Het communautaire Lissabonprogramma: voorstel voor 2008-2010

De Commissie wil het communautaire Lissabonprogramma (CLP) versterken en stelt daarom tien prioritaire doelstellingen voor de periode 2008-2010 voor. Voor een optimale uitvoering van het CLP wil zij zich onder andere richten op een efficiënte samenwerking tussen de verschillende Europese instellingen en op een gedegen follow-upbeleid.

MAATREGEL

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 11 december 2007 "Voorstel voor een communautair Lissabonprogramma voor de periode 2008-2010" [COM(2007) 804 definitief – Niet in het Publicatieblad verschenen].

SAMENVATTING

De Lissabonstrategie heeft haar waarde bewezen. Sinds de strategie in 2005 een nieuwe impuls kreeg, zijn er in Europa meer dan 6,5 miljoen banen bijgekomen, waardoor de werkloosheid tot het laagste niveau in 25 jaar is gedaald. Daarnaast heeft ook de groei doorgezet.

Nu Europa met een wereldwijde economische vertraging te maken krijgt en ongekende uitdagingen voor de lange termijn het hoofd moet bieden (vergrijzing, globalisering, klimaatverandering, afhankelijkheid van energie enz.), lijkt de tweede fase (2008‑2010) van het communautaire Lissabonprogramma (CLP) echter beslissend te worden.

Om deze reden wil de Commissie een les trekken uit de fase 2005-2008, met name wat de uitvoering betreft.

Versterking en vernieuwing van het CLP

Bij wijze van aanvulling van het CLP geeft de Commissie tien doelstellingen aan, die ofwel een reële toegevoegde waarde op EU-niveau bieden, ofwel een grote invloed op de groei en de werkgelegenheid hebben. Deze doelstellingen worden op basis van gedegen economische analyses en beleidsprioriteiten vastgesteld.

De doelstellingen berusten op de geïntegreerde richtsnoeren en sluiten naadloos aan op de vier gebieden voor prioritaire actie van de Lissabonstrategie, namelijk:

Investeren in mensen en de arbeidsmarkten moderniseren

Arbeidskrachten die beter zijn afgestemd op de behoeften van de arbeidsmarkt zijn tegelijkertijd cruciaal voor de concurrentiepositie van Europa in de wereld en de basis voor een grotere zelfstandigheid van het individu. Dat vraagt om:

Ontsluiting van het ondernemingspotentieel, vooral in het mkb

Het midden- en kleinbedrijf (mkb) maakt meer dan 99% van alle ondernemingen uit en biedt werk aan 67% van de beroepsbevolking van de EU. Het potentieel van de groei en werkgelegenheid van het mkb blijft onderbenut. Om het mkb op dit punt in alle fasen van hun bestaan te ondersteunen, wil de Commissie:

Ook stelt de Commissie nieuwe maatregelen voor met betrekking tot de financiële-dienstenmarkt. Daarbij wil zij zich onder andere richten op de uitvoering van de dienstenrichtlijn, en met name de voltooiing van de eengemaakte Europese betalingsruimte. Het mkb zal er als eerste van profiteren als de belemmeringen in de markttoegang worden weggenomen en ondernemingen bijvoorbeeld een belastinggrondslag voor de gehele EU kunnen kiezen.

Investeren in kennis en innovatie

De Commissie introduceert een nieuwe dimensie: een "vijfde vrijheid" van de interne markt, gebaseerd op de driehoek onderzoek, innovatie en onderwijs, om een echte Europese onderzoekruimte tot stand te brengen. Dit betekent dat de middelen voor onderzoek en ontwikkeling om redenen van effectiviteit moeten worden gebundeld en gemeenschappelijke oproepen voor projecten moeten worden gelanceerd. Tot slot moet het Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT) operationeel worden.

De Commissie wil ook gunstiger voorwaarden voor de financiering van innovatie creëren en de toegang van het mkb tot financiering van nieuwe technologieën verbeteren, bijvoorbeeld via het Europees Investeringsfonds. In dit verband zal de invoering van een Gemeenschapsoctrooi niet alleen een verbetering zijn voor het huidige versnipperde en dure geschillensysteem, maar ook meer rechtszekerheid opleveren, hetgeen het mkb zal stimuleren om investeringen te doen.

Energie en klimaatverandering

Van de doelstellingen die de Commissie heeft vastgesteld, hebben doelstelling 8 en 9 betrekking op het beleid ten aanzien van energie en klimaatverandering in het kader van het communautaire Lissabonprogramma. Het is essentieel de interne elektriciteits- en gasmarkt tot stand te brengen door een regeling voor de emissiehandel in te voeren. Daarom moet wetgeving worden aangenomen om de EU-doelstellingen wat de emissie van broeikasgassen en hernieuwbare energie betreft te realiseren, zodat in 2020 de doelstelling van 20% hernieuwbare energie wordt gehaald.

Daarnaast moet het industriebeleid meer gericht worden op duurzame consumptie. De Commissie stelt daarom voor een interne markt voor milieutechnologie tot stand te brengen en Europese leidende markten voor energie-efficiënte technologie te stimuleren. Om dit te bereiken, moeten Gemeenschapsmiddelen worden aangewend voor de commercialisering van koolstofarme producten en technologie. De Commissie wil ook de richtlijn inzake energiebelasting bekijken om te bepalen of andere fiscale instrumenten kunnen worden aangewend om het gebruik van energiezuinige producten te bevorderen.

Wat het buitenlands beleid betreft, zijn bilaterale onderhandelingen met de belangrijkste handelspartners, waarin openheid en de legitieme behartiging van de Europese belangen centraal staan, het belangrijkste aandachtspunt op de buitenlandse agenda van het communautaire Lissabonprogramma.

De Commissie moet ook bijdragen aan de voltooiing van de multilaterale handelsgesprekken in het kader van de Doha-ronde. De Commissie stelt voor jaarverslagen op te stellen over de verschillende landen en sectoren waar handelsbelemmeringen blijven bestaan, zodat de EU hierop een meer samenhangende reactie kan geven. Verbetering van het systeem voor de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten en de bestrijding van namaak zijn ook een prioriteit; dit kan worden bereikt door middel van betere douanesamenwerking.

Uitvoering van het CLP

De tien prioritaire doelstellingen vragen om een grondige follow-up in de vorm van een jaarlijks uitvoeringsverslag. Dit biedt de mogelijkheid voor een systematische doorlichting van de vooruitgang, die de basis vormt voor de jaarverslagen die de Commissie in het najaar uitbrengt. De Voorjaarsraad moet in het kader van de jaarlijkse evaluatie van de strategie voor groei en werkgelegenheid nieuwe richtsnoeren vaststellen. Daarnaast zal het programma een tussentijdse evaluatie ondergaan, zodat de tien prioritaire doelstellingen indien nodig kunnen worden aangepast.

De financiële middelen van de Gemeenschap om de groei en economische aanpassingen te stimuleren, zijn afkomstig uit de Europese cohesiebeleidsprogramma’s, namelijk het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO), het programma Een leven lang leren en het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering. Volgens schattingen zullen dankzij deze fondsen tussen nu en 2015 zo’n twee miljoen extra banen worden gecreëerd. In de mededeling wordt tevens voorgesteld dat elke instelling en lidstaat een concrete follow-up geeft om de tien doelstellingen te verwezenlijken.

GERELATEERDE BESLUITEN

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Verslag over de uitvoering van het communautaire Lissabonprogramma 2008 - 2010 [COM(2008) 881 definitief - Niet in het Publicatieblad verschenen]. De Commissie presenteert het eerste jaarverslag over de resultaten van het communautaire Lissabonprogramma 2008-2010. In dit verslag evalueert zij de uitvoering van het programma in het eerste jaar en stelt zij nieuwe doelstellingen voor die zijn afgestemd op de prioriteiten van het Europees economisch herstelplan en de door de lidstaten doorgevoerde hervormingen aanvullen.

Het betreft met name:

Laatste wijziging: 23.03.2009