Residuen van geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik in levensmiddelen van dierlijke oorsprong

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EG) nr. 470/2009 – EU-procedures voor het vaststellen van grenswaarden voor residuen van farmacologisch werkzame stoffen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

In de verordening staan regels over maximumwaarden voor residuen* van voor diergeneeskunde gebruikte farmacologisch werkzame stoffen, zoals antibiotica, in levensmiddelen van dierlijke oorsprong, met inbegrip van vlees, vis, melk, eieren en honing, om de voedselveiligheid te waarborgen.

In dit verband bevat de verordening:

KERNPUNTEN

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds 6 juli 2009 van toepassing.

ACHTERGROND

Door de wetenschappelijke en technologische vooruitgang inzake nauwkeurigere opsporingsmethoden daalde de beschikbaarheid van geneesmiddelen voor voedselproducerende dieren, waardoor de EU-voorschriften moesten worden aangepast. Deze verordening werd ingevoerd om zowel de consumentenveiligheid als de beschikbaarheid van geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik voor de behandeling van bepaalde ziekten te waarborgen.

Zie voor meer informatie:

KERNBEGRIPPEN

Maximumwaarde voor residuen (MRL). Het maximale gehalte van een residu van farmacologisch actieve stoffen dat toelaatbaar is in levensmiddelen van dierlijke oorsprong.
Actiedrempel. Het voor controledoeleinden vastgestelde niveau voor residuen van een farmacologisch werkzame stof, voor bepaalde stoffen waarvoor geen maximumwaarden voor residuen zijn vastgesteld. Actiedrempels worden in overleg met officiële controlelaboratoria vastgesteld.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 tot vaststelling van communautaire procedures voor het vaststellen van grenswaarden voor residuen van farmacologisch werkzame stoffen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong, tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2377/90 van de Raad en tot wijziging van Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad en van Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 152 van 16.6.2009, blz. 11-22)

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verordening (EU) 2018/782 van de Commissie van 29 mei 2018 tot vaststelling van de methodologische beginselen voor de risicobeoordeling en aanbevelingen inzake risicomanagement als bedoeld in Verordening (EG) nr. 470/2009 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 5-30)

Verordening (EU) 2017/880 van de Commissie van 23 mei 2017 tot vaststelling van voorschriften voor het toepassen van maximumwaarden voor residuen vastgesteld voor een farmacologisch werkzame stof in een bepaald levensmiddel op een ander levensmiddel dat afkomstig is van dezelfde diersoort, en het toepassen van maximumwaarden voor residuen, vastgesteld voor een farmacologisch werkzame stof in een of meer diersoorten op andere diersoorten, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 135 van 24.5.2017, blz. 1-5)

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/12 van de Commissie van 6 januari 2017 betreffende de vorm en de inhoud van aanvragen en verzoeken voor het vaststellen van maximumwaarden voor residuen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 4 van 7.1.2017, blz. 1-7)

Verordening (EU) nr. 37/2010 van de Commissie van 22 december 2009 betreffende farmacologisch werkzame stoffen en de indeling daarvan op basis van maximumwaarden voor residuen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 15 van 20.1.2010, blz. 1-72)

Achtereenvolgende wijzigingen in Verordening (EU) nr. 37/2010 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

Verordening (EEG) nr. 315/93 van de Raad van 8 februari 1993 tot vaststelling van communautaire procedures inzake verontreinigingen in levensmiddelen (PB L 37 van 13.2.1993, blz. 1-3)

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 24.03.2022