52003DC0533

Beleidsdocument van de Commissie ter voorlegging aan de Raad en het Europees Parlement - Op weg naar een volwassen partnerschap - gezamenlijke belangen en taken in de betrekkingen tussen de EU en China (Actualisering van de mededelingen van de Europese Commissie over de betrekkingen tussen de EU en China van 1998 en 2001) /* COM/2003/0533 def. */


BELEIDSDOCUMENT VAN DE COMMISSIE TER VOORLEGGING AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT - Op weg naar een volwassen partnerschap - gezamenlijke belangen en taken in de betrekkingen tussen de EU en China (Actualisering van de mededelingen van de Europese Commissie over de betrekkingen tussen de EU en China van 1998 en 2001)

INHOUDSOPGAVE

Samenvatting

1. Inleiding

2. Een nieuwe fase van volwassenheid in de betrekkingen tussen de EU en China

3. Koers van de EU-acties in 2003 en daarna

3.1. De EU en China: gedeelde verantwoordelijkheid met betrekking tot internationaal bestuur

3.2. Steun voor China's overgang naar een open samenleving, gevestigd op de rechtsorde en eerbiediging van de mensenrechten

3.3. Bevordering van China's openstelling naar binnen en naar buiten

3.4. Het samenwerkingsprogramma tussen de EC en China - een wederzijds voordelig partnerschap ter ondersteuning van de EU-doelstellingen

3.5. Het profiel van de EU in China versterken

4. Verbetering van de structuur van de relatie

Bijlage 1: Dialoog tussen de EU en China (overzicht)

Bijlage 2: Cijfers over de handels- en investeringsstromen tussen de EU en China

Bijlage 3: EU-China Samenwerkingsprogramme (overzicht)

Samenvatting

Sinds het laatste beleidsdocument van de Commissie begin 2001 is er veel veranderd in Europa, China en de rest van de wereld. De euro werd ingevoerd, de uitbreiding en grootschalige interne hervormingen zijn op handen en de EU heeft nieuwe verantwoordelijkheden op zich genomen, met name op het gebied van justitie en binnenlandse zaken (JBZ), wat grote gevolgen heeft binnen en buiten de EU. In de ontwerpversie van de Europese veiligheidsstrategie van juni 2003 wordt beoogd het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU te versterken en wordt erkend dat China een van de belangrijkste strategische partners van de EU is. China is begonnen aan een nieuwe, spannende fase van het proces van sociale en economische hervormingen. Het land raakt ook in toenemende mate betrokken bij mondiale aangelegenheden, met name binnen multilaterale fora, en is dankzij de snelle groei en de toetreding tot de WTO een belangrijke speler in de wereldeconomie aan het worden. Bovendien is sinds kort een nieuwe generatie leiders aan de macht in Peking, die tijdens de topontmoeting tussen de EU en China eind oktober 2003 voor het eerst op het hoogste niveau met de EU zullen overleggen. Tegelijkertijd moeten beide partijen zich aanpassen aan de snel wisselende internationale situatie, waarbij terrorisme en de verspreiding van wapens, en andere problemen, zoals de sars-epidemie, de belangrijkste punten zijn. De mondiale economische malaise en de daaruit voortvloeiende negatieve ontwikkelingen in verband met protectionisme en regionalisme vormen ook een potentiële bedreiging van de wereldhandel en de ontwikkeling.

In deze context hebben de EU en China er meer dan ooit belang bij samen te werken als strategische partners om duurzame ontwikkeling, vrede en stabiliteit te garanderen en te bevorderen. Op het gebied van de internationale politiek lopen de belangen van China en de EU vaak parallel, met name wat betreft het belang dat beiden hechten aan de rol van de Verenigde Naties bij het handhaven van de veiligheid op humanitair en ecologisch gebied en de rol van de WTO, waar beiden veel te winnen hebben bij verdere liberalisering van de handel. De bilaterale handel is namelijk spectaculair toegenomen en bedroeg vorig jaar meer dan EUR 115 miljard, waarmee China de op twee na grootste handelspartner van de EU is, zij het dat er een wezenlijk overschot is aan Chinese zijde. Daarnaast blijven ondernemingen uit de EU belangrijke investeerders in China.

Ook werd er de afgelopen jaren steeds meer samengewerkt op het gebied van justitie en binnenlandse zaken en op wetenschappelijk en technisch gebied, wat voor beide partijen voordelen oplevert. Er zijn een aantal nieuwe overeenkomsten in voorbereiding en er wordt een omvangrijk EC-steunprogramma uitgevoerd.

Europa heeft er dus in politieke en economische zin groot belang bij China te helpen zich te ontwikkelen tot een stabiel, welvarend en open land, waarin de democratie, de vrije markt en de rechtsstaat volledig geïntegreerd zijn. De EU heeft op dit punt veel te bieden, deels vanuit haar eigen ervaring met het integreren van de kandidaat-lidstaten uit Midden- en Oost-Europa.

Nu moet de balans opgemaakt worden van de mededeling uit 2001, waarbij rekening gehouden moet worden met deze ontwikkelingen en de nieuwe gezamenlijke belangen en taken die ons wachten. Ook dient opgemerkt te worden dat China binnenkort voor het eerst in de geschiedenis een eigen beleidsdocument zal presenteren over de betrekkingen met de EU.

In dit document worden daarom de resultaten tot nu toe geëvalueerd en worden voorstellen gedaan voor de aanpassing van onze aanpak, waardoor het EU-beleid en de daaraan gekoppelde activiteiten de komende twee tot drie jaar vorm krijgen. Op het gebied van bestuur worden voorstellen gedaan om de politieke dialoog te verbeteren door gerichter gebruik te maken van bestaande mechanismen, momenteel in de vorm van regelmatige bijeenkomsten op zes belangrijke niveaus, en kwesties in verband met mondiale en regionale politiek en veiligheid in dit kader systematisch te bespreken. De dialoog over illegale migratie moet zich meer op resultaten richten en er zou spoedig een overeenkomst gesloten moeten worden over de repatriëring van illegale migranten.

In het kader van de politieke dialoog zou ook bijzondere aandacht besteed moeten worden aan mensenrechten, zoals het uitgangspunt moet zijn van een volwassen partnerschap zoals nu bestaat, en in de overtuiging dat dit cruciaal is voor de duurzaamheid van de hervormingen en de stabiliteit op lange termijn. Het resultaat en de invloed van de intensieve dialoog tussen de EU en China over het thema mensenrechten kunnen verbeterd worden door deze dialoog op hoger niveau te voeren, meer aandacht te besteden aan de belangrijkste kwesties, door meer continuïteit aan te brengen en individuele gevallen te blijven volgen, door zoveel mogelijk af te stemmen op de bestaande bilaterale inspanningen van de lidstaten en door de zichtbaarheid en transparantie van de dialoog te vergroten. De ontwikkeling van maatschappelijke organisaties in China speelt een belangrijke rol bij het beschermen van het welzijn en de rechten van kwetsbare groeperingen in het algemeen en in het tegengaan van de negatieve gevolgen van de hervormingen.

Wat betreft het bevorderen van de economische openstelling van China in binnen- en buitenland, zijn de belangrijkste prioriteiten: het succes van de Doha-ontwikkelingsagenda (DDA), erop toezien dat China de WTO-verbintenissen naleeft, en het land daarbij helpen en dat nieuwe regionale overeenkomsten in overeenstemming zijn met de WTO. Een belangrijke prioriteit is de spoedige ondertekening van een overeenkomst overeenkomst over de status van "erkende reisbestemming", waardoor het toerisme vanuit China naar Europa bevorderd wordt. Onderhandelingen over een al vaak uitgestelde douaneovereenkomst zouden zo spoedig mogelijk van start moeten gaan.

Het hervormingsproces en de samenwerking op sectorniveau zouden verder ondersteund moeten worden door middel van: start van nieuw overleg over en samenwerking op het gebied van intellectuele-eigendomsrechten, de sanitaire normen, mededingingsbeleid, ondernemingsbeleid en ontwikkeling van het menselijk potentieel; en door het versterken van de bestaande dialoog over en de overeenkomsten op het gebied van regelgeving van industriële producten, de informatiemaatschappij, milieu, energie en samenwerking op wetenschappelijk en technologisch gebied. Er zouden nieuwe overeenkomsten gesloten moeten worden op het gebied van samenwerking met betrekking tot onderzoek, vreedzaam gebruik van kernenergie en het Galileo-programma van de EU.

Voor het samenwerkingsprogramma van de EU, dat activiteiten op veel van de genoemde terreinen ondersteunt, zullen de doelstellingen gevolgd worden die beschreven zijn in het in 2002 goedgekeurde nationale strategiedocument (NSD), hoewel het nationale indicatieve programma (NIP) dit jaar aangepast zal worden aan enkele operationele veranderingen. Buiten het eigenlijke NIP blijft China een belangrijke begunstigde van de EU-programma's voor regionale samenwerking en onderzoek, waar spoedig een begin gemaakt zal worden met nieuwe initiatieven, bijvoorbeeld op het gebied van de bestrijding van sars.

Het gemengde comité EU-China zou in toenemende mate een sturende rol moeten vervullen, niet alleen op het gebied van handel en samenwerking, maar ook in het overleg binnen verschillende sectoren.

Ten slotte worden maatregelen voorgesteld om de zichtbaarheid van de EU in China te vergroten, en meer begrip te kweken bij de Chinese bevolking, door middel van enkele gerichte informatiecampagnes en nauwere samenwerking met de EU-lidstaten.

Er ligt een lange en moeilijke weg voor ons, wat logisch is gezien de omvang van het partnerschap. Alle betrokkenen moeten zich volledig en langdurig inzetten om een succesvolle koers te kunnen varen. Aan Europese zijde zal het beleid van de EU en dat van de lidstaten nauw op elkaar afgestemd moeten worden; China zal ervoor moeten zorgen dat alle bestuursterreinen en -lagen meedoen. Gezien de grote belangen vertrouwen wij erop dat ieder zijn taak zal vervullen.

1. INLEIDING

Dit beleidsdocument is gebaseerd op de mededeling van de Commissie van 1998 "Voor een omvattend partnerschap met China" [1] en de daaruit voortvloeiende conclusies van de Raad van 29 juni 1998, waarin de nadruk wordt gelegd op het fundamentele belang dat de Unie heeft bij het versterken van de betrekkingen met China. Hierin werden de volgende doelstellingen vastgesteld voor de betrekkingen tussen de EU en China:

[1] COM (1998) 181.

(i) China meer bij de internationale gemeenschap betrekken via een betere politieke dialoog;

(ii) ondersteuning van de overgang van China naar een open samenleving, gebaseerd op de rechtsstaat en het eerbiedigen van de mensenrechten;

(iii) China verder in de wereldeconomie integreren door het land sterker bij het wereldhandelsstelsel te betrekken en het aan de gang zijnde proces van sociaal-economische hervormingen te ondersteunen, onder andere in het kader van duurzame ontwikkeling;

(iv) beter gebruik maken van de bestaande Europese middelen;

(v) het profiel van de EU in China versterken.

De Commissie beloofde regelmatig verslag uit te brengen over de voortgang van de uitvoering van de voorstellen uit deze mededeling. In september 2000 verscheen het eerste verslag [2].

[2] COM (2000) 552.

In juni 2001 werd in de mededeling van de Commissie "EU-strategie ten aanzien van China: tenuitvoerlegging van de mededeling van 1998 en toekomstige stappen voor een doeltreffender EU-beleid" [3] een overzicht gegeven van het EU-beleid en werden een aantal actiepunten voor de korte en middellange termijn geformuleerd ter verwezenlijking van de doelstellingen voor de lange termijn die in 1998 vastgesteld waren.

[3] COM (2001) 265.

Uit discussies in de Raad in het voorjaar van 2003 bleek dat de algemene EU-doelstellingen voor de lange termijn met betrekking tot China, zoals vastgesteld in 1998, globaal nog steeds gelden, en opnieuw bevestigd zouden moeten worden ten opzichte van de nieuwe Chinese leiders die in maart 2003 aan de macht kwamen. Door het in de mededeling uit 2001 opgestelde actieplan bleven de betrekkingen zich ontwikkelen; het actieplan moet nu geactualiseerd worden gezien de recente ontwikkelingen in de EU, China en de wereld in het algemeen.

In dit beleidsdocument worden de doelstellingen besproken en wordt nagegaan welke vooruitgang geboekt is bij de uitvoering van de mededeling uit 1998 en de actiepunten uit 2001. Het doel is een nieuwe impuls te geven aan de relatie tussen de EU en China en richting te helpen geven aan het EU-beleid en de activiteiten in de komende twee tot drie jaar, waarbij rekening gehouden wordt met de EU-beleidsdoelstellingen ten aanzien van het Aziatische gebied, zoals beschreven in de Azië-strategie van de Commissie uit 2001 [4].

[4] "Europa en Azië: een strategisch kader voor versterkte partnerschappen", COM (2001) 469.

Ten slotte beoogt dit document de reflectie in China over toekomstig beleid ten aanzien van de EU te stimuleren. Dit proces moet leiden tot een beleidsdocument later dit jaar; het is voor het eerst in de geschiedenis dat China een dergelijk document over zijn buitenlandse betrekkingen zal publiceren. De publicatie hiervan bewijst dat China nieuw belang hecht aan de relatie met de EU.

2. EEN NIEUWE FASE VAN VOLWASSENHEID IN DE BETREKKINGEN TUSSEN DE EU EN CHINA

De afgelopen tien jaar hebben de betrekkingen tussen de EU en China zich volop ontwikkeld. De relatie, die zich vroeger voornamelijk beperkte tot handel en investeringen en financieel/technische bijstand, omvat nu een breed scala aan sectoren. Er is een solide en regelmatige politieke dialoog tot stand gebracht. Er zijn verschillende sectorale overeenkomsten gesloten en over een aantal wordt momenteel onderhandeld. Er is sprake van veelvuldige en vaak geïnstitutionaliseerde uitwisselingen op verschillende terreinen, variërend van mondiale problemen, zoals het milieu en illegale migratie, tot fundamenteel en toegepast onderzoek en samenwerking op technologisch gebied, en regelgeving in belangrijke economische sectoren. De EU-steun in het kader van het samenwerkingsprogramma tussen de EU en China werd aangepast aan de algemene EU-doelstellingen ten aanzien van China. Deze veranderingen leidden tot een nieuwe, volwassen fase in de relatie, die gekenmerkt wordt door steeds betere coördinatie van het beleid op veel terreinen.

Tegelijkertijd maken de gebeurtenissen sinds 2001, met betrekking tot de EU, met betrekking tot China en mondiaal gezien, het noodzakelijk het partnerschap naar een hoger plan te tillen.

In de EU vormde de succesvolle invoering van de euro begin 2002 een mijlpaal in de geschiedenis van de Europese integratie, wat spoedig gevolgd zal worden door de qua omvang en diversiteit grootste uitbreidingsronde in de geschiedenis van de EU, wanneer op 1 mei 2004 tien nieuwe lidstaten toetreden. Tegelijkertijd gaan de interne hervormingen van de EU door, onder andere door de besprekingen over een Europese grondwet.

Ondanks deze belangrijke binnenlandse zaken, kan de EU het zich niet veroorloven alleen op zichzelf gericht te zijn. De ontwikkelingen binnen de EU en binnen de Europese economie hangen nauw samen met mondiale ontwikkelingen. Bovendien verwacht de internationale gemeenschap dat de EU een rol speelt die overeenkomt met haar omvang en betekenis, niet alleen op economisch terrein, maar ook met betrekking tot veiligheid en andere mondiale vraagstukken. Met de uitbreiding van de EU en de vorming van haar grondwettelijke structuur, zullen deze verwachtingen verder toenemen.

De EU probeert aan deze verwachtingen te voldoen en heeft zichzelf bewezen als vooraanstaande partner in de mondiale coalitie tegen terrorisme na de gebeurtenissen van 11 september 2001, zowel via internationale actie als door het gebruik van haar nieuwe bevoegdheden op het terrein van justitie en binnenlandse zaken. Met de versterking van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) en het Europese veiligheids- en defensiebeleid (EVDB) speelt de EU een steeds belangrijkere rol op het gebied van bijvoorbeeld conflictpreventie en crisisbeheer. De ontwikkeling van het GBVB en het EVDB in de komende jaren zal ertoe leiden dat de EU en steeds grotere rol zal spelen bij het vormgeven en beheren van de wereldorde. De belangrijkste taken en bedreigingen, en de strategische doelstellingen van de EU zijn samengevat in de ontwerpversie van de Europese veiligheidsstrategie.

China is op zijn beurt steeds meer op de voorgrond getreden in mondiale aangelegenheden. Gesteund door de economische groei fungeert het land steeds meer als motor voor regionale en mondiale groei. Sinds de toetreding tot de WTO in december 2001 is China actief betrokken bij zowel de nieuwe ronde van multilaterale onderhandelingen in het kader van de Doha-ontwikkelingsagenda als bij initiatieven op het gebied van regionale integratie. In eigen land gaan de economische en sociale hervormingen verder, ondanks de groeiende problemen in de vorm van werkloosheid, sociale en regionale ongelijkheden, corruptie en bedreiging van de stabiliteit van het financiële en fiscale systeem. De nieuwe - vierde - generatie leiders, die in maart 2003 aan de macht kwam, zal naar verwachting de binnenlandse hervormingen en de economische liberalisering voortzetten. China ontwikkelt een steeds actiever en verantwoord buitenlands beleid, maar het zwaartepunt ligt nog steeds bij binnenlandse stabiliteit en economische ontwikkeling.

Zowel de EU als China moeten zich sinds 2001 aanpassen aan de veranderde situatie in de wereld. Het internationale terrorisme en toenemende bezorgdheid over de verspreiding van massavernietigingswapens kwamen nieuwe vragen op het gebied van internationale veiligheid hoog op de internationale agenda te staan. Tegelijkertijd moeten mondiale problemen aangepakt worden, zoals klimaatverandering en milieuverontreiniging, illegale migratie, internationale misdaad, maar ook gezondheidsproblemen zoals HIV/aids, die een serieuze bedreiging vormen voor de ontwikkeling van China op lange termijn, en de longziekte sars (severe acute respiratory syndrome). Daarnaast legt de mondiale economische malaise een zware druk op de begroting van alle landen, en leidt tot verontrustende ontwikkelingen met betrekking tot protectionisme. Het aantal regionale handelsinitiatieven breidt zich snel uit; deze kunnen een aanvulling vormen op multilaterale liberalisering en regelgeving, maar alleen als ze in overeenstemming zijn met de WTO en niet afleiden van de belangrijke onderhandelingen over de Doha-ontwikkelingsagenda van de WTO.

Gezien deze ontwikkelingen hebben de EU en China er duidelijk belang bij op het internationale toneel als strategische partners samen te opereren. Op het gebied van de internationale politiek lopen de belangen van China en de EU vaak parallel, met name wat betreft het belang dat beiden hechten aan de rol van multilaterale organisaties en systemen. Door hun samenwerking verder te versterken zullen de EU en China beter in staat zijn hun gedeelde visie naar voren te brengen, waardoor zij hun gezamenlijke belangen op het gebied van veiligheid en andere terreinen beter kunnen behartigen.

Daarnaast zijn de stabiliteit en de ontwikkeling van China zelf van uitzonderlijk belang voor de EU. Europa heeft er duidelijk belang bij China te helpen de overgang naar een stabiel, welvarend en open land, waarin de democratie, de vrije markt en de rechtsstaat volledig geïntegreerd zijn, succesvol te doen verlopen. De EU zou daarom haar uiterste best moeten doen het overgangs- en hervormingsproces in China te ondersteunen door de samenwerking en de dialoog over de hele linie te versterken. Hierbij zal met name optimaal geprofiteerd moeten worden van de ervaring van de EU, met name tijdens het recente overgangsproces van veel van de kandidaat-lidstaten, met betrekking tot de aanpak van de enorme problemen als gevolg van de openstelling van de markt en de mondialisering, en van de economische en maatschappelijke modellen die de EU als reactie hierop ontwikkeld heeft. Daarnaast zou de EU zich meer moeten inspannen om China te helpen bij nieuwe taken in verband met duurzaamheid, met name op het gebied van milieu. In het kader van de steun voor de overgang van China, zou de EU moeten blijven hameren op het eerbiedigen van de mensenrechten en de rechtsstaat en politieke hervormingen blijven aanmoedigen. Deze kwesties liggen gevoelig bij China, maar zijn cruciaal voor het garanderen van de maatschappelijke stabiliteit in China en de duurzaamheid van het hervormingsproces.

De komende jaren zouden zowel de EU als China moeten streven naar de ontwikkeling van een solide en duurzame relatie tussen gelijken, die voor beide partijen voordelig is en die op al deze terreinen betrekking heeft. De start was veelbelovend. Aan de hand van de volgende actiepunten zou de relatie zich de komende jaren in deze richting verder moeten ontwikkelen. Het verwezenlijken daarvan, en van de algemene doelstellingen, vergt maximale inzet van alle betrokken partijen. Aan de kant van de EU moeten de verschillende lidstaten hun beleid ten aanzien van China zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen, zodat de EU met één stem spreekt in alle belangrijke aangelegenheden in verband met China. China moet ervoor zorgen dat alle bestuursterreinen en -lagen meedoen, en volledige medewerking verlenen aan de bilaterale agenda.

3. KOERS VAN DE EU-ACTIES IN 2003 EN DAARNA

3.1. De EU en China: gedeelde verantwoordelijkheid met betrekking tot internationaal bestuur

China speelt een steeds belangrijkere rol op het wereldtoneel en streeft naar een stabiel en rechtvaardig mondiaal klimaat waarbinnen het land zijn eigen economische ontwikkeling en binnenlandse hervormingen kan doorvoeren. De EU verwacht dat China zal bijdragen aan de stabiliteit van de wereld door geleidelijk meer verantwoordelijkheid op zich te nemen, passend bij zijn politieke en economische macht, zowel in bilateraal als multilateraal verband.

Gezien de specifieke positie van China als nieuw opkomende macht, zou het land met name een belangrijke rol kunnen spelen in de gezamenlijke inspanningen om de belangen van ontwikkelingslanden en de geïndustrialiseerde wereld te verenigen. De EU verwacht ook dat China zijn aanzienlijke invloed in Azië zal aanwenden om vrede en stabiliteit in de regio te bevorderen, door het voortouw te nemen bij het bevorderen van de regionale integratie en door te helpen bij de oplossing van regionale conflicten.

Context

Het Chinese buitenlandse beleid is in de loop der tijd actiever en constructiever geworden, en China raakt steeds meer betrokken bij zowel mondiale aangelegenheden als de dialoog op regionaal niveau, zoals in het geval van Korea. In dit verband heeft China verklaard belang te hechten aan nauwere politieke banden met de EU, en het land verwacht duidelijke gezamenlijke beleidslijnen met betrekking tot mondiale kwesties waarin de EU en China gezamenlijke belangen hebben.

De EU en China zijn het eens over het belang van multilaterale systemen en regels voor mondiaal bestuur, onder andere door de verdere versterking van de Verenigde Naties en de rol die deze organisatie speelt bij het oplossen van regionale en mondiale conflicten en bij het coördineren van de aanpak van mondiale problemen, zoals wapenbeheersing, internationaal terrorisme en klimaatverandering.

De politieke dialoog tussen de EU en China is een steeds belangrijker onderdeel van de algemene relatie geworden en tijdens de jaarlijkse topontmoetingen is een strategische visie ontwikkeld op de snel evoluerende relatie.

Tijdens de top in 2002 werd bevestigd dat beide partijen er belang bij hebben de relatie op alle terreinen verder te verdiepen en te verbreden, onder meer door middel van betere coördinatie en meer samenwerking bij mondiale vraagstukken.

Uitvoering van de actiepunten uit de mededeling van 2001

In het algemeen is goede vooruitgang geboekt bij de uitvoering van de concrete actiepunten die in de mededeling uit 2001 waren vastgesteld.

Mechanismen in verband met de politieke dialoog

De politieke dialoog tussen de EU en China heeft zich de afgelopen twee jaar verder ontwikkeld. Beide partijen kwamen in een briefwisseling in juni 2002 een nieuw kader overeen voor de versterking van de dialoog.

Naast de contacten op hoog niveau, werden kortgeleden een aantal dialogen op een lager niveau ingesteld, wat uitdrukking geeft aan de geleidelijke overgang van een van bovenaf gedomineerde relatie naar een structuur waarin op meerdere niveaus overlegd wordt, vergelijkbaar met de structuur met andere belangrijke partners.

De nieuwe dialoog op het niveau van de beleidsvormers heeft zich succesvol ontwikkeld en is een nuttig platform gebleken voor de voorbereiding van en het vervolg op trojka's en topontmoetingen op ministerieel niveau. De ministeriële trojka's zijn van belang voor de dialogen op hoog niveau tussen de topontmoetingen in en ter voorbereiding daarop.

Ieder halfjaar vindt in Peking een vergadering plaats tussen de Chinese minister van Buitenlandse Zaken en de EU-ambassadeurs en parallel daaraan vinden vergaderingen plaats tussen de minister van Buitenlandse Zaken van het land dat het EU-voorzitterschap vervult en de Chinese ambassadeur in dat land; hierdoor is de communicatie verbeterd en konden de meer alledaagse aspecten van de betrekkingen besproken worden.

Op het gebied van non-proliferatie en ontwapening werd het mechanisme van een trojkabijeenkomst van deskundigen gehanteerd.

Thema's binnen de politieke dialoog

Het onderwerp mensenrechten kreeg de hoogste prioriteit en werd systematisch besproken op de verschillende niveaus waarop de politieke dialoog plaatsvindt, naast de intensieve mensenrechtendialoog met China (zie punt 3.2).

Ook werd getracht via betere coördinatie verzoening en veiligheid te bewerkstelligen in Korea, evenals in de kwestie Birma/Myanmar en andere regionale vraagstukken.

De EU heeft ook herhaaldelijk aangedrongen op een vreedzame oplossing door middel van dialoog van de kwestie-Taiwan.

Er werd nauwlettend toegezien op de ontwikkelingen in Hongkong en Macau aan de hand van jaarverslagen over beide speciale administratieve regio's, waarbij met name aandacht besteed werd aan de ontwikkelingen in Hong Kong met betrekking tot de in het kader van artikel 23 van de basiswet voorgestelde wetgeving inzake de nationale veiligheid, die gevolgen zou kunnen hebben voor het voortbestaan van de vrijheden en rechten in Hong Kong.

De samenwerking op het gebied van illegale migratie en mensenhandel is geïntensiveerd. Door regelmatig overleg op hoog niveau over dit onderwerp nam het wederzijdse vertrouwen toe, waardoor meer informatie uitgewisseld kon worden over het beleid, de wetgeving en de problemen op dit gebied. Afgesproken werd de samenwerking tussen beide partijen verder uit te breiden. Er vonden wederzijdse bezoeken van deskundigen plaats en er werden congressen georganiseerd over het thema valse documenten. De EU heeft middelen gereserveerd voor een specifiek samenwerkingsprogramma ter ondersteuning van de dialoog. In november 2002 werd tijdens een congres vastgesteld op welke gebieden samenwerkingsprojecten uitgevoerd zouden kunnen worden.

Er werd regelmatig gesproken over illegale migratie, onder meer tijdens de topontmoeting in 2002. Sinds de start van de onderhandelingen over een overeenkomst over de status van "erkende reisbestemming", in februari 2003, is repatriëring een van de belangrijkste gespreksonderwerpen. In november 2002 kreeg de Commissie toestemming van de Raad om met China te onderhandelen over een terugkeerovereenkomst. Ondanks herhaalde inspanningen van de EU op dit punt zijn de onderhandelingen nog niet gestart.

Ten slotte werden tijdens de politieke dialoog de multilaterale inspanningen besproken om de verspreiding en de uitvoer van wapens tegen te gaan en ontwapening te bevorderen.

Ten slotte is er regelmatig op ministerieel niveau en in de marge van internationale conferenties overlegd over mondiale milieuvraagstukken, waaronder klimaatverandering.

Nieuwe actiepunten

Grotere doelmatigheid van de politieke dialoog

* De overeenkomst inzake de versterking van de politieke dialoog moet volledig in de praktijk gebracht worden. Het bestaande kader moet beter benut worden, waarbij de nadruk moet liggen op kwaliteit, en niet op kwantiteit, totdat meer consistentie bereikt wordt.

* De ministeriële trojka's moeten de politieke dialoog doelmatiger aansturen, waarbij in het mandaat van deze en andere fora tussen de EU en China op hoog niveau tot uitdrukking moet komen dat er behoefte bestaat aan niet alleen daadwerkelijke coördinatie van de politieke dialoog, maar ook van de andere vormen van dialoog binnen de betrekkingen tussen de EU en China in brede zin (zie punt 4).

* In Peking moet vaker ad hoc trojkaoverleg op uitvoerend niveau gevoerd worden om de continuïteit van onze politieke dialoog met China tussen formele ontmoetingen in te garanderen en tegelijkertijd de zichtbaarheid van de EU te vergroten.

* De lidstaten moeten hun beleid ten aanzien van China zoveel mogelijk op elkaar afstemmen, met name door middel van regelmatig overleg in het kader van het comité politiek en veiligheid. Op ad hoc basis zouden bij dergelijk overleg geschikte Chinese betrokkenen uitgenodigd kunnen worden.

* China moet regelmatig besproken worden in het kader van de EU-dialoog met derde landen, zoals de VS, Rusland, Japan en Zuid-Korea, zodat EU- en internationaal beleid ten aanzien van China beter op elkaar afgestemd kan worden.

EU-prioriteiten voor de politieke dialoog

= Bilateraal niveau

* Benadrukken dat mensenrechten een wezenlijk onderdeel van de politieke dialoog zijn.

* China en de Dalai Lama aanmoedigen om meer rechtstreekse contacten te hebben om tot een wederzijds aanvaardbare oplossing te komen voor de kwestie-Tibet, waarbij de daadwerkelijke autonomie van deze regio gegarandeerd moet zijn.

* Concreter en resultaatgerichter overleg op hoog niveau over illegale migratie, onder andere op het gebied van de uitwisseling van concrete informatie en opzet van samenwerkingsprojecten.

* Overleg starten over de repatriëring van illegale migranten en een terugkeerovereenkomst sluiten met China.

* Gehoor geven aan het Chinese verzoek om nauwer samen te werken op het terrein van justitie en binnenlandse zaken en de mogelijkheden verkennen voor samenwerking op het gebied van de georganiseerde misdaad, het witwassen van geld, drugshandel en -productie, waaronder van synthetische drugs en precursoren.

* Nauwlettend toezien op de ontwikkelingen in de speciale administratieve regio's Hongkong en Macau, met name wat betreft het handhaven van de rechtsstaat, fundamentele vrijheden en autonomie, zoals vastgelegd in hun basiswet.

* Benadrukken dat de EU vasthoudt aan een oplossing van de kwestie-Taiwan door middel van vreedzame dialoog, en dat het voor de verbetering van het politieke klimaat noodzakelijk is de economische banden te versterken; benadrukken dat de EU belang hecht aan een nauwere banden met Taiwan op niet-politiek gebied, onder meer in multilateraal verband, overeenkomstig het "één China"-beleid van de EU.

= Regionaal niveau

* Versterking van de samenwerking met betrekking tot regionale aangelegenheden van wederzijds belang, met name wat betreft het handhaven van de vrede en veiligheid in Korea en India, het aanmoedigen van politieke verzoening en hervormingen in Birma/Myanmar en het streven naar een oplossing in de kwestie rond de Zuid-Chinese Zee.

* China aanmoedigen een actieve houding aan te nemen binnen de ASEM (Dialoog Azië-Europa), bij overleg over internationale en regionale veiligheid en andere taken in het kader van de politieke pijler van de ASEM, bij het vergroten van het begrip tussen Azië en Europa tijdens de DDA-onderhandelingen in het kader van de economische pijler en door betrokkenheid te stimuleren bij intermenselijke contacten in het kader van de dialoog over culturen en beschavingen.

* Overleg voeren met China over het regionale forum van de ASEAN (ARF) teneinde de rol van de ARF in regionale veiligheidsaangelegenheden te bevorderen en de samenwerking op het gebied van defensie en terrorisme te verbeteren.

* De mogelijkheden verkennen voor de tot stand brengen van de uitwisseling van informatie tussen de EU en de SCO (Shanghai Cooperation Organisation), waarvan het permanente secretariaat gevestigd zal worden in Peking.

= Mondiaal niveau

* In het kader van de politieke dialoog regelmatig internationale politieke kwesties met China bespreken, en indien nodig in een vroeg stadium van de beleidsvorming binnen de EU met China overleggen.

* De ontwikkeling stimuleren van een gecoördineerde aanpak en gezamenlijke beleidsinitiatieven, waaronder indien mogelijk via gezamenlijke verklaringen en demarches bij aangelegenheden van wederzijds belang, zowel in bilateraal als multilateraal verband.

* Meer samenwerking ter bevordering van multilaterale systemen en regels, met name de verdere versterking van de Verenigde Naties en de rol die deze organisatie speelt bij het oplossen van regionale en mondiale conflicten en bij het coördineren van de aanpak van mondiale problemen.

* Aanpak van aangelegenheden in verband met mondiale veiligheid, non-proliferatie/ontwapening en wapenbeheersing; versterking van de dialoog over non-proliferatie, onder meer wat betreft de controle op de uitvoer van goederen voor tweeërlei gebruik; China aanmoedigen de hervatting van de VN-conferentie over ontwapening te ondersteunen en multilaterale verdragen en conventies, zoals het Verdrag inzake een algeheel verbod op kernproeven en de Ottawa-conventie over landmijnen, te ondertekenen en te ratificeren.

* De mogelijkheden verkennen voor het versterken van de dialoog met China over de bestrijding van terrorisme, teneinde nauwer samen te werken, onder meer in VN-verband, waarbij tegelijkertijd de mensenrechten van etnische minderheden in China gegarandeerd moeten zijn.

* Bevordering van de samenwerking op het gebied van mondiale milieuproblemen, waaronder met betrekking tot het Kyoto-protocol en klimaatverandering en met betrekking tot het vervolg op de Wereldtop over duurzame ontwikkeling.

* Lancering van de geplande oproep tot het indienen van voorstellen voor gezamenlijk onderzoek naar sars in het kader van het zesde Kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek en technologische ontwikkeling, waaraan China naar verwachting intensief zal deelnemen.

3.2. Steun voor China's overgang naar een open samenleving, gevestigd op de rechtsorde en eerbiediging van de mensenrechten

Het ondersteunen van de overgang van China naar een open samenleving gebaseerd op de rechtsstaat, waarin de mensenrechten geëerbiedigd worden, blijft een essentieel onderdeel van het EU-beleid ten aanzien van dit land. Dit geldt met name in een tijd waarin China bezig is ingrijpende hervormingen door te voeren, terwijl voor de uitvoering daarvan de maatschappelijke stabiliteit gehandhaafd moet worden. De EU gelooft dat het eerbiedigen van de mensenrechten, democratische verantwoordingsplicht en de rechtsstaat, alsmede de democratische participatie van burgers in het besluitvormingsproces, de beste garantie zijn voor langdurige maatschappelijke stabiliteit en duurzame economische ontwikkeling, in China en elders.

Context

Er zijn tekenen dat de binnenlandse situatie verbetert wat betreft de verankering van de rechtsstaat en de ontwikkeling van het rechtsstelsel. Het ontwerp van het eerste burgerlijk wetboek in de geschiedenis is voorgelegd aan het Nationale Volkscongres. De juridische opleiding van rechters is verbeterd. De rechtsstaat is verbeterd op economisch terrein, voornamelijk als gevolg van de toetreding van China tot de WTO, maar dit heeft nog niet tot algemene navolging geleid en de oude praktijk heerst veelal nog steeds. De eerste stappen op weg naar democratisering zijn gezet met de gemeenteraadsverkiezingen, maar er zijn geen aanwijzingen dat het systeem waarbij de leiders op hoger niveau benoemd worden in de nabije toekomst wezenlijk zal veranderen.

Het maatschappelijk middenveld is een terrein waarop de afgelopen jaren aanzienlijk ontwikkelingen hebben plaatsgevonden. Enkele jaren geleden bestonden slechts enkele niet-gouvernementele organisaties in China, maar nu zijn er in het hele land allerlei maatschappelijke organisaties die mee willen praten over de beleidsvorming. Ze worden inmiddels redelijk serieus genomen door de regering, maar vele obstakels verhinderen dat zij hun mogelijkheden optimaal kunnen benutten.

Er gaapt een aanzienlijke kloof tussen de huidige mensenrechtensituatie in China en internationaal aanvaarde normen, met name wat betreft het eerbiedigen van burger- en politieke rechten. Zoals vermeld in de conclusies van de Raad Algemene Zaken van 18 maart 2003, maakt de EU zich nog steeds grote zorgen over een aantal punten. China heeft nog steeds niet het VN-verdrag over politieke en burgerrechten geratificeerd. Er is nog steeds sprake van heropvoeding door middel van dwangarbeid. De doodstraf wordt op grote schaal toegepast, met name in het kader van de "harde aanpak". Vrijheid van meningsuiting, religie en vereniging is nog steeds niet gegarandeerd, met name voor activisten die strijden voor de democratie, werkgelegenheid en Internet, en etnische minderheden, met name in Tibet en Xinjiang, worden nog steeds hun religieuze en culturele rechten ontzegd.

Uitvoering van de actiepunten uit de mededeling van 2001

De afgelopen twee jaar hebben vier bijeenkomsten plaatsgevonden in het kader van de mensenrechtendialoog tussen de EU en China. Deze werden aangevuld met vier congressen over thema's zoals de doodstraf, de afschaffing en voorkoming van marteling, het recht op onderwijs, transparantie en regulering van de massamedia, de opzet van nationale instellingen op het gebied van de mensenrechten en mechanismen voor de handhaving van economische, sociale en culturele rechten.

Over al deze thema's konden in het kader van deze dialoog uitgebreid en openlijk standpunten uitgewisseld worden. Hierdoor kon de EU informatie krijgen over de mensenrechtensituatie in China, werden de Chinese beleidsmakers op de hoogte gebracht van de internationale normen en de praktijk in de EU en kon het wederzijds vertrouwen groeien.

Deze dialoog heeft tot enkele positieve ontwikkelingen geleid. China heeft verklaard zich in te zullen zetten voor betere samenwerking met de VN wat betreft mechanismen met betrekking tot mensenrechten, met name met de hoge commissaris voor de mensenrechten van de VN, de speciale rapporteurs inzake marteling en inzake onderwijs en de voorzitter van de werkgroep inzake willekeurige hechtenis, hoewel nog niet aan al deze toezeggingen voldaan is. Er werd uitgebreid van gedachten gewisseld over bepaalde individuele gevallen waarin de mensenrechten geschonden zijn; een goede volgende stap is in dit verband dat China heeft toegezegd informatie over individuele gevallen te verstrekken tussen de gespreksronden in. Daarnaast zijn de EC-steunprogramma's op het gebied van mensenrechten doorgaans tot grote tevredenheid uitgevoerd, en China heeft zich bereid getoond verdere projecten te overwegen, waaronder projecten met betrekking tot gevoelige kwesties zoals het voorkomen van marteling door de politie en in gevangenissen.

Naast dit alles zijn er ook een aantal punten waarop het overleg niet tot wezenlijke vooruitgang heeft geleid. China heeft nog steeds geen duidelijk tijdschema meegedeeld voor de ratificering van het internationale verdrag inzake politieke en burgerrechten. Hoewel China zich ontvankelijker heeft verklaard voor de Europese bezorgdheid wat betreft de toepassing van de doodstraf, administratieve hechtenis en marteling, is op deze terreinen niet echt vooruitgang geboekt, en aan de herhaaldelijke verzoeken van de EU om statistieken over de doodstraf is nog niet voldaan. Er bestaan grote verschillen tussen de EU en China wat betreft de vrijheid van meningsuiting, religie en vereniging. Hetzelfde geldt voor het eerbiedigen en bevorderen van rechten van minderheden, met name in Tibet en Xinjiang. De EU maakt zich ook zorgen over de Noord-Koreaanse vluchtelingen in China.

Nieuwe actiepunten

De EU moet zich bij haar streven naar verbetering van de mensenrechtensituatie in China vooral blijven richten op dialoog en samenwerking, maar dit betekent niet dat zij haar mening en indrukken niet binnen andere daartoe geëigende fora naar voren kan brengen. Op middellange en lange termijn blijft dialoog echter alleen een serieuze optie als in de praktijk daadwerkelijk vooruitgang wordt geboekt. Concrete vooruitgang is cruciaal voor de continuïteit van de dialoog. Als aanvulling op de dialoog zal de EU samenwerkingsprojecten voortzetten en intensiveren op het terrein van mensenrechten en goed bestuur, waaronder het Europees initiatief voor democratie en mensenrechten, waarvoor China in 2003 als concentratieland is aangewezen.

Nu China ingrijpende sociaal-economische hervormingen doorvoert, moet de rechtsstaat niet alleen via initiatieven van bovenaf gesteund worden, maar ook door middel van lokale initiatieven waarbij burgers betrokken zijn, zodat zij zich de hervormingen eigen kunnen maken, wat noodzakelijk is willen de hervormingen succesvol en naar tevredenheid uitgevoerd worden. Er is daarom een groeiende behoefte aan maatschappelijke organisaties, in welke vorm dan ook, die met name van belang zijn voor de ondersteuning van individuele personen en gemeenschappen die nadelen ondervinden van de veranderingen. Het versterken van de maatschappelijke organisaties in China zou daarom een prioriteit voor de EU moeten zijn.

Er moet aandacht besteed worden aan de rechten van werknemers die in verband met de lopende hervormingen de kwetsbaarste posities innemen. In dit verband moet de samenwerking tussen China en de ILO versterkt worden, waarbij ernaar gestreefd moet worden de normen, afspraken en aanbevelingen van deze organisatie over te nemen.

Dialoog over de mensenrechten

* De dialoog moet op een hoger niveau, namelijk vice-ministerieel, gevoerd worden om het politieke effect en de zichtbaarheid te vergroten.

* Het accent moet gelegd worden op kwesties waarbij tot nu toe weinig vooruitgang geboekt werd, zodat zinvol overleg over de belangrijkste thema's mogelijk is.

* De continuïteit moet verbeterd worden door bepaalde thema's en individuele gevallen die tijdens formele bijeenkomsten besproken zijn te blijven volgen, met name door tussendoor in Peking vaker overleg op uitvoerend niveau te houden tussen de EU-trojka en het ministerie van Buitenlandse Zaken.

* Een breder scala aan partners moet bij de dialoog betrokken worden en er moeten werkbezoeken buiten Peking georganiseerd worden.

* Zorgen voor optimale samenhang met de bilaterale mensenrechtendialogen van de lidstaten en andere partners met China.

* De dialoog zo zichtbaar en transparant mogelijk maken, bijvoorbeeld door middel van persconferenties en informatie aan maatschappelijke organisaties en het Europees parlement na iedere vergadering.

* Om ervoor te zorgen dat werkelijk sprake is van tweerichtingsverkeer, moet de dialoog aangevuld worden met meer uitwisselingen van deskundigen, waarbij niet alleen universiteiten en NGO's betrokken zijn, maar ook uitvoerend personeel, zoals politieagenten en gevangenispersoneel.

Samenwerkingsprogramma's met betrekking tot mensenrechten/goed bestuur

* Burgers en ambtenaren meer kennis bijbrengen van de wet en juridische processen, in combinatie met opleidingsprogramma's voor mensen die beroepshalve op dit terrein werkzaam zijn, waaronder advocaten, rechters, gevangenispersoneel en politieagenten.

* Overdracht van de deskundigheid van de EU wat betreft de aanpassing van de binnenlandse wetgeving aan internationale normen.

* Verdere steun voor "democratie aan de basis", door het ondersteunen van China's experiment met rechtstreekse verkiezingen.

* Uitbreiding van de samenwerkingsprogramma's naar nieuwe terreinen, zoals het voorkomen van marteling, de vrijheid van meningsuiting en onafhankelijke media, het bevorderen van de rechten van minderheden, het internationale Strafhof, de doodstraf en rechten van werknemers.

* De bevordering van de mensenrechten, waaronder economische, sociale en culturele rechten en gelijke kansen voor mannen en vrouwen, als horizontaal thema integreren in het hele samenwerkingsprogramma tussen de EU en China.

Ondersteuning van maatschappelijke organisaties

* Contacten en dialoog tot stand brengen tussen Europese en Chinese maatschappelijke organisaties, overeenkomstig de aanbevelingen uit het overleg tussen het Europees Economisch en Sociaal Comité en de Chinese Economische en Sociale Raad.

* Verzachten van de negatieve gevolgen van de sociaal-economische hervormingen door steun voor maatschappelijke organisaties die zich richten op de rechten en het welzijn van de meest kwetsbare groepen in de samenleving.

* Steun door middel van grootschalige samenwerkingsprojecten, gericht op met name capaciteitsopbouw voor de zich ontwikkelende maatschappelijke organisaties, netwerken tot stand brengen tussen Europese en Chinese maatschappelijke organisaties en Chinese NGO's aanmoedigen deel te nemen aan internationale conferenties die openstaan voor maatschappelijke organisaties.

3.3. Bevordering van China's openstelling naar binnen en naar buiten

De EU is van mening dat de succesvolle en duurzame economische ontwikkeling van China belangrijk en gunstig is voor de hele wereld. De EU wil China zoveel mogelijk helpen een stabiel, welvarend en open land te worden. De EU is daarom een warm voorstander van de integratie van China in de wereldeconomie en heeft vanaf het begin China's verzoek om toetreding tot WTO krachtig ondersteund. Tegelijkertijd streeft de EU ernaar China te helpen bij het gigantische binnenlandse hervormingsproces en de gevolgen daarvan. De EU biedt open en liberale markten voor de Chinese uitvoer en maakt de overdracht van Europees kapitaal en Europese technologie en kennis mogelijk, wat samengaat met intensiever handelsverkeer, maar stelt ook Europese ervaringen en deskundigheid in relevante economische, milieu- en maatschappelijke sectoren ter beschikking.

In ruil daarvoor verwacht de EU dat China zich constructief en verantwoordelijk opstelt in de wereldeconomie, en een rol speelt die past bij de omvang en betekenis van het land. China heeft op lange termijn zelf belang bij de ontwikkeling en instandhouding van een liberaal mondiaal handelssysteem. Evenals alle andere belangrijke partijen zou China het goede voorbeeld moeten geven door zich te onthouden van protectionistische reflexen en deze elders te helpen voorkomen. China heeft zelf aanzienlijk geprofiteerd van de mondialisering en zou als tegenprestatie de eigen economie steeds meer open moet stellen, overeenkomstig de verbintenissen in het kader van de toetreding tot de WTO en nog verdergaan dan dat. China zou evenals de EU zijn uiterste best moeten doen om van de nieuwe ronde van WTO-onderhandelingen in het kader van de Doha-ontwikkelingsagenda (DDA) een succes te maken.

Context

De integratie van China in de wereldeconomie begon in 1978 en bereikte zijn hoogtepunt met de toetreding tot de Wereldhandelsorganisatie (WTO) op 11 december 2001, waarschijnlijk een van de belangrijkste gebeurtenissen in de recente geschiedenis, die niet alleen voor de internationale handel van zeer groot belang is. Hiermee werd de basis gelegd voor China's positie als mondiale handelsmacht, maar ook voor het proces van economische en sociale hervormingen.

Door zich geleidelijk open te stellen voor de wereldeconomie, is China een van de landen die maximaal hebben kunnen profiteren van de mondialisering. In 2002 werd China de op vier na grootste handelsmacht: de uitvoer en invoer bedroegen USD 620,8 miljard en de buitenlandse handel nam toe met 21,8%, sneller dan in alle andere belangrijke handelsmachten. China haalde ook de VS in als staat die de meeste buitenlandse directe investeringen (BDI) ontvangt; de BDI-instroom bedroeg USD 52,7 miljard, een toename van 12,5%.

Door de economische prestaties fungeert China als motor voor economische groei in de regio. Om deze groei voort te zetten en om de incidentele ongerustheid in verband met deze snelle groei weg te nemen, zet China zich in voor ambitieuze initiatieven voor regionale economische integratie, met name het ASEAN + 1 plan, dat streeft naar een vrijhandelszone tussen de 10 ASEAN-landen en China in 2010.

China heeft aanzienlijke inspanningen gedaan om zijn nieuwe rol in het mondiale economische systeem waar te maken. Om te voldoen aan de verplichtingen in het kader van de toetreding tot de WTO werden de tarieven over de hele linie verlaagd en werden wetten en regels grondig herzien. Ook zijn de overheidsorganen die verantwoordelijk zijn voor economische zaken geherstructureerd. Desalniettemin zijn er nog enkele grote problemen, met name het gebrek aan transparantie van het economisch bestuur, overdreven beperkende en lastige regelgeving in bepaalde sectoren, de invoering van nieuwe niet-tarifaire handelsbelemmeringen en het voortbestaan van een protectionistische cultuur waarin de plaatselijke industrie bevoordeeld wordt, waardoor de liberalisering als gevolg van de toetreding tot de WTO juist weer tenietgedaan zou kunnen worden. Meer in het bijzonder maakt de EU zich in dit verband anderhalf jaar na de toetreding van China tot de WTO zorgen over de problemen met betrekking tot markttoegang (toewijzing van quota en tariefcontingenten), diensten (financiële dienstverleners, telecommunicatie, bouw), de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten en het eerbiedigen van internationale normen (zowel op het gebied van de industrie als (fyto)sanitaire normen).

Sinds de toetreding tot de WTO speelt China een belangrijke rol in de wereldhandel. Het land verdedigt steeds actiever zijn belangen tijdens de lopende onderhandelingen over de DDA. Aangezien China belang heeft bij een dynamisch en liberaal handelssysteem en in politieke zin streeft naar een wereld met meerdere polen onder multilaterale regels, streeft het land naar succesvolle en tijdige afronding van de Doha-ronde, die moet leiden tot verdere openstelling van de markten, tegemoetkoming aan de belangen van ontwikkelingslanden en betere WTO-regels. Om zoveel mogelijk vooruitgang te boeken bij deze onderhandelingen, werkt de EU nauw samen met belangrijke partijen, zoals China, om de standpunten verder op elkaar af te stemmen, waarbij zij met name steun van China vraagt met betrekking tot regelgeving, bijvoorbeeld op het gebied van investeringen, mededinging, handelsbevordering en transparantie van overheidsopdrachten.

Nu de interne economische en sociale hervormingen de moeilijkste fase ingaan, wordt duidelijk welke gigantische problemen China de komende jaren zal moeten oplossen. De hervormingen en de openstelling gingen gepaard met een aanzienlijke toename van de al dan niet verborgen werkloosheid. De verschillen in economische ontwikkeling en inkomensniveau tussen de verschillende regio's en tussen de stad en het platteland bereiken een schrikbarend niveau. Ondanks het feit dat de armoede als gevolg van de economische groei de afgelopen jaren sterk afgenomen is, kent China nog steeds grote groepen arme mensen. In 1999 moesten naar schatting 213 miljoen Chinezen, wat overeenkomt met 17% van de bevolking en 18% van de armen in de wereld, rondkomen van minder dan één dollar per dag. De grote zwakheden in het bedrijfsleven en het financiële systeem, alsmede binnen het sociale-zekerheidsstelsel, moeten aangepakt worden. Daarnaast rust een zwaar gewicht op de belastingen, op korte termijn vanwege de noodzaak om de economische groei te handhaven en op lange termijn vanwege de noodzaak om de sociale zekerheid te verbeteren.

Naarmate China's ster in de wereldhandel rees, ontwikkelden de economische en handelsrelaties tussen de EU en China zich. China nam in 2002 de rol van Japan over als op één na grootste handelspartner van de EU buiten Europa, met een handelsvolume van EUR 115 miljard. De markten in de EU staan open voor China, waardoor het tekort op de handelsbalans tussen de EU en China almaar toeneemt: in 2002 werd de EUR 47 miljard overschreden, waarmee het tekort groter is dan met elk ander partnerland. De EU is ook een belangrijke investeerder in China; de BDI bedroegen eind 2002 USD 34 miljard [5].

[5] Bron: Chinese regering (MOFCOM/MOFTEC).

Door de positieve algemene ontwikkeling van de economische en handelsrelaties tussen de EU en China kunnen we de problemen op dit gebied relativeren. De bilaterale overlegmechanismen moeten versterkt worden zodat bilaterale problemen en bezorgdheid met betrekking tot de naleving door China van de WTO-verbintenissen, spoedig opgelost kunnen worden zonder dat de betrekkingen onder druk komen te staan. Een versterking van de dialoog over regelgeving is noodzakelijk voor het elimineren van niet-tarifaire handelsbelemmeringen en het vergemakkelijken van de bilaterale handel. China moet volledig en tijdig aan alle WTO-verplichtingen voldoen en de resterende obstakels voor markttoegang elimineren; dit is cruciaal voor een verdere en evenwichtige groei van de bilaterale handel en voor het aantrekken van nieuwe Europese BDI in China.

Uitvoering van de actiepunten uit de mededeling van 2001

Er is goede vooruitgang geboekt met de uitvoering van de concrete actiepunten uit de mededeling van 2001. De EU heeft een netwerk opgezet om toezicht te houden op mate waarin China de WTO-verbintenissen uitvoert. Er is ook regelmatig intensief overlegd met de Chinese overheid over relevante kwesties. De EU-kamer van koophandel in China heeft meer en bredere activiteiten ontplooid en is zowel voor de EU als voor de Chinese overheid een belangrijke gesprekspartner. Hierdoor kon de EU vooruitgang boeken wat betreft bepaalde belangrijke problemen.

Naast het voeren van regelmatig overleg over de WTO en andere handelskwesties, doen de Commissie en de Chinese overheid gezamenlijk onderzoek naar onderwerpen op de Doha-ontwikkelingsagenda, waardoor vastgesteld kon worden bij welke thema's er sprake is van gemeenschappelijke belangen of gedeelde standpunten.

Beide partijen hebben de dialoog op sectoraal niveau over beleid en regelgeving geïntensiveerd, met name binnen sectoren die verband houden met de WTO of beïnvloed worden door het overgangsproces. In oktober 2001 werd overleg gestart over de regelgeving met betrekking tot industrieproducten, waaronder standaardisering en conformiteitsbeoordeling. De bestaande werkgroep Telecommunicatie werd in september 2001 omgevormd tot een bredere werkgroep Informatiemaatschappij, die zich zal bezighouden met beleid en regelgeving voor de hele sector. In april 2002 vond in Peking een zeer succesvol forum tussen de EU en China plaats over de informatiemaatschappij. In september 2001 werd een dialoog over milieubeleid opgezet. De bestaande werkgroep Energie richt zich voortaan ook op beleidskwesties. De samenwerking tussen de EU en China op het gebied van wetenschap en technologie in het kader van de overeenkomst uit 1999 had steeds meer succes, zeker na de oprichting in Peking halverwege 2001 van een gezamenlijk bureau ter bevordering van de samenwerking; sinds 2000 is er voor een bedrag van EUR 94 miljoen aan onderzoeksprojecten gestart waarbij China betrokken is. In februari 2003 is China begonnen met onderhandelingen over deelname aan de internationale samenwerking in het kader van ITER, een volgende belangrijke stap in de ontwikkeling van kernenergie. Ten slotte zijn de eerste contacten gelegd in verband met een eventuele nieuwe dialoog op het gebied van de ontwikkeling van het menselijk potentieel, waaronder onderwijs, een terrein dat cruciaal is voor het succes en de duurzaamheid van het hervormingsproces.

Er is ook vooruitgang geboekt met betrekking tot nieuwe bilaterale overeenkomsten op belangrijke terreinen. In december 2002 werd een overeenkomst inzake zeevervoer ondertekend, de eerste overeenkomst in deze soort met een derde land en China heeft deze overeenkomst al geratificeerd. Ook is goede vooruitgang geboekt in onderhandelingen over een overeenkomst over de status van "erkende reisbestemming", waardoor groepen Chinese toeristen gemakkelijker een bezoek aan de EU zullen kunnen brengen. In mei 2003 zijn de onderhandelingen gestart over een overeenkomst inzake samenwerking op het gebied van satellietnavigatie, in het kader van het Europese Galileo-programma, en in februari 2003 is in Peking een gezamenlijk centrum geopend voor samenwerking op dit terrein. Het verkennende overleg over een overeenkomst tussen de EU en China op het gebied van douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand op douanegebied werd recentelijk geïntensiveerd na overleg op hoog niveau in juni 2003. Naast douanesamenwerking op zich hebben beide partijen belang bij het bestrijden van fraude en nagemaakte goederen. Verwacht wordt dat de overeenkomst begin 2004 gesloten kan worden. De Raad heeft in juni 2003 onderhandelingsrichtsnoeren goedgekeurd voor een overeenkomst inzake onderzoek naar vreedzaam gebruik van kernenergie; de formele onderhandelingen zullen spoedig van start gaan.

Door middel van handelsgerelateerde samenwerkingsprojecten heeft de EU China gesteund bij de uitvoering van de WTO-verbintenissen en bij de deelname aan de DDA-onderhandelingen. Naast de lopende projecten die gericht zijn capaciteitsopbouw binnen de Chinese overheid zal binnenkort een nieuw project, het grootste programma tot nu toe in zijn soort, van start gaan, waarmee een bedrag van EUR 15 miljoen gemoeid is. Het samenwerkingsprogramma tussen de EG in China wordt ook gebruikt als aanvulling op de verschillende dialogen op sectoraal niveau en voor de aanpak van problemen in verband met het proces van economische en sociale hervormingen.

Nieuwe actiepunten

* De structuur van de dialoog in brede economische zin moet gestroomlijnd en geoptimaliseerd worden, waarbij rekening moet worden gehouden met de reorganisatie van de Chinese overheid en waarbij ervoor gezorgd moet worden dat de activiteiten van de betrokken overheidsorganen aan weerszijden in alle hier genoemde sectoren daadwerkelijk op elkaar afgestemd worden.

WTO, handel en investeringen

* Versterking van de bilaterale dialoog en coördinatie met betrekking tot de nieuwe ronde multilaterale onderhandelingen in het kader van de WTO-Doha-ontwikkelingsagenda, en uitbreiding daarvan naar alle DDA-thema's, zodat China gemakkelijk kan deelnemen aan een op de toekomst gerichte WTO-agenda en teneinde gezamenlijk op te treden in aangelegenheden van wederzijds belang en samen bruggen te slaan tussen industrie- en ontwikkelingslanden.

* Beter toezicht op de tenuitvoerlegging van de WTO-verbintenissen van China, onder meer door middel van:

- optimaal gebruik van de binnen de Commissie en de lidstaten beschikbare middelen, via betere netwerken en meer uitwisseling van informatie tussen de vertegenwoordigingen in Peking, maar ook tussen de EU-regeringen;

- betere coördinatie en uitwisseling van informatie met de Europese industrie en derde landen;

- niet alleen gericht zijn op de aanpassing van Chinese wetten en regels aan de WTO-regels, maar ook erop toezien dat deze volledig en op uniforme wijze worden uitgevoerd en nageleefd door de centrale, regionale en lokale overheden;

- een bijdrage leveren aan de jaarlijkse WTO-evaluatie van het overgangsproces en hieraan een vervolg geven; in het kader hiervan stelt de EU een duidelijke lijst op van haar prioriteiten wat betreft de uitvoering van de WTO-verbintenissen door China;

- China ondersteunen in de inspanningen met betrekking tot uitvoering van de WTO door middel van bezoeken, congressen, conferenties, opleiding en studies in het kader van de betreffende samenwerkingsprogramma's.

* Versterking van de dialoog met de Chinese overheid over de uitvoering van de WTO en thema's in verband met bilaterale handel en investeringen op alle niveaus, en opzet van een systeem voor tijdige waarschuwing en geschillenbeslechting.

* Toezicht op initiatieven met betrekking tot regionale integratie, zoals ASEAN + 1, en bilaterale vrijhandel tussen China en derde landen, waarbij de belangen van de EU veiliggesteld moeten worden en waarbij erop toegezien moet worden dat de nieuwe afspraken volledig in overeenstemming zijn met de WTO-regels en -kaders en dat de inspanningen op dit gebied de DDA-onderhandelingen niet verstoren.

* Start van een intensieve dialoog over het thema intellectuele-eigendomsrechten met de relevante ministeries en agentschappen, aangezien China hier voortdurend inbreuk op maakt.

* Ondersteuning van de groei van de Europese kamer van koophandel (EUCCC), uitbreiding van de activiteiten daarvan, alsmede sterkere aanwezigheid in de regio's; ervoor zorgen dat ondernemingen uit de in de EU-lidstaten snel in de EUCCC integreren.

* Ondersteuning van eventuele initiatieven van de Europese industrie, met name via de EUCCC, maar ook vanuit in de EU gevestigde organisaties, zoals de EU-China Business Association (EUCBA), om wederzijds begrip te kweken en gemeenschappelijke zakelijke praktijken te ontwikkelen, alsmede een regelmatige dialoog met de Chinese overheid en de industrie tot stand te brengen over handels- en investeringsvraagstukken, die als basis kan dienen voor het bilaterale overleg tussen regeringen.

* Versterking van de samenwerkingsprogramma's op het gebied van de handel:

- start van geplande grootschalige projecten op het gebied van WTO-ondersteuning en de informatiemaatschappij;

- voortzetting van andere, eenmalige activiteiten, zoals WTO-werkgroepen met deelname van de Commissie;

- herziening van de functie en de omvang van de handelsgerelateerde steun in het kader van de nationale indicatieve programma's (NIP's) voor de periode 2002-2004 en 2005-2006 en van de wijze waarop deze steun verstrekt wordt, onder andere op het gebied van handel en milieu.

* Handelsgerelateerde samenwerkingsprogramma's beter gebruiken voor het ondersteunen van de dialoog op het gebied van handel en investeringen door optimaal gebruik te maken van de mogelijkheden in het kader van de betreffende samenwerkingsprojecten (bijvoorbeeld rondetafelconferenties waarbij het bedrijfsleven betrokken wordt, zoals gepland in het lopende project op het gebied van financiële dienstverlening).

* Eind 2003 starten met onderhandelingen over een overeenkomst inzake samenwerking en wederzijdse bijstand op douanegebied, en streven naar afronding daarvan in 2004.

* Onderzoek van het officiële verzoek van China om volledig gelijkgesteld te worden met landen met een markteconomie (in het kader van het antidumpinginstrument van de EG), waarbij rekening gehouden moet worden met de mate waarin China voldoet aan de criteria op dit gebied, zoals in dat verzoek vermeld; positief gehoor blijven geven aan de verzoeken van individuele Chinese ondernemingen om als "markteconomie" behandeld te worden bij antidumpingonderzoek.

* Optimaal gebruik maken van de voordelen die de uitbreiding van de EU voor de economische banden biedt om de relatie tussen de EU en China te verdiepen en de Chinese bezorgdheid over een negatief effect op de handelsstroom wegnemen; rekening houden met de gevolgen van de uitbreiding door de nieuwe EU-lidstaten en hun industrie te betrekken bij de onder dit punt genoemde activiteiten.

* Overweging van het Chinese verzoek om bijzondere handelspreferenties in het kader van de bijzondere stimuleringsregeling voor milieubescherming binnen het stelsel van algemene preferenties (SAP) van de EU.

Sectorale vraagstukken

* Optimale uitvoering van de succesvolle dialoog over industriële producten door de industrie en andere belanghebbenden hierbij te betrekken, vooral om eventuele technische handelsbelemmeringen aan weerszijden doelmatig te kunnen tegengaan.

* Versterking van de recent uitgebreide dialoog over de informatiemaatschappij naar zowel de informatiemaatschappij als het regelgevend beleid in de communicatiesector.

* Verdere inspanning om de huidige geschillen over voedselveiligheidskwesties op te lossen. Voortbouwend hierop versterking van de dialoog over sanitaire en fytosanitaire aangelegenheden, vanuit de gezamenlijke wil om ervoor te zorgen dat de handel plaatsvindt in een kader dat op wetenschappelijke criteria en internationale afspraken gebaseerd is. Uitvoering van activiteiten in verband met (fyto)sanitaire normen in het kader van geplande handelsgerelateerde samenwerkingsprogramma's en de mogelijkheden verkennen voor verdere steun op dit terrein. Voortzetting van de pogingen om een dialoog met China op te zetten over het mededingingsbeleid.

* Eind 2003 afronding van de onderhandelingen over een visa-overeenkomst en aanverwante kwesties met betrekking tot het bezoek van groepen toeristen vanuit China (overeenkomst over de status van "erkende reisbestemming"), waardoor Chinese toeristen gemakkelijker de EU kunnen bezoeken.

* Versterking van de bestaande dialogen op beleidsniveau over milieu en energie en aanvulling daarop door het uitvoeren van geplande samenwerkingsprojecten voor capaciteitsontwikkeling op milieugebied en duurzame ontwikkeling. Aan de hand van de deelname van de Commissie aan de Chinese raad voor internationale samenwerking op het gebied van milieu en ontwikkeling de prioriteiten voor toekomstige samenwerking op dit terrein vaststellen.

* Zo spoedig mogelijk in 2003 starten met formele onderhandelingen over een samenwerkingsovereenkomst op het gebied van kernonderzoek, met als doel spoedig een overeenkomst te sluiten.

* Verdere uitbreiding van de samenwerking in het kader van de overeenkomst inzake wetenschap en technologie uit 1999, waarbij optimaal wordt geprofiteerd van de mogelijkheden die de zesde Kaderovereenkomst van de EC biedt, onder meer op het gebied van de biotechnologie of het "Digital Olympics"-initiatief voor Peking 2008. Organisatie van het tweede forum op hoog niveau tussen de EU en China over beleid ten aanzien van wetenschap, technologie en innovatie (Peking, tweede helft 2004).

* Ondersteuning van China's belangstelling voor deelname aan het ITER-onderzoeksproject op het gebied van kernfusie, en verdere onderhandelingen over een overeenkomst over de eventuele gezamenlijke uitvoering van ITER, die eind 2003 gesloten zou moeten worden.

* Verdere onderhandelingen over een overeenkomst inzake samenwerking tussen de EU en China in het kader van het Europese Galileo-programma voor wereldwijde satellietnavigatie, wat eind 2003 moet leiden tot de sluiting van een overeenkomst. Het doel is China als volwaardige partner bij het programma te betrekken, waaronder bij investeringen via de gemeenschappelijke onderneming Galileo.

Economische en sociale hervormingen

* Verdere ondersteuning over de hele linie van het Chinese hervormingsproces door middel van dialoog en samenwerking, waarbij optimaal geprofiteerd wordt van ervaringen met vergelijkbare overgangsprocessen in de landen die zullen toetreden tot de EU.

* Start van een beleidsdialoog op het gebied van onderwijs en de ontwikkeling van het menselijk potentieel, waarbij het ministerie van Onderwijs volledig betrokken wordt.

* Uitwisseling van ervaringen tussen de instellingen die zich aan weerszijden bezighouden met regionaal beleid, teneinde bij te dragen aan maatregelen om verschillen tussen regio's en tussen stad en platteland in China te verminderen.

* Start van het geplande samenwerkingsproject ter ondersteuning van de hervorming van het sociale-zekerheidsstelsel en ontwikkeling van nieuwe programma's op het gebied van ontwikkeling van het menselijk potentieel.

* Op gang brengen van een dialoog over industrieel beleid om bij te dragen aan een betere concurrentiepositie van Europese en Chinese ondernemingen en aan meer kennis van elkaars regelgevend kader.

* Uitwisselingen over macro-economisch beleid, bijvoorbeeld over de euro, het wisselkoersbeleid, de economische hervormingen in China en andere kwesties van wederzijds belang.

* Inspanningen om maatschappelijke organisaties nauwer te betrekken bij de bestaande en nieuwe uitwisselingen, bijvoorbeeld op het gebied van milieubescherming.

3.4. Het samenwerkingsprogramma tussen de EC en China - een wederzijds voordelig partnerschap ter ondersteuning van de EU-doelstellingen

Context en uitvoering van de actiepunten uit de mededeling van 2001

In februari 2002 hechtte de Commissie haar goedkeuring aan het nationale strategiedocument (NSD) van China voor de periode 2002-2006 en het nationale indicatieve programma (NIP) voor de periode 2002-2004, waarvoor een indicatief bedrag van maximaal EUR 250 miljoen voor de duur van het NSD is uitgetrokken. Het NSD en het NIP betekenen een belangrijke stap op weg naar een aanpak die gebaseerd is op ondersteuning van de algemene doelstellingen van de EU in het kader van het beleid ten aanzien van China, waar overigens beide partijen voordeel van hebben.

Overeenkomstig dit beleid kent het NSD de drie volgende specifieke doelstellingen, waarmee het Chinese hervormingsproces in brede zin ondersteund wordt, waarbij geprofiteerd wordt van de specifieke toegevoegde waarde die de EU heeft ten opzichte van andere donors:

- steun voor de sociale en economische hervormingen (uitvoering van de WTO-verbintenissen, informatiemaatschappij, sociale-zekerheidsstelsel, ontwikkeling van het menselijk potentieel);

- steun voor milieubescherming en duurzame ontwikkeling (watervoorraad, bescherming van de biodiversiteit), en

- steun voor goed bestuur en de rechtsstaat (illegale migratie, steun voor maatschappelijke organisaties).

Naast de lopende samenwerkingsactiviteiten in het kader van het nationale programma, waarbij voor een bedrag van ongeveer EUR 260 miljoen aan meerjarige financiële verplichtingen is vastgelegd, dient opgemerkt te worden dat China een belangrijke deelnemer is aan verschillende door de EU gefinancierde programma's voor de regio Azië, onder andere het EU-Azië Pro Eco-programma voor de verbetering van de milieuprestaties van de economische sectoren; het programma Asia-Invest ter bevordering van zakelijke partnerschappen; het Azië-programma voor informatietechnologie en communicatie, dat wederzijds voordelige partnerschappen tussen Europa en Azië cofinanciert; en het programma Asia-Link ter bevordering van netwerken tussen instellingen voor hoger onderwijs.

In het kader van deze programma's voor heel Azië neemt China momenteel deel aan tussen de 35% en 50% van alle voor financiering goedgekeurde voorstellen; China is betrokken bij door de EU voor een bedrag van ongeveer EUR 21 miljoen gefinancierde activiteiten.

Er is aanzienlijke vooruitgang geboekt bij het scheppen van het vereiste klimaat voor het intensiveren van de samenwerking tussen de EU en China, met name door de verantwoordelijkheid voor de voorbereiding en het beheer van bilaterale projecten over te hevelen van de Commissie in Brussel naar de delegatie in Peking, de daarvoor noodzakelijke uitbreiding van het personeel van de delegatie, en door regelmatige coördinatie met de lidstaten en andere donors. Daarnaast zal het samenwerkingsprogramma op lange termijn meer effect sorteren nu het geconcentreerd is op een kleiner aantal grootschaligere steunmaatregelen in belangrijke sectoren.

De uitvoering van het NIP over de periode 2002-2004 heeft echter vertraging opgelopen en kende enkele problemen. Dit heeft aan de ene kant te maken met het feit dat de aan te pakken kwesties aan Chinese zijde complex zijn en gevoelig liggen - een voorbeeld daarvan is het geplande programma inzake illegale migratie - en aan de andere kant met het feit dat aan Chinese zijde nog niet alle niveaus zich de aanpak van de programmering van het NSD/NIP eigengemaakt hebben: de coördinatie tussen de ministeries moet verbeterd worden en de rolverdeling moet duidelijker afgebakend worden.

Dit laatste blijkt steeds vaker een belemmering te vormen voor de uitvoering van programma's. Op regeringsniveau is de belangrijkste gesprekspartner op handelsgebied het ministerie van Handel, het meest geschikte orgaan voor de coördinatie van de planning en uitvoering van programma's. Nu de samenwerkingsprogramma's tussen de EU en China geleidelijk verschuiven van traditionele ontwikkelingsprojecten naar steunmaatregelen op sectorniveau die overeenkomen met het EU-beleid, is grotere betrokkenheid van vakministeries vereist. Het ministerie van Handel moet haar coördinerende rol voor het programma in zijn geheel blijven vervullen, maar de verantwoordelijkheid voor de voorbereiding en uitvoering van specifieke steunmaatregelen zal vaker overgeheveld moeten worden naar de vakministeries.

De vooruitgang op het gebied van de uitvoering van WTO-verbintenissen, milieu en maatschappelijke organisaties in het kader van het NIP verloopt veelal zoals gepland, maar de vertraging op andere terreinen zal leiden tot een concentratie van activiteiten aan het eind van de duur van het NIP. De pas afgeronde overheveling van verantwoordelijkheden zou moeten resulteren in snellere vastleggingen en uitvoering, maar nog niet alle problemen in dit verband zijn opgelost.

Met deze punten zal rekening gehouden worden in de tussentijdse evaluatie van het NSD en het NIP, die momenteel uitgevoerd wordt. Het NSD en de daarin opgenomen prioriteiten voor samenwerking gelden nog steeds en komen overeen met het EU-beleid en het Chinese beleid van de nieuwe leiders, maar het NIP moet grondig herzien worden teneinde de nodige aanpassingen aan te brengen en herziene en haalbare doelen te formuleren.

Nieuwe actiepunten

* Tijdens de eerste zes maanden van 2003 moet de tussentijdse evaluatie van het NSD en het NIP voor de periode 2002-2004 afgerond worden.

* Opzet van een nieuw NIP voor de periode 2005-2006 in het eerste kwartaal van 2004, waarbij voortgebouwd wordt op de ervaring met de uitvoering van het NIP over de periode 2002-2004; dit NIP moet zich concentreren op de in het algemene kader van het NSD 2002-2006 geformuleerde doelstellingen, onder andere wat betreft handelsgerelateerde technische bijstand.

* Zorgen voor voldoende overleg met de Chinese overheid over de voorbereiding van een nieuw NIP, zodat de betrokkenheid vergroot wordt en de uitvoering gemakkelijker zal zijn.

* Bevestiging van de afspraak met de Chinese autoriteiten over de meerjarenprogrammering (in plaats van per jaar) van het NSD als basis voor de samenwerking met de EU.

* Een betere coördinatie van de voorbereiding en uitvoering van projecten en programma's door vakministeries grotere verantwoordelijkheden te geven.

* Coördinatie van de aanpak van de uitvoering van het NIP en de verschillende daarmee verband houdende horizontale programma's in het kader waarvan China steun ontvangt, met name het Europees initiatief voor democratie en mensenrechten (EIDHR) en de begrotingslijnen voor NGO's.

* Aangezien het samenwerkingsprogramma tussen de EU en China de basis vormt van het EU-beleid ten aanzien van China, moet de dialoog over samenwerkingskwesties versterkt worden, met name in het bredere verband van het gemengde comité EU-China.

3.5. Het profiel van de EU in China versterken

Voor de ontwikkeling van de betrekkingen tussen de EU en China is het noodzakelijk dat beide partijen elkaar beter begrijpen. Aangezien de banden hechter zijn geworden en aan weerszijden veranderingen hebben plaatsgevonden, zoals de toetreding van China tot de WTO en het uitbreidingsproces van de EU, moet daarnaast het communicatiebeleid van de EU herzien en aangepast worden. De EU kan haar zichtbaarheid vergroten doordat individuele Chinese burgers steeds betere toegang krijgen tot informatiebronnen, door de ontwikkeling van de informatietechnologie, telecommunicatie en reizen naar het buitenland.

Ook dankzij China's geopolitieke visie van een wereld met meerdere polen en het feit dat China de EU beschouwt als een steeds belangrijkere partner, kan de EU zich duidelijker manifesteren. En moet echter meer gedaan worden om deze zichtbaarheid te vergroten. De delegatie van de Europese Commissie in Peking, de lidstaten en andere betrokkenen, zoals de Europese kamer van koophandel, hebben al veel moeite gedaan om het profiel van de EU te versterken via dagelijkse contacten, het verspreiden van informatie en publicaties en de organisatie van openbare evenementen.

Om ervoor te zorgen dat de relatie en de politieke dialoog tussen de EU en China ook op lange termijn goed onderhouden worden, is het van wezenlijk belang dat de EU zichtbaarder wordt in China, zowel voor het grote publiek als op het niveau van de politieke leiders. In dit verband zou de nadruk gelegd moeten worden op enkele kernboodschappen, bijvoorbeeld:

- De EU, die een belangrijke rol speelt op het internationale toneel, streeft evenals China naar een meer evenwichtige internationale gemeenschap gebaseerd op daadwerkelijk multilateralisme, en wil China als competente macht betrekken bij mondiale aangelegenheden.

- De EU staat voor een pakket gemeenschappelijke waarden, waarvan democratie, mensenrechten en het vreedzaam oplossen van conflicten via multilaterale mechanismen de kern vormen. Door deze unieke bestaansreden en haar instellingen onderscheidt de EU zich van klassieke regionale organisaties.

- De EU is zelf het voorbeeld van succesvolle regionale integratie en van bestuur binnen een rechtsstaat en ondersteunt daarom de huidige hervormingen in China; zij wil het land helpen bij de problemen in verband met de economische en sociale overgang.

- De EU is een van de belangrijkste handelsmachten en een van de grootste markten ter wereld. Zij is bereid de handel met China te versterken en China verder te helpen integreren in de wereldeconomie.

Voor de zichtbaarheid van de EU in China moeten deze boodschappen consequent overgebracht worden en daarnaast moet er sprake zijn van samenhang in het interne EU-beleid. Het communicatiebeleid van de EU en het samenwerkingsprogramma met China moeten daarom nauw aansluiten op de bredere beleidsdoelstellingen van de EU, zodat het beleid in zijn geheel samenhang vertoont. Daarnaast moet de aansluiting op het beleid van de lidstaten, onder meer op het terrein van communicatie en samenwerking, gegarandeerd zijn.

Om het wederzijdse begrip te vergroten, moeten meer intermenselijke contacten georganiseerd worden, door middel van meer toerisme, uitwisselingen tussen onderwijsinstellingen en contacten op cultureel gebied.

Context en uitvoering van de actiepunten uit de mededeling van 2001

De delegatie van de Europese Commissie in Peking heeft meer activiteiten op het gebied van informatieverstrekking ontplooid. Gerichte campagnes, zoals de uitgebreide informatie over de euro, kregen veel aandacht in China. De financiële en personele middelen worden uitgebreid, maar zijn nog steeds beperkt. De website van de delegatie is inmiddels volledig operationeel, zowel in het Engels als in het Chinees. Regelmatig bezochten Chinese journalisten Brussel, in groepen of individueel. De meeste samenwerkingsprogramma's kennen tegenwoordig ook publicitaire onderdelen.

Er vonden ook meer intermenselijke contacten, uitwisselingen tussen onderwijsinstellingen en contacten op cultureel gebied plaats. Het programma voor bezoeken aan de EU is een waardevol instrument om Chinese beleidsvormers en opinieleiders in Brussel rechtstreeks kennis te laten maken met Europa. De delegatie in Peking heeft de banden met de academische wereld aangehaald door middel van rondetafelconferenties in het kader van bezoeken van belangrijke personen uit de EU en de start van het programma voor centra voor Europese Studies. Op cultureel gebied stemden de delegatie en de lidstaten hun deelname aan evenementen zoals het internationale filmfestival van Shanghai op elkaar af.

Nieuwe actiepunten

* Een onderzoek houden naar het imago van de EU onder de Chinese bevolking om vast te stellen op welke terreinen informatie gewenst of noodzakelijk is en een gerichte aanpak te kunnen ontwikkelen.

* Vergroting van de kennis over en de bekendheid van de EU in China door uitgebreide actuele informatie te verstrekken over het EU-beleid, met name via Internet en audiovisuele media, met bijzondere aandacht voor de uitbreiding en institutionele ontwikkelingen binnen de EU, bijvoorbeeld door middel van een rondtrekkende voorlichtingscampagne over de uitbreiding. Uitbreiding van de informatie-activiteiten naar andere grote steden dan Peking.

* Systematisch persberichten doen uitgaan en/of persconferenties houden in Peking bij gelegenheid van belangrijke bijeenkomsten, zoals topontmoetingen, sessies van het gemengde comité of overleg over de mensenrechten. Hierbij moet gestreefd worden naar gezamenlijke verklaringen met China, met name na afloop van topontmoetingen tussen de EU en China.

* Eventueel jaarlijks rondetafelconferenties organiseren, afwisselend in China en in de EU, waaraan Chinese en Europese journalisten en belangrijke personen uit de EU deelnemen.

* Betere coördinatie met de lidstaten wat betreft het informatiebeleid, om ervoor te zorgen dat de kernboodschappen zoveel mogelijk opgenomen worden in het openbare deel van bilaterale bezoeken op hoog niveau.

* In China meer bekendheid geven aan de samenwerking tussen de EU en China, bijvoorbeeld door systematisch publicitaire activiteiten op te nemen in samenwerkingsprojecten, werkbezoeken van journalisten aan projecten, en door projecten vaker te presenteren tijdens beurzen, congressen en tentoonstellingen, ook op regionaal niveau.

* Verdere intensivering van de uitwisselingen tussen personen door gebruik te maken van samenwerkingsactiviteiten waarmee de banden tussen Europese en Chinese NGO's en maatschappelijke organisaties aangehaald worden, door het versterken van de contacten met universiteiten die cursussen op het gebied van Europese Studies aanbieden, en het ontwikkelen van culturele, educatieve en onderzoeksinitiatieven in het kader van bestaande of geplande EU-programma's zoals en Erasmus World, en de Marie Curie-beurzen, waarbij studenten, onderzoekers en Chinese universiteiten aangemoedigd worden deel te nemen aan dergelijke programma's.

4. VERBETERING VAN DE STRUCTUUR VAN DE RELATIE

De uitbreiding en intensivering van de dialoog tussen de EU in China over de hele linie maakt een stroomlijning en verdere ontwikkeling van de huidige institutionele structuur van de betrekkingen noodzakelijk, met name wat betreft de contacten op verschillende niveaus en over verschillende onderwerpen tussen bijeenkomsten in, waarbij de nadruk moet liggen op de kwaliteit in plaats van de kwantiteit van de dialoog. In de voorgaande hoofdstukken zijn voorstellen gedaan om de dialoog op politiek en economisch gebied en op overige terreinen te verbeteren. De ervaring heeft aangetoond dat het noodzakelijk is de relatie tussen de EU en China als geheel op hoog niveau goed te coördineren, naast verbeteringen binnen de verschillende thema's en in overeenstemming met het algemene doel van de EU om met China een breed partnerschap op alle terreinen te onderhouden. Deze algemene doelstelling is ook een argument voor het verbeteren van het profiel en de zichtbaarheid van de ontmoetingen op hoog niveau.

Daartoe worden de volgende maatregelen voorgesteld:

* Topontmoetingen en vergaderingen op ministerieel niveau zouden zich moeten concentreren op een beperkt aantal strategische prioriteiten. Hierdoor winnen de topontmoetingen en vergaderingen op ministerieel niveau aan strategisch belang en kan de dialoog over bepaalde onderwerpen vlotter verlopen, waardoor de kans toeneemt dat concrete resultaten bereikt worden en dus hun politieke zichtbaarheid groter wordt.

* De mandaten van de verschillende vergaderingen op hoog niveau moeten aangepast en duidelijk geformuleerd worden, zodat de taken en verantwoordelijkheden beter onderling verdeeld kunnen worden:

- Topontmoetingen zouden betrekking moeten hebben op de volledige breedte van de betrekkingen. Aan de hand van de tijdens deze ontmoetingen besproken onderwerpen zou een nieuwe politieke impuls gegeven moeten worden aan de relatie en hieruit zou een gezamenlijke visie op mondiale aangelegenheden moeten blijken, op politiek gebied en op andere terreinen.

- Tijdens het trojkaoverleg tussen de ministers van Buitenlandse Zaken zouden politieke en mensenrechtenkwesties besproken moeten worden, maar eventueel ook bepaalde handels- en sectorale thema's.

- De sturende rol van het gemengde comité EU-China zou uitgebreid moeten worden naar economisch gebied in brede zin, dat wil zeggen niet alleen handels- en investeringsvraagstukken, maar ook de snelgroeiende dialoog op sectoraal niveau en het samenwerkingsprogramma tussen de EU en China, waarbij gestreefd moet worden naar maximale synergie tussen deze drie terreinen. In dit verband moeten de relevante vakministeries meer betrokken worden bij het gemengde comité.

- Trojkaoverleg tussen regionale bestuurders zou zich moeten concentreren op de economische en politieke integratie van de EU en Azië en op regionale crises.

- Trojkaoverleg tussen beleidsvormers zou zich moeten richten op politieke vraagstukken en andere kwesties van mondiaal belang.

* Willen topontmoetingen daadwerkelijk een basis kunnen vormen voor en nieuwe impulsen geven aan de betrekkingen algemene zin, dan moeten zij zoveel mogelijk autonoom zijn, en niet in nauwe samenhang met andere evenementen georganiseerd worden, zodat er voldoende tijd en aandacht aan besteed kan worden.

* Vanwege dezelfde reden en om uitdrukking te geven aan het toegenomen belang van de relatie, moet overwogen worden om de topontmoetingen voortaan op presidentieel niveau te laten plaatsvinden.

* De Chinese president Hu Jintao zou op korte termijn uitgenodigd moeten worden voor een bezoek aan Brussel, waarna vooraanstaande EU-leiders, waaronder de voorzitter van de Commissie Prodi, een tegenbezoek aan Peking zouden moeten brengen, om verdere uitdrukking te geven aan het feit dat de betrekkingen tussen de EU en China aan politiek gewicht gewonnen hebben.

Bijlage 1

Dialoog EU-China

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Bislage 2

EU-handel met de wereld en China (in Mio.¬)

(uitgezonderd Intra-EU-Handel)

Bron: EUROSTAT (COMEXT)

Totale hand e l

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

EU-Invoer

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

EU-Uitvoer

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

De Chinese handel met de belangrijkste partners (USD mld)

Bron: Chinese Regering (MOFCOM/MOFTEC)

Totale handel

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

Chinese invoer

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

Chinese uitvoer

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

Ausländische Direktinvestitionen (ADI) in China

Quelle: Chinese Regierung

Neuinvestitionen (in Mrd.USD)

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

Anteile an den ADI (Neuinvestitionen)

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

Aggregate FDI (stocks, end of 2002)

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

BIJLAGE 3

SAMENWERKINGSPROJECTEN EU-CHINA

In deze lijst zijn projecten opgenomen die worden gefinancierd uit de volgende begrotingshoofdstukken:

B7-3 Samenwerking met de Aziatische ontwikkelingslanden

B7-7 Europees Initiatief voor de democratie en mensenrechten (EIDHR)

B7-6000 NGO medefinanciering

B7-6212 Gezondheid, bevolking, bestrijding van hiv/aids

PROJECTEN EN PROGRAMMA'S DIE WORDEN UITGEVOERD

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

REGIONALE PROGRAMMA'S WAARAAN CHINA DEELNEEMT(1)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

(1) China neemt ook deel aan het ASEM Trust Fund II Regional Programme (totale financiering ¬ 20 miljoen) en profiteert van EG-steun aan de stichting Azië-Europa (totale financiering ¬ 3,5 miljoen)

PROGRAMMA'S IN VOORBEREIDING

>RUIMTE VOOR DE TABEL>