Strategie van de EU voor Afrika

De EU-strategie voor Afrika is de reactie van de EU op de tweeledige uitdaging die eruit bestaat Afrika opnieuw op het spoor van een duurzame ontwikkeling te zetten en tevens de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling (MDO) voor 2015 te bereiken. Als langdurige partner en naaste buur van Afrika kan de EU dit continent in dit proces een doorslaggevende aanzet geven.

BESLUIT

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement en het Europees Economisch en Sociaal Comité van 12 oktober 2005 - EU-strategie voor Afrika: naar een Europees-Afrikaans pact voor snellere ontwikkeling van Afrika [COM(2005) 489 definitief – Niet in het Publicatieblad verschenen].

SAMENVATTING

De strategie van de EU voor Afrika schetst een actiekader voor het geheel van de lidstaten om Afrika te steunen bij zijn inspanningen om de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling (MDO) te behalen. In Afrika is al enkele jaren heel wat vooruitgang geboekt, onder meer op het gebied van behoorlijk bestuur en economische groei. De Afrikaanse Unie (AU), het nieuwe partnerschap voor de ontwikkeling van Afrika (NEPAD) en de internationale organisaties hebben Afrika een politieke en economische routekaart en een visie op de toekomst verschaft. Toch is voor Afrika de weg die voor duurzame ontwikkeling moet worden afgelegd nog lang.

Een zeer verscheiden continent

In Afrika vinden we uiteenlopende politieke regimes, historische achtergronden, culturele en religieuze verbanden, economische en geografische contexten. Voorts bestaan streken vol onrust en centra van stabiliteit er naast elkaar. Bepaalde Afrikaanse landen hebben langere tijd in vrede, veiligheid, economische en politieke stabiliteit en democratische participatie geleefd en doen dat nog steeds. Andere landen daarentegen blijven in eindeloze conflicten gewikkeld. Deze toegenomen instabiliteit gaat samen met een toename van de georganiseerde grensoverschrijdende criminaliteit, met een uitbreiding van de handel in en het gebruik van drugs, van mensenhandel, smokkel van natuurlijke hulpbronnen en wapenhandel.

Toch kan men de tekenen van groei niet over het hoofd zien. De duurzame exploitatie van natuurlijke bronnen, de ontwikkeling van de landbouw, de investeringen in menselijk potentieel, dit alles schept een voor investeringen gunstig klimaat. Verschillende Afrikaanse landen zijn rijk aan natuurlijke hulpbronnen waarmee een waarachtige duurzame ontwikkeling mogelijk wordt. De Afrikaanse landen die van basislandbouwproducten afhankelijk zijn, kunnen hun economische kwetsbaarheid verminderen door in te grijpen in de dalende langetermijnprijzen en de schommelingen van de wereldmarktprijzen.

Een betrouwbaar en aantrekkelijk investeringsklimaat is voor groei fundamenteel. De stabiliteit en het niveau van de bestuurskwaliteit van een land, transparantie, een dialoog met het nationale en internationale zakenleven, alsmede een regionale integratie, dit zijn allemaal factoren die aan een economische ontwikkeling bijdragen. Nieuwe externe spelers, zoals Brazilië, India en China, worden in toenemende mate aangetrokken door het economisch potentieel dat Afrika biedt. Langjarige partners van Afrika, zoals de Verenigde Staten, Japan en Rusland, laten opnieuw belangstelling voor het continent zien.

Het is in deze streken van bijzonder belang interconnecties tot stand te brengen om de toegang van de bevolking tot de markten te vergemakkelijken en de kosten van commerciële activiteiten te verlagen. Om Afrika in de wereldeconomie een sterkere plaats te geven, dient een proces van regionale integratie te worden uitgewerkt.

Sociale dynamiek

Ook op menselijk vlak vertoont Afrika een zeer uiteenlopend beeld. Enkele Afrikaanse landen hebben weliswaar een indrukwekkende economische groei laten zien, toch verhindert de sterk ongelijke verdeling van de inkomsten veelal dat deze groei voor de armen iets oplevert.

Het scheppen van banen is een van de voornaamste mogelijkheden om de armoede te bestrijden en sociale ontwikkeling te bereiken, vooral voor vrouwen en etnische minderheden. De werkgelegenheidssituatie is uiteraard nauw verbonden met de mate van geletterdheid, die wel geleidelijk verbetert. Het welzijn van de bewoners hangt ook af van de omstandigheden op het gebied van hygiëne en gezondheid. De pandemie van HIV/aids weegt met name zwaar op talrijke landen in Afrika.

Milieudynamiek

Het Afrikaanse continent is, gezien vanuit milieuoogpunt, zeer verscheiden. De klimatologische veranderingen zullen de druk op grondstoffen en water nog vergroten, de biodiversiteit en de menselijke gezondheid beïnvloeden, de voedselzekerheid verslechteren en de verwoestijning nog ernstiger maken. Overstromingen en droogtes komen in Afrika veelvuldig voor en zullen bij verandering van het klimaat nog toenemen, terwijl de systemen om vroegtijdig te waarschuwen niet adequaat zijn en rampenbeheersing maar matig functioneert. Aanpassing aan de klimaatveranderingen is voor de ontwikkeling van Afrika derhalve een allereerste noodzaak.

Bijna de helft van het Afrikaanse continent heeft te kampen met verwoestijning; de ernstigst getroffen gebieden liggen aan de rand van de woestijnen. Daarnaast zijn de hernieuwbare waterbronnen in Afrika minder talrijk dan het gemiddelde wereldwijd en hebben verscheidene landen te kampen met min of meer ernstige tekorten aan water. Voorts ligt in Afrika 17% van het wereldbosbestand: de ontbossing, om commerciële redenen of ten behoeve van de landbouw, is een belangrijke bron van zorg.

De beginselen van de betrekkingen van de EU met Afrika

In de laatste decennia zijn de overeenkomsten tussen de EU en Afrika steeds talrijker geworden: de overeenkomsten van Lomé, die met de landen die lid zijn van de ACS-groep (landen in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan), zijn afgesloten en later werden vervangen door de overeenkomst van Cotonou in 2000, de overeenkomsten met Zuid-Afrika en de Euromediterrane partnerschaps- en associatieovereenkomsten.

Het is dus tijd om de fundamentele beginselen die ten grondslag liggen aan de relatie tussen Afrika en de EU verder uit te werken. De onderhavige mededeling heeft er drie op het oog:

De EU neemt verplichtingen op zich in Afrika op drie bestuursniveaus – nationaal, regionaal en continentaal – aan de hand van het beginsel van subsidiariteit: alleen de problemen die minder efficiënt op het lagere niveau behandeld kunnen worden, dienen op het hogere niveau behandeld te worden. Tevens zou hiermee de intra-Afrikaanse subsidiariteit tussen deze drie niveaus moeten worden vergroot en zou de dialoog met het hele Afrikaanse continent op het hoogste niveau gebracht moeten worden.

De strategie van de EU-respons

De EU zal haar hulp op de genoemde gebieden vooraf moeten intensiveren omdat anders de millenniumdoelstellingen, namelijk vrede, veiligheid en goed bestuur, niet te verwezenlijken zijn, terwijl zij noodzakelijk zijn om een omgeving te scheppen waarin economische groei, handelsverkeer en interconnecties, sociale samenhang en milieucohesie kunnen gedijen.

De EU zal dus haar inspanningen ter bevordering van vrede en veiligheid benadrukken door middel van een hele reeks maatregelen die loopt van steun aan Afrikaanse maatregelen op het gebied van vrede tot een wereldwijde aanpak van geschillenpreventie die zich richt op de onderliggende oorzaken van de gewelddadige conflicten. Deze acties beogen eveneens samenwerking bij terrorismebestrijding en bij niet-proliferatie van massavernietigingswapens en steun aan regionale en nationale strategieën ten behoeve van ontwapening, demobilisatie, herintegratie en wederinschakeling om bij te dragen aan de herintegratie van oud-strijders (ook de kindsoldaten) en de stabilisering van de situatie na afloop van de conflicten.

Ondanks hetgeen in Afrika reeds is verwezenlijkt, is op het vlak van goed bestuur nog een lange weg te gaan. Teneinde het staatsapparaat te hervormen zou de EU moeten bijdragen aan het tot stand brengen van doelmatige en geloofwaardige centrale instellingen; hiertoe zal zij op het gebied van goed bestuur een initiatief ontwikkelen om het Afrikaanse mechanisme van evaluatie door gelijken steun te verlenen. De EU zal toezien op versterking van de eerbiediging van de mensenrechten en de democratie en zij zal de plaatselijke capaciteit en het proces van decentralisatie verder ontwikkelen om democratie en ontwikkeling nog te versterken. Tevens zal de EU de Afrikaanse landen aanmoedigen de voornaamste internationale instrumenten op het gebied van criminaliteitspreventie te ondertekenen en ten uitvoer te leggen.

Om de armoede écht terug te dringen zal de EU in Afrika een snelle en gediversifieerde economische ontwikkeling aanmoedigen door de macro-economische stabiliteit te ondersteunen en bij te dragen aan de totstandbrenging van geïntegreerde regionale markten. De beperkte toegang tot de transport- en communicatiediensten, tot water, tot sanitaire uitrusting en tot energie vormt een rem op de economische groei. De Commissie stelt daarom voor om een partnerschap EU-Afrika voor infrastructuur tot stand te brengen. Voorts moet een harmonisering tot stand komen van het beleid inzake vervoer waarbij het programma "vervoer" voor Afrika ten zuiden van de Sahara steun verkrijgt, terwijl er infrastructuur voor energie en geïntegreerd waterbeheer wordt ontwikkeld teneinde dit beheer in de grensoverschrijdende rivierbekkens te verbeteren.

In aanmerking nemend dat 40% van de Afrikanen met minder dan 1 dollar per dag moet rondkomen, is het noodzakelijk bij te dragen tot de totstandbrenging van enigerlei vorm van sociale bescherming voor de meest kwetsbare personen. In deze context zal de EU steun geven aan onderwijs, toegang tot kennis en overdracht van competenties - daarbij het basisonderwijs tot een leven lang leren verlengend -, de toegang tot water, hygiëne, energie, alsook aan de verbetering van de sanitaire infrastructuur en de levering van essentiële gezondheidsdiensten.

Bijzondere aandacht moet eveneens gaan naar het werkgelegenheidsbeleid, de bevordering van culturele diversiteit en de omvorming van migratie tot een positieve kracht in het ontwikkelingsproces.

Op milieugebied zijn de maatregelen van de EU toegespitst op het beheer van de milieudiversiteit, een beter duurzaam beheer van de gronden om verwoestijning tegen te gaan, het behoud van de biodiversiteit, een beperking van de gevolgen van klimaatveranderingen en steun aan het verantwoord beheer van scheikundige producten.

De EU is voor Afrika weliswaar de belangrijkste donor ter wereld, toch dient de Gemeenschap er nog aanzienlijk meer te financieren. In juni 2005 heeft zij zich ertoe verbonden de overheidssteun in 2010 collectief te brengen op 0,56% van het bruto nationaal inkomen (BNI) en in 2015 op 0,7% van het BNI. Elk jaar zal er met name ongeveer 4 miljard euro beschikbaar zijn voor Afrika ten zuiden van de Sahara en de huidige strategie voor Afrika zal voor de programma's en de maatregelen uit hoofde van het 10e Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) het referentiekader vormen.

Deze strategie is op 15 en 16 december 2005 door de Europese Raad aangenomen.

GERELATEERDE BESLUITEN

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2007 - Van Caïro naar Lissabon – Het strategische partnerschap tussen de EU en Afrika [COM (2007) 357 definitief – Niet in het Publicatieblad verschenen].

Laatste wijziging: 19.05.2008