32003R0405

Verordening (EG) nr. 405/2003 van de Raad van 27 februari 2003 betreffende het communautaire toezicht op de invoer van steenkool van oorsprong uit derde landen (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 062 van 06/03/2003 blz. 0001 - 0003


Verordening (EG) nr. 405/2003 van de Raad

van 27 februari 2003

betreffende het communautaire toezicht op de invoer van steenkool van oorsprong uit derde landen

(Voor de EER relevante tekst)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 284,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Gemeenschap is voor haar primaire energiebehoeften steeds afhankelijker geworden van externe leveringen. Volgens het op 29 november 2000 door de Commissie goedgekeurde Groenboek "Op weg naar een Europese strategie voor een continue energievoorziening", wordt momenteel 50 % van de energiebehoeften van de Gemeenschap gedekt door invoer, en zal het aandeel van ingevoerde energie bij een voortzetting van de huidige ontwikkeling in 2030 bijna 70 % bedragen.

(2) De diversifiëring van leveranciers en energiebronnen is een belangrijke factor in de continuïteit van de energievoorziening. Het is daarom van belang dat de Gemeenschap beschikt over een systeem voor toezicht op de invoer van steenkool van oorsprong uit derde landen.

(3) Het EGKS-Verdrag en de maatregelen die voor de toepassing daarvan zijn genomen, met name Besluit 77/707/EGKS van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, in het kader van de Raad bijeen, van 7 november 1977, betreffende een communautair toezicht op de invoer van steenkool van oorsprong uit derde landen(1), zijn op 23 juli 2002 afgelopen.

(4) Beschikking nr. 341/94/EGKS van de Commissie van 8 februari 1994 houdende toepassing van Beschikking nr. 3632/93/EGKS tot vaststelling van een communautaire regeling voor de steunmaatregelen van de lidstaten ten behoeve van de kolenindustrie(2), die de Commissie de mogelijkheid biedt de prijs van voor de bevoorrading van hoogovens bestemde steenkool uit derde landen vast te stellen en in dat verband informatie te verzamelen betreffende de aankopen van steenkool, cokeskolen en cokes uit derde landen, is eveneens op 23 juli 2002 afgelopen.

(5) De gegevens over de richtprijzen van voor de elektriciteitsproductie bestemde steenkool uit derde landen en voor de ijzer- en staalindustrie bestemde steenkool zijn noodzakelijk voor een goede werking van de interne markt en met name voor de controle op de aan de communautaire kolensector toegekende staatssteun.

(6) Het is derhalve wenselijk dat een procedure wordt ingesteld voor informatie en overleg over de kosten van de externe steenkoolvoorziening en de richtprijzen van ingevoerde steenkool die bestemd is voor de elektriciteitsproductie en steenkool die bestemd is voor de ijzer- en staalindustrie.

(7) Deze procedure vergt regelmatige kennisneming van door de lidstaten verstrekte informatie, in geaggregeerde vorm, over de kosten van de externe steenkoolvoorziening en de prijzen van steenkool uit derde landen die bestemd is voor de elektriciteitsproductie en de ijzer- en staalindustrie. De ingewonnen informatie moet een vergelijking mogelijk maken van de ontwikkeling van de kosten en de prijzen bij invoer van steenkool die in de Gemeenschap gelden.

(8) De huidige praktijk, waarbij de lidstaten de prijzen van steenkool uit derde landen aan de Commissie meedelen, zou moeten blijven bestaan. Voor het verzamelen van gegevens kunnen de lidstaten hun huidige systemen handhaven of nieuwe procedures invoeren.

(9) De ingewonnen informatie en de resultaten van de door de Commissie verrichte analyses dienen met het oog op de transparantie van de markt op communautair niveau bekend te worden gemaakt, evenwel op zodanige wijze dat er niets uit kan worden afgeleid over afzonderlijke steenkoolimporten of ondernemingen, en daarbij moet overleg plaatsvinden tussen de lidstaten en de Commissie.

(10) De Commissie moet nadere informatie van de betrokken lidstaat kunnen verkrijgen, indien zij onregelmatigheden of tegenstrijdigheden in de haar meegedeelde cijfers vaststelt.

(11) Teneinde richting te geven aan het optreden van alle belanghebbenden, in het kader van de taken die aan de Gemeenschap zijn opgedragen, en teneinde binnen de door het Verdrag gegeven voorwaarden haar eigen optreden vast te stellen, voert de Commissie een permanent onderzoek uit naar de ontwikkeling van de markt voor vaste brandstoffen en naar de prijsontwikkelingen.

(12) De Commissie dient de studies en de overeenkomstig deze verordening verzamelde informatie bekend te maken, evenwel op zodanige wijze dat daaruit niets kan worden afgeleid over afzonderlijke steenkoolimporten of ondernemingen. Zij moet de regelingen voor de verstrekking van die informatie vermelden.

(13) Deze verordening behoort met terugwerkende kracht te worden toegepast vanaf het verstrijken van het EGKS-Verdrag, zodat de bepalingen ervan ten volle hun nut kunnen afwerpen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bij deze verordening wordt een systeem voor toezicht op de invoer van steenkool van oorsprong uit derde landen ingesteld.

Artikel 2

De lidstaten verstrekken de Commissie informatie over de invoer van steenkool en de prijs bij invoer van steenkoolproducten die bestemd zijn voor de elektriciteitsproductie en voor gebruik in de ijzer- en staalindustrie van de Gemeenschap.

Deze informatie wordt verkregen door samenvoeging van de overeenkomstig artikel 4 ontvangen gegevens en zij wordt zodanig gepresenteerd dat een zo getrouw mogelijk beeld van de steenkoolmarkt van de Gemeenschap wordt gegeven.

Artikel 3

In deze verordening wordt verstaan onder:

a) "invoer van steenkool": elke zending steenkoolproducten van oorsprong uit derde landen die het douanegebied van de Gemeenschap voor andere doeleinden dan doorvoer binnenkomt en bestemd is voor de elektriciteitsproductie of de bevoorrading van de cokesovens van een lidstaat;

b) "prijs bij invoer": de prijs franco-grens van steenkoolproducten die het douanegebied van de Gemeenschap binnenkomen, per ton steenkoolequivalent (tse) voor steenkool die bestemd is voor thermische centrales en op basis van een standaardkwaliteit voor steenkool die bestemd is voor cokesovens.

Artikel 4

Iedere persoon of onderneming die vanuit een derde land één van de in artikel 5 genoemde steenkoolproducten invoert, deelt de relevante gegevens over die invoer mee aan de lidstaat waarin de persoon of onderneming is gevestigd.

Invoer die om vervoerstechnische redenen in verschillende partijen plaatsvindt, moet worden beschouwd als een enkele invoerzending indien hij tegen een en dezelfde prijs wordt verricht.

Wanneer de invoer van een bepaald product wordt aangegeven als plaatsvindend in verschillende partijen tegen verschillende prijzen, wordt voor elke partij een afzonderlijke aangifte verricht.

Artikel 5

1. De kenmerkende gegevens van elke invoer van steenkoolproducten in een lidstaat omvatten:

a) de benaming van het steenkoolproduct;

b) de hoeveelheid, uitgedrukt in metrische ton, en voor stoomkolen ook de gemiddelde lage calorische waarde;

c) in het geval van steenkool voor de productie van cokes als bedoeld in lid 2, onder b): het gehalte aan as, water, vluchtige bestanddelen en zwavel;

d) de werkelijk betaalde prijs.

2. De lijst van steenkoolproducten waarvoor de gegevens moeten worden meegedeeld, omvat:

a) steenkool voor de productie van elektriciteit of voor warmtekrachtkoppeling;

b) steenkool voor de productie van cokes voor de bevoorrading van de hoogovens in de ijzer- en staalindustrie.

3. De lidstaten kunnen bij hun douanediensten de nodige gegevens opvragen om te voldoen aan hun verplichtingen krachtens deze verordening.

Artikel 6

De informatie die de lidstaten krachtens artikel 2 aan de Commissie moeten meedelen, wordt binnen twee maanden na het einde van elke periode van ten hoogste zes maanden toegezonden. Deze informatie wordt voor elk type steenkoolproduct afgeleid uit de samenwerking van de gegevens die de lidstaten van personen of ondernemingen ontvangen. Voor elk type steenkoolproducten omvat de informatie:

a) de in tonnen uitgedrukte hoeveelheden en de kenmerken voor harmonisatie, als bedoeld in artikel 5, lid 1, onder b) en c);

b) de prijzen bij invoer.

Artikel 7

De Commissie publiceert op basis van de overeenkomstig deze verordening ingewonnen informatie in een geschikte vorm:

a) ieder halfjaar, de op communautair niveau samengestelde prijzen van alle invoer van steenkool die bestemd is voor de productie van elektriciteit of voor warmtekrachtkoppeling, zonder rechten en heffingen;

b) ieder halfjaar, de op communautair niveau samengestelde prijzen van alle invoer van steenkool die bestemd is voor de productie van cokes voor hoogovens, zonder rechten en heffingen;

c) in de loop van het eerste trimester van ieder jaar, een verslag over de markt voor vaste brandstoffen in de Gemeenschap in het voorgaande jaar en de marktvooruitzichten voor het lopende jaar.

Artikel 8

De lidstaten en de Commissie plegen regelmatig overleg met elkaar op verzoek van een lidstaat of op initiatief van de Commissie. Dit overleg betreft met name de in de artikelen 6 en 7 bedoelde mededelingen.

Er wordt overleg gevoerd met internationale organisaties en met derde landen die soortgelijke informatiemechanismen hebben opgezet.

Artikel 9

Alle uit hoofde van deze verordening door de Commissie ontvangen informatie valt onder de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie(3).

De lidstaten kunnen het opgeven van gedetailleerde gegevens betreffende individuele ondernemingen achterwege laten.

Artikel 10

Indien de Commissie in de haar door de lidstaten meegedeelde informatie onregelmatigheden of tegenstrijdigheden constateert, kan zij de lidstaten verzoeken om nadere gegevens betreffende berekenings- en evaluatiemethoden waarop de geaggregeerde informatie is gebaseerd.

Artikel 11

De Commissie stelt de uitvoeringsbepalingen van deze verordening vast wat betreft de vorm, de inhoud en de overige kenmerken van de in artikel 2 bedoelde mededelingen.

Artikel 12

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing vanaf 24 juli 2002 en vervalt op 31 december 2010.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 27 februari 2003.

Voor de Raad

De voorzitter

M. Chrisochoïdis

(1) PB L 292 van 16.11.1977, blz. 11. Besluit gewijzigd bij Besluit 85/161/EGKS (PB L 63 van 2.3.1985, blz. 20).

(2) PB L 49 van 19.2.1994, blz. 1.

(3) PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43.