11.3.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 65/1


VERORDENING (EU) Nr. 211/2011 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 16 februari 2011

over het burgerinitiatief

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 24, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Gezien het advies van het Comité van de Regio’s (2),

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (3),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Het Verdrag betreffende de Europese Unie geeft meer inhoud aan het burgerschap van de Unie en versterkt de democratische werking van de Unie: het bepaalt immers onder meer dat iedere burger het recht heeft aan het democratisch bestel van de Unie deel te nemen door middel van het burgerinitiatief. Die procedure biedt burgers de mogelijkheid direct contact op te nemen met de Commissie met het verzoek een voorstel voor een rechtshandeling van de Unie ter uitvoering van de Verdragen in te dienen vergelijkbaar met het recht van het Europees Parlement in het kader van artikel 225 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) en van de Raad in het kader van artikel 241 VWEU.

(2)

De procedures en voorwaarden voor het burgerinitiatief dienen eenvoudig, gebruiksvriendelijk en evenredig met de aard van het burgerinitiatief te zijn, om de burgerparticipatie aan te moedigen en de Unie toegankelijker te maken. Zij moeten zorgen voor een verantwoord evenwicht tussen rechten en plichten.

(3)

Zij dienen er tevens toe te leiden dat voor alle burgers van de Unie dezelfde voorwaarden voor het steunen van een burgerinitiatief gelden, ongeacht uit welke lidstaat zij afkomstig zijn.

(4)

De Commissie dient burgers op verzoek informatie en informeel advies over burgerinitiatieven geven, met name wat de registratiecriteria betreft.

(5)

Er dient een minimumaantal lidstaten te worden vastgesteld waaruit de burgers afkomstig moeten zijn. Om ervoor te zorgen dat een burgerinitiatief een belang van de Unie vertegenwoordigt, en tegelijkertijd te garanderen dat het instrument gebruiksvriendelijk blijft, dient dit aantal te worden vastgesteld op een vierde van de lidstaten.

(6)

Om dezelfde reden is het evenzeer passend het minimum aantal ondertekenaars afkomstig uit elk van deze lidstaten vast te stellen. Om in elke lidstaat gelijke voorwaarden voor het steunen van een burgerinitiatief te creëren, dient dit minimumaantal degressief evenredig te zijn. Voor de duidelijkheid dienen deze minimumaantallen voor elke lidstaat te worden vermeld in een bijlage bij deze verordening. Het minimumaantal vereiste ondertekenaars in elke lidstaat correspondeert met het aantal in elke lidstaat gekozen leden van het Europees Parlement, vermenigvuldigd met 750. De Commissie moet de bevoegdheid krijgen deze bijlage te wijzigen in reactie op eventuele wijzigingen in de samenstelling van het Europees Parlement.

(7)

Er dient een minimumleeftijd te worden vastgesteld voor het steunen van een burgerinitiatief. Deze leeftijd dient overeen te komen met de leeftijd waarop burgers mogen stemmen in de verkiezingen voor het Europees Parlement.

(8)

Er is een minimale organisatiestructuur vereist om een burgerinitiatief te doen slagen. Deze structuur dient de vorm te hebben van een burgercomité van natuurlijke personen (organisatoren) afkomstig uit ten minste zeven verschillende lidstaten om het ontstaan van Europadekkende thema’s aan te moedigen en het denken over deze thema’s te bevorderen. Voor de doorzichtigheid en de soepele en doelmatige communicatie moet het burgercomité vertegenwoordigers aanwijzen die gedurende de hele procedure de functie van contactpersoon tussen het burgercomité en de instellingen van de Unie vervullen.

(9)

Entiteiten, in het bijzonder organisaties die, in overeenstemming met de Verdragen, bijdragen aan de totstandkoming van Europees politiek bewustzijn en aan het tot uitdrukking brengen van de wil van de burgers van de Unie, mogen steun aan een burgerinitiatief geven, op voorwaarde dat zij hierbij volledige openheid betrachten.

(10)

Met het oog op de coherentie en de transparantie van voorgestelde burgerinitiatieven en om te voorkomen dat handtekeningen worden verzameld voor een voorgesteld burgerinitiatief dat niet aan de in deze verordening vastgelegde voorwaarden voldoet, dient het verplicht te zijn dergelijke initiatieven op een door de Commissie beschikbaar gestelde website te laten registreren voordat wordt begonnen met het verzamelen van steunbetuigingen. Alle voorgestelde burgerinitiatieven die aan de voorwaarden van deze verordening voldoen, dienen door de Commissie te worden geregistreerd. De Commissie dient ten aanzien van de registratie de algemene beginselen van goed bestuur toe te passen.

(11)

Zodra een voorgesteld burgerinitiatief is geregistreerd, kunnen steunbetuigingen door de organisatoren worden verzameld.

(12)

Het formulier voor de steunbetuiging dient in een bijlage bij deze verordening te worden opgenomen, met uitleg over de vereiste gegevens voor de verificatie door de lidstaten. De Commissie moet gemachtigd zijn die bijlage te wijzigen overeenkomstig artikel 290 VWEU, met inachtneming van informatie die zij van de lidstaten heeft ontvangen.

(13)

Met volledige inachtneming van het beginsel dat persoonsgegevens adequaat en relevant dienen te zijn, en evenredig met de doelstellingen waarvoor zij worden verzameld, worden persoonsgegevens van ondertekenaars van een voorgesteld burgerinitiatief, waaronder, indien van toepassing, een persoonlijk identificatienummer of een nummer van een persoonlijk identificatiedocument, verzameld voor zover dit noodzakelijk is voor de controle van steunbetuigingen door de lidstaten, in overeenstemming met de nationale wetten en praktijken.

(14)

Om moderne techniek in positieve zin in te zetten als instrument van participerende democratie, moeten steunbetuigingen zowel online als op papier kunnen worden verzameld. Systemen voor het online verzamelen van steunbetuigingen dienen goed beveiligd te zijn zodat onder andere de gegevens veilig kunnen worden verzameld en opgeslagen. Daarom dient de Commissie uitvoerige technische voorschriften uit te werken voor systemen voor het online verzamelen van steunbetuigingen.

(15)

Voordat wordt overgegaan tot het verzamelen van steunbetuigingen, dienen de lidstaten na te gaan of deze online systemen aan de voorschriften van de verordening voldoen.

(16)

De Commissie stelt open source-software ter beschikking met de technische en veiligheidskenmerken die noodzakelijk zijn voor het naleven van de bepalingen in deze verordening met betrekking tot systemen voor het online verzamelen van gegevens.

(17)

Er dient een termijn te worden vastgesteld voor het verzamelen van steunbetuigingen voor een burgerinitiatief. Om ervoor te zorgen dat burgerinitiatieven relevant blijven en tegelijkertijd rekening te houden met het feit dat het niet eenvoudig is steunbetuigingen in de gehele Unie te verzamelen, dient deze termijn te worden vastgesteld op twaalf maanden na de registratie van het voorgestelde burgerinitiatief.

(18)

Indien voor een burgerinitiatief de nodige steunbetuigingen zijn verzameld, dient elke lidstaat verantwoordelijk te zijn voor de verificatie en certificatie van de steunbetuigingen van de uit die lidstaat afkomstige ondertekenaars. Gezien de noodzaak om de administratieve last voor de lidstaten te beperken, dienen deze de verificaties binnen de drie maanden vanaf ontvangst van het verzoek tot certificatie te verrichten aan de hand van controles die op steekproeven kunnen zijn gebaseerd en een verklaring uit te geven waarin wordt bekendgemaakt hoeveel geldige steunbetuigingen er zijn verzameld.

(19)

Organisatoren dienen ervoor te zorgen dat aan alle relevante voorwaarden van deze verordening is voldaan voordat zij een burgerinitiatief indienen bij de Commissie.

(20)

De Commissie dient een burgerinitiatief te behandelen en haar juridische en politieke conclusies over het initiatief afzonderlijk te formuleren. Ook dient zij binnen een periode van drie maanden aan te geven welke actie zij wil ondernemen. Om aan te tonen dat een burgerinitiatief gesteund wordt door ten minste één miljoen burgers van de Unie en dat de eventuele vervolgmaatregelen zorgvuldig zijn onderzocht, dient de Commissie op heldere, begrijpelijke en uitgebreide wijze de redenen toe te lichten voor de actie die zij al dan niet overweegt. Indien de Commissie een burgerinitiatief heeft ontvangen dat door het vereiste aantal ondertekenaars wordt gesteund en dat ook aan de andere voorwaarden van deze verordening voldoet, dienen de organisatoren het recht te hebben dat initiatief tijdens een openbare hoorzitting op het niveau van de Unie toe te lichten.

(21)

Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (4) is van toepassing op de verwerking van persoonsgegevens overeenkomstig deze verordening. Hierbij dient, ten behoeve van juridische zekerheid, te worden verduidelijkt dat de organisatoren van een burgerinitiatief en de bevoegde instanties van de lidstaten optreden als voor de verwerking verantwoordelijken in de zin van Richtlijn 95/46/EG; tevens dient te worden bepaald hoe lang de persoonsgegevens die voor het burgerinitiatief zijn verzameld, maximaal mogen worden bewaard. Als voor de verwerking verantwoordelijke dienen organisatoren alle maatregelen te nemen die nodig zijn om te voldoen aan de verplichtingen die voortvloeien uit Richtlijn 95/46/EG, in het bijzonder die betreffende de rechtmatigheid van de verwerking, de beveiliging van de verwerkingsactiviteiten, de informatieverstrekking aan de betrokkene en het recht van de betrokkene op toegang tot zijn persoonsgegevens en op correctie en uitwissing ervan.

(22)

De bepalingen van hoofdstuk III van Richtlijn 95/46/EG over beroep op de rechter, aansprakelijkheid en sancties zijn van toepassing op de gegevensverwerking in het kader van deze verordening. De organisatoren van burgerinitiatieven dienen overeenkomstig het toepasselijke nationaal recht aansprakelijk te zijn voor schade die zij veroorzaken. Daarnaast dienen de lidstaten erop toe te zien dat de organisatoren onderworpen zijn aan passende sancties voor overtredingen van deze verordening.

(23)

Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (5) is van toepassing op de verwerking van persoonsgegevens door de Commissie in het kader van de onderhavige verordening.

(24)

Met het oog op toekomstige aanpassingen dient de Commissie te worden gemachtigd om gedelegeerde handelingen vast te stellen in de zin van artikel 290 van het VWEU, teneinde de bijlagen bij deze verordening te kunnen wijzigen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij de voorbereiding passend overleg pleegt, onder meer met deskundigen.

(25)

De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (6).

(26)

Deze verordening eerbiedigt de grondrechten en de beginselen die zijn vervat in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, met name artikel 8, waarin is bepaald dat iedereen recht heeft op bescherming van de hem betreffende persoonsgegevens.

(27)

De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is geraadpleegd en heeft advies uitgebracht (7),

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp

Deze verordening stelt de procedures en voorwaarden vast voor het indienen van een burgerinitiatief zoals bedoeld in artikel 11 Verdrag betreffende de Europese Unie en artikel 24 VWEU.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1.   „burgerinitiatief”: een overeenkomstig deze verordening bij de Commissie ingediend initiatief waarin de Commissie wordt verzocht om binnen het kader van haar bevoegdheden een passend voorstel in te dienen met betrekking tot een aangelegenheid waarvan burgers vinden dat er een rechtshandeling van de Unie nodig is ter uitvoering van de Verdragen, en dat door ten minste een miljoen burgers van de Unie, afkomstig uit ten minste een vierde van de lidstaten, wordt gesteund;

2.   „ondertekenaars”: burgers van de Unie die een steunbetuigingsformulier voor een bepaald burgerinitiatief hebben ingevuld;

3.   „organisatoren”: de natuurlijke personen die een burgercomité vormen dat verantwoordelijk is voor de voorbereiding van een burgerinitiatief en voor de indiening ervan bij de Commissie.

Artikel 3

Vereisten voor de organisatoren en voor ondertekenaars

1.   De organisatoren moeten burgers van de Unie zijn die de kiesgerechtigde leeftijd voor de verkiezingen voor het Europees Parlement hebben bereikt.

2.   De organisatoren vormen een burgercomité van ten minste zeven personen die inwoners zijn van ten minste zeven verschillende lidstaten.

De organisatoren wijzen één vertegenwoordiger en één plaatsvervanger aan (de „contactpersonen”), die gedurende de hele procedure de functie van contactpersoon tussen het burgercomité en de instellingen van de Unie vervullen, en die gemachtigd zijn om namens het burgercomité te spreken en te handelen.

Organisatoren die lid zijn van het Europees Parlement worden niet meegeteld om het minimumaantal te bereiken dat nodig is om een burgercomité te vormen.

Voor het doel van het registreren van een voorgesteld burgerinitiatief in overeenstemming met artikel 4, houdt de Commissie uitsluitend rekening met de informatie betreffende de zeven leden van het comité die nodig zijn om aan de in het eerste lid van dit artikel en in dit lid bepaalde vereisten te voldoen.

3.   De Commissie kan de organisatoren verzoeken het nodige bewijs te leveren dat aan de in leden 1 en 2 bepaalde vereisten is voldaan.

4.   Ondertekenaars van een voorgesteld burgerinitiatief moeten burger van de Unie zijn en de kiesgerechtigde leeftijd voor de verkiezingen voor het Europees Parlement hebben bereikt.

Artikel 4

Registratie van een voorgesteld burgerinitiatief

1.   De organisatoren zijn verplicht om, voordat wordt begonnen met het verzamelen van steunbetuigingen, het voorgestelde burgerinitiatief te laten registreren bij de Commissie en daarbij de in bijlage II genoemde informatie te verstrekken, met name betreffende het onderwerp en de doelstellingen.

Deze informatie wordt verstrekt in een van de officiële talen van de Unie, in een online register dat voor dat doel beschikbaar wordt gesteld door de Commissie (hierna „het register” genoemd).

De organisatoren verstrekken voor het register en indien van toepassing op hun website regelmatig bijgewerkte informatie betreffende de steun en de financieringbronnen voor het voorgesteld burgerinitiatief.

Nadat de registratie is bevestigd in overeenstemming met lid 2 kunnen de organisatoren het voorgestelde burgerinitiatief in andere officiële talen van de Unie aanbieden voor opname in het register. De organisatoren zijn verantwoordelijk voor de vertalingen van het voorgestelde burgerinitiatief in andere officiële talen van de Unie.

De Commissie zorgt voor een contactpunt voor het verschaffen van informatie en assistentie.

2.   Ten laatste twee maanden na ontvangst van de in bijlage II bedoelde informatie registreert de Commissie een voorgesteld burgerinitiatief onder een uniek registratienummer en stuurt ze de organisatoren een bevestiging, op voorwaarde dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a)

het burgercomité is gevormd en de contactpersonen zijn aangewezen in overeenstemming met artikel 3, lid 2;

b)

het voorgesteld burgerinitiatief valt niet zichtbaar buiten het kader van de bevoegdheden van de Commissie om een voorstel in te dienen voor een rechtshandeling ter uitvoering van de Verdragen;

c)

het voorgesteld burgerinitiatief levert geen misbruik op en is niet lichtzinnig of ergerlijk, en

d)

het voorgesteld burgerinitiatief druist niet zichtbaar in tegen de in artikel 2 VEU vastgelegde waarden van de Unie.

3.   De Commissie weigert registratie indien niet is voldaan aan de in lid 2 bepaalde voorwaarden.

Wanneer de Commissie weigert een voorgesteld burgerinitiatief te registreren, stelt zij de organisatoren in kennis van de redenen daarvoor en van alle gerechtelijke en niet-gerechtelijke beroepsmogelijkheden die voor hen open staan.

4.   Een voorgesteld burgerinitiatief dat is geregistreerd, wordt openbaar gemaakt in het register. Onverminderd de rechten van betrokkenen krachtens Verordening (EG) nr. 45/2001, mogen betrokkenen na het verstrijken van een periode van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van registratie van een burgerinitiatief, vragen om verwijdering van hun persoonsgegevens uit het register.

5.   De organisatoren kunnen op enig moment vóór de indiening van de steunbetuigingen zoals bedoeld in artikel 8 het voorgestelde geregistreerde burgerinitiatief intrekken. In dat geval wordt de intrekking vermeld in het register.

Artikel 5

Procedures en voorwaarden voor het verzamelen van steunbetuigingen

1.   De organisatoren zijn verantwoordelijk voor het verzamelen van de steunbetuigingen voor een voorgesteld burgerinitiatief dat is geregistreerd overeenkomstig artikel 4.

Het verzamelen van steunbetuigingen gebeurt uitsluitend aan de hand van steunbetuigingsformulieren die beantwoorden aan de in bijlage III opgenomen modellen en die gesteld zijn in een van de taalversies in het register voor dat voorgesteld burgerinitiatief. Voordat wordt begonnen met het verzamelen van steunbetuigingen, vullen de organisatoren de formulieren in volgens de in bijlage III vermelde aanwijzingen. De informatie op het formulier dient overeen te komen met de informatie in het register.

2.   De organisatoren kunnen zowel papieren als elektronische steunbetuigingen verzamelen. In het geval van online steunbetuigingen is artikel 6 van toepassing.

Voor de toepassing van deze verordening worden steunbetuigingen die elektronisch ondertekend zijn met behulp van een geavanceerde elektronische handtekening, in de zin van Richtlijn 1999/93/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 1999 betreffende een gemeenschappelijk kader voor elektronische handtekeningen (8), op dezelfde manier behandeld als papieren steunbetuigingen.

3.   Ondertekenaars moeten een door de organisatoren verstrekte steunbetuiging invullen. Zij vermelden uitsluitend de persoonsgegevens die vereist zijn voor de doelstellingen van verificatie door de lidstaten, zoals bedoeld in bijlage III.

Ondertekenaars mogen een bepaald voorgesteld initiatief slechts een keer steunen.

4.   De lidstaten stellen de Commissie in kennis van eventuele wijzigingen van de informatie in bijlage III. Op basis van deze wijzigingen kan de Commissie, via een gedelegeerde handeling, overeenkomstig artikel 17 en onder de in de artikelen 18 en 19 gestelde voorwaarden, wijzigingen van bijlage III aannemen.

5.   Alle steunbetuigingen worden verzameld binnen twaalf maanden na de datum van registratie van het voorgestelde burgerinitiatief.

Aan het eind van deze periode wordt in het register aangegeven dat de periode is verlopen en, waar nodig, dat onvoldoende steunbetuigingen zijn ingediend.

Artikel 6

Systemen voor het online verzamelen van steunbetuigingen

1.   Wanneer steunbetuigingen online worden verzameld, worden de gegevens die via het onlinesysteem worden verzameld, opgeslagen op het grondgebied van een lidstaat.

Het onlinesysteem wordt overeenkomstig lid 3 gecertificeerd in de lidstaat waar de middels het onlinesysteem verzamelde gegevens worden opgeslagen. De organisatoren kunnen één onlinesysteem gebruiken voor het verzamelen van steunbetuigingen in meerdere of alle lidstaten.

De modellen voor het steunbetuigingsformulier kunnen worden aangepast voor gebruik online.

2.   De organisatoren zien erop toe dat het voor het verzamelen van steunbetuigingen gebruikte onlinesysteem voldoet aan lid 4.

Voordat de organisatoren beginnen met het verzamelen van steunbetuigingen, verzoeken zij de bevoegde instantie van de betrokken lidstaat erop toe te zien dat het onlinesysteem dat daarvoor wordt gebruikt, aan lid 4 voldoet.

De organisatoren mogen slechts beginnen met het verzamelen van steunbetuigingen middels het onlinesysteem als het in lid 3 bedoelde certificaat is afgeleverd. De organisatoren zorgen ervoor dat een kopie van dit certificaat publiek toegankelijk is op de voor het onlinesysteem gebruikte website.

Uiterlijk 1 januari 2012 ontwikkelt de Commissie open source-software met de technische en veiligheidskenmerken die nodig zijn voor het naleven van de bepalingen van deze verordening met betrekking tot het online verzamelsysteem, en daarna onderhoudt ze deze software. De software wordt gratis ter beschikking gesteld.

3.   Wanneer het systeem voldoet aan lid 4, geeft de bevoegde instantie binnen een maand een certificaat af volgens het model dat is opgenomen in bijlage IV.

De lidstaten erkennen de certificaten die worden afgegeven door de bevoegde instanties van andere lidstaten.

4.   De beveiliging en de technische kenmerken van de onlinesystemen voor het verzamelen van steunbetuigingen zijn van dien aard dat:

a)

alleen natuurlijke personen online een steunbetuiging kunnen indienen;

b)

de online verstrekte gegevens veilig worden verzameld en opgeslagen, zodat ze niet kunnen worden gewijzigd of worden gebruikt voor een ander doel dan voor het steunen van het burgerinitiatief waarvoor ze werden verstrekt, en zodat de persoonsgegevens worden beschermd tegen vernietiging, hetzij per ongeluk, hetzij onrechtmatig, tegen verlies, vervalsing, niet-toegelaten verspreiding of toegang;

c)

het systeem formulieren voor steunbetuigingen kan produceren in een vorm die beantwoordt aan de modellen die zijn opgenomen in bijlage III, teneinde verificatie door de lidstaten overeenkomstig artikel 8, lid 2, mogelijk te maken.

5.   Uiterlijk 1 januari 2012 stelt de Commissie overeenkomstig de in artikel 20, lid 2, bedoelde regelgevingsprocedure, technische specificaties vast voor de tenuitvoerlegging van lid 4.

Artikel 7

Minimumaantal ondertekenaars per lidstaat

1.   De ondertekenaars van een burgerinitiatief moeten afkomstig zijn uit ten minste een vierde van de lidstaten.

2.   In ten minste een vierde van de lidstaten moet het aantal ondertekenaars ten minste het op het moment van registratie van het voorgestelde burgerinitiatief in bijlage I vastgestelde minimumaantal burgers bedragen. Deze minimumaantallen komen overeen met het aantal in elke lidstaat gekozen leden van het Europees Parlement, vermenigvuldigd met 750.

3.   De Commissie past, middels gedelegeerde handelingen, in overeenstemming met artikel 17 en met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in de artikelen 18 en 19, bijlage I op passende wijze aan indien de samenstelling van het Europees Parlement wordt gewijzigd.

4.   Ondertekenaars worden beschouwd als afkomstig uit de lidstaat die verantwoordelijk is voor de verificatie van hun steunbetuiging, overeenkomstig artikel 8, lid 1, tweede alinea.

Artikel 8

Verificatie en certificering van steunbetuigingen door de lidstaten

1.   Nadat de nodige steunbetuigingen zijn verzameld overeenkomstig de artikelen 5 en 7, dienen de organisatoren voor de verificatie en certificering van de steunbetuigingen deze in papieren of elektronische vorm in bij de bevoegde instanties als bedoeld in artikel 15. Hiervoor maken de organisatoren gebruik van het formulier in bijlage V en scheiden zij de papieren steunbetuigingen van de steunbetuigingen die elektronisch ondertekend zijn met een geavanceerde elektronische handtekening, en van de steunbetuigingen die middels een onlinesysteem zijn verzameld.

De organisatoren dienen de steunbetuigingen als volgt in bij de betrokken lidstaat:

a)

bij de lidstaat van verblijf van de ondertekenaar of waarvan de ondertekenaar de nationaliteit bezit, zoals bedoeld in punt 1 van bijlage III, deel C, of

b)

bij de lidstaat die het in de steunbetuiging vermelde persoonlijke identificatienummer of het persoonlijke identificatiedocument heeft verstrekt, zoals bedoeld in punt 2 van bijlage III, deel C.

2.   Binnen de drie maanden na ontvangst van het verzoek verifieert de bevoegde instantie de ingediende steunbetuigingen aan de hand van representatieve steekproeven, in voorkomend geval overeenkomstig de nationale wetten en praktijken. Op basis daarvan verstrekt zij de organisatoren een certificaat volgens het model van bijlage VI, waarin het aantal geldige steunbetuigingen voor de betrokken lidstaat staat vermeld.

Voor de verificatie van de steunbetuigingen is geen authentificatie van de handtekeningen vereist.

3.   Het in lid 2 bedoelde certificaat wordt kosteloos verstrekt.

Artikel 9

Indiening van een burgerinitiatief bij de Commissie

Nadat de organisatoren de in artikel 8, lid 2, bedoelde certificaten hebben verkregen, en mits aan alle in deze verordening gestelde procedures en voorwaarden is voldaan, kunnen zij het burgerinitiatief indienen bij de Commissie, vergezeld van informatie betreffende de steun en de financiering die zij voor dat initiatief hebben gekregen. Die informatie wordt in het register bekendgemaakt.

Het bedrag aan steun en financiering uit enige bron dat boven het bedrag ligt bij overschrijding waarvan informatie moet worden verstrekt, is gelijk aan de som zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 2004/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 4 november 2003 betreffende het statuut en de financiering van politieke partijen op Europees niveau (9).

Voor de toepassing van dit artikel maken de organisatoren gebruik van het formulier in bijlage VII, dat hij ingevuld en samen met een papieren of elektronische kopie van de in artikel 8, lid 2, bedoelde certificaten indient.

Artikel 10

Procedure voor de behandeling van een burgerinitiatief door de Commissie

1.   Wanneer de Commissie een burgerinitiatief ontvangt overeenkomstig artikel 9, doet zij het volgende:

a)

zij publiceert het burgerinitiatief onverwijld in het register;

b)

zij ontvangt de organisatoren op een passend niveau om hen de gelegenheid te bieden de in het burgerinitiatief aan de orde gestelde kwestie in detail uiteen te zetten;

c)

zij deelt binnen drie maanden in een mededeling haar juridische en politieke conclusies over het burgerinitiatief mee, waarbij zij tevens vermeldt welke maatregelen zij eventueel gaat nemen, en waarom zij deze maatregelen (niet) neemt.

2.   De organisatoren, het Europees Parlement en de Raad worden in kennis gesteld van de in lid 1, punt c), bedoelde mededeling, die eveneens wordt gepubliceerd.

Artikel 11

Hoorzitting

Wanneer aan de voorwaarden van artikel 10, lid 1, onder a) en b), wordt voldaan, worden de organisatoren, binnen de in artikel 10, lid 1, onder c), vermelde termijn, in de gelegenheid gesteld het burgerinitiatief tijdens een openbare hoorzitting toe te lichten. De Commissie en het Europees Parlement zorgen ervoor dat deze hoorzitting in het Europees Parlement wordt georganiseerd, eventueel in samenwerking met andere instellingen en organen van de Unie die hieraan wensen deel te nemen, en zien erop toe dat de Commissie op passend niveau wordt vertegenwoordigd.

Artikel 12

Bescherming van persoonsgegevens

1.   Bij de verwerking van persoonsgegevens in het kader van deze verordening eerbiedigen de organisatoren van een burgerinitiatief en de bevoegde instanties van de lidstaten Richtlijn 95/46/EG en de nationale bepalingen die ter uitvoering daarvan zijn vastgesteld.

2.   Wat de verwerking van de persoonsgegevens betreft, worden de organisatoren van een burgerinitiatief en de overeenkomstig artikel 15, lid 2, aangewezen bevoegde instanties beschouwd als voor de verwerking verantwoordelijke in de zin van artikel 2, punt d), van Richtlijn 95/46/EG.

3.   De organisatoren zorgen ervoor dat de voor een bepaald burgerinitiatief verzamelde persoonsgegevens niet voor andere doeleinden worden gebruikt dan de ondersteuning van dit initiatief, en vernietigen alle steunbetuigingen die zij voor dit initiatief hebben ontvangen, alsmede alle kopieën daarvan, uiterlijk een maand nadat zij het initiatief bij de Commissie hebben ingediend overeenkomstig artikel 9, of uiterlijk 18 maanden na de datum van registratie van een voorgesteld burgerinitiatief, afhankelijk van het feit welke van de twee het eerst valt.

4.   De bevoegde instantie gebruikt de persoonsgegevens die zij voor een bepaald burgerinitiatief ontvangt alleen voor de verificatie van de steunbetuigingen overeenkomstig artikel 8, lid 2, en vernietigt alle steunbetuigingen en alle kopieën daarvan uiterlijk een maand nadat het in dat artikel bedoelde certificaat is verstrekt.

5.   Steunbetuigingen voor een bepaald burgerinitiatief en kopieën daarvan mogen na de in de leden 3 en 4 vermelde termijnen worden bewaard indien zulks noodzakelijk is voor juridische of administratieve procedures in verband met een burgerinitiatief. De organisatoren en de bevoegde autoriteiten vernietigen alle steunbetuigingen en kopieën daarvan uiterlijk een week na afronding van de bedoelde procedures middels een definitief besluit.

6.   De organisatoren nemen passende technische en organisatorische maatregelen om persoonsgegevens te beveiligen tegen vernietiging, hetzij per ongeluk, hetzij onrechtmatig, tegen verlies, vervalsing, niet-toegelaten verspreiding of toegang, met name wanneer de verwerking doorzending van gegevens in een netwerk omvat, dan wel tegen enige andere vorm van onwettige verwerking.

Artikel 13

Aansprakelijkheid

De organisatoren van burgerinitiatieven zijn overeenkomstig het toepasselijke nationale recht aansprakelijk voor elke schade die zij daarbij veroorzaken.

Artikel 14

Sancties

1.   De lidstaten zorgen ervoor dat organisatoren onderworpen zijn aan passende sancties voor overtredingen van deze verordening, en met name voor:

a)

valse verklaringen van organisatoren;

b)

frauduleus gebruik van de gegevens.

2.   De in lid 1 bedoelde sancties zijn doeltreffend, evenredig en afschrikkend.

Artikel 15

Bevoegde instanties van de lidstaten

1.   Met het oog op de tenuitvoerlegging van artikel 6, lid 3, wijzen de lidstaten instanties aan die bevoegd zijn voor het afgeven van het in die bepaling bedoelde certificaat.

2.   Met het oog op de tenuitvoerlegging van artikel 8, lid 2, wijst elke lidstaat één instantie aan die bevoegd is voor het coördineren van de verificatie van de steunbetuigingen en voor het afgeven van het in die bepaling bedoelde certificaat.

3.   Uiterlijk 1 maart 2012 van deze verordening verstrekken de lidstaten de namen en adressen van de bevoegde instanties aan de Commissie.

4.   De Commissie maakt de lijst van bevoegde instanties openbaar.

Artikel 16

Wijziging van de bijlagen

De Commissie kan door middel van gedelegeerde handelingen overeenkomstig artikel 17 en met inachtneming van de voorwaarden van de artikelen 18 en 19, wijzigingen van de bijlagen bij deze verordening vaststellen, binnen het toepassingsgebied van de relevante bepalingen van deze verordening.

Artikel 17

Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

1.   De bevoegdheid tot vaststelling van de gedelegeerde handelingen bedoeld in artikel 16 wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

2.   Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.

3.   De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt de Commissie verleend onder de in de artikelen 18 en 19 gestelde voorwaarden.

Artikel 18

Intrekking van de bevoegdheidsdelegatie

1.   De bij artikel 16 verleende bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken.

2.   De instelling die een interne procedure is begonnen om te besluiten of zij de bevoegdheidsdelegatie wenst in te trekken, brengt de andere instelling en de Commissie hiervan binnen een redelijke termijn voordat een definitief besluit wordt genomen, op de hoogte en geeft daarbij aan welke gedelegeerde bevoegdheden mogelijk worden ingetrokken en waarom.

3.   Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheden die in het besluit worden vermeld. Het besluit treedt onmiddellijk in werking of op een latere datum die in het besluit wordt vermeld. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 19

Bezwaar tegen gedelegeerde handelingen

1.   Het Europees Parlement of de Raad kan tegen de gedelegeerde handeling bezwaar maken binnen een termijn van twee maanden na de datum van kennisgeving. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze periode met twee maanden worden verlengd.

2.   Indien bij het verstrijken van de in lid 1 bedoelde termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, wordt deze bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum.

Indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie hebben meegedeeld dat zij voornemens zijn geen bezwaar aan te tekenen, kan de gedelegeerde handeling vóór het verstrijken van de termijn worden gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden.

3.   Indien het Europees Parlement of de Raad bezwaar maakt tegen een gedelegeerde handeling binnen de in lid 1 bedoelde termijn, treedt deze niet in werking. De instelling die bezwaar aantekent tegen de gedelegeerde handeling geeft aan waarom zij dit doet.

Artikel 20

Comité

1.   Bij de tenuitvoerlegging van artikel 6, lid 5, wordt de Commissie bijgestaan door een comité.

2.   Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.

De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op drie maanden.

Artikel 21

Mededeling van nationale uitvoeringsbepalingen

Iedere lidstaat deelt de Commissie mee welke specifieke bepalingen er zijn vastgesteld ter uitvoering van deze verordening.

De Commissie stelt de andere lidstaten daarvan in kennis.

Artikel 22

Evaluatie

Uiterlijk 1 april 2015, en daarna om de drie jaar, legt de Commissie het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de toepassing van deze verordening.

Artikel 23

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing vanaf 1 april 2012.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 16 februari 2011.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

J. BUZEK

Voor de Raad

De voorzitter

MARTONYI J.


(1)  PB C 44 van 11.2.2011, blz. 182.

(2)  PB C 267 van 1.10.2010, blz. 57.

(3)  Standpunt van het Europees Parlement van 15 december 2010 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 14 februari 2011.

(4)  PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31.

(5)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

(6)  PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.

(7)  PB C 323 van 30.11.2010, blz. 1.

(8)  PB L 13 van 19.1.2000, blz. 12.

(9)  PB L 297 van 15.11.2003, blz. 1.


BIJLAGE I

MINIMUMAANTAL ONDERTEKENAARS PER LIDSTAAT

België

16 500

Bulgarije

12 750

Tsjechië

16 500

Denemarken

9 750

Duitsland

74 250

Estland

4 500

Ierland

9 000

Griekenland

16 500

Spanje

37 500

Frankrijk

54 000

Italië

54 000

Cyprus

4 500

Letland

6 000

Litouwen

9 000

Luxemburg

4 500

Hongarije

16 500

Malta

3 750

Nederland

18 750

Oostenrijk

12 750

Polen

37 500

Portugal

16 500

Roemenië

24 750

Slovenië

5 250

Slowakije

9 750

Finland

9 750

Zweden

13 500

Verenigd Koninkrijk

54 000


BIJLAGE II

INFORMATIE DIE MOET WORDEN VERSTREKT VOOR DE REGISTRATIE VAN EEN VOORGESTELD BURGERINITIATIEF

De volgende informatie moet worden verstrekt om een voorgesteld burgerinitiatief te laten registreren in het onlineregister van de Commissie:

1.

de titel van het voorgestelde burgerinitiatief, in maximaal 100 karakters;

2.

het onderwerp, in maximaal 200 karakters;

3.

een beschrijving van de doelstellingen van het voorgestelde burgerinitiatief waarop de Commissie wordt verzocht te reageren, in maximaal 500 karakters;

4.

de bepalingen in de Verdragen die door de organisatoren relevant worden geacht voor de voorgestelde maatregel;

5.

naam, adres en e-mailadres, nationaliteit en geboortedatum van de zeven leden van het burgercomité, met een specifieke vermelding van de vertegenwoordiger en de plaatsvervanger (1);

6.

Alle bronnen waaruit steun en financiering voor het voorgestelde burgerinitiatief afkomstig zijn ten tijde van de registratie (1).

Organisatoren kunnen nadere informatie over het onderwerp, de doelstellingen en de achtergrond van het voorgestelde burgerinitiatief verstrekken in een bijlage. Indien gewenst, kunnen zij ook een ontwerp van rechtshandeling indienen.


(1)  Privacyverklaring: overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, worden betrokkenen op de hoogte gesteld van het feit dat deze persoonsgegevens door de Commissie worden verzameld voor de procedure van het burgerinitiatief. Alleen de volledige naam van de organisatoren, het e-mailadres van de contactpersonen en informatie met betrekking tot de bronnen van steun en financiering worden in het onlineregister van de Commissie openbaar gemaakt voor het publiek. Betrokkenen mogen na het verstrijken van een periode van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van registratie van een burgerinitiatief, op basis van zwaarwegende legitieme gronden die met hun specifieke situatie verband houden, bezwaar aantekenen tegen de openbaarmaking van hun persoonsgegevens, en te allen tijde vragen om rectificatie van die gegevens en om verwijdering van hun persoonsgegevens uit het onlineregister van de Commissie.


BIJLAGE III

Image

Image

Image

Image

DEEL C

1.

Lijst van lidstaten die niet vereisen dat een persoonlijk identificatienummer/persoonlijk identificatiedocument (steunbetuigingsformulier — deel A) wordt verstrekt:

Lidstaat

Ondertekenaars wier steunbetuiging bij de betrokken lidstaat wordt ingediend

België

personen die in België verblijven

Belgische onderdanen die buiten het land verblijven indien ze de nationale instanties van hun verblijfplaats op de hoogte hebben gesteld

Denemarken

personen die in Denemarken verblijven

Deense onderdanen die buiten het land verblijven indien ze de nationale instanties van hun verblijfplaats op de hoogte hebben gesteld

Duitsland

personen die in Duitsland verblijven

Duitse onderdanen die buiten het land verblijven indien ze de nationale instanties van hun verblijfplaats op de hoogte hebben gesteld

Estland

personen die in Estland verblijven

Estse onderdanen die buiten het land verblijven

Ierland

personen die in Ierland verblijven

Nederland

personen die in Nederland verblijven

Slowakije

personen die in Slowakije verblijven

Slowaakse onderdanen die buiten het land verblijven

Finland

personen die in Finland verblijven

Finse onderdanen die buiten het land verblijven

Verenigd Koninkrijk

personen die in het Verenigd Koninkrijk verblijven

2.

Lijst van lidstaten die vereisen dat op het steunbetuigingsformulier — deel B één van de persoonlijke identificatienummers/persoonlijke identificatiedocumentnummers, zoals hieronder vermeld, wordt verstrekt:

 

BULGARIJE

Единен граждански номер (persoonlijk identificatienummer)

 

TSJECHIË

Občanský průkaz (nationale identiteitskaart)

Cestovní pas (paspoort)

 

GRIEKENLAND

Δελτίο Αστυνομικής Ταυτότητας (identiteitskaart)

Διαβατήριο (paspoort)

Βεβαίωση Εγγραφής Πολιτών Ε.Ε./Έγγραφο πιστοποίησης μόνιμης διαμονής πολίτη Ε.Ε. (verblijfsvergunning/permanente verblijfsvergunning)

 

SPANJE

Documento Nacional de Identidad (identiteitskaart)

Pasaporte (paspoort)

 

FRANKRIJK

Passeport (paspoort)

Carte nationale d’identité (nationale identiteitskaart)

Titre de séjour (verblijfstitel)

Permis de conduire (rijbewijs)

Autre (andere):

Carte d’identité de parlementaire avec photographie, délivrée par le président d’une assemblée parlementaire (parlementaire identiteitskaart met foto, afgegeven door de voorzitter van een parlementaire assemblee);

Carte d’identité d’élu local avec photographie, délivrée par le représentant de l’Etat (identiteitskaart van een plaatselijk verkozene met foto, afgegeven door de vertegenwoordiger van de staat);

Carte du combattant de couleur chamois ou tricolore (oudstrijderskaart, bleekgeel of met de nationale kleuren);

Carte d’invalidité civile ou militaire avec photographie (invalidenkaart voor burgers of militairen, met foto);

Carte d’identité de fonctionnaire de l’Etat avec photographie (identiteitskaart van overheidsambtenaar, met foto);

Carte d’identité ou carte de circulation avec photographie, délivrée par les autorités militaires (identiteits- of dienstkaart met foto, afgegeven door de militaire autoriteiten);

Permis de chasser avec photographie, délivré par le représentant de l’Etat (jachtvergunning met foto, afgegeven door de vertegenwoordiger van de staat);

Livret ou carnet de circulation, délivré par le préfet en application de la loi no 69-3 du 3 janvier 1969 (dienstbewijs of dienstkaart, afgegeven door de prefect op grond van Wet 69-3 van 3 januari 1969);

Récépissé valant justification de l’identité, délivré en échange des pièces d’identité en cas de contrôle judiciaire, en application du neuvième alinéa (7o) de l’article 138 du code de procédure pénale (ontvangstbewijs ter staving van de identiteit, afgegeven ter vervanging van de identiteitsbewijzen in geval van rechterlijk toezicht, op grond van artikel 138, lid 7, van het wetboek van strafvordering);

Attestation de dépôt d’une demande de carte nationale d’identité ou de passeport, délivrée depuis moins de trois mois par une commune et comportant une photographie d’identité du demandeur authentifiée par un cachet de la commune (bewijs van indiening van een aanvraag voor een nationale identiteitskaart of paspoort, minder dan drie maanden oud en afgegeven door een gemeente, met een foto van de aanvrager die door een gemeentestempel is gewaarmerkt)

 

ITALIË

Passaporto, inclusa l’indicazione dell’autorità di rilascio (paspoort, met vermelding van de autoriteit van afgifte)

Carta de identitá, inclusa l’indicazione dell’autorità di rilascio (identiteitskaart, met vermelding van de autoriteit van afgifte)

 

CYPRUS

Δελτίο Ταυτότητας (identiteitskaart van onderdaan of ingezetene)

Διαβατήριο (paspoort)

 

LETLAND

Personas kods (persoonlijk identificatienummer)

 

LITOUWEN

Asmens kodas (persoonlijk identificatienummer)

 

LUXEMBURG

Numéro d’identification national (numéro inscrit sur la carte d’identification de la Sécurité sociale) (nationaal identificatienummer vermeld op de socialezekerheidskaart)

 

HONGARIJE

személyazonosító igazolvány (identiteitskaart)

útlevél (paspoort)

személyi azonosító szám (személyi szám) (persoonlijk identificatienummer)

 

MALTA

Karta tal-Identità (identiteitskaart)

 

OOSTENRIJK

Reisepass (paspoort)

Personalausweis (identiteitskaart)

 

POLEN

Numer ewidencyjny PESEL (PESEL-identificatienummer)

 

PORTUGAL

Bilhete de identidade (identiteitskaart)

Passaporte (paspoort)

Cartão de Cidadão (burgerbewijs)

 

ROEMENIË

carte de identitate (identiteitskaart)

pasaport (paspoort)

certificat de inregistrare (registratiebewijs)

cartea de rezidenta permanenta pentru cetatenii UE (permanente verblijfsvergunning voor EU-burgers)

Cod Numeric Personal (persoonlijk identificatienummer)

 

SLOVENIË

Osebna izkaznica (identiteitskaart)

Potni list (paspoort)

 

ZWEDEN

Personnummer (persoonlijk identificatienummer) vermeld op de identiteitskaart

Personnummer (persoonlijk identificatienummer) vermeld in paspoort.


BIJLAGE IV

CERTIFICAAT TER BEVESTIGING VAN HET FEIT DAT HET SYSTEEM VOOR HET ONLINE VERZAMELEN VAN STEUNBETUIGINGEN IN OVEREENSTEMMING IS MET VERORDENING (EU) Nr. 211/2011 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN 16 FEBRUARI 2011 BETREFFENDE HET BURGERINITIATIEF

… (naam van de bevoegde instantie) van … (lidstaat) verklaart hierbij dat het systeem voor het online verzamelen van steunbetuigingen … (internetadres) dat is gebruikt voor het verzamelen van steunbetuigingen voor … (titel van het voorgestelde burgerinitiatief) voldoet aan de desbetreffende bepalingen van Verordening (EU) nr. 211/2011.

Datum, handtekening en officiële stempel van de bevoegde instantie:


BIJLAGE V

FORMULIER VOOR HET INDIENEN VAN STEUNBETUIGINGEN BIJ DE BEVOEGDE NATIONALE INSTANTIE

1.

Volledige naam, adres en e-mailadres van de contactpersonen:

2.

Titel van het voorgestelde burgerinitiatief:

3.

Registratienummer van de Commissie:

4.

Registratiedatum:

5.

Aantal ondertekenaars afkomstig uit lidstaat:

6.

Bijlagen:

(Voeg alle steunbetuigingen bij van ondertekenaars voor verificatie door de betrokken lidstaat.

Voeg, indien van toepassing, ook het certificaat/de certificaten bij waarin wordt bevestigd dat het systeem voor het online verzamelen van steunbetuigingen in overeenstemming is met Verordening (EU) nr. 211/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 betreffende het burgerinitiatief)

7.

Datum en handtekening van de contactpersonen:


BIJLAGE VI

CERTIFICAAT BETREFFENDE HET AANTAL GELDIGE STEUNBETUIGINGEN VOOR … (LIDSTAAT)

… (naam van de bevoegde instantie) van … (lidstaat), verklaart hierbij, na de bij artikel 8 van Verordening (EU) nr. 211/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 betreffende het burgerinitiatief vereiste verificaties te hebben verricht, dat … steunbetuigingen voor het voorgestelde burgerinitiatief met registratienummer … geldig zijn volgens de bepalingen van genoemde verordening.

Datum, handtekening en officiëel stempel van de bevoegde instantie:


BIJLAGE VII

FORMULIER VOOR HET INDIENEN VAN EEN BURGERINITIATIEF BIJ DE COMMISSIE

1.

Titel van het burgerinitiatief:

2.

Registratienummer van de Commissie:

3.

Registratiedatum:

4.

Aantal ontvangen geldige steunbetuigingen (moet ten minste 1 miljoen zijn):

5.

Aantal gecertificeerde ondertekenaars per lidstaat:

 

BE

BG

CZ

DK

DE

EE

IE

EL

ES

FR

IT

CY

LV

LT

LU

Aantal ondertekenaars

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

HU

MT

NL

AT

PL

PT

RO

SI

SK

FI

SE

UK

TOTAAL

Aantal ondertekenaars

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

6.

Volledige naam, adres en e-mailadres van de contactpersonen (1):

7.

Vermeld alle bronnen waaruit steun en financiering voor het initiatief afkomstig zijn, met inbegrip van de hoeveelheid financiële steun ten tijde van de indiening (1):

8.

Hierbij verklaren wij dat de gegevens op dit formulier juist zijn.

Datum en handtekening van de contactpersonen:

9.

Bijlagen:

(Alle certificaten bijvoegen a.u.b.)


(1)  Privacyverklaring: overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, worden betrokkenen op de hoogte gesteld van het feit dat deze persoonsgegevens door de Commissie worden verzameld voor de procedure met betrekking tot het burgerinitiatief. Alleen de volledige naam van de organisatoren, het e-mailadres van de contactpersonen en informatie met betrekking tot de bronnen van steun en financiering worden in het onlineregister van de Commissie openbaar gemaakt voor het publiek. Betrokkenen mogen na het verstrijken van een periode van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van registratie van een burgerinitiatief, op basis van zwaarwegende legitieme gronden die met hun specifieke situatie verband houden, bezwaar aantekenen tegen de openbaarmaking van hun persoonsgegevens, en te allen tijde vragen om rectificatie van die gegevens en om verwijdering van hun persoonsgegevens uit het onlineregister van de Commissie.