31.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 229/13


BESLUIT 2014/512/GBVB VAN DE RAAD

van 31 juli 2014

betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 6 maart 2014 hebben de staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie de niet-uitgelokte schending van de soevereiniteit en territoriale integriteit van Oekraïne door de Russische Federatie krachtig veroordeeld en er bij de Russische Federatie op aangedrongen haar strijdkrachten onmiddellijk terug te trekken tot de gebieden waar zij permanent gestationeerd zijn, overeenkomstig de relevante overeenkomsten. Zij hebben verklaard dat eventuele verdere stappen van de Russische Federatie om de situatie in Oekraïne te destabiliseren, bijkomende en verreikende gevolgen voor de betrekkingen op een breed scala van economische gebieden tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Russische Federatie, anderzijds, zouden hebben.

(2)

Op 17 maart 2014 heeft de Raad Besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (1) vastgesteld, waarin reisverboden en een bevriezing van tegoeden worden opgelegd.

(3)

Op 21 maart 2014 heeft de Europese Raad herinnerd aan de verklaring van de staatshoofden en regeringsleiders van 6 maart 2014, en de Commissie en de lidstaten verzocht mogelijke gerichte maatregelen voor te bereiden.

(4)

Op 27 mei, 27 juni en 16 juli 2014 hebben de staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie er nota van genomen dat de voorbereiding door de Commissie, de EDEO en de lidstaten met betrekking tot eventuele gerichte maatregelen gaande was, zodat zonder uitstel verdere stappen konden worden gezet.

(5)

Op 22 juli 2014 heeft de Raad er bij de Russische Federatie op aangedrongen haar invloed op de illegale gewapende groepen actief aan te wenden teneinde de volledige, onmiddellijke, veilige en beveiligde toegang tot de plaats van de crash van vlucht MH17 van Malaysian Airlines in Donetsk te bewerkstelligen, alsook volledige medewerking aan de werkzaamheden bij de berging van stoffelijke resten en bezittingen en volledige medewerking aan het onafhankelijk onderzoek, hetgeen ook ongehinderde toegang inhoudt tot de plaats van de crash, zo lang als nodig is voor het onderzoek en eventuele vervolgonderzoeken.

(6)

De Raad heeft er bij Rusland tevens op aangedrongen een eind te maken aan de toenemende aanvoer van wapens, apparatuur en strijders over de grens, om snelle en concrete resultaten bij de de-escalatie te bereiken. Voorts heeft de Raad Rusland opgeroepen zijn extra strijdkrachten uit de grensstreek terug te trekken.

(7)

Daarnaast heeft de Raad herinnerd aan de eerdere toezeggingen van de Europese Raad en heeft hij zich ertoe bereid verklaard onverwijld een pakket van nog meer significante beperkende maatregelen aan te nemen, indien volledige en onmiddellijke medewerking van Rusland betreffende bovengenoemde eisen zou uitblijven. De Raad heeft de Commissie en de EDEO verzocht hun voorbereidende werkzaamheden in verband met eventuele gerichte maatregelen af te ronden en uiterlijk op 24 juli voorstellen te formuleren voor nieuwe actie, onder meer wat betreft de toegang tot kapitaalmarkten, defensie, goederen voor tweeërlei gebruik en gevoelige technologieën, ook in de energiesector.

(8)

Gezien de ernst van de situatie acht de Raad het passend beperkende maatregelen te nemen in antwoord op de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren.

(9)

In dit verband is het passend een verbod in te stellen op transacties in, of de verlening van financierings- of investeringsdiensten voor, of het handelen in, nieuwe effecten of aandelen of soortgelijke financiële instrumenten met een looptijd van meer dan 90 dagen die door Russische financiële instellingen in staatseigendom zijn uitgegeven, met uitzondering van de in Rusland gevestigde instellingen met een internationale status die is vastgesteld bij intergouvernementele overeenkomsten met Rusland als een van de aandeelhouders. Dit verbod laat onverlet dat leningen worden verstrekt aan of door deze Russische financiële instellingen in staatseigendom, ongeacht hun looptijd,

(10)

Daarnaast dienen de lidstaten de verkoop, levering aan, overbrenging of uitvoer naar Rusland van wapens en daarmee verband houdend materieel van alle typen te verbieden. De aanschaf uit Rusland van wapens en daarmee verband houdend materieel van alle typen dient eveneens te worden verboden.

(11)

Voorts dient de verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van goederen voor tweeërlei gebruik voor militair gebruik of aan, c.q. naar militaire eindgebruikers in Rusland te worden verboden. Dit verbod laat onverlet dat goederen en technologie voor tweeërlei gebruik, waaronder voor de luchtvaart- en ruimtevaartindustrie, voor niet-militair gebruik en/of voor niet-militaire eindgebruikers worden uitgevoerd.

(12)

De verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van bepaalde gevoelige goederen of technologieën moet worden verboden wanneer deze goederen of technologieën bestemd zijn voor de diepzee-exploratie en -productie van olie, de exploratie en productie van olie in het Arctisch gebied of schalieolieprojecten.

(13)

Om bepaalde maatregelen uit te voeren is verder optreden van de Unie nodig,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De directe of indirecte aankoop of verkoop van, het verlenen van tussenhandeldiensten of bijstand bij de uitgifte van, of enige andere handeling met betrekking tot obligaties, aandelen of soortgelijke financiële instrumenten met een looptijd van meer dan 90 dagen die uitgegeven zijn na 1 augustus 2014 en door:

a)

belangrijke kredietinstellingen of instellingen voor financieringsontwikkeling die gevestigd zijn in Rusland en die voor meer dan 50 % staatseigendom zijn of die voor meer dan 50 % door de staat worden gecontroleerd met ingang van 1 augustus 2014, als vermeld in de bijlage;

b)

elke rechtspersoon, entiteit of lichaam die gevestigd is buiten de Unie en die voor 50 % of meer eigendom is van een in de bijlage vermelde entiteit; of

c)

elke rechtspersoon, entiteit of lichaam handelend namens of op aanwijzing van een entiteit bedoeld onder b) of van een in de bijlage vermelde entiteit;

zijn verboden.

Artikel 2

1.   De directe of indirecte verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van wapens en daarmee verband houdend materieel van alle typen, daaronder begrepen wapens en munitie, militaire voertuigen en uitrusting, paramilitaire uitrusting, en reserveonderdelen daarvoor, aan Rusland door onderdanen van de lidstaten of vanaf het grondgebied van de lidstaten of met gebruikmaking van vaartuigen of luchtvaartuigen onder hun vlag, is verboden, ongeacht of deze al dan niet van het grondgebied van de lidstaten afkomstig zijn.

2.   Het is verboden:

a)

direct of indirect aan natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen in, of voor gebruik in Rusland, technische bijstand, tussenhandeldiensten of andere diensten te verlenen die verband houden met militaire activiteiten en met de levering, de fabricage, het onderhoud of het gebruik van wapens en daarmee verband houdend materieel van alle typen, daaronder begrepen wapens en munitie, militaire voertuigen en uitrusting, paramilitaire uitrusting en reserveonderdelen daarvoor;

b)

direct of indirect aan personen, entiteiten of lichamen in, of voor gebruik in Rusland, financiering of financiële bijstand te verstrekken in verband met militaire activiteiten, waaronder met name subsidies, leningen en uitvoerkredietverzekeringen of garanties, alsook verzekeringen en herverzekeringen voor de verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van wapens en daarmee verband houdend materieel, of voor de verlening van hiermee samenhangende technische bijstand, tussenhandeldiensten of andere diensten.

3.   De invoer, de aankoop of het vervoer van wapens en daarmee verband houdend materieel van alle typen, daaronder begrepen wapens en munitie, militaire voertuigen en uitrusting, paramilitaire uitrusting en reserveonderdelen daarvoor, uit Rusland door onderdanen van de lidstaten of met gebruikmaking van vaartuigen of luchtvaartuigen onder hun vlag, is verboden.

4.   De in de leden 1, 2 en 3 genoemde verbodsbepalingen laten de uitvoering van vóór 1 augustus 2014 gesloten contracten of overeenkomsten en de levering van reserveonderdelen en de verstrekking van diensten voor de instandhouding en veiligheid van binnen de Unie bestaande capaciteiten, onverlet.

Artikel 3

1.   De directe of indirecte verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van goederen en technologie voor tweeërlei gebruik, als genoemd in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik (2) voor militair gebruik in Rusland of voor enige militaire eindgebruiker in Rusland door onderdanen van de lidstaten of vanaf het grondgebied van de lidstaten of met gebruikmaking van vaartuigen of luchtvaartuigen onder hun vlag, is verboden, ongeacht of deze al dan niet van het grondgebied van de lidstaten afkomstig zijn.

2.   Het is verboden:

a)

direct of indirect aan personen, entiteiten of lichamen in, of voor gebruik in Rusland, technische bijstand, tussenhandeldiensten of andere diensten te verlenen die verband houden met de in lid 1 genoemde goederen en technologie en met de levering, de fabricage, het onderhoud en het gebruik van deze goederen en technologie;

b)

direct of indirect aan personen, entiteiten of lichamen in, of voor gebruik in Rusland, financiering of financiële bijstand in verband met de in lid 1 genoemde goederen en technologie, daaronder begrepen subsidies, leningen en uitvoerkredietverzekeringen, te verstrekken voor de verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van deze goederen en technologie, of voor de levering van daarmee verband houdende technische bijstand, tussenhandeldiensten of andere diensten.

3.   De in de leden 1 en 2 genoemde verbodsbepalingen laten de uitvoering van vóór 1 augustus 2014 gesloten contracten of overeenkomsten onverlet.

Artikel 4

1.   De directe of indirecte verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van bepaalde technologieën die kunnen worden gebruikt voor de diepzee-exploratie en -productie van olie, de exploratie en de productie van olie in het Arctisch gebied of schalieolieprojecten in Rusland, door onderdanen van de lidstaten, of vanaf het grondgebied van de lidstaten, of met gebruikmaking van vaartuigen of luchtvaartuigen onder de rechtsbevoegdheid van de lidstaten, is onderworpen aan een voorafgaande vergunning verleend door de bevoegde autoriteit van de uitvoerende lidstaat.

De Unie neemt de nodige maatregelen om te bepalen welke voorwerpen onder dit lid moeten vallen.

2.   De verstrekking van:

a)

technische bijstand of andere diensten die verband houden met de onder lid 1 genoemde technologieën;

b)

financiering of financiële steun voor de verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van de in lid 1 genoemde technologieën of voor de verstrekking van daarmee verband houdende technische bijstand of opleiding;

is eveneens onderworpen aan een voorafgaande vergunning van de bevoegde autoriteit van de uitvoerende lidstaat.

3.   De bevoegde autoriteiten van de lidstaten verlenen geen vergunning voor de verkoop, levering, overbrenging of uitvoer van de technologieën, of voor de verstrekking van de in de leden 1 en 2 bedoelde diensten, indien zij vaststellen dat de betreffende verkoop, levering, overbrenging of uitvoer of de betreffende verstrekking van de diensten bestemd is voor de diepzee-exploratie en -productie van olie, de exploratie en productie van olie in het Arctisch gebied of schalieolieprojecten in Rusland.

4.   Lid 3 laat de uitvoering van vóór 1 augustus 2014 gesloten contracten of overeenkomsten onverlet.

Artikel 5

Teneinde het effect van de in dit besluit genoemde maatregelen zo groot mogelijk te maken, moedigt de Unie derde landen aan tot het nemen van soortgelijke beperkende maatregelen als die welke in dit besluit worden genoemd.

Artikel 6

Acties van natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen geven geen aanleiding tot aansprakelijkheid van deze betrokken natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten of lichamen, indien zij niet wisten en geen gegronde reden hadden om te vermoeden dat hun acties een inbreuk zouden vormen op de maatregelen in dit besluit.

Artikel 7

1.   Vorderingen in verband met contracten of andere transacties aan de uitvoering waarvan, direct of indirect, geheel of gedeeltelijk, afbreuk is gedaan door de maatregelen die uit hoofde van onderhavig besluit zijn ingesteld, met inbegrip van vorderingen tot schadeloosstelling of soortgelijke vorderingen, zoals een vordering tot schuldvergelijking of een garantievordering, met name een vordering tot verlenging of uitbetaling van een obligatie, garantie of contragarantie, met name een financiële garantie of contragarantie, ongeacht de vorm hiervan, worden niet toegewezen indien deze vorderingen worden ingesteld door:

a)

de in artikel 1, onder b) of c), of de in de bijlage vermelde entiteiten;

b)

elke andere Russische persoon, Russische entiteit of Russisch lichaam; of

c)

een persoon, entiteit of lichaam, handelend voor rekening of ten behoeve van een van de in punt a) of punt b), van dit lid bedoelde personen, entiteiten of lichamen.

2.   In elke procedure waartoe een vordering aanleiding geeft, moet het bewijs dat de vordering niet op grond van lid 1 hoort te worden afgewezen, door de eiser worden geleverd.

3.   Dit artikel geldt onverminderd het recht van de personen, entiteiten en lichamen die in lid 1 worden genoemd, op toetsing door de rechter van de rechtmatigheid van de niet-nakoming van de contractuele verplichtingen in overeenstemming met dit besluit.

Artikel 8

Het is verboden om bewust en opzettelijk deel te nemen aan activiteiten die ertoe strekken of tot gevolg hebben dat de in de leden 1 tot en met 4 bedoelde verbodsbepalingen worden omzeild, met inbegrip van het handelen als plaatsvervanger voor de in artikel 1 vermelde entiteiten.

Artikel 9

1.   Dit besluit is van toepassing tot en met 31 juli 2015.

2.   Dit besluit wordt voortdurend geëvalueerd. Indien de Raad van oordeel is dat de doelstellingen ervan niet zijn verwezenlijkt, wordt het, in voorkomend geval, herzien of gewijzigd.

3.   De beperkende maatregelen van dit besluit worden uiterlijk op 31 oktober 2014 geëvalueerd, waarbij met name rekening wordt gehouden met de gevolgen ervan en met de door derde staten vastgestelde maatregelen.

Artikel 10

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 31 juli 2014.

Voor de Raad

De voorzitter

S. GOZI


(1)  PB L 78 van 17.3.2014, blz. 16.

(2)  PB L 134 van 29.5.2009, blz. 1.


BIJLAGE

LIJST VAN INSTELLINGEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 1, ONDER a)

1.

SBERBANK

2.

VTB BANK

3.

GAZPROMBANK

4.

VNESHECONOMBANK (VEB)

5.

ROSSELKHOZBANK