ISSN 1725-2474

doi:10.3000/17252474.C_2009.099.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 99

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

52e jaargang
30 april 2009


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2009/C 099/01

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.5478 — IPIC Fund/Oaktree Funds/Chesapeake) ( 1 )

1

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2009/C 099/02

Wisselkoersen van de euro

2

2009/C 099/03

Mededeling van de Commissie betreffende de thans bij terugvordering van staatssteun toe te passen rentepercentages en de referentie- en disconteringspercentages voor 27 lidstaten, zoals die vanaf 1.5.2009 gelden (Bekendgemaakt overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EC) nr. 794/2004 van de Commissie (PB L 140 van 30.4.2004, blz. 1))

3

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2009/C 099/04

Mededeling van de Commissie in het kader van de uitvoering van Richtlijn 88/378/EEG van de Raad van 3 mei 1988 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten inzake de veiligheid van speelgoed(Bekendmaking van titels en referentienummers van geharmoniseerde normen in het kader van de richtlijn)  ( 1 )

4

2009/C 099/05

Bijwerking van de lijst van grensdoorlaatposten bedoeld in artikel 2, punt 8, van Verordening (EG) Nr. 562/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) (PB C 316 van 28.12.2007, blz. 1; PB C 134 van 31.5.2008, blz. 16; PB C 177 van 12.7.2008, blz. 9; PB C 200 van 6.8.2008, blz. 10; PB C 331 van 31.12.2008, blz. 13; PB C 3 van 8.1.2009, blz. 10; PB C 37 van 14.2.2009, blz. 10, PB C 64 van 19.3.2009, blz. 20)

7

 

V   Bekendmakingen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Raad en Commissie

2009/C 099/06

De raad van de europese unie en de europese commissie — Aankondiging van vergelijkend onderzoek — Ref. CONS-COMM/AD/433 — Hoofd administratieve eenheid (AD 12) op het gebied van vertaling voor de Ierse taal

8

 

GERECHTELIJKE PROCEDURES

 

EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

 

EVA-Hof

2009/C 099/07

Arrest van het Hof van 29 oktober 2008 in zaak E-2/08 Toezichthoudende Autoriteit van de EVA t. IJsland (Niet-nakoming van verplichtingen door een overeenkomstsluitende partij — Richtlijn 2004/26/EG inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines)

9

2009/C 099/08

Beroep tegen het Vorstendom Liechtenstein, ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 1 april 2009 — (Zaak E-3/09)

10

2009/C 099/09

Arrest van het Hof van 29 oktober 2008 in zaak E-3/08 Toezichthoudende Autoriteit van de EVA t IJsland (In gebreke blijven van een overeenkomstsluitende partij zich aan haar verplichtingen te houden — Verordening (EG) nr. 648/2004 betreffende detergentia)

11

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Commissie

2009/C 099/10

Her-aanmelding van een eerder aangemelde concentratie — (Zaak nr. COMP/M.5454 — DSV/vesterhavet/DFDS) ( 1 )

12

2009/C 099/11

Mededeling van de minister van Economische Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden op grond van artikel 3, lid 2, van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen.

13

2009/C 099/12

Mededeling van de minister van Economische Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden op grond van artikel 3, lid 2, van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen

14

2009/C 099/13

Voorafgaande aanmelding van een concentratie — (Zaak COMP/M.5417 — Mubadala/General Electric/JV) — Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

15

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.5478 — IPIC Fund/Oaktree Funds/Chesapeake)

(Voor de EER relevante tekst)

2009/C 99/01

Op 1 april 2009 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://ec.europa.eu/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32009M5478. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving (http://eur-lex.europa.eu).


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/2


Wisselkoersen van de euro (1)

29 april 2009

2009/C 99/02

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,3266

JPY

Japanse yen

128,53

DKK

Deense kroon

7,4483

GBP

Pond sterling

0,89875

SEK

Zweedse kroon

10,7597

CHF

Zwitserse frank

1,5064

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

8,7320

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

26,690

EEK

Estlandse kroon

15,6466

HUF

Hongaarse forint

289,20

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,7092

PLN

Poolse zloty

4,4140

RON

Roemeense leu

4,1883

TRY

Turkse lira

2,1182

AUD

Australische dollar

1,8434

CAD

Canadese dollar

1,5942

HKD

Hongkongse dollar

10,2816

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

2,3233

SGD

Singaporese dollar

1,9708

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 771,85

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

11,3115

CNY

Chinese yuan renminbi

9,0547

HRK

Kroatische kuna

7,4225

IDR

Indonesische roepia

14 333,91

MYR

Maleisische ringgit

4,7592

PHP

Filipijnse peso

64,713

RUB

Russische roebel

43,9300

THB

Thaise baht

46,915

BRL

Braziliaanse real

2,8973

MXN

Mexicaanse peso

18,1459

INR

Indiase roepie

66,3760


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/3


Mededeling van de Commissie betreffende de thans bij terugvordering van staatssteun toe te passen rentepercentages en de referentie- en disconteringspercentages voor 27 lidstaten, zoals die vanaf 1.5.2009 gelden

(Bekendgemaakt overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EC) nr. 794/2004 van de Commissie (PB L 140 van 30.4.2004, blz. 1))

2009/C 99/03

De basispercentages zijn berekend overeenkomstig de mededeling van de Commissie over de herziening van de methode waarmee de referentie- en disconteringspercentages worden vastgesteld (PB C 14 van 19.1.2008, blz. 6). Afhankelijk van het gebruik van het referentiepercentage, moeten nog de passende opslagen in de zin van die mededeling worden toegepast. Voor het disconteringspercentage betekent dit dat een marge van 100 basispunt dient te worden toegevoegd. In Verordening (EG) nr. 271/2008 van de Commissie van 30 januari 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 794/2004 is bepaald dat, tenzij in een bijzondere beschikking of een bijzonder besluit anders is bepaald, ook het bij terugvordering te hanteren percentage wordt vastgesteld door het basispercentage met 100 basispunt te verhogen.

Van

Tot

AT

BE

BG

CY

CZ

DE

DK

EE

EL

ES

FI

FR

HU

IE

IT

LT

LU

LV

MT

NL

PL

PT

RO

SE

SI

SK

UK

1.5.2009

...

2,22

2,22

7,63

2,22

2,96

2,22

4,57

7,34

2,22

2,22

2,22

2,22

10,01

2,22

2,22

9,53

2,22

13,20

2,22

2,22

5,62

2,22

17,29

1,81

2,22

2,74

2,84

1.4.2009

30.4.2009

2,74

2,74

7,63

2,74

2,96

2,74

4,57

7,34

2,74

2,74

2,74

2,74

10,01

2,74

2,74

9,53

2,74

13,20

2,74

2,74

5,62

2,74

17,29

2,30

2,74

2,74

2,84

1.3.2009

31.3.2009

3,47

3,47

7,63

3,47

3,74

3,47

6,00

7,34

3,47

3,47

3,47

3,47

10,01

3,47

3,47

9,53

3,47

13,20

3,47

3,47

6,78

3,47

17,29

3,31

3,47

3,47

3,58

1.2.2009

28.2.2009

4,99

4,99

7,63

4,99

4,53

4,99

6,00

7,34

4,99

4,99

4,99

4,99

10,01

4,99

4,99

7,81

4,99

13,20

4,99

4,99

6,78

4,99

17,29

4,31

4,99

4,99

4,81

1.1.2009

31.1.2009

4,99

4,99

7,63

4,99

4,53

4,99

6,00

7,34

4,99

4,99

4,99

4,99

10,01

4,99

4,99

7,81

4,99

11,05

4,99

4,99

6,78

4,99

17,29

5,18

4,99

4,99

5,70

1.12.2008

31.12.2008

5,36

5,36

6,70

5,36

4,20

5,36

5,55

6,43

5,36

5,36

5,36

5,36

8,58

5,36

5,36

7,10

5,36

9,44

5,36

5,36

6,42

5,36

15,87

5,49

5,36

5,00

5,66

1.11.2008

30.11.2008

5,36

5,36

6,70

5,36

4,20

5,36

5,55

6,43

5,36

5,36

5,36

5,36

8,58

5,36

5,36

6,10

5,36

9,44

5,36

5,36

6,42

5,36

11,02

5,49

5,36

5,00

5,66

1.10.2008

31.10.2008

5,36

5,36

6,70

5,36

4,20

5,36

5,55

6,43

5,36

5,36

5,36

5,36

8,58

5,36

5,36

6,10

5,36

9,44

5,36

5,36

6,42

5,36

11,02

5,49

5,36

4,34

5,66

1.9.2008

30.9.2008

4,59

4,59

6,70

4,59

4,20

4,59

5,55

6,43

4,59

4,59

4,59

4,59

8,58

4,59

4,59

6,10

4,59

9,44

4,59

4,59

6,42

4,59

11,02

5,49

4,59

4,34

5,66

1.7.2008

31.8.2008

4,59

4,59

6,70

4,59

4,20

4,59

4,81

6,43

4,59

4,59

4,59

4,59

8,58

4,59

4,59

6,10

4,59

9,44

4,59

4,59

6,42

4,59

11,02

4,75

4,59

4,34

5,66


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/4


Mededeling van de Commissie in het kader van de uitvoering van Richtlijn 88/378/EEG van de Raad van 3 mei 1988 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten inzake de veiligheid van speelgoed

(Voor de EER relevante tekst)

(Bekendmaking van titels en referentienummers van geharmoniseerde normen in het kader van de richtlijn)

2009/C 99/04

ENO (1)

Referentienummer en titel van de norm (en referentie document)

Eerste bekend-making PB

Referentienummer van de vervangen norm

Datum waarop het vermoeden van overeenstemming ten aanzien van de vervangen norm vervalt

(Noot 1)

CEN

EN 71-1:2005+A8:2009

Veiligheid van speelgoed — Deel 1: Mechanische en fysische eigenschappen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 71-1:2005+A6:2008

Noot 2.1

31.10.2009

Opmerking: „Voor projectielspeelgoed met een zuignap als stootoppervlak dekt het voorschrift in paragraaf 4.17.1 b) betreffende de uitvoering van de trekproef in paragraaf 8.4.2.3 niet het verstikkingsrisico dat dit speelgoed meebrengt” — Beschikking van de Commissie 2007/224/EG van 4 april 2007 (PB L 96 van 11.4.2007, blz. 18).

CEN

EN 71-2:2006+A1:2007

Veiligheid van speelgoed — Brandbaarheid

16.9.2008

EN 71-2:2006

Noot 2.1

Datum verstreken

(16.9.2008)

CEN

EN 71-3:1994

Veiligheid van speelgoed — Deel 3: Migratie van bepaalde elementen

12.10.1995

EN 71-3:1988

Noot 2.1

Datum verstreken

(30.6.1995)

EN 71-3:1994/A1:2000

14.9.2001

Noot 3

Datum verstreken

(31.10.2000)

EN 71-3:1994/A1:2000/AC:2000

8.8.2002

 

 

EN 71-3:1994/AC:2002

15.3.2003

 

 

CEN

EN 71-4:1990

Veiligheid van speelgoed — Deel 4: Scheikundedozen

9.2.1991

 

 

EN 71-4:1990/A1:1998

5.9.1998

Noot 3

Datum verstreken

(31.10.1998)

EN 71-4:1990/A2:2003

9.12.2003

Noot 3

Datum verstreken

(31.1.2004)

EN 71-4:1990/A3:2007

4.10.2007

Noot 3

Datum verstreken

(30.11.2007)

CEN

EN 71-5:1993

Veiligheid van speelgoed — Deel 5: Chemisch speelgoed (sets) ander dan scheikundedozen

1.9.1993

 

 

EN 71-5:1993/A1:2006

31.5.2006

Noot 3

Datum verstreken

(31.7.2006)

CEN

EN 71-6:1994

Veiligheid van speelgoed — Deel 6: Grafisch symbol voor de waarschuwende aanduiding van de leeftijdsgroep

22.6.1995

 

 

CEN

EN 71-7:2002

Veiligheid van speelgoed — Deel 7: Vingerverf — Eisen en beproefmethoden

15.3.2003

 

 

CEN

EN 71-8:2003

Veiligheid van speelgoed — Deel 8: Schommels, glijbanen en soortgelijk speelgoed voor huishoudelijk gebruik binnenshuis en buitenshuis

9.12.2003

 

 

EN 71-8:2003/A1:2006

26.10.2006

Noot 3

Datum verstreken

(30.11.2006)

Cenelec

EN 62115:2005

Elektrisch speelgoed — Veiligheid

IEC 62115:2003 (Gewijzigd) + A1:2004

8.3.2006

EN 50088:1996 + A1:1996 + A2:1997 + A3:2002

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.1.2008)

Noot 1:

In het algemeen is de datum waarop het vermoeden van overeenstemming ten aanzien van de vervangen norm vervalt, de door de Europese normalisatie-instituten vastgestelde datum van intrekking, maar gebruikers van de norm worden erop gewezen dat dit in bepaalde uitzonderlijke gevallen anders kan zijn.

Noot 2.1:

De nieuwe (of gewijzigde) norm heeft dezelfde werkingssfeer als de vervangen norm. Op de aangegeven datum vervalt het ten aanzien van de vervangen norm bestaande vermoeden van overeenstemming met de essentiële eisen van de richtlijn.

Noot 2.2:

De nieuwe norm heeft een ruimere werkingssfeer dan de vervangen normen. Op de aangegeven datum vervalt het ten aanzien van de vervangen normen bestaande vermoeden van overeenstemming met de essentiële eisen van de richtlijn.

Noot 2.3:

De nieuwe norm heeft een beperktere werkingssfeer dan de vervangen norm. Op de aangegeven datum vervalt het ten aanzien van de (gedeeltelijk) vervangen norm bestaande vermoeden van overeenstemming met de essentiële eisen van de richtlijn voor de producten die binnen de werkingssfeer van de nieuwe norm vallen. Het vermoeden van overeenstemming met de essentiële eisen van de richtlijn voor producten die binnen de werkingssfeer van de (gedeeltelijk) vervangen norm vallen maar niet binnen de werkingssfeer van de nieuwe norm vallen, blijft bestaan.

Noot 3:

In het geval van wijzigingsbladen is de norm waarnaar verwezen wordt EN CCCCC:YYYY, de voorafgaande wijzigingsbladen, indien die er zijn, en het nieuw genoemde wijzigingsblad. De vervangen norm (kolom 3) bestaat daarom uit EN CCCCC:YYYY en de voorafgaande wijzigingsbladen, indien die er zijn, maar zonder het nieuw genoemde wijzigingsblad. Op genoemde datum eindigt het vermoeden van overeenstemming met de essentiële eisen van de richtlijn van de vervangen norm.

Waarschuwing:

Iedere informatie betreffende de beschikbaarheid van de normen kan verkregen worden ofwel bij de Europese normalisatie-instellingen ofwel bij de nationale normalisatie-instellingen waarvan de lijst een bijlage is bij de Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad 98/34/EG gewijzigd door Richtlijn 98/48/EG.

De publicatie van de referenties in het Publicatieblad van de Europese Unie houdt niet in dat de normen beschikbaar zijn in alle talen van de Gemeenschap.

Deze lijst vervangt de vorige lijsten die in het Publicatieblad van de Europese Unie gepubliceerd werden. De Commissie zal er zorg voor dragen dat de huidige lijst regelmatig wordt bijgewerkt.

Meer informatie kunt u vinden op Europa:

http://ec.europa.eu/enterprise/newapproach/standardization/harmstds/


(1)  ENO: Europese Normalisatie Organisatie:

CEN: Avenue Marnix 17, B-1000, Brussels, Tel. +32 2 5500811; fax +32 2 5500819 (http://www.cen.eu)

CENELEC: Avenue Marnix 17, B-1000, Brussels, Tel. +32 2 5196871; fax +32 2 5196919 (http://www.cenelec.org)

ETSI: 650, route des Lucioles, F-06921 Sophia Antipolis, Tel. +33 492 944200; fax +33 493 654716,(http://www.etsi.eu)


30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/7


Bijwerking van de lijst van grensdoorlaatposten bedoeld in artikel 2, punt 8, van Verordening (EG) Nr. 562/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) (PB C 316 van 28.12.2007, blz. 1; PB C 134 van 31.5.2008, blz. 16; PB C 177 van 12.7.2008, blz. 9; PB C 200 van 6.8.2008, blz. 10; PB C 331 van 31.12.2008, blz. 13; PB C 3 van 8.1.2009, blz. 10; PB C 37 van 14.2.2009, blz. 10, PB C 64 van 19.3.2009, blz. 20)

2009/C 99/05

De publicatie van de lijst van grensdoorlaatposten bedoeld in artikel 2, punt 8, van Verordening (EG) nr. 562/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) is gebaseerd op de informatie die door de lidstaten aan de Commissie is verstrekt overeenkomstig artikel 34 van de Schengengrenscode.

Naast de publicatie in het PB is een maandelijkse actualisering beschikbaar op de website van het directoraat-generaal Justitie, vrijheid en veiligheid.

FRANKRIJK

Wijziging van de informatie die is gepubliceerd in PB C 37 van 14.2.2009

Luchthavens

Nieuwe grensdoorlaatpost:

Albert-Bray


V Bekendmakingen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Raad en Commissie

30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/8


DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE EUROPESE COMMISSIE

Aankondiging van vergelijkend onderzoek

Ref. CONS-COMM/AD/433

Hoofd administratieve eenheid (AD 12) op het gebied van vertaling voor de Ierse taal

2009/C 99/06

Het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie organiseren een algemeen vergelijkend onderzoek op basis van schriftelijke bewijsstukken en examens om een reservelijst voor hoofd administratieve eenheid (AD 12) op het gebied van vertaling voor de Ierse taal aan te leggen.

Het profiel vereist twaalf jaar beroepservaring, waarvan in het bijzonder minimaal drie jaar op het gebied van management.

Deze vacature wordt uitsluitend in het Engels en het Iers bekendgemaakt. De volledige tekst staat in deze beide talen in Publicatieblad C 99 A van 30 april 2009.

Deze vacature staat ook op de internetsite van de Raad:

http:/www.consilium.europa.eu/contacten/vacatures

De uiterste datum voor de indiening van de kandidaturen is 3 juni 2009 (als datum geldt die van het poststempel).


GERECHTELIJKE PROCEDURES

EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

EVA-Hof

30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/9


ARREST VAN HET HOF

van 29 oktober 2008

in zaak E-2/08

Toezichthoudende Autoriteit van de EVA t. IJsland

(Niet-nakoming van verplichtingen door een overeenkomstsluitende partij — Richtlijn 2004/26/EG inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines)

2009/C 99/07

In zaak E-2/08, Toezichthoudende Autoriteit van de EVA tegen IJsland – VERZOEK om een verklaring dat de Republiek IJsland, door niet binnen de voorgeschreven termijn de nodige maatregelen goed te keuren, of de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA geen kennisgeving te hebben gedaan van de goedkeuring van de nodige maatregelen tot tenuitvoerlegging van het besluit waarnaar is verwezen in punt 1a van hoofdstuk XXIV van bijlage II bij de EER-Overeenkomst, namelijk Richtlijn 2004/26/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot wijziging van Richtlijn 97/68/EG, zoals aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarop, in gebreke is gebleven te voldoen aan haar verplichtingen krachtens artikel 3 van dit besluit en artikel 7 van de EER-Overeenkomst, heeft het Hof, samengesteld uit Carl Baudenbacher, voorzitter, Henrik Bull, rechter-rapporteur, en Thorgeir Örlygsson, rechter, op 29 oktober 2008 een arrest gewezen, waarvan het dictum als volgt luidt:

1.

Verklaart dat de Republiek IJsland, door niet binnen de voorgeschreven termijn de nodige maatregelen goed te keuren tot tenuitvoerlegging van het besluit waarnaar is verwezen in punt 1a van hoofdstuk XXIV van bijlage II bij de EER-Overeenkomst, namelijk Richtlijn 2004/26/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot wijziging van Richtlijn 97/68/EG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines, zoals aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 hierop, in gebreke is gebleven te voldoen aan haar verplichtingen krachtens artikel 3 van dit besluit en artikel 7 van de EER-Overeenkomst.

2.

Verwijst de Republiek IJsland in de kosten van de procedure.


30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/10


Beroep tegen het Vorstendom Liechtenstein, ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 1 april 2009

(Zaak E-3/09)

2009/C 99/08

Op 1 april 2009 werd bij het EVA-Hof tegen het Vorstendom Liechtenstein beroep ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, vertegenwoordigd door Bjørnar Alterskjær en Ólafur Jóhannes Einarsson, optredend als gemachtigden van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, Belliardstraat 35, B-1040 Brussel.

De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA vraagt het EVA-Hof vast te stellen dat:

1.

het Vorstendom Liechtenstein, door het niet binnen de gestelde termijn goedkeuren of kennis geven aan de Autoriteit van de maatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het besluit waarnaar onder meer wordt verwezen in punt 7b van bijlage IX bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (Richtlijn 2005/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2005 betreffende herverzekering en houdende wijziging van Richtlijnen 73/239/EEG en 92/49/EEG van de Raad en van Richtlijnen 98/78/EG en 2002/83/EG), zoals aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol nr. 1 daarbij, zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 64, lid 1, van dat besluit en uit hoofde van artikel 7 van de EER-Overeenkomst niet is nagekomen

alsmede dat

2.

het Vorstendom Liechtenstein in de kosten van deze procedure wordt verwezen.

Feiten en argumenten:

Deze zaak heeft betrekking op de niet-omzetting van een herverzekeringsrichtlijn.

De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA voert aan dat het Vorstendom Liechtenstein geen aanwijzing heeft gegeven van het feit dat het de richtlijn in Liechtensteins recht heeft omgezet.

De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA voert aan dat het Vorstendom Liechtenstein niet heeft betwist dat het de richtlijn niet heeft omgezet.


30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/11


ARREST VAN HET HOF

van 29 oktober 2008

in zaak E-3/08

Toezichthoudende Autoriteit van de EVA t IJsland

(In gebreke blijven van een overeenkomstsluitende partij zich aan haar verplichtingen te houden — Verordening (EG) nr. 648/2004 betreffende detergentia)

2009/C 99/09

In zaak E-3/08 heeft de Republiek IJsland zich, door in gebreke te blijven de maatregelen te nemen die noodzakelijk zijn om de Verordening waarnaar wordt verwezen in punt 12u van hoofdstuk XV van Bijlage II bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (Verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende detergentia, aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarbij) binnen de voorgeschreven termijn in zijn interne rechtsorde op te nemen, niet aan zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 7 van de EER-Overeenkomst heeft gehouden, en heeft het Hof, samengesteld uit Carl Baudenbacher, voorzitter, Henrik Bull, rechter-rapporteur, en Thorgeir Örlygsson, rechter, op 29 oktober 2008 een arrest gewezen, waarvan het dictum als volgt luidt:

1.

Verklaart dat de Republiek IJsland zich in zaak E-3/08, door in gebreke te blijven de maatregelen te nemen die noodzakelijk zijn om de Verordening waarnaar wordt verwezen in punt 12u van hoofdstuk XV van Bijlage II bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (Verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende detergentia, aangepast aan de EER-Overeenkomstbij Protocol 1 daarbij) binnen de voorgeschreven termijn in zijn interne rechtsorde op te nemen, niet aan zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 7 van de EER-Overeenkomst heeft gehouden.

2.

Verwijst de Republiek IJsland in de kosten van de procedure.


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Commissie

30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/12


Her-aanmelding van een eerder aangemelde concentratie

(Zaak nr. COMP/M.5454 — DSV/vesterhavet/DFDS)

(Voor de EER relevante tekst)

2009/C 99/10

1.

Op 30 januari 2009 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat Vesterhavet A/S („Vesterhavet”, Denemarken) en DSV A/S („DSV”, Denemarken), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van genoemde verordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over DFDS A/S („DFDS”, Denemarken) door de verwerving van aandelen.

2.

Deze aanmelding is onvolledig verklaard op 20/02/2009. De betrokken ondernemingen hebben nu de vereiste nadere gegevens verstrekt. De aanmelding is volledig geworden in de zin van artikel 10, lid 1 van Verordening (EG) Nr. 139/2004 van de Raad op 20 april 2009.

3.

De Commissie verzoekt belanghebbende derden haar hun eventuele opmerkingen ten aanzien van de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen de Commissie per fax (nr. +32/2/2964301 of nr. +32/2/2967244) of per post, onder vermelding van referentie nummer COMP/M.5454 - DSV/vesterhavet/DFDS, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/13


Mededeling van de minister van Economische Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden op grond van artikel 3, lid 2, van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen.

2009/C 99/11

De minister van Economische Zaken deelt mee dat een aanvraag voor een winningsvergunning voor koolwaterstoffen is ontvangen voor een gebied dat ligt in de provincie Friesland, waarbij het lijnstuk tussen de punten 3 en 4 samenvalt met de westelijke begrenzing van de winningsvergunning „Gorredijk”.

De coördinaten van het aangevraagde gebied worden als volgt omschreven:

 

X

Y

Punt 1

174 450,00

559 650,00

Punt 2

179 900,00

560 750,00

Punt 3

183 450,00

561 231,79

Punt 4

172 746,50

545 447,70

Punt 5

167 525,00

550 570,00

De coördinaten zijn weergegeven volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting.

Het aangevraagde gebied heeft een oppervlakte van 104,6 km2.

De minister van Economische Zaken nodigt hierbij eenieder uit tot het indienen van een concurrerende aanvraag voor een winningsvergunning voor koolwaterstoffen voor het aangevraagde gebied, onder verwijzing naar de in de aanhef genoemde Richtlijn en artikel 15 van de Mijnbouwwet (Stb. 2002, 542).

De minister van Economische Zaken is voor de verlening van de vergunning bevoegd gezag. De criteria, voorwaarden en eisen, genoemd in de artikelen 5.1, 5.2 en 6.2 van de hierboven genoemde Richtlijn, zijn uitgewerkt in de Mijnbouwwet (Stb. 2002, 542).

Aanvragen kunnen worden ingediend gedurende 13 weken na de publicatie van deze uitnodiging in het Publicatieblad van de Europese Unie en dienen gericht te zijn aan:

De minister van Economische Zaken

ter attentie van drs.

J.C. De Groot,

directeur Energiemarkt

ALP A/562

Postbus 20101,

2500 EC Den Haag

Nederland

Aanvragen die na afloop van deze termijn zijn ontvangen, zullen niet in behandeling worden genomen.

De beslissing op de aanvragen wordt uiterlijk twaalf maanden na afloop van deze termijn genomen.

Nadere informatie is verkrijgbaar onder telefoonnummer: +31 70 379 7382 (contactpersoon: P.C. de Regt).


30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/14


Mededeling van de minister van Economische Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden op grond van artikel 3, lid 2, van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen

2009/C 99/12

De minister van Economische Zaken deelt mee dat een aanvraag voor een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen is ontvangen voor blok F12 zoals is aangegeven op de kaart, die als bijlage 3 is gevoegd bij de Mijnbouwregeling (Stcrt. 2002, nr. 245).

De minister van Economische Zaken nodigt hierbij eenieder uit tot het indienen van een concurrerende aanvraag voor een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen voor blok F12 van het Nederlands continentaal plat, onder verwijzing naar de in de aanhef genoemde Richtlijn en artikel 15 van de Mijnbouwwet (Stb. 2002, 542).

De minister van Economische Zaken is voor de verlening van de vergunning bevoegd gezag. De criteria, voorwaarden en eisen, genoemd in de artikelen 5.1, 5.2 en 6.2 van de hierboven genoemde Richtlijn, zijn uitgewerkt in de Mijnbouwwet (Stb. 2002, 542).

Aanvragen kunnen worden ingediend gedurende 13 weken na de publicatie van deze uitnodiging in het Publicatieblad van de Europese Unie en dienen gericht te zijn aan:

De minister van Economische Zaken

ter attentie van drs.

J.C. De Groot,

Directeur Energiemarkt

ALP A/562

Postbus 20101,

2500 EC Den Haag

NEDERLAND

Aanvragen die na afloop van deze termijn zijn ontvangen, zullen niet in behandeling worden genomen.

De beslissing op de aanvragen wordt uiterlijk twaalf maanden na afloop van deze termijn genomen.

Nadere informatie is verkrijgbaar bij dhr. P.C. de Regt, onder telefoonnummer: +31 70 379 7382.


30.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 99/15


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.5417 — Mubadala/General Electric/JV)

Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

2009/C 99/13

1.

Op 23 april 2009 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat General Electric Company („GE”, Verenigde Staten) en Mubadala Development Company PJSC („Mubadala”, Emiraat van Abu Dhabi, Verenigde Arabische Emiraten), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van genoemde verordening, de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over een volwaardige gemeenschappelijke onderneming („JV”, Emiraat van Abu Dhabi, Verenigde Arabische Emiraten), door de verwerving van aandelen in een nieuw opgerichte vennootschap die een gemeenschappelijke onderneming is

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

GE: diverse technologieën en diensten;

Mubadala: directe investeringen;

JV: wereldwijde financiële dienstverlening en creatie, verwerving en beheer van commerciële financiële activa.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 139/2004 kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (32-2) 296 43 01 of 296 72 44) of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.5417 — Mubadala/General Electric/JV, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

1049 Brussel/België.

BELGIQUE/BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.

(2)  PB C 56 van 5.3.2005, blz. 32.