31.3.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 80/28 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/462 VAN DE COMMISSIE
van 30 maart 2016
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 324/2008 van de Commissie tot vaststelling van herziene procedures voor de uitvoering van inspecties van de Commissie op het gebied van de maritieme beveiliging
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten (1), en met name artikel 9, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Commissie dient door middel van inspecties toezicht uit te oefenen op de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 725/2004 en Richtlijn 2005/65/EG van het Europees Parlement en de Raad (2) door de lidstaten. Het organiseren van inspecties onder toezicht van de Commissie is noodzakelijk om de doeltreffendheid van nationale systemen voor kwaliteitscontrole en van maatregelen, procedures en structuren voor de maritieme beveiliging te verifiëren. |
(2) |
De Commissie wordt bij de uitvoering van haar inspectietaken bijgestaan door het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid, dat is opgericht bij Verordening (EG) nr. 1406/2002 van het Europees Parlement en de Raad (3). Voor de uitvoering van inspecties in het kader van de Europese Economische Ruimte (EER) doet de Commissie overeenkomstig Besluit nr. 116/2008 (4) van het Gemengd Comité van de EER een beroep op door de landen van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) opgegeven nationale inspecteurs. |
(3) |
Bij Verordening (EG) nr. 324/2008 (5) zijn procedures vastgesteld om ervoor te zorgen dat de inspecties van de Commissie op het gebied van maritieme beveiliging op doorzichtige, doeltreffende, geharmoniseerde en samenhangende wijze verlopen. |
(4) |
In het licht van de sinds 2008 opgedane ervaring moet worden gewaarborgd dat de inspecties van de Commissie op grond van Verordening (EG) nr. 324/2008 op samenhangende wijze worden uitgevoerd overeenkomstig de vastgestelde procedure, met inbegrip van een standaardmethode. Er moeten efficiënte en transparante maatregelen worden vastgesteld om de samenwerking met de lidstaten en de uitoefening van de bevoegdheden van de Commissie te verbeteren. |
(5) |
De definities van de begrippen die in het kader van de inspecties van de Commissie worden gebruikt, moeten worden verbeterd. De herziening heeft geen invloed op de draagwijdte van de inspecties. |
(6) |
De Commissie en de lidstaten dienen samen te werken tijdens de voorbereiding en uitvoering van de inspecties van de Commissie. |
(7) |
De Commissie moet de mogelijkheid krijgen om in haar inspectieteams gekwalificeerde nationale inspecteurs op te nemen die door de lidstaten ter beschikking worden gesteld en aan de vereiste bekwaamheids- en opleidingscriteria voldoen. |
(8) |
Om de transparantie en efficiëntie van de inspecties door de Commissie te waarborgen moeten de regels duidelijk zijn en worden verbeterd, met name voor inspecties van een schip in een andere EU-haven dan de haven van inscheping. De regels voor de inspectie van schepen die een EU-vlag voeren op plaatsen buiten de EU moeten worden verduidelijkt in het licht van de specifieke logistieke beperkingen van dergelijke inspecties. |
(9) |
Er moeten strenge veiligheidsmaatregelen worden vastgesteld voor de behandeling van gevoelige maar niet-gerubriceerde informatie in verband met inspecties om de vertrouwelijkheid en geheimhouding van die informatie te waarborgen. |
(10) |
Verordening (EG) nr. 324/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(11) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 11, lid 1, van Verordening (EG) nr. 725/2004 ingestelde comité, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijzigingen in Verordening (EG) nr. 324/2008
Verordening (EG) nr. 324/2008 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
|
2) |
Artikel 3 wordt vervangen door: „Artikel 3 Medewerking door de lidstaten 1. Onverminderd de verantwoordelijkheden van de Commissie verlenen de lidstaten hun medewerking aan de Commissie bij de vervulling van haar inspectietaken. Deze medewerking vindt plaats tijdens de voorbereidings-, toezichts- en verslagleggingsfase. 2. De lidstaten nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de aankondiging van een inspectie:
|
3) |
Artikel 4, lid 2, wordt vervangen door: „2. Elke lidstaat zorgt ervoor dat inspecteurs van de Commissie desgevraagd tijdig toegang krijgen tot de relevante veiligheidsdocumenten die zij voor de uitvoering van inspectietaken nodig hebben en met name:
|
4) |
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
|
5) |
Artikel 6 wordt vervangen door: „Artikel 6 Technische bijstand van het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid bij inspecties van de Commissie Bij de verlening van technische bijstand aan de Commissie overeenkomstig artikel 2, lid 2, onder b), van Verordening (EG) nr. 1406/2002, stelt het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid technische experts beschikbaar voor deelname aan inspecties van de Commissie, met inbegrip van de voorbereidende en de verslagleggingsfase.”. |
6) |
Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:
|
7) |
Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:
|
8) |
Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:
|
9) |
In artikel 11 worden de leden 4 en 5 vervangen door: „4. Bij de beoordeling van de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 725/2004 en Richtlijn 2005/65/EG overeenkomstig de onderhavige verordening worden de bevindingen ingedeeld in één van de volgende categorieën:
5. Het verslag bevat een overzicht van de bevindingen betreffende de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 725/2004 en Richtlijn 2005/65/EG die overeenkomstig deze verordening zijn aangemerkt als „ernstige afwijking”, „afwijking”, „in overeenstemming, doch verbetering wenselijk” en „niet bevestigd”. Het verslag kan aanbevelingen bevatten voor corrigerende maatregelen.”. |
10) |
Aan artikel 12 wordt het volgende lid 3 toegevoegd: „3. Wanneer een lidstaat onmiddellijke corrigerende maatregelen voorstelt om een geconstateerd ernstig gebrek weg te werken, stelt hij de Commissie onverwijld en voorafgaand aan de opstelling van het inspectieverslag van de Commissie in kennis van die maatregelen. In dat geval wordt in het verslag melding gemaakt van de door de lidstaat genomen corrigerende maatregelen. Wanneer slechts voorlopige maatregelen worden genomen, stelt de lidstaat de Commissie daar onverwijld van in kennis, met vermelding van de termijn voor de uitvoering van volledige en definitieve corrigerende maatregelen.”. |
11) |
De artikelen 14 en 15 worden vervangen door: „Artikel 14 Vertrouwelijke informatie Overeenkomstig de bestaande geldende regels neemt de Commissie, bij de uitvoering van inspecties op het gebied van maritieme beveiliging, passende maatregelen ter bescherming van gerubriceerde informatie waar zij toegang toe heeft of die haar door de lidstaten is meegedeeld. De lidstaten nemen vergelijkbare maatregelen overeenkomstig hun nationale wetgeving. Gevoelige maar niet-gerubriceerde informatie mag worden uitgewisseld tussen de lidstaten en de Commissie indien zij die informatie beschermen overeenkomstig de geldende eisen om de vertrouwelijkheid daarvan te waarborgen. Artikel 15 Inspectieprogramma van de Commissie 1. De Commissie vraagt het comité om advies over de prioriteiten bij de uitvoering van haar inspectieprogramma. 2. De Commissie licht het comité regelmatig in over de uitvoering van haar inspectieprogramma alsmede over de resultaten van de inspecties. Zij wisselt tijdens de inspecties geconstateerde goede praktijken uit met de lidstaten. De inspectieverslagen worden normaal gezien ter beschikking gesteld van het comité:
|
12) |
Artikel 16, lid 1, wordt vervangen door: „Wanneer bij een inspectie een ernstige afwijking van Verordening (EG) nr. 725/2004 of Richtlijn 2005/65/EG aan het licht komt dat geacht wordt een wezenlijke invloed te hebben op het algemene niveau van maritieme beveiliging in de Unie en dat niet onmiddellijk, op zijn minst met voorlopige corrigerende maatregelen, kan worden opgelost, brengt de Commissie de andere lidstaten op de hoogte nadat zij de betrokken lidstaat in kennis heeft gesteld van het geconstateerde ernstige gebrek.”. |
Artikel 2
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 30 maart 2016.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 129 van 29.4.2004, blz. 6.
(2) Richtlijn 2005/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende het verhogen van de veiligheid van havens (PB L 310 van 25.11.2005, blz. 28).
(3) Verordening (EG) nr. 1406/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (PB L 208 van 5.8.2002, blz. 1).
(4) Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 116/2008 van 7 november 2008 tot wijziging van bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst (PB L 339 van 18.12.2008, blz. 106).
(5) Verordening (EG) nr. 324/2008 van de Commissie van 9 april 2008 tot vaststelling van herziene procedures voor de uitvoering van inspecties van de Commissie op het gebied van de maritieme beveiliging (PB L 98 van 10.4.2008, blz. 5).