ISSN 1725-2474

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 298

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

50e jaargang
11 december 2007


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2007/C 298/01

Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt

1

2007/C 298/02

Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 1 )

4

2007/C 298/03

Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 1 )

5

2007/C 298/04

Mededeling van de Commissie aan de katoentelers

7

2007/C 298/05

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.4828 — Owens Corning/Saint Gobain Vetrotex) ( 1 )

8

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2007/C 298/06

Wisselkoersen van de euro

9

 

V   Bekendmakingen

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Commissie

2007/C 298/07

Steunmaatregelen van de staten — Polen — Steunmaatregel C 43/07 (ex N 64/07) — Herstructureringssteun voor Huta Stalowa Wola — BIS — Uitnodiging overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag opmerkingen te maken ( 1 )

10

2007/C 298/08

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.5000 — Metinvest/Trametal/Spartan) — Zaak die in aanmerking komt voor de vereenvoudigde procedure ( 1 )

19

2007/C 298/09

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.4957 — Perstorp Holding/Solvay Interox (caprolactonenfabriek)) ( 1 )

20

 

ANDERE BESLUITEN

 

Commissie

2007/C 298/10

Bekendmaking van een wijzigingsverzoek overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

21

2007/C 298/11

Bekendmaking van een wijzigingsverzoek overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

28

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/1


Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag

Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt

(2007/C 298/01)

Datum waarop het besluit is genomen

22.3.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 518/06

Lidstaat

Tsjechië

Regio

Liberecký

Benaming (en/of naam van de begunstigde)

Hospodaření v lesích na území Libereckého kraje

Rechtsgrond

Zákon č. 289/1995 Sb. o lesích a o změně a doplnění některých zákonů

Zásady pro poskytování finančních příspěvků na hospodaření v lesích z rozpočtu Libereckého kraje a způsobu kontroly jejich využití

Aard van de maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Steun voor de bosbouw

Vorm waarin de steun wordt verleend

Rechtstreekse subsidie

Begrotingsmiddelen

De jaarlijkse begroting bedraagt: 25 mln CZK

De totale begroting bedraagt: 175 mln CZK

Steunintensiteit

Tot 100 %

Looptijd

1.1.2007-31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Landbouw (Bosbouw)

Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent

Krajský úřad Libereckého kraje, odbor RVZŽP

U Jezu 642/2a

CZ-461 80 Liberec 2

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

13.12.2006

Nummer van de steunmaatregel

N 594/06

Lidstaat

Tsjechië

Regio

Zlín

Benaming (en/of naam van de begunstigde)

Bosbeheer in de Zlín regio

Rechtsgrond

1)

Zákon č. 129/2000 Sb. o krajích § 36 odst. 1 písm c);

2)

Závazná pravidla pro poskytování finančních příspěvků na hospodaření v lesích na území Zlínského kraje

Aard van de maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Steun voor de bosbouwsector

Vorm waarin de steun wordt verleend

Rechtstreekse subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal: 150 000 000 CZK (ongeveer 5 342 641 EUR)

Steunintensiteit

Tot 80 %

Looptijd

1.1.2007-31.12.2012

Betrokken economische sector(en)

Landbouw (Bosbouw)

Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent

Zlínský kraj

Třída Tomáše Bati 21

CZ-761 901 Zlín

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

27.4.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 90/07

Lidstaat

Litouwen

Regio

Benaming (en/of naam van de begunstigde)

UAB Žemės ūkio paskolų garantijų fondo garantijos kredito įstaigoms už teikiamus kreditus

Rechtsgrond

Lietuvos Respublikos žemės ūkio ir kaimo plėtros įstatymas (Žin., 2002, Nr. 72-3009),

Lietuvos Respublikos valstybės skolos įstatymas (Žin., 1996, Nr. 86-2045; 2004, Nr. 4-31; 2005, Nr. 83-3041),

Lietuvos Respublikos Finansų įstaigų įstatymas (Žin., 2002, Nr. 91-3891; 2004, Nr. 54-1828),

Lietuvos Respublikos Vyriausybės 1997 m. rugpjūčio 22 d. nutarimas Nr. 912 „Dėl Žemės ūkio paskolų garantijų fondo“ (Žin., 1997, Nr. 79-2009; 2003, Nr. 57-2542; 2005, Nr. 78-2825; Nr. 105-3874 ),

Lietuvos Respublikos Vyriausybės 1997 m. rugpjūčio 22 d. nutarimo Nr. 912 „Dėl Žemės ūkio paskolų garantijų fondo“ pakeitimo projektas

Aard van de maatregel

Geen steunmaatregel

Doelstelling

Sectorale ontwikkeling

Vorm waarin de steun wordt verleend

Begrotingsmiddelen

Niet gespecifieerd

Steunintensiteit

Looptijd

Tot en met 31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Landbouw

Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent

Lietuvos Respublikos žemės ūkio ministerija

Gedimino pr. 19

LT-01103 Vilnius

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/


11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/4


Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag

Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 298/02)

Datum waarop het besluit is genomen

23.10.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 508/07

Lidstaat

De Helleense Republiek

Regio

Benaming (en/of naam van de begunstigde)

Kratiki enischysi N/508/07 — Ellada — Ergo autokinitodromos Ionia Odos apo Antirrio eos Ioannina, autokinitodromos PATHE apo Athina (Α.Κ. Metamorfosis) eos Maliako (Skarfeia) kai syndetirios klados Schimatari — Halkida tou PATHE

Κρατική ενίσχυση N/508/07 — Ελλάδα — Έργο αυτοκινητόδρομος Ιωνία Οδός από Αντίρριο έως Ιωάννινα, αυτοκινητόδρομος ΠΑΘΕ από Αθήνα (Α.Κ. Μεταμόρφωσης) έως Μαλιακό (Σκάρφεια) και συνδετήριος κλάδος Σχηματάρι — Χαλκίδα του ΠΑΘΕ

Rechtsgrondslag

Νόμος 3555/2007 (GG A 81/18-04-2007)

Type maatregel

Steun ad hoc

Doelstelling

Bouw van infrastructuur

Vorm

Subsidie

Begrotingsmiddelen

330 mln EUR

Steunintensiteit

Looptijd

Tot april 2014

Betrokken economische sectoren

Vervoer

Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/


11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/5


Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag

Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 298/03)

Datum waarop het besluit is genomen

11.9.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 6/07

Lidstaat

Polen

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Pomoc horyzontalna na inwestycje związane z odnawialnymi źródłami energii (PL 10/2004)

Rechtsgrondslag

Art. 405 Ustawy z 27 kwietnia 2001 r. Prawo ochrony środowiska (Dz.U. z 2006. nr 129 poz. 902, nr 169, poz. 1199 i nr 170, poz. 1217) Rozporządzenie RM z 27 kwietnia 2004 r. w sprawie szczegółowych warunków udzielania pomocy publicznej na inwestycje związane z odnawialnymi źródłami energii służące ochronie wód przed zanieczyszczeniem (Dz.U. nr 98, poz. 996 oraz z 2005 nr 214, poz. 1800)

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Milieubescherming

Vorm van de steun

Directe subsidie, rentesubsidie, schuldkwijtschelding

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 50 mln EUR

Maximale steunintensiteit

70 %

Looptijd

1.1.2007-31.12.2012

Economische sectoren

Alle sectoren

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Narodowy Fundusz Ochrony Środowiska i Gospodarki Wodnej, PL-02-673 Warszawa, ul. Konstruktorska 3a oraz wojewódzkie fundusze ochrony środowiska i gospodarki wodnej

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

23.10.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 442/07

Lidstaat

Italië

Regio

Veneto

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Banda larga nelle aree marginali della Regione del Veneto

Rechtsgrondslag

D.Lgs 01.08.03, n. 259; D.Lgs 07.03.05, n. 82; D.G.R. n. 1660 05.06.07; D.D.R. n. 89 23.07.07; attuazione D.G.R. n. 1660 05.06.07

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Sectorale ontwikkeling

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 6,87 mln EUR

Maximale steunintensiteit

75 %

Looptijd

2007-2010

Economische sectoren

Beperkt tot de post- en telecommunicatiediensten

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Regione del Veneto, Direzione Sistema Informatico

Via Pacinotti, 4

I-30175 Venezia Marghera

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

30.10.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 564/07

Lidstaat

Spanje

Regio

Madrid

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Ayudas a la producción de cortometrajes — Madrid — modificación de la ayuda N 415/06

Rechtsgrondslag

Ley no 2/95, de 8 de marzo, de Subvenciones de la Comunidad de Madrid; Ley no 38/2003 de 17 de noviembre, General de Subvenciones (Ley Estatal); Orden por la que se establecen las bases reguladores para la concesión de ayudas a empresas privadas dedicadas al sector audiovisual y cinematográfico; Proyecto de orden de la Consejería de Cultura y Turismo, por la que se convocan ayudas a la producción cinematográfica para el año 2008

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Cultuurbevordering

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Voorziene jaarlijkse uitgaven: 0,4 mln EUR

Totaal van de voorziene steun: 0,4 mln EUR

Maximale steunintensiteit

100 %

Looptijd

30.11.2007-28.11.2008

Economische sectoren

Beperkt tot recreatie, cultuur en sport

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Consejería de Cultura y Turismo de Madrid

Calle Caballero de Gracia, 132

E-28013 Madrid

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/


11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/7


Mededeling van de Commissie aan de katoentelers

(2007/C 298/04)

De Commissie vestigt de aandacht van de katoentelers in de Gemeenschap erop dat zij op 9 november 2007 een voorstel heeft aangenomen voor een verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, wat de steunregeling voor katoen betreft.


11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/8


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.4828 — Owens Corning/Saint Gobain Vetrotex)

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 298/05)

Op 26 oktober 2007 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://ec.europa.eu/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32007M4828. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving (http://eur-lex.europa.eu).


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/9


Wisselkoersen van de euro (1)

10 december 2007

(2007/C 298/06)

1 euro=

 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,4718

JPY

Japanse yen

164,53

DKK

Deense kroon

7,4607

GBP

Pond sterling

0,7195

SEK

Zweedse kroon

9,4182

CHF

Zwitserse frank

1,6557

ISK

IJslandse kroon

90,24

NOK

Noorse kroon

7,992

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CYP

Cypriotische pond

0,585274

CZK

Tsjechische koruna

25,998

EEK

Estlandse kroon

15,6466

HUF

Hongaarse forint

251,61

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,6979

MTL

Maltese lira

0,4293

PLN

Poolse zloty

3,5749

RON

Roemeense leu

3,5175

SKK

Slowaakse koruna

33,068

TRY

Turkse lira

1,719

AUD

Australische dollar

1,6707

CAD

Canadese dollar

1,48

HKD

Hongkongse dollar

11,4755

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,892

SGD

Singaporese dollar

2,1188

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 359,65

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

9,8282

CNY

Chinese yuan renminbi

10,8843

HRK

Kroatische kuna

7,312

IDR

Indonesische roepia

13 637,7

MYR

Maleisische ringgit

4,8849

PHP

Filipijnse peso

61,109

RUB

Russische roebel

35,951

THB

Thaise baht

44,588


(1)  

Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


V Bekendmakingen

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Commissie

11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/10


STEUNMAATREGELEN VAN DE STATEN — POLEN

Steunmaatregel C 43/07 (ex N 64/07) — Herstructureringssteun voor Huta Stalowa Wola — BIS

Uitnodiging overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag opmerkingen te maken

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 298/07)

De Commissie heeft Polen bij schrijven van 10 oktober 2007, dat na deze samenvatting in de authentieke taal is weergegeven, in kennis gesteld van haar besluit tot inleiding van de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag ten aanzien van de bovengenoemde steunmaatregel.

Belanghebbenden kunnen hun opmerkingen over de betrokken steunmaatregel ten aanzien waarvan de Commissie de procedure inleidt, maken door deze binnen één maand vanaf de datum van deze bekendmaking te zenden aan:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie staatssteun

Rue de la Loi/Wetstraat, 200

B-1049 Brussel

Fax (32-2) 296 12 42

Deze opmerkingen zullen ter kennis van Polen worden gebracht. Een belanghebbende die opmerkingen maakt, kan, met opgave van redenen, schriftelijk verzoeken om vertrouwelijke behandeling van zijn identiteit.

TEKST VAN DE SAMENVATTING

PROCEDURE

Op 20 december 2006 heeft de Commissie een beschikking gegeven waarbij zij herstructureringssteun ten gunste van Huta Stalowa Wola S.A. (hierna „HSW”) heeft goedgekeurd op basis van het herstructureringsplan van februari 2006, dat Polen in maart 2006 had aangemeld. De Poolse autoriteiten hebben een aangepaste versie van het plan, die dateerde van november 2006, aangemeld op 2 februari 2007, d.w.z. nadat de oorspronkelijke eindbeschikking was aangenomen.

BESCHRIJVING VAN DE BEGUNSTIGDE EN VAN DE WIJZIGINGEN IN HET HERSTRUCTURERINGSPLAN

HSW is de begunstigde van de steun en de moedermaatschappij van de in Stalowa Wola gevestigde HSW capital Group. In 1991 werd zij een vennootschap op aandelen. De staat, tezamen met ARP, heeft bijna 87,6 % (1) van de aandelen in handen, 4,7 % is in het bezit van de werknemers, en het belang van de overige aandeelhouders — zowel de particuliere als de openbare — is voor geen van alleen meer dan 3 %. HSW vervaardigt machines en werktuigen voor de bouwsector en militaire uitrusting. Zij is evenwel geen staalproducent.

De voornaamste aangemelde wijziging in het herstructureringsplan bestaat in een swap van schuld tegen deelnemingen: HSW zal twee leningen, die door ARP voor de toetreding waren toegekend, en de intrest op deze leningen, niet hoeven terug te betalen; in plaats daarvan zal ARP de nominale waarde van de schulden omzetten in aandelen en zo een aandeelhouder van HSW worden. Door deze transactie verandert de vorm van de staatssteun, aangezien HSW, in plaats van 97,9 miljoen PLN (oorspronkelijk twee leningen van in totaal 75 miljoen PLN met 22,9 miljoen PLN rente) aan ARP terug te betalen, aandelen voor een bedrag van 75 miljoen PLN heeft geëmitteerd, welke aandelen door ARP werden overgenomen. ARP heeft de swap reeds verricht zonder de stand-still-clausule in acht te nemen.

BEOORDELING

Aangezien Polen noch tijdens de open formele procedure de aangepaste versie van het herstructureringsplan, die reeds begin november 2006 bestond, bij de Commissie heeft aangemeld, noch de Commissie heeft meegedeeld dat er een nieuwe versie op stapel stond, kan de Commissie de beschikking herroepen, omdat deze op onjuiste informatie is gebaseerd.

Op basis van de oorspronkelijke gunstige eindbeschikking en gezien de aangemelde wijzigingen van het herstructureringsplan, stelde de Commissie vast dat een aantal maatregelen ten behoeve van de begunstigde genomen waren voor de toetreding van Polen tot de Europese Unie, en dat deze niet meer van toepassing zijn na de toetreding. De Commissie is niet bevoegd om de verenigbaarheid van deze maatregeling overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag te beoordelen. Bovendien meent de Commissie dat de overige maatregelen niet voor de toetreding waren toegekend en momenteel nog steeds niet zijn verleend. Bijgevolg kunnen zij worden gelijk gesteld met aangemelde steun.

Volgens de Commissie vormen deze maatregelen staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag. De Commissie heeft deze steun beoordeeld op basis van de richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden van 2004.

De Commissie heeft besloten de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden, omdat zij betwijfelt of voldaan is aan alle voorwaarden om de herstructureringssteun goed te keuren, en in het bijzonder of

de herstructureringsplannen zullen leiden tot een herstel van de levensvatbaarheid op lange termijn van de begunstigde, aangezien de begunstigde blootgesteld is aan grote risico's met betrekking tot valutaschommelingen;

vervalsing van de concurrentie wordt vermeden, aangezien de voorgenomen of reeds uitgevoerde compenserende maatregelen onvoldoende lijken indien de Commissie vaststelt dat het steunbedrag werd verhoogd of dat de steun de concurrentie nog sterker verstoort;

de steun beperkt is tot het noodzakelijke minimum, aangezien de Poolse autoriteiten niet voldoende aangetoond hebben of de extra kasstroom die voortvloeit uit de swap-transactie noodzakelijk is.

Polen werd verzocht aanvullende informatie te verstrekken om deze twijfels weg te nemen.

TEKST VAN DE BRIEF

„Komisja pragnie poinformować Polskę, że po przeanalizowaniu informacji dostarczonych przez polskie władze w kwestii modyfikacji planu restrukturyzacji, o którym mowa powyżej, podjęła decyzję o wszczęciu procedury ustanowionej w art. 88 ust. 2 Traktatu WE.

I.   PROCEDURA

(1)

W dniu 20 grudnia 2006 r. Komisja podjęła decyzję o zatwierdzeniu pomocy restrukturyzacyjnej na rzecz Huty Stalowa Wola S.A. (zwanej dalej »HSW«) (2). Analiza Komisji wykazała, że cześć pomocy została udzielona przed datą przystąpienia Polski do UE, a część po tej dacie.

(2)

Komisja podjęła pozytywną decyzję (»decyzja pierwotna«) na podstawie planu restrukturyzacji z lutego 2006 r. (»plan lutowy«), przedłożonego przez Polskę w dniu 9 marca 2006 r. Polskie władze zgłosiły zaktualizowaną wersję planu z listopada 2006 r. (»plan listopadowy«) w dniu 2 lutego 2007 r., tzn. już po przyjęciu decyzji pierwotnej. Polskie władze utrzymują, że z przyczyn administracyjnych nie były w stanie zgłosić modyfikacji planu wcześniej (3). Komisja zwraca uwagę na fakt, że podczas pierwotnego formalnego postępowania wyjaśniającego, polskie władze nie ostrzegły Komisji o przygotowywanych lub już przyjętych modyfikacjach planu. Komisja przyjmuje, że polskie władze były informowane o opracowaniu i przyjęciu planu z listopada 2006 r., ponieważ Minister — Skarbu Państwa jest jednym z członków rady nadzorczej spółki.

(3)

W dniu 29 marca 2007 r. Komisja zwróciła się o dodatkowe informacje na temat zmian w planie restrukturyzacji, które polskie władze przedłożyły w dniu 30 kwietnia 2007 r. W dniu 21 maja 2007 r. Komisja zwróciła się do polskich władz o dalsze informacje. Polskie władze przedłożyły je w dniu 5 czerwca 2007 r. Dnia 7 czerwca 2007 r. w Brukseli odbyło się spotkanie służb Komisji, polskich władz i zarządu HSW. Po spotkaniu Komisja przesłała polskim władzom w dniu 22 czerwca 2007 r. pismo z prośbą o przekazanie dodatkowych informacji. Polskie władze przesłały odpowiedź w piśmie z dnia 13 lipca 2007 r.Komisja kolejny raz zwróciła się o informacje w dniu 13 września 2007 r. i otrzymała odpowiedź polskich władz w dniu 19 września 2007 r.

II.   OPIS BENEFICJENTA ORAZ ZMIAN W PLANIE RESTRUKTURYZACJI

II.1.   Beneficjent

(4)

Beneficjent pomocy — HSW S.A. — jest spółką dominującą w grupie kapitałowej HSW z siedzibą w Stalowej Woli, położonej w województwie podkarpackim. Region ten kwalifikuje się do objęcia pomocą na podstawie art. 87 ust. 3 lit. a) Traktatu WE. Spółki wchodzące w skład grupy kapitałowej HSW dostarczają sobie wzajemnie materiały i usługi.

(5)

W 1995 r. dawna spółka zależna HSW, Dressta Sp. z o.o., podpisała z HSW 12-letnią umowę, na mocy której Dressta Sp. z o.o. przejęła na ten okres licencje oraz składniki majątku związane ze sprzedażą produktów HSW na rynkach zagranicznych. Plan listopadowy przewidywał, że w dniu 1 lipca 2007 r. dojdzie do połączenia Dressta Sp. z o.o. i HSW.

(6)

HSW została założona w 1937 r. i początkowo produkowała armaty oraz stal szlachetną. Huta nie jest jednak producentem stali. W 1991 r. została przekształcona w spółkę akcyjną. Blisko 87,6 % (4) akcji znajduje się w posiadaniu Skarbu Państwa i Agencji Rozwoju Przemysłu S.A. (zwanej dalej »ARP«), 4,7 % należy do pracowników, a pozostałe do akcjonariuszy, zarówno prywatnych jak i publicznych, przy czym żaden z nich nie posiada więcej niż 3 % akcji. HSW jest producentem sprzętu i maszyn budowlanych oraz sprzętu wojskowego.

(7)

Do zakończenia restrukturyzacji w styczniu 2008 r. HSW zamierza ograniczyć zatrudnienie, które w pod koniec roku 2002 wynosiło 3 173 pracowników, do poziomu 2 378 pracowników (5).

(8)

Głównymi konkurentami HSW są: Caterpillar Inc., Komatsu, Volvo CE, Terex, Case New Holland (CNH), JCB, Liebherr, Centrum Maszyn Budowlanych (CMB) oraz John Deere. Na rynku światowym największą rolę odgrywają dwa przedsiębiorstwa — Caterpillar i Komatsu. Najważniejszym rynkiem sprzedaży pod względem chłonności i wielkości jest rynek północnoamerykański, a zwłaszcza USA.

II.2.   Zmiany w planie restrukturyzacji

(9)

Polskie władze poinformowały Komisję o zmianach w planie restrukturyzacji, które, zdaniem polskich władz, nie powinny wpłynąć na kwotę pomocy państwa oraz pozostają w zgodności z pkt 52 Wytycznych wspólnotowych dotyczących pomocy państwa w celu ratowania i restrukturyzacji zagrożonych przedsiębiorstw (6) (»wytyczne«). Główna modyfikacja polega na zmianie formy pomocy. Inne zmiany polegają na odroczeniu procesu restrukturyzacji organizacyjnej oraz decyzji o przeprowadzeniu mniej ambitnego programu restrukturyzacji zatrudnienia. Zdaniem polskich władz, zmiany te spełniają wszystkie cztery kryteria zawarte w pkt 52.

Odroczenie procesu restrukturyzacji organizacyjnej

—   Połączenie HSW z HSW-Trading

(10)

Polskie władze podkreśliły, że jednym z zasadniczych problemów, z którymi boryka się spółka, jest przestarzała struktura organizacyjna. W celu rozwiązania tego problemu oddzielono część przedsiębiorstwa bezpośrednio związaną z produkcją (HSW-Trading) od części przeznaczonych na sprzedaż. W związku z tym HSW utworzyło tymczasową niezależną spółkę HSW-Trading. Zgodnie z planem lutowym spółki miały się połączyć w dniu 1 lipca 2006 r. W planie listopadowym polskie władze poinformowały Komisję, że do połączenia dojdzie w dniu 31 marca 2007 r.

—   Połączenie HSW z Dressta

(11)

Ponieważ HSW-Trading było również akcjonariuszem Dressta, odroczenie połączenia HSW z HSW-Trading opóźniło przejęcie Dressty przez HSW, co, zgodnie z planem listopadowym, miało nastąpić w dniu 1 lipca 2007 r.

Mniej ambitny program restrukturyzacji zatrudnienia

(12)

W planie listopadowym zmodyfikowano program restrukturyzacji zatrudnienia: w porównaniu z planem lutowym przewidziano mniejszą redukcję miejsc pracy. Plan listopadowy przewiduje zatrudnienie na poziomie 2 378 pracowników, podczas gdy w poprzedniej wersji była mowa o zmniejszeniu zatrudnienia do poziomu 2 100 pracowników. Zdaniem polskich władz wynika to z trudności związanych ze sprzedażą części spółki zajmujących się świadczeniem usług. Twierdzą one, że ta część działalności nie przynosi strat.

Konwersja zadłużenia na akcje

(13)

Najważniejsza zmiana przewidziana w planie restrukturyzacji polega na konwersji zadłużenia na kapitał zakładowy: HSW nie będzie musiała zwracać dwóch pożyczek udzielonych przez ARP w 2003 r. i 2004 r. ani odsetek od tych pożyczek (7) — zamiast tego ARP dokona konwersji nominalnego zadłużenia na akcje, stając się tym samym akcjonariuszem HSW. Komisja zwraca uwagę na fakt, że w decyzji pierwotnej uznano, że element pomocy zawarty w tych dwóch pożyczkach odpowiada 100 % kwoty głównej pożyczek, tzn. łącznie 75 mln PLN.

(14)

W planie lutowym, niezdyskontowana wartość środków pieniężnych przeznaczona na zwrot dwóch pożyczek udzielonych przez ARP została obliczona na 119 mln PLN.

(15)

Zdaniem polskich władz, do momentu konwersji pożyczek ARP na akcje HSW, z sumy 119 mln PLN beneficjent zwrócił ARP kwotę 21,1 mln PLN narosłych odsetek.

(16)

Nominalna kwota odsetek pozostałych do zwrotu w przypadku nieprzeprowadzenia konwersji wyniosłaby 22,9 mln PLN.

(17)

Operacja ta prowadzi do zmiany formy pomocy państwa, ponieważ HSW została zwolniona z obowiązku zwrotu na rzecz ARP kolejnych 97,9 mln PLN (dwie pierwotne pożyczki wynoszące łącznie 75 mln PLN oraz 22,9 niespłaconych odsetek), dzięki wyemitowaniu akcji na kwotę 75 mln PLN, które zostały przejęte przez ARP. Zdaniem polskich władz konwersja została przeprowadzona już w dniu 2 lipca 2007 r. Oznacza to, że doszło do naruszenia klauzuli zawieszającej (standtstill).

(18)

Powyższa konwersja zadłużenia na akcje prowadzi do uwolnienia aktywów, które służyły jako zabezpieczenie pożyczek. Tym samym poprawia się płynność finansowa beneficjenta, umożliwiając mu zaciąganie dalszych pożyczek i kredytów. W ujęciu rachunkowym, konwersja zadłużenia na kapitał ma niżej opisane skutki dla bilansu HSW. Beneficjent dysponuje większymi aktywami, ponieważ nie musi przeznaczać dostępnych środków finansowych na spłatę pożyczek. Zwiększyły się również pasywa w bilansie HSW, ponieważ w obecnej sytuacji pozycje bilansu dotyczące pożyczek nie »znikną« po spłacie tych ostatnich, ale zostaną zamienione na akcje. Konsekwencją tego kroku jest również wzrost udziału kapitału własnego w sumie bilansowej poprawiający wskaźnik zadłużenia oraz zdolność kredytową HSW, umożliwiając jej łatwiejsze pozyskiwanie nowych środków finansowych.

II.3.   Opis środków pomocy państwa

(19)

W decyzji pierwotnej przedstawiono różne środki w oparciu o wartości przedłożone przez polskie władze (wartości nominalne oraz kwota pomocy). W poniższych tabelach Komisja uwzględniła dodatkowo konwersję zadłużenia na akcje.

Tabela 1

Pomoc przyznana przed dniem 30 kwietnia 2004 r. (tys. PLN)

Nr

Podana data umowy lub decyzji

Organ przyznający pomoc

Forma pomocy

Kwota nominalna

Kwota pomocy

1.

12.12.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Umorzenie podatku VAT za wrzesień 2002 r.

1 047,5

1 047,5

2.

15.9.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Układ w sprawie rozłożenia na raty spłaty podatku VAT za grudzień 2002 r.

4 769,8

155,0

3.

15.9.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Porozumienie w sprawie rozłożenia na raty spłaty podatku VAT za marzec 2003 r.

1 771,8

52,2

4.

15.9.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Porozumienie w sprawie rozłożenia na raty spłaty podatku VAT za maj 2003 r.

2 175,2

77,4

5.

15.9.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Porozumienie w sprawie rozłożenia na raty spłaty podatku PIT za marzec 2003 r.

623,3

16,0

6.

15.9.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Porozumienie w sprawie rozłożenia na raty spłaty podatku PIT za maj 2003 r.

463,4

5,0

7.

4.2.2003

Zakład Ubezpieczeń Społecznych (ZUS), Oddział w Rzeszowie

Porozumienie w sprawie rozłożenia na raty należności z tytułu składek za okres czerwiec — październik 2002 r.

6 252,1

1 211,6

8.

28.8.2003

Agencja Rozwoju Przemysłu (ARP)

Pożyczka

40 000,0 (8)

40 000,0 (8)

9.

15.9.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Porozumienie w sprawie rozłożenia na raty spłaty podatku VAT za czerwiec 2002 r.

696,9

77,1

10.

15.9.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Odroczenie terminu spłaty raty podatku PIT za lipiec 2002 r.

183,9

15,3

11.

15.9.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Zmiana terminów spłaty rat podatku PIT za sierpień 2002 r.

211,5

26,8

12.

2.12.2003

Urząd Skarbowy w Stalowej Woli

Porozumienie w sprawie rozłożenia na raty spłaty podatku VAT za sierpień 2002 r.

655,5

49,3

13.

5.9.2003

Urząd Miasta Stalowa Wola

Rozłożenie na raty opłat z tytułu użytkowania wieczystego

172,7

8,0

14.

21.3.2003

Urząd Miasta i Gminy Nisko

Rozłożenie na raty opłat z tytułu użytkowania wieczystego

20,5

0,3

15.

30.4.2004

Agencja Rozwoju Przemysłu (ARP)

Pożyczka

35 000,0 (8)

35 000,0 (8)

16.

30.4.2004

Ministerstwo Skarbu Państwa

Podwyższenie kapitału zakładowego

40 000,0

40 000,0

17.

7.11.2003

Ministerstwo Nauki i Informatyzacji

Dotacja

637,0

465,0

18.

20.5.2003

Urząd Miasta Stalowa Wola

Zwrot wydatków

3,3

2,4

19.

20.5.2003

Urząd Miasta Stalowa Wola

Zwrot wydatków

3,3

2,4

20.

6.12.2002

Podkarpacka Izba Skarbowa

Umorzenie zaległości z tytułu podatku VAT

1210

1210

21.

6.12.2002

Rada Miasta Stalowa Wola

Umorzenie zaległości z tytułu podatku od nieruchomości

496,8

496,8

22.

11.12.2002

Zakład Ubezpieczeń Społecznych (ZUS), Oddział w Rzeszowie

Umorzenie niezapłaconych składek wraz z odsetkami

11 088,1

11 088,1

Suma I

72 482,6 (8)

56 006,2 (8)

Tabela 2

Pomoc udzielona po dniu 30 kwietnia 2004 r. na podstawie znowelizowanej ustawy z dnia 30 października 2002 r. o pomocy publicznej dla przedsiębiorców o szczególnym znaczeniu dla rynku pracy (tys. PLN)

Nr

Data przeniesienia aktywów i pasywów na rzecz Operatora

Rodzaj restrukturyzowanych należności

Kwota nominalna

Kwota pomocy

23.

20.6.2005

Restrukturyzacja należności z tytułu podatku VAT i podatku PIT

10 696,6

Polskie władze nie podały kwoty pomocy

24.

20.6.2005

Restrukturyzacja należności z tytułu opłat za korzystanie ze środowiska wraz z odsetkami

5 826,5

jw.

25.

20.6.2005

Restrukturyzacja należności z tytułu składek na ubezpieczenia społeczne (ZUS) wraz z odsetkami oraz opłatami prolongacyjnymi

7 333,2

jw.

26.

20.6.2005

Restrukturyzacja należności z tytułu składek na rzecz Państwowego Funduszu Rehabilitacji Osób Niepełnosprawnych (PFRON) wraz z odsetkami

996,5

jw.

27.

20.6.2005

Restrukturyzacja należności z tytułu podatku od nieruchomości, od września 2002 r. do czerwca 2003 r., na rzecz Rady Miasta Stalowa Wola

3 044,3

jw.

Suma 2

27 897,1

19 293,7 ()

Tabela 3

Pomoc przyznana po dniu 30 kwietnia 2004 r. (tys. PLN)

Nr

Podany termin wypłaty środków

Organ przyznający pomoc

Forma pomocy

Kwota nominalna

Kwota pomocy

28.

21.12.2004-19.10.2005

Różne organy

Odroczenie spłaty zobowiązań publiczno-prawnych

22 094,4

0,259

29.

25.4.2005

Zakład Ubezpieczeń Społecznych (ZUS), Oddział w Rzeszowie

Odroczenie spłaty zobowiązań publiczno-prawnych

16 386,2

0,0

30.

2.7.2007

Agencja Rozwoju Przemysłu (ARP)

Konwersja zadłużenia na akcje powodująca podwyższenie kapitału HSW

75 000,0

97 900,0

Suma 3

113 480,6

97 900,3

Suma całkowita

213 860,3

173 200,2

(20)

Organy przyznające pomoc państwa to: Ministerstwo Skarbu Państwa, Ministerstwo Nauki i Informatyzacji, urzędy skarbowe, władze lokalne, Zakład Ubezpieczeń Społecznych, Państwowy Fundusz Rehabilitacji Osób Niepełnosprawnych (PFRON), izby skarbowe oraz Agencja Rozwoju Przemysłu (ARP).

Wykorzystanie dodatkowych środków pieniężnych

(21)

Zdaniem polskich władze, dzięki konwersji zadłużenia na akcje HSW zdoła zgromadzić zasoby niezbędne do prawidłowego funkcjonowania na rynku oraz konieczne przyszłe inwestycje. Polskie władze zaznaczyły, że z kwoty […] (9) PLN:

[…] PLN zostanie wykorzystane na modernizację sprzętu i dodatkowe inwestycje, niezbędne, zdaniem polskich władz, do przywrócenia rentowności HSW;

[…] PLN potrzebne jest na pokrycie dodatkowych kosztów związanych z odroczeniem połączenia HSW z HSW-Trading, które zwiększyło koszty programu restrukturyzacji zatrudnienia;

[…] PLN zostanie przeznaczone na sfinansowanie dodatkowej kumulacji zasobów oraz pokrycie zwiększonych należności w związku z wydłużeniem terminu wymagalności faktur dla klientów oraz skróceniem terminu zapłaty na rzecz dostawców.

[…] PLN zostanie wykorzystane na sfinansowanie dodatkowych kredytów komercyjnych.

(22)

Polskie władze podkreślają fakt, że dodatkowe środki pieniężne nie zostaną przeznaczone na zakup dodatkowych mocy produkcyjnych, co stałoby w jawnej sprzeczności z pkt 45 wytycznych.

(23)

Uzasadniając zapotrzebowanie na dodatkowe środki polskie władze wyjaśniły, że konkurencja na rynku maszyn budowlanych nasiliła się, tzn. konkurenci HSW wyznaczają swoim klientom dłuższe terminy zapłaty faktur oraz zgadzają się na krótsze terminy zapłaty wobec swoich dostawców. Tym samym HSW potrzebuje rzekomo dodatkowo […] środków pieniężnych na przystosowanie do nowych uwarunkowań rynkowych i odzyskanie rentowności.

III.   OCENA POMOCY

III.1.   Otwarcie formalnego postępowania wyjaśniającego oraz związane z tym uchylenie decyzji pierwotnej na podstawie art. 9 rozporządzenia proceduralnego

(24)

Jak wspomniano powyżej w pkt 2, w trakcie formalnego postępowania wyjaśniającego polskie władze nie przedłożyły Komisji zaktualizowanej wersji planu restrukturyzacji, przyjętej już w początkach listopada 2006 r., ani też nie poinformowały Komisji o przygotowywaniu takiej wersji.

(25)

Komisja może uchylić decyzję, która została oparta na nieprawidłowych informacjach. Kryterium to zostało w niniejszym przypadku spełnione, ponieważ Polska nie przedłożyła zaktualizowanej wersji planu restrukturyzacyjnego kiedy postępowanie było jeszcze w toku, mimo, że plan został już zatwierdzony przez właściwe organy HSW. Plan restrukturyzacji stanowi dla Komisji najważniejsze źródło informacji jeżeli chodzi o ocenę zgodności pomocy restrukturyzacyjnej ze wspólnym rynkiem. Tym samym, mimo, że plan lutowy nie był fałszywym źródłem informacji, stał się on bezprzedmiotowy z chwilą przyjęcia listopadowej wersji planu. Plan lutowy, na którym Komisja oparła decyzję pierwotną był zatem nieprawidłowym źródłem informacji. Ma to tym większe znaczenie, że w wyniku negatywnych zmian w środowisku konkurencyjnym, utrudniających przywrócenie rentowności, konieczne stało się wprowadzenie zmian w planie.

(26)

Art. 9 rozporządzenia proceduralnego stanowi, że »Komisja może cofnąć decyzję […] po udzieleniu zainteresowanemu państwu członkowskiemu możliwości przedłożenia uwag, gdy decyzja została podjęta na podstawie nieprawidłowych informacji udzielonych w toku procedury, które były czynnikiem decydującym dla tej decyzji Przed cofnięciem decyzji i podjęciem nowej decyzji Komisja wszczyna formalną procedurę dochodzenia zgodnie z art. 4 ust. 4. […]«.

(27)

W celu uchylenia pierwotnej decyzji opartej na nieprawidłowych informacjach, które zdecydowały o przyjęciu tej decyzji oraz przyjęcia nowej decyzji, Komisja otwiera niniejszym pismem — na podstawie art. 9 rozporządzenia proceduralnego — formalne postępowanie wyjaśniające.

III.2.   Pomoc państwa w rozumieniu art. 87 ust. 1 Traktatu WE

(28)

Artykuł 87 ust. 1 Traktatu WE stanowi, że wszelka pomoc przyznawana przez państwo członkowskie lub przy użyciu zasobów państwowych w jakiejkolwiek formie, która zakłóca lub grozi zakłóceniem konkurencji poprzez sprzyjanie niektórym przedsiębiorstwom lub produkcji niektórych towarów i wpływa na wymianę handlową między państwami członkowskimi, jest niezgodna ze wspólnym rynkiem.

(29)

W decyzji Komisji o wszczęciu formalnego postępowania wyjaśniającego (10) obie pożyczki zostały uznane za pomoc państwa udzieloną przed przystąpieniem do UE. Kwota pomocy została obliczona jako 100 % jej wartości nominalnej. Polskie władze nigdy nie kwestionowały tych ustaleń.

(30)

Zgłoszona konwersja zadłużenia na akcje polega na podwyższeniu kapitału finansowanym przez ARP. Środek ten związany jest zatem z wykorzystaniem zasobów państwa. Poza tym przynosi on spółce korzyści polegające na ograniczeniu ponoszonych przez nią kosztów. HSW, jako spółka borykająca się z problemami, nie otrzymałaby takich środków finansowych na warunkach rynkowych.

(31)

Ponadto HSW zajmuje się produkcją sprzętu budowlanego, czyli jednym z rodzajów działalności związanych z wymianą handlową między państwami członkowskimi. Główni konkurenci spółki działający na rynku UE zostali przedstawieni w pkt 8.

(32)

W związku z tym konwersja wierzytelności na akcje, który to środek został przyznany po przystąpieniu do UE, stanowi pomoc państwa w rozumieniu art. 87 ust. 1, czego też polskie władze nie podważały.

(33)

Wszystkie pozostałe środki przedstawione w powyższej tabeli zostały w decyzji pierwotnej uznane za pomoc państwa — także w tym przypadku polskie władze nie zgłosiły sprzeciwu.

III.3.   Obowiązująca procedura

(34)

Ponieważ Komisja planuje uchylić pierwotną decyzję ostateczną, zmuszona będzie ponownie ocenić zgodność pomocy restrukturyzacyjnej ze wspólnym rynkiem. Obowiązywać będzie tutaj procedura identyczna z tą zastosowaną przy podejmowaniu decyzji pierwotnej.

(35)

Środki pomocy przyznane przed datą przystąpienia do UE i nie mające zastosowania po tej dacie, nie mogą być badane przez Komisję ani w ramach procedur określonych w art. 88. Traktatu WE, ani w ramach procedury mechanizmu przejściowego przewidzianej w Traktacie o przystąpieniu. Mechanizm ten nie upoważnia Komisji ani nie wymaga od niej weryfikacji środków pomocy, które nie mają zastosowania po przystąpieniu do UE.

(36)

O uznaniu pomocy za udzieloną przed przystąpieniem do UE decyduje przyjęcie przez właściwy organ przed dniem 1 maja 2004 r. prawnie wiążącego aktu zawierającego zobowiązanie do udzielenia takiej pomocy. Jeżeli w dniu przyznania pomocy dokładnie znano zakres zaangażowania finansowego państwa, pomoc indywidualna nie ma zastosowania po przystąpieniu do UE.

(37)

Jeśli z kolei środki przyznano po przystąpieniu, wówczas stanowią one nową pomoc, której zgodność ze wspólnym rynkiem oceniana jest przez Komisję w trybie procedury ustanowionej w art. 88 Traktatu WE.

(38)

Polskie władze nie poinformowały o żadnych innych zmianach w zakresie środków pomocy państwa na rzecz HSW oprócz konwersji zadłużenia na akcje. Zatem w powyższych tabelach wyszczególniono wszystkie środki pomocy państwa (w tym datę ich przyznania) przedstawione w decyzji pierwotnej, a jedyna zmiana polega na dodaniu konwersji zadłużenia na akcje.

III.4.   Wyłączenia na podstawie art. 87 ust. 3 Traktatu WE

(39)

W niniejszej sprawie nie mają zastosowania wyłączenia przewidziane w art. 87 ust. 2 Traktatu WE. Jeżeli chodzi o wyłączenia na mocy art. 87 ust. 3 Traktatu WE — z uwagi na to, że podstawowy cel pomocy dotyczy przywrócenia zagrożonemu przedsiębiorstwu długoterminowej rentowności — można zastosować jedynie wyłączenie zapisane w art. 87 ust. 3 lit. c) Traktatu WE, które zezwala na zatwierdzenie pomocy państwa przeznaczonej na ułatwianie rozwoju niektórych działań gospodarczych, o ile nie zmienia ona warunków wymiany handlowej w zakresie sprzecznym ze wspólnym interesem. W związku z tym pomoc może zostać uznana za zgodną ze wspólnym rynkiem na podstawie art. 87 ust. 3 lit. c) Traktatu WE jedynie wtedy, gdy spełniono warunki ustanowione w wytycznych.

Przywrócenie długoterminowej rentowności

(40)

Aby środek został uznany za zgodny ze wspólnym rynkiem na podstawie pkt 34–37 wytycznych, plan restrukturyzacji musi określać środki pozwalające spółce odzyskać długoterminową rentowność oraz dobrą kondycję finansową w rozsądnym okresie. Plan taki musi opierać się na realistycznych założeniach co do przyszłych warunków działania.

(41)

Komisja wyraża wątpliwości co do możliwości odzyskania przez HSW długoterminowej rentowności, ponieważ wydaje się ona stale potrzebować dodatkowych środków pieniężnych, a środki restrukturyzacyjne przewidziane w planie lutowym okazały się niedostateczne, co stawia pod znakiem zapytania wiarygodność obu planów restrukturyzacji. Plan nie zawiera przekonujących dowodów na to, że zapotrzebowanie na dodatkowe środki pieniężne w 2007 r. miało charakter jednorazowy i wynikało z nagłych zmian postępowania konkurentów HSW, do których HSW musi się przystosować. Innymi słowy nie dowiedziono, że w nadchodzących latach HSW nie grozi podobny niedobór środków pieniężnych.

(42)

Wydaje się również, że HSW, której większość produkcji trafia na eksport (eksportowane towary mają 60-procentowy udział w sprzedaży beneficjenta) jest poważnie narażona na ryzyko kursowe. Zdaniem Komisji ten czynnik ryzyka dla rentowności HSW nie został dostatecznie uwzględniony w planie listopadowym. HSW oszacowała, że minimalny kurs wymiany PLN/EUR gwarantujący pozytywny wynik finansowy wynosi […]. W dniu 18 września 2007 r. kurs ten wynosił 3,79, czyli był tyko o […] % wyższy od kursu stanowiącego próg rentowności. Ma to tym większe znaczenie, że spółka zamierza zwiększyć udział eksportu rozliczanego w EUR z […] do […] %, co zwiększy jej zależność od tej waluty. Perspektywy przystąpienia przez Polskę do strefy EUR, co wiązałoby się z znaczącym obniżeniem ryzyka kursowego, są w chwili obecnej niejasne, ponieważ nie ustalono dotychczas żadnej daty przystąpienia.

Ograniczenie pomocy do minimum

(43)

Zgodnie z pkt. 43–45 wytycznych, pomoc musi być ograniczona do niezbędnego minimum, wystarczającego do restrukturyzacji przedsiębiorstwa.

(44)

Komisja ma wątpliwości co do tego, czy pomoc ograniczona jest do niezbędnego minimum. Punkt 45 wytycznych stanowi co następuje:»Aby ograniczyć efekt zakłócający, kwota pomocy lub forma, w której pomoc jest przyznana, nie mogą stanowić dla przedsiębiorstwa nadwyżki pieniędzy, którą można by użyć do agresywnych działań zakłócających rynek, niezwiązanych z procesem restrukturyzacji. […] Żadna pomoc nie może zostać wykorzystana do finansowania nowych inwestycji, które nie są niezbędne w celu przywrócenia rentowności przedsiębiorstwa.«

(45)

Komisja zwraca uwagę na fakt, że polskie władze nie uzasadniły dostatecznie zapotrzebowania na dodatkowe środki pieniężne uzyskane dzięki konwersji zadłużenia na akcje, aby zagwarantować, że HSW nie otrzyma nadmiarowych środków pieniężnych. Jak wspomniano powyżej w pkt 21, […] PLN ma umożliwić HSW przedstawienie lepszej oferty dla klientów i dostawców. Komisja wyraża wątpliwości, czy takie środki marketingowe można rzeczywiście zaliczyć do środków restrukturyzacyjnych, a tym samym, czy pomoc została ograniczona do niezbędnego minimum.

Zwiększenie kwoty pomocy

(46)

Polskie władze stwierdziły, że konwersja zadłużenia na akcje nie doprowadziła do zwiększenia ogólnej kwoty pomocy. Komisja istotnie ustaliła, że element pomocy zawarty w pierwotnych pożyczkach, które obecnie podlegają konwersji na akcje, wynosił 100 % ich wartości nominalnej (75 mln PLN). Równocześnie jednak Komisja zwraca uwagę na fakt, że w rozpatrywanej sprawie beneficjent zostaje zwolniony z obowiązku zwrotu nie tylko kwoty głównej pożyczki, lecz także należnych odsetek (22,9 mln PLN). HSW zyska zatem dodatkowe środki w kwocie 97,9 mln PLN, które zostaną wykorzystane w sposób opisany w powyższym pkt 21. W związku z powyższym, Komisja wyraża wątpliwości, czy nie doszło do zwiększenia kwoty pomocy z pierwotnych 75 mln do 97,9 mln PLN.

Unikanie zbędnego zakłócania konkurencji

(47)

Zgodnie z postanowieniami zawartymi w pkt. 38–42 wytycznych, należy podjąć środki w możliwie największym stopniu łagodzące potencjalne negatywne skutki pomocy dla konkurentów. Pomoc nie powinna nadmiernie zakłócać konkurencji. Oznacza to zazwyczaj ograniczenie obecności przedsiębiorstwa na rynku po zakończeniu restrukturyzacji. Obowiązkowe ograniczenie lub zmniejszenie obecności firmy na właściwym rynku jest jednym z czynników kompensujących konkurentom skutki udzielenia pomocy.

(48)

Punkt 52 lit. b) wytycznych przewiduje wyraźnie, że »jeżeli kwota pomocy jest zwiększona, wszystkie niezbędne środki wyrównawcze muszą zostać rozszerzone w porównaniu ze środkami pierwotnie przyjętymi« Ponadto, zgodnie z pkt 40 wytycznych, środki wyrównawcze muszą być proporcjonalne do zakłócających skutków pomocy. Wątpliwości Komisji dotyczą zatem nie tylko kwoty pomocy, jak to wyrażono powyżej, lecz także tego, czy w nowej sytuacji pomoc udzielona HSW faktycznie wywrze takie same skutki .

(49)

Polska jednoznacznie przyznaje, że skutki konwersji zadłużenia HSW na akcje są korzystne dla tej spółki, ponieważ poprawiają znacząco jej płynność finansową. Ta forma pomocy państwa wzmocni pozycję finansową HSW (zob. pkt 18). W samych wytycznych uznano, że różne formy pomocy mogą w zróżnicowany sposób oddziaływać na konkurencję, co jest jedną z przyczyn dla których np. pomoc na ratowanie przedsiębiorstw może przybrać wyłącznie formę pomocy zwrotnej (pkt 25 wytycznych). Komisja ma zatem wątpliwości, czy przewidziane środki wyrównawcze są wystarczające. Nawet gdyby Komisja stwierdziła, że konwersja zadłużenia na akcje nie doprowadziła do zwiększenia kwoty pomocy ale równocześnie ustaliła, że rozpatrywany środek zakłóci funkcjonowanie rynku w większym stopniu niż pierwotnie zakładano, powinna rozważyć konieczność zwiększenia środków wyrównawczych, ponieważ środki te muszą być proporcjonalne do zakłócającego efektu pomocy (pkt 40 wytycznych).

IV.   DECYZJA

(50)

W świetle powyższych ustaleń Komisja zdecydowała o wznowieniu procedury ustanowionej w art. 88 ust. Traktatu WE, w związku z czym informuje polskie władze o możliwości uchylenia decyzji pierwotnej na podstawie art. 9 rozporządzenia proceduralnego oraz zwraca się do polskich władz o dostarczenie, w terminie jednego miesiąca od otrzymania niniejszego pisma, wszelkiej dokumentacji, informacji i danych niezbędnych do oceny zgodności pomocy ze wspólnym rynkiem. Komisja zwraca się do polskich władz o niezwłoczne przesłanie odpisu niniejszego pisma do potencjalnego beneficjenta pomocy.

(51)

Komisja zwraca uwagę na fakt, że rozpatrywany środek został wdrożony z naruszeniem art. 88 ust. 2 Traktatu WE i dlatego może stanowić pomoc niezgodną z prawem. Komisja pragnie przypomnieć polskim władzom, że art. 88 ust. 3 traktatu WE ma skutek zawieszający oraz zwrócić ich uwagę na art. 14 rozporządzenia Rady (WE) nr 659/1999, który stanowi, że wszelka pomoc niezgodna z prawem może zostać odzyskana od beneficjenta.

(52)

Komisja poinformuje o swojej decyzji zainteresowane strony publikując niniejsze pismo wraz z jego streszczeniem w Dzienniku Urzędowym Unii Europejskiej. Komisja poinformuje również Organ Nadzoru EFTA, przesyłając odpis niniejszego pisma. Wszystkie takie zainteresowane strony zostaną wezwane do przedstawienia uwag w terminie jednego miesiąca od dnia publikacji.”


(1)  In vergelijking met 76 % in december 2006, toen de oorspronkelijke beschikking werd gegeven.

(2)  Dz.U. L 112 z 3.4.2007, str. 67.

(3)  Zarząd HSW przyjął nowy plan restrukturyzacji już w dniu 7 listopada 2006 r. W dniu 8 grudnia 2006 r. rada nadzorcza HSW zatwierdziła plan — co zdaniem polskich władz oznaczało, że plan mógł być traktowany jako ostateczny. Plan został przekazany do polskiego urzędu ochrony konkurencji (UOKiK) w dniu 13 grudnia 2006 r.

(4)  Udział ten wzrósł z poziomu 76 % w grudniu 2006 r., kiedy to podejmowano decyzję pierwotną.

(5)  Plan listopadowy przewidywał zmniejszenie stanu zatrudnienia do poziomu 2100 pracowników.

(6)  Dz.U. C 244 z 1.10.2004, str. 2–17.

(7)  Chodzi o odsetki narosłe do tej pory oraz odsetki, które narosną w przyszłości do daty upływu terminu pierwotnie wyznaczonego na spłatę pożyczki.

(8)  Kwoty związane z dwiema pożyczkami, które zostały przekształcone na akcje nie są już uwzględniane w sumie całkowitej w Tabeli 1.

(9)  Informacje poufne.

(10)  Dz.U. C 34 z 10.2.2006, str. 5.


11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/19


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.5000 — Metinvest/Trametal/Spartan)

Zaak die in aanmerking komt voor de vereenvoudigde procedure

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 298/08)

1.

Op 3 december 2007 ontving de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) waarin is medegedeeld dat de onderneming Metinvest BV („Metinvest”, Nederland), die deel uitmaakt van System Capital Management JSC holding („SCM”, Oekraïne), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van genoemde verordening zeggenschap verkrijgt over Trametal SpA („Trametal”, Italië) en Spartan UK Ltd. („Spartan”, Verenigd Koninkrijk) door de aankoop van aandelen.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

voor Metinvest: steenkool- en ijzerertsontginning en productie van staal, zoals warmgewalst platstaal (zoals bandstaal en kwartoplaten);

voor Trametal: productie van warmgewalst platstaal, met name kwartoplaten;

voor Spartan: productie van warmgewalst platstaal, met name kwartoplaten.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 139/2004 kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Overeenkomstig de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2) moet worden opgemerkt dat deze zaak in aanmerking komt voor deze procedure.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbende derden haar hun eventuele opmerkingen ten aanzien van de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk 10 dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax ((32-2) 296 43 01 of 296 72 44) of per post, onder vermelding van referentienummer COMP/M.5000 — Metinvest/Trametal/Spartan, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie Fusiezaken

J-70

B-1049 Brussel


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.

(2)  PB C 56 van 5.3.2005, blz. 32.


11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/20


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.4957 — Perstorp Holding/Solvay Interox (caprolactonenfabriek))

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 298/09)

1.

Op 3 december 2007 ontving de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 en volgend op een verwijzing in het kader van artikel 4, lid 5 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) waarin is medegedeeld dat de onderneming Perstorp Holding AB („Perstorp”, Zweden), die onder zeggenschap staat van PAI Partners SAS („PAI”, Frankrijk), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van genoemde verordening zeggenschap verkrijgt over de caprolactonenfabriek van Solvay Interox Limited („Solvay”, Verenigd Koninkrijk) door de aankoop van activa.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

voor Perstorp: productie van chemische specialiteiten;

voor PAI: private equity;

voor Solvay: productie van caprolactonen en derivaten.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 139/2004 kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbende derden haar hun eventuele opmerkingen ten aanzien van de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk 10 dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax ((32-2) 296 43 01 of 296 72 44) of per post, onder vermelding van referentienummer COMP/M.4957 — Perstorp Holding/Solvay Interox (caprolactonenfabriek), aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie Fusiezaken

J-70

B-1049 Brussel


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


ANDERE BESLUITEN

Commissie

11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/21


Bekendmaking van een wijzigingsverzoek overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

(2007/C 298/10)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

WIJZIGINGSVERZOEK

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

Wijzigingsverzoek overeenkomstig artikel 9 en artikel 17, lid 2

„BLEU DE GEX HAUT-JURA” of „BLEU DE SEPTMONCEL”

EG-nummer: FR/PDO/117/0109/08.09.2005

BOB ( X ) BGA ( )

Gevraagde wijziging(en)

1.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging betrekking heeft:

Image

Naam van het product

Image

Beschrijving van het product

Image

Geografisch gebied

Image

Bewijs van de oorsprong

Image

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Image

Verband

Image

Etikettering

Image

Nationale eisen

Image

Overige [nader aan te geven]

2.   Aard van de wijziging(en):

Image

Wijziging van het enige document of de samenvatting

Image

Wijziging van het productdossier voor een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document en ook geen samenvatting is bekendgemaakt

Image

Wijziging van het productdossier waarbij geen wijziging van het bekendgemaakte enige document nodig is (artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

Image

Tijdelijke wijziging van het productdossier als gevolg van een verplichte gezondheids- of fytosanitaire maatregel die is opgelegd door de overheid (artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

3.   Wijziging(en):

Het algemene doel van de gevraagde wijzigingen is om alle benodigde details te vermelden ter verduidelijking van zowel de voorwaarden voor productie van de gebruikte melk als de voorwaarden voor verkrijging van het product.

Met deze wijzigingen kan het product beter in verband worden gebracht met zijn streek, kunnen de kenmerken van het product beter worden beschermd en kunnen afwijkingen van de regels worden voorkomen.

Naam: „Bleu de Gex Haut-Jura” of „Bleu de Septmoncel” in plaats van „Bleu de Gex” of „Bleu du Haut-Jura” of „Bleu de Septmoncel”.

Uitleg: vereenvoudiging van de mogelijke benamingen.

Beschrijving: In de eerste alinea moet „gemiddeld gewicht van 7,5 kg” worden vervangen door „gewicht van 6,5 tot 8,5 kg”.

Uitleg: Preciezere aanduiding van het gewicht van elke kaas.

In de tweede alinea moet „de korst van de kaas is dun, droog, geelachtig, (…)”, worden vervangen door „de korst van de kaas is dun, droog, witachtig tot geelachtig, (…)”.

Uitleg: Preciezere beschrijving van de korst, omdat het uiterlijk van deze kaas van oudsher ook meer wit dan geel kan zijn.

In de derde alinea moet „de witte tot ivoorkleurige pasta is gemarmerd met vrij lichte blauwgroene schimmel die goed over de hele massa verdeeld is en is zacht en iets kruimelig” worden vervangen door: „de witte tot ivoorkleurige pasta is zacht en gemarmerd met vrij lichte, blauwgroene schimmel die goed door de hele massa verdeeld is”.

Uitleg: De kwalificatie „iets kruimelig” betreft slechts het deel onder de korst van enkele niet goed gerijpte kazen. De verwijdering van deze vermelding brengt de ondernemers ertoe om de kaas beter te laten rijpen.

Geografisch gebied: Uitbreiding van het geografische gebied met de gemeenten Lancrans en Léaz, evenals met een deel van het grondgebied van de gemeenten Echenevex, Vesancy, Divonne-les-Bains, Farges, Collonges, Sergy, Bellegarde-sur-Valserine en Saint-Claude.

Uitleg: Deze gemeenten (of delen van gemeenten) vormen een homogeen geheel met het in 1935 afgebakende gebied. Sommige gemeenten of delen van gemeenten waren enclaves die rond het vroeger afgebakende gebied lagen en zijn nu opgenomen in het nieuwe gebied. Andere gemeenten vormen hiervan een logische verlenging. Al deze gemeenten voldoen aan de criteria van de benaming.

Bewijs van de oorsprong: Toevoeging van „Een ivoorkleurig plaatje van caseïne, ter identificatie van het productiebedrijf, moet tijdens de vervaardiging op de kaas worden aangebracht. Dit bevat de identificatie van het productiebedrijf en de dag van vervaardiging van de kaas”.

Uitleg: Door het identificatieplaatje kan de hoeveelheid van per maand en per bedrijf vervaardigde kazen beter worden gevolgd, omdat dit alleen wordt geleverd door een door het INAO erkende organisatie. Aan de hand van dit plaatje van caseïne kan ook de herkomst van elke kaas worden bepaald en kan de duur van de rijping worden gecontroleerd.

Hierdoor is het product tevens beter traceerbaar.

Werkwijze voor het verkrijgen van het product: Toevoeging van de alinea: „De voor de vervaardiging gebruikte melk mag alleen afkomstig zijn van koeien van het Franse ras Montbéliarde of Simmental”.

Uitleg: Alleen de traditionele koeienrassen uit deze streek zijn toegestaan, omdat deze zich hebben aangepast aan de bergomgeving en omdat de kwaliteit van hun melk geschikt is voor de vereisten van de kaas.

Toevoeging van de volgende alinea's:

„Het basisvoer van de melkkoeien dient te bestaan uit voeder dat afkomstig is van het grasland dat zich in het geografische gebied bevindt.”

„In het bedrijf dient het daadwerkelijk geëxploiteerde graasoppervlak ten minste één hectare per melkkoe te zijn.”

„In uitzonderlijke omstandigheden, vooral in het geval van onvoorziene klimaatomstandigheden, kan het INAO tijdelijke afwijkingen toestaan om ervoor te zorgen dat de kudde gevoederd blijft”.

„Het is verboden om kuilproducten en andere gegiste voedingsmiddelen te gebruiken voor de voeding van de melkkoeien en in het bedrijf.”

Uitleg: Met deze maatregelen bestaat er een sterker verband tussen de oorsprong van de melk en de specifieke eigenschappen van de kaas door bevordering van het gebruik van vers gras of hooi.

Toevoeging van de alinea: „De melk moet zo snel mogelijk na het melken of dagelijks naar het productiebedrijf worden gebracht. De melk dient onmiddellijk te worden gekoeld indien hier niet binnen twee uur stremsel aan wordt toegevoegd”.

Uitleg: door een kortere tijd te hanteren, wordt voorkomen dat de melk in kwaliteit achteruit gaat, wat gevolgen zou hebben voor de organoleptische kenmerken van de kaas.

In de zevende alinea moet „de melk die wordt gebruikt voor de vervaardiging, mag maximaal twee dagen worden bewaard” worden vervangen door „Wanneer de melk is afgekoeld tot een temperatuur van 2 °C tot 8 °C, bedraagt de maximale tijd tussen de eerste melking en het toevoegen van stremsel 36 uur. Als de melk is afgekoeld tot een temperatuur van 12 °C tot 16 °C wordt de maximale wachttijd verkort tot 14 uur.”

Uitleg: De bewaartijd van de melk wordt verkort en de bewaaromstandigheden worden nader omschreven om te voorkomen dat de melk in kwaliteit achteruit gaat en om zo de kenmerken van de kaas te behouden.

Toevoeging van de alinea „In de productieruimte waar Bleu de Gex Haut-Jura wordt vervaardigd, mag alleen melk worden binnengebracht die overeenstemt met het productdossier. Deze melk dient apart van alle andere melk, die niet voldoet aan het productdossier, te worden verzameld”.

Uitleg: Scheiding van de melk om de controle op de naleving van het productdossier gemakkelijker te maken en zo te zorgen voor traceerbaarheid.

Toevoeging van de alinea: Het productiebedrijf van Bleu de Gex Haut-Jura en de bijgebouwen daarvan mogen geen enkel systeem of installatie bevatten die de melk, voordat het stremsel wordt toegevoegd, in korte tijd kan opwarmen tot een temperatuur van meer dan 40 °C.

Uitleg: Om het gebruik van rauwe melk te garanderen, wat een essentieel onderdeel is voor Bleu de Gex Haut-Jura.

Toevoeging van de alinea: De melk mag niet worden verhit tot een temperatuur boven 30 °C.

Uitleg: Grens voor verhitting van de melk overeenkomstig het gebruik.

Toevoeging van de alinea: „Het concentreren van de melk door gedeeltelijke verwijdering van het waterige gedeelte voor het stremmen, is verboden.”

In de twaalfde alinea moet „het stremmen van de melk wordt alleen verkregen voor gebruik van stremsel” worden vervangen door „er is alleen stremsel toegestaan dat afkomstig is uit de lebmaag van kalveren”.

Toevoeging van de volgende alinea's:

„Het is verboden om additieven of hulpstoffen voor vervaardiging of voor rijping te gebruiken, behalve de geselecteerde culturen van melkzuurbacteriën, Penicillium glaucum en Penicillium roqueforti, zout en stremsel.”

„Het is verboden om de melkgrondstoffen, de producten tijdens de vervaardiging, de wrongel of de verse kaas te bewaren bij een temperatuur onder 0 °C.”

„Het is verboden om verse kaas en kaas die ligt te rijpen, te bewaren onder gewijzigde atmosfeer.”

Uitleg: Voor het gebruik van behandelingen en additieven voor kaas gold een algemene regelgeving. Er wordt echter opgemerkt dat nieuwe technieken, waarvan een aantal betrekking heeft op behandelingen en additieven, zoals microfiltratie, gedeeltelijke concentratie van de melk of rijpingsenzymen, gevolgen konden hebben voor de kenmerken van kazen met een oorsprongsbenaming. Vooral bepaalde enzymadditieven leken niet verenigbaar te zijn met het behoud van de essentiële kenmerken van producten met een beschermde oorsprongsbenaming.

Daarom bleek het nodig om in de productdossiers van elke oorsprongsbenaming, bij de werkwijze voor het verkrijgen van het product, de huidige praktijken te vermelden met betrekking tot het gebruik van behandelingen en additieven in de melk en bij de vervaardiging van kaas teneinde te voorkomen dat toekomstige, niet nader omschreven praktijken schade toebrengen aan de kenmerken van kaas met een oorsprongsbenaming.

Toevoeging van een alinea: De kaas wordt in afzonderlijke vormen met een diameter van 36 cm gegoten, met een juten doek of vlasdoek.

Uitleg: Opname in het productdossier van het traditionele procedé dat tot nu toe niet gecodificeerd was.

In de veertiende alinea moet „het zouten gebeurt droog, in kuipen, gedurende 4 tot 6 dagen” worden vervangen door „Het zouten gebeurt pas na het in vormen gieten. Het zouten dient te gebeuren met droog, grof zout, afzonderlijk in kuipen gedurende meerdere dagen. De wrongel wordt, 4 tot 6 uur na het in de vorm gieten, voor het eerst gezouten en gedurende meerdere dagen wordt er dagelijks gezouten. De kaas blijft minimaal drie dagen in de afzonderlijke kuip-zoutvorm bij een temperatuur van ten minste 18 °C.”

Uitleg: Het zouten is een essentiële stap bij de vervaardiging van deze kaas en de methode is specifiek voor de benaming. Deze handeling wordt dus duidelijk afgebakend om de kwaliteit van de kaas en de traditionele knowhow van de kaasmakers te behouden.

In de zestiende alinea moet „de kaas wordt gerijpt op de oorspronkelijke plaats gedurende minimaal drie weken na de dag van vervaardiging” worden vervangen door „Het rijpen van de kaas duurt minimaal 21 dagen na de dag van vervaardiging, waarvan ten minste 18 dagen in de kelders van het productiebedrijf.”

Uitleg: Beperking van de gezondheidsrisico's die optreden bij het transport van te jonge kaas. Na 18 dagen hebben de korst en de Penicillium zich voldoende ontwikkeld om deze risico's te voorkomen. Van oudsher verlaat de kaas de oorspronkelijke kaasmakerij niet voor deze tijd.

Toevoeging van een alinea: De kaas dient op planken van vurenhout te worden gelegd. De rijpingstemperatuur dient tussen 6 °C en 14 °C te liggen.

Uitleg: Afbakening van de traditionele regels voor rijping.

Toevoeging van een alinea: Het prikken van de kaas moet gebeuren tussen de achtste en vijftiende dag na de dag van vervaardiging.

Uitleg: Afbakening van de traditionele regels voor het prikken.

Toevoeging van een alinea: „Kaas van 18 dagen of ouder, te rekenen vanaf de dag van vervaardiging, heeft een minimaal zoutgehalte (NaCl) van 0,8 gram per 100 gram kaas.”

Uitleg: Verplichting van het minimale resultaat van het zouten.

Verband: In de zevende alinea moet „Deze streek met weiden, bossen en dalen en een zeer gevarieerde en geurige flora geeft de melk van de koeien, die doorgaans van het ras Montbéliarde zijn, een specifieke smaak”, worden vervangen door „Deze streek met weiden, bossen en dalen en een zeer gevarieerde en geurige flora geeft de melk van de koeien, van de Franse rassen Montbéliarde en Simmental die zeer goed zijn aangepast aan het geografische gebied, een specifieke smaak.”

Uitleg: De Franse rassen Montbéliarde en Simmental zijn zeer goed aangepast aan het gebied waar de melk wordt geproduceerd en leven van oudsher in deze streek. De eis dat de melk van twee rassen afkomstig moet zijn, versterkt het verband met het gebied.

SAMENVATTING

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„BLEU DE GEX HAUT-JURA” of „BLEU DE SEPTMONCEL”

EG-nummer: FR/PDO/117/0109/08.09.2005

BOB ( X ) BGA ( )

Deze samenvatting bevat de belangrijkste gegevens uit het productdossier ter informatie.

1.   Bevoegde dienst van de lidstaat:

Naam:

Institut National de l'Origine et de la Qualité (INAO)

Adres:

51, rue d'Anjou

F-75008 Paris

Tel.

(33) 1 53 89 80 00

Fax

(33) 1 53 89 80 60

E-mail:

info@inao.gouv.fr

2.   Groepering:

Naam:

Syndicat interprofessionnel du Bleu de Gex/Haut-Jura

Adres:

Valparc — Espace Valentin

F-25048 Besançon Cedex

Tel.

(33) 3 81 53 22 30

Fax

(33) 3 81 53 59 31

E-mail:

bleudegexhaujura@wanadoo.fr

Samenstelling:

Producenten/verwerkers ( X ) Andere samenstelling ( )

3.   Productcategorie:

Klasse 1.3 — Kaas

4.   Overzicht van het productdossier:

(samenvatting van de voorwaarden overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

4.1.   Naam: „Bleu de Gex Haut-Jura” of „Bleu de Septmoncel”.

4.2.   Beschrijving: Blauwgroen geaderde kaas van rauwe koeienmelk, die niet gekookt en niet geperst wordt, met een gewicht van 6,5 tot 8,5 kg, een ronde vorm met afgeplatte boven- en onderzijde en een licht ronde rand, die in een vorm wordt gegoten met een diameter van 36 cm. Deze bevat ten minste 50 gram vet per 100 gram kaas na volledige droging en het gehalte aan droge stof mag niet lager zijn dan 52 gram per 100 gram kaas.

4.3.   Geografisch gebied: Bergmassief van de Jura, dat wil zeggen de Haut Jura, dat zich uitstrekt over de departementen Ain en Jura, oftewel de volgende gemeenten:

Departement Ain

Arrondissement Gex:

kanton Gex: de gemeenten Gex, Lélex en Mijoux en de delen van de gemeenten Crozet, Echenevex, Vesancy en Divonne-les-Bains die op een hoogte van ten minste achthonderd meter liggen;

kanton Collonges: de gemeenten Chèzery-Forens, Confort, Lancrans, Léaz en de delen van de gemeenten Péron, Farges, Collonges en Saint-Jean-de-Gonville die op een hoogte van ten minste achthonderd meter liggen;

kanton Ferney-Voltaire: de delen van de gemeenten Thoiry en Sergy die op een hoogte van ten minste achthonderd meter liggen.

Arrondissement Nantua:

kanton Bellegarde-sur-Valserine: de gemeenten Champfromier, Giron, Montanges, Plagne en Saint-Germain-de-Joux, de delen van de gemeenten Billiat, Châtillon-en-Michaille, Injoux-Génissiat en Villes die op een hoogte van ten minste achthonderd meter liggen en het deel van de gemeente Bellegarde-sur-Valserine dat ten noordoosten van de Rhône of van de Valserine ligt;

kanton Brénod: de gemeenten Le Grand-Abergement en Le Petit-Abergement;

kanton Oyonnax: de gemeenten Belleydoux en Echallon;

kanton Nantua: de gemeenten Apremont, Charix, Lalleyriat en Le Poizat.

Departement Jura

Arrondissement Saint-Claude:

kanton Les Bouchoux;

kanton Morez: de gemeenten Lézat, Longchaumois, La Mouille, Prémanon en Tancua;

kanton Saint-Claude: de gemeenten Chassal, Lajoux, Lamoura, Lavancia-Epercy (met uitzondering van het deel van deze gemeente dat het oude deel van de gemeente Epercy is), Molinges, Les Molunes, La Rixouse, Saint-Claude, Septmoncel, Vaux-lès-Saint-Claude, Villard-Saint-Sauveur en Villard-sur-Bienne;

kanton Saint-Laurent-en-Grandvaux: de gemeenten Château-des-Prés, La Chaumusse, Chaux-des-Prés, La Chaux-du-Dombief, Fort-du-Plasne, Grande-Rivière, Lac-des-Rouges-Truites, Les Piards, Prénovel, Saint-Laurent-en-Grandvaux, Saint-Maurice-Crillat (met uitzondering van het deel van deze gemeente dat de oude gemeente Crillat is) en Saint-Pierre.

4.4.   Bewijs van oorsprong: Elke melkproducent, elk verwerkingsbedrijf en elk rijpingsbedrijf vult een „verklaring van geschiktheid” in die wordt geregistreerd door de diensten van het INAO en aan de hand waarvan de laatstgenoemde alle ondernemers kan identificeren. De ondernemers dienen registers bij te houden voor het INAO, evenals alle documenten die nodig zijn voor de controle van de oorsprong, de kwaliteit en de omstandigheden van productie van de melk en de kaas.

Bij de controle die wordt uitgevoerd met betrekking tot de kenmerken van het product met oorsprongsbenaming wordt een analytisch en organoleptisch onderzoek uitgevoerd ter controle van de kwaliteit en de typische kenmerken van de producten die aan dit onderzoek worden onderworpen.

Een ivoorkleurig plaatje van caseïne, ter identificatie van het productiebedrijf, moet tijdens de vervaardiging op de kaas worden aangebracht. Dit bevat de identificatie van het productiebedrijf en de dag van vervaardiging van de kaas.

4.5.   Werkwijze voor het verkrijgen van het product: De productie van melk, de verwerking tot kaas en de rijping dienen plaats te vinden in het geografische gebied.

De voor de vervaardiging gebruikte melk mag alleen afkomstig zijn van koeien van het Franse ras Montbéliarde of Simmental. Het basisvoer van de melkkoeien dient te bestaan uit voeder dat afkomstig is van het grasland dat zich in het geografische gebied bevindt. Het is verboden om kuilproducten en andere gegiste voedingsmiddelen, waaronder balen die verpakt zijn in plastic folie, te gebruiken in het bedrijf en voor de voeding van de herkauwers.

De vervaardiging van Bleu de Gex is erg traditioneel gebleven: de wrongel, die wordt verkregen na het toevoegen van stremsel aan de melk, wordt vervolgens gesneden, geroerd en in vormen gegoten. Al deze handelingen dienen met de hand te worden verricht. Het droog zouten, dat net als vroeger gebeurt in afzonderlijke kuipen, verdeeld over een aantal dagen, geeft de korst en de kaas zelf een zeer bijzondere textuur. Het enten gebeurt in een koele en vochtige kelder waar de Bleu de Gex ten minste 3 weken blijft liggen op vurenhouten planken. Het is verboden om additieven of hulpstoffen voor vervaardiging of voor rijping te gebruiken, behalve de geselecteerde culturen van melkzuurbacteriën, Penicillium glaucum en Penicillium roqueforti, zout en stremsel.

4.6.   Verband: De oorsprong van Bleu de Gex gaat terug tot de 14e eeuw, toen monniken uit de Dauphiné zich in de Haut Jura, in de abdij van Saint Claude, vestigden en de vervaardigingstechniek van een blauwgroen geaderde kaas met zich meebrachten, die daarna de benaming Bleu de Gex kreeg. In 1935 werd de oorsprongsbenaming van Bleu de Gex, die tevens Bleu du Haut Jura of Bleu de Septmoncel wordt genoemd, bekrachtigd door een uitspraak van de Civiele Rechtbank van Nantua en vervolgens in een besluit van 20 september 1977.

Bleu de Gex is een kaas uit de bergen waarvan de bijzondere eigenschappen voortkomen uit de specifieke kenmerken van het berggebied van de Haut Jura, waar de weidegrond een gevarieerde en geurige flora bevat, en uit een knowhow die stoelt op een eeuwenlange traditie die ook nu nog wordt gebruikt in de ambachtelijke bedrijven. De melk die wordt gebruikt voor de vervaardiging van Bleu de Gex is afkomstig van de Franse koeienrassen Montbéliarde en Simmental, die bijzonder zijn aangepast aan het geografische gebied van productie.

4.7.   Controlestructuur:

Naam:

Institut National de l'Origine et de la Qualité (INAO)

Adres:

51, rue d'Anjou

F-75008 Paris

Tel.

(33) 1 53 89 80 00

Fax

(33) 1 53 89 80 60

E-mail:

info@inao.gouv.fr

Het Institut National des Appellations d'Origine (nationaal instituut voor oorsprongsbenamingen) is een bestuursrechtelijke openbare instelling met rechtspersoonlijkheid die onder het ministerie van landbouw valt.

Het INAO is verantwoordelijk voor de controle van de productieomstandigheden van producten met een oorsprongsbenaming.

Indien niet wordt voldaan aan de voorwaarden van het geografische gebied of een van de productievoorwaarden, leidt dit tot een verbod op het gebruik, in ongeacht welke vorm en met ongeacht welk doel, van de oorsprongsbenaming.

Naam:

Direction Générale de la Concurrence, de la Consommation et de la Répression des Fraudes (DGCCRF)

Adres:

59, Boulevard Vincent Auriol

F-75703 Paris Cedex 13

Tel.

(33) 1 44 87 17 17

Fax

(33) 1 44 97 30 37

E-mail:

C3@dgccrf.finances.gouv.fr

Het DGCCRF is een dienst van het ministerie van economische zaken, financiële zaken en industrie.

4.8.   Etikettering: Het is verplicht om het logo met de afkorting „INAO”, de vermelding „Beschermde oorsprongsbenaming” en de benaming aan te brengen. Daarnaast moet het woord „Gex” tijdens de vervaardiging in reliëf op elke kaas worden aangebracht.


11.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 298/28


Bekendmaking van een wijzigingsverzoek overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

(2007/C 298/11)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

WIJZIGINGSVERZOEK

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

Verzoek tot wijziging overeenkomstig artikel 9 en artikel 17, lid 2

„ROQUEFORT”

EG-nummer: FR/PDO/117/0131/10.05.2005

BOB ( X ) BGA ( )

Gevraagde wijziging(en)

1.   Rubriek van het productdossier:

Image

Naam van het product

Image

Beschrijving

Image

Geografisch gebied

Image

Bewijs van oorsprong

Image

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Image

Verband

Image

Etikettering

Image

Nationale eisen

Image

Overige [nader aan te geven]

2.   Aard van de wijziging(en):

Image

Wijziging van het enige document of de samenvatting

Image

Wijziging van het productdossier voor een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document en ook geen samenvatting is bekendgemaakt

Image

Wijziging van het productdossier waarbij geen wijziging van het bekendgemaakte enige document nodig is (artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

Image

Tijdelijke wijziging van het productdossier als gevolg van een verplichte gezondheids- of fytosanitaire maatregel die is opgelegd door de overheid (artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

3.   Wijzigingen:

Geografisch gebied: De zin „Dankzij de inspanningen die de producenten in Roquefort leveren om de veeteelt en de melkproductie te bevorderen, is de melk die momenteel wordt gebruikt voor de productie van Roquefort hoofdzakelijk afkomstig uit het gebied dat „le rayon” wordt genoemd. Het omvat het grootste deel van het departement Aveyron en delen van de aangrenzende departementen Lozère, Gar, Hérault en Tarn.” wordt vervangen door „Dankzij de inspanningen die de producenten hebben geleverd om het houden van ooien te bevorderen, is het gebied waaruit de melk afkomstig is, aanzienlijk verkleind. Momenteel wordt enkel melk gebruikt die afkomstig is van het gebied dat „le rayon” wordt genoemd en 560 gemeenten of delen van gemeenten omvat.”

Het eerder gedefinieerde productiegebied omvatte een groot aantal gemeenten (5 510 gemeenten). Er werd naar gestreefd om het gebied strikt te beperken tot de gebieden die behoren tot het middelgebergte in het zuiden van het Centraal Massief, de piedmonts en de bekkens binnen het gebergte, waar traditionele en moderne gebruiken en typische productiemethoden bestaan. Zo wordt de band tussen het product en zijn oorsprongsgebied sterker. Momenteel omvat het geografisch gebied slechts 560 gemeenten of delen van gemeenten die zich over zes departementen uitstrekken.

Werkwijze voor het verkrijgen van het product: Aan de werkwijze voor het verkrijgen van het product worden de volgende bepalingen toegevoegd:

Toevoeging van:

„Het is verboden als grondstof gebruikte melk, producten in bereiding, wrongel en verse kaas onder het vriespunt te bewaren.”

„Het is verboden verse en rijpende kazen onder gemodificeerde atmosfeer te bewaren.”

Er bestaat een algemene reglementering voor bewerkingen van en additieven voor kazen. Er is evenwel geconstateerd dat nieuwe technieken, waarvan er een aantal op bewerkingen en additieven betrekking hebben, zoals microfiltratie, gedeeltelijke concentratie van melk of rijpingsenzymen, gevolgen kunnen hebben voor de kenmerken van kazen met een oorsprongsbenaming. Sommige enzymatische additieven lijken immers afbeuk te doen aan de essentiële kenmerken van producten met een BOB.

Het is derhalve noodzakelijk gebleken in de productdossiers inzake elke oorsprongsbenaming onder de rubriek „Werkwijze voor het verkrijgen van het product” de huidige werkwijzen die betrekking hebben op de bewerkingen van en additieven voor melk en op de bereiding van kazen te preciseren om te vermijden dat toekomstige niet-gereglementeerde werkwijzen afbreuk doen aan de kenmerken van kazen met een oorsprongsbenaming.

SAMENVATTING

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„ROQUEFORT”

EG-nummer: FR/PDO/117/0131/10.05.2005

BOB ( X ) BGA ( )

Deze samenvatting bevat de belangrijkste gegevens uit het productdossier ter informatie.

1.   Bevoegde dienst van de lidstaat:

Naam:

Institut National de l'Origine et de la Qualité (INAO)

Adres:

51, rue Anjou

F-75008 Paris

Tel.

(33) 153 89 80 00

Fax

(33) 153 89 80 60

E-mail:

info@inao.gouv.fr

2.   Groepering:

Naam:

Confédération Générale des Producteurs de lait de Brebis et des industriels de Roquefort

Adres:

36, avenue de la République — BP 348

F-12103 Millau cedex

Tel.

(33) 565 59 22 00

Fax

(33) 565 59 22 08

E-mail:

Samenstelling:

Producenten/verwerkers ( X ) Andere ( )

3.   Productcategorie:

Categorie 1.3 — Kaas

4.   Overzicht van het productdossier:

(samenvatting van de in artikel 4, lid 2, van verordening (EG) nr. 510/2006 voorgeschreven gegevens)

4.1.   Naam: „Roquefort”.

4.2.   Beschrijving: Cilindervormige blauwgroen geaderde kaas op basis van rauwe, volle schapenmelk, met vochtige korst, 8,5 tot 11,5 cm hoog en met een gewicht van 2,5 tot 3 kg. De droge stof mag niet minder dan 55 gram per 100 gram gerijpte kaas bedragen.

Aan het niet-geperste en niet-gekookte zuivel worden sporen van Penicillium roqueforti toegevoegd.

Het zuivel is zacht en soepel en gelijkmatig blauw geaderd. Het heeft een bijzonder aroma met een lichte schimmelgeur en een fijne en uitgesproken smaak.

4.3.   Geografisch gebied: Oorsrpronkelijk een uitgestrekt gebied in het zuiden van het Centraal Massief met, zoals bepaald in de wet van 26 juli 1925, dezelfde kenmerken inzake schapenrassen, grasland en klimaat en met een schraal en wild landschap waar enkele kuddes schapen grazen. Dankzij de inspanningen die de producenten in Roquefort leveren om de veeteelt en de melkproductie te bevorderen en de band tussen het product en zijn geografische omgeving aan te halen, is de melk die wordt gebruikt voor de productie van Roquefort enkel afkomstig van het gebied dat 560 gemeenten of delen van gemeenten omvat en dat „le rayon” wordt genoemd. Het strekt zich uit over de departementen Aveyron, Aude, Lozère, Hérault, Gard en Tarn:

Departement Aude

Gemeenten die volledig deel uitmaken van het geografisch gebied:

Brousses-et-Villaret, Castans, Caudebrondre, Cenne-Monestiés, Cuxac-Cabardès, Fontiers-Cabardès, Fraisse-Cabardès, La Tourette-Cabardès, Labastide-Esparbairenque, Lacombe, Laprade, Les Martys, Lespinassière, Mas-Cabardès, Mayreville, Miraval-Cabardès, Montolieu, Pradelles-Cabardès, Roquefère, Saint-Denis, Saissac, Verdun-en-Lauragais, Villardonnel, Villemagne.

Gemeenten die gedeeltelijk deel uitmaken van het geografisch gebied:

Belpech, Fanjeaux.

Departement Aveyron

Gemeenten die volledig deel uitmaken van het geografisch gebied:

Agen-d'Aveyron, Aguessac, Alrance, Anglars-Saint-Félix, Arnac-sur-Dourdou, Arques, Arvieu, Asprières, Aurelle-Verlac, Auriac-Lagast, Auzits, Ayssènes, Balaguier-sur-Rance, Balsac, Baraqueville, Belcastel, Belmont-sur-Rance, Bertholène, Bessuéjouls, Bor-et-Bar, Bournazel, Boussac, Bozouls, Brandonnet, Brasc, Broquiès, Brousse-le-Château, Brusque, Buzeins, Cabanès, Calmels-et-le-Viala, Calmont, Camarès, Camboulazet, Camjac, Campagnac, Canet-de-Salars, Cassagnes-Bégonhès, Castanet, Castelmary, Castelnau-Pegayrols, Centrès, Clairvaux-d'Aveyron, Colombiès, Combret, Compeyre, Compolibat, Compregnac, Comps-la-Grand-Ville, Connac, Cornus, Coupiac, Coussergues, Creissels, Crespin, Cruéjouls, Curan, Druelle, Drulhe, Durenque, Escandolières, Espalion, Fayet, Flavin, Fondamente, Gabriac, Gaillac-d'Aveyron, Galgan, Gissac, Goutrens, Gramond, La Bastide-l'Evêque, La Bastide-Pradines, La Bastide-Solages, La Capelle-Bleys, La Capelle-Bonance, La Cavalerie, La Couvertoirade, La Cresse, La Fouillade, La Loubière, La Roque-Sainte-Marguerite, La Salvetat-Peyralès, La Selve, La Serre, Laissac, Lanuejouls, Lapanouse, Lapanouse-de-Cernon, Lassouts, Laval-Roquecezière, Lavernhe, Le Clapier, Le Monastère, Le Truel, Le Vibal, Lédergues, Les Albres, Les Costes-Gozon, Lescure-Jaoul, Lestrade-et-Thouels, L'Hospitalet-du-Larzac, Luc, Lugan, Lunac, Maleville, Manhac, Marcillac-Vallon, Marnhagues-et-Latour, Martrin, Mayran, Mélagues, Meljac, Millau, Montagnol, Montbazens, Montclar, Montfranc, Montjaux, Montlaur, Montrozier, Morlhon-le-Haut, Mostuéjouls, Mounes-Prohencoux, Mouret, Moyrazès, Murasson, Muret-le-Château, Najac, Nant, Naucelle, Nauviale, Olemps, Onet-le-Château, Palmas, Paulhe, Peux-et-Couffouleux, Peyreleau, Peyrusse-le-Roc, Pierrefiche, Plaisance, Pomayrols, Pont-de-Salars, Pousthomy, Prades-Salars, Pradinas, Prévinquières, Privezac, Pruines, Quins, Rebourguil, Recoules-Prévinquières, Réquista, Rieupeyroux, Rignac, Rivière-sur-Tarn, Rodelle, Rodez, Roquefort-sur-Soulzon, Roussennac, Rullac-Saint-Cirq, Saint-Affrique, Saint-André-de-Najac, Saint-André-de-Vézines, Saint-Beaulize, Saint-Beauzély, Saint-Christophe-Vallon, Saint-Côme-d'Olt, Saint-Cyprien-sur-Dourdou, Sainte-Eulalie-de-Cernon, Sainte-Eulalie-d'Olt, Sainte-Juliette-sur-Viaur, Sainte-Radegonde, Saint-Félix-de-Sorgues, Saint-Geniez-d'Olt, Saint-Georges-de-Luzençon, Saint-Izaire, Saint-Jean-d'Alcapiès, Saint-Jean-Delnous, Saint-Jean-du-Bruel, Saint-Jean-et-Saint-Paul, Saint-Juéry, Saint-Just-sur-Viaur, Saint-Laurent-de-Lévézou, Saint-Laurent-d'Olt, Saint-Léons, Saint-Martin-de-Lenne, Saint-Rome-de-Cernon, Saint-Rome-de-Tarn, Saint-Salvadou, Saint-Saturnin-de-Lenne, Saint-Sernin-sur-Rance, Saint-Sever-du-Moustier, Saint-Victor-et-Melvieu, Salles-Curan, Salles-la-Source, Salmiech, Sanvensa, Sauclières, Sauveterre-de-Rouergue, Sébazac-Concourès, Sébrazac, Ségur, Sévérac-le-Château, Sévérac-l'Eglise, Sonnac, Sylvanès, Tauriac-de-Camarès, Tauriac-de-Naucelle, Tayrac, Tournemire, Trémouilles, Vabres-l'Abbaye, Vabre-Tizac, Valady, Valzergues, Vaureilles, Verrières, Versols-et-Lapeyre, Veyreau, Vézins-de-Lévézou, Viala-du-Pas-de-Jaux, Viala-du-Tarn, Villecomtal, Villefrance-de-Panat, Vimenet.

Gemeenten die gedeeltelijk deel uitmaken van het geografisch gebied:

Castelnau-de-Mandailles, Prades-d'Aubrac.

Departement Gard

Gemeenten die volledig deel uitmaken van het geografisch gebied:

Alzon, Blandas, Campestre-et-Luc, Causse-Bégon, Dourbies, Lanuéjols, Montdardier, Revens, Rogues, Saint-Sauveur-Camprieu, Trèves, Vissec.

Departement Hérault

Gemeenten die volledig deel uitmaken van het geografisch gebied:

Avène, Bédarieux, Brenas, Cambon-et-Salvergues, Camplong, Carlencas-et-Levas, Cassagnoles, Castanet-le-Haut, Ceilhes-et-Rocozels, Colombières-sur-Orb, Combes, Courniou, Dio-et-Valquières, Ferrals-les-Montagnes, Fraisse-sur-Agout, Graissessac, Hérépian, Joncels, La Salvetat-sur-Agout, La Tour-sur-Orb, La Vacquerie-et-Saint-Martin-de-Cas, Lamalou-les-Bains, Lauroux, Lavalette, Le Bousquet-d'Orb, Le Caylar, Le Cros, Le Poujol-sur-Orb, Le Pradal, Le Puech, Le Soulié, Les Aires, Les Plans, Les Rives, Liausson, Lodève, Lunas, Mérifons, Mons, Mourèze, Octon, Olargues, Olmet-et-Villecun, Pégairolles-de-l'Escalette, Pézènes-les-Mines, Prémian, Riols, Romiguières, Roqueredonde, Rosis, Saint-Etienne-d'Albagnan, Saint-Etienne-Estréchoux, Saint-Félix-de-L'Héras, Saint-Geniès-de-Varensal, Saint-Gervais-sur-Mare, Saint-Julien, Saint-Martin-de-l'Arcon, Saint-Maurice-Navacelles, Saint-Michel, Saint-Pierre-de-la-Fage, Saint-Pons-de-Thomières, Saint-Vincent-d'Olargues, Salasc, Sorbs, Taussac-la-Billière, Valsmascle, Verreries-de-Moussans, Vieussan, Villemagne-l'Argentière.

Departement Lozère

Gemeenten die volledig deel uitmaken van het geografisch gebied:

Allenc, Badaroux, Balsièges, Banassac, Barjac, Brenoux, Canilhac, Chadenet, Chanac, Chirac, Cultures, Esclanèdes, Florac, Fraissinet-de-Fourques, Gabrias, Gatuzières, Grèzes, Hures-la-Parade, Ispagnac, La Canourgue, La Malène, La Tieule, Lachamp, Lanuéjols, Laval-du-Tarn, Le Massegros, Le Monastier-Pin-Moriès, Le Recoux, Le Rozier, Les Bondons, Les Hermaux, Les Salelles, Les Vignes, Marvejols, Mas-Saint-Chély, Mende, Meyrueis, Montbrun, Montrodat, Palhers, Quézac, Saint-Bauzile, Saint-Bonnet-de-Chirac, Sainte-Enimie, Sainte-Hélène, Saint-Etienne-du-Valdonnez, Saint-Georges-de-Lévéjac, Saint-Germain-du-Teil, Saint-Laurent-de-Trèves, Saint-Pierre-de-Nogaret, Saint-Pierre-des-Tripiers, Saint-Rome-de-Dolan, Saint-Saturnin, Servières, Trélans, Vebron.

Departement Tarn

Gemeenten die volledig deel uitmaken van het geografisch gebied:

Aiguefonde, Alban, Albine, Almayrac, Ambialet, Andouque, Anglès, Arfons, Arifat, Assac, Aussillon, Barre, Belleserre, Berlats, Boissezon, Bout-du-Pont-de-Larn, Brassac, Brousse, Burlats, Cadix, Cagnac-les-Mines, Cahuzac, Cambounès, Carmaux, Castanet, Castelnau-de-Brassac, Castres, Caucalières, Courris, Crespin, Crespinet, Curvalle, Dourgne, Durfort, Escoussens, Escroux, Espérausses, Fauch, Faussergues, Ferrières, Fraissines, Gijounet, Jouqueviel, Labastide-Rouairoux, Labessière-Candeil, Labruguière, Lacabarède, Lacapelle-Pinet, Lacapelle-Ségalar, Lacaune, Lacaze, Lacrouzette, Lagardiolle, Lagarrigue, Lamontélarié, Laparrouquial, Lasfaillades, Lautrec, Le Bez, Le Dourn, Le Fraysse, Le Garric, Le Margnés, Le Masnau-Massuguiés, Le Rialet, Le Ségur, Le Travet, Le Vintrou, Lédas-et-Penthiès, Les Cammazes, Lescure-d'Albigeois, Lombers, Marsal, Massaguel, Massals, Mazamet, Miolles, Mirandol-Bourgnounac, Monestiés, Montauriol, Montfa, Montirat, Montredon-Labessonnié, Mont-Roc, Moularès, Moulin-Mage, Murat-sur-Vèbre, Nages, Noailhac, Padiés, Pampelonne, Paulinet, Payrin-Augmontel, Pont-de-Larn, Poulan-Pouzols, Rayssac, Réalmont, Ronel, Roquecourbe, Rosières, Rouairoux, Rouffiac, Roumégoux, Saint-Affrique-les-Montagnes, Saint-Amancet, Saint-Amans-Soult, Saint-Amans-Valtoret, Saint-André, Saint-Antonin-de-Lacalm, Saint-Avit, Saint-Christophe, Saint-Cirgue, Sainte-Croix, Sainte-Gemme, Saint-Grégoire, Saint-Jean-de-Marcel, Saint-Jean-de-Vals, Saint-Julien-du-Puy, Saint-Julien-Gaulène, Saint-Lieux-Lafenasse, Saint-Marcel-Campès, Saint-Martin-Laguépie, Saint-Michel-Labadie, Saint-Pierre-de-Trivisy, Saint-Salvi-de-Carcavès, Saint-Salvy-de-la-Balme, Salles, Saussenac, Sauveterre, Sénaux, Sérénac, Sieurac, Sorèze, Soual, Tanus, Teillet, Terre-Clapier, Tréban, Trébas, Trévien, Vabre, Valderiès, Valdurenque, Valence-d'Albigeois, Vénès, Verdalle, Viane, Villefrance-d'Albigeois, Viviers-lès-Montagnes.

Gemeenten die gedeeltelijk deel uitmaken van het geografisch gebied:

Amarens, Arthès, Bernac, Castelnau-de-Lévis, Cestayrols, Cordes-sur-Ciel, Dénat, Graulhet, Lasgraisses, Lempaut, Mouzens, Mailhoc, Navès, Mouzieys-Panens, Pratviel, Peyregoux, Puechoursi, Puylaurens, Souel, Técou.

4.4.   Bewijs van de oorsprong: Elke marktdeelnemer moet bij de diensten van het INAO worden geregistreerd aan de hand van een bekwaamheidsverklaring waarmee alle marktdeelnemers kunnen worden geïdentificeerd. De marktdeelnemers moeten voor het INAO niet alleen registers bijhouden maar ook alle documenten bewaren die nodig zijn om de oorsprong, de kwaliteit en de productieomstandigheden van de melk en de kaas te controleren.

De kwaliteit en de typische kenmerken van een product met een oorsprongsbenaming worden gecontroleerd aan de hand van een analytisch en organoleptisch onderzoek.

4.5   Werkwijze voor het verkrijgen van het product: De melk- en kaasproductie moet plaatsvinden in het geografisch gebied.

Het schapenras wordt nader gepreciseerd (ooien van het ras „Lacaune” en „zwarte” ooien die zijn verkregen uit dieren die voldoen aan de normen voor het ras „Lacune”). Hiervoor geldt een aanpassingstermijn van vijf jaar. Er zijn preciseringen met betrekking tot de voeding van de ooien (behalve in uitzonderingsgevallen moet de voeding voor ten minste driekwart uit het gebied afkomstig zijn; de ooien moeten elke dag worden geweid zodra de weersomstandigheden dit toelaten).

Er zijn preciseringen met betrekking tot de melk, de opslag daarvan, de toevoeging van stremsel (moet gebeuren bij een temperatuur tussen 28 °C en 34 °C), de wrongel (invriezen voor verwerking op een later tijdstip is verboden), het in vormen doen van de wrongel (na het aftappen van vrijgekomen wei), het laten uitlekken (waarbij geen pers wordt gebruikt), de merking, de toevoeging van de schimmel en het doorprikken van de kaas; het doorprikken en de inslag in de affinagekelder vinden plaats na ten hoogste twee dagen, of onder bepaalde voorwaarden vier dagen. De kaas wordt gemaakt in speciale kaasmakerijen.

De Penicillium roqueforti wordt ofwel in vloeibare vorm toegevoegd samen met het stremsel, ofwel in poedervorm wanneer de wrongel in vormen wordt gedaan.

De kaas ondergaat een rijpingsproces gedurende ten minste 90 dagen vanaf de dag van bereiding. In die periode vindt een affinage plaats, gevolgd door een rijping bij een onder controle gehouden temperatuur. De kaas verblijft onbedekt in de kelders van Roquefort-sur-Soulzon — die zich bevinden in de grotten van Combalou — gedurende de periode die nodig is voor de goede ontwikkeling van de Penicillium roqueforti. Deze periode mag in geen geval minder dan twee weken bedragen. Vervolgens worden de kazen in een beschermende verpakking gedaan en ondergaan zij een verdere trage rijping in die kelders of in ruimten met temperatuurregeling waar zij worden opgeslagen. Het aanbrengen van de beschermende verpakking mag alleen in de kelders gebeuren. De rijping, de opslag, de versnijding, het gereedmaken, de voorverpakking en de verpakking van de kazen mogen uitsluitend in de gemeente Roquefort-sur-Soulzon plaatsvinden.

4.6.   Verband: De kaasproductie in Roquefort kent een lange traditie.

Er werden al kaaszeven aangetroffen op de prehistorische vindplaatsen in de streek. Vanaf de achtste eeuw duikt de kaas van Roquefort op in verschillende akten, schenkingsakten, rentebrieven, enz. met betrekking tot Rouergue. In de vijftiende eeuw erkent Karel VI via een patent, dat door zijn opvolgers werd bevestigd, dat het levensnoodzakelijk is om de Roquefort te beschermen. Op 31 augustus 1666 verleent een besluit van het parlement van Toulouse de inwoners van Roquefort sur Soulzon het alleenrecht op de rijping van de kaas. Het is de enige kaas waarvan de oorsprongsbenaming bij wet is erkend sinds 1925 (Wet van 26 juli 1925).

Het bijzondere karakter van de Roquefort schuilt in de nauwe samenwerking tussen mens en natuur. Het is enerzijds gebaseerd op de kenmerken van de melk, die afkomstig is van traditionele en volgens de gebruiken gevoederde schapenrassen en anderzijds op het bijzondere karakter van de natuurlijke kelders in Roquefort sur Soulzon, die volledig zijn ingebed in de grotten aan de voet van de kalkrotsen van het Combalougebergte. Daar doet zich een natuurwonder voor dat de Roquefort zijn unieke smaak geeft.

4.7.   Controlestructuur:

Naam:

Institut National de l'Origine et de la Qualité (INAO)

Adres:

51 rue d'Anjou

F-75008 Paris

Tel.

(33) 153 89 80 00

Fax

(33) 153 89 80 60

E-mail:

info@inao.gouv.fr

Het Institut National des Appellations d'Origine is een openbare instelling van bestuurlijke aard met rechtspersoonlijkheid, die onder toezicht staat van het ministerie van Landbouw.

Het INAO is verantwoordelijk voor de controle van de productievoorwaarden van de producten met deze oorsprongsbenaming.

Als de grenzen van het productiegebied of een van deze productievoorwaarden niet in acht worden genomen, is het gebruik van de oorsprongsbenaming, onder welke vorm of met welk doel dan ook, verboden.

Naam:

Direction Générale de la Concurrence, de la Consommation et de la Répression des Fraudes (DGCCRF)

Adres:

59, Boulevard Vincent Auriol

F-75703 Paris Cedex 13

Tel.

(33) 144 87 17 17

Fax

(33) 144 97 30 37

E-mail:

C3@dgccrf.finances.gouv.fr

Het DGCCRF is een dienst van het ministerie van Economie, financiën en industrie.

4.8   Etikettering: Op het etiket moeten het logo met de afkorting INAO, de vermelding „Appellation d'Origine Contrôlée” en de naam van de benaming worden aangebracht. Ook het collectieve merk van de in 1930 opgerichte groepering „brebis rouge” moet op het etiket zijn afgebeeld.

Aan de benaming „Roquefort” mogen geen preciseringen of andere vermeldingen worden toegevoegd met uitzondering van het collectieve merk „Brebis Rouge” en de andere specifieke fabrieks- of handelsmerken of de handelsnamen of emblemen.


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.