Gelijke behandeling ongeacht ras of etnische afstamming

 

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn 2000/43/EG — toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht ras of etnische afstamming

WAT IS HET DOEL VAN DEZE RICHTLIJN?

KERNPUNTEN

Afwijkingen van het beginsel van gelijke behandeling

Rechtsmiddelen en handhaving

Het slachtoffer van discriminatie hoeft alleen maar een vermoeden van discriminatie aan te tonen, waarna de verweerde moet bewijzen dat er geen discriminatie heeft plaatsgevonden.

Sociale dialoog en civiele dialoog

Organen voor de bevordering van het beginsel

Ieder EU-land moet ten minste één orgaan oprichten voor de bestrijding van discriminatie, die vooral verantwoordelijk is om slachtoffers te helpen en onafhankelijke onderzoeken uit te voeren.

Aanbeveling van de Raad

In 2013 nam de Raad een aanbeveling aan met een op een aantal gebieden te nemen maatregelen, waaronder antidiscriminatie om de integratie van Roma te verbeteren. De aanbeveling bouwt voort op Richtlijn 2000/43/EG en benadrukt het belang van de praktische handhaving ervan.

VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?

De richtlijn is sinds 19 juli 2000 van toepassing. EU-landen moesten de richtlijn voor 19 juli 2003 omzetten in nationale wetgeving.

ACHTERGROND

Het Verdrag van Lissabon (artikel 19 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) voorziet in een juridische basis om discriminatie op grond van geslacht, ras of etnische afstamming, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid te bestrijden.

* KERNBEGRIPPEN

Directe discriminatie: wanneer iemand op grond van ras of etnische afstamming ongunstiger wordt behandeld dan een ander in een vergelijkbare situatie wordt, is of zou worden behandeld.

Indirecte discriminatie: wanneer een ogenschijnlijk neutrale bepaling, maatstaf of handelwijze personen van een bepaald ras of een bepaalde etnische afstamming in vergelijking met andere personen bijzonder benadeelt, tenzij die bepaling, maatstaf of handelwijze objectief wordt gerechtvaardigd door een legitiem doel en de middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn.

Intimidatie: ongewenst gedrag dat met ras of etnische afstamming verband houdt en tot doel of gevolg heeft dat de waardigheid van een persoon wordt aangetast en een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd.

Represailles: onrechtvaardige of wrede behandeling van iemand die over discriminatie klaagt of die iemand anders helpt bij een klacht over discriminatie.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Richtlijn 2000/43/EEG van de Raad van 29 juni 2000 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht ras of etnische afstamming (PB L 180, 19.7.2000, blz. 22-26)

Achtereenvolgende wijzigingen aan Richtlijn 2000/43/EEG werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Toepassing van richtlijn 2000/43/EG van 29 juni 2000 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht ras of etnische afstamming (COM(2006) 643 def., 30.10.2006)

Aanbeveling van de Raad van 9 december 2013 over doeltreffende maatregelen voor integratie van de Roma in de lidstaten (PB C 378, 24.12.2013, blz. 1-7)

Verslag van de Europese Commissie aan het Europees Parlement en de Raad: Gezamenlijk verslag inzake de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2000/43/EG van de Raad van 29 juni 2000 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht ras of etnische afstamming („richtlijn rassengelijkheid”) en van Richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep („richtlijn gelijke behandeling in arbeid en beroep”) (COM(2014) 2 final, 17.1.2014)

Laatste bijwerking 23.02.2017