31997R0018

Verordening (EG) nr. 18/97 van de Commissie van 8 januari 1997 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3886/92 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregelingen in de sector rundvlees

Publicatieblad Nr. L 005 van 09/01/1997 blz. 0017 - 0018


VERORDENING (EG) Nr. 18/97 VAN DE COMMISSIE van 8 januari 1997 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3886/92 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregelingen in de sector rundvlees

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2222/96 (2), en met name op artikel 4 i, lid 5, en artikel 25,

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3886/92 van de Commissie van 23 december 1992 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregelingen waarin is voorzien bij Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees, en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 1244/82 en (EEG) nr. 714/89 (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2311/96 (4), bepaalde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de premie voor het vervroegd op de markt brengen van kalveren zijn vastgesteld; dat met het oog op een doeltreffend beheer van de regeling sommige bepalingen moeten worden verduidelijkt, met name met betrekking tot de presentatie van het karkas en de mededeling van relevante informatie aan de Commissie;

Overwegende dat, teneinde te voorkomen dat dieren uit speculatieoverwegingen worden verplaatst, de in artikel 50, lid 4, onder a), van Verordening (EEG) nr. 3886/92 vastgestelde aanhoudperiode moet worden verlengd;

Overwegende dat op grond van artikel 4 i, lid 2, van Verordening (EG) nr. 805/68 in bepaalde omstandigheden gebruik mag worden gemaakt van andere statistische informatie dan de door Eurostat gepubliceerde statistieken voor het bepalen van het maximale geslachte gewicht van voor de premie in aanmerking komende kalveren; dat Duitsland voor de kalfsvleesproductie in 1995 andere cijfers heeft verstrekt; dat de Commissie na verificatie van deze statistieken ermee heeft ingestemd dat deze gegevens worden gebruikt voor de berekening van het maximale gewicht; dat derhalve het in bijlage IV bij Verordening (EEG) nr. 3886/92 voor Duitsland aangegeven gewicht moet worden aangepast;

Overwegende dat op grond van artikel 53, onder a), van Verordening (EEG) nr. 3886/92 voor de omrekening van de bedragen van de verwerkingspremie en de premie voor het vervroegd op de markt brengen de landbouwomrekeningskoers wordt gehanteerd die van toepassing is op 1 januari van het kalenderjaar waarin het dier is geslacht; dat, aangezien de premies op de markt zijn afgestemd, de omrekeningskoersen beter op de feitelijke economische situatie zouden moeten aansluiten; dat de te hanteren landbouwomrekeningskoers derhalve de koers zou moeten zijn van de eerste dag van de maand vóór die waarin het dier is geslacht;

Overwegende dat in verband met de laattijdige publicatie van de communautaire uitvoeringsbepalingen en om eenieder die van de regeling gebruik wenst te maken dezelfde kansen te geven, bepaalde overgangsmaatregelen moeten worden goedgekeurd met betrekking tot de termijn waarbinnen de premieaanvragen moeten worden ingediend;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor rundvlees,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 3886/92 wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 50, lid 2, wordt vervangen door:

"2. Het geslacht gewicht van elk dier wordt vastgesteld op basis van de karkasspecificatie die in 1995 is gehanteerd voor de vaststelling van de productiestatistiek voor kalfsvlees, zoals die is medegedeeld aan het Bureau voor de Statistiek van de Gemeenschap, zo nodig na toepassing van de uniforme nationale coëfficiënten die in 1995 zijn gebruikt om rekening te houden met het verschil in presentatie van het karkas wanneer het warm wordt gewogen op de weegschaal in de slachtinrichting.".

2. In artikel 50, lid 4, onder a), wordt "60" vervangen door "90".

3. In artikel 50, lid 4, onder b), worden de woorden "of het deelstuk ervan" geschrapt.

4. Aan artikel 50 bis, lid 1, eerste alinea, wordt de volgende zin toegevoegd:

"Premieaanvragen voor dieren die vóór 25 december 1996 zijn geslacht, mogen echter tot en met 15 januari 1997 worden ingediend.".

5. In artikel 50 bis, lid 2, wordt het derde streepje geschrapt.

6. In artikel 50 ter, lid 3, tweede alinea, worden de woorden "elk dag" geschrapt.

7. Artikel 52, onder c), iii) en iv), wordt vervangen door:

"iii) elke woensdag:

- voor hoeveel dieren de premie is aangevraagd in de loop van de voorafgaande week, waarbij de dieren worden verdeeld in groepen van 10 kg, te beginnen bij het in bijlage IV genoemde maximale gewicht,

- voor hoeveel dieren a) premieaanvragen zijn ingediend en b) premies zijn toegekend sinds de inwerkingtreding van de regeling;

iv) op de vijftiende van elke maand het totale aantal mestkalveren dat in de voorafgaande maand is geslacht alsmede het totale geslacht gewicht dat overeenkomstig artikel 50, lid 2, is vastgesteld.".

8. In artikel 53 wordt letter a), vervangen door:

"a) - voor de verwerkingspremie en de premie voor het vervroegd op de markt brengen van kalveren, de landbouwomrekeningskoers gehanteerd die van toepassing is op de eerste werkdag van de maand die onmiddellijk voorafgaat aan de maand waarin het dier is geslacht,

- voor de seizoencorrectiepremie, de landbouwomrekeningskoers gehanteerd die van toepassing is op 1 januari van het kalenderjaar waarin het dier is geslacht;".

9. In bijlage IV wordt het voor Duitsland vermelde maximale geslacht gewicht, namelijk "103" vervangen door "112".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 december 1996. De punten 2 en 8 van artikel 1 zijn echter van toepassing met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 8 januari 1997.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 148 van 28. 6. 1968, blz. 24.

(2) PB nr. L 296 van 21. 11. 1996, blz. 50.

(3) PB nr. L 391 van 31. 12. 1992, blz. 20.

(4) PB nr. L 313 van 3. 12. 1996, blz. 9.