31977R2960

Verordening (EEG) nr. 2960/77 van de Commissie van 23 december 1977 inzake de voorschriften voor de verkoop van olijfolie die in het bezit is van de interventiebureaus

Publicatieblad Nr. L 348 van 30/12/1977 blz. 0046 - 0050
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 9 blz. 0140
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 13 blz. 0164
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 13 blz. 0164
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 9 blz. 0140
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 19 blz. 0221


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 2960/77 VAN DE COMMISSIE

van 23 december 1977

inzake de voorschriften voor de verkoop van olijfolie die in het bezit is van de interventiebureaus

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening nr . 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1707/73 ( 2 ) , en met name op artikel 11 , lid 5 ,

Gelet op Verordening nr . 171/67/EEG van de Raad van 27 juni 1967 betreffende de restituties en heffingen bij uitvoer van olijfolie ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2429/72 ( 4 ) , en met name op artikel 11 ,

Overwegende dat bij Verordening ( EEG ) nr . 1226/77 van de Commissie van 8 juni 1977 ( 5 ) , gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2375/77 ( 6 ) , de voorschriften zijn vastgesteld voor de verkoop van olijfolie die in het bezit is van de interventiebureaus ; dat die verordening moet worden aangepast om de verkoop van olie voor uitvoer mogelijk te maken ; dat , wegens de talrijke wijzigingen , Verordening ( EEG ) nr . 1226/77 duidelijkheidshalve door een nieuwe verordening dient te worden vervangen ;

Overwegende dat de verkoop op de markt van de Gemeenschap of voor uitvoer van olijfolie die in het bezit van de interventiebureaus is , zonder discriminatie tussen de kopers in de Gemeenschap en tegen de voordeligste voorwaarden moet plaatshebben ; dat het systeem van de openbare inschrijving daartoe geschikt lijkt te zijn ;

Overwegende dat het in bepaalde bijzondere situaties evenwel dienstig kan zijn van andere procedures dan de openbare inschrijving gebruik te maken ;

Overwegende dat met het oog op de afzet van de olijfolie bij de gunstigste marktverhoudingen , de verkoop afhankelijk moet worden gemaakt van een volgens de procedure bedoeld in artikel 38 van Verordening nr . 136/66/EEG genomen besluit ;

Overwegende dat , in verband met het risico voor verstoring van de markt , de mogelijkheid moet worden geopend de maximumhoeveelheid die aan één en dezelfde inschrijver kan worden gegund te beperken ;

Overwegende dat de openbare inschrijving erop gericht is de hoogste prijs te verkrijgen zodat de olijfolie moet worden toegewezen aan de inschrijvers met de hoogste offerte , mits evenwel een op basis van de marktsituatie vastgestelde minimumprijs in acht is genomen ; dat voorts bepalingen moeten worden vastgesteld voor het geval dat verschillende inschrijvers voor dezelfde hoeveelheid dezelfde prijs bieden ; dat evenwel bij verkoop voor uitvoer telkens verschillende minimumprijzen kunnen worden vastgesteld naar gelang van de afstand tussen de markt van de Gemeenschap en de landen van bestemming enerzijds en de specifieke invoervoorwaarden in sommige landen van bestemming anderzijds ;

Overwegende dat een eenvormige regeling moet worden getroffen voor wat betreft het stadium waarvoor de minimumprijs van de produkten in het bezit van het interventiebureau wordt vastgesteld ; dat , in afwachting dat het onderzoek van dit vraagstuk wordt afgesloten , de regeling die thans in de sector olijfolie bestaat moet worden gehandhaafd ;

Overwegende dat in bepaalde gevallen olijfolie uit afvallen van olijven wordt opgeslagen in recipiënten van aanzienlijke omvang ; dat bij verkoop van een dergelijke hoeveelheid , het aantal gegadigden slechts beperkt is :

Overwegende dat overtappen van deze olie in andere recipiënten op technische moeilijkheden kan stuiten ; dat voor dat geval de mogelijkheid dient te worden geopend de verkoop van de olie te spreiden ;

Overwegende dat voor een regelmatig verloop van de verkoop moet worden voorgeschreven dat bepaalde gegevens in de prijsaanvraag en in elke offerte moeten worden vermeld ;

Overwegende dat de indiening van een offerte gemakkelijker is wanneer de gegadigden de mogelijkheid hebben zich van de kenmerken van de te koop aangeboden produkten te vergewissen ; dat het bijgevolg dienstig is te bepalen dat de betrokkenen afzien van elk bezwaar inzake de kenmerken van het produkt dat hun eventueel wordt toegewezen ;

Overwegende dat , ter verzekering van de nakoming van de uit de indiening van de offerte voortvloeiende verplichtingen , moet worden bepaald , dat een waarborg moet worden gesteld ;

Overwegende dat de definitieve koopsom slechts na de overname kan worden berekend aangezien de verkochte hoeveelheid olie kan verschillen van de werkelijk overgenomen hoeveelheid , dat voor een correcte afwikkeling van de verkoop dient te worden bepaald dat de voorlopige koopsom voor de overname moet worden betaald ;

Overwegende dat voor een snelle afzet van de verkochte olie , enerzijds het tijdstip moet worden vastgesteld met ingang waarvan de verkochte olie ter beschikking van de koper moet worden gesteld , en anderzijds de uiterste datum moet worden bepaald waarop deze olie moet zijn overgenomen ; dat voorts dient te worden voorgeschreven dat de gevolgen van vertraging bij de overname ten laste van de koper komen ;

Overwegende dat , om het gebruik en/of de bestemming van de voor uitvoer verkochte olie te garanderen , moet worden bepaald dat een waarborg moet worden gesteld ;

Overwegende dat de bij de openbare inschrijving voor uitvoer in acht te nemen minimumprijs wordt vastgesteld op grond van de wereldmarktprijzen ; dat derhalve voor olie die via de inschrijvingsprocedure is gekocht geen uitvoerrestitutie dient te worden toegekend ;

Overwegende dat de aldus uitgevoerde olijfolie zich in een situatie bevindt die vergelijkbaar is met die van olie waarvoor een uitvoerrestitutie is toegekend ; dat dergelijke olie derhalve bij wederinvoer in de Gemeenschap niet in aanmerking komt voor toepassing van het bepaalde in artikel 3 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 754/76 van de Raad van 25 maart 1976 betreffende de tariefbehandeling die van toepassing is op naar het douanegebied van de Gemeenschap terugkerende goederen ( 7 ) ;

Overwegende dat op olie die bij inschrijving voor uitvoer is verkocht , Verordening ( EEG ) nr . 1687/76 van de Commissie van 30 juni 1976 tot vaststelling van gemeenschappelijke bepalingen inzake de controle op het gebruik en/of de bestemming van produkten uit interventie ( 8 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2448/77 ( 9 ) , van toepassing dient te zijn ;

Overwegende dat ten behoeve van de controle van de voor de uitvoer te raffineren olie , de verhouding dient te worden bepaald tussen de hoeveelheid nietbehandelde olie die is toegewezen en de hoeveelheid olie die wordt uitgevoerd ;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor oliën en vetten ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . De interventiebureaus kunnen olijfolie die in hun bezit is slechts verkopen nadat tot de verkoop ervan is besloten volgens de procedure bedoeld in artikel 38 van Verordening ( EEG ) nr . 136/66/EEG .

Dit besluit heeft met name betrekking :

- op de verkoop van olijfolie op de markt van de Gemeenschap of voor uitvoer ,

- op de hoeveelheid en de kwaliteit van de olle die wordt verkocht ,

- op de verkoopprocedure ,

- op de datum of de data van aanplakking van het bericht van verkoop ,

- op de datum of de data van verkoop ,

- eventueel , op de maximumhoeveelheid die aan elke inschrijver kan worden gegund .

2 . Bij verkoop voor uitvoer moet de olie binnen vijf maanden na de maand van verkoop worden geëxporteerd hetzij in ongewijzigde staat hetzij nadat zij één van de volgende bewerkingen heeft ondergaan :

a ) raffinage ,

b ) verpakking , in onmiddellijke verpakkingen van een nader te bepalen inhoud ,

c ) raffinage en verpakking in onmiddellijke verpakkingen van een nader te bepalen inhoud ,

Bovendien mag de betrokken olie met andere olijfolie worden vermengd .

Artikel 2

1 . De olijfolie die in het bezit is van het interventiebureau wordt bij openbare inschrijving verkocht . Als bijzondere omstandigheden dit noodzakelijk maken , kan echter een andere verkoopmethode worden gevolgd .

2 . De voor de openbare inschrijving of elke andere verkoopmethode geldende voorwaarden moeten de gelijkheid van toegang en van behandeling verzekeren voor alle gegadigden , ongeacht hun plaats van vestiging in de Gemeenschap .

Artikel 3

1 . Onder verkoop bij openbare inschrijving wordt verstaan het openstellen van de mededinging voor alle gegadigden in de vorm van een prijsaanvraag , waarbij het contract voor elke partij wordt gesloten met de persoon die de hoogste prijs biedt , met inachtneming evenwel van een minimumprijs .

2 . Bij verkoop voor uitvoer kunnen , wanneer de situatie op de wereldmarkt of specifieke eisen voor sommige markten dit noodzakelijk maken , minimumprijzen worden vastgesteld die verschillen naar gelang van de bestemming .

3 . De minimumprijs wordt volgens de in artikel 38 van Verordening nr . 136/66/EEG bedoelde procedure vastgesteld :

- hetzij bij het nemen van het besluit inzake de openstelling van de inschrijving ,

- hetzij op basis van de in het kader van de inschrijving ontvangen offertes .

Ingeval de minimumprijs niet bij het besluit tot het houden van de inschrijving is vastgesteld , kan evenwel volgens dezelfde procedure en rekening houdend met de ontvangen offertes worden beslist aan de verkoop geen verder gevolg te geven .

Artikel 4

Nadat is beslist dat de verkoop bij openbare inschrijving wordt gehouden , stelt het betrokken interventiebureau de prijsaanvraag op . Deze prijsaanvraag wordt onverwijld aan de Commissie medegedeeld .

De prijsaanvraag wordt met name door aanplakking ervan in de zetel van het betrokken interventiebureau bekendgemaakt .

Artikel 5

1 . In de prijsaanvraag worden alle gegevens inzake de inschrijving vermeld , en met name :

a ) de hoeveelheid olie per partij ,

b ) de naam van de opslagplaats en de plaats waar elke partij is opgeslagen , alsmede het nummer van deze partij ,

c ) de kwaliteit van de olie per partij ,

d ) eventueel de in acht te nemen minimumprijs ,

e ) de termijn en de plaats voor de indiening van de offertes ,

f ) de datum of de data van verkoop ,

g ) het bedrag van de in artikel 8 bedoelde waarborg ,

h ) bij verkoop voor uitvoer , het bedrag van de in artikel 12 , lid 3 , bedoelde waarborg .

2 . Een partij in de zin van deze verordening is een hoeveelheid olijfolie die is samengebracht in één recipiënt .

Indien de hoeveelheid olie uit afvallen van olijfolie in een recipiënt groter is dan een vast te stellen hoeveelheid , kan het betrokken interventiebureau echter worden gemachtigd een partij te vormen uit een deel van deze hoeveelheid olie .

3 . De minimumprijs is exclusief belastingen en geldt per 100 kg olijfolie geleverd in fusten van de koper , welke af pakhuis op een voertuig van de koper worden geladen , of geleverd in een tankwagen van de koper af pakhuis .

Artikel 6

De gegadigden kunnen de te koop aangeboden olie in de pakhuizen onderzoeken en zich een monster van deze olie laten overhandigen in de door hen daarvoor verstrekte recipiënt , dit tegen betaling van een bedrag dat , naar gelang van het geval , wordt bepaald op basis van de bij de openstelling van de inschrijving vastgestelde minimumprijs of van de prijs waartegen de betrokken olie door het interventiebureau is aangekocht .

Het monster wordt verdeeld over twee geëtiketteerde flessen , die worden verzegeld in aanwezigheid van de opslaghouder en van de gegadigde of van diens behoorlijk gemachtigde vertegenwoordiger . De ene fles wordt aan de gegadigde overhandigd , de andere aan de opslaghouder om , in geval van verkoop van de olie aan de gegadigde , de overeenstemming te kunnen nagaan tussen het produkt waarvoor de offerte is ingediend en het produkt dat aan de koper is geleverd , onverminderd de toepassing van artikel 14 , lid 1 , laatste zin .

Artikel 7

1 . De gegadigden nemen deel aan de inschrijving hetzij door indiening bij het interventiebureau , tegen bericht van ontvangst , van hun schriftelijke offerte , hetzij door een aan het interventiebureau te sturen aangetekend schrijven , telexbericht of telegram .

2 . In de offerte wordt met name vermeld :

a ) de naam en het volledige adres van de inschrijver ;

b ) het nummer van de betrokken partij(en ) , alsmede de naam van de opslagplaats en de plaats van opslag ;

c ) de geboden prijs per 100 kg .

3 . Offertes die niet ten minste gelijk zijn aan de voor het betrokken produkt vastgestelde minimumprijs worden afgewezen .

4 . De offertes moeten betrekking hebben op de gehele hoeveelheid olie van ten minste één partij .

5 . De offertes zijn onherroepelijk .

6 . De offertes zijn slechts geldig wanneer deze vergezeld gaan van :

a ) een inschrijvingswaarborg ;

b ) een verklaring van de inschrijver dat hij afziet van elke betwisting inzake de juistheid van de benaming waaronder de olie , waarvoor de offerte wordt ingediend , te koop wordt aangeboden .

Artikel 8

1 . De inschrijvingswaarborg wordt gesteld in contanten of in de vorm van een garantie van een kredietinstelling , die voldoet aan de eisen van de Lid-Staat waarin deze instelling is gevestigd .

2 . De waarborg wordt vrijgegeven wanneer geen olie aan de betrokken inschrijvers is toegewezen . De waarborg wordt eveneens vrijgegeven wanneer de koper de in artikel 14 bedoelde definitieve koopsom heeft betaald .

Artikel 9

Een partij olie wordt verkocht aan degene die voor deze olie een geldige offerte met de hoogste prijs heeft ingediend . Wanneer de hoogste offertes gelijk zijn , wordt de koper door loting bij het betrokken interventiebureau aangewezen .

Artikel 10

Bij aangetekend schrijven stelt het interventiebureau elke inschrijver onverwijld in kennis van het resultaat van zijn deelneming aan de inschrijving .

Artikel 11

1 . Zodra degene aan wie is gegund de in artikel 10 bedoelde mededeling heeft ontvangen , wordt ( worden ) de toegewezen recipiënt(en ) in aanwezigheid van beide partijen verzegeld . De recipiënt(en ) blijft ( blijven ) verzegeld tot wanneer de olie door de koper wordt overgenomen .

2 . Voor olijfolie voor verlichting alsmede voor olie uit afvallen van olijven wordt bovendien voor de in lid 1 bedoelde verzegeling , in aanwezigheid van beide partijen overgegaan tot de bepaling van het zuurgehalte . Indien het zuurgehalte van de olie niet overeenkomt met het zuurgehalte van de olie waarvoor de minimumprijs is vastgesteld , wordt de verkoopprijs door toepassing van vast te stellen toeslagen en kortingen aangepast .

3 . Indien de verzegeling in aanwezigheid van beide partijen niet heeft plaatsgevonden uiterlijk 20 dagen na de datum waarop het in artikel 10 bedoelde bericht is verstuurd , gaat het interventiebureau onverwijld over tot verzegeling van de toegewezen recipiënt(en ) .

Indien het gaat om olijfolie voor verlichting of olie uit afvallen van olijven gaat het interventiebureau voor de verzegeling over tot de bepaling van het zuurgehalte van deze olie .

Artikel 12

1 . De koper is verplicht om voor de overname van de olie en in elk geval uiterlijk op de dertigste dag na de ontvangst van de in artikel 10 bedoelde mededeling , de voorlopige koopsom te betalen . Onverminderd de geldende binnenlandse belastingen , wordt dit bedrag berekend door de voor de partij aangegeven hoeveelheid te vermenigvuldigen met de voor die partij geboden prijs .

2 . Wanneer de voorlopige koopsom niet binnen de in lid 1 vastgestelde termijn aan het interventiebureau wordt betaald , is de verkoop van rechtswege ontbonden , zonder dat bijzondere formaliteiten of een gerechtelijke verklaring nodig zijn . In dit geval , wordt de in artikel 8 bedoelde waarborg verbeurd .

3 . Bij verkoop voor uitvoer dient de koper voor de overname van de olie een waarborg te stellen ten einde te garanderen dat de olie wordt uitgevoerd overeenkomstig artikel 1 , lid 2 .

Artikel 13

1 . De koper neemt de toegewezen partij volledig over . De overname kan beginnen zodra de in artikel 12 , lid 1 , bedoelde voorlopige koopsom is betaald en , bij verkoop voor uitvoer , de in artikel 12 , lid 3 , bedoelde waarborg is gesteld . De overname dient uiterlijk op de veertigste dag volgende op die van de toewijzing te zijn beëindigd .

2 . De aan de koper geleverde hoeveelheid olie mag , naar gelang van de werkelijke hoeveelheid in de recipiënt op het tijdstip van de levering , meer of minder bedragen dan de hoeveelheid waarvoor de offerte is gedaan .

Artikel 14

1 . Wanneer de olie is overgenomen , maakt het interventiebureau een factuur op voor de definitieve koopsom . Onverminderd de geldende binnenlandse belastingen wordt de definitieve koopsom berekend door de werkelijk overgenomen hoeveelheid , na aftrek van het gewicht aan water en onzuiverheden boven 0,2 % voor olijfolie verkregen bij de eerste persing en 0,5 % voor olie uit afvallen van olijven , te vermenigvuldigen met de voor de betrokken partij geboden prijs . Het zuurgehalte alsmede het gewicht aan water en onzuiverheden worden bepaald bij de levering door ontleding van een massamonster .

2 . Op de factuur wordt het debet - of creditsaldo vermeld ; dit saldo is gelijk aan het verschil tussen :

- de voorlopige koopsom ,

- de definitieve koopsom , eventueel vermeerderd met de in artikel 15 , sub b ) , bedoelde opslagvergoeding .

De vereffening van het saldo dient te geschieden binnen dertig dagen na de dag waarop de overname van de olie is beëindigd .

Artikel 15

Indien de overname van de olie niet op de in artikel 13 , lid 1 , bedoelde datum is beëindigd :

a ) blijft de olie voor rekening en risico van de koper opgeslagen ;

b ) betaalt de koper aan het interventiebureau een opslagvergoeding berekend over de over te nemen hoeveelheid op basis van een per bijkomende opslagperiode van 30 dagen of een gedeelte daarvan vast te stellen bedrag .

Artikel 16

1 . Bij verkoop voor uitvoer wordt voor de uitgevoerde olie geen overeenkomstig Verordening ( EEG ) nr . 171/67/EEG vastgestelde uitvoerrestitutie toegekend . In de zin van Verordening ( EEG ) nr . 754/76 wordt deze olie evenwel vanaf het ogenblik dat de douaneformaliteiten bij uitvoer zijn vervuld , geacht zich in de in artikel 2 , lid 1 , van die verordening bedoelde situatie te bevinden .

2 . Op de aanvraag om het in verband met de toewijzing voor uitvoer af te geven certificaat en op het certificaat zelf wordt in vak 12 een van de volgende vermeldingen aangebracht :

" Uitvoer in het kader van Verordening ( EEG ) nr . 2960/77 " ;

" Exportation dans le cadre du règlement ( CEE ) n * 2960/77 " ;

" Ausfuhr im Rahmen der Verordnung ( EWG ) Nr . 2960/77 " ;

" Esportazione nell'ambito del regolamento ( CEE ) n . 2960/77 " ;

" Export under Regulation ( EEC ) No 2960/77 " ;

" Udfoersel i henhold til forordning ( EOEF ) nr . 2960/77 .

Artikel 17

1 . In geval van raffinage moet de voor uitvoer toegewezen hoeveelheid niet-behandelde olijfolie van post 15.07 A I van het gemeenschappelijk douanetarief overeenkomen met een bepaalde hoeveelheid uitgevoerde olijfolie , andere dan niet-behandelde . Aan deze verplichting is voldaan indien het verschil tussen deze hoeveelheden niet groter is dan de hoeveelheid die wordt verkregen door toepassing van één van de volgende formules :

a ) omrekening van olijfolie van de posten 15.07 A I a ) en b ) in olijfolie van post 15.07 A II a ) :

2 ( a - 1 ) + 2 = x

b ) omrekening van olijfolie van post 15.07 A I c ) in olijfolie van post 15.07 A II b ) :

2 a + 2 = x

In deze formules staat

- " a " voor het zuurgehalte van de niet-behandelde olijfolie ,

- " x " voor het verlies uitgedrukt in kilogram ten opzichte van 100 kilogram niet-behandelde olijfolie .

2 . Bij uitvoer van zuivere olijfolie van post 15.07 A II a ) of van geraffineerde olie uit afvallen van olijven en uit olijven van post 15.07 A II b ) dient de samenstelling van het betrokken produkt door de bevoegde instanties van de betrokken Lid-Staat te worden gecontroleerd .

3 . De bijprodukten van de raffinage mogen op de markt van de Gemeenschap worden verkocht .

Artikel 18

1 . De in artikel 12 , lid 3 , bedoelde waarborg wordt onverwijld vrijgegeven nadat de koper de in Verordening ( EEG ) nr . 1687/76 bedoelde bewijsstukken heeft overgelegd en het bewijs heeft geleverd dat de uitvoer heeft plaatsgevonden met gebruikmaking van het overeenkomstig artikel 16 , lid 2 , afgegeven certificaat .

Voorts wordt :

- in geval het land van bestemming Zwitserland of Oostenrijk is , of indien door deze landen heen wordt gegaan om het land van bestemming te bereiken , en

- in geval van toewijzing zonder onderscheid naar bestemming en wanneer ernstige twijfel bestaat omtrent de werkelijke bestemming van het produkt ,

de waarborg slechts vrijgegeven indien het bewijs wordt geleverd dat het produkt in een derde land is ingevoerd , behalve wanneer het produkt tijdens het vervoer door overmacht verloren is gegaan . Dit bewijs wordt op dezelfde wijze geleverd als voor de uitvoerrestituties .

2 . Wanneer de in lid 1 bedoelde bewijzen niet binnen zes maanden na het verstrijken van de in artikel 1 , lid 2 , bedoelde periode worden geleverd , wordt de waarborg behoudens overmacht verbeurd .

Artikel 19

Wanneer de in artikel 12 , lid 3 , bedoelde waarborg wordt verbeurd , wordt hij op de restitutie-uitgaven in de sector olijfolie in mindering gebracht , waarbij de betrokken bedragen en hoeveelheden afzonderlijk worden geboekt .

Artikel 20

Verordening ( EEG ) nr . 1226/77 wordt ingetrokken .

Artikel 21

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Artikel 5 , lid 3 , is van toepassing tot en met 31 december 1978 .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 23 december 1977 .

Voor de Commissie

De Vice-Voorzitter

Finn GUNDELACH

( 1 ) PB nr . 172 van 30 . 9 . 1966 , blz . 3025/66 .

( 2 ) PB nr . L 175 van 29 . 6 . 1973 , blz . 5 .

( 3 ) PB nr . 130 van 28 . 6 . 1967 , blz . 2600/67 .

( 4 ) PB nr . L 264 van 23 . 11 . 1972 , blz . 1 .

( 5 ) PB nr . L 141 van 9 . 6 . 1977 , blz . 20 .

( 6 ) PB nr . L 277 van 29 . 10 . 1977 , blz . 29 .

( 7 ) PB nr . L 89 van 2 . 4 . 1976 , blz . 1 .

( 8 ) PB nr . L 190 van 14 . 7 . 1976 , blz . 1 .

( 9 ) PB nr . L 285 van 9 . 11 . 1977 , blz . 5 .