Actieplan voor financiële diensten (APFD)

In deze mededeling over de uitvoering van een actiepan voor financiële diensten worden beleidsdoelstellingen en concrete maatregelen voorgesteld om de interne markt voor financiële diensten te verbeteren.

BESLUIT

Mededeling van de Commissie van 11 mei 1999 over de tenuitvoerlegging van het kader voor financiële markten: een actieplan [COM(1999) 232 def. - Niet verschenen in het Publicatieblad].

SAMENVATTING

Dit actieplan sluit aan op de mededeling van 28 oktober 1998 met als titel "Opzetten van een actiekader voor financiële diensten". Het is er gekomen op verzoek van de Europese Raad, bijeen te Wenen in december 1998, die opgeroepen heeft tot de opstelling van een spoedeisend werkprogramma voor de verwezenlijking van de in het actiekader geschetste doelstellingen, waarover een consensus was bereikt. Het plan is tevens gebaseerd op de beraadslagingen van de werkgroep voor het beleid inzake de financiële dienstverlening, die is samengesteld uit persoonlijke vertegenwoordigers van de ministers van Financiën en afgevaardigden van de Europese Centrale Bank (ECB).

De Europese Raad van Keulen van 3 en 4 juni 1999 heeft de Commissie verzocht de met het actieplan op gang gebrachte werkzaamheden voort te zetten in het kader van de werkgroep voor het beleid inzake financiële dienstverlening. In het actieplan voor een financiële interne markt worden indicatieve prioriteiten en een tijdschema voor de uitvoering van specifieke maatregelen voorgesteld. Daarmee worden drie strategische doelstellingen nagestreefd, nl. de verwezenlijking van een interne wholesalemarkt voor financiële diensten; de totstandbrenging van open en veilige retailmarkten en de versterking van het kader voor het bedrijfseconomisch toezicht.

Wholesalemarkten

De euro fungeert als katalysator voor een marktgedreven modernisering van de Europese effecten- en derivatenmarkten. Zo hebben zich in de organisatie van de financiële centra van de Unie ingrijpende veranderingen voorgedaan, die onder meer tot uiting zijn gekomen in nauwere betrekkingen tussen de verschillende effectenbeurzen en in een verbetering van de betalings- en effectenafwikkelingssystemen. Globaal genomen hebben de geplande acties betrekking op de volgende zes terreinen:

Retailmarkten

Het zijn onmiskenbaar de wholesalediensten die een voortrekkersrol spelen in de fundamentele veranderingen die momenteel op de financiële markten gaande zijn. Ook de retailsector maakt echter een ingrijpend aanpassingsproces door. Thans is reeds een rechtskader tot stand gebracht dat financiële instellingen de mogelijkheid biedt hun activiteiten te ontplooien in de wetenschap dat zij beschermd zijn tegen faillissementen en het systeemrisico. Er blijven echter nog tal van juridische, administratieve en publiekrechtelijke hinderpalen bestaan die de grensoverschrijdende aankoop of aanbieding van dergelijke diensten (ene bankrekening, hypothecair krediet enz.) bemoeilijken. In de mededeling wordt een aantal praktische maatregelen voorgesteld om deze hinderpalen weg te werken. Deze maatregelen hebben op de volgende zes essentiële actieterreinen betrekking:

Versterking van de toezichtstructuren

De regelgeving van de Unie moet aan de nieuwe financiële risico's en aan de modernste toezichtpraktijken worden aangepast teneinde het systeemrisico en de institutionele risico's binnen de perken te houden (bijvoorbeeld kapitaaltoereikendheid en solvabiliteitsmarge van de verzekeringsondernemingen) en te kunnen inspelen op de veranderende situatie op de markten (waar instellingen op pan-Europese of transsectorale wijze zijn georganiseerd). De voorgestelde maatregelen omvatten:

Algemene voorwaarden

De van lidstaat tot lidstaat uiteenlopende regelingen voor het ondernemingsbestuur kunnen juridische en administratieve belemmeringen opwerpen die een goede werking van de financiële markt in de Unie in de weg staan. Het begrip "ondernemingsbestuur" bestrijkt echter een breed scala aan aangelegenheden waarvan de specifieke implicaties voor de financiële markt nog onduidelijk zijn. In de gegeven omstandigheden moet het communautaire optreden er derhalve toe beperkt blijven na te gaan welke hinderpalen voor de ontwikkeling van een Europese eengemaakte financiële markt uit de diverse nationale regelingen voor het ondernemingsbestuur voortvloeien.

Een ander belangrijk vraagstuk is de opheffing van belemmeringen en verstoringen van fiscale aard. Uit politiek oogpunt zou het immers moeilijk verdedigbaar zijn een eengemaakte markt voor financiële diensten tot stand te brengen terwijl het proces van belastingcoördinatie op het gebied van de financiële markten onvoltooid blijft. In de mededeling wordt dan ook aangedrongen op de aanneming van het in 1998 ingediende voorstel voor een richtlijn om een minimale effectieve belastingheffing op de inkomsten uit grensoverschrijdende spaargelden tot stand te brengen. De Commissie zal zich voorts blijven inspannen om de fiscale belemmeringen weg te werken die een optimaal functionerende interne markt voor financiële diensten in de weg staan. Met de steun van de werkgroep voor belastingbeleid zal zij tevens voorstellen voor richtlijnen in verband met pensioenfondsen en het verzekeringsbedrijf indienen.

Uitvoering

In de mededeling wordt gepleit voor de instelling van mechanismen om de gemaakte vorderingen te beoordelen en de concrete uitvoering van de diverse maatregelen te vergemakkelijken. Hierbij wordt met name gedacht aan de bestendiging van de werkgroep van persoonlijke vertegenwoordigers van de ministers van Financiën, die tot taak zou hebben de zich aandienende uitdagingen te onderkennen, strategische gegevens te verstrekken en de prioriteiten vast te stellen. Tevens zou een forum op hoog niveau kunnen worden opgericht om overleg te plegen met de vertegenwoordigende organen van de belangrijkste communautaire belangengroepen die baat hebben bij probleemloos en efficiënt functionerende financiële markten. Deze vertegenwoordigende organen zouden eveneens deskundigen uit het bedrijfsleven kunnen aanwijzen om de Commissie bij te staan bij de beoordeling van de gevolgen van oplossingen van een wat technischer aard.

Stand van zaken en voorbereiding van de toekomst

Op 27 oktober 2003 richt de Commissie een gespecialiseerde groep op die moet nagaan in hoeverre vooruitgang is geboekt bij de uitvoering van het APFD en de toekomst moet voorbereiden. Met de hulp van vier nieuwe groepen van marktdeskundigen wordt een grondige evaluatie opgestart van de stand van de integratie van de Europese financiële markten. Dit proces begint op een ogenblik waarop de vijfjarenwetgevingsfase van het APFD afloopt. De evaluatie moet ruim, transparant en open zijn. De oprichting van groepen van deskundigen bestaande uit specialisten op hoog niveau op het gebied van het bankwezen, het verzekeringswezen, het vermogensbeheer en de effectenhandel vormt de eerste fase van dit proces. Deze groepen hebben tot taak de Commissie te helpen bij het vaststellen van de belangrijkste kwesties die in de loop van de daaropvolgende raadpleging zullen worden onderzocht.

Voor meer informatie over de evaluatie van het APFD door de groep van deskundigen: DG MARKT (DE)(EN)(FR).

GERELATEERDE BESLUITEN

Werkdocument van de diensten van de Commissie van 5 januari 2006: voortgangsverslag 2004-2005 over de interne markt voor financiële diensten [SEC(2006) 17 - Niet in het Publicatieblad verschenen]. In dit toetsingsverslag geeft de Commissie een overzicht van hetgeen op het gebied van financiële diensten sinds medio 2004 tot stand is gebracht. De toetsingsverslagen vloeien voort uit het op 5 december 2005 gepubliceerde witboek over het beleid inzake financiële diensten 2005-2010. De Commissie stelt vast dat 98% van de beoogde maatregelen in het APFD binnen de termijn (2005) zijn verwezenlijkt. De werkzaamheden om de maatregelen uit te voeren, zijn van start gegaan.

Het verslag noemt als resultaat onder meer de vaststelling van:

TUSSENTIJDSE VERSLAGEN

Tiende tussentijds verslag van 2 juni 2004 over de voorbereidingen voor de start van de volgende fase in de integratie van de Europese kapitaalmarkt. In dit tiende tussentijdse verslag wordt vastgesteld dat nagenoeg alle 42 wetgevingsmaatregelen van het APFD binnen de termijn (medio 2004) zijn vastgesteld. Sinds het negende voortgangsverslag van november 2003 is overeenstemming bereikt over:

Ook heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan:

De Commissie acht het van prioritair belang dat de wetgevingswerkzaamheden worden voortgezet op het gebied van:

Negende verslag van 24 november 2003 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten, getiteld: "Laatste rechte lijn voor het APFD". In dit tussentijdse verslag (DE)(EN)(FR)(PDF) komt de Commissie tot de conclusie dat het APFD, dat naar verwachting in 2005 zal worden voltooid, een van de stuwende krachten is geweest voor de totstandbrenging van de Europese kapitaalmarkt. Zo heeft het APFD de vooruitzichten voor duurzame groei verbeterd dankzij de beleggingen en de werkgelegenheidsperspectieven. Er is nieuwe vooruitgang geboekt met de goedkeuring van de in het actieprogramma beoogde wetgevingsmaatregelen, waaronder met name:

In het verslag wordt echter onderstreept dat het als gevolg van de uitbreiding van de Unie (mei 2004) en de Europese Parlementsverkiezingen (juni 2004) van essentieel belang is om in de komende vier maanden een akkoord te bereiken over de belangrijke maatregelen van het APFD die nog moeten worden goedgekeurd, namelijk de richtlijn Beleggingsdiensten, de richtlijn over transparantie en de richtlijn betreffende het openbaar overnameaanbod. Tenslotte wordt in het verslag de nadruk gelegd op de initiatieven die de Commissie heeft genomen om de huidige stand van integratie van de Europese financiële markten te evalueren.

Achtste verslag van 2 juni 2003 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten, getiteld: "Financiële diensten - negen maanden om de laatste maatregelen van het actieplan voor financiële diensten (APFD) goed te keuren". Volgens het achtste verslag (DE)(EN)(FR) (PDF) versterken de algemene financiële vooruitzichten de politieke argumenten voor integratie van de financiële diensten in de Europese Unie. Een dergelijke integratie door middel van het APFD zal het immers mogelijk maken de financiële stabiliteit en de integriteit van de markt te versterken, een kader tot stand te brengen voor de tenuitvoerlegging van een gemeenschappelijke Europese wetgeving op financieel gebied en de controle daarvan, alsmede te garanderen dat de nieuwe markten die er na de uitbreiding bijkomen, op een soepele wijze in het regelgevingssysteem van de Europese Unie worden opgenomen.

Hoewel reeds talrijke wetgevingsmaatregelen die noodzakelijk zijn voor de totstandkoming van een geïntegreerde financiële markt, zijn goedgekeurd wordt in het verslag erop gewezen dat het van cruciaal belang is de overige maatregelen af te ronden zodat het APFD tegen 2005 volledig kan worden ten uitvoer gelegd.

De Commissie is op korte termijn niet voornemens een nieuw programma van maatregelen in de financiële dienstensector voor te stellen. Zij wil daarentegen werken aan twee grote politieke doelstellingen waarvoor in de komende jaren nog meer inspanningen noodzakelijk zijn: (a) een uniforme tenuitvoerlegging en de gemeenschappelijke controle daarvan, met name door de oprichting van netwerken van autoriteiten op het gebied van de controle en reglementering van de financiële diensten; (b) een mondiale dimensie van de Europese financiële markt, in het bijzonder wat betreft de betrekkingen met de Verenigde Staten.

Zevende verslag van 2 december 2002 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten. In het zevende verslag (DE)(EN)(FR) [PDF] wordt vastgesteld dat aanzienlijke vooruitgang is geboekt op het gebied van de integratie van de sector, met name wat betreft de investeringsdiensten, de kapitaaltoereikendheid van banken en investeringsondernemingen, clearing en afrekening, het nieuwe voorstel inzake OPA's, prospectussen, pensioenfondsen, financiële conglomeraten en marktmisbruik. Nagenoeg alle in 2001 vastgestelde prioritaire maatregelen zijn thans immers goedgekeurd. In het verslag wordt echter benadrukt dat eenzelfde elan noodzakelijk is indien men ondanks problemen op de financiële markten en het vertrouwensverlies van de investeerders, de door het APFD vastgestelde termijn, namelijk 2005, in acht wil nemen. Met het oog op een betere follow-up van het APFD zal de Commissie een reeks indicatoren ontwikkelen om de maatregelen inzake financieel beleid beter naar prioriteit te kunnen ordenen. Het is tevens wenselijk de Lamfalussy-methode uit te breiden tot alle financiële terreinen zodat sneller en soepeler kan worden gereageerd op de marktontwikkelingen. Tenslotte zou vanaf 2003 een actieplan kunnen worden uitgewerkt voor het vennootschapsrecht, met inbegrip van corporate governance.

Zesde verslag van 3 juni 2002 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten [COM (2002) 267 def. - Niet verschenen in het Publicatieblad]. In dit zesde verslag wordt vastgesteld dat reeds merkbare vooruitgang is geboekt, maar dat de vijftien lidstaten nog meer inspanningen moeten leveren. Er wordt met name op gewezen dat op dit gebied op korte termijn acht wetgevingsvoorstellen moeten worden goedgekeurd. Deze voorstellen hebben betrekking op marktmisbruik, financiëlezekerheidsovereenkomsten, verkoop op afstand van financiële diensten, verzekeringstussenpersonen, prospectussen, financiële conglomeraten, internationale standaarden voor jaarrekeningen en bedrijfspensioenen. In de tekst wordt betreurd dat na twaalf jaar onderhandelingen werd afgezien van het project inzake het openbare overnamebod en wordt erop gewezen dat de Commissie over dit onderwerp een nieuw voorstel zal indienen. Bovendien zal naar aanleiding van de Enron-affaire een groep van deskundigen aanbevelingen voorleggen inzake "optimale werkwijzen voor ondernemingsbestuur en accountantscontrole". De Commissie benadrukt evenwel dat de meeste problemen die door deze zaak aan het licht zijn gekomen, reeds in het kader van het actieplan worden behandeld. Tenslotte worden momenteel nieuwe voorstellen bestudeerd inzake financiële analisten en kredietbeoordelingsbureaus.

Vijfde verslag van 30 november 2001 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten [COM (2001)712 def. - Niet verschenen in het Publicatieblad]. In het tussentijds verslag wordt erop gewezen dat de integratie van de Europese financiële sector thans meer dan ooit van essentieel belang is. Er moet immers rekening worden gehouden met de laatste ontwikkelingen die van invloed zijn geweest op de sector zoals de invoering van de euro, de economische vertraging, de volatiliteit van de financiële markten naar aanleiding van de aanslagen van 11 september 2001 en de bestrijding van de financiering van het terrorisme. Het verslag verwelkomt de geboekte vooruitgang zoals de goedkeuring van de witwasrichtlijn, de overeenkomst betreffende de grensoverschrijdende betalingen, de goedkeuring van het statuut van de Europese vennootschap, het politiek akkoord over de richtlijn betreffende de verkoop op afstand en de oprichting voor het effectenbedrijf van de in het verslag Lamfalussy voorgestelde comités. Maar ook de voorstellen over de pensioenfondsen, de prospectussen, de financiële conglomeraten en de internationale standaarden voor jaarrekeningen (IAS) alsmede het nieuwe voorstel inzake het openbaar aanbod tot verwerving zijn uiterst belangrijke maatregelen die op korte termijn moeten worden goedgekeurd.

Vierde verslag van 5 juni 2001 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten [COM (2001) 286 def. - Niet verschenen in het Publicatieblad]. In het verslag wordt een overzicht gegeven van de stand van de betreffende voorstellen en richtlijnen. Voortaan zijn de Raad en het Europees Parlement belast met de besluitvorming. Sinds het actieplan werd voorgesteld werden immers reeds 18 maatregelen voorgelegd en, hoewel over bepaalde punten reeds overeenstemming werd bereikt, is er nog steeds sprake van een aantal moeilijk liggende vraagstukken. Er zal een echte politieke wil noodzakelijk zijn om het plan binnen de termijnen 2003/2005 ten uitvoer te leggen. Dit is bijvoorbeeld het geval voor de oprichting van twee comités voor het effectenbedrijf die in het Lamfalussy-verslag wordt voorgesteld. Het Parlement is momenteel niet geneigd om bevoegdheden toe te kennen aan een niet-gekozen orgaan en wenst hierover ook geen moeilijkheden met de Raad. In het verslag wordt voorts vermeld dat rekening moet worden gehouden met de snelle veranderingen in de banksector, want de herziening van de reglementering (toezicht) is dringender dan verwacht. In de tekst wordt eveneens de grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van de beurzen behandeld. Tenslotte wordt gewezen op de vooruitgang die reeds op bepaalde gebieden is geboekt (financiële conglomeraten, de prospectus die moet worden gepubliceerd voor effecten die aan het publiek worden aangeboden of tot de handel worden toegelaten, marktmisbruik, collateraal risico en risico bij kredietverlening) alsmede op de overblijvende probleemgebieden (pensioenfondsen en elektronische handel).

Derde verslag van 8 november 2000 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten [COM(2000) 692/2 def. - Niet verschenen in het Publicatieblad]. Over het algemeen is de balans bevredigend, maar bij gebrek aan de nodige dynamiek kan de ambitieuze termijn van 2005 momenteel niet worden gehaald. De Commissie heeft een gedetailleerd tijdschema ("kritiek pad") goedgekeurd om de termijnen te kunnen halen. Dit moet door de "Groep 2005" wordt gecontroleerd. De Commissie heeft een lijst van indicatoren opgesteld om de ontwikkeling en de tendensen van de markten te volgen.

Tweede verslag van 30 mei 2000 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten [COM(2000) 336 def. - Niet verschenen in het Publicatieblad]. Daarin wordt eraan herinnerd dat de Europese Raad van Lissabon heeft gevraagd dat het actieplan voor financiële diensten tegen 2005 wordt uitgevoerd. De Commissie stelt vast dat reeds aanzienlijke vorderingen zijn gemaakt. Op enkele terreinen is echter weinig vooruitgang te zien: het statuut van de Europese vennootschap, fraude en namaak in de betalingssystemen en omzetting door de lidstaten van de richtlijn inzake het definitieve karakter van de verordening. Om de uiterste datum van 2005 in acht te kunnen nemen moet het actieplan op vijf prioritaire gebieden sneller ten uitvoer worden gelegd: een "Europees paspoort" voor emittenten, een betere vergelijkbaarheid van de jaarrekeningen van bedrijven, het wegnemen van hinderpalen voor beleggingen in pensioenfondsen en icbe's, verbeterde werking van de markten voor overschrijdende cessie- en retrocessietransacties en een ingrijpende herziening van de Richtlijn Beleggingsdiensten.

Eerste verslag van 24 november 1999 betreffende de tenuitvoerlegging van het actieplan voor financiële diensten [COM(1999) 630 def. - Niet verschenen in het Publicatieblad]. In dit verslag wordt vijf maanden na de goedkeuring van het actieplan een eerste balans opgemaakt en wordt onderstreept dat sinds de goedkeuring van een aantal van de overwogen maatregelen op verschillende terreinen vooruitgang is geboekt. In het verslag worden de inspanningen die met betrekking tot de basiswerkzaamheden voor specifieke initiatieven in het kader van het actieplan zijn geleverd, tevens globaal positief beoordeeld, en wordt het belang erkend van de bijdrage van de verschillende marktdeelnemers alsmede van de consumenten en de gebruikers. Er wordt op gewezen dat de Raad en het Parlement hun inspanningen hebben geïntensiveerd om een aantal voorstellen uit de impasse te krijgen, al heeft dit niet steeds resultaat opgeleverd. Het verslag dringt voorts bij de Commissie erop aan nog meer inspanningen te leveren om een aanzienlijk aantal maatregelen te nemen binnen de in het actieplan vastgestelde termijnen (pensioenfondsen, beleggingsdiensten, modernisering van het beleid inzake jaarrekeningen, elektronische handel). De Unie zal niet alleen de in het actieplan opgenomen maatregelen moeten uitvoeren, maar, gezien de structurele veranderingen die zich momenteel op de financiële markten voordoen, ook haar strategie moeten bijstellen.

Mededeling van de Commissie van 21 mei 2003 aan de Raad en het Europees Parlement, getiteld: "Modernisering van het vennootschapsrecht en verbetering van de corporate governance in de Europese Unie - Een actieplan" [COM(2003)284 - Niet verschenen in het Publicatieblad]. De Commissie is van mening dat in Europa het kader voor het vennootschapsrecht en corporate governance moeten worden gemoderniseerd, met name wegens de recente financiële schandalen, de groeiende tendens bij Europese ondernemingen om in de interne markt grensoverschrijdend te opereren, de voortdurende integratie van de Europese kapitaalmarkten, de ontwikkeling van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën en de op handen zijnde uitbreiding van de EU met tien nieuwe lidstaten. De Commissie stelt dan ook de belangrijkste politieke doelstellingen vast, verdeelt de verschillende acties op korte, middellange en lange termijn, geeft aan welke soorten instrumenten kunnen worden gebruikt en wanneer.

De belangrijkste doelstellingen van haar actieplan zijn de versterking van de rechten van de aandeelhouders en de bescherming van derden alsmede de verhoging van de efficiëntie en het concurrentievermogen van het bedrijfsleven. Voorts besteedt zij bij de uitbesteding van haar actieplan bijzondere aandacht aan het feit dat zij ervoor moet zorgen dat bij elk communautair initiatief inzake regelgeving een bepaald aantal belangrijke criteria in acht worden genomen, namelijk: inachtneming van het subsidiariteits- en evenredigheidsbeginsel, een flexibele toepassing, maar op solide beginselen, een positieve bijdrage tot de ontwikkeling van de voorschriften op internationaal niveau.

Deze geïntegreerde benadering bestrijkt verschillende initiatieven die verband houden met dit actieplan, maar toch onafhankelijk daarvan worden genomen, namelijk:

Laatste wijziging: 20.10.2006