tot toekenning van macro-financiële bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 197 van 21.7.2001, blz. 38), gewijzigd bij Besluit 2001/901/EG (PB L 334 van 18.12.2001, blz. 30).

Besluit 2002/639/EG van de Raad van 12 juli 2002 tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Oekraïne (PB L 209 van 6.8.2002, blz. 22).

Besluit 2002/882/EG van de Raad van 5 november 2002 tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 308 van 9.11.2002, blz. 25).

Besluit 2002/883/EG van de Raad van 5 november 2002 tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Bosnië-Herzegovina (PB L 308 van 9.11.2002, blz. 28).

Besluit 2003/825/EG van de Raad van 25 november 2003 tot wijziging van Besluit 2002/882/EG tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië inzake aanvullende macrofinanciële bijstand aan Servië en Montenegro (PB L 311 van 27.11.2003, blz. 28).

Besluit 2004/580/EG van de Raad van 29 april 2004 tot toekenning van macro-financiële bijstand aan Albanië en tot intrekking van Besluit 1999/282/EG (PB L 261 van 6.8.2004, blz. 116).

Besluit 2007/860/EG van de Raad van 10 december 2007 tot toekenning van communautaire macro-financiële bijstand aan Libanon (PB L 337 van 21.12.2007, blz. 111).

8 2 8   Garantie van de Europese Unie voor de door Euratom opgenomen leningen voor de verbetering van de efficiëntie en de veiligheid van kerncentrales in de landen van Midden- en Oost-Europa, alsmede in het Gemenebest van onafhankelijke staten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 05 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

In de bijlage Deel II van afdeling III wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Besluit 77/270/Euratom van de Raad van 29 maart 1977 waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 88 van 6.4.1977, blz. 9).

Voor de rechtsgrond van de Euratom-leningen aan lidstaten, zie de toelichting bij artikel 8 0 1.

HOOFDSTUK 8 3 —   ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE IN DERDE LANDEN DOOR FINANCIËLE INSTELLINGEN VERSTREKTE LENINGEN

8 3 5   Garantie van de Europese Unie voor door de Europese Investeringsbank aan derde landen verstrekte leningen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 06 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

In de bijlage Deel II van afdeling III wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Besluit van de Raad van 8 maart 1977 (Middellandse Zeeprotocollen).

Verordening (EEG) nr. 1273/80 van de Raad van 23 mei 1980 houdende sluiting van het Interim-protocol tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië betreffende de vervroegde tenuitvoerlegging van Protocol nr. 2 van de Samenwerkingsovereenkomst (PB L 130 van 27.5.1980, blz. 98).

Besluit van de Raad van 19 juli 1982 (aanvullende uitzonderlijke hulp voor de wederopbouw van Libanon).

Verordening (EEG) nr. 3180/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 22).

Verordening (EEG) nr. 3183/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 43).

Besluit van de Raad van 9 oktober 1984 (lening aan Joegoslavië buiten het protocol om).

Besluit 87/604/EEG van de Raad van 21 december 1987 betreffende de sluiting van het Tweede Protocol betreffende de financiële samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië (PB L 389 van 31.12.1987, blz. 65).

Besluit 88/33/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 25).

Besluit 88/34/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 33).

Besluit 88/453/EEG van de Raad van 30 juni 1988 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 224 van 13.8.1988, blz. 32).

Besluit 90/62/EEG van de Raad van 12 februari 1990 waarbij de Gemeenschap zich jegens de Europese Investeringsbank garant stelt voor verliezen op leningen voor projecten in Hongarije, Polen, Tsjechoslowakije, Bulgarije en Roemenië (PB L 42 van 16.2.1990, blz. 68).

Besluit 91/252/EEG van de Raad van 14 mei 1991 houdende uitbreiding tot Tsjechoslowakije, Bulgarije en Roemenië van Besluit 90/62/EEG waarbij de Gemeenschap zich jegens de Europese Investeringsbank garant stelt voor verliezen op leningen voor projecten in Hongarije en Polen (PB L 123 van 18.5.1991, blz. 44).

Besluit 92/44/EEG van de Raad van 19 december 1991 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 18 van 25.1.1992, blz. 34).

Besluit 92/207/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Arabische Republiek Egypte (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 21).

Besluit 92/208/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 29).

Besluit 92/209/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 37).

Besluit 92/210/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Staat Israël (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 45).

Verordening (EEG) nr. 1763/92 van de Raad van 29 juni 1992 betreffende de financiële samenwerking met de mediterrane derde landen (PB L 181 van 1.7.1992, blz. 5), ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1488/96 (PB L 189 van 30.7.1996, blz. 1).

Besluit 92/548/EEG van de Raad van 16 november 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 352 van 2.12.1992, blz. 13).

Besluit 92/549/EEG van de Raad van 16 november 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 352 van 2.12.1992, blz. 21).

Besluit 93/115/EEG van de Raad van 15 februari 1993 waarbij aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Gemeenschap wordt verleend voor verliezen uit hoofde van leningen voor projecten van gemeenschappelijk belang in bepaalde derde landen (PB L 45 van 23.2.1993, blz. 27).

Besluit 93/166/EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot toekenning van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor investeringsprojecten in Estland, Letland en Litouwen (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 42).

Besluit 93/408/EEG van de Raad van 19 juli 1993 inzake de sluiting van het Protocol betreffende de financiële samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Slovenië (PB L 189 van 29.7.1993, blz. 152).

Besluit 93/696/EG van de Raad van 13 december 1993 tot toekenning van de garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor projecten in de Midden- en Oost-Europese landen (Polen, Hongarije, Tsjechische Republiek, Slowaakse Republiek, Roemenië, Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen en Albanië) (PB L 321 van 23.12.1993, blz. 27).

Besluit 94/67/EG van de Raad van 24 januari 1994 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 32 van 5.2.1994, blz. 44).

Besluit 95/207/EG van de Raad van 1 juni 1995 tot toekenning van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor projecten in Zuid-Afrika (PB L 131 van 15.6.1995, blz. 31).

Besluit 95/485/EG van de Raad van 30 oktober 1995 betreffende de sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Cyprus (PB L 278 van 21.11.1995, blz. 22).

Besluit 96/723/EG van de Raad van 12 december 1996 waarbij aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Gemeenschap wordt verleend voor verliezen op leningen voor projecten van gemeenschappelijk belang in landen in Latijns-Amerika en Azië waarmee de Gemeenschap samenwerkingsovereenkomsten gesloten heeft (Argentinië, Bolivië, Brazilië, Chili, Colombia, Costa Rica, Ecuador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, El Salvador, Uruguay en Venezuela; Bangladesh, Brunei, China, India, Indonesië, Macao, Maleisië, Pakistan, Filippijnen, Singapore, Sri Lanka, Thailand en Viëtnam) (PB L 329 van 19.12.1996, blz. 45).

Besluit 97/256/EG van de Raad van 14 april 1997 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (landen in Midden- en Oost-Europa, mediterrane landen, landen in Azië en Latijns-Amerika, Zuid-Afrika, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Bosnië-Herzegovina) (PB L 102 van 19.4.1997, blz. 33).

Besluit 98/348/EG van de Raad van 19 mei 1998 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, en tot wijziging van Besluit 97/256/EG tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (landen in Midden- en Oost-Europa, mediterrane landen, landen in Azië en Latijns-Amerika, Zuid-Afrika) (PB L 155 van 29.5.1998, blz. 53).

Besluit 98/729/EG van de Raad van 14 december 1998 tot wijziging van Besluit 97/256/EG om de aan de Europese Investeringsbank verleende garantie van de Gemeenschap uit te breiden tot leningen voor projecten in Bosnië-Herzegovina (PB L 346 van 22.12.1998, blz. 54).

Besluit 1999/786/EG van de Raad van 29 november 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank (EIB) voor verliezen uit leningen voor projecten voor de wederopbouw van de door de aardbeving getroffen gebieden van Turkije (PB L 308 van 3.12.1999, blz. 35).

Besluit 2000/24/EG van de Raad van 22 december 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (Midden- en Oost-Europa, Middellandse Zeegebied, Latijns-Amerika en Azië en de Republiek Zuid-Afrika) (PB L 9 van 13.1.2000, blz. 24).

Besluit 2000/688/EG van de Raad van 7 november 2000 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG tot uitbreiding van de garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank tot leningen voor projecten in Kroatië (PB L 285 van 10.11.2000, blz. 20).

Besluit 2000/788/EG van de Raad van 4 december 2000 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG tot vaststelling van een speciaal actieprogramma van de Europese Investeringsbank ter ondersteuning van de consolidatie en verdieping van de douane-unie tussen de EG en Turkije (PB L 314 van 14.12.2000, blz. 27).

Besluit 2001/777/EG van de Raad van 6 november 2001 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op buitengewone leningen, in het kader van de Noordelijke Dimensie verstrekt voor concrete milieuprojecten in het gebied rond de Oostzee in Rusland (PB L 292 van 9.11.2001, blz. 41).

Besluit 2001/778/EG van de Raad van 6 november 2001 tot wijziging van Besluit 2000/24/EG met het oog op de uitbreiding van de aan de Europese Investeringsbank verleende garantie van de Gemeenschap tot leningen voor projecten in de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 292 van 9.11.2001, blz. 43).

Besluit 2005/47/EG van de Raad van 22 december 2004 tot wijziging van Besluit 2000/24/EG in het licht van de uitbreiding van de Europese Unie en het Europese nabuurschapsbeleid (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 9).

Besluit 2005/48/EG van de Raad van 22 december 2004 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor bepaalde projecten in Rusland, Oekraïne, Moldavië en Wit-Rusland (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 11).

Besluit 2006/174/EG van de Raad van 27 februari 2006 tot wijziging van Besluit 2000/24/EG met het oog op de opneming van de Maldiven in de lijst van bestreken landen naar aanleiding van de tsunami van december 2004 in de Indische Oceaan (PB L 62 van 3.3.2006, blz. 26).

Besluit 2006/1016/EG van de Raad van 19 december 2006 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (PB L 414 van 30.12.2006, blz. 95).

HOOFDSTUK 8 5 —   OPBRENGSTEN VAN PARTICIPATIES IN GARANTIE-INSTELLINGEN

8 5 0   Door het Europees Investeringsfonds uitgekeerde dividenden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

438 717

p.m.

3 678 263,68

Toelichting

Dit artikel dient voor het ontvangen van door het Europees Investeringsfonds krachtens deze bijdrage uitgekeerde dividenden.

Rechtsgronden

Besluit 94/375/EG van de Raad van 6 juni 1994 betreffende het lidmaatschap van de Gemeenschap van het Europees Investeringsfonds (PB L 173 van 7.7.1994, blz. 12).

Besluit 2007/247/EG van de Raad van 19 april 2007 inzake de deelneming van de Gemeenschap in de kapitaalverhoging bij het Europees Investeringsfonds (PB L 107 van 25.4.2007, blz. 5).

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

30 210 000

30 210 000

66 423 842,85

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

30 210 000

30 210 000

66 423 842,85

 

Totaal van titel 9

30 210 000

30 210 000

66 423 842,85

 

TOTAAL-GENERAAL

126 527 133 762

122 955 918 526

117 625 569 759,42

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

30 210 000

30 210 000

66 423 842,85

Toelichting

Onder dit artikel worden diverse ontvangsten opgenomen.

Parlement

 

p.m.

Raad

 

p.m.

Commissie

 

30 000 000

Hof van Justitie van de Europese Unie

 

10 000

Rekenkamer

 

200 000

Europees Economisch en Sociaal Comité

 

p.m.

Comité van de Regio's

 

p.m.

Europese Ombudsman

 

p.m.

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

 

p.m.

Europese Dienst voor extern optreden

 

p.m.

 

Totaal

30 210 000

C. PERSONEEL VOLGENS DE LIJST VAN HET AANTAL AMBTEN

Toegestane ambten

Instellingen

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Europees Parlement

5 410

1 127

5 221

1 064

Europese Raad en Raad

3 137

36

3 507

65

Commissie:

24 613

448

25 807

472

Administratie

18 890

366

20 060

369

Onderzoek en technologische ontwikkeling

3 827

 

3 827

 

Bureau voor publicaties van de Europese Unie

672

 

672

 

Europees Bureau voor fraudebestrijding

303

81

282

102

Europees Bureau voor personeelsselectie

126

1

126

1

Bureau beheer en afwikkeling van de individuele rechten

191

 

214

 

Bureau voor infrastructuur en logistiek te Brussel

442

 

462

 

Bureau voor infrastructuur en logistiek te Luxemburg

162

 

164

 

Hof van Justitie van de Europese Unie

1 546

408

1 493

434

Rekenkamer

752

135

753

136

Europees Economisch en Sociaal Comité

686

38

675

35

Comité van de Regio's

485

39

467

39

Europese Ombudsman

16

48

15

48

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

41

 

39

 

Europese Dienst voor extern optreden

1 600

43

 

 

Totaal

38 286

2 322

37 977

2 293


Toegestane ambten

Door de Unie opgerichte organen met rechtspersoonlijkheid

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Gedecentraliseerde organen

619

4 665

631

4 387

Europese gemeenschappelijke ondernemingen

62

295

62

289

Europees Instituut voor innovatie en technologie

 

28

 

20

Uitvoerende agentschappen

 

401

 

390

Totaal

681

5 389

693

5 086

D. ONROERENDGOEDBEZIT

Instelling

Huurpanden

Onroerendgoedbezit

Kredieten 2011 (15)

Kredieten 2010 (16)

Afdeling I

Parlement

46 482 626

39 668 000

1 468 571 941 (17)

Afdeling II

Europese Raad en Raad

9 153 000 (18)

8 785 000 (19)

421 942 118 (20)

Afdeling III

Commissie (21):

 

 

1 767 969 162,38 (22)  (23)

 

— Zetels (Brussel en Luxemburg)

247 866 532

256 425 000

1 588 956 872,23

 

— Bureaus in de Unie

12 328 000

12 228 000

28 472 293,76

 

— Voedsel- en Veterinair Bureau

2 285 000

2 366 000

23 271 138,95

 

— Delegaties van de Unie

29 892 662 (24)

65 278 000

61 628 534,57 (25)

 

— Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek

65 640 322,87

 

— Bureau voor publicaties van de Europese Unie

7 008 000

6 884 000

 

— Europees Bureau voor fraudebestrijding

5 330 000

5 256 000

 

— Europees Bureau voor personeelsselectie

376 000

3 343 000

 

— Bureau beheer en afwikkeling van de individuele rechten

3 387 000

3 351 000

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Brussel

5 238 000

5 166 000

 

— Bureau voor infrastructuur en logistiek te Luxemburg

2 800 000

2 894 000

Afdeling IV

Hof van Justitie van de Europese Unie

43 480 000

43 718 000

393 679 019,73 (26)

Afdeling V

Rekenkamer

3 942 000

3 884 000

34 434 155,57

Afdeling VI

Europees Economisch en Sociaal Comité

13 028 298

12 695 001

135 001 789,30 (27)

Afdeling VII

Comité van de Regio's

9 260 654

8 845 579

89 570 342 (28)

Afdeling VIII

Europese Ombudsman

472 000

455 000

Afdeling IX

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

578 340

567 000

Afdeling X

Europese Dienst voor extern optreden (29)

 

 

 

 

— hoofdzetel (Brussel)

12 848 235

 

 

 

— Delegaties van de Unie

49 704 619

 

 

 

Totaal

482 953 292

478 558 580

4 311 168 527,98


Instelling

Plaats

Jaar van verwerving

Bedragen

Subtotalen

Totalen

Parlement

Brussel

 

 

862 909 612

 

Grond

 

98 147 754

 

 

Paul-Henri Spaak (D1)

1998

59 224 221

 

 

Paul-Henri Spaak (D2)

1998

25 630 071

 

 

Altiero Spinelli (D3)

WIB (D4)

JAN (D5)

1998

2007

2008

343 281 055

92 217 286

130 596 021

 

 

Atrium

1999

25 668 266

 

 

Atrium II

2004

8 264 467

 

 

Montoyer 75

2006

22 620 494

 

 

Trier I

2009

31 200 000

 

 

Eastman

2008

17 698 333

 

 

Cathedrale

2005

2 023 712

 

 

Wayenberg (Marie Haps)

2003

6 337 932

 

 

Straatsburg (Louise Weiss)

1998

 

268 693 501

 

Straatsburg (WIC, SDM, IPE III)

2006

 

124 518 752

 

Luxemburg (KAD)

2003

 

45 702 667

 

Jean Monnet House (Bazoches)

1982

 

 

Lissabon

1986

 

728 692

 

Athene

1991

 

5 056 022

 

Kopenhagen

2005

 

4 181 484

 

's-Gravenhage

2006

 

3 316 000

 

Valletta

2006

 

2 302 158

 

Nicosia

Wenen

Londen

2006

2008

2008

 

2 895 189

24 065 860

10 116 338

Europese Raad en Raad

Brussel

 

 

421 942 118

 

Grond

 

67 525 000

 

 

Justus Lipsius

1995

161 313 281

 

 

Crèche

2006

12 774 286

 

 

Lex

2007

180 329 551

 

Commissie (30)

Brussel

 

 

1 492 846 315,56

 

Overijse

1997

1 058 560,85

 

 

Loi 130

1987

54 349 398,78

 

 

Breydel

1989

17 299 524,56

 

 

Haren

1993

7 076 981,20

 

 

Clovis

1995

10 796 920,60

 

 

Sint-Michielswarande 1

1997

18 390 823,37

 

 

Belliard 232 (31)

1997

20 409 021,24

 

 

Demot 24 (32)

1997

31 178 557,46

 

 

Breydel II

1997

38 249 633,26

 

 

Beaulieu 29/31/33

1998

37 397 359,30

 

 

Charlemagne

1997

117 242 013,33

 

 

Demot 28 (33)

1999

24 815 784,62

 

 

Jozef II 99 (34)

1998

17 599 368,98

 

 

Loi 86

1998

27 613 868,60

 

 

Luxemburg 46 (35)

1999

37 072 950,59

 

 

Montoyer 59 (36)

1998

18 664 291,07

 

 

Froissart 101 (37)

2000

19 571 792,18

 

 

VM 18 (38)

2000

18 446 561,23

 

 

Jozef II 70 (39)

2000

40 236 661,02

 

 

Loi 41 (40)

2000

66 916 904,85

 

 

SC 11 (41)

2000

20 661 479,74

 

 

Jozef II 30 (42)

2000

35 765 262,17

 

 

Jozef II 54 (43)

2001

43 783 960,67

 

 

Jozef II 79 (44)

2002

41 244 575,06

 

 

VM 2 (45)

2001

40 355 026,36

 

 

Palmerston

2002

7 264 375,—

 

 

SPA 3 (46)

2003

29 079 265,—

 

 

Berlaymont (47)

2004

426 042 141,88

 

 

CCAB (48)

2005

44 342 407,26

 

 

BU-25

2006

52 338 721,66

 

 

Cornet-Leman

2006

3 800 000,—

 

 

Madou

2006

119 532 123,67

 

 

WALI

2009

4 250 000,—

 

 

Luxemburg

 

 

96 110 556,67

 

Euroforum (49)

2004

88 342 890,—

 

 

Foyer européen

2009

7 767 666,67

 

 

Bureaus in de Unie

 

 

28 472 293,76

 

Nicosia (Iris Tower — 8th fl.)

1992

115 638,43

 

 

Lissabon

1986

1993

33 747,36

421 580,70

 

 

Marseille

1991

1993

88 113,78

22 587,90

 

 

Milaan

1986

32 262,38

 

 

Kopenhagen

2005

3 984 954,66

 

 

Valletta

2006

2 342 020,73

 

 

Nicosia (Byron)

2006

2 813 919,85

 

 

's-Gravenhage

2006

3 316 000,—

 

 

Londen

2008

15 513 106,40

 

 

Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek

 

 

50 938 887,33

 

Ispra

 

36 956 190,78

 

 

Geel

 

3 957 200,81

 

 

Karlsruhe

 

715 089,02

 

 

Petten

 

9 310 406,72

 

 

Voedsel- en Veterinair Bureau

 

 

24 699 159,27

 

Grange (Ierland) (50)

2002

24 699 159,27

 

 

Delegaties van de Unie  (51)

 

 

63 742 578,92

 

Buenos Aires (Argentinië)

1992

419 669,68

 

 

Canberra (Australië)

1983

 

 

 

1990

449 874,26

 

 

Cotonou (Benin)

1992

150 125,39

 

 

Gaborone (Botswana)

1982

 

 

 

1985

1986

131,40

 

 

 

1987

5 308,28

 

 

Brasilia (Brazilië)

1994

295 626,83

 

 

Ouagadougou (Burkina Faso)

1984

 

 

 

1997

1 193 091,32

 

 

Bujumbura (Burundi)

1982

 

 

 

1986

12 380,75

 

 

Phnom Pen (Cambodja)

2005

580 319,88

 

 

Ottawa (Canada)

1977

 

 

Praia (Kaapverdië)

1981

 

 

Bangui (Centraal-Afrikaanse Republiek)

1983

 

 

Ndjamena (Tsjaad)

1991

2009

115 954,34

361 840,50

 

 

Peking (China)

1995

2 513 727,80

 

 

Moroni (Comoren)

1988

11 750,04

 

 

Brazzaville (Congo)

1994

120 867,45

 

 

San José (Costa Rica)

1995

318 246,16

 

 

Abidjan (Ivoorkust)

1993

142 065,32

 

 

 

1994

187 327,97

 

 

Malabo (Equatoriaal-Guinea)

1986

6 090,77

 

 

Parijs (Frankrijk)

1990

1 455 857,68

 

 

 

1991

69 230,12

 

 

Libreville (Gabon)

1996

253 943,96

 

 

Banjul (Gambia)

1989

20 753,72

 

 

Bissau (Guinee-Bissau)

1995

251 329,45

 

 

Tokio (Japan)

2006

34 008 178,59

 

 

Nairobi (Kenia)

2005

641 653,07

 

 

Maseru (Lesotho)

1985

 

 

 

1990

113 420,51

 

 

 

1991

199 528,91

 

 

 

2006

215 316,60

 

 

Lilongwe (Malawi)

1982

 

 

 

1988

7 493,49

 

 

Mexico-stad (Mexico)

1995

1 353 701,12

 

 

Rabat (Marokko)

1987

31 965,52

 

 

Maputo (Mozambique)

2008

4 121 447,03

 

 

Windhoek (Namibië)

1992

299 464,20

 

 

 

1993

2009

96 253,39

1 370 072,92

 

 

Niamey (Niger)

1997

91 168,26

 

 

Abuja (Nigeria)

1992

294 672,84

 

 

 

2005

4 004 315,73

 

 

Port Moresby (Papoea-Nieuw-Guinea)

1982

48 274,53

 

 

Kigali (Rwanda)

1980

 

 

Dakar (Senegal)

1984

 

 

Honiara (Salomonseilanden)

1990

29 305,80

 

 

Pretoria (Zuid-Afrika)

1994

458 247,25

 

 

 

1996

504 896,74

 

 

Mbabane (Swaziland)

1987

1988

43 244,49

27 397,74

 

 

Dar es Salaam (Tanzania)

2002

3 187 782,85

 

 

Kampala (Uganda)

1986

10 589,59

 

 

Montevideo (Uruguay)

1990

148 463,34

 

 

New York (Verenigde Staten van Amerika)

1987

95 578,20

 

 

Washington (Verenigde Staten van Amerika)

1997

1 118 286,25

 

 

Lusaka (Zambia)

1982

 

 

Harare (Zimbabwe)

1990

93 554,81

 

 

 

1994

178 747,73

 

 

Totaal Commissie

 

 

1 767 969 162,38

Hof van Justitie van de Europese Unie

Luxemburg

 

 

393 679 019,73

 

(Annexe „A” — Erasmus, Annexe „B” — Thomas More en Annexe „C”

1994

42 868 547,72

 

 

Complex van het nieuwe Paleis (het gerenoveerde oude Paleis, de Anneau, de 2 Torens en de Galerij)

2008

350 810 472,01

 

Rekenkamer

Luxemburg

 

 

34 434 155,57

 

Grond

1990

776 630,—

 

 

Luxemburg (K1)

1990

11 059 732,27

 

 

Luxemburg (K2)

2004

20 520 137,82

 

 

Luxemburg (K3)

2009

2 077 655,48

 

Europees Economisch en Sociaal Comité

Brussel

 

 

135 001 789,30

 

Montoyer 92-102

2001

32 687 131,88

 

 

Belliard 99-101

2001

79 902 877,42

 

 

Belliard 68-72

2004

4 759 496,—

 

 

Trier 74

2005

9 352 870,40

 

 

Belliard 93

2005

8 299 413,60

 

Comité van de Regio's

Brussel

 

 

89 570 342

 

Montoyer

2001

16 634 179

 

 

Belliard 101-103

2001

40 720 622

 

 

Belliard 68

2004

14 488 532

 

 

Trier 74

2004

12 835 044

 

 

Belliard 93

2005

4 891 965

 

Totaal generaal

 

 

 

4 311 168 527,98

AFDELING I

PARLEMENT

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

1 685 829 393

Eigen inkomsten

– 124 651 223

Te ontvangen bijdrage

1 561 178 170

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

47 464 953

47 208 729

45 987 620,64

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

84,54

4 0 4

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

8 109 730

9 157 662

5 709 275,13

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

55 574 683

56 366 391

51 696 980,31

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

58 631 602

58 910 854

47 760 097,53

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

9 134 938

13 046 060

7 209 550,25

4 1 2

Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

10 000

5 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

67 776 540

71 961 914

54 969 647,78

HOOFDSTUK 4 2

4 2 1

Bijdrage van de leden van het Parlement voor een ouderdomspensioenregeling

p.m.

p.m.

820 485,37

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 2

p.m.

p.m.

820 485,37

 

Totaal van titel 4

123 351 223

128 328 305

107 487 113,46

HOOFDSTUK 4 0 —

DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 2 —

OVERIGE BIJDRAGEN IN HET KADER VAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

47 464 953

47 208 729

45 987 620,64

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

84,54

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 66 bis, in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

4 0 4   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

8 109 730

9 157 662

5 709 275,13

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

58 631 602

58 910 854

47 760 097,53

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

9 134 938

13 046 060

7 209 550,25

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 4, en artikel 11, leden 2 en 3, alsmede artikel 48 van bijlage VIII.

4 1 2   Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

10 000

5 000

0,—

HOOFDSTUK 4 2 —   OVERIGE BIJDRAGEN IN HET KADER VAN DE PENSIOENREGELING

4 2 1   Bijdrage van de leden van het Parlement voor een ouderdomspensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

820 485,37

Toelichting

Regeling inzake de kosten en vergoedingen van de leden van het Europees Parlement, met name bijlage III.

TITEL 5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Verkoop van roerende goederen

5 0 0 0

Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 0 0 1

Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

15 000,—

5 0 0 2

Verkoop van materieel ten behoeve van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

p.m.

15 000,—

5 0 1

Verkoop van onroerende goederen

p.m.

p.m.

0,—

5 0 2

Verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

489 477,89

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

p.m.

504 477,89

HOOFDSTUK 5 1

5 1 1

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 324 196,29

5 1 1 1

Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

15 317,47

 

Totaal van artikel 5 1 1

p.m.

p.m.

1 339 513,76

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

p.m.

1 339 513,76

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bank- en andere intresten over de rekeningen van de instelling

1 300 000

2 000 000

1 316 525,41

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

1 300 000

2 000 000

1 316 525,41

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief terugbetaling van kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

3 347 371,92

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

3 551 741,34

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

p.m.

6 899 113,26

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 766 049,19

5 7 1

Ontvangsten die voor een bepaald doel bestemd zijn, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 7 2

Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven

p.m.

p.m.

0,—

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instellingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

3 217 174,16

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

p.m.

4 983 223,35

HOOFDSTUK 5 8

5 8 1

Ontvangsten afkomstig van verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

677 015,63

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

p.m.

677 015,63

 

Totaal van titel 5

1 300 000

2 000 000

15 719 869,30

HOOFDSTUK 5 0 —

VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGSTEN

HOOFDSTUK 5 2 —

OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANK- EN ANDERE INTRESTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 0 —   VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Verkoop van roerende goederen

5 0 0 0   Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van de vervoermiddelen van de instellingen.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 1   Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

15 000,00

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van andere roerende goederen van de instellingen dan vervoermiddelen.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 2   Verkoop van materieel ten behoeve van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder g), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Details van de uitgaven en ontvangsten die voortvloeien uit leningen of huur of de verlening van diensten in het kader van deze post worden gegeven in een bijlage bij deze begroting.

5 0 1   Verkoop van onroerende goederen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop van onroerende goederen van de instellingen.

5 0 2   Verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

489 477,89

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Dit artikel omvat tevens de ontvangsten uit de verkoop van deze producten in elektronische vorm.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGSTEN

5 1 1   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 324 196,29

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Details van de uitgaven en ontvangsten die voortvloeien uit leningen of huur of de verlening van diensten in het kader van deze post worden gegeven in een bijlage bij deze begroting.

5 1 1 1   Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

15 317,47

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 2 —   OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANK- EN ANDERE INTRESTEN

5 2 0   Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bank- en andere intresten over de rekeningen van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

1 300 000

2 000 000

1 316 525,41

Toelichting

Op dit artikel worden de ontvangsten geboekt die afkomstig zijn van uitgezette of uitgeleende middelen, bank- en andere intresten, geïnd op de rekeningen van de instelling.

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

5 5 0   Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief terugbetaling van kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

3 347 371,92

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder g), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

3 551 741,34

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

5 7 0   Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 766 049,19

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 1   Ontvangsten die voor een bepaald doel bestemd zijn, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder c), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 2   Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de inkomsten geboekt in verband met de terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instellingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

3 217 174,16

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 1   Ontvangsten afkomstig van verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

677 015,63

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder h), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Dit artikel omvat tevens de terugbetaling door de verzekering van de bezoldiging van ambtenaren in geval van ongevallen.

TITEL 6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN OVEREENKOMSTEN VAN DE UNIE EN PROGRAMMA’S

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

13 191 164,09

6 6 0 1

Andere bijdragen en terugbetalingen zonder bestemming

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

13 191 164,09

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

13 191 164,09

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

13 191 164,09

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

13 191 164,09

Toelichting

Op deze post worden, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien bij de andere onderdelen van titel 6 en die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 6 0 1   Andere bijdragen en terugbetalingen zonder bestemming

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

p.m.

p.m.

4 851 911,67

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

p.m.

p.m.

4 851 911,67

 

Totaal van titel 9

p.m.

p.m.

4 851 911,67

 

TOTAAL-GENERAAL

124 651 223

130 328 305

141 250 058,52

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

4 851 911,67

Toelichting

Onder dit artikel worden diverse ontvangsten opgenomen.

Details van de uitgaven en ontvangsten die voortvloeien uit leningen of huur of de verlening van diensten in het kader van dit artikel worden gegeven in een bijlage bij deze begroting.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING

221 289 598

220 332 000

167 952 341,79

1 2

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

569 844 235

525 898 973

502 188 864,04

Reserves (10 0)

714 026

 

 

 

570 558 261

525 898 973

502 188 864,04

1 4

ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

122 260 343

108 313 800

90 934 826,73

Reserves (10 0)

2 000 000

1 155 000

 

 

124 260 343

109 468 800

90 934 826,73

1 6

ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

15 635 500

15 516 000

12 762 741,59

 

Totaal van titel 1

929 029 676

870 060 773

773 838 774,15

Reserves (10 0)

2 714 026

1 155 000

 

 

931 743 702

871 215 773

773 838 774,15

2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, MATERIEEL EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 0

GEBOUWEN EN BIJBEHORENDE KOSTEN

183 188 366

186 909 476

193 001 220,62

Reserves (10 0)

2 500 000

2 340 000

 

 

185 688 366

189 249 476

193 001 220,62

2 1

INFORMATICA, MATERIEEL EN ROEREND GOED

113 787 071

117 014 150

106 080 063,59

Reserves (10 0)

5 000 000

8 749 600

 

 

118 787 071

125 763 750

106 080 063,59

2 3

LOPENDE ADMINISTRATIEVE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

15 567 000

12 841 500

10 778 698,82

 

Totaal van titel 2

312 542 437

316 765 126

309 859 983,03

Reserves (10 0)

7 500 000

11 089 600

 

 

320 042 437

327 854 726

309 859 983,03

3

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ALGEMENE TAKEN VAN DE INSTELLING

3 0

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

39 499 769

36 074 200

27 499 040,69

3 2

EXPERTISE EN INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

103 974 776

105 169 500

93 647 679,96

Reserves (10 0)

2 500 000

3 427 000

 

 

106 474 776

108 596 500

93 647 679,96

 

Totaal van titel 3

143 474 545

141 243 700

121 146 720,65

Reserves (10 0)

2 500 000

3 427 000

 

 

145 974 545

144 670 700

121 146 720,65

4

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT SPECIFIEKE TAKEN VAN DE INSTELLING

4 0

BIJZONDERE UITGAVEN VAN BEPAALDE INSTELLINGEN EN ORGANEN

83 650 000

76 965 000

69 215 824,15

4 2

ASSISTENTIE AAN DE LEDEN

176 043 709

168 974 000

153 358 430,04

Reserves (10 0)

13 200 000

 

 

 

189 243 709

168 974 000

153 358 430,04

4 4

VERGADERINGEN EN ANDERE ACTIVITEITEN VAN LEDEN EN VOORMALIGE LEDEN

340 000

310 000

310 000,—

 

Totaal van titel 4

260 033 709

246 249 000

222 884 254,19

Reserves (10 0)

13 200 000

 

 

 

273 233 709

246 249 000

222 884 254,19

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

25 914 026

15 691 800

0,—

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

14 000 000

10 000 000

0,—

10 3

RESERVE VOOR DE UITBREIDING

835 000

750 000

0,—

10 4

RESERVE VOOR HET VOORLICHTINGS- EN COMMUNICATIEBELEID

p.m.

p.m.

0,—

10 5

VOORZIENINGEN VOOR GEBOUWEN

p.m.

11 000 000

0,—

10 6

RESERVE VOOR PRIORITAIRE PROJECTEN IN ONTWIKKELING

p.m.

5 000 000

0,—

10 8

RESERVE VOOR EMAS

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

40 749 026

42 441 800

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

1 685 829 393

1 616 760 399

1 427 729 732,02

TITEL 1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 0

1 0 0

Vergoedingen en toelagen

1 0 0 0

Vergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

67 755 185

66 695 000

30 601 982,96

1 0 0 4

Normale reiskosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

75 396 756

79 319 000

64 968 671,93

1 0 0 5

Overige reiskosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

9 396 317

9 170 000

1 874 928,93

1 0 0 6

Algemene kostenvergoeding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

38 330 147

38 144 000

42 629 278,—

1 0 0 7

Ambtsvergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

179 000

177 000

169 747,88

 

Totaal van artikel 1 0 0

191 057 405

193 505 000

140 244 609,70

1 0 1

Ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale voorzieningen

1 0 1 0

Ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 477 040

3 417 000

2 557 021,72

1 0 1 2

Specifieke voorzieningen ten behoeve van gehandicapte leden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

380 000

350 000

77 327,90

 

Totaal van artikel 1 0 1

3 857 040

3 767 000

2 634 349,62

1 0 2

Overbruggingstoelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 510 000

7 628 000

5 456 756,89

1 0 3

Pensioenen

1 0 3 0

Ouderdomspensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

11 131 000

11 215 000

9 583 361,56

1 0 3 1

Invaliditeitspensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

406 742

504 000

383 595,33

1 0 3 2

Overlevingspensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 072 147

2 744 000

2 690 744,23

1 0 3 3

Vrijwillige pensioenregeling van de leden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

55 000

169 000

6 433 924,46

 

Totaal van artikel 1 0 3

14 664 889

14 632 000

19 091 625,58

1 0 5

Talen- en informaticacursussen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

800 000

800 000

525 000,—

1 0 8

Koersverschillen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 0 9

Voorziening

1 0 9 0

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 0 9 1

Voorziening voor de 18 leden ingevolge het Verdrag van Lissabon

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

9 400 264

0,—

 

Totaal van artikel 1 0 9

9 400 264

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 0

221 289 598

220 332 000

167 952 341,79

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Salaris en andere rechten

1 2 0 0

Salaris en toelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

562 435 035

517 388 973

494 054 418,49

Reserves (10 0)

714 026

 

 

 

563 149 061

517 388 973

494 054 418,49

1 2 0 2

Betaalde overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

455 200

400 000

350 000,—

1 2 0 4

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 034 000

4 900 000

3 520 000,—

 

Totaal van artikel 1 2 0

567 924 235

522 688 973

497 924 418,49

Reserves (10 0)

714 026

 

 

 

568 638 261

522 688 973

497 924 418,49

1 2 2

Vergoedingen na vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0

Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

530 000

760 000

917 369,49

1 2 2 2

Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 390 000

2 450 000

3 347 076,06

 

Totaal van artikel 1 2 2

1 920 000

3 210 000

4 264 445,55

1 2 4

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

569 844 235

525 898 973

502 188 864,04

Reserves (10 0)

714 026

 

 

 

570 558 261

525 898 973

502 188 864,04

HOOFDSTUK 1 4

1 4 0

Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0

Andere personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

32 579 343

23 830 000

24 230 464,67

1 4 0 2

Conferentietolken

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

58 000 000

55 005 000

43 273 028,22

Reserves (10 0)

2 000 000

 

 

 

60 000 000

55 005 000

43 273 028,22

1 4 0 4

Stages, subsidies en uitwisseling van ambtenaren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 138 000

7 150 000

6 068 983,48

1 4 0 6

Waarnemers

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 4 0 7

Opleidingsvergoeding (stageprogramma van het Europees Parlement)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 1 4 0

97 717 343

85 985 000

73 572 476,37

Reserves (10 0)

2 000 000

 

 

 

99 717 343

85 985 000

73 572 476,37

1 4 2

Externe dienstverlening

1 4 2 0

Externe dienstverlening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

24 200 000

21 945 000

16 953 510,86

Reserves (10 0)

 

1 155 000

 

 

24 200 000

23 100 000

16 953 510,86

1 4 2 2

Activiteiten in het kader van de interinstitutionele samenwerking op taalgebied

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

343 000

383 800

408 839,50

 

Totaal van artikel 1 4 2

24 543 000

22 328 800

17 362 350,36

Reserves (10 0)

 

1 155 000

 

 

24 543 000

23 483 800

17 362 350,36

1 4 4

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 4

122 260 343

108 313 800

90 934 826,73

Reserves (10 0)

2 000 000

1 155 000

 

 

124 260 343

109 468 800

90 934 826,73

HOOFDSTUK 1 6

1 6 1

Uitgaven voor personeelsbeheer

1 6 1 0

Aanwerving van personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

515 500

600 000

685 000,—

1 6 1 2

Voortgezette beroepsopleiding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 100 000

4 000 000

3 387 946,49

 

Totaal van artikel 1 6 1

4 615 500

4 600 000

4 072 946,49

1 6 3

Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 6 3 0

Sociale dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

650 000

601 000

516 821,63

1 6 3 1

Mobiliteit

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

825 000

832 000

186 382,71

1 6 3 2

Sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel en andere maatregelen op sociaal gebied

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

310 000

310 000

287 888,28

 

Totaal van artikel 1 6 3

1 785 000

1 743 000

991 092,62

1 6 5

Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 6 5 0

Medische dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 285 000

1 260 000

997 557,25

1 6 5 2

Exploitatie van restaurants en kantines

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 600 000

2 313 000

2 260 000,—

1 6 5 4

Kinderdagverblijf en crèches waarmee een tariefovereenkomst is gesloten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 350 000

5 600 000

4 441 145,23

 

Totaal van artikel 1 6 5

9 235 000

9 173 000

7 698 702,48

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 6

15 635 500

15 516 000

12 762 741,59

 

Totaal van titel 1

929 029 676

870 060 773

773 838 774,15

Reserves (10 0)

2 714 026

1 155 000

 

 

931 743 702

871 215 773

773 838 774,15

HOOFDSTUK 1 0 —

LEDEN VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 2 —

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK 1 4 —

ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

HOOFDSTUK 1 6 —

ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

HOOFDSTUK 1 0 —   LEDEN VAN DE INSTELLING

1 0 0   Vergoedingen en toelagen

1 0 0 0   Vergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

67 755 185

66 695 000

30 601 982,96

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 9 en 10.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 1 en 2.

Dit krediet dient ter dekking van de in het statuut van de leden voorziene vergoeding.

1 0 0 4   Normale reiskosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

75 396 756

79 319 000

64 968 671,93

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 20.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 10 t/m 21 en 24.

Dit krediet dient ter dekking van de terugbetaling van reis- en verblijfkosten in verband met reizen van en naar de vergaderplaatsen en andere dienstreizen.

Dit krediet is tevens bedoeld ter dekking van de kosten voor eventuele compensatie voor CO2-emissies zoals gedefinieerd door het Eco-Management and Audit Scheme (EMAS)-actieplan dat door het Bureau is vastgesteld.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

1 0 0 5   Overige reiskosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 396 317

9 170 000

1 874 928,93

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 20.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 22, 23 en 29.

Dit krediet dient ter dekking van de vergoeding van bijkomende reiskosten, de kosten van reizen in het land van verkiezing en repatriëringskosten.

Dit krediet is tevens bedoeld ter dekking van de kosten voor eventuele compensatie voor CO2-emissies zoals gedefinieerd door het EMAS-actieplan dat door het Bureau is vastgesteld.

1 0 0 6   Algemene kostenvergoeding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

38 330 147

38 144 000

42 629 278,00

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 20.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 25 t/m 28.

Deze vergoeding dient ter dekking van de kosten die voortvloeien uit de parlementaire activiteiten van de leden in hun land van herkomst.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 25 000 EUR.

1 0 0 7   Ambtsvergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

179 000

177 000

169 747,88

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 20.

Besluit van het Bureau van 16-17 juni 2009.

Dit krediet dient ter dekking van de vaste verblijfs- en representatievergoedingen in verband met het uitoefenen van de functie van Voorzitter van het Europees Parlement.

1 0 1   Ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale voorzieningen

1 0 1 0   Ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 477 040

3 417 000

2 557 021,72

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 18 en 19.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 3 t/m 9.

Gemeenschappelijke regeling voor de verzekering van ambtenaren van de Europese Unie tegen ongevallen en beroepsziekten.

Gemeenschappelijke regeling voor de verzekering van ambtenaren van de Europese Unie tegen ziekten.

Besluit van de Commissie houdende vaststelling van de algemene uitvoeringsbepalingen voor de vergoeding van ziektekosten.

Regeling inzake de kosten en vergoedingen van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 21 en bijlage IV (overgangsregeling gedurende 18 maanden na afloop van de 6e zittingsperiode).

Dit krediet dient ter dekking van de ongevallenverzekering, de vergoeding van medische kosten en de verzekering tegen verlies en diefstal van persoonlijke bezittingen van de leden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

1 0 1 2   Specifieke voorzieningen ten behoeve van gehandicapte leden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

380 000

350 000

77 327,90

Toelichting

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 30.

Dit krediet dient ter dekking van bepaalde uitgaven die nodig zijn om bijstand te verlenen aan ernstig gehandicapte leden

1 0 2   Overbruggingstoelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 510 000

7 628 000

5 456 756,89

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 13.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 45 t/m 48 en 77.

Dit krediet dient ter dekking van de overbruggingstoelage bij ambtsbeëindiging van leden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

1 0 3   Pensioenen

1 0 3 0   Ouderdomspensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

11 131 000

11 215 000

9 583 361,56

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 14 en 28.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 49, 50 en 75.

Dit krediet dient ter dekking van de uitkering van een ouderdomspensioen na beëindiging van het mandaat van een lid.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

1 0 3 1   Invaliditeitspensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

406 742

504 000

383 595,33

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 15.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 51 t/m 57 en 75.

Dit krediet dient ter dekking van de uitkering van een pensioen bij invaliditeit van een lid die tijdens het mandaat is ontstaan.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 20 000 EUR.

1 0 3 2   Overlevingspensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 072 147

2 744 000

2 690 744,23

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 17.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 58 t/m 60 en 75.

Dit krediet dient ter dekking van de uitkering van een overlevings- en/of wezenpensioen bij overlijden van een lid of van een voormalig lid.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 15 000 EUR.

1 0 3 3   Vrijwillige pensioenregeling van de leden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

55 000

169 000

6 433 924,46

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 27.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 76.

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van de instelling aan een vrijwillige aanvullende pensioenregeling voor leden van het Parlement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 300 000 EUR.

1 0 5   Talen- en informaticacursussen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

800 000

800 000

525 000,00

Toelichting

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 44.

Besluit van het Bureau van 4 mei 2009 betreffende talen- en computercursussen voor de leden.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van talencursussen en informaticacursussen voor de leden.

1 0 8   Koersverschillen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de koersverschillen ten laste van de begroting van het Europees Parlement, overeenkomstig de voorschriften die van toepassing zijn op de uitbetaling van de algemene kostenvergoeding.

1 0 9   Voorziening

1 0 9 0   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiële consequenties van de eventuele aanpassingen van de vergoedingen van de leden van het Parlement.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement naar andere begrotingslijnen is overgeschreven.

1 0 9 1   Voorziening voor de 18 leden ingevolge het Verdrag van Lissabon

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 400 264

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten in verband met de komst van 18 extra leden ingevolge het Verdrag van Lissabon.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement naar andere begrotingslijnen is overgeschreven.

HOOFDSTUK 1 2 —   AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

1 2 0   Salaris en andere rechten

1 2 0 0   Salaris en toelagen

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 2 0 0

562 435 035

517 388 973

494 054 418,49

Reserves (10 0)

714 026

 

 

Totaal

563 149 061

517 388 973

494 054 418,49

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient vooral ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ziekte-, ongevallen- en beroepsziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de forfaitaire vergoedingen voor overuren;

de overige toelagen en vergoedingen;

de betaling van de jaarlijkse reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst;

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen.

Het dient tevens ter dekking van de premies voor de verzekering van ongelukken in verband met sportactiviteiten voor gebruikers van het sportcentrum van het Europees Parlement in Brussel en Straatsburg.

Een deel van dit krediet is bestemd voor de aanwerving van tijdelijke ambtenaren met een handicap die deskundig zijn op het gebied van de rechten van gehandicapten en antidiscriminatiebeleid, ter uitvoering van het Actieplan 2009-2013 voor de bevordering van gelijke rechten en diversiteit in het secretariaat van het Europees Parlement, goedgekeurd door het Bureau (PE 413.568/BUR) overeenkomstig het Handvest van de grondrechten van de EU, met name artikel 26, en het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Er zal jaarlijks een verslag worden opgesteld inzake het gebruik van de middelen voor dit doel.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 800 000 EUR.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

Kredieten voor 30 posten, bestaande uit 6 AD 5 en 24 AST 1-posten, blijven in de reserve totdat:

meer gedetailleerde informatie wordt verstrekt over de herschikking en overplaatsing van posten, teneinde een kwalitatieve analyse te kunnen uitvoeren die verder gaat dan slechts een opsomming van aantallen en directoraten-generaal;

meer gedetailleerde informatie wordt verstrekt over de toewijzing van kredieten voor arbeidscontracten, waarin wordt aangegeven welke kredieten betrekking hebben op de vervanging van ambtenaren met moederschaps- of ouderschapsverlof, welke op arbeidscontracten uit hoofde van artikel 3 b van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie en welke op specifieke behoeften, de laatste gesplitst naar directoraten-generaal en eenheden.

1 2 0 2   Betaalde overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

455 200

400 000

350 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56, alsmede bijlage VI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in de bovenstaande bepalingen.

1 2 0 4   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 034 000

4 900 000

3 520 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen;

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen;

de ontslagvergoeding voor ambtenaren op proef in geval van kennelijke onbekwaamheid;

de vergoeding in geval van ontbinding door de instelling van het contract met een tijdelijk personeelslid;

het verschil tussen de bijdragen van de contractuele functionarissen aan een pensioenstelsel van een lidstaat en die welke zij aan het uniale stelsel moeten afdragen in geval van herkwalificatie van een contract.

1 2 2   Vergoedingen na vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0   Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

530 000

760 000

917 369,49

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41 en 50, alsmede bijlage IV.

Dit krediet dient ter dekking van de vergoedingen aan ambtenaren:

die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling;

die een ambt bekleden in de rang AD 16 of AD 15 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

Het dient ook ter dekking van de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten hierop.

1 2 2 2   Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 390 000

2 450 000

3 347 076,06

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Dit krediet dient ter financiering van:

de vergoedingen die verschuldigd zijn uit hoofde van het statuut of van Verordeningen (EG, Euratom, EGKS) nr. 2689/95 en (EG, Euratom) nr. 1748/2002;

de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering van de begunstigden van deze vergoedingen;

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten die voor de diverse vergoedingen gelden.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom, EGKS) nr. 2689/95 van de Raad van 17 november 1995 tot vaststelling van bijzondere maatregelen betreffende de beëindiging van de dienst van tijdelijke functionarissen van de Europese Gemeenschappen naar aanleiding van de toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden (PB L 280 van 23.11.1995, blz. 4).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1748/2002 van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling, in het kader van de modernisering van de instelling, van bijzondere maatregelen inzake beëindiging van de dienst door ambtenaren van de Europese Gemeenschappen die in vaste dienst bij het Europees Parlement zijn aangesteld, en tijdelijke functionarissen van de politieke fracties van het Europees Parlement (PB L 264 van 2.10.2002, blz. 9).

1 2 4   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiële gevolgen van de eventuele aanpassingen van de salarissen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar de desbetreffende lijnen van dit hoofdstuk is overgeschreven.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 65, alsmede bijlage XI.

HOOFDSTUK 1 4 —   ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

1 4 0   Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0   Andere personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

32 579 343

23 830 000

24 230 464,67

Toelichting

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient hoofdzakelijk ter dekking van:

de bezoldiging, met inbegrip van toewijzingen en vergoedingen, van de andere personeelsleden, met name arbeidscontractanten, plaatselijke functionarissen, bijzondere adviseurs (overeenkomstig de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de vergoedingen van deze personeelsleden;

het inschakelen van tijdelijke krachten.

Een deel van dit krediet is bestemd voor de aanwerving van arbeidscontractanten met een handicap die deskundig zijn op het gebied van de rechten van gehandicapten en antidiscriminatiebeleid, ter uitvoering van het Actieplan 2009-2013 voor de bevordering van gelijke rechten en diversiteit in het secretariaat van het Europees Parlement, goedgekeurd door het Bureau (PE 413.568/BUR) overeenkomstig het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, met name artikel 26, en het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Er zal jaarlijks een verslag worden opgesteld inzake het gebruik van de middelen voor dit doel.

1 4 0 2   Conferentietolken

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 4 0 2

58 000 000

55 005 000

43 273 028,22

Reserves (10 0)

2 000 000

 

 

Totaal

60 000 000

55 005 000

43 273 028,22

Toelichting

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Overeenkomst betreffende conferentietolken-hulpfunctionarissen.

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven in het kader van de interinstitutionele samenwerking:

de vergoedingen, sociale bijdragen en reis- en verblijfkostenvergoedingen van de conferentietolken-hulpfunctionarissen die door het Parlement worden opgeroepen voor door het Parlement of andere instellingen georganiseerde vergaderingen, waarvoor de benodigde diensten niet door de tolken die als ambtenaar of tijdelijk functionaris werkzaam zijn, kunnen worden geleverd;

de uitgaven voor technisch en ander personeel voor conferenties voor de hierboven genoemde vergaderingen, wanneer de benodigde diensten niet door ambtenaren, tijdelijke functionarissen of andere personeelsleden van het Parlement kunnen worden geleverd;

de kosten van de dienstprestaties die door de tolken van andere instellingen ten behoeve van het Parlement worden verricht;

reis- en verblijfsvergoedingen in verband met diensten die in het kader van internationale samenwerking aan het Parlement worden verleend door personeelsleden van internationale instellingen;

de activiteiten in het kader van de interinstitutionele samenwerking op taalgebied.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 200 000 EUR.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

De reserve kan worden vrijgemaakt zodra de kredieten van deze lijn zijn uitgeput.

1 4 0 4   Stages, subsidies en uitwisseling van ambtenaren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 138 000

7 150 000

6 068 983,48

Toelichting

Regeling inzake de terbeschikkingstelling van ambtenaren van het Europees Parlement en tijdelijke functionarissen van fracties bij nationale administraties, hiermee gelijkgestelde organen of internationale organisaties.

Regeling inzake de detachering van nationale deskundigen bij het Europees Parlement.

Interne regels betreffende stages bij en studiebezoeken aan het secretariaat-generaal van het Europees Parlement.

Dit krediet dient ter financiering van:

een vergoeding en de reiskosten aan het begin en het eind van de stage voor stagiairs;

een ongevallen- en ziekteverzekering voor stagiairs tijdens de stage;

de uitgaven die voortvloeien uit het wederzijds ter beschikking stellen van personeel door het Parlement en de openbare sector in de lidstaten of in andere landen die specifiek in de regeling worden genoemd;

de kosten in verband met de detachering van nationale deskundigen bij het Europees Parlement;

de organisatie van opleidingen voor conferentietolken en vertalers, met name in samenwerking met tolkenscholen en universiteiten die een vertalersopleiding aanbieden, alsmede de kosten voor de toekenning van beurzen voor de opleiding en bijscholing van tolken en vertalers, de aankoop van didactisch materiaal alsmede bijkomende kosten;

de bijkomende kosten voor stagiairs in het kader van proefprogramma’s voor stages voor personen met een handicap, die rechtstreeks voortvloeien uit hun handicap, overeenkomstig artikel 20, lid 8, van de interne regels betreffende stages bij en studiebezoeken aan het Secretariaat-generaal van het Europees Parlement.

1 4 0 6   Waarnemers

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten betreffende de waarnemers, overeenkomstig artikel 11 van het Reglement van het Europees Parlement.

1 4 0 7   Opleidingsvergoeding (stageprogramma van het Europees Parlement)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient voor de bezoldiging van stagiair(e)s die deelnemen aan het stageprogramma van het Europees Parlement.

1 4 2   Externe dienstverlening

1 4 2 0   Externe dienstverlening

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 4 2 0

24 200 000

21 945 000

16 953 510,86

Reserves (10 0)

 

1 155 000

 

Totaal

24 200 000

23 100 000

16 953 510,86

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van door derden verrichte diensten op het gebied van vertaling, typewerkzaamheden en technische assistentie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 200 000 EUR.

1 4 2 2   Activiteiten in het kader van de interinstitutionele samenwerking op taalgebied

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

343 000

383 800

408 839,50

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

activiteiten waartoe door het Interinstitutioneel Comité voor vertaling en vertolking (Comité interinstitutionnel de la traduction et de l’interprétation, CITI) is besloten om de interinstitutionele samenwerking op taalgebied te bevorderen;

publicaties, voorlichtingsacties, public relations, deelname aan openbare evenementen, tentoonstellingen en beurzen op taalgebied.

1 4 4   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiële gevolgen van de eventuele aanpassingen van de salarissen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar de desbetreffende lijnen van dit hoofdstuk is overgeschreven.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 1 6 —   ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 6 1   Uitgaven voor personeelsbeheer

1 6 1 0   Aanwerving van personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

515 500

600 000

685 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en 33, alsmede bijlage III.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53) en Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor het organiseren van de in artikel 3 van Besluit 2002/621/EG bedoelde vergelijkende onderzoeken, alsmede de reis- en verblijfkosten van de kandidaten voor aanwervingsgesprekken en medische onderzoeken in verband met aanwerving;

de kosten van de organisatie van procedures voor de aanwerving van personeelsleden.

In gevallen waarin een en ander naar behoren is aangetoond op grond van functionele behoeften en na raadpleging van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen, kan dit krediet worden gebruikt voor door de instelling zelf georganiseerde vergelijkende onderzoeken.

1 6 1 2   Voortgezette beroepsopleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 100 000

4 000 000

3 387 946,49

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van de instelling te verbeteren, bv. door middel van taalcursussen voor de officiële werktalen.

1 6 3   Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 6 3 0   Sociale dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

650 000

601 000

516 821,63

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 9, lid 3, derde alinea, en artikel 76.

Dit krediet dient ter financiering van:

in het kader van het interinstitutionele gehandicaptenbeleid, voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie,

ter dekking van de op grond van de handicap gemaakte, als noodzakelijk erkende, naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die niet door de Gemeenschappelijk Regeling voor de ziektekostenverzekering worden vergoed, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend;

de kosten voor bijstand aan ambtenaren en andere personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren;

de verstrekking van een subsidie voor het Personeelscomité en kleinere uitgaven van sociale aard. De door het Personeelscomité gefinancierde bijdragen of overname van kosten ten behoeve van deelnemers aan een sociale activiteit dienen gericht te zijn op de financiering van activiteiten met een sociale, culturele of taalkundige dimensie, maar houden geen subsidies in voor individuele personeelsleden of huishoudens.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 8 000 EUR.

1 6 3 1   Mobiliteit

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

825 000

832 000

186 382,71

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het mobiliteitsplan in de verschillende vergaderplaatsen.

1 6 3 2   Sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel en andere maatregelen op sociaal gebied

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

310 000

310 000

287 888,28

Toelichting

Dit krediet dient ter aanmoediging en financiële ondersteuning van alle initiatieven ter bevordering van sociale contacten tussen personeelsleden van verschillende nationaliteiten, zoals subsidies voor sportclubs en culturele verenigingen van het personeel, alsmede voor een bijdrage in de kosten van een ontmoetingscentrum (culturele activiteiten, ontspanning, restaurant) voor vrijetijdsbesteding.

Het dient tevens ter dekking van de financiële bijdrage in de interinstitutionele sociale activiteiten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 800 000 EUR.

1 6 5   Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 6 5 0   Medische dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 285 000

1 260 000

997 557,25

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 59, alsmede bijlage II, artikel 8.

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van de medische dienst in de drie vergaderplaatsen, met inbegrip van de aanschaf van materieel en geneesmiddelen, de kosten van preventief medisch onderzoek, de huishoudelijke uitgaven van het invaliditeitscomité, alsmede van de diensten van externe specialisten die door de raadgevend geneesheren noodzakelijk worden geacht.

Tevens dient het ter dekking van de aanschaf van bepaalde werkmiddelen die vanuit medisch oogpunt noodzakelijk worden geacht, samen met uitgaven voor medisch en paramedisch personeel betaald volgens de regeling inzake verleende diensten of werkend met een vervangopdracht van korte duur.

1 6 5 2   Exploitatie van restaurants en kantines

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 600 000

2 313 000

2 260 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beheers- en exploitatiekosten van restaurants en kantines.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 2 000 000 EUR.

1 6 5 4   Kinderdagverblijf en crèches waarmee een tariefovereenkomst is gesloten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 350 000

5 600 000

4 441 145,23

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de evenredige bijdrage van het Parlement aan het totaal van de kosten voor het kinderdagverblijf en voor de externe crèches waarmee een contract is afgesloten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement, afkomstig van ouderbijdragen, wordt geraamd op 1 010 000 EUR.

TITEL 2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, MATERIEEL EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Gebouwen

2 0 0 0

Huur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

34 327 626

33 768 000

28 303 815,68

2 0 0 1

Erfpacht

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

12 155 000

5 900 000

14 636 040,32

2 0 0 3

Aankoop van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

9 100 000,—

2 0 0 5

Oprichting van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 644 000

4 346 600

3 859 764,01

2 0 0 7

Inrichting van dienstruimten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

22 195 000

29 018 000

31 611 447,34

Reserves (10 0)

2 500 000

 

 

 

24 695 000

29 018 000

31 611 447,34

2 0 0 8

Specifiek beheer van onroerend goed

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 637 000

9 360 000

14 066 706,95

Reserves (10 0)

 

2 340 000

 

 

4 637 000

11 700 000

14 066 706,95

 

Totaal van artikel 2 0 0

80 958 626

82 392 600

101 577 774,30

Reserves (10 0)

2 500 000

2 340 000

 

 

83 458 626

84 732 600

101 577 774,30

2 0 2

Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2

Onderhoud en schoonmaak van en toezicht op de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

44 749 000

41 407 444

34 464 154,98

2 0 2 4

Energieverbruik

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

18 947 000

21 487 594

16 917 600,84

2 0 2 6

Veiligheid van en toezicht op de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

37 624 740

40 587 000

38 478 370,92

2 0 2 8

Verzekeringen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

909 000

1 034 838

1 563 319,58

 

Totaal van artikel 2 0 2

102 229 740

104 516 876

91 423 446,32

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

183 188 366

186 909 476

193 001 220,62

Reserves (10 0)

2 500 000

2 340 000

 

 

185 688 366

189 249 476

193 001 220,62

HOOFDSTUK 2 1

2 1 0

Informatica en telecommunicatie

2 1 0 0

Hard- en software voor informatie- en innovatietechnologieën

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

32 674 000

36 225 000

43 008 335,49

Reserves (10 0)

2 500 000

4 000 000

 

 

35 174 000

40 225 000

43 008 335,49

2 1 0 2

Externe dienstverlening ten behoeve van informatie- en innovatietechnologieën

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

53 981 250

52 637 000

41 155 588,44

Reserves (10 0)

2 500 000

4 000 000

 

 

56 481 250

56 637 000

41 155 588,44

 

Totaal van artikel 2 1 0

86 655 250

88 862 000

84 163 923,93

Reserves (10 0)

5 000 000

8 000 000

 

 

91 655 250

96 862 000

84 163 923,93

2 1 2

Meubilair

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 224 000

2 998 400

2 508 567,53

Reserves (10 0)

 

749 600

 

 

3 224 000

3 748 000

2 508 567,53

2 1 4

Technisch materieel en technische installaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

17 407 821

18 327 750

14 526 966,49

2 1 6

Vervoermiddelen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

6 500 000

6 826 000

4 880 605,64

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 1

113 787 071

117 014 150

106 080 063,59

Reserves (10 0)

5 000 000

8 749 600

 

 

118 787 071

125 763 750

106 080 063,59

HOOFDSTUK 2 3

2 3 0

Papier, kantoorbenodigdheden en diverse verbruiksproducten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 575 000

2 655 500

2 098 026,82

2 3 1

Financiële kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

370 000

370 000

318 975,87

2 3 2

Proceskosten en schadevergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 314 000

1 312 000

1 318 035,60

2 3 5

Telecommunicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

9 405 000

6 850 000

5 529 693,88

2 3 6

Porto en verzendkosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

422 000

440 000

330 500,55

2 3 7

Verhuizingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

850 000

650 000

656 863,44

2 3 8

Overige administratieve uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

631 000

564 000

526 602,66

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 3

15 567 000

12 841 500

10 778 698,82

 

Totaal van titel 2

312 542 437

316 765 126

309 859 983,03

Reserves (10 0)

7 500 000

11 089 600

 

 

320 042 437

327 854 726

309 859 983,03

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN EN BIJBEHORENDE KOSTEN

HOOFDSTUK 2 1 —

INFORMATICA, MATERIEEL EN ROEREND GOED

HOOFDSTUK 2 3 —

LOPENDE ADMINISTRATIEVE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Toelichting

Daar de dekking van de risico's van arbeidsconflicten en terroristische aanslagen waaraan de gebouwen van het Europees Parlement zijn blootgesteld door de verzekeringsmaatschappijen is opgezegd, dienen deze risico's door de algemene begroting van de Europese Unie te worden gedekt.

Dientengevolge dienen de kredieten van deze titel ter dekking van alle uitgaven als gevolg van schade door arbeidsconflicten en terroristische aanslagen.

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN EN BIJBEHORENDE KOSTEN

2 0 0   Gebouwen

2 0 0 0   Huur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

34 327 626

33 768 000

28 303 815,68

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huurbedragen betreffende de onroerende goederen of gedeelten daarvan die door de instelling worden gebruikt.

Tevens dient het ter dekking van de onroerende voorheffing. De huren zijn berekend over twaalf maanden en op basis van bestaande of in voorbereiding zijnde contracten, die normaliter voorzien in een indexering op basis van de kosten van het levensonderhoud of van de bouwkosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 000 EUR.

2 0 0 1   Erfpacht

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 155 000

5 900 000

14 636 040,32

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de erfpacht van gebouwen of gedeelten van gebouwen op grond van lopende of in voorbereiding zijnde contracten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 000 EUR.

2 0 0 3   Aankoop van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

9 100 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop van onroerende goederen. De subsidies voor de grondstukken en het bouwrijp maken ervan worden behandeld overeenkomstig het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 000 EUR.

2 0 0 5   Oprichting van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 644 000

4 346 600

3 859 764,01

Toelichting

Op deze post kan eventueel een krediet worden opgenomen ter dekking van de kosten voor de constructie van gebouwen.

2 0 0 7   Inrichting van dienstruimten

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 0 0 7

22 195 000

29 018 000

31 611 447,34

Reserves (10 0)

2 500 000

 

 

Totaal

24 695 000

29 018 000

31 611 447,34

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de uitvoering van werkzaamheden in verband met de inrichting van dienstruimten, alsmede van andere hiermee samenhangende uitgaven, met name architecten- of ingenieurshonoraria, enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 000 EUR.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

Een bedrag van 2 500 000 EUR bestemd voor studies voor het Huis van de Europese geschiedenis wordt in de reserve geplaatst totdat er een duidelijk overzicht is gegeven van de geraamde kosten voor het gehele project en een overzicht is geboden van andere lopende kwesties.

2 0 0 8   Specifiek beheer van onroerend goed

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 0 0 8

4 637 000

9 360 000

14 066 706,95

Reserves (10 0)

 

2 340 000

 

Totaal

4 637 000

11 700 000

14 066 706,95

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het beheer van onroerend goed waarin door de overige artikelen van dit hoofdstuk niet speciaal is voorzien, en met name:

het beheer en de behandeling van afval,

verplichte controles, kwaliteitscontroles, expertises, audits, toezicht op de naleving van de regelgeving, enz.,

de technische bibliotheek,

assistentie bij het beheer (Building Helpdesk),

het beheer van de plannen van de gebouwen en het informatiemateriaal,

de overige uitgaven.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

2 0 2   Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2   Onderhoud en schoonmaak van en toezicht op de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

44 749 000

41 407 444

34 464 154,98

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van onderhoud en schoonmaak van en toezicht op de gebouwen (ruimten en technische installaties) die eigendom zijn van of gehuurd worden door het Europees Parlement, overeenkomstig de lopende contracten.

Voorafgaand aan de hernieuwing of de sluiting van contracten, overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen contractuele voorwaarden (prijs, valuta, indexering, duur, andere clausules) met inachtneming van artikel 91, lid 3, van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 75 000 EUR.

2 0 2 4   Energieverbruik

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

18 947 000

21 487 594

16 917 600,84

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de kosten van het gebruik van water, gas, elektriciteit en verwarming.

Dit krediet is tevens bedoeld ter dekking van de kosten voor eventuele compensatie voor CO2-emissies zoals gedefinieerd door het EMAS-actieplan dat door het Bureau is vastgesteld.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 82 000 EUR.

2 0 2 6   Veiligheid van en toezicht op de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

37 624 740

40 587 000

38 478 370,92

Toelichting

Dit krediet dient voornamelijk ter dekking van de kosten van de bewaking van en het toezicht op de gebouwen die het Parlement in de drie gewoonlijke vergaderplaatsen en de voorlichtingskantoren in gebruik heeft.

Voorafgaand aan de hernieuwing of de sluiting van contracten, overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen contractuele voorwaarden (prijs, valuta, indexering, duur, andere clausules) met inachtneming van artikel 91, lid 3, van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 180 000 EUR.

2 0 2 8   Verzekeringen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

909 000

1 034 838

1 563 319,58

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van verzekeringspremies.

HOOFDSTUK 2 1 —   INFORMATICA, MATERIEEL EN ROEREND GOED

Toelichting

Op het gebied van aanbestedingen overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden.

2 1 0   Informatica en telecommunicatie

2 1 0 0   Hard- en software voor informatie- en innovatietechnologieën

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 1 0 0

32 674 000

36 225 000

43 008 335,49

Reserves (10 0)

2 500 000

4 000 000

 

Totaal

35 174 000

40 225 000

43 008 335,49

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aankoop, de huur en het onderhoud van de hard- en software van de instelling en de daarmee verband houdende werkzaamheden. Bij deze hard- en software gaat het met name om de systemen van het informaticacentrum en het telecommunicatiecentrum, materiaal voor de afdelingen en de fracties, alsmede het elektronische stemsysteem.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 400 000 EUR.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

Kredieten voor het project voor IT-mobiliteit worden in de reserve geplaatst in afwachting van verdere informatie over de verschillende elementen van dit project, alsmede over de stand van zaken van de projecten voor papierloze vergaderingen, zakelijke kerntoepassingen en elektronische handtekeningen.

2 1 0 2   Externe dienstverlening ten behoeve van informatie- en innovatietechnologieën

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 1 0 2

53 981 250

52 637 000

41 155 588,44

Reserves (10 0)

2 500 000

4 000 000

 

Totaal

56 481 250

56 637 000

41 155 588,44

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van dienstverlening door informatica-advies- en servicebureaus in verband met de exploitatie van het informatiecentrum en het netwerk, de ontwikkeling en het onderhoud van toepassingen, de ondersteuning van de gebruikers, met inbegrip van de leden en de fracties, het uitvoeren van studies en het opstellen en invoeren van technische documentatie.

Tevens dient het ter dekking van het door het Parlement te betalen deel van de kosten voor de helpdesk van de nieuwe salarissoftware (NAP) die werd opgezet na onderlinge overeenstemming tussen de instellingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 700 000 EUR.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

Kredieten voor het project voor IT-mobiliteit worden in de reserve geplaatst in afwachting van verdere informatie over de verschillende elementen van dit project, alsmede over de stand van zaken van de projecten voor papierloze vergaderingen, zakelijke kerntoepassingen en elektronische handtekeningen.

2 1 2   Meubilair

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 1 2

3 224 000

2 998 400

2 508 567,53

Reserves (10 0)

 

749 600

 

Totaal

3 224 000

3 748 000

2 508 567,53

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van meubilair, met name de aankoop van ergonomisch kantoormeubilair en de vervanging van verouderd meubilair en meubilair dat niet langer wordt gebruikt, alsmede van kantoormachines. Het dient tevens ter dekking van de diverse beheersuitgaven in verband met het meubilair van de instelling.

Voor kunstwerken dient dit krediet ter dekking van de uitgaven voor zowel de aanschaf van specifiek materiaal als de daarmee samenhangende lopende uitgaven, zoals die voor het inlijsten, restaureren en schoonmaken, voor verzekeringen en voor los vervoer.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

2 1 4   Technisch materieel en technische installaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

17 407 821

18 327 750

14 526 966,49

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van aankoop, huur, onderhoud en reparatie van technisch materieel en technische installaties, alsook van het beheer ervan, en met name:

diverse vaste of mobiele apparatuur en technische installaties in verband met drukkerij, veiligheid, restauratie, gebouwen enz.,

apparatuur, met name voor printshop, telefoondienst, kantines, inkoopcentrales, veiligheid, technische dienst voor conferenties, de audiovisuele sector, enz.,

speciaal materieel (elektronische, elektrische en computerapparatuur), met inbegrip van de eraan verbonden externe prestaties,

installatie van twee extra telefoonlijnen in kantoren van leden die daarom verzoeken.

Dit krediet dient voorts ter dekking van de kosten voor het bekendmaken van de verkoop en de verwijdering van afgeschreven goederen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 205 000 EUR.

2 1 6   Vervoermiddelen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 500 000

6 826 000

4 880 605,64

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van aankoop, onderhoud, gebruik en reparatie van vervoermiddelen (wagenpark en fietsen) en van de huur van auto's, taxi's, bussen en vrachtwagens, met of zonder chauffeur, met inbegrip van de bijbehorende verzekeringen, alsook de overige beheerskosten. Bij de vervanging van het wagenpark of de aankoop of de huur van voertuigen moet de voorkeur worden gegeven aan de minst vervuilende types, zoals hybride auto's.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 175 000 EUR.

HOOFDSTUK 2 3 —   LOPENDE ADMINISTRATIEVE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Toelichting

Op het gebied van aanbestedingen overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden.

2 3 0   Papier, kantoorbenodigdheden en diverse verbruiksproducten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 575 000

2 655 500

2 098 026,82

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aanschaf van papier, enveloppen, kantoorbehoeften, producten voor de drukkerij en de reproductiewerkplaatsen, enz., alsook de beheerskosten in verband daarmee.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 15 000 EUR.

2 3 1   Financiële kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

370 000

370 000

318 975,87

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bankkosten (commissies, agio's en diverse kosten) en de andere financiële kosten, met inbegrip van de bijkomende kosten voor de financiering van de gebouwen.

2 3 2   Proceskosten en schadevergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 314 000

1 312 000

1 318 035,60

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

het te betalen bedrag in geval van een veroordeling van het Parlement tot betaling van de door het Hof van Justitie, het Gerecht, het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie en de nationale rechtbanken vastgestelde proceskosten;

het inschakelen van externe advocaten voor zaken die bij rechtbanken van de Unie of nationale rechtbanken worden behandeld, en het inschakelen van juridische adviseurs of deskundigen ter assistentie van de Juridische dienst;

de terugbetaling van de kosten van advocaten in het kader van tuchtprocedures en daarmee vergelijkbare procedures;

de uitgaven in verband met schadevergoedingen, alsook eventuele schulden zoals vermeld in artikel 8, lid 3, van het Financieel Reglement;

het bedrag van bij minnelijke regelingen toegekende vergoedingen, in toepassing van de artikelen 69 en 70 van het reglement voor de procesvoering van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

2 3 5   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 405 000

6 850 000

5 529 693,88

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de netwerken voor de transmissie van gegevens tussen de drie vergaderplaatsen, de datacentra en de voorlichtingsbureaus, alsook van de uitgaven voor abonnementen en communicatie (vaste en mobiele telefonie, televisie).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 20 000 EUR.

2 3 6   Porto en verzendkosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

422 000

440 000

330 500,55

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor porto en voor verwerking en versturing door nationale postdiensten en koeriersdiensten.

Het dient tevens ter financiering van postdiensten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

2 3 7   Verhuizingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

850 000

650 000

656 863,44

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor verhuizing en opslag door verhuisbedrijven of door inschakeling van tijdelijke arbeidskrachten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 40 000 EUR.

2 3 8   Overige administratieve uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

631 000

564 000

526 602,66

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

verzekeringen die niet expliciet onder andere posten worden genoemd;

de uitgaven voor aankoop en onderhoud van uniformen voor bodes, chauffeurs en verhuizers, de medische dienst en diverse technische diensten;

diverse administratieve en beheersuitgaven, daaronder begrepen de uitgaven in verband met een centrum voor mobiliteitsbeheer in het kader van EMAS, de aankoop van spoorboekjes en vluchtregelingen, de bekendmaking in kranten van de verkoop van gebruikte goederen, enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

TITEL 3

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ALGEMENE TAKEN VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 3 0

3 0 0

Dienstreizen personeel en reizen tussen de drie vergaderplaatsen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

29 820 000

27 970 000

21 907 000,—

3 0 2

Ontvangst en representatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 047 450

1 105 200

769 155,64

3 0 4

Diverse uitgaven voor vergaderingen

3 0 4 0

Interne vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 594 000

3 050 000

2 124 976,46

3 0 4 2

Vergaderingen, congressen en conferenties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 350 000

1 310 000

868 097,21

3 0 4 4

Diverse uitgaven in verband met de organisatie van de Parlementaire Conferentie van de WTO en andere bijeenkomsten van interparlementaire, ad-hoc- en WTO-delegaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

858 000

850 000

353 756,14

3 0 4 6

Diverse organisatiekosten voor de vergaderingen van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

451 000

451 000

185 765,77

3 0 4 7

Diverse organisatiekosten voor de vergaderingen van de Parlementaire Vergadering van Eurolat

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

80 000

50 000

42 493,42

3 0 4 8

Diverse organisatiekosten van de Vergadering van de Unie voor het Middellandse Zeegebied

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

216 319

40 000

24 796,05

3 0 4 9

Werkingskosten van het reisbureau

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 083 000

1 248 000

1 223 000,—

 

Totaal van artikel 3 0 4

7 632 319

6 999 000

4 822 885,05

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 0

39 499 769

36 074 200

27 499 040,69

HOOFDSTUK 3 2

3 2 0

Verwerving van expertise

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

10 082 500

10 360 000

6 080 996,67

Reserves (10 0)

1 500 000

 

 

 

11 582 500

10 360 000

6 080 996,67

3 2 2

Verwerving van informatie en archivering

3 2 2 0

Documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 593 826

4 432 300

3 512 010,23

3 2 2 2

Archiefbestanden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 895 000

1 858 200

1 755 946,77

 

Totaal van artikel 3 2 2

6 488 826

6 290 500

5 267 957,—

3 2 3

Betrekkingen met de parlementen van derde landen en steun voor parlementaire democratie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

520 000

470 000

310 310,77

3 2 4

Productie en verspreiding

3 2 4 0

Publicatieblad

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 359 450

5 361 000

6 939 095,52

3 2 4 1

Digitale en traditionele publicaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 224 000

4 395 000

2 749 099,12

3 2 4 2

Kosten van publicatie, voorlichting en deelneming aan openbare evenementen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

19 615 000

13 708 000

16 678 677,36

Reserves (10 0)

 

3 427 000

 

 

19 615 000

17 135 000

16 678 677,36

3 2 4 3

Bezoekerscentrum

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 000 000

12 100 000

3 897 236,76

3 2 4 4

Organisatie en ontvangst van bezoekersgroepen, Euroscola en uitnodigingen aan opiniemakers uit derde landen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

29 710 000

27 100 000

24 485 352,52

3 2 4 5

Organisatie van colloquia, studiedagen en culturele acties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 475 000

2 245 000

1 790 335,14

3 2 4 6

Televisiekanaal van het Parlement (web-tv)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 000 000

9 000 000

8 787 767,35

Reserves (10 0)

1 000 000

 

 

 

9 000 000

9 000 000

8 787 767,35

3 2 4 8

Audiovisuele voorlichting

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

13 600 000

12 200 000

15 124 447,23

3 2 4 9

Informatie-uitwisseling met de nationale parlementen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

700 000

900 000

561 657,05

 

Totaal van artikel 3 2 4

85 683 450

87 009 000

81 013 668,05

Reserves (10 0)

1 000 000

3 427 000

 

 

86 683 450

90 436 000

81 013 668,05

3 2 5

Uitgaven in verband met voorlichtingsbureaus

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 200 000

1 040 000

974 747,47

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 2

103 974 776

105 169 500

93 647 679,96

Reserves (10 0)

2 500 000

3 427 000

 

 

106 474 776

108 596 500

93 647 679,96

 

Totaal van titel 3

143 474 545

141 243 700

121 146 720,65

Reserves (10 0)

2 500 000

3 427 000

 

 

145 974 545

144 670 700

121 146 720,65

HOOFDSTUK 3 0 —

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

HOOFDSTUK 3 2 —

EXPERTISE EN INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

HOOFDSTUK 3 0 —   VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

3 0 0   Dienstreizen personeel en reizen tussen de drie vergaderplaatsen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

29 820 000

27 970 000

21 907 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 71, alsmede bijlage VII, artikelen 11, 12 en 13.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor reiskosten van het personeel van de instelling, gedetacheerde nationale deskundigen of stagiairs tussen de standplaats en een van de drie vergaderplaatsen van het Europees Parlement (Brussel, Luxemburg en Straatsburg), alsook voor dienstreizen naar elke andere plaats buiten de drie vergaderplaatsen. De uitgaven betreffen de reiskosten, dagvergoedingen en verblijfskosten. Bijkomende of bijzondere kosten (met inbegrip van kosten die verband houden met het opstellen van plaatsbewijzen, reserveringen en elektronische facturatie, met name voor door het Europees Parlement georganiseerde charters) of alle uitzonderlijke kosten worden eveneens gedekt.

Dit krediet is tevens bedoeld ter dekking van de kosten voor eventuele compensatie voor CO2-emissies zoals gedefinieerd door het EMAS-actieplan dat door het Bureau is vastgesteld.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

3 0 2   Ontvangst en representatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 047 450

1 105 200

769 155,64

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

de uitgaven in verband met de verplichtingen van de instelling inzake ontvangst, met inbegrip van ontvangst in het kader van de werkzaamheden van de afdeling Scientific and Technological Options Assessment (STOA), en representatie van de leden van de instelling;

de representatiekosten van de voorzitter bij reizen buiten de vergaderplaatsen;

de representatiekosten en de bijdrage in de secretariaatskosten van het kabinet van de voorzitter;

de kosten van ontvangst en representatie van het secretariaat-generaal, inclusief de aankoop van artikelen en medailles voor ambtenaren met 15 en/of 25 dienstjaren;

diverse kosten van het protocol, zoals vlaggen, drukwerk, uitnodigingen, menukaarten, enz.;

reis- en verblijfkosten van VIP's die de instelling bezoeken;

kosten van ontvangst en representatie en andere specifieke kosten voor leden die een officiële functie bij het Europees Parlement bekleden.

3 0 4   Diverse uitgaven voor vergaderingen

3 0 4 0   Interne vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 594 000

3 050 000

2 124 976,46

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor verfrissingen en andere dranken en voor lichte maaltijden die soms tijdens vergaderingen van de instelling worden verstrekt, met inbegrip van het beheer van die diensten.

3 0 4 2   Vergaderingen, congressen en conferenties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 350 000

1 310 000

868 097,21

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van:

de kosten van het organiseren van vergaderingen buiten de vergaderplaatsen (commissies en commissiedelegaties, fracties), met inbegrip, waar passend van representatiekosten;

de bijdragen aan internationale organisaties waarvan het Parlement of één van zijn organen lid is (Interparlementaire Unie, Vereniging van de secretarissen-generaal van parlementen, Groep 12+ bij de Interparlementaire Unie).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 20 000 EUR.

3 0 4 4   Diverse uitgaven in verband met de organisatie van de Parlementaire Conferentie van de WTO en andere bijeenkomsten van interparlementaire, ad-hoc- en WTO-delegaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

858 000

850 000

353 756,14

Toelichting

Dit krediet dient vooral ter dekking van de kosten, behalve die welke reeds worden gedekt door hoofdstuk 1 0 en artikel 3 0 0, voor de organisatie van de vergaderingen van de interparlementaire delegaties, ad-hocdelegaties, de gemengde parlementaire commissies, de parlementaire samenwerkingscommissies en de WTO, alsmede de organisatie van vergaderingen van de Parlementaire Conferentie van de WTO en haar stuurcomité.

3 0 4 6   Diverse organisatiekosten voor de vergaderingen van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

451 000

451 000

185 765,77

Toelichting

Dit krediet dient vooral ter dekking van de kosten, behalve die welke reeds worden gedekt door hoofdstuk 1 0 en artikel 3 0 0, voor de organisatie van de vergaderingen van de delegaties in de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU.

3 0 4 7   Diverse organisatiekosten voor de vergaderingen van de Parlementaire Vergadering van Eurolat

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

80 000

50 000

42 493,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de organisatiekosten, behalve die welke reeds worden gedekt door hoofdstuk 1 0 en artikel 3 0 0, voor de vergaderingen van de Euro-Latijns-Amerikaanse Parlementaire Vergadering van Eurolat, alsmede de commissies en het bureau hiervan.

3 0 4 8   Diverse organisatiekosten van de Vergadering van de Unie voor het Middellandse Zeegebied

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

216 319

40 000

24 796,05

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de niet onder hoofdstuk 1 0 en artikel 3 0 0 vallende kosten in verband met de organisatie van de vergaderingen van de Parlementaire Vergadering van de Unie voor het Middellandse Zeegebied, de commissies hiervan en het bureau hiervan en van de bijdrage van het Europees Parlement aan de begroting van het autonome secretariaat van de Vergadering of de rechtstreekse tenlasteneming van de kosten van het aandeel van het Europees Parlement in de begroting van de Vergadering.

3 0 4 9   Werkingskosten van het reisbureau

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 083 000

1 248 000

1 223 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten die voortvloeien uit de werking van het reisbureau waarmee het Parlement een contract heeft gesloten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

HOOFDSTUK 3 2 —   EXPERTISE EN INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

3 2 0   Verwerving van expertise

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 2 0

10 082 500

10 360 000

6 080 996,67

Reserves (10 0)

1 500 000

 

 

Totaal

11 582 500

10 360 000

6 080 996,67

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van overeenkomsten met gekwalificeerde deskundigen en onderzoeksinstituten voor studies en andere onderzoekswerkzaamheden (workshops, rondetafelconferenties, panels van deskundigen, conferenties) ten behoeve van de organen van het Parlement en de administratie, met inbegrip van de kosten voor de verwezenlijking van het Huis van de Europese geschiedenis;

de kosten van evaluatie van studies en de deelname van de STOA aan wetenschappelijke organen;

reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van deskundigen en andere personen — met inbegrip van personen die een verzoekschrift aan het Parlement hebben gericht — die worden uitgenodigd voor vergaderingen van commissies en studie- en werkgroepen;

de uitgaven voor een beroep op externen voor deelname aan de werkzaamheden van organen als de tuchtraad en het speciaal panel voor financiële onregelmatigheden.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

De reserve kan worden vrijgemaakt zodra de kredieten van deze lijn zijn uitgeput.

3 2 2   Verwerving van informatie en archivering

3 2 2 0   Documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 593 826

4 432 300

3 512 010,23

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitbreiding en vernieuwing van de algemene naslagwerken en aanvulling van het bibliotheekfonds;

abonnementen op dagbladen, tijdschriften, nieuwsagentschappen en op hun publicaties en diensten online, met inbegrip van de kosten van auteursrechten voor de reproductie en verspreiding van deze abonnementen langs klassieke of elektronische weg en dienstverleningscontracten voor persoverzichten en krantenknipsels;

abonnementen of dienstverleningscontracten voor de levering van samenvattingen en inhoudsanalysen van tijdschriften of van het invoeren in optische dragers van uit deze tijdschriften geselecteerde artikelen;

kosten in verband met het gebruik van externe databanken voor documenten en statistische gegevens, met uitzondering van computerapparatuur en telecommunicatiekosten;

kosten in verband met de verplichtingen die het Europees Parlement is aangegaan in het kader van internationale en/of interinstitutionele samenwerking;

de aanschaf of huur van speciaal materiaal, inclusief elektrische, elektronische en computerapparatuur en/of systemen, voor bibliotheek, documentatie en mediatheek, alsmede externe bijstand bij de aanschaf, installatie, exploitatie en onderhoud van deze materialen en systemen;

de kosten van de levering van diensten met betrekking tot de activiteiten van de bibliotheek, met name in verband met de klanten (onderzoek, analyse) het systeem voor kwaliteitsbeheer, enz.;

de kosten van materiaal en werkzaamheden in verband met het inbinden en conserveren van werken voor bibliotheek, documentatie en mediatheek;

de kosten, inclusief materieel, van interne publicaties (brochures, studies, enz.) en communicatie (Newsletters, video's, cd-roms, enz.);

de aanschaf van nieuwe of vervangende woordenboeken, lexicons, ongeacht het medium, ook voor de nieuwe taalsecties, alsmede andere werken voor de taaldiensten en voor de Afdelingenkwaliteit van de wetgeving.

3 2 2 2   Archiefbestanden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 895 000

1 858 200

1 755 946,77

Toelichting

Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43), alsmede de door het Europees Parlement vastgestelde uitvoeringsbepalingen.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 16 december 2002 over verbetering van de informatie en de transparantie: de archieven van het Europees Parlement.

Regeling inzake de verwerking van persoonlijke archieven van de voormalige leden van het Europees Parlement, goedgekeurd bij besluit van het Bureau van 10 oktober 2007, als gewijzigd bij het besluit van het Bureau van 21 april 2009.

Dit krediet dient ter dekking van externe archiveringswerkzaamheden, zoals:

de omzetting van archiefbestanden op verschillende informatiedragers (microfilm, schijven, cassettes, enz.), alsmede aankoop, huur en reparatie van speciaal materieel (elektronische, elektrische en computerapparatuur, boeken, tijdschriften) en de daarmee verband houdende externe dienstverlening;

de kosten van publicatie op elk soort informatiedragers (brochures, cd-rom, enz.),

de kosten van externe werkzaamheden in verband met de aankoop van primaire (getuigenissen, verkregen via werkzaamheden van journalisten en/of historici en/of archivarissen) of secundaire (documenten op elk soort informatiedragers) archiefbronnen.

Tevens dient het ter dekking van de kosten van het verwerken van persoonlijke archieven die leden van het Europees Parlement tijdens de uitoefening van hun mandaat hebben opgebouwd en overgedragen in de vorm van een schenking of een legaat aan het Europees Parlement, aan het historisch archief van de Europese Unie (HAEU) of aan een vereniging of stichting in het kader van een door het Europees Parlement opgestelde regeling.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 20 000 EUR.

3 2 3   Betrekkingen met de parlementen van derde landen en steun voor parlementaire democratie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

520 000

470 000

310 310,77

Toelichting

Conclusies, conferentie van voorzitters van de parlementen van de EU, Kopenhagen 2006 en Bratislava 2007.

Besluit van het Bureau van 18 juni 2007.

Bestreken geografisch gebied: landen buiten de Europese Unie met uitzondering van kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het bevorderen van de betrekkingen tussen het Europees Parlement en democratisch verkozen nationale parlementen van derde landen alsook met regionale parlementaire organisaties. Het krediet dient meer bepaald voor activiteiten die tot doel hebben de parlementaire capaciteit te versterken in nieuwe en ontluikende democratieën, en om het gebruik van informatietechnologieën door parlementen te bevorderen.

3 2 4   Productie en verspreiding

3 2 4 0   Publicatieblad

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 359 450

5 361 000

6 939 095,52

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het aandeel van de instelling in de kosten van het Bureau voor publicaties voor publicatie, verspreiding en andere bijkomende kosten voor de teksten die gepubliceerd moeten worden in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 000 EUR.

3 2 4 1   Digitale en traditionele publicaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 224 000

4 395 000

2 749 099,12

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van digitale (intranet) en traditionele (diverse documenten en drukwerk in onderaanneming) uitgaven, met inbegrip van distributie;

de actualisering en het updaten en corrigeren van de systemen voor publicatie en vertaling.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 210 000 EUR.

3 2 4 2   Kosten van publicatie, voorlichting en deelneming aan openbare evenementen

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 2 4 2

19 615 000

13 708 000

16 678 677,36

Reserves (10 0)

 

3 427 000

 

Totaal

19 615 000

17 135 000

16 678 677,36

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor voorlichtingspublicaties, met inbegrip van elektronische publicaties, voorlichtingsactiviteiten, public relations, deelname aan openbare evenementen, tentoonstellingen en beurzen in de lidstaten, de kandidaat-lidstaten en de landen waar het Europees Parlement een verbindingskantoor heeft, alsmede voor de actualisering van het Legislative Observatory (OEIL).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

3 2 4 3   Bezoekerscentrum

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 000 000

12 100 000

3 897 236,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van het bezoekerscentrum.

3 2 4 4   Organisatie en ontvangst van bezoekersgroepen, Euroscola en uitnodigingen aan opiniemakers uit derde landen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

29 710 000

27 100 000

24 485 352,52

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van subsidies voor bezoekersgroepen, alsmede de daarmee samenhangende uitgaven voor begeleiding en infrastructuur, de kosten van het functioneren van het Euroscola-programma en de financiering van stages voor opiniemakers uit derde landen. Het wordt jaarlijks verhoogd door toepassing van een deflator waarbij rekening wordt gehouden met de wijzigingen van het bni en het prijspeil.

Het maximumaantal bezoekers dat gesubsidieerd kan worden moet aanzienlijk worden verhoogd. Elk lid van het Europees Parlement moet het recht hebben om per kalenderjaar ten hoogste 5 bezoekersgroepen uit te nodigen met in totaal 110 bezoekers. Het aantal deelnemers per bezoek kan variëren tussen ten minste 10 en ten hoogste 110.

Er wordt ook voorzien in een adequaat bedrag voor bezoekers met een handicap.

De toegekende subsidie wordt verhoogd al naargelang de reisafstand en de beschikbare vervoersmiddelen. Tevens moet de dienstverlening voor bezoekers worden verbeterd.

Verder moet er een evaluatie worden ingediend van de mate waarin de nieuwe regels rekening houden met de specifieke omstandigheden en beperkingen in verband met de herkomst van de bezoekers, voorstellen voor de inrichting van een ruimte in het nieuwe bezoekerscentrum voor fracties, alsmede een verslag over de toegang van de bezoekersgroepen tot het nieuwe bezoekerscentrum en de vergaderzaal, de beschikbaarheid van vergaderruimten en de behoefte aan personeel op dit gebied.

3 2 4 5   Organisatie van colloquia, studiedagen en culturele acties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 475 000

2 245 000

1 790 335,14

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten of subsidies in verband met de organisatie van colloquia en studiedagen van nationale of multinationale aard voor opiniemakers uit de lidstaten en de toetredingslanden, alsmede de kosten voor het organiseren van parlementaire colloquia en symposia en de financiering van culturele initiatieven van Europees belang, zoals de Sacharov-prijs, bijeenkomsten van jonge Europese, Israëlische en Palestijnse politieke leiders en de LUX-filmprijs van het Europees Parlement voor de Europese film.

Dit krediet dient tevens ter dekking van uitgaven van maximaal 300 000 EUR in verband met de uitvoering van „vergaderzaalactiviteiten” in Straatsburg en Brussel, overeenkomstig het door het Bureau goedgekeurde jaarlijkse programma.

Dit krediet dient tevens ter dekking van ondersteunende maatregelen voor meertaligheid, zoals vergaderingen met aanbieders van opleidingen voor tolken, maatregelen en acties gericht op de bewustmaking voor meertaligheid en het beroep van tolk, acties en maatregelen in verband met de interinstitutionele en internationale samenwerking, evenals deelneming aan soortgelijke acties en maatregelen georganiseerd tezamen met andere diensten in het kader van de interinstitutionele en internationale samenwerking.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van de werkingskosten en de kosten van dienstreizen van de leden van het netwerk voor de Sacharov-prijs.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

3 2 4 6   Televisiekanaal van het Parlement (web-tv)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 2 4 6

8 000 000

9 000 000

8 787 767,35

Reserves (10 0)

1 000 000

 

 

Totaal

9 000 000

9 000 000

8 787 767,35

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van het parlementaire televisiekanaal (web-tv).

Het prototype zal worden geëvalueerd. Hierbij moet worden gekeken naar de inhoud en de kosten van het project, evenals naar de structuren en het participatieniveau van de fracties en de vaststelling van de programma-inhoud.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

De reserve kan worden vrijgemaakt zodra de kredieten uitgeput zijn en een informatie is gegeven van de stand van zaken met betrekking tot de strategie die in de toekomst gevolgd moet worden, met name wat betreft de komende nieuwe aanbesteding.

3 2 4 8   Audiovisuele voorlichting

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 600 000

12 200 000

15 124 447,23

Toelichting

Resolutie van het Europees Parlement van 12 maart 2002 over de richtsnoeren voor de begrotingsprocedure 2003 (PB C 47 E van 27.2.2003, blz. 72).

Resolutie van het Europees Parlement van 14 mei 2002 over de raming van de uitgaven en ontvangsten van het Parlement voor het begrotingsjaar 2003 (PB C 180 E van 31.7.2003, blz. 150).

Resolutie van het Europees Parlement van 14 mei 2003 over de raming van de uitgaven en ontvangsten van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2004 (PB C 67 E van 17.3.2004, blz. 179).

Dit krediet dient ter dekking van:

de huishoudelijke uitgaven van de audiovisuele sector (eigen producties en externe bijstand), zoals technische werkzaamheden bij radio- en televisiestations, realisatie, productie, coproductie en verspreiding van audiovisuele programma’s, huur van straalverbindingen en uitzending van televisie- en radioprogramma’s, alsmede andere activiteiten ter ontwikkeling van de contacten van de instelling met de audiovisuele sector;

de uitgaven voor het direct via internet uitzenden van plenaire vergaderingen en vergaderingen van de commissies van het Parlement;

de opname van de zittingen op dvd-rom;

het opzetten van een passend archief voor deze uitzendingen, alsook van een zoekmachine, om de burgers permanente toegang tot deze informatie te garanderen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 13 000 EUR.

3 2 4 9   Informatie-uitwisseling met de nationale parlementen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

700 000

900 000

561 657,05

Toelichting

Conferenties van de voorzitters van de Europese parlementaire vergaderingen (juni 1977) en van de parlementen van de Europese Unie (september 2000, maart 2001). Bestreken geografisch gebied: landen van de Europese Unie en kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor de bevordering van de betrekkingen tussen het Europees Parlement en de nationale parlementen. De uitgaven hebben betrekking op de parlementaire betrekkingen, andere dan die genoemd onder de hoofdstukken 1 0 en 3 0, de uitwisseling van informatie en documentatie en bijstand bij de analyse en het beheer van deze informatie, met inbegrip van uitwisseling met het Europees Centrum voor onderzoek en parlementaire documentatie (ECOPD);

de financiering van samenwerkingsprogramma’s en opleidingsactiviteiten voor ambtenaren van de bovengenoemde parlementen en, in het algemeen, activiteiten ter versterking van hun parlementaire capaciteiten.

Deze activiteiten omvatten onder meer voorlichtingsbezoeken aan het Europees Parlement te Brussel, Luxemburg of Straatsburg. de kredieten dienen ter volledige of gedeeltelijke dekking van de kosten van de deelnemers, met name reiskosten, kosten van lokaal vervoer, verblijfkosten en dagvergoedingen;

samenwerkingsacties, met name in verband met de wetgevingsactiviteiten, alsmede de acties in verband met documentatie, analyse en voorlichting met inbegrip van die welke worden uitgevoerd door het Europees Centrum voor onderzoek en parlementaire documentatie (ECOPD).

3 2 5   Uitgaven in verband met voorlichtingsbureaus

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 200 000

1 040 000

974 747,47

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven (kantoorbenodigdheden, telecommunicatie, portokosten, personeel, onderhoud, vervoer, diverse kleine uitgaven) voor de voorlichtingsbureaus van het Europees Parlement.

TITEL 4

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT SPECIFIEKE TAKEN VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Lopende administratieve uitgaven, voorlichtingsactiviteiten en uitgaven in verband met de fracties en de niet-ingeschreven leden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

54 850 000

53 750 000

52 337 886,15

4 0 2

Steun aan de Europese politieke partijen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

17 400 000

14 075 000

10 512 377,—

4 0 3

Bijdragen aan Europese politieke stichtingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

11 400 000

9 140 000

6 365 561,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

83 650 000

76 965 000

69 215 824,15

HOOFDSTUK 4 2

4 2 2

Assistentie aan de leden

4 2 2 0

Assistentie aan de leden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

175 793 709

168 724 000

153 358 430,04

Reserves (10 0)

13 200 000

 

 

 

188 993 709

168 724 000

153 358 430,04

4 2 2 2

Wisselkoersverschillen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

250 000

250 000

0,—

 

Totaal van artikel 4 2 2

176 043 709

168 974 000

153 358 430,04

Reserves (10 0)

13 200 000

 

 

 

189 243 709

168 974 000

153 358 430,04

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 2

176 043 709

168 974 000

153 358 430,04

Reserves (10 0)

13 200 000

 

 

 

189 243 709

168 974 000

153 358 430,04

HOOFDSTUK 4 4

4 4 0

Kosten voor vergaderingen en andere activiteiten van voormalige leden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

200 000

170 000

170 000,—

4 4 2

Kosten van vergaderingen en andere activiteiten van de Europese Parlementaire Vereniging

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

140 000

140 000

140 000,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 4

340 000

310 000

310 000,—

 

Totaal van titel 4

260 033 709

246 249 000

222 884 254,19

Reserves (10 0)

13 200 000

 

 

 

273 233 709

246 249 000

222 884 254,19

HOOFDSTUK 4 0 —

BIJZONDERE UITGAVEN VAN BEPAALDE INSTELLINGEN EN ORGANEN

HOOFDSTUK 4 2 —

ASSISTENTIE AAN DE LEDEN

HOOFDSTUK 4 4 —

VERGADERINGEN EN ANDERE ACTIVITEITEN VAN LEDEN EN VOORMALIGE LEDEN

HOOFDSTUK 4 0 —   BIJZONDERE UITGAVEN VAN BEPAALDE INSTELLINGEN EN ORGANEN

4 0 0   Lopende administratieve uitgaven, voorlichtingsactiviteiten en uitgaven in verband met de fracties en de niet-ingeschreven leden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

54 850 000

53 750 000

52 337 886,15

Toelichting

Regeling vastgesteld bij besluit van het Bureau van 1 februari 2001.

Dit krediet dient, voor de fracties en de niet-ingeschreven leden, ter dekking van:

secretariaatskosten en administratieve en huishoudelijke uitgaven;

de uitgaven voor politieke en voorlichtingsactiviteiten in het kader van de politieke activiteiten van de Europese Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

4 0 2   Steun aan de Europese politieke partijen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

17 400 000

14 075 000

10 512 377,00

Toelichting

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 224.

Verordening (EG) nr. 2004/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 4 november 2003 betreffende het statuut en de financiering van politieke partijen op Europees niveau (PB L 297 van 15.11.2003, blz. 1).

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 29 maart 2004 houdende de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2004/2003 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het statuut en de financiering van politieke partijen op Europees niveau (PB C 252 van 3.10.2008, blz. 1).

Dit krediet dient ter financiering van de politieke partijen op Europees niveau.

4 0 3   Bijdragen aan Europese politieke stichtingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

11 400 000

9 140 000

6 365 561,00

Toelichting

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 224.

Verordening (EG) nr. 2004/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 4 november 2003 betreffende het statuut en de financiering van politieke partijen op Europees niveau (PB L 297 van 15.11.2003, blz. 1).

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 29 maart 2004 houdende de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2004/2003 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het statuut en de financiering van politieke partijen op Europees niveau (PB C 252 van 3.10.2008, blz. 1).

Dit krediet dient ter financiering van de politieke stichtingen op Europees niveau.

HOOFDSTUK 4 2 —   ASSISTENTIE AAN DE LEDEN

4 2 2   Assistentie aan de leden

4 2 2 0   Assistentie aan de leden

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 2 2 0

175 793 709

168 724 000

153 358 430,04

Reserves (10 0)

13 200 000

 

 

Totaal

188 993 709

168 724 000

153 358 430,04

Toelichting

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 21.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 33 t/m 44.

Verordening (EG) nr. 160/2009 van de Raad van 23 februari 2009 houdende wijziging van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 1).

Bepalingen ter uitvoering van titel VII van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen, vastgesteld door het Bureau op 9 maart 2009, als laatstelijk gewijzigd op 13 december 2010.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van parlementaire medewerkers.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 400 000 EUR.

4 2 2 2   Wisselkoersverschillen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

250 000

250 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de koersverschillen ten laste van de begroting van het Europees Parlement, overeenkomstig de voorschriften die van toepassing zijn op de terugbetaling van de kosten voor parlementaire bijstand.

HOOFDSTUK 4 4 —   VERGADERINGEN EN ANDERE ACTIVITEITEN VAN LEDEN EN VOORMALIGE LEDEN

4 4 0   Kosten voor vergaderingen en andere activiteiten van voormalige leden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

200 000

170 000

170 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van vergaderingen van de Vereniging van voormalige leden van het Europees Parlement, alsmede van eventuele andere kosten.

4 4 2   Kosten van vergaderingen en andere activiteiten van de Europese Parlementaire Vereniging

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

140 000

140 000

140 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor vergaderingen van de Europese Parlementaire Vereniging, alsmede van eventuele bijkomende kosten.

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

25 914 026

15 691 800

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

25 914 026

15 691 800

0,—

 

HOOFDSTUK 10 1

14 000 000

10 000 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

14 000 000

10 000 000

0,—

 

HOOFDSTUK 10 3

835 000

750 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 3

835 000

750 000

0,—

 

HOOFDSTUK 10 4

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 4

p.m.

p.m.

0,—

 

HOOFDSTUK 10 5

p.m.

11 000 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 5

p.m.

11 000 000

0,—

 

HOOFDSTUK 10 6

p.m.

5 000 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 6

p.m.

5 000 000

0,—

 

HOOFDSTUK 10 8

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 8

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

40 749 026

42 441 800

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

1 685 829 393

1 616 760 399

1 427 729 732,02

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 3 —

RESERVE VOOR DE UITBREIDING

HOOFDSTUK 10 4 —

RESERVE VOOR HET VOORLICHTINGS- EN COMMUNICATIEBELEID

HOOFDSTUK 10 5 —

VOORZIENINGEN VOOR GEBOUWEN

HOOFDSTUK 10 6 —

RESERVE VOOR PRIORITAIRE PROJECTEN IN ONTWIKKELING

HOOFDSTUK 10 8 —

RESERVE VOOR EMAS

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 914 026

15 691 800

0,—

Toelichting

1.

Post

1 2 0 0

Salaris en toelagen

714 026

2.

Post

1 4 0 2

Conferentietolken

2 000 000

3.

Post

2 0 0 7

Inrichting van dienstruimten

2 500 000

4.

Post

2 1 0 0

Hard- en software voor informatie- en innovatietechnologieën

2 500 000

5.

Post

2 1 0 2

Externe dienstverlening ten behoeve van informatie- en innovatietechnologieën

2 500 000

6.

Artikel

3 2 0

Verwerving van expertise

1 500 000

7.

Post

3 2 4 6

Televisiekanaal van het Parlement (web-tv)

1 000 000

8.

Post

4 2 2 0

Assistentie aan de leden

13 200 000

 

 

 

Totaal

25 914 026

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

14 000 000

10 000 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van niet te voorziene uitgaven, voortkomend uit tijdens het begrotingsjaar te nemen begrotingsbesluiten.

HOOFDSTUK 10 3 —   RESERVE VOOR DE UITBREIDING

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

835 000

750 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten die worden gemaakt om de instelling voor te bereiden op de uitbreiding.

HOOFDSTUK 10 4 —   RESERVE VOOR HET VOORLICHTINGS- EN COMMUNICATIEBELEID

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het voorlichtings- en communicatiebeleid.

HOOFDSTUK 10 5 —   VOORZIENINGEN VOOR GEBOUWEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

11 000 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor investeringen in onroerend goed en inrichtingswerken door de instelling. Het Bureau van het Parlement wordt verzocht een coherente en verantwoordelijke strategie voor de lange termijn op het gebied van onroerend goed en gebouwen vast te stellen, waarbij rekening wordt gehouden met het specifieke probleem van stijgende onderhoudskosten, de noodzaak van renovatie en beveiligingskosten, en waarbij de duurzaamheid van de begroting van het Parlement wordt gewaarborgd.

HOOFDSTUK 10 6 —   RESERVE VOOR PRIORITAIRE PROJECTEN IN ONTWIKKELING

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

5 000 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van de instelling voor prioritaire projecten in ontwikkeling.

HOOFDSTUK 10 8 —   RESERVE VOOR EMAS

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Aansluitend op de besluiten die het Bureau moet nemen inzake de tenuitvoerlegging van het EMAS-actieplan, met name na de koolstofaudit van het Parlement, dient dit krediet ter financiering van de relevante huishoudelijke lijnen.

PERSONEEL

Afdeling I — Europees Parlement

Functiegroep en rang

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Overige

Fracties

Buiten categorie

1

 

 

 

AD 16

11

 

1

7

AD 15

35

 

1

4

AD 14

141

2

6

23

AD 13

227

8

2

30

AD 12

503

 

8

71

AD 11

131

 

7

36

AD 10

191

 

7

29

AD 9

155

 

7

17

AD 8

107

 

8

18

AD 7

259

 

 

23

AD 6

249

 

1

26

AD 5

360

 

8

93

Totaal AD

2 369

10

56

377

AST 11

91

10

 

33

AST 10

136

 

17

18

AST 9

115

 

3

27

AST 8

215

 

4

39

AST 7

653

 

2

50

AST 6

559

 

5

72

AST 5

365

 

8

64

AST 4

251

 

11

62

AST 3

124

 

16

63

AST 2

245

 

5

55

AST 1

97

 

 

77

Totaal AST

2 851

10

71

560

Totaal

5 221  (52)

20  (53)

127  (54)

937

Totaal-generaal

6 285  (55)


Functiegroep en rang

2011

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Overige

Fracties

Buiten categorie

1

 

 

 

AD 16

11

 

1

7

AD 15

35

 

1

4

AD 14

149

2

6

23

AD 13

279

8

2

34

AD 12

443

 

10

67

AD 11

131

 

5

37

AD 10

191

 

7

28

AD 9

155

 

6

17

AD 8

130

 

7

21

AD 7

304

 

 

22

AD 6

269

 

5

30

AD 5

382

 

3

119

Totaal AD

2 479

10

53

409

AST 11

151

10

 

33

AST 10

71

 

17

21

AST 9

115

 

3

30

AST 8

365

 

5

34

AST 7

753

 

1

55

AST 6

384

 

6

68

AST 5

325

 

7

66

AST 4

206

 

11

67

AST 3

184

 

14

59

AST 2

225

 

5

64

AST 1

151

 

1

98

Totaal AST

2 930

10

70

595

Totaal

5 410  (56)

20  (57)

123  (58)

1 004

Totaal-generaal

6 537  (59)

AFDELING II

EUROPESE RAAD EN RAAD

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van de Europese Raad en de Raad voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

563 262 600

Eigen inkomsten

–48 997 000

Te ontvangen bijdrage

514 265 600

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

DIVERSE COMMUNAUTAIRE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

22 212 000

25 038 000

22 404 152,96

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

2 258 000

2 302 000

3 216 156,91

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

24 470 000

27 340 000

25 620 309,87

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

24 527 000

26 605 000

25 346 600,82

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

p.m.

p.m.

6 007 891,25

4 1 2

Pensioenbijdrage van ambtenaren die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

24 527 000

26 605 000

31 354 492,07

 

Totaal van titel 4

48 997 000

53 945 000

56 974 801,94

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN VAN HET PERSONEEL

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN VAN HET PERSONEEL

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

22 212 000

25 038 000

22 404 152,96

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis, in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

2 258 000

2 302 000

3 216 156,91

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

24 527 000

26 605 000

25 346 600,82

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

6 007 891,25

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 107, alsmede bijlage VIII, artikel 4 en artikel 11, lid 2.

4 1 2   Pensioenbijdrage van ambtenaren die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 107, alsmede bijlage VIII, artikel 11, lid 2, en artikel 48.

TITEL 5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Opbrengst van de verkoop van roerende goederen

5 0 0 0

Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

2 333,34

5 0 0 1

Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

250,—

5 0 0 2

Verkoop van materieel ten behoeve van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

p.m.

2 583,34

5 0 2

Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

p.m.

2 583,34

HOOFDSTUK 5 1

5 1 0

Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel

p.m.

p.m.

0,—

5 1 1

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

p.m.

p.m.

819 925,50

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

p.m.

819 925,50

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Ontvangsten uit hoofde van uitgezette middelen, bankrenten en andere intresten, geïnd op de rekeningen van de instelling

p.m.

p.m.

361 729,52

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

p.m.

p.m.

361 729,52

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

112 379,96

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

51 934,52

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

p.m.

164 314,48

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

29 223 952,52

5 7 1

Ontvangsten die aan een bepaald doel zijn toegewezen, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

3,—

5 7 2

Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instellingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

6 765 063,86

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

p.m.

35 989 019,38

HOOFDSTUK 5 8

5 8 0

Diverse vergoedingen

p.m.

p.m.

21,46

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

p.m.

21,46

HOOFDSTUK 5 9

5 9 0

Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 9

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 5

p.m.

p.m.

37 337 593,68

HOOFDSTUK 5 0 —

OPBRENGST VAN DE VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGST

HOOFDSTUK 5 2 —

OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE INTRESTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN VERBAND MET DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 9 —

OVERIGE ONTVANGSTEN UIT HET ADMINISTRATIEVE BEHEER

HOOFDSTUK 5 0 —   OPBRENGST VAN DE VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Opbrengst van de verkoop van roerende goederen

5 0 0 0   Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

2 333,34

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 1   Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

250,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 2   Verkoop van materieel ten behoeve van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 2   Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGST

5 1 0   Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

819 925,50

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 2 —   OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE INTRESTEN

5 2 0   Ontvangsten uit hoofde van uitgezette middelen, bankrenten en andere intresten, geïnd op de rekeningen van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

361 729,52

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

5 5 0   Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

112 379,96

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 4, alsmede artikel 11, leden 2 en 3, en artikel 48 van bijlage VIII.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

51 934,52

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN VERBAND MET DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

5 7 0   Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

29 223 952,52

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 1   Ontvangsten die aan een bepaald doel zijn toegewezen, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

3,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 2   Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instellingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

6 765 063,86

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 0   Diverse vergoedingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

21,46

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 9 —   OVERIGE ONTVANGSTEN UIT HET ADMINISTRATIEVE BEHEER

5 9 0   Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

TITEL 6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA’S VAN DE EU/GEMEENSCHAP

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 1

6 1 2

Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsuitgaven

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 1

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 6 3

6 3 1

Bijdragen in het kader van het Schengenacquis — Bestemmingsontvangsten

6 3 1 1

Bijdrage aan de administratieve kosten in verband met de overeenkomst met IJsland en Noorwegen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 550 691,—

 

Totaal van artikel 6 3 1

p.m.

p.m.

1 550 691,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 3

p.m.

p.m.

1 550 691,—

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

1 550 691,—

HOOFDSTUK 6 1 —

TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

HOOFDSTUK 6 3 —

BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 1 —   TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

6 1 2   Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsuitgaven

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 6 3 —   BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

6 3 1   Bijdragen in het kader van het Schengenacquis — Bestemmingsontvangsten

6 3 1 1   Bijdrage aan de administratieve kosten in verband met de overeenkomst met IJsland en Noorwegen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 550 691,00

Toelichting

Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten Overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

Bijdragen aan de administratieve kosten die voortvloeien uit de Overeenkomst van 18 mei 1999 tussen de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36), en met name artikel 12 van deze overeenkomst.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement dient deze post voor ontvangsten die niet voorzien zijn in enig ander onderdeel van titel 6 en gebruikt worden om te voorzien in extra kredieten ter financiering van uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

TITEL 7

INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 7 0

7 0 0

Intrest voor betalingsachterstand

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 7 0

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 7

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 7 0 —

INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

HOOFDSTUK 7 0 —   INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

7 0 0   Intrest voor betalingsachterstand

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

p.m.

p.m.

17 290,86

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

p.m.

p.m.

17 290,86

 

Totaal van titel 9

p.m.

p.m.

17 290,86

 

TOTAAL-GENERAAL

48 997 000

53 945 000

95 880 377,48

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

17 290,86

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING

1 360 000

1 360 000

1 534 000

1 534 000

 

 

1 1

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

289 465 453

289 465 453

325 284 000

325 284 000

297 629 496,—

297 629 496,—

1 2

ANDERE PERSONEELSLEDEN EN EXTERNE DIENSTVERLENING

12 334 174

12 334 174

8 118 000

8 118 000

6 666 611,—

6 666 611,—

1 3

ANDERE UITGAVEN BETREFFENDE DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

9 729 000

9 729 000

12 546 000

12 546 000

11 772 144,—

11 772 144,—

 

Totaal van titel 1

312 888 627

312 888 627

347 482 000

347 482 000

316 068 251,—

316 068 251,—

2

GEBOUWEN, MATERIEEL EN HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 0

GEBOUWEN EN DAARMEE VERBONDEN KOSTEN

53 255 000

53 255 000

54 917 000

54 917 000

69 199 958,—

69 199 958,—

2 1

INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

42 829 000

42 829 000

41 144 000

41 144 000

33 629 832,—

33 629 832,—

2 2

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

145 753 973

145 753 973

147 537 000

147 537 000

102 409 858,—

102 409 858,—

 

Totaal van titel 2

241 837 973

241 837 973

243 598 000

243 598 000

205 239 648,—

205 239 648,—

3

UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT DE VERRICHTING VAN SPECIFIEKE TAKEN DOOR DE INSTELLING

3 0

PERSONEEL

p.m.

p.m.

10 979 000

10 979 000

10 952 594,—

10 952 594,—

3 1

GEBOUWEN EN DAARMEE VERBONDEN KOSTEN

2 536 000

2 536 000

8 803 000

8 803 000

8 159 764,—

8 159 764,—

3 2

INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

p.m.

p.m.

14 850 000

14 850 000

9 851 378,—

9 851 378,—

3 3

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

p.m.

p.m.

1 307 000

1 307 000

563 263,—

563 263,—

 

Totaal van titel 3

2 536 000

2 536 000

35 939 000

35 939 000

29 526 999,—

29 526 999,—

4

UITGAVEN BETREFFENDE DE REFLECTIEGROEP

4 0

PERSONEEL

p.m.

p.m.

161 000

161 000

156 000,—

156 000,—

4 3

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

p.m.

p.m.

372 000

372 000

335 672,—

335 672,—

 

Totaal van titel 4

p.m.

p.m.

533 000

533 000

491 672,—

491 672,—

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

6 000 000

6 000 000

6 000 000

6 000 000

0,—

0,—

 

Totaal van titel 10

6 000 000

6 000 000

6 000 000

6 000 000

0,—

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

563 262 600

563 262 600

633 552 000

633 552 000

551 326 570,—

551 326 570,—

TITEL 1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 0

1 0 0

Salaris en andere rechten

1 0 0 0

Basissalaris

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

313 000

304 000

 

1 0 0 1

Aan het ambt verbonden rechten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

65 000

64 000

 

1 0 0 2

Rechten in verband met de persoonlijke situatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 000

27 000

 

1 0 0 3

Sociale zekerheid

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

13 000

13 000

 

1 0 0 4

Andere beheersuitgaven.

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

900 000

900 000

 

1 0 0 6

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

86 000

 

 

Totaal van artikel 1 0 0

1 311 000

1 394 000

 

1 0 1

Beëindiging van de dienst

1 0 1 0

Pensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

Totaal van artikel 1 0 1

p.m.

p.m.

 

1 0 2

Voorziening

1 0 2 0

Voorziening voor gewijzigde rechten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

49 000

140 000

 

 

Totaal van artikel 1 0 2

49 000

140 000

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 0

1 360 000

1 534 000

 

HOOFDSTUK 1 1

1 1 0

Salaris en andere rechten

1 1 0 0

Basissalarissen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

211 541 157

236 663 000

219 263 135,—

1 1 0 1

Aan het ambt verbonden statutaire rechten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 916 421

4 862 000

4 596 441,—

1 1 0 2

Statutaire rechten in verband met de persoonlijke situatie van het personeelslid

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

56 282 980

60 026 000

57 482 264,—

1 1 0 3

Sociale zekerheid

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

9 310 302

10 365 000

9 661 620,—

1 1 0 4

Aanpassingscoëfficiënten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

213 834

246 000

195 947,—

1 1 0 5

Overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 129 586

2 275 000

1 759 118,—

1 1 0 6

Statutaire rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 057 336

5 540 000

2 744 759,—

 

Totaal van artikel 1 1 0

286 451 616

319 977 000

295 703 284,—

1 1 1

Beëindiging van de dienst

1 1 1 0

Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang (overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 41 en 50 van het Statuut)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

320 834

479 000

405 236,—

1 1 1 1

Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

355 584

337 000

1 285 401,—

1 1 1 2

Rechten van de voormalige secretarissen-generaal

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

478 709

481 000

235 575,—

 

Totaal van artikel 1 1 1

1 155 127

1 297 000

1 926 212,—

1 1 2

Voorziening

1 1 2 0

Voorziening (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 850 710

3 993 000

0,—

1 1 2 1

Voorziening (gepensioneerde en afgevloeide personeelsleden)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 000

17 000

0,—

 

Totaal van artikel 1 1 2

1 858 710

4 010 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 1

289 465 453

325 284 000

297 629 496,—

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Andere personeelsleden en externe dienstverlening

1 2 0 0

Andere personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 098 000

3 970 000

3 478 722,—

1 2 0 1

Gedetacheerde nationale deskundigen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 289 043

1 522 000

1 081 947,—

1 2 0 2

Stages

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

544 000

537 000

486 241,—

1 2 0 3

Externe dienstverlening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 068 000

1 870 000

1 619 701,—

1 2 0 4

Aanvullende dienstverlening voor de vertaaldienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

202 000

150 000

0,—

 

Totaal van artikel 1 2 0

12 201 043

8 049 000

6 666 611,—

1 2 2

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

133 131

69 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

12 334 174

8 118 000

6 666 611,—

HOOFDSTUK 1 3

1 3 0

Uitgaven voor personeelsbeheer

1 3 0 0

Diverse uitgaven voor aanwerving

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

132 000

200 000

192 883,—

1 3 0 1

Beroepsopleiding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 603 000

1 728 000

1 626 298,—

 

Totaal van artikel 1 3 0

1 735 000

1 928 000

1 819 181,—

1 3 1

Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 3 1 0

Buitengewone bijstand

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

40 000

40 000

60 862,—

1 3 1 1

Sociale betrekkingen van het personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

119 000

119 000

112 410,—

1 3 1 2

Aanvullende steun voor gehandicapten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

69 000

110 000

57 000,—

1 3 1 3

Overige sociale voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

66 000

66 000

65 600,—

 

Totaal van artikel 1 3 1

294 000

335 000

295 872,—

1 3 2

Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 3 2 0

Medische dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

432 000

471 000

163 091,—

1 3 2 1

Restaurants en kantines

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 115 000

1 100 000

1 000 000,—

1 3 2 2

Kinderdagverblijven en bewaarplaatsen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 841 000

2 037 000

2 228 000,—

 

Totaal van artikel 1 3 2

3 388 000

3 608 000

3 391 091,—

1 3 3

Dienstreizen

1 3 3 1

Uitgaven voor dienstreizen van het secretariaat van de Raad.

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 912 000

6 275 000

6 266 000,—

1 3 3 2

Reiskosten van personeel in verband met de Europese Raad

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

400 000

400 000

 

 

Totaal van artikel 1 3 3

4 312 000

6 675 000

6 266 000,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 3

9 729 000

12 546 000

11 772 144,—

 

Totaal van titel 1

312 888 627

347 482 000

316 068 251,—

HOOFDSTUK 1 0 —

LEDEN VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 1 —

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK 1 2 —

ANDERE PERSONEELSLEDEN EN EXTERNE DIENSTVERLENING

HOOFDSTUK 1 3 —

ANDERE UITGAVEN BETREFFENDE DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

HOOFDSTUK 1 0 —   LEDEN VAN DE INSTELLING

1 0 0   Salaris en andere rechten

1 0 0 0   Basissalaris

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

313 000

304 000

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van het basissalaris van de leden van de instelling „Europese Raad”.

Rechtsgronden

Besluit 2009/909/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de voorzitter van de Europese Raad (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 35).

1 0 0 1   Aan het ambt verbonden rechten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

65 000

64 000

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de rechten die verbonden zijn aan het ambt van de leden van de instelling „Europese Raad”.

Rechtsgronden

Besluit 2009/909/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de voorzitter van de Europese Raad (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 35).

1 0 0 2   Rechten in verband met de persoonlijke situatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000

27 000

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van rechten in verband met de persoonlijke situatie van de leden van de instelling „Europese Raad”.

Rechtsgronden

Besluit 2009/909/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de voorzitter van de Europese Raad (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 35).

1 0 0 3   Sociale zekerheid

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 000

13 000

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de werkgeversbijdragen voor de leden van de instelling „Europese Raad”.

Rechtsgronden

Besluit 2009/909/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de voorzitter van de Europese Raad (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 35).

1 0 0 4   Andere beheersuitgaven.

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

900 000

900 000

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van:

reiskosten en daarmee samenhangende dagvergoedingen, alsmede bijkomende of bijzondere kosten in het kader van dienstreizen van de voorzitter van de Europese Raad,

representatiekosten van de voorzitter van de Europese Raad in de uitoefening van zijn functie en in het kader van de werkzaamheden van de instelling.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 0 0 6   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

86 000

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de rechten van de leden van de instelling „Europese Raad” in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst.

1 0 1   Beëindiging van de dienst

1 0 1 0   Pensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van:

het ouderdomspensioen van de voormalige leden van de instelling „Europese Raad”,

de gevolgen van de aanpassingscoëfficiënten die gelden voor het ouderdomspensioen van de voormalige leden van de instelling „Europese Raad”.

Rechtsgronden

Besluit 2009/909/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de voorzitter van de Europese Raad (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 35).

1 0 2   Voorziening

1 0 2 0   Voorziening voor gewijzigde rechten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

49 000

140 000

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de financiële gevolgen die voortvloeien uit een wijziging van de rechten van de leden van de instelling „Europese Raad”.

Rechtsgronden

Besluit 2009/909/EU van de Raad van 1 december 2009 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de voorzitter van de Europese Raad (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 35).

HOOFDSTUK 1 1 —   AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

Toelichting

De kredieten van dit hoofdstuk zijn geraamd op basis van de lijst van het aantal ambten van de Raad voor dit begrotingsjaar.

Op de salarissen, vergoedingen en toelagen in verband met de volledige invulling van de lijst van het aantal ambten is een forfaitaire verlaging van 7 % toegepast.

1 1 0   Salaris en andere rechten

1 1 0 0   Basissalarissen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

211 541 157

236 663 000

219 263 135,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het basissalaris van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 1   Aan het ambt verbonden statutaire rechten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 916 421

4 862 000

4 596 441,00

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden, van:

secretariaatstoelagen,

huisvestings- en vervoervergoedingen,

vaste vergoedingen voor lokaal vervoer,

vergoedingen voor continudienst, ploegendienst of wachtdienst op het werk en/of thuis,

overige toelagen en vergoedingen,

overuren (chauffeurs).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 2   Statutaire rechten in verband met de persoonlijke situatie van het personeelslid

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

56 282 980

60 026 000

57 482 264,00

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden, van:

ontheemdingstoelagen en toelagen voor verblijf in het buitenland,

de kostwinners-, de kinder- en de schooltoelage,

de vergoeding voor ouderschapsverlof en verlof om gezinsredenen,

de betaling van de reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst,

de overige toelagen en vergoedingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 3   Sociale zekerheid

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 310 302

10 365 000

9 661 620,00

Toelichting

Dit krediet dient vooral ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden, van:

de ziekte-, ongevallen- en beroepsziektekostenverzekering en andere sociale lasten,

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede de door de instelling te verrichten betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten van tijdelijke functionarissen in hun land van herkomst.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 4   Aanpassingscoëfficiënten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

213 834

246 000

195 947,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden, van de gevolgen van de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 5   Overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 129 586

2 275 000

1 759 118,00

Toelichting

Dit krediet dient voor het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in de onderstaande bepalingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56, alsmede bijlage VI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 6   Statutaire rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 057 336

5 540 000

2 744 759,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats,

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen,

de vergoeding bij ontslag wegens gebleken ongeschiktheid van ambtenaren op proef,

de vergoeding bij opzegging door de instelling van een overeenkomst met een tijdelijke functionaris.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 1   Beëindiging van de dienst

1 1 1 0   Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang (overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 41 en 50 van het Statuut)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

320 834

479 000

405 236,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergoedingen voor ambtenaren:

die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling,

die een ambt bekleden in rang AD 16 of AD 15 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

Het dient ook ter dekking van de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten hierop.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41 en 50, alsmede bijlage IV.

1 1 1 1   Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

355 584

337 000

1 285 401,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de vergoedingen die in toepassing van het Statuut of van Verordening (EG, Euratom) nr. 1747/2002 moeten worden betaald,

de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering van de begunstigden van deze vergoedingen,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten die voor de diverse vergoedingen gelden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1747/2002 van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling, in het kader van de modernisering van de instelling, van bijzondere maatregelen inzake beëindiging van de dienst door ambtenaren van de Europese Gemeenschappen die in vaste dienst zijn aangesteld bij de Raad van de Europese Unie (PB L 264 van 2.10.2002, blz. 5).

1 1 1 2   Rechten van de voormalige secretarissen-generaal

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

478 709

481 000

235 575,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

het ouderdomspensioen van de voormalige secretarissen-generaal van de instelling,

de overlevingspensioenen van de overlevende echtgenoten of de wezen van de voormalige secretarissen-generaal van de instelling,

de bedragen die voortvloeien uit de aanpassingscoëfficiënten die gelden voor het ouderdomspensioen van de voormalige secretarissen-generaal van de instelling.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

1 1 2   Voorziening

1 1 2 0   Voorziening (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 850 710

3 993 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eventuele aanpassingen van de bezoldiging overeenkomstig de besluiten van de Raad in de loop van het begrotingsjaar.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar de desbetreffende begrotingsonderdelen van dit hoofdstuk is overgeschreven.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 65, alsmede bijlage XI.

1 1 2 1   Voorziening (gepensioneerde en afgevloeide personeelsleden)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 000

17 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eventuele aanpassingen van de bezoldiging overeenkomstig de besluiten van de Raad in de loop van het begrotingsjaar.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar de desbetreffende begrotingsonderdelen van dit hoofdstuk is overgeschreven.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 65, alsmede bijlage XI.

HOOFDSTUK 1 2 —   ANDERE PERSONEELSLEDEN EN EXTERNE DIENSTVERLENING

1 2 0   Andere personeelsleden en externe dienstverlening

1 2 0 0   Andere personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 098 000

3 970 000

3 478 722,00

Toelichting

Dit krediet dient vooral ter dekking van de bezoldiging van de andere personeelsleden, met name hulpfunctionarissen, arbeidscontractanten, plaatselijke functionarissen, bijzondere adviseurs (overeenkomstig de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de vergoedingen van deze personeelsleden,

Het heeft het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar de desbetreffende rubrieken van dit hoofdstuk is overgeschreven.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 2 0 1   Gedetacheerde nationale deskundigen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 289 043

1 522 000

1 081 947,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van vergoedingen en beheerskosten in verband met de nationale deskundigen die niet in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid/gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GVDB/GBVB) zijn gedetacheerd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2007/829/EG van de Raad van 5 december 2007 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 327 van 13.12.2007, blz. 10).

1 2 0 2   Stages

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

544 000

537 000

486 241,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een beurs en de kosten voor studiereizen en dienstreizen voor stagiair(e)s, alsmede van een ongevallen- en ziekteverzekering tijdens de stage.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 2 0 3   Externe dienstverlening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 068 000

1 870 000

1 619 701,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle verrichtingen door personen die niet aan de instelling zijn verbonden, met name:

tijdelijk personeel voor diverse diensten,

extra personeel voor de vergaderingen in Luxemburg en Straatsburg;

deskundigen op het gebied van de arbeidsomstandigheden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 2 0 4   Aanvullende dienstverlening voor de vertaaldienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

202 000

150 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor, enerzijds, het vertaalwerk van externe vertaalbureaus bij tijdelijke werkoverlast in de talendienst van de Raad en, anderzijds, de werkzaamheden bij de verificatie van de versies van overeenkomsten, verdragen en andere regelingen met derde landen in niet-EU-talen.

De werkzaamheden die eventueel zullen worden gevraagd aan het Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie, komen ook ten laste van deze post.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 2 2   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

133 131

69 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eventuele aanpassingen van de bezoldiging overeenkomstig de besluiten van de Raad in de loop van het begrotingsjaar.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar de desbetreffende rubrieken van dit hoofdstuk is overgeschreven.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 1 3 —   ANDERE UITGAVEN BETREFFENDE DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 3 0   Uitgaven voor personeelsbeheer

1 3 0 0   Diverse uitgaven voor aanwerving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

132 000

200 000

192 883,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor het organiseren van de in artikel 3 van Besluit 2002/621/EG bedoelde vergelijkende onderzoeken, alsmede de reis- en verblijfkosten van de kandidaten voor aanwervingsgesprekken en medische onderzoeken in verband met aanwerving,

de kosten van de organisatie van procedures voor de aanwerving van tijdelijke, plaatselijke en hulpfunctionarissen.

In gevallen waarin een en ander naar behoren is aangetoond op grond van functionele behoeften en na raadpleging van het Europees Bureau voor personeelsselectie, kan dit krediet worden gebruikt voor door de instelling zelf georganiseerde vergelijkende onderzoeken,

de kosten voor het organiseren van outplacementactiviteiten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en 33, alsmede bijlage III.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53) en Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

1 3 0 1   Beroepsopleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 603 000

1 728 000

1 626 298,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de organisatiekosten van voortgezette beroepsopleiding en bijscholingscursussen, alsmede van talencursussen, op interinstitutionele basis en binnen de instelling zelf,

de inschrijvingskosten voor de deelname van ambtenaren aan studiebijeenkomsten en conferenties.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 3 1   Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 3 1 0   Buitengewone bijstand

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 000

40 000

60 862,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijstand aan personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 24 en 76.

1 3 1 1   Sociale betrekkingen van het personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

119 000

119 000

112 410,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten in verband met de sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 3 1 2   Aanvullende steun voor gehandicapten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

69 000

110 000

57 000,00

Toelichting

Dit krediet is, in het kader van het gehandicaptenbeleid, bestemd voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren in actieve dienst,

echtgenoten van ambtenaren in actieve dienst,

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Het dient ter dekking, binnen de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 3 1 3   Overige sociale voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

66 000

66 000

65 600,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de overige sociale voorzieningen ten behoeve van de personeelsleden en hun gezinnen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 3 2   Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 3 2 0   Medische dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

432 000

471 000

163 091,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van met name:

de huishoudelijke uitgaven van de spreek- en behandelkamer, de kosten van materiaal voor geneeskundige verzorging, verzorging en geneesmiddelen in de crèche, de kosten van medisch onderzoek en de te voorziene uitgaven in verband met de invaliditeitscomités en de vergoeding van brilkosten,

de aanschaf van bepaalde werkmiddelen die vanuit medisch oogpunt noodzakelijk worden geacht.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 59, alsmede bijlage II, artikel 8.

1 3 2 1   Restaurants en kantines

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 115 000

1 100 000

1 000 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergoeding voor de diensten die door de exploitant van de restaurants en kantines worden geleverd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 3 2 2   Kinderdagverblijven en bewaarplaatsen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 841 000

2 037 000

2 228 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

het aan de Commissie te betalen aandeel van de Raad in de uitgaven van het kinderopvangcentrum en andere kinderdagverblijven en -bewaarplaatsen,

de beheerskosten in verband met de exploitatie van het kinderdagverblijf van de Raad.

De ontvangsten uit de ouderbijdragen en de bijdragen van de organisaties die ouders in dienst hebben, vormen bestemmingsontvangsten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 3 3   Dienstreizen

1 3 3 1   Uitgaven voor dienstreizen van het secretariaat van de Raad.

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 912 000

6 275 000

6 266 000,00

Toelichting

Oud artikel 1 3 3

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor dienstreizen en lokaal vervoer van de ambtenaren van het secretariaat-generaal van de Raad, andere vervoerskosten en de betaling van dagvergoedingen tijdens dienstreizen, alsmede voor bijkomende of uitzonderlijke kosten bij dienstreizen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name bijlage VII, artikelen 11, 12 en 13.

1 3 3 2   Reiskosten van personeel in verband met de Europese Raad

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

400 000

400 000

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor dienstreizen en lokaal vervoer van ambtenaren van het secretariaat-generaal van de Raad voor specifieke activiteiten van de Europese Raad, andere vervoerskosten en de betaling van dagvergoedingen tijdens dienstreizen, alsmede voor bijkomende of uitzonderlijke kosten bij dienstreizen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikelen 11, 12 en 13 van bijlage VII.

TITEL 2

GEBOUWEN, MATERIEEL EN HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Gebouwen

2 0 0 0

Huur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 053 000

4 332 000

4 047 544,—

2 0 0 1

Erfpacht

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 2

Verkrijging van onroerende goederen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

15 000 000

15 000 000

32 815 000,—

2 0 0 3

Inrichtings- en installatiewerkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 860 000

4 160 000

4 145 458,—

2 0 0 4

Beveiligingswerkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 260 000

2 197 000

1 442 161,—

2 0 0 5

Initiële kosten voor de verkrijging, oprichting en inrichting van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

460 000

603 000

523 712,—

 

Totaal van artikel 2 0 0

22 633 000

26 292 000

42 973 875,—

2 0 1

Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 1 0

Schoonmaak en onderhoud

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

16 761 000

14 378 000

14 641 312,—

2 0 1 1

Water, gas, elektriciteit en verwarming

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 031 000

5 086 000

3 879 156,—

2 0 1 2

Beveiliging en bewaking van de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

9 090 000

8 410 000

7 159 215,—

2 0 1 3

Verzekeringen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

211 000

205 000

195 300,—

2 0 1 4

Overige uitgaven voor de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

529 000

546 000

351 100,—

 

Totaal van artikel 2 0 1

30 622 000

28 625 000

26 226 083,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

53 255 000

54 917 000

69 199 958,—

HOOFDSTUK 2 1

2 1 0

Informatica en telecommunicatie

2 1 0 0

Aanschaf van hardware en software

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 969 000

7 925 000

7 705 895,—

2 1 0 1

Externe dienstverlening voor het toepassen en opzetten van informaticasystemen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

19 038 000

17 996 000

17 159 000,—

2 1 0 2

Werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 551 000

4 953 000

3 911 338,—

2 1 0 3

Telecommunicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 224 000

4 643 000

3 134 025,—

 

Totaal van artikel 2 1 0

35 782 000

35 517 000

31 910 258,—

2 1 1

Meubilair

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 051 000

1 279 000

528 484,—

2 1 2

Technisch materieel en technische installaties

2 1 2 0

Aanschaf en vervanging van technisch materieel en technische installaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 528 000

2 635 000

714 511,—

2 1 2 1

Externe dienstverlening voor het bedienen en opzetten van technisch materieel en technische installaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

60 000

45 000

49 000,—

2 1 2 2

Huur, onderhoud en reparatie van technisch materieel en technische installaties, alsmede werkzaamheden daaraan

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

620 000

682 000

225 554,—

 

Totaal van artikel 2 1 2

5 208 000

3 362 000

989 065,—

2 1 3

Vervoer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

788 000

986 000

202 025,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 1

42 829 000

41 144 000

33 629 832,—

HOOFDSTUK 2 2

2 2 0

Vergaderingen en conferenties

2 2 0 0

Reiskosten van de delegaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

33 675 000

36 792 000

22 727 368,—

2 2 0 1

Diverse reiskosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

184 000

175 000

319 000,—

2 2 0 2

Kosten van vertolking

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

94 722 973

92 740 000

68 869 765,—

2 2 0 3

Kosten van ontvangst en representatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 045 000

2 088 000

1 155 400,—

2 2 0 4

Diverse kosten voor interne vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 124 000

3 956 000

468 269,—

2 2 0 5

Organisatie van conferenties, congressen en vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

912 000

912 000

16 324,—

 

Totaal van artikel 2 2 0

135 662 973

136 663 000

93 556 126,—

2 2 1

Informatie

2 2 1 0

Documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

937 000

883 000

777 774,—

2 2 1 1

Publicatieblad

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 193 000

5 115 000

4 095 982,—

2 2 1 2

Algemene publicaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

650 000

560 000

426 172,—

2 2 1 3

Voorlichting en openbare evenementen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 260 000

1 495 000

691 270,—

 

Totaal van artikel 2 2 1

8 040 000

8 053 000

5 991 198,—

2 2 2

Verbindingsbureaus

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

462 000

466 574,—

2 2 3

Diverse uitgaven

2 2 3 0

Kantoorbenodigdheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

971 000

1 254 000

1 142 114,—

2 2 3 1

Porto

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

170 000

170 000

95 934,—

2 2 3 2

Studies, enquêtes en adviezen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 000

40 000

0,—

2 2 3 3

Interinstitutionele samenwerking

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 2 3 4

Verhuizing

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

31 032,—

2 2 3 5

Financiële kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 000

45 000

53 000,—

2 2 3 6

Proceskosten, juridische kosten, schadevergoedingen en schadeloosstellingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

600 000

600 000

829 500,—

2 2 3 7

Overige huishoudelijke uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

270 000

250 000

244 380,—

 

Totaal van artikel 2 2 3

2 051 000

2 359 000

2 395 960,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 2

145 753 973

147 537 000

102 409 858,—

 

Totaal van titel 2

241 837 973

243 598 000

205 239 648,—

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN EN DAARMEE VERBONDEN KOSTEN

HOOFDSTUK 2 1 —

INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

HOOFDSTUK 2 2 —

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN EN DAARMEE VERBONDEN KOSTEN

2 0 0   Gebouwen

2 0 0 0   Huur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 053 000

4 332 000

4 047 544,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huur en de belastingen voor de door de Raad gebruikte gebouwen, alsmede voor het huren van zalen, van opslagruimte en van parkeerplaatsen, namelijk:

te Brussel in gebruik zijnde dienstruimten (met uitzondering van de gebouwen Kortenberg en ER),

te Luxemburg in gebruik zijnde dienstruimten („Kirchberg”),

te Genève in gebruik zijnde dienstruimten,

te New York in gebruik zijnde dienstruimten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement geraamd op 646 500 EUR.

De kredietaanvragen zijn verlaagd met inachtneming van de geraamde bestemmingsontvangsten.

2 0 0 1   Erfpacht

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de erfpacht van gebouwen of gedeelten van gebouwen op grond van lopende of in voorbereiding zijnde contracten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 0 2   Verkrijging van onroerende goederen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 000 000

15 000 000

32 815 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop van onroerende goederen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 0 3   Inrichtings- en installatiewerkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 860 000

4 160 000

4 145 458,00

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de volgende uitgaven:

inrichting en verbouwing van de dienstruimten naargelang van de behoeften van de diensten,

aanpassing van de ruimten en de technische installaties aan de vigerende eisen en normen op het gebied van veiligheid en hygiëne.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

2 0 0 4   Beveiligingswerkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 260 000

2 197 000

1 442 161,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitvoering van inrichtingswerkzaamheden in de gebouwen met betrekking tot de fysieke en materiële beveiliging van personen en goederen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 0 5   Initiële kosten voor de verkrijging, oprichting en inrichting van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

460 000

603 000

523 712,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van, onder meer, de bijstand van deskundigen in het kader van de studies voor aanpassing en verruiming van de gebouwen van de Raad.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1   Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 1 0   Schoonmaak en onderhoud

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 761 000

14 378 000

14 641 312,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende schoonmaak- en onderhoudskosten:

schoonmaken van dienstruimten, werkplaatsen en magazijnen (met inbegrip van vitrage, gordijnen, tapijten, jaloezieën enz.),

vervanging van versleten vitrage, gordijnen en tapijten,

schilderwerk,

diverse onderhoudswerkzaamheden,

reparatiewerkzaamheden aan de technische installaties,

technische benodigdheden,

contracten voor het onderhoud van de diverse technische installaties (klimaatregeling, verwarming, afvalverwijdering, liften).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1 1   Water, gas, elektriciteit en verwarming

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 031 000

5 086 000

3 879 156,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van water, gas, elektriciteit en verwarming.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1 2   Beveiliging en bewaking van de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 090 000

8 410 000

7 159 215,00

Toelichting

Dit krediet dient voornamelijk ter dekking van de kosten van de bewaking van en het toezicht op de gebouwen die de Raad in gebruik heeft, met uitzondering van de gebouwen Kortenberg en ER.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1 3   Verzekeringen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

211 000

205 000

195 300,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de premies van de contracten die met verzekeringsmaatschappijen zijn gesloten voor de door de Raad gebruikte gebouwen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1 4   Overige uitgaven voor de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

529 000

546 000

351 100,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere lopende uitgaven voor gebouwen, die niet specifiek zijn opgenomen in de andere artikelen van dit hoofdstuk, met name de kosten van vuilnisophaling, signaliseringsmateriaal, controles door gespecialiseerde instanties enz.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

HOOFDSTUK 2 1 —   INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

2 1 0   Informatica en telecommunicatie

2 1 0 0   Aanschaf van hardware en software

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 969 000

7 925 000

7 705 895,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de aankoop of de huur van hardware en software voor informaticasystemen en -toepassingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 0 1   Externe dienstverlening voor het toepassen en opzetten van informaticasystemen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

19 038 000

17 996 000

17 159 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor ondersteuning en opleiding door dienstverlenende consultancybedrijven op het gebied van informatica met het oog op het gebruiken en opzetten van informaticasystemen en -toepassingen, met inbegrip van de ondersteuning van gebruikers.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 0 2   Werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 551 000

4 953 000

3 911 338,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het onderhoud van hardware en software voor informaticasystemen en -toepassingen, en werkzaamheden daaraan.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 0 3   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 224 000

4 643 000

3 134 025,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de abonnementen en de kosten voor communicatie en de telematicakosten, met uitzondering van de kosten op het gebied van het GVDB/GBVB.

Deze ramingen zijn gemaakt met inachtneming van de bedragen die opnieuw kunnen worden aangewend door de terugvordering van kosten van telefoongesprekken.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 1   Meubilair

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 051 000

1 279 000

528 484,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van meubilair en van speciaal meubilair,

de vervanging van een gedeelte van het meubilair dat ten minste 15 jaar oud is of niet meer kan worden gerepareerd,

de huur van meubilair benodigd gedurende dienstreizen en vergaderingen buiten de gebouwen van de Raad,

onderhoud en reparatie van meubilair.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 2   Technisch materieel en technische installaties

2 1 2 0   Aanschaf en vervanging van technisch materieel en technische installaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 528 000

2 635 000

714 511,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aanschaf en de vervanging van divers, vast of mobiel, technisch materieel en technische installaties in verband met het archief, de aankoopdienst, de veiligheid, de technische dienst voor conferenties, restauratie en gebouwen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 2 1   Externe dienstverlening voor het bedienen en opzetten van technisch materieel en technische installaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

60 000

45 000

49 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor technische ondersteuning en controle, met name in verband met de technische dienst voor conferenties en restauratie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 2 2   Huur, onderhoud en reparatie van technisch materieel en technische installaties, alsmede werkzaamheden daaraan

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

620 000

682 000

225 554,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huur van technisch materieel en technische installaties, alsook van de kosten van het onderhoud en de reparatie daarvan, alsmede werkzaamheden daaraan.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 3   Vervoer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

788 000

986 000

202 025,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van:

de aanschaf, leasing en vervanging van het wagenpark,

de huur van auto's wanneer geen beroep kan worden gedaan op de vervoermiddelen van de Raad, met name voor dienstreizen,

de kosten van onderhoud en reparatie van de dienstvoertuigen (aanschaf van brandstof, banden enz.).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

HOOFDSTUK 2 2 —   HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 2 0   Vergaderingen en conferenties

2 2 0 0   Reiskosten van de delegaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

33 675 000

36 792 000

22 727 368,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de terugbetaling van de reiskosten die door het voorzitterschap en de delegaties worden gemaakt bij gelegenheid van:

zittingen van de Raad,

vergaderingen die in het kader van de Raad worden gehouden, met uitzondering van de vergaderingen op het gebied van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit nr. 31/2008 van de secretaris-generaal van de Raad/hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid betreffende de vergoeding van de reiskosten van de afgevaardigden van de leden van de Raad.

2 2 0 1   Diverse reiskosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

184 000

175 000

319 000,00

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de reis- en verblijfkosten van deskundigen die worden opgeroepen of op missie worden gezonden door de secretaris-generaal.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit nr. 21/2009 van de plaatsvervangend secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie inzake de vergoeding van de kosten van dienstreizen van andere personen dan personeelsleden van de Raad van de Europese Unie.

2 2 0 2   Kosten van vertolking

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

94 722 973

92 740 000

68 869 765,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de door de tolken van de Commissie voor de Raad verrichte diensten, met uitzondering van de kosten in verband met de vergaderingen op het gebied van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit nr. 111/2007 van de secretaris-generaal van de Raad/hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid betreffende de tolkenregeling voor de Europese Raad, de Raad en zijn voorbereidende instanties.

2 2 0 3   Kosten van ontvangst en representatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 045 000

2 088 000

1 155 400,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de verplichtingen van de Raad op het gebied van ontvangst en representatie, met uitzondering van de uitgaven op het gebied van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 0 4   Diverse kosten voor interne vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 124 000

3 956 000

468 269,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van catering en maaltijden die tijdens interne vergaderingen worden verstrekt.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 0 5   Organisatie van conferenties, congressen en vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

912 000

912 000

16 324,00

Toelichting

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 1   Informatie

2 2 1 0   Documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

937 000

883 000

777 774,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van boeken en werken voor de bibliotheek op papier en/of in digitale vorm,

abonnementen op kranten, tijdschriften, diensten voor de levering van analysen van de inhoud daarvan en andere onlinepublicaties (met uitzondering van persbureaus); het dient eveneens ter dekking van de eventuele auteursrechten voor de reproductie en verspreiding op papier en/of via elektronische weg van deze publicaties,

toegangskosten voor het gebruik van externe documentaire en statistische gegevensbanken,

de kosten van abonnementen bij persagentschappen via telexapparaten,

de uitgaven voor inbinden en dergelijke, voor een goede bewaring van boekwerken en tijdschriften.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 1 1   Publicatieblad

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 193 000

5 115 000

4 095 982,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de voorbereiding, de — traditionele (op papier of film) of elektronische — uitgave en de verspreiding van de teksten die de Raad in het Publicatieblad van de Europese Unie bekend moet maken, met name uit hoofde van artikel 17 van zijn reglement van orde.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 1 2   Algemene publicaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

650 000

560 000

426 172,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de voorbereiding en de — traditionele (op papier of film) of elektronische — uitgave van publicaties in de officiële talen van de lidstaten van de Europese Unie, en ter dekking van de kosten van de verspreiding van publicaties van de Raad die niet in het Publicatieblad van de Europese Unie verschijnen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 1 3   Voorlichting en openbare evenementen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 260 000

1 495 000

691 270,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van met name de openbare zittingen van de Raad en van bijstand aan de audiovisuele media die zich bezighouden met de werkzaamheden van de instelling (huur van materieel, dienstverleningscontracten met radio en televisie, aanschaf, onderhoud en reparatie van het benodigde materieel voor radio- en televisie-uitzendingen, externe fotografiediensten enz.),

de kosten van diverse voorlichtings -en publicrelationsactiviteiten,

de uitgaven betreffende publiciteit en promotie van publicaties en openbare evenementen in verband met de activiteiten van de Raad, met inbegrip van de kosten van de bijbehorende begeleiding en infrastructuurvoorzieningen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 2   Verbindingsbureaus

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

462 000

466 574,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van de verbindingsbureaus in New York en Genève, die niet in de voorgaande rubrieken zijn genoemd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3   Diverse uitgaven

2 2 3 0   Kantoorbenodigdheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

971 000

1 254 000

1 142 114,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van papier,

fotokopieën en vaste rechten,

papier en kantoorbenodigdheden (gebruikelijke benodigdheden),

drukwerk,

benodigdheden voor de verzending van post (enveloppen, pakpapier, plaatjes voor de frankeermachine),

benodigdheden voor de reproductiedienst (inkt, offsetplaten, films en chemische producten).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 1   Porto

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

170 000

170 000

95 934,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van portokosten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 2   Studies, enquêtes en adviezen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000

40 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies en adviezen die onder contract aan hooggekwalificeerde deskundigen worden toevertrouwd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 3   Interinstitutionele samenwerking

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de interinstitutionele activiteiten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 4   Verhuizing

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

31 032,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het verplaatsen en vervoeren van materieel.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 5   Financiële kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000

45 000

53 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle financiële kosten, met name bankkosten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 6   Proceskosten, juridische kosten, schadevergoedingen en schadeloosstellingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

600 000

600 000

829 500,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten in geval van een veroordeling van de Raad tot betaling van de door het Hof van Justitie, het Gerecht en het Gerecht voor ambtenarenzaken vastgestelde proceskosten en het inschakelen van externe advocaten voor zaken welke daar dienen,

de kosten voor advies in verband met de inschakeling van externe advocaten,

de schadevergoedingen en schadeloosstellingen die ten laste van de Raad kunnen komen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 7   Overige huishoudelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

270 000

250 000

244 380,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor andere verzekeringen dan die met betrekking tot de gebouwen, welke zijn opgenomen onder post 2 0 1 3,

de aankoop van werkkleding voor het personeel van de dienst Conferenties en de dienst Beveiliging, van werkmaterieel voor het personeel van de werkplaatsen en de interne diensten, en van het herstel en onderhoud van de werkkleding,

de deelneming van de Raad in de uitgaven van enkele verenigingen waarvan de activiteit rechtstreeks verband houdt met de activiteiten van de instellingen van de Unie,

de overige huishoudelijke uitgaven, die in de voorgaande begrotingsonderdelen niet uitdrukkelijk zijn genoemd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

TITEL 3

UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT DE VERRICHTING VAN SPECIFIEKE TAKEN DOOR DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

HOOFDSTUK 3 0

3 0 0

Andere personeelsleden en externen

3 0 0 0

Vergoedingen van de gedetacheerde nationale militaire deskundigen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

7 100 000

7 100 000

7 149 560,—

7 149 560,—

3 0 0 1

Vergoedingen van de nationale deskundigen die in het kader van het GVDB/GBVB zijn gedetacheerd

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

2 300 000

2 300 000

2 189 700,—

2 189 700,—

3 0 0 2

Bijzondere adviseurs op het gebied van het GVDB/GBVB

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

179 000

179 000

196 267,—

196 267,—

 

Totaal van artikel 3 0 0

p.m.

p.m.

9 579 000

9 579 000

9 535 527,—

9 535 527,—

3 0 1

Andere uitgaven in verband met het personeel

3 0 1 0

Dienstreizen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

1 380 000

1 380 000

1 398 000,—

1 398 000,—

3 0 1 1

Beroepsopleiding

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

20 000

20 000

19 067,—

19 067,—

 

Totaal van artikel 3 0 1

p.m.

p.m.

1 400 000

1 400 000

1 417 067,—

1 417 067,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 0

p.m.

p.m.

10 979 000

10 979 000

10 952 594,—

10 952 594,—

HOOFDSTUK 3 1

3 1 0

Gebouwen

3 1 0 0

Huur

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

1 586 000

1 586 000

4 821 000

4 821 000

4 640 802,—

4 640 802,—

3 1 0 3

Inrichtings- en installatiewerkzaamheden

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

255 000

255 000

86 608,—

86 608,—

3 1 0 4

Beveiligingswerkzaamheden

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

355 000

355 000

154 980,—

154 980,—

3 1 0 5

Initiële kosten voor de verkrijging, oprichting en inrichting van gebouwen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

5 000

5 000

9 822,—

9 822,—

 

Totaal van artikel 3 1 0

1 586 000

1 586 000

5 436 000

5 436 000

4 892 212,—

4 892 212,—

3 1 1

Uitgaven in verband met de gebouwen

3 1 1 0

Schoonmaak en onderhoud

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

165 000

165 000

810 000

810 000

850 530,—

850 530,—

3 1 1 1

Water, gas, elektriciteit en verwarming

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

165 000

165 000

558 000

558 000

472 154,—

472 154,—

3 1 1 2

Beveiliging en bewaking van de gebouwen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

620 000

620 000

1 938 000

1 938 000

1 899 909,—

1 899 909,—

3 1 1 3

Verzekeringen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

13 000

13 000

10 317,—

10 317,—

3 1 1 4

Overige uitgaven voor de gebouwen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

48 000

48 000

34 642,—

34 642,—

 

Totaal van artikel 3 1 1

950 000

950 000

3 367 000

3 367 000

3 267 552,—

3 267 552,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 1

2 536 000

2 536 000

8 803 000

8 803 000

8 159 764,—

8 159 764,—

HOOFDSTUK 3 2

3 2 0

Informatica en telecommunicatie

3 2 0 0

Aanschaf van hardware en software

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

6 700 000

6 700 000

3 202 492,—

3 202 492,—

3 2 0 1

Externe dienstverlening voor het toepassen en opzetten van informaticasystemen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

5 600 000

5 600 000

4 963 813,—

4 963 813,—

3 2 0 2

Werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

750 000

750 000

497 101,—

497 101,—

3 2 0 3

Telecommunicatie

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

1 700 000

1 700 000

1 187 972,—

1 187 972,—

 

Totaal van artikel 3 2 0

p.m.

p.m.

14 750 000

14 750 000

9 851 378,—

9 851 378,—

3 2 1

Meubilair

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

100 000

100 000

0,—

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 2

p.m.

p.m.

14 850 000

14 850 000

9 851 378,—

9 851 378,—

HOOFDSTUK 3 3

3 3 0

Vergaderingen en conferenties

3 3 0 0

Reiskosten van de delegaties

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

883 000

883 000

228 813,—

228 813,—

3 3 0 1

Diverse reiskosten

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

15 000

15 000

30 000,—

30 000,—

3 3 0 2

Kosten van vertolking

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

3 3 0 3

Kosten voor ontvangst en representatie

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

25 000

25 000

25 000,—

25 000,—

3 3 0 4

Algemene beheerskosten in verband met reizen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

20 000

20 000

3 158,—

3 158,—

3 3 0 5

Diverse vergaderkosten

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

20 000

20 000

17 177,—

17 177,—

 

Totaal van artikel 3 3 0

p.m.

p.m.

963 000

963 000

304 148,—

304 148,—

3 3 1

Informatie

3 3 1 0

Documentatie en bibliotheek

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

179 000

179 000

172 784,—

172 784,—

3 3 1 1

Algemene publicaties

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

90 000

90 000

66 712,—

66 712,—

3 3 1 2

Voorlichting en openbare evenementen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

55 000

55 000

15 923,—

15 923,—

 

Totaal van artikel 3 3 1

p.m.

p.m.

324 000

324 000

255 419,—

255 419,—

3 3 2

Diverse uitgaven

3 3 2 0

Kantoorbenodigdheden

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

3 3 2 1

Studies, enquêtes en adviezen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

3 3 2 2

Overige huishoudelijke uitgaven

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

20 000

20 000

3 696,—

3 696,—

 

Totaal van artikel 3 3 2

p.m.

p.m.

20 000

20 000

3 696,—

3 696,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 3

p.m.

p.m.

1 307 000

1 307 000

563 263,—

563 263,—

 

Totaal van titel 3

2 536 000

2 536 000

35 939 000

35 939 000

29 526 999,—

29 526 999,—

HOOFDSTUK 3 0 —

PERSONEEL

HOOFDSTUK 3 1 —

GEBOUWEN EN DAARMEE VERBONDEN KOSTEN

HOOFDSTUK 3 2 —

INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

HOOFDSTUK 3 3 —

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 3 0 —   PERSONEEL

3 0 0   Andere personeelsleden en externen

3 0 0 0   Vergoedingen van de gedetacheerde nationale militaire deskundigen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

7 100 000

7 149 560,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de emolumenten voor de nationale militaire deskundigen die als leden van de Militaire Staf van de Europese Unie werkzaamheden uitvoeren in het kader van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2000/178/GBVB van de Raad van 28 februari 2000 tot vaststelling van de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen op militair gebied die bij het secretariaat-generaal van de Raad worden gedetacheerd gedurende de interim-periode (PB L 57 van 2.3.2000, blz. 1).

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

Besluit 2003/479/EG van de Raad van 16 juni 2003 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 72).

3 0 0 1   Vergoedingen van de nationale deskundigen die in het kader van het GVDB/GBVB zijn gedetacheerd

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

2 300 000

2 189 700,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de emolumenten voor de nationale deskundigen die werkzaamheden uitvoeren in het kader van het GVDB/GBVB, met name in de sector crisisbeheersing en in de sector beveiliging van de informatietechnologie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2007/829/EG van de Raad van 5 december 2007 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 327 van 13.12.2007, blz. 10).

3 0 0 2   Bijzondere adviseurs op het gebied van het GVDB/GBVB

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

179 000

196 267,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bezoldiging voor bijzondere adviseurs die door de Raad zijn benoemd met het oog op de uitvoering van specifieke expertiseopdrachten in het kader van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name de artikelen 5, 119 en 120.

3 0 1   Andere uitgaven in verband met het personeel

3 0 1 0   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

1 380 000

1 398 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de dienstreizen in het kader van het mandaat van de Militaire Staf van de Europese Unie,

de dienstreizen van de nationale deskundigen, die in het kader van het GVDB/GBVB gedetacheerd zijn.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

Besluit 2007/829/EG van de Raad van 5 december 2007 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 327 van 13.12.2007, blz. 10).

3 0 1 1   Beroepsopleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

20 000

19 067,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van deelneming aan cursussen, conferenties en congressen in het kader van het mandaat van de Militaire Staf van de Europese Unie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2000/178/GBVB van de Raad van 28 februari 2000 tot vaststelling van de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen op militair gebied die bij het secretariaat-generaal van de Raad worden gedetacheerd gedurende de interim-periode (PB L 57 van 2.3.2000, blz. 1).

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

HOOFDSTUK 3 1 —   GEBOUWEN EN DAARMEE VERBONDEN KOSTEN

3 1 0   Gebouwen

3 1 0 0   Huur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 586 000

4 821 000

4 640 802,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de huur van de gebouwen Kortenberg en ER te Brussel, die zijn bestemd voor de ambtenaren en gedetacheerde nationale deskundigen die werkzaam zijn op het gebied van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 1 0 3   Inrichtings- en installatiewerkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

255 000

255 000

86 608,00

86 608,00

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de volgende uitgaven:

inrichting van de dienstruimten naargelang van de behoeften van de diensten,

aanpassing van de ruimten aan de vigerende eisen en normen op het gebied van veiligheid en hygiëne.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

3 1 0 4   Beveiligingswerkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

355 000

154 980,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de beveiliging van de gebouwen Kortenberg en ER.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 1 0 5   Initiële kosten voor de verkrijging, oprichting en inrichting van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

5 000

9 822,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de bouwkundige en technisch-bouwkundige studies in verband met de exploitatie van de gebouwen Kortenberg en ER.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 1 1   Uitgaven in verband met de gebouwen

3 1 1 0   Schoonmaak en onderhoud

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

165 000

810 000

850 530,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende schoonmaak- en onderhoudskosten:

schoonmaken van dienstruimten, werkplaatsen en magazijnen (met inbegrip van vitrage, gordijnen, tapijten, jaloezieën enz.),

vervanging van versleten vitrage, gordijnen en tapijten,

schilderwerk,

diverse onderhoudswerkzaamheden,

reparatiewerkzaamheden aan de technische installaties,

technische benodigdheden,

contracten voor het onderhoud van de diverse technische installaties (klimaatregeling, verwarming, afvalverwijdering, liften).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 1 1 1   Water, gas, elektriciteit en verwarming

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

165 000

558 000

472 154,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het verbruik van water, gas, elektriciteit en verwarming in de gebouwen Kortenberg en ER.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 1 1 2   Beveiliging en bewaking van de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

620 000

1 938 000

1 899 909,00

Toelichting

Dit krediet dient voornamelijk ter dekking van de kosten van de beveiliging en bewaking op de gebouwen Kortenberg en ER.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 1 1 3   Verzekeringen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

13 000

10 317,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de premies voor de verzekeringen van de gebouwen Kortenberg en ER.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 1 1 4   Overige uitgaven voor de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

48 000

34 642,00

Toelichting

Dit krediet dient ter betaling van de andere lopende uitgaven voor de gebouwen Kortenberg en ER, die niet specifiek zijn opgenomen in de andere artikelen van dit hoofdstuk, met name de kosten van vuilnisophaling, signaliseringsmateriaal, controles door gespecialiseerde instanties enz.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

HOOFDSTUK 3 2 —   INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

3 2 0   Informatica en telecommunicatie

3 2 0 0   Aanschaf van hardware en software

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

6 700 000

3 202 492,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de aanschaf, huur of vervanging van hardware of software voor informaticasystemen en -toepassingen, hardware voor kantoorautomatisering en telecommunicatie, alsmede technische installaties voor de diensten die op het gebied van het GVDB/GBVB werkzaam zijn.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit van de plaatsvervangend secretaris-generaal van 18 december 2000 houdende oprichting van een cel Infosec (Information Systems Security).

3 2 0 1   Externe dienstverlening voor het toepassen en opzetten van informaticasystemen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

5 600 000

4 963 813,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor ondersteuning door dienstverlenende consultancybedrijven op het gebied van informatica met het oog op de exploitatie en de realisering van informatica- en telecommunicatiesystemen, -toepassingen en -materieel, alsmede van technische installaties (met inbegrip van de ondersteuning van gebruikers) voor de diensten die op het gebied van het GVDB/GBVB werkzaam zijn.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 2 0 2   Werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

750 000

497 101,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het onderhoud van hardware en software voor informaticasystemen en -toepassingen, hardware voor kantoorautomatisering en telecommunicatie en technische installaties voor de diensten die op het gebied van het GVDB/GBVB werkzaam zijn.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 2 0 3   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

1 700 000

1 187 972,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de abonnementen en de kosten voor communicatie en telematica die specifiek voortvloeien uit de werkzaamheden in het kader van het GVDB/GBVB.

Deze ramingen zijn gemaakt met inachtneming van de bedragen die opnieuw kunnen worden aangewend door de terugvordering van kosten van telefoongesprekken en telegrammen, alsmede van de tariefovereenkomsten met Belgacom.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 2 1   Meubilair

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

100 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de aanschaf van specifiek, beveiligd of gespecialiseerd meubilair voor de ambtenaren en de nationale deskundigen die gedetacheerd zijn in het kader van GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

HOOFDSTUK 3 3 —   HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

3 3 0   Vergaderingen en conferenties

3 3 0 0   Reiskosten van de delegaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

883 000

228 813,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de reiskosten die door het voorzitterschap en de delegaties worden gemaakt bij gelegenheid van de zittingen van het Politiek en Veiligheidscomité, het Militair Comité en de overige vergaderingen die specifiek in het kader van het GVDB/GBVB worden gehouden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2001/78/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 tot instelling van het Politiek en Veiligheidscomité (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 1).

Besluit nr. 31/2008 van de secretaris-generaal van de Raad/hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid betreffende de vergoeding van de reiskosten van de afgevaardigden van de leden van de Raad.

3 3 0 1   Diverse reiskosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

15 000

30 000,00

Toelichting

De onder deze post op te voeren kredieten dienen ter dekking van de reis- en verblijfkosten van deskundigen op het gebied van het EVDB/GBVB die worden opgeroepen of op missie worden gezonden door de secretaris-generaal van de Raad/hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit nr. 21/2009 van de plaatsvervangend secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie inzake de vergoeding van de kosten van dienstreizen van andere personen dan personeelsleden van de Raad van de Europese Unie.

3 3 0 2   Kosten van vertolking

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de dienstverrichting door de tolken van de Commissie ten behoeve van de Raad bij gelegenheid van de zittingen van het Politiek en Veiligheidscomité, het Militair Comité en de overige vergaderingen die specifiek in het kader van het GVDB/GBVB worden gehouden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2001/78/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 tot instelling van het Politiek en Veiligheidscomité (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 1).

3 3 0 3   Kosten voor ontvangst en representatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

25 000

25 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van ontvangst en representatie van met name het Politiek en Veiligheidscomité en de nationale deskundigen die gedetacheerd zijn bij de Militaire Staf van de Europese Unie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 3 0 4   Algemene beheerskosten in verband met reizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

20 000

3 158,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de incidentele kosten die worden gemaakt buiten de zetel van de Raad als gevolg van reizen in het kader van het GVDB/GBVB: tijdelijke huur van dienstruimten en technisch materieel, kosten van incidenteel vertalen en tolken, telecommunicatiekosten en andere kosten in verband met vergaderingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

Besluit 2007/829/EG van de Raad van 5 december 2007 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 327 van 13.12.2007, blz. 10).

3 3 0 5   Diverse vergaderkosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

20 000

17 177,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergaderkosten en diverse overige algemene beheerskosten die verband houden met de uitvoering van het GVDB/GBVB en niet specifiek onder een andere post vallen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 3 1   Informatie

3 3 1 0   Documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

179 000

172 784,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van studiekosten en de kosten van de verwerving van expertise, documentatie of gespecialiseerde gegevens in het kader van het mandaat van de Militaire Staf van de Europese Unie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

3 3 1 1   Algemene publicaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

90 000

66 712,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de voorbereiding, de — traditionele (op papier of film) of elektronische — uitgave en de verspreiding van publicaties van de Raad op het gebied van het GVDB/GBVB die niet in het Publicatieblad verschijnen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 3 1 2   Voorlichting en openbare evenementen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

55 000

15 923,00

Toelichting

De in dit begrotingsonderdeel op te voeren kredieten dienen ter dekking van de uitgaven voor voorlichting op het gebied van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 3 2   Diverse uitgaven

3 3 2 0   Kantoorbenodigdheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de aanschaf van papier en kantoorbenodigdheden voor de ambtenaren en de nationale deskundigen die gedetacheerd zijn in het kader van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 3 2 1   Studies, enquêtes en adviezen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies en adviezen die onder contract aan hooggekwalificeerde deskundigen op het gebied van het GVDB/GBVB worden toevertrouwd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

3 3 2 2   Overige huishoudelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

20 000

3 696,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de aanschaf van dienstkleding en toebehoren, met name voor het veiligheidspersoneel voor de gebouwen Kortenberg en ER.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

TITEL 4

UITGAVEN BETREFFENDE DE REFLECTIEGROEP

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Andere personeelsleden en externen

4 0 0 2

Bijzondere adviseurs

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

161 000

156 000,—

 

Totaal van artikel 4 0 0

p.m.

161 000

156 000,—

4 0 1

Andere uitgaven in verband met het personeel

4 0 1 0

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 4 0 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

p.m.

161 000

156 000,—

HOOFDSTUK 4 3

4 3 0

Vergaderingen en conferenties

4 3 0 0

Reiskosten van de leden van de Reflectiegroep

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

142 000

100 000,—

4 3 0 1

Reiskosten van externe deskundigen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

30 000,—

4 3 0 2

Kosten van vertolking

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

120 000

179 672,—

4 3 0 3

Ontvangst- en representatiekosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

10 000

26 000,—

4 3 0 5

Diverse vergaderkosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 4 3 0

p.m.

272 000

335 672,—

4 3 1

Voorlichting

4 3 1 1

Algemene publicaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

60 000

0,—

4 3 1 2

Voorlichting en openbare evenementen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

10 000

0,—

 

Totaal van artikel 4 3 1

p.m.

70 000

0,—

4 3 2

Diverse uitgaven

4 3 2 1

Uitgaven voor studies, enquêtes en adviezen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

4 3 2 2

Overige huishoudelijke uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

30 000

0,—

 

Totaal van artikel 4 3 2

p.m.

30 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 3

p.m.

372 000

335 672,—

 

Totaal van titel 4

p.m.

533 000

491 672,—

HOOFDSTUK 4 0 —

PERSONEEL

HOOFDSTUK 4 3 —

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 4 0 —   PERSONEEL

4 0 0   Andere personeelsleden en externen

4 0 0 2   Bijzondere adviseurs

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

161 000

156 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bezoldiging van de bijzondere adviseurs die door de Raad zijn benoemd om de Reflectiegroep bij te staan.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name de artikelen 5, 119 en 120.

4 0 1   Andere uitgaven in verband met het personeel

4 0 1 0   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van dienstreizen van het personeel dat aan de Reflectiegroep is toegewezen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

HOOFDSTUK 4 3 —   HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

4 3 0   Vergaderingen en conferenties

4 3 0 0   Reiskosten van de leden van de Reflectiegroep

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

142 000

100 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de reiskosten van de leden van de Reflectiegroep.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

4 3 0 1   Reiskosten van externe deskundigen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

30 000,00

Toelichting

De op deze post op te voeren kredieten dienen ter dekking van de reis- en verblijfkosten van de voor de vergaderingen van de Reflectiegroep uitgenodigde deskundigen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

4 3 0 2   Kosten van vertolking

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

120 000

179 672,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de diensten die de tolken van de Commissie voor de Raad verrichten bij de vergaderingen van de Reflectiegroep.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

4 3 0 3   Ontvangst- en representatiekosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

10 000

26 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ontvangst- en representatiekosten van de Reflectiegroep.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

4 3 0 5   Diverse vergaderkosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergaderkosten en diverse overige algemene kosten die verband houden met het werk van de Reflectiegroep en niet specifiek onder een andere post vallen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

4 3 1   Voorlichting

4 3 1 1   Algemene publicaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

60 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de voorbereiding, de — traditionele (op papier of film) of elektronische — uitgave en de verspreiding van publicaties met betrekking tot de resultaten van het werk van de Reflectiegroep.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

4 3 1 2   Voorlichting en openbare evenementen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

10 000

0,—

Toelichting

De op deze post op te voeren kredieten dienen ter dekking van de kosten voor de door de Reflectiegroep georganiseerde hoorzittingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

4 3 2   Diverse uitgaven

4 3 2 1   Uitgaven voor studies, enquêtes en adviezen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, seminars en adviezen die worden uitbesteed aan hooggekwalificeerde deskundigen die de Reflectiegroep nodig heeft.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

4 3 2 2   Overige huishoudelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

30 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van overige huishoudelijke uitgaven die niet specifiek onder een andere post vallen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

p.m.

p.m.

0,—

 

HOOFDSTUK 10 1

6 000 000

6 000 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

6 000 000

6 000 000

0,—

 

Totaal van titel 10

6 000 000

6 000 000

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

563 262 600

633 552 000

551 326 570,—

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

In dit hoofdstuk zijn voorzieningen opgenomen die slechts mogen worden gebruikt na overschrijving naar andere hoofdstukken overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 000 000

6 000 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van niet te voorziene uitgaven, voortkomend uit tijdens het begrotingsjaar te nemen begrotingsbesluiten.

PERSONEEL

Afdeling II — Europese Raad en Raad

Functiegroep en rang

2011

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Voorzitter van de Europese Raad

Overige

Niet ingedeeld

2

AD 16

8

1

AD 15

33 (60)

1

AD 14

90 (61)

2

1

AD 13

155

3

AD 12

202

2

2

AD 11

152

AD 10

79

3

AD 9

84

1

AD 8

88

AD 7

158

1

AD 6

183

3

AD 5

120

Totaal AD

1 352

17

3

AST 11

35

2

AST 10

41

1

AST 9

54

AST 8

90

1

AST 7

301

2

AST 6

276

2

AST 5

198

3

AST 4

183

1

AST 3

191

3

AST 2

219

1

AST 1

195

Totaal AST

1 783

16

Totaal

3 137

33

3

Totaal-generaal

3 173


Functiegroep en rang

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Raad na overdracht aan EDEO

Over te dragen aan EDEO

Voorzitter van de Europese Raad

Overige

Over te dragen aan EDEO

Niet ingedeeld

2

 

AD 16

8

3

1

AD 15

32 (62)

2

1

AD 14

79 (63)  (64)

8

2

2

6

AD 13

116

19

AD 12

249

21

8

AD 11

174

18

12

AD 10

71

18

7

1

AD 9

91

24

2

AD 8

68

10

AD 7

142

7

AD 6

200

20

AD 5

114

24

Totaal AD

1 344

174

10

3

29

AST 11

40

1

AST 10

40

1

AST 9

42

2

AST 8

99

4

AST 7

268

13

AST 6

352

15

AST 5

213

29

AST 4

178

22

AST 3

156

13

22

AST 2

196

26

AST 1

196

82

Totaal AST

1 780

207

22

0

1

Totaal

3 126

381

32

3

30

Totaal-generaal

3 572

AFDELING IV

HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van het Hof van Justitie voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

341 229 998

Eigen inkomsten

–43 514 000

Te ontvangen bijdrage

297 715 998

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN OF ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden

22 159 000

21 624 000

20 071 295,38

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

3 004 000

2 656 000

2 498 483,06

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

25 163 000

24 280 000

22 569 778,44

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

17 711 000

15 037 000

15 847 688,28

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

500 000

500 000

1 298 850,54

4 1 2

Bijdragen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen met verlof om redenen van persoonlijke aard aan de pensioenregeling

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

18 211 000

15 537 000

17 146 538,82

 

Totaal van titel 4

43 374 000

39 817 000

39 716 317,26

HOOFDSTUK 4 0 —

BELASTINGEN EN DIVERSE INHOUDINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGE VOOR DE PENSIOENREGELINGEN

HOOFDSTUK 4 0 —   BELASTINGEN EN DIVERSE INHOUDINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

22 159 000

21 624 000

20 071 295,38

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

3 004 000

2 656 000

2 498 483,06

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGE VOOR DE PENSIOENREGELINGEN

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

17 711 000

15 037 000

15 847 688,28

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

500 000

500 000

1 298 850,54

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 107, alsmede artikel 11, lid 2, en artikel 48 van bijlage VIII.

4 1 2   Bijdragen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen met verlof om redenen van persoonlijke aard aan de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Opbrengst van de verkoop van roerende goederen (leveringen)

5 0 0 0

Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 0 0 1

Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

p.m.

0,—

5 0 2

Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

396 849,61

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

p.m.

396 849,61

HOOFDSTUK 5 1

5 1 1

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 1 1 1

Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 1 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten, geïnd op de rekeningen van de instelling

130 000

130 000

45 171,91

5 2 2

Rente over voorfinancieringen

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

130 000

130 000

45 171,91

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten afkomstig van de opbrengst van diensten en werken ten behoeve van andere instellingen of organen, met inbegrip van vergoedingen voor dienstreizen betaald voor rekening van en terugbetaald door andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van derden wegens op hun verzoek verrichte diensten en werken — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Ontvangsten afkomstig van de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

345 232,96

5 7 1

Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instellingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

208 517,81

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

p.m.

553 750,77

HOOFDSTUK 5 8

5 8 0

Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 8 1

Ontvangen verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 9

5 9 0

Overige ontvangsten voortvloeiend uit de administratieve werking

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 9

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 5

130 000

130 000

995 772,29

HOOFDSTUK 5 0 —

OPBRENGST VAN DE VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGST

HOOFDSTUK 5 2 —

OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE OPBRENGST VAN DIENSTEN EN WERKEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 9 —

OVERIGE ONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING

HOOFDSTUK 5 0 —   OPBRENGST VAN DE VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Opbrengst van de verkoop van roerende goederen (leveringen)

5 0 0 0   Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 1   Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 2   Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

396 849,61

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGST

5 1 1   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement, geacht te zijn bestemd en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1 1   Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement, geacht te zijn bestemd en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 2 —   OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

5 2 0   Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten, geïnd op de rekeningen van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

130 000

130 000

45 171,91

5 2 2   Rente over voorfinancieringen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt uit beleggingen of leningen, bankrenten en andere ontvangsten die zijn gestort op de rekeningen van de instelling.

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE OPBRENGST VAN DIENSTEN EN WERKEN

5 5 0   Ontvangsten afkomstig van de opbrengst van diensten en werken ten behoeve van andere instellingen of organen, met inbegrip van vergoedingen voor dienstreizen betaald voor rekening van en terugbetaald door andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van derden wegens op hun verzoek verrichte diensten en werken — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

5 7 0   Ontvangsten afkomstig van de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

345 232,96

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 1   Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder c), van het Financieel Reglement, geacht te zijn bestemd en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instellingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

208 517,81

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 0   Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 8 1   Ontvangen verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 9 —   OVERIGE ONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING

5 9 0   Overige ontvangsten voortvloeiend uit de administratieve werking

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt uit de administratieve werking.

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

10 000

10 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

10 000

10 000

0,—

 

Totaal van titel 9

10 000

10 000

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

43 514 000

39 957 000

40 712 089,55

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

10 000

10 000

0,—

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING

31 371 183

32 267 000

29 104 251,06

1 2

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

203 595 252

195 718 000

181 156 824,21

1 4

ANDER PERSONEEL EN PRESTATIES VAN DERDEN

16 775 063

15 064 300

14 879 938,92

Reserves (10 0)

 

485 700

 

 

16 775 063

15 550 000

14 879 938,92

1 6

ANDERE UITGAVEN IN VERBAND MET DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

4 833 500

4 979 000

4 567 388,—

 

Totaal van titel 1

256 574 998

248 028 300

229 708 402,19

Reserves (10 0)

 

485 700

 

 

256 574 998

248 514 000

229 708 402,19

2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, MATERIEEL EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 0

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

61 335 000

59 043 000

59 710 997,33

2 1

INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

17 135 000

15 643 000

15 636 608,20

2 3

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 053 000

2 052 000

2 059 426,98

2 5

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

792 000

798 000

743 014,77

2 7

VOORLICHTING: AANKOOP, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

3 300 000

3 210 000

3 455 761,88

 

Totaal van titel 2

84 615 000

80 746 000

81 605 809,16

3

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT SPECIFIEKE TAKEN VAN DE INSTELLING

3 7

SPECIALE UITGAVEN VAN BEPAALDE INSTELLINGEN EN ORGANEN

40 000

40 000

31 431,09

 

Totaal van titel 3

40 000

40 000

31 431,09

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

p.m.

485 700

0,—

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

485 700

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

341 229 998

329 300 000

311 345 642,44

TITEL 1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 0

1 0 0

Bezoldiging en andere rechten

1 0 0 0

Bezoldiging en vergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

22 352 097

22 134 000

21 555 771,67

1 0 0 2

Rechten in verband met de ambtsaanvaarding, de overplaatsing en de ambtsneerlegging

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

364 230

1 208 000

400 566,81

 

Totaal van artikel 1 0 0

22 716 327

23 342 000

21 956 338,48

1 0 2

Overbruggingstoelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 621 765

1 579 000

1 192 654,04

1 0 3

Pensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

6 245 061

6 381 000

5 421 258,54

1 0 4

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

284 000

284 000

284 000,—

1 0 6

Opleidingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

300 000

295 000

250 000,—

1 0 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

204 030

386 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 0

31 371 183

32 267 000

29 104 251,06

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Salarissen en andere rechten

1 2 0 0

Salarissen en vergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

199 293 878

190 363 000

177 931 090,76

1 2 0 2

Betaalde overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

742 844

724 000

708 515,27

1 2 0 4

Rechten in verband met indiensttreding, beëindiging van de dienst en overplaatsing

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 034 072

2 251 000

2 517 218,18

 

Totaal van artikel 1 2 0

202 070 794

193 338 000

181 156 824,21

1 2 2

Vergoedingen bij vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0

Vergoedingen bij ontheffing van het ambt in het belang van de dienst (artikelen 41 en 50 van het Statuut)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

230 000

p.m.

0,—

1 2 2 2

Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 1 2 2

230 000

p.m.

0,—

1 2 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 294 458

2 380 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

203 595 252

195 718 000

181 156 824,21

HOOFDSTUK 1 4

1 4 0

Andere personeelsleden en derden

1 4 0 0

Andere personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 912 296

4 584 000

4 210 579,51

1 4 0 4

Stages en uitwisseling van ambtenaren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

712 767

675 000

560 945,46

1 4 0 5

Andere externe dienstverlening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

669 000

456 000

351 703,47

1 4 0 6

Externe dienstverlening op taalkundig gebied

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

10 447 000

9 288 300

9 756 710,48

Reserves (10 0)

 

485 700

 

 

10 447 000

9 774 000

9 756 710,48

 

Totaal van artikel 1 4 0

16 741 063

15 003 300

14 879 938,92

Reserves (10 0)

 

485 700

 

 

16 741 063

15 489 000

14 879 938,92

1 4 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

34 000

61 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 4

16 775 063

15 064 300

14 879 938,92

Reserves (10 0)

 

485 700

 

 

16 775 063

15 550 000

14 879 938,92

HOOFDSTUK 1 6

1 6 1

Uitgaven in verband met het personeelsbeheer

1 6 1 0

Diverse uitgaven voor de aanwerving

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

235 000

220 000

198 194,75

1 6 1 2

Bijscholing

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 611 500

1 664 000

1 547 608,83

 

Totaal van artikel 1 6 1

1 846 500

1 884 000

1 745 803,58

1 6 2

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

330 000

323 000

307 872,30

1 6 3

Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 6 3 0

Sociale dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

43 000

43 000

14 000,—

1 6 3 2

Sociale contacten tussen de leden van het personeel en overige sociale voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

201 000

197 000

190 000,—

 

Totaal van artikel 1 6 3

244 000

240 000

204 000,—

1 6 5

Activiteiten betreffende alle aan de instelling verbonden personen

1 6 5 0

Medische dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

188 000

184 000

168 967,26

1 6 5 2

Restaurants en kantines

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

75 000

77 000

69 744,86

1 6 5 4

Kinderdagverblijf en studiecentrum

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 150 000

2 271 000

2 071 000,—

 

Totaal van artikel 1 6 5

2 413 000

2 532 000

2 309 712,12

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 6

4 833 500

4 979 000

4 567 388,—

 

Totaal van titel 1

256 574 998

248 028 300

229 708 402,19

Reserves (10 0)

 

485 700

 

 

256 574 998

248 514 000

229 708 402,19

HOOFDSTUK 1 0 —

LEDEN VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 2 —

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK 1 4 —

ANDER PERSONEEL EN PRESTATIES VAN DERDEN

HOOFDSTUK 1 6 —

ANDERE UITGAVEN IN VERBAND MET DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

HOOFDSTUK 1 0 —   LEDEN VAN DE INSTELLING

1 0 0   Bezoldiging en andere rechten

1 0 0 0   Bezoldiging en vergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

22 352 097

22 134 000

21 555 771,67

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name de artikelen 3, 4, 4 bis, 11 en 14.

Dit krediet dient ter dekking, voor de leden van de instelling, van:

het basissalaris,

de standplaatsvergoeding,

de gezinstoelagen, te weten: de kostwinnerstoelage, de kindertoelage en de schooltoelage,

de representatie en ambtsvergoedingen,

de werkgeversbijdrage (0,87 %) voor de ongevallen en beroepsziekteverzekering en de werkgeversbijdrage (3,4 %) voor de ziektekostenverzekering,

de geboortetoelage,

de uitkeringen bij overlijden van een lid van de instelling,

de kosten van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de basissalarissen, de standplaatsvergoedingen, de gezinstoelagen en de overmakingen van een deel van de bezoldiging van de leden van de instelling naar het buitenland (analoge toepassing van artikel 17 van bijlage VII bij het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie).

1 0 0 2   Rechten in verband met de ambtsaanvaarding, de overplaatsing en de ambtsneerlegging

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

364 230

1 208 000

400 566,81

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name artikel 5.

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van de leden van de instelling (met inbegrip van hun gezinsleden) bij de aanvaarding van hun functie en bij hun vertrek,

de bij de aanvaarding van hun functie en bij hun vertrek verschuldigde inrichtingsvergoeding,

de bij de aanvaarding van hun functie en bij hun vertrek verschuldigde verhuiskosten.

1 0 2   Overbruggingstoelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 621 765

1 579 000

1 192 654,04

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name artikel 7.

Dit krediet dient ter dekking van de overbruggingstoelagen, de gezinstoelagen en de voor het land van de verblijfplaats vastgestelde aanpassingscoëfficiënten voor de voormalige leden van het Hof.

1 0 3   Pensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 245 061

6 381 000

5 421 258,54

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name de artikelen 8, 9, 15 en 18.

Dit krediet dient ter dekking van:

de ouderdomspensioenen van de voormalige leden van de instelling, alsmede de toepassing van de aanpassingscoëfficiënt van het land van hun verblijfplaats,

de invaliditeitspensioenen,

de overlevingspensioenen voor overlevende echtgenoten en/of wezen van de voormalige leden van de instelling en de toepassing van de aanpassingscoëfficiënt van het land van hun verblijfplaats.

1 0 4   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

284 000

284 000

284 000,00

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name artikel 6.

Dit krediet dient ter dekking van vervoerskosten, dagvergoedingen bij dienstreizen en bijkomende of bijzondere kosten in verband met dienstreizen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

1 0 6   Opleidingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

300 000

295 000

250 000,00

Toelichting

De kredieten van dit artikel dienen ter dekking van de kosten veroorzaakt door de deelneming van de leden van het Hof van Justitie aan talencursussen of andere seminars voor bijscholing.

1 0 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

204 030

386 000

0,—

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Dit krediet dient ter dekking van de financiële consequenties van eventuele door de Raad in de loop van dit begrotingsjaar vast te stellen aanpassingen van de bezoldigingen en de pensioenen.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 2 —   AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

Toelichting

Op de kredieten van dit hoofdstuk is een forfaitaire verlaging van 3,5 % toegepast.

1 2 0   Salarissen en andere rechten

1 2 0 0   Salarissen en vergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

199 293 878

190 363 000

177 931 090,76

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 62, 64, 65, 66, 67 en 68, alsmede bijlage VII, afdeling I, artikel 69, bijlage VII, artikel 4, bijlage XIII, artikel 18, de artikelen 72 en 73, bijlage VIII, artikel 15, de artikelen 70, 74 en 75, bijlage VII, artikel 8, en artikel 34 van het Statuut.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name de artikelen 28 bis, 42, 47 en 48.

Regeling betreffende de ziektekostenverzekering van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 23.

Dit krediet dient ter dekking van:

het basissalaris van de vaste en tijdelijke ambtenaren,

de gezinstoelagen, met name de kostwinnerstoelage, de kindertoelage en de schooltoelage van de vaste en tijdelijke ambtenaren,

de ontheemdingstoelage en de toelage voor verblijf in het buitenland van de vaste en tijdelijke ambtenaren,

de secretariaatstoelage van ambtenaren van categorie AST, die als stenotypist(e), telexist(e), typist(e), directiesecretaris/secretaresse of hoofdsecretaris/secretaresse werkzaam zijn,

de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering (3,4 % van het basissalaris); de bijdrage van de personeelsleden bedraagt 1,7 % van het basissalaris,

de werkgeversbijdrage voor de ongevallen en beroepsziekteverzekering (0,87 % van het basissalaris) en de bijkomende uitgaven welke voortvloeien uit de toepassing van de desbetreffende bepalingen van het statuut,

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen,

de betalingen die de instelling verricht met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen,

de geboortetoelage en, in geval van overlijden van een ambtenaar, de betaling van de totale bezoldiging van de overledene tot en met de derde maand na de maand van overlijden, alsmede van de kosten van vervoer van het lichaam naar de plaats van herkomst van de overledene,

de jaarlijkse reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst,

de ontslagvergoeding van wegens kennelijke onbekwaamheid ontslagen ambtenaren op proef, de vergoeding wegens opzegging door de instelling van het contract van tijdelijke functionarissen en de inkoop van pensioenrechten van voormalige hulpfunctionarissen die als tijdelijke functionarissen of als ambtenaren zijn aangesteld,

de financiële gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldiging van ambtenaren en hulpfunctionarissen en de vergoeding voor de overuren,

huisvestings- en vervoersvergoedingen,

vaste ambtsvergoeding,

vaste vergoedingen voor lokaal vervoer,

vergoedingen voor continudienst, ploegendienst of verplichte beschikbaarheid op het werk en/of thuis.

1 2 0 2   Betaalde overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

742 844

724 000

708 515,27

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56, alsmede bijlage VI.

Dit krediet dient ter dekking van de vaste vergoedingen of vergoedingen op basis van het aantal gemaakte uren voor ambtenaren, hulpfunctionarissen en plaatselijke functionarissen die overwerk verrichten dat niet overeenkomstig de geldende bepalingen met vrije tijd kan worden gecompenseerd.

1 2 0 4   Rechten in verband met indiensttreding, beëindiging van de dienst en overplaatsing

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 034 072

2 251 000

2 517 218,18

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 20 en 71, alsmede bijlage VII, artikelen 5, 6, 7, 9 en 10.

Dit krediet dient ter dekking van:

de aan het personeel (met inbegrip van hun gezinsleden) bij indiensttreding of vertrek verschuldigde reiskosten,

de inrichtingsvergoedingen verschuldigd aan personeelsleden die bij indiensttreding of beëindiging van de dienst van woonplaats (moeten) veranderen,

de verhuiskosten van personeelsleden die bij hun indiensttreding of bij beëindiging van de dienst van woonplaats (moeten) veranderen,

de dagvergoedingen voor personeelsleden die aantonen dat zij bij hun indiensttreding van woonplaats moeten veranderen.

1 2 2   Vergoedingen bij vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0   Vergoedingen bij ontheffing van het ambt in het belang van de dienst (artikelen 41 en 50 van het Statuut)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

230 000

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41, 50 en 72, alsook bijlage IV.

Dit krediet dient ter dekking van de toelagen ten behoeve van de ambtenaren die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling, en de ambtenaren die een ambt bekleden in rang AD 16, AD 15 of AD 14 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

1 2 2 2   Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 3518/85 van de Raad van 12 december 1985 tot vaststelling van bijzondere maatregelen betreffende de beëindiging van de dienst van ambtenaren van de Europese Gemeenschappen in verband met de toetreding van Spanje en Portugal (PB L 335 van 13.12.1985, blz. 56).

Dit krediet dient ter dekking van:

de vergoedingen voor de ambtenaren ten aanzien van wie maatregelen tot beëindiging van de dienst om redenen van dienstbelang worden genomen, teneinde rekening te houden met de behoeften ingevolge de toetreding van nieuwe lidstaten tot de Europese Gemeenschappen,

de vergoedingen krachtens het Statuut of de reglementen,

de werkgeversbijdrage in de ziektekostenverzekering van de begunstigden van de vergoedingen,

de financiële gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten welke gelden voor de verschillende vergoedingen.

1 2 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 294 458

2 380 000

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 65.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van 25 juni 2002 van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Dit krediet dient ter dekking van de financiële gevolgen van eventuele in de loop van het jaar door de Raad vast te stellen aanpassingen van de bezoldigingen en vergoedingen.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 4 —   ANDER PERSONEEL EN PRESTATIES VAN DERDEN

1 4 0   Andere personeelsleden en derden

1 4 0 0   Andere personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 912 296

4 584 000

4 210 579,51

Toelichting

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name artikel 3 en de titels III en IV, artikel 4 en titel V, en artikel 5 en titel VI.

Dit krediet dient ter dekking van:

de bezoldiging en de werkgeversbijdrage voor de sociale verzekering van de hulpfunctionarissen, hulptolken, plaatselijke functionarissen en hulpvertalers,

de honoraria en de kosten van de bijzondere adviseurs, de honoraria van de raadgevende arts daaronder begrepen,

de uitgaven betreffende het eventuele beroep op arbeidscontractanten.

1 4 0 4   Stages en uitwisseling van ambtenaren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

712 767

675 000

560 945,46

Toelichting

Dit krediet is bestemd ter dekking van:

de uitgaven betreffende de detachering van ambtenaren van lidstaten of andere nationale deskundigen in de diensten van het Hof van Justitie van de Europese Unie,

de kosten van beurzen voor stagiair(e)s bij de diensten van de instelling.

1 4 0 5   Andere externe dienstverlening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

669 000

456 000

351 703,47

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven, voor zover zij niet door de eigen diensten van het Hof van Justitie kunnen worden verricht, voor andere incidentele hulpdiensten.

1 4 0 6   Externe dienstverlening op taalkundig gebied

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 4 0 6

10 447 000

9 288 300

9 756 710,48

Reserves (10 0)

 

485 700

 

Totaal

10 447 000

9 774 000

9 756 710,48

Toelichting

Dit krediet dienen ter dekking van:

de uitgaven betreffende de door het Interinstitutioneel Comité voor vertaling en vertolking (CITI) goedgekeurde acties ter bevordering van de interinstitutionele samenwerking op taalkundig gebied,

de uitgaven voor freelancetolken van de gemeenschappelijke tolken- en conferentiedienst,

de bezoldiging van de conferentietolken,

de uitgaven voor op contract en ad interim werkzaam conferentiepersoneel,

prestaties van derden op het gebied van de correctie van teksten, met name de honoraria en de kosten van verzekering, verplaatsing, verblijf en dienstreizen van freelancecorrectoren, alsmede van de desbetreffende administratieve uitgaven,

uitgaven voor werkzaamheden van zelfstandige vertalers of uitzendvertalers, alsmede voor type- en andere werkzaamheden die door de vertaaldienst aan derden worden opgedragen.

1 4 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

34 000

61 000

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 65 en 65 bis, alsook bijlage XI.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Dit krediet is bestemd ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag slechts worden gebruikt na overschrijving naar andere artikelen of posten van dit hoofdstuk overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 6 —   ANDERE UITGAVEN IN VERBAND MET DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 6 1   Uitgaven in verband met het personeelsbeheer

1 6 1 0   Diverse uitgaven voor de aanwerving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

235 000

220 000

198 194,75

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aanwervingsprocedures en de huur van zalen en machines voor het organiseren van algemene vergelijkende onderzoeken op interinstitutionele basis. In gevallen waarin een en ander naar behoren is aangetoond, op grond van functionele behoeften en na overleg met het Europees Bureau voor personeelsselectie, kan dit krediet gedeeltelijk worden gebruikt voor het organiseren van vergelijkende onderzoeken door het Hof van Justitie zelf.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

1 6 1 2   Bijscholing

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 611 500

1 664 000

1 547 608,83

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Dit krediet dient ter dekking van de organisatie van beroepsopleidings- en bijscholingscursussen op interinstitutionele basis, met inbegrip van de talencursussen.

Tevens dient het ter dekking van de uitgaven voor educatief en technisch materiaal.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

1 6 2   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

330 000

323 000

307 872,30

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 11, 12 en 13 van bijlage VII.

Dit krediet dient ter dekking van vervoerskosten, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

1 6 3   Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 6 3 0   Sociale dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

43 000

43 000

14 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 76.

Dit krediet dient ter dekking van de bijstand aan personeelsleden die in een zeer benarde situatie verkeren.

Dit krediet is, in het kader van het gehandicaptenbeleid, tevens bestemd voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen.

Het dient ter dekking, binnen de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

1 6 3 2   Sociale contacten tussen de leden van het personeel en overige sociale voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

201 000

197 000

190 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de financiële steun voor initiatieven ter bevordering van de sociale betrekkingen tussen de personeelsleden van de verschillende nationaliteiten, onder meer in de vorm van subsidies aan personeelsverenigingen die zich bezighouden met activiteiten op cultureel of op sportgebied,

andere uitgaven en subsidies ten behoeve van de personeelsleden en hun gezinnen.

1 6 5   Activiteiten betreffende alle aan de instelling verbonden personen

1 6 5 0   Medische dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

188 000

184 000

168 967,26

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 59, alsmede bijlage II, artikel 8.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het jaarlijkse medische onderzoek van alle ambtenaren, daaronder begrepen de analyses en speciale onderzoeken die in het kader daarvan worden gevraagd en de huishoudelijke kosten van de spreek- en behandelkamer.

1 6 5 2   Restaurants en kantines

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

75 000

77 000

69 744,86

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop en het onderhoud van het materiaal en van een gedeelte van de exploitatiekosten van het restaurant en de cafetaria.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van de aanpassing en vernieuwing van installaties van restaurants en kantines.

1 6 5 4   Kinderdagverblijf en studiecentrum

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 150 000

2 271 000

2 071 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het aandeel van het Hof voor het kinderdagverblijf en het studiecentrum in Luxemburg.

TITEL 2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, MATERIEEL EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Gebouwen

2 0 0 0

Huur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

12 130 000

11 417 000

10 542 296,77

2 0 0 1

Huurkoop

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

31 350 000

32 301 000

31 969 020,81

2 0 0 3

Verwerving van onroerende goederen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 5

Oprichting van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 7

Inrichting van dienstruimten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

890 000

316 000

381 433,82

2 0 0 8

Studies en technische bijstand bij bouwprojecten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

912 000

702 000

1 069 998,46

 

Totaal van artikel 2 0 0

45 282 000

44 736 000

43 962 749,86

2 0 2

Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2

Schoonmaken en onderhoud

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 213 000

6 050 000

6 035 974,62

2 0 2 4

Energieverbruik

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 470 000

3 065 000

4 535 999,12

2 0 2 6

Veiligheid van en toezicht op de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 930 000

4 804 000

4 720 977,80

2 0 2 8

Verzekeringen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

125 000

81 000

121 836,59

2 0 2 9

Overige uitgaven in verband met de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

315 000

307 000

333 459,34

 

Totaal van artikel 2 0 2

16 053 000

14 307 000

15 748 247,47

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

61 335 000

59 043 000

59 710 997,33

HOOFDSTUK 2 1

2 1 0

Materieel, exploitatiekosten en diensten in verband met informatica en telecommunicatie

2 1 0 0

Aankoop en onderhoud van materieel en software en werkzaamheden daaraan

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 042 000

3 532 000

3 517 568,57

2 1 0 2

Diensten van derden in verband met de exploitatie, het ontwerpen en het onderhoud van software en systemen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

9 389 000

8 510 000

8 741 719,82

2 1 0 3

Telecommunicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 054 000

1 068 000

1 028 006,33

 

Totaal van artikel 2 1 0

14 485 000

13 110 000

13 287 294,72

2 1 2

Meubilair

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

673 000

653 000

652 957,96

2 1 4

Technische installaties en materieel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

455 000

475 000

444 398,53

2 1 6

Vervoermiddelen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 522 000

1 405 000

1 251 956,99

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 1

17 135 000

15 643 000

15 636 608,20

HOOFDSTUK 2 3

2 3 0

Papier, kantoorbenodigdheden en divers klein materiaal

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

936 000

1 011 000

988 425,05

2 3 1

Financiële kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

36 000

36 000

25 051,75

2 3 2

Juridische kosten en schadevergoeding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 000

16 000

16 000,—

2 3 6

Portokosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

625 000

621 000

577 530,98

2 3 8

Overige huishoudelijke uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

436 000

368 000

452 419,20

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 3

2 053 000

2 052 000

2 059 426,98

HOOFDSTUK 2 5

2 5 2

Ontvangst- en representatiekosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

209 000

169 000

221 487,25

2 5 4

Conferenties, congressen en vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

384 000

411 000

345 028,32

2 5 6

Kosten van voorlichting en deelneming aan openbare evenementen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

199 000

218 000

176 499,20

2 5 7

Juridische informatica

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 5

792 000

798 000

743 014,77

HOOFDSTUK 2 7

2 7 0

Gespecialiseerde studies, enquêtes en adviezen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 7 2

Documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 167 000

1 163 000

1 134 881,86

2 7 4

Productie en verspreiding

2 7 4 0

Publicatieblad

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

948 000

947 000

947 000,—

2 7 4 1

Publicaties van algemene aard

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 185 000

1 100 000

1 373 880,02

 

Totaal van artikel 2 7 4

2 133 000

2 047 000

2 320 880,02

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 7

3 300 000

3 210 000

3 455 761,88

 

Totaal van titel 2

84 615 000

80 746 000

81 605 809,16

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

HOOFDSTUK 2 1 —

INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

HOOFDSTUK 2 3 —

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 2 5 —

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

HOOFDSTUK 2 7 —

VOORLICHTING: AANKOOP, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

2 0 0   Gebouwen

2 0 0 0   Huur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 130 000

11 417 000

10 542 296,77

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huurbedragen betreffende de onroerende goederen of gedeelten daarvan die door het Hof van Justitie worden gebruikt.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

2 0 0 1   Huurkoop

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

31 350 000

32 301 000

31 969 020,81

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergoedingen voor de huurkoop van gebouwen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

2 0 0 3   Verwerving van onroerende goederen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 5   Oprichting van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post kan eventueel een krediet worden opgenomen ter dekking van de kosten voor de oprichting van gebouwen.

2 0 0 7   Inrichting van dienstruimten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

890 000

316 000

381 433,82

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van inrichtingswerkzaamheden, met name het aanbrengen van tussenschotten, gordijnen en leidingen, schilderwerk, behang, vloerbedekking, valse plafonds, alsmede de desbetreffende technische installaties,

de uitgaven voor werkzaamheden voortvloeiend uit studies en technische bijstand.

2 0 0 8   Studies en technische bijstand bij bouwprojecten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

912 000

702 000

1 069 998,46

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies en technische bijstand bij grootscheepse bouwprojecten.

2 0 2   Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2   Schoonmaken en onderhoud

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 213 000

6 050 000

6 035 974,62

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het schoonmaken en het onderhoud, overeenkomstig de lopende contracten, van ruimten en technische installaties, alsmede van de uitgaven voor het werk en het nodige materiaal voor het algemene onderhoud (schilderwerkzaamheden, reparaties, enz.) van de door het Hof van Justitie gebruikte gebouwen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 123 000 EUR.

2 0 2 4   Energieverbruik

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 470 000

3 065 000

4 535 999,12

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van water, gas, elektriciteit en verwarming.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 222 000 EUR.

2 0 2 6   Veiligheid van en toezicht op de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 930 000

4 804 000

4 720 977,80

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van bewaking van de door het Hof van Justitie gebruikte gebouwen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 70 000 EUR.

2 0 2 8   Verzekeringen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

125 000

81 000

121 836,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de verzekeringspremies voor de door het Hof van Justitie gebruikte gebouwen.

2 0 2 9   Overige uitgaven in verband met de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

315 000

307 000

333 459,34

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere lopende uitgaven in verband met gebouwen welke niet speciaal zijn vermeld in de andere artikelen van dit hoofdstuk, met name straatbelasting, reiniging, vuilnisophaaldienst, bewegwijzering, enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 136 000 EUR.

HOOFDSTUK 2 1 —   INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

2 1 0   Materieel, exploitatiekosten en diensten in verband met informatica en telecommunicatie

2 1 0 0   Aankoop en onderhoud van materieel en software en werkzaamheden daaraan

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 042 000

3 532 000

3 517 568,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop, de vervanging, de huur, de reparatie en het onderhoud van alle apparatuur op het gebied van kantoorautomatisering, informatica en telefonie (met inbegrip van telefax, videoconferentiematerieel en multimediamaterieel), alsook materieel voor tolkwerkzaamheden, zoals tolkencabines, koptelefoons ten behoeve van installaties voor simultane vertolking.

2 1 0 2   Diensten van derden in verband met de exploitatie, het ontwerpen en het onderhoud van software en systemen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 389 000

8 510 000

8 741 719,82

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de analyse en programmering van informaticaonderzoek.

2 1 0 3   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 054 000

1 068 000

1 028 006,33

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven in verband met telecommunicatie, zoals abonnementen en de kosten van (vaste en mobiele) telefoonverbindingen.

Het dekt ook de uitgaven betreffende de datatransmissienetwerken.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 110 000 EUR.

2 1 2   Meubilair

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

673 000

653 000

652 957,96

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aankoop van bijkomend meubilair,

de vervanging van een gedeelte van het meubilair dat ten minste 15 jaar oud is, en van het meubilair dat niet kan worden gerepareerd,

de huur van meubilair,

de kosten van onderhoud en reparatie van meubilair.

2 1 4   Technische installaties en materieel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

455 000

475 000

444 398,53

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van technisch materieel,

de vervanging van technisch materieel, met name audiovisueel materieel, materieel voor archieven en bibliotheek, alsook diverse werktuigen voor de onderhoudsdienst van de gebouwen en reproductie, verspreidings- en postmaterieel,

de huur van technisch materieel en technische installaties,

onderhoud en reparatie van het technische materieel en de technische installaties als in dit artikel genoemd.

2 1 6   Vervoermiddelen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 522 000

1 405 000

1 251 956,99

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van vervoermiddelen,

de vervanging van de voertuigen met de hoogste kilometerstand boven 120 000 km,

de huur en gebruikskosten van huurvoertuigen,

het onderhoud, reparatie, parkeerruimte en verzekering van de dienstauto’s, alsmede van de autowegentol.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 34 000 EUR.

HOOFDSTUK 2 3 —   LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 3 0   Papier, kantoorbenodigdheden en divers klein materiaal

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

936 000

1 011 000

988 425,05

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aanschaf van:

xerografisch papier, fotokopieën en vergoedingen,

papier en kantoorbenodigdheden,

materieel voor de reproductiedienst,

materieel voor de diensten belast met de verspreiding van documenten en van de post,

materieel voor bandopnameapparatuur,

drukkerijbenodigdheden en formulieren,

benodigdheden voor kantoorautomatiserings- en informatica-apparatuur,

ander en niet in de inventaris opgenomen materieel.

2 3 1   Financiële kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

36 000

36 000

25 051,75

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bankkosten (commissies, agio’s en diverse kosten) en van de overige financiële kosten.

De door het Hof van Justitie geïnde bankrenten zijn als ontvangsten geboekt.

2 3 2   Juridische kosten en schadevergoeding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000

16 000

16 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van, met name, de honoraria van de advocaten die de gemachtigde van het Hof bijstaan in zaken tussen de administratie van de instelling en een van zijn ambtenaren of personeelsleden, en van schadevergoedingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

2 3 6   Portokosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

625 000

621 000

577 530,98

Toelichting

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 20 000 EUR.

2 3 8   Overige huishoudelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

436 000

368 000

452 419,20

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

diverse verzekeringen (met name wettelijke aansprakelijkheid, diefstal, risico in verband met tekstverwerkingsapparatuur, risico in verband met elektronica),

de aankoop, het onderhoud en de reiniging van voornamelijk de toga’s van de magistraten, de uniformen voor bodes en chauffeurs, de werkkleding voor het personeel verantwoordelijk voor de reproductie van documenten en voor het onderhoudspersoneel,

de diverse benodigdheden voor interne vergaderingen,

de kosten van interne verhuizing en van opslag en verdeling van materieel, meubilair en kantoorbenodigdheden,

de door de dienstverrichters gedane huishoudelijke uitgaven,

de overige huishoudelijke uitgaven, die in de voorgaande begrotingsonderdelen niet uitdrukkelijk zijn genoemd.

HOOFDSTUK 2 5 —   VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

2 5 2   Ontvangst- en representatiekosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

209 000

169 000

221 487,25

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ontvangst- en representatiekosten van de instelling en van de ontvangst- en representatiekosten van de personeelsleden.

2 5 4   Conferenties, congressen en vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

384 000

411 000

345 028,32

Toelichting

Dit krediet dient hoofdzakelijk ter dekking van de organisatie, met medewerking van de ministers van Justitie, in de plaats waar het Hof van Justitie is gevestigd, van seminaries en informatiedagen voor magistraten en andere juristen uit de lidstaten.

Met het oog op de verdere ontwikkeling van de rechtspraak van het Hof en van de nationale rechterlijke instanties op het gebied van het EU-recht zijn studiebijeenkomsten met hoge magistraten van de lidstaten en specialisten op het gebied van het EU-recht noodzakelijk.

Dit krediet dient tevens ter dekking van de organisatiekosten, met inbegrip van de reis- en verblijfkosten van de deelnemers.

2 5 6   Kosten van voorlichting en deelneming aan openbare evenementen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

199 000

218 000

176 499,20

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop en samenstelling van populair-wetenschappelijke werken over het EU-recht en van de overige uitgaven voor voorlichting en foto’s, alsook van de bijdrage in de kosten van bezoeken aan de instelling.

2 5 7   Juridische informatica

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven ingevolge een eventueel verzoek van de Commissie aan de andere instellingen om een bijdrage in de kosten van de dienst Juridische informatica (invoering en verspreiding van gegevens van de interinstitutionele gegevensbank).

HOOFDSTUK 2 7 —   VOORLICHTING: AANKOOP, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

2 7 0   Gespecialiseerde studies, enquêtes en adviezen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

2 7 2   Documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 167 000

1 163 000

1 134 881,86

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aankoop van boekwerken, documenten en andere publicaties, alsmede van de bijwerking van reeds aanwezige werken,

het op magneetband brengen en de aankoop van geïnformatiseerde gegevens op het gebied van juridische documentatie,

speciale bibliotheekuitrusting,

de abonnementen op kranten, algemene tijdschriften en diverse publicaties,

de abonnementen op persbureaus,

het inbinden en onderhouden van het bibliotheekbezit,

de kosten van het gebruik van sommige externe juridische databanken.

2 7 4   Productie en verspreiding

2 7 4 0   Publicatieblad

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

948 000

947 000

947 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten verbonden aan bekendmakingen in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 27 000 EUR.

2 7 4 1   Publicaties van algemene aard

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 185 000

1 100 000

1 373 880,02

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de druk- en distributiekosten van de Jurisprudentie van het Hof van Justitie en van het Gerecht, alsmede van het Repertorium van de rechtspraak inzake het EU-recht.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van de kosten verbonden aan de uitgave van het Jaarverslag en van andere brochures over het Hof die aan bezoekers worden verstrekt.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 335 000 EUR.

TITEL 3

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT SPECIFIEKE TAKEN VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 3 7

3 7 1

Speciale uitgaven van het Hof van Justitie van de Europese Unie

3 7 1 0

Gerechtelijke kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

40 000

40 000

31 431,09

3 7 1 1

Arbitragecommissie bedoeld in artikel 18 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 3 7 1

40 000

40 000

31 431,09

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 7

40 000

40 000

31 431,09

 

Totaal van titel 3

40 000

40 000

31 431,09

HOOFDSTUK 3 7 —

SPECIALE UITGAVEN VAN BEPAALDE INSTELLINGEN EN ORGANEN

HOOFDSTUK 3 7 —   SPECIALE UITGAVEN VAN BEPAALDE INSTELLINGEN EN ORGANEN

3 7 1   Speciale uitgaven van het Hof van Justitie van de Europese Unie

3 7 1 0   Gerechtelijke kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 000

40 000

31 431,09

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van een normale rechtsbedeling in alle gevallen waarin kosteloze rechtsbijstand wordt verleend, alsmede van de kosten van getuigen en deskundigen, van plaatsopneming en van rogatoire commissies, van honoraria van advocaten en van andere kosten die ten laste van het Hof van Justitie kunnen komen.

3 7 1 1   Arbitragecommissie bedoeld in artikel 18 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

p.m.

485 700

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

p.m.

485 700

0,—

 

HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

485 700

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

341 229 998

329 300 000

311 345 642,44

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

485 700

0,—

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

PERSONEEL

Afdeling IV — Hof van Justitie van de Europese Unie

Functiegroep en rang

Hof van Justitie van de Europese Unie

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

5

5

AD 15

10

1

10

1

AD 14

39 (65)

44 (66)

28 (67)

44 (68)

AD 13

80

69

AD 12

110 (69)

66

126 (70)

66

AD 11

84

73

90

73

AD 10

42

33

42

33

AD 9

78

1

28

1

AD 8

210

1

260

1

AD 7

145

98

24

AD 6

44

23

AD 5

34

48

Totaal AD

881

219

827

243

AST 11

9

8

AST 10

8

1

9

1

AST 9

32

32

AST 8

35

5

35

5

AST 7

73

28

61

28

AST 6

67

24

79

24

AST 5

48

46

47

46

AST 4

95

68

96

68

AST 3

117

12

118

12

AST 2

105

5

105

7

AST 1

76

76

Totaal AST

665

189

666

191

Totaal-generaal

1 546  (71)

408

1 493  (72)

434

Totaal-generaal

1 954  (73)

1 927  (74)

AFDELING V

REKENKAMER

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van de Rekenkamer voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

144 330 944

Eigen inkomsten

–20 812 613

Te ontvangen bijdrage

123 518 331

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden

10 497 081

10 298 000

8 734 648,95

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de bijzondere heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

1 100 000

885 000

1 097 166,05

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

11 597 081

11 183 000

9 831 815,—

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel aan de financiering van de pensioenregeling

7 715 532

7 449 000

6 959 521,03

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

1 300 000

1 300 000

1 668 445,31

4 1 2

Bijdragen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen met verlof om redenen van persoonlijke aard aan de pensioenregeling

p.m.

p.m.

1 767,93

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

9 015 532

8 749 000

8 629 734,27

 

Totaal van titel 4

20 612 613

19 932 000

18 461 549,27

HOOFDSTUK 4 0 —

DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

10 497 081

10 298 000

8 734 648,95

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1).

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1).

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis van de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

4 0 4   Opbrengst van de bijzondere heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

1 100 000

885 000

1 097 166,05

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1).

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel aan de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

7 715 532

7 449 000

6 959 521,03

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

1 300 000

1 300 000

1 668 445,31

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 4, artikel 11, leden 2 en 3, en artikel 48 van bijlage VIII.

4 1 2   Bijdragen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen met verlof om redenen van persoonlijke aard aan de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 767,93

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Opbrengst van de verkoop van roerende goederen (benodigdheden)

5 0 0 0

Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 0 0 1

Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten (oud artikel 5 0 0)

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

p.m.

0,—

5 0 2

Verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

61 683,27

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

p.m.

61 683,27

HOOFDSTUK 5 1

5 1 1

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 1 1 1

Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 1 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten, geïnd op de rekeningen van de instelling

p.m.

p.m.

58 972,77

5 2 2

Rente over voorfinancieringen

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

p.m.

p.m.

58 972,77

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

152 346,—

5 7 1

Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

p.m.

152 346,—

HOOFDSTUK 5 8

5 8 0

Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 8 1

Ontvangsten afkomstig van verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 9

5 9 0

Overige ontvangsten voortvloeiend uit de administratieve werking

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 9

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 5

p.m.

p.m.

273 002,04

HOOFDSTUK 5 0 —

OPBRENGST VAN DE VERKOOP VAN ROERENDE (BENODIGDHEDEN) EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGST

HOOFDSTUK 5 2 —

OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 9 —

OVERIGE ONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING

HOOFDSTUK 5 0 —   OPBRENGST VAN DE VERKOOP VAN ROERENDE (BENODIGDHEDEN) EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Opbrengst van de verkoop van roerende goederen (benodigdheden)

5 0 0 0   Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze post is bestemd voor het opnemen van ontvangsten afkomstig uit de verkoop of overname van tot de instelling behorende vervoermiddelen.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 1   Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten (oud artikel 5 0 0)

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van de andere roerende goederen dan vervoermiddelen van de instelling.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 2   Verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

61 683,27

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Dit artikel omvat tevens de ontvangsten uit de verkoop van deze producten in elektronische vorm. De ontvangsten worden op 70 000 EUR geschat.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGST

5 1 1   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1 1   Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 2 —   OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

5 2 0   Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten, geïnd op de rekeningen van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

58 972,77

Toelichting

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt die afkomstig zijn van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten, geïnd op de rekeningen van de Rekenkamer.

5 2 2   Rente over voorfinancieringen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt die afkomstig zijn van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten, geïnd op de rekeningen van de Rekenkamer.

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

5 5 0   Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

5 7 0   Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

152 346,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 1   Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 0   Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 8 1   Ontvangsten afkomstig van verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 9 —   OVERIGE ONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING

5 9 0   Overige ontvangsten voortvloeiend uit de administratieve werking

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de overige ontvangsten uit de administratieve werking geboekt.

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

200 000

200 000

56 535,59

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

200 000

200 000

56 535,59

 

Totaal van titel 9

200 000

200 000

56 535,59

 

TOTAAL-GENERAAL

20 812 613

20 132 000

18 791 086,90

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

200 000

200 000

56 535,59

Toelichting

Onder dit artikel worden de diverse ontvangsten geboekt.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING

12 929 750

13 364 068

11 317 658,10

1 2

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

95 956 570

94 245 530

79 902 739,15

1 4

ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

3 825 092

4 589 900

3 800 466,63

1 6

ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

6 137 250

6 311 000

5 165 312,29

 

Totaal van titel 1

118 848 662

118 510 498

100 186 176,17

2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, UITRUSTING EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 0

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

14 611 000

18 518 000

62 424 700,24

2 1

INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

7 316 282

7 242 333

7 107 334,83

2 3

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

422 000

404 000

389 304,95

2 5

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

893 000

868 000

870 158,64

2 7

INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

2 240 000

2 389 000

2 377 948,62

 

Totaal van titel 2

25 482 282

29 421 333

73 169 447,28

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

p.m.

13 900

0,—

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

13 900

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

144 330 944

147 945 731

173 355 623,45

TITEL 1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 0

1 0 0

Salaris en andere rechten

1 0 0 0

Salaris, toelagen en pensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 324 835

8 205 000

8 047 967,22

1 0 0 2

Rechten in verband met indiensttreding en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

59 255

778 000

0,—

 

Totaal van artikel 1 0 0

8 384 090

8 983 000

8 047 967,22

1 0 2

Overbruggingstoelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

957 552

1 126 000

542 642,38

1 0 3

Pensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 097 552

2 636 000

2 434 811,69

1 0 4

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

328 673

324 000

217 567,41

1 0 6

Opleiding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

81 154

140 000

74 669,40

1 0 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

80 729

155 068

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 0

12 929 750

13 364 068

11 317 658,10

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Salaris en andere rechten

1 2 0 0

Salaris en toelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

93 768 394

91 008 515

78 451 830,82

1 2 0 2

Betaalde overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

531 751

587 000

485 365,30

1 2 0 4

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 046 579

1 522 000

892 742,45

 

Totaal van artikel 1 2 0

95 346 724

93 117 515

79 829 938,57

1 2 2

Vergoedingen na vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0

Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang (artikelen 41 en 50 van het Statuut)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

72 800,58

1 2 2 2

Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 1 2 2

p.m.

p.m.

72 800,58

1 2 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

609 846

1 128 015

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

95 956 570

94 245 530

79 902 739,15

HOOFDSTUK 1 4

1 4 0

Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0

Andere personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 221 749

3 126 800

2 846 313,80

1 4 0 4

Stages en uitwisseling van personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 112 820

861 000

450 163,49

1 4 0 5

Andere externe dienstverlening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

197 907

299 000

237 900,18

1 4 0 6

Externe dienstverlening op taalkundig gebied

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

278 966

264 100

266 089,16

 

Totaal van artikel 1 4 0

3 811 442

4 550 900

3 800 466,63

1 4 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

13 650

39 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 4

3 825 092

4 589 900

3 800 466,63

HOOFDSTUK 1 6

1 6 1

Uitgaven voor personeelsbeheer

1 6 1 0

Diverse uitgaven voor de aanwerving

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

68 981

142 000

142 500,—

1 6 1 2

Voortgezette beroepsopleiding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

873 417

1 030 000

864 857,36

 

Totaal van artikel 1 6 1

942 398

1 172 000

1 007 357,36

1 6 2

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 651 917

3 450 000

2 851 259,79

1 6 3

Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 6 3 0

Sociale dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

15 216

25 000

2 000,—

1 6 3 2

Sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel en overige sociale voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

104 485

86 000

61 000,97

 

Totaal van artikel 1 6 3

119 701

111 000

63 000,97

1 6 5

Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 6 5 0

Medische dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

184 625

277 000

174 188,24

1 6 5 2

Restaurants en kantines

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

62 894

62 000

69 505,93

1 6 5 4

Kinderdagverblijf

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 175 715

1 239 000

1 000 000,—

 

Totaal van artikel 1 6 5

1 423 234

1 578 000

1 243 694,17

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 6

6 137 250

6 311 000

5 165 312,29

 

Totaal van titel 1

118 848 662

118 510 498

100 186 176,17

HOOFDSTUK 1 0 —

LEDEN VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 2 —

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK 1 4 —

ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

HOOFDSTUK 1 6 —

ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

HOOFDSTUK 1 0 —   LEDEN VAN DE INSTELLING

1 0 0   Salaris en andere rechten

1 0 0 0   Salaris, toelagen en pensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 324 835

8 205 000

8 047 967,22

Toelichting

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1), met name artikel 2.

Dit krediet dient ter dekking van de salarissen, vergoedingen en toelagen van de leden van de Rekenkamer, alsmede van de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt.

1 0 0 2   Rechten in verband met indiensttreding en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

59 255

778 000

0,—

Toelichting

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1), met name artikel 6.

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten bij de indiensttreding of de beëindiging van de dienst van de leden van de Rekenkamer,

de inrichtingsvergoedingen voor de leden van de Rekenkamer bij het aanvaarden of beëindigen van hun functie,

de verhuiskosten van de leden van de Rekenkamer bij het aanvaarden of beëindigen van hun functie.

1 0 2   Overbruggingstoelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

957 552

1 126 000

542 642,38

Toelichting

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1), met name artikel 8.

Dit krediet dient ter dekking van de overbruggingstoelagen en gezinstoelagen van de leden van de Rekenkamer na beëindiging van hun dienst.

1 0 3   Pensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 097 552

2 636 000

2 434 811,69

Toelichting

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1), met name de artikelen 9, 10, 11 en 16.

Dit krediet dient ter dekking van de ouderdomspensioenen, invaliditeitspensioenen alsmede van de overlevingspensioenen voor de overlevende echtgenoten en wezen van de voormalige leden van de Rekenkamer.

1 0 4   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

328 673

324 000

217 567,41

Toelichting

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 2290/77 van de Raad van 18 oktober 1977 tot vaststelling van de geldelijke regeling van de leden van de Rekenkamer (PB L 268 van 20.10.1977, blz. 1), met name artikel 6.

Dit krediet dient ter dekking van vervoerskosten, dienstreisvergoedingen en bijkomende of uitzonderlijke kosten bij dienstreizen.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder g), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt geschat op 2 000 EUR.

1 0 6   Opleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

81 154

140 000

74 669,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van deelneming van de leden van de Rekenkamer aan talencursussen of andere bij- en nascholingscursussen.

1 0 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

80 729

155 068

0,—

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 2 —   AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

Toelichting

Op de kredieten van dit hoofdstuk is een forfaitaire verlaging van 4,75 % toegepast.

1 2 0   Salaris en andere rechten

1 2 0 0   Salaris en toelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

93 768 394

91 008 515

78 451 830,82

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient vooral ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen,

de ziekte-, ongevallen- en beroepsziektekostenverzekering en andere sociale lasten,

de bijdrage van de instelling voor het gemeenschappelijk stelsel van ziektekostenverzekering,

de overige toelagen en vergoedingen,

de betaling van de jaarlijkse reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt,

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen,

de ontslagvergoeding voor ambtenaren op proef in geval van kennelijke onbekwaamheid,

de vergoeding in geval van ontbinding door de instelling van het contract met een tijdelijk personeelslid,

de vergoedingen voor continudienst, ploegendienst of verplichte beschikbaarheid op het werk en/of thuis.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

1 2 0 2   Betaalde overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

531 751

587 000

485 365,30

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56 en bijlage VI.

Dit krediet dient voor het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in de bovenstaande bepalingen.

1 2 0 4   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 046 579

1 522 000

892 742,45

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats,

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen,

het verschil tussen de bijdragen van de hulpfunctionarissen aan een pensioenstelsel van een lidstaat en die welke zij aan het uniale stelsel moeten afdragen in geval van rekwalificatie van een contract.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

1 2 2   Vergoedingen na vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0   Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang (artikelen 41 en 50 van het Statuut)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

72 800,58

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41 en 50, alsmede bijlage IV.

Dit krediet dient ter dekking van de vergoedingen aan de ambtenaren die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling, en aan ambtenaren in leidinggevende functies waarvan het ambt om redenen van dienstbelang is opgeheven.

1 2 2 2   Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Dit krediet dient ter dekking van:

de vergoedingen die krachtens het statuut en de verordeningen moeten worden betaald,

de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering van de begunstigden van deze vergoedingen,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de diverse vergoedingen.

1 2 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

609 846

1 128 015

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 65 en 65 bis, alsmede bijlage XI.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Dit krediet dient ter dekking van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen overeenkomstig de besluiten van de Raad in de loop van het begrotingsjaar.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag slechts worden gebruikt na overschrijving naar andere artikelen of posten van dit hoofdstuk overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 4 —   ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

1 4 0   Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0   Andere personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 221 749

3 126 800

2 846 313,80

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient vooral ter dekking van de volgende uitgaven:

de bezoldiging van de andere personeelsleden, met name hulpfunctionarissen, arbeidscontractanten, plaatselijke functionarissen, bijzondere adviseurs (overeenkomstig de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de vergoedingen van deze personeelsleden;

de honoraria van medisch en paramedisch personeel betaald volgens de regeling inzake verleende diensten, alsmede, in bijzondere gevallen, de aanstelling van tijdelijke uitzendkrachten.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

1 4 0 4   Stages en uitwisseling van personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 112 820

861 000

450 163,49

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven in verband met de detachering en de tijdelijke aanstelling bij de diensten van de Rekenkamer van ambtenaren uit bij voorrang lidstaten of andere landen en van andere deskundigen, of in verband met overleg van korte duur,

de vergoeding aan ambtenaren van de Unie van extra kosten als gevolg van hun deelneming aan een uitwisseling,

de kosten van stages bij de diensten van de Rekenkamer.

1 4 0 5   Andere externe dienstverlening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

197 907

299 000

237 900,18

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van personeel ad interim, met uitzondering van vertalers ad interim.

1 4 0 6   Externe dienstverlening op taalkundig gebied

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

278 966

264 100

266 089,16

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor de activiteiten waartoe door het Interinstitutioneel Comité voor vertaling en vertolking (Comité interinstitutionnel de la traduction et de l’interprétation, CITI) is besloten om de interinstitutionele samenwerking op taalgebied te bevorderen,

de honoraria, sociale bijdragen, reiskosten en verblijfsvergoedingen van freelance tolken en andere niet-permanente tolken,

de uitgaven voor de werkzaamheden van onafhankelijke of ad interim werkzame vertalers, of voor typewerk en ander door de vertaaldienst aan derden uitbesteed werk.

1 4 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 650

39 000

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 65 en 65 bis, alsmede bijlage XI.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag slechts worden gebruikt na overschrijving naar andere artikelen of posten van dit hoofdstuk overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 6 —   ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 6 1   Uitgaven voor personeelsbeheer

1 6 1 0   Diverse uitgaven voor de aanwerving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

68 981

142 000

142 500,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor advertenties, de oproeping van kandidaten en de huur van de zalen en de machines voor rechtstreeks door de Rekenkamer te organiseren algemene vergelijkende onderzoeken en andere selectieprocedures, alsmede van de uitgaven in verband met de verplaatsing en de medische keuring van de kandidaten.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

1 6 1 2   Voortgezette beroepsopleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

873 417

1 030 000

864 857,36

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het organiseren van bijscholingscursussen, met inbegrip van talencursussen, en studiedagen op het gebied van controle en financieel beheer op interinstitutionele basis, alsmede van de kosten van deelneming aan soortgelijke activiteiten in de lidstaten.

Dit krediet dekt tevens een deel van de kosten van bijdragen aan bepaalde beroepsorganisaties waarvan het doel relevant is voor de werkzaamheden van de Rekenkamer.

Tevens dient het ter financiering van de aankoop van didactisch en technisch materieel dat bestemd is voor de opleiding van het personeel.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt geschat op 2 500 EUR.

1 6 2   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 651 917

3 450 000

2 851 259,79

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name bijlage VII, artikelen 11, 12 en 13.

Dit krediet dient ter dekking van vervoerskosten, inclusief de kosten die zijn verbonden aan het opmaken van reisbiljetten en het regelen van reserveringen, alsmede dienstreisvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen van het statutaire personeel van de Rekenkamer en die welke worden gemaakt in verband met nationale of internationale deskundigen of ambtenaren die zijn gedetacheerd bij de diensten van de Rekenkamer.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

1 6 3   Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 6 3 0   Sociale dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 216

25 000

2 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 76.

Dit krediet dient ter dekking van de hulp aan personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren.

Dit krediet is, in het kader van het gehandicaptenbeleid, tevens bestemd voor personen met een handicap die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Het dient ter dekking, binnen de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

1 6 3 2   Sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel en overige sociale voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

104 485

86 000

61 000,97

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de financiële steun voor initiatieven ter bevordering van de sociale betrekkingen tussen de personeelsleden van de verschillende nationaliteiten, onder meer in de vorm van subsidies aan personeelsverenigingen die zich bezighouden met activiteiten op cultureel of op sportgebied,

andere uitgaven en subsidies ten behoeve van de personeelsleden en hun gezinnen.

1 6 5   Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 6 5 0   Medische dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

184 625

277 000

174 188,24

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 59, alsmede bijlage II, artikel 8.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het jaarlijkse medische onderzoek van de ambtenaren, inclusief de kosten van de in het kader van dit onderzoek gevraagde laboratoriumonderzoeken en nadere medische onderzoeken.

1 6 5 2   Restaurants en kantines

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

62 894

62 000

69 505,93

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de exploitatiekosten van de restaurants en cafetaria's.

Dit krediet dient tevens ter dekking van de aanpassing en vernieuwing van het in het restaurant en de cafetaria's geplaatste materieel om dit in overeenstemming met de vigerende nationale hygiëne- en veiligheidsvoorschriften te brengen.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

1 6 5 4   Kinderdagverblijf

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 175 715

1 239 000

1 000 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het aandeel van de Rekenkamer voor het kinderdagverblijf en het studiecentrum in Luxemburg.

TITEL 2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, UITRUSTING EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Gebouwen

2 0 0 0

Huur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 942 000

3 884 000

3 506 442,56

2 0 0 1

Huurkoop

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 3

Verwerving van onroerende goederen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 000 000

11 000 000

55 000 000,—

2 0 0 5

Oprichting van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 7

Inrichting van dienstruimten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

165 000

165 000

281 674,56

2 0 0 8

Studies en technische bijstand bij bouwprojecten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

60 000

30 000

89 221,47

 

Totaal van artikel 2 0 0

11 167 000

15 079 000

58 877 338,59

2 0 2

Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2

Schoonmaken en onderhoud

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 433 000

1 153 000

1 219 000,—

2 0 2 4

Energieverbruik

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 012 000

1 012 000

1 022 000,—

2 0 2 6

Veiligheid van en toezicht op de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

852 000

1 121 000

1 166 361,65

2 0 2 8

Verzekeringen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

67 000

73 000

58 000,—

2 0 2 9

Overige uitgaven in verband met de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

80 000

80 000

82 000,—

 

Totaal van artikel 2 0 2

3 444 000

3 439 000

3 547 361,65

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

14 611 000

18 518 000

62 424 700,24

HOOFDSTUK 2 1

2 1 0

Materieel, exploitatiekosten en dienstverlening in verband met informatica en telecommunicatie

2 1 0 0

Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 179 282

2 164 333

1 987 101,13

2 1 0 2

Externe dienstverlening ten behoeve van het exploiteren, ontwikkelen en onderhouden van software en systemen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 695 000

3 538 000

3 627 302,29

2 1 0 3

Telecommunicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

626 000

663 000

644 999,99

 

Totaal van artikel 2 1 0

6 500 282

6 365 333

6 259 403,41

2 1 2

Meubilair

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

107 000

137 000

208 644,13

2 1 4

Technisch materieel en installaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

130 000

130 000

113 965,22

2 1 6

Vervoermiddelen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

579 000

610 000

525 322,07

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 1

7 316 282

7 242 333

7 107 334,83

HOOFDSTUK 2 3

2 3 0

Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

165 000

155 000

177 777,34

2 3 1

Financiële kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 000

20 000

15 125,—

2 3 2

Proceskosten en schadevergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 000

20 000

1 000,—

2 3 6

Portokosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

60 000

60 000

50 000,—

2 3 8

Overige huishoudelijke uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

157 000

149 000

145 402,61

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 3

422 000

404 000

389 304,95

HOOFDSTUK 2 5

2 5 2

Ontvangst- en representatiekosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

252 000

252 000

230 840,37

2 5 4

Vergaderingen, congressen en conferenties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

152 000

127 000

140 318,27

2 5 6

Kosten van voorlichting en deelneming aan openbare evenementen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

17 000

17 000

17 000,—

2 5 7

Gemeenschappelijke tolken- en conferentiedienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

472 000

472 000

482 000,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 5

893 000

868 000

870 158,64

HOOFDSTUK 2 7

2 7 0

Gespecialiseerde studies, enquêtes en adviezen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

491 000

585 000

462 615,28

2 7 2

Documentatie, bibliotheek en archivering

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

304 000

304 000

297 683,40

2 7 4

Productie en verspreiding

2 7 4 0

Publicatieblad

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

685 000

700 000

869 000,—

2 7 4 1

Publicaties van algemene aard

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

760 000

800 000

748 649,94

 

Totaal van artikel 2 7 4

1 445 000

1 500 000

1 617 649,94

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 7

2 240 000

2 389 000

2 377 948,62

 

Totaal van titel 2

25 482 282

29 421 333

73 169 447,28

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

HOOFDSTUK 2 1 —

INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

HOOFDSTUK 2 3 —

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 2 5 —

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

HOOFDSTUK 2 7 —

INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

Toelichting

Daar de dekking van de risico's van arbeidsconflicten en terroristische aanslagen waaraan de gebouwen van de Rekenkamer zijn blootgesteld, door de verzekeringsmaatschappijen is opgezegd, dienen deze risico's door de algemene begroting van de Europese Unie te worden gedekt. Dientengevolge dienen de kredieten van deze titel ter dekking van alle uitgaven als gevolg van het herstel van schade door arbeidsconflicten en terroristische aanslagen.

2 0 0   Gebouwen

2 0 0 0   Huur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 942 000

3 884 000

3 506 442,56

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huurkosten te Luxemburg en te Brussel.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt geschat op 7 000 EUR.

2 0 0 1   Huurkoop

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de door de instelling verschuldigde erfpacht en andere overeenkomstige kosten op grond van huurkoopcontracten.

2 0 0 3   Verwerving van onroerende goederen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 000 000

11 000 000

55 000 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering, in jaartranches, van de uitbreidingen van het gebouw van de Rekenkamer te Luxemburg-Kirchberg.

Dit krediet dient ter financiering van het K3-gebouwenproject van de Rekenkamer.

2 0 0 5   Oprichting van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post kan eventueel een krediet worden opgenomen ter dekking van de kosten voor de oprichting van gebouwen.

2 0 0 7   Inrichting van dienstruimten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

165 000

165 000

281 674,56

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van inrichtingswerkzaamheden, met name het aanbrengen van tussenschotten, gordijnen en leidingen, schilderwerk, behang, vloerbedekking, loze plafonds, alsmede de desbetreffende technische installaties,

de uitgaven voor werkzaamheden voortvloeiend uit studies en technische bijstand bij grootscheepse bouwprojecten.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 0 0 8   Studies en technische bijstand bij bouwprojecten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

60 000

30 000

89 221,47

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies en technische bijstand bij grootscheepse bouwprojecten.

2 0 2   Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2   Schoonmaken en onderhoud

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 433 000

1 153 000

1 219 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor de schoonmaak en het onderhoud van lokalen, liften, centrale verwarming, installaties voor airconditioning, de elektrische installaties en de daarin aan te brengen veranderingen, alsmede de reparaties,

de aankoop van onderhoudsproducten en benodigdheden en van producten voor wassen, bleken en stomen.

Voorafgaand aan de hernieuwing of de sluiting van contracten overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden (prijs, valuta, indexering, duur, andere clausules) met inachtneming van artikel 63 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 0 2 4   Energieverbruik

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 012 000

1 012 000

1 022 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van water, gas, elektriciteit en verwarming.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 0 2 6   Veiligheid van en toezicht op de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

852 000

1 121 000

1 166 361,65

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van diverse uitgaven betreffende de beveiliging van de gebouwen, met name het contract inzake de bewaking van de gebouwen, aankoop en onderhoud van brandbestrijdingsmateriaal en van de uitrusting van het vrijwillige veiligheidspersoneel enz.

Voorafgaand aan de hernieuwing of de sluiting van contracten overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden (prijs, valuta, indexering, duur, andere clausules) met inachtneming van artikel 63 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 0 2 8   Verzekeringen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

67 000

73 000

58 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de in de polissen voorziene verzekeringspremies voor de gebouwen die bij de instelling in gebruik zijn, inclusief de roerende goederen en kunstwerken.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 0 2 9   Overige uitgaven in verband met de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

80 000

80 000

82 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de overige lopende uitgaven in verband met de gebouwen waarin de andere artikelen van dit hoofdstuk niet specifiek voorzien, met name leidingen, vuilnisophaaldienst, reinigingslasten, bewegwijzering enz.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

HOOFDSTUK 2 1 —   INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

2 1 0   Materieel, exploitatiekosten en dienstverlening in verband met informatica en telecommunicatie

2 1 0 0   Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 179 282

2 164 333

1 987 101,13

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de hiernavolgende exploitatiekosten:

aankoop, huur en onderhoud van hardware en software, alsmede alle andere benodigdheden en documentatie,

computerbekabeling.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 1 0 2   Externe dienstverlening ten behoeve van het exploiteren, ontwikkelen en onderhouden van software en systemen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 695 000

3 538 000

3 627 302,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het externe personeel en voor de aan derden uitbestede werkzaamheden, alsmede de dienstprestaties „helpdesk”.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 1 0 3   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

626 000

663 000

644 999,99

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle kosten in verband met de telecommunicatie, zoals abonnementsgelden, telefoonlijnen, gebruikskosten van communicatiemiddelen, vergoedingen voor onderhoud, aanschaf, vernieuwing, reparatie en onderhoud van de telefooninstallaties en -uitrusting.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt geschat op 70 000 EUR.

2 1 2   Meubilair

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

107 000

137 000

208 644,13

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop of huur van extra meubilair, onderhoud of reparatie, alsmede de vervanging van meubilair dat verouderd of beschadigd is.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 1 4   Technisch materieel en installaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

130 000

130 000

113 965,22

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de aanschaf, vervanging, huur, onderhoud en reparatie van technisch materieel en kantoormaterieel.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 1 6   Vervoermiddelen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

579 000

610 000

525 322,07

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aanschaf of huur van vervoermiddelen met of zonder chauffeur (met inbegrip van taxi's), alsmede de kosten van de gebruikmaking hiervan.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

HOOFDSTUK 2 3 —   LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 3 0   Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

165 000

155 000

177 777,34

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor papier en kantoorbenodigdheden.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

2 3 1   Financiële kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000

20 000

15 125,00

2 3 2   Proceskosten en schadevergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000

20 000

1 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de proceskosten die de Rekenkamer eventueel moet dragen.

2 3 6   Portokosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

60 000

60 000

50 000,00

2 3 8   Overige huishoudelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

157 000

149 000

145 402,61

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van de bagageverzekeringen van personeel op dienstreis,

de kosten van aanschaf van de dienstkleding voor de bodes en chauffeurs en van de overige werkkleding,

de kosten van de tijdens de interne vergaderingen aangeboden verfrissingen en lichte maaltijden,

de kosten van verhuizingen en van ontvangst, opslag en plaatsing van materieel, meubilair en kantoorbenodigdheden,

de overige huishoudelijke uitgaven welke niet apart zijn opgenomen in de voorafgaande onderdelen, alsmede van de kosten in verband met materiaal voor onderhoud en reparaties,

de kleine uitgaven.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

HOOFDSTUK 2 5 —   VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

2 5 2   Ontvangst- en representatiekosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

252 000

252 000

230 840,37

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van verplichtingen van de Rekenkamer op het gebied van recepties en representatie.

2 5 4   Vergaderingen, congressen en conferenties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

152 000

127 000

140 318,27

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de reis- en verblijfkosten en de bijkomende kosten van de deskundigen die convocaties voor studie- en werkgroepen hebben ontvangen, alsmede van de nevenkosten voor het houden van deze vergaderingen, voor zover die niet zijn gedekt door de bestaande infrastructuur.

Ook dient het ter dekking van de diverse kosten van de organisatie van en deelneming aan conferenties, congressen en vergaderingen.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt geschat op 1 000 EUR.

2 5 6   Kosten van voorlichting en deelneming aan openbare evenementen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

17 000

17 000

17 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van studiedagen over de werkzaamheden van de Rekenkamer die worden georganiseerd voor docenten aan universiteiten, redacteuren van gespecialiseerde tijdschriften en andere deskundigen uit de lidstaten, die de Rekenkamer bezoeken. Ook dient dit krediet ter dekking van diverse uitgaven in verband met het voorlichtings- en communicatiebeleid van de Rekenkamer.

2 5 7   Gemeenschappelijke tolken- en conferentiedienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

472 000

472 000

482 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de betaling van de door de tolkendiensten van het Parlement en de Commissie verrichte diensten.

HOOFDSTUK 2 7 —   INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

2 7 0   Gespecialiseerde studies, enquêtes en adviezen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

491 000

585 000

462 615,28

Toelichting

Dit krediet dient voor de uitbesteding van studies door middel van contracten met gekwalificeerde deskundigen op het gebied van de controle, maar ook op administratief gebied.

In het kader van haar controles moet de Rekenkamer technische studies en analysen (van chemische, fysische en statistische aard) laten verrichten door externe deskundigen. Dit krediet omvat tevens de kosten voor de controle van de rekeningen van de Rekenkamer door een onafhankelijk accountantskantoor waarvan het verslag wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

2 7 2   Documentatie, bibliotheek en archivering

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

304 000

304 000

297 683,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aankoop van boeken, documenten en andere niet-periodieke publicaties alsmede van supplementen op de aanwezige werken,

speciale bibliotheekuitrusting,

de kosten van abonnementen op dagbladen, tijdschriften en diverse publicaties,

de kosten van abonnementen op persbureaus of externe informatieve databanken,

de kosten van het gebruik van sommige externe databanken,

de kosten van het inbinden en onderhouden van het bibliotheekbezit,

de kosten van het verwerken van archiefbestanden en de verwerving van vervangende archiefbestanden.

2 7 4   Productie en verspreiding

2 7 4 0   Publicatieblad

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

685 000

700 000

869 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de publicaties van de Rekenkamer in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt geschat op 70 000 EUR.

2 7 4 1   Publicaties van algemene aard

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

760 000

800 000

748 649,94

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van publicatie en verspreiding van de verslagen en adviezen die de Rekenkamer krachtens artikel 287, lid 4, tweede alinea, en artikel 325, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie heeft vastgesteld;

de uitgaven in verband met de communicatie betreffende de algemene controlewerkzaamheden en de activiteiten van de Rekenkamer (met name internetsite, audiovisueel materieel, documentatie), met inbegrip van de uitgaven betreffende de betrekkingen met de pers en andere belanghebbenden.

Het overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement aangewezen bedrag wordt p.m. aangegeven.

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

p.m.

13 900

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

p.m.

13 900

0,—

 

HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

13 900

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

144 330 944

147 945 731

173 355 623,45

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

13 900

0,—

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

PERSONEEL

Afdeling V — Rekenkamer

Functiegroep en rang

Rekenkamer

Vaste ambten

Tijdelijke ambten (75)

2011

2010

2011

2010

Niet-ingedeeld

 

 

1

1

AD 16

 

 

 

 

AD 15

9

9

 

 

AD 14

33 (76)

33 (77)

29

29

AD 13

16

16

2

2

AD 12

69 (78)

69 (79)

5

5

AD 11

39

39

31

31

AD 10

35

35

1

1

AD 9

99 (80)

96

 

 

AD 8

52

52

 

 

AD 7

22 (81)

17

 

 

AD 6

101

101

 

 

AD 5

53 (82)

52

 

 

Totaal AD

528

519

69

69

AST 11

9 (83)

11

 

 

AST 10

7

7

 

 

AST 9

3

3

 

 

AST 8

13 (84)

14

 

 

AST 7

29 (85)

31

28

28

AST 6

29 (86)

32

 

 

AST 5

31 (87)  (88)

33

 

 

AST 4

26

26

28

28

AST 3

38

38

5

5

AST 2

18

18

5 (89)

6

AST 1

21

21

 

 

Totaal AST

224

234

66

67

Totaal-generaal

752  (90)

753  (91)

135

136

AFDELING VI

EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van het Europees Economisch en Sociaal Comité voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

128 573 837

Eigen inkomsten

–11 421 645

Te ontvangen bijdrage

117 152 192

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

4 436 469

4 262 590

4 088 715,—

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

947 174

830 195

587 749,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

5 383 643

5 092 785

4 676 464,—

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

5 974 002

5 251 629

5 349 248,—

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

p.m.

p.m.

2 590 563,—

4 1 2

Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

5 974 002

5 251 629

7 939 811,—

 

Totaal van titel 4

11 357 645

10 344 414

12 616 275,—

HOOFDSTUK 4 0 —

DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

4 436 469

4 262 590

4 088 715,00

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

947 174

830 195

587 749,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

5 974 002

5 251 629

5 349 248,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

2 590 563,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 4, artikel 11, leden 2 en 3, en artikel 48 van bijlage VIII.

4 1 2   Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

TITEL 5

ADMINISTRATIEVE ONTVANGSTEN VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Verkoop van roerende goederen (benodigdheden)

5 0 0 0

Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

6 500,—

5 0 0 1

Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

2 300,—

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

p.m.

8 800,—

5 0 2

Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

71 959,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

p.m.

80 759,—

HOOFDSTUK 5 1

5 1 0

Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 1 1

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

980 000,—

5 1 1 1

Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 1 1

p.m.

p.m.

980 000,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

p.m.

980 000,—

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten over de rekeningen van de instelling

64 000

64 000

300 233,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

64 000

64 000

300 233,—

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 829 611,—

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

p.m.

1 829 611,—

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

150 055,—

5 7 1

Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instellingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

474 137,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

p.m.

624 192,—

HOOFDSTUK 5 8

5 8 0

Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 8 1

Ontvangsten afkomstig van verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

31 382,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

p.m.

31 382,—

HOOFDSTUK 5 9

5 9 0

Andere ontvangsten die voortvloeien uit de administratieve werking

p.m.

p.m.

41 278,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 9

p.m.

p.m.

41 278,—

 

Totaal van titel 5

64 000

64 000

3 887 455,—

HOOFDSTUK 5 0 —

VERKOOP VAN ROERENDE (BENODIGDHEDEN) EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGST

HOOFDSTUK 5 2 —

OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 9 —

ANDERE ONTVANGSTEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING

HOOFDSTUK 5 0 —   VERKOOP VAN ROERENDE (BENODIGDHEDEN) EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Verkoop van roerende goederen (benodigdheden)

5 0 0 0   Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

6 500,00

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van de vervoermiddelen van de instelling.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 1   Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

2 300,00

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van andere roerende goederen van de instelling dan vervoermiddelen.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 2   Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

71 959,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGST

5 1 0   Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

980 000,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1 1   Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 2 —   OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

5 2 0   Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten over de rekeningen van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

64 000

64 000

300 233,00

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

5 5 0   Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 829 611,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

5 7 0   Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

150 055,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 1   Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instellingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

474 137,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 0   Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 8 1   Ontvangsten afkomstig van verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

31 382,00

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 9 —   ANDERE ONTVANGSTEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING

5 9 0   Andere ontvangsten die voortvloeien uit de administratieve werking

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

41 278,00

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

 

HOOFDSTUK 9 0

p.m.

p.m.

20 198,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

p.m.

p.m.

20 198,—

 

Totaal van titel 9

p.m.

p.m.

20 198,—

 

TOTAAL-GENERAAL

11 421 645

10 408 414

16 523 928,—

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

20 198,00

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING EN AFGEVAARDIGDEN

18 911 770

17 560 559

16 573 021,—

1 2

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

64 896 874

62 334 426

59 195 690,—

1 4

ANDER PERSONEEL EN WERK DOOR DERDEN

4 448 680

4 283 767

4 047 960,—

Reserves (10 0)

 

20 000

 

 

4 448 680

4 303 767

4 047 960,—

1 6

ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 941 087

1 941 087

1 764 830,—

 

Totaal van titel 1

90 198 411

86 119 839

81 581 501,—

Reserves (10 0)

 

20 000

 

 

90 198 411

86 139 839

81 581 501,—

2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, UITRUSTING EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 0

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

19 291 278

19 224 403

18 411 329,—

2 1

INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

6 347 937

5 162 034

4 907 484,—

2 3

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

533 786

711 715

514 450,—

2 5

OPERATIONELE UITGAVEN

9 913 412

9 646 745

9 034 703,—

2 6

COMMUNICATIE, PUBLICATIES EN AANSCHAF VAN DOCUMENTATIE

2 289 013

2 289 013

2 243 368,—

 

Totaal van titel 2

38 375 426

37 033 910

35 111 334,—

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

p.m.

20 000

0,—

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

p.m.

p.m.

0,—

10 2

RESERVE VOOR DE OVERNAME VAN GEBOUWEN

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

20 000

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

128 573 837

123 173 749

116 692 835,—

TITEL 1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 0

1 0 0

Salarissen, vergoedingen en toelagen

1 0 0 0

Salarissen, vergoedingen en toelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

104 000

104 000

70 400,—

1 0 0 4

Reis- en verblijfkosten voor vergaderingen, convocaties en bijkomende kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

18 292 130

16 950 000

15 980 000,—

1 0 0 8

Reis- en verblijfkosten voor vergaderingen en convocaties en bijkomende kosten van de afgevaardigden van de Adviescommissie industriële reconversie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

463 120

454 039

489 700,—

 

Totaal van artikel 1 0 0

18 859 250

17 508 039

16 540 100,—

1 0 5

Bijscholing, talencursussen en overige opleidingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

52 520

52 520

32 921,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 0

18 911 770

17 560 559

16 573 021,—

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Salaris en andere rechten

1 2 0 0

Salaris en toelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

63 188 510

60 464 048

58 235 455,—

1 2 0 2

Betaalde overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

40 000

55 000

28 505,—

1 2 0 4

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 037 000

856 500

734 888,—

 

Totaal van artikel 1 2 0

64 265 510

61 375 548

58 998 848,—

1 2 2

Vergoedingen bij vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0

Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

202 000

190 000

196 842,—

1 2 2 2

Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 1 2 2

202 000

190 000

196 842,—

1 2 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

429 364

768 878

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

64 896 874

62 334 426

59 195 690,—

HOOFDSTUK 1 4

1 4 0

Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0

Andere personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 182 011

2 077 098

2 119 728,—

1 4 0 4

Stages, subsidies en uitwisseling van ambtenaren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

953 213

953 213

772 774,—

1 4 0 8

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

70 000

70 000

81 458,—

 

Totaal van artikel 1 4 0

3 205 224

3 100 311

2 973 960,—

1 4 2

Werk door derden

1 4 2 0

Werk door derden voor de vertaaldienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

440 000

380 000

354 000,—

Reserves (10 0)

 

20 000

 

 

440 000

400 000

354 000,—

1 4 2 2

Diensten van deskundigen ten behoeve van de advieswerkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

734 000

734 000

720 000,—

1 4 2 4

Interinstitutionele samenwerking en dienstverlening door derden op het gebied van personeelsbeheer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

30 702

30 702

0,—

 

Totaal van artikel 1 4 2

1 204 702

1 144 702

1 074 000,—

Reserves (10 0)

 

20 000

 

 

1 204 702

1 164 702

1 074 000,—

1 4 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

38 754

38 754

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 4

4 448 680

4 283 767

4 047 960,—

Reserves (10 0)

 

20 000

 

 

4 448 680

4 303 767

4 047 960,—

HOOFDSTUK 1 6

1 6 1

Uitgaven in verband met personeelsbeheer

1 6 1 0

Uitgaven in verband met aanwerving

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

60 000

71 417

54 914,—

1 6 1 2

Voortgezette beroepsopleiding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

505 752

499 335

575 383,—

 

Totaal van artikel 1 6 1

565 752

570 752

630 297,—

1 6 2

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

521 335

521 335

467 000,—

1 6 3

Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 6 3 0

Sociale dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

41 500

21 500

63 500,—

1 6 3 2

Sociale betrekkingen en andere maatregelen op sociaal gebied

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

197 500

197 500

101 714,—

1 6 3 4

Medische dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

85 000

80 000

63 500,—

1 6 3 6

Restaurants en kantines

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 6 3 8

Kinderdagverblijf en crèches waarmee een tariefovereenkomst is gesloten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

530 000

550 000

438 819,—

 

Totaal van artikel 1 6 3

854 000

849 000

667 533,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 6

1 941 087

1 941 087

1 764 830,—

 

Totaal van titel 1

90 198 411

86 119 839

81 581 501,—

Reserves (10 0)

 

20 000

 

 

90 198 411

86 139 839

81 581 501,—

HOOFDSTUK 1 0 —

LEDEN VAN DE INSTELLING EN AFGEVAARDIGDEN

HOOFDSTUK 1 2 —

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK 1 4 —

ANDER PERSONEEL EN WERK DOOR DERDEN

HOOFDSTUK 1 6 —

ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

HOOFDSTUK 1 0 —   LEDEN VAN DE INSTELLING EN AFGEVAARDIGDEN

1 0 0   Salarissen, vergoedingen en toelagen

1 0 0 0   Salarissen, vergoedingen en toelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

104 000

104 000

70 400,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de salarissen, vergoedingen en toelagen van de leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité, met inbegrip van de premie voor de ziektekosten- en de ongevallenverzekering en de specifieke bijstand ten behoeve van gehandicapte leden.

1 0 0 4   Reis- en verblijfkosten voor vergaderingen, convocaties en bijkomende kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

18 292 130

16 950 000

15 980 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aan de leden en plaatsvervangers van het Europees Economisch en Sociaal Comité uit hoofde van de vigerende regeling inzake de vergoeding voor reiskosten, de betaling van presentiegelden en de reisvergoeding te betalen vergoedingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

1 0 0 8   Reis- en verblijfkosten voor vergaderingen en convocaties en bijkomende kosten van de afgevaardigden van de Adviescommissie industriële reconversie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

463 120

454 039

489 700,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aan de afgevaardigden van de Adviescommissie industriële reconversie (Consultative Commission on Industrial Change — CCMI) en hun plaatsvervangers uit hoofde van de vigerende regeling inzake de vergoeding voor reiskosten, de betaling van presentiegelden en de reisvergoeding te betalen vergoedingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 0 5   Bijscholing, talencursussen en overige opleidingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

52 520

52 520

32 921,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een gedeelte van de inschrijvingskosten voor talencursussen of andere studiebijeenkomsten voor voortgezette beroepsopleiding voor de leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité en de afgevaardigden van de Adviescommissie industriële reconversie (CCMI).

HOOFDSTUK 1 2 —   AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

1 2 0   Salaris en andere rechten

Toelichting

De berekening voor de vaststelling van de kredieten van dit artikel werd vastgesteld op basis van de bepalingen van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 2 0 0   Salaris en toelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

63 188 510

60 464 048

58 235 455,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient vooral ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen,

de ziekte-, ongevallen- en beroepsziektekostenverzekering en andere sociale lasten,

de bijdrage van de instelling aan de gemeenschappelijke regeling voor de ziektekostenverzekering,

de forfaitaire vergoedingen voor overuren,

de overige toelagen en vergoedingen, met inbegrip van de toelagen voor ouderschapsverlof of zorgverlof,

de betaling van de jaarlijkse reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst,

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt,

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen,

de ontslagvergoeding voor ambtenaren op proef in geval van duidelijke onbekwaamheid,

de vergoeding in geval van beëindiging door de instelling van het contract met een tijdelijk personeelslid.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 2 0 2   Betaalde overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 000

55 000

28 505,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56, alsmede bijlage VI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient voor het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in de bovenstaande bepalingen.

1 2 0 4   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 037 000

856 500

734 888,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats,

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 2 2   Vergoedingen bij vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0   Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

202 000

190 000

196 842,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41 en 50, alsmede bijlage IV.

Dit krediet dient ter dekking van de toelagen ten behoeve van de ambtenaren:

die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling,

die een ambt bekleden in rang AD 16 of AD 15 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

Het dient ook ter dekking van de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op deze vergoedingen.

1 2 2 2   Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Dit krediet dient ter dekking van:

de vergoedingen die als toepassing van de hierboven genoemde bepalingen moeten worden betaald,

de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering van de begunstigden van deze vergoedingen,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten die op de diverse vergoedingen van toepassing zijn.

1 2 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

429 364

768 878

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 65, alsmede bijlage XI.

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen, waartoe de Raad tijdens het begrotingsjaar besluit.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 4 —   ANDER PERSONEEL EN WERK DOOR DERDEN

1 4 0   Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0   Andere personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 182 011

2 077 098

2 119 728,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient hoofdzakelijk ter dekking van:

de bezoldiging van de andere personeelsleden, waaronder hulpfunctionarissen, contractuele functionarissen, plaatselijke functionarissen en bijzondere adviseurs (in de zin van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de vergoedingen van deze personeelsleden of op de vergoeding bij beëindiging van het contract,

de honoraria van medisch en paramedisch personeel, betaald volgens de regeling inzake verleende diensten, alsmede, in bijzondere gevallen, de aanstelling van tijdelijke uitzendkrachten,

de bezoldiging of de honoraria van conferentie- en multimediapersoneel op de diensten waarvan bij een te hoge werkdruk of in bijzondere gevallen een beroep wordt gedaan,

de forfaitaire vergoedingen voor overuren,

de uitbetaling van overuren overeenkomstig artikel 56 en bijlage VI van het statuut,

de overige toelagen en vergoedingen, met inbegrip van de toelagen voor ouderschapsverlof of zorgverlof,

de vergoeding in geval van beëindiging door de instelling van het contract met een personeelslid.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 4 0 4   Stages, subsidies en uitwisseling van ambtenaren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

953 213

953 213

772 774,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de vergoedingen en reiskosten en kosten van dienstreizen voor stagiair(e)s, alsmede van een ongevallen- en ziekteverzekering tijdens de stage,

de uitgaven die voortvloeien uit het wederzijds ter beschikking stellen van personeel door het Europees Economisch en Sociaal Comité en de openbare sector in de lidstaten of in andere landen die specifiek in de regeling worden genoemd,

de beperkte bijdrage tot uitvoering van onderzoeksprojecten op het terrein van voor de Europese integratie van bijzonder belang zijnde werkzaamheden van het Europees Economisch en Sociaal Comité,

de kosten van programma’s voor de vorming van de jeugd in een Europese geest.

1 4 0 8   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

70 000

70 000

81 458,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van personeelsleden (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats,

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor personeelsleden die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan personeelsleden die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen,

het verschil tussen de bijdragen van de andere personeelsleden aan een pensioenstelsel van een lidstaat en die welke zij aan het uniale stelsel moeten afdragen in geval van rekwalificatie van een contract.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 4 2   Werk door derden

1 4 2 0   Werk door derden voor de vertaaldienst

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 4 2 0

440 000

380 000

354 000,00

Reserves (10 0)

 

20 000

 

Totaal

440 000

400 000

354 000,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de werkzaamheden van onafhankelijke of ad interim werkzame vertalers, voor typewerk of voor ander door de vertaaldienst aan derden uitbesteed werk. Het Europees Economisch en Sociaal Comité maakt stelselmatig gebruik van freelance vertalers die voorkomen op de lijsten die naar aanleiding van interinstitutionele aanbestedingen zijn opgesteld.

De werkzaamheden die eventueel zullen worden gevraagd aan het Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie, komen ook ten laste van deze post evenals alle activiteiten in het kader van de interinstitutionele linguïstische samenwerking.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 4 2 2   Diensten van deskundigen ten behoeve van de advieswerkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

734 000

734 000

720 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de betalingen aan de deskundigen van het Europees Economisch en Sociaal Comité overeenkomstig de vigerende regeling inzake de vergoeding van reiskosten, de betaling van presentiegelden en de reisvergoeding.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 4 2 4   Interinstitutionele samenwerking en dienstverlening door derden op het gebied van personeelsbeheer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

30 702

30 702

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle activiteiten die verband houden met interinstitutionele samenwerking op het gebied van personeelsbeheer.

Dit krediet dient tevens ter dekking van alle dienstverlening door derden op het gebied van personeelsbeheer.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement, wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 4 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

38 754

38 754

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 65, alsmede bijlage XI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad tijdens het begrotingsjaar besluit.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 6 —   ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 6 1   Uitgaven in verband met personeelsbeheer

1 6 1 0   Uitgaven in verband met aanwerving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

60 000

71 417

54 914,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en 33, alsmede bijlage III.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53) en Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor het organiseren van de in artikel 3 van Besluit 2002/621/EG bedoelde vergelijkende onderzoeken, alsmede de reis- en verblijfkosten van de kandidaten voor aanwervingsgesprekken en medische onderzoeken in verband met aanwerving,

de kosten van de organisatie van procedures voor de aanwerving van tijdelijke functionarissen, contractuele functionarissen en plaatselijke functionarissen.

Indien voldoende gemotiveerd op grond van de operationele behoeften en na overleg met het Europees Bureau voor personeelsselectie kan dit krediet worden aangewend voor de organisatie van vergelijkende onderzoeken door de instelling zelf.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 6 1 2   Voortgezette beroepsopleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

505 752

499 335

575 383,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor het organiseren van bij- en nascholingscursussen, met inbegrip van talencursussen op interinstitutionele basis; tevens kan het voor een deel, in naar behoren gemotiveerde gevallen, gebruikt worden ter dekking van de organisatie van cursussen binnen de instelling,

de kosten voor de aankoop of het vervaardigen van leermiddelen, alsook voor specifieke studies van deskundigen met het oog op het ontwerpen en uitvoeren van opleidingsprogramma’s,

de kosten van beroepsopleidingscursussen die bewustwording van vraagstukken met betrekking tot gehandicapten bevorderen en van opleidingsacties in het kader van de gelijke kansen en loopbaanadvies, in het bijzonder de vaststelling van een kennis- en vaardighedenprofiel,

de kosten van dienstreizen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 6 2   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

521 335

521 335

467 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 71, alsmede bijlage VII, artikelen 11, 12 en 13.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor vervoerskosten, de betaling van dagvergoedingen tijdens dienstreizen, alsmede voor bijkomende of uitzonderlijke kosten tijdens dienstreizen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

1 6 3   Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 6 3 0   Sociale dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

41 500

21 500

63 500,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 9, lid 3, derde alinea, en artikel 76.

Dit krediet dient:

in het kader van een interinstitutioneel gehandicaptenbeleid, als bijstand voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie,

voor de terugbetaling van de op grond van de handicap gemaakte, als noodzakelijk erkende, naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die niet door de Gemeenschappelijke Regeling voor de ziektekostenverzekering worden vergoed, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend,

de kosten voor bijstand aan ambtenaren en andere personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren,

de verstrekking van een subsidie voor het Personeelscomité en kleinere uitgaven van sociale aard.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 6 3 2   Sociale betrekkingen en andere maatregelen op sociaal gebied

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

197 500

197 500

101 714,00

Toelichting

Dit krediet dient ter aanmoediging en financiële ondersteuning van initiatieven ter bevordering van sociale contacten tussen personeelsleden van verschillende nationaliteiten, zoals subsidies voor sportclubs en culturele verenigingen van het personeel, alsmede voor een bijdrage in de kosten van een permanent centrum voor vrijetijdsbesteding (culturele en sportactiviteiten, ontspanning, restaurant).

Het dekt tevens de financiële bijdrage van het Europees Economisch en Sociaal Comité voor de ondersteuning van de sociale, sport-, pedagogische en culturele activiteiten van het Europees Interinstitutioneel Centrum te Overijse.

Dit krediet dient daarnaast ter dekking van bijstand ten behoeve van personeelsleden, die niet aan de overige artikelen van dit hoofdstuk moeten worden toegerekend (gezinshulp, enz.).

1 6 3 4   Medische dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

85 000

80 000

63 500,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 59, alsmede bijlage II, artikel 8.

Dit krediet dient ter dekking van de operationele kosten van de medische antennes, met inbegrip van de aanschaf van materieel en geneesmiddelen, de kosten van preventief medisch onderzoek, de huishoudelijke uitgaven van het invaliditeitscomité, alsmede van de diensten van externe specialisten die door de raadgevend geneesheren noodzakelijk worden geacht.

Tevens dient het ter dekking van de aanschaf van bepaalde werkmiddelen die vanuit medisch oogpunt noodzakelijk worden geacht.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 EUR.

1 6 3 6   Restaurants en kantines

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de exploitatiekosten van het restaurant.

1 6 3 8   Kinderdagverblijf en crèches waarmee een tariefovereenkomst is gesloten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

530 000

550 000

438 819,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het aandeel van het Europees Economisch en Sociaal Comité in de uitgaven voor het kinderopvangcentrum van de Unie en andere kinderdagverblijven en naschoolse kinderopvangcentra.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement, afkomstig van ouderbijdragen, wordt geraamd op 10 000 EUR.

TITEL 2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, UITRUSTING EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Gebouwen

2 0 0 0

Huur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 076 000

2 050 000

1 960 130,—

2 0 0 1

Erfpachtcanons en soortgelijke uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

10 990 603

10 978 298

10 843 065,—

2 0 0 3

Aankoop van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 5

Constructie van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 7

Inrichting van dienstruimten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

322 457

238 809

192 630,—

2 0 0 8

Overige uitgaven in verband met gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

57 163

35 967

31 806,—

2 0 0 9

Voorziening met het oog op investeringen in onroerende goederen door de instelling

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 2 0 0

13 446 223

13 303 074

13 027 631,—

2 0 2

Overige uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2

Schoonmaken en onderhoud

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 532 670

2 657 269

2 423 667,—

2 0 2 4

Energieverbruik

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 077 996

1 077 627

1 063 737,—

2 0 2 6

Veiligheid en toezicht

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 093 295

2 055 503

1 772 552,—

2 0 2 8

Verzekeringen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

141 094

130 930

123 742,—

 

Totaal van artikel 2 0 2

5 845 055

5 921 329

5 383 698,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

19 291 278

19 224 403

18 411 329,—

HOOFDSTUK 2 1

2 1 0

Uitrusting, exploitatiekosten en dienstverlening op het gebied van informatie- en communicatietechnologie

2 1 0 0

Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software, en daarmee verband houdende werkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 584 210

1 204 774

1 324 471,—

2 1 0 2

Externe dienstverlening ten behoeve van het exploiteren, ontwikkelen en onderhouden van softwaresystemen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 905 815

2 039 583

1 877 444,—

2 1 0 3

Telecommunicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 532 047

754 319

585 228,—

 

Totaal van artikel 2 1 0

5 022 072

3 998 676

3 787 143,—

2 1 2

Meubilair

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

213 269

182 590

196 665,—

2 1 4

Technisch materieel en technische installaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 002 196

870 368

845 271,—

2 1 6

Vervoermiddelen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

110 400

110 400

78 405,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 1

6 347 937

5 162 034

4 907 484,—

HOOFDSTUK 2 3

2 3 0

Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

231 398

314 438

251 437,—

2 3 1

Financiële lasten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 000

20 000

17 000,—

2 3 2

Proceskosten en schadevergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

40 000

40 000

27 106,—

2 3 6

Porto- en vrachtkosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

130 000

200 000

114 234,—

2 3 8

Overige huishoudelijke uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

127 388

137 277

104 673,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 3

533 786

711 715

514 450,—

HOOFDSTUK 2 5

2 5 4

Vergaderingen, conferenties, congressen, seminars en overige bijeenkomsten

2 5 4 0

Diverse kosten voor interne vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

215 000

215 000

264 320,—

2 5 4 2

Diverse kosten in verband met de organisatie van en deelname aan conferenties, congressen en vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

587 745

587 745

521 951,—

2 5 4 4

Kosten in verband met de organisatie van de werkzaamheden van de Adviescommissie industriële reconversie (CCMI)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

105 000

105 000

45 833,—

2 5 4 6

Kosten in verband met de verplichtingen van de instelling inzake ontvangst en representatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

139 000

139 000

75 000,—

2 5 4 8

Conferentietolken

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 866 667

8 600 000

8 127 599,—

 

Totaal van artikel 2 5 4

9 913 412

9 646 745

9 034 703,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 5

9 913 412

9 646 745

9 034 703,—

HOOFDSTUK 2 6

2 6 0

Communicatie, voorlichting en publicaties

2 6 0 0

Communicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

825 000

875 000

866 463,—

2 6 0 2

Publicaties en bevordering daarvan

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

563 000

513 000

407 196,—

2 6 0 4

Publicatieblad

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

500 000

500 000

570 000,—

 

Totaal van artikel 2 6 0

1 888 000

1 888 000

1 843 659,—

2 6 2

Aanschaf van voorlichtingsmateriaal, documentatie en archivering

2 6 2 0

Studies, onderzoek en hoorzittingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

175 000

175 000

165 555,—

2 6 2 2

Documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

182 357

182 357

194 186,—

2 6 2 4

Archivering en aanverwante werkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

43 656

43 656

39 968,—

 

Totaal van artikel 2 6 2

401 013

401 013

399 709,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 6

2 289 013

2 289 013

2 243 368,—

 

Totaal van titel 2

38 375 426

37 033 910

35 111 334,—

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

HOOFDSTUK 2 1 —

INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

HOOFDSTUK 2 3 —

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 2 5 —

OPERATIONELE UITGAVEN

HOOFDSTUK 2 6 —

COMMUNICATIE, PUBLICATIES EN AANSCHAF VAN DOCUMENTATIE

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 60.

Wanneer het krediet dient ter dekking van uitgaven voor de aanschaf van of de sluiting van een contract tot levering van materieel of verrichten van diensten, overlegt het Europees Economisch en Sociaal Comité met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden.

2 0 0   Gebouwen

2 0 0 0   Huur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 076 000

2 050 000

1 960 130,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huurkosten voor de gebouwen, alsmede de huur van zalen voor vergaderingen die niet plaatshebben in de gebouwen die permanent worden bezet.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 0 0 1   Erfpachtcanons en soortgelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 990 603

10 978 298

10 843 065,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van erfpachtcanons en soortgelijke uitgaven van het Europees Economisch en Sociaal Comité die uit hoofde van huurkoopovereenkomsten verschuldigd zijn.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 0 0 3   Aankoop van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop van onroerende goederen. De subsidies voor de grondstukken en het bouwrijp maken ervan worden behandeld overeenkomstig het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 0 0 5   Constructie van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post kan eventueel een krediet worden opgenomen ter dekking van de kosten voor de constructie van gebouwen.

2 0 0 7   Inrichting van dienstruimten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

322 457

238 809

192 630,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden, met inbegrip van specifieke werkzaamheden zoals de aanleg van kabels, beveiligingswerkzaamheden, werkzaamheden voor het restaurant, enz., evenals van de overige uitgaven in het kader van deze inrichtingswerkzaamheden, waaronder de kosten van architecten of ingenieurs.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 0 0 8   Overige uitgaven in verband met gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

57 163

35 967

31 806,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de overige lopende uitgaven waarin door de overige artikelen van dit hoofdstuk niet speciaal is voorzien, met name de technische of architecturale bijstand bij studies en de voorbereiding en de follow-up van onderhoud of andere werken in de gebouwen,

de uitgaven voor aanpassingen van de gebouwen van het Europees Economisch en Sociaal Comité om deze toegankelijk te maken voor gehandicapte personeelsleden en bezoekers, zoals aangegeven in de reeds goedgekeurde audit inzake toegankelijkheid voor gehandicapten,

de belastingen ter vergoeding van de openbarenutsvoorzieningen.

2 0 0 9   Voorziening met het oog op investeringen in onroerende goederen door de instelling

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor eventuele investeringen in onroerend goed door de instelling.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

2 0 2   Overige uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2   Schoonmaken en onderhoud

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 532 670

2 657 269

2 423 667,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de schoonmaak en het onderhoud van de kantoren, liften, verwarming, airconditioning en branddeuren, alsmede van de kosten van ongediertebestrijding, schilderwerk, reparaties en vormgeving van de gebouwen en terreinen, met inbegrip van de kosten van studies, onderzoek, vergunningen, naleving van de Eco-Management and Audit Scheme (EMAS)-norm, enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

2 0 2 4   Energieverbruik

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 077 996

1 077 627

1 063 737,00

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de kosten van het gebruik van water, gas, elektriciteit en verwarming.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 0 2 6   Veiligheid en toezicht

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 093 295

2 055 503

1 772 552,00

Toelichting

Dit krediet dient voornamelijk ter dekking van de kosten van de beveiliging van en het toezicht op de gebouwen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 0 2 8   Verzekeringen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

141 094

130 930

123 742,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van verzekeringspremies.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

HOOFDSTUK 2 1 —   INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

Toelichting

Wanneer het krediet dient ter dekking van uitgaven voor de aanschaf van of de sluiting van een contract tot levering van materieel of verrichten van diensten, overlegt het Europees Economisch en Sociaal Comité met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden.

2 1 0   Uitrusting, exploitatiekosten en dienstverlening op het gebied van informatie- en communicatietechnologie

2 1 0 0   Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software, en daarmee verband houdende werkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 584 210

1 204 774

1 324 471,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aankoop, de huur en het onderhoud van de hardware en software van de instelling en de daarmee verband houdende werkzaamheden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 1 0 2   Externe dienstverlening ten behoeve van het exploiteren, ontwikkelen en onderhouden van softwaresystemen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 905 815

2 039 583

1 877 444,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van dienstverlening door informatica-advies- en servicebureaus in verband met de exploitatie van het informaticacentrum en het netwerk, de ontwikkeling en het onderhoud van toepassingen, de ondersteuning van de gebruikers, met inbegrip van de leden, het uitvoeren van studies en het opstellen en invoeren van technische documentatie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 1 0 3   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 532 047

754 319

585 228,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van abonnementen en de kosten van communicatie per kabel of via de ether (vaste en mobiele telefonie, televisie), alsook ter dekking van de uitgaven in verband met netwerken voor de transmissie van gegevens en diensten op het gebied van de telematica. Het dekt tevens de medefinanciering van de door de leden en afgevaardigden ter beschikking gestelde hulpmiddelen voor het elektronisch ontvangen van de documenten van het Europees Economisch en Sociaal Comité.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 1 2   Meubilair

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

213 269

182 590

196 665,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van meubilair, met name de aankoop van ergonomisch kantoormeubilair en de vervanging van verouderd meubilair en meubilair dat niet langer wordt gebruikt, alsmede van kantoormachines.

Voor kunstwerken dient dit krediet ter dekking van de uitgaven voor zowel de aanschaf van specifiek materiaal als de daarmee samenhangende lopende uitgaven, zoals die voor het inlijsten, restaureren en schoonmaken, voor verzekeringen en voor los vervoer.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

2 1 4   Technisch materieel en technische installaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 002 196

870 368

845 271,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van technisch materieel en technische installaties, met name:

diverse vaste en mobiele technisch materieel en technische installaties in verband met drukkerij, archief, veiligheid, restauratie, gebouwen, enz.,

apparatuur, met name voor printshop, archief, telefoondienst, kantines, inkoopcentrales, veiligheid, technische dienst voor conferenties, de audiovisuele sector, enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 35 000 EUR.

2 1 6   Vervoermiddelen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

110 400

110 400

78 405,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop, het onderhoud, het gebruik en de reparatie van vervoermiddelen (wagenpark en fietsen) en van de huur van auto's, taxi's, bussen en vrachtwagens, met of zonder chauffeur, met inbegrip van de bijbehorende verzekeringen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 4 000 EUR.

HOOFDSTUK 2 3 —   LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 3 0   Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

231 398

314 438

251 437,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de aankoop van papier, enveloppen en kantoorbenodigdheden, de producten voor druk- en reproductiewerk, alsook uitbesteding van drukwerk.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

2 3 1   Financiële lasten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 000

20 000

17 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bankkosten (commissies, agio's en diverse kosten) en de andere financiële kosten, met inbegrip van de bijkomende kosten voor de financiering van de gebouwen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

2 3 2   Proceskosten en schadevergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 000

40 000

27 106,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

alle eventuele kosten indien het Europees Economisch en Sociaal Comité voor een rechtbank van de Unie of nationale rechtbank moet verschijnen of een zaak bij zo'n rechtbank aanhangig maakt, de kosten van juridische diensten, de aankoop van juridische hulpmiddelen en boekwerken en andere kosten van juridische, contentieuze of precontentieuze aard in verband met zaken waarbij de Juridische dienst is betrokken,

de uitgaven in verband met schadevergoedingen, alsook eventuele daarmee verband houdende schulden zoals vermeld in artikel 8, lid 3, van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 3 6   Porto- en vrachtkosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

130 000

200 000

114 234,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor porto en voor verwerking en versturing door post- en private koeriersdiensten.

2 3 8   Overige huishoudelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

127 388

137 277

104 673,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

verzekeringen die niet expliciet onder andere posten worden genoemd,

de uitgaven voor aankoop en onderhoud van uniformen voor bodes, chauffeurs en verhuizers, de medische dienst en diverse technische diensten,

alle verhuiskosten, de opslagkosten en de door verhuisbedrijven of opslagdiensten op uitzendbasis in rekening gebrachte kosten,

diverse huishoudelijke uitgaven, zoals de aankoop van spoorboekjes en vluchtregelingen, de bekendmaking in kranten van de verkoop van gebruikte goederen, enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 EUR.

HOOFDSTUK 2 5 —   OPERATIONELE UITGAVEN

2 5 4   Vergaderingen, conferenties, congressen, seminars en overige bijeenkomsten

2 5 4 0   Diverse kosten voor interne vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

215 000

215 000

264 320,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met het verstrekken van verfrissingen en, in sommige gevallen, kleine of uitgebreide maaltijden tijdens interne vergaderingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 5 4 2   Diverse kosten in verband met de organisatie van en deelname aan conferenties, congressen en vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

587 745

587 745

521 951,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven, met inbegrip van representatiekosten en logistieke uitgaven, in verband met de deelname van de vertegenwoordigers van het Europees Economisch en Sociaal Comité aan congressen, conferenties, colloquia, seminars, symposia, enz. en de organisatie door het Europees Economisch en Sociaal Comité van hoorzittingen, algemene of specifieke, conferenties of vergaderingen (met inbegrip van de totale bijdrage van het Comité indien het dit soort bijeenkomsten samen met derden organiseert, en de uitgaven in verband met de uitbesteding van de organisatie van dit soort bijeenkomsten).

Het dient tevens ter dekking van alle uitgaven in verband met de organisatie van bijeenkomsten van het Europees Economisch en Sociaal Comité met soortgelijke organisaties (met inbegrip van sociaal-economische belangengroeperingen) uit de Europese Unie of derde landen.

Het dient ten slotte ter dekking van de uitgaven ter gelegenheid van bezoeken aan het Europees Economisch en Sociaal Comité van delegaties van sociale en beroepsorganisaties uit derde landen, alsook van de uitgaven in verband met de activiteiten van de vereniging van oud-leden van het Comité.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 250 000 EUR.

2 5 4 4   Kosten in verband met de organisatie van de werkzaamheden van de Adviescommissie industriële reconversie (CCMI)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

105 000

105 000

45 833,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van de Adviescommissie industriële reconversie (CCMI), met uitzondering van de reiskosten en vergoedingen van de leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité en de afgevaardigden van de Adviescommissie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 5 4 6   Kosten in verband met de verplichtingen van de instelling inzake ontvangst en representatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

139 000

139 000

75 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de verplichtingen van het Europees Economisch en Sociaal Comité inzake ontvangst en representatie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 5 4 8   Conferentietolken

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 866 667

8 600 000

8 127 599,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor werkzaamheden van tolken (terbeschikkingstelling door andere instellingen of freelance tolken) ten behoeve van het Europees Economisch en Sociaal Comité, met inbegrip van hun honoraria, reiskosten en verblijfsvergoedingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

HOOFDSTUK 2 6 —   COMMUNICATIE, PUBLICATIES EN AANSCHAF VAN DOCUMENTATIE

2 6 0   Communicatie, voorlichting en publicaties

2 6 0 0   Communicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

825 000

875 000

866 463,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle communicatie- en voorlichtingskosten van het Europees Economisch en Sociaal Comité, ongeacht of die betrekking hebben op doelstellingen en activiteiten van het Comité, voor het publiek of de sociale en beroepsorganisaties bestemde voorlichtingscampagnes, multimediavoorzieningen voor conferenties, congressen, colloquia, de organisatie van en multimediavoorzieningen voor belangrijke evenementen voor het publiek, op culturele initiatieven of alle overige evenementen van het Europees Economisch en Sociaal Comité van uiteenlopende aard, zoals de prijs van de georganiseerde civiele samenleving. Dit krediet dient tevens ter dekking van alle uitgaven voor materialen, dienstverlening, consumpties en benodigdheden in verband met deze evenementen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 6 0 2   Publicaties en bevordering daarvan

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

563 000

513 000

407 196,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van publicaties via alle media, om de voorlichtingsactiviteiten van het Europees Economisch en Sociaal Comité te promoten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

2 6 0 4   Publicatieblad

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

500 000

570 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de drukkosten van publicaties in het Publicatieblad van de Europese Unie, alsmede van de bijbehorende expeditiekosten en overige kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 125 000 EUR.

2 6 2   Aanschaf van voorlichtingsmateriaal, documentatie en archivering

2 6 2 0   Studies, onderzoek en hoorzittingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

175 000

175 000

165 555,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van raadpleging van personen met vakkundigheid op specifieke gebieden en van studies die worden uitbesteed aan deskundigen en onderzoeksinstellingen.

2 6 2 2   Documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

182 357

182 357

194 186,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven:

de uitbreiding en vernieuwing van de algemene naslagwerken en aanvulling van het bibliotheekfonds,

abonnementen op dagbladen, tijdschriften, nieuwsagentschappen en op hun publicaties en diensten online, met inbegrip van de kosten van auteursrechten voor de reproductie en verspreiding van deze abonnementen langs klassieke of elektronische weg en dienstverleningscontracten voor persoverzichten en krantenknipsels,

abonnementen of dienstverleningscontracten voor de levering van samenvattingen en inhoudsanalysen van tijdschriften of voor het invoeren in optische dragers van uit deze tijdschriften geselecteerde artikelen,

kosten in verband met het gebruik van externe databanken voor documenten en statistische gegevens, met uitzondering van computerapparatuur en telecommunicatiekosten,

kosten in verband met de verplichtingen die het Europees Economisch en Sociaal Comité is aangegaan in het kader van internationale en/of interinstitutionele samenwerking,

de aanschaf of huur van speciaal materiaal, inclusief elektrische, elektronische en computerapparatuur en/of systemen voor bibliotheek, documentatie en mediatheek, alsmede externe bijstand bij aanschaf, ontwikkeling, installatie, exploitatie en onderhoud van deze materialen en systemen,

de kosten van de levering van diensten met betrekking tot de activiteiten van de bibliotheek, met name in verband met de klanten (onderzoek, analyse), het systeem voor kwaliteitsbeheer, enz.,

de kosten van materiaal en werkzaamheden in verband met het inbinden en conserveren van werken voor de bibliotheek, de documentatiedienst en de mediatheek,

de kosten, inclusief materieel, van interne publicaties (brochures, studies, enz.) en communicatie (newsletters, video's, cd-roms, enz.),

de aanschaf van woordenboeken, lexicons en andere werken voor de taalkundige diensten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 EUR.

2 6 2 4   Archivering en aanverwante werkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

43 656

43 656

39 968,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van het inbinden van het Publicatieblad van de Europese Unie en van verschillende brochures,

de kosten voor externe archiveringsdiensten, inclusief sorteren, classificatie en herclassificatie in de gegevensbanken, de kosten van diensten in verband met de archieven, de aankoop en exploitatie van archiefbestanden op vervangende informatiedragers (microfilm, schijven, cassettes, enz.), alsmede aankoop, huur en onderhoud van speciaal materieel (elektrische, elektronische en computerapparatuur), en de kosten van publicaties op alle soorten dragers (brochures, cd-roms, enz.).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 EUR.

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

p.m.

20 000

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

p.m.

20 000

0,—

 

HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

HOOFDSTUK 10 2

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 2

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

20 000

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

128 573 837

123 173 749

116 692 835,—

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 2 —

RESERVE VOOR DE OVERNAME VAN GEBOUWEN

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

20 000

0,—

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 10 2 —   RESERVE VOOR DE OVERNAME VAN GEBOUWEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

PERSONEEL

Afdeling VI — Europees Economisch en Sociaal Comité

Functiegroep en rang

Europees Economisch en Sociaal Comité

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Niet ingedeeld

 

1

 

1

AD 16

 

 

 

 

AD 15

6

 

6

 

AD 14

21

1

20

1

AD 13

32

3

21

1

AD 12

40

 

52

2

AD 11

28

 

28

 

AD 10

25

 

25

 

AD 9

20

11

19

5

AD 8

12

 

6

4

AD 7

29

2

17

2

AD 6

64

1

62

1

AD 5

54

5

66

2

Totaal AD

331

24

322

19

AST 11

5

 

4

 

AST 10

8

 

7

 

AST 9

16

1

15

1

AST 8

19

 

15

 

AST 7

44

1

39

2

AST 6

56

4

60

2

AST 5

36

1

43

7

AST 4

41

1

43

1

AST 3

56

3

54

1

AST 2

28

 

26

 

AST 1

45

1

47

2

Totaal AST

354

12

353

16

Totaal-generaal

685

36

675

35

AFDELING VII

COMITÉ VAN DE REGIO'S

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van het Comité van de Regio's voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

84 080 903

Eigen inkomsten

–7 849 322

Te ontvangen bijdrage

76 231 581

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

3 008 956

2 797 028

2 629 703,—

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

146,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

437 055

370 054

381 759,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

3 446 011

3 167 082

3 011 608,—

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel aan de financiering van de pensioenregeling

4 303 311

3 571 041

3 578 016,—

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

p.m.

p.m.

0,—

4 1 2

Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

4 303 311

3 571 041

3 578 016,—

 

Totaal van titel 4

7 749 322

6 738 123

6 589 624,—

HOOFDSTUK 4 0 —

DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

3 008 956

2 797 028

2 629 703,00

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

146,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis van de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

437 055

370 054

381 759,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel aan de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

4 303 311

3 571 041

3 578 016,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 11, lid 2, en de artikelen 17 en 48 van bijlage VIII.

4 1 2   Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 40, lid 3, en artikel 83, lid 2.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name de artikelen 41 en 43.

TITEL 5

ADMINISTRATIEVE ONTVANGSTEN VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Opbrengst van de verkoop van roerende goederen

5 0 0 0

Opbrengst van de verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 0 0 1

Opbrengst van de verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

p.m.

0,—

5 0 2

Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 1

5 1 0

Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 1 1

Opbrengst van de verhuur van onroerende goederen en de terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0

Opbrengst van de verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 1 1 1

Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 5 1 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten over de rekeningen van de instelling

100 000

100 000

107 767,—

5 2 2

Renteopbrengsten uit voorfinanciering

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

100 000

100 000

107 767,—

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten van derden, afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 7 1

Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan de instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 8

5 8 0

Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 8 1

Ontvangsten afkomstig van verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 5 9

5 9 0

Andere ontvangsten die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 9

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 5

100 000

100 000

107 767,—

HOOFDSTUK 5 0 —

VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGST

HOOFDSTUK 5 2 —

ONTVANGSTEN UIT HOOFDE VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN UIT DE OPBRENGST VAN DIENSTEN EN WERKEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 9 —

ANDERE ONTVANGSTEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 5 0 —   VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Opbrengst van de verkoop van roerende goederen

5 0 0 0   Opbrengst van de verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze post is bestemd voor de ontvangsten uit de verkoop of overname van aan het Comité van de Regio's toebehorende vervoermiddelen.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 1   Opbrengst van de verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze post is bestemd voor de ontvangsten uit de verkoop of overname van aan het Comité van de Regio's toebehorende roerende goederen (andere dan vervoermiddelen).

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 2   Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Dit artikel omvat tevens de ontvangsten uit de verkoop van deze producten via elektronische weg.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGST

5 1 0   Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1   Opbrengst van de verhuur van onroerende goederen en de terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0   Opbrengst van de verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1 1   Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 2 —   ONTVANGSTEN UIT HOOFDE VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

5 2 0   Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere ontvangsten over de rekeningen van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

100 000

100 000

107 767,00

Toelichting

Dit artikel is bestemd voor de opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere opbrengsten over de rekeningen van het Comité van de Regio's.

5 2 2   Renteopbrengsten uit voorfinanciering

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit artikel is bestemd voor de renteopbrengsten uit voorfinanciering.

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN UIT DE OPBRENGST VAN DIENSTEN EN WERKEN

5 5 0   Ontvangsten van derden, afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

5 7 0   Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 1   Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan de instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 0   Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 8 1   Ontvangsten afkomstig van verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Dit artikel omvat tevens de terugbetaling door de verzekering van de bezoldiging van ambtenaren in geval van ongevallen.

HOOFDSTUK 5 9 —   ANDERE ONTVANGSTEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

5 9 0   Andere ontvangsten die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit artikel is bestemd voor de overige ontvangsten die voortvloeien uit de administratieve werking.

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 9

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

7 849 322

6 838 123

6 697 391,—

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit artikel is bestemd voor diverse ontvangsten.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING

7 965 688

7 139 001

6 695 384,—

1 2

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

44 399 998

42 118 109

39 226 904,—

1 4

ANDER PERSONEEL EN WERK DOOR DERDEN

8 302 043

7 504 088

6 996 748,—

1 6

OVERIGE UITGAVEN VOOR PERSONEN VERBONDEN AAN DE INSTELLING

1 474 356

1 422 500

1 198 493,—

 

Totaal van titel 1

62 142 085

58 183 698

54 117 529,—

2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, UITRUSTING EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 0

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

13 701 207

13 663 794

12 568 228,—

2 1

INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

3 880 760

3 643 429

3 714 926,—

Reserves (10 0)

115 000

 

 

 

3 995 760

3 643 429

3 714 926,—

2 3

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

539 062

742 704

656 588,—

2 5

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

773 363

709 325

750 501,—

Reserves (10 0)

22 000

 

 

 

795 363

709 325

750 501,—

2 6

EXPERTISE EN VOORLICHTING: AANSCHAF, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

2 907 426

2 718 000

2 769 981,—

 

Totaal van titel 2

21 801 818

21 477 252

20 460 224,—

Reserves (10 0)

137 000

 

 

 

21 938 818

21 477 252

20 460 224,—

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

137 000

p.m.

0,—

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

p.m.

p.m.

0,—

10 2

RESERVE VOOR DE OVERNAME VAN GEBOUWEN

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

137 000

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

84 080 903

79 660 950

74 577 753,—

TITEL 1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 0

1 0 0

Salarissen, vergoedingen en toelagen

1 0 0 0

Salarissen, vergoedingen en toelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

90 000

90 000

92 540,—

1 0 0 4

Reis- en verblijfkosten in verband met vergaderingen en convocaties en bijbehorende kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 851 761

7 010 501

6 582 844,—

 

Totaal van artikel 1 0 0

7 941 761

7 100 501

6 675 384,—

1 0 5

Cursussen voor de leden van de instelling

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

23 927

38 500

20 000,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 0

7 965 688

7 139 001

6 695 384,—

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Salaris en andere rechten

1 2 0 0

Salarissen en vergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

43 345 915

40 954 198

38 554 863,—

1 2 0 2

Overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

75 000

85 000

65 642,—

1 2 0 4

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

702 402

580 000

606 399,—

 

Totaal van artikel 1 2 0

44 123 317

41 619 198

39 226 904,—

1 2 2

Vergoedingen bij vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0

Vergoedingen bij ontheffing van het ambt in het belang van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 2 2 2

Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 1 2 2

p.m.

p.m.

0,—

1 2 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

276 681

498 911

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

44 399 998

42 118 109

39 226 904,—

HOOFDSTUK 1 4

1 4 0

Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0

Andere personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 178 595

2 058 099

2 108 735,—

1 4 0 2

Vertolkingsdiensten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 366 128

3 898 329

3 692 329,—

1 4 0 4

Stages, subsidies en uitwisseling van ambtenaren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

795 460

623 000

454 524,—

1 4 0 8

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

33 500

33 500

0,—

 

Totaal van artikel 1 4 0

7 373 683

6 612 928

6 255 588,—

1 4 2

Werk door derden

1 4 2 0

Aanvullende diensten voor de vertaaldienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

347 200

310 000

210 000,—

1 4 2 2

Diensten van deskundigen ten behoeve van de advieswerkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

581 160

581 160

531 160,—

 

Totaal van artikel 1 4 2

928 360

891 160

741 160,—

1 4 9

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 4

8 302 043

7 504 088

6 996 748,—

HOOFDSTUK 1 6

1 6 1

Uitgaven in verband met personeelsbeheer

1 6 1 0

Diverse uitgaven in verband met aanwerving

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

75 000

75 000

55 000,—

1 6 1 2

Voortgezette beroepsopleiding, bijscholing en informatie voor personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

341 856

290 000

340 000,—

 

Totaal van artikel 1 6 1

416 856

365 000

395 000,—

1 6 2

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

500 000

500 000

429 000,—

1 6 3

Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 6 3 0

Sociale dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 000

14 707

2 500,—

1 6 3 2

Sociale betrekkingen tussen personeelsleden en andere maatregelen op sociaal gebied

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

25 000

25 000

24 993,—

1 6 3 3

Mobiliteit/Vervoer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

72 500

77 793

 

1 6 3 4

Medische dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

40 000

40 000

58 000,—

1 6 3 6

Restaurants en kantines

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 6 3 8

Kinderdagverblijf en crèches waarmee een tariefovereenkomst is gesloten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

400 000

400 000

289 000,—

 

Totaal van artikel 1 6 3

557 500

557 500

374 493,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 6

1 474 356

1 422 500

1 198 493,—

 

Totaal van titel 1

62 142 085

58 183 698

54 117 529,—

HOOFDSTUK 1 0 —

LEDEN VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 2 —

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK 1 4 —

ANDER PERSONEEL EN WERK DOOR DERDEN

HOOFDSTUK 1 6 —

OVERIGE UITGAVEN VOOR PERSONEN VERBONDEN AAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 0 —   LEDEN VAN DE INSTELLING

1 0 0   Salarissen, vergoedingen en toelagen

1 0 0 0   Salarissen, vergoedingen en toelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

90 000

90 000

92 540,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kantooruitgaven in verband met de activiteiten van de leden van het Comité van de Regio's. Het tweede deel van dit krediet is bedoeld ter dekking van de ziektekosten- en de ongevallenverzekering en de specifieke bijstand ten behoeve van gehandicapte leden.

1 0 0 4   Reis- en verblijfkosten in verband met vergaderingen en convocaties en bijbehorende kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 851 761

7 010 501

6 582 844,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aan de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's uit hoofde van de vigerende regeling inzake de vergoeding voor reiskosten, de betaling van presentiegelden en de reisvergoeding te betalen vergoedingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

1 0 5   Cursussen voor de leden van de instelling

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

23 927

38 500

20 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een gedeelte van de inschrijvingskosten voor talencursussen of andere studiebijeenkomsten voor voortgezette beroepsopleiding voor de leden van het Comité van de Regio's.

HOOFDSTUK 1 2 —   AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

Toelichting

Op de kredieten van dit hoofdstuk is een forfaitaire verlaging van 5 % toegepast.

1 2 0   Salaris en andere rechten

1 2 0 0   Salarissen en vergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

43 345 915

40 954 198

38 554 863,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient vooral ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, gezinstoelagen, ontheemdings- en buitenlandtoelagen en aan de salarissen gekoppelde toelagen,

de ziekte-, ongevallen- en beroepsziektekostenverzekering en andere sociale lasten,

de bijdrage van de instelling aan de gemeenschappelijke regeling voor de ziektekostenverzekering,

de forfaitaire vergoedingen voor overuren,

de overige diverse toelagen en vergoedingen,

de betaling van de jaarlijkse reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst,

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt,

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen,

de ontslagvergoeding voor ambtenaren op proef in geval van duidelijke onbekwaamheid,

de vergoeding in geval van beëindiging door de instelling van het contract met een tijdelijk personeelslid.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 3 000 EUR.

1 2 0 2   Overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

75 000

85 000

65 642,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56, alsmede bijlage VI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient voor het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in de bovenstaande bepalingen.

1 2 0 4   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

702 402

580 000

606 399,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats,

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen.

1 2 2   Vergoedingen bij vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0   Vergoedingen bij ontheffing van het ambt in het belang van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41 en 50, alsmede bijlage IV.

Dit krediet dient ter dekking van de toelagen ten behoeve van de ambtenaren:

die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling,

die een ambt bekleden in rang AD 16 of AD 15 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

Het dient ook ter dekking van de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op deze vergoedingen.

1 2 2 2   Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 3518/85 van de Raad van 12 december 1985 tot vaststelling van bijzondere maatregelen betreffende de beëindiging van de dienst van ambtenaren van de Europese Gemeenschappen in verband met de toetreding van Spanje en Portugal (PB L 335 van 13.12.1985, blz. 56).

Dit krediet dient ter dekking van:

de vergoedingen die als toepassing van het hierboven genoemde Statuut van de ambtenaren of van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 3518/85 moeten worden betaald,

de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering van de begunstigden van deze vergoedingen,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten die op de diverse vergoedingen van toepassing zijn.

1 2 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

276 681

498 911

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 65, alsmede bijlage XI.

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad tijdens het begrotingsjaar besluit.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven, overeenkomstig het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 4 —   ANDER PERSONEEL EN WERK DOOR DERDEN

1 4 0   Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0   Andere personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 178 595

2 058 099

2 108 735,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient hoofdzakelijk ter dekking van:

de bezoldiging van de andere personeelsleden, met name contractuele functionarissen, tijdelijke functionarissen, bijzondere adviseurs (in de zin van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen, de gezins- en ontheemdingstoelagen, de vergoeding van reiskosten van de plaats van tewerkstelling naar het land van herkomst en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de vergoedingen van deze personeelsleden en op de vergoedingen in geval van beëinding van contracten,

de honoraria van medisch en paramedisch personeel betaald volgens de regeling inzake verleende diensten, alsmede, in bijzondere gevallen, de aanstelling van tijdelijke uitzendkrachten,

de bezoldiging of de honoraria van conferentie- en multimediapersoneel op de diensten waarvan bij een te hoge werkdruk of in bijzondere gevallen een beroep wordt gedaan.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 13 000 EUR.

1 4 0 2   Vertolkingsdiensten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 366 128

3 898 329

3 692 329,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor vertolkingsdiensten.

Op deze post worden de honoraria, sociale bijdragen, reiskosten en verblijfsvergoedingen voor ingehuurde tolken geboekt.

1 4 0 4   Stages, subsidies en uitwisseling van ambtenaren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

795 460

623 000

454 524,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

een vergoeding en de reiskosten en kosten van dienstreizen voor stagiair(e)s, alsmede van een ongevallen- en ziekteverzekering tijdens de stage,

de uitgaven die voortvloeien uit het wederzijds ter beschikking stellen van personeel door het Comité van de Regio's en de openbare sector in de lidstaten of in andere landen die specifiek in de regeling worden genoemd,

de beperkte bijdrage tot uitvoering van onderzoeksprojecten op het terrein van voor de Europese integratie van bijzonder belang zijnde werkzaamheden van het Comité van de Regio's,

de kosten van programma’s voor de vorming van de jeugd in een Europese geest.

1 4 0 8   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

33 500

33 500

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van kosten van externe diensten in verband met de vaststelling en uitbetaling van rechten van ambtenaren, tijdelijke en andere personeelsleden van het Comité van de Regio's. Tot deze diensten behoren onder meer diensten verleend door het bureau PMO van de Commissie; dit zal de interinstitutionele samenwerking ten goede komen en er zullen voordelen door schaalvergroting ontstaan, hetgeen besparingen zal opleveren. Deze diensten betreffen onder andere:

de overdracht van pensioenrechten van en naar het land van herkomst,

de berekening van de pensioenrechten,

de vaststelling en uitbetaling van inrichtingsvergoedingen bij beëindiging van de dienst,

beheer van dossiers inzake werkloosheidsvergoedingen en uitbetaling van deze vergoedingen aan degenen die hiervoor in aanmerking komen.

1 4 2   Werk door derden

1 4 2 0   Aanvullende diensten voor de vertaaldienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

347 200

310 000

210 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de werkzaamheden van externe contractanten voor vertaalwerk. Er wordt stelselmatig gebruikgemaakt van externe contractanten voor vertaalwerk, behalve in het geval van enkele niet-EU-talen, waarvoor geen vergelijkbare procedures bestaan.

De werkzaamheden die eventueel zullen worden gevraagd aan het Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie komen ook ten laste van deze post, evenals alle activiteiten in het kader van de interinstitutionele linguïstische samenwerking.

1 4 2 2   Diensten van deskundigen ten behoeve van de advieswerkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

581 160

581 160

531 160,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de betalingen aan op specifieke terreinen gekwalificeerde personen die deelnemen aan activiteiten van het Comité van de Regio’s, overeenkomstig de regeling inzake vergoeding voor reiskosten en de betaling van presentiegelden aan deskundigen, sprekers en onderzoekers die deelnemen aan werkzaamheden van het Comité van de Regio’s.

1 4 9   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 65, alsmede bijlage XI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen, waartoe de Raad tijdens het begrotingsjaar besluit.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven, overeenkomstig het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 1 6 —   OVERIGE UITGAVEN VOOR PERSONEN VERBONDEN AAN DE INSTELLING

1 6 1   Uitgaven in verband met personeelsbeheer

1 6 1 0   Diverse uitgaven in verband met aanwerving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

75 000

75 000

55 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en 33, alsmede bijlage III.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53) en Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Europees Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor het organiseren van de in artikel 3 van Besluit 2002/621/EG bedoelde vergelijkende onderzoeken, de selectie van kandidaten, alsmede reis- en verblijfkosten van de kandidaten uitgenodigd voor mondelinge of schriftelijke proeven voor een vergelijkend onderzoek, voor aanwervingsgesprekken en voor medische onderzoeken in reactie op een vacature,

de kosten van de organisatie van procedures voor de aanwerving van tijdelijke functionarissen, arbeidscontractanten en lokale functionarissen,

de kosten van verzekeringen in verband met uitgenodigde kandidaten,

de kosten van verzekeringen in verband met de beoordelingsprocedures voor aan relevante posten toegewezen kandidaten,

de publicatie van vacatures in in aanmerking komende media,

enz.

Indien voldoende gemotiveerd op grond van de operationele behoeften en na overleg met het Europees Bureau voor personeelsselectie kan dit krediet voor een deel worden aangewend voor de organisatie van vergelijkende onderzoeken door de instelling zelf.

1 6 1 2   Voortgezette beroepsopleiding, bijscholing en informatie voor personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

341 856

290 000

340 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor het organiseren van bij- en nascholingscursussen, met inbegrip van talencursussen op interinstitutionele basis; tevens kan het voor een deel, in naar behoren gemotiveerde gevallen, gebruikt worden ter dekking van de organisatie van cursussen binnen de instelling,

de kosten voor de aankoop of het vervaardigen van leermiddelen,

de kosten van beroepsopleidingscursussen die bewustwording van vraagstukken met betrekking tot gehandicapten bevorderen, en van opleidingsacties in het kader van de gelijke kansen en loopbaanadvies, in het bijzonder de vaststelling van een kennis- en vaardighedenprofiel.

1 6 2   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

500 000

429 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 71, alsmede de artikelen 11, 12 en 13 van bijlage VII.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor vervoerskosten, de betaling van dagvergoedingen tijdens dienstreizen, alsmede voor bijkomende of uitzonderlijke kosten tijdens dienstreizen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

1 6 3   Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

1 6 3 0   Sociale dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000

14 707

2 500,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 9, lid 3, derde alinea, en artikel 76.

Dit krediet dient:

in het kader van het interinstitutionele gehandicaptenbeleid, als bijstand voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie,

binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend voor de terugbetaling van, de op grond van de handicap gemaakte, als noodzakelijk erkende, naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die niet door het gemeenschappelijke stelsel van ziektekostenverzekering worden vergoed,

de kosten voor bijstand aan ambtenaren en andere personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren.

1 6 3 2   Sociale betrekkingen tussen personeelsleden en andere maatregelen op sociaal gebied

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 000

25 000

24 993,00

Toelichting

Dit krediet dient ter aanmoediging en financiële ondersteuning van initiatieven ter bevordering van sociale contacten tussen personeelsleden van verschillende nationaliteiten, zoals subsidies voor sportclubs en culturele verenigingen van het personeel, alsmede voor een bijdrage in de kosten van een permanent ontmoetingscentrum (culturele en sportactiviteiten, ontspanning, restaurant).

Het dekt tevens de verstrekking van een subsidie voor het Personeelscomité en kleinere uitgaven van sociale aard en de financiële bijdragen van het Comité van de Regio's voor de ondersteuning van de sociale, sport-, pedagogische en culturele activiteiten van het Europees Interinstitutioneel Centrum te Overijse.

Met dit krediet kan ook de hulp ten gunste van personeelsleden worden terugbetaald die niet onder de andere artikelen van dit hoofdstuk valt (hulp in de huishouding enz.).

1 6 3 3   Mobiliteit/Vervoer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

72 500

77 793

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle kosten die voortvloeien uit de maatregelen van het mobiliteitsplan, zoals subsidies ter bevordering van het gebruik van openbaar vervoer, dienstfietsen enz.

1 6 3 4   Medische dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 000

40 000

58 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 59, alsmede bijlage II, artikel 8.

Dit krediet dient ter dekking van de operationele kosten van de zes medische antennes, met inbegrip van de aanschaf van materieel en geneesmiddelen, enz., de kosten van preventief medisch onderzoek, de huishoudelijke uitgaven van het Invaliditeitscomité, alsmede van de diensten van externe specialisten die door de raadgevend geneesheren noodzakelijk worden geacht.

Tevens dient het ter dekking van de aanschaf van bepaalde werkmiddelen die vanuit medisch oogpunt noodzakelijk worden geacht.

1 6 3 6   Restaurants en kantines

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de exploitatiekosten van de restaurants en kantines.

1 6 3 8   Kinderdagverblijf en crèches waarmee een tariefovereenkomst is gesloten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

400 000

400 000

289 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het aandeel van het Comité van de Regio's in de uitgaven voor het kinderopvangcentrum van de Unie en andere kinderdagverblijven en naschoolse kinderopvangcentra Unie.

TITEL 2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, UITRUSTING EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Gebouwen en bijkomende kosten

2 0 0 0

Huur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 469 170

1 430 835

1 361 088,—

2 0 0 1

Erfpachtcanons

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 832 145

7 829 819

7 546 458,—

2 0 0 3

Aankoop van onroerend goed

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 5

Constructie van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

2 0 0 7

Inrichting van dienstruimten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

206 982

164 305

77 354,—

2 0 0 8

Overige uitgaven in verband met de gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

35 255

24 738

76 459,—

2 0 0 9

Voorziening met het oog op investeringen in onroerende goederen door de instelling

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 2 0 0

9 543 552

9 449 697

9 061 359,—

2 0 2

Andere uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2

Schoonmaken en onderhoud

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 804 836

1 895 188

1 691 740,—

2 0 2 4

Energieverbruik

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

768 204

768 573

464 931,—

2 0 2 6

Veiligheid en toezicht van gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 489 413

1 456 956

1 264 439,—

2 0 2 8

Verzekeringen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

95 202

93 380

85 759,—

 

Totaal van artikel 2 0 2

4 157 655

4 214 097

3 506 869,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

13 701 207

13 663 794

12 568 228,—

HOOFDSTUK 2 1

2 1 0

Uitrusting, exploitatiekosten en dienstverlening op het gebied van informatie- en communicatietechnologie

2 1 0 0

Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software en daarmee verband houdende werkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 250 851

1 125 223

1 317 056,—

2 1 0 2

Externe dienstverlening ten behoeve van het exploiteren, ontwikkelen en onderhouden van softwaresystemen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 473 125

1 488 914

1 495 307,—

Reserves (10 0)

115 000

 

 

 

1 588 125

1 488 914

1 495 307,—

2 1 0 3

Telecommunicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

271 866

253 207

167 920,—

 

Totaal van artikel 2 1 0

2 995 842

2 867 344

2 980 283,—

Reserves (10 0)

115 000

 

 

 

3 110 842

2 867 344

2 980 283,—

2 1 2

Meubilair

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

160 162

127 433

142 853,—

2 1 4

Technisch materieel en technische installaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

639 856

563 752

525 824,—

2 1 6

Vervoermiddelen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

84 900

84 900

65 966,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 1

3 880 760

3 643 429

3 714 926,—

Reserves (10 0)

115 000

 

 

 

3 995 760

3 643 429

3 714 926,—

HOOFDSTUK 2 3

2 3 0

Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

175 514

216 562

152 892,—

2 3 1

Financiële lasten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 000

20 000

20 000,—

2 3 2

Proceskosten en schadevergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

130 000

20 000

30 000,—

2 3 6

Porto- en vrachtkosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

124 000

389 000

385 274,—

2 3 8

Overige huishoudelijke uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

104 548

97 142

68 422,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 3

539 062

742 704

656 588,—

HOOFDSTUK 2 5

2 5 4

Vergaderingen, conferenties, congressen, seminars en overige bijeenkomsten

2 5 4 0

Interne vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

110 150

110 150

134 000,—

2 5 4 1

Waarnemers

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

34 800

34 800

6 940,—

Reserves (10 0)

22 000

 

 

 

56 800

34 800

6 940,—

2 5 4 2

Vergaderingen, congressen en conferenties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

444 038

361 562

423 061,—

2 5 4 6

Representatiekosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

184 375

202 813

186 500,—

 

Totaal van artikel 2 5 4

773 363

709 325

750 501,—

Reserves (10 0)

22 000

 

 

 

795 363

709 325

750 501,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 5

773 363

709 325

750 501,—

Reserves (10 0)

22 000

 

 

 

795 363

709 325

750 501,—

HOOFDSTUK 2 6

2 6 0

Communicatie en publicaties

2 6 0 0

Uitgaven in verband met publicaties, verspreiding van informatie en deelname aan openbare evenementen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

674 422

484 996

544 898,—

2 6 0 2

Algemene publicaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

864 268

864 268

798 221,—

2 6 0 4

Publicatieblad

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

185 000

185 000

230 000,—

 

Totaal van artikel 2 6 0

1 723 690

1 534 264

1 573 119,—

2 6 2

Aanschaf van documentatie en archivering

2 6 2 0

Externe studies

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

499 353

499 353

564 316,—

2 6 2 2

Documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

156 196

156 196

139 028,—

2 6 2 4

Archiefbestanden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

120 187

120 187

114 790,—

 

Totaal van artikel 2 6 2

775 736

775 736

818 134,—

2 6 4

Uitgaven in verband met publicaties, voorlichting en deelname aan openbare evenementen: voorlichtings- en communicatieactiviteiten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

408 000

408 000

378 728,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 6

2 907 426

2 718 000

2 769 981,—

 

Totaal van titel 2

21 801 818

21 477 252

20 460 224,—

Reserves (10 0)

137 000

 

 

 

21 938 818

21 477 252

20 460 224,—

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

HOOFDSTUK 2 1 —

INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

HOOFDSTUK 2 3 —

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 2 5 —

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

HOOFDSTUK 2 6 —

EXPERTISE EN VOORLICHTING: AANSCHAF, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

Toelichting

In 2010 vertegenwoordigde de gemeenschappelijke dienst van de beide comités, onder titel 2, een bedrag van 23 635 886 EUR voor het Europees Economisch en Sociaal Comité en 17 072 381 EUR voor het Comité van de Regio's.

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

2 0 0   Gebouwen en bijkomende kosten

2 0 0 0   Huur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 469 170

1 430 835

1 361 088,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huurkosten voor de gebouwen, alsmede de huur van zalen voor vergaderingen die niet plaatshebben in de gebouwen die permanent worden bezet.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 9 500 EUR.

2 0 0 1   Erfpachtcanons

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 832 145

7 829 819

7 546 458,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van erfpachtcanons en soortgelijke uitgaven van de instelling die uit hoofde van huurkoopovereenkomsten verschuldigd zijn.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 500 EUR.

2 0 0 3   Aankoop van onroerend goed

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop van onroerende goederen. De subsidies voor de grondstukken en het bouwrijp maken ervan worden behandeld overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

2 0 0 5   Constructie van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post kan eventueel een krediet worden opgenomen ter dekking van de kosten voor de constructie van gebouwen.

2 0 0 7   Inrichting van dienstruimten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

206 982

164 305

77 354,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden, met inbegrip van specifieke werkzaamheden zoals de aanleg van kabels, beveiligingswerkzaamheden, werkzaamheden voor het restaurant enz., evenals van de overige uitgaven in het kader van deze inrichtingswerkzaamheden, waaronder de kosten van architecten of ingenieurs. Het krediet heeft ook betrekking op renovatieprojecten in het kader van EMAS die bedoeld zijn om het energieverbruik te beperken.

2 0 0 8   Overige uitgaven in verband met de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

35 255

24 738

76 459,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de overige uitgaven in verband met gebouwen waarin door de overige artikelen van dit hoofdstuk niet speciaal is voorzien, met name:

de uitgaven voor aanpassingen aan de gebouwen van het Comité van de Regio's om deze toegankelijk te maken voor gehandicapte personeelsleden en bezoekers,

de belastingen ter vergoeding van de openbarenutsvoorzieningen,

technischadviesdiensten in verband met de uitrusting van gebouwen en juridische kosten in verband met een eventuele „koop” voor gebouwen.

2 0 0 9   Voorziening met het oog op investeringen in onroerende goederen door de instelling

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor eventuele investeringen in onroerend goed door de instelling.

Het heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven, overeenkomstig het Financieel Reglement.

2 0 2   Andere uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 2 2   Schoonmaken en onderhoud

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 804 836

1 895 188

1 691 740,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van schoonmaken en onderhoud van de kantoren, liften, verwarming, airconditioning en branddeuren, alsmede van de kosten van ongediertebestrijding, schilderwerk, reparaties en vormgeving van de gebouwen en terreinen, met inbegrip van de kosten van studies, onderzoek, vergunningen, naleving van de EMAS-norm (Eco-Management and Audit Scheme) enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 2 500 EUR.

2 0 2 4   Energieverbruik

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

768 204

768 573

464 931,00

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de kosten van het gebruik van water, gas, elektriciteit en verwarming.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 0 2 6   Veiligheid en toezicht van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 489 413

1 456 956

1 264 439,00

Toelichting

Dit krediet dient voornamelijk ter dekking van de kosten van de beveiliging van en het toezicht op de gebouwen.

2 0 2 8   Verzekeringen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

95 202

93 380

85 759,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van verzekeringspremies.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 300 EUR.

HOOFDSTUK 2 1 —   INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

2 1 0   Uitrusting, exploitatiekosten en dienstverlening op het gebied van informatie- en communicatietechnologie

2 1 0 0   Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software en daarmee verband houdende werkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 250 851

1 125 223

1 317 056,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aankoop, de huur en het onderhoud van de hardware en software van de instelling en de daarmee verband houdende werkzaamheden.

2 1 0 2   Externe dienstverlening ten behoeve van het exploiteren, ontwikkelen en onderhouden van softwaresystemen

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 1 0 2

1 473 125

1 488 914

1 495 307,00

Reserves (10 0)

115 000

 

 

Totaal

1 588 125

1 488 914

1 495 307,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van dienstverlening door informatica-advies- en servicebureaus in verband met de exploitatie van het informatiecentrum, de ontwikkeling en het onderhoud van toepassingen, de ondersteuning van de gebruikers, met inbegrip van de leden, het uitvoeren van studies en het opstellen en invoeren van technische documentatie.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

De helft van de verhoging wordt in de reserve geplaatst in afwachting van gedetailleerdere motiveringen.

2 1 0 3   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

271 866

253 207

167 920,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van abonnementen en communicatie per kabel of via de ether (vaste en mobiele telefonie, televisie), alsook ter dekking van de uitgaven in verband met netwerken voor de transmissie van gegevens en diensten op het gebied van de telematica.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

2 1 2   Meubilair

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

160 162

127 433

142 853,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van aankoop, huur, onderhoud en reparatie van meubilair, met name de aankoop van ergonomisch kantoormeubilair, en de vervanging van verouderd meubilair en meubilair dat niet langer wordt gebruikt.

Voor kunstwerken dient dit krediet ter dekking van de uitgaven voor zowel de aanschaf van specifiek materiaal als de daarmee samenhangende lopende uitgaven, zoals die voor het inlijsten, restaureren en schoonmaken, voor verzekeringen en voor los vervoer.

2 1 4   Technisch materieel en technische installaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

639 856

563 752

525 824,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van technisch materieel en technische installaties, met name:

diverse vaste en mobiele technisch materieel en technische installaties in verband met drukkerij, archief, veiligheid, restauratie, gebouwen enz.,

apparatuur, met name voor printshop, archief, telefoondienst, kantines, inkoopcentrales, veiligheid, technische dienst voor conferenties, de audiovisuele sector enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 8 400 EUR.

2 1 6   Vervoermiddelen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

84 900

84 900

65 966,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van aankoop, onderhoud, gebruik en reparatie van vervoermiddelen (wagenpark en fietsen) en van de huur van auto's, taxi's, bussen en vrachtwagens, met of zonder chauffeur, met inbegrip van de bijbehorende verzekeringen.

HOOFDSTUK 2 3 —   HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 3 0   Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

175 514

216 562

152 892,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de aankoop van papier, enveloppen en kantoorbenodigdheden, producten nodig voor druk- en reproductiewerk, alsook uitbesteding van drukwerk.

2 3 1   Financiële lasten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 000

20 000

20 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bankkosten (commissies, agio's en diverse kosten) en de andere financiële kosten, met inbegrip van de bijkomende kosten voor de financiering van de gebouwen.

2 3 2   Proceskosten en schadevergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

130 000

20 000

30 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

alle eventuele kosten indien het Comité van de Regio's voor een rechtbank van de Unie of een nationale rechtbank moet verschijnen of een zaak bij zo'n rechtbank aanhangig maakt, van de kosten van juridische diensten, de aankoop van juridische hulpmiddelen en boekwerken en andere kosten van juridische, contentieuze of precontentieuze aard in verband met zaken waarbij de Juridische dienst is betrokken,

de uitgaven in verband met schadevergoedingen, alsook eventuele schulden in verband hiermee zoals vermeld in artikel 8, lid 3, van het Financieel Reglement.

2 3 6   Porto- en vrachtkosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

124 000

389 000

385 274,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor porto en voor verwerking en versturing door post- en private koeriersdiensten.

2 3 8   Overige huishoudelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

104 548

97 142

68 422,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

verzekeringen die niet expliciet onder andere posten worden genoemd,

de uitgaven voor aankoop en onderhoud van uniformen voor bodes, chauffeurs en verhuizers, de medische dienst en diverse technische diensten,

alle verhuiskosten, de opslagkosten en de door verhuisbedrijven of opslagdiensten op uitzendbasis in rekening gebrachte kosten,

diverse uitgaven, zoals decoraties, donaties enz.

HOOFDSTUK 2 5 —   VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

2 5 4   Vergaderingen, conferenties, congressen, seminars en overige bijeenkomsten

2 5 4 0   Interne vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

110 150

110 150

134 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met het verstrekken van verfrissingen en, in sommige gevallen, kleine of uitgebreide maaltijden tijdens interne vergaderingen.

2 5 4 1   Waarnemers

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 5 4 1

34 800

34 800

6 940,00

Reserves (10 0)

22 000

 

 

Totaal

56 800

34 800

6 940,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de reis- en verblijfkosten van regionale en lokale vertegenwoordigers uit kandidaat-lidstaten en uit landen die een bijzondere band met de Europese Unie hebben, in het kader van hun deelname aan de werkzaamheden van het Comité van de Regio's.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

Het krediet wordt in de reserve geplaatst in afwachting van bevestiging van het rooster voor de toetreding.

2 5 4 2   Vergaderingen, congressen en conferenties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

444 038

361 562

423 061,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven, met inbegrip van representatiekosten en logistieke uitgaven, in verband met a) de deelname van afgevaardigden van het Comité van de Regio's aan congressen, conferenties, seminars, symposia enz. en b) de organisatie door het Comité van de Regio's van hoorzittingen en algemene of specifieke conferenties of vergaderingen (met inbegrip van de totale bijdrage van het Comité indien het dit soort bijeenkomsten samen met derden organiseert, en de uitgaven in verband met de uitbesteding van de organisatie van dit soort bijeenkomsten).

2 5 4 6   Representatiekosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

184 375

202 813

186 500,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de verplichtingen van het Comité van de Regio's inzake representatie.

Het dekt tevens de uitgaven van sommige ambtenaren inzake representatie in het belang van de instelling.

HOOFDSTUK 2 6 —   EXPERTISE EN VOORLICHTING: AANSCHAF, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

2 6 0   Communicatie en publicaties

2 6 0 0   Uitgaven in verband met publicaties, verspreiding van informatie en deelname aan openbare evenementen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

674 422

484 996

544 898,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle communicatie- en voorlichtingskosten van het Comité van de Regio’s, ongeacht of die betrekking hebben op doelstellingen en activiteiten van het Comité, voor het publiek bestemde voorlichtingscampagnes, culturele initiatieven of alle overige evenementen van het Comité van uiteenlopende aard.

Dit krediet dient tevens ter dekking van alle uitgaven voor materialen en audiovisuele dienstverlening in verband met deze evenementen.

2 6 0 2   Algemene publicaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

864 268

864 268

798 221,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van publicaties via alle media, om de voorlichtingsactiviteiten van het Comité van de Regio's te promoten, evenals van de kosten van verspreiding en publicatie voor promotionele doeleinden.

2 6 0 4   Publicatieblad

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

185 000

185 000

230 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de drukkosten van publicaties in het Publicatieblad van de Europese Unie, alsmede van de bijbehorende expeditiekosten en overige kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 71 600 EUR.

2 6 2   Aanschaf van documentatie en archivering

2 6 2 0   Externe studies

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

499 353

499 353

564 316,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van studies die worden uitbesteed aan deskundigen en onderzoeksinstellingen.

2 6 2 2   Documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

156 196

156 196

139 028,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven:

uitbreiding en vernieuwing van de algemene naslagwerken en aanvulling van het bibliotheekfonds,

abonnementen op dagbladen, tijdschriften, nieuwsagentschappen en op hun publicaties en diensten online, met inbegrip van de kosten van auteursrechten voor de reproductie en verspreiding van deze abonnementen langs klassieke of elektronische weg en dienstverleningscontracten voor persoverzichten en krantenknipsels,

abonnementen of dienstverleningscontracten voor de levering van samenvattingen en inhoudsanalysen van tijdschriften of van het invoeren in optische dragers van uit deze tijdschriften geselecteerde artikelen,

kosten in verband met het gebruik van externe databanken voor documenten en statistische gegevens, met uitzondering van computerapparatuur en telecommunicatiekosten,

kosten in verband met de verplichtingen die het Comité van de Regio's is aangegaan in het kader van internationale en/of interinstitutionele samenwerking,

de aanschaf of huur van speciaal materiaal, inclusief elektrische, elektronische en computerapparatuur en/of systemen voor bibliotheek, documentatie en mediatheek, alsmede externe bijstand bij aanschaf, ontwikkeling, installatie, exploitatie en onderhoud van deze materialen en systemen,

de kosten van de levering van diensten met betrekking tot de activiteiten van de bibliotheek, met name in verband met de klanten (onderzoek, analyse), van het systeem voor kwaliteitsbeheer enz.,

de kosten van materiaal en werkzaamheden in verband met het inbinden en conserveren van werken voor de bibliotheek, de documentatiedienst en de mediatheek,

de kosten, inclusief materieel, van interne publicaties (brochures, studies enz.) en communicatie (nieuwsbrieven, video's, cd-roms enz.),

de aanschaf van woordenboeken, lexicons en andere referentiewerken voor het directoraat Vertaling.

2 6 2 4   Archiefbestanden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

120 187

120 187

114 790,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor externe archiveringsdiensten, inclusief sorteren, classificatie en herclassificatie in de gegevensbanken, de kosten van diensten in verband met de archieven, de aankoop en exploitatie van archiefbestanden op vervangende informatiedragers (microfilm, schijven, cassettes enz.), alsmede aankoop, huur en onderhoud van speciaal materieel (elektrische, elektronische en computerapparatuur) en de kosten van publicaties op alle soorten dragers (brochures, cd-roms enz.).

2 6 4   Uitgaven in verband met publicaties, voorlichting en deelname aan openbare evenementen: voorlichtings- en communicatieactiviteiten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

408 000

408 000

378 728,00

Toelichting

Reglement (Comité van de Regio's) nr. 002/2008 inzake de financiering van politieke en voorlichtingsactiviteiten van de leden.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de politieke en voorlichtingsactiviteiten van de leden van het Comité van de Regio's in het kader van hun Europees mandaat:

bevordering en uitbreiding van de rol van de leden van het Comité van de Regio's via hun fractieactiviteiten,

informeren van de burger over de rol van het Comité van de Regio's als de institutionele vertegenwoordiger van de regionale en lokale overheden van de Europese Unie.

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

137 000

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

137 000

p.m.

0,—

 

HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

HOOFDSTUK 10 2

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 2

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

137 000

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

84 080 903

79 660 950

74 577 753,—

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 2 —

RESERVE VOOR DE OVERNAME VAN GEBOUWEN

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

137 000

p.m.

0,—

Toelichting

1.

Post

2 1 0 2

Externe dienstverlening ten behoeve van het exploiteren, ontwikkelen en onderhouden van softwaresystemen

115 000

2.

Post

2 5 4 1

Waarnemers

22 000

 

 

 

Totaal

137 000

Dit krediet heeft louter het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 10 2 —   RESERVE VOOR DE OVERNAME VAN GEBOUWEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

PERSONEEL

Afdeling VII — Comité van de Regio's

Functiegroep en rang

Comité van de Regio's

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

HC

 

1

 

1

AD 16

 

 

 

 

AD 15

6

 

6

 

AD 14

12

1

9

1

AD 13

13

1

10

 

AD 12

25

3

26

4

AD 11

28

1

29

 

AD 10

18

4

19

3

AD 9

9

1

7

3

AD 8

29

2

22

 

AD 7

39

1

25

3

AD 6

81

9

76

7

AD 5

26

1

41

3

Totaal AD

286

25

270

25

AST 11

3

 

2

 

AST 10

5

 

5

 

AST 9

2

 

2

 

AST 8

8

 

8

 

AST 7

14

2

13

1

AST 6

20

1

19

1

AST 5

39

5

36

5

AST 4

32

3

29

3

AST 3

24

1

28

2

AST 2

41

2

36

2

AST 1

11

 

19

 

Totaal AST

199

14

197

14

Totaal-generaal

485

39

467

39

Totaal personeel

524  (92)  (93)

506  (94)

AFDELING VIII

EUROPESE OMBUDSMAN

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van de Europese Ombudsman voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

9 427 395

Eigen inkomsten

–1 098 404

Te ontvangen bijdrage

8 328 991

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

546 866

558 683

481 433,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

58 425

50 682

55 109,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

605 291

609 365

536 542,—

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

493 113

462 713

418 018,—

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

p.m.

p.m.

0,—

4 1 2

Pensioenbijdrage van ambtenaren en andere personeelsleden die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

493 113

462 713

418 018,—

 

Totaal van titel 4

1 098 404

1 072 078

954 560,—

HOOFDSTUK 4 0 —

DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN IN HET KADER VAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

546 866

558 683

481 433,00

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Besluit 94/262/EGKS, EG, Euratom van het Europees Parlement van 9 maart 1994 inzake het statuut van de Europese Ombudsman en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van zijn ambt (PB L 113 van 4.5.1994, blz. 15), met name artikel 10, leden 2 en 3.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

58 425

50 682

55 109,00

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis, en Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Besluit 94/262/EGKS, EG, Euratom van het Europees Parlement van 9 maart 1994 inzake het statuut van de Europese Ombudsman en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van zijn ambt (PB L 113 van 4.5.1994, blz. 15), met name artikel 10, leden 2 en 3.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN IN HET KADER VAN DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

493 113

462 713

418 018,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 4, artikel 11, leden 2 en 3, en artikel 48 van bijlage VIII.

4 1 2   Pensioenbijdrage van ambtenaren en andere personeelsleden die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 40, lid 3, en Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name artikel 17.

TITEL 6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA’S VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

124 123,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

124 123,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

124 123,—

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

124 123,—

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

124 123,00

Toelichting

Op deze post worden overeenkomstig het bepaalde in artikel 18 van het Financieel Reglement de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien in de andere onderdelen van deze titel en die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

p.m.

p.m.

21 573,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

p.m.

p.m.

21 573,—

 

Totaal van titel 9

p.m.

p.m.

21 573,—

 

TOTAAL-GENERAAL

1 098 404

1 072 078

1 100 256,—

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

21 573,00

Toelichting

Onder dit artikel worden diverse ontvangsten opgenomen.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1

UITGAVEN BETREFFENDE DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING

529 704

670 000

507 659,—

1 2

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

6 477 905

6 243 775

5 447 989,—

1 4

ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

363 186

360 000

304 816,—

1 6

ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

61 000

53 000

25 974,—

 

Totaal van titel 1

7 431 795

7 326 775

6 286 438,—

2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, UITRUSTING EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 0

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

479 200

472 000

453 504,—

2 1

INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

107 000

87 000

110 574,—

2 3

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

784 000

750 000

902 966,—

 

Totaal van titel 2

1 370 200

1 309 000

1 467 044,—

3

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ALGEMENE TAKEN VAN DE INSTELLING

3 0

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

235 000

226 000

162 185,—

3 2

EXPERTISE EN INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

383 000

444 000

388 220,—

3 3

STUDIES EN OVERIGE SUBSIDIES

5 400

25 000

1 648,—

3 4

UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT DE TAKEN VAN DE OMBUDSMAN

2 000

1 500

1 470,—

 

Totaal van titel 3

625 400

696 500

553 523,—

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

p.m.

p.m.

0,—

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

9 427 395

9 332 275

8 307 005,—

TITEL 1

UITGAVEN BETREFFENDE DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 0

1 0 0

Salarissen, vergoedingen en toelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

366 734

360 000

344 146,—

1 0 2

Overbruggingstoelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 0 3

Pensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

104 970

103 000

98 350,—

1 0 4

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

54 000

50 000

42 583,—

1 0 5

Talen- en informaticacursussen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 000

2 000

0,—

1 0 8

Vergoedingen en kosten in verband met indiensttreding en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

155 000

22 580,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 0

529 704

670 000

507 659,—

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Salaris en andere rechten

1 2 0 0

Salarissen, toelagen en vergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

6 449 905

6 187 275

5 393 377,—

1 2 0 2

Betaalde overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 000

1 500

1 505,—

1 2 0 4

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

25 000

55 000

53 107,—

 

Totaal van artikel 1 2 0

6 477 905

6 243 775

5 447 989,—

1 2 2

Vergoedingen na vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0

Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 2 2 2

Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 1 2 2

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

6 477 905

6 243 775

5 447 989,—

HOOFDSTUK 1 4

1 4 0

Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0

Andere personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

180 186

180 000

135 413,—

1 4 0 4

Stages, subsidies en uitwisseling van ambtenaren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

183 000

180 000

169 403,—

 

Totaal van artikel 1 4 0

363 186

360 000

304 816,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 4

363 186

360 000

304 816,—

HOOFDSTUK 1 6

1 6 1

Uitgaven voor personeelsbeheer

1 6 1 0

Aanwerving van personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 000

8 000

4 596,—

1 6 1 2

Voortgezette beroepsopleiding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

45 000

37 000

17 000,—

 

Totaal van artikel 1 6 1

53 000

45 000

21 596,—

1 6 3

Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 6 3 0

Sociale dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 6 3 2

Sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel en andere maatregelen op sociaal gebied

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 000

8 000

4 378,—

 

Totaal van artikel 1 6 3

8 000

8 000

4 378,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 6

61 000

53 000

25 974,—

 

Totaal van titel 1

7 431 795

7 326 775

6 286 438,—

HOOFDSTUK 1 0 —

LEDEN VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 2 —

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

HOOFDSTUK 1 4 —

ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

HOOFDSTUK 1 6 —

ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

HOOFDSTUK 1 0 —   LEDEN VAN DE INSTELLING

1 0 0   Salarissen, vergoedingen en toelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

366 734

360 000

344 146,00

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name artikel 4 bis, artikel 11 en artikel 14.

Besluit 94/262/EGKS, EG, Euratom van het Europees Parlement van 9 maart 1994 inzake het statuut van de Europese Ombudsman en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van zijn ambt (PB L 113 van 4.5.1994, blz. 15).

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van het salaris, de vergoedingen en andere toelagen van de Europese Ombudsman, met name de bijdragen van de instelling voor de ongevallen- en beroepsziektenverzekering, de ziektekostenverzekering, geboortetoelagen, toelagen in geval van overlijden, het jaarlijks medisch onderzoek, enz.

Het dient tevens ter dekking van de financiering van de aanpassingscoëfficiënten en van de aanpassing van de salarissen en pensioenen die de Raad in de loop van het begrotingsjaar doorvoert.

1 0 2   Overbruggingstoelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name artikel 7.

Dit krediet dient ter dekking van de overbruggingstoelagen, de gezinstoelagen en de aanpassingscoëfficiënten in verband met het land van verblijf.

1 0 3   Pensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

104 970

103 000

98 350,00

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name de artikelen 8, 9, 15 en 18.

Dit krediet dient ter dekking van ouderdomspensioenen en de aanpassingscoëfficiënten in verband met het land van verblijf van de leden van de instelling, alsmede van de overlevingspensioenen van overlevende echtgenoten en wezen en de aanpassingscoëfficiënten in verband met hun land van verblijf.

1 0 4   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

54 000

50 000

42 583,00

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name artikel 6.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor reiskosten en dagvergoedingen in het kader van dienstreizen, evenals voor bijkomende of uitzonderlijke kosten tijdens dienstreizen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

1 0 5   Talen- en informaticacursussen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 000

2 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van deelname aan talencursussen of andere bijscholingscursussen.

1 0 8   Vergoedingen en kosten in verband met indiensttreding en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

155 000

22 580,00

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name artikel 5.

Dit krediet dient ter dekking van de reiskosten (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding of beëindiging van de dienst, de inrichtingsvergoeding bij indiensttreding of beëindiging van de dienst en de verhuiskosten bij indiensttreding of vertrek bij de instelling.

HOOFDSTUK 1 2 —   AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

1 2 0   Salaris en andere rechten

1 2 0 0   Salarissen, toelagen en vergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 449 905

6 187 275

5 393 377,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient vooral ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen,

de ziekte-, ongevallen- en beroepsziektekostenverzekering en andere sociale lasten,

de forfaitaire vergoedingen voor overuren,

de overige toelagen en vergoedingen,

de betaling van de jaarlijkse reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst,

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt,

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen door de instelling aan tijdelijke functionarissen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in hun land van herkomst.

1 2 0 2   Betaalde overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 000

1 500

1 505,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56 en bijlage VI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in de bovenstaande bepalingen.

1 2 0 4   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 000

55 000

53 107,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats,

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen,

de ontslagvergoeding voor ambtenaren op proef in geval van duidelijke onbekwaamheid,

de vergoeding in geval van beëindiging door de instelling van het contract met een tijdelijk personeelslid.

1 2 2   Vergoedingen na vervroegde beëindiging van de dienst

1 2 2 0   Vergoedingen bij ontheffing van het ambt om redenen van dienstbelang

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41 en 50, alsmede bijlage IV.

Dit krediet dient ter dekking van de vergoedingen aan ambtenaren:

die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling,

die een ambt bekleden in rang AD 16 of AD 15 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

Het dient ook ter dekking van de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten hierop.

1 2 2 2   Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Verordeningen (EGKS, EEG, Euratom) nr. 3518/85 van de Raad van 12 december 1985 tot vaststelling van bijzondere maatregelen betreffende de beëindiging van de dienst van ambtenaren van de Europese Gemeenschappen in verband met de toetreding van Spanje en Portugal (PB L 335 van 13.12.1985, blz. 56) en Verordening (EG, Euratom, EGKS) nr. 2688/95 van de Raad van 17 november 1995 tot vaststelling van bijzondere maatregelen betreffende de beëindiging van de dienst van ambtenaren van de Europese Gemeenschappen naar aanleiding van de toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden (PB L 280 van 23.11.1995, blz. 1).

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Dit krediet dient ter dekking van:

de vergoedingen die als toepassing van het Statuut en de hierboven genoemde verordeningen moeten worden betaald,

de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering van de begunstigden van deze vergoedingen,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten die op de diverse vergoedingen van toepassing zijn.

HOOFDSTUK 1 4 —   ANDER PERSONEEL EN EXTERNEN

1 4 0   Andere personeelsleden en externen

1 4 0 0   Andere personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

180 186

180 000

135 413,00

Toelichting

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient vooral ter dekking van de volgende uitgaven:

de bezoldiging van de andere personeelsleden, met name arbeidscontractanten, plaatselijke functionarissen en bijzondere adviseurs (in de zin van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de vergoedingen van deze personeelsleden,

de honoraria van personeel betaald volgens de regeling inzake verleende diensten, alsmede, in bijzondere gevallen, voor de aanstelling van tijdelijke uitzendkrachten.

1 4 0 4   Stages, subsidies en uitwisseling van ambtenaren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

183 000

180 000

169 403,00

Toelichting

Besluit van de Europese Ombudsman inzake stages en besluit van de Europese Ombudsman inzake gedetacheerde internationale, nationale en regionale of lokale ambtenaren bij de diensten van de Europese Ombudsman.

Dit krediet dient ter dekking van:

een vergoeding, reiskosten en kosten van dienstreizen voor stagiair(e)s, alsmede een ongevallen- en ziekteverzekering tijdens de stage,

de uitgaven die voortvloeien uit het wederzijds ter beschikking stellen van personeel door de Europese Ombudsman en de openbare sector in de lidstaten of in andere landen die specifiek in de regeling worden genoemd.

HOOFDSTUK 1 6 —   ANDERE UITGAVEN VOOR AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 6 1   Uitgaven voor personeelsbeheer

1 6 1 0   Aanwerving van personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 000

8 000

4 596,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en 33, alsmede bijlage III.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53) en Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Europees Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van het organiseren van de in artikel 3 van Besluit 2002/621/EG bedoelde vergelijkende onderzoeken, alsmede de reis- en verblijfkosten van de kandidaten voor aanwervingsgesprekken en medische onderzoeken in verband met aanwerving,

de kosten van de organisatie van procedures voor de selectie van ambtenaren en andere personeelsleden.

In gevallen waarin een en ander naar behoren is aangetoond op grond van functionele behoeften en na raadpleging van het Europees Bureau voor personeelsselectie, kan dit krediet worden gebruikt voor door de instelling zelf georganiseerde vergelijkende onderzoeken.

1 6 1 2   Voortgezette beroepsopleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

45 000

37 000

17 000,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet is bestemd voor:

de uitgaven voor opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van de instelling te verbeteren,

de reiskosten en dagvergoedingen in het kader van dienstreizen, evenals voor bijkomende of uitzonderlijke kosten voor dienstreizen, met inbegrip van de kosten die verband houden met vervoersbewijzen en reserveringen (andere dan bedoeld in artikel 3 0 0).

1 6 3   Voorzieningen voor het personeel van de instelling

1 6 3 0   Sociale dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 9, lid 3, derde alinea, en artikel 76. Besluit van de Europese Ombudsman van 15 januari 2004 betreffende de regeling van de sociale dienst voor de ambtenaren en de andere personeelsleden van de diensten van de Europese Ombudsman.

Dit krediet dient:

in het kader van het interinstitutionele gehandicaptenbeleid, als bijstand voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie,

als terugbetaling van de op grond van de handicap gemaakte, als noodzakelijk erkende, naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die niet door de Gemeenschappelijk Regeling voor de ziektekostenverzekering worden vergoed, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend,

de kosten voor bijstand aan ambtenaren en andere personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren.

1 6 3 2   Sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel en andere maatregelen op sociaal gebied

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 000

8 000

4 378,00

Toelichting

Dit krediet dient ter aanmoediging en financiële ondersteuning van initiatieven ter bevordering van sociale contacten tussen personeelsleden van verschillende nationaliteiten, zoals subsidies voor sportclubs en culturele activiteiten, enz. van het personeel, alsmede voor een bijdrage in de kosten van activiteiten georganiseerd door het personeelscomité (culturele activiteiten, ontspanning, restaurant enz.).

Het dient tevens ter dekking van de financiële bijdrage in de interinstitutionele sociale activiteiten.

TITEL 2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, UITRUSTING EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Gebouwen

2 0 0 0

Huur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

479 200

472 000

453 504,—

 

Totaal van artikel 2 0 0

479 200

472 000

453 504,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

479 200

472 000

453 504,—

HOOFDSTUK 2 1

2 1 0

Materieel, exploitatiekosten en dienstverlening in verband met informatica en telecommunicatie

2 1 0 0

Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van hard- en software en daarmee verband houdend werk

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

69 000

49 000

73 064,—

2 1 0 1

Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van telecommunicatieapparatuur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 000

1 000

510,—

 

Totaal van artikel 2 1 0

70 000

50 000

73 574,—

2 1 2

Meubilair

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 000

20 000

20 000,—

2 1 6

Vervoermiddelen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

17 000

17 000

17 000,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 1

107 000

87 000

110 574,—

HOOFDSTUK 2 3

2 3 0

Administratieve uitgaven

2 3 0 0

Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

30 000

30 000

25 750,—

2 3 0 1

Porto en verzendkosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

19 000

19 000

16 001,—

2 3 0 2

Telecommunicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

16 000

16 000

10 419,—

2 3 0 3

Financiële lasten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 500

3 000

842,—

2 3 0 4

Overige uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 000

4 000

2 399,—

2 3 0 5

Proceskosten en schadevergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

Totaal van artikel 2 3 0

70 500

72 000

55 411,—

2 3 1

Vertaling en vertolking

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

640 000

608 000

785 000,—

2 3 2

Ondersteuning van werkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

73 500

70 000

62 555,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 3

784 000

750 000

902 966,—

 

Totaal van titel 2

1 370 200

1 309 000

1 467 044,—

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

HOOFDSTUK 2 1 —

INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

HOOFDSTUK 2 3 —

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN EN BIJKOMENDE KOSTEN

2 0 0   Gebouwen

2 0 0 0   Huur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

479 200

472 000

453 504,00

Toelichting

Administratieve overeenkomst tussen de Ombudsman en het Europees Parlement.

Dit krediet dient ter dekking van een globale vergoeding aan het Europees Parlement voor het gebruik van de kantoorruimte die het Europees Parlement in zijn gebouwen in Brussel en Straatsburg ter beschikking stelt van de Europese Ombudsman. Het dient ter dekking van de kosten van huur en verzekering, water, elektriciteit, verwarming, schoonmaken en onderhoud, veiligheid en bewaking, alsook van andere diverse kosten, met inbegrip van verbouwingen, reparaties en renovaties van de betreffende kantoorruimten.

HOOFDSTUK 2 1 —   INFORMATICA, UITRUSTING EN MEUBILAIR: AANKOOP, HUUR EN ONDERHOUD

Toelichting

Op het gebied van overheidsopdrachten overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden.

2 1 0   Materieel, exploitatiekosten en dienstverlening in verband met informatica en telecommunicatie

2 1 0 0   Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van hard- en software en daarmee verband houdend werk

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

69 000

49 000

73 064,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van:

aankoop, huur, service en onderhoud van materieel en ontwikkeling van programmatuur,

dienstverlening in verband met de exploitatie en het onderhoud van informaticasystemen,

aan derden uitbestede exploitatie van informaticatoepassingen en andere diensten in verband met de informatica.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 1 0 1   Aankoop van, werkzaamheden aan en onderhoud van telecommunicatieapparatuur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000

1 000

510,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten in verband met huur, werkzaamheden aan en onderhoud van telecommunicatieapparatuur en andere uitgaven in verband met telecommunicatie (transmissienetwerken, telefooncentrales, telefoontoestellen en randapparatuur, faxen, telexsystemen, installatiekosten enz.).

2 1 2   Meubilair

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000

20 000

20 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van aankoop, huur, onderhoud en reparatie van meubilair, met name de aankoop van ergonomisch kantoormeubilair, de vervanging van verouderd meubilair en meubilair dat niet langer wordt gebruikt, alsmede van kantoormachines.

2 1 6   Vervoermiddelen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

17 000

17 000

17 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van aankoop, onderhoud, gebruik en reparatie van vervoermiddelen (dienstwagens) en van de huur van auto's, taxi's, bussen en vrachtwagens, met of zonder chauffeur, met inbegrip van de bijbehorende verzekeringen en de betaling van eventuele boetes.

HOOFDSTUK 2 3 —   LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 3 0   Administratieve uitgaven

Toelichting

Op het gebied van overheidsopdrachten overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden.

2 3 0 0   Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

30 000

30 000

25 750,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aanschaf van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden, producten voor de drukkerij en de reproductiewerkplaatsen enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 3 0 1   Porto en verzendkosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

19 000

19 000

16 001,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor porto en voor verwerking en versturing door post- en private koeriersdiensten.

2 3 0 2   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 000

16 000

10 419,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van abonnementen en de kosten van communicatie per kabel of via de ether (vaste en mobiele telefonie, televisie), alsook ter dekking van de uitgaven in verband met netwerken voor de transmissie van gegevens en diensten op het gebied van de telematica.

2 3 0 3   Financiële lasten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 500

3 000

842,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bankkosten (commissies, agio's en diverse kosten) en de andere financiële kosten, met inbegrip van de bijkomende kosten voor de financiering van de gebouwen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

2 3 0 4   Overige uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 000

4 000

2 399,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

verzekeringen die niet expliciet onder andere posten worden genoemd,

diverse huishoudelijke uitgaven, zoals de aankoop van spoorboekjes en vluchtregelingen, de bekendmaking in kranten van de verkoop van gebruikte goederen enz.,

voorschotrekeningen in Brussel en Straatsburg.

2 3 0 5   Proceskosten en schadevergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

alle eventuele kosten indien de Ombudsman voor een uniale of nationale rechtbank moet verschijnen of een zaak bij zo'n rechtbank aanhangig maakt, de kosten van juridische diensten en andere kosten van juridische, contentieuze of precontentieuze aard,

de uitgaven in verband met schadevergoedingen, alsook eventuele schulden zoals vermeld in artikel 8, lid 3, van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

2 3 1   Vertaling en vertolking

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

640 000

608 000

785 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van door derden te verrichten aanvullende diensten, met name de vertaling en het uittypen van het jaarverslag en diverse documenten, de diensten van onder contract of incidenteel werkende tolken en andere bijkomende kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

2 3 2   Ondersteuning van werkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

73 500

70 000

62 555,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een aan het Europees Parlement te betalen globale „managementvergoeding” voor de kosten die overeenkomen met de werkuren van personeel van het Europees Parlement voor het verlenen van algemene diensten, zoals accounting, interne audit, een medische dienst enz.

TITEL 3

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ALGEMENE TAKEN VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 3 0

3 0 0

Dienstreizen personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

143 000

141 000

117 436,—

3 0 2

Ontvangst- en representatiekosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

17 000

17 000

11 730,—

3 0 3

Vergaderingen in het algemeen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

40 000

40 000

6 654,—

3 0 4

Interne vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

35 000

28 000

26 365,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 0

235 000

226 000

162 185,—

HOOFDSTUK 3 2

3 2 0

Verwerving van informatie en expertise

3 2 0 0

Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

13 000

12 000

11 722,—

3 2 0 1

Uitgaven voor archivering

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

10 000

10 000

13 986,—

 

Totaal van artikel 3 2 0

23 000

22 000

25 708,—

3 2 1

Productie en verspreiding

3 2 1 0

Communicatie en publicaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

360 000

422 000

362 512,—

 

Totaal van artikel 3 2 1

360 000

422 000

362 512,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 2

383 000

444 000

388 220,—

HOOFDSTUK 3 3

3 3 0

Studies en subsidies

3 3 0 0

Studies

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 400

p.m.

0,—

3 3 0 1

Overige subsidies

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

25 000

1 648,—

 

Totaal van artikel 3 3 0

5 400

25 000

1 648,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 3

5 400

25 000

1 648,—

HOOFDSTUK 3 4

3 4 0

Uitgaven voortvloeiend uit de taken van de Ombudsman

3 4 0 0

Diverse uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 000

1 500

1 470,—

 

Totaal van artikel 3 4 0

2 000

1 500

1 470,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 4

2 000

1 500

1 470,—

 

Totaal van titel 3

625 400

696 500

553 523,—

HOOFDSTUK 3 0 —

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

HOOFDSTUK 3 2 —

EXPERTISE EN INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

HOOFDSTUK 3 3 —

STUDIES EN OVERIGE SUBSIDIES

HOOFDSTUK 3 4 —

UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT DE TAKEN VAN DE OMBUDSMAN

HOOFDSTUK 3 0 —   VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

3 0 0   Dienstreizen personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

143 000

141 000

117 436,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 71, alsmede bijlage VII, artikelen 11, 12 en met 13.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor reiskosten en dagvergoedingen in het kader van dienstreizen, evenals voor bijkomende of uitzonderlijke kosten tijdens dienstreizen, met inbegrip van de kosten die verband houden met vervoersbewijzen en reserveringen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

3 0 2   Ontvangst- en representatiekosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

17 000

17 000

11 730,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de verplichtingen van de instelling inzake ontvangst en representatie, en voor de aanschaf van door de Ombudsman geschonken representatieartikelen.

3 0 3   Vergaderingen in het algemeen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 000

40 000

6 654,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van deskundigen en andere personen die worden uitgenodigd voor vergaderingen van commissies en studie- en werkgroepen, alsook van andere bijbehorende kosten (huur van zalen, vertolkingsvoorzieningen enz.).

3 0 4   Interne vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

35 000

28 000

26 365,00

Toelichting

Deze kredieten zijn bedoeld om de kosten te dekken die betrekking hebben op de organisatie van de interne vergaderingen van de instelling.

HOOFDSTUK 3 2 —   EXPERTISE EN INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

3 2 0   Verwerving van informatie en expertise

3 2 0 0   Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 000

12 000

11 722,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van:

uitbreiding en vernieuwing van de algemene naslagwerken en aanvulling van het bibliotheekfonds,

abonnementen op dagbladen, tijdschriften, nieuwsagentschappen en op hun publicaties en diensten online, met inbegrip van de kosten van auteursrechten voor de reproductie en verspreiding van deze abonnementen langs klassieke of elektronische weg en dienstverleningscontracten voor persoverzichten en krantenknipsels,

abonnementen of dienstverleningscontracten voor de levering van samenvattingen en inhoudsanalyses van tijdschriften of voor het invoeren in optische dragers van uit deze tijdschriften geselecteerde artikelen,

het gebruik van externe databanken voor documenten en statistische gegevens, met uitzondering van computerapparatuur en telecommunicatiekosten,

de aanschaf of huur van speciaal materiaal, inclusief elektrische, elektronische en computerapparatuur en/of systemen voor bibliotheek, documentatie en mediatheek, alsmede externe bijstand bij de aanschaf, ontwikkeling, installatie, exploitatie en onderhoud van deze materialen en systemen,

de levering van diensten met betrekking tot de activiteiten van de bibliotheek, met name in verband met de klanten (onderzoek, analyse) het systeem voor kwaliteitsbeheer enz.,

materiaal en werkzaamheden in verband met het inbinden en conserveren van werken voor de bibliotheek, de documentatiedienst en de mediatheek,

de aankoop van woordenboeken, glossaria en andere werken voor de diensten van de Ombudsman.

3 2 0 1   Uitgaven voor archivering

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000

10 000

13 986,00

Toelichting

Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43), alsmede de door de Ombudsman aangenomen uitvoeringsbepalingen.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van:

externe archiveringsdiensten, inclusief sorteren, classificatie en herclassificatie in de gegevensbanken, de kosten van diensten in verband met de archieven en aankoop en exploitatie van archiefbestanden op vervangende informatiedragers (microfilm, schijven, cassettes enz.), alsmede aankoop, huur en onderhoud van speciaal materieel (elektronische, elektrische en computerapparatuur) en de kosten van publicaties op alle soorten dragers (brochures, cd-roms enz.),

het verwerken van de persoonlijke archieven die de Ombudsman tijdens de uitoefening van zijn mandaat heeft opgebouwd en overgedragen in de vorm van een schenking of een legaat aan het Europees Parlement, aan het historische archief van de Europese Unie (HAEU) of aan een wettelijk erkende vereniging of stichting.

3 2 1   Productie en verspreiding

3 2 1 0   Communicatie en publicaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

360 000

422 000

362 512,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van publicaties en voorlichting, met name:

het plaatsen van publicaties in het Publicatieblad van de Europese Unie,

het drukken en vermenigvuldigen van diverse publicaties (jaarverslag enz.) in de officiële talen,

verspreiding (langs traditionele of elektronische weg) van voorlichtingsmateriaal met betrekking tot de Ombudsman (publiciteit en maatregelen ter bevordering van het beginsel van de Europese Ombudsman bij het grote publiek),

andere uitgaven in verband met het voorlichtingsbeleid van de instelling (studiebijeenkomsten, seminars, deelname aan openbare evenementen enz.).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

HOOFDSTUK 3 3 —   STUDIES EN OVERIGE SUBSIDIES

3 3 0   Studies en subsidies

3 3 0 0   Studies

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 400

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het verrichten van bij contract aan deskundigen en onderzoeksinstituten toevertrouwde studies en/of enquêtes, alsmede de kosten van de publicatie daarvan en bijkomende kosten.

3 3 0 1   Overige subsidies

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

25 000

1 648,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van kosten aangegaan voor het bevorderen van relaties en het verstevigen van de samenwerking tussen de Ombudsman en de nationale/regionale ombudsmannen en andere gelijkaardige organen.

Het kan met name dienen ter dekking van financiële bijdragen voor de realisatie van projecten in de activiteitssfeer van het Europese netwerk van de ombudsmannen (andere dan bedoeld in post 3 2 1 0).

Het is ook bedoeld ter dekking van bijdragen met betrekking tot bezoekersgroepen aan de Ombudsman.

HOOFDSTUK 3 4 —   UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT DE TAKEN VAN DE OMBUDSMAN

3 4 0   Uitgaven voortvloeiend uit de taken van de Ombudsman

3 4 0 0   Diverse uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 000

1 500

1 470,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eventuele uitgaven die specifiek verband houden met het ambt van Ombudsman, zoals betrekkingen met de nationale ombudsmannen en internationale organisaties van ombudsmannen, alsook het lidmaatschap van internationale organisaties.

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

p.m.

p.m.

0,—

 

HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

9 427 395

9 332 275

8 307 005,—

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van niet te voorziene uitgaven, voortkomend uit tijdens het begrotingsjaar te nemen begrotingsbesluiten.

PERSONEEL

Afdeling VIII — Europese Ombudsman

Functiegroep en rang

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

 

1

 

1

AD 15

1

 

1

 

AD 14

2

 

 

1

AD 13

1

2

2

1

AD 12

 

2

 

3

AD 11

 

2

 

2

AD 10

 

3

 

 

AD 9

 

4

 

7

AD 8

 

 

1

 

AD 7

2

1

1

1

AD 6

 

9

 

9

AD 5

1

4

1

4

Totaal AD

7

28

6

29

AST 11

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

AST 8

 

1

 

 

AST 7

 

1

 

2

AST 6

1

3

 

3

AST 5

2

2

2

2

AST 4

5

2

6

2

AST 3

1

5

 

3

AST 2

 

2

1

4

AST 1

 

4

 

3

Totaal AST

9

20

9

19

Totaal-generaal

16

48

15

48

AFDELING IX

EUROPESE TOEZICHTHOUDER VOOR GEGEVENSBESCHERMING

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

7 564 137

Eigen inkomsten

– 937 000

Te ontvangen bijdrage

6 627 137

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

DIVERSE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden

452 000

411 000

283 841,20

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

74 000

55 000

33 128,64

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

526 000

466 000

316 969,84

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

411 000

337 000

208 191,89

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

411 000

337 000

208 191,89

 

Totaal van titel 4

937 000

803 000

525 161,73

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

452 000

411 000

283 841,20

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Besluit nr. 1247/2002/EG van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 1 juli 2002 betreffende het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van de functie van Europees Toezichthouder voor gegevensbescherming (PB L 183 van 12.7.2002, blz. 1).

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Besluit nr. 1247/2002/EG van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 1 juli 2002 betreffende het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van de functie van Europees Toezichthouder voor gegevensbescherming (PB L 183 van 12.7.2002, blz. 1).

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

74 000

55 000

33 128,64

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

411 000

337 000

208 191,89

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 4, artikel 11, leden 2 en 3, en artikel 48 van bijlage VIII.

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 9

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

937 000

803 000

525 161,73

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden diverse ontvangsten opgenomen.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1

UITGAVEN BETREFFENDE DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING

895 699

906 964

877 819,10

1 1

PERSONEEL VAN DE INSTELLING

4 585 683

4 115 469

2 887 879,41

 

Totaal van titel 1

5 481 382

5 022 433

3 765 698,51

2

GEBOUWEN, MATERIEEL EN UITGAVEN IN VERBAND MET DE WERKING VAN DE INSTELLING

2 0

GEBOUWEN, MATERIEEL EN UITGAVEN IN VERBAND MET DE WERKING VAN DE INSTELLING

2 082 755

2 081 918

1 660 980,17

 

Totaal van titel 2

2 082 755

2 081 918

1 660 980,17

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

p.m.

p.m.

0,—

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

7 564 137

7 104 351

5 426 678,68

TITEL 1

UITGAVEN BETREFFENDE DE AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 0

1 0 0

Bezoldiging, vergoedingen en andere rechten van de leden

1 0 0 0

Bezoldiging en vergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

659 635

675 917

601 084,35

1 0 0 1

Rechten in verband met indiensttreding en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

76 767,88

1 0 0 2

Overbruggingstoelagen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

130 357

127 000

114 088,87

1 0 0 3

Pensioenen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 0 0 4

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

16 885

16 451

0,—

 

Totaal van artikel 1 0 0

806 877

819 368

791 941,10

1 0 1

Andere uitgaven in verband met de leden

1 0 1 0

Bijscholing

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

4 732

4 667

4 575,—

1 0 1 1

Dienstreizen, lokaal vervoer en andere bijkomende kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

84 090

82 929

81 303,—

 

Totaal van artikel 1 0 1

88 822

87 596

85 878,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 0

895 699

906 964

877 819,10

HOOFDSTUK 1 1

1 1 0

Bezoldiging, vergoedingen en andere rechten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen

1 1 0 0

Bezoldiging en vergoedingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 705 939

3 246 037

2 352 448,46

1 1 0 1

Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

204 613

198 924

47 766,25

1 1 0 2

Overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 1 0 3

Buitengewone bijstand

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 070

5 000

0,—

1 1 0 4

Vergoedingen en diverse bijdragen in verband met de vervroegde beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 1 0 5

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

88 198

85 746

0,—

 

Totaal van artikel 1 1 0

4 003 820

3 535 707

2 400 214,71

1 1 1

Andere personeelsleden

1 1 1 0

Arbeidscontractanten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

50 856

50 719

0,—

1 1 1 1

Kosten van stages en uitwisseling van personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

165 212

164 064

161 014,—

1 1 1 2

Uit te besteden diensten en werkzaamheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

44 096

38 110

33 565,—

 

Totaal van artikel 1 1 1

260 164

252 893

194 579,—

1 1 2

Andere uitgaven in verband met het personeel

1 1 2 0

Dienstreizen, lokaal vervoer en andere bijkomende kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

103 346

105 628

94 142,—

1 1 2 1

Aanwerving van personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

10 034

9 895

4 850,50

1 1 2 2

Bijscholing

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

72 499

71 498

63 724,—

1 1 2 3

Sociale dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

1 1 2 4

Medische dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

14 844

14 639

11 211,—

1 1 2 5

Kinderopvangcentrum van de Unie en andere kinderdagverblijven en naschoolse opvangcentra

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

117 356

121 639

115 847,—

1 1 2 6

Betrekkingen tussen de personeelsleden en andere sociale maatregelen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 620

3 570

3 311,20

 

Totaal van artikel 1 1 2

321 699

326 869

293 085,70

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 1

4 585 683

4 115 469

2 887 879,41

 

Totaal van titel 1

5 481 382

5 022 433

3 765 698,51

HOOFDSTUK 1 0 —

LEDEN VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 1 —

PERSONEEL VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 1 0 —   LEDEN VAN DE INSTELLING

1 0 0   Bezoldiging, vergoedingen en andere rechten van de leden

1 0 0 0   Bezoldiging en vergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

659 635

675 917

601 084,35

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Besluit nr. 1247/2002/EG van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 1 juli 2002 betreffende het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van de functie van Europees Toezichthouder voor gegevensbescherming (PB L 183 van 12.7.2002, blz. 1).

Dit krediet dient ter dekking van:

de financiering van de salarissen en vergoedingen van de leden, alsook van de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldiging en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt,

de werkgeversbijdrage (0,87 %) in de beroepsziekte- en ongevallenverzekering,

de werkgeversbijdrage (3,4 %) in de ziektekostenverzekering,

de geboortetoelage,

de toelagen in geval van overlijden.

1 0 0 1   Rechten in verband met indiensttreding en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

76 767,88

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom, met name artikel 5.

Dit krediet dient ter dekking van de reiskosten van de leden (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding of beëindiging van de dienst, de inrichtingsvergoeding bij indiensttreding of beëindiging van de dienst en de verhuiskosten bij indiensttreding of beëindiging van de dienst.

1 0 0 2   Overbruggingstoelagen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

130 357

127 000

114 088,87

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom, met name artikel 7.

Dit krediet dient ter dekking van de overbruggingstoelagen, de gezinstoelagen en de aanpassingscoëfficiënten in verband met het land van verblijf van de leden van de instelling na beëindiging van de dienst.

1 0 0 3   Pensioenen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom, met name de artikelen 8, 9, 15 en 18.

Dit krediet dient ter dekking van de ouderdomspensioenen en de aanpassingscoëfficiënten in verband met het land van verblijf van de leden van de instelling, alsmede van de overlevingspensioenen van overlevende echtgenoten en wezen en de aanpassingscoëfficiënten in verband met hun land van verblijf.

1 0 0 4   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 885

16 451

0,—

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen en pensioenen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Dit krediet heeft louter het karakter van een voorziening en mag slechts worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement.

1 0 1   Andere uitgaven in verband met de leden

1 0 1 0   Bijscholing

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 732

4 667

4 575,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van deelname aan talencursussen, seminars en bijscholingscursussen.

1 0 1 1   Dienstreizen, lokaal vervoer en andere bijkomende kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

84 090

82 929

81 303,00

Toelichting

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom, met name artikel 6.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor reiskosten en dagvergoedingen in het kader van dienstreizen, evenals voor bijkomende of uitzonderlijke kosten tijdens dienstreizen.

HOOFDSTUK 1 1 —   PERSONEEL VAN DE INSTELLING

1 1 0   Bezoldiging, vergoedingen en andere rechten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen

1 1 0 0   Bezoldiging en vergoedingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 705 939

3 246 037

2 352 448,46

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van:

de basissalarissen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen,

de gezinstoelagen, inclusief de kostwinnerstoelage, de kindertoelage en de schooltoelage,

de ontheemdings- en buitenlandtoelage,

de bijdrage van de instelling aan de ziektekostenverzekering en aan de beroepsziekte- en ongevallenverzekering,

de bijdrage van de instelling voor de oprichting van het speciaal werkloosheidsfonds,

de betalingen van de instelling ten behoeve van tijdelijke functionarissen voor de totstandkoming of handhaving van hun pensioenrechten in hun land van herkomst,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldiging en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt,

de geboortetoelage,

de forfaitaire betaling van de reiskosten van de standplaats naar de plaats van herkomst,

de huisvestings- en vervoersvergoedingen, de vaste ambtsvergoedingen,

de vaste vergoedingen voor lokaal vervoer,

de bijzondere vergoeding voor de rekenplichtingen en de beheerders van gelden.

1 1 0 1   Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

204 613

198 924

47 766,25

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing die een verandering van standplaats met zich brengt (artikelen 20 en 71 en bijlage VII, artikel 7), de inrichtingsvergoedingen bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of tewerkstelling in een nieuwe standplaats (bijlage VII, artikelen 5 en 6), de verhuiskosten (artikelen 20 en 71 en bijlage VII, artikel 9) en de tijdelijke dagvergoedingen voor personeelsleden die kunnen aantonen dat zij bij indiensttreding van woonplaats hebben moeten veranderen (artikelen 20 en 71 en bijlage VII, artikel 10).

1 1 0 2   Overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56 en bijlage VI.

Dit krediet dient voor het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in de bovenstaande bepalingen.

1 1 0 3   Buitengewone bijstand

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 070

5 000

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 76.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor bijstand aan ambtenaren en andere personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren.

1 1 0 4   Vergoedingen en diverse bijdragen in verband met de vervroegde beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41, 50, 64, 65 en 72 en bijlage IV.

Dit krediet dient ter dekking van:

de vergoedingen die aan ambtenaren worden uitgekeerd in geval van terbeschikkingstelling of ontheffing van het ambt in het belang van de dienst,

de werkgeversbijdrage in de ziektekostenverzekering van ontvangers van bovengenoemde vergoedingen,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de hierboven bedoelde vergoedingen, alsmede de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

1 1 0 5   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

88 198

85 746

0,—

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 65 en 65 bis en bijlage XI.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen en vergoedingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Dit krediet heeft louter het karakter van een voorziening en mag slechts worden gebruikt nadat het naar andere begrotingsonderdelen is overgeschreven overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement.

1 1 1   Andere personeelsleden

1 1 1 0   Arbeidscontractanten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

50 856

50 719

0,—

Toelichting

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de tewerkstelling van arbeidscontractanten.

1 1 1 1   Kosten van stages en uitwisseling van personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

165 212

164 064

161 014,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van vergoedingen en kosten in verband met reizen en dienstreizen van stagiairs en van de ongevallen- en ziektekostenverzekering tijdens de stage.

Dit krediet dient tevens ter dekking van de kosten in verband met de uitwisseling van personeel tussen de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, enerzijds, en de openbare sector van de lidstaten en de EVA-landen die lid zijn van de Europese Economische Ruimte (EER) en internationale organisaties, anderzijds.

1 1 1 2   Uit te besteden diensten en werkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

44 096

38 110

33 565,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle diensten verricht door personen die niet aan de instelling zijn verbonden, met name tijdelijk personeel.

1 1 2   Andere uitgaven in verband met het personeel

1 1 2 0   Dienstreizen, lokaal vervoer en andere bijkomende kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

103 346

105 628

94 142,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 71, alsmede bijlage VII, artikelen 11, 12 en 13.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor reiskosten, dagvergoedingen in het kader van dienstreizen, evenals voor bijkomende of uitzonderlijke kosten tijdens dienstreizen.

1 1 2 1   Aanwerving van personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 034

9 895

4 850,50

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en 33, alsmede bijlage III.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53).

Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Europees Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor het organiseren van de in artikel 3 van Besluit 2002/621/EG bedoelde vergelijkende onderzoeken, alsmede de reis- en verblijfkosten van de kandidaten voor aanwervingsgesprekken en de kosten van medische onderzoeken in verband met aanwerving.

Het dient tevens ter dekking van de kosten van de organisatie van procedures voor de selectie van tijdelijke functionarissen en arbeidscontractanten.

In gevallen waarin een en ander naar behoren is gerechtvaardigd op grond van functionele behoeften en na raadpleging van het Europees Bureau voor personeelsselectie, kan dit krediet worden gebruikt voor door de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming zelf georganiseerde vergelijkende onderzoeken.

1 1 2 2   Bijscholing

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

72 499

71 498

63 724,00

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Dit krediet dient ter dekking van de organisatie van beroepsopleidings- en bijscholingscursussen op interinstitutionele, externe en interne basis, met inbegrip van de talencursussen.

Tevens dient het ter dekking van de uitgaven voor educatief en technisch materiaal.

1 1 2 3   Sociale dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, in het kader van een interinstitutioneel beleid ten behoeve van personen met een handicap (ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst en hun echtgenoten, alsook de kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie), van de terugbetaling, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

1 1 2 4   Medische dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

14 844

14 639

11 211,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met het jaarlijkse medische onderzoek voor ambtenaren en andere rechthebbende personeelsleden, met inbegrip van de onderzoeken en medische controles die in verband met dit jaarlijkse onderzoek vereist zijn.

1 1 2 5   Kinderopvangcentrum van de Unie en andere kinderdagverblijven en naschoolse opvangcentra

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

117 356

121 639

115 847,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het aandeel van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming in de uitgaven voor het kinderopvangcentrum van de Unie en andere kinderdagverblijven en naschoolse opvangcentra.

1 1 2 6   Betrekkingen tussen de personeelsleden en andere sociale maatregelen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 620

3 570

3 311,20

Toelichting

Dit krediet dient:

ter dekking van de aanmoediging en financiële ondersteuning van initiatieven ter bevordering van sociale contacten tussen personeelsleden van verschillende nationaliteiten, bijvoorbeeld subsidies aan personeelsclubs, sportverenigingen, culturele activiteiten, enz., alsmede voor een bijdrage in de kosten van een permanent vrijetijdscentrum (culturele activiteiten, sport enz.),

alsmede voor een bijdrage in de kosten van door het personeelscomité georganiseerde activiteiten (culturele activiteiten, vrijetijdsactiviteiten, etentjes enz.).

TITEL 2

GEBOUWEN, MATERIEEL EN UITGAVEN IN VERBAND MET DE WERKING VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Huur, lasten en overige uitgaven voor gebouwen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

586 437

578 340

567 000,—

2 0 1

Uitgaven in verband met de werking en activiteiten van de instelling

2 0 1 0

Materieel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

101 046

89 789

88 028,—

2 0 1 1

Benodigdheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

19 524

19 254

12 050,40

2 0 1 2

Andere uitgaven in verband met de werking

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

40 615

40 054

0,—

2 0 1 3

Vertaling en vertolking

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 053 881

1 039 330

807 464,—

2 0 1 4

Publicaties en voorlichting

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

166 320

164 024

148 441,30

2 0 1 5

Uitgaven in verband met de activiteiten van de instelling

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

114 932

151 127

37 996,47

 

Totaal van artikel 2 0 1

1 496 318

1 503 578

1 093 980,17

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

2 082 755

2 081 918

1 660 980,17

 

Totaal van titel 2

2 082 755

2 081 918

1 660 980,17

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN, MATERIEEL EN UITGAVEN IN VERBAND MET DE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN, MATERIEEL EN UITGAVEN IN VERBAND MET DE WERKING VAN DE INSTELLING

2 0 0   Huur, lasten en overige uitgaven voor gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

586 437

578 340

567 000,00

Toelichting

Akkoord inzake administratieve samenwerking tussen de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en de andere instelling die de kantoorruimte ter beschikking stelt.

Dit krediet dient ter dekking van een forfaitaire of een evenredige vergoeding van de kosten van huur en verzekering, water, elektriciteit, verwarming, schoonmaken en onderhoud, veiligheid en bewaking, alsook van andere diverse kosten, met inbegrip van verbouwingen, reparaties en renovaties van de betreffende kantoorruimten.

2 0 1   Uitgaven in verband met de werking en activiteiten van de instelling

2 0 1 0   Materieel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

101 046

89 789

88 028,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

materieel (aankoop en huur), bedrijfs- en onderhoudskosten, dienstverlening in verband met informatica, met inbegrip van dienstverlening in verband met de exploitatie en het onderhoud van informaticasystemen en de ontwikkeling van programmatuur,

aan derden uitbestede exploitatie van informaticatoepassingen en andere diensten in verband met de informatica, met inbegrip van de ontwikkeling en het onderhoud van de website,

kosten in verband met aankoop, huur en onderhoud van telecommunicatieapparatuur en andere uitgaven in verband met telecommunicatie, met inbegrip van de kosten van telefoongesprekken, telegrammen en telexberichten en de kosten van elektronische datatransmissie,

aankoop, vervanging en onderhoud van installaties en materieel, zowel technisch (beveiliging enz.) als administratief (kantoormachines zoals kopieerapparaten, rekenmachines enz.),

aankoop, onderhoud en vervanging van meubilair,

elke andere post in verband met de inrichting van de lokalen en bijkomende kosten.

2 0 1 1   Benodigdheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

19 524

19 254

12 050,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van papier, enveloppen en kantoorbenodigdheden,

porto en vracht, kosten van bestelling door koeriersdiensten, pakketten en verspreiding op grote schaal.

2 0 1 2   Andere uitgaven in verband met de werking

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 615

40 054

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

een globale „managementvergoeding” die moet worden betaald aan de instelling die voor de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming algemene diensten verricht zoals de administratie van contracten, salarissen en vergoedingen;

andere lopende huishoudelijke uitgaven (financiële lasten, proceskosten enz.).

2 0 1 3   Vertaling en vertolking

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 053 881

1 039 330

807 464,00

Toelichting

Overeenkomst inzake administratieve samenwerking tussen de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en de instelling die de dienst verricht.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor vertaling en vertolking en andere daarmee verband houdende kosten.

2 0 1 4   Publicaties en voorlichting

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

166 320

164 024

148 441,30

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van publicaties en voorlichting, met name:

het plaatsen van publicaties in het Publicatieblad van de Europese Unie,

het drukken en vermenigvuldigen van diverse publicaties in de officiële talen,

voorlichtingsmateriaal met betrekking tot de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming,

andere uitgaven in verband met het voorlichtingsbeleid van de instelling (studiebijeenkomsten, seminars, deelname aan openbare evenementen enz.),

uitgaven in verband met het geven van bekendheid aan de instelling en informatiecampagnes over de doelstellingen, de activiteiten en de rol van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming,

uitgaven in verband met groepsbezoeken aan de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.

2 0 1 5   Uitgaven in verband met de activiteiten van de instelling

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

114 932

151 127

37 996,47

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van ontvangst en representatie en van de aanschaf van representatieartikelen,

vergaderkosten,

oproepingskosten, met inbegrip van de reis- en verblijfkosten en daarmee verband houdende kosten van deskundigen en andere personen die worden uitgenodigd voor vergaderingen van studie- en werkgroepen,

de kosten van aan deskundigen en onderzoeksinstituten toevertrouwde studies en/of enquêtes,

de uitgaven in verband met de bibliotheek van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, met name de aankoop van boeken, cd-roms, abonnementen op tijdschriften en nieuwsagentschappen, en andere daarmee verband houdende kosten.

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

p.m.

p.m.

0,—

 

HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 10

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

7 564 137

7 104 351

5 426 678,68

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van niet te voorziene uitgaven, voortkomend uit tijdens het begrotingsjaar te nemen begrotingsbesluiten.

PERSONEEL

Afdeling IX — Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

Functiegroep en rang

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Niet-ingedeeld

 

 

 

 

AD 16

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

AD 14

1

 

1

 

AD 13

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

AD 11

3

 

3

 

AD 10

1

 

1

 

AD 9

5

 

4

 

AD 8

7

 

7

 

AD 7

3

 

3

 

AD 6

5

 

3

 

AD 5

1

 

2

 

Totaal AD

26

 

24

 

AST 11

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

AST 9

1

 

1

 

AST 8

1

 

 

 

AST 7

1

 

1

 

AST 6

1

 

2

 

AST 5

3

 

3

 

AST 4

2

 

2

 

AST 3

3

 

2

 

AST 2

3

 

3

 

AST 1

 

 

1

 

Totaal AST

15

 

15

 

Totaal-generaal

41

 

39

 

AFDELING X

EUROPESE DIENST VOOR EXTERN OPTREDEN

STAAT VAN ONTVANGSTEN

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van Europese Dienst voor Extern Optreden voor het begrotingsjaar 2011

Omschrijving

Bedrag

Uitgaven

464 104 592

Eigen inkomsten

–32 135 541

Te ontvangen bijdrage

431 969 051

EIGEN INKOMSTEN

TITEL 4

DIVERSE UNIALE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

17 672 000

 

 

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

1 712 000

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

19 384 000

 

 

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

12 751 541

 

 

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

p.m.

 

 

4 1 2

Pensioenbijdrage van ambtenaren die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

12 751 541

 

 

 

Totaal van titel 4

32 135 541

 

 

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN VAN HET PERSONEEL

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN VAN HET PERSONEEL

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

17 672 000

 

 

Toelichting

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instelling, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

1 712 000

 

 

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

12 751 541

 

 

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 107, en bijlage VIII, artikel 4 en artikel 11, lid 2.

4 1 2   Pensioenbijdrage van ambtenaren die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 107, en bijlage VIII, artikel 11, lid 2, en artikel 48.

TITEL 5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Opbrengst van de verkoop van roerende goederen

5 0 0 0

Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

5 0 0 1

Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

5 0 0 2

Verkoop van materieel ten behoeve van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

 

 

5 0 2

Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 1

5 1 0

Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel

p.m.

 

 

5 1 1

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Ontvangsten uit hoofde van uitgezette middelen, bankrenten en andere ontvangsten, geïnd op rekeningen van de instelling

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

5 7 1

Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

5 7 2

Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

5 7 4

Ontvangsten uit hoofde van de bijdrage van de Commissie aan de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) voor personeelsleden van de Commissie werkzaam in de delegaties van de Unie — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 8

5 8 0

Diverse vergoedingen

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 9

5 9 0

Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 9

p.m.

 

 

 

Totaal van titel 5

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 0 —

OPBRENGST VAN DE VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGST

HOOFDSTUK 5 2 —

OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN VERBAND MET DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 9 —

OVERIGE ONTVANGSTEN UIT HET ADMINISTRATIEVE BEHEER

HOOFDSTUK 5 0 —   OPBRENGST VAN DE VERKOOP VAN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Opbrengst van de verkoop van roerende goederen

5 0 0 0   Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 1   Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 2   Verkoop van materieel ten behoeve van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 2   Opbrengst van de verkoop van publicaties, drukwerken en films

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGST

5 1 0   Opbrengst van de verhuur van meubilair en materieel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 2 —   OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE ONTVANGSTEN

5 2 0   Ontvangsten uit hoofde van uitgezette middelen, bankrenten en andere ontvangsten, geïnd op rekeningen van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN DE LEVERING VAN DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN

5 5 0   Ontvangsten afkomstig van de levering van diensten en werkzaamheden ten behoeve van andere instellingen of organen, inclusief kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen en door deze instellingen of organen terugbetaald — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 4 en bijlage VIII, artikel 11, leden 2 en 3, en artikel 48.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van op verzoek van derden verleende diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN VERBAND MET DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

5 7 0   Ontvangsten voortvloeiende uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 1   Ontvangsten die voor een bepaald doel ter beschikking zijn gesteld, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 2   Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 4   Ontvangsten uit hoofde van de bijdrage van de Commissie aan de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) voor personeelsleden van de Commissie werkzaam in de delegaties van de Unie — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Deze ontvangsten vloeien voort uit een bijdrage van de Commissie aan de EDEO om de ter plaatse beheerde uitgaven te dekken van de personeelsleden van de Commissie die in de delegaties van de Unie werkzaam zijn, inclusief personeelsleden van de Commissie die met middelen van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) worden betaald.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement vloeien uit de eventuele ontvangsten aanvullende kredieten voort die worden opgevoerd onder post 3 0 0 5 van de staat van uitgaven in deze afdeling.

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 0   Diverse vergoedingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 9 —   OVERIGE ONTVANGSTEN UIT HET ADMINISTRATIEVE BEHEER

5 9 0   Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

TITEL 6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA'S VAN DE UNIE/GEMEENSCHAP

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 1

6 1 2

Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsuitgaven

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 1

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 6 3

6 3 1

Bijdragen in het kader van het Schengenacquis — Bestemmingsontvangsten

6 3 1 1

Bijdrage aan de administratieve kosten in verband met de overeenkomst met IJsland en Noorwegen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

 

Totaal van artikel 6 3 1

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 3

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

 

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

 

 

 

Totaal van titel 6

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 6 1 —

TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

HOOFDSTUK 6 3 —

BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 1 —   TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

6 1 2   Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsuitgaven

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 6 3 —   BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

6 3 1   Bijdragen in het kader van het Schengenacquis — Bestemmingsontvangsten

6 3 1 1   Bijdrage aan de administratieve kosten in verband met de overeenkomst met IJsland en Noorwegen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten Overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

Bijdragen aan de administratieve kosten die voortvloeien uit de Overeenkomst van 18 mei 1999 tussen de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36), met name artikel 12 van deze overeenkomst.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op de begrotingslijn van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

TITEL 7

INTEREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 7 0

7 0 0

Interest voor betalingsachterstand

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 7 0

p.m.

 

 

 

Totaal van titel 7

p.m.

 

 

HOOFDSTUK 7 0 —

INTEREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

HOOFDSTUK 7 0 —   INTEREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

7 0 0   Interest voor betalingsachterstand

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

p.m.

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

p.m.

 

 

 

Totaal van titel 9

p.m.

 

 

 

TOTAAL-GENERAAL

32 135 541

 

 

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

 

 

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1

PERSONEEL OP DE HOOFDZETEL

1 1

SALARIS EN ANDERE RECHTEN VOOR STATUTAIRE PERSONEELSLEDEN

114 789 892

114 789 892

 

 

 

 

1 2

SALARIS EN ANDERE RECHTEN VOOR EXTERNE PERSONEELSLEDEN

13 973 056

13 973 056

 

 

 

 

1 3

ANDERE UITGAVEN VOOR PERSONEELSBEHEER

1 943 208

1 943 208

 

 

 

 

1 4

DIENSTREIZEN

8 581 450

8 581 450

 

 

 

 

1 5

VOORZIENINGEN VOOR HET PERSONEEL

935 291

935 291

 

 

 

 

 

Totaal van titel 1

140 222 897

140 222 897

 

 

 

 

2

GEBOUWEN, MATERIEEL EN HUISHOUDELIJKE UITGAVEN OP DE HOOFDZETEL

2 0

GEBOUWEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE KOSTEN

23 033 432

23 033 432

 

 

 

 

2 1

INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

18 207 941

18 207 941

 

 

 

 

2 2

ANDERE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 692 988

2 592 988

 

 

 

 

 

Totaal van titel 2

43 934 361

43 834 361

 

 

 

 

3

DELEGATIES

3 0

DELEGATIES

279 947 334

279 947 334

 

 

 

 

 

Totaal van titel 3

279 947 334

279 947 334

 

 

 

 

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

 

 

 

 

 

 

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

 

 

 

 

 

 

 

Totaal van titel 10

 

 

 

 

 

 

 

TOTAAL-GENERAAL

464 104 592

464 004 592

 

 

 

 

TITEL 1

PERSONEEL OP DE HOOFDZETEL

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 1 1

1 1 0

Salaris en andere rechten voor statutaire personeelsleden

1 1 0 0

Basissalarissen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

89 191 293

 

 

1 1 0 1

Aan het ambt verbonden statutaire rechten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

370 631

 

 

1 1 0 2

Uit het Statuut voortvloeiende rechten in verband met de persoonlijke situatie van het personeelslid

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

20 288 259

 

 

1 1 0 3

Sociale zekerheid

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 767 917

 

 

1 1 0 4

Aanpassingscoëfficiënten en aanpassing van de bezoldigingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

757 663

 

 

1 1 0 5

Overuren

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

414 129

 

 

 

Totaal van artikel 1 1 0

114 789 892

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 1

114 789 892

 

 

HOOFDSTUK 1 2

1 2 0

Salaris en andere rechten voor externe personeelsleden

1 2 0 0

Arbeidscontractanten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 393 328

 

 

1 2 0 1

Gedetacheerde nationale deskundigen (Technische bijstand)

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

892 679

 

 

1 2 0 2

Stages

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

338 877

 

 

1 2 0 3

Externe dienstverlening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

 

 

1 2 0 4

Uitzendkrachten en bijzondere adviseurs

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

571 470

 

 

1 2 0 5

Vergoedingen voor de gedetacheerde nationale militaire deskundigen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 031 964

 

 

1 2 0 6

Vergoedingen van de nationale deskundigen die in het kader van het GVDB/GBVB zijn gedetacheerd

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 283 612

 

 

1 2 0 7

Bijzondere adviseurs op het gebied van het GVDB/GBVB

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

179 126

 

 

 

Totaal van artikel 1 2 0

13 691 056

 

 

1 2 2

Voorziening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

282 000

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 2

13 973 056

 

 

HOOFDSTUK 1 3

1 3 0

Uitgaven voor personeelsbeheer

1 3 0 0

Aanwerving

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

109 789

 

 

1 3 0 1

Opleiding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

820 818

 

 

1 3 0 2

Uit het Statuut voortvloeiende rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 012 601

 

 

 

Totaal van artikel 1 3 0

1 943 208

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 3

1 943 208

 

 

HOOFDSTUK 1 4

1 4 0

Dienstreizen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 581 450

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 4

8 581 450

 

 

HOOFDSTUK 1 5

1 5 0

Voorzieningen voor het personeel

1 5 0 0

Sociale diensten en voorzieningen voor het personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

143 658

 

 

1 5 0 1

Medische dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

271 565

 

 

1 5 0 2

Restaurants en kantines

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

24 474

 

 

1 5 0 3

Kinderdagverblijven en bewaarplaatsen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

495 594

 

 

1 5 0 4

Overige sociale voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

 

 

 

Totaal van artikel 1 5 0

935 291

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 1 5

935 291

 

 

 

Totaal van titel 1

140 222 897

 

 

HOOFDSTUK 1 1 —

SALARIS EN ANDERE RECHTEN VOOR STATUTAIRE PERSONEELSLEDEN

HOOFDSTUK 1 2 —

SALARIS EN ANDERE RECHTEN VOOR EXTERNE PERSONEELSLEDEN

HOOFDSTUK 1 3 —

ANDERE UITGAVEN VOOR PERSONEELSBEHEER

HOOFDSTUK 1 4 —

DIENSTREIZEN

HOOFDSTUK 1 5 —

VOORZIENINGEN VOOR HET PERSONEEL

HOOFDSTUK 1 1 —   SALARIS EN ANDERE RECHTEN VOOR STATUTAIRE PERSONEELSLEDEN

Toelichting

De kredieten van dit hoofdstuk zijn geraamd op basis van de personeelsformatie van de EDEO voor het begrotingsjaar.

Op de salarissen, vergoedingen en toelagen is — om rekening te houden met de onvolledige invulling van de personeelsformatie van de EDEO — een forfaitaire verlaging toegepast.

1 1 0   Salaris en andere rechten voor statutaire personeelsleden

1 1 0 0   Basissalarissen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

89 191 293

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het basissalaris van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 1   Aan het ambt verbonden statutaire rechten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

370 631

 

 

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden, van:

secretariaatstoelagen,

huisvestings- en vervoervergoedingen,

vaste vergoedingen voor lokaal vervoer,

vergoedingen voor continudienst, ploegendienst of wachtdienst op het werk en/of thuis,

overige toelagen en vergoedingen,

overuren (chauffeurs).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 2   Uit het Statuut voortvloeiende rechten in verband met de persoonlijke situatie van het personeelslid

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 288 259

 

 

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden, van:

ontheemdingstoelagen en toelagen voor verblijf in het buitenland,

de kostwinners-, de kinder- en de schooltoelage,

de vergoeding voor ouderschapsverlof en verlof om gezinsredenen,

de betaling van de jaarlijkse reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst,

de overige toelagen en vergoedingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 3   Sociale zekerheid

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 767 917

 

 

Toelichting

Dit krediet dient vooral ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden, van:

de ziekte-, ongevallen- en beroepsziektekostenverzekering en andere sociale lasten,

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 4   Aanpassingscoëfficiënten en aanpassing van de bezoldigingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

757 663

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden, van de gevolgen van de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 1 0 5   Overuren

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

414 129

 

 

Toelichting

Dit krediet dient voor het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56, alsmede bijlage VI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 1 2 —   SALARIS EN ANDERE RECHTEN VOOR EXTERNE PERSONEELSLEDEN

1 2 0   Salaris en andere rechten voor externe personeelsleden

1 2 0 0   Arbeidscontractanten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 393 328

 

 

Toelichting

Dit krediet dient vooral ter dekking van de bezoldiging van arbeidscontractanten (overeenkomstig de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldiging van deze personeelsleden.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar de desbetreffende begrotingsonderdelen van dit hoofdstuk is overgeschreven.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 2 0 1   Gedetacheerde nationale deskundigen (Technische bijstand)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

892 679

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van vergoedingen en beheerskosten in verband met de nationale deskundigen die niet in het kader van het GVDB/GBVB zijn gedetacheerd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2007/829/EG van de Raad van 5 december 2007 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 327 van 13.12.2007, blz. 10).

1 2 0 2   Stages

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

338 877

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een beurs en de kosten voor studiereizen en dienstreizen voor stagiair(e)s, alsmede van een ongevallen- en ziekteverzekering tijdens de stage.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 2 0 3   Externe dienstverlening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle verrichtingen door personen die niet aan de instelling zijn verbonden, met name:

tijdelijk personeel voor diverse diensten,

extra personeel voor de vergaderingen in Luxemburg en Straatsburg,

deskundigen op het gebied van de arbeidsomstandigheden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 2 0 4   Uitzendkrachten en bijzondere adviseurs

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

571 470

 

 

Toelichting

Dit krediet dient vooral ter dekking van de bezoldiging van uitzendkrachten en bijzondere adviseurs (overeenkomstig de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldiging van deze personeelsleden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

1 2 0 5   Vergoedingen voor de gedetacheerde nationale militaire deskundigen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 031 964

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de geldelijke regeling voor de nationale militaire deskundigen die als leden van de Militaire Staf van de Europese Unie werkzaamheden uitvoeren in het kader van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2000/178/GBVB van de Raad van 28 februari 2000 tot vaststelling van de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen op militair gebied die bij het secretariaat-generaal van de Raad worden gedetacheerd gedurende de interim-periode (PB L 57 van 2.3.2000, blz. 1).

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

Besluit 2003/479/EG van de Raad van 16 juni 2003 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 72).

1 2 0 6   Vergoedingen van de nationale deskundigen die in het kader van het GVDB/GBVB zijn gedetacheerd

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 283 612

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de emolumenten voor de nationale deskundigen die werkzaamheden uitvoeren in het kader van het GVDB/GBVB, onder meer in de sector crisisbeheersing en in de sector beveiliging van de informatietechnologie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2007/829/EG van de Raad van 5 december 2007 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 327 van 13.12.2007, blz. 10).

1 2 0 7   Bijzondere adviseurs op het gebied van het GVDB/GBVB

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

179 126

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bezoldiging voor bijzondere adviseurs die door de EDEO zijn benoemd met het oog op de uitvoering van specifieke expertiseopdrachten in het kader van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name de artikelen 5, 119 en 120.

1 2 2   Voorziening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

282 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eventuele aanpassingen van de bezoldiging overeenkomstig de besluiten van de Raad in de loop van het begrotingsjaar.

Het heeft het karakter van een voorziening en mag pas worden gebruikt nadat het naar de desbetreffende begrotingsonderdelen van dit hoofdstuk is overgeschreven.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 1 3 —   ANDERE UITGAVEN VOOR PERSONEELSBEHEER

1 3 0   Uitgaven voor personeelsbeheer

1 3 0 0   Aanwerving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

109 789

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor het organiseren van de in artikel 3 van Besluit 2002/621/EG bedoelde vergelijkende onderzoeken, alsmede de reis- en verblijfkosten van de kandidaten voor aanwervingsgesprekken en medische onderzoeken in verband met aanwerving,

de kosten van de organisatie van procedures voor de aanwerving van tijdelijke, plaatselijke en hulpfunctionarissen.

In gevallen waarin een en ander naar behoren is aangetoond op grond van functionele behoeften en na raadpleging van het Europees Bureau voor personeelsselectie, kan dit krediet worden gebruikt voor door de instelling zelf georganiseerde vergelijkende onderzoeken,

de kosten voor het organiseren van outplacementactiviteiten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en 33, alsmede bijlage III.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53) en Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

1 3 0 1   Opleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

820 818

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de organisatiekosten van voortgezette beroepsopleiding en bijscholingscursussen, alsmede van talencursussen, op interinstitutionele basis en binnen de instelling zelf,

de inschrijvingskosten voor de deelname van ambtenaren aan studiebijeenkomsten en conferenties.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van deelneming aan cursussen, conferenties en congressen in het kader van het mandaat van de Militaire Staf van de Europese Unie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Besluit 2000/178/GBVB van de Raad van 28 februari 2000 tot vaststelling van de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen op militair gebied die bij het secretariaat-generaal van de Raad worden gedetacheerd gedurende de interim-periode (PB L 57 van 2.3.2000, blz. 1).

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

1 3 0 2   Uit het Statuut voortvloeiende rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 012 601

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de reiskosten van ambtenaren, tijdelijke functionarissen en arbeidscontractanten (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats,

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor ambtenaren, tijdelijke functionarissen en arbeidscontractanten die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren, tijdelijke functionarissen en arbeidscontractanten die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats van woonplaats hebben moeten veranderen,

de vergoeding bij ontslag wegens gebleken ongeschiktheid van ambtenaren op proef,

de vergoeding bij beëindiging door de instelling van een overeenkomst met een tijdelijke functionaris of arbeidscontractant.

Dit krediet dient ook ter dekking van de vergoedingen voor ambtenaren:

die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling,

die een ambt bekleden in rang AD 16 of AD 15 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41 en 50, alsmede bijlage IV.

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1747/2002 van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling, in het kader van de modernisering van de instelling, van bijzondere maatregelen inzake beëindiging van de dienst door ambtenaren van de Europese Gemeenschappen die in vaste dienst zijn aangesteld bij de Raad van de Europese Unie (PB L 264 van 2.10.2002, blz. 5).

HOOFDSTUK 1 4 —   DIENSTREIZEN

1 4 0   Dienstreizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 581 450

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor dienstreizen en lokaal vervoer van ambtenaren, tijdelijke functionarissen en arbeidscontractanten en bijzondere adviseurs van de EDEO, andere vervoerskosten en de betaling van dagvergoedingen tijdens dienstreizen, alsmede voor bijkomende of uitzonderlijke kosten bij dienstreizen,

dienstreizen in het kader van het mandaat van de Militaire Staf van de Europese Unie,

dienstreizen van nationale deskundigen die in het kader van het GVDB/GBVB zijn gedetacheerd en van bijzondere adviseurs op het vlak van het GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name bijlage VII, artikelen 11, 12 en 13.

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

Besluit 2007/829/EG van de Raad van 5 december 2007 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 327 van 13.12.2007, blz. 10).

HOOFDSTUK 1 5 —   VOORZIENINGEN VOOR HET PERSONEEL

1 5 0   Voorzieningen voor het personeel

1 5 0 0   Sociale diensten en voorzieningen voor het personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

143 658

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

bijstand aan ambtenaren en andere personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren,

kosten in verband met de sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel.

Dit krediet is, in het kader van het gehandicaptenbeleid, bestemd voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren in actieve dienst,

echtgenoten van ambtenaren in actieve dienst,

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Het dient ter dekking, binnen de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 24 en 76.

1 5 0 1   Medische dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

271 565

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van met name:

de huishoudelijke uitgaven van de spreek- en behandelkamer, de kosten van materiaal voor geneeskundige verzorging, verzorging en geneesmiddelen in de crèche, de kosten van medisch onderzoek en de te voorziene uitgaven in verband met de invaliditeitscomités en de vergoeding van brilkosten,

de aanschaf van bepaalde werkmiddelen die vanuit medisch oogpunt noodzakelijk worden geacht.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 59, alsmede bijlage II, artikel 8.

1 5 0 2   Restaurants en kantines

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

24 474

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergoeding voor de diensten die door de exploitant van de restaurants en kantines worden geleverd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 5 0 3   Kinderdagverblijven en bewaarplaatsen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

495 594

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het aan de Commissie en/of de Raad te betalen aandeel van de EDEO in de uitgaven van het kinderopvangcentrum en andere kinderdagverblijven en -bewaarplaatsen.

De ontvangsten uit de ouderbijdragen en de bijdragen van de organisaties die ouders in dienst hebben, vormen bestemmingsontvangsten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

1 5 0 4   Overige sociale voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de overige sociale voorzieningen ten behoeve van de personeelsleden en hun gezinnen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

TITEL 2

GEBOUWEN, MATERIEEL EN HUISHOUDELIJKE UITGAVEN OP DE HOOFDZETEL

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

HOOFDSTUK 2 0

2 0 0

Gebouwen

2 0 0 0

Huur en erfpacht

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

12 848 235

12 848 235

 

 

 

 

2 0 0 1

Verkrijging van onroerende goederen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

 

 

2 0 0 2

Inrichtings- en installatiewerkzaamheden

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

331 449

331 449

 

 

 

 

2 0 0 3

Beveiligingswerkzaamheden

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

155 000

155 000

 

 

 

 

2 0 0 4

Initiële kosten voor de verkrijging, oprichting en aanpassing van gebouwen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

5 000

5 000

 

 

 

 

 

Totaal van artikel 2 0 0

13 339 684

13 339 684

 

 

 

 

2 0 1

Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 1 0

Schoonmaak en onderhoud

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

2 013 473

2 013 473

 

 

 

 

2 0 1 1

Water, gas, elektriciteit en verwarming

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

843 512

843 512

 

 

 

 

2 0 1 2

Beveiliging en bewaking van de gebouwen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

6 597 464

6 597 464

 

 

 

 

2 0 1 3

Verzekeringen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

38 096

38 096

 

 

 

 

2 0 1 4

Overige uitgaven voor de gebouwen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

201 203

201 203

 

 

 

 

 

Totaal van artikel 2 0 1

9 693 748

9 693 748

 

 

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 0

23 033 432

23 033 432

 

 

 

 

HOOFDSTUK 2 1

2 1 0

Informatica en telecommunicatie

2 1 0 0

Aanschaf van hardware en software

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

7 065 087

7 065 087

 

 

 

 

2 1 0 1

Externe dienstverlening voor het bedienen en ontwikkelen van informaticasystemen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

5 605 276

5 605 276

 

 

 

 

2 1 0 2

Werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

2 387 912

2 387 912

 

 

 

 

2 1 0 3

Telecommunicatie

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

2 339 004

2 339 004

 

 

 

 

 

Totaal van artikel 2 1 0

17 397 279

17 397 279

 

 

 

 

2 1 1

Meubilair

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

381 307

381 307

 

 

 

 

2 1 2

Technisch materieel en technische installaties

2 1 2 0

Aanschaf en vervanging van technisch materieel en technische installaties

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

117 138

117 138

 

 

 

 

2 1 2 1

Externe dienstverlening voor het bedienen en ontwikkelen van technisch materieel en technische installaties

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

16 101

16 101

 

 

 

 

2 1 2 2

Huur, gebruik, onderhoud en reparatie van technisch materieel en technische installaties en werkzaamheden daaraan

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

94 101

94 101

 

 

 

 

 

Totaal van artikel 2 1 2

227 340

227 340

 

 

 

 

2 1 3

Vervoer

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

202 015

202 015

 

 

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 1

18 207 941

18 207 941

 

 

 

 

HOOFDSTUK 2 2

2 2 0

Conferenties, congressen en vergaderingen

2 2 0 0

Organisatie van conferenties en congressen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

480 343

480 343

 

 

 

 

2 2 0 1

Interne vergaderingen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

114 938

114 938

 

 

 

 

2 2 0 2

Uitgaven inzake ontvangst en representatie

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

98 910

98 910

 

 

 

 

2 2 0 3

Reiskosten van de delegaties

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

 

 

2 2 0 4

Diverse reiskosten

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

16 000

16 000

 

 

 

 

2 2 0 5

Algemene beheerskosten in verband met reizen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

10 000

10 000

 

 

 

 

2 2 0 6

Diverse vergaderkosten

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

18 000

18 000

 

 

 

 

 

Totaal van artikel 2 2 0

738 191

738 191

 

 

 

 

2 2 1

Informatie

2 2 1 0

Uitgaven voor documentatie en de bibliotheek

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

410 875

410 875

 

 

 

 

2 2 1 1

Publicatieblad

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

 

 

2 2 1 2

Algemene publicaties

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

105 546

105 546

 

 

 

 

2 2 1 3

Voorlichting en openbare evenementen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

35 000

35 000

 

 

 

 

 

Totaal van artikel 2 2 1

551 421

551 421

 

 

 

 

2 2 2

Talendiensten

2 2 2 0

Vertaling

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

 

 

2 2 2 1

Tolken

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

 

 

 

Totaal van artikel 2 2 2

p.m.

p.m.

 

 

 

 

2 2 3

Diverse uitgaven

2 2 3 0

Kantoorbenodigdheden

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

314 752

314 752

 

 

 

 

2 2 3 1

Porto

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

87 973

87 973

 

 

 

 

2 2 3 2

Studies, enquêtes en adviezen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

138 496

138 496

 

 

 

 

2 2 3 3

Interinstitutionele samenwerking

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

 

 

2 2 3 4

Verhuizing

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

125 253

125 253

 

 

 

 

2 2 3 5

Financiële kosten

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

 

 

 

 

2 2 3 6

Proceskosten, juridische kosten, schadevergoedingen en schadeloosstellingen

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

126 902

126 902

 

 

 

 

2 2 3 7

Overige huishoudelijke uitgaven

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

10 000

10 000

 

 

 

 

2 2 3 8

Voorbereidende actie voor het opzetten van een EU-steungroep bemiddeling (Moediation Support Group — MSG) voor de Europese Dienst voor extern optreden

 

 

 

 

 

 

Gesplitste kredieten

600 000

500 000

 

 

 

 

 

Totaal van artikel 2 2 3

1 403 376

1 303 376

 

 

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 2 2

2 692 988

2 592 988

 

 

 

 

 

Totaal van titel 2

43 934 361

43 834 361

 

 

 

 

HOOFDSTUK 2 0 —

GEBOUWEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE KOSTEN

HOOFDSTUK 2 1 —

INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

HOOFDSTUK 2 2 —

ANDERE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

HOOFDSTUK 2 0 —   GEBOUWEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE KOSTEN

2 0 0   Gebouwen

2 0 0 0   Huur en erfpacht

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 848 235

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huur en de belastingen in Brussel voor de door de EDEO gebruikte gebouwen, alsmede voor het huren van zalen, van opslagruimte en van parkeerplaatsen.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de erfpacht van gebouwen of gedeelten van gebouwen op grond van lopende of in voorbereiding zijnde contracten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 0 1   Verkrijging van onroerende goederen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop van onroerende goederen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 0 2   Inrichtings- en installatiewerkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

331 449

 

 

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de volgende uitgaven:

inrichting en verbouwing van de dienstruimten naargelang van de behoeften van de diensten,

aanpassing van de ruimten en de technische installaties aan de vigerende eisen en normen op het gebied van veiligheid en hygiëne.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

2 0 0 3   Beveiligingswerkzaamheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

155 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitvoering van inrichtingswerkzaamheden in de gebouwen met betrekking tot de fysieke en materiële beveiliging van personen en goederen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 0 4   Initiële kosten voor de verkrijging, oprichting en aanpassing van gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van, onder meer, de bijstand van deskundigen in het kader van de studies voor aanpassing en verruiming van de gebouwen van de EDEO.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1   Uitgaven in verband met de gebouwen

2 0 1 0   Schoonmaak en onderhoud

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 013 473

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende schoonmaak- en onderhoudskosten:

schoonmaken van dienstruimten, werkplaatsen en magazijnen (met inbegrip van vitrage, gordijnen, tapijten, jaloezieën, enz.),

vervanging van versleten vitrage, gordijnen en tapijten,

schilderwerk,

diverse onderhoudswerkzaamheden,

reparatiewerkzaamheden aan de technische installaties,

technische benodigdheden,

contracten voor het onderhoud van de diverse technische installaties (klimaatregeling, verwarming, afvalverwijdering, liften).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1 1   Water, gas, elektriciteit en verwarming

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

843 512

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van water, gas, elektriciteit en verwarming.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1 2   Beveiliging en bewaking van de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 597 464

 

 

Toelichting

Dit krediet dient voornamelijk ter dekking van de kosten van de beveiliging en de bewaking van de door de EDEO gebruikte gebouwen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1 3   Verzekeringen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

38 096

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de premies van de contracten die met verzekeringsmaatschappijen zijn gesloten voor de door de EDEO gebruikte gebouwen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 0 1 4   Overige uitgaven voor de gebouwen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

201 203

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter betaling van de andere lopende uitgaven voor de gebouwen (inclusief Kortenberg en ER gebouwen) die niet specifiek zijn opgenomen in de andere artikelen van dit hoofdstuk, met name de kosten van vuilnisophaling, signaliseringsmateriaal, controles door gespecialiseerde instanties, enz.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

HOOFDSTUK 2 1 —   INFORMATICA, MATERIEEL EN MEUBILAIR

2 1 0   Informatica en telecommunicatie

2 1 0 0   Aanschaf van hardware en software

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 065 087

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de aankoop of de huur van hardware en software voor informaticasystemen en -toepassingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit van de plaatsvervangend secretaris-generaal van de Raad van 18 december 2000 houdende oprichting van een cel Infosec (Information Systems Security).

2 1 0 1   Externe dienstverlening voor het bedienen en ontwikkelen van informaticasystemen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 605 276

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor ondersteuning en opleiding door dienstverlenende consultancybedrijven op het gebied van informatica met het oog op het bedienen en ontwikkelen van informaticasystemen en -toepassingen, met inbegrip van de ondersteuning van gebruikers.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 0 2   Werkzaamheden aan en onderhoud van hardware en software

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 387 912

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van werkzaamheden aan en het onderhoud van hardware en software voor informaticasystemen en -toepassingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 0 3   Telecommunicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 339 004

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de abonnementen en de kosten voor communicatie en de telematicakosten.

Deze ramingen zijn gemaakt met inachtneming van de bedragen die opnieuw kunnen worden aangewend door de terugvordering van kosten van telefoongesprekken.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 1   Meubilair

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

381 307

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van meubilair en van speciaal meubilair,

de vervanging van een gedeelte van het meubilair dat ten minste 15 jaar oud is of niet meer kan worden gerepareerd,

de huur van meubilair benodigd gedurende dienstreizen en vergaderingen buiten de gebouwen van de EDEO,

onderhoud en reparatie van meubilair.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 2   Technisch materieel en technische installaties

2 1 2 0   Aanschaf en vervanging van technisch materieel en technische installaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

117 138

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aanschaf en de vervanging van divers, vast of mobiel, technisch materieel en technische installaties in verband met het archief, de aankoopdienst, de veiligheid, de technische dienst voor conferenties, restauratie en gebouwen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 2 1   Externe dienstverlening voor het bedienen en ontwikkelen van technisch materieel en technische installaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 101

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor technische ondersteuning en controle, met name in verband met de technische dienst voor conferenties en de restaurants.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 2 2   Huur, gebruik, onderhoud en reparatie van technisch materieel en technische installaties en werkzaamheden daaraan

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

94 101

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huur van technisch materieel en technische installaties, alsook van de kosten van het gebruik, het onderhoud en de reparatie daarvan, alsmede werkzaamheden daaraan.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 1 3   Vervoer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

202 015

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van onder meer:

de aanschaf, leasing en vervanging van het wagenpark,

de huur van auto's wanneer geen beroep kan worden gedaan op de vervoermiddelen van de EDEO, met name voor dienstreizen,

de kosten van onderhoud en reparatie van de dienstvoertuigen (aanschaf van brandstof, banden enz.).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

HOOFDSTUK 2 2 —   ANDERE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 2 0   Conferenties, congressen en vergaderingen

2 2 0 0   Organisatie van conferenties en congressen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

480 343

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de organisatie van conferenties en congressen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit nr. 31/2008 van de secretaris-generaal van de Raad/hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid betreffende de vergoeding van de reiskosten van de afgevaardigden van de leden van de Raad.

2 2 0 1   Interne vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

114 938

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van verfrissingen en soms van lichte maaltijden die tijdens interne vergaderingen worden verstrekt.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 0 2   Uitgaven inzake ontvangst en representatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

98 910

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de verplichtingen van de instelling inzake ontvangst en representatie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 0 3   Reiskosten van de delegaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de reiskosten die door het voorzitterschap en de delegaties worden gemaakt bij gelegenheid van de zittingen van het Politiek en Veiligheidscomité, het Militair Comité en de overige vergaderingen die specifiek in het kader van het GVDB/GBVB worden gehouden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2001/78/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 tot instelling van het Politiek en Veiligheidscomité (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 1).

Besluit nr. 31/2008 van de secretaris-generaal van de Raad/hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid betreffende de vergoeding van de reiskosten van de afgevaardigden van de leden van de Raad.

2 2 0 4   Diverse reiskosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergaderkosten en diverse overige algemene beheerskosten die verband houden met de uitvoering van het GVDB/GBVB en niet specifiek onder een andere post vallen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit nr. 21/2009 van de plaatsvervangende secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie inzake de vergoeding van de kosten van dienstreizen van andere personen dan personeelsleden van de Raad van de Europese Unie.

2 2 0 5   Algemene beheerskosten in verband met reizen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000

 

 

Toelichting

De onder deze post op te voeren kredieten dienen ter dekking van de reis- en verblijfkosten van deskundigen op het gebied van het GVDB/GBVB die worden opgeroepen of op missie worden gezonden door de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid.

Dit krediet dient ter dekking van de incidentele kosten die worden gemaakt buiten de zetel van de EDEO als gevolg van reizen in het kader van het GVDB/GBVB: tijdelijke huur van dienstruimten en technisch materieel, kosten van incidenteel vertalen en tolken, telecommunicatiekosten en andere kosten in verband met vergaderingen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

Besluit 2007/829/EG van de Raad van 5 december 2007 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het secretariaat-generaal van de Raad zijn gedetacheerd (PB L 327 van 13.12.2007, blz. 10).

2 2 0 6   Diverse vergaderkosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

18 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergaderkosten en diverse overige algemene beheerskosten die verband houden met de uitvoering van het GVDB/GBVB en niet specifiek onder een andere post vallen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 1   Informatie

2 2 1 0   Uitgaven voor documentatie en de bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

410 875

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van boeken en werken voor de bibliotheek op papier en/of in digitale vorm,

abonnementen op kranten, tijdschriften, diensten voor de levering van analyses van de inhoud daarvan en andere onlinepublicaties (met uitzondering van persbureaus); het dient eveneens ter dekking van de eventuele auteursrechten voor de reproductie en verspreiding op papier en/of via elektronische weg van deze publicaties,

toegangskosten voor het gebruik van externe documentaire en statistische gegevensbanken,

de kosten van abonnementen bij persagentschappen via telexapparaten,

de uitgaven voor inbinden en dergelijke, voor een goede bewaring van boekwerken en tijdschriften.

Dit krediet dient ter dekking van studiekosten en de kosten van de verwerving van expertise, documentatie of gespecialiseerde gegevens in het kader van het mandaat van de Militaire Staf van de Europese Unie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit 2001/80/GBVB van de Raad van 22 januari 2001 houdende instelling van de Militaire Staf van de Europese Unie (PB L 27 van 30.1.2001, blz. 7).

2 2 1 1   Publicatieblad

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de voorbereiding, de — traditionele (op papier of microfilm) of elektronische — uitgave en de verspreiding van teksten die de EDEO in het Publicatieblad van de Europese Unie bekend moet maken.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 1 2   Algemene publicaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

105 546

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de voorbereiding en de — traditionele (op papier of microfilm) of elektronische — uitgave van publicaties in de officiële talen van de lidstaten, en ter dekking van de kosten van de verspreiding van publicaties van de EDEO, waaronder die met betrekking tot GVDB/GBVB die niet in het Publicatieblad van de Europese Unie verschijnen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 1 3   Voorlichting en openbare evenementen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

35 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van diverse voorlichtings -en public-relationsactiviteiten,

de uitgaven betreffende de publiciteit en de promotie van publicaties en openbare evenementen in verband met de activiteiten van de instelling, met inbegrip van de kosten van de bijbehorende begeleiding en infrastructuurvoorzieningen,

uitgaven in verband met voorlichting over GVDB/GBVB.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 2   Talendiensten

2 2 2 0   Vertaling

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven die bestemd zijn voor de vertaaldiensten die aan de EDEO worden verleend door het secretariaat-generaal van de Raad en de Commissie.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 2 1   Tolken

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de door de tolken van de Commissie voor de EDEO verrichte diensten.

Dit krediet dient ook ter dekking van de kosten van de dienstverrichting door de tolken van de Commissie ten behoeve van de EDEO bij gelegenheid van de zittingen van het Politiek en Veiligheidscomité, het Militair Comité en de overige vergaderingen die specifiek in het kader van het GVDB/GBVB worden gehouden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

Rechtsgronden

Besluit nr. 111/2007 van de secretaris-generaal van de Raad/hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid betreffende de tolkenregeling voor de Europese Raad, de Raad en zijn voorbereidende instanties.

2 2 3   Diverse uitgaven

2 2 3 0   Kantoorbenodigdheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

314 752

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aanschaf van papier,

fotokopieën en vaste rechten,

papier en kantoorbenodigdheden (dagdagelijkse benodigdheden),

drukwerk,

benodigdheden voor de verzending van post (enveloppen, pakpapier, plaatjes voor de frankeermachine),

benodigdheden voor de reproductiedienst (inkt, offsetplaten, films en chemische producten).

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 1   Porto

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

87 973

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van portokosten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 2   Studies, enquêtes en adviezen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

138 496

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies en adviezen die onder contract aan hooggekwalificeerde deskundigen worden toevertrouwd.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 3   Interinstitutionele samenwerking

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de interinstitutionele activiteiten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 4   Verhuizing

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

125 253

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het verplaatsen en vervoeren van materieel.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 5   Financiële kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle financiële kosten, met name bankkosten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 6   Proceskosten, juridische kosten, schadevergoedingen en schadeloosstellingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

126 902

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten in geval van een veroordeling van de EDEO tot betaling van de door het Hof van Justitie, het Gerecht en het Gerecht voor ambtenarenzaken vastgestelde proceskosten en de kosten voor het inschakelen van externe advocaten voor de procesvertegenwoordiging van de EDEO,

de kosten voor advies door externe advocaten,

de schadevergoedingen en schadeloosstellingen die ten laste van de EDEO kunnen komen.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 7   Overige huishoudelijke uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor andere verzekeringen dan die met betrekking tot de gebouwen, welke zijn opgenomen onder post 2 0 1 3,

de aankoop van werkkleding voor het personeel van de dienst Conferenties en de dienst Beveiliging, van werkuitrusting voor het personeel van de werkplaatsen en de interne diensten, en het herstel en onderhoud van de werkkleding,

de deelneming van de EDEO in de uitgaven van enkele verenigingen waarvan de activiteit rechtstreeks verband houdt met de activiteiten van de instellingen van de Unie,

de overige huishoudelijke uitgaven, die in de voorgaande begrotingsonderdelen niet uitdrukkelijk zijn genoemd.

Dit krediet dient ook ter financiering van de aanschaf van uniformen en toebehoren, met name voor het veiligheidspersoneel voor de gebouwen Kortenberg en ER.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement: p.m.

2 2 3 8   Voorbereidende actie voor het opzetten van een EU-steungroep bemiddeling (Moediation Support Group — MSG) voor de Europese Dienst voor extern optreden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

600 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Deeze voorbereidende actie moet ten minste twee jaar duren, met een totale begroting van 1 000 000 EUR, en dient om de Commissie in staat te stellen om met ondersteuning van externe deskundigen de oprichting voor te bereiden van een EU-steungroep bemiddeling (Mediation Support Group — MSG) binnen de EDEO, overeenkomstig het „EU Concept on Strengthening EU Mediation and Dialogue Capacities”, door middel van de volgende acties:

de ontwikkeling en beschikbaarstelling van opleiding en interne capaciteitsopbouw op het gebied van bemiddeling, dialoog en situatiebewustzijn voor EDEO-personeel op het hoofdkwartier, Uniepersoneel op missies, delegatieleiders en hun medewerkers,

kennisbeheer, waaronder processen inzake ervaringslessen, vaststelling van beste praktijken en de ontwikkeling van richtsnoeren,

voorbereidingen voor de opstelling van een rooster van inzetbare deskundigen op het gebied van bemiddeling en dialoog, rekening houdend met de lopende werkzaamheden van de Verenigde Naties en andere organisaties met betrekking tot de opstelling van dergelijke roosters.

Deze voorbereidende actie moet worden beschouwd als eerste stap voor de versterking en duurzame ondersteuning van bemiddelingsinitiatieven, door in eerste instantie de interne capaciteit van de Unie te vergroten, zonder hierbij de steun van externe en contractuele deskundigen uit te sluiten. De actie moet worden gevolgd door een evaluatie, een bezinning en eventuele besluiten over de formele oprichting van de MSG binnen de EDEO.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

TITEL 3

DELEGATIES

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK 3 0

3 0 0

Delegaties

3 0 0 0

Salaris en andere rechten voor statutaire personeelsleden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

94 407 518

 

 

3 0 0 1

Extern personeel en externe dienstverlening

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

52 708 170

 

 

3 0 0 2

Andere personeelsuitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

21 155 943

 

 

3 0 0 3

Gebouwen en bijbehorende kosten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

88 198 482

 

 

3 0 0 4

Andere administratieve uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

23 477 221

 

 

3 0 0 5

Bijdrage van de Commissie voor personeelsleden van de Commissie in de delegaties

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

 

 

 

Totaal van artikel 3 0 0

279 947 334

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 3 0

279 947 334

 

 

 

Totaal van titel 3

279 947 334

 

 

HOOFDSTUK 3 0 —

DELEGATIES

HOOFDSTUK 3 0 —   DELEGATIES

3 0 0   Delegaties

3 0 0 0   Salaris en andere rechten voor statutaire personeelsleden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

94 407 518

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die zijn aangegaan bij delegaties van de Europese Unie buiten de Unie en delegaties bij internationale organisaties in de Europese Unie, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een op de lijst van het aantal ambten voorkomend ambt bekleden:

basissalarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen,

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten,

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen,

diverse toelagen en vergoedingen,

de overuren,

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldiging,

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement wordt geraamd op: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Voorschriften in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de EDEO.

Richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep (PB L 303 van 2.12.2000, blz. 16).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Gedragscode ten aanzien van de aanwerving van mensen met een handicap, goedgekeurd door het Bureau van het Europees Parlement op 22 juni 2005.

3 0 0 1   Extern personeel en externe dienstverlening

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

52 708 170

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die zijn aangegaan bij delegaties van de Europese Unie buiten de Unie en delegaties bij internationale organisaties in de Unie:

de bezoldiging van de plaatselijke functionarissen en arbeidscontractanten en de ten laste van de werkgever komende sociale lasten en voorzieningen,

de werkgeversbijdragen in de aanvullende socialezekerheidsregeling welke van toepassing is op plaatselijke functionarissen,

de prestaties van de uitzend- en zelfstandige krachten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement wordt geraamd op: p.m.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

3 0 0 2   Andere personeelsuitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

21 155 943

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die zijn aangegaan bij delegaties van de Europese Unie buiten de Unie en delegaties bij internationale organisaties in de Unie:

uitgaven voor de detachering van jonge deskundigen (universitaire afgestudeerden) bij de delegaties van de Europese Unie,

de kosten van seminars die voor jonge diplomaten uit de lidstaten en uit derde landen worden georganiseerd,

de uitgaven die verband houden met de detachering of de tijdelijke tewerkstelling van ambtenaren van de lidstaten bij de delegaties,

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen voor ambtenaren die bij indiensttreding of bij benoeming in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, of die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

de reiskosten, met inbegrip van die van gezinsleden van ambtenaren, bij indiensttreding, bij overplaatsing met verandering van standplaats of bij vertrek,

de kosten van verhuizing voor ambtenaren die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, of die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen,

diverse kosten en vergoedingen voor de overige personeelsleden, onder andere voor juridisch advies,

de uitgaven naar aanleiding van de aanwervingsprocedures voor ambtenaren, arbeidscontractanten en plaatselijke functionarissen, met name advertentiekosten, reis- en verblijfkosten, de ongevallenverzekering voor de opgeroepen kandidaten, de kosten die voortvloeien uit de organisatie van de gezamenlijke aanwervingsexamens, en de kosten voor het medische onderzoek bij indiensttreding,

kosten voor de aankoop, de vervanging, de aanpassing en het onderhoud van in de delegaties geplaatste apparatuur voor medische doeleinden,

de kosten van het jaarlijks medisch onderzoek van ambtenaren, arbeidscontractanten en plaatselijke functionarissen, onder andere van in het kader daarvan verrichte analyses en tests, dokters- en tandartskosten, en de kosten in verband met het AIDS-beleid op de arbeidsplaats,

uitgaven voor culturele activiteiten en initiatieven ter bevordering van sociale contacten,

de vaste ambtsvergoeding voor ambtenaren die gezien de aard van de hun toevertrouwde taken regelmatig representatiekosten moeten maken, en de vergoeding van de kosten die de daartoe gemachtigde ambtenaren hebben moeten maken om aan de representatieverplichtingen namens de Commissie en/of de EDEO in het belang van de dienst en in het kader van hun werkzaamheden te voldoen (voor de delegaties op het grondgebied van de Unie wordt een deel van de huisvestingskosten gedekt door de vaste ambtsvergoeding),

vervoerskosten, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor de ambtenaren en andere personeelsleden,

vervoerskosten en dagvergoedingen in verband met het vervoer van zieken,

uitgaven die het gevolg zijn van crisissituaties, inclusief de vergoedingen van reis- en verblijfkosten en dagvergoedingen,

uitgaven voor algemene en taalopleiding met als doel om de vaardigheden van het personeel en de prestaties van de instelling te verbeteren:

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften aan en het ontwerpen, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op opleiding,

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, planning, management, strategie, kwaliteitsbeheer en personeelsbeheer,

de uitgaven voor het ontwerpen, de realisatie en de evaluatie van de door de diensten van de instelling georganiseerde opleiding in de vorm van cursussen, seminars of conferenties (instructeurs/sprekers, reis- en verblijfkosten en didactisch materiaal),

de uitgaven voor de praktische en logistieke aspecten van het organiseren van cursussen, waaronder de uitgaven voor leslokalen, vervoer en de huur van uitrusting voor opleiding en plaatselijke en regionale seminars alsook voor diverse verwante kosten als verfrissingen en maaltijden,

de kosten in verband met het deelnemen aan conferenties en colloquia, en inschrijvingskosten voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke organisaties,

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende internetsites, aankoop van pedagogisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement wordt geraamd op: p.m.

3 0 0 3   Gebouwen en bijbehorende kosten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

88 198 482

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die zijn aangegaan bij delegaties van de Europese Unie buiten de Unie en delegaties bij internationale organisaties in de Unie:

tijdelijke ontheemdingstoelagen en dagvergoedingen,

huur en lasten van gebouwen voor de delegaties buiten de Unie:

voor alle gebouwen of gedeelten van gebouwen die worden gebruikt voor de bureaus van de delegaties buiten de Unie of door ambtenaren met standplaats buiten de Unie: huur (met inbegrip van tijdelijke huisvesting) en fiscale lasten, verzekeringspremies, uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden en grote reparaties, lopende uitgaven inzake de beveiliging van personen en goederen (lettercombinaties, safes, hekwerken, enz.),

voor alle gebouwen of gedeelten van gebouwen die worden gebruikt voor de bureaus van de delegaties buiten de Unie en de ambtswoningen van de gedelegeerden: de kosten van water, gas, elektriciteit en verwarming, voor onderhoud en reparatie, van interne verhuizing, inrichting en verhuizingen en de andere lopende uitgaven (met name straatbelasting, vuilnisophaaldienst, bewegwijzering, enz.),

huur en lasten van gebouwen voor de delegaties op het grondgebied van de Unie:

voor alle gebouwen of gedeelten van gebouwen die worden gebruikt voor de bureaus van de delegaties: huur, kosten van water, gas, elektriciteit en verwarming, verzekeringspremies, kosten van onderhoud en reparatie, de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden en grote reparaties, de uitgaven voor beveiliging, met name bewakingscontracten, huur en vervanging van brandblussers, aankoop en onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, vervanging van de uitrusting van ambtenaren die bij de vrijwillige brandweer aangesloten zijn, kosten van wettelijke controles, enz.,

voor gebouwen of gedeelten van gebouwen die door ambtenaren worden bewoond: de vergoeding van uitgaven voor woningbeveiliging,

de aankoop van bouwgronden en gebouwen (aankoop of huurkoop) en de bouw van kantoor- of woongebouwen, met inbegrip van de kosten van voorbereidende studies en diverse honoraria.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement wordt geraamd op: p.m.

3 0 0 4   Andere administratieve uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

23 477 221

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die zijn aangegaan bij delegaties van de Europese Unie buiten de Unie en delegaties bij internationale organisaties in de Unie:

aankoop, huur, leasing, onderhoud en reparatie van meubilair en uitrusting, met name audiovisuele apparatuur, uitrusting voor archieven, reprografische diensten, bibliotheken en tolkendiensten, en gespecialiseerde kantooruitrusting (fotokopieerapparaten, aflees- en reproductieapparaten, faxtoestellen, enz.), alsmede de aanschaf van documentatie en benodigdheden in verband met genoemde uitrusting,

aanschaf, onderhoud en reparatie van technisch materieel zoals generatoren en airconditioningapparatuur, en de kosten voor de installatie en de uitrusting van het bij de delegaties geplaatste materieel voor sociale doeleinden,

aankoop, vervanging, huur, leasing, onderhoud en reparatie van voertuigen, met inbegrip van de uitrusting daarvan,

de verzekeringspremies voor de voertuigen,

de aankoop van boeken, documenten en andere niet-periodieke publicaties inclusief bijwerkingen daarvan, alsmede de kosten voor abonnementen op dagbladen, tijdschriften en diverse publicaties en voor het inbinden en conserveren van periodieke boekwerken,

de abonnementen op persbureaus,

aankoop van papier, enveloppen, kantoorbehoeften en benodigdheden voor de reprografische diensten, en uitbesteding van drukwerk,

kosten van vervoer en inklaring van materieel, aankoop en reiniging van uniformen voor bodes, chauffeurs enz., diverse verzekeringen (met name burgerrechtelijke aansprakelijkheid, diefstal enz.), kosten in verband met interne vergaderingen (verfrissingen, maaltijden die bij bijzondere gelegenheden worden verstrekt),

kosten van studies, enquêtes en raadplegingen in het kader van de administratieve werking van de delegaties, alsmede van alle andere huishoudelijke uitgaven waarin niet in het bijzonder is voorzien in de andere posten van dit artikel,

frankeringskosten voor correspondentie, verslagen en publicaties evenals de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, over de weg, per boot of per spoor,

kosten van de diplomatieke koffer,

meubilair en uitrusting voor de ter beschikking van de ambtenaren gestelde woningen,

aankoop, huur of leasing van informatica-apparatuur, met name computers, terminals, microcomputers, randapparatuur en aansluitingsapparatuur, en van de voor de functionering daarvan benodigde programmatuur,

de aan derden toevertrouwde werkzaamheden, met name in verband met de ontwikkeling, het onderhoud en de ondersteuning van de computersystemen in de delegaties,

aankoop, huur of huurkoop van apparatuur voor de weergave van informatie op papier, zoals printers en scanners,

aankoop, huur of huurkoop van telefooncentrales en -verdeelsystemen, van apparatuur voor gegevenstransmissie en van de voor de functionering daarvan benodigde programmatuur,

abonnementskosten, kosten van gesprekken via kabel of radioverbinding (telefoon, telegraaf, telex, fax), kosten van netwerken voor gegevenstransmissie en van telematicadiensten, enz. alsmede kosten van de aankoop van abonneelijsten,

installatie, configuratie, onderhoud, ondersteuning, bijstand, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur,

uitgaven voor actieve veiligheid in de delegaties in noodgevallen,

alle financiële kosten, inclusief bankkosten.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement wordt geraamd op: p.m.

3 0 0 5   Bijdrage van de Commissie voor personeelsleden van de Commissie in de delegaties

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen eventuele ontvangsten van de Commissie of uit het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) die bijdragen tot de in de delegaties gemaakte kosten die voortvloeien uit de aanwezigheid van personeelsleden van de Commissie in de delegaties aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die zijn aangegaan voor het personeel van de Commissie en door het EOF gefinancierd personeel bij delegaties van de Europese Unie buiten de Unie en delegaties bij internationale organisaties in de Unie:

salarissen en salarisgerelateerde uitgaven van lokaal personeel (en uitzendkrachten),

het aandeel in de uitgaven die vallen onder de posten 3 0 0 0 (Salaris en andere rechten voor statutaire personeelsleden), 3 0 0 1 (Extern personeel en externe dienstverlening), 3 0 0 2 (Andere personeelsuitgaven), 3 0 0 3 (Gebouwen en bijbehorende kosten) en 3 0 0 4 (Andere administratieve uitgaven) voor deze personeelsleden.

Bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement wordt geraamd op: p.m.

TITEL 10

OVERIGE UITGAVEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

HOOFDSTUK 10 0

 

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 0

 

 

 

 

HOOFDSTUK 10 1

 

 

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 10 1

 

 

 

 

Totaal van titel 10

 

 

 

 

TOTAAL-GENERAAL

464 104 592

 

 

HOOFDSTUK 10 0 —

VOORZIENINGEN

HOOFDSTUK 10 1 —

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

HOOFDSTUK 10 0 —   VOORZIENINGEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

 

 

Toelichting

In dit hoofdstuk zijn voorzieningen opgenomen die slechts mogen worden gebruikt na overschrijving naar andere hoofdstukken overeenkomstig het Financieel Reglement.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 10 1 —   RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

 

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van niet te voorziene uitgaven, voortkomend uit tijdens het begrotingsjaar genomen begrotingsbesluiten.

PERSONEEL

Afdeling X — Europese Dienst voor extern optreden

Functiegroep en rang

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Naar de EDEO over te hevelen posten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

12

 

12

 

AD 15

38

 

38

 

AD 14

68

2

55

7

AD 13

156

1

96

1

AD 12

235

8

250

8

AD 11

71

 

117

12

AD 10

75

7

56

1

AD 9

61

23

71

2

AD 8

36

 

20

 

AD 7

55

 

65

 

AD 6

30

 

28

 

AD 5

41

1

66

1

Totaal AD

878

42

874

32

AST 11

18

 

12

 

AST 10

18

 

19

1

AST 9

53

 

39

 

AST 8

39

1

42

 

AST 7

97

 

82

 

AST 6

106

 

96

 

AST 5

123

 

102

 

AST 4

83

 

100

 

AST 3

40

 

40

 

AST 2

73

 

52

 

AST 1

72

 

134

 

Totaal AST

722

1

718

1

Algemeen totaal

1 600  (95)

43

1 592  (96)

33

Totaal personeel

1 643

1 625


(1)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2010 (PB L 64 van 12.3.2010, blz. 1) en de gewijzigde begrotingen nrs. 1/2010 tot en met 8/2010.

(2)  Artikel 310, lid 1, derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (vroeger artikel 268 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap) bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

(3)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2010 (PB L 64 van 12.3.2010, blz. 1) en de gewijzigde begrotingen nrs. 1/2010 tot en met 8/2010.

(4)  De eigen middelen voor de begroting 2011 zijn vastgesteld op basis van de begrotingsramingen die tijdens de 148e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen van 18 mei 2010 zijn goedgekeurd.

(5)  Artikel 310, lid 1, derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (vroeger artikel 268 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap) bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

(6)  De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het bni.

(7)  Uitsluitend voor de periode 2007-2013 wordt het btw-afroepingspercentage voor Oostenrijk vastgesteld op 0,225 %, voor Duitsland op 0,15 % en voor Nederland en Zweden op 0,10 %.

(8)  Berekening van het percentage: (94 541 866 005) / (125 416 430 000) = 0,753823609912991.

(9)  Afgeronde percentages.

(10)  De uitbreidingsuitgaven stemmen overeen met het totaal: i) van de betalingen gedaan aan de 10 nieuwe lidstaten (die op 1 mei 2004 tot de Unie zijn toegetreden) uit de kredieten van 2003, gecorrigeerd door toepassing van de EU-bbp-deflator voor de jaren 2004-2009, en de betalingen aan Bulgarije en Roemenië uit de kredieten van 2006, gecorrigeerd door toepassing van de EU-bbp-deflator voor de jaren 2007-2009, en ii) de totale toegewezen uitgaven in die lidstaten, met uitzondering van die voor directe betalingen en marktgerelateerde uitgaven in het kader van het landbouwbeleid, en het uit het EOGFL, afdeling Garantie, afkomstige deel van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegewezen uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dit ook na de uitbreiding niet worden.

(11)  De „Britse korting” stemt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling naar afgetopte btw en de introductie van op het bnp/bni gebaseerde eigen middelen.

(12)  Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.

(13)  p.m. (eigen middelen + andere ontvangsten = totale ontvangsten = totale uitgaven); (125 105 765 530 + 1 421 368 232 = 126 527 133 762 = 126 527 133 762).

(14)  Totaal van de eigen middelen als percentage van het bni: (125 105 765 530) / (12 541 643 000 000) = 1,00 %; maximumpercentage van de eigen middelen in vergelijking met het bni: 1,23 %.

(15)  Deze kredieten geven de gecumuleerde bedragen aan die zijn opgenomen voor huur (post 2 0 0 0), erfpacht (post 2 0 0 1) en verwerving van onroerend goed (post 2 0 0 3).

(16)  Deze kredieten geven de gecumuleerde bedragen aan die zijn opgenomen voor huur (post 2 0 0 0), erfpacht (post 2 0 0 1) en verwerving van onroerend goed (post 2 0 0 3).

(17)  Nettoboekwaarde bij de opstelling van het financiële memorandum op 31 december 2008.

(18)  Dit krediet geeft de gecumuleerde bedragen aan die zijn opgenomen in posten 2 0 0 0 en 3 1 0 0 (huur).

(19)  Dit krediet geeft de gecumuleerde bedragen aan die zijn opgenomen in posten 2 0 0 0 en 3 1 0 0 (huur).

(20)  Nettoboekwaarde bij de opstelling van het financiële memorandum op 31 december 2008.

(21)  Met inbegrip van de bijdrage van de Commissie voor de delegaties van de Unie en de uitgaven voor de administratieve infrastuctuur van het onderzoeksbeleid.

(22)  Voorlopige bedragen. Defnitieve bedragen zullen in het financiële memorandum voor 2010 in aanmerking worden genomen.

(23)  Definitieve bedragen bekendgemaakt in het financiële memorandum 2009.

(24)  Bijdrage van de Commissie voor de delegaties van de Unie na de creatie van de Europese Dienst voor extern optreden.

(25)  Toestand op 31 december 2010. De gebouwen van de delegaties van de Unie zijn overgedragen aan de Europese Dienst voor extern optreden op 1 januari 2011.

(26)  Nettoboekwaarde opgenomen in de financiële staten op 31 december 2009 voor de bijgebouwen „A”, „B” en „C” en voor het gebouwencomplex van het nieuwe Paleis (gerenoveerde oude Paleis, de Anneau, 2 torens en verbindingsgalerij) waarvoor huurkoopovereenkomsten zijn gesloten

(27)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie. Nettowaarde bij de opstelling van de balans op 31 december 2009.

(28)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie. Nettoboekwaarde bij de opstelling van het financiële memorandum op 31 december 2008.

(29)  Toestand op 31 december 2010. De gebouwen van de delegaties van de Unie zijn overgedragen aan de Europese Dienst voor extern optreden op 1 januari 2011.

(30)  Voorlopige bedragen. De definitieve bedragen zullen in het financiële memorandum 2010 in aanmerking worden genomen.

(31)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(32)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(33)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(34)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(35)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie (ex Maria van Boergondië).

(36)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(37)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(38)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(39)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(40)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(41)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(42)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie (in een deel waarvan het OLAF is gehuisvest).

(43)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(44)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(45)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(46)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(47)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(48)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(49)  Langdurige leaseovereenkomst met koopoptie.

(50)  Huurkoop.

(51)  Het onroerendgoedbezit van de externe diensten omvat 30 kantoorgebouwen, 28 woningen voor delegatiehoofden, 25 woningen voor ambtenaren, één parking en één perceel grond.

(52)  Waarvan zes bevorderingen ad personam (drie AD 14 naar AD 15, één AST 10 naar AST 11, en één AST 4 naar AST 5), verleend in bijzondere gevallen aan verdienstelijke ambtenaren.

(53)  Virtuele reserve voor ambtenaren die in het belang van de dienst gedetacheerd zijn en niet zijn opgenomen in het totaal-generaal.

(54)  Waarvan vier halftijdse AD (taalleraren) en één AD 10 (DG IPOL) beperkt tot 5 jaar.

(55)  Eén AD 5 en vier AST 3 (beroepsopleiding), alsook twee AD 5 en twee AST 1 (vertaling) zijn op het organigram in de reserve geplaatst zonder toewijzing van kredieten.

(56)  Waarvan vijf bevorderingen ad personam (drie AD 14 naar AD 15, één AST 10 naar AST 11, en één AST 4 naar AST 5), verleend in bijzondere gevallen aan verdienstelijke ambtenaren.

(57)  Virtuele reserve voor ambtenaren die in het belang van de dienst gedetacheerd zijn en niet zijn opgenomen in het totaal-generaal.

(58)  Waarvan vier halftijdse AD (taalleraren) en één AD 10 (DG IPOL) beperkt tot 5 jaar.

(59)  Eén AD 5 en AST 3 (beroepsopleiding), twee AD 5 en twee AST 1 (vertaling), alsmede zes AD 5 en twee AST 1 (Bibliotheek) zijn op het organigram in de reserve geplaatst zonder toewijzing van kredieten. 30 administratieve ambten (zes AD 5 en 24 AST 1) zijn op het organigram opgenomen en de desbetreffende kredieten zijn in de reserve geplaatst.

(60)  Waarvan vier AD 16 ad personam.

(61)  Waarvan zeven AD 15 ad personam.

(62)  Waarvan vier AD 16 ad personam.

(63)  Waarvan zeven AD 15 ad personam.

(64)  Waarvan 1 post is omgezet van een tijdelijk in een vast ambt.

(65)  Waarvan 1 AD 15 ad personam.

(66)  Waarvan 1 AD 15 ad personam.

(67)  Waarvan 1 AD 15 ad personam.

(68)  Waarvan 1 AD 15 ad personam.

(69)  Waarvan 1 AD 14 ad personam.

(70)  Waarvan 1 AD 14 ad personam.

(71)  Niet inbegrepen de reserve voor onvoorziene uitgaven, zonder toewijzing van kredieten, voor de detachering van ambtenaren bij de leden van het Hof van Justitie, het Gerecht of het Gerecht voor ambtenarenzaken (6 AD 12, 12 AD 11, 18 AD 10, 9 AD 7, 11 AST 6, 17 AST 5, 21 AST 4, 8 AST 3).

(72)  Exclusief de virtuele reserve, zonder toewijzing van kredieten, voor ambtenaren die bij de kabinetten van het Hof van Justitie, het Gerecht of het Gerecht voor ambtenarenzaken gedetacheerd zijn (6 AD 12, 12 AD 11, 18 AD 10, 9 AD 7, 11 AST 6, 17 AST 5, 21 AST 4, 8 AST 3).

(73)  Halftijdse bezetting van bepaalde ambten kan worden gecompenseerd door de aanstelling van andere personeelsleden, tot een maximum van het aantal aldus vrijgekomen ambten per categorie.

(74)  Halftijdse bezetting van bepaalde ambten kan worden gecompenseerd door de aanstelling van andere personeelsleden, tot een maximum van het aantal aldus vrijgekomen ambten per categorie.

(75)  Voor de daadwerkelijke bezetting qua rang van de posten bij de kabinetten van de leden gelden dezelfde indelingscriteria als voor de ambtenaren in dienst getreden vóór 1 mei 2004.

(76)  Waarvan 1 AD 15 ad personam.

(77)  Waarvan 1 AD 15 ad personam.

(78)  Waarvan 1 AD 14 ad personam.

(79)  Waarvan 1 AD 14 ad personam.

(80)  Artikel 47, lid 1, van het Financieel Reglement.

(81)  Artikel 47, lid 1, van het Financieel Reglement.

(82)  Artikel 47, lid 1, van het Financieel Reglement.

(83)  Artikel 47, lid 1, van het Financieel Reglement.

(84)  Artikel 47, lid 1, van het Financieel Reglement.

(85)  Artikel 47, lid 1, van het Financieel Reglement.

(86)  Artikel 47, lid 1, van het Financieel Reglement.

(87)  Artikel 47, lid 1, van het Financieel Reglement.

(88)  1 AST 5-ambt opgegeven.

(89)  1 tijdelijk AST 2-ambt opgegeven.

(90)  Exclusief de virtuele reserve zonder krediettoewijzing voor de naar de kabinetten gedetacheerde ambtenaren (1 AD 14, 2 AD 13, 5 AD 12, 5 AD 11, 12 AD 10, 2 AD 9, 6 AD 8, 1 AD 6, 1 AST 11, 1 AST 10, 1 AST 9, 1 AST 8, 4 AST 7, 10 AST 6, 8 AST 5, 9 AST 4, 4 AST 3, 2 AST 2 en 3 AST 1).

(91)  Exclusief de virtuele reserve zonder krediettoewijzing voor de naar de kabinetten gedetacheerde ambtenaren (1 AD 14, 2 AD 13, 5 AD 12, 5 AD 11, 12 AD 10, 2 AD 9, 6 AD 8, 1 AD 6, 1 AST 11, 1 AST 10, 1 AST 9, 1 AST 8, 4 AST 7, 10 AST 6, 8 AST 5, 9 AST 4, 4 AST 3, 2 AST 2 en 3 AST 1).

(92)  Deeltijdse bezetting van bepaalde ambten kan worden gecompenseerd door de aanstelling van andere personeelsleden, tot een maximum van het aantal aldus vrijgekomen ambten per functiegroep.

(93)  Waarvan 1 AD 14, 1 AD 9, 1 AD 6, 1 AD 5, 1 AST 7 en 1 AST 5 (alle tijdelijk) voor het kabinet van de voorzitter; 1 AD 13, 3 AD 12, 1 AD 11, 4 AD 10, 2 AD 8, 1 AD 7, 5 AD 6, 1 AST 7, 1 AST 6, 4 AST 5, 3 AST 4, 1 AST 3 en 2 AST 2 (alle tijdelijk) voor de fracties; 2 AD 6 (beide tijdelijk) voor de vertaaldienst en 1 AD 6 (tijdelijk) voor het directoraat Communicatie, pers en protocol.

(94)  Waarvan 1 AD 14, 1 AD 9, 1 AD 6, 1 AD 5, 1 AST 7 en 1 AST 5 (alle tijdelijk) voor het kabinet van de voorzitter; 4 AD 12, 3 AD 10, 2 AD 9, 3 AD 7, 3 AD 6, 2 AD 5, 1 AST 6, 4 AST 5, 3 AST 4, 2 AST 3 en 2 AST 2 (alle tijdelijk) voor de fracties; 1 AD 6 (tijdelijk) voor de vertaaldienst en 2 AD 6 (beide tijdelijk) voor het directoraat Communicatie, pers en protocol.

(95)  Waaronder zes bevorderingen ad personam: twee AD 15 tot AD 16; drie AD 14 tot AD 15; één AD 13 tot AD 14.

(96)  Waaronder zes bevorderingen ad personam: twee AD 15 tot AD 16; drie AD 14 tot AD 15; één AD 13 tot AD 14.


I Wetgevingshandelingen

BEGROTINGEN

Europees Parlement

15.3.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 68/1


AFDELING III

COMMISSIE

INHOUD — VOLUME II

AFDELING III: COMMISSIE

STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING

Staat van ontvangsten

— Titel 4: Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen en andere organen van de Unie

— Titel 5: Ontvangsten voortvloeiende uit de administratieve werking van de instelling

— Titel 6: Bijdragen en terugbetalingen in het kader van overeenkomsten en programma's van de Unie/Gemeenschap

— Titel 7: Interest voor betalingsachterstand en boeten

— Titel 8: Opgenomen en verstrekte leningen

— Titel 9: Diverse ontvangsten

ALGEMENE SAMENVATTING VAN DE KREDIETEN (2011 EN 2010) EN VAN DE UITVOERING (2009)

— Titel XX: Administratieve uitgaven voor beleidsterreinen

— Hoofdstuk XX 01: Administratieve uitgaven voor beleidsterreinen

— Titel 01: Economische en financiële zaken

— Hoofdstuk 01 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

— Hoofdstuk 01 02: Economische en Monetaire Unie

— Hoofdstuk 01 03: Internationale economische en financiële kwesties

— Hoofdstuk 01 04: Financiële verrichtingen en instrumenten

— Titel 02: Ondernemingen

— Hoofdstuk 02 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Ondernemingen”

— Hoofdstuk 02 02: Concurrentievermogen, industriebeleid, innovatie en ondernemerschap

— Hoofdstuk 02 03: Interne goederenmarkt en sectoraal beleid

— Hoofdstuk 02 04: Samenwerking — Ruimtevaart en veiligheid

— Hoofdstuk 02 05: Europese programma’s voor navigatie per satelliet (EGNOS en Galileo)

— Titel 03: Concurrentie

— Hoofdstuk 03 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Concurrentie”

— Hoofdstuk 03 03: Kartels, antitrust en liberalisering

— Titel 04: Werkgelegenheid en sociale zaken

— Hoofdstuk 04 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

— Hoofdstuk 04 02: Europees Sociaal Fonds

— Hoofdstuk 04 03: Werken in Europa — Sociale dialoog en mobiliteit

— Hoofdstuk 04 04: Werkgelegenheid, maatschappelijke solidariteit en gendergelijkheid

— Hoofdstuk 04 05: Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)

— Hoofdstuk 04 06: Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Ontwikkeling van het menselijke potentieel

— Titel 05: Landbouw en plattelandsontwikkeling

— Hoofdstuk 05 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

— Hoofdstuk 05 02: Interventies op de landbouwmarkten

— Hoofdstuk 05 03: Rechtstreekse steun

— Hoofdstuk 05 04: Plattelandsontwikkeling

— Hoofdstuk 05 05: Pretoetredingsmaatregelen op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling

— Hoofdstuk 05 06: Internationale aspecten van het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

— Hoofdstuk 05 07: Audit van de landbouwuitgaven

— Hoofdstuk 05 08: Beleidsstrategie en -coördinatie voor het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

— Titel 06: Mobiliteit en vervoer

— Hoofdstuk 06 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

— Hoofdstuk 06 02: Vervoer over land, door de lucht en over zee

— Hoofdstuk 06 03: Trans-Europese netwerken

— Hoofdstuk 06 06: Onderzoek in verband met vervoer

— Titel 07: Milieu- en klimaatmaatregelen

— Hoofdstuk 07 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Milieu- en klimaatmaatregelen”

— Hoofdstuk 07 02: Mondiale milieuzaken

— Hoofdstuk 07 03: Ontwikkeling en uitvoering van het milieubeleid en de milieuwetgeving van de Unie

— Hoofdstuk 07 11: Mondiale klimaatmaatregelen

— Hoofdstuk 07 12: Uitvoering van het beleid en de wetgeving van de Unie inzake klimaatmaatregelen

— Hoofdstuk 07 13: Mainstreaming en innovatie inzake klimaatbeleid

— Titel 08: Onderzoek

— Hoofdstuk 08 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Onderzoek”

— Hoofdstuk 08 02: Samenwerking — Gezondheid

— Hoofdstuk 08 03: Samenwerking — Voeding, landbouw en biotechnologie

— Hoofdstuk 08 04: Samenwerking — Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën

— Hoofdstuk 08 05: Samenwerking — Energie

— Hoofdstuk 08 06: Samenwerking — Milieu (inclusief klimaatverandering)

— Hoofdstuk 08 07: Samenwerking — Vervoer (inclusief luchtvaart)

— Hoofdstuk 08 08: Samenwerking — Sociaaleconomische wetenschappen en geesteswetenschappen

— Hoofdstuk 08 09: Samenwerking — Risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF)

— Hoofdstuk 08 10: Ideeën

— Hoofdstuk 08 12: Capaciteiten — Onderzoeksinfrastructuren

— Hoofdstuk 08 13: Capaciteiten — Onderzoek ten behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's)

— Hoofdstuk 08 14: Capaciteiten — Kennisregio's

— Hoofdstuk 08 15: Capaciteiten — Onderzoekspotentieel

— Hoofdstuk 08 16: Capaciteiten — Wetenschap in de maatschappij

— Hoofdstuk 08 17: Capaciteiten — Internationale samenwerkingsactiviteiten

— Hoofdstuk 08 18: Capaciteiten — Risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF)

— Hoofdstuk 08 19: Capaciteiten — Ondersteuning van de coherente ontwikkeling van het onderzoeksbeleid

— Hoofdstuk 08 20: Euratom — Fusie-energie

— Hoofdstuk 08 21: Euratom — Kernsplijting en stralingsbescherming

— Hoofdstuk 08 22: Afronding van voorgaande kaderprogramma's en andere activiteiten

— Hoofdstuk 08 23: Onderzoeksprogramma van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal

— Titel 09: Informatiemaatschappij en media

— Hoofdstuk 09 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

— Hoofdstuk 09 02: Regelgevingskader voor de digitale agenda

— Hoofdstuk 09 03: Absorptie van ICT

— Hoofdstuk 09 04: Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

— Hoofdstuk 09 05: Capaciteiten — Onderzoeksinfrastructuren

— Titel 10: Eigen onderzoek

— Hoofdstuk 10 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Eigen onderzoek”

— Hoofdstuk 10 02: Beleidskredieten rechtstreeks gefinancierd onderzoek — Zevende kaderprogramma (2007-2013) — EU

— Hoofdstuk 10 03: Beleidskredieten rechtstreeks gefinancierd onderzoek — Zevende kaderprogramma (2007-2011) — Euratom

— Hoofdstuk 10 04: Afronding van voorgaande kaderprogramma's en andere activiteiten

— Hoofdstuk 10 05: Historische verplichtingen ten gevolge van de werkzaamheden van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek in het kader van het Euratom-Verdrag

— Titel 11: Maritieme zaken en visserij

— Hoofdstuk 11 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

— Hoofdstuk 11 02: Visserijmarkten

— Hoofdstuk 11 03: Internationale visserij en zeerecht

— Hoofdstuk 11 04: Beheer van het gemeenschappelijk visserijbeleid

— Hoofdstuk 11 06: Europees Visserijfonds (EVF)

— Hoofdstuk 11 07: Instandhouding, beheer en exploitatie van de levende aquatische hulpbronnen

— Hoofdstuk 11 08: Controle en handhaving van het gemeenschappelijk visserijbeleid

— Hoofdstuk 11 09: Maritiem beleid

— Titel 12: Interne markt

— Hoofdstuk 12 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Interne markt”

— Hoofdstuk 12 02: Internemarktbeleid

— Hoofdstuk 12 03: Interne markt voor diensten

— Hoofdstuk 12 04: Vrij verkeer van kapitaal, vennootschapsrecht en ondernemingsbestuur

— Titel 13: Regionaal beleid

— Hoofdstuk 13 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Regionaal beleid”

— Hoofdstuk 13 03: Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en andere regionale acties

— Hoofdstuk 13 04: Cohesiefonds

— Hoofdstuk 13 05: pretoetredingsacties met betrekking tot het structuurbeleid

— Hoofdstuk 13 06: Solidariteitsfonds

— Titel 14: Belastingen en douane-unie

— Hoofdstuk 14 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

— Hoofdstuk 14 02: Beleidsstrategie en -coördinatie voor het directoraat-generaal Belastingen en douane-unie

— Hoofdstuk 14 03: Internationale aspecten van belastingen en douane

— Hoofdstuk 14 04: Douanebeleid

— Hoofdstuk 14 05: Belastingbeleid

— Titel 15: Onderwijs en cultuur

— Hoofdstuk 15 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

— Hoofdstuk 15 02: Een leven lang leren, met inbegrip van meertaligheid

— Hoofdstuk 15 04: Ontwikkeling van culturele en audiovisuele samenwerking in Europa

— Hoofdstuk 15 05: Aanmoediging en bevordering van samenwerking op het gebied van jeugd en sport

— Hoofdstuk 15 07: Mensen — Programma voor de mobiliteit van onderzoekers

— Titel 16: Communicatie

— Hoofdstuk 16 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Communicatie”

— Hoofdstuk 16 02: Communicatie en de media

— Hoofdstuk 16 03: Gelokaliseerde communicatie

— Hoofdstuk 16 04: Analyse- en communicatie-instrumenten

— Hoofdstuk 16 05: Bevordering van Europees burgerschap

— Titel 17: Gezondheidszorg en consumentenbescherming

— Hoofdstuk 17 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

— Hoofdstuk 17 02: Consumentenbeleid

— Hoofdstuk 17 03: Volksgezondheid

— Hoofdstuk 17 04: Veiligheid van levensmiddelen en diervoeders, diergezondheid, dierwelzijn en gezondheid van planten

— Titel 18: Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

— Hoofdstuk 18 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

— Hoofdstuk 18 02: Solidariteit — Buitengrenzen, terugkeer, visumbeleid en vrij verkeer van personen

— Hoofdstuk 18 03: Migratiestromen — Gemeenschappelijk immigratie- en asielbeleid

— Hoofdstuk 18 04: Grondrechten en burgerschap

— Hoofdstuk 18 05: Veiligheid en bescherming van de vrijheden

— Hoofdstuk 18 06: Justitie in strafrechtelijke en burgerlijke zaken

— Hoofdstuk 18 07: Drugspreventie en -voorlichting

— Hoofdstuk 18 08: Beleidsstrategie en -coördinatie

— Titel 19: Externe betrekkingen

— Hoofdstuk 19 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

— Hoofdstuk 19 02: Samenwerking met derde landen op het gebied van migratie en asiel

— Hoofdstuk 19 03: Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB)

— Hoofdstuk 19 04: Europees instrument voor de democratie en de mensenrechten (EIDHR)

— Hoofdstuk 19 05: Betrekkingen en samenwerking met geïndustrialiseerde derde landen

— Hoofdstuk 19 06: Crisisrespons en mondiale bedreigingen voor de veiligheid

— Hoofdstuk 19 08: Europees nabuurschapsbeleid en betrekkingen met Rusland

— Hoofdstuk 19 09: Betrekkingen met Latijns-Amerika

— Hoofdstuk 19 10: Betrekkingen met Azië, Centraal-Azië en het Midden-Oosten (Irak, Iran, Jemen)

— Hoofdstuk 19 11: Beleidsstrategie en -coördinatie voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

— Hoofdstuk 19 49: Uitgaven voor administratief beheer van programma's waarvoor kredieten zijn vastgelegd overeenkomstig het oude Financieel Reglement

— Titel 20: Handel

— Hoofdstuk 20 01: Huishoudelijke uitgaven voor het beleidsterrein „Handel”

— Hoofdstuk 20 02: Handelspolitiek

— Titel 21: Ontwikkeling en betrekkingen met de landen in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (ACS-staten)

— Hoofdstuk 21 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

— Hoofdstuk 21 02: Voedselzekerheid

— Hoofdstuk 21 03: Niet-overheidsactoren in het ontwikkelingsproces

— Hoofdstuk 21 04: Milieu en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen, met inbegrip van energie

— Hoofdstuk 21 05: Menselijke en sociale ontwikkeling

— Hoofdstuk 21 06: Geografische samenwerking met de landen in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (ACS-staten)

— Hoofdstuk 21 07: Andere maatregelen op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en ad-hocprogramma's

— Hoofdstuk 21 08: Beleidsstrategie en coördinatie voor het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

— Hoofdstuk 21 49: Uitgaven voor het administratieve beheer van programma's waarvoor kredieten zijn vastgelegd overeenkomstig het oude Financieel Reglement

— Titel 22: Uitbreiding

— Hoofdstuk 22 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Uitbreiding”

— Hoofdstuk 22 02: Uitbreidingsproces en -strategie

— Titel 23: Humanitaire hulp

— Hoofdstuk 23 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

— Hoofdstuk 23 02: Humanitaire hulp inclusief hulp aan ontheemden, voedselhulp en paraatheid bij rampen

— Hoofdstuk 23 03: Financieringsinstrument voor civiele bescherming

— Titel 24: Fraudebestrijding

— Hoofdstuk 24 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Fraudebestrijding”

— Hoofdstuk 24 02: Fraudebestrijding

— Titel 25: Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie

— Hoofdstuk 25 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

— Hoofdstuk 25 02: Betrekkingen met de civiele samenleving, openheid en informatieverstrekking

— Titel 26: Administratie van de Commissie

— Hoofdstuk 26 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

— Hoofdstuk 26 02: Multimediaproductie

— Hoofdstuk 26 03: Diensten aan overheden, ondernemingen en burgers

— Titel 27: Begroting

— Hoofdstuk 27 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Begroting”

— Hoofdstuk 27 02: Uitvoering, controle en kwijting van de begroting

— Titel 28: Audit

— Hoofdstuk 28 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Audit”

— Titel 29: Statistiek

— Hoofdstuk 29 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Statistiek”

— Hoofdstuk 29 02: Productie van statistische informatie

— Titel 30: Pensioenen en daarmee samenhangende uitgaven

— Hoofdstuk 30 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Pensioenen en daarmee samenhangende uitgaven”

— Titel 31: Talendiensten

— Hoofdstuk 31 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Talendiensten”

— Titel 32: Energie

— Hoofdstuk 32 01: Administratieve uitgaven voor het beleidsterrein „Energie”

— Hoofdstuk 32 03: Trans-Europese netwerken

— Hoofdstuk 32 04: Conventionele en duurzame energiebronnen

— Hoofdstuk 32 05: Kernenergie

— Hoofdstuk 32 06: Onderzoek in verband met energie

— Titel 40: Reserves

— Hoofdstuk 40 01: Reserves voor administratieve uitgaven

— Hoofdstuk 40 02: Reserves voor financiële interventies

Bijlagen

— Europese Economische Ruimte

— Lijst van voor kandidaat-lidstaten opengestelde begrotingsonderdelen en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan

— Opgenomen en verstrekte leningen — Door de algemene begroting gegarandeerde opgenomen en verstrekte leningen (ter indicatie)

— Bureau voor publicaties

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Europees Bureau voor fraudebestrijding

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Europees Bureau voor personeelsselectie

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Bureau voor infrastructuur en logistiek — Brussel

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Bureau voor infrastructuur en logistiek — Luxemburg

— Staat van ontvangsten

— Staat van uitgaven

— Personeel

STAAT VAN ONTVANGSTEN

TITEL 4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

463 244 400

490 312 698

414 525 432,50

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

190 624,57

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

42 428 398

39 212 315

32 884 449,22

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

505 672 798

529 525 013

447 600 506,29

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

305 137 702

312 614 023

268 944 682,76

4 1 1

Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

66 779 000

65 539 000

56 141 341,43

4 1 2

Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

100 000

100 000

57 122,21

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

372 016 702

378 253 023

325 143 146,40

HOOFDSTUK 4 2

4 2 0

Werkgeversbijdrage van gedecentraliseerde agentschappen en internationale organisaties aan de pensioenregeling

13 123 267

11 476 650

7 891 672,96

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 2

13 123 267

11 476 650

7 891 672,96

 

Totaal van titel 4

890 812 767

919 254 686

780 635 325,65

HOOFDSTUK 4 0 —

DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGE IN HET KADER VAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 2 —

ANDERE BIJDRAGEN IN HET KADER VAN DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   DIVERSE BELASTINGEN EN INHOUDINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren, de andere personeelsleden en de gepensioneerden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

463 244 400

490 312 698

414 525 432,50

Toelichting

Deze ontvangsten zijn de opbrengst van de belastingen op de salarissen, lonen en vergoedingen, met uitzondering van de uitkeringen en kinderbijslagen, die worden betaald aan leden van de Commissie, ambtenaren, andere personeelsleden en personen aan wie een schadevergoeding wordt uitgekeerd bij de beëindiging van een dienstverband bedoeld in hoofdstuk 01 van elke titel van de staat van uitgaven en aan gepensioneerden.

De geraamde ontvangsten omvatten ook bedragen voor de Europese Investeringsbank, de Europese Centrale Bank en het Europees Investeringsfonds.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1860/76 van de Raad van 29 juni 1976 houdende vaststelling van de regeling welke van toepassing is op het personeel van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (PB L 214 van 6.8.1976, blz. 24).

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

190 624,57

Toelichting

De bepalingen met betrekking tot de tijdelijke bijdrage waren van kracht tot 30 juni 2003. Derhalve heeft deze post betrekking op alle ontvangsten die voortvloeien uit het restbedrag van de tijdelijke bijdrage van de bezoldigingen van de leden van de Commissie, de ambtenaren en andere personeelsleden in actieve dienst.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

42 428 398

39 212 315

32 884 449,22

Toelichting

Op deze post wordt de opbrengst geboekt van de speciale heffing die van toepassing was op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst overeenkomstig artikel 66 bis van het Statuut van de ambtenaren.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGE IN HET KADER VAN DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

305 137 702

312 614 023

268 944 682,76

Toelichting

De ontvangsten vertegenwoordigen de bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1860/76 van de Raad van 29 juni 1976 houdende vaststelling van de regeling welke van toepassing is op het personeel van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (PB L 214 van 6.8.1976, blz. 24).

4 1 1   Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

66 779 000

65 539 000

56 141 341,43

Toelichting

De ontvangsten vertegenwoordigen de betaling aan de Unie van de actuariële tegenwaarde of de afkoopsom van pensioenrechten die ambtenaren uit hoofde van hun vorige beroepsactiviteiten hebben verworven.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

4 1 2   Pensioenbijdrage van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

100 000

100 000

57 122,21

Toelichting

Ambtenaren en andere personeelsleden die verlof om redenen van persoonlijke aard hebben opgenomen, kunnen pensioenrechten blijven verwerven op voorwaarde dat zij ook de kosten van de werkgeversbijdrage op zich nemen.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 4 2 —   ANDERE BIJDRAGEN IN HET KADER VAN DE PENSIOENREGELING

4 2 0   Werkgeversbijdrage van gedecentraliseerde agentschappen en internationale organisaties aan de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

13 123 267

11 476 650

7 891 672,96

Toelichting

De ontvangsten vertegenwoordigen de werkgeversbijdrage van gedecentraliseerde agentschappen en internationale organisaties aan de pensioenregeling.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 5 0

5 0 0

Verkoop van roerende goederen (leveringen)

5 0 0 0

Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

70 077,05

5 0 0 1

Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

23 392,42

5 0 0 2

Ontvangsten uit leveringen ten behoeve van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

362 665,38

 

Totaal van artikel 5 0 0

p.m.

p.m.

456 134,85

5 0 1

Verkoop van onroerende goederen

p.m.

p.m.

0,—

5 0 2

Verkoop van publicaties, drukwerk en films — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

887 947,58

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 0

p.m.

p.m.

1 344 082,43

HOOFDSTUK 5 1

5 1 0

Verhuur van meubilair en materieel — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 1 1

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

5 517 500,69

5 1 1 1

Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 067 536,85

 

Totaal van artikel 5 1 1

p.m.

p.m.

6 585 037,54

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 1

p.m.

p.m.

6 585 037,54

HOOFDSTUK 5 2

5 2 0

Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten over de rekeningen van de instelling

5 600 000

6 500 000

16 458 980,78

5 2 1

Ontvangsten uit de opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten over de rekeningen van gesubsidieerde organisaties die aan de Commissie worden overgemaakt

10 000 000

10 000 000

26 885 559,70

5 2 2

Rente op voorfinancieringen

40 000 000

50 000 000

62 408 819,19

5 2 3

Ontvangsten uit trustrekeningen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 2

55 600 000

66 500 000

105 753 359,67

HOOFDSTUK 5 5

5 5 0

Ontvangsten uit de opbrengst van diensten en werken ten behoeve van andere instellingen of organen, met inbegrip van de vergoedingen voor dienstreizen betaald voor rekening van en terugbetaald door andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

8 036 131,49

5 5 1

Ontvangsten afkomstig van derden wegens op hun verzoek verrichte diensten of werken — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

– 309 818,30

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 5

p.m.

p.m.

7 726 313,19

HOOFDSTUK 5 7

5 7 0

Terugbetalingen van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

7 985 569,86

5 7 1

Ontvangsten die voor een bepaald doel zijn bestemd, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

5 7 2

Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven

p.m.

p.m.

0,—

5 7 3

Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

126 036 570,51

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 7

p.m.

p.m.

134 022 140,37

HOOFDSTUK 5 8

5 8 0

Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

158 886,25

5 8 1

Ontvangen verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

922 280,09

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 8

p.m.

p.m.

1 081 166,34

HOOFDSTUK 5 9

5 9 0

Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

100 000

100 000

1 746 769,61

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 5 9

100 000

100 000

1 746 769,61

 

Totaal van titel 5

55 700 000

66 600 000

258 258 869,15

HOOFDSTUK 5 0 —

VERKOOP VAN ROERENDE (LEVERINGEN) EN ONROERENDE GOEDEREN

HOOFDSTUK 5 1 —

HUUROPBRENGSTEN

HOOFDSTUK 5 2 —

OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE INTRESTEN

HOOFDSTUK 5 5 —

ONTVANGSTEN UIT DE OPBRENGST VAN DIENSTEN EN WERKEN

HOOFDSTUK 5 7 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

HOOFDSTUK 5 8 —

DIVERSE VERGOEDINGEN

HOOFDSTUK 5 9 —

OVERIGE ONTVANGSTEN UIT HET ADMINISTRATIEVE BEHEER

HOOFDSTUK 5 0 —   VERKOOP VAN ROERENDE (LEVERINGEN) EN ONROERENDE GOEDEREN

5 0 0   Verkoop van roerende goederen (leveringen)

5 0 0 0   Verkoop van vervoermiddelen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

70 077,05

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van de vervoermiddelen van de instellingen. Voorts wordt onder deze post ook de opbrengst geboekt van de verkoop bij vervanging of het buiten dienst stellen van vervoersmiddelen, na volledige afschrijving van de boekwaarde.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) en e bis), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 1   Verkoop van andere roerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

23 392,42

Toelichting

Onder deze post worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van andere roerende goederen van de instellingen dan vervoermiddelen. Voorts wordt onder deze post ook de opbrengst geboekt van de verkoop bij vervanging of het buiten dienst stellen van uitrusting, installaties, materiaal en wetenschappelijke en technische apparaten na volledige afschrijving van de boekwaarde.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) en e bis), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 0 2   Ontvangsten uit leveringen ten behoeve van andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

362 665,38

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder g), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 0 1   Verkoop van onroerende goederen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op dit artikel worden de ontvangsten uit de verkoop van onroerende goederen van de instelling geboekt.

5 0 2   Verkoop van publicaties, drukwerk en films — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

887 947,58

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder j), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Dit artikel omvat tevens de ontvangsten uit de verkoop van deze producten op elektronische drager.

HOOFDSTUK 5 1 —   HUUROPBRENGSTEN

5 1 0   Verhuur van meubilair en materieel — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen en terugbetaling van huurlasten

5 1 1 0   Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

5 517 500,69

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 1 1 1   Terugbetaling van huurlasten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 067 536,85

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 2 —   OPBRENGST VAN UITGEZETTE OF UITGELEENDE MIDDELEN, BANKRENTEN EN ANDERE INTRESTEN

5 2 0   Opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten over de rekeningen van de instelling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

5 600 000

6 500 000

16 458 980,78

Toelichting

Deze ontvangsten hebben uitsluitend betrekking op bankrenten over de rekeningen-courant van de Commissie.

5 2 1   Ontvangsten uit de opbrengst van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere intresten over de rekeningen van gesubsidieerde organisaties die aan de Commissie worden overgemaakt

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

10 000 000

10 000 000

26 885 559,70

Toelichting

Dit artikel bevat de ontvangsten uit de opbrengst van de terugbetaling van rente door gesubsidieerde organisaties die de voorschotten van de Commissie op rentedragende rekeningen hebben geplaatst. Worden die voorschotten niet besteed, dan moeten zij samen met de verworven rente aan de Commissie worden terugbetaald.

5 2 2   Rente op voorfinancieringen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

40 000 000

50 000 000

62 408 819,19

Toelichting

Op dit artikel worden de ontvangsten uit de rente op voorfinancieringen geboekt.

Overeenkomstig artikel 5 bis van het Financieel Reglement kunnen de op dit artikel opgenomen bedragen aanleiding geven tot de opvoering van aanvullende kredieten onder de desbetreffende begrotingsonderdelen van de staat van ontvangsten van deze afdeling. De rente op betaalde voorfinanciering wordt dus aan het betrokken programma of de betrokken actie toegewezen en op de betaling van het saldo van de aan de begunstigde verschuldigde bedragen in mindering gebracht.

In de verordening tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften voor het Financieel Reglement worden ook de uitzonderingsgevallen vastgesteld waarin de bevoegde ordonnateur deze rente jaarlijks invordert.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), en met name artikel 5 bis.

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1), met name de artikelen 4 en 4 bis.

5 2 3   Ontvangsten uit trustrekeningen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Op dit artikel worden rente en andere ontvangsten uit trustrekeningen geboekt.

De trustrekeningen worden namens de Unie aangehouden door internationale financiële instellingen (Europees Investeringsfonds, Europese Investeringsbank, Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa/Kreditanstalt für Wiederaufbau, Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling) die programma's van de Unie beheren en de door de Unie overgemaakte bedragen blijven op de rekening totdat deze beschikbaar worden gesteld voor de begunstigden in het kader van het enige programma, zoals kleine en middelgrote ondernemingen of instellingen die projecten in toetredingslanden beheren.

Overeenkomstig artikel 18, lid 2, van het Financieel Reglement geeft rente uit trustrekeningen voor programma's van de Unie/Gemeenschap aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op de begrotingsonderdelen van de oorspronkelijke uitgave die tot de desbetreffende ontvangsten heeft geleid.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 18, lid 2.

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 5 5 —   ONTVANGSTEN UIT DE OPBRENGST VAN DIENSTEN EN WERKEN

5 5 0   Ontvangsten uit de opbrengst van diensten en werken ten behoeve van andere instellingen of organen, met inbegrip van de vergoedingen voor dienstreizen betaald voor rekening van en terugbetaald door andere instellingen of organen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

8 036 131,49

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder g), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 5 1   Ontvangsten afkomstig van derden wegens op hun verzoek verrichte diensten of werken — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

– 309 818,30

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 7 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLING

5 7 0   Terugbetalingen van onverschuldigd betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

7 985 569,86

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 1   Ontvangsten die voor een bepaald doel zijn bestemd, zoals inkomsten van stichtingsvermogens, subsidies, giften en legaten, daaronder begrepen de aan elke instelling vooraf toegewezen eigen ontvangsten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder c), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 7 2   Terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt die voortvloeien uit de terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven.

5 7 3   Andere bijdragen en terugbetalingen die voortvloeien uit de administratieve werking van de instelling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

126 036 570,51

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 8 —   DIVERSE VERGOEDINGEN

5 8 0   Ontvangsten uit huurvergoedingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

158 886,25

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder i), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

5 8 1   Ontvangen verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

922 280,09

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder h), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

HOOFDSTUK 5 9 —   OVERIGE ONTVANGSTEN UIT HET ADMINISTRATIEVE BEHEER

5 9 0   Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

100 000

100 000

1 746 769,61

Toelichting

Op dit artikel worden de overige ontvangsten uit het administratieve beheer geboekt.

TITEL 6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA'S VAN DE UNIE/GEMEENSCHAP

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 0

6 0 1

Diverse onderzoeksprogramma's

6 0 1 1

Samenwerkingsovereenkomsten Zwitserland-Euratom op het gebied van de beheerste thermische kernversmelting en de plasmafysica — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 0 1 2

European Fusion Development Agreement (EFDA) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

16 455 367,63

6 0 1 3

Samenwerkingsovereenkomsten met derde landen in het kader van uniale/communautaire onderzoeksprogramma's — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

225 927 075,31

6 0 1 5

Samenwerkingsovereenkomsten met instellingen van derde landen in het kader van wetenschappelijke en technologische projecten van belang voor de Unie (Eureka en andere) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 0 1 6

Europese samenwerkingsovereenkomsten op het gebied van het wetenschappelijk en technisch onderzoek — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 0 1

p.m.

p.m.

242 382 442,94

6 0 2

Overige programma's

6 0 2 1

Diverse ontvangsten bestemd voor activiteiten in verband met humanitaire noodhulp — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 0 2

p.m.

p.m.

0,—

6 0 3

Associatieovereenkomsten tussen de Unie/Gemeenschap en derde landen

6 0 3 1

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma's — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

192 439 263,08

6 0 3 2

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van andere derde landen dan kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan samenwerkingsovereenkomsten op douanegebied — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

251 618,—

6 0 3 3

Deelneming van derden aan activiteiten van de Unie/Gemeenschap — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

11 788 959,—

 

Totaal van artikel 6 0 3

p.m.

p.m.

204 479 840,08

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 0

p.m.

p.m.

446 862 283,02

HOOFDSTUK 6 1

6 1 1

Terugbetaling van voor rekening van één of meer lidstaten gedane uitgaven

6 1 1 3

Opbrengsten van de beleggingen zoals bedoeld in artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

56 445 859,43

6 1 1 4

Ontvangsten uit de invorderingen in het kader van het onderzoeksprogramma van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 1 1

p.m.

p.m.

56 445 859,43

6 1 2

Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

894 767,08

6 1 4

Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden toegekende uniale/communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie

6 1 4 0

Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden op het gebied van de nieuwe energietechnologie toegekende uniale/communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie — Bestemmingsontvangsten

p.m.

0,—

6 1 4 3

Terugbetaling van de uniale/communautaire steun toegekend in het kader van een Europese activiteit met risicodragend kapitaal ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 1 4

p.m.

p.m.

0,—

6 1 5

Terugbetaling van niet-gebruikte uniale/communautaire bijstand

6 1 5 0

Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, het Cohesiefonds, het Solidariteitsfonds, het pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) en het instrument voor pretoetredingssteun (IPA).

p.m.

p.m.

59 834 833,16

6 1 5 1

Terugbetaling van niet-gebruikte subsidies voor het begrotingsevenwicht — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 1 5 2

Terugbetaling van niet-gebruikte rentesubsidies — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 1 5 3

Terugbetaling van niet-gebruikte bedragen in het kader van contracten van de instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

37 797,32

6 1 5 7

Terugbetaling van voorschotten in het kader van de structuurfondsen, het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds

p.m.

p.m.

27 667 926,25

6 1 5 8

Terugbetaling van diverse niet-gebruikte bedragen aan uniale/communautaire bijstand — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

23 188 730,82

 

Totaal van artikel 6 1 5

p.m.

p.m.

110 729 287,55

6 1 6

Terugbetaling van de uitgaven voor rekening van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 1 7

Terugbetaling van in het kader van de uniale/communautaire hulp aan derde landen uitgekeerde bedragen

6 1 7 0

Terugbetaling in het kader van de ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

2 758 732,44

 

Totaal van artikel 6 1 7

p.m.

p.m.

2 758 732,44

6 1 8

Terugbetaling van in het kader van de voedselhulp gestorte bedragen

6 1 8 0

Terugbetaling door leveranciers of begunstigden van uit hoofde van de voedselhulp te veel ontvangen bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 1 8 1

Terugbetaling van door begunstigden van voedselhulp veroorzaakte extra kosten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 1 8

p.m.

p.m.

0,—

6 1 9

Overige terugbetalingen van voor rekening van derden gedane uitgaven

6 1 9 1

Overige terugbetalingen van in het kader van Besluit 77/270/Euratom van de Raad voor rekening van derden gedane uitgaven — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

9 644,73

 

Totaal van artikel 6 1 9

p.m.

p.m.

9 644,73

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 1

p.m.

p.m.

170 838 291,23

HOOFDSTUK 6 2

6 2 0

Verstrekking tegen vergoeding van grondstoffen of bijzondere splijtstoffen (artikel 6, onder b), van het Euratom-Verdrag) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 2 2

Ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding voor derden verrichte werkzaamheden

6 2 2 1

Ontvangsten uit de exploitatie van de hogefluxreactor (HFR) die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

18 313 217,—

6 2 2 3

Andere ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding voor derden verrichte werkzaamheden die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

10 019 812,25

6 2 2 4

Ontvangsten uit door de Commissie verleende licenties op al dan niet voor een octrooi in aanmerking komende uitvindingen voortvloeiend uit het uniale/communautaire onderzoek door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

229 242,79

6 2 2 5

Andere ontvangsten ten voordele van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 2 2 6

Ontvangsten van door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor andere diensten van de Commissie op basis van concurrentie verrichte diensten waaruit aanvullende kredieten voortvloeien — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

56 196 406,80

 

Totaal van artikel 6 2 2

p.m.

p.m.

84 758 678,84

6 2 4

Ontvangsten uit door de Commissie verleende licenties op al dan niet voor een octrooi in aanmerking komende uitvindingen voortvloeiend uit het uniale/communautaire onderzoek (werkzaamheden onder contract) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 2

p.m.

p.m.

84 758 678,84

HOOFDSTUK 6 3

6 3 0

Bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie in het kader van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

218 892 911,—

6 3 1

Bijdragen in het kader van het Schengenacquis

6 3 1 2

Bijdragen voor de ontwikkeling van grootschalige informatiesystemen in het kader van de overeenkomst met IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 314 270,59

6 3 1 3

Andere bijdragen in het kader van het Schengenacquis (IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 3 1

p.m.

p.m.

1 314 270,59

6 3 2

Bijdrage voor uitgaven voor administratieve ondersteuning voor het Europees Ontwikkelingsfonds — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

70 035 604,22

6 3 3

Bijdrage voor bepaalde programma's voor externe hulp

6 3 3 0

Bijdrage van de lidstaten voor bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

5 595 450,12

6 3 3 1

Bijdrage van de derde landen voor bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 3 3 2

Bijdrage van internationale organisaties voor bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 3 3

p.m.

p.m.

5 595 450,12

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 3

p.m.

p.m.

295 838 235,93

HOOFDSTUK 6 5

6 5 0

Financiële correcties

6 5 0 0

Financiële correcties geboekt in het kader van de structuurfondsen, het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds

p.m.

p.m.

305 688 340,62

 

Totaal van artikel 6 5 0

p.m.

p.m.

305 688 340,62

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 5

p.m.

p.m.

305 688 340,62

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

290 305 234,77

6 6 0 1

Andere bijdragen en terugbetalingen zonder specifieke bestemming

30 000 000

30 000 000

122 478 259,14

 

Totaal van artikel 6 6 0

30 000 000

30 000 000

412 783 493,91

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

30 000 000

30 000 000

412 783 493,91

HOOFDSTUK 6 7

6 7 0

Ontvangsten in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds

6 7 0 1

Goedkeuring van de rekeningen van het Europees Landbouwgarantiefonds — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

600 517 182,09

6 7 0 2

Onregelmatigheden in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

147 878 436,59

6 7 0 3

Heffing voor melkproducenten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

337 626 470,92

 

Totaal van artikel 6 7 0

p.m.

p.m.

1 086 022 089,60

6 7 1

Ontvangsten in het kader van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling

6 7 1 1

Goedkeuring van de rekeningen van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

350 800,—

6 7 1 2

Onregelmatigheden in het kader van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 7 1

p.m.

p.m.

350 800,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 7

p.m.

p.m.

1 086 372 889,60

HOOFDSTUK 6 8

6 8 0

Tijdelijke herstructureringsheffing — Bestemmingsontvangsten

6 8 0 1

Tijdelijke herstructureringsheffing — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1 741 417 405,37

6 8 0 2

Onregelmatigheden in verband met het tijdelijke herstructureringsfonds — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

6 8 0 3

Goedkeuring betreffende het tijdelijke herstructureringsfonds — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 8 0

p.m.

p.m.

1 741 417 405,37

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 8

p.m.

p.m.

1 741 417 405,37

 

Totaal van titel 6

30 000 000

30 000 000

4 544 559 618,52

HOOFDSTUK 6 0 —

BIJDRAGEN VOOR UNIALE/COMMUNAUTAIRE PROGRAMMA'S

HOOFDSTUK 6 1 —

TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

HOOFDSTUK 6 2 —

ONTVANGSTEN UIT ONDER BEZWARENDE TITEL VERRICHTE DIENSTEN

HOOFDSTUK 6 3 —

BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

HOOFDSTUK 6 5 —

FINANCIËLE CORRECTIES

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 7 —

ONTVANGSTEN IN HET KADER VAN HET EUROPEES LANDBOUWGARANTIEFONDS EN HET EUROPEES LANDBOUWFONDS VOOR PLATTELANDSONTWIKKELING

HOOFDSTUK 6 8 —

TIJDELIJKE HERSTRUCTURERINGSHEFFING

HOOFDSTUK 6 0 —   BIJDRAGEN VOOR UNIALE/COMMUNAUTAIRE PROGRAMMA'S

6 0 1   Diverse onderzoeksprogramma's

6 0 1 1   Samenwerkingsovereenkomsten Zwitserland-Euratom op het gebied van de beheerste thermische kernversmelting en de plasmafysica — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiend uit samenwerkingsovereenkomsten tussen Zwitserland en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name die van 14 september 1978.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten, afhankelijk van de te dekken uitgaven, worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 08 22 04 (werkzaamheden onder contract) van de staat van uitgaven van deze afdeling.

6 0 1 2   European Fusion Development Agreement (EFDA) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

16 455 367,63

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiend uit de multilaterale EFDA-overeenkomsten tussen de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en haar 18 partners op fusiegebied, met name die van 30 maart 1999.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten, afhankelijk van de te dekken uitgaven, worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 08 22 04 (werkzaamheden onder contract) van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Dergelijke ontvangsten zijn bestemd voor het dekken van de bijdragen van de partners aan de financiering van uitgaven van het Joint Fund ten gevolge van het gebruik van de faciliteiten van JET uit hoofde van de EFDA.

6 0 1 3   Samenwerkingsovereenkomsten met derde landen in het kader van uniale/communautaire onderzoeksprogramma's — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

225 927 075,31

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiende uit samenwerkingsovereenkomsten tussen de Unie/Gemeenschap en derde landen, in het bijzonder met die landen die deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijke en technische onderzoek (COST), met het doel hen bij uniale/communautaire onderzoeksprogramma's te betrekken.

De eventuele middelen zijn bestemd voor het dekken van de kosten van vergaderingen, deskundigencontracten en onderzoek in het kader van de desbetreffende programma's.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten, afhankelijk van de te dekken uitgaven, worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 02 04 03, 06 06 04, 08 22 04, 09 04 02, 15 07 78, 32 06 03 (werkzaamheden onder contract), en de artikelen 10 02 02 en 10 03 02 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Besluit 2007/502/EG, Euratom van de Raad en de Commissie van 25 juni 2007 betreffende de ondertekening, namens de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie enerzijds en de Zwitserse Bondsstaat anderzijds (PB L 189 van 20.7.2007, blz. 24).

Besluit 2007/585/EG van de Raad van 10 juli 2007 betreffende de ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Staat Israël (PB L 220 van 25.8.2007, blz. 3).

Besluit 2010/558/EU van de Raad van 12 maart 2010 betreffende de ondertekening, namens de Unie, en voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de regering van de Faeröer betreffende wetenschappelijke en technologische samenwerking, waarbij de Faeröer geassocieerd worden met het zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 245 van 17.9.2010, blz. 1).

6 0 1 5   Samenwerkingsovereenkomsten met instellingen van derde landen in het kader van wetenschappelijke en technologische projecten van belang voor de Unie (Eureka en andere) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiende uit tussen de Unie/Gemeenschap en instellingen van derde landen in het kader van wetenschappelijke en technologische projecten van belang voor de Unie gesloten samenwerkingsovereenkomsten (Eureka en andere).

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 02 04 03, 06 06 04, 08 22 04 en 09 04 02 (werkzaamheden onder contract) van de staat van uitgaven van deze afdeling.

6 0 1 6   Europese samenwerkingsovereenkomsten op het gebied van het wetenschappelijk en technisch onderzoek — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten van staten die deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijk en technisch onderzoek.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 02 04 03, 06 06 04, 08 22 04 en 09 04 02 (Werkzaamheden onder contract) van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Referentiebesluiten

Resolutie van de ministers van de staten die deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijk en technisch onderzoek (Cost) (ondertekend te Wenen op 21 november 1991) (PB C 333 van 24.12.1991, blz. 1).

6 0 2   Overige programma's

6 0 2 1   Diverse ontvangsten bestemd voor activiteiten in verband met humanitaire noodhulp — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Eventuele deelnemingen van derden aan activiteiten in verband met humanitaire hulp.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten onder titel 23 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

6 0 3   Associatieovereenkomsten tussen de Unie/Gemeenschap en derde landen

6 0 3 1   Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma's — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

192 439 263,08

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiend uit de associatieovereenkomsten welke tussen de Unie en hierna genoemde landen zijn gesloten om deze landen te betrekken bij diverse uniale/communautaire programma's. Eventuele ontvangsten afkomstig van landen die al lid zijn, hebben betrekking op verrichtingen uit het verleden.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Referentiebesluiten

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Turkije inzake de algemene beginselen voor de deelname van de Republiek Turkije aan communautaire programma's (PB L 61 van 2.3.2002, blz. 29).

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Albanië inzake de algemene beginselen voor de deelname van de Republiek Albanië aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 2).

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Bosnië en Herzegovina inzake de algemene beginselen voor de deelname van Bosnië en Herzegovina aan communautaire programma's (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 9).

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kroatië inzake de algemene beginselen voor de deelname van Kroatië aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 16).

Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Servië en Montenegro inzake de algemene beginselen voor de deelname van Servië en Montenegro aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 29).

Protocol bij de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds betreffende een Kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië inzake de algemene beginselen voor de deelname van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië aan communautaire programma’s (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 23).

Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van protocol 8, inzake de algemene beginselen voor de deelname van Montenegro aan communautaire programma’s, bij de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Montenegro, anderzijds (PB L 43 van 19.2.2008, blz. 11).

Aanvullende protocollen bij de Europaovereenkomsten (artikelen 228 en 238), waarbij de communautaire programma's opengesteld worden voor de kandidaat-lidstaten.

6 0 3 2   Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van andere derde landen dan kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan samenwerkingsovereenkomsten op douanegebied — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

251 618,00

Toelichting

Onder deze post worden de bijdragen van derde landen aan samenwerkingsovereenkomsten op douanegebied geboekt. Daarbij gaat het voornamelijk om het Transit-project en de verspreiding (langs telematische weg) van tariefgegevens en andere informatie.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten onder de artikelen 14 03 01, 14 04 01, 14 04 02 en 14 05 03 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (PB L 226 van 13.8.1987, blz. 2).

Besluit 2000/305/EG van de Raad van 30 maart 2000 inzake de sluiting van een Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Zwitserland betreffende de uitbreiding van het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI) in het kader van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (PB L 102 van 27.4.2000, blz. 50).

Besluit 2000/506/EG van de Raad van 31 juli 2000 inzake de sluiting van een Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Noorwegen betreffende de uitbreiding van het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI) in het kader van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (PB L 204 van 11.8.2000, blz. 35).

Besluit van de Raad van 19 maart 2001 waarbij de Commissie wordt gemachtigd namens de Europese Gemeenschap te onderhandelen over een wijziging van het op 15 december 1950 te Brussel ondertekende Verdrag houdende instelling van een Internationale Douaneraad, teneinde het de Europese Gemeenschap mogelijk te maken van genoemde organisatie lid te worden.

Beschikking nr. 253/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2003 houdende goedkeuring van een actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap (Douane 2007) (PB L 36 van 12.2.2003, blz. 1).

Beschikking nr. 624/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot vaststelling van een actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap (Douane-2013) (PB L 154 van 14.6.2007, blz. 25).

6 0 3 3   Deelneming van derden aan activiteiten van de Unie/Gemeenschap — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

11 788 959,00

Toelichting

Eventuele bijdragen van derden aan activiteiten van de Unie/Gemeenschap.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

HOOFDSTUK 6 1 —   TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

6 1 1   Terugbetaling van voor rekening van één of meer lidstaten gedane uitgaven

6 1 1 3   Opbrengsten van de beleggingen zoals bedoeld in artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

56 445 859,43

Toelichting

In Beschikking 2003/76/EG wordt bepaald dat de Commissie wordt belast met de afwikkeling van de bij het aflopen het EGKS-Verdrag nog lopende financiële verrichtingen van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS).

Volgens artikel 4 van die beschikking gelden de netto-opbrengsten van de beleggingen van de beschikbare activa als ontvangsten in de algemene begroting van de Europese Unie met een bijzondere bestemming, te weten de financiering van onderzoeksprojecten ten behoeve van sectoren die in verband staan met de kolen- en staalindustrie door middel van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal.

De netto-ontvangsten die beschikbaar zijn voor de financiering van de onderzoeksprojecten van het jaar n + 2, worden opgenomen in de balans van de EGKS in liquidatie van het jaar n en, wanneer de liquidatie is afgesloten, in de balans van de activa van het Fonds voor onderzoek inzake kool en staal. Dit financieringsmechanisme trad in werking in 2003. De ontvangsten van 2009 zullen in 2011 worden gebruikt voor onderzoek. Teneinde eventuele schommelingen in de financiering van het onderzoek als gevolg van de ontwikkeling van de financiële markten zoveel mogelijk te beperken, zal een egalisatie worden uitgevoerd. De netto-ontvangsten die in 2011 beschikbaar zijn voor onderzoek, worden geraamd op 60 929 750 EUR.

Krachtens artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG is 72,8 % van de middelen van het Fonds beschikbaar voor de staalsector en 27,2 % voor de kolensector.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 160, lid 1 bis, van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten onder hoofdstuk 08 23 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Beschikking 2003/76/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn voor de uitvoering van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal (PB L 29 van 5.2.2003, blz. 22).

6 1 1 4   Ontvangsten uit de invorderingen in het kader van het onderzoeksprogramma van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

In Beschikking 2003/76/EG wordt bepaald dat de Commissie wordt belast met de afwikkeling van de bij het aflopen het EGKS-Verdrag nog lopende financiële verrichtingen van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS).

Krachtens artikel 4, lid 5, van die beschikking worden de ingevorderde bedragen eerst geboekt bij het vermogen van de EGKS in liquidatie en, wanneer de liquidatie is afgesloten, bij de activa van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal.

Rechtsgronden

Beschikking 2003/76/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn voor de uitvoering van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal (PB L 29 van 5.2.2003, blz. 22).

6 1 2   Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

894 767,08

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 1 4   Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden toegekende uniale/communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie

6 1 4 0   Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden op het gebied van de nieuwe energietechnologie toegekende uniale/communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten van gehele of gedeetelijke terugbetaling van de door de Unie toegekende financiële steun bij geslaagde commerciële projecten. Aangezien aan dit type activiteiten niet langer financiële steun wordt verleend, blijven alleen de betalingskredieten die nodig zijn voor de afwikkeling van de uitstaande verplichtingen, in titel 06 van de staat van de uitgaven opgenomen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 1 4 3   Terugbetaling van de uniale/communautaire steun toegekend in het kader van een Europese activiteit met risicodragend kapitaal ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Gehele of gedeeltelijke terugbetaling van de steun voor commercieel succesvolle projecten, met mogelijke winstdeelname als gevolg van de subsidies toegekend in het kader van een Europese activiteit met risicodragend kapitaal ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf in het kader van de instrumenten Venture Consort en Eurotech Capital.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 1 5   Terugbetaling van niet-gebruikte uniale/communautaire bijstand

6 1 5 0   Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, het Cohesiefonds, het Solidariteitsfonds, het pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) en het instrument voor pretoetredingssteun (IPA).

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

59 834 833,16

Toelichting

Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, het Cohesiefonds, het Solidariteitsfonds, het pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) en het instrument voor pretoetredingssteun (IPA).

Deze ontvangsten kunnen overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden gebruikt ter opvoering van de extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 1   Terugbetaling van niet-gebruikte subsidies voor het begrotingsevenwicht — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 2   Terugbetaling van niet-gebruikte rentesubsidies — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 3   Terugbetaling van niet-gebruikte bedragen in het kader van contracten van de instelling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

37 797,32

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 7   Terugbetaling van voorschotten in het kader van de structuurfondsen, het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

27 667 926,25

Toelichting

Op deze post worden voorschotten geboekt die in het kader van de structuurfondsen (het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Sociaal Fonds), het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds waren betaald en die worden terugbetaald.

De op deze post opgenomen bedragen geven overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van het Financieel Reglement aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten onder de desbetreffende begrotingsonderdelen van de titels 04, 11 en 13 van de staat van uitgaven van deze afdeling, indien zij nodig zijn om de deelneming van de structuurfondsen en het Cohesiefonds aan de betrokken bijstandsverlening niet te laten dalen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1164/94 van de Raad van 16 mei 1994 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 130 van 25.5.1994, blz. 1), met name artikel D van bijlage II.

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25), met name artikel 82, lid 2 en hoofdstuk II.

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

6 1 5 8   Terugbetaling van diverse niet-gebruikte bedragen aan uniale/communautaire bijstand — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

23 188 730,82

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 6   Terugbetaling van de uitgaven voor rekening van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Terugbetaling door de Internationale Organisatie voor Atoomenergie van de bedragen welke de Commissie heeft voorgeschoten voor de door deze organisatie op grond van de verificatieovereenkomsten verrichte controles (artikelen 32 05 01 en 32 05 02 van de staat van uitgaven van deze afdeling).

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Referentiebesluiten

Overeenkomst tussen het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, Ierland, de Italiaanse Republiek, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden, de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie ter uitvoering van artikel III, de leden 1 en 4, van het Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens (PB L 51 van 22.2.1978, blz. 1), met name artikel 15.

Driepartijenovereenkomst tussen de Unie/Gemeenschap, het Verenigd Koninkrijk en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie.

Driepartijenovereenkomst tussen de Unie/Gemeenschap, Frankrijk en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie.

6 1 7   Terugbetaling van in het kader van de uniale/communautaire hulp aan derde landen uitgekeerde bedragen

6 1 7 0   Terugbetaling in het kader van de ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

2 758 732,44

Toelichting

Terugbetaling door leveranciers of begunstigden van uit hoofde van de ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika te veel ontvangen bedragen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten onder artikel 21 06 02 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

6 1 8   Terugbetaling van in het kader van de voedselhulp gestorte bedragen

6 1 8 0   Terugbetaling door leveranciers of begunstigden van uit hoofde van de voedselhulp te veel ontvangen bedragen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Bepalingen vervat in de berichten van aanbesteding of financiële bepalingen die zijn gevoegd bij de brieven van de Commissie waarin de voorwaarden voor de toekenning van voedselhulp aan de begunstigden worden omschreven.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

6 1 8 1   Terugbetaling van door begunstigden van voedselhulp veroorzaakte extra kosten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Bepalingen vervat in de leveringsmodaliteiten die zijn gevoegd bij de brieven van de Commissie waarin de voorwaarden voor de toekenning van voedselhulp aan de begunstigden worden omschreven.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

6 1 9   Overige terugbetalingen van voor rekening van derden gedane uitgaven

6 1 9 1   Overige terugbetalingen van in het kader van Besluit 77/270/Euratom van de Raad voor rekening van derden gedane uitgaven — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

9 644,73

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de begrotingsposten 22 02 05 01 en 19 06 04 01 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

Verordening (Euratom) nr. 300/2007 van de Raad van 19 februari 2007 tot invoering van een instrument voor samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (PB L 81 van 22.3.2007, blz. 1).

HOOFDSTUK 6 2 —   ONTVANGSTEN UIT ONDER BEZWARENDE TITEL VERRICHTE DIENSTEN

6 2 0   Verstrekking tegen vergoeding van grondstoffen of bijzondere splijtstoffen (artikel 6, onder b), van het Euratom-Verdrag) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten uit leveringen onder bezwarende titel van grondstoffen of bijzondere splijtstoffen aan de lidstaten voor de uitvoering van onderzoeksprogramma's.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name artikel 6, onder b).

6 2 2   Ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding voor derden verrichte werkzaamheden

6 2 2 1   Ontvangsten uit de exploitatie van de hogefluxreactor (HFR) die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

18 313 217,00

Toelichting

Ontvangsten voortvloeiend uit de exploitatie van de hogefluxreactor (HFR) van de vestiging te Petten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek.

Betalingen door derden, met name Frankrijk en Nederland, ter financiering van de diverse uitgaven in verband met de exploitatie van de HFR door het Gemeenschappelijk centrum voor onderzoek.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 10 01 05 en 10 04 04 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Voltooiing van vroegere programma's

De ontvangsten zijn afkomstig van Duitsland, Frankrijk en Nederland.

6 2 2 3   Andere ontvangsten uit door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding voor derden verrichte werkzaamheden die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

10 019 812,25

Toelichting

Ontvangsten afkomstig van personen, ondernemingen en nationale instellingen waarvoor het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen vergoeding werkzaamheden zal uitvoeren of diensten zal verrichten.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement zullen de eventuele ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 10 01 05, 10 04 01 en 10 04 02 van de staat van uitgaven van deze afdeling, ten bedrage van de specifieke uitgaven in het kader van contracten met derden.

6 2 2 4   Ontvangsten uit door de Commissie verleende licenties op al dan niet voor een octrooi in aanmerking komende uitvindingen voortvloeiend uit het uniale/communautaire onderzoek door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

229 242,79

Toelichting

Het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 12, geeft de lidstaten, personen en ondernemingen het recht tegen de betaling van een passende vergoeding niet-uitsluitende licenties op octrooien, voorlopig bescherminggevende octrooirechten, gebruiksmodellen of octrooi-aanvragen, die eigendom van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie zijn, te verkrijgen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 10 01 05, 10 04 02 en 10 04 03 en de hoofdstukken 10 02 en 10 03 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

Verordening (EEG) nr. 2380/74 van de Raad van 17 september 1974 tot vaststelling van de regels voor de verspreiding van kennis betreffende onderzoeksprogramma's voor de Europese Economische Gemeenschap (PB L 255 van 20.9.1974, blz. 1).

6 2 2 5   Andere ontvangsten ten voordele van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten afkomstig van bijdragen, giften of legaten door derden, ten behoeve van diverse door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek verrichte activiteiten.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 10 01 05 en bij de hoofdstukken 10 02, 10 03 en 10 04 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

6 2 2 6   Ontvangsten van door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor andere diensten van de Commissie op basis van concurrentie verrichte diensten waaruit aanvullende kredieten voortvloeien — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

56 196 406,80

Toelichting

Ontvangsten van andere diensten van de Commissie waarvoor het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek tegen betaling werk verricht en/of diensten verleent, en ontvangsten die voortvloeien uit de deelname aan de activiteiten van de kaderprogramma's voor onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement zullen de eventuele ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 10 01 05, 10 02 01, 10 03 01, 10 04 01 en 10 04 03 van de staat van uitgaven van deze afdeling, ten bedrage van de specifieke uitgaven in het kader van contracten met andere diensten van de Commissie.

6 2 4   Ontvangsten uit door de Commissie verleende licenties op al dan niet voor een octrooi in aanmerking komende uitvindingen voortvloeiend uit het uniale/communautaire onderzoek (werkzaamheden onder contract) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 12, geeft de lidstaten, personen en ondernemingen het recht tegen de betaling van een passende vergoeding niet-uitsluitende licenties op octrooien, voorlopig bescherminggevende octrooirechten, gebruiksmodellen of octrooi-aanvragen, die eigendom van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie zijn, te verkrijgen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

Verordening (EEG) nr. 2380/74 van de Raad van 17 september 1974 tot vaststelling van de regels voor de verspreiding van kennis betreffende onderzoeksprogramma's voor de Europese Economische Gemeenschap (PB L 255 van 20.9.1974, blz. 1).

HOOFDSTUK 6 3 —   BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

6 3 0   Bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie in het kader van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

218 892 911,00

Toelichting

Dit artikel dient voor de opname van de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie, die voortvloeien uit hun financiële deelneming aan bepaalde activiteiten van de Unie overeenkomstig het bepaalde in artikel 82 van en in Protocol nr. 32 bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Het totaal van de geraamde deelneming blijkt uit de ter informatie in een bijlage bij de staat van uitgaven van deze afdeling weergegeven samenvatting.

De bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie worden de Commissie ter beschikking gesteld overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 1, 2 en 3 van Protocol nr. 32 bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Referentiebesluiten

Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3).

6 3 1   Bijdragen in het kader van het Schengenacquis

6 3 1 2   Bijdragen voor de ontwikkeling van grootschalige informatiesystemen in het kader van de overeenkomst met IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 314 270,59

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen eventuele ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 18 02 04, 18 02 05 en 18 02 11 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten Overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

Besluit 1999/439/EG van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de sluiting van de Overeenkomst met de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 35).

Verordening (EG) nr. 2725/2000 van de Raad van 11 december 2000 betreffende de instelling van „Eurodac” voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van de Overeenkomst van Dublin (PB L 316 van 15.12.2000, blz. 1).

Besluit 2001/258/EG van de Raad van 15 maart 2001 inzake de sluiting van een Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen betreffende de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat, in IJsland of in Noorwegen wordt ingediend (PB L 93 van 3.4.2001, blz. 38), met name artikel 9 van de overeenkomst.

Besluit 2001/886/JBZ van de Raad van 6 december 2001 betreffende de ontwikkeling van een Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 328 van 13.12.2001, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2424/2001 van de Raad van 6 december 2001 betreffende de ontwikkeling van een Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 328 van 13.12.2001, blz. 4).

Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad van 18 februari 2003 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend (PB L 50 van 25.2.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1560/2003 van de Commissie van 2 september 2003 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend (PB L 222 van 5.9.2003, blz. 3).

Beschikking 2004/512/EG van de Raad van 8 juni 2004 betreffende het opzetten van het Visuminformatiesysteem (VIS) (PB L 213 van 15.6.2004, blz. 5).

Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de toegang tot het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) voor de instanties die in de lidstaten belast zijn met de afgifte van kentekenbewijzen van voertuigen (PB L 381 van 28.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 381 van 28.12.2006, blz. 4).

Besluit 2007/533/JBZ van de Raad van 12 juni 2007 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 205 van 7.8.2007, blz. 63).

Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).

Besluit 2008/147/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat of in Zwitserland wordt ingediend (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 3).

Besluit 2008/149/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 50)

Besluit 2008/261/EG van de Raad van 28 februari 2008 betreffende de ondertekening namens de Europese Gemeenschap en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 3).

Besluit 2008/262/EG van de Raad van 28 februari 2008 betreffende de ondertekening namens de Europese Unie en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 5).

Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 129).

Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening) (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).

Verordening (EG) nr. 1104/2008 van de Raad van 24 oktober 2008 over de migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS 1+) naar het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 299 van 8.11.2008, blz. 1).

Besluit 2008/839/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 over de migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS 1+) naar het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 299 van 8.11.2008, blz. 43).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot oprichting van een agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (COM(2010) 93 definitief), door de Commissie ingediend op 19 maart 2010.

6 3 1 3   Andere bijdragen in het kader van het Schengenacquis (IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein) — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder de artikelen 18 02 03, 18 02 06 en 18 03 14 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Rechtsgronden

Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten Overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

Besluit 1999/439/EG van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de sluiting van de Overeenkomst met de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 35).

Besluit 2001/258/EG van de Raad van 15 maart 2001 inzake de sluiting van een Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen betreffende de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat, in IJsland of in Noorwegen wordt ingediend (PB L 93 van 3.4.2001, blz. 38), met name artikel 9 van de overeenkomst.

Beschikking nr. 574/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot instelling van het Buitengrenzenfonds voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen (PB L 144 van 6.6.2007, blz. 22).

Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).

Besluit 2008/147/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat of in Zwitserland wordt ingediend (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 3).

Besluit 2008/149/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 50).

Besluit 2008/261/EG van de Raad van 28 februari 2008 betreffende de ondertekening namens de Europese Gemeenschap en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 3).

Besluit 2008/262/EG van de Raad van 28 februari 2008 betreffende de ondertekening namens de Europese Unie en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 5).

Verordening (EU) nr. 439/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 tot oprichting van het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (PB L 132 van 29.5.2010, blz. 11).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de instelling van een evaluatiemechanisme om de toepassing van het Schengenacquis te controleren (COM(2009) 102 definitief), door de Commissie ingediend op 4 maart 2009.

Besluit 2010/374/EG van de Raad van 30 november 2009 betreffende de ondertekening, namens de Europese Gemeenschap en de voorlopige toepassing van de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein over extra voorschriften in verband met het Buitengrenzenfonds voor de periode 2007-2013 (PB L 169 van 3.7.2010, blz. 22).

Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de ondertekening en de sluiting van de regeling tussen de Europese Unie en de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen en de Zwitserse Bondsstaat betreffende de deelname van deze landen aan de werkzaamheden van de comités die de Europese Commissie bijstaan bij de uitoefening van haar uitvoerende bevoegdheden op het gebied van de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (COM(2009) 605 en 606 definitief), door de Commissie ingediend op 30 oktober 2009.

6 3 2   Bijdrage voor uitgaven voor administratieve ondersteuning voor het Europees Ontwikkelingsfonds — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

70 035 604,22

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement worden de eventuele ontvangsten afkomstig van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) die bijdragen tot de kosten van de ondersteunende maatregelen gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder post 21 01 04 10 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Referentiebesluiten

Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Gemeenschap binnen het meerjarig financieel kader voor 2008-2013 voor de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van deel vier van het EG-Verdrag van toepassing zijn (PB L 247 van 9.9.2006, blz. 32).

6 3 3   Bijdrage voor bepaalde programma's voor externe hulp

6 3 3 0   Bijdrage van de lidstaten voor bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

5 595 450,12

Toelichting

Onder deze post worden de financiële bijdragen geboekt die afkomstig zijn van de lidstaten, inclusief hun publieke en parastatale organen, voor bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 3 3 1   Bijdrage van de derde landen voor bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder deze post worden de financiële bijdragen geboekt die afkomstig zijn van derde landen, inclusief hun publieke en parastatale organen, aan bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

6 3 3 2   Bijdrage van internationale organisaties voor bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder deze post worden de financiële bijdragen geboekt die afkomstig zijn van internationale organisaties, voor bepaalde programma's voor externe hulp die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement geven de eventuele ontvangsten aanleiding tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

HOOFDSTUK 6 5 —   FINANCIËLE CORRECTIES

6 5 0   Financiële correcties

6 5 0 0   Financiële correcties geboekt in het kader van de structuurfondsen, het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

305 688 340,62

Toelichting

Op deze post worden de financiële correcties geboekt die in het kader van de structuurfondsen (Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en Europees Sociaal Fonds), het Cohesiefonds en het Europees Visserijfonds worden geïnd.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen de op deze post opgenomen bedragen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten onder de desbetreffende begrotingsonderdelen van de titels 04, 05, 11 en 13 van de staat van uitgaven van deze afdeling, indien zij nodig zijn om de risico's van annulering of verlaging van eerder vastgestelde correcties te dekken.

Overeenkomstig artikel 105, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1083/2006 doet deze verordening geen afbreuk aan de voortzetting noch aan de wijziging, met inbegrip van de gehele of gedeeltelijke intrekking, van bijstand met medefinanciering uit de structuurfondsen of van projecten met medefinanciering uit het Cohesiefonds die de Commissie heeft goedgekeurd op grond van de Verordeningen (EEG) nr. 2052/88, (EEG) nr. 4253/88, (EG) nr. 1164/94 en (EG) nr. 1260/1999 of van enige andere regelgeving die op 31 december 2006 op de betrokken bijstand van toepassing was; de betrokken regelgeving blijft derhalve van toepassing op de bijstand of de projecten totdat deze worden afgesloten.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de Fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), met name artikel 24.

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), met name artikel 39, lid 2.

Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

Verordening (EG) nr. 448/2001 van de Commissie van 2 maart 2001 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad met betrekking tot de procedure inzake financiële correcties betreffende uit de structuurfondsen toegekende bijstand (PB L 64 van 6.3.2001, blz. 13).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1828/2006 van de Commissie van 8 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds, en van Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 371 van 27.12.2006, blz. 1).

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

290 305 234,77

Toelichting

Deze post is overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement bestemd voor de opname van de eventuele ontvangsten die niet onder de andere onderdelen van titel 6 vallen.

6 6 0 1   Andere bijdragen en terugbetalingen zonder specifieke bestemming

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

30 000 000

30 000 000

122 478 259,14

Toelichting

Deze post is overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement bestemd voor de opname van de eventuele ontvangsten die niet onder de andere onderdelen van titel 6 vallen en die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten voor de financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

HOOFDSTUK 6 7 —   ONTVANGSTEN IN HET KADER VAN HET EUROPEES LANDBOUWGARANTIEFONDS EN HET EUROPEES LANDBOUWFONDS VOOR PLATTELANDSONTWIKKELING

6 7 0   Ontvangsten in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds

6 7 0 1   Goedkeuring van de rekeningen van het Europees Landbouwgarantiefonds — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

600 517 182,09

Toelichting

Op deze post worden de ontvangsten geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de Uniebegroting gegeven conformiteitsbesluiten betreffende uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie, onder rubriek 1 van de financiële vooruitzichten 2000-2006 en uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) gefinancierde uitgaven. Er worden eveneens bedragen op geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de Uniebegroting genomen boekhoudbesluiten betreffende daarmee verband houdende bestemmingsontvangsten, met uitzondering van die welke voortvloeien uit de toepassing van artikel 32, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1290/2005.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement zullen op deze post geboekte ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder alle begrotingsposten van het ELGF van de staat van uitgaven van deze afdeling

De ontvangsten voor deze post worden geraamd op 1 000 000 000 EUR, met inbegrip van 400 000 000 EUR overgedragen van 2010 naar 2011 overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement.

Bij de opstelling van de begroting 2011 is rekening gehouden met een bedrag van 500 000 000 EUR voor de financiering van de behoeften in het kader van de maatregelen uit hoofde van artikel 05 03 01 en met het resterende bedrag van 500 000 000 EUR voor de financiering van de behoeften in het kader van maatregelen uit hoofde van artikel 05 02 08.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

6 7 0 2   Onregelmatigheden in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

147 878 436,59

Toelichting

Op deze post worden bedragen geboekt die zijn teruggevorderd in verband met onregelmatigheden of nalatigheden, inclusief de daarmee samenhangende rente, in het bijzonder bedragen die zijn teruggevorderd in verband met onregelmatigheden of fraude, ontvangen boeten en rente, en verbeurd verklaarde waarborgen, betreffende uitgaven gefinancierd uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie, in het kader van rubriek 1 van de financiële vooruitzichten 2000-2006 en uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF). Op deze post worden ook de teruggevorderde nettobedragen geboekt waarvan de lidstaat 20 % mag inhouden als bepaald in artikel 32, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1290/2005. Daaronder vallen ook de bedragen die zijn teruggevorderd ten gevolge van de boekhoudkundige goedkeuring van rekeningen conform artikel 32, lid 5, van die verordening.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement zullen op deze post geboekte ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder alle begrotingsposten van het ELGF van de staat van uitgaven van deze afdeling.

De ontvangsten voor deze post worden geraamd op 228 000 000 EUR, met inbegrip van 140 000 000 EUR overgedragen van 2010 naar 2011 overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement.

Bij de opstelling van de begroting 2011 is met dit bedrag rekening gehouden voor de financiering van de behoeften in het kader van maatregelen uit hoofde van artikel 05 03 01.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

6 7 0 3   Heffing voor melkproducenten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

337 626 470,92

Toelichting

Op deze post worden bedragen geboekt die zijn verkregen of teruggevorderd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1788/2003 en artikel 78 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement zullen op deze post geboekte ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder alle begrotingsposten van het ELGF van de staat van uitgaven van deze afdeling.

De ontvangsten voor deze post worden geraamd op 19 000 000 EUR.

Bij de opstelling van de begroting 2011 is met dit bedrag rekening gehouden voor de financiering van de behoeften in het kader van maatregelen uit hoofde van artikel 05 03 01.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

6 7 1   Ontvangsten in het kader van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling

6 7 1 1   Goedkeuring van de rekeningen van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

350 800,00

Toelichting

Op deze post worden de bedragen geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de Uniebegroting gegeven conformiteitsbesluiten betreffende voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) gefinancierde uitgaven. Er worden eveneens bedragen op geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de Uniebegroting genomen boekhoudbesluiten en die als bestemmingsontvangsten kunnen worden beschouwd. Op deze post worden ook voorschotten geboekt die in het kader van het ELFPO waren betaald en die worden terugbetaald.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen op deze post geboekte ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder alle begrotingsposten van het ELFPO.

Bij de opstelling van de begroting 2011 werd geen specifiek bedrag voor artikel 05 04 05 uitgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

6 7 1 2   Onregelmatigheden in het kader van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden bedragen, inclusief rente, geboekt die in verband met onregelmatigheden of nalatigheden zijn teruggevorderd, in het bijzonder wegens onregelmatigheid of fraude teruggevorderde bedragen, geïnde boeten en rente, en verbeurde zekerheden, betreffende voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) gefinancierde uitgaven.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen op deze post geboekte ontvangsten worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder alle begrotingsposten van het ELFPO.

Bij de opstelling van de begroting 2011 werd geen specifiek bedrag voor artikel 05 04 05 uitgetrokken.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

HOOFDSTUK 6 8 —   TIJDELIJKE HERSTRUCTURERINGSHEFFING

6 8 0   Tijdelijke herstructureringsheffing — Bestemmingsontvangsten

6 8 0 1   Tijdelijke herstructureringsheffing — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

1 741 417 405,37

Toelichting

Op deze post wordt de bij artikel 11 van Verordening (EG) nr. 320/2006 ingestelde tijdelijke herstructureringsheffing in de suikersector van de Unie geboekt.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen op deze post geboekte bedragen worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 05 02 16 „Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie” van de staat van uitgaven van deze afdeling, om de herstructureringssteun en andere steunmaatregelen waarin Verordening (EG) nr. 320/2006 voorziet, te financieren.

Bij de opstelling van de begroting 2011 is een bedrag van 1 015 000 000 EUR ingeschreven voor deze post (uitsluitend een overdracht van vorige begrotingsjaren), waarvan een bedrag van 195 000 000 EUR is bestemd voor artikel 05 02 16. Het resterende bedrag zal automatisch worden overgedragen naar het volgende begrotingsjaar overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).

6 8 0 2   Onregelmatigheden in verband met het tijdelijke herstructureringsfonds — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden bedragen, inclusief rente, boeten en verkregen zekerheden geboekt die in verband met onregelmatigheden of nalatigheden zijn teruggevorderd, betreffende uitgaven die zijn gefinancierd uit het bij Verordening (EG) nr. 320/2006 ingestelde tijdelijke herstructureringsfonds voor de suikerindustrie in de Unie. Deze post dient ook ter dekking van de teruggevorderde nettobedragen waarvoor de lidstaten 20 % kunnen inhouden overeenkomstig artikel 32, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1290/2005. Hij omvat ook de teruggevorderde bedragen voortvloeiend uit goedkeuringsbesluiten ingevolge artikel 32, lid 5, van dezelfde verordening.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement zullen op deze post geboekte bedragen worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 05 02 16 „Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie” van de staat van uitgaven van deze afdeling, om de herstructureringssteun en andere steunmaatregelen waarin Verordening (EG) nr. 320/2006 voorziet, te financieren.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).

6 8 0 3   Goedkeuring betreffende het tijdelijke herstructureringsfonds — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden bedragen geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de Uniebegroting gegeven conformiteitsbesluiten betreffende uitgaven die zijn gefinancierd uit het bij Verordening (EG) nr. 320/2006 ingestelde tijdelijke Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Gemeenschap. Er worden eveneens bedragen op geboekt die voortvloeien uit in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ten gunste van de Uniebegroting genomen boekhoudbesluiten betreffende met het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie verband houdende bestemmingsontvangsten, met uitzondering van die welke voortvloeien uit de toepassing van artikel 16 en artikel 32, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1290/2005.

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement zullen op deze post geboekte bedragen worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten onder artikel 05 02 16 „Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie” van de staat van uitgaven van deze afdeling, om de herstructureringssteun en andere steunmaatregelen waarin Verordening (EG) nr. 320/2006 voorziet, te financieren.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).

TITEL 7

INTEREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND EN BOETEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 7 0

7 0 0

Interest voor betalingsachterstand

7 0 0 0

Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten

5 000 000

5 000 000

76 436 747,70

7 0 0 1

Overige interest voor betalingsachterstand

3 000 000

3 000 000

1 710 385,54

 

Totaal van artikel 7 0 0

8 000 000

8 000 000

78 147 133,24

7 0 1

Interest voor betalingsachterstand en andere rente op boeten

15 000 000

15 000 000

113 119 535,73

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 7 0

23 000 000

23 000 000

191 266 668,97

HOOFDSTUK 7 1

7 1 0

Geldboeten, dwangsommen en andere sancties

100 000 000

100 000 000

724 812 338,90

7 1 2

Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat de krachtens het Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen

p.m.

p.m.

16 911 424,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 7 1

100 000 000

100 000 000

741 723 762,90

HOOFDSTUK 7 2

7 2 0

Rente op deposito's en boeten

7 2 0 0

Rente op deposito's en boeten die voortvloeien uit de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 7 2 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 7 2

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 7

123 000 000

123 000 000

932 990 431,87

HOOFDSTUK 7 0 —

INTEREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

HOOFDSTUK 7 1 —

GELDBOETEN

HOOFDSTUK 7 2 —

RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN

HOOFDSTUK 7 0 —   INTEREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND

7 0 0   Interest voor betalingsachterstand

7 0 0 0   Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

5 000 000

5 000 000

76 436 747,70

Toelichting

Elke te late boeking op de in artikel 9, lid 1, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 bedoelde rekening die op naam van de Commissie is geopend, verplicht de betrokken lidstaat tot het betalen van rente.

Voor de lidstaten die de euro als munt hebben, is de rentevoet gelijk aan de door de Europese Centrale Bank op haar basisherfinancieringstransacties toegepaste rentevoet van de eerste dag van de maand van de vervaldag, zoals bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie, serie C, vermeerderd met twee punten. Deze rente wordt met 0,25 punt per maand vertraging verhoogd. De verhoogde interest geldt voor de gehele periode van de betalingsachterstand.

Voor de lidstaten die de euro niet als munt hebben, is de rentevoet gelijk aan de rentevoet die op de eerste dag van de betrokken maand door de respectieve centrale banken op hun basisherfinancieringstransacties wordt toegepast, vermeerderd met twee punten, of, voor de lidstaten waarvoor de rentevoet van de Centrale Bank niet beschikbaar is, de meest equivalente rentevoet die op de eerste dag van de betrokken maand op de geldmarkt van de lidstaat wordt toegepast, vermeerderd met twee punten. Deze rente wordt met 0,25 punt per maand vertraging verhoogd. De verhoogde interest geldt voor de gehele periode van de betalingsachterstand.

De rentevoet geldt voor alle boekingen van eigen middelen in het kader van artikel 10 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

7 0 0 1   Overige interest voor betalingsachterstand

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

3 000 000

3 000 000

1 710 385,54

Toelichting

Deze post heeft betrekking op interest voor betalingsachterstand voor vorderingen met uitzondering van de eigen middelen.

Rechtsgronden

Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3), met name artikel 2, lid 5 van Protocol nr. 32.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1), met name artikel 86.

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25), met name artikel 102.

Verordening (EG) nr. 1828/2006 van de Commissie van 8 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds, en van Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 371 van 27.12.2006, blz. 1).

7 0 1   Interest voor betalingsachterstand en andere rente op boeten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

15 000 000

15 000 000

113 119 535,73

Toelichting

Dit artikel is bestemd voor het boeken van de opgelopen rente op de speciale bankrekening voor geldboeten en interest voor betalingsachterstand naar aanleiding van geldboeten.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1), met name artikel 86.

Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1), met name de artikelen 14 en 15.

HOOFDSTUK 7 1 —   GELDBOETEN

7 1 0   Geldboeten, dwangsommen en andere sancties

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

100 000 000

100 000 000

724 812 338,90

Toelichting

De Commissie kan geldboeten, dwangsommen en andere sancties opleggen aan ondernemingen en ondenemingsverenigingen bij niet-nakoming van een verbod of niet-uitvoering van verplichtingen in het kader van onderstaande verordeningen of in het kader van de artikelen 101 en 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Normaal gesproken moeten de geldboeten worden betaald binnen de drie maanden volgend op de kennisgeving van het besluit van de Commissie. De Commissie zal het bedrag evenwel niet innen wanneer de onderneming een beroep heeft ingesteld bij het Hof van Justitie van de Europese Unie; de onderneming moet aanvaarden dat na de uiterste betalingstermijn rente verschuldigd is op de schuld en dat uiterlijk op die datum aan de Commissie een bankgarantie wordt verstrekt ten belope van het hoofdbedrag en de renten of vermeerderingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1), met name de artikelen 14 en 15.

7 1 2   Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat de krachtens het Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

16 911 424,00

Rechtsgronden

Artikel 260, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 7 2 —   RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN

7 2 0   Rente op deposito's en boeten

7 2 0 0   Rente op deposito's en boeten die voortvloeien uit de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten — Bestemmingsontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Ontvangsten uit rente op deposito's en boeten die voortvloeien uit de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder b), van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en worden gebruikt ter opvoering van extra kredieten voor het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1467/97 van de Raad van 7 juli 1997 over de bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten (PB L 209 van 2.8.1997, blz. 6), met name artikel 16.

TITEL 8

OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 8 0

8 0 0

Garantie van de Europese Unie voor opgenomen uniale leningen ter ondersteuning van betalingsbalansen

p.m.

p.m.

0,—

8 0 1

Garantie van de Europese Unie voor opgenomen Euratom-leningen

p.m.

p.m.

0,—

8 0 2

Garantie van de Europese Unie voor opgenomen uniale leningen voor financiële bijstand op grond van het Europees financieel stabilisatiemechanisme

p.m.

p.m.

 

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 0

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 8 1

8 1 0

Aflossingen op en renteopbrengst van in het kader van de financiële samenwerking met de derde landen van het Middellandse Zeegebied verstrekte speciale leningen en risicodragend kapitaal

p.m.

p.m.

0,—

8 1 3

Aflossingen op en renteopbrengst van door de Commissie in het kader van EC Investment Partners in de ontwikkelingslanden van Latijns-Amerika, Azië en het Middellandse Zeegebied en Zuid-Afrika verstrekte leningen en risicodragend kapitaal

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 1

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 8 2

8 2 7

Garantie van de Europese Unie voor de programma's van door de Unie/Gemeenschap opgenomen leningen voor de toekenning van macrofinanciële bijstand aan de derde landen

p.m.

p.m.

0,—

8 2 8

Garantie voor de door Euratom opgenomen leningen voor de verbetering van de efficiëntie en de veiligheid van kerncentrales in de landen van Midden- en Oost-Europa, alsmede in het Gemenebest van onafhankelijke staten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 2

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 8 3

8 3 5

Garantie van de Europese Unie voor door de Europese Investeringsbank aan derde landen verstrekte leningen

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 3

p.m.

p.m.

0,—

HOOFDSTUK 8 5

8 5 0

Door het Europees Investeringsfonds uitgekeerde dividenden

438 717

p.m.

3 678 263,68

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 8 5

438 717

p.m.

3 678 263,68

 

Totaal van titel 8

438 717

p.m.

3 678 263,68

HOOFDSTUK 8 0 —

ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR IN DE LIDSTATEN OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

HOOFDSTUK 8 1 —

DOOR DE COMMISSIE VERSTREKTE LENINGEN

HOOFDSTUK 8 2 —

ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR LENINGEN OPGENOMEN DOOR EN VERSTREKT AAN DERDE LANDEN

HOOFDSTUK 8 3 —

ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE IN DERDE LANDEN DOOR FINANCIËLE INSTELLINGEN VERSTREKTE LENINGEN

HOOFDSTUK 8 5 —

OPBRENGSTEN VAN PARTICIPATIES IN GARANTIE-INSTELLINGEN

HOOFDSTUK 8 0 —   ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR IN DE LIDSTATEN OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

8 0 0   Garantie van de Europese Unie voor opgenomen uniale leningen ter ondersteuning van betalingsbalansen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De garantie van de Unie betreft leningen opgenomen op de kapitaalmarkten of van financiële instellingen. Het bedrag in hoofdsom dat in leningen aan de lidstaten kan worden toegekend is beperkt tot 50 000 000 000 EUR.

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 01, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

De bijlage bij deel II van de staat van uitgaven van deze afdeling bevat een overzicht van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Voor de rechtsgrond, zie de toelichting bij post 01 04 01 01 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

8 0 1   Garantie van de Europese Unie voor opgenomen Euratom-leningen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 02, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

De bijlage bij deel II van de staat van uitgaven van deze afdeling bevat een overzicht van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Voor de rechtsgrond, zie de toelichting bij post 01 04 01 02 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

8 0 2   Garantie van de Europese Unie voor opgenomen uniale leningen voor financiële bijstand op grond van het Europees financieel stabilisatiemechanisme

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

 

Toelichting

De garantie van de Unie betreft leningen opgenomen op de kapitaalmarkten of van financiële instellingen. Het uitstaande bedrag van de leningen of kredietlijnen die aan lidstaten worden verstrekt, wordt beperkt tot hetgeen in de rechtsgrond is bepaald.

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 03, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

De bijlage bij deel II van de staat van uitgaven van deze afdeling bevat een overzicht van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Voor de rechtsgrond, zie de toelichting bij post 01 04 01 03 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

HOOFDSTUK 8 1 —   DOOR DE COMMISSIE VERSTREKTE LENINGEN

8 1 0   Aflossingen op en renteopbrengst van in het kader van de financiële samenwerking met de derde landen van het Middellandse Zeegebied verstrekte speciale leningen en risicodragend kapitaal

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op dit artikel worden de aflossingen op en de renteopbrengst geboekt van speciale leningen en risicodragend kapitaal die uit de kredieten van de hoofdstukken 22 02 en 19 08 van de staat van uitgaven van deze afdeling zijn verstrekt aan derde landen van het Middellandse Zeegebied.

Het omvat ook aflossingen op en renteopbrengst van speciale leningen en risicodragend kapitaal aan bepaalde lidstaten uit het Middellandse Zeegebied, die een zeer klein gedeelte van het totaalbedrag vertegenwoordigen. Deze leningen/dit risicokapitaal werd verstrekt op het ogenblik dat de landen nog niet tot de Unie waren toegetreden.

De werkelijke ontvangsten overtreffen gewoonlijk de begrotingsramingen, in verband met de uitkering in het voorgaande begrotingsjaar alsmede in het lopende begrotingsjaar van speciale leningen en risicodragend kapitaal waarover rente moet worden betaald. De rente op speciale leningen en risicodragend kapitaal loopt vanaf het ogenblik van uitkering; in het eerste geval wordt deze halfjaarlijks betaald, in het tweede geval doorgaans jaarlijks.

Rechtsgronden

Voor de rechtsgrond, zie de toelichting bij hoofdstukken 22 02 en 19 08 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1638/2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (COM(2008) 308 definitief), door de Commissie ingediend op 20 januari 2009, met name artikel 23.

8 1 3   Aflossingen op en renteopbrengst van door de Commissie in het kader van EC Investment Partners in de ontwikkelingslanden van Latijns-Amerika, Azië en het Middellandse Zeegebied en Zuid-Afrika verstrekte leningen en risicodragend kapitaal

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit artikel dient voor het boeken van de aflossingen op en de renteopbrengst van leningen en risicodragend kapitaal die uit de kredieten van post 19 08 01 01 in het kader van EC Investment Partners zijn verstrekt.

Rechtsgronden

Voor de rechtsgrond, zie de toelichting bij post 19 08 01 01 van de staat van uitgaven deze afdeling.

HOOFDSTUK 8 2 —   ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR LENINGEN OPGENOMEN DOOR EN VERSTREKT AAN DERDE LANDEN

8 2 7   Garantie van de Europese Unie voor de programma's van door de Unie/Gemeenschap opgenomen leningen voor de toekenning van macrofinanciële bijstand aan de derde landen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 04, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

De bijlage bij deel II van de staat van uitgaven van deze afdeling bevat een overzicht van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Voor de rechtsgrond, zie de toelichting bij post 01 04 01 04 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

8 2 8   Garantie voor de door Euratom opgenomen leningen voor de verbetering van de efficiëntie en de veiligheid van kerncentrales in de landen van Midden- en Oost-Europa, alsmede in het Gemenebest van onafhankelijke staten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 05, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

De bijlage bij deel II van de staat van uitgaven van deze afdeling bevat een overzicht van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Voor de rechtsgrond, zie de toelichting bij post 01 04 01 05 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

HOOFDSTUK 8 3 —   ONTVANGSTEN MET BETREKKING TOT DE GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE IN DERDE LANDEN DOOR FINANCIËLE INSTELLINGEN VERSTREKTE LENINGEN

8 3 5   Garantie van de Europese Unie voor door de Europese Investeringsbank aan derde landen verstrekte leningen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele ontvangsten geboekt die voortvloeien uit het uitoefenen van rechten in verband met een beroep op de garantie uit hoofde van post 01 04 01 06, voor zover deze ontvangsten niet in mindering van de uitgaven zijn geboekt.

De bijlage bij deel II van de staat van uitgaven van deze afdeling bevat een overzicht van de opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Voor de rechtsgrond, zie de toelichting bij post 01 04 01 06 van de staat van uitgaven van deze afdeling.

HOOFDSTUK 8 5 —   OPBRENGSTEN VAN PARTICIPATIES IN GARANTIE-INSTELLINGEN

8 5 0   Door het Europees Investeringsfonds uitgekeerde dividenden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

438 717

p.m.

3 678 263,68

Toelichting

Onder dit artikel worden de eventuele, uit hoofde van deze participatie, door het Europees Investeringfonds betaalde dividenden geboekt.

Rechtsgronden

Besluit 94/375/EG van de Raad van 6 juni 1994 betreffende het lidmaatschap van de Gemeenschap van het Europees Investeringsfonds (PB L 173 van 7.7.1994, blz. 12).

Besluit 2007/247/EG van de Raad van 19 april 2007 inzake de deelneming van de Gemeenschap in de kapitaalverhoging bij het Europees Investeringsfonds (PB L 107 van 25.4.2007, blz. 5).

TITEL 9

DIVERSE ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 9 0

9 0 0

Diverse ontvangsten

30 000 000

30 000 000

61 458 199,98

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 9 0

30 000 000

30 000 000

61 458 199,98

 

Totaal van titel 9

30 000 000

30 000 000

61 458 199,98

 

TOTAAL-GENERAAL

1 129 951 484

1 168 854 686

6 581 580 708,85

HOOFDSTUK 9 0 —

DIVERSE ONTVANGSTEN

HOOFDSTUK 9 0 —   DIVERSE ONTVANGSTEN

9 0 0   Diverse ontvangsten

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

30 000 000

30 000 000

61 458 199,98

Toelichting

Onder dit artikel worden diverse ontvangsten geboekt.

ALGEMENE SAMENVATTING VAN DE KREDIETEN (2011 EN 2010) EN VAN DE UITVOERING (2009)

Titel

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

01

ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

524 283 196

341 387 137

448 527 528

405 487 528

439 691 392,56

328 212 787,84

Reserves (40 01 40)

40 929

40 929

142 485

142 485

 

 

 

524 324 125

341 428 066

448 670 013

405 630 013

439 691 392,56

328 212 787,84

02

ONDERNEMINGEN

1 055 561 122

1 209 465 022

1 695 908 585

1 084 093 439

1 551 264 786,89

1 270 643 061,79

Reserves (40 01 40)

52 772

52 772

191 847

191 847

 

 

 

1 055 613 894

1 209 517 794

1 696 100 432

1 084 285 286

1 551 264 786,89

1 270 643 061,79

03

CONCURRENTIE

93 403 671

93 403 671

90 604 037

90 604 037

91 573 732,56

94 646 644,05

Reserves (40 01 40)

56 917

56 917

203 854

203 854

 

 

 

93 460 588

93 460 588

90 807 891

90 807 891

91 573 732,56

94 646 644,05

04

WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

11 398 325 662

9 163 443 236

11 248 325 559

8 533 083 077

11 194 721 704,45

8 909 805 078,76

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

44 335

44 335

25 423 970

25 423 970

 

 

 

11 398 369 997

9 163 487 571

11 273 749 529

8 558 507 047

11 194 721 704,45

8 909 805 078,76

05

LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

57 292 184 763

55 269 004 060

57 780 438 369

56 776 956 322

60 053 981 198,47

55 213 988 466,14

Reserves (40 01 40, 40 02 40)

74 532

74 532

300 270 293

300 270 293

 

 

 

57 292 259 295

55 269 078 592

58 080 708 662

57 077 226 615

60 053 981 198,47

55 213 988 466,14

06

MOBILITEIT EN VERVOER

1 546 683 351

1 141 803 775

1 407 397 054

1 224 041 730

1 347 202 123,29

1 176 520 105,60

Reserves (40 01 40)

25 609

25 609

119 318

119 318

 

 

 

1 546 708 960

1 141 829 384

1 407 516 372

1 224 161 048

1 347 202 123,29

1 176 520 105,60

07

MILIEU- EN KLIMAATMAATREGELEN

470 550 540

390 290 122

431 741 504

345 401 504

438 448 501,44

343 852 362,57

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

44 853

44 853

15 164 898

5 164 898

 

 

 

470 595 393

390 334 975

446 906 402

350 566 402

438 448 501,44

343 852 362,57

08

ONDERZOEK

5 334 630 545

4 117 083 880

4 605 855 404

3 852 239 404

4 534 775 553,53

4 428 558 655,55

Reserves (40 01 40)

6 884

6 884

25 081

25 081

 

 

 

5 334 637 429

4 117 090 764

4 605 880 485

3 852 264 485

4 534 775 553,53

4 428 558 655,55

09

INFORMATIEMAATSCHAPPIJ EN MEDIA

1 538 552 441

1 334 275 234

1 512 724 281

1 489 823 281

1 428 511 509,83

1 263 321 150,90

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

29 384

29 384

3 585 001

3 585 001

 

 

 

1 538 581 825

1 334 304 618

1 516 309 282

1 493 408 282

1 428 511 509,83

1 263 321 150,90

10

EIGEN ONDERZOEK

394 978 000

396 209 233

383 321 000

391 547 000

432 610 536,06

417 052 031,22

11

MARITIEME ZAKEN EN VISSERIJ

948 592 229

719 026 792

988 114 718

806 199 272

975 156 695,43

585 469 468,11

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

52 021 983

52 021 983

13 079 514

13 079 514

 

 

 

1 000 614 212

771 048 775

1 001 194 232

819 278 786

975 156 695,43

585 469 468,11

12

INTERNE MARKT

94 868 629

93 358 064

67 855 793

66 655 793

66 160 542,78

66 033 497,34

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

35 305

35 305

6 125 941

6 125 941

 

 

 

94 903 934

93 393 369

73 981 734

72 781 734

66 160 542,78

66 033 497,34

13

REGIONAAL BELEID

40 382 839 372

33 317 212 140

38 975 402 914

28 846 285 171

38 523 134 352,47

26 743 894 273,58

Reserves (40 01 40)

43 816

43 816

160 094

160 094

 

 

 

40 382 883 188

33 317 255 956

38 975 563 008

28 846 445 265

38 523 134 352,47

26 743 894 273,58

14

BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

142 229 539

114 783 765

135 060 164

107 042 164

126 175 766,23

121 409 284,11

Reserves (40 01 40)

32 492

32 492

118 737

118 737

 

 

 

142 262 031

114 816 257

135 178 901

107 160 901

126 175 766,23

121 409 284,11

15

ONDERWIJS EN CULTUUR

2 428 691 266

1 996 401 080

2 104 707 842

1 798 410 842

2 206 244 518,70

1 993 219 744,42

Reserves (40 01 40)

38 857

38 857

143 552

143 552

 

 

 

2 428 730 123

1 996 439 937

2 104 851 394

1 798 554 394

2 206 244 518,70

1 993 219 744,42

16

COMMUNICATIE

273 374 552

253 374 552

259 439 021

241 214 021

251 554 102,35

235 932 812,27

Reserves (40 01 40)

46 111

46 111

148 355

148 355

 

 

 

273 420 663

253 420 663

259 587 376

241 362 376

251 554 102,35

235 932 812,27

17

GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING

692 021 626

596 046 062

707 747 062

572 765 062

723 207 886,95

574 140 810,81

Reserves (40 01 40)

57 583

57 583

200 652

200 652

 

 

 

692 079 209

596 103 645

707 947 714

572 965 714

723 207 886,95

574 140 810,81

18

RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT

1 193 910 768

871 707 680

1 062 220 054

794 303 054

1 008 021 775,24

743 697 459,25

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

16 479 335

13 005 028

5 385 547

5 385 547

 

 

 

1 210 390 103

884 712 708

1 067 605 601

799 688 601

1 008 021 775,24

743 697 459,25

19

EXTERNE BETREKKINGEN

4 270 665 587

3 378 255 172

4 210 457 068

3 631 597 444

4 104 626 903,86

3 679 494 866,17

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

44 005 106

6 441 836

54 753 484

29 753 484

 

 

 

4 314 670 693

3 384 697 008

4 265 210 552

3 661 350 928

4 104 626 903,86

3 679 494 866,17

20

HANDEL

105 067 905

104 422 321

78 917 119

81 917 119

77 748 787,06

78 387 164,21

Reserves (40 01 40)

34 787

34 787

125 941

125 941

 

 

 

105 102 692

104 457 108

79 043 060

82 043 060

77 748 787,06

78 387 164,21

21

ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE LANDEN IN AFRIKA, HET CARIBISCHE GEBIED EN DE STILLE OCEAAN (ACS-STATEN)

1 433 111 933

1 392 926 690

1 646 409 016

1 607 609 507

2 324 898 355,19

1 712 980 157,96

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

109 058 175

86 736 049

155 025

155 025

 

 

 

1 542 170 108

1 479 662 739

1 646 564 041

1 607 764 532

2 324 898 355,19

1 712 980 157,96

22

UITBREIDING

1 123 357 217

1 012 513 363

1 022 359 107

1 203 497 586

1 119 862 585,27

1 306 334 824,08

Reserves (40 01 40)

17 764

17 764

62 971

62 971

 

 

 

1 123 374 981

1 012 531 127

1 022 422 078

1 203 560 557

1 119 862 585,27

1 306 334 824,08

23

HUMANITAIRE HULP

878 195 432

838 516 019

854 313 155

848 063 155

935 028 339,22

816 236 450,59

Reserves (40 01 40)

14 878

14 878

44 026

44 026

 

 

 

878 210 310

838 530 897

854 357 181

848 107 181

935 028 339,22

816 236 450,59

24

FRAUDEBESTRIJDING

81 749 000

74 805 171

77 645 000

73 345 000

77 376 951,75

73 620 867,06

25

BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE

190 812 414

190 812 414

187 523 615

187 523 615

186 400 812,55

186 072 898,89

Reserves (40 01 40)

565 027

565 027

374 355

374 355

 

 

 

191 377 441

191 377 441

187 897 970

187 897 970

186 400 812,55

186 072 898,89

26

ADMINISTRATIE VAN DE COMMISSIE

1 018 708 135

1 017 153 328

981 751 471

998 751 471

1 047 914 353,76

1 052 663 344,45

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

78 381

78 381

32 085 997

14 735 997

 

 

 

1 018 786 516

1 017 231 709

1 013 837 468

1 013 487 468

1 047 914 353,76

1 052 663 344,45

27

BEGROTING

69 440 094

69 440 094

68 135 786

68 135 786

271 708 217,94

271 708 217,94

Reserves (40 01 40)

30 939

30 939

111 533

111 533

 

 

 

69 471 033

69 471 033

68 247 319

68 247 319

271 708 217,94

271 708 217,94

28

AUDIT

11 399 202

11 399 202

10 593 209

10 593 209

10 541 496,35

10 541 496,35

Reserves (40 01 40)

7 105

7 105

23 214

23 214

 

 

 

11 406 307

11 406 307

10 616 423

10 616 423

10 541 496,35

10 541 496,35

29

STATISTIEK

145 143 085

124 373 319

140 747 470

120 323 470

132 991 376,89

120 944 029,15

Reserves (40 01 40)

47 443

47 443

170 501

170 501

 

 

 

145 190 528

124 420 762

140 917 971

120 493 971

132 991 376,89

120 944 029,15

30

PENSIOENEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE UITGAVEN

1 278 009 000

1 278 009 000

1 214 092 000

1 214 092 000

1 117 268 365,16

1 117 268 365,16

31

TALENDIENSTEN

392 908 762

392 908 762

387 288 152

387 288 152

423 957 901,12

423 957 901,12

Reserves (40 01 40)

236 399

236 399

1 628 841

1 628 841

 

 

 

393 145 161

393 145 161

388 916 993

388 916 993

423 957 901,12

423 957 901,12

32

ENERGIE

699 617 012

1 535 110 306

2 533 161 881

1 491 502 861

2 555 776 606,67

316 033 780,23

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

41 299

41 299

77 138 968

2 138 968

 

 

 

699 658 311

1 535 151 605

2 610 300 849

1 493 641 829

2 555 776 606,67

316 033 780,23

40

RESERVES

977 129 000

259 909 297

1 286 045 995

658 695 995

0,—

0,—

 

Totaal

138 480 995 050

123 098 829 963

138 604 830 933

120 009 089 071

139 778 537 732,02

115 676 642 057,67

 

Waarvan reserves (40 01 40, 40 02 40, 40 02 41)

223 269 000

159 909 297

537 163 995

409 813 995

 

 

TITEL XX

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR BELEIDSTERREINEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR BELEIDSTERREINEN

XX 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor de diverse beleidsterreinen

XX 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij de instelling

XX 01 01 01 01

Salarissen, toelagen en vergoedingen

5

1 783 818 989

1 785 917 894

1 790 077 448,65

Reserves (40 01 40)

 

1 355 785

5 116 100

 

 

 

1 785 174 774

1 791 033 994

1 790 077 448,65

XX 01 01 01 02

Uitgaven en vergoedingen voor aanwerving, overplaatsing en beëindiging van de dienst

5

12 475 366

15 647 000

11 709 000,—

Reserves (40 01 40)

 

9 482

 

 

 

 

12 484 848

15 647 000

11 709 000,—

XX 01 01 01 03

Salarisaanpassingen

5

11 490 777

22 450 000

 

Reserves (40 01 40)

 

8 733

 

 

 

 

11 499 510

22 450 000

 

 

Subtotaal

 

1 807 785 132

1 824 014 894

1 801 786 448,65

Reserves (40 01 40)

 

1 374 000

5 116 100

 

 

 

1 809 159 132

1 829 130 994

1 801 786 448,65

XX 01 01 02

Uitgaven voor personeel van de Commissie in actieve dienst van de delegaties van de Unie

XX 01 01 02 01

Salarissen, toelagen en vergoedingen

5

106 248 871

177 172 613

163 875 131,86

XX 01 01 02 02

Uitgaven en vergoedingen voor aanwerving, overplaatsing en beëindiging van de dienst

5

6 485 741

14 075 480

10 756 725,93

XX 01 01 02 03

Eventuele salarisaanpassingen

5

643 796

2 079 000

 

 

Subtotaal

 

113 378 408

193 327 093

174 631 857,79

 

Artikel XX 01 01 — Subtotaal

 

1 921 163 540

2 017 341 987

1 976 418 306,44

Reserves (40 01 40)

 

1 374 000

5 116 100

 

 

 

1 922 537 540

2 022 458 087

1 976 418 306,44

XX 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven

XX 01 02 01

Extern personeel bij de instelling

XX 01 02 01 01

Arbeidscontractanten

5

64 723 037

66 403 026

59 178 908,20

XX 01 02 01 02

Uitzendkrachten en technisch-administratieve bijstand ter ondersteuning van verschillende activiteiten

5

24 294 530

24 660 000

30 514 509,44

XX 01 02 01 03

Tijdelijk bij de instelling gedetacheerde nationale ambtenaren

5

42 226 161

41 665 000

41 377 217,78

 

Subtotaal

 

131 243 728

132 728 026

131 070 635,42

XX 01 02 02

Extern personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

XX 01 02 02 01

Salarissen van de andere personeelsleden

5

5 529 652

57 471 219

50 127 059,86

XX 01 02 02 02

Opleiding van jonge deskundigen en gedetacheerde nationale deskundigen

5

3 419 673

7 100 000

7 082 569,54

XX 01 02 02 03

Uitgaven in verband met andere personeelsleden en andere verrichte diensten

5

247 251

2 218 251

1 998 258,67

 

Subtotaal

 

9 196 576

66 789 470

59 207 888,07

XX 01 02 11

Andere beheersuitgaven van de instelling

XX 01 02 11 01

Dienstreizen en representatie

5

60 964 817

63 850 798

65 427 499,03

Reserves (40 01 40)

 

 

937 200

 

 

 

60 964 817

64 787 998

65 427 499,03

XX 01 02 11 02

Conferenties en vergaderingen

5

30 057 332

33 549 000

30 015 977,47

Reserves (40 01 40)

 

 

51 000

 

 

 

30 057 332

33 600 000

30 015 977,47

XX 01 02 11 03

Vergaderingen van comités

5

13 362 900

17 989 500

12 815 408,81

Reserves (40 01 40)

 

 

10 500

 

 

 

13 362 900

18 000 000

12 815 408,81

XX 01 02 11 04

Studies en adviezen

5

9 368 175

9 754 000

10 247 160,21

Reserves (40 01 40)

 

 

246 000

 

 

 

9 368 175

10 000 000

10 247 160,21

XX 01 02 11 05

Ontwikkeling van informatie- en beheerssystemen

5

26 989 850

26 547 425

37 792 983,20

Reserves (40 01 40)

 

 

1 682 100

 

 

 

26 989 850

28 229 525

37 792 983,20

XX 01 02 11 06

Bijscholing en managementopleidingen

5

16 488 080

13 896 885

18 675 075,45

Reserves (40 01 40)

 

 

2 676 095

 

 

 

16 488 080

16 572 980

18 675 075,45

 

Subtotaal

 

157 231 154

165 587 608

174 974 104,17

Reserves (40 01 40)

 

 

5 602 895

 

 

 

157 231 154

171 190 503

174 974 104,17

XX 01 02 12

Overige beheersuitgaven met betrekking tot personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

XX 01 02 12 01

Dienstreizen, conferenties en representatie

5

7 051 124

16 856 542

16 044 026,16

XX 01 02 12 02

Aanvullende opleiding voor het personeel van de delegaties

5

574 156

1 820 450

1 413 357,20

 

Subtotaal

 

7 625 280

18 676 992

17 457 383,36

 

Artikel XX 01 02 — Subtotaal

 

305 296 738

383 782 096

382 710 011,02

Reserves (40 01 40)

 

 

5 602 895

 

 

 

305 296 738

389 384 991

382 710 011,02

XX 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten, alsook gebouwen van de delegaties van de Europese Unie

XX 01 03 01

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten van de Commissie

XX 01 03 01 03

Materieel en meubilair

5

78 094 402

80 098 622

88 109 997,05

XX 01 03 01 04

Diensten en andere exploitatiekosten

5

52 897 887

53 236 370

53 369 403,40

 

Subtotaal

 

130 992 289

133 334 992

141 479 400,45

XX 01 03 02

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven met betrekking tot personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

XX 01 03 02 01

Aankoop, huur en daarmee samenhangende uitgaven

5

43 837 830

113 222 481

123 808 745,40

XX 01 03 02 02

Materieel, meubilair, leveringen en diensten

5

10 507 175

33 988 491

32 355 726,32

 

Subtotaal

 

54 345 005

147 210 972

156 164 471,72

 

Artikel XX 01 03 — Subtotaal

 

185 337 294

280 545 964

297 643 872,17

XX 01 05

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor onderzoek onder contract

XX 01 05 01

Salarissen, toelagen en vergoedingen voor personeel in actieve dienst voor onderzoek onder contract

1.1

192 900 000

193 325 000

189 986 749,—

XX 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek onder contract

1.1

48 557 000

54 099 000

47 958 847,11

XX 01 05 03

Andere beheersuitgaven voor onderzoek onder contract

1.1

87 718 000

66 044 000

88 707 583,51

 

Artikel XX 01 05 — Subtotaal

 

329 175 000

313 468 000

326 653 179,62

 

Hoofdstuk XX 01 — Totaal

 

2 740 972 572

2 995 138 047

2 983 425 369,25

Reserves (40 01 40)

 

1 374 000

10 718 995

 

 

 

2 742 346 572

3 005 857 042

2 983 425 369,25

HOOFDSTUK XX 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR BELEIDSTERREINEN

XX 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor de diverse beleidsterreinen

XX 01 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij de instelling

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij de instelling

XX 01 01 01 01

Salarissen, toelagen en vergoedingen

5

1 783 818 989

1 785 917 894

1 790 077 448,65

Reserves (40 01 40)

 

1 355 785

5 116 100

 

 

 

1 785 174 774

1 791 033 994

1 790 077 448,65

XX 01 01 01 02

Uitgaven en vergoedingen voor aanwerving, overplaatsing en beëindiging van de dienst

5

12 475 366

15 647 000

11 709 000,—

Reserves (40 01 40)

 

9 482

 

 

 

 

12 484 848

15 647 000

11 709 000,—

XX 01 01 01 03

Salarisaanpassingen

5

11 490 777

22 450 000

 

Reserves (40 01 40)

 

8 733

 

 

 

 

11 499 510

22 450 000

 

 

Post XX 01 01 01 — Totaal

 

1 807 785 132

1 824 014 894

1 801 786 448,65

Reserves (40 01 40)

 

1 374 000

5 116 100

 

 

 

1 809 159 132

1 829 130 994

1 801 786 448,65

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven ten behoeve van de ambtenaren en de tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden dat op de lijst van het aantal ambten voorkomt, met uitzondering van de in derde landen tewerkgestelde personeelsleden:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen;

de overige toelagen en vergoedingen;

de vergoedingen aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen voor continudienst, ploegendienst of verplichte beschikbaarheid op het werk en/of thuis;

de vergoeding bij ontslag wegens gebleken ongeschiktheid van ambtenaren op proef;

de vergoeding bij opzegging door de instelling van overeenkomsten met tijdelijke functionarissen;

de terugbetaling van de uitgaven voor beveiliging van de woningen van de ambtenaren die werkzaam zijn bij de bureaus van de Unie en de delegaties van de Unie op het grondgebied van de Unie;

de vaste vergoedingen en de vergoedingen volgens uurtarief voor overuren van de ambtenaren van de functiegroep AST, die niet volgens de desbetreffende regeling met vrije tijd konden worden gecompenseerd;

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldiging van de ambtenaren en de tijdelijke functionarissen en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënt op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt;

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen;

de kosten van verhuizing die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, of die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen;

de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen;

de tijdelijke kosten in verband met ambtenaren die vóór de toetreding in een nieuwe lidstaat zijn tewerkgesteld en van wie wordt gevraagd om na de datum van toetreding in dat land in dienst te blijven; voor deze ambtenaren gelden, bij wijze van uitzondering, de financiële en de materiële voorwaarden die vóór de toetreding door de Commissie werden toegepast overeenkomstig bijlage X van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie;

de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Voor algemene informatie over de bezoldiging en andere arbeidsvoorwaarden, zie de webpagina „Werken bij de Commissie” van het directoraat-generaal Personeelszaken en algemeen beheer.

De verordening van de Raad houdende aanpassing van de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden van alle EU-instellingen, met inbegrip van verhogingen en toeslagen, wordt jaarlijks bekendgemaakt in het Publicatieblad (meest recentelijk in PB L 338 van 22.12.2010, blz. 1).

De nieuwe ambten in 2009 maakten deel uit van de totale toename van 850 nieuwe personeelsleden gespreid over de overgangsperiode 2006-2009 wegens de uitbreiding met Bulgarije en Roemenië.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 47 000 000 EUR.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

1 374 000 EUR wordt vrijgemaakt zodra de Commissie een voorstel doet voor de overplaatsing van personeel van de Commissie van DG RELEX naar de eenheid van de EEAS die zich bezighoudt met vredesopbouw en crisisrespons, overeenkomstig eerdere toezeggingen en verklaringen van de hoge vertegenwoordiger/vicevoorzitter.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

XX 01 01 02   Uitgaven voor personeel van de Commissie in actieve dienst van de delegaties van de Unie

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01 01 02

Uitgaven voor personeel van de Commissie in actieve dienst van de delegaties van de Unie

XX 01 01 02 01

Salarissen, toelagen en vergoedingen

5

106 248 871

177 172 613

163 875 131,86

XX 01 01 02 02

Uitgaven en vergoedingen voor aanwerving, overplaatsing en beëindiging van de dienst

5

6 485 741

14 075 480

10 756 725,93

XX 01 01 02 03

Eventuele salarisaanpassingen

5

643 796

2 079 000

 

 

Post XX 01 01 02 — Totaal

 

113 378 408

193 327 093

174 631 857,79

Toelichting

Met betrekking tot de posten 19 01 01 02, 20 01 01 02, 21 01 01 02 en 22 01 01 02, betreffende de delegaties van de Unie in derde landen en bij internationale organisaties, dient dit krediet ten behoeve van de ambtenaren en de tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden dat op de lijst van het aantal ambten van de Commissie voorkomt, ter dekking van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen;

de overige toelagen en vergoedingen;

de overuren;

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldiging van de ambtenaren en de tijdelijke functionarissen;

de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar kan besluiten;

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen voor ambtenaren die bij indiensttreding of bij benoeming in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, of die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen;

de reiskosten, met inbegrip van die van gezinsleden van ambtenaren, bij indiensttreding, bij vertrek of bij overplaatsing met verandering van standplaats;

de kosten van verhuizing voor ambtenaren die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, of die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening nr. 6/66/Euratom, nr. 121/66/EEG van de Raad van 28 juli 1966 tot vaststelling van de lijst van de plaatsen waar een huisvestingsvergoeding kan worden toegekend alsmede van het maximumbedrag van deze vergoeding en de wijze van toekenning (PB 150 van 12.8.1966, blz. 2749/66).

Verordening nr. 7/66/Euratom, nr. 122/66/EEG van de Raad van 28 juli 1966 tot vaststelling van de lijst van de plaatsen waar een vervoervergoeding kan worden toegekend alsmede van het maximumbedrag van deze vergoeding en de wijze van toekenning (PB 150 van 12.8.1966, blz. 2751/66).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1).

XX 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven

XX 01 02 01   Extern personeel bij de instelling

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01 02 01

Extern personeel bij de instelling

XX 01 02 01 01

Arbeidscontractanten

5

64 723 037

66 403 026

59 178 908,20

XX 01 02 01 02

Uitzendkrachten en technisch-administratieve bijstand ter ondersteuning van verschillende activiteiten

5

24 294 530

24 660 000

30 514 509,44

XX 01 02 01 03

Tijdelijk bij de instelling gedetacheerde nationale ambtenaren

5

42 226 161

41 665 000

41 377 217,78

 

Post XX 01 02 01 — Totaal

 

131 243 728

132 728 026

131 070 635,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven, die op het grondgebied van de Unie worden gedaan:

de bezoldiging van arbeidscontractanten (in de zin van titel IV van de Regeling van toepassing op de andere personeelsleden van de Europese Unie), het stelsel van sociale verzekering voor arbeidscontractanten van de instelling zoals beschreven in titel IV, en de kosten van aanpassingscoëfficiënten die op de bezoldiging van dergelijke personeelsleden van toepassing zijn;

de bedragen die nodig zijn om arbeidscontractanten die personen met een handicap begeleiden, te vergoeden;

uitgaven voor uitzendkrachten, met name beambten en stenotypisten;

personeelsuitgaven in het kader van aannemingscontracten voor technische en administratieve bijstand en intellectueledienstprestaties, alsmede uitgaven voor gebouwen en materieel en huishoudelijke uitgaven ten behoeve van het betrokken personeel;

uitgaven voor detachering of tijdelijke tewerkstelling bij de diensten van de Commissie van ambtenaren uit de lidstaten en andere deskundigen of voor overleg van korte duur, met name ter voorbereiding van besluiten inzake harmonisatie op verschillende gebieden, alsmede voor uitwisselingen die het de lidstaten mogelijk moeten maken de EU/communautaire besluiten uniform toe te passen;

de kosten van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten uit de bijdragen van de lidstaten van de EVA in de algemene kosten van de Gemeenschap/Unie krachtens artikel 82 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten bij de desbetreffende begrotingsrubrieken, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement. Het bedrag van deze ontvangsten wordt geraamd op 241 332 EUR.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van de Zwitserse Bondsstaat aan uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt op basis van de beschikbare gegevens geraamd op 1 500 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

Richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep (PB L 303 van 2.12.2000, blz. 16).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Gedragscode ten aanzien van de aanwerving van mensen met een handicap, goedgekeurd door het Bureau van het Europees Parlement op 22 juni 2005.

XX 01 02 02   Extern personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01 02 02

Extern personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

XX 01 02 02 01

Salarissen van de andere personeelsleden

5

5 529 652

57 471 219

50 127 059,86

XX 01 02 02 02

Opleiding van jonge deskundigen en gedetacheerde nationale deskundigen

5

3 419 673

7 100 000

7 082 569,54

XX 01 02 02 03

Uitgaven in verband met andere personeelsleden en andere verrichte diensten

5

247 251

2 218 251

1 998 258,67

 

Post XX 01 02 02 — Totaal

 

9 196 576

66 789 470

59 207 888,07

Toelichting

Met betrekking tot de posten 19 01 02 02, 20 01 02 02, 21 01 02 02 en 22 01 02 02, betreffende extern personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie in derde landen en bij internationale organisaties, dient dit krediet ter dekking van:

de bezoldiging van de plaatselijke functionarissen en arbeidscontractanten en de ten laste van de werkgever komende sociale lasten en voorzieningen;

de werkgeversbijdragen in de aanvullende socialezekerheidsregeling welke van toepassing is op plaatselijke functionarissen;

de prestaties van de uitzend- en zelfstandige krachten.

Voor jonge deskundigen en gedetacheerde nationale deskundigen in opleiding in de delegaties van de Unie dient dit krediet ter dekking van:

de financiering of cofinanciering van de uitgaven voor de detachering van jonge deskundigen (academici) bij delegaties van de Unie;

de kosten van studiebijeenkomsten die voor jonge diplomaten uit de lidstaten en uit derde landen worden georganiseerd;

de uitgaven die verband houden met de detachering of de tijdelijke tewerkstelling van ambtenaren van de lidstaten bij delegaties van de Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 45 000 EUR.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

XX 01 02 11   Andere beheersuitgaven van de instelling

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01 02 11

Andere beheersuitgaven van de instelling

XX 01 02 11 01

Dienstreizen en representatie

5

60 964 817

63 850 798

65 427 499,03

Reserves (40 01 40)

 

 

937 200

 

 

 

60 964 817

64 787 998

65 427 499,03

XX 01 02 11 02

Conferenties en vergaderingen

5

30 057 332

33 549 000

30 015 977,47

Reserves (40 01 40)

 

 

51 000

 

 

 

30 057 332

33 600 000

30 015 977,47

XX 01 02 11 03

Vergaderingen van comités

5

13 362 900

17 989 500

12 815 408,81

Reserves (40 01 40)

 

 

10 500

 

 

 

13 362 900

18 000 000

12 815 408,81

XX 01 02 11 04

Studies en adviezen

5

9 368 175

9 754 000

10 247 160,21

Reserves (40 01 40)

 

 

246 000

 

 

 

9 368 175

10 000 000

10 247 160,21

XX 01 02 11 05

Ontwikkeling van informatie- en beheerssystemen

5

26 989 850

26 547 425

37 792 983,20

Reserves (40 01 40)

 

 

1 682 100

 

 

 

26 989 850

28 229 525

37 792 983,20

XX 01 02 11 06

Bijscholing en managementopleidingen

5

16 488 080

13 896 885

18 675 075,45

Reserves (40 01 40)

 

 

2 676 095

 

 

 

16 488 080

16 572 980

18 675 075,45

 

Post XX 01 02 11 — Totaal

 

157 231 154

165 587 608

174 974 104,17

Reserves (40 01 40)

 

 

5 602 895

 

 

 

157 231 154

171 190 503

174 974 104,17

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende gedecentraliseerde huishoudelijke uitgaven:

vervoerskosten, met inbegrip van de kosten die verband houden met het opstellen van plaatsbewijzen en reserveringen, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor het onder het Statuut vallende personeel van de Commissie, alsmede voor de nationale of internationale deskundigen of ambtenaren welke bij de diensten van de Commissie zijn gedetacheerd (terug te ontvangen bedragen van kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen van de Unie of voor rekening van derden, vormen bestemmingsontvangsten);

kosten in verband met representatieverplichtingen namens de Commissie in het belang van de dienst, die voor vergoeding in aanmerking komen (er bestaat geen representatieverplichting jegens ambtenaren of andere personeelsleden van de Commissie of van andere instellingen van de Europese Unie);

terugbetaling van reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van deskundigen die worden uitgenodigd om deel te nemen aan studiegroepen en werkgroepen, en de overige kosten van dergelijke vergaderingen, voor zover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur in de plaatsen van vestiging van de instellingen of in de externe vertegenwoordigingen (deskundigen worden vergoed op basis van de besluiten van de Commissie);

reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van deskundigen die zijn opgeroepen in het kader van de krachtens het Verdrag en verordeningen (Raad of Europees Parlement en Raad) opgerichte comités, en overige kosten van de vergaderingen, voor zover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur in de plaatsen van vestiging van de instellingen of in de externe bureaus (deskundigen worden vergoed op basis van de besluiten van de Commissie);

uitgaven voor verfrissingen en voor lichte maaltijden die soms tijdens interne vergaderingen worden verstrekt;

uitgaven voor door de Commissie georganiseerde conferenties, congressen en vergaderingen met het oog op de uitvoering van het beleid op de verschillende gebieden, evenals uitgaven voor een netwerk voor organen en instellingen op het gebied van financiële controle, inclusief een jaarlijkse bijeenkomst tussen deze organisaties en leden van de Commissie begrotingscontrole van het Europees Parlement, zoals gevraagd in paragraaf 88 van Resolutie 2006/809/EG, Euratom van het Europees Parlement van 27 april 2006 met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de algemene begroting van de Europese Unie over het begrotingsjaar 2004, Afdeling III — Commissie (PB L 340 van 6.12.2006, blz. 5);

uitgaven met betrekking tot de organisatie van conferenties, studiebijeenkomsten, opleidingscursussen en stages voor de ambtenaren van de lidstaten die de door de EU/communautaire fondsen gefinancierde acties of de inning van eigen middelen van de Gemeenschap beheren of controleren of meewerken aan het systeem van EU/communautaire statistieken, alsmede uitgaven voor de ambtenaren van de staten van Midden- en Oost-Europa die de in het kader van de EU/communautaire programma's gefinancierde acties beheren of controleren;

uitgaven in verband met de opleiding van ambtenaren uit derde landen, wanneer de uitoefening van hun beheers- of controlefunctie rechtstreeks verband houdt met de bescherming van de financiële belangen van de Unie;

uitgaven voor de deelneming door de Commissie aan conferenties, congressen en vergaderingen;

inschrijvingskosten voor conferenties, met uitsluiting van uitgaven voor vorming;

de kosten voor deelname aan beroepsorganisaties en wetenschappelijke organisaties;

uitgaven voor het verrichten van gespecialiseerde studies en het verstrekken van advies onder contract door hooggekwalificeerde deskundigen (natuurlijke of rechtspersonen) in gevallen waarin de Commissie niet over het nodige personeel beschikt om deze rechtstreeks uit te voeren;

uitgaven voor de aankoop van reeds verrichte studies of voor abonnementen bij gespecialiseerde onderzoeksinstituten;

uitgaven voor algemene opleiding met als doel om de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van de instelling te verbeteren:

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften aan en het ontwerp, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op opleiding;

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

de uitgaven voor het ontwerpen, de realisatie en de evaluatie van de door de diensten van de Commissie georganiseerde opleiding in de vorm van cursussen, seminars of conferenties (instructeurs, reis- en verblijfkosten en didactisch materiaal);

kosten voor deelneming aan externe opleiding en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

uitgaven in verband met de praktische organisatie van cursussen en uitgaven voor leslokalen, vervoer, maaltijden en het verblijf van deelnemers aan cursussen met verblijf;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende websites, aankoop van didactisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia;

de financiering van didactisch materiaal;

de volgende uitgaven in verband met de informatie- en beheerssystemen:

ontwikkeling en onderhoud onder contract van informatie- en beheerssystemen;

aanschaf en onderhoud van volledige (bedrijfsklare) administratieve informatie- en beheerssystemen (personeelsbeheer, begroting, financiën, boekhouding enz.);

studies, documentatie en opleiding in verband met deze systemen, alsmede het beheer van de werkzaamheden;

verwerving van kennis en deskundigheid op het gebied van de gegevensverwerking in alle diensten: kwaliteit, veiligheid, technologie, ontwikkelingsmethodologie, beheer van computersystemen enz.;

technische ondersteuning van deze systemen en uitvoering van de technische werkzaamheden die nodig zijn voor de goede functionering ervan.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten uit de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) in de algemene kosten van de Gemeenschap/Unie krachtens artikel 82 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten bij de desbetreffende begrotingsonderdelen, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement. Het bedrag van deze ontvangsten wordt geraamd op 1 151 000 EUR.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van de Zwitserse Bondsstaat aan EU/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt op basis van de beschikbare gegevens geraamd op 5 900 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

XX 01 02 12   Overige beheersuitgaven met betrekking tot personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01 02 12

Overige beheersuitgaven met betrekking tot personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

XX 01 02 12 01

Dienstreizen, conferenties en representatie

5

7 051 124

16 856 542

16 044 026,16

XX 01 02 12 02

Aanvullende opleiding voor het personeel van de delegaties

5

574 156

1 820 450

1 413 357,20

 

Post XX 01 02 12 — Totaal

 

7 625 280

18 676 992

17 457 383,36

Toelichting

Met betrekking tot de posten 19 01 02 12, 20 01 02 12, 21 01 02 12 en 22 01 02 12 betreffende personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie in derde landen en bij internationale organisaties, dient dit krediet ter dekking van:

diverse kosten en vergoedingen voor de overige personeelsleden, onder andere voor juridisch advies;

de uitgaven naar aanleiding van de aanwervingsprocedures voor ambtenaren, arbeidscontractanten en plaatselijke functionarissen, met name advertentiekosten, reis- en verblijfkosten, de ongevallenverzekering voor de opgeroepen kandidaten, de kosten die voortvloeien uit de organisatie van de gezamenlijke aanwervingsexamens, en de kosten voor het medische onderzoek bij indiensttreding;

kosten voor de aankoop, de vervanging, de aanpassing en het onderhoud van in de delegaties geplaatste apparatuur voor medische doeleinden;

de kosten van het jaarlijks medisch onderzoek van ambtenaren, arbeidscontractanten en plaatselijke functionarissen, onder andere van in het kader daarvan verrichte analyses en tests, uitgaven voor culturele activiteiten en initiatieven ter bevordering van sociale contacten;

de medische kosten van plaatselijke functionarissen met een arbeidsovereenkomst naar plaatselijk recht, dokters- en tandartskosten, en de kosten in verband met het aidsbeleid op de arbeidsplaats;

de vaste ambtsvergoeding voor ambtenaren die gezien de aard van de hun toevertrouwde taken regelmatig representatiekosten moeten maken, en de vergoeding van de kosten die de daartoe gemachtigde ambtenaren van de Commissie/Unie hebben moeten maken om aan de representatieverplichtingen namens de Commissie in het belang van de dienst en in het kader van hun werkzaamheden te voldoen (voor de delegaties van de Unie op het grondgebied van de Unie wordt een deel van de huisvestingskosten gedekt door de vaste ambtsvergoeding);

vervoerskosten, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor de ambtenaren en andere personeelsleden;

vervoerskosten en dagvergoedingen in verband met het vervoer van zieken;

uitgaven die het gevolg zijn van crisissituaties, inclusief de vergoedingen van reis- en verblijfkosten en dagvergoedingen.

uitgaven voor algemene en taalopleiding met als doel om de vaardigheden van het personeel en de prestaties van de instelling te verbeteren:

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften aan en het ontwerpen, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op opleiding;

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, planning, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

de uitgaven voor het ontwerpen, de realisatie en de evaluatie van de door de diensten van de Commissie of de EDEO georganiseerde opleiding in de vorm van cursussen, seminars of conferenties (instructeurs, reis- en verblijfkosten en didactisch materiaal);

de uitgaven voor de praktische en logistieke aspecten van het organiseren van cursussen, waaronder de uitgaven voor leslokalen, vervoer en de huur van uitrusting voor opleiding en plaatselijke en regionale seminars alsook voor diverse verwante kosten als verfrissingen en maaltijden;

de kosten in verband met het deelnemen aan conferenties en colloquia, en inschrijvingskosten voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke organisaties;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende internetsites, aankoop van pedagogisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 14 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

XX 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten, alsook gebouwen van de delegaties van de Europese Unie

XX 01 03 01   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten van de Commissie

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01 03 01

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten van de Commissie

XX 01 03 01 03

Materieel en meubilair

5

78 094 402

80 098 622

88 109 997,05

XX 01 03 01 04

Diensten en andere exploitatiekosten

5

52 897 887

53 236 370

53 369 403,40

 

Post XX 01 03 01 — Totaal

 

130 992 289

133 334 992

141 479 400,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

kosten voor aankoop, huur, onderhoud en herstelling van meubilair, met name

uitgaven voor de aankoop van kantoormeubilair en speciaal meubilair, met inbegrip van ergonomisch meubilair, rekken voor de archieven enz.;

de vervanging van verouderd en afgedankt meubilair;

de uitrusting met speciaal materieel van bibliotheken (kaartsystemen, rekken, cataloguskasten enz.);

de huur van meubilair;

kosten voor onderhoud en herstelling van het meubilair (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven voor werkuitrusting, met name:

aanschaf van uniformen voor bodes en chauffeurs;

aanschaf en reiniging van werkkleding voor het personeel van de werkplaatsen en voor het personeel dat werkzaamheden moet verrichten waarbij bescherming nodig is tegen slechte weersomstandigheden en koude, abnormale slijtage en bevuiling;

aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG;

aankoop van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden, producten voor de reprografische diensten, en kosten van uitbesteding van drukwerk;

andere huishoudelijke uitgaven, zoals:

uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van de telefooncentrales en de lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en de uitgaven voor de daarmee samenhangende diensten (ondersteuning, documentatie, installatie, verhuizing);

aankoop, huur of leasing van computers, terminals, microcomputers, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, alsmede de voor hun werking benodigde programmatuur;

aankoop, huur of leasing van apparatuur voor de weergave van de informatie op papier, zoals printers, faxtoestellen, fotokopieerapparaten, scanners en microkopieerapparaten;

aankoop, huur of leasing van schrijfmachines, tekstverwerkers en alle in kantoren gebruikte elektronische apparatuur;

installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

de financiering van de ontwikkeling en de exploitatie van de website Europa op het internet: Europa is de gemeenschappelijke server van alle Europese instellingen waarmee elke Europese burger, waar hij of zij ook woont, zich volledig online kan informeren over de doelstellingen van de Europese Unie, de opbouw van haar instellingen en haar huidige en toekomstige beleid. Het doel is ook een brievenbus te creëren die de burgers de mogelijkheid biedt in contact te treden met de diverse instellingen van de Europese Unie. De betrokken diensten leggen te zijner tijd het Europees Parlement een verslag voor over de activiteit van de Europa-site, met inbegrip van de interinstitutionele informatie en de ontwikkeling van een brievenbus, alsmede de ondersteuning die deze biedt voor de parlementsleden in hun contact met het grote publiek (feitelijke informatie);

de kosten voor de verwezenlijking en ontwikkeling van de website van de Commissie (IntraComm) en voor de uitgave van het weekblad „Commission en direct”;

de uitgaven voor abonnementen op en het gebruik van externe elektronische informatie- en gegevensbanken en de verwerving van elektronische informatiedragers (cd-roms enz.);

de uitgaven in verband met de voor het gebruik van deze informatie benodigde opleiding en ondersteuning;

abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, telegraaf, telex, televisie, teleconferentie, videoconferentie), alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica enz., en de aankoop van abonneelijsten;

kosten van telefoongesprekken en computerverbindingen tussen de verschillende gebouwen en voor de internationale telecommunicatie tussen de verschillende EU-vestigingen;

kosten van technische en logistieke ondersteuning, opleiding en andere activiteiten van algemeen belang met betrekking tot computerapparatuur en -programmatuur, opleiding op het gebied van de informatica van algemeen belang, abonnementen voor de technische documentatie op papier of op elektronische drager enz., extern personeel, servicebureaus, abonnementen bij internationale organisaties enz., veiligheidsstudies en kwaliteitsbewaking op het gebied van computerapparatuur en programmatuur;

de uitgaven betreffende het Rekencentrum:

aankoop, huur of leasing van computers, randapparatuur en programmatuur van het Rekencentrum, alsmede helpdesks;

onderhoud, ondersteuning, studies, documentatie, opleiding en benodigdheden voor deze apparatuur, alsmede extern personeel belast met exploitatiewerkzaamheden;

het onder contract ontwikkelen en onderhouden van de voor de werking van het Rekencentrum benodigde programmatuur.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Hierbij zij opgemerkt dat dit krediet dient ter dekking van de uitgaven binnen de Unie, met uitzondering van de bureaus in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van de Zwitserse Bondsstaat aan uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 17 228 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

XX 01 03 02   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven met betrekking tot personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

XX 01 03 02

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven met betrekking tot personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie

XX 01 03 02 01

Aankoop, huur en daarmee samenhangende uitgaven

5

43 837 830

113 222 481

123 808 745,40

XX 01 03 02 02

Materieel, meubilair, leveringen en diensten

5

10 507 175

33 988 491

32 355 726,32

 

Post XX 01 03 02 — Totaal

 

54 345 005

147 210 972

156 164 471,72

Toelichting

Met betrekking tot de posten 19 01 03 02, 20 01 03 02, 21 01 03 02 en 22 01 03 02, betreffende personeel van de Commissie in de delegaties van de Unie in derde landen en bij internationale organisaties, dient dit krediet ter dekking van:

tijdelijke ontheemdingstoelagen en dagvergoedingen;

huur en lasten van gebouwen van de delegaties van de Unie buiten de Unie:

voor alle gebouwen of gedeelten van gebouwen die worden gebruikt voor de bureaus van de delegaties van de Unie of door ambtenaren met standplaats buiten de Unie: huur (met inbegrip van tijdelijke huisvesting) en fiscale lasten, verzekeringspremies, uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden en grote reparaties, lopende uitgaven inzake de beveiliging van personen en goederen (lettercombinaties, safes, hekwerken enz.);

voor alle gebouwen of gedeelten van gebouwen die worden gebruikt voor de bureaus van de delegaties van de Unie en de ambtswoningen van de gedelegeerden: de kosten van water, gas, elektriciteit en verwarming, voor onderhoud en reparatie, van interne verhuizing, inrichting en verhuizingen en de andere lopende uitgaven (met name straatbelasting, vuilnisophaaldienst, bewegwijzering enz.);

huur en lasten van gebouwen voor de delegaties van de Unie op het grondgebied van de Unie:

voor alle gebouwen of gedeelten van gebouwen die worden gebruikt voor de bureaus van de delegaties van de Unie: huur, kosten van water, gas, elektriciteit en verwarming, verzekeringspremies, kosten van onderhoud en reparatie, de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden en grote reparaties, de uitgaven voor beveiliging, met name bewakingscontracten, huur en vervanging van brandblussers, aankoop en onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, vervanging van de uitrusting van ambtenaren die bij de vrijwillige brandweer aangesloten zijn, kosten van wettelijke controles enz.;

voor gebouwen of gedeelten van gebouwen die door ambtenaren worden bewoond: de vergoeding van uitgaven voor woningbeveiliging;

de aankoop van bouwgronden en gebouwen (aankoop of huurkoop) en de bouw van kantoor- of woongebouwen, met inbegrip van de kosten van voorbereidende studies en diverse honoraria;

aankoop, huur, leasing, onderhoud en reparatie van meubilair en uitrusting, met name audiovisuele apparatuur, uitrusting voor archieven, reprografische diensten, bibliotheken en tolkendiensten, en gespecialiseerde kantooruitrusting (fotokopieerapparaten, aflees- en reproductieapparaten, faxtoestellen enz.), alsmede de aanschaf van documentatie en benodigdheden in verband met genoemde uitrusting;

aanschaf, onderhoud en reparatie van technisch materieel zoals generatoren en airconditioningapparatuur, en de kosten voor de installatie en de uitrusting van het bij de delegaties geplaatste materieel voor sociale doeleinden;

aankoop, vervanging, huur, leasing, onderhoud en reparatie van vervoermaterieel, met inbegrip van de uitrusting daarvan;

de verzekeringspremies voor de voertuigen;

de aankoop van boeken, documenten en andere niet-periodieke publicaties inclusief bijwerkingen daarvan, alsmede de kosten voor abonnementen op dagbladen, tijdschriften en diverse publicaties en voor het inbinden en conserveren van periodieke boekwerken;

abonnementen op persbureaus;

aankoop van papier, enveloppen, kantoorbehoeften en benodigdheden voor de reprografische diensten, en uitbesteding van drukwerk;

kosten van vervoer en inklaring van materieel, aankoop en reiniging van uniformen voor bodes, chauffeurs enz., diverse verzekeringen (met name burgerrechtelijke aansprakelijkheid, diefstal enz.), kosten in verband met interne vergaderingen (verfrissingen, maaltijden die bij bijzondere gelegenheden worden verstrekt);

kosten van studies, enquêtes en raadplegingen in het kader van de administratieve werking van de delegaties van de Unie, alsmede van alle andere huishoudelijke uitgaven waarin niet in het bijzonder is voorzien in de andere posten van dit artikel;

frankeringskosten voor correspondentie, verslagen en publicaties evenals de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, over de weg, per boot of per spoor;

kosten van de diplomatieke koerier;

meubilair en uitrusting voor de ter beschikking van de ambtenaren gestelde woningen;

aankoop, huur of leasing van informatica-apparatuur, met name computers, terminals, microcomputers, randapparatuur en aansluitingsapparatuur, en van de voor de functionering daarvan benodigde programmatuur;

de aan derden toevertrouwde werkzaamheden, met name in verband met de ontwikkeling, het onderhoud en de ondersteuning van de computersystemen in de delegaties van de Unie;

aankoop, huur of huurkoop van apparatuur voor de weergave van informatie op papier, zoals printers en scanners;

aankoop, huur of huurkoop van telefooncentrales en -verdeelsystemen, van apparatuur voor gegevenstransmissie en van de voor de functionering daarvan benodigde programmatuur;

abonnementskosten, kosten van gesprekken via kabel of radioverbinding (telefoon, telegraaf, telex, fax), kosten van netwerken voor gegevenstransmissie en van telematicadiensten enz. alsmede kosten van de aankoop van abonneelijsten;

installatie, configuratie, onderhoud, ondersteuning, bijstand, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

verrichtingen inzake actieve veiligheid in de delegaties in noodgevallen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 380 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

XX 01 05   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor onderzoek onder contract

XX 01 05 01   Salarissen, toelagen en vergoedingen voor personeel in actieve dienst voor onderzoek onder contract

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

192 900 000

193 325 000

189 986 749,00

Toelichting

De onderstaande opmerkingen gelden voor alle beleidsterreinen (Ondernemingen en industrie, Mobiliteit en vervoer, Onderzoek, Informatiemaatschappij en media, Onderwijs en cultuur, Energie) die betrokken zijn bij werkzaamheden onder contract voor het zevende kaderprogramma voor onderzoek.

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor onder het Statuut vallend personeel op posten die deel uitmaken van de goedgekeurde personeelsformaties die betrokken zijn bij werkzaamheden onder contract in het kader van de nucleaire en niet-nucleaire programma’s, met inbegrip van personeel werkzaam in de delegaties van de Unie.

De verdeling van de kredieten voor de personeelsuitgaven ziet er als volgt uit:

Programma

Kredieten

Nucleair kaderprogramma

24 250 000

Niet-nucleair kaderprogramma

168 650 000

Totaal

192 900 000

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 21).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 30).

Beschikking 2006/972/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Ideeën” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 243; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 81).

Beschikking 2006/973/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Mensen” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 271; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 91).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 300; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 101).

Beschikking 2006/976/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 405; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 139).

XX 01 05 02   Extern personeel voor onderzoek onder contract

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

48 557 000

54 099 000

47 958 847,11

Toelichting

De onderstaande opmerkingen gelden voor alle beleidsterreinen (Ondernemingen en industrie, Mobiliteit en vervoer, Onderzoek, Informatiemaatschappij en media, Onderwijs en cultuur, Energie) die betrokken zijn bij werkzaamheden onder contract voor het zevende kaderprogramma voor onderzoek.

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor extern personeel voor al het beheer van onderzoek in de vorm van werkzaamheden onder contract in het kader van de nucleaire en niet-nucleaire programma’s, met inbegrip van extern personeel werkzaam in de delegaties van de Unie.

De verdeling van de kredieten voor de personeelsuitgaven ziet er als volgt uit:

Programma

Kredieten

Nucleair kaderprogramma

1 495 000

Niet-nucleair kaderprogramma

47 062 000

Totaal

48 557 000

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 21).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 30).

Beschikking 2006/972/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Ideeën” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 243; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 81).

Beschikking 2006/973/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Mensen” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 271; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 91).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 300; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 101).

Beschikking 2006/976/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 405; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 139).

XX 01 05 03   Andere beheersuitgaven voor onderzoek onder contract

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

87 718 000

66 044 000

88 707 583,51

Toelichting

De onderstaande opmerkingen gelden voor alle beleidsterreinen (Ondernemingen en industrie, Mobiliteit en vervoer, Onderzoek, Informatiemaatschappij en media, Onderwijs en cultuur, Energie) die betrokken zijn bij werkzaamheden onder contract voor het zevende kaderprogramma voor onderzoek.

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor andere administratieve uitgaven voor al het beheer van onderzoek in de vorm van werkzaamheden onder contract in het kader van de nucleaire en niet-nucleaire programma’s, met inbegrip van andere administratieve uitgaven door personeel werkzaam in de delegaties van de Unie.

De verdeling van de kredieten voor de personeelsuitgaven ziet er als volgt uit:

Programma

Kredieten

Nucleair kaderprogramma

11 149 000

Niet-nucleair kaderprogramma

76 569 000

Totaal

87 718 000

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 21).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 30).

Beschikking 2006/972/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Ideeën” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 243; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 81).

Beschikking 2006/973/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Mensen” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 271; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 91).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 300; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 101).

Beschikking 2006/976/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 405; gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 139).

TITEL 01

ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

01 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN”

66 574 059

66 574 059

64 232 528

64 232 528

63 218 820,47

63 218 820,47

Reserves (40 01 40)

40 929

40 929

142 485

142 485

 

 

 

66 614 988

66 614 988

64 375 013

64 375 013

63 218 820,47

63 218 820,47

01 02

ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE

14 500 000

14 713 074

16 000 000

16 000 000

12 909 736,35

13 464 399,75

01 03

INTERNATIONALE ECONOMISCHE EN FINANCIËLE KWESTIES

139 329 137

92 654 634

98 985 000

90 000 000

81 452 478,—

16 572 110,—

01 04

FINANCIËLE VERRICHTINGEN EN INSTRUMENTEN

303 880 000

167 445 370

269 310 000

235 255 000

282 110 357,74

234 957 457,62

 

Titel 01 — Totaal

524 283 196

341 387 137

448 527 528

405 487 528

439 691 392,56

328 212 787,84

Reserves (40 01 40)

40 929

40 929

142 485

142 485

 

 

 

524 324 125

341 428 066

448 670 013

405 630 013

439 691 392,56

328 212 787,84

HOOFDSTUK 01 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

01 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN”

01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

5

53 851 820

50 765 617

49 361 371,36

Reserves (40 01 40)

 

40 929

142 485

 

 

 

53 892 749

50 908 102

49 361 371,36

01 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

01 01 02 01

Extern personeel

5

3 706 415

3 769 719

4 063 839,57

01 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

4 260 715

5 359 786

5 108 560,07

 

Artikel 01 01 02 — Subtotaal

 

7 967 130

9 129 505

9 172 399,64

01 01 03

Uitgaven in verband met uitrusting, meubilair en diensten en andere werkingsuitgaven voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

01 01 03 01

Uitgaven in verband met uitrusting, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

5

3 902 109

3 712 406

3 875 059,12

01 01 03 04

Andere werkingsuitgaven

5

853 000

625 000

809 990,35

 

Artikel 01 01 03 — Subtotaal

 

4 755 109

4 337 406

4 685 049,47

 

Hoofdstuk 01 01 — Totaal

 

66 574 059

64 232 528

63 218 820,47

Reserves (40 01 40)

 

40 929

142 485

 

 

 

66 614 988

64 375 013

63 218 820,47

01 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

01 01 01

53 851 820

50 765 617

49 361 371,36

Reserves (40 01 40)

40 929

142 485

 

Totaal

53 892 749

50 908 102

49 361 371,36

01 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

01 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 706 415

3 769 719

4 063 839,57

01 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 260 715

5 359 786

5 108 560,07

01 01 03   Uitgaven in verband met uitrusting, meubilair en diensten en andere werkingsuitgaven voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

01 01 03 01   Uitgaven in verband met uitrusting, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Economische en financiële zaken”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 902 109

3 712 406

3 875 059,12

01 01 03 04   Andere werkingsuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

853 000

625 000

809 990,35

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van de telefooncentrales en de lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en de uitgaven voor de daarmee samenhangende diensten (ondersteuning, documentatie, installatie, verhuizing);

aankoop, huur of leasing, installatie en onderhoud van elektronische kantoorapparatuur, computers, terminals, microcomputers, randapparatuur en aansluitingsapparatuur alsmede van de benodigde software;

uitgaven voor abonnementen op en het gebruik van externe elektronische informatie- en gegevensbanken en de verwerving van elektronische informatiedragers (cd-roms, enz.);

uitgaven in verband met de voor het gebruik van deze informatie benodigde opleiding en ondersteuning;

abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, telegraaf, telex, televisie, teleconferentie, videoconferentie) alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica, enz., en de aankoop van abonneelijsten;

kosten voor verbinding met telecommunicatienetwerken zoals SWIFT (interbancair) en CoreNet (beveiligd netwerk dat door de ECB is opgezet) en aanverwante infrastructuur en diensten, alsmede de kosten voor de aansluiting bij ratingbureaus;

installatie, configuratie, onderhoud, studies, beoordelingen, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 01 02 —   ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

01 02

ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE

01 02 02

Coördinatie van en toezicht op de Economische en Monetaire Unie

5

9 000 000

9 000 000

8 500 000

8 500 000

7 008 417,20

6 743 146,18

01 02 04

Prince — Voorlichting over de Economische en Monetaire Unie, met inbegrip van de euro

1.1

5 500 000

5 713 074

7 500 000

7 500 000

5 901 319,15

6 721 253,57

 

Hoofdstuk 01 02 — Totaal

 

14 500 000

14 713 074

16 000 000

16 000 000

12 909 736,35

13 464 399,75

01 02 02   Coördinatie van en toezicht op de Economische en Monetaire Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 000 000

9 000 000

8 500 000

8 500 000

7 008 417,20

6 743 146,18

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitvoering of voortzetting van enquêtes in de lidstaten en voor de invoering ervan in de kandidaat-lidstaten. Daarbij gaat het om de volgende enquêtes:

op grond van besluiten van de Commissie van 15 november 1961:

maandelijkse conjunctuurenquête bij het bedrijfsleven in de Gemeenschap (sedert 1962);

conjunctuurenquête in de bouwsector (sedert 1963);

conjunctuurenquête inzake de investeringen (sedert 1966);

conjunctuurenquête in de detailhandel;

conjunctuurenquête in de dienstensector;

enquête ad hoc over actuele onderwerpen;

op grond van het besluit van de Raad van 15 september 1970:

conjunctuurenquête van de Europese Economische Gemeenschap onder de consumenten (sedert 1972).

Dit krediet dient ook ter dekking van de kosten van studies, workshops, conferenties, analyses, evaluaties, publicaties, technische bijstand, de aankoop en het onderhoud van databases en software en de medefinanciering en ondersteuning van maatregelen in verband met:

het toezicht op de economie, de analyse van gecombineerde maatregelen en de coördinatie van het economische beleid;

de externe aspecten van de Economische en Monetaire Unie (EMU);

de macro-economische ontwikkelingen in de eurozone;

het toezicht op de structurele hervormingen en de verbetering van de functionering van de markten in de EMU;

de coördinatie met de Europese financiële instellingen en de analyse en ontwikkeling van de financiële markten;

de samenwerking met de economische actoren en besluitvormers op de bovengenoemde gebieden;

de uitbreiding van de EMU.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 000 EUR.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak als bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

01 02 04   Prince — Voorlichting over de Economische en Monetaire Unie, met inbegrip van de euro

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 500 000

5 713 074

7 500 000

7 500 000

5 901 319,15

6 721 253,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van prioritaire voorlichtingsacties met betrekking tot de uniale beleidsterreinen betreffende alle aspecten van de regels en de werking van de EMU en de voordelen van nauwere beleidscoördinatie en structurele hervormingen, alsmede ter dekking van de bij burgers, lagere overheden en ondernemingen bestaande behoefte aan informatie over de euro.

Deze actie wordt gezien als een efficiënt instrument voor communicatie en dialoog tussen de burgers van de Europese Unie en de instellingen van de Unie. In deze actie wordt rekening gehouden met de specifieke nationale en regionale kenmerken, in nauwe samenwerking met de autoriteiten van de lidstaten. Er wordt bijzondere nadruk gelegd op de voorbereiding van de burgers in de nieuwe lidstaten op de invoering van de euro.

De actie omvat:

partnerschapsovereenkomsten met de lidstaten die communicatiecampagnes over de euro of over de Economische en Monetaire Unie (EMU) willen opzetten;

nauwe samenwerking met en netwerkvorming tussen alle lidstaten in het kader van het netwerk van voorlichtingsverantwoordelijken voor EMU-aangelegenheden;

de ontwikkeling van communicatieactiviteiten op centraal niveau (brochures, folders, nieuwsbrieven, ontwerp, ontwikkeling en onderhoud van websites, tentoonstellingen, standen, conferenties, seminars, audiovisuele producten, opiniepeilingen, onderzoeken, studies, promotiemateriaal, jumelageprogramma's enz.);

voorlichtingsinitiatieven in derde landen om met name te wijzen op de internationale rol van de euro en op het belang van financiële integratie.

Bij de uitvoering van deze begrotingslijn moet de Commissie rekening houden met de resultaten van de vergaderingen van de Interinstitutionele Groep voorlichting (IGV).

De Commissie heeft haar voorlichtingsstrategie uiteengezet in een mededeling over de uitvoering van een voorlichtings- en communicatiestrategie over de euro en de Economische en Monetaire Unie — COM(2004) 552 definitief) aangenomen door het College op 11 augustus 2004. De voorlichtingsstrategie wordt in nauwe samenwerking met de lidstaten en het Europees Parlement uitgevoerd.

De Commissie brengt periodiek verslag uit aan de desbetreffende commissie van het Europees Parlement over de uitvoering van het programma en over de planning voor het volgende jaar.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak als bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 01 03 —   INTERNATIONALE ECONOMISCHE EN FINANCIËLE KWESTIES

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

01 03

INTERNATIONALE ECONOMISCHE EN FINANCIËLE KWESTIES

01 03 01

Deelneming in het kapitaal van internationale financiële instellingen

01 03 01 01

Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling — Terbeschikkingstelling van de te storten bedragen van het geplaatste kapitaal

4

34 460 570

4 101 987

0,—

1 012 500,—

01 03 01 02

Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling — Opvraagbaar gedeelte van het geplaatste kapitaal

4

p.m.

p.m.

 

 

 

 

 

Artikel 01 03 01 — Subtotaal

 

34 460 570

4 101 987

0,—

1 012 500,—

01 03 02

Macro-economische bijstand

4

104 868 567

88 552 647

98 985 000

90 000 000

81 452 478,—

15 559 610,—

 

Hoofdstuk 01 03 — Totaal

 

139 329 137

92 654 634

98 985 000

90 000 000

81 452 478,—

16 572 110,—

01 03 01   Deelneming in het kapitaal van internationale financiële instellingen

01 03 01 01   Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling — Terbeschikkingstelling van de te storten bedragen van het geplaatste kapitaal

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

34 460 570

4 101 987

0,—

1 012 500,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het kapitaal dat de Unie bij de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO) heeft geplaatst.

Rechtsgronden

Besluit 90/674/EEG van de Raad van 19 november 1990 betreffende de sluiting van de overeenkomst tot oprichting van een Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (PB L 372 van 31.12.1990, blz. 1).

Besluit 97/135/EG van de Raad van 17 februari 1997 inzake inschrijving door de Europese Gemeenschap op nieuwe aandelen die worden uitgegeven ingevolge het besluit om het kapitaal van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling te verdubbelen (PB L 52 van 22.2.1997, blz. 15).

01 03 01 02   Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling — Opvraagbaar gedeelte van het geplaatste kapitaal

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van het kapitaal dat de Unie bij de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO) heeft geplaatst.

Het eigen kapitaal van de EBWO bedraagt thans 20 000 000 000 EUR, waarbij in totaal 600 000 000 EUR van het aandelenkapitaal (3 %) is geplaatst door de Unie. Van dit geplaatste aandelenkapitaal is 157 500 000 EUR volstort, hetgeen betekent dat er nog een opvraagbaar gedeelte van 442 500 000 EUR rest.

Rechtsgronden

Besluit 90/674/EEG van de Raad van 19 november 1990 betreffende de sluiting van de overeenkomst tot oprichting van een Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (PB L 372 van 31.12.1990, blz. 1).

Besluit 97/135/EG van de Raad van 17 februari 1997 inzake inschrijving door de Europese Gemeenschap op nieuwe aandelen die worden uitgegeven ingevolge het besluit om het kapitaal van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling te verdubbelen (PB L 52 van 22.2.1997, blz. 15).

01 03 02   Macro-economische bijstand

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

104 868 567

88 552 647

98 985 000

90 000 000

81 452 478,00

15 559 610,00

Toelichting

Deze uitzonderlijke bijstand is gericht op verlichting van de financiële problemen van bepaalde derde landen die te kampen hebben met macro-economische problemen, namelijk tekorten op de betalingsbalans en/of ernstige budgettaire onevenwichtigheden.

De bijstand houdt direct verband met de uitvoering door de begunstigde landen van maatregelen voor macro-economische stabilisering en structurele aanpassing. De maatregelen van de Unie vormen in het algemeen een aanvulling op die van het Internationaal Monetair Fonds, waarbij coördinatie met andere bilaterale donoren plaatsvindt.

De Commissie brengt de begrotingsautoriteit tweemaal per jaar op de hoogte van de macro-economische situatie in de begunstigde landen en brengt eenmaal per jaar uitvoerig verslag uit van deze bijstandsverlening.

De kredieten van dit artikel dienen eveneens ter dekking van financiële steun voor de wederopbouw van de gebieden in Georgië die getroffen zijn door het conflict met Rusland. De acties moeten hoofdzakelijk tot doel hebben de macro-economische situatie in het land te stabiliseren. Het totale financiële pakket van de steun werd vastgesteld op een internationale donorconferentie in 2008.

Rechtsgronden

Besluit 2006/880/EG van de Raad van 30 november 2006 tot toekenning van uitzonderlijke financiële bijstand aan Kosovo (PB L 339 van 6.12.2006, blz. 36).

Besluit 2007/860/EG van de Raad van 10 december 2007 tot toekenning van communautaire macrofinanciële bijstand aan Libanon (PB L 337 van 21.12.2007, blz. 111).

Besluit 2009/889/EG van de Raad van 30 november 2009 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Georgië (PB L 320 van 5.12.2009, blz. 1).

Besluit 2009/890/EG van de Raad van 30 november 2009 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Armenië (PB L 320 van 5.12.2009, blz. 3).

HOOFDSTUK 01 04 —   FINANCIËLE VERRICHTINGEN EN INSTRUMENTEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

01 04

FINANCIËLE VERRICHTINGEN EN INSTRUMENTEN

01 04 01

Garanties van de Europese Unie voor door de Unie en Euratom opgenomen leningen en voor EIB-leningen

01 04 01 01

Garantie van de Europese Unie voor door de Unie opgenomen leningen ter ondersteuning van de betalingsbalansen

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

01 04 01 02

Garantie voor door Euratom opgenomen leningen

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

01 04 01 03

Garantie van de Europese Unie voor door de Unie opgenomen leningen voor financiële bijstand in het kader van het Europees financieel stabilisatiemechanisme

1.1

p.m.

p.m.

 

 

 

 

01 04 01 04

Garantie van de Europese Unie voor door de Unie opgenomen leningen voor macrofinanciële bijstand aan derde landen

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

01 04 01 05

Garantie voor de door Euratom opgenomen leningen voor de verbetering van de efficiëntie en de veiligheid van kerncentrales in de landen van Midden- en Oost-Europa, alsmede in het Gemenebest van onafhankelijke staten

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

01 04 01 06

Garantie van de Europese Unie voor door de Europese Investeringsbank aan derde landen verstrekte leningen

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

01 04 01 14

Voorziening van het Garantiefonds

4

138 880 000

138 880 000

93 810 000

93 810 000

92 306 780,—

92 306 780,—

 

Artikel 01 04 01 — Subtotaal

 

138 880 000

138 880 000

93 810 000

93 810 000

92 306 780,—

92 306 780,—

01 04 04

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

1.1

165 000 000

28 565 370

161 000 000

91 900 000

163 625 314,06

55 283 131,37

01 04 05

Afronding van het programma voor ondernemingen: verbetering van het financiële klimaat voor het midden- en kleinbedrijf (mkb)

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

35 000 000

0,—

61 188 800,—

01 04 06

Afronding van het initiatief „Werkgelegenheid” (1998-2000)

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

45 000

0,—

0,—

01 04 07

Deelnemingen in risicokapitaalfondsen voor de trans-Europese netwerken

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

01 04 09

Europees Investeringsfonds

01 04 09 01

Europees Investeringsfonds — Terbeschikkingstelling van de volstorte bedragen van het geplaatste kapitaal

1.1

14 500 000

14 500 000

26 178 263,68

26 178 746,25

01 04 09 02

Europees Investeringsfonds — Opvraagbaar gedeelte van het geplaatste kapitaal

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 01 04 09 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

14 500 000

14 500 000

26 178 263,68

26 178 746,25

01 04 10

Nucleaire veiligheid

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 01 04 — Totaal

 

303 880 000

167 445 370

269 310 000

235 255 000

282 110 357,74

234 957 457,62

01 04 01   Garanties van de Europese Unie voor door de Unie en Euratom opgenomen leningen en voor EIB-leningen

01 04 01 01   Garantie van de Europese Unie voor door de Unie opgenomen leningen ter ondersteuning van de betalingsbalansen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De garantie van de Unie betreft leningen betrokken op de kapitaalmarkten of van financiële instellingen. Het bedrag in hoofdsom dat in leningen aan de lidstaten kan worden toegekend is beperkt tot 50 000 000 000 EUR.

Deze post dient voor de opname in de begroting van de door de Unie verstrekte garantie. Aldus kan de Commissie de schuldendienst betalen wanneer debiteuren in gebreke blijven.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie de schuldendienst tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen bekostigen. In dat geval is artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1) van toepassing.

In een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de door de algemene begroting gegarandeerde, opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 332/2002 van de Raad van 18 februari 2002 houdende instelling van een mechanisme voor financiële ondersteuning op middellange termijn van de betalingsbalansen van de lidstaten (PB L 53 van 23.2.2002, blz. 1).

Beschikking 2009/102/EG van de Raad van 4 november 2008 tot verlening van financiële middellangetermijnbijstand van de Gemeenschap aan Hongarije(PB L 37 van 6.2.2009, blz. 5).

Beschikking 2009/290/EG van de Raad van 20 januari 2009 tot verlening van financiële middellangetermijnbijstand van de Gemeenschap aan Letland (PB L 79 van 25.3.2009, blz. 39).

Beschikking 2009/459/EG van de Raad van 6 mei 2009 tot verlening van financiële middellangetermijnbijstand van de Gemeenschap aan Roemenië (PB L 150 van 13.6.2009, blz. 8).

01 04 01 02   Garantie voor door Euratom opgenomen leningen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Er werd machtiging verleend tot het opnemen van leningen tot een maximumbedrag van 4 000 000 000 EUR, waarvan 500 000 000 EUR bij Besluit 77/270/Euratom, 500 000 000 EUR bij Besluit 80/29/Euratom, 1 000 000 000 EUR bij Besluit 82/170/Euratom, 1 000 000 000 EUR bij Besluit 85/537/Euratom en 1 000 000 000 EUR bij Besluit 90/212/Euratom.

Deze post dient voor de opname in de begroting van de door de Unie verstrekte garantie. Aldus kan de Commissie de schuldendienst betalen wanneer debiteuren in gebreke blijven.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie de schuldendienst tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen bekostigen. In dat geval is artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1) van toepassing.

In een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de door de algemene begroting gegarandeerde, opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Besluit 77/270/Euratom van de Raad van 29 maart 1977 waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 88 van 6.4.1977, blz. 9).

Besluit 77/271/Euratom van de Raad van 29 maart 1977 houdende toepassing van Besluit 77/270/Euratom waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 88 van 6.4.1977, blz. 11).

Besluit 80/29/Euratom van de Raad van 20 december 1979 tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom houdende toepassing van Besluit 77/270/Euratom waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 12 van 17.1.1980, blz. 28).

Besluit 82/170/Euratom van de Raad van 15 maart 1982 tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom met betrekking tot het totaalbedrag van Euratom-leningen tot het aangaan waarvan de Commissie is gemachtigd teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 78 van 24.3.1982, blz. 21).

Besluit 85/537/Euratom van de Raad van 5 december 1985 tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom met betrekking tot het totaalbedrag van Euratom-leningen die de Commissie mag aangaan teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 334 van 12.12.1985, blz. 23).

Besluit 90/212/Euratom van de Raad van 23 april 1990 tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom houdende toepassing van Besluit 77/270/Euratom waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 112 van 3.5.1990, blz. 26).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een besluit van de Raad tot wijziging van Besluit 77/270/Euratom waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB C 45 E van 25.2.2003, blz. 194), door de Commissie ingediend op 6 november 2002.

Voorstel voor een besluit van de Raad tot wijziging van Besluit 77/271/Euratom houdende toepassing van Besluit 77/270/Euratom waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB C 45 E van 25.2.2003, blz. 201), door de Commissie ingediend op 6 november 2002.

01 04 01 03   Garantie van de Europese Unie voor door de Unie opgenomen leningen voor financiële bijstand in het kader van het Europees financieel stabilisatiemechanisme

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Artikel 122, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voorziet in de mogelijkheid financiële bijstand van de Unie aan een lidstaat te verstrekken in geval van moeilijkheden of ernstige dreiging van grote moeilijkheden die worden veroorzaakt door buitengewone gebeurtenissen die deze lidstaat niet kan beheersen.

De door de Unie verstrekte garantie betreft leningen betrokken op de kapitaalmarkten of van financiële instellingen.

Overeenkomstig artikel 2, lid 2, van Verordening (EU) nr. 407/2010 van de Raad van 11 mei 2010 wordt het uitstaande bedrag van de leningen of kredietlijnen die in het kader van dit stabilisatiemechanisme aan lidstaten worden verstrekt, beperkt tot de voor de betalingskredieten beschikbare marge onder het plafond van de eigen middelen.

Deze post dient voor de opname in de begroting van de door de Unie verstrekte garantie. Aldus kan de Commissie de schulden aflossen wanneer debiteuren in gebreke blijven.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie de aflossing van de schulden tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen bekostigen. Artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2000/597/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), is van toepassing.

In een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de door de algemene begroting gegarandeerde, opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 407/2010 van de Raad van 11 mei 2010 houdende instelling van een Europees financieel stabilisatiemechanisme (PB L 118 van 12.5.2010, blz. 1).

Referentiebesluiten

Artikel 122, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

01 04 01 04   Garantie van de Europese Unie voor door de Unie opgenomen leningen voor macrofinanciële bijstand aan derde landen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze post dient voor de opname in de begroting van de door de Unie verstrekte garantie. Aldus kan de Commissie zo nodig de schuldendienst betalen (aflossing hoofdsom, rente en andere kosten) wanneer debiteuren in gebreke blijven in verband met de hieronder genoemde leningsbesluiten.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie de schuldendienst tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen bekostigen. In dat geval is artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1) van toepassing.

In een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de door de algemene begroting gegarandeerde, opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Besluit 97/471/EG van de Raad van 22 juli 1997 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (PB L 200 van 29.7.1997, blz. 59), voor een bedrag van 40 000 000 EUR in hoofdsom.

Besluit 97/787/EG van de Raad van 17 november 1997 tot toekenning van buitengewone financiële bijstand aan Armenië en Georgië (PB L 322 van 25.11.1997, blz. 37).

Besluit 98/592/EG van de Raad van 15 oktober 1998 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Oekraïne (PB L 284 van 22.10.1998, blz. 45).

Besluit 1999/325/EG van de Raad van 10 mei 1999 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Bosnië-Herzegovina (PB L 123 van 13.5.1999, blz. 57), voor een bedrag van maximaal 30 000 000 EUR in hoofdsom in de vorm van een lening voor een periode van 15 jaar.

Besluit 1999/731/EG van de Raad van 8 november 1999 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Bulgarije (PB L 294 van 16.11.1999, blz. 27), voor een bedrag van maximaal 100 000 000 EUR in hoofdsom.

Besluit 1999/732/EG van de Raad van 8 november 1999 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Roemenië (PB L 294 van 16.11.1999, blz. 29), voor een bedrag van maximaal 200 000 000 EUR in hoofdsom.

Besluit 1999/733/EG van de Raad van 8 november 1999 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (PB L 294 van 16.11.1999, blz. 31), voor een bedrag van maximaal 50 000 000 EUR in hoofdsom.

Besluit 2000/244/EG van de Raad van 20 maart 2000 tot wijziging van Besluit 97/787/EG tot toekenning van buitengewone financiële bijstand aan Armenië en Georgië, met het oog op de uitbreiding ervan tot Tadzjikistan (PB L 77 van 28.3.2000, blz. 11), voor een bedrag van maximaal 245 000 000 EUR in hoofdsom.

Besluit 2001/549/EG van de Raad van 16 juli 2001 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 197 van 21.7.2001, blz. 38).

Besluit 2002/639/EG van de Raad van 12 juli 2002 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Oekraïne (PB L 209 van 6.8.2002, blz. 22).

Besluit 2002/882/EG van de Raad van 5 november 2002 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 308 van 9.11.2002, blz. 25).

Besluit 2002/883/EG van de Raad van 5 november 2002 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Bosnië-Herzegovina (PB L 308 van 9.11.2002, blz. 28).

Besluit 2003/825/EG van de Raad van 25 november 2003 tot wijziging van Besluit 2002/882/EG tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië inzake aanvullende macrofinanciële bijstand aan Servië en Montenegro (PB L 311 van 27.11.2003, blz. 28).

Besluit 2004/580/EG van de Raad van 29 april 2004 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Albanië (PB L 261 van 6.8.2004, blz. 116).

Besluit 2004/861/EG van de Raad van 7 december 2004 tot wijziging van Besluit 2002/883/EG van de Raad tot toekenning van extra macrofinanciële bijstand aan Bosnië-Herzegovina (PB L 370 van 17.12.2004, blz. 80).

Besluit 2004/862/EG van de Raad van 7 december 2004 betreffende macrofinanciële bijstand aan Servië en Montenegro (PB L 370 van 17.12.2004, blz. 81).

Besluit 2007/860/EG van de Raad van 10 december 2007 tot toekenning van communautaire macrofinanciële bijstand aan Libanon (PB L 337 van 21.12.2007, blz. 111).

Besluit 2009/890/EG van de Raad van 30 november 2009 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Armenië (PB L 320 van 5.12.2009, blz. 3).

Besluit 2009/891/EG van de Raad van 30 november 2009 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Bosnië en Herzegovina (PB L 320 van 5.12.2009, blz. 6).

Besluit 2009/892/EG van de Raad van 30 november 2009 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Servië (PB L 320 van 5.12.2009, blz. 9).

01 04 01 05   Garantie voor de door Euratom opgenomen leningen voor de verbetering van de efficiëntie en de veiligheid van kerncentrales in de landen van Midden- en Oost-Europa, alsmede in het Gemenebest van onafhankelijke staten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze post dient voor de opname in de begroting van de door de Unie verstrekte garantie. Aldus kan de Commissie zo nodig de schuldendienst betalen (aflossing hoofdsom, rente en andere kosten) wanneer debiteuren in gebreke blijven.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie de schuldendienst tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen bekostigen. In dat geval is artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1) van toepassing.

Het maximumbedrag van de Euratom-leningen voor de lidstaten en derde landen blijft vastgesteld op 4 000 000 000 EUR, zoals vermeld bij post 01 04 01 02.

In een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling wordt een samenvatting gegeven van het geheel van de door de algemene begroting gegarandeerde, opgenomen en verstrekte leningen, met inbegrip van het beheer van de schuld, naar hoofdsom en rente.

Rechtsgronden

Besluit 77/270/Euratom van de Raad van 29 maart 1977 waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen teneinde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 88 van 6.4.1977, blz. 9).

Zie voor de rechtsgrond voor Euratom-leningen ook post 01 04 01 02.

01 04 01 06   Garantie van de Europese Unie voor door de Europese Investeringsbank aan derde landen verstrekte leningen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Volgens het besluit van de Raad van 8 maart 1977 garandeert de Unie de leningen die door de Europese Investeringsbank (EIB) worden toegekend in het kader van de financiële verplichtingen van de Unie tegenover de landen van het Middellandse Zeegebied.

Dat besluit ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de EIB die op 30 oktober 1978 te Brussel en op 10 november 1978 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke een totaalgarantie wordt ingevoerd ten belope van 75 % van het totaal van de geopende kredieten uit hoofde van in de volgende landen te verstrekken leningen: Malta, Tunesië, Algerije, Marokko, Portugal (financieel protocol, spoedhulp), Turkije, Cyprus, Syrië, Israël, Jordanië, Egypte, voormalig Joegoslavië en Libanon.

Besluit 90/62/EEG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst betreffende de in Hongarije en Polen verstrekte leningen, die op 24 april 1990 te Brussel en op 14 mei 1990 te Luxemburg door de Europese Economische Gemeenschap en de EIB werd ondertekend, alsmede aan een uitbreiding van deze overeenkomst tot leningen in Tsjecho-Slowakije, Roemenië en Bulgarije, welke op 31 juli 1991 te Brussel en te Luxemburg werd ondertekend.

Besluit 93/696/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de EIB, die op 22 juli 1994 te Brussel en op 12 augustus 1994 te Luxemburg werd ondertekend.

Overeenkomstig de Besluiten 93/115/EEG en 96/723/EG stelt de Unie zich garant voor de leningen die van geval tot geval door de EIB zullen worden toegekend in landen in Latijns-Amerika en Azië waarmee de Europese Gemeenschap samenwerkingsovereenkomsten heeft gesloten. Besluit 93/115/EEG ligt ten grondslag aan een waarborgcontract dat werd ondertekend door de Europese Gemeenschap en de EIB op 4 november 1993 te Brussel en op 17 november 1993 te Luxemburg. Besluit 96/723/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de EIB, die op 18 maart 1997 te Brussel en op 26 maart 1997 te Luxemburg is ondertekend.

Overeenkomstig Besluit 95/207/EG stelt de Unie zich garant voor de leningen die van geval tot geval door de EIB zullen worden toegekend aan Zuid-Afrika. Besluit 95/207/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst die is ondertekend door de Europese Gemeenschap en de EIB op 4 oktober 1995 te Brussel en op 16 oktober 1995 te Luxemburg.

Besluit 97/256/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de EIB op 25 juli 1997 in Brussel en op 29 juli 1997 in Luxemburg ondertekend, volgens welke de garantie wordt beperkt tot 70 % van het totaalbedrag van de uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Het algemene plafond van de uitstaande kredieten is gelijk aan 7 105 000 000 EUR.

Besluit 2000/24/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de EIB op 24 januari 2000 te Brussel en op 17 januari 2000 te Luxemburg ondertekend, welke laatstelijk in 2005 is aangepast en volgens welke de garantie wordt beperkt tot 65 % van het totaalbedrag van de uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Het totaalbedrag aan uitstaande kredieten beloopt maximaal 19 460 000 000 EUR. De EIB wordt verzocht 30 % te beschouwen als een streefcijfer voor de dekking van het handelsrisico door middel van niet-soevereine garanties. Dit percentage dient steeds te worden verhoogd zodra de markt dat toelaat.

Besluit 2001/777/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de EIB op 6 mei 2002 te Brussel en op 7 mei 2002 te Luxemburg ondertekend, volgens welke een volledige garantie wordt verleend voor verliezen van de EIB op buitengewone leningen, in het kader van de Noordelijke Dimensie verstrekt voor concrete milieuprojecten in het gebied rond de Oostzee in Rusland. Het totaalbedrag beloopt maximaal 100 000 000 EUR.

Besluit 2005/48/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de EIB op 9 december 2005 te Luxemburg en op 21 december 2005 te Brussel ondertekend, volgens welke een volledige garantie wordt verleend voor verliezen op leningen voor bepaalde projecten in Rusland, Oekraïne, Moldavië en Wit-Rusland. Het totaalbedrag beloopt maximaal 500 000 000 EUR. De overeenkomst loopt tot 31 januari 2007. Aangezien bij het verstrijken van deze periode het bedrag van de door de EIB verstrekte leningen niet het bovengenoemde plafond bereikt had, is de periode automatisch met zes maanden verlengd.

Besluit 2006/1016/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de EIB op 1 augustus 2007 te Luxemburg en op 29 augustus 2007 te Brussel ondertekend, volgens welke een garantie wordt verleend tot 65 % van het totale bedrag van de in het kader van de financieringsverrichtingen van de EIB uitbetaalde kredieten en verleende garanties, verminderd met de terugbetaalde bedragen en verhoogd met alle bijkomende kosten. Het totale bedrag aan kredieten dat in het kader van dit besluit voor alle landen tezamen ter beschikking wordt gesteld, beloopt maximaal 27 800 000 000 EUR en geldt voor de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 december 2013, met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden. Dat besluit is vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG.

Besluit nr. 633/2009/EG ligt ten grondslag aan een op 28 oktober 2009 ondertekende wijziging op de garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de EIB die op 1 augustus 2007 te Luxemburg en op 29 augustus 2007 te Brussel was ondertekend. De garantie van de Unie is beperkt tot 65 % van het totale bedrag van uitbetaalde kredieten en verleende garanties. Voor de financieringsverrichtingen van de EIB, verminderd met de geannuleerde bedragen, geldt een plafond van 27 800 000 000 EUR, dat is uitgesplitst over een basisplafond van 25 800 000 000 EUR en een facultatief mandaat van 2 000 000 000 EUR. Dit plafond geldt voor een periode tot 31 oktober 2011, onverminderd verlenging van deze periode tot 30 april 2012 indien het Europees Parlement en de Raad voor 31 oktober 2011 geen nieuw besluit hebben vastgesteld.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie de schuldendienst tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen bekostigen. In dat geval is artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1) van toepassing.

Deze post dient voor de opname in de begroting van de door de Unie verstrekte garantie. Aldus kan de Commissie zo nodig de schuldendienst betalen (aflossing hoofdsom, rente en andere kosten) wanneer debiteuren in gebreke blijven in verband met door de EIB verstrekte leningen.

Rechtsgronden

Besluit van de Raad van 8 maart 1977 (Middellandse Zeeprotocollen).

Verordening (EEG) nr. 1273/80 van de Raad van 23 mei 1980 houdende sluiting van het interim-protocol tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië betreffende de vervroegde tenuitvoerlegging van Protocol nr. 2 van de samenwerkingsovereenkomst (PB L 130 van 27.5.1980, blz. 98).

Besluit van de Raad van 19 juli 1982 (aanvullende uitzonderlijke hulp voor de wederopbouw van Libanon).

Verordening (EEG) nr. 3180/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 22).

Verordening (EEG) nr. 3183/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 43).

Besluit van de Raad van 9 oktober 1984 (lening aan Joegoslavië buiten het protocol om).

Besluit 87/604/EEG van de Raad van 21 december 1987 betreffende de sluiting van het tweede protocol betreffende de financiële samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië (PB L 389 van 31.12.1987, blz. 65).

Besluit 88/33/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 25).

Besluit 88/34/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 33).

Besluit 88/453/EEG van de Raad van 30 juni 1988 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 224 van 13.8.1988, blz. 32).

Besluit 90/62/EEG van de Raad van 12 februari 1990 waarbij de Gemeenschap zich jegens de Europese Investeringsbank garant stelt voor verliezen op leningen voor projecten in Hongarije, Polen, Tsjechoslowakije, Bulgarije en Roemenië (PB L 42 van 16.2.1990, blz. 68).

Besluit 91/252/EEG van de Raad van 14 mei 1991 houdende uitbreiding tot Tsjecho-Slowakije, Bulgarije en Roemenië van Besluit 90/62/EEG waarbij de Gemeenschap zich jegens de Europese Investeringsbank garant stelt voor verliezen op leningen voor projecten in Hongarije en Polen (PB L 123 van 18.5.1991, blz. 44).

Besluit 92/44/EEG van de Raad van 19 december 1991 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 18 van 25.1.1992, blz. 34).

Besluit 92/207/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Arabische Republiek Egypte (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 21).

Besluit 92/208/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 29).

Besluit 92/209/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 37).

Besluit 92/210/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Staat Israël (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 45).

Verordening (EEG) nr. 1763/92 van de Raad van 29 juni 1992 betreffende de financiële samenwerking met de mediterrane derde landen (PB L 181 van 1.7.1992, blz. 5).

Besluit 92/548/EEG van de Raad van 16 november 1992 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 352 van 2.12.1992, blz. 13).

Besluit 92/549/EEG van de Raad van 16 november 1992 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 352 van 2.12.1992, blz. 21).

Besluit 93/115/EEG van de Raad van 15 februari 1993 waarbij aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Gemeenschap wordt verleend voor verliezen uit hoofde van leningen voor projecten van gemeenschappelijk belang in bepaalde derde landen (PB L 45 van 23.2.1993, blz. 27).

Besluit 93/166/EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot toekenning van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor investeringsprojecten in Estland, Letland en Litouwen (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 42).

Besluit 93/408/EEG van de Raad van 19 juli 1993 inzake de sluiting van het protocol betreffende de financiële samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Slovenië (PB L 189 van 29.7.1993, blz. 152).

Besluit 93/696/EG van de Raad van 13 december 1993 tot toekenning van de garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor projecten in de Midden- en Oost-Europese landen (Polen, Hongarije, Tsjechische Republiek, Slowaakse Republiek, Roemenië, Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen en Albanië) (PB L 321 van 23.12.1993, blz. 27).

Besluit 94/67/EG van de Raad van 24 januari 1994 houdende sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 32 van 5.2.1994, blz. 44).

Besluit 95/207/EG van de Raad van 1 juni 1995 tot toekenning van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor projecten in Zuid-Afrika (PB L 131 van 15.6.1995, blz. 31).

Besluit 95/485/EG van de Raad van 30 oktober 1995 betreffende de sluiting van het protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Cyprus (PB L 278 van 21.11.1995, blz. 22).

Besluit 96/723/EG van de Raad van 12 december 1996 waarbij aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Gemeenschap wordt verleend voor verliezen op leningen voor projecten van gemeenschappelijk belang in landen in Latijns-Amerika en Azië waarmee de Gemeenschap samenwerkingsovereenkomsten (Argentinië, Bolivia, Brazilië, Chili, Colombia, Costa Rica, Ecuador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, El Salvador, Uruguay and Venezuela; Bangladesh, Brunei, China, India, Indonesië, Macao, Maleisië, Pakistan, Filippijnen, Singapore, Sri Lanka, Thailand en Vietnam) gesloten heeft (PB L 329 van 19.12.1996, blz. 45).

Besluit 97/256/EG van de Raad van 14 april 1997 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (landen in Midden- en Oost-Europa, mediterrane landen, landen in Azië en Latijns-Amerika, Zuid-Afrika, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Bosnië-Herzegovina) (PB L 102 van 19.4.1997, blz. 33).

Besluit 98/348/EG van de Raad van 19 mei 1998 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, en tot wijziging van Besluit 97/256/EG tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (landen in Midden- en Oost-Europa, mediterrane landen, landen in Azië en Latijns-Amerika, Zuid-Afrika) (PB L 155 van 29.5.1998, blz. 53).

Besluit 98/729/EG van de Raad van 14 december 1998 tot wijziging van Besluit 97/256/EG om de aan de Europese Investeringsbank verleende garantie van de Gemeenschap uit te breiden tot leningen voor projecten in Bosnië-Herzegovina (PB L 346 van 22.12.1998, blz. 54).

Besluit 1999/786/EG van de Raad van 29 november 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank (EIB) op leningen voor projecten voor de wederopbouw van de door de aardbeving getroffen gebieden van Turkije (PB L 308 van 3.12.1999, blz. 35).

Besluit 2000/24/EG van de Raad van 22 december 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (Midden- en Oost-Europa, Middellandse Zeegebied, Latijns-Amerika en Azië en de Republiek Zuid-Afrika) (PB L 9 van 13.1.2000, blz. 24).

Besluit 2000/688/EG van de Raad van 7 november 2000 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG tot uitbreiding van de garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank tot leningen voor projecten in Kroatië (PB L 285 van 10.11.2000, blz. 20).

Besluit 2000/788/EG van de Raad van 4 december 2000 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG tot vaststelling van een speciaal actieprogramma van de Europese Investeringsbank ter ondersteuning van de consolidatie en verdieping van de douane-unie tussen de EG en Turkije (PB L 314 van 14.12.2000, blz. 27).

Besluit 2001/777/EG van de Raad van 6 november 2001 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op buitengewone leningen, in het kader van de Noordelijke Dimensie verstrekt voor concrete milieuprojecten in het gebied rond de Oostzee in Rusland (PB L 292 van 9.11.2001, blz. 41).

Besluit 2001/778/EG van de Raad van 6 november 2001 tot wijziging van Besluit 2000/24/EG met het oog op de uitbreiding van de aan de Europese Investeringsbank verleende garantie van de Gemeenschap tot leningen voor projecten in de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 292 van 9.11.2001, blz. 43).

Besluit 2005/47/EG van de Raad van 22 december 2004 tot wijziging van Besluit 2000/24/EG in het licht van de uitbreiding van de Europese Unie en het Europese nabuurschapsbeleid (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 9).

Besluit 2005/48/EG van de Raad van 22 december 2004 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor bepaalde projecten in Rusland, Oekraïne, Moldavië en Wit-Rusland (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 11).

Besluit 2006/174/EG van de Raad van 27 februari 2006 tot wijziging van Besluit 2000/24/EG met het oog op de opneming van de Maldiven in de lijst van bestreken landen naar aanleiding van de tsunami van december 2004 in de Indische Oceaan (PB L 62 van 3.3.2006, blz. 26).

Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen en leninggaranties voor projecten buiten de Gemeenschap (PB L 190 van 22.7.2009, blz. 1).

01 04 01 14   Voorziening van het Garantiefonds

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

138 880 000

93 810 000

92 306 780,00

Toelichting

Met dit krediet worden de financiële middelen beschikbaar gesteld die nodig zijn voor de betalingen aan het Garantiefonds volgens de voorzieningsregeling van dit fonds en voor de betaling van de operationele kosten die verbonden zijn aan het beheer van het fonds en aan de externe evaluatie die zal plaatsvinden in het kader van de midterm review van het externe EIB-mandaat.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad van 25 mei 2009 tot instelling van een Garantiefonds (gecodificeerde versie) (PB L 145 van 10.6.2009, blz. 10).

Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen en leninggaranties voor projecten buiten de Gemeenschap (PB L 190 van 22.7.2009, blz. 1).

01 04 04   Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

165 000 000

28 565 370

161 000 000

91 900 000

163 625 314,06

55 283 131,37

Toelichting

Een deel van dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor uniale/communautaire financiële instrumenten die ten uitvoer worden gelegd in het kader van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (2007-2013), en ter verbetering van de toegang van het midden- en kleinbedrijf (mkb) tot financiering.

Een deel van dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de volgende maatregelen:

het bevorderen van de beschikbaarheid in Europa van mechanismen die waarborgen dat het mkb toegang heeft tot krediet, zoals kredietgarantieconsortia, en waar nodig het analyseren van kredietmarktkwesties;

het steunen van kredietaanvragen bij financiële instellingen door dergelijke mkb-consortia, onder meer via het verstrekken van secundaire garanties door het Europees Investeringsfonds (EIF);

het sluiten van overeenkomsten met financiële instellingen over gesubsidieerde leningen aan kredietgarantieconsortia.

Slechte toegang tot de juiste financieringsvormen wordt vaak genoemd als een van de belangrijkste belemmeringen voor ondernemerschap en bedrijfsinnovatie. Dit probleem kan nog worden versterkt door nieuwe standaarden voor jaarrekeningen waardoor banken gevoeliger worden voor risico's en er een ratingcultuur ontstaat. Het programma voor concurrentievermogen en innovatie pakt erkende, hardnekkige marktlacunes die tot gevolg hebben dat het mkb in onvoldoende mate toegang heeft tot bedrijfskapitaal, durfkapitaal en leningen, aan met uniale financiële instrumenten die namens de Commissie worden beheerd door het EIF, de gespecialiseerde instelling van de Unie voor het verstrekken van durfkapitaal en garantie-instrumenten voor het mkb.

Bij onafhankelijke beoordelingen in het kader van het voorgaande meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap werden de marktgerichte aanpak en de uitvoering van deze instrumenten via het EIF als beste werkwijze aangemerkt. Daarom wordt hiermee in het vervolgprogramma in aangepaste vorm doorgegaan.

De uniale financiële instrumenten bieden het mkb een betere toegang tot financiering. Bij de faciliteit voor snelgroeiende, innovatieve mkb-bedrijven (FSIM) worden het risico en de winst gedeeld met particuliere investeerders, wat een belangrijk hefboomeffect voor de verstrekking van kapitaal aan innoverende bedrijven betekent.

FSIM is gericht op innoverende mkb-bedrijven in de aanloop- en expansiefase, waardoor zij gemakkelijker „vervolgkapitaal” kunnen aantrekken om hun producten en diensten op de markt te brengen. Bijzondere aandacht wordt daarbij gegeven aan mkb-bedrijven die actief zijn op het gebied van milieu-innovatie.

De mkb-garantiefaciliteit blijft aan de garantiestelsels in de deelnemende landen tegen- of medegaranties verstrekken, en aan de financiële intermediairs directe garanties. Dit moet een oplossing bieden voor falende marktwerking waarmee mkb-bedrijven met groeipotentieel worden geconfronteerd wanneer zij toegang zoeken tot: i) leningen (of leningsubstituten zoals leasing), ii) microkredieten en iii) aandelenkapitaal of quasi-aandelenkapitaal. Een nieuw securitisatiemechanisme iv) mobiliseert extra vreemd vermogen voor het mkb, waarbij met de beoogde instellingen passende risicodelingsregelingen worden afgesproken.

Een capaciteitsopbouwprogramma had als doel financiële intermediairs te steunen bij de opbouw van capaciteit om zich speciaal te richten op nieuwe investerings- en technologieaspecten. De markt heeft evenwel geen belangstelling getoond voor dit instrument. Daarom zijn de oorspronkelijk voor dit instrument gereserveerde middelen ter beschikking gesteld van de FSIM, hoofdzakelijk om steun te verlenen voor milieu-innovatie en technologieoverdracht.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) (1). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Eventuele inkomsten uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, de mogelijke kandidaat-landen van de westelijke Balkan voor deelname aan uniale/communautaire programma's, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Eventuele ontvangsten gerealiseerd op trustrekeningen die onder artikel 5 2 3 van de staat van ontvangsten worden geboekt, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op dit artikel overeenkomstig het Financieel Reglement.

Tot 400 000 EUR kan worden gebruikt voor communicatieactiviteiten, inclusief evenementen, publicaties en informatieverspreiding via het internet.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15).

01 04 05   Afronding van het programma voor ondernemingen: verbetering van het financiële klimaat voor het midden- en kleinbedrijf (mkb)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

35 000 000

0,—

61 188 800,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor uniale/communautaire financiële instrumenten die ten uitvoer worden gelegd in het kader van het meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap (MAP), dat met name mkb-bedrijven ten goede moet komen en hun toegang tot financiering moet vergemakkelijken. Ofschoon de vastleggingsperiode is afgelopen, moeten de faciliteiten nog enkele jaren worden beheerd, omdat er betalingen zullen moeten worden verricht voor investeringen en om de garantieverplichtingen na te komen. De rapportage- en toezichtsvoorschriften zullen dus doorlopen totdat de faciliteiten ten einde lopen.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie de schuldendienst tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen bekostigen. In dat geval is artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1) van toepassing.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) (1). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Beschikking 2000/819/EG van de Raad van 20 december 2000 betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) (2001-2005) (PB L 333 van 29.12.2000, blz. 84).

Besluit nr. 1776/2005/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 september 2005 tot wijziging van Beschikking 2000/819/EG van de Raad betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) (2001-2005) (PB L 289 van 3.11.2005, blz. 14).

01 04 06   Afronding van het initiatief „Werkgelegenheid” (1998-2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

45 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

kosten met betrekking tot directe of indirecte waarborgen van het Europees Investeringsfonds (EIF) om de omvang van de leningen die verschaft worden en het investeringsrisico dat gedragen wordt door de Europese Investeringsbank (EIB), commerciële banken, investeringsfondsen en andere geschikte financieringsinstanties in verband met hun activiteiten ten behoeve van het mkb, te helpen vergroten;

de deelneming in investeringsfondsen voor pas opgerichte bedrijven en het hightech-mkb;

een deel van de kosten van het ontwerpen en opzetten van een transnationale joint venture door het Europese mkb, alsook een deel van het totale bedrag van de transnationale investering.

Om aan haar verplichtingen te voldoen, kan de Commissie tijdelijk uit haar eigen kasmiddelen zorg dragen voor de schuldendienst. In dat geval is artikel 12 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), van toepassing.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Eventuele inkomsten uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, de mogelijke kandidaat-landen van de westelijke Balkan voor deelname aan uniale/communautaire programma's, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit 98/347/EG van de Raad van 19 mei 1998 betreffende maatregelen voor financiële bijstand aan innoverende en werkgelegenheid scheppende kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's) — Het groei- en werkgelegenheidsinitiatief (PB L 155 van 29.5.1998, blz. 43).

01 04 07   Deelnemingen in risicokapitaalfondsen voor de trans-Europese netwerken

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de deelnemingen in risicokapitaalfondsen (investeringsfondsen of vergelijkbare financiële instellingen) die zich bij voorrang richten op de verstrekking van risicokapitaal voor projecten inzake trans-Europese netwerken, en met een belangrijke investering door de particuliere sector.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2236/95 van de Raad van 18 september 1995 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van trans-Europese netwerken (PB L 228 van 23.9.1995, blz. 1), met name artikel 4, lid 1, onder e).

01 04 09   Europees Investeringsfonds

01 04 09 01   Europees Investeringsfonds — Terbeschikkingstelling van de volstorte bedragen van het geplaatste kapitaal

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 500 000

14 500 000

26 178 263,68

26 178 746,25

Toelichting

Deze post dient ter dekking van de financiering van de terbeschikkingstelling van de volstorte bedragen van het door de Unie geplaatste kapitaal.

Het Europees Investeringsfonds (EIF) werd in 1994 opgericht door de Europese Gemeenschap (daartoe vertegenwoordigd door de Commissie), de Europese Investeringsbank (EIB) en een aantal financiële instellingen. Bij Besluit 94/375/EG is bepaald dat de Unie lid is van het EIF.

Ingevolge artikel 3 van Besluit 94/375/EG wordt over het standpunt van de Unie, ten aanzien van een eventuele verhoging van het kapitaal van het Fonds en over haar deelneming in deze verhoging, door de Raad, op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement, met eenparigheid van stemmen een besluit genomen.

Rechtsgronden

Besluit 94/375/EG van de Raad van 6 juni 1994 betreffende het lidmaatschap van de Gemeenschap van het Europees Investeringsfonds (PB L 173 van 7.7.1994, blz. 12).

Besluit 2007/247/EG van de Raad van 19 april 2007 inzake de deelneming van de Gemeenschap in de kapitaalverhoging bij het Europees Investeringsfonds (PB L 107 van 25.4.2007, blz. 5).

01 04 09 02   Europees Investeringsfonds — Opvraagbaar gedeelte van het geplaatste kapitaal

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van een opvraging ten bedrage van het door de Unie geplaatste kapitaal.

Rechtsgronden

Besluit 94/375/EG van de Raad van 6 juni 1994 betreffende het lidmaatschap van de Gemeenschap van het Europees Investeringsfonds (PB L 173 van 7.7.1994, blz. 12).

Besluit 2007/247/EG van de Raad van 19 april 2007 inzake de deelneming van de Gemeenschap in de kapitaalverhoging bij het Europees Investeringsfonds (PB L 107 van 25.4.2007, blz. 5).

01 04 10   Nucleaire veiligheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de technische en juridische bijstand die nodig is voor de beoordeling van de veiligheids- en milieuaspecten en de economische en financiële kanten van de projecten waarvoor om financiering in de vorm van een Euratom-lening is gevraagd, met inbegrip van studies van de Europese Investeringsbank. De maatregelen moeten het tevens mogelijk maken om leningsovereenkomsten te sluiten en uit te voeren.

Rechtsgronden

Besluit 77/270/Euratom van de Raad van 29 maart 1977 waarbij de Commissie wordt gemachtigd tot het aangaan van Euratom-leningen ten einde een bijdrage te leveren tot de financiering van kerncentrales (PB L 88 van 6.4.1977, blz. 9).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

TITEL 02

ONDERNEMINGEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

02 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERNEMINGEN”

124 435 322

124 435 322

120 668 439

120 668 439

116 833 216,53

116 833 216,53

Reserves (40 01 40)

52 772

52 772

191 847

191 847

 

 

 

124 488 094

124 488 094

120 860 286

120 860 286

116 833 216,53

116 833 216,53

02 02

CONCURRENTIEVERMOGEN, INDUSTRIEBELEID, INNOVATIE EN ONDERNEMERSCHAP

168 150 000

133 396 402

147 021 300

76 430 500

165 204 805,94

70 699 344,35

02 03

INTERNE GOEDERENMARKT EN SECTORAAL BELEID

41 550 000

32 374 086

74 280 000

72 810 000

105 310 290,68

97 145 866,05

02 04

SAMENWERKING — RUIMTEVAART EN VEILIGHEID

521 284 000

387 360 763

457 903 846

359 049 500

309 793 673,74

256 786 109,86

02 05

EUROPESE PROGRAMMA’S VOOR NAVIGATIE PER SATELLIET (EGNOS EN GALILEO)

200 141 800

531 898 449

896 035 000

455 135 000

854 122 800,—

729 178 525,—

 

Titel 02 — Totaal

1 055 561 122

1 209 465 022

1 695 908 585

1 084 093 439

1 551 264 786,89

1 270 643 061,79

Reserves (40 01 40)

52 772

52 772

191 847

191 847

 

 

 

1 055 613 894

1 209 517 794

1 696 100 432

1 084 285 286

1 551 264 786,89

1 270 643 061,79

HOOFDSTUK 02 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERNEMINGEN”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

02 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERNEMINGEN”

02 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Ondernemingen”

5

69 432 816

68 352 957

67 756 743,35

Reserves (40 01 40)

 

52 772

191 847

 

 

 

69 485 588

68 544 804

67 756 743,35

02 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Ondernemingen”

02 01 02 01

Extern personeel

5

5 750 379

6 521 077

6 845 610,03

02 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

5 362 018

5 865 004

5 568 656,90

 

Artikel 02 01 02 — Subtotaal

 

11 112 397

12 386 081

12 414 266,93

02 01 03

Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Ondernemingen”

5

5 031 109

4 998 539

5 317 299,22

02 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Ondernemingen”

02 01 04 01

Werking en ontwikkeling van de interne markt, met name op de gebieden van kennisgeving, certificering en sectorale harmonisatie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

1 000 000

1 000 000

717 314,80

02 01 04 02

Normalisatie en harmonisatie van de wetgevingen — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

160 000

160 000

128 421,84

02 01 04 04

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

5 500 000

4 500 000

3 535 085,42

02 01 04 05

Europese programma’s voor navigatie per satelliet (Egnos en Galileo) — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

4 000 000

3 500 000

2 545 660,31

02 01 04 06

Europees programma voor aardobservatie (GMES) — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

1 000 000

 

 

02 01 04 30

Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

1.1

7 544 000

7 341 700

6 269 374,—

 

Artikel 02 01 04 — Subtotaal

 

19 204 000

16 501 700

13 195 856,37

02 01 05

Ondersteunende uitgaven voor onderzoekswerkzaamheden op het beleidsterrein „Ondernemingen”

02 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

1.1

11 700 000

11 450 000

8 810 858,40

02 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

1.1

3 330 000

2 904 460

2 850 824,48

02 01 05 03

Andere beheersuitgaven voor onderzoek

1.1

4 625 000

4 074 702

6 487 367,78

 

Artikel 02 01 05 — Subtotaal

 

19 655 000

18 429 162

18 149 050,66

 

Hoofdstuk 02 01 — Totaal

 

124 435 322

120 668 439

116 833 216,53

Reserves (40 01 40)

 

52 772

191 847

 

 

 

124 488 094

120 860 286

116 833 216,53

02 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Ondernemingen”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

02 01 01

69 432 816

68 352 957

67 756 743,35

Reserves (40 01 40)

52 772

191 847

 

Totaal

69 485 588

68 544 804

67 756 743,35

02 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Ondernemingen”

02 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 750 379

6 521 077

6 845 610,03

02 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 362 018

5 865 004

5 568 656,90

02 01 03   Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Ondernemingen”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 031 109

4 998 539

5 317 299,22

02 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Ondernemingen”

02 01 04 01   Werking en ontwikkeling van de interne markt, met name op de gebieden van kennisgeving, certificering en sectorale harmonisatie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

1 000 000

717 314,80

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze begrotingslijn vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand de komende jaren aflopen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Zie artikel 02 03 01.

02 01 04 02   Normalisatie en harmonisatie van de wetgevingen — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

160 000

160 000

128 421,84

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze begrotingslijn vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand de komende jaren aflopen.

Rechtsgronden

Zie artikel 02 03 04.

02 01 04 04   Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 500 000

4 500 000

3 535 085,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand de komende jaren aflopen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 02 02 01.

02 01 04 05   Europese programma’s voor navigatie per satelliet (Egnos en Galileo) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 000 000

3 500 000

2 545 660,31

Toelichting

Oude post 06 01 04 12

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze begrotingslijn vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Zie artikel 02 05 01.

02 01 04 06   Europees programma voor aardobservatie (GMES) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze begrotingslijn vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand de komende jaren aflopen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 02 02 15.

02 01 04 30   Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 544 000

7 341 700

6 269 374,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van het Agentschap voor personeel en administratie als gevolg van de rol van het Agentschap bij het beheer van maatregelen die deel uitmaken van het programma voor ondernemerschap en innovatie (EIP).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het Agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15).

Referentiebesluiten

Besluit 2004/20/EG van de Commissie van 23 december 2003 tot oprichting van een uitvoerend agentschap, genaamd het „Uitvoerend Agentschap voor intelligente energie”, voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van energie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 5 van 9.1.2004, blz. 85).

Besluit 2007/372/EG van de Commissie tot wijziging van Besluit nr. 2004/20/EG waarbij het Uitvoerend Agentschap voor intelligente energie wordt omgevormd tot het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie (PB L 140 van 1.6.2007, blz. 52).

02 01 05   Ondersteunende uitgaven voor onderzoekswerkzaamheden op het beleidsterrein „Ondernemingen”

02 01 05 01   Uitgaven voor onderzoekspersoneel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

11 700 000

11 450 000

8 810 858,40

Toelichting

Oude posten 02 01 05 01 en 06 01 05 01 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

02 01 05 02   Extern personeel voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 330 000

2 904 460

2 850 824,48

Toelichting

Oude posten 02 01 05 02 en 06 01 05 02 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

02 01 05 03   Andere beheersuitgaven voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 625 000

4 074 702

6 487 367,78

Toelichting

Oude posten 02 01 05 03 en 06 01 05 03 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

HOOFDSTUK 02 02 —   CONCURRENTIEVERMOGEN, INDUSTRIEBELEID, INNOVATIE EN ONDERNEMERSCHAP

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

02 02

CONCURRENTIEVERMOGEN, INDUSTRIEBELEID, INNOVATIE EN ONDERNEMERSCHAP

02 02 01

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

1.1

148 000 000

114 261 480

129 271 300

59 880 500

148 988 879,67

58 181 163,05

02 02 02

Aanvulling van de werkzaamheden betreffende concurrentievermogen, innovatie en ondernemerschap

02 02 02 01

Bijdrage aan het Centrum voor industriële samenwerking EU-Japan en lidmaatschap van internationale studiegroepen

1.1

2 150 000

1 666 313

2 150 000

1 750 000

2 365 595,35

2 543 873,15

02 02 02 02

Voltooiing en aanvulling van de werkzaamheden betreffende het programma voor ondernemingen en ondernemerschap, dat voornamelijk gericht is op het midden- en kleinbedrijf

1.1

p.m.

23 804

p.m.

p.m.

0,—

1 275 537,29

 

Artikel 02 02 02 — Subtotaal

 

2 150 000

1 690 117

2 150 000

1 750 000

2 365 595,35

3 819 410,44

02 02 03

Verbetering van het ondernemingsklimaat voor het midden- en kleinbedrijf

02 02 03 01

Proefproject — Consolidering van de interne markt — Proefproject „Samenwerking en clustervorming van ondernemingen in het midden- en kleinbedrijf (mkb)”

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

996 227,20

02 02 03 02

Voorbereidende actie — Steun voor kleine en middelgrote ondernemingen in de nieuwe financiële omgeving

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

02 02 03 03

Proefproject — Kennisoverbrenging in het midden- en kleinbedrijf door mentoring

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

1 392 743,23

02 02 03 04

Proefproject — Erasmus voor jonge ondernemers

1.1

p.m.

120 000

p.m.

850 000

0,—

1 920 876,03

02 02 03 05

Voorbereidende actie — Erasmus voor jonge ondernemers

1.1

5 000 000

4 600 000

5 000 000

3 600 000

4 999 951,72

177 326,09

02 02 03 06

Voorbereidende actie — Harmonisatie van processen en normen op het gebied van e-business tussen Europese kleine en middelgrote bedrijven in onderling verbonden industriële sectoren

1.1

p.m.

670 000

p.m.

400 000

1 670 000,—

0,—

 

Artikel 02 02 03 — Subtotaal

 

5 000 000

5 390 000

5 000 000

4 850 000

6 669 951,72

4 487 172,55

02 02 04

Small Business Act

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

02 02 05

Uitbreidingsprogramma voor het midden- en kleinbedrijf

02 02 05 01

Proefproject — Uitbreidingsprogramma voor het midden- en kleinbedrijf

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

02 02 05 05

Proefproject — Maatregelen ter bevordering van samenwerking en partnerschappen tussen micro-, kleine en middelgrote ondernemingen

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

815 101,84

 

Artikel 02 02 05 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

815 101,84

02 02 06

Proefproject — Kennisregio’s

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

21 936,15

02 02 07

Proefproject — Maatregelen op het gebied van de textiel- en schoenensector

1.1

p.m.

400 000

1 000 000

1 000 000

 

 

02 02 08

Maatregelen in verband met toerisme

02 02 08 01

Voorbereidende actie — Europese topbestemmingen

1.1

p.m.

2 000 000

3 000 000

3 000 000

2 154 520,12

2 024 206,41

02 02 08 02

Voorbereidende actie — Duurzaam toerisme

1.1

1 000 000

400 000

600 000

400 000

299 976,25

100 000,—

02 02 08 03

Voorbereidende actie — Sociaal toerisme in Europa

1.1

1 500 000

700 000

1 000 000

1 000 000

907 730,83

55 596,98

 

Artikel 02 02 08 — Subtotaal

 

2 500 000

3 100 000

4 600 000

4 400 000

3 362 227,20

2 179 803,39

02 02 09

Voorbereidende actie — De Europese Unie speelt zijn rol in een geglobaliseerde wereld

1.1

p.m.

750 000

p.m.

1 450 000

0,—

451 013,74

02 02 11

Voorbereidende actie — Operationele GMES-diensten

1.1

p.m.

2 100 000

5 000 000

2 100 000

2 330 000,—

595 228,19

02 02 12

Proefproject — Vergemakkelijken van de toegang tot verzekeringen voor zelfstandige bouwondernemers en kleine bouwbedrijven, om de innovatie en bevordering van ecotechnonologie in de Europese Unie te stimuleren

1.1

1 500 000

750 000

p.m.

p.m.

0,—

148 515,—

02 02 13

Voorbereidende actie — Kansen voor de internationalisering van het midden- en kleinbedrijf (mkb)

1.1

p.m.

670 000

p.m.

1 000 000

1 488 152,—

0,—

02 02 15

Europees programma voor aardobservatie (GMES)

1.1

9 000 000

4 284 805

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 02 02 — Totaal

 

168 150 000

133 396 402

147 021 300

76 430 500

165 204 805,94

70 699 344,35

02 02 01   Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

148 000 000

114 261 480

129 271 300

59 880 500

148 988 879,67

58 181 163,05

Toelichting

Dit krediet heeft tot doel het concurrentievermogen van bedrijven, in het bijzonder het midden- en kleinbedrijf (mkb), te stimuleren, innovatie en onder meer eco-innovatie te bevorderen en bedrijfs- en aan innovatie gerelateerde economische en administratieve hervormingen te steunen.

De uitvoeringsmaatregelen betreffen met name:

netwerken met deelname van uiteenlopende belanghebbenden;

markttoepassingsprojecten en andere maatregelen ter ondersteuning van de verbreiding van innovatie;

analyse, ontwikkeling en coördinatie van beleid met deelnemende landen;

uitwisseling en verspreiding van informatie, bewustmakingscampagnes;

steun voor gezamenlijke acties van lidstaten of regio's,

en andere maatregelen die in het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie zijn opgenomen.

De Unie zal steun verlenen aan activiteiten zoals het Enterprise Europe Network, innovatie en bevordering van ondernemerschap. De Unie zal ook eco-innovatieprojecten steunen in verband met de eerste toepassing of het op de markt brengen van innovatieve of eco-innovatieve technieken, producten of praktijken van belang voor de Unie die reeds succesvol technisch zijn gedemonstreerd, maar vanwege resterende risico's nog geen significante marktpenetratie hebben bereikt. Deze projecten zijn erop gericht een grootschaliger gebruik daarvan in de deelnemende landen te bevorderen en de penetratie op de markt te vergemakkelijken.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Het voorgestelde project beoogt innovatie-ondersteunende diensten te ontwikkelen en te testen ten behoeve van beginnende Europese kennisbedrijven die gebruikmaken van de uitgebreide netwerken van Europese expatriates in de wetenschappelijke sector en het bedrijfsleven in Silicon Valley. Zo zullen jonge bedrijven sneller toegang tot de overzeese markt krijgen en groeien, en tegelijk hoogwaardige banen scheppen in Europa. Dit vereist een gecoördineerd optreden van de Europese verleners van innovatieondersteuning. Daarom zal in het kader van het project uiteindelijk de haalbaarheid worden onderzocht van een gezamenlijk „Europees innovatiecentrum” op een innovatiehotspot. Dit centrum zal officiële vertegenwoordigingen (kamers van koophandel, consulaten en vertegenwoordigers van bedrijven) en Europese verleners van innovatieondersteuning voor start-ups in contact brengen met Europese ondernemers en wetenschappers die in Silocon Valley wonen en werken, met het oog op een beter gecoördineerde ondersteuning van potentiële groeibedrijven.

Doelgroepen:

Centraal in deze actie staat het ontwikkelen en uittesten van innovatieve diensten die jonge kennisbedrijven helpen om snel te groeien en toegang tot kapitaal te krijgen door de netwerken van geëxpatrieerde Europese ondernemers en wetenschappers in Silicon Valley te laten samenwerken met regionale en nationale bureaus voor innovatieondersteuning in Europa.

In elke lidstaat zal één jong kennisbedrijf worden verzocht de diensten uit te testen, eigen netwerken in Silicon Valley op te zetten en feedback te geven over zijn ervaringen en advies te geven over de toekomstige opzet van deze diensten.

De innovatieagentschappen in de lidstaten worden verzocht de jonge bedrijven te selecteren, het project te begeleiden en hun knowhow op het gebied van ondersteuning van jonge bedrijven in te brengen. De bureaus die kantoren hebben in Silicon Valley zal worden verzocht bij te dragen tot de opzet en de verlening van de diensten, met name de verschaffing van kantoorruimte voor jonge Europese bedrijven.

De netwerken van geëxpatrieerde Europese ondernemers en wetenschappers (2) zullen worden verzocht bij te dragen tot de opleiding en networking van jonge Europese bedrijven en de opzet van innovatie-ondersteunende diensten voor jonge kennisbedrijven.

Voorgestelde activiteiten:

1.

Twee workshops of conferenties (één in de Verenigde Staten en één in Europa) waar Europese verleners van innovatieondersteuning en geëxpatrieerde ondernemers en wetenschappers elkaar kunnen ontmoeten om verder te werken aan een aanpak van de gezamenlijke verlening van ondersteuning voor jonge bedrijven met groeipotentieel.

2.

Een begeleidende studie naar de verwachtingen en ervaringen van jonge kennisbedrijven en van de deelnemende netwerken van expats.

3.

De opzet en verlening van specifieke ondersteuningsdiensten voor een groep van 27 jonge kennisbedrijven met groeipotentieel uit alle lidstaten. Deze diensten omvatten de organisatie van sectorspecifieke networkingevenementen en opleidingen in Silicon Valley.

4.

Een slotconferentie met stakeholders van het Europees Parlement, de diensten van de Commissie, jonge bedrijven die van het proefproject gebruik maken en vertegenwoordigers van de netwerken van expatriates en de innovatieondersteuningsbureaus.

5.

Specifieke communicatieacties met betrekking tot de actie.

Een geschikt platform voor de voorgestelde actie is het initiatief PROINNO Europe/Europe INNOVA van het directoraat-generaal Ondernemingen en industrie, dat de beleidsontwikkeling en de gezamenlijke dienstverlening van regionale en nationale innovatiebureaus bevordert.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15).

02 02 02   Aanvulling van de werkzaamheden betreffende concurrentievermogen, innovatie en ondernemerschap

02 02 02 01   Bijdrage aan het Centrum voor industriële samenwerking EU-Japan en lidmaatschap van internationale studiegroepen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 150 000

1 666 313

2 150 000

1 750 000

2 365 595,35

2 543 873,15

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor:

de bijdrage van de Unie aan het Centrum voor industriële samenwerking EU-Japan;

de bijdrage van de Unie aan verschillende internationale studiegroepen;

de afwikkeling van betalingsverplichtingen die uit hoofde van oude post 02 02 01 01 zijn aangegaan.

Rechtsgronden

Besluit 91/179/EEG van de Raad van 25 maart 1991 betreffende de aanvaarding van het Statuut van de Internationale Studiegroep voor koper (PB L 89 van 10.4.1991, blz. 39).

Besluit 91/537/EEG van de Raad van 14 oktober 1991 betreffende de aanvaarding van het Statuut van de Internationale Studiegroep voor nikkel (PB L 293 van 24.10.1991, blz. 23).

Besluit 92/278/EEG van de Raad van 18 mei 1992 tot goedkeuring van de consolidatie van het Centrum voor industriële samenwerking EG-Japan (PB L 144 van 26.5.1992, blz. 19).

Besluit 96/413/EG van de Raad van 25 juni 1996 betreffende de uitvoering van een communautair actieprogramma ten behoeve van het concurrentievermogen van de Europese industrie (PB L 167 van 6.7.1996, blz. 55).

Besluit 2001/221/EG van de Raad van 12 maart 2001 betreffende deelname van de Europese Gemeenschap aan de Internationale Studiegroep voor lood en zink (PB L 82 van 22.3.2001, blz. 21).

Besluit 2002/651/EG van de Raad van 22 juli 2002 betreffende de deelname van de Gemeenschap aan de Internationale Studiegroep voor rubber (PB L 215 van 10.8.2002, blz. 13).

Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1).

Besluit 2006/77/EG van de Commissie van 23 december 2005 tot oprichting van een groep op hoog niveau voor concurrentievermogen, energie en milieu (PB L 36 van 8.2.2006, blz. 43).

02 02 02 02   Voltooiing en aanvulling van de werkzaamheden betreffende het programma voor ondernemingen en ondernemerschap, dat voornamelijk gericht is op het midden- en kleinbedrijf

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

23 804

p.m.

p.m.

0,—

1 275 537,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van betalingsverplichtingen uit hoofde van het vorige meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit 89/490/EEG van de Raad van 28 juli 1989 inzake de verbetering van het ondernemingsklimaat en de bevordering van de ontwikkeling van ondernemingen, in het bijzonder van het midden- en kleinbedrijf, in de Gemeenschap (PB L 239 van 16.8.1989, blz. 33).

Besluit 91/319/EEG van de Raad van 18 juni 1991 tot herziening van het programma voor verbetering van het ondernemingsklimaat en de bevordering van de ontwikkeling van ondernemingen, in het bijzonder van het midden- en kleinbedrijf, in de Gemeenschap (PB L 175 van 4.7.1991, blz. 32).

Besluit 93/379/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende een meerjarenprogramma van communautaire acties ter versterking van de prioritaire krachtlijnen en ter verzekering van de continuïteit en de consolidatie van het beleid ten aanzien van de ondernemingen, in het bijzonder het midden- en kleinbedrijf, in de Gemeenschap (PB L 161 van 2.7.1993, blz. 68).

Besluit 97/15/EG van de Raad van 9 december 1996 betreffende een derde meerjarenprogramma voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) in de Europese Unie (1997-2000) (PB L 6 van 10.1.1997, blz. 25).

Beschikking 2000/819/EG van de Raad van 20 december 2000 betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) (2001-2005) (PB L 333 van 29.12.2000, blz. 84).

Beschikking nr. 593/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 juli 2004 tot wijziging van Beschikking 2000/819/EG van de Raad betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) (2001-2005) (PB L 268 van 16.8.2004, blz. 3).

Besluit nr. 1776/2005/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 september 2005 tot wijziging van Beschikking 2000/819/EG van de Raad betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) (2001-2005) (PB L 289 van 3.11.2005, blz. 14).

02 02 03   Verbetering van het ondernemingsklimaat voor het midden- en kleinbedrijf

02 02 03 01   Proefproject — Consolidering van de interne markt — Proefproject „Samenwerking en clustervorming van ondernemingen in het midden- en kleinbedrijf (mkb)”

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

996 227,20

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere contractuele verplichtingen in verband met dit proefproject, dat bedoeld is om acties op het gebied van samenwerking en clustervorming van ondernemingen in grensoverschrijdende regio's tussen oude en nieuwe lidstaten te bevorderen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 03 02   Voorbereidende actie — Steun voor kleine en middelgrote ondernemingen in de nieuwe financiële omgeving

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere contractuele verplichtingen in verband met deze voorbereidende actie, die ten doel heeft kredietinstellingen te helpen hun krediettransacties met het midden- en kleinbedrijf uit te breiden.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 03 03   Proefproject — Kennisoverbrenging in het midden- en kleinbedrijf door mentoring

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

1 392 743,23

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere contractuele verplichtingen in verband met dit proefproject, dat het uitwerken van de beginselen van een „uitgebreide mentoring” ten doel heeft, gericht op de overbrenging van kennis en kernvaardigheden die van wezenlijk belang zijn voor een geslaagde bedrijfsovername of -opvolging.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 03 04   Proefproject — Erasmus voor jonge ondernemers

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

120 000

p.m.

850 000

0,—

1 920 876,03

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een actie die moet waarborgen dat ervaring wordt uitgewisseld en versterkt op Europees niveau, ten behoeve van jonge ondernemers en potentiële jonge ondernemers, door middel van verblijven in een ander land in het midden- en kleinbedrijf van belangrijke of aanvullende sectoren. De actie moet gebaseerd zijn op een voorlopige analyse van vraag (d.w.z. jonge ondernemers en potentiële ondernemers) en aanbod (d.w.z. het midden- en kleinbedrijf), waarbij de bestaande behoeften worden onderzocht. Stages voor jonge ondernemers moeten gericht zijn op het samenbrengen van ervaring en het verbeteren van de ontwikkeling, validering en toepassing van zakelijke ideeën. Het moet de opzet van netwerken tussen jonge ondernemers over de grenzen heen bevorderen en het creëren van partnerschappen aanmoedigen, waarmee kennis in belangrijke sectoren wordt gedeeld en de internationalisatie van ondernemingen wordt versterkt. Er moet voorzien worden in bijkomende activiteiten (opleiding in en informatie over Europese contracten en handelsrecht, de interne markt, Europese normen, Europese ondersteunende instrumenten, en over de plaatselijke markt). De intermediare organisaties (Kamers van Koophandel en Fabrieken, starterscentra en andere entiteiten die het bedrijfsleven stimuleren en ondersteunen) zijn met de uitvoering van het programma belast. Een ondersteuningsbureau, dat wordt geselecteerd via een oproep tot het indienen van voorstellen die open staat voor entiteiten in heel Europa die het bedrijsleven ondersteunen, is belast met de coördinatie, monitoring en ondersteuning van de verschillende intermediaire organisaties en is ook het eerste contactpunt voor vragen van en technische bijstand aan aanvragers. Dit ondersteuningsbureau is ook belast met de promotie van het programma op Europees niveau en met het opzetten en onderhouden van de website van het programma.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 03 05   Voorbereidende actie — Erasmus voor jonge ondernemers

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 000 000

4 600 000

5 000 000

3 600 000

4 999 951,72

177 326,09

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een actie in de vorm van een Europees mobiliteitsprogramma voor toekomstige en beginnende ondernemers. Het programma moet nieuwe ondernemers in de Unie helpen meer ervaringen op te doen, meer te leren en te netwerken door tijd door te brengen in ondernemingen die worden geleid door ervaren ondernemers in andere lidstaten. Het programma stimuleert ondernemerschap, bevordert de totstandkoming van netwerken van creatieve aankomende ondernemers over de grenzen heen, zet aan tot het aangaan van partnerschappen waardoor kennis en ervaring kunnen worden uitgewisseld en maakt het Europese midden- en kleinbedrijf innovatiever en concurrerender op de internationale markten.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 03 06   Voorbereidende actie — Harmonisatie van processen en normen op het gebied van e-business tussen Europese kleine en middelgrote bedrijven in onderling verbonden industriële sectoren

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

670 000

p.m.

400 000

1 670 000,00

0,—

Toelichting

Om tegemoet te komen aan de behoeften van de economie in de Europese Unie is deze voorbereidende actie bestemd voor de bevordering van gerichte acties op Europees niveau voor de harmonisatie van ondernemingsprocessen en -modellen, alsmede van de architectuur voor gegevensuitwisseling en normen tussen actoren in de aanvoerketen van een of meer onderling verbonden specifieke industriële sectoren. De keuze van de sectoren wordt gemaakt door vertegenwoordigers van de lidstaten door middel van het eBusiness Support Network voor het midden- en kleinbedrijf. Ook is het Europees Parlement hierbij betrokken.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 04   Small Business Act

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de „Small Business Act”, die in 2008 werd aangenomen. Het midden- en kleinbedrijf moet worden geholpen bij het verkrijgen van toegang tot financiering en bij het deelnemen aan Europese initiatieven. Ook de innovatiecapaciteit ervan moet worden gestimuleerd.

02 02 05   Uitbreidingsprogramma voor het midden- en kleinbedrijf

02 02 05 01   Proefproject — Uitbreidingsprogramma voor het midden- en kleinbedrijf

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de verplichtingen in verband met de financiering of cofinanciering van specifieke maatregelen voor de tenuitvoerlegging van dit proefproject dat gericht is op het uitwerken van een rechtsgrond met het oog op de financiering van een programma ter ondersteuning, in het kader van de voorbereiding van de uitbreiding, van de samenwerking en commerciële partnerschappen tussen het midden- en kleinbedrijf in de huidige lidstaten, de kandidaat-lidstaten en de landen die na de uitbreiding tot de Unie zullen behoren.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 05 05   Proefproject — Maatregelen ter bevordering van samenwerking en partnerschappen tussen micro-, kleine en middelgrote ondernemingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

815 101,84

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere contractuele verplichtingen in verband met dit proefproject, dat tot doel heeft samenwerking en partnerschappen tussen micro-, kleine en middelgrote ondernemingen te bevorderen, teneinde hun onderhandelingscapaciteit en marktsterkte te vergroten.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 06   Proefproject — Kennisregio’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

21 936,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de verplichtingen in verband met de financiering of cofinanciering van specifieke maatregelen voor de tenuitvoerlegging van dit proefproject, dat bedoeld is ter ondersteuning van experimentele acties op territoriaal niveau om de vorming van op kennis gerichte regio’s op het gebied van technologische ontwikkeling, samenwerking tussen universiteiten en onderzoek op regionaal niveau ter bevordering van de integratie van de Europese regio’s uit te breiden.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 07   Proefproject — Maatregelen op het gebied van de textiel- en schoenensector

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

400 000

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Oud artikel 13 03 25

Dit krediet dient ter evaluatie van de situatie in de textiel- en schoenensector in het kader van de afschaffing van het quotastelsel, met als doel een programma van de Unie voor deze sector in het leven te roepen, vooral ten behoeve van de minder begunstigde regio’s, ter ondersteuning van onderzoek en innovatie, omscholing, beroepsopleiding en het midden- en kleinbedrijf.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 08   Maatregelen in verband met toerisme

02 02 08 01   Voorbereidende actie — Europese topbestemmingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 000 000

3 000 000

3 000 000

2 154 520,12

2 024 206,41

Toelichting

Het doel van dit initiatief is de aandacht te vestigen op de rijkdom, de verscheidenheid en de gemeenschappelijke kenmerken van Europese toeristische bestemmingen en daarbij binnen Europa en ook in derde landen Europese bestemmingen te promoten die op zodanige wijze bijdragen aan de economische groei dat een in sociaal, cultureel en ecologisch opzicht duurzaam toerisme mogelijk wordt. De maatregel heeft ook ten doel de Europese burgers te helpen om elkaar beter te leren kennen.

Het doel van het project is:

meer zichtbaarheid te geven aan de opkomende nieuwe Europese toeristische topbestemmingen, in het bijzonder de minder bekende;

mensen bewust te maken van de toeristische diversiteit en kwaliteit van Europa;

alle Europese landen en regio's te promoten, zowel binnen Europa als op de voornaamste toerismemarkten buiten Europa;

de congestie te bevorderen, seizoensgebondenheid te bestrijden en de toeristenstromen weer in evenwicht te brengen naar niet-traditionele bestemmingen;

duurzame vormen van toerisme te belonen;

een platform voor de uitwisseling van goede praktijken op Europees niveau op te zetten;

het opzetten van netwerken tussen bekroonde bestemmingen te bevorderen, zodat andere bestemmingen kunnen worden overtuigd om modellen voor de ontwikkeling van duurzaam toerisme te gebruiken.

Ieder jaar worden bepaalde bestemmingen in de lidstaten aangewezen als „Europese Topbestemming” met een gekozen thema. Ook kandidaat-lidstaten worden uitgenodigd om aan dit initiatief deel te nemen.

Het project „Europese Topbestemmingen” heeft tot doel meer bekendheid te geven aan nieuwe Europese toeristische topbestemmingen, met name de minder bekende bestemmingen, meer de aandacht te vestigen op de verscheidenheid en kwaliteit van de Europese toerist en alle Europese landen en regio's te promoten, bij te dragen tot decongestie en tot een minder seizoensgebonden toerisme en de toeristenstromen evenwichtiger te verdelen tussen traditionele en niet-traditionele bestemmingen, en daarbij prijzen uit te reiken aan duurzame vormen van toerisme, een platform op te zetten voor het uitwisselen van goede praktijken op Europees niveau, en netwerkvorming tussen prijswinnende bestemmingen te bevorderen, zodat die ook andere bestemmingen ertoe kunnen aanzetten om voor duurzame ontwikkeling van het toerisme te kiezen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 08 02   Voorbereidende actie — Duurzaam toerisme

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

400 000

600 000

400 000

299 976,25

100 000,00

Toelichting

Een deel van dit krediet mag gebruikt worden om milieuduurzaam toerisme in het Donaugebied te bevorderen.

Na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon dat de Unie nieuwe bevoegdheden geeft op het gebied van het toerisme, ter aanvulling van het optreden van de lidstaten, en na de mededeling van de Commissie van 30 juni 2010„Europa, toeristische topbestemming in de wereld — Een nieuw beleidskader voor het toerisme in Europa” (COM(2010) 352 definitief) wordt er van start gegaan met een voorbereidende actie teneinde toekomstige wetgevingsinitiatieven ter bevordering van nieuwe op het Europese culturele erfgoed gestoelde toeristische routes voor te bereiden. Deze routes moeten de vorm aannemen van thematische, grensoverschrijdende toeristische producten die getuigen van een gemeenschappelijk Europees cultureel erfgoed en locale tradities weerspiegelen. De Raad van Europa en de „Europese culturele routes” daarvan moeten, net als gelijkaardige Europese initiatieven (met betrekking tot culturele routes), ondersteund worden.

Hiertoe moet de coördinatie en samenwerking met de Raad van Europa worden geïntensiveerd om te kunnen profiteren van de jarenlange ervaring van de Raad van Europa op dit gebied, teneinde de Europese culturele routes verder te ontwikkelen en om te zetten in brede grensoverschrijdende toeristische totaalpakketten.

De voorbereidende actie heeft de volgende hoofddoelstellingen:

vergroten van het bewustzijn van de bijdrage van verschillende culturen aan gemeenschappelijke Europese culturen, door middel van het bieden van inzicht in de Europese geschiedenis door kennis te maken met tastbaar, niet-tastbaar en natuurlijk erfgoed;

bevorderen van de rol van cultureel toerisme als factor die kan bijdragen aan duurzame economische ontwikkeling, Europees burgerschap en interculturele dialoog;

bevorderen van duurzaam en verantwoord toerisme binnen de Unie en naburige landen;

versterken van de reputatie en het profiel van Europa als topbestemming bij burgers in Europa en in derde landen;

vergroten van de capaciteit van touroperators en kleine ondernemingen in afgelegen en minder bekende bestemmingen om een nieuw publiek te bereiken, door het stimuleren van de uitwisseling van ervaringen, het opzetten van netwerken en bundeling;

bevorderen van het concurrentievermogen en de innovatie van de toeristische sector in de Unie.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1371/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 betreffende de rechten en verplichtingen van reizigers in het treinverkeer (PB L 315 van 3.12.2007, blz. 14), met name artikel 5.

Artikel 195 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

02 02 08 03   Voorbereidende actie — Sociaal toerisme in Europa

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

700 000

1 000 000

1 000 000

907 730,83

55 596,98

Toelichting

Onze maatschappij is sterk aan het veranderen voor wat betreft de vrijetijdsindustrie en de vrijetijdsbesteding. De situatie op het gebied van het toerisme ondergaat ingrijpende veranderingen als gevolg van factoren zoals nieuwe gezinsstructuren, de toename van het aantal alleenstaanden, van de vrije tijd en van de levensverwachting, de algemene vergrijzing van de bevolking en de precaire situatie van al dan niet werkende jongeren. Vakantie mogelijk maken voor iedereen betekent, op het niveau van de Unie beschouwd, rekening houden met de specifieke kenmerken van de Europese samenleving.

De Unie dient zich te voorzien van middelen om dit doel te bereiken. Een van de mogelijkheden daartoe is de ontwikkeling van het sociaal toerisme.

Het sociaal en groepstoerisme is in de eerste plaats bekend vanwege het uiteindelijke doel ervan: ervoor zorgen dat zoveel mogelijk mensen met vakantie kunnen gaan. In die zin draagt het bij tot de mobiliteit. Maar het sociaal en groepstoerisme heeft ook een ander nut dat tot op heden te weinig onderkend wordt, te weten het belang ervan voor de ruimtelijke ordening (de meeste structuren van toerismeverenigingen zijn gelegen op het platteland en in het middengebergte) en voor de plattelandsontwikkeling. Het sociaal en groepstoerisme vormt dus het bewijs dat er wel degelijk een middenweg bestaat tussen de „vrijetijdsmarkt” en de niet-solvabele economie. Het toont aan dat economische haalbaarheid niet onverenigbaar is met toegankelijkheid voor een zo groot mogelijk publiek.

Daarom moeten sociale gemengdheid en plaatselijke ontwikkeling worden gecombineerd. Het sociaal toerisme maakt het toerisme weer toegankelijk voor bevolkingsgroepen voor wie dat geleidelijk aan moeilijk of zelfs onmogelijk was geworden, en versterkt daarmee de rendabiliteit van de toeristensector. Het maakt bijvoorbeeld toerisme in het laagseizoen mogelijk, met name in streken waar het toerisme sterk seizoensgebonden is. Zo werkt het sociaal toerisme de totstandkoming van meer continue werkgelegenheid in de toeristensector in de hand, omdat de banen in de sector ook na het hoogseizoen blijven bestaan.

De uitvoering van dit project (Calypso) biedt een uitstekende kans om door de Europese Commissie gestimuleerde partnerschappen tussen de publieke en private sector en de sociale economie te bevorderen. Door de uitwisselingen tussen Europese burgers en met name het ontstaan van synergieën draagt dit project in aanzienlijke mate bij tot de ontwikkeling van het Europees burgerschap. Er zij in dit verband aan herinnerd dat bijna 40 % van alle reizen met meer dan vier overnachtingen buitenlandse reizen zijn.

Vandaar dat deze branche zo belangrijk is, zowel voor wat betreft de economische impact als gevolg van het aantal banen dat zij oplevert, als op het gebied van de menselijke en burgerschapswaarden.

Deze maatregel zou dus ten goede kunnen komen aan particuliere ondernemingen in de toeristensector die op bovengenoemde terreinen actief zijn, verenigingen voor sociaal en groepstoerisme en voor ondernemingsraden, vervoerbedrijven, plaatselijke en regionale gemeenschappen, toerismeverenigingen, solidariteitsverenigingen maar ook commerciële marktdeelnemers.

De acties zouden kunnen bestaan uit:

het inventariseren en verspreiden van maatregelen die bijdragen tot het minder seizoensgebonden maken van het toerisme door middel van gericht sociaal beleid ter zake;

het uitwerken van regelingen om bepaalde doelgroepen (senioren, jongeren, probleemgezinnen, enz.) in staat te stellen met vakantie te gaan dankzij een verblijfsaanbod van de zijde van de overheid (op nationaal, regionaal en plaatselijk niveau) of van liefdadigheidsverenigingen, plaatselijke centra voor maatschappelijk werk of verenigingen zonder winstoogmerk.

De doelstellingen van het programma Calypso 2011 zijn gebaseerd op de maatregelen die in de (aanbestede) studie van 2009 zijn geïnventariseerd, en op de besprekingen tussen de Commissie, de lidstaten en de belanghebbenden, die in 2010 tijdens diverse Calypso-vergaderingen hebben plaatsgevonden. Die doelstellingen zijn:

catalogisering van de belangrijkste (meest representatieve) goede praktijken als middel om de toeristische activiteit aan te moedigen, met name tijdens het laagseizoen, en zodoende werkgelegenheid te scheppen wanneer er traditioneel weinig vraag is;

inventarisering van de bestaande maatregelen op Europees en nationaal niveau, zodat personen uit onderstaande doelgroepen aan uitwisselingen kunnen deelnemen: senioren, jongeren, personen met een handicap en probleemgezinnen;

onderzoek van de problemen die met dergelijke uitwisselingen verband houden, en formulering van de meest geschikte oplossingen;

voorstelling van één of meer mechanismen in het toeristische laagseizoen waardoor specifieke doelgroepen (senioren, jongeren, personen met een handicap en probleemgezinnen) in andere lidstaten of kandidaat-lidstaten met vakantie kunnen gaan op basis van themaprogramma’s en een verblijfsaanbod dat door de autoriteiten van de lidstaten of kandidaat-lidstaten (nationale, regionale of lokale overheidsinstanties) wordt gecoördineerd op basis van initiatieven van belanghebbenden zoals gemeenten, liefdadigheidsorganisaties, parochies, vakbonden, sociale partners, coöperaties of enige andere non-profitorganisatie.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 09   Voorbereidende actie — De Europese Unie speelt zijn rol in een geglobaliseerde wereld

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

750 000

p.m.

1 450 000

0,—

451 013,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere contractuele verplichtingen in verband met deze voorbereidende actie die bedoeld is ter financiering van initiatieven om positief te reageren op de uitdaging van globalisering en om de capaciteit van de Unie te versterken op belangrijke gebieden zoals onderzoek, innovatie, verbeelding, innovatieve maatregelen voor het midden- en kleinbedrijf, de bevordering van Europese normen en CE-markering, een leven lang leren en onderwijs, alsmede maatregelen om de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (PB L 376 van 27.12.2006, blz. 36) te vergemakkelijken.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 11   Voorbereidende actie — Operationele GMES-diensten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 100 000

5 000 000

2 100 000

2 330 000,00

595 228,19

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het geleidelijk operationeel maken van GMES-diensten (Global Monitoring for Environment and Security — wereldwijde monitoring van milieu en veiligheid). Een aantal specifieke atmosfeer- en mariene diensten die voldoende ontwikkeld zijn om voor operationele financiering in aanmerking te komen, moeten binnen de voorbereidende actie verder worden ontwikkeld. Daarom wordt voorgesteld dat de voorbereidende actie vooral gericht zal zijn op de financiering van reeds aangevatte activiteiten, met name een atmosfeerdienst (monitoring van de kwaliteit van de lucht en van verontreinigende emissies) en een mariene dienst (monitoring van het ijs in het Arctisch gebied). Deze acties bouwen voort op de resultaten van het onderdeel 'ruimte' van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie en zullen ten goede komen aan de volksgezondheid, maritieme operaties, onderzoek inzake de klimaatverandering en monitoring, maar ook aan de ontwikkeling en implementatie van overheidsbeleid op die gebieden.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 12   Proefproject — Vergemakkelijken van de toegang tot verzekeringen voor zelfstandige bouwondernemers en kleine bouwbedrijven, om de innovatie en bevordering van ecotechnonologie in de Europese Unie te stimuleren

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

750 000

p.m.

p.m.

0,—

148 515,00

Toelichting

De ontwikkeling van energiebesparende technieken en het gebruik van hernieuwbare energie is van zeer groot belang voor de bouwsector. Met 2,5 miljoen ondernemingen, een omzet van meer dan 1 200 miljard EUR en 12 miljoen werknemers, waarvan 9,7 miljoen gesalarieerden, genereert de bouwsector 10 % van het bbp van de Unie. 99 % van de bouwondernemingen zijn kleine en middelgrote bedrijven (met minder dan 250 werknemers), die 78 % van de omzet van de sector genereren. Een toenemend gebruik van ecotechnologie en eco-innovatie in de bouwsector is echter afhankelijk van een combinatie van factoren, zoals extra kosten, beschikbaarheid van producten, consumentenvraag en kennis binnen ondernemingen.

Een ander groot probleem dat een breder gebruik van deze nieuwe technologieën belemmert is de toegang tot verzekeringen voor bouwbedrijven, in het bijzonder de kleinere ondernemingen, die in Europa meer dan 90 % van de bouwsector uitmaken. Met name ten gevolge van hun omvang en financiële basis is het voor kleine ondernemingen moeilijk bouw- of renovatiewerkzaamheden te verzekeren waarbij nieuwe technologieën worden gebruikt (zonne- of fotovoltaïsche energie, geothermische energie enz.). In de praktijk vormt dit een barrière voor de verspreiding van ecologische technologieën door kleine ondernemingen, die goed zijn voor meer dan 60 % van de productie in Europa. De problemen die zelfstandige bouwondernemingen en kleine bouwbedrijven ondervinden bij het sluiten van verzekeringen voor nieuwe ecotechnologieën vormt een duidelijke belemmering voor een breder gebruik van deze technologieën.

De Unie moet daarom een instrument invoeren dat doeltreffende steun verleent aan kleine bouwbedrijven, die van cruciaal belang zijn voor het bereiken van de doelstellingen van de Unie inzake het gebruik van hernieuwbare energie (20 % van het bruto binnenlandse verbruik tegen 2020).

Dit project is daarom gericht op de invoering van een uniaal financieel instrument dat gedurende een zekere periode kleine ondernemingen makkelijker toegang verleent tot verzekeringen bij het gebruik van ecotechnologieën in bouwprojecten.

De begrotingslijn, die onder beheer van het EIF zou kunnen vallen, moet strenge voorwaarden bevatten voor de toewijzing van middelen voor specifieke verzekeringsmaatschappijen, teneinde de sluiting van verzekeringen voor bouwbedrijven die ecotechnologieën gebruiken te vereenvoudigen. Het project is daarom op dezelfde formule gebaseerd als bestaande uniale regelingen ter stimulering van de ontwikkeling van het midden- en kleinbedrijf en innovatie (risicokapitaal/leengaranties).

De kleine ondernemingen ontvangen uiteraard geen rechtstreekse steun van de Unie; in plaats daarvan wordt steun verstrekt in de vorm van een verzekeringsdekking, een aanvullende verzekeringsdekking of een herverzekeringsregeling. Aan de regeling voor een gemakkelijker toegang tot bouwverzekeringen voor kleine ondernemingen kunnen verschillende voorwaarden verbonden zijn, zoals:

alleen ondernemingen beneden een bepaalde omvang en omzet komen in aanmerking;

alleen specifieke soorten werkzaamheden (met ecotechnologieën) en specifieke contracten of projecten van beperkte omvang zijn gedekt;

er wordt slechts een beperkt of forfaitair bedrag verstrekt.

De bouwsector is een onmisbare partner bij de inspanningen van de Unie om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en het aandeel van hernieuwbare energie in het algehele energieverbruik te vergroten, en speelt momenteel een actieve rol bij de ontwikkeling, het gebruik en de bevordering van eco-technologieën (zonne-, fotovoltaïsche en geothermische energie).

Dit proces wordt echter gehinderd door de problemen waar kleine ondernemingen en ambachtslieden in de sector tegenaan lopen in verband met het sluiten van de nodige verzekeringen tegen betaalbare prijzen, en onder toegankelijke voorwaarden. Het innovatieve karakter en de onbekendheid van de risico’s die deze technologieën met zich mee kunnen brengen schrikt de verzekeraars af.

Het marktonderzoek dat in 2008 is gestart in het kader van het eerdere project ELIOS heeft de complexiteit van de momenteel gangbare verzekeringsstelsels in de lidstaten bevestigd, evenals het ontbreken van een gemeenschappelijke benadering van de beoordeling van de risico's die deze nieuwe technologieën met zich meebrengen.

Het proefproject heeft daarom tot doel om dit proces voort te zetten door, parallel aan het begin dat de autoriteiten van de Unie hebben gemaakt met het bewerkstelligen van samenhang tussen de verschillende verzekeringsstelsels in de Unie, zoals voorzien in het eerdere onderzoek, een systeem te testen voor toegang tot verzekeringen op basis van het concept dat reeds wordt gebruikt in verband met de financieringsinstrumenten van de Europese Investeringsbank en het Europees Investeringsfonds inzake leengaranties voor de kleine en middelgrote ondernemingen en onderlinge waarborgen. Het doel van het project is aan te tonen dat het mogelijk en haalbaar is om kleine ondernemingen die gebruik maken van ecotechnologieën zonder meerkosten te verzekeren.

Deze test voert het proces verder dan het stadium van vergelijkend onderzoek en brengt het in een operationele fase, die moet leiden tot de convergentie van nationale stelsels en tot meer aandacht voor de behoeften van kleine ondernemingen en ambachtslieden die actief zijn op het gebied van ecotechnologieën.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 13   Voorbereidende actie — Kansen voor de internationalisering van het midden- en kleinbedrijf (mkb)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

670 000

p.m.

1 000 000

1 488 152,00

0,—

Toelichting

De wereldwijde economie is getuige van een kwalitatief nieuwe vorm van internationale economische betrekkingen die nieuwe kansen biedt voor het mkb in een internationale omgeving. Enkele van de redenen voor het aanboren van nieuwe markten kunnen als volgt worden weergegeven:

lokale markten zijn beperkt;

de nationale markten stagneren gedurende bepaalde perioden;

toegang tot internationale markten is nodig om een sterke groei te bewerkstelligen.

In het kader van de Small Business Act (SBA), die voorziet in programma’s ter ondersteuning van het bedrijfsleven en internationaal onderzoek, moet het mkb betrokken worden bij internationale projecten om profijt te trekken uit de groei van markten buiten de Unie. Deze benadering kan een verbetering opleveren van vaardigheden en innovatieve strategieën en zo het Europese mkb een concurrentievoordeel bieden. Er wordt een voorbereidende actie voorgesteld om de betrokkenheid van het mkb bij dergelijke acties te testen. De voorbereidende actie biedt de nodige informatie voor het opstellen van een strategie in een later stadium. De voorbereidende actie zal een gedetailleerde haalbaarheidsstudie omvatten waarin het marktpotentieel en passende bedrijfsondersteunende maatregelen voor het mkb op belangrijke internationale markten zullen worden beoordeeld. In de studie zullen de verschillende beschikbare mogelijkheden en instrumenten worden onderzocht om het Europese mkb beter op die markten af te stemmen en zullen voor afzonderlijke landen specifieke maatregelen worden voorgesteld om in de toekomst de toegang van het Europese mkb tot die markten te vergemakkelijken.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 02 15   Europees programma voor aardobservatie (GMES)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 000 000

4 284 805

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Het doel van dit krediet is:

initiële operationele GMES-diensten mogelijk te maken die toegesneden zijn op de behoeften van de gebruikers, waaronder beleidmakers en burgers;

bij te dragen tot de duurzaamheid van de observatie-infrastructuur die voor de levering van GMES-diensten noodzakelijk is;

mogelijkheden te scheppen voor een steeds groter gebruik van informatiebronnen door de privésector en zo innovatie gemakkelijker te maken voor dienstverleners die waarde toevoegen.

Met name de ontwikkeling van op aardobservatie gebaseerde diensten speelt een essentiële rol bij de bevordering van het concurrentievermogen en de innovatie in bedrijven in deze sector en in de downstreammarkten. De duurzame levering van aardobservatiediensten in Europa vergt nog steeds een consequent overheidsoptreden. Dit is niet alleen het gevolg van de markttekortkomingen waardoor niet aan diverse overheidsbehoeften wordt voldaan, maar ook van het feit dat de downstreammarkt een onvolgroeide markt is die sterk afhankelijk is van overheidsfinanciering en waarvan de ontwikkeling tot op heden sterk wordt ingetoomd door onzekerheden omtrent de betaalbaarheid en de beschikbaarheid op lange termijn van de basisdiensten en de gegevens waarop zij bouwen. Wanneer de bovengenoemde specifieke doelstellingen worden verwezenlijkt, zal dat bijdragen tot de groei en de schepping van werkgelegenheid in een innovatieve sector, waarvan het downstreamsegment vooral uit kleine en middelgrote bedrijven bestaat. Deze diensten zullen de toegang vergemakkelijken tot de essentiële gegevens die nodig zijn om het beleid op lokaal en regionaal niveau te formuleren op gebieden als landbouw, inclusief bosbouw, en waterbeheer. Zij zouden bijvoorbeeld kunnen bijdragen tot de verbetering van de planning en het onderhoud van het wegennet. Uiteindelijk zal hiermee ook de klimaatverandering beter kunnen worden geëvalueerd.

Verwacht wordt dat de rampenbestrijdingscomponent zal leiden tot een meer doeltreffende verlening van civielebeschermingsdiensten, waardoor levens zullen worden gered en de schade aan kritieke economische infrastructuur zal worden beperkt. Het zal immers mogelijk zijn betere voorspellingen te maken voor de gebieden waar milieurisico's bestaan, toegang te krijgen tot meer actuele en precieze karteringsdiensten tijdens catastrofen en een crisis na de gebeurtenis beter te beheren.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 911/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 inzake het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES) en zijn initiële operationele diensten (2011-2013) (PB L 276 van 20.10.2010, blz. 1).

Referentiebesluiten

Besluit 2010/67/EU van de Commissie van 5 februari 2010 tot oprichting van de GMES-partnerraad (PB L 35 van 6.2.2010, blz. 23).

HOOFDSTUK 02 03 —   INTERNE GOEDERENMARKT EN SECTORAAL BELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

02 03

INTERNE GOEDERENMARKT EN SECTORAAL BELEID

02 03 01

Werking en ontwikkeling van de interne markt, met name op de gebieden van kennisgeving, certificering en sectorale harmonisatie

1.1

18 550 000

15 234 864

16 130 000

19 660 000

15 842 032,78

11 798 365,78

02 03 03

Wetgeving over chemische producten en het Europees Agentschap voor chemische stoffen

02 03 03 01

Wetgeving over chemische producten en het Europees Agentschap voor chemische stoffen — Bijdrage aan titels 1 en 2

1.1

p.m.

p.m.

22 369 000

22 369 000

47 492 573,80

47 492 573,80

02 03 03 02

Wetgeving over chemische producten en het Europees Chemicaliënagentschap — Bijdrage aan titel 3

1.1

p.m.

p.m.

12 781 000

12 781 000

20 558 468,55

20 558 468,55

 

Artikel 02 03 03 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

35 150 000

35 150 000

68 051 042,35

68 051 042,35

02 03 04

Normalisatie en harmonisatie van de wetgevingen

1.1

23 000 000

17 139 222

23 000 000

18 000 000

21 417 215,55

17 296 457,92

 

Hoofdstuk 02 03 — Totaal

 

41 550 000

32 374 086

74 280 000

72 810 000

105 310 290,68

97 145 866,05

02 03 01   Werking en ontwikkeling van de interne markt, met name op de gebieden van kennisgeving, certificering en sectorale harmonisatie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 550 000

15 234 864

16 130 000

19 660 000

15 842 032,78

11 798 365,78

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de maatregelen die moeten bijdragen tot de werking van de interne markt:

harmonisatie van normen en totstandbrenging van een informatiesysteem op het gebied van normen en technische voorschriften;

financiering van de administratieve en technische coördinatie en van de samenwerking tussen de aangemelde instanties;

onderzoek van de regels waarvan door de lidstaten en de EVA-staten kennis is gegeven en vertaling van de ontwerpen van technische voorschriften;

toepassing van het Unierecht op het gebied van medische hulpmiddelen, cosmetica, voedingsmiddelen, textielproducten, geneesmiddelen, chemische stoffen, indeling en etikettering van stoffen en preparaten, auto’s en veiligheid, en kwaliteit van het milieu;

sectorale harmonisatie op het gebied van de richtlijnen „nieuwe aanpak”, met name de uitbreiding van het toepassingsgebied van de „nieuwe aanpak” tot andere sectoren;

maatregelen voor de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 765/2008, zowel voor de infrastructuren als voor het markttoezicht;

uitvoeringsmaatregelen voor Verordening (EG) nr. 764/2008 tot vaststelling van procedures voor de toepassing van bepaalde nationale technische voorschriften op goederen die in een andere lidstaat rechtmatig in de handel zijn gebracht;

uitvoeringsmaatregelen voor Richtlijn 2009/43/EG betreffende de vereenvoudiging van de voorwaarden voor de overdracht van defensiegerelateerde producten binnen de Gemeenschap;

organisatie van partnerschappen met de lidstaten, steun voor administratieve samenwerking tussen de autoriteiten die bevoegd zijn voor markttoezicht en de tenuitvoerlegging van de internemarktwetgeving;

subsidies ter ondersteuning van door externe organen opgezette projecten van belang voor de Unie;

informatie- en communicatieacties, verbetering van de kennis van de uniale wet- en regelgeving;

uitvoering van het strategische programma voor de interne markt en toezicht op de markt;

subsidies ter ondersteuning van de Europese Organisatie voor technische goedkeuring (EOTA);

subsidie voor de Raad van Europa in het kader van het Verdrag inzake een Europese farmacopee;

deelname aan de onderhandelingen over overeenkomsten van onderlinge erkenning, en in het kader van de Europese overeenkomsten, steunverlening aan de geassocieerde landen voor de omzetting van het acquis van de Unie.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Richtlijn 76/768/EEG van de Raad van 27 juli 1976 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake cosmetische producten (PB L 262 van 27.9.1976, blz. 169).

Richtlijn 85/374/EEG van de Raad van 25 juli 1985 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de aansprakelijkheid voor producten met gebreken (PB L 210 van 7.8.1985, blz. 29).

Richtlijn 90/385/EEG van de Raad van 20 juni 1990 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake actieve implanteerbare medische hulpmiddelen (PB L 189 van 20.7.1990, blz. 17).

Richtlijn 91/477/EEG van de Raad van 18 juni 1991 inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens (PB L 256 van 13.9.1991, blz. 51).

Besluit van de Raad van 21 september 1992 waarbij de Commissie wordt gemachtigd te onderhandelen over overeenkomsten tussen de Europese Economische Gemeenschap en bepaalde derde landen inzake de wederzijdse erkenning op het gebied van de conformiteitsbeoordeling (document 8300/92).

Richtlijn 93/5/EEG van de Raad van 25 februari 1993 betreffende de bijstand aan de Commissie en de samenwerking van de lidstaten bij het wetenschappelijk onderzoek van vraagstukken in verband met levensmiddelen (PB L 52 van 4.3.1993, blz. 18).

Richtlijn 93/7/EEG van de Raad van 15 maart 1993 betreffende de teruggave van cultuurgoederen die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van een lidstaat zijn gebracht (PB L 74 van 27.3.1993, blz. 74).

Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad van 23 maart 1993 inzake de beoordeling en de beperking van de risico's van bestaande stoffen (PB L 84 van 5.4.1993, blz. 1).

Richtlijn 93/15/EEG van de Raad van 5 april 1993 betreffende de harmonisatie van de bepalingen inzake het in de handel brengen van en de controle op explosieven voor civiel gebruik (PB L 121 van 15.5.1993, blz. 20).

Richtlijn 93/42/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende medische hulpmiddelen (PB L 169 van 12.7.1993, blz. 1).

Besluit 93/465/EEG van de Raad van 22 juli 1993 betreffende de modules voor de verschillende fasen van de overeenstemmingsbeoordelingsprocedures en de voorschriften inzake het aanbrengen en het gebruik van de CE-markering van overeenstemming die in de richtlijnen voor technische harmonisatie moeten worden gebruikt (PB L 220 van 22.7.1993, blz. 23).

Besluit 94/358/EG van de Raad van 16 juni 1994 houdende aanvaarding namens de Europese Gemeenschap van het Verdrag inzake de samenstelling van een Europese farmacopee (PB L 158 van 25.6.1994, blz. 17).

Richtlijn 96/100/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 februari 1997 tot wijziging van de bijlage bij Richtlijn 93/7/EEG betreffende de teruggave van cultuurgoederen die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van een lidstaat zijn gebracht (PB L 60 van 1.3.1997, blz. 59).

Besluit van de Raad tot bevestiging van de interpretatie van het Comité 113 van het besluit van de Raad van 21 september 1992 waarbij de Commissie richtsnoeren worden gegeven voor onderhandelingen over Europese conformiteitsbeoordelingsovereenkomsten (ECAA's) (document 8453/97).

Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PB L 204 van 21.7.1998, blz. 37).

Richtlijn 98/79/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 oktober 1998 betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek (PB L 331 van 7.12.1998, blz. 1).

Richtlijnen van het Europees Parlement en de Raad tot uitvoering van de nieuwe aanpak in bepaalde sectoren, zoals machines, elektromagnetische compatibiliteit, radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur, laagspanningscomponenten, persoonlijke beschermingsmiddelen op de arbeidsplaats, liften, gevaarlijke explosieve atmosfeer, medische voorzieningen, speelgoed, drukapparatuur, gastoestellen, bouwsector, spoorweginteroperabiliteit, pleziervaartuigen, autobanden, uitstoot van motorvoertuigen, explosieven, pyrotechnische artikelen enz.

Richtlijnen van de Raad inzake de opheffing van technische handelsbelemmeringen op andere terreinen dan die waarvoor de „nieuwe aanpak” geldt.

Verordening (EG) nr. 2679/98 van de Raad van 7 december 1998 inzake de werking van de interne markt wat het vrije verkeer van goederen tussen de lidstaten betreft (PB L 337 van 12.12.1998, blz. 8).

Richtlijn 1999/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 februari 1999 inzake extracten van koffie en extracten van cichorei (PB L 66 van 13.3.1999, blz. 26).

Richtlijn 1999/36/EG van de Raad van 29 april 1999 betreffende vervoerbare drukapparatuur (PB L 138 van 1.6.1999, blz. 20).

Richtlijn 1999/45/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 mei 1999 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten (PB L 200 van 30.7.1999, blz. 1).

Richtlijn 2000/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 maart 2000 betreffende kabelbaaninstallaties voor personenvervoer (PB L 106 van 3.5.2000, blz. 21).

Richtlijn 2000/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 mei 2000 inzake de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten betreffende de geluidsemissie in het milieu door materieel voor gebruik buitenshuis (PB L 162 van 3.7.2000, blz. 1).

Richtlijn 2000/35/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 juni 2000 betreffende bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties (PB L 200 van 8.8.2000, blz. 35).

Verordening (EG) nr. 2580/2000 van de Raad van 20 november 2000 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 3448/93 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde, door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen (PB L 298 van 25.11.2000, blz. 5).

Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (PB L 311 van 28.11.2001, blz. 1).

Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik (PB L 311 van 28.11.2001, blz. 67).

Richtlijn 2002/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 2003 betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (PB L 37 van 13.2.2003, blz. 19).

Richtlijn 2002/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 2003 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) (PB L 37 van 13.2.2003, blz. 24).

Verordening (EG) nr. 2003/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 inzake meststoffen (PB L 304 van 21.11.2003, blz. 1).

Richtlijn 2003/102/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 betreffende de bescherming van voetgangers en andere kwetsbare weggebruikers voor en bij een botsing met een motorvoertuig en houdende wijziging van Richtlijn 70/156/EEG van de Raad (PB L 321 van 6.12.2003, blz. 15).

Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake drugsprecursoren (PB L 47 van 18.2.2004, blz. 1).

Richtlijn 2004/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake de inspectie en de verificatie van de goede laboratoriumpraktijken (GLP) (gecodificeerde versie) (PB L 50 van 20.2.2004, blz. 28).

Richtlijn 2004/10/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de toepassing van de beginselen van goede laboratoriumpraktijken en het toezicht op de toepassing ervan voor tests op chemische stoffen (gecodificeerde versie) (PB L 50 van 20.2.2004, blz. 44).

Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende detergentia tot intrekking van Richtlijn 73/404/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake detergentia (PB L 297 van 22.9.2004, blz. 19).

Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) en tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1).

Richtlijn 2007/23/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen (PB L 154 van 14.6.2007, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 764/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van procedures voor de toepassing van bepaalde nationale technische voorschriften op goederen die in een andere lidstaat rechtmatig in de handel zijn gebracht (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 30).

Besluit nr. 768/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende een gemeenschappelijk kader voor het verhandelen van producten en tot intrekking van Besluit 93/465/EEG van de Raad (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 82).

Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1).

Richtlijn 2008/121/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 januari 2009 inzake textielbenamingen (herschikking) (PB L 19 van 23.1.2009, blz. 29).

Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 betreffende de vereenvoudiging van de voorwaarden voor de overdracht van defensiegerelateerde producten binnen de Gemeenschap (PB L 146 van 10.6.2009, blz. 1).

Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde producten (PB L 285 van 31.10.2009, blz. 10).

02 03 03   Wetgeving over chemische producten en het Europees Agentschap voor chemische stoffen

02 03 03 01   Wetgeving over chemische producten en het Europees Agentschap voor chemische stoffen — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

22 369 000

22 369 000

47 492 573,80

47 492 573,80

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de personeelsuitgaven en de administratieve uitgaven van het Agentschap voor chemische stoffen (titels 1 en 2).

Het Agentschap stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

De Commissie stelt op verzoek van het Agentschap de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) en tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1).

02 03 03 02   Wetgeving over chemische producten en het Europees Chemicaliënagentschap — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

12 781 000

12 781 000

20 558 468,55

20 558 468,55

Toelichting

Dit krediet is ter dekking van operationele uitgaven van het Agentschap met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 23 december 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72), worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Voor 2011 is niet in een subsidie van de Unie voorzien, omdat de werking van het agentschap met „ontvangsten uit vergoedingen en rechten” zal worden gefinancierd, die verondersteld worden ruim voldoende te zijn om de verwachte uitgaven te dekken. Overschotten zullen naar het volgende jaar worden overgedragen om de continuïteit van de taken van het agentschap te garanderen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) en tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1).

02 03 04   Normalisatie en harmonisatie van de wetgevingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

23 000 000

17 139 222

23 000 000

18 000 000

21 417 215,55

17 296 457,92

Toelichting

In overeenstemming met de algemene doelstelling die erin bestaat de interne markt goed te laten functioneren en het concurrentievermogen van de Europese industrie te ondersteunen, met name door een wederzijdse erkenning van de normen en de vaststelling van Europese normen in bepaalde gevallen, dient dit krediet ter dekking van:

de financiële verplichtingen die voortvloeien uit contracten die gesloten worden met de Europese normalisatie-instellingen (Europees Normalisatie-instituut voor telecommunicatie (ETSI), Europees Comité voor normalisatie (CEN) en Europees Comité voor elektrotechnische normalisatie (Cenelec)), voor de opstelling van normen;

de werkzaamheden in verband met de controle op en de certificering van overeenstemming met de normen en demonstratieprojecten;

de uitgaven voor contracten met het oog op de uitvoering van bovengenoemd programma en bovengenoemde projecten. Het betreft hier met name contracten voor onderzoek, samenwerking, evaluatie, technische werkzaamheden, coördinatie, beurzen, subsidies, opleiding en mobiliteit van wetenschappers, deelneming aan internationale overeenkomsten en deelneming in de uitrustingskosten;

versterking van de prestaties van de normalisatie-instituten;

bevordering van de kwaliteit van de normalisatie en de controle hierop;

steun voor de omzetting van de Europese normen in nationale normen, onder meer door vertaling ervan;

acties op het gebied van voorlichting, promotie en zichtbaarheid van de normalisatie, alsmede behartiging van de Europese belangen bij de internationale normalisatie;

de secretariaten van de technische comités;

de technische projecten op het gebied van keuringen inzake overeenstemming met de normen;

samenwerkings- en bijstandsprogramma’s voor derde landen;

de uitvoering van werkzaamheden die de geharmoniseerde toepassing van internationale normen in de Unie mogelijk maken;

de nadere uitwerking van certificatiemethoden en de ontwikkeling van technische certificatiemethoden;

de bevordering van de toepassing van de normen in het kader van overheidsopdrachten;

de coördinatie van de verschillende activiteiten die de toepassing van de normen moeten voorbereiden en bevorderen (handleidingen, demonstraties enz.).

De Uniefinanciering moet dienen om de normalisatieactiviteiten te omschrijven en ten uitvoer te brengen door overleg met de voornaamste betrokkenen: bedrijfsleven, vertegenwoordigers van de werknemers, van de consumenten, van het midden- en kleinbedrijf, nationale en Europese normalisatie-instellingen, uitschrijvers van openbare aanbestedingen in de lidstaten, alle gebruikers en degenen die op nationaal en EU-niveau het industriebeleid bepalen.

Rechtsgronden

Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PB L 204 van 21.7.1998, blz. 37).

Besluit nr. 1673/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 betreffende de financiering van de Europese normalisatie (PB L 315 van 15.11.2006, blz. 9).

HOOFDSTUK 02 04 —   SAMENWERKING — RUIMTEVAART EN VEILIGHEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

02 04

SAMENWERKING — RUIMTEVAART EN VEILIGHEID

02 04 01

Onderzoek op het gebied van ruimtevaart en veiligheid

02 04 01 01

Onderzoek op het gebied van ruimtevaart

1.1

232 981 000

219 001 169

212 853 000

203 753 000

129 079 020,95

124 595 562,62

02 04 01 02

Onderzoek op het gebied van veiligheid

1.1

225 698 000

114 356 698

215 053 000

115 953 000

139 441 602,42

54 488 972,87

02 04 01 03

Onderzoek in verband met vervoer (Galileo)

1.1

62 605 000

47 608 950

29 997 846

15 893 500

38 817 772,95

26 178 442,46

 

Artikel 02 04 01 — Subtotaal

 

521 284 000

380 966 817

457 903 846

335 599 500

307 338 396,32

205 262 977,95

02 04 02

Voorbereidende actie — Versterking van het Europese veiligheidsonderzoek

1.1

p.m.

300 000

p.m.

1 400 000

0,—

2 371 383,91

02 04 03

Kredieten afkomstig van de deelname van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

2 455 277,42

6 246 803,64

02 04 04

Voltooiing van eerdere onderzoeksprogramma’s

02 04 04 01

Voltooiing van programma’s van vóór 2003

1.1

p.m.

p.m.

0,—

0,—

02 04 04 02

Voltooiing van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

1.1

6 093 946

22 050 000

0,—

42 904 944,36

 

Artikel 02 04 04 — Subtotaal

 

6 093 946

22 050 000

0,—

42 904 944,36

 

Hoofdstuk 02 04 — Totaal

 

521 284 000

387 360 763

457 903 846

359 049 500

309 793 673,74

256 786 109,86

Toelichting

Deze toelichting is van toepassing op alle begrotingsonderdelen in dit hoofdstuk.

Deze kredieten zullen worden gebruikt voor het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, dat de periode 2007-2013 bestrijkt.

Dit programma is gericht op de verwezenlijking van de in artikel 179 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie beschreven doelstellingen, teneinde bij te dragen tot de totstandkoming van een kennismaatschappij, gebaseerd op de Europese Onderzoeksruimte, d.w.z. door het ondersteunen van transnationale samenwerking op alle niveaus in de gehele Unie, door de dynamiek, de creativiteit en de uitmuntendheid van het Europese onderzoek in staat te stellen de grenzen van de kennis te verleggen, door meer personele middelen voor onderzoek en technologische ontwikkeling in Europa ter beschikking te stellen, en ook de kwaliteit daarvan te verbeteren, en door de capaciteiten voor onderzoek en innovatie in heel Europa te versterken en ervoor te zorgen dat die optimaal gebruikt worden.

Deze kredieten zullen worden gebruikt overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Bij enkele van deze projecten is voorzien in deelname van derde landen of instellingen uit derde landen aan Europese samenwerking op het gebied van wetenschappelijk en technisch onderzoek. Eventuele financiële bijdragen die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3 en 6 0 1 5 van de staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van landen aan de Europese samenwerking op het terrein van wetenschappelijk en technisch onderzoek die zijn geboekt onder post 6 0 1 6 van de staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, aan de uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten uit de bijdragen van externe instanties voor deelname aan activiteiten van de Unie die zijn geboekt onder post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Extra kredieten zullen worden opgevoerd onder artikel 02 04 03.

02 04 01   Onderzoek op het gebied van ruimtevaart en veiligheid

02 04 01 01   Onderzoek op het gebied van ruimtevaart

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

232 981 000

219 001 169

212 853 000

203 753 000

129 079 020,95

124 595 562,62

Toelichting

De acties die op dit gebied worden uitgevoerd, hebben tot doel een Europees ruimteprogramma te ondersteunen dat zich vooral toespitst op toepassingen zoals GMES (Global Monitoring for Environment and Security — wereldwijde monitoring van milieu en veiligheid) met voordelen voor de burgers en het concurrentievermogen van de Europese industrie, alsook de grondslagen van de ruimtevaart te versterken met in het bijzonder voordelen voor het concurrentievermogen van de Europese ruimtevaartindustrie. Hiermee wordt een bijdrage geleverd tot de ontwikkeling van een Europees ruimtevaartbeleid waarmee de inspanningen van de lidstaten en andere hoofdrolspelers, zoals het Europees Ruimteagentschap, worden aangevuld.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

02 04 01 02   Onderzoek op het gebied van veiligheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

225 698 000

114 356 698

215 053 000

115 953 000

139 441 602,42

54 488 972,87

Toelichting

De doelstelling van de activiteiten op dit gebied is de technologieën en kennis te ontwikkelen die nodig zijn voor het opbouwen van capaciteiten waarbij de nadruk op civiele toepassing ligt teneinde de burger te beschermen tegen dreigingen zoals terrorisme en criminaliteit, alsmede tegen de effecten van ongewilde incidenten zoals natuurrampen en industriële ongevallen; te zorgen voor een optimaal en gecoördineerd gebruik van beschikbare en zich ontwikkelende technologieën ten behoeve van de Europese veiligheid met inachtneming van de fundamentele mensenrechten; de samenwerking tussen aanbieders en gebruikers van veiligheidsoplossingen te stimuleren; door middel van deze activiteiten de technologische basis van de Europese beveiligingsindustrie te versterken en tegelijkertijd het concurrentievermogen ervan te verbeteren. In dit verband moeten speciale inspanningen worden verricht voor de ontwikkeling van een Europese strategie voor cyberveiligheid.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

02 04 01 03   Onderzoek in verband met vervoer (Galileo)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

62 605 000

47 608 950

29 997 846

15 893 500

38 817 772,95

26 178 442,46

Toelichting

Oude post 06 06 02 01 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van maatregelen voor de ontwikkeling van het Europees satellietnavigatiesysteem (Galileo) voor alle vervoerswijzen, met inbegrip van intermodaliteit, met het oog op de volgende technologische generatie.

Het is de bedoeling dat deze onderzoeksmaatregelen tot een verbetering van het vervoer bijdragen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

02 04 02   Voorbereidende actie — Versterking van het Europese veiligheidsonderzoek

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

300 000

p.m.

1 400 000

0,—

2 371 383,91

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere contractuele verplichtingen in verband met deze voorbereidende actie die de bijdrage van de Commissie aan de bredere agenda van de Unie vormt voor de aanpak van de belangrijkste veiligheidsproblemen die momenteel het uiterste van Europa vergen, en die gericht is op de vergroting van de veiligheid van de burgers.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

02 04 03   Kredieten afkomstig van de deelname van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

2 455 277,42

6 246 803,64

Toelichting

Oude artikelen 02 04 03 en 06 06 04 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement.

02 04 04   Voltooiing van eerdere onderzoeksprogramma’s

02 04 04 01   Voltooiing van programma’s van vóór 2003

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de eerdere vastleggingen in verband met onderzoeksprogramma’s van vóór 2003.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit 87/516/Euratom, EEG van de Raad van 28 september 1987 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1987-1991) (PB L 302 van 24.10.1987, blz. 1).

Besluit 90/221/Euratom, EEG van de Raad van 23 april 1990 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 117 van 8.5.1990, blz. 28).

Besluit 93/167/Euratom, EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot aanpassing van Besluit 90/221/Euratom, EEG betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 43).

Besluit nr. 1110/94/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 april 1994 betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 126 van 18.5.1994, blz. 1).

Besluit nr. 616/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 1996 tot aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 69).

Besluit nr. 2535/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 1 december 1997 tot tweede aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 347 van 18.12.1997, blz. 1).

Besluit nr. 182/1999/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 1).

02 04 04 02   Voltooiing van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 093 946

22 050 000

0,—

42 904 944,36

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de eerdere vastleggingen in verband met het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1513/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, ter bevordering van de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte en van innovatie (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 1).

Beschikking 2002/835/EG van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling van een specifiek programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie: „Structurering van de Europese onderzoeksruimte” (2002-2006) (PB L 294 van 29.10.2002, blz. 44).

HOOFDSTUK 02 05 —   EUROPESE PROGRAMMA’S VOOR NAVIGATIE PER SATELLIET (EGNOS EN GALILEO)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

02 05

EUROPESE PROGRAMMA’S VOOR NAVIGATIE PER SATELLIET (EGNOS EN GALILEO)

02 05 01

Europese programma’s voor navigatie per satelliet (Egnos en Galileo)

1.1

191 941 800

523 698 449

890 900 000

450 000 000

846 712 800,—

721 918 525,—

02 05 02

Europees GNSS-Agentschap (GSA)

02 05 02 01

Europees GNSS-Agentschap (GSA) — Bijdrage aan titels 1 en 2

1.1

5 621 000

5 621 000

2 635 000

2 635 000

4 500 000,—

4 460 000,—

02 05 02 02

Europees GNSS-Agentschap (GSA) — Bijdrage aan titel 3

1.1

2 579 000

2 579 000

2 500 000

2 500 000

2 910 000,—

2 800 000,—

 

Artikel 02 05 02 — Subtotaal

 

8 200 000

8 200 000

5 135 000

5 135 000

7 410 000,—

7 260 000,—

 

Hoofdstuk 02 05 — Totaal

 

200 141 800

531 898 449

896 035 000

455 135 000

854 122 800,—

729 178 525,—

02 05 01   Europese programma’s voor navigatie per satelliet (Egnos en Galileo)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

191 941 800

523 698 449

890 900 000

450 000 000

846 712 800,00

721 918 525,00

Toelichting

Oud artikel 06 08 01

De bijdrage van de Unie aan de Europese GNSS-programma’s wordt verleend met het oog op medefinanciering van:

activiteiten die verband houden met de afronding van de ontwikkelingsfase;

activiteiten die verband houden met de stationeringsfase, die de bouw en de lancering van de satellieten en de volledige totstandbrenging van de grondinfrastructuur omvat;

de eerste reeks activiteiten in verband met de start van de exploitatiefase, die enerzijds het beheer van de satelliet- en grondinfrastructuur en anderzijds de permanente onderhouds- en bijwerkingswerkzaamheden omvat.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 683/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende de voortzetting van de uitvoering van de Europese programma’s voor navigatie per satelliet (Egnos en Galileo) (PB L 196 van 24.7.2008, blz. 1).

02 05 02   Europees GNSS-Agentschap (GSA)

02 05 02 01   Europees GNSS-Agentschap (GSA) — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 621 000

5 621 000

2 635 000

2 635 000

4 500 000,00

4 460 000,00

Toelichting

Oude post 06 08 02 01

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van het Europees GNSS-Agentschap (titels 1 en 2).

Het Agentschap stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Europees GNSS-Agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 912/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 tot oprichting van het Europese GNSS-Agentschap (PB L 276 van 20.10.2010, blz. 11).

02 05 02 02   Europees GNSS-Agentschap (GSA) — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 579 000

2 579 000

2 500 000

2 500 000

2 910 000,00

2 800 000,00

Toelichting

Oude post 06 08 02 02

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Agentschap met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Agentschap stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 8 200 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 912/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 tot oprichting van het Europese GNSS-Agentschap (PB L 276 van 20.10.2010, blz. 11).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERNEMINGEN

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERNEMINGEN

TITEL 03

CONCURRENTIE

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

03 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „CONCURRENTIE”

93 403 671

93 403 671

90 604 037

90 604 037

91 573 732,56

91 573 732,56

Reserves (40 01 40)

56 917

56 917

203 854

203 854

 

 

 

93 460 588

93 460 588

90 807 891

90 807 891

91 573 732,56

91 573 732,56

03 03

KARTELS, ANTITRUST EN LIBERALISERING

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

3 072 911,49

 

Titel 03 — Totaal

93 403 671

93 403 671

90 604 037

90 604 037

91 573 732,56

94 646 644,05

Reserves (40 01 40)

56 917

56 917

203 854

203 854

 

 

 

93 460 588

93 460 588

90 807 891

90 807 891

91 573 732,56

94 646 644,05

HOOFDSTUK 03 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „CONCURRENTIE”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

03 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „CONCURRENTIE”

03 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Concurrentie”

5

74 886 165

72 630 958

71 974 001,83

Reserves (40 01 40)

 

56 917

203 854

 

 

 

74 943 082

72 834 812

71 974 001,83

03 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Concurrentie”

03 01 02 01

Extern personeel

5

6 257 550

5 880 965

6 365 701,66

03 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

6 833 697

6 780 732

7 581 901,24

 

Artikel 03 01 02 — Subtotaal

 

13 091 247

12 661 697

13 947 602,90

03 01 03

Uitgaven voor uitrusting en diensten voor het beleidsterrein „Concurrentie”

5

5 426 259

5 311 382

5 652 127,83

 

Hoofdstuk 03 01 — Totaal

 

93 403 671

90 604 037

91 573 732,56

Reserves (40 01 40)

 

56 917

203 854

 

 

 

93 460 588

90 807 891

91 573 732,56

03 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Concurrentie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

03 01 01

74 886 165

72 630 958

71 974 001,83

Reserves (40 01 40)

56 917

203 854

 

Totaal

74 943 082

72 834 812

71 974 001,83

03 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Concurrentie”

03 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 257 550

5 880 965

6 365 701,66

03 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 833 697

6 780 732

7 581 901,24

03 01 03   Uitgaven voor uitrusting en diensten voor het beleidsterrein „Concurrentie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 426 259

5 311 382

5 652 127,83

HOOFDSTUK 03 03 —   KARTELS, ANTITRUST EN LIBERALISERING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

03 03

KARTELS, ANTITRUST EN LIBERALISERING

03 03 01

Voltooiing van flankerende maatregelen van de hervorming op het beleidsterrein „Concentraties, antitrust, liberalisering van de markten en kartels”

1.1

p.m.

p.m.

0,—

0,—

03 03 02

Schadevergoedingsclaims als gevolg van juridische procedures tegen besluiten van de Commissie in concurrentiezaken

5

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

3 072 911,49

 

Hoofdstuk 03 03 — Totaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

3 072 911,49

03 03 01   Voltooiing van flankerende maatregelen van de hervorming op het beleidsterrein „Concentraties, antitrust, liberalisering van de markten en kartels”

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met vastleggingen van voorgaande jaren.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) daarbij. Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig het bepaalde in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 791/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van op Europees niveau actieve organisaties en ter ondersteuning van gerichte activiteiten op het gebied van onderwijs en opleiding (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 31).

03 03 02   Schadevergoedingsclaims als gevolg van juridische procedures tegen besluiten van de Commissie in concurrentiezaken

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

3 072 911,49

Toelichting

Om ervoor te zorgen dat de regels inzake mededinging betreffende overeenkomsten tussen ondernemingen, besluiten van ondernemersverenigingen en onderling afgestemde feitelijke gedragingen (artikel 101 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie/oud artikel 81 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap), misbruik van een machtspositie (artikel 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie/oud artikel 82 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap), steunmaatregelen van de staten (artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie/oude artikelen 87 en 88 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap) en concentraties van ondernemingen (Verordening (EG) nr. 139/2004) worden gehandhaafd, kan de Commissie besluiten nemen, onderzoeken voeren en sancties of terugvorderingen opleggen.

De besluiten van de Commissie zijn overeenkomstig het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie aan het toezicht van het Hof van Justitie van de Europese Unie onderworpen.

Bij wijze van voorzorg is het passend rekening te houden met de mogelijke budgettaire gevolgen van arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie.

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven die voortvloeien uit schadevergoedingen die door het Hof van Justitie van de Europese Unie worden toegekend aan eisers en die het gevolg zijn van juridische procedures tegen besluiten van de Commissie in concurrentiezaken.

Aangezien vooraf geen redelijke raming van de financiële gevolgen voor de algemene begroting kan worden opgesteld, wordt in dit artikel een pro-memorievermelding („p.m.”) opgenomen. In voorkomend geval zal de Commissie voorstellen de kredieten voor de werkelijke behoeften beschikbaar te stellen door middel van overschrijvingen of door een voorontwerp van gewijzigde begroting.

Rechtsgronden

Artikelen 101 en 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (oude artikelen 81 en 82 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap) en afgeleid recht, met name:

Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1);

Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (de „EG-concentratieverordening”) (PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1).

Artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (oude artikelen 87 en 88 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap) en afgeleid recht, met name:

Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (PB L 83 van 27.3.1999, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL CONCURRENTIE

BELEIDSCOÖRDINATIE, EUROPEAN COMPETITION NETWORK (ECN) EN INTERNATIONALE SAMENWERKING

TOEZICHT OP STAATSSTEUN

CONCENTRATIECONTROLE

TITEL 04

WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN”

95 925 690

95 925 690

101 669 984

101 669 984

100 024 931,79

100 024 931,79

Reserves (40 01 40)

44 335

44 335

423 970

423 970

 

 

 

95 970 025

95 970 025

102 093 954

102 093 954

100 024 931,79

100 024 931,79

04 02

EUROPEES SOCIAAL FONDS

10 963 813 972

8 743 950 522

10 827 964 982

8 203 377 500

10 791 101 589,94

8 561 695 068,30

04 03

WERKEN IN EUROPA — SOCIALE DIALOOG EN MOBILITEIT

79 130 000

64 266 181

72 500 000

62 700 000

67 579 499,86

57 651 786,37

04 04

WERKGELEGENHEID, MAATSCHAPPELIJKE SOLIDARITEIT EN GENDERGELIJKHEID

157 056 000

151 704 616

158 690 593

135 500 593

146 727 982,86

112 806 536,98

Reserves (40 02 41)

 

 

25 000 000

25 000 000

 

 

 

157 056 000

151 704 616

183 690 593

160 500 593

146 727 982,86

112 806 536,98

04 05

EUROPEES FONDS VOOR AANPASSING AAN DE GLOBALISERING (EFG)

p.m.

47 608 950

p.m.

p.m.

12 387 700,—

12 387 700,—

04 06

INSTRUMENT VOOR PRETOETREDINGSSTEUN (IPA) — ONTWIKKELING VAN HET MENSELIJKE POTENTIEEL

102 400 000

59 987 277

87 500 000

29 835 000

76 900 000,—

65 239 055,32

 

Titel 04 — Totaal

11 398 325 662

9 163 443 236

11 248 325 559

8 533 083 077

11 194 721 704,45

8 909 805 078,76

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

44 335

44 335

25 423 970

25 423 970

 

 

 

11 398 369 997

9 163 487 571

11 273 749 529

8 558 507 047

11 194 721 704,45

8 909 805 078,76

HOOFDSTUK 04 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

04 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN”

04 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

5

58 331 356

61 983 488

61 375 210,45

Reserves (40 01 40)

 

44 335

173 970

 

 

 

58 375 691

62 157 458

61 375 210,45

04 01 02

Extern personeel en ander beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

04 01 02 01

Extern personeel

5

4 107 915

4 785 511

4 783 235,57

04 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

5 501 723

7 533 235

7 868 538,29

 

Artikel 04 01 02 — Subtotaal

 

9 609 638

12 318 746

12 651 773,86

04 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

5

4 226 696

4 532 750

4 818 154,73

04 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

04 01 04 01

Europees Sociaal Fonds (ESF) en niet-operationele technische bijstand — Uitgaven voor administratief beheer

1.2

16 500 000

16 500 000

15 025 225,88

04 01 04 02

Arbeidsverhoudingen en sociale dialoog — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

260 000

260 000

49 309,52

04 01 04 04

Eures (European Employment Services) — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

470 000

470 000

477 975,29

04 01 04 06

Analyse en studies betreffende sociale situatie, demografie en gezin — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

100 000

100 000

98 370,27

04 01 04 08

Vrij verkeer van werknemers, coördinatie van de socialezekerheidsstelsels en acties ten behoeve van migranten, met inbegrip van migranten uit derde landen — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

400 000

400 000

275 974,95

04 01 04 10

Progress — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

4 380 000

4 130 000

3 706 021,18

04 01 04 11

Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit — Administratieve uitgaven

1.1

250 000

p.m.

 

Reserves (40 01 40)

 

 

250 000

 

 

 

250 000

250 000

 

04 01 04 13

Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Onderdeel personele middelen — Uitgaven voor administratief beheer

4

1 398 000

975 000

1 299 361,63

04 01 04 14

Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

p.m.

p.m.

247 554,03

 

Artikel 04 01 04 — Subtotaal

 

23 758 000

22 835 000

21 179 792,75

Reserves (40 01 40)

 

 

250 000

 

 

 

23 758 000

23 085 000

21 179 792,75

 

Hoofdstuk 04 01 — Totaal

 

95 925 690

101 669 984

100 024 931,79

Reserves (40 01 40)

 

44 335

423 970

 

 

 

95 970 025

102 093 954

100 024 931,79

04 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

04 01 01

58 331 356

61 983 488

61 375 210,45

Reserves (40 01 40)

44 335

173 970

 

Totaal

58 375 691

62 157 458

61 375 210,45

04 01 02   Extern personeel en ander beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

04 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 107 915

4 785 511

4 783 235,57

04 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 501 723

7 533 235

7 868 538,29

04 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 226 696

4 532 750

4 818 154,73

04 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

04 01 04 01   Europees Sociaal Fonds (ESF) en niet-operationele technische bijstand — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 500 000

16 500 000

15 025 225,88

Toelichting

Dit krediet is bestemd ter dekking van door het ESF gefinancierde technischebijstandsmaatregelen in het kader van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1081/2006. Bij de technische bijstand gaat het om maatregelen voor de voorbereiding, het toezicht, de evaluatie, de controle en het beheer die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het ESF door de Commissie. Dit krediet kan met name worden gebruikt voor de financiering van:

ondersteunende kosten (representatiekosten, opleiding, vergaderingen, reizen, vertalingen);

kosten voor informatie en publicatie;

kosten voor informatietechnologie en telecommunicatie;

uitgaven voor steun voor toegankelijkheid van personen met een handicap binnen maatregelen voor technische bijstand;

dienstencontracten;

uitgaven voor extern personeel in de hoofdzetel (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel uit agentschappen) tot 5 000 000 EUR.

Dit krediet is ook bedoeld voor steun voor administratief leren en samenwerking met niet-gouvernementele organisaties en sociale partners.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1784/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 12).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

04 01 04 02   Arbeidsverhoudingen en sociale dialoog — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

260 000

260 000

49 309,52

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie post 04 03 03 01.

04 01 04 04   Eures (European Employment Services) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

470 000

470 000

477 975,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Zie artikel 04 03 04.

04 01 04 06   Analyse en studies betreffende sociale situatie, demografie en gezin — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

100 000

98 370,27

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 04 03 07.

04 01 04 08   Vrij verkeer van werknemers, coördinatie van de socialezekerheidsstelsels en acties ten behoeve van migranten, met inbegrip van migranten uit derde landen — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

400 000

400 000

275 974,95

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Zie artikel 04 03 05.

04 01 04 10   Progress — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 380 000

4 130 000

3 706 021,18

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor technische en administratieve bijstand voor de tenuitvoerlegging van acties ter bewerkstelliging van gelijkheid tussen mannen en vrouwen en het inspelen op de bijzondere behoeften van personen met een handicap;

de uitgaven, ten belope van maximaal 600 000 EUR, voor de reis-, verblijf- en onvoorziene kosten van leden en deskundigen, de uitgaven die verband houden met de organisatie van vergaderingen en de uitgaven voor de specifieke activiteiten en de veiligheidscampagnes van het Raadgevend Comité voor de veiligheid, de hygiëne en de gezondheidsbescherming op de arbeidsplaats;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze begrotingslijn vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie post 04 04 01.

04 01 04 11   Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit — Administratieve uitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

04 01 04 11

250 000

p.m.

 

Reserves (40 01 40)

 

250 000

 

Totaal

250 000

250 000

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor technische en administratieve bijstand voor de tenuitvoerlegging van de maatregelen in verband met de Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit.

04 01 04 13   Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Onderdeel personele middelen — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 398 000

975 000

1 299 361,63

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel (arbeidscontractanten, plaatselijke functionarissen of gedetacheerde nationale deskundigen) dat bij de delegaties in dienst wordt genomen met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, of in verband met de overname van de taken van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand, alsmede de bijkomende logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologieën en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het externe personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 04 06 01.

04 01 04 14   Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

247 554,03

Toelichting

Dit krediet is bestemd om op initiatief van de Commissie te worden gebruikt, tot een maximum van 0,35 % van het jaarlijkse maximumbedrag van het EFG. Het EFG kan gebruikt worden voor het financieren van de voorbereiding, het toezicht, de informatie en het creëren van een kennisbasis die relevant is voor de implementatie van het EFG. Het mag tevens worden gebruikt ter financiering van administratieve en technische bijstand, alsook audit, controle en evaluatie die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van de operaties van het EFG.

Rechtsgronden

Zie artikel 04 05 01.

HOOFDSTUK 04 02 —   EUROPEES SOCIAAL FONDS

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 02

EUROPEES SOCIAAL FONDS

04 02 01

Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1 (2000-2006)

1.2

p.m.

550 800 000

p.m.

267 777 500

0,—

651 398 487,81

04 02 02

Voltooiing van het speciale programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland (2000-2006)

1.2

p.m.

9 700 000

p.m.

1 000 000

0,—

0,—

04 02 03

Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1 (van vóór 2000)

1.2

p.m.

2 000 000

p.m.

2 000 000

21 833,15

1 384 396,36

04 02 04

Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2 (2000-2006)

1.2

p.m.

48 000 000

p.m.

59 400 000

0,—

113 326 036,26

04 02 05

Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2 (van vóór 2000)

1.2

p.m.

1 000 000

p.m.

1 000 000

0,—

62 454,38

04 02 06

Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3 (2000-2006)

1.2

p.m.

360 299 039

p.m.

160 100 000

0,—

654 632 409,91

04 02 07

Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3 (van vóór 2000)

1.2

p.m.

2 000 000

p.m.

2 000 000

0,—

1 075 043,45

04 02 08

Voltooiing van Equal (2000-2006)

1.2

p.m.

72 000 000

p.m.

21 200 000

0,—

121 250 779,40

04 02 09

Voltooiing van eerdere programma’s in het kader van een communautair initiatief (van vóór 2000)

1.2

p.m.

1 000 000

p.m.

1 000 000

0,—

1 734 831,80

04 02 10

Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Technische bijstand en innovatieve acties (2000-2006)

1.2

p.m.

p.m.

4 000 000

0,—

6 211 235,40

04 02 11

Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Technische bijstand en innovatieve acties (van vóór 2000)

1.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

119 105,—

04 02 17

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Convergentie

1.2

7 748 847 361

5 430 000 000

7 473 667 217

5 256 700 000

7 305 903 755,—

4 390 658 515,25

04 02 18

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Peace

1.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

04 02 19

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid

1.2

3 204 966 611

2 259 651 483

3 343 826 311

2 416 700 000

3 477 243 743,—

2 616 162 791,73

04 02 20

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Operationele technische bijstand (2007-2013)

1.2

10 000 000

7 500 000

10 471 454

10 500 000

7 932 258,79

3 678 981,55

 

Hoofdstuk 04 02 — Totaal

 

10 963 813 972

8 743 950 522

10 827 964 982

8 203 377 500

10 791 101 589,94

8 561 695 068,30

Toelichting

In artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 is voorzien in financiële correcties waarvan de ontvangsten worden opgenomen in post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement in die specifieke gevallen waarin het noodzakelijk is annuleringsrisico's of reductierisico's van eerder besloten correcties te dekken.

Verordening (EG) nr. 1083/2006 voorziet in financiële correcties voor de periode 2007-2013.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder het voorschot wordt terugbetaald, hetgeen niet tot gevolg heeft dat het aandeel van de structuurfondsen aan de betrokken financiële tussenkomst wordt verminderd. Eventuele ontvangsten uit deze terugbetalingen van het voorschot, die in post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten worden opgenomen, geven aanleiding tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van het Financieel Reglement.

Verordening (EG) nr. 1083/2006 stelt de voorwaarden vast voor terugbetaling van voorfinanciering voor de periode 2007-2013.

Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999, om 500 000 000 EUR voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name de artikelen 174, 175 en 177.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1784/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 12).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Referentiebesluiten

Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.

Conclusies van de Europese Raad van Brussel van 16 en 17 december 2005.

04 02 01   Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1 (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

550 800 000

p.m.

267 777 500

0,—

651 398 487,81

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de in de programmeringsperiode 2000-2006 nog uit het ESF betaalbaar te stellen verplichtingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

04 02 02   Voltooiing van het speciale programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

9 700 000

p.m.

1 000 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de in de programmeringsperiode 2000-2006 nog uit het ESF betaalbaar te stellen verplichtingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Beschikking 1999/501/EG van de Commissie van 1 juli 1999 tot vaststelling van een indicatieve verdeling over de lidstaten van de vastleggingskredieten voor doelstelling 1 van de structuurfondsen voor de periode 2000 tot en met 2006 (PB L 194 van 27.7.1999, blz. 49).

Referentiebesluiten

Conclusies van de bijeenkomst van de Europese Raad van 24 en 25 maart 1999 in Berlijn, met name punt 44, onder b).

Conclusies van de bijeenkomst van de Europese Raad van 17 en 18 juni 2004 in Brussel, met name punt 49.

04 02 03   Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1 (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 000 000

p.m.

2 000 000

21 833,15

1 384 396,36

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uit het ESF nog af te wikkelen vastleggingen van vorige programmeringsperioden in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6.

Rechtsgronden

Besluit 83/516/EEG van de Raad van 17 oktober 1983 betreffende de taken van het Europees Sociaal Fonds (PB L 289 van 22.10.1983, blz. 38).

Verordening (EEG) nr. 2950/83 van de Raad van 17 oktober 1983 houdende toepassing van Besluit 83/516/EEG betreffende de taken van het Europees Sociaal Fonds (PB L 289 van 22.10.1983, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

04 02 04   Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2 (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

48 000 000

p.m.

59 400 000

0,—

113 326 036,26

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de in de programmeringsperiode 2000-2006 nog uit het ESF af te wikkelen vastleggingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

04 02 05   Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2 (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 000 000

p.m.

1 000 000

0,—

62 454,38

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uit het ESF nog af te wikkelen vastleggingen van vorige programmeringsperioden in het kader van de oude doelstellingen 2 en 5 b).

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

04 02 06   Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3 (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

360 299 039

p.m.

160 100 000

0,—

654 632 409,91

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de in de programmeringsperiode 2000-2006 nog uit het ESF af te wikkelen vastleggingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

04 02 07   Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3 (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 000 000

p.m.

2 000 000

0,—

1 075 043,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uit het ESF nog af te wikkelen vastleggingen van vorige programmeringsperioden in het kader van de oude doelstellingen 3 en 4.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

04 02 08   Voltooiing van Equal (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

72 000 000

p.m.

21 200 000

0,—

121 250 779,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de in de programmeringsperiode 2000-2006 nog uit het ESF af te wikkelen vastleggingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 14 april 2000 tot vaststelling van de richtsnoeren voor het communautaire initiatief Equal betreffende transnationale samenwerking voor de bevordering van nieuwe praktijken voor de bestrijding van discriminaties en ongelijkheden van welke aard ook wat de arbeidsmarkt betreft (PB C 127 van 5.5.2000, blz. 2).

04 02 09   Voltooiing van eerdere programma’s in het kader van een communautair initiatief (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 000 000

p.m.

1 000 000

0,—

1 734 831,80

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de in de programmeringsperiode 2000-2006 nog uit het ESF af te wikkelen vastleggingen die in het kader van vroegere communautaire initiatieven zijn aangegaan.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 13 mei 1992 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s die de lidstaten worden uitgenodigd op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor de sterk van de textiel- en kledingsector afhankelijke regio's (Retex) (PB C 142 van 4.6.1992, blz. 5).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor globale subsidies of geïntegreerde operationele programma’s in het kader waarvan de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen uit hoofde van een communautair initiatief betreffende de herstructurering van de visserijsector (Pesca) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 1).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor stedelijke gebieden (Urban) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 6).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief betreffende de aanpassing van middelgrote en kleine bedrijven aan de interne markt (mkb-initiatief) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 10).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende nadere bijzonderheden betreffende de richtsnoeren voor het initiatief Retex (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 17).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de omschakeling van de defensiesector (Konver) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 18).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de economische omschakeling van ijzer- en staalzones (Resider II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 22).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de economische omschakeling van steenkoolwinningsgebieden (Rechar II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 26).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief „Aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (Adapt)”, dat gericht is op de bevordering van de werkgelegenheid en de aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 30).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s/globale subsidies die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief inzake „Werkgelegenheid en ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen” (Emploi) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 36).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap voor de ultraperifere gebieden (Regis II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 44).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van richtsnoeren voor geïntegreerde globale subsidies en geïntegreerde operationele programma’s in het kader van een communautair initiatief voor plattelandsontwikkeling, waarvoor de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen (Leader II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 48).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van grensgebieden, grensoverschrijdende samenwerking en geselecteerde energienetten (Interreg II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 60).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 16 mei 1995 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een initiatief in het kader van het speciaal steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (Peace I-programma) (PB C 186 van 20.7.1995, blz. 3).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor stedelijke gebieden (Urban) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 4).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 over de vaststelling van gewijzigde richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief: „Aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (Adapt)”, dat gericht is op de bevordering van de werkgelegenheid en de aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 7).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 betreffende de vaststelling van gewijzigde richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief inzake „Werkgelegenheid en ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen”, bedoeld om de groei van de werkgelegenheid in hoofdzaak door de ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen te bevorderen (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 13).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de door de lidstaten op te stellen operationele programma’s in het kader van het communautaire initiatief Interreg betreffende transnationale samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening (Interreg II C) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 23).

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 november 1997 over het speciale steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (1995-1999) (Peace I-programma) (COM(1997) 642).

04 02 10   Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Technische bijstand en innovatieve acties (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

4 000 000

0,—

6 211 235,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uit het ESF nog af te wikkelen vastleggingen van de programmeringsperiode 2000-2006 voor innovatieve acties en technische bijstand zoals bedoeld in de artikelen 22 en 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Deze innovatieve maatregelen omvatten studies, proefprojecten en uitwisselingen van ervaring. Zij waren met name bedoeld om de kwaliteit van de bijstandsverlening uit de structuurfondsen te verbeteren. De technische bijstand omvatte maatregelen voor de voorbereiding, het toezicht, de evaluatie, de controle en het beheer die nodig zijn voor de uitvoering van het ESF. Dit krediet werd met name gebruikt voor de financiering van:

ondersteunende uitgaven (representatiekosten, opleiding, vergaderingen, reizen);

uitgaven voor informatie en publicatie;

uitgaven voor informatietechnologie en telecommunicatie;

contracten voor de verlening van diensten en het maken van studies;

beurzen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

04 02 11   Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Technische bijstand en innovatieve acties (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

119 105,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van vastleggingen die de Europese structuurfondsen in vorige programmeringsperioden aangegaan voor innoverende acties, maatregelen op het gebied van voorbereiding, follow-up of evaluatie, of andere soortgelijke vormen van technische bijstand waarin de relevante verordeningen voorzien.

Het dient ook voor de financiering van de oude meerjarenacties, en met name voor die welke zijn goedgekeurd en uitgevoerd in het kader van andere genoemde verordeningen, maar die niet onder de prioritaire doelstellingen van de structuurfondsen vallen.

Rechtsgronden

Besluit 83/516/EEG van de Raad van 17 oktober 1983 betreffende de taken van het Europees Sociaal Fonds (PB L 289 van 22.10.1983, blz. 38).

Verordening (EEG) nr. 2950/83 van de Raad van 17 oktober 1983 houdende toepassing van Besluit 83/516/EEG betreffende de taken van het Europees Sociaal Fonds (PB L 289 van 22.10.1983, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2088/85 van de Raad van 23 juli 1985 inzake de geïntegreerde mediterrane programma’s (PB L 197 van 27.7.1985, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 1784/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 5).

04 02 17   Europees Sociaal Fonds (ESF) — Convergentie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 748 847 361

5 430 000 000

7 473 667 217

5 256 700 000

7 305 903 755,00

4 390 658 515,25

Toelichting

Het optreden van de Unie op grond van artikel 174 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is erop gericht de economische en sociale samenhang van de uitgebreide Unie te versterken om de harmonieuze, evenwichtige en duurzame ontwikkeling van de Unie te bevorderen. Voor dit optreden wordt bijstand verleend uit de fondsen in het kader van het cohesiebeleid, de Europese Investeringsbank (EIB) en de andere bestaande financieringsinstrumenten. Het doel van dit optreden is het verminderen van de economische, sociale en territoriale ongelijkheden die zich vooral in landen en regio’s met een ontwikkelingsachterstand voordoen, als gevolg van de versnelling van de economische en sociale herstructurering en van de veroudering van de bevolking.

Het optreden in het kader van de fondsen in het kader van het cohesiebeleid geeft, op nationaal en regionaal niveau, vorm aan de prioriteiten van de Unie ten gunste van een duurzame ontwikkeling doordat de groei, het concurrentievermogen en de werkgelegenheid, de sociale insluiting en de milieubescherming en -kwaliteit worden bevorderd.

De convergentiedoelstelling beoogt de convergentie van de minst ontwikkelde lidstaten en regio’s te versnellen door de verbetering van de voorwaarden voor groei en werkgelegenheid via de toename en kwalitatieve verbetering van de investeringen in fysiek en menselijk kapitaal, de ontwikkeling van de innovatie en van de kennismaatschappij, het vermogen zich aan economische en sociale veranderingen aan te passen, milieubescherming en -verbetering en bestuurlijke efficiëntie. Deze doelstelling vormt de prioriteit van de fondsen in het kader van het cohesiebeleid. Bij de activiteiten in het kader van de fondsen in het kader van het cohesiebeleid wordt rekening gehouden met gelijke kansen voor vrouwen en mannen.

Een deel van dit krediet dient ter ondersteuning van een verbetering van de kinderopvang, om kinderen de kans te geven te leven in een familiale omgeving. Deze steun omvat:

samenwerking tussen en technische steun voor niet-gouvernementele organisaties en plaatselijke overheden, onder meer door hen te helpen bij het te weten komen welke projecten in aanmerking komen voor Uniefinanciering;

identificatie en uitwisseling van beste praktijken alsook een bredere toepassing van deze praktijken, met inbegrip van grondig toezicht op het niveau van het kind.

Een deel van het krediet dient ter financiering van duurzame en milieuvriendelijke maatregelen (Green New Deal) die de eisen van economische, sociale en milieuontwikkeling met elkaar in overeenstemming brengen en het herstel van de Europese regio’s na de economische en financiële crisis bevorderen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1784/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 12).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

04 02 18   Europees Sociaal Fonds (ESF) — Peace

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Omdat het belang van de speciale inspanningen voor het vredesproces in Noord-Ierland wordt erkend, wordt voor de periode 2007-2013 een totaalbedrag van 200 000 000 EUR aan het Peace-programma toegewezen. Dit programma zal worden uitgevoerd met volledige inachtneming van de additionaliteit van de activiteiten van de structuurfondsen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1784/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 12).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Referentiebesluiten

Conclusies van de Europese Raad van Brussel van 16 en 17 december 2005.

04 02 19   Europees Sociaal Fonds (ESF) — Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 204 966 611

2 259 651 483

3 343 826 311

2 416 700 000

3 477 243 743,00

2 616 162 791,73

Toelichting

Het optreden van de Unie op grond van artikel 174 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is erop gericht de economische en sociale samenhang van de uitgebreide Unie te versterken om de harmonieuze, evenwichtige en duurzame ontwikkeling van de Unie te bevorderen. Voor dit optreden wordt bijstand verleend uit de fondsen in het kader van het cohesiebeleid, de Europese Investeringsbank (EIB) en de andere bestaande financieringsinstrumenten. Het doel van dit optreden is het verminderen van de economische, sociale en territoriale ongelijkheden die zich vooral in landen en regio’s met een ontwikkelingsachterstand voordoen, met de versnelling van de economische en sociale herstructurering en met de veroudering van de bevolking.

Het optreden in het kader van de fondsen in het kader van het cohesiebeleid geeft, op nationaal en regionaal niveau, vorm aan de prioriteiten van de Unie ten gunste van een duurzame ontwikkeling doordat de groei, het concurrentievermogen en de werkgelegenheid, de sociale insluiting en de milieubescherming en -kwaliteit worden bevorderd.

De doelstelling „Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid”, die geldt voor andere dan de minst ontwikkelde regio’s, beoogt om het concurrentievermogen en de aantrekkingskracht van de regio’s alsmede de werkgelegenheid te vergroten door op economische en sociale veranderingen, inclusief die welke met de vrijmaking van de handel verband houden, te anticiperen via de toename en kwalitatieve verbetering van de investeringen in menselijk kapitaal, innovatie en de bevordering van de kennismaatschappij, ondernemerschap, milieubescherming en -verbetering, de verbetering van de toegankelijkheid, het aanpassingsvermogen van werknemers en bedrijven, en de ontwikkeling van inclusieve arbeidsmarkten. Bij de activiteiten in het kader van de fondsen in het kader van het cohesiebeleid wordt rekening gehouden met gelijke kansen voor vrouwen en mannen.

Een deel van het krediet dient ter financiering van duurzame en milieuvriendelijke maatregelen (Green New Deal) die de eisen van economische, sociale en milieuontwikkeling met elkaar in overeenstemming brengen en het herstel van de Europese regio’s na de economische en financiële crisis bevorderen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1784/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 12).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

04 02 20   Europees Sociaal Fonds (ESF) — Operationele technische bijstand (2007-2013)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 000 000

7 500 000

10 471 454

10 500 000

7 932 258,79

3 678 981,55

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van technische bijstand overeenkomstig de artikelen 45 en 46 van Verordening (EG) nr. 1083/2006 en artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1081/2006.

De technische bijstand omvat maatregelen voor de voorbereiding, het toezicht, de evaluatie, de controle en het beheer die nodig zijn voor de uitvoering van het ESF. Dit krediet kan met name worden gebruikt voor de financiering van:

ondersteunende uitgaven (representatiekosten, opleiding, vergaderingen, reizen);

uitgaven voor informatie en publicatie;

uitgaven voor informatietechnologie en telecommunicatie;

uitgaven voor steun voor toegankelijkheid van personen met een handicap binnen maatregelen voor technische bijstand;

uitgaven voor een groep op hoog niveau om te zorgen voor de toepassing van horizontale beginselen zoals gelijkheid van mannen en vrouwen, toegankelijkheid voor personen met een handicap en duurzame ontwikkeling;

contracten voor dienstverlening, evaluaties (inclusief evaluaties achteraf over de periode 2000-2006) en studies;

beurzen.

Technische bijstand omvat eveneens uitwisseling van ervaringen, bewustmakingsactiviteiten, seminars, netwerkvorming en intercollegiale toetsing die tot doel hebben goede praktijken op te sporen en te verspreiden en wederzijds leren, transnationale en interregionale samenwerking aan te moedigen ter versterking van de beleidsdimensie en van de bijdrage van het ESF tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de Unie op het gebied van werkgelegenheid en sociale integratie.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1784/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 12).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

HOOFDSTUK 04 03 —   WERKEN IN EUROPA — SOCIALE DIALOOG EN MOBILITEIT

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 03

WERKEN IN EUROPA — SOCIALE DIALOOG EN MOBILITEIT

04 03 02

Vooroverleg met vakorganisaties

1.1

500 000

428 481

450 000

400 000

400 000,—

197 157,53

04 03 03

Sociale dialoog en sociale dimensie van de Unie

04 03 03 01

Arbeidsverhoudingen en sociale dialoog

1.1

16 500 000

13 806 595

16 000 000

14 000 000

15 328 292,34

13 679 842,72

04 03 03 02

Opleidings- en voorlichtingsacties ten behoeve van werknemersorganisaties

1.1

17 000 000

15 234 864

16 400 000

15 000 000

16 922 212,17

16 209 902,67

04 03 03 03

Voorlichting, raadpleging en participatie van de vertegenwoordigers van ondernemingen

1.1

7 500 000

5 713 074

7 300 000

5 500 000

6 873 440,16

5 271 298,31

 

Artikel 04 03 03 — Subtotaal

 

41 000 000

34 754 533

39 700 000

34 500 000

39 123 944,67

35 161 043,70

04 03 04

Eures (European Employment Services)

1.1

20 500 000

16 187 043

19 100 000

16 000 000

19 838 034,40

15 121 217,79

04 03 05

Vrij verkeer van werknemers, coördinatie van de socialezekerheidsstelsels en acties ten behoeve van migranten, met inbegrip van migranten uit niet-lidstaten

1.1

6 270 000

3 618 280

4 874 000

3 600 000

3 400 000,—

3 051 415,15

04 03 06

Voorbereidende actie van ENEA voor actief ouder worden en de mobiliteit van ouderen

1.1

250 000

500 000

27 886,97

538 475,51

04 03 07

Analyse en studies betreffende sociale situatie, demografie en gezin

1.1

4 860 000

3 427 844

3 876 000

3 400 000

3 849 736,02

3 439 717,12

04 03 09

Proefproject — Arbeidsvoorwaarden en levensomstandigheden van gedetacheerde werknemers

1.1

700 000

1 000 000

1 700 000

939 897,80

142 759,57

04 03 10

Proefproject — Maatregelen voor instandhouding werkgelegenheid

1.1

700 000

1 000 000

600 000

 

 

04 03 11

Proefproject — Het vergroten van de mobiliteit en de integratie van werknemers binnen de Unie

1.1

700 000

1 000 000

500 000

 

 

04 03 12

Proefproject — Alomvattende samenwerking tussen de overheid, commerciële ondernemingen en sociale-economieondernemingen met het oog op sociale en arbeidsintegratie

1.1

1 000 000

1 000 000

1 500 000

1 500 000

 

 

04 03 13

Voorbereidende actie — Je eerste EURES-baan

1.1

4 000 000

2 000 000

 

 

 

 

04 03 14

Proefproject — Maatschappelijke solidariteit voor maatschappelijke integratie

1.1

1 000 000

500 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 04 03 — Totaal

 

79 130 000

64 266 181

72 500 000

62 700 000

67 579 499,86

57 651 786,37

04 03 02   Vooroverleg met vakorganisaties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

500 000

428 481

450 000

400 000

400 000,00

197 157,53

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor voorbereidende vergaderingen van vertegenwoordigers van de Europese vakorganisaties ter vergemakkelijking van hun meningsvorming en om hun standpunten over de ontwikkeling van de beleidslijnen van de Unie nader tot elkaar te kunnen brengen.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bepaald in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 03 03   Sociale dialoog en sociale dimensie van de Unie

04 03 03 01   Arbeidsverhoudingen en sociale dialoog

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

16 500 000

13 806 595

16 000 000

14 000 000

15 328 292,34

13 679 842,72

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de participatie van de sociale partners aan de Europese werkgelegenheidsstrategie en van de bijdrage van de sociale partners aan de aanpak van de overkoepelende uitdagingen voor de werkgelegenheid in Europa en het Europese sociale beleid zoals vastgesteld in de Europa2020-strategie en de Sociale Agenda, in de context van de Unieinitiatieven om de gevolgen van de economische crisis het hoofd te bieden. Het is bestemd ter dekking van de steunmaatregelen ter bevordering van de sociale dialoog op interprofessioneel en sectoraal niveau volgens artikel 154 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Met dit krediet worden dus adviezen, ontmoetingen, onderhandelingen en andere acties ter verwezenlijking van de genoemde doelstellingen gefinancierd.

Zoals de naam aangeeft, kan dit krediet ook dienen ter dekking van steun voor acties op het gebied van de relaties tussen bedrijven, en meer bepaald ter ontwikkeling van expertise en de uitwisseling van voor de Unie relevante informatie.

Dit krediet kan ook dienen ter dekking van de financiering van maatregelen waarbij vertegenwoordigers van de sociale partners in de kandidaat-lidstaten betrokken zijn, met het specifieke doel de sociale dialoog op EU-niveau te bevorderen. Tevens dient het om de gelijkwaardige deelname van vrouwen en mannen in de besluitvormingsorganen van zowel vakbonden als werkgeversorganisaties te bevorderen. Deze laatste twee elementen zijn transversaal van aard.

Rekening houdend met deze doelstellingen zijn twee subprogramma’s vastgesteld:

ondersteuning van de Europese sociale dialoog;

verbetering van de deskundigheid op het gebied van arbeidsverhoudingen.

Referentiebesluiten

Taak die voortvloeit uit de specifieke bevoegdheden die krachtens de artikelen 154 en 155 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie rechtstreeks aan de Commissie worden toegekend.

04 03 03 02   Opleidings- en voorlichtingsacties ten behoeve van werknemersorganisaties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 000 000

15 234 864

16 400 000

15 000 000

16 922 212,17

16 209 902,67

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van voorlichtings- en opleidingsactiviteiten ten behoeve van werknemersorganisaties, waaronder de werknemersorganisaties in de kandidaat-lidstaten, bij de tenuitvoerlegging van de uniale maatregelen in het kader van de implementatie van de sociale dimensie van de Unie. Deze maatregelen moeten de werknemersorganisaties helpen een bijdrage te leveren aan de aanpak van de overkoepelende uitdagingen voor de werkgelegenheid in Europa en het Europese sociale beleid zoals vastgesteld in de Europa2020-strategie en de Sociale Agenda, in de context van de Unieinitiatieven om de gevolgen van de economische crisis het hoofd te bieden.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van steun voor de werkprogramma’s van de twee specifieke vakbondsinstellingen, ETUI (European Trade Union Institute) en EZA (European Centre for Workers’ Questions), die werden opgericht om meer capaciteit op te bouwen door middel van opleiding en onderzoek op Europees niveau en om de betrokkenheid van werknemersvertegenwoordigers bij de Europese governance te verbeteren.

Een deel van dit krediet dient ter dekking van activiteiten met vertegenwoordigers van werknemersorganisaties van de kandidaat-lidstaten, met het specifieke doel de sociale dialoog op EU-niveau te bevorderen. Tevens dient het om de gelijkwaardige deelname van vrouwen en mannen in de besluitvormingsorganen van werknemersorganisaties te bevorderen.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1) en de bijzondere richtlijnen in de zin van deze richtlijn.

Richtlijn 92/29/EEG van de Raad van 31 maart 1992 betreffende de minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid ter bevordering van een betere medische hulpverlening aan boord van schepen (PB L 113 van 30.4.1992, blz. 19).

Referentiebesluiten

Taken die voortvloeien uit de specifieke bevoegdheden die krachtens artikel 154 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie rechtstreeks aan de Commissie worden toegekend.

Overeenkomst gesloten in 1959 tussen de Hoge Autoriteit van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en het Internationaal Centrum voor informatie betreffende arbeidsveiligheid en -hygiëne van het Internationaal Arbeidsbureau.

04 03 03 03   Voorlichting, raadpleging en participatie van de vertegenwoordigers van ondernemingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 500 000

5 713 074

7 300 000

5 500 000

6 873 440,16

5 271 298,31

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van operaties die de voorwaarden moeten scheppen voor een grotere betrokkenheid van werknemers in ondernemingen, door de tenuitvoerlegging te bevorderen van de Richtlijnen 94/45/EG en 97/74/EG betreffende de Europese ondernemingsraden, de Richtlijnen 2001/86/EG en 2003/72/EG betreffende de betrokkenheid van de werknemers in de Europese vennootschap respectievelijk de Europese coöperatieve vennootschap, Richtlijn 2002/14/EG tot instelling van een algemeen kader betreffende de informatie en de raadpleging van de werknemers in de Europese Gemeenschap en artikel 16 van Richtlijn 2005/56/EG betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen.

Dit krediet dient met name ter financiering van maatregelen tot versterking van de transnationale samenwerking tussen werknemers- en werkgeversvertegenwoordigers inzake voorlichting, raadpleging en participatie in ondernemingen die in meer dan één lidstaat actief zijn.

In deze context dient een deel van dit krediet eveneens voor de totstandbrenging van informatie- en waarnemingspunten om de sociale partners en ondernemingen te informeren en te helpen bij de oprichting van transnationale voorlichtings-, raadplegings- en participatiestructuren en om hun betrekkingen met de instellingen van de Unie te bevorderen.

Het krediet kan ook dienen ter financiering van kortlopende opleidingsacties voor onderhandelaars en vertegenwoordigers in de transnationale voorlichtings-, raadplegings- en participatieorganen, en ook voor de financiering van acties waaraan vertegenwoordigers van de sociale partners in de kandidaat-lidstaten deelnemen.

Verder kan dit krediet dienen ter financiering van maatregelen die bedoeld zijn om de sociale partners in staat te stellen hun rechten uit te oefenen en hun verplichtingen na te komen ten aanzien van voorlichting, raadpleging en participatie in ondernemingen met een uniale dimensie, met name in het kader van de Europese ondernemingsraden, en om de actoren op ondernemingsniveau vertrouwd te maken met transnationale bedrijfsakkoorden, en hun samenwerking in de uniale context te versterken.

Verder kan dit krediet dienen ter bevordering van innovatieve acties op het gebied van informatiebeheer, raadpleging en participatie, met het oog op de ondersteuning van anticipatie op veranderingen en preventie en oplossing van conflicten in de context van bedrijfsreorganisaties, fusies, overnames en verplaatsingen van activiteiten in ondernemingen of concerns met een uniale dimensie.

Bovendien kan dit krediet worden gebruikt ter ondersteuning van de samenwerking tussen de sociale partners voor de ontwikkeling van oplossingen voor de gevolgen van de economische crisis, zoals massale ontslagen, of de noodzaak van een overschakeling naar een inclusieve, duurzame en koolstofarme economie.

Rechtsgronden

Richtlijn 94/45/EG van de Raad van 22 september 1994 inzake de instelling van een Europese ondernemingsraad in ondernemingen of concerns met een communautaire dimensie ter informatie en raadpleging van de werknemers (PB L 254 van 30.9.1994, blz. 64), met name artikel 15 betreffende een heronderzoek door de Commissie.

Richtlijn 97/74/EG van de Raad van 15 december 1997 betreffende de uitbreiding tot het Verenigd Koninkrijk van Richtlijn 94/45/EG inzake de instelling van een Europese ondernemingsraad of van een procedure in ondernemingen of concerns met een communautaire dimensie ter informatie en raadpleging van de werknemers (PB L 10 van 16.1.1998, blz. 22).

Richtlijn 2001/86/EG van de Raad van 8 oktober 2001 tot aanvulling van het statuut van de Europese vennootschap met betrekking tot de rol van de werknemers (PB L 294 van 10.11.2001, blz. 22).

Richtlijn 2002/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2002 tot vaststelling van een algemeen kader betreffende de informatie en de raadpleging van de werknemers in de Europese Gemeenschap (PB L 80 van 23.3.2002, blz. 29).

Richtlijn 2003/72/EG van de Raad van 22 juli 2003 tot aanvulling van het statuut van een Europese coöperatieve vennootschap met betrekking tot de rol van de werknemers (PB L 207 van 18.8.2003, blz. 25).

Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen (PB L 310 van 25.11.2005, blz. 1).

Referentiebesluiten

Taak die voortvloeit uit de specifieke bevoegdheden die krachtens de artikelen 154 en 155 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie rechtstreeks aan de Commissie worden toegekend.

04 03 04   Eures (European Employment Services)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 500 000

16 187 043

19 100 000

16 000 000

19 838 034,40

15 121 217,79

Toelichting

Dit krediet, met het oog op de voltooiing van de interne markt en de tenuitvoerlegging van de Europese werkgelegenheidsstrategie, dient ter financiering van de uitgaven in verband met het opzetten en het functioneren van het Eures-netwerk.

Dit netwerk heeft tot taak de samenwerking tussen de lidstaten en in het bijzonder die tussen de diensten voor arbeidsvoorziening van de lidstaten en de Commissie uit te breiden met het oog op:

de verstrekking van diensten op het gebied van arbeidsbemiddeling, advies en voorlichting aan werknemers die in een baan in een andere lidstaat geïnteresseerd zijn en aan werkgevers die in een andere lidstaat personeel willen aanwerven;

de uitwisseling van de aanbiedingen van en de aanvragen om werk op Unie- en grensoverschrijdend niveau;

de uitwisseling van gegevens over de ontwikkeling van de arbeidsmarkt en de arbeidsvoorwaarden en de levensomstandigheden tussen de lidstaten.

In het kader van het Eures-netwerk en op initiatief van de grensoverschrijdende regio's kunnen samenwerkings- en dienstenstructuren worden opgezet.

Het Eures-netwerk onderhoudt nauwe operationele banden met relevante activiteiten in de directoraten-generaal Onderwijs en cultuur en Justitie, zoals Europass en Ploteus.

Het netwerk ziet erop toe dat het beginsel van het vrije verkeer wordt nageleefd. Het werkt op een doorzichtige en niet-discriminerende wijze, en met name wat de toegang tot de werkgelegenheid betreft van onderdanen van de Unie in een ander land dan hun land van herkomst.

Dit krediet dient ter financiering van de acties die noodzakelijk zijn voor de goede werking van het Eures-netwerk, en met name van de volgende ondersteunende acties:

subsidies voor ondersteunende activiteiten die op nationaal en grensoverschrijdend niveau door de Eures-partners worden georganiseerd;

de initiële scholing en de bijscholing van de Eures-consulenten in de lidstaten;

contacten tussen de Eures-adviseurs en samenwerking tussen de openbare diensten voor arbeidsvoorziening, inclusief die in de kandidaat-lidstaten;

bevordering van de bekendheid van Eures bij de ondernemingen en de burgers van Europa;

ontwikkeling van specifieke samenwerkings- en dienstenstructuren in de grensgebieden, overeenkomstig artikel 17, onder b), van Verordening (EEG) nr. 1612/68;

maatregelen om belemmeringen van de mobiliteit uit de weg te ruimen, met name op het gebied van aan werk gerelateerde sociale zekerheid;

deelname aan het onderhoud, de verbetering en de continue ontwikkeling van geautomatiseerde systemen die het Eures-netwerk en alle betrokken partijen met elkaar verbinden. Dit omvat een one-stop webportaal, dat ook toegankelijk is voor gehandicapten en dat meertalige informatie biedt over vacatures, cv's van potentiële kandidaten, leef- en arbeidsomstandigheden, trends op de arbeidsmarkt, mogelijkheden voor scholing en opleiding, en andere informatie over het thema arbeidsmobiliteit. Dit portaal zou ook moeten beantwoorden aan de informatiebehoeften van onderdanen van derde landen, met name van landen die onder het Europees nabuurschapsbeleid vallen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1612/68 van de Raad van 15 oktober 1968 betreffende het vrije verkeer van werknemers binnen de Gemeenschap (PB L 257 van 19.10.1968, blz. 2).

Verordening (EEG) nr. 2434/92 van de Raad van 27 juli 1992 tot wijziging van het tweede deel van Verordening (EEG) nr. 1612/68 betreffende het vrije verkeer van werknemers binnen de Gemeenschap (PB L 245 van 26.8.1992, blz. 1).

Beschikking 2003/8/EG van de Commissie van 23 december 2002 tot uitvoering van Verordening (EEG) nr. 1612/68 van de Raad voor wat betreft het tot elkaar brengen en de compensatie van aanbiedingen van en aanvragen om werk (PB L 5 van 10.1.2003, blz. 16).

04 03 05   Vrij verkeer van werknemers, coördinatie van de socialezekerheidsstelsels en acties ten behoeve van migranten, met inbegrip van migranten uit niet-lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 270 000

3 618 280

4 874 000

3 600 000

3 400 000,00

3 051 415,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

analyse en beoordeling van de overheersende tendensen in de wetgeving van de lidstaten betreffende het vrije verkeer van personen, en de coördinatie van socialezekerheidsstelsels; de financiering van deskundigennetwerken op die gebieden;

analyse van en onderzoek naar nieuwe beleidsontwikkelingen op het gebied van het vrije verkeer van werknemers, bijvoorbeeld in verband met het aflopen van overgangsperiodes en de modernisering van bepalingen inzake de coördinatie van socialezekerheidsstelsels;

steun voor het werk van de Administratieve Commissie en haar subgroepen, en follow-up van de genomen besluiten; steun voor het werk van het Technisch en het Raadgevend Comité voor het vrije verkeer van werknemers;

steun voor acties ter voorbereiding van de toepassing van de nieuwe verordeningen inzake sociale zekerheid, waaronder transnationale uitwisselingen van ervaringen en informatie, alsook op nationaal niveau ontwikkelde opleidingsinitiatieven;

financiering van acties die tot doel hebben de dienstverlening aan en de bewustmaking van het publiek te verbeteren, inclusief maatregelen die een inventarisering van de problemen inzake de sociale zekerheid van migrerende werknemers beogen, alsmede acties ter versnelling en vereenvoudiging van de administratieve procedures, het analyseren van de belemmeringen voor het vrije verkeer en het gebrek aan coördinatie van socialezekerheidsstelsels en de gevolgen daarvan voor mensen met een handicap, inclusief de aanpassing van administratieve procedures aan de nieuwe informatieverwerkingstechnieken, ter verbetering van regeling voor de verwerving van rechten en de vaststelling en de betaling van de prestaties uit hoofde van de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72, en Verordening (EG) nr. 859/2003, alsook Verordening (EG) nr. 883/2004 en zijn Toepassingsverordening (EG) nr. 987/2009 en Verordening (EG) nr. 1231/2010;

ontwikkeling van informatie en acties om de burgers bewust te maken van hun rechten inzake vrij verkeer en de coördinatie van socialezekerheidsstelsels;

ondersteuning van de administratieve uitwisseling van socialezekerheidsinformatie tussen lidstaten, om die te helpen bij de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 883/2004 en zijn Toepassingsverordening (EG) nr. 987/2009. Dit omvat ook het onderhoud van de centrale node van het EESSI-systeem (Electronic Exchange of Social Security Information, elektronische uitwisseling van socialezekerheidsgegevens).

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Verdrag betreffende de werkring van de Europese Unie, met name de artikelen 45 en 48.

Verordening (EEG) nr. 1612/68 van de Raad van 15 oktober 1968 betreffende het vrije verkeer van werknemers binnen de Gemeenschap (PB L 257 van 19.10.1968, blz. 2).

Verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PB L 149 van 5.7.1971, blz. 2).

Verordening (EEG) nr. 574/72 van de Raad van 21 maart 1972 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EEG) nr. 1408/71, betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op loontrekkenden, zelfstandigen en hun gezinnen, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PB L 74 van 27.3.1972, blz. 1).

Richtlijn 98/49/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PB L 209 van 25.7.1998, blz. 46).

Verordening (EG) nr. 859/2003 van de Raad van 14 mei 2003 tot uitbreiding van de bepalingen van Verordening (EEG) nr. 1408/71 en Verordening (EEG) nr. 574/72 tot de onderdanen van derde landen die enkel door hun nationaliteit nog niet onder deze bepalingen vallen (PB L 124 van 20.5.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (PB L 166 van 30.4.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (PB L 284 van 30.10.2009, blz. 1).

Verordening (EU) nr. 1231/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot uitbreiding van Verordening (EG) nr. 883/2004 en Verordening (EG) nr. 987/2009 tot onderdanen van derde landen die enkel door hun nationaliteit nog niet onder deze verordeningen vallen (PB L 344 van 29.12.2010, blz. 1).

04 03 06   Voorbereidende actie van ENEA voor actief ouder worden en de mobiliteit van ouderen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

250 000

500 000

27 886,97

538 475,51

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van initiatieven ter bevordering van actief ouder worden, met inbegrip van toegang tot de arbeidsmarkt, in overeenstemming met de doelstellingen van:

de Europese Raad van Lissabon van 23 en 24 maart 2000, waar als strategisch doel voor het komende decennium is vastgesteld dat de Europese Unie de meest competitieve en dynamische op kennis gebaseerde economie ter wereld dient te worden, die in staat is duurzame economische groei, meer en betere banen en een grotere sociale samenhang te creëren;

de Europese Raad van Barcelona van 15 en 16 maart 2002, waar werd aangedrongen op een geleidelijke stijging van de gemiddelde leeftijd waarop mensen in de Unie het arbeidsproces verlaten;

de Europese Raad van Stockholm van 23 en 24 maart 2001, waar aan de Raad en de Commissie werd verzocht gezamenlijk verslag te doen van de wijze waarop deelname aan het arbeidsproces en actief ouder worden kunnen worden bevorderd;

artikel 2 van het Verdrag, waarin een hoog niveau van werkgelegenheid en verbetering van de levensstandaard en de kwaliteit van het bestaan, de economische en sociale samenhang en de solidariteit tussen de lidstaten zijn vastgelegd als taken van de Gemeenschap;

Besluit 2003/578/EG van de Raad van 22 juli 2003 betreffende de richtsnoeren voor het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten (PB L 197 van 5.8.2003, blz. 13), waarin wordt herinnerd aan de doelstellingen van Lissabon en Stockholm en de demografische uitdagingen met betrekking tot het arbeidsparticipatieniveau van oudere mannen en vrouwen. Richtsnoer nr. 5 wijst specifiek op verhoging van het aanbod op de arbeidsmarkt en bevordering van actief ouder worden;

Aanbeveling 2003/579/EG van de Raad van 22 juli 2003 over de tenuitvoerlegging van het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten (PB L 197 van 5.8.2003, blz. 22), waarin een aantal maatregelen wordt genoemd met betrekking tot het arbeidsmarktaanbod en actief ouder worden.

Het krediet is tevens bedoeld voor de financiering van stimuleringsmaatregelen voor het opzetten van uitwisselingsprogramma’s voor ouderen door gespecialiseerde organisaties die onder andere tot taak hebben hulpmiddelen in verband met de mobiliteit van ouderen te ontwikkelen en infrastructuur, o.a. op het gebied van reizen, aan te passen in overeenstemming met:

de resolutie van het Europees Parlement van 11 april 2002 over de tweede Wereldconferentie van de Verenigde Naties over de veroudering van de bevolking (Madrid, 8-12 april 2002) (PB C 127 E van 29.5.2003, blz. 675), met name de paragrafen 13 en 14, waarin het belang van de bevordering van uitwisselingsprogramma’s voor ouderen wordt onderstreept;

de resolutie van het Europees Parlement van 15 december 2000 over de mededeling van de Commissie getiteld „Een Europa voor alle leeftijden — Meer welvaart en solidariteit tussen de generaties” (PB C 232 van 17.8.2001, blz. 381).

De hoge kwaliteit van de gezondheidszorg en de langere levensverwachting in de lidstaten zorgt voor een verschuiving van de nadruk in het economische beleid van sociale bescherming naar de betrokkenheid van ouderen bij verschillende activiteiten. Er zijn voorbereidende acties nodig om de doeltreffendste beleidsinstrumenten te ontwikkelen om deze kwestie aan te pakken.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 03 07   Analyse en studies betreffende sociale situatie, demografie en gezin

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 860 000

3 427 844

3 876 000

3 400 000

3 849 736,02

3 439 717,12

Toelichting

Krachtens artikel 161 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie kan het Europees Parlement de Commissie verzoeken verslagen op te stellen over bijzondere vraagstukken inzake de sociale toestand. De Commissie presenteert ieder jaar een verslag over de sociale toestand, en om de twee jaar een verslag over de demografische ontwikkelingen en de gevolgen daarvan.

Met name worden de volgende doelstellingen nagestreefd, met behoorlijke inachtneming van het genderaspect:

de analyse van het effect van de vergrijzing van de bevolking in het kader van een „samenleving voor alle leeftijden”, met betrekking tot ontwikkeling van de behoeften op het gebied van zorg en sociale bescherming, het gedrag en het flankerende beleid, en met inbegrip van onderzoek betreffende ouderen bij minderheden/migranten en de situatie van mantelzorgers;

de analyse van de gevolgen van demografische veranderingen op beleid, maatregelen en programma’s van de Unie en de lidstaten, en het formuleren van aanbevelingen voor aanpassingen in het economische beleid en andere beleidsmaatregelen en -programma’s op Europees en nationaal niveau, teneinde negatieve gevolgen van de vergrijzing te voorkomen;

de analyse van de band tussen de evolutie van de gezinnen en de demografische evolutie, tussen de technologische ontwikkeling (impact op de communicatietechnologieën, de geografische en de beroepsmobiliteit) en de gevolgen voor de gezinnen en de maatschappij in haar geheel;

de analyse van de band tussen handicap en demografische trends, analyse van de sociale situatie van personen met een handicap en hun gezinnen en de behoeften van kinderen met een handicap binnen hun gezinnen en gemeenschappen;

de analyse van de ontwikkeling van de sociale vraag (wat het behoud of vermeerdering van verworven rechten betreft) zowel ten aanzien van goederen als ten aanzien van diensten, rekening houdend met zowel de nieuwe maatschappelijke uitdagingen als de demografische ontwikkelingen en de verandering van de verhoudingen tussen de generaties;

de ontwikkeling van passende methodologische instrumenten (reeksen sociale indicatoren, simulatietechnieken, enz.) om de verslagen over de sociale situatie, sociale bescherming en sociale integratie kwantitatief en wetenschappelijk stevig te onderbouwen;

aandacht voor het gezinsleven en het kind bij de uitvoering van het desbetreffende EU-beleid, zoals het vrije verkeer van personen en de gelijke behandeling van mannen en vrouwen.

Referentiebesluiten

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name de artikelen 159 en 161.

04 03 09   Proefproject — Arbeidsvoorwaarden en levensomstandigheden van gedetacheerde werknemers

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

700 000

1 000 000

1 700 000

939 897,80

142 759,57

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van initiatieven om de ware arbeidsvoorwaarden en levensomstandigheden van gedetacheerde werknemers te helpen onderzoeken en om te achterhalen hoe de lidstaten, de sociale partners en de diensten voor arbeidsinspectie in de praktijk werken. Het proefproject is toegespitst op bepaalde specifieke sectoren met een hoog aantal gedetacheerde werknemers, zoals de bouwsector, de landbouw en de gezondheidszorg.

Doel van het profproject is:

de uitwisseling van relevante informatie te bevorderen, beste praktijken vast te leggen en een overzicht te publiceren van de stand van zaken in de lidstaten;

vragen en moeilijkheden te onderzoeken die kunnen opduiken tijdens de praktische toepassing van de regelgeving inzake de detachering van werknemers, alsook tijdens de handhaving ervan in de praktijk.

De gedekte maatregelen omvatten de uitwisseling van informatie over gedetacheerde werknemers, met bijzondere aandacht voor:

verschillen tussen hun salaris en het salaris van werknemers die een gelijkaardig beroep uitoefenen in het gastland;

verschillen tussen hun reële arbeidstijd en de arbeidstijd die is vastgelegd in het contract;

hun reëel betaald verlof;

hun levensomstandigheden, met inbegrip van gezondheid en veiligheid op het werk;

hun contractuele regelingen en de duur van hun detachering;

hun vakbondsvertegenwoordiging in het gastland;

hoe de diensten voor arbeidsinspectie werken en de frequentie van hun controles.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 03 10   Proefproject — Maatregelen voor instandhouding werkgelegenheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

700 000

1 000 000

600 000

 

 

Toelichting

De kredieten zijn bedoeld voor het financieren van initiatieven om te onderzoeken in welke mate banen die door de financiële crisis onder druk zijn komen te staan door middel van arbeidstijdverkorting en interne opleiding kunnen worden behouden. Doel van het profproject is:

het bevorderen van het uitwisselen van relevante informatie, en het in kaart brengen en publiceren van goede praktijken;

het onderzoeken van potentiële problemen in het geval dat dergelijke praktijken worden toegepast.

Tot de te financieren maatregelen behoren:

het onderzoeken in welke mate de invoering van tijdelijke arbeidstijdverkorting, met financiële ondersteuning van de overheid, in een dergelijke financieel-economische situatie een passend middel is voor het behoud van banen zonder de concurrentie te verstoren;

het vaststellen wat de kansen op succes zijn van het naar vaardighedencentra doorsturen van werknemers die dreigen hun baan te verliezen;

het vaststellen welke tastbare arbeidsmarktmaatregelen moeten worden genomen, en op welk niveau, teneinde te voorkomen dat in het bijzonder de jeugdwerkloosheid oploopt;

het bekijken op welke wijze zulke arbeidsmarktmaatregelen van invloed zijn op de levens- en arbeidsomstandigheden van de betrokken personen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 03 11   Proefproject — Het vergroten van de mobiliteit en de integratie van werknemers binnen de Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

700 000

1 000 000

500 000

 

 

Toelichting

Deze kredieten zijn bedoeld voor het initiëren van een „Uniale mobiliteits- en integratieregeling”, teneinde migrerende werknemers te helpen en aldus de positieve effecten van arbeidsmobiliteit binnen de Unie te bevorderen. Bijzondere aandacht zal worden besteed aan het vergemakkelijken van de mobiliteit van kwetsbare bevolkingsgroepen, zoals gevraagd in de resolutie van het Europees Parlement van 18 december 2008 over het Europees Actieplan voor arbeidsmobiliteit (2007-2010). Een dergelijke regeling zal helpen bij het elimineren van de belemmeringen die migrerende werknemers ondervinden bij het integreren in het gastland, waaronder verschillende sociale moeilijkheden, en bij het, zo mogelijk, terugkeren naar het eigen land. Hiertoe zullen twee pistes worden bewandeld:

het opzetten van netwerken en partnerschappen van actoren binnen de belangrijkste trajecten voor werknemersmobiliteit binnen de Unie, en

het in het leven roepen van adviesstructuren („one-stop shops”) om te voorzien in het grote aantal behoeften van de meest kwetsbare migranten binnen de Unie.

De regeling zal de lidstaten aldus helpen bij het ontwikkelen van integratie- en sociale-insluitingsmaatregelen, voor het aanpakken van de sociale problemen en het valoriseren van de algemene economische en arbeidsmarktvoordelen van mobiliteit. De proeffase van de regeling zal de betrokkenen in staat stellen hun activiteiten naar een hoger plan te tillen en zich voor te bereiden op mogelijke toekomstige financiering van het Europees Sociaal Fonds.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 03 12   Proefproject — Alomvattende samenwerking tussen de overheid, commerciële ondernemingen en sociale-economieondernemingen met het oog op sociale en arbeidsintegratie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

1 000 000

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Doel van het proefproject is:

uitbreiding van de werkgelegenheidssectoren bij de sociale en arbeidsintegratie van kwetsbare groeperingen (landbouw, industrie, handel enz.);

opzetten van netwerken van overheidsinstellingen, commerciële en sociale-economieondernemingen die in staat zijn tot een vernieuwende aanpak bij governance en bij het formuleren van welvaartindicatoren waarmee de kwantificeerbare gevolgen binnen referentiegemeenschappen kunnen worden gemeten.

Het project beoogt:

het bedrijfsleven bewust te maken van de sociale verantwoordelijkheid, door middel van steunverlening aan bedrijven die zich bezig houden met arbeidsintegratie;

doeltreffende oplossingen voor te stellen voor de sociaaleconomische problemen die zich in het referentiegebied en de referentiegemeenschap voordoen, als resultaat van de samenwerking tussen overheid en commerciële en sociale-economieondernemingen;

meetbare kwalitatieve en kwantitatieve resultaten te verwezenlijken op het gebied van de toename en stabilisering van de werkgelegenheid in het algemeen, de werkgelegenheid voor vrouwen en de arbeidsintegratie van kwetsbare groepen.

04 03 13   Voorbereidende actie — Je eerste EURES-baan

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 000 000

2 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Deze voorbereidende actie heeft tot doel jongeren meer kansen op werkgelegenheid te bieden en stages in alle lidstaten aan te moedigen en te vergemakkelijken. Met de steun van de EURES-databank voor werkzoekenden, zullen diensten voor het vinden van stageplaatsen worden aangeboden die kansen op werkgelegenheid bieden in de hele Unie. Bedrijven, en met name het midden- en kleinbedrijf, zullen worden aangemoedigd om meer jongeren aan te nemen, met name door middel van financiële steun.

Doelgroepen:

jongeren tot 30 jaar, ongeacht hun kwalificaties en werkervaring, aangezien de regeling niet enkel is bedoeld voor nieuwkomers op de arbeidsmarkt;

alle wettelijk gevestigde bedrijven, en met name het midden- en kleinbedrijf, om hen te helpen de kosten van internationale aanwervingen te drukken, die met name kleinere bedrijven treffen.

In aanmerking komende banen:

„Je eerste EURES-baan” zal stageplaatsen aanbieden, eerste werkervaringen of gespecialiseerde banen. De regeling is niet bedoeld ter ondersteuning van vervanging van werkgelegenheid en onzeker werk, en is in geen geval in strijd met de nationale arbeidsregelgeving.

Om in aanmerking te komen voor financiering, moeten de banen eveneens voldoen aan de volgende criteria:

ze moeten gevestigd zijn in een land dat lid is van EURES en dat niet het land van oorsprong is van de jonge werkzoekende (transnationale vacatures);

de duur van het contract bedraagt minimaal zes maanden.

De volgende kosten worden gedekt:

de kosten die voortvloeien uit het aanwervingsproces en een aanwervingstoelage die wordt toegekend aan het EURES-lid van het land van bestemming;

een financiële stimulans voor de werkgever om de integratiekosten voor de mobiele werknemer te dekken (zoals introductieopleidingen, taalcursussen en administratieve steun) nadat het aanwervingsproces is afgerond;

de reis- en verblijfkosten van de werkzoekende voor het eerste interview en de kosten om naar het buitenland te verhuizen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 03 14   Proefproject — Maatschappelijke solidariteit voor maatschappelijke integratie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit proefproject dient ter ondersteuning en bevordering van een actieve Unie-strategie voor integratie, om ervoor te zorgen dat iedereen de kans krijgt een leven te leiden dat strookt met de menselijke waardigheid, in alle lidstaten.

Bedoeling van dit proefproject is een netwerk op te richten dat de uitwisseling van beste praktijken tussen de lidstaten, lokale en territoriale besturen, vakbonden en verenigingen in verband met nationale minimuminkomensregelingen vergemakkelijkt. Met de verzamelde en uitgewisselde informatie moet het gemakkelijker worden om een studie te maken van de mogelijke gemeenschappelijke maatregelen voor een minimuminkomen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 04 04 —   WERKGELEGENHEID, MAATSCHAPPELIJKE SOLIDARITEIT EN GENDERGELIJKHEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 04

WERKGELEGENHEID, MAATSCHAPPELIJKE SOLIDARITEIT EN GENDERGELIJKHEID

04 04 01

Progress

04 04 01 01

Werkgelegenheid

1.1

19 787 500

18 091 401

23 400 000

19 000 000

22 839 918,15

13 644 597,39

04 04 01 02

Sociale bescherming en integratie

1.1

27 755 000

25 232 743

32 450 000

25 000 000

30 693 236,80

22 585 865,01

04 04 01 03

Arbeidsomstandigheden

1.1

8 425 000

8 093 521

10 320 000

7 500 000

11 652 418,19

7 380 312,48

04 04 01 04

Discriminatiebestrijding en verscheidenheid

1.1

20 137 500

17 139 222

24 050 000

19 000 000

22 720 684,48

18 843 183,73

04 04 01 05

Gelijkheid van mannen en vrouwen

1.1

11 790 000

9 521 790

13 470 000

10 000 000

12 966 401,61

10 698 941,—

04 04 01 06

Steun voor de uitvoering

1.1

1 355 000

1 142 615

1 750 000

1 500 000

1 393 077,54

853 514,31

 

Artikel 04 04 01 — Subtotaal

 

89 250 000

79 221 292

105 440 000

82 000 000

102 265 736,77

74 006 413,92

04 04 02

Europees Instituut voor gendergelijkheid

04 04 02 01

Europees Instituut voor gendergelijkheid — Bijdrage aan titels 1 en 2

1.1

3 390 000

3 390 000

3 440 000

3 440 000

3 159 555,24

313 339,76

04 04 02 02

Instituut voor gendergelijkheid — Bijdrage aan titel 3

1.1

4 140 000

4 140 000

3 500 000

3 500 000

0,—

0,—

 

Artikel 04 04 02 — Subtotaal

 

7 530 000

7 530 000

6 940 000

6 940 000

3 159 555,24

313 339,76

04 04 03

Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden

04 04 03 01

Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden — Bijdrage aan titels 1 en 2

1.1

13 040 000

13 040 000

12 900 000

12 900 000

12 650 000,—

12 650 000,—

04 04 03 02

Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden — Bijdrage aan titel 3

1.1

7 170 000

7 170 000

6 167 159

6 167 159

6 800 000,—

6 800 000,—

 

Artikel 04 04 03 — Subtotaal

 

20 210 000

20 210 000

19 067 159

19 067 159

19 450 000,—

19 450 000,—

04 04 04

Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk

04 04 04 02

Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk — Bijdrage aan titels 1 en 2

1.1

6 900 000

6 900 000

6 750 000

6 750 000

6 600 000,—

5 978 613,—

04 04 04 03

Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk — Bijdrage aan titel 3

1.1

7 416 000

7 416 000

6 993 434

6 993 434

7 200 000,—

6 538 556,—

 

Artikel 04 04 04 — Subtotaal

 

14 316 000

14 316 000

13 743 434

13 743 434

13 800 000,—

12 517 169,—

04 04 05

Proefproject — Mainstreaming van maatregelen voor gehandicapten: follow-up-initiatief van het Europees Jaar van personen met een handicap

1.1

0,—

0,—

04 04 06

Europees Jaar van gelijke kansen voor eenieder (2007)

1.1

p.m.

0,—

62 995,54

04 04 07

Voltooiing van vroegere programma’s

1.1

1 428 268

3 000 000

1 782,—

3 374 758,15

04 04 08

Proefproject — Stimulering van de omzetting van tijdelijke arbeid in vaste arbeid met rechten

1.1

1 000 000

700 000

1 000 000

1 000 000

 

 

04 04 09

Steun voor de huishoudelijke kosten van het Europees Platform van niet-gouvernementele organisaties uit de sociale sector

3.2

p.m.

p.m.

p.m.

150 000

680 000,—

631 783,06

04 04 10

Proefproject — Begeleiding van werknemers die met de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven worden geconfronteerd

1.1

p.m.

p.m.

500 000

0,—

199 673,60

04 04 11

Proefproject — Voorkoming van ouderenmishandeling

1.1

700 000

1 000 000

1 500 000

869 499,65

203 864,95

04 04 12

Europees Jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting 2010

1.1

p.m.

3 332 626

10 500 000

7 000 000

6 501 409,20

2 046 539,—

04 04 13

Proefproject — Werkgelegenheid voor personen met een handicap in het autistisch spectrum

1.1

700 000

1 000 000

600 000

 

 

04 04 15

Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit

1.1

24 750 000

23 566 430

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

25 000 000

25 000 000

 

 

 

 

24 750 000

23 566 430

25 000 000

25 000 000

 

 

 

Hoofdstuk 04 04 — Totaal

 

157 056 000

151 704 616

158 690 593

135 500 593

146 727 982,86

112 806 536,98

Reserves (40 02 41)

 

 

 

25 000 000

25 000 000

 

 

 

 

157 056 000

151 704 616

183 690 593

160 500 593

146 727 982,86

112 806 536,98

04 04 01   Progress

04 04 01 01   Werkgelegenheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 787 500

18 091 401

23 400 000

19 000 000

22 839 918,15

13 644 597,39

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van de Lissabonstrategie voor groei en werkgelegenheid en van de tenuitvoerlegging van de Europese werkgelegenheidsstrategie (EWS) en moet bijdragen tot de realisatie van de doelstellingen van Europa 2020 door:

het inzicht in de situatie en vooruitzichten inzake de werkgelegenheid te verbeteren, met name via analysen en studies en de opstelling van statistieken en gezamenlijke indicatoren in het kader van de EWS;

de tenuitvoerlegging van de Europese richtsnoeren en aanbevelingen voor de werkgelegenheid te controleren en te evalueren, toe te zien op hun effecten, met name door middel van het gezamenlijk verslag over de werkgelegenheid, en de wisselwerking tussen de EWS en het algemene economische en sociale beleid alsmede andere beleidsterreinen te bestuderen;

het organiseren van uitwisselingen over maatregelen, goede praktijken en innovatieve benaderingen, het mainstreamen van de behoeften van kwetsbare groepen, zoals personen met een handicap en mantelzorgers, en het bevorderen van wederzijds leren in het kader van de Europese werkgelegenheidsstrategie en Europa 2020;

de bewustwording te vergroten, informatie te verspreiden en de discussie over de uitdagingen, en het beleid en de uitvoering van nationale hervormingsplannen in verband met de werkgelegenheid te bevorderen, ook onder de regionale en lokale actoren, de sociale partners, het maatschappelijk middenveld en andere belanghebbenden;

het oprichten en organiseren van netwerken en regelmatige uitwisseling met internationale organisaties die op het gebied van werkgelegenheid en sociale zaken actief zijn, zoals de OESO en de IAO, om ervoor te zorgen dat het interne en externe beleid van de Unie op dit gebied coherent is.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Overeenkomstig de verklaring van de Commissie bij Besluit 283/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 tot instelling van een Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit voor werkgelegenheid en sociale uitsluiting (PB L 87 van 7.4.2010, blz. 1) is een toereikende niet toegewezen marge in het kader van het uitgavenplafond van rubriek 1a gelaten, waarbij de begrotingsautoriteit, d.w.z. het Europees Parlement en de Raad, kan besluiten om het bedrag van het Progress-programma in de periode 2011-2013 met maximaal 20 000 000 EUR te verhogen overeenkomstig punt 37 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

Rechtsgronden

Besluit nr. 1672/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een communautair programma voor werkgelegenheid en maatschappelijke solidariteit — Progress (PB L 315 van 15.11.2006, blz. 1), gewijzigd bij Besluit nr. 284/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 (PB L 87 van 7.4.2010, blz. 6).

04 04 01 02   Sociale bescherming en integratie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

27 755 000

25 232 743

32 450 000

25 000 000

30 693 236,80

22 585 865,01

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter ondersteuning van de tenuitvoerlegging van de open coördinatiemethode (OCM) op het gebied van de sociale bescherming en integratie door:

het inzicht in de aspecten van en het beleid inzake armoede en sociale uitsluiting, pensioenen, gezondheidszorg en langdurige zorg (zowel formele zorg als mantelzorg) te verbeteren, met name via analysen en studies en de opstelling van statistieken en gemeenschappelijke indicatoren in het kader van de OCM op het terrein van sociale bescherming en integratie;

de tenuitvoerlegging van de OCM op het gebied van sociale bescherming en integratie te controleren en te evalueren, alsmede de gevolgen hiervan op nationaal en Unieniveau en de wisselwerking tussen deze OCM en andere beleidsterreinen te bestuderen;

het organiseren van uitwisselingen over maatregelen, goede praktijken en innovatieve benaderingen, het mainstreamen van de behoeften van kwetsbare groepen, zoals personen met een handicap en mantelzorgers, en het bevorderen van wederzijds leren in het kader van de strategie inzake sociale bescherming en integratie;

de bewustwording te vergroten, informatie te verspreiden en de discussie te bevorderen over de belangrijkste uitdagingen en beleidskwesties die in het kader van het uniale coördinatieproces op het gebied van sociale bescherming en sociale integratie aan de orde komen, ook onder nationale, regionale en lokale actoren, sociale partners, de maatschappelijke organisaties en andere belanghebbenden, alsmede onder het grote publiek, teneinde de zichtbaarheid van het proces te verbeteren, het bepalen van ambitieuze doelstellingen aan te moedigen en meer nadruk te leggen op de tenuitvoerlegging van het beleid;

het versterken van de capaciteit van belangrijke Unienetwerken met het oog op ondersteuning en versterking van de ontwikkeling, de tenuitvoerlegging en de coherentie van interne en externe beleidsdoelstellingen en strategieën van de Unie inzake sociale bescherming en integratie, onder meer in samenwerking met internationale actoren zoals de OESO, de IAO en de WHO.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Overeenkomstig de verklaring van de Commissie bij Besluit nr. 283/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 tot instelling van een Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit voor werkgelegenheid en sociale uitsluiting (PB L 87 van 7.4.2010, blz. 1) is een toereikende niet toegewezen marge in het kader van het uitgavenplafond van rubriek 1a gelaten, waarbij de begrotingsautoriteit, d.w.z. het Europees Parlement en de Raad, kan besluiten om het bedrag van het Progress-programma in de periode 2011-2013 met maximaal 20 000 000 EUR te verhogen overeenkomstig punt 37 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

Rechtsgronden

Besluit nr. 1672/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een communautair programma voor werkgelegenheid en maatschappelijke solidariteit — Progress (PB L 315 van 15.11.2006, blz. 1).

04 04 01 03   Arbeidsomstandigheden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

8 425 000

8 093 521

10 320 000

7 500 000

11 652 418,19

7 380 312,48

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van de verbetering van het arbeidsmilieu en de arbeidsomstandigheden, met inbegrip van het aanpassingsvermogen, de veiligheid en gezondheid op het werk, redelijke aanpassingen voor werknemers met een handicap en de combinatie van beroeps- en gezinsleven (bijvoorbeeld voor mantelzorgers), door:

het inzicht in de situatie met betrekking tot de arbeidsomstandigheden te verbeteren, met name via analysen en studies en zo nodig de opstelling van statistieken en indicatoren, alsmede de beoordeling van de doeltreffendheid en de gevolgen van bestaande wetgeving, beleid en praktijken, en het indienen van voorstellen om die te verbeteren;

de tenuitvoerlegging van het arbeidsrecht van de Unie te ondersteunen via doeltreffend toezicht, het organiseren van seminars voor mensen in het veld, de opstelling van handleidingen en de totstandbrenging van netwerken tussen gespecialiseerde instanties en juridische deskundigen, met inbegrip van de sociale partners;

preventieve maatregelen te initiëren en gezondheid en veiligheid op het werk aan te moedigen, in het bijzonder voor de vergrijzende beroepsbevolking;

de bewustwording te vergroten, goede werkwijzen uit te wisselen, informatie te verspreiden en de discussie — ook tussen de sociale partners — over de belangrijkste uitdagingen en beleidskwesties in verband met de arbeidsomstandigheden te bevorderen;

de samenwerking tussen de actoren van de interne en externe dimensie van het werkgelegenheids- en sociaal beleid binnen en buiten de Unie-instellingen te versterken om te zorgen voor een betere coherentie van het interne en het externe beleid van de Unie op dit gebied;

internationale netwerken voor samenwerking op te richten met het oog op de verspreiding van informatie over de rechten van werknemers bij regeringen, organisaties van werknemers en werkgevers en burgers, teneinde de tenuitvoerlegging van de belangrijkste IAO-verdragen en de agenda voor fatsoenlijk werk te verbeteren.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Overeenkomstig de verklaring van de Commissie bij Besluit nr. 283/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 tot instelling van een Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit voor werkgelegenheid en sociale insluiting (PB L 87 van 7.4.2010, blz. 1) is een toereikende niet toegewezen marge in het kader van het uitgavenplafond van rubriek 1a gelaten, waarbij de begrotingsautoriteit, d.w.z. het Europees Parlement en de Raad, kan besluiten om het bedrag van het Progress-programma in de periode 2011-2013 met maximaal 20 000 000 EUR te verhogen overeenkomstig punt 37 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

Rechtsgronden

Besluit nr. 1672/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een communautair programma voor werkgelegenheid en maatschappelijke solidariteit — Progress (PB L 315 van 15.11.2006, blz. 1).

04 04 01 04   Discriminatiebestrijding en verscheidenheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 137 500

17 139 222

24 050 000

19 000 000

22 720 684,48

18 843 183,73

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter ondersteuning van de daadwerkelijke tenuitvoerlegging van het non-discriminatiebeginsel en de integratie daarvan in alle beleidsterreinen van de Unie door:

het inzicht in de situatie met betrekking tot de discriminatie ten aanzien van alle kwetsbare groepen te verbeteren, met name via analysen en studies en zo nodig de opstelling van statistieken en indicatoren, alsmede de beoordeling van de doeltreffendheid en de gevolgen van bestaande wetgeving, beleid en benaderingen;

de tenuitvoerlegging van de non-discriminatiewetgeving van de Unie te ondersteunen door doeltreffende monitoring, door seminars voor degenen die op dit gebied actief zijn en door netwerken tussen gespecialiseerde instanties die zich met discriminatiebestrijding bezighouden, alsmede door voorlichtingscampagnes over de non-discriminatierichtlijnen van de EU, namelijk de richtlijnen 2004/43/EG, 2000/78/EG en 2004/113/EG;

de bewustwording te vergroten, informatie te verspreiden en discussie te bevorderen — ook tussen de bij racismebestrijding betrokken niet-gouvernementele organisaties, regionale en lokale actoren, sociale partners en andere belanghebbende partijen — over de voornaamste problemen en beleidskwesties in verband met discriminatie en de integratie van de bestrijding van racisme in alle beleidsterreinen van de Unie;

de capaciteit van de belangrijkste Unienetwerken te vergroten om de strategieën en beleidsdoelstellingen van de Europese Unie te bevorderen en verder te ontwikkelen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Overeenkomstig de verklaring van de Commissie bij Besluit nr. 283/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 tot instelling van een Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit voor werkgelegenheid en sociale insluiting (PB L 87 van 7.4.2010, blz. 1) is een toereikende niet toegewezen marge in het kader van het uitgavenplafond van rubriek 1a gelaten, waarbij de begrotingsautoriteit, d.w.z. het Europees Parlement en de Raad, kan besluiten om het bedrag van het Progress-programma in de periode 2011-2013 met maximaal 20 000 000 EUR te verhogen overeenkomstig punt 37 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

Rechtsgronden

Besluit nr. 1672/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een communautair programma voor werkgelegenheid en maatschappelijke solidariteit — Progress (PB L 315 van 15.11.2006, blz. 1).

04 04 01 05   Gelijkheid van mannen en vrouwen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 790 000

9 521 790

13 470 000

10 000 000

12 966 401,61

10 698 941,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter ondersteuning van de daadwerkelijke tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijkheid van mannen en vrouwen en ter bevordering van de integratie van de genderdimensie in alle beleidsterreinen van de Unie door:

het inzicht in de situatie met betrekking tot gendervraagstukken en de integratie van de genderdimensie in het beleid te verbeteren, met name via analysen en studies, de uitwisseling van goede werkwijzen en zo nodig de opstelling van statistieken en indicatoren, onder meer met het oog op de herwaardering van werk ter bevordering van de gelijkheid, met als doel het bevorderen van gelijke betaling voor mannen en vrouwen, alsmede de beoordeling van de doeltreffendheid en de gevolgen van bestaande wetgeving, maatregelen en werkwijzen;

de tenuitvoerlegging van de wetgeving van de Unie inzake de gelijkheid van mannen en vrouwen te ondersteunen via doeltreffend toezicht, het organiseren van seminars voor in de sector werkzame personen en de totstandbrenging van netwerken tussen gespecialiseerde instanties die actief zijn op het gebied van de gelijkheid van mannen en vrouwen;

de bewustwording te vergroten, informatie te verspreiden, de communicatie te verbeteren en de discussie over de belangrijkste uitdagingen en beleidskwesties in verband met de gelijkheid van mannen en vrouwen, waaronder het belang van de combinatie van beroeps- en gezinsleven (bijvoorbeeld voor mantelzorgers), en de integratie van de genderdimensie in het beleid te bevorderen;

de capaciteit van de belangrijkste Unienetwerken te vergroten om de strategieën en beleidsdoelstellingen van de Unie ter bevordering van de gelijkheid van mannen en vrouwen te ondersteunen en verder te ontwikkelen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Overeenkomstig de verklaring van de Commissie bij Besluit nr. 283/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 tot instelling van een Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit voor werkgelegenheid en sociale insluiting (PB L 87 van 7.4.2010, blz. 1) is een toereikende niet toegewezen marge in het kader van het uitgavenplafond van rubriek 1a gelaten, waarbij de begrotingsautoriteit, d.w.z. het Europees Parlement en de Raad, kan besluiten om het bedrag van het Progress-programma in de periode 2011-2013 met maximaal 20 000 000 EUR te verhogen overeenkomstig punt 37 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

Rechtsgronden

Besluit nr. 1672/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een communautair programma voor werkgelegenheid en maatschappelijke solidariteit — Progress (PB L 315 van 15.11.2006, blz. 1).

04 04 01 06   Steun voor de uitvoering

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 355 000

1 142 615

1 750 000

1 500 000

1 393 077,54

853 514,31

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de uitvoering van het programma, met name uitgaven met betrekking tot de jaarlijkse monitoringevaluatie en het jaarlijkse forum over de sociale agenda (Progress), dat tot doel heeft de dialoog tussen alle belanghebbenden op alle niveaus te bevorderen, de resultaten van het programma te publiceren en toekomstige prioriteiten te bespreken, met name wat de volgende programmeringscyclus (2014-2020) betreft.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Overeenkomstig de verklaring van de Commissie bij Besluit nr. 283/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 tot instelling van een Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit voor werkgelegenheid en sociale insluiting (PB L 87 van 7.4.2010, blz. 1) is een toereikende niet toegewezen marge in het kader van het uitgavenplafond van rubriek 1a gelaten, waarbij de begrotingsautoriteit, d.w.z. het Europees Parlement en de Raad, kan besluiten om het bedrag van het Progress-programma in de periode 2011-2013 met maximaal 20 000 000 EUR te verhogen overeenkomstig punt 37 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

Rechtsgronden

Besluit nr. 1672/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een communautair programma voor werkgelegenheid en maatschappelijke solidariteit — Progress (PB L 315 van 15.11.2006, blz. 1).

04 04 02   Europees Instituut voor gendergelijkheid

04 04 02 01   Europees Instituut voor gendergelijkheid — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 390 000

3 390 000

3 440 000

3 440 000

3 159 555,24

313 339,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de personeelskosten en de administratieve kosten.

Het instituut moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen beleids- en administratieve uitgaven.

Indien het instituut hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen beleids- en administratieve kredieten.

De personeelsformatie van het instituut is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Overeenkomstig Besluit 2006/996/EG in onderlinge overeenstemming genomen door de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van 11 december 2006 betreffende de plaats van vestiging van het Europees Instituut voor gendergelijkheid (PB L 403 van 30.12.2006, blz. 61) is het Instituut gevestigd in Vilnius.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1922/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Instituut voor gendergelijkheid (PB L 403 van 30.12 2006, blz. 9).

04 04 02 02   Instituut voor gendergelijkheid — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 140 000

4 140 000

3 500 000

3 500 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de voorbereiding en implementatie van het jaarlijkse werkprogramma met het oog op de uitvoering van de taken van het instituut.

De algemene doelstellingen van het instituut zijn: bijdragen tot de bevordering van gendergelijkheid en die versterken, en gendermainstreaming onder meer in al het uniale beleid en het daaruit voortvloeiende nationale beleid integreren, alsook discriminatie op grond van geslacht bestrijden, en de burgers van de Unie bewust maken van gendergelijkheid door technische bijstand te verlenen aan de instellingen van de Unie, met name aan de Commissie, alsmede aan de autoriteiten van de lidstaten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1922/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Instituut voor gendergelijkheid (PB L 403 van 30.12 2006, blz. 9).

04 04 03   Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden

04 04 03 01   Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 040 000

13 040 000

12 900 000

12 900 000

12 650 000,00

12 650 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van de Stichting (titels 1 en 2).

Een bedrag van 1 000 000 EUR is bestemd voor analyseactiviteiten van het Europees Waarnemingscentrum voor het veranderingsproces, zoals overeengekomen tijdens de Europese Raad van Nice van 7, 8 en 9 december 2000, gericht op het begrijpen van en anticiperen en reageren op technologische, sociale en economische ontwikkelingen.

De Stichting stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien de Stichting hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De personeelsformatie van de stichting is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1365/75 van de Raad van 26 mei 1975 betreffende de oprichting van een Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (PB L 139 van 30.5.1975, blz. 1).

04 04 03 02   Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 170 000

7 170 000

6 167 159

6 167 159

6 800 000,00

6 800 000,00

Toelichting

Dit krediet dient uitsluitend ter financiering van de beleidsuitgaven van de Stichting die betrekking hebben op het werkprogramma (titel 3).

Een deel van dit krediet is bestemd voor de werkzaamheden van het Europees Waarnemingscentrum voor het veranderingsproces, dat is opgericht overeenkomstig het besluit van de Europese Raad van Nice van 7, 8 en 9 december 2000, en dat tot doel heeft de technologische, sociale en economische ontwikkelingen te begrijpen en te anticiperen en er een adequaat antwoord op mogelijk te maken. Hiertoe wordt informatie van hoge kwaliteit vergaard, verwerkt en geanalyseerd.

Een bedrag van 1 000 000 EUR is bestemd voor de activiteiten van het Europees Waarnemingscentrum voor het veranderingsproces.

Dit krediet dient tevens ter financiering van studies naar de impact van nieuwe technologieën op de werkplek en naar beroepsziekten, zoals de invloed van repetitieve bewegingen bij het uitvoeren van een bepaalde taak.

Een deel van het krediet is bestemd voor werkzaamheden op het gebied van drie voor gezinnen belangrijke onderwerpen:

gezinsvriendelijke beleidsmaatregelen op de arbeidsplaats (evenwicht tussen werk en gezinsleven, arbeidsomstandigheden enz.);

factoren die van invloed zijn op de situatie van gezinnen in sociale woningen (toegang van gezinnen tot goede huisvesting);

levenslange ondersteuning van gezinnen, bv. voor kinderopvang en andere kwesties die tot de bevoegdheden van de Stichting behoren.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1365/75 van de Raad van 26 mei 1975 betreffende de oprichting van een Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (PB L 139 van 30.5.1975, blz. 1).

04 04 04   Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk

04 04 04 02   Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 900 000

6 900 000

6 750 000

6 750 000

6 600 000,00

5 978 613,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Agentschap (titels 1 en 2).

Het Agentschap stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De personeelsformatie van het agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2062/94 van de Raad van 18 juli 1994 tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk (PB L 216 van 20.8.1994, blz. 1).

04 04 04 03   Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 416 000

7 416 000

6 993 434

6 993 434

7 200 000,00

6 538 556,00

Toelichting

Dit krediet dient uitsluitend ter dekking van de beleidsuitgaven van het Agentschap die betrekking hebben op het werkprogramma (titel 3).

Het Agentschap heeft tot doel de instellingen van de Unie, de lidstaten en de belanghebbende kringen nuttige technische, wetenschappelijke en economische informatie op het vlak van de gezondheid en de veiligheid op het werk te doen toekomen.

Een bedrag van 1 000 000 EUR is bestemd voor een programma ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2010 in totaal 14 540 000 EUR. Een bedrag van 224 000 EUR afkomstig van de terugvordering van overschotten is toegevoegd aan het in de begroting opgevoerde bedrag van 14 316 000 EUR.

Het krediet is bestemd voor acties die nodig zijn om de in Verordening (EG) nr. 2062/94 vastgestelde taken van het Agentschap uit te voeren, en met name:

anticiperende en voorlichtingsacties met bijzondere aandacht voor het midden- en kleinbedrijf;

de oprichting van een „Waarnemingspost voor risico’s”, die informatie verzamelt over „goede praktijken” in ondernemingen en bedrijfstakken;

ook, in samenwerking met de Internationale Arbeidsorganisatie, de uitwisseling van ervaring, informatie en goede praktijken,

de integratie van de kandidaat-lidstaten in deze informatienetwerken en de ontwikkeling van aan hun specifieke situatie aangepaste instrumenten;

de organisatie van een Europese week over gezondheid en veiligheid waarbij de aandacht wordt toegespitst op specifieke risico's en de behoeften van gebruikers en eindbegunstigden.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2062/94 van de Raad van 18 juli 1994 tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk (PB L 216 van 20.8.1994, blz. 1).

04 04 05   Proefproject — Mainstreaming van maatregelen voor gehandicapten: follow-up-initiatief van het Europees Jaar van personen met een handicap

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor de financiering van initiatieven voor de uitvoering van specifieke acties, in het kader van de follow-up-actie van het Europees Jaar van personen met een handicap, die gericht zijn op inpassing van gehandicaptenbeleid op alle daarvoor in aanmerking komende beleidsterreinen van de Unie, met het oog op:

bevordering van meer samenwerking met alle organen die zich bezighouden met gehandicaptenkwesties, met inbegrip van het maatschappelijk middenveld;

ondersteuning van analysen van factoren en beleidsmaatregelen die verband houden met invaliditeit, waaronder het verzamelen van gegevens, het beoordelen van de effecten van handicaps en het ontwikkelen van indicatoren en ijkpunten voor de ontwikkeling van de inpassing van gehandicaptenbeleid in geheel Europa;

ondersteuning van de inpassing van gehandicaptenkwesties bij de opstelling van nationale actieplannen in verband met sociale uitsluiting en armoede;

stimulering van de uitwisseling van de beste praktijken ten aanzien van capaciteitsopbouw en opleiding van gehandicapten in verband met de bevordering van positieveactiemaatregelen om gelijke kansen voor gehandicapten en hun gezinnen te bewerkstelligen.

De eerder toegekende kredieten dienden ter dekking van de uitgaven voor de verwezenlijking van het Europees Jaar van personen met een handicap 2003.

Rechtsgronden

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 19.

Besluit 2001/903/EG van de Raad van 3 december 2001 betreffende het Europees Jaar van personen met een handicap 2003 (PB L 335 van 19.12.2001, blz. 25).

Resolutie van de Raad van 15 juli 2003 inzake de bevordering van de tewerkstelling en de maatschappelijke integratie van mensen met een functiebeperking (PB C 175 van 24.7.2003, blz. 1).

04 04 06   Europees Jaar van gelijke kansen voor eenieder (2007)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

0,—

62 995,54

Toelichting

Het Europees Jaar van gelijke kansen voor iedereen steunde maatregelen die gericht waren op de bewustmaking dat moet worden gewerkt aan een hechtere samenleving die verschillen toejuicht en dat het aanzienlijke acquis van de Unie inzake gelijkheid en non-discriminatie moet worden geëerbiedigd, alsmede op het stimuleren van het debat en de dialoog over kwesties die essentieel zijn voor de verwezenlijking van een rechtvaardige samenleving.

In overeenstemming met Besluit nr. 771/2006/EG is dit artikel bestemd voor de ondersteuning van de nationale activiteiten die de lidstaten overeenkomstig hun nationale strategie en prioriteiten voor het Europees Jaar zouden uitvoeren en ter dekking van de kosten in verband met de organisatie van de afsluitende Unieconferentie door het zittende voorzitterschap. Een deel van het krediet dient ook ter dekking van de kosten in verband met de organisatie van een Eurobarometerenquête om de trends en de vorderingen die met het Europees Jaar zijn bereikt, te meten.

Rechtsgronden

Besluit nr. 771/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende het Europees Jaar van gelijke kansen voor iedereen (2007) — Naar een rechtvaardige samenleving (PB L 146 van 31.5.2006, blz. 1).

04 04 07   Voltooiing van vroegere programma’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 428 268

3 000 000

1 782,00

3 374 758,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van nog af te wikkelen vastleggingen van vorige jaren in het kader van oude artikelen en posten.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De kandidaat-lidstaten kunnen een beroep doen op het pretoetredingsinstrument Phare ter dekking van de uitgaven voor hun deelname aan het programma’s.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit van de Raad van 9 juli 1957 betreffende het mandaat en het reglement van orde van het Permanent Orgaan voor de veiligheid in de steenkolenmijnen (PB 28 van 31.8.1957, blz. 487/57).

Besluit 74/325/EEG van de Raad van 27 juni 1974 betreffende de oprichting van een Raadgevend Comité voor de veiligheid, de hygiëne en de gezondheidsbescherming op de arbeidsplaats (PB L 185 van 9.7.1974, blz. 15).

Besluit 74/326/EEG van de Raad van 27 juni 1974 houdende uitbreiding van de bevoegdheden van het Permanent Orgaan voor de veiligheid en de gezondheidsvoorwaarden in de steenkolenmijnen tot alle winningsindustrieën (PB L 185 van 9.7.1974, blz. 18).

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1), en de bijzondere richtlijnen in de zin van deze richtlijn.

Richtlijn 92/29/EEG van de Raad van 31 maart 1992 betreffende de minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid ter bevordering van een betere medische hulpverlening aan boord van schepen (PB L 113 van 30.4.1992, blz. 19).

Besluit 98/171/EG van de Raad van 23 februari 1998 betreffende communautaire activiteiten ter zake van analyse, onderzoek en samenwerking op het gebied van de werkgelegenheid en de arbeidsmarkt (PB L 63 van 4.3.1998, blz. 26).

Besluit 2000/750/EG van de Raad van 27 november 2000 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter bestrijding van discriminatie (2001-2006) (PB L 303 van 2.12.2000, blz. 23).

Besluit nr. 50/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 december 2001 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter aanmoediging van samenwerking tussen lidstaten bij de bestrijding van sociale uitsluiting (PB L 10 van 12.1.2002, blz. 1).

Besluit nr. 1145/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 10 juni 2002 inzake communautaire stimuleringsmaatregelen op het gebied van de werkgelegenheid (PB L 170 van 29.6.2002, blz. 1).

Besluit van de Raad van 22 juli 2003 tot oprichting van een Raadgevend Comité voor veiligheid en gezondheid op de arbeidsplaats (PB C 218 van 13.9.2003, blz. 1).

Beschikking nr. 1554/2005/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 tot wijziging van Beschikking 2001/51/EG van de Raad betreffende het programma in verband met de communautaire strategie inzake de gelijkheid van mannen en vrouwen en Besluit nr. 848/2004/EG tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van organisaties die op Europees niveau op het gebied van de gelijkheid van mannen en vrouwen actief zijn (PB L 255 van 30.9.2005, blz. 9).

Referentiebesluiten

Overeenkomst gesloten in 1959 tussen de Hoge Autoriteit van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en het Internationaal Centrum voor informatie betreffende arbeidsveiligheid en -hygiëne van het Internationaal Arbeidsbureau.

Taak die voortvloeit uit de specifieke bevoegdheden die krachtens de artikelen 136, 137 en 140 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en krachtens de artikelen 151, 152 en 156 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie rechtstreeks aan de Commissie worden toegekend.

04 04 08   Proefproject — Stimulering van de omzetting van tijdelijke arbeid in vaste arbeid met rechten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

700 000

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van maatregelen om de omzetting van tijdelijke arbeid in vaste arbeid met rechten te stimuleren.

Een deel ervan is bestemd voor het gesloten partnerschap met de vertegenwoordigers van de armste werknemers in de verschillende fasen van het proefproject.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 04 09   Steun voor de huishoudelijke kosten van het Europees Platform van niet-gouvernementele organisaties uit de sociale sector

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

150 000

680 000,00

631 783,06

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van het platform van de sociale niet-gouvernementele organisaties in Europa.

Het sociale platform versterkt de participatieve democratie in de Unie door niet-gouvernementele organisaties uit de sociale sector consequent te betrekken bij een gestructureerde maatschappelijke dialoog met de instellingen van de Unie. Het levert ook een meerwaarde voor de sociale beleidsvorming in de Unie op en versterkt het maatschappelijk middenveld in de nieuwe lidstaten.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1904/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling voor de periode 2007-2013 van het programma „Europa voor de burger” ter bevordering van een actief Europees burgerschap (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 32).

04 04 10   Proefproject — Begeleiding van werknemers die met de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven worden geconfronteerd

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

500 000

0,—

199 673,60

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor het financieren van initiatieven die werknemers helpen bij het zich aanpassen aan de nieuwe omstandigheden in het bedrijfsleven. Het dient met name ter dekking van maatregelen bestemd voor:

onderzoek naar hoe werknemers beter kunnen worden voorbereid op de nieuwe omstandigheden in het bedrijfsleven en naar de sectoren die op de korte termijn mogelijkerwijs wijzigingen ondergaan;

analysering en bevordering van uitwisselingen over maatregelen en van goede praktijken bedoeld voor het op maatschappelijk verantwoorde wijze opvangen van de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 04 11   Proefproject — Voorkoming van ouderenmishandeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

700 000

1 000 000

1 500 000

869 499,65

203 864,95

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van initiatieven die helpen achterhalen in welke mate ouderenmishandeling in de Unie voorkomt, als follow-up bij de resolutie van het Europees Parlement van 21 februari 2008 over de demografische toekomst van Europa (PB C 184 E van 6.8.2009, blz. 75) en als follow-up bij de conferentie georganiseerd door de Commissie op 17 maart 2008 over ouderenmishandeling.

Het proefproject zal met name toegespitst zijn op:

het inschatten van de omvang van ouderenmisbruik overeenkomstig de definitie van de WHO (fysiek, psychologisch en financieel misbruik);

het verwerven van een beter inzicht in de oorzaken van ouderenmishandeling;

het beoordelen van de doeltreffendheid van beleidsmaatregelen in de lidstaten.

Om dit doel te bereiken zullen onder meer de volgende maatregelen worden gedekt:

gegevensverzameling over het voorkomen van ouderenmishandeling in de hele Unie, met inbegrip van risico- en beschermingsfactoren;

het in kaart brengen van bestaande beleidsbenaderingen en beleidskaders in de Unie, om goede praktijken te identificeren en te zorgen voor een referentiekader dat maatregelen en instrumenten bevat die nodig zijn om ouderenmishandeling doeltreffend te kunnen voorkomen.

Beste praktijken bij beleidsbenaderingen en beleidskaders zullen worden in kaart gebracht door middel van een beoordeling van welke instrumenten effectief zijn en welke minder goed werken bij het voorkomen van mishandeling van ouderen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 04 12   Europees Jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting 2010

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

3 332 626

10 500 000

7 000 000

6 501 409,20

2 046 539,00

Toelichting

Het Europees Jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting was bedoeld om de politieke toezeggingen die de Unie aan het begin van de Lissabonstrategie heeft gedaan om „een beslissende bijdrage aan de uitroeiing van armoede” te leveren, opnieuw te bekrachtigen.

In overeenstemming met Besluit nr. 1098/2008/EG was dit krediet bestemd voor de ondersteuning van de nationale activiteiten die de lidstaten overeenkomstig hun nationale strategie en prioriteiten voor het Europees Jaar moeten uitvoeren. Een deel van het krediet diende ook ter dekking van de kosten van de organisatie van de slotconferentie van de Unie door het zittende voorzitterschap en ter versterking van de communicatie- en informatieactiviteiten op Europees en nationaal niveau.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1098/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008 inzake het Europees Jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting (2010) (PB L 298 van 7.11.2008, blz. 20).

04 04 13   Proefproject — Werkgelegenheid voor personen met een handicap in het autistisch spectrum

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

700 000

1 000 000

600 000

 

 

Toelichting

Dit proefproject is bedoeld om initiatieven te financieren ter ondersteuning van beleid met het oog op werkgelegenheid voor en maatschappelijke integratie van personen die aan autisme lijden. Het proefproject moet daarom innoverende, geïntegreerde projecten ondersteunen ter bestrijding van de meervoudige nadelen waarmee personen met een handicap in het autistisch spectrum te maken hebben, door rekening te houden met hun sterke kanten en hun integratie in de arbeidsmarkt en in sociale en economische activiteiten te bevorderen.

De te financieren maatregelen zullen met name gericht zijn op:

het verwerven van meer inzicht in autisme en in de problemen en hinderpalen waarop mensen met autisme stuiten bij de toegang tot de arbeidsmarkt;

het vaststellen welke tastbare arbeidsmarktmaatregelen zouden moeten worden genomen om werkloosheid te voorkomen en het percentage werkende mensen met autisme te vergroten (volgende sommige bronnen heeft 62 % van de volwassenen die aan autisme lijden in het geheel geen werk, volgens andere heeft slechts 6 % van de volwassenen met een handicap in het autistisch spectrum een betaalde voltijdbaan);

het in kaart brengen van bestaand beleid in de lidstaten en van de soorten maatregelen om de banenkansen van personen die aan autisme lijden te vergroten en om hen te helpen een baan te vinden en te behouden;

het beoordelen van de doeltreffendheid van de getroffen maatregelen;

het bevorderen van de uitwisseling van beste praktijken.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

04 04 15   Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 04 15

24 750 000

23 566 430

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

25 000 000

25 000 000

 

 

Totaal

24 750 000

23 566 430

25 000 000

25 000 000

 

 

Rechtsgronden

Besluit nr. 283/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 tot instelling van een Europese Progress-microfinancieringsfaciliteit voor werkgelegenheid en sociale insluiting (PB L 87 van 7.4.2010, blz. 1).

HOOFDSTUK 04 05 —   EUROPEES FONDS VOOR AANPASSING AAN DE GLOBALISERING (EFG)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 05

EUROPEES FONDS VOOR AANPASSING AAN DE GLOBALISERING (EFG)

04 05 01

Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)

1.1

p.m.

47 608 950

p.m.

p.m.

12 387 700,—

12 387 700,—

 

Hoofdstuk 04 05 — Totaal

 

p.m.

47 608 950

p.m.

p.m.

12 387 700,—

12 387 700,—

04 05 01   Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

47 608 950

p.m.

p.m.

12 387 700,00

12 387 700,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG), om de Unie in staat te stellen tijdelijke en gerichte steun te verlenen aan werknemers die worden ontslagen als gevolg van door de globalisatie veroorzaakte grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen, in gevallen waarin dergelijke collectieve ontslagen een zeer negatieve impact hebben op de regionale of plaatselijke economie. Voor aanvragen die voor 31 december 2011 zijn ingediend kan het ook worden gebruikt voor de verlening van steun aan werknemers die gedwongen zijn ontslagen ten gevolge van de wereldwijde financiële en economische crisis.

De maximale uitgaven uit het fonds bedragen 500 000 000 EUR per jaar.

Deze reserve is, overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006, bedoeld om extra tijdelijke steun te geven aan werknemers die de gevolgen van grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ondervinden, teneinde hen te helpen bij hun terugkeer op de arbeidsmarkt.

De acties die worden ondernomen door het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering moeten een aanvulling vormen op die van het Europees Sociaal Fonds, waarbij dubbele structuren moeten worden voorkomen.

De werkwijze voor de opvoering van de kredieten in deze reserve en de beschikbaarstelling van middelen uit het fonds is vastgesteld in punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 en in artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1927/2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (PB L 406 van 30.12 2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 546/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1927/2006 tot oprichting van een Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (PB L 167 van 29.6.2009, blz. 26).

Referentiebesluiten

Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

HOOFDSTUK 04 06 —   INSTRUMENT VOOR PRETOETREDINGSSTEUN (IPA) — ONTWIKKELING VAN HET MENSELIJKE POTENTIEEL

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 06

INSTRUMENT VOOR PRETOETREDINGSSTEUN (IPA) — ONTWIKKELING VAN HET MENSELIJKE POTENTIEEL

04 06 01

Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Ontwikkeling van het menselijke potentieel

4

102 400 000

59 987 277

87 500 000

29 835 000

76 900 000,—

65 239 055,32

 

Hoofdstuk 04 06 — Totaal

 

102 400 000

59 987 277

87 500 000

29 835 000

76 900 000,—

65 239 055,32

04 06 01   Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Ontwikkeling van het menselijke potentieel

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

102 400 000

59 987 277

87 500 000

29 835 000

76 900 000,00

65 239 055,32

Toelichting

Dit krediet is bestemd ter dekking van de steun van de Unie aan de kandidaat-landen die onder het IPA vallen, voor hun geleidelijke aanpassing aan de normen en het beleid van de Unie, waar van toepassing met inbegrip van het acquis van de Unie, met het oog op toetreding. De afdeling Ontwikkeling van het menselijke potentieel dient ter ondersteuning van landen bij de ontwikkeling van beleid en de voorbereiding van de tenuitvoerlegging en het beheer van het cohesiebeleid van de Unie, in het bijzonder de voorbereiding van deze landen op het Europees Sociaal Fonds.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

TITEL 05

LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

133 430 679

133 430 679

133 377 414

133 377 414

129 703 814,47

129 703 814,47

Reserves (40 01 40)

74 532

74 532

270 293

270 293

 

 

 

133 505 211

133 505 211

133 647 707

133 647 707

129 703 814,47

129 703 814,47

05 02

INTERVENTIES OP DE LANDBOUWMARKTEN

2 969 410 000

2 966 742 495

4 099 810 000

4 100 534 000

7 004 655 546,64

7 005 787 384,08

Reserves (40 02 40)

 

 

300 000 000

300 000 000

 

 

 

2 969 410 000

2 966 742 495

4 399 810 000

4 400 534 000

7 004 655 546,64

7 005 787 384,08

05 03

RECHTSTREEKSE STEUN

39 771 100 000

39 771 100 000

39 273 000 000

39 273 000 000

39 113 919 170,82

39 113 919 170,82

05 04

PLATTELANDSONTWIKKELING

14 432 151 552

12 558 160 388

14 358 084 633

13 396 500 000

13 713 690 610,45

8 737 930 801,95

05 05

PRETOETREDINGSMAATREGELEN OP HET GEBIED VAN LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

215 000 000

71 318 207

169 800 000

131 500 000

121 500 000,—

254 103 084,—

05 06

INTERNATIONALE ASPECTEN VAN HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

6 360 000

6 055 858

6 275 322

6 275 322

5 582 087,78

5 582 087,78

05 07

AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

– 262 500 000

– 262 500 000

– 300 500 000

– 300 500 000

–73 213 707,47

–73 213 707,47

05 08

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

27 232 532

24 696 433

40 591 000

36 269 586

38 143 675,78

40 175 830,51

 

Titel 05 — Totaal

57 292 184 763

55 269 004 060

57 780 438 369

56 776 956 322

60 053 981 198,47

55 213 988 466,14

Reserves (40 01 40, 40 02 40)

74 532

74 532

300 270 293

300 270 293

 

 

 

57 292 259 295

55 269 078 592

58 080 708 662

57 077 226 615

60 053 981 198,47

55 213 988 466,14

HOOFDSTUK 05 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

05 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

05 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

5

98 062 897

96 302 567

95 527 598,54

Reserves (40 01 40)

 

74 532

270 293

 

 

 

98 137 429

96 572 860

95 527 598,54

05 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

05 01 02 01

Extern personeel

5

3 510 571

3 698 476

3 310 394,84

05 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

9 703 964

11 334 923

10 202 733,67

 

Artikel 05 01 02 — Subtotaal

 

13 214 535

15 033 399

13 513 128,51

05 01 03

Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

5

7 105 647

7 042 448

7 499 366,52

05 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

05 01 04 01

Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) — Niet-operationele technische bijstand

2

9 062 600

9 019 000

7 755 551,97

05 01 04 03

Pretoetredingssteun op het vlak van landbouw en plattelandsontwikkeling (IPARD) — Uitgaven voor administratief beheer

4

220 000

200 000

0,—

05 01 04 04

Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) — Niet-operationele technische bijstand

2

5 465 000

5 480 000

4 975 742,62

 

Artikel 05 01 04 — Subtotaal

 

14 747 600

14 699 000

12 731 294,59

05 01 06

Uitgaven voor landbouwkundige analysen, inspecties en communicatie en voor het Bemiddelingsorgaan voor de goedkeuring van de rekeningen betreffende het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), afdeling Garantie, en het ELGF en het ELFPO

5

300 000

300 000

432 426,31

 

Hoofdstuk 05 01 — Totaal

 

133 430 679

133 377 414

129 703 814,47

Reserves (40 01 40)

 

74 532

270 293

 

 

 

133 505 211

133 647 707

129 703 814,47

Toelichting

De volgende rechtsgrond geldt voor alle artikelen van dit hoofdstuk, tenzij anders bepaald.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

05 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

05 01 01

98 062 897

96 302 567

95 527 598,54

Reserves (40 01 40)

74 532

270 293

 

Totaal

98 137 429

96 572 860

95 527 598,54

05 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

05 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 510 571

3 698 476

3 310 394,84

05 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 703 964

11 334 923

10 202 733,67

05 01 03   Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 105 647

7 042 448

7 499 366,52

05 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Landbouw en plattelandsontwikkeling”

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1268/1999 van de Raad van 21 juni 1999 inzake steunverlening door de Gemeenschap voor pretoetredingsmaatregelen op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling in de kandidaat-lidstaten in Midden- en Oost-Europa gedurende de pretoetredingsperiode (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 87).

Verordening (EG) nr. 870/2004 van de Raad van 24 april 2004 tot vaststelling van een communautair programma inzake de instandhouding, de karakterisering, de verzameling en het gebruik van genetische hulpbronnen in de landbouw (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 18).

Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (PB L 277 van 21.10.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

Verordening (EG) nr. 1183/2006 van de Raad van 24 juli 2006 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte volwassen runderen (gecodificeerde versie) (PB L 214 van 4.8.2006, blz. 1).

05 01 04 01   Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) — Niet-operationele technische bijstand

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 062 600

9 019 000

7 755 551,97

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de maatregelen betreffende voorbereiding, monitoring, administratieve en technische ondersteuning, evaluatie, audit en controle die noodzakelijk zijn voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, en met name de maatregelen die zijn opgesomd in artikel 5, onder a) tot en met d), van Verordening (EG) nr. 1290/2005.

Het dient ook ter dekking van de financiering van studies, vergaderingen van deskundigen, informatie en publicaties die direct verband houden met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma inzake genetische hulpbronnen zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 870/2004.

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 0 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement.

05 01 04 03   Pretoetredingssteun op het vlak van landbouw en plattelandsontwikkeling (IPARD) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

220 000

200 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de doelstelling van het instrument voor pretoetredingssteun.

Deze toekenning dient ter dekking van administratieve uitgaven onder de artikelen 05 05 01 en 05 05 02.

05 01 04 04   Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) — Niet-operationele technische bijstand

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 465 000

5 480 000

4 975 742,62

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uit het ELFPO gefinancierde technische bijstand zoals bedoeld in artikel 66, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1698/2005. Technische bijstand omvat maatregelen op het vlak van voorbereiding, monitoring, administratieve ondersteuning, evaluatie en toezicht. In verband hiermee kan het krediet met name worden gebruikt voor de financiering van:

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen, vertalingen);

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

contracten met dienstverleners;

uitgaven voor extern personeel op het hoofdkantoor (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of uitzendkrachten) tot 1 850 000 EUR.

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 1 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig de artikel 18 van het Financieel Reglement.

05 01 06   Uitgaven voor landbouwkundige analysen, inspecties en communicatie en voor het Bemiddelingsorgaan voor de goedkeuring van de rekeningen betreffende het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), afdeling Garantie, en het ELGF en het ELFPO

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

300 000

300 000

432 426,31

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van het bemiddelingsorgaan in het kader van de goedkeuring van de rekeningen van het EOGFL, afdeling Garantie, en het ELGF (uren, materiaal, reiskosten, vergaderingen), en van de kosten van de analysen en andere uitgaven voor communicatie en voor de ondersteuning van controles, bijvoorbeeld de bijstand van auditbedrijven.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 885/2006 van de Commissie van 21 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad met betrekking tot de erkenning van de betaalorganen en andere instanties en de goedkeuring van de rekeningen inzake het ELGF en het ELFPO (PB L 171 van 23.6.2006, blz. 90).

Verordening (EG) nr. 485/2008 van de Raad van 26 mei 2008 inzake de door de lidstaten uit te voeren controles op de verrichtingen in het kader van de financieringsregeling van het Europees Landbouwgarantiefonds (gecodificeerde versie) (PB nr. L 143 van 3.6.2008, blz. 1).

HOOFDSTUK 05 02 —   INTERVENTIES OP DE LANDBOUWMARKTEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 02

INTERVENTIES OP DE LANDBOUWMARKTEN

05 02 01

Granen

05 02 01 01

Uitvoerrestituties voor granen

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

854 404,29

854 404,29

05 02 01 02

Interventie in de vorm van opslag van granen

2

–23 000 000

–23 000 000

74 000 000

74 000 000

24 079 325,35

24 079 325,35

05 02 01 03

Interventie voor zetmeel

2

41 000 000

41 000 000

41 000 000

41 000 000

40 157 215,66

40 157 215,66

05 02 01 99

Overige maatregelen (granen)

2

100 000

100 000

100 000

100 000

–28 173,47

–28 173,47

 

Artikel 05 02 01 — Subtotaal

 

18 100 000

18 100 000

115 100 000

115 100 000

65 062 771,83

65 062 771,83

05 02 02

Rijst

05 02 02 01

Uitvoerrestituties voor rijst

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

–31 800,—

–31 800,—

05 02 02 02

Interventie in de vorm van opslag van rijst

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 02 02 99

Overige maatregelen (rijst)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 05 02 02 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

–31 800,—

–31 800,—

05 02 03

Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten

2

31 000 000

31 000 000

114 000 000

114 000 000

89 683 659,58

89 683 659,58

05 02 04

Voedselprogramma’s

05 02 04 01

Programma’s voor hulpbehoevenden

2

500 000 000

500 000 000

500 000 000

500 000 000

477 890 406,27

477 890 406,27

05 02 04 99

Overige maatregelen (voedselprogramma’s)

2

100 000

100 000

100 000

100 000

21 186,01

21 186,01

 

Artikel 05 02 04 — Subtotaal

 

500 100 000

500 100 000

500 100 000

500 100 000

477 911 592,28

477 911 592,28

05 02 05

Suiker

05 02 05 01

Uitvoerrestituties voor suiker en isoglucose

2

1 000 000

1 000 000

12 000 000

12 000 000

179 111 164,33

179 111 164,33

05 02 05 03

Productierestituties voor in de chemische industrie gebruikte suiker

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

44 625,24

44 625,24

05 02 05 08

Interventie in de vorm van opslag van suiker

2

p.m.

p.m.

–11 000 000

–11 000 000

–32 369 680,21

–32 369 680,21

05 02 05 99

Overige maatregelen (suiker)

2

200 000

200 000

500 000

500 000

168 956,81

168 956,81

 

Artikel 05 02 05 — Subtotaal

 

1 200 000

1 200 000

1 500 000

1 500 000

146 955 066,17

146 955 066,17

05 02 06

Olijfolie

05 02 06 03

Opslag van olijfolie

2

p.m.

p.m.

9 000 000

9 000 000

0,—

0,—

05 02 06 05

Acties ter verbetering van de kwaliteit

2

48 000 000

48 000 000

48 000 000

48 000 000

53 213 973,15

53 213 973,15

05 02 06 99

Overige maatregelen (olijfolie)

2

1 600 000

1 600 000

500 000

500 000

1 271 995,69

1 271 995,69

 

Artikel 05 02 06 — Subtotaal

 

49 600 000

49 600 000

57 500 000

57 500 000

54 485 968,84

54 485 968,84

05 02 07

Vezelgewassen

05 02 07 01

Steun voor vezelvlas en -hennep

2

20 000 000

20 000 000

20 000 000

20 000 000

21 015 659,98

21 015 659,98

05 02 07 02

Steun voor katoen

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

97 109,49

97 109,49

05 02 07 03

Katoen — Nationale herstructureringsprogramma’s

2

10 000 000

10 000 000

10 000 000

10 000 000

 

 

 

Artikel 05 02 07 — Subtotaal

 

30 000 000

30 000 000

30 000 000

30 000 000

21 112 769,47

21 112 769,47

05 02 08

Groenten en fruit

05 02 08 01

Uitvoerrestituties voor groenten en fruit

2

p.m.

p.m.

2 000 000

2 000 000

5 164 679,07

5 164 679,07

05 02 08 03

Actiefondsen van de telersverenigingen

2

292 000 000

292 000 000

547 000 000

547 000 000

681 542 749,40

681 542 749,40

05 02 08 09

Financiële compensaties om de verwerking van citrusvruchten te stimuleren

2

p.m.

p.m.

200 000

200 000

23 817 250,17

23 817 250,17

05 02 08 11

Steun aan voorlopig erkende telersgroepen

2

107 000 000

107 000 000

110 000 000

110 000 000

82 749 645,41

82 749 645,41

05 02 08 12

Schoolfruitregeling

2

90 000 000

90 000 000

60 000 000

60 000 000

 

 

05 02 08 13

Proefproject — Consumptie van fruit en groenten

2

1 000 000

500 000

 

 

 

 

05 02 08 99

Overige maatregelen (groenten en fruit)

2

2 100 000

2 100 000

900 000

900 000

388 757,52

388 757,52

 

Artikel 05 02 08 — Subtotaal

 

492 100 000

491 600 000

720 100 000

720 100 000

793 663 081,57

793 663 081,57

05 02 09

Producten van de wijnbouwsector

05 02 09 01

Uitvoerrestituties voor producten van de wijnbouwsector

2

100 000

100 000

3 000 000

3 000 000

7 344 028,78

7 344 028,78

05 02 09 02

Interventie in de vorm van opslag van wijn en druivenmost

2

100 000

100 000

500 000

500 000

34 205 385,48

34 205 385,48

05 02 09 03

Distillatie van wijn

2

100 000

100 000

200 000

200 000

11 306 914,36

11 306 914,36

05 02 09 04

Interventie in de vorm van opslag van alcohol

2

1 000 000

1 000 000

7 000 000

7 000 000

36 638 071,41

36 638 071,41

05 02 09 05

Steun voor druivenmost

2

100 000

100 000

1 100 000

1 100 000

21 515 208,56

21 515 208,56

05 02 09 06

Premies voor de definitieve stopzetting van de wijnbouw op met wijnstokken beplante oppervlakten

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

12 851 814,25

12 851 814,25

05 02 09 07

Acties voor de herstructurering en de omschakeling van wijngaarden

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

–3 670 606,57

–3 670 606,57

05 02 09 08

Nationale steunprogramma’s voor de wijnsector

2

862 300 000

862 300 000

990 500 000

990 500 000

747 254 743,15

747 254 743,15

05 02 09 09

Rooiregeling

2

279 000 000

279 000 000

334 000 000

334 000 000

444 109 454,66

444 109 454,66

05 02 09 99

Overige maatregelen (wijnbouwsector)

2

1 000 000

1 000 000

2 000 000

2 000 000

161 185,30

161 185,30

 

Artikel 05 02 09 — Subtotaal

 

1 143 700 000

1 143 700 000

1 338 300 000

1 338 300 000

1 311 716 199,38

1 311 716 199,38

05 02 10

Afzetbevordering

05 02 10 01

Afzetbevordering — Betalingen door de lidstaten

2

58 000 000

58 000 000

56 000 000

56 000 000

46 514 164,61

46 514 164,61

05 02 10 02

Afzetbevordering — Rechtstreekse betalingen door de Unie

2

1 110 000

1 692 495

1 210 000

1 934 000

911 553,90

2 043 391,34

05 02 10 99

Overige maatregelen (afzetbevordering)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

–85,98

–85,98

 

Artikel 05 02 10 — Subtotaal

 

59 110 000

59 692 495

57 210 000

57 934 000

47 425 632,53

48 557 469,97

05 02 11

Overige plantaardige producten/overige maatregelen

05 02 11 01

Gedroogde voedergewassen

2

129 000 000

129 000 000

122 000 000

122 000 000

126 555 016,27

126 555 016,27

05 02 11 03

Hop — Steun aan telersverenigingen

2

2 300 000

2 300 000

 

 

 

 

05 02 11 04

POSEI (met uitzondering van rechtstreekse steun en MARE 11 02 03)

2

257 000 000

257 000 000

231 000 000

231 000 000

224 270 609,69

224 270 609,69

05 02 11 05

Communautair Fonds voor tabak (exclusief de uit artikel 17 03 02 gefinancierde acties SANCO)

2

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

1 127 822,97

1 127 822,97

05 02 11 99

Overige maatregelen (overige plantaardige producten/overige maatregelen)

2

600 000

600 000

2 200 000

2 200 000

581 515,92

581 515,92

 

Artikel 05 02 11 — Subtotaal

 

388 900 000

388 900 000

356 200 000

356 200 000

352 534 964,85

352 534 964,85

05 02 12

Melk en zuivelproducten

05 02 12 01

Restituties voor melk en zuivelproducten

2

10 000 000

10 000 000

449 000 000

449 000 000

181 099 723,52

181 099 723,52

05 02 12 02

Interventie in de vorm van opslag van mageremelkpoeder

2

–12 000 000

–12 000 000

26 000 000

26 000 000

60 637 899,01

60 637 899,01

05 02 12 03

Steun voor de afzet van ondermelk

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

6 568,85

6 568,85

05 02 12 04

Interventie in de vorm van opslag van boter en room

2

10 000 000

10 000 000

85 000 000

85 000 000

26 095 583,24

26 095 583,24

05 02 12 05

Andere maatregelen voor botervet

2

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

8 332 225,96

8 332 225,96

05 02 12 06

Interventie in de vorm van opslag van kaas

2

1 000 000

1 000 000

6 000 000

6 000 000

20 103 512,38

20 103 512,38

05 02 12 08

Schoolmelk

2

90 000 000

90 000 000

76 000 000

76 000 000

74 151 633,79

74 151 633,79

05 02 12 99

Overige maatregelen (melk en zuivelproducten)

2

1 000 000

1 000 000

100 000

100 000

185 661,36

185 661,36

Reserves (40 02 40)

 

 

 

300 000 000

300 000 000

 

 

 

 

1 000 000

1 000 000

300 100 000

300 100 000

185 661,36

185 661,36

 

Artikel 05 02 12 — Subtotaal

 

100 000 000

100 000 000

643 100 000

643 100 000

370 612 808,11

370 612 808,11

Reserves (40 02 40)

 

 

 

300 000 000

300 000 000

 

 

 

 

100 000 000

100 000 000

943 100 000

943 100 000

370 612 808,11

370 612 808,11

05 02 13

Rund- en kalfvlees

05 02 13 01

Restituties voor rund- en kalfvlees

2

25 000 000

25 000 000

18 000 000

18 000 000

21 482 934,28

21 482 934,28

05 02 13 02

Interventie in de vorm van opslag van rundvlees

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

–42,13

–42,13

05 02 13 03

Buitengewone marktondersteuningsmaatregelen

2

1 000 000

1 000 000

1 000 000

1 000 000

22 762 645,42

22 762 645,42

05 02 13 04

Restituties voor levende runderen

2

9 000 000

9 000 000

7 000 000

7 000 000

10 156 598,37

10 156 598,37

05 02 13 99

Overige maatregelen (rundvlees)

2

100 000

100 000

100 000

100 000

4 941 072,05

4 941 072,05

 

Artikel 05 02 13 — Subtotaal

 

35 100 000

35 100 000

26 100 000

26 100 000

59 343 207,99

59 343 207,99

05 02 14

Schapen- en geitenvlees

05 02 14 01

Interventie in de vorm van opslag van schapen- en geitenvlees

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 02 14 99

Overige maatregelen (schapen- en geitenvlees)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 05 02 14 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 02 15

Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten

05 02 15 01

Restituties voor varkensvlees

2

21 000 000

21 000 000

28 000 000

28 000 000

59 946 945,46

59 946 945,46

05 02 15 02

Interventie in de vorm van opslag van varkensvlees

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

3 616 189,57

3 616 189,57

05 02 15 03

Buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt voor varkensvlees

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 02 15 04

Restituties voor eieren

2

3 000 000

3 000 000

4 000 000

4 000 000

3 144 165,48

3 144 165,48

05 02 15 05

Restituties voor slachtpluimvee

2

61 000 000

61 000 000

80 000 000

80 000 000

91 562 288,32

91 562 288,32

05 02 15 06

Bijzondere steun voor de bijenteelt

2

32 000 000

32 000 000

24 000 000

24 000 000

23 215 644,98

23 215 644,98

05 02 15 07

Buitengewone marktondersteuningsmaatregelen voor de sector vlees van pluimvee en eieren

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 02 15 99

Overige maatregelen (varkensvlees, pluimvee, eieren, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten)

2

p.m.

p.m.

100 000

100 000

15 004 499,54

15 004 499,54

 

Artikel 05 02 15 — Subtotaal

 

117 000 000

117 000 000

136 100 000

136 100 000

196 489 733,35

196 489 733,35

05 02 16

Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie

05 02 16 01

Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

3 017 689 890,69

3 017 689 890,69

05 02 16 02

Goedkeuring betreffende het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 05 02 16 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

3 017 689 890,69

3 017 689 890,69

05 02 17

Steun voor boeren

05 02 17 01

Proefproject — Steun voor landbouwcoöperaties

2

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

05 02 17 02

Proefproject — Europese Observatiepost voor landbouwprijzen en marges

2

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

05 02 17 03

Proefproject — Steun voor boeren- en consumenteninitiatieven voor een lage koolstofuitstoot, een lage energieconsumptie en lokaal op de markt gebrachte voedselproductie

2

2 000 000

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

05 02 17 07

Proefproject — Maatregelen ter bestrijding van speculatie met landbouwproducten

2

1 500 000

750 000

 

 

 

 

 

Artikel 05 02 17 — Subtotaal

 

3 500 000

750 000

4 500 000

4 500 000

 

 

 

Hoofdstuk 05 02 — Totaal

 

2 969 410 000

2 966 742 495

4 099 810 000

4 100 534 000

7 004 655 546,64

7 005 787 384,08

Reserves (40 02 40)

 

 

 

300 000 000

300 000 000

 

 

 

 

2 969 410 000

2 966 742 495

4 399 810 000

4 400 534 000

7 004 655 546,64

7 005 787 384,08

Toelichting

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 0 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten voor elke begrotingslijn van dit hoofdstuk overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement.

In het kader van de vaststelling van de budgettaire behoeften voor dit hoofdstuk is bij de vaststelling van de budgettaire behoeften voor artikel 05 02 08, en met name voor post 05 02 08 03, rekening gehouden met een bedrag van 500 000 000 EUR uit post 6 7 0 1 van de algemene staat van ontvangsten. Dit bedrag omvat 400 000 000 EUR overgedragen van 2010 naar 2011 overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement.

Dit krediet dient ook ter dekking van spoedeisende maatregelen als bedoeld in artikel 191 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

De volgende rechtsgrond geldt voor alle artikelen van dit hoofdstuk, tenzij anders bepaald.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

05 02 01   Granen

05 02 01 01   Uitvoerrestituties voor granen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

854 404,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitvoerrestituties voor granen die worden toegekend op grond van de artikelen 162 tot en met 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 01 02   Interventie in de vorm van opslag van granen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

–23 000 000

74 000 000

24 079 325,35

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de technische kosten en de financieringskosten voor aankopen van granen voor openbare opslag, de overige kosten van openbare opslag (hoofdzakelijk het verschil tussen de boekwaarde en de verkoopwaarde) en de waardevermindering van de „nieuw gevormde voorraden”, een en ander overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 13, 18, 25 en 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 en Verordening (EG) nr. 1290/2005.

Het dient ook ter dekking van bijzondere interventiemaatregelen op grond van artikel 47 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 01 03   Interventie voor zetmeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

41 000 000

41 000 000

40 157 215,66

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de op grond van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1868/94 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 72/2009) en artikel 95 bis van Verordening (EG) nr. 1234/2007 uitgekeerde premies en de op grond van artikel 96 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 toegekende productierestituties.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1868/94 van de Raad van 27 juli 1994 tot vaststelling van een contingenteringsregeling voor de productie van aardappelzetmeel (PB L 197 van 30.7.1994, blz. 4).

05 02 01 99   Overige maatregelen (granen)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

100 000

–28 173,47

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven in verband met granen op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van Verordening (EG) nr. 1784/2003 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 01.

05 02 02   Rijst

05 02 02 01   Uitvoerrestituties voor rijst

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

–31 800,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitvoerrestituties voor rijst die worden toegekend op grond van de artikelen 162 tot en met 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 02 02   Interventie in de vorm van opslag van rijst

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de technische kosten en de financieringskosten voor aankopen van rijst voor openbare opslag, de overige kosten van openbare opslag (hoofdzakelijk het verschil tussen de boekwaarde en de verkoopwaarde) en de waardevermindering van de „nieuw gevormde voorraden”, een en ander overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 13, 18, 25 en 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 en Verordening (EG) nr. 1290/2005.

05 02 02 99   Overige maatregelen (rijst)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op grond van andere interventieregelingen voor rijst op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van Verordening (EG) nr. 1785/2003 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 02.

Het dient ook ter dekking van de nog verschuldigde steun voor de productie van bepaalde rijstrassen van het type „Indica” op grond van artikel 8 bis van Verordening (EEG) nr. 1418/76, alsmede van uitgaven in verband met de uitkering van steun aan producenten van padie in Portugal voor de verkoopseizoenen 1992/1993 tot en met 1997/1998, overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 738/93.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1418/76 van de Raad van 21 juni 1976 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (PB L 166 van 25.6.1976, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 738/93 van de Raad van 17 maart 1993 houdende wijziging van de overgangsbepalingen van de gemeenschappelijke marktordening voor granen en rijst in Portugal als vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3653/90 (PB L 77 van 31.3.1993, blz. 1).

05 02 03   Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

31 000 000

114 000 000

89 683 659,58

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, overeenkomstig de artikelen 13 tot en met 18 van Verordening (EG) nr. 1784/2003 en artikel 162 van Verordening (EG) nr. 1234/2007, van de restituties voor granen die worden uitgevoerd in de vorm van bepaalde alcoholhoudende dranken, alsmede overeenkomstig Verordening (EG) nr. 3448/93, van de restituties voor goederen die zijn verkregen door de verwerking van granen en rijst, suiker en isoglucose, ondermelk, boter en eieren.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad van 6 december 1993 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde, door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen (PB L 318 van 20.12.1993, blz. 18).

Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78).

Verordening (EG) nr. 1216/2009 van de Raad van 30 november 2009 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde, door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen (PB L 328 van 15.12.2009, blz. 10).

05 02 04   Voedselprogramma’s

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 3730/87 van de Raad van 10 december 1987 houdende algemene voorschriften voor de levering van levensmiddelen uit interventievoorraden aan bepaalde organisaties met het oog op verstrekking aan de meest hulpbehoevenden in de Gemeenschap (PB L 352 van 15.12.1987, blz. 1).

05 02 04 01   Programma’s voor hulpbehoevenden

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000 000

500 000 000

477 890 406,27

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de uitgaven voor de levering van levensmiddelen uit interventievoorraden en van op de Uniemarkt aangeschafte producten aan bepaalde organisaties met het oog op verstrekking aan de meest hulpbehoevenden in de Unie overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 3730/87 en artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Deze begrotingslijn moet worden uitgevoerd overeenkomstig het Unierecht en in het licht van de voor het Gerecht lopende zaken.

05 02 04 99   Overige maatregelen (voedselprogramma’s)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

100 000

21 186,01

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van met name een aantal resterende bedragen bevatten die worden betaald overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2802/98, over de financiering waarvan op 24 november 1998 overeenstemming was bereikt tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie alsmede restituties in het kader van voedselhulp, met name in de vorm van granen, rijst, suiker en zuivelproducten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1292/96 van de Raad van 27 juni 1996 betreffende het voedselhulpbeleid en het beheer van de voedselhulp en van de specifieke acties ter ondersteuning van de voedselzekerheid (PB L 166 van 5.7.1996, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2802/98 van de Raad van 17 december 1998 betreffende een programma om de Russische Federatie van landbouwproducten te voorzien (PB L 349 van 24.12.1998, blz. 12).

05 02 05   Suiker

05 02 05 01   Uitvoerrestituties voor suiker en isoglucose

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

12 000 000

179 111 164,33

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitvoerrestituties voor suiker en isoglucose die worden toegekend overeenkomstig de artikelen 162 en 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007, en van resterende uitgaven voor restituties op grond van artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1260/2001, inclusief die voor suiker die aan verwerkte groenten en fruit wordt toegevoegd, overeenkomstig de artikelen 16 en 18 van Verordening (EG) nr. 2201/96.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening van de markten in de sector verwerkte producten op basis van groenten en fruit (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29).

05 02 05 03   Productierestituties voor in de chemische industrie gebruikte suiker

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

44 625,24

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor productierestituties voor industriële suiker op grond van artikel 97 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 en van resterende uitgaven voor restituties voor het gebruik in de chemische industrie, overeenkomstig artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1260/2001.

05 02 05 08   Interventie in de vorm van opslag van suiker

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

–11 000 000

–32 369 680,21

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de technische kosten en de financieringskosten voor aankopen van suiker voor openbare opslag, de overige kosten van openbare opslag (hoofdzakelijk het verschil tussen de boekwaarde en de verkoopwaarde) en de waardevermindering van de „nieuw gevormde voorraden”, een en ander overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 13, 18, 25 en 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 en Verordening (EG) nr. 1290/2005.

Het dient ook ter dekking van de in de artikelen 31 en 32 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 en in Verordening (EG) nr. 1290/2005 bedoelde steun voor particuliere opslag van suiker.

05 02 05 99   Overige maatregelen (suiker)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

200 000

500 000

168 956,81

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven in verband met suiker op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van Verordening (EG) nr. 1260/2001 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 318/2006) en van Verordening (EG) nr. 318/2006 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 05. Deze resterende bedragen omvatten met name mogelijke resterende uitgaven voor maatregelen inzake steun voor de afzet van in de Franse overzeese departementen geproduceerde ruwe suiker, overeenkomstig artikel 7, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1260/2001 (oude post 05 02 05 04), en voor de steun voor de aanpassing van de raffinaderijen, overeenkomstig artikel 7, lid 4, tweede alinea, artikel 33, lid 2, en artikel 38 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 (oude post 05 02 05 07).

Het dient ook ter dekking van bijzondere interventiemaatregelen op grond van artikel 186 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 06   Olijfolie

Rechtsgronden

Verordening nr. 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten (PB 172 van 30.9.1966, blz. 3025/66).

Verordening (EG) nr. 865/2004 van de Raad van 29 april 2004 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten voor olijfolie en tafelolijven (PB L 161 van 30.4.2004, blz. 97).

05 02 06 03   Opslag van olijfolie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

9 000 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van andere uitgaven, met name die op grond van artikel 20 quinquies, lid 3, van Verordening nr. 136/66/EEG (opslagcontracten), artikel 6 van Verordening (EG) nr. 865/2004 (verstoring van de markt) en de artikelen 31 en 33 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 (facultatieve steun).

05 02 06 05   Acties ter verbetering van de kwaliteit

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

48 000 000

48 000 000

53 213 973,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eventuele resterende uitgaven in verband met maatregelen voor de verbetering van de kwaliteit van de olijfolieproductie overeenkomstig artikel 5 van Verordening nr. 136/66/EEG, en in verband met de werkzaamheden van de organisaties van marktdeelnemers overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 865/2004 en artikel 103 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 (steun voor organisaties van marktdeelnemers).

05 02 06 99   Overige maatregelen (olijfolie)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 600 000

500 000

1 271 995,69

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven in verband met olijfolie op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van Verordening nr. 136/66/EEG (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 865/2004) en van Verordening (EG) nr. 865/2004 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 06. Deze resterende bedragen omvatten met name mogelijke resterende uitgaven voor steun voor de consumptie van olijfolie uit de Gemeenschap overeenkomstig artikel 11, lid 1, van Verordening nr. 136/66/EEG, technische, financierings- of andere kosten voor de openbare opslag (overeenkomstig de artikelen 12 en 13 van Verordening nr. 136/66/EEG), uitvoerrestituties voor olijfolie (overeenkomstig artikel 20 van Verordening nr. 136/66/EEG) en productierestituties voor olijfolie die voor de vervaardiging van vis- en groenteconserven wordt gebruikt (overeenkomstig artikel 20 bis van Verordening nr. 136/66/EEG).

Het dient ook ter dekking van bijzondere interventiemaatregelen op grond van artikel 186 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 07   Vezelgewassen

05 02 07 01   Steun voor vezelvlas en -hennep

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 000 000

20 000 000

21 015 659,98

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de steun voor de verwerking van lange en korte vlasvezels en van hennepvezels overeenkomstig artikel 3, onder a) en b), van Verordening (EG) nr. 1673/2000 en de artikelen 91 tot en met 95 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Voorts dient het ter dekking van resterende uitgaven voor de productiesteun voor vezelvlas en -hennep op grond van artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 1308/70 van de Raad, verminderd met de inhoudingen op grond van artikel 2 van die verordening, alsmede van eventuele resterende bedragen in verband met andere interventiemaatregelen, met name de steun voor particuliere opslag op grond van artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 1308/70.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1308/70 van de Raad van 29 juni 1970 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vlas en hennep (PB L 146 van 4.7.1970, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1673/2000 van de Raad van 27 juli 2000 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en -hennep (PB L 193 van 29.7.2000, blz. 16).

05 02 07 02   Steun voor katoen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

97 109,49

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog te betalen productiesteun voor katoen, niet gekaard en niet gekamd, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1051/2001.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1050/2001 van de Raad van 22 mei 2001 houdende zesde aanpassing van de steunregeling voor katoen die bij het aan de Akte van toetreding van Griekenland gehechte Protocol nr. 4 is ingesteld (PB L 148 van 1.6.2001, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1051/2001 van de Raad van 22 mei 2001 betreffende de steun voor de katoenproductie (PB L 148 van 1.6.2001, blz. 3).

05 02 07 03   Katoen — Nationale herstructureringsprogramma’s

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000 000

10 000 000

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de in hoofdstuk 2 van Verordening (EG) nr. 637/2008 bedoelde uitgaven.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad van 23 juni 2008 houdende vaststelling van nationale herstructureringsprogramma’s voor de katoensector (PB L 178 van 5.7.2008, blz. 1).

05 02 08   Groenten en fruit

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2200/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector verwerkte groenten en fruit (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29).

Verordening (EG) nr. 2202/96 van de Raad van 28 oktober 1996 tot invoering van een steunregeling voor telers van bepaalde citrussoorten (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 49).

Verordening (EG) nr. 1182/2007 van de Raad van 26 september 2007 tot vaststelling van specifieke voorschriften voor de sector groenten en fruit (PB L 273 van 17.10.2007, blz. 1).

05 02 08 01   Uitvoerrestituties voor groenten en fruit

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

2 000 000

5 164 679,07

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven inzake uitvoerrestituties voor:

verse groenten en fruit op grond van artikel 35 van Verordening (EG) nr. 2200/96;

verwerkte producten op basis van groenten en fruit, uitgezonderd toegevoegde suiker, op grond van de artikelen 16 en 17 van Verordening (EG) nr. 2201/96.

05 02 08 03   Actiefondsen van de telersverenigingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

292 000 000

547 000 000

681 542 749,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het voor rekening van de Unie vallende gedeelte van de steun voor de actiefondsen van telersverenigingen, overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EG) nr. 2200/96 en titel III, hoofdstuk II, van Verordening (EG) nr. 1182/2007 en deel II, titel I, hoofdstuk IV, sectie IV bis, subsectie II, van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 08 09   Financiële compensaties om de verwerking van citrusvruchten te stimuleren

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

200 000

23 817 250,17

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van resterende uitgaven in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 2202/96 ingestelde uniale steunregeling voor telers van bepaalde citrussoorten.

05 02 08 11   Steun aan voorlopig erkende telersgroepen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

107 000 000

110 000 000

82 749 645,41

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de steun voor producentengroeperingen die voorlopig zijn erkend overeenkomstig titel III, hoofdstuk I, van Verordening (EG) nr. 1182/2007 en deel II, titel I, hoofdstuk IV, sectie IV bis, subsectie I, van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 08 12   Schoolfruitregeling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

90 000 000

60 000 000

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de bijdrage van de Unie aan de schoolfruitregeling overeenkomstig deel II, titel I, hoofdstuk IV, sectie IV bis, subsectie II bis van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 08 13   Proefproject — Consumptie van fruit en groenten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van een proefproject ter verhoging van de consumptie van vers fruit en verse groenten door kwetsbare bevolkingsgroepen (zwangere vrouwen met een laag inkomen en hun kinderen, bejaarden enz.), met als doel de volksgezondheid te verbeteren en de vraag op de fruit- en groentemarkt te stimuleren.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

05 02 08 99   Overige maatregelen (groenten en fruit)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 100 000

900 000

388 757,52

Toelichting

Oude posten 05 02 08 02, 05 02 08 06, 05 02 08 07, 05 02 08 08, 05 02 08 10 en 05 02 08 99

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van alle overige uitgaven voor groenten en fruit op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007 die niet worden gedekt door de kredieten voor de andere posten van artikel 05 02 08.

Het dient eveneens ter dekking van:

andere interventie-uitgaven overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 2200/96, (EG) nr. 2201/96, (EG) nr. 2202/96 en (EG) nr. 1782/2003 die niet worden gefinancierd via de kredieten voor andere posten in artikel 05 02 08, en met name specifieke maatregelen;

bijstand ter bevordering van de vestiging en de administratieve werking van erkende organisaties van bananentelers;

resterende uitgaven in verband met de kosten van specifieke maatregelen voor de financiering van, met name, de steun voor telers van hazelnoten, overeenkomstig artikel 55 van Verordening (EG) nr. 2200/96, de specifieke steun voor de telersverenigingen die bedrijfskapitaal vormen, alsmede de communautaire steun voor de programma’s voor de verbetering van de kwaliteit van dopvruchten en sint-jansbrood.

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven voor de financiële vergoedingen die op grond van artikel 23 van Verordening (EG) nr. 2200/96 aan telersverenigingen worden betaald.

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven voor de productiesteun voor de verwerking van tomaten op grond van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 2201/96.

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven voor de productiesteun voor de verwerking van perziken, peren, pruimen en vijgen op grond van de artikelen 5 en 9 van Verordening (EG) nr. 2201/96.

Dit krediet dient ter dekking van resterende interventie-uitgaven voor krenten en rozijnen, overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 2201/96, en van interventiemaatregelen voor niet-verwerkte vijgen (opslag).

Voorts dient het ter dekking van de uitgaven die voortvloeien uit Verordening (EG) nr. 399/94.

Dit krediet dient ter dekking van resterende vervoers-, sorteer- en verpakkingskosten met het oog op de gratis uitreiking van groenten en fruit overeenkomstig artikel 30 van Verordening (EG) nr. 2200/96.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 789/89 van de Raad van 20 maart 1989 tot instelling van specifieke maatregelen voor dopvruchten en sint-jansbrood en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1035/72 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (PB L 85 van 30.3.1989, blz. 3).

Verordening (EEG) nr. 1991/92 van de Raad van 13 juli 1992 tot vaststelling van een specifieke regeling voor industrieframbozen (PB L 199 van 18.7.1992, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 3816/92 van de Raad van 28 december 1992 houdende afschaffing in de sector groenten en fruit van het mechanisme van compensatiebedragen en daarmee samenhangende maatregelen in het handelsverkeer tussen Spanje en de andere lidstaten (PB L 387 van 31.12.1992, blz. 10).

Verordening (EEG) nr. 404/93 van de Raad van 13 februari 1993 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen (PB L 47 van 25.2.1993, blz. 1), met name artikel 6, lid 1.

Verordening (EG) nr. 399/94 van de Raad van 21 februari 1994 betreffende specifieke maatregelen voor krenten en rozijnen (PB L 54 van 25.2.1994, blz. 3).

Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector verwerkte groenten en fruit (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29).

Verordening (EG) nr. 2200/97 van de Raad van 30 oktober 1997 betreffende de sanering van de productie van appelen, peren, perziken en nectarines in de Gemeenschap (PB L 303 van 6.11.1997, blz. 3).

05 02 09   Producten van de wijnbouwsector

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 822/87 van de Raad van 16 maart 1987 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (PB L 84 van 27.3.1987, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad van 29 april 2008 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (PB L 148 van 6.6.2008, blz. 1).

05 02 09 01   Uitvoerrestituties voor producten van de wijnbouwsector

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

3 000 000

7 344 028,78

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven voor uitvoerrestituties voor producten van de wijnbouwsector overeenkomstig artikel 63 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.

05 02 09 02   Interventie in de vorm van opslag van wijn en druivenmost

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

500 000

34 205 385,48

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven voor de steun voor particuliere opslag van wijn en druivenmost overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.

05 02 09 03   Distillatie van wijn

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

200 000

11 306 914,36

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven in verband met de distillatie van wijn overeenkomstig de artikelen 27 tot en met 30 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.

05 02 09 04   Interventie in de vorm van opslag van alcohol

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

7 000 000

36 638 071,41

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven in verband met:

de technische kosten en de financieringskosten in verband met de aankoop van alcohol voor openbare opslag overeenkomstig de artikelen 27 tot en met 30 van Verordening (EG) nr. 1493/1999;

de overige kosten van de opslag van alcohol overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1493/1999; het betreft het verschil tussen de boekwaarde en de verkoopwaarde.

Het dient ook ter dekking van de financiële waardevermindering van nieuw gevormde voorraden.

Voorts dient het ter dekking van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 bedoelde steun voor de particuliere opslag van alcohol (bijkomende steun).

05 02 09 05   Steun voor druivenmost

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

1 100 000

21 515 208,56

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven voor steun voor het gebruik van most, met name:

voor de verwerking tot druivensap, bestemd om als zodanig verbruikt te worden;

voor de verrijking van bepaalde wijnsoorten of voor diervoeding;

voor de bereiding van „Britse”, „Ierse” en „huisgemaakte” wijnen, met al dan niet geconcentreerde most,

overeenkomstig de artikelen 34 en 35 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.

05 02 09 06   Premies voor de definitieve stopzetting van de wijnbouw op met wijnstokken beplante oppervlakten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

12 851 814,25

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven voor de in de artikelen 8, 9 en 10 van Verordening (EG) nr. 1493/1999 bedoelde premies voor de rooiing van bepaalde met wijnstokken beplante oppervlakten.

05 02 09 07   Acties voor de herstructurering en de omschakeling van wijngaarden

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

–3 670 606,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van resterende uitgaven voor de herstructurering en omschakeling van wijngaarden overeenkomstig de artikelen 11 tot en met 15 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.

05 02 09 08   Nationale steunprogramma’s voor de wijnsector

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

862 300 000

990 500 000

747 254 743,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor de in deel II, titel I, hoofdstuk IV, sectie IV ter, subsecties I en II, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde steunprogramma’s voor de wijnsector.

05 02 09 09   Rooiregeling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

279 000 000

334 000 000

444 109 454,66

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor de in deel II, titel I, hoofdstuk III, sectie IV bis, subsectie III, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde rooiregeling.

05 02 09 99   Overige maatregelen (wijnbouwsector)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

2 000 000

161 185,30

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven in de wijnbouwsector op grond van Verordening (EG) nr. 479/2008 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 491/2009), alsmede eventuele resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van Verordening (EEG) nr. 822/87 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1493/1999) en van Verordening (EG) nr. 1493/1999 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 479/2008) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 09.

05 02 10   Afzetbevordering

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2702/1999 van de Raad van 14 december 1999 inzake voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten in derde landen (PB L 327 van 21.12.1999, blz. 7).

Verordening (EG) nr. 2826/2000 van de Raad van 19 december 2000 betreffende voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten op de binnenmarkt (PB L 328 van 23.12.2000, blz. 2).

Verordening (EG) nr. 3/2008 van de Raad van 17 december 2007 inzake voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten op de binnenmarkt en in derde landen (PB L 3 van 5.1.2008, blz. 1).

05 02 10 01   Afzetbevordering — Betalingen door de lidstaten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

58 000 000

56 000 000

46 514 164,61

Toelichting

Dit krediet dient voor de medefinanciering van door de lidstaten uitgevoerde programma’s voor afzetbevordering die betrekking hebben op landbouwproducten, de methoden voor de productie daarvan en levensmiddelen.

05 02 10 02   Afzetbevordering — Rechtstreekse betalingen door de Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 110 000

1 692 495

1 210 000

1 934 000

911 553,90

2 043 391,34

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de rechtstreeks door de Commissie beheerde afzetbevorderingsacties en van de technische bijstand die voor de uitvoering van de programma’s voor afzetbevordering nodig is. Onder de technische bijstand vallen de maatregelen op het gebied van voorbereiding, monitoring, evaluatie, toezicht en beheer.

05 02 10 99   Overige maatregelen (afzetbevordering)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

–85,98

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de overige op grond van de verordeningen inzake afzetbevordering genomen maatregelen, die niet worden gefinancierd uit de kredieten voor de andere posten van artikel 05 02 10.

05 02 11   Overige plantaardige producten/overige maatregelen

05 02 11 01   Gedroogde voedergewassen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

129 000 000

122 000 000

126 555 016,27

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de productiesteun voor gedroogde voedergewassen die wordt toegekend overeenkomstig artikel 87 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 11 03   Hop — Steun aan telersverenigingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 300 000

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de in artikel 102 bis van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde steun voor producentenorganisaties in de hopsector.

05 02 11 04   POSEI (met uitzondering van rechtstreekse steun en MARE 11 02 03)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

257 000 000

231 000 000

224 270 609,69

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven die voortvloeien uit de toepassing van de regelgeving inzake POSEI en eilanden van de Egeïsche Zee;

de subsidies voor de levering van rijst uit de Unie aan het Franse overzeese departement Réunion overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1785/2003.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2019/93 van de Raad van 19 juli 1993 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee (PB L 184 van 27.7.1993, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1452/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Franse overzeese departementen (Poseidom) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 11).

Verordening (EG) nr. 1453/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Azoren en Madeira (Poseima) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 26).

Verordening (EG) nr. 1454/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Canarische Eilanden (Poseican) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 45).

Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001 (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96).

Verordening (EG) nr. 247/2006 van de Raad van 30 januari 2006 houdende specifieke maatregelen op landbouwgebied ten behoeve van de ultraperifere gebieden van de Unie (PB L 42 van 14.2.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1405/2006 van de Raad van 18 september 2006 houdende vaststelling van specifieke maatregelen voor de landbouw ten behoeve van de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee (PB L 265 van 26.9.2006, blz. 1).

05 02 11 05   Communautair Fonds voor tabak (exclusief de uit artikel 17 03 02 gefinancierde acties SANCO)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

1 000 000

1 127 822,97

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EEG) nr. 2075/92 en artikel 104 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2075/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak (PB L 215 van 30.7.1992, blz. 70).

05 02 11 99   Overige maatregelen (overige plantaardige producten/overige maatregelen)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

600 000

2 200 000

581 515,92

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven voor overige plantaardige producten/overige maatregelen op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 2075/92 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en van Verordening (EG) nr. 603/95 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1786/2003) en Verordening (EG) nr. 1786/2003 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 11.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2075/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak (PB L 215 van 30.7.1992, blz. 70).

Verordening (EG) nr. 603/95 van de Raad van 21 februari 1995 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector gedroogde voedergewassen (PB L 63 van 21.3.1995, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1786/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector gedroogde voedergewassen (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 114).

05 02 12   Melk en zuivelproducten

05 02 12 01   Restituties voor melk en zuivelproducten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000 000

449 000 000

181 099 723,52

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitvoerrestituties voor melk en zuivelproducten overeenkomstig de artikelen 162 tot en met 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 12 02   Interventie in de vorm van opslag van mageremelkpoeder

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

–12 000 000

26 000 000

60 637 899,01

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de technische kosten, de financieringskosten en de overige kosten van openbare opslag van mageremelkpoeder die worden gemaakt overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 13, 18, 25 en 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007, en ter dekking van de financiële waardevermindering van de nieuw gevormde voorraden.

Referentiebesluiten

Verordening (EG) nr. 1038/2009 van de Raad van 19 oktober 2009 tot afwijking van Verordening (EG) nr. 1234/2007 (integrale-GMO-verordening), wat de interventieperioden 2009 en 2010 voor boter en mageremelkpoeder betreft (PB L 288 van 4.11.2009, blz. 1).

05 02 12 03   Steun voor de afzet van ondermelk

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

6 568,85

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de uitgaven voor:

steun voor melkpoeder van gedeeltelijk ontroomde melk bestemd voor vervoedering, overeenkomstig artikel 99 van Verordening (EG) nr. 1234/2007;

steun voor tot caseïne verwerkte ondermelk, toegekend overeenkomstig artikel 100 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 12 04   Interventie in de vorm van opslag van boter en room

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000 000

85 000 000

26 095 583,24

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de in de artikelen 28 en 29 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde steun voor particuliere opslag.

Voorts dient het ter dekking van de kosten van openbare opslag die worden gemaakt overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 13, 18, 25 en 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007, en voor de dekking van de financiële waardevermindering van de nieuw gevormde voorraden.

Referentiebesluiten

Verordening (EG) nr. 1038/2009 van de Raad van 19 oktober 2009 tot afwijking van Verordening (EG) nr. 1234/2007 (integrale-GMO-verordening), wat de interventieperioden 2009 en 2010 voor boter en mageremelkpoeder betreft (PB L 288 van 4.11.2009, blz. 1).

05 02 12 05   Andere maatregelen voor botervet

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

1 000 000

8 332 225,96

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog verschuldigde, in artikel 101 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde steun voor gebruik voor specifieke doeleinden.

05 02 12 06   Interventie in de vorm van opslag van kaas

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

6 000 000

20 103 512,38

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog resterende uitgaven voor de opslag van kaas overeenkomstig de artikelen 28, 31 en 36 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 12 08   Schoolmelk

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

90 000 000

76 000 000

74 151 633,79

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de in artikel 102 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde steun van de Unie voor de uitreiking van bepaalde zuivelproducten aan leerlingen van onderwijsinstellingen.

05 02 12 99   Overige maatregelen (melk en zuivelproducten)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

05 02 12 99

1 000 000

100 000

185 661,36

Reserves (40 02 40)

 

300 000 000

 

Totaal

1 000 000

300 100 000

185 661,36

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven voor maatregelen in de zuivelsector op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele andere resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van Verordening (EG) nr. 1255/1999 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 12. Het dient tevens voor de financiering van de uitgaven overeenkomstig de artikelen 44 en 186 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Het dient ook ter dekking van de uitgaven voor schadeloosstelling van bepaalde producenten van melk of zuivelproducten (zogenoemde „SLOM”-boeren).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2330/98 van de Raad van 22 oktober 1998 inzake een vergoedingsvoorstel aan bepaalde producenten van melk en zuivelproducten die tijdelijk in de uitoefening van hun activiteit zijn beperkt (PB L 291 van 30.10.1998, blz. 4).

Verordening (EU) nr. 1233/2009 van de Commissie van 15 december 2009 tot vaststelling van een specifieke marktondersteunende maatregel in de zuivelsector (PB L 330 van 16.12.2009, blz. 70).

05 02 13   Rund- en kalfvlees

05 02 13 01   Restituties voor rund- en kalfvlees

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 000 000

18 000 000

21 482 934,28

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de uitvoerrestituties voor rund- en kalfvlees overeenkomstig de artikelen 162 tot en met 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 13 02   Interventie in de vorm van opslag van rundvlees

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

–42,13

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de steun voor particuliere opslag voor rund- en kalfvlees die wordt toegekend overeenkomstig de artikelen 31 en 34 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Voorts dient ter dekking van de kosten van openbare opslag voor rund- en kalfvlees die worden gemaakt overeenkomstig de artikelen 10, 11 en 12, 18, 25 en 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007, en voor de dekking van de financiële waardevermindering van de nieuw gevormde voorraden.

05 02 13 03   Buitengewone marktondersteuningsmaatregelen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

1 000 000

22 762 645,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de resterende bedragen voor het voor rekening van de Gemeenschap komende gedeelte van de kosten voor het vrijwillig slachten van runderen vóór 23 januari 2006 die ouder zijn dan 30 maanden (OTMS). Met ingang van 23 januari 2006 dient het ook voor de financiering van het slachten van runderen die zijn geboren vóór 1 augustus 1996 (OCDS). Deze regelingen worden samen met het Verenigd Koninkrijk gefinancierd.

Het dient tevens ter dekking van de uitgaven overeenkomstig de artikelen 44, 186 en 191 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

Referentiebesluiten

Verordening (EG) nr. 716/96 van de Commissie van 19 april 1996 houdende vaststelling van buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de rundvleesmarkt in het Verenigd Koninkrijk (PB L 99 van 20.4.1996, blz. 14).

05 02 13 04   Restituties voor levende runderen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 000 000

7 000 000

10 156 598,37

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitvoerrestituties voor levende runderen overeenkomstig de artikelen 162 tot en met 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 13 99   Overige maatregelen (rundvlees)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

100 000

4 941 072,05

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven voor maatregelen in de rund- en kalfsvleessector op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele andere resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van Verordening (EG) nr. 1254/1999 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 13.

05 02 14   Schapen- en geitenvlees

05 02 14 01   Interventie in de vorm van opslag van schapen- en geitenvlees

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de in de artikelen 31 en 38 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde steun voor particuliere opslag van schapen- en geitenvlees.

05 02 14 99   Overige maatregelen (schapen- en geitenvlees)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven voor maatregelen in de sector schapen- en geitenvlees op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele andere resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van Verordening (EG) nr. 2529/2001 (ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 14.

Het krediet dient ook ter dekking van bijzondere interventiemaatregelen op grond van artikel 186 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 15   Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten

05 02 15 01   Restituties voor varkensvlees

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

21 000 000

28 000 000

59 946 945,46

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitvoerrestituties voor varkensvlees overeenkomstig de artikelen 162 tot en met 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 15 02   Interventie in de vorm van opslag van varkensvlees

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

3 616 189,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten in verband met particuliere opslag van varkensvlees wordt toegekend overeenkomstig de artikelen 31 en 37 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 15 03   Buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt voor varkensvlees

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor andere maatregelen waartoe op grond van de artikelen 44, 186 en 191 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 wordt besloten.

05 02 15 04   Restituties voor eieren

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 000 000

4 000 000

3 144 165,48

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de uitvoerrestituties voor eieren overeenkomstig de artikelen 162 tot en met 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 15 05   Restituties voor slachtpluimvee

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

61 000 000

80 000 000

91 562 288,32

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de uitvoerrestituties voor vlees van pluimvee overeenkomstig de artikelen 162 tot en met 170 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 15 06   Bijzondere steun voor de bijenteelt

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

32 000 000

24 000 000

23 215 644,98

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, door middel van bijzondere maatregelen, van steun in de bijenteeltsector, de compensatie van het inkomensverlies en de verbetering van de voorlichting van de consument, van de doorzichtigheid van de markt en van de kwaliteitscontrole overeenkomstig de artikelen 105 tot en met 110 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 02 15 07   Buitengewone marktondersteuningsmaatregelen voor de sector vlees van pluimvee en eieren

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor andere maatregelen waartoe op grond van de artikelen 44, 45, 186 en 191 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 wordt besloten.

05 02 15 99   Overige maatregelen (varkensvlees, pluimvee, eieren, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

100 000

15 004 499,54

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de andere uitgaven voor maatregelen in de sectoren varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten op grond van Verordening (EG) nr. 1234/2007, alsmede eventuele resterende bedragen die voortkomen uit de toepassing van de Verordeningen (EEG) nr. 2759/75, (EEG) nr. 2771/75, (EEG) nr. 2777/75 en (EG) nr. 797/2004 (alle ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1234/2007) en die niet gedekt worden door de kredieten voor andere posten van artikel 05 02 15.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2759/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector varkensvlees (PB L 282 van 1.11.1975, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2771/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector eieren (PB L 282 van 1.11.1975, blz. 49).

Verordening (EEG) nr. 2777/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector slachtpluimvee (PB L 282 van 1.11.1975, blz. 77).

Verordening (EG) nr. 797/2004 van de Raad van 26 april 2004 betreffende maatregelen ter verbetering van de productie en afzet van de bijenteelt (PB L 125 van 28.4.2004, blz. 1).

05 02 16   Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).

05 02 16 01   Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

3 017 689 890,69

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de herstructureringssteun en alle andere steun die wordt toegekend overeenkomstig de artikelen 3, 6, 7, 8 en 9 van Verordening (EG) nr. 320/2006.

Ontvangsten die zijn geboekt in artikel 6 8 0 van de algemene staat van ontvangsten geven aanleiding tot het opvoeren van kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement en artikel 1, lid 3, van Verordening (EG) nr. 320/2006. Bij de vaststelling van de algmene begroting voor het begrotingsjaar 2011 werd een bedrag van 195 000 000 EUR gereserveerd voor artikel 05 02 16 uit de totale geraamde ontvangsten van 1 015 000 000 EUR voor het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie. Het resterende bedrag van de ontvangsten van het Fonds wordt overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement automatisch overgedragen naar het volgende begrotingsjaar.

05 02 16 02   Goedkeuring betreffende het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de resultaten van de boekhoudkundige goedkeuring van rekeningen, conform artikel 30, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1290/2005, met betrekking tot de door het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie gefinancierde operaties.

Het dient ook ter dekking van de resultaten van de boekhoudkundige goedkeuring van rekeningen, conform artikel 31van Verordening (EG) nr. 1290/2005, ten behoeve van de lidstaten, met betrekking tot de door het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie gefinancierde operaties.

Het beginsel van de goedkeuring van de rekeningen is vastgesteld bij artikel 53 ter, lid 4, van het Financieel Reglement.

05 02 17   Steun voor boeren

05 02 17 01   Proefproject — Steun voor landbouwcoöperaties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Dit krediet heeft ten doel landbouwers te helpen zich te organiseren in coöperaties.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

05 02 17 02   Proefproject — Europese Observatiepost voor landbouwprijzen en marges

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van een Europese Observatiepost voor landbouwprijzen en marges.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

05 02 17 03   Proefproject — Steun voor boeren- en consumenteninitiatieven voor een lage koolstofuitstoot, een lage energieconsumptie en lokaal op de markt gebrachte voedselproductie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 000 000

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Dit krediet is bedoeld voor de ondersteuning van een lage koolstofuitstoot, een lage energieconsumptie en een voedselketen waarbij producten lokaal op de markt worden gebracht.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

05 02 17 07   Proefproject — Maatregelen ter bestrijding van speculatie met landbouwproducten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

750 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit proefproject dient voor het uitwerken van efficiënte maatregelen ter bestrijding van speculatie met landbouwproducten en de daaruit voortvloeiende prijsschommelingen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 05 03 —   RECHTSTREEKSE STEUN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

05 03

RECHTSTREEKSE STEUN

05 03 01

Ontkoppelde rechtstreekse steun

05 03 01 01

Bedrijfstoeslagregeling

2

30 389 000 000

28 480 000 000

28 805 561 558,59

05 03 01 02

Regeling inzake een enkele areaalbetaling

2

5 136 000 000

4 497 000 000

3 723 436 975,42

05 03 01 03

Afzonderlijke betaling voor suiker

2

273 000 000

283 000 000

252 935 711,73

05 03 01 04

Afzonderlijke betaling voor groenten en fruit

2

13 000 000

12 000 000

12 160 833,77

05 03 01 05

Specifieke steun (artikel 68) — Ontkoppelde rechtstreekse steun

2

513 000 000

 

 

05 03 01 99

Overige (ontkoppelde rechtstreekse steun)

2

p.m.

p.m.

0,—

 

Artikel 05 03 01 — Subtotaal

 

36 324 000 000

33 272 000 000

32 794 095 079,51

05 03 02

Andere rechtstreekse steun

05 03 02 01

Areaalbetalingen voor akkerbouwgewassen

2

10 000 000

1 445 000 000

1 448 668 905,86

05 03 02 04

Toeslag voor durumtarwe: traditionele productiegebieden

2

1 000 000

50 000 000

49 060 016,71

05 03 02 05

Productiesteun voor zaaizaad

2

23 000 000

22 000 000

23 165 676,89

05 03 02 06

Premies voor zoogkoeien

2

952 000 000

1 162 000 000

1 153 141 941,15

05 03 02 07

Aanvullende zoogkoeienpremie

2

51 000 000

52 000 000

51 723 556,10

05 03 02 08

Speciale premie in de sector rundvlees

2

72 000 000

95 000 000

90 641 156,85

05 03 02 09

Slachtpremie in de sector rundvlees — Kalveren

2

7 000 000

122 000 000

117 618 490,41

05 03 02 10

Slachtpremie in de sector rundvlees — Volwassen dieren

2

53 000 000

225 000 000

221 275 613,13

05 03 02 13

Schapen- en geitenpremie

2

22 000 000

258 000 000

232 868 953,32

05 03 02 14

Aanvullende schapen- en geitenpremie

2

7 000 000

78 000 000

72 391 238,19

05 03 02 18

Betalingen voor producenten van zetmeelaardappelen

2

102 000 000

103 000 000

103 237 798,57

05 03 02 19

Areaalsteun voor rijst

2

158 000 000

173 000 000

164 363 654,89

05 03 02 21

Steun voor olijfgaarden

2

3 000 000

100 000 000

96 039 591,90

05 03 02 22

Steun voor tabak

2

1 000 000

301 000 000

300 611 844,40

05 03 02 23

Areaalsteun voor hop

2

100 000

2 500 000

2 485 106,65

05 03 02 24

Specifieke kwaliteitspremie voor durumtarwe

2

300 000

91 000 000

87 674 629,45

05 03 02 25

Premie voor eiwithoudende gewassen

2

40 000 000

45 000 000

32 942 089,42

05 03 02 26

Areaalbetalingen voor noten

2

89 000 000

94 000 000

92 207 309,55

05 03 02 27

Steun voor energiegewassen

2

1 000 000

66 000 000

53 697 307,11

05 03 02 28

Steun voor zijderupsen

2

500 000

500 000

446 267,74

05 03 02 36

Betalingen voor specifieke soorten landbouw en voor kwaliteitsproductie

2

125 000 000

449 000 000

428 728 454,15

05 03 02 39

Extra bedrag voor telers van suikerbieten en suikerriet

2

50 000 000

50 000 000

22 870 024,51

05 03 02 40

Areaalsteun voor katoen

2

256 000 000

259 000 000

216 878 847,82

05 03 02 41

Overgangsbetaling voor groenten en fruit — Tomaten

2

146 000 000

145 000 000

144 220 717,01

05 03 02 42

Overgangsbetaling voor groenten en fruit — Andere producten dan tomaten

2

54 000 000

161 000 000

149 246 771,86

05 03 02 43

Overgangsbetaling voor zacht fruit

2

9 000 000

12 000 000

7 390 066,07

05 03 02 44

Specifieke steun (artikel 68) — Gekoppelde rechtstreekse steun

2

805 000 000

 

 

05 03 02 50

POSEI — Steunprogramma’s van de Europese Unie

2

389 000 000

394 000 000

375 201 534,93

05 03 02 51

POSEI — Overige rechtstreekse steun en vorige regelingen

2

100 000

22 000 000

20 898 481,79

05 03 02 52

POSEI — Eilanden van de Egeïsche Zee

2

19 000 000

18 000 000

16 478 528,14

05 03 02 99

Overige (rechtstreekse steun)

2

1 000 000

p.m.

1 417 461,67

 

Artikel 05 03 02 — Subtotaal

 

3 447 000 000

5 995 000 000

5 777 592 036,24

05 03 03

Extra steunbedragen

2

100 000

6 000 000

542 232 055,07

 

Hoofdstuk 05 03 — Totaal

 

39 771 100 000

39 273 000 000

39 113 919 170,82

Toelichting

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 0 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten voor elke begrotingslijn van dit hoofdstuk overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement.

In het kader van de vaststelling van de budgettaire behoeften voor dit hoofdstuk is bij de vaststelling van de budgettaire behoeften voor artikel 05 03 01, en met name voor post 05 03 01 01, rekening gehouden met een bedrag van 747 000 000 EUR uit de posten 6 7 0 1, 6 7 0 2 en 6 7 0 3 van de algemene staat van ontvangsten. Dit bedrag omvat 140 000 000 EUR overgedragen van 2010 naar 2011 overeenkomstig artikel 10 van het Financieel Reglement.

De volgende rechtsgrond geldt voor alle artikelen/posten van het hoofdstuk, tenzij anders bepaald.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001 (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1782/2003 (PB L 30 van 31.1.2009, blz. 16).

05 03 01   Ontkoppelde rechtstreekse steun

05 03 01 01   Bedrijfstoeslagregeling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

30 389 000 000

28 480 000 000

28 805 561 558,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in het kader van de bij titel III van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel III van Verordening (EG) nr. 73/2009 ingestelde bedrijfstoeslagregeling.

05 03 01 02   Regeling inzake een enkele areaalbetaling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 136 000 000

4 497 000 000

3 723 436 975,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in het kader van de regeling inzake een enkele areaalbetaling op grond van de Toetredingsakten van 2003 en 2005, titel IV bis van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel V van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Rechtsgronden

2003 Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, met name bijlage II „Lijst bedoeld in artikel 20 van de Toetredingsakte”, hoofdstuk 6A, punt 26, vastgesteld bij Besluit 2004/281/EG van de Raad (PB L 93 van 30.3.2004, blz. 1).

2005 Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Republiek Bulgarije en Roemenië, met name bijlage III „Lijst bedoeld in artikel 19 van de Toetredingsakte”.

05 03 01 03   Afzonderlijke betaling voor suiker

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

273 000 000

283 000 000

252 935 711,73

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in het kader van de afzonderlijke betaling voor suiker voor de lidstaten die de regeling inzake een enkele areaalbetaling toepassen overeenkomstig titel IV bis van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel V van Verordening (EG) nr. 73/2009.

05 03 01 04   Afzonderlijke betaling voor groenten en fruit

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 000 000

12 000 000

12 160 833,77

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in het kader van de afzonderlijke betaling voor groenten en fruit voor de lidstaten die de regeling inzake een enkele areaalbetaling toepassen overeenkomstig titel IV bis van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel V van Verordening (EG) nr. 73/2009.

05 03 01 05   Specifieke steun (artikel 68) — Ontkoppelde rechtstreekse steun

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

513 000 000

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de in artikel 68 van Verordening (EG) nr. 73/2009 bedoelde ontkoppelde specifieke steun, met name de in lid 1, onder a), v), en lid 1, onder c) en d), bedoelde steun.

05 03 01 99   Overige (ontkoppelde rechtstreekse steun)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor andere ontkoppelde rechtstreekse steun die niet kan worden gefinancierd uit de kredieten voor de andere posten van artikel 05 03 01.

05 03 02   Andere rechtstreekse steun

Rechtsgronden

Verordening nr. 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten (PB 172 van 30.9.1966, blz. 3025/66).

Verordening (EEG) nr. 1696/71 van de Raad van 26 juli 1971 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector hop (PB L 175 van 4.8.1971, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2358/71 van de Raad van 26 oktober 1971 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad (PB L 246 van 5.11.1971, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 154/75 van de Raad van 21 januari 1975 tot instelling van een olijfoliedossier in de olijfolieproducerende lidstaten (PB L 19 van 24.1.1975, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2075/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak (PB L 215 van 30.7.1992, blz. 70).

Verordening (EEG) nr. 2076/92 van de Raad van 30 juni 1992 tot vaststelling van de premies voor tabaksbladeren per groep tabak en van de garantiedrempels per groep tabakssoorten en per lidstaat (PB L 215 van 30.7.1992, blz. 77).

Verordening (EG) nr. 1868/94 van de Raad van 27 juli 1994 tot vaststelling van een contingenteringsregeling voor de productie van aardappelzetmeel (PB L 197 van 30.7.1994, blz. 4).

Verordening (EG) nr. 3072/95 van de Raad van 22 december 1995 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (PB L 329 van 30.12.1995, blz. 18).

Verordening (EG) nr. 1251/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen (PB L 160 van 26.6.1991, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48).

Verordening (EG) nr. 2529/2001 van de Raad van 19 december 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector schapen- en geitenvlees (PB L 341 van 22.12.2001, blz. 3).

Verordening (EG) nr. 546/2002 van de Raad van 25 maart 2002 tot vaststelling, voor de oogsten 2002, 2003 en 2004 en per soortengroep, van de garantiedrempels per lidstaat en de premies voor tabaksbladeren (PB L 84 van 28.3.2002, blz. 4).

Verordening (EG) nr. 2323/2003 van de Raad van 17 december 2003 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 2004/2005, van de in de sector zaaizaad toegekende steunbedragen (PB L 345 van 31.12.2003, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 1544/2006 van de Raad van 5 oktober 2006 tot vaststelling van bijzondere maatregelen ter bevordering van de zijderupsteelt (gecodificeerde versie) (PB L 286 van 17.10.2006, blz. 1).

05 03 02 01   Areaalbetalingen voor akkerbouwgewassen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000 000

1 445 000 000

1 448 668 905,86

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de areaalbetalingen voor granen, oliehoudende zaden, eiwithoudende gewassen, kuilgras en braaklegging overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 10, van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1251/1999.

05 03 02 04   Toeslag voor durumtarwe: traditionele productiegebieden

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

50 000 000

49 060 016,71

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de toeslag op de areaalbetaling voor producenten van durumtarwe in de traditionele productiegebieden overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 10, van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1251/1999.

05 03 02 05   Productiesteun voor zaaizaad

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

23 000 000

22 000 000

23 165 676,89

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor productiesteun voor zaaizaad overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 9, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 5, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 2358/71.

05 03 02 06   Premies voor zoogkoeien

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

952 000 000

1 162 000 000

1 153 141 941,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor zoogkoeienpremies overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 12, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 11, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 6 van Verordening (EG) nr. 1254/1999, met uitzondering van de aanvullende premies die worden toegekend op grond van artikel 6, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1254/1999 (voor regio's zoals gedefinieerd in de artikelen 3 en 6 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 en lidstaten met een hoog percentage aan zoogkoeien in het koeienbestand).

05 03 02 07   Aanvullende zoogkoeienpremie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

51 000 000

52 000 000

51 723 556,10

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aanvullende nationale zoogkoeienpremie overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 12, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 11, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Dit krediet dient ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 6, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1254/1999 die worden toegekend in de regio's zoals gedefinieerd in de artikelen 3 en 6 van Verordening (EG) nr. 1260/1999, en in de lidstaten met een hoog percentage aan zoogkoeien in het koeienbestand.

05 03 02 08   Speciale premie in de sector rundvlees

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

72 000 000

95 000 000

90 641 156,85

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de speciale premies in de sector rundvlees overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 12, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 11, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1254/1999.

05 03 02 09   Slachtpremie in de sector rundvlees — Kalveren

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 000 000

122 000 000

117 618 490,41

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de slachtpremies voor runderkalveren overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 12, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 11, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Het dient eveneens ter dekking van eventueel nog te betalen verwerkingspremies voor stierkalveren overeenkomstig artikel 4i van Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PB L 148 van 28.6.1968, blz. 24) en artikel 11 van Verordening (EG) nr. 1254/1999.

05 03 02 10   Slachtpremie in de sector rundvlees — Volwassen dieren

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

53 000 000

225 000 000

221 275 613,13

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de slachtpremies voor volwassen runderen overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 12, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 11, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Het dient eveneens ter dekking van eventueel nog te betalen verwerkingspremies voor stierkalveren overeenkomstig artikel 4i van Verordening (EEG) nr. 805/68 en artikel 11 van Verordening (EG) nr. 1254/1999.

05 03 02 13   Schapen- en geitenpremie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

22 000 000

258 000 000

232 868 953,32

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van veebetalingen overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 11, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 10, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 2529/2001.

05 03 02 14   Aanvullende schapen- en geitenpremie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 000 000

78 000 000

72 391 238,19

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de toekenning van bijzondere steun per ooi of vrouwelijke geit aan producenten van schapen- of geitenvlees in probleem- of berggebieden overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 11, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 10, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2529/2001.

05 03 02 18   Betalingen voor producenten van zetmeelaardappelen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

102 000 000

103 000 000

103 237 798,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de productiesteun aan producenten van voor de zetmeelproductie bestemde aardappelen overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 6, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 2, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

05 03 02 19   Areaalsteun voor rijst

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

158 000 000

173 000 000

164 363 654,89

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de areaalsteun voor rijst overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 3, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 1, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 6 van Verordening (EG) nr. 3072/95.

05 03 02 21   Steun voor olijfgaarden

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 000 000

100 000 000

96 039 591,90

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor olijfgaarden overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 10 ter, van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van titel II van Verordening (EEG) nr. 136/66 en artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 154/75.

05 03 02 22   Steun voor tabak

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

301 000 000

300 611 844,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van steun aan producenten van ruwe tabak overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 10 quater, van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van titel I van Verordening (EEG) nr. 2075/92, artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 2076/92 en artikel 1 van Verordening (EG) nr. 546/2002.

05 03 02 23   Areaalsteun voor hop

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

2 500 000

2 485 106,65

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de areaalsteun voor hop, verleend aan de producenten overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 10 quinquies, van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

Het dient eveneens ter dekking van eventuele uitstaande bedragen uit hoofde van artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1696/71.

05 03 02 24   Specifieke kwaliteitspremie voor durumtarwe

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

300 000

91 000 000

87 674 629,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de specifieke kwaliteitspremie voor durumtarwe zoals bedoeld in hoofdstuk 1 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

05 03 02 25   Premie voor eiwithoudende gewassen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 000 000

45 000 000

32 942 089,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de steun aan producenten van eiwithoudende gewassen overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 2, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 3, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

Eiwithoudende gewassen moeten steun ontvangen als onderdeel van een duurzaam gewasrotatiesysteem.

05 03 02 26   Areaalbetalingen voor noten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

89 000 000

94 000 000

92 207 309,55

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de steun aan producenten van noten overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 4, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 4, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

05 03 02 27   Steun voor energiegewassen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

66 000 000

53 697 307,11

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de areaalsteun aan producenten van energiegewassen zoals bedoeld in hoofdstuk 5 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

05 03 02 28   Steun voor zijderupsen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

500 000

446 267,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de steun voor zijderupsen die wordt toegekend overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1544/2006 en artikel 111 van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

05 03 02 36   Betalingen voor specifieke soorten landbouw en voor kwaliteitsproductie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

125 000 000

449 000 000

428 728 454,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de steun die wordt toegekend overeenkomstig artikel 69 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 72, lid 3, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

05 03 02 39   Extra bedrag voor telers van suikerbieten en suikerriet

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

50 000 000

50 000 000

22 870 024,51

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de betalingen aan de telers van suikerbieten en suikerriet overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 10 septies, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 7, van Verordening (EG) nr. 73/2009. De steun wordt verleend aan telers in lidstaten die herstructureringssteun hebben toegekend zoals bedoeld in artikel 3 van Verordening (EG) nr. 320/2006 voor ten minste 50 % van de in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 318/2006 vastgestelde suikerquota.

05 03 02 40   Areaalsteun voor katoen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

256 000 000

259 000 000

216 878 847,82

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor areaalsteun voor katoen overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 10 bis, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 6, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

05 03 02 41   Overgangsbetaling voor groenten en fruit — Tomaten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

146 000 000

145 000 000

144 220 717,01

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de overgangsbetalingen aan landbouwers die tomaten produceren, overeenkomstig artikel 68 ter, lid 1, en artikel 143 ter quater, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 54, lid 1, en artikel 128, lid 1, van Verordening (EG) nr. 73/2009..

05 03 02 42   Overgangsbetaling voor groenten en fruit — Andere producten dan tomaten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

54 000 000

161 000 000

149 246 771,86

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de overgangsbetalingen aan landbouwers die een of meer groente- en fruitproducten, andere dan tomaten, produceren, overeenkomstig artikel 68 ter, lid 2, en artikel 143 ter quater, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 54, lid 2, en artikel 128, lid 2, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

05 03 02 43   Overgangsbetaling voor zacht fruit

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 000 000

12 000 000

7 390 066,07

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van steun in verband met de overgangsbetaling voor zacht fruit overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 10 nonies, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en titel IV, hoofdstuk 1, afdeling 9, van Verordening (EG) nr. 73/2009.

05 03 02 44   Specifieke steun (artikel 68) — Gekoppelde rechtstreekse steun

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

805 000 000

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de in artikel 68 van Verordening (EG) nr. 73/2009 bedoelde gekoppelde specifieke steun, met name de in lid 1, onder a), i), ii), iii) en iv) en lid 1, onder b) en e), bedoelde steun.

05 03 02 50   POSEI — Steunprogramma’s van de Europese Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

389 000 000

394 000 000

375 201 534,93

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de rechtstreekse steun in verband met programma’s die specifieke maatregelen omvatten ter ondersteuning van de lokale landbouwproductie overeenkomstig titel III van Verordening (EG) nr. 247/2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 247/2006 van de Raad van 30 januari 2006 houdende specifieke maatregelen op landbouwgebied ten behoeve van de ultraperifere gebieden van de Unie (PB L 42 van 14.2.2006, blz. 1).

05 03 02 51   POSEI — Overige rechtstreekse steun en vorige regelingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

22 000 000

20 898 481,79

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de resterende uitgaven voor:

areaalbetalingen voor akkerbouwgewassen op grond van de facultatieve uitsluiting in de ultraperifere gebieden overeenkomstig artikel 70, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

steun voor zaaddragende leguminosen op grond van de facultatieve uitsluiting in de ultraperifere gebieden overeenkomstig artikel 70, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

areaalsteun voor rijst op grond van de facultatieve uitsluiting in de ultraperifere gebieden overeenkomstig artikel 70, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

steun voor tabak op grond van de facultatieve uitsluiting in de ultraperifere gebieden overeenkomstig artikel 70, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

melkpremies en extra betalingen melkproducenten op grond van de facultatieve uitsluiting in de ultraperifere gebieden overeenkomstig artikel 70, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

rechtstreekse steun vóór 2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1452/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Franse overzeese departementen (Poseidom) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 11).

Verordening (EG) nr. 1453/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Azoren en Madeira (Poseima) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 26).

Verordening (EG) nr. 1454/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Canarische Eilanden (Poseican) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 45).

Verordening (EG) nr. 247/2006 van de Raad van 30 januari 2006 houdende specifieke maatregelen op landbouwgebied ten behoeve van de ultraperifere gebieden van de Unie (PB L 42 van 14.2.2006, blz. 1).

05 03 02 52   POSEI — Eilanden van de Egeïsche Zee

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

19 000 000

18 000 000

16 478 528,14

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van andere uitgaven voor rechtstreekse steun op grond van de regelgeving inzake de eilanden van de Egeïsche Zee.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2019/93 van de Raad van 19 juli 1993 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee (PB L 184 van 27.7.1993, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1405/2006 van de Raad van 18 september 2006 houdende vaststelling van specifieke maatregelen voor de landbouw ten behoeve van de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee (PB L 265 van 26.9.2006, blz. 1).

05 03 02 99   Overige (rechtstreekse steun)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

p.m.

1 417 461,67

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van correcties die niet aan een bepaalde begrotingslijn kunnen worden toegerekend en van de resterende uitgaven voor:

de financiering van de toeslag op de areaalbetaling zoals bedoeld in hoofdstuk 8 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 4, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1251/1999;

de financiering van de steun per hectare voor de instandhouding van de teelt van kekers, linzen en wikke overeenkomstig hoofdstuk 13 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en Verordening (EG) nr. 1577/96;

de overgangsregeling voor gedroogde voedergewassen overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 603/95, (EG) nr. 1782/2003 en (EG) nr. 1786/2003;

de toeslag voor durumtarwe in niet-traditionele productiegebieden overeenkomstig hoofdstuk 10 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1251/1999;

de seizoencorrectiepremie voor rundvlees overeenkomstig hoofdstuk 12 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1254/1999;

het extensiveringsbedrag voor rundvlees overeenkomstig hoofdstuk 12 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 13 van Verordening (EG) nr. 1254/1999;

de extra betalingen aan rundvleesproducenten overeenkomstig artikel 133 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 11 van Verordening (EG) nr. 1254/1999;

de extra betalingen in de sector schapen en geiten overeenkomstig hoofdstuk 11 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2519/2001;

de melkpremie aan melkproducenten overeenkomstig hoofdstuk 7 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

de aanvullende premies aan melkproducenten overeenkomstig hoofdstuk 7 van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

de compenserende steun voor bananen overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EG) nr. 404/93;

de overgangsbetaling voor suikerbietentelers overeenkomstig hoofdstuk 10 sexies van titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

de vaststelling van het agromonetaire stelsel voor de euro;

de in artikel 7 van Verordening (EG) nr. 2201/96 bedoelde areaalsteun voor krenten en rozijnen.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 404/93 van de Raad van 13 februari 1993 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen (PB L 47 van 25.2.1993, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1577/96 van de Raad van 30 juli 1996 tot invoering van een bijzondere maatregel voor bepaalde zaaddragende leguminosen (PB L 206 van 16.8.1996, blz. 4).

Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector verwerkte producten op basis van groenten en fruit (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29).

Verordening (EG) nr. 2799/98 van de Raad van 15 december 1998 tot vaststelling van het agromonetaire stelsel voor de euro (PB L 349 van 24.12.1998, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2800/98 van de Raad van 15 december 1998 houdende overgangsmaatregelen voor de invoering van de euro in het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 349 van 24.12.1998, blz. 8).

Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 113).

Verordening (EG) nr. 1786/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector gedroogde voedergewassen (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 114).

05 03 03   Extra steunbedragen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

6 000 000

542 232 055,07

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van resterende betalingen overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

HOOFDSTUK 05 04 —   PLATTELANDSONTWIKKELING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 04

PLATTELANDSONTWIKKELING

05 04 01

Financiering van plattelandsontwikkeling via het EOGFL, afdeling Garantie — Programmeringsperiode 2000-2006

05 04 01 14

Financiering van plattelandsontwikkeling via het EOGFL, afdeling Garantie — Programmeringsperiode 2000-2006

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

–13 281 601,72

–13 281 601,72

 

Artikel 05 04 01 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

–13 281 601,72

–13 281 601,72

05 04 02

Financiering van plattelandsontwikkeling via het EOGFL, afdeling Garantie — Afronding van eerdere programma’s

05 04 02 01

Voltooiing van de maatregelen in het kader van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Regio's van doelstelling 1 (2000-2006)

2

p.m.

568 790 562

p.m.

510 000 000

0,—

438 491 632,—

05 04 02 02

Voltooiing van het Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland (2000-2006)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 04 02 03

Afronding van voorgaande programma’s in doelstelling 1- en 6-regio’s (vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

198 936,10

198 936,10

05 04 02 04

Afronding van voorgaande programma’s in doelstelling 5b-regio’s (vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 04 02 05

Afronding van voorgaande programma’s in doelstelling 1-regio’s (vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 04 02 06

Voltooiing van Leader (2000-2006)

2

p.m.

77 775 316

p.m.

52 000 000

0,—

29 698 693,—

05 04 02 07

Afronding van eerdere communautaire initiatieven (vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 04 02 08

Afronding van voorgaande innovatieve acties (vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 04 02 09

Afronding van de maatregelen in het kader van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Operationele technische bijstand (2000-2006)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 05 04 02 — Subtotaal

 

p.m.

646 565 878

p.m.

562 000 000

198 936,10

468 389 261,10

05 04 03

Andere maatregelen

05 04 03 02

Plantaardige en dierlijke genetische hulpbronnen — Voltooiing van reeds eerder genomen maatregelen

2

p.m.

1 944 383

p.m.

2 700 000

0,—

2 545 551,28

 

Artikel 05 04 03 — Subtotaal

 

p.m.

1 944 383

p.m.

2 700 000

0,—

2 545 551,28

05 04 04

Overgangsinstrument ter financiering van plattelandsontwikkeling in de nieuwe lidstaten in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie — Voltooiing van de programma’s (2004-2006)

2

p.m.

p.m.

p.m.

216 600 000

0,—

67 170 526,24

05 04 05

Plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (2007-2013)

05 04 05 01

Programma’s voor plattelandsontwikkeling

2

14 408 211 311

11 900 560 364

14 335 536 182

12 606 200 000

13 721 634 827,—

8 209 373 255,77

05 04 05 02

Operationele technische bijstand

2

22 440 241

8 339 763

22 548 451

9 000 000

5 138 449,07

3 733 809,28

05 04 05 03

Proefproject — Uitwisselingsprogramma voor jonge landbouwers

2

1 500 000

750 000

 

 

 

 

 

Artikel 05 04 05 — Subtotaal

 

14 432 151 552

11 909 650 127

14 358 084 633

12 615 200 000

13 726 773 276,07

8 213 107 065,05

 

Hoofdstuk 05 04 — Totaal

 

14 432 151 552

12 558 160 388

14 358 084 633

13 396 500 000

13 713 690 610,45

8 737 930 801,95

05 04 01   Financiering van plattelandsontwikkeling via het EOGFL, afdeling Garantie — Programmeringsperiode 2000-2006

Toelichting

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 0 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten voor elke begrotingslijn van dit artikel overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1268/1999 van de Raad van 21 juni 1999 inzake steunverlening door de Gemeenschap voor pretoetredingsmaatregelen op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling in de kandidaat-lidstaten in Midden- en Oost-Europa gedurende de pretoetredingsperiode (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 87).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1), en met name artikel 39.

05 04 01 14   Financiering van plattelandsontwikkeling via het EOGFL, afdeling Garantie — Programmeringsperiode 2000-2006

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

–13 281 601,72

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van door de lidstaten teruggevorderde bedragen die niet in verband kunnen worden gebracht met onregelmatigheden of nalatigheden overeenkomstig artikel 32 van Verordening (EG) nr. 1290/2005. Deze bedragen worden geboekt als correctie op uitgaven die voordien uit de posten 05 04 01 01 tot en met 05 04 01 13 werden gefinancierd, en mogen door de lidstaten niet opnieuw worden gebruikt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

05 04 02   Financiering van plattelandsontwikkeling via het EOGFL, afdeling Garantie — Afronding van eerdere programma’s

Toelichting

In artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 is bepaald dat de nodige financiële correcties moeten worden verricht. De eventueel hieruit voortvloeiende ontvangsten worden geboekt op post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Met deze ontvangsten kunnen, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, aanvullende kredieten worden geopend in specifieke gevallen waarin die nodig zijn om het risico dat vooraf vastgestelde correcties worden geannuleerd of verlaagd, te dekken.

Rechtsgronden

De volgende rechtsgrondslag geldt voor alle posten van dit artikel, tenzij anders bepaald:

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1), met name artikel 39.

Referentiebesluiten

Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.

05 04 02 01   Voltooiing van de maatregelen in het kader van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Regio's van doelstelling 1 (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

568 790 562

p.m.

510 000 000

0,—

438 491 632,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie, wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

05 04 02 02   Voltooiing van het Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Het Speciaal programma voor vrede en verzoening dient ter dekking van de nog resterende betaalbaar te stellen verplichtingen van de programmeringsperiode 2000-2006.

Rechtsgronden

Beschikking 1999/501/EG van de Commissie van 1 juli 1999 tot vaststelling van een indicatieve verdeling over de lidstaten van de vastleggingskredieten voor doelstelling 1 van de structuurfondsen voor de periode 2000 tot en met 2006 (PB L 194 van 27.7.1999, blz. 49), met name overweging 5.

Referentiebesluiten

Conclusies van de Europese Raad van 24 en 25 maart 1999 in Berlijn, met name paragraaf 44, onder b).

05 04 02 03   Afronding van voorgaande programma’s in doelstelling 1- en 6-regio’s (vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

198 936,10

198 936,10

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

05 04 02 04   Afronding van voorgaande programma’s in doelstelling 5b-regio’s (vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog uit het EOGFL, afdeling Oriëntatie, betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstelling 5b.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

05 04 02 05   Afronding van voorgaande programma’s in doelstelling 1-regio’s (vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog uit het EOGFL, afdeling Oriëntatie, betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstelling 5a.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

05 04 02 06   Voltooiing van Leader (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

77 775 316

p.m.

52 000 000

0,—

29 698 693,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de resterende uit de programmeringsperiode 2000-2006 uit het communautaire initiatief voor plattelandsontwikkeling (Leader+) betaalbaar te stellen verplichtingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 14 april 2000 tot vaststelling van de richtsnoeren voor het communautaire initiatief voor plattelandsontwikkeling (Leader+) (PB C 139 van 18.5.2000, blz. 5).

05 04 02 07   Afronding van eerdere communautaire initiatieven (vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan in het kader van communautaire initiatieven van vóór de programmeringsperiode 2000-2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap voor de ultraperifere gebieden (Regis II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 44).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van richtsnoeren voor geïntegreerde globale subsidies en geïntegreerde operationele programma’s in het kader van een communautair initiatief voor plattelandsontwikkeling, waarvoor de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen (Leader II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 48).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van grensgebieden, grensoverschrijdende samenwerking en geselecteerde energienetten (Interreg II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 60).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 16 mei 1995 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een initiatief in het kader van het speciaal steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (Peace I-programma) (PB C 186 van 20.7.1995, blz. 3).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de door de lidstaten op te stellen operationele programma’s in het kader van het communautair initiatief Interreg betreffende transnationale samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening (Interreg II C) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 23).

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 november 1997 over het speciale steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (1995-1999) (Peace I-programma) (COM(97) 642 definitief).

05 04 02 08   Afronding van voorgaande innovatieve acties (vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in vorige programmeringsperioden zijn aangegaan voor innoverende acties, maatregelen op het gebied van voorbereiding, toezicht of evaluatie, of andere soortgelijke vormen van technische bijstand waarin de verordeningen voorzien.

Voorts dient het ter dekking van resterende bedragen in verband met oude meerjarenacties, en met name voor die acties welke zijn goedgekeurd en uitgevoerd in het kader van andere genoemde verordeningen, maar die niet onder de prioritaire doelstellingen van de fondsen vallen.

In voorkomend geval zal dit krediet ook worden aangewend voor de dekking van de bedragen die in het kader van het EOGFL, afdeling Oriëntatie, verschuldigd zijn voor bijstand waarvoor de overeenkomstige vastleggingskredieten niet beschikbaar zijn en ook niet zijn vastgesteld in de programmering voor 2000-2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

05 04 02 09   Afronding van de maatregelen in het kader van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Operationele technische bijstand (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van het EOGFL, afdeling Oriëntatie, van resterende betaalbaar te stellen verplichtingen uit de programmeringsperiode 2000-2006 voor maatregelen op het gebied van technische bijstand waarin artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 voorziet. De technische bijstand omvat de voorbereidings-, toezicht-, evaluatie-, controle- en beheersmaatregelen die voor de tenuitvoerlegging van de bijstandsverlening uit het EOGFL, afdeling Oriëntatie, nodig zijn. In dit kader kan dit krediet in het bijzonder worden gebruikt voor de financiering van:

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen);

uitgaven in verband met voorlichting en publicaties;

uitgaven voor informatie- en telecommunicatietechnologie;

contracten met dienstverleners;

subsidies.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

05 04 03   Andere maatregelen

05 04 03 02   Plantaardige en dierlijke genetische hulpbronnen — Voltooiing van reeds eerder genomen maatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 944 383

p.m.

2 700 000

0,—

2 545 551,28

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de verplichtingen die zijn aangegaan in het kader van het communautaire programma inzake de instandhouding, de karakterisering, de verzameling en het gebruik van genetische hulpbronnen in de landbouw.

Het wordt prioritair aangewend voor de instandhouding en de verdere ontwikkeling van de biologische diversiteit via samenwerking tussen boeren, ter zake erkende niet-gouvernementele organisaties en overheids- en particuliere instituten. Het dient tevens om de sensibilisering van de verbruikers op dit gebied te bevorderen.

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 0 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 180 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 870/2004 van de Raad van 26 april 2004 tot vaststelling van een communautair programma inzake de instandhouding, de karakterisering, de verzameling en het gebruik van genetische hulpbronnen in de landbouw (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 18).

05 04 04   Overgangsinstrument ter financiering van plattelandsontwikkeling in de nieuwe lidstaten in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie — Voltooiing van de programma’s (2004-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

216 600 000

0,—

67 170 526,24

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de verplichtingen die zijn aangegaan in de programmeringsperiode 2004-2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).

Toetredingsakte van 2003 voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, met name bijlage II „Lijst bedoeld in artikel 20 van de Toetredingsakte”, punt 6A, lid 26, vastgesteld bij Besluit 2004/281/EG van de Raad (PB L 93 van 30.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1), en met name artikel 39.

05 04 05   Plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (2007-2013)

Toelichting

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 1 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten voor elke begrotingslijn van dit artikel overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement..

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (PB L 277 van 21.10.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 378/2007 van de Raad van 27 maart 2007 houdende voorschriften voor een vrijwillige modulatie van de rechtstreekse betalingen waarin Verordening (EG) nr.1782/2003 voorziet (PB L 95 van 5.4.2007, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1782/2003 (PB L 30 van 31.1.2009, blz. 16).

05 04 05 01   Programma’s voor plattelandsontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 408 211 311

11 900 560 364

14 335 536 182

12 606 200 000

13 721 634 827,00

8 209 373 255,77

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) voor 2007-2013.

Van het totale bedrag aan vastleggingskredieten in deze post heeft 2 095 300 000 EUR betrekking op de verplichte modulatie in overeenstemming met artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 73/2009. Bovendien heeft een bedrag van 374 900 000 EUR betrekking op de vrijwillige modulatie in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 378/2007. Alle soorten maatregelen voor plattelandsontwikkeling zullen worden beoordeeld met verfijnde prestatie-indicatoren voor landbouwsystemen en productiemethoden, zodat rekening kan worden gehouden met de uitdagingen op het vlak van klimaatverandering, waterbescherming, biodiversiteit en hernieuwbare energiebronnen. De lidstaten moeten verslag uitbrengen over de actie die is ondernomen naar aanleiding van de nieuwe uitdagingen in het kader van de plattelandsontwikkelingsmaatregelen, ook in de zuivelsector.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (PB L 277 van 21.10.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 378/2007 van de Raad van 27 maart 2007 houdende voorschriften voor een vrijwillige modulatie van de rechtstreekse betalingen waarin Verordening (EG) nr. 1782/2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers voorziet en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 (PB L 95 van 5.4.2007, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1782/2003 (PB L 30 van 31.1.2009, blz. 16).

05 04 05 02   Operationele technische bijstand

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

22 440 241

8 339 763

22 548 451

9 000 000

5 138 449,07

3 733 809,28

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van technische ondersteuningsmaatregelen zoals bedoeld in artikel 66, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1698/2005, en met name het Europese netwerk voor plattelandsontwikkeling.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (PB L 277 van 21.10.2005, blz. 1).

05 04 05 03   Proefproject — Uitwisselingsprogramma voor jonge landbouwers

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

750 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit proefproject dient voor het opstarten van een uitwisselingsprogramma voor jonge landbouwers, met als doel grensoverschrijdende uitwisselingen van beste praktijken op het vlak van landbouwbeheer mogelijk te maken, met name met betrekking tot de uitdagingen waarmee de Europese landbouw te maken krijgt, om op die manier een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de plattelandsgebieden in Europa.

Dit programma biedt jonge landbouwers een unieke kans om uit de eerste hand kennis te nemen van de diverse landbouwpraktijken in de Unie door tijd door te brengen op boerderijen in verschillende lidstaten. Deze uitwisseling van kennis en ervaringen tussen jonge Europese landbouwers stelt hen beter in staat de uitdagingen tegemoet te treden die worden gesteld door de Europese consumenten, bij te dragen aan de voedselveiligheid en andere uitdagingen aan te gaan waar de Europese landbouw mee te maken heeft, zoals het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, verlies van biodiversiteit en koolstofopslag.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 05 05 —   PRETOETREDINGSMAATREGELEN OP HET GEBIED VAN LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 05

PRETOETREDINGSMAATREGELEN OP HET GEBIED VAN LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

05 05 01

Speciaal toetredingsprogramma op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling (Sapard) — Voltooiing van reeds eerder genomen maatregelen

05 05 01 01

Pretoetredingsinstrument Sapard — Afronding van het programma (2000-2006)

4

p.m.

p.m.

p.m.

78 000 000

0,—

254 103 084,—

05 05 01 02

Pretoetredingsinstrument Sapard — Afronding van de Sapard-pretoetredingshulp voor acht kandidaat-lidstaten

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 05 05 01 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

78 000 000

0,—

254 103 084,—

05 05 02

Instrument voor pretoetredingssteun voor plattelandsontwikkeling (IPARD)

4

215 000 000

71 318 207

169 800 000

53 500 000

121 500 000,—

0,—

 

Hoofdstuk 05 05 — Totaal

 

215 000 000

71 318 207

169 800 000

131 500 000

121 500 000,—

254 103 084,—

05 05 01   Speciaal toetredingsprogramma op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling (Sapard) — Voltooiing van reeds eerder genomen maatregelen

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1268/1999 van de Raad van 21 juni 1999 inzake steunverlening door de Gemeenschap voor pretoetredingsmaatregelen op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling in de kandidaat-lidstaten in Midden- en Oost-Europa gedurende de pretoetredingsperiode (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 87).

Verordening (EG) nr. 2257/2004 van de Raad van 20 december 2004 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3906/89, Verordening (EG) nr. 1267/1999, Verordening (EG) nr. 1268/1999 en Verordening (EG) nr. 2666/2000, teneinde rekening te houden met de status van Kroatië als kandidaat-lidstaat (PB L 389 van 30.12.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

05 05 01 01   Pretoetredingsinstrument Sapard — Afronding van het programma (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

78 000 000

0,—

254 103 084,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nakoming van de betalingsverplichtingen die zijn aangegaan tot 31 december 2006 in Bulgarije, Roemenië en Kroatië voor steunmaatregelen inzake landbouw en plattelandsontwikkeling in het kader van Sapard.

Op deze post mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

05 05 01 02   Pretoetredingsinstrument Sapard — Afronding van de Sapard-pretoetredingshulp voor acht kandidaat-lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor de nakoming van de betalingsverplichtingen die zijn aangegaan tot 31 december 2003 voor steunmaatregelen op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling in het kader van Sapard in de acht lidstaten die in 2004 zijn toegetreden.

Op deze post mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

05 05 02   Instrument voor pretoetredingssteun voor plattelandsontwikkeling (IPARD)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

215 000 000

71 318 207

169 800 000

53 500 000

121 500 000,00

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uniale bijstand in het kader van het instrument voor pretoetredingssteun voor kandidaat-landen die zich geleidelijk aanpassen aan de normen en het beleid van de Unie, waar nodig ook aan het acquis van de Unie, in het licht van hun toetreding. Wat de plattelandsontwikkeling betreft, zal aan deze landen steun worden verleend voor de voorbereiding van de tenuitvoerlegging en het beheer van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, de aanpassing aan de structuren van de Unie en door de Unie gefinancierde programma’s voor plattelandsontwikkeling in de periode na de toetreding.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

HOOFDSTUK 05 06 —   INTERNATIONALE ASPECTEN VAN HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 06

INTERNATIONALE ASPECTEN VAN HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

05 06 01

Internationale landbouwovereenkomsten

4

6 360 000

6 055 858

6 275 322

6 275 322

5 582 087,78

5 582 087,78

 

Hoofdstuk 05 06 — Totaal

 

6 360 000

6 055 858

6 275 322

6 275 322

5 582 087,78

5 582 087,78

05 06 01   Internationale landbouwovereenkomsten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 360 000

6 055 858

6 275 322

6 275 322

5 582 087,78

5 582 087,78

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de bijdragen van de Unie aan de hierna genoemde internationale overeenkomsten.

Rechtsgronden

Besluit 92/580/EEG van de Raad van 13 november 1992 betreffende de ondertekening en de sluiting van de Internationale Suikerovereenkomst, 1992 (PB L 379 van 23.12.1992, blz. 15).

Besluit 96/88/EG van de Raad van 19 december 1995 betreffende de goedkeuring, door de Europese Gemeenschap, van het Graanhandelsverdrag en het Voedselhulpverdrag, die samen de Internationale Graanovereenkomst 1995 vormen (PB L 21 van 27.1.1996, blz. 47).

Besluit 2000/421/EG van de Raad van 13 juni 2000 inzake de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Voedselhulpverdrag 1999 (PB L 163 van 4.7.2000, blz. 37).

Besluit 2005/800/EG van de Raad van 14 november 2005 betreffende de sluiting van de Internationale Overeenkomst van 2005 voor olijfolie en tafelolijven (PB L 302 van 19.11.2005, blz. 47).

HOOFDSTUK 05 07 —   AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 07

AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

05 07 01

Controle van de landbouwuitgaven

05 07 01 01

Controle- en preventiemaatregelen — Betalingen door de lidstaten

2

0,—

0,—

05 07 01 02

Controle- en preventiemaatregelen — Rechtstreekse betalingen door de Europese Unie

2

6 500 000

6 500 000

6 500 000

6 500 000

6 384 574,45

6 384 574,45

05 07 01 05

Controles op de toepassing van de landbouwregelingen

2

0,—

0,—

05 07 01 06

Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren met betrekking tot gedeelde beheersuitgaven in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie (vorige maatregelen), en van het ELGF

2

– 272 000 000

– 272 000 000

– 310 000 000

– 310 000 000

– 115 070 185,91

– 115 070 185,91

05 07 01 07

Conformiteitsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren met betrekking tot gedeelde beheersuitgaven in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie (vorige maatregelen), en van het ELGF

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 07 01 10

Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren met betrekking tot uit het ELFPO gefinancierde uitgaven voor plattelandsontwikkeling

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

05 07 01 11

Conformiteitsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren met betrekking tot uit het ELFPO gefinancierde uitgaven voor plattelandsontwikkeling

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 05 07 01 — Subtotaal

 

– 265 500 000

– 265 500 000

– 303 500 000

– 303 500 000

– 108 685 611,46

– 108 685 611,46

05 07 02

Regeling van geschillen

2

3 000 000

3 000 000

3 000 000

3 000 000

35 471 903,99

35 471 903,99

 

Hoofdstuk 05 07 — Totaal

 

– 262 500 000

– 262 500 000

– 300 500 000

– 300 500 000

–73 213 707,47

–73 213 707,47

Toelichting

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 0 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten voor elke begrotingslijn van dit hoofdstuk overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

05 07 01   Controle van de landbouwuitgaven

05 07 01 01   Controle- en preventiemaatregelen — Betalingen door de lidstaten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

0,—

Rechtsgronden

Verordening nr. 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten (PB 172 van 30.9.1966, blz. 3025).

Verordening (EEG) nr. 154/75 van de Raad van 21 januari 1975 tot instelling van een olijfoliedossier in de olijfolieproducerende lidstaten (PB L 19 van 24.1.1975, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2392/86 van de Raad van 24 juli 1986 tot instelling van het communautaire wijnbouwkadaster (PB L 208 van 31.7.1986, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 723/97 van de Raad van 22 april 1997 inzake de uitvoering van actieprogramma’s van de lidstaten betreffende de controles op de uitgaven voor rekening van het EOGFL, afdeling Garantie (PB L 108 van 25.4.1997, blz. 6).

Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1).

05 07 01 02   Controle- en preventiemaatregelen — Rechtstreekse betalingen door de Europese Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 500 000

6 500 000

6 384 574,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor de uitvoering van teledetectiecontroles.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 165/94 van de Raad van 24 januari 1994 inzake de medefinanciering door de Gemeenschap van door middel van teledetectie uitgevoerde controles (PB L 24 van 29.1.1994, blz. 6).

Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001 (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1782/2003 (PB L 30 van 31.1.2009, blz. 16).

05 07 01 05   Controles op de toepassing van de landbouwregelingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

0,—

0,—

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2262/84 van de Raad van 17 juli 1984 houdende bijzondere maatregelen in de sector olijfolie (PB L 208 van 3.8.1984, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 3220/84 van de Raad van 13 november 1984 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens (PB L 301 van 20.11.1984, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 1538/91 van de Commissie van 5 juni 1991 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1906/90 van de Raad tot vaststelling van handelsnormen voor vlees van pluimvee (PB L 143 van 7.6.1991, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 2137/92 van de Raad van 23 juli 1992 betreffende het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen en de communautaire standaardkwaliteit van geslachte schapen, vers of gekoeld (PB L 214 van 30.7.1992, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 461/93 van de Commissie van 26 februari 1993 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen (PB L 49 van 27.2.1993, blz. 70).

Verordening (EG) nr. 2200/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1183/2006 van de Raad van 24 juli 2006 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte volwassen runderen (PB L 214 van 4.8.2006, blz. 1).

05 07 01 06   Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren met betrekking tot gedeelde beheersuitgaven in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie (vorige maatregelen), en van het ELGF

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

– 272 000 000

– 310 000 000

– 115 070 185,91

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de resultaten van besluiten overeenkomstig artikel 17 inzake de verlaging van maandelijkse betalingen wegens niet-inachtneming van betalingstermijnen en overeenkomstig artikel 17 bis en artikel 30, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1290/2005. Het beginsel van de goedkeuring van de rekeningen is vastgesteld bij artikel 53 ter, lid 4, van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

05 07 01 07   Conformiteitsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren met betrekking tot gedeelde beheersuitgaven in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie (vorige maatregelen), en van het ELGF

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de resultaten van beschikkingen die overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 ten gunste van de lidstaten worden vastgesteld. Het beginsel van de goedkeuring van de rekeningen is vastgesteld bij artikel 53 ter, lid 4, van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

05 07 01 10   Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren met betrekking tot uit het ELFPO gefinancierde uitgaven voor plattelandsontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de resultaten van beschikkingen die overeenkomstig artikel 30, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 worden vastgesteld. Het beginsel van de goedkeuring van de rekeningen is vastgesteld bij artikel 53 ter, lid 4, van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

05 07 01 11   Conformiteitsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren met betrekking tot uit het ELFPO gefinancierde uitgaven voor plattelandsontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de resultaten van beschikkingen die overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 ten gunste van de lidstaten worden vastgesteld. Het beginsel van de goedkeuring van de rekeningen is vastgesteld bij artikel 53 ter, lid 4, van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

05 07 02   Regeling van geschillen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 000 000

3 000 000

35 471 903,99

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van de eventuele opneming van kredieten ter dekking van (positieve of negatieve) uitgaven die door een rechtbank aan de Commissie kunnen worden aangerekend, en met name als schadevergoeding en rente.

Het is tevens bedoeld ter dekking van eventuele uitgaven waarmee de Commissie kan worden geconfronteerd overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 595/91 van de Raad van 4 maart 1991 betreffende onregelmatigheden in het kader van de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en terugvordering van bedragen die in dat kader onverschuldigd zijn betaald, alsmede de organisatie van een informatiesysteem op dit gebied (PB L 67 van 14.3.1991, blz. 11).

HOOFDSTUK 05 08 —   BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 08

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING”

05 08 01

Communautair informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB)

2

14 232 532

12 435 305

13 981 000

13 620 586

13 507 224,42

12 736 416,30

05 08 02

Enquêtes inzake de structuur van de landbouwbedrijven

2

550 000

515 379

15 100 000

10 850 000

15 249 940,72

16 295 939,95

05 08 03

Herstructurering van het stelsel van landbouwenquêtes

2

1 460 000

1 505 749

1 460 000

1 749 000

1 459 912,02

3 216 875,64

05 08 06

Voorlichting over het gemeenschappelijk landbouwbeleid

2

8 000 000

8 000 000

8 000 000

8 000 000

7 579 644,12

7 579 644,12

05 08 09

Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) — Operationele technische bijstand

2

1 490 000

1 490 000

2 050 000

2 050 000

346 954,50

346 954,50

05 08 10

Proefproject — Evaluatie van de kosten voor de eindgebruiker van het naleven van de Uniewetgeving op het gebied van milieu, dierenwelzijn en voedselveiligheid

2

1 500 000

750 000

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 05 08 — Totaal

 

27 232 532

24 696 433

40 591 000

36 269 586

38 143 675,78

40 175 830,51

Toelichting

Ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 0 van de algemene staat van ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

05 08 01   Communautair informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 232 532

12 435 305

13 981 000

13 620 586

13 507 224,42

12 736 416,30

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de forfaitaire vergoedingen per bedrijfsformulier en van de ontwikkeling van instrumenten voor de inzameling, de behandeling, de analyse, de publicatie en de verspreiding van de gegevens en de resultaten van de landbouwbedrijfsboekhoudingen.

Rechtsgronden

Verordening nr. 79/65/EEG van de Raad van 15 juni 1965 tot oprichting van een boekhoudkundig informatienet betreffende de inkomens en de bedrijfseconomische positie van de landbouwbedrijven in de Europese Economische Gemeenschap (PB 109 van 23.6.1965, blz. 1859/65).

Verordening (EG) nr. 1217/2009 van de Raad van 30 november 2009 tot oprichting van een boekhoudkundig informatienet betreffende de inkomens en de bedrijfseconomische positie van de landbouwbedrijven in de Europese Gemeenschap (gecodificeerde versie) (PB L 328 van 15.12.2009, blz. 27).

05 08 02   Enquêtes inzake de structuur van de landbouwbedrijven

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

550 000

515 379

15 100 000

10 850 000

15 249 940,72

16 295 939,95

Toelichting

Dit krediet dient ter cofinanciering van de uitgaven voor de statistische enquêtes waarmee de ontwikkeling van de landbouwstructuur in de Unie wordt gevolgd, inclusief de uitgaven voor de database Eurofarm.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 571/88 van de Raad van 29 februari 1988 houdende organisatie van communautaire enquêtes inzake de structuur van de landbouwbedrijven (PB L 56 van 2.3.1988, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1166/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven en de enquête naar de productiemethoden in de landbouw en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 571/88 van de Raad (PB L 321 van 1.12.2008, blz. 14).

05 08 03   Herstructurering van het stelsel van landbouwenquêtes

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 460 000

1 505 749

1 460 000

1 749 000

1 459 912,02

3 216 875,64

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor de verbetering van de stelsels inzake de landbouwstatistieken in de Unie;

de subsidies, de contractuele uitgaven en de uitgaven voor dienstverlening in verband met de aankoop en de raadpleging van gegevensbanken;

de subsidies, de contractuele uitgaven en de uitgaven voor dienstverlening in verband met het opstellen van modellen over de landbouwsector, het maken van prognoses op korte en middellange termijn over de ontwikkeling van de markt en van de landbouwstructuur en het verspreiden van de resultaten;

de subsidies, de contractuele uitgaven en de uitgaven voor dienstverlening in verband met de toepassing van teledetectie, gebiedssteekproeven en agrometeorologische modellen voor het opstellen van landbouwstatistieken;

de subsidies, de contractuele uitgaven en de uitgaven voor dienstverlening in verband met de uitvoering van economische analysen en de ontwikkeling van indicatoren op het gebied van het landbouwbeleid.

Rechtsgronden

Uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak voortvloeiende taken zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Beschikking 96/411/EG van de Raad van 25 juni 1996 betreffende de verbetering van de communautaire landbouwstatistiek (PB L 162 van 1.7.1996, blz. 14).

Besluit nr. 1445/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2000 inzake de toepassing van areal frame sampling en teledetectie voor landbouwstatistieken in de periode 1999-2003 (PB L 163 van 4.7.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 78/2008 van de Raad van 21 januari 2008 betreffende door de Commissie in de periode 2008-2013 te nemen maatregelen op basis van teledetectietoepassingen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 25 van 30.1.2008, blz. 1).

05 08 06   Voorlichting over het gemeenschappelijk landbouwbeleid

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 000 000

8 000 000

7 579 644,12

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering door de Unie van de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 814/2000 bedoelde voorlichtingsacties over het gemeenschappelijk landbouwbeleid.

Onder die acties worden verstaan:

jaarlijkse activiteitenprogramma’s die met name door landbouw- of plattelandsontwikkelingsorganisaties of door consumentenverenigingen en milieuorganisaties worden ingediend;

gerichte acties die met name door de overheid van de lidstaten, media en universitaire instellingen worden ingediend;

alle op initiatief van de Commissie opgezette activiteiten;

acties ter bevordering van de gezinslandbouw.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 814/2000 van de Raad van 17 april 2000 betreffende voorlichtingsacties op het gebied van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 100 van 20.4.2000, blz. 7).

05 08 09   Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) — Operationele technische bijstand

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 490 000

2 050 000

346 954,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven zoals bedoeld in artikel 5, onder a) tot en met d), van Verordening (EG) nr. 1290/2005.

Dit omvat de financiering van de oprichting van een uniaal controlesysteem op basis van DNA-analysen aan de grenzen van de Unie zoals bepaald in de volgende internationale overeenkomsten:

Besluit 2004/617/EG van de Raad van 11 augustus 2004 betreffende de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en India in het kader van artikel XXVIII van de GATT 1994, met het oog op de wijziging, wat rijst betreft, van de concessies die zijn opgenomen in EG-lijst CXL, gehecht aan de GATT 1994 (PB L 279 van 28.8.2004, blz. 17);

Besluit 2004/618/EG van de Raad van 11 augustus 2004 betreffende de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Pakistan in het kader van artikel XXVIII van de GATT 1994, met het oog op de wijziging, wat rijst betreft, van de concessies die zijn opgenomen in EG-lijst CXL, gehecht aan de GATT 1994 (PB L 279 van 28.8.2004, blz. 23).

In artikel 138 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1) is bepaald dat alleen basmatirijst die tot de in de bovengenoemde overeenkomsten gespecificeerde variëteiten behoort tegen nulrecht mag worden ingevoerd.

Dit krediet kan eveneens worden gebruikt ter dekking van:

de uitgaven voor de analyse en controle van door derde landen toegepaste normen voor landbouwproducten overeenkomstig titel VI van Verordening (EG) nr. 834/2007;

de uitgaven voor de studie „Evaluatie van de kosten voor de eindgebruiker van het naleven van de Uniewetgeving op het gebied van milieu, dierenwelzijn en voedselveiligheid”.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91 (PB L 189 van 20.7.2007, blz. 1).

05 08 10   Proefproject — Evaluatie van de kosten voor de eindgebruiker van het naleven van de Uniewetgeving op het gebied van milieu, dierenwelzijn en voedselveiligheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

750 000

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor het opzetten van een proefproject ter evaluatie van de werkelijke kosten die landbouwers maken voor het naleven van de Uniewetgeving op het gebied van milieu, dierenwelzijn en voedselveiligheid, die strenger is dan de geldende normen voor importproducten. Deze wetgeving omvat onder andere de 18 verordeningen en richtlijnen die de grondslag vormen voor het systeem van „cross-compliance”, evenals de normen aangeduid met de term „goede landbouw- en milieuconditie”, die eveneens deel uitmaken van de cross-compliance-regeling.

Het zal worden gebruikt voor het uitvoeren van een uitgebreide studie in alle lidstaten ter evaluatie van de hierboven beschreven nalevingskosten, die kunnen verschillen van lidstaat tot lidstaat en zelfs van regio tot regio als gevolg van verschillen in klimaat, geologie, productie, economie en sociale werkelijkheid. De studie moet worden uitgevoerd door een gevestigd wetenschapsinstituut of een consortium van gevestigde wetenschapsinstituten.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

TITEL 06

MOBILITEIT EN VERVOER

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

06 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MOBILITEIT EN VERVOER”

66 401 381

66 401 381

77 359 540

77 359 540

126 900 638,53

126 900 638,53

Reserves (40 01 40)

25 609

25 609

119 318

119 318

 

 

 

66 426 990

66 426 990

77 478 858

77 478 858

126 900 638,53

126 900 638,53

06 02

VERVOER OVER LAND, DOOR DE LUCHT EN OVER ZEE

190 521 970

154 321 562

188 529 360

159 809 910

187 976 285,55

146 872 532,46

06 03

TRANS-EUROPESE NETWERKEN

1 228 200 000

856 961 098

1 048 846 000

900 000 000

927 890 764,60

822 847 021,23

06 06

ONDERZOEK IN VERBAND MET VERVOER

61 560 000

64 119 734

92 662 154

86 872 280

104 434 434,61

79 899 913,38

 

Titel 06 — Totaal

1 546 683 351

1 141 803 775

1 407 397 054

1 224 041 730

1 347 202 123,29

1 176 520 105,60

Reserves (40 01 40)

25 609

25 609

119 318

119 318

 

 

 

1 546 708 960

1 141 829 384

1 407 516 372

1 224 161 048

1 347 202 123,29

1 176 520 105,60

HOOFDSTUK 06 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MOBILITEIT EN VERVOER”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

06 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MOBILITEIT EN VERVOER”

06 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

5

33 693 906

42 511 899

85 927 578,13

Reserves (40 01 40)

 

25 609

119 318

 

 

 

33 719 515

42 631 217

85 927 578,13

06 01 02

Extern personeel en andere uitgaven voor beheer ter ondersteuning van het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

06 01 02 01

Extern personeel

5

2 412 110

2 574 314

4 956 283,61

06 01 02 11

Overige beheersuitgaven

5

2 733 901

3 344 768

6 652 331,14

 

Artikel 06 01 02 — Subtotaal

 

5 146 011

5 919 082

11 608 614,75

06 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten op het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

5

2 441 464

3 108 824

6 746 285,75

06 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

06 01 04 01

Marco Polo II-programma — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

110 000

250 000

100 691,—

06 01 04 02

Vervoer — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

800 000

900 000

712 665,80

06 01 04 04

Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese vervoersnetwerk — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

3 300 000

3 800 000

3 922 670,76

06 01 04 07

Beveiliging en bescherming van gebruikers van vervoer — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

10 000

25 000

0,—

06 01 04 09

Informatie en communicatie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

500 000

600 000

500 000,—

06 01 04 31

Trans-Europees vervoersnet — Uitvoerend agentschap

1.1

9 900 000

9 794 000

8 855 000,—

06 01 04 32

Uitvoerend agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage uit het Marco Polo II-programma

1.1

1 555 000

1 425 000

1 405 000,—

 

Artikel 06 01 04 — Subtotaal

 

16 175 000

16 794 000

15 496 027,56

06 01 05

Ondersteunende uitgaven voor onderzoekswerkzaamheden op het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

06 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

1.1

5 200 000

5 144 417

3 919 658,40

06 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

1.1

2 900 000

2 538 825

2 380 528,08

06 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

1.1

845 000

1 342 493

821 945,86

 

Artikel 06 01 05 — Subtotaal

 

8 945 000

9 025 735

7 122 132,34

 

Hoofdstuk 06 01 — Totaal

 

66 401 381

77 359 540

126 900 638,53

Reserves (40 01 40)

 

25 609

119 318

 

 

 

66 426 990

77 478 858

126 900 638,53

06 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

06 01 01

33 693 906

42 511 899

85 927 578,13

Reserves (40 01 40)

25 609

119 318

 

Totaal

33 719 515

42 631 217

85 927 578,13

Toelichting

Oud artikel 06 01 01 (ten dele)

06 01 02   Extern personeel en andere uitgaven voor beheer ter ondersteuning van het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

06 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 412 110

2 574 314

4 956 283,61

Toelichting

Oude post 06 01 02 01 (ten dele)

06 01 02 11   Overige beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 733 901

3 344 768

6 652 331,14

Toelichting

Oude post 06 01 02 11 (ten dele)

06 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten op het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 441 464

3 108 824

6 746 285,75

Toelichting

Oud artikel 06 01 03 (ten dele)

06 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

06 01 04 01   Marco Polo II-programma — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

110 000

250 000

100 691,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en eventueel de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 06 02 06 en 06 02 07.

06 01 04 02   Vervoer — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

800 000

900 000

712 665,80

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 06 02 03.

06 01 04 04   Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese vervoersnetwerk — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 300 000

3 800 000

3 922 670,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 06 03 01, 06 03 03 en 06 03 05.

06 01 04 07   Beveiliging en bescherming van gebruikers van vervoer — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000

25 000

0,—

Toelichting

Oude post 06 01 04 07 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 06 02 11.

06 01 04 09   Informatie en communicatie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

600 000

500 000,00

Toelichting

Oude post 06 01 04 09 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor informatie en publicatie die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van de beleidsterreinen vervoer en beveiliging en bescherming van gebruikers van vervoer.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 06 02 03 en 06 02 11.

06 01 04 31   Trans-Europees vervoersnet — Uitvoerend agentschap

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 900 000

9 794 000

8 855 000,00

Toelichting

Dit krediet vertegenwoordigt het bedrag van de subsidie die bestemd is ter dekking van de personeelsuitgaven en de administratieve uitgaven van het Uitvoerend Agentschap voor het trans-Europees vervoersnet.

De personeelsformatie van agentschap is uiteengezet in het deel „Lijst van het aantal ambten” van Afdeling III — Commissie (Volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 680/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van de trans-Europese netwerken voor vervoer en energie (PB L 162 van 22.6.2007, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 651/2008 van de Commissie van 9 juli 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1653/2004 houdende een model voor het financieel reglement van de uitvoerende agentschappen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 15).

Besluit nr. 661/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende uniale richtsnoeren voor de ontwikkeling van een trans-Europees vervoersnet (PB L 204 van 5.8.2010, blz. 1).

Referentiebesluiten

Besluit 2007/60/EG van de Commissie van 26 oktober 2006 tot oprichting van het Uitvoerend Agentschap voor het trans-Europees vervoersnetwerk krachtens Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 32 van 6.2.2007, blz. 88).

Besluit C(2007) 5282 van de Commissie van 5 november 2007 waarbij bevoegdheden aan het Uitvoerend Agentschap voor het trans-Europese vervoersnetwerk worden gedelegeerd met het oog op het verrichten van taken in verband met de communautaire programma’s voor subsidies op het gebied van het trans-Europese vervoersnetwerk, met name wat betreft het beheer van de in de Gemeenschapsbegroting opgenomen kredieten.

06 01 04 32   Uitvoerend agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage uit het Marco Polo II-programma

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 555 000

1 425 000

1 405 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleids- en de personeelsuitgaven van het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie die voorvloeien uit de deelneming van het Agentschap aan het beheer van acties in het kader van het Marco Polo II-programma.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en eventueel de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie is uiteengezet in het deel „Lijst van het aantal ambten” van Afdeling III — Commissie (Volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1653/2004 houdende een model voor het financieel reglement van de uitvoerende agentschappen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 297 van 22.9.2004, blz. 6).

Verordening (EG) nr. 1692/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot instelling van het tweede Marco Polo-programma voor de toekenning van communautaire financiële bijstand om de milieuprestaties van het vrachtvervoerssysteem te verbeteren („Marco Polo II”) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1382/2003 (PB L 328 van 24.11.2006, blz. 1).

Referentiebesluiten

Besluit 2004/20/EG van de Commissie van 23 december 2003 tot oprichting van een uitvoerend agentschap, genaamd het „Uitvoerend Agentschap voor intelligente energie”, voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van energie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 5 van 9.1.2004, blz. 85).

Besluit 2007/372/EG van de Commissie van 31 mei 2007 tot wijziging van Besluit 2004/20/EG waarbij het Uitvoerend Agentschap voor intelligente energie wordt omgevormd tot het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie (PB L 140 van 1.6.2007, blz. 52).

Besluit C(2007) 3198 van de Commissie van 9 juli 2007 waarbij bevoegdheden aan het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie worden gedelegeerd met het oog op het verrichten van taken in verband met de tenuitvoerlegging van het programma Intelligente energie — Europa 2003-2006, het Marco Poloprogramma 2003-2006, het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie 2007-2013, het Marco Poloprogramma 2007-2013, met name wat betreft het beheer van de in de Gemeenschapsbegroting opgenomen kredieten.

06 01 05   Ondersteunende uitgaven voor onderzoekswerkzaamheden op het beleidsterrein „Mobiliteit en vervoer”

06 01 05 01   Uitgaven voor onderzoekspersoneel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 200 000

5 144 417

3 919 658,40

Toelichting

Oude post 06 01 05 01 (ten dele).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

06 01 05 02   Extern personeel voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 900 000

2 538 825

2 380 528,08

Toelichting

Oude post 06 01 05 02 (ten dele).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

06 01 05 03   Overige beheersuitgaven voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

845 000

1 342 493

821 945,86

Toelichting

Oude post 06 01 05 03 (ten dele).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig het bepaalde in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

HOOFDSTUK 06 02 —   VERVOER OVER LAND, DOOR DE LUCHT EN OVER ZEE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

06 02

VERVOER OVER LAND, DOOR DE LUCHT EN OVER ZEE

06 02 01

Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart

06 02 01 01

Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

26 282 390

26 282 390

25 595 200

25 595 200

20 063 232,—

20 063 232,—

06 02 01 02

Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart — Bijdrage voor titel 3

1.1

7 033 410

7 033 410

7 283 800

7 283 800

13 798 728,—

13 798 728,—

 

Artikel 06 02 01 — Subtotaal

 

33 315 800

33 315 800

32 879 000

32 879 000

33 861 960,—

33 861 960,—

06 02 02

Europees Agentschap voor maritieme veiligheid

06 02 02 01

Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

21 734 000

21 734 000

21 449 360

21 449 360

22 550 000,—

21 865 257,45

06 02 02 02

Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Bijdrage voor titel 3

1.1

5 962 170

5 962 170

10 500 000

9 816 050

6 885 000,—

6 652 894,87

06 02 02 03

Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Maatregelen tegen verontreiniging

1.1

23 000 000

23 000 000

20 500 000

17 500 000

18 900 000,—

21 827 181,66

 

Artikel 06 02 02 — Subtotaal

 

50 696 170

50 696 170

52 449 360

48 765 410

48 335 000,—

50 345 333,98

06 02 03

Ondersteunende activiteiten in het kader van het Europees beleid inzake vervoer en passagiersrechten

1.1

15 735 000

14 949 210

15 176 000

15 000 000

16 456 484,71

10 788 725,90

06 02 06

Marco Polo II-programma

1.1

64 200 000

26 661 012

62 265 000

30 000 000

66 931 223,56

21 044 772,50

06 02 07

Voltooiing van het Marco Polo-programma

1.1

p.m.

1 904 358

p.m.

5 000 000

0,—

8 447 499,29

06 02 08

Europees Spoorwegbureau

06 02 08 01

Europees Spoorwegbureau — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

16 537 000

16 537 000

15 967 030

15 967 030

15 800 000,—

15 800 000,—

06 02 08 02

Europees Spoorwegbureau — Bijdrage voor titel 3

1.1

7 838 000

7 838 000

7 292 970

7 292 970

5 200 000,—

5 200 000,—

 

Artikel 06 02 08 — Subtotaal

 

24 375 000

24 375 000

23 260 000

23 260 000

21 000 000,—

21 000 000,—

06 02 11

Beveiliging van het vervoer

1.1

2 200 000

2 190 012

2 500 000

2 250 000

1 391 617,28

1 209 783,99

06 02 12

Proefproject — Veiligheid op het trans-Europese wegvervoersnetwerk

1.1

p.m.

1 655 500

0,—

174 456,80

06 02 13

Voorbereidende actie — Bevordering van het grensoverschrijdende verkeer via de overgangen aan de buitengrenzen in het noordoosten van de Unie (uit het oogpunt van verkeersveiligheid en de veiligheid in het algemeen)

1.1

230 000

1 000 000

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 06 02 — Totaal

 

190 521 970

154 321 562

188 529 360

159 809 910

187 976 285,55

146 872 532,46

06 02 01   Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart

06 02 01 01   Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

26 282 390

26 282 390

25 595 200

25 595 200

20 063 232,00

20 063 232,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (titels 1 en 2).

Het Agentschap stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Agentschap is uiteengezet in het deel „Lijst van het aantal ambten” van Afdeling III — Commissie (Volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG (PB L 79 van 19.3.2008, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verordening (EG) nr. 736/2006 van de Commissie van 16 mei 2006 inzake de werkmethoden van het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart bij het uitvoeren van normalisatie-inspecties (PB L 129 van 17.5.2006, blz. 10).

Verordening (EG) nr. 768/2006 van de Commissie van 19 mei 2006 tot uitvoering van Richtlijn 2004/36/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de verzameling en uitwisseling van informatie over de veiligheid van luchtvaartuigen uit derde landen die gebruikmaken van luchthavens in de Gemeenschap en het beheer van het informatiesysteem (PB L 134 van 20.5.2006, blz. 16).

Verordening (EG) nr. 593/2007 van de Commissie van 31 mei 2007 betreffende de door het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart geheven vergoedingen en rechten (PB L 140 van 1.6.2007, blz. 3).

06 02 01 02   Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 033 410

7 033 410

7 283 800

7 283 800

13 798 728,00

13 798 728,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Agentschap met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Agentschap stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Europese Unie voor 2011 bedraagt in totaal 34 399 167 EUR. Aan het op de begroting opgevoerde bedrag van 33 315 800 EUR is een overschot van 1 083 367 EUR toegevoegd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG (PB L 79 van 19.3.2008, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verordening (EG) nr. 736/2006 van de Commissie van 16 mei 2006 inzake de werkmethoden van het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart bij het uitvoeren van normalisatie-inspecties (PB L 129 van 17.5.2006, blz. 10).

Verordening (EG) nr. 768/2006 van de Commissie van 19 mei 2006 tot uitvoering van Richtlijn 2004/36/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de verzameling en uitwisseling van informatie over de veiligheid van luchtvaartuigen uit derde landen die gebruikmaken van luchthavens in de Gemeenschap en het beheer van het informatiesysteem (PB L 134 van 20.5.2006, blz. 16).

Verordening (EG) nr. 593/2007 van de Commissie van 31 mei 2007 betreffende de door het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart geheven vergoedingen en rechten (PB L 140 van 1.6.2007, blz. 3).

06 02 02   Europees Agentschap voor maritieme veiligheid

06 02 02 01   Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 734 000

21 734 000

21 449 360

21 449 360

22 550 000,00

21 865 257,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van het Agentschap voor maritieme veiligheid (titels 1 en 2).

Het Agentschap stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Agentschap is uiteengezet in het deel „Lijst van het aantal ambten” van Afdeling III — Commissie (Volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1406/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (PB L 208 van 5.8.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten (PB L 129 van 29.4.2004, blz. 6).

Richtlijn 2005/35/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 inzake verontreiniging vanaf schepen en de invoering van sancties, met inbegrip van strafrechtelijke sancties voor verontreinigingsdelicten (PB L 255 van 30.9.2005, blz. 11).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening (EU) […/….] van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (COM(2010) 611 definitief).

06 02 02 02   Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 962 170

5 962 170

10 500 000

9 816 050

6 885 000,00

6 652 894,87

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Agentschap met betrekking tot het werkprogramma (titel 3), met uitzondering van de maatregelen tegen verontreiniging (zie hieronder).

Het Agentschap stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1406/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (PB L 208 van 5.8.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten (PB L 129 van 29.4.2004, blz. 6).

Richtlijn 2005/35/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 inzake verontreiniging vanaf schepen en de invoering van sancties, met inbegrip van strafrechtelijke sancties voor verontreinigingsdelicten (PB L 255 van 30.9.2005, blz. 11).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening (EU) […/….] van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (COM(2010) 611 definitief).

06 02 02 03   Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Maatregelen tegen verontreiniging

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

23 000 000

23 000 000

20 500 000

17 500 000

18 900 000,00

21 827 181,66

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor het charteren van schepen (met hun outillage) voor de strijd tegen accidentele of opzettelijke verontreiniging van de zee door schepen, het inhuren van gespecialiseerd technisch materieel, de oprichting en werking van een Centrum voor satellietbeeldvorming en studies en onderzoeksprojecten voor de verbetering van de uitrusting en de methoden ter bestrijding van verontreiniging.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De totale subsidie van de Europese Unie voor het Agentschap bedraagt voor 2011 in totaal 54 936 150 EUR. Aan het op de begroting opgevoerde bedrag van EUR 50 696 170 is een overschot van EUR 4 239 980 toegevoegd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1406/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (PB L 208 van 5.8.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2038/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 over meerjarenfinanciering voor de acties van het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid op het gebied van de bestrijding van door schepen veroorzaakte verontreiniging en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1406/2002 (PB L 394 van 30.12.2006, blz. 1).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening (EU) […/….] van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (COM(2010) 611 definitief).

06 02 03   Ondersteunende activiteiten in het kader van het Europees beleid inzake vervoer en passagiersrechten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 735 000

14 949 210

15 176 000

15 000 000

16 456 484,71

10 788 725,90

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de uitgaven van de Commissie voor de verzameling en verwerking van alle mogelijke gegevens met het oog op de analyse, de vaststelling, de bevordering, de follow-up, de evaluatie en de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk vervoerbeleid van de Unie voor de verschillende vervoersmodaliteiten (vervoer over land, luchtvaart, zee- en binnenvaart) en in alle vervoerssectoren (veiligheid, interne vervoersmarkt en de tenuitvoerleggingsmodaliteiten daarvan, de optimalisering van het vervoersnetwerk, het vaststellen en waarborgen van de passagiersrechten in alle vervoersmodaliteiten en alle andere vervoersgerelateerde sectoren). De belangrijkste acties en doelstellingen beogen het gemeenschappelijk vervoersbeleid van de Unie te ondersteunen, met inbegrip van een uitbreiding naar derde landen, technische assistentie voor alle vervoersmodaliteiten en sectoren, specifieke opleiding, definitie van voorschriften inzake vervoersveiligheid, het bevorderen van het gemeenschappelijk vervoersbeleid, met inbegrip van de ontwikkeling en de bouw van de bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bekrachtigde trans-Europese netwerken alsmede de versterking van de passagiersrechten en de bescherming van die rechten bij alle vervoerswijzen, alsook de handhaving van de bestaande regelgeving inzake passagiersrechten, met name door middel van bewustmakingsacties over de inhoud van deze regelgeving voor zowel de vervoersindustrie als de reizigers.

Deze activiteiten moeten de intermodale onbelemmerde mobiliteit van personen met een beperkte mobiliteit bevorderen en ondersteunen.

Met betrekking tot Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten (PB L 46 van 17.2.2004, blz. 1), moet de Commissie bijkomende maatregelen uitwerken om de handhaving van de verordening doeltreffender te maken.

Gezien de wettelijke rapporteringseisen van de Commissie en de complexe interactie van regionale, nationale en internationale (COTIF) administratieve structuren die betrokken zijn bij de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 1371/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 betreffende de rechten en verplichtingen van reizigers in het treinverkeer (PB L 315 van 3.12.2007, blz. 14), vergt de tenuitvoerlegging van die verordening specifieke uitvoeringsmaatregelen. Bij wijze van belangrijke maatregel ter ondersteuning van de tenuitvoerlegging zal de Commissie een tweejarige informatiecampagne inzake passagiersrechten voeren, die van start gaat in 2010 en betrekking heeft op alle lidstaten.

Deze acties en doelstellingen kunnen op verschillende niveaus worden ondersteund (lokaal, regionaal, nationaal, Europees en internationaal), voor alle vervoerswijzen en transportgerelateerde sectoren en dit vanuit een technische, technologische, juridische, informatieve, ecologische, klimatologische en politieke invalshoek en teneinde duurzame ontwikkeling te stimuleren.

De luchtvaart is reeds lange tijd een van de sectoren waarover de consumenteninstanties in de Unie de meeste klachten hebben ontvangen. De toename van het aantal commerciële transacties langs elektronische weg (Internet of mobiele telefoon) heeft geleid tot meer schendingen van de Europese consumentenwetgeving.

Een van de belangrijkste klachten van de consumenten van de Unie betreft het ontbreken van deugdelijke rechtsmiddelen op de luchthavens zelf, met name wanneer zich geschillen voordoen vanwege nalatigheid van luchtvaartmaatschappijen of andere dienstverleners. De Europese consumenten- en luchtvaartinstanties moeten daarom samenwerken om een snelle verbetering van de ondersteuning van reizigers en informatiefaciliteiten op luchthavens te waarborgen en tegelijkertijd te zorgen voor meer coregulering in de sector.

Dit krediet dient deels voor het opzetten van een proefproject voor de invoering van een geïntegreerd systeem ter ondersteuning van vliegtuigpassagiers op luchthavens in de Unie, op basis van één helpdesk en één informatiesysteem dat wordt gedeeld en onderhouden door alle belanghebbenden op Europees niveau. Hiermee wordt passagiers gegarandeerd dat zij, op welke luchthaven in de Unie ze zich ook bevinden, klachten of informatieverzoeken op dezelfde wijze worden afgehandeld, waarbij de lokale consumenteninstanties ondersteuning bieden, die wordt gecoördineerd via de informatienetwerken die reeds in de EU zijn opgezet.

Artikel 9 ter van Verordening (EG) nr. 550/2004 betreffende de verlening van luchtvaartnavigatiediensten in het gemeenschappelijk Europees luchtruim voorziet in de aanwijzing van een systeemcoördinator van functionele luchtruimblokken en een daaropvolgend uitvoeringsbesluit.

Rechtsgronden

Taken voortvloeiend uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, in de zin van artikel 49, lid 6, van het Financieel Reglement.

06 02 06   Marco Polo II-programma

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

64 200 000

26 661 012

62 265 000

30 000 000

66 931 223,56

21 044 772,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de uitvoering van een programma („Marco Polo II” genaamd) ter bevordering van alternatieven voor het internationale vrachtvervoer over de weg.

Het Marco Polo II-programma bevat vijf maatregelen om deze doelstelling te bereiken:

modal-shiftacties, die tot doel hebben op korte termijn een aanzienlijk deel van het wegverkeer te doen verschuiven naar andere, minder verzadigde vervoerswijzen;

katalysatoracties, die het mogelijk maken structurele marktobstakels te overwinnen dankzij de toepassing van nieuwe innoverende diensten;

gemeenschappelijke leeracties, die gericht zijn op het verbeteren van de samenwerking en het delen van knowhow en kennisontwikkeling in de logistieke sector;

acties om logistieke diensten van hoge kwaliteit te leveren, gebaseerd op de korte vaart, die vergelijkbaar zijn met autosnelwegen en daarom „snelwegen van de zee” worden genoemd;

verkeersvermijdingsacties, waarbij de industrie en de logistieke systemen een actieve rol spelen in één coherente strategie die tot doel heeft duurzame werkwijzen tot stand te brengen.

In de meeste nieuwe lidstaten zijn de infrastructuurnetwerken op het vlak van vervoer nog niet aangepast aan de toegenomen handelsstromen ten gevolge van de uitbreiding; in dergelijke gevallen vormt intermodaal vervoer de beste oplossing. Marco Polo II, de voortzetting van het succesvolle Marco Polo I-programma, beschikt dus nog over een ruime marge voor verbetering.

De subsidies voor commerciële acties op de markt voor goederenvervoersdiensten verschillen van de in het kader van de programma’s voor onderzoek en ontwikkeling en het programma voor de trans-Europese netwerken verleende steun. Marco Polo II bevordert modal-shiftprojecten in alle segmenten van de goederenmarkt, niet alleen op het vlak van gecombineerd vervoer.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten of eventuele potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Een deel van het krediet zal worden gebruikt voor het herziene Marco Polo-programma en voor een specifiek programma voor de binnenvaart, waarbij rekening wordt gehouden met de milieubaten en specifieke kenmerken ervan en met de voordelen ervan voor kleine en middelgrote ondernemingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1692/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot instelling van het tweede Marco Polo-programma voor de toekenning van communautaire financiële bijstand om de milieuprestaties van het vrachtvervoerssysteem te verbeteren („Marco Polo II”) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1382/2003 (PB L 328 van 24.11.2006, blz. 1).

06 02 07   Voltooiing van het Marco Polo-programma

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 904 358

p.m.

5 000 000

0,—

8 447 499,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten of eventuele potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1382/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 2003 betreffende de toekenning van communautaire financiële bijstand om de milieuprestaties van het vrachtvervoersysteem te verbeteren („Marco Polo-programma”) (PB L 196 van 2.8.2003, blz. 1).

06 02 08   Europees Spoorwegbureau

06 02 08 01   Europees Spoorwegbureau — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

16 537 000

16 537 000

15 967 030

15 967 030

15 800 000,00

15 800 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van het Spoorwegbureau (titels 1 en 2).

Het Bureau stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Bureau is uiteengezet in het deel „Lijst van het aantal ambten” van Afdeling III — Commissie (Volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 881/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 tot oprichting van een Europees Spoorwegbureau (Spoorwegbureauverordening) (PB L 164 van 30.4.2004, blz. 1).

Richtlijn 2004/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake de veiligheid op de communautaire spoorwegen en tot wijziging van Richtlijn 95/18/EG van de Raad betreffende de verlening van vergunningen aan spoorwegondernemingen, en van Richtlijn 2001/14/EG van de Raad inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede inzake veiligheidscertificering (Spoorwegveiligheidsrichtlijn) (PB L 164 van 30.4.2004, blz. 44).

Richtlijn 2007/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 inzake de certificering van machinisten die locomotieven en treinen op het spoorwegsysteem van de Gemeenschap besturen (PB L 315 van 3.12.2007, blz. 51).

Richtlijn 2008/57/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Gemeenschap (PB L 191 van 18.7.2008, blz. 1).

06 02 08 02   Europees Spoorwegbureau — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 838 000

7 838 000

7 292 970

7 292 970

5 200 000,00

5 200 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Bureau met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Bureau stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 25 303 540 EUR. Aan het op de begroting opgevoerde bedrag van 24 375 000 EUR is een uit de terugvordering van overschotten afkomstig bedrag van 928 540 EUR toegevoegd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 881/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 tot oprichting van een Europees Spoorwegbureau (Spoorwegbureauverordening) (PB L 164 van 30.4.2004, blz. 1).

Richtlijn 2004/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake de veiligheid op de communautaire spoorwegen en tot wijziging van Richtlijn 95/18/EG van de Raad betreffende de verlening van vergunningen aan spoorwegondernemingen, en van Richtlijn 2001/14/EG van de Raad inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede inzake veiligheidscertificering (Spoorwegveiligheidsrichtlijn) (PB L 164 van 30.4.2004, blz. 44).

Richtlijn 2007/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 inzake de certificering van machinisten die locomotieven en treinen op het spoorwegsysteem van de Gemeenschap besturen (PB L 315 van 3.12.2007, blz. 51).

Richtlijn 2008/57/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Gemeenschap (PB L 191 van 18.7.2008, blz. 1).

06 02 11   Beveiliging van het vervoer

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 200 000

2 190 012

2 500 000

2 250 000

1 391 617,28

1 209 783,99

Toelichting

Oud artikel 06 07 01

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van de Commissie voor de verzameling en verwerking van alle mogelijke gegevens met het oog op de analyse, de omschrijving, de bevordering, de follow-up, de evaluatie en de tenuitvoerlegging van maatregelen en regelgeving die nodig zijn voor een versterkte beveiliging van het land-, zee- en luchtvervoer alsook voor de uitbreiding van deze maatregelen tot derde landen en voor de technische bijstand en specifieke opleidingsactiviteiten.

De actie zal vooral gericht zijn op de ontwikkeling en tenuitvoerlegging van regelgeving op het gebied van de beveiliging van het vervoer, met als voornaamste doelstellingen:

maatregelen om boze opzet op vervoersgebied te voorkomen, en met name wat het vervoer van gevaarlijke goederen en de infrastructuur betreft;

de harmonisatie van de wetgevingen en de technische normen alsook van de administratieve controlepraktijken met het oog op het waarborgen van de beveiliging van het vervoer;

de vaststelling van gemeenschappelijke indicatoren, methoden en doelstellingen met betrekking tot de beveiliging van de vervoerssector en de verzameling van de gegevens die daarvoor nodig zijn;

follow-up van de maatregelen van de lidstaten op het gebied van vervoersveiligheid, voor alle vervoersmodaliteiten;

internationale coördinatie op het gebied van vervoersveiligheid;

de bevordering van onderzoek op het gebied van de beveiliging van het vervoer.

Dit krediet dient ook ter dekking van de uitgaven voor de oprichting en het functioneren van een korps inspecteurs dat toezicht houdt op de beveiliging van luchthaven- en haveninstallaties in de lidstaten, en de uitbreiding daarvan in derde landen. Deze kosten omvatten de vergoedingen en reiskosten van de inspecteurs van de Commissie en de kosten van de inspecteurs uit de lidstaten die ten laste worden genomen overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van de uniale wetgevingen. Daarnaast zijn er met name de uitgaven van inspecteursopleidingen, voorbereidende vergaderingen en het voor de inspecties benodigde klein materieel.

Steun is met name nodig om specifieke oorzaken van ongevallen te bestrijden, zoals sneeuw en ijs die van het dak van een vrachtwagen vallen, en voor mobiele gezondheidszorg voor professionele vrachtwagenbestuurders ver van huis.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten (PB L 129 van 29.4.2004, blz. 6).

Richtlijn 2005/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende het verhogen van de veiligheid van havens (PB L 310 van 25.11.2005, blz. 28).

Verordening (EG) nr. 300/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van de beveiliging van de burgerluchtvaart en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2320/2002 (PB L 97 van 9.4.2008, blz. 72).

Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 13).

06 02 12   Proefproject — Veiligheid op het trans-Europese wegvervoersnetwerk

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 655 500

0,—

174 456,80

Toelichting

Oud artikel 06 07 02

Dit krediet dient ter financiering van eerdere verbintenissen voor een proefproject inzake veiligheid op het trans-Europese wegvervoersnetwerk, met onder meer de aanleg van bewaakte parkeerplaatsen voor vrachtwagens aan de belangrijkste routes voor het wegvervoer in heel Europa en een certificeringsmechanisme, bijvoorbeeld in de vorm van een „blauwe vlag” voor veilige parkeerplaatsen voor vrachtwagens.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

06 02 13   Voorbereidende actie — Bevordering van het grensoverschrijdende verkeer via de overgangen aan de buitengrenzen in het noordoosten van de Unie (uit het oogpunt van verkeersveiligheid en de veiligheid in het algemeen)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

230 000

1 000 000

0,—

0,—

Toelichting

Oud artikel 06 07 05

Dit krediet is bestemd voor de voorbereidende actie ter bevordering van de verkeersveiligheid en de veiligheid in het algemeen via de overgangen aan de buitengrenzen in het noordoosten van de Unie door het creëren van maximaal drie veilige parkeerplaatsen voor vrachtwagens met het oog op de verbetering van de verkeersveiligheid, de veiligheid van de chauffeurs en de ladingen, alsook het aanpakken van de milieu- en maatschappelijke problemen die veroorzaakt worden door lange files vrachtwagens aan grensovergangen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 06 03 —   TRANS-EUROPESE NETWERKEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

06 03

TRANS-EUROPESE NETWERKEN

06 03 01

Beëindiging van financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese vervoersnetwerk (TEN-T)

1.1

38 087 160

150 000 000

0,—

251 916 879,26

06 03 03

Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese vervoersnetwerk

1.1

1 178 200 000

771 264 988

998 846 000

725 000 000

927 890 764,60

570 930 141,97

06 03 05

Gemeenschappelijke onderneming SESAR

1.1

50 000 000

47 608 950

50 000 000

25 000 000

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 06 03 — Totaal

 

1 228 200 000

856 961 098

1 048 846 000

900 000 000

927 890 764,60

822 847 021,23

06 03 01   Beëindiging van financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese vervoersnetwerk (TEN-T)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

38 087 160

150 000 000

0,—

251 916 879,26

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen voor het TEN-T-programma.

Het dient ter dekking van de afwikkeling van de tot 31 december 2006 gedane vastleggingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2236/95 van de Raad van 18 september 1995 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van trans-Europese netwerken (PB L 228 van 23.9.1995, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 876/2002 van de Raad van 21 mei 2002 tot oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Galileo (PB L 138 van 28.5.2002, blz. 1).

Besluit nr. 661/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende uniale richtsnoeren voor de ontwikkeling van een trans-Europees vervoersnet (PB L 204 van 5.8.2010, blz. 1).

Referentiebesluiten

Beschikking C(2001) 2654 van de Commissie van 19 september 2001 tot instelling van een indicatief meerjarenprogramma voor het verlenen van communautaire financiële bijstand op het gebied van het trans-Europese vervoersnetwerk voor de periode 2001-2006.

06 03 03   Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese vervoersnetwerk

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 178 200 000

771 264 988

998 846 000

725 000 000

927 890 764,60

570 930 141,97

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven met betrekking tot de totstandbrenging en ontwikkeling van het trans-Europese vervoersnetwerk (TEN-T), hetgeen als een essentieel beleid voor de goede werking van de interne markt en voor de economische en sociale samenhang wordt beschouwd (artikelen 170, 171 en 172 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie). Deze bijdrage wordt verleend in de vorm van een medefinanciering van projecten van gemeenschappelijk belang die in Besluit nr. 661/2010/EU zijn aangegeven.

De volgende doelstellingen worden nagestreefd:

bijdragen tot de vaststelling van projecten van gemeenschappelijk belang door het aantal onduidelijke of tegenstrijdige bepalingen in verband met verklaringen van gemeenschappelijk belang en de bindende toepassing van de milieuwetgeving te beperken;

de verwezenlijking van projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese vervoersnetwerk door de lidstaten bespoedigen door de aandacht te richten op bestaande infrastructuur in TEN-T spoorprojecten op korte termijn, met name als reeds een begin is gemaakt met de uivoering van die projecten, ten einde de corridors levensvatbaarder en efficiënter te maken en niet eenvoudig te wachten op de uitvoering op lange termijn van zeer grote projecten in deze corridors;

de financiële hinderpalen te boven komen die zich tijdens de opstartfase van een project kunnen voordoen, en met name door middel van haalbaarheidsstudies;

het gebruik van particuliere financieringsbronnen voor projecten en publiek-private samenwerking te stimuleren;

zorgen voor betere financieringsplannen voor de projecten door zo weinig mogelijk een beroep te doen op openbare middelen, dankzij de soepelheid van de regels voor steunverlening;

voorbeelden selecteren van regionale grensoverschrijdende spoorverbindingen die zijn ontmanteld of opgegeven, waarbij de voorkeur uitgaat naar verbindingen die kunnen aansluiten op TEN-T.

Medefinanciering van de tenuitvoerlegging van het Europese beheersysteem voor spoorvervoer (European Rail Traffic Management — ERTMS) moet hoge prioriteit hebben.

Er moet speciale aandacht worden besteed aan grensoverschrijdende spoorwegprojecten die bijdragen aan betere verbindingen tussen oude en nieuwe lidstaten en aan de hereniging van Europa.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 680/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van de trans-Europese netwerken voor vervoer en energie (PB L 162 van 22.6.2007, blz. 1).

Besluit nr. 661/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende uniale richtsnoeren voor de ontwikkeling van een trans-Europees vervoersnet (PB L 204 van 5.8.2010, blz. 1).

Referentiebesluiten

Besluit C(2007) 6382 van de Commissie van 17 december 2007 betreffende de sluiting van een samenwerkingsovereenkomst tussen de Commissie en de Europese Investeringsbank met betrekking tot een leninggarantie-instrument voor TEN-T-vervoersprojecten.

06 03 05   Gemeenschappelijke onderneming SESAR

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

50 000 000

47 608 950

50 000 000

25 000 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van acties met het oog op de implementatie van de technologische component van het beleid inzake het Europese gemeenschappelijke luchtruim (SESAR).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 219/2007 van de Raad van 27 februari 2007 betreffende de oprichting van een gemeenschappelijke onderneming voor de realisering van het Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR) (PB L 64 van 2.3.2007, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 680/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van de trans-Europese netwerken voor vervoer en energie (PB L 162 van 22.6.2007, blz. 1).

Besluit nr. 661/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende uniale richtsnoeren voor de ontwikkeling van een trans-Europees vervoersnet (PB L 204 van 5.8.2010, blz. 1).

HOOFDSTUK 06 06 —   ONDERZOEK IN VERBAND MET VERVOER

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

06 06

ONDERZOEK IN VERBAND MET VERVOER

06 06 02

Onderzoek in verband met vervoer (inclusief luchtvaart)

06 06 02 01

Onderzoek in verband met vervoer (inclusief luchtvaart)

1.1

p.m.

7 807 868

36 062 154

19 106 500

46 665 100,75

31 470 626,44

06 06 02 02

Onderzoek in verband met vervoer (inclusief luchtvaart) — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (Fuel Cells and Hydrogen — FCH)

1.1

2 960 000

1 656 791

2 900 000

1 740 000

2 969 600,—

0,—

06 06 02 03

Gemeenschappelijke onderneming SESAR

1.1

58 600 000

47 608 950

53 700 000

40 000 000

52 736 000,—

13 552 000,—

 

Artikel 06 06 02 — Subtotaal

 

61 560 000

57 073 609

92 662 154

60 846 500

102 370 700,75

45 022 626,44

06 06 04

Kredieten afkomstig van de deelname van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

1 936 447,32

2 184 445,46

06 06 05

Afronding van voorgaande programma’s

06 06 05 01

Afronding van programma’s van vóór 2003

1.1

p.m.

780 780

25 614,06

2 545 711,04

06 06 05 02

Afronding van het zesde kaderprogramma (2003-2006) van de Europese Gemeenschap

1.1

7 046 125

25 245 000

101 672,48

30 147 130,44

 

Artikel 06 06 05 — Subtotaal

 

7 046 125

26 025 780

127 286,54

32 692 841,48

 

Hoofdstuk 06 06 — Totaal

 

61 560 000

64 119 734

92 662 154

86 872 280

104 434 434,61

79 899 913,38

Toelichting

Deze toelichting is van toepassing op alle begrotingslijnen van dit hoofdstuk.

Deze kredieten zullen worden gebruikt voor het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, dat de periode 2007-2013 bestrijkt.

Het kaderprogramma zal worden uitgevoerd met het oog op het bereiken van de algemene doelstellingen van artikel 179 VWEU en is bedoeld als bijdrage tot de totstandbrenging van een kennissamenleving, op basis van een Europese onderzoeksruimte; daarbij zal grensoverschrijdende samenwerking op alle niveaus binnen de Europese Unie worden ondersteund, zullen de dynamiek, de creativiteit en het niveau van het Europese onderzoek aan het front van de kennis worden opgevoerd, zal het menselijke kapitaal in de sector onderzoek en technologie in Europa kwantitatief en kwalitatief worden versterkt, zal de onderzoeks- en innovatiecapaciteit in heel Europa worden verhoogd en zal worden gezorgd voor een optimaal gebruik daarvan.

Onder deze artikelen en posten vallen tevens de uitgaven voor door de Commissie georganiseerde vergaderingen, conferenties, workshops en colloquia op hoogwetenschappelijk en -technologisch niveau en van Europees belang, en voor de financiering van analysen en beoordelingen van hoogwetenschappelijk en -technologisch niveau die in opdracht van de Unie worden uitgevoerd om nieuwe onderzoeksgebieden waarop maatregelen van de Unie gewenst zijn, te verkennen, en met name in het kader van de Europese onderzoeksruimte, alsmede de activiteiten voor de follow-up en de verspreiding van de programmaresultaten, met inbegrip van de activiteiten uit hoofde van de voorgaande kaderprogramma’s.

Deze kredieten dekken tevens de administratieve uitgaven, waaronder de uitgaven voor personeel, de uitgaven voor voorlichting en publicaties, administratieve en technische werkzaamheden en bepaalde andere uitgaven voor interne infrastructuur in verband met de verwezenlijking van de doelstelling van de activiteit waarop zij betrekking hebben, inclusief de acties en initiatieven die nodig zijn om de strategie van de Unie inzake onderzoek en technologische ontwikkeling uit te werken en op te volgen.

Voor sommige van deze projecten bestaat de mogelijkheid dat derde landen of instituten uit derde landen deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van wetenschappelijk en technisch onderzoek. Financiële bijdragen worden geboekt op de posten 6 0 1 3 en 6 0 1 5 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Ontvangsten van landen die zijn betrokken bij de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijke en technische onderzoek worden geboekt op post 6 0 1 6 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten of eventuele potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden opgevoerd op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten uit bijdragen van externe instanties aan activiteiten van de Unie worden geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

De extra kredieten zullen worden beschikbaar gesteld onder artikel 06 06 04.

06 06 02   Onderzoek in verband met vervoer (inclusief luchtvaart)

06 06 02 01   Onderzoek in verband met vervoer (inclusief luchtvaart)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

7 807 868

36 062 154

19 106 500

46 665 100,75

31 470 626,44

Toelichting

Oude post 06 06 02 01 (ten dele)

Deze onderzoeksmaatregelen moeten gericht zijn op het leveren van een bijdrage aan de overschakeling op het vervoer per spoor, het openbaar vervoer, niet gemotoriseerd vervoer (fietsen/lopen) en waterwegen, alsmede op de veiligheid van het vervoer. Zij moeten gebaseerd worden op een benadering gericht op interoperabiliteit, intermodaliteit, veiligheid en integratie van duurzame ontwikkeling in het vervoersonderzoek (artikel 11 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie).

Dit krediet dient ter dekking van acties die gericht zijn op:

de ontwikkeling van milieuvriendelijke en concurrerende vervoerssystemen en -middelen voor alle vervoerstakken (spoor, weg en binnenvaart) (ook intermodale duurzame mobiliteitketens, lopen-fietsen-openbaar/collectief vervoer-autodelen-carpooling in de context van stedelijke mobiliteit);

het besteden van extra aandacht aan onderzoek op het gebied van verkeersvermijding, beperking van de impact van het verkeer op de klimaatveranderingen, methoden voor de meer nauwkeurige berekening van de externe kosten van het verkeer, en maatregelen ter verbetering van de toegang van personen met beperkte mobiliteit tot de vervoermiddelen en de infrastructuur;

implementatie van de technologische component van het beleid inzake het Europese gemeenschappelijke luchtruim (SESAR), gecombineerd met de Clean Sky-projecten, met opneming van vermindering van brandstofverbruik en klimaatverandering door vliegtuigen, rekening houdend met de mogelijke gevolgen van waterdampslierten voor het klimaat;

het in evenwicht brengen en integreren van de onderscheiden vervoerstakken;

het veiliger, efficiënter en concurrerender maken van het spoor-, weg- en maritieme vervoer;

ondersteuning van het Europese duurzame vervoersbeleid, waarbij prioriteit wordt gegeven aan het halen van de uniale streefcijfers voor CO2 en olieverbruik van respectievelijk 20 % en 30 % voor 2020 in deze sector.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

06 06 02 02   Onderzoek in verband met vervoer (inclusief luchtvaart) — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (Fuel Cells and Hydrogen — FCH)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 960 000

1 656 791

2 900 000

1 740 000

2 969 600,00

0,—

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming FCH draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) en met name de thema’s „Energie”, „Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën”, „Milieu (met inbegrip van klimaatverandering)” en „Vervoer (met inbegrip van luchtvaart)” van het specifieke programma „Samenwerking”. Zij is belast met de volgende taken: ervoor zorgen dat Europa op wereldvlak een leiderspositie bekleedt en de marktdoorbraak van brandstofcel- en waterstoftechnologieën mogelijk te maken, waarbij men commerciële marktkrachten substantiële potentiële publieke voordelen laat aansturen; de gecoördineerde ondersteuning van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (OTO&D) in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen om markttekortkomingen te ondervangen, richt zich op de ontwikkeling van markttoepassingen en vergemakkelijkt daardoor extra industriële inspanningen voor een snelle toepassing van brandstofcel- en waterstoftechnologieën; de ondersteuning van de uitvoering van de prioriteiten op het vlak van OTO&D van het Joint Technology Initiative over brandstofcellen en waterstof, met name door het toekennen van subsidies na vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen; de stimulering van verhoogde publieke en private onderzoeksinvesteringen in brandstofcel- en waterstoftechnologieën in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 521/2008 van de Raad van 30 mei 2008 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (PB L 153 van 12.6.2008, blz. 1).

06 06 02 03   Gemeenschappelijke onderneming SESAR

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

58 600 000

47 608 950

53 700 000

40 000 000

52 736 000,00

13 552 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van acties met het oog op de implementatie van de technologische component van het beleid inzake het Europese gemeenschappelijke luchtruim (SESAR).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 219/2007 van de Raad van 27 februari 2007 betreffende de oprichting van een gemeenschappelijke onderneming voor de realisering van het Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR) (PB L 64 van 2.3.2007, blz. 1).

06 06 04   Kredieten afkomstig van de deelname van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

1 936 447,32

2 184 445,46

Toelichting

Oud artikel 06 06 04 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding kunnen geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

06 06 05   Afronding van voorgaande programma’s

06 06 05 01   Afronding van programma’s van vóór 2003

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

780 780

25 614,06

2 545 711,04

Toelichting

Oude post 06 06 05 01 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit 87/516/Euratom, EEG van de Raad van 28 september 1987 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1987-1991) (PB L 302 van 24.10.1987, blz. 1).

Besluit 90/221/Euratom, EEG van de Raad van 23 april 1990 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 117 van 8.5.1990, blz. 28).

Besluit 93/167/Euratom, EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot aanpassing van Besluit 90/221/Euratom, EEG betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 43).

Besluit nr. 1110/94/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 april 1994 betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 126 van 18.5.1994, blz. 1).

Besluit nr. 616/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 1996 tot aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 69).

Besluit nr. 2535/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 1 december 1997 tot tweede aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 347 van 18.12.1997, blz. 1).

Besluit nr. 182/1999/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 1).

06 06 05 02   Afronding van het zesde kaderprogramma (2003-2006) van de Europese Gemeenschap

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 046 125

25 245 000

101 672,48

30 147 130,44

Toelichting

Oude post 06 06 05 02 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1513/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, ter bevordering van de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte en van innovatie (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 1).

Beschikking 2002/834/EG van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling van een specifiek programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie: „Integratie en versterking van de Europese onderzoeksruimte” (2002-2006) (PB L 294 van 29.10.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL „MOBILITEIT EN VERVOER”

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL „MOBILITEIT EN VERVOER”

TITEL 07

MILIEU- EN KLIMAATMAATREGELEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

07 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MILIEU- EN KLIMAATMAATREGELEN”

93 845 213

93 845 213

90 128 504

90 128 504

90 162 181,74

90 162 181,74

Reserves (40 01 40)

44 853

44 853

164 898

164 898

 

 

 

93 890 066

93 890 066

90 293 402

90 293 402

90 162 181,74

90 162 181,74

07 02

MONDIALE MILIEUZAKEN

3 150 000

3 785 230

4 300 000

6 100 000

2 833 370,48

6 072 096,16

07 03

ONTWIKKELING EN UITVOERING VAN HET MILIEUBELEID EN DE MILIEUWETGEVING VAN DE UNIE

349 105 327

274 350 327

325 643 000

239 218 000

335 692 435,44

240 684 608,53

07 11

MONDIALE KLIMAATMAATREGELEN

850 000

809 352

700 000

955 000

678 095,93

748 427,83

07 12

UITVOERING VAN HET BELEID EN DE WETGEVING VAN DE UNIE INZAKE KLIMAATMAATREGELEN

17 600 000

15 000 000

10 970 000

9 000 000

9 082 417,85

6 185 048,31

07 13

MAINSTREAMING EN INNOVATIE INZAKE KLIMAATBELEID

6 000 000

2 500 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

15 000 000

5 000 000

 

 

 

6 000 000

2 500 000

15 000 000

5 000 000

 

 

 

Titel 07 — Totaal

470 550 540

390 290 122

431 741 504

345 401 504

438 448 501,44

343 852 362,57

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

44 853

44 853

15 164 898

5 164 898

 

 

 

470 595 393

390 334 975

446 906 402

350 566 402

438 448 501,44

343 852 362,57

HOOFDSTUK 07 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MILIEU- EN KLIMAATMAATREGELEN”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

07 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MILIEU- EN KLIMAATMAATREGELEN”

07 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Milieu- en klimaatmaatregelen”

5

59 013 025

58 751 220

58 143 143,38

Reserves (40 01 40)

 

44 853

164 898

 

 

 

59 057 878

58 916 118

58 143 143,38

07 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Milieu- en klimaatmaatregelen”

07 01 02 01

Extern personeel

5

6 363 683

5 444 113

5 652 939,76

07 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

6 292 416

6 336 791

6 537 950,79

 

Artikel 07 01 02 — Subtotaal

 

12 656 099

11 780 904

12 190 890,55

07 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Milieu en klimaatmaatregelen”

5

4 276 089

4 296 380

4 565 255,33

07 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Milieu- en klimaatmaatregelen”

07 01 04 01

Life + (Financieel instrument voor het milieu — 2007-2013) — Uitgaven voor administratief beheer

2

15 800 000

13 800 000

13 829 333,99

07 01 04 04

Bijdrage aan internationale activiteiten inzake milieu en klimaatverandering — Uitgaven voor administratief beheer

4

300 000

300 000

233 558,64

07 01 04 05

Uitvoering van het beleid en de wetgeving van de Unie inzake klimaatmaatregelen — Uitgaven voor administratief beheer

2

1 800 000

1 200 000

1 199 999,85

 

Artikel 07 01 04 — Subtotaal

 

17 900 000

15 300 000

15 262 892,48

 

Hoofdstuk 07 01 — Totaal

 

93 845 213

90 128 504

90 162 181,74

Reserves (40 01 40)

 

44 853

164 898

 

 

 

93 890 066

90 293 402

90 162 181,74

07 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Milieu- en klimaatmaatregelen”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

07 01 01

59 013 025

58 751 220

58 143 143,38

Reserves (40 01 40)

44 853

164 898

 

Totaal

59 057 878

58 916 118

58 143 143,38

07 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Milieu- en klimaatmaatregelen”

07 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 363 683

5 444 113

5 652 939,76

07 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 292 416

6 336 791

6 537 950,79

07 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Milieu en klimaatmaatregelen”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 276 089

4 296 380

4 565 255,33

07 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Milieu- en klimaatmaatregelen”

07 01 04 01   Life + (Financieel instrument voor het milieu — 2007-2013) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 800 000

13 800 000

13 829 333,99

Toelichting

Oude post 07 01 04 01 (gedeeltelijk)

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van de technische ondersteuning van de selectie, monitoring, beoordeling en audit van projecten in het kader van het Life +-programma (inclusief niet-gouvernementele organisaties) die steun krijgen via exploitatiesubsidies), alsook de monitoring, beoordeling en audit van lopende Life III-projecten;

uitgaven voor publicaties en activiteiten ter verspreiding van de resultaten en beste praktijken voortvloeiend uit Life- en Life +-projecten, waardoor de duurzaamheid daarvan wordt ondersteund, alsook vergaderingen van deskundigen en begunstigden van projecten (advies inzake projectbeheer, networking en het uitwisselen van resultaten en beste praktijken);

uitgaven voor de ontwikkeling, het onderhoud, de exploitatie en de ondersteuning van passende informatietechnologiesystemen voor communicatie, selectie, monitoring en rapportage in verband met projecten, en voor de verspreiding van de resultaten van projecten;

uitgaven voor de ontwikkeling, het onderhoud, de exploitatie en de ondersteuning (hardware, software en diensten) van informatietechnologiesystemen die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen van het programma, in het gemeenschappelijk belang van de Commissie en de begunstigden en belanghebbenden;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, beoordelingen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstellingen van het Life +-programma of onder deze post vallende maatregelen, alsmede uitgaven voor technische en administratieve bijstand (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie wordt uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie.

Eventuele ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, van kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 07 03 07.

07 01 04 04   Bijdrage aan internationale activiteiten inzake milieu en klimaatverandering — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

300 000

300 000

233 558,64

Rechtsgronden

Zie de artikelen 07 02 01.

07 01 04 05   Uitvoering van het beleid en de wetgeving van de Unie inzake klimaatmaatregelen — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 800 000

1 200 000

1 199 999,85

Toelichting

Oude post 07 01 04 01 (gedeeltelijk)

Dit krediet in het kader van het Life +-programma dient ter dekking van:

uitgaven voor ontwikkeling, exploitatie en ondersteuning (hardware, software en diensten) van informatietechnologiesystemen die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen van het Life +-programma op het gebied van klimaatactie, met name het onafhankelijke transactielogboek van de Gemeenschap, en informatietechnologiesystemen voor de tenuitvoerlegging van wetgeving ter bescherming van de ozonlaag;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, beoordelingen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstellingen van het Life +-programma of onder deze post vallende maatregelen op het gebied van klimaatactie, alsmede uitgaven voor technische en administratieve bijstand (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie wordt uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie.

Eventuele ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, van kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 07 12 01.

HOOFDSTUK 07 02 —   MONDIALE MILIEUZAKEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

07 02

MONDIALE MILIEUZAKEN

07 02 01

Bijdrage aan multilaterale en internationale activiteiten op milieugebied

4

2 150 000

2 047 185

2 300 000

2 300 000

1 833 370,48

2 505 606,20

07 02 02

Afronding van LIFE (Europees financieel instrument voor het milieu — 2000-2006) — Acties buiten het grondgebied van de Unie

4

238 045

1 000 000

0,—

3 066 489,96

07 02 03

Proefproject — Milieumonitoring van het Zwarte Zeebekken en een gemeenschappelijk Europees kaderprogramma voor de ontwikkeling van de Zwarte Zeeregio

4

500 000

p.m.

800 000

1 000 000,—

500 000,—

07 02 04

Voorbereidende actie — Milieumonitoring van het Zwarte Zeebekken en een gemeenschappelijk Europees kaderprogramma voor de ontwikkeling van de Zwarte Zeeregio

4

1 000 000

1 000 000

2 000 000

2 000 000

 

 

 

Hoofdstuk 07 02 — Totaal

 

3 150 000

3 785 230

4 300 000

6 100 000

2 833 370,48

6 072 096,16

07 02 01   Bijdrage aan multilaterale en internationale activiteiten op milieugebied

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 150 000

2 047 185

2 300 000

2 300 000

1 833 370,48

2 505 606,20

Toelichting

Oud artikel 07 02 01 (gedeeltelijk)

Dit krediet dient ter dekking van verplichte en vrijwillige bijdragen aan een aantal internationale conventies, protocollen en overeenkomst waarbij de Unie partij is, alsmede aan het voorbereidende werk met betrekking tot toekomstige internationale overeenkomsten waarbij de Unie betrokken is.

Rechtsgronden

Acties die worden uitgevoerd door de Commissie in het kader van de taken die voortvloeien uit haar prerogatieven op institutioneel niveau op grond van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en op grond van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Besluit 77/585/EEG van de Raad van 25 juli 1977 houdende sluiting van het Verdrag inzake de bescherming van de Middellandse Zee tegen verontreiniging alsmede van het Protocol inzake de voorkoming van verontreiniging van de Middellandse Zee door storten vanuit schepen en luchtvaartuigen (PB L 240 van 19.9.1977, blz. 1).

Besluit 81/462/EEG van de Raad van 11 juni 1981 met betrekking tot de sluiting van het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand (PB L 171 van 27.6.1981, blz. 11).

Besluit 82/72/EEG van de Raad van 3 december 1981 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake het behoud van wilde dieren en planten en hun natuurlijk milieu in Europa (PB L 38 van 10.2.1982, blz. 1).

Besluit 82/461/EEG van de Raad van 24 juni 1982 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake de bescherming van trekkende wilde diersoorten (PB L 210 van 19.7.1982, blz. 10) en daarmee samenhangende overeenkomsten.

Besluit 84/358/EEG van de Raad van 28 juni 1984 betreffende de sluiting van de Overeenkomst inzake samenwerking bij het bestrijden van verontreiniging van de Noordzee door olie en andere schadelijke stoffen (PB L 188 van 16.7.1984, blz. 7).

Besluit 86/277/EEG van de Raad van 12 juni 1986 betreffende de sluiting van het Protocol bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand aangaande de langlopende financiering van het programma voor samenwerking inzake de bewaking en evaluatie van het transport van luchtverontreinigende stoffen over lange afstand in Europa (PB L 181 van 4.7.1986, blz. 1).

Besluit 93/98/EEG van de Raad van 1 februari 1993 betreffende de sluiting namens de Gemeenschap van het Verdrag inzake de beheersing van de grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afvalstoffen en de verwijdering ervan (Verdrag van Bazel) (PB L 39 van 16.2.1993, blz. 1).

Besluit 93/550/EEG van de Raad van 20 oktober 1993 betreffende de sluiting van de Overeenkomst inzake samenwerking bij de bescherming van de kusten en het aquatische milieu van het Noordoost-Atlantische gebied tegen verontreiniging (PB L 267 van 28.10.1993, blz. 20).

Besluit 93/626/EEG van de Raad van 25 oktober 1993 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake biologische diversiteit (PB L 309 van 13.12.1993, blz. 1).

Besluit 94/156/EG van de Raad van 21 februari 1994 betreffende de toetreding van de Gemeenschap tot het Verdrag ter bescherming van het mariene milieu in het Oostzeegebied 1974 (Verdrag van Helsinki) (PB L 73 van 16.3.1994, blz. 1).

Beschikking van de Raad van 27 juni 1997 betreffende de sluiting namens de Gemeenschap van het Verdrag inzake milieueffectrapportage in grensoverschrijdend verband (ESPOO-verdrag) (voorstel PB C 104 van 24.4.1992, blz. 5; beschikking niet gepubliceerd).

Besluit 97/825/EG van de Raad van 24 november 1997 betreffende de sluiting namens de Gemeenschap van het Verdrag inzake samenwerking voor de bescherming en het duurzaam gebruik van de Donau (PB L 342 van 12.12.1997, blz. 18).

Besluit 98/216/EG van de Raad van 9 maart 1998 met betrekking tot de sluiting, namens de Gemeenschap, van het Verdrag van de Verenigde Naties ter bestrijding van woestijnvorming in de landen die te kampen hebben met ernstige droogte en/of woestijnvorming, in het bijzonder in Afrika (PB L 83 van 19.3.1998, blz. 1).

Besluit 98/249/EG van de Raad van 7 oktober 1997 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake de bescherming van het mariene milieu in het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (PB L 104 van 3.4.1998, blz. 1).

Besluit 98/685/EG van de Raad van 23 maart 1998 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake de grensoverschrijdende gevolgen van industriële ongevallen (PB L 326 van 3.12.1998, blz. 1).

Besluit 2000/706/EG van de Raad van 7 november 2000 betreffende de sluiting namens de Gemeenschap van het Verdrag inzake de bescherming van de Rijn (PB L 289 van 16.11.2000, blz. 30).

Besluit 2002/628/EG van de Raad van 25 juni 2002 inzake de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Protocol van Cartagena inzake bioveiligheid (PB L 201 van 31.7.2002, blz. 48).

Besluit 2003/106/EG van de Raad van 19 december 2002 inzake de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Verdrag van Rotterdam inzake de procedure met betrekking tot voorafgaande toestemming (PIC) ten aanzien van bepaalde chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel (PB L 63 van 6.3.2003, blz. 27).

Besluit 2004/259/EG van de Raad van 19 februari 2004 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Protocol inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand (PB L 81 van 19.3.2004, blz. 35).

Besluit 2005/370/EG van de Raad van 17 februari 2005 betreffende het sluiten, namens de Europese Gemeenschap, van het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden (PB L 124 van 17.5.2005, blz. 1).

Besluit 2006/61/EG van de Raad van 2 december 2005 inzake de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, van het VN-ECE-protocol betreffende registers inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen (PB L 32 van 4.2.2006, blz. 54).

Besluit 2006/507/EG van de Raad van 14 oktober 2004 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen (PB L 209 van 31.7.2006, blz. 1).

Besluit 2006/871/EG van de Raad van 18 juli 2005 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst ter instandhouding van de Afrikaanse en Euraziatische trekkende watervogels (PB L 345 van 8.12.2006, blz. 24).

Besluit 2010/655/EU van de Raad van 19 oktober 2010 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst inzake samenwerking bij de bescherming van de kusten en het aquatische milieu van het Noordoost-Atlantische gebied tegen verontreiniging (PB L 285 van 30.10.2010, blz. 1).

07 02 02   Afronding van LIFE (Europees financieel instrument voor het milieu — 2000-2006) — Acties buiten het grondgebied van de Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

238 045

1 000 000

0,—

3 066 489,96

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van financiële bijdragen aan de projecten inzake technische bijstand overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1655/2000 en heeft betrekking op de derde thematische component van Life III, te weten Life „Derde landen”. Met de betreffende acties wordt de totstandbrenging ondersteund van de noodzakelijke capaciteit en administratieve structuren op milieugebied in derde landen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1655/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2000 betreffende het financieringsinstrument voor het milieu (Life) (PB L 192 van 28.7.2000, blz. 1).

07 02 03   Proefproject — Milieumonitoring van het Zwarte Zeebekken en een gemeenschappelijk Europees kaderprogramma voor de ontwikkeling van de Zwarte Zeeregio

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

500 000

p.m.

800 000

1 000 000,00

500 000,00

Toelichting

Dit project dient ter bevordering van maatregelen voor een reguliere monitoring van de kwaliteit van het mariene en het kustmilieu, alsmede de bestrijding van de vervuiling in de Zwarte Zeeregio. De algemene doelstellingen zijn:

de verschaffing van een basis voor onderzoek en studies naar de vervuiling van het mariene en kustmilieu; studies naar de gevolgen van vervuiling voor de biodiversiteit en de werkgelegenheid die afhankelijk is van het mariene en kustmilieu;

ontwikkelen van nieuwe technologieën voor milieubescherming en snelle opruiming van vervuiling;

ontwerpen en doorvoeren van een geïntegreerd monitoringsysteem voor zee en kust in de regio;

oprichting van een netwerk van faciliteiten voor dynamische monitoring met remote sensing van het systeem „zee-kust-rivier”;

mensen opleiden voor en personeel voorbereiden op de feitelijke uitvoering van activiteiten in verband met monitoring.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 02 04   Voorbereidende actie — Milieumonitoring van het Zwarte Zeebekken en een gemeenschappelijk Europees kaderprogramma voor de ontwikkeling van de Zwarte Zeeregio

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

1 000 000

2 000 000

2 000 000

 

 

Toelichting

De actie dient ter bevordering van maatregelen om de vervuiling en de achteruitgang van de biodiversiteit in de Zwarte Zeeregio te bestrijden en de negatieve gevolgen van de aantasting van het milieu tegen te gaan.

De algemene doelstellingen zijn:

mensen opleiden voor en personeel voorbereiden op de feitelijke uitvoering van activiteiten in verband met monitoring;

onderzoek verrichten naar vervuiling en naar biodiversiteit van het mariene en kustmilieu;

nieuwe technologieën voor milieubescherming ontwikkelen;

een geïntegreerd systeem voor de bewaking van het mariene en kustmilieu in de regio ontwerpen en doorvoeren;

beschermde mariene gebieden afbakenen en efficiënt beheren;

bijdragen aan het waterbeheer in de regio, inclusief via innovatieve en kosteneffectieve methoden om de drinkwatervoorziening te verbeteren, in samenwerking met andere gebieden die met waterschaarste te kampen hebben, zoals het Middellandse Zeegebied.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 07 03 —   ONTWIKKELING EN UITVOERING VAN HET MILIEUBELEID EN DE MILIEUWETGEVING VAN DE UNIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

07 03

ONTWIKKELING EN UITVOERING VAN HET MILIEUBELEID EN DE MILIEUWETGEVING VAN DE UNIE

07 03 01

Afronding van de bescherming van de bossen

2

p.m.

p.m.

3 000 000

0,—

9 775 276,08

07 03 02

Afronding van het actieprogramma van de Unie ter ondersteuning van niet-gouvernementele organisaties die voornamelijk werkzaam zijn op het gebied van milieubescherming

2

p.m.

0,—

0,—

07 03 03

Afronding van Life III (Financieel instrument voor het milieu — 2000-2006) — Acties op het grondgebied van de Unie — Deel I (natuurbescherming)

2

21 000 000

15 000 000

0,—

24 231 327,59

07 03 04

Afronding van Life III (Financieel instrument voor het milieu — 2000-2006) — Acties op het grondgebied van de Unie — Deel II (milieubescherming)

2

8 500 000

15 000 000

17 660,—

17 056 362,47

07 03 05

Afwikkeling van de financiële instrumenten Life I (1991-1995) en Life II (1996-1999) — Projecten op het grondgebied van de Unie — Deel I (natuurbescherming) en deel II (milieubescherming)

2

0,—

0,—

07 03 06

Afronding van bewustmakings- en andere algemene activiteiten in verband met communautaire actieprogramma’s op milieugebied

2

125 000

300 000

0,—

1 394 951,22

07 03 07

Life + (Financieel Instrument voor het milieu — 2007-2013)

2

305 000 000

200 000 000

280 885 000

158 000 000

288 971 390,44

143 220 064,98

07 03 09

Bijdrage aan het Europees Milieuagentschap

07 03 09 01

Europees Milieuagentschap — Bijdrage aan titels 1 en 2

2

21 557 000

21 557 000

20 394 000

20 394 000

23 112 623,55

23 112 623,55

07 03 09 02

Europees Milieuagentschap — Bijdrage aan titel 3

2

13 548 327

13 548 327

14 864 000

15 024 000

18 090 966,45

18 090 966,45

 

Artikel 07 03 09 — Subtotaal

 

35 105 327

35 105 327

35 258 000

35 418 000

41 203 590,—

41 203 590,—

07 03 10

Voorbereidende actie — Natura 2000

2

160 000

400 000

0,—

820 762,90

07 03 11

Proefproject — Bescherming en instandhouding van de bossen

2

900 000

900 000

0,—

1 200 000,—

07 03 13

Voorbereidende actie — Een geïntegreerd systeem voor communicatie en risicobeheer in kustgebieden

2

p.m.

220 000

0,—

298 542,—

07 03 15

Proefproject — Handel in zwaveldioxide- en stikstofoxide-emissierechten in de Oostzeeregio

2

160 000

p.m.

960 000

2 000 000,—

640 000,—

07 03 16

Proefproject — Preventieve acties voor het tegengaan van verwoestijning in Europa

2

p.m.

800 000

1 500 000

1 500 000

999 795,—

29 938,50

07 03 17

Voorbereidende actie — Klimaat van het Karpatische bassin

2

p.m.

1 650 000

2 000 000

2 000 000

2 500 000,—

0,—

07 03 18

Proefproject — Recycling van oude schepen die niet voor visserij worden gebruikt

2

1 000 000

200 000

1 000 000

1 000 000

 

 

07 03 19

Proefproject — Economische verliezen als gevolg van grote hoeveelheden „niet-betaald water” (NRW — non-revenue water) in steden

2

p.m.

600 000

1 000 000

1 000 000

 

 

07 03 21

Proefproject — Certificering van koolstofarme landbouwpraktijken

2

p.m.

300 000

1 000 000

1 000 000

 

 

07 03 22

Proefproject — Complex onderzoek naar methoden om de verspreiding van ambrosia en pollenallergie tegen te gaan

2

p.m.

750 000

1 500 000

1 500 000

 

 

07 03 24

Proefproject — Een Europees terugbetalingsstelsel voor aluminium drankblikjes

2

p.m.

100 000

1 500 000

1 500 000

 

 

07 03 25

Afronding van de ontwikkeling van nieuwe beleidsinitiatieven

2

p.m.

520 000

0,—

813 792,79

07 03 26

Proefproject — Literatuuronderzoek naar de mogelijke gevolgen van de klimaatverandering voor beschermde drinkwatergebieden in de Unie en prioriteitsstelling met betrekking tot de verschillende typen van drinkwatervoorziening

2

500 000

250 000

 

 

 

 

07 03 27

Voorbereidende actie — BEST-regeling (Vrijwillige regeling voor diensten op het gebied van biodiversiteit en ecosystemen in landen en gebieden overzee en de ultraperifere regio’s van de Unie)

2

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

07 03 28

Proefproject — Recyclagecyclus van plastic en impact op het mariene milieu

2

1 000 000

500 000

 

 

 

 

07 03 29

Voorbereidende actie — Preventieve acties voor het tegengaan van verwoestijning in Europa

2

1 000 000

500 000

 

 

 

 

07 03 30

Proefproject — Ondersteuning van de instandhouding van de natuurlijke hulpbronnen en voor de bestrijding van de klimaatverandering door middel van een groter beroep op zonne-energie (zonnewarmte en fotovoltaïsch)

2

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

07 03 31

Proefproject — Vergelijkende studie van de drukfactoren en maatregelen binnen de belangrijkste stroomgebiedbeheersplannen in de Unie

2

1 500 000

750 000

 

 

 

 

07 03 60

Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving — Bijdrage voor programma’s onder rubriek 2

07 03 60 01

Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving — Bijdrage voor titels 1 en 2 van rubriek 2

2

p.m.

p.m.

 

 

 

 

07 03 60 02

Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving — Bijdrage voor titel 3 van rubriek 2

2

p.m.

p.m.

 

 

 

 

 

Artikel 07 03 60 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 07 03 — Totaal

 

349 105 327

274 350 327

325 643 000

239 218 000

335 692 435,44

240 684 608,53

07 03 01   Afronding van de bescherming van de bossen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

3 000 000

0,—

9 775 276,08

Toelichting

Dit krediet is bestemd ter dekking van betalingen voor nog openstaande vastleggingen van voorgaande jaren welke voortvloeien uit maatregelen en acties ter bewaking van de effecten van luchtverontreiniging op bossen, bewaking van bosbranden alsmede informatie- en gegevensvergaring over bosecosystemen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2152/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bewaking van bossen en milieu-interacties in de Gemeenschap (Forest Focus) (PB L 324 van 11.12.2003, blz. 1).

07 03 02   Afronding van het actieprogramma van de Unie ter ondersteuning van niet-gouvernementele organisaties die voornamelijk werkzaam zijn op het gebied van milieubescherming

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit artikel is bestemd ter dekking van betalingen voor nog openstaande vastleggingen van voorgaande jaren welke voortvloeien uit subsidies aan niet-gouvernementele organisaties die voornamelijk werkzaam zijn op het gebied van milieubescherming, als tegemoetkoming in hun algemene huishoudelijke uitgaven, jaarlijkse werkprogramma’s en projecten, teneinde bij te dragen tot de verdere ontwikkeling en uitvoering van het milieubeleid en de milieuwetgeving van de Unie en ter vergroting van de participatie van de burgermaatschappij in het milieudebat op Europees niveau.

Rechtsgronden

Besluit nr. 466/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 1 maart 2002 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter ondersteuning van niet-gouvernementele organisaties die voornamelijk werkzaam zijn op het gebied van milieubescherming (PB L 75 van 16.3.2002, blz. 1).

07 03 03   Afronding van Life III (Financieel instrument voor het milieu — 2000-2006) — Acties op het grondgebied van de Unie — Deel I (natuurbescherming)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 000 000

15 000 000

0,—

24 231 327,59

Toelichting

Dit krediet is bestemd ter dekking van betalingen voor nog openstaande vastleggingen van voorgaande jaren welke voortvloeien uit de algemene doelstellingen van het Life III-programma, onderdeel Natuurbescherming, met betrekking tot de bescherming van de natuur en met name acties gericht op het behoud van natuurlijke habitats en wilde dier- en plantensoorten, met inbegrip van natuurbehoudprojecten en in het bijzonder de ontwikkeling van het Europese „Natura 2000”-netwerk.

Rechtsgronden

Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (PB L 103 van 25.4.1979, blz. 1).

Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (PB L 206 van 22.7.1992, blz. 7).

Verordening (EG) nr. 1655/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2000 betreffende het financieringsinstrument voor het milieu (Life) (PB L 192 van 28.7.2000, blz. 1).

07 03 04   Afronding van Life III (Financieel instrument voor het milieu — 2000-2006) — Acties op het grondgebied van de Unie — Deel II (milieubescherming)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

8 500 000

15 000 000

17 660,00

17 056 362,47

Toelichting

Dit krediet is bestemd ter dekking van betalingen voor nog openstaande vastleggingen van voorgaande jaren welke voortvloeien uit de algemene doelstellingen van het Life III-programma, onderdeel Milieubescherming, met betrekking tot de ontwikkeling van innovatieve en geïntegreerde technieken en methoden voor de verdere ontwikkeling van het milieubeleid van de Unie alsook acties en studies die leiden tot een betere coördinatie van de grensoverschrijdende effecten van milieu- en weersomstandigheden op het landschap, de binnenwateren en watersystemen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1655/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2000 betreffende het financieringsinstrument voor het milieu (Life) (PB L 192 van 28.7.2000, blz. 1).

07 03 05   Afwikkeling van de financiële instrumenten Life I (1991-1995) en Life II (1996-1999) — Projecten op het grondgebied van de Unie — Deel I (natuurbescherming) en deel II (milieubescherming)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

0,—

0,—

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van betalingen voor nog openstaande vastleggingen van voorgaande jaren welke voortvloeien uit de algemene doelstellingen van Life I en Life II met betrekking tot de verdere ontwikkeling en uitvoering van het milieubeleid en de milieuwetgeving van de Gemeenschap en de bescherming van soorten en natuurlijke habitats.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1973/92 van de Raad van 21 mei 1992 inzake de oprichting van een financieel instrument voor het milieu (Life) (PB L 206 van 22.7.1992, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1404/96 van de Raad van 15 juli 1996 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1973/92 inzake de oprichting van een financieel instrument voor het milieu (Life) (PB L 181 van 20.7.1996, blz. 1).

07 03 06   Afronding van bewustmakings- en andere algemene activiteiten in verband met communautaire actieprogramma’s op milieugebied

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

125 000

300 000

0,—

1 394 951,22

Toelichting

Dit krediet is bestemd ter dekking van betalingen voor nog openstaande vastleggingen van voorgaande jaren welke voortvloeien uit acties van de Commissie ter uitvoering van de bestaande wetgeving alsook bewustmakings- en andere algemene acties op grond van het communautaire Milieuactieprogramma.

Deze acties omvatten subsidies voor projecten en dienstverleningscontracten, workshops en studiebijeenkomsten, alsmede de voorbereiding en productie van audiovisueel materiaal, evenementen, tentoonstellingen, persbezoeken, publicaties en verspreiding van informatie via andere activiteiten, onder meer via het internet.

Rechtsgronden

De acties worden door de Commissie uitgevoerd op grond van taken die resulteren uit haar prerogatieven op institutioneel niveau ingevolge het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en ingevolge artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Besluit nr. 1600/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 2002 tot vaststelling van het Zesde Milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap (PB L 242 van 10.9.2002, blz. 1).

07 03 07   Life + (Financieel Instrument voor het milieu — 2007-2013)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

305 000 000

200 000 000

280 885 000

158 000 000

288 971 390,44

143 220 064,98

Toelichting

Oud artikel 07 03 07 (gedeeltelijk)

Dit krediet dient deels ter dekking van de financiële ondersteuning van maatregelen en projecten die bijdragen tot de uitvoering, actualisering en ontwikkeling van het milieubeleid en de milieuwetgeving van de Unie, met inbegrip van de integratie van het milieuaspect in andere beleidstakken als bijdrage tot duurzame ontwikkeling. In het bijzonder dient het Life +-programma de uitvoering te ondersteunen van het Zesde Milieuactieprogramma, met inbegrip van de thematische strategieën, en maatregelen en projecten te financieren met een Europese toegevoegde waarde op drie prioritaire gebieden: natuur en biodiversiteit, milieubeleid en -governance, en informatie en communicatie.

Ten minste 78 % van de kredieten dient te worden gebruikt voor subsidies voor het uitvoeren van acties in het kader van projecten, waarvan ten minste 50 % voor projecten op het gebied van natuurbehoud en biodiversiteit. De te steunen projecten worden geselecteerd naar aanleiding van een uitnodiging tot het indienen van voorstellen. De gesteunde projecten moeten van belang voor de Unie zijn, technisch en financieel solide en haalbaar zijn en een goede prijs-kwaliteitverhouding bieden.

De projecten die steun genieten in de vorm van een subsidie voor het uitvoeren van acties, dienen aan een van de hierna genoemde criteria te voldoen om een Europese toegevoegde waarde te garanderen en te vermijden dat repeterende activiteiten worden gefinancierd:

„beste praktijk”- of demonstratieprojecten ter uitvoering van de Richtlijnen 79/409/EEG en 2009/147/EG of Richtlijn 92/43/EEG, of

innovatieve of demonstratieprojecten in verband met milieudoelstellingen van de Unie, m.i.v. de ontwikkeling of verspreiding van „beste praktijk”-technieken, knowhow of technologie, of

bewustmakingscampagnes en specifieke opleiding voor personeel dat betrokken is bij brandpreventieoperaties, of

projecten ten behoeve van de ontwikkeling en tenuitvoerlegging van doelstellingen van de Unie inzake breed georiënteerde, geharmoniseerde, veelomvattende langetermijnmonitoring van bossen en milieu-interacties.

De in het kader van Life + gesteunde maatregelen hebben onder meer betrekking op:

de ondersteuning van onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties zonder winstoogmerk die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling en uitvoering van het milieubeleid en de milieuwetgeving van de Unie;

de ondersteuning van de rol van de Commissie als gangmaakster van de ontwikkeling en tenuitvoerlegging van het milieubeleid d.m.v. studies en evaluaties, seminars en workshops met deskundigen en belanghebbenden, netwerken en computersystemen en het produceren, bekendmaken en verspreiden van informatie, m.i.v. evenementen, tentoonstellingen en soortgelijke bewustmakingsactiviteiten.

De in het kader van Life + gefinancierde projecten en maatregelen kunnen ten uitvoer worden gelegd via subsidies of gunningsprocedures en zij kunnen de volgende elementen behelzen:

studies, onderzoeken, modellering en het uitwerken van scenario’s;

bewaking, met inbegrip van de bewaking van bossen;

herbebossingsmaatregelen;

acties ter bestrijding van de vervuiling van de Middellandse Zee en van kusterosie;

ondersteuning van capaciteitsopbouw;

opleiding, workshops en vergaderingen, met inbegrip van de opleiding van functionarissen die deelnemen aan bosbrandpreventie-initiatieven;

vorming van netwerken en platforms voor goede praktijken;

informatie- en communicatieacties, met inbegrip van bewustmakingscampagnes, met name op het brede publiek gerichte bewustmakingscampagnes met betrekking tot bosbranden;

demonstraties van innovatieve beleidsbenaderingen, technologieën, methoden en instrumenten;

ondersteuning van de operationele activiteiten van niet-gouvernementele organisaties die zich hoofdzakelijk bezighouden met de bescherming en verbetering van het milieu op Europees niveau en die betrokken zijn bij de ontwikkeling en tenuitvoerlegging van het beleid en de wetgeving van de Unie;

ontwikkeling en onderhoud van netwerken, databanken en informatie- en computersystemen die rechtstreeks samenhangen met de uitvoering van het milieubeleid en de milieuwetgeving van de Unie, met name als zij de toegankelijkheid van milieu-informatie voor het publiek vergroten. De gedekte uitgaven omvatten de kosten van de ontwikkeling, het onderhoud, de exploitatie en de ondersteuning (hardware, software en diensten) van informatie- en communicatiesystemen. Zij omvatten ook de kosten van projectbeheer, kwaliteitscontrole, beveiliging, documentatie en opleiding in samenhang met de implementatie van deze systemen;

wat in het bijzonder het onderdeel natuur en biodiversiteit betreft: beheer van gebieden en soorten en gebiedsplanning, met inbegrip van de vergroting van de ecologische samenhang van het Natura 2000-netwerk, de bewaking van de behoudsstatus, met inbegrip van — maar niet beperkt tot — het instellen van procedures en structuren voor die bewaking, de ontwikkeling en uitvoering van instandhoudingsactieplannen voor soorten en habitats, de uitbreiding van het Natura 2000-netwerk met mariene gebieden en, in beperkte gevallen, de aankoop van land.

Er moet ook steun worden verleend voor de vernieuwing van installaties die zijn blootgesteld aan barre ecologische en klimatologische omstandigheden, om de voortzetting van de productie er op lange termijn te garanderen.

De Commissie moet verslag uitbrengen over het effect van projectgebonden mechanismen (CDM/JI) op gastlanden, vooral op hun ontwikkelingsdoelstellingen, overeenkomstig de eisen in Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap (PB L 275 van 25.10.2003, blz. 32).

Eventuele ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, van kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de programma’s van de Unie/Gemeenschap, die worden geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 614/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 betreffende het Financieringsinstrument voor het milieu (Life +) (PB L 149 van 9.6.2007, blz. 1).

07 03 09   Bijdrage aan het Europees Milieuagentschap

07 03 09 01   Europees Milieuagentschap — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 557 000

21 557 000

20 394 000

20 394 000

23 112 623,55

23 112 623,55

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke en de personeelsuitgaven van het Milieuagentschap (titels 1 en 2).

Indien het Milieuagentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen huishoudelijke en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Eventuele ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, van kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de EU/communautaire programma’s, die worden geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De eventuele ontvangsten voortvloeiende uit de deelneming van Zwitserland aan de EU/communautaire programma’s (geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten), kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 401/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake de oprichting van het Europees Milieuagentschap en het Europees milieuobservatie- en -informatienetwerk (gecodificeerde versie) (PB L 126 van 21.5.2009, blz. 13).

07 03 09 02   Europees Milieuagentschap — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 548 327

13 548 327

14 864 000

15 024 000

18 090 966,45

18 090 966,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een subsidie aan het Europees Milieuagentschap te Kopenhagen, dat als taak heeft de Unie en de lidstaten objectieve, betrouwbare en op Europees niveau vergelijkbare informatie over het milieu te verschaffen zodat de Unie en de lidstaten in staat zijn de maatregelen te nemen die noodzakelijk zijn om het milieu te beschermen, de resultaten van die maatregelen te evalueren en de bevolking voor te lichten.

De EER-strategie voor de periode 2009-2013 die door de Raad van Beheer op 26 november 2008 is vastgesteld, berust op drie hoofdactiviteiten:

blijvende ondersteuning van de informatiebehoeften die in Unie- en internationale milieuwetgeving, en met name in het Zesde Milieuactieprogramma zijn neergelegd;

sneller opstellen van beoordelingen over hoe en waarom het milieu verandert en of het milieubeleid, met inbegrip van het Zesde Milieuactieprogramma, de strategie voor duurzame ontwikkeling van de Europese Unie en beleid op verwante gebieden, doeltreffend is geweest;

verbetering van de coördinatie en de verspreiding van milieugegevens en -kennis in heel Europa.

Deze activiteiten worden verricht op vier projectgebieden:

milieuthema’s,

horizontale thema’s,

geïntegreerde milieubeoordeling,

informatiediensten en communicatie.

Elk van de behandelde thematische gebieden wordt beïnvloed door een aantal sociale en sectorale processen op gebieden zoals landbouw, chemische producten, energie, vervoer of landgebruik en ruimtelijke ordening, en moet in een bredere internationale context worden gezien.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Eventuele ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, van kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De eventuele ontvangsten voortvloeiende uit de deelneming van Zwitserland aan de EU/communautaire programma’s (geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten), kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Unie voor 2010 bedraagt in totaal 35 258 000 EUR, zonder terugvordering van overschotten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 401/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake de oprichting van het Europees Milieuagentschap en het Europees milieuobservatie- en -informatienetwerk (gecodificeerde versie) (PB L 126 van 21.5.2009, blz. 13).

07 03 10   Voorbereidende actie — Natura 2000

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

160 000

400 000

0,—

820 762,90

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van voorbereidende acties voor het beheer van het Natura 2000-netwerk (d.w.z. behoud van en toezicht op de biodiversiteit, herinvoering van dier- en plantensoorten, infrastructuur, compensaties voor landeigenaars), met inbegrip van proefprojecten, communicatie- en voorlichtingsacties, en de ontwikkeling van methoden en beheersmodellen voor gebieden met uiteenlopende eigenschappen en eigendomsstructuren.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 11   Proefproject — Bescherming en instandhouding van de bossen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

900 000

900 000

0,—

1 200 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige jaren zijn aangegaan en die betrekking hebben op maatregelen en acties inzake monitoring van de effecten van luchtverontreiniging op bossen, monitoring en preventie van bosbranden en het verzamelen van informatie en gegevens over bosecosystemen. De monitoringactiviteiten zullen gericht zijn op elementen met betrekking tot de bodem, de biodiversiteit en de rol van bossen als koolstofputten. Voor deze acties wordt gebruikgemaakt van subsidies, studie- en dienstverleningscontracten en financiële bijdragen in de kosten van door de lidstaten en plaatselijke besturen ingediende programma’s van activiteiten inzake:

de instandhouding en uitbreiding van het netwerk van waarnemingspunten waar gegevens over de bosecosystemen worden verzameld;

de instandhouding en uitbreiding van een informatiesysteem inzake bosbranden;

de bevordering van maatregelen ter voorkoming en bestrijding van bosbranden, en met name in risicogebieden, in aansluiting op de maatregelen die zijn voorzien in Verordening (EEG) nr. 2158/92 van de Raad van 23 juli 1992 betreffende de bescherming van de bossen in de Gemeenschap tegen brand (PB L 217 van 31.7.1992, blz. 3), verstreken op 31 december 2002;

de bevordering van de herbebossing in de door bosbranden geteisterde gebieden, in het bijzonder natuurparken en beschermde zones; daarbij moet rekening worden gehouden met de bioklimatologische en ecologische kenmerken en moeten soorten en variëteiten worden aangeplant die aangepast zijn aan de plaatselijke omstandigheden;

de bevordering en uitbreiding van het monitoringsysteem, de analyse van de vergaarde informatie en de ontwikkeling van een platform voor gegevensuitwisseling met en tussen de lidstaten en andere belanghebbenden;

steun voor herbebossingsprogramma’s in door bosbranden getroffen regio's;

het uitvoeren van een onderzoek naar de oorzaken en de gevolgen van de bosbranden, die vooral de laatste jaren een bijzonder ernstige impact hebben gehad op de Europese bosbouwsector;

de bevordering van adequate maatregelen ter voorkoming van bosbranden, zoals brandgangen, boswegen, toegangspunten, bluswatervoorzieningen en programma’s voor bosbeheer.

Het krediet kan ook dienen ter bekostiging van vergaderingen van deskundigen uit de lidstaten.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 13   Voorbereidende actie — Een geïntegreerd systeem voor communicatie en risicobeheer in kustgebieden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

220 000

0,—

298 542,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van een project voor de ontwikkeling en invoering van 1) een aanvullend participerend systeem voor communicatie in kustgebieden en 2) een coöperatief systeem voor bescherming tegen en beheer van risico's in kustgebieden voor lidstaten in de Baltische regio en in het bijzonder de Baltische landen zelf, die na 50 jaar van bezetting buiten het normale ontwikkelingsproces zijn geraakt en als gevolg daarvan qua ontwikkeling zijn achtergebleven bij de oudere lidstaten. Duurzame ontwikkeling van kustgebieden (inclusief geïntegreerde benaderingen) moet actief verder worden verbeterd en niet-traditionele innovaties moeten worden onderzocht en uitgewerkt, getest en verspreid, niet alleen met betrekking tot gevestigde implementatiemethoden, dat wil zeggen niet alleen verticaal en horizontaal over alle beheersniveaus, maar ook met specifieke aandacht voor de ontwikkeling van nieuwe methodologieën voor participerende communicatie en samenwerking, teneinde het bewustzijn aangaande kwesties met betrekking tot kustgebieden te verhogen en de ontwikkeling van praktijken voor alle belanghebbenden te stimuleren.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 15   Proefproject — Handel in zwaveldioxide- en stikstofoxide-emissierechten in de Oostzeeregio

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

160 000

p.m.

960 000

2 000 000,00

640 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van een proefproject dat bedoeld is om:

de uitstoot van zwaveldioxide (SO2) en stikstofoxide (NOx) in de Oostzeeregio te verminderen door een systeem voor de handel in zwavelemissierechten op te starten tussen landen die hieraan op vrijwillige basis deel willen nemen;

vervoer op te nemen in de onderzoeks- en voorbereidingswerkzaamheden van de Commissie met het oog op handel met op het land gebaseerde bronnen in aanvulling op de lopende werkzaamheden van de Commissie ter identificatie en definitie van de voorwaarden voor opname van een eventueel systeem voor de handel in SO2 en NOx in toekomstige wetgeving.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 16   Proefproject — Preventieve acties voor het tegengaan van verwoestijning in Europa

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

800 000

1 500 000

1 500 000

999 795,00

29 938,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een proefproject voor onderzoek, gegevensverzameling, beoordeling, bezoeken ter plaatse en monitoring, raadpleging en het opzetten van netwerken met het oog op het ontwikkelen van preventieve maatregelen om de verwoestijning in Europa een halt toe te roepen.

Diverse lidstaten hebben reeds maatregelen genomen op dit gebied, en dus zijn er talrijke voorbeelden voorhanden van goede en slechte praktijken, alsook interdisciplinaire studies en voorstellen die gebaseerd zijn op, maar niet beperkt tot, het beoordelen van de schade die veroorzaakt wordt door de hedendaagse intensieve landbouwpraktijken en door klimaatgerelateerde verschijnselen.

Volgens rapporten van het secretariaat van het VN-Verdrag ter bestrijding van woestijnvorming (UNCCD) hebben Portugal, Spanje, Italië, Griekenland, Malta, Letland, Hongarije, Roemenië, Turkije en Wit-Rusland, alsook andere Europese landen en regio’s, in de Unie of erbuiten, met dit ernstige ecologische en economische probleem te maken, en „business-as-usual”-scenario’s wijzen uit dat de landbouwproductiviteit in de komende jaren nog sterker zal krimpen, waardoor de veiligheid van de voedselvoorziening in het gedrang komt.

Bovendien leidt verwoestijning niet alleen tot verliezen op landbouwgebied, maar ook tot verlies van biodiversiteit, vermindering van de bodemvruchtbaarheid en van het waterhoudend vermogen van de bodem, toenemende erosie en vermindering van de CO2-afvang. Voorts komen er als gevolg van klimaatsveranderingen steeds vaker droogte en overstromingen voor en hebben deze verschijnselen steeds ernstiger gevolgen, waardoor de risico’s en de negatieve economische en sociale gevolgen van de verwoestijning nog groter worden. (zie paragraaf 17 van de resolutie van het Europees Parlement van 9 oktober 2008 over de aanpak van waterschaarste en droogte in de Europese Unie (PB C 9 E van 15.1.2010, blz. 33).

Het proefproject bestaat in:

uitwisseling van beste praktijken;

demonstratie van innovatieve beleidsbenaderingen, knowhow en nieuwe technologieën, methoden en instrumenten, bijvoorbeeld op het gebied van waterbescherming;

het opzetten van een monitoringsprogramma voor de beoordeling van vergaarde informatie en het opzetten van een platform dat bestemd is voor de uitwisseling van gegevens met en tussen lidstaten, kandidaat-landen, de westelijke Balkan en Europees Nabuurschapsbeleidlanden (ENB), en dat door andere belanghebbenden kan worden geraadpleegd;

bewustmakingscampagnes met en tussen lidstaten, kandidaat-landen, de westelijke Balkan en Europees Nabuurschapsbeleidlanden, alsook andere belanghebbenden die met dit ecologische en economische probleem kampen, met als doel bij te dragen tot de instandhouding van bodemflora en het vochtgehalte op en onder de grond op peil te houden, zodat de droogte afneemt en verwoestijning wordt tegengegaan;

het opzetten van concrete proefprojecten op plaatselijk niveau ter ondersteuning van innoverende plaatselijke maatregelen op het gebied van het behoud van regen- en oppervlaktewater.

Dit proefproject zou in de toekomst nog kunnen worden verbeterd en het probleem van de verwoestijning in heel Europa middels bilaterale of multilaterale overeenkomsten kunnen aanpakken.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 17   Voorbereidende actie — Klimaat van het Karpatische bassin

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 650 000

2 000 000

2 000 000

2 500 000,00

0,—

Toelichting

Dit project is in hoofdzaak gericht op het onderzoeken van de gedetailleerde weersgebonden en ruimtelijke structuur van de Karpaten en het Karpatenbekken met behulp van geïntegreerde of in ieder geval vergelijkbare methoden. De basisresultaten dragen bij aan studies naar de regionale klimatologische variabiliteit en veranderingen, alsmede van toegepaste klimatologie. Het klimaat van de regio is gedurende circa 90 jaar niet als geografische eenheid beschreven.

De nationale meteorologische meetnetwerken hanteren verschillende instrumenten en vaak ook verschillende regels. Een accurate klimatologische beschrijving van een regio moet gebaseerd zijn op grotere gebieden, maar kleinere landen kunnen niet model staan voor de weergave van het klimaat van aangrenzende regio's. Deze factoren maken een vergelijking van nationale kaarten onmogelijk. Bovendien beschikken sommige landen reeds over nationale klimaatatlassen, terwijl andere landen nog niet zo ver zijn. Het project verzamelt gegevens van metingen en van bestaande databanken. De volgende stap is de ontwikkeling van klimaatkaarten door middel van de uitwisseling van gegevens en informatie. Tegelijkertijd worden de kwaliteit van de gegevens en de standaardiseringsmethoden vergeleken. Er wordt voorgesteld een karteringsmethode te gebruiken die een uitgebreide uitwisseling van gegevens tussen landen overbodig maakt. Het project zal in de volgende fase worden uitgebreid tot de regio Zuidoost-Europa, in samenwerking met het parallelle project voor een klimaatatlas voor Zuidoost-Europa, dat werd voorafgegaan door de Zomerschool van 2007 voor de voorbereiding van de klimaatatlas, georganiseerd door de Hongaarse meteorologische dienst (http://www.met.hu/pages/seminars/seeera/index.htm).

Het klimaat van de Karpaten en het Karpatenbekken vormt essentiële informatie voor de weers- en klimaatvoorspellingen. Het project betreffende de Milieuvooruitzichten voor de Karpaten (onder auspiciën van UNEP, het milieuprogramma van de Verenigde Naties), de Donau (zevende Europese corridor) en het Karpatenbekken beslaat een groot deel van het betrokken stroomgebied. Het te produceren materiaal zullen gemeenschappelijke kaarten en vergelijkbare nationale klimatologische en meteorologische kaarten zijn, met de mogelijkheid om de omvang van het project te vergroten, alsmede een databank van gerasterde kaarten ten behoeve van andere toekomstige grote projecten.

Startdatum van het project: 1 januari 2009.

Einddatum van het project: 31 december 2010.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 18   Proefproject — Recycling van oude schepen die niet voor visserij worden gebruikt

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

200 000

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Dit proefproject is bedoeld om de acties ter bescherming van het milieu en voor het beheer van milieurisico's in kustgebieden op te voeren.

Het project heeft tot doel beste praktijken te stimuleren voor een duurzaam beheer van kustgebieden door middel van uitbreiding van bestaande niet-traditionele maatregelen in de sector en verkenning van de mogelijkheden voor nieuwe maatregelen, meer bekendheid te geven aan de behoeften van kustgebieden en te zorgen voor meer verantwoord optreden van de betrokken partijen.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van maatregelen van lidstaten en plaatselijke overheden met het oog op:

het opmaken van een inventaris van niet voor beroepsdoeleinden gebruikte vaartuigen en het in kaart brengen van de levenscyclus van dergelijke vaartuigen, welke materialen bij de bouw ervan gebruikt zijn en wat ermee gedaan wordt zodra zij buiten gebruik worden gesteld;

het bestuderen van mogelijkheden om regels in te voeren voor het verschroten van oude schepen en/of de procedure voor de ontmanteling ervan;

het recyclen van schepen en daarin gebruikte materialen — met name kunsthars en glasvezel — die verloren gaan als ze gedumpt worden op stortterreinen of de omgeving vervuilen als de schepen ongebruikt blijven liggen;

mogelijk hergebruik van recycleerbare materialen;

correct beheer van gevaarlijke afvalstoffen, met name brandstoffen, olie en zware metalen, die gedecontamineerd moeten worden;

het voeren van openbare voorlichtings- en bewustmakingscampagnes, het aanmoedigen van het publieke debat en het samenbrengen van ideeën over sociale en milieuthema’s in verband met duurzame ontwikkeling, met deelname van zowel zeevaartmaatschappijen als particuliere eigenaars.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 19   Proefproject — Economische verliezen als gevolg van grote hoeveelheden „niet-betaald water” (NRW — non-revenue water) in steden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

600 000

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Het project heeft als doel vast te stellen hoe groot de hoeveelheden „niet-betaald water” in de grotere steden in de hele Unie zijn en welke economische verliezen daarmee gepaard gaan. De voorgestelde doelstellingen kunnen als volgt worden samengevat:

evaluatie en raming van de hoeveelheden „niet-betaald water” in een aantal representatieve steden;

analyse van de gevolgen, de daarmee verbonden economische verliezen en het milieu-effect.

Startdatum van het project: 1 januari 2010.

Einddatum van het project: 31 december 2012.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 21   Proefproject — Certificering van koolstofarme landbouwpraktijken

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

300 000

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Dit proefproject heeft tot doel een certificeringsstelsel op te zetten voor koolstofarme landbouwpraktijken in de Unie. Het stelsel moet betrekking hebben op de hele landbouwsector en moet trachten alle belangrijke factoren die een rol spelen bij de koolstofuitstoot van landbouwactiviteiten in aanmerking te nemen, zoals het gebruik van meststoffen en andere productiemiddelen, de behandeling van afvalproducten, de productie van hernieuwbare energie, de ontwikkeling van koolstofputten en gebruikmaking van andere praktijken en technologieën die kunnen bijdragen tot het afremmen van de klimaatverandering. Om te zorgen dat dit stelsel op het hele grondgebied van de Unie relevant is, moet het in het kader van dit proefproject op te zetten certificeringsstelsel in de praktijk worden getest in een aantal landbouwgebieden in verschillende delen van de Unie.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 22   Proefproject — Complex onderzoek naar methoden om de verspreiding van ambrosia en pollenallergie tegen te gaan

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

750 000

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Dit project heeft tot doel de meest doeltreffende methode te vinden om de verspreiding van ambrosia tegen te aan en om pollenallergie te voorkomen en te behandelen, een en ander op basis van internationaal wetenschappelijk onderzoek en van het verzamelen en beoordelen van gegevens.

De doelstellingen van het project zijn voor de betrokken landen:

wetenschappelijk onderzoek verrichten naar de toepasbaarheid en doeltreffendheid van de verschillende methoden (mechanisch, biologisch, chemisch, enz.) om de verspreiding van ambrosia tegen te gaan;

de meest doeltreffende methode te ontwikkelen om de verspreiding van ambrosia tegen te gaan;

studies verrichten naar de impact van pollencontaminatie op de samenleving en de volksgezondheid, met bijzondere aandacht voor kinderen van minder dan tien jaar, een bevolkingsgroep die zwaar wordt getroffen door allergieën;

kosten en schade ramen die verband houden met de behandeling van patiënten met ambrosiagerelateerde allergieën en de daaraan verbonden complicaties (geneesmiddelen, ziekteverlof, inkomstenverlies enz.);

allergiepreventie- en -behandelingsmethoden ontwikkelen om het aantal allergische ziekten en de daaraan verbonden complicaties te verminderen;

een doeltreffend preventiemechanisme ontwikkelen dat ervoor moet zorgen dat de contaminatie zich niet uitbreidt tot lidstaten die tot nu toe niet betrokken zijn.

In diverse Europese landen is de verspreiding van ambrosia een reden tot algemene bezorgdheid vanwege de allergene eigenschappen van het stuifmeel ervan. De meest gecontamineerde gebieden bevinden zich in Frankrijk, Duitsland, Denemarken, Italië, Oostenrijk, Hongarije, Polen, Roemenië en Bulgarije. Aangezien in brede kringen wordt erkend dat het stuifmeel van ambrosia zich over de grenzen heen verspreidt, zijn uitroeicampagnes die tot bepaalde landen beperkt zijn, tot mislukken gedoemd en is pan-Europees optreden noodzakelijk.

Startdatum van het project: 1 januari 2010.

Einddatum van het project: 31 december 2011.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 24   Proefproject — Een Europees terugbetalingsstelsel voor aluminium drankblikjes

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

100 000

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Oud artikel 17 03 18

Dit proefproject heeft tot doel te onderzoeken hoe het terugbetalingsstelsel voor blikjes kan worden geharmoniseerd op Unie-niveau, of ten minste te zorgen voor verdere samenwerking tussen de lidstaten om het recyclen van blikjes te verzekeren.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 25   Afronding van de ontwikkeling van nieuwe beleidsinitiatieven

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

520 000

0,—

813 792,79

Toelichting

Oud artikel 07 05 01

Dit krediet is bestemd ter dekking van betalingen voor nog openstaande vastleggingen van voorgaande jaren die voortvloeien uit acties van de Commissie ter ontwikkeling van nieuwe beleidsinitiatieven, met inbegrip van bewustmakings- en andere algemene acties op grond van het communautaire Milieuactieprogramma.

Rechtsgronden

Acties die worden uitgevoerd door de Commissie in het kader van de taken die voortvloeien uit haar prerogatieven op institutioneel niveau op grond van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en op grond van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Besluit nr. 1600/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 2002 tot vaststelling van het Zesde Milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap (PB L 242 van 10.9.2002, blz. 1).

07 03 26   Proefproject — Literatuuronderzoek naar de mogelijke gevolgen van de klimaatverandering voor beschermde drinkwatergebieden in de Unie en prioriteitsstelling met betrekking tot de verschillende typen van drinkwatervoorziening

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

500 000

250 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Naam van het project: Literatuuronderzoek naar de mogelijke gevolgen van de klimaatverandering voor beschermde drinkwatergebieden in de Unie en prioriteitsstelling met betrekking tot de verschillende typen van drinkwatervoorziening

Begroting: 500 000 EUR

Startdatum van het project: 1 januari 2011

Einddatum van het project: 31 december 2011

Doel van het project:

De openbare drinkwatervoorziening op lange termijn kan, naar behoren rekening houdend met de klimaatverandering, worden veiliggesteld met gebruikmaking van kwetsbare waterreserves (bijvoorbeeld beschermde gebieden met oevergefiltreerd water en andere typen van beschermde drinkwatergebieden).

Een literatuuronderzoek naar de mogelijke gevolgen van de klimaatverandering voor beschermde drinkwatergebieden in de Unie zal een eerste stap zijn voor een verdere analyse, samen met resultaten van andere projecten, om in de toekomst met grotere zekerheid toekomstige strategische drinkwaterreserves te kunnen aanwijzen.

Korte beschrijving van het project:

Binnen het toepassingsgebied van het project wordt een literatuuronderzoek uitgevoerd naar de werkende en natuurlijke regeneratiemechanismen onder extreme klimaatomstandigheden van de watervoorraden die dienen voor de openbare drinkwatervoorziening (grondwater, oppervlaktewater, water in de karstlaag, oevergefiltreerd water) in de Unie. Het onderzoek naar de gevolgen van de klimaatverandering voor de verschillende typen van beschermde drinkwatergebieden zal de aanwijzing van prioritaire kwesties en gebieden omvatten. De resultaten van het literatuuronderzoek zullen worden vergeleken met de resultaten van andere projecten, bijvoorbeeld het project over de gevolgen van de klimaatverandering voor het Karpatengebied (voorbereidende actie inzake de klimaatverandering van het Karpatische bassin). Dit project heeft onder andere betrekking op de beoordeling van de gevoeligheid van drinkwaterbronnen en van installaties voor drinkwatervoorziening en -zuivering voor de impact van de klimaatverandering.

Einddoel is te zorgen voor veiligheid en de instandhouding van kwetsbare beschermde watergebieden op lange termijn te vrijwaren, om de openbare voorziening van gezond drinkwater veilig te stellen, ondanks de impact van klimaatveranderingscenario's.

Zonder analyse van de impact van de klimaatverandering ontberen de beveiligingsactiviteiten een grondslag en kunnen zij zelfs ongeschikt zijn om de veiligheid van de beschermde drinkwatergebieden te garanderen. In extreme gevallen kan dit leiden tot een ontoereikende drinkwatervoorziening voor de bevolking.

Aangezien de voorziening van gezond water wereldwijd een van de grootste uitdagingen is, krijgt Europa een concurrentievoordeel, als maatregelen worden gepland vóór de gevolgen van ongunstige ontwikkelingen merkbaar zijn.

Betrokken landen:

Alle landen waar de watervoorziening afkomstig is van kwetsbare beschermde waterwinningsgebieden (grondwater, oppervlaktewater, oevergefiltreerd water, water in de karstlaag), met name degene die gelegen zijn aan grote rivieren en in het middengebergte. Het gaat onder andere om:

Hongarije, Bulgarije, Roemenië, Slowakije, Slovenië, Servië, Polen, Italië, Oostenrijk en Duitsland.

Resultaat van het project:

Literatuuronderzoek naar de mogelijke gevolgen van de klimaatverandering voor verschillende typen beschermde drinkwatergebieden in de Unie.

Vaststelling van prioritaire kwesties en gebieden.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 27   Voorbereidende actie — BEST-regeling (Vrijwillige regeling voor diensten op het gebied van biodiversiteit en ecosystemen in landen en gebieden overzee en de ultraperifere regio’s van de Unie)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit krediet dient ter financiering van een programma ondersteund door de Raad, gericht op het behoud en een duurzaam gebruik van diensten op het gebied van biodiversiteit en ecosystemen in Europese landen en gebieden overzee, geïnspireerd door de ervaringen met Unieprogramma’s voor natuurbehoud zoals NATURA 2000, waar de meeste landen en gebieden overzee en ultraperifere regio’s van zijn uitgesloten.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 28   Proefproject — Recyclagecyclus van plastic en impact op het mariene milieu

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit krediet dient ter dekking van een proefproject om de doeltreffendheid van de recyclagecyclus van plastic op EU-niveau te beoordelen en de mogelijke hiaten erin op te sporen, met bijzondere nadruk op de impact op water en het mariene milieu. In het kader van dit proefproject kunnen ook grondige lokale of regionale beoordelingen, alsmede onderzoeken van kustgebieden worden uitgevoerd, om concrete uitdagingen, goede praktijken een aanbevelingen voor optreden te identificeren.

De beoordeling en het onderzoek in het kader van dit proefproject zijn dus bedoeld om technische hiaten en tekortkomingen in de recyclageketen van plastic in de Unie aan te wijzen, alsmede verbeteringen op wetgevingsgebied te suggereren, om de hoeveelheid plastic die van het land in het mariene milieu terechtkomt, te verminderen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 29   Voorbereidende actie — Preventieve acties voor het tegengaan van verwoestijning in Europa

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 30   Proefproject — Ondersteuning van de instandhouding van de natuurlijke hulpbronnen en voor de bestrijding van de klimaatverandering door middel van een groter beroep op zonne-energie (zonnewarmte en fotovoltaïsch)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit project heeft als algemene doelstelling het uitwerken van voorstellen voor de voorbereiding van toekomstige acties inzake investeringen in lidstaten in kleinschalige demonstratie-installaties voor verwarming, koeling en elektriciteit op zonne-energie. De specifieke doelstelling is de plaatsing van installaties in woningen in lidstaten en regio's waar geen of erg beperkte subsidies bestaan om het grote publiek diverse technologische opties en diverse mogelijkheden op het gebied van verwarming, koeling en opwekking van elektriciteit met zonne-energie te tonen. Aangezien het gaat om nieuwe technologie en de meerderheid van de bevolking van de Unie niet goed geïnformeerd is over de voordelen ervan, kunnen particuliere investeringen in installaties voor het gebruik van zonne-energie in woningen worden opgedreven door de bedoelde demonstratie-installaties dichter bij de verblijfplaats van de bevolking te bouwen.

Het project moet als resultaat hebben dat diverse installaties voor zonne-energie in woningen en wooncomplexen zijn gebouwd die bedoeld zijn om functioneel te zijn en te worden bezocht.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 31   Proefproject — Vergelijkende studie van de drukfactoren en maatregelen binnen de belangrijkste stroomgebiedbeheersplannen in de Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

750 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

De autoriteiten van de stroomgebieden stellen dat de stroomgebiedbeheerplannen in 2012 moeten worden uitgevoerd en in 2015 of later resultaten moeten opleveren. Een vergelijking van de drukfactoren en maatregelen binnen de belangrijkste stroomgebiedbeheersplannen is nodig, zodat het Europees Parlement inzicht kan krijgen in de verschillende benaderingen en het verband met andere beleidsterreinen.

Het project dient voor het bestuderen van de stroomgebiedbeheerplannen van de belangrijkste districten in de Unie, waarbij steeds dezelfde software wordt gebruikt om de drukfactoren (vervuiling, stroming) te vergelijken, alsmede de door de autoriteiten geformuleerde maatregelen om een goede status van de rivieren te herstellen. Het resultaat moet een pan-Europees inzicht zijn in de drukfactoren en problemen, ondersteund door een vergelijkbare geografische analyse, patronen van landgebruik en economische omstandigheden. Specifieke aandacht zal worden besteed aan: maatregelen ter bescherming van bronnen, drukfactoren in plattelands-, stedelijk en industrieel verband.

Betrokken landen: Landen aan de Donau en de Rijn, Spanje, Italië, het Verenigd Koninkrijk en Polen.

Resultaat van het project: een homogeen overzicht van de drukfactoren en oplossingen in de Unie op het gebied van waterbeheer.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 03 60   Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving — Bijdrage voor programma’s onder rubriek 2

07 03 60 01   Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving — Bijdrage voor titels 1 en 2 van rubriek 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Agentschap (titels 1 en 2) voor de activiteiten die verband houden met de uitvoering van de biocidenwetgeving. Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen en het gebruik van biociden (COM(2009) 267 definitief).

07 03 60 02   Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving — Bijdrage voor titel 3 van rubriek 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Agentschap (titel 3) voor de activiteiten die verband houden met de uitvoering van de biocidenwetgeving.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen en het gebruik van biociden (COM(2009) 267 definitief).

HOOFDSTUK 07 11 —   MONDIALE KLIMAATMAATREGELEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

07 11

MONDIALE KLIMAATMAATREGELEN

07 11 01

Bijdrage aan multilaterale en internationale klimaatovereenkomsten

4

850 000

809 352

700 000

955 000

678 095,93

748 427,83

 

Hoofdstuk 07 11 — Totaal

 

850 000

809 352

700 000

955 000

678 095,93

748 427,83

07 11 01   Bijdrage aan multilaterale en internationale klimaatovereenkomsten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

850 000

809 352

700 000

955 000

678 095,93

748 427,83

Toelichting

Oud artikel 07 02 01 (gedeeltelijk)

Dit krediet dient ter dekking van verplichte en vrijwillige bijdragen aan een aantal internationale conventies, protocollen en overeenkomsten waarbij de Unie partij is, alsmede aan het voorbereidende werk met betrekking tot toekomstige internationale overeenkomsten waarbij de Unie betrokken is.

Rechtsgronden

Besluit 88/540/EEG van de Raad van 14 oktober 1988 betreffende goedkeuring van het Verdrag van Wenen ter bescherming van de ozonlaag en van het Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken (PB L 297 van 31.10.1988, blz. 8).

Besluit 94/69/EG van de Raad 15 december 1993 betreffende de sluiting van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (PB L 33 van 7.2.1994, blz. 11).

Besluit 2002/358/EG van de Raad van 25 april 2002 betreffende de goedkeuring, namens de Europese Gemeenschap, van het Protocol van Kyoto bij het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering en de gezamenlijke nakoming van de in dat kader aangegane verplichtingen (PB L 130 van 15.5.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 07 12 —   UITVOERING VAN HET BELEID EN DE WETGEVING VAN DE UNIE INZAKE KLIMAATMAATREGELEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

07 12

UITVOERING VAN HET BELEID EN DE WETGEVING VAN DE UNIE INZAKE KLIMAATMAATREGELEN

07 12 01

Uitvoering van het beleid en de wetgeving van de Unie inzake klimaatmaatregelen

2

17 600 000

15 000 000

10 970 000

9 000 000

9 082 417,85

6 185 048,31

 

Hoofdstuk 07 12 — Totaal

 

17 600 000

15 000 000

10 970 000

9 000 000

9 082 417,85

6 185 048,31

07 12 01   Uitvoering van het beleid en de wetgeving van de Unie inzake klimaatmaatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 600 000

15 000 000

10 970 000

9 000 000

9 082 417,85

6 185 048,31

Toelichting

Oud artikel 07 03 07 (gedeeltelijk)

In het kader van het Life +-programma dient dit krediet ter dekking van maatregelen ter ondersteuning van de initiatiefrol van de Commissie bij de ontwikkeling en uitvoering van beleid en wetgeving op het gebied van klimaatactie, rekening houdende met de volgende prioriteiten:

tenuitvoerlegging van de verbintenissen van de Unie in het kader van het Protocol van Kyoto bij het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering en ontwikkeling van een post-2012 strategie en uitvoeringsprogramma;

aanpassing van de economie en de samenleving van de Unie aan de negatieve gevolgen van de klimaatverandering en verzachting van die gevolgen;

tenuitvoerlegging en gebruik van marktgerichte instrumenten, met name broeikasgasemissiehandel, teneinde een kostenefficiënte emissiereductie te bewerkstelligen in een post-2012 kader.

Dit krediet dient ter dekking van kosten voor de Commissie in verband met:

studies en evaluaties;

diensten die de tenuitvoerlegging en de integratie van milieubeleid en -wetgeving op het gebied van klimaatactie tot doel hebben;

seminars en workshops met deskundigen en belanghebbenden;

ontwikkeling en onderhoud van netwerken, databanken en informatie- en computersystemen die rechtstreeks samenhangen met de uitvoering van het klimaatbeleid en de klimaatwetgeving van de Unie, met name als zij de toegankelijkheid van milieu-informatie voor het publiek vergroten. De gedekte uitgaven omvatten de kosten van de ontwikkeling, het onderhoud, de exploitatie en de ondersteuning (hardware, software en diensten) van informatie- en communicatiesystemen, met name het onafhankelijke transactielogboek van de Gemeenschap en het bewakingssysteem voor de afbraak van de ozonlaag. Zij omvatten ook de kosten van projectbeheer, kwaliteitscontrole, beveiliging, documentatie en opleiding in samenhang met de implementatie van deze systemen;

het produceren, bekendmaken en verspreiden van informatie, met inbegrip van evenementen, tentoonstellingen en soortgelijke bewustmakingsactiviteiten.

De in het kader van Life + gefinancierde maatregelen kunnen ten uitvoer worden gelegd via subsidies of aanbestedingsprocedures.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 614/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 betreffende het financieringsinstrument voor het milieu (Life +) (PB L 149 van 9.6.2007, blz. 1).

HOOFDSTUK 07 13 —   MAINSTREAMING EN INNOVATIE INZAKE KLIMAATBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

07 13

MAINSTREAMING EN INNOVATIE INZAKE KLIMAATBELEID

07 13 01

Demonstratie van koolstofafvang en -opslag (CCS) en innovatieve hernieuwbare technologieën

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

07 13 02

Actieprogramma van de Unie ter bestrijding van klimaatverandering

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

15 000 000

5 000 000

 

 

 

 

p.m.

p.m.

15 000 000

5 000 000

 

 

07 13 03

Voorbereidende actie — Mainstreaming van klimaatmaatregelen en aanpassing aan klimaatverandering

2

5 000 000

2 000 000

 

 

 

 

07 13 04

Voorbereidende actie — Maritiem beleid

2

1 000 000

500 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 07 13 — Totaal

 

6 000 000

2 500 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

15 000 000

5 000 000

 

 

 

 

6 000 000

2 500 000

15 000 000

5 000 000

 

 

07 13 01   Demonstratie van koolstofafvang en -opslag (CCS) en innovatieve hernieuwbare technologieën

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Toelichting

Oud artikel 07 03 20

Dit krediet dient om een bijdrage te leveren aan de financiering van acties ter verzachting van de gevolgen van de klimaatverandering en om de nodige aanpassingen in de Unie door te voeren teneinde de doelstellingen die in december 2009 overeengekomen zijn op de klimaatconferentie in Kopenhagen te verwezenlijken.

Rechtsgronden

Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad (PB L 275 van 25.10.2003, blz. 32).

07 13 02   Actieprogramma van de Unie ter bestrijding van klimaatverandering

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

07 13 02

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

15 000 000

5 000 000

 

 

Totaal

p.m.

p.m.

15 000 000

5 000 000

 

 

Toelichting

Oud artikel 07 03 23

Dit krediet dient om een bijdrage te leveren aan de financiering van acties ter verzachting van de gevolgen van de klimaatverandering en om de nodige aanpassingen in de Unie door te voeren teneinde de doelstellingen die in december 2009 overeengekomen zijn op de klimaatconferentie in Kopenhagen te verwezenlijken.

07 13 03   Voorbereidende actie — Mainstreaming van klimaatmaatregelen en aanpassing aan klimaatverandering

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 000 000

2 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit krediet dient ter dekking van de werkzaamheden ter ondersteuning van het door de Unie ontwikkelde beleid met betrekking tot de mainstreaming van klimaatmaatregelen en de aanpassing aan de klimaatverandering, als basis voor effectbeoordelingen en voorbereiding van toekomstige beleidsbeslissingen.

Klimaatactie wordt een van de centrale pijlers van de Europa 2020-strategie. Wil de Unie haar klimaatdoelstellingen bereiken, dan moet de emissiereductie in de komende decennia fors worden opgevoerd in vergelijking met het voorbije decennium.

Om de omschakeling naar een koolstofarme, zuinige en klimaatbestendige economie te maken, zal ook op vele andere beleidsterreinen van de Unie (met name cohesie, landbouw, plattelandsontwikkeling, onderzoek en innovatie, vervoer en energie, buitenlands optreden enz.) klimaatactie moeten worden ondernomen, met name via mainstreaming en aanpassingsmaatregelen.

De voorbereidende actie dient derhalve studies en voorbereidende werkzaamheden te dekken die tot doel hebben:

vast te stellen welke structurele en technische aanpassingen nodig zijn om de omschakeling te kunnen maken naar een koolstofarme, zuinige en milieubestendige economie in 2050, met behulp van een routekaart en tussentijdse ijkpunten in 2030;

vast te stellen welke acties, strategieën en wettelijke instrumenten op Unie, nationaal en regionaal niveau moeten worden opgezet om de klimaatverandering en de gevolgen ervan te verzachten (bijvoorbeeld door de financiering van verbeteringen van de infrastructuur of productiemethoden in kwetsbare sectoren) en de door de Unie gestelde klimaatdoelstellingen te verwezenlijken;

innovatieve steunmechanismen op te zetten voor de ontwikkeling van aanpassingsbeleid en -strategieën met een koolstofarme insteek, met inbegrip van eventuele nieuwe financiële instrumenten, om ten volle profijt te trekken van de mogelijkheden van nieuwe technologieën, voor de beperking van verliezen ten gevolge van met het klimaat samenhangende gebeurtenissen, zoals ernstige droogte en overstromingen en extreme klimaatverschijnselen, en voor de ontwikkeling van de capaciteit van de Unie om rampen te voorkomen en te bestrijden.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

07 13 04   Voorbereidende actie — Maritiem beleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit krediet dient voor de financiering van de studies die nodig zijn om het stilaan tot stand komende maritieme beleid te onderbouwen met betrouwbare feiten en analyses, voor zover er leemten zijn en dit nodig is voor de effectbeoordeling en de voorbereiding van de toekomstige beleidsbeslissingen. Dit geldt met name voor sociaaleconomische en juridische aangelegenheden op maritiem gebied.

Tot dusver zijn drie horizontale gebieden aangewezen voor mogelijke toekomstige actie: „maritieme ruimtelijke ordening”, „convergentie en integratie van verzamelsystemen voor mariene gegevens” en „maritiem toezicht”.

Voorts dient dit krediet ter dekking van haalbaarheidsstudies die worden uitgevoerd met het oog op de opstelling van nieuwe voorstellen op deze gebieden.

Dit krediet is ook bestemd voor de bevordering van de diverse systemen voor monitoring van en toezicht op de zeeën, voor het verzamelen van wetenschappelijke gegevens over de zee en voor het verspreiden van netwerken en beste praktijken op het gebied van maritiem beleid en de economie van kustgebieden.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie als bedoeld in artikel 49, lid 6, onder b), van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL MILIEU

BELEIDSSTRATEGIE EN COÖRDINATIE VAN HET DIRECTORAAT-GENERAAL MILIEU

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL KLIMAATMAATREGELEN

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL KLIMAATMAATREGELEN

TITEL 08

ONDERZOEK

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERZOEK”

333 124 545

333 124 545

306 898 404

306 898 404

309 557 931,30

309 557 931,30

Reserves (40 01 40)

6 884

6 884

25 081

25 081

 

 

 

333 131 429

333 131 429

306 923 485

306 923 485

309 557 931,30

309 557 931,30

08 02

SAMENWERKING — GEZONDHEID

830 789 000

465 567 921

766 304 000

532 714 000

697 465 346,13

433 355 088,85

08 03

SAMENWERKING — VOEDING, LANDBOUW EN BIOTECHNOLOGIE

267 892 000

181 125 393

213 848 000

154 114 000

208 674 815,95

145 120 984,01

08 04

SAMENWERKING — NANOWETENSCHAPPEN, NANOTECHNOLOGIEËN, MATERIALEN EN NIEUWE PRODUCTIETECHNOLOGIEËN

452 444 000

262 572 880

413 278 000

280 411 000

431 005 280,05

296 046 341,42

08 05

SAMENWERKING — ENERGIE

157 410 000

114 947 049

150 436 000

119 534 000

150 738 699,56

120 792 601,34

08 06

SAMENWERKING — MILIEU (INCLUSIEF KLIMAATVERANDERING)

252 505 000

236 420 332

224 506 000

187 690 000

224 436 884,31

180 911 647,89

08 07

SAMENWERKING — VERVOER (INCLUSIEF LUCHTVAART)

414 351 000

428 450 080

358 780 000

328 222 000

350 348 610,06

341 034 468,05

08 08

SAMENWERKING — SOCIAALECONOMISCHE WETENSCHAPPEN EN GEESTESWETENSCHAPPEN

84 366 000

61 891 635

74 444 000

59 152 000

73 236 393,44

42 059 296,98

08 09

SAMENWERKING — RISICODELENDE FINANCIERINGSFACILITEIT (RDFF)

200 000 000

190 435 799

50 000 000

50 000 000

192 880 000,—

192 880 000,—

08 10

IDEEËN

1 298 731 000

714 134 248

1 098 000 000

536 009 000

843 398 100,92

227 337 831,80

08 12

CAPACITEITEN — ONDERZOEKSINFRASTRUCTUREN

156 304 000

200 909 768

212 392 000

95 000 000

192 199 131,13

158 749 147,13

08 13

CAPACITEITEN — ONDERZOEK TEN BEHOEVE VAN KLEINE EN MIDDELGROTE ONDERNEMINGEN (KMO’S)

223 099 000

173 296 578

153 354 000

97 791 000

128 341 248,80

119 687 501,96

08 14

CAPACITEITEN — KENNISREGIO'S

18 856 000

16 192 756

16 957 000

13 835 000

16 463 872,—

20 152 320,—

08 15

CAPACITEITEN — ONDERZOEKSPOTENTIEEL

63 802 000

51 589 058

31 287 000

23 888 000

30 561 280,—

48 087 706,—

08 16

CAPACITEITEN — WETENSCHAP IN DE MAATSCHAPPIJ

44 798 000

30 469 728

50 203 000

29 000 000

34 233 987,—

28 914 911,45

08 17

CAPACITEITEN — INTERNATIONALE SAMENWERKINGSACTIVITEITEN

28 265 000

19 043 580

18 035 000

16 969 000

17 571 840,—

12 310 848,—

08 18

CAPACITEITEN — RISICODELENDE FINANCIERINGSFACILITEIT (RDFF)

50 000 000

47 608 950

30 000 000

30 000 000

32 256 000,—

32 256 000,—

08 19

CAPACITEITEN — ONDERSTEUNING VAN DE COHERENTE ONTWIKKELING VAN HET ONDERZOEKSBELEID

9 804 000

5 713 074

2 600 000

7 476 000

9 998 138,—

5 890 959,48

08 20

EURATOM — FUSIE-ENERGIE

396 090 000

235 092 994

384 274 000

231 700 000

378 888 000,—

245 000 000,—

08 21

EURATOM — KERNSPLIJTING EN STRALINGSBESCHERMING

52 000 000

24 280 564

50 259 000

22 235 000

49 255 000,—

21 503 263,80

08 22

AFRONDING VAN VOORGAANDE KADERPROGRAMMA’S EN ANDERE ACTIVITEITEN

p.m.

324 216 948

p.m.

729 601 000

117 149 977,88

1 395 380 059,50

08 23

ONDERZOEKSPROGRAMMA VAN HET FONDS VOOR ONDERZOEK INZAKE KOLEN EN STAAL

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

46 115 017,—

51 529 746,59

 

Titel 08 — Totaal

5 334 630 545

4 117 083 880

4 605 855 404

3 852 239 404

4 534 775 553,53

4 428 558 655,55

Reserves (40 01 40)

6 884

6 884

25 081

25 081

 

 

 

5 334 637 429

4 117 090 764

4 605 880 485

3 852 264 485

4 534 775 553,53

4 428 558 655,55

Toelichting

Deze toelichting is van toepassing op alle begrotingslijnen van deze titel (uitgezonderd hoofdstuk 08 22).

Deze kredieten worden gebruikt overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1) en Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

Op alle kredieten van deze titel is dezelfde definitie van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s) van toepassing als wordt gebruikt in de horizontale specifieke programma’s voor kmo’s binnen hetzelfde kaderprogramma. Deze definitie luidt als volgt: „Een midden- en kleinbedrijf dat in aanmerking komt, is een juridische entiteit die voldoet aan de definitie van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s) van Aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie, en geen onderzoekscentrum, onderzoeksinstituut, organisatie die contractonderzoek verricht of consultantsbedrijf is”. Alle onderzoeksactiviteiten die worden verricht krachtens het zevende kaderprogramma, worden uitgevoerd in overeenstemming met fundamentele ethische beginselen (overeenkomstig artikel 6, lid 1, van Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1), en vereisten inzake dierenwelzijn. Deze omvatten met name de beginselen die zijn vastgelegd in artikel 6 van het Verdrag betreffende de Europese Unie en in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Voorts wordt in het bijzonder rekening gehouden met de noodzaak van het opvoeren van de inspanningen ter versterking van de participatie en de rol van vrouwen in wetenschap en onderzoek.

Onder deze artikelen en posten vallen ook de uitgaven voor vergaderingen, conferenties, workshops en seminars van hoog wetenschappelijk of technologisch niveau en van Europees belang die door de Commissie worden georganiseerd, de financiering van studies, subsidies, follow-up en evaluatie van de specifieke programma’s en de kaderprogramma’s en analysen en evaluaties van hoog wetenschappelijk of technologisch niveau die voor de Unie worden uitgevoerd om nieuwe onderzoeksgebieden te verkennen die in aanmerking komen voor uniale actie, en met name in het kader van de Europese onderzoeksruimte alsmede acties in verband met de follow-up en de verspreiding van resultaten van de programma’s, waaronder die van acties die onder de eerdere kaderprogramma 's zijn uitgevoerd.

Deze kredieten dienen tevens ter dekking van de administratieve uitgaven, waaronder de uitgaven voor statutair en ander personeel, de uitgaven voor informatie en publicaties, de administratieve en technische huishoudelijke uitgaven en een aantal andere uitgaven voor interne infrastructuur die betrekking hebben op de verwezenlijking van de doelstelling van de actie waarvoor zij worden gedaan, waaronder uitgaven voor de acties en initiatieven die nodig zijn voor het opstellen en opvolgen van de strategie van de Unie inzake onderzoek, technologische ontwikkeling, en demonstratie (OTD).

Ontvangsten die voortvloeien uit samenwerkingsovereenkomsten tussen de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en Zwitserland of de multilaterale European Fusion Development Agreement (EFDA) worden geboekt onder de posten 6 0 1 1 en 6 0 1 2 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Voor sommige van deze projecten bestaat de mogelijkheid dat derde landen of organisaties uit derde landen deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van wetenschappelijk en technisch onderzoek. Financiële bijdragen worden geboekt onder de posten 6 0 1 3 en 6 0 1 5 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Ontvangsten van landen die betrokken zijn bij de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijke en technische onderzoek worden geboekt onder post 6 0 1 6 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Eventuele ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten uit de bijdrage van externe instellingen aan uniale/communautaire activiteiten worden geboekt onder post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

De extra kredieten zullen worden opgevoerd onder artikel 08 22 04.

Teneinde in staat te zijn het doel van 15 % kmo-participatie in met dit krediet gefinancierde projecten te halen, zoals vastgelegd in Besluit nr. 1982/2006/EG, zijn meer specifieke acties noodzakelijk. Projecten die zijn goedgekeurd in het kader van de specifieke kmo-programma’s dienen in aanmerking te kunnen komen voor financiering uit hoofde van het thematische programma wanneer zij voldoen aan de noodzakelijke (thematische) vereisten.

HOOFDSTUK 08 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERZOEK”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

08 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERZOEK”

08 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Onderzoek”

5

9 056 454

8 936 270

9 088 015,58

Reserves (40 01 40)

 

6 884

25 081

 

 

 

9 063 338

8 961 351

9 088 015,58

08 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Onderzoek”

08 01 02 01

Extern personeel

5

219 017

211 392

153 691,66

08 01 02 11

Overige beheersuitgaven

5

440 843

478 248

618 399,78

 

Artikel 08 01 02 — Subtotaal

 

659 860

689 640

772 091,44

08 01 03

Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Onderzoek”

5

656 231

653 494

713 734,56

08 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Onderzoek”

08 01 04 30

Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad (ERCEA)

1.1

35 115 000

32 110 000

19 189 347,31

08 01 04 31

Uitvoerend Agentschap Onderzoek (REA)

1.1

37 602 000

31 993 000

21 615 225,—

08 01 04 40

Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER — Fusie voor energie (F4E) — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

35 900 000

30 900 000

37 035 074,56

 

Artikel 08 01 04 — Subtotaal

 

108 617 000

95 003 000

77 839 646,87

08 01 05

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Onderzoek”

08 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

1.1

125 098 000

127 161 000

130 070 749,—

08 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

1.1

27 167 000

33 899 000

29 032 665,83

08 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

1.1

61 870 000

40 556 000

62 041 028,02

 

Artikel 08 01 05 — Subtotaal

 

214 135 000

201 616 000

221 144 442,85

 

Hoofdstuk 08 01 — Totaal

 

333 124 545

306 898 404

309 557 931,30

Reserves (40 01 40)

 

6 884

25 081

 

 

 

333 131 429

306 923 485

309 557 931,30

08 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Onderzoek”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

08 01 01

9 056 454

8 936 270

9 088 015,58

Reserves (40 01 40)

6 884

25 081

 

Totaal

9 063 338

8 961 351

9 088 015,58

08 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Onderzoek”

08 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

219 017

211 392

153 691,66

08 01 02 11   Overige beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

440 843

478 248

618 399,78

08 01 03   Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Onderzoek”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

656 231

653 494

713 734,56

08 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Onderzoek”

08 01 04 30   Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad (ERCEA)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

35 115 000

32 110 000

19 189 347,31

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van het Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad voor de opdracht die het Agentschap vervult bij het beheer van het specifieke programma „Ideeën” op het gebied van grensverleggend onderzoek.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De personeelsformatie van het Agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/972/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Capaciteiten tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 243).

Referentiebesluiten

Besluit 2008/37/EG van de Commissie van 14 december 2007 tot oprichting, ingevolge Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad, van het „Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad” voor het beheer van het communautaire specifieke programma „Ideeën” op het gebied van grensverleggend onderzoek (PB L 9 van 12.1.2008, blz. 15).

08 01 04 31   Uitvoerend Agentschap Onderzoek (REA)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

37 602 000

31 993 000

21 615 225,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van het Uitvoerend Agentschap Onderzoek voor de opdracht die het Agentschap vervult bij het beheer van de specifieke programma’s „Mensen”, „Capaciteiten” en „Samenwerking” inzake onderzoek.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De personeelsformatie van het Agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Beschikking 2006/973/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Mensen” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 272).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

Referentiebesluiten

Besluit 2008/46/EG van de Commissie van 14 december 2007 tot oprichting, ingevolge Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad, van het Uitvoerend Agentschap Onderzoek voor het beheer van bepaalde gebieden van de communautaire specifieke programma’s Mensen, Capaciteiten en Samenwerking inzake onderzoek (PB L 11 van 15.1.2008, blz. 9).

08 01 04 40   Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER — Fusie voor energie (F4E) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

35 900 000

30 900 000

37 035 074,56

Toelichting

Door middel van kernfusie zou een bijna onbeperkte hoeveelheid schone energie kunnen worden opgewekt, waarbij ITER de onontbeerlijke volgende stap in het proces naar dit uiteindelijke doel vormt. Hiertoe werd, in de vorm van een gemeenschappelijke onderneming, de Europese Organisatie voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie opgericht. Deze Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie (fusie voor energie) heeft de volgende taken:

a)

het leveren van de bijdrage van Euratom aan de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie;

b)

het leveren van de bijdrage van Euratom aan de activiteiten in het kader van de bredere aanpak met Japan voor de snelle verwezenlijking van fusie-energie;

c)

het uitvoeren van een programma van activiteiten ter voorbereiding van de bouw van een demonstratiefusiereactor en gerelateerde faciliteiten inclusief de International Fusion Materials Irradiation Facility (IFMIF).

Rechtsgronden

Besluit van de Raad van 25 september 2006 betreffende de sluiting door de Commissie van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project, van de regeling inzake de voorlopige toepassing van deze Overeenkomst, alsmede van de Overeenkomst inzake de voorrechten en immuniteiten van de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project.

Beschikking 2006/943/Euratom van de Commissie van 17 november 2006 inzake de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project en van de Overeenkomst inzake de voorrechten en immuniteiten van de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project (PB L 358 van 16.12.2006, blz. 60).

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60).

Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/976/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 404).

Beschikking 2007/198/Euratom van de Raad van 27 maart 2007 tot oprichting van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie van gunsten daaraan (PB L 90 van 30.3.2007, blz. 58).

08 01 05   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Onderzoek”

08 01 05 01   Uitgaven voor onderzoekspersoneel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

125 098 000

127 161 000

130 070 749,00

Toelichting

Oude post 08 01 05 01 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

08 01 05 02   Extern personeel voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

27 167 000

33 899 000

29 032 665,83

Toelichting

Oude post 08 01 05 02 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

08 01 05 03   Overige beheersuitgaven voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

61 870 000

40 556 000

62 041 028,02

Toelichting

Oude post 08 01 05 03 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

HOOFDSTUK 08 02 —   SAMENWERKING — GEZONDHEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 02

SAMENWERKING — GEZONDHEID

08 02 01

Samenwerking — Gezondheid

1.1

670 789 000

447 524 129

665 884 000

450 158 000

615 546 880,—

351 633 330,61

08 02 02

Samenwerking — Gezondheid — Gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen

1.1

155 400 000

14 282 685

96 220 000

77 000 000

78 643 200,—

78 643 200,—

08 02 03

Samenwerking — Gezondheid — Ondersteuningsuitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen

1.1

4 600 000

3 761 107

4 200 000

5 556 000

3 275 266,13

3 078 558,24

 

Hoofdstuk 08 02 — Totaal

 

830 789 000

465 567 921

766 304 000

532 714 000

697 465 346,13

433 355 088,85

08 02 01   Samenwerking — Gezondheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

670 789 000

447 524 129

665 884 000

450 158 000

615 546 880,00

351 633 330,61

Toelichting

De acties op het gebied van gezondheid beogen de verbetering van de gezondheid van de burgers van Europa en de opvoering van het concurrentievermogen van Europese industrieën en bedrijven in de gezondheidssector, waarbij tevens aandacht wordt besteed aan mondiale gezondheidsaspecten zoals opkomende epidemieën De nadruk zal liggen op translationeel onderzoek (omzetting van fundamentele ontdekkingen in klinische toepassingen), de ontwikkeling en validering van nieuwe therapieën, methoden voor gezondheidsbevordering en ziektepreventie, en diagnose-instrumenten en -technologieën, alsmede duurzame en efficiënte gezondheidszorgstelsels. Er zal speciale aandacht worden besteed aan de communicatie van onderzoeksresultaten en het voeren van een dialoog met het maatschappelijke middenveld, met name met patiëntenverenigingen, in een zo vroeg mogelijk stadium van nieuwe ontwikkelingen die uit biomedisch en genetisch onderzoek voortvloeien.

Financiering van klinisch onderzoek naar tal van ziekten (bv. hiv/aids, malaria, tuberculose, nieuwe of weer verschijnende pandemieën, kanker, hart- en vaatziekten, diabetes en andere chronische ziekten (bv. artritis, reumatische ziekten en spier- en skeletziekten alsook ademhalingsziekten), zeldzame ziekten en neurodegeneratieve ziekten) is mogelijk.

Een aanzienlijk deel van de kredieten zou moeten gaan naar onderzoek naar armoedegerelateerde tropische en verwaarloosde ziekten, hiv uitgezonderd, met bijzondere aandacht voor onderzoek naar tbc.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Referentiebesluiten

Resolutie van het Europees Parlement van 12 juli 2007 over de TRIPS-overeenkomst en toegang tot geneesmiddelen (PB C 175 E van 10.7.2008, blz. 591).

08 02 02   Samenwerking — Gezondheid — Gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

155 400 000

14 282 685

96 220 000

77 000 000

78 643 200,00

78 643 200,00

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen zal bijdragen tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma en met name het thema „Gezondheid” van het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma. Het doel van de gemeenschappelijke onderneming is de sterke verbetering van de efficiëntie en effectiviteit van het geneesmiddelenontwikkelingsproces om op lange termijn te bereiken dat de farmaceutische industrie effectievere en veiligere innovatieve geneesmiddelen produceert. De gemeenschappelijke onderneming is er in het bijzonder op gericht om:

„preconcurrentieel farmaceutisch onderzoek en ontwikkeling” in de lidstaten en de met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen te ondersteunen via een gecoördineerde aanpak om de vastgestelde onderzoeksbottlenecks in het geneesmiddelenontwikkelingsproces te ondervangen;

de uitvoering van de onderzoeksprioriteiten als opgenomen in de onderzoeksagenda van het Gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen („Onderzoeksactiviteiten”) te ondersteunen, met name door het toekennen van subsidies ingevolge vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

de complementariteit met andere activiteiten in het kader van het zevende kaderprogramma te waarborgen;

een publiek-privaat partnerschap te zijn dat streeft naar het vergroten van de onderzoeksinvesteringen in de biofarmaceutische sector in de lidstaten en de met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen door het poolen van middelen en bevorderen van samenwerking tussen de publieke en private sector;

de deelname van kmo’s bij haar activiteiten te bevorderen, overeenkomstig de doelstellingen van het zevende kaderprogramma.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 73/2008 van de Raad van 20 december 2007 tot oprichting van de gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijke technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 38).

08 02 03   Samenwerking — Gezondheid — Ondersteuningsuitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 600 000

3 761 107

4 200 000

5 556 000

3 275 266,13

3 078 558,24

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen zal bijdragen tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma en met name het thema „Gezondheid” van het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma. Het doel ervan is de sterke verbetering van de efficiëntie en effectiviteit van het ontwikkelingsproces voor geneesmiddelen en het langetermijndoel de productie door de farmaceutische industrie van effectievere en veiligere innovatieve geneesmiddelen. Zij is er in het bijzonder op gericht om:

„preconcurrentieel farmaceutisch onderzoek en ontwikkeling” in de lidstaten en de met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen te ondersteunen via een gecoördineerde aanpak om de vastgestelde onderzoeksbottlenecks in het geneesmiddelenontwikkelingsproces te ondervangen;

de uitvoering van de onderzoeksprioriteiten als opgenomen in de onderzoeksagenda van het Gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen („Onderzoeksactiviteiten”) te ondersteunen, met name door het toekennen van subsidies ingevolge vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

de complementariteit met andere activiteiten in het kader van het zevende kaderprogramma te waarborgen;

een publiek-privaat partnerschap te zijn dat streeft naar het vergroten van de onderzoeksinvesteringen in de biofarmaceutische sector in de lidstaten en de met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen door het poolen van middelen en bevorderen van samenwerking tussen de publieke en private sector;

de deelname van kmo’s bij haar activiteiten te bevorderen, overeenkomstig de doelstellingen van het zevende kaderprogramma.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 73/2008 van de Raad van 20 december 2007 tot oprichting van de gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijke technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 38).

HOOFDSTUK 08 03 —   SAMENWERKING — VOEDING, LANDBOUW EN BIOTECHNOLOGIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 03

SAMENWERKING — VOEDING, LANDBOUW EN BIOTECHNOLOGIE

08 03 01

Samenwerking — Voeding, landbouw en biotechnologie

1.1

267 892 000

181 125 393

213 848 000

154 114 000

208 674 815,95

145 120 984,01

 

Hoofdstuk 08 03 — Totaal

 

267 892 000

181 125 393

213 848 000

154 114 000

208 674 815,95

145 120 984,01

08 03 01   Samenwerking — Voeding, landbouw en biotechnologie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

267 892 000

181 125 393

213 848 000

154 114 000

208 674 815,95

145 120 984,01

Toelichting

De acties op dit gebied beogen de geïntegreerde wetenschappelijke en technologische grondslagen te helpen leggen die noodzakelijk zijn voor de ontwikkeling van een Europese, op kennis gebaseerde bio-economie door het samenbrengen van wetenschap, industrie en andere belanghebbende partijen. Drie pijlers ondersteunen deze aanpak: 1) duurzame productie en duurzaam beheer van biologische rijkdommen van grond, bossen en het aquatische milieu, 2) „farm to fork”: voeding, gezondheid en welzijn, en 3) biowetenschappen en biotechnologie voor duurzame non-food-producten en -processen. Op deze manier kunnen nieuwe, opkomende onderzoeksmogelijkheden worden benut voor de aanpak van sociale en economische uitdagingen, zoals de groeiende vraag naar milieu- en diervriendelijke systemen voor de productie en de verdeling van veiliger, gezonder en kwalitatief hoogstaander voedsel in overeenstemming met de eisen van de consument en met het in de hand houden van voedselgerelateerde risico's, voornamelijk aan de hand van biotechnologische hulpmiddelen, en van gezondheidsrisico's verbonden met milieuveranderingen.

Dit krediet dient tevens ter financiering van de ontwikkeling en verbetering van analysemethoden (bv. residuanalysen in voedings- en voedermiddelen).

Aangezien er onder de huidige wetgeving geen specifieke middelen zijn gereserveerd voor onderzoek op visserijgebied wordt ten minste eenzelfde percentage gehandhaafd voor onderzoek op visserijgebied als in de vorige begroting. Dit krediet dient tevens ter financiering van de ontwikkeling en verbetering van het concept maximaal duurzame vangst (MSY) als beleidsinstrument voor de duurzame exploitatie van visserijhulpbronnen en de ontwikkeling van een beleidsconcept ter beperking van bijvangst.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

HOOFDSTUK 08 04 —   SAMENWERKING — NANOWETENSCHAPPEN, NANOTECHNOLOGIEËN, MATERIALEN EN NIEUWE PRODUCTIETECHNOLOGIEËN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 04

SAMENWERKING — NANOWETENSCHAPPEN, NANOTECHNOLOGIEËN, MATERIALEN EN NIEUWE PRODUCTIETECHNOLOGIEËN

08 04 01

Samenwerking — Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën

1.1

442 234 000

257 088 329

403 678 000

274 651 000

421 174 880,05

296 046 341,42

08 04 02

Samenwerking — Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

1.1

10 210 000

5 484 551

9 600 000

5 760 000

9 830 400,—

0,—

 

Hoofdstuk 08 04 — Totaal

 

452 444 000

262 572 880

413 278 000

280 411 000

431 005 280,05

296 046 341,42

08 04 01   Samenwerking — Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

442 234 000

257 088 329

403 678 000

274 651 000

421 174 880,05

296 046 341,42

Toelichting

De doelstelling van de activiteiten op dit gebied is te helpen bij het tot stand brengen van een kritische massa aan noodzakelijke capaciteit voor de ontwikkeling en exploitatie, met name vanuit het oogpunt van eco-efficiëntie en terugdringing van lozingen van gevaarlijke stoffen in het milieu, van geavanceerde technologieën voor de op kennis en intelligentie gebaseerde producten, diensten en fabricageprocédés van de komende jaren.

Er moeten voldoende kredieten beschikbaar worden gesteld voor nano-onderzoek met betrekking tot de beoordeling van milieu- en gezondheidsrisico’s, aangezien momenteel slechts 5-10 % van het nano-onderzoek wereldwijd hierop gericht is.

Opgevoerd worden tevens de uitgaven voor door de Commissie georganiseerde vergaderingen, conferenties, workshops en colloquia op hoog wetenschappelijk en technologisch niveau en van Europees belang, de financiering van studies, subsidies, follow-up en evaluatie van de specifieke programma’s alsmede de financiering van het IMS-secretariaat, de analysen en evaluaties van hoog wetenschappelijk of technologisch niveau en tevens de acties uit hoofde van de voorgaande kaderprogramma’s.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

08 04 02   Samenwerking — Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 210 000

5 484 551

9 600 000

5 760 000

9 830 400,00

0,—

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie-activiteiten (2007-2013) en met name de thema’s Energie, Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën, Milieu (met inbegrip van klimaatverandering) en Vervoer (met inbegrip van luchtvaart) van het specifieke programma „Samenwerking”. Zij is met name belast met: de opdracht om Europa wereldwijd een voortrekkersrol te laten spelen op het gebied van brandstofcel- en waterstoftechnologieën en de marktdoorbraak van deze technologieën mogelijk te maken, waarbij men commerciële marktkrachten de substantiële potentiële publieke voordelen laat aansturen; de gecoördineerde ondersteuning van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie-activiteiten (2007-2013) (OTD) in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen om markttekortkomingen te ondervangen; de centraalstelling van de ontwikkeling van markttoepassingen en vergemakkelijking daardoor van extra inspanningen van de industrie voor een snelle toepassing van brandstofcel- en waterstoftechnologieën; de ondersteuning van de uitvoering van de OTD-prioriteiten van de gezamenlijke technologie-initiatieven inzake brandstofcellen en waterstof, met name door het toekennen van subsidies na vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen; en de stimulering van verhoogde publieke en private onderzoeksinvesteringen in brandstofcel- en waterstoftechnologieën in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 521/2008 van de Raad van 30 mei 2008 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (PB L 153 van 12.6.2008, blz. 1).

HOOFDSTUK 08 05 —   SAMENWERKING — ENERGIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 05

SAMENWERKING — ENERGIE

08 05 01

Samenwerking — Energie

1.1

101 210 000

80 935 215

95 004 000

97 594 000

117 883 904,—

102 307 805,78

08 05 02

Samenwerking — Energie — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

1.1

54 200 000

32 107 476

52 032 000

18 540 000

31 641 600,—

17 271 600,—

08 05 03

Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

1.1

2 000 000

1 904 358

3 400 000

3 400 000

1 213 195,56

1 213 195,56

 

Hoofdstuk 08 05 — Totaal

 

157 410 000

114 947 049

150 436 000

119 534 000

150 738 699,56

120 792 601,34

08 05 01   Samenwerking — Energie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

101 210 000

80 935 215

95 004 000

97 594 000

117 883 904,00

102 307 805,78

Toelichting

De inspanningen zullen vooral gericht zijn op de volgende acties:

Opwekking van hernieuwbare elektriciteit

Technologie om de algehele omzettingsefficiëntie op te voeren, waardoor de kosten van elektriciteitsopwekking uit eigen hernieuwbare energiebronnen worden gedrukt, en ontwikkeling en demonstratie van technologie die geschikt is voor uiteenlopende regionale omstandigheden.

Productie van hernieuwbare brandstoffen

Geïntegreerde omzettingstechnologie: ontwikkeling van vaste, vloeibare en gasvormige brandstoffen die uit hernieuwbare energiebronnen worden geproduceerd, en verlaging van de kosten per eenheid daarvan, gericht op een kosteneffectieve productie en toepassing van koolstofneutrale brandstoffen, met name vloeibare biobrandstoffen voor het vervoer.

Technologie voor de vastlegging en opslag van CO 2 ten behoeve van elektriciteitsopwekking met bijna-nulemissie

Een ingrijpende beperking van de milieueffecten van het gebruik van fossiele brandstoffen, gericht op zeer efficiënte elektriciteitscentrales met bijna-nulemissie, op basis van technologie voor de vastlegging en opslag van CO2.

Schone technologie voor kolen

Aanzienlijke verbeteringen in de efficiëntie, betrouwbaarheid en kosten van installaties via de ontwikkeling en demonstratie van schone technologie voor de omzetting van kolen. Dit omvat tevens verdere acties voor de ontwikkeling en tenuitvoerlegging van efficiënte technologieën op het gebied van de verbranding van hout als methode voor de productie van biokolen en voor de opwekking van duurzame energie.

Slimme energienetten

Verbetering van de efficiëntie, veiligheid en betrouwbaarheid van de Europese elektriciteitsnetten, alsook van het vermogen om de door de markten voortgebrachte energiestromen te beheren. Langetermijnplanning van de ontwikkeling van het pan-Europese elektriciteitsnet in het kader van het initiatief voor een Europees elektriciteitsnet. Opheffing van belemmeringen voor een grootschalige toepassing en effectieve integratie van decentrale en hernieuwbare energiebronnen.

Energie-efficiëntie en energiebesparing

Nieuwe concepten en technologieën voor de verbetering van de energie-efficiëntie en energiebesparing voor gebouwen, diensten en de industrie. Dit omvat de integratie van strategieën en technologieën voor energie-efficiëntie, het gebruik van nieuwe en hernieuwbare energietechnologieën en beheersing van de vraag naar energie.

Gezien hun belangrijke bijdrage aan toekomstige duurzame energiesystemen, zullen hernieuwbare energiebronnen en energie-efficiëntie bij het eindgebruik de hoofdonderdelen van dit thema vormen in de periode 2007-2013. Daarbij wordt de nadruk gelegd op activiteiten die de ontwikkeling van de initiatieven van het SET-plan het best ondersteunen in het kader van de Technology Roadmaps.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel vormt van de algemene begroting.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

08 05 02   Samenwerking — Energie — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

54 200 000

32 107 476

52 032 000

18 540 000

31 641 600,00

17 271 600,00

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie-activiteiten (2007-2013) en met name de thema’s Energie, Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën, Milieu (met inbegrip van klimaatverandering) en Vervoer (met inbegrip van luchtvaart) van het specifieke programma „Samenwerking”. Zij is met name belast met: de opdracht om Europa wereldwijd een voortrekkersrol te laten spelen op het gebied van brandstofcel- en waterstoftechnologieën en de marktdoorbraak van deze technologieën mogelijk te maken, waarbij men commerciële marktkrachten de substantiële potentiële publieke voordelen laat aansturen; de gecoördineerde ondersteuning van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (OTD) in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen om markttekortkomingen te ondervangen; de centraalstelling van de ontwikkeling van markttoepassingen en vergemakkelijking daardoor van extra inspanningen van de industrie voor een snelle toepassing van brandstofcel- en waterstoftechnologieën; de ondersteuning van de uitvoering van de OTD-prioriteiten van de gezamenlijke technologie-initiatieven inzake brandstofcellen en waterstof, met name door het toekennen van subsidies na vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen; de stimulering van verhoogde publieke en private onderzoeksinvesteringen in brandstofcel- en waterstoftechnologieën in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 521/2008 van de Raad van 30 mei 2008 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (PB L 153 van 12.6.2008, blz. 1).

08 05 03   Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 000 000

1 904 358

3 400 000

3 400 000

1 213 195,56

1 213 195,56

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie-activiteiten (2007-2013) en met name de thema’s Energie, Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën, Milieu (met inbegrip van klimaatverandering) en Vervoer (met inbegrip van luchtvaart) van het specifieke programma „Samenwerking”. Zij is met name belast met: de opdracht om Europa wereldwijd een voortrekkersrol te laten spelen op het gebied van brandstofcel- en waterstoftechnologieën en de marktdoorbraak van deze technologieën mogelijk te maken, waarbij men commerciële marktkrachten de substantiële potentiële publieke voordelen laat aansturen; de gecoördineerde ondersteuning van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (OTD) in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen om markttekortkomingen te ondervangen; de centraalstelling van de ontwikkeling van markttoepassingen en vergemakkelijking daardoor van extra inspanningen van de industrie voor een snelle toepassing van brandstofcel- en waterstoftechnologieën; de ondersteuning van de uitvoering van de OTD-prioriteiten van de gezamenlijke technologie-initiatieven inzake brandstofcellen en waterstof, met name door het toekennen van subsidies na vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen; de stimulering van verhoogde publieke en private onderzoeksinvesteringen in brandstofcel- en waterstoftechnologieën in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 521/2008 van de Raad van 30 mei 2008 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (PB L 153 van 12.6.2008, blz. 1).

HOOFDSTUK 08 06 —   SAMENWERKING — MILIEU (INCLUSIEF KLIMAATVERANDERING)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 06

SAMENWERKING — MILIEU (INCLUSIEF KLIMAATVERANDERING)

08 06 01

Samenwerking — Milieu (inclusief klimaatverandering)

1.1

248 580 000

234 477 887

221 106 000

185 950 000

221 467 284,31

180 911 647,89

08 06 02

Samenwerking — Milieu — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

1.1

3 925 000

1 942 445

3 400 000

1 740 000

2 969 600,—

0,—

 

Hoofdstuk 08 06 — Totaal

 

252 505 000

236 420 332

224 506 000

187 690 000

224 436 884,31

180 911 647,89

08 06 01   Samenwerking — Milieu (inclusief klimaatverandering)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

248 580 000

234 477 887

221 106 000

185 950 000

221 467 284,31

180 911 647,89

Toelichting

Milieuonderzoek zal binnen het zevende kaderprogramma worden geïmplementeerd via het thema „Milieu (inclusief klimaatverandering)”. Het doel is het bevorderen van een duurzaam beheer van het natuurlijke en menselijke milieu en zijn rijkdommen door onze kennis over de interacties tussen biosfeer, ecosystemen en menselijke activiteiten te verbeteren en nieuwe technologieën, instrumenten en diensten te ontwikkelen teneinde mondiale milieukwesties op geïntegreerde wijze te benaderen. De nadruk zal liggen op prognoses van veranderingen in klimaatsystemen, ecologische systemen en aard- en oceaansystemen; en op instrumenten en op technologieën voor monitoring, preventie en mitigatie van de druk op en risico’s voor het milieu, met inbegrip van de menselijke gezondheid, en voor de duurzaamheid van het natuurlijke en door de mens gecreëerde milieu.

Onderzoek in verband met dit thema zal bijdragen tot de uitvoering van internationale verbintenissen en initiatieven zoals wereldwijde aardobservatie (GEO). Bovendien zullen hiermee de onderzoeksbehoeften worden ondersteund die voortkomen uit de bestaande en toekomstige wetgeving en beleidslijnen van de Unie, gerelateerde thematische strategieën en de actieplannen inzake milieutechnologieën en inzake milieu en gezondheid. Het onderzoek zal ook technologische ontwikkelingen in de hand werken die de marktpositionering van de Europese ondernemingen, met name kleine en middelgrote ondernemingen, zullen verbeteren op gebieden zoals milieutechnologieën.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

08 06 02   Samenwerking — Milieu — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 925 000

1 942 445

3 400 000

1 740 000

2 969 600,00

0,—

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie-activiteiten (2007-2013) en met name de thema’s Energie, Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën, Milieu (met inbegrip van klimaatverandering) en Vervoer (met inbegrip van luchtvaart) van het specifieke programma „Samenwerking”. Zij is met name belast met: de opdracht om Europa wereldwijd een voortrekkersrol te laten spelen op het gebied van brandstofcel- en waterstoftechnologieën en de marktdoorbraak van deze technologieën mogelijk te maken, waarbij men commerciële marktkrachten de substantiële potentiële publieke voordelen laat aansturen; de gecoördineerde ondersteuning van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (OTD) in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen om markttekortkomingen te ondervangen; de centraalstelling van de ontwikkeling van markttoepassingen en vergemakkelijking daardoor van extra inspanningen van de industrie voor een snelle toepassing van brandstofcel- en waterstoftechnologieën; de ondersteuning van de uitvoering van de OTD-prioriteiten van de gezamenlijke technologie-initiatieven inzake brandstofcellen en waterstof, met name door het toekennen van subsidies na vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen; de stimulering van verhoogde publieke en private onderzoeksinvesteringen in brandstofcel- en waterstoftechnologieën in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 521/2008 van de Raad van 30 mei 2008 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (PB L 153 van 12.6.2008, blz. 1).

HOOFDSTUK 08 07 —   SAMENWERKING — VERVOER (INCLUSIEF LUCHTVAART)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 07

SAMENWERKING — VERVOER (INCLUSIEF LUCHTVAART)

08 07 01

Samenwerking — Vervoer (inclusief luchtvaart)

1.1

247 133 000

261 401 700

229 216 000

218 510 000

253 275 136,—

279 763 586,72

08 07 02

Samenwerking — Vervoer — Gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

1.1

149 991 000

161 870 430

121 139 000

103 007 000

88 448 000,—

57 585 056,—

08 07 03

Samenwerking — Vervoer — Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

1.1

2 517 000

2 435 674

3 625 000

3 825 000

3 710 274,06

3 685 825,33

08 07 04

Samenwerking — Vervoer — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

1.1

14 710 000

2 742 276

4 800 000

2 880 000

4 915 200,—

0,—

 

Hoofdstuk 08 07 — Totaal

 

414 351 000

428 450 080

358 780 000

328 222 000

350 348 610,06

341 034 468,05

08 07 01   Samenwerking — Vervoer (inclusief luchtvaart)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

247 133 000

261 401 700

229 216 000

218 510 000

253 275 136,00

279 763 586,72

Toelichting

Voor het zevende kaderprogramma dat de periode 2007-2013 bestrijkt, is een geïntegreerde aanpak voorgesteld die alle vervoersmodaliteiten (luchtvaart, wegvervoer, spoorvervoer, vervoer over water) koppelt, betrekking heeft op de sociaaleconomische en technologische dimensies van onderzoek en kennisontwikkeling en zowel innovatie als het beleidskader omvat, in overeenstemming met het Witboek over vervoer en de geactualiseerde versies van de strategische onderzoeksagenda's van de vier technologieplatforms op het gebied van vervoer. Uitgaande van technologische vorderingen bestaat het algemene doel in de ontwikkeling van geïntegreerde, „groenere”, „slimmere” en veiligere pan-Europese vervoerssystemen ten behoeve van de burger en de maatschappij, met respect voor het milieu en de natuurlijke rijkdommen, en het verzekeren en verder ontwikkelen van het concurrentievermogen en de leidende rol die de Europese bedrijven op de mondiale markt hebben bereikt.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

08 07 02   Samenwerking — Vervoer — Gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

149 991 000

161 870 430

121 139 000

103 007 000

88 448 000,00

57 585 056,00

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming Clean Sky draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma en in het bijzonder van het thema „Vervoer (waaronder de luchtvaart)” van het specifieke programma „Samenwerking”.

De doelstellingen van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky zijn als volgt:

in de Unie de ontwikkeling, validering en demonstratie van schone luchtvaarttechnologieën versnellen, zodat ze zo spoedig mogelijk kunnen worden ingezet;

voor een coherente uitvoering van Europees onderzoek gericht op milieuverbeteringen op het gebied van luchtvervoer zorgen;

een radicaal innovatief luchtvervoersysteem creëren door geavanceerde technologieën te integreren en full-scale demonstratiemodellen te produceren, met als uiteindelijk doel de milieubelasting van het luchtvervoer te verminderen door op significante wijze de geluidshinder en de gasemissies te reduceren en het brandstofverbruik van vliegtuigen te verminderen;

de productie van nieuwe kennis en innovatie bespoedigen en sneller onderzoeksresultaten gebruiken om aan te tonen dat, in een volledig geïntegreerd systeem van systemen en in de juiste operationele omgeving, desbetreffende technieken werken, hetgeen tot een versterking van het industriële concurrentievermogen leidt.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 71/2008 van de Raad van 20 december 2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 1).

08 07 03   Samenwerking — Vervoer — Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 517 000

2 435 674

3 625 000

3 825 000

3 710 274,06

3 685 825,33

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming Clean Sky draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma en in het bijzonder van thema „Vervoer (waaronder de luchtvaart)” van het specifieke programma „Samenwerking”.

De doelstellingen van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky zijn als volgt:

in de Unie de ontwikkeling, validering en demonstratie van schone luchtvaarttechnologieën versnellen, zodat ze zo spoedig mogelijk kunnen worden ingezet;

voor een coherente uitvoering van Europees onderzoek gericht op milieuverbeteringen op het gebied van luchtvervoer zorgen;

een radicaal innovatief luchtvervoersysteem creëren door geavanceerde technologieën te integreren en full-scale demonstratiemodellen te produceren, met als uiteindelijk doel de milieubelasting van het luchtvervoer te verminderen door op significante wijze de geluidshinder en de gasemissies te reduceren en het brandstofverbruik van vliegtuigen te verminderen;

de productie van nieuwe kennis en innovatie bespoedigen en sneller onderzoeksresultaten gebruiken om aan te tonen dat, in een volledig geïntegreerd systeem van systemen en in de juiste operationele omgeving, desbetreffende technieken werken, hetgeen tot een versterking van het industriële concurrentievermogen leidt.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 71/2008 van de Raad van 20 december 2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 1).

08 07 04   Samenwerking — Vervoer — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 710 000

2 742 276

4 800 000

2 880 000

4 915 200,00

0,—

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie-activiteiten (2007-2013) en met name de thema’s Energie, Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën, Milieu (met inbegrip van klimaatverandering) en Vervoer (met inbegrip van luchtvaart) van het specifieke programma „Samenwerking”. Zij is met name belast met: de opdracht om Europa wereldwijd een voortrekkersrol te laten spelen op het gebied van brandstofcel- en waterstoftechnologieën en de marktdoorbraak van deze technologieën mogelijk te maken, waarbij men commerciële marktkrachten de substantiële potentiële publieke voordelen laat aansturen; de gecoördineerde ondersteuning van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (OTD) in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen om markttekortkomingen te ondervangen; de centraalstelling van de ontwikkeling van markttoepassingen en vergemakkelijking daardoor van extra inspanningen van de industrie voor een snelle toepassing van brandstofcel- en waterstoftechnologieën; de ondersteuning van de uitvoering van de OTD-prioriteiten van de gezamenlijke technologie-initiatieven inzake brandstofcellen en waterstof, met name door het toekennen van subsidies na vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen; de stimulering van verhoogde publieke en private onderzoeksinvesteringen in brandstofcel- en waterstoftechnologieën in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 521/2008 van de Raad van 30 mei 2008 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (PB L 153 van 12.6.2008, blz. 1).

HOOFDSTUK 08 08 —   SAMENWERKING — SOCIAALECONOMISCHE WETENSCHAPPEN EN GEESTESWETENSCHAPPEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 08

SAMENWERKING — SOCIAALECONOMISCHE WETENSCHAPPEN EN GEESTESWETENSCHAPPEN

08 08 01

Samenwerking — Sociaaleconomische wetenschappen en geesteswetenschappen

1.1

84 366 000

61 891 635

74 444 000

59 152 000

73 236 393,44

42 059 296,98

 

Hoofdstuk 08 08 — Totaal

 

84 366 000

61 891 635

74 444 000

59 152 000

73 236 393,44

42 059 296,98

08 08 01   Samenwerking — Sociaaleconomische wetenschappen en geesteswetenschappen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

84 366 000

61 891 635

74 444 000

59 152 000

73 236 393,44

42 059 296,98

Toelichting

De doelstelling van de activiteiten op dit gebied is het mobiliseren in een coherente inspanning, die recht doet aan de rijkdom en diversiteit ervan, van de onderzoekscapaciteit op het gebied van de economische, politieke, sociale en menswetenschappen die noodzakelijk zijn voor het ontwikkelen van het begrip en de aanpak van problemen in verband met het opkomen van de kennismaatschappij en nieuwe vormen van relaties tussen de mensen onderling en tussen de bevolking en de instellingen.

Een deel van dit krediet moet worden gebruikt voor het uitvoeren van onderzoek naar het bereik, de omvang en de soorten vrijwilligerswerk in de Unie.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

HOOFDSTUK 08 09 —   SAMENWERKING — RISICODELENDE FINANCIERINGSFACILITEIT (RDFF)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 09

SAMENWERKING — RISICODELENDE FINANCIERINGSFACILITEIT (RDFF)

08 09 01

Samenwerking — Risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF)

1.1

200 000 000

190 435 799

50 000 000

50 000 000

192 880 000,—

192 880 000,—

 

Hoofdstuk 08 09 — Totaal

 

200 000 000

190 435 799

50 000 000

50 000 000

192 880 000,—

192 880 000,—

08 09 01   Samenwerking — Risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

200 000 000

190 435 799

50 000 000

50 000 000

192 880 000,00

192 880 000,00

Toelichting

Het doel van de risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF) is het bevorderen van private investeringen in onderzoek door het verbeteren van de toegang tot financiering met vreemd vermogen voor deelnemers aan grote Europese onderzoeksprojecten. De RDFF zal de Europese Investeringsbank in staat stellen direct en indirect (via zijn netwerk van intermediaire banken) zijn portefeuille van leningen aan deelnemers aan dergelijke projecten uit te breiden.

De RDFF zal bijdragen aan de uitvoering van de Europa2020-strategie, met name aan de realisering van de 3 %-doelstelling van investeringen in onderzoek, door te helpen de marktdeficiënties te ondervangen, het totale bedrag van voor onderzoek beschikbare middelen te verhogen en de bronnen ervan te diversifiëren.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

HOOFDSTUK 08 10 —   IDEEËN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 10

IDEEËN

08 10 01

Ideeën

1.1

1 298 731 000

714 134 248

1 098 000 000

536 009 000

843 398 100,92

227 337 831,80

 

Hoofdstuk 08 10 — Totaal

 

1 298 731 000

714 134 248

1 098 000 000

536 009 000

843 398 100,92

227 337 831,80

08 10 01   Ideeën

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 298 731 000

714 134 248

1 098 000 000

536 009 000

843 398 100,92

227 337 831,80

Toelichting

Het algemene doel van de activiteiten in het kader van het specifieke programma „Ideeën” door de oprichting van de Europese Onderzoeksraad is het identificeren van de beste onderzoeksteams in Europa en het stimuleren van „grensverleggend onderzoek” door het financieren van multidisciplinaire projecten met een hoge risicofactor die enkel worden geëvalueerd volgens het criterium „excellentie” zoals beoordeeld door vakgenoten op Europese schaal.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Dit krediet dient ook ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding kunnen geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan projecten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/972/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Ideeën” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 243).

HOOFDSTUK 08 12 —   CAPACITEITEN — ONDERZOEKSINFRASTRUCTUREN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 12

CAPACITEITEN — ONDERZOEKSINFRASTRUCTUREN

08 12 01

Capaciteiten — Onderzoeksinfrastructuren

1.1

156 304 000

200 909 768

212 392 000

95 000 000

192 199 131,13

158 749 147,13

 

Hoofdstuk 08 12 — Totaal

 

156 304 000

200 909 768

212 392 000

95 000 000

192 199 131,13

158 749 147,13

08 12 01   Capaciteiten — Onderzoeksinfrastructuren

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

156 304 000

200 909 768

212 392 000

95 000 000

192 199 131,13

158 749 147,13

Toelichting

De algemene doelstelling van de werkzaamheden in dit kader is de totstandkoming te bevorderen van een complex van onderzoeksinfrastructuren van het hoogste niveau in Europa en een optimaal gebruik daarvan op Europese schaal te stimuleren.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

HOOFDSTUK 08 13 —   CAPACITEITEN — ONDERZOEK TEN BEHOEVE VAN KLEINE EN MIDDELGROTE ONDERNEMINGEN (KMO’S)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 13

CAPACITEITEN — ONDERZOEK TEN BEHOEVE VAN KLEINE EN MIDDELGROTE ONDERNEMINGEN (KMO’S)

08 13 01

Capaciteiten — Onderzoek ten behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's)

1.1

223 099 000

173 296 578

153 354 000

97 791 000

128 341 248,80

119 687 501,96

 

Hoofdstuk 08 13 — Totaal

 

223 099 000

173 296 578

153 354 000

97 791 000

128 341 248,80

119 687 501,96

08 13 01   Capaciteiten — Onderzoek ten behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

223 099 000

173 296 578

153 354 000

97 791 000

128 341 248,80

119 687 501,96

Toelichting

Deze specifieke activiteiten, die dienen ter ondersteuning van het Europese concurrentievermogen en het ondernemingen- en innovatiebeleid, hebben tot doel de Europese kleine en middelgrote ondernemingen op traditionele of nieuwe gebieden te helpen om hun technologische capaciteit te versterken en hun capaciteit te ontwikkelen om op Europees en internationaal niveau te opereren. Dit onderzoek vormt een aanvulling op het onderzoek met betrekking tot de prioritaire thema’s.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Dit krediet dient ook ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding kunnen geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan projecten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

HOOFDSTUK 08 14 —   CAPACITEITEN — KENNISREGIO'S

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 14

CAPACITEITEN — KENNISREGIO'S

08 14 01

Capaciteiten — Kennisregio's

1.1

18 856 000

16 192 756

16 957 000

13 835 000

16 463 872,—

20 152 320,—

 

Hoofdstuk 08 14 — Totaal

 

18 856 000

16 192 756

16 957 000

13 835 000

16 463 872,—

20 152 320,—

08 14 01   Capaciteiten — Kennisregio's

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 856 000

16 192 756

16 957 000

13 835 000

16 463 872,00

20 152 320,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van projecten om het onderzoekspotentieel van Europese regio's te versterken, met name door in heel Europa de ontwikkeling van regionale „door onderzoek aangestuurde clusters” waarbij regionale autoriteiten, universiteiten, onderzoekscentra, ondernemingen en andere belanghebbenden betrokken zijn, te stimuleren en te ondersteunen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

HOOFDSTUK 08 15 —   CAPACITEITEN — ONDERZOEKSPOTENTIEEL

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 15

CAPACITEITEN — ONDERZOEKSPOTENTIEEL

08 15 01

Capaciteiten — Onderzoekspotentieel

1.1

63 802 000

51 589 058

31 287 000

23 888 000

30 561 280,—

48 087 706,—

 

Hoofdstuk 08 15 — Totaal

 

63 802 000

51 589 058

31 287 000

23 888 000

30 561 280,—

48 087 706,—

08 15 01   Capaciteiten — Onderzoekspotentieel

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

63 802 000

51 589 058

31 287 000

23 888 000

30 561 280,00

48 087 706,00

Toelichting

Teneinde onderzoekers en instellingen uit de regio's die in het kader van de convergentiedoelstelling in aanmerking komen voor financiering door de structuurfondsen en ultraperifere regio's van de Unie te helpen bijdragen tot de algemene Europese onderzoeksinspanning en bovendien te helpen profiteren van de bestaande kennis en ervaring in andere regio's van Europa, beoogt deze actie het scheppen van de voorwaarden die hen in staat stellen om hun potentieel te benutten en hen helpen om de Europese onderzoeksruimte volledig tot stand te brengen in de uitgebreide Unie.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

HOOFDSTUK 08 16 —   CAPACITEITEN — WETENSCHAP IN DE MAATSCHAPPIJ

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 16

CAPACITEITEN — WETENSCHAP IN DE MAATSCHAPPIJ

08 16 01

Capaciteiten — Wetenschap in de maatschappij

1.1

44 798 000

30 469 728

50 203 000

29 000 000

34 233 987,—

28 914 911,45

 

Hoofdstuk 08 16 — Totaal

 

44 798 000

30 469 728

50 203 000

29 000 000

34 233 987,—

28 914 911,45

08 16 01   Capaciteiten — Wetenschap in de maatschappij

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

44 798 000

30 469 728

50 203 000

29 000 000

34 233 987,00

28 914 911,45

Toelichting

Met het oog op het bouwen van een effectieve en democratische Europese kennismaatschappij is het doel van de onder deze rubriek uitgevoerde acties het stimuleren van de harmonieuze integratie van wetenschappelijke en technologische inspanningen en gerelateerd onderzoeksbeleid in het Europese sociale web.

Onder deze rubriek uitgevoerde acties zullen ook dienen ter ondersteuning van de coördinatie van nationaal onderzoeksbeleid en de monitoring en analyse van aan onderzoek gerelateerd beleid en industriële strategieën.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

HOOFDSTUK 08 17 —   CAPACITEITEN — INTERNATIONALE SAMENWERKINGSACTIVITEITEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 17

CAPACITEITEN — INTERNATIONALE SAMENWERKINGSACTIVITEITEN

08 17 01

Capaciteiten — Internationale samenwerkingsactiviteiten

1.1

28 265 000

19 043 580

18 035 000

16 969 000

17 571 840,—

12 310 848,—

 

Hoofdstuk 08 17 — Totaal

 

28 265 000

19 043 580

18 035 000

16 969 000

17 571 840,—

12 310 848,—

08 17 01   Capaciteiten — Internationale samenwerkingsactiviteiten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

28 265 000

19 043 580

18 035 000

16 969 000

17 571 840,00

12 310 848,00

Toelichting

De algemene doelstelling van de internationale samenwerkingsactiviteiten die in het raam van het hoofdstuk „Capaciteiten” van het zevende kaderprogramma worden uitgevoerd, is bij te dragen tot de totstandbrenging van een sterk en samenhangend wetenschaps- en technologiebeleid van de Unie door de ontwikkeling van strategische partnerschappen met derde landen en het aanpakken van de specifieke problemen van die derde landen en de problemen op wereldvlak. Bij deze activiteiten worden de volgende groepen derde landen betrokken: de kandidaat-lidstaten, de geassocieerde en geïndustrialiseerde landen, alsook de partnerlanden voor de internationale samenwerking (Azië, Latijns-Amerika, Oost-Europa en Centraal-Azië, de Afrikaanse en Caribische landen en de landen van de Stille Zuidzee, de mediterrane partnerlanden en de landen van de westelijke Balkan).

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

HOOFDSTUK 08 18 —   CAPACITEITEN — RISICODELENDE FINANCIERINGSFACILITEIT (RDFF)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 18

CAPACITEITEN — RISICODELENDE FINANCIERINGSFACILITEIT (RDFF)

08 18 01

Capaciteiten — Risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF)

1.1

50 000 000

47 608 950

30 000 000

30 000 000

32 256 000,—

32 256 000,—

 

Hoofdstuk 08 18 — Totaal

 

50 000 000

47 608 950

30 000 000

30 000 000

32 256 000,—

32 256 000,—

08 18 01   Capaciteiten — Risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

50 000 000

47 608 950

30 000 000

30 000 000

32 256 000,00

32 256 000,00

Toelichting

Het doel van de risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF) is het bevorderen van private investeringen in onderzoek door het verbeteren van de toegang tot financiering met vreemd vermogen voor deelnemers aan Europese onderzoeksinfrastructuren. De RDFF zal de Europese Investeringsbank in staat stellen direct en indirect (via zijn netwerk van intermediaire banken) zijn portefeuille van leningen aan deelnemers aan dergelijke infrastructuren uit te breiden.

De RDFF zal bijdragen aan de uitvoering van de Europa2020-strategie, met name aan de realisering van de 3 %-doelstelling van investeringen in onderzoek, door te helpen de marktdeficiënties te ondervangen, het totale bedrag van voor onderzoek beschikbare middelen te verhogen en de bronnen ervan te diversifiëren.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

HOOFDSTUK 08 19 —   CAPACITEITEN — ONDERSTEUNING VAN DE COHERENTE ONTWIKKELING VAN HET ONDERZOEKSBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 19

CAPACITEITEN — ONDERSTEUNING VAN DE COHERENTE ONTWIKKELING VAN HET ONDERZOEKSBELEID

08 19 01

Capaciteiten — Ondersteuning van de coherente ontwikkeling van het onderzoeksbeleid

1.1

9 804 000

5 713 074

2 600 000

7 476 000

9 998 138,—

5 890 959,48

 

Hoofdstuk 08 19 — Totaal

 

9 804 000

5 713 074

2 600 000

7 476 000

9 998 138,—

5 890 959,48

08 19 01   Capaciteiten — Ondersteuning van de coherente ontwikkeling van het onderzoeksbeleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 804 000

5 713 074

2 600 000

7 476 000

9 998 138,00

5 890 959,48

Toelichting

Een van de topprioriteiten van de Europa2020-strategie is het optrekken van de investeringen in onderzoek en ontwikkeling tot 3 % van het BBP en het verbeteren van de doeltreffendheid van die investeringsinspanning. De ontwikkeling van een samenhangende mix van beleidslijnen om openbare en particuliere investeringen in onderzoek te bevorderen, is een hoofdopdracht voor de overheidsinstanties. De acties in dit kader hebben tot doel de ontwikkeling van een effectief en samenhangend onderzoeksbeleid op regionaal, nationaal en uniaal niveau te ondersteunen, meer bepaald door de levering van gestructureerde informatie, indicatoren en analysen en via acties die gericht zijn op de coördinatie van het onderzoeksbeleid, met name door de toepassing van de open coördinatiemethode op dit beleid.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299).

HOOFDSTUK 08 20 —   EURATOM — FUSIE-ENERGIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 20

EURATOM — FUSIE-ENERGIE

08 20 01

Euratom — Fusie-energie

1.1

44 330 000

44 657 195

40 934 000

55 000 000

124 788 000,—

142 000 000,—

08 20 02

Euratom — Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER — Fusie voor energie (F4E)

1.1

351 760 000

190 435 799

343 340 000

176 700 000

254 100 000,—

103 000 000,—

 

Hoofdstuk 08 20 — Totaal

 

396 090 000

235 092 994

384 274 000

231 700 000

378 888 000,—

245 000 000,—

08 20 01   Euratom — Fusie-energie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

44 330 000

44 657 195

40 934 000

55 000 000

124 788 000,00

142 000 000,00

Toelichting

Door middel van kernfusie zou een bijna onbeperkte hoeveelheid schone energie kunnen worden opgewekt, waarbij ITER de onontbeerlijke volgende stap in het proces naar dit uiteindelijke doel vormt. De realisering van het ITER-project staat dan ook centraal in de huidige strategie van de Unie. Een en ander moet vergezeld gaan van een sterk en gericht Europees O&O-programma ter voorbereiding van de exploitatie van ITER en ter ontwikkeling van de technologieën en kennisbasis die gedurende de exploitatie van ITER en daarna nodig zijn.

Rechtsgronden

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60).

Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/976/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 404).

08 20 02   Euratom — Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER — Fusie voor energie (F4E)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

351 760 000

190 435 799

343 340 000

176 700 000

254 100 000,00

103 000 000,00

Toelichting

Door middel van kernfusie zou een bijna onbeperkte hoeveelheid schone energie kunnen worden opgewekt, waarbij ITER de onontbeerlijke volgende stap in het proces naar dit uiteindelijke doel vormt. Hiertoe werd, in de vorm van een gemeenschappelijke onderneming, de Europese Organisatie voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie opgericht. Deze Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie (fusie voor energie) heeft de volgende taken:

a)

het leveren van de bijdrage van Euratom aan de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie;

b)

het leveren van de bijdrage van Euratom aan de activiteiten in het kader van de bredere aanpak met Japan voor de snelle verwezenlijking van fusie-energie;

c)

het uitvoeren van een programma van activiteiten ter voorbereiding van de bouw van een demonstratiefusiereactor en gerelateerde faciliteiten inclusief de International Fusion Materials Irradiation Facility (IFMIF).

Rechtsgronden

Besluit van de Raad van 25 september 2006 betreffende de sluiting door de Commissie van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project, van de regeling inzake de voorlopige toepassing van deze Overeenkomst, alsmede van de Overeenkomst inzake de voorrechten en immuniteiten van de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project.

Beschikking 2006/943/Euratom van de Commissie van 17 november 2006 inzake de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project en van de Overeenkomst inzake de voorrechten en immuniteiten van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project (PB L 358 van 16.12.2006, blz. 60).

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60).

Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/976/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 404).

Beschikking 2007/198/Euratom van de Raad van 27 maart 2007 tot oprichting van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie van gunsten daaraan (PB L 90 van 30.3.2007, blz. 58).

HOOFDSTUK 08 21 —   EURATOM — KERNSPLIJTING EN STRALINGSBESCHERMING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 21

EURATOM — KERNSPLIJTING EN STRALINGSBESCHERMING

08 21 01

Euratom — Kernsplijting en stralingsbescherming

1.1

52 000 000

24 280 564

50 259 000

22 235 000

49 255 000,—

21 503 263,80

 

Hoofdstuk 08 21 — Totaal

 

52 000 000

24 280 564

50 259 000

22 235 000

49 255 000,—

21 503 263,80

08 21 01   Euratom — Kernsplijting en stralingsbescherming

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

52 000 000

24 280 564

50 259 000

22 235 000

49 255 000,00

21 503 263,80

Toelichting

Het doel van deze actie is de totstandbrenging van een deugdelijke wetenschappelijke en technische basis ter versnelling van de praktische ontwikkelingen voor een veiliger beheer van langlevende radioactieve afvalstoffen, de bevordering van een veiligere, qua gebruik van middelen efficiëntere en concurrerende exploitatie van kernenergie en de verzekering van een robuust en sociaal aanvaardbaar systeem voor de bescherming van mens en milieu tegen de effecten van ioniserende straling.

Rechtsgronden

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60).

Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/976/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 404).

HOOFDSTUK 08 22 —   AFRONDING VAN VOORGAANDE KADERPROGRAMMA’S EN ANDERE ACTIVITEITEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 22

AFRONDING VAN VOORGAANDE KADERPROGRAMMA’S EN ANDERE ACTIVITEITEN

08 22 01

Afronding van programma’s van vóór 1999

1.1

0,—

0,—

08 22 02

Afronding van het vijfde kaderprogramma (1998-2002)

08 22 02 01

Afronding van het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (1998-2002)

1.1

476 089

1 500 000

1 179 990,17

19 798 358,50

08 22 02 02

Afronding van het vijfde kaderprogramma van Euratom (1998-2002)

1.1

0,—

814 070,05

 

Artikel 08 22 02 — Subtotaal

 

476 089

1 500 000

1 179 990,17

20 612 428,55

08 22 03

Afronding van het zesde kaderprogramma (2003-2006)

08 22 03 01

Afronding van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

1.1

314 219 069

712 765 000

1 490 914,46

1 222 953 088,07

08 22 03 02

Afronding van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

1.1

9 521 790

15 336 000

0,—

45 744 779,25

 

Artikel 08 22 03 — Subtotaal

 

323 740 859

728 101 000

1 490 914,46

1 268 697 867,32

08 22 04

Kredieten afkomstig van de deelname van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

114 479 073,25

106 069 763,63

 

Hoofdstuk 08 22 — Totaal

 

p.m.

324 216 948

p.m.

729 601 000

117 149 977,88

1 395 380 059,50

08 22 01   Afronding van programma’s van vóór 1999

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

0,—

0,—

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bijdrage van de lidstaten van de EVA is uitsluitend afkomstig van hun deelneming aan de niet-nucleaire activiteiten van het kaderprogramma.

Dit artikel dient ook ter dekking van andere jaarlijkse werkzaamheden buiten het kaderprogramma.

Rechtsgronden

Besluit 87/516/Euratom, EEG van de Raad van 28 september 1987 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1987-1991) (PB L 302 van 24.10.1987, blz. 1).

Besluit 90/221/Euratom, EEG van de Raad van 23 april 1990 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 117 van 8.5.1990, blz. 28).

Besluit 93/167/Euratom, EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot aanpassing van Besluit 90/221/Euratom, EEG betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 43).

Besluit nr. 1110/94/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 april 1994 betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 126 van 18.5.1994, blz. 1).

Besluit 94/268/Euratom van de Raad van 26 april 1994 betreffende een kaderprogramma voor communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek en onderwijs voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (1994-1998) (PB L 115 van 6.5.1994, blz. 31).

Besluit 96/253/Euratom van de Raad van 4 maart 1996 tot aanpassing van Besluit 94/268/Euratom betreffende een kaderprogramma voor communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek en onderwijs voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 72).

Besluit nr. 616/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 1996 tot aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 69).

Besluit nr. 2535/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 1 december 1997 tot tweede aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 347 van 18.12.1997, blz. 1).

08 22 02   Afronding van het vijfde kaderprogramma (1998-2002)

08 22 02 01   Afronding van het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (1998-2002)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

476 089

1 500 000

1 179 990,17

19 798 358,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit 87/516/Euratom, EEG van de Raad van 28 september 1987 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1987-1991) (PB L 302 van 24.10.1987, blz. 1).

Besluit 90/221/Euratom, EEG van de Raad van 23 april 1990 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 117 van 8.5.1990, blz. 28).

Besluit 93/167/Euratom, EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot aanpassing van Besluit 90/221/Euratom, EEG betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 43).

Besluit nr. 1110/94/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 april 1994 betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 126 van 18.5.1994, blz. 1).

Besluit nr. 616/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 1996 tot aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 69).

Besluit nr. 2535/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 1 december 1997 tot tweede aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 347 van 18.12.1997, blz. 1).

Besluit nr. 182/1999/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 1).

08 22 02 02   Afronding van het vijfde kaderprogramma van Euratom (1998-2002)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

0,—

814 070,05

Toelichting

Deze post dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Besluit 1999/64/Euratom van de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor activiteiten op het gebied van onderzoek en opleiding (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 34).

08 22 03   Afronding van het zesde kaderprogramma (2003-2006)

08 22 03 01   Afronding van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

314 219 069

712 765 000

1 490 914,46

1 222 953 088,07

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1513/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, ter bevordering van de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte en van innovatie (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 1).

Beschikking 2002/834/EG van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling van een specifiek programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie: „Integratie en versterking van de Europese onderzoeksruimte” (2002-2006) (PB L 294 van 29.10.2002, blz. 1).

Beschikking 2002/835/EG van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling van een specifiek programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie: „Structurering van de Europese onderzoeksruimte” (2002-2006) (PB L 294 van 29.10.2002, blz. 44).

Beschikking nr. 1209/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2003 betreffende de deelname van de Gemeenschap aan een programma voor onderzoek en ontwikkeling met het oog op de ontwikkeling van nieuwe klinische interventies voor de bestrijding van hiv/aids, malaria en tuberculose door middel van een partnerschap op lange termijn tussen Europa en de ontwikkelingslanden, opgezet door verscheidene lidstaten (PB L 169 van 8.7.2003, blz. 1).

08 22 03 02   Afronding van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 521 790

15 336 000

0,—

45 744 779,25

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Besluit 2002/668/Euratom van de Raad van 3 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie, dat tevens bijdraagt tot de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 34).

Beschikking 2002/837/Euratom van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling van een specifiek programma (Euratom) voor onderzoek en opleiding op het gebied van kernenergie (2002-2006) (PB L 294 van 29.10.2002, blz. 74).

08 22 04   Kredieten afkomstig van de deelname van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

114 479 073,25

106 069 763,63

Toelichting

Oud artikel 08 22 04 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding kunnen geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Ontvangsten die voortvloeien uit samenwerkingsovereenkomsten tussen de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en Zwitserland of de multilaterale European Fusion Development Agreement (EFDA) worden geboekt onder de posten 6 0 1 1 en 6 0 1 2 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 08 23 —   ONDERZOEKSPROGRAMMA VAN HET FONDS VOOR ONDERZOEK INZAKE KOLEN EN STAAL

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

08 23

ONDERZOEKSPROGRAMMA VAN HET FONDS VOOR ONDERZOEK INZAKE KOLEN EN STAAL

08 23 01

Onderzoeksprogramma staal

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

38 248 754,—

39 234 559,43

08 23 02

Onderzoeksprogramma kolen

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

7 866 263,—

12 295 187,16

 

Hoofdstuk 08 23 — Totaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

46 115 017,—

51 529 746,59

08 23 01   Onderzoeksprogramma staal

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

38 248 754,00

39 234 559,43

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, in het kader van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal, van de financiering van onderzoeksprojecten in de staalsector die buiten het kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling vallen.

De kredieten voor 2010 zullen worden bepaald overeenkomstig het resultaat van de EGKS in liquidatie op 31 december 2008 en zullen worden opgevoerd in de balans van de EGKS in liquidatie op 31 december 2008 (bestemmingsontvangsten). Overeenkomstig artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG is 72,8 % van de kredieten van het Fonds bestemd voor de staalsector.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de ontvangsten die worden opgenomen in post 6 1 1 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding tot de opvoering van extra kredieten.

Rechtsgronden

Beschikking 2003/76/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn voor de uitvoering van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte protocol betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal (PB L 29 van 5.2.2003, blz. 22).

Beschikking 2003/77/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de financiële meerjarenrichtsnoeren voor het beheer van de activa van de EGKS in liquidatie en, wanneer de liquidatie is afgesloten, van de activa van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal (PB L 29 van 5.2.2003, blz. 25).

08 23 02   Onderzoeksprogramma kolen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

7 866 263,00

12 295 187,16

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, in het kader van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal, van de financiering van onderzoeksprojecten in de steenkoolsector die buiten het kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling vallen.

De kredieten voor 2010 zullen worden bepaald overeenkomstig het resultaat van de EGKS in liquidatie op 31 december 2008 en zullen worden opgevoerd in de balans van de EGKS in liquidatie op 31 december 2008 (bestemmingsontvangsten). Overeenkomstig artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG is 27,2 % van de kredieten van het Fonds bestemd voor de steenkoolsector.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement geven de ontvangsten die worden opgenomen in post 6 1 1 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding tot de opvoering van extra kredieten.

Rechtsgronden

Beschikking 2003/76/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn voor de uitvoering van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte protocol betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal (PB L 29 van 5.2.2003, blz. 22).

Beschikking 2003/77/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de financiële meerjarenrichtsnoeren voor het beheer van de activa van de EGKS in liquidatie en, wanneer de liquidatie is afgesloten, van de activa van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal (PB L 29 van 5.2.2003, blz. 25).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERZOEK

BELEIDSSTRATEGIE EN — COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERZOEK

ONTWIKKELING VAN DE EUROPESE ONDERZOEKSRUIMTE

TITEL 09

INFORMATIEMAATSCHAPPIJ EN MEDIA

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

09 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „INFORMATIEMAATSCHAPPIJ EN MEDIA”

127 060 941

127 060 941

128 488 081

128 488 081

126 950 980,45

126 950 980,45

Reserves (40 01 40)

29 384

29 384

115 001

115 001

 

 

 

127 090 325

127 090 325

128 603 082

128 603 082

126 950 980,45

126 950 980,45

09 02

REGELGEVINGSKADER VOOR DE DIGITALE AGENDA

31 116 500

24 540 045

21 908 200

23 098 200

21 872 400,68

23 127 950,85

Reserves (40 02 41)

 

 

3 470 000

3 470 000

 

 

 

31 116 500

24 540 045

25 378 200

26 568 200

21 872 400,68

23 127 950,85

09 03

ABSORPTIE VAN ICT

119 120 000

115 285 305

111 000 000

125 237 000

113 430 143,36

87 295 239,96

09 04

SAMENWERKING — INFORMATIE- EN COMMUNICATIETECHNOLOGIE (ICT)

1 170 285 000

974 075 401

1 142 855 000

1 143 000 000

1 067 128 641,34

957 741 853,64

09 05

CAPACITEITEN — ONDERZOEKSINFRASTRUCTUREN

90 970 000

93 313 542

108 473 000

70 000 000

99 129 344,—

68 205 126,—

 

Titel 09 — Totaal

1 538 552 441

1 334 275 234

1 512 724 281

1 489 823 281

1 428 511 509,83

1 263 321 150,90

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

29 384

29 384

3 585 001

3 585 001

 

 

 

1 538 581 825

1 334 304 618

1 516 309 282

1 493 408 282

1 428 511 509,83

1 263 321 150,90

HOOFDSTUK 09 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „INFORMATIEMAATSCHAPPIJ EN MEDIA”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

09 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „INFORMATIEMAATSCHAPPIJ EN MEDIA”

09 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

5

38 660 348

40 973 748

39 865 666,98

Reserves (40 01 40)

 

29 384

115 001

 

 

 

38 689 732

41 088 749

39 865 666,98

09 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

09 01 02 01

Extern personeel

5

2 382 696

2 564 967

2 271 403,87

09 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

1 866 564

2 267 024

2 796 597,56

 

Artikel 09 01 02 — Subtotaal

 

4 249 260

4 831 991

5 068 001,43

09 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

5

2 801 333

2 996 342

3 129 940,88

09 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

09 01 04 01

Vaststelling en tenuitvoerlegging van het uniale beleid op het gebied van elektronische communicatie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

690 000

550 000

689 940,03

09 01 04 03

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Ondersteuning van het beleid op het gebied van informatie- en communicatietechnologie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

1 480 000

1 400 000

1 447 465,27

09 01 04 04

Safer Internet programma — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

200 000

250 000

181 666,—

09 01 04 06

Andere maatregelen in de audiovisuele en mediasector — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

50 000

50 000

0,—

 

Artikel 09 01 04 — Subtotaal

 

2 420 000

2 250 000

2 319 071,30

09 01 05

Ondersteunende uitgaven voor onderzoeksactiviteiten voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

09 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

1.1

46 400 000

45 500 000

45 264 000,—

09 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

1.1

13 460 000

13 200 000

12 874 081,28

09 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

1.1

19 070 000

18 736 000

18 430 218,58

 

Artikel 09 01 05 — Subtotaal

 

78 930 000

77 436 000

76 568 299,86

 

Hoofdstuk 09 01 — Totaal

 

127 060 941

128 488 081

126 950 980,45

Reserves (40 01 40)

 

29 384

115 001

 

 

 

127 090 325

128 603 082

126 950 980,45

09 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

09 01 01

38 660 348

40 973 748

39 865 666,98

Reserves (40 01 40)

29 384

115 001

 

Totaal

38 689 732

41 088 749

39 865 666,98

09 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

09 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 382 696

2 564 967

2 271 403,87

09 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 866 564

2 267 024

2 796 597,56

09 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 801 333

2 996 342

3 129 940,88

09 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

09 01 04 01   Vaststelling en tenuitvoerlegging van het uniale beleid op het gebied van elektronische communicatie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

690 000

550 000

689 940,03

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 09 02 01.

09 01 04 03   Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Ondersteuning van het beleid op het gebied van informatie- en communicatietechnologie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 480 000

1 400 000

1 447 465,27

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en van alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Het dient ook ter dekking van de uitgaven voor technische en/of administratieve bijstand met betrekking tot identificatie, voorbereiding, beheer, monitoring, audit en controle van het programma of de projecten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 09 03 01 en 09 03 02.

09 01 04 04   Safer Internet programma — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

200 000

250 000

181 666,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en van alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie de posten 09 02 02 01 en 09 02 02 02.

09 01 04 06   Andere maatregelen in de audiovisuele en mediasector — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

50 000

50 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en van alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 09 02 05.

09 01 05   Ondersteunende uitgaven voor onderzoeksactiviteiten voor het beleidsterrein „Informatiemaatschappij en media”

09 01 05 01   Uitgaven voor onderzoekspersoneel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

46 400 000

45 500 000

45 264 000,00

Toelichting

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

09 01 05 02   Extern personeel voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 460 000

13 200 000

12 874 081,28

Toelichting

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

09 01 05 03   Overige beheersuitgaven voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

19 070 000

18 736 000

18 430 218,58

Toelichting

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

HOOFDSTUK 09 02 —   REGELGEVINGSKADER VOOR DE DIGITALE AGENDA

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

09 02

REGELGEVINGSKADER VOOR DE DIGITALE AGENDA

09 02 01

Vaststelling en tenuitvoerlegging van het uniale beleid op het gebied van elektronische communicatie

1.1

4 000 000

3 808 716

2 350 000

2 000 000

1 792 090,82

2 030 047,62

09 02 02

Bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe onlinetechnologieën

09 02 02 01

Safer Internet programma

1.1

14 800 000

7 331 778

10 820 000

4 210 000

11 001 679,82

447 534,94

09 02 02 02

Afronding van Safer Internet plus — Bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe onlinetechnologieën

1.1

1 333 051

7 900 000

1 101,90

11 996 225,89

 

Artikel 09 02 02 — Subtotaal

 

14 800 000

8 664 829

10 820 000

12 110 000

11 002 781,72

12 443 760,83

09 02 03

Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging

09 02 03 01

Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging — Bijdrage aan titels 1 en 2

1.1

5 258 800

5 258 800

5 666 200

5 666 200

5 671 248,14

5 719 641,68

09 02 03 02

Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging — Bijdrage aan titel 3

1.1

1 928 700

1 928 700

1 622 000

1 622 000

2 457 600,—

2 457 600,—

 

Artikel 09 02 03 — Subtotaal

 

7 187 500

7 187 500

7 288 200

7 288 200

8 128 848,14

8 177 241,68

09 02 04

Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau

09 02 04 01

Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau — Bijdrage aan titels 1 en 2

1.1

3 029 000

3 029 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

2 570 000

2 570 000

 

 

 

 

3 029 000

3 029 000

2 570 000

2 570 000

 

 

09 02 04 02

Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau — Bijdrage aan titel 3

1.1

550 000

550 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

900 000

900 000

 

 

 

 

550 000

550 000

900 000

900 000

 

 

 

Artikel 09 02 04 — Subtotaal

 

3 579 000

3 579 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

3 470 000

3 470 000

 

 

 

 

3 579 000

3 579 000

3 470 000

3 470 000

 

 

09 02 05

Andere maatregelen in de audiovisuele en mediasector

3.2

950 000

950 000

950 000

1 200 000

948 680,—

476 900,72

09 02 06

Voorbereidende actie — Erasmus voor journalisten

3.2

600 000

350 000

500 000

500 000

 

 

 

Hoofdstuk 09 02 — Totaal

 

31 116 500

24 540 045

21 908 200

23 098 200

21 872 400,68

23 127 950,85

Reserves (40 02 41)

 

 

 

3 470 000

3 470 000

 

 

 

 

31 116 500

24 540 045

25 378 200

26 568 200

21 872 400,68

23 127 950,85

09 02 01   Vaststelling en tenuitvoerlegging van het uniale beleid op het gebied van elektronische communicatie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 000 000

3 808 716

2 350 000

2 000 000

1 792 090,82

2 030 047,62

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor een aantal activiteiten om:

het uniale beleid op het gebied van elektronischecommunicatienetwerken en -diensten uit te voeren teneinde initiatieven te lanceren om de uitdagingen in deze sector het hoofd te bieden;

de uitvoering van het regelgevingskader voor communicatiediensten (onder andere het mechanisme bedoeld in artikel 7 van Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (kaderrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 33)) te stimuleren en te volgen;

de overgang naar de informatiemaatschappij, in verband met elektronischecommunicatienetwerken en -diensten, en met name in de context van de follow-up van de top van Lissabon, te vergemakkelijken;

het mogelijk te maken dat derde landen een beleid voeren ter openstelling van hun markten, dat gelijkwaardig is aan dat van de Unie.

De specifieke doelstellingen van deze maatregelen zijn:

uitwerking van een uniaal beleid op het gebied van communicatienetwerken en -diensten (inclusief de convergentie tussen elektronische communicatie en de audiovisuele sector, aspecten die verband houden met het internet enz.);

de ontwikkeling van een radiospectrumbeleid voor de Unie;

ontwikkeling van activiteiten in de sector mobiele en satellietcommunicatie, en met name op het gebied van de frequenties;

een analyse van de situatie en de vastgestelde wetgeving op deze gebieden;

de coördinatie van dit beleid en initiatieven die verband houden met de internationale context (bv. de Wereldradio-communicatieconferentie (WRC) en de Europese Conferentie van post- en telecommunicatiediensten (CEPT));

de ontwikkeling van activiteiten en initiatieven op het gebied van de informatiemaatschappij.

Bij deze werkzaamheden gaat het onder andere om de opstelling van analysen en voortgangsverslagen, de raadpleging van de betrokken partijen en het publiek, de voorbereiding van voorstellen voor wetgeving en het toezicht op de toepassing van de wetgeving.

Dit krediet dient met name ter dekking van de uitgaven voor contracten voor analysen en adviezen van deskundigen, specifieke studies, evaluatierapporten, coördinatiewerkzaamheden, subsidies en de cofinanciering van bepaalde werkzaamheden.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

09 02 02   Bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe onlinetechnologieën

09 02 02 01   Safer Internet programma

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 800 000

7 331 778

10 820 000

4 210 000

11 001 679,82

447 534,94

Toelichting

Deze actie richt zich op het op evenwichtige wijze invoeren van operationele en technische maatregelen voor de bevordering van een veiliger gebruik van het internet en andere communicatietechnologieën, met name door kinderen, en de bestrijding van illegale of schadelijke inhoud online. Dienovereenkomstig zal het programma zich concentreren op praktische hulp voor eindgebruikers, met name kinderen, ouders, verzorgers, leraren en opvoeders.

De specifieke doelstellingen zijn:

de bestrijding van illegale online-inhoud en de aanpak van schadelijk onlinegedrag door activiteiten te steunen die erop gericht zijn de hoeveelheid illegale inhoud online te verminderen en adequaat om te gaan met schadelijk onlinegedrag, waarbij vooral de nadruk wordt gelegd op de onlineverspreiding van materiaal waarin kinderen seksueel misbruikt worden, kinderlokkerij en pesten;

het bevorderen van een veiliger onlineomgeving door belanghebbenden bijeen te brengen om manieren te vinden om een veiliger onlineomgeving te bevorderen en kinderen te beschermen tegen potentieel schadelijke inhoud en schadelijk gedrag. De bedoeling is belanghebbenden ertoe aan te zetten samen te werken, verantwoordelijkheid op zich te nemen en systemen voor zelfregulering te ontwikkelen en toe te passen, en door ingebouwde privacy aan te moedigen;

de bewustmaking van het publiek door contactpunten op te zetten waar het publiek, met name kinderen, ouders, verzorgers en leraren voorlichting kunnen krijgen over de mogelijkheden en risico's van het gebruik van onlinetechnologieën en over middelen om veilig online te kunnen gaan;

de vorming van een kennisbasis die als uitgangspunt kan dienen voor de ontwikkeling van instrumenten waarmee op zowel bestaande als toekomstige gebruiken, risico's en consequenties kan worden ingespeeld en waarmee informatie over zowel de kwantitatieve als de kwalitatieve aspecten in deze context wordt verzameld. De bijeengebrachte informatie zal worden gebruikt voor het uitvoeren van het voorgestelde programma en om adequate en evenredige acties te formuleren om te zorgen voor onlineveiligheid voor elke gebruiker.

Met het programma zal worden getracht de verschillende actoren bij de acties te betrekken en bijeen te brengen wier medewerking cruciaal is, maar die eigenlijk alleen tezamen komen wanneer de hiertoe geschikte structuren worden opgezet.

Hieronder vallen inhoudleveranciers, aanbieders van internetdiensten en exploitanten van mobiele netwerken, regelgevers, normalisatie-instanties, zelfregulerende lichamen van de industrie, nationale, regionale en lokale overheden die verantwoordelijk zijn voor industrie, onderwijs, consumentenbescherming, gezinnen, rechtshandhaving, de rechten van het kind en welzijnszorg ten behoeve van kinderen, en niet-gouvernementele organisaties die zich met consumentenbescherming, gezinnen, kinderrechten en kinderwelzijnszorg bezighouden.

Dit optreden zal worden uitgevoerd via werkzaamheden voor gezamenlijke rekening:

proefprojecten en activiteiten in verband met beste praktijken. Ad-hocprojecten op gebieden die relevant zijn voor het programma, waaronder projecten om beste praktijken te demonstreren of om bestaande technologie op een innovatieve manier te gebruiken, voornamelijk met het oog op gegevensbescherming en de bescherming van de grondrechten;

netwerken en nationale acties die uiteenlopende belanghebbenden bijeenbrengen om te zorgen voor actie in heel Europa en om coördinatieactiviteiten en kennisoverdracht te vergemakkelijken;

Europees onderzoek dat op vergelijkbare basis wordt uitgevoerd naar de wijze waarop volwassenen en kinderen onlinetechnologieën gebruiken, de hieruit voortvloeiende risico’s voor kinderen en de gevolgen van schadelijke praktijken voor kinderen, en gedrags- en psychologische aspecten waarbij de nadruk wordt gelegd op seksueel misbruik van kinderen in verband met het gebruik van onlinetechnologieën, onderzoek van toekomstige risicovolle situaties als gevolg van veranderend gedrag of technologische ontwikkelingen, enz.

De begeleidende maatregelen zullen bijdragen tot de uitvoering van het programma of de voorbereiding van toekomstige activiteiten. Hieronder vallen:

benchmarking en opiniepeilingen om betrouwbare gegevens bijeen te brengen over een veiliger gebruik van onlinetechnologieën voor alle lidstaten, die worden verzameld met behulp van vergelijkbare methoden;

technische beoordeling van technologieën, zoals filtersoftware, die ontworpen zijn met het oog op een veiliger gebruik van het internet en nieuwe onlinetechnologieën;

studies ter ondersteuning van het programma en de acties die in het kader daarvan worden uitgevoerd;

informatie-uitwisseling door middel van conferenties, seminars, workshops of andere vergaderingen, en het beheer van clusteractiviteiten;

verspreiding, voorlichtings- en communicatieactiviteiten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig n artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Een deel van de kredieten van deze begrotingslijn dient ter ondersteuning van projecten die beste praktijken analyseren en verspreiden in de hele Unie en die helpen nadenken over een kader voor de beoordeling van niveaus van mediageletterdheid en activiteiten. Specifieke aandacht kan worden besteed aan projecten die een analyse omvatten van de mediavertegenwoordiging en mediawaarden, de productie en distributie aanmoedigen van inhoud die betrekking heeft op mediageletterdheid, het gebruik stimuleren van de media om de participatie aan het sociale en het gemeenschapsleven te verbeteren en gericht zijn op de uitvoering van initiatieven op het vlak van mediageletterdheid die een brug slaan tussen de mediasector en het onderwijs. Organisaties van de openbare en de privésector die deskundigheid en Europese ervaring hebben op het vlak van mediageletterdheid, kunnen begunstigden zijn.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1351/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een meerjarenprogramma van de Gemeenschap betreffende de bescherming van kinderen die het internet en andere communicatietechnologieën gebruiken (PB L 348 van 24.12.2008, blz. 118).

09 02 02 02   Afronding van Safer Internet plus — Bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe onlinetechnologieën

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 333 051

7 900 000

1 101,90

11 996 225,89

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen in verband met het programma Safer Internet plus.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 854/2005/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2005 tot vaststelling van een communautair meerjarenprogramma ter bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe onlinetechnologieën (PB L 149 van 11.6.2005, blz. 1).

09 02 03   Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging

09 02 03 01   Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 258 800

5 258 800

5 666 200

5 666 200

5 671 248,14

5 719 641,68

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de personeels- en administratieve uitgaven van het Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging, zoals vastgesteld in Verordening (EG) nr. 460/2004.

Het Agentschap is gecreëerd om de Unie, de lidstaten en bijgevolg het bedrijfsleven beter in staat te stellen om netwerk- en informatiebeveiligingsproblemen te voorkomen, aan te pakken en het hoofd te bieden. Om dit doel te verwezenlijken, zal het Agentschap een hoog niveau van deskundigheid ontwikkelen en een ruime samenwerking tussen de betrokkenen uit de publieke en particuliere sector bevorderen.

Het Agentschap heeft als doel de Commissie en de lidstaten te helpen en te adviseren bij aangelegenheden in verband met netwerk- en informatiebeveiliging die binnen zijn bevoegdheden vallen, en de Commissie op verzoek te ondersteunen bij de technische voorbereidende werkzaamheden voor de actualisering en ontwikkeling van uniale wetgeving op het gebied van netwerk- en informatiebeveiliging.

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Agentschap (titels 1 en 2).

Het Agentschap moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de organen, bedoeld in artikel 185 van het Financieel Reglement, worden terugbetaald, worden beschouwd als bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f) van het Financieel Reglement), die moeten worden geboekt bij post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 460/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 tot oprichting van het Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging (PB L 77 van 13.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1007/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 460/2004 tot oprichting van het Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging, ten aanzien van de looptijd van het Agentschap (PB L 293 van 31.10.2008, blz. 1).

09 02 03 02   Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 928 700

1 928 700

1 622 000

1 622 000

2 457 600,00

2 457 600,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Agentschap voor het werkprogramma (titel 3).

Het Agentschap moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Overeenkomstig artikel 185 van het Financieel Reglement en de desbetreffende artikelen van het Financieel Reglement voor elk van de door de Gemeenschappen opgerichte organen is de rol van de begrotingsautoriteit versterkt.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de organen, bedoeld in artikel 185 van het Financieel Reglement, worden terugbetaald, worden beschouwd als bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f) van het Financieel Reglement), die moeten worden geboekt bij post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Europese Unie bedraagt voor 2011 in totaal 7 871 817 EUR. Aan het op de begroting opgevoerde bedrag van 7 187 500 EUR is een overschot van 684 317 EUR toegevoegd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 460/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 tot oprichting van het Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging (PB L 77 van 13.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1007/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 460/2004 tot oprichting van het Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging, ten aanzien van de looptijd van het Agentschap (PB L 293 van 31.10.2008, blz. 1).

09 02 04   Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau

09 02 04 01   Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

09 02 04 01

3 029 000

3 029 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

2 570 000

2 570 000

 

 

Totaal

3 029 000

3 029 000

2 570 000

2 570 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de personeelsuitgaven en administratieve uitgaven van het Bureau van het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC).

Het BEREC is een gespecialiseerd en onafhankelijk adviesorgaan dat de Commissie en de regelgevende instanties van de lidstaten ondersteuning biedt bij de tenuitvoerlegging van het uniale regelgevingskader inzake elektronische communicatie teneinde een consistente regelgevende aanpak in de hele Unie te bevorderen. Het BEREC is geen orgaan van de Unie en heeft geen rechtspersoonlijkheid.

Het Bureau van het BEREC is opgericht als orgaan van de Unie met rechtspersoonlijkheid, dat het BEREC professionele en administratieve ondersteuning verleent bij de uitvoering van de in Verordening (EG) nr. 1211/2009 vastgestelde taken.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Bureau is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1211/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 tot oprichting van het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) en het Bureau (PB L 337 van 18.12.2009, blz. 1).

09 02 04 02   Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

09 02 04 02

550 000

550 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

900 000

900 000

 

 

Totaal

550 000

550 000

900 000

900 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Bureau voor het werkprogramma (titel 3).

Het Bureau moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overschrijving van kredieten tussen beleidsuitgaven en administratieve uitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen beleidskredieten en administratieve kredieten.

Overeenkomstig artikel 185 van het Financieel Reglement en de desbetreffende artikelen van het Financieel Reglement voor elk van de door de Gemeenschappen opgerichte organen is de rol van de begrotingsautoriteit versterkt.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1211/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 tot oprichting van het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) en het Bureau (PB L 337 van 18.12.2009, blz. 1).

09 02 05   Andere maatregelen in de audiovisuele en mediasector

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

950 000

950 000

950 000

1 200 000

948 680,00

476 900,72

Toelichting

Oud artikel 09 06 03

Dit krediet dient ter dekking van de volgende acties:

tenuitvoerlegging van de richtlijn „Audiovisuele mediadiensten”,

toezicht op de ontwikkeling van de media, met inbegrip van pluralisme, en

verzameling en verspreiding van economische en juridische informatie en analyses over de audiovisuele sector.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/552/EEG van het Europees Parlement en de Raad van 3 oktober 1989 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) (PB L 298 van 17.10.1989, blz. 23).

09 02 06   Voorbereidende actie — Erasmus voor journalisten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

600 000

350 000

500 000

500 000

 

 

Toelichting

Oud artikel 09 06 05

Het waarborgen van pluralisme in Europa is een van de belangrijkste doelstellingen van het mediabeleid van de Unie. Een doeltreffende manier om pluralisme te bevorderen, is journalisten toegang geven tot pluralisme. Dit kan verwezenlijkt worden door de uitwisseling van journalisten uit verschillende landen en media in de Unie te financieren. De bedoeling is journalisten in staat te stellen een bredere en omvattendere kijk op de Unie en haar verschillende media en culturen te krijgen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 09 03 —   ABSORPTIE VAN ICT

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

09 03

ABSORPTIE VAN ICT

09 03 01

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Ondersteuning van het beleid op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT-beleidsondersteuningsprogramma)

1.1

119 120 000

95 217 900

111 000 000

87 500 000

113 277 366,06

34 507 685,43

09 03 02

Afronding van e-Inhoud plus — Bevordering van Europese digitale inhoud

1.1

17 139 222

30 400 000

0,—

31 748 898,68

09 03 03

Voorbereidende actie — Een op internet gebaseerd systeem voor een betere regelgeving en participatie van de burger

1.1

1 100 000

1 077 000

0,—

2 599 928,44

09 03 04

Afronding van voorgaande programma’s

09 03 04 01

Afronding van trans-Europese netwerken op het gebied van telecommunicatie (eTEN)

1.1

1 713 922

6 260 000

152 777,30

17 375 514,49

09 03 04 02

Afronding van het Modinis-programma

1.1

114 261

p.m.

0,—

1 063 212,92

 

Artikel 09 03 04 — Subtotaal

 

1 828 183

6 260 000

152 777,30

18 438 727,41

 

Hoofdstuk 09 03 — Totaal

 

119 120 000

115 285 305

111 000 000

125 237 000

113 430 143,36

87 295 239,96

09 03 01   Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Ondersteuning van het beleid op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT-beleidsondersteuningsprogramma)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

119 120 000

95 217 900

111 000 000

87 500 000

113 277 366,06

34 507 685,43

Toelichting

Het ICT-beleidsondersteuningsprogramma is één van de drie specifieke programma’s van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (KCI).

Er zal op uniaal niveau intensiever worden gewerkt aan de stimulering van een ruimere benutting van ICT. Met synergistische activiteiten op uniaal niveau zal worden getracht de onzekerheden en de risico's van duplicering te verminderen door ervaringen en geleerde lessen te delen en opnieuw te benutten en de internemarktdimensie van uit ICT afgeleide diensten te stimuleren door interoperabiliteit te bevorderen en versnippering tegen te gaan. Tevens zal worden gewerkt aan de stimulering van het technologisch en regelgevingsklimaat dat nodig is om innovatie te bevorderen en mogelijke hindernissen (zoals culturele, taalkundige, technische en juridische en handicap- of „dys”-gerelateerde belemmeringen) weg te nemen.

Conform de rechtsgrond, omvat het ICT-beleidsondersteuningsprogramma de volgende acties:

a)

ontwikkeling van de gemeenschappelijke Europese informatieruimte en versterking van de interne markt voor ICT-goederen en -diensten;

b)

stimulering van innovatie door de toepassing van en investeringen in ICT op te voeren;

c)

ontwikkeling van een inclusieve informatiemaatschappij en efficiëntere en effectievere diensten van openbaar belang, en verbetering van de kwaliteit van het bestaan, met name voor personen met een handicap of lijdend aan „dys”-aandoeningen (dyslexie, dyspraxie, dysfasie, dyscalculie, enz).

Dit zal met name gebeuren door ondersteuning van de ontwikkeling van op ICT gebaseerde diensten en de ontwikkeling en het gebruik van digitale inhoud van algemeen belang, zoals ICT voor gezondheidszorg en inclusie, ICT voor de overheid en het beleid, ICT voor energie-efficiëntie, intelligente mobiliteit en milieu, digitale bibliotheken, een betere exploitatie van overheidsinformatie, opleiding en vorming.

Een deel van de kredieten voor het ICT-beleidsondersteuningsprogramma in het KCI kan worden gebruikt voor het testen en in de hele Unie ontwikkelen van de volgende generatie 112, innovatieve diensten voor interoperabele nooddiensten en 112 voor alle burgers, resulterend in snellere en efficiëntere reacties die levens redden, onder andere middels vernieuwing van de traditionele technische aspecten voor noodoproepen, kostenverlaging en technische vereenvoudiging, met als ultiem doel het garanderen van optimale reacties op alle 112-oproepen van alle burgers, inclusief burgers met een handicap. Voorts moeten de kennis en het correcte gebruik van 112 worden aangemoedigd door middel van verspreidingsactiviteiten, informatie- en onderwijscampagnes. Daarnaast moet er een sms-nooddienst worden ontwikkeld en getest zodat gehandicapten de nooddiensten om hulp kunnen vragen.

Als onderdeel van het KCI zal het ICT-beleidsondersteuningsprogramma de ruimere introductie van ICT met het oog op een betere dienstverlening bevorderen. Het zal er ook voor zorgen dat Europese bedrijven, en met name het midden- en kleinbedrijf, kunnen profiteren van de nieuwe mogelijkheden die de stijgende vraag naar deze op ICT gebaseerde diensten biedt. Conform de rechtsgrond van het KCI, zal de steun voor de ontwikkeling en het gebruik van digitale inhoud vanaf 2009 volledig worden geïntegreerd in het ICT-beleidsondersteuningsprogramma. In 2007 en 2008 gebeurde dit als overgangsfase binnen het programma e-Inhoud plus (eContent-plus) (op basis van de eigen rechtsgrond daarvan).

Jaarlijks zal het grootste deel van de steun naar een beperkt aantal proefprojecten met een grote impact en acties met betrekking tot beste praktijken gaan. Voorts worden begeleidende maatregelen opgezet, zoals thematische netwerken van verschillende actoren rond specifieke doelstellingen. Deze zullen worden aangevuld met de monitoring van de Europese informatiemaatschappij, met maatregelen die de achtergrondkennis opleveren die nodig is voor de beleidsmatige besluitvorming en met activiteiten voor bevordering en bewustmaking van de voordelen die ICT voor burgers, bedrijven (met name het midden- en kleinbedrijf), of overheidsinstellingen oplevert.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15).

09 03 02   Afronding van e-Inhoud plus — Bevordering van Europese digitale inhoud

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 139 222

30 400 000

0,—

31 748 898,68

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen in verband met het meerjarenprogramma e-Inhoud plus (eContent-plus).

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking 96/339/EG van de Raad van 20 mei 1996 tot vaststelling van een meerjarenprogramma van de Gemeenschap ter bevordering van de ontwikkeling van een Europese multimedia-inhoudindustrie en ter aanmoediging van het gebruik van multimedia-inhoud in de opkomende informatiemaatschappij (Info 2000) (PB L 129 van 30.5.1996, blz. 24).

Beschikking 96/664/EG van de Raad van 21 november 1996 tot vaststelling van een meerjarenprogramma ter bevordering van de taalverscheidenheid in de Gemeenschap in de informatiemaatschappij (PB L 306 van 28.11.1996, blz. 40).

Beschikking 2001/48/EG van de Raad van 22 december 2000 tot vaststelling van een communautair meerjarenprogramma ter stimulering van de ontwikkeling en het gebruik van Europese digitale inhoud op de mondiale netwerken en ter bevordering van de taalkundige verscheidenheid in de informatiemaatschappij (PB L 14 van 18.1.2001, blz. 32).

Besluit nr. 456/2005/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2005 tot vaststelling van een meerjarenprogramma van de Gemeenschap ter verbetering van de toegankelijkheid, het nut en de exploiteerbaarheid van digitale inhoud in Europa (PB L 79 van 24.3.2005, blz. 1).

09 03 03   Voorbereidende actie — Een op internet gebaseerd systeem voor een betere regelgeving en participatie van de burger

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 100 000

1 077 000

0,—

2 599 928,44

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen in verband met de invoering van een op internet gebaseerd systeem voor een betere regelgeving en participatie van de burger.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

09 03 04   Afronding van voorgaande programma’s

09 03 04 01   Afronding van trans-Europese netwerken op het gebied van telecommunicatie (eTEN)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 713 922

6 260 000

152 777,30

17 375 514,49

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen in verband met netwerken in de telecommunicatiesector.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2236/95 van de Raad van 18 september 1995 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van trans-Europese netwerken (PB L 228 van 23.9.1995, blz. 1).

Beschikking nr. 2717/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 november 1995 betreffende een reeks richtsnoeren voor de ontwikkeling van Euro-ISDN (digitaal netwerk voor geïntegreerde diensten) als trans-Europees netwerk (PB L 282 van 24.11.1995, blz. 16).

Beschikking nr. 1336/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1997 betreffende een geheel van richtsnoeren voor trans-Europese telecommunicatienetwerken (PB L 183 van 11.7.1997, blz. 12).

09 03 04 02   Afronding van het Modinis-programma

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

114 261

p.m.

0,—

1 063 212,92

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen in verband met het meerjarenprogramma Modinis.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking 98/253/EG van de Raad van 30 maart 1998 tot aanneming van een communautair meerjarenprogramma om de totstandbrenging van de informatiemaatschappij in Europa te stimuleren (informatiemaatschappij) (PB L 107 van 7.4.1998, blz. 10).

Beschikking nr. 2256/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 tot vaststelling van een meerjarenprogramma (2003-2005) voor de monitoring van het eEurope-actieplan 2005, verspreiding van goede praktijken en de verbetering van de netwerk- en informatiebeveiliging (Modinis) (PB L 336 van 23.12.2003, blz. 1).

HOOFDSTUK 09 04 —   SAMENWERKING — INFORMATIE- EN COMMUNICATIETECHNOLOGIE (ICT)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

09 04

SAMENWERKING — INFORMATIE- EN COMMUNICATIETECHNOLOGIE (ICT)

09 04 01

Ondersteuning van samenwerking bij onderzoek op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie (ICT — Samenwerking)

09 04 01 01

Ondersteuning van samenwerking bij onderzoek op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie (ICT — Samenwerking)

1.1

1 081 288 900

852 200 203

1 022 601 000

984 467 000

926 773 375,73

630 172 208,90

09 04 01 02

Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Gemeenschappelijke onderneming Artemis

1.1

43 000 000

38 087 160

53 816 000

21 500 000

36 000 000,—

9 028 501,62

09 04 01 03

Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming Artemis

1.1

1 500 000

1 428 268

1 761 000

1 761 000

1 324 192,69

1 281 260,32

09 04 01 04

Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Gemeenschappelijke onderneming ENIAC

1.1

43 000 000

19 043 580

63 405 000

22 000 000

40 536 843,—

2 035 025,43

09 04 01 05

Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming ENIAC

1.1

1 496 100

1 424 555

1 272 000

1 272 000

500 496,11

324 039,88

 

Artikel 09 04 01 — Subtotaal

 

1 170 285 000

912 183 766

1 142 855 000

1 031 000 000

1 005 134 907,53

642 841 036,15

09 04 02

Kredieten afkomstig van de deelname van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

61 420 873,91

43 555 582,69

09 04 03

Afronding van voorgaande communautaire kaderprogramma’s (van vóór 2007)

1.1

61 891 635

112 000 000

572 859,90

271 345 234,80

 

Hoofdstuk 09 04 — Totaal

 

1 170 285 000

974 075 401

1 142 855 000

1 143 000 000

1 067 128 641,34

957 741 853,64

09 04 01   Ondersteuning van samenwerking bij onderzoek op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie (ICT — Samenwerking)

09 04 01 01   Ondersteuning van samenwerking bij onderzoek op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie (ICT — Samenwerking)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 081 288 900

852 200 203

1 022 601 000

984 467 000

926 773 375,73

630 172 208,90

Toelichting

Het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) en het thema „Informatie- en communicatietechnologie” (ICT) van het specifieke programma „Samenwerking” hebben tot doel het concurrentievermogen van de Europese industrie te verhogen en Europa in staat te stellen zich de toekomstige ontwikkelingen in de ICT eigen te maken en hieraan richting te geven teneinde aan de maatschappelijke en economische behoeften te voldoen.

De activiteiten zullen Europa's wetenschappelijke en technologische basis verstevigen en zijn wereldwijde leiderschap op ICT-gebied consolideren, de innovatie door toepassing van ICT bevorderen en ervoor zorgen dat de vooruitgang in de ICT snel wordt vertaald in voordelen voor de burger, het bedrijfsleven, de industrie en de overheden in Europa.

Bij het thema „ICT” wordt het strategische onderzoek geconcentreerd rond grote technologiepijlers, wordt voor eind-tot-eind-integratie van technologieën gezorgd en worden de kennis en de middelen geboden voor de ontwikkeling van een breed gamma van innovatieve ICT-toepassingen.

De activiteiten hebben een katalyserend effect op de industriële en technologische vooruitgang in de ICT-sector en verbeteren de concurrentieslagkracht in belangrijke ICT-intensieve sectoren, zowel door innovatieve, hoogwaardige, op ICT gebaseerde producten en diensten als door nieuwe of verbeterde organisatorische processen binnen het bedrijfsleven en bij de overheid. Dit thema dient ook ter ondersteuning van het overige beleid van de Unie doordat het de ICT stimuleert om aan de behoeften van het publiek en de samenleving te voldoen.

De activiteiten hebben betrekking op samenwerkings- en netwerkactiviteiten en initiatieven voor de coördinatie van nationale programma’s. Onder dit artikel vallen tevens de uitgaven voor de inschakeling van onafhankelijke deskundigen bij de beoordeling van voorstellen en de evaluatie van projecten, de kosten van door de Commissie georganiseerde evenementen, vergaderingen, conferenties, workshops en colloquia van Europees belang, de kosten van studies, analysen en evaluaties, de kosten van follow-up en evaluatie van de specifieke programma’s en de kaderprogramma’s, alsmede de kosten van activiteiten voor de follow-up en de verspreiding van de programmaresultaten, met inbegrip van de activiteiten uit hoofde van de voorgaande kaderprogramma’s.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

09 04 01 02   Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Gemeenschappelijke onderneming Artemis

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

43 000 000

38 087 160

53 816 000

21 500 000

36 000 000,00

9 028 501,62

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming Artemis draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) en het thema „Informatie- en communicatietechnologie” van het specifieke programma „Samenwerking”. Zij heeft de volgende taken:

een onderzoeksagenda vaststellen en ten uitvoer leggen voor de ontwikkeling van cruciale technologieën voor ingebedde computersystemen voor verschillende toepassingsgebieden, teneinde het Europese concurrentievermogen en de duurzaamheid van de economie te versterken en het ontstaan van nieuwe markten en maatschappelijke toepassingen te bevorderen;

de tenuitvoerlegging ondersteunen van de O&O-activiteiten, met name door financiering toe te kennen aan deelnemers in aan de hand van vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen geselecteerde projecten;

een publiek-privaat partnerschap bevorderen dat gericht is op het mobiliseren en samenbrengen van uniale, nationale en particuliere inspanningen, waardoor de totale investeringen voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van ingebedde computersystemen worden verhoogd en de samenwerking tussen de publieke en particuliere sectoren wordt versterkt;

de efficiëntie en duurzaamheid garanderen van het gemeenschappelijk technologisch initiatief (Joint Technology Initiative — JTI) op het gebied van ingebedde computersystemen;

de synergie en coördinatie bewerkstelligen van de Europese O&O-inspanningen op het gebied van ingebedde computersystemen, inclusief de geleidelijke integratie in de gemeenschappelijke onderneming Artemis van verwante activiteiten op dit gebied die momenteel worden uitgevoerd in het kader van intergouvernementele stelsels voor onderzoek en ontwikkeling (Eureka).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 74/2008 van de Raad van 20 december 2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Artemis voor de tenuitvoerlegging van een gezamenlijk technologie-initiatief inzake ingebedde computersystemen (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 52).

09 04 01 03   Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming Artemis

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

1 428 268

1 761 000

1 761 000

1 324 192,69

1 281 260,32

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming Artemis draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) en het thema „Informatie- en communicatietechnologie” van het specifieke programma „Samenwerking”. Zij heeft de volgende taken:

een onderzoeksagenda vaststellen en ten uitvoer leggen voor de ontwikkeling van cruciale technologieën voor ingebedde computersystemen voor verschillende toepassingsgebieden, teneinde het Europese concurrentievermogen en de duurzaamheid van de economie te versterken en het ontstaan van nieuwe markten en maatschappelijke toepassingen te bevorderen;

de tenuitvoerlegging ondersteunen van de O&O-activiteiten, met name door financiering toe te kennen aan deelnemers in aan de hand van vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen geselecteerde projecten;

een publiek-privaat partnerschap bevorderen dat gericht is op het mobiliseren en samenbrengen van uniale, nationale en particuliere inspanningen, waardoor de totale investeringen voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van ingebedde computersystemen worden verhoogd en de samenwerking tussen de publieke en particuliere sectoren wordt versterkt;

de efficiëntie en duurzaamheid garanderen van het gemeenschappelijk technologisch initiatief (Joint Technology Initiative) op het gebied van ingebedde computersystemen;

de synergie en coördinatie bewerkstelligen van de Europese O&O-inspanningen op het gebied van ingebedde computersystemen, inclusief de geleidelijke integratie in de gemeenschappelijke onderneming Artemis van verwante activiteiten op dit gebied die momenteel worden uitgevoerd in het kader van intergouvernementele stelsels voor onderzoek en ontwikkeling (Eureka).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 74/2008 van de Raad van 20 december 2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Artemis voor de tenuitvoerlegging van een gezamenlijk technologie-initiatief inzake ingebedde computersystemen (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 52).

09 04 01 04   Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Gemeenschappelijke onderneming ENIAC

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

43 000 000

19 043 580

63 405 000

22 000 000

40 536 843,00

2 035 025,43

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming ENIAC draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) en het thema „Informatie- en communicatietechnologie” van het specifieke programma „Samenwerking”.

Zij heeft de volgende taken:

een onderzoeksagenda voor de ontwikkeling van cruciale competenties voor nano-elektronica op verschillende toepassingsgebieden vaststellen en ten uitvoer leggen, teneinde het Europese concurrentievermogen en de duurzaamheid van de economie te versterken en het ontstaan van nieuwe markten en maatschappelijke toepassingen te bevorderen;

de voor de tenuitvoerlegging van de onderzoeksagenda vereiste activiteiten ondersteunen, met name door het toekennen van financiering aan de deelnemers in projecten die geselecteerd zijn op basis van vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

een publiek-privaat partnerschap bevorderen met het oog op het mobiliseren en samenbrengen van uniale, nationale en particuliere inspanningen, waardoor de totale investeringen voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van nano-elektronica worden verhoogd en de samenwerking tussen de publieke en particuliere sectoren wordt versterkt;

synergie en coördinatie bewerkstelligen van de Europese onderzoeks- en ontwikkelingsinspanningen op het gebied van nano-elektronica, inclusief — wanneer een toegevoegde waarde tot stand kan worden gebracht — de geleidelijke integratie in de gemeenschappelijke onderneming ENIAC van verwante activiteiten op dit gebied die momenteel worden uitgevoerd in het kader van intergouvernementele stelsels voor onderzoek en ontwikkeling (Eureka);

overeenkomstig de doelstellingen van het zevende kaderprogramma de betrokkenheid van het midden- en kleinbedrijf bij haar activiteiten bevorderen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 72/2008 van de Raad van 20 december 2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming ENIAC (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 21).

09 04 01 05   Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming ENIAC

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 496 100

1 424 555

1 272 000

1 272 000

500 496,11

324 039,88

Toelichting

De gemeenschappelijke onderneming ENIAC draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) en het thema „Informatie- en communicatietechnologie” van het specifieke programma „Samenwerking”.

Zij heeft de volgende taken:

een onderzoeksagenda voor de ontwikkeling van cruciale competenties voor nano-elektronica op verschillende toepassingsgebieden vaststellen en ten uitvoer leggen, teneinde het Europese concurrentievermogen en de duurzaamheid van de economie te versterken en het ontstaan van nieuwe markten en maatschappelijke toepassingen te bevorderen;

de voor de tenuitvoerlegging van de onderzoeksagenda vereiste activiteiten ondersteunen, met name door het toekennen van financiering aan de deelnemers in projecten die geselecteerd zijn op basis van vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

een publiek-privaat partnerschap bevorderen met het oog op het mobiliseren en samenbrengen van uniale, nationale en particuliere inspanningen, waardoor de totale investeringen voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van nano-elektronica worden verhoogd en de samenwerking tussen de publieke en particuliere sectoren wordt versterkt;

synergie en coördinatie bewerkstelligen van de Europese onderzoeks- en ontwikkelingsinspanningen op het gebied van nano-elektronica, inclusief — wanneer een toegevoegde waarde tot stand kan worden gebracht — de geleidelijke integratie in de gemeenschappelijke onderneming ENIAC van verwante activiteiten op dit gebied die momenteel worden uitgevoerd in het kader van intergouvernementele stelsels voor onderzoek en ontwikkeling (Eureka);

overeenkomstig de doelstellingen van het zevende kaderprogramma de betrokkenheid van het midden- en kleinbedrijf bij haar activiteiten bevorderen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 72/2008 van de Raad van 20 december 2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming ENIAC (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 21).

09 04 02   Kredieten afkomstig van de deelname van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

61 420 873,91

43 555 582,69

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding kunnen geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

09 04 03   Afronding van voorgaande communautaire kaderprogramma’s (van vóór 2007)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

61 891 635

112 000 000

572 859,90

271 345 234,80

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor de dekking van de eerdere verplichtingen in verband met de afronding van voorgaande kaderprogramma’s.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit 87/516/Euratom, EEG van de Raad van 28 september 1987 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1987-1991) (PB L 302 van 24.10.1987, blz. 1).

Besluit 90/221/Euratom, EEG van de Raad van 23 april 1990 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 117 van 8.5.1990, blz. 28).

Besluit 93/167/Euratom, EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot aanpassing van Besluit 90/221/Euratom, EEG betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 43).

Besluit nr. 1110/94/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 april 1994 betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 126 van 18.5.1994, blz. 1).

Besluit nr. 616/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 1996 tot aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 69).

Besluit nr. 2535/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 1 december 1997 tot tweede aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 347 van 18.12.1997, blz. 1).

Besluit nr. 182/1999/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 1).

Besluit nr. 1513/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, ter bevordering van de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte en van innovatie (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 1).

Beschikking 2002/834/EG van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling van een specifiek programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie: „Integratie en versterking van de Europese onderzoeksruimte” (2002-2006) (PB L 294 van 29.10.2002, blz. 1).

Beschikking 2002/835/EG van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling van een specifiek programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie: „Structurering van de Europese onderzoeksruimte” (2002-2006) (PB L 294 van 29.19.2002, blz. 44).

HOOFDSTUK 09 05 —   CAPACITEITEN — ONDERZOEKSINFRASTRUCTUREN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

09 05

CAPACITEITEN — ONDERZOEKSINFRASTRUCTUREN

09 05 01

Capaciteiten — Onderzoeksinfrastructuren

1.1

90 970 000

93 313 542

108 473 000

70 000 000

99 129 344,—

68 205 126,—

 

Hoofdstuk 09 05 — Totaal

 

90 970 000

93 313 542

108 473 000

70 000 000

99 129 344,—

68 205 126,—

09 05 01   Capaciteiten — Onderzoeksinfrastructuren

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

90 970 000

93 313 542

108 473 000

70 000 000

99 129 344,00

68 205 126,00

Toelichting

Investeren in kennis is de beste manier voor Europa om in de geglobaliseerde economie duurzame groei te bereiken en daarom vormt het programma voor onderzoek de hoeksteen van het kennisbeleid van Europa. Het specifieke programma „Capaciteiten” in het kader van het zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie is gericht op de bevordering van de onderzoeks- en innovatiecapaciteit in heel Europa om het ontstaan en de versterking van multidisciplinaire Europese centra van excellentie mogelijk te maken. Onderzoeksinfrastructuren spelen een cruciale rol bij de totstandbrenging van kennis, de verspreiding van kennis en de toepassing en exploitatie daarvan en dus bij de bevordering van innovatie.

De activiteiten zijn meer specifiek gericht op de inzet van op ICT gebaseerde infrastructuren, de zogenaamde e-infrastructuren. Zij bieden diensten aan aan de onderzoekswereld door virtuele gemeenschappen te laten beschikken over de kracht van gedistribueerde op ICT gebaseerde hulpbronnen (computers, verbindingen, opslagmogelijkheden, gegevens en instrumentarium). De versterking van een Europese aanpak op dit gebied zorgt voor synergie tussen nationale infrastructuren en initiatieven, zorgt ervoor dat er een kritische massa wordt gehaald, rationaliseert nieuwe investeringen en streeft naar een mondiaal toonaangevende positie. Dit kan een belangrijke bijdrage leveren tot het stimuleren van het Europese onderzoekspotentieel en de benutting ervan, door het consolideren van e-infrastructuren als een pijler van de Europese onderzoeksruimte, een „voorloper” van interdisciplinaire innovatie en een drijfveer bij het veranderen van de manier waarop wetenschap wordt bedreven.

Onder dit artikel vallen tevens de uitgaven voor door de Commissie georganiseerde vergaderingen, conferenties, workshops en colloquia op hoog wetenschappelijk en technologisch niveau en van Europees belang, en voor de financiering van studies, subsidies, follow-up en evaluatie van de specifieke programma’s en de kaderprogramma’s en van analysen en beoordelingen van hoog wetenschappelijk en technologisch niveau die in opdracht van de Unie worden uitgevoerd om nieuwe onderzoeksgebieden waarop maatregelen van de Unie gewenst zijn te verkennen, en met name in het kader van de Europese onderzoeksruimte, alsmede de activiteiten voor de follow-up en de verspreiding van de programmaresultaten, met inbegrip van de activiteiten uit hoofde van de voorgaande kaderprogramma’s.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/974/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Capaciteiten” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 300).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL INFORMATIEMAATSCHAPPIJ EN MEDIA

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL INFORMATIEMAATSCHAPPIJ EN MEDIA

TITEL 10

EIGEN ONDERZOEK

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „EIGEN ONDERZOEK”

327 938 000

327 938 000

316 450 000

316 450 000

327 483 317,46

327 483 317,46

10 02

BELEIDSKREDIETEN RECHTSTREEKS GEFINANCIERD ONDERZOEK — ZEVENDE KADERPROGRAMMA (2007-2013) — EU

31 226 000

30 469 728

30 613 000

32 000 000

33 751 176,56

31 579 142,92

10 03

BELEIDSKREDIETEN RECHTSTREEKS GEFINANCIERD ONDERZOEK — ZEVENDE KADERPROGRAMMA (2007-2011) — EURATOM

9 544 000

9 045 700

9 358 000

9 300 000

9 465 169,67

8 736 948,06

10 04

AFRONDING VAN VOORGAANDE KADERPROGRAMMA'S EN ANDERE ACTIVITEITEN

p.m.

190 435

p.m.

797 000

31 673 977,83

30 185 361,94

10 05

HISTORISCHE VERPLICHTINGEN TEN GEVOLGE VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK CENTRUM VOOR ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET EURATOM-VERDRAG

26 270 000

28 565 370

26 900 000

33 000 000

30 236 894,54

19 067 260,84

 

Titel 10 — Totaal

394 978 000

396 209 233

383 321 000

391 547 000

432 610 536,06

417 052 031,22

Toelichting

Deze toelichting is van toepassing op alle begrotingsonderdelen van het beleidsterrein „Eigen onderzoek” (met uitzondering van hoofdstuk 10 05).

De kredieten dienen niet alleen ter dekking van uitgaven voor interventie en voor onder het statuut vallend personeel, maar ook voor andere personeelskosten, uitgaven uit hoofde van aannemingscontracten, infrastructuurkosten, uitgaven voor voorlichting en publicaties, alsmede van alle andere huishoudelijke uitgaven in verband met de uitvoering van de maatregelen op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling, verkennend onderzoek inbegrepen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op de posten 6 2 2 4 en 6 2 2 5 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Diverse ontvangsten kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van extra kredieten, die, al naargelang van hun bestemming, zullen worden gebruikt voor hoofdstukken 10 02, 10 03 of 10 04 of voor artikel 10 01 05.

Ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma's, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Deelname van derde landen of organisaties uit derde landen aan de Europese samenwerking op het gebied van wetenschappelijk en technisch onderzoek is voor een aantal van deze projecten mogelijk. Eventuele financiële bijdragen worden geboekt op post 6 0 1 3 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

De extra kredieten zullen worden opgevoerd bij de artikelen 10 02 02 en 10 03 02.

De kredieten in deze titel dekken bij benadering 15 % van de kosten van het personeel dat werkzaam is bij de financiële en administratieve diensten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek en van de ondersteuning die zij nodig hebben.

HOOFDSTUK 10 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „EIGEN ONDERZOEK”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „EIGEN ONDERZOEK”

10 01 05

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Eigen Onderzoek”

10 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

1.1

192 313 000

185 990 000

182 868 546,31

10 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

1.1

41 598 000

40 324 000

52 538 818,33

10 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

1.1

94 027 000

90 136 000

92 075 952,82

 

Artikel 10 01 05 — Subtotaal

 

327 938 000

316 450 000

327 483 317,46

 

Hoofdstuk 10 01 — Totaal

 

327 938 000

316 450 000

327 483 317,46

10 01 05   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Eigen Onderzoek”

Toelichting

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op de posten 6 2 2 3 en 6 2 2 6 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op de posten 6 2 2 1, 6 2 2 4 en 6 2 2 5 van de staat van ontvangsten aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze ontvangsten zullen worden gebruikt om de kosten te dekken van met name de personeelsuitgaven en de middelen die samenhangen met acties die het Gemeenschappelijke Centrum voor onderzoek voor derden uitvoert.

Deze kredieten kunnen worden verhoogd door een op concurrerende basis gestoelde deelname van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek aan acties onder contract en acties voor wetenschappelijke en technische ondersteuning van het uniale/communautaire beleid.

10 01 05 01   Uitgaven voor onderzoekspersoneel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

192 313 000

185 990 000

182 868 546,31

Toelichting

Deze kredieten dienen ter dekking van de uitgaven voor het statutair personeel dat posten in de goedgekeurde personeelsformatie van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek inneemt en de taken van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek uitvoert, en met name in het kader van:

eigen acties, bestaande uit acties voor wetenschappelijke en technische ondersteuning, onderzoeksacties, verkennend onderzoek in de instellingen van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek;

acties onder contract, bestaande uit programma's die worden uitgevoerd in het kader van een op concurrerende basis gestoelde deelname van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek aan bepaalde activiteiten.

De verdeling van de kredieten voor de personeelsuitgaven ziet er als volgt uit:

Programma

Kredieten

Kaderprogramma (nucleair)

55 407 000

Kaderprogramma (niet-nucleair)

136 906 000

Buiten kaderprogramma

p.m.

Totaal

192 313 000

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bijdrage van de lidstaten van de EVA is uitsluitend afkomstig van hun deelneming aan de niet-nucleaire activiteiten van het kaderprogramma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60).

Beschikking 2006/975/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma dat door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek door middel van eigen acties moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 368).

Beschikking 2006/977/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma dat door middel van eigen acties door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 434).

Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

10 01 05 02   Extern personeel voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

41 598 000

40 324 000

52 538 818,33

Toelichting

Deze kredieten zijn bedoeld ter dekking van alle uitgaven voor het personeel dat posten inneemt die niet in de personeelsformatie van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek zijn opgenomen, d.w.z. tijdelijk personeel, gedetacheerde nationale deskundigen, gastonderzoekers, houders van een beurs en tijdelijk personeel, met het oog op de tenuitvoerlegging van de activiteiten van het Centrum.

De verdeling van de kredieten voor de uitgaven voor extern onderzoekspersoneel ziet er als volgt uit:

Programma

Kredieten

Kaderprogramma (nucleair)

10 202 000

Kaderprogramma (niet-nucleair)

31 396 000

Buiten kaderprogramma

p.m.

Totaal

41 598 000

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bijdrage van de lidstaten van de EVA is uitsluitend afkomstig van hun deelneming aan de niet-nucleaire activiteiten van het kaderprogramma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60).

Beschikking 2006/975/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma dat door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek door middel van eigen acties moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 368).

Beschikking 2006/977/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma dat door middel van eigen acties door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 434).

Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

10 01 05 03   Overige beheersuitgaven voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

94 027 000

90 136 000

92 075 952,82

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle overige personeelsuitgaven die niet onder de posten 10 01 05 01 en 10 01 05 02 vallen. Het betreft uitgaven die niet rechtstreeks in verhouding staan tot het huidige personeel.

Het dekt bovendien de uitgaven in verband met de organisatie van vergelijkende onderzoeken en het voeren van sollicitatiegesprekken met kandidaten, beroepsopleiding, dienstreizen, recepties en representatie, en de uitgaven voor sociaal-medische infrastructuur.

Dit krediet dient tevens ter dekking van de uitgaven voor alle uitvoeringsmiddelen die worden gebruikt voor de verwezenlijking van de activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek.

Het gaat om:

uitgaven voor wetenschappelijke en technische ondersteuning van de instituten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (werkplaatsen, computercentra, nucleaire ondersteuning, stralingsbescherming, bestralingsapparatuur (reactoren, cyclotron, deeltjesversnellers), hete cellen, ontwikkelingsafdeling, opslagplaatsen, enz.), met inbegrip van die welke rechtstreeks in verband staan met de werking van de wetenschappelijke afdelingen;

uitgaven voor de administratieve en technische infrastructuur, waaronder die van het directoraat-generaal van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, die worden verricht ter ondersteuning van zijn instituten;

specifieke uitgaven van de betrokken eenheden van de vestigingen in Geel, Ispra, Karlsruhe, Sevilla en Petten, met inbegrip van het directoraat-generaal van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek dat over Brussel en Ispra is verdeeld (alle soorten aankopen en contracten).

De verdeling van de kredieten voor de overige uitgaven voor onderzoeksbeheer ziet er als volgt uit:

Programma

Kredieten

Kaderprogramma (nucleair)

35 328 000

Kaderprogramma (niet-nucleair)

58 699 000

Buiten kaderprogramma

p.m.

Totaal

94 027 000

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bijdrage van de lidstaten van de EVA is uitsluitend afkomstig van hun deelneming aan de niet-nucleaire activiteiten van het kaderprogramma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60).

Beschikking 2006/975/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma dat door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek door middel van eigen acties moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 368).

Beschikking 2006/977/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma dat door middel van eigen acties door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 434).

Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

HOOFDSTUK 10 02 —   BELEIDSKREDIETEN RECHTSTREEKS GEFINANCIERD ONDERZOEK — ZEVENDE KADERPROGRAMMA (2007-2013) — EU

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 02

BELEIDSKREDIETEN RECHTSTREEKS GEFINANCIERD ONDERZOEK — ZEVENDE KADERPROGRAMMA (2007-2013) — EU

10 02 01

Niet-nucleaire activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (GCO)

1.1

31 226 000

30 469 728

30 613 000

32 000 000

32 824 477,11

29 392 516,76

10 02 02

Kredieten afkomstig van de deelneming van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

926 699,45

2 186 626,16

 

Hoofdstuk 10 02 — Totaal

 

31 226 000

30 469 728

30 613 000

32 000 000

33 751 176,56

31 579 142,92

10 02 01   Niet-nucleaire activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (GCO)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

31 226 000

30 469 728

30 613 000

32 000 000

32 824 477,11

29 392 516,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de activiteiten voor wetenschappelijke en technische steun en onderzoek die door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek overeenkomstig het niet-nucleaire specifieke programma betreffende de volgende thema's worden uitgevoerd:

voorspoed in een kennisintensieve maatschappij,

solidariteit en verantwoord beheer van hulpbronnen,

veiligheid en vrijheid,

Europa als wereldpartner.

Het dient bovendien ter dekking van de specifieke uitgaven voor onderzoek en de betrokken ondersteunende activiteiten (alle soorten aankopen en contracten). Daartoe behoren de direct voor de betrokken projecten gedane uitgaven voor wetenschappelijke infrastructuur.

Dit krediet dient tevens ter dekking van alle soorten uitgaven voor onderzoeksactiviteiten die verbonden zijn met de activiteiten van dit artikel en die worden toevertrouwd aan het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek in het kader van een op concurrerende basis gestoelde deelname van dit Centrum aan werkzaamheden onder contract.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op post 6 2 2 6 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/975/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma dat door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek door middel van eigen acties moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 368).

10 02 02   Kredieten afkomstig van de deelneming van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

926 699,45

2 186 626,16

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan projecten op het gebied van niet-nucleair onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op de posten 6 0 1 3 en 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

HOOFDSTUK 10 03 —   BELEIDSKREDIETEN RECHTSTREEKS GEFINANCIERD ONDERZOEK — ZEVENDE KADERPROGRAMMA (2007-2011) — EURATOM

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 03

BELEIDSKREDIETEN RECHTSTREEKS GEFINANCIERD ONDERZOEK — ZEVENDE KADERPROGRAMMA (2007-2011) — EURATOM

10 03 01

Nucleaire activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (GCO)

1.1

9 544 000

9 045 700

9 358 000

9 300 000

8 355 731,62

8 023 098,92

10 03 02

Kredieten afkomstig van de deelneming van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

1 109 438,05

713 849,14

 

Hoofdstuk 10 03 — Totaal

 

9 544 000

9 045 700

9 358 000

9 300 000

9 465 169,67

8 736 948,06

10 03 01   Nucleaire activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (GCO)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 544 000

9 045 700

9 358 000

9 300 000

8 355 731,62

8 023 098,92

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de activiteiten voor wetenschappelijke en technische steun en onderzoek die door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek overeenkomstig het nucleair specifiek programma betreffende de volgende thema's worden uitgevoerd:

beheer van nucleaire afvalstoffen, milieu-impact en basiskennis,

nucleaire veiligheid,

nucleaire beveiliging.

Het dekt de noodzakelijke werkzaamheden voor de uitvoering van de verplichtingen met betrekking tot de nucleaire veiligheidscontrole, die voortvloeien uit hoofdstuk 7 van titel II van het Euratom-Verdrag, en de verplichtingen die voortvloeien uit het non-proliferatieverdrag en uit de uitvoering van het ondersteuningsprogramma van de Commissie ten behoeve van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie.

Het krediet dient bovendien ter dekking van de specifieke uitgaven voor onderzoek en de betrokken ondersteunende activiteiten (alle soorten aankopen en contracten). Daartoe behoren de direct voor de betrokken projecten gedane uitgaven voor wetenschappelijke infrastructuur.

Tevens dient het ter dekking van alle soorten uitgaven voor onderzoeksactiviteiten die verbonden zijn met de activiteiten van dit artikel en die worden toevertrouwd aan het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek in het kader van een op concurrerende basis gestoelde deelname van dit Centrum aan werkzaamheden onder contract.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op post 6 2 2 6 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Rechtsgronden

Besluit 2006/970/Euratom van de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60).

Beschikking 2006/977/Euratom van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma dat door middel van eigen acties door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 434).

Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling van de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2011) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1).

10 03 02   Kredieten afkomstig van de deelneming van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

1 109 438,05

713 849,14

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan projecten op het gebied van nucleair onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op de posten 6 0 1 3 en 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

HOOFDSTUK 10 04 —   AFRONDING VAN VOORGAANDE KADERPROGRAMMA'S EN ANDERE ACTIVITEITEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 04

AFRONDING VAN VOORGAANDE KADERPROGRAMMA'S EN ANDERE ACTIVITEITEN

10 04 01

Afronding van vroegere gemeenschappelijke programma's

10 04 01 01

Afronding van vroeger gemeenschappelijk programma — Europese Gemeenschap

1.1

114 261

510 000

842 545,38

4 207 557,30

10 04 01 02

Afronding van vroeger gemeenschappelijke programma’s — Euratom

1.1

76 174

287 000

216 178,72

665 696,04

 

Artikel 10 04 01 — Subtotaal

 

190 435

797 000

1 058 724,10

4 873 253,34

10 04 02

Dienstverlening en werkzaamheden op rekening van derden

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

4 578 558,48

2 471 145,42

10 04 03

O&O-steun voor uniaal beleid op concurrerende basis

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

14 723 040,41

11 193 935,04

10 04 04

Exploitatie van de hogefluxreactor (HFR)

10 04 04 01

Exploitatie van de hogefluxreactor (HFR) — Voltooiing van oude aanvullende HFR-programma's

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

864 654,84

1 198 028,14

10 04 04 02

Exploitatie van de hogefluxreactor (HFR) — Aanvullende HFR-programma's (2009 tot 2011)

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

10 449 000,—

10 449 000,—

 

Artikel 10 04 04 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

11 313 654,84

11 647 028,14

 

Hoofdstuk 10 04 — Totaal

 

p.m.

190 435

p.m.

797 000

31 673 977,83

30 185 361,94

10 04 01   Afronding van vroegere gemeenschappelijke programma's

10 04 01 01   Afronding van vroeger gemeenschappelijk programma — Europese Gemeenschap

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

114 261

510 000

842 545,38

4 207 557,30

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van vastleggingen die zijn aangegaan vóór het zevende kaderprogramma betreffende de niet-nucleaire activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op de posten 6 2 2 3 en 6 2 2 6 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1110/94/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 april 1994 betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (PB L 126 van 18.5.1994, blz. 1).

Besluit nr. 616/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 1996 tot aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 69).

Besluit nr. 2535/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 1 december 1997 tot tweede aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling (1994-1998) (PB L 347 van 18.12.1997, blz. 1).

Besluit nr. 182/1999/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 1).

Besluit nr. 1513/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, ter bevordering van de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte en van innovatie (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 1).

10 04 01 02   Afronding van vroeger gemeenschappelijke programma’s — Euratom

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

76 174

287 000

216 178,72

665 696,04

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van vastleggingen die zijn aangegaan vóór het zevende kaderprogramma betreffende de nucleaire activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op posten 6 2 2 3 en 6 2 2 6 van de staat van ontvangsten aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Rechtsgronden

Besluit 94/268/Euratom van de Raad van 26 april 1994 betreffende een kaderprogramma voor communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek en onderwijs voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (1994-1998) (PB L 115 van 6.5.1994, blz. 31).

Besluit 96/253/Euratom van de Raad van 4 maart 1996 tot aanpassing van Besluit 94/268/Euratom betreffende een kaderprogramma voor communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek en onderwijs voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 72).

Besluit 1999/64/Euratom van de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor activiteiten op het gebied van onderzoek en opleiding (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 34).

Besluit 2002/668/Euratom van de Raad van 3 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie, dat tevens bijdraagt tot de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 34).

10 04 02   Dienstverlening en werkzaamheden op rekening van derden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

4 578 558,48

2 471 145,42

Toelichting

Onder dit artikel worden de kredieten opgenomen die noodzakelijk zijn voor de specifieke uitgaven voor verschillende op rekening van derden uitgevoerde werkzaamheden en waarvoor telkens een evaluatie zal worden gemaakt met de betrokken derden.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op de posten 6 2 2 3 en 6 2 2 4 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement worden tijdens het begrotingsjaar extra kredieten voor dit artikel opgevoerd voor de specifieke uitgaven voor elk contract met een derde, tot een maximum van de ontvangsten die worden geboekt onder post 6 2 2 3 van de staat van ontvangsten.

De geplande diensten zijn onder andere:

verlening van diensten en verrichting van werkzaamheden, over het algemeen tegen betaling;

exploitatie van installaties voor de lidstaten of uitvoering van onderzoeksactiviteiten die een aanvulling vormen op de specifieke onderzoeksprogramma's;

onderzoeksactiviteiten of dienstverlening in het kader van industriële groepen waarvoor de industriële partners inschrijvingsgeld en een jaarlijkse bijdrage moeten betalen;

bestraling in het cyclotron;

chemische ontsmetting;

stralingsbescherming;

metallografie;

samenwerkingscontracten voor radioactief afval;

opleiding;

externe klanten van het informaticacentrum van Ispra;

gecertificeerd referentiemateriaal;

bestralingen voor rekening van derden in de hogefluxreactor (HFR) van de vestiging van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek te Petten.

Rechtsgronden

Besluit 89/340/EEG van de Raad van 3 mei 1989 inzake door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor derden verricht werk dat van belang is voor de Europese Economische Gemeenschap (PB L 142 van 25.5.1989, blz. 10).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name de artikelen 18 en 161.

10 04 03   O&O-steun voor uniaal beleid op concurrerende basis

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

14 723 040,41

11 193 935,04

Toelichting

Dit artikel dient om de kredieten onder te brengen die noodzakelijk zijn voor de uitgaven in verband met de diverse taken die het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek op concurrerende basis uitvoert voor onderzoek en technologische ontwikkeling met het oog op het uniale beleid inzake onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, buiten het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor acties op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie. Ten behoeve van dit artikel zullen overeenkomstig artikel 18 en artikel 161, lid 2, van het Financieel Reglement extra kredieten worden opgevoerd ter dekking van specifieke uitgaven voor elk contract met diensten van de Unie/Gemeenschap, ten bedrage van de ontvangsten die worden geboekt onder post 6 2 2 6 van de staat van ontvangsten.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op post 6 2 2 4 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Rechtsgronden

Besluit 89/340/EEG van de Raad van 3 mei 1989 inzake door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor derden verricht werk dat van belang is voor de Europese Economische Gemeenschap (PB L 142 van 25.5.1989, blz. 10).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name de artikelen 18 en 161.

10 04 04   Exploitatie van de hogefluxreactor (HFR)

10 04 04 01   Exploitatie van de hogefluxreactor (HFR) — Voltooiing van oude aanvullende HFR-programma's

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

864 654,84

1 198 028,14

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van een deel van de diverse uitgaven waarvoor tijdens de uitvoering van HFR-programma's verplichtingen zijn aangegaan en waarvoor geen betalingskredieten beschikbaar waren tijdens de voorgaande begrotingsjaren.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt op post 6 2 2 1 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Dit programma heeft in hoofdzaak tot doel:

ervoor te zorgen dat de HFR jaarlijks meer dan 250 dagen in bedrijf is, om de beschikbaarheid van neutronen voor experimenten te garanderen;

ervoor te zorgen dat de reactor rationeel kan worden gebruikt in overeenstemming met de behoeften van onderzoeksinstellingen die ondersteuning van de HFR wensen op gebieden zoals:

verbetering van de veiligheid van bestaande kernreactoren;

gezondheid, bijvoorbeeld de ontwikkeling van medische isotopen om vragen in het medische onderzoek te beantwoorden en beproeving van medische therapeutische technieken;

kernfusie;

fundamenteel onderzoek en opleiding;

afvalbeheer inclusief de mogelijkheid om splijtstof te ontwikkelen waarmee plutonium dat geschikt is voor kernwapens, kan worden weggewerkt.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen voor dit artikel tijdens het begrotingsjaar aanvullende kredieten worden opgevoerd binnen de grenzen van de ontvangsten uit de betrokken lidstaten (momenteel Nederland) die onder post 6 2 2 1 van de staat van ontvangsten zullen worden geboekt.

Rechtsgronden

Besluit 84/1/Euratom, EEG van de Raad van 22 december 1983 tot vaststelling van een onderzoeksprogramma, uit te voeren door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en voor de Europese Economische Gemeenschap (1984-1987) (PB L 3 van 5.1.1984, blz. 21).

Beschikking 88/523/Euratom van de Raad van 14 oktober 1988 tot vaststelling van een door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie uit te voeren aanvullend onderzoeksprogramma (PB L 286 van 20.10.1988, blz. 37).

Beschikking 92/275/Euratom van de Raad van 29 april 1992 tot vaststelling van een door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie uit te voeren aanvullend onderzoeksprogramma (1992-1995) (PB L 141 van 23.5.1992, blz. 27).

Beschikking 96/419/Euratom van de Raad van 27 juni 1996 tot vaststelling van een door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie uit te voeren aanvullend onderzoeksprogramma (1996-1999) (PB L 172 van 11.7.1996, blz. 23).

Beschikking 2000/100/Euratom van de Raad van 24 januari 2000 tot vaststelling van een door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie uit te voeren aanvullend onderzoeksprogramma (2000-2003) (PB L 29 van 4.2.2000, blz. 24).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 18.

Beschikking 2004/185/Euratom van de Raad van 19 februari 2004 tot vaststelling van een door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie uit te voeren aanvullend onderzoekprogramma (PB L 57 van 25.2.2004, blz. 25).

Beschikking 2007/773/Euratom van de Raad van 26 november 2007 houdende de verlenging gedurende één jaar van het lopende aanvullende onderzoeksprogramma, voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie ten uitvoer te leggen door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (PB L 312 van 30.11.2007, blz. 29).

Beschikking 2009/410/Euratom van de Raad van 25 mei 2009 tot vaststelling van een door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie uit te voeren aanvullend onderzoeksprogramma (PB L 132 van 29.5.2009, blz. 13).

10 04 04 02   Exploitatie van de hogefluxreactor (HFR) — Aanvullende HFR-programma's (2009 tot 2011)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

10 449 000,00

10 449 000,00

Toelichting

De hoofddoelstellingen van het programma zijn in de eerste plaats:

zorgen voor een veilige en betrouwbare exploitatie van de hogefluxreactor (HFR), om de beschikbaarheid van neutronen voor experimenten te waarborgen;

mogelijk maken van een efficiënt gebruik van de reactor door onderzoeksinstellingen voor een breed scala van disciplines: verbetering van de veiligheid van bestaande kernreactoren, volksgezondheid inclusief de ontwikkeling van medische isotopen om een antwoord te geven op vragen vanuit het medisch onderzoek, kernfusie, fundamenteel onderzoek en opleiding, en afvalbeheer inclusief de mogelijkheid om het veiligheidsgedrag van splijtstoffen voor de nieuwe generatie van reactorsystemen te bestuderen.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement zullen voor deze post tijdens het begrotingsjaar aanvullende kredieten worden opgevoerd, ten belope van de inkomsten uit met name de drie betrokken lidstaten (momenteel Nederland, België en Frankrijk), die onder post 6 2 2 1 van de staat van ontvangsten zullen worden geboekt.

Rechtsgronden

Beschikking 2009/410/Euratom van de Raad van 25 mei 2009 tot vaststelling van een door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie uit te voeren aanvullend onderzoeksprogramma (PB L 132 van 29.5.2009, blz. 13).

HOOFDSTUK 10 05 —   HISTORISCHE VERPLICHTINGEN TEN GEVOLGE VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK CENTRUM VOOR ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET EURATOM-VERDRAG

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 05

HISTORISCHE VERPLICHTINGEN TEN GEVOLGE VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK CENTRUM VOOR ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET EURATOM-VERDRAG

10 05 01

Ontmanteling van kerninstallaties en beheer van afval

1.1

26 270 000

28 565 370

26 900 000

33 000 000

30 236 894,54

19 067 260,84

 

Hoofdstuk 10 05 — Totaal

 

26 270 000

28 565 370

26 900 000

33 000 000

30 236 894,54

19 067 260,84

10 05 01   Ontmanteling van kerninstallaties en beheer van afval

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

26 270 000

28 565 370

26 900 000

33 000 000

30 236 894,54

19 067 260,84

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van een actieprogramma voor het beperken en oplossen van problemen in verband met de nucleaire verplichtingen ten gevolge van de werkzaamheden die het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek sinds zijn oprichting heeft uitgevoerd.

Het dient ter financiering van de ontmanteling van stilgelegde centrales en het beheer van het afval daarvan.

Overeenkomstig het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1) dient dit krediet ter financiering van acties die de Commissie onderneemt uit hoofde van de bevoegdheden die haar krachtens artikel 8 van het Euratom-Verdrag zijn toegekend.

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad van 17 maart 1999 betreffende de nucleaire erfenis van GCO-werkzaamheden in het kader van het Euratom-Verdrag — Ontmanteling van verouderde kerninstallaties en beheer van afval (COM(1999) 114 definitief).

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2004: Ontmanteling van nucleaire installaties en beheer van afvalstoffen — Beheer van de nucleaire erfenis ten gevolge van de activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (GCO) in uitvoering van het Euratom-Verdrag (SEC(2004) 621 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 12 januari 2009: Ontmanteling van nucleaire installaties en beheer van kernafval: beheer van nucleaire verplichtingen ten gevolge van activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (GCO) in het kader van het Euratom-Verdrag (COM(2008) 903 definitief).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET GEMEENSCHAPPELIJK CENTRUM VOOR ONDERZOEK

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET GEMEENSCHAPPELIJK CENTRUM VOOR ONDERZOEK

TITEL 11

MARITIEME ZAKEN EN VISSERIJ

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MARITIEME ZAKEN EN VISSERIJ”

39 895 851

39 895 851

39 114 049

39 114 049

39 225 459,22

39 225 459,22

Reserves (40 01 40)

21 983

21 983

79 514

79 514

 

 

 

39 917 834

39 917 834

39 193 563

39 193 563

39 225 459,22

39 225 459,22

11 02

VISSERIJMARKTEN

29 996 768

27 485 830

30 496 768

33 000 000

33 416 344,35

24 154 475,03

11 03

INTERNATIONALE VISSERIJ EN ZEERECHT

101 770 000

97 364 214

160 900 000

159 130 000

157 905 325,88

149 415 275,90

Reserves (40 02 41)

52 000 000

52 000 000

13 000 000

13 000 000

 

 

 

153 770 000

149 364 214

173 900 000

172 130 000

157 905 325,88

149 415 275,90

11 04

BEHEER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID

6 400 000

5 434 902

6 200 000

6 000 000

6 355 749,62

5 132 024,27

11 06

EUROPEES VISSERIJFONDS (EVF)

657 435 042

457 255 943

643 178 678

480 230 000

630 546 678,15

290 327 041,38

11 07

INSTANDHOUDING, BEHEER EN EXPLOITATIE VAN DE LEVENDE AQUATISCHE HULPBRONNEN

52 500 000

42 167 340

49 000 000

39 500 000

49 377 955,31

39 756 418,14

11 08

CONTROLE EN HANDHAVING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID

60 594 568

43 991 428

53 625 223

40 025 223

52 344 039,15

32 943 068,09

11 09

MARITIEM BELEID

p.m.

5 431 284

5 600 000

9 200 000

5 985 143,75

4 515 706,08

 

Titel 11 — Totaal

948 592 229

719 026 792

988 114 718

806 199 272

975 156 695,43

585 469 468,11

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

52 021 983

52 021 983

13 079 514

13 079 514

 

 

 

1 000 614 212

771 048 775

1 001 194 232

819 278 786

975 156 695,43

585 469 468,11

HOOFDSTUK 11 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MARITIEME ZAKEN EN VISSERIJ”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

11 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „MARITIEME ZAKEN EN VISSERIJ”

11 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

5

28 922 226

28 329 877

28 614 528,33

Reserves (40 01 40)

 

21 983

79 514

 

 

 

28 944 209

28 409 391

28 614 528,33

11 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

11 01 02 01

Extern personeel

5

2 496 674

2 488 462

1 465 058,86

11 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

2 956 244

2 873 993

3 130 533,—

 

Artikel 11 01 02 — Subtotaal

 

5 452 918

5 362 455

4 595 591,86

11 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

5

2 095 707

2 071 717

2 246 504,47

11 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

11 01 04 01

Structurele maatregelen in de visserijsector — Het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) en het Europees Visserijfonds (EVF) — Niet-operationele technische bijstand

2

850 000

850 000

641 900,94

11 01 04 02

Intensivering van de dialoog met het bedrijfsleven uit de visserijsector en met andere organisaties die belang hebben bij het gemeenschappelijk visserijbeleid — Uitgaven voor administratief beheer

2

200 000

200 000

146 839,48

11 01 04 03

Ondersteuning van het beheer van de visbestanden (verzameling van basisgegevens en verbetering van het wetenschappelijke advies) — Uitgaven voor administratief beheer

2

425 000

300 000

170 420,95

11 01 04 04

Internationale visserijovereenkomsten — Uitgaven voor administratief beheer

2

1 600 000

1 600 000

1 484 673,19

11 01 04 05

Bijdragen aan internationale organisaties — Uitgaven voor administratief beheer

2

350 000

400 000

325 000,—

11 01 04 06

Inspectie en bewaking van visserijactiviteiten in en buiten de wateren van de EU — Uitgaven voor administratief beheer

2

p.m.

p.m.

1 000 000,—

 

Artikel 11 01 04 — Subtotaal

 

3 425 000

3 350 000

3 768 834,56

 

Hoofdstuk 11 01 — Totaal

 

39 895 851

39 114 049

39 225 459,22

Reserves (40 01 40)

 

21 983

79 514

 

 

 

39 917 834

39 193 563

39 225 459,22

11 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

11 01 01

28 922 226

28 329 877

28 614 528,33

Reserves (40 01 40)

21 983

79 514

 

Totaal

28 944 209

28 409 391

28 614 528,33

11 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

11 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 496 674

2 488 462

1 465 058,86

11 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 956 244

2 873 993

3 130 533,00

11 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 095 707

2 071 717

2 246 504,47

11 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Maritieme zaken en visserij”

11 01 04 01   Structurele maatregelen in de visserijsector — Het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) en het Europees Visserijfonds (EVF) — Niet-operationele technische bijstand

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

850 000

850 000

641 900,94

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor extern personeel in de zetel (contractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of uitzendkrachten) dat nodig is voor de tenuitvoerlegging van het EVF zoals bepaald in artikel 46 van Verordening (EG) nr. 1198/2006 inzake technische bijstand.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10).

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

11 01 04 02   Intensivering van de dialoog met het bedrijfsleven uit de visserijsector en met andere organisaties die belang hebben bij het gemeenschappelijk visserijbeleid — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

200 000

200 000

146 839,48

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor studies, bijeenkomsten van deskundigen, deelname van belanghebbenden aan ad-hocvergaderingen, seminars en conferenties over belangrijke aangelegenheden in verband met het gemeenschappelijk visserijbeleid en het geïntegreerd maritiem beleid, uitgaven voor informatietechnologie, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed in het kader van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 11 04 01.

11 01 04 03   Ondersteuning van het beheer van de visbestanden (verzameling van basisgegevens en verbetering van het wetenschappelijke advies) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

425 000

300 000

170 420,95

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor studies, bijeenkomsten van deskundigen, informatietechnologie, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 11 07 01 en 11 07 02.

11 01 04 04   Internationale visserijovereenkomsten — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 600 000

1 600 000

1 484 673,19

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor dienstbezoeken van delegaties uit derde landen die onderhandelingen over visserijovereenkomsten en bijeenkomsten van gemeenschappelijke comités bijwonen;

uitgaven voor informatietechnologie (IT) (apparatuur en diensten);

uitgaven voor extern personeel (contractanten, plaatselijke functionarissen of gedetacheerde nationale deskundigen) bij de delegaties van de Unie in derde landen, alsmede de aanvullende logistieke en infrastructurele kosten, zoals opleidingskosten, vergaderkosten, kosten van dienstreizen, IT- en telecommunicatiekosten en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van extern personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

uitgaven voor studies, deskundigenvergaderingen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met de voorbereiding en de tenuitvoerlegging van internationale visserijovereenkomsten.

Rechtsgronden

Zie artikel 11 03 01.

11 01 04 05   Bijdragen aan internationale organisaties — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

350 000

400 000

325 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, bijeenkomsten van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 11 03 02, 11 03 03 en 11 03 04.

11 01 04 06   Inspectie en bewaking van visserijactiviteiten in en buiten de wateren van de EU — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

1 000 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor extern personeel (contractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of uitzendkrachten) dat in de zetel werkt in het kader van de controle en de bewaking van visserijactiviteiten.

Rechtsgronden

Zie artikel 11 08 02.

HOOFDSTUK 11 02 —   VISSERIJMARKTEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 02

VISSERIJMARKTEN

11 02 01

Interventiemaatregelen voor visserijproducten

11 02 01 01

Interventiemaatregelen voor visserijproducten — Nieuwe maatregelen

2

15 000 000

11 244 624

15 500 000

13 500 000

14 419 576,35

11 099 310,20

11 02 01 03

Voorbereidende actie — Waarnemingscentrum van prijzen op de visserijmarkt

2

1 716 900

2 000 000

4 000 000,—

0,—

 

Artikel 11 02 01 — Subtotaal

 

15 000 000

12 961 524

15 500 000

15 500 000

18 419 576,35

11 099 310,20

11 02 03

Visserijprogramma voor de ultraperifere regio's

11 02 03 01

Visserijprogramma voor de ultraperifere regio's — Nieuwe maatregelen

2

14 996 768

14 524 306

14 996 768

17 500 000

14 996 768,—

13 055 164,83

 

Artikel 11 02 03 — Subtotaal

 

14 996 768

14 524 306

14 996 768

17 500 000

14 996 768,—

13 055 164,83

 

Hoofdstuk 11 02 — Totaal

 

29 996 768

27 485 830

30 496 768

33 000 000

33 416 344,35

24 154 475,03

Toelichting

Overeenkomstig de artikelen 18 en 154 van het Financieel Reglement kunnen op basis van alle ontvangsten die zijn geboekt op artikel 6 7 0 van de algemene staat van ontvangsten, extra kredieten worden opgevoerd voor elk onderdeel van dit hoofdstuk.

11 02 01   Interventiemaatregelen voor visserijproducten

11 02 01 01   Interventiemaatregelen voor visserijproducten — Nieuwe maatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 000 000

11 244 624

15 500 000

13 500 000

14 419 576,35

11 099 310,20

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de gemeenschappelijke marktordening in de sector visserijproducten, en met name die in verband met de interventiemechanismen, de vergoeding aan de producentenorganisaties en de systemen voor mededeling en uitwisseling van gegevens tussen de lidstaten en de Commissie.

Het dient tevens voor de financiering van de uitgaven met betrekking tot de evaluaties overeenkomstig artikel 41 van Verordening (EG) nr. 104/2000.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad van 17 december 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijproducten en producten van de aquacultuur (PB L 17 van 21.1.2000, blz. 22).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

11 02 01 03   Voorbereidende actie — Waarnemingscentrum van prijzen op de visserijmarkt

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 716 900

2 000 000

4 000 000,00

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de invoering van een systeem om toezicht te houden op de prijsvorming en het evaluatieproces van visserijproducten en producten van de aquacultuur.

De waarnemingspost werkt samen met het waarnemingsysteem voor voedselprijzen dat door de Unie wordt ontwikkeld, en vult dit aan. Hierdoor wordt ervoor gezorgd dat de ruime markt voor visserijproducten uit de Unie niet buiten het algemene prijscontrolesysteem wordt gelaten.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

11 02 03   Visserijprogramma voor de ultraperifere regio's

11 02 03 01   Visserijprogramma voor de ultraperifere regio's — Nieuwe maatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 996 768

14 524 306

14 996 768

17 500 000

14 996 768,00

13 055 164,83

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de regeling ter compensatie van de door de ultraperifere ligging veroorzaakte extra kosten voor de afzet van bepaalde visserijproducten van de Azoren, Madeira, de Canarische Eilanden en de Franse departementen Guyana en Réunion.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2328/2003 van de Raad van 22 december 2003 tot instelling van een regeling ter compensatie van de door de ultraperifere ligging veroorzaakte extra kosten voor de afzet van bepaalde visserijproducten van de Azoren, Madeira, de Canarische Eilanden en de Franse departementen Guyana en Réunion (PB L 345 van 31.12.2003, blz. 34).

Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 791/2007 van de Raad van 21 mei 2007 tot instelling van een regeling ter compensatie van de extra kosten voor de afzet van bepaalde visserijproducten van de ultraperifere gebieden van de Azoren, Madeira, de Canarische Eilanden, Frans Guyana en Réunion (PB L 176 van 6.7.2007, blz. 1).

HOOFDSTUK 11 03 —   INTERNATIONALE VISSERIJ EN ZEERECHT

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 03

INTERNATIONALE VISSERIJ EN ZEERECHT

11 03 01

Internationale visserijovereenkomsten

2

92 000 000

86 683 696

147 000 000

147 000 000

148 081 304,05

143 247 159,05

Reserves (40 02 41)

 

52 000 000

52 000 000

13 000 000

13 000 000

 

 

 

 

144 000 000

138 683 696

160 000 000

160 000 000

148 081 304,05

143 247 159,05

11 03 02

Bijdragen aan internationale organisaties

2

4 400 000

4 123 029

4 130 000

4 130 000

2 560 000,—

2 463 241,29

11 03 03

Voorbereidende werkzaamheden voor nieuwe internationale organisaties in de visserijsector en andere niet-verplichte bijdragen aan internationale organisaties

2

5 170 000

6 370 079

9 570 000

7 800 000

7 119 226,30

3 560 080,03

11 03 04

Financiële bijdrage van de Unie aan de organisaties die zijn opgericht in het kader van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 1982

2

200 000

187 410

200 000

200 000

144 795,53

144 795,53

 

Hoofdstuk 11 03 — Totaal

 

101 770 000

97 364 214

160 900 000

159 130 000

157 905 325,88

149 415 275,90

Reserves (40 02 41)

 

52 000 000

52 000 000

13 000 000

13 000 000

 

 

 

 

153 770 000

149 364 214

173 900 000

172 130 000

157 905 325,88

149 415 275,90

11 03 01   Internationale visserijovereenkomsten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 03 01

92 000 000

86 683 696

147 000 000

147 000 000

148 081 304,05

143 247 159,05

Reserves (40 02 41)

52 000 000

52 000 000

13 000 000

13 000 000

 

 

Totaal

144 000 000

138 683 696

160 000 000

160 000 000

148 081 304,05

143 247 159,05

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven die voortvloeien uit de visserijovereenkomsten die de Unie/Gemeenschap met derde landen heeft onderhandeld of voornemens is te verlengen of te heronderhandelen.

Voorts kan de Unie onderhandelen over nieuwe partnerschapsovereenkomsten op visserijgebied, die uit hoofde van deze begrotingslijn zouden moeten worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

Verordeningen en besluiten inzake de sluiting van overeenkomsten en/of protocollen op visserijgebied tussen de Unie/Gemeenschap en de regeringen van de volgende landen:

Land

Verordening

Datum

PB

Looptijd

Argentinië (p.m.)

Verordening (EG) nr. 3447/93

28 september 1993

L 318 van 20.12.1993

24.5.1994 tot en met 23.5.1999

 

Er is momenteel geen protocol van kracht

 

 

 

Kaapverdië

Verordening (EEG) nr. 2321/90

24 juli 1990

L 212 van 9.8.1990

 

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1927/2004

21 oktober 2004

L 332 van 6.11.2004

1.7.2004 tot en met 30.6.2005

 

Verordening (EG) nr. 2027/2006

19 december 2006

L 414 van 30.12.2006

1.9.2006 tot en met 31.8.2011

Comoren

Verordening (EEG) nr. 1494/88

3 mei 1988

L 137 van 2.6.1988

 

 

Verordening (EG) nr. 1660/2005

Besluit 2010/783/EU

6 oktober 2005

29 november 2010

L 267 van 12.10.2005

L 335 van 18.12.2010

1.1.2005 tot en met 31.12.2010

Ivoorkust

Verordening (EEG) nr. 3939/90

19 december 1990

L 379 van 31.12.1990

 

 

Verordening (EG) nr. 722/2001

4 april 2001

L 102 van 12.4.2001

1.7.2000 tot en met 30.6.2003

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 154/2004

26 januari 2004

L 27 van 30.1.2004

1.7.2003 tot en met 30.6.2004

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 953/2005

25 juni 2005

L 164 van 21.6.2005

1.7.2004 tot en met 30.6.2007

 

Verordening (EG) nr. 242/2008

17 maart 2008

L 75 van 18.3.2008

1.7.2007 tot en met 30.6.2013

Gabon

Verordening (EG) nr. 2469/98

9 november 1998

L 308 van 18.11.1998

 

 

Verordening (EG) nr. 580/2002

25 maart 2002

L 89 van 5.4.2002

3.12.2001 tot en met 2.12.2005

 

Verordening (EG) nr. 450/2007

16 april 2007

L 109 van 26.4.2007

3.12.2005 tot en met 2.12.2011

Groenland

Verordening (EEG) nr. 223/85 en

29 januari 1985

L 29 van 1.2.1985

 

 

Verordening (EEG) nr. 224/85

 

 

 

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1575/2001

25 juni 2001

L 209 van 2.8.2001

1.1.2001 tot en met 31.12.2006

 

Verordening (EG) nr. 753/2007

28 juni 2007

L 172 van 30.6.2007

1.1.2007 tot en met 31.12.2012

Guinee-Bissau

Verordening (EEG) nr. 2213/80

 

 

 

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 829/2004

26 april 2004

L 127 van 29.4.2004

16.6.2003 tot en met 15.6.2006

 

Besluit 2001/179/EG

26 februari 2001

L 66 van 8.3.2001

16.6.2003 tot en met 15.6.2006

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 829/2004

26 april 2004

L 127 van 29.4.2004

15.6.2006 tot en met 14.6.2007

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1491/2006

10 oktober 2006

L 279 van 11.10.2006

 

 

Verordening (EG) nr. 241/2008

17 maart 2008

L 75 van 18.3.2008

16.6.2007 tot en met 15.6.2011

Equatoriaal-Guinea (p.m.)

Verordening (EEG) nr. 1966/84

28 juni 1984

L 188 van 16.7.1984

 

 

(geschorst sedert juni 2001)

 

 

 

Republiek Guinee

Verordening (EEG) nr. 971/83

28 maart 1983

L 111 van 27.4.1983

 

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 830/2004

26 april 2004

L 127 van 29.4.2004

1.1.2004 tot en met 31.12.2008

 

Besluit 2009/473/EG

ingetrokken bij Besluit 2009/1016/EU

Er is momenteel geen protocol van kracht.

28 mei 2009

22 december 2009

L 156 van 19.6.2009

L 348 van 29.12.2009

1.1.2009 tot en met 31.12.2012

Kiribati

Verordening (EG) nr. 874/2003

6 mei 2003

L 126 van 22.5.2003

16.9.2003 tot en met 15.9.2006

 

Verordening (EG) nr. 893/2007

23 juli 2007

L 205 van 7.8.2007

16.9.2006 tot en met 15.6.2012

Madagaskar

Verordening (EEG) nr. 780/86

24 februari 1986

 

 

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2562/2001

17 december 2001

L 344 van 28.12.2001

21.5.2001 tot en met 20.5.2004

 

verlengd bij Verordening (EG) nr. 555/2005

17 februari 2005

L 94 van 13.4.2005

1.1.2004 tot en met 31.12.2006

 

Verordening (EG) nr. 31/2008

Onderhandelingen over de verlenging gepland in de eerste helft van 2011

15 november 2007

L 15 van 18.1.2008

1.1.2007 tot en met 31.12.2012

Mauritius

Verordening (EEG) nr. 1616/89

 

 

 

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 444/2001

26 februari 2001

L 64 van 6.3.2001

3.12.1999 tot en met 2.12.2002

 

verlengd bij Verordening (EG) nr. 2003/2004

21 oktober 2004

L 348 van 24.11.2004

3.12.2003 tot en met 2.12.2007

 

Er is momenteel geen protocol van kracht

 

 

 

Mauritanië

Verordening (EG) nr. 408/97

24 februari 1997

L 62 van 4.3.1997

 

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2528/2001

17 december 2001

L 341 van 22.12.2001

1.8.2001 tot en met 31.7.2006

 

Verordening (EG) nr. 1801/2006

30 november 2006

L 343 van 8.12.2006

1.8.2006 tot en met 31.7.2008

 

Verordening (EG) nr. 704/2008

Onderhandelingen over de verlenging gepland in 2011

15 juli 2008

L 203 van 31.7.2008

1.8.2008 tot en met 31.7.2012

Federale Staten van Micronesië

Verordening (EG) nr. 805/2006

Er is momenteel geen protocol van kracht.

Op 7 mei 2010 is een nieuwe overeenkomst geparafeerd — Wetgevingsprocedure loopt momenteel

25 april 2006

L 151 van 6.6.2006

26.2.2007 tot en met 25.2.2010

Marokko

Verordening (EG) nr. 764/2006

Onderhandelingen over de verlenging gepland in 2011

22 mei 2006

L 141 van 29.5.2006

27.2.2007 t/m 28.2.2011 (3)

Mozambique

Verordening (EG) nr. 2329/2003

Onderhandelingen over de verlenging gepland in de eerste helft van 2011

22 december 2003

L 345 van 31.12.2003

1.1.2004 tot en met 31.12.2006

 

Verordening (EG) nr. 1446/2007

22 november 2007

L 331 van 17.12.2007

1.1.2007 tot en met 31.12.2011

Sao Tomé en Principe

Verordening (EEG) nr. 477/84

Er is momenteel geen protocol van kracht.

Op 15 juli 2010 is een nieuwe overeenkomst geparafeerd — Wetgevingsprocedure loopt momenteel

21 februari 1984

L 54 van 25.2.1984

 

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2348/2002

9 december 2002

L 351 van 28.12.2002

1.6.2002 tot en met 31.5.2005

 

gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1124/2006

11 juli 2006

L 200 van 22.7.2006

1.6.2005 tot en met 31.5.2006

 

Verordening (EG) nr. 894/2007

Onderhandelingen voor de verlenging van het protocol gepland in de eerste helft van 2010

23 juli 2007

L 205 van 7.8.2007 en L 330 van 15.12.2007

1.6.2006 tot en met 31.5.2010

Senegal (p.m.)

Verordening (EEG) nr. 2212/80

27 juni 1980

L 226 van 29.8.1980

 

 

laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2323/2002

16 december 2002

L 349 van 24.12.2002

1.7.2002 tot en met 30.6.2006

 

Er is momenteel geen protocol van kracht.

 

 

 

Seychellen

Verordening (EEG) nr. 1708/87

15 juni 1987

L 160 van 20.6.1987

18.1.2002 tot en met 17.1.2005

 

laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 923/2002

30 mei 2002

L 144 van 1.6.2002

 

 

vervangen door Verordening (EG) nr. 115/2006

23 januari 2006

L 21 van 25.1.2006

18.1.2005 tot en met 17.1.2011

 

Verordening (EG) nr. 1562/2006.

5 oktober 2006

L 290 van 20.10.2006

 

 

Verordening (EG) nr. 480/2008

26 mei 2008

L 141 van 31.5.2008

18.1.2005 tot en met 17.1.2011

Salomonseilanden

Verordening (EG) nr. 563/2006

Besluit 2010/763/EU

13 maart 2006

6 december 2010

L 105 van 13.4.2006

L 324 van 9.12.2010

9.10.2006 tot en met 8.10.2009

Tanzania (p.m.)

Voorgestelde overeenkomst ingetrokken

 

 

 

11 03 02   Bijdragen aan internationale organisaties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 400 000

4 123 029

4 130 000

4 130 000

2 560 000,00

2 463 241,29

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de actieve deelname van de Unie aan de activiteiten van de internationale organisaties welke in de visserijsector tot taak hebben de instandhouding en duurzame exploitatie van de visbestanden in volle zee te verzekeren:

CCAMLR (Commissie voor de instandhouding van de levende rijkdommen in de Antarctische wateren) — Besluit 81/691/EEG van de Raad van 4 september 1981 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake de instandhouding van de levende rijkdommen in de Antarctische wateren (PB L 252 van 5.9.1981, blz. 26);

NASCO (Organisatie voor de instandhouding van zalm in de Noord-Atlantische Oceaan) — Besluit 82/886/EEG van de Raad van 13 december 1982 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake de instandhouding van zalm in de Noord–Atlantische Oceaan (PB L 378 van 31.12.1982, blz. 24);

ICCAT (Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen) — Besluit 86/238/EEG van de Raad van 9 juni 1986 inzake de toetreding van de Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen, gewijzigd bij het Protocol gehecht aan de op 10 juli 1984 te Parijs ondertekende Slotakte van de conferentie van gevolmachtigden van de staten die partij zijn bij het Verdrag (PB L 162 van 18.6.1986, blz. 33);

NEAFC (Visserijcommissie voor het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan) — Besluit 81/608/EEG van de Raad van 13 juli 1981 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake toekomstige multilaterale samenwerking op visserijgebied in het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (PB L 227 van 12.8.1981, blz. 21);

FAO (Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties) — (Besluit van de Raad van 25 november 1991 betreffende de toetreding van de Europese Gemeenschap tot de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties) en FAO-instanties, de Visserijcommissie voor het centraaloostelijk deel van de Atlantische Oceaan (CECAF) en de Visserijcommissie voor het centraalwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (WECAFC);

NAFO (Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan) — Verordening (EEG) nr. 3179/78 van de Raad van 28 december 1978 betreffende de sluiting door de Europese Economische Gemeenschap van de Overeenkomst inzake toekomstige multilaterale samenwerking op visserijgebied in het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (PB L 378 van 30.12.1978, blz. 1);

IOTC (Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan) — Besluit 95/399/EG van de Raad van 18 september 1995 inzake de toetreding van de Gemeenschap tot de Overeenkomst tot oprichting van de Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan (PB L 236 van 5.10.1995, blz. 24);

GFCM (Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee) — Besluit 98/416/EG van de Raad van 16 juni 1998 betreffende de toetreding van de Europese Gemeenschap tot de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee (PB L 190 van 4.7.1998, blz. 34);

SEAFO (Organisatie voor de visserij in het zuidoostelijk deel van de Atlantische Oceaan) — Besluit 2002/738/EG van de Raad van 22 juli 2002 betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van het Verdrag inzake de instandhouding en het beheer van de visbestanden in het zuidoostelijke deel van de Atlantische Oceaan (PB L 234 van 31.8.2002, blz. 39);

SWAFO (Commissie voor de visserij in het zuidwestelijk deel van de Atlantische Oceaan) — Multilaterale Overeenkomst voor de instandhouding van de mariene fauna en flora in de wateren van de volle zee in het zuidwestelijke gedeelte van de Atlantische Oceaan, onderhandelingsopdracht nr. 13428/97);

SIOFA (Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan) — Besluit 2008/780/EG van de Raad van 29 september 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan (PB L 268 van 9.10.2008, blz. 27);

WCPFC, voorheen MHLC (Visserijcommissie voor het westelijke en centrale deel van de Stille Oceaan) — Besluit 2005/75/EG van de Raad van 26 april 2004 inzake de toetreding van de Gemeenschap tot het Verdrag inzake de instandhouding en het beheer van over grote afstanden trekkende visbestanden in het westelijke en centrale deel van de Stille Oceaan (PB L 32 van 4.2.2005, blz. 1);

AIDCP (Overeenkomst inzake het internationale programma voor het behoud van dolfijnen) — Besluit 2005/938/EG van de Raad van 8 december 2005 betreffende de goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst inzake het internationale programma voor het behoud van dolfijnen (PB L 348 van 30.12.2005, blz. 26);

IATTC (Inter-Amerikaanse Commissie voor tropische tonijn) — Besluit 2006/539/EG van de Raad van 22 mei 2006 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, van het Verdrag ter versterking van de Inter-Amerikaanse Commissie voor tropische tonijn opgericht bij het Verdrag van 1949 tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Republiek Costa Rica (PB L 224 van 16.8.2006, blz. 22);

Regeling voor de instandhouding en het beheer van zwaardvisbestanden in het zuidoostelijke deel van de Stille Oceaan; onderhandelingsopdracht in uitvoering;

Regionale Organisatie voor visserijbeheer voor het zuidelijk deel van de Stille Oceaan; onderhandelingsopdracht in uitvoering;

Verdrag betreffende de Beringstraat.

Dit krediet dient onder meer ter dekking van:

de verplichte bijdragen van de Unie aan het budget van internationale organisaties in de visserijsector;

het lidmaatschap van de Unie, en de vrijwillige financiering door de Unie, van de FAO, afdeling Visserij.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

11 03 03   Voorbereidende werkzaamheden voor nieuwe internationale organisaties in de visserijsector en andere niet-verplichte bijdragen aan internationale organisaties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 170 000

6 370 079

9 570 000

7 800 000

7 119 226,30

3 560 080,03

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

de voorbereidende werkzaamheden voor nieuwe internationale visserijorganisaties (Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan, de Regionale organisatie voor visserijbeheer voor het zuidelijk deel van de Stille Oceaan, enz.);

de internationale organisaties in de visserijsector waarin de Unie de status van waarnemer heeft (artikel 217 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie):

de Inter-Amerikaanse Commissie voor tropische tonijn (IATTC);

de Internationale Walvisvangstcommissie (IWC);

de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO);

de ondersteuning van de follow-up en de uitvoering van sommige regionale projecten, met name door bij te dragen tot specifieke gezamenlijke internationale controle- en inspectieactiviteiten. Dit krediet dient eveneens ter dekking van toezichtprogramma’s waarover moet worden onderhandeld in West-Afrika en het westelijke deel van de Stille Oceaan.

Dit krediet dient ook ter dekking van onder andere:

de inschrijvingsrechten met betrekking tot de bijeenkomsten van de internationale organisaties in de visserijsector waarvoor de Unie het statuut van waarnemer heeft;

de financiële bijdragen aan de voorbereidende werkzaamheden van nieuwe internationale organisaties in de visserijsector die voor de Unie belangrijk zijn;

de financiële deelname aan door internationale organisaties in de visserijsector ondernomen wetenschappelijke werkzaamheden die voor de Unie van speciaal belang zijn;

de financiële deelname aan acties (werkvergaderingen, informele of buitengewone vergaderingen van de overeenkomstsluitende partijen) die in het kader van de internationale visserijorganisaties bevorderlijk zijn voor de belangen van de Unie en voor de samenwerking met haar partners die lid zijn van deze organisaties en waarmee zij op visserijgebied betrekkingen onderhoudt. Onder dit artikel worden eveneens de kosten geboekt van de deelname van de vertegenwoordigers van derde landen aan onderhandelingen en vergaderingen in het kader van internationale fora en organisaties, voor zover hun aanwezigheid noodzakelijk is om de belangen van de Unie te verdedigen;

subsidies voor regionale organisaties in de betrokken subregio, waarvan kuststaten deel uitmaken.

Dit betreft onder andere de volgende organisaties:

CCAMLR (Commissie voor de instandhouding van de levende rijkdommen in de Antarctische wateren) — Besluit 81/691/EEG van de Raad van 4 september 1981 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake de instandhouding van de levende rijkdommen in de Antarctische wateren (PB L 252 van 5.9.1981, blz. 26);

NASCO (Organisatie voor de instandhouding van zalm in de Noord-Atlantische Oceaan) — Besluit 82/886/EEG van de Raad van 13 december 1982 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake de instandhouding van zalm in de Noord-Atlantische Oceaan (PB L 378 van 31.12.1982, blz. 24);

ICCAT (Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen) — Besluit 86/238/EEG van de Raad van 9 juni 1986 inzake de toetreding van de Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen, gewijzigd bij het Protocol gehecht aan de op 10 juli 1984 te Parijs ondertekende Slotakte van de conferentie van gevolmachtigden van de staten die partij zijn bij het Verdrag (PB L 162 van 18.6.1986, blz. 33);

NEAFC (Visserijcommissie voor het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan) — Besluit 81/608/EEG van de Raad van 13 juli 1981 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake toekomstige multilaterale samenwerking op visserijgebied in het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (PB L 227 van 12.8.1981, blz. 21);

FAO (Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties) — Besluit van de Raad van 25 november 1991 betreffende de toetreding van de Europese Gemeenschap tot de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties;

NAFO (Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan) — Verordening (EEG) nr. 3179/78 van de Raad van 28 december 1978 betreffende de sluiting door de Europese Economische Gemeenschap van de Overeenkomst inzake toekomstige multilaterale samenwerking op visserijgebied in het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (PB L 378 van 30.12.1978, blz. 1);

IOTC (Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan) — Besluit 95/399/EG van de Raad van 18 september 1995 inzake de toetreding van de Gemeenschap tot de Overeenkomst tot oprichting van de Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan (PB L 236 van 5.10.1995, blz. 24);

GCFM (Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee) — Besluit 98/416/EG van de Raad van 16 juni 1998 betreffende de toetreding van de Europese Gemeenschap tot de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee (PB L 190 van 4.7.1998, blz. 34);

Visserijcommissie voor het centraaloostelijk deel van de Atlantische Oceaan (CECAF);

Visserijcommissie voor het centraalwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (WECAFC);

SEAFO (Organisatie voor de visserij in het zuidoostelijk deel van de Atlantische Oceaan) — Besluit 2002/738/EG van de Raad van 22 juli 2002 betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van het Verdrag inzake de instandhouding en het beheer van de visbestanden in het zuidoostelijke deel van de Atlantische Oceaan (PB L 234 van 31.8.2002, blz. 39);

SWAFO (Commissie voor de visserij in het zuidwestelijk deel van de Atlantische Oceaan) — Multilaterale overeenkomst voor de instandhouding van de mariene fauna en flora in de wateren van de volle zee in het zuidwestelijke gedeelte van de Atlantische Oceaan, onderhandelingsopdracht nr. 13428/97;

SIOFA (Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan) — Besluit 2008/780/EG van de Raad van 29 september 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan (PB L 268 van 9.10.2008, blz. 27);

WCPFC, voorheen MHLC (Visserijcommissie voor het westelijke en centrale deel van de Stille Oceaan) — Besluit 2005/75/EG van de Raad van 26 april 2004 inzake de toetreding van de Gemeenschap tot het Verdrag inzake de instandhouding en het beheer van over grote afstanden trekkende visbestanden in het westelijke en centrale deel van de Stille Oceaan (PB L 32 van 4.2.2005, blz. 1);

AIDCP (Overeenkomst inzake het internationale programma voor het behoud van dolfijnen) — Besluit 2005/938/EG van de Raad van 8 december 2005 betreffende de goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst inzake het internationale programma voor het behoud van dolfijnen (PB L 348 van 30.12.2005, blz. 26);

IATTC (Inter-Amerikaanse Commissie voor tropische tonijn) — Besluit 2006/539/EG van de Raad van 22 mei 2006 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, van het Verdrag ter versterking van de Inter-Amerikaanse Commissie voor tropische tonijn opgericht bij het Verdrag van 1949 tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Republiek Costa Rica (PB L 224 van 16.8.2006, blz. 22);

Regeling voor de instandhouding en het beheer van zwaardvisbestanden in het zuidoostelijke deel van de Stille Oceaan; onderhandelingsopdracht in uitvoering;

Regionale Visserijorganisatie voor het zuidelijk deel van de Stille Oceaan; onderhandelingsopdracht in uitvoering;

Verdrag betreffende de Beringstraat;

COREP (Comité régional des pêches du Golfe de Guinée/Regionaal Comité voor de visserij in de Golf van Guinee);

CRSP (Commission sous-régionale des pêches — Afrique de l’Ouest/Subregionale Commissie voor de visserij — West-Afrika);

IOC/COI (Commission de l’Océan indien — Océan Indien/Commissie voor de Indische Oceaan — Indische Oceaan);

andere internationale organisaties die zouden kunnen worden aangewezen in het kader van de tenuitvoerlegging van regionale programma’s voor toezicht, visserij en maritiem bestuur, met name in West-Afrika en het westelijke deel van de Stille Oceaan.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, onder d), van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

11 03 04   Financiële bijdrage van de Unie aan de organisaties die zijn opgericht in het kader van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 1982

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

200 000

187 410

200 000

200 000

144 795,53

144 795,53

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiële bijdragen van de Europese Unie aan de organisaties die zijn opgericht in het kader van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, en met name de Internationale Zeebodemautoriteit en het Internationaal Hof voor het recht van de zee.

Rechtsgronden

Besluit 98/392/EG van de Raad van 23 maart 1998 betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982 en de overeenkomst inzake de toepassing van deel XI van dat verdrag van 28 juli 1994 (PB L 179 van 23.6.1998, blz. 1).

Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee (PB L 179 van 23.6.1998, blz. 3).

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

HOOFDSTUK 11 04 —   BEHEER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 04

BEHEER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID

11 04 01

Intensivering van de dialoog met het bedrijfsleven uit de visserijsector en met andere organisaties die belang hebben bij het gemeenschappelijk visserijbeleid

2

6 400 000

5 434 902

6 200 000

6 000 000

6 355 749,62

5 132 024,27

 

Hoofdstuk 11 04 — Totaal

 

6 400 000

5 434 902

6 200 000

6 000 000

6 355 749,62

5 132 024,27

11 04 01   Intensivering van de dialoog met het bedrijfsleven uit de visserijsector en met andere organisaties die belang hebben bij het gemeenschappelijk visserijbeleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 400 000

5 434 902

6 200 000

6 000 000

6 355 749,62

5 132 024,27

Toelichting

Dit krediet dient om in het kader van het actieplan voor de intensivering van de dialoog met het bedrijfsleven in de visserijsector en de andere organisaties die belang hebben bij het gemeenschappelijk visserijbeleid en het geïntegreerd maritiem beleid, het onderstaande te financieren:

subsidies voor regionale adviesraden (RAR’s) voor de financiering van de operationele kosten en tolk- en vertaalkosten van de vergaderingen van de RAR’s;

subsidies voor Europese vakverenigingen voor de organisatie van vergaderingen voor interne coördinatie ter voorbereiding van de vergaderingen van het Raadgevend Comité voor de visserij en de aquacultuur (RCVA), met inbegrip van de deelname van de vertegenwoordigers van het RCVA aan de vergaderingen van de RAR’s teneinde de coördinatie van de werkzaamheden van de RAR’s met die van het RCVA te verzekeren;

de uitvoering van maatregelen op het gebied van voorlichting en documentatie in verband met het gemeenschappelijk visserijbeleid ten behoeve van de visserijsector en al wie betrokken is bij het gemeenschappelijk visserijbeleid en het geïntegreerd maritiem beleid.

De Commissie blijft de werking van de RAR’s ondersteunen door een financiële bijdrage te verlenen, aan vergaderingen deel te nemen, de desbetreffende documenten op te stellen en ervoor te zorgen dat met alle adviezen van de RAR's rekening wordt gehouden bij het opstellen van nieuwe wetgeving. Indien de Commissie het advies van de RAR niet integreert, of slechts een deel ervan, moet zij aangeven waarom en op welke punten zij afwijkt van het advies van de RAR. De betrokkenheid van de personen die werkzaam zijn in de visserij en van andere belangengroepen in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid zal worden vergroot zodat meer rekening wordt gehouden met de specifieke regionale kenmerken.

Bovendien zal de Commissie zorgen voor meer flexibiliteit en duidelijker en transparanter bepalingen ter regulering van de financiële activiteit van de RAR’s, zodat de bestaande tekortkomingen niet langer verhinderen dat de RAR's de hun toegewezen middelen niet volledig besteden.

Een deel van het krediet is voorts gereserveerd voor voorlichtings- en communicatieactiviteiten in verband met het gemeenschappelijk visserijbeleid en het geïntegreerd maritiem beleid, alsmede voor communicatieactiviteiten ten behoeve van de belanghebbende partijen. Opnieuw zal het nodige worden gedaan om belanghebbenden en de gespecialiseerde media in de nieuwe lidstaten en in de landen die bij de volgende uitbreiding tot de Europese Unie toetreden, informatie over het gemeenschappelijk visserijbeleid en het geïntegreerd maritiem beleid te verstrekken.

Dit krediet dient eveneens ter dekking van financiering voor samenwerking en opleidingsseminars voor derde landen in het kader van de strijd tegen de illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij.

Eventuele ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visserijbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59).

Besluit 2004/585/EG van de Raad van 19 juli 2004 tot oprichting van regionale adviesraden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 256 van 3.8.2004, blz. 17).

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak als bedoeld in artikel 49, lid 6, onder d), van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 11 06 —   EUROPEES VISSERIJFONDS (EVF)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 06

EUROPEES VISSERIJFONDS (EVF)

11 06 01

Afwikkeling van het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Doelstelling 1 (2000-2006)

2

p.m.

14 899 127

p.m.

25 700 000

0,—

103 048 251,60

11 06 02

Voltooiing van het speciale programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland (2000-2006)

2

p.m.

161 978

p.m.

p.m.

0,—

0,—

11 06 03

Voltooiing van vroegere programma’s — Vroegere doelstellingen 1 en 6 (van vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

60 600,79

11 06 04

Afwikkeling van het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Gebieden buiten doelstelling 1 (2000-2006)

2

p.m.

4 966 376

p.m.

3 030 000

0,—

11 122 377,21

11 06 05

Voltooiing van vroegere programma’s — Vroegere doelstelling 5a (van vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

11 06 06

Voltooiing van vroegere programma’s — Initiatieven (van vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

11 06 07

Afwikkeling van het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Operationele technische bijstand en innovatieve maatregelen (2000-2006)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

8 197,50

11 06 08

Voltooiing van vroegere programma’s — Vroegere operationele technische bijstand en innovatieve maatregelen (van vóór 2000)

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

11 06 09

Specifieke maatregelen ter bevordering van de omschakeling van vaartuigen en vissers die tot in 1999 afhankelijk waren van de visserijovereenkomst met Marokko

2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

11 06 11

Europees Visserijfonds (EVF) — Operationele technische bijstand

2

4 230 557

3 279 682

4 116 506

3 900 000

3 564 291,15

1 057 834,20

11 06 12

Europees Visserijfonds (EVF) — Convergentiedoelstelling

2

496 297 184

325 438 159

485 174 453

335 700 000

476 025 821,—

108 408 148,79

11 06 13

Europees Visserijfonds (EVF) — Gebieden die niet onder de convergentiedoelstelling vallen

2

156 907 301

108 510 621

153 887 719

111 900 000

150 956 566,—

66 621 631,29

 

Hoofdstuk 11 06 — Totaal

 

657 435 042

457 255 943

643 178 678

480 230 000

630 546 678,15

290 327 041,38

Toelichting

Artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 voorziet in financiële correcties, waarvan de eventuele ontvangsten worden opgevoerd onder post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement en wel in specifieke gevallen wanneer deze kredieten nodig blijken om het risico af te dekken dat eerder besloten correcties komen te vervallen of worden verlaagd.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot terugbetaling van het voorschot, die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van het Financieel Reglement.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Rechtsgronden

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name de artikelen 174, 175 en 177.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

Referentiebesluiten

Conclusies van de vergadering van de Europese Raad van Berlijn op 24 en 25 maart 1999.

11 06 01   Afwikkeling van het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Doelstelling 1 (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

14 899 127

p.m.

25 700 000

0,—

103 048 251,60

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog uit het FIOV betaalbaar te stellen verplichtingen die in de programmeringsperiode 2000-2006 zijn aangegaan in het kader van doelstelling 1.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10).

11 06 02   Voltooiing van het speciale programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

161 978

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet voor het speciale programma voor vrede en verzoening dient ter dekking van nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de programmeringsperiode 2000-2006 zijn aangegaan.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), met name artikel 2, lid 4.

Referentiebesluiten

Conclusies van de vergadering van de Europese Raad van Berlijn op 24 en 25 maart 1999, met name punt 44, onder b).

Beschikking 1999/501/EG van de Commissie van 1 juli 1999 tot vaststelling van een indicatieve verdeling over de lidstaten van de vastleggingskredieten voor doelstelling 1 van de structuurfondsen voor de periode 2000 tot en met 2006 (PB L 194 van 27.7.1999, blz. 49), met name overweging 5.

11 06 03   Voltooiing van vroegere programma’s — Vroegere doelstellingen 1 en 6 (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

60 600,79

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering uit het FIOV van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 4028/86 van de Raad van 18 december 1986 inzake communautaire acties voor verbetering en aanpassing van de structuur van de visserij en de aquacultuur (PB L 376 van 31.12.1986, blz. 7).

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2468/98 van de Raad van 3 november 1998 tot vaststelling van de criteria en de voorwaarden voor de structurele bijstand van de Gemeenschap in de sector visserij/aquacultuur en de verwerking en de afzet van de producten daarvan (PB L 312 van 20.11.1998, blz. 19).

11 06 04   Afwikkeling van het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Gebieden buiten doelstelling 1 (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

4 966 376

p.m.

3 030 000

0,—

11 122 377,21

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering uit het FIOV van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de programmeringsperiode 2000-2006 zijn aangegaan voor gebieden buiten doelstelling 1.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10).

11 06 05   Voltooiing van vroegere programma’s — Vroegere doelstelling 5a (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering uit het FIOV van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstelling 5a „Visserij”, inclusief de maatregelen die op grond van artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 2080/93 worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2468/98 van de Raad van 3 november 1998 tot vaststelling van de criteria en de voorwaarden voor de structurele bijstand van de Gemeenschap in de sector visserij/aquacultuur en de verwerking en de afzet van de producten daarvan (PB L 312 van 20.11.1998, blz. 19).

11 06 06   Voltooiing van vroegere programma’s — Initiatieven (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering uit het FIOV van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen in verband met de initiatieven van de Gemeenschap in de programmeringsperiode 2000-2006.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor globale subsidies of geïntegreerde operationele programma’s in het kader waarvan de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen uit hoofde van een communautair initiatief betreffende de herstructurering van de visserijsector (Pesca) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 1).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap voor de ultraperifere gebieden (Regis II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 44).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van grensgebieden, grensoverschrijdende samenwerking en geselecteerde energienetten (Interreg II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 60).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 16 mei 1995 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een initiatief in het kader van het speciaal steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (Peace I-programma) (PB C 186 van 20.7.1995, blz. 3).

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 november 1997 over het speciale steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (1995-1999) (Peace I-programma) (COM(97) 642 definitief).

11 06 07   Afwikkeling van het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Operationele technische bijstand en innovatieve maatregelen (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

8 197,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering uit het FIOVvan de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de programmeringsperiode 2000-2006 zijn aangegaan voor innovatieve maatregelen en maatregelen inzake technische bijstand zoals bedoeld in de artikelen 22 en 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Bij de innoverende acties ging het om studies, modelprojecten en uitwisseling van ervaringen. Deze acties waren met name bedoeld om de kwaliteit van de bijstandsverlening uit de structuurfondsen te verbeteren. Bij de technische bijstand ging het om maatregelen voor de voorbereiding, het toezicht, de evaluatie, de controle en het beheer die nodig waren voor de tenuitvoerlegging van het FIOV. Dit krediet werd met name gebruikt voor de financiering van:

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen);

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

contracten voor dienstverleners;

subsidies.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10).

11 06 08   Voltooiing van vroegere programma’s — Vroegere operationele technische bijstand en innovatieve maatregelen (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van betalingsverplichtingen die het FIOV in vorige programmeringsperioden is aangegaan voor innoverende acties, maatregelen op het gebied van voorbereiding, follow-up of evaluatie, of andere soortgelijke vormen van technische bijstand waarin de betrokken verordeningen voorzien. Het dient ook voor de financiering van de oude meerjarenacties, en met name voor die welke zijn goedgekeurd en uitgevoerd in het kader van de andere bovengenoemde verordeningen, maar die niet onder de prioritaire doelstellingen van de structuurfondsen vallen. Dit krediet zal eventueel ook worden aangewend voor de financiering van middelen die in het kader van het FIOV verschuldigd zijn voor bijstand waarvoor de overeenkomstige vastleggingskredieten niet beschikbaar zijn en ook niet zijn vastgesteld in de programmering voor 2000-2006.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2088/85 van de Raad van 23 juli 1985 inzake de geïntegreerde mediterrane programma’s (PB L 197 van 27.7.1985, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 3760/92 van de Raad van 20 december 1992 tot invoering van een communautaire regeling voor de visserij en de aquacultuur (PB L 389 van 31.12.1992, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 261 van 20.10.1993, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10).

11 06 09   Specifieke maatregelen ter bevordering van de omschakeling van vaartuigen en vissers die tot in 1999 afhankelijk waren van de visserijovereenkomst met Marokko

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de specifieke maatregel ter bevordering van de omschakeling van vaartuigen en vissers die tot in 1999 afhankelijk waren van de visserijovereenkomst met Marokko.

Naar aanleiding van de schipbreuk van de „Prestige” is een bedrag van 30 000 000 EUR beschikbaar gesteld voor specifieke maatregelen om de schade veroorzaakt door olie uit de Prestige, te vergoeden voor de visserijsector, de schelpdierensector en de aquacultuursector.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2561/2001 van de Raad van 17 december 2001 ter bevordering van de omschakeling van vaartuigen en vissers die tot in 1999 afhankelijk waren van de visserijovereenkomst met Marokko (PB L 344 van 28.12.2001, blz. 17).

Verordening (EG) nr. 2372/2002 van de Raad van 20 december 2002 tot instelling van specifieke maatregelen om de schade veroorzaakt door olie uit de Prestige te vergoeden voor de visserijsector, de schelpdierensector en de aquacultuursector in Spanje (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 81).

11 06 11   Europees Visserijfonds (EVF) — Operationele technische bijstand

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 230 557

3 279 682

4 116 506

3 900 000

3 564 291,15

1 057 834,20

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uit het EVF gefinancierde maatregelen op het gebied van technische bijstand als bedoeld in artikel 46 van Verordening (EG) nr. 1198/2006. De technische bijstand omvat studies, evaluaties, maatregelen ten behoeve van de partners, maatregelen voor de verspreiding van informatie, de installatie, werking en interconnectie van computersystemen voor beheer, toezicht, audit, inspectie en evaluatie, de verbetering van de evaluatiemethoden en de uitwisseling van informatie over praktijken op dit gebied en de oprichting van transnationale netwerken en netwerken van de Unie van actoren inzake duurzame ontwikkeling van kustvisserijgebieden.

Bij de technische bijstand gaat het om maatregelen voor de voorbereiding, het toezicht, de audit, de evaluatie, de controle en het beheer die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het EVF.

Dit krediet kan met name worden gebruikt ter dekking van:

ondersteunende uitgaven (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen);

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

uitgaven voor informatietechnologie en telecommunicatie;

dienstverleningscontracten;

steun voor netwerkactiviteiten en de uitwisseling van de beste praktijken.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

11 06 12   Europees Visserijfonds (EVF) — Convergentiedoelstelling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

496 297 184

325 438 159

485 174 453

335 700 000

476 025 821,00

108 408 148,79

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de operationele programma’s in het kader van de convergentiedoelstelling van het Europees Visserijfonds (EVF) voor de programmeringsperiode 2007-2013.

Bijzondere aandacht zal worden besteed aan economische diversificatie van gebieden die worden geconfronteerd met een vermindering van de visserijactiviteit, aan de aanpassing van de vlootcapaciteit en de modernisering van de vloot zonder dat dit echter mag leiden tot een toename van de visserijinspanningen, en aan de duurzame ontwikkeling van de visserijgebieden.

Bij acties die worden gefinancierd uit hoofde van dit artikel wordt rekening gehouden met de noodzaak om een stabiel en duurzaam evenwicht tot stand te brengen tussen de capaciteit van de visserijvloot en de beschikbare rijkdommen, en met de noodzaak om in de visserij een veiligheidscultuur te bevorderen.

Dit krediet is tevens bedoeld om acties ter bevordering van selectiever vistuig te financieren.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

11 06 13   Europees Visserijfonds (EVF) — Gebieden die niet onder de convergentiedoelstelling vallen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

156 907 301

108 510 621

153 887 719

111 900 000

150 956 566,00

66 621 631,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die buiten de convergentiedoelstelling om uit het EVF wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2007-2013 worden aangegaan.

Bijzondere aandacht zal worden besteed aan economische diversificatie van gebieden die worden geconfronteerd met een vermindering van de visserijactiviteit, aan de modernisering van de vloot zonder dat dit echter mag leiden tot een toename van de visserijinspanningen, en aan de duurzame ontwikkeling van de visserijgebieden.

Bij acties die worden gefinancierd uit hoofde van dit artikel wordt rekening gehouden met de noodzaak om in de visserij een veiligheidscultuur te bevorderen.

Dit krediet is tevens bedoeld om acties ter bevordering van selectiever vistuig te financieren.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds (PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1).

HOOFDSTUK 11 07 —   INSTANDHOUDING, BEHEER EN EXPLOITATIE VAN DE LEVENDE AQUATISCHE HULPBRONNEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 07

INSTANDHOUDING, BEHEER EN EXPLOITATIE VAN DE LEVENDE AQUATISCHE HULPBRONNEN

11 07 01

Ondersteuning van het beheer van de visbestanden (verzameling van basisgegevens)

2

48 000 000

38 887 658

44 000 000

35 000 000

43 898 632,31

37 382 743,37

11 07 02

Ondersteuning van het beheer van de visbestanden (verbetering van de wetenschappelijke adviezen)

2

4 500 000

3 279 682

5 000 000

4 500 000

5 479 323,—

2 373 674,77

 

Hoofdstuk 11 07 — Totaal

 

52 500 000

42 167 340

49 000 000

39 500 000

49 377 955,31

39 756 418,14

11 07 01   Ondersteuning van het beheer van de visbestanden (verzameling van basisgegevens)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

48 000 000

38 887 658

44 000 000

35 000 000

43 898 632,31

37 382 743,37

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de financiële bijdrage van de Unie aan door de lidstaten verrichte uitgaven voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in het kader van nationale meerjarenprogramma’s;

de financiering van studies en proefprojecten die de Commissie, zo nodig in samenwerking met de lidstaten, uitvoert voor de instandhouding, het beheer en de exploitatie van levende aquatische hulpbronnen in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid.

Dit krediet dient om het beoordelen van de haalbaarheid te financieren van het opzetten van een publieke regeling voor eco-etikettering in de Unie voor visserij- en aquacultuurproducten, en het vastleggen van specificaties voor het eco-etiket zelf.

Het doel van dit krediet is om:

te bestuderen aan welke criteria visserij- en aquacultuurproducten moeten voldoen om een eco-etiket te krijgen;

specificaties vast te leggen voor een eco-etiket waar consumenten op kunnen vertrouwen;

de beste administratieve regelingen te bepalen voor de certificeringsregeling.

Het doel van het krediet is om beschikbare informatie bijeen te brengen over selectief vistuig dat ertoe bijdraagt de bijvangst te verminderen, en om deze informatie te verbreiden onder vissers. Er is grote vooruitgang gemaakt met selectief vistuig, maar veel van deze projecten en onderzoekresultaten worden slechts in enkele regio’s uitgevoerd en zijn bij de meeste vissers niet bekend. NGO’s hebben het initiatief genomen om catalogi van aanbevelenswaardig vistuig aan te leggen, met name voor de visserij op platvis. Het doel is om algemenere catalogi op te stellen voor de trawling- en sleepnetvisserij en de nodige maatregelen te nemen om deze catalogi binnen de diverse visserijgemeenschappen te promoten.

Het doel van het krediet is ook om een oplossing-georiënteerd platform voor belanghebbenden onder voorzitterschap van een professionele bemiddelaar te scheppen. Het platform staat open voor wetenschappers en de Europese Commissie en is bedoeld als een „materiële” aanvulling op het virtuele platform, dat in 2010/2011 operationeel zal zijn (zie ook Commission call for tender „Sustainable management of cormorants population”, OJ 2010/S 75-111249, 17.4.2010 (http://ted.europa.eu/udl?uri=TED:NOTICE:111249-2010:TEXT:EN:HTML)). Dit platform heeft de volgende doelen:

beoordeling van de efficiency en de kosten en baten van uitzonderingsmaatregelen uit hoofde van artikel 9 van Richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 inzake het behoud van de vogelstand (gecodificeerde versie) (PB L 20 van 26.1.2010, blz. 7) ter voorkoming van de ernstige schade die aalscholvers toebrengen aan de visserij;

bespreking van de gevolgen van roofvogels voor de visserij en de fauna en flora;

bespreking van hedendaagse wildbeheerpraktijken.

Het platform moet vier maal per jaar bijeenkomen. Doel is te komen tot een gemeenschappelijk concept van „beste praktijken”. Bovendien moet het resulteren in een „haalbaarheidstest” of een „beste praktijk” aanpak als inspiratie voor andere situaties waarbij dieren/fauna/mensen in conflict komen.

Het platform komt tegemoet aan paragraaf 6 van de resolutie van het Europees Parlement van 4 december 2008 over het opstellen van een Europees Beheersplan voor aalscholvers om de toenemende door aalscholvers veroorzaakte schade aan visbestanden, visserij en aquacultuur te verminderen (PB C 21 E van 28.1.2010, blz. 11): „roept de Commissie op een op basis van de betrokkenheid, evenwichtig samengestelde werkgroep op te richten met het bindende mandaat om binnen een jaar een systematische kosten-batenanalyse uit te voeren van mogelijke maatregelen op lidstatenniveau voor het beheer van aalscholvers, hun aannemelijkheid aan de hand van logische en wetenschappelijke criteria te beoordelen en een aanbeveling te doen; de samenstelling van de werkgroep moet een afspiegeling zijn van de mate waarin de belanghebbenden betroffen zijn.”.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1543/2000 van 29 juni 2000 van de Raad tot instelling van een communautair kader voor het verzamelen en beheren van gegevens die essentieel zijn voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 176 van 15.7.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 199/2008 van de Raad van 25 februari 2008 betreffende de instelling van een communautair kader voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in de visserijsector en voor de ondersteuning van wetenschappelijk advies over het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 60 van 5.3.2008, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verordening (EG) nr. 665/2008 van de Commissie van 14 juli 2008 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 199/2008 van de Raad betreffende de instelling van een communautair kader voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in de visserijsector en voor de ondersteuning van wetenschappelijk advies over het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 186 van 15.7.2008, blz. 3).

Verordening (EG) nr. 1078/2008 van de Commissie van 3 november 2008 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad, wat betreft de uitgaven van de lidstaten voor de verzameling en het beheer van de basisgegevens over de visserij (PB L 295 van 4.11.2008, blz. 24).

11 07 02   Ondersteuning van het beheer van de visbestanden (verbetering van de wetenschappelijke adviezen)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 500 000

3 279 682

5 000 000

4 500 000

5 479 323,00

2 373 674,77

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor partnerschapscontracten met nationale onderzoeksinstellingen met het oog op de verstrekking van wetenschappelijke adviezen;

uitgaven voor met het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek of enig ander adviesorgaan van de Unie getroffen administratieve regelingen om het secretariaat voor het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV) waar te nemen, om de preanalyse van gegevens te verrichten en om de voor de evaluatie van de toestand van de visbestanden te gebruiken gegevens voor te bereiden;

de vergoedingen die aan de leden van het WTECV en/of de door het WTECV uitgenodigde deskundigen worden betaald om deel te nemen aan vergaderingen van werkgroepen en voltallige vergaderingen en om in het kader daarvan werkzaamheden te verrichten;

de vergoedingen die aan onafhankelijke deskundigen worden betaald om de Commissie wetenschappelijke adviezen te verstrekken of om administrateurs of belanghebbenden op te leiden voor de interpretatie van wetenschappelijke adviezen;

de bijdragen aan internationale instanties die zijn belast met bestandsevaluaties en het verstrekken van wetenschappelijk advies.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1543/2000 van 29 juni 2000 van de Raad tot instelling van een communautair kader voor het verzamelen en beheren van gegevens die essentieel zijn voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 176 van 15.7.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59).

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

Referentiebesluiten

Besluit 2005/629/EG van de Commissie van 26 augustus 2005 tot instelling van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (PB L 225 van 31.8.2005, blz. 18).

HOOFDSTUK 11 08 —   CONTROLE EN HANDHAVING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 08

CONTROLE EN HANDHAVING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID

11 08 01

Financiële bijdrage aan de lidstaten voor uitgaven op het gebied van de controle

2

45 630 000

33 452 756

43 600 000

30 000 000

42 700 000,—

23 824 728,79

11 08 02

Controle en toezicht op de visserijactiviteiten in de wateren van en buiten de EU

2

2 300 000

1 874 104

2 330 000

2 330 000

1 729 178,01

1 231 316,97

11 08 05

Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC)

11 08 05 01

Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC) — Bijdrage voor titels 1 en 2

2

7 163 153

7 163 153

6 928 782

6 928 782

6 615 411,07

6 592 537,16

11 08 05 02

Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC) — Bijdrage voor titel 3

2

5 501 415

1 501 415

766 441

766 441

1 299 450,07

1 294 485,17

 

Artikel 11 08 05 — Subtotaal

 

12 664 568

8 664 568

7 695 223

7 695 223

7 914 861,14

7 887 022,33

 

Hoofdstuk 11 08 — Totaal

 

60 594 568

43 991 428

53 625 223

40 025 223

52 344 039,15

32 943 068,09

11 08 01   Financiële bijdrage aan de lidstaten voor uitgaven op het gebied van de controle

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

45 630 000

33 452 756

43 600 000

30 000 000

42 700 000,00

23 824 728,79

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de door de lidstaten gedane uitgaven voor de tenuitvoerlegging van de in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid geldende toezicht- en controleregeling voor:

investeringen ten behoeve van de controleactiviteiten die worden ontplooid door overheidsinstanties of door de privésector, met inbegrip van de implementatie van nieuwe controletechnologieën en de aanschaf en modernisering van controlemiddelen;

programma’s voor de opleiding en uitwisseling van ambtenaren die zijn belast met toezicht-, controle- en bewakingstaken op visserijgebied;

de uitvoering van proefprogramma’s met betrekking tot inspecties en waarnemers;

kosten-batenanalyse, evaluatie van uitgaven en audits die door de bevoegde autoriteiten zijn verricht met het oog op toezicht, controle en bewaking;

initiatieven, met inbegrip van seminars en het gebruik van media-instrumenten, om enerzijds de vissers en andere actoren zoals inspecteurs, openbare aanklagers en rechters, en anderzijds het grote publiek bewuster te maken van de noodzaak om onverantwoorde en illegale visserij te bestrijden en om de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid toe te passen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visserijbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59).

Beschikking 2004/465/EG van de Raad van 29 april 2004 inzake een financiële bijdrage van de Gemeenschap aan de visserijcontroleprogramma’s van de lidstaten (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 114).

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad van 29 september 2008 houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen. (PB L 286 van 29.10.2008, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verordening (EG) nr. 391/2007 van de Commissie van 11 april 2007 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad, wat betreft de uitgaven die de lidstaten doen bij de tenuitvoerlegging van de in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid geldende toezicht- en controleregelingen (PB L 97 van 12.4.2007, blz. 30).

11 08 02   Controle en toezicht op de visserijactiviteiten in de wateren van en buiten de EU

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 300 000

1 874 104

2 330 000

2 330 000

1 729 178,01

1 231 316,97

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven die de Commissie heeft gedaan in het kader van haar mandaat betreffende de toepassing van en het toezicht op de controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid.

Deze uitgaven worden geacht van operationele aard te zijn en hebben betrekking op alle acties in het kader van haar mandaat, inclusief het beheer.

Het krediet dient voor de financiering van administratieve uitgaven, waaronder die voor dienstreizen om toezicht te houden op de nationale controles, voor de begeleiding door nationale inspecteurs, vergaderingen van deskundigen, de uitrusting van de inspecteurs, de informatica (met inbegrip van die voor de oprichting en het beheer van geïnformatiseerde databanken), studies, opleiding, het programma voor uitwisseling van inspecteurs, de controles van de Unie in de internationale wateren (met inbegrip van controlebezoeken in die wateren) en het charteren van inspectievaartuigen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visserijbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59).

Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht (PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1).

11 08 05   Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC)

11 08 05 01   Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC) — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 163 153

7 163 153

6 928 782

6 928 782

6 615 411,07

6 592 537,16

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke en de administratieve uitgaven van het Bureau (titels 1 en 2).

Het Bureau stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen huishoudelijke en beleidsuitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Bureau is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 768/2005 van de Raad van 26 april 2005 tot oprichting van een Communautair Bureau voor visserijcontrole (PB L 128 van 21.5.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad van 29 september 2008 houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen (PB L 286 van 29.10.2008, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006 (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1).

Referentiebesluiten

Besluit 2009/988/EU van de Commissie van 18 december 2009 tot aanwijzing van het Communautair Bureau voor visserijcontrole als de instantie die wordt belast met bepaalde taken op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad (PB L 338 van 19.12.2009, blz. 104).

11 08 05 02   Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC) — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 501 415

1 501 415

766 441

766 441

1 299 450,07

1 294 485,17

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Bureau met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Bureau stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen huishoudelijke en beleidsuitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen huishoudelijke en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 12 850 000 EUR. Aan het op de begroting opgevoerde bedrag van 12 664 568 EUR is een overschot van 185 432 EUR toegevoegd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 768/2005 van de Raad van 26 april 2005 tot oprichting van een Communautair Bureau voor visserijcontrole (PB L 128 van 21.5.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad van 29 september 2008 houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen (PB L 286 van 29.10.2008, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006 (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1).

Referentiebesluiten

Besluit 2009/988/EU van de Commissie van 18 december 2009 tot aanwijzing van het Communautair Bureau voor visserijcontrole als de instantie die wordt belast met bepaalde taken op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad (PB L 338 van 19.12.2009, blz. 104).

HOOFDSTUK 11 09 —   MARITIEM BELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 09

MARITIEM BELEID

11 09 01

Voorbereidende actie — Maritiem beleid

2

4 609 500

4 100 000

5 300 000

4 088 333,75

3 214 820,43

11 09 02

Proefproject — Vorming van netwerken en beste praktijken in het maritieme beleid

2

821 784

2 400 000

1 896 810,—

1 300 885,65

11 09 03

Proefproject — Bevordering van de vervanging van de Europese commerciële vloten door schepen met een geringe milieu-impact

2

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

 

Hoofdstuk 11 09 — Totaal

 

p.m.

5 431 284

5 600 000

9 200 000

5 985 143,75

4 515 706,08

11 09 01   Voorbereidende actie — Maritiem beleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 609 500

4 100 000

5 300 000

4 088 333,75

3 214 820,43

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de studies die nodig zijn om het stilaan tot stand komende maritieme beleid te onderbouwen met betrouwbare feiten en analysen, voor zover er leemten zijn en dit nodig is voor de effectbeoordeling en de voorbereiding van de toekomstige beleidsbeslissingen. Dit geldt met name voor sociaaleconomische en juridische aangelegenheden op maritiem gebied.

Tot dusver zijn drie horizontale gebieden aangewezen voor mogelijke toekomstige actie: „maritieme ruimtelijke ordening”, „convergentie en integratie van verzamelsystemen voor mariene gegevens” en „maritiem toezicht”. Voorts dient dit krediet voor de financiering van haalbaarheidsstudies die worden uitgevoerd met het oog op de opstelling van nieuwe voorstellen op deze gebieden.

Dit krediet is ook bestemd voor de bevordering van de diverse systemen voor monitoring van en toezicht op de zeeën, voor het verzamelen van wetenschappelijke gegevens over de zee en voor het verspreiden van netwerken en beste praktijken op het gebied van maritiem beleid en de economie van kustgebieden.

Rechtsgronden

Voorbereidende acties als bedoeld in artikel 49, lid 6, onder b), van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

11 09 02   Proefproject — Vorming van netwerken en beste praktijken in het maritieme beleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

821 784

2 400 000

1 896 810,00

1 300 885,65

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor de bevordering van modelprojecten met het oog op de integratie van verschillende systemen voor maritieme controle, het verzamelen van wetenschappelijke gegevens over de zee en de verspreiding van netwerken en beste praktijken op het gebied van maritiem beleid en de economie van kustgebieden.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

11 09 03   Proefproject — Bevordering van de vervanging van de Europese commerciële vloten door schepen met een geringe milieu-impact

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Verouderde goederen- of passagiersschepen moeten worden vervangen door schepen met een geringe milieu-impact en met moderne veiligheidssystemen. De maatregelen behelzen onder meer het opstellen, in overleg met de betrokkenen (overheid, brancheverenigingen, enz.) van een Europees programma voor de verschroting van verouderde schepen en het stimuleren van de modernisering van de commerciële vloten in de lidstaten.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL MARITIEME ZAKEN EN VISSERIJ

BELEIDSSTRATEGIE EN — COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL MARITIEME ZAKEN EN VISSERIJ

MARITIEM BELEID

TITEL 12

INTERNE MARKT

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „INTERNE MARKT”

60 494 629

60 494 629

59 155 793

59 155 793

58 084 308,22

58 084 308,22

Reserves (40 01 40)

35 305

35 305

125 941

125 941

 

 

 

60 529 934

60 529 934

59 281 734

59 281 734

58 084 308,22

58 084 308,22

12 02

INTERNEMARKTBELEID

10 900 000

9 740 919

8 700 000

7 500 000

8 076 234,56

7 949 189,12

12 03

INTERNE MARKT VOOR DIENSTEN

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

12 04

VRIJ VERKEER VAN KAPITAAL, VENNOOTSCHAPSRECHT EN ONDERNEMINGSBESTUUR

23 474 000

23 122 516

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

6 000 000

6 000 000

 

 

 

23 474 000

23 122 516

6 000 000

6 000 000

0,—

0,—

 

Titel 12 — Totaal

94 868 629

93 358 064

67 855 793

66 655 793

66 160 542,78

66 033 497,34

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

35 305

35 305

6 125 941

6 125 941

 

 

 

94 903 934

93 393 369

73 981 734

72 781 734

66 160 542,78

66 033 497,34

HOOFDSTUK 12 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „INTERNE MARKT”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „INTERNE MARKT”

12 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Interne markt”

5

46 450 846

44 871 483

43 613 891,83

Reserves (40 01 40)

 

35 305

125 941

 

 

 

46 486 151

44 997 424

43 613 891,83

12 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Interne markt”

12 01 02 01

Extern personeel

5

6 462 815

6 422 316

6 634 887,28

12 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

3 515 135

3 780 617

3 708 009,71

 

Artikel 12 01 02 — Subtotaal

 

9 977 950

10 202 933

10 342 896,99

12 01 03

Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Interne markt”

5

3 365 833

3 281 377

3 424 299,66

12 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Interne markt”

12 01 04 01

Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

700 000

800 000

703 219,74

 

Artikel 12 01 04 — Subtotaal

 

700 000

800 000

703 219,74

 

Hoofdstuk 12 01 — Totaal

 

60 494 629

59 155 793

58 084 308,22

Reserves (40 01 40)

 

35 305

125 941

 

 

 

60 529 934

59 281 734

58 084 308,22

12 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Interne markt”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 01 01

46 450 846

44 871 483

43 613 891,83

Reserves (40 01 40)

35 305

125 941

 

Totaal

46 486 151

44 997 424

43 613 891,83

12 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Interne markt”

12 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 462 815

6 422 316

6 634 887,28

12 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 515 135

3 780 617

3 708 009,71

12 01 03   Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Interne markt”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 365 833

3 281 377

3 424 299,66

12 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Interne markt”

12 01 04 01   Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

700 000

800 000

703 219,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, enquêtes, vergaderingen van deskundigen, voorlichting, activiteiten en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Zie artikel 12 02 01.

HOOFDSTUK 12 02 —   INTERNEMARKTBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 02

INTERNEMARKTBELEID

12 02 01

Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt

1.1

8 400 000

7 903 086

8 700 000

7 500 000

7 276 626,03

7 713 350,59

12 02 02

Het programma Solvit en het actieplan Ondersteunende dienstverlening op het gebied van de interne markt

1.1

1 300 000

1 237 833

p.m.

p.m.

799 608,53

235 838,53

12 02 03

Proefproject — Internemarktforum

1.1

1 200 000

600 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 12 02 — Totaal

 

10 900 000

9 740 919

8 700 000

7 500 000

8 076 234,56

7 949 189,12

12 02 01   Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

8 400 000

7 903 086

8 700 000

7 500 000

7 276 626,03

7 713 350,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven als gevolg van maatregelen die moeten bijdragen tot de voltooiing, de werking en de ontwikkeling van de interne markt, en met name:

grotere betrokkenheid van burgers en bedrijfsleven, met inbegrip van de ontwikkeling en versterking van de dialoog met burgers en bedrijfsleven via maatregelen die bedoeld zijn om de interne markt doeltreffender te doen werken, en burgers en bedrijfsleven in de gelegenheid te stellen toegang te krijgen tot en ten volle te profiteren van alle rechten en mogelijkheden die de openstelling en de verdieping van de interne markt zonder grenzen bieden, alsmede via maatregelen voor de follow-up en beoordeling van de praktische uitoefening door burgers en bedrijfsleven van hun rechten en mogelijkheden, teneinde eventuele belemmeringen die hun beletten er ten volle van te profiteren, vast te stellen en gemakkelijker weg te nemen;

tenuitvoerlegging en toezicht op de bepalingen toepasselijk op overheidsopdrachten, teneinde de optimale werking ervan en de werkelijke openheid van aanbestedingen te waarborgen, met inbegrip van de bewustmaking en opleiding van de verschillende actoren bij deze opdrachten; de invoering en toepassing van nieuwe technologieën op de gebieden waarop deze opdrachten worden toegepast; de continue aanpassing van het wet- en regelgevende kader in het licht van de ontwikkelingen die het gevolg zijn van deze contracten, met name de mondialisering van de markten en bestaande of toekomstige internationale overeenkomsten;

verbetering van de juridische omgeving voor burgers en bedrijfsleven via het Europese toetsingspanel van het bedrijfsleven (European Business Test Panel — EBTP), waarvoor promotieactiviteiten, bewustmakings- en opleidingsacties kunnen worden gepland; bevordering van de samenwerking, de ontwikkeling en de coördinatie van de wetgevingen op het gebied van vennootschapsrecht en hulp bij de oprichting van Europese naamloze vennootschappen en Europese economische samenwerkingsverbanden;

versterking van de bestuurlijke samenwerking met de ondersteuning van, onder andere, het informatiesysteem voor de interne markt, verdieping van de kennis van de wetgeving inzake de interne markt in lidstaten, betere toepassing ervan door de lidstaten en ondersteuning van de bestuurlijke samenwerking tussen de autoriteiten die belast zijn met de tenuitvoerlegging van de wetgeving inzake de interne markt, teneinde de strategische doelstellingen van Lissabon te halen zoals vastgesteld in de jaarlijkse beleidsstrategie;

opzetten van een stelsel voor doeltreffende en efficiënte afhandeling van problemen van burgers of bedrijfsleven die voortvloeien uit de onjuiste toepassing van de internemarktwetgeving door een overheidsdienst in een andere lidstaat; productie van feedback via het Solvit-systeem door het gebruik van een onlinedatabank die voor alle coördinatiecentra toegankelijk is en ook voor burgers en bedrijfsleven toegankelijk zal worden gemaakt; ondersteuning van het initiatief door opleidingsacties, promotiecampagnes en doelgerichte acties, met bijzondere aandacht voor de nieuwe lidstaten;

interactieve beleidsvorming (interactive policy-making (IPM)), voor zover deze de voltooiing, ontwikkeling en werking van de interne markt betreft; IPM maakt deel uit van de initiatieven van de Commissie op het gebied van governance en regelgeving om beter op de verzoeken van burgers, consumenten en bedrijven te reageren. De op dit artikel opgevoerde kredieten mogen worden gebruikt om opleidings-, bewustmakings- en netwerkactiviteiten ten behoeve van dergelijke deelnemers te dekken teneinde de beleidsvorming van de Unie betreffende de interne markt breder en doeltreffender te maken en als onderdeel van het proces om de daadwerkelijke impact van het internemarktbeleid (of het ontbreken ervan) in het veld te beoordelen;

algemeen onderzoek naar de noodzakelijkheid van de herziening van de verordeningen en analyse van de doeltreffendheid van de maatregelen die worden genomen met het oog op een goede werking van de interne markt, en de evaluatie van de algemene impact van de interne markt op het bedrijfsleven en de economie, met inbegrip van de aanschaf van gegevens en toegang van diensten van de Commissie tot externe databanken; doelgerichte acties ter verbetering van het begrip van de werking van de interne markt en voor de beloning van actieve deelname aan de bevordering ervan;

waarborging van de voltooiing en het beheer van de interne markt, in het bijzonder op het gebied van pensioenen, het vrije verkeer van diensten, de erkenning van beroepskwalificaties, en intellectuele en industriële eigendom: de uitwerking van voorstellen voor de invoering van een uniaal octrooi;

uitbreiding van de strategie voor de verdere ontwikkeling van statistieken van de dienstensector en statistische ontwikkelingsprojecten, in samenwerking met Eurostat en de OESO;

toezicht op de effecten op diensten van het uit de weg ruimen van belemmeringen van de interne markt;

bijdrage aan de ontwikkeling van een eengemaakte ruimte voor veiligheid en defensie, met maatregelen ter bevordering van de coördinatie van de procedures voor overheidsopdrachten voor dergelijke producten op het niveau van de Unie; de kredieten mogen worden gebruikt voor het uitvoeren van studies en het uitwerken van bewustmakingsmaatregelen betreffende de toepassing van de goedgekeurde wetgeving;

versterking en ontwikkeling van financiële en kapitaalmarkten en van financiële diensten voor bedrijven en particulieren; aanpassing van het marktkader, in het bijzonder met betrekking tot het toezicht op en de regulering van de activiteiten van economische actoren en van transacties, teneinde rekening te houden met de veranderingen op uniaal en internationaal niveau, de euro en nieuwe financiële instrumenten, door de presentatie van nieuwe initiatieven die de consolidatie en gedetailleerde analyse van de resultaten van het eerste actieplan voor financiële diensten ten doel hebben;

verbetering van betalingssystemen en financiële diensten voor consumenten in de interne markt; verlaging van de kosten, alsmede verkorting van de uitvoeringstermijn van dergelijke transacties, rekening gehouden met de internemarktdimensie; ontwikkeling van de technische aspecten, teneinde een of meer betalingssystemen op te zetten op basis van de follow-up die wordt gegeven aan mededelingen van de Commissie; het uitvoeren van studies op dit gebied;

ontwikkeling en versterking van de externe aspecten van de richtlijnen die van toepassing zijn op het gebied van financiële instellingen, wederzijdse erkenning van de financiële instrumenten met derde landen, internationale onderhandelingen en bijstand aan derde landen bij de totstandbrenging van een markteconomie;

uitvoering van de talrijke maatregelen die zijn aangekondigd in het actieplan inzake vennootschapsrecht en ondernemingsbestuur, dat aanleiding kan geven tot studies over verschillende gerichte onderwerpen met het oog op de opstelling van de nodige wetgevingsvoorstellen;

analyse van het effect van de geldende maatregelen als onderdeel van de follow-up van de geleidelijke liberalisering van de postdiensten, coördinatie van het beleid van de Unie op het gebied van postdiensten voor wat betreft internationale systemen en met name met betrekking tot deelnemers aan activiteiten van de Wereldpostvereniging (UPU); samenwerking met landen van Midden- en Oost-Europa; praktische gevolgen van de toepassing van de bepalingen van de Algemene Overeenkomst inzake de handel in diensten (GATS) op de postsector en overlapping met de UPU-regelgeving;

uitvoering van het uniale recht en internationale bepalingen ter voorkoming van het witwassen van geld, met inbegrip van deelname aan intergouvernementele of ad-hocacties op dit gebied; bijdragen die het gevolg zijn van het lidmaatschap van de Commissie van de Financial Action Task Force (FATF) voor de bestrijding van het witwassen van geld, ingesteld in het kader van de OESO;

actieve participatie in vergaderingen die door internationale verenigingen zoals International Association of Insurance Supervisors (IAIS/AICA) en de Internationale Organisatie van Effectentoezichthouders (IOSCO) worden gehouden; ook de andere kosten in verband met het lidmaatschap van de Commissie zijn hieronder begrepen;

opstellen van evaluaties en effectbeoordelingen betreffende verschillende aspecten van het onder dit hoofdstuk vallende beleid met het oog op de invoering of herziening van maatregelen op dit beleidsgebied;

opzetten en onderhouden van systemen die rechtstreeks in verband staan met de invoering van en het toezicht op beleidsmaatregelen in het kader van de interne dienstenmarkt;

ondersteuning van activiteiten die de verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen van de Unie dichterbij brengen door de bevordering van de convergentie van toezichtpraktijken en de samenwerking tussen toezichthouders, en ondersteuning van activiteiten op het gebied van de financiële rapportage, zowel in als buiten de Unie.

Teneinde deze doelstellingen te realiseren, dient dit krediet ter dekking van de kosten van advies, studies, enquêtes, evaluaties, deelnamen, en vervaardiging en ontwikkeling van communicatie-, bewustmakings- en opleidingsmateriaal (drukwerk, audiovisueel materiaal, evaluaties, computermateriaal, verzameling en verspreiding van informatie en voorlichtings- en adviesmaatregelen ten behoeve van burgers en bedrijfsleven).

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Dit krediet dient gedeeltelijk ter dekking van de uitgaven van de Commissie voor de doeltreffende werking van het Europees Waarnemingscentrum voor namaak en piraterij.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 18 juni 2002 getiteld „Methodologische nota voor de horizontale evaluatie van diensten van algemeen economisch belang” (COM(2002) 331 definitief).

12 02 02   Het programma Solvit en het actieplan Ondersteunende dienstverlening op het gebied van de interne markt

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 300 000

1 237 833

p.m.

p.m.

799 608,53

235 838,53

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven als gevolg van maatregelen voor het beheer en de ontwikkeling van Solvit en voor de tenuitvoerlegging van het actieplan Ondersteunende dienstverlening op het gebied van de interne markt.

Het Solvit-systeem heeft zich bewezen als een van de doeltreffendste mechanismen voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting.

Het kan op doeltreffende en efficiënte wijze problemen aanpakken waar burgers en ondernemingen mee te maken krijgen ten gevolge van een foute toepassing van wetgeving inzake de interne markt door een overheidsinstantie in een andere lidstaat. Bovendien is het Solvit-systeem in staat feedback te geven door gebruik te maken van een onlinedatabank die toegankelijk is voor alle coördinatiecentra en waaraan burgers en ondernemingen rechtstreeks hun problemen kunnen voorleggen.

Solvit is echter, net als vele andere openbare ondersteuningsdiensten met betrekking tot Unie-aangelegenheden, nog steeds niet algemeen bekend bij de potentiële gebruikers van het systeem. Tegelijkertijd hebben burgers en ondernemingen vaak geen idee waar zij met hun verzoeken om informatie, bijstand en oplossingen terecht kunnen. Om dit probleem op te lossen heeft de Commissie in het kader van de herziening van de interne markt aangekondigd dat zij zal trachten een webgebaseerd uniek toegangspunt te creëren waarmee burgers en ondernemingen naar de juiste dienst worden geleid. In oktober 2010 heeft de Commissie een nieuwe website opgestart, Your Europe, die informatie aanlevert aan burgers en bedrijven, en deze rechtstreeks doorverwijst naar relevante diensten als Solvit, als zij hulp nodig hebben. Your Europe is samen met het callcentrum Europe Direct het unieke contactpunt van het Solvitsysteem. De Commissie moet de bevoegde commissie van het Europees Parlement in een jaarverslag op de hoogte houden over de mate waarin het toegangspunt wordt gebruikt en over mogelijke maatregelen om het gebruik te stimuleren.

Er moet bij de lidstaten op worden aangedrongen passende maatregelen te treffen om de bevolking te wijzen op de openstelling van dit toegangspunt.

Bovendien werd in het „Action plan on an integrated approach for providing single market assistance services to citizens and businessess” van de Commissie van 8 mei 2008 een reeks maatregelen voorgesteld om de samenwerking tussen de bestaande ondersteunende diensten te versterken zodat zij beter, sneller en beter gestroomlijnd algemene diensten kunnen aanbieden aan burgers en ondernemingen.

De bevordering van al deze diensten moet beter gecoördineerd geschieden om te vermijden dat burgers en ondernemingen door te veel merknamen in verwarring worden gebracht.

Bovendien moet de Commissie de bevoegde commissie van het Europees Parlement op de hoogte stellen van de concrete maatregelen die op dit gebied zijn getroffen.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

12 02 03   Proefproject — Internemarktforum

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 200 000

600 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Het „Internemarktforum” moet een jaarlijks evenement worden dat elk jaar plaatsvindt in de lidstaat van het EU-voorzitterschap en burgers, bedrijven en consumentenorganisaties alsmede vertegenwoordigers van de lidstaten en de EU-instellingen bijeen brengt om hun duidelijke inzet te tonen voor de omzetting, toepassing en handhaving van de internemarktwetgeving. Het doel van dit evenement moet zijn onjuiste omzetting, verkeerde toepassing en gebrekkige handhaving van de internemarktwetgeving tegen te gaan door betere coördinatie en betere sturing van de interne markt. Dit evenement moet een belangrijk platform voor de uitwisseling van beste praktijken tussen belanghebbenden worden en de burgers wijzen op hun rechten in de interne markt. Tijdens dit evenement moeten met name de 20 voornaamste zorgen, uitdagingen en kansen voor de burgers en het bedrijfsleven aan de orde komen, die de Commissie heeft gesignaleerd. Er moet een werkgroep worden gevormd bestaande uit leden van het Europees Parlement en vertegenwoordigers van de Commissie en het fungerende EU-voorzitterschap, die een schema opstelt voor de organisatie van het „Internemarktforum”.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 12 03 —   INTERNE MARKT VOOR DIENSTEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 03

INTERNE MARKT VOOR DIENSTEN

12 03 01

Harmonisatiebureau voor de interne markt

12 03 01 01

Harmonisatiebureau voor de interne markt — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

12 03 01 02

Harmonisatiebureau voor de interne markt — Bijdrage voor titel 3

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 12 03 01 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 12 03 — Totaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

12 03 01   Harmonisatiebureau voor de interne markt

12 03 01 01   Harmonisatiebureau voor de interne markt — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Harmonisatiebureau (titels 1 en 2).

Het Bureau stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De personeelsformatie van het Bureau is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het Gemeenschapsmerk (gecodificeerde versie) (PB L 78 van 24.3.2009, blz. 1).

12 03 01 02   Harmonisatiebureau voor de interne markt — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Harmonisatiebureau met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van de agentschappen, en met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het Gemeenschapsmerk (gecodificeerde versie) (PB L 78 van 24.3.2009, blz. 1).

HOOFDSTUK 12 04 —   VRIJ VERKEER VAN KAPITAAL, VENNOOTSCHAPSRECHT EN ONDERNEMINGSBESTUUR

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 04

VRIJ VERKEER VAN KAPITAAL, VENNOOTSCHAPSRECHT EN ONDERNEMINGSBESTUUR

12 04 01

Specifieke activiteiten op het gebied van de financiële diensten, financiële verslaglegging en controle

1.1

7 350 000

6 998 516

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

 

6 000 000

6 000 000

 

 

 

 

7 350 000

6 998 516

6 000 000

6 000 000

0,—

0,—

12 04 02

Europese Bankautoriteit

12 04 02 01

Europese Bankautoriteit — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

3 956 600

3 956 600

 

 

 

 

12 04 02 02

Europese Bankautoriteit — Bijdrage voor titel 3

1.1

1 116 400

1 116 400

 

 

 

 

 

Artikel 12 04 02 — Subtotaal

 

5 073 000

5 073 000

 

 

 

 

12 04 03

Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen

12 04 03 01

Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

3 098 600

3 098 600

 

 

 

 

12 04 03 02

Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen — Bijdrage voor titel 3

1.1

1 168 400

1 168 400

 

 

 

 

 

Artikel 12 04 03 — Subtotaal

 

4 267 000

4 267 000

 

 

 

 

12 04 04

Europese Autoriteit voor effecten en markten

12 04 04 01

Europese Autoriteit voor effecten en markten — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

5 264 000

5 264 000

 

 

 

 

12 04 04 02

Europese Autoriteit voor effecten en markten — Bijdrage voor titel 3

1.1

1 520 000

1 520 000

 

 

 

 

 

Artikel 12 04 04 — Subtotaal

 

6 784 000

6 784 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 12 04 — Totaal

 

23 474 000

23 122 516

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

 

6 000 000

6 000 000

 

 

 

 

23 474 000

23 122 516

6 000 000

6 000 000

0,—

0,—

12 04 01   Specifieke activiteiten op het gebied van de financiële diensten, financiële verslaglegging en controle

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 04 01

7 350 000

6 998 516

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

6 000 000

6 000 000

 

 

Totaal

7 350 000

6 998 516

6 000 000

6 000 000

0,—

0,—

Toelichting

De algemene doelstelling van het programma is de voorwaarden te verbeteren voor het functioneren van de interne markt door de verrichtingen, de activiteiten of de acties van bepaalde organismen op het gebied te steunen van de financiële diensten, financiële verslaglegging en controle.

De financiering van de Unie is essentieel om efficiënte en daadwerkelijke supervisie van de interne markt in de financiële diensten, in het bijzonder gezien de recente financiële crisis te verzekeren.

De volgende activiteiten vallen onder het programma:

a)

activiteiten ter ondersteuning van de uitvoering van het beleid van de Unie waarmee de convergentie van toezicht wordt beoogd, en met name de opleiding van het personeel van nationale toezichthoudende autoriteiten en het beheer van informatietechnologieprojecten op het gebied van financiële diensten;

b)

activiteiten waarbij standaarden worden opgesteld of een bijdrage wordt geleverd aan de opstelling ervan, standaarden worden toegepast, beoordeeld of gemonitord of wordt toegezien op procedures voor de vaststelling van standaarden ter ondersteuning van de uitvoering van het beleid van de Unie inzake financiële verslaggeving en controle van jaarrekeningen.

Rechtsgronden

Besluit nr. 716/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van een Gemeenschapsprogramma ter ondersteuning van specifieke activiteiten op het gebied van financiële diensten, financiële verslaggeving en controle van jaarrekeningen (PB L 253 van 25.9.2009, blz. 8).

12 04 02   Europese Bankautoriteit

12 04 02 01   Europese Bankautoriteit — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 956 600

3 956 600

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van de Autoriteit (titels 1 en 2).

De Autoriteit stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Indien de Autoriteit hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343 van de Commissie van 23 december 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement dat van toepassing is op de algemene begroting van de Europese Unie (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72) worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement), die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van de Europese Bankautoriteit (EBA) is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Met het oog op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 114, alsmede de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), opgericht bij Verordening (EU) nr. 1093/2010, maakt de Europese toezichthoudende autoriteit deel uit van een Europees Systeem voor financieel toezicht (ESFT). Het ESFT heeft als hoofdtaak erop toe te zien dat de regels die gelden voor de financiële sector op de juiste wijze worden geïmplementeerd om de financiële stabiliteit te behouden en te zorgen voor vertrouwen in het financiële stelsel als geheel, alsmede voor een afdoende bescherming van de consumenten van financiële diensten.

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 12).

12 04 02 02   Europese Bankautoriteit — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 116 400

1 116 400

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Met het oog op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 114, alsmede de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), opgericht bij Verordening (EU) nr. 1093/2010, maakt de Europese toezichthoudende autoriteit deel uit van een Europees Systeem voor financieel toezicht (ESFT). Het ESFT heeft als hoofdtaak erop toe te zien dat de regels die gelden voor de financiële sector op de juiste wijze worden geïmplementeerd om de financiële stabiliteit te behouden en te zorgen voor vertrouwen in het financiële stelsel als geheel, alsmede voor een afdoende bescherming van de consumenten van financiële diensten.

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van de Autoriteit met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

De Autoriteit stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Indien de Autoriteit hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de EVA. Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement), die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 5 073 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 12).

12 04 03   Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen

12 04 03 01   Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 098 600

3 098 600

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Met het oog op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 114, alsmede de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), opgericht bij Verordening (EU) nr. 1094/2010, maakt de Europese toezichthoudende autoriteit deel uit van een Europees Systeem voor financieel toezicht (ESFT). Het ESFT heeft als hoofdtaak erop toe te zien dat de regels die gelden voor de financiële sector op de juiste wijze worden geïmplementeerd om de financiële stabiliteit te behouden en te zorgen voor vertrouwen in het financiële stelsel als geheel, alsmede voor een afdoende bescherming van de consumenten van financiële diensten.

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke en de personeelsuitgaven van de Autoriteit (titels 1 en 2).

De Autoriteit stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Indien de Autoriteit hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de EVA. Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement), die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (EAVB) is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/79/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 48).

12 04 03 02   Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 168 400

1 168 400

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Met het oog op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 114, alsmede de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), opgericht bij Verordening (EU) nr. 1094/2010, maakt de Europese toezichthoudende autoriteit deel uit van een Europees Systeem voor financieel toezicht (ESFT). Het ESFT heeft als hoofdtaak erop toe te zien dat de regels die gelden voor de financiële sector op de juiste wijze worden geïmplementeerd om de financiële stabiliteit te behouden en te zorgen voor vertrouwen in het financiële stelsel als geheel, alsmede voor een afdoende bescherming van de consumenten van financiële diensten.

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van de Autoriteit met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

De Autoriteit stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Indien de Autoriteit hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de EVA. Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement), die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Europese Unie bedraagt voor 2011 in totaal 4 267 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/79/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 48).

12 04 04   Europese Autoriteit voor effecten en markten

12 04 04 01   Europese Autoriteit voor effecten en markten — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 264 000

5 264 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Met het oog op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 114, alsmede de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), opgericht bij Verordening (EU) nr. 1095/2010, maakt de Europese toezichthoudende autoriteit deel uit van een Europees Systeem voor financieel toezicht (ESFT). Het ESFT heeft als hoofdtaak erop toe te zien dat de regels die gelden voor de financiële sector op de juiste wijze worden geïmplementeerd om de financiële stabiliteit te behouden en te zorgen voor vertrouwen in het financiële stelsel als geheel, alsmede voor een afdoende bescherming van de consumenten van financiële diensten.

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van de Autoriteit (titels 1 en 2).

De Autoriteit stelt de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Indien de Autoriteit hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen huishoudelijke en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de EVA. Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement), die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van de Europese Autoriteit voor effecten en markten (EAEM) is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3)..

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).

12 04 04 02   Europese Autoriteit voor effecten en markten — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 520 000

1 520 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Met het oog op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 114, alsmede de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), opgericht bij Verordening (EU) nr. 1095/2010, maakt de Europese toezichthoudende autoriteit deel uit van een Europees Systeem voor financieel toezicht (ESFT). Het ESFT heeft als hoofdtaak erop toe te zien dat de regels die gelden voor de financiële sector op de juiste wijze worden geïmplementeerd om de financiële stabiliteit te behouden en te zorgen voor vertrouwen in het financiële stelsel als geheel, alsmede voor een afdoende bescherming van de consumenten van financiële diensten.

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van de Autoriteit met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

De Autoriteit stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Indien de Autoriteit hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de EVA. Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement), die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 6 784 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL INTERNE MARKT

OVERHEIDSOPDRACHTEN

FINANCIËLE MARKTEN

FINANCIËLE INSTELLINGEN

KENNISECONOMIE

EXTERNE DIMENSIE VAN DE INTERNE MARKT

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR DE INTERNE MARKT

TITEL 13

REGIONAAL BELEID

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „REGIONAAL BELEID”

88 430 098

88 430 098

85 471 131

85 471 131

87 276 770,11

87 276 770,11

Reserves (40 01 40)

43 816

43 816

160 094

160 094

 

 

 

88 473 914

88 473 914

85 631 225

85 631 225

87 276 770,11

87 276 770,11

13 03

EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE ACTIES

28 742 233 077

25 165 081 196

28 214 511 094

21 230 700 000

28 187 770 731,71

18 249 074 262,59

13 04

COHESIEFONDS

11 073 646 193

7 625 295 593

10 185 294 880

6 850 000 000

9 289 014 253,65

7 079 778 065,97

13 05

PRETOETREDINGSACTIES MET BETREKKING TOT HET STRUCTUURBELEID

478 530 004

438 405 253

410 211 769

600 200 000

336 533 451,—

705 226 028,91

13 06

SOLIDARITEITSFONDS

p.m.

p.m.

79 914 040

79 914 040

622 539 146,—

622 539 146,—

 

Titel 13 — Totaal

40 382 839 372

33 317 212 140

38 975 402 914

28 846 285 171

38 523 134 352,47

26 743 894 273,58

Reserves (40 01 40)

43 816

43 816

160 094

160 094

 

 

 

40 382 883 188

33 317 255 956

38 975 563 008

28 846 445 265

38 523 134 352,47

26 743 894 273,58

HOOFDSTUK 13 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „REGIONAAL BELEID”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „REGIONAAL BELEID”

13 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Regionaal beleid”

5

57 649 687

57 040 020

56 514 871,08

Reserves (40 01 40)

 

43 816

160 094

 

 

 

57 693 503

57 200 114

56 514 871,08

13 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Regionaal beleid”

13 01 02 01

Extern personeel

5

2 112 520

2 054 309

2 770 875,84

13 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

3 433 689

3 595 559

3 133 564,—

 

Artikel 13 01 02 — Subtotaal

 

5 546 209

5 649 868

5 904 439,84

13 01 03

Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Regionaal beleid”

5

4 177 302

4 171 243

4 436 215,99

13 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Regionaal beleid”

13 01 04 01

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Uitgaven voor administratief beheer

1.2

11 600 000

11 135 000

12 537 414,20

13 01 04 02

Instrument voor Pretoetredingssteun (IPA) — Regionale ontwikkeling — Uitgaven voor administratief beheer

4

4 506 900

2 525 000

3 174 952,82

13 01 04 03

Cohesiefonds — Uitgaven voor administratief beheer

1.2

4 950 000

4 950 000

4 708 876,18

13 01 04 04

Solidariteitsfonds van de Europese Unie (SFEU) — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

p.m.

p.m.

0,—

 

Artikel 13 01 04 — Subtotaal

 

21 056 900

18 610 000

20 421 243,20

 

Hoofdstuk 13 01 — Totaal

 

88 430 098

85 471 131

87 276 770,11

Reserves (40 01 40)

 

43 816

160 094

 

 

 

88 473 914

85 631 225

87 276 770,11

13 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Regionaal beleid”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 01 01

57 649 687

57 040 020

56 514 871,08

Reserves (40 01 40)

43 816

160 094

 

Totaal

57 693 503

57 200 114

56 514 871,08

13 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Regionaal beleid”

13 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 112 520

2 054 309

2 770 875,84

13 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 433 689

3 595 559

3 133 564,00

13 01 03   Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Regionaal beleid”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 177 302

4 171 243

4 436 215,99

13 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Regionaal beleid”

13 01 04 01   Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

11 600 000

11 135 000

12 537 414,20

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van uit het EFRO gefinancierde technische bijstand zoals bedoeld in artikel 45 van Verordening (EG) nr. 1083/2006. Technische bijstand kan dienen ter financiering van maatregelen op het gebied van voorbereiding, toezicht, administratieve en technische ondersteuning, evaluatie, audit en controle die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van deze verordening.

Dit krediet kan met name worden gebruikt ter financiering van:

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen, vertalingen);

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

dienstverleningscontracten;

uitgaven voor extern personeel in de hoofdzetel (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel uit agentschappen) tot 3 060 000 EUR.

Dit krediet is ook bedoeld voor steun voor administratief leren en samenwerking met niet-gouvernementele organisaties en sociale partners.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1783/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

13 01 04 02   Instrument voor Pretoetredingssteun (IPA) — Regionale ontwikkeling — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 506 900

2 525 000

3 174 952,82

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van maatregelen inzake technische bijstand voor het instrument voor pretoetredingssteun, zoals bepaald in artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82):

uitgaven in verband met de voorbereiding, beoordeling, goedkeuring, follow-up, controles, audits en evaluaties van meerjarenprogramma’s en/of individuele operaties en projecten in het kader van de afdeling regionale ontwikkeling van het IPA. Deze acties kunnen omvatten: contracten voor technische bijstand, deskundige bijstand op korte termijn, studies, vergaderingen, uitwisseling van ervaringen, netwerking, voorlichting en publiciteit, bewustmakingsactiviteiten, opleidingsactiviteiten, publicaties die rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma, en eventuele andere door de centrale diensten van de Commissie of door de delegaties van de Commissie in de begunstigde landen genomen ondersteunende maatregelen;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel (arbeidscontractanten, plaatselijke functionarissen of gedetacheerde nationale deskundigen) dat bij de delegaties in dienst wordt genomen met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, of in verband met de overname van de taken van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand, alsmede de bijkomende logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologieën en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het extern personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

de installatie, werking en interconnectie van computersystemen voor beheer, toezicht en evaluatie;

de verbetering van de evaluatiemethoden en de uitwisseling van informatie over de praktijken op dit gebied.

Dit krediet is ook bedoeld voor steun voor administratief leren en samenwerking met niet-gouvernementele organisaties en sociale partners.

Dit krediet dient ter financiering van de administratieve uitgaven uit hoofde van hoofdstuk 13 05.

13 01 04 03   Cohesiefonds — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 950 000

4 950 000

4 708 876,18

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van technische bijstand van het Cohesiefonds zoals bedoeld in artikel 45 van Verordening (EG) nr. 1083/2006. Technische bijstand kan dienen ter financiering van maatregelen op het gebied van voorbereiding, toezicht, administratieve en technische ondersteuning, evaluatie, audit en controle die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van die verordening.

Dit krediet kan met name worden gebruikt ter financiering van:

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen, vertalingen);

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

dienstverleningscontracten;

uitgaven voor extern personeel in de hoofdzetel (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel uit agentschappen) tot 1 340 000 EUR.

Dit krediet is ook bedoeld voor steun voor administratief leren en samenwerking met niet-gouvernementele organisaties en sociale partners.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1084/2006 van de Raad van 11 juli 2006 tot oprichting van het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1164/94 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 79).

13 01 04 04   Solidariteitsfonds van de Europese Unie (SFEU) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van de doelstelling van het fonds dat onder dit begrotingsonderdeel valt, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie op basis van dienstverleningscontracten ad hoc zijn uitbesteed.

Rechtsgronden

Zie artikel 13 06 01.

HOOFDSTUK 13 03 —   EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE ACTIES

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 03

EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE ACTIES

13 03 01

Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Doelstelling 1 (2000-2006)

1.2

p.m.

1 838 400 000

p.m.

2 076 700 000

4 327,—

3 121 910 383,59

13 03 02

Voltooiing van het speciale programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland (2000-2006)

1.2

p.m.

p.m.

p.m.

18 400 000

0,—

0,—

13 03 03

Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Doelstelling 1 (van vóór 2000)

1.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

2 377 984,21

13 03 04

Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Doelstelling 2 (2000-2006)

1.2

p.m.

410 339 019

p.m.

103 800 000

2 050,—

575 867 414,87

13 03 05

Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Doelstelling 2 (van vóór 2000)

1.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

3 939 448,52

13 03 06

Voltooiing van Urban (2000-2006)

1.2

p.m.

15 100 000

p.m.

10 700 000

0,—

30 361 987,88

13 03 07

Voltooiing van vroegere programma’s — EU- initiatieven (van vóór 2000)

1.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

5 077 817,52

13 03 08

Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Technische bijstand en innovatieve acties (2000-2006)

1.2

p.m.

2 300 000

p.m.

4 300 000

4 792,05

22 428 485,28

13 03 09

Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Technische bijstand en innovatieve acties (van vóór 2000)

1.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

980 900,17

13 03 12

Bijdrage van de Unie aan het Internationaal Fonds voor Ierland

1.1

p.m.

14 282 685

15 000 000

15 000 000

15 000 000,—

15 000 000,—

13 03 13

Voltooiing van het EU- initiatief Interreg III (2000-2006)

1.2

p.m.

108 700 000

p.m.

202 300 000

0,—

334 099 119,82

13 03 14

Voltooiing van de bijstand voor aan de kandidaat-lidstaten grenzende regio's — Voltooiing van vroegere programma’s (2000-2006)

1.2

p.m.

0,—

0,—

13 03 16

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Convergentie

1.2

23 657 525 715

18 000 500 000

22 782 329 782

14 884 200 000

22 417 259 853,—

11 719 113 678,82

13 03 17

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — PEACE

1.2

32 737 542

27 200 000

32 095 629

15 600 000

31 466 303,—

9 678 184,11

13 03 18

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid

1.2

3 879 856 497

3 984 145 386

4 261 005 835

3 330 700 000

4 633 542 658,—

2 088 250 347,45

13 03 19

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Europese territoriale samenwerking

1.2

1 111 613 323

717 067 366

1 069 579 848

520 400 000

1 044 712 714,—

291 003 600,91

13 03 20

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Operationele technische bijstand

1.2

50 000 000

35 000 000

50 000 000

41 600 000

38 518 917,63

28 402 090,95

13 03 21

Proefproject — Pan-Europese coördinatie van integratiemethoden voor de Roma

1.2

p.m.

2 500 000

p.m.

2 500 000

5 000 000,—

0,—

13 03 22

Proefproject — Erasmus voor lokale en regionale afgevaardigden

1.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

259 117,03

129 558,—

13 03 23

Proefproject — Betere regionale en lokale samenwerking door een regionaal beleid van de Unie op wereldschaal te bevorderen

1.2

p.m.

1 546 740

1 500 000

1 500 000

2 000 000,—

453 260,49

13 03 24

Voorbereidende actie — Bevordering van een gunstiger omgeving voor microkrediet in Europa

1.2

p.m.

4 000 000

3 000 000

3 000 000

0,—

0,—

13 03 26

Proefproject — Duurzame regeneratie in voorsteden

1.2

500 000

250 000

 

 

 

 

13 03 27

Voorbereidende actie — RURBAN — Partnerschap voor duurzame stads-plattelandsontwikkeling

1.2

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

13 03 28

Voorbereidende actie — Betere regionale en lokale samenwerking door een regionaal beleid van de Unie op wereldschaal te bevorderen

1.2

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

13 03 29

Voorbereidende actie — Vaststelling bestuursmodel voor de Donauregio in de Europese Unie (betere en doeltreffende coördinatie)

1.2

1 500 000

750 000

 

 

 

 

13 03 30

Proefproject — Naar een gemeenschappelijke regionale identiteit, verzoening van naties en economische en sociale samenwerking, waaronder een Platform voor pan-Europese deskundigheid en topkwaliteit in de macroregio van de Donau

1.2

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

13 03 31

Technische bijstand en verspreiding van informatie over de EU-strategie voor de Oostzeeregio en een betere kennis inzake de strategie voor macroregio’s

1.2

2 500 000

p.m.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 13 03 — Totaal

 

28 742 233 077

25 165 081 196

28 214 511 094

21 230 700 000

28 187 770 731,71

18 249 074 262,59

Toelichting

Artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 voorziet in financiële correcties, waarvan de eventuele ontvangsten worden opgevoerd onder post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot het openen van aanvullende kredieten, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, in die specifieke gevallen waarin het noodzakelijk is annulatie- of reductierisico's van eerder besloten correcties te dekken. Verordening (EG) nr. 1083/2006 voorziet in financiële correcties voor de periode 2007-2013.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast voor de terugbetaling van voorschotten zonder dat de bijdrage van de structuurfondsen aan de desbetreffende maatregel daardoor wordt verminderd. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van het Financieel Reglement. Verordening (EG) nr. 1083/2006 stelt de voorwaarden vast voor de terugbetaling van de voorfinanciering voor de periode 2007-2013.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Dit krediet dient tevens ter medefinanciering van maatregelen voor het vernietigen van verouderde pesticidenvoorraden.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name de artikelen 174, 175 en 177.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1783/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Referentiebesluiten

Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.

Conclusies van de Europese Raad van Brussel van 15 en 16 december 2005.

13 03 01   Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Doelstelling 1 (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 838 400 000

p.m.

2 076 700 000

4 327,00

3 121 910 383,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de voor de programmeringsperiode 2000-2006 nog betaalbaar te stellen verplichtingen in het kader van doelstelling 1 van het EFRO.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

13 03 02   Voltooiing van het speciale programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

18 400 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de voor de periode 2000-2006 nog betaalbaar te stellen verplichtingen voor het speciale programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland. Het speciale programma voor vrede en verzoening werd voortgezet overeenkomstig de hierna genoemde conclusies van de Europese Raad van Berlijn om 500 000 000 EUR (prijzen van 1999) voor de nieuwe looptijd van het programma (2000-2004) beschikbaar te stellen. Ingevolge het verzoek in de conclusies van de Europese Raad van Brussel van 17 en 18 juni 2004 werd nog eens 105 000 000 EUR toegevoegd, die in 2005 en 2006 moet worden toegewezen, om de acties in het kader van het programma op één lijn te brengen met die van de andere programma’s van de structuurfondsen die in 2006 afliepen. Het additionaliteitsbeginsel moet volledig worden geëerbiedigd. De Commissie brengt over deze maatregel jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Beschikking 1999/501/EG van de Commissie van 1 juli 1999 tot vaststelling van een indicatieve verdeling over de lidstaten van de vastleggingskredieten voor doelstelling 1 van de structuurfondsen voor de periode 2000 tot en met 2006 (PB L 194 van 27.7.1999, blz. 49), met name overweging 5 daarvan.

Besluit C(2005) 1721 van de Commissie van 2 juni 2005 tot wijziging van Besluit C(2001) 638 betreffende de goedkeuring van structurele bijstand van de Gemeenschap voor het onder doelstelling 1 vallende EU-werkprogramma voor vrede en verzoening (Peace-II-programma) in Noord-Ierland (Verenigd Koninkrijk) en het grensgebied (Ierland).

Referentiebesluiten

Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999, met name paragraaf 44, onder b).

Conclusies van de Europese Raad van Brussel van 17 en 18 juni 2004, met name paragraaf 49.

13 03 03   Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Doelstelling 1 (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

2 377 984,21

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de nog uit het EFRO betaalbaar te stellen verplichtingen die in de programmeringsperiode vóór 2000 in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6 zijn aangegaan.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15).

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

13 03 04   Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Doelstelling 2 (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

410 339 019

p.m.

103 800 000

2 050,00

575 867 414,87

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog uit het EFRO in het kader van doelstelling 2 betaalbaar te stellen verplichtingen voor de programmeringsperiode 2000-2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

13 03 05   Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Doelstelling 2 (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

3 939 448,52

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog uit de drie fondsen (EFRO, ESF, EOGFL, afdeling Oriëntatie) betaalbaar te stellen verplichtingen die in de programmeringsperioden vóór 2000 in het kader van de oude doelstellingen 2 en 5 b zijn aangegaan.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15).

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

13 03 06   Voltooiing van Urban (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

15 100 000

p.m.

10 700 000

0,—

30 361 987,88

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog uit het communautaire initiatief Urban II betaalbaar te stellen verplichtingen voor de programmeringsperiode 2000-2006. Het communautaire initiatief Urban beoogde de economische en sociale rehabilitatie van in crisis verkerende steden en stadswijken met het oog op duurzame stadsontwikkeling.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 28 april 2000 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een communautair initiatief voor economische en sociale rehabilitatie van in crisis verkerende steden en buurten met het oog op een duurzame stadsontwikkeling (URBAN II) (PB C 141 van 19.5.2000, blz. 8).

13 03 07   Voltooiing van vroegere programma’s — EU- initiatieven (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

5 077 817,52

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de nog uit het EFRO betaalbaar te stellen verplichtingen in verband met communautaire initiatieven van vóór 2000.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15).

Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 13 mei 1992 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s die de lidstaten worden uitgenodigd op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor de sterk van de textiel- en kledingsector afhankelijke regio's (Retex) (PB C 142 van 4.6.1992, blz. 5).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor globale subsidies of geïntegreerde operationele programma’s in het kader waarvan de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen uit hoofde van een communautair initiatief betreffende de herstructurering van de visserijsector (Pesca) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 1).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor stedelijke gebieden (URBAN) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 6).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief betreffende de aanpassing van middelgrote en kleine bedrijven aan de interne markt (MKB-initiatief) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 10).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende nadere bijzonderheden betreffende de richtsnoeren voor het initiatief Retex (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 17).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de omschakeling van de defensiesector (Konver) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 18).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de economische omschakeling van ijzer- en staalzones (Resider II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 22).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de economische omschakeling van steenkoolwinningsgebieden (Rechar II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 26).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief „Aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (Adapt)”, dat gericht is op de bevordering van de werkgelegenheid en de aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 30).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s/globale subsidies die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief inzake „Werkgelegenheid en ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen” (Emploi) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 36).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma’s van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap voor de ultraperifere gebieden (Regis II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 44).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van richtsnoeren voor geïntegreerde globale subsidies en geïntegreerde operationele programma’s in het kader van een communautair initiatief voor plattelandsontwikkeling, waarvoor de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen (Leader II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 48).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van grensgebieden, grensoverschrijdende samenwerking en geselecteerde energienetten (Interreg II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 60).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 16 mei 1995 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een initiatief in het kader van het speciaal steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (Peace I-programma) (PB C 186 van 20.7.1995, blz. 3).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma’s die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor stedelijke gebieden (Urban) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 4).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 betreffende de vaststelling van gewijzigde richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief inzake „Werkgelegenheid en ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen”, bedoeld om de groei van de werkgelegenheid in hoofdzaak door de ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen te bevorderen (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 13).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 over de vaststelling van gewijzigde richtsnoeren voor de operationele programma’s of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief: „Aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (Adapt)”, dat gericht is op de bevordering van de werkgelegenheid en de aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 7).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de door de lidstaten op te stellen operationele programma’s in het kader van het communautair initiatief Interreg betreffende transnationale samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening (Interreg II C) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 23).

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 november 1997 over het speciale steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (1995-1999) (Peace I-programma).

13 03 08   Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Technische bijstand en innovatieve acties (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 300 000

p.m.

4 300 000

4 792,05

22 428 485,28

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog uit het EFRO betaalbaar te stellen verplichtingen in verband met innovatieve acties en technische bijstand die in de programmeringsperiode 2000-2006 zijn aangegaan zoals vastgesteld in de artikelen 22 en 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Bij de innoverende acties gaat het om studies, modelprojecten en uitwisseling van ervaringen. Deze acties waren met name bedoeld om de kwaliteit van de bijstandsverlening uit de structuurfondsen te verbeteren. Onder technische bijstand vallen de maatregelen ter voorbereiding, follow-up, evaluatie, controle en beheer van de tenuitvoerlegging van het EFRO. Dit krediet kan met name worden gebruikt voor de financiering van:

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen);

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

contracten voor dienstverleners en studies;

beurzen.

Dit krediet dient ook voor de financiering van maatregelen van partners als voorbereiding op de volgende programmeringsperiode.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

13 03 09   Voltooiing van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Technische bijstand en innovatieve acties (van vóór 2000)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

980 900,17

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van betalingsverplichtingen die het EFRO in programmeringsperioden vóór 2000 heeft aangegaan voor innoverende acties, maatregelen op het gebied van voorbereiding, follow-up of evaluatie, of andere soortgelijke vormen van technische bijstand waarin de verordeningen voorzien. Het dient ook voor de financiering van de vroegere meerjarenacties, met name die welke zijn goedgekeurd en uitgevoerd in het kader van de hieronder genoemde verordeningen, maar die niet onder de prioritaire doelstellingen van de fondsen vallen. Dit krediet zal zo nodig ook worden gebruikt voor de financiering, wanneer de overeenkomstige vastleggingskredieten voor de programmeringsperiode 2000-2006 niet beschikbaar zijn of niet zijn vastgesteld.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2088/85 van de Raad van 23 juli 1985 inzake de geïntegreerde mediterrane programma’s (PB L 197 van 27.7.1985, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15).

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

13 03 12   Bijdrage van de Unie aan het Internationaal Fonds voor Ierland

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

14 282 685

15 000 000

15 000 000

15 000 000,00

15 000 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de Uniebijdrage in de financiering van het Internationaal Fonds voor Ierland, opgericht bij de Engels-Ierse overeenkomst van november 1985 en bedoeld voor het bevorderen van de economische en sociale vooruitgang en voor het aanmoedigen van de contacten, de dialoog en de verzoening tussen de Ierse bevolkingsgroepen.

Uit het fonds kunnen maatregelen in het kader van het initiatiefprogramma worden aangevuld en gesteund ten behoeve van het vredesproces in Noord-Ierland en de Republiek Ierland.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 177/2005 van de Raad van 24 januari 2005 betreffende financiële bijdragen van de Gemeenschap aan het Internationaal Fonds voor Ierland (2005-2006) (PB L 30 van 3.2.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1968/2006 van de Raad van 21 december 2006 betreffende financiële bijdragen van de Gemeenschap aan het Internationaal Fonds voor Ierland (2007-2010) (PB L 409 van 30.12.2006, blz. 67).

13 03 13   Voltooiing van het EU- initiatief Interreg III (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

108 700 000

p.m.

202 300 000

0,—

334 099 119,82

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog uit het communautair initiatief Interreg III betaalbaar te stellen verplichtingen in verband met grensoverschrijdende, transnationale en interregionale samenwerking in de programmeringsperiode 2000-2006.

Er zal bijzondere aandacht worden geschonken aan grensoverschrijdende activiteiten, met name met het oog op een betere coördinatie met de programma’s Phare, Tacis, ISPA en MEDA.

Dit krediet dient ook ter dekking van de kosten van coördinatieactiviteiten op het gebied van grensoverschrijdende arbeidsmobiliteit en -vaardigheden. De nodige aandacht zal worden besteed aan de samenwerking met de ultraperifere regio's.

Het kan worden gecombineerd met kredieten voor grensoverschrijdende samenwerking in het kader van het Phare-programma ten behoeve van gezamenlijke projecten aan de buitengrenzen van de Unie.

Dit krediet dient onder meer ter dekking van voorbereidende maatregelen ten gunste van lokale en regionale samenwerking tussen de oude en de nieuwe lidstaten en de kandidaat-lidstaten op de terreinen van democratie en sociale en regionale ontwikkeling.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1783/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 213 van 13.8.1999, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 2 september 2004 tot vaststelling van richtsnoeren voor een communautair initiatief betreffende trans-Europese samenwerking ter stimulering van een harmonieuze en evenwichtige ontwikkeling van de Europese ruimte — Interreg III (PB C 226 van 10.9.2004, blz. 2).

13 03 14   Voltooiing van de bijstand voor aan de kandidaat-lidstaten grenzende regio's — Voltooiing van vroegere programma’s (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen voor projecten uit de programmeringsperiode 2000-2006 in de aan de kandidaat-lidstaten grenzende regio's overeenkomstig de regels van het communautair initiatief Interreg III voor grensoverschrijdende, transnationale en interregionale samenwerking. Bij de maatregelen wordt rekening gehouden met de mededeling van de Commissie over de gevolgen van de uitbreiding voor de aan kandidaat-lidstaten grenzende regio's — Communautaire actie ten behoeve van grensregio's (COM(2001) 437 definitief).

13 03 16   Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Convergentie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

23 657 525 715

18 000 500 000

22 782 329 782

14 884 200 000

22 417 259 853,00

11 719 113 678,82

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter dekking van de kosten van de programma’s krachtens de EFRO-doelstelling van convergentie in de programmeringsperiode 2007-2013. Met deze doelstelling wordt beoogd de convergentie van de minst ontwikkelde lidstaten en regio’s te versnellen door de voorwaarden voor groei en werkgelegenheid te verbeteren. Een deel van het krediet is bedoeld voor de financiering van het beheer van het Natura 2000-netwerk.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1783/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

13 03 17   Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — PEACE

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 737 542

27 200 000

32 095 629

15 600 000

31 466 303,00

9 678 184,11

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het PEACE-programma in het kader van de doelstelling „Europese territoriale samenwerking” van het EFRO.

Het PEACE-programma zal ten uitvoer worden gelegd als een grensoverschrijdend samenwerkingsprogramma in de zin van artikel 3, lid 2, onder c), van Verordening (EG) nr. 1083/2006.

Het PEACE-programma bevordert sociale en economische stabiliteit in de desbetreffende regio's, en met name acties ter bevordering van de cohesie tussen gemeenschappen. Als gebied komen heel Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland in aanmerking. Dit programma zal worden uitgevoerd met volledige inachtneming van de additionaliteit van de acties van de structuurfondsen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1783/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Referentiebesluiten

Conclusies van de Europese Raad van Brussel van 15 en 16 december 2005.

13 03 18   Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 879 856 497

3 984 145 386

4 261 005 835

3 330 700 000

4 633 542 658,00

2 088 250 347,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de programma’s in het kader van de doelstelling „Regionaal concurrentievermogen” van het EFRO in de programmeringsperiode 2007-2013. Buiten de minst ontwikkelde regio's wordt met deze doelstelling beoogd het concurrentievermogen en de aantrekkelijkheid van de regio's alsook de werkgelegenheid te verbeteren door rekening te houden met de doelstellingen van de Europa 2020-strategie.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1783/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

13 03 19   Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Europese territoriale samenwerking

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 111 613 323

717 067 366

1 069 579 848

520 400 000

1 044 712 714,00

291 003 600,91

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de programma’s in het kader van de doelstelling „Europese territoriale samenwerking” van het EFRO in de programmeringsperiode 2007-2013. Met deze doelstelling wordt beoogd de territoriale en macroregionale samenwerking en de uitwisseling van ervaringen op het passende territoriale niveau te versterken.

Dit krediet dient ook ter ondersteuning en bevordering van milieuvriendelijk toerisme door middel van de medefinanciering van grensoverschrijdende fietsnetwerken, zoals Euro-Velo en het Iron Curtain Trail.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1783/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

13 03 20   Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Operationele technische bijstand

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

50 000 000

35 000 000

50 000 000

41 600 000

38 518 917,63

28 402 090,95

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van acties op het gebied van voorbereiding, toezicht, administratieve en technische ondersteuning, evaluatie, audit en inspectie die voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1083/2006 nodig zijn, zoals bepaald in artikel 45 van die verordening. Dit krediet kan met name worden gebruikt voor de financiering van:

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen);

uitgaven voor informatie en publicatie;

uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

contracten voor dienstverlening en studies;

subsidies.

Dit krediet dient ook ter financiering van een centraal hulploket voor aanvragers van subsidie voor de renovatie van gebouwen tot positieve-energiegebouwen of passieve gebouwen in het kader van Richtlijn 2002/91/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 betreffende energieprestaties van gebouwen (PB L 1 van 4.1.2003, blz. 65).

Dit krediet dient ook voor de financiering van maatregelen van partners als voorbereiding op de volgende programmeringsperiode.

Om lokale actoren in de Unie die betrokken zijn bij de uitvoering van programma’s van de structuurfondsen en het Cohesiefonds, te helpen en te ondersteunen (met name in de nieuwe lidstaten), moet de Commissie een project voor opleiding en mobiliteit ontwikkelen dat deze actoren in staat stelt hun vaardigheden betreffende het beheer van de programma’s te verbeteren en goede praktijken en ideeën uit te wisselen met betrekking tot de problemen waarmee ze geregeld te maken hebben. Dit zou de algemene governance van en de institutionele capaciteitsopbouw met betrekking tot de programma’s en territoriale beleidsmaatregelen verbeteren.

Het gebrek aan opleiding ter plaatse van lokale autoriteiten en lokale medewerkers die belast zijn met het beheer van Uniemiddelen, vormt een belangrijke oorzaak van procedurefouten, ontoereikende controle en lage absorptiecijfers. De oprichting van een netwerk van opleiders die ter plaatse aan de slag gaan, zal de kosteneffectiviteit en de efficiëntie van het beleid zeker ten goede komen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1783/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

13 03 21   Proefproject — Pan-Europese coördinatie van integratiemethoden voor de Roma

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 500 000

p.m.

2 500 000

5 000 000,00

0,—

Toelichting

Het proefproject heeft tot doel een complexe analyse in te voeren die gebaseerd is op het huidige inzicht in de problemen van de Romagemeenschap in de Unie, met nadruk op het volledige complexe en synergetische spectrum van onderwijs en opleiding, te beginnen bij kinderen die nog niet naar school gaan, via voortgezet onderwijs voor jonge moeders tot opleiding van ouderen.

Het proefproject zou ook een afspiegeling moeten vormen van de degelijke voorbereiding en tenuitvoerlegging van het institutionele proces, in de zin van raadpleging, netwerken, gegevensverzameling, beoordeling, bezoeken ter plaatse, onderzoek, enz. Een aantal lidstaten heeft maatregelen genomen ter bevordering van de integratie van de Roma. Er zijn tal van voorbeelden van zowel goede als slechte praktijken, evenals steeds meer sociologisch, juridisch en beleidsgericht onderzoek.

Er kan een Roma-unit worden opgericht om, vertrekkende van de tenuitvoerlegging van het Uniebeleid, sectorale kwesties te verkennen en passende acties en maatregelen voor te stellen die moeten worden opgenomen in de voorstellen voor een actieplan ter integratie van de Roma.

Deze unit kan ook sectoroverschrijdende samenwerking en het gebruik van de bestaande verschillende financiële instrumenten onderzoeken, en daarbij proefprojecten voorstellen en overdraagbare en duurzame goede praktijken identificeren die kunnen bijdragen tot het formuleren van concrete beleidsvoorstellen.

In deze context kan bijvoorbeeld worden gewezen op de behoefte aan langetermijnvoorstellen op het gebied van huisvesting en stadsontwikkeling (met, indien slecht voorbereid, het risico op segregatie, gettovorming, enz.), in combinatie met innovatief gebruik van steun van de regionale fondsen en de EIB/BERD, of de omvangrijke taak van gegevensverzameling (en -bescherming), statistieken, enz., maar hiermee samenhangend uiteraard ook kwesties zoals bestrijding van misdaad en mensenhandel, en fundamentele registratieproblemen.

Er moet bijzondere aandacht worden besteed aan de kwestie van verslaggeving in de media en communicatie in het algemeen.

Een absolute voorwaarde om te slagen is het op gang brengen van een proces van structurele dialoog met het maatschappelijk middenveld van de Roma, die zowel op lokaal, nationaal als Unieniveau moet worden ontwikkeld.

Het Europees Parlement is een pionier op het gebied van de bevordering van de rechten voor de Roma; zijn eerste resolutie hierover dateert al van 1984. Tijdens de zesde zittingsperiode heeft het Parlement een aantal resoluties over de specifieke situatie van de Roma in Europa aangenomen. Meer bepaald verzocht het Parlement in zijn resolutie van 31 januari 2008 over een Europese Romastrategie (PB C 68 E van 21.3.2009, blz. 31), „de Commissie een Europese kaderstrategie voor de integratie van de Roma te ontwikkelen om op Unieniveau beleidssamenhang op het gebied van de maatschappelijke integratie van de Roma te bieden” en verzocht het „de Commissie tevens gestalte te geven aan een omvattend communautair actieplan voor de integratie van de Roma met het oog op de verlening van financiële steun voor de verwezenlijking van de doelstelling van de Europese kaderstrategie voor de integratie van de Roma”. Ook in zijn resolutie van 10 juli 2008 over de telling van Roma op grond van etniciteit in Italië (PB C 294 E van 3.12.2009, blz. 54) heeft het Parlement deze verzoeken herhaald en heeft het „de Commissie en de lidstaten in het kader van een Romastrategie van de Europese Unie en in verband met het Decennium van maatschappelijke integratie van de Roma” opnieuw verzocht „om uitvoering van wetgeving en beleid die gericht zijn op de ondersteuning van Romagemeenschappen, met daarbij de bevordering van hun integratie op alle gebieden, en om de lancering van anti-racisme en anti-discriminatieprogramma’s op scholen, op het werk en in de media en om meer uitwisseling van deskundigheid en beste praktijken”.

Het Europees Parlement herinnert in dit verband aan het belang van de ontwikkeling van strategieën op Unie en nationaal niveau, met volledige gebruikmaking van de kansen die de Uniefondsen bieden, om een einde te maken aan de segregatie van de Roma in het onderwijs en te zorgen voor een toegang op gelijke voorwaarden voor Romakinderen (deelneming aan het reguliere onderwijs, invoering van speciale studiebeursregelingen en opleidingsprogramma’s, aanvullende en concrete maatregelen ter bevordering van voorschoolse educatie voor Romakinderen en postgraduatestudies op nationaal een internationaal niveau voor Romastudenten en de opleiding van een groep „Romadiplomaten” die de kloof tussen Romagemeenschappen en openbare instellingen kunnen overbruggen), waarborging en verbetering van de toegang van Roma tot de arbeidsmarkten, bieden van toegang op gelijke voorwaarden tot gezondheidszorg en sociale zekerheid, bestrijding van discriminatoire praktijken bij het bieden van huisvesting, meer deelname van Roma aan het sociale, economische, culturele en politieke leven.

Het Europees Parlement bevestigt de noodzaak van het opzetten van een netwerk van academische en civiele deskundigen met een duidelijk mandaat om specifieke proefprojecten voor te stellen en projecten uit te werken die ogenblikkelijke veranderingen bewerkstelligen.

Doel van dit proefproject is ook het verstrekken van onderwijsfaciliteiten voor Romagezinnen, met name de vroegtijdige integratie van kinderen in het voorschoolse onderwijs, de training van ouders en het uitvoeren van gemeenschapsactiviteiten voor het hele gezin, alsmede het verbeteren van de passieve vaardigheden van volwassenen.

In zijn conclusies van 14 december 2007 heeft de Europese Raad, „zich bewust van de uitzonderlijke situatie van de Roma in de Europese Unie, de lidstaten en de Unie verzocht alle mogelijke middelen te gebruiken om de integratie van de Roma te bevorderen”. In zijn conclusies van 19 en 20 juni 2008 stelde de Europese Raad dat hij uitziet naar het resultaat van … de komende conferentie die in september [2008] aan dit vraagstuk gewijd zal zijn. Hij verzoekt de Raad hiermee bij de bespreking van de herziene sociale agenda rekening te houden. De Europese Raad zal nog dit jaar op deze kwestie terugkomen.

13 03 22   Proefproject — Erasmus voor lokale en regionale afgevaardigden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

259 117,03

129 558,00

Toelichting

Doelstelling van dit proefproject: lokale en regionale raden in de Unie helpen en ondersteunen.

Het hoofdbeginsel van het proefproject bestaat in het aanmoedigen en steunen van de mobiliteit van verkozen lokale en regionale afgevaardigden binnen de Unie. Het tweede beginsel van het proefproject is dat het mobiliteitsaspect wordt ingebouwd in een overeengekomen programma voor opleiding ter plaatse en uitwisseling van ervaringen, waarbij de nadruk ligt op „economische en sociale cohesie”.

De doelstellingen zijn:

multilaterale samenwerking tussen territoriale en lokale en regionale instellingen op politiek niveau bevorderen;

de mobiliteit van verkozen lokale en regionale afgevaardigden ondersteunen;

gezamenlijk onderzoek en uitwisseling van ideeën bevorderen over de problemen waarmee zij geregeld te maken hebben, door middel van opleiding ter plaatse en uitwisseling van ervaringen;

de uitwisseling van beste praktijken bevorderen.

Hiermee wordt het proefproject een instrument om het leren en het opdoen van ervaringen voor verkozen lokale en regionale afgevaardigden te bevorderen en het vermogen van plaatselijke en regionale raden om concepten, democratische beginselen en strategieën toe te passen, te vergroten.

13 03 23   Proefproject — Betere regionale en lokale samenwerking door een regionaal beleid van de Unie op wereldschaal te bevorderen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 546 740

1 500 000

1 500 000

2 000 000,00

453 260,49

Toelichting

Dit project beoogt de ontwikkeling van een allesomvattende strategie die de kennis van en de ervaring uit het regionale beleid van de Unie bij derde landen moet bevorderen. Deze strategie omvat de organisatie van internationale evenementen, voorlichtingsacties, het uitbouwen van netwerken tussen regionale en lokale betrokkenen, de ontwikkeling van gezamenlijke projecten en nieuwe regionale partnerschappen, en de uitwisseling van goede praktijken tussen regio's. Door het model van het cohesiebeleid van de Unie als „succesverhaal” via een aantal regionale dialogen te bevorderen, kan de Unie deze acties gebruiken om haar waarden, fundamentele beginselen, organisatiestructuren en beleidsvormen op wereldvlak als voorbeeld te stellen en meer bekendheid te geven. De samenwerking met internationale organisaties die op dit vlak actief zijn (Forum of Global Associations of Regions (FOGAR) en United Cities and Local Government (UCLG), is hierbij uitermate nuttig.

13 03 24   Voorbereidende actie — Bevordering van een gunstiger omgeving voor microkrediet in Europa

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

4 000 000

3 000 000

3 000 000

0,—

0,—

Toelichting

De Raad heeft bij meerdere gelegenheden (in 2000 en in maart 2003) gewezen op de voordelen van microfinanciering voor kleine ondernemingen. De Europese Raad heeft voor de eerste keer de lidstaten gevraagd specifieke aandacht te besteden aan het gebruik van microkrediet om de vestiging en groei van kleine ondernemingen te stimuleren. Microkrediet was een van de speerpunten van de financiële instrumenten in het Europese meerjarenprogramma (MAP/2002-2006) dat de Raad in december 2001 heeft aangenomen, waarbij „microlening” werd omschreven als een lening van minder dan 25 000 EUR.

Het programma Concurrentievermogen en innovatie (CIP), dat in 2006 is gestart, heeft ook betrekking op microkrediet, onder meer in het kader van de tweede faciliteit (garantiefaciliteit voor het MKB). Deze faciliteit, beheerd door het Europees Investeringsfonds (EIF) dient om financiële instellingen aan te moedigen een grotere rol te spelen door kleine leningen aan te bieden die normaal gesproken proportioneel hoge administratieve kosten met zich meebrengen voor leners die geen afdoende garanties kunnen bieden. Naast garanties en tegengaranties kunnen financiële tussenpersonen subsidie ontvangen om de hoge administratieve kosten in verband met microleningen te verminderen.

Deze voorbereidende actie is gericht op het stimuleren van de ontwikkeling van microkrediet in Europa, overeenkomstig de nieuwe doelstellingen inzake groei en werkgelegenheid van de Europa 2020-strategie en de aanbevelingen die zijn omschreven in de resolutie van het Europees Parlement van 11 juli 2007 over het beleid op het gebied van financiële diensten (2005-2010) — Witboek (PB C 175 E van 10.7.2008, blz. 392), met specifieke verwijzing naar de behoefte aan een actieplan voor microkrediet.

Doel van de voorbereidende actie is:

waarborgen dat de sector microkrediet in Europa zichzelf op middellange termijn kan financieren door het eigen vermogen van microfinancieringsinstellingen op te bouwen, met name van andere instellingen dan banken. Dit project kan worden beheerd door het EIF, de financiële instelling van de Unie die gespecialiseerd is in het midden- en kleinbedrijf en microfinanciering en die tevens de financiële instrumenten van de Unie beheert;

een grotere synergie stimuleren tussen de bestaande financiële instrumenten die gerelateerde gebieden dekken (CIP, Joint European Resources for Micro to Medium Enterprises (Jeremie), EFRO, EOF);

de sociale integratie stimuleren door middel van ondernemerschap en de daaraan gekoppelde economische groei. Groeperingen die met minder bevoorrechte groepen werken zouden begunstigers kunnen zijn van de beschikbaar gestelde middelen.

Het krediet heeft tot doel de voorbereidende actie die is goedgekeurd in 2008 uit te voeren; het zal met name worden gebruikt voor de ontwikkeling van een zaaikapitaalfonds.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

13 03 26   Proefproject — Duurzame regeneratie in voorsteden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

500 000

250 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Het proefproject is bedoeld voor het toekennen van steun voor de sloop en reconstructie van oude en vervallen wooneenheden in Europese voorsteden, en voor het testen van de introductie van innovatieve en moderne criteria van bouwveiligheid, bouwtechnische kwaliteit, duurzaamheid en energie-efficiëntie. De hoofddoelstelling is de bevordering van sociale integratie in de voorsteden door middel van interventie in het huisvestingsbeleid.

De middelen van het project zijn bedoeld voor het financieren van:

de selectie van ten minste vijf dichtbevolkte proef-voorsteden in Europa met een grote behoefte aan bouwkundige regeneratie;

de vaststelling van hoogwaardige veiligheidsvereisten voor elke specifieke context (bv. aardbevingsbestendigheidsmaatregelen) en van kwaliteitsvereisten voor het ontwerp en de bouw van wooneenheden, met inbegrip van het ontwerp van privé- en openbare ruimten, de selectie van materialen, technische oplossingen, e.d.;

de vaststelling van energiebesparingsdoelstellingen en de energiemix, met een groter aandeel van hernieuwbare energiebronnen voor nieuwe wooneenheden;

de selectie van de meest efficiënte mix van financieringsinstrumenten voor het bevorderen van de regeneratie van vervallen stedelijke gebieden en innovatie in de bouwsector (doorlopende financiering, regionale steun, bonificatie op belastingtarief, publiek-private partnerschappen, e.d.);

de vaststelling van een pakket maatregelen voor het aanbieden van huisvestingsalternatieven voor de bewoners van de testlocaties en voor de participatie van deze groepen en van de locale gemeenschappen bij het herontwerpproces;

de ontwikkeling van een evaluatiemodel voor het controleren en evalueren van de resultaten van het project;

het starten van regeneratieprogramma’s in de testgebieden.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

13 03 27   Voorbereidende actie — RURBAN — Partnerschap voor duurzame stads-plattelandsontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Het doel van de voorbereidende maatregel is het ontwikkelen van een partnerschapsmodel(len) voor steden en de omliggende plattelandsgebieden, het tot stand brengen van een betere samenwerking tussen de verschillende actoren en het uitvoeren van gemeenschappelijke stads-plattelandsinitiatieven op basis van de geïntegreerde benadering. Dit model/deze modellen kan/kunnen in de volgende programmeringsperiode worden gebruikt voor stads-plattelandsprojecten waar de Unie medefinanciering aan toekent.

Meer in het bijzonder is de voorbereidende maatregel gericht op:

het identificeren van gemeenschappelijke uitdagingen en kansen van stedelijke en plattelandsgebieden,

het herzien van bestaande stads-plattelandspartnerschappen in de lidstaten, het identificeren van gebieden van samenwerking en de daarbij betrokken plaatselijke en regionale actoren (publieke, private, niet-gouvernementele organisaties, enz.),

het in kaart brengen van innovatieve goede praktijken van stads-plattelandssamenwerking in bestaande partnerschappen,

het ontwikkelen van een model/modellen voor stads-plattelandssamenwerking en het uitwerken van een praktische gids voor deze vorm van partnerschap die mogelijkerwijs ingepast kan worden in de strategische richtsnoeren van de Commissie inzake cohesie in de volgende programmeringsperiode (na 2013).

De voorbereidende maatregel moet in de periode 2011-2012 worden uitgevoerd.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

13 03 28   Voorbereidende actie — Betere regionale en lokale samenwerking door een regionaal beleid van de Unie op wereldschaal te bevorderen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Deze voorbereidende actie is bedoeld voor het voortzetten van het uitwerken van een alomvattende strategie voor het bevorderen van de kennis omtrent en de verspreiding van ervaringen met het regionaal beleid van de Unie bij derde landen op basis van de succesvolle tenuitvoerlegging van een eerder proefproject door het Europees Parlement geïnitieerd. Deze strategie omvat de organisatie van internationale evenementen, voorlichtingsacties, het uitbouwen van netwerken tussen regionale en lokale betrokkenen, de ontwikkeling van gezamenlijke projecten en nieuwe regionale partnerschappen, en de uitwisseling van goede praktijken tussen regio's. Door het model van het cohesiebeleid van de Unie als „succesverhaal” via een aantal regionale dialogen te bevorderen, kan de Unie deze acties gebruiken om haar waarden, fundamentele beginselen, organisatiestructuren en beleidsvormen op wereldvlak als voorbeeld te stellen en meer bekendheid te geven. De samenwerking met internationale organisaties die op dit vlak actief zijn (Forum of Global Associations of Regions (FOGAR) en de Verenigde steden en plaatselijke overheden (UCLG)), is hierbij uitermate nuttig.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

13 03 29   Voorbereidende actie — Vaststelling bestuursmodel voor de Donauregio in de Europese Unie (betere en doeltreffende coördinatie)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

750 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Startdatum van het project: 1 januari 2011

Einddatum van het project: 31 december 2013

De Europese Raad van 19 juni 2009 heeft de Commissie formeel gevraagd om vóór eind 2010 een strategie van de Europese Unie voor de Donauregio te presenteren. De strategie, die tijdens het Hongaarse voorzitterschap van de EU, aan het begin van 2011, zal worden gelanceerd, zal worden vergezeld van een actieplan, dat continu verder zal worden ontwikkeld en geactualiseerd, met inachtneming van de voorstellen van de lidstaten. Artikel 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie geeft de Unie meer mogelijkheden om de economische, sociale en territoriale cohesie, en de solidariteit tussen de lidstaten te vergroten. Deze voorbereidende actie is nodig voor de opbouw van de noodzakelijke bestuurscapaciteit en voor het versnellen van het proces van coördinatie voor een juist bestuursmodel voor de uitvoering van de strategie van de Europese Unie voor de Donauregio.

De Donauregio beschikt over een lange geschiedenis van networking en samenwerking op een groot aantal beleidsterreinen. De strategie en het actieplan daarvan maken het mogelijk woorden om te zetten in daden en de regio als geheel daadwerkelijke voordelen op te leveren. Er is behoefte aan een gemeenschappelijke strategische visie voor het vormgeven van de toekomstige territoriale ontwikkeling van de Donauregio. Het is duidelijk dat individuale actoren niet de maatregelen zullen kunnen nemen die nodig zijn om de uitdagingen van de regio aan te gaan en de kansen in het gebied volledig te benutten. Een strategie voor de Donauregio, bestaand uit gedetailleerde en constante maatregelen, en voorzien van voldoende financiële middelen, is essentieel voor het ontwikkelen van de Donauregio en het ten volle benutten van de voor de regio aanwezige kansen.

De Donau verbindt tien Europese landen — Duitsland, Oostenrijk, Slowakije, Hongarije, Kroatië, Servië, Roemenië, Bulgarije, Moldavië en Oekraïne — (waarvan zes lidstaten), en in een bredere territoriale context omvat het gebied ook Tsjechië, Slovenië, Bosnië en Herzegovina en Montenegro.

De Donauregio is een belangrijk kruispunt van de cohesiebeleidsprogramma’s van de Unie, programma’s in het kader van het nabuurschapsbeleid en programma’s voor potentiële kandidaat-lidstaten, en is derhalve een gebied waar versterkte synergie-effecten tussen de verschillende uniale beleidsmaatregelen tot stand kunnen worden gebracht. Te denken valt hierbij aan cohesie, vervoer, toerisme, landbouw en visserij, sociaal-economische ontwikkeling, energie, milieu, uitbreiding en nabuurschapsbeleid; de strategie van de Europese Unie voor de Donauregio moet worden ontwikkeld op de volgende samenwerkingsgebieden: sociale ontwikkeling en bescherming, duurzame economische ontwikkeling, vervoers- en energie-infrastructuur, milieubescherming, cultuur en onderwijs.

Bij de uitvoering van de strategie van de Europese Unie voor de Donauregio moet gebruik worden gemaakt van alle mogelijke financieringsbronnen, met name die van de Unie, de lidstaten, overige oeverstaten, internationale financiële instellingen en de privésector. De nadruk moet liggen op een verbeterde, efficiëntere en doeltreffendere coördinatie van de verschillende financieringsinstrumenten en de voorgestelde maatregelen. Verwacht wordt dat de strategie van de Europese Unie voor de Donaustrategie de sociaal-economische ontwikkeling van de regio middels een betere samenwerking tussen de lidstaten en de overige oeverstaten zal bevorderen. Dit zal leiden tot nieuwe kansen voor het bedrijfsleven, een versnelde ontwikkeling van een duurzaam, efficiënter en intermodaal vervoerssysteem, alsook een duurzame vervoers- en toerismesector, en tot verbetering van de kwaliteit van leven voor alle inwoners van het stroomgebied van de Donau, mét volledige eerbiediging van het milieu.

De voorbereidende actie zal aldus resulteren in een op de specifieke gebieden van de Donauregio toegesneden bestuursmodel.

De financiering is bedoeld voor activiteiten in verband met de vaststelling van het bestuursmodel dat nodig is voor de ontwikkeling en toepassing van de strategie van de Europese Unie voor de Donauregio. Het bestuursmodel zal leiden tot verbetering van de samenwerking tussen alle landen en regio's die deelnemen aan zogenaamde „flagship”-projecten op de volgende gebieden:

milieuvriendelijk gebruik van de Donau door de binnenvaart, intermodaliteit met andere vervoersmodi middels verbetering van alle infrastructuurvoorzieningen (met prioritaire aandacht voor een beter gebruik van bestaande infrastructuur) en door de ontwikkeling van een multimodaal vervoerssysteem langs de hele rivier, milieuvriendelijk gebruik van waterenergie langs de hele Donau, instandhouding en verbetering van de kwaliteit van het water in de Donau overeenkomstig Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid (PB L 327 van 22.12.2000, blz. 1), strenge vereisten inzake scheepsveiligheid;

duurzaam toerisme: milieutoerisme, de ontwikkeling van fietsroutes langs bijna de hele Donau, ontwikkeling van traditioneel massatoerisme, stads- en plattelandstoerisme, zaken- en cruisetoerisme, sporttoerisme;

(bevordering en tenuitvoerlegging van) gezamenlijke projecten ter vergroting van de samenwerking op het gebied van energie, in het bijzonder energie-efficiëntie en hernieuwbare energiebronnen, in het licht van de potentie van de regio als bron van bio-energie, en ter bevordering van het gebruik van biomassa, zonne-, wind- en waterkrachtenergie;

bevordering van op de specifieke behoeften van de regio's toegesneden onderzoekinfrastructuur en specifieke clusters van kennis voor productinnovatie en marketing;

een gemeenschappelijk O&O-programma in/voor de Donauregio, gericht op steun voor wetenschappelijke ontwikkeling en innovatie door samenwerking tussen Donaustaten op de gebieden milieuonderzoek, visserij, landbouw, infrastructuur (waaronder energie), vervoer, opleiding en mobiliteit voor onderzoekers en sociaal-economische aspecten;

programma’s voor uitwisselingen tussen universiteiten in de regio en universiteitsnetwerken voor het bevorderen van centra van excellentie die de internationale concurrentie aankunnen, en ter versterking van de Donau-identiteit door middel van opleiding en verbetering van bestuur, een leven lang leren;

waarborgen van de veiligheid van de regio.

De strategie van de Europese Unie voor de Donauregio — Méér dan een strategie

Er zijn concrete en zichtbare maatregelen nodig om de uitdagingen van deze regio aan te pakken. De Commissie moet er in haar actieplan op hameren dat de lidstaten en andere betrokken partijen een voortrekkersrol vervullen voor specifieke prioritaire gebieden en „flagship”-projecten, bijvoorbeeld door het ontwikkelen van een specifiek en geïntegreerd bestuur overeenkomstig een gemeenschappelijke en geïntegreerde benadering van de strategie van de Europese Unie voor de Donauregio die door de Commissie op 8 december 2010 is vastgesteld.

De Commissie moet voorzien in een onafhankelijk, sectoroverschrijdend orgaan/benadering dat kan zorgen voor de noodzakelijke coördinatie, monitoring en follow-up van het actieplan, alsook voor een regelmatige actualisering van het plan en de strategie, indien noodzakelijk. De Commissie stelt op dit moment geen aanvullende financiering of andere hulpmiddelen voor. Een aantal van de specifieke maatregelen en projecten behoeven evenwel wel financiële steun. Een belangrijke bron zijn de structuurfondsen — de meeste programma’s voorzien reeds maatregelen zoals bedoeld in de strategie. De programma-autoriteiten kunnen de toekenningscriteria herzien en een faciliterende rol vervullen bij de selectie van projecten die aansluiten bij de strategie. Daarnaast kennen de lidstaten met gebruikmaking van hun eigen middelen steun toe aan projecten en maatregelen die bij de strategie aansluiten. De Europese Investeringsbank en andere internationale en regionale financiële instellingen kunnen ook bijdragen.

De maatregelen in het kader van het actieplan moeten worden gecoördineerd met vergelijkbare ontwikkelingen (in het bijzonder nieuwe verordeningen), waaronder op Unieniveau, teneinde voor samenhang en doeltreffendheid te zorgen.

De voortdurende economische crisis betekent dat het klimaat voor investeringen nu minder gunstig is, zowel voor de publieke, als de particuliere sector. Dit maakt het nog noodzakelijker dat de strategie van de Europese Unie voor de Donauregio de partners in het gebied in staat stelt een langetermijnbenadering te volgen, in de onderkenning dat wanneer deze crisis voorbij is de best voorbereide regio's het best uitgerust zullen zijn om in te spelen en gebruik te maken van de nieuwe kansen en innovaties.

Deze op initiatief van het Europees Parlement ingestelde voorbereidende actie heeft een looptijd van drie jaar, van januari 2011 tot december 2013, en het bedrag is 1 500 000 EUR per jaar.

De genoemde projecten behoeven een langdurige voorbereiding met de betrokken lidstaten en de betrokken autoriteiten van de derde landen. De eerste betalingen vinden plaats in 2011.

Deze voorbereidende actie, die stoelt op het bestaande wettelijk kader, biedt oplossingen voor duurzame samenwerking tussen lidstaten en andere oeverstaten. Het geeft invulling aan de strategie van de Europese Unie voor de Donauregio en de integratie daarvan in het beleid van de Unie in het algemeen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

13 03 30   Proefproject — Naar een gemeenschappelijke regionale identiteit, verzoening van naties en economische en sociale samenwerking, waaronder een Platform voor pan-Europese deskundigheid en topkwaliteit in de macroregio van de Donau

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Het krediet dient ter dekking van de organisatie of ontwikkeling van:

opleidingsprogramma’s en seminars voor jongeren met als doel om de gemeenschappelijke regionale identiteit van de volkeren in de macroregio van de Donau te benadrukken; deze programma’s moeten door middel van burgerschapsvorming en culturele uitwisseling bijdragen tot een progressieve, duurzame en toekomstgerichte Europese dimensie van co-existentie;

een gemeenschappelijk platform voor toegang tot regionale deskundigheid;

de verbetering en ontwikkeling van nieuwe oplossingen voor het aanbieden van deskundigheid, informatieverstrekking betreffende projecten en het opbouwen van netwerken.

Het proefproject bevordert de sociale en economische stabiliteit in de betrokken regio's, door middel van onder meer acties om de samenhang tussen de gemeenschappen te bevorderen en de toegevoegde waarde van transnationale samenwerking te benadrukken. Hiermee wordt een duurzame grondslag gelegd voor een gemeenschappelijk platform dat toegang biedt tot regionale deskundigheid en een sterkere regionale samenwerking, en kan tevens gebruik worden gemaakt van ervaringen op het gebied van een macroregionale strategie.

De regio die in aanmerking komt, is de macroregio van de Donau en de omringende landen, in overeenstemming met het Europese nabuurschapsbeleid. Aan de programma’s die in aanmerking komen voor financiering nemen ten minste drie lidstaten uit de regio deel.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

13 03 31   Technische bijstand en verspreiding van informatie over de EU-strategie voor de Oostzeeregio en een betere kennis inzake de strategie voor macroregio’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 500 000

p.m.

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit krediet heeft tot doel:

het waarborgen van een goede verspreiding van informatie door middel van nieuwsbrieven (ook online), rapporten en conferenties, en in het bijzonder door middel van het jaarlijkse forum;

de organisatie van evenementen ter plaatse om alle geïnteresseerde Europese regio’s bekend te maken met de Oostzeeaanpak en de beginselen van de macroregionale aanpak;

succesvol beheer van de strategie middels het gedecentraliseerde systeem en in het bijzonder de werking van het systeem van prioritaire gebiedscoördinatoren en en zogenaamde „flagship”-projectleiders.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1783/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

HOOFDSTUK 13 04 —   COHESIEFONDS

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 04

COHESIEFONDS

13 04 01

Cohesiefonds — Voltooiing van vroegere projecten (van vóór 2007)

1.2

p.m.

1 377 495 593

p.m.

2 500 000 000

1 892 484,50

2 777 137 825,92

13 04 02

Cohesiefonds

1.2

11 073 646 193

6 247 800 000

10 185 294 880

4 350 000 000

9 287 121 769,15

4 302 640 240,05

 

Hoofdstuk 13 04 — Totaal

 

11 073 646 193

7 625 295 593

10 185 294 880

6 850 000 000

9 289 014 253,65

7 079 778 065,97

Toelichting

Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1164/94 van de Raad van 16 mei 1994 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 130 van 25.5.1994, blz. 1) stelt vast onder welke voorwaarden voorschotten die niet leiden tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel, moeten worden terugbetaald. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van het Financieel Reglement. Verordening (EG) nr. 1083/2006 stelt de voorwaarden vast voor de terugbetaling van de voorfinanciering voor de periode 2007-2013.

13 04 01   Cohesiefonds — Voltooiing van vroegere projecten (van vóór 2007)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 377 495 593

p.m.

2 500 000 000

1 892 484,50

2 777 137 825,92

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog uit het Cohesiefonds betaalbaar te stellen verplichtingen voor 2000 en de voltooiing van de programmeringsperiode 2000-2006.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Het krediet dient ook voor de financiering van maatregelen van partners als voorbereiding op de volgende programmeringsperiode.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 792/93 van de Raad van 30 maart 1993 tot instelling van een cohesiefinancieringsinstrument (PB L 79 van 1.4.1993, blz. 74).

Verordening (EG) nr. 1164/94 van de Raad van 16 mei 1994 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 130 van 25.5.1994, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158 en 161.

13 04 02   Cohesiefonds

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 073 646 193

6 247 800 000

10 185 294 880

4 350 000 000

9 287 121 769,15

4 302 640 240,05

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de verplichtingen van het Cohesiefonds in de programmeringsperiode 2007-2013.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Het krediet dient ook voor de financiering van maatregelen van partners als voorbereiding op de volgende programmeringsperiode.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 792/93 van de Raad van 30 maart 1993 tot instelling van een cohesiefinancieringsinstrument (PB L 79 van 1.4.1993, blz. 74).

Verordening (EG) nr. 1164/94 van de Raad van 16 mei 1994 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 130 van 25.5.1994, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1084/2006 van de Raad van 11 juli 2006 tot oprichting van het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1164/94 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 79).

Referentiebesluiten

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158 en 161.

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name de artikelen 174 en 177.

HOOFDSTUK 13 05 —   PRETOETREDINGSACTIES MET BETREKKING TOT HET STRUCTUURBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 05

PRETOETREDINGSACTIES MET BETREKKING TOT HET STRUCTUURBELEID

13 05 01

Pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) — Voltooiing van vroegere projecten (2000-2006)

13 05 01 01

Pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) — Voltooiing van andere vroegere projecten (2000-2006)

4

p.m.

329 949 308

p.m.

390 000 000

1 147 590,—

452 991 761,22

13 05 01 02

Pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid — Afronding van de pretoetredingshulp voor acht kandidaat-lidstaten

4

p.m.

p.m.

p.m.

170 000 000

0,—

82 739 572,89

 

Artikel 13 05 01 — Subtotaal

 

p.m.

329 949 308

p.m.

560 000 000

1 147 590,—

535 731 334,11

13 05 02

Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Regionale ontwikkeling

4

390 900 000

85 696 110

324 300 000

30 000 000

253 200 000,—

169 494 694,80

13 05 03

Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Grensoverschrijdende samenwerking

13 05 03 01

Grensoverschrijdende samenwerking — Bijdrage uit subrubriek 1b

1.2

51 615 763

13 000 000

50 603 690

6 100 000

47 570 096,—

0,—

13 05 03 02

Grensoverschrijdende samenwerking en deelname van kandidaat en potentiële kandidaat-lidstaten aan de transnationale en interregionale samenwerkingsprogramma’s van de structuurfondsen — Bijdrage uit rubriek 4

4

36 014 241

9 759 835

35 308 079

4 100 000

34 615 765,—

0,—

 

Artikel 13 05 03 — Subtotaal

 

87 630 004

22 759 835

85 911 769

10 200 000

82 185 861,—

0,—

 

Hoofdstuk 13 05 — Totaal

 

478 530 004

438 405 253

410 211 769

600 200 000

336 533 451,—

705 226 028,91

13 05 01   Pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) — Voltooiing van vroegere projecten (2000-2006)

Toelichting

De door het pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) verstrekte hulp was bedoeld om de kandidaat-lidstaten van Midden- en Oost-Europa te helpen bij hun toetreding tot de Unie. Het ISPA wordt gebruikt om de begunstigde landen te helpen voldoen aan de eisen van het acquis van de Unie op de gebieden milieu en vervoer.

13 05 01 01   Pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (ISPA) — Voltooiing van andere vroegere projecten (2000-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

329 949 308

p.m.

390 000 000

1 147 590,00

452 991 761,22

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ISPA-bijstand en van de buiten de Commissie verstrekte technische bijstand die nodig is voor de uitvoering ervan in de kandidaat-lidstaten van Midden- en Oost-Europa.

Op deze post mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1266/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende de coördinatie van de bijstand aan de kandidaat-lidstaten in het kader van de pretoetredingsstrategie (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 68).

Verordening (EG) nr. 1267/1999 van de Raad van 21 juni 1999 tot instelling van een pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 73).

Verordening (EG) nr. 2257/2004 van de Raad van 20 december 2004 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3906/89, Verordening (EG) nr. 1267/1999, Verordening (EG) nr. 1268/1999 en Verordening (EG) nr. 2666/2000, teneinde rekening te houden met de status van Kroatië als kandidaat-lidstaat (PB L 389 van 30.12.2004, blz. 1).

13 05 01 02   Pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid — Afronding van de pretoetredingshulp voor acht kandidaat-lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

170 000 000

0,—

82 739 572,89

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ISPA-bijstand in de kandidaat-landen die op 1 mei 2004 lidstaat worden en van de voor de uitvoering ervan benodigde technische bijstand die buiten de Commissie wordt verstrekt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1266/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende de coördinatie van de bijstand aan de kandidaat-lidstaten in het kader van de pretoetredingsstrategie (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 68).

Verordening (EG) nr. 1267/1999 van de Raad van 21 juni 1999 tot instelling van een pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 73).

13 05 02   Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Regionale ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

390 900 000

85 696 110

324 300 000

30 000 000

253 200 000,00

169 494 694,80

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de steun van de Unie aan de kandidaat-landen die onder het IPA vallen, voor hun geleidelijke aanpassing aan de normen en het beleid van de Unie, waar van toepassing met inbegrip van het acquis van de Unie, met het oog op toetreding.

Met de component „regionale ontwikkeling” worden landen gesteund die hun beleid ontwikkelen en voorbereiden voor de tenuitvoerlegging en het beheer van het cohesiebeleid van de Unie, in het bijzonder bij hun voorbereiding voor de structuurfondsen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

13 05 03   Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) — Grensoverschrijdende samenwerking

13 05 03 01   Grensoverschrijdende samenwerking — Bijdrage uit subrubriek 1b

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

51 615 763

13 000 000

50 603 690

6 100 000

47 570 096,00

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling voor grensoverschrijdende samenwerkingsprojecten en de technische bijstand die buiten de Commissie wordt geleverd en nodig is voor de tenuitvoerlegging in de lidstaten.

Dit krediet dient ook ter ondersteuning en bevordering van milieuvriendelijk toerisme door middel van de medefinanciering van grensoverschrijdende fietsnetwerken, zoals Euro-Velo en het Iron Curtain Trail.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

13 05 03 02   Grensoverschrijdende samenwerking en deelname van kandidaat en potentiële kandidaat-lidstaten aan de transnationale en interregionale samenwerkingsprogramma’s van de structuurfondsen — Bijdrage uit rubriek 4

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

36 014 241

9 759 835

35 308 079

4 100 000

34 615 765,00

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA) voor grensoverschrijdende samenwerkingsprojecten en de technische bijstand die buiten de Commissie wordt geleverd en nodig is voor de tenuitvoerlegging in de kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten.

Dit krediet dient ook ter dekking van de IPA-bijdrage voor de deelname van de kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten aan de relevante transnationale en interregionale samenwerkingsprogramma’s.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

HOOFDSTUK 13 06 —   SOLIDARITEITSFONDS

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 06

SOLIDARITEITSFONDS

13 06 01

Solidariteitsfonds van de Europese Unie — Lidstaten

3.2

p.m.

p.m.

79 914 040

79 914 040

622 539 146,—

622 539 146,—

13 06 02

Solidariteitsfonds van de Europese Unie — Toetredingslanden

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 13 06 — Totaal

 

p.m.

p.m.

79 914 040

79 914 040

622 539 146,—

622 539 146,—

13 06 01   Solidariteitsfonds van de Europese Unie — Lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

79 914 040

79 914 040

622 539 146,00

622 539 146,00

Toelichting

Dit artikel dient om de kredieten op te nemen die worden vrijgemaakt wanneer in de lidstaten bij natuurrampen een beroep wordt gedaan op het Solidariteitsfonds van de Europese Unie.

Over de toewijzing van de kredieten zal worden besloten middels een gewijzigde begroting die uitsluitend tot doel heeft middelen uit het Solidariteitsfonds van de Europese Unie beschikbaar te stellen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad van 11 november 2002 tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (PB L 311 van 14.11.2002, blz. 3).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (COM(2005) 108 definitief), door de Commissie ingediend op 6 april 2005.

Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

13 06 02   Solidariteitsfonds van de Europese Unie — Toetredingslanden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit artikel dient om de kredieten op te nemen die worden beschikbaar gesteld wanneer in landen waarmee de Unie over toetreding onderhandelt, bij natuurrampen een beroep wordt gedaan op het Solidariteitsfonds van de Europese Unie.

Over de toewijzing van de kredieten zal worden besloten middels een gewijzigde begroting die uitsluitend tot doel heeft middelen uit het Solidariteitsfonds van de Europese Unie beschikbaar te stellen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad van 11 november 2002 tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (PB L 311 van 14.11.2002, blz. 3).

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (COM(2005) 108 definitief), door de Commissie ingediend op 6 april 2005.

Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL REGIONAAL BELEID

CONTROLE IN VERBAND MET HET COHESIEBELEID IN HET KADER VAN DE PRETOETREDING

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL REGIONAAL BELEID

TITEL 14

BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE”

56 129 539

56 129 539

56 242 164

56 242 164

56 043 092,10

56 043 092,10

Reserves (40 01 40)

32 492

32 492

118 737

118 737

 

 

 

56 162 031

56 162 031

56 360 901

56 360 901

56 043 092,10

56 043 092,10

14 02

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

3 000 000

2 380 447

2 500 000

2 500 000

2 980 836,24

1 933 695,04

14 03

INTERNATIONALE ASPECTEN VAN BELASTINGEN EN DOUANE

2 300 000

1 237 833

2 000 000

2 000 000

1 700 000,—

1 899 085,90

14 04

DOUANEBELEID

53 000 000

35 801 930

50 318 000

30 000 000

43 413 177,63

39 307 008,01

14 05

BELASTINGBELEID

27 800 000

19 234 016

24 000 000

16 300 000

22 038 660,26

22 226 403,06

 

Titel 14 — Totaal

142 229 539

114 783 765

135 060 164

107 042 164

126 175 766,23

121 409 284,11

Reserves (40 01 40)

32 492

32 492

118 737

118 737

 

 

 

142 262 031

114 816 257

135 178 901

107 160 901

126 175 766,23

121 409 284,11

HOOFDSTUK 14 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

14 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE”

14 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

5

42 750 359

42 304 682

41 836 919,01

Reserves (40 01 40)

 

32 492

118 737

 

 

 

42 782 851

42 423 419

41 836 919,01

14 01 02

Uitgaven voor extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

14 01 02 01

Extern personeel

5

5 853 335

5 782 612

6 074 250,26

14 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

3 176 150

3 829 199

3 640 255,33

 

Artikel 14 01 02 — Subtotaal

 

9 029 485

9 611 811

9 714 505,59

14 01 03

Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

5

3 097 695

3 093 671

3 284 667,50

14 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

14 01 04 01

Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

120 000

100 000

75 000,—

14 01 04 02

Douane 2013 en Fiscalis 2013 — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

1 132 000

1 132 000

1 132 000,—

 

Artikel 14 01 04 — Subtotaal

 

1 252 000

1 232 000

1 207 000,—

 

Hoofdstuk 14 01 — Totaal

 

56 129 539

56 242 164

56 043 092,10

Reserves (40 01 40)

 

32 492

118 737

 

 

 

56 162 031

56 360 901

56 043 092,10

14 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

14 01 01

42 750 359

42 304 682

41 836 919,01

Reserves (40 01 40)

32 492

118 737

 

Totaal

42 782 851

42 423 419

41 836 919,01

14 01 02   Uitgaven voor extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

14 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 853 335

5 782 612

6 074 250,26

14 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 176 150

3 829 199

3 640 255,33

14 01 03   Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 097 695

3 093 671

3 284 667,50

14 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen voor het beleidsterrein „Belastingen en douane-unie”

14 01 04 01   Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

120 000

100 000

75 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand de komende jaren aflopen.

Rechtsgronden

Zie artikel 14 02 01.

14 01 04 02   Douane 2013 en Fiscalis 2013 — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 132 000

1 132 000

1 132 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Wanneer de deelneming van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan uniale/communautaire programma’s tot ontvangsten leidt die worden geboekt onder post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, dan kunnen extra kredieten worden opgevoerd, in dezelfde verhouding als de verhouding tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten opgevoerd voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 14 04 02 en 14 05 03.

HOOFDSTUK 14 02 —   BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 02

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

14 02 01

Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt

1.1

3 000 000

2 380 447

2 500 000

2 500 000

2 980 836,24

1 933 695,04

 

Hoofdstuk 14 02 — Totaal

 

3 000 000

2 380 447

2 500 000

2 500 000

2 980 836,24

1 933 695,04

14 02 01   Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 000 000

2 380 447

2 500 000

2 500 000

2 980 836,24

1 933 695,04

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven als gevolg van maatregelen die moeten bijdragen tot de voltooiing, de werking en de ontwikkeling van de interne markt.

Het ondersteunt het douane- en belastingbeleid van de Unie en omvat maatregelen die niet kunnen worden gefinancierd uit het programma Douane 2013 en het programma Fiscalis 2013.

Op het gebied van belastingen en douane dient dit krediet in de eerste plaats ter dekking van uitgaven voor:

de kosten van advies, studies, analysen en effectbeoordelingen,

activiteiten op het gebied van de indeling van goederen in het douanetarief en de inzameling van gegevens,

investeringen in software,

de productie en ontwikkeling van publiciteits-, bewustmakings- en opleidingsmateriaal.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel gebied zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 14 03 —   INTERNATIONALE ASPECTEN VAN BELASTINGEN EN DOUANE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 03

INTERNATIONALE ASPECTEN VAN BELASTINGEN EN DOUANE

14 03 01

Samenwerking op douanegebied en internationale bijstand — Voltooiing van eerdere programma’s

4

p.m.

0,—

199 085,90

14 03 03

Lidmaatschap van internationale organisaties op het gebied van belastingen en douane

4

1 300 000

1 237 833

2 000 000

2 000 000

1 700 000,—

1 700 000,—

14 03 04

Goed bestuur op fiscaal gebied

4

1 000 000

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

 

Hoofdstuk 14 03 — Totaal

 

2 300 000

1 237 833

2 000 000

2 000 000

1 700 000,—

1 899 085,90

14 03 01   Samenwerking op douanegebied en internationale bijstand — Voltooiing van eerdere programma’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

0,—

199 085,90

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen van de programma’s Douane 2002 en Douane 2007.

De gefinancierde acties omvatten conferenties en seminars, technische bijstand en IT-ondersteuning voor het coördineren van opleidingsactiviteiten, technische bijstand en samenwerkingsactiviteiten die de Gemeenschap en de lidstaten samen met de douanediensten van derde landen uitvoeren om de coherentie van de interne en externe activiteiten van de Gemeenschap te waarborgen.

De beleidsuitgaven zijn bestemd voor maatregelen op het gebied van opleiding, technische bijstand en samenwerking, gericht op:

de kandidaat-lidstaten, teneinde deze in staat te stellen zich aan te passen aan de douaneregelgeving van de Gemeenschap in het kader van het uitbreidingsproces; wat dit betreft dient het krediet ter dekking van de kosten voor bijstand, conformiteitsbeoordeling en onderlinge koppeling van de nationale systemen met de systemen van de Gemeenschap;

derde landen, teneinde deze te helpen hun douanedienst te moderniseren.

Wanneer de bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan uniale/communautaire programma’s tot ontvangsten leiden die worden geboekt onder post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen extra kredieten worden opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Wanneer de deelneming van derde landen, andere dan kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan douanesamenwerkingsovereenkomsten tot ontvangsten leidt die worden geboekt onder post 6 0 3 2 van de algemene staat van ontvangsten, worden voor dit artikel extra kredieten opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit van de Raad van 19 maart 2001 waarbij de Commissie wordt gemachtigd namens de Europese Gemeenschap te onderhandelen over een wijziging van het op 15 december 1950 te Brussel ondertekende Verdrag houdende instelling van een Internationale Douaneraad, teneinde het de Europese Gemeenschap mogelijk te maken van genoemde organisatie lid te worden.

Beschikking nr. 253/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2003 houdende goedkeuring van een actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap (Douane 2007) (PB L 36 van 12.2.2003, blz. 1).

De rechtsgrond van de acties op het gebied van de technische bijstand wordt gevormd door de verschillende overeenkomsten inzake samenwerking, vrijhandel, douane-unie en associatie die de Gemeenschap heeft gesloten met een groot aantal derde landen, en met name de kandidaat-lidstaten.

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (Instrument for Pre-Accession Assistance — IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

14 03 03   Lidmaatschap van internationale organisaties op het gebied van belastingen en douane

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 300 000

1 237 833

2 000 000

2 000 000

1 700 000,00

1 700 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdragen van de Unie aan:

de Werelddouaneorganisatie (WDO),

de International Tax Dialogue (ITD).

Rechtsgronden

Besluit 2007/668/EG van de Raad van 25 juni 2007 betreffende de uitoefening van de aan het voorlopige lidmaatschap van de Werelddouaneorganisatie verbonden rechten en plichten door de Europese Gemeenschap (PB L 274 van 18.10.2007, blz. 11).

Referentiebesluiten

Besluit van de Commissie van 4 juni 2008 over de deelname van de Gemeenschap aan de werkzaamheden van de International Tax Dialogue.

14 03 04   Goed bestuur op fiscaal gebied

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor studies, raadplegingen, workshops, trainingen, conferenties, uitgaven voor technische en administratieve bijstand, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het bevorderen van goed bestuur in fiscale aangelegenheden.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 14 04 —   DOUANEBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 04

DOUANEBELEID

14 04 01

Voltooiing van eerdere douaneprogramma’s

1.1

p.m.

1 000 000

0,—

10 532 675,72

14 04 02

Douane 2013

1.1

53 000 000

35 801 930

50 318 000

29 000 000

43 413 177,63

28 774 332,29

 

Hoofdstuk 14 04 — Totaal

 

53 000 000

35 801 930

50 318 000

30 000 000

43 413 177,63

39 307 008,01

14 04 01   Voltooiing van eerdere douaneprogramma’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 000 000

0,—

10 532 675,72

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de uitvoering van het actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap, en met name voor de financiering van gezamenlijke acties, IT-acties en overige acties.

Met dit doel dient dit krediet met name ter dekking van:

de reis- en verblijfkosten van de deelnemers uit de deelnemende landen in het kader van seminars en workshops, uitwisseling van ambtenaren, opleidingsactiviteiten, monitoring en benchmarking;

de organisatiekosten van seminars, workshops en soortgelijke vergaderingen;

de aanschaf- en ontwikkelingskosten van materiaal voor opleidingsactiviteiten;

de onderhouds-, ontwikkelings- en exploitatiekosten van de bestaande communicatie- en informatie-uitwisselingssystemen, de kosten van het netwerkbeheer en de exploitatiekosten van de communautaire elementen die bij de Commissie (of een aangewezen onderaannemer) zijn geïnstalleerd. Het gaat om de volgende systemen en netwerken: het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI) — in zover noodzakelijk ter ondersteuning van de hier beschreven systemen —, het systeem voor gegevensverspreiding (DDS), het nieuwe geautomatiseerde systeem voor douanevervoer (NCTS/NSTI), het informatiesysteem betreffende het geïntegreerde tarief van de Gemeenschap (Taric), het informatiesysteem voor het overbrengen van zegels van oorsprong en de verzending van doorvoerzegels (TCO/TCT), de Europese douanelijst van chemische stoffen (ECICS), het Europees systeem betreffende bindende tariefinlichtingen (EBTI/RTCE), het systeem voor de bewaking van tariefcontingenten (TQS), het systeem inzake de vrijstelling van douanerechten op grond van de regeling actieve veredeling (IPR), het informatiesysteem betreffende „waarden per eenheid”, het informatiesysteem inzake ontheffingen en acties in het kader van de automatisering van de douane (e-Douane en vereenvoudiging van de douane);

met betrekking tot de nieuwe communicatie- en informatie-uitwisselingssystemen die worden opgezet volgens de beheersprocedure van artikel 4 van Besluit 1999/468/EG: de kosten in verband met ontwerp, installatie, exploitatie en ontwikkeling, en met name hardware, software en netwerkaansluitingen die voor alle lidstaten identiek dienen te zijn met het oog op de interconnectie en interoperabiliteit van de systemen;

de kosten van bijstandsverlening aan gebruikers, de onderhoudskosten, de exploitatie- en ontwikkelingskosten van het antifraude-informatiesysteem (AFIS);

de kosten in verband met overige acties die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma.

Wanneer de bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan uniale/communautaire programma’s tot ontvangsten leiden die worden geboekt onder post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen extra kredieten worden opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Wanneer de deelneming van derde landen, andere dan kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan douanesamenwerkingsovereenkomsten tot ontvangsten leidt die worden geboekt onder post 6 0 3 2 van de algemene staat van ontvangsten, worden voor dit artikel extra kredieten opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23).

Beschikking nr. 253/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2003 houdende goedkeuring van een actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap (Douane 2007) (PB L 36 van 12.2.2003, blz. 1).

14 04 02   Douane 2013

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

53 000 000

35 801 930

50 318 000

29 000 000

43 413 177,63

28 774 332,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de tenuitvoerlegging van het programma Douane 2013 en met name de financiering van gezamenlijke acties, IT-acties en overige acties.

Met dit doel dient dit krediet met name ter dekking van:

de aanschaf-, ontwikkelings-, installatie-, onderhouds- en dagelijkse exploitatiekosten van de uniale componenten van de communicatie- en informatie-uitwisselingssystemen, namelijk: het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI), met inbegrip van de communicatiekosten in verband met het antifraude-informatiesysteem (AFIS); het geautomatiseerde systeem voor douanevervoer (CTS); de tariefsystemen, met name het systeem voor gegevensverspreiding (DDS), de gecombineerde nomenclatuur (GN), het informatiesysteem betreffende het geïntegreerde tarief van de Gemeenschap (Taric), het Europees systeem betreffende bindende tariefinlichtingen (EBTI), het systeem voor de bewaking van tariefcontingenten (TQS), het informatiesysteem inzake ontheffingen (Suspensions), het systeem voor het beheer van zegelmodellen (SMS), het informatiesysteem inzake veredelingsprocedures (ISPP), de Europese douanelijst van chemische stoffen (ECICS) en het systeem van geregistreerde exporteurs (REX); het systeem ter verbetering van de veiligheid als omschreven in Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1), met inbegrip van het uniale systeem voor risicobeheer, het uitvoercontrolesysteem (ECS), het invoercontrolesysteem (ICS) en het systeem inzake geautoriseerde marktdeelnemers (AEO); alle nieuwe douanegerelateerde communicatie- en informatie-uitwisselingssystemen, met inbegrip van elektronische douanesystemen die in het kader van de uniale wetgeving worden opgezet en in het werkprogramma zijn opgenomen;

de kosten van voorbereidende werkzaamheden, follow-up, toezicht, audits en evaluaties die rechtstreeks noodzakelijk zijn voor het beheer van het programma en voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma, met name studies, bijeenkomsten, voorlichtings- en publiciteitscampagnes, kosten van IT-netwerken voor de uitwisseling van informatie;

de reis- en verblijfkosten van de ambtenaren van de deelnemende landen in verband met benchmarkingactiviteiten, werkbezoeken, seminars, workshops, project- en stuurgroepen, opleidings- en monitoringactiviteiten;

de organisatiekosten van seminars, workshops en soortgelijke vergaderingen;

de reis- en verblijfkosten in verband met de deelname van ad hoc deskundigen en andere deelnemers;

de aanschaf-, ontwikkelings-, installatie- en onderhoudskosten van opleidingssystemen en -modules voor zover deze gemeenschappelijk zijn voor alle deelnemende landen;

de kosten van alle overige activiteiten die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma.

Wanneer de bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan uniale/communitaire programma’s tot ontvangsten leiden die worden geboekt onder post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen extra kredieten worden opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Wanneer de deelneming van derde landen, andere dan kandidaat-lidstaten en eventuele potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan douanesamenwerkingsovereenkomsten tot ontvangsten leidt die worden geboekt onder post 6 0 3 2 van de algemene staat van ontvangsten, worden voor dit artikel extra kredieten opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23).

Besluit 2000/305/EG van de Raad van 30 maart 2000 inzake de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Zwitserland betreffende de uitbreiding van het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI) in het kader van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (PB L 102 van 27.4.2000, blz. 50).

Besluit 2000/506/EG van de Raad van 31 juli 2000 inzake de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Noorwegen betreffende de uitbreiding van het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI) in het kader van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (PB L 204 van 11.8.2000, blz. 35).

Beschikking nr. 624/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot vaststelling van een actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap (Douane 2013) (PB L 154 van 14.6.2007, blz. 25).

Beschikking nr. 70/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 betreffende een papierloze omgeving voor douane en bedrijfsleven (PB L 23 van 26.1.2008, blz. 21).

Verordening (EG) nr. 450/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (gemoderniseerd douanewetboek) (PB L 145 van 4.6.2008, blz. 1).

HOOFDSTUK 14 05 —   BELASTINGBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 05

BELASTINGBELEID

14 05 01

Voltooiing van eerdere Fiscalis-programma’s

1.1

p.m.

500 000

0,—

2 869 472,78

14 05 02

Automatisering van de accijnzen (EMCS)

1.1

190 436

500 000

0,—

4 227 626,32

14 05 03

Fiscalis 2013

1.1

27 800 000

19 043 580

24 000 000

15 300 000

22 038 660,26

15 129 303,96

 

Hoofdstuk 14 05 — Totaal

 

27 800 000

19 234 016

24 000 000

16 300 000

22 038 660,26

22 226 403,06

14 05 01   Voltooiing van eerdere Fiscalis-programma’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

500 000

0,—

2 869 472,78

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de tenuitvoerlegging van het actieprogramma ter verbetering van het functioneren van de belastingstelsels in de interne markt (Fiscalis 2007), en met name de financiering van communicatie- en informatie-uitwisselingssystemen, gezamenlijke acties en alle overige activiteiten waartoe wordt besloten overeenkomstig de beheersprocedure van artikel 4 van Besluit 1999/468/EG.

Met dit doel dient dit krediet met name ter dekking van:

de kosten om de bestaande systemen operationeel te houden, met name FIS (Fiscalis-informatiesysteem), dat bestaat uit VIES (btw-informatie-uitwisselingssysteem), EWSE (vroegtijdig waarschuwingssysteem voor accijnzen) en het systeem van de „excise duty tables”, en CCN/CSI (gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface); dit betreft voornamelijk de onderhouds-, ontwikkelings- en exploitatiekosten van deze systemen en de onderhoudskosten van het netwerk;

de kosten van de ontwikkeling, de aankoop, de installatie, de werking en de evolutie van de nieuwe geplande systemen, waaronder het systeem voor de controle van het verkeer van accijnsgoederen, de elektronische handel en de Achtste Richtlijn 79/1072/EEG van de Raad van 6 december 1979 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Regeling voor de teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan niet in het binnenland gevestigde belastingplichtigen (PB L 331 van 27.12.1979, blz. 11) (de achtste btw-richtlijn): in het bijzonder wat de hardware, de software en de netwerken betreft, die alle deelnemende landen gemeenschappelijk moeten hebben gelet op de vereiste interconnectie en interoperabiliteit van de systemen;

de kosten van haalbaarheidsonderzoeken voor de nieuwe systemen op het gebied van de directe belastingen die zich nog in de ontwerpfase bevinden;

de reis- en verblijfkosten van ambtenaren van de deelnemende landen die bevoegd zijn voor de indirecte belastingen, in verband met hun deelname aan uitwisselingen, seminars of multilaterale controles;

de reis- en verblijfkosten en de aanschaf- en ontwikkelingskosten van noodzakelijk opleidingsmateriaal;

de organisatiekosten van seminars en soortgelijke vergaderingen;

de kosten van andere activiteiten die worden vastgesteld overeenkomstig de beheersprocedure van artikel 4 van Besluit 1999/468/EG.

Wanneer de bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan uniale/communautaire programma’s tot ontvangsten leiden die worden geboekt onder post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen extra kredieten worden opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 2235/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 december 2002 tot vaststelling van een communautair programma ter verbetering van het functioneren van de belastingstelsels in de interne markt (Fiscalis-programma 2003-2007) (PB L 341 van 17.12.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1798/2003 van de Raad van 7 oktober 2003 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belasting over de toegevoegde waarde (PB L 264 van 15.10.2003, blz. 1).

14 05 02   Automatisering van de accijnzen (EMCS)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

190 436

500 000

0,—

4 227 626,32

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het opzetten van een meerjarenprogramma met het oog op de automatisering van de accijnzen, met name:

de ontwikkeling, de ondersteuning en het testen van het systeem, de beheerstaken, de kwaliteitscontrole van de ontwikkelde en geïnstalleerde producten, de coördinatie, de voorzieningen overeenkomstig de definitie van de uniale elementen van het systeem en de functionele en technische specificaties ervan;

het opzetten van voorlichtings- en opleidingsacties;

het beveiligingsplan van het systeem.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 1152/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2003 betreffende geautomatiseerde verwerking van gegevens inzake het verkeer van en de controle op accijnsgoederen (PB L 162 van 1.7.2003, blz. 5).

14 05 03   Fiscalis 2013

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

27 800 000

19 043 580

24 000 000

15 300 000

22 038 660,26

15 129 303,96

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de tenuitvoerlegging van het programma Fiscalis 2013, en met name de financiering van gezamenlijke acties, IT-acties en overige acties.

Het dient met name ter dekking van:

de aanschaf-, ontwikkelings-, installatie-, onderhouds- en dagelijkse exploitatiekosten van de uniale componenten van de communicatie- en informatie-uitwisselingssystemen, namelijk: het gemeenschappelijk communicatienetwerk met gemeenschappelijke systeeminterface (CCN/CSI); het btw-informatie-uitwisselingssysteem (VIES); accijnssystemen; het systeem voor toezicht op het verkeer van accijnsgoederen (EMCS); alle nieuwe belastinggerelateerde communicatie- en informatie-uitwisselingssystemen die in het kader van de uniale/communautaire wetgeving worden opgezet en in het werkprogramma zijn opgenomen;

de kosten van voorbereidende werkzaamheden, follow-up, toezicht, audits en evaluaties die rechtstreeks noodzakelijk zijn voor het beheer van het programma en voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma, met name studies, bijeenkomsten, voorlichtings- en publiciteitscampagnes, en kosten van IT-netwerken voor de uitwisseling van informatie;

de reis- en verblijfkosten van de ambtenaren van de deelnemende landen in verband met multilaterale controles, werkbezoeken, seminars, projectgroepen;

de organisatiekosten voor seminars en soortgelijke vergaderingen;

de reis- en verblijfkosten in verband met de deelname van ad hoc deskundigen en andere deelnemers;

de aanschaf-, ontwikkelings-, installatie- en onderhoudskosten van opleidingssystemen en –modules voor zover deze gemeenschappelijk zijn voor alle deelnemende landen;

de kosten van alle overige activiteiten die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma.

Wanneer de bijdragen van kandidaat-lidstaten en, indien van toepassing, potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan uniale/communautaire programma’s tot ontvangsten leidt die worden geboekt onder post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen extra kredieten worden opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Wanneer de deelneming van derde landen, andere dan kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten op de westelijke Balkan, aan douanesamenwerkingsovereenkomsten tot ontvangsten leidt die worden geboekt onder post 6 0 3 2 van de algemene staat van ontvangsten, worden voor dit artikel extra kredieten opgevoerd overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1798/2003 van de Raad van 7 oktober 2003 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belasting over de toegevoegde waarde en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 218/92 (PB L 264 van 15.10.2003, blz. 1).

Beschikking nr. 1482/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 tot vaststelling van een communautair programma ter verbetering van het functioneren van de belastingstelsels in de interne markt (Fiscalis-2013) (PB L 330 van 15.12.2007, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

TITEL 15

ONDERWIJS EN CULTUUR

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERWIJS EN CULTUUR”

126 032 266

126 032 266

124 918 842

124 918 842

122 530 064,75

122 530 064,75

Reserves (40 01 40)

38 857

38 857

143 552

143 552

 

 

 

126 071 123

126 071 123

125 062 394

125 062 394

122 530 064,75

122 530 064,75

15 02

EEN LEVEN LANG LEREN, MET INBEGRIP VAN MEERTALIGHEID

1 234 987 000

1 104 727 525

1 152 378 500

1 115 302 000

1 214 205 724,17

1 156 152 391,69

15 04

ONTWIKKELING VAN CULTURELE EN AUDIOVISUELE SAMENWERKING IN EUROPA

166 157 000

151 390 000

156 314 500

138 280 000

174 277 962,70

155 904 019,26

15 05

AANMOEDIGING EN BEVORDERING VAN SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN JEUGD EN SPORT

136 108 000

128 140 000

136 906 000

135 910 000

151 322 729,10

145 742 077,04

15 07

MENSEN — PROGRAMMA VOOR DE MOBILITEIT VAN ONDERZOEKERS

765 407 000

486 111 289

534 190 000

284 000 000

543 908 037,98

412 891 191,68

 

Titel 15 — Totaal

2 428 691 266

1 996 401 080

2 104 707 842

1 798 410 842

2 206 244 518,70

1 993 219 744,42

Reserves (40 01 40)

38 857

38 857

143 552

143 552

 

 

 

2 428 730 123

1 996 439 937

2 104 851 394

1 798 554 394

2 206 244 518,70

1 993 219 744,42

HOOFDSTUK 15 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERWIJS EN CULTUUR”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONDERWIJS EN CULTUUR”

15 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

5

51 125 145

51 145 885

47 450 919,85

Reserves (40 01 40)

 

38 857

143 552

 

 

 

51 164 002

51 289 437

47 450 919,85

15 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

15 01 02 01

Extern personeel

5

3 901 014

3 818 280

4 367 833,94

15 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

4 486 448

5 417 963

5 305 291,25

 

Artikel 15 01 02 — Subtotaal

 

8 387 462

9 236 243

9 673 125,19

15 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

5

3 704 533

3 740 214

3 723 913,27

15 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

15 01 04 14

Erasmus Mundus — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

996 000

770 000

1 326 663,83

15 01 04 17

Samenwerking met derde landen op het gebied van onderwijs en beroepsopleiding — Uitgaven voor administratief beheer

4

80 000

65 000

114 983,19

15 01 04 22

Een leven lang leren — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

9 000 000

8 843 000

9 371 660,71

15 01 04 30

Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s onder rubriek 1a

1.1

21 444 000

21 199 000

22 404 636,—

15 01 04 31

Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s onder rubriek 3b

3.2

15 644 000

15 839 500

16 100 718,—

15 01 04 32

Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s onder rubriek 4

4

600 000

597 000

600 735,—

15 01 04 44

Programma „Cultuur” (2007-2013) — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

550 000

529 000

676 112,63

15 01 04 55

Jeugd in actie — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

780 000

780 000

986 063,21

15 01 04 60

MEDIA 2007 — Programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

725 000

400 000

448 504,67

15 01 04 68

MEDIA MUNDUS — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

175 000

 

 

 

Artikel 15 01 04 — Subtotaal

 

49 994 000

49 022 500

52 030 077,24

15 01 05

Ondersteunende uitgaven voor onderzoeksactiviteiten op het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

15 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

1.1

1 952 000

1 464 000

 

15 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

1.1

700 000

300 000

 

15 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

1.1

348 000

248 000

 

 

Artikel 15 01 05 — Subtotaal

 

3 000 000

2 012 000

 

15 01 60

Aanschaf van documentatie

15 01 60 01

Bibliotheekfonds, abonnementen, aankoop van boeken en onderhoud van het bibliotheekbezit

5

2 734 000

2 720 000

2 748 943,20

 

Artikel 15 01 60 — Subtotaal

 

2 734 000

2 720 000

2 748 943,20

15 01 61

Kosten van stages bij de diensten van de instelling

5

7 087 126

7 042 000

6 903 086,—

 

Hoofdstuk 15 01 — Totaal

 

126 032 266

124 918 842

122 530 064,75

Reserves (40 01 40)

 

38 857

143 552

 

 

 

126 071 123

125 062 394

122 530 064,75

15 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 01 01

51 125 145

51 145 885

47 450 919,85

Reserves (40 01 40)

38 857

143 552

 

Totaal

51 164 002

51 289 437

47 450 919,85

15 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

15 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 901 014

3 818 280

4 367 833,94

15 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 486 448

5 417 963

5 305 291,25

15 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 704 533

3 740 214

3 723 913,27

15 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

15 01 04 14   Erasmus Mundus — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

996 000

770 000

1 326 663,83

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen gebruikt worden voor extra uitgaven, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 15 02 02.

15 01 04 17   Samenwerking met derde landen op het gebied van onderwijs en beroepsopleiding — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

80 000

65 000

114 983,19

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 15 02 03.

15 01 04 22   Een leven lang leren — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 000 000

8 843 000

9 371 660,71

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie post 15 02 22.

15 01 04 30   Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s onder rubriek 1a

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

21 444 000

21 199 000

22 404 636,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur die voortvloeien uit de deelneming van het Agentschap aan het beheer van programma’s onder rubriek 1a van het financiële kader 2007-2013.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het Agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Besluit 1999/382/EG van de Raad van 26 april 1999 tot vaststelling van de tweede fase van het communautaire actieprogramma inzake beroepsopleiding „Leonardo da Vinci” (PB L 146 van 11.6.1999, blz. 33).

Besluit nr. 253/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 januari 2000 tot vaststelling van de tweede fase van het communautaire actieprogramma op onderwijsgebied „Socrates” (PB L 28 van 3.2.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Besluit nr. 2317/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 december 2003 tot invoering van een programma voor de verhoging van de kwaliteit van het hoger onderwijs en de bevordering van het intercultureel begrip door middel van samenwerking met derde landen (Erasmus Mundus) (2004-2008) (PB L 345 van 31.12.2003, blz. 1).

Beschikking nr. 2318/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 december 2003 tot goedkeuring van een meerjarenprogramma (2004-2006) voor de doeltreffende integratie van informatie- en communicatietechnologie (ICT) in de onderwijs- en beroepsopleidingsstelsels in Europa (eLearning-programma) (PB L 345 van 31.12.2003, blz. 9).

Besluit nr. 791/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van op Europees niveau actieve organisaties en ter ondersteuning van gerichte activiteiten op het gebied van onderwijs en opleiding (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 31).

Besluit nr. 1720/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot vaststelling van een actieprogramma op het gebied van een leven lang leren (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 45).

Besluit nr. 1298/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot invoering van het actieprogramma Erasmus Mundus 2009-2013 voor de verhoging van de kwaliteit van het hoger onderwijs en de bevordering van het intercultureel begrip door middel van samenwerking met derde landen (PB L 340 van 19.12.2008, blz. 83).

Referentiebesluiten

Besluit 2009/336/EG van de Commissie van 20 april 2009 tot oprichting van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van onderwijs, audiovisuele media en cultuur — overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 101 van 21.4.2009, blz. 26).

15 01 04 31   Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s onder rubriek 3b

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 644 000

15 839 500

16 100 718,00

Toelichting

Oude posten 09 01 04 30 en 15 01 04 31 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur, die voortvloeien uit de deelneming van het Agentschap aan het beheer van programma’s onder rubriek 3b van het financiële kader 2007-2013.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Besluit 95/563/EG van de Raad van 10 juli 1995 betreffende een programma ter bevordering van de ontwikkeling en de distributie van Europese audiovisuele werken (Media II — Ontwikkeling en distributie) (1996-2000) (PB L 321 van 30.12.1995, blz. 25).

Besluit 95/564/EG van de Raad van 22 december 1995 betreffende de tenuitvoerlegging van een opleidingsprogramma voor de vakmensen van de Europese audiovisueleprogramma-industrie (Media II — Opleiding) (PB L 321 van 30.12.1995, blz. 33).

Besluit nr. 508/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 februari 2000 tot instelling van het programma „Cultuur 2000” (PB L 63 van 10.3.2000, blz. 1).

Besluit nr. 1031/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 april 2000 tot vaststelling van het communautaire actieprogramma „Jeugd” (PB L 117 van 18.5.2000, blz. 1).

Besluit 2000/821/EG van de Raad van 20 december 2000 betreffende de uitvoering van een programma ter aanmoediging van de ontwikkeling, de distributie en de promotie van Europese audiovisuele werken (Media Plus — Ontwikkeling, distributie en promotie) (2001-2005) (PB L 336 van 30.12.2000, blz. 82).

Besluit nr. 163/2001/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 januari 2001 betreffende de uitvoering van een opleidingsprogramma voor vakmensen van de Europese audiovisuele programma-industrie (Media-opleiding) (2001-2005) (PB L 26 van 27.1.2001, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Besluit nr. 790/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter ondersteuning van organisaties die op Europees niveau actief zijn op het terrein van jeugdzaken (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 24).

Besluit nr. 792/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter ondersteuning van organisaties die op Europees niveau op cultuurgebied actief zijn (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 40).

Besluit nr. 1718/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 betreffende de uitvoering van een programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector (Media 2007) (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 12).

Besluit nr. 1719/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot vaststelling van het programma „Jeugd in actie” voor de periode 2007-2013 (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 30).

Besluit nr. 1855/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling van het programma „Cultuur” (2007-2013) (PB L 372 van 27.12.2006, blz. 1).

Referentiebesluiten

Besluit 2009/336/EG van de Commissie van 20 april 2009 tot oprichting van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van onderwijs, audiovisuele media en cultuur — overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 101 van 21.4.2009, blz. 26).

15 01 04 32   Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s onder rubriek 4

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

600 000

597 000

600 735,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur die voortvloeien uit de deelneming van het Agentschap aan het beheer van programma’s onder rubriek 4 van het financiële kader 2007-2013.

De personeelsformatie van het agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Besluit 2001/196/EG van de Raad van 26 februari 2001 betreffende de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika tot vernieuwing van het samenwerkingsprogramma op het gebied van het hoger onderwijs, het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding (PB L 71 van 13.3.2001, blz. 7).

Besluit 2001/197/EG van de Raad van 26 februari 2001 betreffende de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Canada tot vernieuwing van het samenwerkingsprogramma op het gebied van het hoger onderwijs, het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding (PB L 71 van 13.3.2001, blz. 15).

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Besluit 2006/910/EG van de Raad van 4 december 2006 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika tot vernieuwing van het samenwerkingsprogramma op het gebied van het hoger onderwijs, het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding (PB L 346 van 9.12.2006, blz. 33).

Besluit 2006/964/EG van de Raad van 18 december 2006 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada tot vaststelling van een kader voor samenwerking op het gebied van hoger onderwijs, beroepsopleiding en jongeren (PB L 397 van 30.12.2006, blz. 14).

Referentiebesluiten

Besluit 2009/336/EG van de Commissie van 20 april 2009 tot oprichting van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur, voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van onderwijs, audiovisuele media en cultuur, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 101 van 21.4.2009, blz. 26).

15 01 04 44   Programma „Cultuur” (2007-2013) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

550 000

529 000

676 112,63

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 15 04 44.

15 01 04 55   Jeugd in actie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

780 000

780 000

986 063,21

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 15 05 55.

15 01 04 60   MEDIA 2007 — Programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

725 000

400 000

448 504,67

Toelichting

Oude post 09 01 04 05

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en van alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie is uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die mogelijk voortvloeien uit de deelneming van de Zwitserse Bondsstaat aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie post 15 04 66 01.

15 01 04 68   MEDIA MUNDUS — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

175 000

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die mogelijk voortvloeien uit de deelneming van de Zwitserse Bondsstaat aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie nieuw artikel 15 04 68.

15 01 05   Ondersteunende uitgaven voor onderzoeksactiviteiten op het beleidsterrein „Onderwijs en cultuur”

15 01 05 01   Uitgaven voor onderzoekspersoneel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 952 000

1 464 000

 

Toelichting

Oude post 08 01 05 01 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

15 01 05 02   Extern personeel voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

700 000

300 000

 

Toelichting

Oude post 08 01 05 02 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

15 01 05 03   Overige beheersuitgaven voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

348 000

248 000

 

Toelichting

Oude post 08 01 05 03 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

15 01 60   Aanschaf van documentatie

15 01 60 01   Bibliotheekfonds, abonnementen, aankoop van boeken en onderhoud van het bibliotheekbezit

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 734 000

2 720 000

2 748 943,20

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de aankoop van boekwerken en andere publicaties, supplementen op de aanwezige werken;

de uitgaven voor inbinden en dergelijke, voor een goede bewaring van boekwerken en tijdschriften;

de kosten van abonnementen op kranten en gespecialiseerde tijdschriften;

andere gespecialiseerde publicaties op papier en/of in elektronische vorm.

Opgemerkt zij dat dit krediet niet de kosten dekt van:

de vestigingen van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op hoofdstuk 01 05 van de betreffende titels;

vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03;

buiten de Unie gedane soortgelijke uitgaven die worden afgeboekt op artikel 01 03 02 van de betreffende titels.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 66 000 EUR per jaar.

15 01 61   Kosten van stages bij de diensten van de instelling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 087 126

7 042 000

6 903 086,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met stages voor afgestudeerden die ten doel hebben een algemeen beeld te geven van de doelstellingen en problemen van de Unie, kennis bij te brengen over de werking van de instellingen en de gelegenheid te geven de verworven kennis aan te vullen met werkervaring bij de diensten van de Commissie.

Dit krediet dekt de toekenning van beurzen en andere uitgaven die hiermee verband houden (aanvullende beurs voor personen ten laste of voor gehandicapte stagiairs, ongevallen- en ziektekostenverzekering enz., door de stage veroorzaakte reiskosten, en met name aan het begin en einde van de stage, alsmede de organisatiekosten van evenementen in verband met het stageprogramma, zoals bezoeken en kosten van ontvangst). Het dekt ook de uitgaven voor evaluatie om het programma van de stages en de voorlichtingsacties te optimaliseren.

Bij de selectie van stagiairs worden objectieve, doorzichtige criteria gehanteerd en wordt gestreefd naar een geografisch evenwicht.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 610 000 EUR per semester.

HOOFDSTUK 15 02 —   EEN LEVEN LANG LEREN, MET INBEGRIP VAN MEERTALIGHEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 02

EEN LEVEN LANG LEREN, MET INBEGRIP VAN MEERTALIGHEID

15 02 02

Erasmus Mundus

1.1

96 540 000

85 696 110

94 163 000

78 800 000

75 523 024,30

75 894 879,18

15 02 03

Samenwerking met derde landen op het gebied van onderwijs en beroepsopleiding

4

9 000 000

4 760 895

8 000 000

5 200 000

7 598 369,96

3 569 763,76

15 02 09

Voltooiing van vorige programma’s op het gebied van onderwijs en opleiding

1.1

761 743

13 000 000

0,—

18 066 270,59

15 02 11

Europees Instituut voor innovatie en technologie

15 02 11 01

Europees Instituut voor innovatie en technologie — Bestuursstructuur

1.1

6 200 000

5 903 510

4 500 000

4 500 000

2 900 048,66

2 322 968,99

15 02 11 02

Europees Instituut voor innovatie en technologie — Kennis- en innovatiegemeenschappen (KIG's)

1.1

56 600 000

42 790 924

25 700 000

21 400 000

3 000 000,—

0,—

 

Artikel 15 02 11 — Subtotaal

 

62 800 000

48 694 434

30 200 000

25 900 000

5 900 048,66

2 322 968,99

15 02 22

Programma „Een leven lang leren”

1.1

1 027 655 000

927 422 343

982 313 500

953 200 000

1 087 476 158,25

1 018 078 157,10

15 02 23

Voorbereidende actie — Programma van het type „Erasmus” voor leerlingen

1.1

300 000

300 000

996 123,—

1 050 356,02

15 02 25

Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding

15 02 25 01

Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

12 850 000

12 850 000

12 265 000

12 265 000

12 057 000,—

11 965 191,50

15 02 25 02

Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding — Bijdrage voor titel 3

1.1

2 892 000

2 892 000

4 655 000

4 655 000

4 783 000,—

4 745 808,50

 

Artikel 15 02 25 — Subtotaal

 

15 742 000

15 742 000

16 920 000

16 920 000

16 840 000,—

16 711 000,—

15 02 27

Europese Stichting voor opleiding

15 02 27 01

Europese Stichting voor opleiding — Bijdrage voor titels 1 en 2

4

14 328 000

14 328 000

15 000 000

15 000 000

15 569 000,—

14 729 126,42

15 02 27 02

Europese Stichting voor opleiding — Bijdrage voor titel 3

4

6 022 000

5 522 000

3 282 000

3 282 000

4 303 000,—

4 070 873,58

 

Artikel 15 02 27 — Subtotaal

 

20 350 000

19 850 000

18 282 000

18 282 000

19 872 000,—

18 800 000,—

15 02 29

Proefproject — Samenwerking tussen Europese technologische instituten

1.1

p.m.

1 200 000

0,—

1 472 855,35

15 02 30

Proefproject — Europees nabuurschapsbeleid — Verbetering van onderwijs door beurzen en uitwisselingen

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

186 140,70

15 02 31

Proefprojecten ter dekking van kosten van studies voor studenten die zich specialiseren in het ENB en voor gerelateerde academische activiteiten, zoals de oprichting van een ENB-leerstoel in het Europacollege in Natolin/Warschau

1.1

2 900 000

1 500 000

1 500 000

1 500 000

 

 

15 02 32

Proefproject — Europees nabuurschapsbeleid — Verbetering van onderwijs door beurzen en uitwisselingen

1.1

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

 

Hoofdstuk 15 02 — Totaal

 

1 234 987 000

1 104 727 525

1 152 378 500

1 115 302 000

1 214 205 724,17

1 156 152 391,69

15 02 02   Erasmus Mundus

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

96 540 000

85 696 110

94 163 000

78 800 000

75 523 024,30

75 894 879,18

Toelichting

Oude post 15 02 02 05

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het Erasmus Mundus II-programma (2009-2013), en van de voltooiing van acties in het kader van het vorige Erasmus Mundus-programma (2004-2008). De doelstellingen van het Erasmus Mundus II-programma zijn:

de gestructureerde samenwerking tussen instellingen voor hoger onderwijs en academisch personeel in Europa en derde landen bevorderden met de bedoeling uitmuntendheidscentra te creëren en hoogopgeleide mensen af te leveren;

een pool van goed gekwalificeerde, ruimdenkende en internationaal ervaren vrouwen en mannen creëren en zodoende bijdragen tot de wederzijdse verrijking van samenlevingen door de mobiliteit te bevorderen van de meest getalenteerde studenten en academici uit derde landen om in de Unie kwalificaties en/of ervaring te verwerven enerzijds en van de meest getalenteerde Europese studenten en academici om in derde landen kwalificaties en/of ervaring te verwerven anderzijds;

door middel van grotere mobiliteitsstromen tussen de Unie en derde landen bijdragen aan de ontwikkeling van human resources en aan de capaciteit van instellingen voor hoger onderwijs in derde landen om op internationaal vlak samen te werken;

de toegankelijkheid en de zichtbaarheid van het hoger onderwijs in Europa verbeteren, en het aantrekkelijker maken voor onderdanen van derde landen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 2317/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 december 2003 tot invoering van een programma voor de verhoging van de kwaliteit van het hoger onderwijs en de bevordering van het intercultureel begrip door middel van samenwerking met derde landen (Erasmus Mundus) (2004-2008) (PB L 345 van 31.12.2003, blz. 1).

Besluit nr. 1298/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot invoering van het actieprogramma Erasmus Mundus 2009-2013 voor de verhoging van de kwaliteit van het hoger onderwijs en de bevordering van het intercultureel begrip door middel van samenwerking met derde landen (PB L 340 van 19.12.2008, blz. 83).

15 02 03   Samenwerking met derde landen op het gebied van onderwijs en beroepsopleiding

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 000 000

4 760 895

8 000 000

5 200 000

7 598 369,96

3 569 763,76

Toelichting

In het kader van de samenwerkingsovereenkomsten tussen de Unie/Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika en Canada dient dit krediet met name ter dekking van:

het uitvoeren van vergelijkende studies over onderwijsbeleid en beroepskwalificaties en -bekwaamheden in de betrokken landen;

het opzetten van een uitwisselingsprogramma voor studenten, lerenden, leerkrachten en administrateurs;

de bevordering van de samenwerking tussen de instellingen;

het ondersteunen van het tot stand komen van betrekkingen tussen de betreffende sectoren van het bedrijfsleven en de universiteiten;

het bevorderen van samenwerking met de particuliere sector bij het ontwikkelen en verbreden van programma’s;

het ontwikkelen van een beleidsdialoog; het ontwikkelen van aanvullende maatregelen en een snelle verspreiding van resultaten.

De steun voor Europese studenten die studeren in de Verenigde Staten en Canada, met name aan universiteiten, moet worden verhoogd.

Rechtsgronden

Besluit 2001/196/EG van de Raad van 26 februari 2001 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika tot vernieuwing van het samenwerkingsprogramma op het gebied van het hoger onderwijs, het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding (PB L 71 van 13.3.2001, blz. 7).

Besluit 2001/197/EG van de Raad van 26 februari 2001 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Canada tot vernieuwing van het samenwerkingsprogramma op het gebied van het hoger onderwijs, het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding (PB L 71 van 13.3.2001, blz. 15).

Besluit 2006/910/EG van de Raad van 4 december 2006 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika tot vernieuwing van het samenwerkingsprogramma op het gebied van het hoger onderwijs, het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding (PB L 346 van 9.12.2006, blz. 33).

Besluit 2006/964/EG van de Raad van 18 december 2006 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada tot vaststelling van een kader voor samenwerking op het gebied van hoger onderwijs, beroepsopleiding en jongeren (PB L 397 van 30.12.2006, blz. 14).

15 02 09   Voltooiing van vorige programma’s op het gebied van onderwijs en opleiding

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

761 743

13 000 000

0,—

18 066 270,59

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van de voltooiing van de vóór 2007 in het kader van de volgende begrotingsonderdelen gesteunde acties:

Europese integratie aan universiteiten,

Europacollege,

Europees Universitair Instituut, Florence,

Academie voor Europees recht (Trier),

Europees Instituut voor bestuurskunde (Maastricht),

Studie- en onderzoekscentrum,

Internationaal centrum voor Europese opleiding,

Europees Agentschap voor de ontwikkeling van het bijzonder onderwijs,

versterking van communautaire acties op het gebied van onderwijs,

Socrates,

Connect,

e-Learning,

bevorderen van elkaar afwisselende Europese beroepsopleidingsperioden, met inbegrip van het leerlingwezen,

Leonardo da Vinci.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit 1999/382/EG van de Raad van 26 april 1999 tot vaststelling van de tweede fase van het communautaire actieprogramma inzake beroepsopleiding „Leonardo da Vinci” (PB L 146 van 11.6.1999, blz. 33).

Besluit nr. 253/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 januari 2000 tot vaststelling van de tweede fase van het communautaire actieprogramma op onderwijsgebied „Socrates” (PB L 28 van 3.2.2000, blz. 1).

Beschikking nr. 2318/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 december 2003 tot goedkeuring van een meerjarenprogramma (2004-2006) voor de doeltreffende integratie van informatie- en communicatietechnologie (ICT) in de onderwijs- en beroepsopleidingsstelsels in Europa (e-Learning-programma) (PB L 345 van 31.12.2003, blz. 9).

Besluit nr. 791/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van op Europees niveau actieve organisaties en ter ondersteuning van gerichte activiteiten op het gebied van onderwijs en opleiding (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 31).

Beschikking nr. 2241/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2004 betreffende een enkel communautair kader voor transparantie op het gebied van kwalificaties en competenties (Europass) (PB L 390 van 31.12.2004, blz. 6).

15 02 11   Europees Instituut voor innovatie en technologie

15 02 11 01   Europees Instituut voor innovatie en technologie — Bestuursstructuur

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 200 000

5 903 510

4 500 000

4 500 000

2 900 048,66

2 322 968,99

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven (titels 1 en 2) van het Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT).

Het EIT moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen beleidsuitgaven en administratieve uitgaven. Indien het EIT hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen beleidskredieten en administratieve kredieten.

De personeelsformatie van het EIT is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 294/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 tot oprichting van een Europees Instituut voor innovatie en technologie (PB L 97 van 9.4.2008, blz. 1).

15 02 11 02   Europees Instituut voor innovatie en technologie — Kennis- en innovatiegemeenschappen (KIG's)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

56 600 000

42 790 924

25 700 000

21 400 000

3 000 000,00

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het EIT met betrekking tot het werkprogramma (titel 3), met inbegrip van de door het Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT) ontworpen kennis- en innovatiegemeenschappen (KIG's).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 294/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 tot oprichting van een Europees Instituut voor innovatie en technologie (PB L 97 van 9.4.2008, blz. 1).

15 02 22   Programma „Een leven lang leren”

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 027 655 000

927 422 343

982 313 500

953 200 000

1 087 476 158,25

1 018 078 157,10

Toelichting

Overeenkomstig het besluit tot vaststelling van een actieprogramma op het gebied van een leven lang leren dient dit krediet ter dekking van de specifieke programma’s en de volgende horizontale acties:

Comenius: voor activiteiten ten aanzien van het algemeen vormend onderwijs tot en met de tweede fase van het voortgezet onderwijs;

Erasmus: voor onderwijs- en vervolmakingsactiviteiten in het hoger onderwijs, een verhoging van het aantal beurzen en de financiering ervan in het kader van de Erasmusprogramma’s;

Leonardo da Vinci: voor alle aspecten van beroepsonderwijs en -opleiding;

Grundtvig: voor volwasseneneducatie;

een transversaal programma: omvat vier kernactiviteiten die betrekking hebben op de beleidsvraagstukken, specifieke maatregelen voor het leren van talen en ICT-gerelateerde activiteiten behelzen (voor zover die niet onder de specifieke programma’s vallen) en in activiteiten voor de verspreiding van de resultaten op ruimere schaal voorzien.

Met bijzondere onderwijsbehoeften voor personen met een handicap of een „dys”-aandoening kan in alle bovenstaande sectorale programma’s rekening worden gehouden.

Jean Monnet: ter ondersteuning van Europese instellingen en verenigingen die actief zijn op het gebied van de Europese integratie, alsook de oprichting van een raad voor het beheer van de meerjarenfinanciering door de Unie van een leerstoel van het Europees Parlement, de leerstoel „EP-Geremek Europese Beschaving” in het Europacollege in Warschau, ter ere van professor Bronisław Geremek. Alle activiteiten en financiering, die tevens de uitreiking van een jaarlijkse prijs kunnen omvatten, zullen gezamenlijk worden beheerd door het Europacollege in Warschau met de volle medewerking van de Geremekstichting („Centrum Imienia Profesora Bronisława Geremka”). Met volledige inachtneming van de verdeling van de toewijzingen in de rechtsgrond is voorzien, moet een deel van de vastleggingen gaan naar steun voor de ontwikkelingsstrategie van de Academy of European Law (ERA), die een uitbreiding van het aantal conferenties en van het personeelsbestand inhoudt.

Dit krediet is tevens bestemd ter financiering van een Leonardo Mobility System-netwerk. Dit netwerk biedt organisaties die op een bepaald terrein werkzaam zijn, zoals vakbonden, kamers van koophandel, studenten- of jongerenorganisaties, de mogelijkheid samen te werken om kandidaten voor het programma Leonardo da Vinci te helpen bij het vinden van ondernemingen waar zij stage kunnen lopen.

Dit systeem heeft drie doelstellingen:

ten eerste het vergemakkelijken van het vinden van een bedrijf waar een kandidaat stage kan lopen overeenkomstig zijn/haar profiel;

ten tweede het informeren van ondernemingen over het bestaan van het systeem, om te voorkomen dat een verzoek wordt afgewezen vanwege de onbekendheid van de onderneming met het Leonardo da Vinci-programma;

tot slot het promoten van het programma Leonardo da Vinci zelf. Dit is vooral nodig omdat er meer kandidaten voor deze beurs zijn dan beschikbare bedrijven.

Deze maatregelen en programma’s moeten erop gericht zijn de interculturele dialoog te versterken.

Het geïntegreerde programma en de acties die er deel van uitmaken moeten maatregelen bevatten ter bevordering van het leren van talen op alle onderwijs- en beroepsopleidingsniveaus, zowel voor lerenden (algemeen vormend onderwijs, beroepsopleiding en permanente educatie) als voor leerkrachten en opleiders.

Het geïntegreerde programma moet maatregelen omvatten ter bevordering van burgerschapsvorming (onderwijzen en leren) over Europees democratisch burgerschap, met onder meer lessen over Europa en de Unie, in de middelbare scholen in de lidstaten. Er moet bijzondere aandacht uitgaan naar het bevorderen van het multilateraal partnerschap tussen scholen op dit gebied.

Het programma moet bilaterale samenwerkingsprojecten voor onderwijs in talen van buurlanden aan beide kanten van de grens ondersteunen. De projecten zijn met name gericht op jongeren en scholen. Tevens voorziet het programma in de invoering van een passend internetplatform, toegankelijk voor alle belanghebbenden, dat deze ontwikkeling ondersteunt door middel van een helpdesk waar hulpmiddelen voor zelfstudie worden aangeboden, een overzicht wordt gegeven van de mogelijkheden voor samenwerking en de uitwisseling van beste werkmethoden mogelijk wordt gemaakt.

Deze maatregelen moeten ook initiatieven omvatten ter vrijwaring, bevordering en versterking van minder gebruikte talen, zoals de talen van kleinere lidstaten, waardoor deze hun levend karakter kunnen behouden en vergroten, met name op literair, journalistiek en mediagebied, die de belangrijkste bron van taalkundige vernieuwing vormen, en moeten ook bijdragen aan het behoud van deze talen, waarbij de filosofie van de Unie inzake taaldiversiteit, meertaligheid en subsidiariteit bijgevolg beter in de praktijk wordt omgezet.

De voorgestelde verhoging van dit krediet dient ter dekking van onder andere aanvullende uitgaven in verband met de activiteiten van het Europees Universitair Instituut (EUI), overeenkomstig artikel 36, lid 2, onder b), van Besluit nr. 1720/2006/EG. Een aanvullende bijdrage moet worden toegewezen aan het programma Mondiale governance. Deze verhoging dient om de PhD-opleidingen van het EUI op het gebied van mondiale governance en mondiale aangelegenheden te verbeteren en te verbreden; een Europese academie voor mondiale governance op te richten die is gewijd aan trainingen, discussies en debatten op topniveau; maximaal 10 nieuwe bursalen aan te stellen die gespecialiseerd zijn op dit terrein; bij de EUI een groot aantal onderzoekers aan te stellen afkomstig van universiteiten, onderzoekscentra en internationale instellingen in andere lidstaten; verschillende vormen van basis- en toegepast onderzoek op het gebied van mondiale governance te ontwikkelen die na verloop van tijd kunnen worden omgezet in onafhankelijke onderzoekseenheden; een groot aantal verschillende evenementen, conferenties en seminars op het gebied van mondiale governance te organiseren en te ondersteunen; een Europees mondiale governance-netwerk op te zetten.

Het gaat hier om de verbreding van een actie die reeds was opgenomen in de algemene begroting van de Unie voor 2010.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1720/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot vaststelling van een actieprogramma op het gebied van een leven lang leren (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 45).

15 02 23   Voorbereidende actie — Programma van het type „Erasmus” voor leerlingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

300 000

300 000

996 123,00

1 050 356,02

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van de voorbereidende actie „Programma van het type „Erasmus” voor leerlingen”.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 02 25   Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding

15 02 25 01   Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 850 000

12 850 000

12 265 000

12 265 000

12 057 000,00

11 965 191,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Centrum (titels 1 en 2).

Het Centrum stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven. Indien het Centrum hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De personeelsformatie van het centrum is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 337/75 van de Raad van 10 februari 1975 houdende oprichting van een Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (PB L 39 van 13.2.1975, blz. 1).

15 02 25 02   Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 892 000

2 892 000

4 655 000

4 655 000

4 783 000,00

4 745 808,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Centrum met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Centrum stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen huishoudelijke en beleidsuitgaven. Indien het Centrum hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De subsidie van de Europese Unie voor 2011 is beperkt tot 17 270 000 EUR, maar de verwachte terugvorderingen bedragen slechts 1 528 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 337/75 van de Raad van 10 februari 1975 houdende oprichting van een Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (PB L 39 van 13.2.1975, blz. 1).

15 02 27   Europese Stichting voor opleiding

15 02 27 01   Europese Stichting voor opleiding — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 328 000

14 328 000

15 000 000

15 000 000

15 569 000,00

14 729 126,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van de stichting (titels 1 en 2).

Overeenkomstig haar financieel reglement stelt de stichting de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven. Indien de stichting hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De personeelsformatie van de stichting is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1360/90 van de Raad van 7 mei 1990 tot oprichting van een Europese Stichting voor opleiding (PB L 131 van 23.5.1990, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1572/98 van de Raad van 17 juli 1998 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1360/90 tot oprichting van een Europese Stichting voor opleiding (PB L 206 van 23.7.1998, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1339/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot oprichting van de Europese Stichting voor opleiding (herschikking) (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 82).

15 02 27 02   Europese Stichting voor opleiding — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 022 000

5 522 000

3 282 000

3 282 000

4 303 000,00

4 070 873,58

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de beleidsuitgaven van de stichting die betrekking hebben op het werkprogramma (titel 3).

Overeenkomstig haar financieel reglement stelt de stichting de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven. Indien de stichting hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De subsidie van de Unie voor 2011 bedraagt 20 350 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 1360/90 van de Raad van 7 mei 1990 tot oprichting van een Europese Stichting voor opleiding (PB L 131 van 23.5.1990, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1572/98 van de Raad van 17 juli 1998 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1360/90 tot oprichting van een Europese Stichting voor opleiding (PB L 206 van 23.7.1998, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1339/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot oprichting van de Europese Stichting voor opleiding (herschikking) (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 82).

15 02 29   Proefproject — Samenwerking tussen Europese technologische instituten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 200 000

0,—

1 472 855,35

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van het proefproject voor samenwerking tussen Europese technologische instituten.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 02 30   Proefproject — Europees nabuurschapsbeleid — Verbetering van onderwijs door beurzen en uitwisselingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

186 140,70

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van het proefproject voor studiebeurzen en uitwisselingen voor masterstudenten uit de landen die onder het Europees nabuurschapsbeleid vallen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 02 31   Proefprojecten ter dekking van kosten van studies voor studenten die zich specialiseren in het ENB en voor gerelateerde academische activiteiten, zoals de oprichting van een ENB-leerstoel in het Europacollege in Natolin/Warschau

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 900 000

1 500 000

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van het proefproject voor de kosten van studies voor studenten die afkomstig zijn uit landen die vallen onder het Europees Nabuurschapsbeleid (ENB) en voor de gerelateerde academische activiteiten.

Het nieuwe versterkte ENB, als opgezet door de Raad en het Europees Parlement in hun respectieve besluiten en resoluties, met name in het licht van de twee belangrijkste politieke projecten op het gebied van het Nabuurschapsbeleid, de Unie voor het Middellandse Zeegebied en het Oostelijk partnerschap, veronderstelt dat toekomstige gesprekspartners worden opgeleid in de EU en in buurlanden, dat wil zeggen personeel voor banen in verband met de EU-ENP. Zij moeten volledig en beroepsmatig op de hoogte zijn van de letter en de geest van het beleid, het recht en de instellingen van de Unie, alsmede het uniale acquis. Daar is een gericht en hoogstaand onderwijsaanbod voor nodig, dat alleen kan worden geboden door een hoog aangeschreven en in deze materie gespecialiseerde academische instelling, zoals het Europacollege. De twee campussen van het Europacollege, een in Brugge, vlak bij de Europese instellingen en expertise, en een tweede in Natolin/Warschau, dat gespecialiseerd is in non-uniaal nabuurschaps- en grensbeleid (het Frontexagenstchap is gevestigd in Warschau), zijn bij uitstek geschikt om een op hun specifieke behoeften toegesneden programma te bieden.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 02 32   Proefproject — Europees nabuurschapsbeleid — Verbetering van onderwijs door beurzen en uitwisselingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van het proefproject voor studiebeurzen voor studenten uit landen die onder het Europees nabuurschapsbeleid vallen, die studieonderdelen volgen in het kader van een master Europese studies.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 15 04 —   ONTWIKKELING VAN CULTURELE EN AUDIOVISUELE SAMENWERKING IN EUROPA

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 04

ONTWIKKELING VAN CULTURELE EN AUDIOVISUELE SAMENWERKING IN EUROPA

15 04 09

Afronding van voorgaande programma’s/acties

15 04 09 01

Voltooiing van vorige programma’s/acties op het gebied van cultuur en taal

3.2

p.m.

1 000 000

0,—

2 953 320,97

15 04 09 02

Afronding van voorgaande MEDIA-programma’s

3.2

300 000

1 000 000

0,—

3 718 245,57

 

Artikel 15 04 09 — Subtotaal

 

300 000

2 000 000

0,—

6 671 566,54

15 04 44

Programma „Cultuur” (2007-2013)

3.2

57 022 000

49 000 000

53 636 000

43 000 000

54 835 434,84

45 196 910,11

15 04 45

Proefproject — Mobiliteit van kunstenaars

3.2

p.m.

350 000

p.m.

100 000

1 499 999,52

1 163 649,66

15 04 47

Europees Jaar van de interculturele dialoog

3.2

p.m.

p.m.

p.m.

300 000

0,—

2 491 522,46

15 04 66

MEDIA 2007 — Programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector

15 04 66 01

MEDIA 2007 — Programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector

3.2

104 310 000

96 500 000

101 678 500

92 100 000

112 942 528,34

97 083 706,30

15 04 66 02

Voorbereidende actie — Uitvoering van de programma’s in het kader van MEDIA 2007 in derde landen

4

p.m.

1 730 000

1 000 000

780 000

5 000 000,—

3 296 664,19

 

Artikel 15 04 66 — Subtotaal

 

104 310 000

98 230 000

102 678 500

92 880 000

117 942 528,34

100 380 370,49

15 04 68

Media Mundus

3.2

4 825 000

3 510 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 15 04 — Totaal

 

166 157 000

151 390 000

156 314 500

138 280 000

174 277 962,70

155 904 019,26

15 04 09   Afronding van voorgaande programma’s/acties

15 04 09 01   Voltooiing van vorige programma’s/acties op het gebied van cultuur en taal

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 000 000

0,—

2 953 320,97

Toelichting

Oud artikel 15 04 09

Dit krediet dient ter dekking van de voltooiing van de vóór 2007 in het kader van de volgende begrotingsonderdelen gesteunde maatregelen:

Europees Bureau voor minder verspreide talen en Mercator;

subsidies aan organisaties van Europees belang;

kaderprogramma voor cultuur;

voltooiing van bestaande programma’s en acties;

voorbereidende acties voor samenwerking op cultureel gebied;

bevordering en instandhouding van de regionale en minderheidstalen en -culturen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 719/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 maart 1996 tot vaststelling van een programma voor steun aan artistieke en culturele activiteiten met een Europese dimensie (Caleidoscoop) (PB L 99 van 20.4.1996, blz. 20).

Besluit nr. 2085/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 oktober 1997 tot vaststelling van een programma voor steun, met inbegrip van vertalingen, op het gebied van het boek en het lezen (Ariane) (PB L 291 van 24.10.1997, blz. 26).

Besluit nr. 2228/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 1997 tot vaststelling van een communautair actieprogramma op het gebied van het cultureel erfgoed (Raphaëlprogramma) (PB L 305 van 8.11.1997, blz. 31).

Besluit nr. 508/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 februari 2000 tot instelling van het programma „Cultuur 2000” (PB L 63 van 10.3.2000, blz. 1).

Voorbereidende acties in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Besluit nr. 792/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter ondersteuning van organisaties die op Europees niveau op cultuurgebied actief zijn (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 40).

15 04 09 02   Afronding van voorgaande MEDIA-programma’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

300 000

1 000 000

0,—

3 718 245,57

Toelichting

Oud artikel 09 06 02

Dit krediet dient ter dekking van vastleggingen in verband met voorgaande Media-programma’s.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit 95/563/EG van de Raad van 10 juli 1995 betreffende een programma ter bevordering van de ontwikkeling en de distributie van Europese audiovisuele werken (Media II — Ontwikkeling en distributie) (1996-2000) (PB L 321 van 30.12.1995, blz. 25).

Besluit 95/564/EG van de Raad van 22 december 1995 betreffende de tenuitvoerlegging van een opleidingsprogramma voor de vakmensen van de Europese audiovisuele-programma-industrie (Media II — Opleiding) (PB L 321 van 30.12.1995, blz. 33).

Besluit 2000/821/EG van de Raad van 20 december 2000 betreffende de uitvoering van een programma ter aanmoediging van de ontwikkeling, de distributie en de promotie van Europese audiovisuele werken (Media Plus — Ontwikkeling, distributie en promotie) (2001-2005) (PB L 336 van 30.12.2000, blz. 82).

Besluit nr. 163/2001/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 januari 2001 betreffende de uitvoering van een opleidingsprogramma voor vakmensen van de Europese audiovisuele programma-industrie (Media-opleiding) (2001-2005) (PB L 26 van 27.1.2001, blz. 1).

15 04 44   Programma „Cultuur” (2007-2013)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

57 022 000

49 000 000

53 636 000

43 000 000

54 835 434,84

45 196 910,11

Toelichting

Overeenkomstig het programma „Cultuur 2007-2013” dient dit krediet ter dekking van de volgende acties:

steun voor culturele samenwerkingsprojecten op alle gebieden van kunst en cultuur, waaronder voor jongeren (podiumkunsten, plastische en visuele kunsten, literatuur, erfgoed, cultuurgeschiedenis);

steun voor projecten in het kader van de interculturele dialoog;

steun voor het herstel, de aanwijzing of bewegwijzering van delen van de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella (de eerste Europese culturele route die is aangewezen door de Raad van Europa). De pelgrimsroute naar Santiago de Compostella vormt een dicht netwerk van routes door Europa, die een zeer belangrijke culturele rol hebben gespeeld voor de ontwikkeling van een gedeelde Europese identiteit;

steun voor permanente tentoonstellingen;

ondersteuning van analysewerkzaamheden en de verzameling en de verspreiding van informatie op het gebied van de culturele samenwerking;

steun voor projecten op het gebied van bedreigde talen in Europa, zoals de verstrekking van lesmateriaal, opleiding voor leerkrachten, taalbadonderwijs en uitwisseling van best practices in het opnieuw leven inblazen van talen.

Dit krediet dient tevens ter financiering van de internationale verspreiding van culturele en artistieke producten en werken in talen van de Unie die deel uitmaken van het Europese culturele en literaire erfgoed, maar geen officiële talen van de instellingen van de Unie zijn.

Bovendien dient het ter financiering van projecten voor het tentoonstellen en of conserveren van kunstwerken die zijn vervaardigd tijdens of ten gevolge van periodes van onderdrukking.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen. Zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1855/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling van het programma „Cultuur” (2007-2013) (PB L 372 van 27.12.2006, blz. 1).

15 04 45   Proefproject — Mobiliteit van kunstenaars

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

350 000

p.m.

100 000

1 499 999,52

1 163 649,66

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van het proefproject betreffende de mobiliteit van kustenaars.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 04 47   Europees Jaar van de interculturele dialoog

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

300 000

0,—

2 491 522,46

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van het Europees Jaar van de interculturele dialoog.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 1983/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het Europees Jaar van de interculturele dialoog (2008) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 44).

15 04 66   MEDIA 2007 — Programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector

15 04 66 01   MEDIA 2007 — Programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

104 310 000

96 500 000

101 678 500

92 100 000

112 942 528,34

97 083 706,30

Toelichting

Oude post 09 06 01 01

Dit krediet dient ter dekking van de volgende acties:

steun voor de preproductiefase:

stimulering van de verwerving van vaardigheden en kwalificaties voor professionals in de audiovisuele sector op het gebied van het schrijven van scenario's, management en nieuwe technologieën. Voorbeelden: ondersteuning van de mobiliteit van opleiders, beurzen voor professionals uit de nieuwe lidstaten;

ondersteuning van de ontwikkeling van audiovisuele werken wat zowel de creatieve (scenario's) als economische aspecten (productiestrategieën, distributie en promotie) betreft. Voorbeelden: steun voor de ontwikkeling van specifieke projecten of catalogi van projecten, steun met het oog op een gemakkelijker toegang tot financiering voor het midden- en kleinbedrijf;

steun voor de postproductiefase:

ondersteuning van de transnationale distributie van Europese werken teneinde de circulatie van niet-nationale Europese werken te verbeteren. Voorbeelden: steun voor de distributie van niet-nationale Europese films via bioscopen en video, automatische en selectieve steun voor distributeurs van niet-nationale Europese films, steun voor promotiepakketten, steun voor digitalisering;

verbetering van de promotie van Europese werken. Voorbeelden: zorgen dat professionals toegang hebben tot Europese en internationale markten, zorgen dat het publiek toegang heeft tot werken waarin de culturele diversiteit van Europa tot uiting komt;

steun voor innovatie en mogelijkheden om het programma aan te passen aan technologische veranderingen. Actie: ondersteuning van proefprojecten, met name op het gebied van digitale technologieën;

steun voor een netwerk van voorlichtingsbureaus (Media-desks) in heel Europa;

steun voor het Europees Waarnemingscentrum voor de audiovisuele sector.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van de Zwitserse Bondsstaat aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt onder post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement.

Overeenkomstig de rechtsgrond van Media 2007 zal een deel van de kredieten van deze begrotingslijn worden gebruikt ter bevordering en ondersteuning van initiatieven voor beeldeducatie door jongerenfestivals, waarbij nauw wordt samengewerkt met scholen en andere instellingen. Organisaties van de openbare en de privésector die deskundigheid en Europese ervaring hebben op het vlak van mediageletterdheid, kunnen begunstigden zijn.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1718/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 betreffende de uitvoering van een programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector (Media 2007) (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 12).

Zie ook post 15 01 04 31.

15 04 66 02   Voorbereidende actie — Uitvoering van de programma’s in het kader van MEDIA 2007 in derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 730 000

1 000 000

780 000

5 000 000,00

3 296 664,19

Toelichting

Oude post 09 06 01 02

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van een voorbereidende actie in het kader van Media in derde landen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 04 68   Media Mundus

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 825 000

3 510 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Overeenkomstig het besluit tot vaststelling van het programma „Media Mundus” dient dit krediet ter dekking van acties waarmee wordt beoogd:

de vaardigheden van vakmensen in Europa en in derde landen en het niveau van informatie en kennis te verbeteren;

het zoeken naar partners voor coproducties te bevorderen en de internationale verkoop en promotie van audiovisueel werk aan te moedigen;

bioscoopexploitanten in Europese en derde landen aan te moedigen om wederzijds de programmering en voorwaarden voor het in première nemen van audiovisuele werken te verbeteren;

het aanbod aan audiovisuele inhoud te vergroten en het uitzenden van en de distributievoorwaarden voor audiovisuele werken van derde landen op Europese distributiekanalen, en die van Europese werken op de distributiekanalen van derde landen te verbeteren;

de organisatie van evenementen en initiatieven op het gebied van filmeducatie te faciliteren.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van de Zwitserse Bondsstaat aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1041/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een samenwerkingsprogramma met vakmensen uit derde landen op audiovisueel gebied (Media Mundus) (PB L 288 van 4.11.2009, blz. 10).

HOOFDSTUK 15 05 —   AANMOEDIGING EN BEVORDERING VAN SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN JEUGD EN SPORT

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 05

AANMOEDIGING EN BEVORDERING VAN SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN JEUGD EN SPORT

15 05 06

Speciale jaarlijkse evenementen

3.2

4 000 000

6 940 000

9 800 000

10 250 000

1 500 000,—

2 016 994,86

15 05 09

Voltooiing van vorige programma’s/acties op het gebied van jeugd

3.2

500 000

600 000

0,—

1 033 967,67

15 05 10

Voorbereidende actie — Amicus — Vereniging van lidstaten die communautaire universele diensten uitvoeren

3.2

400 000

1 060 000

0,—

1 157 411,42

15 05 11

Voorbereidende actie op het gebied van sport

3.2

3 000 000

1 800 000

3 000 000

3 000 000

5 738 020,95

3 888 698,75

15 05 55

Jeugd in actie

3.2

129 108 000

118 500 000

124 106 000

121 000 000

144 084 708,15

137 645 004,34

 

Hoofdstuk 15 05 — Totaal

 

136 108 000

128 140 000

136 906 000

135 910 000

151 322 729,10

145 742 077,04

15 05 06   Speciale jaarlijkse evenementen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 000 000

6 940 000

9 800 000

10 250 000

1 500 000,00

2 016 994,86

Toelichting

Oud artikel 15 06 06

Dit krediet dient ter dekking van de kosten ter voltooiing van maatregelen die als speciaal jaarlijks evenement zijn ondersteund.

Toewijzing

Een deel van dit krediet dient voor de medefinanciering van de organisatie van de World Special Olympics Summer Games in Athene, Griekenland (20 juni — 4 juli 2011) en de legacyprogramma’s van de European Special Olympics Summer Games in Waschau, Polen en de World Special Olympics Summer Games in Athene, Griekenland. Met deze financiering wordt er ook voor gezorgd dat de deelnemende atleten uit alle 27 lidstaten kunnen trainen, zich kunnen voorbereiden en de spelen in Griekenland kunnen bijwonen.

De World Special Olympics Summer Games in Athene brengen meer dan 7 500 personen met een verstandelijke handicap uit meer dan 180 landen samen. Deze atleten worden gesteund door 2 500 coaches, 3 000 officials, 25 000 vrijwilligers en 30 000 familieleden. De atleten zullen deelnemen aan 22 Olympische sportdisciplines. Een belangrijk onderdeel van de spelen zal worden gevormd door een mondiale beleidstop over de uitdagingen en mogelijkheden voor een betere sociale integratie van personen met een verstandelijke handicap. Er zal eveneens een familieforum worden georganiseerd, waar familieleden van atleten kunnen leren en ervaringen kunnen uitwisselen over het opvoeden van iemand met een verstandelijke handicap.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, zoals bepaald in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 05 09   Voltooiing van vorige programma’s/acties op het gebied van jeugd

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

500 000

600 000

0,—

1 033 967,67

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de voltooiing van de vóór 2007 in het kader van de volgende begrotingsonderdelen gesteunde maatregelen:

Jeugd,

proefprojecten voor de participatie van jongeren,

sport: voorbereidende acties voor een communautair beleid op het gebied van sport,

Europees Jaar van opvoeding door sport,

Europees jeugdforum,

steun aan internationale niet-gouvernementele jeugdorganisaties.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Proefproject en voorbereidende acties in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Besluit nr. 1031/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 april 2000 tot vaststelling van het communautaire actieprogramma „Jeugd” (PB L 117 van 18.5.2000, blz. 1).

Besluit nr. 291/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 februari 2003 tot instelling van het Europees Jaar van opvoeding door sport 2004 (PB L 43 van 18.2.2003, blz. 1).

Besluit nr. 790/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter ondersteuning van organisaties die op Europees niveau actief zijn op het terrein van jeugdzaken (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 24).

Interinstitutioneel Akkoord tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1), met name punt 37.

15 05 10   Voorbereidende actie — Amicus — Vereniging van lidstaten die communautaire universele diensten uitvoeren

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

400 000

1 060 000

0,—

1 157 411,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de voltooiing van de voorbereidende actie Amicus — Vereniging van lidstaten die communautaire universele diensten uitvoeren.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 05 11   Voorbereidende actie op het gebied van sport

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 000 000

1 800 000

3 000 000

3 000 000

5 738 020,95

3 888 698,75

Toelichting

Op 11 juli 2007 heeft de Commissie het witboek Sport (COM(2007) 391) vastgesteld, het eerste allesomvattende beleidsdocument van de Commissie op dit gebied. Het witboek creëert een beleidskader voor sport op uniaalniveau, stelt de specifieke rol en waarden ervan vast en identificeert problemen en uitdagingen. In de conclusie van het witboek wordt gesteld dat „de Commissie indien nodig op deze kwestie kan terugkomen en volgende stappen in de context van een nieuwe Verdragsbepaling kan aangeven”. Het witboek heeft bijgevolg de weg geëffend voor de uitvoering van de bepalingen op het gebied van sport van het Verdrag van Lissabon (artikel 165 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie).

De voorbereidende actie op het gebied van sport voor 2009 en voor 2010 had tot doel toekomstige acties van de Unie op het gebied van sport voor te bereiden met het oog op de uitvoering van het Verdrag van Lissabon, op basis van prioriteiten die in het witboek Sport zijn vastgesteld.

Deze doelstelling dient ook in 2011 te worden nagestreefd met de voorgestelde voorbereidende actie die de toekomstige beleidsacties op het gebied van sport die als basis voor een toekomstig uniaal programma kunnen dienen, zal helpen vaststellen. Dit moet voor de EU uiteindelijk een toegevoegde waarde opleveren door de inventarisering en verspreiding van beste praktijken en innovatieve benaderingen en door de ontwikkeling van comparatief onderzoek. Gezien de specifieke organisatorische kenmerken van de sportsector zal het programma gericht zijn op categorieën belanghebbenden waarop de bestaande uniaal programma’s geen betrekking hebben, en in het bijzonder op sportorganisaties. Het programma moet een kritieke massa creëren door sportgerelateerde organisaties en projecten rond specifieke thema’s te groeperen (bijvoorbeeld de bevordering van sociale inclusie in en door sport, goed bestuur in de sport, acties tegen geweld en racisme, en aspecten van gezondheidsbevorderende lichaamsbeweging die in 2009 niet aan bod zijn gekomen). Het moet ook projecten omvatten die de Europese dimensie in de sport helpen ontwikkelen door het competitieniveau van de Europese sportdisciplines te verhogen (bijvoorbeeld door de uitwisseling van knowhow te bevorderen en steun te verlenen voor gezamenlijke, grensoverschrijdende sportcompetities en kampioenschappen tussen naburige regio’s en lidstaten.

Een deel van de vastleggingen moet gaan naar steun voor een door streetfootballworld opgezet pan-Europees netwerk van Europese scholen en lokale organisaties dat „educatie door voetbal” promoot; doel is het project EUROSCHOOLS 2012 op te zetten, dat via sport een concrete en duurzame bijdrage beoogt te leveren tot begrip voor andere culturen. Daarbij komen kwesties als fair play, interculturele dialoog, discriminatiebestrijding en respect aan de orde.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

15 05 55   Jeugd in actie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

129 108 000

118 500 000

124 106 000

121 000 000

144 084 708,15

137 645 004,34

Toelichting

Overeenkomstig het programma „Jeugd in actie 2007-2013” dient dit krediet ter dekking van de volgende acties:

Jeugd voor Europa: deze actie beoogt de ondersteuning van uitwisselingen van jongeren ter verbetering van hun mobiliteit en van initiatieven van jongeren, projecten en activiteiten die gericht zijn op hun deelname aan het democratische bestel met het oog op de ontwikkeling van het burgerschap van en het wederzijds begrip tussen jongeren;

Europees vrijwilligerswerk: deze actie beoogt de versterking van de deelname van jongeren aan diverse vormen van vrijwilligerswerk binnen en buiten de Unie;

Europees netwerk van de bestaande gemeenschappen voor jongeren: deze actie beoogt de verbetering van de gebruikte methodes dankzij de effectieve uitwisseling van beste praktijken om te voorkomen dat jongeren in de criminaliteit terecht komen en sociaal uitgesloten raken;

Jeugd voor de wereld: deze actie beoogt de ondersteuning van projecten met de in artikel 5 van Besluit nr. 1719/2006/EG vermelde partnerlanden, met name uitwisselingen van jongeren en jongerenwerkers, ondersteuning van projecten die het wederzijdse begrip tussen jongeren en hun solidariteitsbesef versterken en de ontwikkeling van de samenwerking op jeugdgebied en van maatschappelijke organisaties in deze landen;

jongerenwerkers en ondersteuningssystemen: deze actie beoogt de ondersteuning van de op Europees niveau op jeugdgebied werkzame organisaties, met name de werking van niet-gouvernementele organisaties en het opzetten van netwerken daarvan, de uitwisseling, opleiding en oprichting van netwerken van jongerenwerkers, de stimulering van de innovatie en de kwaliteit van de maatregelen, de informatie van jongeren en de invoering van voor de verwezenlijking van de programmadoelstellingen benodigde structuren en activiteiten;

ondersteuning van beleidssamenwerking: deze actie beoogt de organisatie van de dialoog tussen de diverse actoren op jeugdgebied, met name jongeren, jongerenwerkers en politiek verantwoordelijken, het bijdragen aan de ontwikkeling van de beleidssamenwerking op jeugdgebied, het uitvoeren van de nodige werkzaamheden en het opzetten van de nodige netwerken met het oog op het verkrijgen van een beter inzicht in jongerenkwesties.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1719/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot vaststelling van het programma „Jeugd in actie” voor de periode 2007-2013 (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 30).

HOOFDSTUK 15 07 —   MENSEN — PROGRAMMA VOOR DE MOBILITEIT VAN ONDERZOEKERS

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 07

MENSEN — PROGRAMMA VOOR DE MOBILITEIT VAN ONDERZOEKERS

15 07 77

Burgers

1.1

764 407 000

485 611 289

534 190 000

284 000 000

543 908 037,98

412 891 191,68

15 07 78

Kredieten afkomstig van de deelneming van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

15 07 79

Proefproject — Kennispartnerschappen

1.1

1 000 000

500 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 15 07 — Totaal

 

765 407 000

486 111 289

534 190 000

284 000 000

543 908 037,98

412 891 191,68

15 07 77   Burgers

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

764 407 000

485 611 289

534 190 000

284 000 000

543 908 037,98

412 891 191,68

Toelichting

Oud artikel 08 11 01

Europa moet aantrekkelijker worden voor onderzoekers om zijn capaciteit en prestatie op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling te vergroten en de Europese onderzoeksruimte te consolideren en verder te ontwikkelen. Tegen de achtergrond van groeiende concurrentie op wereldniveau is de ontwikkeling nodig van een open en concurrerende Europese arbeidsmarkt voor onderzoekers met gediversifieerde, aantrekkelijke loopbaanvooruitzichten.

De toegevoegde waarde van de steunverlening in het kader van het specifieke programma „Mensen” bestaat in het bevorderen van de internationale en intersectorale mobiliteit van onderzoekers als belangrijke aanjager van Europese innovatie. Tevens bevorderen de Marie Curie-acties een intensievere samenwerking tussen onderwijs, onderzoek en bedrijfsleven in verschillende landen op het gebied van opleiding en loopbaanontwikkeling van onderzoekers, voor de verbreding van hun vaardigheden en een betere voorbereiding op de banen van de toekomst. Een nauwer partnerschap tussen onderwijs en bedrijfsleven moet verder worden versterkt, teneinde de overdracht van kennis uit te breiden en PhD-opleidingen die zijn toegesneden op de behoeften van de sector te verbeteren. Door het bevorderen van arbeidsomstandigheden in overeenstemming met het handvest en de code voor Europese onderzoekers wordt bijgedragen aan het aantrekkelijker maken van een loopbaan als onderzoeker in Europa.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog de bijdragen van de EVA-lidstaten ingevolge de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij. Ter informatie, deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Dit krediet dient ook ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding kunnen geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan projecten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/973/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Mensen” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 272).

15 07 78   Kredieten afkomstig van de deelneming van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Toelichting

Oud artikel 08 22 04 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding kunnen geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

15 07 79   Proefproject — Kennispartnerschappen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Achtergrond

De geïntegreerde benadering zoals voorgesteld in de strategie Europa 2020 omvat de ontwikkeling van synergieën en gecombineerde acties van beleidsmaatregelen op het gebied van onderzoek, innovatie en onderwijs (de zogeheten „kennisdriehoek”). In dit verband worden „kennispartnerschappen” expliciet genoemd in de strategie Europa 2020, in het kader van het vlaggenschipinitiatief Innovatie-Unie („Kennispartnerschappen en samenwerkingsverbanden tussen onderwijs, bedrijfsleven, onderzoek en innovatie bevorderen, onder andere met behulp van het EIT”).

Op uniaal niveau is veel gedaan aan de versterking van de betrekkingen tussen onderzoek en innovatie en tussen onderzoek en onderwijs. De Unie heeft ook de politieke vastberadenheid getoond om de betrekkingen tussen ondernemingen en universiteiten te versterken, onder meer door dit als een van de hoofdpunten op te nemen op de moderniseringsagenda voor universiteiten en na te streven in het kader van de Europese ruimte voor hoger onderwijs. Helaas was de concrete uitvoering tot nu toe minder gestructureerd en systematisch, waardoor het verband tussen onderwijs en innovatie toch het meest verwaarloosde aspect van de kennisdriehoek is gebleven.

Het Forum universiteit-bedrijfsleven heeft tussen de twee werelden een dialoog op gang gebracht die is gericht op nauwere samenwerking, waarbij is gebleken dat er van beide kanten behoefte is aan een partnerschap op onderwijsgebied, om te waarborgen dat het onderwijs zorgt voor vaardigheden van hoog niveau die zeer gewild zijn, steeds vergezeld van een hoge mate van flexibiliteit, ondernemerszin en creatieve en innovatieve vaardigheden.

Doelstelling

Voortbouwend op deze beide initiatieven dient dit proefproject voor de financiering van kennispartnerschappen, waarbij op gestructureerde wijze wordt samengewerkt tussen ondernemingen en onderwijs- en opleidingsinstellingen aan de totstandbrenging van nieuwe curricula, nieuwe cursussen en nieuwe, innovatieve manieren van lesgeven. De resultaten van de kennispartnerschappen moet onderwijs- en opleidingsinstituten in Europa insprireren om hun curricula e.d. te moderniseren. Te allen tijde moet ernaar worden gestreefd om afgestudeerden in alle vakken te laten beschikken over diepgaande kennis van specifieke onderzoeksterreinen, alsmede over een hoog niveau van „T-shaped skills”, waarmee een hoge mate van inzetbaarheid en flexibiliteit wordt gewaarborgd, naast ondernemerszin en een creatieve en innovatieve houding.

Uitvoering

Met dit proefproject wordt een partnerschap opgezet waarbij een goedgestructureerd consortium van ondernemingen en andere spelers in de sector (waaronder verstrekkers van durfkapitaal, incubation firms, etc), en onderwijs- en opleidingsinstellingen nieuwe curricula, nieuwe cursussen en nieuwe manieren van lesgeven ontwikkelen (zoals stages in de sector en in ondernemingen waarbij sprake is van grensoverschrijdende mobiliteit, om zo kennis op te doen in de werksituatie; e-cursussen, interactieve leermethodes, enz.) met als doel het ontwikkelen op Masters- en PhD-niveau van de volgende vaardigheden:

hoogwaardige ondernemersvaardigheden in de breedste zin van het woord, die afgestudeerden in staat stellen creatief in te spelen op een complexe en snel veranderende omgeving, gericht op, maar niet beperkt tot, het opzetten van een zaak of het leiden van een kleine of middelgrote onderneming;

zakelijke vaardigheden (zoals basiskennis economie, financiële vaardigheden, doen van marktonderzoek, opzetten van een ondernemersplan, bijeenbrengen van kapitaal, verkooptechnieken, vergadertechnieken);

contactuele vaardigheden (teamwerk, communicatie, zelfvertrouwen, nemen van initiatieven, probleemoplossing, nemen van verantwoorde risico’s, leiderschap).

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERWIJS EN CULTUUR

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERWIJS EN CULTUUR

TITEL 16

COMMUNICATIE

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

16 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „COMMUNICATIE”

125 694 552

125 694 552

116 719 021

116 719 021

114 682 487,72

114 682 487,72

Reserves (40 01 40)

46 111

46 111

148 355

148 355

 

 

 

125 740 663

125 740 663

116 867 376

116 867 376

114 682 487,72

114 682 487,72

16 02

COMMUNICATIE EN DE MEDIA

44 715 000

36 500 000

45 005 000

39 000 000

42 109 103,62

34 916 644,03

16 03

GELOKALISEERDE COMMUNICATIE

36 305 000

35 130 000

35 170 000

33 780 000

38 452 502,86

38 704 510,64

16 04

ANALYSE- EN COMMUNICATIE-INSTRUMENTEN

23 740 000

23 400 000

24 900 000

24 300 000

23 546 034,10

21 987 557,87

16 05

BEVORDERING VAN EUROPEES BURGERSCHAP

42 920 000

32 650 000

37 645 000

27 415 000

32 763 974,05

25 641 612,01

 

Titel 16 — Totaal

273 374 552

253 374 552

259 439 021

241 214 021

251 554 102,35

235 932 812,27

Reserves (40 01 40)

46 111

46 111

148 355

148 355

 

 

 

273 420 663

253 420 663

259 587 376

241 362 376

251 554 102,35

235 932 812,27

HOOFDSTUK 16 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „COMMUNICATIE”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „COMMUNICATIE”

16 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Communicatie”

16 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Communicatie” — Zetel

5

60 668 506

52 857 085

50 198 158,85

Reserves (40 01 40)

 

46 111

148 355

 

 

 

60 714 617

53 005 440

50 198 158,85

 

Artikel 16 01 01 — Subtotaal

 

60 668 506

52 857 085

50 198 158,85

Reserves (40 01 40)

 

46 111

148 355

 

 

 

60 714 617

53 005 440

50 198 158,85

16 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Communicatie”

16 01 02 01

Extern personeel van het directoraat-generaal Communicatie — Zetel

5

7 147 632

5 820 586

6 251 108,85

16 01 02 03

Lokaal personeel van het directoraat-generaal Communicatie — Vertegenwoordigingen van de Commissie

5

15 699 000

16 355 000

16 224 503,63

16 01 02 11

Andere beheersuitgaven van het directoraat-generaal Communicatie — Zetel

5

3 663 472

3 750 999

4 207 946,01

 

Artikel 16 01 02 — Subtotaal

 

26 510 104

25 926 585

26 683 558,49

16 01 03

Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten, gebouwen en andere exploitatie-uitgaven voor het beleidsterrein „Communicatie”

16 01 03 01

Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten bij het directoraat-generaal Communicatie — Zetel

5

4 396 046

3 865 351

3 940 892,28

16 01 03 03

Gebouwen en daarmee samenhangende kosten voor het directoraat-generaal Communicatie — Vertegenwoordigingen van de Commissie

5

25 100 000

25 100 000

25 199 734,76

16 01 03 04

Andere exploitatie-uitgaven

5

1 549 896

1 500 000

1 600 999,72

 

Artikel 16 01 03 — Subtotaal

 

31 045 942

30 465 351

30 741 626,76

16 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Communicatie”

16 01 04 01

Communicatieacties — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

3 200 000

3 200 000

2 873 585,82

16 01 04 02

Bezoeken aan de Commissie — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

650 000

650 000

648 387,94

16 01 04 03

Europa voor de burger — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

250 000

250 000

211 169,86

16 01 04 30

Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur

3.2

3 370 000

3 370 000

3 326 000,—

 

Artikel 16 01 04 — Subtotaal

 

7 470 000

7 470 000

7 059 143,62

 

Hoofdstuk 16 01 — Totaal

 

125 694 552

116 719 021

114 682 487,72

Reserves (40 01 40)

 

46 111

148 355

 

 

 

125 740 663

116 867 376

114 682 487,72

16 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Communicatie”

16 01 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Communicatie” — Zetel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 01 01 01

60 668 506

52 857 085

50 198 158,85

Reserves (40 01 40)

46 111

148 355

 

Totaal

60 714 617

53 005 440

50 198 158,85

16 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Communicatie”

16 01 02 01   Extern personeel van het directoraat-generaal Communicatie — Zetel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 147 632

5 820 586

6 251 108,85

16 01 02 03   Lokaal personeel van het directoraat-generaal Communicatie — Vertegenwoordigingen van de Commissie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 699 000

16 355 000

16 224 503,63

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bezoldiging, de forfaitaire vergoeding voor overuren en de werkgeversbijdrage voor de sociale verzekering van het lokale en contractuele personeel dat werkzaam is bij de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

16 01 02 11   Andere beheersuitgaven van het directoraat-generaal Communicatie — Zetel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 663 472

3 750 999

4 207 946,01

Toelichting

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 3 000 EUR.

16 01 03   Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten, gebouwen en andere exploitatie-uitgaven voor het beleidsterrein „Communicatie”

16 01 03 01   Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten bij het directoraat-generaal Communicatie — Zetel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 396 046

3 865 351

3 940 892,28

16 01 03 03   Gebouwen en daarmee samenhangende kosten voor het directoraat-generaal Communicatie — Vertegenwoordigingen van de Commissie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 100 000

25 100 000

25 199 734,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de huur en erfpacht voor de door de Commissie gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen, alsmede de huur van vergaderzalen, magazijnen, garages en parkeerruimten;

de verzekeringspremies voor door de instelling gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

de uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming;

de uitgaven voor schoonmaken en onderhoud van lokalen, liften, centrale verwarming, installaties voor airconditioning enz., berekend op basis van de lopende contracten. Het betreft hier periodieke schoonmaakbeurten, de aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, stomen enz., alsmede verven en reparaties door en benodigdheden voor de onderhoudswerkplaatsen;

de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden zoals het verplaatsen van tussenschotten in de gebouwen, het aanbrengen van veranderingen aan technische installaties en andere gespecialiseerde verrichtingen met betrekking tot sloten, elektriciteit, sanitair, schilderwerk, vloerbedekking enz.;

de uitgaven voor het voor deze werkzaamheden noodzakelijke materieel;

de uitgaven inzake de veiligheid van de personen en de gebouwen, zowel uit het oogpunt van de hygiëne en de bescherming van de personen als wat de fysieke en materiële veiligheid van de personen en de goederen aangaat. Deze uitgaven omvatten bijvoorbeeld, enerzijds, de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die deel uitmaken van eerstehulpdiensten, en de kosten van wettelijke controles en, anderzijds, de contracten inzake het toezicht op de gebouwen, de onderhoudscontracten voor de beveiligingsinstallaties en de aankoop van klein materieel;

de overige lopende uitgaven in verband met gebouwen, en met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbare nutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden;

de uitgaven voor de aankoop, de huur, het onderhoud en het herstel van technisch materieel en technische installaties, meubilair en vervoermiddelen;

de aankoop van boekwerken, documenten en andere niet-periodieke publicaties, supplementen op de aanwezige werken, uitgaven voor het inbinden en materiaal voor elektronische identificatie;

de uitgaven voor abonnementen op dagbladen, gespecialiseerde tijdschriften, staatsbladen, parlementaire documenten, statistieken betreffende de buitenlandse handel, bulletins van persagentschappen en diverse andere gespecialiseerde publicaties;

de uitgaven voor abonnementen op en het gebruik van externe elektronische informatie- en gegevensbanken en de verwerving van elektronische informatiedragers (cd-rom enz.);

de uitgaven in verband met de voor het gebruik van deze informatie benodigde opleiding en ondersteuning;

de vergoeding voor kopieën van door het auteursrecht beschermde werken;

de uitgaven voor papier en kantoorbenodigdheden;

diverse verzekeringen;

de uitgaven voor arbeidsuitrusting;

diverse kosten van interne vergaderingen;

de uitgaven voor onderhoudswerkzaamheden en de interne verhuisdienst;

de medische uitgaven op grond van het statuut;

de uitgaven voor de installatie, het onderhoud en de functionering van restaurants, cafetaria's en keukens;

overige huishoudelijke uitgaven;

porto en verzendkosten;

abonnementskosten en vergoedingen voor telecommunicatie;

uitgaven in verband met de aankoop en installatie van uitrusting en materieel voor telecommunicatie;

de informatica (IT)-uitgaven van de vertegenwoordigingen in de Unie, en met name de uitgaven voor informatie- en beheerssystemen, kantoorinfrastructuur, pc's, servers en bijbehorende infrastructuur, randapparatuur (printers, scanners enz.) en kantoorapparatuur (fotokopieerapparaten, faxtoestellen, schrijfmachines, dictafoons enz.) en de algemene uitgaven voor netwerken, ondersteuning, bijstand voor de gebruikers, IT-opleiding en verhuizingen;

de eventuele uitgaven voor de koop of huurkoop van gebouwen.

Voorts dekt het krediet de uitgaven die op het grondgebied van de Unie worden gedaan, met uitzondering van die welke worden gedaan in de vestigingen van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, welke worden opgevoerd in artikel 01 05 van de betreffende titels. Uitgaven van dezelfde aard of met eenzelfde bestemming die buiten de Unie worden gedaan, worden opgevoerd in post 01 03 02 van de betreffende titels.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 480 000 EUR.

16 01 03 04   Andere exploitatie-uitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 549 896

1 500 000

1 600 999,72

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

de uitgaven voor abonnementen op en het gebruik van externe elektronische informatie- en gegevensbanken en de verwerving van elektronische informatiedragers (cd-rom enz.);

de uitgaven in verband met de voor het gebruik van deze informatie benodigde opleiding en ondersteuning.

Hierbij zij opgemerkt dat het krediet dient ter dekking van de uitgaven binnen de Unie, met uitzondering van de vertegenwoordigingen in de Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 55 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

16 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Communicatie”

16 01 04 01   Communicatieacties — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 200 000

3 200 000

2 873 585,82

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, evaluaties, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van de maatregelen die onder de hierna genoemde artikelen vallen, en voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Het krediet dient ook ter dekking van de terugbetaling van reis- en aanverwante kosten van personen die worden uitgenodigd om de werkzaamheden van de Commissie te volgen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 16 02 02, 16 02 03, 16 03 01, post 16 03 02 01, de artikelen 16 03 04 en 16 04 01, post 16 04 02 01 (voorheen artikelen 16 04 02 en 16 04 03).

16 01 04 02   Bezoeken aan de Commissie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

650 000

650 000

648 387,94

Toelichting

Oude post 15 01 04 20

Dit krediet dient ter dekking van administratieve uitgaven die verband houden met de bezoeken, zoals: hostessdiensten ter ondersteuning van de organisatie van bezoeken; promotiemateriaal om aan bezoekersgroepen uit te delen; informatiemateriaal/publicaties waarin maatregelen en beleid van de Unie worden toegelicht; ad-hocstudies en proefacties in verband met de bezoeken; andere algemene administratieve uitgaven van technische of administratieve aard.

Rechtsgronden

Zie artikel 16 05 02.

16 01 04 03   Europa voor de burger — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

250 000

250 000

211 169,86

Toelichting

Oude post 15 01 04 66

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder dit begrotingsonderdeel vallen, alsmede alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten opgevoerd voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie post 16 05 01 01.

16 01 04 30   Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 370 000

3 370 000

3 326 000,00

Toelichting

Oude post 15 01 04 31 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur, die voortvloeien uit de deelneming van het agentschap aan het beheer van het programma „Europa voor de burger” onder rubriek 3b van het financiële kader 2007-2013.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en eventueel de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten opgevoerd voor het programma, overeenkomstig het bepaalde in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Besluit 2004/100/EG van de Raad van 26 januari 2004 tot instelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van actief Europees burgerschap („civic participation”) (PB L 30 van 4.2.2004, blz. 6).

Besluit nr. 1904/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling voor de periode 2007-2013 van het programma „Europa voor de burger” ter bevordering van een actief Europees burgerschap (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 32).

Referentiebesluiten

Besluit 2009/336/EG van de Commissie van 20 april 2009 tot oprichting van het Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van onderwijs, audiovisuele media en cultuur — overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 101 van 21.4.2009, blz. 26).

HOOFDSTUK 16 02 —   COMMUNICATIE EN DE MEDIA

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

16 02

COMMUNICATIE EN DE MEDIA

16 02 02

Multimedia-acties

3.2

31 600 000

26 000 000

30 750 000

25 000 000

29 901 115,94

24 566 656,12

16 02 03

Informatie voor de media

3.2

4 860 000

4 000 000

6 000 000

6 000 000

5 954 760,64

4 255 401,86

16 02 04

Exploitatie van de radio- en televisiestudio's en audiovisuele uitrusting

5

6 755 000

6 500 000

6 755 000

6 500 000

6 253 227,04

6 094 586,05

16 02 05

Proefproject voor Europese onderzoeksbeurzen voor grensoverschrijdend onderzoeksjournalisme

5

1 500 000

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

 

Hoofdstuk 16 02 — Totaal

 

44 715 000

36 500 000

45 005 000

39 000 000

42 109 103,62

34 916 644,03

16 02 02   Multimedia-acties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

31 600 000

26 000 000

30 750 000

25 000 000

29 901 115,94

24 566 656,12

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van algemene voorlichtingsacties betreffende de Unie waarmee wordt beoogd meer zichtbaarheid te verlenen aan de werkzaamheden van de instellingen van de Unie, de besluitvorming en de verschillende fasen van de opbouw van Europa. Het betreft hoofdzakelijk de financiering of de medefinanciering van de productie en/of de verspreiding van multimedia-informatieproducten (radio, tv, internet, enz.), met inbegrip van pan-Europese netwerken van lokale en nationale media, en van de voor de ontwikkeling van een dergelijk beleid noodzakelijke hulpmiddelen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 30 000 EUR.

Op dit artikel mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Bij de uitvoering van deze begrotingslijn moet de Commissie rekening houden met de resultaten van de vergaderingen van de Interinstitutionele Groep voorlichting (IGV).

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel gebied, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Mededeling van de Commissie van 24 april 2008: Over Europa communiceren via de audiovisuele media (SEC(2008) 506 definitief).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 02 03   Informatie voor de media

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 860 000

4 000 000

6 000 000

6 000 000

5 954 760,64

4 255 401,86

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van de Unie in verband met communicatie, voornamelijk via de media. Om een beter begrip van en betere verslaggeving over actuele thema’s te bevorderen, zijn met name de volgende instrumenten ontwikkeld:

multimedia-voorlichtingsmateriaal (foto's, video enz.) bestemd voor de media en andere platforms, en ook voor rechtstreekse publicatie/uitzending;

seminars voor en ondersteuning van journalisten, georganiseerd door de vertegenwoordigingen van de Commissie of door centrale diensten van de Commissie;

De Commissie moet bij de uitvoering van deze begrotingslijn naar behoren rekening houden met de resultaten van de vergaderingen van de Interinstitutionele Groep voorlichting (IGV).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Op dit artikel mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel gebied, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Mededeling van de Commissie van 24 april 2008: Over Europa communiceren via de audiovisuele media (SEC(2008) 506 definitief).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 02 04   Exploitatie van de radio- en televisiestudio's en audiovisuele uitrusting

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 755 000

6 500 000

6 755 000

6 500 000

6 253 227,04

6 094 586,05

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven in verband met de exploitatie van de studio's en de andere voorzieningen voor audiovisuele voorlichting van de Commissie: personeelsuitgaven en uitgaven in verband met de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van de uitrusting en het voor de exploitatie noodzakelijke materieel.

Tevens dient het ter dekking van de kosten voor de huur van de satelliet waardoor de informatie over de activiteiten van de Unie aan de televisiemaatschappijen beschikbaar kan worden gesteld. Bij het beheer van dit krediet dienen de uitgangspunten met betrekking tot de interinstitutionele samenwerking in acht genomen te worden, teneinde de verspreiding van alle informatie over de Unie te verzekeren.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Op dit artikel mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, zoals bepaald in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap, COM(2007) 568 definitief.

Mededeling van de Commissie van 24 april 2008: Over Europa communiceren via de audiovisuele media, SEC(2008) 506 definitief.

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 02 05   Proefproject voor Europese onderzoeksbeurzen voor grensoverschrijdend onderzoeksjournalisme

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Dit proefproject voor Europese onderzoeksbeurzen voor journalisten heeft ten doel grensoverschrijdend journalistiek onderzoek in de hele Unie makkelijker te maken en te ontwikkelen. Er zullen vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen uitgaan om gemeenschappelijke onderzoeksprojecten te selecteren waarbij journalisten uit ten minste twee Europese lidstaten betrokken zijn en die een grensoverschrijdende of Europese dimensie hebben die in een nationaal, regionaal of lokaal perspectief wordt gezet. De resultaten van het geselecteerde journalistieke onderzoek worden ten minste in elk van de deelnemende lidstaten gepubliceerd.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 16 03 —   GELOKALISEERDE COMMUNICATIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

16 03

GELOKALISEERDE COMMUNICATIE

16 03 01

Informatiecentra

3.2

13 580 000

12 490 000

12 400 000

11 500 000

14 756 450,89

14 057 651,29

16 03 02

Communicatie door de vertegenwoordigingen van de Commissie

16 03 02 01

Communicatie door de vertegenwoordigingen van de Commissie

3.2

8 285 000

8 200 000

8 200 000

7 840 000

10 154 802,37

9 831 548,25

16 03 02 02

Europese publieke ruimten

5

1 440 000

1 440 000

1 440 000

1 440 000

0,—

0,—

 

Artikel 16 03 02 — Subtotaal

 

9 725 000

9 640 000

9 640 000

9 280 000

10 154 802,37

9 831 548,25

16 03 04

Communiceren over Europa in partnerschap

3.2

13 000 000

13 000 000

13 130 000

12 000 000

12 830 579,60

13 687 218,12

16 03 05

EuroGlobe

16 03 05 01

Voorbereidende actie — EuroGlobe

3.2

p.m.

p.m.

p.m.

710 670,—

110 730,—

16 03 05 02

Voltooiing van proefproject EuroGlobe

3.2

p.m.

p.m.

1 000 000

0,—

892 712,98

 

Artikel 16 03 05 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

1 000 000

710 670,—

1 003 442,98

16 03 06

Proefproject — Proefinformatienetwerken (PIN's)

3.2

p.m.

p.m.

0,—

124 650,—

 

Hoofdstuk 16 03 — Totaal

 

36 305 000

35 130 000

35 170 000

33 780 000

38 452 502,86

38 704 510,64

16 03 01   Informatiecentra

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 580 000

12 490 000

12 400 000

11 500 000

14 756 450,89

14 057 651,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de financiering van de informatie- en documentatiesteunpunten/netwerken in heel Europa (Europe Direct-informatiepunten, Europees documentatiecentrum, Team Europe enz.). Deze steunpunten ondersteunen de activiteiten van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de lidstaten;

ondersteuning, opleiding, coördinatie en bijstand voor informatienetwerken;

de financiering van het produceren, opslaan en verspreiden van informatiemateriaal en communicatieproducten door/voor die steunpunten.

Op dit artikel mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 20 juli 2005: Actieplan ter verbetering van de communicatie over Europa door de Commissie (SEC(2005) 985 definitief).

Witboek van 1 februari 2006 inzake een Europees communicatiebeleid (COM(2006) 35 definitief).

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 03 02   Communicatie door de vertegenwoordigingen van de Commissie

16 03 02 01   Communicatie door de vertegenwoordigingen van de Commissie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

8 285 000

8 200 000

8 200 000

7 840 000

10 154 802,37

9 831 548,25

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de met gedecentraliseerde voorlichting verband houdende uitgaven van de Unie. Het doel van de lokale voorlichtingsacties is de doelgroepen te voorzien van de instrumenten om hun inzicht in actuele kwesties te verdiepen.

Deze activiteiten worden hoofdzakelijk via de vertegenwoordigingen van de Commissie in de lidstaten verricht, door middel van:

seminars en conferenties;

organisatie van of deelname aan Europese manifestaties, tentoonstellingen, public relations, organisatie van individuele bezoeken, enz.;

rechtstreekse communicatie met de burgers (bv. adviesdiensten voor de burgers);

rechtstreekse communicatie met opiniemakers, in het bijzonder intensievere acties waarbij de regionale kranten worden betrokken, die een belangrijke informatiebron zijn voor een groot aantal Europese burgers;

het beheer van voorlichtingscentra voor het grote publiek in de vertegenwoordigingen van de Commissie.

Het krediet dient ook ter dekking van de terugbetaling van reis- en aanverwante kosten van personen die worden uitgenodigd om de werkzaamheden van de Commissie te volgen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bepaald in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 03 02 02   Europese publieke ruimten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 440 000

1 440 000

1 440 000

1 440 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient specifiek ter dekking van de opening en het beheer van „Europese publieke ruimten” (EPR) in de Europahuizen waarin de EPR formeel zijn ondergebracht. De Commissie zal zorgen voor de logistiek van de Europese publieke ruimten ten behoeve van de twee instellingen (Europees Parlement en Commissie), met inbegrip van de operationele kosten, zoals voor de organisatie van diensten op contractbasis. De Europese publieke ruimten moeten gezamenlijk door de twee instellingen worden beheerd, op basis van een evaluatieverslag over het beheer en het functioneren van deze ruimten en van een werkprogramma voor het komende jaar. Deze documenten, die door de twee instellingen worden opgesteld en als basis dienen voor de toewijzing van kredieten voor het volgende jaar, moeten tijdig worden voorgelegd aan de begrotingsautoriteiten zodat zij er tijdens de begrotingsprocedure rekening mee kunnen houden.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bepaald in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 03 04   Communiceren over Europa in partnerschap

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 000 000

13 000 000

13 130 000

12 000 000

12 830 579,60

13 687 218,12

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van voorlichtingsacties, hoofdzakelijk rond communicatieprioriteiten op Commissie- en Unieniveau.

Dit krediet dient in de eerste plaats om de burgers, zoveel mogelijk in hun moedertaal, te informeren en bij het debat over het heden en de toekomst van de Unie te betrekken.

Het dient met name ter dekking van maatregelen zoals:

voorlichtingsacties die verband houden met specifieke jaarlijkse of meerjarencommunicatieprioriteiten;

gerichte nationale of internationale voorlichtingsacties die aan de communicatieprioriteiten beantwoorden;

voorlichtingsacties die in partnerschap met het Europees Parlement en/of de lidstaten worden georganiseerd om synergieën tot stand te brengen tussen de middelen van elke partner, en om hun informatie- en communicatieactiviteiten over de Europese Unie te coördineren; een van de geprivilegieerde instrumenten hiervoor is het managementpartnerschap.

Het krediet dient ook ter dekking van de terugbetaling van reis- en aanverwante kosten van personen die worden uitgenodigd om de werkzaamheden van de Commissie te volgen.

Deze maatregelen worden in nauwe samenwerking tussen de instellingen van de Unie en de autoriteiten van de lidstaten en/of het maatschappelijke middenveld ten uitvoer gelegd en houden rekening met de specifieke situatie in het land of de regio.

De Interinstitutionele Groep voor voorlichting (IGV), die gezamenlijk wordt voorgezeten door de Commissie, het Europees Parlement en de Raad, bepaalt de gemeenschappelijke richtsnoeren voor de interinstitutionele samenwerking op het vlak van het uniale informatie- en communicatiebeleid. De IGV coördineert de op het grote publiek gerichte gecentraliseerde en gedecentraliseerde voorlichtingsactiviteiten over Europese onderwerpen. Deze stelt jaarlijks de prioriteiten voor de komende jaren vast, op basis van een verslag van de Commissie.

Op dit artikel mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 40 000 EUR.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel gebied, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 03 05   EuroGlobe

16 03 05 01   Voorbereidende actie — EuroGlobe

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

710 670,00

110 730,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de in 2007 opgestarte voorbereidende actie voor een mobiel Globe-theater ter stimulering van een Europees openbaar forum voor debat, cultuur en kennisoverdracht.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

16 03 05 02   Voltooiing van proefproject EuroGlobe

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 000 000

0,—

892 712,98

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afsluiting van het in 2007 gestarte proefproject voor een mobiel Globe-theater ter stimulering van een Europese publieke ruimte voor debat, cultuur en kennisoverdracht.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

16 03 06   Proefproject — Proefinformatienetwerken (PIN's)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

124 650,00

Toelichting

Dit artikel betreft het 2007 gestarte proefproject betreffende informatienetwerken op IT-basis voor betere informatie op nationaal, regionaal en lokaal niveau.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 16 04 —   ANALYSE- EN COMMUNICATIE-INSTRUMENTEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

16 04

ANALYSE- EN COMMUNICATIE-INSTRUMENTEN

16 04 01

Onderzoek van de publieke opinie

3.2

6 030 000

6 000 000

6 800 000

6 000 000

5 785 794,75

5 176 491,69

16 04 02

Online en schriftelijke informatie en communicatie-instrumenten

16 04 02 01

Online en schriftelijke informatie en communicatie-instrumenten

3.2

14 110 000

14 000 000

14 800 000

15 000 000

14 484 334,98

13 996 407,94

16 04 02 02

Online samenvattingen van wetgeving (SCAD+)

5

600 000

600 000

 

 

 

 

 

Artikel 16 04 02 — Subtotaal

 

14 710 000

14 600 000

14 800 000

15 000 000

14 484 334,98

13 996 407,94

16 04 04

Algemene gedrukte publicaties

5

3 000 000

2 800 000

3 300 000

3 300 000

3 275 904,37

2 814 658,24

 

Hoofdstuk 16 04 — Totaal

 

23 740 000

23 400 000

24 900 000

24 300 000

23 546 034,10

21 987 557,87

16 04 01   Onderzoek van de publieke opinie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 030 000

6 000 000

6 800 000

6 000 000

5 785 794,75

5 176 491,69

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de analyse van de trends binnen de publieke opinie, hoofdzakelijk via opiniepeilingen (bv. de peiling bij het grote publiek „Eurobarometer”, de peiling „flash” per telefoon bij specifieke bevolkingsgroepen en over specifieke onderwerpen, op regionaal, nationaal of Europees niveau, of kwalitatieve onderzoeken), alsook van de kwaliteitscontrole daarop.

Het dient ook ter dekking van kwalitatieve mediamonitoringanalyse.

Bij de uitvoering van deze begrotingslijn moet de Commissie rekening houden met de resultaten van de vergaderingen van de Interinstitutionele Groep voorlichting (IGV).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Op dit artikel mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel gebied, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 04 02   Online en schriftelijke informatie en communicatie-instrumenten

16 04 02 01   Online en schriftelijke informatie en communicatie-instrumenten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 110 000

14 000 000

14 800 000

15 000 000

14 484 334,98

13 996 407,94

Toelichting

Oude artikelen 16 04 02 en 16 04 03

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van gedrukte en online multimedia-informatie- en -communicatie-instrumenten voor de Europese Unie om alle burgers te voorzien van algemene informatie over de werkzaamheden van de instellingen van de Unie, de besluitvorming en de stadia in de opbouw van Europa. Online instrumenten maken het mogelijk vragen of reacties van burgers over Europese thema’s in te zamelen. Dit is een openbaredienstverleningstaak. De voorlichting bestrijkt alle instellingen van de Unie. Deze instrumenten moeten toegankelijk worden gemaakt voor mensen met een handicap, overeenkomstig WAI (Web Accessibility Initiative)-richtsnoeren.

Het gaat hoofdzakelijk om de volgende soorten instrumenten:

de internetsite Europa, die het voornaamste toegangspunt moet vormen tot de bestaande informatie en de websites voor de administratieve informatie die de Europese burgers nodig zouden kunnen hebben in hun dagelijkse leven, en die daarom beter gestructureerd en gebruiksvriendelijker moet worden;

de Europe Direct-contactlijn (00800-67891011);

de internetsites en gedrukte en multimediaproducten van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de lidstaten;

onlinepersmededelingen, -speeches, -memo's enz. (RAPID).

Dit krediet dient tevens om de internetsite Europa op een meer samenhangende wijze te herstructureren. Het dient eveneens voor de financiering van voorlichtingscampagnes gericht op een eenvoudiger toegang tot deze informatiebronnen, met name het Europe Direct-telefoonnummer.

Dit krediet dient ook ter dekking van de kosten voor het uitgeven van gedrukte publicaties over de activiteiten van de Unie die zijn bestemd voor diverse doelgroepen, die vaak worden bereikt via een gedecentraliseerd netwerk. Het gaat daarbij hoofdzakelijk om:

de publicaties van de vertegenwoordigingen (gedrukte nieuwsbrieven en periodieken): elke vertegenwoordiging geeft één of meer publicaties uit, die bij de opinieleiders worden verspreid en diverse gebieden (sociaal, economisch en politiek) betreffen;

de verspreiding (ook via een gedecentraliseerd netwerk) van specifieke basisinformatie over de Europese Unie (in alle officiële talen van de Unie) voor het grote publiek, gecoördineerd vanuit Brussel, en promotie van deze publicaties.

De kosten voor het uitgeven van deze publicaties omvatten met name de voorbereiding en de opstelling ervan (inclusief auteursrechten), de betaling van freelancejournalisten, de exploitatie van documentatie, de reproductie van documenten, de aankoop of het beheer van gegevens, de redactie, de vertaling, de revisie (inclusief de controle van de concordantie van de teksten), het drukken, het op internet of een andere elektronische drager zetten, de distributie, de opslag, de verspreiding en de promotie van de publicaties.

Bij de uitvoering van deze begrotingslijn moet de Commissie rekening houden met de resultaten van de vergaderingen van de Interinstitutionele Groep voorlichting (IGV).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Op deze post mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Mededeling van de Commissie van 21 december 2007: Communiceren over Europa via internet — De burgers erbij betrekken (SEC(2007) 1742).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 04 02 02   Online samenvattingen van wetgeving (SCAD+)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

600 000

600 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de publicatie van toegankelijke samenvattingen van uniale wetgeving, zodat geïnteresseerde burgers het uniale recht beter kunnen begrijpen. Het betreft met name het redigeren van samenvattingen en daarmee gepaard gaand onderzoek, alsook de vertaling en het praktische beheer van de wetsite waar die samenvattingen worden gepubliceerd.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, zoals bepaald in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Mededeling van de Commissie van 21 december 2007: Communiceren over Europa via internet — De burgers erbij betrekken (SEC(2007) 1742).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

16 04 04   Algemene gedrukte publicaties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 000 000

2 800 000

3 300 000

3 300 000

3 275 904,37

2 814 658,24

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor het uitgeven van publicaties, in alle mogelijke vormen, over belangrijke actuele onderwerpen betreffende de activiteiten van de Commissie en de verwezenlijkingen en projecten van de Unie die in het kader van het prioritaire publicatieprogramma zijn geselecteerd, alsook van de publicaties waarin in het de Verdragen is voorzien en andere institutionele of referentiepublicaties. Deze publicaties zijn bestemd voor de onderwijssector, voor groepen of personen die de informatie verder kunnen verspreiden, en voor het grote publiek.

De kosten van het uitgeven van publicaties omvatten onder meer de voorbereiding en de opstelling ervan (inclusief de auteurscontracten), het inhuren van freelance journalisten, gebruik van documentatie, reproductie van documenten, aankoop of beheer van gegevens, redactie, vertaling, revisie (inclusief de controle van de concordantie van de teksten), het drukken, het op internet of een andere elektronische drager zetten, distributie, opslag, verspreiding en de promotie van deze publicaties, ook in vormen die toegankelijk zijn voor burgers met een handicap. Deze publicaties moeten ook alternatief materiaal omvatten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel gebied, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 3 oktober 2007: Communiceren over Europa in partnerschap (COM(2007) 568 definitief).

Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 22 oktober 2008„Communiceren over Europa in partnerschap” (PB C 13 van 20.1.2009, blz. 3).

HOOFDSTUK 16 05 —   BEVORDERING VAN EUROPEES BURGERSCHAP

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

16 05

BEVORDERING VAN EUROPEES BURGERSCHAP

16 05 01

Europa voor de burger

16 05 01 01

Europa voor de burger

3.2

28 280 000

21 450 000

32 255 000

23 100 000

30 713 974,05

23 914 744,27

16 05 01 02

Voorbereidende actie voor de instandhouding van gedenkplaatsen in Europa

3.2

4 000 000

1 000 000

 

 

 

 

 

Artikel 16 05 01 — Subtotaal

 

32 280 000

22 450 000

32 255 000

23 100 000

30 713 974,05

23 914 744,27

16 05 02

Bezoeken aan de Commissie

3.2

2 640 000

2 300 000

2 390 000

2 100 000

2 050 000,—

1 687 057,42

16 05 03

Europees Jaar van het vrijwilligerswerk 2011

16 05 03 01

Voorbereidende actie — Europees Jaar van het vrijwilligerswerk 2011

3.2

800 000

3 000 000

2 200 000

 

 

16 05 03 02

Europees Jaar van het vrijwilligerswerk 2011

3.2

8 000 000

7 100 000

 

 

 

 

 

Artikel 16 05 03 — Subtotaal

 

8 000 000

7 900 000

3 000 000

2 200 000

 

 

16 05 04

Voltooiing van vorige programma’s/acties op het gebied van actief burgerschap

3.2

p.m.

15 000

0,—

22 774,74

16 05 05

Proefproject — Europese politieke stichtingen

5

p.m.

0,—

17 035,58

16 05 06

Europees Huis van de civil society

3.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

 

Hoofdstuk 16 05 — Totaal

 

42 920 000

32 650 000

37 645 000

27 415 000

32 763 974,05

25 641 612,01

16 05 01   Europa voor de burger

16 05 01 01   Europa voor de burger

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

28 280 000

21 450 000

32 255 000

23 100 000

30 713 974,05

23 914 744,27

Toelichting

Oud artikel 15 06 66

Overeenkomstig het programma „Europa voor de burgers 2007-2013” dient dit krediet ter dekking van de volgende acties:

„Actieve burgers voor Europa”, met:

jumelages van steden,

burgerprojecten en ondersteunende maatregelen.

„Een actieve civiele samenleving in Europa”, met:

structurele steun voor Europese organisaties die onderzoek naar het overheidsbeleid doen (denktanks),

structurele steun voor maatschappelijke organisaties op Europees niveau, enz.,

steun voor projecten waartoe maatschappelijke organisaties de aanzet hebben gegeven.

„Samen voor Europa”, met:

evenementen met een hoge zichtbaarheid, zoals herdenkingen, prijzen, conferenties op Europese schaal, enz.,

studies, onderzoeken en opiniepeilingen,

hulpmiddelen voor informatievoorziening en -verspreiding.

„Actief Europees gedenken”, met: het herdenken van de slachtoffers van massale uitroeiing en massadeportatie die verband houden met het nazisme en het stalinisme, en de instandhouding van de desbetreffende gedenktekens en archieven.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1904/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling voor de periode 2007-2013 van het programma „Europa voor de burger” ter bevordering van een actief Europees burgerschap (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 32).

16 05 01 02   Voorbereidende actie voor de instandhouding van gedenkplaatsen in Europa

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 000 000

1 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van werken voor de instandhouding, op lange termijn, van sites zoals het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau, dat door verwering en ouderdom inmiddels ernstig in verval is geraakt.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr.1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

16 05 02   Bezoeken aan de Commissie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 640 000

2 300 000

2 390 000

2 100 000

2 050 000,00

1 687 057,42

Toelichting

Oud artikel 15 06 05

Dit krediet is bestemd ter dekking van de kosten voor de organisatie van bezoeken aan de Commissie.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

16 05 03   Europees Jaar van het vrijwilligerswerk 2011

16 05 03 01   Voorbereidende actie — Europees Jaar van het vrijwilligerswerk 2011

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

800 000

3 000 000

2 200 000

 

 

Toelichting

Oud artikel 15 06 11

Dit krediet dient ter dekking van onderstaande maatregelen op uniaal en nationaal niveau:

voorlichtings- en promotiecampagnes om sleutelboodschappen van het geplande Europees Jaar van het vrijwilligerswerk te verspreiden;

verspreiding van de resultaten van studies en onderzoeken op dit gebied;

uitwisseling van ervaringen en goede praktijken;

conferenties, evenementen en initiatieven ter bevordering van het debat over en de bewustmaking van het belang en de waarde van vrijwilligerswerk en tot huldiging van het werk van de vrijwilligers;

ondersteuning van passende structuren op nationaal niveau om de implementatie van het Europees Jaar van het vrijwilligerswerk in de lidstaten te coördineren en te organiseren;

mobilisatie en coördinatie van het werk van de belangrijkste belanghebbenden op uniaal niveau.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

16 05 03 02   Europees Jaar van het vrijwilligerswerk 2011

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

8 000 000

7 100 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de volgende initiatieven die op uniaal, nationaal, regionaal of lokaal niveau in verband met de doelstellingen van het Europees Jaar worden georganiseerd:

voorlichtings- en promotiecampagnes;

uitwisseling van ervaringen en goede praktijken;

studies en onderzoek en de verspreiding van de resultaten ervan;

conferenties en evenementen ter bevordering van het debat over en de bewustmaking van het belang en de waarde van vrijwilligerswerk ter bevordering van het engagement van burgers en tot huldiging van het werk van vrijwilligers en hun organisaties;

ondersteuning van passende structuren op nationaal niveau om de implementatie van het Europees Jaar van het vrijwilligerswerk in de lidstaten te coördineren en te organiseren;

concrete initiatieven in de lidstaten ter bevordering van de doelstellingen van het Europees Jaar, die na een op uniaal niveau beheerde oproep tot het indienen van voorstellen zijn geselecteerd (het plafond voor medefinanciering door de Unie is vastgesteld op 80 % van de totale subsidiabele kosten);

mobilisatie en coördinatie van het werk van de belangrijkste belanghebbenden op uniaal niveau.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 2010/37/EG van de Raad van 27 november 2009 over het Europees Jaar van het vrijwilligerswerk ter bevordering van actief burgerschap (2011) (PB L 17 van 22.1.2010, blz. 43).

16 05 04   Voltooiing van vorige programma’s/acties op het gebied van actief burgerschap

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

15 000

0,—

22 774,74

Toelichting

Oud artikel 15 06 09

Dit krediet dient ter dekking van de voltooiing van de vóór 2007 in het kader van de volgende begrotingsonderdelen gesteunde maatregelen:

behoud van de voormalige nazi-concentratiekampen als historische gedenkplaatsen;

maatregelen ter bevordering van de maatschappelijke organisaties;

verenigingen „Ons Europa”;

subsidies aan organisaties die de Europese gedachte promoten;

verenigingen en bonden van Europees belang;

Europese denktanks;

steun voor het Jean Monnet-huis en het Robert Schuman-huis;

jumelage van steden in de Europese Unie.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit 2004/100/EG van de Raad van 26 januari 2004 tot instelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van actief Europees burgerschap („civic participation”) (PB L 30 van 4.2.2004, blz. 6).

Besluit nr. 792/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter ondersteuning van organisaties die op Europees niveau op cultuurgebied actief zijn (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 40).

16 05 05   Proefproject — Europese politieke stichtingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

0,—

17 035,58

Toelichting

Oud artikel 15 06 07

Dit artikel dient ter dekking van eventuele kosten voor de voltooiing van het proefproject inzake Europese politieke stichtingen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

16 05 06   Europees Huis van de civil society

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Toelichting

Oud artikel 15 06 67

Dit krediet dient ter financiering van een verkennende studie en de aanloopkosten van de oprichting van een Europees Huis van de civil society.

Er zijn geen kredieten gepland voor 2011.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL COMMUNICATIE

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL COMMUNICATIE

TITEL 17

GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „GEZONDHEID EN CONSUMENTENBESCHERMING”

115 975 626

115 975 626

110 681 462

110 681 462

111 713 034,65

111 713 034,65

Reserves (40 01 40)

57 583

57 583

200 652

200 652

 

 

 

116 033 209

116 033 209

110 882 114

110 882 114

111 713 034,65

111 713 034,65

17 02

CONSUMENTENBELEID

20 640 000

19 900 000

21 290 000

22 000 000

22 664 404,38

22 746 937,18

17 03

VOLKSGEZONDHEID

205 106 000

206 748 000

220 875 600

203 036 600

242 390 219,02

227 398 053,53

17 04

VEILIGHEID VAN LEVENSMIDDELEN EN DIERVOEDERS, DIERGEZONDHEID, DIERWELZIJN EN GEZONDHEID VAN PLANTEN

350 300 000

253 422 436

354 900 000

237 047 000

346 440 228,90

212 282 785,45

 

Titel 17 — Totaal

692 021 626

596 046 062

707 747 062

572 765 062

723 207 886,95

574 140 810,81

Reserves (40 01 40)

57 583

57 583

200 652

200 652

 

 

 

692 079 209

596 103 645

707 947 714

572 965 714

723 207 886,95

574 140 810,81

HOOFDSTUK 17 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „GEZONDHEID EN CONSUMENTENBESCHERMING”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

17 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „GEZONDHEID EN CONSUMENTENBESCHERMING”

17 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

5

75 762 596

71 490 159

71 473 587,74

Reserves (40 01 40)

 

57 583

200 652

 

 

 

75 820 179

71 690 811

71 473 587,74

17 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

17 01 02 01

Extern personeel

5

7 723 972

6 761 444

6 952 026,93

17 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

10 564 293

10 999 902

11 725 309,47

 

Artikel 17 01 02 — Subtotaal

 

18 288 265

17 761 346

18 677 336,40

17 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten, gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

17 01 03 01

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming” — Zetel

5

5 489 765

5 227 957

5 611 622,66

17 01 03 03

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”: Grange

5

5 485 000

5 617 000

6 096 102,48

 

Artikel 17 01 03 — Subtotaal

 

10 974 765

10 844 957

11 707 725,14

17 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

17 01 04 01

Fytosanitaire maatregelen — Uitgaven voor administratief beheer

2

700 000

250 000

300 000,—

17 01 04 02

Maatregelen van de Unie op het gebied van gezondheid — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

1 400 000

1 400 000

1 521 295,—

17 01 04 03

Maatregelen van de Unie op het gebied van consumentenbescherming — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

950 000

900 000

993 280,—

17 01 04 05

Voeder- en voedselveiligheid en hiermee verband houdende werkzaamheden — Uitgaven voor administratief beheer

2

700 000

675 000

674 930,37

17 01 04 06

Proefproject — Verbeterde methoden voor diervriendelijke productie

2

p.m.

p.m.

0,—

17 01 04 07

Uitroeiing van dierziekten en noodfonds — Uitgaven voor administratief beheer

2

300 000

250 000

 

17 01 04 30

Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten — Bijdrage van programma’s onder rubriek 3b

3.2

5 800 000

6 000 000

5 264 880,—

17 01 04 31

Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten — Bijdrage van programma’s onder rubriek 2

2

1 100 000

1 110 000

1 100 000,—

 

Artikel 17 01 04 — Subtotaal

 

10 950 000

10 585 000

9 854 385,37

 

Hoofdstuk 17 01 — Totaal

 

115 975 626

110 681 462

111 713 034,65

Reserves (40 01 40)

 

57 583

200 652

 

 

 

116 033 209

110 882 114

111 713 034,65

17 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

17 01 01

75 762 596

71 490 159

71 473 587,74

Reserves (40 01 40)

57 583

200 652

 

Totaal

75 820 179

71 690 811

71 473 587,74

17 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

17 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 723 972

6 761 444

6 952 026,93

17 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 564 293

10 999 902

11 725 309,47

17 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten, gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

17 01 03 01   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming” — Zetel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 489 765

5 227 957

5 611 622,66

17 01 03 03   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”: Grange

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 485 000

5 617 000

6 096 102,48

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

de betaling van huur en erfpacht voor door de Commissie gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen, en huur van vergaderzalen, magazijnen, garages en parkeerruimten;

kosten voor aankoop of huurkoop van gebouwen;

kosten voor het oprichten van nieuwe gebouwen;

verzekeringspremies voor door de instelling gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming;

uitgaven voor schoonmaken en onderhoud van lokalen, liften, centrale verwarming, installaties voor airconditioning enz., berekend op basis van de lopende contracten, en kosten die voortvloeien uit bepaalde periodieke schoonmaakbeurten, aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, chemische reiniging enz. evenals schilderwerk, reparaties en noodzakelijke leveringen voor de onderhoudsploegen (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven in verband met de gescheiden ophaling, opslag en verwijdering van afval;

uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden zoals het verplaatsen van tussenschotten in gebouwen, het aanbrengen van veranderingen aan technische installaties en andere gespecialiseerde verrichtingen met betrekking tot sloten, elektriciteit, sanitair, schilderwerk, vloerbedekking enz. alsmede de kosten van het materieel dat hierbij nodig is;

uitgaven inzake de fysieke en materiële veiligheid van de personen en goederen, met name de contracten inzake de bewaking van gebouwen, de contracten voor onderhoud en upgrading van de beveiligingsinstallaties en de aankoop van klein materieel;

uitgaven inzake de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die deel uitmaken van eerstehulpdiensten en de kosten van wettelijke controles;

kosten van juridische, technische en financiële expertises vóór de aankoop, de huur of de oprichting van gebouwen;

de overige lopende uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbarenutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden, reparaties en renovaties;

kosten voor aankoop, huur of leasing, onderhoud, herstelling, installatie en vervanging van uitrusting en technisch materieel, met name:

materieel (met inbegrip van kopieerapparaten) voor het produceren, reproduceren en archiveren van publicaties en van documenten in eender welke vorm (papier, elektronische drager);

audiovisueel materieel en materieel voor de bibliotheek en de tolkendienst (cabines, koptelefoons, luisterapparatuur voor simultaanvertaling);

uitrusting voor kantines en restaurants;

diverse outillage voor het onderhoud van de gebouwen;

voorzieningen voor gehandicapte ambtenaren;

de uitgaven voor studies, documentatie en opleiding met betrekking tot deze uitrusting;

kosten voor aankoop, huur, onderhoud en herstelling van meubilair, met name:

uitgaven voor de aankoop van kantoormeubilair en speciaal meubilair, met name ergonomisch meubilair, rekken voor de archieven enz.;

de vervanging van verouderd en afgedankt meubilair;

de uitrusting met speciaal materieel van bibliotheken (kaartsystemen, rekken, cataloguskasten enz.);

de specifieke uitrusting van kantines en restaurants;

de huur van meubilair;

kosten voor onderhoud en herstelling van het meubilair (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

kosten voor aankoop, huur, onderhoud en herstelling van (motor-)voertuigen, met name:

de aanschaf van nieuwe voertuigen, inclusief alle bijkomende kosten;

de vervanging van de voertuigen die in de loop van het begrotingsjaar zo'n hoog aantal kilometers zullen hebben afgelegd dat vervanging gerechtvaardigd is;

de huur van auto's, op korte of op lange termijn, wanneer de capaciteit van het wagenpark onvoldoende is;

de kosten van onderhoud, reparaties en verzekering van dienstvoertuigen (brandstof, smeermiddelen, banden, binnenbanden, diverse benodigdheden, reserveonderdelen, gereedschap enz.), inclusief de kosten van jaarlijkse keuringen;

diverse verzekeringen (met name burgerrechtelijke aansprakelijkheid en diefstal), nationale belastingen indien verschuldigd en verzekeringskosten;

uitgaven voor werkuitrusting, met name:

aanschaf van uniformen voor bodes en chauffeurs;

aanschaf en reiniging van werkkleding voor het personeel van de werkplaatsen en voor het personeel dat werkzaamheden moet verrichten waarbij bescherming nodig is tegen slechte weersomstandigheden en koude, abnormale slijtage en bevuiling;

aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG;

verhuiskosten, kosten van hergroepering van diensten en behandelingskosten (ontvangst, opslag en plaatsing) van materieel, meubilair en kantoorbenodigdheden;

andere huishoudelijke uitgaven zoals:

uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van de telefooncentrales en de lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en de uitgaven voor de daarmee samenhangende diensten (ondersteuning, documentatie, installatie, verhuizing);

aankoop, huur of leasing van computers, terminals, microcomputers, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, alsmede de voor hun werking benodigde programmatuur;

aankoop, huur of leasing van apparatuur voor de weergave van de informatie op papier, zoals printers, faxtoestellen, fotokopieerapparaten, scanners en microkopieerapparaten;

aankoop, huur of leasing van schrijfmachines, tekstverwerkers en alle in kantoren gebruikte elektronische apparatuur;

installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

de exploitatiekosten van de restaurants, cafetaria's en kantines, met name de uitgaven voor het onderhoud van installaties en de aankoop van materieel; de uitgaven voor gewone verbouwing en voor gewone vernieuwing van de uitrusting; grote uitgaven voor veranderingen in verband met de nodige verbouwingen en vernieuwingen, duidelijk te onderscheiden van de „gewone” kosten voor verbouwing, reparatie en vernieuwing van installaties en materieel;

de uitgaven voor abonnementen op en het gebruik van externe elektronische informatie- en gegevensbanken en de verwerving van elektronische informatiedragers (cd-rom enz.);

de uitgaven in verband met de voor het gebruik van deze informatie benodigde opleiding en ondersteuning;

aankoop van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden, producten voor de reprografische diensten, en kosten van uitbesteding van drukwerk;

kosten van de frankering van de gewone correspondentie, verslagen en publicaties, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en van de interne post bij de Commissie;

licenties, abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, telegraaf, telex, televisie, teleconferentie, videoconferentie) alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica enz. en de aankoop van abonneelijsten;

kosten van telefoongesprekken en computerverbindingen tussen de verschillende gebouwen en voor de internationale telecommunicatie tussen de verschillende vestigingen;

technische en logistieke ondersteuning, opleiding en nevenkosten, en andere activiteiten van algemeen belang met betrekking tot computerapparatuur en -programmatuur, algemene opleidingen op het gebied van informatica, abonnementen voor de technische documentatie op papier of op elektronische drager enz., extern personeel, servicebureaus, abonnementen bij internationale organisaties enz., veiligheidsstudies en kwaliteitsbewaking op het gebied van computerapparatuur en programmatuur.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

17 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Gezondheid en consumentenbescherming”

17 01 04 01   Fytosanitaire maatregelen — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

700 000

250 000

300 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor technische en/of administratieve bijstand in verband met de identificatie, de voorbereiding, het beheer, de follow-up, de evaluatie, de audit en de controle van programma’s of projecten.

Het dient tevens ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen.

Voorts is het mogelijk dat de maatregelen van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1) in 2010 operationeel worden.

Rechtsgronden

Zie artikel 17 04 04.

17 01 04 02   Maatregelen van de Unie op het gebied van gezondheid — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 400 000

1 400 000

1 521 295,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand in de komende jaren aflopen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 17 03 06.

17 01 04 03   Maatregelen van de Unie op het gebied van consumentenbescherming — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

950 000

900 000

993 280,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand in de komende jaren aflopen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 17 02 02.

17 01 04 05   Voeder- en voedselveiligheid en hiermee verband houdende werkzaamheden — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

700 000

675 000

674 930,37

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor technische en/of administratieve bijstand in verband met de identificatie, de voorbereiding, het beheer, de follow-up, de audit en de controle van programma’s of projecten.

Het dient tevens ter dekking van uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen.

Dit krediet dient met name ter dekking van de uitgaven in verband met Verordening (EG) nr. 882/2004.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1332/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake voedingsenzymen en tot wijziging van Richtlijn 83/417/EEG van de Raad, Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad, Richtlijn 2000/13/EG en Richtlijn 2001/112/EG van de Raad en Verordening (EG) nr. 258/97 (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 7).

Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 16).

Verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake aroma’s en bepaalde voedselingrediënten met aromatiserende eigenschappen voor gebruik in of op levensmiddelen en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1601/91 van de Raad, Verordeningen (EG) nr. 2232/96 en nr. 110/2008 en Richtlijn 2000/13/EG (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 34).

Zie artikel 17 04 07.

17 01 04 06   Proefproject — Verbeterde methoden voor diervriendelijke productie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet diende ter dekking van een proefproject voor het ontwikkelen van betere methoden voor diervriendelijke productie, met bijzondere aandacht voor alternatieven voor de castratie van varkens en het onthoornen van koeien.

Geen nieuwe kredieten meer met ingang van 2009; de in 2008 gestarte actie zal worden afgerond.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

17 01 04 07   Uitroeiing van dierziekten en noodfonds — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

300 000

250 000

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor administratieve bijstand met betrekking tot de audit van verzoeken van de lidstaten om een financiële bijdrage overeenkomstig artikel 3, lid 2, artikelen 4 en 14 en artikel 27, lid 8, van Beschikking 2009/470/EG.

Rechtsgronden

Beschikking 2009/470/EG van de Raad van 25 mei 2009 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (gecodificeerde versie) (PB L 155 van 18.6.2009, blz. 30).

Zie artikel 17 04 01 en post 17 04 03 01.

17 01 04 30   Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten — Bijdrage van programma’s onder rubriek 3b

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 800 000

6 000 000

5 264 880,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor personeels- en administratiekosten van het Agentschap.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Besluit nr. 1926/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van een communautair actieprogramma op het gebied van consumentenbeleid (2007-2013) (PB L 404 van 30.12.2006, blz. 39).

Besluit nr. 1350/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 tot vaststelling van een tweede communautair actieprogramma op het gebied van gezondheid (2008-2013) (PB L 301 van 20.11.2007, blz. 3).

Zie de artikelen 17 02 02, 17 03 01 en 17 03 06.

Referentiebesluiten

Besluit 2004/858/EG van 15 december 2004 tot oprichting van een uitvoerend agentschap, genaamd het Agentschap voor het volksgezondheidsprogramma, voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van de volksgezondheid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 369 van 16.12.2004, blz. 73).

17 01 04 31   Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten — Bijdrage van programma’s onder rubriek 2

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 100 000

1 110 000

1 100 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de subsidie van de opleidingsstrategie van de Unie op de terreinen wetgeving inzake levensmiddelen en diervoeders en voorschriften betreffende diergezondheid, dierenwelzijn en plantengezondheid, voor uitgaven voor personeel en administratie van het agentschap.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (PB L 169 van 10.7.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1), met name artikel 51.

Zie de artikelen 17 04 04 en 17 04 07.

Referentiebesluiten

Besluit 2004/858/EG van 15 december 2004 tot oprichting van een uitvoerend agentschap, genaamd het Agentschap voor het volksgezondheidsprogramma, voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van de volksgezondheid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 369 van 16.12.2004, blz. 73).

HOOFDSTUK 17 02 —   CONSUMENTENBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 02

CONSUMENTENBELEID

17 02 01

Voltooiing van activiteiten van de Unie ten behoeve van de consumenten

3.2

p.m.

p.m.

p.m.

1 000 000

0,—

2 002 639,60

17 02 02

Actie van de Unie op het gebied van consumentenbeleid

3.2

20 140 000

19 000 000

19 290 000

19 000 000

20 694 501,03

19 828 559,58

17 02 03

Voorbereidende actie — Toezichtmaatregelen op het gebied van het consumentenbeleid

3.2

500 000

900 000

1 000 000

1 000 000

1 969 903,35

915 738,—

17 02 04

Proefproject — Transparantie en stabiliteit op de financiële markten

1.1

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

 

Hoofdstuk 17 02 — Totaal

 

20 640 000

19 900 000

21 290 000

22 000 000

22 664 404,38

22 746 937,18

17 02 01   Voltooiing van activiteiten van de Unie ten behoeve van de consumenten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

1 000 000

0,—

2 002 639,60

Toelichting

Dit krediet dient voor de afwikkeling van de vastleggingen voor de vorige jaren in het kader van Besluit nr. 20/2004/EG. Dat besluit is ingetrokken bij Besluit nr. 1926/2006/EG (zie artikel 17 02 02).

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 20/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 december 2003 tot vaststelling van een algemeen kader voor de financiering van communautaire acties ter ondersteuning van het consumentenbeleid in de periode 2004-2007 (PB L 5 van 9.1.2004, blz. 1).

17 02 02   Actie van de Unie op het gebied van consumentenbeleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 140 000

19 000 000

19 290 000

19 000 000

20 694 501,03

19 828 559,58

Toelichting

Besluit nr. 1926/2006/EG stelt een algemeen kader vast voor de financiering van acties van de Unie ter ondersteuning van het consumentenbeleid (2007-2013) zoals geformuleerd in de meerjarenstrategie. Het besluit en de strategie bevatten twee strategische doelstellingen op middellange termijn:

zorgen voor een hoog niveau van consumentenbescherming, met name via betere basisgegevens, een betere raadpleging en een betere vertegenwoordiging van de consumentenbelangen, en

zorgen voor de effectieve toepassing van de regels inzake consumentenbescherming, met name door samen te werken op het gebied van handhaving, informatie, voorlichting en verhaalsmiddelen.

In het consumentenprogramma worden de actiegebieden van de consumentenprogramma’s voor 2002-2006 geconsolideerd en uitgebreid. Het bevat een aanzienlijke uitbreiding van de maatregelen van de Unie voor de ontwikkeling van kennis en basisgegevens, samenwerking op het gebied van handhaving, markttoezicht en productveiligheid, voorlichting van consumenten en het opbouwen van de capaciteit van consumentenorganisaties.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1926/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van een communautair actieprogramma op het gebied van consumentenbeleid (2007-2013) (PB L 404 van 30.12.2006, blz. 39).

17 02 03   Voorbereidende actie — Toezichtmaatregelen op het gebied van het consumentenbeleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

500 000

900 000

1 000 000

1 000 000

1 969 903,35

915 738,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld voor het financieren van verschillende monitoringmaatregelen, waaronder:

de totstandkoming van een databank voor het verzamelen van gegevens over de situatie van de consumenten in de Unie,

studies en onderzoeken naar de situatie van consumenten in de Unie,

interviews met consumenten op uniaal niveau om hun situatie te bestuderen,

de toepassing van methoden voor het vergelijken van resultaten in de lidstaten.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

17 02 04   Proefproject — Transparantie en stabiliteit op de financiële markten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Doel van het proefproject is de kennis van overheid en burgers met betrekking tot financiële derivaten verbeteren.

Het project beoogt:

opleiding te geven over financiële instrumenten die gebaseerd zijn op marktwaarden van andere goederen zoals indexen, aandelen, valuta’s, rentevoet enz.;

de burgers adequate informatie te geven over de overheidskeuzes op het gebied van openbare financiën.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 17 03 —   VOLKSGEZONDHEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 03

VOLKSGEZONDHEID

17 03 01

Maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid

17 03 01 01

Voltooiing van het programma op het gebied van de volksgezondheid (2003-2008)

3.2

p.m.

11 000 000

p.m.

11 000 000

33 644,33

28 739 583,17

 

Artikel 17 03 01 — Subtotaal

 

p.m.

11 000 000

p.m.

11 000 000

33 644,33

28 739 583,17

17 03 02

Gemeenschappelijk Fonds voor tabak — Directe betalingen door de Unie

2

p.m.

p.m.

16 900 000

16 900 000

16 000 000,—

16 000 000,—

17 03 03

Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding

17 03 03 01

Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding — Bijdrage aan titels 1 en 2

3.2

32 430 000

32 430 000

33 360 000

33 360 000

28 838 636,89

26 750 397,—

17 03 03 02

Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding — Bijdrage aan titel 3

3.2

20 340 000

20 340 000

22 895 000

10 000 000

22 011 252,29

21 920 245,—

 

Artikel 17 03 03 — Subtotaal

 

52 770 000

52 770 000

56 255 000

43 360 000

50 849 889,18

48 670 642,—

17 03 04

Voorbereidende actie — Volksgezondheid

3.2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

36 463,72

17 03 05

Internationale overeenkomsten en lidmaatschap van internationale organisaties op het gebied van de volksgezondheid en de bestrijding van tabaksgebruik

4

p.m.

p.m.

200 000

200 000

0,—

0,—

17 03 06

Actie van de Unie op het gebied van gezondheid

3.2

47 060 000

35 700 000

45 700 000

24 000 000

52 304 384,—

21 792 833,05

17 03 07

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid

17 03 07 01

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Bijdrage aan titels 1 en 2

3.2

49 845 000

49 845 000

47 047 000

47 047 000

45 524 766,44

45 037 274,—

17 03 07 02

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Bijdrage aan titel 3

3.2

22 488 000

22 690 000

21 994 000

26 150 000

24 952 214,41

18 915 705,—

 

Artikel 17 03 07 — Subtotaal

 

72 333 000

72 535 000

69 041 000

73 197 000

70 476 980,85

63 952 979,—

17 03 08

Proefproject — Nieuwe werkgelegenheidssituatie in de gezondheidszorg: beste praktijken voor het verbeteren van de beroepsopleiding en de kwalificaties van werkers in de gezondheidszorg en hun salaris

1.1

p.m.

300 000

p.m.

600 000

1 000 000,—

480 231,93

17 03 09

Proefproject — Onderzoek op het gebied van gezondheid, milieu, vervoer en klimaatverandering (HETC) — Verbetering van de kwaliteit van binnen- en buitenlucht

2

p.m.

1 500 000

p.m.

1 000 000

4 000 000,—

0,—

17 03 10

Europees Geneesmiddelenbureau

17 03 10 01

Europees Geneesmiddelenbureau — Bijdrage voor titels 1 en 2

1.1

9 347 000

9 347 000

9 347 100

9 347 100

16 796 327,77

16 796 327,77

17 03 10 02

Europees Geneesmiddelenbureau — Bijdrage voor titel 3

1.1

18 695 000

18 695 000

18 932 500

18 932 500

25 296 992,89

25 296 992,89

17 03 10 03

Speciale bijdrage voor weesgeneesmiddelen

1.1

4 901 000

4 901 000

4 500 000

4 500 000

5 632 000,—

5 632 000,—

 

Artikel 17 03 10 — Subtotaal

 

32 943 000

32 943 000

32 779 600

32 779 600

47 725 320,66

47 725 320,66

 

Hoofdstuk 17 03 — Totaal

 

205 106 000

206 748 000

220 875 600

203 036 600

242 390 219,02

227 398 053,53

17 03 01   Maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid

17 03 01 01   Voltooiing van het programma op het gebied van de volksgezondheid (2003-2008)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

11 000 000

p.m.

11 000 000

33 644,33

28 739 583,17

Toelichting

Dit betalingskrediet dient ter dekking van de vastleggingen voor de vorige jaren in het kader van Besluit nr. 1786/2002/EG.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1786/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 september 2002 tot vaststelling van een communautair actieprogramma op het gebied van de volksgezondheid (2003-2008) (PB L 271 van 9.10.2002, blz. 1).

17 03 02   Gemeenschappelijk Fonds voor tabak — Directe betalingen door de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

16 900 000

16 000 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van informatieactiviteiten ter bestrijding van roken in het kader van het Gemeenschappelijk Fonds voor tabak.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2075/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak (PB L 215 van 30.7.1992, blz. 70), met name artikel 13.

Verordening (EG) nr. 2182/2002 van de Commissie van 6 december 2002 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2075/92 van de Raad wat het Gemeenschappelijk Fonds voor tabak betreft (PB L 331 van 7.12.2002, blz. 16), met name artikel 3.

Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1), met name artikel 110.

Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale GMO-verordening) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1), met name artikel 104.

17 03 03   Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding

17 03 03 01   Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 430 000

32 430 000

33 360 000

33 360 000

28 838 636,89

26 750 397,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het centrum. Titel 1 betreft de lonen van vast personeel en gedetacheerde deskundigen, de kosten van aanwerving, diensten van uitzendbureaus, personeelsopleiding en dienstreizen. Titel 2 „Uitgaven” betreffen de huur van kantoorruimte voor het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding, de inrichting van de kantoren, informatie- en communicatietechnologie, technische installaties, de logistiek en de overige administratieve kosten.

Het Centrum stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Centrum hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van het Centrum, met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft, waarvoor voorafgaande toestemming van de begrotingsautoriteit vereist is. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

De personeelsformatie van het Centrum is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 851/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot oprichting van een Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (PB L 142 van 30.4.2004, blz. 1).

17 03 03 02   Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 340 000

20 340 000

22 895 000

10 000 000

22 011 252,29

21 920 245,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van beleidsuitgaven in verband met de onderstaande doelgebieden:

de surveillance van overdraagbare ziekten in de lidstaten verbeteren;

de wetenschappelijke ondersteuning door de lidstaten en de Commissie versterken;

de paraatheid van de Unie te verbeteren met betrekking tot nieuwe bedreigingen door overdraagbare ziekten, met name hepatitis B, met inbegrip van bedreigingen die verband houden met de moedwillige verspreiding van biologische agentia, en ziekten van onbekende oorsprong, en de reactie coördineren;

de relevante capaciteit in de lidstaten door opleiding versterken;

informatie uitwisselen en partnerschappen tot stand brengen.

Het krediet dient eveneens ter dekking van het onderhoud van een noodfaciliteit („Emergency Operations Centre”) die het Centrum online verbindt met nationale centra voor besmettelijke ziekten en referentielaboratoria in de lidstaten in geval van grote uitbraken van besmettelijke ziekten of andere ziekten van onbekende oorsprong.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 55 400 000 EUR. Een bedrag van 2 630 000 EUR afkomstig van de terugvordering van overschotten is toegevoegd aan het in de begroting opgevoerde bedrag van 52 770 000 EUR.

Het Centrum stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Centrum hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van het Centrum, met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft, waarvoor voorafgaande toestemming van de begrotingsautoriteit vereist is. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 851/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot oprichting van een Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (PB L 142 van 30.4.2004, blz. 1).

17 03 04   Voorbereidende actie — Volksgezondheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

36 463,72

Toelichting

Voor dit artikel zijn sinds 2007 geen kredieten vastgelegd. De relevante acties worden voortgezet in het kader van het nieuwe programma op het gebied van volksgezondheid onder artikel 17 03 06.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

17 03 05   Internationale overeenkomsten en lidmaatschap van internationale organisaties op het gebied van de volksgezondheid en de bestrijding van tabaksgebruik

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

200 000

200 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van de Unie aan de Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik (FCTC), die door de Gemeenschap is geratificeerd en waarbij de Unie partij is.

Rechtsgronden

Besluit 2004/513/EG van de Raad van 2 juni 2004 betreffende de sluiting van de Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik (PB L 213 van 15.6.2004, blz. 8).

17 03 06   Actie van de Unie op het gebied van gezondheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

47 060 000

35 700 000

45 700 000

24 000 000

52 304 384,00

21 792 833,05

Toelichting

Het tweede programma op het gebied van gezondheid vervangt het vorige bij Besluit nr. 1786/2002/EG ingestelde programma en betreft de periode 2008-2013.

Wat het aspect gezondheid betreft, werd het programma in 2008 vooral gericht op drie pijlers waarvoor maatregelen op uniaal niveau van essentieel belang zijn.

1. Gezondheidsinformatie

Deze pijler heeft tot doel het verzamelen, analyseren, uitwisselen en verspreiden van gezondheidsgerelateerde informatie in de Unie, ook inzake handicaps en „dys”-aandoeningen, te verbeteren; dat is nodig om voor het gezondheidsbeleid een stevige basis te bieden, maar eveneens voor professionals bij de uitoefening van hun werk en voor de burgers om voor een gezonde levensstijl te kunnen kiezen.

Verdere acties betreffen onderzoek naar multiple sclerose, waarbij specifiek moet worden onderzocht waarom de aandoening niet evenveel voorkomt in Noord- en Zuid-Europa.

De acties moeten maatregelen omvatten om het onderzoek naar de mogelijke oorzaken van amyotrofische laterale sclerose (ALS) te steunen, met specifieke aandacht voor beroepssport en de mogelijke gevolgen van doping in de sport.

2. Gezondheidsbescherming

Het belangrijkste doel is de burger tegen gezondheidsbedreigingen te beschermen.

Om bedreigingen van de volksgezondheid te vermijden, bijvoorbeeld door overdraagbare ziekten of door chemische of biologische aanvallen, moet snel en doeltreffend kunnen worden gereageerd. De aanpak van dergelijke bedreigingen moet op uniaal niveau doeltreffend worden gecoördineerd. Door de integratie van de Unie op grond van het beginsel van het vrije verkeer is er een grotere behoefte aan waakzaamheid, zodat kan worden gereageerd op ernstige grensoverschrijdende gezondheidsbedreigingen, zoals vogelgriep of bioterrorisme.

3. Gezondheidsbevordering teneinde de welvaart en de solidariteit te vergroten

Het algemene doel is bij te dragen tot de welvaart in de Unie door gezond ouder worden te bevorderen, ongelijkheden weg te werken en de solidariteit tussen de nationale gezondheidsstelsels te stimuleren.

De maatregelen omvatten onder meer initiatieven om de levensjaren in goede gezondheid te doen toenemen en gezond ouder worden te bevorderen, onderzoek naar de invloed van de gezondheid op de productiviteit en de arbeidsparticipatie, en steun voor de terugdringing van ongelijkheden tussen de lidstaten en investeringen in gezondheid, waardoor wordt bijgedragen tot de Europa 2020-strategie en tot de productiviteit en de groei. De maatregelen stimuleren eveneens de solidariteit tussen de gezondheidsstelsels, zoals samenwerking op het gebied van gezamenlijke uitdagingen, waardoor de ontwikkeling van een uniaal kader voor veilige, kwalitatief hoogstaande en doeltreffende gezondheidsdiensten wordt bevorderd. De maatregelen omvatten ook initiatieven voor het beoordelen (door onafhankelijke organisaties) van de kwaliteit van de diensten van medische nooddiensten vanaf het moment dat burgers alarm hebben geslagen (bv. door middel van een oproep aan een noodnummer) tot het moment waarop de patiënt in het ziekenhuis wordt afgeleverd; het doel is het verbeteren van de medische nooddiensten op basis van vergelijkbare gegevens, en het in kaart brengen van beste praktijken, die tussen de lidstaten moeten worden uitgewisseld.

De maatregelen omvatten eveneens gezondheidsbevordering door het aanpakken van milieu-, verslavings- en levensstijldeterminanten.

De niet-gouvernementele organisaties zijn essentiële actoren bij de tenuitvoerlegging van het programma. Zij moeten daarom een passende financiering krijgen.

Acties omvatten onder meer passende initiatieven naar aanleiding van de aanbevelingen van het raadplegingsproces naar aanleiding van het groenboek inzake geestelijke gezondheid, en in het bijzonder inzake strategieën om zelfmoord in alle levensfasen te voorkomen.

Het doel is ook dat de Commissie de strategie van het integreren van gezondheid in alle beleidsterreinen in het kader van de structuurfondsen uitvoert. Dit project moet voorstellen omvatten voor methoden om gezondheidsaspecten overeenkomstig bovengenoemde strategie deel uit te laten maken van projecten op het gebied van regionale ontwikkeling. Het project is gericht op het verbeteren van de algemene gezondheid in de Europese Unie door middel van capaciteitsopbouw via de organen voor regionale ontwikkeling.

De middelen dienen ter financiering van training, internationale evenementen, uitwisseling van ervaringen, beste praktijken, internationale samenwerking gericht op het praktische gebruik van gezondheidseffectbeoordelingen (Health Impact Assessment HIA), zowel voor lokale overheden en organen voor ontwikkeling als voor personen of ondernemingen die een subsidie aanvragen bij de Unie.

Wat betreft het cruciale belang van kleine en middelgrote ondernemingen in de Unie moeten zij professionele steun ontvangen in verband met het naleven van de verplichte regels inzake milieuhygiëne, en moeten zij worden geholpen om positieve veranderingen door te voeren op het gebied van milieuhygiëne die de bedrijfsvoering beïnvloeden.

Een Europese databank voor gezondheidsaspecten en een databank voor milieuaspecten moeten onderling worden verbonden zodat verder onderzoek op deze gebieden kan worden verbeterd door het analyseren van het verband tussen milieu en gezondheid.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van kandidaat-lidstaten, en indien van toepassing van de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan, voor deelname aan uniale/communautaire programma’s, en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1350/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 tot vaststelling van een tweede communautair actieprogramma op het gebied van gezondheid (2008-2013) (PB L 301 van 20.11.2007, blz. 3).

17 03 07   Europese Autoriteit voor voedselveiligheid

17 03 07 01   Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

49 845 000

49 845 000

47 047 000

47 047 000

45 524 766,44

45 037 274,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van de Autoriteit (titels 1 en 2).

De Autoriteit moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien de Autoriteit hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van de agentschappen, met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

De personeelsformatie van de Autoriteit is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1).

17 03 07 02   Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

22 488 000

22 690 000

21 994 000

26 150 000

24 952 214,41

18 915 705,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van de Autoriteit met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het dekt met name:

de kosten voor de ondersteuning en de vergaderingen van het wetenschappelijk comité en de wetenschappelijke panels, de werkgroepen, het adviesforum en de raad van bestuur alsmede de vergaderingen met wetenschappelijke partners of geïnteresseerde partijen;

de kosten van het opstellen van wetenschappelijke adviezen die worden uitbesteed (contracten en subsidies);

de kosten voor de oprichting van netwerken voor het verzamelen van gegevens en de integratie van bestaande informatiesystemen;

kosten voor wetenschappelijke en technische bijstand aan de Commissie (artikel 31);

de kosten voor de identificatie van maatregelen inzake logistieke ondersteuning;

de kosten voor technische en wetenschappelijke samenwerking;

de kosten voor de verspreiding van de wetenschappelijke adviezen;

de kosten voor communicatieactiviteiten.

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van de agentschappen, met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

De subsidie van de Unie voor 2011 bedraagt in totaal 75 610 000 EUR. Aan het op de begroting opgevoerde bedrag van 72 333 000 EUR is een bedrag van 3 277 000 EUR afkomstig van de terugvordering van overschotten toegevoegd.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1).

17 03 08   Proefproject — Nieuwe werkgelegenheidssituatie in de gezondheidszorg: beste praktijken voor het verbeteren van de beroepsopleiding en de kwalificaties van werkers in de gezondheidszorg en hun salaris

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

300 000

p.m.

600 000

1 000 000,00

480 231,93

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor het financieren van initiatieven gericht op het leren omgaan met de nieuwe werkgelegenheidssituatie in de gezondheidszorg, met name wat betreft beroepskwalificaties en taken uitgevoerd door werkers in de gezondheidszorg, assistenten en lager opgeleide verpleegsters, en op het onderzoeken van de effecten van grensoverschrijdende mobiliteit voor zowel het gastland als het land van herkomst. Het dient met name ter dekking van maatregelen bestemd voor:

het analyseren van factoren en maatregelen gericht op het verbeteren van het aanbod en de kwaliteit van de kwalificaties van personeel in de gezondheidszorg op de lange termijn;

het bevorderen van de uitwisseling van maatregelen en beste praktijken gericht op het inspelen op de grotere vraag naar zorg ten gevolg van de demografische veranderingen;

het financieren van initiatieven om de grensoverschrijdende effecten op de gezondheidszorg te onderzoeken;

het besteden van aandacht aan de gevolgen van verschillende salarisniveaus, die in dit verband aan het licht kunnen treden;

studies, bijeenkomsten met deskundigen en voorlichtingscampagnes. Er moet ook een oplossing worden gevonden voor het handhaven van het zorgniveau in de nationale stelsels voor gezondheidszorg;

het analyseren van het verband tussen gezondheidszorg en welzijnszorg en het trachten verzamelen van vergelijkbare gegevens. Een solide gegevensbank, die ook informatie over gender en diversiteit bevat, is van wezenlijk belang om de open coördinatiemethode te verbeteren wanneer deze wordt uitgebreid tot gezondheidszorg.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

17 03 09   Proefproject — Onderzoek op het gebied van gezondheid, milieu, vervoer en klimaatverandering (HETC) — Verbetering van de kwaliteit van binnen- en buitenlucht

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 500 000

p.m.

1 000 000

4 000 000,00

0,—

Toelichting

Milieu en gezondheid zijn belangrijke sectoroverschrijdende gebieden van het Europese milieu- en gezondheidsbeleid waarbij maatregelen en benaderingen op milieugebied samenkomen. Dit proces is van wezenlijk belang voor het welzijn en voor duurzame ontwikkeling. De doelstellingen van dit project voor de negen betrokken landen (Oostenrijk, Bosnië en Herzegovina, Finland, Hongarije, Italië, Nederland, Noorwegen, Servië en Slowakije) zijn:

het beoordelen van het verband tussen het schoolmilieu en de gezondheid van kinderen (met nadruk op luchtwegaandoeningen);

het beoordelen van de gevolgen van het vervoer op het schoolmilieu en de gezondheid van kinderen (met nadruk op luchtwegaandoeningen);

het beoordelen van de gevolgen van klimaatverandering op het schoolmilieu en de gezondheid van kinderen (met nadruk op luchtwegaandoeningen);

aanbevelingen doen voor het verbeteren van de kwaliteit van het schoolmilieu voor een betere gezondheid van kinderen en voor een richtsnoer voor gezonde scholen in Europa.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

17 03 10   Europees Geneesmiddelenbureau

17 03 10 01   Europees Geneesmiddelenbureau — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 347 000

9 347 000

9 347 100

9 347 100

16 796 327,77

16 796 327,77

Toelichting

Oude post 02 03 02 01

Dit krediet is bestemd ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven (titels 1 en 2) van het Bureau, met inbegrip van de uitgaven na de vaststelling van Verordening (EG) nr. 1901/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende geneesmiddelen voor pediatrisch gebruik (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 1).

Het Bureau stelt de begrotingsautoriteit in kennis van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

De Commissie stelt op verzoek van het Bureau de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van de agentschappen, met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Bureau is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 297/95 van de Raad van 10 februari 1995 inzake de vergoedingen die aan het Europees Bureau voor de geneesmiddelenbeoordeling dienen te worden betaald (PB L 35 van 15.2.1995, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 141/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1999 inzake weesgeneesmiddelen (PB L 18 van 22.1.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 494/2003 van de Commissie van 18 maart 2003 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 297/95 van de Raad inzake de vergoedingen die aan het Europees Bureau voor de geneesmiddelenbeoordeling dienen te worden betaald (PB L 73 van 19.3.2003, blz. 6).

Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1).

17 03 10 02   Europees Geneesmiddelenbureau — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 695 000

18 695 000

18 932 500

18 932 500

25 296 992,89

25 296 992,89

Toelichting

Oude post 02 03 02 02

Dit krediet is uitsluitend bedoeld ter dekking van de beleidsuitgaven van het Bureau in verband met het werkprogramma (titel 3), met inbegrip van de taken in verband met de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 1901/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende geneesmiddelen voor pediatrisch gebruik (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 1).

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van de agentschappen, met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De subsidie van de Europese Unie voor 2011 bedraagt in totaal 38 420 000 EUR. Aan het op de begroting opgevoerde bedrag van 32 943 000 EUR is een bedrag van 5 477 000 EUR afkomstig van de terugvordering van overschotten toegevoegd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 297/95 van de Raad van 10 februari 1995 inzake de vergoedingen die aan het Europees Bureau voor de geneesmiddelenbeoordeling dienen te worden betaald (PB L 35 van 15.2.1995, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 141/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1999 inzake weesgeneesmiddelen (PB L 18 van 22.1.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 494/2003 van de Commissie van 18 maart 2003 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 297/95 van de Raad inzake de vergoedingen die aan het Europees Bureau voor de geneesmiddelenbeoordeling dienen te worden betaald (PB L 73 van 19.3.2003, blz. 6).

Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1).

17 03 10 03   Speciale bijdrage voor weesgeneesmiddelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 901 000

4 901 000

4 500 000

4 500 000

5 632 000,00

5 632 000,00

Toelichting

Oude post 02 03 02 03

Dit krediet dient ter dekking van de in artikel 7 van Verordening (EG) nr. 141/2000 vastgelegde speciale bijdrage, in tegenstelling tot de in artikel 67 van Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1). Het wordt door het Bureau uitsluitend gebruikt om de gehele of gedeeltelijke vrijstelling van betaling van vergoedingen die voor een weesgeneesmiddel verschuldigd zijn, te compenseren.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 141/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1999 inzake weesgeneesmiddelen (PB L 18 van 22.1.2000, blz. 1).

HOOFDSTUK 17 04 —   VEILIGHEID VAN LEVENSMIDDELEN EN DIERVOEDERS, DIERGEZONDHEID, DIERWELZIJN EN GEZONDHEID VAN PLANTEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 04

VEILIGHEID VAN LEVENSMIDDELEN EN DIERVOEDERS, DIERGEZONDHEID, DIERWELZIJN EN GEZONDHEID VAN PLANTEN

17 04 01

Programma’s voor de uitroeiing en de bewaking van dierziekten en voor de bewaking van de lichamelijke toestand van dieren met een volksgezondheidsrisico, die veroorzaakt is door een externe factor

17 04 01 01

Programma’s voor de uitroeiing en de bewaking van dierziekten en voor de bewaking van de lichamelijke toestand van dieren met een volksgezondheidsrisico, die veroorzaakt is door een externe factor — Nieuwe maatregelen

2

270 000 000

170 885 000

275 000 000

170 000 000

267 286 609,50

139 432 039,77

 

Artikel 17 04 01 — Subtotaal

 

270 000 000

170 885 000

275 000 000

170 000 000

267 286 609,50

139 432 039,77

17 04 02

Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van dierenwelzijn en van de volksgezondheid

17 04 02 01

Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van dierenwelzijn en van de volksgezondheid — Nieuwe maatregelen

2

18 100 000

13 000 000

18 500 000

13 000 000

18 116 450,32

12 178 768,37

 

Artikel 17 04 02 — Subtotaal

 

18 100 000

13 000 000

18 500 000

13 000 000

18 116 450,32

12 178 768,37

17 04 03

Noodfonds voor veterinaire aandoeningen en voor andere voor de volksgezondheid risicovolle aandoeningen bij dieren

17 04 03 01

Noodfonds voor veterinaire aandoeningen en voor andere voor de volksgezondheid risicovolle aandoeningen bij dieren — Nieuwe maatregelen

2

20 000 000

30 000 000

30 000 000

30 000 000

14 095 235,31

40 655 127,77

17 04 03 03

Voorbereidende actie — Controleposten (rustplaatsen) voor het vervoer van dieren

2

p.m.

2 000 000

2 000 000

2 000 000

4 000 000,—

0,—

 

Artikel 17 04 03 — Subtotaal

 

20 000 000

32 000 000

32 000 000

32 000 000

18 095 235,31

40 655 127,77

17 04 04

Fytosanitaire maatregelen

17 04 04 01

Fytosanitaire maatregelen — Nieuwe maatregelen

2

12 000 000

12 000 000

3 200 000

2 500 000

16 849 399,94

1 366 824,82

 

Artikel 17 04 04 — Subtotaal

 

12 000 000

12 000 000

3 200 000

2 500 000

16 849 399,94

1 366 824,82

17 04 05

Communautair Bureau voor plantenrassen

17 04 05 01

Communautair Bureau voor plantenrassen — Bijdrage voor titels 1 en 2

2

p.m.

p.m.

0,—

0,—

17 04 05 02

Communautair Bureau voor plantenrassen — Bijdrage voor titel 3

2

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 17 04 05 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

0,—

0,—

17 04 06

Voltooiing van vroegere maatregelen op veterinair en fytosanitair gebied

3.2

p.m.

347 000

p.m.

347 000

0,—

0,—

17 04 07

Voeder- en voedselveiligheid en hiermee verband houdende werkzaamheden

17 04 07 01

Voeder- en voedselveiligheid en hiermee verband houdende werkzaamheden — Nieuwe maatregelen

2

30 000 000

25 000 000

26 000 000

19 000 000

25 926 308,23

18 483 799,12

 

Artikel 17 04 07 — Subtotaal

 

30 000 000

25 000 000

26 000 000

19 000 000

25 926 308,23

18 483 799,12

17 04 09

Internationale overeenkomsten en lidmaatschap van internationale organisaties op het gebied van voedselveiligheid, diergezondheid, dierenwelzijn en gezondheid van planten

4

200 000

190 436

200 000

200 000

166 225,60

166 225,60

 

Hoofdstuk 17 04 — Totaal

 

350 300 000

253 422 436

354 900 000

237 047 000

346 440 228,90

212 282 785,45

17 04 01   Programma’s voor de uitroeiing en de bewaking van dierziekten en voor de bewaking van de lichamelijke toestand van dieren met een volksgezondheidsrisico, die veroorzaakt is door een externe factor

17 04 01 01   Programma’s voor de uitroeiing en de bewaking van dierziekten en voor de bewaking van de lichamelijke toestand van dieren met een volksgezondheidsrisico, die veroorzaakt is door een externe factor — Nieuwe maatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

270 000 000

170 885 000

275 000 000

170 000 000

267 286 609,50

139 432 039,77

Toelichting

Dankzij de financiële steunbijdrage van de Unie kunnen de uitroeiing en de bestrijding van dierziekten sneller worden verricht dan met alleen nationale financiële middelen mogelijk zou zijn en kunnen de acties op uniaal niveau worden geharmoniseerd. Het merendeel van deze ziekten en infecties zijn op de mens overdraagbare zoönoses (BSE, vogelgriep, brucellose, salmonellose, tuberculose enz.). Indien deze ziekten blijven voortbestaan, belemmert dat bovendien de goede werking van de interne markt; de bestrijding ervan draagt bij tot een beter volksgezondheidsniveau en betere voedselveiligheid in de Unie.

Rechtsgronden

Beschikking 2009/470/EG van de Raad van 25 mei 2009 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (gecodificeerde versie) (PB L 155 van 18.6.2009, blz. 30).

17 04 02   Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van dierenwelzijn en van de volksgezondheid

17 04 02 01   Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van dierenwelzijn en van de volksgezondheid — Nieuwe maatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 100 000

13 000 000

18 500 000

13 000 000

18 116 450,32

12 178 768,37

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van de Unie voor maatregelen die de belemmeringen van het vrije goederenverkeer op deze gebieden moeten wegwerken, alsmede voor steunregelingen en flankerende maatregelen voor de veterinaire sector.

Met dit krediet wordt financiële steun verleend voor:

de aankoop, de opslag en het formuleren van antigenen voor mond- en klauwzeer en van verschillende vaccins;

voorlichtingsbeleid op het gebied van dierenbescherming, inclusief voorlichtingscampagnes en programma’s om de bevolking te informeren over de schadeloosheid van de consumptie van vlees van gevaccineerde dieren, alsmede informatiecampagnes en programma’s om nadruk te leggen op de humane aspecten van vaccinatiestrategieën in de strijd tegen besmettelijke ziekten;

de controle op de naleving van de bepalingen inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer van voor de slacht bestemde dieren;

de ontwikkeling van markervaccins of tests die het onderscheid kunnen maken tussen zieke en gevaccineerde dieren;

het opzetten en in stand houden van een snellewaarschuwingssysteem, met inbegrip van een wereldwijd snellewaarschuwingssysteem, voor de kennisgeving van een direct of indirect risico voor de menselijke en dierlijke gezondheid als gevolg van levensmiddelen of diervoeders;

technische en wetenschappelijke maatregelen met het oog op de ontwikkeling van de uniale wetgeving op veterinair gebied en de ontwikkeling van onderwijs en opleiding op veterinair gebied;

IT-instrumenten, waaronder Traces en het Animal Disease Notification System;

maatregelen ter bestrijding van de illegale invoer van honden- en kattenbont.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1), met name artikel 50.

Beschikking 2009/470/EG van de Raad van 25 mei 2009 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (gecodificeerde versie) (PB L 155 van 18.6.2009, blz. 30).

17 04 03   Noodfonds voor veterinaire aandoeningen en voor andere voor de volksgezondheid risicovolle aandoeningen bij dieren

17 04 03 01   Noodfonds voor veterinaire aandoeningen en voor andere voor de volksgezondheid risicovolle aandoeningen bij dieren — Nieuwe maatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 000 000

30 000 000

30 000 000

30 000 000

14 095 235,31

40 655 127,77

Toelichting

Het uitbreken van bepaalde dierziekten in de Unie kan een grote invloed hebben op de werking van de interne markt en de handelsbetrekkingen tussen de Unie en derde landen. Daarom is het belangrijk dat de Unie een financiële bijdrage levert aan een zo snel mogelijke uitroeiing van elke haard van ernstige, besmettelijke ziekten in de lidstaten door die ziekten met middelen van de Unie te bestrijden.

Rechtsgronden

Beschikking 2009/470/EG van de Raad van 25 mei 2009 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (gecodificeerde versie) (PB L 155 van 18.6.2009, blz. 30).

17 04 03 03   Voorbereidende actie — Controleposten (rustplaatsen) voor het vervoer van dieren

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 000 000

2 000 000

2 000 000

4 000 000,00

0,—

Toelichting

In 2008 is met deze voorbereidende actie begonnen ter dekking van de kosten voor de ontwikkeling van betere controleposten (rustplaatsen) voor dieren tijdens lange transporten. Met het oog op de gezondheid en het welzijn van de dieren is het nodig specifieke maatregelen in te voeren om stress te vermijden, bijvoorbeeld bij het uit- en weer inladen van de dieren, en om de verspreiding van besmettelijke ziekten tegen te gaan.

De begrotingsautoriteit heeft nieuwe kredieten toegewezen om deze actie in 2009 en 2010 voort te zetten.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

17 04 04   Fytosanitaire maatregelen

17 04 04 01   Fytosanitaire maatregelen — Nieuwe maatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 000 000

12 000 000

3 200 000

2 500 000

16 849 399,94

1 366 824,82

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van de Unie aan de uitvoering, door de Commissie en/of de lidstaten, van de maatregelen waarin de onder de titel Rechtsgrond vermelde wetgevingshandelingen, en met name maatregelen om de belemmeringen voor het vrije verkeer van de betrokken goederen op te heffen.

Rechtsgronden

Richtlijn 66/401/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergewassen (PB 125 van 11.7.1966, blz. 2298/66).

Richtlijn 66/402/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaigranen (PB 125 van 11.7.1966, blz. 2309/66).

Richtlijn 68/193/EEG van de Raad van 9 april 1968 betreffende het in de handel brengen van vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken (PB L 93 van 17.4.1968, blz. 15).

Besluit 94/800/EG van de Raad van 22 december 1994 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap voor wat betreft de onder haar bevoegdheid vallende aangelegenheden, van de uit de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde (1986-1994) voortvloeiende overeenkomsten (PB L 336 van 23.12.1994, blz. 1), met name artikel 5, „Risico-evaluatie en bepaling van het adequate niveau van sanitaire of fytosanitaire bescherming”, van het hoofdstuk „Overeenkomst inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen”.

Richtlijn 98/56/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen (PB L 226 van 13.8.1998, blz. 16).

Richtlijn 1999/105/EG van de Raad van 22 december 1999 betreffende het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal (PB L 11 van 15.1.2000, blz. 17), met name artikel 11, lid 1.

Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (PB L 169 van 10.7.2000, blz. 1).

Richtlijn 2002/53/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 1), met name artikel 17.

Richtlijn 2002/54/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van bietenzaad (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 12).

Richtlijn 2002/55/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van groentezaad (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 33).

Richtlijn 2002/56/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van pootaardappelen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 60).

Richtlijn 2002/57/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 74).

Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 23 februari 2005 tot vaststelling van maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen in of op levensmiddelen en diervoeders van plantaardige en dierlijke oorsprong en houdende wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 70 van 16.3.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 247/2006 van de Raad van 30 januari 2006 houdende specifieke maatregelen op landbouwgebied ten behoeve van de ultraperifere gebieden van de Unie (PB L 42 van 14.2.2006, blz. 1).

Richtlijn 2008/72/EG van de Raad van 15 juli 2008 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad (gecodificeerde versie) (PB L 205 van 1.8.2008, blz. 28).

Richtlijn 2008/90/EG van de Raad van 29 september 2008 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt (herschikking) (PB L 267 van 8.10.2008, blz. 8).

17 04 05   Communautair Bureau voor plantenrassen

17 04 05 01   Communautair Bureau voor plantenrassen — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Bureau (titels 1 en 2).

De personeelsformatie van het Bureau is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad van 27 juli 1994 inzake het communautaire kwekersrecht (PB L 227 van 1.9.1994, blz. 1).

17 04 05 02   Communautair Bureau voor plantenrassen — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Bureau (titel 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad van 27 juli 1994 inzake het communautaire kwekersrecht (PB L 227 van 1.9.1994, blz. 1).

17 04 06   Voltooiing van vroegere maatregelen op veterinair en fytosanitair gebied

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

347 000

p.m.

347 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van de vastleggingen die vroeger zijn aangegaan ten laste van de posten B2-5 1 0 0, B2-5 1 0 1, B2-5 1 0 2, B2-5 1 0 3, B2-5 1 0 5, B2-5 1 0 6, B2-5 1 2 2 en B2-5 1 9 0.

Dit krediet zal in geval van nood worden gebruikt voor het herformuleren van antigenen voor mond-en-klauwzeer teneinde over een noodvaccin ter bestrijding van de ziekte te kunnen beschikken. Het saldo van de in 1997 toegewezen 3 900 000 EUR voor de aankoop en herformulering van antigenen bedraagt eind 2009 347 000 EUR. Zolang de herformulering niet heeft plaatsgevonden, blijft een bedrag van 347 000 EUR aan betalingskredieten nodig.

17 04 07   Voeder- en voedselveiligheid en hiermee verband houdende werkzaamheden

17 04 07 01   Voeder- en voedselveiligheid en hiermee verband houdende werkzaamheden — Nieuwe maatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

30 000 000

25 000 000

26 000 000

19 000 000

25 926 308,23

18 483 799,12

Toelichting

Dit krediet dient voor de uitvoering van de eerste maatregelen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 882/2004, en met name:

opleiding inzake diervoeder- en levensmiddelencontrole;

activiteiten van de laboratoria van de Unie;

IT-instrumenten, communicatie en informatie over diervoeder- en levensmiddelencontrole, ontwikkeling van een strategie van de Unie voor veiliger levensmiddelen;

reis- en verblijfkosten voor nationale deskundigen die aan inspectiebezoeken van het Voedsel- en Veterinair Bureau deelnemen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1332/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake voedingsenzymen en tot wijziging van Richtlijn 83/417/EEG van de Raad, Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad, Richtlijn 2000/13/EG en Richtlijn 2001/112/EG van de Raad en Verordening (EG) nr. 258/97 (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 7).

Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 16).

Verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake aroma’s en bepaalde voedselingrediënten met aromatiserende eigenschappen voor gebruik in of op levensmiddelen en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1601/91 van de Raad, Verordeningen (EG) nr. 2232/96 en (EG) nr. 110/2008 en Richtlijn 2000/13/EG (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 34).

17 04 09   Internationale overeenkomsten en lidmaatschap van internationale organisaties op het gebied van voedselveiligheid, diergezondheid, dierenwelzijn en gezondheid van planten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

200 000

190 436

200 000

200 000

166 225,60

166 225,60

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van de Unie aan de Internationale Unie tot bescherming van kweekproducten (UPOV) die is ingesteld bij het Internationaal Verdrag tot bescherming van kweekproducten, herzien op 19 maart 1991, dat voorziet in een exclusief eigendomsrecht voor kwekers van kweekproducten.

Rechtsgronden

Besluit 2005/523/EG van de Raad van 30 mei 2005 tot goedkeuring van de toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot bescherming van kweekproducten, zoals herzien te Genève op 19 maart 1991 (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 63).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN CONSUMENTEN

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN CONSUMENTEN

TITEL 18

RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT”

75 741 028

75 741 028

63 382 684

63 382 684

63 068 581,50

63 068 581,50

Reserves (40 01 40)

44 335

44 335

135 547

135 547

 

 

 

75 785 363

75 785 363

63 518 231

63 518 231

63 068 581,50

63 068 581,50

18 02

SOLIDARITEIT — BUITENGRENZEN, TERUGKEER, VISUMBELEID EN VRIJ VERKEER VAN PERSONEN

486 200 000

343 632 947

434 000 000

286 500 000

486 661 513,26

331 977 475,35

Reserves (40 02 41)

16 010 000

12 535 693

 

 

 

 

 

502 210 000

356 168 640

434 000 000

286 500 000

486 661 513,26

331 977 475,35

18 03

MIGRATIESTROMEN — GEMEENSCHAPPELIJK IMMIGRATIE- EN ASIELBELEID

253 380 000

174 527 196

222 050 000

152 864 000

213 809 039,11

191 417 859,97

Reserves (40 02 41)

 

 

5 250 000

5 250 000

 

 

 

253 380 000

174 527 196

227 300 000

158 114 000

213 809 039,11

191 417 859,97

18 04

GRONDRECHTEN EN BURGERSCHAP

55 800 000

48 603 101

50 900 000

49 540 000

49 027 300,35

33 729 327,39

18 05

VEILIGHEID EN BESCHERMING VAN DE VRIJHEDEN

224 144 000

149 603 008

195 324 150

163 153 150

100 374 123,23

52 169 290,18

Reserves (40 02 41)

425 000

425 000

 

 

 

 

 

224 569 000

150 028 008

195 324 150

163 153 150

100 374 123,23

52 169 290,18

18 06

JUSTITIE IN STRAFRECHTELIJKE EN BURGERLIJKE ZAKEN

72 975 740

56 746 316

72 663 220

55 863 220

71 846 577,01

50 444 460,75

18 07

DRUGSPREVENTIE EN -VOORLICHTING

19 170 000

18 283 625

17 800 000

17 800 000

17 512 000,—

16 938 722,06

18 08

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE

6 500 000

4 570 459

6 100 000

5 200 000

5 722 640,78

3 951 742,05

 

Titel 18 — Totaal

1 193 910 768

871 707 680

1 062 220 054

794 303 054

1 008 021 775,24

743 697 459,25

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

16 479 335

13 005 028

5 385 547

5 385 547

 

 

 

1 210 390 103

884 712 708

1 067 605 601

799 688 601

1 008 021 775,24

743 697 459,25

HOOFDSTUK 18 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

18 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT”

18 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst van het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

5

58 331 356

48 293 883

48 206 261,10

Reserves (40 01 40)

 

44 335

135 547

 

 

 

58 375 691

48 429 430

48 206 261,10

18 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

18 01 02 01

Extern personeel

5

5 472 706

4 301 153

4 743 818,72

18 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

3 360 270

3 355 996

3 386 383,49

 

Artikel 18 01 02 — Subtotaal

 

8 832 976

7 657 149

8 130 202,21

18 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

5

4 226 696

3 531 652

3 784 970,49

18 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

18 01 04 02

Europees Vluchtelingenfonds — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

500 000

400 000

356 156,28

18 01 04 03

Noodmaatregelen in geval van een massale vluchtelingenstroom — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

150 000

200 000

51 000,—

18 01 04 08

Buitengrenzenfonds — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

500 000

500 000

200 840,91

18 01 04 09

Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

500 000

500 000

271 925,39

18 01 04 10

Europees Terugkeerfonds — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

500 000

500 000

284 371,25

18 01 04 11

Grondrechten en burgerschap — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

300 000

200 000

182 774,22

18 01 04 12

Maatregelen ter bestrijding van geweld (Daphne) — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

350 000

350 000

132 432,35

18 01 04 13

Strafrecht — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

350 000

300 000

200 000,—

18 01 04 14

Civiel recht — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

250 000

300 000

202 143,89

18 01 04 15

Drugspreventie en -voorlichting — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

50 000

50 000

35 007,37

18 01 04 16

Preventie, paraatheid en beheersing van de gevolgen van terrorisme — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

300 000

100 000

293 992,37

18 01 04 17

Preventie en bestrijding van criminaliteit — Uitgaven voor administratief beheer

3.1

600 000

500 000

736 503,67

 

Artikel 18 01 04 — Subtotaal

 

4 350 000

3 900 000

2 947 147,70

 

Hoofdstuk 18 01 — Totaal

 

75 741 028

63 382 684

63 068 581,50

Reserves (40 01 40)

 

44 335

135 547

 

 

 

75 785 363

63 518 231

63 068 581,50

18 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst van het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

18 01 01

58 331 356

48 293 883

48 206 261,10

Reserves (40 01 40)

44 335

135 547

 

Totaal

58 375 691

48 429 430

48 206 261,10

18 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

18 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 472 706

4 301 153

4 743 818,72

18 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 360 270

3 355 996

3 386 383,49

Toelichting

Een deel van dit krediet dient ter waarborging van afdoende steun voor de Werkgroep artikel 29.

18 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 226 696

3 531 652

3 784 970,49

18 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”

18 01 04 02   Europees Vluchtelingenfonds — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

400 000

356 156,28

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 03 03.

18 01 04 03   Noodmaatregelen in geval van een massale vluchtelingenstroom — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

150 000

200 000

51 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 03 04.

18 01 04 08   Buitengrenzenfonds — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

500 000

200 840,91

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Overeenkomstig artikel 11, lid 7, van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein over extra voorschriften in verband met het Buitengrenzenfonds voor de periode 2007-2013 (PB L 169 van 3.7.2010, blz. 24) kan de Commissie jaarlijks tot 300 000 EUR van de betalingen die zijn verricht door de geassocieerde staten gebruiken om de administratieve uitgaven te financieren in verband met het interne of externe personeel dat nodig is om de tenuitvoerlegging door de geassocieerde staten van Beschikking nr. 574/2007/EG en die overeenkomst te ondersteunen.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 02 06.

18 01 04 09   Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

500 000

271 925,39

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 03 09.

18 01 04 10   Europees Terugkeerfonds — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

500 000

284 371,25

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 02 09.

18 01 04 11   Grondrechten en burgerschap — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

300 000

200 000

182 774,22

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 04 06.

18 01 04 12   Maatregelen ter bestrijding van geweld (Daphne) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

350 000

350 000

132 432,35

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 04 07.

18 01 04 13   Strafrecht — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

350 000

300 000

200 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 06 06.

18 01 04 14   Civiel recht — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

250 000

300 000

202 143,89

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 06 07.

18 01 04 15   Drugspreventie en -voorlichting — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

50 000

50 000

35 007,37

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 07 03.

18 01 04 16   Preventie, paraatheid en beheersing van de gevolgen van terrorisme — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

300 000

100 000

293 992,37

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 05 08.

18 01 04 17   Preventie en bestrijding van criminaliteit — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

600 000

500 000

736 503,67

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Rechtsgronden

Zie artikel 18 05 09.

HOOFDSTUK 18 02 —   SOLIDARITEIT — BUITENGRENZEN, TERUGKEER, VISUMBELEID EN VRIJ VERKEER VAN PERSONEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 02

SOLIDARITEIT — BUITENGRENZEN, TERUGKEER, VISUMBELEID EN VRIJ VERKEER VAN PERSONEN

18 02 02

Voltooiing Kaliningradfaciliteit

3.1

p.m.

0,—

0,—

18 02 03

Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen

18 02 03 01

Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen — Bijdrage voor titels 1 en 2

3.1

21 000 000

21 000 000

23 633 000

19 000 000

23 000 000,—

13 117 023,15

18 02 03 02

Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen — Bijdrage voor titel 3

3.1

57 000 000

47 000 000

59 367 000

38 000 000

62 000 000,—

64 216 339,85

 

Artikel 18 02 03 — Subtotaal

 

78 000 000

68 000 000

83 000 000

57 000 000

85 000 000,—

77 333 363,—

18 02 04

Schengeninformatiesysteem

18 02 04 01

Schengeninformatiesysteem (SIS II)

3.1

20 000 000

13 353 286

35 000 000

19 500 000

40 995 992,73

16 246 646,—

Reserves (40 02 41)

 

10 000 000

6 642 473

 

 

 

 

 

 

30 000 000

19 995 759

35 000 000

19 500 000

40 995 992,73

16 246 646,—

18 02 04 02

Schengeninformatiesysteem (SIS 1+)

3.1

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 18 02 04 — Subtotaal

 

20 000 000

13 353 286

35 000 000

19 500 000

40 995 992,73

16 246 646,—

Reserves (40 02 41)

 

10 000 000

6 642 473

 

 

 

 

 

 

30 000 000

19 995 759

35 000 000

19 500 000

40 995 992,73

16 246 646,—

18 02 05

Visuminformatiesysteem (VIS)

3.1

21 200 000

20 186 195

21 000 000

10 000 000

37 601 077,01

20 828 087,90

18 02 06

Buitengrenzenfonds

3.1

253 500 000

171 392 220

207 500 000

144 000 000

222 043 374,96

154 803 192,75

18 02 07

Schengenevaluatie

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

560 000

533 220

 

 

 

 

 

 

560 000

533 220

p.m.

p.m.

 

 

18 02 08

Voorbereidende actie — Terugkeerbeleid

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

1 000 000

0,—

1 646 701,43

18 02 09

Europees Terugkeerfonds

3.1

113 500 000

70 461 246

87 500 000

53 000 000

101 020 068,56

56 881 984,50

18 02 10

Voorbereidende actie — Migratiebeheer — Solidariteit in actie

3.1

p.m.

240 000

p.m.

2 000 000

1 000,—

4 237 499,77

18 02 11

Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht

18 02 11 01

Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht — Bijdrage voor titels 1 en 2

3.1

p.m.

p.m.

 

 

 

 

Reserves (40 02 41)

 

5 150 000

5 150 000

 

 

 

 

 

 

5 150 000

5 150 000

 

 

 

 

18 02 11 02

Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht — Bijdrage voor titel 3

3.1

p.m.

p.m.

 

 

 

 

Reserves (40 02 41)

 

300 000

210 000

 

 

 

 

 

 

300 000

210 000

 

 

 

 

 

Artikel 18 02 11 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

 

 

 

 

Reserves (40 02 41)

 

5 450 000

5 360 000

 

 

 

 

 

 

5 450 000

5 360 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 18 02 — Totaal

 

486 200 000

343 632 947

434 000 000

286 500 000

486 661 513,26

331 977 475,35

Reserves (40 02 41)

 

16 010 000

12 535 693

 

 

 

 

 

 

502 210 000

356 168 640

434 000 000

286 500 000

486 661 513,26

331 977 475,35

18 02 02   Voltooiing Kaliningradfaciliteit

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de specifieke bevoegdheden die bij het Toetredingsverdrag 2003 rechtstreeks aan de Commissie zijn toegekend (Protocol nr. 5 inzake de doorreis van personen over land tussen de regio Kaliningrad en de andere delen van de Russische Federatie).

Referentiebesluiten

Besluit C(2003) 5213 van de Commissie van 30 december 2003 betreffende de toekenning van financiële steun aan Litouwen voor de invoering van een specifiek doorreisfaciliteringsdocument (FTD) en een doorreisfaciliteringsdocument voor treinreizigers (FRTD) zoals bepaald in de Verordeningen (EG) nr. 693/2003 en (EG) nr. 694/2003 van de Raad.

18 02 03   Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen

18 02 03 01   Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 000 000

21 000 000

23 633 000

19 000 000

23 000 000,00

13 117 023,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen (titels 1 en 2).

Het Agentschap moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

Ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die zijn opgenomen in post 6 3 1 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het Agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2007/2004 van de Raad van 26 oktober 2004 tot oprichting van een Europees agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen van de lidstaten van de Europese Unie (PB L 349 van 25.11.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 863/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007 tot instelling van een mechanisme voor de oprichting van snellegrensinterventieteams (PB L 199 van 31.7.2007, blz. 30).

18 02 03 02   Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

57 000 000

47 000 000

59 367 000

38 000 000

62 000 000,00

64 216 339,85

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Agentschap moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

Ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die zijn opgenomen in post 6 3 1 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 81 000 000 EUR. Een bedrag van 3 000 000 EUR afkomstig van de terugvordering van overschotten is toegevoegd aan het in de begroting opgevoerde bedrag van 78 000 000 EUR.

De kredieten die zijn opgevoerd op de operationele begroting zouden het Agentschap in staat stellen door te gaan met de permanente missies, in het bijzonder aan de zuidelijke grenzen van de Unie (Hera, Nautilus en Poseidon) vanaf 2010 en de lidstaten helpen bij de uitvoering van de operationele aspecten van het beheer van de buitengrenzen, met inbegrip van de terugzending van onderdanen van derde landen die illegaal in de lidstaten verblijven, overeenkomstig gemeenschappelijke normen die garanderen dat zij met waardigheid en volstrekte inachtneming van hun mensenrechten worden teruggestuurd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2007/2004 van de Raad van 26 oktober 2004 tot oprichting van een Europees agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen van de lidstaten van de Europese Unie (PB L 349 van 25.11.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 863/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007 tot instelling van een mechanisme voor de oprichting van snellegrensinterventieteams (PB L 199 van 31.7.2007, blz. 30).

18 02 04   Schengeninformatiesysteem

18 02 04 01   Schengeninformatiesysteem (SIS II)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 02 04 01

20 000 000

13 353 286

35 000 000

19 500 000

40 995 992,73

16 246 646,00

Reserves (40 02 41)

10 000 000

6 642 473

 

 

 

 

Totaal

30 000 000

19 995 759

35 000 000

19 500 000

40 995 992,73

16 246 646,—

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor de financiering van:

de operationele uitgaven van het Schengeninformatiesysteem (SIS) als trans-Europees net;

andere operationele uitgaven die kunnen voortvloeien uit deze integratie.

Ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die zijn opgenomen in post 6 3 1 2 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

De in de reserve geplaatste bedragen worden vrijgemaakt zodra de Commissie een concreet en realistisch schema presenteert voor de verdere ontwikkeling van SIS II, waarbij details worden gegeven inzake verdere technische stappen, de inhoud en doelstelling van elke stap, de daarmee gemoeide kosten en de verantwoordelijkheid voor elke stap. Bovendien dient de Commissie het Europees Parlement en de Raad onbeperkt inzicht te geven in het dienstverleningscontract tussen de Commissie en de dienstverlener voor de ontwikkeling van SIS II.

Rechtsgronden

Protocol betreffende het in het kader van de Europese Unie geïntegreerde Schengenacquis.

Besluit 2001/886/JBZ van de Raad van 6 december 2001 betreffende de ontwikkeling van een Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 328 van 13.12.2001, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2424/2001 van de Raad van 6 december 2001 betreffende de ontwikkeling van een Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 328 van 13.12.2001, blz. 4).

Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 381 van 28.12.2006, blz. 4).

Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de toegang tot het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) voor de instanties die in de lidstaten belast zijn met de afgifte van kentekenbewijzen van voertuigen (PB L 381 van 28.12.2006, blz. 1).

Besluit 2007/533/JBZ van de Raad van 12 juni 2007 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 205 van 7.8.2007, blz. 63).

Besluit 2008/839/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 over de migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS 1+) naar het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 299 van 8.11.2008, blz. 43).

Verordening (EG) nr. 1104/2008 van de Raad van 24 oktober 2008 over de migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS 1+) naar het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 299 van 8.11.2008, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verordening (EU) nr. 541/2010 van de Raad van 3 juni 2010, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1104/2008 over de migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS 1+) naar het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 155 van 22.6.2010, blz. 19).

18 02 04 02   Schengeninformatiesysteem (SIS 1+)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor de financiering van:

de installatie van een communicatie-infrastructuur voor SIS 1+;

de exploitatie en het beheer van een communicatie-infrastructuur voor SIS 1+.

Ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die zijn opgenomen in post 6 3 1 2 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Protocol betreffende het in het kader van de Europese Unie geïntegreerde Schengenacquis.

Overeenkomst van 19 juni 1990 ter uitvoering van het tussen de regeringen van de staten van de Benelux Economische Unie, van de Bondsrepubliek Duitsland en van de Franse Republiek op 14 juni 1985 te Schengen gesloten Akkoord betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen („Schengenuitvoeringsovereenkomst”).

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de installatie, de werking en het beheer van een communicatie-infrastructuur voor het Schengeninformatiesysteem (COM(2007) 311 definitief), door de Commissie ingediend op 11 juni 2007.

Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de installatie, de werking en het beheer van een communicatie-infrastructuur voor het Schengeninformatiesysteem (SIS) (COM(2007) 306 definitief), door de Commissie ingediend op 11 juni 2007.

18 02 05   Visuminformatiesysteem (VIS)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 200 000

20 186 195

21 000 000

10 000 000

37 601 077,01

20 828 087,90

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de ontwikkeling, productie en installatie van een grootschalig informatiesysteem op Europees niveau „VIS” (Visuminformatiesysteem).

Ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die zijn opgenomen in post 6 3 1 2 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking 2004/512/EG van de Raad van 8 juni 2004 betreffende het opzetten van het Visuminformatiesysteem (VIS) (PB L 213 van 15.6.2004, blz. 5).

Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening) (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).

Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 129).

18 02 06   Buitengrenzenfonds

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

253 500 000

171 392 220

207 500 000

144 000 000

222 043 374,96

154 803 192,75

Toelichting

Met dit krediet worden de maatregelen van de lidstaten op de volgende gebieden gesteund:

de efficiënte organisatie van het grenstoezicht, dat zowel controle- als bewakingsopdrachten met betrekking tot de buitengrenzen omvat;

het doeltreffende beheer door de lidstaten van de personenstromen aan de buitengrenzen, enerzijds om een hoog beschermingsniveau aan de buitengrenzen te waarborgen, en anderzijds om te zorgen voor een vlotte overschrijding van de buitengrenzen, overeenkomstig het Schengenacquis, en de beginselen van een respectvolle en waardige behandeling;

de eenvormige toepassing, door de grenswachten, van de bepalingen van het uniale recht ter zake van de overschrijding van de buitengrenzen;

de verbetering van het beheer van de activiteiten van de consulaire en andere diensten van de lidstaten in derde landen met betrekking tot de stromen van onderdanen van derde landen naar het grondgebied van de lidstaten en van de samenwerking tussen de lidstaten op dit gebied.

Dit krediet dient met name ter dekking van de uitgaven voor de volgende activiteiten in de lidstaten:

infrastructuur van grensdoorlaatposten met bijbehorende gebouwen, zoals grenskantoren, landingsplaatsen voor helikopters en cabines met wachtstroken voor voertuigen en personen;

de infrastructuur, de gebouwen en de systemen voor de bewaking tussen de grensdoorlaatposten en de bescherming tegen illegale overschrijding van de buitengrenzen;

de bedrijfsuitrusting;

vervoermiddelen voor de controle van de buitengrenzen, zoals voertuigen, vaartuigen, helikopters en lichte vliegtuigen die zijn uitgerust met elektronische apparatuur voor de grensbewaking en de opsporing van personen in vervoermiddelen;

apparatuur voor realtime informatie-uitwisseling tussen de bevoegde autoriteiten;

informatie- en communicatietechnologiesystemen;

programma’s voor de detachering en uitwisseling van personeel, zoals grenswachten, immigratieambtenaren en consulaatmedewerkers;

de opleiding van personeel van de bevoegde autoriteiten, met inbegrip van taalonderwijs;

investeringen in het ontwikkelen, testen en plaatsen van moderne technologie;

de studies en proefprojecten ter toepassing van de door het agentschap geformuleerde aanbevelingen, operationele normen en beste praktijken, zoals deze uit de operationele samenwerking tussen de lidstaten op het gebied van de grenscontroles resulteren;

de studies en proefprojecten die innovatie moeten stimuleren, de uitwisseling van ervaringen en beproefde methoden moeten vergemakkelijken en het beheer van de activiteiten van de consulaire en andere diensten van de lidstaten in derde landen met betrekking tot de stromen van onderdanen van derde landen naar het grondgebied van de lidstaten en de samenwerking tussen de lidstaten op dit gebied moeten verbeteren;

instelling van een gemeenschappelijke Schengenvisuminternetsite om de zichtbaarheid en een uniform beeld van het gemeenschappelijk visumbeleid te verbeteren.

In het kader van de doorreisregeling voor Kaliningrad dient dit krediet ter dekking van gederfde leges uit transitvisa en bijkomende kosten (investeringen in infrastructuur, opleiding van grensbewakers en spoorwegpersoneel, bijkomende exploitatiekosten), die voortvloeien uit de toepassing van het doorreisfaciliteringsdocument en het doorreisfaciliteringsdocument voor treinreizigers overeenkomstig Verordening (EG) nr. 693/2003 van de Raad (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 8) en Verordening (EG) nr. 694/2003 van de Raad (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 15).

Op initiatief van de Commissie kan het krediet ook worden gebruikt voor de financiering van transnationale acties of acties die van belang zijn voor de Unie als geheel („uniale acties”) en die zowel verband houden met de algemene doelstelling om de door de consulaire en andere diensten van de lidstaten in derde landen georganiseerde activiteiten met betrekking tot de stromen van onderdanen van derde landen naar het grondgebied van de lidstaten, alsmede de samenwerking op dit gebied tussen de lidstaten, met inbegrip van de activiteiten van de Asylum Liaison Officers en Immigration Liaison Officers, te verbeteren, als met de doelstelling om de veterinaire, de fytosanitaire en de douanecontroles geleidelijk tot onderdeel van het geïntegreerde grensbeheer te maken op basis van de beleidsontwikkelingen op dit gebied. Deze acties kunnen ook tot doel hebben ondersteunende diensten aan de lidstaten te verstrekken indien zich duidelijke noodsituaties voordoen die dringend om actie aan de buitengrenzen van de lidstaten vragen.

Voorts stelt de Commissie jaarlijks een lijst van specifieke acties op die door de lidstaten en, waar nodig, in samenwerking met het agentschap moeten worden uitgevoerd; deze acties dragen bij tot de ontwikkeling van een gemeenschappelijk geïntegreerd grensbeheersysteem doordat werk wordt gemaakt van de in de door het agentschap uitgevoerde risicoanalyses vastgestelde tekortkomingen aan strategische grensposten.

Ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die zijn opgenomen in post 6 3 1 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 574/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot instelling van het Buitengrenzenfonds voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen (PB L 144 van 6.6.2007, blz. 22).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 2 mei 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma voor solidariteit en beheer van de migratiestromen voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 123 definitief).

Beschikking 2007/599/EG van de Commissie van 27 augustus 2007 tot uitvoering van Beschikking nr. 574/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de goedkeuring van strategische richtsnoeren voor de periode 2007-2013 betreft (PB L 233 van 5.9.2007, blz. 3).

Beschikking 2008/456/EG van de Commissie van 5 maart 2008 tot vaststelling van regels voor de uitvoering van Beschikking nr. 574/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad tot instelling van het Buitengrenzenfonds voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen wat betreft de beheers- en controlesystemen van de lidstaten, de regels voor administratief en financieel beheer en de subsidiabiliteit van de uitgaven voor door het Fonds medegefinancierde projecten (PB L 167 van 27.6.2008, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (visumcode) (PB L 243 van 15.9.2009, blz. 1).

18 02 07   Schengenevaluatie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 02 07

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

560 000

533 220

 

 

 

 

Totaal

560 000

533 220

p.m.

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter vergoeding van de kosten die de deskundigen van de Commissie en de lidstaten maken voor de evaluaties ter plaatse (reis- en verblijfskosten) ter controle van de toepassing van het Schengenacquis. Bij deze kosten komen nog de kosten van benodigdheden en materieel die nodig zijn voor de evaluaties ter plaatse en voor de voorbereiding en de follow-up daarvan.

Rechtsgronden

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de instelling van een evaluatiemechanisme om de toepassing van het Schengenacquis te controleren, door de Commissie ingediend op 4 maart 2009 (COM(2009) 102 definitief).

18 02 08   Voorbereidende actie — Terugkeerbeleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

1 000 000

0,—

1 646 701,43

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 02 09   Europees Terugkeerfonds

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

113 500 000

70 461 246

87 500 000

53 000 000

101 020 068,56

56 881 984,50

Toelichting

Met dit krediet wordt steun verleend voor de volgende maatregelen van de lidstaten ter verbetering van alle aspecten van het terugkeerbeleid door het gebruik van het concept van geïntegreerd beleid, rekening houdend met de uniale wetgeving op dit gebied:

de invoer en verbetering van de organisatie en tenuitvoerlegging van een geïntegreerd terugkeerbeleid door de lidstaten;

de versterking van de samenwerking tussen de lidstaten in het kader van een geïntegreerd terugkeerbeleid en de tenuitvoerlegging ervan;

de bevordering van een doeltreffende en uniforme toepassing van gemeenschappelijke normen inzake terugkeer overeenkomstig de beleidsontwikkeling op dit gebied, met een voorkeur voor vrijwillige terugkeerregelingen;

de organisatie van voorlichtingscampagnes in de landen van herkomst en doorreis voor potentiële ontheemden, vluchtelingen en asielzoekers.

Op initiatief van de Commissie kan het krediet ook worden gebruikt voor de financiering van transnationale acties of acties die van belang zijn voor de Unie als geheel („uniale acties”) op het gebied van het terugkeerbeleid. Studies naar het bestaan en de beoordeling van mechanismen ter ondersteuning van de re-integratie in geselecteerde derde landen en betreffende hun sociale en beroepsmatige re-integratie in de belangrijkste landen van herkomst, met name in de directe oostelijke en zuidelijke buurlanden.

Deze kredieten dienen ook ter financiering van een uniale actie voor het verzamelen van gegevens voor de samenwerking en de uitwisseling van beste praktijken tussen werknemers in de jeugdzorg in gesloten detentiecentra voor asielzoekers en immigranten.

Rechtsgronden

Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven (PB L 348, 24.12.2008, blz. 98).

Beschikking nr. 575/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot oprichting van het Europees Terugkeerfonds voor de periode 2008-2013 als onderdeel van het algemeen programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen (PB L 144 van 6.6.2007, blz. 45).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 2 mei 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma voor solidariteit en beheer van de migratiestromen voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 123 definitief).

Beschikking 2007/837/EG van de Commissie van 30 november 2007 tot uitvoering van Beschikking nr. 575/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de goedkeuring van strategische richtsnoeren voor de periode 2008-2013 betreft (PB L 330 van 15.12.2007, blz. 48).

Beschikking 2008/458/EG van de Commissie van 5 maart 2008 tot vaststelling van regels voor de uitvoering van Beschikking nr. 575/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad tot oprichting van het Europees Terugkeerfonds voor de periode 2008-2013 als onderdeel van het algemeen programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen wat betreft de beheers- en controlesystemen van de lidstaten, de regels voor administratief en financieel beheer en de subsidiabiliteit van de uitgaven voor door het Fonds medegefinancierde projecten (PB L 167 van 27.6.2008, blz. 135).

18 02 10   Voorbereidende actie — Migratiebeheer — Solidariteit in actie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

240 000

p.m.

2 000 000

1 000,00

4 237 499,77

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Deze actie heeft tot doel een aantal hypothesen op het gebied van migratiebeheer te testen. Op basis van een evaluatie van die hypothesen kan dit leiden tot de ontwikkeling van een globale aanpak, een doelstelling die is vastgesteld door de Unie. De actie is gebaseerd op die met elkaar verband houdende componenten.

Component 1: Financiële steun voor de werkgelegenheid van immigranten die terugkeren naar hun land van herkomst waarmee overnameovereenkomsten zijn gesloten.

Component 2: Organisatie van voorlichtingscampagnes in de landen van herkomst ten behoeve van kandidaten voor immigratie naar de Unie, om hen met name te informeren over de gevaren in illegale immigratie.

Component 3: Opvang met waardigheid en solidariteit — Steun aan lidstaten bij de opvang van onregelmatig arriverende migranten over zee. De maatregelen dienen om:

lidstaten bij te staan die te maken hebben met een plotselinge migrantenstroom, bv. door verbetering en uitwisseling van goede/beste praktijken en uitzending van tolken en teams van artsen en rechtskundigen;

lidstaten bij te staan bij de verbetering van de kwaliteit en de capaciteit van de opvang, onder meer tijdelijke opvang van illegale migranten op punten van aankomst, bv. door verlening van eerste hulp en vervoer naar geschikte opvangcentra, verbetering/uitbreiding van opvangfaciliteiten en de omstandigheden ter plaatse;

lidstaten bij te staan bij het bundelen van hun middelen om de druk op hun asielsysteem te verlichten, in het bijzonder door activiteiten die een specifieke expertise vereisen, om kennis te delen en de massale aankomst van asielzoekers aan de buitengrenzen van de Unie gezamenlijk aan te pakken.

Voor component 3 moeten de ontvangers van steun nationale overheden zijn. Ook kan steun worden gegeven voor partnerschappen met andere overheden van lidstaten, internationale organisaties en niet-gouvernementele organisaties.

Voor alle componenten moet een deel van het krediet door de Commissie worden gebruikt om steun te bieden bij het beheer van deze actie (externe deskundigen, studies enz.).

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 02 11   Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht

18 02 11 01   Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 02 11 01

p.m.

p.m.

 

 

 

 

Reserves (40 02 41)

5 150 000

5 150 000

 

 

 

 

Totaal

5 150 000

5 150 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van het Agentschap (titels 1 en 2).

Het Agentschap moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen huishoudelijke en beleidsuitgaven.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 23 december 2002 voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De eventuele ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die in post 6 3 1 2 van de staat van ontvangsten zijn opgenomen, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het Agentschap is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Referentiebesluiten

Gewijzigd voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de oprichting van een agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (COM(2010) 93 definitief), ingediend door de Commissie op 19 maart 2010.

18 02 11 02   Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 02 11 02

p.m.

p.m.

 

 

 

 

Reserves (40 02 41)

300 000

210 000

 

 

 

 

Totaal

300 000

210 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Agentschap met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Agentschap moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 23 december 2002 voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De eventuele ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die in post 6 3 1 2 van de staat van ontvangsten zijn opgenomen, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De bijdrage van de Europese Unie voor 2011 bedraagt 5 450 000 EUR.

Referentiebesluiten

Gewijzigd voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot oprichting van een agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (COM(2010) 93 definitief), ingediend door de Commissie op 19 maart 2010.

HOOFDSTUK 18 03 —   MIGRATIESTROMEN — GEMEENSCHAPPELIJK IMMIGRATIE- EN ASIELBELEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 03

MIGRATIESTROMEN — GEMEENSCHAPPELIJK IMMIGRATIE- EN ASIELBELEID

18 03 03

Europees Vluchtelingenfonds

3.1

93 530 000

70 937 335

92 250 000

65 000 000

99 855 906,61

83 140 002,01

18 03 04

Noodmaatregelen in geval van een massale vluchtelingenstroom

3.1

9 850 000

5 236 984

9 800 000

7 840 000

6 069 040,—

12 285 632,—

18 03 05

Europees Migratienetwerk

3.1

7 500 000

4 189 588

7 500 000

6 750 000

6 842 068,69

4 624 826,36

18 03 06

Voorbereidende actie — Voltooiing van de integratie van onderdanen van derde landen

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

774 000

0,—

1 146 892,21

18 03 07

Voltooiing van ARGO

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

600 000

0,—

302 128,06

18 03 09

Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen

3.1

131 500 000

85 696 110

110 500 000

70 000 000

98 982 004,83

88 697 195,50

18 03 11

Eurodac

3.1

1 500 000

952 179

2 000 000

1 900 000

2 060 018,98

1 221 183,83

18 03 14

Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken — EASO

18 03 14 01

Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken — Bijdrage voor titels 1 en 2

3.1

5 565 000

5 565 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

3 820 000

3 820 000

 

 

 

 

5 565 000

5 565 000

3 820 000

3 820 000

 

 

18 03 14 02

Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken — Bijdrage voor titel 3

3.1

2 435 000

1 200 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

1 430 000

1 430 000

 

 

 

 

2 435 000

1 200 000

1 430 000

1 430 000

 

 

 

Artikel 18 03 14 — Subtotaal

 

8 000 000

6 765 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

5 250 000

5 250 000

 

 

 

 

8 000 000

6 765 000

5 250 000

5 250 000

 

 

18 03 15

Proefproject — Oprichting van een netwerk voor contacten en discussie tussen betrokken gemeenten en lokale overheden inzake ervaringen en beste praktijken voor de hervestiging en integratie van vluchtelingen

3.1

1 500 000

750 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 18 03 — Totaal

 

253 380 000

174 527 196

222 050 000

152 864 000

213 809 039,11

191 417 859,97

Reserves (40 02 41)

 

 

 

5 250 000

5 250 000

 

 

 

 

253 380 000

174 527 196

227 300 000

158 114 000

213 809 039,11

191 417 859,97

18 03 03   Europees Vluchtelingenfonds

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

93 530 000

70 937 335

92 250 000

65 000 000

99 855 906,61

83 140 002,01

Toelichting

Dit krediet is, inzake structurele maatregelen, bedoeld ter financiering van projecten en maatregelen op het gebied van de opvang van vluchtelingen, ontheemden en asielzoekers die voldoen aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor financiële steun van de Unie.

Het dient ter dekking van de inspanningen van de lidstaten met het oog op de integratie van vluchtelingen en personen aan wie subsidiaire bescherming werd verleend, alsmede om voor ontheemden een leven in eigen verantwoordelijkheid mogelijk te maken door maatregelen op de volgende gebieden:

vergemakkelijking van de toegang tot werkgelegenheid, met inbegrip van beroepsopleiding;

verwerving van kennis van taal, maatschappij, cultuur en instellingen van het gastland;

vergemakkelijking van de toegang tot huisvesting alsmede tot de medische en sociale infrastructuur van het gastland;

steun voor personen met een bijzonder behoefte aan bescherming, zoals vrouwelijke vluchtelingen, niet-begeleide minderjarigen en slachtoffers van foltering, met inbegrip van slachtoffers van gedwongen abortus, genitale verminking bij vrouwen of gedwongen sterilisatie, en slachtoffers van verkrachting;

integratie in plaatselijke structuren en activiteiten;

verbetering van het bewustzijn van het grote publiek en begrip voor de situatie van vluchtelingen;

analyse van de situatie van vluchtelingen in de Unie;

opleidingen op het gebied van gendervraagstukken en kinderbescherming voor ambtenaren, gezondheidswerkers en politieagenten in opvangcentra;

afzonderlijke accommodatie voor alleenstaande vrouwen en meisjes.

Voorts dient het ter ondersteuning van vrijwillige, door de lidstaten overeengekomen initiatieven om de lasten te verdelen, zoals de hervestiging, de opvang en de integratie door de lidstaten van door de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor Vluchtelingen erkende vluchtelingen uit derde landen en de overdracht van personen die internationale bescherming genieten en degenen die om internationale bescherming verzoeken, van de ene lidstaat naar een andere waar zij gelijkwaardige bescherming genieten.

Een deel van dit krediet wordt gebruikt voor de steun aan lidstaten, direct in samenwerking met de humanitaire en andere agentschappen van de Verenigde Naties, die vrijwillig op flexibele wijze hervestiging verlenen in geval van acute vluchtelingensituaties. De nadruk zal liggen op de meest kwetsbare groepen en gevallen waar andere duurzame oplossingen als onmogelijk worden beschouwd.

Bijzondere aandacht moet uitgaan naar gevallen waarin het krediet gebruikt kan worden om blijk te geven van een significante concrete daad van solidariteit op Europees niveau die een toegevoegde waarde kan hebben als onderdeel van een bredere aanpak van humanitaire steunverlening aan een land of regio.

Op initiatief van de Commissie dient dit krediet ook ter dekking van transnationale acties of acties van belang voor de Unie (hierna „uniale acties” genoemd) met betrekking tot het asielbeleid en maatregelen ten aanzien van de doelgroepen van het Fonds, in het bijzonder om passende bijstand te verlenen voor gezamenlijke inspanningen van de lidstaten om vast te stellen welke methoden goed werken, deze informatie uit te wisselen en deze methoden te bevorderen, en om doeltreffende samenwerkingsstructuren te ontwikkelen om de kwaliteit van de besluitvorming in het gemeenschappelijk Europees asielstelsel te verbeteren.

Dit krediet dient ook ter dekking van eerdere vastleggingen van het EVF I en II, inclusief die vastleggingen die betrekking hebben op vrijwillige terugkeer.

Deze kredieten dienen ook ter financiering van een uniale actie voor het verzamelen van gegevens voor de samenwerking en de uitwisseling van beste praktijken tussen werknemers in de jeugdzorg in gesloten detentiecentra voor asielzoekers en immigranten.

Er wordt een solidariteitsmechanisme gecreëerd voor het vergemakkelijken van de vrijwillige herverdeling van vluchtelingen en begunstigden van internationale bescherming van lidstaten waar de immigratiedruk groot is naar lidstaten waar die druk minder is. Het mechanisme wordt op uniaal niveau gecreëerd en zal van start gaan met een proefperiode, om later eventueel in een gemeenschappelijk Europees asielsysteem te worden ingepast. De lidstaten zullen vrijelijk en op vrijwillige basis beslissen over alle aspecten van het selectieproces. De Commissie stelt het kader vast, geeft richtsnoeren, stimuleert participatie en creëert gunstige randvoorwaarden voor beheer en coördinatie.

Het mechanisme moet worden gecreëerd overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad van 18 en 19 juni 2009. In de conclusies wordt erop gewezen dat gezien de huidige humanitaire noodsituatie met spoed concrete maatregelen getroffen en uitgevoerd moeten worden. De Europese Raad pleitte voor de coördinatie van vrijwillige maatregelen voor de interne herplaatsing van personen die internationale bescherming genieten en zich bevinden in lidstaten die aan specifieke en onevenredige druk blootstaan, alsook van zeer kwetsbare personen, en begroette het voornemen van de Commissie om in dit verband initiatieven te ontplooien, te beginnen met een proefproject.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 573/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot instelling van het Europees Vluchtelingenfonds voor de periode 2008-2013 als onderdeel van het algemeen programma „Solidariteit en beheer van de migratiestromen” (PB L 144 van 6.6.2007, blz. 1).

Besluit nr. 458/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 tot wijziging van Beschikking nr. 573/2007/EG tot instelling van het Europees Vluchtelingenfonds voor de periode 2008-2013 wat de intrekking van de financiering van sommige communautaire acties en de wijziging van de maximumgrens voor de financiering ervan betreft (PB L 129 van 28.5.2010, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 2 mei 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma voor solidariteit en beheer van de migratiestromen voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 123 definitief).

Beschikking 2007/815/EG van de Commissie van 29 november 2007 tot uitvoering van Beschikking nr. 573/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de goedkeuring van strategische richtsnoeren voor de periode 2008-2013 betreft (PB L 326 van 12.12.2007, blz. 29).

Beschikking 2008/22/EG van de Commissie van 19 december 2007 tot vaststelling van regels voor de uitvoering van Beschikking nr. 573/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad tot instelling van het Europees Vluchtelingenfonds voor de periode 2008-2013 als onderdeel van het algemeen programma „Solidariteit en beheer van de migratiestromen” wat betreft de beheers- en controlesystemen van de lidstaten, de regels voor administratief en financieel beheer en de subsidiabiliteit van de uitgaven voor door het Fonds medegefinancierde projecten (PB L 7 van 10.1.2008, blz. 1).

18 03 04   Noodmaatregelen in geval van een massale vluchtelingenstroom

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 850 000

5 236 984

9 800 000

7 840 000

6 069 040,00

12 285 632,00

Toelichting

In het geval van een massale instroom van vluchtelingen of ontheemden kunnen krachtens dit artikel noodmaatregelen worden getroffen op de volgende gebieden:

opvang en huisvesting;

verstrekking van een onderhoudstoelage;

medische, psychologische en andere hulp, met name gericht op minderjarigen, inclusief gespecialiseerde hulp aan vrouwen en meisjes die het slachtoffer zijn van pesterijen, criminele handelingen (verkrachting, geweld of specifieke vormen van foltering, zoals gedwongen abortus, genitale verminking bij vrouwen of gedwongen sterilisatie) of die als vluchteling hebben geleden onder slechte omstandigheden;

de noodzakelijke administratie- en personeelskosten die verband houden met de opvang en het uitvoeren van de maatregelen;

missies van deskundigen en aanvullende technische steun voor de identificatie van ontheemden;

logistieke en vervoerkosten.

Overeenkomstig deze bepaling kunnen noodmaatregelen ook worden genomen om het hoofd te bieden aan situaties van bijzondere druk, die zich voordoen wanneer op bepaalde punten aan de buitengrenzen sprake is van een plotselinge toestroom van grote aantallen onderdanen van derde landen die wellicht internationale bescherming nodig hebben, waardoor de opvangfaciliteiten, het asielstelsel of de infrastructuur van de betrokken lidstaten onder uitzonderlijk grote druk komen te staan en mensenlevens, het welzijn of de toegang tot rechten die voortvloeien uit het uniale recht, in gevaar kunnen komen.

Deze maatregelen mogen niet langer duren dan zes maanden. Naast de bovenvermelde maatregelen kunnen de noodmaatregelen bestaan uit rechtsbijstand en taalkundige bijstand, vertaal- en tolkdiensten, deskundigheid betreffendede landen van oorsprong en andere maatregelen die bijdragen tot een snelle identificatie van personen die wellicht internationale bescherming behoeven en tot een eerlijke en efficiënte behandeling van asielverzoeken.

Rechtsgronden

Richtlijn 2001/55/EG van de Raad van 20 juli 2001 betreffende minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in geval van massale toestroom van ontheemden en maatregelen ter bevordering van een evenwicht tussen de inspanning van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequenties van de opvang van deze personen (PB L 212 van 7.8.2001, blz. 12).

Beschikking nr. 573/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot instelling van het Europees Vluchtelingenfonds voor de periode 2008-2013 als onderdeel van het algemeen programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen (PB L 144 van 6.6.2007, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 2 mei 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma voor solidariteit en beheer van de migratiestromen voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 123 definitief).

18 03 05   Europees Migratienetwerk

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 500 000

4 189 588

7 500 000

6 750 000

6 842 068,69

4 624 826,36

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het opzetten van het Europees Migratienetwerk, dat de Unie en de lidstaten moet voorzien van objectieve, betrouwbare en vergelijkbare informatie over migratie en asiel.

Deze informatie bevat statistische gegevens over het aantal asielzoekers dat de lidstaten binnenkomt, uitgesplitst naar lidstaat, het aantal ingewilligde aanvragen, het aantal afgewezen aanvragen, de gronden voor afwijzing enz.

Rechtsgronden

Beschikking 2008/381/EG van de Raad van 14 mei 2008 betreffende het opzetten van een Europees migratienetwerk (PB L 131 van 21.5.2008, blz. 7).

18 03 06   Voorbereidende actie — Voltooiing van de integratie van onderdanen van derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

774 000

0,—

1 146 892,21

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 03 07   Voltooiing van ARGO

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

600 000

0,—

302 128,06

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Beschikking 2002/463/EG van de Raad van 13 juni 2002 tot vaststelling van een actieprogramma voor administratieve samenwerking op het gebied van buitengrenzen, visa, asiel en immigratie (Argo-programma) (PB L 161 van 19.6.2002, blz. 11).

18 03 09   Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

131 500 000

85 696 110

110 500 000

70 000 000

98 982 004,83

88 697 195,50

Toelichting

Tegen de achtergrond van het algemene streven om de inspanningen van de lidstaten te ondersteunen die tot doel hebben onderdanen van derde landen in de gelegenheid te stellen te voldoen aan de voorwaarden voor verblijf en hun integratie in Europese samenlevingen te vergemakkelijken en in overeenstemming met de door de Raad in november 2004 vastgestelde gemeenschappelijke basisbeginselen voor het beleid inzake de integratie van immigranten in de Europese Unie en met de resolutie van het Europees Parlement van 6 juli 2006 over strategieën en middelen voor de integratie van immigranten in de Europese Unie, dient dit krediet ter ondersteuning van maatregelen op de volgende actiegebieden:

vergemakkelijking van de uitwerking en toepassing van toelatingsprocedures die relevant zijn voor het integratieproces van onderdanen van derde landen en dit ondersteunen;

ontwikkeling en uitvoering van het integratieproces van onderdanen van derde landen in de lidstaten;

vergroting van de capaciteit van de lidstaten om beleid en maatregelen voor de integratie van onderdanen van derde landen te ontwikkelen, uit te voeren, te monitoren en te evalueren;

uitwisseling van informatie en beste praktijken, en samenwerking in en tussen de lidstaten bij de ontwikkeling, uitvoering, monitoring en evaluatie van beleid en maatregelen voor de integratie van onderdanen van derde landen, onder meer met het oog op het terugdringen van de verschillen op het vlak van werkgelegenheid tussen immigranten en autochtonen, de verbetering van de participatie van immigranten alsook van hun prestaties op onderwijsgebied, de bevordering van de vooruitzichten op het vlak van onderwijs en werkgelegenheid van migrantenvrouwen, taal- en inburgeringsprogramma’s, gezondheid, huisvesting en stadsleven, en de bevordering van de maatschappelijke participatie van immigranten.

Het dient op initiatief van de Commissie tevens ter dekking van transnationale acties of acties die van belang zijn voor de Unie als geheel („uniale acties”) die verband houden met het immigratie- en het integratiebeleid.

Rechtsgronden

Beschikking 2007/435/EG van de Raad van 25 juni 2007 tot oprichting van het Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen (PB L 168 van 28.6.2007, blz. 18).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 2 mei 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma voor solidariteit en beheer van de migratiestromen voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 123 definitief).

Beschikking 2008/457/EG van de Commissie van 5 maart 2008 tot vaststelling van regels voor de uitvoering van Beschikking 2007/435/EG van de Raad tot oprichting van het Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemeen programma Solidariteit en beheer van de migratiestromen wat betreft de beheers- en controlesystemen van de lidstaten, de regels voor administratief en financieel beheer en de subsidiabiliteit van de uitgaven voor door het Fonds medegefinancierde projecten (PB L 167 van 27.6.2008, blz. 69).

18 03 11   Eurodac

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

952 179

2 000 000

1 900 000

2 060 018,98

1 221 183,83

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de oprichting en de werking van de centrale eenheid van het Eurodac-systeem.

De eventuele ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die in post 6 3 1 2 van de staat van ontvangsten zijn opgenomen, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2725/2000 van de Raad van 11 december 2000 betreffende de instelling van „Eurodac” voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van de Overeenkomst van Dublin (PB L 316 van 15.12.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad van 18 februari 2003 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend (PB L 50 van 25.2.2003, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verordening (EG) nr. 1560/2003 van de Commissie van 2 september 2003 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 343/2003 van de Raad tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat door een onderdaan van een derde land bij een van de lidstaten wordt ingediend (PB L 222 van 5.9.2003, blz. 3).

18 03 14   Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken — EASO

18 03 14 01   Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 03 14 01

5 565 000

5 565 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

3 820 000

3 820 000

 

 

Totaal

5 565 000

5 565 000

3 820 000

3 820 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van het Bureau (titels 1 en 2).

Het Bureau moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen beleidsuitgaven en administratieve uitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen beleidskredieten en administratieve kredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 23 december 2002 voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

Ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die zijn opgenomen in post 6 3 1 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het Bureau is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 439/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 tot oprichting van een Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (PB L 132 van 29.5.2010, blz. 11).

18 03 14 02   Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 03 14 02

2 435 000

1 200 000

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

1 430 000

1 430 000

 

 

Totaal

2 435 000

1 200 000

1 430 000

1 430 000

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Bureau met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Bureau moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen beleidsuitgaven en administratieve uitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen beleidskredieten en administratieve kredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

Ontvangsten uit de bijdragen van IJsland, Noorwegen, Zwitserland en Liechtenstein (4) die zijn opgenomen in post 6 3 1 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 8 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EU) nr. 439/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 tot oprichting van een Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (PB L 132 van 29.5.2010, blz. 11).

18 03 15   Proefproject — Oprichting van een netwerk voor contacten en discussie tussen betrokken gemeenten en lokale overheden inzake ervaringen en beste praktijken voor de hervestiging en integratie van vluchtelingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

750 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit proefproject heeft als hoofddoelstelling de oprichting van een netwerk voor contacten en discussie tussen betrokken gemeenten en lokale overheden, van lidstaten die onlangs een hervestigingsprogramma hebben gestart, of in de nabije toekomst hieraan willen deelnemen, en van lidstaten die ervaring hebben met hervestiging, met gebruikmaking van ervaringen van de UNHCR en van ngo's en beste praktijken op het gebied van de hervestiging en integratie van vluchtelingen. Het programma bestrijkt de volgende acties:

aanwijzing van gemeenten of lokale overheden in lidstaten die onlangs een hervestigingsprogramma hebben gestart (zoals Portugal en Roemenië) en lidstaten die dit binnenkort gaan doen (zoals Spanje) en het bijeenroepen van vergaderingen met bepaalde gemeenten of lokale overheden in hervestigingslanden (zoals het VK en Nederland), teneinde „nieuwe” hervestigingsprogramma’s te versterken en de kwaliteit en duurzaamheid ervan te verzekeren;

aanwijzing van gemeenten of lokale overheden of ngo’s in lidstaten die nog niet deelnemen aan hervestigingsprogramma’s, maar die deel wensen uit te maken van het netwerk en in de toekomst willen deelnemen aan de programma’s;

houden van vergaderingen van vertegenwoordigers van betrokken lokale overheden en gemeenten, samen met de UNHCR, betrokken ngo’s en vertegenwoordigers van hergevestigde vluchtelingen, ter bepaling van gezamenlijk te ontwikkelen activiteiten, waaronder bezoeken, uitwisseling van ervaringen, opleidingen, thematische bijeenkomsten inzake onderwerpen als huisvesting, onderwijs, werkgelegenheid, enz.;

ontwikkeling van een manier voor de vergaring van informatie van de verschillende belanghebbenden inzake procedures, soorten toezicht voorafgaand aan hervestiging, het soort te vergaren informatie inzake de te hervestigen vluchtelingen (waaronder kwesties op het gebied van cultuur, gezondheid, onderwijs en voedsel), infrastructuur, menselijke hulpbronnen, accommodatie, ontvangst, acties voor de integratie van vluchtelingen na hervestiging, deelname van gemeenschappen aan het proces, economische, juridische of onderwijskundige ondersteuning, de rol van reeds hergevestigde vluchtelingen bij de integratie van nieuwe vluchtelingen, samenwerking met ngo’s;

oprichting van een taskforce, met de nodige menselijke en technische middelen, ter organisatie van de praktische aspecten van het project en in het bijzonder ter organisatie van de nodige vergaderingen, het vergaren van de beschikbare informatie, het opzetten en vullen van een website, het stimuleren van de uitwisseling van informatie tussen de verschillende partijen die betrokken zijn bij het proces van hervestiging en het leggen van verbanden met andere bestaande projecten en/of websites met betrekking tot de kwestie van hervestiging. De bedoelde website maakt een systematische informatievoorziening mogelijk voor bijeenkomsten tussen gemeenten die plaats zullen hebben of plaatsgevonden hebben en maakt deze beschikbaar voor alle geïnteresseerden;

collationering van de door de taskforce vergaarde informatie, die dan wordt verspreid en dient als basis voor discussie binnen het netwerk, met het oog op het trekken van conclusies inzake beste praktijken.

De met het proefproject opgedane ervaringen worden bijeengebracht ten behoeve van de op te richten eenheid Hervestiging van EASO wanneer dit is opgericht.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 18 04 —   GRONDRECHTEN EN BURGERSCHAP

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 04

GRONDRECHTEN EN BURGERSCHAP

18 04 01

Proefproject — Voltooiing van maatregelen ter bestrijding van geweld tegen kinderen, jongeren en vrouwen

3.1

p.m.

476 089

p.m.

2 300 000

30 180,35

1 231 676,16

18 04 04

Voorbereidende actie — Voltooiing van de voorbereidende actie ter ondersteuning van het maatschappelijk middenveld in de nieuwe lidstaten

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

150 000

0,—

446 814,57

18 04 05

Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten

18 04 05 01

Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat — Bijdrage voor titels 1 en 2

3.1

112 698,24

112 698,24

18 04 05 02

Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat — Bijdrage voor titel 3

3.1

107 689,43

107 689,43

18 04 05 03

Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten — Bijdrage voor titels 1 en 2

3.1

14 045 000

14 045 000

13 830 000

13 830 000

11 540 301,76

8 627 051,76

18 04 05 04

Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten — Bijdrage voor titel 3

3.1

5 955 000

5 955 000

5 270 000

5 270 000

5 239 310,57

3 902 560,57

 

Artikel 18 04 05 — Subtotaal

 

20 000 000

20 000 000

19 100 000

19 100 000

17 000 000,—

12 750 000,—

18 04 06

Grondrechten en burgerschap

3.1

13 800 000

11 426 148

13 800 000

12 990 000

14 200 000,—

8 931 488,38

18 04 07

Geweldbestrijding (Daphne)

3.1

20 000 000

15 234 864

18 000 000

14 000 000

17 797 120,—

10 035 930,95

18 04 08

Voorbereidende actie — Europese samenwerking tussen nationale en internationale autoriteiten verantwoordelijk voor rechten van het kind en het maatschappelijke middenveld ter bevordering en verdediging van de rechten van het kind

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

86 496,10

18 04 09

Proefproject — Invoering op Europees niveau van een snellewaarschuwingsmechanisme voor ontvoeringen en verdwijningen van kinderen

3.1

p.m.

280 000

p.m.

p.m.

0,—

180 434,75

18 04 10

Voorbereidende actie — Standaardisering van nationale wetgeving op het gebied van geweld tegen vrouwen en tegen kinderen

3.1

p.m.

186 000

p.m.

1 000 000

0,—

66 486,48

18 04 11

Proefproject — Methodologie op Europees niveau voor de ontwikkeling van op feiten gebaseerd beleid inzake kinderrechten

3.1

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 18 04 — Totaal

 

55 800 000

48 603 101

50 900 000

49 540 000

49 027 300,35

33 729 327,39

18 04 01   Proefproject — Voltooiing van maatregelen ter bestrijding van geweld tegen kinderen, jongeren en vrouwen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

476 089

p.m.

2 300 000

30 180,35

1 231 676,16

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 293/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 januari 2000 tot vaststelling van een communautair actieprogramma (het programma Daphne) (2000-2003) betreffende preventieve maatregelen ter bestrijding van geweld tegen kinderen, jongeren en vrouwen (PB L 34 van 9.2.2000, blz. 1).

Besluit nr. 803/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma (2004-2008) ter voorkoming en bestrijding van geweld tegen kinderen, jongeren en vrouwen en ter bescherming van slachtoffers en risicogroepen (Daphne II-programma) (PB L 143 van 30.4.2004, blz. 1).

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 04 04   Voorbereidende actie — Voltooiing van de voorbereidende actie ter ondersteuning van het maatschappelijk middenveld in de nieuwe lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

150 000

0,—

446 814,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 04 05   Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten

18 04 05 01   Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

112 698,24

112 698,24

Toelichting

Deze post dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Waarnemingscentrum (titels 1 en 2).

Het Waarnemingscentrum moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Waarnemingscentrum hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Waarnemingscentrum is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Op 1 maart 2007 werd het Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat omgevormd tot het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten, dat de rechtsopvolger van het Waarnemingscentrum werd, waarbij het alle juridische rechten en verplichtingen en financiële verplichtingen en arbeidsovereenkomsten van het Waarnemingscentrum overnam, zoals in artikel 23, lid 4, van Verordening (EG) nr. 168/2007 werd vastgesteld.

Zie de posten 18 04 05 03 en 18 04 05 04.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1035/97 van de Raad van 2 juni 1997 houdende oprichting van een Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat (PB L 151 van 10.6.1997, blz. 1).

18 04 05 02   Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

107 689,43

107 689,43

Toelichting

Deze post dient ter dekking van de uitgaven voor het Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat, dat zal belast is met de kritische waarneming van dergelijke verschijnselen in de Unie, de analyse van de oorzaken van racisme en vreemdelingenhaat, alsmede de uitwerking van voorstellen voor de instellingen van de Unie en de lidstaten.

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Waarnemingscentrum die betrekking hebben op het werkprogramma (titel 3).

Het Waarnemingscentrum is er tevens mee belast een voor het publiek toegankelijk bestand aan documentatie te vormen, een Europees informatienetwerk inzake racisme en vreemdelingenhaat (RAXEN) op te richten en te coördineren en de regelmatige organisatie van rondetafelconferenties te stimuleren.

Het Waarnemingscentrum moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Waarnemingscentrum hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

Op 1 maart 2007 werd het Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat omgevormd tot het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten, dat de rechtsopvolger van het Waarnemingscentrum werd, waarbij het alle juridische rechten en verplichtingen en financiële verplichtingen en arbeidsovereenkomsten van het Waarnemingscentrum overnam, zoals in artikel 23, lid 4, van Verordening (EG) nr. 168/2007 werd vastgesteld.

Zie de posten 18 04 05 03 en 18 04 05 04.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1035/97 van de Raad van 2 juni 1997 houdende oprichting van een Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat (PB L 151 van 10.6.1997, blz. 1).

18 04 05 03   Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 045 000

14 045 000

13 830 000

13 830 000

11 540 301,76

8 627 051,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van het Bureau (titels 1 en 2).

Het Bureau moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het Bureau is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Verordening (EG) nr. 168/2007 trad op 1 maart 2007 in werking. Op deze datum werd het Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat omgevormd tot het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten, dat de rechtsopvolger van het Waarnemingscentrum werd, waarbij het alle juridische rechten en verplichtingen en financiële verplichtingen en arbeidsovereenkomsten van het Waarnemingscentrum overnam, zoals in artikel 23, lid 4, van Verordening (EG) nr. 168/2007 werd vastgesteld.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1035/97 van de Raad van 2 juni 1997 houdende oprichting van een Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat (PB L 151 van 10.6.1997, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 168/2007 van de Raad van 15 februari 2007 tot oprichting van een Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (PB L 53 van 22.2.2007, blz. 1).

18 04 05 04   Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 955 000

5 955 000

5 270 000

5 270 000

5 239 310,57

3 902 560,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven (titel 3) van het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten, dat ten doel heeft de betrokken instellingen van de Unie en de autoriteiten van de lidstaten wanneer zij het recht van de Unie ten uitvoer brengen, bijstand en expertise te verlenen op het gebied van de grondrechten, om hen te helpen de grondrechten volledig te eerbiedigen wanneer zij op hun respectieve bevoegdheidsgebieden maatregelen nemen of acties ontwerpen.

Verwacht kan worden dat het Bureau de volgende operationele doelstellingen nastreeft/taken uitvoert:

verlening van bijstand aan de instellingen van de Unie en aan de lidstaten;

bevordering van de netwerkvorming tussen de actoren en van de dialoog op Europees niveau;

bevordering en verspreiding van informatie en van bewustmakingsactiviteiten om meer bekendheid te geven aan de grondrechten;

doeltreffende werking van de beheersstructuur en uitvoering van acties.

Het Bureau moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Bureau hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Verordening (EG) nr. 168/2007 trad op 1 maart 2007 in werking. Op deze datum werd het Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat omgevormd tot het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten, dat de rechtsopvolger van het Waarnemingscentrum werd, waarbij het alle juridische rechten en verplichtingen en financiële verplichtingen en arbeidsovereenkomsten van het Waarnemingscentrum overnam, zoals in artikel 23, lid 4, van Verordening (EG) nr. 168/2007 werd vastgesteld.

De subsidie van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 20 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1035/97 van de Raad van 2 juni 1997 houdende oprichting van een Europees Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat (PB L 151 van 10.6.1997, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 168/2007 van de Raad van 15 februari 2007 tot oprichting van een Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (PB L 53 van 22.2.2007, blz. 1).

18 04 06   Grondrechten en burgerschap

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 800 000

11 426 148

13 800 000

12 990 000

14 200 000,00

8 931 488,38

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van de volgende gebieden:

bevordering van de totstandbrenging van een Europese samenleving die is gegrondvest op eerbiediging van de grondrechten, welke zijn neergelegd in artikel 6 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, waaronder de rechten die uit het burgerschap van de Unie voortvloeien;

versterking van het maatschappelijke middenveld en aanmoediging van een open, transparante en regelmatige dialoog met het maatschappelijke middenveld over de grondrechten;

bestrijding van racisme, vreemdelingenhaat en antisemitisme en bevordering van een beter interreligieus en intercultureel begrip en een grotere verdraagzaamheid in de gehele Unie;

de contacten, de uitwisseling van informatie en het netwerken tussen gerechtelijke en bestuurlijke autoriteiten en beoefenaars van juridische beroepen verbeteren, onder meer door steun te verlenen voor de justitiële opleiding, met het oog op meer wederzijds begrip tussen deze autoriteiten en beroepsbeoefenaars.

Dit krediet dient in het bijzonder ter financiering van de volgende maatregelen:

specifieke acties van de Commissie, zoals studies en onderzoek; opiniepeilingen en onderzoeken; de vaststelling van indicatoren en gemeenschappelijke methodologieën; verzameling, ontwikkeling en verspreiding van gegevens en statistieken; seminars, conferenties en vergaderingen van deskundigen; op het publiek gerichte campagnes en evenementen; ontwikkeling en onderhoud van websites; het opstellen en verspreiden van voorlichtingsmateriaal; ondersteuning en beheer van netwerken van nationale deskundigen; analyse, toezicht en evaluatie;

specifieke transnationale projecten in het belang van de Unie die door ten minste drie lidstaten worden ingediend volgens de in de jaarlijkse werkprogramma’s uiteengezette voorwaarden;

ondersteuning van de activiteiten van niet-gouvernementele organisaties of andere entiteiten die overeenkomstig de algemene doelstellingen van het programma een doel van algemeen belang nastreven, volgens de in de jaarlijkse programma’s uiteengezette voorwaarden, met inbegrip van netwerkactiviteiten van niet-gouvernementele organisaties ter bevordering van de rechten van kinderen;

exploitatiesubsidies voor de medefinanciering van uitgaven in verband met het permanente werkprogramma van de Conferentie van de Europese Constitutionele Hoven en van de Vereniging van de Raden van State en van de Hoge Administratieve Rechtscolleges van de Europese Unie, die gegevensbanken bijhoudt met een pan-Europese verzameling van nationale uitspraken die verband houden met de uitvoering van het uniale recht, voor zover met de uitgaven een doelstelling van algemeen Europees belang wordt nagestreefd middels een uitwisseling van ideeën en ervaringen over de rechtspraak, de organisatie en de werkwijze van de leden bij de uitoefening van hun justitiële en/of adviserende taken met betrekking tot het uniale recht.

Tevens dient dit krediet ter dekking van een bewustmakingscampagne over de uniale wetgeving ter bestrijding van discriminatie.

Dit krediet dient tevens ter bevordering en ondersteuning van uniale acties betreffende de omstandigheden van detentie, naar aanleiding van de vervallen staat van een groot aantal penitentiaire inrichtingen in de lidstaten en de zware omstandigheden waar gedetineerden in moeten leven, ten dele als gevolg van overbevolking.

Het dient bijgevolg eveneens ter financiering van:

de bundeling van beste praktijken van publieke, private en non-profitorganisaties in de lidstaten die in deze sector actief zijn;

ondersteunende maatregelen (zoals vergelijkende studies in de Unie) voor acties van de Unie in deze uiterst belangrijke sector, overeenkomstig de door de Commissie te nemen maatregelen (indiening van een Groenboek over de omstandigheden van detentie in de Unie in het voorjaar van 2011), zoals vastgesteld in het Actieplan van Stockholm.

Rechtsgronden

Besluit 2007/252/EG van de Raad van 19 april 2007 tot vaststelling van het specifieke programma Grondrechten en burgerschap voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Grondrechten en justitie (PB L 110 van 27.4.2007, blz. 33).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 6 april 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma met betrekking tot grondrechten en justitie voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 122 definitief).

18 04 07   Geweldbestrijding (Daphne)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 000 000

15 234 864

18 000 000

14 000 000

17 797 120,00

10 035 930,95

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van de volgende gebieden:

bijdragen tot de bescherming van kinderen, jongeren en vrouwen tegen alle vormen van geweld, en een hoog niveau van gezondheidsbescherming, welzijn en sociale samenhang bereiken;

bijdragen, met name als het gaat om kinderen, jongeren en vrouwen, tot de ontwikkeling van uniale beleidsmaatregelen en meer in het bijzonder tot die welke verband houden met de volksgezondheid, mensenrechten en gelijkheid van mannen en vrouwen, de bescherming van de kinderrechten en de strijd tegen mensenhandel en seksuele uitbuiting.

Dit krediet dient in het bijzonder ter financiering van de volgende maatregelen:

specifieke acties van de Commissie, zoals studies en onderzoek; opiniepeilingen en onderzoeken; de vaststelling van indicatoren en gemeenschappelijke methodologieën; verzameling, ontwikkeling en verspreiding van gegevens en statistieken; seminars, conferenties en vergaderingen van deskundigen; op het publiek gerichte campagnes en evenementen; ontwikkeling en onderhoud van websites; het opstellen en verspreiden van voorlichtingsmateriaal; ondersteuning en beheer van netwerken van nationale deskundigen; analyse, toezicht en evaluatie;

specifieke transnationale projecten in het belang van de Unie die door ten minste drie lidstaten worden ingediend, volgens de in de jaarlijkse werkprogramma’s uiteengezette voorwaarden, of

ondersteuning van de activiteiten van niet-gouvernementele organisaties of andere entiteiten die overeenkomstig de algemene doelstellingen van het programma een doel van algemeen Europees belang nastreven, volgens de in de jaarlijkse werkprogramma’s uiteengezette voorwaarden;

bescherming van kinderen, jongeren en vrouwen tegen, en voorkoming van alle vormen van geweld en commerciële seksuele uitbuiting, handel en andere vormen van misbruik, geweld op scholen en jeugdcriminaliteit, alsook de bevordering van de maatschappelijke herintegratie van slachtoffers van dergelijke vormen van misbruik;

opzetten van voorlichtingscampagnes ter bestrijding van pedofilie, mensenhandel, seksuele uitbuiting, gedwongen abortus, genitale verminking bij vrouwen, gedwongen sterilisatie en gedwongen huwelijken, en ter voorkoming van jeugdcriminaliteit;

bevordering van het creëren van instrumenten om in alle lidstaten volgens dezelfde procedures aangifte te kunnen doen van geweld tegen kinderen, jongeren en vrouwen, alsmede vormen van vrouwenhandel met het oog op seksuele uitbuiting;

proefprojecten en subsidies voor organisaties die, als onderdeel van activiteiten ter bescherming van kinderen en ter bestrijding van pedofilie op het internet, betrokken zijn bij de ontwikkeling en/of uitvoering van maatregelen ter voorkoming van het op het internet plaatsen van materiaal of beeldmateriaal dat betrekking heeft op kinderporno of inbreuk maakt op de menselijke waardigheid;

uitwisseling van beste praktijken inzake acties naar aanleiding van geweld op scholen, maatregelen ter voorkoming en bestrijding van jeugdcriminaliteit, steun voor relevante initiatieven van ngo's en grensoverschrijdende samenwerking, proefprojecten op lokaal en regionaal niveau en netwerken van autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de behandeling van gevallen van jeugdcriminaliteit.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 779/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 tot vaststelling van een specifiek programma ter voorkoming en bestrijding van geweld tegen kinderen, jongeren en vrouwen en ter bescherming van slachtoffers en risicogroepen voor de periode 2007-2013 (het Daphne III-programma) als onderdeel van het algemene programma Grondrechten en justitie (PB L 173 van 3.7.2007, blz. 19).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 6 april 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma met betrekking tot grondrechten en justitie voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 122 definitief).

18 04 08   Voorbereidende actie — Europese samenwerking tussen nationale en internationale autoriteiten verantwoordelijk voor rechten van het kind en het maatschappelijke middenveld ter bevordering en verdediging van de rechten van het kind

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

86 496,10

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

De voor deze actie bedoelde kredieten dienen voor de tenuitvoerlegging van de uniale strategie voor de rechten van het kind, overeenkomstig de mededeling van de Commissie „Naar een EU-strategie voor de rechten van het kind” (COM(2006) 367 definitief), zoals:

coördinatie van binnen de Unie genomen maatregelen ter bestrijding van kinderarmoede;

rechtstreekse maatregelen ter voorkoming van sociale uitsluiting van kinderen, smokkel van kinderen en kinderporno op het internet.

Deze kredieten kunnen tevens worden gebruikt voor voorbereidende acties met bovenstaande doelen.

Rechtsgronden

Mededeling van de Commissie van 4 juli 2006: „Naar een EU-strategie voor de rechten van het kind” (COM(2006) 367 definitief).

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 04 09   Proefproject — Invoering op Europees niveau van een snellewaarschuwingsmechanisme voor ontvoeringen en verdwijningen van kinderen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

280 000

p.m.

p.m.

0,—

180 434,75

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Deze lijn dient ter invoering in heel de Unie van een mechanisme bekend onder de naam „Amber Alert” (in gebruik in de VS en in Griekenland) en „Alerte-Enlèvement” (in Frankrijk), daarbij de noodzaak van internationale koppeling benadrukkend.

Na het succesvolle gebruik, in Frankrijk en Griekenland (en tevens in de VS en Canada), van systemen om het publiek te waarschuwen in gevallen van ontvoering (en/of verdwijning) van kinderen en bij ernstige bedreigingen voor de gezondheid of het leven van kinderen, wil de Commissie de lidstaten helpen bij het invoeren van gelijksoortige mechanismen. Mits alle lidstaten dergelijke mechanismen invoeren en communicatiekanalen worden ingericht, zal het oplossen van grensoverschrijdende gevallen eenvoudiger worden.

Deze begrotingslijn dient ter financiering van de aanvullende kosten die verbonden kunnen zijn aan het invoeren van dit mechanisme. Typische kosten zijn bijvoorbeeld kosten voor het opzetten van altijd bereikbare contactpunten, gratis telefoonnummers en IT-netwerken.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 04 10   Voorbereidende actie — Standaardisering van nationale wetgeving op het gebied van geweld tegen vrouwen en tegen kinderen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

186 000

p.m.

1 000 000

0,—

66 486,48

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Dit krediet dient ter financiering van een voorbereidende actie van de Unie ter bevordering van preventieve maatregelen ter bestrijding van geweld tegen kinderen en jongeren van beide geslachten en tegen vrouwen, met het oog op het standaardiseren van nationale wetgeving op dit gebied. Doelen van de actie zijn:

analyse van de huidige nationale wetgeving op het gebied van geweld tegen vrouwen, met aandacht voor alle soorten geweld: huiselijk geweld, seksueel geweld, prostitutie en smokkel, genitale verminking bij vrouwen en eerwraak;

analyse van tekortkomingen bij de toepassing van wetgeving inzake geweld tegen vrouwen in elke lidstaat;

uitvoering van het proces van harmonisering van de wetgeving op Europees niveau inzake geweld tegen vrouwen door het voorstellen van bepalingen ter vermindering van het geweld tegen vrouwen binnen de Unie.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 04 11   Proefproject — Methodologie op Europees niveau voor de ontwikkeling van op feiten gebaseerd beleid inzake kinderrechten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 000 000

1 000 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Op uniaal niveau bestaan er ernstige tekortkomingen en belemmeringen met betrekking tot het vergaren van betrouwbare en vergelijkbare statistieken inzake kinderen. Daarom moet een methodologie ontwikkeld worden voor het opstellen van indicatoren die specifiek betrekking hebben op kinderen.

Doel van het proefproject is:

bijeenbrengen van statistieken en beste praktijken met betrekking tot kinderen:

de uitwisseling van informatie bevorderen, beste praktijken vastleggen en een overzicht publiceren van de stand van zaken in de 27 lidstaten;

oprichting van een kennisbasis inzake kinderrechten, die instellingen van de Unie en lidstaten in staat moet stellen hun beleid aan te passen aan de hand van gedeelde knowhow;

analyseren van de huidige wetgeving van de lidstaten op het gebied van de bescherming van kinderrechten;

opstelling van indicatoren (kwantitatieve en kwalitatieve) en benchmarks, teneinde de vergelijkbaarheid, objectiviteit en betrouwbaarheid van gegevens inzake kinderen op Europees niveau te verbeteren, met name op het gebied van:

armoede en sociale uitsluiting van kinderen;

mishandeling en seksuele uitbuiting van kinderen en kinderporno;

huiselijk geweld;

sekstoerisme;

internationale ontvoering van kinderen ten gevolge van conflicten tussen ouders;

kinderen met een handicap: beleidsmaatregelen ter ondersteuning van handicaps en ernstige aandoeningen;

smokkel van kinderen;

discriminatie op grond van geslacht (genitale verminking bij vrouwen, eerwraak, gedwongen huwelijken);

eetstoornissen;

verslaving (alcohol, tabak, drugs, medicijnen);

vermiste kinderen;

niet-begeleide minderjarigen;

risico’s verbonden aan gedrags- en psychologische aspecten van het gebruik van nieuwe technologieën;

jeugdcriminaliteit;

betrekken en raadplegen van kinderen:

ontwikkeling van een methodologie voor betrokkenheid en raadpleging op Europees en nationaal niveau waarmee a) kinderen kunnen worden gehoord en b) een constructieve en doeltreffende betrokkenheid van kinderen bij besluiten die hen betreffen wordt gegarandeerd, zoals bepaald in artikel 12 van het Verdrag van de Verenigde Naties voor de rechten van het kind;

ontwikkeling van kindvriendelijke communicatie- en informatiesystemen voor de bekendmaking van uniale maatregelen op een wijze die is aangepast aan een jonger publiek.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 18 05 —   VEILIGHEID EN BESCHERMING VAN DE VRIJHEDEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 05

VEILIGHEID EN BESCHERMING VAN DE VRIJHEDEN

18 05 01

Samenwerkingsprogramma’s op het gebied van justitie en binnenlandse zaken — Titel VI

18 05 01 01

Voltooiing van de samenwerkingsprogramma’s op het gebied van justitie en binnenlandse zaken, en van het programma AGIS

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

3 000 000

4 123,23

3 415 720,50

18 05 01 03

Voltooiing van het programma Erasmus voor rechters (uitwisselingsprogramma voor gerechtelijke instanties)

3.1

p.m.

p.m.

0,—

7 598,04

 

Artikel 18 05 01 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

3 000 000

4 123,23

3 423 318,54

18 05 02

Europese Politiedienst (Europol)

18 05 02 01

Europese Politiedienst — Bijdrage voor titels 1 en 2

3.1

63 712 000

63 712 000

59 989 000

59 989 000

1 250 000,—

1 250 000,—

18 05 02 02

Europese Politiedienst — Bijdrage voor titel 3

3.1

19 757 000

19 757 000

19 735 150

19 735 150

 

 

 

Artikel 18 05 02 — Subtotaal

 

83 469 000

83 469 000

79 724 150

79 724 150

1 250 000,—

1 250 000,—

18 05 04

Voorbereidende actie — Voltooiing van voorbereidende acties ten behoeve van de slachtoffers van terrorisme

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

380 335,02

18 05 05

Europese Politieacademie

18 05 05 01

Europese Politieacademie — Bijdrage voor titel 1 en 2

3.1

3 502 000

3 502 000

4 000 000

4 000 000

3 931 000,—

2 800 000,—

Reserves (40 02 41)

 

425 000

425 000

 

 

 

 

 

 

3 927 000

3 927 000

4 000 000

4 000 000

3 931 000,—

2 800 000,—

18 05 05 02

Europese Politieacademie — Bijdrage voor titel 3

3.1

4 073 000

4 073 000

3 800 000

3 800 000

4 869 000,—

3 600 000,—

 

Artikel 18 05 05 — Subtotaal

 

7 575 000

7 575 000

7 800 000

7 800 000

8 800 000,—

6 400 000,—

Reserves (40 02 41)

 

425 000

425 000

 

 

 

 

 

 

8 000 000

8 000 000

7 800 000

7 800 000

8 800 000,—

6 400 000,—

18 05 06

Proefproject — Voltooiing terrorismebestrijding

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

1 000 000

0,—

1 608 199,29

18 05 07

Voltooiing crisisbeheersingscapaciteit

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

305 988,98

18 05 08

Preventie, paraatheid en beheersing van de gevolgen van terrorisme

3.1

24 100 000

10 950 058

20 420 000

14 600 000

19 470 000,—

9 611 691,25

18 05 09

Preventie en bestrijding van criminaliteit

3.1

109 000 000

47 608 950

85 880 000

55 529 000

70 850 000,—

29 189 757,10

18 05 10

Proefproject — Waarschuwingsnetwerken voor cultureel erfgoed

3.2

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

 

Hoofdstuk 18 05 — Totaal

 

224 144 000

149 603 008

195 324 150

163 153 150

100 374 123,23

52 169 290,18

Reserves (40 02 41)

 

425 000

425 000

 

 

 

 

 

 

224 569 000

150 028 008

195 324 150

163 153 150

100 374 123,23

52 169 290,18

18 05 01   Samenwerkingsprogramma’s op het gebied van justitie en binnenlandse zaken — Titel VI

18 05 01 01   Voltooiing van de samenwerkingsprogramma’s op het gebied van justitie en binnenlandse zaken, en van het programma AGIS

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

3 000 000

4 123,23

3 415 720,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Gemeenschappelijk Optreden 98/245/JBZ van 19 maart 1998, door de Raad vastgesteld op basis van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, houdende een uitwisselings-, opleidings- en samenwerkingsprogramma voor personen die verantwoordelijk zijn voor de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit (programma Falcone) (PB L 99 van 31.3.1998, blz. 8).

Besluit 2001/512/JBZ van de Raad van 28 juni 2001 tot vaststelling van een tweede fase van het programma voor stimulering, uitwisselingen, opleiding en samenwerking voor beoefenaars van juridische beroepen (Grotius II — strafrechtelijk) (PB L 186 van 7.7.2001, blz. 1).

Besluit 2001/513/JBZ van de Raad van 28 juni 2001 tot vaststelling van een tweede fase van het programma voor stimulering, uitwisselingen, opleiding en samenwerking tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten van de Europese Unie (Oisin II) (PB L 186 van 7.7.2001, blz. 4).

Besluit 2001/514/JBZ van de Raad van 28 juni 2001 tot vaststelling van een tweede fase van het programma voor stimulering, uitwisselingen, opleiding en samenwerking voor personen die verantwoordelijk zijn voor acties tegen mensenhandel en seksuele uitbuiting van kinderen (Stop II) (PB L 186 van 7.7.2001, blz. 7).

Besluit 2001/515/JBZ van de Raad van 28 juni 2001 tot vaststelling van een programma voor stimulering, uitwisselingen, opleiding en samenwerking op het gebied van criminaliteitspreventie (Hippocrates) (PB L 186 van 7.7.2001, blz. 11).

Besluit 2002/630/JBZ van de Raad van 22 juli 2002 tot vaststelling van een kaderprogramma betreffende politiële en justitiële samenwerking in strafzaken (AGIS) (PB L 203 van 1.8.2002, blz. 5).

18 05 01 03   Voltooiing van het programma Erasmus voor rechters (uitwisselingsprogramma voor gerechtelijke instanties)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

7 598,04

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 05 02   Europese Politiedienst (Europol)

18 05 02 01   Europese Politiedienst — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

63 712 000

63 712 000

59 989 000

59 989 000

1 250 000,00

1 250 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van Europol (titels 1 en 2).

Europol moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen beleidsuitgaven en administratieve uitgaven.

Indien Europol hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen beleidskredieten en administratieve kredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van Europol is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese Politiedienst (Europol) (PB L 121 van 15.5.2009, blz. 37).

18 05 02 02   Europese Politiedienst — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 757 000

19 757 000

19 735 150

19 735 150

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van de Europese Politiedienst (titel 3).

Europol moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen beleidsuitgaven en administratieve uitgaven.

Indien Europol hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen beleidskredieten en administratieve kredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De bijdrage van de Unie voor 2011 bedraagt in totaal 83 469 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese Politiedienst (Europol) (PB L 121 van 15.5.2009, blz. 37).

18 05 04   Voorbereidende actie — Voltooiing van voorbereidende acties ten behoeve van de slachtoffers van terrorisme

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

380 335,02

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 05 05   Europese Politieacademie

18 05 05 01   Europese Politieacademie — Bijdrage voor titel 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 05 05 01

3 502 000

3 502 000

4 000 000

4 000 000

3 931 000,00

2 800 000,00

Reserves (40 02 41)

425 000

425 000

 

 

 

 

Totaal

3 927 000

3 927 000

4 000 000

4 000 000

3 931 000,—

2 800 000,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van de Europese Politieacademie (titels 1 en 2).

De Academie moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien de Academie hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglementdie ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van de Academie is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

Dit bedrag blijft in de reserve totdat het Parlement bevredigende informatie heeft gekregen over de follow-up die aan zijn kwijtingsbesluit en -resolutie over 2008 zal worden gegeven.

Rechtsgronden

Besluit 2005/681/JBZ van de Raad van 20 september 2005 tot oprichting van de Europese Politieacademie (EPA) (PB L 256 van 1.10.2005, blz. 63).

18 05 05 02   Europese Politieacademie — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 073 000

4 073 000

3 800 000

3 800 000

4 869 000,00

3 600 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van de Europese Politieacademie met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

De Academie moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien de Academie hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De bijdrage van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 8 341 000 EUR. Een bedrag van 341 000 EUR afkomstig van de terugvordering van overschotten is toegevoegd aan het in de begroting opgevoerde bedrag van 8 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2005/681/JBZ van de Raad van 20 september 2005 tot oprichting van de Europese Politieacademie (EPA) (PB L 256 van 1.10.2005, blz. 63).

18 05 06   Proefproject — Voltooiing terrorismebestrijding

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

1 000 000

0,—

1 608 199,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 05 07   Voltooiing crisisbeheersingscapaciteit

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

305 988,98

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Taken voortvloeiend uit de administratieve autonomie van de Commissie, in de zin van artikel 49, lid 6, van het Financieel Reglement.

18 05 08   Preventie, paraatheid en beheersing van de gevolgen van terrorisme

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

24 100 000

10 950 058

20 420 000

14 600 000

19 470 000,00

9 611 691,25

Toelichting

Op het gebied van de preventie van en de paraatheid voor terroristische aanslagen dient dit krediet ter ondersteuning van de volgende gebieden:

de aanmoediging, bevordering en ondersteuning van de beoordeling van de risico’s en dreigingen ten aanzien van kritieke infrastructuur, met inbegrip van evaluaties ter plaatse, teneinde mogelijke doelwitten van terroristische aanslagen in kaart te brengen en na te gaan of er behoefte bestaat aan verbetering van de veiligheid ervan;

de bevordering en ondersteuning van de ontwikkeling van gemeenschappelijke veiligheidsnormen, inclusief voor wat de internetveiligheid betreft, en van de uitwisseling van knowhow en ervaring in verband met de bescherming van kritieke infrastructuur;

de bevordering en ondersteuning van de coördinatie en de samenwerking op uniaal niveau op het gebied van de bescherming van kritieke infrastructuur.

Op het gebied van de beheersing van de gevolgen in geval van terroristische aanslagen dient dit krediet ter ondersteuning van de volgende gebieden:

de aanmoediging, bevordering en ondersteuning van de uitwisseling van knowhow, ervaring en technologie in verband met de mogelijke gevolgen van terroristische aanslagen;

de aanmoediging, bevordering en ondersteuning van de ontwikkeling van passende methodologie en rampenplannen;

maatregelen om ervoor te zorgen dat op het moment zelf specifieke kennis inzake terrorisme wordt ingebracht in het kader van de algemene crisisbeheersing en de mechanismen voor snelle waarschuwing en civiele bescherming.

Dit krediet dient in het bijzonder ter financiering van de volgende maatregelen:

acties ter bevordering van de operationele samenwerking en coördinatie (versterking van netwerkvorming, van het wederzijdse vertrouwen en begrip, ontwikkeling van rampenplannen, uitwisseling en verspreiding van informatie, ervaringen en beste praktijken);

analyse-, toezicht-, evaluatie-, audit- en inspectieactiviteiten;

ontwikkeling en overdracht van technologie en methodologie, met name met betrekking tot de uitwisseling van informatie en interoperabiliteit;

opleiding, uitwisseling van personeel en deskundigen;

bewustmakings- en verspreidingsactiviteiten; en

verlening van financiële steun voor projecten die tot doel hebben de slachtoffers van terrorisme en/of hun familieleden te helpen zich te herstellen van hun beproevingen dankzij sociale of psychologische bijstand door organisaties en/of netwerken, alsook voor projecten om de publieke opinie te mobiliseren tegen alle vormen van terrorisme. Een deel van het krediet zal hoofdzakelijk worden gebruikt voor verbetering van de rechtsbijstand en de adviesverlening aan de slachtoffers en hun familie.

Rechtsgronden

Besluit 2007/124/EG, Euratom van de Raad van 12 februari 2007 tot vaststelling van het specifieke programma Terrorisme en andere aan veiligheid gerelateerde risico's: preventie, paraatheid en beheersing van de gevolgen voor de periode 2007-2013, als onderdeel van het algemene programma Veiligheid en bescherming van de vrijheden (PB L 58 van 24.2.2007, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 6 april 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma betreffende „Veiligheid en bescherming van de vrijheden” voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 124 definitief).

18 05 09   Preventie en bestrijding van criminaliteit

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

109 000 000

47 608 950

85 880 000

55 529 000

70 850 000,00

29 189 757,10

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van de volgende gebieden:

de bevordering en ontwikkeling van de coördinatie, samenwerking en het wederzijds begrip onder rechtshandhavingsinstanties en andere instellingen (met name organisaties die zich inzetten voor de preventie van geweld en criminaliteit) andere nationale autoriteiten en organen op uniaal niveau;

de aanmoediging, bevordering en ontwikkeling van de horizontale methoden en instrumenten die nodig zijn voor een strategische preventie en bestrijding van criminaliteit en cybercriminaliteit, zoals de preventie van stedelijk geweld, met name van minderjarigen, of maatregelen ter voorkoming en bestrijding van jeugdcriminaliteit door middel van de uitwisseling van beste praktijken, netwerken van verantwoordelijke autoriteiten en de uitvoering van proefprojecten, partnerschappen tussen de overheid en de particuliere sector, beproefde methoden ter voorkoming van criminaliteit, vergelijkbare statistieken en toegepaste criminologie, en

de bevordering en ontwikkeling van beste praktijken voor de bescherming van slachtoffers en getuigen van criminaliteit.

Dit krediet dient in het bijzonder ter financiering van de volgende maatregelen:

acties ter bevordering van de operationele samenwerking en coördinatie (versterking van netwerkvorming, van het wederzijdse vertrouwen en begrip, uitwisseling en verspreiding van informatie, ervaringen en beste praktijken);

analyse-, toezicht- en evaluatieactiviteiten;

ontwikkeling en overdracht van technologie en methodologie;

opleiding, uitwisseling van personeel en deskundigen, en

bewustmakings- en verspreidingsactiviteiten.

Een deel van het krediet dient ter financiering van het opzetten van een uniale hotline voor slachtoffers van mensensmokkel, met het oog op de invoering van een enig gemeenschappelijk telefoonnummer in alle lidstaten ter waarborging van gelijke normen voor sociale, psychologische of juridische bijstand voor slachtoffers van mensensmokkel en, zo mogelijk, om aan de behoefte aan onderdak te voldoen. In dit project zullen verschillende belanghebbenden worden betrokken: nationale regelgevende autoriteiten die telefoonlijnen beschikbaar stellen, telecommunicatiebedrijven, gespecialiseerde ngo's, lokaal en professioneel personeel en handhavingsautoriteiten (voor de uitwisseling van informatie over smokkelaars en personen die betrokken zijn bij mensensmokkel).

Rechtsgronden

Besluit 2007/125/JBZ van de Raad van 12 februari 2007 tot vaststelling van het specifieke programma Preventie en de bestrijding van criminaliteit voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Veiligheid en bescherming van de vrijheden (PB L 58 van 24.2.2007, blz. 7).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 6 april 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van het kaderprogramma „Veiligheid en bescherming van de vrijheden” voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 124 definitief).

18 05 10   Proefproject — Waarschuwingsnetwerken voor cultureel erfgoed

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Oud artikel 15 04 46

Dit krediet dient ter financiering van de totstandbrenging van een netwerk voor rechtstreekse uitwisseling van informatie met een officieel contactpunt in elke lidstaat, met als doel gevallen van diefstal van en illegale handel in of illegale export van cultureel erfgoed of beschermde historische monumenten en alle hiermee verband houdende informatie te verstrekken, en om voor de hiervoor vereiste infrastructuur te zorgen.

Het netwerk moet ook de opzet mogelijk maken van een alle relevante documenten bevattende gegevensbank waarin de gestolen voorwerpen worden opgenomen en alle relevante informatie wordt geregistreerd, om:

de tracering en terugwinning van de gestolen voorwerpen te faciliteren;

ervoor te zorgen dat onder de contactpunten een aantal maatregelen wordt overeengekomen om diefstal van en illegale handel in cultureel erfgoed te bestrijden; en

de bedoelde informatie onmiddellijk door te geven aan politie, havenautoriteiten, luchthavenautoriteiten en douanekantoren.

Een van de contactpunten moet, in overleg tussen de lidstaten, ook contactpunten instellen met een aantal nabuurschaps- en mediterrane landen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 18 06 —   JUSTITIE IN STRAFRECHTELIJKE EN BURGERLIJKE ZAKEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 06

JUSTITIE IN STRAFRECHTELIJKE EN BURGERLIJKE ZAKEN

18 06 01

Voltooiing van bestaande programma’s voor justitiële samenwerking in burgerlijke zaken

3.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

577,01

178 198,29

18 06 04

Eurojust

18 06 04 01

Eurojust — Bijdrage voor titels 1 en 2

3.1

21 998 698

21 998 698

21 869 637

21 869 637

20 646 400,—

20 646 400,—

18 06 04 02

Eurojust — Bijdrage voor titel 3

3.1

7 777 042

7 777 042

8 293 583

8 293 583

5 753 600,—

5 753 600,—

 

Artikel 18 06 04 — Subtotaal

 

29 775 740

29 775 740

30 163 220

30 163 220

26 400 000,—

26 400 000,—

18 06 06

Strafrecht

3.1

26 500 000

16 948 786

26 000 000

15 800 000

30 900 000,—

17 592 005,56

18 06 07

Civiel recht

3.1

15 700 000

9 521 790

15 500 000

9 400 000

14 546 000,—

6 274 256,90

18 06 09

Proefproject — Effectbeoordeling van wetgevingsmaatregelen in het verbintenissenrecht

3.1

p.m.

p.m.

1 000 000

500 000

 

 

18 06 10

Proefproject — Snelle en doeltreffende inning van openstaande vorderingen ten behoeve van internationaal opererende kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s)

3.1

1 000 000

500 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 18 06 — Totaal

 

72 975 740

56 746 316

72 663 220

55 863 220

71 846 577,01

50 444 460,75

18 06 01   Voltooiing van bestaande programma’s voor justitiële samenwerking in burgerlijke zaken

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

577,01

178 198,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1496/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een actieprogramma ter verbetering van de bekendheid van de juridische beroepskringen met het Gemeenschapsrecht (Robert Schuman-actie) (PB L 196 van 14.7.1998, blz. 24).

Verordening (EG) nr. 290/2001 van de Raad van 12 februari 2001 tot verlenging van het stimulerings- en uitwisselingsprogramma voor beoefenaars van juridische beroepen op civielrechtelijk gebied (Grotius — civiel) (PB L 43 van 14.2.2001, blz. 1).

Beschikking 2001/470/EG van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de oprichting van een Europees justitieel netwerk in burgerlijke en handelszaken (PB L 174 van 27.6.2001, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 743/2002 van de Raad van 25 april 2002 tot vaststelling van een algemeen communautair kader voor activiteiten ter vergemakkelijking van de justitiële samenwerking in burgerlijke zaken (PB L 115 van 1.5.2002, blz. 1).

Besluit 2004/100/EG van de Raad van 26 januari 2004 tot instelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van actief Europees burgerschap („civic participation”) (PB L 30 van 4.2.2004, blz. 6).

18 06 04   Eurojust

18 06 04 01   Eurojust — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 998 698

21 998 698

21 869 637

21 869 637

20 646 400,00

20 646 400,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van Eurojust (titels 1 en 2).

Eurojust moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien Eurojust hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van Eurojust is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Besluit 2002/187/JBZ van de Raad van 28 februari 2002 betreffende de oprichting van Eurojust teneinde de strijd tegen ernstige vormen van criminaliteit te versterken (PB L 63 van 6.3.2002, blz. 1).

18 06 04 02   Eurojust — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 777 042

7 777 042

8 293 583

8 293 583

5 753 600,00

5 753 600,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van Eurojust met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Eurojust moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien Eurojust hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De bijdrage van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 31 733 740 EUR. Een bedrag van 1 958 000 EUR afkomstig van de terugvordering van overschotten is toegevoegd aan het in de begroting opgevoerde bedrag van 29 775 740 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2002/187/JBZ van de Raad van 28 februari 2002 betreffende de oprichting van Eurojust teneinde de strijd tegen ernstige vormen van criminaliteit te versterken (PB L 63 van 6.3.2002, blz. 1).

18 06 06   Strafrecht

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

26 500 000

16 948 786

26 000 000

15 800 000

30 900 000,00

17 592 005,56

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van de volgende gebieden:

bevordering van de justitiële samenwerking, om bij te dragen aan de totstandbrenging van een ware Europese rechtsruimte in strafzaken die is gebaseerd op wederzijdse erkenning en wederzijds vertrouwen;

bevordering van de aanpassing van de bestaande rechtsstelsels van de lidstaten aan de Unie, die een gebied zonder grenscontroles en met één munt is, waarin het vrije verkeer van personen, diensten, goederen en kapitaal is gewaarborgd;

verbetering van het dagelijkse leven van burgers en bedrijven door deze in staat te stellen hun rechten in de gehele Unie te doen gelden, met name door de toegang tot de rechter te vergemakkelijken;

verbetering van de contacten tussen justitiële en administratieve autoriteiten en beoefenaars van juridische beroepen en bevordering van de opleiding van de leden van de rechterlijke macht.

Dit krediet dient in het bijzonder ter financiering van de volgende maatregelen:

specifieke acties van de Commissie, zoals studies en onderzoek, de ontwikkeling en implementatie van specifieke projecten (bv. het opzetten van een geautomatiseerd systeem voor de uitwisseling van informatie uit strafregisters); opiniepeilingen en onderzoeken; de vaststelling van indicatoren en gemeenschappelijke methodologieën; verzameling, ontwikkeling en verspreiding van gegevens en statistieken; seminars, conferenties en vergaderingen van deskundigen; op het publiek gerichte campagnes en evenementen; ontwikkeling en onderhoud van websites; het opstellen en verspreiden van voorlichtingsmateriaal; ondersteuning en beheer van netwerken van nationale deskundigen; analyse, toezicht en evaluatie, of

specifieke transnationale projecten in het belang van de Unie die door ten minste drie lidstaten worden ingediend, volgens de in de jaarlijkse werkprogramma’s uiteengezette voorwaarden, of

ondersteuning van de activiteiten van niet-gouvernementele organisaties of andere entiteiten die overeenkomstig de algemene doelstellingen van het programma een doel van algemeen belang nastreven, volgens de in de jaarlijkse programma’s uiteengezette voorwaarden, of

exploitatiesubsidies ter medefinanciering van de uitgaven in verband met het permanente werkprogramma van het Europese netwerk voor justitiële opleiding, dat op het gebied van de opleiding van magistraten een doelstelling van algemeen Europees belang nastreeft.

Een deel van dit krediet dient tevens ter dekking van een project voor het oprichten van een orgaan van Europese strafpleiters (Eurorights). Het orgaan zou de functie van ombudsman moeten vervullen om de problemen te onderzoeken waarmee de verdediging wordt geconfronteerd in de context van de Europese politiële en justitiële samenwerking.

Rechtsgronden

Besluit 2007/126/JBZ van de Raad van 12 februari 2007 tot vaststelling van het specifieke programma Strafrecht voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Grondrechten en justitie (PB L 58 van 24.2.2007, blz. 13).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 6 april 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma met betrekking tot de grondrechten en justitie voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 122 definitief).

18 06 07   Civiel recht

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 700 000

9 521 790

15 500 000

9 400 000

14 546 000,00

6 274 256,90

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van de volgende gebieden:

bevordering van de justitiële samenwerking om bij te dragen aan de totstandbrenging van een ware Europese rechtsruimte in burgerlijke zaken, die is gebaseerd op wederzijdse erkenning en wederzijds vertrouwen;

bevordering van het wegnemen van de hinderpalen voor een goed verloop van grensoverschrijdende civielrechtelijke procedures in de lidstaten;

verbetering van het dagelijkse leven van burgers en bedrijven door deze in staat te stellen hun rechten in de gehele Unie te doen gelden, met name door de toegang tot de rechter te vergemakkelijken;

verbetering van de contacten, de uitwisseling van informatie en de netwerken tussen justitiële, gerechtelijke en bestuurlijke autoriteiten en beoefenaars van juridische beroepen, onder meer door steun te verlenen voor de justitiële opleiding, met het oog op meer wederzijds begrip onder deze autoriteiten en beroepsbeoefenaars.

Dit krediet dient in het bijzonder ter dekking van de volgende maatregelen:

specifieke acties van de Commissie, zoals studies en onderzoek; opiniepeilingen en onderzoeken; de vaststelling van indicatoren en gemeenschappelijke methodologieën; verzameling, ontwikkeling en verspreiding van gegevens en statistieken; seminars, conferenties en vergaderingen van deskundigen; op het publiek gerichte campagnes en evenementen; ontwikkeling en onderhoud van websites; het opstellen en verspreiden van voorlichtingsmateriaal; ondersteuning en beheer van netwerken van nationale deskundigen; analyse, toezicht en evaluatie; of

specifieke transnationale projecten in het belang van de Unie die door ten minste drie lidstaten worden ingediend, volgens de in de jaarlijkse werkprogramma’s uiteengezette voorwaarden; of

ondersteuning van de activiteiten van niet-gouvernementele organisaties of andere entiteiten die overeenkomstig de algemene doelstellingen van het programma een doel van algemeen belang nastreven, volgens de in de jaarlijkse programma’s uiteengezette voorwaarden;

exploitatiesubsidies ten behoeve van de medefinanciering van uitgaven in verband met het permanente werkprogramma van het Europees netwerk van de Raden voor de rechtspraak en van het netwerk van voorzitters van de Hoge Rechtscolleges van de Europese Unie, voor zover met die uitgaven een doelstelling van algemeen Europees belang wordt nagestreefd, door de uitwisseling te bevorderen van ideeën en ervaringen over de rechtspraak, de organisatie en de werkwijze van de leden bij de uitoefening van hun justitiële en/of adviserende taken, met name met betrekking tot het uniale recht;

maatregelen ter ondersteuning van het opzetten van online testamentenregisters voor de lidstaten die beschikken over een testamentenregister, of die hierover willen beschikken.

Rechtsgronden

Beschikking 2001/470/EG van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de oprichting van een Europees justitieel netwerk in burgerlijke en handelszaken (PB L 174 van 27.6.2001, blz. 25).

Besluit nr. 1149/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 september 2007 tot vaststelling van het specifieke programma Civiel recht voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Grondrechten en justitie (PB L 257 van 3.10.2007, blz. 16).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 6 april 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma met betrekking tot de grondrechten en justitie voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 122 definitief).

18 06 09   Proefproject — Effectbeoordeling van wetgevingsmaatregelen in het verbintenissenrecht

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 000 000

500 000

 

 

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor de financiering van de volgende maatregelen:

uitvoering van een juridische en economische effectbeoordeling van wetgevingsmaatregelen in het verbintenissenrecht;

onderzoek en ontwikkeling van het gemeenschappelijk referentiekader (Common frame of Reference — CFR) en andere academische werkzaamheden op het gebied van Europees verbintenissenrecht.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

18 06 10   Proefproject — Snelle en doeltreffende inning van openstaande vorderingen ten behoeve van internationaal opererende kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter ondersteuning van internationaal opererende kmo’s bij de inning van niet betaalde rekeningen. kmo’s worden geholpen bij het optimaliseren van hun bedrijfsvoering door een verbeterde toegang tot en verspreiding van informatie op het gebied van instrumenten en opties voor schadebeheer. Tevens moeten het gebruik, het begrip en de bewustwording van de beschikbare rechtsinstrumenten worden verbeterd. In dit proefproject moeten door middel van meertalige op de praktijk gebaseerde richtsnoeren het onderwerp en de methodologie van schadebeheer worden geïntroduceerd en de toepassing worden uitgelegd van de bestaande rechtsinstrumenten op de grensoverschrijdende inning van rekeningen (Verordening (EG) nr. 924/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende grensoverschrijdende betalingen in de Gemeenschap (PB L 266 van 9.10.2009, blz. 11), Verordening (EG) nr. 861/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007 tot vaststelling van een Europese procedure voor geringe vorderingen (PB L 199 van 31.7.2007, blz. 1), Verordening (EG) nr. 805/2004 van het Europees parlement en de Raad van 21 april 2004 tot invoering van een Europese executoriale titel voor niet-betwiste schuldvorderingen (PB L 143 van 30.4.2004, blz. 15), Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (PB L 12 van 16.1.2001, blz. 1). Bovendien worden decentraal in heel Europa evenementen georganiseerd, bijvoorbeeld via de netwerken van kamers van koophandel en industrie of andere faciliteiten voor handelsbevordering, om kmo’s informatie te bieden inzake schadebeheer en de beschikbare rechtsinstrumenten.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 18 07 —   DRUGSPREVENTIE EN -VOORLICHTING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 07

DRUGSPREVENTIE EN -VOORLICHTING

18 07 01

Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving

18 07 01 01

Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving — Bijdrage voor titels 1 en 2

3.1

10 920 558

10 920 558

10 803 028

10 803 028

10 245 798,59

9 992 904,—

18 07 01 02

Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving — Bijdrage voor titel 3

3.1

4 249 442

4 249 442

3 996 972

3 996 972

4 266 201,41

4 157 096,—

 

Artikel 18 07 01 — Subtotaal

 

15 170 000

15 170 000

14 800 000

14 800 000

14 512 000,—

14 150 000,—

18 07 03

Drugspreventie en -voorlichting

3.1

4 000 000

3 113 625

3 000 000

3 000 000

3 000 000,—

2 788 722,06

 

Hoofdstuk 18 07 — Totaal

 

19 170 000

18 283 625

17 800 000

17 800 000

17 512 000,—

16 938 722,06

18 07 01   Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving

18 07 01 01   Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 920 558

10 920 558

10 803 028

10 803 028

10 245 798,59

9 992 904,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en de personeelsuitgaven van het Waarnemingscentrum (titels 1 en 2).

Het Waarnemingscentrum moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Waarnemingscentrum hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Waarnemingscentrum is opgenomen in het deel „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1920/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (herschikking) (PB L 376 van 27.12.2006, blz. 1).

18 07 01 02   Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 249 442

4 249 442

3 996 972

3 996 972

4 266 201,41

4 157 096,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Waarnemingscentrum met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Waarnemingscentrum moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke kredietoverschrijving tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Waarnemingscentrum hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de staat van ontvangsten.

De bijdrage van de Unie bedraagt voor 2011 in totaal 15 400 000 EUR. Een bedrag van 230 000 EUR afkomstig van de terugvordering van overschotten is toegevoegd aan het in de begroting opgevoerde bedrag van 15 170 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1920/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (herschikking) (PB L 376 van 27.12.2006, blz. 1).

18 07 03   Drugspreventie en -voorlichting

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 000 000

3 113 625

3 000 000

3 000 000

3 000 000,00

2 788 722,06

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van de volgende gebieden:

voorkoming en beperking van drugsgebruik, verslaving en drugsgerelateerde schade;

bijdragen tot de verbetering van de voorlichting over drugsgebruik;

de uitvoering van de uniale drugsstrategie ondersteunen.

Dit krediet dient in het bijzonder ter dekking van de volgende maatregelen:

specifieke acties van de Commissie, zoals studies en onderzoek; opiniepeilingen en onderzoeken; de vaststelling van indicatoren en gemeenschappelijke methodologieën; verzameling, ontwikkeling en verspreiding van gegevens en statistieken; seminars, conferenties en vergaderingen van deskundigen; op het publiek gerichte campagnes en evenementen; ontwikkeling en onderhoud van websites; het opstellen en verspreiden van voorlichtingsmateriaal; ondersteuning en beheer van netwerken van nationale deskundigen; analyse, toezicht en evaluatie, of

specifieke transnationale projecten in het belang van de Unie die door ten minste twee lidstaten of ten minste een lidstaat en een andere staat, die een toetredings- of kandidaat-land is, worden ingediend, volgens de in het jaarlijkse werkprogramma uiteengezette voorwaarden, of

ondersteuning van de activiteiten van niet-gouvernementele organisaties of andere entiteiten die overeenkomstig de algemene doelstellingen van het programma een doel van algemeen belang nastreven, volgens de in de jaarlijkse programma’s uiteengezette voorwaarden.

initiatieven op het gebied van voorkoming en beperking van drugsgebruik en strategische activiteiten ter bestrijding van andere drugsgerelateerde verslavingen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1150/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 september 2007 tot vaststelling van het specifieke programma Drugspreventie en -voorlichting voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemene programma Grondrechten en justitie (PB L 257 van 3.10.2007, blz. 23).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 6 april 2005 aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kaderprogramma met betrekking tot de grondrechten en justitie voor de periode 2007-2013 (COM(2005) 122 definitief).

HOOFDSTUK 18 08 —   BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 08

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE

18 08 01

Prince — Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

3.1

5 400 000

3 808 716

5 200 000

4 400 000

4 322 640,78

3 430 138,05

18 08 05

Evaluatie en effectbeoordeling

3.1

1 100 000

761 743

900 000

800 000

1 400 000,—

521 604,—

 

Hoofdstuk 18 08 — Totaal

 

6 500 000

4 570 459

6 100 000

5 200 000

5 722 640,78

3 951 742,05

18 08 01   Prince — Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 400 000

3 808 716

5 200 000

4 400 000

4 322 640,78

3 430 138,05

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor prioritaire informatiemaatregelen op het gebied van justitie en binnenlandse zaken.

Het dient ter financiering van voorlichtingsacties en communicatiemaatregelen op het gebied van justitie en binnenlandse zaken met betrekking tot de totstandbrenging van een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht (interne websites, openbare evenementen, communicatieproducten, Eurobarometer-enquêtes enz.). Deze maatregelen zijn bedoeld als effectief kanaal voor communicatie en dialoog tussen de burgers van de Unie, de belanghebbenden en de instellingen van de Unie, waarbij, in nauwe samenwerking met de autoriteiten van de lidstaten, rekening wordt gehouden met specifieke nationale, regionale en plaatselijke kenmerken.

De Commissie heeft een reeks mededelingen aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's betreffende een nieuw kader voor praktische samenwerking in verband met het voorlichtings- en communicatiebeleid van de Europese Unie (COM(2001) 354 definitief en COM(2002) 350 definitief) vastgesteld. In deze mededelingen wordt een kader voorgesteld voor interinstitutionele samenwerking die uitgebreid wordt tot de lidstaten met het oog op de ontwikkeling van een voorlichtings- en communicatiestrategie van de Unie.

De Interinstitutionele Groep voor voorlichting (IGV), die gezamenlijk wordt voorgezeten door het Europees Parlement, de Raad en de Commissie, stelt gezamenlijke richtsnoeren vast voor de onderwerpen die onder de interinstitutionele samenwerking op het gebied van het uniale voorlichtings- en communicatiebeleid vallen. De IGV coördineert de op het grote publiek gerichte gecentraliseerde en gedecentraliseerde voorlichtingsactiviteiten over Europese onderwerpen. De IGV stelt jaarlijks de prioriteiten voor de komende jaren vast, op basis van door de Commissie verstrekte informatie.

Dit krediet dient ter financiering van een bewustmakingscampagne van de Commissie, in samenwerking met het maatschappelijk middenveld, inzake rechten van de burgers van de Unie uit hoofde van de artikelen 18 tot en met 25 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Dit krediet dient tevens ter dekking van de uitgaven voor de informatiecampagnes in verband met de nieuwe transparantiemaatregelen op grond van artikel 15 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).

Rechtsgronden

Taken voortvloeiend uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, in de zin van artikel 49, lid 6, van het Financieel Reglement.

18 08 05   Evaluatie en effectbeoordeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 100 000

761 743

900 000

800 000

1 400 000,00

521 604,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met:

het uitbreiden van evaluatie tot alle activiteiten (beleid en wetgeving);

het scheppen van meer ruimte voor evaluatie in de strategische planning en programmering;

het afronden van de methodologische werkzaamheden die nodig zijn voor het ontwikkelen van beleidsevaluatie;

het toepassen van het beleidsevaluatiekader op alle belangrijke beleidsterreinen van Tampere;

het voorbereiden van de uitvoering van proefprojecten en voorbereidende acties.

Rechtsgronden

Taken voortvloeiend uit de administratieve autonomie van de Commissie, in de zin van artikel 49, lid 6, van het Financieel Reglement.

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR DE DIRECTORATEN-GENERAAL JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN

BELEIDSSTRATEGIE EN — COÖRDINATIE VOOR DE DIRECTORATEN-GENERAAL JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN

TITEL 19

EXTERNE BETREKKINGEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „EXTERNE BETREKKINGEN”

153 043 968

153 043 968

444 697 913

444 697 913

421 915 881,74

421 915 881,74

Reserves (40 01 40)

5 106

5 106

253 484

253 484

 

 

 

153 049 074

153 049 074

444 951 397

444 951 397

421 915 881,74

421 915 881,74

19 02

SAMENWERKING MET DERDE LANDEN OP HET GEBIED VAN MIGRATIE EN ASIEL

54 000 000

47 608 950

52 959 000

50 000 000

51 360 390,09

60 068 691,75

19 03

GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID (GBVB)

326 624 000

271 643 337

280 891 000

225 000 000

242 750 000,—

315 971 012,16

19 04

EUROPEES INSTRUMENT VOOR DE DEMOCRATIE EN DE MENSENRECHTEN (EIDHR)

157 710 000

132 678 814

154 224 200

148 400 000

153 231 380,35

122 297 633,47

19 05

BETREKKINGEN EN SAMENWERKING MET GEÏNDUSTRIALISEERDE DERDE LANDEN

25 021 000

19 843 580

23 640 000

17 713 000

28 193 108,26

15 679 325,11

19 06

CRISISRESPONS EN MONDIALE BEDREIGINGEN VOOR DE VEILIGHEID

357 444 700

257 199 807

287 711 882

250 305 160

256 159 507,—

214 368 311,11

19 08

EUROPEES NABUURSCHAPSBELEID EN BETREKKINGEN MET RUSLAND

1 899 135 179

1 405 163 553

1 722 667 073

1 384 200 000

1 672 668 694,55

1 469 289 540,24

Reserves (40 02 41)

 

 

20 000 000

20 000 000

 

 

 

1 899 135 179

1 405 163 553

1 742 667 073

1 404 200 000

1 672 668 694,55

1 469 289 540,24

19 09

BETREKKINGEN MET LATIJNS-AMERIKA

377 286 000

297 175 489

356 268 000

309 484 268

355 672 842,17

308 343 018,47

Reserves (40 02 41)

16 000 000

1 904 358

11 500 000

5 000 000

 

 

 

393 286 000

299 079 847

367 768 000

314 484 268

355 672 842,17

308 343 018,47

19 10

BETREKKINGEN MET AZIË, CENTRAAL-AZIË EN HET MIDDEN-OOSTEN (IRAK, IRAN, JEMEN)

889 900 740

765 332 304

855 898 000

769 397 103

881 491 612,20

727 174 414,49

Reserves (40 02 41)

28 000 000

4 532 372

23 000 000

4 500 000

 

 

 

917 900 740

769 864 676

878 898 000

773 897 103

881 491 612,20

727 174 414,49

19 11

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „EXTERNE BETREKKINGEN”

30 500 000

28 565 370

31 500 000

32 400 000

41 183 487,50

24 387 037,63

19 49

UITGAVEN VOOR ADMINISTRATIEF BEHEER VAN PROGRAMMA’S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Titel 19 — Totaal

4 270 665 587

3 378 255 172

4 210 457 068

3 631 597 444

4 104 626 903,86

3 679 494 866,17

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

44 005 106

6 441 836

54 753 484

29 753 484

 

 

 

4 314 670 693

3 384 697 008

4 265 210 552

3 661 350 928

4 104 626 903,86

3 679 494 866,17

HOOFDSTUK 19 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „EXTERNE BETREKKINGEN”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

19 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „EXTERNE BETREKKINGEN”

19 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst van het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

5

6 719 305

91 519 358

90 090 643,53

Reserves (40 01 40)

 

5 106

253 484

 

 

 

6 724 411

91 772 842

90 090 643,53

19 01 01 02

Uitgaven voor personeel in actieve dienst, delegaties van de Unie

5

7 148 492

95 401 909

83 543 880,69

 

Artikel 19 01 01 — Subtotaal

 

13 867 797

186 921 267

173 634 524,22

Reserves (40 01 40)

 

5 106

253 484

 

 

 

13 872 903

187 174 751

173 634 524,22

19 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 01 02 01

Extern personeel van het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

5

1 203 544

7 565 976

7 614 799,87

19 01 02 02

Extern personeel, delegaties van de Unie

5

505 306

32 214 692

28 325 039,33

19 01 02 11

Andere beheersuitgaven voor het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

5

640 622

8 529 744

8 873 054,28

19 01 02 12

Overige beheersuitgaven, delegaties van de Unie

5

467 754

9 038 346

8 351 613,60

 

Artikel 19 01 02 — Subtotaal

 

2 817 226

57 348 758

53 164 507,08

19 01 03

Uitgaven in verband met materieel, meubilair, diensten, gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 01 03 01

Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

5

486 882

6 640 459

7 102 811,59

19 01 03 02

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven, delegaties van de Unie

5

3 333 663

71 251 929

74 709 028,90

 

Artikel 19 01 03 — Subtotaal

 

3 820 545

77 892 388

81 811 840,49

19 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 01 04 01

Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) — Uitgaven voor administratief beheer

4

60 145 500

55 858 500

51 377 091,63

19 01 04 02

Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (ENPI) — Uitgaven voor administratief beheer

4

45 092 600

42 833 000

40 689 516,33

19 01 04 03

Stabiliteitsinstrument — Uitgaven voor administratief beheer

4

8 288 000

6 000 000

5 432 902,24

19 01 04 04

Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) — Uitgaven voor administratief beheer

4

750 000

650 000

49 959,60

19 01 04 05

Evaluatie van de resultaten van hulp van de Unie en follow-up- en auditmaatregelen — Uitgaven voor administratief beheer

4

1 600 000

1 500 000

1 389 992,60

19 01 04 06

Instrument voor samenwerking inzake nucleaire veiligheid (INSC) — Uitgaven voor administratief beheer

4

1 268 300

1 300 000

1 289 965,38

19 01 04 07

Europees instrument voor de democratie en de mensenrechten (EIDHR) — Uitgaven voor administratief beheer

4

10 673 000

9 974 000

8 980 246,28

19 01 04 08

Instrument voor geïndustrialiseerde landen (ICI) — Uitgaven voor administratief beheer

4

100 000

100 000

76 335,89

19 01 04 20

Uitgaven voor administratieve ondersteuning voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

4

p.m.

p.m.

0,—

19 01 04 30

Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s op het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

4

4 621 000

4 320 000

4 019 000,—

 

Artikel 19 01 04 — Subtotaal

 

132 538 400

122 535 500

113 305 009,95

 

Hoofdstuk 19 01 — Totaal

 

153 043 968

444 697 913

421 915 881,74

Reserves (40 01 40)

 

5 106

253 484

 

 

 

153 049 074

444 951 397

421 915 881,74

19 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 01 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst van het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

19 01 01 01

6 719 305

91 519 358

90 090 643,53

Reserves (40 01 40)

5 106

253 484

 

Totaal

6 724 411

91 772 842

90 090 643,53

Toelichting

Er wordt in de Commissie meer personeel ingezet voor crisisbeheersing, om te zorgen voor voldoende capaciteit voor de follow-up van voorstellen van organisaties uit het maatschappelijk middenveld voor de reactie op crises.

19 01 01 02   Uitgaven voor personeel in actieve dienst, delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 148 492

95 401 909

83 543 880,69

Toelichting

De Commissie neemt hooggekwalificeerd, stabiel en gespecialiseerd personeel aan voor kwesties die te maken hebben met mensenrechten.

Er wordt voldoende personeel aangewezen voor crisisbeheersing, ten behoeve van de follow-up van voorstellen van organisaties uit het maatschappelijk middenveld voor de reactie op crises.

19 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 01 02 01   Extern personeel van het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 203 544

7 565 976

7 614 799,87

19 01 02 02   Extern personeel, delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

505 306

32 214 692

28 325 039,33

19 01 02 11   Andere beheersuitgaven voor het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

640 622

8 529 744

8 873 054,28

19 01 02 12   Overige beheersuitgaven, delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

467 754

9 038 346

8 351 613,60

19 01 03   Uitgaven in verband met materieel, meubilair, diensten, gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 01 03 01   Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

486 882

6 640 459

7 102 811,59

19 01 03 02   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven, delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 333 663

71 251 929

74 709 028,90

19 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 01 04 01   Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

60 145 500

55 858 500

51 377 091,63

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of uitzendkrachten), dat de taken overneemt van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand; de uitgaven voor extern personeel in het hoofdkantoor mogen maximaal 4 558 500 EUR bedragen; Deze schatting is gebaseerd op de jaarlijkse kosten per eenheid per mensjaar waarvan 93 % wordt uitgemaakt door de bezoldiging van het desbetreffende personeel en 7 % door de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel;

uitgaven voor extern personeel in delegaties (arbeidscontractanten, lokale medewerkers of gedetacheerde nationale deskundigen) met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, of in verband met de overname van de taken van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand, alsmede de bijkomende logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologieën en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het externe personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichtingssystemen en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen, vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Dit krediet dient ter dekking van administratieve uitgaven uit hoofde van de hoofdstukken 19 02, 19 09 en 19 10.

19 01 04 02   Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (ENPI) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

45 092 600

42 833 000

40 689 516,33

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of uitzendkrachten), dat de taken overneemt van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand; de uitgaven voor extern personeel in het hoofdkantoor mogen maximaal 5 233 566 EUR bedragen; Deze schatting is gebaseerd op de jaarlijkse kosten per eenheid per mensjaar waarvan 93 % wordt uitgemaakt door de bezoldiging van het desbetreffende personeel en 7 % door de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel;

uitgaven voor extern personeel in delegaties (arbeidscontractanten, lokale medewerkers of gedetacheerde nationale deskundigen) met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, of in verband met de overname van de taken van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand, alsmede de bijkomende logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologieën en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het externe personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichtingssystemen en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van hoofdstuk 19 08.

19 01 04 03   Stabiliteitsinstrument — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 288 000

6 000 000

5 432 902,24

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel in delegaties (arbeidscontractanten, lokale medewerkers of gedetacheerde nationale deskundigen) met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, of in verband met de overname van de taken van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand, alsmede de bijkomende logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologieën en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het externe personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor administratief beheer uit hoofde van de artikelen 19 05 02, 19 06 01, 19 06 02 en 19 06 03.

19 01 04 04   Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

750 000

650 000

49 959,60

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van ondersteuning voor de tenuitvoerlegging van maatregelen in het kader van het GBVB waarvoor de Commissie niet beschikt over de vereiste ervaring of een beroep op aanvullende steun dient te doen. Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Dit krediet dient ter dekking van administratieve uitgaven in het kader van de artikelen 19 03 01, 19 03 02 en 19 03 06.

19 01 04 05   Evaluatie van de resultaten van hulp van de Unie en follow-up- en auditmaatregelen — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 600 000

1 500 000

1 389 992,60

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand de komende jaren aflopen.

Ook dient het ter dekking van activiteiten op het gebied van capaciteitsopbouw en bijscholing, gericht op belangrijke betrokkenen bij het ontwerp en de uitvoering van programma’s voor buitenlandse hulp.

Voorts dient het ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 19 11 01.

19 01 04 06   Instrument voor samenwerking inzake nucleaire veiligheid (INSC) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 268 300

1 300 000

1 289 965,38

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of uitzendkrachten), dat de taken overneemt van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand; de uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel mogen maximaal 968 300 EUR bedragen; Deze schatting is gebaseerd op de jaarlijkse kosten per eenheid per mensjaar waarvan 93 % wordt uitgemaakt door de bezoldiging van het desbetreffende personeel en 7 % door de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichtingssystemen en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 19 05 02 en de posten 19 06 04 01 en 19 06 04 02.

19 01 04 07   Europees instrument voor de democratie en de mensenrechten (EIDHR) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 673 000

9 974 000

8 980 246,28

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of uitzendkrachten), dat de taken overneemt van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand. De uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel mogen maximaal 1 950 000 EUR bedragen. Deze schatting is gebaseerd op een voorlopige jaarlijkse eenheidskostprijs per mensjaar, bestaande voor 95 % uit de bezoldiging van het desbetreffende personeel en 5 % uit de extra kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel;

uitgaven voor extern personeel in delegaties (arbeidscontractanten, lokale medewerkers of gedetacheerde nationale deskundigen) met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, of in verband met de overname van de taken van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand, alsmede de bijkomende logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologieën en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het externe personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichtingssystemen en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van hoofdstuk 19 04.

19 01 04 08   Instrument voor geïndustrialiseerde landen (ICI) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

100 000

76 335,89

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Het dient tevens ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 19 05 01.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

19 01 04 20   Uitgaven voor administratieve ondersteuning voor het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van de hoofdstukken 19 02, 19 04, 19 06, 19 08, 19 09 en 19 10.

19 01 04 30   Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s op het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 621 000

4 320 000

4 019 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bedrijfskosten van het Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur die voortvloeien uit het beheer van de operationele programma’s op het gebied van het beleidsterrein externe betrekkingen (rubriek 4) die in het kader van de hoofdstukken 19 05, 19 06, 19 08, 19 09 en 19 10 aan het Agentschap werden toevertrouwd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1717/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot invoering van een stabiliteitsinstrument (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling van een financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen (PB L 405 van 30.12.2006, blz. 39).

Besluit 2009/336/EG van de Commissie van 20 april 2009 tot oprichting van het Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van onderwijs, audiovisuele media en cultuur — overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 101 van 21.4.2009, blz. 26).

HOOFDSTUK 19 02 —   SAMENWERKING MET DERDE LANDEN OP HET GEBIED VAN MIGRATIE EN ASIEL

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 02

SAMENWERKING MET DERDE LANDEN OP HET GEBIED VAN MIGRATIE EN ASIEL

19 02 01

Samenwerking met derde landen op het gebied van migratie en asiel

4

54 000 000

47 608 950

52 959 000

50 000 000

51 360 390,09

60 068 691,75

 

Hoofdstuk 19 02 — Totaal

 

54 000 000

47 608 950

52 959 000

50 000 000

51 360 390,09

60 068 691,75

19 02 01   Samenwerking met derde landen op het gebied van migratie en asiel

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

54 000 000

47 608 950

52 959 000

50 000 000

51 360 390,09

60 068 691,75

Toelichting

In het kader van de rationalisering en vereenvoudiging van de instrumenten voor extern beleid voor de periode van het financieel kader 2007-2013 werd het Aeneas-programma dat voorziet in financiële en technische bijstand aan derde landen op het gebied van migratie en asiel en op 10 maart 2004 werd vastgesteld en een vervolg was op de voorbereidende acties voor 2001 tot en met 2003 en de mededeling van de Commissie van 3 december 2002 aan de Raad en het Europees Parlement, getiteld „Integratie van migratievraagstukken in de betrekkingen van de Europese Unie met derde landen” (COM(2002) 703 definitief), vervangen door een thematisch programma voor samenwerking met derde landen op dit gebied in het kader van het financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) (Verordening (EG) nr. 1905/2006).

Het financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking heeft als algemene doelstelling de externe bijstand van de Unie doeltreffender te maken. In het kader van dit programma heeft het thematische programma voor samenwerking met derde landen op het gebied van migratie en asiel tot doel derde landen te ondersteunen in hun inspanningen voor een beter beheer van de migratiestromen in al hun dimensies De kredieten zijn bedoeld voor het verstrekken van specifieke en aanvullende technische en financiële bijstand voor derde landen om deze landen te ondersteunen bij hun inspanningen.

Het uniale programma voor samenwerking met derde herkomst- en transitlanden en -regio's heeft tot doel de relatie tussen migratie en ontwikkeling te versterken, de braindrain van zuid naar noord terug te dringen, een goed beheerde arbeidsmigratie te bevorderen, de illegale migratie te bestrijden, de mensensmokkel en -handel te bestrijden en de overname van illegalen te vergemakkelijken, migranten te beschermen en derde landen te helpen bij het verbeteren van hun capaciteit om te voldoen aan hun internationale verplichtingen op het gebied van migratie en asiel.

In het kader van het samenwerkingsprogramma van de Unie worden geschikte maatregelen gefinancierd die stroken met nationale en regionale samenwerkings- en ontwikkelingsstrategieën van de Unie met betrekking tot de betrokken derde landen en een aanvulling vormen op de maatregelen — in het bijzonder op het gebied van migratie, asiel, grenscontrole, vluchtelingen en ontheemden — die zijn voorzien voor de tenuitvoerlegging van deze strategieën die worden gefinancierd met andere instrumenten van de Unie op het gebied van samenwerking en ontwikkeling.

In het kader van de nieuwe strategie zal dit thematische programma ook rekening houden met migratie die het gevolg is van klimaatverandering. Een essentieel criterium voor de toepassing van dit instrument vormt de naleving van de democratische beginselen en de rechtsstaat, de mensenrechten en de fundamentele vrijheden. Zo nodig, en voor zover mogelijk, zullen de te financieren maatregelen worden verbonden aan maatregelen die gericht zijn op het versterken van de democratie en de rechtsstaat alsmede de naleving van internationale instrumenten op dit gebied, met inbegrip van het Verdrag van Genève van 1951 inzake de status van vluchtelingen.

De partners die uit hoofde van dit krediet voor financiële steun in aanmerking komen, zijn regionale en internationale organisaties en bureaus (in het bijzonder bureaus van de Verenigde Naties), niet-gouvernementele organisaties of andere niet-overheidsorganen, federale, nationale, provinciale en lokale overheden van derde landen, hun departementen en bureaus, instituten, verenigingen en publieke en particuliere werkgevers.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluaties hebben onder meer betrekking op bepaalde initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 491/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 tot instelling van een programma voor financiële en technische bijstand aan derde landen op het gebied van migratie en asiel (Aeneas) (PB L 80 van 18.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 getiteld „Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013” (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 25 januari 2006 getiteld „Thematisch programma voor de samenwerking met derde landen op het gebied van migratie en asiel” (COM(2006) 26 definitief).

HOOFDSTUK 19 03 —   GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID (GBVB)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 03

GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID (GBVB)

19 03 01

Maatregelen voor crisisbeheersing, conflictpreventie, -oplossing en -stabilisering, monitoring- en veiligheidsprocessen

19 03 01 01

Waarnemingsmissie in Georgië

4

30 000 000

27 422 755

32 934 600

24 960 000

10 591 074,—

19 189 426,49

19 03 01 02

EULEX Kosovo

4

144 000 000

124 247 247

120 751 800

97 064 000

121 223 453,01

161 917 491,26

19 03 01 03

EUPOL Afghanistan

4

48 000 000

41 007 028

38 476 371

32 603 280

44 344 956,13

54 200 548,44

19 03 01 04

Andere maatregelen voor crisisbeheersing en acties

4

52 524 000

42 293 133

43 930 229

33 522 720

44 006 806,86

54 875 469,86

 

Artikel 19 03 01 — Subtotaal

 

274 524 000

234 970 163

236 093 000

188 150 000

220 166 290,—

290 182 936,05

19 03 02

Non-proliferatie en ontwapening

4

15 000 000

11 426 148

15 000 000

12 000 000

5 477 760,—

9 888 093,13

19 03 04

Noodmaatregelen

4

30 550 000

19 043 580

5 000 000

4 000 000

0,—

0,—

19 03 05

Voorbereidende en follow-upmaatregelen

4

6 550 000

5 965 401

4 850 000

3 500 000

40 950,—

221 250,01

19 03 06

Speciale vertegenwoordigers van de Europese Unie

4

p.m.

238 045

19 948 000

17 350 000

17 065 000,—

15 678 732,97

 

Hoofdstuk 19 03 — Totaal

 

326 624 000

271 643 337

280 891 000

225 000 000

242 750 000,—

315 971 012,16

Toelichting

De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid moet waarborgen dat het Europees Parlement nauw wordt betrokken bij alle stadia van het besluitvormingsproces. De gezamenlijke informatiebijeenkomsten die zijn vastgelegd in punt 43 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1), en die op basis van de verklaring van de hoge vertegenwoordiger over politieke verantwoordingsplicht (PB C 210 van 3.8.2010, blz. 1) verder moeten worden geïntensiveerd, dienen een continue dialoog te bewerkstelligen tussen de hoge vertegenwoordiger en het Europees Parlement met betrekking tot de voornaamste keuzes en aspecten van het GBVB van de Unie, met inbegrip van overleg voorafgaand aan de vaststelling van mandaten en strategieën.

19 03 01   Maatregelen voor crisisbeheersing, conflictpreventie, -oplossing en -stabilisering, monitoring- en veiligheidsprocessen

Toelichting

Dit artikel dient ter financiering van maatregelen voor crisisbeheersing in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid op het gebied van het toezicht op en de controle van vredesprocessen.. Er kunnen acties worden ondernomen om toezicht te houden op grensovergangen, vredes- of wapenstilstandsovereenkomsten of meer algemene ontwikkelingen met betrekking tot de politieke situatie en de veiligheid. Zoals het geval is voor alle uit dit begrotingshoofdstuk te financieren acties, moeten de betrokken maatregelen een civiel karakter dragen.

19 03 01 01   Waarnemingsmissie in Georgië

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

30 000 000

27 422 755

32 934 600

24 960 000

10 591 074,00

19 189 426,49

Toelichting

Oud artikel 19 03 01 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de waarnemingsmissie van de Europese Unie in Georgië, in overeenstemming met de door de Raad vastgestelde relevante rechtsgrond.

Rechtsgronden

Besluit 2010/452/GBVB van de Raad van 12 augustus 2010 inzake de waarnemingsmissie van de Europese Unie in Georgië, EUMM Georgia (PB L 213 van 13.8.2010, blz. 43): 26 600 000 EUR.

19 03 01 02   EULEX Kosovo

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

144 000 000

124 247 247

120 751 800

97 064 000

121 223 453,01

161 917 491,26

Toelichting

Oud artikel 19 03 03 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, in overeenstemming met de door de Raad vastgestelde relevante rechtsgrond.

Rechtsgronden

Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB van de Raad van 4 februari 2008 inzake de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX Kosovo (PB L 42 van 16.2.2008, blz. 92).

Gemeenschappelijk Optreden 2009/445/GBVB van de Raad van 9 juni 2009 tot wijziging van Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB van de Raad inzake de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX Kosovo (PB L 148 van 11.6.2009, blz. 33): 265 000 000 EUR.

Gemeenschappelijk Optreden 2010/619/GBVB van de Raad van 15 oktober 2010 tot wijziging van Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB van de Raad inzake de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX Kosovo (PB L 272 van 16.10.2010, blz. 19): 165 000 000 EUR. (vastgelegd in 2010: 70 000 000 EUR).

19 03 01 03   EUPOL Afghanistan

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

48 000 000

41 007 028

38 476 371

32 603 280

44 344 956,13

54 200 548,44

Toelichting

Oud artikel 19 03 07 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de politiemissie van de Europese Unie in Afghanistan, in overeenstemming met de door de Raad vastgestelde relevante rechtsgrond.

Rechtsgronden

Besluit 2010/279/GBVB van de Raad van 18 mei 2010 tot wijziging van Gemeenschappelijk Optreden 2007/369/GBVB inzake de totstandbrenging van de politiemissie van de Europese Unie in Afghanistan (EUPOL Afghanistan) (PB L 123 van 19.5.2010, blz. 4): 54 600 000 EUR.

19 03 01 04   Andere maatregelen voor crisisbeheersing en acties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

52 524 000

42 293 133

43 930 229

33 522 720

44 006 806,86

54 875 469,86

Toelichting

Oud artikel 19 03 01, 19 03 03 en 19 03 07 (ten dele)

Dit krediet dient ter financiering van andere maatregelen voor crisisbeheersing en acties dan die van EULEX Kosovo, EUMM Georgia en EUPOL Afghanistan. Het dient ook om bij te dragen aan de werking van het secretariaat van de Europese veiligheids- en defensieacademie en het op internet gebaseerd systeem voor geavanceerd afstandsonderwijs van het EVDA. Dit krediet dient ook ter dekking van de kosten voor het beheren van een opslagplaats voor civiele GVDB-missies indien de Raad zou besluiten op grond van een in 2010 uitgevoerde haalbaarheidsstudie een dergelijke opslagplaats op te richten.

Rechtsgronden

Gemeenschappelijk Optreden 2005/889/GBVB van de Raad van 12 december 2005 tot instelling van een missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer aan de grensovergang bij Rafah (EU BAM Rafah) (PB L 327 van 14.12.2005, blz. 28): 1 950 000 EUR.

Besluit 2010/565/GBVB van de Raad van 21 september2010 betreffende de adviserende en bijstandverlenende missie van de Europese Unie op het gebied van hervorming van de veiligheidssector in de Democratische Republiek Congo (EUSEC RD Congo) (PB L 248 van 22.9.2010, blz. 59): 12 600 000 EUR.

Besluit 2010/330/GBVB van de Raad van 14 juni 2010 inzake de geïntegreerde rechtsstaatmissie van de Europese Unie voor Irak (EUJUST LEX-IRAQ) (PB L 149 van 15.6.2010, blz. 12): 17 500 000 EUR.

Besluit 2010/576/GBVB van de Raad van 23 september 2010 inzake de politiemissie van de Europese Unie op het gebied van de hervorming van de veiligheidssector en haar interface met justitie in de Democratische Republiek Congo (EUPOL RD Congo) (PB L 254 van 29.9.2010, blz. 33): 6 430 000 EUR.

Besluit 2009/906/GBVB van de Raad van 8 december 2009 inzake de politiemissie van de Europese Unie, EUPM in Bosnië en Herzegovina (BiH) (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 22): 14 100 000 EUR.

Gemeenschappelijk Optreden 2005/797/GBVB van de Raad van 14 november 2005 betreffende de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (PB L 300 van 17.11.2005, blz. 65): 6 650 000 EUR.

19 03 02   Non-proliferatie en ontwapening

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 000 000

11 426 148

15 000 000

12 000 000

5 477 760,00

9 888 093,13

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van maatregelen die bijdragen tot de non-proliferatie van (nucleaire, chemische en biologische) massavernietigingswapens, vooral in het kader van de EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens van 3 december 2003. Hieronder valt ook steun voor maatregelen die ten uitvoer worden gelegd door internationale organisaties die op dit terrein actief zijn. Het krediet is ook bedoeld om operaties te fincancieren ter bestrijding van de destabiliserende accumulatie en handel in lichte wapens.

Rechtsgronden

Gemeenschappelijk Optreden 2004/796/GBVB van de Raad van 22 november 2004 ter ondersteuning van de fysieke beveiliging van een nucleaire locatie in de Russische Federatie (PB L 349 van 25.11.2004, blz. 57): 7 730 000 EUR.

Gemeenschappelijk Optreden 2006/243/GBVB van de Raad van 20 maart 2006 betreffende de ondersteuning van activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Organisatie van het Alomvattend Kernstopverdrag (CTBTO) op het gebied van opleiding en capaciteitsopbouw voor verificatie en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 88 van 25.3.2006, blz. 68): 1 133 000 EUR.

Gemeenschappelijk Optreden 2007/753/GBVB van de Raad van 19 november 2007 betreffende steun voor de activiteiten van de IAEA op het gebied van toezicht en verificatie in de Democratische Volksrepubliek Korea in het kader van de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 304 van 22.11.2007, blz. 38): 1 780 000 EUR.

Gemeenschappelijk Optreden 2008/314/GBVB van de Raad van 14 april 2008 ter ondersteuning van de activiteiten van de IAEA op het gebied van nucleaire veiligheid en verificatie en ter uitvoering van maatregelen van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 107 van 17.4.2008, blz. 62): 7 703 000 EUR.

Gemeenschappelijk Optreden 2008/368/GBVB van de Raad van 14 mei 2008 ter ondersteuning van de uitvoering van Resolutie 1540 (2004) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Europese Unie ter bestrijding van de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 127 van 15.5.2008, blz. 78): 475 000 EUR.

Gemeenschappelijk Optreden 2008/487/GBVB van de Raad van 23 juni 2008 ter ondersteuning van de universalisering en uitvoering van het Verdrag van 1997 inzake het verbod van het gebruik, de aanleg van voorraden, de productie en de overdracht van antipersoneelmijnen en inzake de vernietiging van deze wapens, in het kader van de Europese veiligheidsstrategie (PB L 165 van 26.6.2008, blz. 41): 1 070 000 EUR.

Gemeenschappelijk Optreden 2008/588/GBVB van de Raad van 15 juli 2008 betreffende de ondersteuning van activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Verdragsorganisatie voor een alomvattend verbod op kernproeven (CTBTO) ter versterking van haar toezichts- en verificatiecapaciteit en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 189 van 17.7.2008, blz. 28): 2 136 000 EUR.

Gemeenschappelijk Standpunt 2008/858/GBVB van de Raad van 10 november 2008 ter ondersteuning van het Verdrag inzake biologische en toxinewapens (BTWC) in het kader van de uitvoering van de EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 302 van 13.11.2008, blz. 29): 1 400 000 EUR.

Besluit 2008/974/GBVB van de Raad van 18 december 2008 ter ondersteuning van de Haagse Gedragscode tegen de verspreiding van ballistische raketten in het kader van de uitvoering van de strategie van de EU tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 345 van 23.12.2008, blz. 91): 1 015 000 EUR.

Besluit 2009/42/GBVB van de Raad van 19 januari 2009 inzake steun aan EU-activiteiten ter bevordering onder derde landen van het proces dat moet leiden tot een Wapenhandelsverdrag, in het kader van de Europese veiligheidsstrategie (PB L 17 van 22.1.2009, blz. 39): 836 260 EUR.

Besluit 2009/569/GBVB van de Raad van 27 juli 2009 betreffende de ondersteuning van OPCW-activiteiten in het kader van de uitvoering van de strategie van de EU ter bestrijding van de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 197 van 29.7.2009, blz. 96): 2 110 000 EUR.

Besluit 2009/1012/GBVB van de Raad van 22 december 2009 inzake steun voor EU-activiteiten ter bevordering van de controle op wapenuitvoer en van de beginselen en criteria van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB bij derde landen (PB L 348 van 29.12.2009, blz. 16): 787 000 EUR.

Besluit 2010/179/GBVB van 11 maart 2010 ter ondersteuning van de wapenbeheersingsactiviteiten van het SEESAC in de westelijke Balkan in het kader van de strategie van de Europese Unie ter bestrijding van de illegale accumulatie van en handel in handvuurwapens en lichte wapens (SALW) en munitie daarvoor (PB L 80 van 26.3.2010, blz. 48): 1 600 000 EUR.

Besluit 2010/336/GBVB van de Raad van 14 juni 2010 betreffende activiteiten van de Europese Unie ter ondersteuning van het Wapenhandelsverdrag in het kader van de Europese veiligheidsstrategie (PB L 152 van 18.6.2010, blz. 14): 1 520 000 EUR.

Besluit 2010/461/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende de ondersteuning van activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Verdragsorganisatie voor een alomvattend verbod op kernproeven (CTBTO) ter versterking van haar toezichts- en verificatiecapaciteit en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 219 van 20.8.2010, blz. 7): 5 280 000 EUR.

Besluit 2010/430/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 tot instelling van een Europees netwerk van onafhankelijke denktanks inzake non-proliferatie ter ondersteuning van de uitvoering van een EU-strategie ter bestrijding van de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 202 van 4.8.2010, blz. 5): 2 182 000 EUR.

Besluit 2010/585/GBVB van de Raad van 27 september 2010 ter ondersteuning van de activiteiten van de IAEA op het gebied van nucleaire veiligheid en verificatie en ter uitvoering van maatregelen van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 259 van 1.10.2010, blz. 10): 9 966 000 EUR.

19 03 04   Noodmaatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

30 550 000

19 043 580

5 000 000

4 000 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van onvoorziene maatregelen uit hoofde van de posten 19 03 01, 19 03 02 en 19 03 06 waartoe in de loop van het begrotingsjaar kan worden besloten en die met spoed moeten worden uitgevoerd.

Dit artikel wordt eveneens opgevat als flexibiliteitselement in de begroting van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, zoals omschreven in het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

19 03 05   Voorbereidende en follow-upmaatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 550 000

5 965 401

4 850 000

3 500 000

40 950,00

221 250,01

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van voorbereidende werkzaamheden in verband met de vaststelling van de voorwaarden voor Unieoptreden op het gebied van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en de vaststelling van de noodzakelijke wetgevingsinstrumenten. Het kan dienen ter dekking van de kosten voor evaluatie- en analysemaatregelen (evaluatie vooraf van de middelen, specifieke studies, organisatie van vergaderingen, verkennende werkzaamheden ter plaatse). Met name op het gebied van crisisbeheersingsoperaties van de Unie en voor speciale vertegenwoordigers van de Europese Unie (SVEU) kunnen voorbereidende werkzaamheden onder meer dienen ter financiering van verkennend werk om de operationele vereisten voor een voorgenomen optreden te beoordelen, om te voorzien in de snelle eerste inzet van personeel en middelen (bv. kosten van dienstreizen, aankoop van apparatuur, voorfinanciering van exploitatiekosten en verzekeringen in de opstartfase), of om ter plaatse de noodzakelijke maatregelen te nemen ter voorbereiding van de start van de operatie. Voorts kan dit krediet ook de kosten dekken van deskundigen die op het gebied van specifieke technische kwesties (bv. vaststelling en beoordeling van leveringsbehoeften) steun verlenen aan crisisbeheersingsoperaties van de Unie of worden benut voor een veiligheidsopleiding voor personeelsleden die deel zullen uitmaken van een GVDB-missie of een SVEU-team.

Het dient tevens ter dekking van de kosten van de follow-upmaatregelen en de audits in het kader van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en de financiering van alle uitgaven voor regularisatie van eerdere, reeds afgesloten maatregelen.

Dit krediet dient ook ter dekking van de financiering van studies, vergaderingen van deskundigen, informatie en publicaties die direct verband houden met maatregelen die vallen onder de artikelen 19 03 01 en 19 03 06.

Rechtsgronden

Voorbereidende acties als bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 03 06   Speciale vertegenwoordigers van de Europese Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

238 045

19 948 000

17 350 000

17 065 000,00

15 678 732,97

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven in verband met de benoeming van de speciale vertegenwoordigers van de Europese Unie (SVEU’s) overeenkomstig artikel 33 van het Verdrag betreffende de Europese Unie.

Bij de benoeming van SVEU's dienen gendergelijkheid en beleidsmaatregelen inzake gendermainstreaming geëerbiedigd te worden, en de benoeming van vrouwen tot SVEU dient derhalve te worden gestimuleerd.

Het dekt de uitgaven in verband met de salarissen van de SVEU’s en de installatie van hun teams en/of hun ondersteunende structuren, met inbegrip van de andere personeelskosten dan de kosten in verband met door lidstaten van de Unie gedetacheerd personeel. Voorts dekt het de kosten van mogelijke, onder de rechtstreekse verantwoordelijkheid van een SVEU uitgevoerde projecten.

Rechtsgronden

Besluit 2010/441/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 tot verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie bij de Afrikaanse Unie (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 23): 1 280 000 EUR.

Besluit 2010/445/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor de crisis in Georgië (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 33): 700 000 EUR.

Besluit 2010/447/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor het vredesproces in het Midden-Oosten (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 39): 585 000 EUR.

Besluit 2010/448/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in de Republiek Moldavië (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 40): 830 000 EUR.

Besluit 2010/449/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor de zuidelijke Kaukasus (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 41): 1 410 000 EUR.

Besluit 2010/450/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 tot benoeming van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor Sudan (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 42): 1 820 000 EUR.

Besluit 2010/442/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in Bosnië en Herzegovina (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 26): 3 700 000 EUR.

Besluit 2010/443/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 tot verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor Centraal-Azië (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 29): 1 250 000 EUR.

Besluit 2010/440/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in het gebied van de Grote Meren in Afrika (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 20): 1 520 000 EUR.

Besluit 2010/446/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in Kosovo (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 36): 1 230 000 EUR.

Besluit 2010/444/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (FYROM) (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 32): 310 000 EUR.

Besluit 2010/439/GBVB van de Raad van 11 augustus 2010 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in Afghanistan (PB L 211 van 12.8.2010, blz. 17): 4 515 000 EUR.

HOOFDSTUK 19 04 —   EUROPEES INSTRUMENT VOOR DE DEMOCRATIE EN DE MENSENRECHTEN (EIDHR)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 04

EUROPEES INSTRUMENT VOOR DE DEMOCRATIE EN DE MENSENRECHTEN (EIDHR)

19 04 01

Europees instrument voor de democratie en de mensenrechten (EIDHR)

4

118 310 000

85 696 110

116 500 000

90 000 000

116 295 204,31

59 488 931,37

19 04 03

Verkiezingswaarneming

4

38 000 000

33 326 265

37 724 200

30 000 000

35 826 766,54

33 777 170,37

19 04 04

Voorbereidende actie — Het opzetten van een netwerk voor conflictpreventie

4

p.m.

578 112

p.m.

400 000

0,—

796 834,—

19 04 05

Afronding van eerdere samenwerkingsactiviteiten

4

p.m.

12 378 327

p.m.

28 000 000

1 109 409,50

28 234 697,73

19 04 06

Proefproject — Forum EU-Rusland voor het maatschappelijk middenveld

4

400 000

200 000

 

 

 

 

19 04 07

Proefproject — Financiering voor de slachtoffers van foltering

4

1 000 000

500 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 19 04 — Totaal

 

157 710 000

132 678 814

154 224 200

148 400 000

153 231 380,35

122 297 633,47

19 04 01   Europees instrument voor de democratie en de mensenrechten (EIDHR)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

118 310 000

85 696 110

116 500 000

90 000 000

116 295 204,31

59 488 931,37

Toelichting

De algemene doelstelling is bij te dragen aan de ontwikkeling en consolidering van de democratie en de eerbiediging van de mensenrechten, overeenkomstig de beleidslijnen en richtsnoeren van de Unie en in nauwe samenwerking met het maatschappelijk middenveld.

De activiteiten zullen zich met name concentreren op:

het bevorderen van het respect voor de mensenrechten en de fundamentele vrijheden in landen en regio's waar deze het meest worden bedreigd, en het bevorderen van de rechtsstaat;

de versterking van de rol van het maatschappelijk middenveld bij het bevorderen van mensenrechten en democratische hervormingen, waarbij de bescherming van activisten die zich inzetten voor de mensenrechten en de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid wordt verzekerd, het ondersteunen van een vreedzame verzoening tussen groepsbelangen en het consolideren van politieke participatie en vertegenwoordiging;

de ondersteuning van mensenrechten- en democratiseringsmaatregelen op gebieden die onder de uniale richtsnoeren vallen, onder meer inzake de mensenrechtendialoog, mensenrechtenactivisten, de doodstraf, foltering, met inbegrip van gedwongen abortus en genitale verminking bij vrouwen, gedwongen sterilisatie, alsmede de jeugd en gewapende conflicten,

versterking van het internationale kader voor de bescherming van de mensenrechten, de rechtsstaat en de bevordering van de democratie, met name internationale strafrechtmechanismen en belangrijke rechtsinstrumenten. Een deel van de steun zal worden gebruikt voor het verstrekken van rechtskundig advies en het onderzoeken van moorden op activisten die zich inzetten voor de mensenrechten en de vrijheid van meningsuiting.

Om overeenkomstig de artikelen 53 tot en met 56 van het Financieel Reglement volledige financiële transparantie te waarborgen, legt de Commissie bij gezamenlijk beheer met internationale organisaties — indien zij hiertoe wordt verzocht — alle interne en externe audits met betrekking tot het gebruik van middelen van de Unie over aan de Europese Rekenkamer en aan de interne auditeur van de Commissie.

Een deel van dit krediet is bestemd voor het Europees Interuniversitair Centrum voor mensenrechten en democratisering (EIUC), dat een Europese masteropleiding in mensenrechten en democratisering aanbiedt en het EU-UN Fellowship Programme na het verstrijken eind 2006 van Besluit nr. 791/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 (PB L 138 van 30.4.2004, blz. 31).

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Dit krediet dient ook ter financiering van steun voor niet-gouvernementele organisaties en mensenrechtenactivisten die werkzaam zijn in de noordelijke Kaukasus.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1889/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld (PB L 386 van 29.12.2006, blz. 1).

19 04 03   Verkiezingswaarneming

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

38 000 000

33 326 265

37 724 200

30 000 000

35 826 766,54

33 777 170,37

Toelichting

De activiteiten zullen zich met name concentreren op: de opbouw van vertrouwen in en versterking van de betrouwbaarheid en de transparantie van democratische verkiezingsprocessen door verdere ontwikkeling van verkiezingswaarneming door de Unie en steun voor waarnemingscapaciteit op regionaal en nationaal niveau.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1889/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld (PB L 386 van 29.12.2006, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verklaring van de Commissie inzake verkiezingswaarnemingsmissies van de Europese Unie naar aanleiding van de aanneming van het Europees instrument voor democratie en mensenrechten, waarin zij haar voornemen bevestigt om uitgaven voor dit soort missies te beperken tot 25 % van de begroting voor het Europees instrument voor de democratie en de mensenrechten over de zeven jaar van het financiële kader voor 2007-2013.

19 04 04   Voorbereidende actie — Het opzetten van een netwerk voor conflictpreventie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

578 112

p.m.

400 000

0,—

796 834,00

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor het financieren van een conflictpreventienetwerk dat de besluitvorming op het gebied van de externe betrekkingen analytisch voorbereidt en onderbouwt, zoals bedoeld in de resolutie van het Europees Parlement over de mededeling van de Commissie inzake conflictpreventie (PB C 177 E van 25.7.2002, blz. 291).

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Dit krediet is bestemd voor het financieren van een voorbereidende actie in de zin van het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (PB C 172 van 18.6.1999, blz. 1) en het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

19 04 05   Afronding van eerdere samenwerkingsactiviteiten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

12 378 327

p.m.

28 000 000

1 109 409,50

28 234 697,73

Toelichting

Dit krediet financiert de voltooiing van eerdere samenwerkingsactiviteiten in het kader van het Europees initiatief voor democratie en mensenrechten.

Dit krediet dient ter ondersteuning van de oprichting en het onderhoud van revalidatiecentra voor slachtoffers van folteringen, waarij rekening wordt gehouden met de genderspecifieke aspecten van mishandeling van vrouwen en meisjes en hun familie, alsook ter ondersteuning van andere organisaties die concrete hulp verlenen aan slachtoffers van schendingen van de mensenrechten. Steun voor de rehabilitatie van slachtoffers van foltering moet een prioriteit blijven. De projecten kunnen waar relevant ook preventieactiviteiten omvatten.

Dit krediet dient ter dekking van hulp die wordt verleend in de vorm van subsidies voor projecten die worden verwezenlijkt in derde landen en in de Unie, met de volgende doeleinden:

bevordering en bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden;

steun voor het democratiseringsproces, versterking van de rechtsstaat en goed openbaar bestuur;

ondersteuning van maatregelen ter bevordering van de eerbiediging van de mensenrechten en democratisering;

ondersteuning van inspanningen ter bevordering van de vorming van groepen van democratische landen in VN-organen, gespecialiseerde agentschappen en regionale organisaties.

Dit krediet dient ter ondersteuning van de opbouw van vertrouwen in en versterking van de betrouwbaarheid en de transparantie van democratische verkiezingsprocessen door de inzet van verkiezingswaarnemingsmissies van de Europese Unie en steun voor waarnemingscapaciteit op regionaal en nationaal niveau.

Dit krediet dient tevens om in het kader van het Statuut van de ambtenaren het gebruik van externe personeelsleden ter ondersteuning van verkiezingswaarnemingsmissies mogelijk te maken, waaronder de financiering van het contract van het hoofd van de waarnemers met de Commissie als bijzonder adviseur overeenkomstig de artikelen 5 en 82 van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen.

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van maatregelen ter verbetering van het functioneren van het Internationaal Tribunaal van de Verenigde Naties voor het voormalige Joegoslavië en van het Internationaal Straftribunaal voor Rwanda, alsook ter ondersteuning van het speciale Internationaal Tribunaal voor Sierra Leone.

Tevens dient het voor de financiering van het functioneren van het Internationaal Strafhof, inclusief steun aan internationale, nationale of lokale organisaties met inbegrip van de niet-gouvernementele organisaties, ter bevordering van de verdere ratificatie van het statuut van het Strafhof, ter verstrekking van juridische expertise voor de implementatie van het statuut in nationale wetgeving, ter verbreding van het publieke draagvlak van het Strafhof en ter verstrekking van opleidingen met betrekking tot de werkwijze van het Strafhof.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 975/1999 van de Raad van 29 april 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitvoering van acties op het gebied van de ontwikkelingssamenwerking die een bijdrage leveren tot de verwezenlijking van de algemene doelstelling van ontwikkeling en consolidatie van de democratie en de rechtsstaat, alsmede van de doelstelling van eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden (PB L 120 van 8.5.1999, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 976/1999 van de Raad van 29 april 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitvoering van niet onder de ontwikkelingssamenwerking vallende communautaire acties die binnen het kader van het communautaire samenwerkingsbeleid een bijdrage leveren tot de algemene doelstelling van ontwikkeling en consolidatie van de democratie en de rechtsstaat, alsmede tot de doelstelling van eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden in derde landen (PB L 120 van 8.5.1999, blz. 8).

Verordening (EG) nr. 1889/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld (PB L 386 van 29.12.2006, blz. 1).

19 04 06   Proefproject — Forum EU-Rusland voor het maatschappelijk middenveld

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

400 000

200 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Het Forum EU-Rusland voor het maatschappelijk middenveld dient voor het leggen van reguliere en systematische contacten tussen het maatschappelijk middenveld en niet-gouvernementele organisaties in Rusland en hun tegenhangers in de lidstaten. Het forum geeft actoren van het maatschappelijk middenveld in Europa en Rusland de kans hun stem te laten horen inzake kwesties van gezamenlijk belang. De vergaderingen van het forum worden georganiseerd in de marge van de tweejaarlijkse topontmoetingen tussen de EU en Rusland. Het proefproject dient om de aanpak van onderop in de beleidsprocessen in Europa en Rusland te stimuleren.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 04 07   Proefproject — Financiering voor de slachtoffers van foltering

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit proefproject heeft als belangrijkste doel om financiering te leveren voor de ondersteuning van slachtoffers van foltering.

Het programma bestrijkt de volgende acties:

oprichting van revalidatiecentra voor slachtoffers van foltering of ondersteuning van al bestaande revalidatiecentra;

verlening van toegang tot multidisciplinaire ondersteuning en counseling, met inbegrip van fysieke en psychotherapeutische behandeling, psychosociale counseling en sociaaleconomische ondersteuning van en juridische dienstverlening aan slachtoffers.

Rechtsgronden

Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (PB C 83 van 30.3.2010, blz. 389).

Richtlijn 2003/9/EG van de Raad van 27 januari 2003 tot vaststelling van minimumnormen voor de opvang van asielzoekers in de lidstaten (PB L 31 van 6.2.2003, blz. 18).

Raad van de Europese Unie, 2865e zitting van de Raad Externe Betrekkingen op 29 april 2009.

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 19 05 —   BETREKKINGEN EN SAMENWERKING MET GEÏNDUSTRIALISEERDE DERDE LANDEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 05

BETREKKINGEN EN SAMENWERKING MET GEÏNDUSTRIALISEERDE DERDE LANDEN

19 05 01

Samenwerking met geïndustrialiseerde derde landen

4

25 021 000

19 043 580

23 640 000

16 963 000

25 199 223,34

13 471 435,07

19 05 02

Organisatie voor energieontwikkeling van het Koreaanse schiereiland (KEDO)

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

19 05 03

Proefproject — Trans-Atlantische methoden voor het inspelen op globale uitdagingen

4

p.m.

800 000

p.m.

750 000

2 993 884,92

2 207 890,04

 

Hoofdstuk 19 05 — Totaal

 

25 021 000

19 843 580

23 640 000

17 713 000

28 193 108,26

15 679 325,11

19 05 01   Samenwerking met geïndustrialiseerde derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

25 021 000

19 043 580

23 640 000

16 963 000

25 199 223,34

13 471 435,07

Toelichting

De samenwerking met geïndustrialiseerde en andere landen en gebieden met een hoog inkomen heeft tot doel overleg te voeren met partners die gelijksoortige politieke, economische en institutionele structuren en waarden hebben als de Unie, belangrijke bilaterale partners zijn en een rol spelen in multilaterale fora en op het vlak van het mondiale bestuur. De samenwerking heeft tevens betrekking op recentelijk geïndustrialiseerde landen en gebieden alsmede landen en gebieden met een hoog inkomen waarmee het voor de Unie van strategisch belang is haar betrekkingen te versterken.

Bijzondere aandacht gaat uit naar maatregelen, die ook een regionale dimensie kunnen hebben, op de volgende samenwerkingsgebieden:

de bevordering van samenwerking, partnerschappen en gezamenlijke ondernemingen tussen economische, academische en wetenschappelijke actoren in de Unie en de partnerlanden;

de bevordering van bilaterale handel, investeringsstromen en economische partnerschappen;

de bevordering van dialoog tussen politieke, economische en sociale actoren en andere niet-gouvernementele organisaties uit relevante sectoren in de Unie en de partnerlanden;

de bevordering van interpersoonlijke contacten, opleidings- en bijscholingsprogramma’s en ideeënuitwisselingen en het verdiepen van het wederzijdse begrip tussen culturen en beschavingen;

de bevordering van samenwerkingsprojecten op gebieden zoals onderzoek, wetenschappen en technologie, energie, vervoer en milieu (inclusief klimaatverandering), douane en financiële aangelegenheden en andere gebieden die van gemeenschappelijk belang zijn voor de Unie en de partnerlanden;

het vergroten van het bewustzijn en de kennis over de Unie en van haar zichtbaarheid in de partnerlanden;

de ondersteuning van specifieke initiatieven, met inbegrip van onderzoeksactiviteiten, studies, proefprojecten en gezamenlijke projecten, die bestemd zijn om daadwerkelijk en op soepele wijze te beantwoorden aan samenwerkingsdoelstellingen die voortvloeien uit ontwikkelingen in de bilaterale betrekkingen tussen de Unie en de partnerlanden, of een nieuw elan te geven aan de verdere verdieping en verruiming van de bilaterale betrekkingen met de partnerlanden.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling van een financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen (PB L 405 van 30.12.2006, blz. 39).

19 05 02   Organisatie voor energieontwikkeling van het Koreaanse schiereiland (KEDO)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Er werden geen kredieten opgenomen voor een bijdrage aan de Organisatie voor energieontwikkeling van het Koreaanse schiereiland, aangezien wordt verwacht dat deze organisatie op een veel beperktere schaal zal worden voortgezet.

Rechtsgronden

Overeenkomst van 24 maart 2006 tussen de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de Organisatie voor energieontwikkeling van het Koreaanse schiereiland.

Deelname van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie aan de Organisatie voor energieontwikkeling van het Koreaanse schiereiland.

Verordening (Euratom) nr. 300/2007 van de Raad van 19 februari 2007 tot invoering van een instrument voor samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (PB L 81 van 22.3.2007, blz. 1).

19 05 03   Proefproject — Trans-Atlantische methoden voor het inspelen op globale uitdagingen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

800 000

p.m.

750 000

2 993 884,92

2 207 890,04

Toelichting

Dit proefproject is bedoeld voor het bevorderen van trans-Atlantische benaderingen van belangrijke internationale beleidsuitdagingen. Maatregelen in het kader van dit proefproject zijn gericht op het verbeteren van de doeltreffendheid van acties van de internationale gemeenschap en zij vormen een aanvulling op bestaande mechanismen. Het proefproject zal gebruikt worden voor het financieren van innovatieve, door Europese en Amerikaanse beleidsmakers gezamenlijk ontwikkelde maatregelen die buiten het toepassingsgebied vallen van de instrumenten die thans beschikbaar zijn in het kader van bestaande wetgevingsinstrumenten. Bij de tenuitvoerlegging van deze actie ziet de Commissie toe op een evenwichtige verdeling van de middelen. Dit proefproject helpt eveneens de regering van de Verenigde Staten bij de versterking van het trans-Atlantische partnerschap. Ten slotte wordt de mogelijkheid geboden het uniale gedachtegoed voor te stellen aan Amerikaanse academici.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Resolutie van het Europees Parlement van 18 mei 2006 over de jaarlijkse beleidsstrategie van de Commissie voor 2007 (PB C 297 E van 7.12.2006, blz. 357) en resoluties van het Europees Parlement van 1 juni 2006 over verbetering van de betrekkingen tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten van Amerika in het kader van een trans-Atlantische partnerschapsovereenkomst (PB C 298 E van 8.12.2006, blz. 226) en over economische betrekkingen tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten (PB C 298 E van 8.12.2006, blz. 235).

HOOFDSTUK 19 06 —   CRISISRESPONS EN MONDIALE BEDREIGINGEN VOOR DE VEILIGHEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 06

CRISISRESPONS EN MONDIALE BEDREIGINGEN VOOR DE VEILIGHEID

19 06 01

Paraatheid voor rampen en crisissituaties

19 06 01 01

Paraatheid voor rampen en crisissituaties (stabiliteitsinstrument)

4

202 900 000

152 348 640

151 559 000

150 000 000

135 444 507,—

114 783 055,42

19 06 01 02

Voltooiing van eerdere samenwerking

4

p.m.

2 856 537

p.m.

848 824

0,—

4 285 179,85

 

Artikel 19 06 01 — Subtotaal

 

202 900 000

155 205 177

151 559 000

150 848 824

135 444 507,—

119 068 235,27

19 06 02

Maatregelen om landen en hun bevolking te beschermen tegen kritieke technologische bedreigingen

19 06 02 01

Acties op het gebied van risicovermindering en paraatheid met betrekking tot chemische, nucleaire en biologische materialen of agentia (stabiliteitsinstrument)

4

49 000 000

24 566 218

41 000 000

25 800 000

33 000 000,—

11 503 931,40

19 06 02 02

Voorbereidende actie — Verminderen van het aantal nucleaire, biologische en chemische wapens en het aantal kleine wapens

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

19 06 02 03

Uniebeleid ter bestrijding van de verspreiding van lichte wapens

4

p.m.

914 092

p.m.

400 000

0,—

0,—

 

Artikel 19 06 02 — Subtotaal

 

49 000 000

25 480 310

41 000 000

26 200 000

33 000 000,—

11 503 931,40

19 06 03

Transregionale maatregelen op het gebied van de georganiseerde misdaad, mensenhandel, de bescherming van kritieke infrastructuur, bedreigingen voor de volksgezondheid en de strijd tegen het terrorisme (stabiliteitsinstrument)

4

30 000 000

9 521 790

21 000 000

8 756 336

13 000 000,—

8 185 386,—

19 06 04

Bijstand op nucleair gebied

19 06 04 01

Bijstand op nucleair gebied

4

49 544 700

42 848 055

54 152 882

45 500 000

64 000 000,—

65 910 758,44

19 06 04 02

Uniale bijdrage aan de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling ten behoeve van het Fonds Inkapseling Tsjernobyl

4

25 000 000

23 804 475

15 000 000

15 000 000

9 700 000,—

9 700 000,—

 

Artikel 19 06 04 — Subtotaal

 

74 544 700

66 652 530

69 152 882

60 500 000

73 700 000,—

75 610 758,44

19 06 06

Consulaire samenwerking

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

15 000,—

0,—

19 06 07

Proefproject — Steun voor bewakings- en beschermingsmaatregelen voor uniale vaartuigen die door gebieden varen waar piraterij een bedreiging vormt

4

p.m.

340 000

1 000 000

1 000 000

1 000 000,—

0,—

19 06 08

Voorbereidende actie — Noodmaatregelen tegen de financiële en economische crisis in de ontwikkelingslanden

4

p.m.

p.m.

3 000 000

2 000 000

 

 

19 06 09

Proefproject — Programma voor vredesopbouwactiviteiten onder leiding van ngo's

4

1 000 000

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

 

Hoofdstuk 19 06 — Totaal

 

357 444 700

257 199 807

287 711 882

250 305 160

256 159 507,—

214 368 311,11

19 06 01   Paraatheid voor rampen en crisissituaties

19 06 01 01   Paraatheid voor rampen en crisissituaties (stabiliteitsinstrument)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

202 900 000

152 348 640

151 559 000

150 000 000

135 444 507,00

114 783 055,42

Toelichting

Het snel vrijmaken van financiële middelen via het stabiliteitsinstrument is speciaal ingevoerd voor noodsituaties, reële of opkomende crisissituaties, situaties die de democratie, de openbare orde, de bescherming van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, en de veiligheid van personen bedreigen, situaties die dreigen te ontaarden in een gewapend conflict of het betrokken land dreigen te destabiliseren, en wanneer de betrokken situatie afbreuk zou kunnen doen aan het positieve effect van bijstands- en samenwerkingsmaatregelen en -programma’s, aan de doeltreffendheid daarvan en/of aan de voorwaarden voor de goede uitvoering.

Dit krediet is bestemd ter dekking van een geïntegreerd programma van maatregelen die het herstel beogen van de noodzakelijke minimumvoorwaarden voor steunverlening in het kader van de instrumenten van de Unie voor steun op lange termijn. Dergelijke programma’s verzekeren een vlotte overgang tussen noodhulp, herstel en ontwikkeling. In het kader van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) omvatten zij ook extra maatregelen onder de bevoegdheid van de Gemeenschap als onderdeel van een omvattende crisisaanpak door de Unie.

Het krediet dient tevens ter dekking van maatregelen ter voorkoming en beperking van gevaren als gevolg van de klimaatverandering, met name watermanagement, wanneer het risico bestaat dat deze een bedreiging gaan vormen voor de veiligheid.

Het dient met name ter dekking van maatregelen ten behoeve van:

technische en logistieke steun voor de inspanningen van internationale en regionale, publieke en niet-publieke organisaties, bij de bevordering van vertrouwenwekkende maatregelen, bemiddeling, dialoog en verzoening;

de heropbouw van essentiële openbare dienstverlening en economische activiteit;

initieel fysiek en operationeel herstel van basisinfrastructuur, met inbegrip van ontmijning;

sociale reïntegratie, in het bijzonder van vluchtelingen, ontheemden en gedemobiliseerde soldaten;

het herstel van de institutionele capaciteiten die nodig zijn voor een goed bestuur en de handhaving van de democratie en de rechtsstaat;

aandacht voor de speciale behoeften van vrouwen en kinderen die worden getroffen door gewapende conflicten, in het bijzonder de zorg voor kinderen die door oorlog zijn getroffen, met name kindsoldaten;

paraatheidsmaatregelen ter versterking van de capaciteit van internationale, regionale en subregionale organisaties, statelijke en niet-statelijke, bij hun inspanningen om vroegtijdige waarschuwing, vertrouwen, bemiddeling en verzoening te bevorderen en groeiende spanningen tussen de gemeenschappen aan te pakken en bij de verbetering van herstel na conflicten of rampen. In dit verband zal de Commissie ook de capaciteit van de maatschappelijke organisaties versterken, waarbij wordt voortgebouwd op de voorbereidende werkzaamheden van het netwerk voor conflictpreventie;

steun voor internationale strafhoven en nationale ad hoc gerechtshoven, waarheids- en verzoeningscommissies, en mechanismen voor de juridische regeling van mensenrechtendossiers;

steun voor maatregelen om, in het kader van het samenwerkingsbeleid van de Unie en de doelstellingen daarvan, de gevolgen van het onwettig gebruik van vuurwapens voor de burgerbevolking tegen te gaan;

steun voor maatregelen om de eerbiediging van de mensenrechten te bevorderen en te beschermen;

steun voor maatregelen met het oog op de ontwikkeling en organisatie van de civiele samenleving.

De voor de uitvoering in aanmerking komende partners kunnen zijn: autoriteiten van de lidstaten of de begunstigde landen en hun uitvoerende instanties, regionale en internationale organisaties en instanties, niet-gouvernementele organisaties en openbare of particuliere ondernemers (daaronder begrepen gedetacheerd personeel van de overheidsdiensten van de lidstaten) met de nodige deskundigheid en ervaring.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1717/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot invoering van een stabiliteitsinstrument (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 1).

19 06 01 02   Voltooiing van eerdere samenwerking

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 856 537

p.m.

848 824

0,—

4 285 179,85

Toelichting

Dit krediet dient, als aanvulling op de kredieten die in het kader van de samenwerkingsprogramma’s met de begunstigde landen zijn bestemd voor maatregelen ter bestrijding van antipersoneelmijnen, voor de bijdrage van de Gemeenschap aan projecten gericht tegen antipersoneelmijnen, met name die met betrekking tot de tenuitvoerlegging van het Verdrag van Ottawa (Verdrag inzake het verbod van het gebruik, de aanleg van voorraden, de productie en de overdracht van antipersoneelmijnen en inzake de vernietiging van deze wapens).

Het dient ook ter dekking van acties gericht op de revalidatie van slachtoffers van antipersoneelmijnen.

Het krediet is voorts bedoeld ter dekking van een heel spectrum aan acties, zoals mijnopruiming, vernietiging van voorraden, voorlichting over de risico's van mijnen, toezicht op verdachte gebieden en slachtofferhulp.

Het is tevens bestemd voor de financiering van de activiteiten van niet-gouvernementele organisaties, teneinde het probleem van de landmijnen aan te kaarten bij ongeregelde gewapende groepen die een „deel van het probleem” vormen en daarom ook een „deel van de oplossing” moeten zijn.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1724/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2001 inzake de bestrijding van antipersoneelmijnen in ontwikkelingslanden (PB L 234 van 1.9.2001, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1725/2001 van de Raad van 23 juli 2001 inzake de bestrijding van antipersoneelmijnen in andere landen dan ontwikkelingslanden (PB L 234 van 1.9.2001, blz. 6).

Verordening (EG) nr. 1717/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot invoering van een stabiliteitsinstrument (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 1).

19 06 02   Maatregelen om landen en hun bevolking te beschermen tegen kritieke technologische bedreigingen

19 06 02 01   Acties op het gebied van risicovermindering en paraatheid met betrekking tot chemische, nucleaire en biologische materialen of agentia (stabiliteitsinstrument)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

49 000 000

24 566 218

41 000 000

25 800 000

33 000 000,00

11 503 931,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van maatregelen om landen en hun bevolking te beschermen tegen kritieke technologische bedreigingen. Dit kan onder meer omvatten:

het bevorderen van civiele onderzoeksactiviteiten als alternatief voor aan defensie gerelateerd onderzoek en steun voor de omscholing en alternatieve tewerkstelling van wetenschappers en ingenieurs die voorheen in de wapenindustrie in brede zin werkzaam waren;

steun voor maatregelen ter verbetering van de veiligheidspraktijk in civiele installaties waar gevoelige chemische, biologische, stralings- of nucleaire materialen of stoffen zijn opgeslagen of worden aangewend in het kader van civiele onderzoeksprogramma’s;

steun, in het kader van het samenwerkingsbeleid van de Unie en de doelstellingen daarvan, voor de totstandbrenging van civiele infrastructuur en voor het verrichten van de nodige civiele studies voor de ontmanteling, het herstel of de omschakeling van aan wapens gerelateerde faciliteiten en locaties ten aanzien waarvan verklaard is dat zij niet langer deel uitmaken van een defensieprogramma;

het versterken van de capaciteit van de bevoegde civiele autoriteiten die betrokken zijn bij de ontwikkeling en de uitoefening van de daadwerkelijke controle op de handel in chemische, biologische, stralings- en nucleaire materialen of stoffen (waaronder de apparatuur voor hun productie of overbrenging), ook door middel van de installatie van moderne logistieke apparatuur voor evaluatie en controle;

de ontwikkeling van een juridisch kader en van de institutionele capaciteit voor de invoering en toepassing van efficiënte uitvoercontroles op goederen voor tweeërlei gebruik, waaronder maatregelen op het gebied van regionale samenwerking;

de ontwikkeling van effectieve civiele rampenplannen, noodhulp en reacties op crisissituaties alsmede van de capaciteit voor het schoonmaken in geval van eventuele grote milieurampen op dit gebied.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1717/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot invoering van een stabiliteitsinstrument (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 1).

19 06 02 02   Voorbereidende actie — Verminderen van het aantal nucleaire, biologische en chemische wapens en het aantal kleine wapens

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van maatregelen die moeten bijdragen tot een vermindering van (nucleaire, biologische en chemische) massavernietigingswapens.

Het dient tevens voor de financiering van maatregelen ter bestrijding van de verspreiding van lichte wapens en ter bestrijding van de illegale wapenhandel.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 06 02 03   Uniebeleid ter bestrijding van de verspreiding van lichte wapens

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

914 092

p.m.

400 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van maatregelen ter bestrijding van de verspreiding van lichte wapens en ter bestrijding van de illegale wapenhandel.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1717/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot invoering van een stabiliteitsinstrument (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 1).

19 06 03   Transregionale maatregelen op het gebied van de georganiseerde misdaad, mensenhandel, de bescherming van kritieke infrastructuur, bedreigingen voor de volksgezondheid en de strijd tegen het terrorisme (stabiliteitsinstrument)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

30 000 000

9 521 790

21 000 000

8 756 336

13 000 000,00

8 185 386,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van nieuwe maatregelen voor een verdere samenwerking tussen de Europese Unie en derde landen ten aanzien van mondiale en regionale grensoverschrijdende problemen die de veiligheid en de grondrechten van de burger bedreigen.

Die maatregelen betreffen:

de versterking van de capaciteit van de wetshandhavings- en justitiële en civiele autoriteiten die betrokken zijn bij de bestrijding van terrorisme en georganiseerde misdaad, waaronder drugshandel, mensenhandel, handel in vuurwapens en explosieven en de daadwerkelijke controle van illegale handel en doorvoer;

steun voor maatregelen ter bestrijding van gevaren voor het internationaal vervoer en kritische infrastructuur, waaronder personen- en goederenvervoer;

een adequate respons op grote gevaren voor de volksgezondheid, zoals epidemieën met potentiële grensoverschrijdende gevolgen.

Dergelijke maatregelen kunnen in het kader van dit instrument bij een stabiel klimaat worden aangenomen, om het hoofd te bieden aan specifieke destabiliserende dreigingen op wereldwijd en transregionaal niveau; deze maatregelen kunnen evenwel alleen worden genomen wanneer met de desbetreffende instrumenten van de Unie voor externe bijstand geen adequaat en doeltreffend antwoord kan worden gegeven. Dit krediet is ook bestemd ter dekking van de volledige betaling van maatregelen die waren gefinancierd uit de oude begrotingslijn 19 02 11 „Noord-Zuidsamenwerkingsprogramma’s in de campagne tegen drugs en drugverslaving”.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1717/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot invoering van een stabiliteitsinstrument (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 1).

19 06 04   Bijstand op nucleair gebied

19 06 04 01   Bijstand op nucleair gebied

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

49 544 700

42 848 055

54 152 882

45 500 000

64 000 000,00

65 910 758,44

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van:

de bevordering van een effectieve nucleaire veiligheidscultuur op alle niveaus, in het bijzonder door:

permanente steun voor regelgevende lichamen, organisaties voor technische ondersteuning en de versterking van het regelgevingskader, met name met betrekking tot vergunningsactiviteiten;

serieus gebruik te maken van de ervaring van exploitanten, programma’s voor bijstand ter plaatse en externe bijstand, alsmede advies en daarmee samenhangende activiteiten die gericht zijn op meer aandacht voor de veiligheid bij het ontwerpen, exploiteren en onderhouden van kerncentrales die momenteel over een vergunning beschikken en andere bestaande nucleaire installaties zodat hoge veiligheidsniveaus kunnen worden bereikt;

steun voor het op veilige wijze vervoeren, behandelen en verwijderen van kernafval en radioactief afval;

en de ontwikkeling en uitvoering van strategieën voor de ontmanteling van bestaande installaties en de sanering van de terreinen van voormalige nucleaire installaties;

de bevordering van effectieve regelgevingskaders, procedures en systemen om een toereikende bescherming te waarborgen tegen ioniserende straling van radioactieve materialen, met name van hoogactieve radioactieve bronnen, en de veilige verwijdering daarvan;

de totstandbrenging van het nodige regelgevingskader en de nodige methoden voor de uitvoering van nucleaire veiligheidscontroles, onder meer ook voor goede administratie en controle van splijtstoffen op het niveau van de overheid en van de exploitant;

de instelling van effectieve regelingen voor rampenplannen en maatregelen ter voorbereiding en reactie op noodsituaties, civiele bescherming en herstel;

maatregelen ter bevordering van internationale samenwerking (onder meer in het kader van de bevoegde internationale organisaties, met name de IAEA) op bovengenoemde terreinen, waaronder de uitvoering van en het toezicht op internationale overeenkomsten en verdragen, uitwisseling van informatie en opleiding en onderzoek.

Dit krediet is tevens bestemd voor monitoring en onderzoek in verband met de gevolgen van het Tsjernobyl-ongeval voor de volkgezondheid en het milieu in de buurlanden, met name Oekraïne en Wit-Rusland, alsook de sociaaleconomische gevolgen ervan.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (Euratom) nr. 300/2007 van de Raad van 19 februari 2007 tot invoering van een instrument voor samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (PB L 81 van 22.3.2007, blz. 1).

19 06 04 02   Uniale bijdrage aan de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling ten behoeve van het Fonds Inkapseling Tsjernobyl

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

25 000 000

23 804 475

15 000 000

15 000 000

9 700 000,00

9 700 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de maatregelen die tot doel hebben te voorzien in de financiering van de verdere deelname van de Commissie in het Fonds Inkapseling Tsjernobyl.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Besluit 2006/908/EG, Euratom van de Raad van 4 december 2006 betreffende de eerste tranche van de derde financiële bijdrage van de Gemeenschap aan de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling ten behoeve van het Fonds Inkapseling Tsjernobyl (PB L 346 van 9.12.2006, blz. 28).

Verordening (Euratom) nr. 300/2007 van de Raad van 19 februari 2007 tot invoering van een instrument voor samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (PB L 81 van 22.3.2007, blz. 1).

19 06 06   Consulaire samenwerking

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

15 000,00

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ondersteunende activiteiten op logistiek vlak, ten behoeve van de missies van de lidstaten, in het bijzonder bij een crisis, in het kader van de consulaire samenwerking. Deze activiteiten zijn gebaseerd op artikel 20, lid 2, onder c), VWEU en artikel 23 VWEU met betrekking tot de bescherming van burgers van de Unie die in derde landen niet door hun lidstaat zijn vertegenwoordigd en op artikel 35 VEU dat een rol toekent aan de delegaties van de Unie bij de tenuitvoerlegging van artikel 201, lid 1, onder c), VWEU, in samenwerking met de missies van de lidstaten.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit specifieke bevoegdheden uit hoofde van de verdragen als bedoeld in artikel 49, lid 6, onder d), van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 06 07   Proefproject — Steun voor bewakings- en beschermingsmaatregelen voor uniale vaartuigen die door gebieden varen waar piraterij een bedreiging vormt

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

340 000

1 000 000

1 000 000

1 000 000,00

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bestudering en analyse van de mogelijkheden om steun te verlenen voor het financieren, beheren en coördineren van bewakings- en beschermingmaatregelen voor uniale vaartuigen die door gebieden varen waar piraterij een bedreiging vormt.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 06 08   Voorbereidende actie — Noodmaatregelen tegen de financiële en economische crisis in de ontwikkelingslanden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

3 000 000

2 000 000

 

 

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter dekking van noodacties en acties op korte termijn om de gevolgen te milderen van de mondiale financiële en economische crisis voor de meest kwetsbare en minst veerkrachtige landen waarop Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41) betrekking heeft.

De activiteiten waarop dit krediet betrekking heeft, kunnen maatregelen omvatten om de sociale gevolgen van de crisis te milderen, inclusief sociale vangnetten, initiatieven om banen te creëren en acties om te zorgen voor adequate socialedienstverlening.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 06 09   Proefproject — Programma voor vredesopbouwactiviteiten onder leiding van ngo's

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Dit krediet, dat een aanvulling vormt op de capaciteitsopbouwactiviteiten van het partnerschap voor vredesopbouw in het kader van het Stabiliteitsinstrument, is bestemd voor de financiering van een programma voor vredesopbouwactiviteiten onder leiding van ngo's ter ondersteuning van de verbintenis van de Unie om buiten haar grenzen conflicten te voorkomen en vrede te brengen.

In het kader van dit proefproject zullen de volgende activiteiten worden gefinancierd: onderzoek en analyse van specifieke conflicten; steun voor vredesprocessen, bemiddeling en dialoog; steun voor ontwapening, demobilisatie en re-integratie en bredere economische ontwikkeling na conflicten; steun voor de participatie van plaatselijke actoren in vredesregelingen; betrekken van het maatschappelijk middenveld bij de hervorming van de veiligheidssector en het justitieapparaat en processen van overgangsjustitie; bevordering van conflictgevoelige ontwikkelingspraktijken; belangenbehartiging op internationaal en nationaal vlak om vredesopbouw aan te moedigen en gewelddadige conflicten te voorkomen; ontwikkeling en beheer van systemen voor vroegtijdige waarschuwing; bevordering van de rol van vrouwen in de vredesopbouw; vredeshandhaving door ongewapende burgers; en het inzetten van professionals om plaatselijke actoren te steunen door het beperken en voorkomen van geweld en het bevorderen van dialoog, duurzame vrede en een conflictbestendige maatschappij.

Dit proefproject kan ook dienen als testcase voor steun van de Unie voor vredesopbouwactiviteiten onder leiding van ngo's en zo eventueel leiden tot de instelling van een permanent mechanisme voor steun op korte, middellange en lange termijn op dit gebied.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 19 08 —   EUROPEES NABUURSCHAPSBELEID EN BETREKKINGEN MET RUSLAND

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 08

EUROPEES NABUURSCHAPSBELEID EN BETREKKINGEN MET RUSLAND

19 08 01

Europees beleid inzake nabuurschap en partnerschap — Financiële samenwerking

19 08 01 01

Europees beleid inzake nabuurschap en partnerschap — Financiële samenwerking met mediterrane landen

4

842 950 400

666 525 298

790 604 627

700 000 000

744 804 000,73

684 626 051,72

19 08 01 02

Europees beleid inzake nabuurschap en partnerschap — Financiële bijstand aan Palestina, het vredesproces en UNRWA

4

300 000 000

266 610 119

295 000 000

260 000 000

352 600 000,—

325 486 849,03

19 08 01 03

Europees beleid inzake nabuurschap en partnerschap — Financiële samenwerking met Oost-Europa

4

556 421 000

328 501 754

466 103 000

279 000 000

425 875 020,82

370 961 548,41

19 08 01 04

Proefproject — Preventie- en herstelmaatregelen voor de bodem van de Oostzee

4

p.m.

200 000

p.m.

1 500 000

1 000 000,—

1 325 019,66

19 08 01 05

Voorbereidende actie — Minderheden in Rusland — Ontwikkeling van cultuur, media en maatschappelijk middenveld

4

p.m.

1 600 000

2 000 000

2 100 000

2 500 000,—

381 223,45

19 08 01 08

Proefproject — Financiering ENB — Voorbereiding personeel op de werkzaamheden in verband met het EU-ENB

4

p.m.

500 000

p.m.

500 000

2 000 000,—

0,—

 

Artikel 19 08 01 — Subtotaal

 

1 699 371 400

1 263 937 171

1 553 707 627

1 243 100 000

1 528 779 021,55

1 382 780 692,27

19 08 02

Grensoverschrijdende samenwerking (CBC) — Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (ENPI)

19 08 02 01

Grensoverschrijdende samenwerking (CBC) — Bijdrage uit rubriek 4

4

83 529 000

55 226 382

78 327 000

78 000 000

69 227 604,—

54 585 937,47

19 08 02 02

Grensoverschrijdende samenwerking (CBC) — Bijdrage uit rubriek 1b (Regionaal beleid)

1.2

116 234 779

86 000 000

90 632 446

63 100 000

74 662 069,—

29 731 867,76

19 08 02 03

Strategie van de Europese Unie ten aanzien van het Oostzeegebied

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

 

20 000 000

20 000 000

 

 

 

 

p.m.

p.m.

20 000 000

20 000 000

0,—

0,—

19 08 02 04

Proefproject — Strategie van de Unie voor het Oostzeegebied

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

 

Artikel 19 08 02 — Subtotaal

 

199 763 779

141 226 382

168 959 446

141 100 000

143 889 673,—

84 317 805,23

Reserves (40 02 41)

 

 

 

20 000 000

20 000 000

 

 

 

 

199 763 779

141 226 382

188 959 446

161 100 000

143 889 673,—

84 317 805,23

19 08 03

Voltooiing van de financiële protocollen met landen van het Middellandse Zeegebied

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

2 191 042,74

 

Hoofdstuk 19 08 — Totaal

 

1 899 135 179

1 405 163 553

1 722 667 073

1 384 200 000

1 672 668 694,55

1 469 289 540,24

Reserves (40 02 41)

 

 

 

20 000 000

20 000 000

 

 

 

 

1 899 135 179

1 405 163 553

1 742 667 073

1 404 200 000

1 672 668 694,55

1 469 289 540,24

Toelichting

De Unie streeft ernaar een ruimte van welvaart en goed nabuurschap tot stand te brengen waarbij de lidstaten en de nabuurpartnerlanden betrokken zijn (5). Met het oog hierop heeft de Unie overeenkomsten afgesloten met de meeste buurlanden. Voorts heeft de Unie gezorgd voor de opstelling van Europese actieplannen inzake nabuurschapsbeleid voor de tenuitvoerlegging van deze overeenkomsten. Dit kader heeft tot doel een sterkere en hechtere relatie te ontwikkelen die gebaseerd is op gedeelde waarden en wederzijdse belangen en die moet leiden tot een aanzienlijke mate van economische integratie en politieke samenwerking. De Unie is ook voornemens met Rusland een echt strategisch partnerschap op te bouwen, dat is gegrondvest op gemeenschappelijke belangen en gedeelde waarden en dat is gebaseerd op de totstandbrenging van vier gemeenschappelijke ruimten. De in dit hoofdstuk opgenomen kredieten dienen ter financiering van de samenwerkingsacties die tot doel hebben de tenuitvoerlegging van dergelijke overeenkomsten te ondersteunen. Samenwerking met de landen waarmee dergelijke overeenkomsten nog niet zijn ondertekend of waarmee dergelijke overeenkomsten niet bestaan — zoals Wit-Rusland, Libië of Syrië — zullen op de beleidsdoelstellingen van de Unie zijn gebaseerd.

19 08 01   Europees beleid inzake nabuurschap en partnerschap — Financiële samenwerking

19 08 01 01   Europees beleid inzake nabuurschap en partnerschap — Financiële samenwerking met mediterrane landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

842 950 400

666 525 298

790 604 627

700 000 000

744 804 000,73

684 626 051,72

Toelichting

Dit krediet dient in het bijzonder ter financiering van samenwerkingsacties die hoofdzakelijk tot doel hebben de tenuitvoerlegging te ondersteunen van de indicatieve meerjarenprogramma’s voor de perioden 2007-2010 en 2011-2013 van de ENB-actieplannen die met de mediterrane buurlanden van de Unie werden afgesloten. Het krediet zal ook worden benut ter ondersteuning van de tenuitvoerlegging van het vijfjarige Euro-mediterrane werkplan voor 2006-2010 dat is vastgesteld op de Euromed-Top, die in november 2005 te Barcelona heeft plaatsgevonden alsook voor bepaalde maatregelen in het kader van de Unie voor het Middellandse Zeegebied waartoe is besloten op de top van Parijs van 13 juli 2008. Het krediet zal onder andere volgende samenwerkingsgebieden financieren:

het bevorderen van politieke dialoog en hervormingen;

het bevorderen van harmonisatie van de wet- en regelgeving en het aanmoedigen van de geleidelijke deelneming van partnerlanden aan de interne markt en de toename van de handel;

het versterken van nationale instellingen die verantwoordelijk zijn voor de uitwerking en tenuitvoerlegging van het beleid op de gebieden die onder associatieovereenkomsten vallen;

bevordering van de eerbiediging van de mensenrechten, met inbegrip van vrouwen- en kinderrechten, en goed bestuur;

het bevorderen van duurzame ontwikkeling en meewerken aan armoedebestrijding;

steun verlenen aan de modernisering van de economie door het bevorderen van de investeringen in de regio en het versterken van het mkb;

het tot stand brengen van een betere koppeling van transport- en energienetwerken tussen de Unie en buurlanden en tussen de buurlanden onderling en het aanpakken van de bedreigingen voor ons gemeenschappelijk milieu;

bevorderen van acties die bijdragen tot conflictoplossing;

het stimuleren van de ontwikkeling van een maatschappelijk middenveld om onder andere sociale integratie aan te moedigen;

bevorderen van intermenselijke contacten en uitwisselingen op het gebied van onderwijs, onderzoek en cultuur;

bijdragen tot de financiering van de werking van de Organisatie van de Verenigde Naties voor hulpverlening aan Palestijnse vluchtelingen (UNRWA) in Libanon, Syrië en Jordanië, in het bijzonder de programma’s inzake gezondheidszorg, onderwijs en sociale diensten;

ondersteunen van regionale integratie binnen het kader van het Euro-mediterrane partnerschap en in het bijzonder de bevordering van regionale samenwerking, de oprichting van netwerken en partnerschappen van openbare en particuliere non-profitorganisaties met het oog op de uitwisseling van kennis en beste praktijken op alle relevante werkterreinen;

ondersteunen van acties op het gebied van migratie die onder andere tot doel hebben de relatie tussen migratie en ontwikkeling te versterken, illegale migratie te bestrijden en de overname van illegalen te vereenvoudigen. Deze maatregelen zullen worden aangevuld met maatregelen die worden gefinancierd uit het Europese nabuurschaps- en partnerschapsinstrument vanuit een aparte begrotingspost 19 02 01 01 „Samenwerking met derde landen op het gebied van het migratie- en asielbeleid”.

De zichtbaarheid bevorderende en voorlichtingsactiviteiten en -maatregelen met een horizontaal karakter die rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van de doelstellingen van de activiteiten van de Unie in derde landen uit het Middellandse Zeegebied.

Bij een ernstige verslechtering in een bepaald land van de situatie op het gebied van vrijheid, democratie, respect voor de grondrechten en de fundamentele vrijheden en de rechtsstaat kan de bijstand van de Unie worden teruggeschroefd en hoofdzakelijk worden gebruikt voor de ondersteuning van niet-gouvernementele organisaties voor maatregelen ter bevordering van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Een deel van dit krediet dient, met passende inachtneming van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door deskundige en ervaren vrijwilligers uit de Unie die onder het European Senior Services Network (ESSN) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in bepaalde openbare of particuliere bedrijven.

Dit krediet dient ook ter dekking van de volgende uitgaven:

onderzoek naar het effect van de klimaatverandering op de kwaliteit van het water van de Middellandse Zee;

onderzoek naar verontreiniging van de kusten van de Middellandse Zee;

onderzoek naar de toestand van de onderzeese energie-infrastructuur (gas- en oliepijpleidingen, elektriciteitskabels enz.);

bevordering van het netwerk van openbare en particuliere onderzoekscentra die betrokken zijn bij de monitoring van het water van de Middellandse Zee en de toestand van de kusten met het oog op de uitwisseling van gegevens en onderzoeksresultaten en de ontwikkeling van gezamenlijke voorstellen voor maatregelen en beschermingsbeleid.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

19 08 01 02   Europees beleid inzake nabuurschap en partnerschap — Financiële bijstand aan Palestina, het vredesproces en UNRWA

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

300 000 000

266 610 119

295 000 000

260 000 000

352 600 000,00

325 486 849,03

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van maatregelen ten gunste van het Palestijnse volk en de bezette Palestijnse gebieden van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, in het kader van het vredesproces in het Midden-Oosten.

De belangrijkste doelstellingen van de acties kunnen als volgt worden omschreven:

ondersteuning van staatsvorming en institutionele ontwikkeling;

bevorderen van sociale en economische ontwikkeling;

het inperken van de gevolgen van de verslechterende economische, fiscale en humanitaire omstandigheden voor de Palestijnse bevolking door het verlenen van essentiële dienstverlening en andere ondersteuning;

bijdragen tot inspanningen voor de wederopbouw in Gaza;

bijdragen tot de financiering van de werking van de Organisatie van de Verenigde Naties voor Hulpverlening aan Palestijnse Vluchtelingen (UNRWA), in het bijzonder de programma’s inzake gezondheidszorg, onderwijs en sociale diensten;

financiering van voorbereidende acties voor de bevordering van de samenwerking tussen Israël en de buurlanden van Israël in het kader van het vredesproces, in het bijzonder met betrekking tot instellingen, economische aangelegenheden, water, milieu en energie;

financiering van activiteiten om de openbare opinie gunstig te stemmen ten aanzien van het vredesproces;

financiering van voorlichting, inclusief in het Arabisch en het Hebreeuws en verspreiding van informatie met betrekking tot de Israëlisch-Palestijnse samenwerking;

het stimuleren van de ontwikkeling van een maatschappelijk middenveld door onder andere sociale integratie te ondersteunen.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

19 08 01 03   Europees beleid inzake nabuurschap en partnerschap — Financiële samenwerking met Oost-Europa

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

556 421 000

328 501 754

466 103 000

279 000 000

425 875 020,82

370 961 548,41

Toelichting

Dit krediet dient in het bijzonder ter financiering van samenwerkingsacties die hoofdzakelijk tot doel hebben de tenuitvoerlegging te ondersteunen van de overeenkomsten en de Europese actieplannen inzake nabuurschapsbeleid die met oostelijke buurlanden van de Unie werden afgesloten alsook bilaterale en multilaterale acties in het kader van het oostelijke partnerschap. Het krediet is ook bestemd voor de ondersteuning van het strategische partnerschap tussen de Europese Unie en Rusland door de concretisering van de vier gemeenschappelijke ruimten die betrekking hebben op economische samenwerking, vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid, externe veiligheid, onderzoek en onderwijs, inclusief cultuur. Het krediet zal onder andere volgende samenwerkingsgebieden financieren:

het bevorderen van politieke dialoog en hervormingen;

het bevorderen van harmonisatie van de wet- en regelgeving en aanmoediging van de geleidelijke deelneming van partnerlanden aan de interne markt en de toename van de handel;

het versterken van nationale instellingen die verantwoordelijk zijn voor de uitwerking en tenuitvoerlegging van het beleid op de gebieden die onder associatieovereenkomsten vallen;

bevordering van de eerbiediging van de mensenrechten en goed bestuur;

steun verlenen aan de overgang naar een markteconomie en de modernisering van de economie door het bevorderen van de investeringen in de regio en het versterken van het mkb;

het bevorderen van duurzame ontwikkeling en meewerken aan armoedebestrijding;

het tot stand brengen van een betere koppeling van transport- en energienetwerken tussen de Unie en buurlanden en tussen de buurlanden onderling en het aanpakken van de bedreigingen voor ons gemeenschappelijk milieu;

het bevorderen van acties die bijdragen aan conflictoplossing en conflictpreventie in gebieden met bevroren conflicten;

het stimuleren van de ontwikkeling van het maatschappelijk middenveld, onder meer door het bevorderen van sociale integratie en het aanmoedigen van ondervertegenwoordigde groepen om zich te laten horen en deel te nemen aan het maatschappelijk middenveld en het politieke stelsel;

bevorderen van intermenselijke contacten en uitwisselingen op het gebied van onderwijs, onderzoek en cultuur;

bevorderen van regionale samenwerking, inclusief de samenwerking in het kader van de synergie voor het Zwarte Zeegebied en het oostelijke partnerschap;

ondersteunen van acties op het gebied van migratie die onder andere tot doel hebben de relatie tussen migratie en ontwikkeling te versterken, illegale migratie te bestrijden en de overname van illegalen te vereenvoudigen. Deze maatregelen zullen worden aangevuld door maatregelen die worden gefinancierd met middelen uit artikel 19 02 01 „Samenwerking met derde landen op het gebied van migratie en asiel”.

Dit krediet dient ook ter financiering van onderzoek naar de menselijke gezondheid en de duurzame ontwikkeling van Oekraïne en Wit-Rusland, in het bijzonder wat betreft de verbetering van de gezondheidstoestand in de gebieden die getroffen zijn door de Tsjernobyl-ramp.

Dit krediet dient tevens ter financiering van vertrouwenwekkende maatregelen in Georgië, Transnistrië en de afscheidingsgebieden Abchazië en Zuid-Ossetië, alsook van lokale vertrouwensopbouw en lokale economische rehabilitatieprojecten in Nagorno-Karabach.

De in deze post opgenomen kredieten zullen ook worden gebruikt voor voorlichtingsacties bij het grote publiek en de mogelijke begunstigden van de bijstand en voor acties die de zichtbaarheid van de bijstand van de Unie vergroten.

Een deel van dit krediet dient, met passende inachtneming het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door ervaren deskundige vrijwilligers van de Unie die onder het European Senior Services Network (ESSN) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in specifieke publieke of particuliere ondernemingen.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Een deel van dit krediet wordt vrijgemaakt voor aanvullende steun aan de doelstellingen van de Strategie voor de Oostzeeregio. De in 2010 en 2011 vastgelegde steun wordt ten uitvoer gelegd door steun aan de noordelijke dimensie in het kader van de interregionale indicatieve programma’s. Andere kaders voor de tenuitvoerlegging van steun voor de Oostzeeregio zijn, in voorkomend geval, het programma voor de Oostzeeregio, het actieplan van de HELCOM voor de Oostzee, het gemeenschappelijk onderzoeksprogramma voor de Oostzee BONUS-19 en andere programma’s.

De Commissie moet afzonderlijke financiering verstrekken voor proefprojecten die met name gericht zijn op het leggen van contacten tussen jongeren aan hogescholen en universiteiten in de Unie en in de oostelijke partnerlanden, door financiering te verstrekken voor uitwisselingsprogramma’s, gezamenlijke activiteiten, samenwerking tussen jongerenverenigingen, enz.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

19 08 01 04   Proefproject — Preventie- en herstelmaatregelen voor de bodem van de Oostzee

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

200 000

p.m.

1 500 000

1 000 000,00

1 325 019,66

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van een proefproject voor onderzoek naar de preventie van mogelijke vervuiling door onderzeese vuilstortplaatsen en voor het testen van methoden om het leven in de diepere lagen van de Oostzee te herstellen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 08 01 05   Voorbereidende actie — Minderheden in Rusland — Ontwikkeling van cultuur, media en maatschappelijk middenveld

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 600 000

2 000 000

2 100 000

2 500 000,00

381 223,45

Toelichting

Deze voorbereidende actie dient ter invoering van een doeltreffend partnerschap met de Russische Federatie ter bevordering van de cultuur, het onderwijs, de media en het maatschappelijk middenveld van de vele etnische en nationale minderheden in Rusland. In het kader van deze voorbereidende actie wordt steun verleend aan activiteiten in verband met de bevordering en ontwikkeling van inheemse cultuur, onderwijs, media en het maatschappelijk middenveld.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 08 01 08   Proefproject — Financiering ENB — Voorbereiding personeel op de werkzaamheden in verband met het EU-ENB

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

500 000

p.m.

500 000

2 000 000,00

0,—

Toelichting

Het nieuwe uitgebreide Europese nabuurschapsbeleid zoals dat door de Raad en het Europees Parlement in hun respectieve besluiten en resoluties is aangekondigd, met name in het licht van de twee belangrijkste nabuurschapsbeleidsprojecten, waaronder de Unie voor het Middellandse Zeegebied en het oostelijke partnerschap, vergt voorbereiding van de toekomstige gesprekspartners van de Unie, te weten het personeel dat in de buurlanden, van Marokko tot Wit-Rusland, banen zal bekleden die verband houden met het EU-ENB. Zij moeten volledig en vakkundig bekend worden gemaakt met de letter en de geest van het beleid en de instellingen van de Unie en van het acquis van de Unie.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 08 02   Grensoverschrijdende samenwerking (CBC) — Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (ENPI)

Toelichting

De grensoverschrijdende samenwerking aan de buitengrenzen van de Unie is een belangrijke prioriteit in zowel het Europese nabuurschapsbeleid als het strategische partnerschap tussen de Unie en Rusland en in het kader van de synergie voor het Zwarte Zeegebied. Door de vaststelling van het Europese nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (ENPI) zijn de mogelijkheden voor grensoverschrijdende samenwerking zowel op kwalitatief als kwantitatief vlak sterk uitgebreid. In het kader van deze nieuwe aanpak zal voor grensoverschrijdende samenwerkingsprogramma’ s aan de buitengrenzen van de Unie een beroep kunnen worden gedaan op middelen uit zowel de externe als interne rubrieken van de algemene begroting van de Europese Unie; voorts zullen deze programma’s worden uitgevoerd volgens één geheel van regels, met name die welke in het raam van Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1) zijn vastgesteld. De totale bedragen van de bijdragen van de twee rubrieken zijn opgenomen in de twee begrotingsonderdelen van dit artikel.

Dit krediet dient ter financiering van een aantal grensoverschrijdende samenwerkingsprogramma’s die bij de land- en zeegrenzen zullen worden uitgevoerd. Met zulke programma’s wordt op concrete wijze aangegeven dat de Unie niet van plan is nieuwe scheidslijnen te trekken. Met deze programma’s wordt het onderlinge partnerschap tussen de grensregio's van de Unie en de buurlanden versterkt en worden deze regio's en worden landen geholpen bij het aanpakken van gemeenschappelijke ontwikkelingsproblemen. Deze programma’s zijn toegespitst op de volgende vijf hoofddoelstellingen:

bevordering van economische en sociale ontwikkeling in de regio's aan beide kanten van de gemeenschappelijke grenzen;

samenwerken om gemeenschappelijke uitdagingen te kunnen aanpakken op gebieden zoals milieu, volksgezondheid en de preventie en de strijd tegen georganiseerde misdaad;

zorgen voor efficiënte en veilige grenzen;

ondersteunen van lokale, grensoverschrijdende acties voor het bevorderen van intermenselijke contacten;

het stimuleren van de ontwikkeling van een maatschappelijk middenveld door onder andere sociale integratie te ondersteunen.

De in dit artikel opgenomen kredieten zullen ook worden gebruikt voor voorlichtingsacties bij het grote publiek en de mogelijke begunstigden van de bijstand en voor acties die de zichtbaarheid van de bijstand van de Unie vergroten.

19 08 02 01   Grensoverschrijdende samenwerking (CBC) — Bijdrage uit rubriek 4

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

83 529 000

55 226 382

78 327 000

78 000 000

69 227 604,00

54 585 937,47

Toelichting

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

19 08 02 02   Grensoverschrijdende samenwerking (CBC) — Bijdrage uit rubriek 1b (Regionaal beleid)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

116 234 779

86 000 000

90 632 446

63 100 000

74 662 069,00

29 731 867,76

Toelichting

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

19 08 02 03   Strategie van de Europese Unie ten aanzien van het Oostzeegebied

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 08 02 03

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

20 000 000

20 000 000

 

 

Totaal

p.m.

p.m.

20 000 000

20 000 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van acties en initiatieven ter ondersteuning van het Oostzeegebied, met name op gebieden als economische ontwikkeling, milieu, energiebeleid, regionale ontwikkeling en grensbewaking.

19 08 02 04   Proefproject — Strategie van de Unie voor het Oostzeegebied

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van een proefproject strategie voor het Oostzeegebied.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 08 03   Voltooiing van de financiële protocollen met landen van het Middellandse Zeegebied

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

2 191 042,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de voltooiing van de financiële protocollen met mediterrane landen. In dit krediet is onder andere de steun opgenomen voor de Europees-mediterrane investeringsfaciliteit binnen de Europese Investeringsbank; het krediet is bestemd voor de uitvoering van de in het kader van de derde en vierde financiële protocollen met de landen van het zuidelijke Middellandse Zeegebied voorziene financiële steunmaatregelen, andere dan die van de Europese Investeringsbank. Deze protocollen hebben betrekking op de periode van 1 november 1986 tot en met 31 oktober 1991, voor de derde financiële protocollen, en op de periode van 1 november 1991 tot en met 31 oktober 1996, voor de vierde financiële protocollen.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2210/78 van de Raad van 26 september 1978 betreffende de sluiting van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Democratische Volksrepubliek Algerije (PB L 263 van 27.9.1978, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2211/78 van de Raad van 26 september 1978 betreffende de sluiting van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 264 van 27.9.1978, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2212/78 van de Raad van 26 september 1978 betreffende de sluiting van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 265 van 27.9.1978, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2213/78 van de Raad van 26 september 1978 betreffende de sluiting van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Arabische Republiek Egypte (PB L 266 van 27.9.1978, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2214/78 van de Raad van 26 september 1978 betreffende de sluiting van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 267 van 27.9.1978, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2215/78 van de Raad van 26 september 1978 betreffende de sluiting van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië (PB L 268 van 27.9.1978, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2216/78 van de Raad van 26 september 1978 betreffende de sluiting van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 269 van 27.9.1978, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 3177/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Democratische Volksrepubliek Algerije (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 3178/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Arabische Republiek Egypte (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 8).

Verordening (EEG) nr. 3179/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 15).

Verordening (EEG) nr. 3180/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 22).

Verordening (EEG) nr. 3181/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 29).

Verordening (EEG) nr. 3182/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 36).

Verordening (EEG) nr. 3183/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 43).

Besluit 88/30/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Democratische Volksrepubliek Algerije (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 1).

Besluit 88/31/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Arabische Republiek Egypte (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 9).

Besluit 88/32/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 17).

Besluit 88/33/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 25).

Besluit 88/34/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 33).

Besluit 88/453/EEG van de Raad van 30 juni 1988 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 224 van 13.8.1988, blz. 32).

Besluit 92/44/EEG van de Raad van 19 december 1991 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 18 van 25.1.1992, blz. 34).

Besluit 92/206/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Democratische Volksrepubliek Algerije (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 13).

Besluit 92/207/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Arabische Republiek Egypte (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 21).

Besluit 92/208/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 29).

Besluit 92/209/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 37).

Verordening (EEG) nr. 1762/92 van de Raad van 29 juni 1992 betreffende de toepassing van de protocollen inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Gemeenschap en de mediterrane derde landen (PB L 181 van 1.7.1992, blz. 1), ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1638/2006 (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

Besluit 92/548/EEG van de Raad van 16 november 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 352 van 2.12.1992, blz. 13).

Besluit 92/549/EEG van de Raad van 16 november 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 352 van 2.12.1992, blz. 21).

Besluit 94/67/EG van de Raad van 24 januari 1994 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 32 van 5.2.1994, blz. 44).

Verordening (EG) nr. 1734/94 van de Raad van 11 juli 1994 betreffende de financiële en technische samenwerking met de westelijke Jordaanoever en de Gazastrook (PB L 182 van 16.7.1994, blz. 4), ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1638/2006 (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 213/96 van de Raad van 29 januari 1996 betreffende de tenuitvoerlegging van het financieel instrument „EC Investment Partners” ten behoeve van de landen van Latijns-Amerika, Azië en het Middellandse Zeegebied en Zuid-Afrika (PB L 28 van 6.2.1996, blz. 2).

HOOFDSTUK 19 09 —   BETREKKINGEN MET LATIJNS-AMERIKA

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 09

BETREKKINGEN MET LATIJNS-AMERIKA

19 09 01

Samenwerking met ontwikkelingslanden in Latijns-Amerika

4

377 286 000

295 175 489

356 268 000

306 484 268

353 672 842,17

308 343 018,47

19 09 02

Voorbereidende actie — Samenwerking met landen met een middeninkomen in Latijns-Amerika

4

p.m.

2 000 000

p.m.

3 000 000

2 000 000,—

0,—

19 09 03

Samenwerkingsactiviteiten anders dan officiële ontwikkelingshulp (Latijns-Amerika)

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

16 000 000

1 904 358

11 500 000

5 000 000

 

 

 

 

16 000 000

1 904 358

11 500 000

5 000 000

 

 

 

Hoofdstuk 19 09 — Totaal

 

377 286 000

297 175 489

356 268 000

309 484 268

355 672 842,17

308 343 018,47

Reserves (40 02 41)

 

16 000 000

1 904 358

11 500 000

5 000 000

 

 

 

 

393 286 000

299 079 847

367 768 000

314 484 268

355 672 842,17

308 343 018,47

Toelichting

Ontwikkelingssamenwerking in het kader van dit hoofdstuk heeft in eerste instantie tot doel bij te dragen tot de bevordering van democratie, goed bestuur, eerbiediging van de mensenrechten en de rechtsstaat en ondersteuning van duurzame ontwikkeling en economische integratie alsook tot de totstandkoming van de millenniumontwikkelingsdoelstellingen.

Overeenkomstig de verklaring van de Commissie over artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41) (DCI), voor landen omschreven als ontvanger van officiële ontwikkelingshulp (ODA) door de OESO-Commissie voor Ontwikkelingsbijstand (DAC) blijft de Commissie jaarlijks verslag uitbrengen over de in het verleden gebruikte maar nu overbodige benchmark van 35 % van de steun aan ontwikkelingslanden die toegewezen moet worden aan sociale infrastructuur en dienstverlening, daarbij erkennend dat de uniale bijdrage moet worden gezien als deel van de algemene donorsteun aan de sociale sector en dat een bepaalde mate van flexibiliteit de norm dient te zijn. Bovendien zal de Commissie, eveneens overeenkomstig deze verklaring, zich ervoor inzetten om te waarborgen dat een benchmark van 20 % van de toegewezen steun in het kader van de landenprogramma’s, gedekt door het instrument voor ontwikkelingssamenwerking, tegen eind 2009 toegewezen zal worden aan basis- en secundair onderwijs en basisgezondheidszorg, door middel van begrotingssteun of steun voor projecten en programma’s in verband met deze sectoren, met een gemiddelde over alle geografische gebieden en erkennend dat een bepaalde mate van flexibiliteit de norm moet zijn, bijvoorbeeld als het gaat om steun in uitzonderlijke gevallen.

Uiterlijk op 1 juli van elk jaar zal de Commissie het Europees Parlement en de Raad een jaarverslag over het ontwikkelingsbeleid en de buitenlandse hulp van de Unie voorleggen, waarin zij alle op haar rustende reglementaire rapportageverplichtingen nakomt en de ontwikkelingssamenwerking omstandig toelicht, met name wat betreft de mate waarin de doelstellingen zijn verwezenlijkt. In dit verslag zullen met name:

de strategische doelstellingen van het ontwikkelingsbeleid van de Unie en haar bijdrage aan de verwezenlijking van de voormalige benchmark van 35 % voor sociale infrastructuur en dienstverlening en de huidige benchmark van 20 % voor basis- en secundair onderwijs en basisgezondheidszorg, in het kader van de geografische samenwerking onder het financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking worden gepresenteerd en de doeltreffendheid en doelmatigheid worden beoordeeld van de samenwerking, met inbegrip van de voortgang met het coördineren van de steun, door de samenhang van de strategie van de Unie bij externe acties te verbeteren en door horizontale thema’s te integreren zoals gender, mensenrechten, conflictpreventie en milieu;

de belangrijkste resultaten van de evaluatie- en monitoringverslagen worden gepresenteerd, teneinde aan te geven in hoeverre de doelstellingen van de ondernomen acties worden verwezenlijkt;

de voornaamste aspecten van de samenwerking en de belangrijkste op dat gebied verrichte activiteiten in elke geografische regio worden samengevat, en

financiële gegevens worden verstrekt over de aan elke sector verleende hulp overeenkomstig de OESO-rapportagevereisten.

19 09 01   Samenwerking met ontwikkelingslanden in Latijns-Amerika

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

377 286 000

295 175 489

356 268 000

306 484 268

353 672 842,17

308 343 018,47

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor acties op het gebied van samenwerking met ontwikkelingslanden in Latijns-Amerika die ten doel hebben:

institutionele ondersteuning bij goed bestuur te ondersteunen en hulp te bieden bij de consolidatie van de democratie, de mensenrechten en de rechtsstaat;

sociale cohesie te bevorderen en armoede en sociale uitsluiting te bestrijden, waarbij bijzondere aandacht moet gaan naar het doorbreken van de vicieuze cirkel van de armoede waarmee personen met een handicap worden geconfronteerd;

een kmo-vriendelijk ondernemingsklimaat te bevorderen door middel van eigendomsrechten, vermindering van administratieve rompslomp en betere toegang tot krediet, alsmede versterking van organisaties van kleine en middelgrote ondernemingen;

de regionale integratie te ondersteunen;

het niveau van het onderwijs en de gezondheidszorg te verbeteren;

een groter gebruik van informatie- en communicatietechnologieën te bevorderen;

de capaciteitsopbouw te ondersteunen, met name in minder ontwikkelde landen, om hen te helpen met hun integratie in het multilaterale handelsstelsel, in het bijzonder door hun capaciteit voor deelname aan de Wereldhandelsorganisatie (OMC) te vergroten;

stimulering van de overdracht van kennis en bevordering van contacten en samenwerking tussen actoren uit het bedrijfsleven van beide partijen;

het leefmilieu in de betrokken landen beter geschikt te maken voor economische expansie en dus voor ontwikkeling;

het duurzame gebruik van natuurlijke hulpbronnen, duurzame energie en de strijd tegen de klimaatverandering te bevorderen;

rampenpreventie en risicobeperking, met inbegrip van gevaren die verband houden met de klimaatverandering, te ondersteunen;

vakbonden, niet-gouvernementele organisaties en plaatselijke initiatieven te ondersteunen bij het toezicht op het effect van Europese investeringen op de nationale economie, met name gedragscodes en sectorale overeenkomsten die betrekking hebben op de eerbieding van normen inzake arbeid, milieu en sociale en mensenrechten;

de ontwikkeling van een maatschappelijk middenveld ondersteunen, minder goed vertegenwoordigde groepen aanmoedigen om zich te laten horen en deel te nemen aan maatschappelijke organisaties en de politiek, waarbij alle vormen van discriminatie moeten worden bestreden en de rechten van vrouwen en kinderen en andere kwetsbare groepen zoals personen met een handicap en ouderen moeten worden versterkt.

Met uitzondering van humanitaire hulp mag geen bijstand aan regeringen worden verstrekt als een regering verantwoordelijk is voor de duidelijke verslechtering van de situatie op het gebied van democratie, de rechtsstaat en eerbiediging van de fundamentele rechten en vrijheden.

Dit krediet dient eveneens voor acties voor capaciteitsopbouw om landbouwproducenten in ontwikkelingslanden te helpen voldoen aan de sanitaire en fytosanitaire normen van de Unie, wat noodzakelijk is opdat zij toegang krijgen tot de uniale markt.

Indien hulp wordt verleend door middel van begrotingssteun, zal de Commissie de inspanningen van de partnerlanden steunen om parlementaire controle- en auditcapaciteit te ontwikkelen, in overeenstemming met artikel 25, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1905/2006.

Een deel van dit krediet dient ter ondersteuning van, onder meer, initiatieven als de EU-ALC Foundation (als besloten op de Top van staatshoofden en regeringsleiders van de EU en Latijns-Amerikaanse landen) en het Biarritz Forum.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Een deel van dit krediet dient, met passende inachtneming van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door ervaren deskundige vrijwilligers van de Unie die onder het European Senior Services Network (ESSN) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in bepaalde openbare of particuliere bedrijven.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluaties hebben onder meer betrekking op bepaalde initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Afgezien van humanitaire hulp en implementatiehulp van ngo's, de agentschappen van de Verenigde Naties of onpartijdige actoren mag geen hulp aan regeringen worden verstrekt, als deze regeringen verantwoordelijk zijn voor een duidelijke verergering van de situatie op het gebied van democratie, de rechtstaat en de eerbiediging van de fundamentele rechten en vrijheden.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Resolutie van het Europees Parlement van 1 juni 2006 over kleine en middelgrote ondernemingen in de ontwikkelingslanden (PB C 298 E van 8.12.2006, blz. 171).

19 09 02   Voorbereidende actie — Samenwerking met landen met een middeninkomen in Latijns-Amerika

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 000 000

p.m.

3 000 000

2 000 000,00

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van samenwerkingsmaatregelen in landen met een middeninkomen en andere ontwikkelingslanden in Latijns-Amerika.

Dit krediet dient ter financiering van samenwerkingsmaatregelen die niet beantwoorden aan de criteria voor officiële ontwikkelingshulp zoals bepaald door de Commissie voor Ontwikkelingsbijstand van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), en die bijgevolg niet binnen het bereik vallen van Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (artikel 2, lid 4) (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41), in het bijzonder maatregelen inzake samenwerking met sectoren die op eigen kracht tot ontwikkeling kunnen komen, zodat investeringen uit de algemene begroting van de Unie geen bijdrage leveren aan de armoedebestrijding in Latijns-Amerikaanse landen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Resolutie van het Europees Parlement van 15 februari 2007 betreffende landenstrategiedocumenten en indicatieve programma’s voor Maleisië, Brazilië en Pakistan (PB C 287 E van 29.11.2007, blz. 374).

Resolutie van het Europees Parlement van 7 juni 2007 betreffende de regionale strategiedocumenten en regionale indicatieve programma’s voor Mercosur en Latijns-Amerika (PB C 125 E van 22.5.2008, blz. 26).

Resolutie van het Europees Parlement van 9 juli 2008 betreffende de ontwerp-beschikking van de Commissie tot vaststelling van jaarlijkse actieprogramma’s voor Brazilië en Argentinië voor 2008 (PB C 294 E van 3.12.2009, blz. 19).

19 09 03   Samenwerkingsactiviteiten anders dan officiële ontwikkelingshulp (Latijns-Amerika)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 09 03

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

16 000 000

1 904 358

11 500 000

5 000 000

 

 

Totaal

16 000 000

1 904 358

11 500 000

5 000 000

 

 

Toelichting

Dit krediet heeft tot doel activiteiten anders dan de ontwikkelingshulp te ondersteunen met het oog op de uitbouw van verdere contacten met partners op een bilaterale, regionale of multilaterale basis.

Voor de kredieten voor deze begrotingslijn moet tussen de twee takken van de begrotingsautoriteit een akkoord worden gesloten over de meerjarenfinanciering van deze maatregelen met alle instrumenten waarin is voorzien in het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1), met name de punten 21, 22, 23 en 27.

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad tot vaststelling van een financieringsinstrument voor samenwerking met industrielanden en andere landen en gebiedsdelen met een hoog inkomen (COM (2009) 197 definitief), ingediend door de Commissie op 22 april 2009.

HOOFDSTUK 19 10 —   BETREKKINGEN MET AZIË, CENTRAAL-AZIË EN HET MIDDEN-OOSTEN (IRAK, IRAN, JEMEN)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 10

BETREKKINGEN MET AZIË, CENTRAAL-AZIË EN HET MIDDEN-OOSTEN (IRAK, IRAN, JEMEN)

19 10 01

Samenwerking met ontwikkelingslanden in Azië

19 10 01 01

Samenwerking met ontwikkelingslanden in Azië

4

543 767 740

490 372 184

523 450 000

483 097 103

532 081 200,21

446 561 508,33

19 10 01 02

Steun voor herstel en wederopbouw van Afghanistan

4

200 000 000

147 587 745

160 000 000

145 000 000

182 000 000,—

161 875 398,64

19 10 01 03

Voorbereidende actie — Handels- en wetenschappelijke uitwisselingen met India

4

2 500 000

4 500 000

5 000 000,—

540 702,—

19 10 01 04

Voorbereidende actie — Handels- en wetenschappelijke uitwisselingen met China

4

4 200 000

4 500 000

5 000 000,—

1 017 787,49

19 10 01 05

Voorbereidende maatregel — Samenwerking met landen met een middeninkomen in Azië

4

1 000 000

p.m.

1 300 000

2 000 000,—

339 265,—

19 10 01 06

Voorbereidende actie — Europese Unie-Azië — Integratie van beleid en praktijk

4

p.m.

650 000

1 000 000

1 000 000

 

 

 

Artikel 19 10 01 — Subtotaal

 

743 767 740

646 309 929

684 450 000

639 397 103

726 081 200,21

610 334 661,46

19 10 02

Samenwerking met ontwikkelingslanden in Centraal-Azië

4

107 186 000

76 174 320

124 478 000

70 000 000

93 372 411,99

63 444 053,53

19 10 03

Samenwerking met Irak, Iran en Jemen

4

38 947 000

42 848 055

46 970 000

60 000 000

62 038 000,—

53 395 699,50

19 10 04

Samenwerking anders dan officiële ontwikkelingshulp (Azië, Centraal-Azië, Irak, Iran en Jemen)

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

28 000 000

4 532 372

23 000 000

4 500 000

 

 

 

 

28 000 000

4 532 372

23 000 000

4 500 000

 

 

 

Hoofdstuk 19 10 — Totaal

 

889 900 740

765 332 304

855 898 000

769 397 103

881 491 612,20

727 174 414,49

Reserves (40 02 41)

 

28 000 000

4 532 372

23 000 000

4 500 000

 

 

 

 

917 900 740

769 864 676

878 898 000

773 897 103

881 491 612,20

727 174 414,49

Toelichting

Ontwikkelingssamenwerking in het kader van dit hoofdstuk heeft in eerste instantie tot doel bij te dragen tot de totstandkoming van de millenniumontwikkelingsdoelstellingen, alsook tot de bevordering van democratie, goed bestuur, eerbiediging van de mensenrechten en de rechtsstaat en ondersteuning van duurzame ontwikkeling en economische integratie. Overeenkomstig de verklaring van de Commissie over artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking ((PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41) (DCI) voor landen omschreven als ontvanger van officiële ontwikkelingshulp (ODA) door de OESO-Commissie voor Ontwikkelingsbijstand (DAC), blijft de Commissie jaarlijks verslag uitbrengen over de in het verleden gebruikte maar nu overbodige benchmark van 35 % van de steun aan ontwikkelingslanden die toegewezen moet worden aan sociale infrastructuur en dienstverlening, daarbij erkennend dat de uniale bijdrage moet worden gezien als deel van de algemene donorsteun aan de sociale sector en dat een bepaalde mate van flexibiliteit de norm dient te zijn.

Bovendien zal de Commissie, eveneens overeenkomstig deze verklaring, zich ervoor inzetten om te waarborgen dat een benchmark van 20 % van de toegewezen steun in het kader van de landenprogramma’s, gedekt door het instrument voor ontwikkelingssamenwerking, toegewezen zal worden aan basis- en secundair onderwijs en basisgezondheidszorg, door middel van begrotingssteun of steun voor projecten en programma’s in verband met deze sectoren, met een gemiddelde over alle geografische gebieden en erkennend dat een bepaalde mate van flexibiliteit de norm moet zijn, bijvoorbeeld als het gaat om steun in uitzonderlijke gevallen.

Vóór 1 juli van elk jaar zal de Commissie het Europees Parlement en de Raad een jaarverslag over het ontwikkelingsbeleid en de buitenlandse hulp van de Unie voorleggen, waarin zij alle op haar rustende reglementaire rapportageverplichtingen nakomt en de ontwikkelingssamenwerking omstandig toelicht, met name wat betreft de mate waarin de doelstellingen zijn verwezenlijkt. In dit verslag zullen met name:

de strategische doelstellingen van het ontwikkelingsbeleid van de Europese Unie en haar bijdrage aan de verwezenlijking van de voormalige benchmark van 35 % voor sociale infrastructuur en dienstverlening en de huidige benchmark van 20 % voor basis- en secundair onderwijs en basisgezondheidszorg, in het kader van de geografische samenwerking onder het financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking worden gepresenteerd en de doeltreffendheid en doelmatigheid worden beoordeeld van de samenwerking, met inbegrip van de voortgang met het coördineren van de steun, door de samenhang van de strategie van de Unie bij externe acties te verbeteren en door horizontale thema’s te integreren zoals gender, mensenrechten, conflictpreventie en milieu;

de belangrijkste resultaten van de evaluatie- en monitoringverslagen worden gepresenteerd, teneinde aan te geven in hoeverre de doelstellingen van de ondernomen acties worden verwezenlijkt;

de voornaamste aspecten van de samenwerking en de belangrijkste op dat gebied verrichte activiteiten in elke geografische regio worden samengevat, en

financiële gegevens worden verstrekt over de aan elke sector verleende hulp overeenkomstig de OESO-rapportagevereisten.

19 10 01   Samenwerking met ontwikkelingslanden in Azië

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van ontwikkelingacties in ontwikkelingslanden in Azië, en vooral in de armste daarvan, voor het verbeteren van de humane en sociale ontwikkeling alsook voor het oplossen van macro-economische en sectorale problemen. Er wordt voorrang verleend aan acties met een effect op de structuur van de economie, de ontwikkeling van de instellingen, de versterking van de burgermaatschappij, waaronder maatregelen met betrekking tot democratisering, onderwijs, beroepsopleiding, een leven lang leren, academische en culturele uitwisselingen, wetenschappelijke en technologische uitwisselingen, het milieu, de tropische bossen, drugsbestrijdingscampagnes, regionale samenwerking, acties ter voorkoming van rampen en acties voor wederopbouw, alsmede de bevordering van duurzame energie en informatie- en telecommunicatietechnologie.

De Commissie publiceert elk jaar een verslag over alle activiteiten op het gebied van externe hulp.

Verder kan dit krediet worden gebruikt voor acties en maatregelen van horizontale aard die ten doel hebben het profiel of de bekendheid van de samenwerking tussen de Unie en de ontwikkelingslanden in Azië te vergroten.

Tevens wordt onder dit artikel de steun geboekt voor de ontwikkeling van de civiele samenleving, met name de steun voor activiteiten van niet-gouvernementele organisaties die de rechten van kwetsbare groepen, zoals vrouwen, kinderen, etnische minderheden en gehandicapten, bevorderen en beschermen.

Dit krediet dient tevens voor de bevordering van een kmo-vriendelijk handelsklimaat door middel van eigendomsrechten, vermindering van administratieve rompslomp en betere toegang tot krediet, alsmede versterking van kmo-verenigingen.

De opname van deze kredieten wordt afhankelijk gesteld van de naleving van de beginselen die de grondslag vormen voor de acties van de Unie.

Het krediet moet voorts ook ten goede komen aan de wederzijdse belangen van de Unie en haar partners, door de dekking van uiteenlopende acties zoals technische bijstand, opleiding, technologie-overdracht en institutionele ondersteuningen op de gebieden handelsbevordering, energie (in het bijzonder hernieuwbare energiebronnen), milieu, management enz., met het oog op:

de verbetering van het economische, sociale, culturele, juridische en regelgevingsklimaat en de bevordering van de economische betrekkingen en het handelsverkeer tussen de Unie en Azië;

de bevordering van de regionale integratie;

de ondersteuning van capaciteitsopbouw, met name in de minst ontwikkelde landen, zodat deze landen beter kunnen integreren in het multilaterale handelsstelsel, onder meer door verbetering van hun vermogen om deel te nemen in de Wereldhandelsorganisatie (WTO);

stimulering van de overdracht van kennis en bevordering van contacten en samenwerking tussen actoren uit het bedrijfsleven van beide partijen;

bevordering van een gunstig klimaat voor economische expansie en dus voor de ontwikkeling in de betrokken landen;

aanmoediging van een groter gebruik van informatie- en communicatietechnologie.

Dit krediet dient tevens ter financiering van toekomstige initiatieven van de Unie ter ondersteuning en bevordering van een voortdurende dialoog en samenwerking tussen de particuliere sectoren en onderzoeksgemeenschappen in de Unie en India op een breed scala aan gebieden, door partnerschappen en uitwisselingen te versterken en aan te moedigen en gezamenlijke initiatieven te ondersteunen en door de informatiestroom op het gebied van toegang tot de handels- en investeringsmarkten te verbeteren, met name in het kader van een toekomstige vrijhandelsovereenkomst tussen de EU en India.

Het dient tevens voor onderwijs aan kinderen die het slachtoffer zijn geweest van oorlogen of natuurrampen.

Er kunnen maatregelen worden medegefinancierd met niet-gouvernementele en internationale organisaties.

Dit krediet dient tevens ter ondersteuning van rampenpreventie en risicobeperking, met inbegrip van gevaren die verband houden met de klimaatverandering.

Dit krediet is ook bedoeld voor acties van de Unie in het kader van het wederopbouwproces in Afghanistan.

De Commissie houdt toezicht op de naleving van de voorwaarden die verbonden zijn aan de bijdrage van de Unie aan dit proces, met name de volledige uitvoering naar de letter en de geest van de Overeenkomst van Bonn/Petersberg. Zij houdt de begrotingsautoriteit op de hoogte van haar bevindingen en conclusies.

Dit krediet dient ook ter ondersteuning van de Afghaanse nationale drugsbestrijdingsstrategie, die onder andere als doel heeft een einde te maken aan de opiumproductie in Afghanistan en de opiumnetwerken en illegale exportroutes naar Europese landen te ontwrichten en te vernietigen.

Een deel van het krediet is bestemd voor de verbetering van de situatie van vrouwen, met prioriteit voor acties op het gebied van volksgezondheid en onderwijs, en ter ondersteuning van hun actieve betrokkenheid bij alle besluitvormingsgebieden en -niveaus, met inachtneming van het Financieel Reglement.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluaties hebben onder meer betrekking op bepaalde initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Een deel van dit krediet dient, met passende inachtneming van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door ervaren deskundige vrijwilligers van de Unie die onder het European Senior Services Network (ESSN) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in bepaalde openbare of particuliere bedrijven.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Resolutie van het Europees Parlement van 1 juni 2006 over kleine en middelgrote ondernemingen in de ontwikkelingslanden (PB C 298 E van 8.12.2006, blz. 171).

19 10 01 01   Samenwerking met ontwikkelingslanden in Azië

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

543 767 740

490 372 184

523 450 000

483 097 103

532 081 200,21

446 561 508,33

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van ontwikkelingacties in ontwikkelingslanden in Azië, en vooral in de armste daarvan, voor het verbeteren van de humane en sociale ontwikkeling alsook voor het oplossen van macro-economische en sectorale problemen. Overeenkomstig de verklaring van de Commissie over artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41), zal de Commissie zich ervoor inzetten om te waarborgen dat een benchmark van 20 % van de toegewezen steun in het kader van de landenprogramma’s, gedekt door het instrument voor ontwikkelingssamenwerking, toegewezen zal worden aan basis- en secundair onderwijs en basisgezondheidszorg, door middel van begrotingssteun of steun voor projecten en programma’s in verband met deze sectoren, met een gemiddelde over alle geografische gebieden en erkennend dat een zekere mate van flexibiliteit de norm moet zijn, bijvoorbeeld als het gaat om gevallen waarin uitzonderlijke steun moet worden verleend.

Er wordt voorrang verleend aan acties met een effect op de structuur van de economie, de ontwikkeling van de instellingen, de versterking van de burgermaatschappij, waaronder maatregelen met betrekking tot democratisering, toegang voor alle jongens, meisjes, vrouwen en kinderen met een handicap tot basis- en secundair onderwijs, het milieu en het duurzame beheer van natuurlijke hulpbronnen, met inbegrip van tropische bossen, regionale samenwerking, rampenpreventie en risicobeperking, met inbegrip van gevaren die verband houden met de klimaatverandering, en acties voor wederopbouw, alsmede de bevordering van duurzame energie, de strijd tegen de klimaatverandering en informatie- en telecommunicatietechnologie.

Verder kan dit krediet worden gebruikt voor acties en maatregelen van horizontale aard die ten doel hebben het profiel of de bekendheid van de samenwerking tussen de Unie en de ontwikkelingslanden in Azië te vergroten.

Tevens wordt onder deze post de steun geboekt voor de ontwikkeling van de civiele samenleving, met name de steun voor activiteiten van niet-gouvernementele organisaties die de rechten van kwetsbare groepen, zoals vrouwen, kinderen, etnische minderheden en gehandicapten, bevorderen en beschermen.

Dit krediet is tevens bestemd ter ondersteuning van microfinancieringsprogramma’s.

Dit krediet dient eveneens voor acties voor capaciteitsopbouw om landbouwproducenten in ontwikkelingslanden te helpen voldoen aan de sanitaire en fytosanitaire normen van de Unie, wat noodzakelijk is opdat zij toegang krijgen tot de uniale markt.

De opname van deze kredieten wordt afhankelijk gesteld van de naleving van de beginselen die de grondslag vormen voor de acties van de Unie.

Tevens dient het voor maatregelen met een effect op de structuur van de economie en de ontwikkeling van de instellingen.

Het krediet dient voorts ter dekking van technische bijstand, opleiding, technologie-overdracht en institutionele ondersteuning op het gebied van handelsbevordering, energie (met name hernieuwbare energiebronnen), milieu, management, enz., met het oog op:

bevordering van de regionale integratie;

ondersteuning van capaciteitsopbouw, met name in de minst ontwikkelde landen, zodat deze landen beter kunnen integreren in het multilaterale handelsstelsel, onder meer door verbetering van hun vermogen om deel te nemen in de Wereldhandelsorganisatie (WTO);

stimulering van de overdracht van kennis en bevordering van contacten en samenwerking tussen actoren uit het bedrijfsleven van beide partijen;

een groter gebruik van informatie- en communicatietechnologieën te bevorderen;

het bevorderen van de ontwikkeling van het maatschappelijk middenveld, waarbij minder goed vertegenwoordigde groepen worden aangemoedigd zich te laten horen en deel te nemen aan maatschappelijke organisaties en de politiek en waarbij alle vormen van discriminatie moeten worden bestreden, en het versterken van de rechten van vrouwen en kinderen en andere kwetsbare groepen zoals personen met een handicap en ouderen.

Het bestrijkt ook onderwijs voor kinderen die het slachtoffer zijn van oorlog of natuurrampen.

Er kunnen maatregelen worden medegefinancierd met niet-gouvernementele en internationale organisaties.

Een deel van het krediet is bestemd voor de verbetering van de situatie van vrouwen, met prioriteit voor acties op het gebied van volksgezondheid en onderwijs, en ter ondersteuning van hun actieve betrokkenheid bij alle besluitvormingsgebieden en -niveaus, met passende inachtneming van het Financieel Reglement.

Een deel van dit krediet is bestemd voor acties ter controle en verwijdering van antipersoneelsmijnen, explosieve overblijfselen van oorlogshandelingen en onwettige handvuurwapens en lichte wapens.

Indien hulp wordt verleend door middel van begrotingssteun, zal de Commissie de inspanningen van de partnerlanden steunen om parlementaire controle- en auditcapaciteit te ontwikkelen, in overeenstemming met artikel 25, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1905/2006.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Een deel van dit krediet dient, met passende inachtneming van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door ervaren deskundige vrijwilligers van de Unie die onder het European Senior Services Network (ESSN) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in bepaalde openbare of particuliere bedrijven.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluaties hebben onder meer betrekking op bepaalde initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

19 10 01 02   Steun voor herstel en wederopbouw van Afghanistan

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

200 000 000

147 587 745

160 000 000

145 000 000

182 000 000,00

161 875 398,64

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van acties van de Unie in het kader van het wederopbouwproces in Afghanistan. Het wordt aangevuld met uitgaven van andere hoofdstukken en artikelen, waarop verschillende procedures van toepassing zijn.

De Commissie houdt toezicht op de naleving van de voorwaarden die verbonden zijn aan de bijdrage van de Unie aan dit proces, met name de volledige uitvoering van het post-Bonn-proces. Zij houdt de begrotingsautoriteit op de hoogte van haar bevindingen en conclusies.

Dit krediet dient ter ondersteuning van sociale basisvoorzieningen en de economische ontwikkeling in Afghanistan.

Het dient tevens ter ondersteuning van de Afghaanse nationale strategie voor de drugscontrole, inclusief het stopzetten van de opiumproductie in Afghanistan, alsook van de verstoring en vernietiging van de opiumnetwerken en illegale exportroutes naar Europese landen.

Een deel van het krediet is bestemd voor de financiering van een programma voor de geleidelijke stopzetting van de opiumteelt, door deze te vervangen door alternatieve gewassen.

Het is onder meer bestemd voor de bijdrage van de Unie aan het proces dat, overeenkomstig de verbintenissen die de Europese Gemeenschap op de conferentie van Tokio in januari 2002 is aangegaan, de terugkeer van Afghaanse vluchtelingen en ontheemden naar hun land en streek van herkomst mogelijk maakt.

Dit krediet dient tevens ter dekking van activiteiten van vrouwenorganisaties die reeds lange tijd opkomen voor de rechten van Afghaanse vrouwen.

De Unie moet haar financiële steun voor Afghanistan verhogen op de volgende terreinen: gezondheidszorg (bouw en renovatie van ziekenhuizen, voorkomen van kindersterfte), kleine en middelgrote infrastructuurprojecten (herstel van het wegennet, dijken, enz.). Eveneens moet worden gezorgd voor de effectieve implementatie van maatregelen in verband met werkzekerheid en voedselzekerheid.

Een deel van dit krediet dient voor het mainstreamen van rampenrisicovermindering op basis van verantwoordelijkheid en van nationale strategieën van vaak door rampen getroffen landen.

Een deel van het krediet is bestemd voor de verbetering van de situatie van vrouwen, met prioriteit voor acties op het gebied van volksgezondheid en onderwijs, en ter ondersteuning van hun actieve betrokkenheid bij alle besluitvormingsgebieden en -niveaus, met passende inachtneming van het Financieel Reglement.

Ook bij alle andere acties en projecten waaraan met deze kredieten steun wordt gegeven, zal bijzondere aandacht worden besteed aan de situatie van vrouwen en meisjes.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

19 10 01 03   Voorbereidende actie — Handels- en wetenschappelijke uitwisselingen met India

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 500 000

4 500 000

5 000 000,00

540 702,00

Toelichting

Deze voorbereidende actie is bestemd voor het ondersteunen van uitwisselingen tussen Europese en Indiase bedrijven, bedrijfstakken en onderzoeksinstellingen. Dit is van belang om de contacten tussen de zakenwereld en onderzoekers van de Unie in snel groeiende economieën zoals India te verbeteren. Deze actie strookt met de resolutie van het Europees Parlement van 18 mei 2006 over de begroting 2007: Mededeling van de Commissie over de jaarlijkse beleidsstrategie (JBS) (PB C 297 E van 7.12.2006, blz. 357) waarin staat dat er onvoldoende aandacht wordt besteed aan de enorme en uiterst snelle veranderingen die de wereldeconomie ondergaat, met name in opkomende economieën zoals China en India.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 10 01 04   Voorbereidende actie — Handels- en wetenschappelijke uitwisselingen met China

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 200 000

4 500 000

5 000 000,00

1 017 787,49

Toelichting

Deze voorbereidende actie is bestemd voor het ondersteunen van uitwisseling van Europese en Chinese zakenlieden en wetenschappers van universiteiten en onderzoeksinstellingen. Dit is van belang om de contacten tussen de zakenwereld en onderzoekers van de Unie in snel groeiende economieën zoals China te verbeteren. Deze actie strookt met paragraaf 4 van de resolutie van het Europees Parlement van 18 mei 2006 over de begroting 2007: Mededeling van de Commissie over de jaarlijkse beleidsstrategie (JBS) (PB C 297 E van 7.12.2006, blz. 357) waarin staat dat er onvoldoende aandacht wordt besteed aan de enorme en uiterst snelle veranderingen die de wereldeconomie ondergaat, met name in opkomende economieën zoals China en India.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 10 01 05   Voorbereidende maatregel — Samenwerking met landen met een middeninkomen in Azië

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

p.m.

1 300 000

2 000 000,00

339 265,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van samenwerkingsmaatregelen in landen met een middeninkomen en andere ontwikkelingslanden in Azië die niet beantwoorden aan de criteria voor officiële ontwikkelingshulp zoals bepaald door de Commissie voor Ontwikkelingsbijstand van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), en die bijgevolg niet binnen het bereik vallen van Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (artikel 2, lid 4) (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41), in het bijzonder maatregelen inzake samenwerking met sectoren die op eigen kracht tot ontwikkeling kunnen komen, zodat investeringen uit de algemene begroting van de Unie geen bijdrage leveren aan de armoedebestrijding in Aziatische landen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Resolutie van het Europees Parlement van 15 februari 2007 betreffende landenstrategiedocumenten en indicatieve programma’s voor Maleisië, Brazilië en Pakistan (PB C 287 E van 29.11.2007, blz. 374);

Resolutie van het Europees Parlement van 21 juni 2007 betreffende de regionale strategie en het indicatieve meerjarenprogramma voor Azië (PB C 146 E van 12.6.2008, blz. 257);

Resolutie van het Europees Parlement van 25 oktober 2007 betreffende de ontwerp-beschikking van de Commissie tot vaststelling van een bijzondere maatregel voor 2007 voor Irak (PB C 263 E van 16.10.2008, blz. 624).

19 10 01 06   Voorbereidende actie — Europese Unie-Azië — Integratie van beleid en praktijk

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

650 000

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

De voorbereidende actie is bestemd voor een integrerende benadering van de ontwikkeling en uitoefening van beleid voor Europese Unie-Azië. Deze alomvattende benadering zoals ontwikkeld door het European Institute for Asian Studies betreft activiteiten onder meerdere rechtsgrondslagen en ondergebracht onder een groot aantal begrotingslijnen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 10 02   Samenwerking met ontwikkelingslanden in Centraal-Azië

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

107 186 000

76 174 320

124 478 000

70 000 000

93 372 411,99

63 444 053,53

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering of gedeeltelijke financiering van bijstandsmaatregelen op het niveau van regeringen, instellingen, niet-gouvernementele organisaties en de particuliere sector ter ondersteuning van armoedevermindering, de bevordering en bescherming van de mensenrechten, de overgang naar een markteconomie en versterking van de democratie en de rechtsstaat in de partnerlanden.

De bovengenoemde maatregelen omvatten onder andere ondersteuning voor institutionele, juridische en administratieve hervormingen, ondersteuning van de particuliere sector en bijstand voor economische ontwikkeling, ondersteuning voor maatregelen ter verzachting van de sociale gevolgen van de overgang, met inbegrip van hervormingen van de sociale sectoren, de ontwikkeling van infrastructuurnetwerken, de bevordering van de milieubescherming en het beheer van natuurlijke hulpbronnen, duurzame energie, de strijd tegen de klimaatverandering, rampenpreventie en risicobeperking, met inbegrip van gevaren die verband houden met de klimaatverandering, en de ontwikkeling van de plattelandseconomie.

Dit krediet dient tevens ter financiering van acties op het gebied van sociale basisvoorzieningen, waaronder basisonderwijs, basisgezondheidszorg, reproductieve gezondheidszorg, met inbegrip van hiv/aids, de bestrijding van gedwongen abortus, genitale verminking bij vrouwen en gedwongen sterilisatie, basisdrinkwatervoorziening en sanitaire basisvoorzieningen.

Het krediet moet gedeeltelijk worden gebruikt, met passende inachtneming van het Financieel Reglement, voor de bevordering van de democratie en de rechtstaat.

Een deel van dit krediet is bestemd voor acties ter controle en verwijdering van antipersoneelsmijnen, explosieve overblijfselen van oorlogshandelingen en onwettige handvuurwapens en lichte wapens.

Dit krediet dient eveneens voor acties voor capaciteitsopbouw om landbouwproducenten in ontwikkelingslanden te helpen voldoen aan de sanitaire en fytosanitaire normen van de Unie, wat noodzakelijk is opdat zij toegang krijgen tot de uniale markt.

Indien hulp wordt verleend door middel van begrotingssteun, zal de Commissie de inspanningen van de partnerlanden steunen om parlementaire controle- en auditcapaciteit te ontwikkelen, in overeenstemming met artikel 25, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1905/2006.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandelingesluit, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

Deze bijdragen geboekt onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten vormen bestemmingsontvangsten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De op het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve steun ingeschreven bedragen zullen worden vastgelegd in de bijdrageovereenkomsten voor elk operationeel programma, met een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het overeenstemmende programma voor elk hoofdstuk.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluaties hebben onder meer betrekking op bepaalde initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Een deel van dit krediet dient, met passende inachtneming van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door ervaren deskundige vrijwilligers van de Unie die onder het European Senior Services Network (ESSN) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in bepaalde openbare of particuliere bedrijven.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

19 10 03   Samenwerking met Irak, Iran en Jemen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

38 947 000

42 848 055

46 970 000

60 000 000

62 038 000,00

53 395 699,50

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter dekking van acties in Irak, Jemen en, afhankelijk van de huidige analyse van de Commissie in dit gebied, potentieel ook acties op het gebied van menselijke en sociale ontwikkeling in Iran. Wat Irak betreft, is het krediet bestemd ter dekking van acties van de Unie in het kader van het wederopbouwproces in Irak. In Jemen betreft het acties die gericht zijn op het bevorderen van goed bestuur en armoedebestrijding (ondersteuning van sociale sectoren en de private sector).

Dit krediet dient eveneens voor acties voor capaciteitsopbouw om landbouwproducenten in ontwikkelingslanden te helpen voldoen aan de sanitaire en fytosanitaire normen van de Unie, wat noodzakelijk is opdat zij toegang krijgen tot de uniale markt.

Eventuele inkomsten afkomstig van financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. De onder artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluaties hebben onder meer betrekking op bepaalde initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Een deel van dit krediet dient, voldoende rekening houdend met de bepalingen van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door ervaren deskundige vrijwilligers van de Unie die onder het European Senior Services Network (ESSN) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in bepaalde openbare of particuliere bedrijven.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

19 10 04   Samenwerking anders dan officiële ontwikkelingshulp (Azië, Centraal-Azië, Irak, Iran en Jemen)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 10 04

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

28 000 000

4 532 372

23 000 000

4 500 000

 

 

Totaal

28 000 000

4 532 372

23 000 000

4 500 000

 

 

Toelichting

Dit krediet heeft tot doel activiteiten anders dan de ontwikkelingshulp te ondersteunen met het oog op de uitbouw van verdere contacten met partners op een bilaterale, regionale of multilaterale basis.

Voor de kredieten voor deze begrotingslijn moet tussen de twee takken van de begrotingsautoriteit een akkoord worden gesloten over de meerjarenfinanciering van deze maatregelen met alle instrumenten waarin is voorzien in het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1), met name de punten 21, 22, 23 en 27.

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad tot vaststelling van een financieringsinstrument voor samenwerking met industrielanden en andere landen en gebiedsdelen met een hoog inkomen (COM(2009) 197 definitief), door de Commissie ingediend op 22 april 2009.

HOOFDSTUK 19 11 —   BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „EXTERNE BETREKKINGEN”

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 11

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „EXTERNE BETREKKINGEN”

19 11 01

Evaluatie van de resultaten van uniale hulp en follow-up- en auditmaatregelen

4

14 000 000

13 330 506

14 000 000

14 000 000

14 000 000,—

12 299 991,29

19 11 02

Voorlichtingsprogramma’s gericht op derde landen

4

12 500 000

12 378 327

12 500 000

14 000 000

23 438 681,72

9 024 283,68

19 11 03

De Europese Unie in de wereld

4

4 000 000

2 856 537

5 000 000

4 400 000

3 744 805,78

3 062 762,66

19 11 04

Instellingen die gespecialiseerd zijn in betrekkingen tussen de Unie en derde landen

4

p.m.

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 19 11 — Totaal

 

30 500 000

28 565 370

31 500 000

32 400 000

41 183 487,50

24 387 037,63

19 11 01   Evaluatie van de resultaten van uniale hulp en follow-up- en auditmaatregelen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 000 000

13 330 506

14 000 000

14 000 000

14 000 000,00

12 299 991,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van evaluaties, toezicht en steunmaatregelen tijdens de fase van programmering, opstelling, uitvoering en evaluatie van ontwikkelingsmaatregelen, -strategieën en -beleid, waaronder:

studies naar de effectiviteit, doeltreffendheid, relevantie, impact en levensvatbaarheid;

monitoring van maatregelen tijdens hun uitvoering en na de voltooiing ervan;

steunmaatregelen ter verbetering van de kwaliteit van de monitoring van lopende maatregelen en de voorbereiding van toekomstige maatregelen;

voorlichting en feedback over bevindingen, conclusies en aanbevelingen van de evaluaties naar het besluitvormingsproces;

verbetering van de gebruikte methoden, teneinde de kwaliteit en toepasselijkheid van de evaluaties te verhogen;

feedback en voorlichting over methodologische vooruitgang ter verbetering van de kwaliteit en de bruikbaarheid van de evaluaties;

onderzoek naar mogelijke evaluatiemethoden voor programma’s die op niet-structurele maatregelen gebaseerd zijn, zoals alle maatregelen die verband houden met vredeshandhaving, vredesonderwijs, verzoening, enz.

Dit krediet dient tevens ter dekking van de financiering van auditactiviteiten met betrekking tot het beheer van de op het gebied van de buitenlandse hulp door de Commissie ten uitvoer gelegde programma’s en projecten. Het dient voorts ter dekking van de financiering van opleidingsactiviteiten toegespitst op de specifieke voorschriften betreffende de buitenlandse hulp van de Unie en georganiseerd ten behoeve van externe auditors.

Bovendien dient het krediet ter ondersteuning van de voortdurende inspanningen voor de ontwikkeling van meetinstrumenten en indicatoren van de resultaten van ontwikkelingssamenwerking.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 11 02   Voorlichtingsprogramma’s gericht op derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 500 000

12 378 327

12 500 000

14 000 000

23 438 681,72

9 024 283,68

Toelichting

De in het kader van dit artikel te verrichten voorlichtingsactiviteiten kunnen in twee grote categorieën worden ingedeeld: horizontale activiteiten en logistieke ondersteuning vanuit de zetel, en activiteiten die in derde landen en ten aanzien van internationale organisaties door delegaties van de Unie worden ondernomen.

Activiteiten die vanuit de zetel worden ondernomen:

het programma EUVP (European Union Visitors Programme — Bezoekersprogramma van de Europese Unie), een gezamenlijk programma van het Europees Parlement en de Commissie, biedt jaarlijks ongeveer 170 door de delegaties voorgestelde personen de gelegenheid om in contact te komen met de Unie door middel van een bezoek aan het Europees Parlement en de Commissie in het kader van een individueel, op maat gesneden thematisch bezoekersprogramma;

de productie en distributie van publicaties over prioritaire onderwerpen in het kader van een jaarprogramma;

de productie en distributie van audiovisueel materiaal;

de ontwikkeling van voorlichting in elektronische vorm (via internet en e-mailsystemen);

de organisatie van bezoeken voor groepen journalisten;

de ondersteuning van voorlichtingsacties door opinieleiders, in samenhang met de prioriteiten van de Unie;

De Commissie zal nieuwsuitzendingen in het Farsi blijven financieren.

Gedecentraliseerde activiteiten van delegaties in derde landen en ten aanzien van internationale organisaties.

Overeenkomstig de communicatiedoelstellingen die voor iedere regio en ieder land zijn vastgesteld, stellen de delegaties een jaarlijks communicatieplan op dat na goedkeuring door de hoofdzetel uit de begroting wordt gefinancierd en dat betrekking heeft op de volgende artikelen:

websites;

contacten met de media (persconferenties, studiebijeenkomsten, radioprogramma’s, enz.);

voorlichtingsmateriaal (overige publicaties, grafisch materiaal, enz.);

organisatie van evenementen, inclusief culturele activiteiten;

nieuwsbrieven;

voorlichtingscampagnes.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 11 03   De Europese Unie in de wereld

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 000 000

2 856 537

5 000 000

4 400 000

3 744 805,78

3 062 762,66

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van prioritaire voorlichtings- en communicatieactiviteiten die zijn gericht op de burgers van de Unie en betrekking hebben op het gehele buitenlandse beleid van de Unie.

In de voorlichtingsacties zullen onderstaande gebieden aan de orde worden gesteld, maar kan ook aandacht worden besteed aan andere aspecten van de buitenlandse betrekkingen van de Unie, met name in verband met de toekomst van het buitenlandse beleid van de Unie:

de onbekendheid van het grote publiek met de buitenlandse hulp aanpakken. Het doel hiervan is te verduidelijken dat de buitenlandse hulp onlosmakelijk deel uitmaakt van de activiteiten van de Unie en een van de cruciale beleidsvormen is die het gezicht van de Unie en haar rol in de wereld bepalen en het besef te laten doordringen dat Unie namens de burgers van de Unie tastbare resultaten behaalt op het vlak van armoedebestrijding en het bevorderen van duurzame mondiale ontwikkeling van hoge kwaliteit.

het „Europees nabuurschapsbeleid” (ENB). Het Europees nabuurschapsbeleid bouwt voort op een mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 11 maart 2003, getiteld „De grotere Europese nabuurschap: een nieuw kader voor de betrekkingen met de oostelijke en zuidelijke buurlanden” (COM(2003) 104 definitief). Met de onder deze activiteit vallende maatregelen zal opnieuw informatie worden verstrekt over de activiteiten van de Unie in het kader van haar Europees nabuurschapsbeleid;

in samenwerking met de Raad te verrichten voorlichtingsactiviteiten over de doelstellingen en de ontwikkeling van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid;

de organisatie van bezoeken voor groepen van vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld.

De Commissie heeft haar goedkeuring gehecht aan twee mededelingen aan het Europees Parlement, de Raad, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's betreffende een nieuw kader voor praktische samenwerking in verband met het voorlichtings- en communicatiebeleid van de Europese Unie (COM(2001) 354 definitief en COM(2002) 350 definitief). In deze mededelingen wordt een kader voorgesteld voor interinstitutionele samenwerking tussen de instellingen en de lidstaten met het oog op de ontwikkeling van een voorlichtings- en communicatiestrategie van de Unie.

De Interinstitutionele Groep voor voorlichting (IGV), die gezamenlijk wordt voorgezeten door het Europees Parlement, de Raad en de Commissie, stelt gezamenlijke richtsnoeren vast voor de onderwerpen die onder de interinstitutionele samenwerking op het gebied van voorlichting en communicatie vallen. De IGV coördineert de op het grote publiek gerichte gecentraliseerde en gedecentraliseerde voorlichtingsactiviteiten over Europese onderwerpen. De IGV stelt jaarlijks de prioriteiten voor de komende jaren vast, op basis van door de Commissie verstrekte informatie.

Op dit artikel mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

19 11 04   Instellingen die gespecialiseerd zijn in betrekkingen tussen de Unie en derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van nog uitstaande betalingen in verband met de subsidie van 2005 voor de begrotingen van verscheidene centra, instituten en netwerken die een erkende specialisatie hebben opgebouwd op het gebied van het analyseren en volgen van de betrekkingen tussen de Unie en de regio's waarop het beleid voor externe betrekkingen van toepassing is.

Rechtsgronden

Besluit nr. 2003/911/EG van de Raad van 22 december 2003 tot vaststelling van een communautair actieprogramma voor organen die het wederzijds begrip in de betrekkingen tussen de Europese Unie en bepaalde regio's van de wereld bevorderen (PB L 342 van 30.12.2003, blz. 53).

Verordening (EG) nr. 975/1999 van de Raad van 29 april 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitvoering van acties op het gebied van de ontwikkelingssamenwerking die een bijdrage leveren tot de verwezenlijking van de algemene doelstelling van ontwikkeling en consolidatie van de democratie en de rechtsstaat, alsmede van de doelstelling van eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden (PB L 120 van 8.5.1999, blz. 1) en Verordening (EG) nr. 976/1999 van de Raad van 29 april 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitvoering van niet onder de ontwikkelingssamenwerking vallende communautaire acties die binnen het kader van het communautaire samenwerkingsbeleid een bijdrage leveren tot de algemene doelstelling van ontwikkeling en consolidatie van de democratie en de rechtsstaat, alsmede tot de doelstelling van eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden in derde landen (PB L 120 van 8.5.1999, blz. 8).

Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

HOOFDSTUK 19 49 —   UITGAVEN VOOR ADMINISTRATIEF BEHEER VAN PROGRAMMA’S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

19 49

UITGAVEN VOOR ADMINISTRATIEF BEHEER VAN PROGRAMMA’S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

19 49 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 49 04 04

Financiële en technische samenwerking met Aziatische ontwikkelingslanden — Uitgaven voor administratief beheer

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

19 49 04 05

Financiële en technische samenwerking met Latijns-Amerikaanse ontwikkelingslanden — Uitgaven voor administratief beheer

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

19 49 04 06

Bijstand aan de partnerlanden van Oost-Europa en Centraal-Azië — Uitgaven voor administratief beheer

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

19 49 04 12

Meda (maatregelen ter ondersteuning van de hervorming van de economische en sociale structuren in de derde landen van het Middellandse Zeegebied) — Uitgaven voor administratief beheer

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 19 49 04 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 19 49 — Totaal

 

p.m.

p.m.

0,—

0,—

19 49 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Externe betrekkingen”

19 49 04 04   Financiële en technische samenwerking met Aziatische ontwikkelingslanden — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient voor de afwikkeling van de vastleggingen die zijn gedaan ten laste van post 19 01 04 04 (oude artikelen B7-3 0 0 A, B7-3 0 2 A en B7-3 0 4 A) die voorheen gesplitste kredieten omvatte.

19 49 04 05   Financiële en technische samenwerking met Latijns-Amerikaanse ontwikkelingslanden — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient voor de afwikkeling van de vastleggingen die zijn gedaan ten laste van post 19 01 04 05 (oude artikelen B7-3 1 0 A, B7-3 1 2 A en B7-3 1 3 A) die voorheen gesplitste kredieten omvatte.

19 49 04 06   Bijstand aan de partnerlanden van Oost-Europa en Centraal-Azië — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient voor de afwikkeling van de vastleggingen die zijn gedaan ten laste van post 19 01 04 07 (oud artikel B7-5 2 0 A) die voorheen gesplitste kredieten omvatte.

19 49 04 12   Meda (maatregelen ter ondersteuning van de hervorming van de economische en sociale structuren in de derde landen van het Middellandse Zeegebied) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient voor de afwikkeling van de vastleggingen die zijn gedaan ten laste van post 19 01 04 06 (oud artikel B7-4 1 0 A) die voorheen gesplitste kredieten omvatte.

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR DE DIENST VOOR SAMENWERKING EUROPEAID (RELEX)

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL BUITENLANDSE BETREKKINGEN

BUITENLANDSE DIENST

MULTILATERALE BETREKKINGEN EN ALGEMENE KWESTIES OP HET GEBIED VAN EXTERNE BETREKKINGEN

TITEL 20

HANDEL

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 01

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „HANDEL”

91 567 905

91 567 905

65 417 119

65 417 119

66 048 176,62

66 048 176,62

Reserves (40 01 40)

34 787

34 787

125 941

125 941

 

 

 

91 602 692

91 602 692

65 543 060

65 543 060

66 048 176,62

66 048 176,62

20 02

HANDELSPOLITIEK

13 500 000

12 854 416

13 500 000

16 500 000

11 700 610,44

12 338 987,59

 

Titel 20 — Totaal

105 067 905

104 422 321

78 917 119

81 917 119

77 748 787,06

78 387 164,21

Reserves (40 01 40)

34 787

34 787

125 941

125 941

 

 

 

105 102 692

104 457 108

79 043 060

82 043 060

77 748 787,06

78 387 164,21

HOOFDSTUK 20 01 —   HUISHOUDELIJKE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „HANDEL”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 01

HUISHOUDELIJKE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „HANDEL”

20 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Handel”

20 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij het directoraat-generaal Handel

5

45 769 177

44 871 483

45 047 711,99

Reserves (40 01 40)

 

34 787

125 941

 

 

 

45 803 964

44 997 424

45 047 711,99

20 01 01 02

Uitgaven voor personeel in actieve dienst, delegaties van de Unie

5

13 465 765

3 679 704

3 422 785,26

 

Artikel 20 01 01 — Subtotaal

 

59 234 942

48 551 187

48 470 497,25

Reserves (40 01 40)

 

34 787

125 941

 

 

 

59 269 729

48 677 128

48 470 497,25

20 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Handel”

20 01 02 01

Extern personeel bij het directoraat-generaal Handel

5

3 620 337

3 590 006

3 430 790,84

20 01 02 02

Extern personeel, delegaties van de Unie

5

5 962 614

1 299 206

1 160 480,96

20 01 02 11

Andere beheersuitgaven voor het directoraat-generaal Handel

5

4 730 324

5 048 866

5 648 453,—

20 01 02 12

Overige beheersuitgaven voor delegaties van de Unie

5

1 756 286

362 188

342 164,50

 

Artikel 20 01 02 — Subtotaal

 

16 069 561

10 300 266

10 581 889,30

20 01 03

Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten, gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Handel”

20 01 03 01

Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten bij het directoraat-generaal Handel

5

3 316 439

3 281 377

3 536 371,59

20 01 03 02

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor delegaties van de Unie

5

12 516 963

2 854 289

3 060 816,44

 

Artikel 20 01 03 — Subtotaal

 

15 833 402

6 135 666

6 597 188,03

20 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Handel”

20 01 04 01

Buitenlandse handelsbetrekkingen, met inbegrip van de toegang tot de markt van derde landen — Uitgaven voor administratief beheer

4

430 000

430 000

398 602,04

 

Artikel 20 01 04 — Subtotaal

 

430 000

430 000

398 602,04

 

Hoofdstuk 20 01 — Totaal

 

91 567 905

65 417 119

66 048 176,62

Reserves (40 01 40)

 

34 787

125 941

 

 

 

91 602 692

65 543 060

66 048 176,62

20 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Handel”

20 01 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij het directoraat-generaal Handel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

20 01 01 01

45 769 177

44 871 483

45 047 711,99

Reserves (40 01 40)

34 787

125 941

 

Totaal

45 803 964

44 997 424

45 047 711,99

20 01 01 02   Uitgaven voor personeel in actieve dienst, delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

13 465 765

3 679 704

3 422 785,26

20 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Handel”

20 01 02 01   Extern personeel bij het directoraat-generaal Handel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 620 337

3 590 006

3 430 790,84

20 01 02 02   Extern personeel, delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 962 614

1 299 206

1 160 480,96

20 01 02 11   Andere beheersuitgaven voor het directoraat-generaal Handel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 730 324

5 048 866

5 648 453,00

20 01 02 12   Overige beheersuitgaven voor delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 756 286

362 188

342 164,50

20 01 03   Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten, gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Handel”

20 01 03 01   Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten bij het directoraat-generaal Handel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 316 439

3 281 377

3 536 371,59

20 01 03 02   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 516 963

2 854 289

3 060 816,44

20 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Handel”

20 01 04 01   Buitenlandse handelsbetrekkingen, met inbegrip van de toegang tot de markt van derde landen — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

430 000

430 000

398 602,04

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor onderzoeken, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma of maatregelen die onder deze post vallen, alsmede uitgaven voor technische en administratieve bijstand die geen overheidstaken betreft en die de Commissie uitbesteedt in het kader van specifieke dienstverleningscontracten, zoals het onderhoud van de website van het directoraat-generaal Handel.

Het dient voor de financiering van administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 20 02 01.

HOOFDSTUK 20 02 —   HANDELSPOLITIEK

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 02

HANDELSPOLITIEK

20 02 01

Buitenlandse handelsbetrekkingen, met inbegrip van de toegang tot de markt van derde landen

4

9 000 000

8 569 611

9 000 000

12 000 000

7 658 981,44

8 567 332,59

20 02 02

Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt

1.1

p.m.

0,—

0,—

20 02 03

Aid for trade — Multilaterale initiatieven

4

4 500 000

4 284 805

4 500 000

4 500 000

4 041 629,—

3 771 655,—

 

Hoofdstuk 20 02 — Totaal

 

13 500 000

12 854 416

13 500 000

16 500 000

11 700 610,44

12 338 987,59

20 02 01   Buitenlandse handelsbetrekkingen, met inbegrip van de toegang tot de markt van derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 000 000

8 569 611

9 000 000

12 000 000

7 658 981,44

8 567 332,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven:

Activiteiten ter ondersteuning van lopende en nieuwe multi- en bilaterale handelsbesprekingen

De acties beogen de versterking van de onderhandelingspositie van de Unie in lopende multilaterale handelsbesprekingen (in het kader van de Doha-ontwikkelingsagenda) en in lopende en nieuwe bilaterale en regionale handelsbesprekingen, om ervoor te zorgen dat het beleid van de Unie tot stand komt op basis van uitgebreide, actuele en deskundige informatie, en coalities te vormen voor de succesvolle afloop van die besprekingen, waaronder:

studies door deskundigen en conferenties in verband met de voorbereiding van beleid en onderhandelingsposities en met het voeren van lopende/nieuwe handelsbesprekingen;

ontwikkeling en uitvoering van een solide en brede communicatie- en informatiestrategie, om het handelsbeleid van de Unie bekend te maken en voorlichting te geven over de verschillende punten en doelstellingen van het handelsbeleid van de Unie en over onderhandelingsposities in lopende besprekingen, zowel binnen als buiten de Unie.

Studies, evaluaties en effectbeoordelingen met betrekking tot handelsovereenkomsten en handelsbeleid

Acties om te garanderen dat het uniale handelsbeleid onderbouwd is door en naar behoren rekening houdt met ex-ante- en ex-postevaluaties, waaronder:

effectbeoordelingen die worden uitgevoerd met het oog op eventuele nieuwe wetgevingsvoorstellen, en duurzaamheidseffectbeoordelingen (Sustainable Impact Assessments — SIA's) die worden uitgevoerd ter ondersteuning van lopende onderhandelingen en gemaakt zijn om het effect van handelsbesprekingen op de duurzame ontwikkeling te beoordelen en indien nodig begeleidende maatregelen voor te stellen om eventuele negatieve gevolgen voor specifieke landen of sectoren te bestrijden;

evaluaties van het beleid en de praktijken van DG TRADE, die overeenkomstig het meerjarenevaluatieplan van het DG moeten worden uitgevoerd.

Technische bijstand op handelsgebied, opleiding en andere capaciteitsopbouw ten behoeve van ontwikkelingslanden

Versterking van de capaciteit van ontwikkelingslanden om deel te nemen aan internationale, bilaterale of biregionale handelsbesprekingen, internationale handelsovereenkomsten uit te voeren en deel te nemen aan het wereldhandelstelsel, waaronder:

projecten met betrekking tot opleiding en capaciteitsopbouw voor ambtenaren en ondernemers uit ontwikkelingslanden, voornamelijk op het gebied van sanitaire en fytosanitaire maatregelen;

vergoeding van de kosten van deskundigen uit de lidstaten die ambtenaren en ondernemers uit ontwikkelingslanden adviseren hoe aan de sanitaire en fytosanitaire normen en andere handelsgerelateerde maatregelen te voldoen;

vergoeding van de kosten van deelnemers aan forums en conferenties ter vergroting van het bewustzijn en bevordering van deskundigheid op handelsgebied van mensen uit ontwikkelingslanden;

beheer, verdere ontwikkeling en promotie van de exporthelpdesk, die de industrie in ontwikkelingslanden informatie verschaft over de wijze waarop zij toegang kunnen krijgen tot uniale markten, zodat industrieën uit dergelijke landen de door de internationale handel geboden mogelijkheden voor markttoegang beter kunnen benutten;

programma’s voor technische bijstand op handelsgebied zoals overeengekomen binnen de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en andere multilaterale organisaties, met name de gemeenschappelijke fondsen van de WTO;

informatie- en promotieactiviteiten en -seminars in ontwikkelingslanden voor publieke en private deelnemers (waaronder maatschappelijke organisaties en bedrijven) om de situatie van lopende onderhandelingen en/of de implementatie van bestaande overeenkomsten uit te leggen;

onderzoek ter vergaring van gegevens over de gevolgen van Fair Trade voor gemarginaliseerde producten en werknemers in het zuiden, de uitwisseling van optimale werkmethoden en de uitvoering van analysen van de aanvoerketen en de beoordeling van de opspoorbaarheid en verantwoordingsplicht;

ondersteuning van systemen voor de vaststelling van criteria en controle op het gebied van Fair Trade, ter vergroting van het vertrouwen van de consument in dergelijke systemen, alsmede studies naar de uitbreiding van Fair Trade naar andere soorten producten;

ondersteuning van activiteiten ter vermindering van de last van het moeten verkrijgen van verschillende certificaten voor producenten en erop toezien dat certificaten een toegevoegde waarde voor de producenten opleveren;

onderzoek om beleidsmakers te kunnen adviseren hoe zij ervoor kunnen zorgen dat in alle beleidsterreinen aandacht wordt besteed aan de specifieke belangen van gemarginaliseerde producenten en arme werknemers in het zuiden;

ontwikkeling en versterking van verenigingen en coöperaties in ontwikkelingslanden, zodat institutionele en productieve capaciteit kan worden opgebouwd met het oog op de ontwikkeling van producten met toegevoegde waarde en schaalvergroting;

verlening van technische bijstand en capaciteitsopbouw aan gemarginaliseerde producenten en hun verenigingen of coöperaties (bijvoorbeeld om te voldoen aan de nieuwe Europese sanitaire en fytosanitaire normen, de herkomstregels en het groeiend aantal industriële normen);

ondersteuning van gemarginaliseerde producenten in ontwikkelingslanden door hen toegang te verlenen tot prefinanciering in de vorm van kapitaalinjecties en subsidies, om naleving van normen en regelgeving mogelijk te maken;

ondersteuning ter vergroting van de rol die regeringen van ontwikkelingslanden spelen bij het verschaffen van omstandigheden die gunstig zijn voor producenten in Fair Trade-stelsels.

Activiteiten met betrekking tot markttoegang ter ondersteuning van de implementatie van de markttoegangsstrategie van de Unie

Maatregelen ter ondersteuning van de markttoegangsstrategie van de Unie, die gericht is op het opheffen of verminderen van handelsbelemmeringen, het identificeren van handelsbeperkingen in derde landen en eventueel opheffen daarvan, waaronder:

onderhoud en verdere ontwikkeling van de gegevensbank inzake markttoegang, die via internet ter beschikking wordt gesteld van marktdeelnemers en waarin lijsten zijn opgenomen van handelsbelemmeringen en andere informatie die van invloed is op de export en de exporteurs van de Unie; aanschaf van de voor deze gegevensbank noodzakelijke informatie, gegevens en documentatie;

specifieke analyse van de verschillende belemmeringen voor de toegang tot belangrijke markten, waaronder analyse van de tenuitvoerlegging door derde landen van hun verplichtingen krachtens internationale handelsovereenkomsten ter voorbereiding van onderhandelingen;

conferenties, werkgroepen en andere informatieactiviteiten (bijvoorbeeld productie en distributie van studies, voorlichtingspakketten, publicaties en folders) om bedrijven, nationale ambtenaren en andere actoren te informeren over handelsbelemmeringen en beleidsinstrumenten op handelsgebied die bestemd zijn om de Unie tegen oneerlijke handelspraktijken zoals dumping of uitvoersubsidies te beschermen;

steun voor de Europese industrie om activiteiten te organiseren die specifiek gericht zijn op vraagstukken in verband met markttoegang;

onderzoek ter vergaring van gegevens over de gevolgen van Fair Trade voor gemarginaliseerde producten en werknemers in het zuiden, de uitwisseling van optimale werkmethoden en de uitvoering van analyses van de aanvoerketen en de beoordeling van de opspoorbaarheid en verantwoordelijkheid;

ondersteuning van systemen voor de vaststelling van criteria en controle op het gebied van Fair Trade, ter vergroting van het vertrouwen van de consument in dergelijke systemen, alsmede studies naar het belang van de uitbreiding van Fair Trade naar andere soorten producten;

ondersteuning van activiteiten ter vermindering van de last van het moeten verkrijgen van verschillende certificaten voor producenten en erop toezien dat certificaten een toegevoegde waarde voor de producenten opleveren.

Activiteiten in verband met het beheer van het SIGL-systeem (Système Intégré de Gestion de Licences — Geïntegreerd systeem voor het beheer van vergunningen voor de invoer van textiel, kleding, schoeisel en staal in de Unie)

De acties houden verband met de tenuitvoerlegging van het actieprogramma voor het beheer van kwantitatieve invoerbeperkingen en toezichtmaatregelen, en met name de financiering van maatregelen voor het toezicht op het systeem voor de administratie van invoervergunningen en voor de gecoördineerde ontwikkeling van het gebruik van automatische gegevensverwerking (SIGL-systeem). Deze steun zal worden verleend in de vorm van financiering van de kosten van uitvoering en exploitatie van de gemeenschappelijke systemen alsmede van omschrijving van gemeenschappelijke richtsnoeren voor opleiding en technische bijstand bij de realisering. De exploitatieuitgaven omvatten ook bijdragen ten behoeve van de werking van systemen (hardware, software, onderhoud), de financiering van de voorlichting en opleiding van de gebruikers van de systemen en de financiering van technische bijstand, alsook helpdeskfaciliteiten, waarvan vooral door de lidstaten gebruik wordt gemaakt.

Activiteiten ter ondersteuning van de implementatie van bestaande regels en de monitoring van handelsverplichtingen

Acties ter ondersteuning van de implementatie van bestaande handelsovereenkomsten en de handhaving van gerelateerde systemen die de doeltreffende implementatie van die overeenkomsten mogelijk maken, alsook acties ter ondersteuning van inspecties ter plaatse en onderzoeken om te garanderen dat derde landen de regels naleven, waaronder:

uitwisseling van informatie, opleiding, seminars en communicatieactiviteiten ter ondersteuning van de implementatie van bestaande uniale wetgeving op het gebied van de controle op de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik, en met name van de nieuwe regels die zijn ingevoerd bij Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik (PB L 134 van 29.5.2009, blz. 1);

activiteiten om onderzoeken te vergemakkelijken die worden uitgevoerd in het kader van de handelsbescherming met het oog op de bescherming van uniale producenten tegen oneerlijke handelspraktijken van derde landen (antidumping-, antisubsidie- en vrijwaringsmaatregelen) die schadelijk kunnen zijn voor de economie van de Unie. De activiteiten zullen vooral toegespitst zijn op de ontwikkeling, het onderhoud en de veiligheid van de IT-systemen die de handelsbeschermingsactiviteiten ondersteunen, op de productie van communicatie-instrumenten, alsook op de aankoop van juridische diensten in derde landen en de uitvoering van studies door deskundigen.

Activiteiten ter bevordering van het buitenlandse handelsbeleid van de Unie door middel van een proces van een gestructureerde dialoog met de belangrijkste opiniemakers, maatschappelijke organisaties en andere belanghebbenden (waaronder het midden- en kleinbedrijf (mkb))

Actie ter ondersteuning van het uniale handelsbeleid door specifieke fora en vergaderingen te organiseren en aldus de dialoog met de belangrijkste opiniemakers, maatschappelijke organisaties en andere belanghebbenden (waaronder het mkb) over thema’s die verband houden met de externe handel te bevorderen:

De steun van de Commissie aan deze acties kan bestaan uit diensten ten behoeve van conferenties of evenementen, alsook uit de vergoeding van de reiskosten van deelnemers aan deze acties, in het bijzonder in het kader van de dialoog van DG TRADE met het maatschappelijk middenveld, maar ook uit seminars en vergaderingen met lidstaten, derde landen, het midden-en kleinbedrijf en belanghebbenden uit de bedrijfswereld om van gedachten te wisselen over het handelsbeleid en met name het handelsbeschermingsbeleid.

Juridische bijstand en andere deskundige bijstand bij de uitvoering van bestaande handelsovereenkomsten

Ervoor zorgen dat de handelspartners van de Unie zich daadwerkelijk houden aan en voldoen aan de verplichtingen in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en andere multi- en bilaterale overeenkomsten, waaronder:

onderzoeken door deskundigen, met name inspecties en specifieke onderzoeken, alsmede seminars over de vraag of derde landen hun verplichtingen krachtens internationale handelsovereenkomsten nakomen;

juridische deskundigheid, met name met betrekking tot buitenlands recht, die noodzakelijk is wil de Unie haar standpunten in geschillenbeslechtingsprocedures binnen de WTO beter kunnen verdedigen, alsook andere studies van deskundigen die vereist zijn voor de voorbereiding, het beheer en de follow-up van geschillenbeslechtingsprocedures binnen de WTO.

Rechtsgronden

Besluit 98/552/EG van de Raad van 24 september 1998 inzake de uitvoering door de Commissie van activiteiten betreffende een communautaire strategie inzake markttoegang (PB L 265 van 30.9.1998, blz. 31).

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

20 02 02   Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit artikel dient ter dekking van eerdere vastleggingen in verband met de tenuitvoerlegging van het actieprogramma voor het beheer van kwantitatieve invoerbeperkingen en toezichtmaatregelen, en met name de financiering van maatregelen voor het toezicht op het systeem voor de administratie van invoervergunningen en voor de gecoördineerde ontwikkeling van het gebruik van automatische gegevensverwerking (SIGL-systeem).

Sinds 2007 worden nieuwe uitgaven gefinancierd uit artikel 20 02 01.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

20 02 03   Aid for trade — Multilaterale initiatieven

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 500 000

4 284 805

4 500 000

4 500 000

4 041 629,00

3 771 655,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van multilaterale programma’s en initiatieven op het gebied van handelsgerelateerde bijstand om ontwikkelingslanden beter in staat te stellen op efficiënte wijze deel te nemen aan het multilaterale handelssysteem en aan regionale handelsovereenkomsten en om hun handelsprestaties te verbeteren.

De met dit krediet te financieren multilaterale programma’s en initiatieven steunen de volgende acties:

Assistentie bij het handelsbeleid, de deelneming aan onderhandelingen en de uitvoering van handelsovereenkomsten

Acties ter versterking van de capaciteit van ontwikkelingslanden om hun handelsbeleid uit te stippelen en ter versterking van de bij het handelsbeleid betrokken instanties, met inbegrip van globale en bijgewerkte handelsherzieningen en bijstand om de handel te integreren in de respectieve beleidsvormen voor economische groei en ontwikkeling.

Acties ter versterking van de capaciteit van ontwikkelingslanden om daadwerkelijk deel te nemen aan internationale handelsbesprekingen en internationale handelsakkoorden uit te voeren.

Onderzoek om beleidsmakers te kunnen adviseren hoe zij ervoor kunnen zorgen dat in alle beleidsterreinen aandacht wordt besteed aan de specifieke belangen van gemarginaliseerde producenten en arme werknemers in het zuiden.

Ondersteuning ter vergroting van de rol die regeringen van ontwikkelingslanden spelen bij het verschaffen van omstandigheden die gunstig zijn voor producenten in Fair Trade-stelsels.

Deze bijstand is vooral gericht op de overheidssector.

Ontwikkeling van de handel

Acties om beperkingen aan de aanbodzijde weg te nemen die rechtstreekse gevolgen hebben voor het vermogen van een land om zijn internationale handelsmogelijkheden te benutten, in het bijzonder ontwikkeling van de particuliere sector.

Dit krediet vormt een aanvulling op de geografische programma’s van de Unie en mag enkel multilaterale initiatieven en programma’s dekken die echt toegevoegde waarde geven aan de geografische programma’s van de Unie, zoals het geïntegreerde kader voor de minst ontwikkelde landen (MOL’s).

De Commissie dient eens per twee jaar een verslag in over de tenuitvoerlegging en bereikte resultaten, alsmede over de belangrijkste gevolgen en effecten van de aid for trade-steun. De Commissie verstrekt informatie over het totale bedrag aan aid for trade-financiering van de algemene begroting van de Unie, alsmede over het aandeel van dat bedrag binnen de totale „bijstand op het gebied van de handel”.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak als bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL HANDEL

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL HANDEL

TITEL 21

ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE LANDEN IN AFRIKA, HET CARIBISCHE GEBIED EN DE STILLE OCEAAN (ACS-STATEN)

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN”

267 026 233

267 026 233

306 661 077

306 661 077

364 398 619,66

364 398 619,66

Reserves (40 01 40)

58 175

58 175

155 025

155 025

 

 

 

267 084 408

267 084 408

306 816 102

306 816 102

364 398 619,66

364 398 619,66

21 02

VOEDSELZEKERHEID

243 805 700

356 814 945

402 466 452

548 700 000

1 075 857 539,09

672 541 405,39

21 03

NIET-OVERHEIDSACTOREN IN HET ONTWIKKELINGSPROCES

230 954 000

184 722 726

218 263 951

170 000 000

218 560 442,36

180 847 269,98

21 04

MILIEU EN DUURZAAM BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN, MET INBEGRIP VAN ENERGIE

134 172 000

88 800 000

203 345 000

154 300 000

173 457 956,83

81 299 456,35

Reserves (40 02 41)

65 000 000

57 826 850

 

 

 

 

 

199 172 000

146 626 850

203 345 000

154 300 000

173 457 956,83

81 299 456,35

21 05

MENSELIJKE EN SOCIALE ONTWIKKELING

169 558 000

152 769 777

156 411 491

148 471 430

143 363 849,—

112 675 229,57

21 06

GEOGRAFISCHE SAMENWERKING MET DE LANDEN IN AFRIKA, HET CARIBISCHE GEBIED EN DE STILLE OCEAAN (ACS-STATEN)

334 303 000

292 920 730

307 109 045

230 000 000

301 267 554,48

256 411 719,83

Reserves (40 02 41)

44 000 000

28 851 024

 

 

 

 

 

378 303 000

321 771 754

307 109 045

230 000 000

301 267 554,48

256 411 719,83

21 07

ANDERE MAATREGELEN OP HET GEBIED VAN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING EN AD-HOCPROGRAMMA’S

33 816 000

31 517 125

32 779 000

29 900 000

29 921 737,76

29 602 619,56

21 08

BELEIDSSTRATEGIE EN COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN”

19 477 000

18 355 154

19 373 000

19 577 000

18 070 656,01

15 203 837,62

21 49

UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA’S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Titel 21 — Totaal

1 433 111 933

1 392 926 690

1 646 409 016

1 607 609 507

2 324 898 355,19

1 712 980 157,96

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

109 058 175

86 736 049

155 025

155 025

 

 

 

1 542 170 108

1 479 662 739

1 646 564 041

1 607 764 532

2 324 898 355,19

1 712 980 157,96

Toelichting

Er wordt geen uniale steun verleend aan overheden, organisaties of programma’s die deelnemen of ondersteuning geven aan activiteiten waarbij schendingen van mensenrechten plaatsvinden, bijvoorbeeld in de vorm van gedwongen abortus, onvrijwillige sterilisatie of infanticide, met name wanneer bij de uitvoering van dergelijke activiteiten psychosociale, sociale, economische of juridische druk wordt uitgeoefend; op deze manier wordt uitvoering gegeven aan het verbod van de Internationale Conferentie over bevolking en ontwikkeling van Caïro (ICPD) op dwang en compulsie op het gebied van seks en perinatale gezondheidszorg; verzoekt de Commissie een verslag op te stellen over de tenuitvoerlegging van de buitenlandse hulp van de Europese Unie waaronder dit programma valt.

HOOFDSTUK 21 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

21 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN”

21 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij het directoraat-generaal „EuropeAid Ontwikkeling en samenwerking”

5

76 541 646

55 233 753

55 082 611,64

Reserves (40 01 40)

 

58 175

155 025

 

 

 

76 599 821

55 388 778

55 082 611,64

21 01 01 02

Uitgaven voor personeel in actieve dienst van de delegaties van de Unie

5

83 953 219

85 609 440

79 632 126,67

 

Artikel 21 01 01 — Subtotaal

 

160 494 865

140 843 193

134 714 738,31

Reserves (40 01 40)

 

58 175

155 025

 

 

 

160 553 040

140 998 218

134 714 738,31

21 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 01 02 01

Extern personeel bij het directoraat-generaal „EuropeAid Ontwikkeling en samenwerking”

5

7 282 337

5 015 421

4 788 765,35

21 01 02 02

Extern personeel voor de delegaties van de Unie

5

1 313 797

30 226 416

26 998 795,22

21 01 02 11

Andere beheersuitgaven voor het directoraat-generaal „EuropeAid Ontwikkeling en samenwerking”

5

7 189 815

6 002 558

6 259 408,50

21 01 02 12

Andere beheersuitgaven van de delegaties van de Unie

5

4 686 370

8 426 424

7 960 566,43

 

Artikel 21 01 02 — Subtotaal

 

20 472 319

49 670 819

46 007 535,50

21 01 03

Uitgaven voor materieel, diensten, meubilair en gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 01 03 01

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten van het directoraat-generaal „EuropeAid Ontwikkeling en samenwerking”

5

5 546 215

4 039 153

4 324 263,29

21 01 03 02

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor de delegaties van de Unie

5

33 399 534

66 405 912

71 211 019,68

 

Artikel 21 01 03 — Subtotaal

 

38 945 749

70 445 065

75 535 282,97

21 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 01 04 01

Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) — Uitgaven voor administratief beheer

4

44 568 300

35 853 000

35 715 487,31

21 01 04 03

Evaluatie van de resultaten van de hulp van de Unie, follow-up en audit — Uitgaven voor administratief beheer

4

2 111 000

2 070 000

1 679 999,50

21 01 04 04

Coördinatie en voorlichting over ontwikkelingsvraagstukken — Uitgaven voor administratief beheer

4

204 000

204 000

205 662,59

21 01 04 05

Snelleresponsfaciliteit voor maatregelen tegen de scherpe stijging van de voedselprijzen in de ontwikkelingslanden — Uitgaven voor administratief beheer

4

7 300 000

6 758 477,48

21 01 04 10

Bijdrage van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) voor gemeenschappelijke uitgaven voor administratieve ondersteuning

4

p.m.

p.m.

63 576 777,—

21 01 04 20

Uitgaven voor administratieve ondersteuning voor het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

4

230 000

275 000

204 659,—

 

Artikel 21 01 04 — Subtotaal

 

47 113 300

45 702 000

108 141 062,88

 

Hoofdstuk 21 01 — Totaal

 

267 026 233

306 661 077

364 398 619,66

Reserves (40 01 40)

 

58 175

155 025

 

 

 

267 084 408

306 816 102

364 398 619,66

21 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 01 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij het directoraat-generaal „EuropeAid Ontwikkeling en samenwerking”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

21 01 01 01

76 541 646

55 233 753

55 082 611,64

Reserves (40 01 40)

58 175

155 025

 

Totaal

76 599 821

55 388 778

55 082 611,64

21 01 01 02   Uitgaven voor personeel in actieve dienst van de delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

83 953 219

85 609 440

79 632 126,67

21 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 01 02 01   Extern personeel bij het directoraat-generaal „EuropeAid Ontwikkeling en samenwerking”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 282 337

5 015 421

4 788 765,35

21 01 02 02   Extern personeel voor de delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 313 797

30 226 416

26 998 795,22

21 01 02 11   Andere beheersuitgaven voor het directoraat-generaal „EuropeAid Ontwikkeling en samenwerking”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 189 815

6 002 558

6 259 408,50

21 01 02 12   Andere beheersuitgaven van de delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 686 370

8 426 424

7 960 566,43

21 01 03   Uitgaven voor materieel, diensten, meubilair en gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 01 03 01   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten van het directoraat-generaal „EuropeAid Ontwikkeling en samenwerking”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 546 215

4 039 153

4 324 263,29

21 01 03 02   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor de delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

33 399 534

66 405 912

71 211 019,68

21 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 01 04 01   Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

44 568 300

35 853 000

35 715 487,31

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie kan delegeren aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel (personeel op contractbasis, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel van uitzendbureaus) op de hoofdzetel dat de taken overneemt van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand; de uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel mogen maximaal 3 653 300 EUR bedragen. Deze schatting is gebaseerd op een voorlopige jaarlijkse eenheidskostprijs per mensjaar, bestaande voor 93 % uit de bezoldiging van het desbetreffende personeel en voor 7 % uit de extra kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel;

uitgaven voor extern personeel (personeel op contractbasis, lokaal personeel of gedetacheerde nationale deskundigen) dat bij de delegaties in dienst wordt genomen met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, of in verband met de overname van de taken van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand, alsmede de extra logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologieën en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het extern personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Dergelijke in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Dit krediet dient tevens ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van de hoofdstukken 21 02, 21 03, 21 04, 21 05 en 21 06.

21 01 04 03   Evaluatie van de resultaten van de hulp van de Unie, follow-up en audit — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 111 000

2 070 000

1 679 999,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Het dient tevens ter dekking van activiteiten op het gebied van capaciteitsopbouw en bijscholing, gericht op de belangrijkste betrokkenen bij het ontwerp en de uitvoering van programma’s voor buitenlandse hulp.

Het krediet dient voorts ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 21 08 01.

21 01 04 04   Coördinatie en voorlichting over ontwikkelingsvraagstukken — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

204 000

204 000

205 662,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor drukwerk, vertalingen, studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en de aankoop van publicatiemateriaal dat rechtstreeks verband houdt met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma.

Het dient tevens ter dekking van de uitgaven voor publicaties, productie, opslag, distributie en verspreiding van informatiemateriaal, met name via het Bureau voor publicaties van de Europese Unie, en andere administratieve kosten die verband houden met de coördinatie.

Dit krediet dient voorts ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 21 08 02.

21 01 04 05   Snelleresponsfaciliteit voor maatregelen tegen de scherpe stijging van de voedselprijzen in de ontwikkelingslanden — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 300 000

6 758 477,48

Toelichting

Deze post dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van ad-hocdienstverleningscontracten;

uitgaven voor extern personeel (personeel op contractbasis, lokaal personeel of gedetacheerde nationale deskundigen) dat bij de delegaties in dienst wordt genomen met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, alsmede de extra logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologieën en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het extern personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Dergelijke in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De op het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve steun ingeschreven bedragen zullen worden vastgelegd in de bijdrageovereenkomst voor elk operationeel programma, met een gemiddelde dat niet hoger is dan 2 % van de bijdragen voor het overeenstemmende programma voor elk hoofdstuk.

Dit krediet dient voor de financiering van de administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 21 02 03.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1337/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een snelleresponsfaciliteit voor maatregelen tegen de scherpe stijging van de voedselprijzen in de ontwikkelingslanden (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 62).

21 01 04 10   Bijdrage van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) voor gemeenschappelijke uitgaven voor administratieve ondersteuning

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

63 576 777,00

Toelichting

Het krediet dient ter dekking van de uitgaven voor administratieve ondersteuning waartoe onder het negende en het tiende EOF wordt besloten.

Ontvangsten die voortvloeien uit het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) en die bijdragen tot de kosten voor de ondersteunende maatregelen en die in artikel 6 3 2 van de staat van ontvangsten worden geboekt, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement. Extra kredieten zullen onder post 21 01 04 10 worden opgevoerd.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 60 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 18, lid 1.

21 01 04 20   Uitgaven voor administratieve ondersteuning voor het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

230 000

275 000

204 659,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het volgende:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder uniaal recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Dit krediet dient voorts ter dekking van de administratieve uitgaven uit hoofde van artikel 21 07 02.

HOOFDSTUK 21 02 —   VOEDSELZEKERHEID

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 02

VOEDSELZEKERHEID

21 02 01

Voedselzekerheid

4

243 805 700

185 674 904

238 766 452

190 000 000

236 457 539,09

199 922 358,29

21 02 02

Afronding van de activiteiten in het kader van het Voedselhulpverdrag

4

p.m.

14 282 685

p.m.

15 000 000

0,—

16 369 047,60

21 02 03

Snelleresponsfaciliteit voor maatregelen tegen de scherpe stijging van de voedselprijzen in de ontwikkelingslanden

4

156 157 356

162 700 000

342 700 000

837 400 000,—

455 999 999,50

21 02 04

Proefproject — Financiering van landbouwproductie

4

p.m.

700 000

1 000 000

1 000 000

2 000 000,—

250 000,—

 

Hoofdstuk 21 02 — Totaal

 

243 805 700

356 814 945

402 466 452

548 700 000

1 075 857 539,09

672 541 405,39

21 02 01   Voedselzekerheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

243 805 700

185 674 904

238 766 452

190 000 000

236 457 539,09

199 922 358,29

Toelichting

Dit krediet moet bijdragen tot:

vermindering van de armoede en de voedselonzekerheid in ontwikkelingslanden die met chronische voedselonzekerheid worden geconfronteerd;

vermindering van de gevolgen van crises voor de meest kwetsbare bevolkingsgroepen.

Als overbruggingsinstrument tussen hulp op korte termijn (crisissituaties) en lange termijn (ontwikkeling) wordt dit artikel toegepast bij langdurige crises, voor rehabilitatie en voor het aanpakken van structurele voedselonzekerheid, dit als eerste stap in de richting van armoedevermindering op de lange termijn.

Meer in het bijzonder is dit krediet bedoeld om bij te dragen aan de strategische prioriteiten van het thematische programma voedselzekerheid, omvattende:

onderzoek, technologie en innovatie op het gebied van voedselzekerheid,

onderzoek ter vergaring van gegevens over de gevolgen van Fair Trade voor gemarginaliseerde producten en werknemers in het zuiden, de uitwisseling van beste praktijken en de uitvoering van analyses van de aanvoerketen, beoordeling van de opspoorbaarheid en verantwoordelijkheid;

onderzoek om beleidsmakers te kunnen adviseren hoe zij ervoor kunnen zorgen dat in alle beleidsterreinen aandacht wordt besteed aan de specifieke belangen van gemarginaliseerde producenten en arme werknemers in het zuiden;

goed bestuur inzake voedselzekerheid op mondiaal, continentaal en regionaal niveau, onder andere het koppelen van informatie en besluitvorming om de responsstrategieën inzake voedselzekerheid bij te sturen,

aanpakken van voedselzekerheid in uitzonderlijke overgangssituaties, en in zwakke en verzwakte staten;

ondersteuning van gemarginaliseerde producenten in ontwikkelingslanden door hen toegang te verlenen tot prefinanciering in de vorm van kapitaalinjecties en subsidies, om naleving van normen en regelgeving mogelijk te maken.

Dit programma beoogt in eerste instantie ten goede te komen aan de landen die door het Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) worden bestreken.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluatie zal onder meer betrekking hebben op initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Om overeenkomstig de artikelen 53 tot en met 56 van het Financieel Reglement volledige financiële transparantie te waarborgen, doet de Commissie bij de sluiting of de wijziging van overeenkomsten voor het beheer en de uitvoering van projecten door internationale organisaties alle nodige inspanningen om ervoor te zorgen dat deze organisaties zich ertoe verbinden al hun interne en externe audits over te leggen aan de Europese Rekenkamer en aan de interne auditeur van de Commissie voor het gebruik van uniale fondsen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 — Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 25 januari 2006 — Een thematische voedselzekerheidsstrategie — Werk maken van het voedselzekerheidsprogramma om de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling te bereiken (COM(2006) 21 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 31 maart 2010 — Een EU-beleidskader voor steun aan ontwikkelingslanden bij de aanpak van voedselzekerheidsproblemen (COM(2010) 127 definitief).

21 02 02   Afronding van de activiteiten in het kader van het Voedselhulpverdrag

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

14 282 685

p.m.

15 000 000

0,—

16 369 047,60

Toelichting

Dit krediet beoogt bij te dragen tot:

vermindering van de armoede en de voedselonzekerheid in ontwikkelingslanden die met chronische voedselonzekerheid worden geconfronteerd;

vermindering van de gevolgen van crises voor de meest kwetsbare bevolkingsgroepen.

Als overbruggingsinstrument tussen hulp op korte termijn (crisissituaties) en lange termijn (ontwikkeling) wordt dit artikel toegepast bij langdurige crises, voor rehabilitatie en voor het aanpakken van structurele voedselonzekerheid, dit als eerste stap in de richting van armoedevermindering op de lange termijn.

Meer in het bijzonder dient dit krediet voor de afwikkeling van betalingen voor aan de gang zijnde voedselhulpprogramma’s en programma’s voor begrotingsondersteuning die een faciliteit „Deviezen” instellen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 — Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 25 januari 2006 — Een thematische voedselzekerheidsstrategie — Werk maken van het voedselzekerheidsprogramma om de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling te bereiken (COM(2006) 21 definitief).

21 02 03   Snelleresponsfaciliteit voor maatregelen tegen de scherpe stijging van de voedselprijzen in de ontwikkelingslanden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

156 157 356

162 700 000

342 700 000

837 400 000,00

455 999 999,50

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van een snelle en directe respons op de gestegen voedselprijzen in de ontwikkelingslanden over de periode die zich uitstrekt tussen noodhulp en ontwikkelingssamenwerking op middellange en lange termijn. De hoofddoelstellingen van de steun en samenwerking zijn het aanmoedigen van een positieve aanbodrespons van de landbouwsector in de betrokken landen en regio’s, het ondersteunen van activiteiten om de negatieve gevolgen van de hoge voedselprijzen snel en direct op te vangen, in overeenstemming met de mondiale doelstellingen van de voedselzekerheid, en het versterken van productiecapaciteit en bestuur in de landbouwsector om de duurzaamheid van steunmaatregelen te versterken.

Rekening houdend met de specifieke omstandigheden in de verschillende landen komen de volgende steunmaatregelen in aanmerking:

maatregelen voor een betere toegang tot landbouwinputs en -diensten, met inbegrip van meststoffen en zaaizaad, met bijzondere aandacht voor plaatselijke faciliteiten en beschikbaarheid;

maatregelen voor het creëren van vangnetten om de productiecapaciteit van de landbouw te handhaven of te verbeteren en te voorzien in de elementaire voedselbehoeften van de kwetsbaarste bevolkingsgroepen, kinderen daaronder begrepen;

andere kleinschalige maatregelen om de productie overeenkomstig de behoeften van het land te verhogen: microkrediet, investering, uitrusting, infrastructuur en opslag; ontwikkeling en versterking van verenigingen en coöperaties zodat hun institutionele en productieve capaciteit kan worden opgebouwd; ondersteuning van gemarginaliseerde producenten in ontwikkelingslanden door hen toegang te verlenen tot prefinanciering in de vorm van kapitaalinjecties en subsidies, om naleving van normen en regelgeving mogelijk te maken; evenals beroepsopleiding en steun voor beroepsgroeperingen in de landbouwsector.

De bijstand is bestemd voor ontwikkelingslanden en hun bevolking. De middelen worden toegespitst op een beperkte lijst van 50 hogeprioriteitslanden.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1337/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een snelleresponsfaciliteit voor maatregelen tegen de scherpe stijging van de voedselprijzen in de ontwikkelingslanden (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 62).

21 02 04   Proefproject — Financiering van landbouwproductie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

700 000

1 000 000

1 000 000

2 000 000,00

250 000,00

Toelichting

Dit proefproject moet kleine boeren in staat stellen gemakkelijker toegang te krijgen tot financiële middelen die bestemd zijn voor het bevorderen van de landbouwproductie in ontwikkelingslanden. Deze kredieten moeten worden besteed via organisaties die gespecialiseerd zijn in microfinanciering, waaronder lokale banken en verenigingen, die voldoen aan erkende internationale normen inzake transparantie, verantwoording en financiële betrouwbaarheid.

Gezien de mondiale economische crisis is microfinanciering meer dan ooit nodig. De Unie moet haar verantwoordelijkheid nemen en belang toekennen aan het vereenvoudigen van microfinanciering in ontwikkelingslanden.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 21 03 —   NIET-OVERHEIDSACTOREN IN HET ONTWIKKELINGSPROCES

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 03

NIET-OVERHEIDSACTOREN IN HET ONTWIKKELINGSPROCES

21 03 01

Niet-overheidsactoren in het ontwikkelingsproces

4

193 725 000

171 392 220

182 663 951

160 000 000

186 560 442,36

168 872 242,77

21 03 02

Plaatselijke autoriteiten in ontwikkeling

4

37 229 000

13 330 506

35 600 000

10 000 000

32 000 000,—

11 975 027,21

 

Hoofdstuk 21 03 — Totaal

 

230 954 000

184 722 726

218 263 951

170 000 000

218 560 442,36

180 847 269,98

21 03 01   Niet-overheidsactoren in het ontwikkelingsproces

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

193 725 000

171 392 220

182 663 951

160 000 000

186 560 442,36

168 872 242,77

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van ontwikkelingsinitiatieven in ontwikkelingslanden die worden uitgevoerd door maatschappelijke organisaties uit de Unie en uit partnerlanden, alsmede ter versterking van de capaciteit van die organisaties in het kader van het beleidsvormingsproces, zulks met als doel:

het bevorderen van een samenleving gebaseerd op integratie en medebeslissing, met het oog op: i) het geven van voorrang aan bevolkingsgroepen die verstoken blijven van algemene diensten en hulpbronnen en die uitgesloten zijn van beleidsvormingsprocessen, ii) het versterken van de capaciteit van maatschappelijke organisaties in de partnerlanden om hun participatie in het vaststellen en uitvoeren van strategieën voor duurzame ontwikkeling te bevorderen en iii) het vergemakkelijken van de interactie tussen overheids- en niet-overheidsactoren in verschillende contexten;

het vergroten van het bewustzijn van Europeanen omtrent ontwikkelingskwesties, het mobiliseren van actieve publieke steun in de Unie en de toetredingslanden voor strategieën voor armoedevermindering en duurzame ontwikkeling in partnerlanden en voor billijker betrekkingen tussen ontwikkelde en ontwikkelingslanden, en het versterken van de rol van het maatschappelijk middenveld als een factor van vooruitgang en transformatie;

het tot stand brengen van een efficiëntere samenwerking door het bevorderen van synergieën en het bewerkstelligen van een gestructureerde dialoog tussen netwerken van maatschappelijke organisaties, binnen hun organisaties en met instellingen van de Unie.

Deze initiatieven kunnen eveneens het volgende omvatten:

steun voor promotieactiviteiten om de beleidsmakers op alle niveaus te informeren over het beleid dat het beste ten goede komt aan gemarginaliseerde producenten en werknemers in ontwikkelingslanden;

ontwikkeling en versterking van verenigingen en coöperaties in ontwikkelingslanden, zodat institutionele en productieve capaciteit kan worden opgebouwd met het oog op de ontwikkeling van producten met toegevoegde waarde en schaalvergroting;

steun aan netwerken van Fair Trade-producenten in zuidelijke landen die optreden als stem van de gemarginaliseerde Fair Trade-producenten.

Dit programma beoogt in eerste instantie ten goede te komen aan de landen die door het Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) worden bestreken. Overeenkomstig artikel 38 van Verordening (EG) nr. 1905/2006, krachtens hetwelk een bedrag wordt toegewezen om in het kader van de thematische programma’s activiteiten ten behoeve van onder het Europees Nabuurschapsbeleid vallende landen te financieren, is echter 3,9 % van dit programma voor dergelijke landen bestemd.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluatie zal onder meer betrekking hebben op initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Om overeenkomstig de artikelen 53 tot en met 56 van het Financieel Reglement volledige financiële transparantie te waarborgen, doet de Commissie bij de sluiting of de wijziging van overeenkomsten voor het beheer en de uitvoering van projecten door internationale organisaties alle nodige inspanningen om ervoor te zorgen dat deze organisaties zich ertoe verbinden al hun interne en externe audits over te leggen aan de Europese Rekenkamer en aan de interne auditeur van de Commissie voor het gebruik van uniale fondsen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 — Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 25 januari 2006 — Het externe optreden via het thematisch programma „Niet-overheidsactoren en lokale autoriteiten in het ontwikkelingsproces” (COM(2006) 19 definitief).

21 03 02   Plaatselijke autoriteiten in ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

37 229 000

13 330 506

35 600 000

10 000 000

32 000 000,00

11 975 027,21

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van ontwikkelingsinitiatieven in ontwikkelingslanden die worden uitgevoerd door lokale autoriteiten uit de Unie en uit partnerlanden, alsmede ter versterking van de capaciteit van die organisaties in het kader van het beleidsvormingsproces, zulks met als doel:

te komen tot een meer op integratie en medebeslissing gebaseerde samenleving zodat: i) ontwikkeling ten goede komt aan bevolkingsgroepen die verstoken blijven van algemene diensten en hulpbronnen en die uitgesloten zijn van de beleidsvorming, ii) de capaciteit van de plaatselijke en regionale overheden in de partnerlanden wordt versterkt, zodat zij beter betrokken kunnen worden bij het vaststellen en uitvoeren van strategieën voor duurzame ontwikkeling, en iii) de interactie tussen federale en plaatselijke en regionale overheden in verschillende verbanden wordt gefaciliteerd en in decentralisatieprocessen een grotere rol voor plaatselijke overheden wordt gesteund;

het vergroten van het bewustzijn van Europeanen omtrent ontwikkelingskwesties, het mobiliseren van actieve publieke steun in de Unie en de toetredingslanden voor strategieën voor armoedevermindering en duurzame ontwikkeling in partnerlanden en voor billijker betrekkingen tussen ontwikkelde en ontwikkelingslanden, met inbegrip van bewustmaking op het vlak van de handelsbetrekkingen tussen noord en zuid, de aankoopbeslissingen van consumenten in de Unie en de invloed ervan op duurzame ontwikkeling en de vermindering van de armoede, en het te dien einde versterken van de rol van de plaatselijke en regionale overheden;

het tot stand brengen van een efficiëntere samenwerking door het bevorderen van synergieën en het bewerkstelligen van een gestructureerde dialoog tussen verenigingen van plaatselijke en regionale overhedennetwerken en met het maatschappelijk middenveld, binnen hun organisaties en met instellingen van de Unie.

Dit programma beoogt in eerste instantie ten goede te komen aan de landen die door het Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) worden bestreken. Overeenkomstig artikel 38 van Verordening (EG) nr. 1905/2006, krachtens hetwelk een bedrag wordt toegewezen om in het kader van de thematische programma’s activiteiten ten behoeve van de onder het Europees Nabuurschapsbeleid vallende landen te financieren, is echter 3,9 % van dit programma voor dergelijke landen bestemd.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten op deze begrotingslijn moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluatie zal onder meer betrekking hebben op initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 — Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 25 januari 2006 — Het externe optreden via het thematisch programma „Niet-overheidsactoren en lokale autoriteiten in het ontwikkelingsproces” (COM(2006) 19 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 6 oktober 2008 — Plaatselijke overheden als ontwikkelingsactoren (COM(2008) 626 definitief).

HOOFDSTUK 21 04 —   MILIEU EN DUURZAAM BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN, MET INBEGRIP VAN ENERGIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 04

MILIEU EN DUURZAAM BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN, MET INBEGRIP VAN ENERGIE

21 04 01

Milieu en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen, met inbegrip van energie

4

134 172 000

85 000 000

200 345 000

147 800 000

167 457 956,83

80 875 451,35

Reserves (40 02 41)

 

65 000 000

57 826 850

 

 

 

 

 

 

199 172 000

142 826 850

200 345 000

147 800 000

167 457 956,83

80 875 451,35

21 04 05

Voorbereidende actie — Wereldwijd Fonds voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energie (Global Energy Efficiency and Renewable Energy Fund — GEEREF)

4

p.m.

500 000

p.m.

2 200 000

0,—

0,—

21 04 06

Voorbereidende actie — Waterbeheer in ontwikkelingslanden

4

p.m.

3 300 000

3 000 000

4 300 000

6 000 000,—

424 005,—

 

Hoofdstuk 21 04 — Totaal

 

134 172 000

88 800 000

203 345 000

154 300 000

173 457 956,83

81 299 456,35

Reserves (40 02 41)

 

65 000 000

57 826 850

 

 

 

 

 

 

199 172 000

146 626 850

203 345 000

154 300 000

173 457 956,83

81 299 456,35

21 04 01   Milieu en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen, met inbegrip van energie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 04 01

134 172 000

85 000 000

200 345 000

147 800 000

167 457 956,83

80 875 451,35

Reserves (40 02 41)

65 000 000

57 826 850

 

 

 

 

Totaal

199 172 000

142 826 850

200 345 000

147 800 000

167 457 956,83

80 875 451,35

Toelichting

Dit krediet dient om het beleid op het gebied van milieu en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen, met inbegrip van energie, te bevorderen en ten uitvoer te leggen, voor zover het van toepassing is op de betrekkingen van de Unie met ontwikkelingslanden en met Europa's buren.

Er wordt financiële steun verleend aan maatregelen binnen vijf prioriteitsgebieden: 1) scheppen van de voorwaarden voor het bereiken van millenniumontwikkelingsdoelstelling 7: bevordering van milieuduurzaamheid; 2) bevorderen van tenuitvoerlegging van uniale initiatieven en ontwikkelingslanden helpen internationaal aangegane verbintenissen na te komen; 3) verbeteren van de deskundigheid met het oog op integratie en samenhang; 4) versterken van het milieubeheer en het leiderschap van de Europese Unie, en 5) steun voor duurzame energiekeuzen in partnerlanden en -regio’s.

Een deel van dit krediet dient voor het mainstreamen van rampenrisicovermindering op basis van verantwoordelijkheid en van nationale strategieën van vaak door rampen getroffen landen.

Steun voor duurzame energiekeuzen in partnerlanden en -regio's omvat ook kredieten ter dekking van de bijdrage van de EU aan het Wereldwijd Fonds voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energie (Global Energy Efficiency and Renewable Energy Fund — GEEREF). Met het GEEREF wordt beoogd publieke en particuliere middelen te mobiliseren om de financiële patstelling voor economisch rendabele projecten en bedrijven op het gebied van hernieuwbare energie te helpen doorbreken in ontwikkelingslanden en overgangseconomieën (landen die geen lid zijn van de Unie).

Steun voor aanpassing aan de klimaatverandering in partnerlanden en -regio's omvat een bijdrage met het oog op de verdere versterking van de tenuitvoerlegging van het actieplan van de Unie inzake klimaatverandering en ontwikkeling door het wereldwijde bondgenootschap tegen klimaatverandering (Global Climate Change Alliance — GCCA). Het GCCA draagt bij tot een intensievere samenwerking tussen de Unie en de ontwikkelingslanden op het gebied van klimaatverandering, in het bijzonder met betrekking tot de aanpassing aan de gevolgen van klimaatverandering, hetgeen een zeer acuut probleem is voor talrijke arme ontwikkelingslanden.

Dit programma beoogt in eerste instantie ten goede te komen aan de landen die door het Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) worden bestreken. Overeenkomstig artikel 38 van Verordening (EG) nr. 1905/2006, krachtens hetwelk een bedrag wordt toegewezen om in het kader van de thematische programma’s activiteiten ten behoeve van de onder het Europees Nabuurschapsbeleid vallende landen te financieren, is een bedrag van 63 000 000 EUR voor dergelijke landen bestemd. Dit krediet dient ook ter dekking van de afwikkeling van betalingen voor maatregelen gefinancierd uit hoofde van het vroegere begrotingsartikel 21 02 05 „Milieu in ontwikkelingslanden”.

Om overeenkomstig de artikelen 53 tot en met 56 van het Financieel Reglement volledige financiële transparantie te waarborgen, doet de Commissie bij de sluiting of de wijziging van overeenkomsten voor het beheer en de uitvoering van projecten door internationale organisaties alle nodige inspanningen om ervoor te zorgen dat deze organisaties zich ertoe verbinden al hun interne en externe audits over te leggen aan de Europese Rekenkamer en aan de interne auditeur van de Commissie voor het gebruik van uniale fondsen.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluaties hebben onder meer betrekking op bepaalde initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

De Commissie moet een politiek bindend document presenteren om aan te geven dat dit „snelle start”-financieringspakket voor het klimaat werkelijk aanvullend is, uniale middelen aan partnerregio’s toewijst op een geografisch evenwichtige wijze en niet ten koste gaat van bestaande programma’s voor ontwikkelingssamenwerking, alsmede duidelijke informatie over de financiële bijdragen van de lidstaten aan het „snelle start”-mechanisme en informatie over de criteria voor selectie van de begunstigden en details van de overeenkomsten met de ontwikkelingslanden.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 — Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 9 maart 2010 — Het internationale klimaatbeleid na Kopenhagen: De wereldwijde actie tegen klimaatverandering moet onmiddellijk nieuw leven worden ingeblazen (COM(2010) 86 definitief).

21 04 05   Voorbereidende actie — Wereldwijd Fonds voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energie (Global Energy Efficiency and Renewable Energy Fund — GEEREF)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

500 000

p.m.

2 200 000

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet zal worden gebruikt ter ondersteuning van de oprichting van het Wereldwijd Fonds voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energie (GEEREF), dat risicodragend kapitaal kan verstrekken voor verschillende soorten investeringsprojecten in hernieuwbare energie en energie-efficiëntie in ontwikkelingslanden, Europa en zijn buurlanden.

In de context van klimaatverandering moet de Unie het voortouw nemen met maatregelen om de gevolgen en oorzaken ervan aan te pakken. De uitwisseling van goede praktijken tussen de lidstaten op het gebied van energie-efficiëntie stelt de Unie in staat op gecoördineerde wijze op te treden, teneinde gezamenlijke strategieën en acties voor het energiebeleid te formuleren. De Unie moet overwegen om energie-efficiëntie te bevorderen als instrument in de strijd tegen de gevolgen van klimaatverandering, en het gebruik van hernieuwbare energiebronnen in ontwikkelingslanden te stimuleren om hun energieafhankelijkheid te verminderen.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41). Deze evaluaties hebben onder meer betrekking op bepaalde initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

21 04 06   Voorbereidende actie — Waterbeheer in ontwikkelingslanden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

3 300 000

3 000 000

4 300 000

6 000 000,00

424 005,00

Toelichting

Dit krediet dient ter bevordering van het waterbeheer in de ontwikkelingslanden, en met name ter verbetering van de samenwerking tussen ontwikkelingslanden die grensoverschrijdende wateren delen.

Het dient ter dekking van de ontwikkeling en verbetering van instrumenten voor waterbeheer, en met name ter verbetering van de samenwerking tussen ontwikkelingslanden.

Een deel van dit krediet kan worden gebruikt voor het verlenen van technische bijstand bij de uitvoering van akkoorden betreffende waterbeheer tussen ontwikkelingslanden.

Het dient tevens ter dekking van de dialoog en de coördinatie tussen de diverse betrokkenen om de efficiëntie en de doelmatigheid van het waterbeheer te verbeteren, en met name met het oog op de samenwerking tussen ontwikkelingslanden.

De maatregelen omvatten steun aan Afrikaanse regio's die met acuut watertekort kampen.

Verder dient dit krediet ter dekking van maatregelen om de verspreiding en uitwisseling van resultaten en beste praktijken in ontwikkelingslanden te ondersteunen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 12 maart 2002, getiteld „Waterbeheer in ontwikkelingslanden: beleid en prioriteiten in de ontwikkelingssamenwerking van de Europese Unie” (COM(2002) 132).

Resolutie van de Raad van 30 mei 2006 over waterbeheer in ontwikkelingslanden: beleid en prioriteiten in de ontwikkelingssamenwerking van de Europese Unie (DEVGEN 83 ENV 309, 9696/02).

HOOFDSTUK 21 05 —   MENSELIJKE EN SOCIALE ONTWIKKELING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 05

MENSELIJKE EN SOCIALE ONTWIKKELING

21 05 01

Menselijke en sociale ontwikkeling

21 05 01 01

Gezondheid

4

32 558 000

22 272 909

45 885 491

16 271 430

30 895 806,—

2 181 238,07

21 05 01 02

Onderwijs

4

35 000 000

21 503 929

15 000 000

11 000 000

14 450 000,—

8 048 684,85

21 05 01 03

Andere aspecten van de menselijke en sociale ontwikkeling

4

p.m.

22 942 843

33 226 000

21 000 000

28 000 000,—

11 344 650,59

21 05 01 04

Gelijkheid van mannen en vrouwen

4

37 000 000

6 534 961

3 500 000

7 000 000

10 000 000,—

4 410 978,71

21 05 01 05

Proefproject — Kwalitatieve en kwantitatieve toetsing van uitgaven op het gebied van gezondheid en onderwijs

4

p.m.

116 538

p.m.

200 000

0,—

99 890,40

21 05 01 06

Voorbereidende actie — Overdracht van technologie op farmaceutisch gebied ten behoeve van ontwikkelingslanden

4

p.m.

2 805 000

3 300 000

3 000 000

5 000 000,—

925 441,—

21 05 01 07

Voorbereidende actie — Onderzoek en ontwikkeling op het gebied van armoedegerelateerde, tropische en verwaarloosde ziekten

4

p.m.

2 760 172

3 000 000

2 500 000

5 000 000,—

2 628 273,—

21 05 01 08

Proefproject — Betere gezondheidszorg voor slachtoffers van seksueel geweld in de Democratische Republiek Congo (DRC)

4

p.m.

2 420 000

2 500 000

2 500 000

 

 

 

Artikel 21 05 01 — Subtotaal

 

104 558 000

81 356 352

106 411 491

63 471 430

93 345 806,—

29 639 156,62

21 05 02

Wereldfonds voor de bestrijding van hiv/aids, tuberculose en malaria (Global Fund to Fight Aids, Tuberculosis and Malaria — GFATM)

4

65 000 000

47 608 950

50 000 000

50 000 000

50 000 000,—

50 000 000,—

21 05 03

Menselijke en sociale ontwikkeling — Afronding van eerdere samenwerkingsactiviteiten

4

p.m.

23 804 475

p.m.

35 000 000

18 043,—

33 036 072,95

 

Hoofdstuk 21 05 — Totaal

 

169 558 000

152 769 777

156 411 491

148 471 430

143 363 849,—

112 675 229,57

21 05 01   Menselijke en sociale ontwikkeling

21 05 01 01   Gezondheid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 558 000

22 272 909

45 885 491

16 271 430

30 895 806,00

2 181 238,07

Toelichting

Dit krediet dient om financiële steun te verstrekken voor maatregelen in ontwikkelingslanden en buurlanden van Europa in het kader van het onderdeel „Goede gezondheid voor iedereen” van het thematische programma „Investeren in mensen”.

Er wordt financiële steun verleend voor maatregelen binnen vier prioriteitsgebieden: 1) bestrijden van armoedegerelateerde en verwaarloosde ziekten, in het bijzonder besmettelijke ziekten en ziekten die kunnen worden voorkomen met vaccinatie; 2) verbeteren van de reproductieve en seksuele gezondheid in ontwikkelingslanden; 3) verbeteren van gezondheidssystemen om een eerlijkere toegang tot gezondheidszorg, voorzieningen en gezondheidsdiensten te waarborgen, en 4) vinden van een evenwichtige aanpak tussen preventie, behandeling en zorg, met preventie als hoofdprioriteit.

Meer investeringen in programma’s die de gezondheid van moeders binnen een continuüm van zorg plaatsen, met inbegrip van opleiding op het gebied van life skills (inclusief gendergelijkheid), advisering, diensten en toegang tot bevoorrading, alsmede tot behandeling voor moeder en kind, pre- en postnatale zorg en verloskundige noodhulpdiensten, zorgen voor een daling van de moeder- en kindersterfte en een grotere weerstand tegen besmettelijke ziekten, rendabel zijn en hebben bewezen succesvol te zijn, dragen bij aan het verwezenlijken van alle millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling en moeten daarom worden doorgevoerd in het kader van dit begrotingsonderdeel.

Dit krediet kan niet beschikbaar worden gesteld voor het Wereldfonds ter bestrijding van aids, tuberculose en malaria (GFATM). Een deel van het krediet kan dienen ter financiering van technische bijstand in ontvangende landen.

Het programma moet ten goede komen aan de armste, minst ontwikkelde en minst begunstigde delen van de bevolking in landen die onder artikel 1, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1905/2006 vallen. Overeenkomstig artikel 38 van Verordening (EG) nr. 1905/2006, krachtens hetwelk een bedrag wordt toegewezen om in het kader van de thematische programma’s activiteiten ten behoeve van de onder het Europees Nabuurschapsbeleid vallende landen te financieren, wordt voor dergelijke landen een specifiek indicatief budget voor de periode 2007-2013 bestemd.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 25 januari 2006 — Investeren in mensen. Mededeling over het thematisch programma voor menselijke en sociale ontwikkeling en de financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2006) 18 definitief).

21 05 01 02   Onderwijs

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

35 000 000

21 503 929

15 000 000

11 000 000

14 450 000,00

8 048 684,85

Toelichting

Dit krediet dient om financiële steun te verstrekken voor maatregelen in ontwikkelingslanden en buurlanden van Europa in het kader van het onderdeel „Onderwijs, kennis en vaardigheden” van het thematische programma „Investeren in mensen”.

Er wordt financiële steun verleend voor maatregelen binnen zeven prioriteitsgebieden: 1) de millenniumontwikkelingsdoelstelling om tegen 2015 wereldwijd basisonderwijs te bewerkstelligen en het Actiekader van Dakar voor Onderwijs voor iedereen; 2) basisonderwijs, middelbaar en hoger onderwijs en beroepsopleiding ter verbetering van de toegang tot het onderwijs voor alle kinderen en, in toenemende mate, voor vrouwen en mannen van alle leeftijden; 3) bevordering van basisonderwijs van hoge kwaliteit met bijzondere aandacht voor het bieden van toegang tot onderwijsprogramma’s aan meisjes, kinderen in door conflicten getroffen gebieden en kinderen uit gemarginaliseerde en meer kwetsbare sociale groeperingen, met inbegrip van kinderen met een handicap; 4) ontwikkeling van methodes om leerresultaten te meten, voor een betere beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs; 5) bevordering van harmonisatie en onderlinge afstemming onder donoren, ter bevordering van universeel verplicht, gratis basisonderwijs van hoge kwaliteit door internationale of meerlandeninitiatieven; 6) ondersteuning van een inclusieve kennismaatschappij en hulp om de digitale kloof en kennis- en informatielacunes te dichten, en 7) verbetering van kennis en innovatie door middel van wetenschap en technologie, alsmede ontwikkeling van en toegang tot elektronische communicatienetten.

Bij deze maatregelen moet rekening worden gehouden met het feit dat ten gevolge van beter onderwijs en daarmee betere kansen op een goed leven in het land van herkomst, de migratie zal verminderen.

Het programma moet in de eerste plaats ten goede komen aan de armste, minst ontwikkelde en minst begunstigde delen van de bevolking in landen die onder artikel 1, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1905/2006 vallen.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 — Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 25 januari 2006 — Investeren in mensen. Mededeling over het thematisch programma voor menselijke en sociale ontwikkeling en de financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2006) 18 definitief).

21 05 01 03   Andere aspecten van de menselijke en sociale ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

22 942 843

33 226 000

21 000 000

28 000 000,00

11 344 650,59

Toelichting

Dit krediet dient om financiële steun te verstrekken voor maatregelen in ontwikkelingslanden en buurlanden van Europa in het kader van het onderdeel „Andere aspecten van de menselijke en sociale ontwikkeling” van het thematische programma „Investeren in mensen”, dat gericht is op de kernthema’s goede gezondheid voor iedereen, kennis en vaardigheden, cultuur, werkgelegenheid en sociale cohesie, gendergelijkheid, en jongeren en kinderen. Acties op de vier gebieden moeten rekening houden met horizontale kwesties zoals gendergelijkheid, behoeften van personen met een handicap en milieubescherming.

Er wordt financiële steun verleend voor maatregelen op drie prioriteitsgebieden: 1) cultuur, 2) werkgelegenheid en sociale cohesie, en 3) jongeren en kinderen.

Dit krediet dient tevens ter ondersteuning van het Tibetaanse maatschappelijk middenveld in China en in ballingschap en van het revitaliseren van Tibetaanse gemeenschappen in ballingschap.

Het programma moet ten goede komen aan de armste, minst ontwikkelde en minst begunstigde delen van de bevolking in landen die onder artikel 1, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1905/2006 vallen. Overeenkomstig artikel 38 van Verordening (EG) nr. 1905/2006, krachtens hetwelk een bedrag wordt toegewezen om in het kader van de thematische programma’s activiteiten ten behoeve van de onder het Europees Nabuurschapsbeleid vallende landen te financieren, wordt voor dergelijke landen in het kader van de prioriteiten 2) en 3) een specifiek indicatief budget voor de periode 2007-2013 bestemd.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 — Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 25 januari 2006 — Investeren in mensen. Mededeling over het thematisch programma voor menselijke en sociale ontwikkeling en de financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2006) 18 definitief).

21 05 01 04   Gelijkheid van mannen en vrouwen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

37 000 000

6 534 961

3 500 000

7 000 000

10 000 000,00

4 410 978,71

Toelichting

Dit krediet dient om financiële steun te verstrekken voor maatregelen in ontwikkelingslanden en buurlanden van Europa in het kader van het onderdeel „Gendergelijkheid” van het thematische programma „Investeren in mensen”, dat gericht is op de kernthema’s goede gezondheid voor iedereen, kennis en vaardigheden, cultuur, werkgelegenheid en sociale cohesie, gendergelijkheid, en jongeren en kinderen.

Financiële steun wordt verstrekt voor maatregelen voor het propageren van gendergelijkheid en vrouwenrechten, tot uitvoering van mondiale verbintenissen zoals vastgelegd in het genderactieplan van de Europese Unie, de VN-Verklaring en het Actieplatform van Peking en het VN-Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen.

Het programma moet ten goede komen aan de armste, minst ontwikkelde en minst begunstigde delen van de bevolking in landen die onder artikel 1, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1905/2006 vallen. Overeenkomstig artikel 38 van Verordening (EG) nr. 1905/2006, krachtens hetwelk een bedrag wordt toegewezen om in het kader van de thematische programma’s activiteiten ten behoeve van de onder het Europees Nabuurschapsbeleid vallende landen te financieren, wordt voor dergelijke landen een specifiek indicatief budget voor de periode 2007-2013 bestemd.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 3 augustus 2005 — Het externe optreden via thematische programma’s binnen de nieuwe financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2005) 324 definitief).

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 25 januari 2006 — Investeren in mensen. Mededeling over het thematisch programma voor menselijke en sociale ontwikkeling en de financiële vooruitzichten 2007-2013 (COM(2006) 18 definitief).

21 05 01 05   Proefproject — Kwalitatieve en kwantitatieve toetsing van uitgaven op het gebied van gezondheid en onderwijs

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

116 538

p.m.

200 000

0,—

99 890,40

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de kwalitatieve en kwantitatieve monitoring van uitgaven op het gebied van gezondheid en onderwijs en van de discussie over door de Commissie genomen maatregelen in de sectoren gezondheid en onderwijs.

De uitvoering van concrete projecten moet door deskundigen en deelnemende groepen worden bediscussieerd en gevolgd, teneinde het publiek beter op de hoogte te brengen van maatregelen op het gebied van gezondheid en onderwijs.

Verder dient het ter dekking van maatregelen om de verspreiding en uitwisseling van resultaten en beste praktijken in ontwikkelingslanden te ondersteunen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

21 05 01 06   Voorbereidende actie — Overdracht van technologie op farmaceutisch gebied ten behoeve van ontwikkelingslanden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 805 000

3 300 000

3 000 000

5 000 000,00

925 441,00

Toelichting

Deze voorbereidende actie ging in 2008 van start met als doel een actieprogramma vast te stellen:

ter ondersteuning van het verbeteren van onderzoek, ontwikkeling en productiecapaciteit in de farmaceutische sector in ontwikkelingslanden;

ter verlening van concrete financiële steun voor de overdracht van technologie op farmaceutisch gebied en de opbouw van capaciteit in ontwikkelingslanden en de lokale productie van geneesmiddelen in alle ontwikkelingslanden, met name de minst ontwikkelde landen, ter nakoming van de verplichtingen vastgelegd in artikel 66, lid 2, van de TRIPS-overeenkomst.

In 2009 werd een studie gelanceerd en in 2010 werd een specifiek project gefinancierd om de toegang tot technologie te verbeteren, de capaciteitsopbouw te ontwikkelen en de plaatselijke productiecapaciteit te vergroten (ook voor traditionele medicijnen).

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Resolutie van het Europees Parlement van 12 juli 2007 over de TRIPS-overeenkomst en de toegang tot medicijnen (PB C 175 E van 10.7.2008, blz. 591).

21 05 01 07   Voorbereidende actie — Onderzoek en ontwikkeling op het gebied van armoedegerelateerde, tropische en verwaarloosde ziekten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 760 172

3 000 000

2 500 000

5 000 000,00

2 628 273,00

Toelichting

Deze voorbereidende actie ging in 2008 van start en was bedoeld om een actieprogramma op te zetten ter ondersteuning van onderzoek en ontwikkeling op het gebied van aan armoede gerelateerde, tropische en verwaarloosde ziekten en ter ondersteuning van onderzoeksinstellingen die bereid zijn hun medewerking te verlenen aan initiatieven voor de volksgezondheid op bovengenoemd terrein. Het onderzoek moet in hoofdzaak plaatsvinden in ontwikkelingslanden om ze te helpen ter plaatse kennis en aan de plaatselijke omstandigheden aangepaste oplossingen te ontwikkelen voor het gebrek aan toegang tot geneesmiddelen.

In 2009 is een studie gelanceerd, die een brede raadpleging van belanghebbenden over de prioriteiten omvat en waarbij bijzondere nadruk wordt gelegd op de actieve medewerking en de centrale rol in het proces van wetenschappers, beleidsmakers en instellingen van het betrokken ontwikkelingsland.

Daarenboven zijn de kredieten in 2009 en 2010 bestemd voor de financiering van specifieke acties, zoals de ondersteuning van onderzoeksnetwerken en van capaciteitsopbouw in de ontwikkelingslanden. In al deze projecten moet ervoor worden gezorgd dat de belanghebbenden in de ontwikkelingslanden (regionale, nationale en lokale deskundigen, wetenschappers en instellingen) worden geraadpleegd en een leidende rol spelen.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Resolutie van het Europees Parlement van 12 juli 2007 over de TRIPS-overeenkomst en de toegang tot medicijnen. (PB C 175 E van 10.7.2008, blz. 591).

21 05 01 08   Proefproject — Betere gezondheidszorg voor slachtoffers van seksueel geweld in de Democratische Republiek Congo (DRC)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 420 000

2 500 000

2 500 000

 

 

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om Congolese dokters op te leiden in zowel algemene gynaecologische chirurgie als riskante ingrepen zoals het herstellen van fistels en bekkenreconstructies.

Het moet dienen ter ondersteuning van een uitwisselings- en opleidingsprogramma op het gebied van de chirurgie, bestemd voor het personeel van diverse ziekenhuizen in de Democratische Republiek Congo, vooral in het oostelijke deel van het land.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

21 05 02   Wereldfonds voor de bestrijding van hiv/aids, tuberculose en malaria (Global Fund to Fight Aids, Tuberculosis and Malaria — GFATM)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

65 000 000

47 608 950

50 000 000

50 000 000

50 000 000,00

50 000 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter ondersteuning van acties uit hoofde van het Wereldfonds voor de bestrijding van hiv/aids, tuberculose en malaria (GFATM).

De kredieten op deze begrotingslijn moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluatie zal onder meer betrekking hebben op initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

21 05 03   Menselijke en sociale ontwikkeling — Afronding van eerdere samenwerkingsactiviteiten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

23 804 475

p.m.

35 000 000

18 043,00

33 036 072,95

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van eerdere samenwerkingsacties in het kader van een aantal programma’s waaronder gezondheid, basisonderwijs, samenwerking op cultureel gebied, aanvullende bijdrage aan de millenniumdoelstellingen van de Verenigde Naties, gedecentraliseerde samenwerking, informatie- en communicatietechnologie en duurzame energie en gendergelijkheid.

Gezondheid

Dit krediet dient voor de financiering van acties met het oog op de verbetering van de reproductieve en seksuele gezondheid in ontwikkelingslanden en de waarborging van de naleving van de daarmee verband houdende rechten.

Financiële steun wordt verstrekt ter bevordering van de erkenning van rechten op het gebied van voortplanting en seksualiteit, bescherming van het moederschap en toegang voor iedereen tot een volledig pakket van veilige en betrouwbare diensten op het gebied van reproductieve en seksuele gezondheidszorg.

Deze financiering en knowhow dienen met name ten goede te komen aan de armste en minst ontwikkelde landen alsmede aan de minst bevoorrechte bevolkingsgroepen in ontwikkelingslanden. Voorrang wordt gegeven aan maatregelen die een aanvulling en een versterking vormen van het beleid en de capaciteiten van deze landen en de hulp die verleend wordt via andere instrumenten voor ontwikkelingssamenwerking.

De activiteiten hebben de volgende doelstellingen:

het recht van vrouwen, mannen en jongeren op een goede reproductieve en seksuele gezondheid moet worden gewaarborgd;

vrouwen, mannen en jongeren moeten toegang krijgen tot een volledig pakket van veilige en betrouwbare diensten op het gebied van reproductieve en seksuele gezondheidszorg;

de kraambedsterfte moet worden teruggedrongen, met name in de landen en bevolkingsgroepen waar die het hoogste is;

genitale verminking van vrouwen moet worden bestreden.

De financiële steun wordt verstrekt aan projecten en programma’s die specifiek de verwezenlijking van bovenstaande doelstellingen beogen.

Dit krediet is bestemd ter financiering van een voorbereidende actie voor het bestrijden van aan armoede gerelateerde ziekten, andere dan hiv/aids, malaria en tuberculose. Het dient in het bijzonder om bij te dragen aan immunisatieprogramma’s tegen ziekten zoals mazelen, difterie, tetanus, kinkhoest, hepatitis B, haemophilus influenzae B, gele koorts, meningitis en door pneumokokken veroorzaakte ziekten door middel van het voltooien van in een aantal ontwikkelingslanden reeds begonnen inentingsinspanningen.

De voorbereidende actie richt zich door middel van gerichte en innovatieve maatregelen op het onderzoeken en waarborgen van omstandigheden voor een betere coördinatie tussen de Unie, de lidstaten en de belangrijkste internationale publieke/particuliere partnerschappen op het vlak van volksgezondheid en immunisatie, alsook op een hogere efficiëntie van investeringen in de gezondheidszorgstelsels (preventie, educatie, opbouw van capaciteit) in ontwikkelingslanden.

Dit krediet dient ter dekking van de uniale bijdrage aan de tenuitvoerlegging van het actieprogramma van de Unie dat gericht is op de drie belangrijkste overdraagbare ziekten (hiv/aids, malaria en tuberculose) in ontwikkelingslanden.

In het kader van dit programma verleent de Unie financiële steun en verstrekt zij passende knowhow ter bevordering van investeringen in gezondheidszorg, armoedebestrijding en rechtvaardige economische groei in ontwikkelingslanden.

Bij de toewijzing van financiering en deskundigheid dient met name prioriteit te worden gegeven aan de armste en minst ontwikkelde landen en de minst bevoorrechte bevolkingsgroepen in ontwikkelingslanden, met name vrouwen en meisjes, alsmede aan maatregelen ter aanvulling en versterking van het beleid en de capaciteiten van ontwikkelingslanden en de hulp die verleend wordt via andere instrumenten voor ontwikkelingssamenwerking. Deze activiteiten dienen een bijdrage te leveren aan innovatieve oplossingen ter verbetering van de resultaten van de huidige praktijken in verband met de bestrijding van aan armoede gerelateerde ziekten.

De volgende doelstellingen gelden voor alle activiteiten:

optimalisatie van de impact van bestaande maatregelen, diensten, basisproducten en voorlichting gericht op de voornaamste overdraagbare ziekten waardoor de armste bevolkingsgroepen worden getroffen;

beschikbaar maken van basisgeneesmiddelen tegen betaalbaardere prijzen;

intensivering van onderzoek en ontwikkeling, met name wat betreft vaccins en klinische tests, bacteriëndodende middelen en innovatieve behandelwijzen;

uitbreiding van activiteiten op het gebied van de preventie van ziekten, met inbegrip van Voluntary Confidential Counselling and Testing (VCCT), gerichte voorlichtingscampagnes en advisering onder risicogroepen;

bevordering van bewustmakingscampagnes, onderwijs, voorlichting en communicatie gericht op het beperken van risicogedrag;

integratie van genderbewustzijn in de hiv/aids-programmering en de ontwikkeling van door vrouwen geïnitieerde en door vrouwen gecontroleerde preventiemethoden, alsmede de integratie van mannen in programma’s die gericht zijn op de gevolgen voor vrouwen en meisjes;

bevordering van leiderschapsbewustwordingstrainingen.

Dit krediet is ook bedoeld voor het financieren van inentingsprogramma’s tegen malaria.

De Unie verleent steun aan specifieke projecten om de bovengenoemde doelstellingen te bevorderen; onder meer wordt steun verleend aan wereldwijde initiatieven op het gebied van de bestrijding van de belangrijkste overdraagbare ziekten in het kader van de bestrijding van de armoede, zoals het Wereldfonds voor de bestrijding van hiv/aids, malaria en tuberculose, dat op 29 januari 2002 met zijn activiteiten is begonnen.

Basisonderwijs

Dit krediet is bestemd, bij wijze van proefproject, ter ondersteuning — door middel van pertinente maatregelen en analysen — van nationale programma’s voor het basisonderwijs in de ontwikkelingslanden.

Samenwerking op cultureel gebied

Het dient ter bevordering van culturele diversiteit door middel van steun voor samenwerking op het gebied van cultuur, met inbegrip van:

activiteiten ter ondersteuning van wederzijds begrip tussen verschillende culturen binnen partnerlanden;

uitwisselingen gericht op meer cultureel begrip tussen ontwikkelingslanden en de Unie.

Aanvullende bijdrage aan de millenniumdoelstellingen van de Verenigde Naties

Dit krediet is bedoeld ter financiering van sectorale begrotingssteun voor het beëindigen van school- en uniformgeld in het basisonderwijs, in het bijzonder voor meisjes. Het beperkte aantal ontvangende landen wordt gekozen van de lijst van landen die door het millenniumproject van de Verenigde Naties zijn aangeduid als potentiële begunstigden van „fast-tracking” in het kader van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling, overeenkomstig de regels die de Commissie toepast voor de landen die in aanmerking komen voor begrotingssteun, in het bijzonder hun vermogen om te voldoen aan criteria op het gebied van goed bestuur en deugdelijk financieel beheer.

Een deel van dit krediet is bedoeld voor het financieren van de voorbereiding van de begunstigde landen op het compenseren van gebruikersheffingen door andere manieren van publieke financiering aan het eind van deze tijdelijke actie van de Unie.

Dit krediet dient ter financiernig van sectorale begrotingssteun voor schoolmaaltijden voor kinderen in basisscholen. Deze maatregel is een aanvulling op de „Quick Win”-acties voor de beëindiging van het school- en uniformgeld; het kan worden toegekend aan dezelfde landen, gekozen van de lijst van landen die door het millenniumproject van de Verenigde Naties zijn geïdentificeerd als potentiële begunstigden van „fast-tracking” in het kader van de millenniumdoelstellingen, overeenkomstig de regels die de Commissie toepast voor de landen die in aanmerking komen voor begrotingssteun, in het bijzonder hun vermogen om te voldoen aan criteria op het gebied van goed bestuur en gezond financieel beheer.

Een deel van dit krediet is bedoeld voor het financieren van het voorbereiden van de begunstigde landen op het organiseren van overheidsfinanciering voor schoolmaaltijden na afloop van deze tijdelijke actie van de Unie.

Dit krediet is bedoeld voor het financieren van steun aan kleine boeren voor een grootschalige aanvulling van bodemnutriënten op verarmde grond door middel van de kosteloze of gesubsidieerde distributie van chemische meststoffen en door middel van agrobosbouw.

De landen die voor deze actie in aanmerking komen, worden gekozen van de lijst van landen die door het VN-millenniumproject zijn geïdentificeerd als potentiële kandidaten voor „fast-tracking” in het kader van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling.

Gedecentraliseerde samenwerking

Dit krediet is voorts bedoeld om het vermogen van actoren van het maatschappelijk middenveld en lokale overheden om handelend op te treden, zich te mobiliseren en zich te organiseren, te vergroten, teneinde de dialoog tussen overheden en niet-gouvernementele actoren te bevorderen. Het dient ter financiering van maatregelen voor sociale of economische ontwikkeling ten behoeve van de armste bevolkingsgroepen in ontwikkelingslanden, met name de meest kwetsbare groepen. Het ondersteunt duurzame ontwikkelingsinitiatieven van lokale overheden, organisaties uit lokale gemeenschappen en verenigingen of groeperingen in de ontwikkelingslanden, mogelijk in samenwerking met hun partners uit de Unie.

In deze context is dit krediet hoofdzakelijk bestemd voor voorlichtings-, scholings-, kapitalisatie- en communicatieprogramma’s om potentiële actoren in staat te stellen zich de aanpak van gedecentraliseerde samenwerking beter eigen te maken en actiever deel te nemen aan het overleg aangaande uniale programma’s en de tenuitvoerlegging van de gedecentraliseerde samenwerking.

Informatie en communicatietechnologie en duurzame energie

Dit krediet dient ter financiering van informatie- en communicatietechnologie die nuttig kan zijn met betrekking tot het proces van gedecentraliseerde samenwerking.

Dit krediet is bedoeld om de Commissie in staat te stellen in 2002 een mechanisme op te zetten voor de ondersteuning van capaciteitsopbouw in de ontwikkelingslanden op het gebied van informatie- en communicatietechnologieën (ICT) en duurzame energie. Dit programma dient goed gecoördineerd te worden met andere donorinitiatieven voor ICT en duurzame energie.

Het onderdeel „Duurzame energie” valt onder artikel 06 04 02 en aan het onderdeel ICT wordt, waar nodig, aandacht besteed in nationale en/of regionale programma’s.

De Commissie moet dit krediet ook gebruiken om met het ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties te werken aan gezamenlijke pilootprojecten en ervoor te zorgen dat alle voordelen van ICT en technologie op het gebied van duurzame energie worden onderzocht en naar behoren onder de aandacht worden gebracht.

Gelijkheid mannen en vrouwen

Dit krediet is bestemd voor de financiering van:

de tenuitvoerlegging van een katalyserende rol bij de bevordering van de gelijkheid van mannen en vrouwen in het kader van de ontwikkelingssamenwerking van de Unie;

het verlenen van financiële bijstand en passende knowhow en tezelfdertijd versterking van het beleid inzake gender mainstreaming door steun te verlenen aan specifieke acties ter versterking van de rol van vrouwen.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 443/92 van de Raad van 25 februari 1992 inzake financiële en technische hulp en economische samenwerking met de ontwikkelingslanden in Latijns-Amerika en in Azië (PB L 52 van 27.2.1992, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1292/96 van de Raad van 27 juni 1996 betreffende het voedselhulpbeleid en het beheer van de voedselhulp en van de specifieke acties ter ondersteuning van de voedselzekerheid (PB L 166 van 5.7.1996, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 955/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 13 mei 2002 tot verlenging en wijziging van Verordening (EG) nr. 1659/98 van de Raad betreffende gedecentraliseerde samenwerking (PB L 148 van 6.6.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 625/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot verlenging en wijziging van Verordening (EG) nr. 1659/98 van de Raad betreffende gedecentraliseerde samenwerking (PB L 99 van 3.4.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Referentiebesluiten

Proefprojecten in de zin van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Resolutie van het Europees Parlement van 12 april 2005 over de rol van de Europese Unie bij de verwezenlijking van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling (PB C 33 E van 9.2.2006, blz. 311).

Conclusies van de Raad Algemene zaken en externe betrekkingen van 23 en 24 mei 2005 over de millenniumdoelstellingen.

Conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van Brussel (16 en 17 juni 2005).

Conclusies van de Raad Algemene zaken en externe betrekkingen van 18 juli 2005 over de VN-top.

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement en het Europees Economisch en Sociaal Comité van 12 april 2005 — Samenhang in het ontwikkelingsbeleid — Sneller vorderingen boeken om de millenniumdoelstellingen voor de ontwikkeling te bereiken (COM(2005) 134 definitief).

HOOFDSTUK 21 06 —   GEOGRAFISCHE SAMENWERKING MET DE LANDEN IN AFRIKA, HET CARIBISCHE GEBIED EN DE STILLE OCEAAN (ACS-STATEN)

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 06

GEOGRAFISCHE SAMENWERKING MET DE LANDEN IN AFRIKA, HET CARIBISCHE GEBIED EN DE STILLE OCEAAN (ACS-STATEN)

21 06 02

Betrekkingen met Zuid-Afrika

4

137 632 000

131 050 300

131 352 259

110 000 000

137 680 000,—

105 796 206,68

21 06 03

Aanpassingssteun voor de landen van het Suikerprotocol

4

196 671 000

123 783 270

175 756 786

80 000 000

163 559 000,—

94 200 938,75

21 06 04

Maatregelen voor herstel en wederopbouw ten gunste van ontwikkelingslanden, vooral ACS-staten

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

63 061,25

21 06 05

Steun aan de bananenproducenten van de ACS-staten

4

p.m.

38 087 160

p.m.

40 000 000

28 554,48

56 351 513,15

21 06 06

Samenwerking anders dan officiële ontwikkelingshulp (Zuid-Afrika)

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

1 000 000

285 654

 

 

 

 

 

 

1 000 000

285 654

p.m.

p.m.

 

 

21 06 07

Begeleidende maatregelen in de bananensector

4

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

43 000 000

28 565 370

 

 

 

 

 

 

43 000 000

28 565 370

p.m.

p.m.

 

 

 

Hoofdstuk 21 06 — Totaal

 

334 303 000

292 920 730

307 109 045

230 000 000

301 267 554,48

256 411 719,83

Reserves (40 02 41)

 

44 000 000

28 851 024

 

 

 

 

 

 

378 303 000

321 771 754

307 109 045

230 000 000

301 267 554,48

256 411 719,83

Toelichting

Voor landen omschreven als „ontvangers van officiële ontwikkelingshulp” (ODA) door de OESO-Commissie voor Ontwikkelingsbijstand (DAC) is in het verleden een benchmark van 35 % toegewezen aan sociale infrastructuur, voornamelijk onderwijs en gezondheidszorg, maar ook aan macro-economische steun, met voorrang voor de sociale sector, daarbij erkennend dat de uniale bijdrage moet worden gezien als deel van de algemene donorsteun aan de sociale sector en dat een bepaalde mate van flexibiliteit de norm dient te zijn. De Commissie zal ook in de toekomst over deze benchmark verslag uitbrengen.

Bovendien zal de Commissie, overeenkomstig haar verklaring over artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41), zich ervoor inzetten om te waarborgen dat een benchmark van 20 % van de toegewezen steun in het kader van de landenprogramma’s, gedekt door het instrument voor ontwikkelingssamenwerking (Development Cooperation Instrument — DCI), tegen 2009 toegewezen zal worden aan basisonderwijs en basisgezondheidszorg, door middel van begrotingssteun voor projecten en programma’s in verband met deze sectoren, met een gemiddelde over alle geografische gebieden en erkennend dat een bepaalde mate van flexibiliteit de norm moet zijn, bijvoorbeeld als het gaat om steun in uitzonderlijke gevallen.

Uiterlijk op 1 juli van elk jaar zal de Commissie het Europees Parlement en de Raad een jaarverslag over het ontwikkelingsbeleid en de buitenlandse hulp van de Unie voorleggen, waarin zij alle op haar rustende reglementaire rapportageverplichtingen nakomt en de ontwikkelingssamenwerking omstandig toelicht, met name wat betreft de mate waarin de doelstellingen zijn verwezenlijkt. In dit verslag zullen met name:

de strategische doelstellingen van het ontwikkelingsbeleid van de Europese Unie en haar bijdrage aan de verwezenlijking van de voormalige benchmark van 35 % voor sociale infrastructuur en dienstverlening en de huidige benchmark van 20 % voor basis- en secundair onderwijs en basisgezondheidszorg, in het kader van de geografische samenwerking in het raam van het DCI, worden gepresenteerd en de doeltreffendheid en doelmatigheid worden beoordeeld van de samenwerking, met inbegrip van de voortgang met het coördineren van de steun, door de samenhang van de strategie van de Unie bij externe acties te verbeteren en door horizontale thema’s te integreren zoals gender, mensenrechten, conflictpreventie en milieu;

de belangrijkste resultaten van de evaluatie- en monitoringverslagen worden gepresenteerd, teneinde aan te geven in hoeverre de doelstellingen van de ondernomen acties worden verwezenlijkt;

de voornaamste aspecten van de samenwerking en de belangrijkste op dat gebied verrichte activiteiten in elke geografische regio worden samengevat, en

financiële gegevens worden verstrekt over de aan elke sector verleende hulp overeenkomstig de OESO-rapportagevereisten.

Het verslag bevat tevens informatie over hoe begrotingssteun heeft bijgedragen aan de verwezenlijking van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling. De begrotingssteun wordt verleend indien een afdoende institutionele capaciteit is aangetoond en indien is voldaan aan gedetailleerde voorwaarden voor het beheer en gebruik van middelen in het ontvangende land. De voorwaarden worden vermeld in het jaarverslag, waarin tevens een beoordeling wordt opgenomen van de mate waarin aan die voorwaarden is voldaan.

Na de presentatie van het verslag treden het Europees Parlement, de Raad en de Commissie in een dialoog over de resultaten en over de wijze waarop meer vooruitgang kan worden geboekt bij het verwezenlijken van de doelstellingen.

21 06 02   Betrekkingen met Zuid-Afrika

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

137 632 000

131 050 300

131 352 259

110 000 000

137 680 000,00

105 796 206,68

Toelichting

Dit krediet is in overeenstemming met de Overeenkomst inzake handel, ontwikkeling en samenwerking (Trade, Development and Cooperation Agreement — TCDA) tussen de Europese Unie en Zuid-Afrika en Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een Financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

Het programma wordt in 2007-2013 ten uitvoer gelegd via nationale strategiedocumenten (CSP's) en meerjarige indicatieve programma’s (MIP's) in het kader van de overeenkomst en wordt gefinancierd uit de algemene begroting van de Unie.

Dit krediet dient met name ter dekking van de financiering van projecten en programma’s op het gebied van ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika die bijdragen tot:

de harmonieuze en duurzame economische en sociale ontwikkeling van Zuid-Afrika door middel van programma’s en maatregelen ter bestrijding van armoede en ter bevordering van economische groei die aan de armen ten goede komt;

voortzetting van de integratie van Zuid-Afrika in de wereldeconomie;

consolidatie van de basis die is gelegd voor een democratische samenleving en een rechtsstaat waarin de mensenrechten en de fundamentele vrijheden ten volle worden geëerbiedigd;

de verbetering van sociale diensten en het helpen bereiken van de millenniumontwikkelingsdoelstellingen.

De programma’s moeten gericht zijn op armoedebestrijding en op de verwezenlijking van de millenniumontwikkelingsdoelstellingen, waarbij rekening wordt gehouden met de behoeften van voorheen achtergestelde gemeenschappen en met de gender- en milieudimensies van ontwikkeling. Bijzondere aandacht moet uitgaan naar versterking van de institutionele capaciteit.

De ontwikkelingssamenwerking is met name gericht op:

versterking van de capaciteit voor en ondersteuning van de verlening van diensten aan de armen (o.a. op het gebied van gezondheid, HIV/aids, onderwijs, huisvesting, voorzieningen inzake water en hygiëne, duurzame energie, communicatie, en daarnaast ook hervormingen van het beheer van de openbare financiën op alle bestuursniveaus, capaciteitsopbouw en beter toezicht en evaluatie);

ondersteuning van duurzame groei, specifiek gericht op het scheppen van werkgelegenheid (aanpakken van zowel de vraag- als de aanbodaspecten van de arbeidsmarkt, zoals de ontwikkeling van competenties), met name op het gebied van aanpassing aan en opvangen van de gevolgen van de klimaatverandering, en in de groene economie in het algemeen;

steun voor governance (zowel in het publieke als het niet-publieke domein);

regionale en pan-Afrikaanse steun (o.a. bijdragen aan acties ter bevordering van vrede en veiligheid, aan programma’s binnen de ACS voor wetenschap, technologie en mobiliteit van academici), en ondersteuning van regionale interconnecties via de ontwikkeling van infrastructuur en handel.

Gelet op de milieu-uitdagingen waarvoor Zuid-Afrika staat en de 12e plaats van het land op de wereldranglijst inzake de uitstoot van broeikasgassen, zal bij de ontwikkelingssamenwerking meer nadruk komen te liggen op milieubeschermingsmaatregelen en maatregelen in verband met de klimaatverandering.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluatie zal onder meer betrekking hebben op initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Indien hulp wordt verleend door middel van begrotingssteun, zal de Commissie de inspanningen van de partnerlanden steunen om parlementaire controle- en auditcapaciteit te ontwikkelen, in overeenstemming met artikel 25, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1905/2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

21 06 03   Aanpassingssteun voor de landen van het Suikerprotocol

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

196 671 000

123 783 270

175 756 786

80 000 000

163 559 000,00

94 200 938,75

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van maatregelen ter ondersteuning van aanpassingen in ACS-staten ingevolge de hervorming van de gemeenschappelijke marktordening voor suiker.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006. Deze evaluatie zal onder meer betrekking hebben op initiële activiteiten en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen worden gebruikt voor de opstelling van verdere maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

21 06 04   Maatregelen voor herstel en wederopbouw ten gunste van ontwikkelingslanden, vooral ACS-staten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

63 061,25

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van maatregelen om een aanzet te geven tot de terugkeer naar het normale leven van bevolkingsgroepen in ontwikkelingslanden, met name de landen in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (ACS-staten), die te maken hebben met een crisissituatie als gevolg van natuurrampen, gewelddadige conflicten of andere crises.

Het dekt tevens de neveneffecten van deze crisissituaties in naburige ACS-staten, zoals de Dominicaanse Republiek in het geval van de aardbeving op Haïti.

Het dient met name ter dekking van maatregelen bestemd voor:

het opnieuw op gang brengen van een duurzaam productiestelsel;

het materiële en functionele herstel van de basisinfrastructuur, met inbegrip van mijnopruiming;

de maatschappelijke verzoening via niet-structurele maatregelen in samenlevingen die getroffen zijn door een gewelddadig conflict;

sociale re-integratie, met name van vluchtelingen, ontheemden en gedemobiliseerde militairen;

de wederopbouw van de bij de herstelfase benodigde instellingen, met name op plaatselijk niveau;

bijstand voor kinderen, met name revalidatie van door oorlog getroffen kinderen, met inbegrip van kindsoldaten;

de bewustmaking van de betrokken bevolkingsgroepen van de gevaren van natuurrampen en van maatregelen om die rampen te voorkomen of de gevolgen daarvan te beperken;

steun aan personen met een handicap en gehandicaptenorganisaties ter bevordering van hun mensenrechten en om te waarborgen dat hulp bij rampen en wederopbouwacties ten goede komen aan ouderen en dat afdoende aandacht wordt besteed aan onderzoek en het verzamelen van leeftijdsgespecificeerde gegevens ter ondersteuning van programmering en beleid.

Het bestrijkt ook onderwijs voor kinderen die het slachtoffer zijn van oorlog of natuurrampen.

De steun moet in het bijzonder worden toegekend aan programma’s en projecten die worden uitgevoerd door niet-gouvernementele ontwikkelingsorganisaties en andere actoren van de civiele samenleving, waarbij de betrokkenheid van de begunstigde bevolking in elke fase van de besluitvorming en uitvoering wordt gestimuleerd.

Een deel van dit krediet is bestemd voor acties ter controle en verwijdering van antipersoneelsmijnen, explosieve overblijfselen van oorlogshandelingen en onwettige handvuurwapens en lichte wapens.

Ontvangsten die voortvloeien uit financiële bijdragen van lidstaten en andere donorlanden, inclusief in beide gevallen hun publieke en parastatale organen, of van internationale organisaties aan bepaalde externe steunprojecten of -programma’s die door de Unie worden gefinancierd en namens hen door de Commissie worden beheerd, overeenkomstig de desbetreffende basishandeling, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten. Deze in artikel 6 3 3 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen vormen bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement. De bedragen die worden geboekt bij het begrotingsonderdeel voor uitgaven voor administratieve ondersteuning zullen worden vastgesteld in het kader van de bijdrageovereenkomst van elk operationeel programma, waarbij voor elk hoofdstuk wordt uitgegaan van een gemiddelde dat niet hoger is dan 4 % van de bijdragen voor het desbetreffende programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

21 06 05   Steun aan de bananenproducenten van de ACS-staten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

38 087 160

p.m.

40 000 000

28 554,48

56 351 513,15

Toelichting

Dit krediet dient om de naleving mogelijk te maken van verplichtingen die in het kader van de technische bijstand en inkomenssteun voor de producenten in de ACS-staten ten gevolge van de instelling van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen zijn aangegaan.

Dit krediet is ook bedoeld ter ondersteuning van de capaciteitsopbouw in de ACS-productielanden, om deze te helpen zich beter te integreren in het multilaterale handelssysteem, met inbegrip van de verbetering van hun capaciteit om deel te nemen aan de Wereldhandelsorganisatie (WTO).

Met ingang van 1 januari 1999 wordt op dit artikel tevens een bijstandsprogramma aangewezen dat de bananenproducenten van de ACS-staten in staat moet stellen zich aan te passen aan de nieuwe marktvoorwaarden die zijn ontstaan naar aanleiding van de wijziging van de gemeenschappelijke marktordening voor de bananensector.

De kredieten onder dit artikel moeten worden geëvalueerd overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en van de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41). Deze evaluatie zal onder meer betrekking hebben op hulpbronnen en de resultaatketen (prestatie, resultaat, impact). De bevindingen ervan zullen vervolgens worden gebruikt voor de opstelling van maatregelen die met behulp van deze kredieten worden gefinancierd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 856/1999 van de Raad van 22 april 1999 tot instelling van een bijzondere kaderregeling voor bijstand ten behoeve van traditionele ACS-leveranciers van bananen (PB L 108 van 27.4.1999, blz. 2).

21 06 06   Samenwerking anders dan officiële ontwikkelingshulp (Zuid-Afrika)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 06 06

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

1 000 000

285 654

 

 

 

 

Totaal

1 000 000

285 654

p.m.

p.m.

 

 

Toelichting

De samenwerking met DCI-landen heeft tot doel overleg te voeren met partners die dezelfde politieke, economische en institutionele waarden hebben als de Unie, belangrijke bilaterale partners zijn en een rol spelen in multilaterale fora en op het vlak van het mondiale bestuur.

Deze toewijzing omvat specifiek middelen om de mobiliteit van academici uit de Unie naar Zuid-Afrika te financieren.

Voor de kredieten voor deze begrotingslijn moet tussen de twee takken van de begrotingsautoriteit een akkoord worden gesloten over de meerjarenfinanciering van deze maatregelen met alle instrumenten waarin is voorzien in het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1), met name de punten 21, 22, 23 en 27.

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1934/2006 tot vaststelling van een financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen (COM(2009) 197 definitief), door de Commissie ingediend op 22 april 2009.

21 06 07   Begeleidende maatregelen in de bananensector

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 06 07

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

43 000 000

28 565 370

 

 

 

 

Totaal

43 000 000

28 565 370

p.m.

p.m.

 

 

Toelichting

Deze kredieten zijn bedoeld voor de dekking van maatregelen ter ondersteuning van de aanpassing in de belangrijkste bananenexporterende ACS-landen in het kader van de veranderende handelsregeling, met name als gevolg van de liberalisering ten aanzien van de meest begunstigde landen (Most Favoured Nation, MFN) in het kader van de WTO, in afwachting van een definitief akkoord tussen de twee takken van de begrotingsautoriteit over de meerjarenfinanciering van deze maatregelen met alle instrumenten waarin is voorzien in het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1), met name de punten 21, 22, 23 en 27.

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 17 maart 2010 — Begeleidende maatregelen voor de bananensector: steun voor de duurzame aanpassing van de belangrijkste ACS-bananenexporterende landen aan de nieuwe handelsvoorwaarden (COM(2010) 101 definitief).

Voorstel van de Commissie van 17 maart 2010 voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting van de Overeenkomst van Genève inzake de handel in bananen tussen de Europese Unie en Brazilië, Colombia, Costa Rica, Ecuador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Peru en Venezuela en de Overeenkomst inzake de handel in bananen tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten (COM(2010) 98 definitief).

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (COM(2010) 102 definitief), door de Commissie op 17 maart 2010 ingediend.

HOOFDSTUK 21 07 —   ANDERE MAATREGELEN OP HET GEBIED VAN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING EN AD-HOCPROGRAMMA’S

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 07

ANDERE MAATREGELEN OP HET GEBIED VAN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING EN AD-HOCPROGRAMMA’S

21 07 01

Associatieovereenkomsten met de landen en gebieden overzee

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

21 07 02

Samenwerking met Groenland

4

28 442 000

26 661 012

27 879 000

25 000 000

27 327 000,—

27 007 881,80

21 07 03

Overeenkomst met de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) en andere organen van de Verenigde Naties

4

574 000

285 654

300 000

300 000

264 002,50

264 002,50

21 07 04

Grondstoffenovereenkomsten

4

4 800 000

4 570 459

4 600 000

4 600 000

2 330 735,26

2 330 735,26

 

Hoofdstuk 21 07 — Totaal

 

33 816 000

31 517 125

32 779 000

29 900 000

29 921 737,76

29 602 619,56

21 07 01   Associatieovereenkomsten met de landen en gebieden overzee

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de associatie van de landen en gebieden overzee met de Unie.

Tot op heden worden deze uitgaven gefinancierd uit het zesde, zevende, achtste, negende en tiende Europees Ontwikkelingsfonds (dat wil zeggen buiten de algemene begroting van de Unie).

Rechtsgronden

Besluit 86/283/EEG van de Raad van 30 juni 1986 betreffende de associatie van de landen en gebieden overzee met de Europese Economische Gemeenschap (PB L 175 van 1.7.1986, blz. 1).

Besluit 91/482/EEG van de Raad van 25 juli 1991 betreffende de associatie van de landen en gebieden overzee met de Europese Economische Gemeenschap (PB L 263 van 19.9.1991, blz. 1).

Besluit 2001/822/EG van de Raad van 27 november 2001 betreffende de associatie van de landen en gebieden overzee met de Europese Gemeenschap („LGO-besluit”) (PB L 314 van 30.11.2001, blz. 1).

21 07 02   Samenwerking met Groenland

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

28 442 000

26 661 012

27 879 000

25 000 000

27 327 000,00

27 007 881,80

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de samenwerking met het oog op de duurzame ontwikkeling van Groenland in het kader van het partnerschap tussen de Europese Unie en Groenland. De samenwerking ondersteunt sectoraal beleid en sectorale strategieën die de toegang tot productieactiviteiten en productiemiddelen bevorderen, en met name: a) onderwijs en opleiding, b) minerale hulpbronnen, c) energie, d) toerisme en cultuur, e) onderzoek en f) voedselveiligheid.

Rechtsgronden

Besluit 2006/526/EG van de Raad van 17 juli 2006 inzake de betrekkingen tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en Groenland en het Koninkrijk Denemarken, anderzijds (PB L 208 van 29.7.2006, blz. 28).

Referentiebesluiten

Gemeenschappelijke verklaring van de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de autonome regering van Groenland en de regering van Denemarken, anderzijds, inzake het partnerschap tussen de Europese Gemeenschap en Groenland, ondertekend te Luxemburg op 27 juni 2006 (PB L 208 van 29.7.2006, blz. 32).

21 07 03   Overeenkomst met de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) en andere organen van de Verenigde Naties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

574 000

285 654

300 000

300 000

264 002,50

264 002,50

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de jaarlijkse bijdrage van de Unie voor de FAO als gevolg van de toetreding en voor het ITPGRFA (International Treaty on Plant Generic Resources for Food and Agriculture — Internationaal Verdrag inzake plantgenetische hulpbronnen voor voeding en landbouw) als gevolg van de ratificatie.

Rechtsgronden

Besluit van de Raad van 25 november 1991 betreffende de toetreding van de Europese Gemeenschap tot de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) (PB C 326 van 16.12.1991, blz. 238).

Besluit 2004/869/EG van de Raad van 24 februari 2004 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Internationaal Verdrag inzake plantgenetische hulpbronnen voor voeding en landbouw (PB L 378 van 23.12.2004, blz. 1).

21 07 04   Grondstoffenovereenkomsten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 800 000

4 570 459

4 600 000

4 600 000

2 330 735,26

2 330 735,26

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de betaling van de jaarlijkse bijdragen die de Unie verschuldigd is voor haar deelname op grond van haar exclusieve bevoegdheid op dit terrein.

Momenteel wordt dit krediet benut ter dekking van:

jaarlijkse bijdrage aan de Internationale Koffieorganisatie;

jaarlijkse bijdrage aan de Internationale Cacao-organisatie;

jaarlijkse bijdrage aan de Internationale Juteorganisatie;

jaarlijkse bijdrage aan de Internationale Overeenkomst inzake tropisch hout, na de finale goedkeuring.

Voor andere tropische producten kunnen de komende jaren wellicht overeenkomsten worden gesloten indien dat politiek en juridisch opportuun is.

Rechtsgronden

Besluit 2001/877/EG van de Raad van 24 november 2001 betreffende de ondertekening en de sluiting van de Internationale Koffieovereenkomst van 2001 namens de Europese Gemeenschap (PB L 326 van 11.12.2001, blz. 22).

Besluit 2002/312/EG van de Raad van 15 april 2002 betreffende de aanvaarding, namens de Europese Gemeenschap, van de overeenkomst betreffende het mandaat van de Internationale Studiegroep voor jute (PB L 112 van 27.4.2002, blz. 34).

Besluit 2002/970/EG van de Raad van 18 november 2002 betreffende de ondertekening en de sluiting van de Internationale Cacao-overeenkomst van 2001 namens de Europese Gemeenschap (PB L 342 van 17.12.2002, blz. 1).

Besluit 2007/648/EG van de Raad van 26 september 2007 betreffende de ondertekening, namens de Europese Gemeenschap, en de voorlopige toepassing van de Internationale Overeenkomst inzake tropisch hout van 2006 (PB L 262 van 9.10.2007, blz. 6).

Referentiebesluiten

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name artikel 133, en Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 207.

Internationale Koffieovereenkomst heronderhandeld in 2000 en 2001: looptijd van 1 oktober 2001 tot en met 30 september 2007, met de mogelijkheid van verlenging met ten hoogste zes jaar. De huidige Koffieovereenkomst uit 2001 is met één jaar verlengd tot en met 1 oktober 2009, en een nieuwe overeenkomst ter vervanging daarvan werd in 2007 heronderhandeld. Afhankelijk van het aantal ondertekeningen en ratificaties kan deze nieuwe overeenkomst op 1 oktober 2009 in werking treden; zo niet zal een verdere verlenging worden gedaan.

Internationale Cacao-overeenkomst, heronderhandeld in 2000 en 2001. De verbintenis is op 1 oktober 2003 in werking getreden voor een periode van vijf jaar, met de mogelijkheid van verlenging met ten hoogste vier jaar. De overeenkomst is verlengd met twee jaar tot 30 september 2010.

Internationale Juteovereenkomst, gesloten in 2001, waarbij een nieuwe Internationale Juteorganisatie wordt opgericht. Looptijd: acht jaar, met de mogelijkheid van verlenging met ten hoogste vier jaar.

Internationale Overeenkomst inzake tropisch hout, gesloten in 2006: Besluit 2007/648/EG van 26 september 2007 betreffende de ondertekening, namens de Europese Gemeenschap, en de voorlopige toepassing van de Internationale Overeenkomst inzake tropisch hout van 2006 (PB L 262 van 9.10.2007, blz. 6); Verklaring van de Europese Gemeenschap in de zin van artikel 36, lid 3, van de overeenkomst (PB L 262 van 9.10.2007, blz. 26).

HOOFDSTUK 21 08 —   BELEIDSSTRATEGIE EN COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN”

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 08

BELEIDSSTRATEGIE EN COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN”

21 08 01

Evaluatie van de resultaten van de steun van de Unie/Gemeenschap, vervolgmaatregelen en audit

4

9 577 000

9 119 018

9 577 000

9 577 000

9 577 000,—

5 657 839,25

21 08 02

Coördinatie en bevordering van bewustmaking inzake ontwikkelingskwesties

4

9 900 000

9 236 136

9 796 000

10 000 000

8 493 656,01

9 545 998,37

 

Hoofdstuk 21 08 — Totaal

 

19 477 000

18 355 154

19 373 000

19 577 000

18 070 656,01

15 203 837,62

21 08 01   Evaluatie van de resultaten van de steun van de Unie/Gemeenschap, vervolgmaatregelen en audit

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 577 000

9 119 018

9 577 000

9 577 000

9 577 000,00

5 657 839,25

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van evaluatie, monitoring en steunmaatregelen tijdens de fase van programmering, opstelling, uitvoering en evaluatie van ontwikkelingsmaatregelen, -strategieën en -beleid, waaronder:

studies naar de effectiviteit, efficiency, relevantie, impact en levensvatbaarheid;

monitoring van maatregelen tijdens de uitvoering en na afsluiting;

steunmaatregelen ter verbetering van de kwaliteit van de monitoring van lopende maatregelen en de voorbereiding van toekomstige maatregelen;

feedback en voorlichting over bevindingen, conclusies en aanbevelingen van evaluaties in het kader van het besluitvormingsproces;

verbetering van de gebruikte methoden, teneinde de kwaliteit en toepasselijkheid van de evaluaties te verhogen;

feedback en voorlichting over methodologische vooruitgang ter verbetering van de kwaliteit en de bruikbaarheid van evaluaties;

onderzoek naar mogelijke evaluatiemethoden voor programma’s die op niet-structurele maatregelen gebaseerd zijn, zoals alle maatregelen die verband houden met vredeshandhaving, vredesonderwijs, verzoening enz.

Dit krediet dient tevens ter financiering van auditactiviteiten met betrekking tot het beheer van de op het gebied van de buitenlandse hulp door de Commissie ten uitvoer gelegde programma’s en projecten. Het dient voorts ter dekking van de financiering van opleidingsactiviteiten toegespitst op de specifieke voorschriften betreffende de buitenlandse hulp van de Unie en georganiseerd ten behoeve van externe auditors.

Bovendien dient het krediet ter ondersteuning van de voortdurende inspanningen voor de ontwikkeling van meetinstrumenten en indicatoren van de resultaten van ontwikkelingssamenwerking.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, zoals bepaald in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

21 08 02   Coördinatie en bevordering van bewustmaking inzake ontwikkelingskwesties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 900 000

9 236 136

9 796 000

10 000 000

8 493 656,01

9 545 998,37

Toelichting

Maatregel A: Coördinatie

De bijdrage uit de begroting verschaft de Commissie middelen voor de nodige maatregelen ter ondersteuning van de voorbereiding en de omschrijving van en het toezicht op de coördinerende maatregelen binnen het ontwikkelingsbeleid. Beleidscoördinatie is van essentieel belang om te komen tot coherente, aanvullende en efficiënte hulp.

Deze maatregelen zijn van het grootste belang voor de vorm- en richtinggeving van het Europese ontwikkelingsbeleid op het niveau van strategie en programmering. Het Europese ontwikkelingsbeleid staat specifiek beschreven in de Verdragen (de artikelen 208 en 210 van het Verdrag betreffende de werking van Europese Unie). De uniale hulp is een aanvulling op de nationale ontwikkelingshulp van de lidstaten en zonder coördinatie is deze aanvullende rol onmogelijk. Volgens artikel 210 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) dient de Commissie het nationale beleid van de lidstaten te coördineren, alsook de uniale en nationale doelstellingen op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en ontwikkelingshulp.

Deze coördinatie door de Commissie is niet alleen een grote toegevoegde waarde voor het beleid van de lidstaten, maar is ook een prioriteit waar de doelstellingen van de Unie en de internationale gemeenschap elkaar kruisen. Zij komt tegemoet aan een aanhoudende en groeiende vraag van de andere Europese instellingen en is erkend door de lidstaten en het Europees Parlement in het kader van de Europese Raad van Barcelona van maart 2002.

Dit krediet dient ter dekking van verschillende soorten activiteiten:

studies naar de effectiviteit, relevantie, impact en levensvatbaarheid van de coördinatie;

vergaderingen van deskundigen en uitwisselingen tussen de Commissie en de lidstaten;

monitoring van maatregelen in uitvoering;

steunmaatregelen ter verbetering van de kwaliteit van de monitoring van lopende maatregelen en de voorbereiding van toekomstige maatregelen;

onderzoek om beleidsmakers te kunnen adviseren hoe zij ervoor kunnen zorgen dat in alle beleidsterreinen aandacht wordt besteed aan de specifieke belangen van gemarginaliseerde producenten en arme werknemers in het zuiden;

maatregelen ter ondersteuning van buitenlandse coördinatie-initiatieven;

het opstellen van gemeenschappelijke standpunten, verklaringen en initiatieven;

de organisatie van evenementen op het gebied van coördinatie;

verspreiding van informatie door middel van het uitbrengen van publicaties en het ontwikkelen van informatiesystemen.

Maatregel B: Bewustmaking

Dit krediet dient ter dekking van maatregelen om het ontwikkelingsbeleid van de Unie en de lidstaten bekend te maken en om het grote publiek bewust te maken van ontwikkelingsvraagstukken. Alle maatregelen die uit dit artikel gefinancierd worden, dienen te voldoen aan de volgende aspecten, die elkaar volgens de instelling aanvullen:

het aspect „informatie” dat dient ter bevordering van de diverse maatregelen die de Unie op het gebied van ontwikkelingshulp neemt, alsook de maatregelen die tezamen met de lidstaten en de andere internationale organisaties worden genomen;

het aspect „bewustmaking” dient ter dekking van de behoefte aan voorlichting aan het grote publiek in de Unie en in de ACS-staten (78 landen). De jeugd is de hoofddoelgroep van deze maatregelen. Een onmiddellijke prioriteit van het aspect „bewustmaking” is ook het informeren van het grote publiek in de lidstaten over de dynamiek van de Unie op het gebied van ontwikkelingssamenwerking.

Een deel van deze kredieten dient ter dekking van bewustmakingscampagnes op het vlak van de handelsbetrekkingen tussen noord en zuid en de invloed ervan op duurzame ontwikkeling en de vermindering van de armoede, met campagnes die samenhangen met de aankoopbeslissingen van de consumenten in de Unie.

Deze maatregelen behelzen voornamelijk, maar niet uitsluitend, financiële steun voor audiovisuele projecten, publicaties, seminars en evenementen met betrekking tot ontwikkeling, de productie van voorlichtingsmateriaal, de ontwikkeling van voorlichtingssystemen, en de Lorenzo Natali-prijs voor ontwikkelingsjournalistiek.

Deze activiteiten richten zich op de partners in de publieke en particuliere sector, alsook op vertegenwoordigers en delegaties van de Unie in de lidstaten, de toetredende landen en de ACS-staten.

Daarnaast dient dit krediet ter financiering van acties in het kader van het initiatief om Europees onderzoek naar ontwikkelingsbeleid te mobiliseren. Het belangrijkste resultaat van dit initiatief is de jaarlijkse publicatie van een Europees Ontwikkelingsverslag. Dit proces zal leiden tot grotere synergie-effecten tussen Europees onderzoek en beleidsvorming door beide te integreren in een gemeenschappelijk project. Dit Europees Ontwikkelingsverslag zal samen met andere intermedia ire producten (achtergronddocumenten, studiebijeenkomsten en werkvergaderingen) een katalyserende werking hebben op de versterking en verfijning van de Europese visie op ontwikkeling en de invloed daarvan op de internationale ontwikkelingsagenda. Dit initiatief wordt gezamenlijk gefinancierd door de Commissie en de lidstaten door middel van bijdragen op vrijwillige basis.

Op dit artikel mogen, ongeacht de begunstigde van de actie, geen administratieve uitgaven worden afgeboekt.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, zoals bepaald in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Taak die voortvloeit uit de specifieke bevoegdheden die krachtens artikel 210 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie rechtstreeks aan de Commissie worden toegekend.

HOOFDSTUK 21 49 —   UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA’S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

21 49

UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA’S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

21 49 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 49 04 01

Andere steunmaatregelen in de vorm van producten, ondersteunende acties en vervoer, distributie, ondersteunende maatregelen en maatregelen voor de monitoring van de uitvoering — Uitgaven voor administratief beheer

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

21 49 04 02

Andere samenwerkingsmaatregelen en sectorale strategieën — Uitgaven voor administratief beheer

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

21 49 04 05

Europees Programma voor wederopbouw en ontwikkeling (EPWO) — Uitgaven voor administratief beheer

4

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 21 49 04 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Hoofdstuk 21 49 — Totaal

 

p.m.

p.m.

0,—

0,—

21 49 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Ontwikkeling en betrekkingen met de ACS-staten”

21 49 04 01   Andere steunmaatregelen in de vorm van producten, ondersteunende acties en vervoer, distributie, ondersteunende maatregelen en maatregelen voor de monitoring van de uitvoering — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de betaalbaarstelling van de vastleggingen die zijn gedaan ten laste van post 21 01 04 01, die voorheen gesplitste kredieten omvatte.

21 49 04 02   Andere samenwerkingsmaatregelen en sectorale strategieën — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de betaalbaarstelling van de vastleggingen die zijn gedaan ten laste van post 21 01 04 02, die voorheen gesplitste kredieten omvatte.

21 49 04 05   Europees Programma voor wederopbouw en ontwikkeling (EPWO) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Dit krediet ter dekking van de betaalbaarstelling van de vastleggingen die zijn gedaan ten laste van post 21 01 04 05, die voorheen gesplitste kredieten omvatte.

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL „EUROPEAID ONTWIKKELING EN SAMENWERKING”

TITEL 22

UITBREIDING

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

22 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „UITBREIDING”

92 501 361

92 501 361

92 498 436

92 498 436

88 635 196,39

88 635 196,39

Reserves (40 01 40)

17 764

17 764

62 971

62 971

 

 

 

92 519 125

92 519 125

92 561 407

92 561 407

88 635 196,39

88 635 196,39

22 02

UITBREIDINGSPROCES EN -STRATEGIE

1 030 855 856

920 012 002

929 860 671

1 110 999 150

1 031 227 388,88

1 217 699 627,69

 

Titel 22 — Totaal

1 123 357 217

1 012 513 363

1 022 359 107

1 203 497 586

1 119 862 585,27

1 306 334 824,08

Reserves (40 01 40)

17 764

17 764

62 971

62 971

 

 

 

1 123 374 981

1 012 531 127

1 022 422 078

1 203 560 557

1 119 862 585,27

1 306 334 824,08

HOOFDSTUK 22 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „UITBREIDING”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

22 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „UITBREIDING”

22 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Uitbreiding”

22 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij het directoraat-generaal Uitbreiding

5

23 371 496

22 435 741

23 180 747,57

Reserves (40 01 40)

 

17 764

62 971

 

 

 

23 389 260

22 498 712

23 180 747,57

22 01 01 02

Uitgaven voor personeel in actieve dienst, delegaties van de Unie

5

8 810 932

8 636 040

8 033 065,17

 

Artikel 22 01 01 — Subtotaal

 

32 182 428

31 071 781

31 213 812,74

Reserves (40 01 40)

 

17 764

62 971

 

 

 

32 200 192

31 134 752

31 213 812,74

22 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Uitbreiding”

22 01 02 01

Extern personeel bij het directoraat-generaal Uitbreiding

5

3 336 989

3 353 038

2 157 635,43

22 01 02 02

Extern personeel van de delegaties van de Unie

5

1 414 859

3 049 156

2 723 572,56

22 01 02 11

Andere beheersuitgaven voor het directoraat-generaal Uitbreiding

5

2 004 869

2 141 897

1 355 576,39

22 01 02 12

Overige beheersuitgaven van de delegaties van de Unie

5

714 870

850 034

803 038,83

 

Artikel 22 01 02 — Subtotaal

 

7 471 587

9 394 125

7 039 823,21

22 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten, gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Uitbreiding”

22 01 03 01

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten bij het directoraat-generaal Uitbreiding

5

1 693 501

1 640 688

1 819 761,06

22 01 03 02

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor de delegaties van de Europese Unie

5

5 094 845

6 698 842

7 183 606,70

 

Artikel 22 01 03 — Subtotaal

 

6 788 346

8 339 530

9 003 367,76

22 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Uitbreiding”

22 01 04 01

Pretoetredingssteun — Uitgaven voor administratief beheer

4

40 800 000

38 050 000

35 839 046,28

22 01 04 02

Stapsgewijze vermindering van toetredingssteun voor nieuwe lidstaten — Uitgaven voor administratief beheer

4

1 040 000

1 300 000

1 300 000,—

22 01 04 04

Faciliteit voor pretoetreding van het Bureau voor de uitwisseling van informatie inzake technische bijstand (TAIEX) — Uitgaven voor administratief beheer

4

3 000 000

3 000 000

2 995 976,40

22 01 04 30

Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s van rubriek 4 van het beleidsterrein „Uitbreiding”

4

1 219 000

1 343 000

1 243 170,—

 

Artikel 22 01 04 — Subtotaal

 

46 059 000

43 693 000

41 378 192,68

 

Hoofdstuk 22 01 — Totaal

 

92 501 361

92 498 436

88 635 196,39

Reserves (40 01 40)

 

17 764

62 971

 

 

 

92 519 125

92 561 407

88 635 196,39

22 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Uitbreiding”

22 01 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij het directoraat-generaal Uitbreiding

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

22 01 01 01

23 371 496

22 435 741

23 180 747,57

Reserves (40 01 40)

17 764

62 971

 

Totaal

23 389 260

22 498 712

23 180 747,57

22 01 01 02   Uitgaven voor personeel in actieve dienst, delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 810 932

8 636 040

8 033 065,17

22 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Uitbreiding”

22 01 02 01   Extern personeel bij het directoraat-generaal Uitbreiding

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 336 989

3 353 038

2 157 635,43

22 01 02 02   Extern personeel van de delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 414 859

3 049 156

2 723 572,56

22 01 02 11   Andere beheersuitgaven voor het directoraat-generaal Uitbreiding

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 004 869

2 141 897

1 355 576,39

22 01 02 12   Overige beheersuitgaven van de delegaties van de Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

714 870

850 034

803 038,83

22 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten, gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein „Uitbreiding”

22 01 03 01   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten bij het directoraat-generaal Uitbreiding

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 693 501

1 640 688

1 819 761,06

22 01 03 02   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor de delegaties van de Europese Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 094 845

6 698 842

7 183 606,70

22 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Uitbreiding”

22 01 04 01   Pretoetredingssteun — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

40 800 000

38 050 000

35 839 046,28

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve kosten die rechtstreeks verband houden met de tenuitvoerlegging van het instrument voor pretoetredingssteun (Instrument for Pre-Accession Assistance IPA), met name:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van ad-hocdienstverleningscontracten;

uitgaven voor extern personeel (personeel op contractbasis, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel van uitzendbureaus) op de hoofdzetel dat de taken overneemt van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand; de uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel mogen maximaal 1 800 000 EUR bedragen. Deze schatting is gebaseerd op een voorlopige jaarlijkse eenheidskostprijs per mensjaar, bestaande voor 93 % uit de bezoldiging van het desbetreffende personeel en 7 % uit de extra kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel;

uitgaven voor extern personeel (personeel op contractbasis, plaatselijk personeel of gedetacheerde nationale deskundigen) dat bij de delegaties van de Unie in dienst wordt genomen met het oog op de decentralisatie van het programmabeheer naar de delegaties van de Unie in derde landen, of in verband met de overname van de taken van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand, alsmede de extra logistieke en infrastructurele kosten, zoals de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie en huur, die rechtstreeks voortvloeien uit de aanwezigheid in de delegatie van het extern personeel dat wordt bezoldigd uit de kredieten van deze post;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor administratief beheer uit hoofde van de artikelen 22 02 01, 22 02 02, 22 02 03, 22 02 04, 22 02 05 en 22 02 07, 22 02 08 en 22 04 02.

22 01 04 02   Stapsgewijze vermindering van toetredingssteun voor nieuwe lidstaten — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 040 000

1 300 000

1 300 000,00

Toelichting

Na de uitbreiding blijft de Commissie erop toezien dat aan alle wettelijke en financiële verplichtingen wordt voldaan, met name op het gebied van gezond en efficiënt financieel beheer. Overeenkomstig de Toetredingsakte functioneren thans alle uitvoerende agentschappen in de twaalf nieuwe lidstaten die in 2004 en 2007 tot de Unie zijn toegetreden, in het kader van het uitgebreide gedecentraliseerde uitvoeringssysteem (Extended decentralised implementation system EDIS). In Bulgarije en Roemenië is het EDIS in 2007 ingevoerd.

De resterende op de zetel uitgevoerde taken voor de voltooiing van de pretoetredingsprogramma’s betreffen voornamelijk de opvolging van projecten in termen van toezicht op de resultaten en het financiële beheer, onder andere betalingsaanvragen, toezicht op de uitvoering in het kader van EDIS en follow-up van financiële overgangssteun na de toetreding. Verzoeken om programma’s te verlengen en projectbeschrijvingen en/of financiële middelen te wijzigen, moeten tevens op passende wijze worden geëvalueerd en een dienovereenkomstig besluit moet aan de Commissie worden voorgelegd.

Wegens de aanzienlijke bedragen die nog steeds in Bulgarije en Roemenië moeten worden besteed, moet op de hoofdzetel voldoende capaciteit aanwezig zijn. In 2008 verliep de tenuitvoerlegging in Bulgarije zeer problematisch. Deze aangelegenheid heeft heel wat politieke en publieke belangstelling gewekt. Dit heeft geresulteerd in extra werk op het vlak van verslaglegging, toezicht en missies, alsook in een uitstel van talrijke transacties in 2009.

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve kosten van dit nog te voltooien gedeelte van de programma’s voor pretoetredingssteun aan de nieuwe lidstaten, namelijk:

uitgaven voor technische bijstand op de korte termijn die verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma (of maatregelen die onder deze post vallen), alsmede alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten);

uitgaven voor extern personeel (personeel op contractbasis, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel van uitzendbureaus) op de hoofdzetel dat belast is met taken die rechtstreeks verband houden met de voltooiing van de toetredingsprogramma’s; de uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel mogen maximaal 980 000 EUR bedragen. Deze schatting is gebaseerd op een voorlopige jaarlijkse eenheidskostprijs per mensjaar, bestaande voor 93 % uit de bezoldiging van het desbetreffende personeel en 7 % uit de extra kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel.

Dit krediet dekt de uitgaven voor administratief beheer van de posten 22 02 05 01 en 22 02 05 04 en artikel 22 03 01.

22 01 04 04   Faciliteit voor pretoetreding van het Bureau voor de uitwisseling van informatie inzake technische bijstand (TAIEX) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 000 000

3 000 000

2 995 976,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand, waarbij geen sprake is van overheidstaken, die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigde landen en de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc;

uitgaven voor extern personeel (personeel op contractbasis, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel van uitzendbureaus) op de hoofdzetel dat de taken overneemt van de afgeschafte bureaus voor technische bijstand; de uitgaven voor extern personeel op de hoofdzetel mogen maximaal 2 945 600 EUR bedragen. Deze schatting is gebaseerd op een voorlopige jaarlijkse eenheidskostprijs per mensjaar, bestaande voor 93 % uit de bezoldiging van het desbetreffende personeel en 7 % uit de extra kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Dit krediet dekt de uitgaven voor administratief beheer van artikel 22 02 06.

22 01 04 30   Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma’s van rubriek 4 van het beleidsterrein „Uitbreiding”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 219 000

1 343 000

1 243 170,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter dekking van de exploitatiekosten van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur in verband met het beheer van programma’s op het beleidsterrein „Uitbreiding” De opdracht van het Agentschap is uitgebreid tot alle Youth-, Tempus- en Erasmus Mundus-programma’s waarbij begunstigden van pretoetredingssteun betrokken zijn.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Besluit 2005/56/EG van de Commissie van 14 januari 2005 tot oprichting van het Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur, voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van onderwijs, audiovisuele media en cultuur, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 24 van 27.1.2005, blz. 35).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

Besluit 2009/336/EG van de Commissie van 20 april 2009 tot oprichting van het Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van onderwijs, audiovisuele media en cultuur — overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 101 van 21.4.2009, blz. 26).

HOOFDSTUK 22 02 —   UITBREIDINGSPROCES EN -STRATEGIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

22 02

UITBREIDINGSPROCES EN -STRATEGIE

22 02 01

Bijstand voor het overgangsproces en institutionele opbouw aan kandidaat-lidstaten

4

297 383 457

259 334 520

287 113 190

219 155 000

286 212 740,—

250 253 319,56

22 02 02

Bijstand voor het overgangsproces en institutionele opbouw aan potentiële kandidaat-lidstaten

4

486 612 206

317 513 608

463 329 616

409 000 000

452 943 822,—

164 222 948,44

22 02 03

Tijdelijk burgerlijk bestuur in de westelijke Balkan

4

p.m.

282 797

p.m.

903 000

5 927 536,—

6 181 159,20

22 02 04

Grensoverschrijdende en regionale samenwerking

22 02 04 01

Grensoverschrijdende samenwerking tussen IPA-landen en deelname aan transnationale/interregionale EFRO-programma’s en ENPI-zeebekkenprogramma’s

4

26 898 255

8 606 746

25 057 113

8 845 000

17 557 333,—

2 158 233,42

22 02 04 02

Grensoverschrijdende samenwerking met lidstaten

4

7 131 841

715 086

6 992 002

p.m.

3 093 008,—

0,—

 

Artikel 22 02 04 — Subtotaal

 

34 030 096

9 321 832

32 049 115

8 845 000

20 650 341,—

2 158 233,42

22 02 05

Afronding van eerdere bijstandsactiviteiten

22 02 05 01

Afronding van Phare-pretoetredingssteun

4

p.m.

81 200 000

5 448,75

200 615 431,30

22 02 05 02

Afronding van Cards-bijstand

4

p.m.

32 543 574

p.m.

92 967 000

2 651 570,08

203 354 187,41

22 02 05 03

Afronding van eerdere samenwerkingsactiviteiten met Turkije

4

p.m.

1 904 358

p.m.

p.m.

105 022,87

105 323 816,26

22 02 05 04

Afronding van eerdere samenwerkingsactiviteiten met Malta en Cyprus

4

57 058,25

57 058,25

22 02 05 05

Afronding van voorbereidende acties met betrekking tot de gevolgen van de uitbreiding in grensregio’s van de Europese Unie

3.2

p.m.

p.m.

0,—

72 987,31

22 02 05 09

Voltooiing van de Overgangsfaciliteit voor nieuwe lidstaten

3.2

6 383 000

48 000 000

0,—

40 882 786,53

22 02 05 10

Voltooiing van de acties van het Bureau voor de uitwisseling van informatie inzake technische bijstand (TAIEX) in het kader van de overgangsfaciliteit

3.2

p.m.

1 900 000

0,—

2 400 000,—

 

Artikel 22 02 05 — Subtotaal

 

p.m.

40 830 932

p.m.

224 067 000

2 819 099,95

552 706 267,06

22 02 06

Faciliteit voor pretoetreding van het Bureau voor de uitwisseling van informatie inzake technische bijstand (TAIEX)

4

12 000 000

17 615 311

9 000 000

15 637 000

9 004 815,39

14 794 856,25

22 02 07

Regionale, horizontale en ad-hocprogramma’s

22 02 07 01

Regionale en horizontale programma’s

4

151 883 097

182 597 462

114 118 750

138 483 150

221 968 801,88

172 184 962,81

22 02 07 02

Evaluatie van de resultaten van de uniale hulp, follow-up en audit

4

4 447 000

4 788 508

4 000 000

3 870 000

9 200 000,—

4 192 700,10

22 02 07 03

Financiële steun ten behoeve van de bevordering van de economische ontwikkeling van de Turks-Cypriotische gemeenschap

4

28 000 000

74 275 199

3 000 000

76 353 000

2 500 000,—

42 030 563,76

 

Artikel 22 02 07 — Subtotaal

 

184 330 097

261 661 169

121 118 750

218 706 150

233 668 801,88

218 408 226,67

22 02 08

Proefproject — Behoud en herstel van cultureel erfgoed in conflictgebieden

4

p.m.

2 334 000

p.m.

2 250 000

6 000 000,—

100 977,60

22 02 09

Voorbereidende actie — Behoud en herstel van cultureel erfgoed in conflictgebieden

4

500 000

900 000

2 250 000

2 250 000

 

 

22 02 10

Informatie en communicatie

22 02 10 01

Prince — Informatie en communicatie

4

5 000 000

4 036 287

5 000 000

4 088 000

5 000 232,66

4 180 319,59

22 02 10 02

Informatie en communicatie voor derde landen

4

11 000 000

6 181 546

10 000 000

6 098 000

9 000 000,—

4 693 319,90

 

Artikel 22 02 10 — Subtotaal

 

16 000 000

10 217 833

15 000 000

10 186 000

14 000 232,66

8 873 639,49

 

Hoofdstuk 22 02 — Totaal

 

1 030 855 856

920 012 002

929 860 671

1 110 999 150

1 031 227 388,88

1 217 699 627,69

22 02 01   Bijstand voor het overgangsproces en institutionele opbouw aan kandidaat-lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

297 383 457

259 334 520

287 113 190

219 155 000

286 212 740,00

250 253 319,56

Toelichting

Dit krediet dient in het kader van het IPA ter dekking van het onderdeel „Overgangsproces en institutionele opbouw” voor kandidaat-lidstaten. Het voornaamste doel is het creëren van toereikende capaciteit voor de tenuitvoerlegging van het uniale acquis, met name door middel van:

de versterking van de democratische instellingen en de rechtsstaat, met inbegrip van handhaving;

de bevordering en bescherming van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden en de versterking van de eerbiediging van de rechten van minderheden, de bevordering van de gelijkheid van mannen en vrouwen en het bestrijden van discriminatie;

de hervorming van het openbaar bestuur, met inbegrip van de totstandbrenging van een systeem om decentralisatie van het beheer van hulp naar de begunstigde landen mogelijk te maken, overeenkomstig de regels die zijn vastgelegd in het Financieel Reglement;

economische hervormingen;

de ontwikkeling van het maatschappelijk middenveld en sociale integratie, waarbij minder goed vertegenwoordigde groepen worden aangemoedigd zich te laten horen en deel te nemen aan maatschappelijke organisaties en waarbij alle vormen van discriminatie moeten worden bestreden, en het versterken van de rechten van vrouwen en kinderen en andere kwetsbare groepen zoals personen met een handicap en ouderen;

verzoening, vertrouwen scheppende maatregelen en wederopbouw.

Dit krediet kan dienen ter dekking van in aanmerking komende samenwerkingsmaatregelen die niet uitdrukkelijk onder andere onderdelen van Verordening (EG) nr. 1085/2006 vallen en maatregelen die onder meer dan een onderdeel vallen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 02   Bijstand voor het overgangsproces en institutionele opbouw aan potentiële kandidaat-lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

486 612 206

317 513 608

463 329 616

409 000 000

452 943 822,00

164 222 948,44

Toelichting

In het kader van het IPA is niet alleen financiële pretoetredingsbijstand beschikbaar voor kandidaat-lidstaten, maar ook voor potentiële kandidaat-lidstaten. Dit krediet dient ter dekking van het onderdeel „Overgangsproces en institutionele opbouw” voor potentiële kandidaat-lidstaten. Het voornaamste doel is de deelname van de toekomstige kandidaat-lidstaten aan het stabilisatie- en associatieproces te steunen, alsmede hun vorderingen bij het verwerven van de status van kandidaat-lidstaat, gezien hun versterkte Europese perspectief volgend op de Europese Raad van Thessaloniki (19 en 20 juni 2003). Dit houdt de ondersteuning in van de geleidelijke overname van het uniale acquis voor alle landen en van het nakomen van de verplichtingen uit de interim-overeenkomsten/stabilisatie- en associatieovereenkomsten, in het bijzonder door:

de versterking van de democratische instellingen en de rechtsstaat, met inbegrip van handhaving;

de bevordering en bescherming van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden en de versterking van de eerbiediging van de rechten van minderheden, de bevordering van de gelijkheid van mannen en vrouwen en het bestrijden van discriminatie;

de hervorming van het openbare bestuur, met inbegrip van de totstandbrenging van een systeem om decentralisatie van het beheer van hulp naar de begunstigde landen mogelijk te maken, overeenkomstig de regels van het Financieel Reglement;

economische hervormingen;

de ontwikkeling van het maatschappelijk middenveld en sociale integratie, waarbij minder goed vertegenwoordigde groepen worden aangemoedigd zich te laten horen en deel te nemen aan maatschappelijke organisaties en waarbij alle vormen van discriminatie moeten worden bestreden, en het versterken van de rechten van vrouwen en kinderen en andere kwetsbare groepen zoals personen met een handicap en ouderen;

verzoening, vertrouwen scheppende maatregelen en wederopbouw.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 03   Tijdelijk burgerlijk bestuur in de westelijke Balkan

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

282 797

p.m.

903 000

5 927 536,00

6 181 159,20

Toelichting

De Unie draagt financieel bij aan het functioneren van het Bureau van de Hoge Vertegenwoordiger (Office of the High Representative OHR) in Bosnië en Herzegovina. De financiële bijdrage heeft de vorm van een subsidie op de begroting van het OHR.

De verwachting was dat het OHR zou worden gesloten nadat Bosnië en Herzegovina aan enkele belangrijke criteria had voldaan, maar vanwege de politieke onzekerheid werd de sluiting uitgesteld.

Het OHR zal aan het Europees Parlement rapporteren over de politieke situatie in Bosnië en Herzegovina, in het bijzonder wat de impact daarvan op de tenuitvoerlegging van de financiële bijstand van de Unie betreft.

Een deel van dit krediet dient, voldoende rekening houdend met de bepalingen van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door oudere vrijwillige deskundigen van de Unie die onder het ESSN (European Senior Services Network) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in specifieke publieke of particuliere ondernemingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 04   Grensoverschrijdende en regionale samenwerking

Toelichting

Het onderdeel „Grensoverschrijdende samenwerking” van het IPA verleent steun voor grensoverschrijdende samenwerkingsprogramma’s aan de lands- en zeegrenzen tussen kandidaat-/potentiële kandidaat-lidstaten en aangrenzende lidstaten en aan grenzen tussen kandidaat-/potentiële kandidaat-lidstaten, via twee begrotingsposten: „Grensoverschrijdende samenwerking met lidstaten” en „Grensoverschrijdende samenwerking tussen IPA-landen en deelname aan transnationale/interregionale EFRO-programma’s en ENPI-zeebekkenprogramma’s”.

22 02 04 01   Grensoverschrijdende samenwerking tussen IPA-landen en deelname aan transnationale/interregionale EFRO-programma’s en ENPI-zeebekkenprogramma’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

26 898 255

8 606 746

25 057 113

8 845 000

17 557 333,00

2 158 233,42

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter ondersteuning van programma’s voor grensoverschrijdende samenwerking aan de grenzen tussen IPA-begunstigden.

Naargelang van het geval kan dit krediet ook gebruikt worden ter ondersteuning van de deelname van de hiervoor in aanmerking komende IPA-begunstigden aan de relevante transnationale en interregionale programma’s in het kader van de doelstelling inzake Europese territoriale samenwerking van de Structuurfondsen en aan de relevante multilaterale zeebekkenprogramma’s uit hoofde van het Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (ENPI).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 04 02   Grensoverschrijdende samenwerking met lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

7 131 841

715 086

6 992 002

p.m.

3 093 008,00

0,—

Toelichting

Dit krediet is bedoeld ter ondersteuning van programma’s voor grensoverschrijdende samenwerking aan de grenzen tussen IPA-landen en lidstaten.

Voor deze programma’s met lidstaten worden de IPA-fondsen aangevuld met een bijdrage uit rubriek 1b — EFRO, opgenomen in post 13 05 03 01 „Regionaal beleid”.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 05   Afronding van eerdere bijstandsactiviteiten

Toelichting

Tegen de achtergrond van de invoering van het IPA op 1 januari 2007 en de toetreding van Bulgarije en Roemenië op dezelfde datum dient dit krediet voor de afwikkeling van de vastleggingen die zijn gedaan in het kader van de pretoetredingssteun en Cards-bijstand.

Een deel van dit krediet dient, voldoende rekening houdend met de bepalingen van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door oudere vrijwillige deskundigen van de Unie die onder het ESSN (European Senior Services Network) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in specifieke publieke of particuliere ondernemingen.

22 02 05 01   Afronding van Phare-pretoetredingssteun

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

81 200 000

5 448,75

200 615 431,30

Toelichting

Tegen de achtergrond van de invoering van het IPA op 1 januari 2007 en de toetreding van Bulgarije en Roemenië op dezelfde datum dient dit krediet voor de afwikkeling van de vastleggingen die zijn gedaan in het kader van de Phare-pretoetredingssteun voor die landen, nieuwe lidstaten en bestaande kandidaat-lidstaten.

Een deel van dit krediet dient, voldoende rekening houdend met de bepalingen van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door oudere vrijwillige deskundigen van de Unie die onder het ESSN (European Senior Services Network) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in specifieke publieke of particuliere ondernemingen.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 3906/89 van de Raad van 18 december 1989 betreffende economische hulp ten gunste van bepaalde landen in Midden- en Oost-Europa (PB L 375 van 23.12.1989, blz. 11).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 05 02   Afronding van Cards-bijstand

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

32 543 574

p.m.

92 967 000

2 651 570,08

203 354 187,41

Toelichting

Tegen de achtergrond van de invoering van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA) op 1 januari 2007 dient dit krediet ter dekking van de afwikkeling van eerder in het kader van de Cards-bijstand aan de westelijke Balkan aangegane contractuele verplichtingen.

Een deel van dit krediet dient, voldoende rekening houdend met de bepalingen van het Financieel Reglement, ter financiering van operaties die worden uitgevoerd door oudere vrijwillige deskundigen van de Unie die onder het ESSN (European Senior Services Network) vallen, met inbegrip van technische bijstand, adviesdiensten en opleiding in specifieke publieke of particuliere ondernemingen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2666/2000 van de Raad van 5 december 2000 betreffende de steun aan Albanië, Bosnië-Herzegovina, Kroatië, de Federale Republiek Joegoslavië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1628/96 en tot wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 3906/89 en (EEG) nr. 1360/90, alsmede van de Besluiten 97/256/EG en 1999/311/EG (PB L 306 van 7.12.2000, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 05 03   Afronding van eerdere samenwerkingsactiviteiten met Turkije

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 904 358

p.m.

p.m.

105 022,87

105 323 816,26

Toelichting

Tegen de achtergrond van de invoering van het IPA op 1 januari 2007 dient dit krediet ter dekking van de afwikkeling van eerder in het kader van de pretoetredingssteun aan Turkije aangegane contractuele verplichtingen.

Ontvangsten gerealiseerd op trustrekeningen en die zijn geboekt op artikel 5 2 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1488/96 van de Raad van 23 juli 1996 inzake financiële en technische maatregelen ter ondersteuning van de hervorming van de economische en maatschappelijke structuren in het kader van het Europees-mediterrane partnerschap (Meda) (PB L 189 van 30.7.1996, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 764/2000 van de Raad van 10 april 2000 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter verdieping van de douane-unie EG-Turkije (PB L 94 van 14.4.2000, blz. 6).

Verordening (EG) nr. 2500/2001 van de Raad van 17 december 2001 betreffende financiële pretoetredingssteun voor Turkije (PB L 342 van 27.12.2001, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 05 04   Afronding van eerdere samenwerkingsactiviteiten met Malta en Cyprus

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

57 058,25

57 058,25

Toelichting

Aangezien Cyprus en Malta in 2004 tot de Europese Unie zijn toegetreden, dient deze post ter dekking van de afwikkeling van eerder in het kader van de pretoetredingssteun voor deze landen aangegane contractuele verplichtingen (voorheen artikelen B7-0 4 0, B7-0 4 1, B7-4 1 0 (ten dele) en posten B7-4 0 1 0 en B7-4 0 1 1).

Ontvangsten gerealiseerd op trustrekeningen en die zijn geboekt op artikel 5 2 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 555/2000 van de Raad van 13 maart 2000 betreffende de uitvoering van acties in het kader van de pretoetredingsstrategie voor de Republiek Cyprus en de Republiek Malta (PB L 68 van 16.3.2000, blz. 3).

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 05 05   Afronding van voorbereidende acties met betrekking tot de gevolgen van de uitbreiding in grensregio’s van de Europese Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

72 987,31

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van eerder in het kader van het oude artikel 22 02 07 „Gevolgen van de uitbreiding in grensregio’s van de Europese Unie” aangegane contractuele verplichtingen. Deze kredieten kunnen aanleiding geven tot verbintenissen die voortvloeien uit juridische verplichtingen in verband met de afronding van projecten (zoals schikkingen, boeten bij betalingsachterstanden, verrekeningen enz.).

Rechtsgronden

Voorbereidende acties in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

22 02 05 09   Voltooiing van de Overgangsfaciliteit voor nieuwe lidstaten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 383 000

48 000 000

0,—

40 882 786,53

Toelichting

Oud artikel 22 03 01

Dit krediet dient voor de afwikkeling van de vastleggingen die eerder in het kader van de steun van de overgangsfaciliteit voor nieuwe lidstaten zijn aangegaan.

Het doel van de overgangsfaciliteit is de nieuwe lidstaten te blijven steunen bij hun inspanningen met het oog op de ontwikkeling en versterking van hun administratieve capaciteit om de uniale wetgeving uit te voeren en te handhaven, en de uitwisseling van beste praktijken te bevorderen.

De overgangsfaciliteit voor de tien nieuwe lidstaten die op 1 mei 2004 tot de Europese Unie zijn toegetreden, betrof de periode 2004-2006. De Akte van toetreding van 2005 voorzag in een andere overgangsfaciliteit voor Bulgarije en Roemenië met een duur van ten minste één jaar, gerekend vanaf hun toetreding tot de Unie.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de specifieke bevoegdheden die aan de Commissie zijn toegekend bij artikel 34 van de Akte van toetreding van 16 april 2003 en artikel 31 van titel III van de Akte van toetreding van 25 april 2005.

22 02 05 10   Voltooiing van de acties van het Bureau voor de uitwisseling van informatie inzake technische bijstand (TAIEX) in het kader van de overgangsfaciliteit

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 900 000

0,—

2 400 000,00

Toelichting

Oud artikel 22 03 02

Dit krediet dient ter dekking van technische bijstand voor de volledige aanpassing van de wetgeving aan het uniale acquis, waarbij alle organen die betrokken zijn bij de uitvoering en versterking daarvan, met inbegrip van niet-gouvernementele organisaties, geholpen worden hun doelstellingen te verwezenlijken en toezicht te houden op het voortgangsproces in verband daarmee.

Het doel is zo snel mogelijk kortetermijnsteun te verlenen in de vorm van seminars, workshops, studiebezoeken en bezoeken van deskundigen, opleidingsacties, hulpmiddelen en producten, met name voor het verzamelen en verspreiden van informatie, vertalen/tolken, alsmede andere vormen van technische bijstand in verband met de aanpassing aan het uniale acquis.

Voor financiering komen vertegenwoordigers van alle overheidsorganen uit de publieke en semipublieke sector in aanmerking, zoals nationale overheden, parlementen, wetgevende raden, regionale regeringen, regelgevende en toezichthoudende overheden, alsmede vertegenwoordigers namens de sociale partners en commerciële, professionele of economische groeperingen die betrokken zijn bij de overname, uitvoering en handhaving van het uniale acquis.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de specifieke bevoegdheden die aan de Commissie zijn toegekend bij artikel 34 van de Akte van toetreding van 16 april 2003 en artikel 31 van titel III van de Akte van toetreding van 25 april 2005.

22 02 06   Faciliteit voor pretoetreding van het Bureau voor de uitwisseling van informatie inzake technische bijstand (TAIEX)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

12 000 000

17 615 311

9 000 000

15 637 000

9 004 815,39

14 794 856,25

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van technische bijstand voor de volledige aanpassing van de wetgeving aan het uniale acquis, waarbij alle organen die betrokken zijn bij de uitvoering en versterking daarvan, met inbegrip van niet-gouvernementele organisaties, geholpen worden hun doelstellingen te verwezenlijken en toezicht te houden op het voortgangsproces in verband daarmee.

Het doel is zo snel mogelijk kortetermijnsteun te verlenen in de vorm van conferenties, workshops, studiebezoeken, bezoeken van deskundigen, opleiding, hulpmiddelen en producten, met name voor het verzamelen en verspreiden van informatie, vertalen/tolken, alsmede andere vormen van technische bijstand in verband met de aanpassing aan het uniale acquis.

Voor financiering komen vertegenwoordigers van alle overheidsorganen uit de publieke en semipublieke sector in aanmerking, zoals nationale overheden, parlementen, wetgevende raden, regionale regeringen, regelgevende en toezichthoudende overheden, alsmede vertegenwoordigers namens de sociale partners en commerciële, professionele of economische groeperingen en andere actoren van het maatschappelijk middenveld die betrokken zijn of een rol spelen bij de overname, uitvoering en handhaving van het uniale acquis.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 07   Regionale, horizontale en ad-hocprogramma’s

22 02 07 01   Regionale en horizontale programma’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

151 883 097

182 597 462

114 118 750

138 483 150

221 968 801,88

172 184 962,81

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van regionale pretoetredingsprogramma’s en programma’s met meerdere begunstigden voor alle kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten.

Ontvangsten gerealiseerd op trustrekeningen en die zijn geboekt op artikel 5 2 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 07 02   Evaluatie van de resultaten van de uniale hulp, follow-up en audit

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 447 000

4 788 508

4 000 000

3 870 000

9 200 000,00

4 192 700,10

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van evaluaties, audits en toezicht in de fases programmering, uitvoering, evaluatie en afsluiting van projecten voor zowel het IPA als eerdere financiële pretoetredingsinstrumenten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

22 02 07 03   Financiële steun ten behoeve van de bevordering van de economische ontwikkeling van de Turks-Cypriotische gemeenschap

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

28 000 000

74 275 199

3 000 000

76 353 000

2 500 000,00

42 030 563,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiële steun ten behoeve van de bevordering van de economische ontwikkeling van de Turks-Cypriotische gemeenschap. De steun zal met name gericht zijn op de economische integratie van het eiland en op het verbeteren van contacten tussen de twee gemeenschappen en met de Unie, om de hereniging van Cyprus te vergemakkelijken. De steun kan worden gebruikt voor:

de bevordering van de socio-economische ontwikkeling, met name plattelandsontwikkeling, de ontwikkeling van menselijke hulpbronnen en regionale ontwikkeling;

de ontwikkeling en herstructurering van infrastructuur, met name op het gebied van energie en vervoer, milieu, telecommunicatie en watervoorziening;

verzoening, vertrouwen scheppende maatregelen en ondersteuning van het maatschappelijk middenveld;

het nader tot de Unie brengen van de Turks-Cypriotische gemeenschap, onder meer door voorlichting over de politieke en juridische aspecten van de Unie, de bevordering van de uitwisseling van jongeren en beurzen;

geleidelijke aanpassing aan en voorbereiding op de tenuitvoerlegging van het uniale acquis;

tenuitvoerlegging van de besluiten van de door de twee gemeenschappen opgezette technische commissie voor cultureel erfgoed;

voortzetting van de financiële steun van de Unie en versnelling van de werkzaamheden van het Comité vermiste personen.

Een deel van dit krediet dient tevens ter dekking van de ondersteunende administratieve uitgaven die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het programma, zoals:

de uitgaven voor technische en administratieve bijstand die de Commissie mag uitbesteden aan een uitvoerend agentschap onder het uniale recht;

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie tot wederzijds voordeel van de begunstigden en de Commissie zijn uitbesteed op basis van ad-hocdienstverleningscontracten;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met de verwezenlijking van de doelstelling van het programma.

Dit krediet dient ter voortzetting van de steun aan de Turks-Cypriotische gemeenschap om deze dichter bij de Unie te brengen en de hereniging van het eiland voor te bereiden. De op de begroting voorgestelde middelen moeten in het bijzonder worden gebruikt voor subsidieregelingen ten behoeve van zeer verscheiden begunstigden in de civiele samenleving: niet-gouvernementele organisaties, studenten en leraren, scholen, landbouwproducenten, kleine dorpen, kleine en middelgrote ondernemingen. De activiteiten moeten verband houden met de hereniging. Er moet indien mogelijk voorrang worden gegeven aan verzoeningsprojecten die een brug slaan tussen de twee gemeenschappen en vertrouwen scheppen. De maatregelen zetten het sterke verlangen naar en het engagement van de Unie voor een oplossing en een hereniging op Cyprus in de verf.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 389/2006 van de Raad van 27 februari 2006 tot instelling van een instrument voor financiële steun ter bevordering van de economische ontwikkeling van de Turks-Cypriotische gemeenschap (PB L 65 van 7.3.2006, blz. 5).

22 02 08   Proefproject — Behoud en herstel van cultureel erfgoed in conflictgebieden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 334 000

p.m.

2 250 000

6 000 000,00

100 977,60

Toelichting

Dit krediet zal worden gebruikt ter ondersteuning van organisaties zonder winstoogmerk (zoals organisaties uit het maatschappelijk middenveld op lokaal en internationaal niveau en publieke instellingen) die projecten uitvoeren voor het duurzame behoud, de restauratie en de ontwikkeling van waardevolle culturele sites (kerken, moskeeën, bibliotheken, musea, monumenten enz.) in kandidaat-landen en mogelijke kandidaat-landen.

Waar mogelijk moet specifieke aandacht worden besteed aan projecten die werken aan de opbouw van vertrouwen, door verschillende etnische en religieuze groepen te betrekken bij gezamenlijke projecten, alsmede het verwerven van vaardigheden en bewustmaking op lokaal en nationaal niveau.

In de toekomst kan de met dit proefproject opgedane ervaring ook worden benut om een permanente rechtsgrond te ontwikkelen, alsmede een bredere benadering voor het behoud en het herstel van cultureel erfgoed in conflictgebieden in andere geografische regio's.

In de resolutie van het Europees Parlement van 29 maart 2007 over de toekomst van Kosovo en de rol van de EU (PB C 27 E van 31.1.2008, blz. 207) wordt gesteld dat een regeling inzake Kosovo de „bescherming van alle culturele en religieuze plaatsen” dient te omvatten.

Een groot aantal beschadigde gebouwen op de Balkan is blijven staan als fysieke herinnering aan eerdere conflicten en houden de pijnlijke herinnering daaraan levend. Verschillende etnische groepen en lokale autoriteiten zijn momenteel door niet-gouvernementele organisaties samengebracht in gemeenschappelijke restauratieprojecten, mede ter bevordering van de eerbied voor de culturele waarden van anderen, maar hiervoor is geen geld van de Unie beschikbaar. De bijstand uit hoofde van het IPA-programma heeft in brede zin betrekking op „wederopbouw” en „samenwerking tussen gemeenschappen”, maar verwijst niet specifiek naar het herstel van cultureel erfgoed.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

22 02 09   Voorbereidende actie — Behoud en herstel van cultureel erfgoed in conflictgebieden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

500 000

900 000

2 250 000

2 250 000

 

 

Toelichting

Dit krediet zal worden gebruikt ter ondersteuning van projecten inzake het behoud en de restauratie van waardevolle culturele en religieuze voorwerpen (kerken, moskeeën, bibliotheken, musea, monumenten enz.) die ten gevolge van oorlog of andere politieke conflicten in de Westelijke Balkan beschadigd of vernield zijn. Kredieten kunnen worden gebruikt ter ondersteuning van zowel publieke organismen als niet-gouvernementele organisaties met projecten in dit domein. Het is hier evenwel van belang de nadruk te leggen op de belangrijke rol die niet-gouvernementele organisaties spelen bij beschermings- en restauratieprojecten

Specifieke aandacht moet worden besteed aan projecten die werken aan de opbouw van vertrouwen, door verschillende etnische en religieuze groepen te betrekken bij gezamenlijke projecten, en die lokale opleiding bevorderen alsmede bijdragen aan de ontwikkeling van kennis inzake restauratie en hoogkwalitatieve culturele vaardigheden.

Beste praktijken inzake restauratie moeten als richtsnoer dienen bij de selectie van voorwerpen en deskundigen dienen te worden betrokken bij de selectie van voorstellen en uitvoerders.

Ervaringen met het proefprojecteuit 2008-2009 en de voorbereidende actie van 2010 moeten helpen een bredere aanpak te ontwikkelen voor de bescherming en restauratie van cultureel erfgoed in conflictgebieden, zowel in de westelijke Balkan, via het IPA-programma, als elders.

Deze voorbereidende actie heeft tevens tot doel als basis te fungeren voor de integratie van het behoud en de restauratie van cultureel erfgoed in conflictgebieden in het IPA-programma in de Westelijke Balkan en Turkije.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

22 02 10   Informatie en communicatie

22 02 10 01   Prince — Informatie en communicatie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 000 000

4 036 287

5 000 000

4 088 000

5 000 232,66

4 180 319,59

Toelichting

Oud artikel 22 04 01

Dit krediet dient ter financiering van prioritaire voorlichtings- en communicatieactiviteiten, met inbegrip van evaluatiewerkzaamheden, met betrekking tot de uitbreiding, voornamelijk in lidstaten.

Het bedrag van de voorgestelde kredieten beantwoordt aan de voorlichtings- en communicatieprioriteiten en houdt rekening met het tijdschema van de uitbreiding. De voorlichtings- en communicatiestrategie heeft tot doel in heel Europa de steun voor de toetreding te bevorderen en het grote publiek beter bekend te maken met de uitbreiding van de Unie, maar in het bijzonder in die landen waar de publieke opinie gevoeliger is voor de volgende stappen van de uitbreiding.

De toegewezen middelen zijn bestemd voor de financiering van voorlichtings- en communicatieactiviteiten met betrekking tot prioritair uniaal beleid, zoals een werkelijke dialoog over de uitbreiding en de voorbereiding op de toetreding tussen de Europese burgers en de instellingen van de Unie, rekening houdende met het eigen karakter en de voorlichtingsbehoeften van ieder land; een inhoudelijk debat over uitbreiding en de pretoetredingsfase tussen maatschappelijke organisaties en burgers in de Unie en in de (potentiële) kandidaat-lidstaten; voorlichting van journalisten en andere opiniemakers over het uitbreidingsproces; het laten verrichten van studies en opiniepeilingen; het ontwikkelen en bijhouden van speciaal opgezette websites, het produceren van geschreven en audiovisueel materiaal, organisatie van openbare evenementen, congressen en seminaries; en evaluatie van het voorlichtingsprogramma.

Bij de uitvoering van deze begrotingslijn moet de Commissie rekening houden met de resultaten van de vergaderingen van de Interinstitutionele Groep voorlichting (IGV).

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals vastgelegd in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

22 02 10 02   Informatie en communicatie voor derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 000 000

6 181 546

10 000 000

6 098 000

9 000 000,00

4 693 319,90

Toelichting

Oud artikel 22 04 02

Dit krediet dient ter financiering van prioritaire voorlichtings- en communicatieactiviteiten, met inbegrip van evaluatiewerkzaamheden, met betrekking tot de uitbreiding, voornamelijk in (potentiële) kandidaat-lidstaten.

Het overgrote deel van dit krediet is bestemd voor de financiering van voorlichtings- en communicatieactiviteiten die worden gedelegeerd aan de verbindingsbureaus/delegaties van de Unie in (potentiële) kandidaat-lidstaten.

Voorlichtings- en communicatieactiviteiten zullen worden gericht op het grote publiek, relevante specifieke doelgroepen, met name jongeren, de media en de maatschappelijke organisaties, en beogen te bevorderen dat opiniemakers de uitbreiding en het stabilisatie- en associatieproces steunen. Het doel is het profiel en het politieke gewicht van de Unie in die landen te versterken en de steun van het publiek te verwerven voor het hervormingsproces in de toetredingsperiode en de pretoetredingsperiode.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL UITBREIDING

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL UITBREIDING

PRETOETREDINGSONDERHANDELINGEN OVER DE UITBREIDING

TITEL 23

HUMANITAIRE HULP

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

23 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „HUMANITAIRE HULP”

34 902 432

34 902 432

29 495 155

29 495 155

28 666 319,37

28 666 319,37

Reserves (40 01 40)

14 878

14 878

44 026

44 026

 

 

 

34 917 310

34 917 310

29 539 181

29 539 181

28 666 319,37

28 666 319,37

23 02

HUMANITAIRE HULP INCLUSIEF HULP AAN ONTHEEMDEN, VOEDSELHULP EN PARAATHEID BIJ RAMPEN

816 293 000

776 804 871

791 318 000

791 318 000

884 549 225,37

771 832 481,24

23 03

FINANCIERINGSINSTRUMENT VOOR CIVIELE BESCHERMING

27 000 000

26 808 716

33 500 000

27 250 000

21 812 794,48

15 737 649,98

 

Titel 23 — Totaal

878 195 432

838 516 019

854 313 155

848 063 155

935 028 339,22

816 236 450,59

Reserves (40 01 40)

14 878

14 878

44 026

44 026

 

 

 

878 210 310

838 530 897

854 357 181

848 107 181

935 028 339,22

816 236 450,59

HOOFDSTUK 23 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „HUMANITAIRE HULP”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

23 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „HUMANITAIRE HULP”

23 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

5

19 573 627

15 686 006

15 674 323,84

Reserves (40 01 40)

 

14 878

44 026

 

 

 

19 588 505

15 730 032

15 674 323,84

23 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

23 01 02 01

Extern personeel

5

2 099 276

1 273 565

1 328 642,21

23 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

2 061 222

1 738 492

1 670 216,39

 

Artikel 23 01 02 — Subtotaal

 

4 160 498

3 012 057

2 998 858,60

23 01 03

Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten op het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

5

1 418 307

1 147 092

1 230 446,67

23 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

23 01 04 01

Humanitaire hulp — Uitgaven voor administratief beheer

4

9 400 000

9 200 000

8 575 485,26

23 01 04 02

Civiele bescherming — Uitgaven voor administratief beheer

3.2

350 000

450 000

187 205,—

 

Artikel 23 01 04 — Subtotaal

 

9 750 000

9 650 000

8 762 690,26

 

Hoofdstuk 23 01 — Totaal

 

34 902 432

29 495 155

28 666 319,37

Reserves (40 01 40)

 

14 878

44 026

 

 

 

34 917 310

29 539 181

28 666 319,37

23 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

23 01 01

19 573 627

15 686 006

15 674 323,84

Reserves (40 01 40)

14 878

44 026

 

Totaal

19 588 505

15 730 032

15 674 323,84

23 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

23 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 099 276

1 273 565

1 328 642,21

23 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 061 222

1 738 492

1 670 216,39

23 01 03   Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten op het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 418 307

1 147 092

1 230 446,67

23 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Humanitaire hulp”

23 01 04 01   Humanitaire hulp — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 400 000

9 200 000

8 575 485,26

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van ondersteunende uitgaven die rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van de doelstellingen van het beleidsterrein „Humanitaire hulp”. Het gaat hierbij onder meer om:

uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van ad-hocdienstverleningscontracten;

de honoraria en vergoedingen voor uitgaven in verband met dienstverleningscontracten voor audits en evaluaties van partners en activiteiten van DG Humanitaire hulp en civiele bescherming;

uitgaven in verband met studies, voorlichting en publicaties; bewustmakings- en voorlichtingscampagnes en andere maatregelen die het uniale karakter van de hulpverlening doen uitkomen;

uitgaven voor extern personeel in de hoofdvestiging (personeel op contractbasis, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel van agentschappen), beperkt tot 1 800 000 EUR. Dit personeel is bedoeld om de taken over te nemen die waren toevertrouwd aan externe contractanten in verband met de overname van de administratie van individuele deskundigen en voor het beheer van programma’s in derde landen. Dit bedrag, gebaseerd op de geraamde jaarlijkse kosten per persoon per jaar, dient ter dekking van de bezoldiging van het externe personeel, evenals de kosten voor opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie (IT) en telecommunicatie die verband houden met hun taken;

uitgaven voor de ontwikkeling en werking van informatiesystemen die toegankelijk zijn via de internetsite Europa of een beveiligde internetsite bij het Rekencentrum, ter verbetering van de coördinatie tussen de Commissie en andere instellingen, nationale overheidsdiensten, organisaties, niet-gouvernementele organisaties, andere partners op het gebied van humanitaire hulp en de deskundigen van DG Humanitaire hulp en civiele bescherming ter plaatse.

Dit krediet dient ter dekking van administratieve uitgaven in het kader van de artikelen 23 02 01, 23 02 02 en 23 02 03.

23 01 04 02   Civiele bescherming — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

350 000

450 000

187 205,00

Toelichting

Oude post 07 01 04 02

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor technische en/of administratieve ondersteuning in verband met de vormgeving, de voorbereiding, het beheer, de monitoring, de audit en de beoordeling van en het toezicht op het financieringsinstrument voor civiele bescherming en het communautaire mechanisme voor civiele bescherming;

uitgaven in verband met de aankoop en het onderhoud van beveiligings-, IT- en communicatie-instrumenten die nodig zijn om het bij de Commissie gevestigde Monitoring- en Informatiecentrum (MIC) volledig operationeel te maken (geavanceerde informatiesystemen, met inbegrip van geografische informatiesystemen, en communicatie-instrumenten die het MIC verbinden met alle bestaande waarschuwingssystemen voor rampen) en de huisvesting van het CECIS (Common emergency Communication and Information System), met inbegrip van daarvoor gereserveerde infrastructuur;

uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, informatie en publicaties die rechtstreeks samenhangen met het bereiken van de doelstellingen van het programma, alsmede eventuele andere uitgaven voor technische en administratieve ondersteuning (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie in het kader van dienstverleningscontracten ad hoc worden uitbesteed.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Inkomsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, van kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de programma’s van de Unie, die worden geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 23 03 01.

HOOFDSTUK 23 02 —   HUMANITAIRE HULP INCLUSIEF HULP AAN ONTHEEMDEN, VOEDSELHULP EN PARAATHEID BIJ RAMPEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

23 02

HUMANITAIRE HULP INCLUSIEF HULP AAN ONTHEEMDEN, VOEDSELHULP EN PARAATHEID BIJ RAMPEN

23 02 01

Humanitaire hulp

4

536 708 000

511 042 085

521 018 000

521 018 000

571 066 465,16

521 580 417,90

23 02 02

Voedselhulp

4

244 168 000

232 491 641

237 005 000

237 005 000

280 046 290,37

224 615 786,47

23 02 03

Paraatheid bij rampen

4

34 417 000

32 771 145

33 295 000

33 295 000

33 436 469,84

25 636 276,87

23 02 04

Voorbereidende actie — Europees vrijwilligerskorps voor humanitaire hulpverlening

4

1 000 000

500 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 23 02 — Totaal

 

816 293 000

776 804 871

791 318 000

791 318 000

884 549 225,37

771 832 481,24

23 02 01   Humanitaire hulp

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

536 708 000

511 042 085

521 018 000

521 018 000

571 066 465,16

521 580 417,90

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van humanitaire bijstand aan mensen in landen buiten de Unie die het slachtoffer zijn van conflicten of rampen, zowel natuurrampen als door de mens veroorzaakte rampen (oorlogen, gevechten enz.) of vergelijkbare noodsituaties, zolang als nodig is om aan de uit deze situaties voortvloeiende behoeften te voldoen.

Deze hulp wordt verstrekt zonder discriminatie op grond van ras, etnische oorsprong, godsdienst, handicap, geslacht, leeftijd, nationaliteit of politieke gezindheid.

Onder dit artikel worden eveneens de uitgaven geboekt voor de aankoop en levering van alle goederen of materialen die voor de uitvoering van humanitaire maatregelen noodzakelijk zijn, met inbegrip van de bouw van woningen of schuilplaatsen voor de betrokken bevolkingsgroepen, werkzaamheden in verband met het herstel en de wederopbouw, op korte termijn, van met name infrastructuur en faciliteiten, uitgaven voor extern personeel, zowel buitenlands als lokaal, opslag, vervoer, internationaal of nationaal vervoer, logistieke steun en verdeling van de hulpgoederen, alsmede alle maatregelen die de vrije toegang tot de personen voor wie de hulp bestemd is, moeten vergemakkelijken.

Dit krediet kan tevens dienen ter dekking van alle andere rechtstreeks met de uitvoering van de humanitaire maatregelen verband houdende uitgaven.

Het dient bovendien ter dekking van de uitgaven voor:

haalbaarheidsstudies voor humanitaire operaties, evaluaties van projecten en plannen voor humanitaire hulp en voor zichtbaarheidsoperaties en informatiecampagnes betreffende humanitaire operaties;

het toezicht op humanitaire projecten en plannen en het bevorderen en opzetten van initiatieven gericht op het verbeteren van de coördinatie en de samenwerking teneinde de steun en het toezicht op de projecten en plannen doeltreffender te maken;

controle en coördinatie van de uitvoering van de acties in het kader van de hulpmaatregel;

maatregelen ter versterking van de coördinatie van de hulp van de Unie met de lidstaten, andere als donor optredende landen, internationale organisaties en instellingen (vooral organisaties die deel uitmaken van de Verenigde Naties), niet-gouvernementele organisaties en organisaties die deze laatste vertegenwoordigen;

de technische bijstand die nodig is voor de voorbereiding en uitvoering van humanitaire projecten, met name de uitgaven ter dekking van de kosten van contracten met individuele deskundigen ter plaatse, alsmede de uitgaven voor infrastructuur en logistiek — vallende onder het beheer van gelden ter goede rekening en de machtigingen tot uitgaven — in verband met maatregelen van het directoraat-generaal Humanitaire hulp en civiele bescherming in de gehele wereld;

de financiering van overeenkomsten inzake technische bijstand om de uitwisseling van technische kennis en ervaring tussen uniale humanitaire organisaties en instanties onderling en tussen deze organisaties en instanties en die uit derde landen te vergemakkelijken;

studies en opleiding die direct verband houden met het bereiken van de doelstellingen van dit beleidsterrein;

subsidies voor het uitvoeren van acties en voor de lopende uitgaven ten behoeve van humanitaire netwerken;

humanitaire mijnopruimingsacties met inbegrip van het bewustmaken van de plaatselijke bevolking met betrekking tot antipersoneelmijnen;

uitgaven voor het netwerk voor humanitaire hulp (NOHA), overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1257/96. Dit is een jaarlijks multidisciplinair postdoctoraal diploma op het gebied van humanitaire hulp, in het leven geroepen om het professionalisme onder humanitaire hulpverleners te stimuleren, waarbij verschillende universiteiten betrokken zijn.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

23 02 02   Voedselhulp

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

244 168 000

232 491 641

237 005 000

237 005 000

280 046 290,37

224 615 786,47

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van voedselhulpoperaties van humanitaire aard en zal worden besteed volgens de regels voor humanitaire hulp van Verordening (EG) nr. 1257/96.

De humanitaire hulp van de Unie omvat niet-discriminerende acties voor bijstand, hulpverlening en bescherming ten behoeve van de bevolking in derde landen, met name de meest kwetsbare groepen en bij voorrang in de ontwikkelingslanden, die getroffen zijn door natuurrampen, gebeurtenissen die door menselijk toedoen zijn veroorzaakt, zoals oorlogen en conflicten, of door buitengewone omstandigheden die vergelijkbaar zijn met natuurrampen of door menselijk toedoen veroorzaakte rampen. Deze hulp wordt verleend zolang als nodig is om in de uit deze situaties voortvloeiende humanitaire behoeften te voorzien.

Het krediet mag worden gebruikt ter financiering van de aankoop en levering van voedsel, zaden, vee of andere producten of uitrusting die voor de tenuitvoerlegging van humanitaire voedselhulpoperaties nodig zijn.

Het dient ter dekking van de uitgaven voor maatregelen die absoluut moeten worden getroffen voor de tenuitvoerlegging van de humanitaire voedselhulp binnen de vereiste termijnen en onder omstandigheden die beantwoorden aan de behoeften van de doelgroepen, aan het doel van een zo goed mogelijke kosten-effectiviteitverhouding en aan een grotere doorzichtigheid. Hierbij gaat het om:

het vervoer en distributie van hulp, inclusief aanverwante kosten voor verzekering, laden en lossen, coördinatie enz.;

ondersteunende maatregelen, die onmisbaar zijn voor een optimale programmering, coördinatie en uitvoering van de hulp, die niet met andere kredieten worden gefinancierd, bijvoorbeeld buitengewone transport- en opslagmaatregelen, desinfectering, activiteiten in verband met de verwerking of bereiding van voedingsmiddelen ter plaatse, ondersteuning in de vorm van expertise, technische bijstand en levering van materialen die rechtstreeks verband houden met de uitvoering van de hulp (werktuigen, gereedschap, brandstof enz.);

de controle op en de coördinatie van de voedselhulpacties, met name wat betreft de voorwaarden waaronder de voor de voedselhulp bestemde producten worden verschaft, geleverd, gedistribueerd en aangewend. Dit houdt ook in dat er toezicht moet worden uitgeoefend op de wijze waarop er van de tegenwaardefondsen gebruik wordt gemaakt;

modelexperimenten met nieuwe vormen van vervoer, verpakking en opslag, alsmede analysen van voedselhulpacties, zichtbaarheidsacties betreffende humanitaire operaties en ten slotte bewustmakingsacties;

de opslag van voedselproducten (met inbegrip van beheerskosten, termijnverrichtingen, met of zonder optie, de opleiding van technici, de aankoop van verpakkingsmateriaal en van mobiele opslagvoorzieningen, het onderhoud en de reparatie van opslagplaatsen enz.);

de technische bijstand die nodig is voor de voorbereiding en uitvoering van humanitaire voedselhulpprojecten, met name de uitgaven ter dekking van de kosten van contracten met individuele deskundigen ter plaatse, alsmede de uitgaven voor infrastructuur en logistiek — vallende onder het beheer van gelden ter goede rekening en de machtigingen tot uitgaven — in verband met maatregelen van het directoraat-generaal Humanitaire hulp en civiele bescherming in de gehele wereld.

Om overeenkomstig de artikelen 53 tot en met 56 van het Financieel Reglement volledige financiële transparantie te waarborgen, doet de Commissie bij de sluiting of de wijziging van overeenkomsten voor het beheer en de uitvoering van projecten door internationale organisaties alle nodige inspanningen om ervoor te zorgen dat deze organisaties zich ertoe verbinden al hun interne en externe audits inzake het gebruik van middelen van de Unie over te leggen aan de Europese Rekenkamer en aan de interne auditeur van de Commissie.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

23 02 03   Paraatheid bij rampen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

34 417 000

32 771 145

33 295 000

33 295 000

33 436 469,84

25 636 276,87

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor operaties die zijn gericht op paraatheid bij of preventie van rampen of vergelijkbare noodsituaties en voor de ontwikkeling van waarschuwingssystemen voor alle soorten natuurrampen (overstromingen, cyclonen, vulkaanuitbarstingen enz.); hieronder vallen ook aankoop en vervoer van de hiervoor benodigde uitrusting.

Het kan tevens dienen ter dekking van alle andere rechtstreeks met de uitvoering van rampenparaatheidsmaatregelen verband houdende uitgaven zoals:

de financiering van wetenschappelijke studies ter preventie van rampen;

het aanleggen van noodvoorraden van goederen en uitrusting die bij humanitaire hulpoperaties kunnen worden gebruikt;

de technische bijstand die nodig is voor de voorbereiding en uitvoering van rampenparaatheidsprojecten, met name de uitgaven ter dekking van de kosten van contracten met individuele deskundigen ter plaatse, alsmede de uitgaven voor infrastructuur en logistiek — vallende onder het beheer van gelden ter goede rekening en de machtigingen tot uitgaven — in verband met maatregelen van het directoraat-generaal Humanitaire hulp en civiele bescherming in de gehele wereld.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/96 van de Raad van 20 juni 1996 betreffende humanitaire hulp (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 1).

23 02 04   Voorbereidende actie — Europees vrijwilligerskorps voor humanitaire hulpverlening

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

500 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Dit krediet dient ter dekking van een voorbereidende actie voor de oprichting van een Europees vrijwilligerskorps voor humanitaire hulpverlening, waarin artikel 214, lid 5, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voorziet.

De oprichting van het Europees vrijwilligerskorps voor humanitaire hulpverlening moet samenvallen met het Europees jaar van het vrijwilligerswerk (2011) — begrotingspost 16 05 03. Het Europees vrijwilligerskorps voor humanitaire hulpverlening zal ook een antwoord zijn op de behoefte aan een doeltreffend instrument voor snelle crisisrespons, dat de krachten van de regionale en nationale overheidsinstanties en alle sectoren van het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld op uniaal niveau bundelt, alsook die van personen van alle leeftijden en achtergronden die willen meehelpen om het lot van mensen in nood te verbeteren. Het korps zal de Unie zichtbaarder maken als mondiale speler die solidair is met de meest kwetsbare groepen van de wereldbevolking en zal ervoor zorgen dat zeer diverse actoren betrokken raken. Het korps zal niet alleen de wijd verspreide activiteiten van vrijwilligers in een uniale vorm gieten, maar zal ook zorgen voor meer doeltreffendheid door de coördinatie van de humanitaire activiteiten, de standaardisering van de procedures en praktijken die op vrijwilligers van toepassing zijn, en de verwezenlijking van schaalvoordelen.

De kredieten dienen ter dekking van de volgende maatregelen en uitgaven:

het opstellen van een overzicht van de internationale organisaties, het maatschappelijk middenveld, de private sector en de andere traditionele en niet-traditionele organisaties die momenteel actief zijn in het verstrekken van humanitaire bijstand en daarbij een beroep doen op vrijwilligers en vrijwillige structuren. Bij het onderzoek zal op basis van stukken een overzicht worden gemaakt van de bestaande studies en het technische materiaal dat over vrijwilligers en vrijwilligerswerk in het algemeen beschikbaar is, waarbij de focus zal liggen op spoedhulp en kortetermijnbijstand op het gebied van externe maatregelen. De resultaten van het overzicht moeten de grondslag vormen voor een raadpleging van de belanghebbenden in verband met hun visie op de toekomstige richting en structuur van het Europees vrijwilligerswerk op het gebied van humanitaire hulp;

op basis van de verzamelde informatie zal de Commissie vaststellen op welke gebieden een diepgaande studie moet worden verricht. Dit zal noodzakelijk zijn voor elk van de mogelijke opties waarbij rekening moet worden gehouden met een volledige kosten-batenanalyse. De studies moeten ook het effect van de opties en hun toegevoegde waarde op uniaal niveau beoordelen;

na het opstellen van het overzicht moet een uitgebreid informatie- en raadplegingsproces plaatsvinden (publicaties, workshops, bijeenkomsten van deskundigen, conferenties) alsook de door het wetgevingsproces vereiste coördinatie en mobilisering van de belangrijkste belanghebbenden;

de technische bijstand die nodig is voor de voorbereiding en uitvoering van projecten, met name uitgaven voor de kosten van contracten met vrijwilligers en deskundigen ter plaatse en, in voorkomend geval, uitgaven voor infrastructuur en logistiek (bijvoorbeeld veiligheid, gezondheid, accommodatie, verzekering, dag- en reisvergoedingen);

voorlichtings- en bewustmakingscampagnes, waaronder het bevorderen van vrijwilligerswerk bij organisaties die traditioneel gezien niet met dit soort activiteit worden geassocieerd.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

HOOFDSTUK 23 03 —   FINANCIERINGSINSTRUMENT VOOR CIVIELE BESCHERMING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

23 03

FINANCIERINGSINSTRUMENT VOOR CIVIELE BESCHERMING

23 03 01

Civiele bescherming binnen de Unie

3.2

18 000 000

18 000 000

18 000 000

12 000 000

14 539 641,48

8 574 017,14

23 03 02

Proefproject — Grensoverschrijdende samenwerking bij het bestrijden van natuurrampen

3.2

p.m.

p.m.

500 000

0,—

79 347,01

23 03 03

Afronding van eerdere programma’s en acties op het gebied van civiele bescherming en verontreiniging van de zee

3.2

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

1 016 195,97

23 03 04

Proefproject — Versterking van de samenwerking tussen lidstaten bij de bestrijding van bosbranden

3.2

p.m.

p.m.

p.m.

1 750 000

0,—

1 750 000,—

23 03 05

Voorbereidende actie — Uniestructuur voor snelle respons

2

p.m.

5 000 000

7 500 000

7 000 000

6 588 185,—

3 588 974,40

23 03 06

Interventies in het kader van de civiele bescherming in derde landen

4

9 000 000

3 808 716

8 000 000

6 000 000

684 968,—

729 115,46

 

Hoofdstuk 23 03 — Totaal

 

27 000 000

26 808 716

33 500 000

27 250 000

21 812 794,48

15 737 649,98

23 03 01   Civiele bescherming binnen de Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

18 000 000

18 000 000

18 000 000

12 000 000

14 539 641,48

8 574 017,14

Toelichting

Oud artikel 07 04 01

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor acties op het gebied van civiele bescherming. Het is bedoeld ter ondersteuning van en aanvulling op de inspanningen van de lidstaten, de EVA-landen en kandidaat-lidstaten die met de Unie/Gemeenschap een memorandum van overeenstemming hebben ondertekend inzake respons, paraatheid en preventieve actie ten aanzien van natuurrampen, door de mens veroorzaakte rampen, terroristische acties en technologische, stralings- en milieuongevallen. Het is tevens bedoeld om nauwere samenwerking tussen de lidstaten op het gebied van civiele bescherming te vergemakkelijken.

Het dekt met name:

het creëren van een „stand-by”-capaciteit van middelen en materiaal die in noodgevallen ter beschikking van een lidstaat kunnen worden gesteld;

de inventarisatie van de voor bijstandsinterventies in noodsituaties in de lidstaten beschikbare interventiedeskundigen en -modules en overige ondersteuning;

het inzetten van deskundigen om de bijstandsbehoeften te beoordelen, het vergemakkelijken van uniale rampenbijstand in lidstaten of derde landen, en het verstrekken van de logistieke basissteun voor deze deskundigen;

een programma van lessen die uit de interventies op het gebied van civiele bescherming zijn geleerd, en van oefeningen in het kader van het mechanisme voor civiele bescherming;

een opleidingsprogramma voor interventieteams, extern personeel en externe deskundigen, gericht op de verstrekking van kennis en instrumenten die nodig zijn voor een doeltreffende deelname aan interventies van de Unie en voor de ontwikkeling van een gemeenschappelijke Europese interventiecultuur;

oefeningen op coördinatiecentrumniveau en grootschalige oefeningen om de interoperabiliteit te beproeven, civielebeschermingsfunctionarissen op te leiden en een gemeenschappelijke interventiecultuur te bevorderen;

de uitwisseling van deskundigen ter versterking van de kennis van uniale civiele bescherming en ter uitwisseling van informatie en ervaringen;

informatie- en communicatiesystemen (ICT), met name het gemeenschappelijk noodcommunicatie- en -informatiesysteem CECIS ter vergemakkelijking van de uitwisseling van informatie met de lidstaten in noodsituaties, teneinde de doeltreffendheid te vergroten en de uitwisseling van gerubriceerde informatie van de Unie mogelijk te maken. Dit omvat de uitgaven voor de ontwikkeling, het onderhoud, de bediening en de ondersteuning (hardware, software en diensten) van de systemen. Het omvat eveneens de uitgaven voor projectbeheer, kwaliteitscontrole, beveiliging, documentatie en opleiding in samenhang met het gebruik van deze systemen;

onderzoek en ontwikkeling van civielebeschermingsmodules in de zin van artikel 3, lid 5, van Beschikking 2007/779/EG, Euratom;

onderzoek en ontwikkeling van rampdetectie- en waarschuwingssystemen;

de verlening van steun aan de lidstaten bij het verkrijgen van materieel en vervoermiddelen;

de verstrekking van extra vervoermiddelen en de bijbehorende logistiek om een snelle reactie op ernstige noodsituaties te garanderen, en de aanvulling van het door de lidstaten ter beschikking gestelde vervoer, overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder c), van Beschikking 2007/162/EG, Euratom;

de verlening, op verzoek van de consulaire autoriteiten van de lidstaten, van consulaire steun aan de burgers van de Unie die zich in derde landen in een ernstige noodsituatie op het gebied van civielebeschermingsacties bevinden;

workshops, studiebijeenkomsten, projecten, studies, onderzoeken, modellering, het uitwerken van scenario's en rampenplannen, ondersteuning van capaciteitsopbouw; demonstratieprojecten; technologieoverdracht; bewustmaking, voorlichting, communicatie en monitoring, beoordeling en evaluatie;

andere ondersteunende en aanvullende acties die vereist zijn in het kader van het uniale mechanisme voor civiele bescherming.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Inkomsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, van kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de programma’s van de Unie, die worden geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking 2007/162/EG, Euratom van de Raad van 5 maart 2007 tot instelling van een financieringsinstrument voor civiele bescherming (PB L 71 van 10.3.2007, blz. 9).

Beschikking 2007/779/EG, Euratom van de Raad van 8 november 2007 tot vaststelling van een communautair mechanisme voor civiele bescherming (herschikking) (PB L 314 van 1.12.2007, blz. 9).

23 03 02   Proefproject — Grensoverschrijdende samenwerking bij het bestrijden van natuurrampen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

500 000

0,—

79 347,01

Toelichting

Oud artikel 07 04 02

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van verplichtingen in verband met studies en subsidies voor de ondersteuning van samenwerkingsacties en de ontwikkeling van nauwere samenwerking inzake civielebeschermingsmaatregelen teneinde de gevolgen van natuurrampen te voorkomen of ten minste zoveel mogelijk te beperken door de totstandbrenging van een grensoverschrijdend waarschuwings-, coördinatie- en logistiek instrumentarium.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

23 03 03   Afronding van eerdere programma’s en acties op het gebied van civiele bescherming en verontreiniging van de zee

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

1 016 195,97

Toelichting

Oud artikel 07 04 03

Dit krediet is bestemd ter dekking van betalingen voor verbintenissen die voortvloeien uit acties op het gebied van civiele bescherming en uit activiteiten die worden ondernomen in het kader van de bescherming van het mariene milieu, de kusten en de menselijke gezondheid tegen het risico van accidentele of opzettelijke verontreiniging van de zee.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Beschikking 1999/847/EG van de Raad van 9 december 1999 betreffende een communautair actieprogramma voor civiele bescherming (PB L 327 van 21.12.1999, blz. 53).

Beschikking nr. 2850/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2000 houdende instelling van een communautair kader voor samenwerking op het gebied van door ongevallen veroorzaakte of opzettelijke verontreiniging van de zee (PB L 332 van 28.12.2000, blz. 1).

Beschikking 2001/792/EG, Euratom van de Raad van 23 oktober 2001 tot vaststelling van een communautair mechanisme ter vergemakkelijking van versterkte samenwerking bij bijstandsinterventies in het kader van civiele bescherming (PB L 297 van 15.11.2001, blz. 7).

23 03 04   Proefproject — Versterking van de samenwerking tussen lidstaten bij de bestrijding van bosbranden

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

1 750 000

0,—

1 750 000,00

Toelichting

Oud artikel 07 04 04

Dit proefproject dient ter verbetering van de mobilisatie van operationele hulpbronnen en noodhulp van lidstaten om een lidstaat bij te staan bij het bestrijden van bosbranden die te talrijk en te intens zijn om door die lidstaat alleen met zijn eigen logistieke capaciteit en mankracht onder controle te krijgen.

De doelstellingen van het proefproject zijn in het bijzonder:

een schema opstellen van noodhulpteams van de lidstaten en van logistieke hulpbronnen die gemobiliseerd kunnen worden in een onvoorziene situatie;

ontwikkelen van gestandaardiseerde communicatie- en informatiemechanismen om de steun doeltreffender te maken, informatie uitwisselen over optimale werkwijzen en apparatuur en opstellen van actieplannen voor de inzet van zowel technische als menselijke noodhulpbronnen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

23 03 05   Voorbereidende actie — Uniestructuur voor snelle respons

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

5 000 000

7 500 000

7 000 000

6 588 185,00

3 588 974,40

Toelichting

Oud artikel 07 04 05

Dit krediet dient ter dekking van een voorbereidende actie met het oog op een Uniestructuur voor snelle respons die snel kan reageren op kritieke situaties als gevolg van grote rampen, zoals bosbranden. Deze structuur kan bestaan uit speciale modules voor burgerbescherming die de lidstaten beschikbaar stellen voor Europese interventies op het gebied van de bescherming van de bevolking en/of uit additionele aanvullende vermogens die het Waarnemings- en informatiecentrum beschikbaar stelt op grond van vaste afspraken met de andere partijen.

De voorbereidende actie dient eveneens ter verbetering van de mobilisatie van aanvullende operationele hulpbronnen en noodhulp van lidstaten om andere lidstaten of derde landen bij te staan bij het bestrijden van bosbranden die te talrijk en te intens zijn om door die lidstaat alleen met zijn eigen logistieke capaciteit en mankracht onder controle te krijgen. Het is opgezet om innovatieve regelingen te testen voor het beschikbaar stellen van ondersteuning voor lidstaten of derde landen die te maken hebben met omvangrijke bosbranden. Het betreft in het bijzonder het opzetten door de lidstaten van een reserve van brandweercapaciteit waarvan gebruik kan worden gemaakt in situaties waarin lidstaten niet in staat zijn steun te verlenen omdat ze alle nationale brandweercapaciteit hebben ingezet om bosbranden te bestrijden of vanwege een hoge kans op bosbranden op hun grondgebied.

Deze voorbereidende actie dient om te waarborgen dat belangrijke hulpmiddelen en essentiële uitrusting tijdens de relevante periodes klaar staan als ze nodig zijn om volgens plan snel te kunnen reageren op grote rampen, zodat de collectieve voorbereiding van de Unie op grote rampen wordt verbeterd en de weg wordt geëffend voor een Uniekorps voor de bescherming van de bevolking.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

23 03 06   Interventies in het kader van de civiele bescherming in derde landen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 000 000

3 808 716

8 000 000

6 000 000

684 968,00

729 115,46

Toelichting

Oud artikel 19 06 05

Dit krediet heeft tot doel de uitgaven te financieren die betrekking hebben op interventies op het gebied van civiele bescherming in derde landen in het kader van het financieringsinstrument voor civiele bescherming en het uniale mechanisme voor civiele bescherming:

de mobilisatie van deskundigen om de behoefte aan bijstand te peilen en de Europese bijstand in lidstaten of derde landen bij rampen te bevorderen;

het vervoer van Europese civielebeschermingshulp bij rampen — inclusief het verstrekken van relevante informatie over transportmiddelen — en daarmee samenhangende logistieke ondersteuning.

De voor de uitvoering in aanmerking komende partners kunnen zijn: autoriteiten van de lidstaten of de begunstigde landen en hun uitvoerende instanties, regionale en internationale organisaties en instanties, niet-gouvernementele organisaties en openbare of particuliere ondernemers (daaronder begrepen gedetacheerd personeel van de overheidsdiensten van de lidstaten) met de nodige deskundigheid en ervaring.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking 2007/162/EG, Euratom van de Raad van 5 maart 2007 tot instelling van een financieringsinstrument voor civiele bescherming (PB L 71 van 10.3.2007, blz. 9).

Beschikking 2007/779/EG, Euratom van de Raad van 8 november 2007 tot vaststelling van een communautair mechanisme voor civiele bescherming (herschikking) (PB L 314 van 1.12.2007, blz. 9).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL HUMANITAIRE HULP EN CIVIELE BESCHERMING

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL HUMANITAIRE HULP EN CIVIELE BESCHERMING

TITEL 24

FRAUDEBESTRIJDING

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

24 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „FRAUDEBESTRIJDING”

58 249 000

58 249 000

57 145 000

57 145 000

57 443 431,31

57 443 431,31

24 02

FRAUDEBESTRIJDING

23 500 000

16 556 171

20 500 000

16 200 000

19 933 520,44

16 177 435,75

 

Titel 24 — Totaal

81 749 000

74 805 171

77 645 000

73 345 000

77 376 951,75

73 620 867,06

HOOFDSTUK 24 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „FRAUDEBESTRIJDING”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

24 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „FRAUDEBESTRIJDING”

24 01 06

Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

5

58 249 000

57 145 000

57 443 431,31

 

Hoofdstuk 24 01 — Totaal

 

58 249 000

57 145 000

57 443 431,31

24 01 06   Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

58 249 000

57 145 000

57 443 431,31

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten met betrekking tot het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF), met inbegrip van OLAF-personeel in Uniedelegaties, dat als doelstelling heeft de bestrijding van fraude in een interinstitutioneel kader.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 65 000 EUR.

Er moeten ten minste vijf extra ambtenaren beschikbaar worden gesteld in Bulgarije en Roemenië om de capaciteitsopbouw, de opleidingsmaatregelen en de kennisoverdracht te versterken.

Rechtsgronden

Besluit 1999/352/EG, EGKS, Euratom van de Commissie van 28 april 1999 houdende oprichting van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 20), met name artikel 4 en artikel 6, lid 3.

Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 1).

Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad van 25 mei 1999 betreffende de door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) verrichte onderzoeken (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 8), met name artikel 11.

HOOFDSTUK 24 02 —   FRAUDEBESTRIJDING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

24 02

FRAUDEBESTRIJDING

24 02 01

Operationele programma’s op het gebied van fraudebestrijding

1.1

15 000 000

10 378 751

14 100 000

11 000 000

13 457 737,56

10 192 362,05

24 02 02

Pericles

1.1

1 000 000

666 525

900 000

700 000

983 516,80

715 681,42

24 02 03

Antifraude-informatiesysteem (AFIS)

1.1

6 000 000

4 760 895

5 500 000

4 500 000

5 492 266,08

5 269 392,28

24 02 04

Proefproject — Ontwikkeling van een evaluatiemechanisme van de EU op het gebied van corruptiebestrijding met specifieke aandacht voor het opsporen en verlagen van de kosten van corruptie op het gebied van openbare aanbestedingen waar EU-middelen mee gemoeid zijn

5

1 500 000

750 000

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 24 02 — Totaal

 

23 500 000

16 556 171

20 500 000

16 200 000

19 933 520,44

16 177 435,75

24 02 01   Operationele programma’s op het gebied van fraudebestrijding

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

15 000 000

10 378 751

14 100 000

11 000 000

13 457 737,56

10 192 362,05

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van acties of activiteiten die worden georganiseerd in het kader van het Hercules II-programma met betrekking tot de bescherming van de financiële belangen van de Unie, inclusief op het gebied van de preventie van en de strijd tegen sigarettensmokkel en –namaak.

Dit krediet dient ter dekking van:

ontwikkeling en verbetering van onderzoekmethoden en technische middelen voor fraudebestrijding en verbetering van de kwaliteit van de technische en operationele ondersteuning van het onderzoek, in het bijzonder technische bijstand aan de nationale autoriteiten voor fraudebestrijding, met inbegrip van de bestrijding van sigarettensmokkel;

bevordering en verbetering van de samenwerking tussen de lidstaten en de Unie en tussen mensen uit de praktijk en academici;

informatieverstrekking en ondersteuning van maatregelen betreffende de toegang tot gegevens.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de algemene staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad van 11 november 1996 betreffende de controles en verificaties ter plaatse die door de Commissie worden uitgevoerd ter bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen tegen fraudes en andere onregelmatigheden (PB L 292 van 15.11.1996, blz. 2).

Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 1).

Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad van 25 mei 1999 betreffende de door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) verrichte onderzoeken (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 8).

Besluit nr. 804/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van acties op het gebied van de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap (Hercules-programma) (PB L 143 van 30.4.2004, blz. 9).

24 02 02   Pericles

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 000 000

666 525

900 000

700 000

983 516,80

715 681,42

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van het actieprogramma „Pericles” inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij.

Rechtsgronden

Besluit 2001/923/EG van de Raad van 17 december 2001 tot vaststelling van een actieprogramma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (programma „Pericles”) (PB L 339 van 21.12.2001, blz. 50).

Besluit 2001/924/EG van de Raad van 17 december 2001 houdende uitbreiding van de werking van het besluit tot vaststelling van een actieprogramma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding, voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (programma Pericles) tot de lidstaten die de euro niet als munteenheid hebben aangenomen (PB L 339 van 21.12.2001, blz. 55).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie van 22 juli 1998 aan de Raad, het Europees Parlement en de Europese Centrale Bank getiteld „Bescherming van de euro — Bestrijding van valsemunterij” (COM(1998) 474 definitief).

Resolutie van het Europees Parlement van 17 november 1998 over de mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement en de Europese Centrale Bank — Bescherming van de euro — Bestrijding van valsemunterij (PB C 379 van 7.12.1998, blz. 39).

24 02 03   Antifraude-informatiesysteem (AFIS)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 000 000

4 760 895

5 500 000

4 500 000

5 492 266,08

5 269 392,28

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van haalbaarheidsstudies en van de ontwikkeling en productie van nieuwe, specifieke computertoepassingen voor fraudebestrijding die de infrastructuur van het antifraude-informatiesysteem (AFIS) vormen. AFIS moet de bevoegde instanties helpen bij het voorkomen en bestrijden van frauduleuze activiteiten ten nadele van de begroting van de Unie, door snelle en veilige uitwisseling van informatie tussen de bevoegde instanties in de lidstaten en tussen deze laatste en de Commissie mogelijk te maken.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad van 13 maart 1997 betreffende de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de lidstaten en de samenwerking tussen deze autoriteiten en de Commissie met het oog op de juiste toepassing van de douane- en landbouwvoorschriften (PB L 82 van 22.3.1997, blz. 1), met name artikel 23.

Verordening (EG) nr. 766/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 515/97 van de Raad betreffende de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de lidstaten en de samenwerking tussen deze autoriteiten en de Commissie met het oog op de juiste toepassing van de douane- en landbouwvoorschriften (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 48).

24 02 04   Proefproject — Ontwikkeling van een evaluatiemechanisme van de EU op het gebied van corruptiebestrijding met specifieke aandacht voor het opsporen en verlagen van de kosten van corruptie op het gebied van openbare aanbestedingen waar EU-middelen mee gemoeid zijn

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 500 000

750 000

 

 

 

 

Toelichting

Nieuw artikel

Zoals voorzien in het actieplan voor de uitvoering van het programma van Stockholm, is de Commissie voornemens een „Mededeling over een alomvattend beleid tegen corruptie in de lidstaten, met inbegrip van de vaststelling van een evaluatiemechanisme, en houdende een voorstel voor nadere regelingen om met dat doel samen te werken met de Groep van Staten tegen corruptie van de Raad van Europa (GRECO) voor te leggen”.

Het mechanisme op uniaal niveau voor beleid en evaluatie op het gebied van corruptiebestrijding komt i) tegemoet aan de publieke perceptie in de Unie (Eurobarometers 2007 en 2009: ruim 75 % van de Europese burgers beschouwt corruptie als een groot probleem in de eigen lidstaat) en ii) de hoge verwachtingen van het publiek van versterkt optreden van de Unie (overleg met het publiek in het kader van het programma van Stockholm: 88 % van de gevraagde burgers verlangt meer optreden van de Unie op het gebied van corruptiebestrijding).

Een concrete stap naar de vaststelling van een evaluatiemechanisme is een proefproject met specifieke aandacht voor openbare aanbestedingen waar uniale middelen mee gemoeid zijn, en waarmee indicatoren voor corruptie op het gebied van openbare aanbestedingen vastgesteld kunnen worden, en getest kunnen worden in een beperkt aantal lidstaten, en tevens de kosten van corruptie op specifieke gebieden bepaald kunnen worden. Dit specifieke zwaartepunt van het proefproject is nodig vanwege het volume van de uniale middelen die hier in de Unie mee gemoeid zijn, alsmede het feit dat openbare aanbestedingen een ontwikkeld terrein van het acquis zijn waarop de bevoegdheden van de Unie duidelijk vaststaan.

Overwegende dat corruptie een belangrijke rol heeft gespeeld in de financiële crisis en dat het herstel erdoor wordt vertraagd, zijn het proefproject en het optreden van de Unie nog urgenter.

Als voorwaarde moet het proefproject een onderzoekscomponent bevatten om algemene definities van corruptie op het gebied van openbare aanbestedingen te kunnen ontwikkelen, zodat gegevens van de verschillende lidstaten kunnen worden vergeleken, en de kosten van corruptie kunnen worden vastgesteld op basis van gemeenschappelijke criteria.

Het proefproject moet worden uitgevoerd in een beperkt aantal lidstaten, die moeten worden geselecteerd volgens de relevantie ervan voor een follow-up op uniaal niveau, alsmede voor toekomstige beleids- en wetgevende maatregelen van de Unie. De resultaten van het proefproject kunnen dan worden verspreid in de Unie.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET OLAF

TITEL 25

BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

25 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE”

186 373 414

186 373 414

183 340 615

183 340 615

182 401 082,45

182 401 082,45

Reserves (40 01 40)

565 027

565 027

374 355

374 355

 

 

 

186 938 441

186 938 441

183 714 970

183 714 970

182 401 082,45

182 401 082,45

25 02

BETREKKINGEN MET DE CIVIELE SAMENLEVING, OPENHEID EN INFORMATIEVERSTREKKING

4 439 000

4 439 000

4 183 000

4 183 000

3 999 730,10

3 671 816,44

 

Titel 25 — Totaal

190 812 414

190 812 414

187 523 615

187 523 615

186 400 812,55

186 072 898,89

Reserves (40 01 40)

565 027

565 027

374 355

374 355

 

 

 

191 377 441

191 377 441

187 897 970

187 897 970

186 400 812,55

186 072 898,89

HOOFDSTUK 25 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

25 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE”

25 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

25 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

5

138 183 963

138 183 963

133 378 580

133 378 580

133 240 649,44

133 240 649,44

Reserves (40 01 40)

 

105 027

105 027

374 355

374 355

 

 

 

 

138 288 990

138 288 990

133 752 935

133 752 935

133 240 649,44

133 240 649,44

25 01 01 03

Salarissen, toelagen, vergoedingen en betalingen voor de leden van de instelling

5

9 039 000

9 039 000

9 034 000

9 034 000

10 012 415,78

10 012 415,78

 

Artikel 25 01 01 — Subtotaal

 

147 222 963

147 222 963

142 412 580

142 412 580

143 253 065,22

143 253 065,22

Reserves (40 01 40)

 

105 027

105 027

374 355

374 355

 

 

 

 

147 327 990

147 327 990

142 786 935

142 786 935

143 253 065,22

143 253 065,22

25 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

25 01 02 01

Extern personeel voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

5

6 340 020

6 340 020

6 022 679

6 022 679

4 528 246,56

4 528 246,56

25 01 02 03

Bijzondere adviseurs

5

627 000

627 000

649 000

649 000

468 901,08

468 901,08

25 01 02 11

Andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

5

12 869 896

12 869 896

12 791 601

12 791 601

13 907 112,64

13 907 112,64

25 01 02 13

Andere beheersuitgaven van de leden van de instelling

5

4 171 000

4 171 000

4 631 000

4 631 000

4 542 228,93

4 542 228,93

Reserves (40 01 40)

 

460 000

460 000

 

 

 

 

 

 

4 631 000

4 631 000

4 631 000

4 631 000

4 542 228,93

4 542 228,93

 

Artikel 25 01 02 — Subtotaal

 

24 007 916

24 007 916

24 094 280

24 094 280

23 446 489,21

23 446 489,21

Reserves (40 01 40)

 

460 000

460 000

 

 

 

 

 

 

24 467 916

24 467 916

24 094 280

24 094 280

23 446 489,21

23 446 489,21

25 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

5

10 012 824

10 012 824

9 753 755

9 753 755

10 460 202,82

10 460 202,82

25 01 06

Betere regelgeving en institutionele ontwikkeling

25 01 06 01

Dienst voor effectbeoordelingen

5

50 000

50 000

80 000

80 000

50 000,—

50 000,—

 

Artikel 25 01 06 — Subtotaal

 

50 000

50 000

80 000

80 000

50 000,—

50 000,—

25 01 07

Kwaliteit van de wetgeving

25 01 07 01

Codificatie van het Unierecht

5

1 200 000

1 200 000

2 000 000

2 000 000

775 000,—

775 000,—

 

Artikel 25 01 07 — Subtotaal

 

1 200 000

1 200 000

2 000 000

2 000 000

775 000,—

775 000,—

25 01 08

Juridisch advies, processen en inbreuken

25 01 08 01

Juridische kosten

5

3 879 711

3 879 711

4 000 000

4 000 000

4 416 325,20

4 416 325,20

 

Artikel 25 01 08 — Subtotaal

 

3 879 711

3 879 711

4 000 000

4 000 000

4 416 325,20

4 416 325,20

25 01 09

Proefproject — Interinstitutioneel systeem voor de identificatie van langetermijntrends waarmee de Unie wordt geconfronteerd

5

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

 

Hoofdstuk 25 01 — Totaal

 

186 373 414

186 373 414

183 340 615

183 340 615

182 401 082,45

182 401 082,45

Reserves (40 01 40)

 

565 027

565 027

374 355

374 355

 

 

 

 

186 938 441

186 938 441

183 714 970

183 714 970

182 401 082,45

182 401 082,45

25 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

25 01 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 01 01 01

138 183 963

133 378 580

133 240 649,44

Reserves (40 01 40)

105 027

374 355

 

Totaal

138 288 990

133 752 935

133 240 649,44

25 01 01 03   Salarissen, toelagen, vergoedingen en betalingen voor de leden van de instelling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 039 000

9 034 000

10 012 415,78

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de basissalarissen van de leden van de Commissie;

de standplaatsvergoedingen van de leden van de Commissie;

de gezinstoelagen van de leden van de Commissie, namelijk

de kostwinnerstoelage;

de kindertoelage;

de schooltoelage;

de representatievergoeding van de leden van de Commissie;

de werkgeversbijdrage aan de verzekering tegen uit beroepsziekten en ongevallen voortvloeiende risico's voor leden van de Commissie;

de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering van de voormalige leden van de Commissie;

de geboortetoelage;

in geval van overlijden van een lid van de Commissie:

de volledige bezoldiging van de overledene tot en met het einde van de derde maand die volgt op de maand waarin het lid overleed;

de kosten van vervoer van het stoffelijk overschot naar de plaats van herkomst van de overledene;

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de emolumenten en overbruggingstoelagen;

de toepassing van de aanpassingscoëfficiënt op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt;

de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen, de overbruggingstoelagen en de pensioenen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Bovendien worden op deze post de eventuele kredieten geboekt ter dekking van:

de reiskosten van de leden van de Commissie (en hun familieleden) bij het aanvaarden of het beëindigen van hun functie;

de inrichtingsvergoedingen voor de leden van de Commissie bij het aanvaarden of het beëindigen van hun functie;

de verhuiskosten voor de leden van de Commissie bij het aanvaarden of het beëindigen van hun functie.

Rechtsgronden

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name de artikelen 2, 3, 4, 4 bis, 4 ter, 5, 11 en 14.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

25 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

25 01 02 01   Extern personeel voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 340 020

6 022 679

4 528 246,56

25 01 02 03   Bijzondere adviseurs

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

627 000

649 000

468 901,08

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bezoldiging en de kosten van dienstreizen, alsmede de werkgeversbijdrage voor de ongevallenverzekering voor bijzondere adviseurs.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

25 01 02 11   Andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 869 896

12 791 601

13 907 112,64

25 01 02 13   Andere beheersuitgaven van de leden van de instelling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 01 02 13

4 171 000

4 631 000

4 542 228,93

Reserves (40 01 40)

460 000

 

 

Totaal

4 631 000

4 631 000

4 542 228,93

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

vervoerskosten, dagvergoedingen bij dienstreizen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen;

uitgaven die voortvloeien uit de verplichtingen van de Commissie op het gebied van recepties en representatie (deze uitgaven kunnen door individuele leden van de Commissie in de uitoefening van hun functie, alsook in het kader van de werkzaamheden van de instelling worden gedaan).

De terug te betalen bedragen van de kosten van dienstreizen voor rekening van andere instellingen of organen van de Unie, of voor rekening van derden, vormen bestemmingsontvangsten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 20 000 EUR.

Voorwaarden om de reserve vrij te maken

Een bedrag van 460 000 EUR wordt in de reserve geplaatst totdat de Commissie de toezeggingen die haar voorzitter in de „beleidsrichtsnoeren voor de volgende Commissie” van 3 september 2009, blz. 37, had gedaan, gestand doet en de gedragscode voor commissarissen in een gestructureerde dialoog met de betrokken instellingen herziet, waarbij met name moet worden gezorgd voor:

verbetering van de belangenverklaring van de leden van de Commissie (regelmatige, jaarlijkse bijwerking, uitbreiding van de openbaarmaking van financiële belangen tot kinderen c.q. partners);

meer transparantie ten aanzien van dienstreizen van leden van de Commissie;

een betere regeling voor de behandeling van belangenverstrengeling, in het bijzonder:

aanscherping van de regels inzake het aannemen van geschenken (verduidelijking dat ook uitnodigingen voor vakanties en andere dienstverleningen geschenken zijn, openbaarmaking van de schenker);

aanscherping van de eisen inzake activiteiten in de privésector na het neerleggen van de functie bij de Commissie („cooling off period”);

invoering van een procedure in geval van belangenverstrengeling, instelling van een door de instellingen gezamenlijk te vormen adviescollege voor normen voor het openbare leven;

invoering van structuren voor de tenuitvoerlegging van de gedragscode (incl. sancties op overtredingen);

invoering van berichtgeving en verbeterde publicatie van de gedragscode op de website van de Commissie;

verduidelijking van de bestaande mogelijkheden voor het indienen van bezwaarschriften bij de Europese Ombudsman.

Rechtsgronden

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg, alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1), met name artikel 6.

Mededeling van de voorzitter van de Commissie betreffende de gedragscode voor leden van de Commissie (SEC(2004) 1487).

Besluit C(2007) 3494 van de Commissie van 18 juli 2007 betreffende de verordening met betrekking tot ontvangst- en representatiekosten van de Commissie, de voorzitter of de leden van de Commissie.

25 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 012 824

9 753 755

10 460 202,82

25 01 06   Betere regelgeving en institutionele ontwikkeling

25 01 06 01   Dienst voor effectbeoordelingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

50 000

80 000

50 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor gespecialiseerde studies, raadplegingen, vergaderingen en werkzaamheden van de dienst voor effectbeoordelingen.

25 01 07   Kwaliteit van de wetgeving

25 01 07 01   Codificatie van het Unierecht

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 200 000

2 000 000

775 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor codificatie en herschikking van uniale/communautaire handelingen.

25 01 08   Juridisch advies, processen en inbreuken

25 01 08 01   Juridische kosten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 879 711

4 000 000

4 416 325,20

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten in verband met de precontentieuze fase en bemiddeling (mediation), en de bijstand van advocaten of andere deskundigen die optreden als raadslieden voor de Commissie.

Tevens dient het ter dekking van de uitgaven die door het Hof van Justitie van de Europese Unie of andere rechterlijke instanties ten laste van de Commissie worden gebracht.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 200 000 EUR.

25 01 09   Proefproject — Interinstitutioneel systeem voor de identificatie van langetermijntrends waarmee de Unie wordt geconfronteerd

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Dit proefproject is bedoeld om een interinstitutioneel systeem te ontwikkelen voor de identificatie van langetermijntrends met betrekking tot belangrijke beleidskwesties die op de Unie afkomen. Zo kunnen gemeenschappelijke analysen van de waarschijnlijke gevolgen voor belangrijke kwesties worden gemaakt en ter beschikking van de beleidsmakers worden gesteld; een en ander moet worden gecoördineerd tussen het Europees Parlement (met deelname van de beleidsondersteunende afdelingen), de Raad en de Commissie, waarbij het reeds gevestigde Instituut voor veiligheidsstudies van de Europese Unie (IVSEU) een centrale rol binnen het systeem krijgt. Dit systeem moet snel worden ingesteld, om volledig operationeel te kunnen zijn in 2012.

HOOFDSTUK 25 02 —   BETREKKINGEN MET DE CIVIELE SAMENLEVING, OPENHEID EN INFORMATIEVERSTREKKING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

25 02

BETREKKINGEN MET DE CIVIELE SAMENLEVING, OPENHEID EN INFORMATIEVERSTREKKING

25 02 01

Instellingen van Europees belang

25 02 01 01

Historische archieven van de Europese Unie

5

2 176 000

2 176 000

2 020 000

2 020 000

1 786 000,—

1 776 320,—

 

Artikel 25 02 01 — Subtotaal

 

2 176 000

2 176 000

2 020 000

2 020 000

1 786 000,—

1 776 320,—

25 02 04

Voorlichting en publicaties

25 02 04 01

Documentaire gegevensbanken

5

800 000

800 000

700 000

700 000

682 093,90

836 100,15

25 02 04 02

Digitale publicaties

5

1 463 000

1 463 000

1 463 000

1 463 000

1 531 636,20

1 059 396,29

 

Artikel 25 02 04 — Subtotaal

 

2 263 000

2 263 000

2 163 000

2 163 000

2 213 730,10

1 895 496,44

 

Hoofdstuk 25 02 — Totaal

 

4 439 000

4 439 000

4 183 000

4 183 000

3 999 730,10

3 671 816,44

25 02 01   Instellingen van Europees belang

25 02 01 01   Historische archieven van de Europese Unie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 176 000

2 176 000

2 020 000

2 020 000

1 786 000,00

1 776 320,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het beheer (personeel en werking) van de historische archieven van de Unie door het Europees Universitair Instituut.

Rechtsgronden

Verordening (EEG, Euratom) nr. 354/83 van de Raad van 1 februari 1983 inzake het voor het publiek toegankelijk maken van de historische archieven van de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 43 van 15.2.1983, blz. 1).

Beschikking nr. 359/83/EGKS van de Commissie van 8 februari 1983 inzake het voor het publiek toegankelijk maken van de historische archieven van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (PB L 43 van 15.2.1983, blz. 14).

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Referentiebesluiten

Overeenkomst tussen de Commissie en het Europees Universitair Instituut te Florence van 17 december 1984.

25 02 04   Voorlichting en publicaties

25 02 04 01   Documentaire gegevensbanken

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

800 000

800 000

700 000

700 000

682 093,90

836 100,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de documentaire gegevensbanken van de Commissie over de stand van zaken ten aanzien van de procedures en de officiële documenten, en met name de uitgaven voor:

de verzameling, de voorbereiding, de systematische analyse en het verwerken van teksten en procedures;

de ontwikkeling, het onderhoud en de exploitatie van een geïntegreerd systeem;

de verspreiding van de betrokken informatie langs verschillende elektronische kanalen.

Het krediet dient ter dekking van uitgaven gedaan op het grondgebied van de Unie.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

25 02 04 02   Digitale publicaties

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 463 000

1 463 000

1 463 000

1 463 000

1 531 636,20

1 059 396,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgave, in alle mogelijke vormen, van in de Verdragen voorgeschreven publicaties en van andere institutionele publicaties of referentiewerken.

De kosten voor het uitgeven van deze publicaties omvatten met name de voorbereiding en de opstelling ervan (inclusief de auteurscontracten), de betaling van freelance journalisten, het gebruik van documentatie, de reproductie van documenten, de aankoop of het beheer van gegevens, de redactie, de vertaling, de revisie (inclusief de controle van de samenhang van de teksten), het drukken, het op internet of een andere elektronische drager zetten, de distributie, de opslag, de verspreiding op grote schaal en de promotie van deze publicaties.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de prerogatieven van de Commissie op institutioneel vlak, zoals bedoeld in artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 249, lid 2.

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name artikel 125.

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET SECRETARIAAT-GENERAAL

COÖRDINATIE BINNEN DE COMMISSIE

COÖRDINATIE EN BETREKKINGEN MET DE ANDERE INSTELLINGEN

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET BUREAU VAN EUROPESE BELEIDSADVISEURS

BELEIDSADVIES

KABINETTEN

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BUREAU VAN EUROPESE BELEIDSADVISEURS

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET SECRETARIAAT-GENERAAL

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR DE JURIDISCHE DIENST

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR DE JURIDISCHE DIENST

LOGISTIEKE ONDERSTEUNING VOOR DE COMMISSIE EN PROTOCOL

TITEL 26

ADMINISTRATIE VAN DE COMMISSIE

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

26 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ADMINISTRATIE VAN DE COMMISSIE”

979 508 135

979 508 135

965 351 471

965 351 471

1 014 452 530,89

1 014 452 530,89

Reserves (40 01 40)

78 381

78 381

8 985 997

8 985 997

 

 

 

979 586 516

979 586 516

974 337 468

974 337 468

1 014 452 530,89

1 014 452 530,89

26 02

MULTIMEDIAPRODUCTIE

14 400 000

13 711 378

14 400 000

14 400 000

13 560 385,82

12 795 171,35

26 03

DIENSTEN AAN OVERHEDEN, ONDERNEMINGEN EN BURGERS

24 800 000

23 933 815

2 000 000

19 000 000

19 901 437,05

25 415 642,21

Reserves (40 02 41)

 

 

23 100 000

5 750 000

 

 

 

24 800 000

23 933 815

25 100 000

24 750 000

19 901 437,05

25 415 642,21

 

Titel 26 — Totaal

1 018 708 135

1 017 153 328

981 751 471

998 751 471

1 047 914 353,76

1 052 663 344,45

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

78 381

78 381

32 085 997

14 735 997

 

 

 

1 018 786 516

1 017 231 709

1 013 837 468

1 013 487 468

1 047 914 353,76

1 052 663 344,45

HOOFDSTUK 26 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ADMINISTRATIE VAN DE COMMISSIE”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

26 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ADMINISTRATIE VAN DE COMMISSIE”

26 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

5

103 126 721

100 865 768

102 417 560,29

Reserves (40 01 40)

 

78 381

283 102

 

 

 

103 205 102

101 148 870

102 417 560,29

26 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

26 01 02 01

Extern personeel

5

5 722 091

5 331 770

6 527 359,36

26 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

18 948 566

13 073 422

21 298 198,61

Reserves (40 01 40)

 

 

5 602 895

 

 

 

18 948 566

18 676 317

21 298 198,61

 

Artikel 26 01 02 — Subtotaal

 

24 670 657

18 405 192

27 825 557,97

Reserves (40 01 40)

 

 

5 602 895

 

 

 

24 670 657

24 008 087

27 825 557,97

26 01 03

Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

5

7 472 572

7 376 147

8 039 495,01

26 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

26 01 04 01

Interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (Interoperability Solutions for European Public Administration — ISA) — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

600 000

p.m.

542 394,—

Reserves (40 01 40)

 

 

700 000

 

 

 

600 000

700 000

542 394,—

 

Artikel 26 01 04 — Subtotaal

 

600 000

p.m.

542 394,—

Reserves (40 01 40)

 

 

700 000

 

 

 

600 000

700 000

542 394,—

26 01 09

Administratieve steun voor het Bureau voor publicaties

26 01 09 01

Bureau voor publicaties

5

84 373 000

84 082 000

89 559 304,80

 

Artikel 26 01 09 — Subtotaal

 

84 373 000

84 082 000

89 559 304,80

26 01 10

Consolidatie van het uniale recht

26 01 10 01

Consolidatie van het uniale recht

5

1 500 000

2 000 000

2 093 580,98

 

Artikel 26 01 10 — Subtotaal

 

1 500 000

2 000 000

2 093 580,98

26 01 11

Publicatieblad van de Europese Unie (L- en C-serie)

26 01 11 01

Publicatieblad van de Europese Unie

5

12 178 000

13 500 000

12 941 132,09

 

Artikel 26 01 11 — Subtotaal

 

12 178 000

13 500 000

12 941 132,09

26 01 20

Europees Bureau voor personeelsselectie

5

26 776 000

30 993 000

27 138 816,29

26 01 21

Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten

5

35 102 000

33 728 000

39 423 954,52

26 01 22

Bureau voor infrastructuur en logistiek (Brussel)

26 01 22 01

Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel

5

68 880 000

67 343 000

65 401 973,88

26 01 22 02

Aankoop en huur van gebouwen in Brussel

5

206 758 532

213 658 520

214 415 124,—

26 01 22 03

Uitgaven voor gebouwen in Brussel

5

78 589 871

75 658 229

87 125 700,17

26 01 22 04

Uitgaven voor materieel in Brussel

5

7 087 432

4 902 115

5 361 075,58

Reserves (40 01 40)

 

 

2 400 000

 

 

 

7 087 432

7 302 115

5 361 075,58

26 01 22 05

Diensten en andere beleidsuitgaven in Brussel

5

5 868 045

7 219 091

6 130 825,—

 

Artikel 26 01 22 — Subtotaal

 

367 183 880

368 780 955

378 434 698,63

Reserves (40 01 40)

 

 

2 400 000

 

 

 

367 183 880

371 180 955

378 434 698,63

26 01 23

Bureau voor infrastructuur en logistiek (Luxemburg)

26 01 23 01

Bureau voor infrastructuur en logistiek in Luxemburg

5

25 072 000

24 430 000

23 500 433,83

26 01 23 02

Aankoop en huur van gebouwen in Luxemburg

5

41 108 000

42 844 000

55 906 993,71

26 01 23 03

Uitgaven voor gebouwen in Luxemburg

5

16 897 000

15 720 000

17 569 652,56

26 01 23 04

Uitgaven voor materieel in Luxemburg

5

657 000

714 000

594 948,76

26 01 23 05

Diensten en andere beleidsuitgaven in Luxemburg

5

718 000

718 000

688 713,30

26 01 23 06

Bewaking van gebouwen in Luxemburg

5

5 600 000

5 535 000

5 443 414,68

 

Artikel 26 01 23 — Subtotaal

 

90 052 000

89 961 000

103 704 156,84

26 01 40

Beveiliging

26 01 40 01

Beveiliging en toezicht

5

7 685 982

6 915 000

6 046 002,42

26 01 40 02

Bewaking van gebouwen in Brussel

5

31 276 369

31 949 185

33 817 617,07

 

Artikel 26 01 40 — Subtotaal

 

38 962 351

38 864 185

39 863 619,49

26 01 49

Van rechtswege overgedragen administratieve kredieten

5

p.m.

p.m.

0,—

26 01 50

Personeelsbeleid en -beheer

26 01 50 01

Medische dienst

5

6 348 512

6 682 325

6 906 680,80

26 01 50 02

Uitgaven voor vergelijkende onderzoeken, selectie en aanwerving

5

1 950 379

2 350 320

1 847 491,81

26 01 50 04

Interinstitutionele samenwerking op sociaal gebied

5

8 078 518

8 554 535

14 240 105,99

26 01 50 06

Tijdelijk bij nationale overheidsdiensten, internationale organisaties of overheids- of particuliere instellingen of ondernemingen gedetacheerde ambtenaren van de instelling

5

400 000

520 000

361 272,41

26 01 50 07

Schadevergoedingen

5

150 000

200 000

188 300,—

26 01 50 08

Diverse verzekeringen

5

58 000

55 000

60 786,59

26 01 50 09

Taalcursussen

5

4 062 554

4 221 000

4 022 450,01

 

Artikel 26 01 50 — Subtotaal

 

21 047 963

22 583 180

27 627 087,61

26 01 51

Europese scholen

26 01 51 01

Bureau van de secretaris-generaal van de Europese scholen (Brussel)

5

8 632 000

8 554 000

8 357 291,—

26 01 51 02

Brussel I (Ukkel)

5

25 332 000

24 197 011

23 166 437,—

26 01 51 03

Brussel II (Woluwe)

5

22 729 000

22 314 024

22 443 015,—

26 01 51 04

Brussel III (Elsene)

5

23 358 000

21 602 655

20 996 834,—

26 01 51 05

Brussel IV (overgangsfase)

5

6 897 000

4 839 706

5 416 904,07

26 01 51 11

Luxemburg I

5

27 289 000

26 418 440

26 092 200,—

26 01 51 12

Luxemburg II

5

4 938 000

4 832 925

4 597 356,—

26 01 51 21

Mol (BE)

5

6 963 000

7 019 115

6 675 350,—

26 01 51 22

Frankfurt am Main (DE)

5

6 554 000

4 366 031

6 528 974,—

26 01 51 23

Karlsruhe (DE)

5

2 530 991

3 133 263

3 885 305,—

26 01 51 24

München (DE)

5

371 000

494 527

204 477,30

26 01 51 25

Alicante (ES)

5

7 762 000

7 057 719

6 459 740,—

26 01 51 26

Varese (IT)

5

11 128 000

10 163 733

10 459 119,—

26 01 51 27

Bergen (NL)

5

4 981 000

4 946 035

4 522 282,—

26 01 51 28

Culham (UK)

5

4 498 000

4 272 860

5 035 888,—

26 01 51 31

Bijdrage van de Unie voor Europese scholen van het type 2

5

2 500 000

p.m.

 

 

Artikel 26 01 51 — Subtotaal

 

166 462 991

154 212 044

154 841 172,37

 

Hoofdstuk 26 01 — Totaal

 

979 508 135

965 351 471

1 014 452 530,89

Reserves (40 01 40)

 

78 381

8 985 997

 

 

 

979 586 516

974 337 468

1 014 452 530,89

26 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

26 01 01

103 126 721

100 865 768

102 417 560,29

Reserves (40 01 40)

78 381

283 102

 

Totaal

103 205 102

101 148 870

102 417 560,29

26 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

26 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 722 091

5 331 770

6 527 359,36

26 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

26 01 02 11

18 948 566

13 073 422

21 298 198,61

Reserves (40 01 40)

 

5 602 895

 

Totaal

18 948 566

18 676 317

21 298 198,61

26 01 03   Uitgaven in verband met materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 472 572

7 376 147

8 039 495,01

26 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Administratie van de Commissie”

26 01 04 01   Interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (Interoperability Solutions for European Public Administration — ISA) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

26 01 04 01

600 000

p.m.

542 394,00

Reserves (40 01 40)

 

700 000

 

Totaal

600 000

700 000

542 394,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze begrotingslijn vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc, aangezien de contracten met bureaus voor technische bijstand de komende jaren aflopen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie post 26 03 01 01.

26 01 09   Administratieve steun voor het Bureau voor publicaties

26 01 09 01   Bureau voor publicaties

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

84 373 000

84 082 000

89 559 304,80

Toelichting

Het opgevoerde bedrag stemt overeen met de kredieten voor het Bureau voor publicaties die in detail zijn opgenomen in een specifieke bijlage van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Op basis van de analytische boekhouding van het Bureau voor publicaties worden de kosten van de dienstverlening van dit Bureau aan de instellingen als volgt geraamd:

Europees Parlement

9 464 472

11,22 %

Raad

6 985 468

8,28 %

Commissie

55 368 335

65,62 %

Hof van Justitie

3 272 012

3,88 %

Rekenkamer

1 153 202

1,37 %

Europees Economisch en Sociaal Comité

1 312 427

1,56 %

Comité van de Regio's

456 529

0,54 %

Andere

6 360 555

7,54 %

Totaal

84 373 000

100,00 %

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 8 750 700 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name de artikelen 171 tot en met 175.

Besluit 2009/496/EG, Euratom van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 juni 2009 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 41).

26 01 10   Consolidatie van het uniale recht

26 01 10 01   Consolidatie van het uniale recht

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 500 000

2 000 000

2 093 580,98

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de consolidatie van handelingen van de Unie en met het ter beschikking stellen aan het publiek van de geconsolideerde handelingen van de Unie in alle vormen en in alle officiële talen van de instellingen van de Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Conclusies van de Europese Raad van Edinburgh, december 1992 (SN/456/92), in het bijzonder bijlage 3 bij deel A, blz. 5.

Verklaring inzake de redactionele kwaliteit van de communautaire wetgeving, gehecht aan de Slotakte van het Verdrag van Amsterdam.

Besluit 2009/496/EG, Euratom van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 juni 2009 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 41).

26 01 11    Publicatieblad van de Europese Unie (L- en C-serie)

26 01 11 01   Publicatieblad van de Europese Unie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 178 000

13 500 000

12 941 132,09

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de uitgave in alle vormen — inclusief de verspreiding, catalogisering, indexering en het archiveren — van het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 462 000 EUR.

Rechtsgronden

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 297.

Verordening nr. 1 van de Raad van 15 april 1958 tot regeling van het taalgebruik in de Europese Economische Gemeenschap (PB 17 van 6.10.1958, blz. 385).

Besluit van de Raad van 15 september 1958 tot oprichting van het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen (PB 17 van 6.10.1958, blz. 390).

Besluit 2009/496/EG, Euratom van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 juni 2009 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 41).

26 01 20   Europees Bureau voor personeelsselectie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

26 776 000

30 993 000

27 138 816,29

Toelichting

Het opgevoerde bedrag stemt overeen met de kredieten voor het Europees Bureau voor personeelsselectie, die gedetailleerd zijn weergegeven in een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 359 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53).

26 01 21   Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

35 102 000

33 728 000

39 423 954,52

Toelichting

Het opgevoerde bedrag stemt overeen met de kredieten voor het Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten, die gedetailleerd zijn weergegeven in een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 4 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2003/522/EG van de Commissie van 6 november 2002 houdende oprichting van het Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PB L 183 van 22.7.2003, blz. 30).

26 01 22   Bureau voor infrastructuur en logistiek (Brussel)

26 01 22 01   Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

68 880 000

67 343 000

65 401 973,88

Toelichting

Het opgevoerde bedrag stemt overeen met de kredieten voor het Bureau voor infrastructuur en logistiek te Brussel, die gedetailleerd zijn weergegeven in een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 965 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2003/523/EG van de Commissie van 6 november 2002 houdende oprichting van het Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel (PB L 183 van 22.7.2003, blz. 35).

26 01 22 02   Aankoop en huur van gebouwen in Brussel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

206 758 532

213 658 520

214 415 124,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

huur en erfpacht voor door de Commissie gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen, en huur van vergaderzalen, magazijnen, garages en parkeerruimten;

kosten voor aankoop of huurkoop van gebouwen;

kosten voor het oprichten van nieuwe gebouwen.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Ontvangsten uit de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) in de algemene kosten van de Unie krachtens de artikelen 76 en 82 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten bij de desbetreffende begrotingsonderdelen, overeenkomstig het Financieel Reglement. Het bedrag van deze ontvangsten wordt geraamd op 554 704 EUR.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 13 976 453 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 01 22 03   Uitgaven voor gebouwen in Brussel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

78 589 871

75 658 229

87 125 700,17

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

verzekeringspremies voor door de instelling gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming;

uitgaven voor schoonmaken en onderhoud van lokalen, liften, centrale verwarming, installaties voor airconditioning enz., berekend op basis van de lopende contracten, en kosten die voortvloeien uit periodieke schoonmaakbeurten, aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, chemische reiniging enz. evenals schilderwerk, reparaties en noodzakelijke leveringen voor de onderhoudsploegen (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven in verband met de gescheiden ophaling, opslag en verwijdering van afval;

kosten voor het inrichten van de gebouwen, zoals het aanbrengen en verwijderen van scheidingswanden, wijzigingen van technische installaties en andere gespecialiseerde werkzaamheden op het gebied van hang- en sluitwerk, elektriciteit, sanitair, verf, vloerbedekking enz.; kosten in verband met aanpassingen van het kabelnetwerk volgens de bestemming van het gebouw en kosten voor het materieel dat voor deze werkzaamheden nodig is (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven met betrekking tot de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel en de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die lid zijn van de brandbestrijdingsploegen, alsmede ter dekking van de kosten van wettelijk voorgeschreven controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven met betrekking tot de uitvoering van een audit naar de toegankelijkheid van gebouwen voor personen met een handicap en/of verminderde mobiliteit en het aanbrengen van de noodzakelijke aanpassingen naar aanleiding van een dergelijke audit, teneinde de gebouwen volledig toegankelijk te maken voor alle bezoekers;

kosten van juridische, technische en financiële expertises vóór de aankoop, de huur of de oprichting van gebouwen;

de overige lopende uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbarenutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst, enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Ontvangsten uit de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) in de algemene kosten van de Unie krachtens de artikelen 76 en 82 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten bij de desbetreffende begrotingsonderdelen, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement. Het bedrag van deze ontvangsten wordt geraamd op 207 326 EUR.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 3 815 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Besluit van de Europese Ombudsman van 4 juli 2007 over onderzoek op eigen initiatief (OI/3/2003/JMA) betreffende de Europese Commissie.

26 01 22 04   Uitgaven voor materieel in Brussel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

26 01 22 04

7 087 432

4 902 115

5 361 075,58

Reserves (40 01 40)

 

2 400 000

 

Totaal

7 087 432

7 302 115

5 361 075,58

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

kosten voor aankoop, huur of leasing, onderhoud, herstelling, installatie en vervanging van uitrusting en technisch materieel, met name:

materieel (met inbegrip van kopieerapparaten) voor het produceren, reproduceren en archiveren van documenten in eender welke vorm (papier, elektronische drager, enz.);

audiovisueel materieel en materieel voor de bibliotheek en de tolkendienst (cabines, koptelefoons, luisterapparatuur voor simultaanvertaling);

uitrusting voor kantines en restaurants;

diverse outillage voor het onderhoud van de gebouwen;

de voor gehandicapte ambtenaren noodzakelijke uitrusting;

studies, documentatie en opleiding met betrekking tot de installaties (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

kosten voor aankoop, huur, onderhoud en herstelling van voertuigen, met name:

de aankoop van voertuigen; waaronder in ieder geval één voertuig dat is aangepast voor het vervoer van personen met verminderde mobiliteit;

de vervanging van de voertuigen die in de loop van het begrotingsjaar zo'n hoog aantal kilometers zullen hebben afgelegd dat vervanging gerechtvaardigd is;

de huur van auto's, op korte of op lange termijn, wanneer de capaciteit van het wagenpark onvoldoende is, of wanneer het wagenpark niet voorziet in de behoeften van personen met een verminderde mobiliteit;

de uitgaven voor onderhoud, reparatie en verzekering van dienstauto's (aankoop van brandstof, olie, binnen- en buitenbanden, diverse benodigdheden, onderdelen, gereedschap, enz.);

diverse verzekeringen (met name burgerrechtelijke aansprakelijkheid en diefstal) en de kosten van verzekeringen zoals bedoeld in artikel 75 van het Financieel Reglement;

aankoop van vervoersbewijzen (enkelereisbiljet en business pass), vrije toegang tot openbare vervoerstrajecten om de mobiliteit tussen de Commissiegebouwen of tussen de Commissiegebouwen en openbare gebouwen (bijvoorbeeld luchthaven) te vergemakkelijken, dienstfietsen en elk ander middel ter bevordering van het gebruik van het openbaar vervoer en van de mobiliteit van Commissiepersoneel, met uitzondering van dienstvoertuigen;

uitgaven voor de aankoop van grondstoffen voor ceremoniële restaurantdiensten.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Ontvangsten uit de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) in de algemene kosten van de Unie krachtens de artikelen 76 en 82 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten bij de desbetreffende begrotingsonderdelen, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement. Het bedrag van deze ontvangsten wordt geraamd op 19 034 EUR.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 2 830 000 EUR.

De invoering van een specifiek krediet voor de vergoeding van jaarkaarten voor het openbaar vervoer is een klein maar belangrijk middel om de wens van de instellingen van de Unie om hun CO2-emissies te verminderen kracht bij te zetten overeenkomstig hun EMAS-beleid en de overeengekomen doelstellingen inzake klimaatverandering.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 houdende coördinatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (PB L 134 van 30.4.2004, blz. 1).

Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (PB L 134 van 30.4.2004, blz. 114).

26 01 22 05   Diensten en andere beleidsuitgaven in Brussel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 868 045

7 219 091

6 130 825,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

verhuiskosten, kosten van hergroepering van diensten en behandelingskosten (ontvangst, opslag en plaatsing) van materieel, meubilair en kantoorbenodigdheden;

kosten van de frankering van de gewone correspondentie, verslagen en publicaties, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en van de interne post bij de Commissie;

uitgaven voor de levering van diensten in het kader van ceremoniële restaurantdiensten.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Ontvangsten uit de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) in de algemene kosten van de Unie krachtens de artikelen 76 en 82 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten bij de desbetreffende begrotingsonderdelen, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement. Het bedrag van deze ontvangsten wordt geraamd op 15 776 EUR.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 367 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 01 23   Bureau voor infrastructuur en logistiek (Luxemburg)

26 01 23 01   Bureau voor infrastructuur en logistiek in Luxemburg

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 072 000

24 430 000

23 500 433,83

Toelichting

Het opgevoerde bedrag stemt overeen met de kredieten voor het Bureau voor infrastructuur en logistiek in Luxemburg, die gedetailleerd zijn weergegeven in een specifieke bijlage bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 375 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2003/524/EG van de Commissie van 6 november 2002 houdende oprichting van het Bureau voor infrastructuur en logistiek in Luxemburg (PB L 183 van 22.7.2003, blz. 40).

26 01 23 02   Aankoop en huur van gebouwen in Luxemburg

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

41 108 000

42 844 000

55 906 993,71

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

huur en erfpacht voor door de Commissie gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen, en huur van vergaderzalen, magazijnen, garages en parkeerruimten;

kosten voor aankoop of huurkoop van gebouwen;

kosten voor het oprichten van nieuwe gebouwen.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Ontvangsten uit de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) in de algemene kosten van de Unie krachtens de artikelen 76 en 82 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten bij de desbetreffende begrotingsonderdelen, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement. Het bedrag van deze ontvangsten wordt geraamd op 105 710 EUR.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 557 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 01 23 03   Uitgaven voor gebouwen in Luxemburg

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 897 000

15 720 000

17 569 652,56

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

verzekeringspremies voor door de instelling gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming;

uitgaven voor schoonmaken en onderhoud van lokalen, liften, centrale verwarming, installaties voor airconditioning, enz., berekend op basis van de lopende contracten, en kosten die voortvloeien uit periodieke schoonmaakbeurten, aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, chemische reiniging, enz. evenals schilderwerk, reparaties en noodzakelijke leveringen voor de onderhoudsploegen (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven in verband met de gescheiden ophaling, opslag en verwijdering van afval;

kosten voor het inrichten van de gebouwen, zoals het aanbrengen en verwijderen van scheidingswanden, wijzigingen van technische installaties en andere gespecialiseerde werkzaamheden op het gebied van hang- en sluitwerk, elektriciteit, sanitair, verf, vloerbedekking enz.; kosten in verband met aanpassingen van het kabelnetwerk volgens de bestemming van het gebouw en kosten voor het materieel dat voor deze werkzaamheden nodig is (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven met betrekking tot de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel en de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die lid zijn van de brandbestrijdingsploegen, alsmede ter dekking van de kosten van de opleidingen en de wettelijk voorgeschreven controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven met betrekking tot de uitvoering van een audit naar de toegankelijkheid van gebouwen voor personen met een handicap en/of verminderde mobiliteit en het aanbrengen van de noodzakelijke aanpassingen naar aanleiding van een dergelijke audit, teneinde de gebouwen volledig toegankelijk te maken voor alle bezoekers;

kosten van juridische, technische en financiële expertises vóór de aankoop, de huur of de oprichting van gebouwen;

de overige lopende uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbarenutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst, enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Ontvangsten uit de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) in de algemene kosten van de Unie krachtens de artikelen 76 en 82 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten bij de desbetreffende begrotingsonderdelen, overeenkomstig de bepalingen van het Financieel Reglement. Het bedrag van deze ontvangsten wordt geraamd op 43 450 EUR.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 260 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Besluit van de Europese Ombudsman van 4 juli 2007 inzake een onderzoek op eigen initiatief (OI/3/2003/JMA) betreffende de Europese Commissie.

26 01 23 04   Uitgaven voor materieel in Luxemburg

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

657 000

714 000

594 948,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

kosten voor aankoop, huur of leasing, onderhoud, herstelling, installatie en vervanging van uitrusting en technisch materieel, met name:

materieel (met inbegrip van kopieerapparaten) voor het produceren, reproduceren en archiveren van an documenten in eender welke vorm (papier, elektronische drager);

audiovisueel materieel en materieel voor de bibliotheek en de tolkendienst (cabines, koptelefoons, luisterapparatuur voor simultaanvertaling);

uitrusting voor kantines en restaurants;

diverse outillage voor het onderhoud van de gebouwen;

de voor gehandicapte ambtenaren noodzakelijke uitrusting;

studies, documentatie en opleiding met betrekking tot de installaties (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

kosten voor aankoop, huur, onderhoud en herstelling van voertuigen, met name:

de aankoop van voertuigen; waaronder in ieder geval één voertuig dat is aangepast voor het vervoer van personen met verminderde mobiliteit;

de vervanging van de voertuigen die in de loop van het begrotingsjaar zo'n hoog aantal kilometers zullen hebben afgelegd dat vervanging gerechtvaardigd is;

de huur van auto's, op korte of op lange termijn, wanneer de capaciteit van het wagenpark onvoldoende is, of wanneer het wagenpark niet voorziet in de behoeften van personen met een verminderde mobiliteit;

de uitgaven voor onderhoud, reparatie en verzekering van dienstauto's (aankoop van brandstof, olie, binnen- en buitenbanden, diverse benodigdheden, onderdelen, gereedschap, enz.);

diverse verzekeringen (met name burgerrechtelijke aansprakelijkheid en diefstal) en de kosten van verzekeringen zoals bedoeld in artikel 75 van het Financieel Reglement.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 houdende coördinatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (PB L 134 van 30.4.2004, blz. 1).

Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (PB L 134 van 30.4.2004, blz. 114).

26 01 23 05   Diensten en andere beleidsuitgaven in Luxemburg

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

718 000

718 000

688 713,30

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

verhuiskosten, kosten van hergroepering van diensten en behandelingskosten (ontvangst, opslag en plaatsing) van materieel, meubilair en kantoorbenodigdheden;

uitgaven voor de frankering van de gewone correspondentie, verslagen en publicaties, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en van de interne post bij de Commissie.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 01 23 06   Bewaking van gebouwen in Luxemburg

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 600 000

5 535 000

5 443 414,68

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven die binnen het grondgebied van de Unie zijn gedaan:

uitgaven met betrekking tot de fysieke en de materiële beveiliging van personen en goederen, met name de contracten voor toezicht op de gebouwen, de onderhoudscontracten voor beveiligingsinstallaties, de opleidingen en de aankoop van klein materieel (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

uitgaven met betrekking tot de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel en de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die lid zijn van de brandbestrijdingsploegen, alsmede ter dekking van de kosten van de opleidingen en de wettelijk voorgeschreven controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules)).

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 01 40   Beveiliging

26 01 40 01   Beveiliging en toezicht

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 685 982

6 915 000

6 046 002,42

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met:

de fysieke en materiële beveiliging van personen en goederen, en met name voor aankoop, huur of leasing, onderhoud, herstelling, installatie en vervanging van technische beveiligingsuitrusting en -materiaal;

de uitgaven met betrekking tot de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de kosten van wettelijk voorgeschreven controles (controles van technische installaties in de gebouwen, veiligheidscoördinator en gezondheidscontroles van levensmiddelen), de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de opleiding en uitrusting van de hoofdbewakers en de brandbestrijdingsploegen, waarvan de aanwezigheid in de gebouwen wettelijk verplicht is.

Alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert de instelling, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules).

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 744 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 01 40 02   Bewaking van gebouwen in Brussel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

31 276 369

31 949 185

33 817 617,07

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor bewaking, toezicht, toegangscontrole en andere aanverwante diensten in de gebouwen van de Commissie (voor de verlenging of sluiting van contracten voor een bedrag van meer dan 300 000 EUR informeert de instelling met het oog op rationalisatie van de uitgaven bij de andere instellingen naar de voorwaarden (prijzen, valuta, indexering, duur, andere bepalingen) die zij voor soortgelijke opdrachten hebben verkregen).

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 4 027 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 01 49   Van rechtswege overgedragen administratieve kredieten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit artikel dient voor het opnemen van de administratieve kredieten die overeenkomstig artikel 9, lid 4, van het Financieel Reglement van rechtswege worden overgedragen van begrotingsonderdelen die naar beleidsterrein zijn uitgesplitst.

26 01 50   Personeelsbeleid en -beheer

26 01 50 01   Medische dienst

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 348 512

6 682 325

6 906 680,80

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van jaarlijkse medische onderzoeken en onderzoeken bij indienstneming, materiaal en producten voor geneeskundige verzorging, aankoop van apparatuur en speciaal meubilair, alsmede huishoudelijke uitgaven van de invaliditeitscommissie;

de kosten voor medisch, paramedisch en psychosociaal personeel met een arbeidsovereenkomst naar plaatselijk recht of een overeenkomst voor tijdelijke vervanging alsook de uitgaven voor de diensten van externe specialisten die door de raadgevend geneesheren noodzakelijk worden geacht;

uitgaven met betrekking tot de kosten van medisch onderzoek bij aanwerving van personeel voor de kinderdagverblijven;

uitgaven voor de medische controle in het kader van de gezondheidsbescherming van personeelsleden die aan straling zijn blootgesteld;

aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 891 000 EUR.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name hoofdstuk III.

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Nationale wetgeving inzake „basisnormen”.

26 01 50 02   Uitgaven voor vergelijkende onderzoeken, selectie en aanwerving

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 950 379

2 350 320

1 847 491,81

Toelichting

Deze kredieten dienen ter dekking van:

de kosten voor aanwerving en selectie van leidinggevend personeel;

de kosten voor de oproeping van de geslaagde kandidaten voor een onderhoud;

de kosten voor de oproeping van ambtenaren en andere personeelsleden van de delegaties voor vergelijkende onderzoeken en selecties;

de uitgaven voor de organisatie van de vergelijkende onderzoeken en selecties van artikel 3 van Besluit 2002/620/EG.

Indien voldoende gemotiveerd op grond van de operationele behoeften en na overleg met het Europees Bureau voor personeelsselectie kunnen deze kredieten worden aangewend voor de organisatie van vergelijkende onderzoeken door de instelling zelf.

Opgemerkt wordt dat dit krediet niet dient ter dekking van de uitgaven voor personeel die worden gedekt door de kredieten van de artikelen 01 04 en 01 05 van de diverse titels.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 140 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53).

Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

26 01 50 04   Interinstitutionele samenwerking op sociaal gebied

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 078 518

8 554 535

14 240 105,99

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten voor de verwezenlijking en ontwikkeling van de website van de Commissie (IntraComm) en voor de uitgave van het weekblad „Commission en direct”;

andere uitgaven voor interne communicatie en voorlichting, inclusief promotiecampagnes;

uitgaven voor tijdelijk personeel voor opvang na schooltijd, vakantiecentra en openluchtcentra, beheerd door de diensten van de Commissie;

kosten van reproductiewerk voor documenten, dat niet door de eigen diensten van de Commissie kan worden verricht;

uitgaven die voortvloeien uit privaatrechtelijke contracten gesloten met personen die in het kinderdagverblijf kinderverzorgsters en verpleegsters in vaste dienst vervangen;

de uitgaven voor een gedeelte van de exploitatiekosten van de personeelsfoyer, acties van culturele aard, subsidies voor personeelsverenigingen, onderhoud van voorzieningen voor sportbeoefening en aanvulling van de sportartikelen;

initiatieven ter bevordering van de sociale betrekkingen tussen de personeelsleden van de verschillende nationaliteiten en de integratie van de personeelsleden en hun gezinnen, alsmede preventieprojecten die voorzien in de behoeften van het personeel in actieve dienst en hun gezinnen;

de deelneming in de kosten van personeelsleden voor activiteiten als gezinshulp, juridisch advies, openluchtcentra, talenstages en kunststages;

de uitgaven voor de ontvangst van nieuwe ambtenaren en andere personeelsleden en hun gezinnen en voor de huisvestingsinformatiedienst voor het personeel;

uitgaven in verband met schenkingen, leningen en voorschotten die kunnen worden toegekend aan ambtenaren, gewezen ambtenaren of aan de rechthebbenden van een overleden ambtenaar, die in zeer benarde omstandigheden verkeren;

bepaalde uitgaven voor de „Centres de la petite enfance” en andere crèches en opvangcentra; ontvangsten uit de ouderbijdragen kunnen opnieuw worden aangewend;

de uitgaven voor tekenen van erkentelijkheid jegens ambtenaren, met name de kosten van de medailles voor ambtenaren met 20 jaar dienst, alsook de cadeaus voor ambtenaren die met pensioen gaan;

de specifieke uitkeringen voor gepensioneerde ambtenaren van de Unie en hun rechthebbenden of andere overlevenden te hunnen laste, die zich in een bijzonder moeilijke situatie bevinden;

financiering van preventieprojecten die beantwoorden aan specifieke behoeften van voormalige ambtenaren in de verschillende lidstaten, en van de bijdrage voor de verenigingen van oud-ambtenaren.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

In het kader van het gehandicaptenbeleid dient dit krediet ter dekking van uit de handicap voortvloeiende niet-medische kosten die als noodzakelijk zijn erkend en naar behoren zijn gemotiveerd, voor:

de ambtenaren en andere personeelsleden in actieve dienst, die door een handicap zijn gehinderd;

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst, die door een handicap zijn gehinderd;

op grond van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie ten laste komende kinderen met een handicap,

binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats zijn toegekend.

Voorts dient dit krediet gedeeltelijk ter dekking van de uitgaven voor het bezoeken van scholen door kinderen die om dwingende pedagogische redenen niet of niet meer tot de Europese scholen kunnen worden toegelaten of die wegens de plaats van tewerkstelling van hun vader of moeder die ambtenaar is (externe bureaus), geen onderwijs in een Europese school kunnen volgen.

Het krediet dient tevens ter dekking van de uitgaven op het grondgebied van de Unie, behalve van de vertegenwoordigingen van de Commissie in de Unie, waarvoor de uitgaven worden afgeboekt op post 16 01 03 03.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 6 695 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

26 01 50 06   Tijdelijk bij nationale overheidsdiensten, internationale organisaties of overheids- of particuliere instellingen of ondernemingen gedetacheerde ambtenaren van de instelling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

400 000

520 000

361 272,41

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de extra uitgaven die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van ambtenaren van de Unie en die overeenkomen met de vergoedingen en de terugbetaling van kosten waarop de ambtenaren recht hebben krachtens hun terbeschikkingstelling.

Het dient tevens ter dekking van de uitgaven in verband met opleidingsstages bij overheidsdiensten of organisaties van de lidstaten of derde landen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

26 01 50 07   Schadevergoedingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

150 000

200 000

188 300,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

door de Commissie te betalen schadevergoedingen en kosten als gevolg van de beslechting van geschillen (wettelijke aansprakelijkheid), in verband met zaken die het personeel of de administratie van de instelling betreffen;

uitgaven voor bepaalde gevallen waarbij om redenen van billijkheid schadevergoeding dient te worden betaald, zonder dat daaraan juridische rechten kunnen worden ontleend.

26 01 50 08   Diverse verzekeringen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

58 000

55 000

60 786,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor met name de burgerlijke aansprakelijkheid exploitatie en andere contracten die door het Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten worden beheerd voor de Commissie, de organen, het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, de delegaties van de Unie en de vertegenwoordigingen van de Commissie, onderzoek onder contract.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 01 50 09   Taalcursussen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 062 554

4 221 000

4 022 450,01

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de kosten van het organiseren van taalcursussen voor ambtenaren en andere personeelsleden;

de kosten van het organiseren van taalcursussen voor echtgenoten van ambtenaren en andere personeelsleden in het kader van het integratiebeleid;

de aankoop van materiaal en documentatie;

de raadpleging van deskundigen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 842 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

26 01 51   Europese scholen

26 01 51 01   Bureau van de secretaris-generaal van de Europese scholen (Brussel)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 632 000

8 554 000

8 357 291,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld als bijdrage aan de financiering van het Bureau van de secretaris-generaal van de Europese scholen in Brussel.

De Europese scholen dienen de beginselen van niet-discriminatie en gelijke kansen te respecteren.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 02   Brussel I (Ukkel)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

25 332 000

24 197 011

23 166 437,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Brussel-Ukkel (Brussel I).

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 03   Brussel II (Woluwe)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

22 729 000

22 314 024

22 443 015,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Brussel-Woluwe (Brussel II).

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 04   Brussel III (Elsene)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

23 358 000

21 602 655

20 996 834,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Brussel-Elsene (Brussel III).

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 05   Brussel IV (overgangsfase)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 897 000

4 839 706

5 416 904,07

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School (Brussel IV) (overgangsmaatregel).

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 11   Luxemburg I

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

27 289 000

26 418 440

26 092 200,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School (Luxemburg I).

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 12   Luxemburg II

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 938 000

4 832 925

4 597 356,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School (Luxemburg II).

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 21   Mol (BE)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 963 000

7 019 115

6 675 350,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Mol.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 22   Frankfurt am Main (DE)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 554 000

4 366 031

6 528 974,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Frankfurt am Main.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 23   Karlsruhe (DE)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 530 991

3 133 263

3 885 305,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Karlsruhe.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 24   München (DE)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

371 000

494 527

204 477,30

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in München.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 25   Alicante (ES)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 762 000

7 057 719

6 459 740,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Alicante.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 26   Varese (IT)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

11 128 000

10 163 733

10 459 119,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Varese.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 27   Bergen (NL)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 981 000

4 946 035

4 522 282,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Bergen.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 28   Culham (UK)

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 498 000

4 272 860

5 035 888,00

Toelichting

Dit krediet is bedoeld om bij te dragen tot de begroting van de Europese School in Culham.

Referentiebesluiten

Verdrag houdende het Statuut van de Europese scholen (PB L 212 van 17.8.1994, blz. 3).

26 01 51 31   Bijdrage van de Unie voor Europese scholen van het type 2

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 500 000

p.m.

 

Toelichting

Nieuwe post

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van de Commissie voor de Europese scholen van het type 2 die door de Raad van bestuur zijn geaccrediteerd en die de financiële overeenkomst met de Commissie hebben ondertekend.

Referentiebesluiten

Besluit C(2009) 7719 van de Commissie van 14 oktober 2009.

HOOFDSTUK 26 02 —   MULTIMEDIAPRODUCTIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

26 02

MULTIMEDIAPRODUCTIE

26 02 01

Procedures voor de plaatsing en de bekendmaking van overheidsopdrachten voor leveringen, voor de uitvoering van werken en voor dienstverlening

1.1

14 400 000

13 711 378

14 400 000

14 400 000

13 560 385,82

12 795 171,35

 

Hoofdstuk 26 02 — Totaal

 

14 400 000

13 711 378

14 400 000

14 400 000

13 560 385,82

12 795 171,35

26 02 01   Procedures voor de plaatsing en de bekendmaking van overheidsopdrachten voor leveringen, voor de uitvoering van werken en voor dienstverlening

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

14 400 000

13 711 378

14 400 000

14 400 000

13 560 385,82

12 795 171,35

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met:

de verzameling, de verwerking, de publicatie en de verspreiding van kennisgevingen van overheidsopdrachten in de Unie en derde landen op verschillende dragers en de integratie daarvan in de diensten inzake eProcurement die door de instellingen aan de ondernemingen en de aanbestedende diensten worden aangeboden. Hieronder vallen ook de kosten van vertaling van de kennisgevingen van overheidsopdrachten die door de instellingen worden gepubliceerd;

de bevordering en het gebruik van nieuwe technieken inzake de verzameling en de verspreiding van kennisgevingen van overheidsopdrachten langs elektronische weg;

de ontwikkeling en de exploitatie van eProcurement-diensten in de diverse fasen van de plaatsing van overheidsopdrachten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 480 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening nr. 1 van de Raad van 15 april 1958 tot regeling van het taalgebruik in de Europese Economische Gemeenschap (PB 17 van 6.10.1958, blz. 385).

Besluit van de Raad van 15 september 1958 tot oprichting van het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen (PB 17 van 6.10.1958, blz. 390).

Verordening (EEG) nr. 2137/85 van de Raad van 25 juli 1985 tot instelling van Europese economische samenwerkingsverbanden (EESV) (PB L 199 van 31.7.1985, blz. 1).

Richtlijn 89/665/EEG van de Raad van 21 december 1989 houdende de coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de beroepsprocedures inzake het plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen en voor de uitvoering van werken (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 33).

Richtlijn 92/13/EEG van de Raad van 25 februari 1992 tot coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de communautaire voorschriften inzake de procedures voor het plaatsen van opdrachten door diensten die werkzaam zijn in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en telecommunicatie (PB L 76 van 23.3.1992, blz. 14).

Besluit 94/1/EGKS, EG van de Raad en de Commissie van 13 december 1993 betreffende de sluiting van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte tussen de Europese Gemeenschappen, hun Lidstaten en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 1).

Besluit 94/800/EG van de Raad van 22 december 1994 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, voor wat betreft de onder haar bevoegdheid vallende aangelegenheden, van de uit de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde (1986-1994) voortvloeiende overeenkomsten (PB L 336 van 23.12.1994, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2157/2001 van de Raad van 8 oktober 2001 betreffende het statuut van de Europese vennootschap (SE), (PB L 294 van 10.11.2001, blz. 1).

Besluit 2002/309/EG, Euratom van de Raad en, wat betreft de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking, van de Commissie van 4 april 2002 betreffende de sluiting van zeven overeenkomsten met de Zwitserse Bondsstaat (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 1), met name de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat betreffende sommige aspecten van overheidsopdrachten (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 430).

Verordening (EG) nr. 2195/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 5 november 2002 betreffende de gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten (CPV) (PB L 340 van 16.12.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1435/2003 van de Raad van 22 juli 2003 betreffende het statuut van de Europese vennootschap (SCE), (PB L 207 van 18.8.2003, blz. 1).

Richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 houdende coördinatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (PB L 134 van 30.4.2004, blz. 1).

Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (PB L 134 van 30.4.2004, blz. 114).

Beschikking 2005/15/EG van de Commissie van 7 januari 2005 betreffende de praktische regels voor de toepassing van de procedure van artikel 30 van Richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de Raad houdende coördinatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (PB L 7 van 11.1.2005, blz. 7).

Verordening (EG) nr. 1564/2005 van de Commissie van 7 september 2005 tot vaststelling van standaardformulieren voor de bekendmaking van aankondigingen op het gebied van overheidsopdrachten (PB L 257 van 1.10.2005, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 2083/2005 van de Commissie van 19 december 2005 tot wijziging van de Richtlijnen 2004/17/EG en 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot hun toepassingsdrempels inzake procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten (PB L 333 van 20.12.2005, blz. 28).

Verordening (EG) nr. 1082/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende een Europese groepering voor territoriale samenwerking (EGTS) (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 19).

Besluit 2007/497/EG van de Europese Centrale Bank van 3 juli 2007 tot vaststelling van de regels inzake aanbesteding (ECB/2007/5) (PB L 184 van 14.7.2007, blz. 34).

Verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 betreffende het openbaar personenvervoer per spoor en over de weg en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad en Verordening (EEG) nr. 1107/70 van de Raad (PB L 315 van 3.12.2007, blz. 1).

Richtlijn 2009/81/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen door aanbestedende diensten van bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied, en tot wijziging van Richtlijnen 2004/17/EG en 2004/18/EG (PB L 216 van 20.8.2009, blz. 76).

Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II) (PB L 335 van 17.12.2009, blz. 1).

HOOFDSTUK 26 03 —   DIENSTEN AAN OVERHEDEN, ONDERNEMINGEN EN BURGERS

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

26 03

DIENSTEN AAN OVERHEDEN, ONDERNEMINGEN EN BURGERS

26 03 01

Netwerken voor uitwisseling van gegevens tussen overheidsdiensten

26 03 01 01

Interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (Interoperability Solutions for European Public Administration — ISA)

1.1

24 800 000

12 902 025

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

 

23 100 000

5 750 000

 

 

 

 

24 800 000

12 902 025

23 100 000

5 750 000

 

 

26 03 01 02

Voltooiing van vroegere IDA en IDABC-programma’s

1.1

p.m.

9 521 790

p.m.

17 250 000

18 901 437,05

24 805 466,47

 

Artikel 26 03 01 — Subtotaal

 

24 800 000

22 423 815

p.m.

17 250 000

18 901 437,05

24 805 466,47

Reserves (40 02 41)

 

 

 

23 100 000

5 750 000

 

 

 

 

24 800 000

22 423 815

23 100 000

23 000 000

18 901 437,05

24 805 466,47

26 03 02

Proefproject — Programma Erasmus voor overheidsdiensten

5

510 000

750 000

1 000 000,—

610 175,74

26 03 03

Voorbereidende actie — Programma Erasmus voor overheidsdiensten

5

p.m.

1 000 000

2 000 000

1 000 000

 

 

 

Hoofdstuk 26 03 — Totaal

 

24 800 000

23 933 815

2 000 000

19 000 000

19 901 437,05

25 415 642,21

Reserves (40 02 41)

 

 

 

23 100 000

5 750 000

 

 

 

 

24 800 000

23 933 815

25 100 000

24 750 000

19 901 437,05

25 415 642,21

26 03 01   Netwerken voor uitwisseling van gegevens tussen overheidsdiensten

26 03 01 01   Interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (Interoperability Solutions for European Public Administration — ISA)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

26 03 01 01

24 800 000

12 902 025

p.m.

p.m.

 

 

Reserves (40 02 41)

 

 

23 100 000

5 750 000

 

 

Totaal

24 800 000

12 902 025

23 100 000

5 750 000

 

 

Toelichting

Op 29 september 2008 heeft de Commissie een programma inzake interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (ISA) voorgesteld, als opvolger van het IDABC-programma, dat eind december 2009 werd beëindigd.

De doelstelling van het ISA-programma is de bevordering van efficiënte en effectieve elektronische grens- en sectoroverschrijdende interactie tussen Europese overheidsdiensten om de levering van elektronische overheidsdiensten te ondersteunen.

Hiertoe moet het ISA-programma bijdragen aan de opbouw van een organisatorisch, financieel en operationeel kader door een gemeenschappelijk kader, gemeenschappelijke diensten en generieke instrumenten te bieden en de bewustmaking rond de ICT-aspecten van de uniale wetgeving te bevorderen.

Het ISA-programma zal dus bijdragen tot de versterking en de tenuitvoerlegging van beleidsmaatregelen en wetgeving van de Unie.

Het programma wordt ten uitvoer gelegd in nauwe samenwerking en overleg met de lidstaten en sectoren door middel van onderzoeken, projecten en begeleidende maatregelen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en in voorkomend geval van potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 922/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 inzake interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (ISA) (PB L 260 van 3.10.2009, blz. 20).

26 03 01 02   Voltooiing van vroegere IDA en IDABC-programma’s

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

9 521 790

p.m.

17 250 000

18 901 437,05

24 805 466,47

Toelichting

Dit krediet is bestemd voor de afwikkeling van de betalingsverplichtingen die in het kader van het vorige IDABC-programma zijn aangegaan.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit 2004/387/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 betreffende de interoperabele levering van pan-Europese e-overheidsdiensten aan overheidsdiensten, ondernemingen en burgers (IDABC) (PB L 181 van 18.5.2004, blz. 25).

26 03 02   Proefproject — Programma Erasmus voor overheidsdiensten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

510 000

750 000

1 000 000,00

610 175,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de voltooiing van het proefproject „Programma Erasmus voor overheidsdiensten”.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

26 03 03   Voorbereidende actie — Programma Erasmus voor overheidsdiensten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 000 000

2 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Deze voorbereidende actie moet zorgen voor continuïteit van het proefproject Programma Erasmus voor overheidsdiensten en moet nagaan of dit verder kan worden uitgebouwd.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BUREAU VOOR PUBLICATIES

EU-BOOKSCHOP

ALGEMENE PUBLICATIES

VERSPREIDING

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET BUREAU VOOR INFRASTRUCTUUR EN LOGISTIEK IN LUXEMBURG

BEHEER VAN GEBOUWEN EN UITGAVEN (LUXEMBURG)

BEHEER VAN DE SOCIALE ZEKERHEID (INTERINSTITUTIONEEL, LUXEMBURG)

VERWERVING, HUUR EN ANDERE UITGAVEN IN VERBAND MET GEBOUWEN

MATERIEEL, MEUBILAIR, LEVERINGEN EN DIENSTEN

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING EN BEHEER VOOR HET BUREAU VOOR INFRASTRUCTUUR EN LOGISTIEK IN BRUSSEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING EN BEHEER VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL PERSONELE MIDDELEN EN VEILIGHEID

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL PERSONELE MIDDELEN EN VEILIGHEID

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL INFORMATICA

BEDRIJFSOPLOSSINGEN ICT-INFRASTRUCTUUR

INFORMATIESYSTEEMBEHEER — ICT-CONSULTING, ONTWIKKELING EN ONDERSTEUNING VAN INFORMATIESYSTEMEN

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL INFORMATICA

DIENSTPRESTATIES ICT-INFRASTRUCTUUR

EUROPESE BESTUURSSCHOOL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET EUROPEES BUREAU VOOR PERSONEELSSELECTIE

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET BUREAU VOOR HET BEHEER EN DE AFWIKKELING VAN INDIVIDUELE RECHTEN

TITEL 27

BEGROTING

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

27 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BEGROTING”

69 440 094

69 440 094

68 135 786

68 135 786

62 595 305,94

62 595 305,94

Reserves (40 01 40)

30 939

30 939

111 533

111 533

 

 

 

69 471 033

69 471 033

68 247 319

68 247 319

62 595 305,94

62 595 305,94

27 02

UITVOERING, CONTROLE EN KWIJTING VAN DE BEGROTING

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

209 112 912,—

209 112 912,—

 

Titel 27 — Totaal

69 440 094

69 440 094

68 135 786

68 135 786

271 708 217,94

271 708 217,94

Reserves (40 01 40)

30 939

30 939

111 533

111 533

 

 

 

69 471 033

69 471 033

68 247 319

68 247 319

271 708 217,94

271 708 217,94

HOOFDSTUK 27 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BEGROTING”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

27 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „BEGROTING”

27 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Begroting”

5

40 705 353

39 737 880

40 175 481,25

Reserves (40 01 40)

 

30 939

111 533

 

 

 

40 736 292

39 849 413

40 175 481,25

27 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Begroting”

27 01 02 01

Extern personeel van het directoraat-generaal Begroting

5

4 421 370

4 451 735

6 058 298,61

27 01 02 09

Extern personeel — Niet-gedecentraliseerd beheer

5

2 594 709

4 586 547

 

27 01 02 11

Andere beheersuitgaven van het directoraat-generaal Begroting

5

8 237 642

7 780 024

11 669 175,72

27 01 02 19

Andere beheersuitgaven — Niet-gedecentraliseerd beheer

5

9 519 506

7 096 635

 

 

Artikel 27 01 02 — Subtotaal

 

24 773 227

23 914 941

17 727 474,33

27 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Begroting”

5

2 949 514

2 905 965

3 153 716,86

27 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Begroting”

5

227 000

227 000

281 176,—

27 01 11

Uitzonderlijke uitgaven bij kritieke situaties

5

p.m.

p.m.

0,—

27 01 12

Accountancy

27 01 12 01

Financiële lasten

5

580 000

1 100 000

1 095 834,34

27 01 12 02

Tenlasteneming van uitgaven in verband met het beheer van kasmiddelen

5

p.m.

p.m.

0,—

27 01 12 03

Aankoop van financiële informatie over de solvabiliteit van de begunstigden van middelen uit de algemene begroting van de Europese Unie en van schuldenaren van de Commissie

5

205 000

250 000

161 623,16

 

Artikel 27 01 12 — Subtotaal

 

785 000

1 350 000

1 257 457,50

 

Hoofdstuk 27 01 — Totaal

 

69 440 094

68 135 786

62 595 305,94

Reserves (40 01 40)

 

30 939

111 533

 

 

 

69 471 033

68 247 319

62 595 305,94

27 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Begroting”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

27 01 01

40 705 353

39 737 880

40 175 481,25

Reserves (40 01 40)

30 939

111 533

 

Totaal

40 736 292

39 849 413

40 175 481,25

27 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Begroting”

27 01 02 01   Extern personeel van het directoraat-generaal Begroting

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 421 370

4 451 735

6 058 298,61

27 01 02 09   Extern personeel — Niet-gedecentraliseerd beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 594 709

4 586 547

 

Toelichting

Dit krediet is niet vanaf het begin van het begrotingsjaar aan een specifiek beleidsterrein toegewezen en kan gebruikt worden voor alle diensten van de Commissie. Het zal in de loop van het begrotingsjaar overeenkomstig de voorschriften van het Financieel Reglement worden overgeschreven naar de begrotingsposten van de beleidsterreinen die voor de uitvoering van dit onderdeel bedoeld zijn. Ook kan het zonder overschrijving rechtstreeks vanuit deze begrotingspost worden besteed als de desbetreffende post (01 02 01) van een beleidsterrein eventueel aanpassing behoeft.

27 01 02 11   Andere beheersuitgaven van het directoraat-generaal Begroting

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 237 642

7 780 024

11 669 175,72

27 01 02 19   Andere beheersuitgaven — Niet-gedecentraliseerd beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 519 506

7 096 635

 

Toelichting

Dit krediet is niet vanaf het begin van het begrotingsjaar aan een specifiek beleidsterrein toegewezen en kan gebruikt worden voor de behoeften van alle diensten van de Commissie. Het krediet wordt niet vanuit deze post besteed, maar zal in de loop van het begrotingsjaar worden overgeschreven, overeenkomstig het Financieel Reglement, naar de begrotingsposten van de beleidsterreinen die voor de uitvoering van dit onderdeel bedoeld zijn.

27 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Begroting”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 949 514

2 905 965

3 153 716,86

27 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Begroting”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

227 000

227 000

281 176,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten betreffende de uit te besteden reproductie van documenten in verband met de algemene begroting van de Europese Unie, met name de jaarlijkse brochure over de begroting, het financieel verslag over de uitvoering van de begroting van het vorige jaar, de synopsis van de jaarrekeningen en de eenmalige publicaties over verschillende aspecten van de tenuitvoerlegging van de begroting.

Het dient tevens ter dekking van de portokosten voor gewone briefwisseling, verslagen en publicaties, de verzendingskosten van postpakjes en andere pakjes via lucht, zee of spoorweg, alsmede de interne post van de Commissie.

De vergelijkbare kosten voor onderzoek worden gedekt door kredieten in artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

27 01 11   Uitzonderlijke uitgaven bij kritieke situaties

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven die werden verricht tijdens een afgekondigde crisissituatie die heeft geleid tot de inwerkingtreding van een of meerdere plannen voor de continuïteit van de werkzaamheden, waarbij het op grond van de aard en/of het bedrag van de uitgaven niet mogelijk was om deze ten laste te brengen van de andere administratieve begrotingsonderdelen van de Commissie.

Uiterlijk drie weken na het einde van de crisissituatie wordt de begrotingsautoriteit in kennis gesteld van de verrichte uitgaven.

Activiteiten zonder begrotingsonderdeel:

bevordering van goed financieel beheer,

administratieve ondersteuning en beheer van het directoraat-generaal Begroting,

financieel kader en begrotingsprocedure,

beleidsstrategie en -coördinatie voor het directoraat-generaal Begroting.

27 01 12   Accountancy

27 01 12 01   Financiële lasten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

580 000

1 100 000

1 095 834,34

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bankkosten (commissies, disconto en diverse kosten) en de kosten voor de verbinding met het netwerk van de Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunication (SWIFT).

Daarnaast kan onder deze post eventueel een krediet worden opgenomen ter dekking van de verliezen als gevolg van de opheffing of de beëindiging van de activiteiten van banken waarbij de Commissie een rekening aanhoudt voor het beheer van gelden ter goede rekening.

27 01 12 02   Tenlasteneming van uitgaven in verband met het beheer van kasmiddelen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van begrotingsregularisaties:

van gelden ter goede rekening in gevallen waarin de ordonnateur alle naar omstandigheden dienstige maatregelen heeft getroffen en de regularisatie-uitgaven onmogelijk ten laste van een ander specifiek begrotingsonderdeel kunnen worden gebracht;

van situaties waarin een vordering geheel of gedeeltelijk oninbaar moet worden verklaard, terwijl zij reeds als ontvangst was geboekt (met name in geval van verrekening met een schuld);

van gevallen waarin btw niet kan worden teruggevorderd, voor zover de uitgave niet meer ten laste kan worden gebracht van het begrotingsonderdeel waaruit de oorspronkelijke uitgave is gedaan;

van eventueel daarmee verband houdende rente, voor zover deze niet ten laste van een ander specifiek begrotingsonderdeel kan worden gebracht.

Daarnaast kan onder deze post eventueel een krediet worden opgenomen ter dekking van de verliezen als gevolg van de opheffing of de beëindiging van de activiteiten van banken waarbij de Commissie een rekening aanhoudt voor het beheer van gelden ter goede rekening.

27 01 12 03   Aankoop van financiële informatie over de solvabiliteit van de begunstigden van middelen uit de algemene begroting van de Europese Unie en van schuldenaren van de Commissie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

205 000

250 000

161 623,16

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de uitgaven voor abonnementen op en het gebruik van elektronische informatiediensten en externe gegevensbanken over de solvabiliteit van de begunstigden van middelen uit de algemene begroting van de Europese Unie en van schuldenaren van de Commissie, om de financiële belangen van de Commissie in verscheidene fasen van de financiële en boekhoudingsprocedures te beschermen.

Het is ook bestemd voor de verificatie van gegevens met betrekking tot de groepsstructuur, zeggenschap en beheer van de begunstigden van middelen uit de algemene begroting van de Europese Unie en van schuldenaren van de Commissie.

HOOFDSTUK 27 02 —   UITVOERING, CONTROLE EN KWIJTING VAN DE BEGROTING

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

27 02

UITVOERING, CONTROLE EN KWIJTING VAN DE BEGROTING

27 02 01

Van het vorige begrotingsjaar overgedragen tekort

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

27 02 02

Tijdelijke en forfaitaire compensatie voor de nieuwe lidstaten

6

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

209 112 912,—

209 112 912,—

 

Hoofdstuk 27 02 — Totaal

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

209 112 912,—

209 112 912,—

27 02 01   Van het vorige begrotingsjaar overgedragen tekort

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Overeenkomstig artikel 15 van het Financieel Reglement wordt het saldo van elk begrotingsjaar, naargelang het een overschot of een tekort betreft, in de begroting van het volgende begrotingsjaar als ontvangst of als betalingskrediet opgenomen.

De ramingen van deze ontvangsten of betalingskredieten worden in de begroting opgenomen tijdens de begrotingsprocedure en door middel van de procedure van een nota van wijzigingen, die wordt ingediend overeenkomstig artikel 34 van het Financieel Reglement. Zij worden vastgesteld overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000.

Na de sluiting van de rekeningen van elk begrotingsjaar wordt het verschil ten opzichte van de ramingen in de begroting van het volgende begrotingsjaar opgenomen door middel van een gewijzigde begroting.

Een overschot wordt in artikel 3 0 0 van de staat van ontvangsten opgenomen.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

27 02 02   Tijdelijke en forfaitaire compensatie voor de nieuwe lidstaten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

209 112 912,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de compensatie voor de nieuwe lidstaten met ingang van de datum van inwerkingtreding van enige Akte van toetreding waarin in een dergelijke compensatie wordt voorzien.

Lidstaat

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

Begrotingsjaar 2008

Bulgarije

64 699 140

63 971 736

Roemenië

144 413 772

142 664 556

Totaal

209 112 912

206 636 292

Rechtsgronden

Toetredingsverdrag: Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Republiek Bulgarije en Roemenië en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond (PB L 157 van 21.6.2005, blz. 203), met name artikel 32. De daarbij ingestelde compensatie was een tijdelijk instrument om Bulgarije en Roemenië tussen de toetredingsdatum en het einde van 2009 te helpen.

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

BEVORDERING VAN GOED FINANCIEEL BEHEER

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING EN BEHEER VAN HET DIRECTORAAT-GENERAAL BEGROTING

FINANCIEEL KADER EN BEGROTINGSPROCEDURE

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL BEGROTING

TITEL 28

AUDIT

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

28 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „AUDIT”

11 399 202

10 593 209

10 541 496,35

Reserves (40 01 40)

7 105

23 214

 

 

11 406 307

10 616 423

10 541 496,35

 

Titel 28 — Totaal

11 399 202

10 593 209

10 541 496,35

Reserves (40 01 40)

7 105

23 214

 

 

11 406 307

10 616 423

10 541 496,35

HOOFDSTUK 28 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „AUDIT”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

28 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „AUDIT”

28 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Audit”

5

9 348 598

8 270 803

8 261 817,54

Reserves (40 01 40)

 

7 105

23 214

 

 

 

9 355 703

8 294 017

8 261 817,54

28 01 02

Extern personeel en overige beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Audit”

28 01 02 01

Extern personeel

5

886 134

1 095 547

1 132 965,32

28 01 02 11

Overige beheersuitgaven

5

487 069

622 029

498 215,17

 

Artikel 28 01 02 — Subtotaal

 

1 373 203

1 717 576

1 631 180,49

28 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Audit”

5

677 401

604 830

648 498,32

 

Hoofdstuk 28 01 — Totaal

 

11 399 202

10 593 209

10 541 496,35

Reserves (40 01 40)

 

7 105

23 214

 

 

 

11 406 307

10 616 423

10 541 496,35

28 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Audit”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

28 01 01

9 348 598

8 270 803

8 261 817,54

Reserves (40 01 40)

7 105

23 214

 

Totaal

9 355 703

8 294 017

8 261 817,54

28 01 02   Extern personeel en overige beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Audit”

28 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

886 134

1 095 547

1 132 965,32

28 01 02 11   Overige beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

487 069

622 029

498 215,17

28 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Audit”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

677 401

604 830

648 498,32

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR DE DIENST INTERNE AUDIT

INTERNE AUDIT VAN DE COMMISSIE

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR DE DIENST INTERNE AUDIT

INTERNE AUDIT VAN DE REGELGEVENDE AGENTSCHAPPEN

TITEL 29

STATISTIEK

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

29 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „STATISTIEK”

80 573 085

80 573 085

79 323 470

79 323 470

78 905 782,12

78 905 782,12

Reserves (40 01 40)

47 443

47 443

170 501

170 501

 

 

 

80 620 528

80 620 528

79 493 971

79 493 971

78 905 782,12

78 905 782,12

29 02

PRODUCTIE VAN STATISTISCHE INFORMATIE

64 570 000

43 800 234

61 424 000

41 000 000

54 085 594,77

42 038 247,03

 

Titel 29 — Totaal

145 143 085

124 373 319

140 747 470

120 323 470

132 991 376,89

120 944 029,15

Reserves (40 01 40)

47 443

47 443

170 501

170 501

 

 

 

145 190 528

124 420 762

140 917 971

120 493 971

132 991 376,89

120 944 029,15

HOOFDSTUK 29 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „STATISTIEK”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

29 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „STATISTIEK”

29 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Statistiek”

5

62 421 367

60 747 621

60 165 004,95

Reserves (40 01 40)

 

47 443

170 501

 

 

 

62 468 810

60 918 122

60 165 004,95

29 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Statistiek”

29 01 02 01

Extern personeel

5

5 525 464

5 457 053

6 603 615,52

29 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

4 723 195

4 926 423

4 769 913,33

 

Artikel 29 01 02 — Subtotaal

 

10 248 659

10 383 476

11 373 528,85

29 01 03

Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Statistiek”

5

4 523 059

4 442 373

4 722 968,32

29 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Statistiek”

29 01 04 01

Statistisch programma van de Unie 2008-2012 — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

2 900 000

3 300 000

2 350 000,—

29 01 04 04

Modernisering van de Europese ondernemings- en handelsstatistieken (MEETS) — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

480 000

450 000

294 280,—

 

Artikel 29 01 04 — Subtotaal

 

3 380 000

3 750 000

2 644 280,—

 

Hoofdstuk 29 01 — Totaal

 

80 573 085

79 323 470

78 905 782,12

Reserves (40 01 40)

 

47 443

170 501

 

 

 

80 620 528

79 493 971

78 905 782,12

29 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Statistiek”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

29 01 01

62 421 367

60 747 621

60 165 004,95

Reserves (40 01 40)

47 443

170 501

 

Totaal

62 468 810

60 918 122

60 165 004,95

29 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein „Statistiek”

29 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 525 464

5 457 053

6 603 615,52

29 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 723 195

4 926 423

4 769 913,33

29 01 03   Uitgaven voor apparatuur, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Statistiek”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 523 059

4 442 373

4 722 968,32

29 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Statistiek”

29 01 04 01   Statistisch programma van de Unie 2008-2012 — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 900 000

3 300 000

2 350 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor technische en/of administratieve bijstand in verband met de vaststelling, de voorbereiding, het beheer, de follow-up, de audit en de controle van het programma of de projecten;

de uitgaven voor extern personeel in de hoofdzetel (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen of personeel van de agentschappen), tot 2 300 000 EUR. Dit bedrag werd berekend op basis van de jaarlijkse kosten per eenheid per persoon/jaar, waarbij de bezoldiging van het desbetreffende personeel 97 % uitmaakt en de kosten van opleiding, vergaderingen, dienstreizen, informatietechnologie en telecommunicatie voor dit personeel 3 %;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van aanvullende kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 29 02 03.

29 01 04 04   Modernisering van de Europese ondernemings- en handelsstatistieken (MEETS) — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

480 000

450 000

294 280,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven voor technische en/of administratieve bijstand in verband met de vaststelling, de voorbereiding, het beheer, de follow-up, de audit en de controle van het programma of de projecten;

de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, dienstreizen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks verband houden met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand waarbij geen sprake is van overheidstaken die door de Commissie zijn uitbesteed op basis van dienstverleningscontracten ad hoc.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het opvoeren van aanvullende kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 29 02 04.

HOOFDSTUK 29 02 —   PRODUCTIE VAN STATISTISCHE INFORMATIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

29 02

PRODUCTIE VAN STATISTISCHE INFORMATIE

29 02 01

Voltooiing van het beleid inzake statistische informatie

1.1

p.m.

2 856 537

p.m.

8 000 000

29 673,47

19 741 307,22

29 02 02

Voltooiing van netwerken voor intracommunautaire statistieken (Edicom)

1.1

p.m.

p.m.

23 423,28

211 829,64

29 02 03

Statistisch programma van de Unie voor 2008-2012

1.1

54 000 000

38 087 160

51 219 000

30 000 000

49 670 409,76

22 065 795,43

29 02 04

Modernisering van de Europese ondernemings- en handelsstatistieken (MEETS)

1.1

10 570 000

2 856 537

10 205 000

3 000 000

4 362 088,26

19 314,74

 

Hoofdstuk 29 02 — Totaal

 

64 570 000

43 800 234

61 424 000

41 000 000

54 085 594,77

42 038 247,03

29 02 01   Voltooiing van het beleid inzake statistische informatie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

2 856 537

p.m.

8 000 000

29 673,47

19 741 307,22

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de voltooiing van lopende werkzaamheden onder de begrotingsonderdelen „Beleid inzake statistische informatie”.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van de Zwitserse Bondsstaat voor deelname aan de uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad van 17 februari 1997 betreffende de communautaire statistiek (PB L 52 van 22.2.1997, blz. 1).

Beschikking nr. 2367/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 betreffende het communautair statistisch programma voor de periode 2003-2007 (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 1).

29 02 02   Voltooiing van netwerken voor intracommunautaire statistieken (Edicom)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

23 423,28

211 829,64

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de voltooiing van de maatregelen die in het kader van de begrotingsonderdelen voor „actie Edicom (Electronic data interchange on commerce)” worden gesteund.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 507/2001/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 maart 2001 betreffende een aantal maatregelen met betrekking tot een trans-Europees netwerk voor het verzamelen, produceren en verspreiden van statistieken over het intra- en extracommunautaire goederenverkeer (Edicom) (PB L 76 van 16.3.2001, blz. 1).

29 02 03   Statistisch programma van de Unie voor 2008-2012

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

54 000 000

38 087 160

51 219 000

30 000 000

49 670 409,76

22 065 795,43

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven:

statistische enquêtes en studies en ontwikkeling van indicatoren/benchmarks;

kwaliteitsstudies en maatregelen ter verbetering van de kwaliteit van de statistieken;

subsidies voor nationale overheidsdiensten op het gebied van de statistiek;

verwerking, verspreiding, bevordering van de afname en verhandeling van statistische gegevens;

apparatuur, verwerkingsinfrastructuur en onderhoud dat noodzakelijk is voor statistische informatiesystemen;

statistische analyse en documentatie op magnetische dragers;

dienstverlening door externe deskundigen;

medefinanciering van de openbare en de privésector;

financiering van enquêtes door ondernemingen;

organisatie van opleidingscursussen inzake geavanceerde statistische technologieën voor statistici;

kosten van de aanschaf van documentatie;

subsidies voor het Internationaal Statistisch Instituut en aansluiting bij andere internationale organisaties op het gebied van de statistiek.

Het dient eveneens om ervoor te zorgen dat de nodige informatie beschikbaar is om jaarlijks een samenvattend verslag te kunnen opstellen over de economische en sociale toestand van de Unie, aan de hand van economische gegevens en structurele indicatoren en/of benchmarks.

Tevens dient het krediet ter dekking van de uitgaven in het kader van de opleiding van nationale statistici en van het beleid inzake de samenwerking met de ontwikkelingslanden, de landen van Midden- en Oost-Europa en de landen van het zuidelijke Middellandse Zeegebied, de uitgaven in verband met de uitwisseling van ambtenaren, de kosten van vergaderingen voor de uitwisseling van gegevens, subsidies en uitgaven ter vergoeding van in het kader van de aanpassing van de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden verleende diensten.

Op dit artikel worden eveneens de uitgaven afgeboekt in verband met de aankoop van gegevens en de toegang van de diensten van de Commissie tot externe gegevensbanken. Tevens moeten kredieten worden aangewend voor de ontwikkeling van nieuwe, modulematige methoden.

Bovendien dient dit krediet ter dekking van de uitgaven voor het verstrekken, op verzoek van de Commissie of van een van de andere instellingen van de Unie, van statistische gegevens die noodzakelijk zijn voor de raming, de controle en de evaluatie van de uitgaven van de Unie. Aldus wordt het mogelijk het financiële en begrotingsbeleid in betere omstandigheden te voeren (vaststelling van de begroting, periodieke herziening van de financiële vooruitzichten) en op middellange en lange termijn gegevens te verzamelen met het oog op de financiering van de Unie.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van de Zwitserse Bondsstaat aan de uniale/communautaire programma's en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1578/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 betreffende het communautair statistisch programma voor de periode 2008-2012 (PB L 344 van 28.12.2007, blz. 15).

Verordening (EG) nr. 223/2009 van de Raad en het Europees Parlement van 11 maart 2009 betreffende de Europese statistiek (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 164).

29 02 04   Modernisering van de Europese ondernemings- en handelsstatistieken (MEETS)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

10 570 000

2 856 537

10 205 000

3 000 000

4 362 088,26

19 314,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven met betrekking tot de uitvoering van het programma voor de modernisering van de Europese bedrijfs- en handelsstatistiek (MEETS), dat beoogt doelreeksen indicatoren te ontwikkelen, de prioriteiten te herzien, het kader van ondernemingsstatistieken te stroomlijnen, op een doeltreffender wijze gegevens te verzamelen en Intrastat te moderniseren en te vereenvoudigen.

Het programma bestrijkt de volgende acties:

prioritaire gebieden en doelreeksen indicatoren vaststellen;

minder belangrijke gebieden vaststellen;

concepten en methoden in het wettelijke kader integreren;

statistieken over ondernemingsgroepen ontwikkelen;

Europese enquêtes uitvoeren om de lasten voor de ondernemingen tot een minimum te beperken;

beter gebruik maken van gegevens die in het statistische systeem reeds beschikbaar zijn, waaronder de mogelijkheid van ramingen;

beter gebruikmaken van gegevens die in de economie reeds beschikbaar zijn;

instrumenten ontwikkelen om gegevens doeltreffender te extraheren, door te sturen en te verwerken;

methoden harmoniseren om de kwaliteit te verbeteren in het kader van een vereenvoudigd Intrastat-systeem;

beter gebruik maken van administratieve gegevens, en

de gegevensuitwisseling voor Intrastat verbeteren en bevorderen.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Ter informatie: deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering in het kader van de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1297/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende een programma tot modernisering van de Europese bedrijfs- en handelsstatistiek (MEETS) (PB L 340 van 19.12.2008, blz. 76).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR EUROSTAT

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR EUROSTAT

TITEL 30

PENSIOENEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

30 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „PENSIOENEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE UITGAVEN”

1 278 009 000

1 214 092 000

1 117 268 365,16

 

Titel 30 — Totaal

1 278 009 000

1 214 092 000

1 117 268 365,16

HOOFDSTUK 30 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „PENSIOENEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE UITGAVEN”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

30 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „PENSIOENEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE UITGAVEN”

30 01 13

Vergoedingen en pensioenen van gewezen leden en overlevende personen ten laste

30 01 13 01

Overbruggingstoelagen

5

2 622 000

3 872 000

562 682,84

30 01 13 02

Pensioenen van gewezen leden en overlevende personen ten laste

5

4 760 000

4 699 000

4 400 064,20

30 01 13 03

Wegingen en aanpassingen van de pensioenen en de verschillende vergoedingen

5

455 000

638 000

264 280,93

 

Artikel 30 01 13 — Subtotaal

 

7 837 000

9 209 000

5 227 027,97

30 01 14

Vergoedingen bij terbeschikkingstelling, ontheffing van het ambt en ontslag

30 01 14 01

Vergoedingen bij terbeschikkingstelling, ontheffing van het ambt en ontslag

5

8 034 000

11 230 000

12 529 019,30

30 01 14 02

Ziektekostenverzekering

5

273 000

382 000

331 269,29

30 01 14 03

Wegingen en aanpassingen van de vergoedingen

5

251 000

482 000

350 914,13

 

Artikel 30 01 14 — Subtotaal

 

8 558 000

12 094 000

13 211 202,72

30 01 15

Pensioenen en vergoedingen

30 01 15 01

Pensioenen, invaliditeitsuitkeringen en uitkeringen bij vertrek

5

1 182 667 000

1 111 168 000

1 035 021 335,57

30 01 15 02

Ziektekostenverzekering

5

39 009 000

36 724 000

33 755 513,45

30 01 15 03

Wegingen en aanpassingen van de pensioenen en de verschillende vergoedingen

5

39 938 000

44 897 000

30 053 285,45

 

Artikel 30 01 15 — Subtotaal

 

1 261 614 000

1 192 789 000

1 098 830 134,47

 

Hoofdstuk 30 01 — Totaal

 

1 278 009 000

1 214 092 000

1 117 268 365,16

30 01 13   Vergoedingen en pensioenen van gewezen leden en overlevende personen ten laste

30 01 13 01   Overbruggingstoelagen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 622 000

3 872 000

562 682,84

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de overbruggingstoelage,

de gezinstoelage

voor de leden van de Commissie na beëindiging van hun functie.

Rechtsgronden

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

30 01 13 02   Pensioenen van gewezen leden en overlevende personen ten laste

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

4 760 000

4 699 000

4 400 064,20

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de ouderdomspensioenen van de voormalige leden van de Commissie,

de invaliditeitspensioenen van de voormalige leden van de Commissie,

de overlevingspensioenen van de overlevende echtgenoten en/of wezen van de voormalige leden van de Commissie.

Rechtsgronden

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

30 01 13 03   Wegingen en aanpassingen van de pensioenen en de verschillende vergoedingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

455 000

638 000

264 280,93

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van aanpassingscoëfficiënten die worden toegepast op tijdelijke vergoedingen, ouder-doms-, invaliditeits- en overlevingspensioenen van voormalige leden van de Commissie en andere rechthebbenden.

Een deel van dit krediet is bestemd voor de gevolgen van eventuele aanpassingen van de pensioenen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar kan besluiten. Dit gedeelte van het krediet heeft het karakter van een voorziening en mag slechts na overschrijving ervan naar andere posten van dit hoofdstuk overeenkomstig het Financieel Reglement worden gebruikt.

Rechtsgronden

Verordening nr. 422/67/EEG, nr. 5/67/Euratom van de Raad van 25 juli 1967 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de voorzitter en de leden van de Commissie, de president, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, de president, de leden en de griffier van het Gerecht van eerste aanleg alsmede de president, de leden en de griffier van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (PB 187 van 8.8.1967, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

30 01 14   Vergoedingen bij terbeschikkingstelling, ontheffing van het ambt en ontslag

30 01 14 01   Vergoedingen bij terbeschikkingstelling, ontheffing van het ambt en ontslag

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 034 000

11 230 000

12 529 019,30

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergoedingen aan ambtenaren:

die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling;

die een ambt bekleden in rang AD 16, AD 15 of AD 14 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

Tevens dient het ter dekking van de uitgaven in verband met de toepassing van de verordeningen van de Raad betreffende bijzondere en/of tijdelijke maatregelen inzake beëindiging van de dienst door ambtenaren en/of tijdelijke functionarissen.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1746/2002 van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling, in het kader van de hervorming van de Commissie, van bijzondere maatregelen inzake beëindiging van de dienst door ambtenaren van de Europese Gemeenschappen die in vaste dienst zijn aangesteld bij de Commissie van de Europese Gemeenschappen (PB L 264 van 2.10.2002, blz. 1).

30 01 14 02   Ziektekostenverzekering

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

273 000

382 000

331 269,29

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het werkgeversaandeel van de ziektekostenverzekering van gepensioneerden en ontvangers van vergoedingen bij terbeschikkingstelling, opheffing van het ambt en ontslag.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

30 01 14 03   Wegingen en aanpassingen van de vergoedingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

251 000

482 000

350 914,13

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten welke gelden voor de vergoedingen bij terbeschikkingstelling, ontheffing van het ambt en ontslag.

Een deel van dit krediet is bestemd voor de gevolgen van eventuele aanpassingen van de diverse vergoedingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar kan besluiten. Dit gedeelte van het krediet heeft het karakter van een voorziening en mag slechts na overschrijving ervan naar andere posten van dit hoofdstuk overeenkomstig het Financieel Reglement worden gebruikt.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

30 01 15   Pensioenen en vergoedingen

30 01 15 01   Pensioenen, invaliditeitsuitkeringen en uitkeringen bij vertrek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 182 667 000

1 111 168 000

1 035 021 335,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

ouderdomspensioenen van ambtenaren, tijdelijk personeel en contractanten van alle instellingen en agentschappen van de Unie, met inbegrip van die welke uit kredieten voor onderzoek en technologische ontwikkeling worden betaald;

invaliditeitspensioenen van ambtenaren, tijdelijk personeel en contractanten van alle instellingen en agentschappen van de Unie, met inbegrip van die welke uit kredieten voor onderzoek en technologische ontwikkeling worden betaald;

invaliditeitsuitkeringen van ambtenaren, tijdelijk personeel en contractanten van alle instellingen en agentschappen van de Unie, met inbegrip van die welke uit kredieten voor onderzoek en technologische ontwikkeling worden betaald;

overlevingspensioenen voor de rechthebbenden van gewezen ambtenaren, tijdelijk personeel en contractanten van alle instellingen en agentschappen van de Unie, met inbegrip van die welke uit kredieten voor onderzoek en technologische ontwikkeling worden betaald;

uitkeringen bij vertrek van ambtenaren, tijdelijk personeel en contractanten van alle instellingen en agentschappen van de Unie, met inbegrip van die welke uit kredieten voor onderzoek en technologische ontwikkeling worden betaald;

de betaling van de actuariële tegenwaarde van de pensioenrechten;

de uitkeringen (pensioenbonus) ten behoeve van ambtenaren die destijds als verzetsstrijder zijn gedeporteerd of geïnterneerd (of hun rechthebbenden);

de betaling van financiële steun aan een overlevende echtgenoot die ernstig of langdurig ziek of gehandicapt is, voor de duur van de ziekte of handicap op grond van een onderzoek van de sociale en medische omstandigheden van de betrokkene.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

30 01 15 02   Ziektekostenverzekering

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

39 009 000

36 724 000

33 755 513,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de werkgeversbijdrage aan de ziektekostenverzekering voor gepensioneerden.

Tevens dient het ter dekking van de uitkeringen (aanvullende terugbetaling van ziektekosten) ten behoeve van ambtenaren die destijds als verzetsstrijder zijn gedeporteerd of geïnterneerd.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

30 01 15 03   Wegingen en aanpassingen van de pensioenen en de verschillende vergoedingen

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

39 938 000

44 897 000

30 053 285,45

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten welke gelden voor de pensioenen.

Een deel van dit krediet is bestemd voor de gevolgen van eventuele aanpassingen van de pensioenen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar kan besluiten. Dit gedeelte van het krediet heeft het karakter van een voorziening en mag slechts na overschrijving ervan naar andere posten van dit hoofdstuk overeenkomstig het Financieel Reglement worden gebruikt.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

TITEL 31

TALENDIENSTEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

31 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „TALENDIENSTEN”

392 908 762

387 288 152

423 957 901,12

Reserves (40 01 40)

236 399

1 628 841

 

 

393 145 161

388 916 993

423 957 901,12

 

Titel 31 — Totaal

392 908 762

387 288 152

423 957 901,12

Reserves (40 01 40)

236 399

1 628 841

 

 

393 145 161

388 916 993

423 957 901,12

HOOFDSTUK 31 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „TALENDIENSTEN”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

31 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „TALENDIENSTEN”

31 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Talendiensten”

5

311 035 645

304 213 437

301 521 429,22

Reserves (40 01 40)

 

236 399

853 841

 

 

 

311 272 044

305 067 278

301 521 429,22

31 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Talendiensten”

31 01 02 01

Extern personeel

5

9 902 815

9 510 679

9 236 555,10

31 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

5 545 630

5 586 410

7 851 818,44

 

Artikel 31 01 02 — Subtotaal

 

15 448 445

15 097 089

17 088 373,54

31 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten en andere exploitatie-uitgaven voor het beleidsterrein „Talendiensten”

31 01 03 01

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Talendiensten”

5

22 537 672

22 246 626

23 670 554,66

31 01 03 04

Technische uitrusting en diensten voor de conferentiezalen van de Commissie

5

1 350 000

1 658 000

3 410 410,55

 

Artikel 31 01 03 — Subtotaal

 

23 887 672

23 904 626

27 080 965,21

31 01 06

Kosten voor vertolking

31 01 06 01

Uitgaven voor tolkendiensten

5

24 000 000

25 292 000

58 630 000,—

31 01 06 02

Opleiding en bijscholing van conferentietolken

5

508 000

574 000

1 366 938,19

31 01 06 03

Uitgaven voor informatietechnologie van het directoraat-generaal Tolken

5

1 308 000

1 282 000

3 027 794,92

 

Artikel 31 01 06 — Subtotaal

 

25 816 000

27 148 000

63 024 733,11

31 01 07

Uitgaven voor vertalingen

31 01 07 01

Kosten voor vertaling

5

14 250 000

14 725 000

12 885 422,48

Reserves (40 01 40)

 

 

775 000

 

 

 

14 250 000

15 500 000

12 885 422,48

31 01 07 02

Ondersteunende uitgaven voor de werking van het directoraat-generaal Vertaling

5

1 778 000

1 625 000

1 655 767,20

 

Artikel 31 01 07 — Subtotaal

 

16 028 000

16 350 000

14 541 189,68

Reserves (40 01 40)

 

 

775 000

 

 

 

16 028 000

17 125 000

14 541 189,68

31 01 08

Interinstitutionele samenwerking

31 01 08 01

Interinstitutionele samenwerking op taalgebied

5

693 000

575 000

701 210,36

 

Artikel 31 01 08 — Subtotaal

 

693 000

575 000

701 210,36

31 01 09

Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie

31 01 09 01

Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie — Bijdrage voor titels 1 en 2

5

p.m.

p.m.

0,—

31 01 09 02

Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie — Bijdrage voor titel 3

5

p.m.

p.m.

0,—

 

Artikel 31 01 09 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

0,—

 

Hoofdstuk 31 01 — Totaal

 

392 908 762

387 288 152

423 957 901,12

Reserves (40 01 40)

 

236 399

1 628 841

 

 

 

393 145 161

388 916 993

423 957 901,12

31 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Talendiensten”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

31 01 01

311 035 645

304 213 437

301 521 429,22

Reserves (40 01 40)

236 399

853 841

 

Totaal

311 272 044

305 067 278

301 521 429,22

31 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Talendiensten”

31 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 902 815

9 510 679

9 236 555,10

31 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 545 630

5 586 410

7 851 818,44

31 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten en andere exploitatie-uitgaven voor het beleidsterrein „Talendiensten”

31 01 03 01   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Talendiensten”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

22 537 672

22 246 626

23 670 554,66

31 01 03 04   Technische uitrusting en diensten voor de conferentiezalen van de Commissie

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 350 000

1 658 000

3 410 410,55

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor:

de apparatuur die nodig is voor de werking van de conferentiezalen van de Commissie met tolkencabines;

technische diensten in verband met het houden van vergaderingen en conferenties van de Commissie in Brussel.

De overeenkomstige uitgaven voor onderzoek zijn gedekt door de kredieten van artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven binnen de Unie, met uitzondering van de vertegenwoordigingen in de Unie.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

31 01 06   Kosten voor vertolking

31 01 06 01   Uitgaven voor tolkendiensten

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

24 000 000

25 292 000

58 630 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

de vergoeding van de freelancetolken (AIC's) die het directoraat-generaal Tolken (SCIC) overeenkomstig artikel 90 van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie heeft aangeworven, om het SCIC in staat te stellen aan de instellingen waarvoor het de vertolking verzekert, voldoende gekwalificeerde conferentietolken ter beschikking te stellen;

naast de honoraria omvat de vergoeding de bijdragen voor een ouderdoms-, overlijdens-, ziekte- en ongevallenverzekering, en voor de tolken die hun kantoor niet op de standplaats hebben, de betaling van verplaatsingskosten en vaste reis- en verblijfskosten;

de kosten van de dienstprestaties die door de tolken van het Europees Parlement ten behoeve van de Commissie worden verricht (zowel ambtenaren als tijdelijk personeel);

de kosten van activiteiten van tolken met betrekking tot de voorbereiding van vergaderingen en opleiding;

door het SCIC via de vertegenwoordigingen van de Commissie gesloten dienstencontracten voor vertolking, in het kader van vergaderingen die de Commissie in derde landen organiseert.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 34 580 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

31 01 06 02   Opleiding en bijscholing van conferentietolken

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

508 000

574 000

1 366 938,19

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor acties die ervoor moeten zorgen dat het directoraat-generaal Tolken over voldoende gekwalificeerde conferentietolken kan beschikken, met name voor bepaalde talencombinaties, en voor de specifieke opleiding van conferentietolken.

Het betreft met name beurzen voor universiteiten, opleidingen voor opleiders en programma's voor pedagogische bijstand, alsook beurzen voor studenten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 942 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

31 01 06 03   Uitgaven voor informatietechnologie van het directoraat-generaal Tolken

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 308 000

1 282 000

3 027 794,92

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven voor informatietechnologie van het directoraat-generaal Tolken (SCIC), waaronder:

aankoop of huur van pc's, servers en microcomputers, de kosten van helpdesks, terminals, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, fotokopieerapparaten, faxtoestellen en alle elektronische apparatuur die in de kantoren of tolkencabines van het SCIC worden gebruikt, de voor hun werking benodigde programmatuur, installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden die met deze apparatuur verband houden;

ontwikkeling en beheer van informatiesystemen en systemen voor verspreiding van berichten die voor het SCIC van nut zijn, waaronder documentatie, opleiding voor deze systemen, studies en de verwerving van kennis en deskundigheid op informaticagebied: kwaliteit, veiligheid, technologie, internet, ontwikkelingsmethodologie, beheer met behulp van de computer;

technische en logistieke ondersteuning, opleiding en documentatie in verband met informatietechnologie-apparatuur en -programmatuur, opleiding en informaticaboeken van algemeen nut, extern personeel voor de exploitatie en het beheer van gegevensbanken, bureaudiensten en abonnementen;

aankoop of huur, onderhoud en ondersteuning van transmissie- en communicatieapparatuur en -programmatuur, alsook opleiding en de daaruit voortvloeiende kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 924 412 EUR.

31 01 07   Uitgaven voor vertalingen

31 01 07 01   Kosten voor vertaling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

31 01 07 01

14 250 000

14 725 000

12 885 422,48

Reserves (40 01 40)

 

775 000

 

Totaal

14 250 000

15 500 000

12 885 422,48

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de diensten van freelancevertalers en van de uitgaven voor de diensten van specialisten en computerlinguïsten en voor typewerk alsook andere werkzaamheden die door het directoraat-generaal Vertaling worden uitbesteed.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 2 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

31 01 07 02   Ondersteunende uitgaven voor de werking van het directoraat-generaal Vertaling

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 778 000

1 625 000

1 655 767,20

Toelichting

Wat betreft de meertalige terminologische en taalkundige gegevensbanken, de vertaalhulpmiddelen en de uitgaven in verband met documentatie en de bibliotheek van het directoraat-generaal Vertaling, dient dit krediet ter dekking van:

de uitgaven die verband houden met de aankoop, ontwikkeling en aanpassing van vertaalsoftware en andere meertalige hulpmiddelen of vertaalhulpmiddelen, alsook de aankoop, consolidering en uitbreiding van taalkundige en terminologische gegevensbanken, vertaalgeheugens en elektronische woordenboeken, waardoor er efficiënter kan worden omgegaan met meertaligheid en met het oog op een betere interinstitutionele samenwerking;

uitgaven in verband met documentatie en de bibliotheek die tegemoetkomen aan de behoeften van de vertalers, en met name voor:

het voorzien van de bibliotheken van eentalige boeken en abonnementen op een selectie van kranten en tijdschriften;

de toekenning van individuele dotaties voor de aankoop van een voorraad woordenboeken en talengidsen voor nieuwe vertalers;

de aankoop van woordenboeken, encyclopedieën en lexica in elektronische vorm of via webtoegang tot documentaire gegevensbanken;

het aanleggen en in stand houden van de basisuitrusting van meertalige bibliotheken door de aankoop van referentiewerken.

Het krediet dient ter dekking van de uitgaven binnen de Unie, met uitzondering van de vestigingen van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, waarvoor de uitgaven worden geboekt op artikel 01 05 van de desbetreffende titels.

31 01 08   Interinstitutionele samenwerking

31 01 08 01   Interinstitutionele samenwerking op taalgebied

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

693 000

575 000

701 210,36

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven met betrekking tot samenwerkingsactiviteiten die door het Interinstitutioneel Comité voor vertaling en vertolking (CITI) zijn georganiseerd en die de bevordering van de interinstitutionele samenwerking op taalgebied beogen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 252 000 EUR.

31 01 09   Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie

Toelichting

Dit artikel betreft het Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie.

31 01 09 01   Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie — Bijdrage voor titels 1 en 2

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke en de personeelsuitgaven van het Bureau (titels 1 en 2).

De begrotingsmiddelen voor het Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie bestaan uit financiële bijdragen van de organen waarvoor het werkt, en van de instellingen en organen waarmee samenwerking is afgesproken, onverminderd andere ontvangsten.

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van de agentschappen, met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72) worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Vertaalbureau is uiteengezet in het deel „Lijst van aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2965/94 van de Raad van 28 november 1994 tot oprichting van een Vertaalbureau voor organen van de Europese Unie (PB L 314 van 7.12.1994, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verklaring van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten op het niveau van staatshoofden en regeringsleiders, in vergadering bijeen op 29 oktober 1993 te Brussel.

31 01 09 02   Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie — Bijdrage voor titel 3

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de beleidsuitgaven van het Bureau (titel 3).

De begrotingsmiddelen voor het Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie bestaan uit financiële bijdragen van de organen waarvoor het werkt, en van de instellingen en organen waarmee samenwerking is afgesproken, onverminderd andere ontvangsten.

Gedurende de begrotingsprocedure, en zelfs in de loop van het begrotingsjaar, bij indiening van een nota van wijzigingen of een gewijzigde begroting, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit vooraf in kennis van alle wijzigingen in de begroting van de agentschappen, met name wat de in de begroting opgenomen personeelsformaties betreft. Deze procedure is in overeenstemming met de voorschriften inzake transparantie die in de interinstitutionele verklaring van 17 november 1995 zijn opgenomen en die in praktijk worden gebracht in de vorm van een door het Europees Parlement, de Commissie en de agentschappen overeengekomen gedragscode.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72) worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2965/94 van de Raad van 28 november 1994 tot oprichting van een Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie (PB L 314 van 7.12.1994, blz. 1).

Referentiebesluiten

Verklaring van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten op het niveau van staatshoofden en regeringsleiders, in vergadering bijeen op 29 oktober 1993 te Brussel.

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL TOLKEN

TOLKWERK EN DAARMEE SAMENHANGENDE ACTIVITEITEN

LOGISTIEKE ONDERSTEUNING VOOR DE EVENEMENTEN VAN DE COMMISSIE (LACE)

ORGANISATIE VAN CONFERENTIES EN ADVIES

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL TOLKEN

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL VERTALING

VERTALINGEN

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL VERTALING

TITEL 32

ENERGIE

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ENERGIE”

77 046 009

77 046 009

74 359 931

74 359 931

12 991 366,38

12 991 366,38

Reserves (40 01 40)

41 299

41 299

138 968

138 968

 

 

 

77 087 308

77 087 308

74 498 899

74 498 899

12 991 366,38

12 991 366,38

32 03

TRANS-EUROPESE NETWERKEN

24 150 000

20 471 848

20 760 000

17 500 000

26 048 000,—

15 825 498,22

32 04

CONVENTIONELE EN DUURZAME ENERGIEBRONNEN

125 688 003

1 080 982 371

2 093 049 950

1 034 098 710

2 100 153 264,90

67 136 790,23

Reserves (40 02 41)

 

 

2 000 000

2 000 000

 

 

 

125 688 003

1 080 982 371

2 095 049 950

1 036 098 710

2 100 153 264,90

67 136 790,23

32 05

KERNENERGIE

280 578 000

209 479 379

202 500 000

241 450 000

276 978 349,17

128 602 417,17

Reserves (40 02 41)

 

 

75 000 000

 

 

 

 

280 578 000

209 479 379

277 500 000

241 450 000

276 978 349,17

128 602 417,17

32 06

ONDERZOEK IN VERBAND MET ENERGIE

192 155 000

147 130 699

142 492 000

124 094 220

139 605 626,22

91 477 708,23

 

Titel 32 — Totaal

699 617 012

1 535 110 306

2 533 161 881

1 491 502 861

2 555 776 606,67

316 033 780,23

Reserves (40 01 40, 40 02 41)

41 299

41 299

77 138 968

2 138 968

 

 

 

699 658 311

1 535 151 605

2 610 300 849

1 493 641 829

2 555 776 606,67

316 033 780,23

HOOFDSTUK 32 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ENERGIE”

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

32 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „ENERGIE”

32 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Energie”

5

54 338 726

49 512 666

 

Reserves (40 01 40)

 

41 299

138 968

 

 

 

54 380 025

49 651 634

 

32 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Energie”

32 01 02 01

Extern personeel

5

2 427 638

2 574 314

 

32 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

2 121 256

3 344 768

 

 

Artikel 32 01 02 — Subtotaal

 

4 548 894

5 919 082

 

32 01 03

Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Energie”

5

3 937 389

3 620 780

 

32 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Energie”

32 01 04 01

Conventionele energie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

900 000

500 000

898 048,74

32 01 04 02

Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese energienetwerk — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

600 000

700 000

521 875,85

32 01 04 03

Kernenergie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

200 000

300 000

170 384,48

32 01 04 04

Beveiliging en bescherming van gebruikers van energie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

10 000

25 000

0,—

32 01 04 05

Informatie en communicatie — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

500 000

600 000

500 000,—

32 01 04 06

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa” — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

900 000

1 000 000

798 775,56

32 01 04 07

Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

p.m.

600 000

432 027,84

32 01 04 30

Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage van het Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa”

1.1

6 601 000

6 633 300

6 001 000,—

 

Artikel 32 01 04 — Subtotaal

 

9 711 000

10 358 300

9 322 112,47

32 01 05

Ondersteunende uitgaven voor onderzoekswerkzaamheden op het beleidsterrein „Energie”

32 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

1.1

2 550 000

2 605 583

1 921 483,20

32 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

1.1

1 000 000

1 256 715

820 747,44

32 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

1.1

960 000

1 086 805

927 023,27

 

Artikel 32 01 05 — Subtotaal

 

4 510 000

4 949 103

3 669 253,91

32 01 06

Toelage van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor de werking van het Voorzieningsagentschap

5

0,—

 

Hoofdstuk 32 01 — Totaal

 

77 046 009

74 359 931

12 991 366,38

Reserves (40 01 40)

 

41 299

138 968

 

 

 

77 087 308

74 498 899

12 991 366,38

32 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein „Energie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

32 01 01

54 338 726

49 512 666

 

Reserves (40 01 40)

41 299

138 968

 

Totaal

54 380 025

49 651 634

 

Toelichting

Oud artikel 06 01 01 (ten dele)

32 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein „Energie”

32 01 02 01   Extern personeel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 427 638

2 574 314

 

Toelichting

Oude post 06 01 02 01 (ten dele)

32 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 121 256

3 344 768

 

Toelichting

Oude post 06 01 02 11 (ten dele)

32 01 03   Uitgaven voor materieel, meubilair en diensten voor het beleidsterrein „Energie”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 937 389

3 620 780

 

Toelichting

Oud artikel 06 01 03 (ten dele)

32 01 04   Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Energie”

32 01 04 01   Conventionele energie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

900 000

500 000

898 048,74

Toelichting

Oude post 06 01 04 03

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen die rechtstreeks samenhangen met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie wordt uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten.

Rechtsgronden

Zie artikel 32 04 03.

32 01 04 02   Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese energienetwerk — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

600 000

700 000

521 875,85

Toelichting

Oude post 06 01 04 05

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie wordt uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 32 03 01 en 32 03 02.

32 01 04 03   Kernenergie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

200 000

300 000

170 384,48

Toelichting

Oude post 06 01 04 06

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen die rechtstreeks samenhangen met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie wordt uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 32 05 01, 32 05 02 en 32 05 03.

32 01 04 04   Beveiliging en bescherming van gebruikers van energie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 000

25 000

0,—

Toelichting

Oude post 06 01 04 07 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen die rechtstreeks samenhangen met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie wordt uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten.

Rechtsgronden

Zie artikel 32 04 16.

32 01 04 05   Informatie en communicatie — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

500 000

600 000

500 000,00

Toelichting

Oude post 06 01 04 09 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor informatie en publicatie die rechtstreeks samenhangen met het verwezenlijken van de doelstelling van de beleidsterreinen vervoer, energie, kernenergie en beveiliging en bescherming van gebruikers van energie en vervoer.

Rechtsgronden

Zie de artikelen 32 04 03, 32 05 01, 32 05 02, 32 05 03 en 32 04 16.

32 01 04 06   Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa” — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

900 000

1 000 000

798 775,56

Toelichting

Oude post 06 01 04 10

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor studies, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met het verwezenlijken van de doelstelling van het programma of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie wordt uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en eventueel de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Zie artikel 32 04 06.

32 01 04 07   Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Uitgaven voor administratief beheer

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

600 000

432 027,84

Toelichting

Oude post 06 01 04 13

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor evaluaties, vergaderingen van deskundigen, voorlichting en publicaties die rechtstreeks samenhangen met energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel of de maatregelen die onder deze post vallen, en alle overige uitgaven voor technische en administratieve bijstand (overheidstaken uitgezonderd) die door de Commissie wordt uitbesteed in het kader van ad-hocdienstverleningscontracten.

Rechtsgronden

Zie artikel 32 04 14.

32 01 04 30   Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage van het Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa”

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 601 000

6 633 300

6 001 000,00

Toelichting

Oude post 06 01 04 30

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke en de personeelsuitgaven van het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie die voorvloeien uit de deelneming van het Agentschap aan het beheer van acties van het Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa”.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Ontvangsten die voortvloeien uit de deelneming van kandidaat-lidstaten en eventueel de potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan aan de uniale/communautaire programma’s en die zijn geboekt op post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, volgens dezelfde verhouding als die tussen het voor het administratieve beheer toegestane bedrag en de totale kredieten voor het programma, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

De personeelsformatie van het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie is opgenomen in de „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 1).

Beschikking nr. 1230/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 tot vaststelling van een meerjarenprogramma voor acties op energiegebied: „Intelligente energie — Europa” (2003-2006) (PB L 176 van 15.7.2003, blz. 29).

Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15).

Verordening (EG) nr. 651/2008 van de Commissie van 9 juli 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1653/2004 houdende een model voor het financieel reglement van de uitvoerende agentschappen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad tot vaststelling van het statuut van de uitvoerende agentschappen waaraan bepaalde taken voor het beheer van communautaire programma’s worden gedelegeerd (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 15).

Referentiebesluiten

Besluit 2004/20/EG van de Commissie van 23 december 2003 tot oprichting van een uitvoerend agentschap, genaamd het „Uitvoerend Agentschap voor intelligente energie”, voor het beheer van de communautaire maatregelen op het gebied van energie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad (PB L 5 van 9.1.2004, blz. 85).

Besluit 2007/372/EG van de Commissie van 31 mei 2007 tot wijziging van Besluit 2004/20/EG waarbij het Uitvoerend Agentschap voor intelligente energie wordt omgevormd tot het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie (PB L 140 van 1.6.2007, blz. 52).

Besluit C(2007) 3198 van de Commissie van 9 juli 2007 waarbij bevoegdheden aan het Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie worden gedelegeerd met het oog op het verrichten van taken in verband met de tenuitvoerlegging van het programma Intelligente energie — Europa 2003-2006, het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie 2007-2013, het Marco Poloprogramma 2007-2013, met name wat betreft het beheer van de in de EU-begroting opgenomen kredieten.

32 01 05   Ondersteunende uitgaven voor onderzoekswerkzaamheden op het beleidsterrein „Energie”

32 01 05 01   Uitgaven voor onderzoekspersoneel

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 550 000

2 605 583

1 921 483,20

Toelichting

Oude post 06 01 05 01 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

32 01 05 02   Extern personeel voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 000 000

1 256 715

820 747,44

Toelichting

Oude post 06 01 05 02 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

32 01 05 03   Overige beheersuitgaven voor onderzoek

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

960 000

1 086 805

927 023,27

Toelichting

Oude post 06 01 05 03 (ten dele)

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” bij dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

32 01 06   Toelage van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor de werking van het Voorzieningsagentschap

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

0,—

Toelichting

Oud artikel 06 01 06

De uitgaven voor personeel en gebouwen zijn opgenomen in de kredieten van de posten XX 01 01 01 en XX 01 03 01 en de toelage van de Commissie is, samen met de eigen ontvangsten van het Agentschap, bedoeld ter dekking van de uitgaven die door het Agentschap worden gedaan in het kader van de uitoefening van zijn taken.

Tijdens zijn 23e zitting van 1 en 2 februari 1960 stelde de Raad van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie met eenparigheid van stemmen voor dat de Commissie niet alleen de inning van de bijdragen — bestemd voor de beleidsuitgaven van het Voorzieningsagentschap van Euratom —, maar ook de invoering zelf ervan zou uitstellen. Sindsdien wordt in de begroting een subsidie opgenomen die ervoor bestemd is om de raming van ontvangsten en uitgaven van het Voorzieningsagentschap van Euratom in evenwicht te brengen.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name de artikelen 52, 53 en 54.

Referentiebesluiten

Statuut van het Voorzieningsagentschap van Euratom, met name artikel VI.

HOOFDSTUK 32 03 —   TRANS-EUROPESE NETWERKEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 03

TRANS-EUROPESE NETWERKEN

32 03 01

Beëindiging van de financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese energienetwerk

1.1

9 997 879

11 000 000

0,—

12 899 079,57

32 03 02

Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese energienetwerk

1.1

24 150 000

10 473 969

20 760 000

6 500 000

26 048 000,—

2 926 418,65

 

Hoofdstuk 32 03 — Totaal

 

24 150 000

20 471 848

20 760 000

17 500 000

26 048 000,—

15 825 498,22

32 03 01   Beëindiging van de financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese energienetwerk

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

9 997 879

11 000 000

0,—

12 899 079,57

Toelichting

Oud artikel 06 03 02

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen voor het TEN-E-programma.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2236/95 van de Raad van 18 september 1995 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van trans-Europese netwerken (PB L 228 van 23.9.1995, blz. 1).

Beschikking nr. 1364/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 tot opstelling van richtsnoeren voor trans-Europese netwerken in de energiesector en houdende intrekking van de Beschikkingen 96/391/EG en nr. 1229/2003/EG (PB L 262 van 22.9.2006, blz. 1).

32 03 02   Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese energienetwerk

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

24 150 000

10 473 969

20 760 000

6 500 000

26 048 000,00

2 926 418,65

Toelichting

Oud artikel 06 03 04

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van haalbaarheidsstudies op economisch en technisch gebied, voorbereidende studies en evaluaties, rentesubsidies, garanties op leningen of, in naar behoren gemotiveerde gevallen, directe subsidies, voor projecten van gemeenschappelijk belang die in het kader van de in Beschikking nr. 1364/2006/EG vastgestelde richtsnoeren zijn aangewezen.

Het doel van de actie is een bijdrage te leveren tot het concurrentiegericht functioneren van de interne energiemarkt en tot het versterken van de continuïteit van de energievoorziening door de totstandbrenging van de nodige netwerkinfrastructuren, meer bepaald door de realisatie en ontwikkeling van de trans-Europese energienetwerken door de koppeling en interoperabiliteit van de nationale netwerken, alsmede de toegang tot deze netwerken en de uitbreiding ervan tot buiten de Unie te bevorderen.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 1364/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 tot opstelling van richtsnoeren voor trans-Europese netwerken in de energiesector en houdende intrekking van de Beschikkingen 96/391/EG en nr. 1229/2003/EG (PB L 262 van 22.9.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 680/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van de trans-Europese netwerken voor vervoer en energie (PB L 162 van 22.6.2007, blz. 1).

HOOFDSTUK 32 04 —   CONVENTIONELE EN DUURZAME ENERGIEBRONNEN

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 04

CONVENTIONELE EN DUURZAME ENERGIEBRONNEN

32 04 01

Afronding van het programma „Intelligente energie — Europa” (2003-2006)

1.1

4 570 459

15 000 000

14 171,99

31 780 212,98

32 04 02

Afronding van het programma „Intelligente energie — Europa” (2003-2006), extern gedeelte — Coopener

4

95 218

1 000 000

0,—

1 698 939,57

32 04 03

Ondersteunende activiteiten in het kader van het Europese energiebeleid en de interne energiemarkt

1.1

3 000 000

3 332 626

4 000 000

4 300 000

3 315 271,15

1 430 341,—

32 04 04

Afronding van het kaderprogramma „Energie” (1999-2002) — Conventionele en duurzame energie

1.1

p.m.

p.m.

0,—

0,—

32 04 05

Europees strategisch plan voor energietechnologie (SET-plan)

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

32 04 06

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa”

1.1

114 499 000

39 039 339

103 561 700

43 270 000

94 182 271,76

26 947 296,68

32 04 07

Proefproject — Continuïteit van de energievoorziening — Biobrandstoffen

1.1

p.m.

1 500 000

p.m.

1 500 000

0,—

1 500 000,—

32 04 08

Proefproject — Portplus — Plan voor duurzame energie voor havens

1.1

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

32 04 09

Voorbereidende actie — Investeringsfonds voor hernieuwbare energie en bioraffinaderijen uit afval en residuen

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

1 500 000

0,—

0,—

32 04 10

Europees Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators

32 04 10 01

Europees Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators — Bijdrage aan titels 1 en 2

1.1

4 017 000

4 017 000

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

 

2 000 000

2 000 000

 

 

 

 

4 017 000

4 017 000

2 000 000

2 000 000

0,—

0,—

32 04 10 02

Europees Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators — Bijdrage aan titel 3

1.1

983 000

983 000

p.m.

p.m.

0,—

0,—

 

Artikel 32 04 10 — Subtotaal

 

5 000 000

5 000 000

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

 

2 000 000

2 000 000

 

 

 

 

5 000 000

5 000 000

2 000 000

2 000 000

0,—

0,—

32 04 11

Energiegemeenschap

4

2 939 003

2 798 457

3 188 250

3 188 250

2 940 000,—

2 940 000,—

32 04 12

Proefproject — Europees kaderprogramma voor de ontwikkeling en uitwisseling van ervaringen met duurzame stadsontwikkeling

1.1

p.m.

300 000

p.m.

450 000

0,—

750 000,—

32 04 13

Voorbereidende actie — Europese eilanden voor een gemeenschappelijk energiebeleid

1.1

p.m.

500 000

p.m.

500 000

0,—

0,—

32 04 14

Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel

32 04 14 01

Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Energienetwerken

1.1

p.m.

732 955 589

1 175 300 000

524 146 000

1 188 815 000,—

0,—

32 04 14 02

Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Koolstofvastlegging en -opslag (CCS)

1.1

p.m.

247 566 539

523 200 000

249 153 000

526 585 000,—

0,—

32 04 14 03

Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Europees netwerk voor offshore-windenergie

1.1

p.m.

42 848 055

280 900 000

186 691 460

284 100 000,—

0,—

32 04 14 04

Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Energie-efficiëntie en hernieuwbare energiebronnen

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

 

Artikel 32 04 14 — Subtotaal

 

p.m.

1 023 370 183

1 979 400 000

959 990 460

1 999 500 000,—

0,—

32 04 15

Proefprojecten op het gebied van de terugwinning van afval en het gebruik ervan voor schone energie

1.1

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

32 04 16

Veiligheid van energie-installaties en -infrastructuur

1.1

250 000

476 089

400 000

900 000

201 550,—

90 000,—

 

Hoofdstuk 32 04 — Totaal

 

125 688 003

1 080 982 371

2 093 049 950

1 034 098 710

2 100 153 264,90

67 136 790,23

Reserves (40 02 41)

 

 

 

2 000 000

2 000 000

 

 

 

 

125 688 003

1 080 982 371

2 095 049 950

1 036 098 710

2 100 153 264,90

67 136 790,23

32 04 01   Afronding van het programma „Intelligente energie — Europa” (2003-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

4 570 459

15 000 000

14 171,99

31 780 212,98

Toelichting

Oud artikel 06 04 01

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen voor het programma „Intelligente energie — Europa” (2003-2006).

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Eventuele inkomsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten of eventuele potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 1230/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 tot vaststelling van een meerjarenprogramma voor acties op energiegebied: „Intelligente energie — Europa” (2003-2006) (PB L 176 van 15.7.2003, blz. 29).

32 04 02   Afronding van het programma „Intelligente energie — Europa” (2003-2006), extern gedeelte — Coopener

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

95 218

1 000 000

0,—

1 698 939,57

Toelichting

Oud artikel 06 04 02

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen voor Coopener, het externe gedeelte van het programma „Intelligente energie — Europa”.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Eventuele inkomsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten of eventuele potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Beschikking nr. 1230/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 tot vaststelling van een meerjarenprogramma voor acties op energiegebied: „Intelligente energie — Europa” (2003-2006) (PB L 176 van 15.7.2003, blz. 29).

Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41).

32 04 03   Ondersteunende activiteiten in het kader van het Europese energiebeleid en de interne energiemarkt

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 000 000

3 332 626

4 000 000

4 300 000

3 315 271,15

1 430 341,00

Toelichting

Oud artikel 06 04 03

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van de Commissie voor de verzameling en verwerking van alle mogelijke gegevens met het oog op de analyse, de vaststelling, de bevordering, de follow-up, de evaluatie en de tenuitvoerlegging van een concurrerend veilig en duurzaam Europees energiebeleid, van de interne energiemarkt en de uitbreiding daarvan met derde landen, van alle aspecten inzake de continuïteit van de energievoorziening vanuit een Europees en mondiaal perspectief alsmede de versterking en bescherming van de rechten van de energiegebruikers door het aanbieden van kwaliteitsdiensten tegen transparante en vergelijkbare prijzen.

De belangrijkste doelstellingen zijn de geleidelijke ontwikkeling van een gemeenschappelijk Europees beleid om de continuïteit van de energievoorziening te verzekeren en te zorgen voor de goede werking van de interne energiemarkt en toegang tot de netwerken voor het vervoer van energie, voor de monitoring van de energiemarkt, de analyse van modellen met scenario’s inzake de effecten van beleidsopties, de versterking van de rechten en de bescherming van energiegebruikers op basis van algemene en specifieke kennis van de mondiale en Europese markten voor de diverse soorten energie.

Dit krediet dient eveneens voor de financiering van de uitgaven van deskundigen die rechtstreeks verband houden met de verzameling, validering en analyse van de nodige informatie over de monitoring van de energiemarkt („peer review”).

Rechtsgronden

Richtlijn 2004/67/EG van de Raad van 26 april 2004 betreffende maatregelen tot veiligstelling van de aardgasvoorziening (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 92).

Besluit nr. 1673/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 betreffende de financiering van de Europese normalisatie (PB L 315 van 15.11.2006, blz. 9).

Verordening (EG) nr. 714/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1228/2003 (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 15).

Verordening (EG) nr. 715/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de voorwaarden voor de toegang tot aardgastransmissienetten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1775/2005 (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 36).

Richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van Richtlijn 2003/54/EG (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 55).

Richtlijn 2009/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en tot intrekking van Richtlijn 2003/55/EG (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 94).

Verordening (EU) nr. 994/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 betreffende maatregelen tot veiligstelling van de gaslevering en houdende intrekking van Richtlijn 2004/67/EG (PB L 295 van 12.11.2010, blz. 1).

32 04 04   Afronding van het kaderprogramma „Energie” (1999-2002) — Conventionele en duurzame energie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Oud artikel 06 04 04

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van de vastleggingen die met betrekking tot de vastgestelde verordeningen en beschikkingen zijn gedaan.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig het artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Beschikking 91/565/EEG van de Raad van 29 oktober 1991 betreffende de bevordering van energie-efficiëntie in de Gemeenschap (SAVE-programma) (PB L 307 van 8.11.1991, blz. 34).

Beschikking 1999/21/EG, Euratom van de Raad van 14 december 1998 tot vaststelling van een meerjarenkaderprogramma voor acties in de energiesector (1998-2002) en begeleidende maatregelen (PB L 7 van 13.1.1999, blz. 16).

Beschikking 1999/22/EG van de Raad van 14 december 1998 tot vaststelling van een meerjarenprogramma voor studies, analysen, prognoses en andere verwante werkzaamheden in de energiesector (1998-2002) (PB L 7 van 13.1.1999, blz. 20).

Beschikking 1999/23/EG van de Raad van 14 december 1998 tot vaststelling van een meerjarenprogramma ter bevordering van de internationale samenwerking in de energiesector (1998-2002) (PB L 7 van 13.1.1999, blz. 23).

Beschikking 1999/24/EG van de Raad van 14 december 1998 tot vaststelling van een meerjarenprogramma van technologische acties ter stimulering van een schoon en efficiënt gebruik van vaste brandstoffen (1998-2002) (PB L 7 van 13.1.1999, blz. 28).

Beschikking nr. 646/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 februari 2000 tot vaststelling van een meerjarenprogramma ter bevordering van duurzame energiebronnen in de Gemeenschap (Altener) (1998-2002) (PB L 79 van 30.3.2000, blz. 1).

Beschikking nr. 647/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 februari 2000 tot vaststelling van een meerjarenprogramma ter bevordering van de energie-efficiëntie (SAVE) (1998-2002) (PB L 79 van 30.3.2000, blz. 6).

Besluit 2001/353/EG van de Raad van 9 april 2001 tot vaststelling van de nieuwe richtsnoeren die gelden voor acties en maatregelen die genomen zullen worden krachtens het meerjarenprogramma ter bevordering van de internationale samenwerking in de energiesector (1998-2002), voortvloeiend uit het meerjarenkaderprogramma voor acties in de energiesector en begeleidende maatregelen (PB L 125 van 5.5.2001, blz. 24).

32 04 05   Europees strategisch plan voor energietechnologie (SET-plan)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Oud artikel 06 04 05

Dit krediet dient ter financiering van het Europees strategisch plan voor energietechnologie (SET-plan), zoals aangekondigd in de mededeling van de Commissie met als titel „Een Europees strategisch plan voor energietechnologie (SET-plan): Naar een koolstofarme toekomst” (COM(2007) 723 definitief). Dit krediet dient in het bijzonder ter financiering van koolstofarme energietechnologieën in de onderzoeks-, ontwikkelings-, demonstratie- en commercialiseringsfase.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 22 november 2007 — Een Europees strategisch plan voor energietechnologie (SET-plan) — „Naar een koolstofarme toekomst” (COM(2007)0723).

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 7 oktober 2009 — Investeren in de ontwikkeling van koolstofarme technologieën (SET-Plan) (COM(2009) 519 definitief).

32 04 06   Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa”

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

114 499 000

39 039 339

103 561 700

43 270 000

94 182 271,76

26 947 296,68

Toelichting

Oud artikel 06 04 06

Dit krediet dient ter financiering van de volgende acties of maatregelen:

stimulerings- en verspreidingsprojecten:

strategische studies op basis van gemeenschappelijke analyses en regelmatig toezicht op de marktontwikkelingen en energietrends met het oog op de opstelling van toekomstige wetgevingsmaatregelen of de herziening van bestaande wetgeving, ook ten aanzien van de werking van de interne energiemarkt, de uitvoering van de middellange- en langetermijnstrategie voor energie ter bevordering van duurzame ontwikkeling, de opstelling van langlopende vrijwillige overeenkomsten met het bedrijfsleven en andere belanghebbenden en de ontwikkeling van normen, etiketterings- en certificatiesystemen, in voorkomend geval ook in samenwerking met derde landen en internationale organisaties;

het opzetten, versterken of reorganiseren van structuren en instrumenten voor de ontwikkeling van duurzame energie, inclusief het energiebeheer en energiebezuinigingsmaatregelen op lokaal en regionaal niveau en de ontwikkeling van adequate financiële producten en marktinstrumenten; voortbouwen op de ervaringen met vroegere en huidige netwerken;

bevordering van systemen en apparatuur op het gebied van duurzame energie, teneinde de marktpenetratie ervan verder te versnellen en investeringen te stimuleren die de overgang van demonstratie naar commerciële exploitatie van beter presterende technologieën vergemakkelijken, bewustmakingsacties en het zorgen voor de nodige bevoegdheden van de instellingen;

ontwikkeling van informatie-, onderwijs- en opleidingsstructuren, benutting van resultaten, bevordering en verspreiding van knowhow en beste praktijken onder alle consumenten, verspreiding van de resultaten van acties en projecten en samenwerking met de lidstaten via operationele netwerken;

bewaking van de tenuitvoerlegging en het effect van de wetgevende en ondersteunende maatregelen van de Unie;

markttoepassingsprojecten:

steun voor projecten in verband met de eerste markttoepassing van voor de Unie relevante innovatieve technieken, procedés, producten of praktijken die reeds met succes technisch zijn gedemonstreerd. Deze projecten zijn erop gericht een grootschaliger gebruik daarvan in de deelnemende landen te bevorderen en de penetratie op de markt te vergemakkelijken.

Bij de onder dit artikel opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Eventuele inkomsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten of eventuele potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden opgevoerd onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Ontvangsten die voortvloeien uit de bijdragen van derden en die zijn geboekt op post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten die op deze post dienen te worden geboekt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15).

32 04 07   Proefproject — Continuïteit van de energievoorziening — Biobrandstoffen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 500 000

p.m.

1 500 000

0,—

1 500 000,00

Toelichting

Oud artikel 06 04 07

Dit krediet dient ter financiering van acties of maatregelen op het gebied van de continuïteit van de energievoorziening ter bevordering van de zelfvoorziening van de Unie in hernieuwbare energiebronnen, onder meer biobrandstoffen uit afval en residuen.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

32 04 08   Proefproject — Portplus — Plan voor duurzame energie voor havens

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 500 000

1 500 000

 

 

Toelichting

Oud artikel 06 04 08

Doel van het proefproject is:

het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, vooral voor eigen gebruik, te bevorderen;

de energie-efficiëntie te bevorderen via doelgerichte interventies in de havenstructuren en -gebouwen;

aan particuliere havenbedrijven een concreet instrument te bieden om te investeren in technologieën die energiebesparing waarborgen.

Het project is in de eerste plaats bestemd voor de bevoegde havenautoriteiten, die hiermee de nodige instrumenten krijgen om interventies in hun haven te verwezenlijken, ook via particuliere bedrijven die in de haven werken.

Het project heeft tot doel:

het regelgevingskader en de verbanden met de planningsinstrumenten voor havens te definiëren;

het milieukader en de milieuvoetafdruk te bepalen;

een kader voor energiebesparing in gebouwen (in kaart brengen van directe metingen van gebouwen, suprastructuren en installaties);

richtsnoeren op te stellen voor energieproductie uit hernieuwbare energiebronnen en verbetering van de energie-efficiëntie;

de exploitanten van het havengebied bewust te maken van de economische en ecologische voordelen van een intelligent energiebeheer en van de geboden kansen, en hoe dat kan worden bereikt.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 tot vaststelling van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

32 04 09   Voorbereidende actie — Investeringsfonds voor hernieuwbare energie en bioraffinaderijen uit afval en residuen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

1 500 000

0,—

0,—

Toelichting

Oud artikel 06 04 09

Dit krediet dient ter dekking van voorbereidende maatregelen voor:

de financiering van innoverende projecten op het gebied van hernieuwbare energie en chemicaliën. Zowel kleine als grote bedrijven moeten in aanmerking komen voor subsidies;

doel van deze financiering is bedrijven stimuleren om te investeren in baanbrekende projecten op het gebied van hernieuwbare energie, die i) de economie van de Unie helpen de doelstellingen van het Kyotoprotocol te halen, ii) de Unie minder afhankelijk maken van invoer uit derde landen, iii) de Unie een leiderspositie bezorgen in deze sector (overeenkomstig de doelstellingen van de Europa 2020-strategie) en iv) een rendabele markt voor landbouwproducten tot stand brengen;

de middelen die worden uitgetrokken voor onderzoek, ontwikkeling en de commercialisering van innoverende projecten op het gebied van hernieuwbare energie en chemicaliën in de Unie worden beheerd door het Europees investeringsfonds (EIF) of de Europese Investeringsbank (EIB), via de traditionele investeringskanalen:

beleggingen in aandelen (beleggingen samen met andere beleggingen in aandelen zoals durfkapitaal),

het fonds voor overdracht van technologie (onderzoek op de markt brengen),

en/of technische bijstand, dan wel een combinatie van bovenstaande mogelijkheden.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

32 04 10   Europees Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators

32 04 10 01   Europees Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators — Bijdrage aan titels 1 en 2

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 04 10 01

4 017 000

4 017 000

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Reserves (40 02 41)

 

 

2 000 000

2 000 000

 

 

Totaal

4 017 000

4 017 000

2 000 000

2 000 000

0,—

0,—

Toelichting

Oude post 06 04 10 01

Dit krediet dient ter dekking van de administratieve en personeelsuitgaven van het Agentschap (titels 1 en 2).

Het Agentschap moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De personeelsformatie van het Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators is opgenomen in de „Lijst van het aantal ambten” van afdeling III — Commissie (volume 3).

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot oprichting van een Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 1).

32 04 10 02   Europees Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators — Bijdrage aan titel 3

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

983 000

983 000

p.m.

p.m.

0,—

0,—

Toelichting

Oude post 06 04 10 02

Dit krediet dient enkel ter dekking van de beleidsuitgaven van het Agentschap met betrekking tot het werkprogramma (titel 3).

Het Agentschap moet de begrotingsautoriteit in kennis stellen van elke overdracht van kredieten tussen administratieve en beleidsuitgaven.

Indien het Agentschap hierom verzoekt, stelt de Commissie de begrotingsautoriteit in kennis van elke overschrijving tussen administratieve en beleidskredieten.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

De bedragen die overeenkomstig artikel 16 van de financiële kaderregeling voor de in artikel 185 van het Financieel Reglement bedoelde organen worden terugbetaald, vormen bestemmingsontvangsten (artikel 18, lid 1, onder f), van het Financieel Reglement) die ten laste moeten worden gebracht van post 6 6 0 0 van de algemene staat van ontvangsten.

De bijdrage van de Europese Unie voor 2011 bedraagt in totaal 5 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot oprichting van een Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 1).

32 04 11   Energiegemeenschap

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 939 003

2 798 457

3 188 250

3 188 250

2 940 000,00

2 940 000,00

Toelichting

Oud artikel 06 04 11

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van de Europese Unie aan de begroting van de Energiegemeenschap. Dit krediet heeft betrekking op personeels-, administratieve en beleidsuitgaven.

De bijdrage van de Europese Unie voor 2011 bedraagt in totaal 3 315 780 EUR. Aan het op de begroting opgevoerde bedrag van 2 939 003 EUR is een bedrag van 376 777 EUR afkomstig van de terugvordering van voorschotten toegevoegd.

Rechtsgronden

Besluit nr. 2006/500/EG van de Raad van 29 mei 2006 betreffende de sluiting van het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap door de Europese Gemeenschap (PB L 198 van 20.7.2006, blz. 15).

32 04 12   Proefproject — Europees kaderprogramma voor de ontwikkeling en uitwisseling van ervaringen met duurzame stadsontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

300 000

p.m.

450 000

0,—

750 000,00

Toelichting

Oud artikel 06 04 12

Dit krediet dient ter verstrekking van medefinanciering voor onder meer:

het Europees Kennisplatform;

de uitwisseling van ervaringen en beste praktijken betreffende de planning van duurzaam stadsvervoer;

de ontwikkeling en uitwisseling van beste praktijken betreffende de planning van duurzaam stadsbeheer, waaronder maatregelen ter beperking van milieurisico's en ter bestrijding van klimaatverandering;

de uitwisseling van ervaringen en beste praktijken betreffende duurzame bouw, duurzame stedenbouwkundige ontwerpen en biodiversiteit;

bewustwordingsacties.

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

32 04 13   Voorbereidende actie — Europese eilanden voor een gemeenschappelijk energiebeleid

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

500 000

p.m.

500 000

0,—

0,—

Toelichting

Oud artikel 06 04 13

Met het oog op het bereiken van de doelstelling van 20 % aan hernieuwbare bronnen in de totale energiemix van de Unie tegen 2020 (het huidige doel is 12 % voor 2010), gepresenteerd door de Commissie in haar mededeling van 10 januari 2007 over een energiebeleid voor Europa (COM(2007) 1 defintief), dient deze voorbereidende actie ter financiering van:

projecten voor de ontwikkeling van geïntegreerde energiesystemen (zee, wind, zon, biomassa en biogas), aangepast aan de klimatologische en specifieke socio-economische omstandigheden van eilandgemeenschappen, waaronder hybridesystemen en ontziltingssystemen;

projecten ter beoordeling van de sociale en economische effecten van verdergaande toepassing van hernieuwbare energiebronnen en maatregelen inzake energie-efficiëntie voor de lokale eilandgemeenschappen (wat betreft economische ontwikkeling, werkgelegenheid, aanwezigheid van jongeren in eilandgemeenschappen enz.);

initiatieven inzake energietechnologie die passen bij de eilandgemeenschappen, ter bevordering van onderzoeksprojecten betreffende hernieuwbare energie en energie-efficiënte technologieën, ter maximalisatie van het gebruik van hernieuwbare energie en ter aanpassing aan de lokale omstandigheden;

projecten ter ontwikkeling van efficiënte en milieuvriendelijke manieren om deze energie naar het vasteland te transporteren, inclusief de koppeling van elektriciteitsnetwerken van afgelegen eilanden aan de netwerken van het vasteland;

uitwisseling van beste praktijken tussen insulaire regio's in Europa.

Rechtsgronden

Voorbereidende actie in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

32 04 14   Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel

32 04 14 01   Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Energienetwerken

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

732 955 589

1 175 300 000

524 146 000

1 188 815 000,00

0,—

Toelichting

Oude post 06 04 14 01

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van gas- en elektriciteitsinfrastructuurprojecten met de hoogste toegevoegde waarde voor de Unie.

Het zal worden aangewend voor de aanpassing en ontwikkeling van de energienetten die van bijzonder belang zijn voor de Unie, om de werking van de interne energiemarkt te ondersteunen en, in het bijzonder, om de interconnectiecapaciteit, de continuïteit en de diversificatie van de energievoorziening te verbeteren en ecologische, technische en financiële hindernissen te overwinnen. Speciale steun van de Unie is nodig om energienetwerken intensiever te ontwikkelen en de totstandbrenging ervan te versnellen, met name in gebieden met een geringe diversiteit aan aanvoerroutes en voorzieningsbronnen.

Dit krediet zal tevens worden aangewend om de aansluiting en integratie van hernieuwbare energiebronnen te bevorderen en de economische en sociale cohesie met de minder ontwikkelde en insulaire gebieden in de Unie te versterken.

Het is bedoeld om de financiering te dekken van de tweede fase van het economisch herstelplan dat op 2 april 2009 door de twee takken van de begrotingsautoriteit is overeengekomen. De financiering hiervan is afhankelijk van een akkoord van de begrotingsautoriteit en moet worden verstrekt overeenkomstig de punten 21, 22 en 23 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer, waarbij de financiële enveloppen van de programma’s waarover via de medebeslissingsprocedure wordt beslist en de prioriteiten van het Europees Parlement onverlet moeten worden gelaten.

Indien het jaarverslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de uitvoering van het economisch herstelplan serieuze risico's aan het licht brengt voor de uitvoering van de prioritaire projecten, beveelt de Commissie maatregelen aan om deze risico's weg te nemen, en dient zij desgevallend, en in overeenstemming met het economisch herstelplan, aanvullende voorstellen in voor de projecten waar in Verordening (EG) nr. 663/2009 reeds naar wordt verwezen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 663/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 houdende vaststelling van een programma om het economisch herstel te bevorderen via financiële bijstand van de Gemeenschap aan projecten op het gebied van energie (PB L 200 van 31.7.2009, blz. 31).

32 04 14 02   Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Koolstofvastlegging en -opslag (CCS)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

247 566 539

523 200 000

249 153 000

526 585 000,00

0,—

Toelichting

Oude post 06 04 14 02

De kredieten hebben tot doel projecten te bevorderen voor het afvangen van de door industriële installaties uitgestoten kooldioxide (CO2), het transporteren ervan naar een opslaglocatie en het injecteren in een geschikte ondergrondse geologische formatie met het oog op permanente opslag.

Dit krediet is bedoeld om de financiering te dekken van de tweede fase van het economisch herstelplan dat op 2 april 2009 door de twee takken van de begrotingsautoriteit is overeengekomen. De financiering hiervan is afhankelijk van een akkoord van de begrotingsautoriteit en moet worden verstrekt overeenkomstig de punten 21, 22 en 23 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer, waarbij de financiële enveloppen van de programma’s waarover via de medebeslissingsprocedure wordt beslist en de prioriteiten van het Europees Parlement onverlet moeten worden gelaten.

Indien het jaarverslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de uitvoering van het economisch herstelplan serieuze risico's aan het licht brengt voor de uitvoering van de prioritaire projecten, beveelt de Commissie maatregelen aan om deze risico's weg te nemen, en dient zij desgevallend, en in overeenstemming met het economisch herstelplan, aanvullende voorstellen in voor de projecten waar in Verordening (EG) nr. 663/2009 reeds naar wordt verwezen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 663/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 houdende vaststelling van een programma om het economisch herstel te bevorderen via financiële bijstand van de Gemeenschap aan projecten op het gebied van energie (PB L 200 van 31.7.2009, blz. 31).

32 04 14 03   Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Europees netwerk voor offshore-windenergie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

42 848 055

280 900 000

186 691 460

284 100 000,00

0,—

Toelichting

Oude post 06 04 14 03

Dit kredieten heeft tot doel projecten te ondersteunen die gericht zijn op de ontwikkeling van het netwerk voor offshore-windenergie van de Unie, waarbij de aandacht in het bijzonder wordt toegespitst op:

het balanceren van de veranderlijkheid van windelektriciteit door integratiesystemen;

systemen voor opslag op grote schaal;

het beheer van windmolenparken als virtuele elektriciteitscentrales (meer dan 1 GW);

turbines die verder van de kust of in diepere wateren worden geplaatst (20 tot 50 m) dan momenteel gebruikelijk is;

nieuwe substructuurontwerpen,

de innovatieve kenmerken van het project en de mate waarin het aantoonbaar zal bijdragen tot de tenuitvoerlegging van die kenmerken;

processen voor de assemblage, de installatie, het gebruik en de buitengebruikstelling van windturbines en het testen van die processen in projecten op ware grootte.

Dit krediet is bedoeld om de financiering te dekken van de tweede fase van het economisch herstelplan dat op 2 april 2009 door de twee takken van de begrotingsautoriteit is overeengekomen. De financiering hiervan is afhankelijk van een akkoord van de begrotingsautoriteit en moet worden verstrekt overeenkomstig de punten 21, 22 en 23 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer, waarbij de financiële enveloppen van de programma’s waarover via de medebeslissingsprocedure wordt beslist en de prioriteiten van het Europees Parlement onverlet moeten worden gelaten.

Indien het jaarverslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de uitvoering van het economisch herstelplan serieuze risico's aan het licht brengt voor de uitvoering van de prioritaire projecten, beveelt de Commissie maatregelen aan om deze risico's weg te nemen, en dient zij desgevallend, en in overeenstemming met het economisch herstelplan, aanvullende voorstellen in voor de projecten waar in Verordening (EG) nr. 663/2009 reeds naar wordt verwezen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 663/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 houdende vaststelling van een programma om het economisch herstel te bevorderen via financiële bijstand van de Gemeenschap aan projecten op het gebied van energie (PB L 200 van 31.7.2009, blz. 31).

32 04 14 04   Energieprojecten ter ondersteuning van het economisch herstel — Energie-efficiëntie en hernieuwbare energiebronnen

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 663/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 houdende vaststelling van een programma om het economisch herstel te bevorderen via financiële bijstand van de Gemeenschap aan projecten op het gebied van energie (PB L 200 van 31.7.2009, blz. 31).

32 04 15   Proefprojecten op het gebied van de terugwinning van afval en het gebruik ervan voor schone energie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

1 000 000

1 000 000

 

 

Toelichting

Oud artikel 06 04 15

De proefprojecten betreffen het gebruik van huishoudelijk afval dat is gestort/opgeslagen op stortplaatsen.

Opgeslagen afval kan worden opgegraven en met behulp van nieuwe technologie worden gerecycleerd en hergebruikt. Het niet-bruikbare deel dat overblijft wordt gebruikt voor de productie van duurzame energie (elektriciteit en warmte).

Na deze schoonmaakoperatie kunnen voormalige stortplaatsen opnieuw voor andere doeleinden worden gebruikt (natuur, economische bedrijvigheid).

Rechtsgronden

Proefproject in de zin van artikel 49, lid 6, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

32 04 16   Veiligheid van energie-installaties en -infrastructuur

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

250 000

476 089

400 000

900 000

201 550,00

90 000,00

Toelichting

Oud artikel 06 07 04

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van de Commissie voor de verzameling en verwerking van alle mogelijke gegevens met het oog op de analyse, de vaststelling, de bevordering, de follow-up, de evaluatie en de tenuitvoerlegging van de maatregelen en regels die noodzakelijk zijn voor de verhoging van de continuïteit van de veiligheid in de energiesector, technische assistentie en specifieke opleiding.

De belangrijkste doelstellingen zijn de ontwikkeling en toepassing van veiligheidsregels in de energiesector en met name:

maatregelen ter voorkoming van kwaad opzet in de energiesector, met bijzondere aandacht voor de installaties en infrastructuur van het Europese systeem voor de energieproductie en -transport;

harmonisatie van de wetgevingen en de technische normen alsook van de administratieve controlepraktijken met het oog op het waarborgen van de continuïteit van de energievoorziening;

vaststelling van gemeenschappelijke indicatoren, methoden en doelstellingen met betrekking tot de veiligheidsdoelstellingen in de energiesector en de verzameling van de gegevens die daarvoor nodig zijn;

monitoring van de maatregelen inzake de continuïteit van de energievoorziening die worden genomen door de betrokken nationale autoriteiten, exploitanten en andere belangrijke actoren;

internationale coördinatie op het gebied van de continuïteit van de energievoorziening, ook met buurlanden waar energie wordt geproduceerd of die als doorvoerland fungeren, en andere partners op wereldschaal;

bevordering van technologische ontwikkelingen inzake de continuïteit van de energievoorziening.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit de institutionele prerogatieven van de Commissie, in de zin van artikel 49, lid 6, van het Financieel Reglement.

HOOFDSTUK 32 05 —   KERNENERGIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 05

KERNENERGIE

32 05 01

Nucleaire veiligheidscontrole

1.1

20 378 000

17 139 222

20 500 000

19 500 000

19 610 012,40

17 477 114,10

32 05 02

Nucleaire veiligheid en bescherming tegen straling

1.1

2 200 000

1 904 358

2 000 000

1 950 000

2 368 336,77

1 142 193,40

32 05 03

Nucleaire veiligheid — Overgangsmaatregelen (ontmanteling)

1.1

258 000 000

190 435 799

180 000 000

220 000 000

255 000 000,—

109 983 109,67

Reserves (40 02 41)

 

 

 

75 000 000

 

 

 

 

 

258 000 000

190 435 799

255 000 000

220 000 000

255 000 000,—

109 983 109,67

 

Hoofdstuk 32 05 — Totaal

 

280 578 000

209 479 379

202 500 000

241 450 000

276 978 349,17

128 602 417,17

Reserves (40 02 41)

 

 

 

75 000 000

 

 

 

 

 

280 578 000

209 479 379

277 500 000

241 450 000

276 978 349,17

128 602 417,17

32 05 01   Nucleaire veiligheidscontrole

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

20 378 000

17 139 222

20 500 000

19 500 000

19 610 012,40

17 477 114,10

Toelichting

Oud artikel 06 05 01

Dit krediet dient ter financiering van met name de volgende activiteiten:

dienstreizen van inspecteurs (dagvergoedingen en reiskosten) die overeenkomstig vooraf vastgestelde halfjaarlijkse programma’s worden uitgevoerd;

opleiding van inspecteurs;

aankoop van bij de inspecties te gebruiken apparatuur, meer bepaald aankoop van controleapparatuur, en met name digitale videosystemen, apparatuur voor gamma-, neutronen- en infraroodmeting, elektronische zegels en uitleesapparatuur;

aanschaf en vernieuwing van informaticamaterieel voor inspecties;

specifieke informaticaprojecten in verband met inspecties (ontwikkeling en onderhoud);

vervanging van afgedankte meet- en controleapparatuur;

onderhoud van de apparatuur, waaronder begrepen de verzekeringen (specifieke apparatuur in de installaties Canberra, Ametek, Fork, GBNS);

technische infrastructuurwerkzaamheden, waaronder begrepen afvalbeheer en vervoer van monsters;

analysewerkzaamheden in situ (arbeids- en dienstreiskosten van analisten);

overeenkomsten over de werkruimte in situ (laboratoria, kantoren);

dagelijks beheer van installaties in situ en laboratoria van de centrale dienst (herstel, onderhoud, IT-apparatuur, aankoop klein materieel, verbruiksgoederen enz.);

IT-ondersteuning en -tests voor toepassingen in verband met inspecties.

Het dient voorts ter dekking van een voorschot ten belope van 91 000 EUR ten gunste van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (IAEA). Ontvangsten afkomstig van de terugbetaling door de IAEA van dit bedrag, die ingeschreven zijn in artikel 6 1 6 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder g), van het Financieel Reglement.

Overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement geven eveneens aanleiding tot de opvoering van extra kredieten:

verzekeringsuitkeringen;

terugbetalingen van bedragen die ten onrechte zijn betaald voor de levering van goederen, werkzaamheden of diensten in opdracht van de Commissie.

Rechtsgronden

Verordening (Euratom) nr. 302/2005 van de Commissie van 8 februari 2005 betreffende de toepassing van de veiligheidscontrole van Euratom (PB L 54 van 28.2.2005, blz. 1).

Taak die voortvloeit uit de specifieke bevoegdheden die krachtens hoofdstuk 7 van titel II en artikel 174 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie rechtstreeks aan de Commissie worden toegekend.

Referentiebesluiten

Tripartiete overeenkomst tussen de Gemeenschap, de lidstaten zonder kernwapens en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie.

Tripartiete overeenkomst tussen de Gemeenschap, het Verenigd Koninkrijk en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie.

Tripartiete overeenkomst tussen de Gemeenschap, Frankrijk en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie.

Samenwerkingsovereenkomsten tussen de Gemeenschap en derde landen, zoals de Verenigde Staten van Amerika, Canada en Australië.

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 24 maart 1992 inzake een beschikking van de Commissie over de inrichting van in-situlaboratoria voor verificatieanalysen van controlemonsters (SEC(1992) 515 definitief).

32 05 02   Nucleaire veiligheid en bescherming tegen straling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

2 200 000

1 904 358

2 000 000

1 950 000

2 368 336,77

1 142 193,40

Toelichting

Oud artikel 06 05 02

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven van de Commissie voor de verzameling en verwerking van alle mogelijke gegevens met het oog op de analyse, de vaststelling, de bevordering, de follow-up, de evaluatie en de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijke beleid inzake nucleaire veiligheid en beveiliging, met name in de nieuwe lidstaten, en de maatregelen en regelgeving op het gebied van de stralingsbescherming;

de uitgaven in verband met maatregelen en acties voor bewaking van en bescherming tegen de effecten van ioniserende straling en met het oog op de bescherming van de volksgezondheid en het milieu tegen stralingsgevaar en de aan radioactieve stoffen verbonden risico's. Deze acties hebben betrekking op specifieke taken waarin het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voorziet;

de uitgaven in verband met de oprichting en functionering van een korps inspecteurs voor het toezicht op de bescherming tegen ioniserende straling in de lidstaten. Deze kosten omvatten, buiten de dagvergoedingen en reiskosten (dienstreizen), de kosten van opleidingen, voorbereidende vergaderingen en het voor de inspecties benodigde materieel.

Rechtsgronden

Taak die voortvloeit uit de specifieke bevoegdheden die krachtens hoofdstuk 3 van titel II en artikel 174 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie rechtstreeks aan de Commissie worden toegekend.

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name artikel 31(verzameling van gegevens en voorbereiding van nieuwe wetgeving ter aanvulling van de basisnormen).

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, met name artikel 33 (tenuitvoerlegging van richtlijnen, met name op medisch gebied (gebied C): Richtlijn 96/29/Euratom van de Raad van 13 mei 1996 tot vaststelling van de basisnormen voor de bescherming van de gezondheid der bevolking en der werkers tegen de aan ioniserende straling verbonden gevaren (PB L 159 van 29.6.1996, blz. 1), Richtlijn 97/43/Euratom van de Raad van 30 juni 1997 betreffende de bescherming van personen tegen de gevaren van ioniserende straling in verband met medische blootstelling en tot intrekking van Richtlijn 84/466/Euratom (PB L 180 van 9.7.1997, blz. 22), en Richtlijn 2003/122/Euratom van de Raad van 22 december 2003 inzake de controle op hoogactieve ingekapselde radioactieve bronnen en weesbronnen (PB L 346 van 31.12.2003, blz. 57)).

Richtlijn 2009/71/Euratom van de Raad van 25 juni 2009 tot vaststelling van een communautair kader voor de nucleaire veiligheid van kerninstallaties (PB L 172 van 2.7.2009, blz. 18).

Uitvoering van de verplichtingen die de Commissie zijn opgelegd bij de volgende specifieke wetgeving:

Beschikking 87/600/Euratom van de Raad van 14 december 1987 inzake communautaire regelingen voor snelle uitwisseling van informatie in geval van stralingsgevaar (PB L 371 van 30.12.1987, blz. 76);

Verordening (EEG) nr. 733/2008 van de Raad van 15 juli 2008 betreffende de voorwaarden voor de invoer van landbouwproducten van oorsprong uit derde landen ingevolge het ongeluk in de kerncentrale van Tsjernobyl (gecodificeerde versie) (PB L 201 van 30.7.2008, blz. 1);

tenuitvoerlegging van artikel 35, lid 2, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie: verificatie van de controle op de radioactiviteit in het milieu.

32 05 03   Nucleaire veiligheid — Overgangsmaatregelen (ontmanteling)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 05 03

258 000 000

190 435 799

180 000 000

220 000 000

255 000 000,00

109 983 109,67

Reserves (40 02 41)

 

 

75 000 000

 

 

 

Totaal

258 000 000

190 435 799

255 000 000

220 000 000

255 000 000,—

109 983 109,67

Toelichting

Oud artikel 06 05 05

Dit krediet is bestemd ter financiering van de fondsen voor de ontmanteling van de kerncentrales van Ignalina (Litouwen), Bohunice (Slowakije) en Kozloduy (Bulgarije), overeenkomstig de overeenkomsten die met de lidstaten in kwestie zijn gesloten.

Deze uitgaven hebben betrekking op de uitgaven van de Commissie voor de verzameling en verwerking van alle mogelijke gegevens met het oog op de analyse, de vaststelling, de bevordering, de follow-up, de evaluatie en de tenuitvoerlegging van de maatregelen en regels inzake ontmanteling.

De Commissie legt ieder jaar een verslag voor over de uitvoering van de middelen die in dit artikel zijn vastgelegd, tezamen met bijgewerkte ramingen van de kosten en tijdschema’s voor de ontmanteling van de kernreactoren in kwestie.

Rechtsgronden

Taken die voortvloeien uit specifieke bevoegdheden die rechtstreeks aan de Commissie zijn verleend krachtens het Toetredingsverdrag van 2003 (Protocol nr. 4 inzake de kerncentrale van Ignalina in Litouwen en Protocol nr. 9 inzake unit 1 en unit 2 van de V1-kernreactor van Bohunice in Slowakije, beide gehecht aan het Toetredingsverdrag van 2003).

Taken die voortvloeien uit specifieke bevoegdheden die rechtstreeks aan de Commissie zijn verleend krachtens artikel 203 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

Ook de taak betreffende Bulgarije is rechtstreeks aan de Commissie verleend krachtens artikel 30 van de Toetredingsakte van 2005.

Verordening (EG) nr. 1990/2006 van de Raad van 21 december 2006 inzake de uitvoering van Protocol nr. 4 bij de Akte van toetreding tot de Europese Unie van Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië met betrekking tot de kerncentrale van Ignalina in Litouwen „Ignalina-programma” (PB L 411 van 30.12.2006, blz. 10).

Verordening (EG) nr. 549/2007 van de Raad van 14 mei 2007 inzake de tenuitvoerlegging van Protocol nr. 9 bij de Akte betreffende de voorwaarden voor toetreding tot de Europese Unie van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije met betrekking tot reactor 1 en reactor 2 van de V1-kerncentrale van Bohunice in Slowakije (PB L 131 van 23.5.2007, blz. 1).

Verordening (Euratom) nr. 647/2010 van de Raad van 13 juli 2010 betreffende financiële bijstand van de Unie voor de ontmanteling van de eenheden 1 tot en met 4 van de kerncentrale van Kozloduy in Bulgarije (het Kozloduy-programma) (PB L 189 van 22.7.2010, blz. 9).

HOOFDSTUK 32 06 —   ONDERZOEK IN VERBAND MET ENERGIE

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

32 06

ONDERZOEK IN VERBAND MET ENERGIE

32 06 01

Onderzoek in verband met energie

1.1

167 645 000

104 739 690

123 292 000

86 000 000

114 681 032,91

51 335 019,87

32 06 02

Onderzoek in verband met energie — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

1.1

24 510 000

10 969 102

19 200 000

11 520 000

20 643 840,—

0,—

32 06 03

Kredieten afkomstig van de bijdragen van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

1.1

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

4 121 373,42

4 649 192,03

32 06 04

Afronding van voorgaande programma’s

32 06 04 01

Afronding van programma’s van vóór 2003

1.1

p.m.

1 819 220

59 680,86

5 931 515,19

32 06 04 02

Voltooiing van het zesde kaderprogramma (2003-2006)

1.1

p.m.

31 421 907

24 755 000

99 699,03

29 561 981,14

 

Artikel 32 06 04 — Subtotaal

 

p.m.

31 421 907

26 574 220

159 379,89

35 493 496,33

 

Hoofdstuk 32 06 — Totaal

 

192 155 000

147 130 699

142 492 000

124 094 220

139 605 626,22

91 477 708,23

Toelichting

Deze toelichting is van toepassing op alle begrotingslijnen van dit hoofdstuk.

Deze kredieten zullen worden gebruikt voor het zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, dat de periode 2007-2013 bestrijkt.

Het kaderprogramma zal worden uitgevoerd met het oog op het bereiken van de algemene doelstellingen van artikel 179 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en is bedoeld als bijdrage tot de totstandbrenging van een kennissamenleving, op basis van de Europese onderzoeksruimte; daarbij zal grensoverschrijdende samenwerking op alle niveaus binnen de Unie worden ondersteund, zullen de dynamiek, de creativiteit en het niveau van het Europese onderzoek aan het front van de kennis worden opgevoerd, zal het menselijke kapitaal in de sector onderzoek en technologie in Europa kwantitatief en kwalitatief worden versterkt, zal de onderzoeks- en innovatiecapaciteit in heel Europa worden verhoogd en zal worden gezorgd voor een optimaal gebruik daarvan.

Onder deze artikelen en posten vallen tevens de uitgaven voor door de Commissie georganiseerde vergaderingen, conferenties, workshops en seminars op hoogwetenschappelijk en -technologisch niveau en van Europees belang, en voor de financiering van analysen en beoordelingen van hoogwetenschappelijk en -technologisch niveau die in opdracht van de Unie worden uitgevoerd om nieuwe onderzoeksgebieden waarop maatregelen van de Unie gewenst zijn, te verkennen, en met name in het kader van de Europese onderzoeksruimte, alsmede de activiteiten voor de follow-up en de verspreiding van de programmaresultaten, met inbegrip van de activiteiten uit hoofde van de voorgaande kaderprogramma’s.

Deze kredieten dekken tevens de administratieve uitgaven, waaronder de uitgaven voor personeel, de uitgaven voor voorlichting en publicaties, administratieve en technische werkzaamheden en bepaalde andere uitgaven voor interne infrastructuur in verband met de verwezenlijking van de doelstelling van de activiteit waarop zij betrekking hebben, inclusief de acties en initiatieven die nodig zijn om de strategie van de Unie inzake onderzoek en technologische ontwikkeling uit te werken en te bewaken.

Voor sommige van deze projecten bestaat de mogelijkheid dat derde landen of instituten uit derde landen deelnemen aan de Europese samenwerking op het gebied van wetenschappelijk en technisch onderzoek. Financiële bijdragen worden geboekt onder de posten 6 0 1 3 en 6 0 1 5 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Ontvangsten van landen die zijn betrokken bij de Europese samenwerking op het gebied van het wetenschappelijke en technische onderzoek worden geboekt onder post 6 0 1 6 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Eventuele ontvangsten uit bijdragen van kandidaat-lidstaten of eventuele potentiële kandidaat-lidstaten van de westelijke Balkan voor deelname aan de uniale/communautaire programma’s, die worden geboekt onder post 6 0 3 1 van de staat van ontvangsten, kunnen aanleiding geven tot het openen van extra kredieten overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement.

Eventuele ontvangsten uit bijdragen van externe instanties aan activiteiten van de Unie worden geboekt onder post 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten en kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten in overeenstemming met artikel 18 van het Financieel Reglement.

Extra kredieten zullen beschikbaar worden gesteld onder artikel 32 06 03.

32 06 01   Onderzoek in verband met energie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

167 645 000

104 739 690

123 292 000

86 000 000

114 681 032,91

51 335 019,87

Toelichting

Oude post 06 06 01 01

Dit krediet dient ter ondersteuning van de doelstellingen en initiatieven van het Europees strategisch plan voor energietechnologie (SET-plan). Deze betreffen voornamelijk: wind, zon, bio-energie, koolstofafvang en -opslag (carbon capture and storage — CCS), en elektriciteitsnetten.

De hoofdpunten zijn:

duurzame energie en energie-efficiëntie (in het verlengde van het zesde kaderprogramma);

activiteiten met betrekking tot de nieuwe prioriteit „schone steenkooltechnologie”.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig in artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1906/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot vaststelling van de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten aan acties op grond van het zevende kaderprogramma, en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten (2007-2013) (PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

32 06 02   Onderzoek in verband met energie — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

24 510 000

10 969 102

19 200 000

11 520 000

20 643 840,00

0,—

Toelichting

Oude post 06 06 01 02

De gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma (2007-2013) van de Europese Gemeenschap voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie en met name de specifieke thema’s „Energie”, „Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën”, „Milieu (met inbegrip van klimaatverandering)” en „Vervoer (met inbegrip van luchtvaart)” van het programma „Samenwerking”. Zij is belast met de volgende taken: ervoor zorgen dat Europa op wereldvlak een leiderspositie bekleedt om de marktdoorbraak van brandstofcel- en waterstoftechnologieën mogelijk te maken, waarbij men commerciële marktkrachten substantiële potentiële publieke voordelen laat aansturen; de gecoördineerde ondersteuning van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (OTO&D) in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen om markttekortkomingen te ondervangen, richt zich op de ontwikkeling van markttoepassingen en vergemakkelijkt daardoor extra industriële inspanningen voor een snelle toepassing van brandstofcel- en waterstoftechnologieën; de ondersteuning van de uitvoering van de OTO&D prioriteiten van de Joint Technology Initiative over brandstofcellen en waterstof, met name door het toekennen van subsidies na vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen; en de stimulering van verhoogde publieke en private onderzoeksinvesteringen in brandstofcel- en waterstoftechnologieën in de lidstaten en met het zevende kaderprogramma.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1).

Beschikking 2006/971/EG van de Raad van 19 december 2006 betreffende het specifieke programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86).

Verordening (EG) nr. 521/2008 van de Raad van 30 mei 2008 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (PB L 153 van 12.6.2008, blz. 1).

32 06 03   Kredieten afkomstig van de bijdragen van derden (buiten de Europese Economische Ruimte) aan onderzoek en technologische ontwikkeling

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

4 121 373,42

4 649 192,03

Toelichting

Oud artikel 06 06 04 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de ontvangsten die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten, afkomstig van derden of derde landen (buiten de Europese Economische Ruimte) die deelnemen aan de projecten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling.

Overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement kunnen ontvangsten die zijn geboekt onder de posten 6 0 1 3, 6 0 1 5, 6 0 1 6, 6 0 3 1 en 6 0 3 3 van de staat van ontvangsten, aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten.

32 06 04   Afronding van voorgaande programma’s

32 06 04 01   Afronding van programma’s van vóór 2003

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

1 819 220

59 680,86

5 931 515,19

Toelichting

Oude post 06 06 05 01 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit 87/516/Euratom, EEG van de Raad van 28 september 1987 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1987-1991) (PB L 302 van 24.10.1987, blz. 1).

Besluit 90/221/Euratom, EEG van de Raad van 23 april 1990 betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 117 van 8.5.1990, blz. 28).

Besluit 93/167/Euratom, EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot aanpassing van Besluit 90/221/Euratom, EEG betreffende het kaderprogramma van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling (1990-1994) (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 43).

Besluit nr. 1110/94/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 april 1994 betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998) (PB L 126 van 18.5.1994, blz. 1).

Besluit nr. 616/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 1996 tot aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1994-1998), in verband met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie (PB L 86 van 4.4.1996, blz. 69).

Besluit nr. 2535/97/EG van het Europees Parlement en de Raad van 1 december 1997 tot tweede aanpassing van Besluit nr. 1110/94/EG betreffende het vierde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap van communautaire werkzaamheden op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling (1994-1998) (PB L 347 van 18.12.1997, blz. 1).

Besluit nr. 182/1999/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 1).

32 06 04 02   Voltooiing van het zesde kaderprogramma (2003-2006)

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

31 421 907

24 755 000

99 699,03

29 561 981,14

Toelichting

Oude post 06 06 05 02 (ten dele)

Dit krediet dient ter dekking van eerdere vastleggingen.

Bij de onder deze post opgevoerde kredieten komen nog, krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 82 en Protocol nr. 32 daarbij, de bijdragen van de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA). Deze bedragen vloeien voort uit de onder artikel 6 3 0 van de staat van ontvangsten geboekte bijdragen van de lidstaten van de EVA, die overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder d), van het Financieel Reglement bestemmingsontvangsten vormen; zij geven aanleiding tot opvoering van de betrokken kredieten en tot uitvoering overeenkomstig de bijlage „Europese Economische Ruimte” van dit deel van de staat van uitgaven van deze afdeling, die een integrerend deel van de algemene begroting uitmaakt.

Rechtsgronden

Besluit nr. 1513/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, ter bevordering van de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte en van innovatie (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 1).

Beschikking 2002/834/EG van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling van een specifiek programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie: „Integratie en versterking van de Europese onderzoeksruimte” (2002-2006) (PB L 294 van 29.10.2002, blz. 1).

ACTIVITEITEN ZONDER BEGROTINGSONDERDEEL

ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ENERGIE

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL ENERGIE

TITEL 40

RESERVES

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

40 01

RESERVES VOOR ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

1 834 000

1 834 000

14 843 995

14 843 995

 

 

40 02

RESERVES VOOR FINANCIËLE INTERVENTIES

975 295 000

258 075 297

1 271 202 000

643 852 000

0,—

0,—

 

Titel 40 — Totaal

977 129 000

259 909 297

1 286 045 995

658 695 995

0,—

0,—

HOOFDSTUK 40 01 —   RESERVES VOOR ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

De artikelen 1, 2, 3 en 5 zijn in detail weergegeven in hoofdstuk XX 01

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

40 01

RESERVES VOOR ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

40 01 40

Administratieve reserve

 

1 834 000

1 834 000

14 843 995

14 843 995

 

 

40 01 42

Reserve voor onvoorziene uitgaven

5

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

 

 

 

Hoofdstuk 40 01 — Totaal

 

1 834 000

1 834 000

14 843 995

14 843 995

 

 

40 01 40   Administratieve reserve

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 834 000

1 834 000

14 843 995

14 843 995

 

 

Toelichting

Het krediet van dit artikel heeft uitsluitend het karakter van een voorziening en mag slechts na overschrijving naar de desbetreffende begrotingsonderdelen worden gebruikt, overeenkomstig het Financieel Reglement.

1.

Artikel

01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Economische en financiële zaken

40 929

2.

Artikel

02 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Ondernemingen

52 772

3.

Artikel

03 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Concurrentie

56 917

4.

Artikel

04 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

44 335

5.

Artikel

05 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Landbouw en plattelandsontwikkeling

74 532

6.

Artikel

06 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Mobiliteit en vervoer

25 609

7.

Artikel

07 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Milieu- en klimaatmaatregelen

44 853

8.

Artikel

08 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Onderzoek

6 884

9.

Artikel

09 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Informatiemaatschappij en media

29 384

10.

Artikel

11 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Maritieme zaken en visserij

21 983

11.

Artikel

12 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Interne markt

35 305

12.

Artikel

13 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Regionaal beleid

43 816

13.

Artikel

14 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Belastingen en douane-unie

32 492

14.

Artikel

15 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Onderwijs en cultuur

38 857

15.

Post

16 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Communicatie — Zetel

46 111

16.

Artikel

17 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Gezondheid en consumentenbescherming

57 583

17.

Artikel

18 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst van het beleidsterrein Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht

44 335

18.

Post

19 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst van het directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

5 106

19.

Post

20 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij het directoraat-generaal Handel

34 787

20.

Post

21 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij de directoraten-generaal Ontwikkeling

58 175

21.

Post

22 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst bij het directoraat-generaal Uitbreiding

17 764

22.

Artikel

23 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Humanitaire hulp

14 878

23.

Post

25 01 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Beleidscoördinatie en juridisch advies van de Commissie

105 027

24.

Post

25 01 02 13

Andere beheersuitgaven van de leden van de instelling

460 000

25.

Artikel

26 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Administratie van de Commissie

78 381

26.

Artikel

27 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Begroting

30 939

27.

Artikel

28 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Audit

7 105

28.

Artikel

29 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Statistiek

47 443

29.

Artikel

31 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Talendiensten

236 399

30.

Artikel

32 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Energie

41 299

 

 

 

Totaal

1 834 000

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

40 01 42   Reserve voor onvoorziene uitgaven

Cijfers (Niet-gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

 

HOOFDSTUK 40 02 —   RESERVES VOOR FINANCIËLE INTERVENTIES

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

40 02

RESERVES VOOR FINANCIËLE INTERVENTIES

40 02 40

Niet-gesplitste kredieten

 

p.m.

p.m.

300 000 000

300 000 000

 

 

40 02 41

Gesplitste kredieten

 

221 435 000

158 075 297

222 320 000

94 970 000

 

 

40 02 42

Reserve voor noodhulp

4

253 860 000

100 000 000

248 882 000

248 882 000

0,—

0,—

40 02 43

Reserve voor het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering

1.1

500 000 000

p.m.

500 000 000

p.m.

 

 

 

Hoofdstuk 40 02 — Totaal

 

975 295 000

258 075 297

1 271 202 000

643 852 000

0,—

0,—

40 02 40   Niet-gesplitste kredieten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

p.m.

300 000 000

300 000 000

 

 

Toelichting

Oude posten 40 02 40 01 en 40 02 40 02

De kredieten van de titel „Reserves” zijn uitsluitend bedoeld voor twee situaties: a) het ontbreken van een basishandeling voor de betrokken actie op het ogenblik van de vaststelling van de begroting; b) als er gerede twijfel is over de toereikendheid van de kredieten of over de mogelijkheid om de op de betrokken begrotingsonderdelen opgenomen kredieten overeenkomstig de vereisten van goed financieel beheer te besteden. De kredieten van dit artikel kunnen pas worden gebruikt na een overschrijving overeenkomstig de procedure van artikel 24 van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

40 02 41   Gesplitste kredieten

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

221 435 000

158 075 297

222 320 000

94 970 000

 

 

Toelichting

Oude posten 40 02 41 01 en 40 02 41 02

De kredieten van de titel „Reserves” zijn uitsluitend bedoeld voor twee situaties: a) het ontbreken van een basishandeling voor de betrokken actie op het ogenblik van de vaststelling van de begroting; b) als er gerede twijfel is over de toereikendheid van de kredieten of over de mogelijkheid om de kredieten op die begrotingsonderdelen conform de vereisten van goed financieel beheer te besteden. De kredieten van dit artikel kunnen pas worden gebruikt na een overschrijving overeenkomstig de procedure van artikel 24 van het Financieel Reglement.

Het gaat om de volgende kredieten (vastleggingskredieten, betalingskredieten):

1.

Artikel

11 03 01

Internationale visserijovereenkomsten

52 000 000

52 000 000

2.

Post

18 02 04 01

Schengeninformatiesysteem (SIS II)

10 000 000

6 642 473

3.

Artikel

18 02 07

Schengenevaluatie

560 000

533 220

4.

Post

18 02 11 01

Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht — Bijdrage voor titels 1 en 2

5 150 000

5 150 000

5.

Post

18 02 11 02

Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht — Bijdrage voor titel 3

300 000

210 000

6.

Post

18 05 05 01

Europese Politieacademie — Bijdrage voor titel 1 en 2

425 000

425 000

7.

Artikel

19 09 03

Samenwerkingsactiviteiten anders dan officiële ontwikkelingshulp (Latijns-Amerika)

16 000 000

1 904 358

8.

Artikel

19 10 04

Samenwerking anders dan officiële ontwikkelingshulp (Azië, Centraal-Azië, Irak, Iran en Jemen)

28 000 000

4 532 372

9.

Artikel

21 04 01

Milieu en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen, met inbegrip van energie

65 000 000

57 826 850

10.

Artikel

21 06 06

Samenwerking anders dan officiële ontwikkelingshulp (Zuid-Afrika)

1 000 000

285 654

11.

Artikel

21 06 07

Begeleidende maatregelen in de bananensector

43 000 000

28 565 370

 

 

 

Totaal

221 435 000

158 075 297

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

40 02 42   Reserve voor noodhulp

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

253 860 000

100 000 000

248 882 000

248 882 000

0,—

0,—

Toelichting

Deze reserve is, overeenkomstig punt 25 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer, bedoeld om een snelle reactie mogelijk te maken op specifieke hulpbehoeften van derde landen ingevolge gebeurtenissen die bij de opstelling van de begroting niet te voorzien waren. Het gaat hierbij in de eerste plaats om humanitaire acties, maar ook om door de omstandigheden gerechtvaardigde acties op het gebied van civiele crisisbeheersing en burgerbescherming. Het jaarlijkse bedrag van de reserve wordt voor de duur van het financiële kader vastgesteld op 221 000 000 EUR, in constante prijzen. Dit bedrag wordt voor 2008 uitzonderlijk verhoogd tot 479 218 000 EUR, in lopende prijzen.

De reserve wordt als voorziening opgenomen in de algemene begroting. De bijbehorende kredieten voor vastleggingen worden op de begroting opgevoerd, zo nodig boven de maxima.

Wanneer de Commissie van oordeel is dat de reserve moet worden aangesproken, legt zij de twee takken van de begrotingsautoriteit een voorstel tot overschrijving uit de reserve naar de desbetreffende begrotingsonderdelen voor.

Tegelijk met haar overschrijvingsvoorstel leidt de Commissie een trialoogprocedure in, zo nodig in vereenvoudigde vorm, om van de twee takken van de begrotingsautoriteit de instemming te verkrijgen betreffende de noodzaak om van de reserve gebruik te maken en betreffende het vereiste bedrag.

Referentiebesluiten

Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

40 02 43   Reserve voor het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering

Cijfers (Gesplitste kredieten)

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

500 000 000

p.m.

500 000 000

p.m.

 

 

Toelichting

Deze reserve is, overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer, bedoeld om extra steun te geven aan werknemers die de gevolgen van grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ondervinden, teneinde hen te helpen bij hun terugkeer op de arbeidsmarkt.

De werkwijze voor de opvoering van de kredieten in deze reserve en de beschikbaarstelling van middelen uit het Fonds is vastgesteld in punt 28 van het hogervermelde Interinstitutioneel Akkoord en in artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1927/2006.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1).

Referentiebesluiten

Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1).

BIJLAGEN

EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

Krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte nemen de landen van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) (met uitzondering van Zwitserland) deel aan een groot aantal uniale beleidsmaatregelen die onder de rubrieken 1a, 3a, 3b, 4 en 5 van het financiële kader vallen, in ruil voor een financiële bijdrage in de beleidskredieten die wordt berekend op grond van een „evenredigheidsfactor”. Deze evenredigheidsfactor is gelijk aan de som van de ratio's die verkregen worden door het bruto binnenlands product tegen marktprijzen van elk EVA-land te delen door het bruto binnenlands product tegen marktprijzen van alle lidstaten plus dat van het betrokken EVA-land.

Voor 2011 wordt de evenredigheidsfactor geraamd op 2,38 % (op basis van de cijfers van 2009).

Deze financiële bijdragen zullen niet formeel worden opgevoerd in de begroting; bij elk begrotingsonderdeel dat betrekking heeft op activiteiten waaraan EVA-landen deelnemen, zal de EVA-bijdrage worden aangegeven als p.m-post. De overzichtstabel van de betrokken begrotingsonderdelen en de bedragen van de EVA-bijdrage per begrotingsonderdeel is als bijlage opgenomen in de algemene begroting van de Unie. De totale EVA-bijdrage aan de beleidskredieten voor 2011 wordt geraamd op ongeveer 261 600 000 EUR aan vastleggingskredieten. De EVA-landen dragen eveneens bij in de administratieve uitgaven die rechtstreeks verband houden met de tenuitvoerlegging van deze beleidsmaatregelen. De cijfers en begrotingsonderdelen betreffende de bijdragen van de EVA-landen worden nog met deze landen besproken en moeten om die reden als voorlopig worden beschouwd.

 

Omschrijving

Begroting 2011

EVA-bijdrage

Vastleggingen (6)

Betalingen (6)

Vastleggingen

Betalingen

XX 01 02 01

Extern personeel bij de instelling

136 670 000

136 670 000

241 332

241 332

XX 01 02 11

Andere beheersuitgaven van de instelling

170 398 000

170 398 000

1 151 000

1 151 000

26 01 22 02

Aankoop en huur van gebouwen in Brussel

215 713 000

215 713 000

512 486

512 486

26 01 22 03

Uitgaven voor gebouwen in Brussel

80 625 000

80 625 000

191 547

191 547

26 01 22 04

Uitgaven voor materieel in Brussel

7 402 000

7 402 000

17 585

17 585

26 01 22 05

Diensten en andere administratieve uitgaven in Brussel

6 135 000

6 135 000

14 575

14 575

26 01 23 02

Aankoop en huur van gebouwen in Luxemburg

41 108 000

41 108 000

97 664

97 664

26 01 23 03

Uitgaven voor gebouwen in Luxemburg

16 897 000

16 897 000

40 143

40 143

 

SUBTOTAAL ADMINISTRATIEF GEDEELTE

674 948 000

674 948 000

2 266 332

2 266 332

01 04 04

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

165 000 000

28 565 370

3 927 000

679 856

01 04 05

Afronding van het programma voor ondernemingen: verbetering van het financiële klimaat voor het midden- en kleinbedrijf (MKB)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

01 04 06

Afronding van het initiatief „Werkgelegenheid” (1998-2000)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

02 01 04 01

Werking en ontwikkeling van de interne markt, met name op de gebieden van kennisgeving, certificering en sectorale harmonisatie — Uitgaven voor administratief beheer (7)

1 000 000

1 000 000

p.m.

p.m.

02 01 04 04

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie — Uitgaven voor administratief beheer

5 500 000

5 500 000

130 900

130 900

02 01 04 05

Europese programma's voor navigatie per satelliet (Egnos en Galileo) — Uitgaven voor administratief beheer (8)

4 000 000

4 000 000

91 200

91 200

02 01 04 06

Europees programma voor aardobservatie (GMES) — Uitgaven voor administratief beheer (7)

1 000 000

1 000 000

p.m.

p.m.

02 01 04 30

Uitvoerend agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage uit het Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

7 544 000

7 544 000

179 547

179 547

02 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

11 700 000

11 700 000

278 460

278 460

02 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

3 330 000

3 330 000

79 254

79 254

02 01 05 03

Andere beheersuitgaven voor onderzoek

4 625 000

4 625 000

110 075

110 075

02 02 01

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

148 000 000

114 261 480

3 522 400

2 719 423

02 02 02 02

Voltooiing en aanvulling van de werkzaamheden betreffende het programma voor ondernemingen en ondernemerschap, dat voornamelijk gericht is op het midden- en kleinbedrijf

p.m.

23 804

p.m.

567

02 02 15

Europees programma voor aardobservatie (GMES) (7)

9 000 000

4 284 805

p.m.

p.m.

02 03 01

Werking en ontwikkeling van de interne markt, met name op de gebieden van kennisgeving, certificering en sectorale harmonisatie (7)

18 550 000

15 234 864

p.m.

p.m.

02 03 03 01

Europees Chemicaliënagentschap — Bijdrage titels 1 en 2

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

02 03 03 02

Europees Chemicaliënagentschap — Bijdrage titel 3

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

02 04 01 01

Ruimtevaartonderzoek

232 981 000

219 001 169

5 544 948

5 212 228

02 04 01 02

Veiligheidsonderzoek

225 698 000

114 356 698

5 371 612

2 721 689

02 04 01 03

Onderzoek in verband met vervoer (Galileo)

62 605 000

47 608 950

1 489 999

1 133 093

02 04 02

Voorbereidende activiteiten — Versterking van het Europese veiligheidsonderzoek

p.m.

300 000

p.m.

7 140

02 04 04 01

Afronding van programma's (vóór 2003)

148 000 000

114 261 480

3 522 400

2 719 423

02 04 04 02

Voltooiing van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003 tot 2006)

p.m.

23 804

p.m.

567

02 05 01

Europese programma's voor navigatie per satelliet (Egnos en Galileo) (8)

9 000 000

4 284 805

p.m.

p.m.

02 05 02 01

Europees GNSS-Agentschap — Bijdrage titels 1 en 2 (8)

18 550 000

15 234 864

p.m.

p.m.

02 05 02 02

Europees GNSS-Agentschap — Bijdrage titel 3 (8)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

03 03 01

Voltooiing van flankerende maatregelen van de hervorming op het beleidsterrein „Concentraties, antitrust, liberalisering van de markten en kartels”

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

04 01 04 04

Eures (European Employment Services) — Uitgaven voor administratief beheer

232 981 000

219 001 169

5 544 948

5 212 228

04 01 04 08

Vrij verkeer van werknemers, coördinatie van de socialezekerheidsstelsels en acties ten behoeve van migranten, met inbegrip van migranten uit derde landen — Uitgaven voor administratief beheer (7)

225 698 000

114 356 698

5 371 612

2 721 689

04 01 04 10

Progress — Uitgaven voor administratief beheer

62 605 000

47 608 950

1 489 999

1 133 093

04 03 04

Eures (European Employment Services)

p.m.

300 000

p.m.

7 140

04 03 05

Vrij verkeer van werknemers, coördinatie van sociale zekerheidsstelsels en maatregelen voor personen met een handicap en migranten, m.i.v. migranten uit derde landen (7)

148 000 000

114 261 480

3 522 400

2 719 423

04 04 01 01

Werkgelegenheid

p.m.

23 804

p.m.

567

04 04 01 02

Sociale bescherming en integratie

9 000 000

4 284 805

p.m.

p.m.

04 04 01 03

Arbeidsomstandigheden

18 550 000

15 234 864

p.m.

p.m.

04 04 01 04

Discriminatiebestrijding en verscheidenheid

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

04 04 01 05

Gelijkheid mannen en vrouwen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

04 04 01 06

Steun voor de uitvoering

232 981 000

219 001 169

5 544 948

5 212 228

04 04 04 02

Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk — Bijdrage titels 1 and 2

225 698 000

114 356 698

5 371 612

2 721 689

04 04 04 03

Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk — Bijdrage titel 3

7 416 000

7 416 000

176 500

176 500

04 04 07

Voltooiing van vroegere programma's

1 428 268

33 993

04 04 12

Europees Jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting 2010

p.m.

3 332 626

p.m.

79 316

06 01 04 01

Marco Polo II-programma — Uitgaven voor administratief beheer

110 000

110 000

2 618

2 618

06 01 04 32

Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage uit het Marco Polo II-programma

1 555 000

1 555 000

37 009

37 009

06 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

5 200 000

5 200 000

123 760

123 760

06 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

2 900 000

2 900 000

69 020

69 020

06 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

845 000

845 000

20 111

20 111

06 02 01 01

Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart — Bijdrage titels 1 en 2

26 282 390

26 282 390

625 521

625 521

06 02 01 02

Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart — Bijdrage titel 3

7 033 410

7 033 410

167 395

167 395

06 02 02 01

Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Bijdrage titels 1 en 2

21 734 000

21 734 000

517 269

517 269

06 02 02 02

Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Bijdrage titel 3

5 962 170

5 962 170

141 900

141 900

06 02 02 03

Europees Agentschap voor maritieme veiligheid — Maatregelen tegen verontreiniging

23 000 000

23 000 000

547 400

547 400

06 02 06

Marco Polo II-programma

64 200 000

26 661 012

1 527 960

634 532

06 02 07

Voltooiing van het Marco Polo-programma

p.m.

1 904 358

p.m.

45 324

06 02 08 01

Europees Spoorwegbureau — Bijdrage titels 1 en 2

16 537 000

16 537 000

393 581

393 581

06 02 08 02

Europees Spoorwegbureau — Bijdrage titel 3

7 838 000

7 838 000

186 544

186 544

06 06 02 01

Onderzoek in verband met energie en vervoer (inclusief luchtvaart)

p.m.

7 807 868

p.m.

185 827

06 06 02 02

Onderzoek in verband met vervoer (inclusief luchtvaart) — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

2 960 000

1 656 791

70 448

39 432

06 06 02 03

Gemeenschappelijke onderneming SESAR

58 600 000

47 608 950

1 394 680

1 133 093

06 06 05 01

Afronding van programma's (vóór 2003)

p.m.

p.m.

06 06 05 02

Voltooiing van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

7 046 125

167 698

07 03 09 01

Europees Milieuagentschap — Bijdrage titels 1 en 2

21 557 000

21 557 000

513 057

513 057

07 03 09 02

Europees Milieuagentschap — Bijdrage titel 3

13 548 327

13 548 327

322 450

322 450

08 01 04 30

Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad (ERCEA)

35 115 000

35 115 000

835 737

835 737

08 01 04 31

Uitvoerend Agentschap Onderzoek (REA)

37 602 000

37 602 000

894 928

894 928

08 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

100 848 000

100 848 000

2 400 182

2 400 182

08 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

25 672 000

25 672 000

610 994

610 994

08 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

50 721 000

50 721 000

1 207 160

1 207 160

08 02 01

Samenwerking — Gezondheid

670 789 000

447 524 129

15 964 778

10 651 074

08 02 02

Samenwerking — Gezondheid — Gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen

155 400 000

14 282 685

3 698 520

339 928

08 02 03

Samenwerking — Gezondheid — Ondersteuningsuitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen

4 600 000

3 761 107

109 480

89 514

08 03 01

Samenwerking — Voeding, landbouw en visserij, en biotechnologie

267 892 000

181 125 393

6 375 830

4 310 784

08 04 01

Samenwerking — Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën

444 234 000

257 088 329

10 525 169

6 118 702

08 04 02

Samenwerking — Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

10 210 000

5 484 551

242 998

130 532

08 05 01

Samenwerking — Energie

101 210 000

80 935 215

2 408 798

1 926 258

08 05 02

Samenwerking — Energie — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

54 200 000

32 107 476

1 289 960

764 158

08 05 03

Ondersteunende uitgaven voor de gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

2 000 000

1 904 358

47 600

45 324

08 06 01

Samenwerking — Milieu (inclusief klimaatverandering)

248 580 000

234 477 887

5 916 204

5 580 574

08 06 02

Samenwerking — Milieu — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

3 925 000

1 942 445

93 415

46 230

08 07 01

Samenwerking — Vervoer (inclusief luchtvaart)

247 133 000

261 401 700

5 881 765

6 221 360

08 07 02

Samenwerking — Vervoer — Gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

149 991 000

161 870 430

3 569 786

3 852 516

08 07 03

Samenwerking — Vervoer — Uitgaven ter ondersteuning van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

2 517 000

2 435 674

59 905

57 969

08 07 04

Samenwerking — Vervoer — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

14 710 000

2 742 276

350 098

65 266

08 08 01

Samenwerking — Sociaaleconomische wetenschappen en geesteswetenschappen

84 366 000

61 891 635

2 007 911

1 473 021

08 09 01

Samenwerking — Risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF)

200 000 000

190 435 799

4 760 000

4 532 372

08 10 01

Ideeën

1 298 731 000

714 134 248

30 909 798

16 996 395

08 12 01

Capaciteiten — Onderzoeksinfrastructuren

156 304 000

200 909 768

3 720 035

4 781 652

08 13 01

Capaciteiten — Onderzoek ten behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen

223 099 000

173 296 578

5 309 756

4 124 459

08 14 01

Capaciteiten — Kennisregio's

18 856 000

16 192 756

448 773

385 388

08 15 01

Capaciteiten — Onderzoekspotentieel

63 802 000

51 589 058

1 518 488

1 227 820

08 16 01

Capaciteiten — Wetenschap in de maatschappij

44 798 000

30 469 728

1 066 192

725 180

08 17 01

Capaciteiten — Internationale samenwerkingsactiviteiten

28 265 000

19 043 580

672 707

453 237

08 18 01

Capaciteiten — Risicodelende financieringsfaciliteit (RDFF)

50 000 000

47 608 950

1 190 000

1 133 093

08 19 01

Capaciteiten — Ondersteuning van de coherente ontwikkeling van het onderzoeksbeleid

9 804 000

5 713 074

233 335

135 971

08 22 02 01

Afronding van het vijfde kaderprogramma (1998-2002) — Europese Gemeenschap

476 089

11 331

08 22 03 01

Voltooiing van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

314 219 069

7 478 414

09 01 04 03

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Ondersteuning van het beleid op het gebied van informatie- en communicatietechnologie — Uitgaven voor administratief beheer

1 480 000

1 480 000

35 224

35 224

09 01 04 04

Safer Internet-programma — Uitgaven voor administratief beheer

200 000

200 000

4 760

4 760

09 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

46 400 000

46 400 000

1 104 320

1 104 320

09 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

13 460 000

13 460 000

320 348

320 348

09 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

19 070 000

19 070 000

453 866

453 866

09 02 02 01

Safer Internet-programma

14 800 000

7 331 778

352 240

174 496

09 02 02 02

Afwikkeling van Safer Internet plus — Bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe onlinetechnologieën

1 333 051

31 727

09 02 03 01

Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging — Bijdrage titels 1 en 2

5 258 800

5 258 800

125 159

125 159

09 02 03 02

Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging — Bureau — Bijdrage titel 3

1 928 700

1 928 700

45 903

45 903

09 02 04 01

Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau — Bijdrage titels 1 en 2 (7)

3 029 000

3 029 000

p.m.

p.m.

09 02 04 02

Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau — Bijdrage titel 3 (7)

550 000

550 000

p.m.

p.m.

09 03 01

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Ondersteuning van het beleid op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT-PSP)

119 120 000

95 217 900

2 835 056

2 266 186

09 03 02

Afwikkeling van e-Inhoud plus — Promotie van de Europese digitale inhoud

17 139 222

407 913

09 03 04 01

Afronding van trans-Europese netwerken op het gebied van telecommunicatie (eTEN)

1 713 922

40 791

09 03 04 02

Afronding van het Modinis-programma

114 261

2 719

09 04 01 01

Ondersteuning van samenwerking bij onderzoek op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie (ICT — Samenwerking)

1 081 288 900

852 200 203

25 734 676

20 282 365

09 04 01 02

Samenwerking — Informatie en communicatietechnologie — Gemeenschappelijke onderneming Artemis

43 000 000

38 087 160

1 023 400

906 474

09 04 01 03

Samenwerking — Informatie en communicatietechnologie — Uitgaven ter ondersteuning van de gemeenschappelijke onderneming Artemis

1 500 000

1 428 268

35 700

33 993

09 04 01 04

Samenwerking — Informatie en communicatietechnologie — Gemeenschappelijke onderneming ENIAC

43 000 000

19 043 580

1 023 400

453 237

09 04 01 05

Samenwerking — Informatie en communicatietechnologie — Uitgaven ter ondersteuning van de gemeenschappelijke onderneming ENIAC

1 496 100

1 424 555

35 607

33 904

09 04 03

Voltooiing van voorafgaande communautaire kaderprogramma's (van vóór 2007)

61 891 635

1 473 021

09 05 01

Capaciteiten — Onderzoeksinfrastructuren

90 970 000

93 313 542

2 165 086

2 220 862

10 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

136 906 000

136 906 000

3 258 363

3 258 363

10 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

31 396 000

31 396 000

747 225

747 225

10 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

58 699 000

58 699 000

1 397 036

1 397 036

10 02 01

Niet-nucleaire activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (GCO)

31 226 000

30 469 728

743 179

725 180

10 04 01 01

Afronding van vroeger gemeenschappelijke programma's — EG

114 261

2 719

12 01 04 01

Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt — Uitgaven voor administratief beheer (7)

700 000

700 000

p.m.

p.m.

12 02 01

Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt (7)

8 400 000

7 903 086

p.m.

p.m.

12 04 02 01

Europese Bankautoriteit — Bijdrage titels 1 en 2 (7)

3 956 600

3 956 600

p.m.

p.m.

12 04 02 02

Europese Bankautoriteit — Bijdrage titel 3 (7)

1 116 400

1 116 400

p.m.

p.m.

12 04 03 01

Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen — Bijdrage titels 1 en 2 (7)

3 098 600

3 098 600

p.m.

p.m.

12 04 03 02

Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen — Bijdrage titel 3 (7)

1 168 400

1 168 400

p.m.

p.m.

12 04 04 01

Europese Autoriteit voor effecten en markten — Bijdrage titels 1 en 2 (7)

5 264 000

5 264 000

p.m.

p.m.

12 04 04 02

Europese autoriteit voor effecten en markten — Bijdrage titel 3 (7)

1 520 000

1 520 000

p.m.

p.m.

15 01 04 14

Erasmus Mundus — Uitgaven voor administratief beheer

996 000

996 000

23 705

23 705

15 01 04 22

Een leven lang leren — Uitgaven voor administratief beheer

9 000 000

9 000 000

214 200

214 200

15 01 04 30

Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma's onder rubriek 1a

21 444 000

21 444 000

510 367

510 367

15 01 04 31

Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur — Bijdrage van programma's onder rubriek 3b

15 644 000

15 644 000

372 327

372 327

15 01 04 44

Cultuur (2007-2013) — Uitgaven voor administratief beheer

550 000

550 000

13 090

13 090

15 01 04 55

Jeugd in actie — Uitgaven voor administratief beheer

780 000

780 000

18 564

18 564

15 01 04 60

MEDIA 2007 — Programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector — Uitgaven voor administratief beheer

725 000

725 000

17 255

17 255

15 01 04 68

MEDIA Mundus — Uitgaven voor administratief beheer (7)

175 000

175 000

p.m.

p.m.

15 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

1 952 000

1 952 000

46 458

46 458

15 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

700 000

700 000

16 660

16 660

15 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

348 000

348 000

8 282

8 282

15 02 02

Erasmus Mundus

96 540 000

85 696 110

2 297 652

2 039 567

15 02 09

Voltooiing van vorige programma's op het gebied van onderwijs en opleiding

761 743

18 129

15 02 11 01

Europees Instituut voor innovatie en technologie — Beheersstructuur

6 200 000

5 903 510

147 560

140 504

15 02 11 02

Europees Instituut voor innovatie en technologie — Kennis- en innovatiegemeenschappen (KIG)

56 600 000

42 790 924

1 347 080

1 018 424

15 02 22

Programma „Een leven lang leren”

1 027 655 000

927 422 343

24 458 189

22 072 652

15 04 09 01

Afronding van vorige programma's/acties op het gebied van cultuur en taal

p.m.

p.m.

15 04 09 02

Afronding van voorgaande MEDIA-programma's

300 000

7 140

15 04 44

Programma „Cultuur” (2007-2013)

57 022 000

49 000 000

1 357 124

1 166 200

15 04 66 01

MEDIA 2007 — Programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector

104 310 000

96 500 000

2 482 578

2 296 700

15 04 68

MEDIA Mundus (7)

4 825 000

3 510 000

p.m.

p.m.

15 05 09

Voltooiing van vorige programma's/acties op het gebied van jeugd

500 000

11 900

15 05 55

Jeugd in actie

129 108 000

118 500 000

3 072 770

2 820 300

15 07 77

Mensen

764 407 000

485 611 289

18 192 887

11 557 549

17 01 04 02

Maatregelen van de Unie op het gebied van gezondheid — Uitgaven voor administratief beheer

1 400 000

1 400 000

33 320

33 320

17 01 04 03

Maatregelen van de Unie op het gebied van consumentenbescherming — Uitgaven voor administratief beheer

950 000

950 000

22 610

22 610

17 01 04 30

Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten — Bijdrage van programma's onder rubriek 3b

5 800 000

5 800 000

138 040

138 040

17 02 01

Voltooiing van Unieactiviteiten ten behoeve van de consumenten

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

17 02 02

Unieactie op het gebied van consumentenbescherming

20 140 000

19 000 000

479 332

452 200

17 03 01 01

Voltooiing van het programma op het gebied van de volksgezondheid (2003-2008)

p.m.

11 000 000

p.m.

261 800

17 03 03 01

Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding — Bijdrage titels 1 en 2

32 430 000

32 430 000

771 834

771 834

17 03 03 02

Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding — Bijdrage titel 3

20 340 000

20 340 000

484 092

484 092

17 03 06

Actie van de Unie op het gebied van gezondheid

47 060 000

35 700 000

1 120 028

849 660

17 03 07 01

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Bijdrage titels 1 en 2 (9)

49 845 000

49 845 000

1 171 358

1 171 358

17 03 07 02

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Bijdrage titel 3 (9)

22 488 000

22 690 000

528 468

533 215

17 03 10 01

Europees Geneesmiddelenbureau — Bijdrage titels 1 en 2

9 347 000

9 347 000

222 459

222 459

17 03 10 02

Europees Geneesmiddelenbureau — Bijdrage titel 3

18 695 000

18 695 000

444 941

444 941

17 03 10 03

Speciale bijdrage voor weesgeneesmiddelen

4 901 000

4 901 000

116 644

116 644

18 01 04 12

Maatregelen ter bestrijding van geweld (Daphne) — Uitgaven voor administratief beheer

350 000

350 000

8 330

8 330

18 01 04 15

Drugspreventie en -voorlichting — Uitgaven voor administratief beheer

50 000

50 000

1 190

1 190

18 04 01

Voltooiing van maatregelen ter bestrijding van geweld tegen kinderen, jongeren en vrouwen

p.m.

476 089

p.m.

11 331

18 04 07

Geweldbestrijding (Daphne)

20 000 000

15 234 864

476 000

362 590

18 07 03

Drugspreventie en -voorlichting

4 000 000

3 113 625

95 200

74 104

23 01 04 02

Civiele bescherming — Uitgaven voor administratief beheer

350 000

350 000

8 330

8 330

23 03 01

Civiele bescherming binnen de Unie

18 000 000

18 000 000

428 400

428 400

23 03 03

Afronding van eerdere programma's en acties op het gebied van civiele bescherming en verontreiniging van de zee

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

23 03 06

Interventies in het kader van de civiele bescherming in derde landen

9 000 000

3 808 716

214 200

90 647

26 01 04 01

Interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (Interoperability Solutions for European Public Administrations — ISA — Uitgaven voor administratief beheer

600 000

600 000

14 280

14 280

26 03 01 01

Interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (Interoperability Solutions for European Public Administrations — ISA)

24 800 000

12 902 025

590 240

307 068

26 03 01 02

Voltooiing van eerdere IDA- en IDABC-programma's

p.m.

9 521 790

p.m.

226 619

29 01 04 01

Uniaal Statistisch Programma 2008 tot en met/2012 — Uitgaven voor administratief beheer (10)

2 900 000

2 900 000

51 765

51 765

29 01 04 04

Modernisering van de Europese ondernemings- en handelsstatistieken (MEETS) — Uitgaven voor administratief beheer (10)

480 000

480 000

8 568

8 568

29 02 01

Voltooiing van het beleid inzake statistische informatie (10)

p.m.

2 856 537

p.m.

50 989

29 02 03

Statistisch Programma van de Unie 2008 tot en met 2012 (10)

54 000 000

38 087 160

963 900

679 856

29 02 04

Modernisering van de Europese ondernemings- en handelsstatistieken (MEETS) (10)

10 570 000

2 856 537

188 675

50 989

32 01 04 06

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa” — Uitgaven voor administratief beheer

900 000

900 000

21 420

21 420

32 01 04 30

Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie — Bijdrage uit het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa”

6 601 000

6 601 000

157 104

157 104

32 01 05 01

Uitgaven voor onderzoekspersoneel

2 550 000

2 550 000

60 690

60 690

32 01 05 02

Extern personeel voor onderzoek

1 000 000

1 000 000

23 800

23 800

32 01 05 03

Overige beheersuitgaven voor onderzoek

960 000

960 000

22 848

22 848

32 04 01

Afronding van het programma „Intelligente energie — Europa” (2003-2006)

4 570 459

108 777

32 04 02

Afronding van het programma „Intelligente energie — Europa” (2003-2006) extern gedeelte — Coopener

95 218

2 266

32 04 04

Afronding van het kaderprogramma Energie (1999-2002) — Conventionele en duurzame energie

p.m.

p.m.

32 04 06

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa”

114 499 000

39 039 339

2 725 076

929 136

32 04 10 01

Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators — Bijdrage titels 1 en 2 (7)

4 017 000

4 017 000

p.m.

p.m.

32 04 10 02

Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators — Bijdrage titel 3 (7)

983 000

983 000

p.m.

p.m.

32 06 01

Onderzoek in verband met energie

167 645 000

104 739 690

3 989 951

2 492 805

32 06 02

Onderzoek in verband met energie — Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof

24 510 000

10 969 102

583 338

261 065

32 06 04 01

Afronding van programma's (vóór 2003)

p.m.

p.m.

32 06 04 02

Voltooiing van het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap (2003-2006)

p.m.

31 421 907

p.m.

747 841

 

SUBTOTAAL OPERATIONEEL GEDEELTE

11 090 641 597

9 133 641 263

261 541 578

215 160 209

 

TOTAAL

11 765 589 597

9 808 589 263

263 807 910

217 426 541

LIJST VAN VOOR KANDIDAAT-LIDSTATEN OPENGESTELDE BEGROTINGSONDERDELEN EN IN VOORKOMEND GEVAL VAN POTENTIËLE KANDIDAAT-LIDSTATEN VAN DE WESTELIJKE BALKAN

(AL = Albanië; BA = Bosnië en Herzegovina; HR = Kroatië; MK = voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (voorlopige code die geen invloed op de definitieve naam van het land heeft, die aan het einde van de lopende onderhandelingen in het kader van de Verenigde Naties zal worden vastgesteld); ME = Montenegro; RS = Republiek Servië; TR = Turkije; Kosovo* = Kosovo onder internationaal bestuur op basis van Resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad)

Totale bijdrage van de derde landen

(in miljoen EUR)

 

Begunstigde staten

HR

MK

TR

AL

BA

ME

RS

Kosovo*

Totaal

01 04 04

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

02 02 01, 02 01 04 04 en 02 01 04 30

0,610

0,076

3,030

0,066

p.m.

0,032

0,390

p.m.

4,204

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma voor ondernemerschap en innovatie

02 02 15 en 02 01 04 06

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

European Earth observation programme (GMES)

02 04 01 01

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Ruimtevaartonderzoek

02 04 01 02

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Veiligheidsonderzoek

04 04 01 en 04 01 04 10

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Progress

06 02 06, 06 01 04 01 en 06 01 04 32

0,195

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,195

Programma Marco Polo II

07 03 07 en 07 01 04 01

 

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

LIFE + — Financieringsinstrument voor het milieu — 2007-2013

07 03 09 01 en 07 03 09 02

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Europees Milieuagentschap

09 02 02 01 en 09 01 04 04

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Programma Safer Internet

09 03 01 en 09 01 04 03

0,404

p.m.

2,050

p.m.

p.m.

p.m.

0,301

p.m.

2,755

Kaderprogramma Concurrentievermogen en Innovatie

14 04 02 en 14 01 04 02 (gedeeltelijk)

0,080

0,050

0,159

p.m.

p.m.

0,120

0,100

p.m.

0,509

Douane 2013

14 05 03 en 14 01 04 02 (gedeeltelijk)

0,090

0,040

0,099

p.m.

p.m.

p.m.

0,080

p.m.

0,309

Fiscalis 2013

15 02 02, 15 01 04 14 en 15 01 04 30 (gedeeltelijk)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Erasmus Mundus (2009-2013)

15 02 22, 15 01 04 22 en 15 01 04 30 (gedeeltelijk)

p.m.

p.m.

73,925

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

73,925

Programma „Een leven lang leren”

15 04 44, 15 01 04 44 en 15 01 04 31 (gedeeltelijk)

0,161

0,023

1,481

p.m.

p.m.

0,011

0,098

p.m.

1,774

Programma „Cultuur” (2007-2013)

15 04 66 01, 15 01 04 60 en 15 01 04 31 (gedeeltelijk)

0,134

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,134

MEDIA 2007

15 04 68 en 15 01 04 68 (gedeeltelijk)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

MEDIA Mundus

15 05 55, 15 01 04 55 en 15 01 04 31 (gedeeltelijk)

p.m.

p.m.

10,080

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

10,080

Jeugd in actie

16 05 01, 16 01 04 03 en 16 01 04 30 (gedeeltelijk)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Europa voor de burger

17 02 02, 17 01 04 03 en 17 01 04 30 (gedeeltelijk)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Actie van de Unie op het gebied van consumentenbeleid

17 03 06, 17 01 04 02 en 17 01 04 30 (gedeeltelijk)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Actie van de Unie op het gebied van volksgezondheid

18 04 07 en 18 01 04 12

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Geweldbestrijding (Daphne)

18 04 05 03 en 18 04 05 04

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten

23 03 01, 23 03 06 en 23 01 04 02

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Civiele bescherming

26 01 04 01 en 26 03 01 01

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Interoperabiliteitsoplossingen voor Europese overheidsdiensten (ISA)

32 04 06, 32 01 04 06 en 32 01 04 30

0,631

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

0,631

Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie — Programma „Intelligente energie — Europa”

Zevende kaderprogramma Onderzoek — EG (niet-nucleair)  (11)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

Zevende kaderprogramma Onderzoek — Euratom (nucleair)  (12)

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN — DOOR DE ALGEMENE BEGROTING GEGARANDEERDE OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN (TER INDICATIE)

A. INLEIDING

Deze bijlage is opgesteld overeenkomstig artikel 30, lid 1, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

Zij bevat gegevens over de bedragen van de door de algemene begroting gegarandeerde opgenomen en verstrekte leningen: verstrekte „betalingsbalans”-leningen en opgenomen leningen om macrofinanciële bijstand te verlenen aan derde landen, Euratom-leningen om aldus een bijdrage te leveren aan de financiering van de verbetering van de doelmatigheid en de veiligheid van kerncentrales in bepaalde derde landen en door de Europese Investeringsbank in bepaalde derde landen verstrekte leningen.

Op 31 december 2009 bedroegen de door de algemene begroting gedekte uitstaande leningen 29 754 000 000 EUR, waarvan 13 393 000 000 EUR binnen de Europese Unie en 16 361 000 000 EUR daarbuiten (afgeronde cijfers en op 31 december 2009 geldende wisselkoers van de euro).

B. BEKNOPTE BESCHRIJVING VAN DE VERSCHILLENDE CATEGORIEËN DOOR DE ALGEMENE BEGROTING GEGARANDEERDE LENINGEN

I. GEÏNTEGREERD MECHANISME VOOR FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP MIDDELLANGE TERMIJN VAN DE BETALINGSBALANSEN VAN DE LIDSTATEN

1. Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 332/2002 van de Raad van 18 februari 2002 houdende instelling van een mechanisme voor financiële ondersteuning op middellange termijn van de betalingsbalansen van de lidstaten (PB L 53 van 23.2.2002, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1360/2008 van de Raad van 2 december 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 332/2002 (PB L 352 van 31.12.2008, blz. 11).

Besluit 2009/102/EG van de Raad van 4 november 2008 betreffende de toekenning van financiële bijstand op middellange termijn aan Hongarije (PB L 37 van 6.2.2009, blz. 5).

Besluit 2009/290/EG van de Raad van 20 januari 2009 betreffende de toekenning van financiële bijstand op middellange termijn aan Letland (PB L 79 van 20.1.2009, blz. 39).

Beschikking 2009/459/EG van de Raad van 6 mei 2009 tot verlening van financiële middellangetermijnbijstand van de Gemeenschap aan Roemenië (PB L 150 van 13.6.2009, blz. 8).

Verordening (EG) nr. 431/2009 van de Raad van 18 mei 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 332/2002 (PB L 128 van 27.5.2009, blz. 1).

2. Omschrijving

Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 332/2002 kan de Europese Unie leningen toekennen aan lidstaten die zich voor feitelijke of ernstig dreigende moeilijkheden met betrekking tot de lopende rekening van de betalingsbalans of het kapitaalverkeer gesteld zien. Alleen lidstaten die niet deelnemen aan de euro kunnen van dit mechanisme genieten. Het aan hoofdsom uitstaande bedrag van de leningen is beperkt tot 12 000 000 000 EUR.

Op 2 december 2008 heeft de Raad besloten het mechanisme uit te breiden tot 25 000 000 000 EUR.

De Raad heeft op 4 november 2008 besloten financiële communautaire bijstand op middellange termijn te verlenen aan Hongarije. Het gaat om een lening op middellange termijn van maximaal 6 500 000 000 EUR in hoofdsom met een maximale gemiddelde looptijd van vijf jaar.

De Raad heeft op 20 januari 2009 besloten financiële communautaire bijstand op middellange termijn te verlenen aan Letland. Het gaat om een lening op middellange termijn van maximaal 3 100 000 000 EUR in hoofdsom met een maximale gemiddelde looptijd van zeven jaar.

De Raad heeft op 6 mei 2009 besloten financiële communautaire bijstand op middellange termijn te verlenen aan Roemenië. Het gaat om een lening op middellange termijn van maximaal 5 000 000 000 EUR in hoofdsom met een maximale gemiddelde looptijd van vijf jaar.

Op 18 mei 2009 heeft de Raad besloten het mechanisme uit te breiden tot 50 000 000 000 EUR.

3. Begrotingseffect

Aangezien de voorwaarden van de opgenomen leningen dezelfde zijn als die van de verstrekte leningen, is het begrotingseffect beperkt tot het honoreren van de garantie bij wanbetaling. Op 31 december 2010 was het in het kader van dit instrument uitstaande bedrag 12 050 000 000 EUR.

II. OPGENOMEN EN VERSTREKTE EURATOM-LENINGEN

Zie punt VII.

III. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE PROGRAMMA’S VAN DOOR DE UNIE OPGENOMEN LENINGEN VOOR DE TOEKENNING VAN FINANCIËLE BIJSTAND AAN DERDE LANDEN IN HET MIDDELLANDSE ZEEGEBIED

1 Rechtsgronden

Besluit 2007/860/EG van de Raad van 10 december 2007 tot toekenning van macro-financiële bijstand aan Libanon (PB L 337 van 21.12.2007, blz. 111).

2. Omschrijving

Macrofinanciële steun van maximaal 50 000 000 EUR voor Libanon werd toegekend door de Raad op 10 december 2007.

3. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Garantiefonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

één storting per jaar in of bij uitzondering uit het Garantiefonds om het streefbedrag van 9 % van de garanties op leningen te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

IV. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE PROGRAMMA’S VAN DOOR DE UNIE OPGENOMEN LENINGEN VOOR DE TOEKENNING VAN FINANCIËLE BIJSTAND AAN DERDE LANDEN VAN MIDDEN- EN OOST-EUROPA

1. Rechtsgronden

Besluit 1999/732/EG van de Raad van 8 november 1999 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Roemenië (PB L 294 van 16.11.1999, blz. 29).

2. Omschrijving

De Raad heeft op 8 november 1999 besloten om aan Bulgarije extra macrofinanciële bijstand te verlenen voor een bedrag van ten hoogste 100 000 000 EUR (Bulgarije IV). De lening is in twee tranches verstrekt. De eerste tranche van 40 000 000 EUR is op 21 december 1999 aan Bulgarije uitgekeerd. De tweede tranche van 60 000 000 EUR is op 29 september 2000 uitgekeerd.

De Raad heeft op 8 november 1999 besloten macrofinanciële steun te verlenen aan Roemenië. Het gaat om een langlopende lening van maximaal 200 000 000 EUR in hoofdsom voor een periode van maximaal tien jaar (Roemenië IV). De eerste tranche van 100 000 000 EUR is op 29 juni 2000 uitgekeerd en de tweede tranche van 50 000 000 EUR op 17 juli 2003.

3. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Fonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

een jaarlijkse betaling aan of, eerder uitzonderlijk, uit het Fonds, om het streefbedrag van 9 % van de gegarandeerde operaties te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

Vanaf 1 januari 2007 zijn leningen aan Bulgarije en Roemenië geen externe acties meer (zie Verordening (EG, Euratom) nr. 2273/2004 (PB L 396 van 31.12.2004, blz. 28)) en worden zij derhalve rechtstreeks door de algemene begroting gedragen en niet meer door het Garantiefonds.

V. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE PROGRAMMA’S VAN DOOR DE UNIE OPGENOMEN LENINGEN VOOR DE TOEKENNING VAN FINANCIËLE BIJSTAND AAN DE LANDEN VAN HET GEMENEBEST VAN ONAFHANKELIJKE STATEN EN MONGOLIË

1. Rechtsgronden

Besluit 97/787/EG van de Raad van 17 november 1997 tot toekenning van buitengewone financiële bijstand aan Armenië en Georgië (PB L 322 van 25.11.1997, blz. 37).

Besluit 98/592/EG van de Raad van 15 oktober 1998 tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Oekraïne (PB L 284 van 22.10.1998, blz. 45).

Besluit 2000/244/EG van de Raad van 20 maart 2000 tot wijziging van Besluit 97/787/EG tot toekenning van buitengewone financiële bijstand aan Armenië en Georgië, met het oog op de uitbreiding ervan tot Tadzjikistan (PB L 77 van 28.3.2000, blz. 11).

Besluit 2009/890/EG van de Raad van 30 november 2009 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Armenië (PB L 320 van 5.12.2009, blz. 3).

2. Omschrijving

De Raad heeft op 17 november 1997 besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een bijzondere leningsoperatie ten behoeve van Armenië en Georgië. Het gaat om een lening aan Georgië met een hoofdsom van ten hoogste 142 000 000 EUR en een lening van 28 000 000 EUR aan Armenië, met een looptijd van maximaal 15 jaar.

De eerste tranche van 110 000 000 EUR is op 24 juli 1998 aan Georgië verstrekt. Er hoeft geen tweede tranche meer te worden uitbetaald.

De Raad heeft op 15 oktober 1998 besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een derde leningsoperatie ten behoeve van Oekraïne (Oekraïne III). Het ging oorspronkelijk om een lening met een hoofdsom van ten hoogste 150 000 000 EUR en een looptijd van ten hoogste tien jaar. De eerste tranche van 58 000 000 EUR is op 30 juli 1999 uitgekeerd. Er is geen planning meer vastgesteld voor de uitbetaling van het resterende bedrag van 110 000 000 EUR in het kader van Besluit 2002/639/EG van de Raad van 12 juli 2002 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Oekraïne (PB L 209 van 6.8.2002, blz. 22).

De Raad heeft op 20 maart 2000 besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een leningsoperatie ten behoeve van Tadzjikistan. Het gaat om een lening met een hoofdsom van ten hoogste 75 000 000 EUR en een looptijd van ten hoogste 15 jaar. In 2001 is een lening van 60 000 000 EUR verstrekt. Er hoeft geen tweede tranche meer te worden uitbetaald.

3. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Fonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

een jaarlijkse betaling aan of, eerder uitzonderlijk, uit het Fonds, om het streefbedrag van 9 % van de gegarandeerde operaties te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

VI. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE PROGRAMMA’S VAN DOOR DE UNIE OPGENOMEN LENINGEN VOOR DE TOEKENNING VAN FINANCIËLE BIJSTAND AAN DE WESTELIJKE BALKANLANDEN

1. Rechtsgronden

Besluit 97/471/EG van de Raad van 22 juli 1997 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (PB L 200 van 29.7.1997, blz. 59).

Besluit 1999/325/EG van de Raad van 10 mei 1999 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Bosnië en Herzegovina (PB L 123 van 13.5.1999, blz. 57).

Besluit 1999/733/EG van de Raad van 8 november 1999 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (PB L 294 van 16.11.1999, blz. 31).

Besluit 2001/549/EG van de Raad van 16 juli 2001 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 197 van 21.7.2001, blz. 38).

Besluit 2002/882/EG van de Raad van 5 november 2002 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 308 van 9.11.2002, blz. 25).

Besluit 2002/883/EG van de Raad van 5 november 2002 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Bosnië en Herzegovina (PB L 308 van 9.11.2002, blz. 28).

Besluit 2004/580/EG van de Raad van 29 april 2004 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Albanië (PB L 261 van 6.8.2004, blz. 116).

Besluit 2009/891/EG van de Raad van 30 november 2009 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Bosnië en Herzegovina (PB L 320 van 5.12.2009, blz. 6).

Besluit 2009/892/EG van de Raad van 30 november 2009 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Servië (PB L 320 van 5.12.2009, blz. 9).

2. Omschrijving

De Raad heeft op 22 juli 1997 besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een leningsoperatie ten behoeve van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (VJRM I).

Het gaat om een langetermijnlening met een hoofdsom van ten hoogste 40 000 000 EUR en een looptijd van 15 jaar.

De eerste tranche van 25 000 000 EUR, met een maximale looptijd van 15 jaar, is op 30 september 1997 aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië uitbetaald. Deze tranche moet vanaf het elfde jaar in vijf jaar worden terugbetaald.

De tweede tranche van 15 000 000 EUR is op 13 februari 1998 uitbetaald. Deze tranche moet vanaf het elfde jaar in vijf gelijke annuïteiten worden terugbetaald.

De Raad heeft op 10 mei 1999 besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een leningsoperatie ten behoeve van Bosnië en Herzegovina. Het gaat om een langlopende lening met een hoofdsom van ten hoogste 20 000 000 EUR en een looptijd van ten hoogste 15 jaar (Bosnië I).

De eerste tranche van 10 000 000 EUR met een looptijd van ten hoogste 15 jaar is op 21 december 1999 aan Bosnië en Herzegovina uitbetaald. De tweede tranche van 10 000 000 EUR is in 2001 uitbetaald.

De Raad heeft op 8 november 1999 opnieuw besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een leningsoperatie ten behoeve van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. Het gaat om een langlopende lening met een hoofdsom van ten hoogste 50 000 000 EUR en een looptijd van maximaal 15 jaar (VJRM II).

In januari 2001 is de eerste tranche van 10 000 000 EUR met een looptijd van ten hoogste 15 jaar uitbetaald aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, in januari 2002 de tweede tranche van 12 000 000 EUR, in juni 2003 de derde tranche van 10 000 000 EUR en in december 2003 de vierde tranche van 18 000 000 EUR.

De Raad heeft op 16 juli 2001 besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een leningsoperatie ten behoeve van de Federale Republiek Joegoslavië (Servië en Montenegro I). Het gaat om een langlopende lening met een hoofdsom van ten hoogste 225 000 000 EUR en een looptijd van ten hoogste 15 jaar. De lening is in oktober 2001 in één tranche uitbetaald.

De Raad heeft op 5 november 2002 besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een leningsoperatie ten behoeve van Bosnië en Herzegovina. Het gaat om een langlopende lening met een hoofdsom van ten hoogste 20 000 000 EUR en een looptijd van ten hoogste 15 jaar (Bosnië II).

De eerste tranche van 10 000 000 EUR, met een looptijd van ten hoogste 15 jaar, is in 2004 aan Bosnië en Herzegovina uitbetaald. De tweede tranche van 10 000 000 EUR is in 2006 uitbetaald.

De Raad heeft op 5 november 2002 besloten een garantie van de Europese Unie te verlenen voor een leningsoperatie ten behoeve van Servië en Montenegro (Servië en Montenegro II). Het gaat om een langlopende lening met een hoofdsom van ten hoogste 55 000 000 EUR en een looptijd van ten hoogste 15 jaar.

De eerste tranche van 10 000 000 EUR en de tweede tranche van 30 000 000 EUR, beide met een looptijd van ten hoogste 15 jaar, zijn in 2003 aan Servië en Montenegro uitbetaald, en de derde tranche van 15 000 000 EUR is in 2005 uitbetaald.

De lening aan Albanië van 9 000 000 EUR, met een looptijd van ten hoogste 15 jaar, is volledig uitbetaald in 2006.

3. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Fonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

een jaarlijkse betaling aan of, eerder uitzonderlijk, uit het Fonds, om het streefbedrag van 9 % van de gegarandeerde operaties te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

VII. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE EURATOM-LENINGEN DIE BESTEMD ZIJN VOOR DE FINANCIERING VAN DE VERBETERING VAN DE EFFICIËNTIE EN DE VEILIGHEID VAN KERNCENTRALES VAN DE LANDEN VAN MIDDEN- EN OOST-EUROPA, ALSMEDE VAN DIE VAN HET GEMENEBEST VAN ONAFHANKELIJKE STATEN

1. Rechtsgronden

Besluit 94/179/Euratom van de Raad van 21 maart 1994 tot wijziging van Besluit 77/270/Euratom teneinde de Commissie te machtigen tot het aangaan van Euratom-leningen om aldus een bijdrage te leveren aan de financiering van de verbetering van de efficiëntie en de veiligheid van kerncentrales in bepaalde derde landen (PB L 84 van 29.3.1994, blz. 41).

2. Omschrijving

Overeenkomstig het bepaalde in Besluit 94/179/Euratom breidt de Europese Unie de Euratom-leningen uit tot de verbetering van het rendement en de veiligheid van de kerninstallaties van de landen in Midden- en Oost-Europa en het Gemenebest van onafhankelijke staten.

Het totale maximumbedrag aan Euratom-leningen voor de lidstaten en de derde landen blijft vastgesteld op 4 000 000 000 EUR.

In 2000 heeft de Commissie besloten tot een lening aan Kozloduy in Bulgarije (212 500 000 EUR) en de laatste tranche is in 2006 uitbetaald. In 2000 heeft de Commissie een lening aan K2R4 in Oekraïne toegekend, maar het bedrag ervan in 2004 teruggebracht tot de tegenwaarde van 83 000 000 USD in EUR. In 2007 is aan K2R4 een lening toegekend van 39 000 000 EUR (eerste tranche), 22 000 000 USD in 2008 en 10 335 000 USD in 2009 uit hoofde van het besluit van de Commissie van 2004. In 2004 heeft de Commissie besloten tot een lening aan Cernavodă in Roemenië (223 500 000 EUR). Een eerste tranche van 100 000 000 EUR en een tweede van 90 000 000 EUR zijn in 2005 uitgekeerd en de laatste, van 33 500 000 EUR, in 2006.

3. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Fonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

een jaarlijkse betaling aan of, eerder uitzonderlijk, uit het Fonds, om het streefbedrag van 9 % van de gegarandeerde operaties te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

Vanaf 1 januari 2007 zijn leningen aan Bulgarije en Roemenië geen externe acties meer (zie Verordening (EG, Euratom) nr. 2273/2004 (PB L 396 van 31.12.2004, blz. 28)) en worden zij derhalve rechtstreeks door de algemene begroting gedragen en niet meer door het Garantiefonds.

VIII. GARANTIE VAN DE UNIE VOOR DE VERSTREKTE LENINGEN VAN DE EUROPESE INVESTERINGSBANK AAN DE DERDE LANDEN VAN HET MIDDELLANDSE ZEEGEBIED

1. Rechtsgronden

Een aantal in de onderstaande rechtsgronden opgenomen landen zijn inmiddels lidstaten of worden als pretoetredingslanden beschouwd. Voorts kan het zijn dat de namen van de landen sinds de goedkeuring van de betrokken rechtsgronden veranderd zijn.

Besluit van de Raad van 8 maart 1977 (protocollen met de Middellandse Zeelanden).

Verordening (EEG) nr. 1273/80 van de Raad van 23 mei 1980 houdende sluiting van het Interim-protocol tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië betreffende de vervroegde tenuitvoerlegging van Protocol nr. 2 van de Samenwerkingsovereenkomst (PB L 130 van 27.5.1980, blz. 98).

Besluit van de Raad van 19 juli 1982 (aanvullende uitzonderlijke hulp voor de wederopbouw van Libanon).

Verordening (EEG) nr. 3183/82 van de Raad van 22 november 1982 betreffende de sluiting van het Protocol inzake de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 337 van 29.11.1982, blz. 43).

Besluit van de Raad van 9 oktober 1984 (lening aan Joegoslavië buiten het protocol om).

Besluit 87/604/EEG van de Raad van 21 december 1987 betreffende de sluiting van het Tweede Protocol betreffende de financiële samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië (PB L 389 van 31.12.1987, blz. 65).

Besluit 88/33/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 25).

Besluit 88/34/EEG van de Raad van 21 december 1987 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 22 van 27.1.1988, blz. 33).

Besluit 88/453/EEG van de Raad van 30 juni 1988 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 224 van 13.8.1988, blz. 32).

Besluit 92/44/EEG van de Raad van 19 december 1991 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Tunesië (PB L 18 van 25.1.1992, blz. 34).

Besluit 92/207/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Arabische Republiek Egypte (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 21).

Besluit 92/208/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 29).

Besluit 92/209/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Libanese Republiek (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 37).

Besluit 92/210/EEG van de Raad van 16 maart 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Staat Israël (PB L 94 van 8.4.1992, blz. 45).

Verordening (EEG) nr. 1763/92 van de Raad van 29 juni 1992 betreffende de financiële samenwerking met de mediterrane derde landen (PB L 181 van 1.7.1992, blz. 5), ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1488/96 (PB L 189 van 30.7.1996, blz. 1).

Besluit 92/548/EEG van de Raad van 16 november 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Marokko (PB L 352 van 2.12.1992, blz. 13).

Besluit 92/549/EEG van de Raad van 16 november 1992 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 352 van 2.12.1992, blz. 21).

Besluit 93/408/EEG van de Raad van 19 juli 1993 inzake de sluiting van het Protocol betreffende de financiële samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Slovenië (PB L 189 van 29.7.1993, blz. 152).

Besluit 94/67/EG van de Raad van 24 januari 1994 houdende sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Syrische Arabische Republiek (PB L 32 van 5.2.1994, blz. 44).

Besluit 95/484/EG van de Raad van 30 oktober 1995 betreffende de sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Malta (PB L 278 van 21.11.1995, blz. 14).

Besluit 95/485/EG van de Raad van 30 oktober 1995 betreffende de sluiting van het Protocol betreffende de financiële en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Cyprus (PB L 278 van 21.11.1995, blz. 22).

Besluit 97/256/EG van de Raad van 14 april 1997 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (landen in Midden- en Oost-Europa, mediterrane landen, landen in Azië en Latijns-Amerika, Zuid-Afrika, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Bosnië-Herzegovina) (PB L 102 van 19.4.1997, blz. 33).

Besluit 1999/786/EG van de Raad van 29 november 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank (EIB) voor verliezen uit leningen voor projecten voor de wederopbouw van de door de aardbeving getroffen gebieden van Turkije (PB L 308 van 3.12.1999, blz. 35).

Besluit 2000/24/EG van de Raad van 22 december 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (Midden- en Oost-Europa, Middellandse Zeegebied, Latijns-Amerika, Azië en de Republiek Zuid-Afrika) (PB L 9 van 13.1.2000, blz. 24).

Besluit 2000/788/EG van de Raad van 4 december 2000 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG tot vaststelling van een speciaal actieprogramma van de Europese Investeringsbank ter ondersteuning van de consolidatie en verdieping van de douane-unie tussen de EG en Turkije (PB L 314 van 14.12.2000, blz. 27).

Besluit 2005/47/EG van de Raad van 22 december 2004 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG teneinde rekening te houden met de uitbreiding van de Europese Unie en het Europese nabuurschapsbeleid (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 9).

Besluit 2006/1016/EG van de Raad van 19 december 2006 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap (PB L 414 van 30.12.2006, blz. 95), vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 190 van 22.7.2009, blz. 1).

2. Garantie van de algemene begroting

Volgens het voormelde besluit van de Raad van 8 maart 1977 garandeert de Europese Unie de in het kader van de financiële verplichtingen van de Europese Unie jegens de Middellandse Zeelanden door de Europese Investeringsbank toe te kennen leningen.

Dit besluit ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst die op 30 oktober 1978 te Brussel en op 10 november 1978 te Luxemburg is ondertekend en waarbij een totale garantie wordt ingevoerd voor 75 % van het totaal van de uitstaande kredieten voor leningen die worden verstrekt in de volgende landen: Malta, Tunesië, Algerije, Marokko, Portugal (financieel protocol, spoedhulp), Turkije, Cyprus, Egypte, Jordanië, Syrië, Israël, Griekenland, het voormalige Joegoslavië en Libanon.

Voor elk nieuw financieel protocol wordt een nieuwe akte tot verlenging van de garantieovereenkomst opgesteld.

Besluit 97/256/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 25 juli 1997 te Brussel en op 29 juli 1997 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 70 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten.

Besluit 1999/786/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 18 april 2000 te Brussel en op 23 mei 2000 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten.

Besluit 2000/24/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 19 juli 2000 te Brussel en op 24 juli 2000 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten.

Besluit 2005/47/EG ligt ten grondslag aan een geherformuleerde en gewijzigde garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 30 augustus 2005 te Brussel en op 2 september 2005 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten.

Besluit 2006/1016/EG lag ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 1 augustus 2007 te Luxemburg en op 29 augustus 2007 in Brussel is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag van de in het kader van de financieringsverrichtingen van de EIB uitbetaalde kredieten en verleende garanties, verminderd met de terugbetaalde bedragen en verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

3. Omschrijving

In het kader van de financiële protocollen die zijn gesloten met de derde landen van het Middellandse Zeegebied worden totaalbedragen vastgesteld voor de door de Europese Investeringsbank uit haar eigen middelen te verstrekken leningen. De Europese Investeringsbank kent de leningen toe in sectoren die kunnen bijdragen tot de economische ontwikkeling van de betrokken landen: vervoersinfrastructuur, havens, watervoorziening, productie en transport van energie, landbouwprojecten, bevordering van het midden- en kleinbedrijf.

De Raad heeft op 14 april 1997 op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement besloten aan de Europese Investeringsbank opnieuw een garantie van de Gemeenschap te verlenen voor leningen voor projecten in de volgende mediterrane landen: Algerije, Cyprus, Egypte, Israël, Jordanië, Libanon, Malta, Marokko, Syrië, Tunesië, Turkije, Gaza en de Westelijke Jordaanoever. De garantie blijft beperkt tot 70 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit totale bedrag beloopt maximaal 7 105 000 000 EUR, waarvan 2 310 000 000 EUR voor de bovengenoemde mediterrane landen, over een periode van drie jaar, te rekenen vanaf 31 januari 1997 (met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden).

De Europese Investeringsbank wordt verzocht ernaar te streven het commerciële risico van haar kredietverlening voor 25 % te dekken met andere dan staatsgaranties.

De Raad heeft op 29 november 1999 besloten aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Gemeenschap te verlenen voor verliezen op leningen voor wederopbouwprojecten in de door aardbevingen getroffen gebieden in Turkije. De garantie blijft beperkt tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit totale bedrag beloopt maximaal 600 000 000 EUR, over een periode van drie jaar, te rekenen vanaf 29 november 1999 (met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden).

De Europese Investeringsbank wordt verzocht ernaar te streven het commerciële risico van haar kredietverlening voor 30 % te dekken met andere dan staatsgaranties. Dit percentage moet indien mogelijk worden verhoogd, voor zover de markt dat mogelijk maakt.

Op 22 december 1999 heeft de Raad op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement opnieuw besloten aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Gemeenschap te verlenen voor verliezen op leningen voor projecten in de volgende mediterrane landen: Algerije, Cyprus, Egypte, Israël, Jordanië, Libanon, Malta, Marokko, Syrië, Tunesië, Turkije, Gaza en de Westelijke Jordaanoever. Het totaalbedrag van de uitstaande kredieten uit hoofde van Besluit 2000/24/EG bedraagt voor alle landen samen maximaal 19 460 000 000 EUR. De garantie blijft beperkt tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten, en geldt voor een periode van zeven jaar, van 1 februari 2000 tot en met 31 januari 2007. Daar bij het verstrijken van deze periode het bedrag aan door de Europese Investeringsbank verstrekte leningen niet de bovengenoemde totale bedragen bereikt had, werd die periode automatisch één keer met zes maanden verlengd.

Op 4 december 2000 heeft de Raad besloten een speciaal actieprogramma van de Europese Investeringsbank vast te stellen voor consolidatie en verdieping van de douane-unie EG-Turkije. Het bedrag van deze leningen is beperkt tot een maximum van 450 000 000 EUR.

Bij Besluit 2005/47/EG is het mediterrane regionale mandaat zodanig aangepast dat Cyprus, Malta en Turkije niet meer daaronder vallen; deze vallen nu onder het mandaat voor de zuidoostelijke buurlanden.

Bij Besluit 2006/1016/EG wordt een garantie van de Gemeenschap verleend voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap voor leningen in de volgende mediterrane landen: Algerije, Egypte, Westelijke Jordaanoever en Gaza, Israël, Jordanië, Libanon, Libië (subsidiabiliteit vast te stellen door de Raad), Marokko, Syrië, Tunesië. Het uit hoofde van Besluit 2006/1016/EG voor alle landen beschikbaar gestelde totaalbedrag beloopt 27 800 000 000 EUR, voor de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 december 2013, met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden. De garantie van de Gemeenschap is beperkt tot 65 %.

Besluit 2006/1016/EG werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

4. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Fonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

een jaarlijkse betaling aan of, eerder uitzonderlijk, uit het Fonds, om het streefbedrag van 9 % van de gegarandeerde operaties te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren;

de toekenning van, in een aantal gevallen, de rentesubsidies van 2 % die worden betaald als niet terug te betalen steun binnen de grenzen van de in de financiële protocollen vastgestelde maxima.

Leningen aan nieuwe lidstaten zijn geen externe acties meer (zie Verordening (EG, Euratom) nr. 2273/2004 (PB L 396 van 31.12.2004, blz. 28)) en worden derhalve rechtstreeks door de algemene begroting gedragen en niet meer door het Garantiefonds.

IX. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR LENINGEN VAN DE EUROPESE INVESTERINGSBANK AAN DERDE LANDEN IN MIDDEN- EN OOST-EUROPA EN DE WESTELIJKE BALKAN

1. Rechtsgronden

Een aantal in de onderstaande rechtsgronden opgenomen landen zijn inmiddels lidstaten of worden als pretoetredingslanden beschouwd. Voorts kan het zijn dat de namen van de landen sinds de goedkeuring van de betrokken rechtsgrond veranderd zijn.

Besluit van de raad van gouverneurs van de Europese Investeringsbank van 29 november 1989 betreffende de transacties van de Bank in Hongarije en Polen.

Besluit 90/62/EEG van de Raad van 12 februari 1990 waarbij de Gemeenschap zich jegens de Europese Investeringsbank garant stelt voor verliezen op leningen voor projecten in Hongarije en Polen (PB L 42 van 16.2.1990, blz. 68).

Besluit 91/252/EEG van de Raad van 14 mei 1991 houdende uitbreiding tot Tsjechoslowakije, Bulgarije en Roemenië van Besluit 90/62/EEG waarbij de Gemeenschap zich jegens de Europese Investeringsbank garant stelt voor verliezen op leningen voor projecten in Hongarije en Polen (PB L 123 van 18.5.1991, blz. 44).

Besluit 93/166/EEG van de Raad van 15 maart 1993 tot toekenning van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor investeringsprojecten in Estland, Letland en Litouwen (PB L 69 van 20.3.1993, blz. 42).

Besluit 93/696/EG van de Raad van 13 december 1993 tot toekenning van de garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor projecten in de Midden- en Oost-Europese landen (Polen, Hongarije, Tsjechische Republiek, Slowaakse Republiek, Roemenië, Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen en Albanië) (PB L 321 van 23.12.1993, blz. 27).

Besluit 97/256/EG van de Raad van 14 april 1997 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (landen in Midden- en Oost-Europa, mediterrane landen, landen in Azië en Latijns-Amerika, Zuid-Afrika, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Bosnië-Herzegovina) (PB L 102 van 19.4.1997, blz. 33).

Besluit 98/348/EG van de Raad van 19 mei 1998 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (PB L 155 van 29.5.1998, blz. 53).

Besluit 98/729/EG van de Raad van 14 december 1998 tot wijziging van Besluit 97/256/EG om de aan de Europese Investeringsbank verleende garantie van de Gemeenschap uit te breiden tot leningen voor projecten in Bosnië-Herzegovina (PB L 346 van 22.12.1998, blz. 54).

Besluit 2000/24/EG van de Raad van 22 december 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (Midden- en Oost-Europa, Middellandse Zeegebied, Latijns-Amerika, Azië en de Republiek Zuid-Afrika) (PB L 9 van 13.1.2000, blz. 24).

Besluit 2000/688/EG van de Raad van 7 november 2000 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG tot uitbreiding van de garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank tot leningen voor projecten in Kroatië (PB L 285 van 10.11.2000, blz. 20).

Besluit 2001/778/EG van de Raad van 6 november 2001 tot wijziging van Besluit 2000/24/EG met het oog op de uitbreiding van de aan de Europese Investeringsbank verleende garantie van de Gemeenschap tot leningen voor projecten in de Federale Republiek Joegoslavië (PB L 292 van 9.11.2001, blz. 43).

Besluit 2005/47/EG van de Raad van 22 december 2004 tot wijziging van Besluit 2000/24/EG in het licht van de uitbreiding van de Europese Unie en het Europese nabuurschapsbeleid (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 9).

Besluit 2006/1016/EG van de Raad van 19 december 2006 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap (PB L 414 van 30.12.2006, blz. 95). Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 190 van 22.7.2009, blz. 1).

2. Garantie van de algemene begroting

Besluit 90/62/EEG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst betreffende de in Hongarije en Polen verstrekte leningen, die op 24 april 1990 te Brussel en op 14 mei 1990 te Luxemburg door de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Investeringsbank werd ondertekend, alsmede aan een uitbreiding van deze overeenkomst tot leningen in Tsjecho-Slowakije en in Bulgarije, die op 31 juli 1991 te Brussel en te Luxemburg werd ondertekend.

Deze garantieovereenkomst maakte het voorwerp uit van een op 19 januari 1993 te Brussel en op 4 februari 1993 te Luxemburg ondertekende akte, waarbij met ingang van 1 januari 1993 de Tsjechische Republiek en de Slowaakse Republiek in de plaats komen van de Tsjechische en Slowaakse Federatieve Republiek.

Besluit 93/696/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst ondertekend tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank op 22 juli 1994 te Brussel en op 12 augustus 1994 te Luxemburg.

Besluit 97/256/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 25 juli 1997 te Brussel en op 29 juli 1997 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 98/348/EG en Besluit 98/729/EG liggen ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 25 juli 1997 te Brussel en op 29 juli 1997 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 2000/24/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 19 juli 2000 te Brussel en op 24 juli 2000 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 2005/47/EG ligt ten grondslag aan een geherformuleerde en gewijzigde garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 30 augustus 2005 te Brussel en op 2 september 2005 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten.

Besluit 2006/1016/EG lag ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 1 augustus 2007 te Luxemburg en op 29 augustus 2007 te Brussel is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag van de in het kader van de financieringsverrichtingen van de EIB uitbetaalde kredieten en verleende garanties, verminderd met de terugbetaalde bedragen en verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

3. Omschrijving

Ingevolge een verzoek van de Raad van 9 oktober 1989 besloot de raad van gouverneurs van de Europese Investeringsbank op 29 november 1989 de Bank te machtigen om leningen uit haar eigen middelen toe te staan voor het financieren van investeringsprojecten in Polen en Hongarije, en wel voor een totaalbedrag dat 1 000 000 000 EUR mocht belopen. Deze leningen worden verstrekt voor het financieren van investeringsprojecten die voldoen aan de criteria die normaal door de Bank worden toegepast bij toekenning van leningen uit eigen middelen.

De Raad besloot op 14 mei 1991 en op 15 maart 1993, op voorstel van de Commissie en na inwinning van het advies van het Europees Parlement, deze garantie uit te breiden tot leningen die de Europese Investeringsbank zou kunnen verstrekken in de andere landen van Midden- en Oost-Europa (Tsjecho-Slowakije, Bulgarije, Roemenië) in een tijdvak van twee jaar en ten bedrage van 700 000 000 EUR.

De Raad heeft op 13 december 1993, op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement, besloten opnieuw een garantie van de Europese Unie te verlenen aan de Europese Investeringsbank voor de verstrekte leningen voor projecten in Polen, Hongarije, Tsjechië, Slowakije, Roemenië, Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen en Albanië voor een bedrag van 3 000 000 000 EUR gedurende een periode van drie jaar.

De begrotingsgarantie dekt de totale schuldendienst (aflossing, renten, met de transactie samenhangende kosten) die met deze leningen samenhangt.

De Raad heeft op 14 april 1997, op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement, besloten aan de Europese Investeringsbank opnieuw een garantie van de Gemeenschap te verlenen voor leningen voor projecten in Albanië, Bulgarije, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen, Roemenië, Slovenië, Slowakije en Tsjechië. De garantie blijft beperkt tot 70 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit totale bedrag beloopt maximaal 7 105 000 000 EUR, waarvan 3 520 000 000 EUR voor de bovengenoemde landen van Midden- en Oost-Europa.. De overeenkomst geldt voor een periode van drie jaar, te rekenen vanaf 31 januari 1997. Daar aan het einde van die periode het bedrag aan door de Europese Investeringsbank verstrekte leningen niet de bovengenoemde totale bedragen bereikt had, werd die periode automatisch één keer met zes maanden verlengd.

De Raad heeft op 19 mei 1998 besloten een garantie van de Gemeenschap te verlenen voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De garantie blijft beperkt tot 70 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit totale bedrag beloopt maximaal 150 000 000 EUR voor een periode van twee jaar, te rekenen vanaf 1 januari 1998. Daar aan het einde van die periode het bedrag aan door de Europese Investeringsbank verstrekte leningen niet de bovengenoemde totale bedragen bereikt had, werd die periode automatisch één keer met zes maanden verlengd.

De Raad heeft op 14 december 1998 besloten tot wijziging van Besluit 97/256/EG om de garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor leningen voor projecten in Bosnië-Herzegovina uit te breiden. De garantie blijft beperkt tot 70 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit totale bedrag beloopt maximaal 100 000 000 EUR voor een periode van twee jaar, te rekenen vanaf 22 december 1998. Daar aan het einde van die periode het bedrag aan door de Europese Investeringsbank verstrekte leningen niet de bovengenoemde totale bedragen bereikt had, werd die periode automatisch één keer met zes maanden verlengd.

De Europese Investeringsbank wordt verzocht ernaar te streven het commerciële risico van haar kredietverlening voor 25 % te dekken met andere dan staatsgaranties.

De Raad heeft op 22 december 1999, op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement, besloten aan de Europese Investeringsbank opnieuw een garantie van de Gemeenschap te verlenen voor leningen voor projecten in Albanië, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Bosnië en Herzegovina, Bulgarije, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen, Roemenië, Slovenië, Slowakije en Tsjechië. Het totale bedrag aan uitstaande kredieten van alle landen waarvoor Besluit 2000/24/EG geldt tezamen, beloopt maximaal 19 460 000 000 EUR. De garantie blijft beperkt tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. De overeenkomst geldt voor een periode van zeven jaar, van 1 februari 2000 tot en met 31 januari 2007. Daar aan het einde van die periode het bedrag aan door de Europese Investeringsbank verstrekte leningen niet de bovengenoemde totale bedragen bereikt had, werd die periode automatisch één keer met zes maanden verlengd.

De Europese Investeringsbank wordt verzocht ernaar te streven het commerciële risico van haar kredietverlening voor 30 % te dekken met andere dan staatsgaranties. Dit percentage moet, wanneer de marktomstandigheden dat toelaten, worden opgevoerd.

De Raad heeft op 7 november 2000 besloten tot verlenging van de door de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank verleende garantie voor leningen voor projecten in Kroatië.

De Raad heeft op 6 november 2000 besloten tot verlenging van de door de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank verleende garantie voor leningen voor projecten in Kroatië.

Bij Besluit 2005/47/EG is het mediterrane regionale mandaat zodanig aangepast dat Cyprus, Malta en Turkije niet meer daaronder vallen; deze vallen nu onder het mandaat voor de zuidoostelijke buurlanden.

Bij Besluit 2006/1016/EG wordt een garantie van de Gemeenschap verstrekt voor verliezen van de EIB op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap voor leningen in de volgende kandidaat-lidstaten: Kroatië, Turkije en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, en de volgende potentiële kandidaat-lidstaten: Albanië, Bosnië en Herzegovina, Montenegro, Servië en Kosovo. Het totale bedrag aan uitstaande kredieten van alle landen waarvoor Besluit 2006/1016/EG geldt tezamen, beloopt maximaal 27 800 000 000 EUR en geldt voor de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 december 2013, met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden. De garantie van de Gemeenschap is beperkt tot 65 %. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

4. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Garantiefonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

één storting per jaar in of bij uitzondering uit het Garantiefonds om het streefbedrag van 9 % van de garanties op leningen te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

Leningen aan nieuwe lidstaten zijn geen externe acties meer (zie Verordening (EG, Euratom) nr. 2273/2004 (PB L 396 van 31.12.2004, blz. 28)) en worden derhalve rechtstreeks door de algemene begroting gedragen en niet meer door het Garantiefonds.

X. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE AAN DE EUROPESE INVESTERINGSBANK VOOR VERLIEZEN OP LENINGEN VOOR PROJECTEN IN BEPAALDE AZIATISCHE EN LATIJNS-AMERIKAANSE LANDEN

1. Rechtsgronden

Besluit 93/115/EEG van de Raad van 15 februari 1993 waarbij aan de Europese Investeringsbank een garantie wordt verleend voor verliezen uit hoofde van leningen voor projecten van gemeenschappelijk belang in bepaalde derde landen (PB L 45 van 23.2.1993, blz. 27).

Besluit 96/723/EG van de Raad van 12 december 1996 waarbij aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Gemeenschap wordt verleend voor verliezen op leningen voor projecten van gemeenschappelijk belang in landen in Latijns-Amerika en Azië waarmee de Gemeenschap samenwerkingsovereenkomsten gesloten heeft (Argentinië, Bolivia, Brazilië, Chili, Colombia, Costa Rica, Ecuador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, El Salvador, Uruguay en Venezuela; Bangladesh, Brunei, China, India, Indonesië, Macao, Maleisië, Pakistan, de Filipijnen, Singapore, Sri Lanka, Thailand en Vietnam (PB L 329 van 19.12.1996, blz. 45).

Besluit 97/256/EG van de Raad van 14 april 1997 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (landen in Midden- en Oost-Europa, mediterrane landen, landen in Azië en Latijns-Amerika, Zuid-Afrika, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Bosnië-Herzegovina) (PB L 102 van 19.4.1997, blz. 33).

Besluit 2000/24/EG van de Raad van 22 december 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (Midden- en Oost-Europa, Middellandse Zeegebied, Latijns-Amerika, Azië en de Republiek Zuid-Afrika) (PB L 9 van 13.1.2000, blz. 24).

Besluit 2005/47/EG van de Raad van 22 december 2004 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG teneinde rekening te houden met de uitbreiding van de Europese Unie en het Europese nabuurschapsbeleid (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 9).

Besluit 2006/1016/EG van de Raad van 19 december 2006 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap (PB L 414 van 30.12.2006, blz. 95). Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

2. Garantie van de algemene begroting

Besluit 93/115/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 4 november 1993 te Brussel en op 17 november 1993 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 96/723/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 18 maart 1997 te Brussel en op 26 maart 1997 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 97/256/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 25 juli 1997 te Brussel en op 29 juli 1997 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 2000/24/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 19 juli 2000 te Brussel en op 24 juli 2000 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 2005/47/EG ligt ten grondslag aan een geherformuleerde en gewijzigde garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 30 augustus 2005 te Brussel en op 2 september 2005 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten.

Besluit 2006/1016/EG lag ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 1 augustus 2007 te Luxemburg en op 29 augustus 2007 te Brussel is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag van de in het kader van de financieringsverrichtingen van de EIB uitbetaalde kredieten en verleende garanties, verminderd met de terugbetaalde bedragen en verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

3. Omschrijving

Overeenkomstig het bepaalde in Besluit 93/115/EEG stelt de Europese Unie zich garant voor de leningen die geval per geval worden toegekend door de Europese Investeringsbank in derde landen waarmee de Europese Unie samenwerkingsovereenkomsten heeft gesloten.

Er is een algemeen maximum van 250 000 000 EUR per jaar voor een periode van drie jaar vastgesteld bij Besluit 93/115/EEG.

Op 12 december 1996 heeft de Raad aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Europese Gemeenschap van 100 % verleend voor leningen voor projecten van wederzijds belang in een aantal derde landen (ontwikkelingslanden in Latijns-Amerika en Azië) waarmee de Gemeenschap samenwerkingsovereenkomsten heeft gesloten. Deze garantie blijft beperkt tot een totaal bedrag van maximaal 275 000 000 EUR in 1996 (met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden).

De Raad heeft op 14 april 1997, op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement, besloten opnieuw een garantie van de Gemeenschap te verlenen aan de Europese Investeringsbank voor de leningen voor projecten in de volgende landen in Latijns-Amerika en Azië: Argentinië, Bolivia, Brazilië, Chili, Colombia, Costa Rica, Ecuador, El Salvador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, Uruguay Venezuela, Bangladesh, Brunei, China, de Filipijnen, India, Indonesië, Macau, Maleisië, Mongolië, Pakistan, Singapore, Sri Lanka, Thailand en Vietnam. De garantie blijft beperkt tot 70 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit totale bedrag beloopt maximaal 7 105 000 000 EUR, waarvan 900 000 000 EUR voor de bovengenoemde landen van Azië en Latijns-Amerika, over een periode van drie jaar, te rekenen vanaf 31 januari 1997 (met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden).

De Europese Investeringsbank wordt verzocht ernaar te streven het commerciële risico van haar kredietverlening voor 25 % te dekken met andere dan staatsgaranties.

De Raad heeft op 22 december 1999, op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement, besloten opnieuw een garantie van de Gemeenschap te verlenen aan de Europese Investeringsbank voor de leningen voor projecten in de volgende landen in Latijns-Amerika en Azië: Argentinië, Bolivia, Brazilië, Chili, Colombia, Costa Rica, Ecuador, El Salvador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, Uruguay, Venezuela, Bangladesh, Brunei, China, de Filipijnen, India, Indonesië, Jemen, Laos, Macau, Maleisië, Mongolië, Nepal, Pakistan, Singapore, Sri Lanka, Thailand, Vietnam en Zuid-Korea. De garantie blijft beperkt tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Het totale bedrag aan uitstaande kredieten van alle landen waarvoor Besluit 2000/24/EG geldt tezamen, beloopt maximaal 19 460 000 000 EUR. De overeenkomst geldt voor een periode van zeven jaar, van 1 februari 2000 tot en met 31 januari 2007. Daar aan het einde van die periode het bedrag aan door de Europese Investeringsbank verstrekte leningen niet de bovengenoemde totale bedragen bereikt had, werd die periode automatisch één keer met zes maanden verlengd.

De Europese Investeringsbank wordt verzocht ernaar te streven het commerciële risico van haar kredietverlening voor 30 % te dekken met andere dan staatsgaranties. Dit percentage moet, wanneer de marktomstandigheden dat toelaten, worden opgevoerd.

Besluit 2005/47/EG ligt ten grondslag aan een geherformuleerde en gewijzigde garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 30 augustus 2005 te Brussel en op 2 september 2005 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten.

Besluit 2006/1016/EG verstrekt een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de EIB op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap voor leningen in de volgende Latijns-Amerikaanse landen: Argentinië, Bolivia, Brazilië, Chili, Colombia, Costa Rica, Ecuador, El Salvador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, Uruguay en Venezuela, en de volgende Aziatische landen: Afghanistan*, Bangladesh, Bhutan*, Brunei, Cambodja*, China, de Filipijnen, India, Indonesië, Irak*, Jemen, Laos, Maleisië, Maldiven, Mongolië, Nepal, Pakistan, Singapore, Sri Lanka, Taiwan*, Thailand, Vietnam, Zuid-Korea, en de volgende Centraal-Aziatische landen: Kazachstan*, Kirgizië*, Turkmenistan*, Oezbekistan* (*: subsidiabiliteit door de Raad vast te stellen). Het totale bedrag aan uitstaande kredieten van alle landen waarvoor Besluit 2006/1016/EG geldt tezamen, beloopt maximaal 27 800 000 000 EUR en geldt voor de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 december 2013, met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden. De garantie van de Gemeenschap is beperkt tot 65 %. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

4. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Garantiefonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

één storting per jaar in of bij uitzondering uit het Garantiefonds om het streefbedrag van 9 % van de garanties op leningen te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

XI. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE AAN DE EUROPESE INVESTERINGSBANK VOOR VERLIEZEN OP LENINGEN VOOR PROJECTEN IN DE ZUIDELIJKE KAUKASUS, RUSLAND, WIT-RUSLAND, DE REPUBLIEK MOLDAVIË EN OEKRAÏNE

1. Rechtsgronden

De Raad heeft Besluit 2001/777/EG vastgesteld tot verlening van een uitzonderlijke garantie van 100 % aan de Europese Investeringsbank voor verliezen als gevolg van een speciale leningsoperatie voor de verwezenlijking van geselecteerde milieuacties in het Russische deel van het Oostzeebekken in het kader van de Noordelijke Dimensie (PB L 292 van 9.11.2001, blz. 41).

Besluit 2005/48/EG van de Raad van 22 december 2004 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor bepaalde projecten in Rusland, Oekraïne, de Republiek Moldavië en Wit-Rusland (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 11). Ingevolge Besluit C(2005) 1499 van de Commissie geldt Besluit 2005/48/EG vanaf 31 december 2006 alleen nog voor Rusland en Oekraïne.

Besluit 2006/1016/EG van de Raad van 19 december 2006 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap (PB L 414 van 30.12.2006, blz. 95) (Pretoetredingslanden, Nabuurschaps- en Partnerschapslanden, Azië en Latijns-Amerika en de Republiek Zuid-Afrika). Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 190 van 22.7.2009, blz. 1).

2. Garantie van de algemene begroting

Besluit 2001/777/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 6 mei 2002 te Brussel en op 7 mei 2002 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 2005/48/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 9 december 2005 te Luxemburg en op 21 december 2005 te Brussel is ondertekend.

Besluit 2006/1016/EG lag ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 1 augustus 2007 te Luxemburg en op 29 augustus 2007 te Brussel is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag van de in het kader van de financieringsverrichtingen van de EIB uitbetaalde kredieten en verleende garanties, verminderd met de terugbetaalde bedragen en verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

3. Omschrijving

De Raad heeft op 6 november 2001 besloten aan de Europese Investeringsbank een garantie van de Gemeenschap te verlenen voor verliezen op leningen die in het kader van de Noordelijke Dimensie worden verstrekt voor bepaalde milieuprojecten in het Russische gebied rond de Oostzee. Het totale bedrag beloopt maximaal 100 000 000 EUR. Aan de Europese Investeringsbank is een uitzonderlijke garantie van de Gemeenschap van 100 % verleend.

De Raad heeft op 22 december 2005 besloten om een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor bepaalde projecten in Rusland, Oekraïne, de Republiek Moldavië en Wit-Rusland te verlenen. Het totale bedrag beloopt maximaal 500 000 000 EUR. Aan de Europese Investeringsbank is een uitzonderlijke garantie van de Gemeenschap van 100 % verleend.

Besluit 2005/48/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 21 december 2005 te Brussel en op 9 december 2005 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke een volledige garantie wordt verleend.

Bij Besluit 2006/1016/EG wordt een garantie van de Gemeenschap verstrekt voor verliezen van de EIB op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap voor leningen in de volgende Oost-Europese landen: Moldavië, Oekraïne, Belarus (subsidiabiliteit door de Raad vast te stellen); in de volgende landen van de zuidelijke Kaukasus: Armenië, Azerbeidzjan, Georgië, en Rusland. Het totale bedrag aan uitstaande kredieten van alle landen waarvoor Besluit 2006/1016/EG geldt tezamen, beloopt maximaal 27 800 000 000 EUR en geldt voor de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 december 2013, met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden. De garantie van de Gemeenschap is beperkt tot 65 %. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

4. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Garantiefonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

één storting per jaar in of bij uitzondering uit het Garantiefonds om het streefbedrag van 9 % van de garanties op leningen te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

XII. GARANTIE VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE DOOR DE EUROPESE INVESTERINGSBANK AAN ZUID-AFRIKA VERSTREKTE LENINGEN

1. Rechtsgronden

Besluit 95/207/EG van de Raad van 1 juni 1995 tot toekenning van een garantie van de Gemeenschap aan de Europese Investeringsbank voor verliezen op leningen voor projecten in Zuid-Afrika (PB L 131 van 15.6.1995, blz. 31).

Besluit 97/256/EG van de Raad van 14 april 1997 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (landen in Midden- en Oost-Europa, mediterrane landen, landen in Azië en Latijns-Amerika, Zuid-Afrika, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Bosnië en Herzegovina) (PB L 102 van 19.4.1997, blz. 33).

Besluit 2000/24/EG van de Raad van 22 december 1999 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (Midden- en Oost-Europa, Middellandse Zeegebied, Latijns-Amerika, Azië en de Republiek Zuid-Afrika) (PB L 9 van 13.1.2000, blz. 24).

Besluit 2005/47/EG van de Raad van 22 december 2004 houdende wijziging van Besluit 2000/24/EG teneinde rekening te houden met de uitbreiding van de Europese Unie en het Europese nabuurschapsbeleid (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 9).

Besluit 2006/1016/EG van de Raad van 19 december 2006 tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap (PB L 414 van 30.12.2006, blz. 95). Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 190 van 22.7.2009, blz. 1).

2. Garantie van de algemene begroting

Besluit 95/207/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 4 oktober 1995 te Brussel en op 16 oktober 1995 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 97/256/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 25 juli 1997 te Brussel en op 29 juli 1997 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 2000/24/EG ligt ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank, die op 19 juli 2000 te Brussel en op 24 juli 2000 te Luxemburg is ondertekend.

Besluit 2006/1016/EG lag ten grondslag aan een garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 1 augustus 2007 te Luxemburg en op 29 augustus 2007 te Brussel is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag van de in het kader van de financieringsverrichtingen van de EIB uitbetaalde kredieten en verleende garanties, verminderd met de terugbetaalde bedragen en verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

3. Omschrijving

Overeenkomstig het bepaalde in Besluit 95/207/EG neemt de Europese Unie de garantie op de door de Europese Investeringsbank aan Zuid-Afrika toegekende leningen voor haar rekening voor een totaalbedrag van ten hoogste 300 000 000 EUR.

De begrotingsgarantie dekt de gehele schuldendienst (aflossing van de hoofdsom, rente en bijkomende kosten) in verband met deze leningen.

De Raad heeft op 14 april 1997, op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement, besloten opnieuw een garantie van de Gemeenschap te verlenen aan de Europese Investeringsbank voor de leningen voor projecten in de Republiek Zuid-Afrika. De garantie blijft beperkt tot 70 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Dit totale bedrag beloopt maximaal 7 105 000 000 EUR, waarvan 375 000 000 EUR voor de Republiek Zuid-Afrika, over een periode van drie jaar, te rekenen vanaf 1 juli 1997 (met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden).

De Europese Investeringsbank wordt verzocht ernaar te streven het commerciële risico van haar kredietverlening voor 25 % te dekken met andere dan staatsgaranties.

De Raad heeft op 22 december 1999, op voorstel van de Commissie en na advies van het Europees Parlement, besloten opnieuw een garantie van de Gemeenschap te verlenen aan de Europese Investeringsbank voor de leningen voor projecten in de Republiek Zuid-Afrika. De garantie blijft beperkt tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten. Het totale bedrag aan uitstaande kredieten van alle landen waarvoor Besluit 2000/24/EG geldt tezamen, beloopt maximaal 19 460 000 000 EUR. De overeenkomst geldt voor een periode van 1 juli 2000 tot en met 31 januari 2007. Daar aan het einde van die periode het bedrag aan door de Europese Investeringsbank verstrekte leningen niet de bovengenoemde totale bedragen bereikt had, werd die periode automatisch één keer met zes maanden verlengd.

De Europese Investeringsbank wordt verzocht ernaar te streven het commerciële risico van haar kredietverlening voor 30 % te dekken met andere dan staatsgaranties. Dit percentage moet, wanneer de marktomstandigheden dat toelaten, worden opgevoerd.

Besluit 2005/47/EG ligt ten grondslag aan een geherformuleerde en gewijzigde garantieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Investeringsbank die op 30 augustus 2005 te Brussel en op 2 september 2005 te Luxemburg is ondertekend en volgens welke de garantie beperkt blijft tot 65 % van het totale bedrag aan uitstaande kredieten, verhoogd met alle bijkomende kosten.

Bij Besluit 2006/1016/EG wordt een garantie van de Gemeenschap verstrekt voor verliezen van de EIB op leningen en garanties voor projecten buiten de Gemeenschap voor leningen. Het totale bedrag aan uitstaande kredieten van alle landen waarvoor Besluit 2006/1016/EG geldt tezamen, beloopt maximaal 27 800 000 000 EUR en geldt voor de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 december 2013, met de mogelijkheid tot verlenging met zes maanden. De garantie van de Gemeenschap is beperkt tot 65 %. Dit besluit werd vervangen door Besluit nr. 633/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad.

4. Begrotingseffect

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1) voor extern optreden, komen eventuele wanbetalingen, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, ten laste van het Garantiefonds.

Het begrotingseffect blijft derhalve beperkt tot:

één storting per jaar in of bij uitzondering uit het Garantiefonds om het streefbedrag van 9 % van de garanties op leningen te handhaven;

eventuele interventie van de garantie bij in gebreke blijven van de debiteuren.

C. PLANNING VOOR NIEUWE LENINGEN AAN TE GAAN OF TE VERSTREKKEN IN 2011 EN 2012

De onderstaande tabel geeft een ruwe indicatie van de leningen die in 2011 en 2012 mogelijkerwijs worden aangegaan, en van de leningen die in deze periode worden verstrekt (en door de algemene begroting worden gegarandeerd).

Opgenomen en verstrekte leningen in 2011 en in 2012

(miljoen EUR)

Instrument

2011

2012

A. Door de algemene begroting gegarandeerde opgenomen en versterkte Unie- en Euratom-leningen

1. Macrofinanciële bijstand van de Unie aan derde landen

Operations decided or scheduled:

Armenië

65

 

Bosnië en Herzegovina

100

 

Georgië

23

 

Servië

100

 

Oekraïne

610

 

Subtotaal

898

 

2. Euratom-leningen

50

170

3. Betalingsbalans (13)

1 950

 

4. European Financial Stabilisation Mechanism (EFSM) (14)

17 600

4 900

Subtotaal

19 600

5 070

B. Door de Europese Investeringsbank verstrekte en door de algemene begroting gegarandeerde leningen

1. Pretoetredingslanden

1 550

1 375

2. Middellandse Zeegebied

1 130

1 222

3. Oost-Europa, zuidelijke Kaukasus en Rusland

613

841

4. Azië en Latijns-Amerika

290

475

5. Republiek Zuid-Afrika

90

81

Subtotaal

3 673

3 994

Totaal-generaal

24 171

9 064

D. KAPITAALVERRICHTINGEN EN BEHEER VAN DE SCHULD

TABEL 1 — OPGENOMEN LENINGEN

Kapitaalverrichtingen en beheer van de opgenomen middelen

(miljoen EUR)

Instrument en jaar van ondertekening

Tegenwaarde op de datum van ondertekening

Tot en met 31 december 2010 geïncasseerd oorspronkelijk bedrag

Stand op 31 december 2010

Aflossingen

Stand op 31 december

Rente

2011

2012

2011

2012

2011

2012

2013

1. Euratom

1977

95,3

23,2

 

 

 

 

 

 

 

 

1978

70,8

45,3

 

 

 

 

 

 

 

 

1979

151,6

43,6

 

 

 

 

 

 

 

 

1980

183,5

74,3

 

 

 

 

 

 

 

 

1981

360,4

245,3

 

 

 

 

 

 

 

 

1982

354,6

249,5

 

 

 

 

 

 

 

 

1983

366,9

369,8

 

 

 

 

 

 

 

 

1984

183,7

207,1

 

 

 

 

 

 

 

 

1985

208,3

179,3

 

 

 

 

 

 

 

 

1986

575,0

445,8

 

 

 

 

 

 

 

 

1987

209,6

329,8

 

 

 

 

 

 

 

 

1988

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1989

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1990

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1991

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1992

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1993

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1994

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1995

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1996

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1997

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1998

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1999

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2000

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2001

40,0

40,0

40,0

 

4,0

40,0

36,0

2,3

2,3

2,0

2002

40,0

40,0

32,3

4,0

4,0

28,3

24,3

0,4

0,3

0,3

2003

25,0

25,0

18,7

2,5

2,5

16,2

13,7

0,2

0,2

0,1

2004

65,0

65,0

59,7

6,5

6,5

53,2

46,7

0,7

0,7

0,6

2005

215,0

215,0

215,0

 

 

215,0

215,0

2,8

2,9

2,8

2006

51,0

51,0

51,0

 

 

51,0

51,0

0,6

0,6

0,6

2007

39,0

39,0

29,3

3,9

3,9

25,4

21,5

0,3

0,3

0,2

2008

15,8

15,8

12,4

1,7

1,7

10,7

9

0,1

0,1

0,1

2009

6,9

6,9

6,0

0,9

0,9

5,1

4,2

0,1

0,1

0,1

2010

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal

3 257,4

2 710,7

464,4

19,5

23,5

444,9

421,4

7,5

7,5

7,1

2. Betalingsbalans

2008

2 000,0

2 000,0

2 000,0

2 000,0

 

 

 

65,0

 

 

2009

7 200,0

7 200,0

7 200,0

 

 

7 200,0

7 200,0

235,0

235,0

235,0

2010

285 0,0

2 850,0

2 850

 

 

2 850

2 850

83,7

83,7

83,7

Totaal

12 050,0

12 050,0

12 050,0

2 000,0

 

10 050,0

10 050,0

383,7

318,7

318,7

3. Macrofinanciële bijstand aan derde landen en voedselhulp aan de voormalige Sovjet-Unie

1990

350,0

350,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1991

945,0

945,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1992

1 671,0

1 671,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1993

659,0

659,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1994

400,0

400,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1995

410,0

410,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1996

155,0

155,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1997

445,0

445,0

10,0

5,0

5,0

5,0

0

0,1

0,1

0

1998

153,0

153,0

22,5

16,5

3

6,0

3,0

0,2

0,1

0

1999

108,0

108,0

8,0

2,0

2,0

6,0

4,0

0,1

0,1

0,1

2000

160,0

160,0

 

 

 

 

 

 

 

 

2001

305,0

305,0

273,0

 

61,0

273,0

212,0

3,4

3,4

2,5

2002

12,0

12,0

12,0

 

 

12,0

12,0

0,1

0,1

0,1

2003

118,0

118,0

105,5

12,5

12,5

93,0

80,5

2,3

2,2

2,0

2004

10,0

10,0

10,0

 

 

10,0

10,0

0,1

0,1

0,1

2005

15,0

15,0

15,0

 

 

15,0

15,0

0,6

0,6

0,6

2006

19,0

19,0

19,0

 

 

19,0

19,0

0,2

0,2

0,2

2009

25,0

25,0

25,0

 

 

25,0

25,0

0,8

0,8

0,8

2010

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal

5 960,0

5 960,0

500,0

36,0

83,5

464,0

380,5

7,9

7,7

6,4

4. Uitsplitsing van het totaal naar valuta

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


TABEL 2 — OPGENOMEN LENINGEN

Kapitaalverrichtingen en beheer van de opgenomen middelen

(miljoen EUR)

Instrument en jaar van ondertekening

Tegenwaarde op de datum van ondertekening

Tot en met 31 december 2010 betaald oorspronkelijk bedrag

Stand op 31 december 2010

Aflossingen

Stand op 31 december

Rente

2011

2012

2011

2012

2011

2012

2013

1. Euratom

1977

98,3

119,4

 

 

 

 

 

 

 

 

1978

72,7

95,9

 

 

 

 

 

 

 

 

1979

152,9

170,2

 

 

 

 

 

 

 

 

1980

183,5

200,7

 

 

 

 

 

 

 

 

1981

362,3

430,9

 

 

 

 

 

 

 

 

1982

355,4

438,5

 

 

 

 

 

 

 

 

1983

369,1

400,1

 

 

 

 

 

 

 

 

1984

205,0

248,7

 

 

 

 

 

 

 

 

1985

337,8

389,5

 

 

 

 

 

 

 

 

1986

594,4

500,9

 

 

 

 

 

 

 

 

1987

674,6

900,9

 

 

 

 

 

 

 

 

1988

88,0

70,2

 

 

 

 

 

 

 

 

1989

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1990

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1991

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1992

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1993

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1994

48,5

47,4

 

 

 

 

 

 

 

 

1995

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1996

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1997

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1998

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1999

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2000

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2001

40,0

40,0

40,0

 

4,0

40,0

36,0

2,3

2,3

2,0

2002

40,0

40,0

32,3

4,0

4,0

28,3

24,3

0,4

0,3

0,3

2003

25,0

25,0

18,7

2,5

2,5

16,2

13,7

0,2

0,2

0,2

2004

65,0

65,0

59,7

6,5

6,5

53,2

46,7

0,7

0,6

0,6

2005

215,0

215,0

215,0

 

 

215,0

215,0

2,6

2,7

2,6

2006

51,0

51,0

51,0

 

 

51,0

51,0

0,6

0,6

0,6

2007

39,0

39,0

29,3

3,9

3,9

25,4

21,5

0,3

0,3

0,2

2008

15,8

15,8

12,4

1,7

1,7

10,7

9,0

0,1

0,1

0,1

2009

6,9

6,9

6,0

0,9

0,9

5,1

4,2

0,1

0,1

0,1

2010

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal

4 040,2

4 511,0

464,4

19,5

23,5

444,9

421,4

7,2

7,2

6,7

2. Betalingsbalans

2008

2 000,0

2 000,0

2 000,0

2 000,0

 

 

0

65,0

 

 

2009

7 200,0

7 200,0

7 200,0

 

 

7 200,0

7 200,0

235,0

235,0

235,0

2010

2 850,0

2 850,0

2 850,0

 

 

2 850,0

2 850,0

83,7

83,7

83,7

Totaal

12 050,0

12 050,0

12 050,0

2 000,0

 

10 050,0

10 050,0

383,7

318,7

318,7

3. Macrofinanciële bijstand aan derde landen en voedselhulp aan de voormalige Sovjet-Unie

1990

350,0

350,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1991

945,0

945,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1992

1 671,0

1 671,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1993

659,0

659,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1994

400,0

400,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1995

410,0

410,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1996

155,0

155,0

 

 

 

 

 

 

 

 

1997

195,0

195,0

10,0

5,0

5,0

5,0

0

0,1

0,1

0

1998

403,0

403,0

22,5

16,5

3

6,0

3

0,2

0,1

0

1999

108,0

108,0

8,0

2

2

6,0

4,0

0,1

0,1

0,1

2000

160,0

160,0

 

 

 

 

 

 

 

 

2001

305,0

305,0

273,0

0

61

273,0

202,0

3,4

3,4

2,5

2002

12,0

12,0

12,0

0

0

12,0

12,0

0,1

0,1

0,1

2003

118,0

118,0

105,5

12,5

12,5

93

80,5

2,3

2,2

2,0

2004

10,0

10,0

10,0

 

 

10,0

10,0

0,1

0,1

0,1

2005

15,0

15,0

15,0

 

 

15,0

15,0

0,6

0,6

0,6

2006

19,0

19,0

19,0

 

 

19,0

19,0

0,2

0,2

0,2

2009

25,0

25,0

25,0

 

 

25,0

25,0

0,8

0,8

0,8

2010

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal

5 960,0

5 960,0

500,0

36

83,5

464

380,5

7,9

7,7

6,4

4. Uitsplitsing van het totaal naar valuta

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Technische aantekeningen bij de tabellen

Wisselkoers: de bedragen in de tweede kolom „Tegenwaarde op de datum van ondertekening” zijn omgerekend tegen de koersen van de dag van ondertekening. In geval van herfinanciering wordt in tabel 1 zowel de oorspronkelijke transactie (bijvoorbeeld in 1979) als de vervangende transactie (bijvoorbeeld in 1986) vermeld, waarbij de vervangende transactie is omgerekend tegen de koers van de oorspronkelijke. De dubbeltelling die daaruit voortvloeit, wordt voor het totaal geëlimineerd.

Alle andere bedragen zijn omgerekend tegen de koers van 31 december 2010.

Derde kolom „Tot en met 31 december 2010 geïncasseerd oorspronkelijk bedrag”. Voorbeeld: op de regel „1986” wordt het gecumuleerde totaal vermeld van alle tot en met 31 december 2010 geïnde bedragen van de in 1986 gesloten leningen (tabel 1) met inbegrip van de herfinancieringen (vandaar een zekere overlapping).

Vierde kolom „Stand op 31 december 2010”: nettobedrag, zonder dubbeltellingen als gevolg van herfinancieringen, verkregen door op het bedrag van de derde kolom het gecumuleerde totaal in mindering te brengen van de reeds tot en met 31 december 2010 plaatsgevonden hebbende aflossingen, met inbegrip van de aflossingen in verband met de herfinancieringen (niet vermeld totaal in de tabellen).

Zevende kolom = vierde kolom – vijfde kolom.

BUREAU VOOR PUBLICATIES

ONTVANGSTEN

TITEL 4

DIVERSE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

3 109 000

3 067 000

2 925 647,99

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

555 000

498 000

440 372,14

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

3 664 000

3 565 000

3 366 020,13

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

4 542 678

4 282 000

4 271 754,83

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

4 542 678

4 282 000

4 271 754,83

 

Totaal van titel 4

8 206 678

7 847 000

7 637 774,96

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

3 109 000

3 067 000

2 925 647,99

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de totale opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden, die maandelijks op de salarissen van het personeel van het Bureau wordt ingehouden.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Referentiebesluiten

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de totale opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst, die maandelijks op de salarissen van het personeel van het Bureau wordt ingehouden.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

555 000

498 000

440 372,14

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

4 542 678

4 282 000

4 271 754,83

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de totale opbrengst van de bijdragen van het personeel van het Bureau aan de financiering van de pensioenregeling, die overeenkomstig artikel 83, lid 2, van het Statuut maandelijks op hun salarissen wordt ingehouden.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 6

BIJDRAGEN AAN PROGRAMMA’S VAN DE UNIE, VERGOEDING VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 6 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

8 206 678

7 847 000

7 637 774,96

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 6 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien bij de andere onderdelen van titel 6 en die gebruikt worden voor de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

A2

BUREAU VOOR PUBLICATIES

A2 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

74 383 000

73 422 000

71 414 227,79

A2 02

SPECIFIEKE ACTIVITEITEN

9 990 000

10 660 000

18 145 077,01

A2 10

RESERVES

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A2

84 373 000

84 082 000

89 559 304,80

 

TOTAAL-GENERAAL

84 373 000

84 082 000

89 559 304,80

TITEL A2

BUREAU VOOR PUBLICATIES

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK A2 01

A2 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

53 929 000

53 409 000

50 140 749,—

A2 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven

A2 01 02 01

Extern personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 599 000

2 544 000

3 033 000,—

A2 01 02 11

Andere beheersuitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

824 000

774 000

778 401,86

 

Totaal van artikel A2 01 02

3 423 000

3 318 000

3 811 401,86

A2 01 03

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

16 450 000

16 136 000

16 880 476,54

A2 01 50

Personeelsbeleid en -beheer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

547 000

525 000

556 473,46

A2 01 51

Beleid en beheer van infrastructuur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

19 000

19 000

15 126,93

A2 01 60

Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

15 000

15 000

10 000,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A2 01

74 383 000

73 422 000

71 414 227,79

HOOFDSTUK A2 02

A2 02 01

Productie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 150 000

1 120 000

2 522 606,48

A2 02 02

Catalogisering en archivering

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 865 000

1 438 000

2 832 863,40

A2 02 03

Materiële distributie en promotie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 000 000

5 000 000

10 681 306,13

A2 02 04

Publieke websites

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 975 000

3 102 000

2 108 301,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A2 02

9 990 000

10 660 000

18 145 077,01

HOOFDSTUK A2 10

A2 10 01

Voorlopige kredieten

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A2 10 02

Reserve voor onvoorziene omstandigheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A2 10

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A2

84 373 000

84 082 000

89 559 304,80

 

TOTAAL-GENERAAL

84 373 000

84 082 000

89 559 304,80

HOOFDSTUK A2 01 —

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

HOOFDSTUK A2 02 —

SPECIFIEKE ACTIVITEITEN

HOOFDSTUK A2 10 —

RESERVES

HOOFDSTUK A2 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

A2 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

53 929 000

53 409 000

50 140 749,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen en de door het Bureau voor publicaties te verrichten betalingen voor tijdelijke functionarissen met het oog op vorming of behoud van pensioenrechten in hun land van herkomst;

de overige toelagen en vergoedingen;

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, alsmede de aanpassingscoëfficiënten op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van tewerkstelling wordt overgeboekt;

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

inrichtingsvergoedingen van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding, verandering van standplaats of beëindiging van de dienst van woonplaats (moeten) veranderen;

de kosten van verhuizing die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling naar een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen en vergoedingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A2 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven

A2 01 02 01   Extern personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 599 000

2 544 000

3 033 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de bezoldiging van arbeidscontractanten (in de zin van titel IV van de Regeling van toepassing op de andere personeelsleden), het stelsel van sociale verzekering voor arbeidscontractanten van de instelling zoals beschreven in titel IV en de kosten voor aanpassingscoëfficiënten die op de bezoldiging van dergelijke personeelsleden van toepassing zijn;

de uitgaven (bezoldigingen, verzekeringen enz.) die voortvloeien uit privaatrechtelijke contracten van externe personeelsleden, en het gebruikmaken van uitzendkrachten;

de uitgaven in verband met de detachering of tijdelijke aanstelling bij de diensten van het Bureau voor publicaties van ambtenaren van de lidstaten en andere deskundigen, alsmede de extra uitgaven die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van ambtenaren aan nationale overheidsdiensten of internationale organisaties;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen en vergoedingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit;

de prestaties ad hoc inzake tekstcorrectie, de uitgaven in verband met freelance en interim-personeel, alsmede de hiermee gepaard gaande administratieve uitgaven.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A2 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

824 000

774 000

778 401,86

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de vervoerskosten, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor het onder het statuut vallende personeel, alsmede voor de nationale of internationale gedetacheerde deskundigen of ambtenaren;

de kosten die in verband met representatieverplichtingen namens het Bureau voor publicaties, in het belang van de dienst, zijn gemaakt en die worden vergoed (niet bij representatieverplichtingen jegens ambtenaren of andere personeelsleden van de Commissie of van andere Europese instellingen);

de reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van de deskundigen die in de studie- en werkgroepen samenkomen, alsmede de kosten welke vergaderingen met zich brengen, voor zover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur in de zetel van de instellingen of in externe bureaus (de kosten van de deskundigen worden vergoed op basis van een besluit van de Commissie);

de kosten voor verfrissingen, en incidenteel voor lichte maaltijden, die tijdens interne vergaderingen worden verstrekt;

de uitgaven voor conferenties, congressen en vergaderingen waaraan het Bureau voor publicaties deelneemt of die het organiseert;

de uitgaven voor opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel te verbeteren zodat het qua prestaties en efficiëntie in de specifieke behoeften van het Bureau voor publicaties kan voorzien;

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften en voor het ontwerp, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op de opleiding;

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

de kosten van deelname aan externe opleidingen en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

uitgaven in verband met de praktische organisatie van cursussen en de uitgaven voor de leslokalen, het vervoer, de maaltijden en het verblijf van deelnemers aan cursussen met verblijf;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende internetsites, aankoop van pedagogisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia;

de financiering van didactisch materiaal;

de uitgaven voor studies en gespecialiseerde raadplegingen, die bij contract worden toegewezen aan hoog gekwalificeerde deskundigen voor zover het personeel waarover het Bureau voor publicaties beschikt, deze niet zelf kan uitvoeren, met inbegrip van de aankoop van reeds uitgevoerde studies;

de kosten voor de deelname van het Bureau voor publicaties aan de Bridge Forum Dialogue.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

A2 01 03   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 450 000

16 136 000

16 880 476,54

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de gebouwen van het Bureau en andere daarmee samenhangende uitgaven, waaronder:

de uitgaven voor de aankoop, de huurkoop of de bouw van gebouwen;

de huur en de erfpacht, de diverse belastingen en heffingen op koopopties met betrekking tot gebouwen of gedeelten van gebouwen, alsmede de huur van conferentieruimten, magazijnen, opslagplaatsen, garages en parkeerplaatsen;

de verzekeringspremies voor door het Bureau voor publicaties gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

de uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming voor de gebouwen of gedeelten van gebouwen die door het Bureau voor publicaties worden gebruikt;

de kosten voor onderhoud van de lokalen, de liften, de centrale verwarming, de installaties voor airconditioning enz.; de kosten vloeien voort uit bepaalde periodieke schoonmaakbeurten, de aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, chemische reiniging enz. evenals schilderwerk, reparaties en noodzakelijke leveringen voor de onderhoudsploegen;

de uitgaven voor selectieve verwerking, opslag en verwijdering van afval;

de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden zoals het verplaatsen van tussenschotten in de gebouwen, het aanbrengen van veranderingen aan technische installaties en andere gespecialiseerde verrichtingen met betrekking tot sloten, elektriciteit, sanitair, schilderwerk, vloerbedekking enz., alsmede van de kosten in verband met wijzigingen in het kabelnetwerk en de kosten van het materieel dat hierbij nodig is (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de fysieke en materiële veiligheid van de personen en goederen, met name de contracten inzake het toezicht op de gebouwen, de onderhoudscontracten voor de beveiligingsinstallaties en de aankoop van klein materieel (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die deel uitmaken van eerstehulpdiensten en de kosten van wettelijke controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de kosten voor juridische, technische en financiële expertises vóór de aankoop, de huur of de bouw van gebouwen;

de overige uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbare nutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden;

de aankoop, de huur of leasing, het onderhoud, de reparatie, de installatie en de vervanging van uitrusting en technisch materieel;

de aankoop, de huur of leasing, het onderhoud en de reparatie van meubilair;

de aankoop, de huur of leasing, het onderhoud en de reparatie van vervoersmiddelen;

diverse verzekeringen (met name voor wettelijke aansprakelijkheid en tegen diefstal);

de kosten voor werkuitrusting, met name:

de aankoop van werkkleding (met name voor portiers, chauffeurs en restaurantmedewerkers);

de aankoop en reiniging van werkkleding voor het personeel van de werkplaatsen en personeel dat werk moet verrichten waarbij een bescherming tegen slecht weer en koude of ook tegen abnormale slijtage en vuil worden van eigen kleding noodzakelijk is;

de aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG;

de kosten van de verhuizing en hergroepering van diensten en de behandelingskosten (ontvangst, opslag, plaatsing) van kantooruitrusting, -meubilair en -benodigdheden;

de uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van telefooncentrales en -lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en de bijbehorende diensten (beheer, ondersteuning, documentatie, installatie en verhuizing);

aankoop, huur of leasing en onderhoud van computerapparatuur, zoals computers, terminals, servers, microcomputers, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, alsmede de voor hun werking benodigde programmatuur;

aankoop, huur of leasing van apparatuur voor de weergave van de informatie op papier, zoals printers, faxtoestellen, kopieerapparaten, scanners en microkopieerapparaten;

aankoop, huur of leasing van schrijfmachines, tekstverwerkers en alle in kantoren gebruikte elektronische apparatuur;

installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

de kosten van de aankoop van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden enz. …;

de frankering van de correspondentie, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en van de interne post bij het Bureau voor publicaties;

de abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, internet, televisie, teleconferentie, videoconferentie), alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica enz., en de aankoop van abonneelijsten;

de kosten voor telefoongesprekken en computerverbindingen tussen de verschillende gebouwen en voor de internationale telecommunicatie tussen de verschillende vestigingsplaatsen van de Unie;

technische en logistieke ondersteuning, opleiding en andere activiteiten van algemeen belang in verband met computerapparatuur en -programmatuur, algemene informaticaopleidingen, abonnementen op technische documentatie (op papier of in elektronische vorm) enz., het externe bedieningspersoneel, servicebureaus, abonnementen bij internationale organisaties enz., veiligheidsonderzoeken en kwaliteitscontrole van computerapparatuur en -programmatuur, de kosten van gebruik, onderhoud en ontwikkeling van programmatuur en de uitvoering van IT-projecten;

de overige huishoudelijke uitgaven waarin hierboven niet specifiek is voorzien.

Dit krediet dekt niet de uitgaven die verband houden met de industriële activiteiten van de drukkerij en het distributiecentrum.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A2 01 50   Personeelsbeleid en -beheer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

547 000

525 000

556 473,46

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de bijdrage van het Bureau aan de exploitatiekosten van de personeelsfoyer en andere culturele en sportieve activiteiten en initiatieven ter bevordering van sociale contacten tussen personeelsleden van verschillende nationaliteiten;

de bijdrage van het Bureau in de kosten van kinderdagverblijven en schoolvervoer;

in het kader van het gehandicaptenbeleid, voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Het betreft hier de dekking, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

A2 01 51   Beleid en beheer van infrastructuur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

19 000

19 000

15 126,93

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor de werking en de aanpassing van de installaties en het materieel van de restaurants, kantines en cafetaria's;

de door het Bureau voor publicaties te betalen schadevergoedingen en interesten, alsmede uitgaven die het Bureau voor publicaties uit hoofde van zijn wettelijke aansprakelijkheid moet verrichten, en de eventuele uitgaven voor bepaalde gevallen waarbij om redenen van billijkheid schadeloosstelling dient te worden betaald, zonder dat daaraan juridische rechten kunnen worden ontleend.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

A2 01 60   Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 000

15 000

10 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de abonnementskosten voor diensten voor snelle informatie via beeldscherm, de abonnementskosten voor kranten en vakbladen, de aanschaf van publicaties en van technische werken die verband houden met de activiteiten van het Bureau voor publicaties;

de kosten van abonnementen bij persagentschappen via telexapparaten of pers- en voorlichtingsbulletins.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

HOOFDSTUK A2 02 —   SPECIFIEKE ACTIVITEITEN

A2 02 01   Productie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 150 000

1 120 000

2 522 606,48

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven die bestemd zijn voor „productie-”activiteiten, met name:

de productie van publicaties in alle vormen (papier, elektronische media), inclusief copublicatie,

nieuwe oplagen van publicaties en correctie van fouten waarvoor het Publicatiebureau verantwoordelijk is.

de aankoop van of de huurkosten voor uitrusting en infrastructuur voor de reproductie van documenten in alle vormen, inclusief de kosten van papier en andere verbruiksgoederen;

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 400 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2009/496/EG, Euratom van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 juni 2009 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 41).

A2 02 02   Catalogisering en archivering

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 865 000

1 438 000

2 832 863,40

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven die bestemd zijn voor de activiteit „Catalogisering en archivering”, met name:

catalogisering, waaronder de kosten van documentaire en judiciële analyse, indexering, specificatie en redactie, en input en onderhoud;

de kosten van jaarabonnementen bij internationale organisaties op het gebied van catalogisering;

elektronische opslag;

langdurige bewaring van elektronische documenten en diensten in verband daarmee, digitalisering.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Resolutie van de Raad van 26 november 1974 betreffende de automatisering van de juridische documentatie (PB C 20 van 28.1.1975, blz. 2).

Resolutie van de Raad van 13 november 1991 over de herziening van het Celex-systeem (geautomatiseerde documentatie inzake het Gemeenschapsrecht) (PB C 308 van 28.11.1991, blz. 2).

Resolutie van de Raad van 20 juni 1994 over de elektronische verspreiding van het Gemeenschapsrecht en het uitvoeringsrecht van de lidstaten alsmede over de verbetering van de toegangsvoorwaarden (PB C 179 van 1.7.1994, blz. 3).

Besluit 2009/496/EG, Euratom van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 juni 2009 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 41).

A2 02 03   Materiële distributie en promotie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 000 000

5 000 000

10 681 306,13

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven die bestemd zijn voor de activiteit „Materiële distributie en promotie”, met name:

opslagactiviteiten voor publicaties: opslag, registratie van inkomende/uitgaande publicaties enz.;

verpakking en adressering (machines, apparatuur, verbruiksartikelen, onderhoud enz.);

verzendkosten: frankeerkosten, vervoer, pendeldiensten enz.;

acquisitie en beheer van adressenlijsten: opstellen, invoeren/coderen, updaten enz.;

promotie en marketing: beurzen, catalogi, prospectussen, advertenties, marktonderzoek enz.;

voorlichting van en bijstand aan het publiek;

materieel voor bibliotheken: kaartsystemen, rekken, meubelen, cataloguskasten enz.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 7 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2009/496/EG, Euratom van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 juni 2009 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 41).

A2 02 04   Publieke websites

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 975 000

3 102 000

2 108 301,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven met betrekking tot activiteiten op het gebied van „Publieke websites” (hoofdzakelijk de websites EUR-Lex, EU-bookshop en Whoiswho), met name:

onderhoud en ontwikkeling van publieke websites;

helpdesk voor de gebruikers van de websites.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 300 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit 2009/496/EG, Euratom van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 juni 2009 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 41).

HOOFDSTUK A2 10 —   RESERVES

A2 10 01   Voorlopige kredieten

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De kredieten van dit artikel hebben uitsluitend het karakter van een voorziening en mogen slechts na overschrijving naar de desbetreffende begrotingsonderdelen overeenkomstig het Financieel Reglement worden gebruikt.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A2 10 02   Reserve voor onvoorziene omstandigheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

EUROPEES BUREAU VOOR FRAUDEBESTRIJDING

ONTVANGSTEN

TITEL 4

DIVERSE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

2 761 000

2 754 000

2 528 235,48

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

521 000

473 000

401 851,69

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

3 282 000

3 227 000

2 930 087,17

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

3 268 319

3 067 000

2 990 921,44

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

3 268 319

3 067 000

2 990 921,44

 

Totaal van titel 4

6 550 319

6 294 000

5 921 008,61

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

2 761 000

2 754 000

2 528 235,48

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit alle opbrengsten van de belasting op de salarissen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden, die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van het personeel van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de opbrengst van de tijdelijke bijdrage die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

521 000

473 000

401 851,69

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSIOENREGELINGEN

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

3 268 319

3 067 000

2 990 921,44

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit het totaal van de bijdragen van het personeel van het Bureau in de financiering van de pensioenregeling; de bijdragen worden overeenkomstig het bepaalde in artikel 83, lid 2, van het Statuut maandelijks op de salarissen ingehouden.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 6

BIJDRAGEN AAN PROGRAMMA’S VAN DE UNIE, VERGOEDING VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

6 550 319

6 294 000

5 921 008,61

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien bij de andere onderdelen van titel 6 en die gebruikt worden voor de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

A3

EUROPEES BUREAU VOOR FRAUDEBESTRIJDING

A3 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

56 399 000

55 320 000

55 151 054,56

A3 02

FINANCIERING VAN FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN

1 650 000

1 625 000

2 092 376,75

A3 03

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT HET MANDAAT VAN DE LEDEN VAN HET COMITÉ VAN TOEZICHT

200 000

200 000

200 000,—

A3 10

RESERVES

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A3

58 249 000

57 145 000

57 443 431,31

 

TOTAAL-GENERAAL

58 249 000

57 145 000

57 443 431,31

TITEL A3

EUROPEES BUREAU VOOR FRAUDEBESTRIJDING

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK A3 01

A3 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

38 162 000

37 290 000

34 002 882,71

A3 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven

A3 01 02 01

Extern personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

2 508 000

2 495 000

3 105 836,63

A3 01 02 11

Andere beheersuitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 362 000

3 310 000

3 500 124,36

 

Totaal van artikel A3 01 02

5 870 000

5 805 000

6 605 960,99

A3 01 03

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

12 349 000

12 207 000

14 527 079,53

A3 01 50

Personeelsbeleid en -beheer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 000

5 000

990,49

A3 01 51

Beleid en beheer van infrastructuur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A3 01 60

Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

15 000

13 000

14 140,84

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A3 01

56 399 000

55 320 000

55 151 054,56

HOOFDSTUK A3 02

A3 02 01

Controles, studies, analyses en specifieke werkzaamheden van het Europees Bureau voor fraudebestrijding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 200 000

1 140 000

1 484 826,23

A3 02 02

Maatregelen ter bescherming van de euro tegen valsemunterij

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

50 000

85 000

50 571,39

A3 02 03

Voorlichting en communicatie

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

400 000

400 000

556 979,13

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A3 02

1 650 000

1 625 000

2 092 376,75

HOOFDSTUK A3 03

A3 03 01

Uitgaven voortvloeiende uit het mandaat van de leden van het Comité van toezicht

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

200 000

200 000

200 000,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A3 03

200 000

200 000

200 000,—

HOOFDSTUK A3 10

A3 10 01

Voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A3 10 02

Reserve voor onvoorziene omstandigheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A3 10

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A3

58 249 000

57 145 000

57 443 431,31

 

TOTAAL-GENERAAL

58 249 000

57 145 000

57 443 431,31

HOOFDSTUK A3 01 —

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

HOOFDSTUK A3 02 —

FINANCIERING VAN FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN

HOOFDSTUK A3 03 —

UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT HET MANDAAT VAN DE LEDEN VAN HET COMITÉ VAN TOEZICHT

HOOFDSTUK A3 10 —

RESERVES

HOOFDSTUK A3 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

A3 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

38 162 000

37 290 000

34 002 882,71

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden van de personeelsformatie, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen en de door het Bureau te verrichten betalingen voor tijdelijke functionarissen met het oog op vorming of behoud van pensioenrechten in hun land van herkomst;

de overige toelagen en vergoedingen;

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling op een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de kosten van verhuizing die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling op een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, alsmede de aanpassingscoëfficiënten op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van tewerkstelling wordt overgeboekt;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van 25 juni 2002 van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A3 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven

A3 01 02 01   Extern personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

2 508 000

2 495 000

3 105 836,63

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de bezoldiging van arbeidscontractanten (in de zin van titel IV van de Regeling van toepassing op de andere personeelsleden), het stelsel van sociale verzekering voor arbeidscontractanten van de instelling zoals beschreven in titel IV en de kosten voor aanpassingscoëfficiënten die op de bezoldiging van dergelijke personeelsleden van toepassing zijn;

de uitgaven (bezoldigingen, verzekeringen enz.) die voortvloeien uit privaatrechtelijke contracten met de externe personeelsleden en het inschakelen van uitzendkrachten;

de uitgaven voor het personeel voor de aannemingscontracten voor toelevering van technische en administratieve diensten;

de uitgaven in verband met de detachering of tijdelijke aanstelling bij de diensten van het Bureau van ambtenaren van de lidstaten en andere deskundigen, alsmede de extra uitgaven die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van ambtenaren aan nationale overheidsdiensten of internationale organisaties;

de gevolgen van eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

A3 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 362 000

3 310 000

3 500 124,36

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de vervoerskosten, met inbegrip van de kosten die verband houden met het opstellen van plaatsbewijzen en reserveringen, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor het onder het statuut vallende personeel van de Commissie, alsmede voor de nationale of internationale deskundigen of ambtenaren welke bij de diensten van de Commissie zijn gedetacheerd;

de kosten die in verband met representatieverplichtingen namens de Commissie in het belang van de dienst zijn gemaakt en die worden vergoed (niet bij representatieverplichtingen jegens ambtenaren of andere personeelsleden van de Commissie of van andere instellingen van de Unie);

de reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van de deskundigen die in de studie- en werkgroepen samenkomen, alsmede de kosten welke vergaderingen met zich brengen, voorzover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur in de zetel van de instellingen of in externe bureaus, voorzover het niet gaat om vergaderingen in het kader van fraudeonderzoeken of fraudebestrijdingsmaatregelen (de kosten van de deskundigen worden vergoed op basis van een besluit van de Commissie);

de kosten voor verfrissingen, en incidenteel voor lichte maaltijden, die tijdens interne vergaderingen worden verstrekt;

diverse kosten van conferenties, congressen en bijeenkomsten waaraan het Bureau deelneemt of die door het Bureau worden georganiseerd;

kosten voor deelneming aan externe opleiding en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

de uitgaven voor opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van het Bureau te verbeteren:

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften en voor het ontwerp, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op de opleiding;

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

kosten voor deelneming aan externe opleiding en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

uitgaven in verband met de praktische organisatie van de cursussen en uitgaven voor de leslokalen, het vervoer, de maaltijden en het verblijf van deelnemers aan cursussen met verblijf;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende websites, aankoop van pedagogisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia;

de financiering van didactisch materiaal.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 65 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

A3 01 03   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 349 000

12 207 000

14 527 079,53

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven die verband houden met de gebouwen van het Bureau, met name:

de kosten van de aankoop, de huurkoop of de bouw van gebouwen;

de huur en de erfpacht, de diverse belastingen en koopoptieheffingen die verband houden met de gebouwen of gedeelten van gebouwen waarin het Bureau is gevestigd, alsmede de huur van conferentieruimten, magazijnen, opslag- en archiefruimten, garages en parkeerplaatsen;

de verzekeringspremies voor door het Bureau gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

de uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming voor de gebouwen of gedeelten van gebouwen die door het Bureau worden gebruikt;

de uitgaven voor schoonmaken en onderhoud van lokalen, liften, centrale verwarming, installaties voor airconditioning enz. Het betreft hier periodieke schoonmaakbeurten, de aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, stomen enz., alsmede verven en repareren van en benodigdheden voor de onderhoudswerkplaatsen;

de uitgaven voor selectieve verwerking, opslag en verwijdering van afval;

de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden zoals het verplaatsen van tussenschotten in de gebouwen, het aanbrengen van veranderingen aan technische installaties en andere gespecialiseerde verrichtingen met betrekking tot sloten, elektriciteit, sanitair, schilderwerk, vloerbedekking enz., alsmede van de kosten in verband met wijzigingen in het kabelnetwerk, evenals de kosten van het materieel dat hierbij nodig is (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de fysieke en materiële veiligheid van de personen en goederen, met name de contracten inzake het toezicht op de gebouwen, de onderhoudscontracten voor de beveiligingsinstallaties en de aankoop van klein materieel (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die deel uitmaken van eerstehulpdiensten en de kosten van wettelijke controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de kosten van technische en financiële expertises vóór de aankoop of de bouw van gebouwen;

de overige uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbare nutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden;

aankoop, huur of leasing en onderhoud, reparatie, installatie en vervanging van technische uitrusting en technisch materieel:

de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van meubilair;

de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van vervoermiddelen;

diverse verzekeringen (met name voor wettelijke aansprakelijkheid en tegen diefstal);

de kosten voor werkuitrusting, en met name:

de aanschaf van dienstkleding voor bodes en chauffeurs;

de aankoop en reiniging van werkkleding voor het personeel van de werkplaatsen en personeel dat werk moet verrichten waarbij een bescherming tegen slecht weer en koude of ook tegen abnormale slijtage en vuil worden van eigen kleding noodzakelijk is;

de aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG;

verhuiskosten, kosten van hergroepering van diensten, alsmede van behandelingskosten (ontvangst, opslag en plaatsing) van materieel, meubilair en kantoorbenodigdheden;

uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van de telefooncentrales en de lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en voor de daarmee samenhangende diensten (ondersteuning, documentatie, installatie, verhuizing);

aankoop, huur of leasing van computers, terminals, microcomputers, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, alsmede de voor hun werking benodigde programmatuur;

aankoop, huur of leasing van apparatuur voor de weergave van de informatie op papier, zoals printers, faxtoestellen, fotokopieerapparaten, scanners en microkopieerapparaten;

aankoop, huur of leasing van schrijfmachines, tekstverwerkers en alle in kantoren gebruikte elektronische apparatuur;

de installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

de kosten van de aankoop van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden en benodigdheden voor de reproductiewerkplaatsen, alsmede voor de uitbesteding van bepaald drukwerk;

de frankering van de gewone correspondentie, verslagen en publicaties, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en de kosten van de interne post;

de abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, televisie, teleconferentie, videoconferentie) alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica enz., en de aankoop van abonneelijsten;

de kosten voor telefoongesprekken en computerverbindingen tussen de verschillende gebouwen en voor de internationale telecommunicatie tussen de verschillende vestigingsplaatsen van de Unie;

technische en logistieke ondersteuning, opleiding en andere activiteiten van algemeen belang in verband met computerapparatuur en -programmatuur, algemene informaticaopleidingen, abonnementen op technische documentatie (op papier of in elektronische vorm) enz., het externe bedieningspersoneel, servicebureaus, abonnementen bij internationale organisaties enz., veiligheidsonderzoeken en kwaliteitscontrole van computerapparatuur en -programmatuur, de kosten van gebruik, onderhoud en ontwikkeling van programmatuur en de uitvoering van IT-projecten;

andere huishoudelijke uitgaven die hier niet expliciet zijn voorzien.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van 25 juni 2002 van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A3 01 50   Personeelsbeleid en -beheer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 000

5 000

990,49

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de bijdrage van het Bureau aan de exploitatiekosten van de personeelsfoyer en andere culturele en sportieve activiteiten in Brussel en de initiatieven ter bevordering van de sociale contacten tussen de personeelsleden van verschillende nationaliteiten in het Bureau;

de bijdrage van het Bureau aan de uitgaven van de kinderdagverblijven en het schoolbusvervoer en in het kader van het gehandicaptenbeleid ten behoeve van:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut.

Het betreft hier de dekking, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

A3 01 51   Beleid en beheer van infrastructuur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de werking en de aanpassing van de installaties en het materieel van de restaurants, kantines en cafetaria's.

A3 01 60   Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 000

13 000

14 140,84

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de realisatie en ontwikkeling van het intranet van de Commissie (IntraComm), abonnementen op diensten voor snelle informatie via beeldscherm, de kosten van het inbinden en andere kosten van instandhouding die noodzakelijk zijn voor het behoud van naslagwerken en periodieken, de kosten van abonnementen op kranten en gespecialiseerde tijdschriften, de aankoop van publicaties en technische werken die verband houden met de activiteiten van het Bureau.

HOOFDSTUK A3 02 —   FINANCIERING VAN FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN

A3 02 01   Controles, studies, analyses en specifieke werkzaamheden van het Europees Bureau voor fraudebestrijding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 200 000

1 140 000

1 484 826,23

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven in verband met fraudebestrijdingsmaatregelen die niet voortvloeien uit de administratieve werking van het Europees Bureau voor fraudebestrijding.

Het is met name bedoeld voor:

het ontwerpen, ontwikkelen, verbeteren en beheren van gegevensuitwisselingssystemen en van gemeenschappelijke voorzieningen, rekening houdend met de eisen inzake vertrouwelijkheid en beveiliging;

het opsporen, het verzamelen, het bestuderen en het gebruiken van alle informatie die van nut is voor het opsporen en vervolgen van fraude (bijvoorbeeld met behulp van databanken), en het rapporteren hierover aan de nationale onderzoeksdiensten;

het ondersteunen van de inspanningen van de lidstaten, met name bij grensoverschrijdende fraudegevallen, waar op Unieniveau moet worden opgetreden;

de financiering van de maatregelen ter verhoging van de doeltreffendheid van preventieve maatregelen, controles en onderzoeken;

de verbetering van de samenwerking met de nationale instanties, met name bij de bestrijding van sigarettensmokkel;

het organiseren van en deelnemen aan controles ter plaatse;

de financiering van reis- en verblijfkosten van nationale onderzoekers en magistraten die zich in verband met controles, coördinatievergaderingen en andere gelegenheden die in het kader van een onderzoek nodig zijn, buiten hun eigen lidstaat moeten begeven;

de financiering van reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van deskundigen die door het Bureau worden uitgenodigd in het kader van een onderzoek of om een gericht deskundig advies te geven;

de financiering van de kosten van conferenties, congressen en vergaderingen die het Europees Bureau voor fraudebestrijding in het kader van de fraudebestrijding organiseert.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 4045/89 van de Raad van 21 december 1989 inzake de door de lidstaten uit te voeren controles op de verrichtingen in het kader van de financieringsregeling van de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (PB L 388 van 30.12.1989, blz. 18).

Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 1).

Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad van 25 mei 1999 betreffende de door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) verrichte onderzoeken (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 8).

Referentiebesluiten

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name artikel 280, artikel 325 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

A3 02 02   Maatregelen ter bescherming van de euro tegen valsemunterij

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

50 000

85 000

50 571,39

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor initiatieven en specifieke maatregelen om de euro te beschermen tegen valsemunterij.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 1).

Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad van 25 mei 1999 betreffende de door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) verrichte onderzoeken (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 8).

A3 02 03   Voorlichting en communicatie

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

400 000

400 000

556 979,13

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van het Bureau voor voorlichting en communicatie.

De externe voorlichtings- en communicatiestrategie is van wezenlijk belang voor de werkzaamheden van het Bureau. Het Bureau is opgericht als onafhankelijk onderzoeksorgaan en moet daarom een eigen communicatiestrategie voeren. De werkzaamheden van het Bureau zijn vaak te technisch van aard om begrijpelijk te zijn voor het grote publiek. Het moet zijn gesprekspartners en het publiek in het algemeen informeren over zijn rol en zijn taken. Het is immers van het grootste belang dat het publiek een goed inzicht heeft in wat het Bureau doet.

Als dienst van de Commissie moet het Bureau ook rekening houden met het democratische tekort tussen de instellingen van de Unie en de Europese burgers. De Commissie, die zich bewust is van dit tekort, heeft een actieplan op dit gebied ontwikkeld.

De communicatiestrategie die het Bureau heeft ontwikkeld en die het blijft voeren, moet getuigen van zijn onafhankelijkheid.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 1).

Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad van 25 mei 1999 betreffende de door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) verrichte onderzoeken (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 8).

HOOFDSTUK A3 03 —   UITGAVEN VOORTVLOEIENDE UIT HET MANDAAT VAN DE LEDEN VAN HET COMITÉ VAN TOEZICHT

A3 03 01   Uitgaven voortvloeiende uit het mandaat van de leden van het Comité van toezicht

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

200 000

200 000

200 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van alle uitgaven die voortvloeien uit het mandaat van de leden van het Comité van toezicht, zoals:

de vergoedingen die aan de leden van het Comité van toezicht worden toegekend voor de tijd die zij aan de uitoefening van hun taken besteden, alsmede de kosten van dienstreizen, verplaatsingen en andere bijkomende kosten;

de representatiekosten die in naam van het Comité van toezicht worden gemaakt door de leden van het comité;

alle huishoudelijke uitgaven zoals de aanschaf van uitrusting, papier en kantoorbenodigdheden, communicatie- en telecommunicatiekosten (porto, telefoon-, telex- en telegramkosten), kosten van documentatie en bibliotheek, de aankoop van boeken en abonnementen op informatiebronnen, inschrijvingskosten voor conferenties enz.;

de reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van deskundigen die door de leden van het Comité van toezicht worden uitgenodigd om deel te nemen aan studiegroepen en werkgroepen, en de overige kosten van dergelijke vergaderingen, voor zover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur (in de plaatsen van vestiging van de instellingen of in de externe bureaus);

de kosten van gespecialiseerde studies en deskundig advies door hooggekwalificeerde deskundigen (natuurlijke of rechtspersonen) in gevallen waarin de leden van het Comité van toezicht niet over het nodige personeel van het Europees Bureau voor fraudebestrijding kunnen beschikken om deze rechtstreeks uit te voeren.

Rechtsgronden

Besluit 1999/352/EG, EGKS, Euratom van de Commissie van 28 april 1999 houdende oprichting van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 20), met name artikel 4 en artikel 6, lid 3.

Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 1), met name artikel 11.

Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad van 25 mei 1999 betreffende de door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) verrichte onderzoeken (PB L 136 van 31.5.1999, blz. 8), met name artikel 11.

HOOFDSTUK A3 10 —   RESERVES

A3 10 01   Voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De kredieten van dit artikel hebben uitsluitend het karakter van een voorziening en mogen slechts na overschrijving naar de desbetreffende begrotingsonderdelen overeenkomstig het Financieel Reglement worden gebruikt.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A3 10 02   Reserve voor onvoorziene omstandigheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

EUROPEES BUREAU VOOR PERSONEELSSELECTIE

ONTVANGSTEN

TITEL 4

DIVERSE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

579 000

588 000

545 851,97

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

110 000

100 000

87 047,66

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

689 000

688 000

632 899,63

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

996 587

1 142 000

937 786,43

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

996 587

1 142 000

937 786,43

 

Totaal van titel 4

1 685 587

1 830 000

1 570 686,06

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN PENSIOENREGELINGEN

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

579 000

588 000

545 851,97

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit alle opbrengsten van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden, die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van het personeel van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Referentiebesluiten

Protocol betreffende de Voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de opbrengst van de tijdelijke bijdrage die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 20, lid 3, in de versie die van kracht was tot 30 april 2004.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de leden van de instellingen, de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

110 000

100 000

87 047,66

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name artikel 20, lid 3.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN PENSIOENREGELINGEN

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

996 587

1 142 000

937 786,43

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de bijdragen in de financiering van de pensioenregeling, die maandelijks worden ingehouden op de bezoldigingen van het personeel van het Bureau uit hoofde van artikel 83, lid 2, van het Statuut.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 6

BIJDRAGEN AAN UNIALE/COMMUNAUTAIRE PROGRAMMA’S, VERGOEDING VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

1 685 587

1 830 000

1 570 686,06

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien bij de andere onderdelen van titel 6 en die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

A4

EUROPEES BUREAU VOOR PERSONEELSSELECTIE

A4 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

15 322 000

18 992 000

16 920 991,47

A4 02

INTERINSTITUTIONELE SAMENWERKING EN INTERINSTITUTIONELE DIENSTEN EN ACTIVITEITEN

7 524 000

8 126 000

6 229 791,11

A4 03

INTERINSTITUTINELE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN OPLEIDING

3 930 000

3 875 000

3 988 033,71

A4 10

RESERVES

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A4

26 776 000

30 993 000

27 138 816,29

 

TOTAAL-GENERAAL

26 776 000

30 993 000

27 138 816,29

TITEL A4

EUROPEES BUREAU VOOR PERSONEELSSELECTIE

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK A4 01

A4 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

10 014 000

9 914 000

9 805 102,59

A4 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven

A4 01 02 01

Extern personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 563 000

1 394 000

1 322 861,80

A4 01 02 11

Andere beheersuitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

729 000

1 271 000

1 067 442,26

 

Totaal van artikel A4 01 02

2 292 000

2 665 000

2 390 304,06

A4 01 03

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

3 001 000

6 383 000

4 707 818,61

A4 01 50

Personeelsbeleid en -beheer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A4 01 51

Beleid en beheer van infrastructuur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A4 01 60

Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

15 000

30 000

17 766,21

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A4 01

15 322 000

18 992 000

16 920 991,47

HOOFDSTUK A4 02

A4 02 01

Interinstitutionele samenwerking en interinstitutionele diensten en activiteiten

A4 02 01 01

Interinstitutionele vergelijkende onderzoeken

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

7 409 000

8 003 000

6 138 391,11

A4 02 01 02

Gespecialiseerde studies, enquêtes en adviezen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

100 000

100 000

68 400,—

A4 02 01 03

Diverse kosten van interne vergaderingen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

15 000

23 000

23 000,—

 

Totaal van artikel A4 02 01

7 524 000

8 126 000

6 229 791,11

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A4 02

7 524 000

8 126 000

6 229 791,11

HOOFDSTUK A4 03

A4 03 01

Europese Bestuursschool (EAS)

A4 03 01 01

Managementopleiding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 460 000

1 437 000

1 526 024,71

A4 03 01 02

Opleiding bij indiensttreding

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 264 000

1 250 000

1 257 909,—

A4 03 01 03

Opleiding voor het behalen van een certificaat

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

1 206 000

1 188 000

1 204 100,—

 

Totaal van artikel A4 03 01

3 930 000

3 875 000

3 988 033,71

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A4 03

3 930 000

3 875 000

3 988 033,71

HOOFDSTUK A4 10

A4 10 01

Voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A4 10 02

Reserves voor onvoorziene omstandigheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A4 10

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A4

26 776 000

30 993 000

27 138 816,29

 

TOTAAL-GENERAAL

26 776 000

30 993 000

27 138 816,29

HOOFDSTUK A4 01 —

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

HOOFDSTUK A4 02 —

INTERINSTITUTIONELE SAMENWERKING EN INTERINSTITUTIONELE DIENSTEN EN ACTIVITEITEN

HOOFDSTUK A4 03 —

INTERINSTITUTINELE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN OPLEIDING

HOOFDSTUK A4 10 —

RESERVES

HOOFDSTUK A4 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

A4 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

10 014 000

9 914 000

9 805 102,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden dat deel uitmaakt van de personeelsformatie, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen en de door de instelling te verrichten betalingen voor tijdelijke functionarissen met het oog op vorming of behoud van pensioenrechten in hun land van herkomst;

de overige toelagen en vergoedingen;

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, alsmede de aanpassingscoëfficiënten op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van tewerkstelling wordt overgeboekt;

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling op een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de kosten van verhuizing die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling op een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit;

de vaste vergoedingen en de vergoedingen volgens uurtarief voor overuren van de ambtenaren van de categorie AST en de plaatselijke functionarissen, die niet volgens de desbetreffende regeling met vrije tijd konden worden gecompenseerd;

de tijdelijke dagvergoedingen aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of verandering van standplaats van woonplaats moeten veranderen;

de extra uitgaven die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van ambtenaren van de Unie en die overeenkomen met de vergoedingen en de terugbetaling van kosten waarop de ambtenaren recht hebben krachtens hun terbeschikkingstelling, en de uitgaven in verband met opleidingsstages bij overheidsdiensten of organisaties van de lidstaten of derde landen.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A4 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven

A4 01 02 01   Extern personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 563 000

1 394 000

1 322 861,80

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de bezoldiging van arbeidscontractanten (in de zin van titel IV van de Regeling van toepassing op de andere personeelsleden), het stelsel van sociale verzekering voor arbeidscontractanten van de instelling zoals beschreven in titel IV en de kosten voor aanpassingscoëfficiënten die op de bezoldiging van dergelijke personeelsleden van toepassing zijn;

de eventuele uitgaven (salarissen, verzekeringen enz.) in verband met het inhuren van extern personeel op contractbasis en van uitzendkrachten;

de uitgaven voor het personeel voor de aannemingscontracten voor toelevering van technische en administratieve diensten, tijdelijke bijstand en voor dienstverlening van intellectuele aard;

de uitgaven in verband met de detachering of tijdelijke aanstelling bij de diensten van het Bureau van ambtenaren van de lidstaten en andere deskundigen, alsmede de extra uitgaven die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van ambtenaren aan nationale overheidsdiensten of internationale organisaties;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit;

de uitgaven voor de diensten van freelance vertalers en linguïsten of voor typewerk en andere werkzaamheden die door de vertaaldienst worden uitbesteed.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A4 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

729 000

1 271 000

1 067 442,26

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de vervoerskosten, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor het onder het statuut vallende personeel, alsmede voor de nationale of internationale gedetacheerde deskundigen of ambtenaren;

de kosten die in verband met representatieverplichtingen namens het Bureau in het belang van de dienst zijn gemaakt en die worden vergoed (niet bij representatieverplichtingen jegens ambtenaren of andere personeelsleden van de Commissie of van andere instellingen van de Unie);

de reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van de deskundigen die in de studie- en werkgroepen samenkomen, alsmede de kosten welke vergaderingen met zich brengen, voor zover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur in de zetel van de instellingen of in externe bureaus (de kosten van de deskundigen worden vergoed op basis van een besluit van de Commissie);

de diverse kosten van conferenties, congressen en vergaderingen waaraan het Bureau deelneemt;

de uitgaven voor algemene opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van het Bureau te verbeteren:

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften en voor het ontwerp, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op de opleiding;

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

kosten voor deelneming aan externe opleiding en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

uitgaven in verband met de praktische organisatie van de cursussen en uitgaven voor de leslokalen, het vervoer, de maaltijden en het verblijf van deelnemers aan cursussen met verblijf;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende internetsites, aankoop van pedagogisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia;

de financiering van didactisch materiaal;

de sociale bijdragen en de reis- en verblijfkostenvergoedingen van de freelance tolken en andere niet-vaste tolken die door het directoraat-generaal Tolken worden opgeroepen voor vergaderingen van het Bureau, waarvoor de benodigde diensten niet kunnen worden geleverd door de tolken die als ambtenaar of als tijdelijk of hulpfunctionaris bij de Commissie werkzaam zijn.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

A4 01 03   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

3 001 000

6 383 000

4 707 818,61

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven die verband houden met de gebouwen van het Bureau en daarmee samenhangende uitgaven, namelijk:

de huur en de erfpacht van de gebouwen of gedeelten van de in gebruik zijnde gebouwen, alsmede de huur van conferentieruimten, magazijnen, garages en parkeerplaatsen;

de verzekeringspremies voor door het Bureau gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

de uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming voor de gebouwen of gedeelten van gebouwen die door het Bureau worden gebruikt;

de uitgaven voor schoonmaken en onderhoud van lokalen, liften, centrale verwarming, installaties voor airconditioning enz., berekend op basis van de lopende contracten. Het betreft hier periodieke schoonmaakbeurten, de aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, stomen enz., alsmede verven en repareren van en benodigdheden voor de onderhoudswerkplaatsen;

de uitgaven voor selectieve verwerking, opslag en verwijdering van afval;

de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden zoals het verplaatsen van tussenschotten in de gebouwen, het aanbrengen van veranderingen aan technische installaties en andere gespecialiseerde verrichtingen met betrekking tot sloten, elektriciteit, sanitair, schilderwerk, vloerbedekking enz., alsmede van de kosten in verband met wijzigingen in het kabelnetwerk, alsmede de kosten van het materieel dat hierbij nodig is (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de fysieke en materiële veiligheid van de personen en goederen, met name de contracten inzake het toezicht op de gebouwen, de onderhoudscontracten voor de beveiligingsinstallaties en de aankoop van klein materieel (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die deel uitmaken van eerstehulpdiensten en de kosten van wettelijke controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de kosten voor juridische, technische en financiële expertises vóór de aankoop, de huur of de bouw van gebouwen;

de overige uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbare nutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden;

aankoop, huur of leasing en onderhoud, reparatie, installatie en vervanging van technische uitrusting en technisch materieel, met name:

materieel (met inbegrip van kopieerapparaten) voor het produceren, reproduceren en archiveren van publicaties en van documenten in eender welke vorm (papier, elektronische drager);

audiovisueel materieel en materieel voor de bibliotheek en de tolkendienst (hokjes, koptelefoons, luisterapparatuur voor simultaanvertaling enz.);

uitrusting voor kantines en restaurants;

diverse outillage voor het onderhoud van de gebouwen;

de voor gehandicapte ambtenaren noodzakelijke uitrusting;

alsook de uitgaven voor studies, documentatie en opleiding met betrekking tot deze uitrusting;

de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van meubilair, en met name:

de uitgaven voor de aankoop van kantoormeubilair en speciaal meubilair, met name ergonomisch meubilair, rekken voor de archieven enz.;

de vervanging van verouderd en afgedankt meubilair;

de uitrusting met speciaal materieel voor bibliotheken (kaartsystemen, rekken, cataloguskasten enz.);

de specifieke uitrusting van cafetaria's en restaurants;

de huur van meubilair;

de kosten van onderhoud en herstel van meubilair;

de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van vervoermiddelen, en met name:

de aankoop van vervoermiddelen;

de vervanging van de voertuigen die in de loop van het begrotingsjaar zo'n hoog aantal kilometers zullen hebben afgelegd dat vervanging gerechtvaardigd is;

de huur van auto's, op korte of op lange termijn, wanneer de capaciteit van het wagenpark onvoldoende is;

de uitgaven voor onderhoud, reparatie en verzekering van dienstauto's (aankoop van brandstof, olie, binnen- en buitenbanden, diverse benodigdheden, onderdelen, gereedschap enz.);

diverse verzekeringen (met name wettelijke aansprakelijkheid en diefstalverzekering);

de kosten voor werkuitrusting, en met name:

de aanschaf van uniformen voor bodes en chauffeurs;

de aankoop en reiniging van werkkleding voor het personeel van de werkplaatsen en personeel dat werk moet verrichten waarbij een bescherming tegen slecht weer en koude of ook tegen abnormale slijtage en vuil worden van eigen kleding noodzakelijk is;

de aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG;

de kosten van de verhuizing en hergroepering van diensten en de behandelingskosten (ontvangst, opslag, plaatsing) van kantooruitrusting, -meubilair en -benodigdheden;

de uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van telefooncentrales en -lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en de bijbehorende diensten (beheer, ondersteuning, documentatie, installatie en verhuizing);

aankoop, huur of leasing en onderhoud van computers, terminals, microcomputers, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, alsmede de voor hun werking benodigde programmatuur;

aankoop, huur of leasing en onderhoud van apparatuur voor de weergave van de informatie op papier, zoals printers, faxtoestellen, fotokopieerapparaten, scanners en microkopieerapparaten;

aankoop, huur of leasing van schrijfmachines, tekstverwerkers en alle in kantoren gebruikte elektronische apparatuur;

installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

de kosten van de aankoop van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden en benodigdheden voor de reproductiewerkplaatsen, alsmede voor de uitbesteding van bepaald drukwerk;

de frankering van de correspondentie, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en van de interne post bij het Bureau;

de abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, televisie, teleconferentie, videoconferentie) alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica enz., en de aankoop van abonneelijsten;

de kosten voor telefoongesprekken en computerverbindingen tussen de verschillende gebouwen en voor de internationale telecommunicatie tussen de verschillende vestigingsplaatsen;

technische en logistieke ondersteuning, opleiding en andere activiteiten van algemeen belang in verband met computerapparatuur en -programmatuur, algemene informaticaopleidingen, abonnementen op technische documentatie (op papier of in elektronische vorm) enz., het externe bedieningspersoneel, servicebureaus, abonnementen bij internationale organisaties enz., veiligheidsonderzoeken en kwaliteitscontrole van computerapparatuur en -programmatuur, de kosten van gebruik, onderhoud en ontwikkeling van programmatuur en de uitvoering van informaticaprojecten;

Dit krediet dient ook ter dekking van andere beleidsuitgaven die hierboven niet speciaal zijn voorzien, zoals inschrijvingskosten voor conferenties (met uitzondering van opleidingskosten), kosten voor deelname aan beroepsorganisaties en wetenschappelijke organisaties, kosten van abonnementen op telefoongidsen.

Alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules).

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A4 01 50   Personeelsbeleid en -beheer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de geldelijke steun die wordt toegekend aan een ambtenaar, een gewezen ambtenaar of aan rechtverkrijgenden van een overleden ambtenaar die in zeer benarde omstandigheden verkeren;

de deelneming van het Bureau in de exploitatiekosten van de personeelsfoyer en andere culturele en sportieve activiteiten ter bevordering van de sociale contacten tussen de personeelsleden van verschillende nationaliteiten;

de bijdrage van het Bureau aan de uitgaven voor de kinderdagverblijven en bewaarplaatsen, en aan het schoolbusvervoer;

uitgaven in het kader van het gehandicaptenbeleid, voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Het betreft hier de dekking, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

A4 01 51   Beleid en beheer van infrastructuur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor de werking en de aanpassing van de installaties en het materieel van de restaurants, kantines en cafetaria's;

de door het Bureau te betalen schadevergoedingen en interesten, alsmede uitgaven die het Bureau uit hoofde van zijn wettelijke aansprakelijkheid moet verrichten en de eventuele uitgaven voor bepaalde gevallen waarbij om redenen van billijkheid schadeloosstelling dient te worden betaald, zonder dat daaraan juridische rechten kunnen worden ontleend.

A4 01 60   Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 000

30 000

17 766,21

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de realisatie en ontwikkeling van het intranet van het Bureau als onderdeel van het intranet van de Commissie (IntraComm), abonnementen op diensten voor snelle informatie via beeldscherm, de kosten van het inbinden en andere kosten van instandhouding die noodzakelijk zijn voor het behoud van naslagwerken en periodieken, de kosten van abonnementen op kranten en gespecialiseerde tijdschriften, de aankoop van publicaties en technische werken die verband houden met de activiteiten van het Bureau.

HOOFDSTUK A4 02 —   INTERINSTITUTIONELE SAMENWERKING EN INTERINSTITUTIONELE DIENSTEN EN ACTIVITEITEN

A4 02 01   Interinstitutionele samenwerking en interinstitutionele diensten en activiteiten

Toelichting

EPSO heeft in het kader van zijn ontwikkelingsprogramma de selectiemethoden gemoderniseerd om op een meer kosteneffectieve en doeltreffende manier aan de huidige en toekomstige behoeften van de instellingen te voldoen, door middel van:

een betere planning van de vergelijkende onderzoeken om op het juiste moment de meest geschikte medewerkers te selecteren en een de reservelijsten optimaal te gebruiken;

kortere selectieprocedures;

een aanzienlijke kwaliteitsverbetering van de selectieprocedure door kandidaten te kiezen op basis van de vereiste functiecompetenties en instellingen de beschikking te geven over de beste medewerkers die hun hele loopbaan lang blijven, en een professionalisering van het werk van de selectiecomités;

een positief, modern imago voor de instellingen, als werkgever die op een steeds concurrerender wordende arbeidsmarkt de beste krachten kan aantrekken;

alle mogelijke voorzieningen om kandidaten met een beperking in staat te stellen deel te nemen.

Rechtsgronden

Richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep (PB L 303 van 2.12.2000, blz. 16).

A4 02 01 01   Interinstitutionele vergelijkende onderzoeken

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

7 409 000

8 003 000

6 138 391,11

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven die voortvloeien uit de procedures voor het organiseren van verschillende vergelijkende onderzoeken.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 200 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en 33, en bijlage III.

A4 02 01 02   Gespecialiseerde studies, enquêtes en adviezen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

100 000

100 000

68 400,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het verrichten van gespecialiseerde studies en het verstrekken van advies onder contract door hooggekwalificeerde deskundigen (natuurlijke of rechtspersonen) in gevallen waarin het Bureau niet over het nodige personeel beschikt om deze rechtstreeks uit te voeren, en voor de aankoop van reeds verrichte studies of voor abonnementen bij gespecialiseerde onderzoeksinstituten.

A4 02 01 03   Diverse kosten van interne vergaderingen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

15 000

23 000

23 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor verfrissingen, en incidenteel voor lichte maaltijden, die tijdens interne vergaderingen worden verstrekt met name tijdens vergaderingen van de jury van vergelijkende onderzoeken en vertalers.

HOOFDSTUK A4 03 —   INTERINSTITUTINELE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN OPLEIDING

A4 03 01   Europese Bestuursschool (EAS)

Toelichting

Dit krediet dekt de uitgaven voor de algemene opleiding die wordt verstrekt door de Europese Bestuursschool met als doel de vergroting van het bekwaamheidsniveau van de personeelsleden en van de prestaties en de efficiëntie van de deelnemende instellingen:

kosten voor het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften en voor het ontwerp, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op de opleiding;

kosten voor het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

kosten voor het ontwerpen, de realisatie en de evaluatie van de door de Bestuursschool georganiseerde opleiding in de vorm van cursussen, seminars of conferenties (instructeurs, reis- en verblijfkosten en didactisch materiaal);

kosten voor deelneming aan externe opleiding en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

kosten voor het tot stand brengen van een netwerk, op Europees niveau, tussen de Bestuursschool en de nationale scholen voor bestuurskunde en universitaire instituten die actief zijn op dit terrein, met als doel uitwisseling van ervaringen, overbrenging van beproefde praktijken en samenwerking bij de ontwikkeling van de na- en bijscholing van het personeel van de Europese overheidsdienst;

uitgaven in verband met de praktische organisatie van de cursussen en uitgaven voor de leslokalen, het vervoer, de maaltijden en het verblijf van deelnemers aan cursussen met verblijf;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende websites, aankoop van pedagogisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia;

de financiering van didactisch materiaal.

Rechtsgronden

Besluit 2005/119/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Europees Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio's, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 26 januari 2005 betreffende de organisatie en de werking van de Europese Bestuursschool (PB L 37 van 10.2.2005, blz. 17).

A4 03 01 01   Managementopleiding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 460 000

1 437 000

1 526 024,71

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de opleiding van ambtenaren en ander personeel op het gebied van managementtechnieken (kwaliteit en beheer van het personeel, strategie).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 145 000 EUR.

A4 03 01 02   Opleiding bij indiensttreding

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 264 000

1 250 000

1 257 909,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de opleiding van nieuwe ambtenaren en ander nieuw personeel op het gebied van de werkomstandigheden bij de instellingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 14 000 EUR.

A4 03 01 03   Opleiding voor het behalen van een certificaat

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

1 206 000

1 188 000

1 204 100,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de opleiding van ambtenaren om hen voor te bereiden op het behalen van een certificaat op grond waarvan hun bekwaamheid blijkt voor het vervullen van de functie van administrateur, met het oog op een eventuele overgang naar de hogere functiegroep.

HOOFDSTUK A4 10 —   RESERVES

A4 10 01   Voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De kredieten van dit artikel hebben uitsluitend het karakter van een voorziening en mogen slechts na overschrijving naar andere hoofdstukken worden gebruikt, overeenkomstig de daartoe in het Financieel Reglement voorgeschreven procedure.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A4 10 02   Reserves voor onvoorziene omstandigheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

BUREAU VOOR HET BEHEER EN DE AFWIKKELING VAN DE INDIVIDUELE RECHTEN

ONTVANGSTEN

TITEL 4

DIVERSE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

1 157 000

1 134 000

1 114 175,77

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

215 000

191 000

175 425,86

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

1 372 000

1 325 000

1 289 601,63

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

2 591 181

2 073 000

2 492 654,80

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

2 591 181

2 073 000

2 492 654,80

 

Totaal van titel 4

3 963 181

3 398 000

3 782 256,43

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN AAN DE PENSOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

1 157 000

1 134 000

1 114 175,77

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit alle opbrengsten van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden, die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van het personeel van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Referentiebesluiten

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de opbrengst van de tijdelijke bijdrage die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

215 000

191 000

175 425,86

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN AAN DE PENSOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

2 591 181

2 073 000

2 492 654,80

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit het totaal van de bijdragen van het personeel van het Bureau in de financiering van de pensioenregeling; de bijdragen worden overeenkomstig het bepaalde in artikel 83, lid 2, van het Statuut maandelijks op de salarissen ingehouden.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 6

BIJDRAGEN AAN UNIALE PROGRAMMA’S, VERGOEDING VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

3 963 181

3 398 000

3 782 256,43

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien bij de andere onderdelen van titel 6 en die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

A5

BUREAU VOOR BEHEER EN AFWIKKELING VAN DE INDIVIDUELE RECHTEN

A5 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

35 102 000

33 728 000

39 423 954,52

A5 10

RESERVES

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A5

35 102 000

33 728 000

39 423 954,52

 

TOTAAL-GENERAAL

35 102 000

33 728 000

39 423 954,52

TITEL A5

BUREAU VOOR BEHEER EN AFWIKKELING VAN DE INDIVIDUELE RECHTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK A5 01

A5 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

16 800 000

16 158 000

16 483 794,—

A5 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven

A5 01 02 01

Extern personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

8 478 000

7 910 000

12 655 038,31

A5 01 02 11

Andere beheersuitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

231 000

284 000

133 290,—

 

Totaal van artikel A5 01 02

8 709 000

8 194 000

12 788 328,31

A5 01 03

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

9 593 000

9 376 000

10 151 832,21

A5 01 50

Personeelsbeleid en -beheer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A5 01 51

Beleid en beheer van infrastructuur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A5 01 60

Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A5 01

35 102 000

33 728 000

39 423 954,52

HOOFDSTUK A5 10

A5 10 01

Voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A5 10 02

Reserve voor onvoorziene omstandigheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A5 10

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A5

35 102 000

33 728 000

39 423 954,52

 

TOTAAL-GENERAAL

35 102 000

33 728 000

39 423 954,52

HOOFDSTUK A5 01 —

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

HOOFDSTUK A5 10 —

RESERVES

HOOFDSTUK A5 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

A5 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

16 800 000

16 158 000

16 483 794,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen en de door het Bureau te verrichten betalingen voor tijdelijke functionarissen met het oog op vorming of behoud van pensioenrechten in hun land van herkomst;

de overige toelagen en vergoedingen;

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, alsmede de aanpassingscoëfficiënten op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van tewerkstelling wordt overgeboekt;

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling op een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de kosten van verhuizing die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling op een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A5 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven

A5 01 02 01   Extern personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

8 478 000

7 910 000

12 655 038,31

Toelichting

Deze post dient ter dekking van:

de bezoldiging van arbeidscontractanten (in de zin van titel IV van de Regeling van toepassing op de andere personeelsleden), het stelsel van sociale verzekering voor arbeidscontractanten van de instelling zoals beschreven in titel IV en de kosten voor aanpassingscoëfficiënten die op de bezoldiging van dergelijke personeelsleden van toepassing zijn;

de eventuele uitgaven (salarissen, verzekeringen enz.) in verband met het inhuren van extern personeel op contractbasis en van uitzendkrachten;

de uitgaven voor het personeel voor de aannemingscontracten voor toelevering van technische en administratieve diensten, tijdelijke bijstand en voor dienstverlening van intellectuele aard;

de uitgaven in verband met de detachering of tijdelijke aanstelling bij de diensten van het Bureau van ambtenaren van de lidstaten en andere deskundigen, alsmede de extra uitgaven die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van ambtenaren aan nationale overheidsdiensten of internationale organisaties;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 4 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A5 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

231 000

284 000

133 290,00

Toelichting

Deze post dient ter dekking van:

de vervoerskosten, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor het onder het statuut vallende personeel, alsmede voor de nationale of internationale gedetacheerde deskundigen of ambtenaren;

de kosten die in verband met representatieverplichtingen namens het Bureau, in het belang van de dienst, zijn gemaakt en die worden vergoed (niet bij representatieverplichtingen jegens ambtenaren of andere personeelsleden van de Commissie of van andere instellingen van de Unie);

de reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van de deskundigen die in de studie- en werkgroepen samenkomen, alsmede de kosten welke vergaderingen met zich brengen, voor zover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur in de zetel van de instellingen of in externe bureaus (de kosten van de deskundigen worden vergoed op basis van een besluit van de Commissie);

de kosten voor verfrissingen, en incidenteel voor lichte maaltijden, die tijdens interne vergaderingen worden verstrekt;

de diverse kosten van conferenties, congressen en vergaderingen waaraan het Bureau deelneemt of die het Bureau moet organiseren;

de uitgaven voor het verrichten van gespecialiseerde studies en het verstrekken van advies op contractbasis door deskundigen (natuurlijke of rechtspersonen) in gevallen waarin het Bureau niet over het nodige personeel beschikt om deze rechtstreeks uit te voeren, inclusief de verwerving van reeds bestaande studies;

de uitgaven voor opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van het Bureau te verbeteren:

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften en voor het ontwerp, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op de opleiding;

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

kosten voor deelneming aan externe opleiding en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

uitgaven in verband met de praktische organisatie van de cursussen en uitgaven voor de leslokalen, het vervoer, de maaltijden en het verblijf van deelnemers aan cursussen met verblijf;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende internetsites, aankoop van didactisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia;

de financiering van didactisch materiaal.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

A5 01 03   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

9 593 000

9 376 000

10 151 832,21

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de gebouwen van het Bureau en van de uitgaven die daarmee verband houden, met name:

de kosten voor koop of huurkoop of bouw van gebouwen;

de huur en de erfpacht van gebouwen, diverse belastingen en de uitoefening van aankoopopties op in gebruik zijnde gebouwen of gedeelten van gebouwen, alsmede de huur van conferentieruimten, magazijnen, opslag- en archiefruimten, garages en parkeerplaatsen;

de verzekeringspremies voor door het Bureau gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

de uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming voor de gebouwen of gedeelten van gebouwen die door het Bureau worden gebruikt;

de uitgaven voor het onderhoud van de lokalen, de liften, het centraleverwarmingssysteem, de airconditioninginstallatie enz. Het betreft hier periodieke schoonmaakbeurten, de aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, stomen enz., alsmede verven en repareren van en benodigdheden voor de onderhoudswerkplaatsen;

de uitgaven voor selectieve verwerking, opslag en verwijdering van afval;

de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden zoals het verplaatsen van tussenschotten in de gebouwen, het aanbrengen van veranderingen aan technische installaties en andere gespecialiseerde verrichtingen met betrekking tot sloten, elektriciteit, sanitair, schilderwerk, vloerbedekking enz., alsmede van de kosten in verband met wijzigingen in het kabelnetwerk, alsmede de kosten van het materieel dat hierbij nodig is (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de fysieke en materiële veiligheid van de personen en goederen, met name de contracten inzake het toezicht op de gebouwen, de onderhoudscontracten voor de beveiligingsinstallaties en de aankoop van klein materieel (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die deel uitmaken van eerstehulpdiensten en de kosten van wettelijke controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de kosten voor juridische, technische en financiële expertises vóór de aankoop, de huur of de bouw van gebouwen;

de overige uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbare nutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden;

aankoop, huur of leasing en onderhoud, reparatie, installatie en vervanging van technische uitrusting en technisch materieel;

de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van meubilair;

de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van vervoermiddelen;

diverse verzekeringen (met name voor wettelijke aansprakelijkheid en tegen diefstal);

uitgaven voor werkuitrusting, met name

de aankoop van werkkleding (hoofdzakelijk voor bodes, chauffeurs en personeel van restaurants en cafetaria’s);

de aankoop en reiniging van werkkleding voor het personeel van de werkplaatsen en personeel dat werk moet verrichten waarbij een bescherming tegen slecht weer en koude of ook tegen abnormale slijtage en vuil worden van eigen kleding noodzakelijk is;

de aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG;

de kosten van de verhuizing en hergroepering van diensten en de behandelingskosten (ontvangst, opslag, plaatsing) van kantooruitrusting, -meubilair en -benodigdheden;

de uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van telefooncentrales en -lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en de bijbehorende diensten (beheer, ondersteuning, documentatie, installatie en verhuizing);

aankoop, huur of leasing en onderhoud van computers, terminals, microcomputers, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, alsmede de voor hun werking benodigde programmatuur;

aankoop, huur of leasing en onderhoud van apparatuur voor de weergave van de informatie op papier, zoals printers, faxtoestellen, fotokopieerapparaten, scanners en microkopieerapparaten;

aankoop, huur of leasing van schrijfmachines, tekstverwerkers en alle in kantoren gebruikte elektronische apparatuur;

de installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

de kosten van de aankoop van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden en benodigdheden voor de reproductiewerkplaatsen, alsmede voor de uitbesteding van bepaald drukwerk;

de uitgaven voor de frankering van de correspondentie, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en van de interne post bij het Bureau;

de abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, televisie, teleconferentie, videoconferentie) alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica enz., en de aankoop van abonneelijsten;

de kosten voor telefoongesprekken en computerverbindingen tussen de verschillende gebouwen en voor de internationale telecommunicatie tussen de verschillende EU-vestigingen;

technische en logistieke ondersteuning, opleiding en andere activiteiten van algemeen belang in verband met computerapparatuur en -programmatuur, algemene informaticaopleidingen, abonnementen op technische documentatie (op papier of in elektronische vorm) enz., het externe bedieningspersoneel, servicebureaus, abonnementen bij internationale organisaties enz., veiligheidsonderzoeken en kwaliteitscontrole van computerapparatuur en -programmatuur, de kosten van gebruik, onderhoud en ontwikkeling van programmatuur en de uitvoering van informaticaprojecten;

de overige huishoudelijke uitgaven waarin hierboven niet specifiek is voorzien.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A5 01 50   Personeelsbeleid en -beheer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de deelneming van het Bureau in de exploitatiekosten van de personeelsfoyer en andere culturele en sportieve activiteiten of initiatieven ter bevordering van de sociale contacten tussen de personeelsleden van verschillende nationaliteiten;

de bijdrage van het Bureau in de kosten van de kinderopvangcentra en andere kinderbewaarplaatsen;

uitgaven in het kader van het gehandicaptenbeleid, voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut.

Het betreft hier de dekking, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

A5 01 51   Beleid en beheer van infrastructuur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor de werking en de aanpassing van de installaties en het materieel van de restaurants, kantines en cafetaria's;

de door het Bureau te betalen schadevergoedingen en interesten, alsmede uitgaven die het Bureau uit hoofde van zijn wettelijke aansprakelijkheid moet verrichten en de eventuele uitgaven voor bepaalde gevallen waarbij om redenen van billijkheid schadeloosstelling dient te worden betaald, zonder dat daaraan juridische rechten kunnen worden ontleend.

A5 01 60   Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de realisatie en ontwikkeling van het intranet van de Commissie (IntraComm), abonnementen op diensten voor snelle informatie via beeldscherm, de kosten van het inbinden en andere kosten van instandhouding die noodzakelijk zijn voor het behoud van naslagwerken en periodieken, de kosten van abonnementen op kranten en gespecialiseerde tijdschriften, de aankoop van publicaties en technische werken die verband houden met de activiteiten van het Bureau.

HOOFDSTUK A5 10 —   RESERVES

A5 10 01   Voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De kredieten van dit artikel hebben uitsluitend het karakter van een voorziening en mogen slechts na overschrijving naar de andere hoofdstukken worden gebruikt, overeenkomstig de daartoe in het Financieel Reglement voorgeschreven procedure.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A5 10 02   Reserve voor onvoorziene omstandigheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

BUREAU VOOR INFRASTRUCTUUR EN LOGISTIEK — BRUSSEL

ONTVANGSTEN

TITEL 4

DIVERSE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

2 438 000

1 831 000

1 973 419,38

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

410 000

278 000

282 965,04

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

2 848 000

2 109 000

2 256 384,42

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

5 052 000

3 422 000

4 134 507,66

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

5 052 000

3 422 000

4 134 507,66

 

Totaal van titel 4

7 900 000

5 531 000

6 390 892,08

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

BIJDRAGEN TOT DE PENSIOENREGELING

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

2 438 000

1 831 000

1 973 419,38

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit alle opbrengsten van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden, die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van het personeel van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Referentiebesluiten

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de opbrengst van de tijdelijke bijdrage die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

410 000

278 000

282 965,04

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 4 1 —   BIJDRAGEN TOT DE PENSIOENREGELING

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

5 052 000

3 422 000

4 134 507,66

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit het totaal van de bijdragen van het personeel van het Bureau in de financiering van de pensioenregeling; de bijdragen worden overeenkomstig het bepaalde in artikel 83, lid 2, van het Statuut maandelijks op de salarissen ingehouden.

Referentiebesluiten

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 6

BIJDRAGEN AAN UNIALE PROGRAMMA’S, VERGOEDING VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

7 900 000

5 531 000

6 390 892,08

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien bij de andere onderdelen van titel 6 en die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

A6

BUREAU VOOR INFRASTRUCTUUR EN LOGISTIEK — BRUSSEL

A6 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

68 880 000

67 343 000

65 401 973,88

A6 10

RESERVES

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A6

68 880 000

67 343 000

65 401 973,88

 

TOTAAL-GENERAAL

68 880 000

67 343 000

65 401 973,88

TITEL A6

BUREAU VOOR INFRASTRUCTUUR EN LOGISTIEK — BRUSSEL

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK A6 01

A6 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

34 339 000

32 903 000

31 266 724,91

A6 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven

A6 01 02 01

Extern personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

21 519 000

21 009 000

20 861 436,52

A6 01 02 11

Andere beheersuitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

466 000

460 000

445 329,85

 

Totaal van artikel A6 01 02

21 985 000

21 469 000

21 306 766,37

A6 01 03

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

12 556 000

12 971 000

12 828 482,60

A6 01 50

Personeelsbeleid en -beheer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A6 01 51

Beleid en beheer van infrastructuur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A6 01 60

Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A6 01

68 880 000

67 343 000

65 401 973,88

HOOFDSTUK A6 10

A6 10 01

Voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A6 10 02

Reserve voor onvoorziene omstandigheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A6 10

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A6

68 880 000

67 343 000

65 401 973,88

 

TOTAAL-GENERAAL

68 880 000

67 343 000

65 401 973,88

HOOFDSTUK A6 01 —

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

HOOFDSTUK A6 10 —

RESERVES

HOOFDSTUK A6 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

A6 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

34 339 000

32 903 000

31 266 724,91

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen en de door het Bureau te verrichten betalingen voor tijdelijke functionarissen met het oog op vorming of behoud van pensioenrechten in hun land van herkomst;

de overige toelagen en vergoedingen;

de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, alsmede de aanpassingscoëfficiënten op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van tewerkstelling wordt overgeboekt;

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling op een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de kosten van verhuizing die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling op een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 840 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A6 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven

A6 01 02 01   Extern personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

21 519 000

21 009 000

20 861 436,52

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de bezoldiging van arbeidscontractanten (in de zin van titel IV van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden), het stelsel van sociale verzekering voor arbeidscontractanten van de instelling zoals beschreven in titel IV en de kosten voor aanpassingscoëfficiënten die op de bezoldiging van dergelijke personeelsleden van toepassing zijn;

de eventuele uitgaven (salarissen, verzekeringen, enz.) in verband met het inhuren van extern personeel op contractbasis en van uitzendkrachten;

de uitgaven voor het personeel voor de aannemingscontracten voor toelevering van technische en administratieve diensten, tijdelijke bijstand en voor dienstverlening van intellectuele aard;

de uitgaven in verband met de detachering of tijdelijke aanstelling bij de diensten van het Bureau van ambtenaren van de lidstaten en andere deskundigen, alsmede de extra uitgaven die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van ambtenaren aan nationale overheidsdiensten of internationale organisaties;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 4 855 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A6 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

466 000

460 000

445 329,85

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de vervoerskosten, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor het onder het statuut vallende personeel, alsmede voor de nationale of internationale gedetacheerde deskundigen of ambtenaren;

de kosten die in verband met representatieverplichtingen namens het Bureau in het belang van de dienst zijn gemaakt en die worden vergoed (niet de representatieverplichtingen jegens ambtenaren of andere personeelsleden van de Commissie of van andere instellingen van de Unie);

de reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van de deskundigen die in de studie- en werkgroepen samenkomen, alsmede de kosten welke vergaderingen met zich brengen, voorzover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur in de zetel van de instellingen of in externe bureaus (de kosten van de deskundigen worden vergoed op basis van een besluit van de Commissie);

de kosten voor verfrissingen, en incidenteel voor lichte maaltijden, die tijdens interne vergaderingen worden verstrekt;

de diverse kosten van conferenties, congressen en vergaderingen waaraan het Bureau deelneemt;

de uitgaven voor het verrichten van gespecialiseerde studies en het verstrekken van advies onder contract door hooggekwalificeerde deskundigen (natuurlijke of rechtspersonen) in gevallen waarin het Bureau niet over het nodige personeel beschikt om deze rechtstreeks uit te voeren;

de uitgaven voor algemene opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van het Bureau te verbeteren:

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften en voor het ontwerp, het opstellen, de realisatie, de evaluatie van en het toezicht op de opleiding;

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

kosten voor deelneming aan externe opleiding en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

uitgaven in verband met de praktische organisatie van de cursussen en uitgaven voor de leslokalen, het vervoer, de maaltijden en het verblijf van deelnemers aan cursussen met verblijf;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende websites, aankoop van pedagogisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia;

de financiering van didactisch materiaal.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

A6 01 03   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 556 000

12 971 000

12 828 482,60

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de gebouwen van het Bureau en van de uitgaven die daarmee verband houden, met name:

de kosten voor koop of huurkoop of bouw van gebouwen;

de huur en de erfpacht alsmede de huur van conferentieruimten, magazijnen, opslagruimten, garages en parkeerplaatsen;

de verzekeringspremies voor door het Bureau gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

de uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming voor de gebouwen of gedeelten van gebouwen die door het Bureau worden gebruikt;

de uitgaven voor het onderhoud van de lokalen, de liften, het centraleverwarmingssysteem, de airconditioninginstallatie enz. Het betreft hier periodieke schoonmaakbeurten, de aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, stomen enz., alsmede verven en repareren van en benodigdheden voor de onderhoudswerkplaatsen;

de uitgaven voor selectieve verwerking, opslag en verwijdering van afval;

de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden zoals het verplaatsen van tussenschotten in de gebouwen, het aanbrengen van veranderingen aan technische installaties en andere gespecialiseerde verrichtingen met betrekking tot sloten, elektriciteit, sanitair, schilderwerk, vloerbedekking enz., alsmede van de kosten in verband met wijzigingen in het kabelnetwerk en de kosten van het materieel dat hierbij nodig is (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de fysieke en materiële veiligheid van de personen en goederen, met name de contracten inzake het toezicht op de gebouwen, de onderhoudscontracten voor de beveiligingsinstallaties en de aankoop van klein materieel (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die deel uitmaken van eerstehulpdiensten en de kosten van wettelijke controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de kosten voor juridische, technische en financiële expertises vóór de aankoop, de huur of de bouw van gebouwen;

de overige uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbare nutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst, enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden;

de aankoop, de huur of leasing, het onderhoud, de herstellingen, de installatie en de vervanging van uitrusting en technisch materieel;

de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van meubilair;

de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van vervoermiddelen;

diverse verzekeringen;

uitgaven voor werkuitrusting, met name

de aankoop van werkkleding (hoofdzakelijk voor bodes, chauffeurs en personeel van restaurants en cafetaria’s);

de aankoop en reiniging van werkkleding voor het personeel van de werkplaatsen en personeel dat werk moet verrichten waarbij een bescherming tegen slecht weer en koude of ook tegen abnormale slijtage en vuil worden van eigen kleding noodzakelijk is;

de aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG;

verhuiskosten, kosten van hergroepering van diensten, alsmede van behandelingskosten (ontvangst, opslag en plaatsing) van materieel, meubilair en kantoorbenodigdheden;

de uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van telefooncentrales en -lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en de bijbehorende diensten (beheer, ondersteuning, documentatie, installatie en verhuizing);

aankoop, huur of leasing en onderhoud van computers, terminals, microcomputers, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, alsmede de voor hun werking benodigde programmatuur;

aankoop, huur of leasing en onderhoud van apparatuur voor de weergave van de informatie op papier, zoals printers, faxtoestellen, fotokopieerapparaten, scanners en microkopieerapparaten;

aankoop, huur of leasing van schrijfmachines, tekstverwerkers en alle in kantoren gebruikte elektronische apparatuur;

de installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

de kosten van de aankoop van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden en benodigdheden voor de reproductiewerkplaatsen, alsmede voor de uitbesteding van bepaald drukwerk;

de frankering van de correspondentie, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en van de interne post bij het Bureau;

de abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, televisie, teleconferentie, videoconferentie) alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica, enz., en de aankoop van abonneelijsten;

de kosten voor telefoongesprekken en computerverbindingen tussen de verschillende gebouwen en voor de internationale telecommunicatie tussen de verschillende vestigingen;

technische en logistieke ondersteuning, opleiding en andere activiteiten van algemeen belang in verband met computerapparatuur en -programmatuur, algemene informaticaopleidingen, abonnementen op technische documentatie (op papier of in elektronische vorm), enz., het externe bedieningspersoneel, servicebureaus, abonnementen bij internationale organisaties, enz., veiligheidsonderzoeken en kwaliteitscontrole van computerapparatuur en -programmatuur, de kosten van gebruik, onderhoud en ontwikkeling van programmatuur en de uitvoering van informaticaprojecten;

andere administratieve kosten die hier niet uitdrukkelijk worden genoemd.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 270 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A6 01 50   Personeelsbeleid en -beheer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de deelneming van het Bureau in de exploitatiekosten van de personeelsfoyer en andere culturele en sportieve activiteiten of initiatieven ter bevordering van de sociale contacten tussen de personeelsleden van verschillende nationaliteiten;

de bijdrage van het Bureau in de kosten van de kinderopvangcentra en andere kinderbewaarplaatsen;

uitgaven in het kader van het gehandicaptenbeleid, voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut.

Het betreft hier de dekking, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

A6 01 51   Beleid en beheer van infrastructuur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor de werking en de aanpassing van de installaties en het materieel van de restaurants, kantines en cafetaria's;

de door het Bureau te betalen schadevergoedingen en interesten, alsmede uitgaven die het Bureau uit hoofde van zijn wettelijke aansprakelijkheid moet verrichten en de eventuele uitgaven voor bepaalde gevallen waarbij om redenen van billijkheid schadeloosstelling dient te worden betaald, zonder dat daaraan juridische rechten kunnen worden ontleend.

A6 01 60   Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de realisatie en ontwikkeling van het intranet van de Commissie (Intracomm), de realisatie van het weekblad „Commission en Direct”, abonnementen op diensten voor snelle informatie via beeldscherm, de kosten van het inbinden en andere kosten van instandhouding die noodzakelijk zijn voor het behoud van naslagwerken en periodieken, de kosten van abonnementen op dagbladen, gespecialiseerde tijdschriften, staatsbladen, parlementaire stukken, statistieken van de buitenlandse handel, verschillende bulletins en andere gespecialiseerde publicaties, de aankoop van publicaties en technische werken die verband houden met de activiteiten van het Bureau.

HOOFDSTUK A6 10 —   RESERVES

A6 10 01   Voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De kredieten van dit artikel hebben uitsluitend het karakter van een voorziening en mogen slechts na overschrijving naar de andere begrotingsonderdelen, overeenkomstig het Financieel Reglement worden gebruikt.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A6 10 02   Reserve voor onvoorziene omstandigheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

BUREAU VOOR INFRASTRUCTUUR EN LOGISTIEK — LUXEMBURG

ONTVANGSTEN

TITEL 4

DIVERSE BELASTINGEN, HEFFINGEN EN BIJDRAGEN VAN DE UNIE

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 4 0

4 0 0

Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

859 000

819 000

787 879,54

4 0 3

Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

p.m.

p.m.

0,—

4 0 4

Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

139 000

120 000

107 866,77

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 0

998 000

939 000

895 746,31

HOOFDSTUK 4 1

4 1 0

Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

1 516 000

1 392 000

1 399 337,31

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 4 1

1 516 000

1 392 000

1 399 337,31

 

Totaal van titel 4

2 514 000

2 331 000

2 295 083,62

HOOFDSTUK 4 0 —

INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

HOOFDSTUK 4 1 —

PENSIOENBIJDRAGEN

HOOFDSTUK 4 0 —   INHOUDINGEN OP DE BEZOLDIGINGEN

4 0 0   Opbrengst van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

859 000

819 000

787 879,54

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit alle opbrengsten van de belasting op de bezoldigingen, lonen en vergoedingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden, die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van het personeel van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Referentiebesluiten

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

4 0 3   Opbrengst van de tijdelijke bijdrage die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit de opbrengst van de tijdelijke bijdrage die maandelijks wordt ingehouden op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst van het Bureau.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 66 bis in de versie die van kracht was tot 15 december 2003.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

4 0 4   Opbrengst van de speciale heffing die van toepassing is op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden in actieve dienst

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

139 000

120 000

107 866,77

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

HOOFDSTUK 4 1 —   PENSIOENBIJDRAGEN

4 1 0   Bijdragen van het personeel in de financiering van de pensioenregeling

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

1 516 000

1 392 000

1 399 337,31

Toelichting

Deze ontvangsten bestaan uit het totaal van de bijdragen van het personeel van het Bureau in de financiering van de pensioenregeling; de bijdragen worden overeenkomstig het bepaalde in artikel 83, lid 2, van het Statuut maandelijks op de salarissen ingehouden.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

TITEL 6

BIJDRAGEN AAN UNIALE PROGRAMMA’S, VERGOEDING VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN

Artikel

Post

Omschrijving

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

HOOFDSTUK 6 6

6 6 0

Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0

Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van artikel 6 6 0

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK 6 6

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel 6

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL-GENERAAL

2 514 000

2 331 000

2 295 083,62

HOOFDSTUK 6 6 —

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

HOOFDSTUK 6 6 —   ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 0   Andere bijdragen en terugbetalingen

6 6 0 0   Andere bestemmingsbijdragen en -terugbetalingen

Begrotingsjaar 2011

Begrotingsjaar 2010

Begrotingsjaar 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Op deze post worden, overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement, de eventuele ontvangsten geboekt die niet zijn voorzien bij de andere onderdelen van titel 6 en die aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2011 en 2010) en van de uitvoering (2009)

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

A7

BUREAU VOOR INFRASTRUCTUUR EN LOGISTIEK — LUXEMBURG

A7 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

25 072 000

24 430 000

23 500 433,83

A7 10

RESERVES

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A7

25 072 000

24 430 000

23 500 433,83

 

TOTAAL-GENERAAL

25 072 000

24 430 000

23 500 433,83

TITEL A7

BUREAU VOOR INFRASTRUCTUUR EN LOGISTIEK — LUXEMBURG

Artikel

Post

Omschrijving

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

HOOFDSTUK A7 01

A7 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

12 779 000

11 944 000

12 115 607,03

A7 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven

A7 01 02 01

Extern personeel

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

6 099 000

6 335 000

5 407 728,88

A7 01 02 11

Andere beheersuitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

445 000

451 000

420 085,97

 

Totaal van artikel A7 01 02

6 544 000

6 786 000

5 827 814,85

A7 01 03

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

5 749 000

5 700 000

5 557 011,95

A7 01 50

Personeelsbeleid en -beheer

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A7 01 51

Beleid en beheer van infrastructuur

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A7 01 60

Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A7 01

25 072 000

24 430 000

23 500 433,83

HOOFDSTUK A7 10

A7 10 01

Voorzieningen

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

A7 10 02

Reserve voor onvoorziene omstandigheden

 

 

 

Niet-gesplitste kredieten

p.m.

p.m.

0,—

 

TOTAAL VAN HOOFDSTUK A7 10

p.m.

p.m.

0,—

 

Totaal van titel A7

25 072 000

24 430 000

23 500 433,83

 

TOTAAL-GENERAAL

25 072 000

24 430 000

23 500 433,83

HOOFDSTUK A7 01 —

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

HOOFDSTUK A7 10 —

RESERVES

HOOFDSTUK A7 01 —   ADMINISTRATIEVE UITGAVEN

A7 01 01   Uitgaven voor personeel in actieve dienst

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

12 779 000

11 944 000

12 115 607,03

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

de ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen en de door de instelling te verrichten betalingen voor tijdelijke functionarissen met het oog op vorming of behoud van pensioenrechten in hun land van herkomst;

de overige toelagen en vergoedingen;

de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldigingen van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, alsmede de aanpassingscoëfficiënten op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van tewerkstelling wordt overgeboekt;

de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (inclusief gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

inrichtingsvergoedingen van ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding, verandering van standplaats of beëindiging van de dienst van woonplaats (moeten) veranderen;

de kosten van verhuizing die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die, na hun indiensttreding of ingevolge hun aanstelling naar een andere plaats van tewerkstelling, moeten verhuizen, alsmede bij de definitieve stopzetting van hun beroepsbezigheden gevolgd door een herinrichting op een andere plaats;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen en vergoedingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A7 01 02   Extern personeel en andere beheersuitgaven

A7 01 02 01   Extern personeel

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

6 099 000

6 335 000

5 407 728,88

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de bezoldiging van arbeidscontractanten (in de zin van titel IV van de Regeling van toepassing op de andere personeelsleden), het stelsel van sociale verzekering voor arbeidscontractanten van de instelling zoals beschreven in titel IV en de kosten voor aanpassingscoëfficiënten die op de bezoldiging van dergelijke personeelsleden van toepassing zijn;

de uitgaven (bezoldigingen, verzekeringen, enz.) die voortvloeien uit privaatrechtelijke contracten van externe personeelsleden en het gebruikmaken van uitzendkrachten;

de uitgaven voor het personeel voor de aannemingscontracten voor toelevering van technische en administratieve diensten, aanvullende diensten en voor dienstverlening van intellectuele aard;

de uitgaven in verband met de detachering of tijdelijke aanstelling bij de diensten van het Bureau van ambtenaren van de lidstaten en andere deskundigen, alsmede de extra uitgaven die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van ambtenaren aan nationale overheidsdiensten of internationale organisaties;

de gevolgen van de eventuele aanpassingen van de bezoldigingen waartoe de Raad in de loop van het begrotingsjaar besluit.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A7 01 02 11   Andere beheersuitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

445 000

451 000

420 085,97

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de vervoerskosten, dagvergoedingen en bijkomende of bijzondere kosten bij dienstreizen voor het onder het statuut vallende personeel, alsmede voor de nationale of internationale gedetacheerde deskundigen of ambtenaren;

de kosten die in verband met representatieverplichtingen namens het Bureau in het belang van de dienst zijn gemaakt en die worden vergoed (niet de representatieverplichtingen jegens ambtenaren of andere personeelsleden van de Commissie of van andere instellingen van de Unie);

de reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van de deskundigen die in de studie- en werkgroepen samenkomen, alsmede de kosten welke vergaderingen met zich brengen, voor zover deze niet worden gedekt door de bestaande infrastructuur in de zetel van de instellingen of in externe bureaus (de kosten van de deskundigen worden vergoed op basis van een besluit van de Commissie);

de kosten voor verfrissingen, en incidenteel voor lichte maaltijden, die tijdens interne vergaderingen worden verstrekt;

de diverse kosten van conferenties, congressen en vergaderingen waaraan het Bureau deelneemt;

de uitgaven voor studies en gespecialiseerde raadplegingen, die bij contracten zijn toegewezen aan hoog gekwalificeerde deskundigen voor het personeel waarover het Bureau beschikt deze niet zelf kan uitvoeren, met inbegrip van de aankoop van bestaande studies;

de uitgaven voor algemene opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van het Bureau te verbeteren:

het inschakelen van deskundigen voor de identificatie van de behoeften en voor het ontwerp, het opstellen, de realisatie, de evaluatie en de follow-up van opleidingen;

het inschakelen van consultants op verschillende terreinen, met name inzake organisatiemethodiek, management, strategie, kwaliteit en personeelsbeheer;

kosten voor deelneming aan externe opleiding en voor lidmaatschap van relevante beroepsorganisaties;

uitgaven in verband met de praktische organisatie van de cursussen en uitgaven voor de leslokalen, het vervoer, de maaltijden en het verblijf van deelnemers aan cursussen met verblijf;

de opleidingsuitgaven met betrekking tot publicaties, informatie, desbetreffende websites, aankoop van pedagogisch materiaal, abonnementen en licenties voor afstandsonderwijs, boeken, perspublicaties en multimedia;

de financiering van didactisch materiaal.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Modaliteiten in verband met de aanstelling en de bezoldiging en andere financiële voorwaarden vastgesteld door de Commissie.

A7 01 03   Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

5 749 000

5 700 000

5 557 011,95

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de gebouwen van het Bureau en van de uitgaven die daarmee verband houden, met name:

de uitgaven voor de aankoop, de huurkoop of de bouw van gebouwen;

de huur en de erfpacht, de diverse belastingen en heffingen op koopopties met betrekking tot gebouwen of gedeelten van gebouwen, alsmede de huur van conferentieruimten, magazijnen, opslagplaatsen, garages en parkeerplaatsen;

de verzekeringspremies voor door het Bureau gebruikte gebouwen of gedeelten van gebouwen;

de uitgaven voor water, gas, elektriciteit en verwarming voor de gebouwen of gedeelten van gebouwen die door het Bureau worden gebruikt;

de kosten voor onderhoud van de lokalen, de liften, de centrale verwarming, de installaties voor airconditioning enz.; de kosten vloeien voort uit bepaalde periodieke schoonmaakbeurten, de aankoop van onderhoudsproducten, wassen, bleken, stomen enz., evenals schilderwerk, reparaties en noodzakelijke leveringen voor de onderhoudsploegen;

de uitgaven voor selectieve verwerking, opslag en verwijdering van afval;

de uitgaven voor inrichtingswerkzaamheden zoals het verplaatsen van tussenschotten in de gebouwen, het aanbrengen van veranderingen aan technische installaties en andere gespecialiseerde verrichtingen met betrekking tot sloten, elektriciteit, sanitair, schilderwerk, vloerbedekking enz., alsmede van de kosten in verband met wijzigingen in het kabelnetwerk en de kosten van het materieel dat hierbij nodig is (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het Bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de fysieke en materiële veiligheid van de personen en goederen, met name de contracten inzake het toezicht op de gebouwen, de onderhoudscontracten voor de beveiligingsinstallaties, opleidingen en de aankoop van klein materieel (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de uitgaven inzake de hygiëne en de bescherming van personen op de werkplek, met name de aankoop, de huur en het onderhoud van brandbestrijdingsmaterieel, de vervanging van de uitrusting van de ambtenaren die deel uitmaken van eerstehulpdiensten, opleidingen en de kosten van wettelijke controles (alvorens contracten ten belope van meer dan 300 000 EUR te verlengen of te sluiten, informeert het bureau, met het oog op een rationalisering van de uitgaven, bij de andere instellingen naar de door elk van hen voor gelijksoortige opdrachten verkregen voorwaarden (prijs, gekozen valuta, indexering, looptijd, andere clausules));

de kosten voor juridische, technische en financiële expertises vóór de aankoop, de huur of de bouw van gebouwen;

de overige uitgaven in verband met gebouwen, met name de kosten voor het beheren van de gebouwen met meerdere huurders, de kosten in verband met het opmaken van de boedelbeschrijving, de belastingen ter vergoeding van de openbare nutsvoorzieningen (straatbelasting, vuilnisophaaldienst, enz.);

de uitgaven voor technische bijstand in verband met belangrijke inrichtingswerkzaamheden;

de aankoop, de huur of leasing, het onderhoud, de reparatie, de installatie en de vervanging van uitrusting en technisch materieel;

de aankoop, de huur of leasing, het onderhoud en de reparatie van meubilair;

de aankoop, de huur of leasing, het onderhoud en de reparatie van vervoermiddelen;

diverse verzekeringen (met name wettelijke aansprakelijkheid en diefstalverzekering);

de kosten voor werkuitrusting, en met name:

de aankoop van werkkleding (met name voor portiers, chauffeurs en restaurantmedewerkers);

de aankoop en reiniging van werkkleding voor het personeel van de werkplaatsen en personeel dat werk moet verrichten waarbij een bescherming tegen slecht weer en koude of ook tegen abnormale slijtage en vuil worden van eigen kleding noodzakelijk is;

de aankoop of vergoeding van al het materieel dat nodig is in het kader van de toepassing van de Richtlijnen 89/391/EEG en 90/270/EEG;

de kosten van de verhuizing en hergroepering van diensten en de behandelingskosten (ontvangst, opslag, plaatsing) van kantooruitrusting, -meubilair en -benodigdheden;

de uitgaven in verband met de uitrusting van gebouwen op het gebied van telecommunicatie, met name de aankoop, de huur, de installatie en het onderhoud van telefooncentrales en -lijnen, de geluidssystemen en videoconferentie-installaties, intercominstallaties en mobilofoons, alsmede de uitgaven voor de informatienetwerken (uitrusting en onderhoud) en de bijbehorende diensten (beheer, ondersteuning, documentatie, installatie en verhuizing);

aankoop, huur of leasing en onderhoud van computers, terminals, microcomputers, randapparatuur, aansluitingsapparatuur, alsmede de voor hun werking benodigde programmatuur;

aankoop, huur of leasing van apparatuur voor de weergave van de informatie op papier, zoals printers, faxtoestellen, kopieerapparaten, scanners en microkopieerapparaten;

aankoop, huur of leasing van schrijfmachines, tekstverwerkers en alle in kantoren gebruikte elektronische apparatuur;

installatie, configuratie, onderhoud, studies, documentatie en benodigdheden in verband met deze apparatuur;

de kosten van de aankoop van papier, enveloppen, kantoorbenodigdheden en benodigdheden voor de reproductiewerkplaatsen, alsmede voor de uitbesteding van bepaald drukwerk;

de frankering van de correspondentie, de verzendkosten van postpakketten en andere colli per vliegtuig, per boot of per spoor en van de interne post bij het Bureau;

de abonnementskosten en de kosten van gesprekken via kabel of radiogolflengte (vaste en mobiele telefoon, televisie, teleconferentie, videoconferentie), alsmede de kosten in verband met de netwerken voor gegevenstransmissie, telematica, enz., en de aankoop van abonneelijsten;

de kosten voor telefoongesprekken en computerverbindingen tussen de verschillende gebouwen en voor de internationale telecommunicatie tussen de verschillende vestigingsplaatsen;

technische en logistieke ondersteuning, opleiding en andere activiteiten van algemeen belang in verband met computerapparatuur en -programmatuur, algemene informaticaopleidingen, abonnementen op technische documentatie (op papier of in elektronische vorm), enz., het externe bedieningspersoneel, servicebureaus, abonnementen bij internationale organisaties, enz., veiligheidsonderzoeken en kwaliteitscontrole van computerapparatuur en -programmatuur, de kosten van gebruik, onderhoud en ontwikkeling van programmatuur en de uitvoering van informaticaprojecten;

de overige huishoudelijke uitgaven waarin hierboven niet specifiek is voorzien.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 18, lid 1, onder e) tot en met j), van het Financieel Reglement wordt geraamd op 375 000 EUR.

Rechtsgronden

Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1).

Richtlijn 90/270/EEG van de Raad van 29 mei 1990 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur (vijfde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) (PB L 156 van 21.6.1990, blz. 14).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A7 01 50   Personeelsbeleid en -beheer

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

de uitgaven van het Bureau voor een gedeelte van de exploitatiekosten van de personeelsfoyer en andere culturele en sportieve activiteiten en initiatieven ter bevordering van sociale contacten tussen personeelsleden van verschillende nationaliteiten;

de bijdrage van het Bureau in de kosten van kinderdagverblijven;

uitgaven in het kader van het gehandicaptenbeleid, voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst;

alle kinderen ten laste in de zin van het Statuut.

Het betreft hier de dekking, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend, van de als noodzakelijk erkende en naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die op grond van de handicap zijn gemaakt.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

A7 01 51   Beleid en beheer van infrastructuur

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van:

uitgaven voor de werking en de aanpassing van de installaties en het materieel van de restaurants, kantines en cafetaria's;

de door het Bureau te betalen schadevergoedingen en interesten, alsmede uitgaven die het Bureau uit hoofde van zijn wettelijke aansprakelijkheid moet verrichten en de eventuele uitgaven voor bepaalde gevallen waarbij om redenen van billijkheid schadeloosstelling dient te worden betaald, zonder dat daaraan juridische rechten kunnen worden ontleend.

A7 01 60   Uitgaven voor documentatie en bibliotheek

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van de realisatie en ontwikkeling van het intranet van de Commissie (Intracomm), abonnementen op diensten voor snelle informatie via beeldscherm, de kosten van het inbinden en andere kosten van instandhouding die noodzakelijk zijn voor het behoud van naslagwerken en periodieken, de kosten van abonnementen op kranten en gespecialiseerde tijdschriften, de aankoop van publicaties en technische werken die verband houden met de activiteiten van het Bureau.

HOOFDSTUK A7 10 —   RESERVES

A7 10 01   Voorzieningen

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

De kredieten van dit artikel hebben uitsluitend het karakter van een voorziening en mogen slechts na overschrijving naar de andere begrotingsonderdelen overeenkomstig het Financieel Reglement worden gebruikt.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

A7 10 02   Reserve voor onvoorziene omstandigheden

Kredieten 2011

Kredieten 2010

Uitvoering 2009

p.m.

p.m.

0,—

PERSONEEL

Commissie

Administratie

Functiegroep en rang

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Commissie na overheveling naar de EDEO

Naar de EDEO over te hevelen ambten

Commissie na overheveling naar de EDEO

Naar de EDEO over te hevelen ambten

AD 16

24

 

24

9

 

 

AD 15

190

22

190

36

22

 

AD 14

484

32

510

47

32

1

AD 13

1 452

 

1 013

77

 

1

AD 12

2 042

54

2 142

229

54

 

AD 11

456

62

880

99

62

 

AD 10

1 055

11

814

38

11

 

AD 9

624

 

845

47

 

 

AD 8

724

2

495

10

2

 

AD 7

913

 

804

58

 

 

AD 6

905

 

859

8

 

 

AD 5

1 886

 

1 993

42

 

1

Totaal AD

10 755

183

10 569

700

183

3

AST 11

156

 

139

11

 

 

AST 10

143

20

128

19

20

 

AST 9

570

 

459

37

 

 

AST 8

510

12

645

38

12

 

AST 7

1 129

28

1 151

69

28

 

AST 6

939

39

961

81

39

 

AST 5

1 198

42

1 292

73

42

 

AST 4

807

20

949

78

20

 

AST 3

950

9

844

27

9

 

AST 2

495

13

571

26

13

 

AST 1

1 238

 

1 141

52

 

 

Totaal AST

8 135

183

8 280

511

183

0

Algemeen totaal  (15)  (16)

18 890

366

18 849  (17)

1 211  (18)

366

3

Totaal personeelsformatie

19 256

20 429

Onderzoek en technologische ontwikkelingen — Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek

Functiegroep en rang

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16 (19)

2

 

2

 

AD 15

10

 

10

 

AD 14

38

 

36

 

AD 13

129

 

90

 

AD 12

306

 

266

 

AD 11

34

 

115

 

AD 10

54

 

94

 

AD 9

50

 

50

 

AD 8

86

 

46

 

AD 7

59

 

25

 

AD 6

91

 

125

 

AD 5

28

 

28

 

Totaal AD

887

 

887

 

AST 11

35

 

27

 

AST 10

48

 

56

 

AST 9

129

 

76

 

AST 8

117

 

154

 

AST 7

143

 

159

 

AST 6

119

 

119

 

AST 5

120

 

120

 

AST 4

79

 

124

 

AST 3

176

 

151

 

AST 2

35

 

35

 

AST 1

68

 

48

 

Totaal AST

1 069

 

1 069

 

Algemeen totaal

1 956

 

1 956

 

Totaal personeelsformatie

1 956

1 956

Onderzoek en technologische ontwikkelingen — Werkzaamheden onder contract

Functiegroep en rang

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

1

 

1

 

AD 15

19

 

19

 

AD 14

54

 

54

 

AD 13

131

 

91

 

AD 12

322

 

352

 

AD 11

202

 

212

 

AD 10

63

 

73

 

AD 9

51

 

51

 

AD 8

48

 

38

 

AD 7

38

 

38

 

AD 6

119

 

119

 

AD 5

41

 

36

 

Totaal AD

1 089

 

1 084

 

AST 11

6

 

6

 

AST 10

32

 

32

 

AST 9

27

 

27

 

AST 8

79

 

79

 

AST 7

98

 

98

 

AST 6

108

 

113

 

AST 5

90

 

90

 

AST 4

163

 

163

 

AST 3

115

 

115

 

AST 2

29

 

29

 

AST 1

35

 

35

 

Totaal AST

782

 

787

 

Algemeen totaal

1 871

 

1 871

 

Totaal personeelsformatie  (20)

1 871

1 871

Bureaus

Bureau voor publicaties (OP)

Functiegroep en rang

Publicatiebureau

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

1

 

1

 

AD 15

3

 

3

 

AD 14

8

 

8

 

AD 13

1

 

1

 

AD 12

14

 

12

 

AD 11

11

 

13

 

AD 10

8

 

8

 

AD 9

5

 

5

 

AD 8

19

 

19

 

AD 7

4

 

4

 

AD 6

3

 

3

 

AD 5

29

 

29

 

Totaal AD

106

 

106

 

AST 11

7

 

7

 

AST 10

40

 

40

 

AST 9

16

 

10

 

AST 8

47

 

46

 

AST 7

56

 

63

 

AST 6

83

 

83

 

AST 5

72

 

72

 

AST 4

83

 

59

 

AST 3

128

 

152

 

AST 2

32

 

32

 

AST 1

2

 

2

 

Totaal AST

566

 

566

 

Algemeen totaal

672

672

Totaal personeelsformatie

672

672

Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

Functiegroep en rang

Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

1

 

1

 

AD 15

2

1

2

3

AD 14

5

 

5

4

AD 13

6

 

5

 

AD 12

22

20

19

21

AD 11

23

 

27

1

AD 10

35

1

32

1

AD 9

10

19

11

1

AD 8

14

1

11

15

AD 7

10

 

8

 

AD 6

11

 

13

2

AD 5

15

 

24

 

Totaal AD

154

42

158

48

AST 11

1

 

1

 

AST 10

8

16

8

18

AST 9

14

3

11

 

AST 8

18

14

17

4

AST 7

19

1

27

23

AST 6

14

4

19

1

AST 5

18

1

14

8

AST 4

22

 

18

 

AST 3

10

 

10

 

AST 2

17

 

13

 

AST 1

8

 

6

 

Totaal AST

149

39

144

54

Algemeen totaal

303

81

302

102

Totaal personeelsformatie

384

404  (21)

Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

Functiegroep en rang

Europees Bureau voor personeelsselectie

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

AD 14

1

 

1

 

AD 13

 

 

 

 

AD 12

6

 

5

 

AD 11

7

 

5

 

AD 10

 

 

 

 

AD 9

2

 

2

 

AD 8

4

 

4

 

AD 7

1

 

1

 

AD 6

1

 

1

 

AD 5

4

 

6

 

Totaal AD

26

 

25

1

AST 11

1

 

1

 

AST 10

2

 

2

 

AST 9

5

 

4

 

AST 8

9

 

9

 

AST 7

7

 

8

 

AST 6

9

 

10

 

AST 5

17

 

17

 

AST 4

11

 

11

 

AST 3

19

 

19

 

AST 2

7

 

7

 

AST 1

13

 

13

 

Totaal AST

100

 

101

 

Algemeen totaal

126

1

126

1

Totaal personeelsformatie

127  (22)

127  (23)

Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PMO)

Functiegroep en rang

Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

 

 

 

 

AD 15

1

 

1

 

AD 14

4

 

4

 

AD 13

1

 

1

 

AD 12

8

 

7

 

AD 11

4

 

3

 

AD 10

3

 

2

 

AD 9

2

 

2

 

AD 8

1

 

1

 

AD 7

2

 

2

 

AD 6

2

 

3

 

AD 5

4

 

6

 

Totaal AD

32

 

32

 

AST 11

3

 

3

 

AST 10

18

 

18

 

AST 9

3

 

3

 

AST 8

22

 

22

 

AST 7

15

 

18

 

AST 6

51

 

53

 

AST 5

31

 

38

 

AST 4

8

 

17

 

AST 3

5

 

7

 

AST 2

3

 

3

 

AST 1

 

 

 

 

Totaal AST

159

 

182

 

Algemeen totaal

191

214

Totaal personeelsformatie

191

214

Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel (OIB)

Functiegroep en rang

Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

 

 

 

 

AD 15

1

 

1

 

AD 14

8

 

8

 

AD 13

1

 

1

 

AD 12

12

 

11

 

AD 11

12

 

13

 

AD 10

2

 

2

 

AD 9

9

 

7

 

AD 8

3

 

5

 

AD 7

5

 

5

 

AD 6

2

 

2

 

AD 5

10

 

6

 

Totaal AD

65

 

61

 

AST 11

2

 

2

 

AST 10

16

 

16

 

AST 9

7

 

4

 

AST 8

14

 

11

 

AST 7

22

 

19

 

AST 6

57

 

59

 

AST 5

75

 

79

 

AST 4

134

 

151

 

AST 3

49

 

58

 

AST 2

1

 

1

 

AST 1

 

 

1

 

Totaal AST

377

 

401

 

Algemeen totaal

442

462

Totaal personeelsformatie

442

462

Bureau voor infrastructuur en logistiek in Luxemburg (OIL)

Functiegroep en rang

Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel

2011

2010

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

AD 16

 

 

 

 

AD 15

1

 

1

 

AD 14

3

 

3

 

AD 13

2

 

 

 

AD 12

5

 

5

 

AD 11

4

 

5

 

AD 10

4

 

5

 

AD 9

 

 

 

 

AD 8

 

 

 

 

AD 7

1

 

 

 

AD 6

3

 

 

 

AD 5

4

 

7

 

Totaal AD

27

 

26

 

AST 11

2

 

 

 

AST 10

6

 

8

 

AST 9

 

 

 

 

AST 8

7

 

7

 

AST 7

4

 

4

 

AST 6

17

 

17

 

AST 5

32

 

19

 

AST 4

43

 

57

 

AST 3

23

 

25

 

AST 2

1

 

1

 

AST 1

 

 

 

 

Totaal AST

135

 

138

 

Algemeen totaal

162

 

164

 

Totaal personeelsformatie

162

164

Door de Europese Unie opgerichte organen met rechtspersoonlijkheid

Gedecentraliseerde agentschappen

Gedecentraliseerde agentschappen — Ondernemingen

Europees Chemicaliënagentschap

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

9

 

3

 

9

AD 12

 

21

 

11

 

16

AD 11

 

26

 

20

 

22

AD 10

 

28

 

9

 

25

AD 9

 

36

 

16

 

34

AD 8

 

36

 

31

 

32

AD 7

 

51

 

20

 

46

AD 6

 

50

 

44

 

43

AD 5

 

52

 

35

 

59

Totaal AD

 

311

 

191

 

288

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

1

 

 

 

 

AST 9

 

4

 

 

 

1

AST 8

 

7

 

5

 

7

AST 7

 

12

 

5

 

10

AST 6

 

19

 

9

 

17

AST 5

 

22

 

14

 

20

AST 4

 

28

 

19

 

27

AST 3

 

25

 

24

 

28

AST 2

 

15

 

14

 

14

AST 1

 

12

 

12

 

14

Totaal AST

 

145

 

102

 

138

Algemeen totaal

 

456

 

293

 

426

Totaal personeelsformatie

456

293

426

Europees GNSS-Agentschap

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

2

 

2

 

2

AD 10

 

3

 

1

 

3

AD 9

 

3

 

2

 

2

AD 8

 

6

 

4

 

5

AD 7

 

7

 

4

 

7

AD 6

 

2

 

3

 

3

AD 5

 

 

 

1

 

 

Totaal AD

 

24

 

18

 

23

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

2

 

1

 

 

AST 4

 

1

 

1

 

2

AST 3

 

2

 

1

 

1

AST 2

 

 

 

1

 

2

AST 1

 

 

 

1

 

 

Totaal AST

 

5

 

5

 

5

Algemeen totaal

 

29

 

23

 

28

Totaal personeelsformatie

29

23

28

Gedecentraliseerde agentschappen — Werkgelegenheid en sociale zaken

Europees Instituut voor gendergelijkheid

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk (24)

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

 

 

 

 

 

AD 13

 

1

 

1

 

1

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

1

 

 

 

1

AD 10

 

1

 

 

 

1

AD 9

 

1

 

 

 

 

AD 8

 

4

 

 

 

2

AD 7

 

3

 

 

 

2

AD 6

 

1

 

 

 

1

AD 5

 

8

 

1

 

8

Totaal AD

 

20

 

2

 

16

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

1

AST 8

 

 

 

 

 

1

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

2

 

 

 

2

AST 5

 

3

 

 

 

3

AST 4

 

2

 

 

 

2

AST 3

 

 

 

 

 

 

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

7

 

 

 

9

Algemeen totaal

 

27

 

2

 

25

Totaal personeelsformatie

27

2

25

Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

1

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

2

 

2

 

2

AD 12

1

5

 

5

1

5

AD 11

1

5

1

2

1

5

AD 10

2

4

2

3

2

4

AD 9

 

3

 

1

 

3

AD 8

1

5

1

6

1

5

AD 7

2

7

1

 

2

7

AD 6

 

3

 

5

 

3

AD 5

1

6

1

 

1

6

Totaal AD

8

42

6

30

8

42

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

2

 

 

 

 

AST 9

 

3

 

4

 

3

AST 8

 

4

 

2

 

6

AST 7

 

5

 

4

 

5

AST 6

1

9

 

13

 

9

AST 5

2

5

1

4

 

5

AST 4

2

7

2

3

2

7

AST 3

4

3

5

5

7

3

AST 2

 

2

 

2

 

2

AST 1

2

 

 

1

2

 

Totaal AST

11

40

8

38

11

40

Algemeen totaal

19

82

14

68

19

82

Totaal personeelsformatie

101

82

101

Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

1

 

 

 

1

AD 12

 

2

 

1

 

1

AD 11

 

1

 

2

 

2

AD 10

 

3

 

1

 

2

AD 9

 

 

 

3

 

1

AD 8

 

5

 

1

 

5

AD 7

 

10

 

4

 

8

AD 6

 

1

 

9

 

3

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

24

 

22

 

24

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

1

 

 

 

1

AST 9

 

 

 

1

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

2

 

 

 

1

AST 6

 

1

 

 

 

2

AST 5

 

3

 

2

 

3

AST 4

 

8

 

1

 

7

AST 3

 

5

 

11

 

6

AST 2

 

 

 

1

 

 

AST 1

 

 

 

3

 

 

Totaal AST

 

20

 

20

 

20

Algemeen totaal

 

44

 

42

 

44

Totaal personeelsformatie

44

42

44

Gedecentraliseerde agentschappen — Vervoer

Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

1

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

2

 

2

AD 14

 

8

 

3

 

6

AD 13

 

14

 

3

 

12

AD 12

 

30

 

21

 

26

AD 11

 

51

 

18

 

50

AD 10

 

64

 

15

 

55

AD 9

 

84

 

96

 

75

AD 8

 

94

 

63

 

104

AD 7

 

58

 

58

 

58

AD 6

 

38

 

55

 

55

AD 5

 

5

 

19

 

4

Totaal AD

 

448

 

353

 

447

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

5

 

 

 

3

AST 6

 

11

 

 

 

8

AST 5

 

27

 

3

 

24

AST 4

 

31

 

13

 

30

AST 3

 

28

 

37

 

29

AST 2

 

17

 

41

 

18

AST 1

 

7

 

13

 

11

Totaal AST

 

126

 

107

 

123

Algemeen totaal

 

574

 

460

 

570

Totaal personeelsformatie

574  (25)

460

570

Europees Agentschap voor maritieme veiligheid

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

1

 

 

 

1

AD 13

1

3

 

2

1

3

AD 12

1

9

 

6

2

8

AD 11

 

11

2

1

1

10

AD 10

1

17

 

5

1

17

AD 9

 

22

1

18

 

20

AD 8

 

22

 

26

 

18

AD 7

 

22

 

25

 

23

AD 6

 

19

 

25

 

18

AD 5

 

10

 

9

 

10

Totaal AD

3

137

3

118

5

129

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

1

 

1

 

1

AST 8

1

1

 

 

1

1

AST 7

 

1

 

 

 

1

AST 6

 

3

 

1

 

3

AST 5

 

9

 

2

 

8

AST 4

 

17

1

14

 

15

AST 3

 

20

 

22

 

17

AST 2

 

11

 

12

 

13

AST 1

 

4

 

5

 

6

Totaal AST

1

67

1

57

1

65

Algemeen totaal

4

204

4

175

6

194

Totaal personeelsformatie

208

179

200

Europees Spoorwegbureau

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

1

AD 14

 

 

 

1

 

 

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

2

 

 

 

1

AD 10

 

14

 

5

 

11

AD 9

 

25

 

24

 

27

AD 8

 

19

 

23

 

20

AD 7

 

9

 

 

 

6

AD 6

 

27

 

18

 

22

AD 5

 

4

 

7

 

10

Totaal AD

 

101

 

78

 

98

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

2

 

1

 

2

AST 7

 

2

 

2

 

2

AST 6

 

1

 

 

 

1

AST 5

 

7

 

3

 

6

AST 4

 

6

 

7

 

5

AST 3

 

6

 

5

 

8

AST 2

 

10

 

7

 

9

AST 1

 

9

 

11

 

8

Totaal AST

 

43

 

35

 

41

Algemeen totaal

 

144

 

113

 

139

Totaal personeelsformatie

144

113

139

Gedecentraliseerde agentschappen — Milieu

Europees Milieuagentschap

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

2

 

2

 

2

AD 13

 

2

 

 

 

2

AD 12

1

9

 

8

1

9

AD 11

 

11

1

10

 

11

AD 10

 

9

 

8

 

9

AD 9

 

8

 

7

 

8

AD 8

 

7

 

5

 

7

AD 7

 

6

 

6

 

6

AD 6

 

7

1

8

 

6

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

1

62

2

55

1

61

AST 11

1

1

 

 

1

1

AST 10

 

3

 

2

 

3

AST 9

1

2

 

3

1

2

AST 8

1

8

2

4

1

8

AST 7

 

6

 

7

 

6

AST 6

 

8

 

11

 

8

AST 5

 

4

 

4

 

4

AST 4

 

14

 

13

 

14

AST 3

 

13

 

7

 

13

AST 2

 

4

 

3

 

4

AST 1

 

5

 

8

 

5

Totaal AST

3

68

2

62

3

68

Algemeen totaal

4

130

4

117

4

129

Totaal personeelsformatie

134

121

133

Europees Chemicaliënagentschap — Activiteiten op het vlak van biociden

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

9

 

3

 

9

AD 12

 

21

 

11

 

16

AD 11

 

26

 

20

 

22

AD 10

 

28

 

9

 

25

AD 9

 

36

 

16

 

34

AD 8

 

36

 

31

 

32

AD 7

 

51

 

20

 

46

AD 6

 

50

 

44

 

43

AD 5

 

52

 

35

 

59

Totaal AD

 

311

 

191

 

288

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

1

 

 

 

 

AST 9

 

4

 

 

 

1

AST 8

 

7

 

5

 

7

AST 7

 

12

 

5

 

10

AST 6

 

19

 

9

 

17

AST 5

 

22

 

14

 

20

AST 4

 

28

 

19

 

27

AST 3

 

25

 

24

 

28

AST 2

 

15

 

14

 

14

AST 1

 

12

 

12

 

14

Totaal AST

 

145

 

102

 

138

Algemeen totaal

 

456

 

293

 

426

Totaal personeelsformatie

456

293

426

Gedecentraliseerde agentschappen — Informatiemaatschappij en media

Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

 

 

 

 

 

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

3

 

3

 

3

AD 11

 

 

 

 

 

 

AD 10

 

4

 

4

 

4

AD 9

 

7

 

7

 

7

AD 8

 

5

 

5

 

5

AD 7

 

9

 

8

 

9

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

29

 

28

 

29

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

7

 

7

 

7

AST 4

 

1

 

1

 

1

AST 3

 

2

 

2

 

 

AST 2

 

3

 

3

 

5

AST 1

 

2

 

2

 

2

Totaal AST

 

15

 

15

 

15

Algemeen totaal

 

44

 

43

 

44

Totaal personeelsformatie

44

43

44

Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC) — Bureau

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

 

 

 

 

 

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

2

 

 

 

2

AD 8

 

 

 

 

 

 

AD 7

 

2

 

 

 

2

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

4

 

 

 

2

Totaal AD

 

9

 

 

 

7

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

2

 

 

 

2

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

1

 

 

 

1

Totaal AST

 

3

 

 

 

3

Algemeen totaal

 

12

 

 

 

10

Totaal personeelsformatie

12

 

10

Gedecentraliseerde agentschappen — Maritieme zaken en visserij

Communautair Bureau voor visserijcontrole (CBVC)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

1

 

 

 

1

AD 12

1

2

1

2

1

2

AD 11

 

 

 

 

 

 

AD 10

 

1

 

1

 

1

AD 9

2

6

4

4

3

5

AD 8

1

2

2

1

2

1

AD 7

 

1

 

1

 

1

AD 6

 

1

 

 

 

1

AD 5

 

1

 

1

 

1

Totaal AD

4

16

7

11

6

14

AST 11

 

1

 

1

 

1

AST 10

 

6

 

5

1

5

AST 9

 

3

 

2

 

3

AST 8

 

3

1

1

1

2

AST 7

 

8

 

8

 

8

AST 6

 

3

 

3

 

3

AST 5

 

6

 

3

 

6

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

1

 

 

 

 

AST 2

 

2

 

2

 

3

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

0

33

1

25

2

31

Algemeen totaal

4

49

8

36

8

45

Totaal personeelsformatie

53

44

53

Gedecentraliseerde agentschappen — Interne markt

Harmonisatiebureau voor de interne markt

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

1

 

1

 

1

AD 15

3

 

3

 

3

AD 14

19

20

12

18

15

19

AD 13

19

2

12

2

16

2

AD 12

26

6

25

3

26

4

AD 11

22

12

30

8

26

11

AD 10

6

12

12

17

9

14

AD 9

3

6

 

7

 

7

AD 8

2

2

 

5

2

3

AD 7

4

 

 

3

 

AD 6

2

5

 

3

 

AD 5

 

 

 

 

Totaal AD

103

64

96

64

100

64

AST 11

19

6

11

4

15

5

AST 10

17

4

16

3

16

3

AST 9

29

8

17

5

26

7

AST 8

43

13

36

10

40

11

AST 7

56

20

50

15

53

18

AST 6

69

25

62

25

66

25

AST 5

74

24

73

26

77

27

AST 4

38

8

62

24

50

23

AST 3

8

22

8

14

3

AST 2

 

2

 

 

AST 1

 

 

 

 

Totaal AST

353

108

349

122

357

122

Algemeen totaal

456

172

445

186

457

186

Totaal personeelsformatie

628

631

643

Europese Autoriteit voor effecten en markten

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

 

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

3

 

 

 

 

AD 11

 

4

 

 

 

 

AD 10

 

4

 

 

 

 

AD 9

 

3

 

 

 

 

AD 8

 

7

 

 

 

 

AD 7

 

9

 

 

 

 

AD 6

 

9

 

 

 

 

AD 5

 

8

 

 

 

 

Totaal AD

 

49

 

 

 

 

AST 11

 

1

 

 

 

 

AST 10

 

1

 

 

 

 

AST 9

 

2

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

1

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

2

 

 

 

 

AST 2

 

1

 

 

 

 

AST 1

 

1

 

 

 

 

Totaal AST

 

9

 

 

 

 

Algemeen totaal

 

58

 

 

 

 

Totaal personeelsformatie

58

 

 

Europese Bankautoriteit

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

 

AD 13

 

1

 

 

 

 

AD 12

 

2

 

 

 

 

AD 11

 

4

 

 

 

 

AD 10

 

4

 

 

 

 

AD 9

 

6

 

 

 

 

AD 8

 

8

 

 

 

 

AD 7

 

4

 

 

 

 

AD 6

 

4

 

 

 

 

AD 5

 

3

 

 

 

 

Totaal AD

 

38

 

 

 

 

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

1

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

2

 

 

 

 

AST 4

 

2

 

 

 

 

AST 3

 

1

 

 

 

 

AST 2

 

1

 

 

 

 

AST 1

 

1

 

 

 

 

Totaal AST

 

8

 

 

 

 

Algemeen totaal

 

46

 

 

 

 

Totaal personeelsformatie

46

 

 

Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

 

AD 13

 

1

 

 

 

 

AD 12

 

2

 

 

 

 

AD 11

 

4

 

 

 

 

AD 10

 

5

 

 

 

 

AD 9

 

5

 

 

 

 

AD 8

 

4

 

 

 

 

AD 7

 

5

 

 

 

 

AD 6

 

4

 

 

 

 

AD 5

 

6

 

 

 

 

Totaal AD

 

38

 

 

 

 

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

1

 

 

 

 

AST 9

 

1

 

 

 

 

AST 8

 

1

 

 

 

 

AST 7

 

1

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

1

 

 

 

 

AST 3

 

1

 

 

 

 

AST 2

 

1

 

 

 

 

AST 1

 

1

 

 

 

 

Totaal AST

 

8

 

 

 

 

Algemeen totaal

 

46

 

 

 

 

Totaal personeelsformatie

46

 

 

Gedecentraliseerde agentschappen — Onderwijs en cultuur

Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

1

 

 

 

1

AD 12

7

5

7

5

7

5

AD 11

5

3

4

5

5

3

AD 10

3

6

3

5

3

6

AD 9

 

2

 

3

 

2

AD 8

 

2

 

2

 

2

AD 7

 

5

 

 

 

2

AD 6

 

6

 

4

 

6

AD 5

 

3

 

6

 

6

Totaal AD

15

35

14

32

15

35

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

3

1

2

1

3

1

AST 9

2

 

 

 

 

 

AST 8

1

1

2

1

2

1

AST 7

6

6

1

2

1

4

AST 6

4

 

6

5

6

2

AST 5

4

7

4

5

4

5

AST 4

 

9

4

7

4

9

AST 3

 

5

 

7

 

6

AST 2

 

2

 

3

 

3

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

20

31

19

31

20

31

Algemeen totaal

35

66

33

63

35

66

Totaal personeelsformatie

101

96

101

Europese Stichting voor opleiding

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

4

 

 

 

3

AD 12

 

4

 

6

 

5

AD 11

 

12

 

11

 

13

AD 10

 

4

 

3

 

4

AD 9

 

11

 

10

 

18

AD 8

 

5

 

6

 

4

AD 7

 

18

 

12

 

10

AD 6

 

 

 

1

 

1

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

59

 

50

 

59

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

4

 

 

 

3

AST 9

 

6

 

5

 

6

AST 8

 

1

 

3

 

2

AST 7

 

6

 

7

 

7

AST 6

 

7

 

7

 

10

AST 5

 

3

 

3

 

4

AST 4

 

5

 

3

 

5

AST 3

 

2

 

3

 

 

AST 2

 

3

 

5

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

37

 

36

 

37

Algemeen totaal

 

96

 

86

 

96

Totaal personeelsformatie

96

86

96

Gedecentraliseerde agentschappen — Gezondheid en consumentenbescherming

Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

1

AD 14

 

2

 

1

 

2

AD 13

 

1

 

1

 

 

AD 12

 

5

 

3

 

4

AD 11

 

8

 

3

 

6

AD 10

 

12

 

6

 

13

AD 9

 

22

 

5

 

10

AD 8

 

29

 

28

 

43

AD 7

 

7

 

 

 

3

AD 6

 

23

 

2

 

14

AD 5

 

26

 

30

 

40

Totaal AD

 

136

 

79

 

136

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

1

 

 

 

 

AST 8

 

2

 

 

 

2

AST 7

 

5

 

1

 

3

AST 6

 

9

 

6

 

10

AST 5

 

17

 

1

 

7

AST 4

 

22

 

29

 

34

AST 3

 

1

 

 

 

 

AST 2

 

4

 

1

 

3

AST 1

 

3

 

12

 

5

Totaal AST

 

64

 

50

 

64

Algemeen totaal

 

200

 

129

 

200

Totaal personeelsformatie

200

129

200

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

2

 

 

 

2

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

1

14

 

4

1

13

AD 11

 

11

 

11

 

12

AD 10

1

7

 

7

1

4

AD 9

1

31

 

26

1

30

AD 8

 

36

 

39

 

32

AD 7

1

52

 

33

1

48

AD 6

1

27

4

36

1

26

AD 5

 

21

1

21

 

24

Totaal AD

5

202

5

178

5

192

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

1

 

 

 

1

AST 7

 

5

 

3

 

5

AST 6

 

5

 

 

 

4

AST 5

 

22

 

8

2

18

AST 4

 

38

 

28

 

36

AST 3

 

25

 

28

 

26

AST 2

 

29

 

47

 

34

AST 1

 

23

 

29

2

30

Totaal AST

 

148

 

143

4

154

Algemeen totaal

5

350

5

321

9

346

Totaal personeelsformatie

355

326

355

Europees Geneesmiddelenbureau

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

1

 

0

 

1

AD 15

 

4

 

1

 

4

AD 14

 

5

 

4

 

5

AD 13

 

7

 

6

 

6

AD 12

 

37

 

27

 

37

AD 11

 

36

 

28

 

36

AD 10

 

32

 

15

 

32

AD 9

 

38

 

37

 

35

AD 8

 

43

 

26

 

43

AD 7

 

42

 

19

 

38

AD 6

 

32

 

68

 

39

AD 5

 

33

 

36

 

34

Totaal AD

 

310

 

267

 

310

AST 11

 

2

 

1

 

2

AST 10

 

4

 

1

 

4

AST 9

 

8

 

2

 

8

AST 8

 

13

 

3

 

13

AST 7

 

19

 

13

 

18

AST 6

 

35

 

16

 

35

AST 5

 

35

 

16

 

35

AST 4

 

49

 

34

 

46

AST 3

 

36

 

50

 

36

AST 2

 

40

 

21

 

40

AST 1

 

16

 

87

 

20

Totaal AST

 

257

 

244

 

257

Algemeen totaal

 

567

 

511

 

567

Totaal personeelsformatie

567

511

567

Communautair Bureau voor plantenrassen

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

1

AD 14

 

 

 

1

 

 

AD 13

1

1

 

 

1

1

AD 12

1

 

2

1

1

 

AD 11

1

1

 

1

1

1

AD 10

 

1

 

 

 

1

AD 9

 

 

1

1

 

 

AD 8

 

 

 

 

 

 

AD 7

 

 

 

 

 

 

AD 6

 

2

 

1

 

1

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

3

6

3

5

3

5

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

3

2

 

 

4

2

AST 8

2

2

6

3

2

2

AST 7

2

4

 

4

2

4

AST 6

 

6

 

2

 

6

AST 5

 

5

2

3

 

5

AST 4

1

5

1

8

1

5

AST 3

 

3

 

3

 

3

AST 2

 

 

 

3

 

 

AST 1

 

2

 

3

 

2

Totaal AST

8

29

9

29

9

29

Algemeen totaal

11

35

12

34

12

34

Totaal personeelsformatie

46

46

46

Gedecentraliseerde agentschappen — Ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid

Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen (Frontex)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie (26)

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

2

 

1

 

1

AD 13

 

6

 

3

 

6

AD 12

 

5

 

6

 

3

AD 11

 

12

 

9

 

13

AD 10

 

4

 

7

 

6

AD 9

 

18

 

1

 

3

AD 8

 

29

 

25

 

43

AD 7

 

3

 

2

 

2

AD 6

 

5

 

3

 

6

AD 5

 

2

 

2

 

3

Totaal AD

 

87

 

60

 

87

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

1

 

 

 

 

AST 8

 

8

 

5

 

6

AST 7

 

11

 

9

 

11

AST 6

 

14

 

5

 

12

AST 5

 

14

 

15

 

17

AST 4

 

5

 

3

 

5

AST 3

 

3

 

3

 

5

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

56

 

40

 

56

Algemeen totaal

 

143

 

100

 

143

Totaal personeelsformatie

143

100

143

Agentschap voor het operationele beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

 

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

3

 

 

 

 

AD 11

 

1

 

 

 

 

AD 10

 

2

 

 

 

 

AD 9

 

6

 

 

 

 

AD 8

 

 

 

 

 

 

AD 7

 

17

 

 

 

 

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

19

 

 

 

 

Totaal AD

 

49

 

 

 

 

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

2

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

10

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

14

 

 

 

 

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

26

 

 

 

 

Algemeen totaal

 

75

 

 

 

 

Totaal personeelsformatie

75

 

 

Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

 

 

 

 

 

AD 10

 

1

 

 

 

1

AD 9

 

5

 

 

 

2

AD 8

 

 

 

 

 

 

AD 7

 

11

 

 

 

6

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

7

 

 

 

4

Totaal AD

 

25

 

 

 

14

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

4

 

 

 

4

AST 2

 

1

 

 

 

1

AST 1

 

8

 

 

 

5

Totaal AST

 

13

 

 

 

10

Algemeen totaal

 

38

 

 

 

24

Totaal personeelsformatie

38

 

24

Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

 

 

 

 

 

 

AD 13

 

3

 

1

 

3

AD 12

 

11

 

8

 

11

AD 11

 

 

 

 

 

 

AD 10

 

12

 

8

 

12

AD 9

 

11

 

4

 

11

AD 8

 

1

 

 

 

1

AD 7

 

5

 

4

 

5

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

44

 

26

 

44

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

1

 

1

 

1

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

3

 

2

 

3

AST 7

 

9

 

9

 

9

AST 6

 

4

 

1

 

4

AST 5

 

1

 

1

 

1

AST 4

 

9

 

7

 

9

AST 3

 

 

 

 

 

 

AST 2

 

1

 

1

 

1

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

28

 

22

 

28

Algemeen totaal

 

72

 

48

 

72

Totaal personeelsformatie

72

48

72

Europese Politiedienst (Europol)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

1

AD 13

 

3

 

 

 

3

AD 12

 

3

 

 

 

3

AD 11

 

23

 

 

 

23

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

71

 

 

 

70

AD 8

 

80

 

 

 

80

AD 7

 

125

 

 

 

123

AD 6

 

53

 

 

 

52

AD 5

 

36

 

 

 

36

Totaal AD

 

395

 

 

 

391

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

4

 

 

 

4

AST 6

 

13

 

 

 

13

AST 5

 

3

 

 

 

3

AST 4

 

40

 

 

 

40

AST 3

 

2

 

 

 

2

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

62

 

 

 

62

Algemeen totaal

 

457

 

 

 

453

Totaal personeelsformatie

457

 

453

Europese Politieacademie

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

 

 

 

 

 

AD 13

 

1

 

1

 

1

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

 

 

 

 

 

AD 10

 

2

 

2

 

2

AD 9

 

 

 

 

 

 

AD 8

 

 

 

 

 

 

AD 7

 

2

 

2

 

2

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

9

 

5

 

9

Totaal AD

 

14

 

10

 

14

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

2

 

 

 

2

AST 4

 

2

 

1

 

2

AST 3

 

8

 

6

 

8

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

12

 

7

 

12

Algemeen totaal

 

26

 

17

 

26

Totaal personeelsformatie

26

17

26

Eurojust

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie (27)

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

1

 

 

 

1

AD 12

 

1

 

 

 

1

AD 11

 

 

 

 

 

 

AD 10

 

1

 

 

 

1

AD 9

 

6

 

4

 

6

AD 8

 

7

 

6

 

7

AD 7

 

14

 

3

 

14

AD 6

 

17

 

17

 

17

AD 5

 

5

 

5

 

5

Totaal AD

 

53

 

36

 

53

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

1

 

 

 

1

AST 8

 

 

 

1

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

2

 

 

 

2

AST 4

 

30

 

3

 

30

AST 3

 

56

 

41

 

55

AST 2

 

21

 

14

 

21

AST 1

 

23

 

46

 

23

Totaal AST

 

133

 

105

 

132

Algemeen totaal

 

186

 

141

 

185

Totaal personeelsformatie

186

141

185

Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

1

 

1

AD 14

1

 

 

 

1

 

AD 13

1

2

 

1

1

2

AD 12

1

8

1

4

1

6

AD 11

3

8

4

6

3

8

AD 10

2

15

1

3

2

13

AD 9

 

7

 

7

 

7

AD 8

2

4

1

3

2

6

AD 7

 

 

 

2

 

2

AD 6

 

 

1

8

 

 

AD 5

 

 

2

2

 

 

Totaal AD

10

45

10

37

10

45

AST 11

1

 

1

 

1

 

AST 10

 

2

 

 

 

1

AST 9

 

4

 

1

 

3

AST 8

2

3

 

2

2

3

AST 7

1

6

1

1

1

6

AST 6

1

4

2

2

1

4

AST 5

 

3

1

1

 

3

AST 4

2

 

1

7

2

1

AST 3

 

 

1

9

 

1

AST 2

 

 

 

1

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

7

22

7

24

7

22

Algemeen totaal

17

67

17

61

17

67

Totaal personeelsformatie

84

78

84

Gedecentraliseerde agentschappen — Taaldiensten

Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

1

AD 14

1

 

1

1

1

 

AD 13

1

2

 

 

 

2

AD 12

10

5

3

4

8

5

AD 11

7

12

9

9

10

12

AD 10

11

7

9

6

10

7

AD 9

3

11

4

12

3

11

AD 8

 

9

2

4

1

6

AD 7

9

25

2

13

8

21

AD 6

2

17

1

30

3

20

AD 5

1

4

 

13

1

8

Totaal AD

45

93

31

92

45

93

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

1

 

1

 

1

AST 8

6

1

3

 

5

1

AST 7

3

4

2

3

4

4

AST 6

3

7

5

4

3

6

AST 5

4

6

1

4

4

7

AST 4

3

19

2

12

3

14

AST 3

 

18

 

19

 

20

AST 2

 

11

 

9

 

12

AST 1

 

1

 

14

 

3

Totaal AST

19

68

13

66

19

68

Algemeen totaal

64

161

44

158

64

161

Totaal personeelsformatie

225

202

225

Gedecentraliseerde agentschappen — Energie

Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

3

 

 

 

 

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

2

 

 

 

5

AD 8

 

5

 

 

 

 

AD 7

 

4

 

 

 

 

AD 6

 

3

 

 

 

 

AD 5

 

9

 

 

 

9

Totaal AD

 

27

 

 

 

15

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

1

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

12

 

 

 

10

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

13

 

 

 

10

Algemeen totaal

 

40

 

 

 

25

Totaal personeelsformatie

40

 

25

Gemeenschappelijke ondernemingen

Gemeenschappelijke onderneming Fusion for Energy (F4E)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijki ngevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

1

 

 

 

 

AD 14

 

 

 

1

 

1

AD 13

4

1

 

 

2

1

AD 12

17

8

15

3

15

8

AD 11

5

 

7

 

7

 

AD 10

5

27

 

 

4

20

AD 9

7

21

4

31

10

28

AD 8

4

 

1

 

4

 

AD 7

 

43

1

1

 

20

AD 6

2

50

 

57

2

67

AD 5

 

3

3

3

 

4

Totaal AD

44

154

31

96

44

149

AST 11

3

 

 

 

2

 

AST 10

2

 

1

 

2

 

AST 9

3

 

2

 

4

 

AST 8

2

 

1

 

1

 

AST 7

 

 

1

 

 

 

AST 6

 

 

2

 

1

 

AST 5

4

 

 

 

3

2

AST 4

1

11

1

 

2

3

AST 3

3

12

 

17

3

18

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

1

 

 

 

Totaal AST

18

23

9

17

18

23

Algemeen totaal

62

177

40

113

62

172

Totaal personeelsformatie

239

153

234

Samenwerking — Gezondheid — Gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (IMI)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijki ngevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

4

 

3

 

4

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

7

 

 

 

7

AD 8

 

11

 

4

 

11

AD 7

 

 

 

 

 

 

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

23

 

8

 

23

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

1

 

1

 

1

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

5

 

3

 

5

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

6

 

4

 

6

Algemeen totaal

 

29

 

12

 

29

Totaal personeelsformatie

29

12

29

Samenwerking — Vervoer — Gemeenschappelijke onderneming Clean Sky

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijki ngevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

 

 

 

 

 

AD 10

 

3

 

2

 

2

AD 9

 

7

 

1

 

6

AD 8

 

1

 

 

 

7

AD 7

 

2

 

1

 

 

AD 6

 

3

 

3

 

 

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

17

 

8

 

16

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

1

 

1

 

1

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

 

 

 

 

 

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

1

 

1

 

1

Algemeen totaal

 

18

 

9

 

17

Totaal personeelsformatie

18

9

17

Samenwerking — Informatie- en communicatietechnologie — Gemeenschappelijke onderneming Artemis

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijki ngevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

2

 

2

 

2

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

 

 

 

 

 

AD 8

 

5

 

4

 

5

AD 7

 

 

 

 

 

 

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

8

 

7

 

8

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

 

 

 

 

 

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

 

 

 

 

 

Algemeen totaal

 

8

 

7

 

8

Totaal personeelsformatie

8

7

8

Informatie- en communicatietechnologie — Gemeenschappelijke onderneming ENIAC

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijki ngevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

2

 

2

 

2

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

 

 

 

 

 

AD 8

 

3

 

 

 

3

AD 7

 

 

 

 

 

 

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

6

 

3

 

6

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

 

 

 

 

 

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

 

 

 

 

 

Algemeen totaal

 

6

 

3

 

6

Totaal personeelsformatie

6

3

6

Gemeenschappelijke onderneming brandstofcellen en waterstof (FCH)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijki ngevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

3

 

 

 

3

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

1

 

 

 

1

AD 8

 

4

 

 

 

4

AD 7

 

2

 

1

 

2

AD 6

 

 

 

 

 

 

AD 5

 

 

 

 

 

 

Totaal AD

 

11

 

1

 

11

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

1

 

 

 

1

AST 7

 

3

 

1

 

3

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

1

 

 

 

1

AST 3

 

2

 

 

 

2

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

7

 

1

 

7

Algemeen totaal

 

18

 

2

 

18

Totaal personeelsformatie

18

2

18

Gemeenschappelijke onderneming SESAR (SJU)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijki ngevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

4

 

4

 

4

AD 11

 

1

 

1

 

 

AD 10

 

3

 

1

 

4

AD 9

 

 

 

 

 

 

AD 8

 

6

 

2

 

6

AD 7

 

4

 

2

 

5

AD 6

 

4

 

1

 

4

AD 5

 

10

 

2

 

10

Totaal AD

 

33

 

14

 

34

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

1

 

1

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

1

 

 

 

1

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

2

 

1

 

2

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

2

 

2

 

2

Totaal AST

 

6

 

4

 

5

Algemeen totaal

 

39

 

18

 

39

Totaal personeelsformatie

39

18

39

Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT)

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

1

 

 

 

 

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

3

 

 

 

4

AD 8

 

8

 

 

 

7

AD 7

 

2

 

 

 

2

AD 6

 

5

 

 

 

1

AD 5

 

1

 

 

 

1

Totaal AD

 

21

 

1

 

16

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

4

 

 

 

2

AST 3

 

3

 

 

 

2

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

7

 

0

 

4

Algemeen totaal

 

28

 

1

 

20

Totaal personeelsformatie

28

1

20

Uitvoerende agentschappen

Uitvoerend Agentschap voor concurrentievermogen en innovatie

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

5

 

 

 

5

AD 10

 

5

 

7

 

5

AD 9

 

1

 

1

 

1

AD 8

 

7

 

 

 

7

AD 7

 

7

 

14

 

7

AD 6

 

4

 

2

 

4

AD 5

 

3

 

1

 

3

Totaal AD

 

33

 

26

 

33

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

2

 

 

 

2

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

1

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

1

 

1

AST 3

 

 

 

 

 

 

AST 2

 

1

 

1

 

1

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

4

 

2

 

4

Algemeen totaal

 

37

 

28

 

37

Totaal personeelsformatie

37

28

37

Uitvoerend Agentschap Onderwijs, audiovisuele media en cultuur

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

3

 

 

 

3

AD 12

 

8

 

3

 

5

AD 11

 

3

 

8

 

5

AD 10

 

14

 

3

 

11

AD 9

 

10

 

1

 

20

AD 8

 

17

 

14

 

15

AD 7

 

5

 

5

 

3

AD 6

 

6

 

1

 

5

AD 5

 

6

 

8

 

3

Totaal AD

 

73

 

60

 

71

AST 11

 

1

 

 

 

1

AST 10

 

 

 

1

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

2

 

 

 

1

AST 7

 

1

 

2

 

3

AST 6

 

1

 

3

 

3

AST 5

 

4

 

2

 

4

AST 4

 

16

 

8

 

14

AST 3

 

4

 

15

 

5

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

29

 

31

 

31

Algemeen totaal

 

102

 

91

 

102

Totaal personeelsformatie

102

91

102

Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en consumenten

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

1

 

1

 

1

AD 10

 

 

 

 

 

 

AD 9

 

2

 

1

 

2

AD 8

 

1

 

2

 

1

AD 7

 

1

 

1

 

1

AD 6

 

1

 

 

 

1

AD 5

 

2

 

3

 

2

Totaal AD

 

9

 

9

 

9

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

1

 

0

 

1

AST 6

 

1

 

 

 

 

AST 5

 

1

 

2

 

2

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

 

 

 

 

 

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

3

 

2

 

3

Algemeen totaal

 

12

 

11

 

12

Totaal personeelsformatie

12

11

12

Uitvoerend Agentschap voor het trans-Europees vervoersnetwerk

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

 

 

 

 

 

AD 12

 

 

 

 

 

 

AD 11

 

2

 

2

 

2

AD 10

 

1

 

1

 

1

AD 9

 

4

 

3

 

4

AD 8

 

2

 

1

 

1

AD 7

 

7

 

6

 

7

AD 6

 

9

 

3

 

6

AD 5

 

2

 

8

 

5

Totaal AD

 

28

 

25

 

27

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

2

 

2

 

2

AST 4

 

1

 

 

 

1

AST 3

 

2

 

4

 

3

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

5

 

6

 

6

Algemeen totaal

 

33

 

31

 

33

Totaal personeelsformatie

33

31

33

Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

 

 

1

AD 13

 

3

 

2

 

3

AD 12

 

5

 

4

 

5

AD 11

 

2

 

2

 

2

AD 10

 

3

 

3

 

3

AD 9

 

3

 

3

 

3

AD 8

 

27

 

25

 

27

AD 7

 

40

 

38

 

40

AD 6

 

10

 

10

 

10

AD 5

 

6

 

6

 

6

Totaal AD

 

100

 

93

 

100

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

 

 

 

 

 

AST 8

 

 

 

 

 

 

AST 7

 

 

 

 

 

 

AST 6

 

 

 

 

 

 

AST 5

 

 

 

 

 

 

AST 4

 

 

 

 

 

 

AST 3

 

 

 

 

 

 

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

 

 

 

 

 

Algemeen totaal

 

100

 

93

 

100

Totaal personeelsformatie

100

93

100

Uitvoerend Agentschap Onderzoek

Functiegroep en rang

Ambten

2011

2010

Toegestaan in de begroting van de Unie

Daadwerkelijk ingevuld op 31 december 2009

Toegestaan in de begroting van de Unie

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

Vast

Tijdelijk

AD 16

 

 

 

 

 

 

AD 15

 

 

 

 

 

 

AD 14

 

1

 

1

 

1

AD 13

 

1

 

1

 

1

AD 12

 

3

 

1

 

1

AD 11

 

5

 

2

 

2

AD 10

 

9

 

7

 

12

AD 9

 

12

 

1

 

10

AD 8

 

4

 

 

 

4

AD 7

 

16

 

11

 

13

AD 6

 

26

 

17

 

23

AD 5

 

29

 

24

 

28

Totaal AD

 

106

 

65

 

95

AST 11

 

 

 

 

 

 

AST 10

 

 

 

 

 

 

AST 9

 

1

 

 

 

1

AST 8

 

1

 

 

 

1

AST 7

 

2

 

2

 

2

AST 6

 

1

 

1

 

1

AST 5

 

2

 

1

 

2

AST 4

 

2

 

2

 

2

AST 3

 

2

 

1

 

2

AST 2

 

 

 

 

 

 

AST 1

 

 

 

 

 

 

Totaal AST

 

11

 

7

 

11

Algemeen totaal

 

117

 

72

 

106

Totaal personeelsformatie

117

72

106


(1)  Met uitzondering van Zwitserland.

(2)  Voorbeelden van dergelijke netwerken in Silicon Valley zijn de German-American Business Association (GABA), Interfrench, Business Association Italy-America (BAIA) en de Silicon Vikings.

(3)  Het protocol bij de overeenkomst met Marokko gold aanvankelijk voor de periode van 1 maart 2006 tot en met 28 februari 2010. Door een vertraging in het ratificatieproces is het op 27 februari 2007 in werking getreden en geldt het voor vier jaar vanaf die datum.

(4)  Protocol is thans in ratificatiefase.

(5)  Dit gebied omvat zeventien landen, waarvan er zeven (Armenië, Azerbeidzjan, Wit-Rusland, Georgië, Moldavië, de Russische Federatie en Oekraïne) ten oosten van de Unie zijn gelegen en tien (Algerije, Egypte, Jordanië, Israël, Libanon, Libië, Marokko, de Palestijnse Autoriteit, Syrië en Tunesië) ten zuiden van de Unie zijn gelegen.

(6)  Inclusief in de reserve opgenomen kredieten.

(7)  Onder voorbehoud van overeenstemming inzake de deelname van de EVA-landen.

(8)  Zonder deelname van Liechtenstein en IJsland (proportionaliteitsfactor 2,28 %).

(9)  Zonder deelname van Liechtenstein (proportionaliteitsfactor 2,35 %).

(10)  Berekend op basis van deelneming van de EVA-landen ten bedrage van 75 % van de kredieten.

(11)  Betrokken begrotingsonderdelen: de artikelen 08 22 04, 09 04 02, 02 04 03, 06 06 04, 10 02 02, 15 07 78 en 32 06 03.

(12)  Betrokken begrotingsonderdelen: de artikelen 08 22 04, 09 04 02, 02 04 03, 06 06 04, 10 03 02, 15 07 78 en 32 06 03.

(13)  Met inbegrip van Hongarije, Letland en Roemenië.

(14)  Verordening (EU) nr. 407/2010 van 11 mei 2010 houdende instelling van een Europees financieel stabilisatiemechanisme (PB L 118 van 12.5.2010, blz. 1) — Met inbegrip van Ierland.

(15)  Waarvan volgende vaste posten in het Agentschap leveringen: twee AD 14, drie AD 12, één AD 11, twee AD 10, één AST 10, twee AST 8, één AST 7, negen AST 6, één AST 5 en twee AST 3. De taken van de directeur-generaal van het Agentschap worden uitgevoerd door een AD 15-ambtenaar aangesteld ad personam, de taken van de adjunt-directeur-generaal van het Agentschap worden uitgevoerd door een tot adjunct-directeur-generaal aangesteld AD 14-ambtenaar ad personam, beide overeenkomstig artikel 53 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

(16)  Volgens de personeelsformatie worden de volgende aanstellingen ad personam aanvaard: 25 AD 15 tot AD 16; 21 AD 14 tot AD 15; 13 AD 11 tot AD 14; één AST 8 tot AST 10.

(17)  Volgens de personeelsformatie worden de volgende aanstellingen ad personam aanvaard: 25 AD 15 tot AD 16; 21 AD 14 tot AD 15; 13 AD 11 tot AD 14; één AST 8 tot AST 10.

(18)  Volgens de personeelsformatie worden de volgende aanstellingen ad personam aanvaard: twee AD 15 tot AD 16; drie AD 14 tot AD 15 en één AD 13 tot AD 14.

(19)  Waarvan één ambtenaar aan wie de in artikel 93 van het Statuut bedoelde voordelen zijn toegekend.

(20)  Volgens de personeelsformatie worden de volgende aanstellingen ad personam aanvaard: twee AD 14 tot AD 15; één AD 14 tot AD 15.

(21)  Het gecumuleerde totaal van de personeelsleden in vaste en tijdelijke ambten mag niet hoger dan 384 zijn.

(22)  Waarvan vaste ambten bij de Europese Bestuursschool: twee AD 12; drie AD 11; één AD 8; twee AST 9; één AST 8; één AST 7; één AST 4; één AST 3 en drie AST 1.

(23)  Waarvan vaste ambten bij de Europese Bestuursschool: twee AD 12; één AD 11; één AD 8; twee AD 7; één AST 9; één AST 8; één AST 7; één AST 6; één AST 4; één AST 3 en drie AST 1.

(24)  Zoals goedgekeurd in de oorspronkelijke begroting 2008.

(25)  Van de 574 ambten blijft het aantal door de Unie gefinancierde ambten ongewijzigd ten opzichte van 2010 (227 ambten).

(26)  Wijziging van de personeelsformatie goedgekeurd door de raad van bestuur van Frontex.

(27)  Wijziging van de personeelsformatie goedgekeurd door collegebesluit Eurojust.