32000D0004

2000/4/EG: Beschikking van de Commissie van 30 november 1999 tot goedkeuring van de door de lidstaten voor 2000 ingediende controleprogramma's ter preventie van zoönosen en tot vaststelling van de hoogte van de financiële bijdrage van de Gemeenschap (kennisgeving geschied onder nummer C(1999) 3985) (Slechts de teksten in de Deense, Engelse en Finse taal zijn authentiek)

Publicatieblad Nr. L 003 van 06/01/2000 blz. 0021 - 0022


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 30 november 1999

tot goedkeuring van de door de lidstaten voor 2000 ingediende controleprogramma's ter preventie van zoönosen en tot vaststelling van de hoogte van de financiële bijdrage van de Gemeenschap

(kennisgeving geschied onder nummer C(1999) 3985)

(Slechts de teksten in de Deense, Engelse en Finse taal zijn authentiek)

(2000/4/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied(1), laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 94/370/EG(2), en met name op artikel 24, lid 6, artikel 29 en artikel 32,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) In hoofdstuk 2 van titel III van Beschikking 90/424/EEG is bepaald dat een financiële bijdrage van de Gemeenschap kan worden verleend voor controles ter preventie van zoönosen.

(2) Lidstaten hebben programma's ingediend ter preventie van zoönosen in hun land.

(3) Deze programma's komen voor op de bij Beschikking 1999/702/EG van de Commissie(3) vastgestelde prioriteitenlijst van programma's voor de bewaking en de bestrijding van dierziekten waarvoor in 2000 een financiële bijdrage van de Gemeenschap kan worden verleend.

(4) Aangezien dit programma belangrijk is voor het bereiken van de door de Gemeenschap nagestreefde doeleinden met betrekking tot de preventie van zoönosen, moet de financiële bijdrage van de Gemeenschap worden vastgesteld op 50 % van de door de betrokken lidstaten gedane uitgaven, met voor elk programma een maximumbedrag.

(5) De Gemeenschap verleent een financiële bijdrage op voorwaarde dat de geplande maatregelen worden uitgevoerd en de autoriteiten de nodige informatie verstrekken binnen de vastgestelde termijnen.

(6) De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Veterinair Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

1. Het door Denemarken ingediende programma voor de bewaking en de bestrijding van samonella bij fokpluimvee wordt goedgekeurd voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2000.

2. De financiële bijdrage van de Gemeenschap wordt vastgesteld op 50 %, met een maximum van 400000 EUR, van de door Denemarken gemaakte kosten voor de uitvoering van het programma, namelijk voor,

- naargelang van de situatie, de vernietiging van fokpluimvee, of ter dekking van het verschil tussen de geschatte waarde van het fokpluimvee en de verkoopopbrengst van het warmtebehandelde vlees van dit pluimvee,

- de vernietiging van bebroede broedeieren,

- naargelang van de situatie, de vernietiging van niet-bebroede broedeieren, of ter dekking van het verschil tussen de geschatte waarde van de niet-bebroede broedeieren en de verkoopopbrengst van warmtebehandelde eiproducten op basis van de eieren.

Artikel 2

1. Het door Ierland ingediende programma voor de bewaking en de bestrijding van salmonella bij fokpluimvee wordt goedgekeurd voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2000.

2. De financiële bijdrage van de Gemeenschap wordt vastgesteld op 50 %, met een maximum van 500000 EUR, van de door Ierland gemaakte kosten voor de uitvoering van het programma, namelijk voor,

- naargelang van de situatie, de vernietiging van fokpluimvee, of ter dekking van het verschil tussen de geschatte waarde van het fokpluimvee en de verkoopopbrengst van het warmtebehandelde vlees van dit pluimvee,

- de vernietiging van bebroede broedeieren,

- naargelang van de situatie, de vernietiging van niet-bebroede broedeieren, of ter dekking van het verschil tussen de geschatte waarde van de niet-bebroede broedeieren en de verkoopopbrengst van warmtebehandelde eiproducten op basis van de eieren.

Artikel 3

1. Het door Finland ingediende programma ter preventie van besmetting van voedingsmiddelen met enterohemorragische Escherichia coli (EHEC) wordt goedgekeurd voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2000.

2. De financiële bijdrage van de Gemeenschap wordt vastgesteld op 50 % van de door Finland voor de uitvoering van het programma gemaakte kosten, met een maximum van 125000 EUR.

Artikel 4

De financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de in de artikelen 1 tot en met 3 genoemde programma' wordt verleend op voorwaarde dat:

a) de betrokken lidstaat de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen voor de tenuitvoerlegging van het programma uiterlijk op 1 januari 2000 in werking doet treden,

b) om de vier maanden en uiterlijk vier weken na afloop van de verslagperiode bij de Commissie een verslag wordt ingediend over de voortgang van het programma en over de gedane uitgaven,

c) uiterlijk op 1 juni 2001 bij de Commissie een eindverslag wordt ingediend over de technische uitvoering van het programma, samen met de bewijsstukken betreffende de gedane uitgaven,

en op voorwaarde dat de communautaire veterinaire wetgeving in acht is genomen.

Artikel 5

1. De Commissie kan, in samenwerking met de bevoegde nationale autoriteiten, controles ter plaatse verrichten om toe te zien op de toepassing van de maatregelen en op de gedane uitgaven.

De Commissie stelt de lidstaten in kennis van het resultaat van de verrichte controles.

2. De artikelen 8 en 9 van Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid(4), zijn van overeenkomstige toepassing.

3. De financiële bijdrage van de Gemeenschap mag slechts worden verleend als de programma's op doeltreffende wijze en met inachtneming van de communautaire regelgeving zijn uitgevoerd.

Artikel 6

Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk Denemarken, Ierland en de Republiek Finland.

Gedaan te Brussel, 30 november 1999.

Voor de Commissie

David BYRNE

Lid van de Commissie

(1) PB L 224 van 18.9.1990, blz. 19.

(2) PB L 168 van 2.7.1994, blz. 31.

(3) PB L 276 van 27.10.1999, blz. 19.

(4) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103.