ISSN 1977-0995

doi:10.3000/19770995.C_2014.042.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 42

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

57e jaargang
13 februari 2014


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2014/C 042/01

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.7129 — VREP/SUDKB/Duo Plast) ( 1 )

1

2014/C 042/02

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.7125 — Advent/UNIT4) ( 1 )

1


 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2014/C 042/03

Wisselkoersen van de euro

2

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2014/C 042/04

Mededeling van de regering van de Republiek Polen in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen in de regio Bojszowy

3

2014/C 042/05

Mededeling van de Commissie overeenkomstig de procedure van artikel 16, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap — Openbaredienstverplichtingen met betrekking tot geregelde luchtdiensten ( 1 )

5

2014/C 042/06

Mededeling van de Commissie overeenkomstig de procedure van artikel 17, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap — Uitnodiging tot het indienen van offertes voor de exploitatie van geregelde luchtdiensten overeenkomstig openbaredienstverplichtingen ( 1 )

6


 

V   Adviezen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

2014/C 042/07

Aankondiging van algemeen vergelijkend onderzoek

7

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2014/C 042/08

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.7150 — Apollo/Ulster Bank/Arnotts) — Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

8

2014/C 042/09

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.7176 — CFAO/Carrefour/JV) — Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

9

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2014/C 042/10

Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

10

2014/C 042/11

Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

16


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.7129 — VREP/SUDKB/Duo Plast)

(Voor de EER relevante tekst)

(2014/C 42/01)

Op 24 januari 2014 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Duits en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/en/index.htm) onder documentnummer 32014M7129. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.7125 — Advent/UNIT4)

(Voor de EER relevante tekst)

(2014/C 42/02)

Op 30 januari 2014 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/en/index.htm) onder documentnummer 32014M7125. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/2


Wisselkoersen van de euro (1)

12 februari 2014

(2014/C 42/03)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,3573

JPY

Japanse yen

138,89

DKK

Deense kroon

7,4621

GBP

Pond sterling

0,82160

SEK

Zweedse kroon

8,7718

CHF

Zwitserse frank

1,2249

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

8,3320

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

27,533

HUF

Hongaarse forint

308,52

LTL

Litouwse litas

3,4528

PLN

Poolse zloty

4,1658

RON

Roemeense leu

4,4823

TRY

Turkse lira

2,9770

AUD

Australische dollar

1,5016

CAD

Canadese dollar

1,4930

HKD

Hongkongse dollar

10,5274

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,6277

SGD

Singaporese dollar

1,7186

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 441,99

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

14,9297

CNY

Chinese yuan renminbi

8,2289

HRK

Kroatische kuna

7,6545

IDR

Indonesische roepia

16 401,46

MYR

Maleisische ringgit

4,5096

PHP

Filipijnse peso

60,827

RUB

Russische roebel

47,2415

THB

Thaise baht

44,191

BRL

Braziliaanse real

3,2702

MXN

Mexicaanse peso

18,0643

INR

Indiase roepie

84,2951


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/3


Mededeling van de regering van de Republiek Polen in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen in de regio „Bojszowy”

(2014/C 42/04)

De aanbestedingsprocedure heeft betrekking op de verlening van een vergunning voor een concessie voor de prospectie en/of exploratie van olie- en aardgasbronnen in de regio „Bojszowy”, woiwodschap (provincie) Silezië:

Naam

Bloknr.

1992-systeem

X

Y

Bojszowy

Gedeeltelijke blok van concessie nr. 391

243 697,0

507 548,0

243 478,0

507 644,0

243 282,0

507 858,0

243 184,0

508 113,0

241 036,0

507 914,0

241 055,0

505 631,0

241 493,0

505 822,0

242 541,0

506 516,0

De aanvragen moeten betrekking hebben op dezelfde zone.

De concessieaanvragen moeten uiterlijk om 12.00 uur Midden-Europese tijd (MET) toekomen op de zetel van het ministerie van milieu, binnen een termijn van 100 dagen te rekenen vanaf de dag volgende op de datum van publicatie van deze mededeling in het Publicatieblad van de Europese Unie.

De aanvragen worden onderzocht aan de hand van de volgende criteria:

a)

voor de onderzoekswerkzaamheden voorgestelde technologie (gewicht: 50 %);

b)

technische en financiële capaciteiten van de kandidaat (gewicht: 40 %);

c)

bedrag van de voorgestelde vergoeding voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw (gewicht: 10 %).

Het minimumbedrag van de vergoeding voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw in de zone „Bojszowy” bedraagt:

1.

in het geval van prospectie van olie- en aardgasbronnen:

voor een basisperiode van 3 jaar: 10 000,00 PLN per jaar,

voor het 4e en 5e jaar van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 10 000,00 PLN per jaar,

voor het 6e jaar en de daaropvolgende jaren van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 10 000,00 PLN per jaar,

2.

in het geval van prospectie en exploratie van olie- en aardgasbronnen:

voor een basisperiode van 5 jaar: 30 000,00 PLN per jaar,

voor het 6e, 7e en 8e jaar van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 30 000,00 PLN per jaar,

voor het 9e jaar en de daaropvolgende jaren van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 30 000,00 PLN per jaar.

De openbare opening van de aanvragen vindt plaats op de zetel van het ministerie van milieu, om 12.00 uur (MET) op de 14e werkdag na de einddatum voor de indiening van aanvragen. De procedure van vergelijking van de aanvragen wordt afgesloten binnen een termijn van zes maanden na het verstrijken van de termijn voor het indienen van aanvragen. Deelnemers aan de procedure worden schriftelijk op de hoogte gesteld van de resultaten van de gunningsprocedure.

De aanvragen moeten in de Poolse taal worden ingediend.

De voor de verlening van concessies bevoegde instantie verleent aan de uitverkoren kandidaat een concessie voor de prospectie of exploratie van olie- en/of aardgasbronnen na een onderzoek waarbij rekening wordt gehouden met het standpunt van de bevoegde autoriteiten en sluit met bedoelde kandidaat een contract met betrekking tot de vaststelling van het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw.

Om activiteiten met betrekking tot de prospectie of exploratie in verband met koolwaterstofbronnen op het Poolse grondgebied te kunnen uitvoeren, moet de desbetreffende onderneming zowel over een recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw als over een concessie beschikken.

Aanvragen moeten aan het ministerie van milieu worden toegezonden op het volgende adres:

Ministerstwo Środowiska (minister van Milieu)

Departament Geologii i Koncesji Geologicznych (Departement geologie en mijnbouwconcessies)

ul. Wawelska 52/54

00-922 Warszawa

POLSKA/POLAND

Meer informatie is te vinden op of kan worden aangevraagd bij:

de website van het Ministerie van milieu op de pagina:

http://www.mos.gov.pl

w Departamencie Geologii i Koncesji Geologicznych

Ministerstwo Środowiska

ul. Wawelska 52/54

00-922 Warszawa

POLSKA/POLAND

Tel. +48 225792449

Fax +48 225792460

E-mail: dgikg@mos.gov.pl

Voor goedkeuring:

Piotr Grzegorz WOŹNIAK

Nationaal hoofdgeoloog


13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/5


Mededeling van de Commissie overeenkomstig de procedure van artikel 16, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap

Openbaredienstverplichtingen met betrekking tot geregelde luchtdiensten

(Voor de EER relevante tekst)

(2014/C 42/05)

Lidstaat

Italië

Betrokken route

Pantelleria–Trapani en omgekeerd;

Pantelleria–Palermo en omgekeerd;

Lampedusa–Palermo en omgekeerd;

Lampedusa–Catania en omgekeerd

Datum waarop de openbaredienstverplichtingen van kracht worden

dinsdag 1 juli 2014

Adres waar de tekst en alle relevante informatie en/of documentatie met betrekking tot de openbaredienstverplichtingen kunnen worden verkregen

Voor nadere informatie:

Ente nazionale per l’aviazione civile (ENAC)

Direzione sviluppo trasporto aereo

Viale Castro Pretorio 118

00185 Roma RM

ITALIA

Tel. +39 0644596564

Fax +39 0644596591

E-mail: osp@enac.gov.it

Internet: http://www.mit.gov.it

http://www.enac.gov.it


13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/6


Mededeling van de Commissie overeenkomstig de procedure van artikel 17, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap

Uitnodiging tot het indienen van offertes voor de exploitatie van geregelde luchtdiensten overeenkomstig openbaredienstverplichtingen

(Voor de EER relevante tekst)

(2014/C 42/06)

Lidstaat

Italië

Betrokken route

Pantelleria–Trapani en omgekeerd

Pantelleria–Palermo en omgekeerd

Lampedusa–Palermo en omgekeerd

Lampedusa–Catania en omgekeerd

Geldigheidsduur van het contract

van 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2017

Uiterste datum voor de indiening van de offertes

60 dagen na de datum van publicatie van deze mededeling

Adres waar de tekst van de aanbesteding en alle relevante informatie en/of documentatie met betrekking tot de openbare aanbesteding en de openbaredienstverplichting kunnen worden verkregen

Voor nadere informatie:

Ente Nazionale per l’Aviazione Civile (ENAC)

Direzione sviluppo trasporto aereo

Viale Castro Pretorio 118

00185 Roma RM

ITALIA

Tel. +39 0644596564

Fax +39 0644596591

E-mail: osp@enac.gov.it

Internet: http://www.mit.gov.it

http://www.enac.gov.it


V Adviezen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/7


AANKONDIGING VAN ALGEMEEN VERGELIJKEND ONDERZOEK

(2014/C 42/07)

Het Europees Bureau voor Personeelsselectie (EPSO) organiseert het volgende algemeen vergelijkend onderzoek:

EPSO/AST-SC/01/14 — Secretariaatsmedewerkers (rangen SC 1 en SC 2) voor de volgende talen: Kroatisch (HR), Engels (EN), Frans (FR) en Duits (DE)

De aankondiging van het vergelijkend onderzoek wordt in 24 talen bekendgemaakt in Publicatieblad C 42 A van 13 februari 2014.

Aanvullende informatie is beschikbaar op de website van EPSO: http://blogs.ec.europa.eu/eu-careers.info/


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/8


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.7150 — Apollo/Ulster Bank/Arnotts)

Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2014/C 42/08)

1.

Op 4 februari 2014 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat verbonden ondernemingen van Apollo Management LP („Apollo”, Verenigde Staten) en Ulster Bank Ireland Limited („Ulster Bank”, Ierland), dat deel uitmaakt van Royal Bank of Scotland Group plc (Verenigd Koninkrijk), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over Arnotts Holdings Limited („Arnotts”, Ierland) door andere middelen.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

Apollo: portefeuillebeleggingen,

Ulster Bank: retail banking en corporate banking,

Arnotts: Ierse warenhuisketen.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens de EG-concentratieverordening (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.7150 — Apollo/Ulster Bank/Arnotts, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/9


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.7176 — CFAO/Carrefour/JV)

Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2014/C 42/09)

1.

Op 3 februari 2014 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat CFAO SA (Frankrijk) en Carrefour SA (Frankrijk) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening over een nieuw opgerichte vennootschap die een gemeenschappelijke onderneming is, de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen door de verwerving van aandelen.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

CFAO SA: onderneming naar Frans recht, die onder de zeggenschap staat van Toyota Tsusho Corporation (Japan) en actief is in de distributie van auto's, farmaceutische producten, materieel en uitrustingsgoederen, en IT-diensten, hoofdzakelijk in Afrika en in de Franse overzeese gebieden,

Carrefour SA: moedermaatschappij van de Carrefour-groep, die actief is in de detailhandel in Frankrijk en het buitenland, hoofdzakelijk in de levensmiddelenbranche,

gemeenschappelijke onderneming: zal zich gaan bezig houden met de uitbouw van detailhandelsactiviteiten, hoofdzakelijk in de levensmiddelenbranche, in Senegal, Kameroen, Congo, Ivoorkust, Democratische Republiek Congo, Gabon, Nigeria en Ghana.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens de EG-concentratieverordening (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.7176 — CFAO/Carrefour/JV, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/10


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2014/C 42/10)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag.

ENIG DOCUMENT

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen  (2)

„BŒUF DE CHAROLLES”

EG-nummer: FR-PDO-0005-0873-07.04.2011

BGA ( ) BOB ( X )

1.   Naam

„Bœuf de Charolles”

2.   Lidstaat of derde land

Frankrijk

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.1.

Vers vlees (en verse slachtafvallen)

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

Alleen voor rundvlees van dieren van het Charolais-ras mag de oorsprongsbenaming „Bœuf de Charolles” worden gebruikt. Dit geldt voor:

vaarzen van ten minste 28 maanden,

koeien jonger dan acht jaar,

gecastreerde stieren jonger dan 30 maanden.

Het karkas van de dieren is geclassificeerd volgens het indelingsschema EUROP en op basis van de volgende criteria:

bevleesdheid van het karkas tussen R en E,

een minimumgewicht van het karkas dat verschilt naargelang de categorie dieren:

360 kg voor de karkassen van koeien en gecastreerde stieren,

320 kg voor de karkassen van vaarzen,

inwendige en uitwendige vetheid tussen 2+ en 3+,

een kleur die sterk naar helderrood neigt,

dekvet met een roomwitte tot gele kleur,

zeer fijne tot normale botten,

een textuur variërend van „zeer fijn” tot „normaal”,

een eind-pH van de karkassen van 5,8 of minder.

Het vlees heeft een helderrode kleur en is gemarmerd en fijn geaderd. Het heeft een weinig pezige, fijne, zachte en bijzonder sappige textuur waarbij in de mond een lichtzure smaak ontstaat. De typerende kenmerken ervan komen tot uitdrukking bij het braden. Via de neus en de mond wordt de intensiteit en de rijkdom van zijn aroma's en geuren (dier, vet, plant, graanproducten enz.) ervaren.

Het vlees wordt uitsluitend gekoeld aangeboden. Het vlees mag niet zijn in- of diepgevroren.

3.3.   Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

3.4.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong)

De kalveren worden op natuurlijke wijze gezoogd, zij volgen hun moeder of eventueel een zoogkoe en krijgen zo hun voeding tot ze worden gespeend.

De runderen krijgen hun voer deels in de wei en deels op stal. Minimaal twee perioden gaan ze naar buiten. De periode van afmesten volgt op het fokken van de runderen. Het winter- en zomerseizoen markeren het leven en de voeding van de dieren.

De totale veebezetting van het bedrijf bedraagt jaarlijks gemiddeld ten hoogste 1,8 grootvee-eenheid (GVE) per hectare oppervlakte cultuurgrond met een maximale bezetting van 2 GVE per hectare.

Tijdens de opfok, in het zomerseizoen, weiden de dieren minimaal 200 dagen per jaar, al dan niet opeenvolgend. Het gras dat de dieren krijgen, kan worden aangevuld met hooi dat uitsluitend uit het onder punt 4 beschreven geografische gebied afkomstig is, plus krachtvoer, dat onder de hierna te noemen omstandigheden wordt toegediend. De dieren staan ten minste twee seizoenen in de wei. In de winter bestaat de voeding van de runderen uit voedergewassen die uitsluitend uit het geografische gebied afkomstig zijn, en uit krachtvoer, dat onder de hierna te noemen omstandigheden wordt toegediend. De voedergewassen bestaan uit verse of geconserveerde grasachtige planten, waaronder hakvruchten, weidegewassen (grassen, vlinderbloemigen, Hydrophillaceae) en stro.

Het vetmesten van de dieren vindt plaats op een of meerdere percelen die „vetweiden” („prés d'embouche”) worden genoemd. Deze percelen liggen in het geografische gebied. In de zomer mogen de dieren uitsluitend op de vetweiden grazen. In de winter worden de dieren op de vetweiden en in de stal afgemest: de dieren moeten minimaal dertig achtereenvolgende dagen op de vetweiden grazen. Op stal bestaan de voedergewassen die de dieren krijgen toegediend uitsluitend uit droog hooi van de beste kwaliteit uit het geografische gebied, afkomstig van smakelijk groen loof met een droge en plantaardige geur. Het voer van de runderen mag beslist geen gefermenteerde voedergewassen bevatten. Tot maximaal tien dagen na het verlaten van de stal, een periode waarin de runderen zich aan het nieuwe voedingspatroon aanpassen, kan extra hooi worden toegediend als aanvulling op het ter plaatse aanwezige voer.

De gewassen, nevenproducten en het krachtvoer zijn niet genetisch gemodificeerd. Tijdens de opfok blijft het krachtvoer dat in de zomer en winter wordt toegediend, over het hele jaar gemiddeld beperkt tot 2 kg bruto per dag per dier.

Tijdens het afmesten geldt een limiet van 1 kg bruto per 100 kg levend gewicht.

Wanneer de runderen perskoeken krijgen toegediend, bestaat 70 % van het gewicht daarvan uit lijnzaadkoeken.

3.5.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

De geboorte, de opfok, het vetmesten en de slacht van de dieren vinden plaats in het geografische gebied.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz.

3.7.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering

Totdat het karkas en de uitgesneden delen bij de uiteindelijke distributeur zijn geleverd, staat op het etiket daarvan het volgende vermeld:

de naam van de oorsprongsbenaming;

het BOB-symbool van de Europese Unie;

het identificatienummer van het dier of het partijnummer;

de categorie waartoe het dier behoort;

de slachtdatum;

de vermelding „le temps de maturation entre les dates d'abattage des animaux et de vente au détail au consommateur final est de 14 jours pleins minimum” („de rijpingstijd, lopende van de datum waarop de dieren zijn geslacht tot de datum van verkoop door de detailhandel aan de eindverbruiker, bedraagt minimaal 14 volle dagen”) — op vlees dat is bestemd om te worden gegrild of gebraden, met uitzondering van het borststuk, het longhaasje en de haas.

Voor vlees dat in de traditionele schappen wordt verkocht, wordt deze etikettering ondersteund door het oorsprongsgarantiecertificaat (Certificat de Garantie et d'Origine, CGO), waarvan het model door de aanvragende groepering is vastgesteld.

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het geografische gebied van de oorsprongsbenaming „Bœuf de Charolles” strekt zich uit over het grondgebied van de volgende kantons en gemeenten:

Departement Loire: de kantons Charlieu en Perreux en de gemeenten Ambierle, Briennon, Changy, Cuinzier, La Bénisson-Dieu, La Gresle, La Pacaudière, Le Crozet, Lentigny, Mably, Noailly, Ouches, Pouilly-les-Nonains, Pradines, Régny, Renaison, Riorges, Roanne, Sail-les-Bains, Saint-Alban-les-Eaux, Saint-André-d'Apchon, Saint-Forgeux-Lespinasse, Saint-Germain-Lespinasse, Saint-Haon-le-Châtel, Saint-Haon-le-Vieux, Saint-Léger-sur-Roanne, Saint-Martin-d'Estréaux, Saint-Romain-la-Motte; Saint-Victor-sur-Rhins, Urbise, Villerest, Vivans.

Departement Nièvre: het kanton Luzy en de gemeenten La Nocle-Maulaix, Saint-Seine, Ternant.

Departement Rhône: de gemeente Bourg-de-Thizy.

Departement Saône-et-Loire: de kantons Autun-Nord, Autun-Sud, Bourbon-Lancy, Charolles, Chauffailles, La Clayette, Le Creusot-Est, Digoin, Gueugnon, La Guiche, Issy l’Evêque, Marcigny, Matour, Mesvres, Montceau-les-Mines-Nord, Montceau-les-Mines-Sud, Montcenis, Montchanin, Mont-Saint-Vincent, Palinges, Paray-le-Monial, Semur-en-Brionnais, Toulon-sur-Arroux, en de gemeenten Ameugny, Barnay, Beaubery, Bergesserin, Bissy-sur-Fley, Bonnay, Bourgvilain, Bray, Buffières, Burzy, Cersot, Chapaize, Château, Châtel-Moron, Chérizet, Chiddes, Chissey-lès-Mâcon, Clermain, Cluny, Collonge-la-Madeleine, Cordesse, Cormatin, Cortambert, Cortevaix, Couches, Curtil-sous-Buffières, Donzy-le-National, Dracy-lès-Couches, Epertully, Epinac, Essertenne, Etang-sur-Arroux, Flagy, Fley, Germagny, Germolles-sur-Grosne, Igornay, Jalogny, La Comelle, La Vineuse, Lournand, Malay, Marcilly-lès-Buxy, Massilly, Massy, Mazille, Morey, Morlet, Mornay, Passy, Perreuil, Pressy-sous-Dondin, Reclesne, Sailly, Saint-André-le-Désert, Saint-Bérain-sur-Dheune, Saint-Bonnet-de-Joux, Saint-Didier-sur-Arroux, Sainte-Cécile, Sainte-Hélène, Saint-Emiland, Saint-Gervais-sur-Couches, Saint-Huruge, Saint-Jean-de-Trézy, Saint-Léger-du-Bois, Saint-Léger-sous-la-Bussière, Saint-Léger-sur-Dheune, Saint-Martin-d'Auxy, Saint-Martin-de-Commune, Saint-Martin-du-Tartre, Saint-Pierre-de-Varennes, Saint-Pierre-le-Vieux, Saint-Point, Saint-Privé, Saint-Vincent-des-Prés, Saint-Ythaire, Saisy, Salornay-sur-Guye, Sassangy, Savianges, Savigny-sur-Grosne, Sigy-le-Châtel, Sivignon, Suin, Sully, Taizé, Thil-sur-Arroux, Tintry, Tramayes, Verosvres, Villeneuve-en-Montagne, Vitry-lès-Cluny.

5.   Verband met het geografische gebied

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied

Het geografische gebied van „Bœuf de Charolles” omvat de verschoven, in terrassen uiteengevallen oostrand van het Centraal Massief, die deels is gevuld met sedimentafzettingen uit het mesozoïcum, het tertiair en het kwartair. Dit bekken wordt gekenmerkt door primaire kristallijne en metamorfe gesteenten. Het betreft een heuvelachtig terrein dat op minder dan 500 meter hoogte ligt, met een klimaat dat door klimatologen uit de Bourgogne (Pierre Pagney en Jean-Pierre Chabin, Atlas de Bourgogne, 1976) is beschreven en „Charolaisklimaat” wordt genoemd. Kenmerken daarvan zijn de gematigde temperaturen en de regelmatige neerslag gedurende het jaar, die gunstig zijn voor het groeien van het gras en de instandhouding van de weilanden. Deze geomorfologische structuur zorgt voor een grote verscheidenheid aan grondsoorten waarop allerlei complementaire graslanden kunnen worden ontwikkeld. Deze graslanden worden door de veehouders geëxploiteerd naargelang de mogelijkheden die zij bieden voor het fokken, voeren en vetmesten van de runderen, en zijn afgebakend door een netwerk van hagen.

Het aldus opgebouwde coulisselandschap, dat uit grasachtige planten, struiken en bomen bestaat, biedt de dieren gevarieerde voeding, beschutting en rust. Het maakt deel uit van de rijke biodiversiteit die op de blijvende graslanden te vinden is. Dit ecosysteem blijft in evenwicht dankzij de instandhouding en het onderhoud van deze hagen. Bovendien zorgt de zichtbare aanwezigheid van dieren voor de structurering en het behoud van het landschap.

Dit geografische gebied bezit eveneens een dicht waterstelsel waardoor het gras kan groeien en de dieren op natuurlijke wijze kunnen worden gedrenkt.

Het productiesysteem in het geografische gebied wordt gekenmerkt door de wijze waarop de veehouders het Charolais-ras, dat uit dit gebied afkomstig is, voortdurend aan de hulpbronnen van de omgeving aanpassen.

De fokstieren worden op typerende wijze door de veehouders geselecteerd, afhankelijk van de veestapel die van generatie op generatie overgaat, en van de beschikbare percelen. De veehouders streven ernaar dieren met een specifieke lichaamsbouw te verkrijgen, dat wil zeggen met een sterke spierontwikkeling, een klein skelet, evenwichtige verhoudingen tussen de voor- en achterkant en een vetvorming die daarop is afgestemd.

De gehanteerde fokmethode berust op traditionele praktijken waarbij rekening wordt gehouden met de natuurlijke kringlopen: op natuurlijke wijze zogen van de kalveren, een lange weidegang die reeds vroeg begint, een beperkt aantal runderen per hectare afhankelijk van de grasgroei, beweiding gedurende minimaal twee seizoenen, eerbiediging van het fysiologische ritme van de dieren door ze te laten grazen op de weide die het best op hun groeifase is afgestemd, en wintervoer uit het geografische gebied. Door dit systeem groeit elk dier in het ritme van de seizoenen met een afwisseling van periodes van sterke groei (beweiding) en adempauzes zonder gewichtsverlies (winter). Deze groei van het dier met tussenpozen wordt het „fenomeen van compenserende groei” („phénomène de croissance compensatrice”) genoemd.

Dankzij hun kennis van de bodems en de vegetatie bestemmen de veehouders de beste graslanden voor het vetmesten van de dieren. Dit zijn de zogenaamde „vetweiden” („prés d'embouche”). De superieure voedingswaarde is te danken aan de diepe bodems met fijne textuur die organische stoffen en grote watervoorraden bevatten (Caractérisation floristique des prés d’engraissement Bœuf de Charolles, B. Dury, 2006). Deze kenmerken zorgen voor de ontwikkeling van goede grassen en peulvruchten (bijv. Engels raaigras, ruw beemdgras, grote vossenstaart, struisgras, klavers en gewone rolklaver). Deze gewassen bloeien op verschillende momenten in het jaar, zodat de voedingswaarde van de bodemvegetatie voortdurend intact blijft. Deze vetweiden, waarop geen kunstmest wordt gebruikt, worden nooit omgeploegd. Ze moeten goed worden verzorgd, anders gaat de kwaliteit ervan snel achteruit (onderhoud van de hagen, maaien van de planten die niet door de dieren worden gegeten, enz.). De identificatie van de betrokken percelen vindt volgens specifieke criteria plaats.

De traditionele afmesttechnieken zijn er vooral op gericht het aantal dieren op een perceel af te stemmen op de mogelijkheden van het desbetreffende perceel. Zo past de veehouder de veebezetting op zijn blijvende graslanden aan de groei van het gras aan zodat de voedingswaarde constant blijft.

Naarmate de dieren groeien en zich ontwikkelen, sorteert de veehouder ze op basis van hun geschiktheid, en wel in elke tussenperiode, tijdens het spenen, tijdens het voortplanten, tijdens de weidegang, tijdens de verplaatsing naar een andere weide, met het oog op het vetmesten. In 1908 had P. Diffloth (in Bernadette Lizet, L'herbe violente. Enquête ethnobotanique en pays brionnais, Études rurales, Sauvage et domestique), zoötechnicus, deze opmerkelijke vaardigheid bij de mesters uit Charolais waargenomen: „zij bezitten een heel specifieke handigheid en vaardigheid waardoor zij op het eerste gezicht kunnen beoordelen wat het dier de slager zal opleveren en hoelang het duurt om het vet te mesten. Afhankelijk van de staat waarin elk gekocht dier zich bevindt en van hoe vroegrijp het is, wordt het in het weiland geplaatst dat het meest geschikt voor hem is”. Met het oog op de slacht haalt de veehouder de optimaal vetgemeste dieren uiteindelijk van het perceel.

Slechts bepaalde dieren worden dus gebruikt voor de productie van „Bœuf de Charolles”.

De lokale groothandelaars en slachters hebben specifieke slacht- en verwerkingsprocedés ontwikkeld om de oorspronkelijke eigenschappen van het vlees, die tijdens het fokken zijn verkregen, te behouden en de mogelijkheden tot rijping van de karkassen te optimaliseren: er wordt in beperkte mate dekvet weggenomen om op het lendestuk een vetlaag te behouden, de temperatuur van de karkassen daalt geleidelijk en er wordt een eind-pH vastgesteld.

Een andere belangrijke taak die zij verrichten, is de selectie van de karkassen op basis van de vastgestelde specifieke kenmerken van het product.

Zo worden dus slechts bepaalde karkassen gebruikt voor de productie van „Bœuf de Charolles”.

5.2.   Specificiteit van het product

De „Bœuf de Charolles”-karkassen worden gekenmerkt door de evenwichtige verhoudingen tussen de voor- en achterkant en een heldere kleur die varieert van lichtrood tot donkerrood. De vaarzen hebben een gewicht van minimaal 320 kg en de koeien en gecastreerde stieren minimaal 360 kg. Hun bevleesdheid (geronde schouders, stompen en haas) loopt van R tot E volgens het communautaire indelingsschema EUROP.

Het dekvet, dat beoordeeld wordt op grond van de uitwendige vetheid, bedekt de dikke en dunne lendenen van het karkas. Het heeft een waarde tussen 2+ en 3+ volgens het communautaire indelingsschema EUROP en heeft een roomwitte tot gele kleur.

Het binnenvet, dat beoordeeld wordt op grond van de inwendige vetheid, dringt zich in de borstholte waarbij de ribben evenwel zichtbaar blijven. Het varieert van 2+ tot 3+ volgens het communautaire indelingsschema EUROP.

Een typisch karkas is afkomstig van bevleesde, ronde dieren met een fijn beendergestel, een sterke spierontwikkeling en een evenwichtige verhouding tussen de voor- en achterkant van het dier. Een dergelijk karkas wordt door de slachters in het geografische gebied „chic” („coquette”) genoemd.

Het specifieke kenmerk van „Bœuf de Charolles” is gelegen in de oorspronkelijke kwaliteit van de karkassen. Deze worden bijzonder gewaardeerd vanwege hun textuur, die ook wel „grain de viande” wordt genoemd en die zorgt voor de uiteindelijke malsheid van het vlees. De textuur varieert van „zeer fijn” tot „normaal”.

Het vlees heeft een uniforme, helderrode kleur en is gemarmerd en fijn geaderd. De slachters en technici spreken van „fijn dooraderd met vet” („finement veinée de gras”).

Deze kenmerken onderscheiden de „Bœuf de Charolles”-karkassen van de andere karkassen van rundvlees uit Charolais.

Het vlees heeft een weinig pezige, fijne, zachte en bijzonder sappige textuur waarbij in de mond een lichtzure smaak ontstaat. De typerende kenmerken ervan komen tot uitdrukking bij het braden. Via de neus en de mond worden de intensiteit en de rijkdom van zijn aroma's en geuren (dier, vet, plant, graanproducten enz.) ervaren.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product

In dit geografische gebied worden bij de productie vanouds de kenmerken van de omgeving benut, en wel op zodanige wijze dat een oorspronkelijke en karakteristieke vleessoort wordt verkregen.

De dieren van het Charolais-ras worden in hun eigen inheemse gebied opgefokt en er vindt een strenge selectie onder de dieren plaats, die hun hele leven doorgaat. Op specifieke percelen worden ze afgemest. Tevens krijgen ze een bepaalde hoeveelheid krachtvoer toegediend. Dit alles bij elkaar zorgt voor zware, met vet bedekte en doorregen karkassen. Dankzij deze bevleesdheid en vetheid van de karkassen ziet „Bœuf de Charolles” er marmerachtig en fijn geaderd uit.

Door de kringloop van de groeiseizoenen te eerbiedigen, wordt de ontwikkeling van collageen in de weefsels, dat voor de hardheid van het vlees verantwoordelijk is, beperkt. Hierbij treedt geen gewichtsverlies op. Dit zorgt voor zachte spieren, wat samen met het rijpingsvermogen van de karkassen het vlees zijn fijne en zachte textuur geeft.

De lange opfok in de weiden bevordert de oxidatieve stofwisseling in de spieren van de dieren, die bepalend is voor de smaak van het vlees. Deze opfokmethode op heuvelachtig terrein dwingt de dieren tot lichamelijke inspanning. De stofwisselingsstructuur zorgt er daarmee voor dat het vocht in de spieren wordt vastgehouden. Dat maakt het vlees bijzonder sappig en geeft het een lichtzure smaak.

Doordat de dieren gras en hooi van goede kwaliteit krijgen toegediend, krijgt het vlees zijn helderrode kleur en wordt het voorzien van natuurlijke antioxidanten die deze kleur in stand houden. Deze kleur, waarvan de intensiteit wordt beïnvloed door de leeftijd van de dieren, kan variëren van lichtrood tot donkerrood.

De gezondheidstoestand en fysiologische rijpheid van de dieren plus een dieet in de afmestfase op basis van gras met daarbij niet-gefermenteerd krachtvoer, dragen bij aan het evenwicht van de glycolytische stofwisseling in de spieren, wat een gunstige uitwerking heeft op de kleur en malsheid van het vlees. Verder wordt hierdoor het rijpingsvermogen van de karkassen versterkt.

De diversiteit aan planten in de omgeving heeft een invloed op de eigenschappen van het vet op en in het vlees. De kleur van het vet varieert van geel tot roomkleurig. De kenmerken van het vet (kwantiteit, kwaliteit) en de sappigheid van het vlees voorzien „Bœuf de Charolles” van een rijke verscheidenheid aan opvallende intense geuren en aroma's.

De dieren worden geslacht nadat ze optimaal zijn vetgemest, wat bijdraagt aan een evenwichtige verhouding tussen de spierontwikkeling en de vetvorming in de weefsels.

De lokale groothandelaars en slachters beheersen de specifieke slacht- en verwerkingsprocedés. waarmee zij de werkzaamheden van de veehouders in stand houden en zichtbaar maken. Doordat het dekvet in beperkte mate wordt verwijderd, wordt het karkas tegen uitdroging beschermd en de rijping van het vlees bevorderd. Mede door de beheersing van de temperatuur en de pH van de karkassen blijft het vlees zijn malsheid behouden.

De veehouders en slachters onderhouden en bestendigen de kennis die ze hebben vergaard dankzij de talrijke onderlinge uitwisselingen in de regio (veemarkt, tentoonstelling van vetgemeste dieren, beurs voor fokdieren en diverse evenementen). Hierdoor blijven de specifieke kenmerken van „Bœuf de Charolles” gehandhaafd.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006 (3))

https://www.inao.gouv.fr/fichier/CDCBoeufDeCharolles2013.pdf


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.

(2)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12. Vervangen door Verordening (EU) nr. 1151/2012.

(3)  Vgl. voetnoot 2.


13.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 42/16


Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2014/C 42/11)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de wijzigingsaanvraag.

WIJZIGINGSAANVRAAG

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen  (2)

WIJZIGINGSAANVRAAG OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 9

„LIMONE DI ROCCA IMPERIALE”

EG-nr.: IT-PGI-0105-01152-04.09.2013

BGA ( X ) BOB ( )

1.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging betrekking heeft

Naam van het product

Beschrijving van het product

Geografisch gebied

Bewijs van de oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering

Nationale eisen

Overige (nader aan te geven)

2.   Aard van de wijziging(en)

Wijziging van het enige document of de samenvatting

Wijziging van het productdossier voor een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document en evenmin een samenvatting bekend zijn gemaakt

Wijziging van het productdossier waarbij geen wijziging van het bekendgemaakte enige document nodig is (artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

Tijdelijke wijziging van het productdossier als gevolg van een verplichte gezondheids- of fytosanitaire maatregel die is opgelegd door de overheid (artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

3.   Wijziging(en)

Beschrijving van het product

De waarde van de zuurtegraad van het sap is gewijzigd, van „minder dan 5 %” tot „ten minste 4,5 %” (4,5 g citroenzuur/100 ml). Deze wijziging wordt gerechtvaardigd door de uitkomsten van een onderzoek dat in 2012 door het Consorzio di Valorizzazione del Limone di Rocca Imperiale IGP en het ARSSA (Agenzia Regionale per lo Sviluppo e Servizi in Agricoltura) is verricht. Bij dit onderzoek werd over een langere periode een groter aantal monsters genomen dan tijdens het in 2007 verrichte onderzoek waaruit de actuele referentiewaarde van de zuurtegraad (< 5 %) voortvloeide. Uit de analyseresultaten van het in 2012 verrichte onderzoek bleek dat de parameter van de zuurtegraad enigszins variabel is, vanwege een combinatie van milieu- en teeltfactoren (temperatuur en neerslag, bodemgesteldheid, fysiologische factoren, voeding, enz.), waarmee in het vorige onderzoek geen rekening was gehouden. Daarom hebben de producenten de in het productdossier vermelde waarde moeten aanpassen.

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Het werd noodzakelijk geacht de indicaties met betrekking tot de plantafstanden te schrappen en één maximale beplantingsdichtheid van 700 eenheden per hectare te vermelden, zonder onderscheid tussen de nieuwe en de reeds bestaande aanplant. In de wijziging wordt rekening gehouden met de ontwikkelingen in de citroenteelt en met het gebruik van nieuwe onderstammen. Gezien de problemen met het Citrus tristeza virus wordt de pomerans geleidelijk door deze onderstammen vervangen, waarvan de groeikracht ook minder groot is. Bovendien geldt dat de landbouwer, met inachtneming van bovengenoemde maximale beplantingsdichtheid, dankzij het afschaffen van de eisen voor de plantafstanden de afstand kan kiezen die het best is afgestemd op de situatie van de bodem en op zijn specifieke teeltmethoden.

ENIG DOCUMENT

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen  (3)

„LIMONE DI ROCCA IMPERIALE”

EG-nr.: IT-PGI-0105-01152-04.09.2013

BGA ( X ) BOB ( )

1.   Naam

„Limone di Rocca Imperiale”

2.   Lidstaat of derde land

Italië

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.6:

Groenten, fruit en granen, in ongewijzigde staat of verwerkt

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De beschermde geografische aanduiding „Limone di Rocca Imperiale” mag enkel worden gebruikt voor vruchten van cultivars van de groep „Femminello”, die behoren tot de botanische soort Citrus Limon Burm. en die in de streek bekend zijn onder de naam „Limone di Rocca Imperiale”.

Bij het op de markt brengen voor consumptie hebben de vruchten van „Limone di Rocca Imperiale” de volgende kenmerken:

kleur van de schil: van lichtgroen tot geel;

vorm van de vrucht: langwerpig-elliptisch tot sferoïdaal;

afmetingen: gemiddeld tot groot, kaliber ten minste 53 mm;

gewicht: ten minste 100 g;

flavedo: rijk aan essentiële oliën. Aroma en geur zijn sterk en intens, met een limoneengehalte van meer dan 70 % (% van het totale gehalte aan terpeenhoudende koolwaterstoffen);

vruchtvlees: citroengeel, bijna zonder pitten;

sap: citroengeel, met een opbrengst van ten minste 30 % en een zuurtegraad van ten minste 4,5 % (4,5 g citroenzuur/100 ml).

Alleen citroenen van de handelsklassen Extra, I en II komen in aanmerking voor de BGA „Limone di Rocca Imperiale”.

3.3.   Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

3.4.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong)

3.5.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

Alle stadia van het telen en oogsten van de „Limone di Rocca Imperiale” moeten plaatsvinden in het afgebakende geografische gebied.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz.

Voor citroenen die niet onmiddellijk na de oogst in de handel worden gebracht, is bewaring bij lage temperaturen toegestaan. De vruchten moeten worden bewaard bij een temperatuur van ten hoogste 11 °C. Zij moeten binnen zestig dagen na het oogsten worden verpakt.

3.7.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering

Op het etiket van de verpakkingen moeten, in duidelijke en leesbare drukletters, de volgende aanduidingen zijn aangebracht:

de BGA „Limone di Rocca Imperiale” in letters die groter zijn dan die van andere vermeldingen op het etiket;

het onderstaande logo;

het logo van de Unie;

de handelsklasse (Extra, I of II).

Image

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het productiegebied van de BGA „Limone di Rocca Imperiale” valt samen met het administratieve gebied van de gemeente Rocca Imperiale.

5.   Verband met het geografische gebied

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied

Hoewel de gemeente Rocca Imperiale in een gebied met een mediterraan klimaat ligt, heeft zij, dankzij het specifieke reliëf, een bijzonder microklimaat dat zeer geschikt is voor de teelt en de ontwikkeling van citroenen. De heuvels in het westen, het noorden en het zuiden beschermen het gebied tegen de tramontana en in het zuidoosten heeft de zee een gunstige invloed. Deze natuurlijke omgeving versterkt de kwaliteitskenmerken van het product. De citroenteelt vergt veel water en in dit gebied valt gemiddeld ca. 600 mm per jaar, vooral in het najaar en de winter, maar ook nog in de lente bij het begin van de teeltcyclus. Nadien is irrigatie noodzakelijk. Het water daarvoor wordt aangevoerd uit het Pollinomassief en in mindere mate door de bergrivieren (in de winter).

5.2.   Specificiteit van het product

De bijzondere kenmerken waarop de reputatie van de „Limone di Rocca Imperiale” berust, zijn een sapopbrengst van ten minste 30 % en een limoneengehalte van meer dan 70 % dat de vruchten, mede dankzij andere aromatische bestanddelen, hun sterke en intense geur geeft. Door deze kenmerken heeft de „Limone di Rocca Imperiale” een eigen identiteit verworven op de lokale, regionale en nationale markten.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA)

In het productiegebied worden sedert het begin van de jaren tachtig talrijke feesten georganiseerd waarbij typische lokale producten en gerechten op basis van de „Limone di Rocca Imperiale” kunnen worden geproefd. De verankering van het product in het gebied en zijn sterke reputatie hebben ertoe geleid dat de „Limone di Rocca Imperiale” veel toepassing vindt in de traditionele keuken, waar zijn schil, die rijk is aan essentiële oliën, en zijn sap worden gebruikt om de geur en de smaak van de gerechten naar boven te halen en de gerechten karakter te geven. Dat een diep in de streek gewortelde traditie nog springlevend is, blijkt de eerste twee weken van augustus tijdens de „Sagra dei Limone di Rocca Imperiale”, die gevierd wordt in het plaatsje met dezelfde naam en sedert enkele jaren de meest gerenommeerde gelegenheid is om het product te proeven. Het intense en koppige parfum van de vruchten zorgt ervoor dat de consument het product associeert met het grondgebied van Rocca Imperiale, waardoor hij het gaat herkennen en verkiezen boven andere producten. Bij bijna alle patronale feesten, beurzen en folkloristische manifestaties is het een plaatselijk gebruik de kraampjes en standjes te versieren met „Limone di Rocca Imperiale” in korven of speciale composities.

„Limone di Rocca Imperiale” is opgenomen in de lijst van traditionele landbouwproducten van het Ministerie van Landbouw, Levensmiddelen en Bosbouw (Ministero delle politiche agricole alimentari e forestali) van 2006 en de naam „Limone di Rocca Imperiale” is al sedert meer dan 25 jaar een gevestigde waarde. De naam wordt ook veel gebruikt ter aanduiding van het product in de omliggende streken, zoals blijkt uit handels- en vervoersdocumenten van in het gebied gelegen bedrijven, uit documenten van plaatselijke parochies en uit ontmoetingen die worden georganiseerd door de organisaties van beroepslandbouwers. Ten slotte zij erop gewezen dat de teelt van de „Limone di Rocca Imperiale” een zeer interessant aspect is geworden van het agrarische landschap van Alto Jonio Cosentino. De gehuchten van de gemeente Rocca Imperiale, waar de teelt zich heeft verspreid, staan bekend onder de naam „Giardini dei Limone di Rocca Imperiale” (tuinen met citroenbomen van Rocca Imperiale).

De culturele, economische en landschappelijke band van „Limone di Rocca Imperiale” met de plaatselijke omgeving is bijgevolg bijzonder sterk.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006 (4))

De bevoegde dienst heeft de nationale procedure voor het indienen van bezwaarschriften ingeleid door de bekendmaking van de registratieaanvraag voor de BGA „Limone di Rocca Imperiale” in de Gazzetta Ufficiale della Repubblica Italiana nr. 165 van dinsdag 16 juli 2013.

De geconsolideerde tekst van het productdossier kan worden geraadpleegd op de volgende internetsite:

http://www.politicheagricole.it/flex/cm/pages/ServeBLOB.php/L/IT/IDPagina/3335

ofwel

door rechtstreeks de homepage van de site van het Italiaanse Ministerie van Landbouw, Levensmiddelen en Bosbouw (http://www.politicheagricole.it) te openen en te klikken op „Qualità e sicurezza” (rechtsboven in het scherm) en vervolgens op „Disciplinari di Produzione all'esame dell'UE”.


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.

(2)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12. Vervangen door Verordening (EU) nr. 1151/2012.

(3)  Vgl. voetnoot 2.

(4)  Vgl. voetnoot 2.