Biodiversiteitsstrategie voor 2020

De Europese Unie (EU) neemt een strategie aan ter bescherming en verbetering van de biodiversiteit in Europa voor het komende decennium. Deze strategie omvat zes streefdoelen die betrekking hebben op de voornaamste factoren van biodiversiteitsverlies en die zullen helpen de grootste druk op de natuur te verlichten.

SAMENVATTING

Deze strategie streeft ernaar het biodiversiteitsverlies en de achteruitgang van ecosystemen in de Europese Unie (EU) uiterlijk in 2020 tot staan te brengen door zes prioritaire streefdoelen te bepalen. Deze strategie vormt een integraal onderdeel van de Europa 2020-strategie en met name van het vlaggenschipinitiatief „Efficiënt gebruik van hulpbronnen”.

Streefdoel 1: de natuur in stand houden en herstellen

De EU moet instaan voor een betere toepassing van de „vogelrichtlijn” en de „habitatrichtlijn”. Deze twee richtlijnen vormen de ruggengraat van het EU-beleid inzake biodiversiteit. Tot op heden leidde dit tot enkele belangrijke successen, zoals de oprichting van Natura 2000, 's werelds grootste netwerk van beschermde gebieden dat meer dan 750 000 km2 beslaat. Deze vooruitgang is echter nog niet voldoende om tot een gunstige staat van instandhouding van alle habitats en soorten van Europees belang te komen. Om het eerste streefdoel van deze strategie te halen, moeten de EU-landen de bestaande wetgeving beter toepassen. Zij moeten met name zorgen voor een beter beheer en herstel van de Natura 2000-gebieden door er de nodige middelen in te investeren. Deze maatregelen zullen bijdragen tot het ombuigen van het biodiversiteitsverlies en het herstel tegen 2020 mogelijk maken.

Streefdoel 2: ecosystemen en ecosysteemdiensten handhaven en verbeteren

Talrijke ecosystemen in de EU en hun diensten zijn verslechterd, voornamelijk door landfragmentatie. Doel 2 richt zich op het onderhouden en verbeteren van ecosysteemdiensten en het herstellen van verslechterde ecosystemen (minstens 15 % tegen 2020), door het integreren van groene infrastructuur in de planning van landgebruik.

Op 6 mei 2013 vaardigde de Europese Commissie een mededeling uit over groene infrastructuur, die voornamelijk de hoofdelementen van de toekomststrategie van de EU in dit gebied beschrijft, met inbegrip van:

het promoten van groene infrastructuur in de relevante beleidsgebieden (cohesiebeleid, klimaatverandering en het milieu, gezondheids- en klantenbelangen, CAP, enz.);

verbeteren van informatie, kennis en innovatie om de uitrol van groene infrastructuur te bevorderen;

verbeteren van toegang tot fondsen voor groene-infrastructuurprojecten;

onderzoeken van de haalbaarheid van EU-brede groene-infrastructuurprojecten.

Tegen 2015 zal de Commissie ook een initiatief voorstellen dat zich richt op het voorkomen van netto verlies van ecosystemen en hun diensten.

Streefdoel 3: de duurzaamheid van landbouw en bosbouw verzekeren

De instrumenten voorzien in het GLB moeten ertoe bijdragen dat tegen 2020 een zo groot mogelijke oppervlakte cultuurgrond met grasland, akkerbouw en meerjarige teelten onder biodiversiteitsgerelateerde maatregelen valt.

Tegen 2020 zullen er bosbeheerplannen of gelijkwaardige instrumenten uitgevaardigd zijn voor alle bossen in overheidsbezit en voor bosgebieden vanaf een bepaalde omvang. Deze zullen een duurzaam bosbeheer moeten garanderen teneinde aanspraak te kunnen maken op financiering in het kader van het plattelandsbeleid van de EU.

De ingevoerde maatregelen die duurzaam beheer moeten garanderen in beide sectoren dienen eveneens bij te dragen tot de realisatie van streefdoelen 1 en 2 van de strategie.

Streefdoel 4: zorgen voor een duurzaam gebruik van visbestanden

De maatregelen in het kader van de hervorming van het gemeenschappelijk visserijbeleid moeten bijdragen aan het behalen van maximale duurzame opbrengsten (MDO's) tegen 2015. Hiertoe is het noodzakelijk dat de populaties een leeftijdsopbouw en grootteverdeling bereiken die duiden op een gezond bestand. Door visserijbeheer zonder significante nadelige effecten op andere bestanden, soorten en ecosystemen wordt het mogelijk om tegen 2020 een goede milieutoestand te bereiken, conform de kaderrichtlijn „mariene strategie”.

Streefdoel 5: Invasieve uitheemse soorten bestrijden

Met uitzondering van de wetgeving inzake het gebruik van uitheemse en plaatselijk niet voorkomende soorten in de aquacultuur bestaat er momenteel geen specifiek, omvattend EU-beleid om deze invasieve uitheemse soorten het hoofd te bieden. Nochtans vormen deze soorten een ernstige bedreiging voor de biodiversiteit in de EU. De noodzaak dringt zich dus op hen te inventariseren, te isoleren en uit te roeien, en de introductie van deze soorten in de hand te houden om het opduiken van nieuwe soorten te voorkomen. Hiertoe zal de Commissie de beleidslacunes in de strijd tegen deze invasieve uitheemse soorten aanvullen met een ad hoc wetgevingsinstrument.

Streefdoel 6: de mondiale biodiversiteitscrisis aanpakken

De EU moet haar rol in de strijd tegen het wereldwijde biodiversiteitsverlies uitbreiden door de verbintenissen na te komen die aangegaan werden ter gelegenheid van de 10e conferentie der partijen (CoP10) bij het Verdrag van de Naties inzake biologische diversiteit, die in 2010 in Nagoya werd gehouden. Op deze conferentie ging de EU volgende verbintenissen aan:

de in het Algemeen strategisch plan voor biodiversiteit 2011-2020 gestelde streefdoelen bereiken;

het Protocol van Nagoya betreffende toegang tot genetische hulpbronnen en de billijke en eerlijke verdeling van de baten die voortvloeien uit het gebruik ervan bij het Verdrag inzake biologische diversiteit from their Utilization to the Convention on Biological Diversity gebruik ervan (het TBV-protocol) instellen; en

bijkomende financiële middelen vrijmaken om de uitdaging van de bescherming van de mondiale biodiversiteit aan te gaan.

Context

De strategie beantwoordt aan twee belangrijke verbintenissen die in maart 2010 aangegaan werden door de EU-leiders, met name het biodiversiteitsverlies in de EU tegen 2020 aan banden leggen en de biodiversiteit en de ecosysteemdiensten in de EU tegen 2050 beschermen, evalueren en herstellen.

BESLUIT

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, getiteld Onze levensverzekering, ons natuurlijk kapitaal: een EU-biodiversiteitsstrategie voor 2020 (COM(2011) 244 definitief van 3 mei 2011)

GERELATEERDE BESLUITEN

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s: Groene Infrastructuur (GI) - Versterking van Europa’s natuurlijke kapitaal (COM(2013) 249 final van 6 mei 2013)

Laatste bijwerking 21.09.2015