VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de uitvoering van Verordening (EG) nr. 862/2007 betreffende communautaire statistieken over migratie en internationale bescherming /* COM/2012/0528 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de uitvoering van Verordening (EG) nr.
862/2007 betreffende communautaire statistieken over migratie en internationale
bescherming (Voor de EER relevante tekst) 1. Inleiding Het hoofddoel van
Verordening (EG) nr. 862/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli
2007 betreffende communautaire statistieken over migratie en internationale
bescherming[1]
(hierna "de verordening" genoemd) is het verzamelen en opstellen
van Europese statistieken over migratie en internationale bescherming. Dit is het eerste
verslag dat de Commissie volgens de verordening aan het Europees Parlement en
de Raad moet voorleggen. Meer in het
bijzonder bepaalt artikel 12 dat "(d)e Commissie (...) het Europees
Parlement en de Raad uiterlijk op 20 augustus 2012, en vervolgens om de drie
jaar een verslag [voorlegt] over de op grond van deze verordening opgestelde
statistieken en over de kwaliteit ervan." Hieronder wordt
verslag gedaan van de vorderingen die de lidstaten, in samenwerking met de
Commissie (Eurostat), hebben gemaakt met de uitvoering van de verordening. 2. De onder de verordening
vallende statistieken De verordening betreft het opstellen van
Europese statistieken over migratie en internationale bescherming (asiel). De
belangrijkste statistische terreinen die onder de verordening vallen zijn: ·
internationale migratiestromen, waarbij migranten
worden uitgesplitst naar staatsburgerschap, geboorteland, land van
vorige/volgende gewone verblijfplaats, leeftijd en geslacht;
bevolkingsbestanden, waarbij wordt uitgesplitst naar staatsburgerschap,
geboorteland, leeftijd en geslacht; verwerving van staatsburgerschap,
uitgesplitst naar het land van het vorige staatsburgerschap (artikel 3); ·
asielverzoeken, beslissingen in eerste aanleg en
definitieve beslissingen tot verlening of intrekking van verschillende vormen
van internationale bescherming, asielverzoeken van niet-begeleide
minderjarigen, uitgesplitst naar staatsburgerschap; en statistieken over de
werking van de Dublinafspraken over de overdracht van asielzoekers tussen
lidstaten (artikel 4); ·
onderdanen van derde landen aan wie toegang tot het
grondgebied van de lidstaat aan de buitengrens is geweigerd en onderdanen van
derde landen die op grond van de nationale immigratiewetgeving illegaal op het
grondgebied van de lidstaat verblijven, uitgesplitst naar staatsburgerschap
(artikel 5); ·
verblijfsvergunningen voor onderdanen van derde
landen, uitgesplitst naar staatsburgerschap, geldigheidsduur van de vergunning
en verblijfsgrond (immigratiecategorie) (artikel 6); ·
onderdanen van derde landen aan wie krachtens
immigratiewetgeving aanzegging is gedaan om het grondgebied van de lidstaat te
verlaten, en onderdanen van derde landen waarvan is vastgelegd dat zij na ontvangst
van deze aanzegging de lidstaat hebben verlaten, uitgesplitst naar
staatsburgerschap (artikel 7). Als onderdeel van het uitvoeringsproces is de
Commissie doorgegaan met het tot stand brengen en handhaven van een nauwe
samenwerking met de verschillende nationale autoriteiten die zijn betrokken bij
de productie en levering van gegevens overeenkomstig de verordening. De
statistieken over migratiestromen en bevolkingsbestanden ontvangt de Commissie
(Eurostat) in het algemeen van de nationale bureaus voor de statistiek. De
statistieken over verblijfsvergunningen en asiel ontvangt zij doorgaans
rechtstreeks van het Ministerie van Binnenlandse Zaken of de immigratiedienst.
Ook de statistieken over grenscontroles en de uitzetting van illegale migranten
worden in de regel door het Ministerie van Binnenlandse Zaken, de
immigratiedienst of de politie geleverd. In tabel 1 staan de hoofdkenmerken van deze
statistieken. Tabel 1: Hoofdkenmerken van de statistieken || Artikel 3 Migratiestromen, bevolkingsbestanden, verwerving van staatsburgerschap || Artikel 4 Asiel || Artikelen 5 en 7 Handhaving van immigratiewetgeving || Artikel 6 Verblijfsvergunningen Geografische dekking || 35 landen (31 EU-/EVA-landen + ME+HR+MK+TR) || 31 EU-/EVA-landen || 31 EU-/EVA-landen || 31 EU-/EVA-landen Eerste jaar van gegevensverzameling || 2008 || 2008 || 2008 || 2008 Frequentie || Jaarlijks || Maandelijks/driemaandelijks/jaarlijks || Jaarlijks || Jaarlijks Uiterste datum voor toesturen gegevens || Twaalf maanden na afloop van het referentiejaar || Twee maanden na de referentieperiode voor maand-/kwartaalgegevens Drie maanden na de referentieperiode voor jaargegevens || Drie maanden na afloop van het referentiejaar || Zes maanden na afloop van het referentiejaar Gegevensleverancier || Nationaal bureau voor de statistiek || Ministerie van Binnenlandse Zaken (of immigratiedienst) || Ministerie van Binnenlandse Zaken, immigratiedienst of grenspolitie || Ministerie van Binnenlandse Zaken (of immigratiedienst) 3. Uitvoeringswetgeving De verordening stelt een gemeenschappelijk
kader voor het opstellen van statistieken over migratie en internationale
bescherming vast. Voor het produceren van vergelijkbare en tussen de lidstaten
geharmoniseerde gegevens moest de Commissie de verordening echter aanvullen met
twee verwante uitvoeringsmaatregelen: ·
Verordening (EU) nr. 216/2010 van de Commissie[2]
definieert de categorieën redenen voor verlening van een verblijfsvergunning
voor de statistieken die op grond van artikel 6 van de verordening moeten
worden geleverd. De redenen voor verlening van een verblijfsvergunning zijn
gerelateerd aan de immigratiecategorieën en ‑subcategorieën waaronder
onderdanen van derde landen in een land mogen verblijven (bv. personen die om
arbeidsgerelateerde redenen een verblijfsvergunning krijgen, met een
subcategorie voor vergunningen die in het kader van programma's voor
hooggeschoolde werknemers worden verleend). ·
Verordening (EU) nr. 351/2010 van de Commissie[3]
definieert de groepen naar geboorteland, de groepen naar land van vorige gewone
verblijfplaats, de groepen naar land van volgende gewone verblijfplaats en de
groepen naar staatsburgerschap voor de statistieken over de migratiestromen en
bevolkingsbestanden die op grond van artikel 3 van de verordening moeten worden
geleverd. 4. Voorgeschiedenis Veel van de statistische gegevens die onder de
verordening vallen, werden voordat deze in werking trad al een aantal jaren op
vrijwillige basis verzameld. Met de inwerkingtreding ervan werden aanzienlijke
veranderingen van kracht in de inhoud en definitie van deze statistieken, zodat
zij beter zouden beantwoorden aan de veranderende behoeften van gebruikers. Vóór de uitvoering
van de verordening werden Europese migratiestatistieken gekenmerkt door een
slechte beschikbaarheid van gegevens en een geringe mate van harmonisatie. In
veel gevallen konden statistische gegevens niet op zinvolle wijze op EU-niveau
worden geaggregeerd, omdat de nationale brongegevens voor sommige lidstaten
niet beschikbaar waren of waren verzameld op basis van zeer uiteenlopende
statistische definities. Het gebrek aan harmonisatie betekende dat analyses en
vergelijkingen van gegevens die betrekking hadden op verschillende lidstaten,
onbetrouwbaar en in potentie misleidend waren. Het gevolg was dat er op een
belangrijk terrein van Europees overheidsbeleid geen behoorlijke statistieken
waren die op feiten gebaseerde besluitvorming mogelijk maakten. In 2003 wees het
voorzitterschap van de Europese Raad van Thessaloniki in zijn conclusies op de
noodzaak van het beter verzamelen en analyseren van statistische gegevens over
migratie en asiel. In hetzelfde jaar wees het Europees Parlement op de noodzaak
van het invoeren van specifieke Europese wetgeving inzake statistiek om de
productie te verzekeren van uitgebreide statistieken die nodig zijn voor het
ontwikkelen van een eerlijk en effectief Europees migratiebeleid. Deze situatie
leidde ertoe dat de Commissie het voorstel voor de verordening deed. 5. Kwaliteit van de
geproduceerde statistieken 5.1. Relevantie voor gebruikers Binnen de Commissie is de belangrijkste
gebruiker van migratie- en asielstatistieken het DG Binnenlandse zaken. Deze
statistieken worden echter ook veelvuldig door andere DG's gebruikt, met name
DG Werkgelegenheid, Sociale Zaken en Inclusie en DG Justitie. De statistieken zijn onder meer van belang voor
de jaarlijkse toewijzing aan de lidstaten van middelen uit de fondsen die voor Solidariteit
en beheer van de migratiestromen zijn ingesteld. Overeenkomstig de
wetgeving tot instelling van deze fondsen is de hoogte van de jaarlijkse
toewijzing hoofdzakelijk gebaseerd op de migratie- en asielstatistieken die
door Eurostat zijn verzameld. De benodigde statistieken vallen nu bijna
allemaal onder de verordening. Een bijzonder voordeel hiervan is, dat de
Commissie door de grotere beschikbaarheid van uitgebreide metagegevens voor
deze statistieken sneller kan vaststellen of de statistieken op basis waarvan
de hoogte van de toewijzing wordt bepaald, voldoen aan de begrippen en
vereisten van de wetgeving voor de fondsen. De statistieken worden gebruikt in diverse
publicaties van de Commissie, alsook bij het opstellen van periodieke verslagen
en bij het maken van beleidsvoorstellen en analyses. Bijvoorbeeld, in het
Jaarverslag over immigratie en asiel[4]
gebruikt de Commissie deze statistieken voor het kwantificeren van de gemaakte
vorderingen bij de uitvoering van het Europees Pact inzake immigratie en asiel
uit 2008 en voor het onderbouwen van de aanbevelingen voor aanvullende acties. Ook voor de
mededeling inzake migratie van 2011[5],
die vooral over immigratie gaat, is uitvoerig gebruikgemaakt van deze
statistieken, zowel in de tekst zelf als in de afzonderlijke statistische
bijlagen. Hetzelfde geldt voor de mededeling inzake versterkte solidariteit
binnen de EU op het gebied van asiel[6]¸waarin
uitgebreide statistieken over asiel en andere vormen van internationale
bescherming zijn opgenomen, die door Eurostat uit de lidstaten zijn ontvangen
en door hem zijn gepubliceerd. De migratiestatistieken van Eurostat zijn ook
belangrijk voor publicaties als het demografisch verslag van de Commissie[7] en voor
verslagen over de sociaal-economische situatie van migranten in Europa.[8] Migratie- en asielstatistieken worden ook
gebruikt door het Europees migratienetwerk (EMN)[9], als basis voor de jaarlijkse statistische
en analytische verslagen die op EU- en nationaal niveau worden geproduceerd.
Tevens leveren zij input voor de EMN-studies en -verslagen over specifieke
actuele beleidsvraagstukken. Op Europees niveau worden deze statistieken
ook gebruikt ter ondersteuning van het werk van EU-agentschappen die op het
terrein van migratie actief zijn, zoals het Europees Agentschap voor het beheer
van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen (Frontex) en, meer
recent, het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO). De statistieken die op grond van de
verordening worden verzameld, worden op grote schaal in officiële publicaties
en door een breed scala aan gebruikers gebruikt. Behalve dat Eurostat deze
statistieken via zijn website en onlinedatabank verspreidt, doet het dat ook
via eigen kwartaal- en jaarpublicaties, waarin actuele statistieken worden
voorzien van een toelichting en commentaar. De krachtens de verordening
geproduceerde statistieken worden regelmatig gebruikt door nationale overheden,
universitaire onderzoekers en maatschappelijke organisaties die actief zijn op
een breed scala aan terreinen, zoals de integratie van immigranten, de
ontwikkeling en monitoring van nationale asiel- en immigratieprocedures en het
maken van prognoses van de toekomstige (beroeps)bevolking. Voor statistische
behoeften in verband met migratie en asiel waarin de statistieken die op grond
van de verordening worden verzameld, niet volledig voorzien, is met de
nationale gegevensleveranciers een herenakkoord gesloten. Dat is bijvoorbeeld
het geval voor statistieken over nieuwe asielverzoeken (in tegenstelling
tot totale asielverzoeken). Herenakkoorden
kunnen ook in de toekomst worden gebruikt om te beantwoorden aan nieuwe
statistische behoeften die eventueel in het kader van nieuwe wetgeving ontstaan,
en totdat die wetgeving van kracht is, bijvoorbeeld met betrekking tot
asielzoekers en personen die internationale bescherming genieten,
seizoenarbeiders, overplaatsingen binnen ondernemingen, studenten en
onderzoekers, alsook voor gegevenscategorieën die niet onder EU-wetgeving
vallen maar toch noodzakelijk zijn voor de ontwikkeling van Europees
migratiebeleid. Bij de herziening
van de Guidelines for data collection under Article 6 of the Migration
Statistics Regulation (Richtsnoeren voor gegevensverzameling op grond van
artikel 6 van de verordening migratiestatistieken) is geprobeerd het probleem
van de beperkte statistische gegevens over niet-begeleide minderjarigen op te
lossen. De herziene richtsnoeren (de herziening is op 11 januari 2011 voltooid)
stellen Eurostat in staat om nu ook gegevens te verzamelen over niet-begeleide
minderjarigen die geen asielverzoek hebben ingediend. Een indicatie van
de relevantie van migratiegegevens voor gebruikers is het aantal gegevens of
publicaties dat tot oktober 2011 van de Eurostat-website werd gedownload. De cijfers in
tabel 2 laten zien dat de gegevensverzamelingen over migratie het meest werden
geraadpleegd, gevolgd door die over asiel. Ook laten zij zien dat de
migratiegegevens in 2011 vaker werden geraadpleegd dan het jaar daarvoor. Tabel 2: Aantal keren dat publicaties en
gegevensverzamelingen van Eurostat in 2010 en 2011 via de Eurostat-website
werden geraadpleegd Gegevensverzamelingen || Artikel 3 Migratie, bevolkingsbestanden, verwerving van staatsburgerschap || Artikel 4 Asiel || Artikelen 5 en 7 Handhaving van immigratiewetgeving || Artikel 6 Verblijfsvergunningen || Totaal 2010 || 26753 || 12452 || 3518 || 4709 || 47432 2011 (januari tot oktober) || 48917 || 10862 || 3881 || 3862 || 67522 5.2. Nauwkeurigheid van de
gegevens die Eurostat worden toegezonden Het is niet eenvoudig de nauwkeurigheid en
betrouwbaarheid van de op grond van de verordening verzamelde gegevens direct
te meten. Een indicatie voor de betrouwbaarheid van gegevens - in de zin dat zij
voldoen aan gegevensdefinities - is de vergelijkbaarheid en coherentie ervan (zie 5.5). De nauwkeurigheid van de gegevens die worden
verzameld op grond van de artikelen 4 tot en met 7 van de verordening (en in
veel lidstaten ook op grond van artikel 3), is afhankelijk van de nauwkeurigheid
en efficiëntie van de onderliggende administratieve systemen. Vandaar dat de
wijdverspreide herontwikkeling van administratieve systemen voor asiel- en
immigratiecontrole en voor bevolkingsregistratie een sterk positief effect
heeft gehad op de nauwkeurigheid van statistische gegevens. Veel lidstaten
hebben meer geïntegreerde en uitgebreidere administratieve systemen ingevoerd,
die gebruikmaken van moderne IT- en communicatiemethoden. Grenscontroles,
bijvoorbeeld, zijn door hun aard geografisch gespreid en worden vaak verricht
door verschillende autoriteiten. De integratie van administratieve systemen
heeft het risico verminderd dat acties (zoals een besluit in een afgelegen
grenspost om iemand de toegang tot het grondgebied te weigeren) niet op juiste
wijze worden geteld en niet in de nationale gegevens worden meegenomen.
Verfijndere systemen hebben ook het risico van te hoge tellingen verminderd,
omdat bijvoorbeeld hiermee kan worden vastgesteld of iemand die een
asielverzoek indient dat al eerder in een ander land heeft gedaan (zodat zijn
asielverzoek niet opnieuw als eerste asielverzoek moet worden geteld). Evenzo
heeft de herontwikkeling van bevolkingsregistratiesystemen ertoe bijgedragen
dat informatie over personen (die vaak bij een lokaal of regionaal bureau wordt
gemeld) snel en correct wordt opgenomen in gegevens op nationaal niveau. Ook
het koppelen van gegevens uit verschillende lokale systemen is in sommige
gevallen een manier geweest om het aantal emigraties beter te kunnen tellen. De lidstaten hebben Eurostat op de hoogte
gehouden van lopende veranderingen in hun administratieve systemen en om advies
en bevestiging gevraagd dat de gegevens aan de vereisten van de verordening
voldoen. Toch komt het nog steeds voor dat gegevens
ontbreken of niet volledig zijn. Dit betekent in het ergste geval dat alle
gegevens die op grond van een artikel van de verordening moeten worden
ingediend, ontbreken, maar het kan ook betekenen dat een specifieke tabel of
uitsplitsing ontbreekt. Wanneer uitsplitsingen ontbreken, is dit vaak een
gevolg van het feit dat bepaalde informatie niet wordt geregistreerd in de
administratieve systemen die als gegevensbron worden gebruikt. In enkele
lidstaten bevatten de administratieve gegevensbestanden over immigratie- en
asielzaken bijvoorbeeld geen of maar weinig informatie over leeftijd en
geslacht. Een aantal nationale autoriteiten hebben verbeterde procedures
ingevoerd om er zeker van te zijn dat bij de administratieve verwerking van een
immigratie de noodzakelijke informatie wordt verzameld en zij hebben ook voor
betere computersystemen gezorgd, zodat die informatie meteen toegankelijk is om
in de statistische gegevens te worden opgenomen. Bij de ernstigste gevallen van ontbrekende of
onvolledige gegevens – bijvoorbeeld wanneer een land bij een
gegevensverzameling ondanks een daartoe strekkend verzoek geen gegevens heeft
geleverd – zijn speciale vervolgmaatregelen genomen. Gebleken is echter
dat een grote meerderheid van de lidstaten zich serieus inspant om aan de wetgeving
te voldoen. In verscheidene gevallen konden de diensten van de Commissie en de
nationale autoriteiten dankzij onderlinge samenwerking een oplossing voor de
problemen vinden. Tabel 3
laat zien dat met name gegevens over verblijfsvergunningen vaak onvolledig
zijn. Tabel 3: Volledigheid van gegevens voor de
afzonderlijke domeinen (gegevens voor 2011) Artikel 3 Migratie, bevolkingsbestanden, verwerving van staatsburgerschap || Artikel 4 Asiel || Artikelen 5 en 7 Handhaving van immigratiewetgeving || Artikel 6 Verblijfsvergunningen - Volledige gegevens voor 26 landen - Onvolledige gegevens voor 3 landen - Geen gegevens voor 2 landen || - Volledige gegevens voor 24 landen - Onvolledige gegevens voor 6 landen - Geen gegevens voor 1 land || - Volledige gegevens voor 26 landen - Onvolledige gegevens voor 4 landen - Geen gegevens voor 1 land || - Volledige gegevens voor 22 landen - Onvolledige gegevens voor 5 landen - Geen gegevens voor 4 landen 5.3. Tijdigheid Afhankelijk van
hun type moeten de gegevens die onder de verordening vallen tussen twee en
twaalf maanden na afloop van de referentieperiode worden ingediend. Met name in de eerste referentiejaren had een
aantal lidstaten grote moeite om aan de deadline te voldoen. De problemen die
zij ondervonden zijn nu grotendeels opgelost doordat zij op nationaal niveau
nieuwe statistische methoden en procedures hebben ingevoerd. Van de nog
resterende problemen hebben enkele een geïsoleerd, eenmalig karakter, zoals
personeelswisseling of een verandering van computersysteem. Enkele lidstaten
kampen echter nog met deadlineproblemen van meer systematische aard, met name
voor de gegevens over de handhaving van immigratiewetgeving en
verblijfsvergunningen. Maar er wordt gewerkt aan een oplossing hiervan. Tabel 4: Aantal landen dat de vereiste
gegevens niet op tijd levert, voor de afzonderlijke domeinen Artikel 3 Migratie, bevolkingsbestanden, verwerving van staatsburgerschap || Art. 4 Asiel || Artikelen 5 en 7 Handhaving van immigratiewetgeving || Artikel 6 Verblijfsvergunningen Artikel 5 || Artikel 7 1 van de 29 (Geen gegevens van 2 landen) || 2 van de 30 (Geen gegevens van 1 land) || 16 van de 30 (overschrijding van 1 tot 365 dagen) (Geen gegevens van 1 land) || 15 van de 31 (overschrijding van 1 tot 29 dagen) (Geen gegevens van 2 landen) || 9 van de 27 (overschrijding van 1 tot 35 dagen) (Geen gegevens van 4 landen) 5.4. Toegankelijkheid van de
gegevens De migratiegegevens (en metagegevens) zijn
voor alle vier domeinen gratis beschikbaar op de Eurostat-website, onder "Population
and social conditions". Zij zijn ook opgenomen in compendiums zoals
het Eurostat Yearbook[10]
en in gedetailleerde publicaties over specifieke migratiegerelateerde thema's[11]. Het
artikel Migration and migrant population statistics[12] uit
de reeks Statistics Explained die op de Eurostat-website wordt
gepubliceerd, behoort tot de tien meest gelezen artikelen. Doordat de gegevens die onder de verordening
vallen nu op tijd worden geleverd, en er ook minder gegevens ontbreken, kan ook
Eurostat zich beter houden aan zijn eigen deadlines voor het verwerken en
verspreiden van de gegevens. De tijd die verstrijkt tussen de ontvangst van
gegevens door Eurostat en de publicatie van gevalideerde gegevens in zijn
openbare databank is met de uitvoering van de verordening aanzienlijk
verminderd. Bijvoorbeeld de maandgegevens over asielverzoeken worden nu
normaalgesproken binnen vier dagen gepubliceerd. De statistieken worden ook op nationaal niveau
gepubliceerd. 5.5. Vergelijkbaarheid en
coherentie 5.5.1. Definities Voor de vergelijkbaarheid van de geproduceerde
statistieken geeft de verordening geharmoniseerde definities voor de gegevens
die aan Eurostat moeten worden geleverd. Deze definities zijn gebaseerd op
statistische aanbevelingen van de Verenigde Naties en vigerende Europese
wetgeving inzake asiel, verblijfsvergunningen en controle van de buitengrenzen.
De verordening bood nationale autoriteiten de
mogelijkheid om voor de gegevens die gedurende het eerste uitvoeringsjaar van
de verordening werden geleverd (2008), bestaande nationale definities te
gebruiken. Dit moest de autoriteiten extra tijd geven om procedures zodanig aan
te passen dat zij in overeenstemming waren met de geharmoniseerde definities. Omdat
de nationale autoriteiten de statistische definities hebben moeten veranderen,
zullen gegevens voor verschillende jaren op de korte termijn minder goed
vergelijkbaar zijn, waardoor breuken in de statistische tijdreeksen ontstaan.
Op de middellange tot lange termijn zal de vergelijkbaarheid door het gebruik
van vaste, geharmoniseerde definities echter sterk verbeteren. Het gebruik van geharmoniseerde definities en
het aanpassen van gegevens uit nationale bronnen aan deze definities, kan
complex zijn. Nationale definities sluiten vaak aan bij administratieve
praktijken en regels. De definities vormden het grootste probleem
bij de statistische gegevens over migratiestromen en bevolkingsbestanden die op
grond van artikel 3 van de verordening moeten worden ingediend. Voor deze
gegevens zijn de verschillen tussen nationale systemen wat betreft de gebruikte
bronnen het grootst. Een paar landen hadden zelfs moeite om een geschikte bron
te vinden. Zeven landen waren niet in staat om voor het definiëren van
immigratie-/emigratiestromen het tijdcriterium van twaalf maanden te gebruiken,
bijvoorbeeld omdat de nationale statistische definitie van 'migratie' (in
tegenstelling tot 'bezoek') was gebaseerd op een criterium van drie maanden
(voor een verblijf van meer dan drie maanden is een verblijfsvergunning nodig). Wat de artikelen 5 en 7 betreft (gegevens over
de handhaving van immigratiewetgeving), hebben mogelijk elf landen afgeweken
van de standaarddefinitie, omdat zij niet konden bevestigen dat voor de
statistieken geen administratieve besluiten maar personen waren geteld of dat personen
maar één keer voor het betreffende referentiejaar in een bepaalde categorie
waren geteld. 5.5.2. Gegevensbronnen De vergelijkbaarheid tussen de lidstaten wordt
belemmerd doordat er grote verschillen zijn in de gegevensbronnen die voor de
productie van statistieken over migratie en verblijfplaats van EU-burgers en
onderdanen van derde landen worden gebruikt. De verordening biedt de
mogelijkheid om de statistische gegevens die aan Eurostat worden geleverd te
baseren op alle beschikbare en gangbare gegevensbronnen die daarvoor geschikt
zijn. De statistieken die krachtens de verordening worden opgesteld, zijn
gebaseerd op gegevens uit enquêtes bij grensovergangen en onder huishoudens,
uit bevolkingsregisters en uit administratieve gegevensbestanden betreffende
grenscontroles, asielprocedures en verblijfsvergunningen. In de praktijk hebben deze verschillen in de
gebruikte gegevensbronnen alleen gevolgen voor de jaarstatistieken over
migratiestromen en bevolkingsbestanden, die op grond van artikel 3 van de verordening
worden geleverd. Zoals blijkt uit tabel 5, zijn de statistieken die op grond
van de andere artikelen worden geleverd, allemaal gebaseerd op gegevens uit
administratieve bronnen. De grotere harmonisatie bij het beheer van immigratie-
en asielsystemen in de EU (bijvoorbeeld door de invoering van het
gemeenschappelijk Europees asielstelsel) heeft ertoe bijgedragen dat deze
bronnen en de statistische gegevens uit die bronnen nu zeer vergelijkbaar zijn.
Artikel 9, lid 1, van de verordening voorziet
ook in het gebruik van "wetenschappelijk gefundeerde en goed
gedocumenteerde statistische ramingsmethoden" bij de productie voor
statistieken. Het maken van statistische ramingen is toegestaan als geen direct
waargenomen gegevens beschikbaar zijn, bijvoorbeeld als gegevens uit
beschikbare nationale bronnen moeten worden aangepast aan de gestelde
definities. Statistische ramingen worden door een aantal landen al langere tijd
voor de productie van officiële migratiestatistieken gebruikt, met name wanneer
de brongegevens voor het grootste deel afkomstig zijn uit enquêtes. Genoemde
bepaling moet ervoor zorgen dat wanneer nationale autoriteiten doorgaan met het
gebruik van statistische ramingen, de procedures voor het maken van zulke
ramingen transparant en goed gedocumenteerd zijn. Ramingen worden doorgaans
alleen gebruikt bij het opstellen van artikel 3-statistieken. Tabel 5: Gegevensbronnen Artikel 3 Migratie || Artikel 4 Asiel || Artikelen 5 en 7 Handhaving van immigratiewetgeving || Artikel 6 Verblijfsvergunningen Bevolkingsregister; vreemdelingenregister/-databank; register/databank van afgegeven verblijfsvergunningen; register/databank van afgegeven werkvergunningen; steekproefenquêtes bij grensovergangen; volkstelling; steekproefenquêtes onder huishoudens; ramingen; overige || Administratieve bronnen || Administratieve bronnen || Administratieve bronnen 5.5.3. Coherentie In de gevallen waarin gegevens kunnen worden
vergeleken, duiden de resultaten op een hoge mate van coherentie met gegevens
die bij andere gelegenheden en door andere autoriteiten zijn verzameld.
Verschillen tussen de gegevens die aan Eurostat zijn geleverd en de
statistieken die de nationale autoriteiten hebben gepubliceerd, kunnen worden
toegeschreven aan verschillen in gegevensdefinities, bijvoorbeeld wanneer
lidstaten voor de nationale statistieken de eigen definities hebben
gehandhaafd. De statistische gegevens over ingezetenen die op grond van artikel
3 zijn verzameld, zijn coherent met de bevolkingsgegevens die Eurostat
afzonderlijk heeft verzameld als brongegevens voor zijn bevolkingsstatistieken.
Als wij bij de asielstatistieken (artikel 4) rekening houden met specifieke
verschillen in de definities op dit terrein, komen de gegevens uit die
statistieken nauw overeen met vergelijkbare gegevens die zijn gepubliceerd door
de dienst voor de statistiek van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties
voor vluchtelingen. 5.6. Aanvullende stappen voor
kwaliteitsverbetering Naast de gegevens die op grond van de
verordening moeten worden geleverd, moeten de lidstaten ook gedetailleerde
metagegevens verstrekken over onder meer bronnen en procedures, waaronder de
procedures die zijn gevolgd bij het maken van ramingen en modellen, alsook over
de mogelijke effecten van het gebruik van ramingen en modellen voor de mate
waarin gegevens voldoen aan de definities van de verordening. Het vereiste om
gedetailleerde metagegevens te verstrekken, is door de lidstaten goed
nageleefd. Artikel 10, lid 2, van de verordening voorziet
in de mogelijkheid voor de Commissie om via een uitvoeringsverordening "de
regels inzake nauwkeurigheids- en kwaliteitsnormen" vast te stellen.
Aangezien de methoden die de lidstaten voor de productie van onder de
verordening vallende statistieken gebruiken, nog steeds in ontwikkeling zijn,
en de kwaliteit en nauwkeurigheid van die statistieken nog steeds verbetert, is
het nog te vroeg om een voorstel te doen voor een dergelijke
uitvoeringsverordening. Vandaar dat de Commissie in deze fase kiest voor het
sluiten van herenakkoorden, waarin voor de periode 2013-2015 concrete afspraken
worden gemaakt over kwaliteitsnormen en over toetsen waarmee wordt beoordeeld
of de gegevens van voldoende kwaliteit zijn voor publicatie. Deze aanpak moet
ervoor zorgen dat een latere uitvoeringsverordening zowel realistisch als
haalbaar is en de hoogst mogelijke kwaliteitsnormen toepast. Aanbevelingen over
de inhoud en reikwijdte van een uitvoeringsverordening betreffende kwaliteits-
en nauwkeurigheidsnormen zullen onderdeel vormen van het volgende verslag aan
het Europees Parlement en de Raad over de werking van de verordening, dat voor
augustus 2015 staat gepland. Verslagen van de lidstaten over de kwaliteit van
de verstrekte gegevens (zoals voorgeschreven in artikel 12, lid 3, van
Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek) verschaffen
aanvullende informatie voor een uitvoeringsverordening. De Commissie heeft een taskforce ingesteld,
bestaande uit migratiespecialisten uit zes nationale bureaus voor de
statistiek, om haar bijstand te verlenen bij het opstellen van specifieke
kwaliteitsnormen voor de gegevens uit de verschillende gegevensverzamelingen
die onder de verordening vallen. 6. Kosten en lasten van het
opstellen van migratiestatistieken Het type statistieken dat door de verordening
wordt voorgeschreven, is ook nodig voor nationale doeleinden, zoals het beheer
van het nationale systeem voor de verwerking van asielverzoeken of het bewaken
van de uitvoering van het beleid inzake grenscontroles. In bijna alle gevallen
zijn de gegevens die voor de productie van de statistieken worden gebruikt,
afkomstig uit bestaande administratieve en statistische systemen. De specifieke
lasten die de verordening voor nationale autoriteiten met zich meebrengt,
houden verband met het maken van uitsplitsingen en tabellen die anders niet
waren gemaakt en met de noodzaak om de geharmoniseerde statistische definities
en begrippen te gebruiken. Sommige nationale autoriteiten hebben hierdoor
eenmalige kosten moeten maken voor het aanpassen van methoden, procedures en
systemen. De omvang van de extra lasten verschilde per
lidstaat en was afhankelijk van de mate waarin de bestaande nationale systemen
voor migratiestatistieken al voldeden aan de eisen van de verordening. Voor de
meeste lidstaten en de meeste statistieken die onder de verordening vallen,
lijken de extra kosten en lasten echter vrij beperkt en evenredig te zijn aan
de baten van volledigere en beter geharmoniseerde migratiestatistieken voor
zowel de EU als de lidstaten. 7. Toezicht op de naleving De uitvoering van de verordening heeft
geresulteerd in volledigere en beter geharmoniseerde Europese statistieken over
migratie en internationale bescherming. Dat neemt niet weg dat voor sommige van
die statistieken en in enkele van de lidstaten nog aanvullend werk moet worden
verricht. De verordening is van toepassing op vier grote gegevensdomeinen. Aan
elk daarvan zitten specifieke methodologische moeilijkheden. Uit de
besprekingen met nationale gegevensleveranciers in de voorbereidingsfase van de
verordening, werd duidelijk dat het uitvoeringsproces een iteratief karakter
moest hebben, waarbij de noodzakelijke verbeteringen over diverse jaren worden
doorgevoerd, in een doorlopend proces. Er moeten echter nog voortdurend
inspanningen worden geleverd om ervoor te zorgen dat de uitvoering volledig
wordt voltooid en resterende problemen die maken dat de verordening niet op
alle punten wordt nageleefd, worden opgelost. 8. Conclusie De verordening heeft geresulteerd in zeer
grote verbeteringen in de Europese statistieken over migratie en internationale
bescherming. De statistische gegevens die de nationale autoriteiten aan de
Commissie leveren zijn nu vollediger en, in de meeste gevallen, gebaseerd op
vergelijkbare statistische definities. Officiële Europese en nationale instanties,
niet-gouvernementele organisaties en burgers maken nu ook meer gebruik van deze
gegevens. Gezien het brede scala aan statistieken dat
krachtens de verordening wordt verzameld, en de conceptuele en methodologische
complexiteiten van de statistische thema's waarop de verordening van toepassing
is, is het normaal dat het uitvoeringsproces de nodige tijd vergt en niet
zonder moeilijkheden zal verloopt. Veel van de problemen die in het begin van
de uitvoering werden vastgesteld, zijn inmiddels opgelost. Desalniettemin
schieten sommige lidstaten nog op belangrijke punten tekort, meestal omdat
essentiële statistieken niet beschikbaar zijn, gegevens voor enkele domeinen
niet op tijd worden verstrekt en geharmoniseerde statistische definities
onjuist worden toegepast. De gegevens die krachtens de verordening
moeten worden geleverd, dienen een afspiegeling te vormen van de veranderende
behoeften van gebruikers, waarbij rekening moet worden gehouden met de
capaciteit van de gegevensleveranciers. Veranderende behoeften kunnen een reden
zijn voor toekomstige wijzigingen van de verordening waarbij nieuwe
gegevenscategorieën of uitsplitsingen worden toegevoegd of gegevensvereisten
die niet langer zinvol zijn, worden verwijderd. Er moet een hernieuwde en gezamenlijke
inspanning worden geleverd om de nog resterende problemen in verband met deze
statistieken op te lossen. Dit vraagt om voortdurende communicatie en
samenwerking tussen de relevante nationale autoriteiten en de Commissie. [1] PB L 199
van 31.7.2007, blz. 23. [2] Verordening (EU) nr. 216/2010 van de Commissie van 15 maart 2010 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 862/2007 van het Europees
Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken over migratie en
internationale bescherming, wat de definitie van de categorieën redenen voor
verlening van verblijfsvergunningen betreft (PB L 66 van 16.3.2010, blz. 1). [3] Verordening
(EU) nr. 351/2010 van de Commissie van 23 april 2010 tot uitvoering van
Verordening (EG) nr. 862/2007 van het Europees Parlement en de Raad betreffende
communautaire statistieken over migratie en internationale bescherming, wat de
definitie van de categorieën groepen naar geboorteland, naar land van vorige of
volgende gewone verblijfplaats en naar staatsburgerschap betreft (PB L 104 van
24.4.2010, blz. 37). [4] Mededeling
van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad: Jaarverslag over
immigratie en asiel (COM(2011) 291 definitief) http://ec.europa.eu/home-affairs/news/intro/docs/110524/291/1_EN_ACT_part1_v8.pdf [5] Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement,
de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de
Regio's: Mededeling inzake migratie (COM(2011) 248 definitief) http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=COM:2011:0248:FIN:NL:PDF [6] Mededeling
van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch
en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's: Mededeling inzake versterkte
solidariteit binnen de EU op het gebied van asiel (COM(2011) 835 definitief) http://ec.europa.eu/home-affairs/news/intro/docs/201112/1/1_EN_ACT_part1_v8.pdf [7] Commission
Staff Working Paper: "Demography Report 2010 - Older, more numerous and
diverse Europeans" http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/product_details/publication?p_product_code=KE-ET-10-001 [8] "Migrants
in Europe: a statistical portrait of the first and second generation" http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/product_details/publication?p_product_code=KE-ET-31-001 [9] Beschikking
2008/381/EG van de Raad van 14 mei 2008 betreffende het opzetten van een
Europees migratienetwerk (PB L 131 van 21.5.2008, blz.7). [10] http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/product_details/publication?p_product_code=KE-ET-11-001 [11] Zie bijvoorbeeld de publicaties in de reeks Statistics
in Focus, zoals Asylum applicants and
first instance decisions on asylum applications: second quarter 2011, nummer 11/2012 http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/product_details/publication?p_product_code=KS-SF-12-011
of Immigration
to EU Member States down by 6% and emigration up by 13% in 2008 - Nummer 1/2011. [12] http://epp.eurostat.ec.europa.eu/statistics_explained/index.php/Migration_and_migrant_population_statistics