31975L0323

Richtlijn 75/323/EEG van de Raad van 20 mei 1975 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid- Staten betreffende de op landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen gemonteerde contactdozen en stekers voor stroomtoevoer naar de verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen van werktuigen, machines of aanhangwagens die voor gebruik in de land- of bosbouw zijn bestemd

Publicatieblad Nr. L 147 van 09/06/1975 blz. 0038 - 0039
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 13 Deel 4 blz. 0123
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 13 Deel 3 blz. 0090
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 13 Deel 4 blz. 0123
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 13 Deel 4 blz. 0117
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 13 Deel 4 blz. 0117


++++

RICHTLIJN VAN DE RAAD

van 20 mei 1975

inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten betreffende de op landbouw - of bosbouwtrekkers op wielen gemonteerde contactdozen en stekers voor stroomtoevoer naar de verlichtings - en lichtsignaalinrichtingen van werktuigen , machines of aanhangwagens die voor gebruik in de land - of bosbouw zijn bestemd

( 75/323/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op artikel 100 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 1 ) ,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 2 ) ,

Overwegende dat de technische voorschriften waaraan trekkers krachtens de nationale wetgevingen moeten voldoen , onder andere betrekking hebben op de contactdozen en stekers voor stroomtoevoer naar de verlichtings - en lichtsignaalinrichtingen van werktuigen , machines of aanhangwagens ;

Overwegende dat deze voorschriften van Lid-Staat tot Lid-Staat verschillen ; dat het derhalve noodzakelijk is dat alle Lid-Staten dezelfde voorschriften aannemen , hetzij ter aanvulling , hetzij in plaats van hun huidige regeling , met name ten einde voor ieder type trekker de E.E.G.-goedkeuringsprocedure van Richtlijn nr . 74/150/EEG van de Raad van 4 maart 1974 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten betreffende de goedkeuring van landbouw - of bosbouwtrekkers op wielen ( 3 ) te kunnen invoeren ;

Overwegende dat het wenselijk is , de technische voorschriften over te nemen welke zijn aanvaard door de International Organization for Standardization in haar aanbeveling ISO R/1724 : Elektrische verbindingen voor voertuigen met elektrische apparatuur van 6 of 12 V . Eerste uitgave april 1970 ,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . Onder trekker ( landbouw - of bosbouwtrekker ) wordt verstaan ieder motorvoertuig op wielen of rupsbanden met ten minste twee assen , voornamelijk bestemd voor tractiedoeleinden en in het bijzonder ontworpen voor het trekken , duwen , dragen of in beweging brengen van bepaalde werktuigen , machines of aanhangwagens die voor gebruik in de land - of bosbouw zijn bestemd . De trekker kan zijn ingericht voor het vervoer van een lading en van meerijders .

2 . Deze richtlijn geldt slechts voor de in lid 1 omschreven trekkers , gemonteerd op luchtbanden , met twee assen en met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid die ligt tussen 6 en 25 km/h .

Artikel 2

De Lid-Staten mogen de E.E.G.-goedkeuring of de nationale goedkeuring van een trekker niet weigeren om redenen die verband houden met de contactdozen en stekers voor stroomtoevoer naar de verlichtings - en lichtsignaalinrichtingen van werktuigen , machines of aanhangwagens , indien deze treker is uitgerust met een stroomaansluiting die voldoet aan de in de bijlage opgenomen voorschriften .

Artikel 3

De Lid-Staten mogen de verkoop , het in het verkeer brengen of het gebruik van trekkers niet verbieden noch hun inschrijving weigeren om redenen die verband houden met de contactdozen en stekers voor stroomtoevoer naar de verlichtings - en lichtsignaalinrichtingen van werktuigen , machines of aanhangwagens , indien deze trekkers zijn uitgerust met een stroomaansluiting die voldoet aan de in de bijlage opgenomen voorschriften .

Artikel 4

De wijzigingen die noodzakelijk zijn om de voorschriften van de bijlage aan te passen aan de technische vooruitgang worden vastgesteld overeenkomstig de procedure van artikel 13 van Richtlijn nr . 74/150/EEG .

Artikel 5

1 . Binnen achttien maanden na kennisgeving van deze richtlijn voeren de Lid-Staten de nodige maatregelen in om aan het bepaalde in deze richtlijn te voldoen . Zij stellen de Commissie hiervan onmiddellijk in kennis .

2 . De Lid-Staten zien erop toe dat de tekst van alle belangrijke interne rechtsbepalingen die zij aannemen op het gebied waarop deze richtlijn van toepassing is , ter kennis van de Commissie wordt gebracht .

Artikel 6

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten .

Gedaan te Brussel , 20 mei 1975 .

Voor de Raad

De Voorzitter

R . RYAN

( 1 ) PB nr . C 160 van 18 . 12 . 1969 , blz . 29 .

( 2 ) PB nr . C 48 van 16 . 4 . 1969 , blz . 21 .

( 3 ) PB nr . L 84 van 28 . 3 . 1974 , blz . 10 .

BIJLAGE

De trekker moet voorzien zijn van een vaste zevenpolige contactdoos overeenkomstig ISO-aanbeveling R/1724 , eerste uitgave april 1970 voor 12 volt voor de stroomtoevoer naar de verlichtings - en lichtsignaalinrichtingen van werktuigen , machines of aanhangwagens die voor gebruik in de land - of bosbouw zijn bestemd .