52004PC0290

Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen (gecodificeerde versie) /* COM/2004/0290 def. - COD 2004/0090 */


Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen (gecodificeerde versie)

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

1. In de context van een Europa van de burgers hecht de Commissie groot belang aan het vereenvoudigen en verduidelijken van het Gemeenschapsrecht om het duidelijker en toegankelijker te maken voor de gewone burger, zodat deze nieuwe mogelijkheden krijgt en in staat wordt gesteld gebruik te maken van de specifieke rechten die hij aan het Gemeenschapsrecht kan ontlenen.

Dit doel kan niet worden verwezenlijkt zolang talloze bepalingen die meermaals en vaak ingrijpend zijn gewijzigd, gedeeltelijk in het oorspronkelijke besluit en gedeeltelijk in de latere wijzigingsbesluiten te vinden zijn. Om dan na te gaan wat de geldende regels zijn, is veel zoekwerk vereist, waarbij een groot aantal besluiten moet worden vergeleken.

Codificatie van meermaals gewijzigde regels is dan ook van essentieel belang om het Gemeenschapsrecht duidelijk en doorzichtig te maken.

2. Bij haar besluit van 1 april 1987 [1] heeft de Commissie daarom haar diensten opgedragen alle wetgevingbesluiten na maximaal tien wijzigingen te codificeren, waarbij zij erop wijst dat dit een minimumregel is en dat haar diensten ter wille van de duidelijkheid en het juiste begrip van de communautaire wetgeving ernaar zouden moeten streven de teksten waarvoor zij verantwoordelijkheid dragen, met nog kortere tussenpozen te codificeren.

[1] COM(87) 868 PV.

3. De conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van Edinburgh (december 1992) hebben dit bevestigd [2] en het belang van codificatie onderstreept, omdat daarmee rechtszekerheid wordt verschaft omtrent de vraag welke wet op een gegeven moment op een bepaald onderwerp van toepassing is.

[2] Zie bijlage 3 bij deel A van die conclusies.

Bij codificatie moet het normale wetgevingsproces van de Gemeenschap volledig in acht worden genomen.

Aangezien bij codificatie geen inhoudelijke wijzigingen in de betrokken wetteksten mogen worden aangebracht, zijn het Europees Parlement, de Raad en de Commissie bij Interinstitutioneel Akkoord van 20 december 1994 een versnelde werkmethode voor de codificatie van wetteksten overeengekomen.

4. Dit voorstel beoogt de codificatie van Richtlijn 89/398/EEG van de Raad van 3 mei 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen [3]. De nieuwe richtlijn vervangt de verschillende besluiten die erin zijn verwerkt [4]; dit voorstel laat de inhoud van de besluiten die worden gecodificeerd onverlet en beperkt zich er derhalve toe deze samen te voegen en daarin slechts de formele wijzigingen aan te brengen die voor de codificatie zelf vereist zijn.

[3] Uitgevoerd overeenkomstig de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad: Codificatie van het Acquis communautaire, COM(2001) 645 def.

[4] Zie bijlage II, deel A, bij dit voorstel.

5. Dit voorstel voor een codificatie is opgesteld op basis van een voorafgaande consolidatie, in alle officiële talen, van Richtlijn 89/398/EEG en de besluiten tot wijziging daarvan, met behulp van een gegevensverwerkingssysteem van het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen. Voorzover de artikelen zijn vernummerd, is het verband tussen de oude en de nieuwe nummering weergegeven in een concordantietabel die is opgenomen in bijlage III bij de gecodificeerde richtlijn.

89/398/EEG (aangepast)

2004/0090 (COD)

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen (Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 95 ,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité [5],

[5] PB L [...] van [...], blz.. [...].

Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag [6],

[6] PB L [...] van [...], blz.. [...].

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Richtlijn 89/398/EEG van de Raad van 3 mei 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen [7] is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd [8]. Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze richtlijn te worden overgegaan.

[7] PB L 186 van 30.6.1989, blz. 27. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

[8] Zie bijlage II, deel A.

89/398/EEG overweging 2 (aangepast)

(2) V erschillen tussen de nationale wetgevingen inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen belemmeren het vrije verkeer ervan, kunnen ongelijke concurrentievoorwaarden scheppen en zijn uit dien hoofde rechtstreeks van invloed op de instelling en de werking van de gemeenschappelijke markt.

89/398/EEG overweging 3 (aangepast)

(3) De aanpassing van de nationale wetgevingen vergt de opstelling van een gemeenschappelijke definitie en de vaststelling van maatregelen om de consument te beschermen tegen misleiding ten aanzien van de aard van de producten alsmede van voorschriften waaraan de etikettering van de betrokken producten moest voldoen.

89/398/EEG overweging 4

(4) De door deze richtlijn bestreken producten zijn levensmiddelen waarvan samenstelling en vervaardiging speciaal moeten worden uitgedacht om te voldoen aan de bijzondere voedingsbehoeften van diegenen voor wie zij hoofdzakelijk zijn bestemd. Derhalve kan het met het oog op het specifieke doel van deze voeding noodzakelijk zijn in afwijkingen van de algemene of bijzondere bepalingen voor levensmiddelen te voorzien.

89/398/EEG overweging 5

(5) Aan de hand van de algemene voorschriften voor de controle van alle levensmiddelen kan weliswaar een doeltreffende controle worden uitgeoefend op voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen waarvoor specifieke bepalingen zijn vastgesteld, maar zulks is niet altijd mogelijk in het geval van levensmiddelen die niet onder dergelijke specifieke bepalingen vallen.

89/398/EEG overweging 6

(6) Het kan in laatstgenoemd geval namelijk voorkomen dat de controlediensten met hun gebruikelijke middelen in bepaalde omstandigheden niet kunnen nagaan of het desbetreffende levensmiddel inderdaad de bijzondere voedingseigenschappen bezit die eraan worden toegeschreven. Het is derhalve noodzakelijk te bepalen dat degene die verantwoordelijk is voor het in de handel brengen van dat levensmiddel, de controledienst zo nodig assisteert bij de uitoefening van zijn werkzaamheden.

89/398/EEG overweging 8 (aangepast)

(7) De bijzondere bepalingen betreffende bepaalde groepen voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen dienen bij bijzondere richtlijnen te worden vastgesteld.

96/84/EG overweging 4 (aangepast)

(8) Het is noodzakelijk te voorzien in een procedure waarmee de uit innovaties voortgekomen levensmiddelen tijdelijk op de markt kunnen worden gebracht, om de onderzoekresultaten van het bedrijfsleven in afwachting van de betrokken bijzondere richtlijn te kunnen exploiteren.

96/84/EG overweging 5 (aangepast)

(9) Met het oog op de bescherming van de gezondheid van de consument mag de handelsvergunning evenwel eerst na raadpleging van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid worden afgegeven.

1999/41/EG overweging 5 (aangepast)

(10) Daar niet duidelijk is of er voldoende onderbouwing bestaat om bijzondere bepalingen vast te stellen voor de voeding voor personen bij wie de glucosestofwisseling is verstoord (diabetici), dient de Commissie de desbetreffende bepalingen in een later stadium te kunnen vaststellen of voorstellen, na raadpleging van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid .

1999/41/EG overweging 7

(11) Het blijft mogelijk om op communautair niveau de voorschriften te harmoniseren voor andere groepen voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen, zulks in het belang van de consumentenbescherming en het vrije verkeer van die levensmiddelen.

(12) De voor de uitvoering van deze richtlijn vereiste maatregelen dienen te worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden [9] .

[9] PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.

(13) Deze richtlijn dient de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage II, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht van de aldaar genoemde richtlijnen onverlet te laten,

89/398/EEG

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Deze richtlijn heeft betrekking op voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen.

89/398/EEG (aangepast)

2. Voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen zijn levensmiddelen die zich door hun bijzondere samenstelling of bereidingswijze duidelijk van gewone levensmiddelen onderscheiden, die voor het aangegeven voedingsdoel geschikt zijn en zodanig in de handel worden gebracht dat de geschiktheid voor dat doel wordt aangeduid.

3. Een bijzondere voeding behoort te voldoen aan de bijzondere voedingsbehoeften:

a) van bepaalde categorieën personen wier assimilatieproces of stofwisseling is verstoord; of

b) van bepaalde categorieën personen die zich in bijzondere fysiologische omstandigheden bevinden en die daarom bijzonder gebaat kunnen zijn bij een gecontroleerde ingestie van bepaalde stoffen in levensmiddelen; of

c) van zuigelingen, peuters of kleuters in goede gezondheid.

Artikel 2

1. De in artikel 1, lid 3, onder a) en b) bedoelde producten mogen worden aangeduid met de kwalificaties "dieet" of "regime".

89/398/EEG

2. Bij etikettering en presentatie van gewone levensmiddelen en bij de desbetreffende reclame is het gebruik verboden van:

a) de kwalificaties "dieet" of «regime», al dan niet gecombineerd met andere woorden, om deze levensmiddelen te omschrijven;

b) elke andere aanduiding of wijze van presenteren die de indruk zou kunnen wekken dat het een van de in artikel 1 omschreven producten betreft.

89/398/EEG (aangepast)

Overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure kunnen bepalingen worden vastgesteld waarbij voor gewone levensmiddelen die geschikt zijn voor een bijzondere voeding, wordt toegestaan deze eigenschap te vermelden.

In die bepalingen kan worden vastgesteld op welke wijze dit gegeven moet worden vermeld.

89/398/EEG

Artikel 3

1. De aard of de samenstelling van de in artikel 1 bedoelde producten moet zodanig zijn dat deze producten geschikt zijn voor het bijzondere voedingsdoel waarvoor zij zijn bestemd.

2. De in artikel 1 bedoelde producten moeten eveneens voldoen aan de dwingende bepalingen die voor gewone levensmiddelen gelden, behalve voor wat betreft de wijzigingen die in die producten zijn aangebracht om ze in overeenstemming te brengen met de definities van artikel 1.

Artikel 4

1. De bijzondere bepalingen betreffende de in bijlage I opgenomen groepen voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen, worden bij bijzondere richtlijnen vastgesteld.

Deze richtlijnen kunnen met name het volgende bevatten:

a) essentiële vereisten inzake aard of samenstelling van de producten;

b) bepalingen inzake kwaliteit van de grondstoffen;

c) hygiënische eisen;

d) toegestane wijzigingen in de zin van artikel 3, lid 2;

e) een lijst van additieven;

f) bepalingen inzake etikettering, presentatie en reclame;

g) bemonsterings- en analysemethoden voor de controle op de overeenstemming met de bepalingen van de bijzondere richtlijnen.

89/398/EEG (aangepast)

Deze bijzondere richtlijnen worden aangenomen:

- overeenkomstig de procedure van artikel 95 van het Verdrag voor wat betreft punt e);

- overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, van deze richtlijn bedoelde procedure voor wat de andere punten betreft.

Bepalingen die van invloed kunnen zijn op de volksgezondheid worden vastgesteld na raadpleging van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid.

96/84/EG art. 1 (aangepast)

2. Om te bewerkstelligen dat voor een bijzondere voeding bestemde en uit wetenschappelijke en technologische vorderingen ontwikkelde levensmiddelen snel op de markt kunnen worden gebracht, kan de Commissie, na raadpleging van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid , overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure , gedurende twee jaar de afzet toestaan van levensmiddelen die niet aan de samenstellingsregels beantwoorden die bij de bijzondere richtlijnen betreffende de in bijlage I genoemde groepen voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen zijn vastgesteld.

De Commissie kan, zo nodig, in het vergunningsbesluit met de wijziging in de samenstelling verband houdende etiketteringsvoorschriften vaststellen.

89/398/EEG (aangepast)

3. Een lijst van stoffen voor bijzondere voedingsdoeleinden zoals vitaminen, minerale zouten, aminozuren en andere stoffen voor toevoeging aan voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen, alsmede de zuiverheidscriteria die daarop van toepassing zijn en, in voorkomend geval, de voorwaarden voor het gebruik, worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure .

1999/41/EG art. 1, punt 1 (aangepast)

Artikel 5

De voorwaarden voor het gebruik van de termen betreffende de verlaging van het natrium- of zoutgehalte of het ontbreken van natrium of zout (natriumchloride, tafelzout), dan wel het ontbreken van gluten, om de in artikel 1 bedoelde producten te beschrijven, worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure .

Artikel 6

Uiterlijk op 8 juli 2002 brengt de Commissie, na raadpleging van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid , verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad over de wenselijkheid van bijzondere bepalingen betreffende voeding voor personen bij wie de glucosestofwisseling is verstoord (diabetici).

In het licht van de conclusies van dit verslag stelt de Commissie ofwel overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure de desbetreffende bijzondere bepalingen op, ofwel dient zij overeenkomstig de procedure van artikel 95 van het Verdrag passende voorstellen tot wijziging van deze richtlijn in.

89/398/EEG art. 5 (aangepast)

Artikel 7

Overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure kunnen voorwaarden worden vastgesteld waaronder etikettering, presentatie en reclame mogen zinspelen op een dieet of regime dan wel op een categorie personen waarvoor een in artikel 1 bedoeld product is bestemd.

89/398/EEG art. 6 (aangepast)

Artikel 8

1. Het is niet toegestaan om door middel van etikettering of presentatie van een in artikel 1 bedoeld product, of door de reclame ervoor, aan dit product eigenschappen toe te schrijven waardoor menselijke ziekten kunnen worden voorkomen, behandeld of genezen, noch om een toespeling te maken op die eigenschappen.

In uitzonderlijke en welbepaalde gevallen mag overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure worden voorzien in afwijkingen van de eerste alinea. Deze afwijkingen kunnen worden gehandhaafd totdat de procedure is voltooid.

2. Lid 1 vormt geen beletsel voor het verspreiden van alle nuttige inlichtingen en aanbevelingen die uitsluitend zijn bestemd voor personen die bevoegd zijn op het gebied van geneeskunde, voeding of farmacie.

89/398/EEG art. 7 (aangepast)

Artikel 9

1. Op de in artikel 1 bedoelde producten is Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad [10] onder de in de leden 2, 3 en 4 van dit artikel genoemde voorwaarden van toepassing.

[10] Ö PB L 109 van 6.5.2000, blz. 29 Õ.

2. De verkoopbenaming van een product dient vergezeld te gaan van een aanwijzing omtrent de bijzondere voedingskenmerken ervan. Bij de in artikel 1, lid 3, onder c) bedoelde producten wordt deze vermelding evenwel vervangen door die van de bestemming.

3. De etikettering van producten waarvoor geen bijzondere richtlijn overeenkomstig artikel 4 is vastgesteld, dient ook de volgende gegevens te omvatten:

a) de specifieke bijzonderheden van de kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling of de bijzondere bereidingswijze die het product zijn bijzondere voedingskenmerken verlenen;

b) de in kJ en kcal uitgedrukte beschikbare energiewaarden en het gehalte aan koolhydraten, eiwitten en vetstoffen per 100 g of 100 ml van het product zoals dit in de handel wordt gebracht en, in voorkomend geval, per aangegeven hoeveelheid van het consumptieklare product.

Indien de energiewaarde echter lager is dan 50 kJ (12 kcal) per 100 g of 100 ml van het in de handel gebrachte product, mogen de desbetreffende aanduidingen worden vervangen door de vermelding, "energiewaarde lager dan 50 kJ (12 kcal) per 100 g", of door de vermelding "energiewaarde lager dan 50 kJ (12 kcal) per 100 ml".

4. Voor de producten waarvoor een bijzondere richtlijn is vastgesteld, worden de bijzondere etiketteringsvoorschriften bij die richtlijn vastgesteld.

89/398/EEG art. 8 (aangepast)

Artikel 10

1. De in artikel 1 bedoelde producten mogen uitsluitend in voorverpakte vorm in de handel worden gebracht, en wel zodanig dat de verpakking de producten volledig omsluit.

2. De lidstaten mogen afwijkingen van lid 1 toestaan voor de kleinhandel, doch in dat geval moeten de in artikel 9 genoemde aanwijzingen het product bij de aanbieding ten verkoop vergezellen.

89/398/EEG art. 9 (aangepast)

Artikel 11

1. Op levensmiddelen die voor bijzondere voeding zijn bestemd en niet tot een van de in bijlage I opgenomen groepen behoren, zijn met het oog op een doeltreffende officiële controle de volgende specifieke bepalingen van toepassing:

a) wanneer een product voor de eerste maal in de handel wordt gebracht, stelt de fabrikant of, in geval van een in een derde land vervaardigd product, de importeur de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar het product in de handel wordt gebracht, daarvan in kennis door een specimen van de voor dat product gebruikte etikettering aan die autoriteit toe te zenden;

b) wanneer genoemd product vervolgens in een andere lidstaat in de handel wordt gebracht, doet de fabrikant of in voorkomend geval de importeur de bevoegde autoriteit van die lidstaat dezelfde gegevens toekomen en vermeldt daarbij tevens de autoriteit waaraan de eerste kennisgeving was gericht;

c) de bevoegde autoriteit mag zo nodig van de fabrikant of in voorkomend geval van de importeur het voorleggen van wetenschappelijke werkzaamheden en gegevens eisen waaruit blijkt dat het product in overeenstemming is met artikel 1, lid 2, alsmede met de vermeldingen, bedoeld in artikel 9 , lid 3, onder a). Indien over deze werkzaamheden een gemakkelijk toegankelijke publicatie is verschenen, kan met een verwijzing naar die publicatie worden volstaan.

2. De lidstaten delen de Commissie mee welke autoriteiten in de zin van lid 1 bevoegd zijn en verstrekken alle verdere relevante gegevens over die autoriteiten.

De Commissie maakt die gegevens in het Publicatieblad van de Europese Unie bekend.

3. Volgens de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure kunnen bepalingen ter uitvoering van de leden 1 en 2 worden vastgesteld.

1999/41/EG art. 1, punt 2 (aangepast)

4. Uiterlijk op 8 juli 2005 en vervolgens om de drie jaar doet de Commissie, het Europees Parlement en de Raad een verslag toekomen over de toepassing van dit artikel.

89/398/EEG art. 10

Artikel 12

1. De handel in de in artikel 1 bedoelde producten die beantwoorden aan de voorschriften van deze richtlijn of van eventuele richtlijnen ter toepassing van deze richtlijn, mag door de lidstaten niet worden verboden of beperkt om redenen die verband houden met de samenstelling, de bereidingswijze, de presentatie of de etikettering.

2. Lid 1 laat bij gebreke van richtlijnen ter toepassing van de onderhavige richtlijn de toepasselijke nationale bepalingen onverlet.

89/398/EEG art. 11 (aangepast)

Artikel 13

1. Mocht een lidstaat, aan de hand van een uitvoerige motivering, vaststellen dat een voor bijzondere voeding bestemd levensmiddel dat niet behoort tot de groepen in bijlage I, niet in overeenstemming is met artikel 1, leden 2 en 3 , of gevaar oplevert voor de gezondheid van de mens, terwijl het in een of meer lidstaten vrij in de handel is, dan kan die lidstaat de handel in dit product op zijn grondgebied tijdelijk opschorten of beperken. Hij stelt de Commissie en de andere lidstaten daarvan onverwijld in kennis onder vermelding van de redenen die tot zijn besluit hebben geleid.

2. De Commissie onderzoekt zo spoedig mogelijk de door de lidstaat opgegeven redenen en raadpleegt de lidstaten in het kader van het in artikel 15, lid 1, bedoelde Comité; zij brengt vervolgens onverwijld advies uit en neemt de passende maatregelen.

3. Indien de Commissie van mening is dat de nationale maatregel moet worden ingetrokken of gewijzigd, treft zij passende maatregelen overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure .

89/398/EEG art. 12 (aangepast)

Artikel 14

1. Indien een lidstaat aan de hand van een uitvoerige motivering op grond van nieuwe gegevens of een nieuwe beoordeling van bestaande gegevens ter beschikking gekomen na de vaststelling van een van de bijzondere richtlijnen vaststelt dat het gebruik van een voor bijzondere voeding bestemd levensmiddel voor de gezondheid van de mens gevaar oplevert hoewel aan de bepalingen van de desbetreffende bijzondere richtlijn is voldaan, kan die lidstaat de toepassing van de betrokken bepalingen op zijn grondgebied tijdelijk opschorten of beperken. Hij stelt de andere lidstaten en de Commissie daarvan onverwijld in kennis onder vermelding van de redenen die tot zijn besluit hebben geleid.

2. De Commissie onderzoekt zo spoedig mogelijk de door de lidstaat opgegeven redenen en raadpleegt de lidstaten in het kader van het in artikel 15, lid 1, bedoelde Comité; zij brengt vervolgens onverwijld advies uit en neemt de passende maatregelen.

3. Indien de Commissie wijzigingen in deze richtlijn en/of in bijzondere richtlijnen noodzakelijk acht om aan de in lid 1 genoemde moeilijkheden het hoofd te bieden en de bescherming van de gezondheid van de mens te waarborgen, stelt zij die wijzigingen vast overeenkomstig de in artikel 15, lid 2, bedoelde procedure . In dat geval kan de lidstaat die vrijwaringsmaatregelen heeft getroffen, deze handhaven totdat de wijzigingen zijn vastgesteld.

1882/2003 art. 3 en bijlage III, punt 15 (aangepast)

Artikel 15

1. De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 58 van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad [11] ingestelde Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, hierna "het comité" genoemd.

[11] PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1.

2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.

De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op drie maanden.

3. Het comité stelt zijn reglement van orde vast.

Artikel 16

Richtlijn 89/398/EEG, zoals gewijzigd bij de in bijlage II, deel A, genoemde besluiten, wordt ingetrokken, onverminderd de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage II, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht van de aldaar genoemde richtlijnen.

Verwijzingen naar de ingetrokken richtlijn gelden als verwijzingen naar de onderhavige richtlijn en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

Artikel 17

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

89/398/EEG art. 16

Artikel 18

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, [...]

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De Voorzitter De Voorzitter

[...] [...]

1999/41/EG art. 1, punt 3 (aangepast)

BIJLAGE I

A. Voor bijzondere voeding bestemde groepen levensmiddelen waarvoor bij een bijzondere richtlijn bijzondere bepalingen worden vastgesteld [12]:

[12] Deze richtlijn heeft geen consequenties voor producten die reeds in de handel zijn op het moment waarop de richtlijn wordt vastgesteld.

1. Volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding

2. Bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding voor zuigelingen en peuters

3. Voeding gebruikt in energiebeperkte diëten voor gewichtsvermindering

4. Dieetvoeding voor bijzondere medische doeleinden

5. Voeding die is afgestemd op grote spierinspanning, vooral voor sportbeoefenaars

B. Voor bijzondere voeding bestemde groepen levensmiddelen waarvoor bij een bijzondere richtlijn [13] bijzondere bepalingen worden vastgesteld, afhankelijk van het resultaat van de in artikel 6 beschreven procedure:

[13] Deze richtlijn heeft geen consequenties voor producten die reeds in de handel zijn op het moment waarop de richtlijn wordt vastgesteld.

Voeding voor personen bij wie de glucosestofwisseling is verstoord (diabetici).

BIJLAGE II

Deel A

Ingetrokken richtlijn met de achtereenvolgende wijzigingen ervan

(bedoeld in artikel 16)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Deel B

Termijnen voor omzetting in nationaal recht

(bedoeld in artikel 16)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE III

Concordantietabel

>RUIMTE VOOR DE TABEL>