Vluchtelingen en staatlozen — gemeenschappelijke normen voor erkenning

 

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn 2011/95/EU — Gemeenschappelijke normen voor de erkenning en internationale bescherming van vluchtelingen en staatlozen

WAT IS HET DOEL VAN DE RICHTLIJN?

Deze richtlijn heeft tot doel:

Op deze manier wil de richtlijn de migratie van de betrokkenen tussen EU-landen door verschillen in de wetgeving beperken.

De richtlijn omvat een herziening en vervanging van Richtlijn 2004/83/EG, teneinde te zorgen voor samenhang met de jurisprudentie* van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU) en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

KERNPUNTEN

Doel en definities

Beoordeling van verzoeken

Voorwaarden voor het verkrijgen van de vluchtelingenstatus

Voorwaarden om in aanmerking te komen voor subsidiaire bescherming

De „ernstige schade” waarop een betrokken niet-EU-burger een risico zou lopen wanneer hij naar zijn land van herkomst, of in het geval van een staatloze, naar het land waar hij vroeger gewoonlijk verbleef, terugkeert, bestaat uit:

Verlies of uitsluiting van de vluchtelingenstatus of subsidiaire bescherming

In de richtlijn worden:

Inhoud van internationale bescherming

De inhoud van de status van de persoon die internationale bescherming geniet, wordt meer in overeenstemming gebracht met die van een vluchteling, waarbij vooral de mogelijkheid voor EU-landen wordt afgeschaft om de toegang tot bepaalde rechten alleen te beperken tot vluchtelingen.
Internationale bescherming die door het EU-gastland wordt verleend, omvat de volgende rechten.

Landen die niet onder de richtlijn vallen

Ierland en het VK (1) hebben zich teruggetrokken uit de richtlijn, zoals dat was toegestaan door Protocol nr. 21 dat als bijlage bij het Verdrag van Lissabon is gevoegd. Hierdoor blijven zij gebonden aan Richtlijn 2004/83/EG.
Denemarken is niet gehouden aan deze of de voorafgaande richtlijn vanwege Protocol nr. 22 betreffende zijn positie dat als bijlage bij het Verdrag van Lissabon is gevoegd.

VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?

Richtlijn 2011/95/EU strekt tot herziening en vervanging van Richtlijn 2004/83/EG. De meeste artikelen van Richtlijn 2011/95/EU, betreffende aspecten die niet onder Richtlijn 2004/83/EG vielen, zijn van toepassing vanaf 22 december 2013. De nieuwe regels, die in Richtlijn 2011/95/EU zijn vervat, moesten voor 21 december 2013 worden omgezet in nationale wetgeving in de EU-landen.

ACHTERGROND

De richtlijn, die bekend staat als de „erkenningsrichtlijn”, is een van de belangrijkste instrumenten binnen het gemeenschappelijk Europees asielstelsel (CEAS) samen met de richtlijn asielprocedures, de richtlijn opvangvoorzieningen, de Dublin-verordening en de Eurodac-verordening. Bovendien is de versterking van financiële solidariteit met de verordening tot de oprichting van een asiel-, migratie- en integratiefonds van belang. De Europese Commissie heeft in 2016 een mededeling goedgekeurd waarin het hervormingsproces betreffende het CEAS werd geïntroduceerd.

KERNBEGRIPPEN

Subsidiaire bescherming: internationale bescherming voor asielzoekers die niet voor de vluchtelingenstatus in aanmerking komen. Onder de richtlijn zijn dit personen die een reëel risico lopen op „ernstige schade” (zoals gedefinieerd in de tekst) indien zij naar hun land van herkomst terugkeren.
Jurisprudentie: de wetgeving zoals deze is vastgesteld door het resultaat van vroegere zaken.
Refoulement: de handeling om vluchtelingen of asielzoekers (waaronder sommigen waarvan het verzoek om verlening van de vluchtelingenstatus nog niet is vastgesteld) te dwingen terug te keren naar een land waar ze waarschijnlijk worden vervolgd.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Richtlijn 2011/95/EU van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 inzake normen voor de erkenning van onderdanen van derde landen of staatlozen als personen die internationale bescherming genieten, voor een uniforme status voor vluchtelingen of voor personen die in aanmerking komen voor subsidiaire bescherming, en voor de inhoud van de verleende bescherming (PB L 337 van 20.12.2011, blz. 9-26)

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad naar een hervorming van het gemeenschappelijk Europees asielstelsel en een verbetering van de legale mogelijkheden om naar Europa te komen (COM(2016) 197 final van 6.4.2016)

Verordening (EU) nr. 516/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot oprichting van het Fonds voor asiel, migratie en integratie, tot wijziging van Beschikking 2008/381/EG van de Raad en tot intrekking van Beschikkingen nr. 573/2007/EG en nr. 575/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad en Beschikking 2007/435/EG van de Raad (PB L 150 van 20.5.2014, blz. 168-194)

Richtlijn 2013/32/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende gemeenschappelijke procedures voor de toekenning en intrekking van de internationale bescherming (PB L 180 van 29.6.2013, blz. 60-95)

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn 2013/33/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van normen voor de opvang van verzoekers om internationale bescherming (PB L 180 van 29.6.2013, blz. 96-116)

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) nr. 604/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend (PB L 180 van 29.6.2013, blz. 31-59)

Verordening (EU) nr. 603/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende de instelling van „Eurodac” voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van Verordening (EU) nr. 604/2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend en betreffende verzoeken van rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten en Europol om vergelijkingen van Eurodac-gegevens ten behoeve van rechtshandhaving, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1077/2011 tot oprichting van een Europees Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (PB L 180 van 29.6.2013, blz. 1-30)

Laatste bijwerking 29.01.2018



(1) Vanaf 1 februari 2020 is het Verenigd Koninkrijk geen EU-lid meer.