ISSN 1977-0995

doi:10.3000/19770995.C_2012.186.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 186

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

55e jaargang
26 juni 2012


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2012/C 186/01

Kennisgeving aan de personen, groepen en entiteiten die zijn geplaatst op de lijst bedoeld in artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme (zie de bijlage bij Verordening (EU) nr. 542/2012 van de Raad)

1

2012/C 186/02

Kennisgeving aan de personen op wie de beperkende maatregelen van Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/334/GBVB van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2012 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan, van toepassing zijn

3

2012/C 186/03

Kennisgeving aan de personen en entiteiten waarop de beperkende maatregelen van Besluit 2011/782/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/335/GBVB van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 36/2012 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 544/2012 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië, van toepassing zijn

5

 

Europese Commissie

2012/C 186/04

Wisselkoersen van de euro

6

 

V   Adviezen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Europese Commissie

2012/C 186/05

Oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van ENIAC Joint Undertaking

7

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

 

Europese Commissie

2012/C 186/06

Bericht van het naderend vervallen van bepaalde antidumpingmaatregelen

8

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2012/C 186/07

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.6570 — UPS/TNT Express) ( 1 )

9

2012/C 186/08

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.6620 — Platinum Equity/Caterpillar Logistics Services) — Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

10

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2012/C 186/09

Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

11

2012/C 186/10

Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

18

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/1


Kennisgeving aan de personen, groepen en entiteiten die zijn geplaatst op de lijst bedoeld in artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme

(zie de bijlage bij Verordening (EU) nr. 542/2012 van de Raad)

2012/C 186/01

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen, groepen en entiteiten die op de lijst in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 542/2012 van de Raad zijn geplaatst (1).

De Raad van de Europese Unie heeft vastgesteld dat de redenen voor de plaatsing van de personen, groepen en entiteiten op de bovengenoemde lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor de beperkende maatregelen gelden als bepaald bij Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad van 27 december 2001 inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme (2) nog altijd geldig zijn. De Raad heeft derhalve besloten om die personen, groepen en entiteiten op de lijst te handhaven.

In Verordening (EG) nr. 2580/2001 is bepaald dat alle tegoeden, andere financiële activa en economische middelen die in het bezit zijn van de betrokken personen, groepen en entiteiten worden bevroren, en dat aan deze personen, groepen en entiteiten noch direct, noch indirect tegoeden, andere financiële activa of economische middelen ter beschikking mogen worden gesteld.

De betrokken personen, groepen en entiteiten worden erop geattendeerd dat zij een verzoek tot de in de bijlage bij de verordening opgenomen bevoegde instanties van de lidstaat of lidstaten kunnen richten om een machtiging te verkrijgen om bevroren tegoeden te gebruiken voor essentiële behoeften of specifieke betalingen (zie artikel 5, lid 2, van de verordening). Een bijgewerkte lijst van de bevoegde instanties staat op de volgende website:

http://ec.europa.eu/comm/external_relations/cfsp/sanctions/measures.htm

De betrokken personen, groepen en entiteiten kunnen de Raad verzoeken zijn motivering voor hun handhaving op de bovengenoemde lijst aan hen mede te delen (voor zover deze niet reeds aan hen is medegedeeld). Dat verzoek dient te worden gericht aan het volgende adres:

Raad van de Europese Unie

(t.a.v. CP 931 designations)

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

De betrokken personen, groepen en entiteiten kunnen te allen tijde, onder overlegging van eventuele bewijsstukken, de Raad verzoeken het besluit om hen op bovengenoemde lijst te plaatsen, te heroverwegen; dat verzoek dient aan bovengenoemd adres te worden gericht. Dergelijke verzoeken zullen worden behandeld wanneer zij worden ontvangen. In dat verband worden de betrokken personen, groepen en entiteiten geattendeerd op de regelmatige toetsing van de lijst door de Raad overeenkomstig artikel 1, lid 6, van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB. Om bij de volgende toetsing te kunnen worden behandeld, dienen verzoeken vóór 27 augustus 2012 te worden ingediend.

U wordt tevens geattendeerd op de mogelijkheid om tegen de verordening van de Raad beroep in te stellen voor het Gerecht van de Europese Unie, conform de voorwaarden van artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 165 van 26.6.2012, blz. 12.

(2)  PB L 344 van 28.12.2001, blz. 70.


26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/3


Kennisgeving aan de personen op wie de beperkende maatregelen van Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/334/GBVB van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2012 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan, van toepassing zijn

2012/C 186/02

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen die worden genoemd in de bijlage bij Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/334/GBVB van de Raad (1), en in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2012 van de Raad (2), betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan.

De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft Resolutie 1988 (2011) aangenomen, waarbij beperkende maatregelen worden opgelegd aan de vóór de datum van aanneming van deze resolutie aangewezen personen en entiteiten, zoals de Taliban, en andere personen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden hebben met de Taliban, zoals nader bepaald in rubriek A („Individuals associated with the Taliban”) en rubriek B („Entities and other groups and undertaking associated with the Taliban”) van de geconsolideerde lijst van het comité ingesteld krachtens Resolutie 1267 (1999) en Resolutie 1333 (2000), alsook aan andere individuen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden hebben met de Taliban.

Op 18 mei en 1 juni 2012 heeft het comité dat is ingesteld krachtens punt 30 van Resolutie 1988 (2011) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, de lijst van personen, groepen, ondernemingen en entiteiten waarvoor beperkende maatregelen gelden, geactualiseerd.

De betrokken personen kunnen te allen tijde, onder overlegging van bewijsstukken, het VN-Comité dat bij punt 30 van Resolutie 1988 (2011) van de VN-Veiligheidsraad is ingesteld, verzoeken het besluit om hen op de VN-lijst te plaatsen, te heroverwegen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

United Nations — Focal point for delisting

Security Council Subsidiary Organs Branch

Room S-3055 E

New York, NY 10017

UNITED STATES OF AMERICA

Zie voor meer informatie: http://www.un.org/sc/committees/751/delisting.shtml

Naar aanleiding van het besluit van de VN heeft de Raad van de Europese Unie bepaald dat de personen die door de VN worden vermeld, moeten worden opgenomen op de lijsten van personen, groepen, ondernemingen en entiteiten waarvoor de beperkende maatregelen in Besluit 2011/486/GBVB en Verordening (EU) nr. 753/2011 gelden. De redenen voor de opneming op de lijst van de betrokken personen staan in de desbetreffende vermeldingen in de bijlage bij het besluit van de Raad en in bijlage I bij de Verordening van de Raad.

De betrokken personen worden erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde instanties van de betrokken lidstaat (lidstaten), als vermeld op de websites in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 753/2011, om toestemming te verkrijgen voor het gebruik van bevroren tegoeden voor basisbehoeften of specifieke betalingen (zie artikel 5 van de verordening).

De betrokken personen kunnen, onder overlegging van bewijsstukken, op onderstaand adres een verzoek tot heroverweging van het besluit om hen op bovengenoemde lijsten te plaatsen, bij de Raad indienen.

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG K — Eenheid Coördinatie

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

Tevens worden de betrokken personen erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van de Raad beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in artikel 275, tweede alinea, en artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 165 van 26.6.2012, blz. 75.

(2)  PB L 165 van 26.6.2012, blz. 15.


26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/5


Kennisgeving aan de personen en entiteiten waarop de beperkende maatregelen van Besluit 2011/782/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/335/GBVB van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 36/2012 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 544/2012 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië, van toepassing zijn

2012/C 186/03

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen en entiteiten die genoemd worden in bijlage I bij Besluit 2011/782/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/335/GBVB van de Raad (1) en in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 36/2012 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 544/2012 van de Raad (2) betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië.

De Raad van de Europese Unie heeft besloten dat de personen en entiteiten die in de bovengenoemde bijlagen voorkomen, moeten worden opgenomen in de lijst van personen en entiteiten die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van Besluit 2011/782/GBVB en van Verordening (EU) nr. 36/2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië. De redenen voor de opneming van de betrokken personen en entiteiten staan in de desbetreffende vermeldingen in die bijlagen.

De betrokken personen en entiteiten worden erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde instanties van de betrokken lidstaat (lidstaten), als vermeld op de websites in bijlage III bij Verordening (EU) nr. 36/2012, om toestemming te verkrijgen voor het gebruik van bevroren tegoeden voor basisbehoeften of specifieke betalingen (zie artikel 16 van de verordening).

De betrokken personen en entiteiten kunnen, onder overlegging van bewijsstukken, via onderstaand adres een verzoek tot de Raad richten om het besluit om hen op bovengenoemde lijst te plaatsen, te heroverwegen:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG K Eenheid Coördinatie

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

Tevens worden de betrokken personen en entiteiten erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van de Raad beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in artikel 275, tweede alinea, en in artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 165 van 26.6.2012, blz. 80.

(2)  PB L 165 van 26.6.2012, blz. 20.


Europese Commissie

26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/6


Wisselkoersen van de euro (1)

25 juni 2012

2012/C 186/04

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,2488

JPY

Japanse yen

99,57

DKK

Deense kroon

7,4335

GBP

Pond sterling

0,80285

SEK

Zweedse kroon

8,8165

CHF

Zwitserse frank

1,2008

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

7,4980

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

25,813

HUF

Hongaarse forint

287,53

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,6964

PLN

Poolse zloty

4,2548

RON

Roemeense leu

4,4678

TRY

Turkse lira

2,2703

AUD

Australische dollar

1,2480

CAD

Canadese dollar

1,2861

HKD

Hongkongse dollar

9,6908

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,5881

SGD

Singaporese dollar

1,6023

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 451,66

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

10,5618

CNY

Chinese yuan renminbi

7,9465

HRK

Kroatische kuna

7,5330

IDR

Indonesische roepia

11 836,60

MYR

Maleisische ringgit

3,9903

PHP

Filipijnse peso

53,256

RUB

Russische roebel

41,4700

THB

Thaise baht

39,824

BRL

Braziliaanse real

2,5932

MXN

Mexicaanse peso

17,3833

INR

Indiase roepie

71,2000


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


V Adviezen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Europese Commissie

26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/7


Oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van ENIAC Joint Undertaking

2012/C 186/05

Hierbij wordt de lancering aangekondigd van een oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van ENIAC Joint Undertaking

Er worden voorstellen ingewacht voor de volgende uitnodiging: ENIAC-2012-2

Meer informatie over de uitnodiging, waaronder termijn en budget, is te vinden in de uitnodigingstekst die is gepubliceerd op de volgende website:

http://www.eniac.eu/web/calls/ENIACJU_Call7_2012-2.php


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

Europese Commissie

26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/8


Bericht van het naderend vervallen van bepaalde antidumpingmaatregelen

2012/C 186/06

1.   Overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) maakt de Commissie bekend dat de hieronder vermelde antidumpingmaatregelen op de in onderstaande tabel aangegeven datum zullen vervallen, tenzij een nieuw onderzoek wordt geopend overeenkomstig de volgende procedure.

2.   Procedure

De producenten in de Unie kunnen een schriftelijk verzoek om een nieuw onderzoek indienen. Dit verzoek moet voldoende bewijsmateriaal bevatten om aan te tonen dat bij het vervallen van de maatregelen voortzetting of herhaling van dumping en schade waarschijnlijk is.

Indien de Commissie besluit een nieuw onderzoek naar de betrokken maatregelen te openen, zullen de importeurs, de exporteurs, de vertegenwoordigers van het land van uitvoer en de producenten in de Unie in de gelegenheid worden gesteld de in het verzoek om een nieuw onderzoek verstrekte informatie aan te vullen, te weerleggen of daarop commentaar te leveren.

3.   Termijn

De producenten in de Unie kunnen een schriftelijk verzoek om een nieuw onderzoek indienen, dat uiterlijk drie maanden vóór de in onderstaande tabel vermelde datum moet zijn ontvangen door de Europese Commissie, directoraat-generaal Handel (eenheid H-1), N-105 4/92, 1049 Brussel, België (2).

4.   Dit bericht wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009.

Product

Land(en) van oorsprong of van uitvoer

Maatregelen

Referentie

Verval-datum (3)

Ferrosilicium

Volksrepubliek China, Egypte, Kazachstan en Rusland

Antidumpingrecht

Verordening (EG) nr. 172/2008 van de Raad (PB L 55 van 28.2.2008, blz. 6), als gewijzigd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1297/2009 van de Raad (PB L 351 van 30.12.2009, blz. 1)

1.3.2013


(1)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.

(2)  Fax +32 22956505.

(3)  De maatregel vervalt te middernacht op de in deze kolom vermelde datum.


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/9


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.6570 — UPS/TNT Express)

(Voor de EER relevante tekst)

2012/C 186/07

1.

Op 15 juni 2012 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat United Parcel Service Inc. („UPS”, Verenigde Staten) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening de uitsluitende zeggenschap verkrijgt over TNT Express N.V. („TNT Express”, Nederland) door een openbaar overnamebod naar Nederlands recht.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

UPS: aanbieder van gespecialiseerde vervoers- en logistieke diensten over de hele wereld; houdt zich bezig met de levering van kleine pakketten, luchtvrachtdiensten, expediteursdiensten en contractlogistiek,

TNT Express: actief in de wereldwijde logistieke sector; houdt zich bezig met de levering van kleine pakketten, vrachtdiensten door de lucht en over land, expediteursdiensten en contractlogistiek.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.6570 — UPS/TNT Express, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).


26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/10


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.6620 — Platinum Equity/Caterpillar Logistics Services)

Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

2012/C 186/08

1.

Op 19 juni 2012 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat Platinum Equity LLC („Platinum”, Verenigde Staten) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening de uitsluitende zeggenschap verkrijgt over Caterpillar Logistics Services LLC („CLS”, Verenigde Staten) van Caterpillar Inc. („Caterpillar”, Verenigde Staten) door de verwerving van aandelen.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

Platinum: particuliere participatiemaatschappij die gespecialiseerd is in de overname en de exploitatie van ondernemingen die diensten en oplossingen aanbieden aan klanten in een groot aantal sectoren, met name informatietechnologie, telecommunicatie, vervoer en logistieke dienstverlening, metaaldiensten, productie en distributie,

CLS: contractuele logistieke dienstverlening,

Caterpillar: uiteindelijke moedermaatschappij van een internationaal gediversifieerd concern dat met name machines, motoren en financiële producten aanbiedt Zij vervaardigt en verkoopt motoren en machines voor een groot aantal toepassingen.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens de EG-concentratieverordening (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.6620 — Platinum Equity/Caterpillar Logistics Services, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).

(2)  PB C 56 van 5.3.2005, blz. 32 („mededeling betreffende een vereenvoudigde procedure”).


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/11


Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

2012/C 186/09

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

WIJZIGINGSAANVRAAG

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

WIJZIGINGSAANVRAAG OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 9

„ΚΟΠΑΝΙΣΤΗ” (KOPANISTI)

EG-nummer: EL-PDO-0117-0450-09.03.2011

BGA ( ) BOB ( X )

1.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging betrekking heeft:

Naam van het product

Beschrijving van het product

Geografisch gebied

Bewijs van de oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering

Nationale eisen

Overige (nader aan te geven)

2.   Aard van de wijziging(en):

Wijziging van het enige document of de samenvatting

Wijziging van het productdossier voor een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document en ook geen samenvatting is bekendgemaakt

Wijziging van het productdossier waarbij geen wijziging van het bekendgemaakte enige document nodig is (artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

Tijdelijke wijziging van het productdossier als gevolg van een verplichte gezondheids- of fytosanitaire maatregel die is opgelegd door de overheid (artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

3.   Wijzigingen:

3.1.   Werkwijze voor het verkrijgen van het product:

De productiemethode van Kopanisti, zoals deze momenteel wordt geproduceerd in georganiseerde kaasfabrieken, is verbeterd en verschilt enigszins van de methode voor het vervaardigen van huisgemaakte kaas doordat de productie is vereenvoudigd, de kwaliteit is verbeterd, gebruik wordt gemaakt van de grondstoffen die op ieder eiland aanwezig zijn, en de kosten worden gereduceerd.

De groep die de aanvraag indient als producent die in zijn kaasfabriek Kopanisti vervaardigt, vraagt om wijziging van de productiemethode van Kopanisti wat betreft de volgende punten:

a)

na het snijden moet de wrongel in zakken worden geplaatst om uit te lekken. Deze zakken kunnen van stof worden gemaakt, maar ook van andere geschikte materialen. Daarna moet de wrongel worden uitgeperst om het vocht te verwijderen. De stoffen zakken zijn niet eenvoudig in gebruik en het reinigen ervan voor hergebruik is bewerkelijk en kost veel tijd. De synthetische zakken van materiaal dat geschikt is voor levensmiddelen, zijn een recente technologische ontwikkeling;

b)

als alternatief moet het mogelijk zijn om, in de fase waarin de uitgelekte wrongel wordt vermengd met zout, tot 15 % verse boter toe te voegen om de textuur, de smaak en het aroma van de Kopanisti te verbeteren, een praktijk die zeer gangbaar is bij het vervaardigen van huisgemaakte kaas in het productiegebied. De boter wordt gemaakt van de room die wordt verkregen door het afromen van de melk. Deze melk is afkomstig uit de Cycladen en wordt ook voor de productie van andere kazen in het gebied gebruikt. De melk komt van hetzelfde melkvee dat onder dezelfde omstandigheden wordt gehouden en wordt gevoed met hetzelfde dieet binnen het afgebakende gebied van de Cycladen.

Volgens de consumenten moet goede Kopanisti een romige textuur, een scherpe tot licht kruidige/peperige smaak en een aangenaam aroma hebben. Verse boter is ideaal om Kopanisti deze drie eigenschappen te geven en om de kwaliteit ervan aanzienlijk te verbeteren, aangezien door deze toevoeging het vetgehalte verhoogt, de kaas romiger wordt, de kruidige/peperige smaak verzacht en het aroma verbetert.

3.2.   Etikettering:

Om de consument volledige informatie te verschaffen worden de soorten melk die gebruikt worden om Kopanisti te maken, en de eventuele toevoeging van boter aan de verplichte vermeldingen toegevoegd.

ENIG DOCUMENT

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„ΚΟΠΑΝΙΣΤΗ” (KOPANISTI)

EG-nummer: EL-PDO-0117-0450-09.03.2011

BGA ( ) BOB ( X )

1.   Naam:

„Κοπανιστή” (Kopanisti)

2.   Lidstaat of derde land:

Griekenland

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel:

3.1.   Productcategorie:

Categorie 1.3.

Kaas

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is:

Kopanisti is een zoute kaas met een romige textuur en een scherpe smaak die traditioneel wordt gemaakt van koe-, schapen- of geitenmelk dan wel van een mengsel daarvan.

De voornaamste eigenschappen van Kopanisti zijn:

maximaal vochtgehalte: 56 %

minimaal vetgehalte (droge stof): 43 %

consistentie: zachte kaas met een romige textuur

korst: geen

textuur: zacht, romig

kleur: gelig tot geelbruin.

3.3.   Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten):

De kwaliteit van Kopanisti wordt rechtstreeks bepaald door de soort melk waarvan de kaas wordt gemaakt. Hoe rijker in vaste bestandsdelen, hoe beter de Kopanisti zal zijn. De rassen van de dieren die traditioneel in het departement Cycladen worden gehouden, en de klimatologische en geografische kenmerken van dit gebied dragen bij aan de productie van melk van deze kwaliteit.

Hier volgen de specificaties waaraan de melk moet voldoen om te worden gebruikt voor de vervaardiging van Kopanisti:

de melk moet afkomstig zijn van het geografische gebied van het departement Cycladen;

er moet koemelk, schapenmelk of geitenmelk worden gebruikt, of een mengsel daarvan;

de melk moet afkomstig zijn van schapen-, geiten- en runderrassen die traditioneel worden gefokt, aangepast zijn aan het gebied en gevoed worden met een dieet dat over het algemeen gebaseerd is op de flora van het gebied;

er moet volle melk worden gebruikt;

de melk moet afkomstig zijn van melkbeurten die niet vroeger dan tien dagen nadat de dieren hebben geworpen, plaatsvinden;

voor de kaasproductie mag geen geconcentreerde melk worden gebruikt en aan de melk mogen geen melkpoeder, geconcentreerde melk, melkproteïnen, caseïnaten, kleurstoffen, conserveermiddelen of antibiotische stoffen worden toegevoegd;

aan de uitgelekte wrongel waaruit na rijping Kopanisti ontstaat, mag tot 15 % verse boter worden toegevoegd. De boter wordt gemaakt van de room die wordt verkregen door het afromen van de melk. Deze melk is afkomstig van het gebied van het departement Cycladen en wordt ook voor de productie van andere kazen gebruikt.

3.4.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong):

Het dieet van de dieren bestaat hoofdzakelijk uit het grazen op weiden met een lage graascapaciteit maar met een bijzonder rijke flora, die uniek is door het aantal inheemse plantensoorten.

Door hun geografische ligging en klimaatomstandigheden hebben de eilanden van de Cycladen duidelijk gescheiden seizoenen: een regenseizoen (van oktober tot april) en een droog seizoen (van mei tot september).

Van mei tot september verdort de vegetatie van de weiden volledig. In deze periode voeden de dieren zich voornamelijk met de gedroogde plaatselijke vegetatie van de weilanden en met granen of peulvruchten (wikke, klaver, luzerne, etc.) van akkers binnen het afgebakende gebied. Het veevoer dat binnen het afgebakende gebied wordt geproduceerd, volstaat evenwel niet en van mei tot september (lagere melkproductie) wordt het rantsoen van de dieren voor 40 % aangevuld met voer dat buiten het gebied wordt geproduceerd. Dit voer bestaat uit zetmeelrijke granen, zemelen en hooi.

3.5.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden:

Alle fasen van de melkproductie, de melkverwerking en de rijping van het eindproducten moeten plaatsvinden in het afgebakende geografisch gebied.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken, enz.:

3.7.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering:

Op de verpakking van Kopanisti moeten de volgende vermeldingen zijn aangebracht:

„Κοπανιστή” (Kopanisti)

Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB)

kaas

indien van toepassing, de soort(en) melk die gebruikt (is) zijn om het product te maken en, indien van toepassing, de vermelding: „met toegevoegde boter”

indien rauwe (niet gepasteuriseerde) melk wordt gebruikt, moet de speciale vermelding worden aangebracht die wordt voorgeschreven door de nationale en de EU-wetgeving (sectie IX, hoofdstuk IV, van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004)

de naam en de vestigingsplaats van de fabrikant/verpakker

het gewicht van de inhoud

de productiedatum

de volgende controlegegevens:

de eerste twee letters van de oorsprongsbenaming: KO

het serienummer van het verpakkingsmateriaal (bijv. ΚΟ1650-20/12/94).

4.   Beknopte omschrijving van de afbakening van het geografische gebied:

Het geografische gebied waar Kopanisti wordt geproduceerd, wordt afgebakend door de administratieve grenzen van de regionale eenheid Cycladen in Griekenland, die 24 bewoonde eilanden en meer dan 100 onbewoonde eilanden en rotsachtige eilandjes bevat en in het zuiden van de Egeïsche Zee ligt.

5.   Verband met het geografische gebied:

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied:

a)   Bodem

Het gebied waar Kopanisti wordt geproduceerd, is de eilandengroep Cycladen, die bestaat uit meer dan 124 bewoonde en onbewoonde eilanden en rotsachtige eilandjes, met een totale oppervlakte van 2 768 km2.

Het bodemgesteente van de Cycladen bestaat uit eruptief, vulkanisch en metamorf gesteente. Meer dan 55 % van de totale oppervlakte van het departement Cycladen bestaat uit weilanden.

b)   Klimaat

De Cycladen, waar de jaarlijkse gemiddelde temperatuur tussen 18 °C en 19 °C ligt, hebben een gematigd zeeklimaat met een geringe hoeveelheid regen per jaar. Het is bovenal een relatief droge regio en een van de meest winderige van Griekenland. De zomers zijn fris door de etesische winden.

Hieronder volgt een overzicht van de gemiddelde jaarlijkse relatieve luchtvochtigheid, de gemiddelde jaarlijkse temperatuur, het aantal regendagen en het aantal zonuren per jaar in verschillende gebieden van het departement Cycladen waar Kopanisti wordt geproduceerd.

Weerstation

Gemiddelde jaarlijkse relatieve luchtvochtigheid (%)

Gemiddelde jaarlijkse temperatuur (°C)

Regendagen

Zonuren

Syros

65

18,5

79,6

2 894,7

Paros

76

18,4

63,1

2 840,7

Naxos

71

18,4

82,0

2 622,5

(Ministerie van Defensie, 1978)

c)   Flora

De volgende soorten behoren tot de typische flora van de Cycladen:

Inheemse soorten: Fritillaria tuntasia (Kythnos), Campanula sartorii (Andros), Mysorus heldreichii (Dilos), Symphytum naxicola (Naxos), Helichrysum amorgianum (Amorgos) (Voliotis, 1987).

Lage begroeiing: Quercus coccifera, Sarcopoterium spinosum, Genista acanthoclada, Anthyllis hermanniae, Euphorbia acanthothamnos, Thymelaea hirsuta, Hypericum empetrifolium, Cistus incanus, Cistus salvifolius, Satureja thymbra, Thymus capitus, Globularia alypum, enz.

Boomachtige struiken: Laurus nobilis, Cercis siliquastrum, Calicotome villosa, Spartium junceum, Cotinus coggygria, Erica arborea, Myrtus communis, Erica manipuliflora, Asparagus acutifolius, enz.

Kustflora:

Steenstranden en zoutmoerassen: Arthrocnemum fruticosum, Salsola kali, Matthiola tricuspidata, Cakile maratima, Eryngium maritinum, Eryngium creticum, Crithmum maritimum, Inula crithmoides, enz.

Zandstranden: Pinus pinea, Polygonum maritimum, Glaucium flavum, Malcolmia flexuosa, Cakile maritima, Medicago marina, Euphorbia peplis, Tamarix spp., Eryngium maritimum, Eryngium creticum, Echinophora spinosa, Cionura erecta, Calystegia soldanella, Xanthium strumarium, Pancratium maritimum, enz. (Polunin, 1980).

Diersoorten en -rassen die de melk en de room produceren waarmee kopanisti wordt gemaakt

De specifieke geofysische en klimatologische condities van Griekenland zijn de beslissende factoren die hebben geleid tot de ontwikkeling van de geiten- en schapenhouderij. De belangrijkste kenmerken daarvan zijn het veelvoorkomende systeem van extensieve veelteelt, kleinschalige bedrijven en de ontwikkeling van schapen- en geitenrassen met een goede gezondheid, het vermogen om zich aan te passen aan de moeilijke omstandigheden in Griekenland en een geringe melkproductie. Hun aanpassing aan de fysieke omstandigheden en het grazen in weiden met een grote variëteit aan vegetatie, waarvan het aantal inheemse plantensoorten uniek is, leiden tot de productie van melk met een bijzonder rijke chemische samenstelling en uitstekende smaakeigenschappen. Dankzij de kwaliteit van de melk in combinatie met de ervaring van de kaasmakers wordt een reeks voortreffelijke kazen geproduceerd, waarvan Kopanisti bekendstaat als een van de beste.

De meeste schapen die worden gefokt in Griekenland, en met name op de Cycladen, hebben een gemeenschappelijke genetische achtergrond, terwijl hun kenmerken van elkaar verschillen naargelang van de specifieke omstandigheden van het gebied waarin zij worden gehouden. De dieren zijn van kleine omvang en zeer geschikt voor de moeilijke geofysische en klimatologische omstandigheden in Griekenland. Zij produceren kleine hoeveelheden melk (80-120 kg per jaar), maar hun melk is van uitstekende kwaliteit. Dit is met name te danken aan de manier waarop de dieren worden gefokt en aan de diversiteit van de flora op het Griekse platteland. De meeste schapen in Griekenland behoren tot het ras Zackel (Ovis Aries L.). Naast inheemse schapenrassen zijn er ook buitenlandse rassen en kruisingen van deze rassen met het inheemse schaap, maar de melk van deze dieren heeft een minder rijke samenstelling (Hatziminaoglou & Co., 1985).

Wat geiten betreft, bestaat het grootste deel van de populatie (ongeveer 80 %) uit lokale rassen. Ongeveer 14 % bestaat uit verbeterde dieren die zijn gekruist met diverse buitenlandse rassen en het restant, ongeveer 6 %, bestaat uit het ras Zaanen. Inheemse geiten hebben een afwijkende kleur en de kenmerken van onverbeterde dieren, zoals een kleine gestalte, een laag aantal meerlingen, een geringe melkproductie en een sterke gezondheid. De jaarlijkse melkproductie varieert van 50 tot 100 kg melk voor dieren in berggebieden en van 120 tot 150 kg voor dieren in lager gelegen gebieden. In bergachtige of heuvelachtige gebieden en in eilandgebieden is de geitenhouderij bijna uitsluitend gebaseerd op vrij grazen. In de laaglanden, waar de verbeterde of buitenlandse rassen worden gehouden, worden de geiten hetzij in stallen hetzij deels in stallen en deels in de vrije natuur gehouden (Hatziminaoglou & Co., 1985).

Wat koeien betreft, komen in het departement Cycladen met name het ras Holstein-Friesian, het Zwitserse ras en het inheemse ras Tzia voor (Departement landbouw van de Cycladen, 1993).

5.2.   Specificiteit van het product:

De belangrijkste kenmerken van Kopanisti zijn het hoge zoutgehalte, zijn scherpe, kruidige/peperachtige smaak, zijn romige textuur en zijn rijke aroma.

De scherpe, kruidige/peperachtige smaak wordt verkregen door de snelle en uitgebreide proteolyse en lipolyse tijdens het rijpingsproces. De kaas rijpt op een unieke manier. De uitgelekte en gezoute kaasmassa, al dan niet verrijkt met verse, rauwe boter, wordt in bakken met wijde openingen geplaatst en naar een koele plaats met een hoge relatieve luchtvochtigheid gebracht, waar de kaas onaangeroerd blijft liggen totdat voldoende microbiële groei op het oppervlak verschijnt. Wanneer dat is gebeurd, wordt de kaasmassa gekneed zodat de microbiële groei gelijkmatig in de kaas wordt verspreid. Hierna wordt de kaas teruggeplaatst in de bakken met wijde openingen. Dit proces wordt twee tot vier keer herhaald in de loop van de rijpingsperiode, die doorgaans 30 tot 40 dagen duurt.

Om de rijping van Kopanisti te versnellen en in zekere mate onder controle te houden wordt de verse, uitgelekte en zure wrongel vaak voor ten hoogste 10 gewichtspercenten gemengd met oude Kopanisti van goede kwaliteit, die ter plaatse „moederkopanisti” wordt genoemd.

De overvloedige microbiële groei die ontstaat door de handelingen die tijdens het rijpingsproces worden verricht, zorgen voor microbiële enzymen in de kaas die een snelle en uitgebreide proteolyse en lipolyse bewerkstelligen, waardoor de Kopanisti snel kan rijpen en de scherpe smaak en het rijke aroma krijgt.

De romige textuur van Kopanisti is het gevolg van zowel de werking van de enzymen van de microbiële flora, die zich gedurende het rijpingsproces ontwikkelt, als van de verhoogde hoeveelheid vocht in de kaas, die ervoor heeft gezorgd dat Kopanisti wordt beschouwd als een zachte kaas. De textuur wordt nog romiger als tijdens het productieproces verse boter wordt toegevoegd. Bovendien behoort deze praktijk, namelijk het vermengen van verse boter met de wrongel, van oudsher tot de gangbare methode voor het vervaardigen van huisgemaakte Kopanisti, ten minste op Tinos.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA):

Hieronder worden de belangrijkste elementen opgsomd van het fysiek verband tussen de kwaliteit en de kenmerken van Kopanisti en de geografische omgeving.

De rijke smaak van Kopanisti houdt verband met de bijzonder rijke chemische samenstelling van de gebruikte melk, die afkomstig is van lokale dierenrassen die kleine hoeveelheden melk (80-120 kg per jaar) produceren, een goede gezondheidstoestand hebben en aangepast zijn aan de moeilijke geofysische en klimatologische omstandigheden van de Cycladen (weinig regen, lange zonperioden, sterke wind, enz.).

Het specifieke aroma van Kopanisti is onder andere te danken aan de aanwezigheid van een groot aantal inheemse en aromatische planten in de natuurlijke weiden van het afgebakende gebied, die de veehouders vanuit hun ervaring gebruiken voor het voeden van de dieren.

De scherpe, kruidige/peperachtige smaak wordt verkregen door de snelle en uitgebreide proteolyse en lipolyse die in gang wordt gezet door de overvloedige microbiële groei tijdens het rijpingsproces.

De consistente kwaliteit van het product wordt in stand gehouden door de verse wrongel tot hoogstens 10 gewichtspercenten te mengen met oude Kopanisti van goede kwaliteit.

De productiemethode van Kopanisti is ontwikkeld op basis van de jarenlange ervaring van de producenten en haalt het beste uit zowel de grondstoffen als de klimaatomstandigheden van de Cycladen. Een cruciale rol spelen het laten uitlekken van de wrongel totdat de geschikte vochtigheid wordt bereikt en het vervolgens mengen van de uitgelekte wrongel met zout waardoor dit zout gelijkmatig wordt verdeeld, een homogene kaasmassa wordt verkregen en de voorwaarden worden gecreëerd voor gecontroleerde microbiële groei. Het overvloedige microbiële materiaal dat zich zonder enige verdere manipulatie op het oppervlak van de kaas ontwikkelt, wordt gelijkmatig door de kaasmassa verdeeld door middel van de diverse handelingen die tijdens de rijping worden verricht. Hierdoor ontstaan microbiële enzymen in de kaas die zorgen voor snelle en uitgebreide proteolyse en lipolyse en bijdragen aan een snelle rijping, de scherpe smaak, de romige textuur en het rijke aroma van Kopanisti.

Kopanisti is een zeer bekende traditionele kaas die is gecreëerd en ontwikkeld in Griekenland en in het bijzonder op de eilanden van het departement Cycladen. De kaas wordt sinds vele jaren constant geproduceerd in de Cycladen.

Referenties naar de ontwikkeling van de kaasmakerij in Griekenland gaan terug tot de oudheid. De oude Grieken beschouwden melk als heilig voedsel, omdat Zeus zich voedde met de melk van de geit Amalthea. Volgens de Griekse mythologie was de kunst van het kaasmaken een waardevol geschenk van de Olympische goden aan de stervelingen. Tyro, dochter van Salmoneas en Alkidiki „… maakte van haar naam het Griekse woord voor kaas („tyri”), vanwege haar witte en zachte huid …” (Diodorus van Sicilië). In de Odyssee (I, 218-250) beschrijft Homerus de bereiding van kaas door de cycloop Polyfemos (Sideris, 1982).

Markakis Zalonis, een arts en filosoof uit Tinos, schrijft in zijn boek „Een reis naar Tinos, een van de eilanden van de archipel”, dat in 1809 in het Frans in Parijs werd gepubliceerd en in 1998 door de vereniging „Vrienden van het saffraan van Tinos” opnieuw werd uitgegeven als Griekse vertaling, in het hoofdstuk „de producten uit Tinos” het volgende: „… Producten uit Tinos … Zij produceren zachte kazen, zeer weinig olie …” en verder, in het hoofdstuk over „het eetpatroon van de bewoners van Tinos”: „… het voedsel waar de drie hoofdmaaltijden van de inwoners van Tinos uit bestaan, zijn voornamelijk vleeswaren. Die eten zij samen met eieren, verse kaas en zachte kaas die sterker en scherper van smaak is dan gerijpte Roquefort of Saint Jérôme, en een zoute kaas uit de Peloponnesos …”. Het is duidelijk dat Zalonis hier Kopanisti uit Tinos bedoelt, en hij vindt deze kaas sterker en scherper van smaak dat gerijpte Roquefort!

Bij de Olympische Spelen van 1859 en 1870 wordt er verwezen naar de prijzen die werden uitgereikt voor de diverse tentoongestelde producten. Er wordt melding van gemaakt dat in de categorie kaasproducten een prijs wordt toegekend aan Kopanisti uit Syros.

Liambeis (1899) schreef over de productiemethode van Kopanisti: „… de kaas heeft een scherpe, peperachtige smaak en wegens deze kenmerken wordt hij als voorgerecht beschouwd… de kaas wordt verkocht tegen een vrij hoge prijs, als een luxeartikel”.

Verder is Kopanisti uitgebreid beschreven door Dimitriadis (1900), Tzouliadis (1936) en Zigouris (1952, 1956).

Tot slot wordt Kopanisti beschreven door B. K. Veinoglou en E. Anifantakis in het hoofdstuk getiteld „specifieke kaasmakerij” van hun universitair handboek „Zuiveltechnologie — Tweede deel” — uitgeverij Karamberopoulos (1980). Zij merken op dat „… de meest bekende soorten Kopanisti die uit Mykonos en uit Tinos zijn …”.

Verwijzing naar de publicatie van de specificatie:

(Artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

http://www.minagric.gr/greek/data/Προδιαγραφές%20Κοπανιστή%20ΠΟΠ.pdf


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.


26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 186/18


Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

2012/C 186/10

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) Nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

WIJZIGINGSAANVRAAG

VERORDENING (EG) nr. 510/2006 VAN DE RAAD

WIJZIGINGSAANVRAAG OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 9

„ΚΑΛΑΜΑΤΑ” (KALAMATA)

EG-nummer: EL-PDO-0117-0037-21.12.2009

BGA ( ) BOB ( X )

1.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging betrekking heeft:

Naam van het product

Beschrijving van het product

Geografisch gebied

Bewijs van de oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering

Nationale eisen

Overige (nader aan te geven)

2.   Aard van de wijziging(en):

Wijziging van het enige document of de samenvatting

Wijziging van het productdossier voor een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document en ook geen samenvatting is bekendgemaakt

Wijziging van het productdossier waarbij geen wijziging van het bekendgemaakte enige document nodig is (artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

Tijdelijke wijziging van het productdossier als gevolg van een verplichte gezondheids- of fytosanitaire maatregel die is opgelegd door de overheid (artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

3.   Wijziging(en):

3.1.   Beschrijving van het product:

In deze aanvraag wordt een gedetailleerdere beschrijving van de geproduceerde olijfolie gegeven dan in het oorspronkelijke registratiedossier. Er worden strengere kwaliteitsnormen vastgesteld opdat de benaming uitsluitend wordt gebruikt voor de meest kwaliteitsvolle olijfolie van het gebied.

3.2.   Geografisch gebied:

Het geografische gebied waar de olijfolie met de beschermde oorsprongsbenaming „Καλαμάτα-Kalamata” wordt geproduceerd, wordt omschreven als het gebied dat binnen de administratieve grenzen valt van Messenië, een regionale eenheid binnen de bestuurlijke regio Peloponnesos. Op die manier omvat dit gebied alle zones waar olijfbomen worden geteeld en waar de olijfolie „Kalamata” wordt geproduceerd. Van belang om te vermelden is dat de geteelde soorten olijfbomen, de teelttechnieken, de methoden voor de verwerking van de olijven, de geschiedenis van de productie van de olijfolie, de band met de zeden en gewoonten van de bevolking, alsmede de bodemgesteldheid en de klimaatsomstandigheden dezelfde zijn in alle gebieden van Messenië waar olijfbomen worden geteeld. Resultaat hiervan is dat de bij de eerste persing verkregen extra olijfolie die in het overige gedeelte van Messenië buiten de vroegere provincie Kalamata wordt geproduceerd, inzake fysisch-chemische en organoleptische kenmerken niet verschilt van de olijfolie met de beschermde oorsprongsbenaming „Καλαμάτα-Kalamata”.

Uit de organoleptische analyses van monsters extra olijfolie van de eerste persing van Messenië, die werden verricht in het door de Internationale Olijfolieraad erkende chemisch laboratorium van het Ministerie van Ontwikkeling — Algemeen secretariaat voor consumentenzaken, blijkt dat de olijfoliën van het hele gebied van Messenië organoleptisch dezelfde zijn. In de groep olijfoliën die afkomstig zijn van het bestaande BOB-gebied, is de mediaan van de fruitigheid (Mf) 3,4 en de mediaan van de gebreken (Md) 0. In de groep olijfoliën die afkomstig zijn van de rest van Messenië, is de mediaan van de fruitigheid (Mf) 3,9 en de mediaan van de gebreken (Md) 0. Voorts is in de groep olijfoliën die afkomstig zijn van het bestaande BOB-gebied, de mediaan van het kenmerk bitter (Mb) 2,37 en de mediaan van het kenmerk scherp (Mp) 3,33. In de groep olijfoliën die afkomstig zijn van de rest van Messenië, is de mediaan van het kenmerk bitter (Mb) 2,51 en de mediaan van het kenmerk scherp (Mp) 3,21.

Uit de chemische analyses die van 2000 tot en met 2010 werden verricht in het chemisch laboratorium van het Ministerie van Ontwikkeling — Algemeen secretariaat voor consumentenzaken, blijkt dat de olijfolie „Kalamata” in heel Messenië dezelfde kenmerken heeft, zoals de onderstaande tabel aangeeft.

 

Gemiddelde in het huidige geografische gebied

Gemiddelde in de rest van Messenië

Zuurgehalte

0,49

0,49

Peroxidegetal

8,35

8,05

Κ270

0,14

0,13

Κ232

1,73

1,53

Totaal sterolen

1 310

1 267

Palmitinezuur %

11,82

11,75

Palmitoleïnezuur %

0,86

0,86

Stearinezuur %

2,78

2,61

Oliezuur %

75,63

76,79

Linolzuur %

7,07

6,1

In het licht van het voorgaande wordt het noodzakelijk geacht een nieuw geografisch gebied af te bakenen, steeds met inachtneming van de strikte specificaties van deze aanvraag.

3.3.   Productiemethode:

In verband met de productiemethode wordt toegevoegd dat, waar het reliëf dat mogelijk maakt, gebruik kan worden gemaakt van mechanische hulpmiddelen (oogststaven) voor het oogsten van de olijven. Het gebruik van die mechanische oogststaven biedt voldoende voordelen en beoogt een betere kwaliteit van de geoogste olijven, en natuurlijk ook van de geproduceerde olijfolie.

Meer bepaald heeft het gebruik van mechanische oogststaven, in vergelijking met de oogst met stokken, de volgende voordelen:

vermindering van de kosten en verkorting van de oogstperiode, waardoor de olijven kunnen worden verzameld binnen de geplande oogstperiode en zonder dat zij wijzigingen hebben ondergaan,

toename van de productiviteit van de olijfbomen doordat de vruchten onmiddellijk worden geoogst en de bomen daarna kunnen worden gesnoeid,

een voorbeeldig verlopende oogst, waarbij kwetsuren aan takken en olijven worden vermeden.

Voorts wordt gespecificeerd dat, wanneer de olijven worden geperst, de temperatuur bij het kneden van de olijvenmassa niet hoger mag zijn dan 27 °C. Doel hiervan is de kwaliteit van de olijfolie veilig te stellen en ervoor te zorgen dat de vluchtige kenmerken, de kleur en de antioxiderende eigenschappen worden behouden.

Op die manier kan op de verpakking van de genormaliseerde olijfolie ook de facultatieve vermelding „koude extractie” worden aangebracht, zoals die voorkomt in de bij Verordening (EG) nr. 1019/2002 vastgestelde handelsnormen voor olijfolie.

3.4.   Verband:

De olijfolie „Κalamata” is nauw verbonden met de geschiedenis, de traditie en de cultuur van het hele gebied van Messenië en vormt in de winter de bedrijvigheid bij uitstek van de bewoners van het gebied. De olijfboomteelt en de productie van olijfolie gaan terug naar lang vervlogen tijden, zoals blijkt uit historische bronnen en regelmatig verrichte archeologische opgravingen. Olijfolie was steeds, en is ook nu nog, een belangrijke economische en sociale parameter van de ontwikkeling en de welvaart van de bewoners.

De bodemgesteldheid en de weersomstandigheden van de vroegere provincie Kalamata zijn kenmerkend voor het hele gebied van Messenië en zijn homogeen: hellende en heuvelachtige terreinen, matige jaarlijkse regenval (ongeveer 750-800 mm), zachte winters, lange en warme zomers, groot aantal uren zonneschijn, winden van matige intensiteit, heuvelachtig reliëf (wat de uitstekende belichting en doorluchting van de olijfboomgaarden ten goede komt), licht kalkachtige gronden met een pH-waarde van neutraal tot alkalisch en voldoende grote concentraties fosfor, kalium, boor, enz. Voorts is de geografische afbakening eenvormig wat betreft de toegepaste teelttechnieken en de methoden voor het verwerken van de olijven. De olijfolie die in het hele gebied van Messenië wordt geproduceerd en die welke in de vroegere provincie Kalamata wordt geproduceerd, hebben dezelfde specifieke kwaliteitskenmerken: uitgesproken kleur, aangename smaak, van nature transparant en rijk aan aromatische stoffen, een zuurgraad die voldoende lager is dan het toegestane maximum, een specifiek profiel van de vetzuren, een matige fruitigheid met het aroma van de groene vrucht, een lichte bitterheid tot matige pikantheid.

De grondstof dankt haar specifieke kenmerken, die ook in de olijfolie „Kalamata” terug te vinden zijn, aan de volgende factoren:

de combinatie van verschillende aspecten van het uitstekende klimaat van het gebied (lange periode zonneschijn, uitstekende hoeveelheid neerslag, enz.);

zachte winters en lange, warme en droge zomers;

winden van matige intensiteit en een heuvelachtig reliëf, in combinatie met de bekervormige snoeiwijze die de olijftelers op de bomen toepassen. Door het heuvelachtige reliëf van Messenië zijn het mechanisch oogsten van de olijven en de mechanisatie van de teelt niet altijd mogelijk; in die gevallen worden de traditionele teelttechnieken toegepast (snoeien, frezen, oogsten);

de licht kalkachtige gronden met een pH-waarde van neutraal tot alkalisch;

de voldoende grote concentraties fosfor, magnesium, mangaan, boor, enz.;

de kleine omvang van de percelen: die stelt de olijftelers van Messenië in staat om goed voor hun bomen te zorgen en een kwaliteitsvolle olijfolie te produceren; deze activiteiten nemen het hele jaar in beslag;

de minutieuze procedure voor het oogsten van de olijven in de juiste rijpheidsfase en de uitstekende omstandigheden voor de verwerking van de olijven. Het bestaan van een homogeen geografisch gebied tussen het Taigetos-gebergte en de Ionische Zee; hier heerst een afzonderlijk microklimaat dat ervoor zorgt dat alle olijfolie „Kalamata” die uit Messenië afkomstig is, gemeenschappelijke kenmerken vertoont.

ENIG DOCUMENT

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„ΚΑΛΑΜΑΤΑ” (KALAMATA)

EG-nummer: EL-PDO-0117-0037-21.12.2009

BGA ( ) BOB ( X )

1.   Naam:

„Καλαμάτα” (Kalamata)

2.   Lidstaat of derde land:

Griekenland

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel:

3.1.   Productcategorie:

Categorie 1.5.

Oliën en vetten (boter, margarine, spijsolie, enz.)

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is:

Het betreft extra olijfolie van de eerste persing die wordt verkregen van olijven van de variëteiten Koroneïki en Mastoïdis. De olijfolie met de BOB „Κalamata” is vooral afkomstig van olijven van de variëteit Koroneïki en voor ten hoogste 5 % van olijven van de variëteit Mastoïdis. Deze olijfolie vertoont de onderstaande kenmerken.

Het totaalgehalte aan zuren, uitgedrukt in het gewicht aan oliezuur, is niet groter dan 0,50 gram per 100 gram olie.

Op het ogenblik dat de olie wordt verpakt, moeten de constanten voor de indicatoren van de aanwezigheid van verschillende soorten geoxideerde stoffen in de olijfolie de volgende zijn:

Κ232: ten hoogste 2,20

Κ270: ten hoogste 0,20

Peroxidegetal: ≤ 14 MeqO2/kg

Totaal sterolen: > 1 100 mg/kg

Gehalte aan vetzuren (%):

oliezuur: 70-80

linolzuur: 4,0-11,0

stearinezuur: 2,0-4,0

palmitoleïnezuur: 0,6-1,2

palmitinezuur: 10,0-15,0.

Organoleptische eigenschappen:

Omschrijving

Gemiddelde

Fruitigheid van de olijven

3-5

Bitterheid

2-3

Pikantheid

2-4

Gebreken

0

De olijfolie met de BOB „Κalamata” is matig fruitig, heeft het aroma van de groene vrucht, is licht bitter en licht tot matig pikant.

Kleur: groen tot groengeel.

3.3.   Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten):

3.4.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong):

3.5.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden:

De activiteiten voor het telen, produceren en persen die worden verricht om de extra olijfolie van de eerste persing met de BOB „Κalamata” te verkrijgen, mogen uitsluitend plaatsvinden in het overeenkomstig punt 4 afgebakende geografische productiegebied. De productie en de eerste opslag van de olijfolie vinden plaats in eenheden die zich in het afgebakende geografische gebied bevinden, voldoen aan alle voorschriften van de Europese Unie en van Griekenland inzake de productie van levensmiddelen, en uitgerust zijn met roestvrije mechanische apparatuur en roestvrije opslagtanks voor olijfolie.

Oogsten, vervoeren en opslaan van de olijven

In de meeste gebieden worden de olijven geoogst door ze af te slaan. Dit gebeurt met de hand, met kammen of met mechanische middelen (mechanische oogststaven). De oogstperiode begint vanaf het ogenblik dat de kleur van de vruchten verandert van groen in geelgroen en duurt totdat de olijven voor ongeveer 50 % zwart zijn geworden. Zij begint eind oktober en duurt vier tot zes weken, naargelang van de weersomstandigheden. Bij het oogsten wordt altijd gebruik gemaakt van netten, die onder de olijfbomen worden uitgespreid. In geen enkele omstandigheid worden op de grond gevallen rijpe vruchten verzameld om in de oliemolens te worden verwerkt.

De olijven worden naar de oliemolens vervoerd in geperforeerde kisten van hard plastic of in zakken van uitsluitend natuurlijk materiaal met een inhoud van 30 tot 50 kg. Het vervoer en het persen van de olijven vindt binnen 24 uur plaats, onder de best mogelijke omstandigheden voor de instandhouding van de vruchten (opslag op een schaduwrijke plaats en op pallets om de lucht te laten circuleren en rechtstreeks contact met de bodem te vermijden). Op die manier wordt voorkomen dat de kwaliteit wordt aangetast. De olijven moeten in een frisse omgeving worden bewaard totdat zij worden geperst. De tijd die nodig is voor het vervaardigen van de extra olijfolie van de eerste persing met de BOB „Κalamata”, bedraagt niet meer dan 24 uur, te rekenen vanaf het oogsten van de olijven tot de productie van de olijfolie. De olijven mogen niet in de olijfgaard worden opgeslagen. Daar staan zij immers bloot aan verschillende natuurlijke en microbiologische gevaren.

Verwerking van de olijven

De olijven worden verwerkt in klassieke oliemolens of centrifuges die garanderen dat de temperatuur van de olijvenpasta steeds onder 27 °C blijft, zowel bij het kneden als in de andere fasen van de verwerking. In de oliemolen worden de vruchten van bladeren en takjes ontdaan, gewassen en naar de breekmachine geleid. Daarna wordt de olijvenpasta gedurende 20 tot 30 minuten gekneed. De olie wordt geëxtraheerd door het uitoefenen van druk of door centrifugering. Als de olijven over onvoldoende plantaardige vochten beschikken, wordt een minimale hoeveelheid water toegevoegd.

De oliemolens moeten zich binnen de grenzen van Messenië bevinden.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken, enz.:

De olijfolie met de BOB „Κalamata” moet worden opgeslagen in roestvrije tanks die zich in daartoe geschikte opslagruimten bevinden, waar de temperatuur niet meer dan 24 °C bedraagt. De eerste opslag mag ook plaatsvinden in de oliemolens waar de olijfolie wordt geproduceerd.

Voor het vervoer van de olijfolie van de oliemolens naar de opslagruimten van de botteleenheden mag uitsluitend gebruik worden gemaakt van speciale roestvrije vaten die zorgvuldig zijn schoongemaakt.

De olijfolie kan zowel in als buiten het afgebakende geografische gebied worden gebotteld voor zover er een betrouwbaar traceringssysteem bestaat en de olie correct wordt geëtiketteerd.

Voor de groothandelsverkoop mag de olie worden vervoerd in roestvrije vaten die na het afvullen worden verzegeld en op correcte wijze worden geëtiketteerd; hierbij moet een passend traceringssysteem worden toegepast. Met betrekking tot de verpakking voor de kleinhandelsverkoop mogen alle verpakkingen tot 5 liter worden gebruikt die voldoen aan de regelgeving van de Europese Unie en van Griekenland.

3.7.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering:

De etikettering van het product bevat een code die bestaat uit letters en uit cijfers die het volgnummer van het etiket en de twee laatste cijfers van het productiejaar aangeven. Deze code ziet eruit als volgt:

ΚΑ/volgnummer van het etiket/twee laatste cijfers van het productiejaar.

4.   Beknopte beschrijving van de afbakening van het geografische gebied:

De olijfolie „Κalamata” wordt geproduceerd binnen de administratieve grenzen van de regionale eenheid Messenië, een bestuurlijk onderdeel van de regio Peloponnesos, dat in het noorden wordt begrensd door de rivier Neda en de Arkadische bergen, in het oosten door het Taigetos-gebergte, in het zuiden door de Golf van Messenië en in het westen door de Ionische Zee.

De olijfgaarden strekken zich uit over een oppervlakte van ongeveer één miljoen stremmata (honderdduizend ha).

5.   Verband met het geografische gebied:

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied:

Het afgebakende geografische gebied bevindt zich in het uiterste zuidwesten van de Peloponnesos en beslaat 2 991 km2. Het oostelijke deel van Messenië wordt gedomineerd door de Taigetos-bergketen, die ook de natuurlijke grens met de nomos Lakonië vormt. Het Taigetos-gebergte strekt zich uit over 115 km en de hoogste top bevindt zich op 2 400 meter; dit reliëf creëert het microklimaat van het gebied. De grootste en meest vruchtbare vlakte is de Messenische vlakte, maar daarnaast zijn er andere, kleinere, zoals die van Kiparissia, Gargaliana, Pylos, Methoni, Koroni, Longa en Petalidi.

Het klimaat en de bodem van het afgebakende geografische gebied vertonen specifieke eigenschappen die gunstig zijn voor de olijfboomteelt, zodat de activiteiten die in de teeltperiode worden verricht, kunnen worden beperkt tot de hoogst noodzakelijke voor de normale ontwikkeling van de olijfbomen. Het microklimaat van het gebied kan worden omschreven als gematigd mediterraan (droog en warm — gematigd) tot subtropisch. De winters zijn zacht, maar de zomers duren lang en zijn warm. Het koude seizoen duurt van november tot april en het warme seizoen van mei tot oktober. De jaarlijkse gemiddelde neerslag bedraagt ongeveer 750-800 mm, met een piek in de winter (ongeveer 330 mm regen). In de herfst valt ongeveer 250 mm neerslag, in de lente 146 mm en in de zomer ongeveer 23 mm. De droogste maand is juli (5,2 mm), terwijl november als de natste wordt beschouwd (138,2 mm).

De gemiddelde jaarlijkse relatieve vochtigheid bedraagt 67,7 %, met als droogste maand juli (58 %) en als natste november (74 %).

De gemiddelde maandtemperatuur is het laagst in december en januari (10 °C) en het hoogst in juli en augustus (28 °C). De zon schijnt meer dan 3 000 uur per jaar.

Gezien het voorgaande is het in het gebied heersende microklimaat ideaal voor de olijventeelt. Er zijn geen plotse temperatuurschommelingen, terwijl er een geschikte hoeveelheid neerslag valt, die goed verdeeld is in de tijd. Dit alles creëert de optimale omstandigheden die vereist zijn voor de jaarlijkse cyclus van de olijfbomen.

De bodem bestaat uit zandleemgrond met een pH van neutraal tot alkalisch. Het afgebakende geografische gebied heeft een grotendeels heuvelachtig reliëf en de bodem is matig waterdoorlatend, wat voor voldoende afwatering en een goede circulatie van water en bodemoplossingen zorgt. Hierdoor wordt het water niet vastgehouden en ontstaan er geen barsten in de grond. Het gehalte aan fosfor, boor, mangaan en magnesium is voldoende hoog, maar er is iets te weinig stikstof en kalium, waardoor passende hoeveelheden anorganische meststoffen moeten worden toegediend. Mechanisch gezien worden de bodems ingedeeld onder de bodems van lichte tot matige samenstelling. De olijfgaarden bevinden zich voornamelijk op heuvelachtige, hellende terreinen die voor een goede doorluchting van de bomen zorgen en het mogelijk maken een kwaliteitsproduct te vervaardigen.

5.2.   Specificiteit van het product:

De olijfolie „Κalamata” wordt verkregen uit de uitstekende variëteiten Koroneïki en Mastoïdis en de hele productie wordt aangemerkt als extra olijfolie van de eerste persing, aangezien de zuurgraad voldoende lager is dan het toegestane maximum en ook de andere parameters (het peroxidegetal en de extinctiecoëfficiënt Κ232) zich onder de bij de verordening van de Europese Unie toegestane maxima bevinden. Voorts is het profiel van de vetzuren zeer specifiek en typisch voor de olijfolie met de BOB „Kalamata”. Meer bepaald is het gehalte aan oliezuur zeer hoog, terwijl het linolzuur, het stearinezuur, het palmitoleïnezuur en het palmitinezuur zeer specifieke waarden hebben en in een bijzondere verhouding tot elkaar staan, wat het verschil uitmaakt met de andere olijfoliën. Dat specifieke profiel van de vetzuren, gecombineerd met de matige fruitigheid en het aroma van de groene vrucht, de lichte bitterheid en de matige pikantheid geven de olijfolie met de BOB „Kalamata” haar bijzondere, unieke karakter.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA):

Historisch verband

De geschiedenis van de olijventeelt in het afgebakende geografische gebied gaat terug naar lang vervlogen tijden. Dit blijkt uit archeologische vondsten en uit overgeleverde schriftelijke getuigenissen die erop wijzen dat olijven en olijfolie een onderdeel van de voeding waren, de basis van parfums vormden en een element van kunst waren. Bij de opgravingen in het paleis van Nestor, in de regio Chora, werden 1 200 kleitabletten met opschriften in lineair B gevonden, die waardevolle informatie bevatten over de rol van de olijfboom en de invloed daarvan op de bewoners in de periode van de 14e-13e eeuw vóór Christus.

In de regio Karpofora werden olijfpitten gevonden die dateren van 1900 vóór Christus. Met de methode van het pollendiagram, gebaseerd op radiochronologie, werden ramingen gemaakt met betrekking tot de olijfboomteelt in de regio van Pylos. Zo werd ontdekt dat er reeds in 1100 vóór Christus olijfbomen werden geteeld en dat het daarbij voornamelijk om de tamme olijfboom ging.

De variëteit Koroneïki is een product van Messenische bodem, zoals blijkt uit de naam, die aangeeft dat zij afkomstig is van Koroni, een klein kustdorp in het zuidoosten van het afgebakende geografische gebied.

De handel in olijfolie vond plaats vanuit de havens van Methoni en Navarino (de huidige stad Pylos). De vrachten van de Griekse handelaars bestonden uit olie die afkomstig was uit de omgeving van Kiparissia.

De olijfgaarden op openbare terreinen waren afkomstig van Turkse eigendommen die in handen van de Venetiaanse veroveraars waren terechtgekomen en aan olijfboomtelers werden verhuurd. Om aan de vraag naar olijfolie te kunnen voldoen werden ook hoeveelheden aangevoerd van buiten de regio van Koroni, en zelfs uit Mani en meer algemeen uit het hele gebied van Messenië.

Natuurlijk verband

De grondstof dankt haar specifieke kenmerken, die ook in de olijfolie Kalamata terug te vinden zijn, aan de volgende factoren:

de combinatie van verschillende aspecten van het uitstekende klimaat van het gebied: een lange periode zonneschijn, een uitstekende hoeveelheid neerslag (ongeveer 750-800 mm), zachte winters en lange, warme en droge zomers;

winden van matige intensiteit en een heuvelachtig reliëf, in combinatie met de bekervormige snoeiwijze die de olijftelers op de bomen toepassen (3-4 takken per boom en verwijdering, van binnenuit, van een deel van het gebladerte). Deze factoren zorgen voor een uitstekende belichting en doorluchting van de olijfgaarden en voor een correcte rijping van de olijven, elementen die de geproduceerde olijfolie haar specifieke kenmerken verlenen en resulteren in een olijfolie die rijk aan kleurstoffen is en een uitgesproken kleur en aangename smaak heeft. Door het heuvelachtige reliëf van Messenië zijn de mechanische oogst van de olijven en de mechanisatie van de teelt niet altijd mogelijk; in die gevallen worden de traditionele teelttechnieken toegepast (snoeien, frezen, oogsten);

de licht kalkachtige gronden met een pH-waarde van neutraal tot alkalisch. De kalkgronden verhinderen, via de invloed die zij op de olijfbomen uitoefenen, beter de ijzeropname van de planten en houden het water veel beter vast, wat op zijn beurt bewerkstelligt dat de op die gronden geteelde olijfbomen in droge perioden meer vocht behouden. De olijfolie met de BOB „Kalamata” dankt haar organoleptische eigenschappen in grote mate aan de aromatische stoffen die zich vormen als gevolg van de bijzondere kenmerken van de bodem (licht kalkachtige gronden), aan het feit dat de bomen minder water opnemen als gevolg van de geringe neerslag in de rijpingsperiode van de olijven en aan het feit dat de voor de productie van de olijfolie bestemde bomen in het afgebakende geografische gebied slechts weinig worden geïrrigeerd;

de voldoende grote concentraties fosfor, magnesium, mangaan, boor, enz. Vooral de aanwezigheid van mangaan (een element dat fungeert als katalysator voor vele enzymatische en biochemische processen en ook een doorslaggevende rol speelt bij de vorming van chlorofyl) en van magnesium (een element dat een doorslaggevende rol speelt bij de vorming van de chlorofylmolecule) is van zeer groot belang. Hierdoor krijgt de olijfolie haar kenmerkende groengele kleur en is zij rijk aan aromatische stoffen;

de ervaring van de telers bij het kiezen van de juiste periode voor het oogsten van de olijven. Een nog onrijpe olijf geeft een olijfolie met een intens groene kleur, een bittere smaak en een geringe hoeveelheid aromatische stoffen. Het oogsten van overrijpe olijven heeft dan weer tot gevolg dat de hoeveelheid aromatische stoffen weer afneemt, de zuurgraad toeneemt en de kleur verandert;

de uitstekende omstandigheden waarin de olijven worden verwerkt. Deze leiden tot de productie van een extra olijfolie van de eerste persing met een fruitig aroma van matige intensiteit dat licht bitter tot matig pikant is, en tot een hoog gehalte aan totale sterolen. De olijvenmassa wordt gekneed bij een temperatuur van minder dan 27 °C. Dit kneden neemt slechts een beperkte tijd in beslag en er wordt weinig water toegevoegd. Op die manier worden opname van omgevingslucht, oxidatie en verlies aan aromatische stoffen vermeden, wat resulteert in een olijfolie van superieure kwaliteit die bestand is tegen oxidatie;

de kleine omvang van de percelen, die de olijftelers van Messenië in staat stelt om goed voor hun bomen te zorgen en een kwaliteitsvolle olijfolie te produceren.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier:

http://www.minagric.gr/greek/data/prod_elaioladou_kalamata_291211.pdf


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.