De voorrang van het Europese recht

 

SAMENVATTING VAN:

Arrest van het Hof van 15 juli 1964 – Flaminio Costa tegen E.N.E.L.

WAAROM IS COSTA TEGEN E.N.E.L. EEN STANDAARDARREST?

KERNPUNTEN

In een prejudiciële beslissing* met betrekking tot het EEG-Verdrag (nu het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) heeft het Hof het volgende toegelicht.

Ontwikkelingen voor en na het arrest

In een ander standaardarrest uit 1963 had het Hof al een net zo belangrijk en aanvullend algemeen beginsel van EU-recht vastgesteld: het beginsel van rechtstreekse werking.

Later heeft het Hof de reikwijdte van het voorrangsbeginsel in zijn jurisprudentie* bestaan specifieke regelingen.

In de “Verklaring betreffende de voorrang” bij de Slotakte van de Intergouvernementele Conferentie die het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie heeft aangenomen, heeft de conferentie:

KERNBEGRIPPEN

Algemene beginselen. Algemene beginselen worden ook wel “aanvullend recht” genoemd en zijn in hoofdzaak ontwikkeld door het HvJ-EU; zij vormen een van de ongeschreven bronnen van EU-recht, anders dan het primaire en het afgeleide recht.
Prejudiciële beslissing. Een beslissing van het HvJ-EU in antwoord op een vraag van een nationale rechtbank over de uitlegging of de geldigheid van het EU-recht. Prejudiciële beslissingen dragen bij tot een uniforme toepassing van het EU-recht.
Jurisprudentie. Het recht zoals dat is vastgesteld door uitspraken in eerdere zaken.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Arrest van het Hof van 15 juli 1964, Flaminio Costa tegen E.N.E.L., Zaak 6/64 (Nederlandse uitgave 1964 01203).

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Conferentie die het Verdrag van Lissabon heeft aangenomen, ondertekend op 13 december 2007 – A. Verklaringen betreffende bepalingen van de verdragen – 17. Verklaring betreffende de voorrang (PB C 115 van 9.5.2008, blz. 344).

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van 13 december 2007 – geconsolideerde versie (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 47-360).

Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 12 april 1984, Wünsche Handelsgesellschaft GmbH & Co. tegen Bondsrepubliek Duitsland. Verzoek om een prejudiciële beslissing: Verwaltungsgericht Frankfurt am Main – Duitsland. Champignonconserven – Vrijwaringsmaatregelen. Zaak 345/82 (Jurisprudentie 1984 01995).

Arrest van het Hof van 9 maart 1978, Amministrazione delle Finanze dello Stato tegen Simmenthal SpA. Verzoek om een prejudiciële beslissing: Pretura di Susa – Italië. Niet-toepassing door de nationale rechter van een met het gemeenschapsrecht strijdige wet. Zaak 106/77 (Jurisprudentie 1978 00629).

Arrest van het Hof van 17 december 1970, Internationale Handelsgesellschaft mbH tegen Einfuhr- und Vorratsstelle für Getreide und Futtermittel. Verzoek om een prejudiciële beslissing: Verwaltungsgericht Frankfurt am Main – Duitsland. Zaak 11/70 (Jurisprudentie 1970 01125).

Laatste bijwerking 22.10.2021