Staatssteun ten behoeve van het milieu

De Commissie stelt vast in welke mate en in welke omstandigheden steunmaatregelen noodzakelijk zijn om de bescherming van het milieu en de duurzame ontwikkeling veilig te stellen zonder een onevenredig negatieve invloed uit te oefenen op de mededinging en de economische groei.

BESLUIT

Mededeling van de Commissie - Communautaire kaderregeling inzake staatssteun ten behoeve van het milieu [Publicatieblad nr. C 37 van 3.2.2001].

SAMENVATTING

Context

Overeenkomstig artikel 6 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (EG-Verdrag) moeten de doelstellingen van het milieubeleid in het bijzonder met het oog op het bevorderen van een duurzame ontwikkeling worden geïntegreerd in het beleid van de Commissie inzake het toezicht op overheidssteun in de milieusector. Het mededingingsbeleid is geen tegenpool van het milieubeleid: de eisen inzake milieubescherming moeten worden geïntegreerd in de omschrijving en uitvoering van het mededingingsbeleid, in het bijzonder met het oog op het bevorderen van een duurzame ontwikkeling. Dat de dwingende vereisten op milieugebied op de lange termijn in aanmerking moeten worden genomen, wil evenwel niet zeggen dat elke steunmaatregel moet worden goedgekeurd.

Hierbij moet rekening worden gehouden met de betekenis van een steunmaatregel voor een duurzame ontwikkeling en een volledige toepassing van het beginsel dat de vervuiler betaalt (zie artikel 174 van het EG-Verdrag). Bepaalde steunmaatregelen vallen ontegenzeglijk in deze categorie, vooral wanneer hiermee een hoger niveau van milieubescherming kan worden bereikt zonder dat dit ten koste gaat van de internalisering van de kosten. Andere maatregelen hebben daarentegen niet alleen negatieve gevolgen voor het handelsverkeer tussen lidstaten en de mededinging, maar kunnen indruisen tegen het beginsel dat de vervuiler betaalt en kunnen een duurzame ontwikkeling afremmen. Dit kan ook gelden voor sommige steunmaatregelen die er uitsluitend op gericht zijn de aanpassing aan nieuwe communautaire normen te bevorderen.

Steunverlening ten behoeve van het milieu moet evenwel binnen de algemene context van staatssteun worden gezien en er moet gewezen worden op het relatieve belang ervan. Uit de gegevens die in het kader van het achtste overzicht van de steunmaatregelen in de Europese Unie zijn ontvangen, blijkt immers dat steun ten behoeve van het milieu tussen 1996 en 1998 gemiddeld slechts 1,85 % uitmaakte van het totale steunbedrag dat aan de be- en verwerkende industrie en de dienstensector werd toegekend.

Toepassingsgebied

De huidige kaderregeling is van toepassing op steunmaatregelen die erop gericht zijn de milieubescherming te verzekeren in alle door het EG-Verdrag bestreken sectoren, met inbegrip van die waarvoor specifieke communautaire regelingen op het gebied van staatssteun gelden (bewerking van staal, scheepsbouw, automobielindustrie, synthetische vezels, vervoer en visserij), met uitzondering van de steunmaatregelen ten behoeve van onderzoek en ontwikkeling, steunmaatregelen ten behoeve van opleidingen, alsook de activiteiten die onder de communautaire richtsnoeren voor staatssteun in de landbouwsector vallen. De bepalingen van de huidige kaderregeling zijn evenwel van toepassing op de sectoren visserij en aquacultuur. Steunmaatregelen die de verwezenlijking van belangrijke projecten van Europees belang tot doel hebben op gebieden waar de bescherming van het milieu prioriteit heeft en die vaak een gunstig effect hebben buiten de grenzen van de betrokken lidstaat of lidstaten, kunnen worden toegestaan op grond van de uitzondering van artikel 87, lid 3, onder b), van het EG-Verdrag

Algemene voorwaarden voor de goedkeuring van steunmaatregelen ten behoeve van het milieu

De huidige kaderregeling voorziet in drie belangrijke soorten steunmaatregelen ten behoeve van het milieu, namelijk:

Aangezien er verschillende soorten investeringssteun bestaan (tijdelijke investeringssteun ten behoeve van KMO's, investeringen ten behoeve van energiebesparingen, enz.), worden in de huidige kaderregeling de voorwaarden en de maxima voor elke soort steun als volgt vastgelegd:

Om de Commissie in staat te stellen de toekenning van omvangrijke steun in het kader van goedgekeurde regelingen en de verenigbaarheid van deze steun met de gemeenschappelijke markt te beoordelen, moet elk voornemen om investeringssteun te verlenen, van tevoren bij de Commissie worden aangemeld wanneer de in aanmerking komende kosten meer dan 25 miljoen EUR bedragen en de steun het bruto-subsidie-equivalent van 5 miljoen EUR overschrijdt.

De toepassing van de huidige kaderregeling eindigt bij de bekendmaking van de nieuwe kaderregeling inzake staatssteun ten behoeve van het milieu of, in elk geval op 30 april 2008.

See also

Laatste wijziging: 25.03.2008