52001DC0051

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité betreffende een strategie voor de douane-unie /* COM/2001/0051 def. */


MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD, HET EUROPEES PARLEMENT EN HET ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITE BETREFFENDE EEN STRATEGIE VOOR DE DOUANE-UNIE

Deze mededeling is een vervolg op een eerdere mededeling over de douane vóór de totstandbrenging van de interne markt [1].

[1] Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité "De douane-unie in het kader van de grote markt" (COM(90)572 def.) van 31.1.1991

De strategie voor de douaneactiviteiten in het kader van de douane-unie moet thans opnieuw worden bekeken om belangrijke veranderingen die aan de gang zijn of in de nabije toekomst zullen plaatshebben in aanmerking te nemen. Hiertoe behoren:

- de uitbreiding van de Europese Unie

- de veranderde rol van de douane bij het innen van de inkomsten

- de groeiende noodzaak de douane te betrekken bij de regulering van de buitenlandse handel

- de groeiende noodzaak de douane voor de bescherming van de burgers in te zetten

- de ontwikkeling van nieuwe handelsmethoden, die een snelle in- en uitklaring langs elektronische weg noodzakelijk maken

- de toegenomen behoefte dat de douane de economische subjecten in de Gemeenschap steunt bij hun inspanningen om op de wereldmarkt eerlijk te concurreren

- de toegenomen betekenis van de fraudebestrijding

- de rol van de georganiseerde misdaad bij fraudeactiviteiten waarbij de douane betrokken is.

In deze mededeling komen deze kwesties uitvoerig aan de orde en worden de richtlijnen voor toekomstige activiteiten uiteengezet, op basis van de gemeenschappelijke waarden inzake openheid, flexibiliteit, efficiency en samenwerking tussen de douaneadministraties, waarmee de uitdagingen het hoofd kan worden geboden.

INHOUD

1. INLEIDING

2. EEN VERANDERENDE SITUATIE

2.1. De veranderde rol van de douane bij de inning van belastingen

2.2. Toenemende regulering van de buitenlandse handel

2.3. Groei en verandering van de internationale handel

2.4. De douane als factor in de competitiviteit van de EU-bedrijven

2.5. De uitbreiding van de Europese Unie

2.6. Toenemend belang van de indirecte belastingen

3. DE FRAUDEBESTRIJDING

4. DE BESTRIJDING VAN CRIMINELE ACTIVITEITEN

5. DE BELANGRIJKSTE UITDAGINGEN

6. HULPBRONNEN

7. STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN

8. VOORSTELLEN VOOR MAATREGELEN

8.1. Wetgeving

8.2. Operationele maatregelen

8.3. Verbeterde dienstverlening aan bedrijven

8.4. Opleiding

8.5. Internationale rol van de douane

9. CONCLUSIES

1. INLEIDING

In een tijd waarin de Commissie zich inzet voor een efficiëntere tenuitvoerlegging van haar beleidsmaatregelen en versterkte inspanningen onderneemt om de fraude te bestrijden, dragen de douanediensten grote verantwoordelijkheid voor het functioneren van de douane-unie, die een van de fundamenten is waarop de Europese Unie rust.

Het zijn in eerste instantie de douanediensten die het communautair beleid ten uitvoer leggen op vrijwel alle gebieden die met de internationale handel te maken hebben. De douanevoorschriften zullen niet alleen de internationale handel begunstigen, maar zullen, op het gebied van de controle, zo toegepast worden dat er geen al te grote fricties in het handelssysteem ontstaan die zowel voor de handel als voor het concurrentievermogen van de Europese bedrijven schadelijk zijn.

De douane staat nu voor de moeilijke taak om, gezien de stijging van het handelsvolume en de snelheid van de internationale handel, het hoofd te bieden aan de specifieker en talrijker wordende communautaire controles. Tegelijkertijd zijn er door de toenemende mondialisering van de handel heel wat meer kansen op fraude en georganiseerde misdaad.

De douane is betrokken bij de tenuitvoerlegging van de communautaire voorschriften met betrekking tot de buitenlandse handel, niet alleen op het gebied van de douane- en handelsbepalingen, maar ook waar het gaat om controles in verband met milieu, antidumping, consumentenbescherming, cultuurgoederen en landbouwproducten.

Bovendien levert de douaneaangifte essentiële gegeven voor de statistieken over de buitenlandse handel van de Europese Unie met de rest van de wereld. Daarom moet de douane, zoals ook bij de statistische diensten gebeurt, waarborgen dat relevante en kwalitatief hoogwaardige statistische informatie, zonder de aangevers bovenmatig te belasten, verzameld wordt of dat het statistische systeem aan de evolutie van het internationale klimaat wordt aangepast.

In de meeste lidstaten zijn de douanediensten in het kader van hun nationale verantwoordelijkheden eveneens betrokken bij vele activiteiten, die zowel verband houden met de bestrijding van de drugshandel, pornografie en de georganiseerde misdaad, als met de ondersteuning van het werk van andere diensten (politie, immigratie, enz.). De douane vervult in de regel tegelijkertijd communautaire en nationale taken, zonder daar een onderscheid tussen te maken.

Gezien het vooruitzicht van de uitbreiding met nieuwe lidstaten die een even omvangrijk takenpakket moeten uitvoeren, kan alleen maar worden benadrukt hoe belangrijk het is om ervoor te zorgen dat de douanediensten in de huidige Gemeenschap efficiënt functioneren, maar ook dat zij hun toekomstige collega's erop voorbereiden om in een uitgebreide Gemeenschap efficiënt te werken.

Het is belangrijk dat de lidstaten hun controlecapaciteiten op de buitenlandse handel van de Unie concentreren, omdat de grenscontroles, sinds de invoering van de interne markt op 1 januari 1993, binnen de Gemeenschap niet mogen worden uitgevoerd, tenzij bepaalde verdenkingen aanleiding geven tot individuele controle. Dergelijke controles mogen niet systematisch plaatsvinden, of meer op de grensregio van een binnengrens geconcentreerd zijn dan op de rest van het grondgebied van de lidstaten.

In deze mededeling worden de belangrijkste douanekwesties die aangepakt moeten worden, onder de aandacht gebracht en worden maatregelen aanbevolen om te waarborgen dat de douaneadministraties hun verplichtingen op communautair vlak in de komende jaren nakomen.

2. EEN VERANDERENDE SITUATIE

Na de oprichting van de eengemaakte markt is er aanzienlijke vooruitgang geboekt op het gebied van de douane, met name wat de wetgeving betreft, waarvan het fundament wordt gevormd door het communautair douanewetboek en zijn uitvoeringsbepalingen. Het verankeren van tariefvoorschriften in het geïntegreerde tarief van de Gemeenschap (TARIC) had eveneens belangrijke gevolgen voor het handels- en het economische beleid, met name omdat er voor de economische subjecten een uniforme toepassing van de tariefmaatregelen wordt gegarandeerd.

TARIC is een door de Commissie beheerd informatiesysteem, dat meer dan 4.000 wetsbesluiten van de Gemeenschap in één elektronische publicatie van 18.000 regels bevat en iedere werkdag in 11 communautaire talen geactualiseerd en aan de lidstaten toegezonden wordt.

De douane in de Gemeenschap functioneert dus in één gemeenschappelijk reglementair kader, dat uit gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen en één gemeenschappelijk douanetarief bestaat. Juridisch zijn de meeste maatregelen daarvoor van kracht.

Op operationeel vlak liggen de zaken volstrekt anders; hier moeten bij de toepassing van de douanewetgeving en het gemeenschappelijk douanetarief 15 verschillende administraties met uiteenlopende nationale verantwoordelijkheden als één enkele administratie handelen. Daarom zijn er talloze maatregelen genomen, zoals die in het kader van de programma's "Matthaeus" en "Douane 2000". Met het Programma "Douane 2000" [2] werden de eerder genomen maatregelen nog versterkt en verbreed teneinde gelijkwaardige operationele voorwaarden te scheppen. Er moet echter nog veel worden gedaan en vooral op dit terrein zullen de inspanningen de komende jaren moeten worden geconcentreerd.

[2] Beschikking nr. 105/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 1999 tot wijziging van Beschikking nr. 210/97/EG houdende goedkeuring van het actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap ("Douane 2000") en tot intrekking van Beschikking nr. 91/341/EEG van de Raad, zie PB L 13 van 19.1.2000, blz. 1.

Een bijzonder moeilijk probleem is de informatisering, die voor bijna alle verbeteringen van essentieel belang is. De hoogte van de gewoonlijk op lange termijn benodigde investeringen, om succesvolle automatiseringsinspanningen op nationaal en communautair niveau te garanderen, maakt dat er van een nauwe samenwerking en een langetermijnplanning sprake zal moeten zijn.

Bovendien is de douane door de snelle veranderingen in het wereldhandelsklimaat gedwongen om zich voortdurend, onder druk van nieuwe eisen, aan te passen. Hieronder worden enkele belangrijke veranderingen belicht, die de douaneactiviteiten beïnvloeden.

2.1 De veranderde rol van de douane bij de inning van belastingen

De rol van de douaneadministraties van de Gemeenschap was traditioneel de inning van de douanerechten, die een aanzienlijke bijdrage aan de begroting van de Gemeenschap leveren.

De douane vervult nog steeds deze belangrijke taak, maar door de talloze tariefverlagingen, met name als resultaat van de onderhandelingen in het kader van de Wereldhandelsorganisatie, de vele preferentiële overeenkomsten van de Gemeenschap met derde landen en de verschillende autonome maatregelen, loopt het aandeel van de invoerrechten [3] in de eigen middelen terug. De bedragen zelf blijven evenwel aanzienlijk.

[3] D.w.z. douanerechten en rechten op landbouwproducten.

De invoerrechten die de lidstaten de laatste jaren namens de Gemeenschap hebben geïnd zijn:

1997 EUR 14.632 miljoen euro (19,1% van de middelen van de communautaire begroting)

1998 EUR 14.608 miljoen euro (17,9%)

1999 EUR 14.193 miljoen euro (17,3%)

In dit verband moet er op gewezen worden dat de lidstaten, ingevolge artikel 2, lid 3, van het Besluit van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen [4], als inningskosten 25% inhouden op de bedragen van de traditionele eigen middelen die geboekt en geïnd zijn of door een garantie worden gedekt, tegenover de 10% die vroeger werd ingehouden.

[4] PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42

Bovendien moet rekening worden gehouden met de verantwoordelijkheid van de douane wat het BTW-element van de communautaire begroting betreft. De douane is normaliter het eerste en het laatste officiële contactpunt voor ingevoerde of uitgevoerde goederen die aan BTW onderworpen zijn. De douanecontroles, met name voor de inning van de BTW aan de buitengrenzen, zijn daarom belangrijk om te waarborgen dat deze goederen aan het belastingsysteem onderworpen worden en niet in de grijze economie verdwijnen. Verder voorkomen zij de fraude in samenhang met fictieve exporten. Coherente douane- en belastingmaatregelen zijn bij de fraudebestrijding dan ook van essentieel belang, met name bij de belastingfraude.

Bovendien maken de lidstaten in vele gevallen voor nationale doeleinden, gebruik van de expertise van de douane op het gebied van de handelscontroles en de belastingen waarbij zij hun douaneadministraties bevoegdheden toekennen voor kwesties die verder gaan dan het zuiver beheren van de douane-unie.

2.2 Toenemende regulering van de buitenlandse handel

Het werk van de douane breidt zich uit zowel door het groeiende internationale handelsverkeer als door het grotere aantal gespecialiseerde controles dat moet worden uitgevoerd. Met de oprichting van de eengemaakte markt is de verantwoordelijkheid groter geworden: toen alleen aan de binnengrenzen werd gecontroleerd kon de fout van één douaneadministratie door een andere gecorrigeerd worden, zodat de schade voor de handel of de burgers tot een enkele lidstaat beperkt bleef. Nu is het zo dat zodra de goederen in een lidstaat zijn ingeklaard, de eventuele schade in de gehele Gemeenschap kan worden gevoeld. Fouten bij de douanecontroles kunnen uiterst hachelijke gevolgen hebben, vooral wanneer die de gezondheid van de mens of het milieu betreffen. Hieraan moet bij de uitbreiding speciale aandacht worden besteed.

Hieronder worden als voorbeeld twee activiteitssectoren beschreven.

Bescherming van de intellectuele eigendomsrechten

De illegale activiteiten op dit terrein breiden zich zeer snel uit en bedreigen zowel de werkgelegenheid alsook de gezondheid en de veiligheid van de EU-burgers.

De douane-instanties van de lidstaten hebben in 1999 meer dan 25 miljoen artikelen met een geschatte waarde van 780 miljoen euro in beslag genomen. Daartoe behoren de meest uiteenlopende artikelen zoals auto-onderdelen, medische pakketten, geneesmiddelen, microprocessors, software, textielproducten, schoenen, cd's, speelgoed en een hele reeks huishoudelijke artikelen.

Het is zeer moeilijk om het effect van namaak op de werkgelegenheid van de EU te meten, maar bepaalde studies hebben uitgewezen dat meer dan 100.000 arbeidsplaatsen in de EU hierdoor verloren zijn gegaan, hetgeen naar schatting op 5 à 7% van de wereldhandel neerkomt [5].

[5] Volgens een in 1998 uitgevoerde studie van de OESO. Zie document van de Raad 10707/99 Enfocustom 40 PI 45.

Namaak is een terrein dat door de georganiseerde criminaliteit met name voor het witwassen van geld wordt gebruikt.

Controles in verband met milieu en gezondheid

De douane speelt een sleutelrol wanneer het erom gaat de Gemeenschap en de wereld te beschermen, niet alleen bij de in- en uitvoer van gevaarlijke of milieuschadelijke producten, maar ook bij de bescherming van zeldzame dieren- of plantensoorten in het kader van de CITES-overeenkomst en bij de bescherming van het patrimonium van de Gemeenschap, waar het de export van cultuurgoederen betreft.

De douane was onlangs tijdens de dioxinecrisis belast met de primaire controle wat betreft de terugzending van alle vermoedelijk besmette producten. Hetzelfde gebeurde met betrekking tot de bestraalde goederen na Tsjernobyl. Het toenemend belang van dit soort werkzaamheden brengt met zich dat de douanediensten met andere autoriteiten zullen moeten samenwerken om procedures te ontwikkelen teneinde opgewassen te zijn tegen toekomstige crises en om effectievere algemene controles te waarborgen.

In 1998 hebben de Finse douane-instanties 11 partijen producten vanwege de buitensporige stralingsdosis geweigerd.

De douanediensten zijn verantwoordelijk voor meer dan 60% van alle inbeslagnemingen op het gebied van de illegale handel in bedreigde dier- en plantensoorten ingevolge de CITES-overeenkomst [6].

[6] Verslag van de Werelddouaneorganisatie van de derde bijeenkomst van de CITES-groep.

2.3 Groei en verandering van de internationale handel

De toenemende globalisering van de handel is na de openstelling van het vroegere Sovjetblok bijzonder duidelijk waarneembaar. Dit is vooral te zien aan de zeer grote verkeersdichtheid aan de oostgrenzen van de Gemeenschap.

De toename van het handelsverkeer gaat ook gepaard met grote veranderingen in het goederenvervoer. De uitbreiding van de elektronische handel heeft tot een aanzienlijke stijging van het goederentransport geleid, hetgeen de identificatie van de importeurs en exporteurs bemoeilijkt, waardoor het smokkelrisico (met name drugs en nagemaakte goederen, maar ook wapens) vergroot.

Het expresgoedvervoer is een groeisector van de wereldhandel die, om concurrerend te kunnen zijn, op een zeer snelle douaneafhandeling aangewezen is. Op alle gebieden van de douanewerkzaamheden wordt thans gestreefd naar snelle in- en uitklaringsmethoden, zelfs in het geval van bulktransacties. Alleen met moderne technieken kan deze douaneafhandeling op adequate wijze worden gecontroleerd: volledig geïnformatiseerde systemen voor risicoanalyse en nauwe samenwerking met de economische subjecten en ook met de douane-instanties in de landen van de handelspartners.

De douane op de internationale luchthaven van Brussel handelt 150 000 expreszendingen per dag af.

Iedere zes seconden wordt er in Rotterdam een container afgehandeld, het hele jaar door en 24 uur per dag.

2.4 De douane als factor in de competitiviteit van de EU-bedrijven

Het is de taak van de douane om toe te zien op de naleving van de handelsvoorschriften. Zware of weinig flexibele douaneprocedures beïnvloeden de competitiviteit van het bedrijfsleven, vooral ten opzichte van de belangrijkste handelspartners van de Europese Unie, die het voordeel hebben op slechts één enkele douaneadministratie aangewezen te zijn. De douane moet zorgen voor een betere dienstverlening aan de economische subjecten, door met name de nalevingskosten in de douane-unie te verlagen. Het belang van moderne risicoanalyse en boekhoudkundige controles dient onderstreept te worden.

Verder is het belangrijk in de eengemaakte markt gelijke concurrentievoorwaarden te scheppen, zodat de effectiviteit van de douanecontroles vergelijkbaar blijft.

2.5 De uitbreiding van de Europese Unie [7]

[7] Zie ook het verslag over de toetredingsstrategie van de Commissie van 8 november 2000.

Bij de uitbreiding wordt van de kandidaat-landen verlangd dat zij zich aanpassen aan het communautaire acquis. In het kader van de douane-unie moeten zij laten zien dat zij in staat zijn het acquis naar behoren ten uitvoer te leggen. Dit laatste is van essentieel belang voor de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap en voor de bestrijding van fraude omdat door één zwakke schakel aan de buitengrens de toegang tot het gehele grondgebied van de Gemeenschap wordt geopend.

Op dit terrein zijn aanzienlijke inspanningen ondernomen en is ook enige vooruitgang geboekt, met name door de ondersteuning in het kader van het Phare-programma. In dit verband hebben de douaneadministraties van de lidstaten een belangrijke bijdrage geleverd aan de tenuitvoerlegging van de met de kandidaat-landen vastgestelde pretoetredingsstrategie op het gebied van douane en belastingen. Het Phare-programma draagt ook bij tot de verbetering en de modernisering van de infrastructuren en uitrusting met betrekking tot de douane in de kandidaat-landen teneinde de operationele capaciteit ervan te vergroten.

Er staat nog veel op het spel. Met de uitbreiding zal de verantwoordelijkheid voor de goede werking van de douane-unie gedeeltelijk van de douaneadministraties met een lange ervaring op het gebied van de toepassing van de Gemeenschapswetgeving verschuiven naar de nieuwe desbetreffende diensten in de kandidaat-landen, die betrekkelijk onervaren zijn en tot dusverre vaak door gebrek aan middelen gehandicapt zijn. Een intensieve samenwerking tussen de douanediensten van de huidige en de toekomstige EU-lidstaten zal van belang zijn om dit probleem te helpen oplossen.

2.6 Toenemend belang van de indirecte belastingen

De samenhang tussen de douanevoorschriften en de fiscale voorschriften op het gebied van de indirecte belastingen worden steeds belangrijker, want vaak bepalen de douanevoorschriften hoe intensief de fiscale controles toegepast moeten worden bij de invoer, de uitvoer en bij de zendingen binnen de Gemeenschap. Bij alle indirecte belastingen wordt bij de douane, die de in- en uitvoer volgens de douanevoorschriften behandelt, beslist of goederen al dan niet aan belastingen onderworpen zijn. Datzelfde geldt binnen de Gemeenschap bij het vervoer van goederen in het kader van schorsende douaneregelingen. In de conclusies van de Groep op hoog niveau [8] "coherentie tussen het belasting- en het douanebeleid", die aan de directeuren-generaal van de douane- en de belastingsadministraties van de lidstaten werden voorgelegd, wordt de noodzaak van verdere interventies in deze sector onderstreept.

[8] Het gaat hierbij om een werkgroep van belasting- en douaneamtenaren op hoog niveau uit de lidstaten onder voorzitterschap van de Commissie.

3. DE FRAUDEBESTRIJDING

De fraudebestrijding wordt in talloze documenten van de Commissie uitvoerig behandeld, in het bijzonder in de onlangs over dit thema gepubliceerde mededeling [9]. Gezien de nauwe betrokkenheid van de douanediensten hierbij is het dan ook terecht om te wijzen op hun belangrijke bijdrage op dit terrein en de aandacht te vestigen op de noodzaak om antifraudemaatregelen in een groter verband te bekijken en niet als louter onderzoeksactiviteiten.

[9] Bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen en fraudebestrijding - jaarverslag 1999 COM(2000) 718 def. van 8.11.2000 - verslag van het Europees bureau voor fraudebestrijding (OLAF): eerste verslag over de operationele werkzaamheden 1.6.1999-31.5.2000 van 23.5.2000.

Dit kan aan de hand van de onderstaande voorbeelden uit het jaar 1999 worden geïllustreerd:

Eigen middelen

- Volgens het recente verslag van de Commissie zou de fraude die op het gebied van de traditionele eigen middelen werd ontdekt in 1999 op een bedrag van 266 miljoen euro neerkomen. Samen met de nieuwe fraudegevallen, die in 1999 door OLAF werden onderzocht, stijgt dit cijfer tot 337 miljoen euro, hetgeen neerkomt op 2,4% van de betrokken begroting. Bovendien moet er rekening mee worden gehouden dat het hier om bekende fraude gaat en dat de reële cijfers dus veel hoger zullen liggen.

- Sigaretten staan bovenaan de lijst van producten waarmee het meest wordt gefraudeerd (14% zowel van de bekende gevallen als de betrokken bedragen), gevolgd door zuivelproducten (kaas en boter) die slechts 0,5% van de gevallen uitmaken, maar bijna 12% van de betrokken bedragen en motorvoertuigen (met 1,6% van de gevallen en 6,2% van de betrokken bedragen). In het jaar 1998 werd het meest gefraudeerd met zuivelproducten (23%), sigaretten (8%) en textielproducten (4%).

- De gevallen van sigarettensmokkel uit derde landen en de aantallen van de na de uitvoer uit de Gemeenschap opnieuw ingevoerde sigaretten blijven aanzienlijk. Afgezien van deze smokkel werd vastgesteld dat het aantal van in containers ingevoerde sigaretten, die ten onrecht als andere goederen werden aangegeven, duidelijk toegenomen is. Uit cijfers over nieuwe dossiers, die in 1999 over sigaretten werden aangelegd, blijkt dat het totale verlies voor de communautaire begroting 325 miljoen euro zou kunnen bedragen.

- Wat de douaneprocedures betreft is die voor het in het vrije verkeer brengen het meest fraudegevoelig. De fraudegevallen blijven hoe dan ook heterogeen. Smokkel en soortgelijke praktijken (niet aangegeven importen) maakten ongeveer 18% uit van de in 1999 door de lidstaten meegedeelde gevallen (boven de drempel van 10.000 euro). Problemen in samenhang met het beheer van de preferentiële regelingen [10] (en dus van valse of incorrecte oorsprongsverklaringen) maakten 8% van de gevallen uit.

[10] Zie ook het verslag over de controle van de traditionele eigen middelen in het kader van de preferentiële oorsprongsregelingen dat de Commissie in december 1999 aan het Raadgevend Comité voor de eigen middelen heeft voorgelegd (doc. Budg/501/99).

Bij het douanevervoer deden zich daarentegen in 1999 slechts 6% van de gevallen voor, die minder dan 4% van de desbetreffende sommen uitmaakten (boven de drempel van 10.000 euro). Dit bevestigt de afschrikkende werking van het waarschuwingssysteem voor gevoelige producten, maar leidt zeker niet tot de vaststelling dat het probleem als opgelost kan worden beschouwd.

Exportrestituties

- De meest getroffen uitgavencategorie blijft die van de exportrestituties. In het jaar 1999 maakten deze gevallen 38% uit van het totale effect voor de begroting (in 1998 was dit 28%), terwijl de uitgaven slechts 14% van de totale kosten van het EOGFL-garantie vertegenwoordigden. Deze stijging is hoofdzakelijk op een forse toename van de gevallen in verband met de uitvoer van rundvlees terug te voeren.

- De meest getroffen producten zijn rundvlees en levend vee, die meer dan een derde van de totale voor de begroting ontstane schade door fraude en andere onregelmatigheden uitmaken. Daarna komen groenten en fruit (vers of verwerkt) met meer dan 15% van de totale schade, gevolgd door vlas (dat voor het eerst tot de drie meest getroffen producten behoort) met meer dan 8% van de totale schade.

Naast dit alles kan de douane ook een belangrijke rol spelen bij de bestrijding van fiscale fraude, waarvan de gevolgen eveneens zowel de nationale als de communautaire begroting treffen. De douane kan bijdragen tot het opsporen van BTW-fraude, in het bijzonder wanneer bij de in- en uitvoer goederen en handelaars met een hoog risico betrokken zijn, bijvoorbeeld wanneer na de invoer een intracommunautaire levering volgt of wanneer na een intracommunautaire levering export plaats heeft. Een essentieel onderdeel van de bestrijding van BTW-fraude is het opsporen van valse export of andere misbruiken van de uitvoervoorschriften.

De Werkgroep op Hoog Niveau inzake alcohol- en tabaksfraude [11] heeft in dit verband belangrijk werk geleverd en een verslag uitgebracht waarvan de conclusies in mei 1998 door de Ecofinraad werden goedgekeurd.

[11] Het gaat hier om een werkgroep van belasting- en douaneambtenaren op hoog niveau uit de lidstaten onder voorzitterschap van de Commissie.

Voor de fraudebestrijding zijn gespecialiseerde onderzoekers nodig die voor het welslagen van hun werk evenwel op coherente controlewetten en voldoende middelen voor de tenuitvoerlegging ervan aangewezen zijn. Voor effectieve antifraudeactiviteiten moeten de handelaars daarom eerst over duidelijke wetten beschikken, die door goed opgeleide ambtenaren en met ondersteuning van voldoende middelen worden toegepast. Deze ambtenaren moeten van hun kant nauw samenwerken met hun onderzoeksafdelingen en met andere diensten die bij de fraudebestrijding betrokken zijn.

Vergelijkt men de cijfers van 1999 over het aantal bij de douane ingediende aangiften (meer dan 79 miljoen) met de ontdekte en aan de Commissie meegedeelde gevallen van fraude of onregelmatigheden op het gebied van de traditionele eigen middelen (2752 boven de drempel van 10.000 euro), dan blijkt hoe belangrijk het is dat de douane op een zo breed mogelijk vlak bij fraudebestrijdingsactiviteiten betrokken is. De nauwe arbeidsbetrekking tussen alle betrokken diensten en de onderlinge informatie-uitwisseling, met name op het gebied van de risicoanalyse, zijn belangrijke factoren voor een doeltreffende bestrijding van de douanefraude.

4. DE BESTRIJDING VAN CRIMINELE ACTIVITEITEN

Om een volledig beeld van de douane te schetsen moet ook de belangrijke rol aan bod komen die de douane speelt in de bestrijding van georganiseerde of door individuele personen verrichte criminele activiteiten. In dit document wordt niet gedetailleerd ingegaan op de rol van de douane in de sectoren Justitie en Binnenlandse Zaken, maar worden enkele van de belangrijkste activiteiten beschreven en terreinen onderstreept waaraan in de toekomst aandacht moet worden besteed (zie bijlage).

Op deze terreinen wordt heel veel gedaan en de douane is hier zeer nauw bij betrokken. De sleutelrol van de douane op het gebied van de drugsbestrijding is algemeen bekend. Een intensievere samenwerking op Europees niveau en met derde landen bij de ontwikkeling van technieken voor risicoanalyse en bij de informatie-uitwisseling om de gebruikte routes en de betrokken bendes vast te stellen alsook voor gerichte controles zullen de douane de mogelijkheid geven om dit probleem en andere vormen van smokkel nog beter aan te pakken.

Minder bekend is evenwel dat de douane ook bij de bestrijding van illegale activiteiten een belangrijke rol speelt, en zoals bij:

- witwassen: samenwerking tussen de douane-instanties is belangrijk om grensoverschrijdende stromen van dergelijke geldbedragen te verhinderen en op te sporen;

- pornografie (met name kinderpornografie): de douane draagt ertoe bij het vervoer van dergelijk materiaal te verhinderen en de producenten en consumenten te ontdekken;

- wapensmokkel: de douane draagt ertoe bij om illegaal ingevoerde wapens te identificeren en te confisqueren en de smokkelaars op te sporen;

- toepassing van de internationale sancties: de douane draagt bij tot de toepassing van maatregelen zoals embargo's.

Bovendien zijn de douanediensten op grond van hun ervaring en door hun fysieke aanwezigheid op plaatsen van import en binnenkomst geschikt om bij controles ook in heel wat meer dan de hier genoemde gevallen van illegale activiteiten in te grijpen.

5. DE BELANGRIJKSTE UITDAGINGEN

De belangrijkste uitdaging waarvoor de douane zich geplaatst ziet betreft de vraag hoe aan de uiteenlopende eisen kan worden voldaan in verband met het groeiende aantal controles om de financiële, sociale en industriële belangen van de Gemeenschap te beschermen, maar tegelijkertijd geen onnodige en belastende hindernissen voor de normale economische activiteiten teweeg te brengen.

Dat is alleen maar mogelijk met de beste van de moderne beheersmethoden en door nauwe samenwerking met andere betrokken instanties en met representatieve professionele groeperingen.

Om aan deze uitdagingen het hoofd te bieden moet het gehele proces in ogenschouw worden genomen, te beginnen met de wetgeving en de werkzaamheden op de prioritaire terreinen, die variëren van fundamentele zaken als de opleiding van ambtenaren tot belangrijke investeringen in uitrusting en infrastructuur (computersystemen, containerscanners, enz.).

De vereenvoudiging van de wetgeving is daarbij van bijzondere betekenis en draagt niet alleen bij tot de vermindering van de belasting voor de economische subjecten, maar ook tot de fraudebestrijding. Eenvoudiger voorschriften bieden fraudeurs minder kansen en kunnen tot het opsporen van fraude bijdragen, omdat dergelijke voorschriften voor douanebeambten makkelijker te begrijpen en toe te passen zijn.

Voor al deze gebieden moeten oplossingen gevonden worden, zodat de douane de veiligheid van de burgers in de eengemaakte markt en tegelijkertijd een attractief klimaat voor zaken en investeringen kan waarborgen.

De beschikbaarheid van middelen zal in dit verband bijzonder belangrijk zijn.

6. HULPBRONNEN

Een belangrijke kwestie is die van de personele en financiële hulpbronnen. Voor de kandidaat-landen is dit zelfs in meerdere mate een cruciale factor, vooral in de gevallen waarin met de uitbreiding de buitengrenzen weliswaar minder worden, maar niet noodzakelijkerwijze het werk van de douane minder wordt (de vermindering van de nationale douanewerkzaamheden aan de nationale grensovergangen wordt vaak gecompenseerd door een toename van de activiteiten voor de bescherming van de integriteit van de Gemeenschap en de vergemakkelijking van de handel).

In het belang van de Gemeenschap mogen de zware investeringen die sommige lidstaten voor de verzekering van de integriteit van de buitengrenzen van de Gemeenschap gedaan hebben niet door de schaarse investeringen in andere lidstaten in gevaar worden gebracht. In de toekomst zal dit bijzonder belangrijk voor de kandidaat-landen zijn, met name voor die landen die verantwoordelijk zijn voor de buitengrenzen van de uitgebreide Europese Unie. Bij de investeringen in alle hulpbronnen, maar in het bijzonder de kostbare uitrusting, moet een strategische benadering worden gevolgd die volledig rekening houdt met het kader van de eengemaakte markt.

Uitrustingsstukken, zoals containerscanners, kunnen tot indrukwekkende resultaten leiden, maar door de versnipperde distributie ervan, zoals op dit moment het geval is, zijn de controles weinig samenhangend. Om te voorkomen dat deze investeringen weinig rendabel zijn, daar het frauduleuze goederenvervoer naar minder goed uitgeruste douanekantoren wordt omgeleid, moet een en andere strategischer aangepakt worden. In de toekomst zullen containerscanners draagbaar zijn en goedkoper dan de huidige modellen. Draagbare outillage zal dan een psychologisch afschrikmiddel zijn voor de economische subjecten in de internationale handel die de regels proberen te omzeilen. Er zij op gewezen dat scanners hier slechts als voorbeeld worden genoemd; hetzelfde geldt voor de middelen die naar opleiding en informatisering gaan.

Investeringen in de douane kunnen zeer snel rendabel zijn. De nieuwe containerscanner die onlangs in Rotterdam is geïnstalleerd, kostte minder dan 14 miljoen euro en werd in 1999 voor 12000 containers gebruikt, met als resultaat dat in de eerste zes maanden meer dan 20 miljoen euro aan douanerechten, BTW en accijnzen kon worden geïnd en talrijke gevallen van smokkel werden ontdekt.

Verder is het dienstig om in samenhang met de veranderende rol van de Commissie de mogelijkheden van externalisering van bepaalde activiteiten in overweging te nemen, in het bijzonder het beheer van programm's voor de ontwikkeling van de samenwerking in de douane-unie.

7. STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN

De strategische doelstellingen van de Douane-unie in de komende jaren zouden als volgt kunnen worden gedefinieerd:

(1) totstandbrenging van een kader voor de ontwikkeling van de internationale handel, gebaseerd op transparante en vaste regels die op coherente wijze worden toegepast

(2) de Gemeenschap en de lidstaten van budgettaire middelen voorzien

(3) bescherming van de samenleving tegen oneerlijke internationale handelspraktijken en tegen schade, vooral waar het financiële, commerciële, volksgezondheids-, culturele en milieubelangen betreft.

Om deze doelstellingen effectief te realiseren heeft de douane een onbureaucratische omgeving nodig, die met minder papier uitkomt, en volledig geharmoniseerde, duidelijke rechtsregels, die een aanvaardbare mate van controle bieden en - met inachtneming van het principe van gelijke behandeling - aan de specifieke behoeften van individuele operators aangepast kunnen worden.

Bij dit concept is het gebruik van informatietechnologie van essentieel belang. Even belangrijk is het om een geloofwaardige strategie voor informatienetwerken en de algemene toepassing van informatietechnologie in de douane-unie te ontwikkelen (e-douane).

Dit concept moet in een globaal automatiseringsprogramma worden opgenomen, dat met voorrang wordt behandeld. Met een goed werkend geautomatiseerd systeem zal er een betrouwbare informatie-uitwisseling mogelijk zijn tussen de douaneadministraties en tussen de economische subjecten en de betrokken administraties. In dit verband moeten alle beschikbare hulpbronnen volledig worden benut en met name moeten de Commissie en de nationale administraties elkaar bij de ontwikkeling van computersystemen in hun samenwerking aanvullen en hun interoperabiliteit bevorderen.

Voor de administratieve procedures is er een verdere rationalisering nodig, waardoor er wijzigingen in het douanerecht van de Gemeenschap moeten worden aangebracht. Het is bijvoorbeeld van essentieel belang dat de toekomstige voorstellen inzake douanewetgeving die betrekking hebben op andere communautaire beleidsvormen, zoals landbouw en visserij, meer rekening houden met de uitwerking van de beoogde maatregelen op de beginselen en doelstellingen van de desbetreffende communautaire beleidsvormen. Verder moet de douane-unie waarborgen, dat er met voorstellen voor rechtsregels op andere gebieden van het communautair beleid, die voor de tenuitvoerlegging ervan samenwerking met de douane noodzakelijk maken, meer rekening wordt gehouden.

De douaneadministraties vormen de interface van de wereldhandel en moeten rekening houden met de eisen van internationale forums zoals de G-7 inzake vereenvoudiging van het handelsverkeer, alsook met de voorstellen van de Werelddouane-organisatie voor een vereenvoudiging van de douaneprocedures, zoals bijvoorbeeld in het geval van de Overeenkomst van Kyoto. Bijzondere aandacht verdient daarbij de discussie over een "een-venster-technologie" (single window approach), waarbij de douane voor al het handelsverkeer als eerste contact van de economische subjecten fungeert. Een dergelijke aanpak stelt de economische subjecten in staat tijd en geld te besparen en biedt tegelijkertijd de beste garantie, dat internationale goederen aan het controlesysteem onderworpen worden.

Een belangrijke rol is weggelegd voor de douane waar het gaat om fraudebestrijding (inclusief de fraude met BTW en accijnzen), de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit en het ontwikkelen van een coherente strategie voor douaneactiviteiten op nationaal en communautair niveau. Een nauwere samenwerking en samenhang van de maatregelen op deze gebieden zal daarvoor noodzakelijk zijn.

8. VOORSTELLEN VOOR MAATREGELEN

De onderstaande voorstellen vloeien voort uit de vastgelegde strategische doelstellingen en geven een overzicht van de belangrijkste voorgestelde maatregelen. Een meer gedetailleerde verdeling is in de bijlage opgenomen. De voorstellen moeten in samenhang met de principes betreffende de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de Commissie en de lidstaten op dit gebied worden opgevat, in het bijzonder met de huidige werkzaamheden in het kader van het Programma Douane 2002, alsook met het vorige hoofdstuk over de hulpbronnen.

De vijf belangrijkste gebieden zijn:

8.1 Wetgeving

De douanevoorschriften zijn al behoorlijk uitgewerkt, maar moeten voortdurend aangepast worden om met fraude en veranderende economische tendensen rekening te houden. In deze sector moet meer nadruk worden gelegd op de bevordering van het gebruik van moderne technieken en op een betere verspreiding van informatie, zodat douanebeambten en economische subjecten geholpen worden om de voorschriften op coherente wijze toe te passen.

Tot de sleutelgebieden behoren:

- verdere vereenvoudiging en rationalisering van de wetgeving

- de waarborging dat alle relevante voorschriften het gebruik van elektronische gegevens mogelijk maken

- het in een vroeg stadium betrekken van de economische subjecten bij de voorbereiding van de voorschriften

- verbetering van de verbinding tussen de voorschriften en de tenuitvoerlegging ervan

- de opstelling van richtlijnen om de economische subjecten bij gecompliceerde voorschriften te helpen

- verdere harmonisering van de sancties

8.2 Operationele maatregelen

Het is weliswaar zo dat uniforme douanevoorschriften in voldoende mate aanwezig zijn, maar datzelfde geldt niet voor de procedures, zoals de economische subjecten en de fraudeurs maar al te goed weten.

Tot de sleutelgebieden behoren:

- verbetering van de controlestandaards

- verbetering van de praktische samenwerking tussen de douanediensten

- een betere toepassing van de bestaande controles door specifieke probleemgebieden aan te pakken

- een beter gebruik van de risicoanalyse, in het bijzonder wat betreft de economische subjecten

- intensievere bescherming tegen namaak en piraterij

- bestrijding van valse oorsprongsvermelding

- voltooiing van de invoering van het Nieuwe Systeem voor Geautomatiseerd Douanevervoer

- ontwikkeling van een nieuwe IT-strategie voor een papierloos douanebeheer en een grotere interoperabiliteit tussen de nationale systemen

- verbetering van de samenwerking tussen douane en andere administraties (belastingen, politie, enz.)

- de ontwikkeling van gemeenschappelijke auditmodules tussen de Commissie en de lidstaten

8.3 Betere dienstverlening aan het bedrijfsleven

Nauwere betrekkingen tussen de douane en het bedrijfsleven zijn noodzakelijk om de vooral als gevolg van de elektronische handel verwachte groei van het internationale handelsverkeer aan te kunnen.

De sleutelactiviteiten omvatten:

- vereenvoudiging en harmonisering van de procedures

- beschikbaarstelling van elektronische toegang tot douane-informatie, met name tariefinformatie

- voortzetting van de werkzaamheden voor de vergemakkelijking van het handelsverkeer

- raadplegingen en convenantenprogramma's ter versterking van de samenwerking

8.4 Opleiding

Opleidingsactiviteiten zijn niet alleen voor douanebeambten noodzakelijk, maar ook voor de economische subjecten, omdat beide bij de controle betrokken zijn.

Deze activiteiten vragen om investeringen in personele middelen en dienen plaats te hebben in het kader van een permanente educatie.

De sleutelgebieden omvatten:

- de voltooiing van de werkzaamheden aan gemeenschappelijke opleidingsmodules

- voltooiing van de haalbaarheidsstudie voor een Europese douaneacademie

- de opleiding richten op probleemgebieden en de ondersteuning van de inspanningen van de economische subjecten om aan de gestelde eisen te voldoen

8.5 Internationale rol van de douane

De sleutelgebieden omvatten:

- Een passende vertegenwoordiging van de Gemeenschap op de internationale fora voor douanezaken (Werelddouaneorganisatie, Wereldhandelsorganisatie, G7, enz.). De huidige inspanningen gericht op het lidmaatschap van de Gemeenschap in de WDO passen in dit kader. Bovendien moeten er in het kader van de WTO-onderhandelingen voor de vereenvoudiging van het handelsverkeer regels ontwikkeld worden voor vereenvoudigde handels- en douaneprocedures en wereldwijd uitmonden in het aannemen van eenvoudige in- en uitvoervoorschriften.

- Bevordering van de internationale samenwerking. De meeste van deze maatregelen concentreren zich op de verdere tenuitvoerlegging van de pretoetredingsstrategie om de kandidaat-landen op de uitbreiding voor te bereiden. Maatregelen voor de bevordering van de douanesamenwerking zijn nodig om het handelsverkeer te verbeteren en de fraudebestrijding te intensiveren. Daarvoor moeten de mogelijkheden, die geboden door de overeenkomst betreffende douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand, die de Gemeenschap met enkele van haar belangrijkste handelspartners heeft gesloten, in volle omvang benut worden. Deze overeenkomsten zullen aangevuld worden door akkoorden met andere landen, met name China.

9. CONCLUSIES

De douane moet zich aan een veranderend klimaat aanpassen. Om de daarvoor noodzakelijke maatregelen te kunnen nemen, zoals in deze mededeling werd beschreven, is de douane aangewezen op de ondersteuning door de Europese instellingen, de lidstaten en de betrokken bedrijfskringen.

BIJLAGE

VOORSTELLEN VOOR MAATREGELEN

1. WETGEVING

a) fraudebestendigheid van bestaande en nieuwe wetgeving

- opstelling van een handleiding en ondersteunende dienstverlening voor wetgevers die rechtsregels opstellen die door de douane moeten worden toegepast

- invoering van een feedback-systeem, van de douaneadministraties en de bedrijven voor tekortkomingen/moeilijkheden in verband met de wetgeving

- verbetering van de coherentie tussen de douanevoorschriften en de regels voor indirecte belastingen en verbetering van de administratieve samenwerking tussen de douane en de belastingautoriteiten;

b) aanpassing van de wetgeving om de belasting voor de economische subjecten te verminderen:

- invoering van algemeen toepasbare, vereenvoudigde procedures op basis van de betrouwbaarheid van de marktdeelnemers

- verdere aanpassing van de wetgeving met het oog op het gebruik van elektronische aangiften in plaats van op papier

- verdere vereenvoudiging en rationalisering van de gecombineerde nomenclatuur

- verdere vereenvoudiging en modernisering van de douaneprocedures (economische douaneregelingen, douanevervoer, oorsprong)

- voortzetting van het werk voor de harmonisering van sancties

c) waar nodig garanderen dat er, wanneer er nieuwe wetgeving wordt aangenomen, wordt gezorgd voor opleidingsacties/richtsnoeren/handboeken, zowel voor de douaneadministraties als voor de economische subjecten.

2 OPERATIONELE MAATREGELEN

Vergroting van de efficiency van de douaneprocedures, in het bijzonder van de controles, door:

a) een grotere standaardisering van de controles, met inbegrip van:

- het invoeren van standaards voor de verschillende soorten van controles (controle van papieren en personen, audits, enz.)

- invoering van een mechanisme voor een betere toepassing van de nieuwe controles (contact netwerk en kant-en-klare controlesystemen)

- harmonisatie van de normen die door de douanelaboratoria worden gehanteerd

b) verbeterde toepassing van de bestaande controles

- analyse van de bestaande communautaire controles en aanpak van specifieke probleemgebieden (via opleiding, handleidingen, enz.)

- verbetering van de informatiestroom en de bijstand tussen de douaneadministraties van de lidstaten en de Commissie (met name zouden alle douanekantoren actuele informatie over tarieven en controles elektronisch moeten kunnen ontvangen en doorsturen)

- verbetering van de informatie-uitwisseling met douaneadministraties over transacties die belangrijk zijn voor het opsporen van fiscale fraude

- verbeterd gebruik van de risicoanalyse, in het bijzonder bij:

- de beoordeling van de economische subjecten

- het opstellen van profielen

- de uitwisseling van informatie

- controles van de export op basis van risicoanalyse om fraude, en met name fiscale fraude op te sporen

- verbetering van de praktische samenwerking tussen de lidstaten door de uitbreiding van het project voor samenwerking tussen de havens (RALFH [12]) tot andere havens en de tenuitvoerlegging van een soortgelijk project voor de belangrijkste internationale luchthavens.

[12] In het kader van Douane 2002 gefinancierd project voor de verbetering van de praktische samenwerking tussen de havens van Rotterdam, Antwerpen, Le Havre, Felixstowe en Hamburg (met name informatieuitwisseling over risicoanalyse, ervaring met het gebruik van containerscanners, enz.).

c) voltooiing van de invoering van het Nieuwe Systeem voor Geautomatiseerd Douanevervoer (NCTS)

Dit werk zal niet alleen de controles en de diensten die aan de operators van het douanevervoer aangeboden worden, aanzienlijk verbeteren, maar ook een groot deel van de informatica-infrastructuur tot stand brengen, die de beschikbaarheid van informatie voor de douane en de economische subjecten aanzienlijk zal verbeteren. Dit is een effectieve maatregel ter voorbereiding van de ontwikkeling van een echt geïnformatiseerd douanenetwerk en het computerplatform "gemeenschappelijk douanenetwerk/gemeenschappelijke systeeminterface" (CCN/CSI), die de basis voor vele nieuwe initiatieven vormen.

d) ontwikkeling van een nieuwe IT-strategie, om:

- voort te bouwen op de NCTS-maatregelen om de modernisering en een beter gebruik van de middelen op andere gebieden te bevorderen, met name via CCN/CSI

- de invoering te ondersteunen van een onbureaucratische omgeving, waardoor het gebruik van papieren documenten tot een minimum worden beperkt

- elektronisch (internet, enz.) actuele en transparante informatie beschikbaar te maken

- de interoperabiliteit en de wederzijdse aanvulling van de communautaire elementen in de nationale computersystemen van de lidstaten te bevorderen

e) het vaststellen van aan de communautaire grenzen benodigde douanemiddelen (bijvoorbeeld outillage) en het formuleren van aanbevelingen terzake

f) het ontwikkelen van verdere activiteiten ter bevordering van de samenwerking tussen de douane en andere administraties (politie-, immigratie-, gezondheids-, milieu-, en andere instanties)

g) gezamenlijke maatregelen ter bestrijding van activiteiten van de georganiseerde misdaad die de douane betreffen

h) verbetering van de samenhang tussen douane- en belastingactiviteiten

3. VERBETERING VAN DE DIENSTVERLENING AAN BEDRIJVEN

a) samenwerking met het bedrijfsleven om de douaneprocedures waar mogelijk te vereenvoudigen

b) de economische subjecten elektronische toegang te geven tot informatie op douanegebied, met name tot de geconsolideerde versie van het douanewetboek, het douanetarief en de uitvoeringsbepalingen

c) financiering van "benchmarking" en formulering van aanbevelingen om het gebruik van het "single window concept" aan te moedigen

d) nauwere samenwerking met de economische subjecten met het oog op het ontwikkelen en bevorderen van activiteiten ter vereenvoudiging van het handelsverkeer

e) het bevorderen van convenantenprogramma's tussen operators en douaneadministraties

f) verbetering van het overleg met de sector over alle relevante maatregelen van deze strategie

4. OPLEIDING

a) een douaneacademie

Op basis van een haalbaarheidsstudie wordt de wenselijkheid van de oprichting van een douaneacademie onderzocht.

b) vervollediging van de gemeenschappelijke opleidingsmodules

c) het concentreren van de opleiding op probleemgebieden

5. DE INTERNATIONALE ROL VAN DE DOUANE

a) zorgen voor een adequate vertegenwoordiging van de Gemeenschap op de internationale fora die douanevraagstukken behandelen (Werelddouaneorganisatie, Wereldhandelsorganisatie, G7, enz.)

b) het bevorderen van internationale douanesamenwerking.