28.3.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 85/1


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/504 VAN DE COMMISSIE

van 11 maart 2015

tot uitvoering van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de administratieve voorschriften voor de goedkeuring van en het markttoezicht op landbouw- en bosbouwvoertuigen

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 5 februari 2013 inzake de goedkeuring van en het markttoezicht op landbouw- en bosbouwvoertuigen (1), en met name artikel 22, lid 4, artikel 24, lid 4, artikel 25, leden 2, 3 en 6, artikel 27, lid 1, artikel 33, lid 2, artikel 34, lid 3, artikel 35, lid 4, artikel 45, lid 2, artikel 46, lid 3, en artikel 53, lid 8,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Deze verordening bevat de gedetailleerde administratieve voorschriften inzake de modellen voor het informatiedossier en het inlichtingenformulier; het model voor het certificaat betreffende de toegang tot boorddiagnose- en tot reparatie- en onderhoudsinformatie; de modellen voor het certificaat van overeenstemming; de modellen voor de voorgeschreven plaat en voor het EU-typegoedkeuringsmerk; de modellen voor het EU-typegoedkeuringscertificaat en voor de daarbij gevoegde lijst van toepasselijke voorschriften of regelgevingshandelingen; het nummeringssysteem voor EU-typegoedkeuringscertificaten; het model voor het bij het EU-typegoedkeuringscertificaat gevoegde formulier met restresultaten; de algemene voorschriften voor het formaat van testrapporten; de lijst van voertuigdelen en uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen; alle aspecten die verband houden met de vergunningsprocedure voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen, alsook het model voor het certificaat voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen; en het nummeringssysteem voor certificaten voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen.

(2)

In tegenstelling tot Richtlijn 2003/37/EG van het Europees Parlement en de Raad (2) bevat Verordening (EU) nr. 167/2013 een volledige set voorschriften die betrekking hebben op een aanvraag voor EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig voor alle categorieën landbouw- en bosbouwvoertuigen. Er moet worden voorzien in administratieve modellen voor gebruik bij de EU-typegoedkeuringsprocedures.

(3)

Sinds de opstelling van de in het kader van de typegoedkeuringsprocedures gebruikte modellen in Richtlijn 2003/37/EG van het Europees Parlement en de Raad zijn nieuwe voertuigtechnologieën ingevoerd. De modellen voor gebruik bij de EU-typegoedkeuringsprocedures moeten bijgevolg worden aangepast.

(4)

Om de door de fabrikant gekozen procedure voor de aanvraag van een typegoedkeuring aan te geven, moet een nieuw model voor een „formulier voor het informatiedossier” worden ingevoerd.

(5)

Om ervoor te zorgen dat onafhankelijke marktdeelnemers redelijke toegang hebben tot reparatie-informatie, met inbegrip van informatie betreffende boorddiagnosesystemen en de interactie daarvan met andere voertuigsystemen, moeten de fabrikanten niet-discriminatoire toegang tot die informatie bieden en ten overstaan van de goedkeuringsinstanties aantonen dat zij aan die verplichting voldoen. Er moet een model worden vastgesteld voor een certificaat van de fabrikant waarmee dit wordt aangetoond.

(6)

Er moeten drie modellen voor een certificaat van overeenstemming ter beschikking worden gesteld, overeenkomstig de typegoedkeuringsprocedures voor complete, voltooide en incomplete voertuigen.

(7)

Om aan te tonen dat trekkers waarvoor typegoedkeuring is verleend met erop aangebrachte machines, alsook voertuigen van de categorieën R en S een bevredigend niveau van veiligheid bieden, moet het deel van de documentatie met het technisch dossier voor machines als omschreven in bijlage VII bij Richtlijn 2006/42/EG van het Europees Parlement en de Raad (3) in het informatiedossier worden opgenomen. Bovendien moet de EG-verklaring van overeenstemming van de aangebrachte machines bij het certificaat van overeenstemming van het voertuig worden gevoegd.

(8)

Ter vereenvoudiging van het meest voorkomende EU-typegoedkeuringscertificaat moet een nieuw model worden ontwikkeld dat uitsluitend dient voor EU-typegoedkeuring voor een geheel voertuig van een compleet voertuigtype, terwijl voor de andere combinaties van voertuigtypen een ander model van het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een geheel voertuig moet worden vastgesteld.

(9)

Ter harmonisatie en vereenvoudiging van de modellen waarin eerder in afzonderlijke richtlijnen van de Unie voor elk type van systeem werd voorzien, moet één enkel model voor het EU-typegoedkeuringscertificaat worden vastgesteld dat voor elk type systeem kan worden toegepast. Om dezelfde redenen moet een ander eenvormig model worden vastgesteld voor onderdelen en technische eenheden.

(10)

Het nummeringssysteem voor de EU-typegoedkeuringscertificaten waarin wordt voorzien in Richtlijn 2003/37/EG moet worden gewijzigd om rekening te houden met de nieuwe structuur van de handelingen met voorschriften voor typegoedkeuring waarvan moet worden bevestigd dat eraan wordt voldaan.

(11)

Voor een geharmoniseerde voorstelling van de meest relevante informatie inzake de naleving van de technische voorschriften van Verordening (EU) nr. 167/2013 en de krachtens die verordening aangenomen gedelegeerde handelingen, moeten algemene minimumvoorschriften voor het formaat van de testrapporten worden vastgesteld.

(12)

Om dezelfde reden moeten de technische diensten bij het opstellen van de testrapporten inzake technische voorschriften in de krachtens Verordening (EU) nr. 167/2013 aangenomen gedelegeerde handelingen die gebaseerd zijn op voorschriften in internationale regelgeving of EN/ISO-normen, als richtsnoer gebruikmaken van de modellen van de testrapporten in die internationale regelgeving of EN/ISO-norm.

(13)

Om de lasten voor de fabrikanten te beperken, moet bij een verzoek om typegoedkeuring krachtens Verordening (EU) nr. 167/2013 worden aanvaard dat testrapporten van bepaalde onderdelen en technische eenheden worden voorgelegd die zijn afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2003/37/EG, Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad (4), Richtlijn 97/68/EG van het Europees Parlement en de Raad (5), Verordening (EU) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad (6) of internationale regelgeving als vermeld in hoofdstuk XIII van Verordening (EU) nr. 167/2013 en in de gedelegeerde en uitvoeringshandelingen die krachtens die verordening zijn aangenomen, mits sinds het ogenblik waarop de test is uitgevoerd noch de materiële voorschriften noch de voorschriften inzake de testprocedures zijn gewijzigd.

(14)

De maatregelen van deze verordening zijn in overeenstemming met het advies van het in artikel 69, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013 vermelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp

Deze verordening voorziet in de uitvoeringsmaatregelen als bedoeld in artikel 68 van Verordening (EU) nr. 167/2013 om uniforme voorwaarden vast te stellen voor de tenuitvoerlegging van de administratieve voorschriften voor de goedkeuring van nieuwe landbouw- en bosbouwvoertuigen en systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn ontworpen en gebouwd, alsook voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van systemen die essentieel zijn voor de veiligheid van het voertuig of voor zijn milieuprestaties.

Artikel 2

Model voor het inlichtingenformulier en het informatiedossier

Een fabrikant die een aanvraag doet voor EU-typegoedkeuring verstrekt het inlichtingenformulier en het informatiedossier als bedoeld in artikel 22, lid 1, en artikel 22, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 167/2013 op basis van het model in bijlage I bij deze verordening.

Artikel 3

Model voor het certificaat van de fabrikant met betrekking tot toegang tot boorddiagnose- (OBD-) en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Een fabrikant waarop artikel 53, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013 van toepassing is en die een aanvraag doet voor EU-typegoedkeuring, verstrekt aan de goedkeuringsinstantie een certificaat betreffende de toegang tot OBD- en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig overeenkomstig artikel 53, lid 8, van die verordening, op basis van het model in bijlage II bij deze verordening.

Artikel 4

Modellen voor het certificaat van overeenstemming

De fabrikant verstrekt het in artikel 33, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde certificaat van overeenstemming overeenkomstig de modellen in bijlage III bij deze verordening.

Artikel 5

Modellen voor de voorgeschreven plaat en het EU-typegoedkeuringsmerk

De fabrikant verstrekt de in artikel 34, leden 1 en 2, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde voorgeschreven plaat en het EU-typegoedkeuringsmerk overeenkomstig de modellen in bijlage IV bij deze verordening.

Artikel 6

Modellen voor het EU-typegoedkeuringscertificaat

Goedkeuringsinstanties verstrekken de in artikel 25, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde EU-typegoedkeuringscertificaten overeenkomstig de modellen in bijlage V bij deze verordening.

Artikel 7

Nummeringssysteem voor EU-typegoedkeuringscertificaten

De EU-typegoedkeuringscertificaten worden genummerd overeenkomstig bijlage VI.

Artikel 8

Model voor het formulier met testresultaten

Goedkeuringsinstanties verstrekken het in artikel 25, lid 3, onder a), van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde formulier met testresultaten overeenkomstig het model in bijlage VII bij deze verordening.

Artikel 9

Formaat van de testrapporten

1.   Het formaat van de in artikel 27, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde testverslagen voldoet aan de algemene voorschriften in bijlage VIII bij deze verordening.

2.   Bestaande testrapporten voor onderdelen en technische eenheden die zijn afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2003/37/EG, Richtlijn 2007/46/EG, Richtlijn 97/68/EG, Verordening (EU) nr. 595/2009 of internationale regelgeving als vermeld in hoofdstuk XIII van Verordening (EU) nr. 167/2013 en in de gedelegeerde en uitvoeringshandelingen die krachtens die verordening zijn aangenomen, worden aanvaard voor de typegoedkeuring krachtens Verordening (EU) nr. 167/2013, mits sinds het ogenblik waarop de test is uitgevoerd noch de materiële voorschriften noch de voorschriften inzake de testprocedures zijn gewijzigd. Testrapporten die aan deze voorwaarden voldoen, worden in bijlage VIII bij deze verordening vermeld.

Artikel 10

Lijst van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

De in artikel 45, lid 2, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde lijst van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van systemen die essentieel zijn voor de veiligheid van het voertuig of voor zijn milieuprestaties, is opgenomen in bijlage IX bij deze verordening.

Artikel 11

Model voor het certificaat voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

Goedkeuringsinstanties verstrekken het in artikel 46, lid 2, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde certificaat voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van systemen die essentieel zijn voor de veiligheid van het voertuig of voor zijn milieuprestaties overeenkomstig het model in bijlage X bij deze verordening.

Artikel 12

Nummeringssysteem voor certificaten voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

Certificaten voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van systemen die essentieel zijn voor de veiligheid van het voertuig of voor zijn milieuprestaties, worden genummerd overeenkomstig bijlage XI.

Artikel 13

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2016.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 maart 2015.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 60 van 2.3.2013, blz. 1.

(2)  Richtlijn 2003/37/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 betreffende de typegoedkeuring van landbouw- of bosbouwtrekkers en aanhangwagens, verwisselbare getrokken machines, systemen, onderdelen en technische eenheden daarvan en tot intrekking van Richtlijn 74/150/EEG van de Raad (PB L 171 van 9.7.2003, blz. 1).

(3)  Richtlijn 2006/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende machines en tot wijziging van Richtlijn 95/16/EG (herschikking) (PB L 157 van 9.6.2006, blz. 24).

(4)  Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 september 2007 tot vaststelling van een kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (Kaderrichtlijn) (PB L 263 van 9.10.2007, blz. 1).

(5)  Richtlijn 97/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1997 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines (PB L 59 van 27.2.1998, blz. 1).

(6)  Verordening (EG) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen en motoren met betrekking tot emissies van zware bedrijfsvoertuigen (Euro VI) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 715/2007 en Richtlijn 2007/46/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 80/1269/EEG, 2005/55/EG en 2005/78/EG (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 1).


LIJST VAN BIJLAGEN

Nummer bijlage

Titel van bijlage

Bladzijde

I

Model voor het inlichtingenformulier en het informatiedossier

7

II

Model voor het certificaat van de fabrikant met betrekking tot toegang tot boorddiagnose- (OBD-) en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

132

III

Modellen voor het certificaat van overeenstemming

135

IV

Modellen voor de voorgeschreven plaat en het EU-typegoedkeuringsmerk

155

V

Modellen voor het EU-typegoedkeuringscertificaat

161

VI

Nummeringssysteem voor EU-typegoedkeuringscertificaten

180

VII

Model voor het formulier met testresultaten

184

VIII

Formaat van de testrapporten

188

IX

Lijst van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

193

X

Model voor het certificaat voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

194

XI

Nummeringssysteem voor certificaten voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

197


BIJLAGE I

Model voor het inlichtingenformulier en het informatiedossier

Lijst van de aanhangsels

Nummer aanhangsel

Titel aanhangsel

Bladzijde

1

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van een motor/motorfamilie (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

64

2

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor het externe geluidsniveau (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

75

3

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een motor/motorfamilie als onderdeel/technische eenheid

78

4

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type informatiesysteem voor de bestuurder (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

89

5

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

90

6

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor elektromagnetische compatibiliteit (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

92

7

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van (een) geluidssignaalinrichting(en) (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

93

8

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van een achteruitkijkspiegel (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

94

9

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van een rupsonderstel (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

96

10

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van elektromagnetische compatibiliteit van elektrische/elektronische subeenheden als technische eenheid

100

11

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van extra gewichten als onderdeel/technische eenheid

101

12

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een zijdelingse beschermingsinrichting of een beschermingsinrichting aan de achterzijde als onderdeel/technische eenheid

102

13

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een band als onderdeel

103

14

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een mechanische koppeling als onderdeel/technische eenheid

104

15

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type remsysteem (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

106

16

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de blootstelling van de bestuurder aan geluidsniveaus (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

113

17

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een systeem voor gordelverankeringen (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

114

18

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem ter bescherming tegen gevaarlijke stoffen (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

117

19

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) als technische eenheid

118

20

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een voorziening ter bescherming tegen vallende voorwerpen (FOPS) als technische eenheid

121

21

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een bestuurderszitplaats als onderdeel/technische eenheid

123

22

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een veiligheidsgordel als onderdeel/technische eenheid

125

23

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een bescherming tegen binnendringende voorwerpen (OPS) als technische eenheid

127

24

Verklaring van de fabrikant inzake maatregelen tegen manipulatie van de aandrijflijn en snelheidsbegrenzers

128

DEEL A

INFORMATIEDOSSIER

1.   Algemene voorschriften

1.1.   Wanneer een fabrikant een EU-typegoedkeuring aanvraagt voor een voertuig, systeem, onderdeel of technische eenheid, legt hij overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EU) nr. 167/2013 een informatiedossier over dat de volgende elementen bevat:

a)

een inhoudsopgave;

b)

informatie inzake de overeenkomstig artikel 20, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013 gekozen typegoedkeuringsprocedure volgens het model in punt 2 (formulier voor het informatiedossier);

c)

het inlichtingenformulier als beschreven in deel B;

d)

alle relevante gegevens, tekeningen, foto's en andere in het inlichtingenformulier verplicht op te nemen informatie;

e)

het in artikel 53, lid 8, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde en in bijlage II bij de onderhavige verordening beschreven certificaat waarmee de fabrikant aan de typegoedkeuringsinstantie het bewijs levert dat toegang wordt verleend tot informatie over boorddiagnosesystemen (OBD) en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig;

f)

voor trekkers waarvoor typegoedkeuring is verleend met machines erop aangebracht en voor voertuigen van de categorieën R en S: een document waaruit de inhoud blijkt van de EG-verklaring van overeenstemming overeenkomstig de nationale bepalingen tot uitvoering van Richtlijn 2006/42/EG van het Europees Parlement en de Raad, niet noodzakelijk met inbegrip van het serienummer en de handtekening;

op verzoek van de goedkeuringsinstantie verstrekt de fabrikant eveneens alle relevante documentatie in het in bijlage VII bij die richtlijn bedoelde technische dossier van de machines, met name:

de normen en overige toegepaste technische specificaties, met opgave van de essentiële gezondheids- en veiligheidseisen die daaronder vallen,

technische verslagen waarin de uitkomsten van de tests zijn opgenomen die door de fabrikant dan wel een door hem of zijn gemachtigde gekozen bevoegde instantie zijn verricht;

g)

alle aanvullende informatie waarom de goedkeuringsinstantie in het kader van de goedkeuringsprocedure vraagt;

h)

de verklaring van de fabrikant inzake maatregelen tegen manipulatie van de aandrijflijn en snelheidsbegrenzers als bedoeld in artikel 17, lid 2, onder b), van Verordening (EU) nr. 167/2013 en in punt 4.3.2 van bijlage III bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie (1) volgens het model in aanhangsel 24 van deze bijlage;

i)

voor voertuigen die zijn uitgerust met (een) elektrische/elektronische inrichting(en) ter begrenzing van de aandrijvingsprestaties, gegevens en bewijsmateriaal om aan te tonen dat wijziging of afkoppeling van de inrichting of het bijbehorende bekabelingssysteem niet leidt tot een verbetering van de aandrijvingsprestaties.

1.2.   Aanvragen op papier worden opgemaakt in drievoud. Eventuele tekeningen worden op een passende schaal met voldoende details op bladen of een bundel van A4-formaat weergegeven. Op eventuele foto's moeten voldoende details te zien zijn.

1.3.   Er moet informatie worden verstrekt inzake de prestaties van de complexe elektronische voertuigcontrolesystemen die zijn vermeld in aanhangsel 2 van bijlage XXIII bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie (2).

2.   Model voor het formulier voor het informatiedossier

Informatie

inzake de overeenkomstig artikel 20, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad gekozen typegoedkeuringsprocedure

Formulier voor het informatiedossier

Een naar behoren ingevulde versie van deze verklaring wordt opgenomen in het informatiedossier.

Ondergetekende: [… (volledige naam en functie)]

Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant (4): …

Eventueel naam en adres van de vertegenwoordiger van de fabrikant (4): …

vraagt toepassing van de volgende typegoedkeuringsprocedure:

a)

stapsgewijze typegoedkeuring (1)

b)

eenstapstypegoedkeuring (1)

c)

gemengde typegoedkeuring (1)

Indien procedure a) of c) wordt gekozen, wordt verklaard dat alle systemen, onderdelen en technische eenheden voldoen aan de voorschriften als onder b).

Er wordt gekozen voor meerfasentypegoedkeuring overeenkomstig artikel 20, lid 5, van Verordening (EU) nr. 167/2013: ja/neen (1)

In te vullen informatie inzake het (de) voertuig(en) in geval van een aanvraag voor EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig:

1.1.   Merk (handelsnaam van de fabrikant) (4): …

1.2.   Type (2): …

1.2.1.   Variant(en) (2): …

1.2.2.   Uitvoering(en) (2): …

1.2.3.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

1.2.4.   Typegoedkeuringsnummer(s) van de vorige fase(n) (4): …

1.3.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (3): …

vraagt om typegoedkeuring van:

a)

een compleet voertuigtype (1)

b)

een voltooid voertuigtype (1)

c)

een incompleet voertuigtype (1)

d)

een voertuigtype met complete en incomplete varianten (1)

e)

een voertuigtype met voltooide en incomplete varianten (1)

In te vullen informatie in geval van een aanvraag voor typegoedkeuring van een systeem/onderdeel/technische eenheid (1):

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant): …

2.2.   Type (5): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.5.2.   Typecode van de fabrikant (zoals vermeld op de motor, of ander identificatiemiddel):… (1):

2.8.   Virtueel en/of zelftesten (1)

2.8.1.   Overzichtslijst van systemen, onderdelen en technische eenheden die overeenkomstig artikel 27, lid 4, en artikel 60 van Verordening (EU) nr. 167/2013 zijn onderworpen aan virtueel en/of zelftesten:

Overzichtstabel virtueel en/of zelftesten

Verwijzing naar gedelegeerde handeling

Nr. bijlage

Voorschrift

Beperkingen/Opmerkingen

 

 

 

 

2.8.2.   Gedetailleerd verslag inzake validering van virtueel en/of zelftesten toegevoegd: ja/neen (1)

Plaats: …

Datum: …

Handtekening: …

Naam en functie in het bedrijf: …

Toelichting bij het formulier voor het informatiedossier

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet op het formulier voor het informatiedossier te worden vermeld)

(1)

Schrappen indien niet van toepassing.

(2)

Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.2, worden gebruikt.

(3)

Ingedeeld overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 167/2013; de codering moet worden vermeld, bv. „T4.3a” voor een trekker met kleine bodemvrijheid met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h.

(4)

In het geval van meerfasentypegoedkeuring dient deze informatie voor elke fase te worden verstrekt.

(5)

Voor motoren moet de informatie met betrekking tot het motortype dan wel het type van motorfamilie worden verstrekt.

DEEL B

INLICHTINGENFORMULIER

1.   ALGEMENE VOORSCHRIFTEN

1.1.   Het inlichtingenformulier is voorzien van een door de aanvrager verstrekt referentienummer.

1.2.   In geval van wijziging van gegevens van het inlichtingenformulier dient de fabrikant bij de goedkeuringsinstantie herziene bladzijden in waarop de aard van de wijziging(en) en de nieuwe afgiftedatum duidelijk zijn aangegeven.

2.   TYPEGOEDKEURING VAN VOERTUIGEN

2.1.   Elk inlichtingenformulier bevat:

de matrix in punt 2.2 ter identificatie van de uitvoeringen en varianten van het voertuig dat bestemd is voor typegoedkeuring;

een lijst van items die van toepassing zijn op de (sub)categorie en op de technische kenmerken van het voertuig die aan de basis liggen van de inhoudelijke gegevens, met inachtneming van het nummeringssysteem in punt 5.

2.2.   Matrix met de combinaties van vermeldingen volgens punt 5 voor uitvoeringen en varianten van een voertuigtype

Matrix voor varianten en uitvoeringen

Item nr.

Alle

Uitvoering 1

Uitvoering 2

Uitvoering 3

Uitvoering n

 

 

 

 

 

 

2.2.1.   Voor elke variant binnen hetzelfde type moet een aparte matrix worden opgesteld.

2.2.2.   Als de combinatie van vermeldingen binnen een bepaalde variant niet is beperkt, worden die vermeldingen opgenomen in de kolom „Alle”.

2.2.3.   Bovengenoemde informatie mag in een andere vorm worden verstrekt of met de gegevens van punt 5 worden samengevoegd.

2.3   Aanduiding van type, variant en uitvoering

2.3.1.   De fabrikant kent aan elk voertuigtype, elke variant en elke uitvoering een alfanumerieke code toe die bestaat uit Romeinse letters en/of Arabische cijfers, die eveneens wordt vermeld in het certificaat van overeenstemming (zie bijlage III) van het betrokken voertuig.

Er mogen haakjes en streepjes worden gebruikt, maar deze mogen niet in de plaats komen van een letter of een cijfer.

2.3.2.   De volledige code wordt aangeduid als: type-variant-uitvoering of „TVU”-code.

2.3.3.   De TVU-code vormt een duidelijke en ondubbelzinnige aanduiding van een unieke combinatie van technische kenmerken overeenkomstig de criteria in deel B.

2.3.4.   Als een voertuigtype in twee of meer categorieën valt, mag dezelfde fabrikant daarvoor dezelfde code gebruiken.

2.3.5.   Dezelfde fabrikant mag dezelfde code niet gebruiken om een voertuigtype aan te duiden voor meer dan een typegoedkeuring binnen dezelfde voertuigcategorie.

2.3.6.   Aantal tekens van de TVU-code

2.3.6.1.

Het aantal tekens mag niet meer bedragen dan:

a)

15 voor de code van het voertuigtype;

b)

25 voor de code van één variant;

c)

35 voor de code van één uitvoering.

2.3.6.2.

De volledige alfanumerieke TVU-code mag niet meer dan 75 tekens tellen.

2.3.6.3.

Wanneer de volledige TVU-code wordt gebruikt, worden het type, de variant en de uitvoering door spaties van elkaar gescheiden.

Voorbeeld van een TVU-code: 159AF[… spatie]0054[… spatie]977K(BE).

3.   TYPEGOEDKEURING VAN SYSTEMEN, ONDERDELEN EN TECHNISCHE EENHEDEN

3.1.   Voor de in tabel 1-1 vermelde systemen, onderdelen en technische eenheden vult de fabrikant het toepasselijke aanhangsel van deze bijlage in.

Bovenop de voorschriften van de in tabel 1-1 vermelde bijlagen voldoen de systemen, onderdelen en technische eenheden aan de volgende voorschriften:

a)

regelingen voor typegoedkeuringsprocedures (bijlage III bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie)

b)

conformiteit van de productie (bijlage IV bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie)

c)

toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie (bijlage V bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie).

Tabel 1-1

Lijst van systemen, onderdelen en technische eenheden waarvoor EU-typegoedkeuring kan worden gevraagd

LIJST I — Voorschriften voor de milieuprestaties en de prestaties van de aandrijfeenheid

Aanhangsel

Systeem of onderdeel/technische eenheid

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie (3)

Bijlage nr.

Zoals gewijzigd door en/of tijdens uitvoeringsfase

1.

Systeem: installatie van een motor/motorfamilie

II

 

2.

Systeem: extern geluidsniveau

III

 

3.

Onderdeel/technische eenheid: motor/motorfamilie

I

 

LIJST II — Voorschriften inzake functionele voertuigveiligheid

Aanhangsel

Systeem of onderdeel/technische eenheid

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie

Bijlage nr.

Zoals gewijzigd door en/of tijdens uitvoeringsfase

4.

Systeem: informatie voor de bestuurder

X

 

5.

Systeem: installatie van de verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen

XII

 

6.

Systeem: elektromagnetische compatibiliteit

XV

 

12.

Systeem: installatie van (een) geluidssignaalinrichting(en)

XVI

 

9.

Systeem: installatie van achteruitkijkspiegels

IX

 

8.

Systeem: installatie van een rupsonderstel

XXXIII

 

10.

Technische eenheid: elektromagnetische compatibiliteit van elektrische/elektronische subeenheden

XV

 

11.

Onderdeel/technische eenheid: extra gewichten

XXIII

 

12.

Onderdeel/technische eenheid: zijdelingse beschermingsinrichting en/of beschermingsinrichting aan de achterzijde

XXVI

 

13.

Onderdeel: band

XXX

 

14.

Onderdeel/technische eenheid: mechanische koppeling

XXXIV

 

LIJST III — Voorschriften inzake het remsysteem van voertuigen

Aanhangsel

Systeem of onderdeel/technische eenheid

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie (4)

Bijlage nr.

Zoals gewijzigd door en/of tijdens uitvoeringsfase

15.

Systeem: remmen

II

 

LIJST IV — Constructievoorschriften voor voertuigen en algemene typegoedkeuringsvoorschriften

Aanhangsel

Systeem of onderdeel/technische eenheid

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie

Bijlage nr.

Zoals gewijzigd door en/of tijdens uitvoeringsfase

17.

Systeem: blootstelling van de bestuurder aan geluidsniveaus

XIII

 

18.

Systeem: gordelverankeringen

XVIII

 

19.

Systeem: bescherming tegen gevaarlijke stoffen

XXIX

 

20.

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS)

VI/VII/VIII/IX/X

 

21.

Technische eenheid: voorziening ter bescherming tegen vallende voorwerpen (FOPS)

XI

 

22.

Onderdeel/technische eenheid: bestuurderszitplaats

XIV

 

23.

Onderdeel/technische eenheid: veiligheidsgordels

XIX

 

24.

Technische eenheid: bescherming tegen binnendringende voorwerpen (OPS)

XX

 

4.   TYPEGOEDKEURINGSNUMMERS OF NUMMERS VAN HET TESTRAPPORT VAN DE TOEPASSELIJKE ONDERWERPEN

4.1.   De fabrikant verstrekt de op basis van tabel 1-2 vereiste gegevens met betrekking tot de onderwerpen in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 167/2013 die op het voertuig van toepassing zijn. Alle relevante goedkeuringen en testrapporten (indien van toepassing) voor elk onderwerp worden vermeld. Informatie betreffende systemen, onderdelen of technische eenheden hoeft hier echter niet te worden vermeld voor zover deze informatie is opgenomen in het overeenkomstige goedkeuringscertificaat.

Tabel 1-2

Typegoedkeuringsnummer en overzicht van testrapporten

Item-nummer en onderwerp

Typegoedkeuringsnummer of nummer van het testrapport (7)

Datum van de typegoedkeuring, de uitbreiding ervan of het testrapport

Lidstaat of overeenkomst-sluitende partij (5) die de typegoedkeuring verleent (6) of technische dienst die het testrapport afgeeft (7)

Verwijzing naar de regelgeving en de recentste wijziging ervan

Variant(en)/uitvoering(en)

Bv.:„36 ROPS (rupsbanden)”

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Handtekening: …

Functie in het bedrijf: …

Datum: …

4.2.   Voor de in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 167/2013 vermelde onderwerpen waarvoor goedkeuring is verleend overeenkomstig Richtlijn 97/68/EG, Verordening (EG) nr. 595/2009 of de in artikel 49 van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde VN/ECE-reglementen (VN/ECE-goedkeuringen), of die zijn goedgekeurd op basis van complete testrapporten die als alternatief voor de overeenkomstig die verordening en de krachtens die verordening aangenomen gedelegeerde handelingen opgestelde testrapporten zijn afgegeven op basis van de standaardcodes van de OESO, verstrekt de fabrikant de op basis van punt 5 vereiste informatie alleen indien die niet reeds is opgenomen in het overeenkomstige goedkeuringscertificaat en/of testverslag. De informatie waarnaar wordt verwezen in het certificaat van overeenstemming (bijlage III) moet echter in elk geval worden verstrekt.

5.   VERMELDINGEN IN HET INLICHTINGENFORMULIER

A.   ALGEMENE INFORMATIE

1.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT VOERTUIGEN

1.1.   Merk (handelsnaam van de fabrikant) (18): …

1.2.   Type (17): …

1.2.1   Variant(en) (17): …

1.2.2   Uitvoering(en) (17): …

1.2.3.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

1.2.4.   Typegoedkeuringsnummer(s) van de vorige fase(n) (3) (18): …

1.3.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2):

1.4.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant (18):

1.4.1.   Naam en adres van de assemblagefabriek(en): …

1.4.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): .

1.5.   Voorgeschreven plaat (platen)

1.5.1.   Plaats van de voorgeschreven plaat (18): …

1.5.2.   Wijze van aanbrengen (18): …

1.5.3.   Foto's en/of tekeningen van de voorgeschreven plaat (ingevuld voorbeeld met afmetingen) (18): …

1.6.   Voertuigidentificatienummer

1.6.1.   Plaats van het voertuigidentificatienummer op het chassis: …

1.6.2.   Foto's en/of tekeningen van de plaats van het voertuigidentificatienummer (ingevuld voorbeeld met afmetingen): …

1.6.1.1.   Het voertuigidentificatienummer van het type begint met: …

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): .

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

2.5.   Aanvullende algemene informatie voor motoren

2.5.1.   Typegoedkeuring van: motortype/motorfamilie (4): …

2.5.2.   Typecode van de fabrikant (zoals vermeld op de motor, of ander identificatiemiddel):

2.5.3.   Handelsnaam van de ouder- en (indien van toepassing) van de familiemotor: …

2.5.4.   Aanvullende merktekens voor motoren

2.5.4.1.   Plaats, code en wijze van aanbrengen van het motoridentificatienummer: …

2.5.4.2.   Foto's en/of tekeningen van de plaats van het motoridentificatienummer (ingevuld voorbeeld met afmetingen): …

3.   ALGEMENE CONSTRUCTIEKENMERKEN

3.1.   Foto's of tekeningen van een representatieve uitvoering van het voertuig: …

3.2.   Schaal en maattekening van het gehele voertuig: …

3.3.   Voor voertuigen van de categorieën T en C:

3.3.1.   Aantal assen en wielen: …

3.3.2.   Aantal en plaats van assen met dubbellucht (23): …

3.3.3.   Aantal en plaats van de gestuurde assen (23): …

3.3.4.   Aantal en plaats van de aangedreven assen (23): …

3.3.5.   Aantal en plaats van de geremde assen (23): …

3.4.   Voor voertuigen van categorie C

3.4.1.   Rupsonderstelconfiguratie: set rupsbanden vooraan/set rupsbanden achteraan/set rupsbanden vooraan en set rupsbanden achteraan/ononderbroken rupsband aan elke zijde van het voertuig (4)

3.4.2.   Aantal en plaats van de aangedreven set rupsbanden (22): …

3.4.3.   Aantal en plaats van de geremde set rupsbanden (22): …

3.4.4.   Stuursystemen voor voertuigen van categorie C

3.4.4.1.   Sturing door de snelheid tussen de linker- en de rechterrupsstellen te wijzigen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.2.   Sturing door het zwenken van twee tegenoverliggende of alle vier de rupsstellen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.3.   Sturing door de voor- en de achterkant van het voertuig rond een centrale verticale as te laten scharnieren: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.4.   Sturing door de voor- en de achterkant van het voertuig rond een centrale verticale as te laten scharnieren en door de wielen op de as met wielen van richting te doen veranderen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.5.   Gemiddelde contactdruk met het wegdek, P: … MPa

3.5.   Chassis

3.5.1.   Overzichtstekening chassis: …

3.5.2.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: type chassis: ruggengraat/centrale buis/zelfdragend/geleed/met langsbalken/ander (4) (indien ander: specificeer: …)

3.5.3.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: type chassis: dissel/stijvel dissel/middenas/ander (4) (indien ander: specificeer: …)

3.6.   Materiaal dat is gebruikt voor de carrosserie: …

3.7.   Plaats en opstelling van de motor: …

3.8.   Plaats van het stuur: links/rechts/midden (4): …

3.9.   Het voertuig is uitgerust voor rechts/links (4) verkeer en voor gebruik in landen die op de snelheidsmeter gebruikmaken van metrische/metrische en Engelse „imperiale” eenheden (4):

3.10.   Voertuigen van categorie T of C die zijn uitgerust voor bosbouwdoeleinden: ja/neen (4)

3.11.   Voertuigen van categorie T of C die zijn uitgerust voor bescherming tegen gevaarlijke stoffen: ja/neen (4)

3.12.   Voor voertuigen van de categorieën R en S, type remsysteem: niet-geremd/met oplooprem/met continuremming/met halfcontinuremming/met hydraulische rem/met pneumatische rem (4)

4.   MASSA'S EN AFMETINGEN

(in kg en mm) (in voorkomend geval naar tekeningen verwijzen)

4.1   Bereik van de (totale) massa van het voertuig

4.1.1.   Massa in onbeladen toestand

4.1.1.1.   Massa('s) van het rijklare voertuig in onbeladen toestand (13):

4.1.1.1.1.

Maximum: … kg (30)

4.1.1.1.2.

Minimum: … kg (30)

4.1.1.1.3.

Verdeling van deze massa('s) over de assen: … kg

4.1.1.1.4.

Vermeld voor een voertuig van categorie R of S met stijve dissel of middenas de verticale belasting op het koppelpunt (S): … kg

4.1.2.   Maximummassa('s) volgens fabrieksopgave

4.1.2.1.   Technisch toelaatbare maximummassa('s) in beladen toestand van het voertuig (13): … kg

4.1.2.1.1   Technisch toelaatbare maximummassa('s) per as: as 1 … kg; as 2 … kg; as … kg

4.1.2.1.2.   Vermeld voor een voertuig van categorie R of S met stijve dissel of middenas de verticale belasting op het koppelpunt (S): … kg

4.1.2.1.3.   Grenzen van de verdeling van deze massa('s) over de assen (opgave in procenten van de minimumgrenzen voor vooras en voor achteras): … %

4.1.2.2.   Massa('s) en band(en)

Nr. bandencombinatie

Nr. as

Bandenmaat incl. belastingsindex en snelheidscategoriesymbool

Rolstraal (1) [mm]

Velgmaat

Off-set

Draagvermogen per band [kg]

Toelaatbare maximummassa per as [kg] (8)

Toelaatbare maximummassa van het voertuig [kg] (8)

Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt [kg] (8)  (9)

Bandenspanning [kPa] (10)

Voor wegverkeer

Voor gebruik in het terrein

1.

1

 

 

 

2

 

 

 

 

 

 

2.

1

 

 

 

 

2

 

 

 

 

 

 

 

1

 

 

 

 

2

 

 

 

 

 

 

 

4.1.2.3.   Massa('s) en rupsonderstel

Nr. set rupsbanden

Afmetingen van de rupsbanden

Gemiddelde contactdruk met het wegdek [kPa]

Maximumbelasting per onderrol [kg] (11)

Toelaatbare maximummassa per set rupsbanden [kg] (11)

Toelaatbare maximummassa van het voertuig [kg (11)

Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt [kg] (11)  (12)

Lengte [mm]

Breedte [mm]

1

 

2

 

 

4.1.2.4.   Laadvermogen (13): … kg

4.1.3.   Technisch toelaatbare getrokken massa('s) voor voertuigen van categorie T of C voor elke chassis/remconfiguratie van het voertuig van categorie R of S (voor voertuigen van categorie R of S de toelaatbare maximumbelasting(en) op het koppelpunt achteraan vermelden):

Voertuig van categorie R of S

Remmen

Dissel

Stijve dissel

Middenas

Niet-geremd

… kg

… kg

… kg

Met oplooprem

… kg

… kg

… kg

Continue of halfcontinue remming

… kg

… kg

… kg

Hydraulische of pneumatische remming

… kg

… kg

… kg

4.1.4.   Technisch toelaatbare totale massa('s) van de combinatie van trekker (voertuig van categorie T of C) en getrokken voertuig (voertuig van categorie R of S) voor elke chassis/remconfiguratie van het voertuig van categorie R of S:

Voertuig van categorie R of S

Remmen

Dissel

Stijve dissel

Middenas

Niet-geremd

… kg

… kg

… kg

Met oplooprem

… kg

… kg

… kg

Continue of halfcontinue remming

… kg

… kg

… kg

Hydraulische of pneumatische remming

… kg

… kg

… kg

4.1.5.   Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt (onafhankelijk van de banden en de koppelinrichting(en) aan de achterzijde):

4.1.5.1.   van het voertuig van categorie T of C: … kg

4.1.5.2.   van het voertuig van categorie R of S: … kg

4.1.5.3.   Maximummassa van de combinatie bij niet-geremde maximummassa: … kg

4.2.   Bereik van de (totale) afmetingen van het voertuig

4.2.1.   Voor incomplete voertuigen

4.2.1.1.   Lengte (31)

4.2.1.1.1.   Toelaatbare maximumlengte van het voltooide voertuig: … mm

4.2.1.1.2.   Toelaatbare minimumlengte van het voltooide voertuig: … mm

4.2.1.2.   Breedte (32)

4.2.1.2.1.   Toelaatbare maximumbreedte van het voltooide voertuig: … mm

4.2.1.2.2.   Toelaatbare minimumbreedte van het voltooide voertuig: … mm

4.2.1.3.   Hoogte (in rijklare toestand) (33): … mm

4.2.1.4.   Vooroverbouw (34): … mm

4.2.1.4.1.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: oploophoek: … graden

4.2.1.5.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: achteroverbouw (35): … mm

4.2.1.5.1.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: afloophoek: … graden

4.2.1.5.2.   Toelaatbare minimum- en maximumoverbouw van het koppelpunt (35) (46): … mm

4.2.1.6.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: bodemvrijheid (36)

4.2.1.6.1.   tussen de assen: … mm

4.2.1.6.2.   onder de vooras(sen): … mm

4.2.1.6.3.   onder de achteras(sen): … mm

4.2.1.7.   Toelaatbare uiterste posities van het zwaartepunt van het voltooide voertuig: … mm

4.2.1.7.1.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: toelaatbare uiterste posities van het zwaartepunt van de carrosserie en/of de binneninrichting en/of de uitrustingsstukken en/of de lading: … mm

4.2.2.   Voor complete/voltooide (4) voertuigen

4.2.2.1.   Totale afmetingen van het voertuig, inclusief mechanische koppeling:

4.2.2.1.1.   Lengte voor het wegverkeer (31)

4.2.2.1.1.1.   Maximum: … mm

4.2.2.1.1.2.   Minimum: … mm

4.2.2.1.2.   Breedte voor het wegverkeer (32)

4.2.2.1.2.1.   Maximum: … mm

4.2.2.1.2.2.   Minimum: … mm

4.2.2.1.3.   Hoogte voor het wegverkeer (33) (47)

4.2.2.1.3.1.   Maximum: … mm

4.2.2.1.3.2.   Minimum: … mm

4.2.2.2.   Vooroverbouw (34) (48)

4.2.2.2.1.   Maximum: … mm

4.2.2.2.2.   Minimum: … mm

4.2.2.3.   Achteroverbouw (35)

4.2.2.3.1.   Maximum: … mm

4.2.2.3.2.   Minimum: … mm

4.2.2.4.   Bodemvrijheid (36)

4.2.2.4.1.   Maximum: … mm

4.2.2.4.2.   Minimum: … mm

4.2.2.5.   Wielbasis (37): … mm

4.2.2.6.   Afstand tussen opeenvolgende assen 1-2: … mm, 2-3: … mm, 3-4: … mm, enz.

4.2.2.7.   Voor voertuigen van de categorieën R en S met stijve dissel of middenas:

4.2.2.7.1.

Afstand tussen koppelpunt en eerste as: … mm

4.2.2.7.2.

Afstand tussen koppelpunt en laatste as: … mm

4.2.2.8.   Maximum- en minimumspoorbreedte voor elke as (gemeten tussen de symmetrievlakken van de normaal gemonteerde enkellucht-, dubbellucht- of driedubbelluchtbanden) (door de fabrikant aan te geven) (38):

4.2.2.8.1.

Maximum: as 1 … mm; as 2 … mm; as … mm

4.2.2.8.2.

Minimum: as 1 … mm; as 2 … mm; as … mm

4.2.2.9.   Plaats van het zwaartepunt van het voertuig in lengte-, dwars- en verticale richting: …

4.2.2.9.1.   Voor voertuigen van de categorieën T2, T4.1 en T4.3 en C2, C4.1 en C4.3: hoogte van het zwaartepunt, ten opzichte van het wegdek gemeten en met de normaal op het voertuig gemonteerde banden: … mm

4.2.2.9.1.1.   Voor voertuigen van de categorieën T2 en C2 de verhouding aangeven tussen de waarde in punt 4.2.2.9.1 en de gemiddelde minimumspoorbreedte voor elke as: as 1 …; as 2 …; as …

4.2.2.9.1.2.   Voor voertuigen van de categorieën T4.1 en C4.1 de verhouding aangeven tussen de waarde in punt 4.2.2.9.1 en het gemiddelde van de minimumspoorbreedten van elke as: …

5.   ALGEMENE KENMERKEN VAN DE AANDRIJFLIJN

5.1.   Maximumsnelheid van het voertuig

5.1.1.   Maximumsnelheid van het voertuig in voorwaartse richting

5.1.1.1.   Opgegeven door de constructie bepaalde maximumsnelheid: … km/h

5.1.1.2.   Berekende door de constructie bepaalde maximumsnelheid van het voertuig in de hoogste versnelling (de gegevens van de berekening bijvoegen) (41): … km/h

5.1.1.3.   Gemeten maximumsnelheid van het voertuig: … km/h (41)

5.1.2.   Maximumsnelheid van het voertuig in achterwaartse richting (54)

5.1.2.1.   Opgegeven door de constructie bepaalde maximumsnelheid in achterwaartse richting: … km/h

5.1.2.2.   Gemeten maximumsnelheid van het voertuig in achterwaartse richting (41): … km/h

5.2.   Nominaal nettovermogen van de motor: … kW bij … min– 1 (overeenkomstig VN/Commande ZA sans blanc avant! -- FI 2004/06/001ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.3.   Nettomaximumvermogen van de motor: … kW bij … min– 1 (overeenkomstig VN/Commande ZA sans blanc avant! -- FI 2004/06/001ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.4.   Maximumkoppel van de motor: … Nm bij … min– 1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.5.   Brandstoftype (9): …

5.6.   Werkelijk door de aangedreven wielen afgelegde afstand bij een volledige wielomwenteling: …

B.   INFORMATIE OVER MILIEU- EN AANDRIJVINGSPRESTATIES

6.   ESSENTIËLE EIGENSCHAPPEN VAN DE MOTOR/OUDERMOTOR (4)

6.1.   Cyclus: viertakt/tweetakt (4)

6.2.   Boring (12) … mm

6.3.   Slag (12): … mm

6.4.   Aantal … en opstelling (26) … van de cilinders

6.5.   Cilinderinhoud: … cm3

6.6.   Nominaal toerental: …

6.7.   Toerental bij het maximumkoppel: …

6.8.   Volumetrische compressieverhouding (7): …

6.9.   Beschrijving van het verbrandingssysteem: …

6.10.   Tekening(en) van de verbrandingskamer en de zuigerkop: …

6.11.   Minimumoppervlakte van de dwarsdoorsnede van de in- en uitlaatpoorten: …

6.12.   Koelsysteem

6.12.1.   Vloeistof

6.12.1.1.   Aard van de vloeistof: …

6.12.1.2.   Circulatiepompen: ja/neen (4)

6.12.1.2.1.   Eigenschappen of merk(en) en type(n) (indien van toepassing) van de circulatiepompen: …

6.12.1.2.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

6.12.2.   Lucht

6.12.2.1.   Aanjager: ja/neen (4)

6.12.2.1.1.   Kenmerken van de aanjager: …

6.12.2.1.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

6.13.   Door de fabrikant toegestane temperatuur

6.13.1.   Vloeistofkoeling: maximumtemperatuur aan de uitlaatklep: … K

6.13.2.   Luchtkoeling: referentiepunt …

6.13.2.1.   Maximumtemperatuur op het referentiepunt: … K

6.13.3.   Maximale uitlaatluchttemperatuur bij de uitlaat van de tussenkoeler (indien van toepassing): … K

6.13.4.   Maximale uitlaattemperatuur op het punt in de uitlaatpijp(en) dat grenst aan de buitenste flens (flenzen) van het (de) uitlaatspruitstuk(ken): … K

6.13.5.   Smeermiddeltemperatuur:

minimum: … K, maximum: … K

6.14.   Drukvulling

6.14.1.   Drukvulling: ja/neen (4)

6.14.2.   Merk: …

6.14.3.   Type: …

6.14.4.   Beschrijving van het systeem (bv. maximumdruk, afvoerklep, indien van toepassing): …

6.14.5.   Tussenkoeler: ja/neen (4)

6.15.   Inlaatsysteem: maximaal toelaatbare inlaatonderdruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

6.16.   Uitlaatsysteem: maximaal toelaatbare uitlaattegendruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

6.17.   Genomen maatregelen tegen luchtverontreiniging

6.17.1.   Voorziening voor het recycleren van cartergassen: ja/neen (4)

6.17.2.   Eventuele aanvullende voorzieningen tegen verontreiniging:

6.17.2.1.   Katalysator: ja/neen (4)

6.17.2.1.1.   Merk: …

6.17.2.1.2.   Type …

6.17.2.1.3.   Aantal katalysatoren en katalysatorelementen: …

6.17.2.1.4.   Afmetingen en volume van de katalysator(en): …

6.17.2.1.5.   Soort katalytische werking: …

6.17.2.1.6.   Totale hoeveelheid edelmetalen: …

6.17.2.1.7.   Relatieve concentratie: …

6.17.2.1.8.   Onderlaag (structuur en materiaal): …

6.17.2.1.9.   Celdichtheid: …

6.17.2.1.10.   Type katalysatorhuis: …

6.17.2.1.11.   Plaats van de katalysator(en) (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

6.17.2.1.12.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K

6.17.2.1.13.   Verbruiksreagens (in voorkomend geval): …

6.17.2.1.13.1.   Type en concentratie van het reagens dat nodig is voor de katalytische werking: …

6.17.2.1.13.2.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik van het reagens: …

6.17.2.1.13.3.   Internationale norm (waar van toepassing): …

6.17.2.1.14.   NOx-sensor: ja/neen (4)

6.17.2.1.15.   Zuurstofsensor: ja/neen (4)

6.17.2.1.15.1.   Merk: …

6.17.2.1.15.2.   Type …

6.17.2.1.15.3.   Plaats: …

6.17.2.1.16.   Luchtinjectie: ja/neen (4)

6.17.2.1.16.1.   Type: pulse air, luchtpomp/ander (4) (indien ander, specificeer: …)

6.17.2.1.17.   EGR: ja/neen (4)

6.17.2.1.17.1.   Kenmerken (gekoeld/ongekoeld, hoge druk/lage druk enz.): …

6.17.2.1.18.   Deeltjesvanger: ja/neen (4)

6.17.2.1.18.1.   Afmetingen en inhoud van de deeltjesvanger: …

6.17.2.1.18.2.   Type deeltjesvanger en ontwerp: …

6.17.2.1.18.3.   Plaats van de deeltjesvanger (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

6.17.2.1.18.4.   Regeneratiemethode of -systeem, beschrijving en/of tekening: …

6.17.2.1.18.5.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K en normaal drukbereik: … kPa

6.17.2.1.19.   Andere systemen: ja/neen (4)

6.17.2.1.19.1.   Beschrijving en werking: …

6.18.   Brandstoftoevoer bij dieselmotoren

6.18.1.   Brandstofpomp

6.18.1.1   Druk (7) … kPa of karakteristiek schema: …

6.18.2.   Inspuitsysteem

6.18.2.1.   Pomp

6.18.2.1.1.   Merk(en): …

6.18.2.1.2.   Type(n): …

6.18.2.1.3.   Opbrengst: … en … mm3 (7) per slag of cyclus bij volledige inspuiting en een pomptoerental van: … omw./min (nominaal) en: … omw./min (maximumkoppel), of karakteristiek schema: …

6.18.2.1.3.1.   Gebruikte methode: op een motor/op een testbank (4)

6.18.2.2.   Voorinspuiting:

6.18.2.2.1.   Inspuitvervroegingscurve (7): …

6.18.2.2.2.   Inspuitmoment (7): …

6.18.2.3.   Inspuitleidingen:

6.18.2.3.1.   Lengte: … mm

6.18.2.3.2.   Binnendiameter: … mm

6.18.2.4.   Inspuiter(s)

6.18.2.4.1.   Merk(en): …

6.18.2.4.2.   Type(n): …

6.18.2.4.3.   Openingsdruk (7): … kPa of karakteristiek schema: …

6.18.2.4.   Regulateur

6.18.2.4.1.   Merk(en): …

6.18.2.4.2.   Type(n): …

6.18.2.4.3.   Uitschakelingspunt bij vollast (7): …

6.18.2.4.4.   Maximumtoerental in onbelaste toestand (7): …

6.18.2.4.5.   Stationair toerental (7): …

6.18.2.5.   Koudstartsysteem

6.18.2.5.1.   Merk(en): …

6.18.2.5.2.   Type(n): …

6.18.2.5.3.   Beschrijving: …

6.19.   Brandstof voor benzinemotoren

6.19.1.   Carburator: …

6.19.1.1.   Merk(en): …

6.19.1.2.   Type(n): …

6.19.2.   Indirecte benzine-inspuiting: monopoint/multipoint (4)

6.19.2.1   Merk(en): …

6.19.2.2.   Type(n): …

6.19.3.   Directe inspuiting: …

6.19.3.1   Merk(en): …

6.19.4.2.   Type(n): …

6.20.   Klepafstelling

6.20.1.   Maximale lichthoogte en openings- en sluitingshoeken ten opzichte van het dode punt of equivalente gegevens: …

6.20.2.   Referentie- en/of afstelbereik (4): …

6.20.3.   Systeem van variabele klepafstelling (indien van toepassing en waar: aan de inlaat en/of uitlaat)

6.20.3.1.   Type: continu/aan/uit (4)

6.20.3.2   Faseverschuivingshoek van de nokkenas: …

6.21.   Poortconfiguratie

6.21.1.   Positie, grootte en aantal: …

6.22.   Ontstekingssysteem

6.22.1.   Ontstekingsbobine

6.22.1.1.   Merk(en): …

6.22.1.2.   Type(n): …

6.22.1.3.   Aantal: …

6.22.2.   Bougie(s): …

6.22.2.1.   Merk(en): …

6.22.2.2.   Type(n): …

6.22.3.   Magneetontsteking: …

6.22.3.1.   Merk(en): …

6.22.3.2.   Type(n): …

6.22.4.   Ontstekingstijdstip: …

6.22.4.1.   Statische vervroeging ten opzichte van het bovenste dode punt (krukhoek in graden): …

6.22.4.2.   Vervroegingskromme (indien van toepassing): …

7.   ESSENTIËLE KENMERKEN VAN DE MOTORFAMILIE

7.1.   Gemeenschappelijke parameters (56)

7.1.1   Verbrandingscyclus: …

7.1.2   Koelmiddel: …

7.1.3   Methode van luchtaanzuiging: …

7.1.4   Type en ontwerp van de verbrandingskamer: …

7.1.5   Kleppen en poorten — configuratie, grootte en aantal: …

7.1.6   Brandstofsysteem: …

7.1.7   Motormanagementsystemen (bewijs van identiteit overeenkomstig tekening(en) nummer(s))

7.1.7.1.   Drukkoelsysteem: …

7.1.7.2.   Uitlaatgashercirculatie (3): …

7.1.7.3.   Waterinspuiting/emulsie (4) (3): …

7.1.7.4.   Luchtinjectie (3): …

7.1.8   Uitlaatgasnabehandelingssysteem (3): …

7.2.   Lijst motorfamilie

7.2.1.   Naam van de motorfamilie: …

7.2.2.   Specificaties van de motoren binnen de familie:

 

Oudermotor

Motoren binnen de familie

Motortype

 

 

 

 

 

Aantal cilinders

 

 

 

 

 

Nominaal toerental (min– 1)

 

 

 

 

 

Brandstofopbrengst per slag (mm3) voor dieselmotoren, brandstofdebiet (g/h) voor benzinemotoren, bij nominaal nettovermogen

 

 

 

 

 

Nominaal nettovermogen (kW)

 

 

 

 

 

Toerental bij maximumvermogen (min– 1)

 

 

 

 

 

Maximaal nettovermogen (kW)

 

 

 

 

 

Toerental bij maximumkoppel (min– 1)

 

 

 

 

 

Brandstofopbrengst per slag (mm3) voor dieselmotoren, brandstofdebiet (g/h) voor benzinemotoren, bij maximumkoppel

 

 

 

 

 

Maximumkoppel (Nm)

 

 

 

 

 

Laag stationair toerental (min– 1)

 

 

 

 

 

Cilinderinhoud (in % van de oudermotor)

100

 

 

 

 

8.   ESSENTIËLE EIGENSCHAPPEN VAN HET MOTORTYPE BINNEN DE FAMILIE

8.1.   Cyclus: viertakt/tweetakt (4): …

8.2.   Boring (12): … mm

8.3.   Slag (12): … mm

8.4.   Aantal … en opstelling (26) … van de cilinders

8.5.   Cilinderinhoud: … cm (3)

8.6.   Nominaal toerental: …

8.7.   Toerental bij het maximumkoppel: …

8.8.   Volumetrische compressieverhouding (7): …

8.9.   Beschrijving van het verbrandingssysteem: …

8.10.   Tekeningen van de verbrandingskamer en de zuigerkop: …

8.11.   Minimumoppervlakte van de dwarsdoorsnede van de in- en uitlaatpoorten: …

8.12.   Koelsysteem

8.12.1.   Vloeistof

8.12.1.1.   Aard van de vloeistof: …

8.12.1.2.   Circulatiepompen: ja/neen (4)

8.12.1.2.1.   Eigenschappen of merk(en) en type(n) (indien van toepassing) van de circulatiepompen: …

8.12.1.2.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

8.12.2.   Lucht

8.12.2.1.   Aanjager: ja/neen (4)

8.12.2.1.1.1   Kenmerken van de aanjager: …

8.12.1.2.1.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

8.13.   Door de fabrikant toegestane temperatuur

8.13.1.   Vloeistofkoeling: maximumtemperatuur aan de uitlaatklep: … K

8.13.2.   Luchtkoeling: referentiepunt

8.13.2.1.   Maximumtemperatuur op het referentiepunt: … K

8.13.3.   Maximale uitlaatluchttemperatuur bij de uitlaat van de tussenkoeler (indien van toepassing): … K

8.13.4.   Maximale uitlaattemperatuur op het punt in de uitlaatpijp(en) dat grenst aan de buitenste flens (flenzen) van het (de) uitlaatspruitstuk(ken): … K

8.13.5.   Smeermiddeltemperatuur:

minimum: … K, maximum: … K

8.14.   Drukvulling

8.14.1.   Drukvulling: ja/neen (4)

8.14.2.   Merk: …

8.14.3.   Type: …

8.14.4.   Beschrijving van het systeem (bv. maximumdruk, afvoerklep, indien van toepassing): …

8.14.5.   Tussenkoeler: ja/neen (4)

8.15.   Inlaatsysteem: maximaal toelaatbare inlaatonderdruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

8.16.   Uitlaatsysteem: maximaal toelaatbare uitlaattegendruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

8.17.   Genomen maatregelen tegen luchtverontreiniging

8.17.1.   Voorziening voor het recycleren van cartergassen: ja/neen (4)

8.17.2.   Eventuele aanvullende voorzieningen tegen verontreiniging:

8.17.2.1.   Katalysator: ja/neen (4)

8.17.2.1.1.   Merk: …

8.17.2.1.2.   Type …

8.17.2.1.3.   Aantal katalysatoren en katalysatorelementen: …

8.17.2.1.4.   Afmetingen en volume van de katalysator(en): …

8.17.2.1.5.   Soort katalytische werking: …

8.17.2.1.6.   Totale hoeveelheid edelmetalen: …

8.17.2.1.7.   Relatieve concentratie: …

8.17.2.1.8.   Onderlaag (structuur en materiaal): …

8.17.2.1.9.   Celdichtheid: …

8.17.2.1.10.   Type katalysatorhuis: …

8.17.2.1.11.   Plaats van de katalysator(en) (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

8.17.2.1.12.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K

8.17.2.1.13.   Verbruiksreagens (in voorkomend geval): …

8.17.2.1.13.1.   Type en concentratie van het reagens dat nodig is voor de katalytische werking: …

8.17.2.1.13.2.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik van het reagens: …

8.17.2.1.13.3.   Internationale norm (waar van toepassing): …

8.17.2.1.14.   NOx-sensor: ja/neen (4)

8.17.2.1.15.   Zuurstofsensor: ja/neen (4)

8.17.2.1.15.1.   Merk: …

8.17.2.1.15.2.   Type …

8.17.2.1.15.3.   Plaats: …

8.17.2.1.16.   Luchtinjectie: ja/neen (4)

8.17.2.1.16.1.   Type: pulse air, luchtpomp/ander (4) (indien ander, specificeer:…)

8.17.2.1.16.   EGR: ja/neen (4)

8.17.2.1.16.1.   Kenmerken (gekoeld/ongekoeld, hoge druk/lage druk enz.): …

8.17.2.1.17.   Deeltjesvanger: ja/neen (4)

8.17.2.1.17.1.   Afmetingen en inhoud van de deeltjesvanger: …

8.17.2.1.17.2.   Type deeltjesvanger en ontwerp: …

8.17.2.1.17.3.   Plaats van de deeltjesvanger (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

8.17.2.1.17.4.   Regeneratiemethode of -systeem, beschrijving en/of tekening: …

8.17.2.1.17.5.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K en normaal drukbereik: … kPa

8.17.2.1.18.   Andere systemen: ja/neen (4)

8.17.2.1.18.1.   Beschrijving en werking: …

8.18.   Brandstoftoevoer bij dieselmotoren

8.18.1.   Brandstofpomp

8.18.1.1   Druk (7) … kPa of karakteristiek schema: …

8.18.2.   Inspuitsysteem

8.18.2.1.   Pomp

8.18.2.1.1.   Merk(en): …

8.18.2.1.2.   Type(n): …

8.18.2.1.3.   Opbrengst: … en … mm3 (7) per slag of cyclus bij volledige inspuiting en een pomptoerental van: … omw./min (nominaal) en: … omw./min (maximumkoppel), of karakteristiek schema: …

8.18.2.1.3.1.   Gebruikte methode: op een motor/op een testbank (4)

8.18.2.2.   Voorinspuiting:

8.18.2.2.1.

Inspuitvervroegingscurve (7): …

8.18.2.2.2.

Inspuitmoment (7): …

8.18.2.3.   Inspuitleidingen:

8.18.2.3.1.

Lengte: … mm

8.18.2.3.2.

Binnendiameter: … mm

8.18.2.4.   Inspuiter(s)

8.18.2.4.1.   Merk(en): …

8.18.2.4.2.   Type(n): …

8.18.2.4.3.   Openingsdruk (7): … kPa of karakteristiek schema: …

8.18.2.4.   Regulateur

8.18.2.4.1.   Merk(en): …

8.18.2.4.2.   Type(n): …

8.18.2.4.3.   Uitschakelingspunt bij vollast (7): …

8.18.2.4.4.   Maximumtoerental in onbelaste toestand (7): …

8.18.2.4.5.   Stationair toerental (7): …

8.18.2.5.   Koudstartsysteem

8.18.2.5.1.   Merk(en): …

8.18.2.5.2.   Type(n): …

8.18.2.5.3.   Beschrijving: …

8.19.   Brandstof voor benzinemotoren

8.19.1.   Carburator: …

8.19.1.1.   Merk(en): …

8.19.1.2.   Type(n): …

8.19.2.   Indirecte benzine-inspuiting: monopoint/multipoint (4)

8.19.2.1   Merk(en): …

8.19.2.2.   Type(n): …

8.19.3.   Directe inspuiting: …

8.19.3.1   Merk(en): …

8.19.4.2.   Type(n): …

8.20.   Klepafstelling

8.20.1.   Maximale lichthoogte en openings- en sluitingshoeken ten opzichte van het dode punt of equivalente gegevens: …

8.20.2.   Referentie- en/of afstelbereik (4): …

8.20.3.   Systeem van variabele klepafstelling (indien van toepassing en waar: aan de inlaat en/of uitlaat)

8.20.3.1.   Type: continu/aan/uit (4)

8.20.3.2   Faseverschuivingshoek van de nokkenas: …

8.21.   Poortconfiguratie

8.21.1.   Positie, grootte en aantal: …

8.22.   Ontstekingssysteem

8.22.1.   Ontstekingsbobine

8.22.1.1.   Merk(en): …

8.22.1.2.   Type(n): …

8.22.1.3.   Aantal: …

8.22.2.   Bougie(s): …

8.22.2.1.   Merk(en): …

8.22.2.2.   Type(n): …

8.22.3.   Magneetontsteking: …

8.22.3.1.   Merk(en): …

8.22.3.2.   Type(n): …

8.22.4.   Ontstekingstijdstip: …

8.22.4.1.   Statische vervroeging ten opzichte van het bovenste dode punt (krukhoek in graden): …

8.22.4.2.   Vervroegingskromme (indien van toepassing): …

9.   ENERGIEOPSLAGVOORZIENING(EN)

9.1.   Beschrijving: batterij/condensator/vliegwiel/generator (4)

9.2.   Identificatienummer: …

9.3.   Soort elektrochemisch koppel: …

9.4.   Opgeslagen energie

9.4.1.   voor batterij, spanning: … en capaciteit: … Ah in 2 uur

9.4.2.   voor condensator: J, …,

9.4.3.   voor vliegwiel/generator (4): J, …

9.4.3.1.   Traagheidsmoment van het vliegwiel: …

9.4.3.1.1.   Bijkomend traagheidsmoment in de vrijstand: …

9.5.   Lader: ingebouwd/extern/geen (4)

10.   EXTERN GELUIDSNIVEAU

10.1.   Extern geluidsniveau volgens fabrieksopgave

10.1.1.   In beweging: … dB(A)

10.1.2   Bij stationair toerental: … dB(A)

10.1.3.   Bij een toerental van: … min– 1

10.2.   Korte beschrijving en schematische tekening van het uitlaatsysteem (met inbegrip van het luchtinlaatsysteem en voorzieningen ter beperking van geluid en uitlaatemissies): …

10.3.   Luchtinlaatsysteem

10.3.1.   Beschrijving van het inlaatspruitstuk (met tekeningen en/of foto's) (10): …

10.3.2.   Luchtfilter

10.3.2.1.   Foto's en/of tekeningen: …

10.3.2.2.   Merk: …

10.3.2.3.   Type: …

10.3.3.   Inlaatgeluiddemper

10.3.3.1.   Foto's en/of tekeningen: …

10.3.3.2.   Merk: …

10.3.3.3.   Type: …

10.4.   Uitlaatsysteem

10.4.1.   Beschrijving en/of tekening van het uitlaatspruitstuk (10): …

10.4.2.   Beschrijving en/of tekening van de elementen van het uitlaatsysteem die geen deel uitmaken van het motorsysteem: …

10.4.3.   Maximaal toelaatbare uitlaattegendruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

10.4.4.   Type en markering van voorziening(en) voor geluidsreductie in de uitlaat: …

10.4.4.1.   Voorziening voor geluidsreductie in de uitlaat met vezelmaterialen: ja/neen (4): …

10.4.5.   Inhoud van het uitlaatsysteem: … dm3

10.4.6.   Plaats van de uitlaatopening: …

10.4.7.   Aanvullende geluiddempende maatregelen in de motorruimte en op de motor m.b.t. extern geluid (indien aanwezig): …

10.5.   Gegevens over eventuele niet met de motor verbonden geluiddempingsinrichtingen (voor zover niet elders vermeld): …

11.   AANDRIJVING EN REGELING (13)

11.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van de aandrijving van het voertuig en het regelsysteem daarvan (bedieningsorgaan van de versnellingsbak, bedieningsorgaan voor koppeling of een ander element van de aandrijving): …

11.2.   Transmissie

11.2.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van het (de) schakelsysteem (-systemen) en de regeling daarvan: …

11.2.2.   Schema en/of tekening van het transmissiesysteem: …

11.2.3.   Type transmissie: mechanisch/hydraulisch/elektrisch/ander (4) (indien ander, specificeer: …)

11.2.3.1   Korte beschrijving van de elektrische/elektronische onderdelen (indien van toepassing): …

11.3.   Koppeling (indien van toepassing)

11.3.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van de koppeling en het regelsysteem daarvan: …

11.3.2.   Type koppeling: …

11.3.3.   Maximumkoppelomvorming: …

11.4.   Versnellingsbak (indien van toepassing)

11.4.1.   Type (24): …

11.4.2.   Plaats ten opzichte van de motor: …

11.4.3.   Bedieningswijze: …

11.4.4.   Tussenbak: met/zonder (4)

11.5.   Overbrengingsverhoudingen

Versnelling

Verhoudingen in de versnellingsbak (verhouding tussen het motortoerental en de omwentelingen van de uitgaande as van de versnellingsbak)

Verhoudingen in de tussenbak (verhoudingen tussen het motortoerental en de omwentelingen van de uitgaande as van de tussenbak)

Eindoverbrengingsverhouding(en) (verhouding tussen de omwentelingen van de uitgaande as van de versnellingsbak en die van de aangedreven wielen)

Totale overbrengingsverhoudingen

Verhouding (motortoerental/voertuigsnelheid) alleen voor manuele transmissie

Maximum voor CVT (13)

1

2

3

 

 

 

 

 

Minimum voor CVT (13)

Achteruit

1

 

 

 

 

 

11.6.   Differentieelblokkering

11.6.1.   Differentieelblokkering: ja/neen/optioneel (4)

C.   INFORMATIE INZAKE FUNCTIONELE VEILIGHEID

12.   REGULATEURS VOOR VERMOGEN VAN DE AANDRIJVING

12.1.   Aantal regulateurs: …

12.2.   Nominaal uitschakelingspunt nr. 1: …

12.2.1.   Rotatiesnelheid van motor/aandrijving waarbij uitschakeling plaatsvindt onder belasting: … min– 1

12.2.2.   Maximale rotatiesnelheid bij minimale belasting van de motor: … min– 1

12.3.   Nominaal uitschakelingspunt nr. 2: …

12.3.1   Rotatiesnelheid van motor/aandrijving waarbij uitschakeling plaatsvindt onder belasting (4): … min– 1

12.3.2.   Maximale rotatiesnelheid bij minimale belasting van de motor: … min– 1

12.4.   Het opgegeven doel van de regulateur(s): door de constructie bepaalde snelheidsbegrenzing/begrenzing van het maximumvermogen/beveiliging tegen te hoog toerental (4): …

12.5.   Instelbare snelheidsbegrenzer die voldoet aan de voorschriften voor voertuigen van de categorieën N2 en N3 in VN/ECE-Reglement nr. 89 (PB L 158 van 19.6.2007, blz. 1), met name in de punten 1 en 2, punt 13.2 van deel II, de punten 21.2 en 21.3 van deel III, punt 1 van bijlage 5, en bijlage 6, en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

13.   STUURINRICHTING

13.1.   Schematisch diagram van de bestuurde as(sen) met aanduiding van de stuurgeometrie: …

13.2.   Categorie van stuurinrichting: handbediend/bekrachtigd/servo/gedifferentieerd (4)

13.3.   Besturingsoverbrenging en stuurorgaan

13.3.1.   Configuratie van de besturingsoverbrenging (in voorkomend geval voor voor- en achterzijde specificeren): …

13.3.2.   Verbinding met de wielen (inclusief andere dan mechanische middelen; in voorkomend geval voor voor- en achterzijde specificeren): …

13.3.2.1.   Korte beschrijving van de elektrische/elektronische onderdelen (indien aanwezig): …

13.3.3.   Type stuurbekrachtiging (indien aanwezig): …

13.3.3.1.   Principe en diagram van de werking, merk(en) en type(n): …

13.3.4.   Schema van de gehele stuurinrichting, waarop de plaats op het voertuig van de verschillende onderdelen die van invloed zijn op het stuurgedrag, is aangegeven: …

13.3.5.   Schematisch(e) diagram(men) van het stuurorgaan (de stuurorganen): …

13.3.6.   Bereik en methode van verstelling van het stuurorgaan (de stuurorganen): …

13.3.7.   Korte beschrijving van de elektrische/elektronische onderdelen (indien aanwezig): …

13.4.   Maximumstuurhoek van de wielen (in voorkomend geval)

13.4.1.   Naar rechts: … graden

Aantal omwentelingen van het stuurwiel: …

13.4.2.   Naar links: … graden

Aantal omwentelingen van het stuurwiel: …

13.5.   Minimumdraaicirkel(s) (zonder remmen) (42)

13.5.1   Naar rechts: … mm

13.5.2   Naar links: … mm

13.5.3.   Type stuurbekrachtiging (indien aanwezig): …

13.5.3.1.   Principe en diagram van de werking, merk(en) en type(n): …

13.6.   Stuursystemen voor snelle voertuigen (snelheidsindex „b”) van categorie T

13.6.1.   Aan de voorschriften in de punten 2, 5 en 6 van en de bijlagen 4 en 6 bij VN/ECE-Reglement nr. 79 (PB L 137 van 27.5.2008, blz. 25) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

13.6.2.   Aan de voorschriften inzake besturingskracht in punt 6 van VN/ECE-Reglement nr. 79 (PB L 137 van 27.5.2008, blz. 25) voor voertuigen van categorie N2 wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

13.6.3.   Aan de voorschriften van ISO 10998:2008, Amd.1:2014 (Agricultural tractors -- Requirements for steering) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

13.7.   Complexe elektronische voertuigcontrolesystemen die de stuurfunctie beïnvloeden

13.7.1.   Aan de voorschriften van bijlage 6 bij VN/ECE-Reglement nr. 79 (PB L 137 van 27.5.2008, blz. 25) wordt voldaan door de complexe elektronische voertuigcontrolesystemen die de stuurfunctie beïnvloeden en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

14.   SNELHEIDSMETER, KILOMETERTELLER, TOERENTELLER EN URENTELLER

14.1.   Snelheidsmeter

14.1.1.   Foto's en/of tekeningen van het volledige systeem: …

14.1.2.   Weergegeven snelheidsbereik: …

14.1.3.   Tolerantie van het meetelement van de snelheidsmeter: …

14.1.4.   Technische constante van de snelheidsmeter: …

14.1.5.   Werkwijze en beschrijving van het aandrijfmechanisme: …

14.1.6.   Totale overbrengingsverhouding van het aandrijfmechanisme: …

14.1.7.   Tekening van de snelheidsmeterschaal of andere vormen van weergave: …

14.1.8.   Korte beschrijving van elektrische/elektronische onderdelen: …

14.2.   Kilometerteller

14.2.1.   Tolerantie van het meetelement van de kilometerteller: …

14.2.2.   Werkwijze en beschrijving van het aandrijfmechanisme: …

14.3.   Toerenteller

14.3.1.   Tolerantie van het meetelement van de toerenteller: …

14.3.2.   Werkwijze en beschrijving van het aandrijfmechanisme: …

14.4.   Urenteller

14.4.1.   Tolerantie van het meetelement van de urenteller: …

14.4.2.   Werkwijze en beschrijving van het aandrijfmechanisme: …

15.   GEZICHTSVELD

15.1.   Tekening(en) of foto('s) waarop de plaats van de samenstellende delen binnen het 180o-gezichtsveld naar voren is aangegeven: …

15.2.   Aan de voorschriften van ISO 5721-1:2013 (Agricultural tractors -- Requirements, test procedures and acceptance criteria for the operator's field of vision -- Part 1: Field of vision to the front) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

15.3.   Aan de voorschriften van ISO 5721-2:2014 (Agricultural tractors -- Requirements, test procedures and acceptance criteria for the operator's field of vision -- Part 2: Field of vision to the side and to the rear) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

16.   RUITENWISSERS, RUITENSPROEIERS EN ONTDOOIINGS- EN ONTWASEMINGSINRICHTINGEN

16.1.   Ruitenwissers

16.1.1.   Aan de voorschriften van ISO 5721-1:2013 (Agricultural tractors -- Requirements, test procedures and acceptance criteria for the operator's field of vision -- Part 1: Field of vision to the front) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

16.1.2.   Bij wijze van alternatief voor punt 16.1.1: verstrek een gedetailleerde technische beschrijving (met foto's of tekeningen) en het aantal en de wisfrequentie: …

16.2.   Ruitensproeier

16.2.1.   Gedetailleerde technische beschrijving (met foto's of tekeningen): …

16.2.2.   Inhoud van het reservoir: … l

16.3.   Ontdooiing en ontwaseming

16.3.1.   Gedetailleerde technische beschrijving (met foto's of tekeningen): …

16.3.2.   Maximumelektriciteitsverbruik: … kW

17.   RUITEN

17.1.   Aan de volgende voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 43 (PB L 42 van 12.2.2014, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: …

17.2.   Als alternatief voor punt 17.1: verstrek de volgende informatie:

17.2.1.   Gegevens voor een snelle bepaling van het referentiepunt voor de ogen van de bestuurder (59): …

17.2.2.   Voor andere ruiten dan voorruiten: tekeningen niet groter dan A4-formaat of op A4-formaat gevouwen, met opgave van

de maximale oppervlakte,

de kleinste hoek tussen twee aangrenzende vlakken van de ruit, en

de grootste segmenthoogte, indien van toepassing.

17.2.3.   Voorruit(en)

17.2.3.1.   Materiaal (materialen): …

17.2.3.2.   Montagemethode: …

17.2.3.3.   Hellingshoek(en): … graden

17.2.3.4.   Accessoires van de voorruit en de positie waarin deze zijn gemonteerd, met een korte beschrijving van de elektrische/elektronische onderdelen: …

17.2.3.5.   Tekening op schaal 1:10 en schetsen van de voorruit en de plaats ervan in de trekker, die zodanig gedetailleerd zijn dat de volgende elementen erop zijn aangegeven:

17.2.3.5.1.

de plaats van de voorruit ten opzichte van het referentiepunt voor de ogen van de bestuurder (59);

17.2.3.5.2.

de hellingshoek van de voorruit;

17.2.3.5.3.

de plaats en afmetingen van de zone waarin de optische eigenschappen zijn geverifieerd en eventueel het oppervlak dat op een andere wijze is gehard;

17.2.3.5.4.

de ontwikkelde oppervlakte van de voorruit;

17.2.3.5.5.

de maximale segmenthoogte van de voorruit; en

17.2.3.5.6.

de kromte van de voorruit (enkel met het oog op het groeperen van voorruiten).

17.2.3.6.   Voor dubbele beglazingen: tekeningen op niet groter dan A4-formaat of op A4-formaat gevouwen, met opgave van, naast de gegevens als vermeld in punt 17.2.2:

het type van elk der samenstellende ruiten,

het type van de vatting (organisch, glas-glas of glas-metaal),

de nominale dikte van de ruimte tussen de beide ruiten.

17.2.4.   Raam/ramen

17.2.4.1.   Plaats(en): …

17.2.4.2.   Materiaal (materialen): …

17.2.4.3.   Korte beschrijving van eventuele elektrische/elektronische onderdelen van het raammechanisme: …

17.2.5.   Beglazing voor opengaand dak

17.2.5.1.   Plaats(en): …

17.2.5.2.   Gebruikte materialen: …

17.2.5.3.   Korte beschrijving van eventuele elektrische/elektronische onderdelen van het bedieningsmechanisme van de beglazing van het dak: …

17.2.6.   Andere beglazing

17.2.6.1.   Plaats(en): …

17.2.6.2.   Gebruikte materialen: …

17.2.6.3.   Korte beschrijving van eventuele elektrische/elektronische onderdelen van het bedieningsmechanisme van de andere beglazing: …

18.   ACHTERUITKIJKSPIEGELS

18.1.   Aantal en klasse van de spiegels: …

18.2.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 46 (PB L 177 van 10.7.2010, blz. 211) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

1.8.3.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 81 (PB L 185 van 13.7.2012, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

18.4.   Tekening(en) ter identificatie van de spiegel, waarop de plaats van de spiegel ten opzichte van de voertuigstructuur is aangegeven: …

18.5.   Gegevens over de bevestigingswijze, met inbegrip van dat deel van de voertuigstructuur waarop de spiegel is bevestigd: …

18.6.   Korte beschrijving van de elektrische/elektronische onderdelen van het verstelsysteem: …

18.7   Technische beschrijving van het ontdooiings- en ontwasemingssysteem van de spiegels: …

18.8.   Facultatieve uitrusting die van invloed kan zijn op het gezichtsveld naar achteren: …

18.9.   Gezichtsveld van de achteruitkijkspiegel(s) van klasse II

18.9.1.   Voldoet aan punt 5.1 van bijlage IX bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie: ja/neen (4).

18.9.2.   Als alternatief voor punt 18.9.1: aan de voorschriften van ISO 5721-2:2014 (Agricultural tractors-- Requirements, test procedures and acceptance criteria for the operator's field of vision -- Part 2: Field of vision to the side and to the rear) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

19.   ANDERE VOORZIENINGEN VOOR INDIRECT ZICHT DAN SPIEGELS (OPTIONEEL)

19.1.   Type en kenmerken (bv. een volledige beschrijving van de voorziening): …

19.2.   In geval van een cameramonitorinrichting: de waarnemingsafstand (mm), het contrast, het luminantiebereik, de correctie voor invallend licht, de beeldschermprestaties (zwart-wit/kleur (4)), de beeldvernieuwingsfrequentie en het luminantiebereik van het beeldscherm (4): …

19.3.   Voldoende gedetailleerde tekeningen die een overzicht geven van de volledige inrichting, met inbegrip van de montagevoorschriften: …

19.4.   Aan de voorschriften van ISO 5721-2:2014 (Agricultural tractors-- Requirements, test procedures and acceptance criteria for the operator's field of vision -- Part 2: Field of vision to the side and to the rear) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

20.   INFORMATIESYSTEMEN VOOR DE BESTUURDER

20.1.   Aan de voorschriften van bijlage B bij ISO 15077:2008 (Tractors and self-propelled machinery for agriculture -- Operator controls -- Actuating forces, displacement, location and method of operation) inzake bedieningsorganen die verband houden met virtuele terminals wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

21.   INSTALLATIE VAN VERLICHTINGS- EN LICHTSIGNAALINRICHTINGEN, MET INBEGRIP VAN AUTOMATISCHE IN- EN UITSCHAKELING VAN LICHTEN

21.1.   Lijst van alle inrichtingen (aantal, merk(en), type, onderdeelgoedkeuringsmerk(en), maximale intensiteit van de grootlichtkoplampen, kleur en bijbehorende verklikker vermelden); de lijst kan voor elke functie verschillende typen inrichtingen bevatten; voorts mag de lijst voor elke functie de vermelding „of gelijkwaardige inrichtingen” bevatten: …

21.2.   Een schema van de gehele verlichtings- en lichtsignaaluitrusting waarop de plaats van de verschillende inrichtingen op het voertuig is aangeduid: …

21.3.   Schema's van de buitenzijde van het voertuig met aanduiding van de maten en de plaats van de verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen, het aantal en de kleur van de lichten: …

21.4.   Verstrek de volgende gegevens voor alle lampen en reflectoren:

21.4.1.   Tekening met aanduiding van de grootte van het verlichtingsoppervlak: …

21.4.2.   Gebruikte methode voor het definiëren van het zichtbare oppervlak: …

21.4.3.   Referentieas en referentiepunt: …

21.4.4.   Werkwijze van camoufleerbare lichten: …

21.5.   Beschrijving/tekening en type verstelinrichting voor de koplamp (bv. automatisch, manueel getrapt verstelbaar, manueel continu verstelbaar) (4): …

21.5.1.   Bedieningsinrichting: …

21.5.2.   Referentiemerktekens: …

21.5.3.   Merktekens voor de beladingsomstandigheden: …

21.6.   Voor voertuigen van de categorieën R en S: beschrijving van de stroomaansluiting voor de verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen: …

21.7.   Korte beschrijving van de elektrische en/of elektronische onderdelen die zijn gebruikt in het verlichtings- en lichtsignaalsysteem: …

22.   BESCHERMING VAN DE INZITTENDEN VAN HET VOERTUIG, MET INBEGRIP VAN BINNENUITRUSTING EN ANDERE BESCHERMINGEN TEGEN SLECHTE WEERSOMSTANDIGHEDEN

22.1.   Carrosserie

22.1.1.   Gebruikte materialen en toegepaste constructiemethoden: …

22.2.   Brandsnelheid van het cabinemateriaal

22.2.1.   Overeenkomstig de voorschriften van ISO 3795:1989 (Road vehicles, and tractors and machinery for agriculture and forestry -- Determination of burning behaviour of interior materials) overschrijdt de brandsnelheid de maximumwaarde van 150 mm/min niet en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4).

22.3.   Binnenbescherming voor de inzittenden

22.3.1.   Foto's, tekeningen en/of een opengewerkte tekening van de binnenuitrusting met een overzicht van de delen van de passagiersruimte en de gebruikte materialen (met uitzondering van binnenachteruitkijkspiegels), de plaats van de bedieningsorganen, de zitplaatsen en de achterzijde daarvan, hoofdsteunen, het dak en het opengaand dak, deuren en raamkrukken en andere niet-vermelde onderdelen: …

22.3.2.   Voor voertuigen met een stuurwiel en banken of kuipstoelen in meer dan een rij voldoet de omgeving van de achterste passagiersstoelen, indien aanwezig, aan bijlage XVII van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 3/2014 van de Commissie (14): ja/neen (4)

22.4.   Hoofdsteun(en)

22.4.1.   Aanwezig: ja/neen (4)

22.4.2.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 25 (PB L 215 van 14.8.2010, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

22.4.3.   Type: geïntegreerd/afneembaar/afzonderlijk (4)

22.4.4.   Uitvoerige beschrijving van de hoofdsteun, waarbij met name de aard van het (de) vullingsmateriaal (-materialen) wordt vermeld en, in voorkomend geval, de plaats en specificaties van de steunen en de verankering voor het type zitplaats waarvoor goedkeuring wordt aangevraagd: …

22.4.5.   In het geval van een afzonderlijke hoofdsteun:

22.4.5.1.   Uitvoerige beschrijving van het deel van de constructie waarop de hoofdsteun wordt gemonteerd:

22.4.5.2.   Tekeningen op schaal van de belangrijke delen van de constructie en de hoofdsteun: …

22.5.   Voetsteunen

22.5.1.   Foto's en/of tekeningen van de bedieningsruimte met aanduiding van het werkelijke, effectieve aantal en de werkelijke, effectieve locatie en afmetingen van de voetsteunen: …

22.6.   Andere beschermingen tegen slechte weersomstandigheden

22.6.1.   Beschrijving (met foto's en tekeningen): …

22.6.2.   Binnen- en buitenafmetingen: … mm × … mm × … mm … mm × … mm × … mm

23.   BUITENKANT EN ACCESSOIRES VAN HET VOERTUIG

23.1.   Algemeen overzicht (tekeningen of foto's met indien nodig vermelding van de afmetingen en/of begeleidende tekst), waarop de plaats van de bijgevoegde doorsneden of aanzichten is aangegeven, van alle delen van het buitenoppervlak die als kritisch voor uitstekende delen kunnen worden beschouwd, bijvoorbeeld (waar van toepassing) de bumpers, vloerlijn, deur- en raamstijlen, luchtinlaatroosters, radiateurgrille, ruitenwissers, regenlijsten, handgrepen, rails, kleppen, scharnieren en sloten van deuren, haken, trekogen, windassen, sierstrippen, badges, emblemen en uitsparingen en andere delen van het buitenoppervlak die als kritisch kunnen worden beschouwd voor het risico of de ernst van lichamelijk letsel voor een persoon die bij een botsing door het buitenoppervlak wordt getroffen of geraakt (bijvoorbeeld verlichtingsinstallatie): …

23.2.   Een gedetailleerde beschrijving, inclusief foto's en/of tekeningen, van het voertuig met betrekking tot de structuur, de afmetingen, de relevante referentielijnen en de samenstellende materialen van het frontgedeelte van het voertuig (binnen- en buitenkant), met inbegrip van nadere gegevens over elk geïnstalleerd systeem voor actieve bescherming van voetgangers: …

23.3.   Tekening van de vloerlijn: …

24.   ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT (EMC)

24.1.   Lijst met een beschrijving van alle geplande combinaties van relevante elektrische/elektronische systemen of ESE's van het voertuig, carrosserieuitvoeringen (60), carrosseriematerialen, algemene schikkingen van de bedrading, motoruitvoeringen, uitvoeringen met het stuur links/rechts en wielbasisvarianten: …

24.2.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 10 (PB L 254 van 20.9.2012, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

24.3.   Aan de voorschriften van ISO 14982:1998 (Agricultural and forestry machinery -- Electromagnetic compatibility -- Test methods and acceptance criteria) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

24.4.   Als alternatief voor punt 24.2 of 24.3: verstrek de volgende informatie:

24.4.1.   Beschrijving en tekeningen of foto's van de vormen en samenstellende materialen van het gedeelte van de carrosserie bestaande uit de motorruimte en het aangrenzende gedeelte van het interieur: …

24.4.2.   Tekeningen of foto's van de plaats van de metalen onderdelen die zich in de motorruimte bevinden (verwarmingsapparaten, reservewiel, luchtfilter, stuurinrichting enz.): …

24.4.3.   Tabel of tekening van de ontstoringsinrichting: …

24.4.4.   Opgave van de nominale waarde van de gelijkstroomweerstanden en, voor weerstandskabels voor de ontsteking, van de nominale weerstand per meter: …

25.   GELUIDSSIGNAALINRICHTING(EN)

25.1.   Onderdeeltypegoedkeuring voor een geluidssignaalinrichting is verleend overeenkomstig de voorschriften voor voertuigen van categorie N in VN/ECE-Reglement nr. 28 (PB L 323 van 6.12.2011, blz. 33) en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

25.2.   Korte beschrijving van gebruikte inrichting(en): …

25.3.   Tekening(en) waarop de plaats van de geluidssignaalinrichting(en) ten opzichte van de voertuigconstructie is aangegeven: …

25.4.   Gegevens over de bevestigingswijze, met inbegrip van dat deel van de voertuigconstructie waarop de geluidssignaalinrichting(en) is/zijn bevestigd: …

25.5.   Schema van het elektrisch/pneumatisch circuit: …

25.5.1.   Spanning: GS/WS (4)

25.5.2.   Nominale spanning of druk: …

25.6.   Tekening van het montagesysteem: …

26.   VERWARMINGSSYSTEEM EN KLIMAATREGELING

26.1.   Het verwarmingssysteem is getest in overeenstemming met punt 8 van ISO 14269-2:1997 (Tractors and self-propelled machines for agriculture and forestry -- Operator enclosure environment -- Part 2: Heating, ventilation and air-conditioning test method and performance) en de testrapporten zijn vermeld in het inlichtingenformulier: ja/neen/niet van toepassing (4)

26.2.   Het klimaatregelingssysteem is getest in overeenstemming met punt 9 van ISO 14269-2:1997 (Tractors and self-propelled machines for agriculture and forestry -- Operator enclosure environment -- Part 2: Heating, ventilation and air-conditioning test method and performance) en de testrapporten zijn vermeld in het inlichtingenformulier: ja/neen/niet van toepassing (4)

26.3.   Als alternatief voor de punten 26.1 tot en met 26.2: aan de voorschriften van VN/Commande ZA sans blanc avant! -- FI 2004/06/001ECE-Reglement nr. 122 (PB L 164 van 30.6.2010, blz. 231) voor voertuigen van categorie N wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

26.4.   Verwarmingssysteem

26.4.1.   Tekening van het volledige verwarmingssysteem met aanduiding van de plaats daarvan in het voertuig (en de opstelling van de geluiddempers (met de plaats van de warmtewisselaar)): …

26.4.2.   Tekening van de volledige warmtewisselaar bij verwarmingssystemen die voor de verwarming gebruikmaken van de uitlaatgassen, of van de delen waar de warmtewisseling plaatsvindt (bij verwarmingssystemen die voor de verwarming gebruikmaken van de koellucht van de motor): …

26.4.3.   Tekening van de doorsnede van de warmtewisselaar of van de delen waar de warmtewisseling plaatsvindt met aanduiding van de wanddikte, de gebruikte materialen en de oppervlakte-eigenschappen: …

26.4.4.   Specificaties van andere belangrijke onderdelen van het verwarmingssysteem, zoals de ventilator, wat betreft de wijze van constructie en technische gegevens: …

26.5.   Klimaatregeling

26.5.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van de klimaatregeling en het regelsysteem daarvan: …

26.5.2.   Gas dat als koelmiddel in de klimaatregelingsapparatuur wordt gebruikt: …

27.   VOORZIENINGEN TER BEVEILIGING TEGEN ONRECHTMATIG GEBRUIK

27.1.   Voor voertuigen van de categorieën T en C

27.1.1.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 62 (PB L 89 van 27.3.2013, blz. 37) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

27.1.2.   Aan de desbetreffende voorschriften in de punten 2, 5 (behalve punt 5.6), 6.2 en 6.3 van VN/ECE-Reglement nr. 18 (PB L 120 van 13.5.2010, blz. 29) voor voertuigen van categorie N2 wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

27.1.3.   Als alternatief voor punt 27.1.1 of 27.1.2: verstrek de volgende informatie:

27.1.3.1.   Gedetailleerde beschrijving (met foto's en tekeningen) van de gebruikte voorziening(en) en van de delen van het voertuig die bij de installatie ervan betrokken zijn: …

27.1.3.2.   Lijst van de voornaamste onderdelen van de beveiligingsvoorziening(en): …

27.2.   Voor voertuigen van de categorieën R en S

27.2.1.   Gedetailleerde beschrijving (met foto's en tekeningen) van de gebruikte voorziening(en) en van de delen van het voertuig die bij de installatie ervan betrokken zijn: …

27.2.1.1.   Lijst van de voornaamste onderdelen van de beveiligingsvoorziening(en): …

28.   RUIMTE VOOR DE KENTEKENPLAAT (-PLATEN)

28.1.   Plaats van de kentekenplaat (-platen) (vermeld eventuele varianten; naargelang van het geval kunnen tekeningen worden gebruikt): …

28.1.1.   Hoogte boven het wegdek, bovenrand: vooraan: … mm

achteraan: … mm

28.1.2.   Hoogte boven het wegdek, onderrand: vooraan: … mm

achteraan: … mm

28.1.3.   Afstand van de middellijn tot het middenlangsvlak van het voertuig: vooraan: … mm

achteraan: … mm

28.1.4.   Afmetingen (lengte × breedte): vooraan: … mm × … mm

achteraan: … mm × … mm

28.1.5.   Helling van het vlak ten opzichte van de verticaal: vooraan: … graden

achteraan: … graden

28.1.6.   Zichtbaarheidshoek in het horizontale vlak: vooraan … graden

achteraan: … graden

29.   EXTRA GEWICHTEN

29.1.   Gedetailleerde technische beschrijving (met foto's of tekeningen met afmetingen) van de extra gewichten en de wijze waarop zij op de trekker zijn aangebracht: …

29.1.   Aantal sets extra gewichten: …

29.1.1.   Aantal onderdelen per set: set 1: …

set 2: …

set …

29.2.   Massa van de onderdelen per set: set 1: … kg

set 2: … kg

set …: … kg

29.2.1.   Totale massa van elke set: set 1: … kg

set 2: … kg

set …: … kg

29.3.   Totale massa van extra gewichten: … kg

29.3.1.   Verdeling van deze massa over de assen: … kg

29.4.   Materiaal (Materialen) en constructiemethode: …

30.   VEILIGHEID VAN ELEKTRISCHE SYSTEMEN

30.1.   Korte beschrijving van de installatie van stroomcircuitcomponenten en tekeningen/foto's die de plaats van de installatie van stroomcircuitcomponenten tonen: …

30.2.   Schema van alle elektrische functies in het stroomcircuit: …

30.3.   Werkspanning(en) (V): …

30.4.   Beschrijving van bescherming tegen elektrische schokken: …

30.5.   Zekering en/of circuitonderbreker: ja/neen/optioneel (4)

30.5.1.   Schema van het functioneel bereik: …

30.6.   Configuratie van stroomkabelset: …

30.7.   Generator

30.7.1.   Type: …

30.7.2.   Nominaal vermogen: … VA

30.8.   Volledig elektrische voertuigen

30.8.1.   Voor volledig elektrische voertuigen van categorie T2, T3, C2 of C3: er wordt voldaan aan de voorschriften van bijlage IV bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 3/2014 van de Commissie en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/in de mate van het mogelijke (4) (indien in de mate van het mogelijke, specificeer: …)

30.9.   Batterijschakelaar

30.9.1.   Loskoppelen van de batterij door: elektronisch systeem/contactsleutel/gemeenschappelijk instrument/schakelaar/ander (4) (indien ander, specificeer: …)

31.   BRANDSTOFTANK(S)

31.1.   Tekening en technische beschrijving van de tank(s) met verbindingen en leidingen van het ontluchtings- en ventilatiesysteem, vergrendeling, kleppen, bevestigingsmiddelen: …

31.2.   Tekening waarop duidelijk de plaats(en) van de tank(s) in het voertuig is (zijn) aangegeven: …

31.3.   Tekening van het hitteschild tussen brandstoftank en voorziening voor de uitlaat: …

31.4.   Hoofdbrandstoftank(s)

31.4.1.   Maximale inhoud: …

31.4.2.   Gebruikte materialen: …

31.4.3.   Opening brandstoftank: vernauwde opening/sticker (4) …

31.4.4.   Maatregelen om statische elektriciteit af te leiden (indien van toepassing): …

31.5.   Reservebrandstoftank(s)

31.5.1.   Maximale inhoud: …

31.5.2.   Gebruikte materialen: …

31.5.3.   Opening brandstoftank: vernauwde opening/sticker (4) …

31.5.4.   Maatregelen om statische elektriciteit af te leiden (indien van toepassing): …

32.   ZIJDELINGSE BESCHERMING EN BESCHERMING ACHTERZIJDE

32.1.   Zijdelingse bescherming

32.1.1.   Aanwezig: ja/neen/incompleet (4)

32.1.2.   Tekening van de voertuigdelen die van belang zijn voor de zijdelingse bescherming, d.w.z. tekening van het voertuig en/of chassis met de plaats en ophanging van de as(sen), tekening van de bevestigingsmiddelen en/of hulpstukken van de zijdelingse beschermingsinrichting(-en). Indien de zijdelingse bescherming tot stand wordt gebracht zonder (een) beschermingsinrichting(-en), moet de tekening duidelijk aangeven dat aan de afmetingsvoorschriften is voldaan: …

32.1.3.   Tekening van de vloerlijn aan de zijkant van het voertuig: …

32.1.4.   Schema's in doorsnede van het buitenoppervlak om de hoogte (H) van uitstekende delen van het buitenoppervlak te meten overeenkomstig aanhangsel 1 van bijlage XXVII bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie: …

32.1.5.   Bij (een) zijdelingse beschermingsinrichting(-en), een volledige beschrijving en/of tekening (met bevestigingsmiddelen en hulpstukken), of het (de) onderdeeltypegoedkeuringsnummer(s): …

32.1.5.1.   Gebruikte materialen: …

32.1.5.2.   Complete nadere gegevens over de vereiste bevestigingen en volledige montage-instructies, zoals de toe te passen koppelinstellingen: …

32.1.6.   Aan de voorschriften in de punten 2 en 3 en de delen I, II en III van VN/ECE-Reglement nr. 73 (PB L 122 van 8.5.2012, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

32.2.   Beschermingsinrichting aan de achterzijde

32.2.1.   Aanwezig: ja/neen/incompleet (4)

32.2.2.   Tekening van de voertuigdelen die van belang zijn voor de beschermingsinrichting aan de achterzijde, d.w.z. tekening van het voertuig en/of chassis met de plaats en montage van de breedste achterste as, tekening van de bevestigingsmiddelen en/of hulpstukken van de beschermingsinrichting aan de achterzijde. Indien de beschermingsinrichting aan de achterzijde geen afzonderlijke inrichting is, moet uit de tekening duidelijk blijken dat de afmetingen aan de voorschriften voldoen: …

32.2.3.   Tekening van de vloerlijn aan de achterkant van het voertuig: …

32.2.4.   Volledige beschrijving en/of tekening van de beschermingsinrichting aan de achterzijde (met bevestigingsmiddelen en hulpstukken), indien het een afzonderlijke inrichting is of, indien deze goedgekeurd is als technische eenheid, het typegoedkeuringsnummer: …

32.2.4.1.   Gebruikte materialen: …

32.2.4.2.   Complete nadere gegevens over de vereiste bevestigingen en volledige montage-instructies, zoals de toe te passen koppelinstellingen: …

33.   LAADPLATFORM(S)

33.1.   Afmetingen van het (de) laadplatform(s)

33.1.1.   Lengte van het (de) laadplatform(s): … mm

33.1.2.   Breedte van het (de) laadplatform(s): … mm

33.1.3.   Hoogte van het (de) laadplatform(s) boven het wegdek (47): … mm

33.2.   Door de fabrikant opgegeven veilig draagvermogen voor laadplatform(s): … kg

33.2.1.   Verdeling van deze belasting(en) over de assen: … kg

33.3.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: afneembaar platform (afneembare platforms): ja/neen/optioneel (4)

33.3.1.   Beschrijving van de systemen voor bevestiging op het voertuig: …

33.4.   Stabiliteit van het laadplatform

33.4.1.   Plaats van het zwaartepunt van het (de) platform(s) in lengte-, dwars- en verticale richting: …

33.4.2.   Bij voertuigen met meer dan een laadplatform: plaats van het zwaartepunt van het voertuig met geladen platform(s) en zonder de bestuurder in lengte-, dwars- en verticale richting: …

34.   SLEEPVOORZIENING AAN DE VOORZIJDE (VOERTUIGEN VAN DE CATEGORIEËN T EN C)

34.1.   Maattekening van de sleepvoorziening aan de voorzijde en van de bevestigingsvoorziening: …

34.2.   Voor voertuigen met een technisch toelaatbare maximummassa van ten hoogste 2 000 kg: er wordt voldaan aan de voorschriften van Verordening (EU) nr. 1005/2010 van de Commissie (PB L 291 van 9.11.2010, blz. 36) en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

35.   BANDEN

35.1.   Typegoedkeuring verleend overeenkomstig bijlage XXX bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie: ja/neen/niet van toepassing (4)

35.2.   Typegoedkeuring verleend overeenkomstig Verordening (EG) nr. 661/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 200 van 31.7.2009, blz. 1): ja/neen/niet van toepassing (4)

35.3.   Goedgekeurd overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 106 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 231): ja/neen/niet van toepassing (4)

35.4.   Goedgekeurd overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 30 (PB L 307 van 23.11.2011, blz. 1): ja/neen/niet van toepassing (4)

35.5.   Goedgekeurd overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 54 (PB L 307 van 23.11.2011, blz. 2): ja/neen/niet van toepassing (4)

35.6.   Goedgekeurd overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 75 (PB L 84 van 30.3.2011, blz. 46): ja/neen/niet van toepassing (4)

35.7.   Goedgekeurd overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 117 (PB L 307 van 23.11.2011, blz. 3): ja/neen/niet van toepassing (4)

36.   OPSPATAFSCHERMINGSSYSTEEM

36.1.   Wielafschermingen

36.1.1.   Voertuig voorzien van wielafschermingen: ja/neen (4)

36.1.2.   Korte beschrijving van het voertuig met betrekking tot de wielafschermingen: …

36.1.3.   Gedetailleerde tekeningen van de wielafschermingen en de plaats ervan op het voertuig met aanduiding van de afmetingen en rekening houdend met de uiterste waarden van de band/wielcombinaties: …

36.2.   Overige opspatafschermingen

36.2.1.   Aanwezig: ja/neen/incompleet (4)

36.2.2.   Korte beschrijving van het voertuig met betrekking tot het opspatafschermingssysteem en de samenstellende delen: …

36.2.3.   Gedetailleerde tekeningen van het opspatafschermingssysteem en de plaats ervan op het voertuig met aanduiding van de afmetingen en rekening houdend met de uiterste waarden van de band/wielcombinaties: …

37.   RUPSONDERSTEL

(ook punt 4.1.2.3 vermelden)

37.1.   Foto's en maattekeningen van de indeling van het rupsonderstel en de installatie op het voertuig (met inbegrip van de elementen aan de binnenzijde van de rupsbanden die ervoor zorgen dat de rupsband over de rollen wordt geleid en het loopvlakpatroon aan de buitenzijde): …

37.2.   Soort materiaal dat contact maakt met het oppervlak: rubberen rupsband/stalen rupsband/rubberen pads op het loopwerk (4)

37.3.   Metalen rupsbanden

37.3.1.   Aantal onderrollen die rechtstreeks een belasting op het wegdek overdragen (NR): …

37.3.2.   Buitenoppervlakte van elke pad (AP): … mm2

37.4.   Rubberen rupsbanden

37.4.1.   Totale oppervlakte van rubberen kammen in contact met het wegdek (AL): … mm2

37.4.2.   Percentage van de oppervlakte van de kammen ten opzichte van de totale oppervlakte van de rupsband: … %

38.   MECHANISCHE KOPPELING

38.1.   Foto's en maattekeningen van de mechanische koppeling, de installatie op het voertuig en de koppeling met de op het getrokken voertuig geïnstalleerde inrichting:

38.1.1.   Mechanische koppeling achteraan: ja/neen (4)

38.1.2.   Koppelinrichting vooraan (voor voertuigen van de categorieën R en S): ja/neen (4)

38.2.   Korte technische beschrijving van de mechanische koppeling waaruit in het bijzonder het type en het gebruikte materiaal blijken

38.2.1.   Mechanische koppeling achteraan: …

38.2.2.   Koppelinrichting vooraan (voor voertuigen van de categorieën R en S): …

38.3.   Mechanische koppeling achteraan

Type (overeenkomstig aanhangsel 1 van bijlage XXXIV bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie):

Merk:

Typeaanduiding van de fabrikant:

(EU-)typegoedkeuringsmerk of -nummer:

Maximale horizontale belasting/D-waarde (4) (44):

… kg/kN (4)

… kg/kN (4)

… kg/kN (4)

Getrokken massa (T) (4) (44):

… ton

… ton

… ton

Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt (44):

… kg

… kg

… kg

Plaats van het koppelpunt (62)

Hoogte boven de grond

minimum

… mm

… mm

… mm

maximum

… mm

… mm

… mm

Afstand tot het verticale vlak door de hartlijn van de achteras

minimum

… mm

… mm

… mm

maximum

… mm

… mm

… mm

38.4.   Koppelinrichting vooraan (voor voertuigen van de categorieën R en S):

Type (overeenkomstig aanhangsel 1 van bijlage XXXIV bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie):

Merk:

Typeaanduiding van de fabrikant:

(EU-)typegoedkeuringsmerk of -nummer:

Maximale horizontale belasting/D-waarde (4) (44):

… kg/kN (4)

… kg/kN (4)

… kg/kN (4)

Getrokken massa (T) (4) (44):

… ton

… ton

… ton

Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt (44):

… kg

… kg

… kg

Plaats van het koppelpun

Hoogte boven de grond

minimum

… mm

… mm

… mm

maximum

… mm

… mm

… mm

38.5.   Beschrijving van de mechanische koppeling:

Type (overeenkomstig aanhangsel 1 van bijlage XXXIV bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie):

Merk:

Typeaanduiding van de fabrikant:

Maximale horizontale belasting/D-waarde (4) (44):

… kg/kN (4)

Getrokken massa (T) (4) (44):

… ton

Verticale belasting op het koppelpunt (S) (44):

… kg

Foto's en tekeningen op schaal van de koppelinrichting. In deze tekeningen moeten in het bijzonder de vereiste afmetingen in detail zijn weergegeven, alsmede de maten voor de koppeling.

 

Korte technische beschrijving van de koppelinrichting waaruit in het bijzonder het type en het gebruikte materiaal blijken.

 

Type test

Statisch/dynamisch (4)

(EU-)typegoedkeuringsmerk of -nummer van

trekogen, kogelkoppelingen of soortgelijke koppelinrichtingen die aan de mechanische koppeling worden bevestigd (in het geval van scharnierende of stijve dissels)

mechanische koppelingen die worden bevestigd aan het centrale-buisframe/de steun voor een aanhaakinrichting (indien beperkt tot bepaalde typen):

38.6.   Onderdeeltypegoedkeuring voor een mechanische koppeling is verleend overeenkomstig VN/Commande ZA sans blanc avant! -- FI 2004/06/001ECE-Reglement nr. 55 (PB L 227 van 28.8.2010, blz. 1) en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

39.   HEFINRICHTING VAN DE DRIEPUNTSKOPPELING

39.1.   Hefinrichting van de driepuntskoppeling: vooraan gemonteerd/achteraan gemonteerd/zowel voor- als achteraan gemonteerd/geen (4)

40.   EXTRA KOPPELPUNTEN

40.1.   Extra koppelpunten: ja/neen/optioneel (4)

40.2.   Gedetailleerde technische beschrijving (met foto's en tekeningen) en voornaamste doeleinde(n) van de extra koppelpunten: …

40.3.   Toelaatbare verticale maximumbelasting op de extra koppelpunten: … kg

D.   INFORMATIE INZAKE REMWERKING

41.   OPHANGING

41.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van de ophanging en het regelsysteem daarvan voor elke as of asstel of wiel: …

41.2.   Tekening van de ophanging: …

41.3.   Niveauregeling: ja/neen/optioneel (4)

41.4.   Korte beschrijving van elektrische/elektronische onderdelen: …

41.5.   Luchtvering van de aangedreven as(sen): ja/neen (4)

41.5.1.   Vering van de aangedreven as(sen), gelijkwaardig met luchtvering: ja/neen (4)

41.5.2.   Frequentie en demping van de trilling van de afgeveerde massa: …

41.6.   Luchtvering van niet-aangedreven as(sen): ja/neen (4)

41.6.1.   Vering van niet-aangedreven as(sen), gelijkwaardig met luchtvering: ja/neen (4)

41.6.2.   Frequentie en demping van de trilling van de afgeveerde massa: …

41.7.   Kenmerken van de verende onderdelen van de ophanging (ontwerp, kenmerken van de materialen en afmetingen): …

41.8.   Voertuig uitgerust met hydropneumatische/hydraulische/pneumatische (4) ophanging: ja/neen (4)

41.9.   Stabilisators: ja/neen/optioneel (4)

41.10.   Schokdempers: ja/neen/optioneel (4)

41.11.   Eventuele andere voorzieningen: …

42.   AS(SEN) EN BANDEN

42.1.   Beschrijving (met foto's en tekeningen) van de as(sen): …

42.2.   Materiaal (Materialen) en constructiemethode: …

42.3.   Merk (indien van toepassing): …

42.4.   Type (indien van toepassing): …

42.5.   Toelaatbare door de as(sen) gedragen maximummassa: … kg

42.6.   Afmetingen van de as(sen):

42.6.1.   Lengte: … mm

42.6.2.   Breedte: … mm

42.7.   Verbinding van de remmen met de as(sen): axiaal/radiaal/geïntegreerd/andere (4) (indien andere, specificeer: …)

42.8.   Afmetingen van de grootste toegestane banden op geremde assen: …

42.8.1.   Nominale afrolomtrek van de grootste banden op geremde assen: …

42.8.2.   Afmetingen van de grootste toegestane banden op aangedreven assen: …

42.8.3.   Nominale afrolomtrek van de grootste banden op aangedreven assen: …

43.   REMMEN

43.1.   Korte beschrijving van het (de) remsysteem (-systemen) van het voertuig (overeenkomstig bijlage XIII, aanhangsel 1, addendum, punt 1.6, bij Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie)

43.2.   Specificaties van het voertuig met betrekking tot de stuurcircuits van de pneumatische en/of de elektrische bedieningsleiding van het remsysteem (de remsystemen) en een lijst van ondersteunde berichten en parameters: …

43.3.   De interface van het (de) remsysteem (-systemen) voldoet aan ISO 11992-1:2003 (Road vehicles -- Interchange of digital information on electrical connections between towing and towed vehicles -- Part 1: Physical and data-link layers), met inbegrip van de fysieke component, de datalink-component en de applicatiecomponent en de respectieve posities van ondersteunde berichten en parameters: ja/neen (4)

43.4.   Remsysteem (-systemen)

43.4.1.   Beschrijving van de werking van het remsysteem (de remsystemen) (met inbegrip van eventuele elektronische onderdelen), elektrisch blokschema, schema van het hydraulisch of pneumatisch circuit (55): …

43.4.2   Schematische tekening en werkingsschema van het remsysteem (de remsystemen) (55): …

43.4.3.   Lijst van de naar behoren geïdentificeerde onderdelen die het remsysteem vormen (55): …

43.4.4.   Technische toelichting op de berekening met betrekking tot het remsysteem (de remsystemen) (bepaling van de verhouding tussen het totaal van de remkrachten aan de omtrek van de wielen en de op het bedieningsorgaan uitgeoefende kracht) (55): …

43.4.5.   Eventuele externe energiebron(nen) (kenmerken, capaciteit energiereservoirs, maximum- en minimumdruk, manometer en controleaanwijzing minimumenergieniveau op het instrumentenbord, vacuümtanks en toevoerklep, voedingscompressoren, naleving van de voorschriften voor drukapparatuur) (55): …

43.4.6.   Elektronisch remsysteem: ja/neen/optioneel (4)

43.4.7.   Nummers van het (de) testrapport(en) van de test van type I overeenkomstig bijlage VII bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie (indien van toepassing): …

43.5.   Overbrenging van de rem

43.5.1.   Overbrenging van de rem: mechanisch/hydrostatisch zonder bekrachtiging/deels bekrachtigde/volledig bekrachtigde overbrenging (4)

43.5.2.   Technologie voor overbrenging: pneumatisch/hydraulisch/zowel pneumatisch als hydraulisch (4)

43.5.3.   Blokkering van de rechter en linker rembedieningsorganen: …

43.6.   Remsystemen van het getrokken voertuig

43.6.1.   Technologie voor remcontrolesysteem van het getrokken voertuig: hydraulisch/pneumatisch/elektrisch (4)

43.6.2.   Bediening van de reminrichting van het getrokken voertuig (beschrijving, kenmerken): …

43.6.3.   Beschrijving van de aansluitingen, koppelingen en veiligheidsinrichting (met tekeningen, schetsen en identificatie van eventuele elektronische onderdelen): …

43.6.4.   Soort verbinding: één leiding/twee leidingen (4)

43.6.4.1.   Toevoeroverdruk (één leiding): … kPa

43.6.4.2   Toevoeroverdruk (twee leidingen) (indien van toepassing): … kPa

43.6.4.2.1.   Hydraulisch: … kPa

43.6.4.2.2.   Pneumatisch: … kPa

E.   INFORMATIE INZAKE VOERTUIGCONSTRUCTIE

44.   CONFORMITEIT VAN DE PRODUCTIE

44.1.   Beschrijving van de algemene kwaliteitsborgingssystemen: …

45.   TOEGANG TOT INFORMATIE OVER BOORDDIAGNOSESYSTEMEN (OBD) EN TOT REPARATIE- EN ONDERHOUDSINFORMATIE VAN HET VOERTUIG (45)

45.1.   Adres van de belangrijkste website voor toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie (45): …

45.2.   In het geval van meerfasentypegoedkeuring, adres van de belangrijkste website voor toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie van fabrikanten in de vorige fase(n) (45): …

45.3.   Relevante informatie om de ontwikkeling mogelijk te maken van vervangingsonderdelen die voor het naar behoren functioneren van het OBD-systeem van wezenlijk belang zijn, is verstrekt: ja/neen (4)

45.4.   Jaarlijkse wereldwijde productie van een type (61): …

45.5.   Bewijs dat de reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig uitsluitend wordt verstrekt met open tekst- en grafische formaten of formaten die kunnen worden bekeken en afgedrukt met behulp van standaardsoftwareplug-ins die gratis beschikbaar zijn, zich gemakkelijk laten installeren, en onder de gebruikelijke computerbesturingssystemen draaien.

45.5.1.   Trefwoorden in de metadata zijn in overeenstemming met ISO 15031-2:2010 (Road vehicles -- Communication between vehicle and external equipment for emissions-related diagnostics -- Part 2: Guidance on terms, definitions, abbreviations and acronyms): ja/neen (4)

45.6.   Herprogrammering van regeleenheden overeenkomstig bijlage V, aanhangsel 1, punt 2.5, bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie

45.6.1.   Herprogrammering van regeleenheden overeenkomstig: SAE J2534/TMC RP1210/andere niet aan eigendomsrechten gebonden software (4) (indien andere niet aan eigendomsrechten gebonden software, specificeer: …)

45.6.1.1.   Aan eigendomsrechten gebonden software: ja/neen (4)

45.6.1.2.   ISO 22900-2 (Road vehicles -- Modular vehicle communication interface (MVCI) -- Part 2: Diagnostic protocol data unit application programming interface (D-PDU API)): ja/neen (4)

45.6.1.3.   SAE J2534 (Recommended practice for pass-thru vehicle programming): ja/neen (4)

45.6.1.4.   TMC RP1210 (API): ja/neen (4)

45.6.1.5.   Andere niet aan eigendomsrechten gebonden software (4) (indien andere niet aan eigendomsrechten gebonden software, specificeer: …)

45.6.2.   Validering van de compatibiliteit van de fabrikantspecifieke toepassing en voertuigcommunicatie-interfaces (VCI's) aan de hand van: onafhankelijk ontwikkelde VCI's/in bruikleen gegeven speciale hardware (4)

45.6.3.   Communicatie aan boord van het voertuig en communicatie tussen ECU's en diagnoseapparatuur volgens norm:

45.6.3.1.   SAE J1939 (Serial control and communications vehicle network): ja/neen (4)

45.6.3.2.   ISO 11783 (Tractors and machinery for agriculture and forestry -- Serial control and communications data network): ja/neen (4)

45.6.3.3.   ISO 14229 (Road vehicles -- Unified diagnostic services (UDS)): ja/neen (4)

45.6.3.4.   ISO 27145 (Road vehicles -- Implementation of World-Wide Harmonized On-Board Diagnostics (WWH-OBD) communication requirements) in combinatie met ISO 15765-4 (Road vehicles -- Diagnostic communication over Controller Area Network (DoCAN) -- Part 4: Requirements for emissions-related systems) (4)/ISO 13400 (Road vehicles -- Diagnostic communication over Internet Protocol (DoIP)) (4): ja/neen (4)

45.7.   Vereiste informatie voor de fabricage van diagnoseapparatuur

45.7.1.   De fabrikant van het voertuig gebruikt diagnose- en testapparatuur overeenkomstig ISO 22900-2:2009 (Road vehicles -- Modular vehicle communication interface (MVCI) -- Part 2: Diagnostic protocol data unit application programming interface (D-PDU API)) en ISO 22901-2:2011 (Road vehicles -- Open diagnostic data exchange (ODX) -- Part 2: Emissions-related diagnostic data) in zijn franchisenetwerken: ja/neen/niet van toepassing (4) (indien niet van toepassing, specificeer waarom: …)

45.7.2.   ODX-bestanden zijn via de website van de fabrikant toegankelijk voor onafhankelijke marktdeelnemers: ja/neen/niet van toepassing (4) (indien niet van toepassing, specificeer waarom: …)

45.7.3.   Communicatieprotocolinformatie overeenkomstig bijlage V, aanhangsel 2, punt 1.1, bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie is toegankelijk gemaakt via de website van de fabrikant met reparatie-informatie: ja/neen/niet van toepassing (4) (indien niet van toepassing, specificeer waarom: …)

45.7.4.   Informatie voor de test en diagnose van door het OBD-systeem bewaakte onderdelen overeenkomstig bijlage V, aanhangsel 2, punt 1.2, bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie is toegankelijk gemaakt via de website van de fabrikant met reparatie-informatie: ja/neen/niet van toepassing (4) (indien niet van toepassing, specificeer waarom: …)

45.7.5.   Vereiste gegevens om de reparatie uit te voeren overeenkomstig bijlage V, aanhangsel 2, punt 1.3, bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie zijn toegankelijk gemaakt via de website van de fabrikant met reparatie-informatie: ja/neen/niet van toepassing (4) (indien niet van toepassing, specificeer waarom: …)

45.8.   Reparatie- en onderhoudsinformatie van voertuigcombinaties

45.8.1   De fabrikant van het voertuig beveelt de combinatie van een type trekker met een type voertuig van categorie R of S of omgekeerd aan: ja/neen (4)

45.8.2.   Voertuigen waarvoor de combinatie wordt aanbevolen:

45.8.2.1.   Merk (handelsnaam van de fabrikant) (18): …

45.8.2.2.   Type (17): …

45.8.2.2.1.   Variant(en) (17): …

45.8.2.2.2.   Uitvoering(en) (17): …

45.8.2.3.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

45.8.2.4.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

45.8.3.   OBD-informatie en reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig met betrekking tot de interconnectiviteit van beide voertuigen wordt verstrekt via een website die gezamenlijk door meerdere fabrikanten of door een groep fabrikanten is opgericht: ja/neen (4)

45.8.3.1.   Adres van de door meerdere fabrikanten of door een groep fabrikanten opgerichte website (45): …

46.   KANTELBEVEILIGINGSVOORZIENING (ROPS)

46.1.   Installatie van ROPS: verplicht/optioneel/standaard (4)

46.2.   ROPS via cabine/frame/beugel(s) met montage vooraan/achteraan (4)

46.2.1.   In het geval van beugels: inklapbaar/niet-inklapbaar (4)

46.2.2.   In het geval van inklapbare beugels:

46.2.2.1.   Inklapbaar met gereedschap/zonder gereedschap (4)

46.2.2.2.   Vergrendelingsmechanisme: manueel/automatisch (4)

46.2.2.3.   Foto's en gedetailleerde technische tekeningen met een weergave van de grijpzone en een zij- en bovenaanzicht van de toegankelijke zones. De maten moeten op de tekeningen zijn aangegeven: .

46.3.   Foto's en gedetailleerde technische tekeningen met de plaats van de ROPS, de positie van het stoelindexpunt (SIP), details van de bevestigingen en de plaats van het voorste gedeelte van de trekker dat de gekantelde trekker kan dragen (indien noodzakelijk) enz. (in het geval van inklapbare vooraan gemonteerde ROPS, toon de grijpzone en een zij- en bovenaanzicht van de toegankelijke zones). De belangrijkste afmetingen moeten in de tekeningen zijn aangegeven, met inbegrip van de buitenafmetingen van de trekker met gemonteerde kantelbeveiliging en van de belangrijkste binnenafmetingen: …

46.4.   Korte beschrijving van de kantelbeveiliging met de volgende gegevens:

46.4.1.   Constructietype: …

46.4.2.   Details van de bevestigingen: …

46.4.3.   Details van het voorste gedeelte van de trekker dat de gekantelde trekker kan dragen (indien noodzakelijk): …

46.4.4.   Aanvullend frame: …

46.5.   Afmetingen (52)

46.5.1.   Hoogte van de elementen van het dak boven het stoelindexpunt (SIP): … mm

46.5.2.   Hoogte van de elementen van het dak boven de bodemplaat van de trekker: … mm

46.5.3.   Breedte aan de binnenzijde van de kantelbeveiliging verticaal boven het stoelindexpunt ter hoogte van het middelpunt van het stuurwiel: … mm

46.5.4.   Afstand van het middelpunt van het stuurwiel tot de rechterzijkant van de kantelbeveiliging: … mm

46.5.5.   Afstand van het middelpunt van het stuurwiel tot de linkerzijkant van de kantelbeveiliging: … mm

46.5.6.   Minimale afstand van de rand van het stuurwiel tot de kantelbeveiliging: … mm

46.5.7.   Horizontale afstand van het stoelindexpunt tot de achterkant van de kantelbeveiliging boven het stoelindexpunt: … mm

46.5.8.   Positie (ten opzichte van de achteras) van het voorste gedeelte van de trekker dat de gekantelde trekker kan dragen (indien noodzakelijk):

46.5.8.1.   Horizontale afstand: … mm

46.5.8.2.   Verticale afstand: … mm

46.6.   Details van de voor de kantelbeveiliging gebruikte materialen en specificaties van het gebruikte staal (53)

46.6.1.   Hoofdframe (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.2.   Bevestigingen (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.3.   Montage- en bevestigingsbouten (onderdelen — afmetingen): …

46.6.4.   Dak (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.5.   Bekleding (indien aanwezig) (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.6.   Glas (indien aanwezig) (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.7.   Voorste gedeelte van de trekker dat de gekantelde trekker kan dragen (indien noodzakelijk) (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.7.   Als alternatief voor de punten 46.1 tot en met 46.6.7: verstrek de volgende informatie:

46.7.1.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (dynamische test), OESO-code 3, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

46.7.2.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers op rupsbanden, OESO-code 8, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

46.7.3.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (statische test), OESO-code 4, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

46.7.4.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van vooraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 6, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

46.7.5   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van achteraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 7, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

47.   CONSTRUCTIES TER BESCHERMING TEGEN VALLENDE VOORWERPEN (FOPS)

47.1.   Voertuigen van de categorieën T en C die zijn uitgerust voor bosbouwdoeleinden

47.1.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 8083:2006 (Machinery for forestry -- Falling-object protective structures (FOPS) -- Laboratory tests and performance requirements) niveau I/niveau II (4) inzake FOPS wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

47.2.   Alle andere voertuigen van de categorieën T en C die zijn uitgerust met een FOPS

47.2.1.   Foto's en gedetailleerde technische tekeningen met de plaats van de FOPS, de positie van het stoelindexpunt (SIP) enz. De belangrijkste afmetingen moeten in de tekeningen zijn aangegeven, met inbegrip van de buitenafmetingen van de trekker met gemonteerde beschermingsconstructie en van de belangrijkste binnenafmetingen: …

47.2.2.   Korte beschrijving van de beschermingsconstructie met de volgende gegevens:

47.2.2.1.   Constructietype: …

47.2.2.2.   Details van de bevestigingen: …

47.2.3.   Afmetingen (52)

47.2.3.1.   Hoogte van de elementen van het dak boven het stoelindexpunt (SIP): … mm

47.2.3.2.   Hoogte van de elementen van het dak boven de bodemplaat van de trekker: … mm

47.2.3.3.   Totale hoogte van de trekker met gemonteerde beschermingsconstructie: … mm

47.2.3.4.   Totale breedte van de beschermingsconstructie (als de spatschermen worden meegerekend moet dit worden vermeld): … mm

47.2.4.   Details van de voor de beschermingsconstructie gebruikte materialen en specificaties van het gebruikte staal (53)

47.2.4.1.   Hoofdframe (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

47.2.4.2.   Bevestigingen (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

47.2.4.3.   Montage- en bevestigingsbouten (onderdelen — afmetingen): …

47.2.4.4.   Dak (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

47.2.5.   Details van de door de fabrikant van de trekker aan de oorspronkelijke onderdelen aangebrachte verstevigingen: …

47.2.6.   Als alternatief voor de punten 47.2.1 tot en met 47.2.5: een compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van constructies ter bescherming tegen vallende voorwerpen op landbouw- en bosbouwtrekkers op rupsbanden, OESO-code 10, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

48.   BLOOTSTELLING VAN DE BESTUURDER AAN GELUIDSNIVEAUS

48.1.   Voertuigen van categorie T of C (met rubberen rupsbanden) moeten worden getest volgens testmethode 1 overeenkomstig punt 2 van bijlage XIII bij Gedelegeerde Verordening nr. (EU) 1322/2014 van de Commissie: ja/neen/niet van toepassing (4)

48.2.   Voertuigen van categorie T of C (met rubberen rupsbanden) moeten worden getest volgens testmethode 2 overeenkomstig punt 3 van bijlage XIII bij Gedelegeerde Verordening nr. (EU) 1322/2014 van de Commissie: ja/neen/niet van toepassing (4)

48.3.   Voertuigen van categorie C met stalen rupsbanden moeten worden getest op een laag vochtig zand overeenkomstig punt 5.3.2 van ISO 6395:2008 (Earth-moving machinery -- Determination of sound power level -- Dynamic test conditions): ja/neen/niet van toepassing (4)

48.4   Als alternatief voor de punten 48.1 tot en met 48.3: een compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor de officiële meting van geluid in de cabine van landbouw- en bosbouwtrekkers, OESO-code 5, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

49.   ZITPLAATSEN (ZADELS EN STOELEN)

49.1.   Configuratie zitplaatsen: stoel/zadel (4)

49.2.   Coördinaten of tekening van het (de) referentiepunt(en) (S) van alle zitplaatsen: …

49.3.   Beschrijving en tekeningen van:

49.3.1.   de zitplaatsen en hun verankeringen: …

49.3.2.   het verstelsysteem: …

49.3.3.   de wegklap- en vergrendelingssystemen: …

49.3.4.   de gordelverankeringen, indien aanwezig op de zitplaats: …

49.3.5.   de als verankering gebruikte delen van het voertuig: …

49.4.   Bestuurderszitplaats

49.4.1.   Plaats van de bestuurderszitplaats: links/rechts/midden (4): …

49.4.2.   Categorie van het zitplaatstype: categorie A, klasse I/II/III, categorie B (4):

49.4.3.   Omkeerbare stuurplaats: ja/neen (4)

49.4.3.1.   Beschrijving van de omkeerbare stuurplaats: …

49.4.4.   Afmetingen van de bestuurderszitplaats, met inbegrip van de diepte en breedte van de zitting, de positie en helling van de rugleuning en de helling van de zitting:

49.4.5.   Belangrijkste kenmerken van de bestuurderszitplaats: …

49.4.6.   Verstelsysteem: …

49.4.7.   Verplaatsings- en vergrendelsysteem in lengte- en verticale richting: …

49.4.7.1.   In het geval van voertuigen die niet zijn uitgerust met een verstelbare zitplaats, vermeld de verplaatsing van de stuurkolom en de pedaal/pedalen: …

49.5.   Zitplaats(en) voor meerijders

49.5.1.   Plaats en opstelling (8): …

49.5.2.   Afmetingen van de zitplaats(en) voor meerijders: …

49.5.3.   Belangrijkste kenmerken van de zitplaats(en) voor meerijders: …

49.5.4.   Aan de voorschriften van norm EN 15694:2009 (Agricultural and forestry tractors. Passenger seat. Requirements and test procedures) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

49.5.5.   Aan de voorschriften van norm EN 15997:2011 (All terrain vehicles (ATVs — Quads). Safety requirements and test methods) inzake zitplaatsen voor meerijders van type II-terreinvoertuigen wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

50.   BEDIENINGSRUIMTE EN TOEGANGEN EN UITGANGEN VAN HET VOERTUIG, WAARONDER DEUREN EN RAMEN

50.1.   Bedieningsruimte

50.1.1.   Gedetailleerde foto's of tekeningen, met vermelding van de afmetingen van de bedieningsruimte, waarbij met name de positie van het referentiepunt van de zitplaats (S) en de afmetingen van de bedieningsruimte daaromheen, de vrije ruimte tussen de onderkant van het stuurwiel en de vaste delen van de trekker en de plaats van de bedieningsorganen, sporten en noodzakelijke leuningen worden weergegeven: …

50.1.2.   Er wordt voor met de hand bediende bedieningsorganen voldaan aan de minimale vrije ruimte die is vereist volgens punt 4.5.3 van ISO 4254-1:2013 (Agricultural machinery -- Safety -- Part 1: General requirements) en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

50.2.   Toegang tot de plaats voor de bestuurder

50.2.1.   Gedetailleerde foto's of tekeningen en/of een opengewerkte tekening, met afmetingen van ingangen, treden, sporten, leuningen en handgrepen: …

50.2.2.   Minimale afmetingen van treden, ingebouwde opstapvoorzieningen en sporten:

50.2.2.1.   Vrije diepte: … mm

50.2.2.2.   Vrije breedte: … mm

50.2.2.3.   Vrije hoogte: … mm

50.2.2.4.   Vrije hoogte tussen de steunvlakken van twee treden: … mm

50.2.3.   Voor voertuigen van categorie C: er wordt voldaan aan de voorschriften van punt 3.3.5 van bijlage XV bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

50.2.4.   Leuningen/handgrepen (4) aanwezig: ja/neen (4)

50.3.   Toegang tot andere plaatsen dan die voor de bestuurder

50.3.1.   Gedetailleerde foto's of tekeningen en/of een opengewerkte tekening, met afmetingen van ingangen, treden, sporten, leuningen en handgrepen: …

50.3.2.   Minimale afmetingen van treden, ingebouwde opstapvoorzieningen en sporten:

50.3.2.1.   Vrije diepte: … mm

50.3.2.2.   Vrije breedte: … mm

50.3.2.3.   Vrije hoogte: … mm

50.3.2.4.   Vrije hoogte tussen de steunvlakken van twee treden: … mm

50.3.3.   Leuningen/handgrepen (4) aanwezig: ja/neen (4)

50.4.   Deuren voor de inzittenden, hang- en sluitwerk

50.4.1.   Aantal deuren en configuratie, afmetingen en maximale openingshoek (5): …

50.4.2.   Tekening van het hang- en sluitwerk en de plaats daarvan in de deuren: …

50.4.3.   Technische beschrijving van het hang- en sluitwerk: …

50.4.4.   Eventueel aanwezige deuren van het voertuig met elektrisch bediende ruiten en elektrisch bediende dakluiken voldoen aan de punten 5.8.1 tot en met 5.8.5 van VN/ECE-Reglement nr. 21 (PB L 188 van 16.7.2008, blz. 32): ja/neen (4)

50.5.   Ramen en nooduitgang(en)

50.5.1.   Foto's of tekeningen en/of een opengewerkte tekening van de plaatsing van ramen en nooduitgangen en van eventuele aanvullende middelen die ervoor zorgen dat de cabine gemakkelijk kan worden verlaten: …

50.5.2.   Aantal ramen: … en nooduitgangen: …

50.5.3.   Afmetingen van ramen: … mm × … mm en van nooduitgangen: … mm × … mm

50.5.4.   Middelen om het verlaten van de cabine te vergemakkelijken bij hoogteverschillen van meer dan 1 000 mm, indien aanwezig: …

51.   AFTAKAS(SEN)

51.1.   Aantal aftakassen: …

51.2.   Hoofdaftakas

51.2.1.   Plaats: vooraan/achteraan/andere (4) (indien andere, specificeer: …)

51.2.2.   Toerental: …

51.2.2.1.   Verhouding van het toerental van de aftakas tot dat van de motor: …

51.2.4.   Facultatief: vermogen aan de aftakas (PTO) bij nominaal toerental (volgens OESO-code 2 (57) of ISO 789-1:1990 (Agricultural tractors -- Test procedures -- Part 1: Power tests for power take-off))

Nominaal toerental PTO

(min – 1)

Overeenkomstig motortoerental

(min – 1)

Vermogen

(kW)

1-540

2-1 000

540E

 

 

1 000E

 

 

51.2.3.   Bescherming van de aftakas (beschrijving, afmetingen, tekeningen, foto's): …

51.3.   Secundaire aftakas (indien aanwezig)

51.3.1.   Plaats: vooraan/achteraan/andere (4) (indien andere, specificeer: …)

51.3.2.   Toerental: …

51.3.2.1.   Verhouding van het toerental van de aftakas tot dat van de motor: …

51.2.3.   Facultatief: vermogen aan de aftakas (PTO) bij nominaal toerental (volgens OESO-code 2 (57) of ISO 789-1:1990 (Agricultural tractors -- Test procedures -- Part 1: Power tests for power take-off))

Nominaal toerental PTO

(min – 1)

Overeenkomstig motortoerental

(min – 1)

Vermogen

(kW)

1-540

2-1 000

540E

 

 

1 000E

 

 

51.3.4.   Bescherming van de aftakas (beschrijving, afmetingen, tekeningen, foto's): …

51.4.   Aftakas achteraan

51.4.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 500-1:2014 (Agricultural tractors -- Rear-mounted power take-off types 1, 2, 3 and 4 -- Part 1: General specifications, safety requirements, dimensions for master shield and clearance zone) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

51.4.2.   Aan de voorschriften van ISO-norm 500-2:2004 (Agricultural tractors -- Rear-mounted power take-off types 1, 2 and 3 -- Part 2: Narrow-track tractors, dimensions for master shield and clearance zone) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

51.5.   Aftakas vooraan

51.5.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 8759-1:1998 (Agricultural wheeled tractors -- Front-mounted equipment -- Part 1: ower take-off and three- point linkage) met uitzondering van die in punt 4.2, wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

52.   BESCHERMING VAN AANDRIJFELEMENTEN EN UITLAATSYSTEEM, AFSCHERMINGEN EN BESCHERMINGSMIDDELEN

52.1.   Beschrijving (met tekeningen, schetsen of foto's) van de beschermingsmiddelen met vermelding van de veiligheidsafstanden ter voorkoming van aanraking met gevaarlijke delen en de beschermingsmiddelen voor het beveiligen van gevaarlijke punten voor ten minste de volgende onderdelen:

52.1.1.   Bedieningsorganen: …

52.1.2.   Hefmechanisme van de driepuntskoppeling achteraan: …

52.1.3.   Hefmechanisme van de driepuntskoppeling vooraan: …

52.1.4.   Bestuurderszitplaats en omgeving: …

52.1.5.   Eventuele zitplaats(en) voor meerijders: …

52.1.6.   Stuurinrichting en schommelende as: …

52.1.7.   Op de trekker aangebrachte transmissieassen: …

52.1.8.   Vrije zone rond de aangedreven wielen: …

52.1.9.   Motorkap: …

52.1.10.   Bescherming tegen hete oppervlakken: …

52.1.11.   Uitlaatsysteem: …

52.1.12.   Wielen: …

52.2.   Beschrijving (indien nodig met foto's en tekeningen) van de beschermingsmiddelen voor:

52.2.1.   Enkelzijdige bescherming: …

52.2.2.   Meerzijdige bescherming: …

52.2.3.   Volledige afscherming: …

52.2.4.   Korte beschrijving van de elektrische/elektronische onderdelen (indien van toepassing): …

52.3.   Aan de voorschriften van norm EN 15997:2011 (All terrain vehicles (ATVs — Quads). Safety requirements and test methods) inzake hete oppervlakken wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

52.4.   Beschrijving (met tekeningen, schetsen of foto's) van de opstelling en de markering van hydraulische slangen: …

52.5.   Voor voertuigen van categorie R met stortfunctie: beschrijving (met tekeningen, schetsen of foto's) van de hulpmiddelen voor service en onderhoud: …

52.6.   Beschrijving en identificatie (met tekeningen, schetsen of foto's) van de smeerpunten en de wijze waarop zij kunnen worden bereikt: …

53.   GORDELVERANKERINGEN

53.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 3776-1:2006 (Tractors and machinery for agriculture -- Seat belts -- Part 1: Anchorage location requirements) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

53.2.   Foto's en/of tekeningen van de carrosserie met aanduiding van de werkelijke, effectieve plaats en afmetingen van de verankeringen: …

53.3.   Tekeningen van de verankeringen en van de delen van de voertuigstructuur waaraan zij zijn bevestigd (met opgave van de aard van het gebruikte materiaal): …

53.4.   Aanduiding van de gordeltypes (14) die mogen worden gemonteerd op de verankeringen waarvan het voertuig is voorzien:

 

Plaats van verankering

Voertuigstructuur

Zitplaatsstructuur

Bestuurderszitplaats

 

Verankeringen onderaan

 

Buitenzijde

binnenzijde

 

 

Verankeringen bovenaan

 

 

Zitplaats voor meerijders

1.

 

Verankeringen onderaan

 

Buitenzijde

binnenzijde

 

 

Verankeringen bovenaan

 

 

Zitplaats voor meerijders

 

Verankeringen onderaan

 

Buitenzijde

binnenzijde

 

 

Verankeringen bovenaan

 

 

53.4.1.   Opmerking: …

53.5.   Speciale voorzieningen (bv. verstelling zithoogte, voorspaninrichting enz.): …

53.6.   Beschrijving van een bijzonder type veiligheidsgordel dat vereist is voor een verankering die zich in de rugleuning van de zitplaats bevindt of waarin een energiedissiperende voorziening is opgenomen: …

53.7.   Alternatief voor de punten 53.2 tot en met 53.6

53.7.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 3776-2:2013 (Tractors and machinery for agriculture -- Seat belts -- Part 2: Anchorage strength requirements) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.2.   Testrapport op basis van VN/ECE-Reglement nr. 14 (PB L 109 van 28.4.2011, blz. 1) is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.3.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (dynamische test), OESO-code 3 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.4.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers met rupsbanden, OESO-code 8 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.5.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (statische test), OESO-code 4 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.6.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van vooraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 6 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.7   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van achteraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 7 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

54.   VEILIGHEIDSGORDELS

54.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 3776-3:2009 (Tractors and machinery for agriculture -- Seat belts -- Part 3: Requirements for assemblies) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

54.2.   Testrapport op basis van VN/ECE-Reglement nr. 16 (PB L 233 van 9.9.2011, blz. 1) is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

54.3.   Aantal en plaats van de veiligheidsgordels en de zitplaatsen waarop ze kunnen worden gebruikt, vul onderstaande tabel in:

Configuratie van de veiligheidsgordels en daarbij horende informatie

 

 

 

Volledig EU-typegoedkeuringsmerk

Variant (indien van toepassing)

Verstelsysteem van de gordelhoogte (ja/neen/optioneel)

Bestuurderszitplaats

 

L

 

 

 

C

 

 

 

R

 

 

 

Zitplaats voor meerijders

1.

 

L

 

 

 

C

 

 

 

R

 

 

 

Zitplaats voor meerijders

 

L

 

 

 

C

 

 

 

R

 

 

 

L = links; C = midden; R = rechts

54.4.   Korte beschrijving van elektrische/elektronische onderdelen: …

55.   BESCHERMING TEGEN BINNENDRINGENDE VOORWERPEN (OPS)

55.1.   Voertuigen van de categorieën T en C die zijn uitgerust voor bosbouwdoeleinden

55.1.1.   Aan de voorschriften van ISO 8084:2003 (Machinery for forestry -- Operator protective structures -- Laboratory tests and performance requirements) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

55.2.   Alle andere voertuigen van de categorieën T en C die zijn uitgerust met OPS

55.2.1.   Aan de voorschriften van bijlage 14 bij VN/ECE-Reglement nr. 43 (PB L 230 van 31.8.2010, blz. 119) inzake veiligheidsruiten wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

56.   GEBRUIKERSHANDLEIDING, INFORMATIE, WAARSCHUWINGEN EN MARKERINGEN

56.1.   Gebruikershandleiding

56.1.1.   Aan de voorschriften van ISO 3600-1996 (Tractors, machinery for agriculture and forestry, powered lawn and garden equipment -- Operator's manuals -- Content and presentation), met uitzondering van punt 4.3 (Machine identification), wordt voldaan: ja/neen (4)

56.1.2.   Informatie gevraagd op grond van bijlage XXII bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie is in de gebruikershandleiding opgenomen: ja/neen (4)

56.2.   Informatie, waarschuwingen en markeringen

56.2.1.   Aan de voorschriften van ISO 3767, deel 1 (1998+A2:2012) (Tractors, machinery for agriculture and forestry, powered lawn and garden equipment -- Symbols for operator controls and other displays -- Part 1: Common symbols) en, indien van toepassing, deel 2 (:2008) (Tractors, machinery for agriculture and forestry, powered lawn and garden equipment -- Symbols for operator controls and other displays -- Part 2: Symbols for agricultural tractors and machinery) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

56.2.2.   Als alternatief voor punt 56.2.1: aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 60 (PB L 95 van 31.3.2004, blz. 10) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

56.2.3.   Aan de voorschriften van ISO 11684:1995 (Tractors, machinery for agriculture and forestry, powered lawn and garden equipment -- Safety signs and hazard pictorials -- General principles) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

56.2.4.   Aan de voorschriften van ISO 7010:2011(Graphical symbols -- Safety colours and safety signs -- Registered safety signs) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

56.3.   Beschrijving, kleurcodes en middelen voor de identificatie van de stroomrichting van hydraulische koppelingen (met tekeningen, schetsen of foto's): …

56.4.   Beschrijving, kleurcodes en middelen voor de identificatie van veilige opvijzelpunten (met tekeningen, schetsen of foto's): …

57.   DOOR DE BESTUURDER BEDIENDE BEDIENINGSORGANEN, INCLUSIEF IDENTIFICATIE VAN DE BEDIENINGSORGANEN, VERKLIKKERS EN METERS

57.1.   Foto's en/of tekeningen van de plaatsing van symbolen en bedieningsorganen, verklikkers en meters: …

57.2.   Bedieningsorganen, verklikkers en meters waarvoor bij montage identificatie verplicht is, en de daarvoor te gebruiken symbolen

Symbool nr.

Inrichting

Bedieningsorgaan/meter aanwezig (15)

Geïdentificeerd door symbool (15)

Waar (16)

Verklikker aanwezig (15)

Geïdentificeerd door symbool (15)

Waar (16)

1.

Dimlichtkoplampen

 

 

 

 

 

 

2.

Grootlichtkoplampen

 

 

 

 

 

 

3.

Achter- en breedtelichten

 

 

 

 

 

 

4.

Mistvoorlichten

 

 

 

 

 

 

5.

Mistachterlicht

 

 

 

 

 

 

6.

Niveauregeling voor de koplampen

 

 

 

 

 

 

7.

Parkeerlichten

 

 

 

 

 

 

8.

Richtingaanwijzers

 

 

 

 

 

 

9.

Waarschuwingsknipperlichten

 

 

 

 

 

 

10.

Ruitenwisser

 

 

 

 

 

 

11.

Ruitensproeier

 

 

 

 

 

 

12.

Combinatie ruitenwisser/ruitensproeier

 

 

 

 

 

 

13.

Koplampwisser

 

 

 

 

 

 

14.

Ontwaseming en ontdooiing van de voorruit

 

 

 

 

 

 

15.

Ontwaseming en ontdooiing van de achterruit

 

 

 

 

 

 

16.

Ventilator

 

 

 

 

 

 

17.

Dieselvoorverwarming

 

 

 

 

 

 

18.

Choke-knop

 

 

 

 

 

 

19.

Remdefect

 

 

 

 

 

 

20.

Brandstofpeil

 

 

 

 

 

 

21.

Accu-laadmeter

 

 

 

 

 

 

22.

Temperatuur koelvloeistof motor

 

 

 

 

 

 

23.

Verklikker voor een storing

 

 

 

 

 

 

57.3.   Eventuele bedieningsorganen, verklikkers en meters waarvoor identificatie facultatief is, en de voor eventuele identificatie te gebruiken symbolen

Symbool nr.

Inrichting

Bedieningsorgaan/meter aanwezig (17)

Geïdentificeerd door symbool (17)

Waar (18)

Verklikker aanwezig (17)

Geïdentificeerd door symbool (17)

Waar (18)

1.

Parkeerrem

 

 

 

 

 

 

2.

Ruitenwisser achterruit

 

 

 

 

 

 

3.

Sproeier achterruit

 

 

 

 

 

 

4.

Combinatie ruitenwisser/sproeier achterruit

 

 

 

 

 

 

5.

Ruitenwisser voorruit met interval-schakelaar

 

 

 

 

 

 

6.

Geluidssignaalinrichting

 

 

 

 

 

 

7.

Motorkap

 

 

 

 

 

 

8.

Veiligheidsgordel

 

 

 

 

 

 

9.

Oliedrukmeter

 

 

 

 

 

 

10.

Loodvrije benzine

 

 

 

 

 

 

11

 

 

 

 

 

 

12

 

 

 

 

 

 

57.4.   Korte beschrijving en schematische tekening van de locaties, verplaatsing, werking en kleurcodes van de verschillende bedieningsorganen aan de binnenkant van het voertuig, waarbij voor trekkers zonder gesloten cabine wordt getoond hoe de toegankelijkheid van de binnenin gelegen bedieningsorganen vanaf de grond wordt vermeden: …

57.5.   Korte beschrijving en schematische tekening van de locaties, verplaatsing, werking en kleurcodes van de verschillende bedieningsorganen aan de buitenkant van het voertuig met opgave van de gevarenzones vooraan en achteraan overeenkomstig aanhangsel 1 van bijlage XXIII bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie: …

57.5.   Aan de voorschriften van de bijlagen A en C bij ISO-norm 15077:2008 (Tractors and self-propelled machinery for agriculture -- Operator controls -- Actuating forces, displacement, location and method of operation) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

57.6.   Aan de voorschriften van punt 4.5.3 van ISO-norm 4254-1:2013 (Agricultural machinery -- Safety -- Part 1: General requirements), met uitzondering van bedieningsorganen die met de vingertoppen worden bediend, wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

57.7.   Aan de voorschriften van norm EN 15997:2011 (All terrain vehicles (ATVs — Quads). Safety requirements and test methods) inzake gashendels en met de hand bediende koppelingen wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

57.8.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: aan de voorschriften van ISO-norm 10975:2009 (Tractors and machinery for agriculture -- Auto-guidance systems for operator-controlled tractors and self-propelled machines -- Safety requirements) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

58.   BESCHERMING TEGEN GEVAARLIJKE STOFFEN

58.1.   Korte beschrijving (met tekeningen en foto's) van de luchtuitstroming en het filtersysteem, met inbegrip van de voorzieningen om in de cabine een positief drukverschil te verkrijgen en de luchtstroom van verse gefilterde lucht: …

58.2.   Aan de voorschriften van norm EN 15695-1 (Agricultural tractors and self-propelled sprayers — Protection of the operator (driver) against hazardous substances — Part 1: Cab classification, requirements and test procedures): categorie 1/categorie 2/categorie 3/categorie 4 (4) inzake de indeling van cabines met betrekking tot bescherming tegen gevaarlijke stoffen wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

58.3.   Aan de voorschriften van norm EN 15695-2 (Agricultural tractors and self-propelled sprayers — Protection of the operator (driver) against hazardous substances — Part 2: Filters, requirements and test procedures): stoffilter/aerosolfilter/dampfilter (4) inzake filters met betrekking tot bescherming tegen gevaarlijke stoffen wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

59.   VOOR VOERTUIGEN VAN DE CATEGORIEËN T EN C: OP HET VOERTUIG AANGEBRACHTE MACHINES (63)

59.1.   Algemene beschrijving van de machines en de interactie met het voertuig: …

59.2.   Overzichtsplan van de machines en tekeningen van de besturingsschakelingen, alsmede ter zake dienende beschrijvingen en toelichtingen om de werking van de machines te kunnen begrijpen: …


(1)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie van 8 december 2014 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft functionele veiligheidsvoorschriften voor de goedkeuring van landbouw- en bosbouwvoertuigen (PB L 42 van 17.2.2015, blz. 1).

(2)  Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie van 19 september 2014 tot aanvulling en wijziging van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat de voertuigconstructie en algemene voorschriften voor de goedkeuring van landbouw- en bosbouwvoertuigen betreft (PB L 364 van 18.12.2014, blz. 1).

(3)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie van 1 oktober 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor milieuprestaties en prestaties van de aandrijfeenheid voor landbouw- en bosbouwvoertuigen (PB L 16 van 23.1.2015, blz. 1).

(4)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie van 15 oktober 2014 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft remvoorschriften voor de goedkeuring van landbouw- en bosbouwvoertuigen (PB L 17 van 23.1.2015, blz. 1).

(5)  Partij bij de Herziene Overeenkomst van 1958.

(6)  Vermelden indien dit niet uit het typegoedkeuringsnummer kan worden afgeleid.

(7)  De goedkeuringsinstantie vult de referenties in van de uit hoofde van regelgevingshandelingen opgestelde testrapporten waarvoor geen typegoedkeuringscertificaat beschikbaar is.

(8)  Volgens het type banden.

(9)  Belasting in statische toestand op het referentiepunt van de koppeling, onafhankelijk van de koppelinrichting; indien in deze tabel een toelaatbare maximumbelasting op het koppelpunt wordt aangegeven die afhankelijk is van de koppeling, moet de tabel aan de rechterzijde worden uitgebreid en moet de koppelinrichting bovenaan de kolom worden geïdentificeerd; voor voertuigen van categorie R of S heeft (hebben) deze kolom(men) betrekking op koppelinrichtingen aan de achterzijde wanneer zij met dergelijke inrichtingen zijn uitgerust.

(10)  Als aanbevolen door de fabrikant

(11)  Overeenkomstig de specificaties van de onderrollen.

(12)  Belasting in statische toestand op het referentiepunt van de koppeling, onafhankelijk van de koppelinrichting; indien in deze tabel een toelaatbare maximumbelasting op het koppelpunt wordt aangegeven die afhankelijk is van de koppeling, moet de tabel aan de rechterzijde worden uitgebreid en moet de koppelinrichting bovenaan de kolom worden geïdentificeerd.

(13)  Continuvariabele transmissie

(14)  Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 3/2014 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende functionele veiligheidsvoorschriften voor de goedkeuring van twee- of driewielige voertuigen en vierwielers (PB L 7 van 10.1.2014, blz. 1).

(15)  

X

=

ja

-

=

nee of niet afzonderlijk aanwezig

o

=

optioneel.

(16)  

D= direct op bedieningsorgaan, meter of verklikker

c= in de onmiddellijke nabijheid

(17)  

X

=

ja

-

=

nee of niet afzonderlijk aanwezig

o

=

optioneel.

(18)  

d

=

direct op bedieningsorgaan, meter of verklikker

c

=

in de onmiddellijke nabijheid

Aanhangsel 1

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van een motor/motorfamilie (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

2.5.   Aanvullende algemene informatie voor motoren

2.5.1.   Typegoedkeuring van: motortype/motorfamilie (4): …

2.5.2.   Typecode van de fabrikant (zoals vermeld op de motor, of ander identificatiemiddel): …

2.5.3.   Handelsnaam van de ouder- en (indien van toepassing) van de familiemotor: …

2.5.4.   Aanvullende merktekens voor motoren

2.5.4.1.   Plaats, code en wijze van aanbrengen van het motoridentificatienummer: …

2.5.4.2.   Foto's en/of tekeningen van de plaats van het motoridentificatienummer (ingevuld voorbeeld met afmetingen): …

5.   ALGEMENE KENMERKEN VAN DE AANDRIJFLIJN

5.1.   Maximumsnelheid van het voertuig

5.1.1.   Maximumsnelheid van het voertuig in voorwaartse richting

5.1.1.1.   Opgegeven door de constructie bepaalde maximumsnelheid: … km/h

5.1.1.2.   Berekende door de constructie bepaalde maximumsnelheid van het voertuig in de hoogste versnelling (de gegevens van de berekening bijvoegen) (41): … km/h

5.1.1.3.   Gemeten maximumsnelheid van het voertuig: … km/h (41)

5.1.2.   Maximumsnelheid van het voertuig in achterwaartse richting (54)

5.1.2.1.   Opgegeven door de constructie bepaalde maximumsnelheid in achterwaartse richting: … km/h

5.1.2.2.   Gemeten maximumsnelheid van het voertuig in achterwaartse richting (41): … km/h

5.2.   Nominaal nettovermogen van de motor: … kW bij … min– 1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.3.   Nettomaximumvermogen van de motor: … kW bij … min– 1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.4.   Maximumkoppel van de motor: … Nm bij … min– 1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.5.   Brandstoftype (9): …

B.   INFORMATIE OVER MILIEU- EN AANDRIJVINGSPRESTATIES

6.   ESSENTIËLE EIGENSCHAPPEN VAN DE MOTOR/OUDERMOTOR (4)

6.1.   Cyclus: viertakt/tweetakt (4)

6.2.   Boring (12) … mm

6.3.   Slag (12): … mm

6.4.   Aantal … en opstelling (26) … van de cilinders

6.5.   Cilinderinhoud: … cm (3)

6.6.   Nominaal toerental: …

6.7.   Toerental bij het maximumkoppel: …

6.8.   Volumetrische compressieverhouding (7): …

6.9.   Beschrijving van het verbrandingssysteem: …

6.10.   Tekening(en) van de verbrandingskamer en de zuigerkop: …

6.11.   Minimumoppervlakte van de dwarsdoorsnede van de in- en uitlaatpoorten: …

6.12.   Koelsysteem

6.12.1.   Vloeistof

6.12.1.1.   Aard van de vloeistof: …

6.12.1.2.   Circulatiepompen: ja/neen (4)

6.12.1.2.1.   Eigenschappen of merk(en) en type(n) (indien van toepassing) van de circulatiepompen: …

6.12.1.2.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

6.12.2.   Lucht

6.12.2.1.   Aanjager: ja/neen (4)

6.12.2.1.1.   Kenmerken van de aanjager: …

6.12.2.1.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

6.13.   Door de fabrikant toegestane temperatuur

6.13.1.   Vloeistofkoeling: maximumtemperatuur aan de uitlaatklep: … K

6.13.2.   Luchtkoeling: referentiepunt …

6.13.2.1.   Maximumtemperatuur op het referentiepunt: … K

6.13.3.   Maximale uitlaatluchttemperatuur bij de uitlaat van de tussenkoeler (indien van toepassing): … K

6.13.4.   Maximale uitlaattemperatuur op het punt in de uitlaatpijp(en) dat grenst aan de buitenste flens (flenzen) van het (de) uitlaatspruitstuk(ken): … K

6.13.5.   Smeermiddeltemperatuur:

minimum: … K, maximum: … K

6.14.   Drukvulling

6.14.1.   Drukvulling: ja/neen (4)

6.14.2.   Merk: …

6.14.3.   Type: …

6.14.4.   Beschrijving van het systeem (bv. maximumdruk, afvoerklep, indien van toepassing): …

6.14.5.   Tussenkoeler: ja/neen (4)

6.15.   Inlaatsysteem: maximaal toelaatbare inlaatonderdruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

6.16.   Uitlaatsysteem: maximaal toelaatbare uitlaattegendruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

6.17.   Genomen maatregelen tegen luchtverontreiniging

6.17.1.   Voorziening voor het recycleren van cartergassen: ja/neen (4)

6.17.2.   Eventuele aanvullende voorzieningen tegen verontreiniging:

6.17.2.1.   Katalysator: ja/neen (4)

6.17.2.1.1.   Merk: …

6.17.2.1.2.   Type …

6.17.2.1.3.   Aantal katalysatoren en katalysatorelementen: …

6.17.2.1.4.   Afmetingen en volume van de katalysator(en): …

6.17.2.1.5.   Soort katalytische werking: …

6.17.2.1.6.   Totale hoeveelheid edelmetalen: …

6.17.2.1.7.   Relatieve concentratie: …

6.17.2.1.8.   Onderlaag (structuur en materiaal): …

6.17.2.1.9.   Celdichtheid: …

6.17.2.1.10.   Type katalysatorhuis: …

6.17.2.1.11.   Plaats van de katalysator(en) (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

6.17.2.1.12.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K

6.17.2.1.13.   Verbruiksreagens (in voorkomend geval): …

6.17.2.1.13.1.   Type en concentratie van het reagens dat nodig is voor de katalytische werking: …

6.17.2.1.13.2.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik van het reagens: …

6.17.2.1.13.3.   Internationale norm (waar van toepassing): …

6.17.2.1.14.   NOx-sensor: ja/neenn (4)

6.17.2.1.15.   Zuurstofsensor: ja/neen (4)

6.17.2.1.15.1.   Merk: …

6.17.2.1.15.2.   Type …

6.17.2.1.15.3.   Plaats: …

6.17.2.1.16.   Luchtinjectie: ja/neen (4)

6.17.2.1.16.1.   Type: pulse air, luchtpomp/ander (4) (indien ander, specificeer: …)

6.17.2.1.17.   EGR: ja/neen (4)

6.17.2.1.17.1.   Kenmerken (gekoeld/ongekoeld, hoge druk/lage druk enz.): …

6.17.2.1.18.   Deeltjesvanger: ja/neen (4)

6.17.2.1.18.1.   Afmetingen en inhoud van de deeltjesvanger: …

6.17.2.1.18.2.   Type deeltjesvanger en ontwerp: …

6.17.2.1.18.3.   Plaats van de deeltjesvanger (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

6.17.2.1.18.4.   Regeneratiemethode of -systeem, beschrijving en/of tekening: …

6.17.2.1.18.5.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K en normaal drukbereik: … kPa

6.17.2.1.19.   Andere systemen: ja/neen (4)

6.17.2.1.19.1.   Beschrijving en werking: …

6.18.   Brandstoftoevoer bij dieselmotoren

6.18.1.   Brandstofpomp

6.18.1.1   Druk (7) … kPa of karakteristiek schema: …

6.18.2.   Inspuitsysteem

6.18.2.1.   Pomp

6.18.2.1.1.   Merk(en): …

6.18.2.1.2.   Type(n): …

6.18.2.1.3.   Opbrengst: … en … mm3 (7) per slag of cyclus bij volledige inspuiting en een pomptoerental van: … omw./min (nominaal) en: … omw./min (maximumkoppel), of karakteristiek schema: …

6.18.2.1.3.1.   Gebruikte methode: op een motor/op een testbank (4)

6.18.2.2.   Voorinspuiting:

6.18.2.2.1.

Inspuitvervroegingscurve (7): …

6.18.2.2.2.

Inspuitmoment (7): …

6.18.2.3.   Inspuitleidingen:

6.18.2.3.1.

Lengte: … mm

6.18.2.3.2.

Binnendiameter: … mm

6.18.2.4.   Inspuiter(s)

6.18.2.4.1.   Merk(en): …

6.18.2.4.2.   Type(n): …

6.18.2.4.3.   Openingsdruk (7): … kPa of karakteristiek schema: …

6.18.2.4.   Regulateur

6.18.2.4.1.   Merk(en): …

6.18.2.4.2.   Type(n): …

6.18.2.4.3.   Uitschakelingspunt bij vollast (7): …

6.18.2.4.4.   Maximumtoerental in onbelaste toestand (7): …

6.18.2.4.5.   Stationair toerental (7): …

6.18.2.5.   Koudstartsysteem

6.18.2.5.1.   Merk(en): …

6.18.2.5.2.   Type(n): …

6.18.2.5.3.   Beschrijving: …

6.19.   Brandstof voor benzinemotoren

6.19.1.   Carburator: …

6.19.1.1.   Merk(en): …

6.19.1.2.   Type(n): …

6.19.2.   Indirecte benzine-inspuiting: monopoint/multipoint (4)

6.19.2.1   Merk(en): …

6.19.2.2.   Type(n): …

6.19.3.   Directe inspuiting: …

6.19.3.1   Merk(en): …

6.19.3.2.   Type(n): …

6.20.   Klepafstelling

6.20.1.   Maximale lichthoogte en openings- en sluitingshoeken ten opzichte van het dode punt of equivalente gegevens: …

6.20.2.   Referentie- en/of afstelbereik (4): …

6.20.3.   Systeem van variabele klepafstelling (indien van toepassing en waar: aan de inlaat en/of uitlaat)

6.20.3.1.   Type: continu/aan/uit (4)

6.20.3.2   Faseverschuivingshoek van de nokkenas: …

6.21.   Poortconfiguratie

6.21.1.   Positie, grootte en aantal: …

6.22.   Ontstekingssysteem

6.22.1.   Ontstekingsbobine

6.22.1.1.   Merk(en): …

6.22.1.2.   Type(n): …

6.22.1.3.   Aantal: …

6.22.2.   Bougie(s): …

6.22.2.1.   Merk(en): …

6.22.2.2.   Type(n): …

6.22.3.   Magneetontsteking: …

6.22.3.1.   Merk(en): …

6.22.3.2.   Type(n): …

6.22.4.   Ontstekingstijdstip: …

6.22.4.1.   Statische vervroeging ten opzichte van het bovenste dode punt (krukhoek in graden): …

6.22.4.2.   Vervroegingskromme (indien van toepassing): …

7.   ESSENTIËLE KENMERKEN VAN DE MOTORFAMILIE

7.1.   Gemeenschappelijke parameters (56)

7.1.1   Verbrandingscyclus: …

7.1.2   Koelmiddel: …

7.1.3   Methode van luchtaanzuiging: …

7.1.4   Type en ontwerp van de verbrandingskamer: …

7.1.5   Kleppen en poorten — configuratie, grootte en aantal: …

7.1.6   Brandstofsysteem: …

7.1.7   Motormanagementsystemen (bewijs van identiteit overeenkomstig tekening(en) nummer(s))

7.1.7.1.   Drukkoelsysteem: …

7.1.7.2.   Uitlaatgashercirculatie (3): …

7.1.7.3.   Waterinspuiting/emulsie (4) (3): …

7.1.7.4.   Luchtinjectie (3): …

7.1.8   Uitlaatgasnabehandelingssysteem (3): …

7.2.   Lijst motorfamilie

7.2.1.   Naam van de motorfamilie: …

7.2.2.   Specificaties van de motoren binnen de familie:

 

Oudermotor

Motoren binnen de familie

Motortype

 

 

 

 

 

Aantal cilinders

 

 

 

 

 

Nominaal toerental (min– 1)

 

 

 

 

 

Brandstofopbrengst per slag (mm3) voor dieselmotoren, brandstofdebiet (g/h) voor benzinemotoren, bij nominaal nettovermogen

 

 

 

 

 

Nominaal nettovermogen (kW)

 

 

 

 

 

Toerental bij maximumvermogen (min– 1)

 

 

 

 

 

Maximaal nettovermogen (kW)

 

 

 

 

 

Toerental bij maximumkoppel (min– 1)

 

 

 

 

 

Brandstofopbrengst per slag (mm3) voor dieselmotoren, brandstofdebiet (g/h) voor benzinemotoren, bij maximumkoppel

 

 

 

 

 

Maximumkoppel (Nm)

 

 

 

 

 

Laag stationair toerental (min– 1)

 

 

 

 

 

Cilinderinhoud (in % van de oudermotor)

100

 

 

 

 

8.   ESSENTIËLE EIGENSCHAPPEN VAN HET MOTORTYPE BINNEN DE FAMILIE

8.1.   Cyclus: viertakt/tweetakt (4): …

8.2.   Boring (12): … mm

8.3.   Slag (12): … mm

8.4.   Aantal … en opstelling (26) … van de cilinders

8.5.   Cilinderinhoud: … cm (3)

8.6.   Nominaal toerental: …

8.7.   Toerental bij het maximumkoppel: …

8.8.   Volumetrische compressieverhouding (7): …

8.9.   Beschrijving van het verbrandingssysteem: …

8.10.   Tekeningen van de verbrandingskamer en de zuigerkop: …

8.11.   Minimumoppervlakte van de dwarsdoorsnede van de in- en uitlaatpoorten: …

8.12.   Koelsysteem

8.12.1.   Vloeistof

8.12.1.1.   Aard van de vloeistof: …

8.12.1.2.   Circulatiepompen: ja/neen (4)

8.12.1.2.1.   Eigenschappen of merk(en) en type(n) (indien van toepassing) van de circulatiepompen: …

8.12.1.2.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

8.12.2.   Lucht

8.12.2.1.   Aanjager: ja/neen (4)

8.12.2.1.1.1   Kenmerken van de aanjager: …

8.12.1.2.1.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

8.13.   Door de fabrikant toegestane temperatuur

8.13.1.   Vloeistofkoeling: maximumtemperatuur aan de uitlaatklep: … K

8.13.2.   Luchtkoeling: referentiepunt …

8.13.2.1.   Maximumtemperatuur op het referentiepunt: … K

8.13.3.   Maximale uitlaatluchttemperatuur bij de uitlaat van de tussenkoeler (indien van toepassing): … K

8.13.4.   Maximale uitlaattemperatuur op het punt in de uitlaatpijp(en) dat grenst aan de buitenste flens (flenzen) van het (de) uitlaatspruitstuk(ken): … K

8.13.5.   Smeermiddeltemperatuur:

minimum: … K, maximum: … K

8.14.   Drukvulling

8.14.1.   Drukvulling: ja/neen (4)

8.14.2.   Merk: …

8.14.3.   Type: …

8.14.4.   Beschrijving van het systeem (bv. maximumdruk, afvoerklep, indien van toepassing): …

8.14.5.   Tussenkoeler: ja/neen (4)

8.15.   Inlaatsysteem: maximaal toelaatbare inlaatonderdruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

8.16.   Uitlaatsysteem: maximaal toelaatbare uitlaattegendruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

8.17.   Genomen maatregelen tegen luchtverontreiniging

8.17.1.   Voorziening voor het recycleren van cartergassen: ja/neen (4)

8.17.2.   Eventuele aanvullende voorzieningen tegen verontreiniging:

8.17.2.1.   Katalysator: ja/neen (4)

8.17.2.1.1.   Merk: …

8.17.2.1.2.   Type …

8.17.2.1.3.   Aantal katalysatoren en katalysatorelementen: …

8.17.2.1.4.   Afmetingen en volume van de katalysator(en): …

8.17.2.1.5.   Soort katalytische werking: …

8.17.2.1.6.   Totale hoeveelheid edelmetalen: …

8.17.2.1.7.   Relatieve concentratie: …

8.17.2.1.8.   Onderlaag (structuur en materiaal): …

8.17.2.1.9.   Celdichtheid: …

8.17.2.1.10.   Type katalysatorhuis: …

8.17.2.1.11.   Plaats van de katalysator(en) (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

8.17.2.1.12.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K

8.17.2.1.13.   Verbruiksreagens (in voorkomend geval): …

8.17.2.1.13.1.   Type en concentratie van het reagens dat nodig is voor de katalytische werking: …

8.17.2.1.13.2.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik van het reagens: …

8.17.2.1.13.3.   Internationale norm (waar van toepassing): …

8.17.2.1.14.   NOx-sensor: ja/neenn (4)

8.17.2.1.15.   Zuurstofsensor: ja/neen (4)

8.17.2.1.15.1.   Merk: …

8.17.2.1.15.2.   Type …

8.17.2.1.15.3.   Plaats: …

8.17.2.1.16.   Luchtinjectie: ja/neen (4)

8.17.2.1.16.1.   Type: pulse air, luchtpomp/ander (4) (indien ander, specificeer: …)

8.17.2.1.16.   EGR: ja/neen (4)

8.17.2.1.16.1.   Kenmerken (gekoeld/ongekoeld, hoge druk/lage druk enz.): …

8.17.2.1.17.   Deeltjesvanger: ja/neen (4)

8.17.2.1.17.1.   Afmetingen en inhoud van de deeltjesvanger: …

8.17.2.1.17.2.   Type deeltjesvanger en ontwerp: …

8.17.2.1.17.3.   Plaats van de deeltjesvanger (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

8.17.2.1.17.4.   Regeneratiemethode of -systeem, beschrijving en/of tekening: …

8.17.2.1.17.5.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K en normaal drukbereik: … kPa

8.17.2.1.18.   Andere systemen: ja/neen (4)

8.17.2.1.18.1.   Beschrijving en werking: …

8.18.   Brandstoftoevoer bij dieselmotoren

8.18.1.   Brandstofpomp

8.18.1.1   Druk (7) … kPa of karakteristiek schema: …

8.18.2.   Inspuitsysteem

8.18.2.1.   Pomp

8.18.2.1.1.   Merk(en): …

8.18.2.1.2.   Type(n): …

8.18.2.1.3.   Opbrengst: … en … mm3 (7) per slag of cyclus bij volledige inspuiting en een pomptoerental van: … omw./min (nominaal) en: … omw./min (maximumkoppel), of karakteristiek schema: …

8.18.2.1.3.1.   Gebruikte methode: op een motor/op een testbank (4)

8.18.2.2.   Voorinspuiting:

8.18.2.2.1.

Inspuitvervroegingscurve (7): …

8.18.2.2.2.

Inspuitmoment (7): …

8.18.2.3.   Inspuitleidingen:

8.18.2.3.1.

Lengte: … mm

8.18.2.3.2.

Binnendiameter: … mm

8.18.2.4.   Inspuiter(s)

8.18.2.4.1.   Merk(en): …

8.18.2.4.2.   Type(n): …

8.18.2.4.3.   Openingsdruk (7): … kPa of karakteristiek schema: …

8.18.2.4.   Regulateur

8.18.2.4.1.   Merk(en): …

8.18.2.4.2.   Type(n): …

8.18.2.4.3.   Uitschakelingspunt bij vollast (7): …

8.18.2.4.4.   Maximumtoerental in onbelaste toestand (7): …

8.18.2.4.5.   Stationair toerental (7): …

8.18.2.5.   Koudstartsysteem

8.18.2.5.1.   Merk(en): …

8.18.2.5.2.   Type(n): …

8.18.2.5.3.   Beschrijving: …

8.19.   Brandstof voor benzinemotoren

8.19.1.   Carburator: …

8.19.1.1.   Merk(en): …

8.19.1.2.   Type(n): …

8.19.2.   Indirecte benzine-inspuiting: monopoint/multipoint (4)

8.19.2.1   Merk(en): …

8.19.2.2.   Type(n): …

8.19.3.   Directe inspuiting: …

8.19.3.1   Merk(en): …

8.19.4.2.   Type(n): …

8.20.   Klepafstelling

8.20.1.   Maximale lichthoogte en openings- en sluitingshoeken ten opzichte van het dode punt of equivalente gegevens: …

8.20.2.   Referentie- en/of afstelbereik (4): …

8.20.3.   Systeem van variabele klepafstelling (indien van toepassing en waar: aan de inlaat en/of uitlaat)

8.20.3.1.   Type: continu/aan/uit (4)

8.20.3.2   Faseverschuivingshoek van de nokkenas: …

8.21.   Poortconfiguratie

8.21.1.   Positie, grootte en aantal: …

8.22.   Ontstekingssysteem

8.22.1.   Ontstekingsbobine

8.22.1.1.   Merk(en): …

8.22.1.2.   Type(n): …

8.22.1.3.   Aantal: …

8.22.2.   Bougie(s): …

8.22.2.1.   Merk(en): …

8.22.2.2.   Type(n): …

8.22.3.   Magneetontsteking: …

8.22.3.1.   Merk(en): …

8.22.3.2.   Type(n): …

8.22.4.   Ontstekingstijdstip: …

8.22.4.1.   Statische vervroeging ten opzichte van het bovenste dode punt (krukhoek in graden): …

8.22.4.2.   Vervroegingskromme (indien van toepassing): …

Aanhangsel 2

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor het externe geluidsniveau (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

2.5.   Aanvullende algemene informatie voor motoren

2.5.1.   Typegoedkeuring van: motortype/motorfamilie (4): …

2.5.2.   Typecode van de fabrikant (zoals vermeld op de motor, of ander identificatiemiddel): …

2.5.3.   Handelsnaam van de ouder- en (indien van toepassing) van de familiemotor: …

2.5.4.   Aanvullende merktekens voor motoren

2.5.4.1.   Plaats, code en wijze van aanbrengen van het motoridentificatienummer: …

2.5.4.2.   Foto's en/of tekeningen van de plaats van het motoridentificatienummer (ingevuld voorbeeld met afmetingen): …

5.   ALGEMENE KENMERKEN VAN DE AANDRIJFLIJN

5.1.   Maximumsnelheid van het voertuig

5.1.1.   Maximumsnelheid van het voertuig in voorwaartse richting

5.1.1.1.   Opgegeven door de constructie bepaalde maximumsnelheid: … km/h

5.1.1.2.   Berekende door de constructie bepaalde maximumsnelheid van het voertuig in de hoogste versnelling (de gegevens van de berekening bijvoegen) (41): … km/h

5.1.1.3.   Gemeten maximumsnelheid van het voertuig: … km/h (41)

5.1.2.   Maximumsnelheid van het voertuig in achterwaartse richting (54)

5.1.2.1.   Opgegeven door de constructie bepaalde maximumsnelheid in achterwaartse richting: … km/h

5.1.2.2.   Gemeten maximumsnelheid van het voertuig in achterwaartse richting (41): … km/h

5.2.   Nominaal nettovermogen van de motor: … kW bij … min-1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.3.   Nettomaximumvermogen van de motor: … kW bij … min-1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.4.   Maximumkoppel van de motor: … Nm bij … min-1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.5.   Brandstoftype (9): …

10.   EXTERN GELUIDSNIVEAU

10.1.   Extern geluidsniveau volgens fabrieksopgave

10.1.1.   In beweging: … dB(A)

10.1.2   Bij stationair toerental: … dB(A)

10.1.3.   Bij een toerental van: … min– 1

10.2.   Korte beschrijving en schematische tekening van het uitlaatsysteem (met inbegrip van het luchtinlaatsysteem en voorzieningen ter beperking van geluid en uitlaatemissies):

10.3.   Luchtinlaatsysteem

10.3.1.   Beschrijving van het inlaatspruitstuk (met tekeningen en/of foto's) (10):

10.3.2.   Luchtfilter

10.3.2.1.   Foto's en/of tekeningen:

10.3.2.2.   Merk:

10.3.2.3.   Type:

10.3.3.   Inlaatgeluiddemper

10.3.3.1.   Foto's en/of tekeningen:

10.3.3.2.   Merk:

10.3.3.3.   Type:

10.4.   Uitlaatsysteem

10.4.1.   Beschrijving en/of tekening van het uitlaatspruitstuk (10):

10.4.2.   Beschrijving en/of tekening van de elementen van het uitlaatsysteem die geen deel uitmaken van het motorsysteem:

10.4.3.   Maximaal toelaatbare uitlaattegendruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

10.4.4.   Type en markering van voorziening(en) voor geluidsreductie in de uitlaat:

10.4.4.1.   Voorziening voor geluidsreductie in de uitlaat met vezelmaterialen: ja/neen (4):

10.4.5.   Inhoud van het uitlaatsysteem: … dm3

10.4.6.   Plaats van de uitlaatopening:

10.4.7.   Aanvullende geluiddempende maatregelen in de motorruimte en op de motor m.b.t. extern geluid (indien aanwezig):

10.5.   Gegevens over eventuele niet met de motor verbonden geluiddempingsinrichtingen (voor zover niet elders vermeld):

Aanhangsel 3

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een motor/motorfamilie als onderdeel/technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

2.5.   Aanvullende algemene informatie voor motoren

2.5.1.   Typegoedkeuring van: motortype/motorfamilie (4): …

2.5.2.   Typecode van de fabrikant (zoals vermeld op de motor, of ander identificatiemiddel): …

2.5.3.   Handelsnaam van de ouder- en (indien van toepassing) van de familiemotor: …

2.5.4.   Aanvullende merktekens voor motoren

2.5.4.1.   Plaats, code en wijze van aanbrengen van het motoridentificatienummer: …

2.5.4.2.   Foto's en/of tekeningen van de plaats van het motoridentificatienummer (ingevuld voorbeeld met afmetingen): …

5.   ALGEMENE KENMERKEN VAN DE AANDRIJFLIJN

5.2.   Nominaal nettovermogen van de motor: … kW bij … min– 1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.3.   Nettomaximumvermogen van de motor: … kW bij … min– 1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.4.   Maximumkoppel van de motor: … Nm bij … min– 1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.5.   Brandstoftype (9): …

B.   INFORMATIE OVER MILIEU- EN AANDRIJVINGSPRESTATIES

6.   ESSENTIËLE EIGENSCHAPPEN VAN DE MOTOR/OUDERMOTOR (4)

6.1.   Cyclus: viertakt/tweetakt (4)

6.2.   Boring (12) … mm

6.3.   Slag (12): … mm

6.4.   Aantal … en opstelling (26) … van de cilinders

6.5.   Cilinderinhoud: … cm3

6.6.   Nominaal toerental: …

6.7.   Toerental bij het maximumkoppel: …

6.8.   Volumetrische compressieverhouding (7): …

6.9.   Beschrijving van het verbrandingssysteem: …

6.10.   Tekening(en) van de verbrandingskamer en de zuigerkop: …

6.11.   Minimumoppervlakte van de dwarsdoorsnede van de in- en uitlaatpoorten: …

6.12.   Koelsysteem

6.12.1.   Vloeistof

6.12.1.1.   Aard van de vloeistof: …

6.12.1.2.   Circulatiepompen: ja/neen (4)

6.12.1.2.1.   Eigenschappen of merk(en) en type(n) (indien van toepassing) van de circulatiepompen: …

6.12.1.2.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

6.12.2.   Lucht

6.12.2.1.   Aanjager: ja/neen (4)

6.12.2.1.1.   Kenmerken van de aanjager: …

6.12.2.1.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

6.13.   Door de fabrikant toegestane temperatuur

6.13.1.   Vloeistofkoeling: maximumtemperatuur aan de uitlaatklep: … K

6.13.2.   Luchtkoeling: referentiepunt

6.13.2.1.   Maximumtemperatuur op het referentiepunt: … K

6.13.3.   Maximale uitlaatluchttemperatuur bij de uitlaat van de tussenkoeler (indien van toepassing): … K

6.13.4.   Maximale uitlaattemperatuur op het punt in de uitlaatpijp(en) dat grenst aan de buitenste flens (flenzen) van het (de) uitlaatspruitstuk(ken): … K

6.13.5.   Smeermiddeltemperatuur:

minimum: … K, maximum: … K

6.14.   Drukvulling

6.14.1.   Drukvulling: ja/neen (4)

6.14.2.   Merk: …

6.14.3.   Type: …

6.14.4.   Beschrijving van het systeem (bv. maximumdruk, afvoerklep, indien van toepassing): …

6.14.5.   Tussenkoeler: ja/neen (4)

6.15.   Inlaatsysteem: maximaal toelaatbare inlaatonderdruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

6.16.   Uitlaatsysteem: maximaal toelaatbare uitlaattegendruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

6.17.   Genomen maatregelen tegen luchtverontreiniging

6.17.1.   Voorziening voor het recycleren van cartergassen: ja/neen (4)

6.17.2.   Eventuele aanvullende voorzieningen tegen verontreiniging:

6.17.2.1.   Katalysator: ja/neen (4)

6.17.2.1.1.   Merk: …

6.17.2.1.2.   Type …

6.17.2.1.3.   Aantal katalysatoren en katalysatorelementen: …

6.17.2.1.4.   Afmetingen en volume van de katalysator(en): …

6.17.2.1.5.   Soort katalytische werking: …

6.17.2.1.6.   Totale hoeveelheid edelmetalen: …

6.17.2.1.7.   Relatieve concentratie: …

6.17.2.1.8.   Onderlaag (structuur en materiaal): …

6.17.2.1.9.   Celdichtheid: …

6.17.2.1.10.   Type katalysatorhuis: …

6.17.2.1.11.   Plaats van de katalysator(en) (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

6.17.2.1.12.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K

6.17.2.1.13.   Verbruiksreagens (in voorkomend geval): …

6.17.2.1.13.1.   Type en concentratie van het reagens dat nodig is voor de katalytische werking: …

6.17.2.1.13.2.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik van het reagens: …

6.17.2.1.13.3.   Internationale norm (waar van toepassing): …

6.17.2.1.14.   NOx-sensor: ja/neen (4)

6.17.2.1.15.   Zuurstofsensor: ja/neen (4)

6.17.2.1.15.1.   Merk: …

6.17.2.1.15.2.   Type …

6.17.2.1.15.3.   Plaats: …

6.17.2.1.16.   Luchtinjectie: ja/neen (4)

6.17.2.1.16.1.   Type: pulse air, luchtpomp/ander (4) (indien ander, specificeer: …)

6.17.2.1.17.   EGR: ja/neen (4)

6.17.2.1.17.1.   Kenmerken (gekoeld/ongekoeld, hoge druk/lage druk enz.): …

6.17.2.1.18.   Deeltjesvanger: ja/neen (4)

6.17.2.1.18.1.   Afmetingen en inhoud van de deeltjesvanger: …

6.17.2.1.18.2.   Type deeltjesvanger en ontwerp: …

6.17.2.1.18.3.   Plaats van de deeltjesvanger (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

6.17.2.1.18.4.   Regeneratiemethode of -systeem, beschrijving en/of tekening: …

6.17.2.1.18.5.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K en normaal drukbereik: … kPa

6.17.2.1.19.   Andere systemen: ja/neen (4)

6.17.2.1.19.1.   Beschrijving en werking: …

6.18.   Brandstoftoevoer bij dieselmotoren

6.18.1.   Brandstofpomp

6.18.1.1   Druk (7) … kPa of karakteristiek schema: …

6.18.2.   Inspuitsysteem

6.18.2.1.   Pomp

6.18.2.1.1.   Merk(en): …

6.18.2.1.2.   Type(n): …

6.18.2.1.3.   Opbrengst: … en … mm3 (7) per slag of cyclus bij volledige inspuiting en een pomptoerental van: … omw./min (nominaal) en: … omw./min (maximumkoppel), of karakteristiek schema: …

6.18.2.1.3.1.   Gebruikte methode: op een motor/op een testbank (4)

6.18.2.2.   Voorinspuiting:

6.18.2.2.1.   Inspuitvervroegingscurve (7): …

6.18.2.2.2.   Inspuitmoment (7): …

6.18.2.3.   Inspuitleidingen:

6.18.2.3.1.   Lengte: … mm

6.18.2.3.2.   Binnendiameter: … mm

6.18.2.4.   Inspuiter(s)

6.18.2.4.1.   Merk(en): …

6.18.2.4.2.   Type(n): …

6.18.2.4.3.   Openingsdruk (7): … kPa of karakteristiek schema: …

6.18.2.4.   Regulateur

6.18.2.4.1.   Merk(en): …

6.18.2.4.2.   Type(n): …

6.18.2.4.3.   Uitschakelingspunt bij vollast (7): …

6.18.2.4.4.   Maximumtoerental in onbelaste toestand (7): …

6.18.2.4.5.   Stationair toerental (7): …

6.18.2.5.   Koudstartsysteem

6.18.2.5.1.   Merk(en): …

6.18.2.5.2.   Type(n): …

6.18.2.5.3.   Beschrijving: …

6.19.   Brandstof voor benzinemotoren

6.19.1.   Carburator: …

6.19.1.1.   Merk(en): …

6.19.1.2.   Type(n): …

6.19.2.   Indirecte benzine-inspuiting: monopoint/multipoint (4)

6.19.2.1   Merk(en): …

6.19.2.2.   Type(n): …

6.19.3.   Directe inspuiting: …

6.19.3.1   Merk(en): …

6.19.4.2.   Type(n): …

6.20.   Klepafstelling

6.20.1.   Maximale lichthoogte en openings- en sluitingshoeken ten opzichte van het dode punt of equivalente gegevens: …

6.20.2.   Referentie- en/of afstelbereik (4): …

6.20.3.   Systeem van variabele klepafstelling (indien van toepassing en waar: aan de inlaat en/of uitlaat)

6.20.3.1.   Type: continu/aan/uit (4)

6.20.3.2   Faseverschuivingshoek van de nokkenas: …

6.21.   Poortconfiguratie

6.21.1.   Positie, grootte en aantal: …

6.22.   Ontstekingssysteem

6.22.1.   Ontstekingsbobine

6.22.1.1.   Merk(en): …

6.22.1.2.   Type(n): …

6.22.1.3.   Aantal: …

6.22.2.   Bougie(s): …

6.22.2.1.   Merk(en): …

6.22.2.2.   Type(n): …

6.22.3.   Magneetontsteking: …

6.22.3.1.   Merk(en): …

6.22.3.2.   Type(n): …

6.22.4.   Ontstekingstijdstip: …

6.22.4.1.   Statische vervroeging ten opzichte van het bovenste dode punt (krukhoek in graden): …

6.22.4.2.   Vervroegingskromme (indien van toepassing): …

7.   ESSENTIËLE KENMERKEN VAN DE MOTORFAMILIE

7.1.   Gemeenschappelijke parameters (56)

7.1.1   Verbrandingscyclus: …

7.1.2   Koelmiddel: …

7.1.3   Methode van luchtaanzuiging: …

7.1.4   Type en ontwerp van de verbrandingskamer: …

7.1.5   Kleppen en poorten — configuratie, grootte en aantal: …

7.1.6   Brandstofsysteem: …

7.1.7   Motormanagementsystemen (bewijs van identiteit overeenkomstig tekening(en) nummer(s))

7.1.7.1.   Drukkoelsysteem: …

7.1.7.2.   Uitlaatgashercirculatie (3): …

7.1.7.3.   Waterinspuiting/emulsie (4) (3): …

7.1.7.4.   Luchtinjectie (3): …

7.1.8   Uitlaatgasnabehandelingssysteem (3): …

7.2.   Lijst motorfamilie

7.2.1.   Naam van de motorfamilie: …

7.2.2.   Specificaties van de motoren binnen de familie:

 

Oudermotor

Motoren binnen de familie

Motortype

 

 

 

 

 

Aantal cilinders

 

 

 

 

 

Nominaal toerental (min– 1)

 

 

 

 

 

Brandstofopbrengst per slag (mm3) voor dieselmotoren, brandstofdebiet (g/h) voor benzinemotoren, bij nominaal nettovermogen

 

 

 

 

 

Nominaal nettovermogen (kW)

 

 

 

 

 

Toerental bij maximumvermogen (min– 1)

 

 

 

 

 

Maximaal nettovermogen (kW)

 

 

 

 

 

Toerental bij maximumkoppel (min– 1)

 

 

 

 

 

Brandstofopbrengst per slag (mm3) voor dieselmotoren, brandstofdebiet (g/h) voor benzinemotoren, bij maximumkoppel

 

 

 

 

 

Maximumkoppel (Nm)

 

 

 

 

 

Laag stationair toerental (min– 1)

 

 

 

 

 

Cilinderinhoud (in % van de oudermotor)

100

 

 

 

 

8.   ESSENTIËLE EIGENSCHAPPEN VAN HET MOTORTYPE BINNEN DE FAMILIE

8.1.   Cyclus: viertakt/tweetakt (4): …

8.2.   Boring (12): … mm

8.3.   Slag (12): … mm

8.4.   Aantal … en opstelling (26) … van de cilinders

8.5.   Cilinderinhoud: … cm (3)

8.6.   Nominaal toerental: …

8.7.   Toerental bij het maximumkoppel: …

8.8.   Volumetrische compressieverhouding (7): …

8.9.   Beschrijving van het verbrandingssysteem: …

8.10.   Tekeningen van de verbrandingskamer en de zuigerkop: …

8.11.   Minimumoppervlakte van de dwarsdoorsnede van de in- en uitlaatpoorten: …

8.12.   Koelsysteem

8.12.1.   Vloeistof

8.12.1.1.   Aard van de vloeistof: …

8.12.1.2.   Circulatiepompen: ja/neen (4)

8.12.1.2.1.   Eigenschappen of merk(en) en type(n) (indien van toepassing) van de circulatiepompen: …

8.12.1.2.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

8.12.2.   Lucht

8.12.2.1.   Aanjager: ja/neen (4)

8.12.2.1.1.1   Kenmerken van de aanjager: …

8.12.1.2.1.2.   Overbrengingsverhouding(en) (indien van toepassing): …

8.13.   Door de fabrikant toegestane temperatuur

8.13.1.   Vloeistofkoeling: maximumtemperatuur aan de uitlaatklep: … K

8.13.2.   Luchtkoeling: referentiepunt

8.13.2.1.   Maximumtemperatuur op het referentiepunt: … K

8.13.3.   Maximale uitlaatluchttemperatuur bij de uitlaat van de tussenkoeler (indien van toepassing): … K

8.13.4.   Maximale uitlaattemperatuur op het punt in de uitlaatpijp(en) dat grenst aan de buitenste flens (flenzen) van het (de) uitlaatspruitstuk(ken): … K

8.13.5.   Smeermiddeltemperatuur:

minimum: … K, maximum: … K

8.14.   Drukvulling

8.14.1.   Drukvulling: ja/neen (4)

8.14.2.   Merk: …

8.14.3.   Type: …

8.14.4.   Beschrijving van het systeem (bv. maximumdruk, afvoerklep, indien van toepassing): …

8.14.5.   Tussenkoeler: ja/neen (4)

8.15.   Inlaatsysteem: maximaal toelaatbare inlaatonderdruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

8.16.   Uitlaatsysteem: maximaal toelaatbare uitlaattegendruk bij nominaal motortoerental en vollast: … kPa

8.17.   Genomen maatregelen tegen luchtverontreiniging

8.17.1.   Voorziening voor het recycleren van cartergassen: ja/neen (4)

8.17.2.   Eventuele aanvullende voorzieningen tegen verontreiniging:

8.17.2.1.   Katalysator: ja/neen (4)

8.17.2.1.1.   Merk: …

8.17.2.1.2.   Type …

8.17.2.1.3.   Aantal katalysatoren en katalysatorelementen: …

8.17.2.1.4.   Afmetingen en volume van de katalysator(en): …

8.17.2.1.5.   Soort katalytische werking: …

8.17.2.1.6.   Totale hoeveelheid edelmetalen: …

8.17.2.1.7.   Relatieve concentratie: …

8.17.2.1.8.   Onderlaag (structuur en materiaal): …

8.17.2.1.9.   Celdichtheid: …

8.17.2.1.10.   Type katalysatorhuis: …

8.17.2.1.11.   Plaats van de katalysator(en) (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

8.17.2.1.12.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K

8.17.2.1.13.   Verbruiksreagens (in voorkomend geval): …

8.17.2.1.13.1.   Type en concentratie van het reagens dat nodig is voor de katalytische werking: …

8.17.2.1.13.2.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik van het reagens: …

8.17.2.1.13.3.   Internationale norm (waar van toepassing): …

8.17.2.1.14.   NOx-sensor: ja/neen (4)

8.17.2.1.15.   Zuurstofsensor: ja/neen (4)

8.17.2.1.15.1.   Merk: …

8.17.2.1.15.2.   Type …

8.17.2.1.15.3.   Plaats: …

8.17.2.1.16.   Luchtinjectie: ja/neen (4)

8.17.2.1.16.1.   Type: pulse air, luchtpomp/ander (4) (indien ander, specificeer: …)

8.17.2.1.16.   EGR: ja/neen (4)

8.17.2.1.16.1.   Kenmerken (gekoeld/ongekoeld, hoge druk/lage druk enz.): …

8.17.2.1.17.   Deeltjesvanger: ja/neen (4)

8.17.2.1.17.1.   Afmetingen en inhoud van de deeltjesvanger: …

8.17.2.1.17.2.   Type deeltjesvanger en ontwerp: …

8.17.2.1.17.3.   Plaats van de deeltjesvanger (plaats en maximum-/minimumafstand van de motor): …

8.17.2.1.17.4.   Regeneratiemethode of -systeem, beschrijving en/of tekening: …

8.17.2.1.17.5.   Normaal bedrijfstemperatuurbereik: … K en normaal drukbereik: … kPa

8.17.2.1.18.   Andere systemen: ja/neen (4)

8.17.2.1.18.1.   Beschrijving en werking: …

8.18.   Brandstoftoevoer bij dieselmotoren

8.18.1.   Brandstofpomp

8.18.1.1   Druk (7) … kPa of karakteristiek schema: …

8.18.2.   Inspuitsysteem

8.18.2.1.   Pomp

8.18.2.1.1.   Merk(en): …

8.18.2.1.2.   Type(n): …

8.18.2.1.3.   Opbrengst: … en … mm3 (7) per slag of cyclus bij volledige inspuiting en een pomptoerental van: … omw./min (nominaal) en: … omw./min (maximumkoppel), of karakteristiek schema: …

8.18.2.1.3.1.   Gebruikte methode: op een motor/op een testbank (4)

8.18.2.2.   Voorinspuiting:

8.18.2.2.1.   Inspuitvervroegingscurve (7): …

8.18.2.2.2.   Inspuitmoment (7): …

8.18.2.3.   Inspuitleidingen:

8.18.2.3.1.   Lengte: … mm

8.18.2.3.2.   Binnendiameter: … mm

8.18.2.4.   Inspuiter(s)

8.18.2.4.1.   Merk(en): …

8.18.2.4.2.   Type(n): …

8.18.2.4.3.   Openingsdruk (7): … kPa of karakteristiek schema: …

8.18.2.4.   Regulateur

8.18.2.4.1.   Merk(en): …

8.18.2.4.2.   Type(n): …

8.18.2.4.3.   Uitschakelingspunt bij vollast (7): …

8.18.2.4.4.   Maximumtoerental in onbelaste toestand (7): …

8.18.2.4.5.   Stationair toerental (7): …

8.18.2.5.   Koudstartsysteem

8.18.2.5.1.   Merk(en): …

8.18.2.5.2.   Type(n): …

8.18.2.5.3.   Beschrijving: …

8.19.   Brandstof voor benzinemotoren

8.19.1.   Carburator: …

8.19.1.1.   Merk(en): …

8.19.1.2.   Type(n): …

8.19.2.   Indirecte benzine-inspuiting: monopoint/multipoint (4)

8.19.2.1   Merk(en): …

8.19.2.2.   Type(n): …

8.19.3.   Directe inspuiting: …

8.19.3.1   Merk(en): …

8.19.4.2.   Type(n): …

8.20.   Klepafstelling

8.20.1.   Maximale lichthoogte en openings- en sluitingshoeken ten opzichte van het dode punt of equivalente gegevens: …

8.20.2.   Referentie- en/of afstelbereik (4): …

8.20.3.   Systeem van variabele klepafstelling (indien van toepassing en waar: aan de inlaat en/of uitlaat)

8.20.3.1.   Type: continu/aan/uit (4)

8.20.3.2   Faseverschuivingshoek van de nokkenas: …

8.21.   Poortconfiguratie

8.21.1.   Positie, grootte en aantal: …

8.22.   Ontstekingssysteem

8.22.1.   Ontstekingsbobine

8.22.1.1.   Merk(en): …

8.22.1.2.   Type(n): …

8.22.1.3.   Aantal: …

8.22.2.   Bougie(s): …

8.22.2.1.   Merk(en): …

8.22.2.2.   Type(n): …

8.22.3.   Magneetontsteking: …

8.22.3.1.   Merk(en): …

8.22.3.2.   Type(n): …

8.22.4.   Ontstekingstijdstip: …

8.22.4.1.   Statische vervroeging ten opzichte van het bovenste dode punt (krukhoek in graden): …

8.22.4.2.   Vervroegingskromme (indien van toepassing): …

Aanhangsel 4

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type informatiesysteem voor de bestuurder (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

20.   INFORMATIESYSTEMEN VOOR DE BESTUURDER

20.1.   Aan de voorschriften van bijlage B bij ISO 15077:2008 (Tractors and self-propelled machinery for agriculture -- Operator controls -- Actuating forces, displacement, location and method of operation) inzake bedieningsorganen die verband houden met virtuele terminals wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

Aanhangsel 5

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

3.   ALGEMENE CONSTRUCTIEKENMERKEN

3.1.   Foto's of tekeningen van een representatieve uitvoering van het voertuig: …

3.2.   Schaal en maattekening van het gehele voertuig: …

21.   INSTALLATIE VAN VERLICHTINGS- EN LICHTSIGNAALINRICHTINGEN, MET INBEGRIP VAN AUTOMATISCHE IN- EN UITSCHAKELING VAN LICHTEN

21.1.   Lijst van alle inrichtingen (aantal, merk(en), type, goedkeuringsmerk(en), maximale intensiteit van de grootlichtkoplampen, kleur en bijbehorende verklikker vermelden); de lijst kan voor elke functie verschillende typen voorzieningen bevatten; voorts mag de lijst voor elke functie de vermelding „of gelijkwaardige voorzieningen” bevatten: …

21.2.   Een schema van de gehele verlichtings- en lichtsignaaluitrusting waarop de plaats van de verschillende inrichtingen op het voertuig is aangeduid: …

21.3.   Schema's van de buitenzijde van het voertuig met aanduiding van de maten en de plaats van de verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen, het aantal en de kleur van de lichten: …

21.4.   Verstrek de volgende gegevens voor alle lampen en reflectoren:

21.4.1.   Tekening met aanduiding van de grootte van het verlichtingsoppervlak: …

21.4.2.   Gebruikte methode voor het definiëren van het zichtbare oppervlak: …

21.4.3.   Referentieas en referentiepunt: …

21.4.4.   Werkwijze van camoufleerbare lichten: …

21.5.   Beschrijving/tekening en type verstelinrichting voor de koplamp (bv. automatisch, manueel getrapt verstelbaar, manueel continu verstelbaar) (4): …

21.5.1.   Bedieningsinrichting: …

21.5.2.   Referentiemerktekens: …

21.5.3.   Merktekens voor de beladingsomstandigheden: …

21.6.   Voor voertuigen van de categorieën R en S: beschrijving van de stroomaansluiting voor de verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen: …

21.7.   Korte beschrijving van de elektrische en/of elektronische onderdelen die zijn gebruikt in het verlichtings- en lichtsignaalsysteem: …

Aanhangsel 6

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor elektromagnetische compatibiliteit (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

24.   ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT (EMC)

24.1.   Lijst met een beschrijving van alle geplande combinaties van relevante elektrische/elektronische systemen of ESE's van het voertuig, carrosserieuitvoeringen (60), carrosseriematerialen, algemene schikkingen van de bedrading, motoruitvoeringen, uitvoeringen met het stuur links/rechts en wielbasisvarianten: …

24.2.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 10 (PB L 254 van 20.9.2012, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

24.3.   Aan de voorschriften van ISO 14982:1998 (Agricultural and forestry machinery -- Electromagnetic compatibility -- Test methods and acceptance criteria) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

24.4.   Als alternatief voor punt 24.2 of 24.3: verstrek de volgende informatie:

24.4.1.

Beschrijving en tekeningen of foto's van de vormen en samenstellende materialen van het gedeelte van de carrosserie bestaande uit de motorruimte en het aangrenzende gedeelte van het interieur: …

24.4.2.

Tekeningen of foto's van de plaats van de metalen onderdelen die zich in de motorruimte bevinden (verwarmingsapparaten, reservewiel, luchtfilter, stuurinrichting enz.): …

24.4.3.

Tabel of tekening van de ontstoringsinrichting: …

24.4.4.

Opgave van de nominale waarde van de gelijkstroomweerstanden en, voor weerstandskabels voor de ontsteking, van de nominale weerstand per meter: …

Aanhangsel 7

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van (een) geluidssignaalinrichting(en) (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

25.   GELUIDSSIGNAALINRICHTING(EN)

25.1.   Onderdeeltypegoedkeuring voor een geluidssignaalinrichting is verleend overeenkomstig de voorschriften voor voertuigen van categorie N in VN/ECE-Reglement nr. 28 (PB L 323 van 6.12.2011, blz. 33) en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

25.2.   Korte beschrijving van gebruikte inrichting(en): …

25.3.   Tekening(en) waarop de plaats van de geluidssignaalinrichting(en) ten opzichte van de voertuigconstructie is aangegeven: …

25.4.   Gegevens over de bevestigingswijze, met inbegrip van dat deel van de voertuigconstructie waarop de geluidssignaalinrichting(en) is/zijn bevestigd: …

25.5.   Schema van het elektrisch/pneumatisch circuit: …

25.5.1.   Spanning: GS/WS (4)

25.5.2.   Nominale spanning of druk: …

25.6.   Tekening van het montagesysteem: …

Aanhangsel 8

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van een achteruitkijkspiegel (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

18.   ACHTERUITKIJKSPIEGELS

18.1.   Aantal en klasse van de spiegels: …

18.2.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 46 (PB L 177 van 10.7.2010, blz. 211) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

18.3.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 81 (PB L 185 van 13.7.2012, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

18.4.   Tekening(en) ter identificatie van de spiegel, waarop de plaats van de spiegel ten opzichte van de voertuigstructuur is aangegeven: …

18.5.   Gegevens over de bevestigingswijze, met inbegrip van dat deel van de voertuigstructuur waarop de spiegel is bevestigd: …

18.6.   Korte beschrijving van de elektrische/elektronische onderdelen van het verstelsysteem: …

18.7   Technische beschrijving van het ontdooiings- en ontwasemingssysteem van de spiegels: …

18.8.   Facultatieve uitrusting die van invloed kan zijn op het gezichtsveld naar achteren: …

18.9.   Gezichtsveld van de achteruitkijkspiegel(s) van klasse II

18.9.1.   Voldoet aan punt 5.1 van bijlage IX bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie: ja/neen (4).

18.9.2.   Als alternatief voor punt 18.9.1: aan de voorschriften van ISO 5721-2:2014 (Agricultural tractors- Requirements, test procedures and acceptance criteria for the operators field of vision — Part 2: Field of vision to the side and to the rear) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

19.   ANDERE VOORZIENINGEN VOOR INDIRECT ZICHT DAN SPIEGELS (OPTIONEEL)

19.1.   Type en kenmerken (bv. een volledige beschrijving van de voorziening): …

19.2.   In geval van een cameramonitorinrichting: de waarnemingsafstand (mm), het contrast, het luminantiebereik, de correctie voor invallend licht, de beeldschermprestaties (zwart-wit/kleur (4)), de beeldvernieuwingsfrequentie en het luminantiebereik van het beeldscherm (4): …

19.3.   Voldoende gedetailleerde tekeningen die een overzicht geven van de volledige inrichting, met inbegrip van de montagevoorschriften: …

19.4.   Aan de voorschriften van ISO 5721-2:2014 (Agricultural tractors-- Requirements, test procedures and acceptance criteria for the operator's field of vision -- Part 2: Field of vision to the side and to the rear) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

Aanhangsel 9

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de installatie van een rupsonderstel (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

3.   ALGEMENE CONSTRUCTIEKENMERKEN

3.1.   Foto's of tekeningen van een representatieve uitvoering van het voertuig: …

3.2.   Schaal en maattekening van het gehele voertuig: …

3.3.   Voor voertuigen van de categorieën T en C:

3.3.1.   Aantal assen en wielen: …

3.3.2.   Aantal en plaats van assen met dubbellucht (23): …

3.3.3.   Aantal en plaats van de gestuurde assen (23): …

3.3.4.   Aantal en plaats van de aangedreven assen (23): …

3.3.5.   Aantal en plaats van de geremde assen (23): …

3.4.   Voor voertuigen van categorie C

3.4.1.   Rupsonderstelconfiguratie: set rupsbanden vooraan/set rupsbanden achteraan/set rupsbanden vooraan en set rupsbanden achteraan/ononderbroken rupsband aan elke zijde van het voertuig (4)

3.4.2.   Aantal en plaats van de aangedreven set rupsbanden (22): …

3.4.3.   Aantal en plaats van de geremde set rupsbanden (22): …

3.4.4.   Stuursystemen voor voertuigen van categorie C

3.4.4.1.   Sturing door de snelheid tussen de linker- en de rechterrupsstellen te wijzigen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.2.   Sturing door het zwenken van twee tegenoverliggende of alle vier de rupsstellen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.3.   Sturing door de voor- en de achterkant van het voertuig rond een centrale verticale as te laten scharnieren: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.4.   Sturing door de voor- en de achterkant van het voertuig rond een centrale verticale as te laten scharnieren en door de wielen op de as met wielen van richting te doen veranderen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.5.   Chassis

3.5.1.   Overzichtstekening chassis: …

3.5.2.   Type chassis voor categorieën T en C: ruggengraat/centrale buis/zelfdragend/geleed/met langsbalken/ander (4) (indien ander: specificeer: …)

4.   MASSA'S EN AFMETINGEN

(in kg en mm) (in voorkomend geval naar tekeningen verwijzen)

4.1   Bereik van de (totale) massa van het voertuig

4.1.1.   Massa in onbeladen toestand

4.1.1.1.   Massa('s) van het rijklare voertuig in onbeladen toestand (13):

4.1.1.1.1.   Maximum: … kg (30)

4.1.1.1.2.   Minimum: … kg (30)

4.1.1.1.3.   Verdeling van deze massa('s) over de assen: … kg

4.1.1.1.4.   Vermeld voor een voertuig van categorie R of S met stijve dissel of middenas de verticale belasting op het koppelpunt (S): … kg

4.1.2.   Maximummassa('s) volgens fabrieksopgave

4.1.2.1.   Technisch toelaatbare maximummassa('s) in beladen toestand van het voertuig (13): … kg

4.1.2.1.1   Technisch toelaatbare maximummassa('s) per as: as 1 … kg; as 2 … kg; as …: … kg

4.1.2.1.2.   Vermeld voor een voertuig van categorie R of S met stijve dissel of middenas de verticale belasting op het koppelpunt (S): … kg

4.1.2.1.3.   Grenzen van de verdeling van deze massa('s) over de assen (opgave in procenten van de minimumgrenzen voor vooras en voor achteras): … %

4.1.2.2.   Massa('s) en band(en)

Nr. bandencombinatie

Nr. as

Bandenmaat incl. belastingsindex & snelheidscategoriesymbool

Rolstraal (1) [mm]

Velgmaat

Off-set

Draagvermogen per band [kg]

Toelaatbare maximummassa per as [kg] (1)

Toelaatbare maximummassa van het voertuig [kg] (1)

Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt [kg] (1)  (2)

Bandenspanning [kPa] (3)

Voor wegverkeer

Voor gebruik in het terrein

1.

1

 

 

 

2

 

 

 

 

 

 

2.

1

 

 

 

 

2

 

 

 

 

 

 

 

1

 

 

 

 

2

 

 

 

 

 

 

 

4.1.2.3.   Massa('s) en rupsonderstel

Nr. set rupsbanden

Afmetingen van de rupsbanden

Gemiddelde contactdruk met het wegdek [kPa]

Maximumbelasting per onderrol [kg] (4)

Toelaatbare maximummassa per set rupsbanden [kg] (4)

Toelaatbare maximummassa van het voertuig [kg] (4)

Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt [kg] (4)  (5)

lengte [mm]

breedte [mm]

1

 

2

 

 

4.1.2.4.   Laadvermogen (13): … kg

4.1.3.   Technisch toelaatbare getrokken massa('s) voor een voertuig van categorie T of C voor elke chassis/remconfiguratie van het voertuig van categorie R of S (voor voertuigen van categorie R of S de toelaatbare maximumbelasting(en) op het koppelpunt achteraan vermelden):

Voertuig van categorie R of S

Remmen

Dissel

Stijve dissel

Middenas

Niet-geremd

… kg

… kg

… kg

Met oplooprem

… kg

… kg

… kg

Continue of halfcontinue remming

… kg

… kg

… kg

Hydraulische of pneumatische remming

… kg

… kg

… kg

4.1.4.   Technisch toelaatbare totale massa('s) van de combinatie van trekker (voertuig van categorie T of C) en getrokken voertuig (voertuig van categorie R of S) voor elke chassis/remconfiguratie van het voertuig van categorie R of S:

Voertuig van categorie R of S

Remmen

Dissel

Stijve dissel

Middenas

Niet-geremd

… kg

… kg

… kg

Met oplooprem

… kg

… kg

… kg

Continue of halfcontinue remming

… kg

… kg

… kg

Hydraulische of pneumatische remming

… kg

… kg

… kg

4.1.5.   Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt (onafhankelijk van de banden en de koppelinrichting(en) aan de achterzijde):

4.1.5.1.   van het voertuig van categorie T of C: … kg

4.1.5.2.   van het voertuig van categorie R of S: … kg

4.1.5.3.   Maximummassa van de combinatie bij niet-geremde maximummassa: … kg

37.   RUPSONDERSTEL

(ook punt 4.1.2.3 vermelden)

37.1.   Foto's en maattekeningen van de indeling van het rupsonderstel en de installatie op het voertuig (met inbegrip van de elementen aan de binnenzijde van de rupsbanden die ervoor zorgen dat de rupsband over de rollen wordt geleid en het loopvlakpatroon aan de buitenzijde): …

37.2.   Soort materiaal dat contact maakt met het oppervlak: rubberen rupsband/stalen rupsband/rubberen pads op het loopwerk (4)

37.3.   Metalen rupsbanden

37.3.1.   Aantal onderrollen die rechtstreeks een belasting op het wegdek overdragen (NR): …

37.3.2.   Buitenoppervlakte van elke pad (AP): … mm2

37.4.   Rubberen rupsbanden

37.4.1.   Totale oppervlakte van rubberen kammen in contact met het wegdek (AL): … mm2

37.4.2.   Percentage van de oppervlakte van de kammen ten opzichte van de totale oppervlakte van de rupsband: … %


(1)  Volgens het type banden.

(2)  Belasting in statische toestand op het referentiepunt van de koppeling, onafhankelijk van de koppelinrichting; indien in deze tabel een toelaatbare maximumbelasting op het koppelpunt wordt aangegeven die afhankelijk is van de koppeling, moet de tabel aan de rechterzijde worden uitgebreid en moet de koppelinrichting bovenaan de kolom worden geïdentificeerd; voor voertuigen van categorie R of S heeft (hebben) deze kolom(men) betrekking op koppelinrichtingen aan de achterzijde wanneer zij met dergelijke inrichtingen zijn uitgerust.

(3)  Als aanbevolen door de fabrikant

(4)  Overeenkomstig de specificaties van de onderrollen.

(5)  Belasting in statische toestand op het referentiepunt van de koppeling, onafhankelijk van de koppelinrichting; indien in deze tabel een toelaatbare maximumbelasting op het koppelpunt wordt aangegeven die afhankelijk is van de koppeling, moet de tabel aan de rechterzijde worden uitgebreid en moet de koppelinrichting bovenaan de kolom worden geïdentificeerd.

Aanhangsel 10

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van elektromagnetische compatibiliteit van elektrische/elektronische subeenheden als technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

24.   ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT (EMC)

24.1.   Lijst met een beschrijving van alle geplande combinaties van de elektrische/elektronische systemen of ESE's, carrosserieuitvoeringen (60), carrosseriematerialen, algemene schikkingen van de bedrading, motoruitvoeringen, uitvoeringen met het stuur links/rechts en wielbasisvarianten: …

24.2.   Aan de voorschriften van VN/ECE-Reglement nr. 10 (PB L 254 van 20.9.2012, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

24.3.   Aan de voorschriften van ISO 14982:1998 (Agricultural and forestry machinery -- Electromagnetic compatibility -- Test methods and acceptance criteria) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

24.4.   Als alternatief voor punt 24.2 of 24.3: verstrek de volgende informatie:

24.4.1.

Beschrijving en tekeningen of foto's van de vormen en samenstellende materialen van het gedeelte van de carrosserie bestaande uit de motorruimte en het aangrenzende gedeelte van het interieur: …

24.4.2.

Tekeningen of foto's van de plaats van de metalen onderdelen die zich in de motorruimte bevinden (verwarmingsapparaten, reservewiel, luchtfilter, stuurinrichting enz.): …

24.4.3.

Tabel of tekening van de ontstoringsinrichting: …

24.4.4.

Opgave van de nominale waarde van de gelijkstroomweerstanden en, voor weerstandskabels voor de ontsteking, van de nominale weerstand per meter: …

Aanhangsel 11

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van extra gewichten als onderdeel/technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

29.   EXTRA GEWICHTEN

29.1.   Gedetailleerde technische beschrijving (met foto's of tekeningen met afmetingen) van de extra gewichten en de wijze waarop zij op de trekker zijn aangebracht: …

29.1.   Aantal sets extra gewichten: …

29.1.1.   Aantal onderdelen per set: set 1: …

set 2: …

set …

29.2.   Massa van de onderdelen per set: set 1: … kg

set 2: … kg

set …: … kg

29.2.1.   Totale massa van elke set: set 1: … kg

set 2: … kg

set …: … kg

29.3.   Totale massa van extra gewichten: … kg

29.3.1.   Verdeling van deze massa over de assen: … kg

29.4.   Materiaal (Materialen) en constructiemethode: …

Aanhangsel 12

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een zijdelingse beschermingsinrichting of een beschermingsinrichting aan de achterzijde als onderdeel/technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

32.   ZIJDELINGSE BESCHERMING EN BESCHERMING ACHTERZIJDE

32.1.   Zijdelingse bescherming

32.1.5.   Bij (een) zijdelingse beschermingsinrichting(-en), een volledige beschrijving en/of tekening (met bevestigingsmiddelen en hulpstukken): …

32.1.5.1.   Gebruikte materialen: …

32.1.5.2.   Complete nadere gegevens over de vereiste bevestigingen en volledige montage-instructies, zoals de toe te passen koppelinstellingen: …

32.1.6.   Aan de voorschriften in de punten 2 en 3 en de delen I, II en III van VN/ECE-Reglement nr. 73 (PB L 122 van 8.5.2012, blz. 1) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

32.2.   Beschermingsinrichting aan de achterzijde

32.2.4.   Volledige beschrijving en/of tekening van de beschermingsinrichting aan de achterzijde (met bevestigingsmiddelen en hulpstukken), indien het een afzonderlijke inrichting is of, indien deze goedgekeurd is als technische eenheid, het typegoedkeuringsnummer: …

32.2.4.1.   Gebruikte materialen: …

32.2.4.2.   Complete nadere gegevens over de vereiste bevestigingen en volledige montage-instructies, zoals de toe te passen koppelinstellingen: …

Aanhangsel 13

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een band als onderdeel

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

35.   BANDEN

35.8.   Bandenmaataanduiding: …

35.9.   Type voertuig(en) waarvoor de banden bestemd zijn: trekker (voertuigen van de categorieën T en C)/aanhangwagen (voertuigen van categorie R)/verwisselbare getrokken uitrustingsstukken (voertuigen van categorie S) (4)

35.10.   Structuur van de band: diagonaal/diagonaalgordel/radiaal voor toepassingen in de bouwsector (4)

35.11.   Foto's en tekening van de zijwand van de mal: …

35.12.   Belastingsindex en snelheidscategoriesymbool

35.12.1.   Voor voertuigen van de categorieën T en C: …

35.12.2.   Voor voertuigen van categorie R: …

35.12.3.   Voor voertuigen van categorie S: …

35.13.   Rolweerstand overeenkomstig ISO 28580:2009 (Passenger car, truck and bus tyres -- Methods of measuring rolling resistance -- Single point test and correlation of measurement results) (waar van toepassing): …

35.14.   Bestemd voor: aangedreven wiel/vrijrollend wiel/beide (4)

35.15.   Band bestemd voor gebruik zonder binnenband (tubeless): ja/neen (4)

35.16.   Bandspanning om bij het monteren van de band de hielen tegen de velg aan te drukken is minder dan: … kPa.

Aanhangsel 14

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een mechanische koppeling als onderdeel/technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

38.   MECHANISCHE KOPPELINGEN

38.1.   Foto's en maattekeningen van de mechanische koppeling met gedetailleerde weergave van de vereiste afmetingen, de maten voor de koppeling en de positie van de koppelinrichtingen:

38.1.1.   Mechanische koppeling achteraan: ja/neen (4)

38.1.2.   Koppelinrichting vooraan (voor voertuigen van de categorieën R en S): ja/neen (4)

38.2.   Korte technische beschrijving van de mechanische koppeling waaruit in het bijzonder het type en het gebruikte materiaal blijken

38.5.   Beschrijving van de mechanische koppeling:

Type (overeenkomstig aanhangsel 1 van bijlage XXXIV bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie):

Merk:

Typeaanduiding van de fabrikant:

Maximale horizontale belasting/D-waarde (4) (44) :

… kg/kN (4)

Getrokken massa (T) (4) (44):

… ton

Verticale belasting op het koppelpunt (44):

… kg

Foto's en tekeningen op schaal van de koppelinrichting. In deze tekeningen moeten in het bijzonder de vereiste afmetingen in detail zijn weergegeven, alsmede de maten voor de koppeling.

 

Korte technische beschrijving van de koppelinrichting waaruit in het bijzonder het type en het gebruikte materiaal blijken.

 

Type test

Statisch/dynamisch (4)

(EU-)typegoedkeuringsmerk of -nummer van

trekogen, kogelkoppelingen of soortgelijke koppelinrichtingen die aan de mechanische koppeling worden bevestigd (in het geval van scharnierende of stijve dissels)

mechanische koppelingen die worden bevestigd aan het centrale-buisframe/de steun voor een aanhaakinrichting (indien beperkt tot bepaalde typen):

38.6.   Onderdeeltypegoedkeuring voor een mechanische koppeling is verleend overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 55 (PB L 227 van 28.8.2010, blz. 1) en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

Aanhangsel 15

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type remsysteem (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

3.   ALGEMENE CONSTRUCTIEKENMERKEN

3.1.   Foto's of tekeningen van een representatieve uitvoering van het voertuig: …

3.2.   Schaal en maattekening van het gehele voertuig: …

3.3.   Voor voertuigen van de categorieën T en C:

3.3.1.   Aantal assen en wielen: …

3.3.2.   Aantal en plaats van assen met dubbellucht (23): …

3.3.3.   Aantal en plaats van de gestuurde assen (23): …

3.3.4.   Aantal en plaats van de aangedreven assen (23): …

3.3.5.   Aantal en plaats van de geremde assen (23): …

3.4.   Voor voertuigen van categorie C

3.4.1.   Rupsonderstelconfiguratie: set rupsbanden vooraan/set rupsbanden achteraan/set rupsbanden vooraan en set rupsbanden achteraan/ononderbroken rupsband aan elke zijde van het voertuig (4)

3.4.2.   Aantal en plaats van de aangedreven set rupsbanden (22): …

3.4.3.   Aantal en plaats van de geremde set rupsbanden (22): …

3.4.4.   Stuursystemen voor voertuigen van categorie C

3.4.4.1.   Sturing door de snelheid tussen de linker- en de rechterrupsstellen te wijzigen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.2.   Sturing door het zwenken van twee tegenoverliggende of alle vier de rupsstellen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.3.   Sturing door de voor- en de achterkant van het voertuig rond een centrale verticale as te laten scharnieren: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.4.4.4.   Sturing door de voor- en de achterkant van het voertuig rond een centrale verticale as te laten scharnieren en door de wielen op de as met wielen van richting te doen veranderen: ja/neen/niet van toepassing (4)

3.5.   Chassis

3.5.1.   Overzichtstekening chassis: …

3.5.2.   Type chassis voor categorieën T en C: ruggengraat/centrale buis/zelfdragend/geleed/met langsbalken/ander (4) (indien ander: specificeer: …)

3.5.3.   Type chassis voor categorieën R en S: dissel/stijvel dissel/middenas/ander (4) (indien ander: specificeer: …)

3.12.   Voor voertuigen van de categorieën R en S, type remsysteem: niet-geremd/met oplooprem/met continuremming/met halfcontinuremming/met hydraulische rem/met pneumatische rem (4)

4.   MASSA'S EN AFMETINGEN

(in kg en mm) (in voorkomend geval naar tekeningen verwijzen)

4.1   Bereik van de (totale) massa van het voertuig

4.1.1.   Massa in onbeladen toestand

4.1.1.1.   Massa('s) van het rijklare voertuig in onbeladen toestand (13):

4.1.1.1.1.   Maximum: … kg (30)

4.1.1.1.2.   Minimum: … kg (30)

4.1.1.1.3.   Verdeling van deze massa('s) over de assen: … kg

4.1.1.1.4.   Vermeld voor een voertuig van categorie R of S met stijve dissel of middenas de verticale belasting op het koppelpunt (S): … kg

4.1.2.   Maximummassa('s) volgens fabrieksopgave

4.1.2.1.   Technisch toelaatbare maximummassa('s) in beladen toestand van het voertuig (13): … kg

4.1.2.1.1   Technisch toelaatbare maximummassa('s) per as: as 1 … kg; as 2 … kg; as …: … kg

4.1.2.1.2.   Vermeld voor een voertuig van categorie R of S met stijve dissel of middenas de verticale belasting op het koppelpunt (S): … kg

4.1.2.1.3.   Grenzen van de verdeling van deze massa('s) over de assen (opgave in procenten van de minimumgrenzen voor vooras en voor achteras): … %

4.1.2.4.   Laadvermogen (13): … kg

4.1.3.   Technisch toelaatbare getrokken massa('s) voor een voertuig van categorie T of C voor elke chassis/remconfiguratie van het voertuig van categorie R of S (voor voertuigen van categorie R of S de toelaatbare maximumbelasting(en) op het koppelpunt achteraan vermelden):

Voertuig van categorie R of S

Remmen

Dissel

Stijve dissel

Middenas

Niet-geremd

… kg

… kg

… kg

Met oplooprem

… kg

… kg

… kg

Continue of halfcontinue remming

… kg

… kg

… kg

Hydraulische of pneumatische remming

… kg

… kg

… kg

4.1.4.   Technisch toelaatbare totale massa('s) van de combinatie van trekker (voertuig van categorie T of C) en getrokken voertuig (voertuig van categorie R of S) voor elke chassis/remconfiguratie van het voertuig van categorie R of S:

Voertuig van categorie R of S

Remmen

Dissel

Stijve dissel

Middenas

Niet-geremd

… kg

… kg

… kg

Met oplooprem

… kg

… kg

… kg

Continue of halfcontinue remming

… kg

… kg

… kg

Hydraulische of pneumatische remming

… kg

… kg

… kg

4.1.5.   Toelaatbare verticale maximumbelasting op het koppelpunt (onafhankelijk van de banden en de koppelinrichting(en) aan de achterzijde):

4.1.5.1.

van het voertuig van categorie T of C: … kg

4.1.5.2.

van het voertuig van categorie R of S: … kg

4.1.5.3.

Maximummassa van de combinatie bij niet-geremde maximummassa: … kg

4.2.   Bereik van de (totale) afmetingen van het voertuig

4.2.2.5.   Wielbasis (37): … mm

4.2.2.6.   Afstand tussen opeenvolgende assen 1-2: … mm, 2-3: … mm, 3-4: … mm, enz.

4.2.2.7.   Voor voertuigen van de categorieën R en S met stijve dissel of middenas:

4.2.2.7.1.   Afstand tussen koppelpunt en eerste as: … mm

4.2.2.7.2.   Afstand tussen koppelpunt en laatste as: … mm

4.2.2.8.   Maximum- en minimumspoorbreedte voor elke as (gemeten tussen de symmetrievlakken van de normaal gemonteerde enkellucht-, dubbellucht- of driedubbelluchtbanden) (door de fabrikant aan te geven) (38):

4.2.2.8.1.

Maximum: as 1 … mm; as 2 … mm; as …: … mm

4.2.2.8.2.

Minimum: as 1 … mm; as 2 … mm; as …: … mm

4.2.2.9.   Plaats van het zwaartepunt van het voertuig in lengte-, dwars- en verticale richting: …

4.2.2.9.1.   Voor de categorieën T2, T4.1 en T4.3 en C2, C4.1 en C4.3, hoogte van het zwaartepunt, ten opzichte van het wegdek gemeten en met de normaal op het voertuig gemonteerde banden: … mm

4.2.2.9.1.1.   Voor voertuigen van de categorieën T2 en C2 de verhouding aangeven tussen de waarde in punt 4.2.2.9.1 en de gemiddelde minimumspoorbreedte voor elke as: as 1 …; as 2 …; as …: …

4.2.2.9.1.2.   Voor voertuigen van de categorieën T4.1 en C4.1 de verhouding aangeven tussen de waarde in punt 4.2.2.9.1 en het gemiddelde van de minimumspoorbreedten van elke as: …

5.   ALGEMENE KENMERKEN VAN DE AANDRIJFLIJN

5.1.   Maximumsnelheid van het voertuig

5.1.1.   Maximumsnelheid van het voertuig in voorwaartse richting

5.1.1.1.   Opgegeven door de constructie bepaalde maximumsnelheid: … km/h

5.1.1.2.   Berekende door de constructie bepaalde maximumsnelheid van het voertuig in de hoogste versnelling (de gegevens van de berekening bijvoegen) (41): … km/h

5.1.1.3.   Gemeten maximumsnelheid van het voertuig: … km/h (41)

5.1.2.   Maximumsnelheid van het voertuig in achterwaartse richting (54)

5.1.2.1.   Opgegeven door de constructie bepaalde maximumsnelheid in achterwaartse richting: … km/h

5.1.2.2.   Gemeten maximumsnelheid van het voertuig in achterwaartse richting (41): … km/h

5.2.   Nominaal nettovermogen van de motor: … kW bij … min-1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.3.   Nettomaximumvermogen van de motor: … kW bij … min-1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

5.4.   Maximumkoppel van de motor: … Nm bij … min-1 (overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 120 (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 280)).

B.   INFORMATIE OVER MILIEU- EN AANDRIJVINGSPRESTATIES

6.   ESSENTIËLE EIGENSCHAPPEN VAN DE MOTOR/OUDERMOTOR (4)

6.1.   Cyclus: viertakt/tweetakt (4)

6.2.   Boring (12) … mm

6.3.   Slag (12): … mm

6.4.   Aantal … en opstelling (26) … van de cilinders

6.5.   Cilinderinhoud: … cm (3)

6.6.   Nominaal toerental: …

6.7.   Toerental bij het maximumkoppel: …

9.   ENERGIEOPSLAGVOORZIENING(EN)

9.1.   Beschrijving: batterij/condensator/vliegwiel/generator (4)

9.2.   Identificatienummer: …

9.3.   Soort elektrochemisch koppel: …

9.4.   Opgeslagen energie

9.4.1.   voor batterij, spanning: … en capaciteit: … Ah in 2 uur

9.4.2.   voor condensator: J, …,

9.4.3.   voor vliegwiel/generator (4): J, …

9.4.3.1.   Traagheidsmoment van het vliegwiel: …

9.4.3.1.1.   Bijkomend traagheidsmoment in de vrijstand: …

9.5.   Lader: ingebouwd/extern/geen (4)

11.   AANDRIJVING EN REGELING (13)

11.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van de aandrijving van het voertuig en het regelsysteem daarvan (bedieningsorgaan van de versnellingsbak, bedieningsorgaan voor koppeling of een ander element van de aandrijving): …

11.2.   Transmissie

11.2.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van het (de) schakelsysteem (-systemen) en de regeling daarvan: …

11.2.2.   Schema en/of tekening van het transmissiesysteem: …

11.2.3.   Type transmissie: mechanisch/hydraulisch/elektrisch/ander (4) (indien ander, specificeer: …)

11.2.3.1   Korte beschrijving van de elektrische/elektronische onderdelen (indien van toepassing): …

11.3.   Koppeling (indien van toepassing)

11.3.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van de koppeling en het regelsysteem daarvan: …

11.3.2.   Type koppeling: …

11.3.3.   Maximumkoppelomvorming: …

11.4.   Versnellingsbak (indien van toepassing)

11.4.1.   Type (24): …

11.4.2.   Plaats ten opzichte van de motor: …

11.4.3.   Bedieningswijze: …

11.4.4.   Tussenbak: met/zonder (4)

11.5.   Overbrengingsverhoudingen

Versnelling

Verhoudingen in de versnellingsbak (verhouding tussen het motortoerental en de omwentelingen van de uitgaande as van de versnellingsbak)

Verhoudingen in de tussenbak (verhoudingen tussen het motortoerental en de omwentelingen van de uitgaande as van de tussenbak)

Eindoverbrengingsverhouding(en) (verhouding tussen de omwentelingen van de uitgaande as van de versnellingsbak en die van de aangedreven wielen)

Totale overbrengingsverhoudingen

Verhouding (motortoerental/voertuigsnelheid) alleen voor manuele transmissie

Maximum voor CVT (1)

1

2

3

 

 

 

 

 

Minimum voor CVT (1)

Achteruit

1

 

 

 

 

 

11.6.   Differentieelblokkering

11.6.1.   Differentieelblokkering: ja/neen/optioneel (4)

41.   OPHANGING

41.1.   Korte beschrijving en schematische tekening van de ophanging en het regelsysteem daarvan voor elke as of asstel of wiel: …

41.2.   Tekening van de ophanging: …

41.3.   Niveauregeling: ja/neen/optioneel (4)

41.4.   Korte beschrijving van elektrische/elektronische onderdelen: …

41.5.   Luchtvering van de aangedreven as(sen): ja/neen (4)

41.5.1.   Vering van de aangedreven as(sen), gelijkwaardig met luchtvering: ja/neen (4)

41.5.2.   Frequentie en demping van de trilling van de afgeveerde massa: …

41.6.   Luchtvering van niet-aangedreven as(sen): ja/neen (4)

41.6.1.   Vering van niet-aangedreven as(sen), gelijkwaardig met luchtvering: ja/neen (4)

41.6.2.   Frequentie en demping van de trilling van de afgeveerde massa: …

41.7.   Kenmerken van de verende onderdelen van de ophanging (ontwerp, kenmerken van de materialen en afmetingen): …

41.8.   Voertuig uitgerust met hydropneumatische/hydraulische/pneumatische (4) ophanging

41.9.   Stabilisators: ja/neen/optioneel (4)

41.10.   Schokdempers: ja/neen/optioneel (4)

41.11.   Eventuele andere voorzieningen: …

42.   AS(SEN) EN BANDEN

42.1.   Beschrijving (met foto's en tekeningen) van de as(sen): …

42.2.   Materiaal (Materialen) en constructiemethode: …

42.3.   Merk (indien van toepassing): …

42.4.   Type (indien van toepassing): …

42.5.   Toelaatbare door de as(sen) gedragen maximummassa: … kg

42.6.   Afmetingen van de as(sen):

42.6.1.

Lengte: … mm

42.6.2.

Breedte: … mm

42.7.   Verbinding van de remmen met de as(sen): axiaal/radiaal/geïntegreerd/andere (4) (indien andere, specificeer: …)

42.8.   Afmetingen van de grootste toegestane banden op geremde assen: …

42.8.1.   Nominale afrolomtrek van de grootste banden op geremde assen: …

42.8.2.   Afmetingen van de grootste toegestane banden op aangedreven assen: …

42.8.3.   Nominale afrolomtrek van de grootste banden op aangedreven assen: …

43.   REMMEN

43.1.   Korte beschrijving van het (de) op het voertuig geïnstalleerde remsysteem (remsystemen): …

43.2.   Specificaties van het voertuig met betrekking tot de stuurcircuits van de pneumatische en/of de elektrische bedieningsleiding van het remsysteem (de remsystemen): …

43.3.   De interface van het (de) remsysteem (-systemen) voldoet aan ISO 11992-1:2003 (Road vehicles -- Interchange of digital information on electrical connections between towing and towed vehicles -- Part 1: Physical and data-link layers), met inbegrip van de fysieke component, de datalink-component en de applicatiecomponent en de respectieve posities van ondersteunde berichten en parameters: ja/neen (4)

43.4.   Remsysteem (-systemen)

43.4.1.   Beschrijving van de werking van het remsysteem (de remsystemen) (met inbegrip van eventuele elektronische onderdelen), elektrisch blokschema, schema van het hydraulisch of pneumatisch circuit (55): …

43.4.2   Schematische tekening en werkingsschema van het remsysteem (de remsystemen) (55): …

43.4.3.   Lijst van de naar behoren geïdentificeerde onderdelen die het remsysteem vormen (55): …

43.4.4.   Technische toelichting op de berekening met betrekking tot het remsysteem (de remsystemen) (bepaling van de verhouding tussen het totaal van de remkrachten aan de omtrek van de wielen en de op het bedieningsorgaan uitgeoefende kracht) (55): …

43.4.5.   Eventuele externe energiebron(nen) (kenmerken, capaciteit energiereservoirs, maximum- en minimumdruk, manometer en controleaanwijzing minimumenergieniveau op het instrumentenbord, vacuümtanks en toevoerklep, voedingscompressoren, naleving van de voorschriften voor drukapparatuur) (55): …

43.4.6.   Elektronisch remsysteem: ja/neen/optioneel (4)

43.4.7.   Nummers van het (de) testrapport(en) van de test van type I overeenkomstig bijlage VII bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie (indien van toepassing): …

43.5.   Overbrenging van de rem

43.5.1.   Overbrenging van de rem: mechanisch/hydrostatisch zonder bekrachtiging/deels bekrachtigde/volledig bekrachtigde overbrenging (4)

43.5.2.   Technologie voor overbrenging: pneumatisch/hydraulisch/zowel pneumatisch als hydraulisch (4)

43.5.3.   Blokkering van de rechter en linker rembedieningsorganen: …

43.6.   Remsystemen van het getrokken voertuig

43.6.1.   Technologie voor remcontrolesysteem van het getrokken voertuig: hydraulisch/pneumatisch/elektrisch (4)

43.6.2.   Bediening van de reminrichting van het getrokken voertuig (beschrijving, kenmerken): …

43.6.3.   Beschrijving van de aansluitingen, koppelingen en veiligheidsinrichting (met tekeningen, schetsen en identificatie van eventuele elektronische onderdelen): …

43.6.4.   Soort verbinding: één leiding/twee leidingen (4)

43.6.4.1.   Toevoeroverdruk (één leiding): … kPa

43.6.4.2   Toevoeroverdruk (twee leidingen) (indien van toepassing): … kPa

43.6.4.2.1.   Hydraulisch: … kPa

43.6.4.2.2.   Pneumatisch: … kPa


(1)  Continuvariabele transmissie

Aanhangsel 16

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor de blootstelling van de bestuurder aan geluidsniveaus (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

2.5.   Plaats en wijze van aanbrengen van het typegoedkeuringsmerk (19): …

48.   BLOOTSTELLING VAN DE BESTUURDER AAN GELUIDSNIVEAUS

48.1.   Voertuigen van categorie T of C (met rubberen rupsbanden) moeten worden getest volgens testmethode 1 overeenkomstig punt 2 van bijlage XIII bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie: ja/neen/niet van toepassing (4)

48.2.   Voertuigen van categorie T of C (met rubberen rupsbanden) moeten worden getest volgens testmethode 2 overeenkomstig punt 3 van bijlage XIII bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie: ja/neen/niet van toepassing (4)

48.3.   Voertuigen van categorie C met stalen rupsbanden moeten worden getest op een laag vochtig zand overeenkomstig punt 5.3.2 van ISO 6395:2008 (Earth-moving machinery -- Determination of sound power level -- Dynamic test conditions): ja/neen/niet van toepassing (4)

48.4   Als alternatief voor de punten 48.1 tot en met 48.3: een compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor de officiële meting van geluid in de cabine van landbouw- en bosbouwtrekkers, OESO-code 5, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

Aanhangsel 17

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem voor gordelverankeringen (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (19): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

46.   KANTELBEVEILIGINGSVOORZIENING (ROPS)

46.1.   Installatie van ROPS: verplicht/optioneel/standaard (4)

49.   ZITPLAATSEN (ZADELS EN STOELEN)

49.1.   Configuratie zitplaatsen: stoel/zadel (4)

49.2.   Coördinaten of tekening van het referentiepunt (S) van alle zitplaatsen: …

49.3.   Beschrijving en tekeningen van:

49.3.1.

de zitplaatsen en hun verankeringen: …

49.3.2.

het verstelsysteem: …

49.3.3.

de wegklap- en vergrendelingssystemen: …

49.3.4.

de gordelverankeringen, indien aanwezig op de zitplaats: …

49.3.5.

de als verankering gebruikte delen van het voertuig: …

53.   GORDELVERANKERINGEN

53.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 3776-1:2006 (Tractors and machinery for agriculture -- Seat belts -- Part 1: Anchorage location requirements) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

53.2.   Foto's en/of tekeningen van de carrosserie met aanduiding van de werkelijke, effectieve plaats en afmetingen van de verankeringen: …

53.3.   Tekeningen van de verankeringen en van de delen van de voertuigstructuur waaraan zij zijn bevestigd (met opgave van de aard van het gebruikte materiaal): …

53.4.   Aanduiding van de gordeltypes (14) die mogen worden gemonteerd op de verankeringen waarvan het voertuig is voorzien:

 

Plaats van verankering

Voertuigstructuur

Zitplaatsstructuur

Bestuurderszitplaats

 

Verankeringen onderaan

 

buitenzijde

binnenzijde

 

 

Verankeringen bovenaan

 

 

Zitplaats voor meerijders

1.

 

Verankeringen onderaan

 

buitenzijde

binnenzijde

 

 

Verankeringen bovenaan

 

 

Zitplaats voor meerijders

 

Verankeringen onderaan

 

buitenzijde

binnenzijde

 

 

Verankeringen bovenaan

 

 

53.4.1.   Opmerking: …

53.5.   Speciale voorzieningen (bv. verstelling zithoogte, voorspaninrichting enz.): …

53.6.   Beschrijving van een bijzonder type veiligheidsgordel dat vereist is voor een verankering die zich in de rugleuning van de zitplaats bevindt of waarin een energiedissiperende voorziening is opgenomen: …

53.7.   Alternatief voor de punten 53.2 tot en met 53.6

53.7.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 3776-2:2013 (Tractors and machinery for agriculture -- Seat belts -- Part 2: Anchorage strength requirements) inzake sterkte en plaats van de verankeringen wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.2.   Testrapport op basis van VN/ECE-Reglement nr. 14 (PB L 109 van 28.4.2011, blz. 1) is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.3.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (dynamische test), OESO-code 3 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.4.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers met rupsbanden, OESO-code 8 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.5.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (statische test), OESO-code 4 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.6.   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van vooraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 6 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

53.7.7   Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van achteraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 7 met tests van gordelverankeringen, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

Aanhangsel 18

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een type systeem ter bescherming tegen gevaarlijke stoffen (of een voertuigtype met betrekking daartoe)

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49):

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.2.4.   Voor onderdelen en technische eenheden: plaats en wijze van aanbrengen van het (de) typegoedkeuringsmerk(en) (indien van toepassing) (49): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

3.   ALGEMENE CONSTRUCTIEKENMERKEN

3.11.   Voertuig van categorie T of C dat is uitgerust voor bescherming tegen gevaarlijke stoffen: ja/neen (4)

58.   BESCHERMING TEGEN GEVAARLIJKE STOFFEN

58.1.   Korte beschrijving (met tekeningen en foto's) van de luchtuitstroming en het filtersysteem, met inbegrip van de voorzieningen om in de cabine een positief drukverschil te verkrijgen en de luchtstroom van verse gefilterde lucht: …

58.2.   Aan de voorschriften van norm EN 15695-1 (Agricultural tractors and self-propelled sprayers — Protection of the operator (driver) against hazardous substances — Part 1: Cab classification, requirements and test procedures): categorie 1/categorie 2/categorie 3/categorie 4 (4) inzake de indeling van cabines met betrekking tot bescherming tegen gevaarlijke stoffen wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

58.3.   Aan de voorschriften van norm EN 15695-2 (Agricultural tractors and self-propelled sprayers — Protection of the operator (driver) against hazardous substances — Part 2: Filters, requirements and test procedures): stoffilter/aerosolfilter/dampfilter (4) inzake filters met betrekking tot bescherming tegen gevaarlijke stoffen wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

Aanhangsel 19

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) als technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

46.   KANTELBEVEILIGINGSVOORZIENING (ROPS)

46.1.   Installatie van ROPS: verplicht/optioneel/standaard (4)

46.2.   ROPS via cabine/frame/beugel(s) met montage vooraan/achteraan (4)

46.2.1.   In het geval van beugels: inklapbaar/niet-inklapbaar (4)

46.2.2.   In het geval van inklapbare beugels:

46.2.2.1.   Inklapbaar met gereedschap/zonder gereedschap (4)

46.2.2.2.   Vergrendelingsmechanisme: manueel/automatisch (4)

46.2.2.3.   Foto's en gedetailleerde technische tekeningen met een weergave van de grijpzone en een zij- en bovenaanzicht van de toegankelijke zones. De maten moeten op de tekeningen zijn aangegeven: …

46.3.   Foto's en gedetailleerde technische tekeningen met de plaats van de ROPS, de positie van het stoelindexpunt (SIP), details van de bevestigingen en de plaats van het voorste gedeelte van de trekker dat de gekantelde trekker kan dragen (indien noodzakelijk) enz. (in het geval van inklapbare vooraan gemonteerde ROPS, toon de grijpzone en een zij- en bovenaanzicht van de toegankelijke zones). De belangrijkste afmetingen moeten in de tekeningen zijn aangegeven, met inbegrip van de buitenafmetingen van de trekker met gemonteerde kantelbeveiliging en van de belangrijkste binnenafmetingen: …

46.4.   Korte beschrijving van de kantelbeveiliging met de volgende gegevens:

46.4.1.

Constructietype: …

46.4.2.

Details van de bevestigingen: …

46.4.3.

Details van het voorste gedeelte van de trekker dat de gekantelde trekker kan dragen (indien noodzakelijk): …

46.4.4.

Aanvullend frame: …

46.5.   Afmetingen (52)

46.5.1.   Hoogte van de elementen van het dak boven het stoelindexpunt (SIP): … mm

46.5.2.   Hoogte van de elementen van het dak boven de bodemplaat van de trekker: … mm

46.5.3.   Breedte aan de binnenzijde van de kantelbeveiliging verticaal boven het stoelindexpunt ter hoogte van het middelpunt van het stuurwiel: … mm

46.5.4.   Afstand van het middelpunt van het stuurwiel tot de rechterzijkant van de kantelbeveiliging: … mm

46.5.5.   Afstand van het middelpunt van het stuurwiel tot de linkerzijkant van de kantelbeveiliging: … mm

46.5.6.   Minimale afstand van de rand van het stuurwiel tot de kantelbeveiliging: … mm

46.5.7.   Horizontale afstand van het stoelindexpunt tot de achterkant van de kantelbeveiliging boven het stoelindexpunt: … mm

46.5.8.   Positie (ten opzichte van de achteras) van het voorste gedeelte van de trekker dat de gekantelde trekker kan dragen (indien noodzakelijk):

46.5.8.1.

Horizontale afstand: … mm

46.5.8.2.

Verticale afstand: … mm

46.6.   Details van de voor de kantelbeveiliging gebruikte materialen en specificaties van het gebruikte staal (53)

46.6.1.   Hoofdframe (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.2.   Bevestigingen (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.3.   Montage- en bevestigingsbouten (onderdelen — afmetingen): …

46.6.4.   Dak (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.5.   Bekleding (indien aanwezig) (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.6.   Glas (indien aanwezig) (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.6.7.   Voorste gedeelte van de trekker dat de gekantelde trekker kan dragen (indien noodzakelijk) (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

46.7.   Als alternatief voor de punten 46.1 tot en met 46.6.7: verstrek de volgende informatie:

46.7.1.

Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (dynamische test), OESO-code 3, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

46.7.2.

Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers op rupsbanden, OESO-code 8, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

46.7.3.

Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (statische test), OESO-code 4, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

46.7.4.

Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van vooraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 6, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

46.7.5

Compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van achteraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 7, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen/niet van toepassing (4)

Aanhangsel 20

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een voorziening ter bescherming tegen vallende voorwerpen (FOPS) als technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

47.   CONSTRUCTIES TER BESCHERMING TEGEN VALLENDE VOORWERPEN (FOPS)

47.1.   Voertuigen van de categorieën T en C die zijn uitgerust voor bosbouwdoeleinden

47.1.1.   Aan de voorschriften van ISO 8083:2006 (Machinery for forestry -- Falling-object protective structures (FOPS) -- Laboratory tests and performance requirements) niveau I/niveau II (4) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

47.2.   Alle andere voertuigen van de categorieën T en C die zijn uitgerust met een FOPS

47.2.1.   Foto's en gedetailleerde technische tekeningen met de plaats van de FOPS, de positie van het stoelindexpunt (SIP) enz. De belangrijkste afmetingen moeten in de tekeningen zijn aangegeven, met inbegrip van de buitenafmetingen van de trekker met gemonteerde kantelbeveiliging en van de belangrijkste binnenafmetingen: …

47.2.2.   Korte beschrijving van de kantelbeveiliging met de volgende gegevens:

47.2.2.1.

Constructietype: …

47.2.2.2.

Details van de bevestigingen: …

47.2.3.   Afmetingen (52)

47.2.3.1.   Hoogte van de elementen van het dak boven het stoelindexpunt (SIP): … mm

47.2.3.2.   Hoogte van de elementen van het dak boven de bodemplaat van de trekker: … mm

47.2.3.3.   Totale hoogte van de trekker met gemonteerde beschermingsconstructie: … mm

47.2.3.4.   Totale breedte van de beschermingsconstructie (als de spatschermen worden meegerekend moet dit worden vermeld): … mm

47.2.4.   Details van de voor de kantelbeveiliging gebruikte materialen en specificaties van het gebruikte staal (53)

47.2.4.1.   Hoofdframe (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

47.2.4.2.   Bevestigingen (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

47.2.4.3.   Montage- en bevestigingsbouten (onderdelen — afmetingen): …

47.2.4.4.   Dak (onderdelen — materiaal — afmetingen): …

47.2.5.   Details van de door de fabrikant van de trekker aan de oorspronkelijke onderdelen aangebrachte verstevigingen: …

47.2.6.   Als alternatief voor de punten 47.2.1 tot en met 47.2.5: een compleet testrapport op basis van de OESO-standaardcode voor het officieel testen van constructies ter bescherming tegen vallende voorwerpen op landbouw- en bosbouwtrekkers op rupsbanden, OESO-code 10, uitgave 2015 van juli 2014, is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

Aanhangsel 21

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een bestuurderszitplaats als onderdeel/technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49):

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

49.   ZITPLAATSEN (ZADELS EN STOELEN)

49.1.   Configuratie zitplaatsen: stoel/zadel (4)

49.2.   Coördinaten of tekening van het referentiepunt (S) van de bestuurderszitplaats: …

49.3.   Beschrijving en tekeningen van:

49.3.1.

de zitplaats en haar verankeringen: …

49.3.2.

het verstelsysteem: …

49.3.3.

de wegklap- en vergrendelingssystemen: …

49.3.4.

de gordelverankeringen, indien aanwezig op de zitplaats: …

49.3.5.

de als verankering gebruikte delen van het voertuig: …

49.4.   Bestuurderszitplaats

49.4.1.   Plaats van de bestuurderszitplaats: links/rechts/midden (4): …

49.4.2.   Categorie van het zitplaatstype: categorie A, klasse I/II/III, categorie B (4):

49.4.3.   Omkeerbare stuurplaats: ja/neen (4)

49.4.3.1.   Beschrijving van de omkeerbare stuurplaats:…

49.4.4.   Afmetingen van de bestuurderszitplaats, met inbegrip van de diepte en breedte van de zitting, de positie en helling van de rugleuning en de helling van de zitting:

49.4.5.   Belangrijkste kenmerken van de bestuurderszitplaats: …

49.4.6.   Verstelsysteem: …

49.4.7.   Verplaatsings- en vergrendelsysteem in lengte- en verticale richting: …

49.4.7.1.   In het geval van voertuigen die niet zijn uitgerust met een verstelbare zitplaats, vermeld de verplaatsing van de stuurkolom en de pedaal/pedalen: …

Aanhangsel 22

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een veiligheidsgordel als onderdeel/technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49):

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

54.   VEILIGHEIDSGORDELS

54.1.   Aan de voorschriften van ISO-norm 3776-3:2009 (Tractors and machinery for agriculture -- Seat belts -- Part 3: Requirements for assemblies) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

54.2.   Testrapport op basis van VN/ECE-Reglement nr. 16 (PB L 233 van 9.9.2011, blz. 1) is verstrekt en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

54.3.   Aantal en plaats van de veiligheidsgordels en de zitplaatsen waarop ze kunnen worden gebruikt, vul onderstaande tabel in:

Configuratie van de veiligheidsgordels en daarbij horende informatie

 

 

 

Volledig EU-typegoedkeuringsmerk

Variant (indien van toepassing)

Verstelsysteem van de gordelhoogte (ja/neen/optioneel)

Bestuurderszitplaats

 

L

 

 

 

C

 

 

 

R

 

 

 

Zitplaats voor meerijders

1.

 

L

 

 

 

C

 

 

 

R

 

 

 

Zitplaats voor meerijders

 

L

 

 

 

C

 

 

 

R

 

 

 

L = links; C = midden; R = rechts

54.4.   Korte beschrijving van elektrische/elektronische onderdelen: …

Aanhangsel 23

Model inlichtingenformulier voor EU-typegoedkeuring van een bescherming tegen binnendringende voorwerpen (OPS) als technische eenheid

A.   ALGEMENE INFORMATIE

2.   ALGEMENE INFORMATIE MET BETREKKING TOT SYSTEMEN, ONDERDELEN OF TECHNISCHE EENHEDEN

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant):

2.2.   Type (49):

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   Typegoedkeuringsnummer(s) (49) (indien van toepassing): …

2.2.3.   Typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant:

2.3.1.   Naam en adres van de fabrieken (voor assemblage/vervaardiging): …

2.3.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant (indien van toepassing): …

2.4.   Voor systemen en technische eenheden: voertuig(en) waarvoor die bestemd zijn (21):

2.4.1.   Type (17): …

2.4.2.   Variant(en) (17): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (17): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (2): …

55.   BESCHERMING TEGEN BINNENDRINGENDE VOORWERPEN (OPS)

55.1.   Voertuigen van de categorieën T en C die zijn uitgerust voor bosbouwdoeleinden

55.1.1.   Aan de voorschriften van ISO 8084:2003 (Machinery for forestry -- Operator protective structures -- Laboratory tests and performance requirements) wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

55.2.   Alle andere voertuigen van de categorieën T en C die zijn uitgerust met OPS

55.2.1.   Aan de voorschriften van bijlage 14 bij VN/ECE-Reglement nr. 43 (PB L 230 van 31.8.2010, blz. 119) inzake veiligheidsruiten wordt voldaan en de desbetreffende documentatie is in het inlichtingenformulier opgenomen: ja/neen (4)

Aanhangsel 24

Verklaring van de fabrikant inzake maatregelen tegen manipulatie van de aandrijflijn en snelheidsbegrenzers

Verklaring van de fabrikant inzake maatregelen tegen manipulatie van de aandrijflijn en snelheidsbegrenzers

Een naar behoren ingevulde versie van deze verklaring wordt opgenomen in het informatiedossier.

Ondergetekende: [… (volledige naam en functie)]

0.4.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant: …

0.4.2.   Eventueel naam en adres van de vertegenwoordiger van de fabrikant (1): …

verklaart hierbij dat:

0.1   Merk (handelsnaam van de fabrikant): …

0.2.   Type (2): …

0.2.1.   Variant(en) (2): …

0.2.2.   Uitvoering(en) (2): …

0.2.3   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

0.3.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (3): …

geen verwisselbare onderdelen op de markt zal brengen die de aandrijvingsprestaties van de voertuigvariant kunnen verhogen

Plaats: …

Datum: …

Handtekening: …

Naam en functie in het bedrijf: …

Toelichting bij aanhangsel 24

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet in de verklaring van de fabrikant te worden vermeld)

Toelichting bij het inlichtingenformulier

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet in de ingevulde gegevens te worden vermeld)

(1)

Voor banden waaraan typegoedkeuring is verleend overeenkomstig de voorschriften van punt 2 van bijlage XXX bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie of die zijn goedgekeurd overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 106 opgave doen van de „afrolomtrek, uitgedrukt door de snelheidsradiusindex („speed radius index”)”; voor banden die zijn goedgekeurd overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 54 of VN/ECE-Reglement nr. 75 opgave doen van de „nominale afrolomtrek”.

(2)

Ingedeeld overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 167/2013; de codering moet worden vermeld, bv. „T4.3a” voor een trekker met kleine bodemvrijheid met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h.

(3)

Schrappen indien niet van toepassing.

(4)

Doorhalen wat niet van toepassing is (er hoeft niets te worden doorgehaald als meerdere antwoorden van toepassing zijn).

(5)

Configuratie vermelden aan de hand van de volgende codes:

—   R: rechterkant van het voertuig

—   L: linkerkant van het voertuig

—   F: voorkant van het voertuig

—   RE: achterkant van het voertuig

Voorbeeld voor een voertuig met twee linkerdeuren en één rechterdeur:

2L, 1R

(6)

De waarde wordt berekend (p = 3,1416) en afgerond op de naaste cm3. Bij draaizuigermotoren het nominale slagvolume van de motor vermenigvuldigen met twee.

(7)

Tolerantie aangeven.

(8)

Positie vermelden aan de hand van de volgende codes:

—   rx: rijnummer

—   R: rechterkant van het voertuig

—   C: midden van het voertuig

—   L: linkerkant van het voertuig

Voorbeeld voor een voertuig met een tweede rij met 1 zitplaats voor meerijders aan de linkerkant van het voertuig:

r2: 1L

(9)

Brandstoftype vermelden aan de hand van de volgende codes:

a)   P: benzine

b)   B5: diesel

c)   E5: benzine E5

d)   O: andere.

(10)

Voor EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig, geef een beschrijving van het op het voertuig geïnstalleerde spruitstuk; voor EU-typegoedkeuring van een motor/motorfamilie als onderdeel/technische eenheid, geef een beschrijving van een van de mogelijke spruitstukken die op het voertuig kunnen worden geïnstalleerd.

(12)

Dit cijfer moet op het naaste tiende van een millimeter worden afgerond.

(13)

Bij varianten moeten de gevraagde gegevens voor elke variant worden verstrekt.

(14)

„A”: voor een driepuntsgordel;

„B”: voor een heupgordel;

„S”: voor speciaal type gordel (vermeld in dit geval de aard van deze typen onder punt 53.4.1 (opmerking));

„Ar”, „Br” of „Sr”: voor een gordel met oprolmechanisme;

„Are”, „Bre” of „Sre”: voor een gordel met oprolmechanisme en een energieabsorberende voorziening op ten minste één verankering.

(17)

Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.2, worden gebruikt.

(18)

In het geval van meerfasentypegoedkeuring dient deze informatie voor elke fase te worden verstrekt.

(19)

Deze informatie verstrekken voor ieder onderdeel en technische eenheid die in het voertuig of het systeem is geïnstalleerd.

(21)

Deze informatie verstrekken voor elke type voertuig/systeem.

(22)

Aangedreven en geremde onderrollen:

F: vooraan

R: achteraan

F & R: voor- en achteraan

C: ononderbroken rupsband

Voorbeelden:

—   aangedreven onderrollen achteraan: R

—   ononderbroken rupsband, geremd: C

(23)

Assen: met dubbellucht/gestuurd/aangedreven/geremd:

F: vooraan

R: achteraan

A: gelede voertuigen

F & R: voor- en achteraan

F & A: vooraan en geleed

A & R: geleed en achteraan

F & A & R: vooraan, geleed en achteraan

Voorbeelden:

—   vooraan met dubbellucht: F

—   vooraan en gelede stuurinrichting: F & A

—   aangedreven assen achteraan: R

—   geremde assen voor- en achteraan: F & R

(24)

Type versnellingsbak vermelden aan de hand van de volgende codes:

a)   A: automatisch

b)   M1: manueel

c)   M2: geautomatiseerd manueel

d)   C: continuvariabele transmissie (CVT)

e)   W: wielnaafmotor

f)   O: andere (vermeld:…)

(26)

Vermeld de opstelling van de cilinders aan de hand van de volgende codes:

a)   LI: in lijn

b)   V: in V

c)   O: motor met tegenover elkaar liggende cilinders

d)   S: eencilindermotor

e)   R: draaizuigermotor.

(29)

Alleen voor motoren met compressieonsteking.

(30)

Als referentie voor de verschillende gedelegeerde handelingen. Met inbegrip van de kantelbeveiligingsvoorziening, optionele accessoires niet inbegrepen, maar met koelvloeistof, smeermiddelen, brandstof, gereedschap en bestuurder. De massa van de bestuurder wordt gesteld op 75 kg.

(31)

ISO-norm 612/-6.1:1978 (Road vehicles -- Dimensions of motor vehicles and towed vehicles -- Terms and definitions).

(32)

ISO-norm 612/-6.2:1978 (Road vehicles -- Dimensions of motor vehicles and towed vehicles -- Terms and definitions).

(33)

ISO-norm 612/-6.3:1978 (Road vehicles -- Dimensions of motor vehicles and towed vehicles -- Terms and definitions). Voor voertuigen met in de hoogte verstelbare vering de normale rijstand aangeven.

(34)

ISO-norm 612/-6.6:1978 (Road vehicles -- Dimensions of motor vehicles and towed vehicles -- Terms and definitions).

(35)

ISO-norm 612/-6.7:1978 (Road vehicles -- Dimensions of motor vehicles and towed vehicles -- Terms and definitions).

(36)

ISO-norm 612/-6.8:1978 (Road vehicles -- Dimensions of motor vehicles and towed vehicles -- Terms and definitions).

(37)

Bij trekkers en voertuigen van categorie R of S met dissel is de wielbasis de afstand tussen de eerste en de laatste as; bij voertuigen van categorie R of S met stijve dissel is de wielbasis de afstand tussen het midden van het koppelpunt vooraan en de laatste as.

(38)

ISO-norm 4004:1983 (Agricultural tractors and machinery -- Track widths).

(39)

Voor iedere goedgekeurde inrichting kan een beschrijving worden vervangen door een verwijzing naar de goedkeuring. Een beschrijving is evenmin vereist voor elk onderdeel waarvan de constructie duidelijk op de bijgevoegde schema's of tekeningen is weergegeven. Voor ieder punt waarvoor tekeningen of foto's moeten worden bijgevoegd, nummers van de bijbehorende bijgevoegde stukken aangeven.

(40)

Bij een aanvraag die op verschillende oudermotoren betrekking heeft, moet voor elk daarvan een afzonderlijk formulier worden ingevuld.

(41)

Een gemeten snelheid die 3 km/h meer bedraagt dan de door de constructie bepaalde maximumsnelheid is nog aanvaardbaar. Om rekening te houden met variaties ten gevolge van de bandenmaat is een bijkomende tolerantie van 5 % toegestaan.

(42)

ISO-norm 789-3:1993 (Agricultural tractors -- Test procedures -- Part 3: Turning and clearance diameters).

(44)

Waarden ten opzichte van de mechanische sterkte van de koppelinrichting.

(45)

Niet van toepassing op typen voertuigen, systemen, onderdelen en technische eenheden die vallen onder de voorschriften van artikel 37 of artikel 53, lid 13, van Verordening (EU) nr. 167/2013.

(46)

Ook van toepassing op voertuigen van categorie R of S met een koppelinrichting achteraan.

(47)

Voor voertuigen van de categorieën R en S de hoogte opgeven zonder optionele zij- en achterpanelen.

(48)

Voor voertuigen van de categorieën R en S de overbouw aan het voorste koppelpunt vermelden.

(49)

Voor motoren moet de informatie met betrekking tot het motortype dan wel het type van motorfamilie worden verstrekt.

(52)

Bij trekkers met verschillende optionele stoelen of met een omkeerbare bestuurdersplaats (stoel en stuurwiel omkeerbaar) moeten de afstanden ten opzichte van de stoelindexpunten (SIP 1, SIP 2 enz.) voor elk geval worden gemeten.

(53)

De staalspecificaties moeten in overeenstemming zijn met ISO 630:1995 (Structural steels -- Plates, wide flats, bars, sections and profiles), Amd 1: 2003.

(54)

Vermelden indien de door de constructie bepaalde maximumsnelheid in de achterwaartse rijrichting hoger is dan in de voorwaartse rijrichting.

(55)

De gevraagde informatie verstrekken voor: bedrijfsremsysteem; parkeerremsysteem; voor voertuigen van de categorieën T en C het hulpremsysteem; eventuele extra remsystemen (met name vertragers); antiblokkeersystemen.

(56)

In te vullen in samenhang met de specificaties van de punten 9.1 en 9.2 van bijlage I bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie.

(57)

OESO-standaardcode voor het officieel testen van de prestaties van landbouw- en bosbouwtrekkers, OESO-code 2, editie 2015 van juli 2014.

(59)

Als gedefinieerd in punt 1.1 van bijlage VIII bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie

(60)

Elektrische/elektronische systemen of ESE's worden als relevant aangemerkt, als zij significante breedband- of smalbandstraling kunnen emitteren en/of invloed kunnen hebben op de directe besturing van het voertuig (zie bijlage XV, deel 2, punt 3.4.2.3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie).

(61)

Slechts van toepassing voor kleine fabrikanten wat betreft punt 6 van bijlage V bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie.

(62)

Bij wijze van alternatief een maattekening met de plaats van het koppelpunt verstrekken.

(63)

Machines als gedefinieerd in artikel 2, onder a), van Richtlijn 2006/42/EG van het Europees Parlement en de Raad.


(1)  Schrappen indien niet van toepassing.

(2)  Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.2, worden gebruikt.

(3)  Ingedeeld overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 167/2013; de codering moet worden vermeld, bv. „T4.3a” voor een trekker met kleine bodemvrijheid met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h.


BIJLAGE II

Model voor het certificaat van de fabrikant met betrekking tot toegang tot boorddiagnose- (OBD-) en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

1.   Overeenkomstig artikel 53, lid 8, van Verordening (EU) nr. 167/2013 verstrekt de voertuigfabrikant aan de goedkeuringsinstantie de certificaten waarin het bewijs wordt geleverd dat is voldaan aan de eisen inzake toegang tot de OBD-informatie en reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig onder de in punt 2 beschreven vorm.

1.1   Het certificaat moet voorzien zijn van een door de fabrikant verstrekt referentienummer.

2.   Certificaat van de fabrikant met betrekking tot de toegang tot OBD-informatie van het voertuig en tot reparatie- en onderhoudsinformatie en addenda

2.1.   Model van het certificaat van de fabrikant met betrekking tot toegang tot OBD- en reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Certificaat van de fabrikant met betrekking tot toegang tot OBD-informatie en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Een naar behoren ingevulde versie van dit certificaat wordt opgenomen in het informatiedossier.

Referentienummer: …

Ondergetekende: [ … (volledige naam en functie)]

Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant: …

Eventueel naam en adres van de vertegenwoordiger van de fabrikant (1): …

verklaart hierbij dat:

 

hij toegang geeft tot OBD- en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig overeenkomstig:

hoofdstuk XV van Verordening (EU) nr. 167/2013

bijlage V bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie

 

wat de in addendum 1 bij dit certificaat opgesomde typen voertuigen, systemen, onderdelen en/of technische eenheden betreft (4).

De volgende uitzonderingen gelden (1):

kleine fabrikanten (1)

gebruik van aan eigendomsrechten gebonden hardware voor herprogrammering van regeleenheden (1)

De voornaamste webadressen (5) waarop de relevante informatie toegankelijk is — en die bij deze in overeenstemming met bovenstaande bepalingen worden verklaard — zijn opgesomd in addendum 2 bij dit certificaat. De contactgegevens van de verantwoordelijke vertegenwoordiger van de fabrikant, die hieronder tekent, staan in addendum 3 bij dit certificaat.

Indien van toepassing: de fabrikant verklaart ook dat hij heeft voldaan aan de verplichting in artikel 53, lid 8, van Verordening (EU) nr. 167/2013 om uiterlijk zes maanden na de datum van typegoedkeuring relevante informatie over eerdere goedkeuringen van deze voertuigtypen te verstrekken.

Plaats: …

Datum: …

Handtekening: …

Naam en functie in het bedrijf: …

Addenda:

1: Lijst van typen voertuigen, systemen, onderdelen en technische eenheden

2: Webadressen (5)

3: Contactgegevens

4: In het geval van meerfasentypegoedkeuring, certificaten met betrekking tot toegang tot OBD- en reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig, inclusief de addenda, die betrekking hebben op de vorige fasen

2.1.1.   Model van addendum 1 bij het certificaat van de fabrikant met betrekking tot toegang tot OBD- en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Addendum 1

bij het

certificaat van de fabrikant met referentienummer … met betrekking tot toegang tot OBD-informatie en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Lijst van voertuigtypen (5):

1.2.   Type (2): …

1.2.1.   Variant(en) (2): …

1.2.2.   Uitvoering(en) (2): …

1.2.3   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

1.3.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (3): …

EU-typegoedkeuringsnummer, inclusief uitbreidingsnummer (indien van toepassing): …

EU-typegoedkeuring afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

Lijst van typen systemen, onderdelen en/of technische eenheden (5):

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant): …

2.2.   Type(n) (4): …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.2.2.   EU-typegoedkeuringsnummer(s) (indien van toepassing): …

2.2.3.   EU-typegoedkeuring(en) afgegeven op (datum, indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant(en): …

Aanvullende informatie over de motor (4):

2.5.2.   Typecode van de fabrikant (zoals vermeld op de motor, of ander identificatiemiddel): …

2.1.2.   Model van addendum 2 bij het certificaat van de fabrikant met betrekking tot toegang tot OBD- en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Addendum 2

bij het

certificaat van de fabrikant met referentienummer … met betrekking tot toegang tot OBD-informatie en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Webadres (5) zoals bedoeld in dit certificaat:

2.1.3.   Model van addendum 3 bij het certificaat van de fabrikant met betrekking tot toegang tot OBD- en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Addendum 3

bij het

certificaat van de fabrikant met referentienummer … met betrekking tot toegang tot OBD-informatie en tot reparatie- en onderhoudsinformatie van het voertuig

Contactgegevens van de vertegenwoordiger van de fabrikant naar wie in dit certificaat wordt verwezen:

Toelichting bij bijlage II

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet in de certificaten van de fabrikant te worden vermeld)

(1)

Schrappen indien niet van toepassing.

(2)

Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.2, worden gebruikt.

(3)

Ingedeeld overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 167/2013; de codering moet worden vermeld, bv. „T4.3a” voor een trekker met kleine bodemvrijheid met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h.

(4)

Voor motoren moet de informatie met betrekking tot het motortype dan wel het type van motorfamilie worden verstrekt.

(5)

Verrmeld in het geval van meerfasentypegoedkeuring het webadres van de voor de vorige fase(n) verantwoordelijke fabrikant(en).


BIJLAGE III

Modellen voor het certificaat van overeenstemming

1.   Doelstellingen

Het certificaat van overeenstemming stelt de bevoegde instanties van de lidstaten in staat voertuigen te registreren zonder de aanvrager om aanvullende technische documentatie te verzoeken. Hiertoe dienen in het certificaat van overeenstemming de volgende gegevens te worden vermeld:

a)

het voertuigidentificatienummer;

b)

de precieze technische kenmerken van het voertuig (vermelding van een reeks waarden is bijvoorbeeld niet toegestaan).

2.   Algemene voorschriften

2.1.

De voertuigfabrikant verstrekt voor elk voertuig van een serie waarvoor typegoedkeuring is verleend een certificaat van overeenstemming overeenkomstig artikel 33, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013 volgens het model in aanhangsel 1.

2.2.

Het certificaat van overeenstemming bestaat uit twee delen:

a)

deel 1 bevat een nalevingsverklaring van de fabrikant. Er bestaan verschillende modellen voor deel 1 afhankelijk van de voertuigen in kwestie (zie punt 3);

b)

deel 2 bevat een technische beschrijving van de belangrijkste kenmerken van het voertuig. Er bestaan verschillende modellen voor deel 2 afhankelijk van de voertuigcategorie in kwestie (zie punt 4). De vermeldingen die niet van toepassing zijn op het gecertificeerde voertuig mogen worden geschrapt.

2.3.

Het certificaat van overeenstemming heeft hoogstens A4-formaat (210 × 297 mm).

2.4

Alle informatie op het certificaat van overeenstemming wordt verstrekt met tekens volgens de ISO 8859-reeks (Information technology -- 8-bit single-byte coded graphic character sets) (cyrillische tekens voor certificaten van overeenstemming in de Bulgaarse taal, Griekse tekens voor certificaten van overeenstemming in de Griekse taal) en Arabische cijfers.

2.5.

Onverminderd punt 1, onder b), worden in deel 2 van het certificaat van overeenstemming de waarden en eenheden vermeld die zijn opgenomen in het inlichtingenformulier van het voertuigtype. De toegestane toleranties zijn die welke zijn vastgesteld in de desbetreffende voorschriften van de krachtens Verordening (EU) nr. 167/2013 aangenomen gedelegeerde handelingen. Om rekening te houden met de verschillende configuraties van wielen en banden worden maximale en minimale waarden voor de afmetingen van voertuigen (lengte, breedte en hoogte) aanvaard.

3.   Modellen van deel 1 van het certificaat van overeenstemming

3.1.

Model A van deel 1 van het certificaat van overeenstemming (complete voertuigen) dient voor voertuigen die op de weg mogen worden gebruikt zonder verdere goedkeuring.

3.2.

Model B van deel 1 van het certificaat van overeenstemming (voltooide voertuigen) dient voor voertuigen die eveneens op de weg mogen worden gebruikt zonder verdere goedkeuring en die eerder een aanvullende goedkeuringsfase hebben doorlopen.

Dat is een normaal gevolg van de meerfasengoedkeuringsprocedure (waarbij bijvoorbeeld een fabrikant in de tweede fase een trekker van categorie T1 bouwt op het chassis van een andere voertuigfabrikant).

De aanvullende kenmerken die tijdens de meerfasenprocedure zijn toegevoegd, worden kort beschreven en de in de vorige fasen verkregen certificaten van overeenstemming worden bijgevoegd.

3.3.

Model C van deel 1 van het certificaat van overeenstemming (incomplete voertuigen) dient voor voertuigen die een aanvullende goedkeuringsfase moeten doorlopen en die niet permanent kunnen worden geregistreerd of op de weg worden gebruikt (bv. het chassis van een trekker van categorie T2).

4.   Modellen van deel 2 van het certificaat van overeenstemming

Er bestaan twee modellen van deel 2 van het certificaat van overeenstemming:

a)

Model 1 van deel 2 van het certificaat van overeenstemming voor trekkers met wielen (voertuigen van categorie T) en trekkers met rupsbanden (voertuigen van categorie C);

b)

Model 2 van deel 2 van het certificaat van overeenstemming voor aanhangwagens (voertuigen van categorie R) en verwisselbare getrokken uitrustingsstukken (voertuigen van categorie S).

5.   Papier en beveiligingen om vervalsing te voorkomen

5.1.

Overeenkomstig artikel 33, lid 2, van Verordening (EU) nr. 167/2013 wordt het certificaat van overeenstemming zodanig gemaakt dat elke vorm van vervalsing wordt voorkomen. Hiertoe wordt voor het certificaat van overeenstemming papier gebruikt dat door een watermerk in de vorm van het geregistreerde merk van de fabrikant of het handelsmerk en door een beeldmerk in kleur wordt beschermd.

5.2.

Als alternatief voor de voorschriften in punt 5.1 is het toegestaan dat het papier van het certificaat van overeenstemming niet door een watermerk in de vorm van het geregistreerde merk van de fabrikant of het handelsmerk wordt beschermd. In dat geval wordt er naast het beeldmerk in kleur gebruikgemaakt van minstens één extra druktechnische beveiliging (bv. ultraviolette fluorescerende inkt, inkt met kijkhoekafhankelijke kleur, inkt met temperatuurafhankelijke kleur, microprint, guillochedruk, iriserende druk, lasergravure, aangepaste hologrammen, variabele laserbeelden, optische variabele beelden, logo van de fabrikant in preegdruk of gegraveerd enz.).

5.3.

Fabrikanten kunnen het certificaat van overeenstemming voorzien van andere druktechnische beveiligingen dan diegene die zijn vermeld in de punten 5.1 en 5.2.

6.   Bijzondere bepalingen

6.1.

Bij het certificaat van overeenstemming van trekkers (voertuigen van de categorieën T en C) waarvoor typegoedkeuring is verleend met machines erop aangebracht en van voertuigen van de categorieën R en S moet de EG-verklaring van overeenstemming worden gevoegd overeenkomstig de nationale bepalingen tot uitvoering van Richtlijn 2006/42/EG.

Aanhangsel 1

Modellen voor het certificaat van overeenstemming

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image

Image


BIJLAGE IV

Modellen voor de voorgeschreven plaat en het EU-typegoedkeuringsmerk

1.   Algemene voorschriften voor markeringen van voertuigen

1.1.   Alle voertuigen worden uitgerust met de in dit deel beschreven plaat overeenkomstig artikel 34, lid 1, van Verordening (EU) nr. 167/2013. De plaat wordt aangebracht door de voertuigfabrikant.

1.2.   Gebruikte tekens

1.2.1.   Voor de markeringen waarnaar wordt verwezen in de punten 2.1.1.1 tot en met 2.1.2, 3 en 4.2.1.1 tot en met 4.2.1.9 worden alfanumerieke tekens (Romeinse letters of Arabische cijfers) gebruikt. Voor de in punt 3 bedoelde markeringen worden evenwel Latijnse hoofdletters gebruikt.

1.2.2.   De naam of handelsnaam van de fabrikant en de aanduiding van het voertuigtype mogen bijkomend de volgende symbolen/tekens bevatten: „*” (sterretje), „&” (en), „-” (koppelteken of minteken) en „′” (accent of apostrof).

1.3.   Minimumhoogte van letters en cijfers

1.3.1.   Rechtstreeks op het chassis, het frame of een soortgelijke structuur van het voertuig aangebrachte tekens zijn ten minste 7,0 mm hoog.

1.3.1.1.   Als het beschikbare oppervlak voor de markering kleiner is dan een cirkel met een straal van 28 mm, mag als alternatief voor de voorschriften in punt 1.3.1 de minimumhoogte van letters en cijfers 4,0 mm bedragen.

1.3.2.   Op de voorgeschreven plaat aangebrachte tekens zijn ten minste 4,0 mm hoog.

2.   Voorgeschreven plaat

2.1.1.   De informatie op de plaat is goed leesbaar en onuitwisbaar en bevat de volgende informatie, in de volgorde zoals hieronder vermeld en in overeenstemming met het model in aanhangsel 1:

2.1.1.1.

naam van de fabrikant en handelsnaam (alleen indien verschillend van de naam van de fabrikant);

2.1.1.2.

voertuigcategorie met inbegrip van de subcategorie en de snelheidsindex (1);

2.1.1.3.

EU-typegoedkeuringsnummer overeenkomstig punt 3 van bijlage VI;

2.1.1.4.

voertuigidentificatienummer (VIN), bestaande uit een gestructureerde combinatie van tekens in overeenstemming met de voorschriften in deel 3 van deze bijlage;

2.1.1.5.

technisch toelaatbare maximummassa van het voertuig in beladen toestand onder de volgende vorm: „kg”;

2.1.1.6.

technisch toelaatbare maximummassa per as; deze informatie wordt gegeven voor de assen in volgorde van voren naar achteren, onder de volgende vorm: „A-1: … kg”„A-2: … kg”„A-…: … kg”;

2.1.1.7.

voor voertuigen van categorie C eveneens de technisch toelaatbare maximummassa per set rupsbanden en, op dezelfde regel, de gemiddelde contactdruk met het wegdek; deze informatie moet worden gecombineerd met de volgens punt 2.1.1.6 verstrekte informatie in volgorde van voren naar achteren, onder de volgende vorm: „S-1: … kg P: … kPa”„S-2: … kg P: … kPa”„S-…: … kg P: … kPa”. De vermeldingen moeten door een of meer spaties van elkaar worden gescheiden;

2.1.1.8.

technisch toelaatbare getrokken massa('s) voor elke chassis/remfiguratie van het getrokken voertuig van categorie R of S overeenkomstig punt 4.1.3 van de vermeldingen in het inlichtingenformulier volgens deel B van bijlage I (2) onder de volgende vorm: „B-1” niet-geremd, „B-2” met oplooprem, „B-3” met continu- of halfcontinuremming, „B-4” met hydraulische of pneumatische rem, „t-1” dissel, „t-2” stijve dissel, „t-3” middenas;

2.1.1.9.

voor voertuigen van de categorieën R en S met stijve dissel of middenas de verticale belasting op het koppelpunt (S). Het koppelpunt wordt als de eerste as beschouwd en krijgt het nummer „0”, onder de volgende vorm: „A-0: … kg”.

2.1.2.   De fabrikant kan aanvullende gegevens vermelden onder of naast de voorgeschreven gegevens, buiten een duidelijk afgebakende zone die uitsluitend de in de punten 2.1.1.1 tot en met 2.1.1.9 voorgeschreven gegevens bevat (zie voorbeelden in aanhangsel 1).

3.   Voorschriften voor het VIN

Het VIN moet voldoen aan de voorschriften van ISO-norm 10261:2002 (Earth-Moving Machinery — Product Identification Numbering System) of ISO-norm 3779: 2009 (Road vehicles — Vehicle identification number (VIN) — Content and structure).

4.   Markeringsvoorschriften voor meerfasentypegoedkeuring

4.1.   Identificatienummer van het basisvoertuig

Ten behoeve van de traceerbaarheid wordt het VIN van het basisvoertuig dat voldoet aan de voorschriften in punt 3 tijdens alle volgende fasen van de typegoedkeuring behouden.

4.2.   Extra voorgeschreven plaat

4.2.1.   In de tweede en daaropvolgende fasen bevestigt iedere fabrikant, naast de in punt 2 bedoelde voorgeschreven plaat, een extra plaat op het voertuig, op basis van het model in aanhangsel 1. Die plaat wordt stevig bevestigd op een opvallende en gemakkelijk bereikbare plaats op een deel van het voertuig dat niet wordt vervangen bij normaal gebruik, tijdens geregeld onderhoud of bij een reparatie. Daarop worden duidelijk en onuitwisbaar in de onderstaande volgorde de volgende gegevens vermeld:

4.2.1.1.

de naam van de fabrikant;

4.2.1.2.

het EU-typegoedkeuringsnummer overeenkomstig punt 3 van bijlage VI;

4.2.1.3.

de voertuigcategorie met inbegrip van de subcategorie en de snelheidsindex(1) en de goedkeuringsfase (voor basisvoertuigen wordt deze identificatie van de eerste fase weggelaten; bij daaropvolgende fasen moet de fase worden meegedeeld: bv. „STAGE 3” voor de derde fase), waarbij de vermeldingen door een of meer spaties van elkaar worden gescheiden;

4.2.1.4.

het VIN;

4.2.1.5.

technisch toelaatbare maximummassa van het voertuig in beladen toestand onder de volgende vorm: „kg”;

4.2.1.6.

technisch toelaatbare maximummassa per as; deze informatie wordt gegeven voor de assen in volgorde van voren naar achteren, onder de volgende vorm: „A-1: … kg”„A-2: … kg”„A-…: … kg”;

4.2.1.7.

voor voertuigen van categorie C eveneens de technisch toelaatbare maximummassa per set rupsbanden en, op dezelfde regel, de gemiddelde contactdruk met het wegdek; deze informatie moet worden gecombineerd met de volgens punt 4.1.1.6 verstrekte informatie in volgorde van voren naar achteren, onder de volgende vorm: „S-1: … kg P: … kPa”„S-2: … kg P: … kPa”„S-…: … kg P: … kPa”. De vermeldingen moeten door een of meer spaties van elkaar worden gescheiden;

4.2.1.8.

technisch toelaatbare getrokken massa('s) voor elke chassis/remfiguratie van het getrokken voertuig van categorie R of S overeenkomstig punt 4.1.3 van de vermeldingen in het inlichtingenformulier volgens deel B van bijlage I (2) onder de volgende vorm: „B-1” niet-geremd, „B-2” met oplooprem, „B-3” met continu- of halfcontinuremming, „B-4” met hydraulische of pneumatische rem, „t-1” dissel, „t-2” stijve dissel, „t-3” middenas;

4.2.1.9.

voor voertuigen van de categorieën R en S met stijve dissel of middenas de verticale belasting op het koppelpunt (S). Het koppelpunt wordt als de eerste as beschouwd en krijgt het nummer „0”, onder de volgende vorm: „A-0: … kg”.

5.   Markeringsvoorschriften voor onderdelen of technische eenheden

5.1.   Elke technische eenheid of onderdeel, ongeacht of die eenheid of dat onderdeel deel uitmaakt van een systeem, waaraan een EU-typegoedkeuring is verleend en die/dat conform het goedgekeurde type is vervaardigd, wordt overeenkomstig artikel 34, lid 2, van Verordening (EU) nr. 167/2013 voorzien van een EU-typegoedkeuringsmerk.

5.1.1.   In afwijking van punt 5.1 is geen EU-typegoedkeuringsmerk vereist voor hoofdzakelijk voor landbouwvoertuigen ontworpen luchtbanden met diagonaal- en diagonaalgordelstructuur met een referentiesnelheid van niet meer dan 40 km/h (bv. snelheidssymbool A8) en hoofdzakelijk voor toepassingen in de bouwsector ontworpen radiaalbanden (bv. banden met het opschrift „Industrial”, „IND”, „R-4” of „F-3”) waaraan typegoedkeuring is verleend overeenkomstig punt 2.1 van bijlage XXX van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie.

5.2.   Het EU-typegoedkeuringsmerk voor een technische eenheid of onderdeel bestaat uit:

5.2.1.

een rechthoek met daarin de kleine letter „e”, gevolgd door het nummer als beschreven in punt 2.1 van bijlage VI van de lidstaat die de EU-typegoedkeuring als technische eenheid of onderdeel heeft verleend;

5.2.2.

in de nabijheid van de rechthoek het „volgnummer voor typegoedkeuringscertificaten” uit deel 4 van het typegoedkeuringsnummer, zoals beschreven in punt 2.4 van bijlage VI. Om het type onderdeel of technische eenheid duidelijk te identificeren, wordt daarnaast het in tabel 6-1 van bijlage VI beschreven alfanumeriek teken weergegeven.

5.2.3.

Voorbeelden van het EU-typegoedkeuringsmerk voor een technische eenheid of onderdeel worden getoond in aanhangsel 2. Voor de afmetingen van „a” geldt:

≥ 5 mm

 

extra gewichten,

 

zijdelingse beschermingsinrichting en/of beschermingsinrichting aan de achterzijde,

 

mechanische koppelingen,

 

kantelbeveiligingsvoorzieningen (ROPS),

 

voorzieningen ter bescherming tegen vallende voorwerpen (FOPS) en

 

bescherming tegen binnendringende voorwerpen (OPS)

≥ 3 mm

 

motoren,

 

elektromagnetische compatibiliteit van elektrische/elektronische subeenheden,

 

bestuurderszitplaatsen, en

 

veiligheidsgordels

5.3.   Het merk, de handelsnaam of het handelsmerk moeten bijkomend in de nabijheid van het EU-typegoedkeuringsmerk worden vermeld.

Aanhangsel 1

Voorbeelden van de fabrieksplaat

1.   MODEL A voor een voertuig van categorie T1b

SOFIA TRAKTOR WERKE.

T1b

e6*167/2013*01223

5DRH123UPAX000001

5 590 kg

A-1: 2 390 kg

A-2: 3 200 kg

 

T-1

T-2

T-3

B-1

3 000 kg

4 000 kg

2 000 kg

B-2

3 000 kg

4 000 kg

2 000 kg

B-3

6 000 kg

8 000 kg

4 000 kg

B-4

12 000 kg

15 000 kg

9 000 kg

2.   MODEL B voor fase 1 van een voertuig van categorie C2a

JEAN NICOLE TRACTORS Ltd

C2a STAGE 1

e3*167/2013*14863

ZFS159000AZ000055

820 kg

A-1: 366 kg

S-2: 454 kg P: 255 kPa

 

T-1

T-2

T-3

B-1

1 000 kg

2 000 kg

1 000 kg

B-2

1 000 kg

2 000 kg

1 000 kg

B-3

2 000 kg

3 000 kg

2 000 kg

B-4

4 000 kg

5 000 kg

4 000 kg

3.   MODEL C voor een voertuig met stijve dissel van categorie R2a

REMORQUES HENSCHLER SA.

R2a

e12*167/2013*00053

YA9EBS37009000005

2 250 kg

A-0: 1 100 kg

A-1: 850 kg

A-2: 1 200 kg

 

T-1

T-2

T-3

B-1

1 000 kg

1 000 kg

1 000 kg

B-2

1 000 kg

1 000 kg

1 000 kg

B-3

2 000 kg

2 000 kg

2 000 kg

B-4

2 000 kg

2 000 kg

2 000 kg

Aanhangsel 2

Voorbeelden van een EU-typegoedkeuringsmerk voor een technische eenheid of onderdeel

Figuur 1

Voorbeeld van een EU-typegoedkeuringsmerk van een kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (dynamisch testen)

Image

Toelichting bij figuur 1

Het bovenstaande EU-typegoedkeuringsmerk is door Portugal verleend onder nummer 00024 voor een kantelbeveiligingsvoorziening (dynamisch testen).

Toelichting bij bijlage IV

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet in de certificaten van de fabrikant te worden vermeld)

(1)

Ingedeeld overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 167/2013; de codering moet worden vermeld, bv. „T4.3a” voor een trekker met kleine bodemvrijheid met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h.

(2)

Voor voertuigen van de categorieën R en S met een mechanische koppeling achteraan: vermeld de toelaatbare maximumbelasting(en) op het achterste koppelpunt voor het trekken van een tweede voertuig van categorie R of S voor elke chassis/remfiguratie van het genoemde tweede voertuig.


BIJLAGE V

Modellen voor het EU-typegoedkeuringscertificaat

LIJST VAN DE AANHANGSELS

Nummer aanhangsel

Titel aanhangsel

Bladzijde

1

Model van het certificaat voor de EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig voor een compleet voertuigtype

162

2

Model van het certificaat voor de EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig voor een incompleet type, een voertuigtype met complete en incomplete varianten, een voertuigtype met voltooide en incomplete varianten of een voltooid voertuigtype

164

3

Model van het addendum bij het EU-typegoedkeuringscertificaat

168

4

Model van het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een voertuigsysteem

174

5

Model van het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een technische eenheid of onderdeel

177

6

Model van het addendum bij het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een technische eenheid of onderdeel

179

1.   Algemene voorschriften

1.1.   Model A van het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een compleet voertuigtype is opgenomen in aanhangsel 1.

1.2.   Model B van het certificaat voor de EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig voor een incompleet type, een voertuigtype met complete en incomplete varianten, een voertuigtype met voltooide en incomplete varianten of een voltooid voertuigtype is opgenomen in aanhangsel 2.

1.3.   De lijst van toepasselijke voorschriften of regelgevingshandelingen waaraan het voertuigtype voldoet en die bij het EU-typegoedkeuringscertificaat worden gevoegd indien de fabrikant de eenstapsgoedkeuringsprocedure kiest overeenkomstig artikel 25, lid 6, van Verordening (EU) nr. 167/2013, is opgenomen in aanhangsel 3.

1.4.   Model C van het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een voertuigsysteem is opgenomen in aanhangsel 4.

1.5.   Model D van het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een technische eenheid of een onderdeel is opgenomen in aanhangsel 5.

1.5.1.   Het addendum bij het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een technische eenheid of een onderdeel is opgenomen in aanhangsel 6. Wanneer een onderdeel of technische eenheid gebruiksbeperkingen en/of bijzondere montagevoorschriften heeft, worden die in dit addendum vermeld.

1.6.   Het typegoedkeuringscertificaat heeft hoogstens A4-formaat (210 × 297 mm).

Aanhangsel 1

Model van het certificaat voor de EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig voor een compleet voertuigtype

EU-typegoedkeuringscertificaat

MODEL A

(voor de typegoedkeuring van een compleet voertuig)

CERTIFICAAT VOOR DE EU-TYPEGOEDKEURING VAN EEN GEHEEL VOERTUIG

identificatie van de typegoedkeuringsinstantie

Mededeling betreffende de:

— EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig (1)

uitbreiding van EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig (1)

weigering van EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig (1)

intrekking van EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig (1)

voor een compleet voertuigtype

overeenkomstig Verordening (EU) nr. 167/2013, laatstelijk gewijzigd bij (Gedelegeerde (1)) Verordening (EU) (nr. (1)) …/… (van de Commissie (1)) (van het Europees Parlement en de Raad (1)) (1) (5)

EU-typegoedkeuringsnummer: …

Reden voor de uitbreiding/weigering/intrekking (1): …

DEEL I

1.1.   Merk (handelsnaam van de fabrikant): …

1.2.   Type (2): …

1.2.1   Variant(en) (2): …

1.2.2   Uitvoering(en) (2): …

1.2.3.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

1.3.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (3): …

1.4.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant van het complete voertuig: …

1.4.1.   Naam en adres van de assemblagefabrieken: …

1.4.2.   Naam en adres van de gemachtigde vertegenwoordiger van de fabrikant, indien van toepassing: …

DEEL II

1.   Technische dienst die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de tests: …

2.   Datum van het testrapport: …

3.   Nummer van het testrapport: …

DEEL III

Hierbij garandeert ondergetekende de correctheid van de door de fabrikant in bijgevoegd inlichtingenformulier gegeven beschrijving van het hierboven beschreven voertuigtype, waarvoor een of meer representatieve exemplaren die door de EU-typegoedkeuringsinstantie zijn geselecteerd, ter beschikking zijn gesteld als prototypen van het voertuigtype, en verklaart hij dat de bijgevoegde testresultaten betrekking hebben op het voertuigtype.

1.   Het complete voertuigtype voldoet/voldoet niet (1) aan alle relevante voorschriften die in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 167/2013 zijn vermeld.

1.1.   Beperkingen van de geldigheid (1) (6): …

1.2.   Toegepaste ontheffingen (1) (7): …

1.2.1.   Reden voor de ontheffingen (1) (7): …

1.2.2.   Alternatieve voorschriften (1) (7): …

2.   De goedkeuring wordt verleend/uitgebreid/geweigerd/ingetrokken (1).

2.1.   De goedkeuring wordt verleend overeenkomstig artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013 en de geldigheid van de goedkeuring is derhalve beperkt tot …/…/… (dd/mm/jj) (6).

Plaats: …

Datum: …

Naam en handtekening (of een visuele voorstelling van een „geavanceerde elektronische handtekening” overeenkomstig Richtlijn 1999/93/EG van het Europees Parlement en de Raad, inclusief verificatiegegevens): …

Bijvoegsels:

 

Informatiepakket

 

Testresultaten

 

Naam en handtekening (specimens) van de personen die gemachtigd zijn certificaten van overeenstemming te ondertekenen en een verklaring omtrent hun functie in het bedrijf.

 

Een ingevuld exemplaar van het certificaat van overeenstemming

NB:

Indien dit model overeenkomstig artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013 wordt gebruikt voor de typegoedkeuring van een voertuig met ontheffing voor een nieuwe technologie of een nieuw concept, luidt het opschrift van het certificaat: „VOORLOPIG CERTIFICAAT VOOR DE EU-TYPEGOEDKEURING VAN EEN GEHEEL VOERTUIG, ENKEL GELDIG OP HET GRONDGEBIED VAN … (4)”. Overeenkomstig artikel 25, lid 4, van Verordening (EU) nr. 167/2013 worden opgelegde beperkingen van de geldigheid in het voorlopige typegoedkeuringscertificaat vermeld.

Indien dit model overeenkomstig artikel 37 van Verordening (EU) nr. 167/2013 wordt gebruikt voor een nationale typegoedkeuring voor kleine series, wordt in het opschrift niet „EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT” vermeld. De aard van en de redenen voor de ontheffingen en de in artikel 37, lid 2, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde alternatieve voorschriften worden gespecificeerd.

Toelichting bij aanhangsel 1

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet op het certificaat voor de EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig te worden vermeld)

(1)

Doorhalen wat niet van toepassing is.

(2)

Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.2, worden gebruikt.

(3)

Ingedeeld overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 167/2013; de codering moet worden vermeld, bv. „T4.3a” voor een trekker met kleine bodemvrijheid met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h.

(4)

Lidstaat vermelden.

(5)

Vermeld in geval van een wijziging van een of meer artikelen van Verordening (EU) nr. 167/2013 enkel de laatste wijziging voor wat betreft op de EU-typegoedkeuring toepasselijke wijzigingen.

(6)

Alleen toepasselijk op de typegoedkeuring van een voertuig met ontheffing voor een nieuwe technologie of een nieuw concept krachtens artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013.

(7)

Alleen toepasselijk op een nationale typegoedkeuring voor kleine series, overeenkomstig artikel 37 van Verordening (EU) nr. 167/2013.

Aanhangsel 2

Model van het certificaat voor de EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig voor een incompleet type, een voertuigtype met complete en incomplete varianten, een voertuigtype met voltooide en incomplete varianten of een voltooid voertuigtype

EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT

MODEL B

(voor de typegoedkeuring van een voltooid of incompleet voertuig of een voertuigtype met complete en incomplete varianten of met voltooide en incomplete varianten)

CERTIFICAAT VOOR DE EU-TYPEGOEDKEURING VAN EEN GEHEEL VOERTUIG

Stempel van de goedkeuringsinstantie

Mededeling betreffende de:

— EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig (1)

uitbreiding van EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig (1)

weigering van EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig (1)

intrekking van EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig (1)

voor een voltooid voertuigtype (1)

voor een incompleet voertuigtype (1)

voor een voertuigtype met complete en incomplete varianten (1)

voor een voertuigtype met voltooide en incomplete varianten (1)

overeenkomstig Verordening (EU) nr. 167/2013, laatstelijk gewijzigd bij (Gedelegeerde) (1) Verordening (EU) nr. …/… (van de Commissie (1)) (van het Europees Parlement en de Raad (1)) (1) (8)

EU-typegoedkeuringsnummer (1): …

Reden voor de uitbreiding/weigering/intrekking (1): …

DEEL I

1.1.   Merk (handelsnaam van de fabrikant): …

1.2.   Type (2): …

1.2.1   Variant(en) (2): …

1.2.2   Uitvoering(en) (2): …

1.2.3.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

1.3.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (3): …

1.4.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant van het basisvoertuig (1) (4): …

Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant van de complete variant (1) (4): …

Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant van het voltooide voertuig/de variant (1) (4): …

Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant van de recentste bouwfase van het incomplete voertuig (1) (4): …

Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant(en) van de vorige fase(n) (1) (4): …

1.4.1.   Naam en adres van de assemblagefabriek(en): …

1.4.2.   Naam en adres van de eventuele vertegenwoordiger van de fabrikant: …

DEEL II

1.   Technische dienst die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de tests: …

2.   Datum van het testrapport: …

3.   Nummer van het testrapport: …

DEEL III

Hierbij garandeert ondergetekende de correctheid van de door de fabrikant in bijgevoegd inlichtingenformulier gegeven beschrijving van het hierboven beschreven voertuigtype, waarvoor een of meer representatieve exemplaren die door de EU-typegoedkeuringsinstantie zijn geselecteerd, ter beschikking zijn gesteld als prototypen van het voertuigtype, en verklaart hij dat de bijgevoegde testresultaten betrekking hebben op het voertuigtype.

1.   Voor complete varianten

1.1.   De complete varianten van het voertuigtype voldoen/voldoen niet (1) aan alle relevante voorschriften die in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 167/2013 zijn vermeld.

2.   Voor voltooide voertuigen/varianten

2.1.   Het voltooide voertuigtype/de voltooide variant van het voertuigtype voldoet/voldoet niet (1) aan alle relevante voorschriften die in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 167/2013 zijn vermeld (4).

2.1.1.   De goedkeuringsinstantie heeft geverifieerd dat het voltooide voertuig/de voltooide variant van het voertuigtype op het moment dat deze typegoedkeuring wordt verleend, voldoet aan alle toepasselijke technische voorschriften (cf. artikel 20, lid 6, van Verordening (EU) nr. 167/2013).

3.   Voor incomplete voertuigen/varianten

3.1.   Het incomplete voertuigtype/de incomplete varianten van het voertuigtype voldoet/voldoen/voldoet niet/voldoen niet (1) aan de technische voorschriften van de in punt 2 van deel 2 vermelde regelgevingshandelingen (4).

4.   De goedkeuring wordt verleend/uitgebreid/geweigerd/ingetrokken (1).

4.1.   De goedkeuring wordt overeenkomstig artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013 verleend en de geldigheid ervan is derhalve beperkt tot …/…/… (dd/mm/jj) (6).

5.   Beperkingen van de geldigheid (1) (6): …

6.   Toegepaste ontheffingen (1) (7): …

6.1.   Reden voor de ontheffingen (1) (7): …

6.2.   Alternatieve voorschriften (1) (7): …

Plaats: …

Datum: …

Naam en handtekening (of een visuele voorstelling van een „geavanceerde elektronische handtekening” overeenkomstig Richtlijn 1999/93/EG van het Europees Parlement en de Raad, inclusief verificatiegegevens): …

Bijvoegsels:

 

Informatiepakket

 

Testresultaten

 

Naam en handtekening (specimens) van de personen die gemachtigd zijn certificaten van overeenstemming te ondertekenen en een verklaring omtrent hun functie in het bedrijf.

 

Een ingevuld exemplaar van het certificaat van overeenstemming

NB:

Indien dit model overeenkomstig artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013 wordt gebruikt voor de typegoedkeuring van een voertuig met ontheffing voor een nieuwe technologie of een nieuw concept, luidt het opschrift van het certificaat: „VOORLOPIG CERTIFICAAT VOOR DE EU-TYPEGOEDKEURING VAN EEN GEHEEL VOERTUIG, ENKEL GELDIG OP HET GRONDGEBIED VAN … (5)”. Overeenkomstig artikel 25, lid 4, van Verordening (EU) nr. 167/2013 worden opgelegde beperkingen van de geldigheid in het voorlopige typegoedkeuringscertificaat vermeld.

Indien dit model overeenkomstig artikel 37 van Verordening (EU) nr. 167/2013 wordt gebruikt voor een nationale typegoedkeuring voor kleine series, wordt in het opschrift niet „EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT” vermeld. De aard van en de redenen voor de ontheffingen en de in artikel 37, lid 2, van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde alternatieve voorschriften worden gespecificeerd.

CERTIFICAAT VOOR DE EU-TYPEGOEDKEURING VAN EEN GEHEEL VOERTUIG

Deel 2

Deze EU-typegoedkeuring betreft incomplete en voltooide voertuigen, varianten of uitvoeringen.

1.

Goedkeuring van de voertuigen in (de) vorige fase(n).

Fase

EU-typegoedkeuringsnummer

Datum

Van toepassing op (naargelang van het geval)

Varianten of uitvoeringen die compleet of voltooid zijn (naargelang van het geval) (9)

1

(basisvoertuig)

 

 

 

 

2

 

 

 

 

2.

Lijst van voorschriften die van toepassing zijn op het goedgekeurde incomplete voertuigtype of de goedgekeurde incomplete variant of uitvoering (naargelang van het geval, waarbij rekening wordt gehouden met het toepassingsgebied en de laatste wijziging van elk van onderstaande regelgevingshandelingen) (10).

Item

Onderwerp

Verwijzing naar regelgeving

Zoals gewijzigd door en/of uitvoeringsfase

Van toepassing op de variant of, in voorkomend geval, de uitvoering

 

 

 

 

 

Toelichting bij aanhangsel 2

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet op het certificaat voor de EU-typegoedkeuring van een geheel voertuig te worden vermeld)

(1)

Doorhalen wat niet van toepassing is.

(2)

Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.2, worden gebruikt.

(3)

Ingedeeld overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 167/2013; de codering moet worden vermeld, bv. „T4.3a” voor een trekker met kleine bodemvrijheid met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h.

(4)

Zie punt 2.

(5)

Lidstaat vermelden.

(6)

Alleen toepasselijk op de typegoedkeuring van een voertuig met ontheffing voor een nieuwe technologie of een nieuw concept krachtens artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013.

(7)

Alleen toepasselijk op een nationale typegoedkeuring voor kleine series, overeenkomstig artikel 37 van Verordening (EU) nr. 167/2013.

(8)

Vermeld in geval van een wijziging van een of meer artikelen van Verordening (EU) nr. 167/2013 enkel de laatste wijziging voor wat betreft op de EU-typegoedkeuring toepasselijke wijzigingen.

(9)

Wanneer de goedkeuring betrekking heeft op een of meer incomplete varianten of uitvoeringen (naargelang van het geval), aangeven welke varianten of uitvoeringen (al naargelang) compleet of voltooid zijn.

(10)

Alleen de in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde onderwerpen vermelden waarvoor goedkeuring is verleend overeenkomstig Richtlijn 97/68/EG of de in artikel 49 van Verordening (EU) nr. 167/2013 bedoelde VN/ECE-reglementen (VN/ECE-goedkeuringen) of waarvoor de goedkeuring is gebaseerd op complete testrapporten die op basis van de standaardcodes van de OESO zijn opgesteld als alternatief voor de testrapporten die zijn opgesteld overeenkomstig Verordening (EU) nr. 167/2013 en de krachtens die verordening aangenomen gedelegeerde en uitvoeringshandelingen.

Aanhangsel 3

Model van het addendum bij het EU-typegoedkeuringscertificaat

Addendum bij het EU-typegoedkeuringscertificaat

Lijst van regelgevingshandelingen waaraan het voertuigtype voldoet

Alleen invullen in het geval van typegoedkeuring overeenkomstig artikel 25, lid 6, van Verordening (EU) nr. 167/2013.

Item

Onderwerp

Verwijzing naar regelgeving

Zoals gewijzigd door en/of uitvoeringsfase

Van toepassing op variant

VOORSCHRIFTEN INZAKE FUNCTIONELE VOERTUIGVEILIGHEID

1

Integriteit van de voertuigstructuur

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage II

 

 

2

Door de constructie bepaalde maximumsnelheid, regulateurs en snelheidsbegrenzers

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage III

 

 

3

Stuursystemen voor snelle trekkers

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage IV

 

 

4

Stuurinrichting

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage V

 

 

5

Snelheidsmeters

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage VI

 

 

6

Gezichtsveld en ruitenwissers

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage VII

 

 

7

Ruiten

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage VIII

 

 

8

Achteruitkijkspiegels

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage IX

 

 

9

Informatiesystemen voor de bestuurder

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage X

 

 

10

Verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen en hun lichtbronnen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XI

 

 

11

Installatie verlichting

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XII

 

 

12

Bescherming van de inzittenden van het voertuig, met inbegrip van binnenuitrusting, hoofdsteunen, veiligheidsgordels en deuren van het voertuig

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XIII

 

 

13

Buitenkant en accessoires van het voertuig

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XIV

 

 

14

Elektromagnetische compatibiliteit

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XV

 

 

15

Geluidssignaalinrichtingen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XVI

 

 

16

Verwarmingssystemen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XVII

 

 

17

Voorzieningen ter beveiliging tegen onrechtmatig gebruik

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XVIII

 

 

18

Kentekenplaten

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XIX

 

 

19

Voorgeschreven platen en opschriften

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XX

 

 

20

Afmetingen en massa's van aanhangwagens

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXI

 

 

21

Maximummassa in beladen toestand

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXII

 

 

22

Extra gewichten

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXIII

 

 

23

Veiligheid van elektrische systemen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXIV

 

 

24

Brandstoftanks

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXV

 

 

25

Beschermingsinrichtingen aan de achterzijde

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXVI

 

 

26

Zijdelingse bescherming

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXVII

 

 

27

Laadplatforms

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXVIII

 

 

28

Sleepinrichtingen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXIX

 

 

29

Banden

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXX

 

 

30

Opspatafschermingssystemen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXXI

 

 

31

Achteruitrijinrichting

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXXII

 

 

32

Rupsbanden

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXXIII

 

 

33

Mechanische koppelingen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie — Bijlage XXXIV

 

 

VOORSCHRIFTEN INZAKE HET REMSYSTEEM VAN VOERTUIGEN

34

Constructie en montage van reminrichtingen en remkoppelingen voor aanhangwagens

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage I

 

 

35

Het testen en de werking van remsystemen en remkoppelingen voor aanhangwagens en van daarmee uitgeruste voertuigen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage II

 

 

36

Meten van de responsietijd

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage III

 

 

37

Energiebronnen en energieopslagvoorzieningen van remsystemen en remkoppelingen voor aanhangwagens en voor daarmee uitgeruste voertuigen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage IV

 

 

38

Veerremmen en daarmee uitgeruste voertuigen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage V

 

 

39

Parkeerremsystemen met mechanische vergrendeling van de remcilinders

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage VI

 

 

40

Alternatieve testvoorschriften voor voertuigen waarvoor tests van type I, type II of type III niet verplicht zijn

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage VII

 

 

41

Testen van oploopremsystemen, reminrichtingen en remkoppelingen voor aanhangwagens en voor daarmee uitgeruste voertuigen wat betreft het remmen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage VIII

 

 

42

Voertuigen met hydrostatische aandrijving en hun reminrichtingen en remsystemen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage IX

 

 

43

Veiligheidsaspecten van complexe elektronische voertuigcontrolesystemen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage X

 

 

44

Testprocedures voor antiblokkeersystemen en voor daarmee uitgeruste voertuigen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage XI

 

 

45

EBS-systemen van voertuigen met een drukluchtremsysteem en van voertuigen met datacommunicatie via pin 6 en 7 van de connector volgens ISO 7638 en met een dergelijk EBS-systeem uitgeruste voertuigen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage XII

 

 

46

Hydraulische verbindingen van het eenleidingtype en daarmee uitgeruste voertuigen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie — Bijlage XIII

 

 

VOERTUIGCONSTRUCTIE EN ALGEMENE TYPEGOEDKEURINGSVOORSCHRIFTEN

47

Regelingen met betrekking tot typegoedkeuringsprocedures, met inbegrip van die met betrekking tot virtueel testen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage III

 

 

48

Regelingen met betrekking tot conformiteit van de productie

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage IV

 

 

49

Toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage V

 

 

50

Kantelbeveiligingsvoorzieningen (dynamisch testen)

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage VI

 

 

51

Kantelbeveiligingsvoorzieningen (trekkers met rupsbanden)

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage VII

 

 

52

Kantelbeveiligingsvoorzieningen (statisch testen)

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage VIII

 

 

53

Kantelbeveiligingsvoorzieningen (vooraan gemonteerde kantelbeveiligingen op smalspoortrekkers)

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage IX

 

 

54

Kantelbeveiligingsvoorzieningen (achteraan gemonteerde kantelbeveiligingen op smalspoortrekkers)

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage X

 

 

55

Voorzieningen ter bescherming tegen vallende voorwerpen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XI

 

 

56

Zitplaatsen voor meerijders

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XII

 

 

57

Blootstelling van de bestuurder aan geluidsniveaus

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XIII

 

 

58

Zitplaats van de bestuurder

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XIV

 

 

59

Bedieningsruimte en toegankelijkheid van de plaats voor de bestuurder

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XV

 

 

60

Aftakassen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XVI

 

 

61

Bescherming van aandrijfelementen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XVII

 

 

62

Gordelverankeringen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XVIII

 

 

63

Veiligheidsgordels

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XIX

 

 

64

Bescherming tegen binnendringende voorwerpen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XX

 

 

65

Uitlaatsysteem

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXI

 

 

66

Gebruikershandleiding

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXII

 

 

67

Bedieningsorganen, met inbegrip van de veiligheid en betrouwbaarheid van controlesystemen, en nood- en automatische stopvoorzieningen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXIII

 

 

68

Maatregelen ter beveiliging tegen overige mechanische gevaren

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXIV

 

 

69

Afschermingen en beschermingsmiddelen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXV

 

 

70

Informatie, waarschuwingen en markeringen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXVI

 

 

71

Materialen en producten

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXVII

 

 

72

Batterijen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXVIII

 

 

73

Bescherming tegen gevaarlijke stoffen

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXIX

 

 

74

Prestatienormen en de beoordeling van technische diensten

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie — Bijlage XXX

 

 

VOORSCHRIFTEN VOOR MILIEUPRESTATIES EN PRESTATIES VAN DE AANDRIJFEENHEID

75

EU-typegoedkeuring van een type motor of motorfamilie voor een type landbouw- of bosbouwvoertuig als technische eenheid met betrekking tot de uitgestoten verontreinigende stoffen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie — Bijlage I

 

 

76

EU-typegoedkeuring van een type landbouw- of bosbouwvoertuig met een type motor of motorfamilie met betrekking tot de uitgestoten verontreinigende stoffen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie — Bijlage II

 

 

77

Externe geluidsemissies

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie — Bijlage III

 

 

Aanhangsel 4

Model van het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een voertuigsysteem

EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT

MODEL C

(voor de typegoedkeuring van een voertuigsysteem)

EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT

Stempel van de goedkeuringsinstantie

Mededeling betreffende de:

EU-typegoedkeuring (1)

uitbreiding van EU-typegoedkeuring (1)

weigering van EU-typegoedkeuring (1)

intrekking van EU-typegoedkeuring (1)

van een systeemtype/voertuigtype met betrekking tot een systeem (1) (10)

overeenkomstig (de) bijlage(n) (7) … bij (de) Gedelegeerde Verordening(en) (EU) (nr. (1)) …/… van de Commissie, (en (de) bijlage(n) … (7) bij Gedelegeerde Verordening (EU) (nr. (1)) …/… van de Commissie (1)), laatstelijk gewijzigd bij (Gedelegeerde (1)) Verordening (EU) (nr. (1)) …/… (van de Commissie (1)) (van het Europees Parlement en de Raad (1)) (1) (6)

EU-typegoedkeuringsnummer (1): …

Reden voor de uitbreiding/weigering/intrekking (1): …

DEEL I

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant): …

2.2.   Type: …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant: …

2.3.1.   Naam en adres van de fabriek(en) voor assemblage/vervaardiging: …

2.3.2.   Naam en adres van de eventuele vertegenwoordiger van de fabrikant: …

2.4.   Voertuig(en) waarvoor het systeem bestemd is (8):

2.4.1.   Type (2): …

2.4.2.   Variant(en) (2): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (2): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (3): …

DEEL II

1.   Technische dienst die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de tests: …

2.   Datum van het testrapport: …

3.   Nummer van het testrapport: …

DEEL III

Hierbij garandeert ondergetekende de correctheid van de door de fabrikant in bijgevoegd inlichtingenformulier gegeven beschrijving van het hierboven beschreven systeemtype/voertuigtype met betrekking tot een systeem (1) (0), waarvoor een of meer representatieve exemplaren die door de EU-typegoedkeuringsinstantie zijn geselecteerd, ter beschikking zijn gesteld als prototypen van het type (0) …, en verklaart hij dat de bijgevoegde testresultaten betrekking hebben op het type (0) …

1.   Het systeemtype/voertuigtype met betrekking tot een systeem (1) (0) en het (de) onderdeel (onderdelen) en/of technische eenheid (eenheden) die op het (de) voertuig(en) zijn geïnstalleerd (9) voldoen/voldoen niet (1) aan de technische voorschriften van de desbetreffende regelgevingshandelingen.

2.   De goedkeuring wordt verleend/uitgebreid/geweigerd/ingetrokken (1).

2.1.   De goedkeuring wordt verleend overeenkomstig artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013 en de geldigheid van de goedkeuring is derhalve beperkt tot …/…/… (dd/mm/jj) (6).

3.   Beperkingen van de geldigheid (1) (6): …

Plaats: …

Datum: …

Naam en handtekening (of een visuele voorstelling van een „geavanceerde elektronische handtekening” overeenkomstig Richtlijn 99/93/EG, inclusief verificatiegegevens): …

Bijvoegsels:

 

Informatiepakket

 

Testrapport

NB:

Indien dit model overeenkomstig artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013 wordt gebruikt voor de typegoedkeuring van een systeem met ontheffing voor een nieuwe technologie of een nieuw concept, luidt het opschrift van het certificaat: „VOORLOPIG EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT, ENKEL GELDIG OP HET GRONDGEBIED VAN … (4)”. Overeenkomstig artikel 25, lid 4, van Verordening (EU) nr. 167/2013 worden opgelegde beperkingen van de geldigheid in het voorlopige typegoedkeuringscertificaat vermeld.

EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT

Deel 2

Deze EU-typegoedkeuring heeft betrekking op een systeemtype/voertuigtype met betrekking tot een systeem (1) (0)

Onderdelen en/of technische eenheden die op het voertuigtype moeten worden geïnstalleerd (8) om in overeenstemming te zijn met de typegoedkeuring als systeem

Onderdeel/technische eenheid (10)

Alfanumeriek teken (10)

Typegoedkeuringsnummer

 

 

 

Toelichting bij aanhangsel 4

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet op het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een voertuigsysteem te worden vermeld)

(0)

Vermeld het systeem, het onderdeel of de technische eenheid overeenkomstig de eerste kolom van tabel 6-1 van bijlage VI (bv. installatie van een motor/motorfamilie)

(1)

Doorhalen wat niet van toepassing is.

(2)

Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.2, worden gebruikt.

(3)

Ingedeeld overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 167/2013; de codering moet worden vermeld, bv. „T4.3a” voor een trekker met kleine bodemvrijheid met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h.

(4)

Lidstaat vermelden.

(5)

Alleen van toepassing op de typegoedkeuring van een systeem met ontheffing voor een nieuwe technologie of een nieuw concept krachtens artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013.

(6)

Vermeld de laatste wijziging van de gedelegeerde verordening van de Commissie wat betreft de wijziging die op de EU-typegoedkeuring van toepassing is.

(7)

Het Romeinse cijfer van de desbetreffende bijlage bij de gedelegeerde verordening van de Commissie of meerdere Romeinse cijfers van de desbetreffende bijlagen bij die gedelegeerde verordening van de Commissie.

(8)

Deze informatie verstrekken voor elke type voertuig.

(9)

Zie punt 2.

(10)

Overeenkomstig tabel 6-1 van bijlage VI bij deze verordening.

Aanhangsel 5

Model van het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een technische eenheid of onderdeel

EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT

MODEL D

(voor de typegoedkeuring van een onderdeel of technische eenheid)

EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT

Stempel van de goedkeuringsinstantie

Mededeling betreffende de:

EU-typegoedkeuring (1)

uitbreiding van EU-typegoedkeuring (1)

weigering van EU-typegoedkeuring (1)

intrekking van EU-typegoedkeuring (1)

van een type onderdeel/technische eenheid (1) (0)

overeenkomstig (de) bijlage(n) … (5) bij Gedelegeerde Verordening (EU) (nr. (1)) …/… van de Commissie, (en (de) bijlage(n) … (5) bij Gedelegeerde Verordening (EU) (nr. (1)) …/… van de Commissie (1)), laatstelijk gewijzigd bij (Gedelegeerde (1)) Verordening (EU) (nr. (1)) …/… (van de Commissie (1)) (van het Europees Parlement en de Raad (1)) (1) (6)

EU-typegoedkeuringsnummer (1): …

Reden voor de uitbreiding/weigering/intrekking (1): …

DEEL I

2.1.   Merk(en) (handelsnaam (-namen) van de fabrikant): …

2.2.   Type: …

2.2.1.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.3.   Bedrijfsnaam en adres van de fabrikant: …

2.3.1.   Naam en adres van de fabriek(en) voor assemblage/vervaardiging: …

2.3.2.   Naam en adres van de eventuele vertegenwoordiger van de fabrikant: …

2.4.   In het geval van een technische eenheid: voertuig(en) waarvoor die bestemd is (6):

2.4.1.   Type (2): …

2.4.2.   Variant(en) (2): …

2.4.3.   Uitvoering(en) (2): …

2.4.4.   Handelsnaam (-namen) (indien van toepassing): …

2.4.5.   Categorie, subcategorie en snelheidsindex van het voertuig (3): …

2.6.   Plaats en wijze van aanbrengen van het typegoedkeuringsmerk: …

DEEL II

1.   Technische dienst die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de tests: …

2.   Datum van het testrapport: …

3.   Nummer van het testrapport: …

DEEL III

Hierbij garandeert ondergetekende de correctheid van de door de fabrikant in bijgevoegd inlichtingenformulier gegeven beschrijving van het hierboven beschreven type onderdeel/technische eenheid (1) (0), waarvoor een of meer representatieve exemplaren die door de EU-typegoedkeuringsinstantie zijn geselecteerd, ter beschikking zijn gesteld als prototypen van het type (0)…, en verklaart hij dat de bijgevoegde testresultaten betrekking hebben op het type (0) …

1.   Het type onderdeel/technische eenheid (1) (0) voldoet/voldoet niet (1) aan de technische voorschriften van de desbetreffende regelgevingshandelingen.

2.   De goedkeuring wordt verleend/uitgebreid/geweigerd/ingetrokken (1).

2.1.   De goedkeuring wordt verleend overeenkomstig artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013 en de geldigheid van de goedkeuring is derhalve beperkt tot …/…/… (dd/mm/jj) (4).

3.   Beperkingen van de geldigheid (1) (4): …

Plaats: …

Datum: …

Naam en handtekening (of een visuele voorstelling van een „geavanceerde elektronische handtekening” overeenkomstig Richtlijn 1999/93/EG van het Europees Parlement en de Raad, inclusief verificatiegegevens): …

Bijvoegsels:

 

Informatiepakket

 

Testrapport

NB:

Indien dit model overeenkomstig artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013 wordt gebruikt voor de typegoedkeuring van een onderdeel of technische eenheid met ontheffing voor een nieuwe technologie of een nieuw concept, luidt het opschrift van het certificaat: „VOORLOPIG EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT, ENKEL GELDIG OP HET GRONDGEBIED VAN … (3)”. Overeenkomstig artikel 25, lid 4, van Verordening (EU) nr. 167/2013 worden opgelegde beperkingen van de geldigheid in het voorlopige typegoedkeuringscertificaat vermeld.

Toelichting bij aanhangsel 5

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet op het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een technische eenheid of onderdeel te worden vermeld)

(0)

Vermeld het onderdeel/de technische eenheid overeenkomstig de eerste kolom van tabel 6-1 van bijlage VI (bv. kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (dynamisch testen))

(1)

Doorhalen wat niet van toepassing is.

(2)

Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.3, worden gebruikt.

(3)

Lidstaat vermelden.

(4)

Alleen toepasselijk op typegoedkeuring van een onderdeel of technische eenheid met ontheffing voor een nieuwe technologie of een nieuw concept krachtens artikel 35 van Verordening (EU) nr. 167/2013.

(5)

Het Romeinse cijfer van de desbetreffende bijlage bij de gedelegeerde verordening van de Commissie of meerdere Romeinse cijfers van de desbetreffende bijlagen bij die gedelegeerde verordening van de Commissie.

(6)

Deze informatie verstrekken voor elke type voertuig.

Aanhangsel 6

Model van het addendum bij het EU-typegoedkeuringscertificaat voor een technische eenheid of onderdeel

Addendum bij het EU-typegoedkeuringscertificaat

ADDENDUM BIJ HET EU-TYPEGOEDKEURINGSCERTIFICAAT MET TYPEGOEDKEURINGSNUMMER …

1.   Beperking op het gebruik van (1)  (2) (3): …

2.   Bijzondere montagevoorschriften met betrekking tot (1)  (2) (3): …

3.   Opmerkingen (1): …

Toelichting bij aanhangsel 6

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet in het addendum bij het EU-typegoedkeuringscertificaat te worden vermeld)


(1)  Doorhalen wat niet van toepassing is.

(2)  Vermeld het onderdeel of de technische eenheid overeenkomstig de eerste kolom van tabel 6-1 van bijlage VI (bv. kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (dynamisch testen)).

(3)  Vermeld overeenkomstig artikel 26, lid 4, van Verordening (EU) nr. 167/2013 de beperkingen van het gebruik en de bijzondere montagevoorwaarden van het onderdeel/de technische eenheid.


BIJLAGE VI

Nummeringssysteem voor EU-typegoedkeuringscertificaten

1.   De EU-typegoedkeuringscertificaten worden genummerd volgens de in deze bijlage beschreven methode.

2.   Het EU-typegoedkeuringsnummer bestaat bij typegoedkeuring van een geheel voertuig in totaal uit vier delen en bij typegoedkeuring van systemen, onderdelen en technische eenheden in totaal uit vijf delen, zoals hieronder is aangegeven. In alle gevallen worden de delen gescheiden door een sterretje („*”).

2.1.   Deel 1: de kleine letter „e” gevolgd door het kengetal van de lidstaat die de EU-typegoedkeuring verleent, van toepassing op alle typegoedkeuringsnummers.

1

Duitsland

19

Roemenië

2

Frankrijk

20

Polen

3

Italië

21

Portugal

4

Nederland

23

Griekenland

5

Zweden

24

Ierland

6

België

25

Kroatië

7

Hongarije

26

Slovenië

8

Tsjechië

27

Slowakije

9

Spanje

29

Estland

11

Verenigd Koninkrijk

32

Letland

12

Oostenrijk

34

Bulgarije

13

Luxemburg

36

Litouwen

17

Finland

49

Cyprus

18

Denemarken

50

Malta

2.2.   Deel 2: het nummer van de toepasselijke verordening van het Europees Parlement en de Raad of de gedelegeerde verordening van de Commissie.

2.2.1.   In het geval van een EU-typegoedkeuring voor een geheel voertuig wordt „167/2013” vermeld;

2.2.2.   in het geval van nationale typegoedkeuringen voor gehele voertuigen van kleine series overeenkomstig artikel 37 van Verordening (EU) nr. 167/2013 wordt „167/2013” voorafgegaan door de letters NKS in hoofdletters;

2.2.3.   in het geval van een typegoedkeuring van een systeem, onderdeel of technische eenheid wordt het nummer vermeld van de overeenkomstige gedelegeerde verordening tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 167/2013: „2015/208”, „2015/68”, „1322/2014” of „2015/96”.

2.3.   Deel 3: de recentste gedelegeerde verordening van de Commissie tot wijziging (bv. „RRR/2016”) gevolgd door de identificatiecode van het systeem, het onderdeel of de technische eenheid, de fase van tenuitvoerlegging en/of de klasse van de inrichting die op de typegoedkeuring van toepassing is overeenkomstig tabel 6-1.

In het geval van een EU-typegoedkeuring voor een geheel voertuig wordt deel 3 weggelaten;

2.3.2.   om het type systeem, onderdeel of technische eenheid duidelijk te identificeren, wordt in het geval van EU-typegoedkeuring van een systeem, onderdeel of technische eenheid het nummer van de recentste gedelegeerde verordening van de Commissie tot wijziging weergegeven, gevolgd door een alfanumeriek teken als beschreven in tabel 6-1.

2.4.   Deel 4: volgnummer voor typegoedkeuringscertificaten.

Een volgnummer dat eventueel begint met nullen en dat het typegoedkeuringsnummer vormt. Het volgnummer heeft vijf cijfers en start bij „00001”.

2.5.   Deel 5: volgnummer dat het uitbreidingsnummer van de typegoedkeuring weergeeft:

voor elk toegekend typegoedkeuringsnummer een uit twee cijfers bestaand volgnummer, eventueel beginnend met een nul, waarbij wordt gestart bij „00”.

3.   Alleen op de voorgeschreven plaat (platen) van het voertuig wordt deel 5 weggelaten.

4.   Lay-out van de typegoedkeuringsnummers (met fictieve volgnummers en het nummer van een fictieve gedelegeerde verordening van de Commissie („RRR/2016”) ter verduidelijking)

Voorbeeld van een door Frankrijk verleende onderdeeltypegoedkeuring voor een band, zonder uitbreiding:

e2*2015/208* 2015/208M*00003*00

=

e2

=

Frankrijk (deel 1)

=

2015/208

=

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie (deel 2)

=

2015/208M

=

herhaling van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie om aan te geven dat er geen wijzigingen zijn en de letter „M” om aan te geven dat het een band betreft (deel 3)

=

00003

=

volgnummer van de typegoedkeuring (deel 4)

=

00

=

uitbreidingsnummer (deel 5)

Voorbeeld van een door Bulgarije verleende typegoedkeuring van een installatie van een motor/motorfamilie met twee uitbreidingen, waarbij de verordening is gewijzigd door een andere gedelegeerde verordening RRR/2016 van de Commissie:

e34*2015/96*RRR/2016A*00403*02

=

e34

=

Bulgarije (deel 1)

=

2015/96

=

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie (deel 2)

=

RRR/2016A

=

nummer van de gedelegeerde verordening van de Commissie tot wijziging (RRR/2016) en de letter „A” om aan te geven dat het een installatie van een motor/motorfamilie betreft (deel 3)

=

00403

=

volgnummer van de typegoedkeuring (deel 4)

=

02

=

uitbreidingsnummer (deel 5)

Voorbeeld van een door Oostenrijk op grond van artikel 42 van Verordening (EU) nr. 167/2013 verleende nationale typegoedkeuring voor gehele voertuigen van kleine series met één uitbreiding:

e12*NKS167/2013*00001*01

=

e12

=

Oostenrijk (deel 1)

=

NKS167/2013

=

Verordening (EU) nr. 167/2013 voorafgegaan door het kenmerk voor een nationale kleine serie (deel 2)

=

00001

=

volgnummer van de typegoedkeuring (deel 4)

=

01

=

uitbreidingsnummer (deel 5)

Voorbeeld van een door Nederland verleend typegoedkeuringsnummer voor een geheel voertuig met vijf uitbreidingen:

e4*167/2013*10690*05

=

e4

=

Nederland (deel 1)

=

167/2013

=

Verordening (EU) nr. 167/2013 (deel 2)

=

10690

=

volgnummer van de typegoedkeuring (deel 4)

=

05

=

uitbreidingsnummer (deel 5)

Tabel 6-1

Codificatie voor het nummeringssysteem van EU-typegoedkeuringscertificaten van systemen, onderdelen en technische eenheden

LIJST I — Voorschriften voor de milieuprestaties en de prestaties van de aandrijfeenheid

Systeem of onderdeel/technische eenheid

Gedelegeerde Verordening (EU)

Alfanumeriek teken

Systeem: installatie van een motor/motorfamilie

2015/96

A

Systeem: extern geluidsniveau

2015/96

B

Onderdeel/technische eenheid: motor/motorfamilie

2015/96

C


LIJST II — Voorschriften inzake functionele voertuigveiligheid

Systeem of onderdeel/technische eenheid

Gedelegeerde Verordening (EU)

Alfanumeriek teken

Systeem: informatie voor de bestuurder

2015/208

D

Systeem: installatie van de verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen

2015/208

E

Systeem: elektromagnetische compatibiliteit

2015/208

F

Systeem: installatie (een) geluidssignaalinrichting(en)

2015/208

G

Systeem: installatie van achteruitkijkspiegels

2015/208

H

Systeem: installatie van een rupsonderstel

2015/208

I

Technische eenheid: elektromagnetische compatibiliteit van elektrische/elektronische subeenheden

2015/208

J

Onderdeel/technische eenheid: extra gewichten

2015/208

K

Onderdeel/technische eenheid: zijdelingse beschermingsinrichting en/of beschermingsinrichting aan de achterzijde

2015/208

L

Onderdeel: band

2015/208

M

Onderdeel/technische eenheid: mechanische koppeling (dynamische testmethode)

2015/208

ND

Onderdeel/technische eenheid: mechanische koppeling (statische testmethode)

2015/208

NS


LIJST III — Voorschriften inzake het remsysteem van voertuigen

Systeem of onderdeel/technische eenheid

Gedelegeerde Verordening (EU)

Alfanumeriek teken

Systeem: remmen

2015/68

P


LIJST IV — Constructievoorschriften voor voertuigen en algemene typegoedkeuringsvoorschriften

Systeem of onderdeel/technische eenheid

Gedelegeerde Verordening (EU) nr.

Alfanumeriek teken

Systeem: blootstelling van de bestuurder aan geluidsniveaus

1322/2014

R

Systeem: gordelverankeringen

1322/2014

S

Systeem: bescherming tegen gevaarlijke stoffen

1322/2014

T

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (dynamisch testen)

1322/2014

U1

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (trekkers met rupsbanden)

1322/2014

U2

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (statisch testen)

1322/2014

U3

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (vooraan gemonteerd op smalspoortrekkers, statisch testen)

1322/2014

U4S

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (vooraan gemonteerd op smalspoortrekkers, dynamisch testen)

1322/2014

U4D

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (achteraan gemonteerd op smalspoortrekkers, statisch testen)

1322/2014

U5S

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (achteraan gemonteerd op smalspoortrekkers, dynamisch testen)

1322/2014

U5D

Technische eenheid: voorziening ter bescherming tegen vallende voorwerpen (FOPS)

1322/2014

V

Onderdeel/technische eenheid: bestuurderszitplaats (categorie A — klasse I)

1322/2014

W1

Onderdeel/technische eenheid: bestuurderszitplaats (categorie A — klasse II)

1322/2014

W2

Onderdeel/technische eenheid: bestuurderszitplaats (categorie A — klasse III)

1322/2014

W3

Onderdeel/technische eenheid: bestuurderszitplaats (categorie B)

1322/2014

W4

Onderdeel/technische eenheid: veiligheidsgordels

1322/2014

X

Technische eenheid: bescherming tegen binnendringende voorwerpen

1322/2014

Y


BIJLAGE VII

Model voor het formulier met testresultaten

1.   Algemene voorschriften

1.1.   Overeenkomstig artikel 25, lid 3, van Verordening (EU) nr. 167/2013 verstrekt de typegoedkeuringsinstantie het formulier met testresultaten in de vorm zoals omschreven in aanhangsel 1 en voegt zij dit bij het EU-typegoedkeuringscertificaat.

1.2.   Voor elk geval moet worden aangegeven op welke variant of uitvoering de informatie van toepassing is. Er mag niet meer dan een resultaat per uitvoering zijn. Een combinatie van verschillende resultaten per uitvoering waarbij het ongunstigste geval wordt aangegeven, is echter toegestaan. In het laatste geval komt in een opmerking te staan dat voor punten met een sterretje (*) alleen resultaten voor het ongunstigste geval worden vermeld.

Aanhangsel 1

Model voor het formulier met testresultaten

EU-FORMULIER MET TESTRESULTATEN

MODEL

Formaat: A4 (210 × 297 mm)

TESTRESULTATEN

(in te vullen door de EU-typegoedkeuringsinstantie en bij het EU-typegoedkeuringscertificaat te voegen)

1.   Resultaten van de geluidsniveautest (extern geluid):

Gemeten overeenkomstig bijlage III bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie, laatstelijk gewijzigd bij Gedelegeerde Verordening (EU) …/… van de Commissie (1) (3)

Variant/versie:

In beweging:

… dB(A)

… dB(A)

… dB(A)

Bij stationair toerental:

… dB(A)

… dB(A)

… dB(A)

Toerental:

… min– 1

… min– 1

… min– 1

2.   Resultaten van de uitlaatemissietests

Gemeten overeenkomstig:

bijlage I bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie, laatstelijk gewijzigd bij Gedelegeerde Verordening (EU) …/… van de Commissie (1) (3): ja/neen (1);

bijlage XII bij Richtlijn 97/68/EG van het Europees Parlement en de Raad, laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn nr. …/…/EU (van de Commissie (1)) (1) (4): ja/neen (1);

Verordening (EG) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad, laatstelijk gewijzigd bij (Gedelegeerde (1)) Verordening (EU) (nr. (1)) …/… (van de Commissie (1)) (van het Europees Parlement en de Raad (1)) (1) (5): ja/neen (1); of

Bijlage 4B bij VN/ECE-Reglement nr. 96, wijzigingenreeks 04 (PB L 88 van 22.3.2014, blz. 1): ja/neen (1).

2.1.   NRSC/ESC/WHSC (1) eindresultaten van de test (inclusief verslechteringsfactor):

Variant/uitvoering

Fase

CO

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

HC

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

NOx (6)

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

HC + NOx

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

PM

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

CO2

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

2.2.   NRSC/ESC/WHSC (1) eindresultaten van de test (inclusief verslechteringsfactor en gewogen gemiddelde van de transiënte cycli bij warme start en koude start) (2):

Variant/uitvoering

Fase

CO

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

HC

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

NOx

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

NMHC

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

CH4

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

PM

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

NRTC warme cyclus CO2

… g/kWh

… g/kWh

… g/kWh

NRTC warme cyclus, arbeid

… kWh

… kWh

… kWh

Cyclusarbeid voor warme start zonder regeneratie

… kWh

… kWh

… kWh

3.   Geluidsniveau op oorhoogte van de bestuurder

Gemeten overeenkomstig bijlage XIII bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie, laatstelijk gewijzigd bij Gedelegeerde Verordening (EU) …/… van de Commissie (1) (3)

Variant/versie:

Blootstelling van de bestuurder aan geluidsniveaus

… dB(A)

… dB(A)

… dB(A)

Gebruikte testmethode:

 

 

 

testmethode 1 overeenkomstig deel 2 van bijlage XIII bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie (1)

testmethode 2 overeenkomstig deel 3 van bijlage XIII bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie (1)

 

 

 

4.   Remwerking

Gemeten overeenkomstig bijlage II bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie, laatstelijk gewijzigd bij Gedelegeerde Verordening (EU) …/… van de Commissie (1) (3)

 

Assen van het voertuig

Referentieassen

Statische massa (P)

Benodigde remkracht op wielen

Snelheid

Testmassa

Pe = Fe/g

Ontwikkelde remkracht op wielen

Snelheid

kg

N

km/h

kg

N

km/h

As 1

As 2

As 3

As 4

 

 

 

 

 

 


Remkracht T per as (N)

Type I

Type III

As 1

As 2

As 3

T1 = … % Fe

T2 = … % Fe

T3 = … % Fe

T1 = … % Fe

T2 = … % Fe

T3 = … % Fe

Voorspelde slag remcilinder (mm)

Formula

As 1

As 2

As 3

s1 = …

s2 = …

s3 = …

s1 = …

s2 = …

s3 = …

Gemiddelde afgegeven duw/trekkracht ThA (N)

As 1

As 2

As 3

ThA1 = …

ThA2 = …

ThA3 = …

ThA1 = …

ThA2 = …

ThA3 = …

Remwerking (N)

Formula

As 1

As 2

As 3

T1 = …

T2 = …

T3 = …

T1 = …

T2 = …

T3 = …

Remwerking voertuig

Formula

Resultaat van test van type 0 voor te testen getrokken voertuig (E)

Type I warm

(voorspeld)

Type III warm

(voorspeld)

 

 

 

Voorschriften voor remwerking in warme toestand voor tests van type I, II of III

 

≥ 0,36 vmax > 30 km/h

of

≥ 0,26 vmax ≤ 30 km/h

en

≥ 0,60 E

≥ 0,40

en

≥ 0,60 E

Toelichting bij aanhangsel 1

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet op het formulier met testresultaten te worden vermeld)

(1)

Doorhalen wat niet van toepassing is.

(2)

Schrappen indien niet van toepassing.

(3)

Vermeld de laatste wijziging van de gedelegeerde verordening van de Commissie wat betreft de wijziging die op de EU-typegoedkeuring van toepassing is.

(4)

Vermeld in geval van een wijziging van een of meer artikelen van Richtlijn 97/68/EG enkel de laatste wijziging voor wat betreft op de EG-typegoedkeuring toepasselijke wijzigingen.

(5)

Vermeld in geval van een wijziging van een of meer artikelen van Verordening (EU) nr. 595/2009 enkel de laatste wijziging voor wat betreft op de EU-typegoedkeuring toepasselijke wijzigingen.

(6)

Geen NOx-waarde opgeven indien het testrapport alleen de waarde van de combinatie NOx + HC vermeldt.


BIJLAGE VIII

Formaat van de testrapporten

1.   Algemene voorschriften voor het formaat van de testrapporten

1.1.   Voor elk van de in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 167/2013 vermelde regelgevingshandelingen wordt het model van de testrapporten door de goedkeuringsinstanties vastgesteld volgens haar standaarden voor goede praktijken.

1.2.   Het formaat is aangepast aan elk type test dat is uitgevoerd en beperkt de kans op misverstanden of misbruik. Bijzondere aandacht moet worden verleend aan de presentatie van de testgegevens en het gemak waarmee de lezer deze kan verwerken.

1.2.1.   De titels moeten zoveel mogelijk gestandaardiseerd zijn.

1.3.   Het testrapport wordt opgesteld in een of meer door de goedkeuringsinstantie te bepalen officiële talen van de Unie.

1.3.1.   Wanneer een test is uitgevoerd in een andere lidstaat dan diegene die de aanvraag om goedkeuring behandelt, kan de goedkeuringsinstantie van de aanvrager verlangen dat hij een gewaarmerkte vertaling van het testrapport verstrekt.

1.4.   Er worden alleen gewaarmerkte afschriften van een testrapport ingediend.

1.5.   Indien voor het uitvoeren van de tests kalibratie nodig is, worden de overeenkomstige kalibratiecertificaten bij de testrapporten gevoegd. De kalibratiecertificaten moeten voldoen aan de bepalingen in punt 5.10 (Reporting the results) van norm EN ISO/IEC 17025:2005 (General requirements for the competence of testing and calibration laboratories).

2.   Voorschriften voor de inhoud van de testrapporten

Het testrapport moet de volgende gegevens bevatten:

2.1.   een titel (bv. „testrapport inzake …”);

2.2.   de naam en het adres van de technische dienst en de plaats waar de tests en/of kalibraties zijn uitgevoerd, indien verschillend van het adres van de technische dienst;

2.3.   een unieke identificatie van het testrapport of het kalibratiecertificaat (zoals het serienummer) en op elke bladzijde een identificatie zodat duidelijk blijkt dat de pagina deel uitmaakt van het testrapport of kalibratiecertificaat, en een duidelijke identificatie van het einde van het testrapport of kalibratiecertificaat;

2.3.1.   papieren exemplaren van testrapporten en kalibratiecertificaten moeten gepagineerd zijn en het totale aantal bladzijden moet worden opgegeven;

2.4.   een verklaring dat het testrapport zonder schriftelijke toestemming van de technische dienst alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd;

2.5.   algemene infomatie inzake voertuigen, als opgenomen in punt 1 van de vermeldingen in het inlichtingenformulier volgens bijlage I, deel B, punt 5;

2.5.1.   in de informatie wordt vermeld op welke variant en/of uitvoering zij van toepassing is. Er is niet meer dan een testresultaat per uitvoering. Een combinatie van verschillende testresultaten per uitvoering waarbij het ongunstigste geval wordt aangegeven, is echter toegestaan. In dat geval komt in een opmerking te staan dat voor punten met een sterretje (*) alleen resultaten voor het ongunstigste geval worden vermeld;

2.6.   algemene infomatie inzake de systemen, onderdelen of technische eenheden van geteste voertuigen, als opgenomen in punt 2 van de vermeldingen in het inlichtingenformulier volgens bijlage I, deel B, punt 5;

2.7.   het identificatienummer en een beschrijving van de onderdelen en uitrustingsstukken die een grote rol spelen bij het bepalen van de testresultaten;

2.8.   identificatie van de gebruikte testmethode;

2.8.1.   de datum waarop test- of kalibratie-items zijn ontvangen wanneer dit van wezenlijk belang is voor de geldigheid en toepassing van de resultaten, en de datums waarop de test of kalibratie is uitgevoerd;

2.9.   omgevingscondities die de test beïnvloeden: luchtdruk (kPa), relatieve vochtigheid (%), omgevingstemperatuur (K), windsnelheid en -richting op de testbaan (km/h) enz.;

2.10.   de toestand van het voertuig die een invloed heeft op de test, zoals aangebrachte toebehoren, werkelijke massa's, testspanning, bandenmaat, bandenspanning enz.;

2.11.   een gedetailleerde beschrijving van de kenmerken van het geteste voertuig, systeem, onderdeel of de geteste technische eenheid die een aanzienlijk effect hebben op de testresultaten;

2.12.   wanneer de tests worden uitgevoerd op een voertuig, systeem, onderdeel of technische eenheid dat of die een aantal van de minst gunstige kenmerken op het gebied van het vereiste prestatieniveau bezit (het „ongunstigste geval”), bevat het testverslag een aantekening waarin wordt beschreven hoe de fabrikant in overeenstemming met de technische dienst tot zijn keuze is gekomen;

2.13.   de resultaten van de in de toepasselijke regelgevingshandelingen voorgeschreven metingen en, waar nodig, de grens- of drempelwaarden waaraan moet worden voldaan en de meeteenheden;

2.14.   de naar aanleiding van elke in punt 2.12 genoemde meting genomen beslissing: goedgekeurd of afgekeurd;

2.15.   indien van toepassing, een verklaring dat de resultaten slechts betrekking hebben op de geteste of gekalibreerde items;

2.16.   een gedetailleerde verklaring van overeenstemming met de verschillende voorschriften waaraan moet worden voldaan, dat wil zeggen voorschriften waarvoor geen metingen nodig waren;

2.17.   wanneer andere dan in de regelgevingshandelingen voorgeschreven testmethoden zijn toegestaan, bevat het testverslag een beschrijving van de toegepaste testmethode. Hetzelfde geldt wanneer alternatieve bepalingen dan diegene in de regelgevingshandelingen mogen worden toegepast;

2.18.   het aantal foto's dat tijdens de test moet worden genomen, wordt bepaald door de goedkeuringsinstantie. Bij virtuele tests kunnen de foto's worden vervangen door schermafdrukken of andere geschikte bewijsstukken;

2.19.   de technische dienst die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de test en de naam, functie en handtekening of gelijkwaardige identificatie van de personen die het testrapport goedkeuren;

2.20.   conclusies;

2.21.   van eventuele meningen, veronderstellingen en interpretaties geeft de technische dienst aan waarop die meningen en interpretaties zijn gestoeld en wordt in het testverslag een duidelijke vermelding opgenomen waarin zij als zodanig worden gekenmerkt;

2.21.1.   vermeld, indien nodig voor de interpretatie van de testresultaten:

a)

afwijkingen van, aanvullingen op of uitsluitingen van de testmethode en informatie over specifieke tests;

b)

indien van toepassing, een verklaring van naleving/niet-naleving van voorschriften en/of specificaties;

c)

in voorkomend geval een verklaring inzake de geschatte onzekerheid van metingen; informatie over onzekerheid moet in de testrapporten worden vermeld als dit relevant is voor de geldigheid of de toepassing van de testresultaten, als de aanwijzingen van de fabrikant daartoe nopen of als de onzekerheid het behalen van een vereiste nauwkeurigheid beïnvloedt;

d)

indien passend en noodzakelijk, meningen en interpretaties overeenkomstig punt 2.21.2;

e)

aanvullende informatie.

2.21.2.   Meningen en interpretaties in een testrapport kunnen de volgende gegevens betreffen (maar zijn daar niet toe beperkt):

a)

een mening over de verklaring of de resultaten voldoen/niet voldoen aan de voorschriften;

b)

aanbevelingen voor het gebruik van de resultaten;

c)

advies voor verbeteringen;

d)

in het geval dat de meningen en interpretaties in een rechtstreekse dialoog met de fabrikant worden geuit, wordt die dialoog neergeschreven.

3.   Bijzondere bepalingen

3.1.   Met betrekking tot technische voorschriften in de krachtens Verordening (EU) nr. 167/2013 aangenomen gedelegeerde handelingen die gebaseerd zijn op

a)

VN/ECE-reglementen, bv. VN/ECE-Reglement nr. 13 betreffende uniforme bepalingen voor de goedkeuring van voertuigen van de categorieën M, N en O wat de reminrichting betreft (PB L 257 van 30.9.2010, blz. 1),

b)

OESO-standaardcodes voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers, bv. OESO-code 7 voor het officieel testen van vooraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw en bosbouwsmalspoortrekkers op wielen, of

c)

EN/ISO-normen, bv. EN 15695-1 inzake indeling van de cabine, voorschriften en testprocedures voor bescherming van de bestuurder tegen gevaarlijke stoffen,

moeten de testrapporten dezelfde technische informatie bevatten en dezelfde indeling hebben als de modellen van de testrapporten in het VN/ECE-reglement, de OESO-code of de EN/ISO-norm.

3.2.   Testrapporten die zijn afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2003/37/EG, Richtlijn 97/68/EG, Verordening (EU) nr. 595/2009, Richtlijn 2007/46/EG of internationale regelgeving als vermeld in hoofdstuk XIII van Verordening (EU) nr. 167/2013 en in de gedelegeerde en uitvoeringshandelingen die krachtens die verordening zijn aangenomen, worden onder de voorwaarden in tabel 8-1 aanvaard voor de typegoedkeuring krachtens Verordening (EU) nr. 167/2013 voor de volgende onderdelen en technische eenheden:

Tabel 8-1

Testrapporten van onderdelen en technische eenheden die kunnen worden voorgelegd wanneer typegoedkeuring wordt gevraagd overeenkomstig Verordening (EU) nr. 167/2013

Onderdeel/technische eenheid

Goedkeuringsvoorwaarden

Onderdeel/technische eenheid: motor/motorfamilie

Testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2000/25/EG (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2014/43/EU van de Commissie (2),

testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 97/68/EG zoals gewijzigd bij Richtlijn 2012/46/EU van de Commissie (3),

testrapport afgegeven overeenkomstig Verordening (EG) nr. 595/2009, en

testrapport afgegeven overeenkomstig bijlage 4B bij VN/ECE-Reglement nr. 96, wijzigingenreeks 04 (PB L 88 van 22.3.2014, blz. 1).

Technische eenheid: elektromagnetische compatibiliteit van elektrische/elektronische subeenheden

Testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2009/64/EG (4), voor zover de testapparatuur is bijgewerkt wat betreft:

uitgestraalde elektromagnetische breedband- en smalbandemissies van voertuigen

uitgestraalde elektromagnetische breedband- en smalbandemissies van elektronische subeenheden

De meetapparatuur en de testruimte moeten aan de in Publicatie nr. 16-1 van het Comité International Spécial des Perturbations Radioélectriques (CISPR) opgenomen voorschriften voldoen.

uitgestraalde elektromagnetische breedband- en smalbandemissies van voertuigen

kalibratie van de antenne mag worden uitgevoerd volgens de methode beschreven in CISPR-publicatie nr. 12, uitgave 6, bijlage C, en

testrapport afgegeven overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 10, wijzigingenreeks 04, corrigendum 1 op herziening 4, supplement 1 op wijzigingenreeks 04 (PB L 254 van 20.9.2012, blz. 1)

Onderdeel/technische eenheid: extra gewichten

Testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2009/63/EG (5)

Onderdeel/technische eenheid: zijdelingse beschermingsinrichting en/of beschermingsinrichting aan de achterzijde

Testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 89/297/EG (6) (voertuigen van de categorieën O3 en O4),

testrapport afgegeven overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 73, wijzigingenreeks 01 (voertuigen van de categorieën O3 en O4) (PB L 122 van 8.5.2012, blz. 1), en

testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 70/221/EEG (7) zoals gewijzigd bij Richtlijn 2006/20/EG van de Commissie (8) (voertuigen van categorie O)

Onderdeel/technische eenheid: mechanische koppeling

Testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2009/144/EG (9)

dynamische of statische testmethode slechts aanvaard voor voertuigen met snelheidsindex „a”: door de constructie bepaalde maximumsnelheid van niet meer dan 40 km/h

dynamische testmethode aanvaard voor voertuig met snelheidsindex „b”: door de constructie bepaalde maximumsnelheid van meer dan 40 km/h

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (dynamisch testen)

Testrapport afgegeven overeenkomstig de OESO-standaarcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (dynamische test), OESO-code 3, uitgave 2012 van februari 2012

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (trekkers met rupsbanden)

Testrapporten afgegeven overeenkomstig de OESO-standaarcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers met rupsbanden, OESO-code 8, uitgave 2012 van februari 2012

Technische eenheid: kantelbeveiligingsvoorziening (ROPS) (statisch testen)

Testrapporten afgegeven overeenkomstig de OESO-standaarcode voor het officieel testen van kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwtrekkers (statische test), OESO-code 4, uitgave 2012 van februari 2012

Technische eenheid: kantelbeveiligingvoorziening (ROPS) (vooraan gemonteerde kantelbevei ligingen op smalspoortrekkers)

Testrapporten die in overeenstemming zijn met de OESO-standaardcode voor het officieel testen van vooraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 6, uitgave 2012 van februari 2012

Technische eenheid: kantelbeveiligingvoorziening (ROPS) (achteraan gemonteerde kantelbeveiligingen op smalspoortrekkers)

Testrapporten die in overeenstemming zijn met de OESO-standaardcode voor het officieel testen van achteraan gemonteerde kantelbeveiligingen op landbouw- en bosbouwsmalspoortrekkers, OESO-code 7, uitgave 2012 van februari 2012

Technische eenheid: voorziening ter bescherming tegen vallende voorwerpen (FOPS)

Testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2009/144/EG zoals gewijzigd bij Richtlijn 2010/52/EU (10) of OESO-standaardcode voor het officieel testen van constructies ter bescherming tegen vallende voorwerpen op landbouw- en bosbouwtrekkers op rupsbanden, OESO-code 10 — uitgave 2009 van februari 2009

Onderdeel/technische eenheid: bestuurderszitplaats

Testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 78/764/EEG van de Raad (11) zoals gewijzigd bij Richtlijn 1999/57/EG van de Commissie (12)

Onderdeel/technische eenheid: veiligheidsgordels

Testrapport afgegeven overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 16, supplement 1 op wijzigingenreeks 06 (PB L 233 van 9.9.2011, blz. 1).

Technische eenheid: bescherming tegen binnendringende voorwerpen (OPS)

Testrapport afgegeven overeenkomstig Richtlijn 2009/144/EG zoals gewijzigd bij

Richtlijn 2010/52/EU van de Commissie, en testrapport afgegeven overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 43, supplement 12 op wijzigingenreeks 00, bijlage 14 (PB L 230 van 31.8.2010, blz. 119).


(1)  Richtlijn 2000/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2000 inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door motoren bestemd voor het aandrijven van landbouw- of bosbouwtrekkers en houdende wijziging van Richtlijn 74/150/EEG van de Raad (PB L 173 van 12.7.2000, blz. 1).

(2)  Richtlijn 2014/43/EU van de Commissie van 18 maart 2014 tot wijziging van de bijlagen I, II en III bij Richtlijn 2000/25/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door motoren bestemd voor het aandrijven van landbouw- of bosbouwtrekkers (PB L 82 van 20.3.2014, blz. 12).

(3)  Richtlijn 2012/46/EU van de Commissie van 6 december 2012 tot wijziging van Richtlijn 97/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines (PB L 353 van 21.12.2012, blz. 80).

(4)  Richtlijn 2009/64/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de onderdrukking van radiostoringen, veroorzaakt door landbouw- of bosbouwtrekkers (elektromagnetische compatibiliteit) (PB L 216 van 20.8.2009, blz. 1).

(5)  Richtlijn 2009/63/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende bepaalde onderdelen en eigenschappen van landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen (PB L 241 van 19.8.2009, blz. 23).

(6)  Richtlijn 89/297/EEG van de Raad van 13 april 1989 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende de zijdelingse afscherming (zijdelingse beschermingsinrichtingen) bij bepaalde motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan (PB L 124 van 13.4.1989, blz. 1).

(7)  Richtlijn 70/221/EEG van de Raad van 20 maart 1970 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende reservoirs voor vloeibare brandstof en beschermingsinrichtingen aan de achterzijde van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan (PB L 76 van 6.4.1970, blz. 23).

(8)  Richtlijn 2006/20/EG van de Commissie van 17 februari 2006 tot wijziging van Richtlijn 70/221/EEG van de Raad betreffende brandstofreservoirs en beschermingsinrichtingen aan de achterzijde van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan, met het oog op de aanpassing aan de technische vooruitgang (PB L 48 van 18.2.2006, blz. 16).

(9)  Richtlijn 2009/144/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 betreffende bepaalde onderdelen en kenmerken van landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen (PB L 27 van 30.1.2010, blz. 33).

(10)  Richtlijn 2010/52/EU van de Commissie van 11 augustus 2010 tot wijziging, met het oog op aanpassing van de technische bepalingen, van Richtlijn 76/763/EEG van de Raad betreffende de zitplaatsen voor meerijders op landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen en Richtlijn 2009/144/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende bepaalde onderdelen en kenmerken van landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen (PB L 213 van 13.8.2010, blz. 37).

(11)  Richtlijn 78/764/EEG van de Raad van 25 juli 1978 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende de bestuurderszitplaats op landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen (PB L 255 van 18.9.1978, blz. 1).

(12)  Richtlijn 1999/57/EG van de Commissie van 7 juni 1999 houdende aanpassing aan de technische vooruitgang van Richtlijn 78/764/EEG van de Raad betreffende de bestuurderszitplaats op landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen (PB L 148 van 15.6.1999, blz. 35).


BIJLAGE IX

Lijst van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

Tabel 9-1

I.

Voertuigdelen of uitrustingsstukken die een aanzienlijke invloed hebben op de veiligheid van de constructie en/of de functionele veiligheid van het voertuig en/of de remwerking

Item nr.

Beschrijving van het item

Prestatievereiste

Testprocedure

Voorschriften voor het merken

Voorschriften voor het verpakken

001

[…]

 

 

 

 

002

 

 

 

 

 

003

 

 

 

 

 


Tabel 9-2

II.

Voertuigdelen of uitrustingsstukken die een aanzienlijke invloed hebben op de milieuprestaties van het voertuig

Item nr.

Beschrijving van het item

Prestatievereiste

Testprocedure

Voorschriften voor het merken

Voorschriften voor het verpakken

001

[…]

 

 

 

 

002

 

 

 

 

 

003

 

 

 

 

 


BIJLAGE X

Model voor het certificaat voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

1.   Algemene voorschriften

1.1.

Overeenkomstig artikel 46, lid 3, van Verordening (EU) nr. 167/2013 is goedkeuring vereist voor het in de handel brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van systemen die essentieel zijn voor de veiligheid van het voertuig of voor zijn milieuprestaties.

1.2.

Een dergelijke goedkeuring wordt verleend in de vorm van een certificaat volgens het model in aanhangsel 1.

1.3.

Het in punt 1.2 bedoelde certificaat bevat voorschriften op het gebied van veiligheid van de constructie, functionele veiligheid en remwerking, alsook op het gebied van milieubescherming en, waar nodig, testnormen. De voorschriften kunnen worden gebaseerd op de in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 167/2013 genoemde gedelegeerde verordeningen van de Commissie, zij kunnen worden opgesteld overeenkomstig de desbetreffende staat van de veiligheids-, milieu- en testtechnologie of zij kunnen — indien dit een geschikte methode is om tot de vereiste veiligheids- of milieudoelstellingen te komen — bestaan uit een vergelijking van het voertuigdeel of het uitrustingsstuk met de milieu- of veiligheidsprestaties van het originele voertuig of van één van de onderdelen daarvan, al naargelang.

1.4.

Deze bijlage is niet van toepassing op een onderdeel of uitrustingsstuk zolang dit niet in de lijst van bijlage IX is opgenomen. Voor de opname van onderdelen of uitrustingsstukken of groepen daarvan in bijlage IX wordt een redelijke overgangsperiode vastgesteld om de fabrikant van het onderdeel of uitrustingsstuk in staat te stellen een vergunning aan te vragen en te verkrijgen. Tegelijkertijd kan, waar nodig, een datum worden vastgesteld om voertuigdelen en uitrustingsstukken die zijn ontworpen voor voertuigen waaraan vóór die datum een typegoedkeuring is verleend, van de toepassing van deze bijlage uit te sluiten.

Aanhangsel 1

Model voor het vergunningscertificaat in het kader van de EU-typegoedkeuring voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

EU-VERGUNNINGSCERTIFICAAT

MODEL

Formaat: A4 (210 × 297 mm)

EU-VERGUNNINGSCERTIFICAAT

Stempel van de goedkeuringsinstantie

Mededeling betreffende

het vergunningscertificaat (1)

de uitbreiding van het vergunningscertificaat (1)

de weigering van het vergunningscertificaat (1)

de intrekking van het vergunningscertificaat (1)

voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van systemen die essentieel zijn voor de veiligheid van het voertuig of voor zijn milieuprestaties

DEEL I

Soort voertuigdeel/uitrustingsstuk (1) …

Nummers van voertuigdeel/uitrustingsstuk (1): …

Nummer van het EU-vergunningscertificaat:…

Reden voor de uitbreiding/weigering/intrekking (1):…

Naam en adres van de fabrikant:…

Naam en adres van de assemblagefabriek(en): …

Naam en adres van de eventuele vertegenwoordiger van de fabrikant:…

DEEL II

Het onderdeel/uitrustingsstuk (1) is specifiek bestemd voor installatie in het (de) volgende voertuig(en):

Merk (handelsnaam van de fabrikant): …

Type(n) (2):…

Variant(en) (2):…

Uitvoering(en) (2):…

DEEL III

Voorschriften voor:

a)

veiligheid van de constructie van het voertuig (1): …

b)

functionele veiligheid van het voertuig (1): …

c)

remwerking van het voertuig (1): …

d)

door het voertuig geboden milieubescherming (1):…

e)

testnormen (1): …

DEEL IV

Voorschriften op basis van:

a)

(de) bijlage(n) … (3) bij Gedelegeerde Verordening (EU) (nr. (1)) …/… van de Commissie, (en (de) bijlage(n) … (3) bij Gedelegeerde Verordening (EU) (nr. (1)) …/… van de Commissie (1)), laatstelijk gewijzigd bij (Gedelegeerde (1)) Verordening (EU) (nr. (1)) …/… (van de Commissie (1)) (van het Europees Parlement en de Raad (1)) (1) (4)

b)

een vergelijking van het voertuigdeel/uitrustingsstuk (1) met de prestaties op het vlak van veiligheid/milieu (1) van het originele voertuig/voertuigdelen van het originele voertuig (1) (verklaar) (1): …

DEEL V — TECHNISCHE DIENST

Technische dienst die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de tests: …

Datum van het testrapport: …

Nummer van het testrapport: …

DEEL VI

Het onderdeel/uitrustingsstuk (1) heeft een/heeft geen (1) nadelige invloed op de werking van de systemen die essentieel zijn voor de veiligheid van het voertuig of voor zijn milieuprestaties.

Het vergunningscertificaat wordt verleend/uitgebreid/geweigerd/ingetrokken (1)

Plaats: …

Datum:…

Naam en handtekening (of een visuele voorstelling van een „geavanceerde elektronische handtekening” overeenkomstig Richtlijn 1999/93/EG van het Europees Parlement en de Raad, inclusief verificatiegegevens): …

Bijvoegsels:

Testrapport

Toelichting bij aanhangsel 1

(nootmarkeringen, noten en toelichtingen hoeven niet op het vergunningscertificaat in het kader van een EU-typegoedkeuring te worden vermeld)

(1)

Doorhalen wat niet van toepassing is.

(2)

Vermeld de alfanumerieke code voor type-variant-uitvoering (TVU-code) die is toegewezen aan elk type, elke variant en elke uitvoering zoals beschreven in bijlage I, deel B, punt 2.3. Voor de identificatie van de variant en de uitvoeringen kan de matrix in bijlage I, deel B, punt 2.2, worden gebruikt.

(3)

Het Romeinse cijfer van de desbetreffende bijlage bij de gedelegeerde verordening van de Commissie of meerdere Romeinse cijfers van de desbetreffende bijlagen bij die gedelegeerde verordening van de Commissie.

(4)

Vermeld de laatste wijziging van de gedelegeerde verordening van de Commissie wat betreft de wijziging die op de EU-typegoedkeuring van toepassing is.


BIJLAGE XI

Nummeringssysteem voor certificaten voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen

1.   Nummeringssysteem

1.1.   Het nummer van de certificaten voor het in de handel brengen en in het verkeer brengen van voertuigdelen of uitrustingsstukken die een ernstig risico kunnen vormen voor de correcte werking van essentiële systemen, bestaat uit vijf delen in totaal, zoals hieronder is aangegeven. De delen worden gescheiden door een sterretje („*”).

1.1.1.   Deel 1: de kleine letter „e” gevolgd door het kengetal van de lidstaat (zie punt 2.1 van bijlage VI) die het certificaat aflevert.

1.1.2.   Deel 2: vermelding van het nummer van Verordening (EU) nr. 167/2013 („167/2013”).

1.1.3.   Deel 3: de identificatie van het onderdeel volgens de lijst in bijlage IX:

1.1.3.1.

voor voertuigdelen of uitrustingsstukken die een aanzienlijke invloed hebben op de veiligheid van de constructie en/of de functionele veiligheid en/of de remwerking van het voertuig betekent dat het teken „I”, gevolgd door het leesteken „/” en het overeenkomstige „itemnr.” in bijlage IX, tabel 9-1. Het „itemnr.” bestaat uit drie cijfers en start bij „001”;

1.1.3.2.

voor voertuigdelen of uitrustingsstukken die een aanzienlijke invloed hebben op de milieuprestaties van het voertuig, betekent dat het teken „II”, gevolgd door het leesteken „/” en het overeenkomstige „itemnr.” in bijlage IX, tabel 9-2. Het „itemnr.” bestaat uit drie cijfers en start bij „001”.

1.1.4.   Deel 4: volgnummer voor het certificaat.

Een volgnummer dat eventueel begint met nullen en dat het certificaatnummer vormt. Het volgnummer bestaat uit vier cijfers en start bij „0001”.

1.1.5.   Deel 5: volgnummer dat het uitbreidingsniveau van het certificaat weergeeft.

Voor elk toegekend certificaatnummer een uit twee cijfers bestaand volgnummer, eventueel beginnend met een nul, waarbij wordt gestart bij „00”.

1.2.   Formaat van de nummering van een certificaat (met fictieve volgnummers ter verduidelijking).

Voorbeeld van het nummer van een door Bulgarije afgegeven certificaat voor voertuigdelen of uitrustingsstukken die zijn ingebouwd in een voertuig met typegoedkeuring overeenkomstig Verordening (EU) nr. 167/2013 met twee uitbreidingen:

e34*167/2013*II/002*048*02

=

e34

=

Bulgarije (deel 1)

=

167/2013

=

nummer van de basisverordening (deel 2)

=

II/002

=

item 2 op de lijst van voertuigdelen of uitrustingsstukken met een aanzienlijke invloed op de milieuprestaties van het voertuig (deel 3)

=

048

=

volgnummer van het certificaat (deel 4)

=

02

=

uitbreidingsnummer (deel 5)

Voorbeeld van het nummer van een door Oostenrijk afgegeven certificaat voor voertuigdelen of uitrustingsstukken die zijn ingebouwd in een voertuig met typegoedkeuring overeenkomstig Verordening (EU) nr. 167/2013 met één uitbreiding:

e12*167/2013*I/034*325*01

=

e12

=

Oostenrijk (deel 1)

=

167/2013

=

nummer van de basisverordening (deel 2)

=

I/034

=

item 34 op de lijst van voertuigdelen of uitrustingsstukken met een aanzienlijke invloed op de veiligheid van de constructie en/of de functionele veiligheid van het voertuig en/of de remwerking (deel 3)

=

325

=

volgnummer van het certificaat (deel 4)

=

01

=

uitbreidingsnummer (deel 5)