23.7.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 193/19


VERORDENING (EU) Nr. 720/2011 VAN DE COMMISSIE

van 22 juli 2011

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 272/2009 ter aanvulling van de gemeenschappelijke basisnormen voor de beveiliging van de burgerluchtvaart, wat de geleidelijke invoering van de screening van vloeistoffen, spuitbussen en gels in EU-luchthavens betreft

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 300/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van de beveiliging van de burgerluchtvaart en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2320/2002 (1), en met name artikel 4, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 300/2008 moet de Commissie algemene maatregelen vaststellen die beogen niet-essentiële onderdelen van de in de bijlage bij de verordening bedoelde gemeenschappelijke basisnormen te wijzigen door deze aan te vullen.

(2)

In Verordening (EG) nr. 272/2009 van de Commissie van 2 april 2009 ter aanvulling van de in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 300/2008 van het Europees Parlement en de Raad vastgestelde gemeenschappelijke basisnormen voor de beveiliging van de burgerluchtvaart (2) zijn algemene maatregelen ter aanvulling van de gemeenschappelijke basisnormen voor de beveiliging van de burgerluchtvaart vastgesteld. Verordening (EG) nr. 272/2009 schrijft met name voor dat methoden, inclusief technologieën, voor het detecteren van vloeibare explosieven in luchthavens zo snel mogelijk en uiterlijk op 29 april 2013 in de hele Europese Unie moeten worden toegepast.

(3)

Om de geleidelijke invoering van een systeem voor de screening op vloeibare explosieven mogelijk te maken, zijn in Verordening (EU) nr. 297/2010 van de Commissie (3) twee data vastgesteld: 29 april 2011 voor de screening van vloeistoffen, spuitbussen en gels die verkregen zijn in een luchthaven in een derde land of aan boord van een luchtvaartuig van een niet-communautaire luchtvaartmaatschappij en 29 april 2013 voor de screening van alle vloeistoffen, spuitbussen en gels.

(4)

Zoals vermeld in overweging 12 van Verordening (EU) 297/2010 kunnen technologische of regelgevende ontwikkelingen, zowel op EU- als op internationaal niveau, gevolgen hebben voor de in Verordening (EG) nr. 272/2009 vastgestelde data en kan de Commissie, voor zover nodig, voorstellen ter herziening indienen, met name rekening houdende met de inzetbaarheid van apparatuur en het verlichten van de lasten voor passagiers.

(5)

Kort vóór 29 april 2011 hebben regelgevende ontwikkelingen op EU- en internationaal niveau plaatsgevonden. Daarom zijn slechts weinig luchthavens in staat screeningfaciliteiten aan te bieden en zou het kunnen dat het voor de passagiers onduidelijk is of vloeistoffen, spuitbussen en gels die zijn verkregen in een luchthaven in een derde land of aan boord van een luchtvaartuig van een niet-communautaire luchtvaartmaatschappij worden toegelaten in om beveiligingsredenen beperkt toegankelijke zones en aan boord van luchtvaartuigen.

(6)

Om de bovenvermelde redenen dient de bepaling waarbij de verplichting wordt ingevoerd om vloeistoffen, spuitbussen en gels die in een luchthaven in een derde land of aan boord van een luchtvaartuig van een niet-communautaire luchtvaartmaatschappij zijn verkregen, vanaf 29 april 2011 te screenen, te worden geschrapt.

(7)

Wat punt 2 van deel B1 van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 272/2009 betreft, zal de Commissie nauw samenwerken met alle betrokken partijen en zal zij de situatie met betrekking tot de screening van vloeistoffen, spuitbussen en gels tegen juli 2012 beoordelen.

(8)

Om te garanderen dat de eisen van punt 3 van deel B1 van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 272/2009 goed ten uitvoer worden gelegd, moeten de lidstaten en de luchthavens ruim vóór de uiterste termijn van 2013 alle nodige voorbereidende stappen uitvoeren, inclusief operationele tests. De ervaring die wordt opgedaan op basis van deze tests moet worden gedeeld, zodat de situatie op het gebied van de screening van vloeistoffen, spuitbussen en gels tegen juli 2012 kan worden beoordeeld.

(9)

De bijlage bij Verordening (EG) nr. 272/2009 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(10)

Om zo snel mogelijk te zorgen voor rechtszekerheid voor lidstaten, luchthavens en passagiers, moet de onderhavige verordening worden vastgesteld aan de hand van de urgentieprocedure waarnaar wordt verwezen in artikel 19, lid 4, van Verordening (EG) nr. 300/2008 en moet ze vanaf 29 april 2011 van toepassing zijn.

(11)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de beveiliging van de burgerluchtvaart,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EG) nr. 272/2009 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 29 april 2011.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 juli 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 97 van 9.4.2008, blz. 72.

(2)  PB L 91 van 3.4.2009, blz. 7.

(3)  PB L 90 van 10.4.2010, blz. 1.


BIJLAGE

Deel B1. „Vloeistoffen, spuitbussen en gels” in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 272/2009 wordt vervangen door:

„DEEL B1.

Vloeistoffen, spuitbussen en gels

1.

Vloeistoffen, spuitbussen en gels mogen in om beveiligingsredenen beperkt toegankelijke delen van luchthavens en aan boord van luchtvaartuigen worden meegenomen voor zover ze worden gescreend of vrijgesteld van screening krachtens de voorschriften van de uitvoeringsregels die overeenkomstig artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 300/2008 zijn vastgesteld.

2.

Uiterlijk op 29 april 2013 moeten alle luchthavens vloeistoffen, spuitbussen en gels screenen overeenkomstig de voorschriften van de uitvoeringsbepalingen die krachtens artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 300/2008 zijn vastgesteld.

3.

De lidstaten zien erop toe dat alle regelgevende voorschriften voor het inzetten van apparatuur voor het screenen op vloeibare explosieven, die voldoen aan de eisen voor uitvoeringsbepalingen die overeenkomstig artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 300/2008 zijn vastgesteld, tijdig worden opgesteld om de in punt 2 vermelde termijn te kunnen naleven.

4.

Tot 29 april 2013 kunnen de lidstaten regelgevende eisen invoeren waarbij bepaalde of alle luchthavens worden verplicht om vloeistoffen, spuitbussen en gels te screenen overeenkomstig de voorschriften van de uitvoeringsbepalingen die krachtens artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 300/2008 zijn vastgesteld. De lidstaat moet de Commissie in kennis stellen van dergelijke regelgevende eisen. Na ontvangst van de kennisgeving brengt de Commissie alle andere lidstaten op de hoogte.

5.

Aan de passagiers wordt duidelijk meegedeeld in welke EU-luchthavens ze vloeistoffen, spuitbussen en gels mogen meenemen in om beveiligingsredenen beperkt toegankelijke delen van de luchthaven of aan boord van een luchtvaartuig, en onder welke voorwaarden.”.